VERKOOP VIERDAAGSE SIMONIS & BUUNK DONDERDAG 18 T/M ZONDAG 21 APRIL 2013 VAN 11 TOT 17 UUR
6
6
MUSEUM DE LAKENHAL
BREDA’S MUSEUM
7
SCHEEPVAARTMUSEUM
7
FRANS HALS MUSEUM
Kijken wat kenners kopen. En dan zelf kiezen.
10
B.C. KOEKKOEK-HUIS
10
MUSEUM ROTTERDAM
11
NOORDBRABANTS MUSEUM
11
AMSTERDAM MUSEUM
14
MUSEUM FLEHITE
14
HAAGS GEMEENTEARCHIEF
16 We hebben een uitgebreide collectie – ook kleinere meesters. Musea vinden met regelmaat waarnaar ze zoeken. Nu u. G. Henriques de Castro (1808-1853) Pronkboeket met vogelnestje, doek 56 x 44 cm, gesign. en dat. 1837 1 25.000,-
KRÖLLER-MÜLLER MUSEUM
S&B APP U heeft zin in iets moois. Pak dan uw iPad en klik op onze App. S&B – Keur@Kunst.
CURSUS Achter de schermen NIEUWSGIERIG?
Voor u het weet geniet u. In de trein, in de koffiehoek, in het park – overal waar Wi-Fi is. Wat? U moet nog downloaden? Kan direct,via www.simonis-buunk.nl/app Welkom!
Hoe zit een schilderij in elkaar? Drager, spieraam, spietjes. Hoe restaureer je een werk? Op linnen of papier? Hoe gaat het met de lijst? En wat zie je bij blauw licht? Is een werk echt echt of toch vals? En hoe kom je dat aan de weet? Meestervervalsers, bestaan ze nog? En wie ontdekt ze dan? En hoe? Schilderijen hebben een prijs. Goed, maar waarom díe prijs? Waarde vertaalt zich in geld. Natuurlijk, maar hoe? En hoe leer je waarde te bepalen? En hoe stel je waarde zeker? En waar verdiep je kennis? Drie bijzondere avonden: 29 oktober, 5 en 12 november 2013. Kijkjes in de keuken, met Frank Buunk als ***** kok, in het goede gezelschap van gastsprekers en in een heerlijke omgeving. Met onderwerpen als restaureren en conserveren, echt en vals, kwaliteit en waarde. Voor info en boeking: www.simonis-buunk.nl/achterdeschermen
homepage van de app Keur&Kunst
AFSTAND, MAAR GEEN AFSCHEID (En Drakensteyn ligt dichter bij Ede dan Den Haag)
deel de digitale kamer via e-mail en social media
Volg ons ook op
Keur@Kunst
B.W.A. van Oranje-Nassau (prinses Beatrix) (1938) Paradijs, aquarel 24 x 30 cm, gesign. 1 7.500,-
Gevraagd: uw e-adres U ontvangt deze krant per post. Hetgeen betekent dat we uw postadres kennen. En u dus ook catalogi kunnen sturen. En soms een speciale aankondiging. Maar. Niet alles gaat, vandaag de dag, nog via de klepperende brievenbus. We leven in het digitale tijdperk. En dus hebben we een vraag. Of u ons even uw e-mailadres zou willen doorgeven. Opdat we u, van tijd tot tijd, een nieuwsbrief kunnen zenden. Wees gerust: we overvoeren u niet. We mailen alleen als er écht iets leuks of interessants aan de hand is. Ga dan naar www.simonis-buunk.nl/e-adres U krijgt er geen spijt van.
SIMONIS & BUUNK
A.J.G. Colnot (1887-1983) Stilleven met fruit en tulpen op een tafel, doek 92 x 70 cm, gesign. Herkomst: Paleis Het Loo; nalatenschap H.K.H. Prinses Juliana. 1 11.500,-
H. de Boer (1921-2003) Portret van koningin Beatrix, doek 46 x 32 cm € 3.500,-
A.L. Koster (1859-1937) De tulpenkwekerij ‘Leeuwenstein’ in Hillegom, doek 60 x 73 cm, gesign. Herkomst: coll. Koningin Emma, Paleis Soestdijk; nalatenschap H.K.H. Prinses Juliana. 1 98.000,-
EEN KEUR AAN KUNST
J.W. van Borselen (1825-1892) Panoramisch landschap te Doorwerth, doek 66 x 106 cm, gesign. en dat. 1882. Herkomst: coll. Koningin Emma, Paleis Lange Voorhout; nalatenschap H.K.H. Prinses Juliana. 1 50.000,-
Altijd open: dinsdag t/m zaterdag 11-17 uur Notaris Fischerstraat 30 19 e eeuw e 20 eeuw Notaris Fischerstraat 19 Fischerhuis Notaris Fischerstraat 27 Post: huisnummer 30, 6711 BD Ede Tel: 0318 652888 Fax: 0318 611130
[email protected]
www.simonis-buunk.nl Samenstelling en redactie: Teo van den Brink, Joke Buunk, Mariëtte Simonis, Emilie Snellen Tekst: Paul Mertz, Constance Moes, externe redacteuren Ontwerp: Mart. Warmerdam Fotografie, lithografie & druk: ÈPOS | PRESS © Simonis & Buunk. Druk-, zetfouten en prijswijzigingen voorbehouden.
2
RESTAUREREN IS EREN
Restaureren zit ons in het bloed. J.M. Simonis sr. start ermee, in 1927. Pas later, in 1950, opent hij zijn kunsthandel. Wij restaureren en conserveren, behoedzaam en waar nodig, onze eigen schilderijen, maar werken ook graag voor ‘derden’. Dus als u een behandeling overweegt (van schilderijen en/of lijsten) aarzel dan niet een afspraak te maken. Elke woensdag beoordelen we de ‘toestand’ en geven een advies en een prijsopgave. Frank Buunk en Christiaan Lucht zijn onze RegisterTaxateurs, beëdigd en al. Zodra een restauratie is beëindigd, verrichten ze een kosteloze mondelinge taxatie. Voor verzekering en eventuele verkoop. Desgewenst wordt een schriftelijk taxatierapport tegen de gebruikelijke kosten opgesteld.
E.H. Cauchois (1850-1911) Bloemstilleven met papavers en margrieten, doek 60 x 81 cm, gesign. 1 18.000,-
A. van Beurden jr. (1878-1962) Stilleven met kreeft, peren en citroenen, doek 52 x 67 cm, gesign. 1 3.800,-
P.E. Damoye (1847-1916) Boerenerf, Frankrijk, paneel 33 x 61 cm, gesign. en dat. ’85 1 6.000,-
M. Claus (1892-1975) Elegante dames op een bank in het park, aquarel 23 x 17 cm, gesign. en te dat. ca. 1926 1 2.400,-
H.L. Barton (1908-2001) Squeeze Play, tempera op board 61 x 39 cm, gesign. en te dat. ca. 1961 1 4.250,-
H.O.J. Friedrich (1858-1933) Op de boulevard van Boltenhagen aan de Oostzee, gouache 31 x 39 cm, gesign. 1 14.500,-
EDE OVER DE GRENZEN P.M. Dupuy (1869-1949) Spelende meisjes in het Parc Monceau, Parijs, doek 29 x 37 cm, gesign. 1 9.200,-
G. Leese (1870-1963) Le Fauconnier, party in de Académie de la Palette, aquarel 25 x 30 cm 1 2.500,-
G. Burmester (1864-1936) Feestavond, doek 62 x 76 cm, gesign. en dat. 1909 1 19.500,C.P. Gruppe (1860-1940) Vissersboten, doek 102 x 132 cm, gesign. en te dat. ca. 1910 1 23.000,-
W. Miehe (1883-1972) Voor het theater, board 35 x 29 cm, gesign. en dat. ’23 1 5.500,-
R.E. Stübner (1874-1931) Twee jonge vrouwen, doek 86 x 71 cm, gesign. 1 13.500,-
M. van der Voort in de Betouw-Nourney (1856-1923) Rozen, doek 35 x 27 cm, gesign. 1 6.000,-
3
H.J. Haverman (1857-1928) Liggend naakt bij zonsverduistering, doek 31 x 50 cm, gesign. 1 4.500,-
C. Brückner (1896-na 1959) De wekelijkse schaakpartij, schildersboard 30 x 40 cm, gesign. en dat. ’54 1 3.800,-
L. van Dam van Isselt (1871-1949) Radijs, paneel 32 x 46 cm, gesign. 1 3.950,-
D.H. Ket (1902-1940) Boerderij, doek op paneel 16 x 22 cm, met atelierstempel en te dat. begin jaren ’20 1 3.800,-
A.M. Gorter (1866-1933) Knotwilgen langs de Vordense Beek, doek 32 x 43 cm, gesign. 1 4.200,-
F.W. Verdonk (1902-1963) Bloemenweelde, doek 24 x 30 cm, gesign. 1 2.900,-
E.E. Pijpers (1886-1963) Dorpsgezicht op Walcheren, doek 54 x 67 cm 1 4.200,-
C.D.L. Artz (1870-1951) Eendenfamilie langs de waterkant, paneel 18 x 24 cm, gesign. 1 4.750,-
PRIJSKLASSE TOT 5 5.000,-
C.N.E. de Moor (1899-1981) Ruiter te paard, aquarel 14 x 11 cm, gesign. en dat. 1948 1 1.800,-
J. Voerman jr. (1890-1976) Oranje dubbelvroege tulp, doek op board 22 x 17 cm, gesign. 1 3.750,-
A.D. Blok van der Velden (1913-1980) Kolkje in De Nederlanden, Texel, doek 40 x 50 cm, gesign. en dat. ’72 1 3.700,-
H.F. Bieling (1887-1964) Boomgaard, doek 60 x 80 cm, gesign. 1 4.500,-
E.H. Handley-Read (1870-1935) Middag op het Piazzetta San Marco, Venetië, schildersboard 35 x 26 cm, gesign. 1 3.300,-
Amerikaanse School (20e eeuw) The Sex Twist, gouache 51 x 36 cm, te dat. ca. 1962 1 3.500,-
4
L. Boulier (1882-1963/1964) Liggend naakt, schildersboard 33 x 65 cm, gesign. 1 4.800,-
E.S. van Beever (1876-1912) Huiswaarts door het korenveld, paneel 18 x 14 cm, gesign. 1 4.250,-
A. Mauve (1838-1888) Wandelaars op het strand, potlood 8 x 13 cm 1 3.300,-
E.A. Portielje (1861-1949) Vissersvrouwen op het strand (pendant), doek 9 x 15 cm, gesign.
E.A. Portielje (1861-1949) Breien op het strand (pendant), doek 9 x 15 cm, gesign. Tezamen 1 7.500,-
C.C.M. Swijser-’t Hart (1886-1971) ‘Feestmaaltijd’ 1940-1945, doek op paneel 35 x 56 cm, gesign. en dat. ‘Den Haag 1955’ 1 1.500,-
J.J.M. Damschreuder (1825-1905) Boerenfamilie, paneel 22 x 27 cm 1 3.250,-
J.J. Heppener (1826-1898) Vissersboten op het strand, paneel 24 x 30 cm, gesign. en dat. 1883 1 2.750,-
A.B. Dirckx (1878-1927) Bloeiende bollenvelden, doek 30 x 40 cm, gesign. 1 3.750,-
N. Riegen (1827-1889) Tweemaster op woelige zee, paneel 27 x 35 cm, gesign. 1 5.000,-
PRIJSKLASSE TOT 5 5.000,-
L. van Dam van Isselt (1871-1949) Pronkboeket, paneel 83 x 63 cm, gesign. 1 4.800,H. van Steenwijk (1864-1937) Figuren op de markt, paneel 28 x 19 cm, gesign. 1 2.500,-
J.F.F. Claes (1818-1870) De schaakspelers, paneel 44 x 35 cm, gesign. en dat. ’56 1 5.000,-
J.J. Gailliard (1890-1976) Moulin en Flandre, doek op paneel 44 x 32 cm, gesign. Herkomst: collectie Douwe Egberts 1 4.500,-
M. Ryan (1953) Purple landscape, doek 65 x 75 cm, gesign. Herkomst: collectie Douwe Egberts 1 4.200,-
C. Morgan (1950) Starter 4H, olie en collage op doek 24 x 18 cm, gesign. en dat. ’92 1 3.900,-
H.P.E.V. Cassiers (1858-1944) Molen in Volendam, aquarel en gouache 24 x 23 cm, gesign. en te dat. ca. 1917 1 4.500,-
L. van Dam van Isselt (1871-1949) Poes, paneel 24 x 24 cm 1 2.400,-
J. Roëde (1914-2007) Zonder titel, gouache 24 x 31 cm, gesign. en dat. ’90 1 1.800,-
5
Vroeg werk van Bram van Velde
A.G. van Velde (1895-1981) Tuin met bloemen, doek 80 x 99 cm, gesign. en dat. ’27. Verkocht aan Museum De Lakenhal, 1999.
Bram van Velde was een bevlogen schilder. “Elk schilderij is in wezen een zelfportret”, zo luidt een gevleugelde uitspraak van hem. Of het schilderij nu een landschap, een bloemstuk of een abstracte compositie tot onderwerp heeft, Bram van Velde legde er veel van zichzelf in. De weg die leidde naar het kunstenaarschap was voor Bram van Velde niet makkelijk. Hij moest die weg echt bevechten. Geboren in Zoeterwoude-Rijndijk, onder de rook van Leiden, groeide Bram op in vrij armoedige omstandigheden. Op 12-jarige leeftijd werd hij aan-
genomen in een schilders- en decoratieatelier in Den Haag. Daar begon hij met het schoonmaken van verfpotten maar na verloop van jaren openden zich nieuwe perspectieven. Zijn werkgever E.H. Kramers onderkende zijn schildertalent en stimuleerde hem dat verder te ontwikkelen. Met diens financiële en morele steun vertrok Van Velde in 1922 naar Worpswede, een dorpje in de buurt van Hamburg waar zich een expressionistisch georiënteerde kunstenaarskolonie had gevestigd. De emotionele, vaak dramatisch beladen schilderwijze van Van Velde sloot daar goed bij
aan. Bram schilderde hier zware, sombere schilderijen van verweerde boeren in een sneeuwlandschap maar ook een groot, breed en kleurrijk geschilderd werk ‘De Zaaier’. Dit schilderij vond zijn inspiratiebron in ‘De Zaaier’ van Van Gogh, de kunstenaar die hij zo bewonderde vanwege zijn intense verbondenheid van leven en kunst. In 1924 vertrekt Bram van Velde naar Parijs. Zeker in het begin vindt hij het moeilijk zijn weg hier te vinden. Ook de taal vormt een probleem. Rond 1926, als zijn broer Geer zich inmiddels bij hem heeft gevoegd, ‘ontdekt’ van Velde in Parijs het werk van Matisse. Dit is voor hem een openbaring. Matisse gaat wel uit van de visuele realiteit maar deze wordt ondergeschikt gemaakt aan de kleuren en lijnen waarmee hij zijn schilderkunstige ruimte vorm geeft. In de schilderijen die Bram van Velde tussen 1926-1929 maakt is duidelijk de invloed van Matisse te herkennen. Vormen worden vóór in het vlak geplaatst, de kleuren zijn lichter en worden met elan neergezet. Het zware en dramatische uit zijn Worpswede periode is verdwenen. Een zeker joie de vivre breekt door. Het schilderij Tuin met bloemen uit 1927 stamt uit deze door Matisse beïnvloede periode. Museum De Lakenhal kocht het in 1999. Het museum – dat vooral geïnteresseerd is in het werk van Bram van Velde van vóór de Tweede Wereldoorlog –
G. van Velde (1898-1977) Portrait de femme, doek 100 x 80 cm, gesign. en te dat. ca. 1930 1 16.000,-
bezat toen al een aantal werken uit de Worpswede periode en één schilderij uit de vroege Parijse tijd. De Tuin met bloemen vervolmaakt voorlopig het vooroorlogse Bram van Velde ensemble
Een aankoop uit liefde Bankje in een herfstbos is in al zijn bescheidenheid misschien wel het mooiste werk dat Jan Bogaerts ooit heeft gemaakt. Broos en teder heeft hij een schijnbaar toevallige plek in beeld gebracht, als een moment op een wandeling. Je voelt de stilte en een begin van winterse kou. Geen zon. De beuken verliezen hun bladeren. In roestbruine tinten vangen die licht in talloze varianten. De stammen en grillige takken tekenen zich af in donkergroen en zwart met hier en daar die typische, bleekgroene vlekken van korstmos. De zandgrond van het laantje is schitterend getroffen. Perfect is het vale contrast met het groen van het gras en een paar bodemplanten. Het
J.J.M. Bogaerts (1878-1962) Bankje in een herfstbos, doek 38 x 30 cm, gesign. en dat. 1915. Verkocht aan Breda’s Museum, 2009.
6
J.J.M. Bogaerts (1878-1962) Stilleven met droogbloemen, doek 35 x 40 cm, gesign. en dat. 1950 1 16.500,-
is een beetje vochtig. Het open grasland achter de bomen vervaagt virtuoos in de nevel en gaat zo onmerkbaar over in een grijzige tint van een bosrand in de verte. Wat kon Jan Bogaerts goed kijken. En ook schilderen natuurlijk. Ongelofelijk hoe hij de precisie van een botanisch tekenaar met zoveel sfeer weet te combineren in de weergave van iets wat hij toch maar korte tijd kan hebben waargenomen. Ik vergeet bijna nog het bankje. Het voegt zich naar de kleur van de beuken. Hoe lang is het geleden dat iemand daar ging zitten? Door dit bankje krijgt dit landschapje lading. Zoals een stilleven dat kan hebben. Bogaerts kende de dromerige vraagtekens van het symbolisme. Maar hij is op zijn best als hij die plaatst in een realistische omgeving. En dat is wat hij in zijn vroege jaren als kunstenaar nogal eens deed en dat duidelijk met meer kwaliteit dan de wat wollige manier
MUSEUM DE LAKENHAL
waarop hij een tijd zijn leraar Van Welie volgde in een meer verhalende werkwijze. Zijn keuze daarna voor verstilde gezichten van tuinen en landhuizen en uiteindelijk vooral stillevens is begrijpelijk. Bogaerts werd de kunstenaar van de sprekende eenvoud en ontroering door de aandacht voor detail. Breda’s Museum verzamelt werk van kunstenaars die aan de geschiedenis van Breda en omgeving verbonden zijn. Dat kan door hun levensloop het geval zijn, door een opdracht of door het onderwerp van hun werk. Jan Bogaerts woonde van 1906 tot 1918 in Teteringen. In 1915 inspireerde de omgeving van Breda hem mogelijk tot dit Bankje in een herfstbos. Een wat zakelijke verantwoording is dat voor een aankoop van deze kwaliteit. Die kwam dan ook alleen maar goed uit. Ik heb geen moment geaarzeld. Want deze aankoop
in Museum De Lakenhal te Leiden. Doris Wintgens Hötte conservator Museum De Lakenhal, Leiden
BREDA’S MUSEUM
J.J.M. Bogaerts (1878-1962) Oude brug, Versailles, doek 40 x 60 cm, gesign. en dat. 1915 1 19.500,-
voor de museumcollectie was vooral een kwestie van liefde. Jeroen Grosfeld directeur Breda’s Museum
J.J.M. Bogaerts (1878-1962) Stilleven met kersen en een steengoed kan, doek 35 x 46 cm, gesign. en dat. 1937 1 16.500,-
Maritiem stilleven Aan scheepjes is op dit schilderij geen gebrek. Er staan er bij elkaar zes op: vijf modellen, waaronder een stoomscheepje in een fles, en een plaatje van een tweemaster. Dit bijzondere maritieme schilderij uit 1984 is van de hand van Herman Berserik (1921-2002). Het Scheepvaartmuseum kocht het aan bij Simonis & Buunk in 2008. Dat de kunstenaar affiniteit had met water en bootjes blijkt niet alleen uit dit schilderij maar ook uit zijn verdere oeuvre: hij beeldde zichzelf af aan boord van zijn zeiljacht op de Nederlandse rivieren en maakte tekeningen en schilderijen van verweerde oevers, havens en scheepsmodellen. Op dit schilderij zijn wel schepen afgebeeld, maar je zou het eerder een stilleven dan een ‘marine’ noemen. Te zien is een verstild hoekje in het huis van een bootjesliefhebber, Berseriks eigen atelier in Rijswijk. De aankoop markeerde een nieuwe richting in het verzamelbeleid van het museum. De schilderijen in de collectie dienden jarenlang hoofdzakelijk een documentair doel: de afbeelding moest een correct beeld geven van de constructie van schepen, van havens en van belangrijke gebeurtenissen, zoals zeeslagen en zeilwedstrijden. Dat het ook nog om ‘kunst’ ging, was mooi meegenomen, maar vormde geen doorslaggevend motief bij aankopen. Berseriks schilderij heeft nauwelijks informatieve waarde en zou in vroeger jaren nooit zijn aangekocht. De kunstenaar beeldt weliswaar maritieme attributen af, maar die zijn, net als de droogbloemen, nostalgische verwijzingen naar een voorbije tijd. Het Scheepvaartmuseum wil met dit soort werken laten zien, hoe de maritieme geschiedenis op uiteenlopende manieren in ons collectieve geheugen is verankerd. Die nieuwe benadering is enkele jaren geleden uitgewerkt in de ‘collectiestrategie’. Daarin worden vijf hoofdthema’s beschreven die als richtlijn dienen bij verzamelen, onderzoeken en presenteren. Eén van die vijf is ‘De zee als bron van
HET SCHEEPVAARTMUSEUM
P.C. Dommershuijzen (1834-1912) Een oorlogsfregat voor de kust, doek 28 x 38 cm, gesign. (vaag) 1 8.500,-
H. Berserik (1921-2002) Plank in atelier, acryl op doek 65 x 107 cm, gesign. en dat. 1984. Verkocht aan Het Scheepvaartmuseum, 2008.
inspiratie: de weerslag van de maritieme geschiedenis van Nederland in de kunstproductie.’ Plank in atelier is een mooi en kwalitatief uitstekend voorbeeld van dit nieuwe verzamelbeleid.
T.G.W. Stiphout (1913-2002) Kadegezicht, doek 47 x 62 cm, gesign. 1 5.900,-
Remmelt Daalder senior conservator Het Scheepvaartmuseum, Amsterdam
J.B. Jongkind (1819-1891) De haven van Honfleur, krijt en gouache 14 x 23 cm, gesign. met naamstempel en dat. ‘Honfl 6 Sept. 65’ 1 11.000,-
G.V.A. Röling (1904-1981) Glas met bloemen, board 30 x 25 cm, gesign. 1 6.500,-
Het luminisme van Gouwe
A.H. Gouwe (1875-1965) De maaier, doek 52 x 77 cm, gesign. Verkocht aan Frans Hals Museum, 1996. Foto: Thijs Quispel.
A.H. Gouwe (1875-1965) Ploegende paarden bij zonsopkomst, doek 49 x 82 cm, gesign. en te dat. ca. 1916-1918 1 17.000,-
A.J. Breman (1865-1938) Zomerlandschap, doek 35 x 71 cm, gesign. en dat. 1912 1 28.500,-
Dit zeer uitdrukkingsvolle schilderijtje van een maaier in een zonovergoten landschap werd in 1996 aan de verzameling van het Frans Hals Museum toegevoegd. Deze aankoop bij Simonis & Buunk betekende een mooie verrijking van onze collectie (vroeg)moderne Nederlandse meesters. Het aankopen van moderne en eigentijdse kunst kreeg in het Frans Hals Museum pas echt vorm in de jaren 1960. Niettemin ontving het museum reeds bij de opening in 1913 een verzameling eigentijds werk (vooral aquarellen en tekeningen), als geschenk van de welgestelde Haarlemmer Krol. Inmiddels is de verzameling moderne Nederlandse kunst omvangrijk, en omvat werken van meesters als Piet Mondriaan, Leo Gestel, Jan Sluijters, Isaac Israels en vele anderen. Het schilderij van Gouwe, alhoewel duidelijk schatplichtig aan werk van Van Gogh, getuigt van een moderne instelling. Gouwe experimenteerde in zijn werk met luministische maar ook abstracte stijlvormen. Hij was een idealist en een bohémien: enkele jaren nadat hij dit doek had geschilderd, vertrok hij naar Tahiti, in het kielzog van Gauguin. Daar overleed hij veertig jaar later. Het Frans Hals Museum, met zijn inmiddels grote collectie moderne en eigentijdse kunst, viert dit jaar zijn 100-jarig bestaan. Dat wordt gevierd met twee omvangrijke tentoonstellingen: een Frans Hals-tentoonstelling in het hoofdgebouw aan het Groot Heiligland (vanaf maart), en een tentoonstelling van moderne Nederlandse portretkunst uit de
G.W. Opdenhoff (1807-1873) Schepen bij een havenhoofd, paneel 29 x 40 cm, gesign. 1 11.000,-
FRANS HALS MUSEUM
S.H. de Roos (1877-1962) Hooischelven, pastel 40 x 48 cm, gesign. 1 1.750,-
J. Kruijsen (1874-1938) Bloeiende cactus, schildersboard 61 x 43 cm, gesign. 1 6.800,-
afgelopen honderd jaar in De Hallen Haarlem (van 8 juni t/m 25 augustus). Veel topkunst in een bijzonder jubileumjaar. Antoon Erftemeijer conservator moderne kunst Frans Hals Museum, Haarlem J.N.C. Collette (1889-1958) Molen bij het water, doek op schildersboard 24 x 32 cm, gesign. 1 10.800,-
7
E. Moll (1878-1955) Garnalenvissers op het strand, doek 66 x 91 cm, gesign. 1 6.800,-
W.B. Tholen (1860-1931) Het Kanaal te Scheveningen, aquarel en gouache 30 x 45 cm, gesign. en dat. ’06 1 7.500,-
C.J. Behr (1812-1895) Gezicht op het Stadhuis van Leiden, aquarel 24 x 32 cm, gesign. en dat. 1860 1 5.800,-
J.H. Maris (1837-1899) Stad met koepelkerk, aquarel 35 x 54 cm, gesign. 1 7.000,-
E.J. Ligtelijn (1893-1975) Gezicht op de Munttoren vanaf de Binnen-Amstel, doek 59 x 73 cm 1 5.700,-
L. Bervoets (1892-1978) Café dansant, doek op paneel 38 x 47 cm, gesign. 1 8.900,-
W. Vester (1824-1895) Winters landschap met schaatsers en koek-en-zopie, paneel 22 x 28 cm, gesign. 1 6.500,-
R.W. Bloos (1878-1957) Bar in Montmartre, olie op papier 32 x 42 cm, gesign. 1 6.800,-
PRIJSKLASSE 5 5.000 - 10.000,-
J.J. Schenkel (1829-1900) In de Domkerk te Utrecht, paneel 22 x 15 cm, gesign. 1 5.900,-
G.A.L. Munthe (1875-1927) Schelpenvisser op het strand, paneel 36 x 26 cm, gesign. en dat. 1915 1 7.500,-
A.V.L. Broedelet (1872-1936) Herdersjongen met fluit, eterniet 23 x 18 cm, gesign. 1 5.000,Corneille (Guillaume Beverloo) (1922-2010) Zonder titel, inkt en aquarel 30 x 23 cm, gesign. en dat. ‘’76 New York’ 1 5.000,-
A.C. Snijders (1929-2010) Abstracte compositie, board 123 x 122 cm, gesign. en dat. ’58 1 5.000,-
8
C.K. Appel (1921-2006) Zonder titel, vetkrijt 31 x 24 cm, gesign. en dat. 1978 1 5.000,-
J. Kruijsen (1874-1938) Vissersportret, board 60 x 50 cm, gesign. en dat. ’35 1 5.900,-
H.H. Kamerlingh Onnes (1893-1985) Familie op Terschelling, potlood en aquarel 19 x 16 cm, gesign. en dat. ’60 1 5.200,-
F. Wahle (1863-1927) Voor het operagebouw, schildersboard 40 x 43 cm, gesign. 1 8.500,-
W.B. Tholen (1860-1931) Zeilende schepen, doek op paneel 20 x 30 cm, gesign. en te dat. ca. 1908 1 6.000,-
C. Vreedenburgh (1880-1946) Huizen in de bocht van een rivier, doek 30 x 44 cm, gesign. 1 7.500,-
N. Riegen (1827-1889) Schepen op kalme Zuiderzee bij zonsondergang, paneel 23 x 36 cm, gesign. 1 7.500,-
H.J. Kruyder (1881-1935) Stilleven met bessen in Keulse pot, doek 56 x 85 cm, gesign. en te dat. vóór 1916 1 9.000,-
S. Gilbert (1910-2007) Untitled, inkt, waskrijt en zwart krijt 28 x 38 cm, gesign. en dat. ’51 1 5.000,-
S.T. Voorn Boers (1828-1893) Bloemstilleven in mand, paneel 29 x 39 cm, gesign. 1 6.800,-
A. Hulk (1813-1897) Laverende schepen op zee, aquarel en gouache 12 x 17 cm, gesign. 1 5.000,-
J.M.H. ten Kate (1831-1910) Spelen met de jonge katjes, aquarel 17 x 25 cm, gesign. 1 5.500,-
PRIJSKLASSE 5 5.000 - 10.000,-
M.J. Niekerk (1871-1940) Model in het atelier van de schilder, doek 55 x 40 cm, gesign. 1 10.000,-
G.D. Labots (1869-1959) Bloemenkar, doek 70 x 100 cm, gesign. en dat. 1953 1 5.300,-
J. Bosboom (1817-1891) Hollands kerkinterieur, aquarel 7 x 13 cm, gesign. 1 6.800,-
H.A.C. Bogman (1890-1975) Gezicht op Den Bosch met de St. Jan, doek 60 x 100 cm, gesign. 1 7.500,-
J.W. Sluiter (1873-1949) Posterontwerp voor Gebrs. Henke Zonen, Amsterdam, inkt en aquarel 48 x 30 cm, gesign. 1 5.900,-
W. Maris (1844-1910) Polderlandschap met koeien, paneel 26 x 21 cm, gesign. 1 6.500,-
K. Hoffert (1968) Ivan, Zara + Edgar, doek 146 x 175 cm, verso gesign. en dat. 2003 1 6.500,-
J.C.M. van Nieuwenhoven-Stempels (1884-1940) Bloemstilleven, doek 56 x 46 cm, gesign. 1 6.500,-
J. Roëde (1914-2007) Zoals het klokje thuis tikt, doek 45 x 54 cm, gesign. 1 5.800,-
Lucebert (Lubertus Jacobus Swaanswijk) (1924-1994) Mens en dier, gouache 50 x 65 cm, gesign. en dat. 82.III.11 1 7.400,-
9
Raadsel van Koekkoeks ‘Mona Lisa van Kleef’ nog vergroot in 1834. Samen vestigden zij zich in Kleef, kregen daar vier dochters en genoten daar van het succes dat de ‘Prins der Landschapsschilders’ in Europa had. In 1846 schilderde Koekkoek een raadselachtig portret: een jonge, in het zwart geklede vrouw met een halfgesloten boekje in haar hand, zittend aan een tafeltje in een parkachtig landschap. Het schilderij bevond zich omstreeks 1960 nog in het bezit van nazaten van de schilder. Aangenomen mag worden dat de raadselachtige dame B.C. Koekkoek (1803-1862) Portret van een jonge vrouw in een parklandschap, doek 85 x 64 cm, gesign. en dat. 1843. Verkocht aan Museum B.C. KoekkoekHuis, 1999.
De bekendste romantische schilder Barend Cornelis Koekkoek en zijn leermeester aan de Amsterdamse Akademie, Jean Augustin Daiwaille, een telg uit een hugenotenfamilie, experimenteerden samen aan de ontwikkeling van de lithografie, de steendruk die in het begin van de negentiende eeuw als een nieuwe druktechniek grote populariteit in Europa verwierf. Koekkoek leerde door deze samenwerking een van de dochters van zijn leermeester, Elize, nader kennen en huwde haar
J.A. Daiwaille (1786-1850) Portret van een jonge vrouw, pastel 36 x 26 cm. Geschonken aan Museum B.C. KoekkoekHuis, 2011.
B.C. Koekkoek (1803-1862) Opkomend noodweer, paneel 66 x 84 cm, gesign. en dat. 1843 1 475.000,-
mogelijk een familielid van de schilder, zijn vrouw, een schoonzus of een ander familielid voorstelt. Omdat zelfs de leeftijd van de vrouw maar moeilijk is te schatten – is zij 18, 24 of misschien zelfs 30, net weduwe geworden, wat is de aanleiding voor het portret? – kreeg het schilderij al snel de bijnaam ‘Mona Lisa van Kleef’. Bij de verwerving van het schilderij in 1998 was Kunsthandel Simonis & Buunk behulpzaam. Onlangs schonk Frank Buunk het Koekkoek-Huis een verrassend pastelportret van dezelfde dame, nu niet van de hand van Koekkoek, maar van die van diens schoonvader Daiwaille, een beroemd portrettist in zijn tijd, die ook zijn eigen familie en al zijn dochters in pasteltechniek geportretteerd had. Het portret is
simpeler van opzet: het prachtige parklandschap ontbreekt, de voorgestelde zit voor een diagonaal gedrapeerd gordijn dat een uitzicht op een – onhandig weergegeven – park vrijlaat. De vrouw is identiek aan die op het schilderij van Koekkoek. Alle details van haar kledij komen overeen, zelfs het motief van de kanten kraag en manchetten. Ook de borende blik van de jonge vrouw keert hier terug. Door dit tweede portret is het raadsel van de identiteit van de vrouw niet opgelost. De kans dat het een familielid of bekende van de beide kunstenaars is, wordt nog groter. Welk portret ontstond het eerste: dat van de rasportrettist Daiwaille of dat van Koekkoek, dat 1846 gedateerd is. Mag misschien zelfs de vraag opgeworpen worden of niet Koekkoek, die het schilderij alleen gesigneerd heeft, samengewerkt heeft met zijn schoonvader en deze de dame in Koekkoeks parklandschap geschilderd heeft? We moeten hopen op een toeval. Ook de ontdekking van het pastelportret op een kleine veiling in Duitsland berustte op toeval: een bezoekster van het Koekkoek-Huis, die er een ansichtkaart van had gekocht, herkende het en attendeerde het museum erop, zodat Frank
Interpretatie van de stedelijke werkelijkheid
H.F. Bieling (1887-1964) Kermis in Hillegersberg, doek 33 x 53 cm, gesign. en dat. 1913. Verkocht aan Museum Rotterdam, 1998.
Een pad leidt door een park dat is ondergedompeld in een kleur- en lichtexplosie afkomstig van roodgloeiende lampions en fonteinen van vuurwerk. Tussen al die dan-
J.H. van Mastenbroek (1875-1945) Afgemeerde schepen in de Leuvehaven, Rotterdam, aquarel 39 x 53 cm, gesign. en dat. 189[8?] 1 6.800,-
10
sende toetsen schemert een blauwe strook die een plek langs het water verraadt. Het zal zich allemaal ergens langs een van de plassen in de omgeving van Hillegersberg afspelen, het geboortedorp van Herman Bieling dat tegen Rotterdam aanligt. Mogelijk vinden de festiviteiten plaats ter gelegenheid van Koninginnedag dat destijds in heel Nederland – net als nu – uitbundig en met allerlei festiviteiten werd gevierd. Museum Rotterdam kocht dit schilderij van Bieling in 1998 aan bij Kunsthandel Simonis & Buunk. De aankoop is een van de eerste aanwinsten die het nieuwe verzamel-
beleid van het museum goed illustreert. Tot diep in de jaren negentig van de vorige eeuw was de aandacht van het museum nog volop gericht op de oude kunst met als hoogtepunt het onderzoek in 1994 naar de zeventiende-eeuwse schilderkunst. Wilde het museum ook de recente geschiedenis van de stad in beeld kunnen brengen, dan moest de focus actiever komen te liggen op de periode vanaf 1850 tot nu: een ongelooflijk boeiende periode waarin Rotterdam zich van een dynamische havenstad tot moderne metropool transformeerde. De aankoop van het schilderij van Bieling was destijds om nóg een reden een keerpunt: de plek waar het zich afspeelt is niet precies vast te stellen. In alle stadsgezichten in de museumcollectie zijn de locaties te traceren, maar dat is met het schilderij van Bieling niet mogelijk: ergens langs een oever, waarschijnlijk in de omgeving van Hillegersberg, maar waar precies? Voor het eerst kocht het museum een geabstraheerd stadsbeeld waarin ritme en sfeer worden verbeeld. Kermis in Hillegersberg is Bielings interpretatie van de stedelijke werkelijkheid.
MUSEUM B.C. KOEKKOEK-HUIS
Buunk het werk kon verwerven en aan het Koekkoek-Huis schenken. Guido de Werd directeur Museum B.C. Koekkoek-Huis, Kleef
W. Koekkoek (1839-1895) Winters stadsgezicht met oude vestingtoren, paneel 21 x 16 cm, gesign. 1 16.500,-
J.H.B. Koekkoek (1840-1912) Het uitladen van de vangst, doek 56 x 81 cm, gesign. 1 28.000,-
MUSEUM ROTTERDAM
H.F. Bieling (1887-1964) Maas bij nacht, doek 38 x 60 cm, gesign. 1 5.500,-
H.F. Bieling (1887-1964) Rozenprieel aan het water, Hillegersberg, paneel 39 x 31 cm, gesign. en dat. ’32 1 5.000,G.J. Delfgaauw (1882-1947) De Kolk in Rotterdam met spoorbrug en Sint-Laurenskerk, doek 41 x 60 cm, gesign. 1 5.900,-
Liesbeth van der Zeeuw conservator Museum Rotterdam E. Moll (1878-1955) Zonnige wintermorgen rond de Leuvehaven, Rotterdam, doek 31 x 44 cm, gesign. 1 26.500,-
De ‘Knippen’ Op 25 mei a.s. gaat het verbouwde Noordbrabants Museum in Den Bosch weer open voor het publiek. U kunt dan zien hoe fraai het 18e-eeuwse gedeelte van het museum is gerenoveerd en gerestaureerd en hoe spectaculair de tentoonstellingsvleugel is uitgebreid met nieuwe zalen. Samen met het compleet nieuw gebouwde Stedelijk Museum ’s-Hertogenbosch op hetzelfde terrein is met dit Museumkwartier het grootste museumcomplex van Zuid-Nederland ontstaan. Er is voor gekozen om in de tuinzalen op de
H. Ronner-Knip (1821-1909) Schapen en herder in een landschap, paneel 46 x 60 cm, gesign. en dat. 1840 1 12.000,-
begane grond met hun fraai gedecoreerde 19e-eeuwse stucplafonds, lambrizeringen, schouwen en spiegels ook schilderijen uit de 19e eeuw te tonen. De bekende Brabantse schildersfamilie Knip krijgt hier alle ruimte. Schildersfamilies, zoals tegenwoordig de familie Krabbé, kwamen ook in de negentiende eeuw voor. Een netwerk van schilderende familieleden was gunstig voor de relaties, en dus voor de verkopen. Vaders onderwezen hun zoons in het vak, jongere broers en zussen pikten van hun lessen een graantje mee. De familie Knip bestond uit acht kunstenaars, verdeeld over drie generaties. De bekendste van hen waren J.A. Knip, landschap- en dierenschilder, en zijn dochter Henriëtte Ronner-Knip, poezenschilderes. De Knippen, afkomstig uit Tilburg, werkten nauw samen. Zij kopieerden zichzelf en elkaar. Ook J.A. Knips kinderen, August en Henriëtte, gebruikten nog studiebladen van hun vader. Ze werden allebei dierenschilder. Het favoriete doek van J.A. Knip was een grote schapenstal in neo-classicistische stijl. Het schilderij van August Knip dat het Noordbrabants Museum gekocht heeft bij Simonis & Buunk, laat zijn Romantische interpretatie van het thema stalinterieur zien.
Nieuwe stadswijk Dit zonnige stadsgezicht verwierf het Amsterdam Museum (voorheen Amsterdams Historisch Museum) in 2001. Hoofdmotief is een levendige straat met op de achtergrond huizenblokken in de stijl van de Amsterdamse School. De schilder, Erasmus Bernhard von Dülmen Krumpelmann, was een van oorsprong Duitse schilder die in Amsterdam studeerde bij August Allebé en zich in 1921 in Drenthe vestigde. Toen wij dit werk kochten beschikte het museum al over vijf Amsterdamse stadsgezichten van deze kunstenaar, doch alle met de oude binnenstad als thema. Hier gaat het echter om Amsterdam West. Het onderwerp is de Postjesweg, ter hoogte van de Admiralengracht, gezien naar het westen. Vanaf een standpunt naast de Vierde Ambachtsschool (Postjesweg 1) kijken we over de brug naar de hoek Admiralengracht 1 t/m 5 tot aan de schuin lopende gevelwand Postjesweg 36-76. Rechts in de verte is nog juist de bebouwing te zien op de kruising
E.B. von Dülmen Krumpelmann (1897-1987) Nieuwe stadswijk, ca. 1930, doek 65 x 95 cm, gesign. Verkocht aan Amsterdam Museum, 2001.
J.H. Melcher Tilmes (1847-1920) Brug over de Schinkel, Amsterdam, doek 35 x 45 cm, gesign. 1 6.000,-
NOORDBRABANTS MUSEUM
H. Ronner-Knip (1821-1909) Drie poezen, paneel 20 x 24 cm, gesign. en dat. ’96 1 48.500,-
Het is speciaal voor de nieuwe presentatie verworven, evenals een aandoenlijk jeugdwerk van zijn zuster Henriëtte Ronner en prachtige Italiaanse en Brabantse landschapsgouaches van andere familieden. Ook dit meer vergankelijke werk is straks uitgebreid te bekijken in het compleet vernieuwde Noordbrabants Museum.
A. Knip (1819-1859/’61) Lente in de schaapskooi, doek 107 x 76 cm, gesign. en dat. ‘Baden Baden 1858’. Verkocht aan Noordbrabants Museum, 2008.
Maureen Trappeniers conservator Noordbrabants Museum, Den Bosch
AMSTERDAM MUSEUM
nakomeling. Opvallend is wel dat er in werkelijkheid geen bomen op de brug staan. Die moet de schilder er in zijn atelier hebben bij verzonnen. Bij nader inzien is er meer wat niet klopt: de bolling in het wegdek is gladgestreken en de brugleuning links weggelaten. Von Dülmen Krumpelmann heeft van de brug bij de Postjesweg een zonnige straat in een Nieuwe stadswijk gemaakt. Prima titel dus.
METROPOLITAN MUSEUM OF ART, NEW YORK
Norbert E. Middelkoop conservator schilderijen, tekeningen en prenten Amsterdam Museum J.E. Westendorp-Osieck (1880-1968) Gezicht op het Valeriusplein te Amsterdam, board 40 x 51 cm, gesign. 1 3.800,-
E.C. Barry (1883-1969) Van Gogh in het Metropolitan Museum, 1950, gouache en olie 41 x 30 cm, gesign. en dat. ’50 1 10.500,-
van de Postjesweg en de Hoofdweg. Daarachter hield de wereld op bij de tuinderijen van de Sloterpolder. De meeste bebouwing langs de Postjesweg kwam tot stand in de jaren 1927-’28. Te oordelen naar de kleding en auto dateert het schilderij uit het eerste begin van de jaren dertig. De schilder gaf het werk dan ook terecht de titel Nieuwe stadswijk. Voor het museum was dit werk een belangrijke aanwinst omdat geschilderde stadsgezichten van de vooroorlogse wijken uit de tijd zelf zeldzaam zijn. Bovendien zijn in het Stadsarchief verrassend weinig foto’s van deze buurt bewaard. Omdat wij niet alles wat er aan Amsterdamse stadsgezichten is geschilderd kunnen en willen verwerven, richt het museum zich in het geval van 20e-eeuwse stadsgezichten voornamelijk op de minder getoonde delen van de stad, de rafelranden, én op uitzichten vanuit het atelier of woonhuis van de kunstenaar. Een levendige stoffering strekt daarbij tot aanbeveling! Dit doek voldoet aan een groot aantal van deze criteria. Wanneer wij het schilderij vergelijken met de huidige situatie dan blijkt dat er op het eerste gezicht weinig is veranderd. De woonblokken aan de noordzijde zijn inmiddels voorzien van overstekende dakranden. De trampalen zijn als verticale accenten nog altijd beeldbepalend en op de plaats van de sierlijke lantaarnpaal staat een wat strakkere
Het is 1916 als de Amerikaanse kunstenares Edith Barry haar studie aan de academie van New York afrondt en zich als zelfstandig kunstenares vestigt in de wereldstad. Vanaf dat moment onderneemt ze regelmatig lange, verre reizen naar Afrika, Azië, het Midden-Oosten en Europa. Haar ervaringen legt ze vast in tekeningen, foto’s en dagboeken. Door de vele veranderingen van omgeving en nieuwe indrukken wordt de schilderes een goed observator, die figuren en vormen uitgebreid bestudeert alvorens deze op doek of papier te zetten. Het maakt haar tot een uitstekend portrettiste, maar haar oeuvre omvat ook impressionistische en realistische landschappen en uitzichten vanuit haar studio op East 66th Street, niet ver van het Metropolitan Museum. In 1950 schildert ze deze gouache, waarvoor ze inspiratie opdoet op de grote Van Gogh-tentoonstelling die van oktober 1949 tot januari 1950 in het Metropolitan gehouden wordt. Feilloos karakteriseert ze de bezoekers die bewonderend voor enkele iconen van de moderne kunst staan: ‘Postbode Roulin’, ‘Gezicht op Crau’ en ‘l’Arlésienne’. Dat we de toeschouwers vooral op de rug zien maakt volstrekt niets uit voor de expressie van dit schilderij.
D.J. van Haaren (1878-1953) Prinsengracht, Amsterdam, aquarel 46 x 66 cm, gesign. en dat. 1907 1 4.900,-
T.J.C.M.C. Meijer (1892-1984) Het Sarphatipark in de zomer, Amsterdam, doek 100 x 80 cm, gesign. 1 4.200,-
Constance Moes kunsthistorica Simonis & Buunk
11
J.J. Destrée (1827-1888) Gezicht op de Hofvijver, Den Haag, paneel 20 x 31 cm, gesign. en dat. 1865 1 10.000,-
P.P. Schiedges (1813-1876) Pinken op het strand van Scheveningen, paneel 24 x 35 cm, gesign. 1 11.500,-
W. Roelofs (1822-1897) Vee in weidelandschap, paneel 15 x 25 cm, gesign. 1 19.000,-
E. Koster (1817-1892) Roeiers op het Havenrak, Broek in Waterland, paneel 19 x 31 cm, gesign. 1 16.000,-
J.H. van Mastenbroek (1875-1945) De Aelbrechtskolk in Delfshaven, Rotterdam, doek 29 x 36 cm, gesign. en dat. ’09 1 11.500,-
A.B. Wagemaker (1906-1972) Stilleven, doek 62 x 74 cm, gesign. en dat. ’50 1 17.500,-
G.A.L. Munthe (1875-1927) Bomschuit in woelige branding, doek 40 x 50 cm, gesign. en dat. ’95 1 11.800,-
N. van der Waay (1855-1936) Theetijd, doek 36 x 46 cm, gesign. 1 15.500,-
PRIJSKLASSE 5 10.000 - 5 25.000,-
A. Reijerman (1773-1835) Pronkstilleven op marmeren plint, doek 60 x 52 cm, gesign. 1 15.000,-
C.C. Dommelshuizen (1842-1928) Oudegracht met stadskasteel Oudaen, Utrecht, doek 28 x 22 cm, gesign. en dat. ’94 1 10.000,-
F.A. Langeveld (1877-1939) Brug in Amsterdam, doek 41 x 61 cm, gesign. 1 14.000,W.C.C. Bleckmann (1853-1942) Werkende boeren op bollenveld, doek 58 x 96 cm, gesign. 1 12.500,-
H.J. Thomas (1878-1972) In het theater, doek 75 x 56 cm, gesign. 1 16.500,-
C.C. Dommelshuizen (1842-1928) De Munttoren in Amsterdam, doek 98 x 52 cm, gesign. 1 13.500,-
12
J. Cremer (1940) Avondwit, gemengde techniek 84 x 70 cm, gesign. en dat. ’58 1 19.500,-
H. Antes (1936) Paar in interieur, gem. techniek 36 x 30 cm, gesign. en dat. 29.VII.64 1 11.000,-
H.K. Post (1907-1995) Mediterraan landschap, doek 125 x 71 cm, gesign. en dat. ’60. Herkomst: collectie Douwe Egberts 1 10.000,-
F. Bobeldijk (1876-1964) De Geldersekade vanaf de Bantammerbrug, Amsterdam, aquarel 44 x 64 cm, gesign. en dat. 1917 1 19.500,-
A. Hulk (1813-1897) Laverende zeilschepen voor de kust, doek 35 x 56 cm 1 17.000,-
E. Nees von Esenbeck (1842-1911) Mand met rozen, doek 45 x 67 cm, gesign. en dat. 1903 1 11.800,-
L.J. Kleijn (1817-1897) Bevroren vaart met schaatsers bij een kasteel, paneel 34 x 52 cm, gesign. 1 15.000,-
A.P. Schotel (1890-1958) Botter voor de haven van Volendam, doek 80 x 100 cm, gesign. 1 16.000,-
E. Berg (1877-1942) Stilleven met fruit en kan, schildersboard 36 x 43 cm, gesign. 1 14.500,-
H.A. van Meegeren (1889-1947) Zomerse dag op het strand bij Scheveningen, doek 50 x 60 cm, gesign. 1 11.500,-
B.J.C. Pothast (1882-1966) Tekenen op het leitje, doek 33 x 40 cm, gesign. 1 14.500,-
PRIJSKLASSE 5 10.000 - 5 25.000,-
M.J.M. Wiegman (1886-1971) Stilleven met bloemen, doek 96 x 77 cm, gesign. 1 11.000,-
D. Oyens (1842-1902) De verliefde schilder, doek op paneel 68 x 56 cm 1 11.000,-
A. Eversen (1818-1897) Stadsgezicht met binnenwater, paneel 15 x 19 cm, gesign. 1 14.500,-
‘Ik componeer niet, ik schilder en weet niet wat het worden gaat. Daarom hebben mijn mensen zulke brede hoofden: het zijn vlekken geweest waaruit mensen zijn gegroeid.’ J. Altink (1885-1971) Boerderijen bij Groningen, doek 50 x 71 cm, gesign. en dat. ’43 1 12.800,-
Jan Roëde Th.W. Wolvecamp (1925-1992) Composition 13, doek 55 x 70 cm, verso gesign. en te dat. 1951 1 11.000,-
J.C.B. Sluijters (1881-1957) Staand naakt, krijt en aquarel 31 x 21 cm, gesign. 1 15.500,-
J. Roëde (1914-2007) Handjes mamma, doek 112 x 144 cm, gesign. en dat. ’69-’75 1 15.000,-
G. Benner (1897-1981) Figuren in het bos, acryl op papier 76 x 56 cm, gesign. en te dat. ca. jaren ’60 1 12.500,-
13
Scout van grote kleine meesters Museum Flehite in Amersfoort richt zich van oudsher op de cultuurgeschiedenis van Amersfoort en omgeving. Het museum is voortgekomen uit de in 1878 opgerichte Oudheidkundige Vereniging Flehite. De museumcollectie bevat circa 20.000 voorwerpen die met elkaar de verhalen van de stad en het Eemland vertellen. Daaronder vanzelfsprekend enkele duizenden kunstvoorwerpen: grafiek, teken- en schilderkunst van de zestiende tot en met de eenentwintigste eeuw. Het museum heeft zeven speerpunten van kunstverzamelbeleid benoemd. Zo worden er duidelijke keuzes gemaakt en wordt het gevaar vermeden dat er van alles wat wordt verzameld in plaats van een representatief
R.S. Bakels (1873-1956) Winters stadsgezicht in Amersfoort, met de ‘Lange Jan’, doek 84 x 68 cm, gesign. Verkocht aan Museum Flehite, 2004.
P.C. Mondriaan (Amersfoort 1872-1944) Studie voor ‘Zomernacht’, doek 32 x 44 cm, gesign. en te dat. 1906-1907 1 100.000,-
oeuvre-overzicht van een beperkt aantal kunstenaars. Er wordt werk verzameld van kunstenaars die in Amersfoort zijn opgegroeid of er in een belangrijke fase van hun carrière werkzaam waren. Jacob van Campen gaf halverwege de zeventiende eeuw op het buiten Randenbroek les aan een aantal talentvolle schilders, waaronder Matthias Withoos. Van deze Withoos en zijn vijf eveneens schilderende kinderen Alida, Maria, Johannes, Pieter en Frans heeft het museum een unieke verzameling opgebouwd. Rond 1900 was Hendrik Jan Wolter actief in en rond Amersfoort. Het spreekt vanzelf dat van deze ‘Hollandse impressionist’ een aanzienlijke collectie pastellen, tekeningen en schilderijen in het museum bijeen is gebracht. Speciale aandacht gaat verder uit naar de schilders rond de beroemde kunstpedagoog H.P. Bremmer. Het museum verzamelde en exposeerde in dat kader werk van schilders als Jakob Nieweg, Jo Koster, Jan Adam Zandleven en recent Tobeen.
Altijd zal Museum Flehite oog hebben voor kwalitatief hoogstaande schilderkunst van kleine meesters. “Beter een topwerk van een kleine meester, dan een zwak werk van een topper”, is een veelgehoorde uitspraak in de kunstwereld. Dat is ook het uitgangspunt voor het aankoopbeleid van Museum Flehite. De top valt meestal buiten de financiële reikwijdte van een middelgroot museum, wat daaronder zit lukt vaak wel. Bevriende kunsthandelaren speuren en denken met ons mee. Een buitenkans en tegelijkertijd échte verrijking voor de collectie betrof het schilderij Winters stadsgezicht in Amersfoort door Reinier Sybrand Bakels. Een prachtig, sfeervol gezicht op Amersfoort, met centraal afgebeeld Amersfoorts beroemdste ‘icoon’: de Onze-Lieve-Vrouwetoren (Lange Jan). Een schilderij dat sinds de verwerving in 2004 via Simonis & Buunk regelmatig in de zalen van het museum hangt te schitteren.
P.G. Vertin (1819-1893) Gezicht op het Buitenhof in Den Haag, paneel 19 x 25 cm, gesign. en dat. ’62 1 16.500,-
P. de Josselin de Jong (1861-1906) Koetsjes bij het station Hollandse Spoor, Den Haag, aquarel 41 x 58 cm, gesign. en dat. Maart 1888 1 12.500,-
H.M. Horrix (1845-1923) De dierentuin in Den Haag: een ritje op de olifant, aquarel 29 x 22 cm, gesign. Verkocht aan Haags Gemeentearchief, 2010
14
zijn populair. Muziekuitvoeringen en andere evenementen, zoals het voorjaarsfeest en de jaarkermis, worden druk bezocht. De dierentuin krijgt zo onbedoeld een extra sociaal nut voor de Haagse samenleving. De Eerste Wereldoorlog is een moeilijke periode. Het dierenbezit neemt af door bezuinigingen, verkoop en sterfte. Uiteindelijk blijven van de zoogdieren alleen de apen
A. Eversen (1818-1897) Zonnig gezicht op de Koppelpoort te Amersfoort, paneel 19 x 15 cm, gesign. 1 11.500,-
Onno Maurer hoofd en conservator Museum Flehite, Amersfoort
J.W. Sluiter (Amersfoort 1873-1949) De terugkeer van de ‘Katwijk 8’, aquarel 30 x 43 cm, gesign. 1 8.500,-
Gelukkig hebben we Horrix nog! De collectie prenten & tekeningen van het Haags Gemeentearchief gaat terug tot de 16e eeuw. Hiermee zijn al voor de opkomst van de fotografie het veranderende stadsbeeld, bijzondere gebeurtenissen en de veelzijdigheid van de Haagse samenleving vastgelegd. Tot op de dag van vandaag wordt deze collectie aangevuld. Zoals met een aantal aquarellen van de eens bloeiende Haagse Dierentuin. Op 15 juni 1863 opent de Haagse Dierentuin zijn deuren met verschillende plantenkassen, pluimvee en viervoeters. Het dierenaantal neemt in loop der jaren toe. In Den Haag is de dierentuin meteen een groot succes. Vooral de toegevoegde attracties in het ‘Moorse Paleis’, het hoofdgebouw uit 1893,
MUSEUM FLEHITE
over. Rond 1923 gaat het weer goed en raken de dierenverblijven gevuld met leeuwen, beren, wolven, zebra’s, tijgers, kamelen en lama’s. Er komt zelfs een zeehondenshow. De dierentuin is dan op het hoogtepunt van zijn bestaan. Aan alles komt een einde wanneer het complex tijdens de Tweede Wereldoorlog in 1943 moet plaatsmaken voor de Atlantikwal Scheveningen, de verdedigingslinie van de Duitse bezetter die dwars door de dierentuin komt te liggen. De dierentuin moet worden ontruimd en de dieren verhuizen naar Artis, Blijdorp en het Zuiderpark. In 1968 wordt het Moorse Paleis afgebroken om plaats te maken voor het Provinciehuis van ZuidHolland en het hoofdkantoor van Rijkswaterstaat. Het enige wat ons vandaag de dag nog aan de dierentuin herinnert zijn de Dierentuinbrug over de Koningskade en de in en rondom het provinciehuis geplaatste verwijzingen. Dit zijn de stille getuigen van wat er eens was. En dat maakt de werken van Horrix zo belangrijk voor het Haags Gemeentearchief. H.M. Horrix (1845-1923) legde de Haagse dierentuin in al zijn glorie vast. Hij hield van het vermaak en vertier in de dierentuin. Van de vrolijke kinderen met hun ouders en de feestkleding. Van de papegaaien bij de ingang en olifant Betsy, één van de attracties, waar kinderen een ritje op konden maken. Met zijn aquarellen, maar ook met het werk van anderen en ander materiaal in de collecties wordt de Haagse geschiedenis levend gehouden. Nicolette Faber-Wittenberg MA conservator prenten & tekeningen (atlas) Haags Gemeentearchief
C.C. Dommelshuizen (1842-1928) Gezicht op de Langegracht in Amersfoort, doek 38 x 31 cm, gesign. en dat. ’97 1 12.500,-
HAAGS GEMEENTEARCHIEF
C.A. van Waning (1861-1929) Gezicht op de Wagenbrug en de Wagenstraat, Den Haag, doek 51 x 61 cm, gesign. 1 3.500,-
H. de Boer (1921-2003) Aan de Mauritskade, Den Haag, doek 74 x 59 cm, gesign. 1 7.500,-
175 jaar Artis
R.C. Baisch (1903-1990) Beer, brons 9 x 12 cm, gesign. en te dat. 1975, oplage 100 ex. 1 1.250,-
M.A. Koekkoek II (1873-1944) IJsberen in het buitenverblijf van Artis, papier op board 17 x 25 cm, gesign. 1 3.800,-
G.W. Dijsselhof (1866-1924) Kabeljauwen en anemonen, doek 40 x 35 cm, gesign. 1 17.500,-
T.R. van der Pant (1924-2013) Zeehondje, brons 6 x 14 cm, oplagenr. ‘95/100’ 1 1.450,-
Artis. Iedereen die hier ook maar één keer geweest is weet: dit is de mooiste tuin van Nederland. Al sinds de oprichting in 1838 komen mensen met elkaar naar Artis om samen te genieten. Van de waggelende pinguïns op het Pinguïneiland, de enorme spanwijdte van gieren in de Gierenvolière, de jaloerse apen op de Apenrots en de tropische vissen in het Aquarium. Ook kunstenaars weten hun weg naar Artis te vinden. Al bij de oprichting van Artis Natura Magistra geeft directeur G.F. Westermann leden van de kunstenaarsvereniging Arti & Amicitiae vrij toegang om er te werken. Vanaf 1870 neemt August Allebé, directeur van de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten, zijn leerlingen mee naar Artis. Om dierenanatomie te bestuderen schroomt de professor niet om de kamelen soms naar de tuin van de school te laten komen. Tien jaar later is het Gerrit Willem Dijsselhof die urenlang tijd doorbrengt voor de glazen wanden van het Aquarium, een noviteit in die dagen. Nooit eerder was in Nederland een dergelijk mysterieus schouwspel te zien van kleur en beweging van vissen, schaaldieren, waterplanten en koralen. De kunstenaar laat zich inspireren en op de eerste tentoonstelling in 1891 zijn de aquariumschilderijen een daverend succes. Ook de geboren Amsterdammer Marinus Adrianus
NATURA ARTIS MAGISTRA
K.E.H. Arentz (1934) Lachend nijlpaard, brons 10 x 18 cm, gesign., oplagenr. ‘9-149’. Tezamen met ‘Slapend nijlpaard’ 1 6.000,-
K.E.H. Arentz (1934) Slapend nijlpaard, brons 6 x 21 cm, gesign. en dat. 1996, oplagenr. ‘24/149’.
R.A. Sintenis (1888-1965) Hertje, brons 7 x 11 cm, gesign. 1 6.200,H. Gezda (2e helft 20e eeuw) Wadende olifant, doek 71 x 93 cm, gesign. en dat. ’93 1 5.500,-
Koekkoek heeft een speciale band met Artis. Al in zijn jonge jaren is dit de plek waar hij heen gaat om dieren na te tekenen. In 1909 vraagt directeur Coenraad Kerbert hem een serie schilderijen te maken waarbij de dieren geportretteerd worden in of nabij hun verblijf. Reproducties van deze schilderijen verkoopt de diergaarde als ansichtkaart in de Artiswinkel. Zo blijft de herinnering aan het Artisbezoek levend. Teo van den Brink marketing en communicatie medewerker Simonis & Buunk
T.R. van der Pant (1924-2013) Pinguin, zwart gepatineerd brons 45 x 20 cm, te dat. 1962 1 17.500,-
G.W. Dijsselhof (1866-1924) Goud- en zilvervissen, doek 31 x 50 cm, gesign. 1 6.900,-
R. Poortvliet (1932-1995) Vlaamse gaai haar jongen voedend, inkt, aquarel en gouache 24 x 34 cm, gesign. 1 3.900,G.W. Dijsselhof (1866-1924) Vissen in het aquarium van Artis, doek 29 x 40 cm, gesign. 1 3.000,-
M.C. Bruigom (1894-1935) Groene papegaai, doek 33 x 28 cm, gesign. 1 2.500,-
G.J. Staller (1880-1956) Artis in de winter, doek 53 x 41 cm, gesign. en te dat. ca. 1910 1 5.500,-
B.M. Flashar (1855-1915) In de dierentuin, aquarel 37 x 27 cm, gesign. en dat. ’88 1 2.250,-
15
Het ‘Doorkijkje’ van Bremmer
H.P. Bremmer (1871-1956) Doorkijkje - kolenhok met bijkeuken, doek 36 x 26 cm, gesign. en dat. 12-71899. Verkocht aan Kröller-Müller Museum, 2003.
J.P.C.A. Koster (1868-1944) Vruchtboompjes, doek 26 x 36 cm, gesign. en dat. 1918 1 19.500,-
Bij een van mijn bezoeken aan Simonis & Buunk ontdekte ik een schilderijtje van H.P. Bremmer, verdekt opgesteld ergens onderin een vitrine. De voorstelling van een doorkijkje naar een bijkeuken, met links een kolenhok, was opgebouwd uit ontelbare zeer fijne in olieverf opgebrachte stippels in ijle kleuren. Om de precisie van het geheel te benadrukken was het ook nog door Bremmer tot op de dag nauwkeurig gedateerd: 12 juli 1899. Het meest fascinerende vond ik nog wel de verbinding van een toen nog moderne schildertechniek, het pointillisme, met een typisch Nederlands 17e-eeuws thema: een interieur waarvan je door een openstaande deur van de ene ruimte in de andere kijkt. Eigenlijk was er in 1899 weinig vernieuwends aan dit schilderij: het pointillisme was al in zijn tweede decennium, het stippelwerk van Bremmer was op het brave af, de voorstelling ouderwets en de compositie wel erg simpel. Toch ging er voor mij een soort betovering van uit, door de primitieve uitvoering en de verstilde atmosfeer, die voor mij het schilderij boven zijn tijd deed uittillen. Bremmer was de belangrijkste adviseur van Helene Kröller en heeft daardoor een zwaar stempel gedrukt op de verzameling van het Kröller-Müller Museum. Hij en Henry van de Velde hebben er ook voor gezorgd dat het internationale pointillisme, met als ongeëvenaarde kern vijf schilderijen van Georges Seurat, tot een specialiteit van dit museum werd. Van Bremmers eigen werk waren hiervan voorbeelden in de verzameling aanwezig: enkele stillevens en een landschap. Het Doorkijkje paste daar goed bij. De grote verrassing was echter dat het schilderij, opgehangen tussen de werken van de internationale pointillisten, zijn eigenheid wist te
RAADSEL Wat schilderde Thies?
A.M. Luijt (1879-1951) Straatscène, potlood en aquarel 34 x 50 cm, gesign. 1 7.700,-
Deze aquarel verwierven wij vooral om de levendige voorstelling. De kunstenaar, Thies Luijt, schilderde als het ware een uitsnede van een stadsgezicht met wandelaars en bezoekers op de stoep van een 18e-eeuws herenhuis. Het werk straalt een zekere rust en deftigheid uit en maakt de toeschouwer nieuwsgierig naar welke stad, welk gebouw hier is afgebeeld. De huurkoets links, die ook voorkomt op schilderijen van de Haagse schilder Floris Arntzenius, verwijst mogelijk naar Den Haag. Deze stad telde bovendien een meer dan gemiddeld aantal statige panden en stadspaleisjes. Ook had de schilder nauwe banden met de hofstad: hij werd er rond 1900 opgeleid aan de Koninklijke Academie en vestigde zich, na in Brussel en Zuid-Afrika gewoond te hebben, rond 1927 in Wassenaar waar hij lid werd van Pulchri Studio en de Haagse Kunstkring. Zou het dan om de Koninklijke Bibliotheek aan de Lange Voorhout kunnen gaan, met een artistieke vrijheid in de weergave van de bovendorpel van de deur? Of wellicht om het Huis Huguetan of een ander openbaar gebouw? Maar misschien ook is het een andere stad. De kunstenaar werkte in de jaren voor 1900 in Brussel en schilderde in Gelderland en Zeeland. Kunt u ons verder helpen? Laat het weten via
[email protected]
16
KRÖLLER-MÜLLER MUSEUM
J.A. Zandleven (1868-1923) Bloeiende vruchtboom voor boerderij, doek op paneel 40 x 32 cm, gesign. en dat. 1912 1 5.500,-
J.A. Zandleven (1868-1923) Bosgezicht met berk, doek op board 39 x 30 cm, gesign. en dat. 1915 1 4.000,-
bewaren en stand hield. Het is een schilderij dat zijn raadsel niet prijsgeeft en daarom blijft het fascineren. Evert van Straaten oud-directeur Kröller-Müller Museum, Otterlo
J. Nieweg (1877-1955) Villa Kinheim, Bloemendaal, doek 62 x 81 cm, gesign. en dat. aug. 1915 1 22.000,C.J. Pabst (1866-1943) Vanitas stilleven, doek 31 x 40 cm, gesign. en dat. 1908. Herkomst: H.P. Bremmer, Den Haag. 1 2.700,-