Keuzefactoren in de markt voor farmacie Eindrapport
Opdrachtgever: Nederlandse Zorgautoriteit
ECORYS Nederland BV
Drs. Emmy Nelissen Dr. Wija Oortwijn
Rotterdam, 13 juli 2010
ECORYS Nederland BV Postbus 4175 3006 AD Rotterdam Watermanweg 44 3067 GG Rotterdam
T 010 453 88 00 F 010 453 07 68 E
[email protected] W www.ecorys.nl K.v.K. nr. 24316726
ECORYS Macro- & Sectorbeleid T 010 453 87 53 F 010 452 36 60
KK/EN AS22193
Inhoudsopgave
Tabellen en figuren
7
1 Inleiding 1.1 Achtergrond en doelstelling 1.2 Vraagstellingen en plan van aanpak 1.3 Respondenten: consumenten en verwijzers 1.4 Gebruikte analysemethoden 1.5 Leeswijzer
9 9 9 11 12 13
2 Consumentengedrag ten aanzien van apotheken 2.1 Keuzehouding 2.1.1 Vrije apotheekkeuze 2.1.2 Keuze voor één apotheek 2.1.3 Keuzegedrag 2.1.4 Samenvatting 2.2 Keuzefactoren van de consument 2.2.1 Perspectief van de consument 2.2.2 Perspectief van de voorschrijver 2.2.3 Samenvatting 2.3 Afruil tussen keuzefactoren 2.3.1 Conjunctanalyse 2.3.2 Afruil ontvangst geldbedrag en langere reistijd 2.3.3 Afruil eigen betaling per bezoek en kortere reistijd 2.3.4 Afruil kosten ziektekostenpremie en langere reistijd 2.3.5 Samenvatting 2.4 Internetapotheek als alternatief 2.4.1 Perspectief van de consument 2.4.2 Perspectief van de voorschrijver 2.4.3 Samenvatting
15 15 15 16 18 21 22 22 27 28 28 29 33 36 37 39 40 41 45 46
3 Gedrag van voorschrijvers ten aanzien van apotheken 3.1 Relatie van voorschrijver met apotheek 3.2 Rol van voorschrijvers op de apotheekkeuze van een consument 3.3 Keuzefactoren van voorschrijvers 3.4 Samenvatting
47 47 47 49 50
4 Belangrijkste bevindingen en conclusies 4.1 Belangrijkste bevindingen en conclusies
53 53
KK/EN AS22193
Bijlage 1
Vragenlijst aan consumenten
57
Bijlage 2
Interviewprotocol voorschrijvers
65
Bijlage 3
Uitkomsten vragenlijstonderzoek consumenten
67
Tabellen en figuren
Tabel 2.1 Tabel 2.2
Tabel 2.3 Tabel 2.4 Tabel 2.5 Tabel 2.6 Tabel 2.7 Tabel 2.8 Tabel 2.9 Tabel 2.10 Tabel 2.11 Tabel 2.12
Tabel 2.13
Tabel 2.14
Tabel 2.15
Tabel 2.16
Vragenlijst resultaten uitgesplitst per regio – bent u zich er van bewust dat u uw eigen apotheek kunt kiezen? Vragenlijst resultaten uitgesplitst per regio – maakt u altijd gebruik van dezelfde apotheek om uw voorgeschreven geneesmiddel(en) op te halen/kopen? Vragenlijst resultaten – frequentie apotheekbezoek in relatie tot drie stellingen over keuzehouding Vragenlijst resultaten – keuzefactoren naar belangrijkheid (gemiddelde schaal van 0-100) voor de respondenten Vragenlijst resultaten – keuzefactoren gerangschikt naar belang voor apotheekkeuze Vragenlijst resultaten – kwaliteitsaspecten gerangschikt naar belang voor apotheekkeuze Vragenlijst resultaten – wat denkt u dat er in de toekomst zal veranderen met betrekking tot de keuzefactoren? Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €2,50, €5,00 en €7,50 Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €2,50 Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €5,00 Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €7,50 Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen indien u €2,50, €5,00 en €7,50 moet betalen om bij de huidige apotheek te mogen blijven Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen naar een andere apotheek om geen maandelijkse premieverhoging van €2,50, €5,00 en €7,50 te betalen Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen naar een andere apotheek bij een maandelijkse premieverlaging van €2,50, €5,00 en €7,50 bij een andere zorgverzekeraar Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra reizen naar een andere apotheek om geen maandelijkse premieverhoging van €2,50, €5,00 en €7,50 te betalen Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij een maandelijkse premieverlaging €2,50, €5,00 en €7,50 bij een andere verzekeraar
KK/EN AS22193
16
16 20 22 23 23 26 33 34 34 34
37
37
37
38
39
Tabel 2.17 Vragenlijst resultaten uitgesplitst per regio – maakt u gebruik van een internetapotheek in plaats van een reguliere apotheek? Tabel 2.18 Vragenlijst resultaten – voor welk type geneesmiddelen maakt u gebruik van een internet apotheek? Tabel 2.19 Vragenlijst resultaten – wat is de reden dat u wel gebruik maakt van een internetapotheek? Tabel 2.20 Vragenlijst resultaten – wat is de reden dat u geen gebruik maakt van een internetapotheek? Tabel Bijlage 3.0.1 Percentage respondenten naar mate van stedelijkheid Tabel Bijlage 3.0.2 Verdeling respondenten naar hoogst genoten opleiding Tabel Bijlage 3.0.3 Vervoermiddel waarmee naar de apotheek wordt gegaan Figuur 1.1 Verdeling respondenten naar regio Figuur 2.1 Vragenlijst resultaten – frequentie van apotheekbezoek en mate van gebruik van dezelfde apotheek om de voorgeschreven geneesmiddel(en) op te halen/kopen Figuur 2.2 Conjunctanalyse voor alle regio’s samen Figuur 2.3 Conjunctanalyse voor Zeeuws-Vlaanderen (exclusief Breskens) Figuur 2.4 Conjunctanalyse voor de gemeente Sluis Figuur 2.5 Staafdiagram van de conjunctanalyse voor alle regio’s samen Figuur 2.6 Marktaandeel van basisapotheek en een alternatief waarbij de informatievoorziening en reistijd verschillen Figuur 2.7 Vragenlijst resultaten – voor welk te ontvangen bedrag per recept bent u bereid over te stappen naar een internet apotheek? Figuur Bijlage 3.1 Verdeling respondenten naar leeftijd Figuur Bijlage 3.2 Verdeling respondenten naar antwoord op de vraag: Hoe vaak komt u gemiddeld bij de apotheek om voorgeschreven geneesmiddelen op te halen/te kopen? Figuur Bijlage 3.3 Conjunctanalyse voor alle regio’s samen Figuur Bijlage 3.4 Conjunctanalyse voor Zeeuws-Vlaanderen (exclusief Breskens) Figuur Bijlage 3.5 Conjunctanalyse voor de gemeente Sluis Figuur Bijlage 3.6 Conjunctanalyse voor (vier) grote steden in MiddenNederland Figuur Bijlage 3.7 Conjunctanalyse voor regio Midden-Nederland (exclusief vier grote steden) Figuur Bijlage 3.8 Conjunctanalyse voor regio Noord-Nederland Figuur Bijlage 3.9 Conjunctanalyse voor regio Zuid-Nederland Figuur Bijlage 3.10 Conjunctanalyse voor regio Oost-Nederland
41 41 42 43 67 68 70 11
18 30 30 30 31 32 45 68
69 71 72 73 74 75 76 77 78
1 Inleiding
1.1
Achtergrond en doelstelling De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft op grond van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) de taak om de publieke en consumentenbelangen in de zorg te beschermen. Voor de NZa is het van belang om bij het vaststellen van condities voor marktwerking en handhaving daarvan inzicht te hebben in keuzeprocessen van cliënten voor zorgaanbieders. De NZa heeft ECORYS verzocht om een onderzoek uit te voeren naar de keuzefactoren voor consumenten op de markt voor farmaceutische zorg. Concrete aanleiding is de weigering van een apotheek in Breskens om een overeenkomst te sluiten met ziektekostenverzekeraars, zolang het zogenaamde preferentiebeleid ten aanzien van geneesmiddelen1 onderdeel van de overeenkomst zou zijn. In dit onderzoek richten we ons op de extramurale farmaceutische zorg. Deze geneesmiddelen worden afgeleverd door openbare apotheken of apotheekhoudende huisartsen. Inzicht in de keuzefactoren is nodig om te achterhalen in hoeverre consumenten hun keuze bepalen op basis van kenmerken waarmee apotheken zich ten opzichte van elkaar kunnen onderscheiden. Mede op grond hiervan kan de (geografische) marktafbakening worden uitgevoerd.
1.2
Vraagstellingen en plan van aanpak In dit onderzoek staan twee vraagstellingen centraal. Vraagstelling 1 2
In welke mate spelen de volgende factoren een rol bij gebruikers en bij voorschrijvers van geneesmiddelen in het keuzeproces voor extramurale farmaceutische zorg?
1
2
Nabijheid van de apotheekhoudende;
Kwaliteit van de geleverde zorg/service;
Persoonlijk contact / vertrouwensband met de apotheker;
Dit betekent dat zorgverzekeraars de vergoeding van geneesmiddelen beperken tot bepaalde, laag geprijsde generieke substituten. Doel van het preferentiebeleid is om onnodig hoog geprijsde artikelen niet meer te vergoeden waardoor prijsconcurrentie kan ontstaan. Hierdoor kan op de kosten van geneesmiddelen worden bespaard. De keuzefactoren zijn bepaald aan de hand van literatuuronderzoek, onder andere: Dorgelo A, Bakx D, Hekkink C. Informatiebehoeften en kwaliteitsaspecten in de eerstelijns- en acute zorg vanuit patiëntenperspectief: een overzichtsstudie. Utrecht: NIGZ/ZonMw, 2007; Van Greuningen M, Vervloet M, van der Hoek L, Van Dijk L. Het discriminerend vermogen van de CG-index Farmaceutische Zorg. Utrecht: Nivel, 2009.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
9
Prijs van de zorg;
Openingstijden van de aanbieder;
Overige factoren.
Een gebruiker of voorschrijver is in dit onderzoek gedefinieerd als degene die uiteindelijk de keuze voor een apotheek maakt (de ‘beslisser’). Dit kan ook een familielid zijn als het bijvoorbeeld gaat om kinderen. In het vervolg van het rapport gebruiken we de term ‘consument’ voor gebruiker. Vraagstelling 2 In hoeverre zien gebruikers van farmaceutische zorg niet-reguliere apotheken (zoals internetapotheken of ‘het bestellen van medicijnen via internet’) als een alternatief voor reguliere apotheken?
De vraagstellingen zijn beantwoord op basis van kwantitatief en kwalitatief onderzoek. Kwantitatief onderzoek In samenwerking met onderzoeksbureau Motivaction heeft ECORYS een (online) vragenlijstonderzoek uitgevoerd onder consumenten (zie bijlage 1). Respondenten zijn geworven via StemPunt.nu, het online panel van Motivaction. De steekproef is getrokken op basis van de representatieve verdeling volgens de MOA Gouden Standaard (CBS) op de interactie van de kenmerken leeftijd en geslacht (acht quota cellen: geslacht met vier leeftijdsgroepen) binnen de regio’s die bij dit onderzoek onderscheiden zijn: Noord-Nederland: de provincies Friesland, Groningen en Drenthe; Oost-Nederland: de provincies Flevoland, Overijssel en Gelderland; Midden-Nederland exclusief de vier grote steden: de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht zonder Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht; De grote steden in Midden-Nederland: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht; Zuid-Nederland: de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. Binnen de regio Zuid-Nederland hebben we specifiek gekeken naar: Zeeuws-Vlaanderen, exclusief Breskens; Gemeente Sluis, inclusief Breskens; en Breskens. Om te garanderen dat de steekproef voldoende consumenten in de omgeving Breskens en directe omgeving (Zeeuws-Vlaanderen) bevatte, zijn extra respondenten (van 18 jaar of ouder) geworven via: Een bezoek aan Breskens waarbij ad random consumenten op straat zijn gevraagd om op kleine computers de vragenlijst in te vullen; en Ad random telefonisch benaderen (drie dagen) van bewoners uit Breskens of zij de vragenlijst online wilden invullen. Kwalitatief onderzoek Daarnaast heeft ECORYS (telefonische) interviews met huisartsen werkzaam in verschillende regio’s uitgevoerd om de rol van voorschrijvers bij de keuze van een consument voor een apotheek in kaart te brengen (zie bijlage 2 voor het interviewprotocol).
10
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
1.3
Respondenten: consumenten en verwijzers Figuur 1.1 toont de indeling van respondenten naar regio. In het totaal hebben 1766 respondenten de vragenlijst ingevuld. Het aantal respondenten ligt nagenoeg gelijk voor de regio’s grote steden in Midden-Nederland, Midden-Nederland, Noord-Nederland en Oost-Nederland. De regio Zuid-Nederland is oververtegenwoordigd in de steekproef. In totaal komen er 169 respondenten uit Zeeuws-Vlaanderen. Dit deelgebied maakt deel uit van de regio Zuid-Nederland. In totaal zijn 27 respondenten afkomstig uit Breskens, die afzonderlijk zijn geanalyseerd. Zij maken geen onderzeel uit van de regio Zuid-Nederland of het deelgebied ZeeuwsVlaanderen. In totaal zijn 57 respondenten afkomstig uit de gemeente Sluis, waaronder de 27 respondenten die in Breskens wonen.
Figuur 1.1
Verdeling respondenten naar regio
Om te bepalen of er binnen de totale populatie consumenten nog nader onderscheid gemaakt kan of moet worden, zijn verschillende criteria voor uitsplitsing van de groep gedefinieerd. Deze criteria zijn: de eigen viercijferige postcode (op basis waarvan rurale of stedelijke woonomgeving wordt vastgesteld); leeftijd; geslacht; reisafstand tot de apotheek waar de respondent gewoonlijk geneesmiddelen betrekt; wel/niet gebruik van voorgeschreven geneesmiddelen (op recept) in de laatste 12 maanden.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
11
De verdeling van de respondenten per regio is nagenoeg gelijk met betrekking tot bovenstaande criteria, de frequentie van apotheekbezoek en het vervoersmiddel dat gebruikt wordt om naar de apotheek te gaan. Uitzonderingen zijn: In Zeeuws-Vlaanderen zijn er meer vrouwelijke respondenten (61.5% vrouw versus 38.5% man); In Breskens gaan de respondenten gemiddeld vaker naar de apotheek. Zie bijlage 3 voor een nadere beschrijving van de steekproef. In totaal zijn 10 interviews3 met huisartsen uitgevoerd. De geïnterviewde huisartsen vertonen een evenredige balans tussen relevante karaktereigenschappen die van invloed kunnen zijn op de antwoorden: Werkervaring van kort (tussen de 1,5 en 6 jaar) tot lang (tussen de 19 en 32 jaar); Werkzaam in de verschillende regio’s; De respondenten zijn evenredig verdeeld over de verschillende regio’s; De respondenten zijn evenredig verdeeld met betrekking tot stedelijkheid. Twee praktijken zijn gevestigd in zeer sterk stedelijk gebied (meer dan 2500 adressen per km²), drie in sterk stedelijk gebied (1500-2500 adressen per km²), één in matig stedelijk gebied (1000-1500 adressen per km²), één in weinig stedelijk gebied (5001000 adressen per km²) en drie in niet stedelijk gebied (minder dan 500 adressen per km²)4; De respondenten zijn evenredig verdeeld op basis van het aantal patiënten (tussen de 1800 en 7000 patiënten); De respondenten zijn evenredig verdeeld op basis van de karaktereigenschappen van de patiëntenpopulatie (oud, jong, chronisch ziek, allochtoon, laag opgeleid). Twee van de tien geïnterviewde huisartsen zijn gevestigd in een apotheekhoudende huisartsenpraktijk.
1.4
Gebruikte analysemethoden De data van het (online) vragenlijstonderzoek is geanalyseerd met SPSS 17.0 (frequentieverdelingen, chi-kwadraat toetsen en anova tests om te zien of waargenomen aantallen systematisch afwijken van verwachte aantallen en om te zien of er een verband bestaat tussen twee variabelen). Daarnaast is een conjunctanalyse uitgevoerd waarbij kenmerken van zeven keuzefactoren tegelijkertijd tegen elkaar zijn afgezet. De keuzefactoren zijn: eigen betaling (contante betaling per bezoek), reistijd, informatievoorziening, openingstijden, klantvriendelijkheid (geneesmiddelen op voorraad), wachttijden en privacy. Aan de hand van gemaakte keuzes wordt duidelijk welke factoren het belangrijkst zijn voor consumenten bij de keuze voor een apotheek. Het relatieve belang van de diverse kenmerken is vastgesteld met behulp van regressieanalyses.
3 4
12
In totaal zijn negen telefonische interviews uitgevoerd. Eén huisarts heeft de vragenlijst schriftelijk beantwoord. Op basis van CBS-gegevens.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
De interviews met huisartsen zijn kwalitatief geanalyseerd aan de hand van de vragen in het interviewprotocol (zie bijlage 2). In dit rapport worden de resultaten van het vragenlijstonderzoek voor het overgrote deel weergegeven met behulp van percentages. De zeggingskracht van deze percentages hangt af van het aantal waarnemingen waarop het gebaseerd is. Naarmate het aantal waarnemingen groter is, zijn de resultaten betrouwbaarder. In een aantal gevallen is het aantal waarnemingen klein (vanwege subpopulaties), maar leveren de onderzochte correlaties tussen factoren interessante aanwijzingen op. Wij beschrijven deze resultaten alleen als onze inschatting is dat een grotere steekproef waarschijnlijk wel een statistisch aantoonbaar verschil zal aantonen.
1.5
Leeswijzer In hoofdstuk 2 worden de resultaten van het (online) vragenlijstonderzoek gepresenteerd. Overzichtstabellen voor de totale populatie evenals enkele belangrijke overzichten van subpopulaties worden weergegeven. In hoofdstuk 3 beschrijven we de resultaten van de interviews met huisartsen. In het afsluitende hoofdstuk (hoofdstuk 4) presenteren we de algemene bevindingen en conclusies.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
13
2 Consumentengedrag ten aanzien van apotheken
In dit hoofdstuk worden de belangrijkste bevindingen van het vragenlijstonderzoek onder een representatief deel van de bevolking gepresenteerd. In paragraaf 2.1 wordt de keuzehouding van de respondenten ten aanzien van apotheken weergegeven. Daarna worden de factoren om voor een bepaalde apotheek te kiezen (paragraaf 2.2) en de afruil tussen deze keuzefactoren (paragraaf 2.3) beschreven.
2.1
Keuzehouding Aan de hand van drie vragen is inzicht verkregen in de keuzehouding van consumenten voor een apotheek. Allereerst is een vraag gesteld of consumenten zich bewust zijn van de vrije apotheekkeuze in Nederland. Daarna is gevraagd of consumenten altijd gebruik maken van dezelfde apotheek. Ten slotte is aan de hand van stellingen het keuzegedrag bij het kiezen van een apotheek in kaart gebracht.
2.1.1
Vrije apotheekkeuze De ruime meerderheid van de respondenten (86.5%) is zich bewust van de vrije keuze voor een apotheek. Wanneer we de resultaten uitsplitsen per regio (zie Tabel 2.1) blijkt dat respondenten uit de vier grote steden in Midden-Nederland zich meer bewust zijn van hun vrije keuze voor een apotheek dan de respondenten uit de andere regio’s. Dit verschil is significant. Het resultaat voor Breskens past in het algemene beeld dat de regio Zuid-Nederland lager scoort dan de andere regio’s. Opvallend is dat de resultaten significant lager uitkomen: slechts 63% van de respondenten geeft aan dat ze zich bewust zijn van vrije apotheekkeuze. Dat vooral de vier grote steden hoog op bewustzijn scoren kan een verklarende factor zijn voor het verschil. Breskens is een klein dorp waarbij de respondenten slechts keuze hebben uit één apotheek en zich dus niet bewust hoeven bezig te houden met een keuze.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
15
Tabel 2.1
Vragenlijst resultaten uitgesplitst per regio – bent u zich er van bewust dat u uw eigen apotheek kunt kiezen? Steden
Midden
Noord
Oost
Zuid
Zeeuws-
Gemeente
Vlaanderen
Sluis
Breskens
Ja
91.9%
87.0%
85.7%
88.5%
84.6%
78.1%
78.9%
63.0%
Nee
8.9%
13.0%
14.3%
11.5%
15.4%
21.9%
21.1%
37.0%
Wanneer andere kenmerken van respondenten in aanmerking worden genomen, kan er geen verschil in bewustzijn worden opgemerkt naar geslacht. Het is echter opvallend dat respondenten in de leeftijdscategorie 65-75 jaar zich het meest bewust zijn van hun vrije keuze (94.5%) en respondenten in de categorie 18-34 jaar het minst bewust (79.9%). Dit verschil is significant. Respondenten die in de laatste 12 maanden geneesmiddelen voorgeschreven hebben gekregen blijken bewuster te zijn van de vrije apotheekkeuze dan respondenten die geen geneesmiddelen hebben voorgeschreven (89.1% versus 80.5%). Dit verschil is significant. Tevens blijkt dat er een significant verschil bestaat tussen respondenten die vaker naar de apotheek en respondenten die minder vaak naar de apotheek gaan. Zo is 92.5% van de respondenten die gemiddeld één keer per week naar de apotheek gaat zich bewust van vrije apotheekkeuze versus 75.3% van de respondenten die aangegeven hebben dat ze nooit naar de apotheek gaan. Dit kan verklaren waarom consumenten van 65 jaar en ouder zich bewuster zijn van de vrije apotheekkeuze aangezien zij in het algemeen vaker geneesmiddelen krijgen voorgeschreven en frequenter een apotheek bezoeken. Er is geen relatie gevonden tussen bewustzijn van vrije apotheekkeuze, het vervoersmiddel waarmee consumenten naar de apotheek gaan en de gemiddelde reistijd (in minuten) naar de apotheek waar men gewoonlijk naar toe gaat. Ook is er geen statistisch significant resultaat aantoonbaar dat respondenten die trouwer zijn aan één vaste apotheek zich bewuster zijn van de vrije apotheekkeuze.
2.1.2
Keuze voor één apotheek Een grote meerderheid (74.4%) van de respondenten maakt gebruik van slechts één apotheek. Enkel 2.2% van de respondenten gaat soms of nooit terug naar dezelfde apotheek. Tabel 2.2 toont de resultaten uitgesplitst per regio.
Tabel 2.2
Vragenlijst resultaten uitgesplitst per regio – maakt u altijd gebruik van dezelfde apotheek om uw voorgeschreven geneesmiddel(en) op te halen/kopen?
16
Steden
Midden
Noord
Oost
Zuid
Vlaanderen
Sluis
Altijd
75.0%
72.5%
83.4%
79.8%
79.6%
82.4%
83.6%
Heel vaak
22.3%
24.8%
14.6%
17.9%
18.6%
15.1%
10.9%
3.7%
Soms
2.7%
2.3%
2.0%
2.3%
1.5%
2.5%
5.5%
3.7%
Nooit
0.0%
0.3%
0.0%
0.0%
0.2%
0.0%
0.0%
0.0%
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Zeeuws-
Gemeente
Breskens
92.6%
Er zijn geen significante verschillen waarneembaar tussen de regio’s. Respondenten uit Breskens lijken echter trouwer te zijn aan één apotheek in vergelijking met de andere regio’s (92.6% maakt altijd gebruik van dezelfde apotheek) maar dit verschil is niet statistisch significant. We vermelden deze bevinding omdat het verschil bij een grotere steekproefomvang naar onze verwachting wel significant zou worden. Een verklaring kan zijn dat er in Breskens slechts één apotheek is waardoor consumenten in ieder geval minder keuze hebben. Tevens blijkt dat de respondenten uit Breskens vaker een apotheek bezoeken dan de rest van Nederland (significant verschil). Dit betekent dat de respondenten uit Breskens niet alleen trouwer zijn aan één apotheek maar ook vaker een apotheek bezoeken. Hieronder tonen we aan dat er een relatie bestaat tussen deze factoren, maar dit blijkt niet significant. Wanneer andere kenmerken van respondenten in aanmerking worden genomen, dan blijkt er een verschil te bestaan tussen mannen en vrouwen. Vrouwen maken meer gebruik van één vaste apotheek dan mannen (82.2% versus 72.2%) maar dit verschil is niet significant. Een uitsplitsing naar leeftijd toont aan dat een (niet significant) hoger aantal respondenten in de leeftijdscategorie 65-75 jaar aangeeft altijd gebruik te maken van één vaste apotheek (91.0%) in vergelijking met de andere leeftijdscategorieën. Bij uitsplitsing van de resultaten naar opleidingsniveau komt naar voren dat hoe lager het opleidingsniveau hoe vaker de respondenten aangeven altijd gebruik te maken van één vaste apotheek. Dit resultaat is echter niet significant. Er is geen aantoonbaar verschil gevonden tussen respondenten die wel of niet in de laatste 12 maanden geneesmiddelen voorgeschreven hebben gekregen. Wel is de frequentie van apotheekbezoek van belang (zie Figuur 2.1). Hoe regelmatiger een consument een apotheek bezoekt, hoe vaker dit altijd dezelfde apotheek is. Maar dit verschil is niet statistisch significant.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
17
Figuur 2.1
Vragenlijst resultaten – frequentie van apotheekbezoek en mate van gebruik van dezelfde apotheek om de voorgeschreven geneesmiddel(en) op te halen/kopen
100,00% 90,00% 80,00% 70,00% 60,00% 50,00% 40,00% 30,00% 20,00% 10,00% 0,00%
altijd heel vaak
ja ar
m
in de rd
an
1x
1x
pe r
pe rj
aa r
ar ja
pe rh al f
ar ta al 1x
pe rk w
aa nd 1x
pe rm
1x
1x
pe rw ee k
soms
Er is geen relatie gevonden tussen de keuze voor één vaste apotheek en het vervoersmiddel waarmee consumenten naar de apotheek gaan. Respondenten die altijd hun voorgeschreven medicijnen bij een vaste apotheek halen hebben echter wel gemiddeld een significant kortere reistijd dan respondenten die minder trouw gedrag vertonen.
2.1.3
Keuzegedrag Groenewoud5 komt tot de conclusie dat er twee basishoudingen bestaan ten aanzien van de keuzeprocessen van patiënten, namelijk ‘focus op uitkomsten’ en ‘focus op vertrouwen’. Mensen met beide houdingen hechten veel belang aan deskundigheid en bejegening, en weinig belang aan advies en ervaringen van mensen in de directe omgeving, informatie via allerlei mediabronnen, en allerlei kenmerken van zorginstellingen. De houding ‘focus op uitkomsten’ legt bovenop de gedeelde basis vooral nadruk op het resultaat van de behandeling, terwijl de houding ‘focus op vertrouwen’ additionele nadruk legt op vertrouwen en geborgenheid in de relatie patiënt – zorgaanbieder, of dit nu een behandelaar, een verpleegkundige of een zorginstelling betreft. Om meer inzicht te krijgen in de keuzehouding van consumenten die gebruik maken van extramurale farmaceutische zorg hebben we drie stellingen in de vragenlijst opgenomen: of ze het wel of niet belangrijk vinden naar welke apotheek ze gaan; of ze wel of geen tijd in de keuze voor een apotheek willen steken; en of ze wel of niet uitzoeken naar welke apotheek ze het beste kunnen gaan.
5
18
Groenewoud, A.S. Kreuger, L. en Exel van, N.J.A. Keuzeprocessen van zorgconsumenten met knieartrose, de ziekte van Alzheimer of chronische depressie. Drie Q-methodologische studies. Rotterdam: Erasmus MC iBMG, 2007.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Een respondent die aangeeft dat hij het niet belangrijk vindt naar welke apotheek hij gaat, geen tijd en energie wil stoppen in de keuze voor een apotheek en niet uitzoekt welke apotheek de beste keuze is, omschrijven we als een consument die indifferent is ten aanzien van apotheekkeuze. Een respondent die aangeeft wel belang te hechten aan de keuze, er ook tijd en energie in wil stoppen en uitzoekt welke apotheek de beste keuze is, omschrijven we juist als een consument die bewust kiest voor een bepaalde apotheek. Een kleine meerderheid van de respondenten geeft aan dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan (51.8%). Ook geeft een kleine meerderheid (62.9%) aan dat ze geen tijd en energie steken in de keuze voor een apotheek. Tevens geeft een grote minderheid (49.1%) van de respondenten aan dat ze niet uitzoeken naar welke apotheek ze het beste kunnen gaan indien ze naar een apotheek moeten. Wanneer andere kenmerken van respondenten in aanmerking worden genomen is er geen statistisch aantoonbaar verschil van de resultaten per regio. Wel is een significant verschil gevonden tussen mannen en vrouwen met betrekking tot de keuze voor een bepaalde apotheek en de tijd en energie die gestopt wordt in de keuze hiervoor. Mannelijke respondenten geven vaker aan dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan en dat ze geen tijd en energie willen stoppen in de keuze voor een apotheek, terwijl vrouwelijke respondenten juist vaker aangeven dat ze het oneens zijn met de stellingen dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan en geen tijd en energie willen stoppen in de keuze voor een apotheek. Tevens is er een statistisch aantoonbaar verschil tussen leeftijdsklassen gevonden. Een meerderheid van de jongere respondenten (leeftijdsklasse 18-35 jaar) geeft aan dat ze het eens zijn met de stelling dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan (65%) en dat ze het oneens zijn met de stelling dat ze uitzoeken naar welke apotheek ze het best kunnen gaan (58.9%). Oudere respondenten (leeftijdsklasse 65-75 jaar) geven aan dat ze het oneens zijn met de stelling dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan (60.6%) en dat ze het eens zijn (56.3%) dat ze uitzoeken naar welke apotheek ze het best kunnen gaan. De resultaten per leeftijdsklasse voor de stelling dat ze geen tijd en energie willen steken in de apotheekkeuze zijn statistisch ook aantoonbaar verschillend per leeftijdsklasse maar veel minder uitgesproken. Er is een significant verschil gevonden tussen respondenten die regelmatig een apotheek bezoeken en respondenten die dat niet vaak doen. Het blijkt dat hoe regelmatiger een respondent een apotheek bezoekt hoe vaker de respondent aangeeft het oneens te zijn met de stellingen dat het niet uitmaakt naar welke apotheek hij gaat en dat hij geen tijd en energie wil stoppen in de apotheekkeuze; en eens is met de stelling dat hij uitzoekt naar welke apotheek hij het beste kan gaan (zie Tabel 2.3). Ter illustratie: 65% van de respondenten die één keer per week de apotheek bezoeken is het oneens met de stelling dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan, terwijl 66.7% van de respondenten die nooit naar de apotheek gaan het juist eens is met deze stelling. Ook voor de stelling dat de consument geen tijd en energie wil stoppen in de apotheekkeuze geldt dat van de respondenten die één keer per jaar of minder dan één keer per jaar naar de apotheek gaan respectievelijk 74.5% en 67.7% het helemaal eens of eens is met de stelling.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
19
Tabel 2.3
Vragenlijst resultaten – frequentie apotheekbezoek in relatie tot drie stellingen over keuzehouding Eén keer
Eén keer
Eén keer
Eén keer
Eén keer
Minder dan
per week
per
per
per half
per jaar
één keer
maand
kwartaal
jaar
Nooit
per jaar
Stelling: Als ik naar een apotheek moet, zoek ik uit naar welke apotheek ik het beste kan gaan Helemaal oneens en oneens
30.0%
47.1%
44.4%
56.8%
58.5%
58.2%
34.4%
eens
65.0%
50.2%
48.6%
39.6%
38.3%
32.4%
52.7%
Geen mening
5.0%
2.8%
6.9%
3.6%
3.2%
9.4%
12.9%
Helemaal eens en
Stelling: Het maakt mij niet uit naar welke apotheek ik ga Helemaal oneens en oneens
65.0%
55.0%
47.5%
37.4%
36.7%
31.1%
22.6%
eens
30.0%
41.3%
48.8%
59.0%
59.0%
61.5%
66.7%
Geen mening
5.0%
3.6%
3.7%
3.6%
4.3%
7.4%
10.8%
Helemaal eens en
Stelling: Ik wil geen tijd en energie steken in de keuze voor een apotheek Helemaal oneens en oneens
47.5%
36.5%
31.9%
27.5%
20.7%
23.0%
29.1%
eens
45.0%
57.4%
62.4%
65.3%
74.5%
67.7%
55.9%
Geen mening
7.5%
6.2%
5.8%
7.2%
4.8%
9.4%
15.1%
Helemaal eens en
Respondenten die aangeven dat ze het helemaal oneens of oneens zijn met de stelling ‘Ik wil geen tijd en energie steken in de keuze voor een apotheek’ hebben gemiddeld een significant langere reistijd dan respondenten die het eens of helemaal eens zijn met deze stelling (en dus meer indifferent verdrag vertonen). Twee interessante bevindingen zijn het feit dat de keuzehouding van de respondent ook blijkt af te hangen van zijn bewustzijn van vrije apotheekkeuze (statistisch significant) en van de trouwheid aan een vaste apotheek (niet statistisch significant). De respondenten die zich bewust zijn van de vrije apotheekkeuze antwoorden vaker dat ze het oneens zijn met de stellingen dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan en dat ze geen tijd en energie willen steken in de apotheekkeuze. Ze zijn het eens met de stelling dat ze uitzoeken naar welke apotheek ze het beste kunnen gaan. Respondenten die zich niet bewust zijn van de vrije apotheekkeuze beantwoorden juist vaker dat ze het eens zijn met de stellingen dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan en dat ze geen tijd en energie willen steken in de apotheekkeuze. Ze zijn het vaker oneens met de stelling dat ze uitzoeken naar welke apotheek ze het best kunnen gaan. Ook geven de respondenten die soms tot nooit gebruik maken van dezelfde apotheek vaker aan dat het ze niet uitmaakt naar welke apotheek ze gaan en geen tijd en energie willen steken in de keuze voor een apotheek, terwijl respondenten die aangeven dat ze altijd tot vaak gebruik maken van dezelfde apotheek juist vaker aangeven dat ze het oneens zijn met de stellingen dat het ze niet uitmaakt en dat ze geen tijd en energie willen stoppen in de apotheekkeuze. Deze resultaten zijn niet significant verschillend voor de derde stelling.
20
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
2.1.4
Samenvatting Uit het vragenlijstonderzoek onder consumenten blijkt dat een ruime meerderheid van de respondenten zich bewust is van de vrije keuze voor een apotheek. De volgende aspecten vallen daarbij op: In de regio vier grote steden in Midden-Nederland heerst er een groter bewustzijn dan in de andere regio’s. In de regio Zuid-Nederland is het bewustzijn het minst, waarbij de respondenten in Breskens opvallend lager scoren; Vooral ouderen in de leeftijdsklasse 65-75 jaar zijn zich bewust van de vrije apotheekkeuze terwijl jongeren (18-34 jaar) hiervan juist minder bewust zijn. Het feit dat de respondenten uit Breskens vaker dan gemiddeld een apotheek bezoeken (zie paragraaf 1.3) en zich minder bewust zijn van vrije apotheekkeuze is opvallend. Uit het vragenlijstonderzoek blijkt dat juist meer frequente bezoekers zich meer bewust zijn van de vrije apotheekkeuze. Dat is in Breskens blijkbaar niet het geval. Een grote meerderheid maakt gebruik van slechts één apotheek, waarbij de volgende aspecten opvallen: In Breskens wordt er vaker gebruik gemaakt van één apotheek ten opzichte van de rest van Nederland; Vrouwen maken vaker gebruik van één apotheek dan mannen; Vooral ouderen in de leeftijdsklasse 65-74 jaar maken vaker gebruik van één vaste apotheek; Hoe lager opgeleid de consument, hoe vaker er gebruik wordt gemaakt van één vaste apotheek; Vooral mensen die frequent een apotheek bezoeken maken vaker gebruik van één apotheek; Consumenten die altijd hun voorgeschreven medicijnen bij een vaste apotheek halen hebben gemiddeld een significant kortere reistijd dan respondenten die minder trouw gedrag vertonen. Een kleine meerderheid van de respondenten is indifferent met betrekking tot de keuze voor een apotheek. De volgende aspecten vallen daarbij op: Mannen zijn vaker indifferent in hun apotheekkeuze dan vrouwen; Jongeren in de leeftijdsklasse 18-35 jaar zijn meer indifferent in de keuze voor een apotheek dan ouderen; Vooral mensen die niet regelmatig een apotheek bezoeken vertonen indifferent gedrag; Vooral mensen die zich niet bewust zijn van de vrije apotheekkeuze en niet trouw zijn aan één vaste apotheek vertonen indifferent gedrag; Respondenten die meer indifferent gedrag vertonen hebben gemiddeld een significant kortere reistijd dan respondenten die bewust voor een apotheek kiezen. Het blijkt dat ouderen zich meer bewust zijn van een vrije apotheekkeuze, maar toch vaker kiezen voor één vaste apotheek dan jongeren. Ook frequente apotheekbezoekers zijn zich vaker bewust van vrije apotheekkeuze maar kiezen toch vaker voor één vaste apotheek.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
21
Consumenten die altijd hun voorgeschreven medicijnen bij een vaste apotheek halen hebben gemiddeld een significant kortere reistijd dan respondenten die minder trouw gedrag vertonen. Ook respondenten die vaker indifferent gedrag vertonen hebben gemiddeld een significant kortere reistijd dan respondenten die bewust voor een apotheek kiezen. Indifferent gedrag komt vooral voor bij mannen, jongeren en consumenten die niet vaak een apotheek bezoeken om voorgeschreven geneesmiddelen te halen.
2.2
Keuzefactoren van de consument Aan de hand van twee vragen is inzicht verkregen in de factoren die bepalend zijn voor de keuze van consumenten voor een apotheek. Bovendien geven de vragen inzicht in de weging ofwel het relatieve belang van deze factoren.
2.2.1
Perspectief van de consument Uit Tabel 2.4 en Tabel 2.5 blijkt dat de respondenten de kwaliteit van de geleverde zorg/service het meest belangrijkst vinden bij de keuze voor een apotheek. Respondenten geven gemiddeld een 80.05 op een schaal van 100. Daarna volgt de bereikbaarheid van de apotheek (afstand van huis) met een gemiddelde van 68.25. Hoewel de prijs van geneesmiddelen en verwijzing van de huisarts of medisch specialist lager beoordeeld worden blijken dit ook redelijk belangrijke keuzefactoren (score tussen 6.,99 en 57.17). Het minst belangrijk lijkt het advies van de zorgverzekeraar met een score van 38.45.
Tabel 2.4
Vragenlijst resultaten – keuzefactoren naar belangrijkheid (gemiddelde schaal van 0-100) voor de respondenten Keuzefactoren
Gemiddelde schaal van belangrijkheid (0-100)
De kwaliteit van de geleverde zorg/service
80.05
De bereikbaarheid van de apotheek (afstand van huis tot aan de
68.25
apotheek)
22
De prijs van geneesmiddelen
61.99
Verwijzing/advies van de huisarts of medisch specialist
57.17
Advies van de zorgverzekeraar
38.45
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Tabel 2.5
Vragenlijst resultaten – keuzefactoren gerangschikt naar belang voor apotheekkeuze Keuzefactoren
1 (minst
2
3
4
belangrijk)
5 (meest belangrijk)
De bereikbaarheid van de apotheek (afstand van huis tot aan de apotheek)
19.4%
17.2%
19.9%
20.5%
23.0%
De kwaliteit van de geleverde zorg/service
13.5%
14.8%
17.3%
22.9%
31.5%
De prijs van geneesmiddelen
15.6%
20.7%
27.0%
21.3%
15.4%
Verwijzing/advies van de huisarts of medisch specialist
12.7%
28.1%
23.6%
24.1%
11.6%
Advies van de zorgverzekeraar
38.9%
19.1%
12.3%
11.2%
18.5%
Met betrekking tot de kwaliteit van de geleverde zorg/service (zie Tabel 2.6) blijkt dat de deskundigheid van de medewerkers het meest belangrijk wordt gevonden (95.9%), gevolgd door klantvriendelijkheid (94.4%). Als derde belangrijke keuzefactor wordt het geven van advies over het (gelijktijdig) gebruik van geneesmiddelen genoemd (92.6%). De respondenten hechten minder belang aan de (thuis) bezorgservice, toegankelijkheid van de apotheek en aanwezigheid van de apotheker. Tabel 2.6
Vragenlijst resultaten – kwaliteitsaspecten gerangschikt naar belang voor apotheekkeuze Onbelangrijk en
Belangrijk en heel
Geen
niet zo belangrijk
belangrijk
mening
gebruik van geneesmiddelen
4.9%
92.6%
2.5%
Deskundigheid van de medewerkers
2.1%
95.9%
2.0%
Aanwezigheid van de apotheker
27.6%
69.0%
3.5%
Openingstijden van de apotheker
10.0%
88.2%
1.8%
(Thuis) bezorgservice
52.3%
43.6%
4.2%
Klantvriendelijkheid
0.7%
94.4%
1.9%
Wachttijd om geholpen te worden
15.9%
82.0%
2.1%
Toegankelijkheid (drempels, parkeergelegenheid)
29.7%
67.2%
3.2%
Discretie (privacy)
10.0%
88.4%
1.8%
Het geven van advies over het (gelijktijdig)
Bij de open vraag of er nog andere factoren van belang zijn bij de keuze voor een apotheek valt op dat respondenten (26.1% van het aantal respondenten) het belang van één van bovenstaande factoren nog eens herhalen: Deskundigheid met nadruk op betrouwbaarheid en deskundigheid van het advies (n=94); Klantvriendelijkheid (ze nemen de tijd voor je, faciliteiten voor kinderen, vriendelijkheid, etc.) (n=74); Toegankelijkheid met nadruk op centrale locatie van de apotheek (bijvoorbeeld bij lokale supermarkt) (n=57); Bereikbaarheid van de apotheek met nadruk op de afstand tot de huisarts (n=39); Het voldoende op voorraad hebben van medicijnen (n=29); Keuzefactoren in de markt voor farmacie
23
Ruime openingstijden (n=29); Ruim productaanbod (ook van niet voorgeschreven medicijnen) (n=18); en Aanbod van alternatieve geneesmiddelen (n=10).
Een interessante bevinding is dat 25 respondenten (1.42% van het totaal aantal respondenten) aangeven dat ze geen keuzefactoren in beschouwing kunnen nemen omdat ze geen keuze hebben tussen apotheken: ze wonen in een dorp met enkel één apotheek, geven aan dat ze geen keus hebben vanwege andere redenen (niet toegelicht), of er is geen apotheek in hun woonplek en ze zijn aangewezen op de apotheekhoudende huisartspraktijk. Er zijn geen opvallende statistisch significante verschillen gevonden tussen de regio’s behalve met betrekking tot de volgende aspecten: De prijs van geneesmiddelen wordt als minder belangrijk beoordeeld door de respondenten uit de gemeente Sluis in vergelijking met respondenten uit de rest van Nederland; Verwijzing/advies van de huisarts of medisch specialist wordt belangrijker gevonden door zowel de respondenten uit Breskens als uit de gemeente Sluis (waaronder de respondenten van Breskens ook vallen) in vergelijking met respondenten uit de andere regio’s; Het advies van de zorgverzekeraar wordt belangrijker gevonden door zowel de respondenten uit Breskens als uit de gemeente Sluis in vergelijking met respondenten uit de andere regio’s; Respondenten uit Breskens vinden de aanwezigheid van de apotheker significant vaker belangrijk in vergelijking met respondenten uit de andere regio’s. Dit resultaat is ook zichtbaar voor de regio Noord-Nederland maar minder uitgesproken; Respondenten uit Breskens en de gemeente Sluis beoordelen thuisbezorgservice vaker als belangrijk in vergelijking met respondenten uit de andere regio’s. Dit is niet verklaarbaar door een verschil in reistijd (zie bijlage 3); Respondenten uit Breskens vinden toegankelijkheid van de apotheek significant vaker heel belangrijk in vergelijking met de andere regio’s. In de vier grote steden in Midden-Nederland waarderen respondenten toegankelijkheid juist minder vaak als (heel) belangrijk. Respondenten in de leeftijd van 50-64 jaar en 65-75 jaar vinden de verwijzing/advies van de huisarts of medisch specialist en het advies van de zorgverzekeraar belangrijker dan de jongere leeftijdsklassen. Dit verschil is statistisch significant, maar verklaart niet het gevonden verschil tussen de gemeente Sluis en Breskens ten opzichte van de rest van Nederland. De respondenten wijken immers niet af van de normale leeftijdsverdeling (zie paragraaf 1.3). De respondenten uit de leeftijdsklasse 65-75 jaar vinden het advies over het (gelijktijdig) gebruik van geneesmiddelen belangrijker dan de jongere leeftijdsklassen. Dit verschil is statistisch significant. Dit is niet onlogisch gezien het feit dat consumenten uit deze leeftijdsklasse vaker dan gemiddeld gelijktijdig gebruik maken van verschillende geneesmiddelen. Ook vinden respondenten uit de leeftijdsklasse 65-75 jaar de aanwezigheid van de apotheker, thuisbezorgdienst en toegankelijkheid significant belangrijker dan de jongere leeftijdsklassen. Wachttijd om geholpen te worden blijkt weer
24
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
vaker significant minder belangrijker voor de respondenten uit de leeftijdsklasse 65-75 jaar. Waarschijnlijk is dit te verklaren door het feit dat ze relatief meer vrije tijd hebben. Het valt op dat vrouwen alle keuzefactoren belangrijker vinden dan mannen. Dit verschil is statistisch significant. Dit is niet opmerkelijk aangezien we eerder hebben aangegeven dat mannen vaker indifferent zijn in hun apotheekkeuze dan vrouwen (zie paragraaf 2.1.4). Deze bevinding zou relevant zijn voor bovenstaande conclusies als er in een bepaalde regio meer vrouwen dan mannen geïncludeerd zijn, maar dit geldt alleen voor Zeeuws-Vlaanderen. Hoe hoger de opleiding van de respondent, hoe minder belangrijk de prijs van geneesmiddelen wordt gevonden als factor voor apotheekkeuze (statistisch significant verschil). Hetzelfde geldt voor een verwijzing/advies van de huisarts of medisch specialist en advies van de zorgverzekeraar (statistisch significant verschil). Deze bevinding zou relevant zijn voor bovenstaande conclusies als de verdeling van respondenten naar opleiding een afwijking per regio zou vertonen, maar dit is niet het geval. Respondenten die in de laatste 12 maanden geneesmiddelen hebben voorgeschreven gekregen beoordelen de bereikbaarheid van de apotheek als belangrijker dan respondenten waar dit niet het geval voor was of dit niet weten (statistisch significant verschil). Op twee aspecten na is er geen significant verschil aantoonbaar tussen de frequentie van apotheekbezoek en het belang dat aan keuzefactoren wordt gehecht: Respondenten die gemiddeld één keer per week naar de apotheek gaan vinden de aanwezigheid van de apotheker significant vaker heel belangrijk in de keuze voor een apotheek dan respondenten die minder vaak naar de apotheek gaan (nooit uitgezonderd); Respondenten die gemiddeld één keer per week naar de apotheek gaan vinden een thuisbezorgdienst significant vaker heel belangrijk in de apotheekkeuze dan respondenten die minder vaak naar de apotheek gaan. Respondenten die zich niet bewust zijn van de vrije apotheekkeuze beoordelen de bereikbaarheid van de apotheek en kwaliteit van geleverde zorg/service als minder belangrijk dan respondenten die wel op de hoogte zijn van de vrije apotheekkeuze (statistisch significant verschil). Zij beoordelen een verwijzing/advies van de huisarts of medisch specialist en advies van zorgverzekeraar echter als belangrijker dan respondenten die zich wel bewust zijn van vrije apotheekkeuze (statistisch significant verschil). Een verklaring kan zijn dat deze consumenten zich minder bewust zijn van het feit dat zij ‘beslisser’ kunnen zijn. Dit komt ook overeen met de bevinding dat respondenten in Breskens meer belang hechten aan een verwijzing en advies van huisarts en zorgverzekeraar en dat zij meer dan gemiddeld (in vergelijking tot andere regio’s) niet op de hoogte zijn van de vrije apotheekkeuze. Respondenten voor wie het van belang is naar welke apotheek ze gaan (zie ook paragraaf 2.1.3) vinden de bereikbaarheid van de apotheek en de kwaliteit van geleverde zorg/service belangrijk; in mindere mate vinden zij ook het advies van de zorgverzekeraar
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
25
belangrijk. Respondenten die geen tijd en energie willen steken in de keuze van een apotheek (indifferent gedrag), hechten in vergelijking met de andere respondenten minder belang aan de kwaliteit van de geleverde zorg/service (statistisch significant verschil). Nadere analyse laat geen andere grote verschillen zien in de manier waarop respondenten, die indifferent gedrag vertonen (zie paragraaf 2.1.3), de keuzefactoren rangschikken. Respondenten die aangeven dat ze advies krijgen van huisarts of medisch specialist om naar een bepaalde apotheek te gaan, hechten minder belang aan de bereikbaarheid van de apotheek en juist meer belang aan de verwijzing/advies van huisarts of medisch specialist en advies van de zorgverzekeraar (statistisch significant verschil). Respondenten die (thuis)bezorg service een belangrijke keuzefactor vinden hebben een significant langere reistijd dan respondenten die dit niet belangrijk vinden. Toekomstperspectief Aan respondenten is gevraagd aan te geven welke factoren in de toekomst belangrijker of minder belangrijk worden. Het merendeel van de respondenten (80.6%) heeft geen factoren genoemd. De door de respondenten aangegeven factoren worden in Tabel 2.7 weergegeven. De respondenten verwachten dat de bereikbaarheid van de apotheek, afstand tot de apotheek, prijsstijgingen en veranderingen in het verzekerde pakket in de toekomst belangrijker gaan worden in de apotheekkeuze. Bereikbaarheid en afstand tot de apotheek worden vooral in relatie gebracht met het ouder worden en als gevolg daarvan vermindering van eigen mobiliteit. Veranderingen in verband met het verzekerde pakket die vooral genoemd worden zijn verschraling van het basispakket, ophoging van het verplicht eigen risico en een toenemende rol van de zorgverzekeraar bij het geven van advies over geneesmiddelen. Tabel 2.7
Vragenlijst resultaten – wat denkt u dat er in de toekomst zal veranderen met betrekking tot de keuzefactoren? Genoemd door Eigen mobiliteit vermindert
4.0% (n=71)
Afstand tot apotheek (algemeen)
3.3% (n=58)
De prijs/prijzen stijgen (algemeen)
3.1% (n=55)
Medicijnen verdwijnen uit verzekeringspakket/ eigen risico omhoog/betalen voor service apotheek
2.9% (n=51)
Gebruik maken van de bezorgservice
1.8% (n=32)
Betere service/klantvriendelijkheid/advies/kwaliteit van de apotheek
1.7% (n=30)
Zorgverzekeraar krijgt grotere invloed op apotheekkeuze
1.5% (n=27)
Goedkopere medicijnen worden voorgeschreven
0.5% (n=9)
Advies van arts/ziekenhuis wordt belangrijker
0.3% (n=6)
Afstand wordt groter/bereikbaarheid slechter
0.2% (n=4)
Minder eigen bestedingsruimte
0.1% (n=2)
Overige antwoorden Weet niet/geen antwoord
2.7% (n=47) 80.6% (n=1423)
Vermindering van mobiliteit wordt significant vaker door mensen in de leeftijdscategorie 50-64 jaar (5.9%) genoemd en significant minder vaak door mensen in de
26
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
leeftijdscategorie 18-34 jaar (2.4%). Dit gegeven is op zich niet vreemd, aangezien vermindering van de mobiliteit samenhangt met een hogere leeftijd. Vrouwen spreken significant vaker dan mannen de verwachting uit dat medicijnen uit het verzekeringspakket zullen verdwijnen/het eigen risico omhoog zal gaan/er zal moeten worden betaald voor service apotheken/medicijnen duurder zullen worden (3.7% van de vrouwen noemt deze factor, slechts 2.0% van de mannen).
2.2.2
Perspectief van de voorschrijver Alle geïnterviewde voorschrijvers (huisartsen) geven aan dat de overgrote meerderheid van hun patiëntenpopulatie kiest voor een vaste apotheek in de buurt (op loopafstand van de huisartsenpraktijk of woning). Bij twee van de tien geïnterviewde huisartsen is dit binnen de praktijk zelf omdat ze apotheekhoudend zijn. De nabijheid van de apotheekhoudende wordt daarmee als belangrijkste keuzefactor aangeduid. De voorschrijvers vragen zich af in hoeverre dit als een “bewuste keuze”omschreven kan worden. Ze zijn van mening dat patiënten vooral “gemak” voorop stellen en dat ze geen bewuste afweging maken tussen de verschillende apotheken in de wijdere omgeving op basis van andere keuzefactoren. Met gemak wordt bedoeld het gaan naar de dichtstbijzijnde apotheek om zo snel mogelijk de voorgeschreven medicijnen te kunnen ontvangen. Alle voorschrijvers geven aan dat een zeer klein percentage van hun patiëntenpopulatie er bewust voor kiest om de voorgeschreven geneesmiddelen bij een apotheek te halen die verder uit de buurt is. Verder uit de buurt wordt breed omschreven als een ander dorp, een andere stad, of een andere wijk. Het percentage patiënten wordt door twee geïnterviewde voorschrijvers geschat op ongeveer 10% van hun patiëntenpopulatie terwijl de andere geïnterviewden het hebben over “twee of drie patiënten”, “een enkeling”, “soms” of “heel zelden”. Er worden uiteenlopende redenen genoemd voor het gedrag van patiënten om bewust voor een verder weg gelegen apotheek te kiezen. De meerderheid van deze redenen kan verbonden worden aan de keuzefactor kwaliteit: Het hebben van voldoende medicijnen op voorraad; Wens om anoniem te blijven; Klantvriendelijker; Deskundiger; Geven betere informatie en beantwoorden vragen; Mogelijkheid tot thuisbezorging; Snellere service (niet lang hoeven wachten); Dichterbij het werk; Er werkt een familielid; Negatieve ervaring bij dichterbij gelegen apotheek; Dichterbij de specialist in het ziekenhuis waar ze hun voorschreven medicijnen van hebben ontvangen;
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
27
2.2.3
Geen bevoegdheid van apotheekhoudende huisarts om medicijnen te leveren aan patiënten die buiten de apotheekvergunning valt (patiënt is woonachting in andere gemeente of dorp dan waar de huisarts gevestigd is); Praktisch gemak in het geval van de keuze voor een internetapotheek.
Samenvatting Uit het vragenlijstonderzoek blijkt dat voor consumenten de kwaliteit van de geleverde zorg/service de belangrijkste factor is in de apotheekkeuze gevolgd door bereikbaarheid, prijs van geneesmiddelen en advies van huisarts of medisch specialist. Met betrekking tot kwaliteit wordt vooral belang gehecht aan deskundigheid en klantvriendelijkheid. De minst relevante keuzefactor is het advies van de zorgverzekeraar. In zowel Breskens als de gemeente Sluis wordt het advies/verwijzing van de huisarts en advies van de zorgverzekeraar als belangrijker beschouwd dan in de andere regio’s. Een kleine groep respondenten (1% van het totaal aantal respondenten) geeft aan dat ze geen keuzefactoren in beschouwing kunnen nemen omdat ze geen keuze hebben: ze zijn afhankelijk van de enige apotheek in het dorp of van de apotheekhoudende huisarts. De respondenten verwachten dat de bereikbaarheid van de apotheek, afstand tot de apotheek, prijsstijgingen en veranderingen in het verzekerde pakket in de toekomst belangrijker gaan worden in de apotheekkeuze. Bereikbaarheid en afstand tot de apotheek worden vooral in relatie gebracht met het ouder worden en als gevolg daarvan vermindering van eigen mobiliteit. Veranderingen in verband met het verzekerde pakket die vooral genoemd worden zijn verschraling van het basispakket, ophoging van het verplicht eigen risico en een toenemende rol van de zorgverzekeraar bij het geven van advies over geneesmiddelen. De voorschrijver is niet van mening dat kwaliteit van de geleverde zorg/service de belangrijkste keuzefactor is, maar noemt juist de bereikbaarheid van de apotheek als meest belangrijke factor. Ze zijn van mening dat de patiënt gemak voorop stelt en eigenlijk geen bewuste keuze maakt tussen verschillende apotheken. Met gemak wordt hierbij bedoeld zo dichtbij mogelijk om zo snel mogelijk de voorgeschreven medicijnen te kunnen ontvangen. Ze stippen wel aan dat er altijd een klein aantal patiënten is (maximaal 10% van de patiëntenpopulatie) dat er wel bewust voor kiest om gebruik te maken van een verder weg gelegen apotheek. Kwaliteitsaspecten zoals klantvriendelijkheid, deskundigheid, (thuis)bezorgservice, informatievertrekking, etc. worden dan wel degelijk als belangrijke keuzefactoren genoemd.
2.3
Afruil tussen keuzefactoren Aan de hand van een conjunctanalyse is inzichtelijk gemaakt welke van de volgende factoren het meest bepalend is voor de keuze van consumenten voor een apotheek: eigen betaling per apotheekbezoek, reistijd naar de apotheek, informatievoorziening,
28
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
openingstijden, het hebben van geneesmiddelen op voorraad, wachttijden en privacy. De laatste vijf factoren vallen onder de noemer “kwaliteit” (zie paragraaf 2.2). Vervolgens is voor iedere factor vastgesteld welk aspect daarvan het meest wenselijk wordt gevonden. Voor reisafstand is specifiek het volgende onderzocht: ‘willingness to accept’ (WTA) van consumenten ten aanzien van een langere reistijd – uitgedrukt in een contant te ontvangen bedrag per bezoek aan een verder weg gelegen apotheek; ‘willingness to pay’ (WTP) van consumenten om bij zijn/haar huidige apotheek te kunnen blijven en niet een (verschillend) aantal kilometers extra te hoeven reizen – uitgedrukt in contant te voldoen eigen betaling per bezoek aan de balie van de huidige apotheek; WTP van consumenten ten aanzien van een kortere reistijd naar een apotheek – uitgedrukt in een hogere premie bij een andere zorgverzekeraar die de consument naar een dichterbij gelegen apotheek laat gaan; de WTA van consumenten ten aanzien van een langere reistijd – uitgedrukt in een lagere premie bij een andere zorgverzekeraar die de consument naar een verder weg gelegen apotheek stuurt.
2.3.1
Conjunctanalyse In bijlage 3 wordt in taartdiagrammen het belang van de zeven aspecten reistijd, informatie, openingstijden, voorraad, wachttijden, privacy en eigen betaling getoond voor alle regio’s die zijn onderzocht. Uit de conjunctanalyse blijkt dat in alle onderzochte regio’s het aspect “Eigen betaling” per bezoek aan de apotheek de belangrijkste rol speelt in het keuzeproces voor een apotheek (ongeveer 50%) – zie Figuur 2.2 hieronder. Uit de analyse blijkt dat er niet of nauwelijks verschillen zijn tussen de regio’s (zie Figuur 2.2 en Figuur 2.3) en tussen stedelijk of niet stedelijk gebied (zie bijlage 3). Het is wel opvallend dat wanneer specifiek naar de gemeente Sluis (inclusief Breskens6) wordt gekeken er wel een verschil merkbaar is (zie Figuur 2.4). Het aspect “Eigen betaling” per bezoek aan de apotheek speelt duidelijk een minder belangrijke rol (43%), terwijl het hebben van geneesmiddelen op voorraad belangrijker (20% ten opzichte van 17%) gevonden wordt. Dit resultaat bevestigt het beeld dat de prijs van geneesmiddelen als minder belangrijk wordt beoordeeld door respondenten uit de gemeente Sluis in vergelijking met respondenten uit de rest van Nederland (zie paragraaf 2.2.1).
6
De conjunctanalyse kon niet uitgevoerd worden voor Breskens afzonderlijk vanwege een te klein aantal respondenten.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
29
Figuur 2.2
Conjunctanalyse voor alle regio’s samen
Reistijd 12%
Informatie 8%
Openingstijden
5% Voorraad
50% 17%
Wachttijden Privacy
4%4%
Eigen betaling
Figuur 2.3
Conjunctanalyse voor Zeeuws-Vlaanderen (exclusief Breskens)
Reistijd 12%
Informatie 8%
Openingstijden
5% Voorraad
50% 16%
Wachttijden Privacy
5%4%
Eigen betaling
Figuur 2.4
Conjunctanalyse voor de gemeente Sluis
Reistijd 13%
Informatie 10%
Openingstijden
43% 6%
Voorraad Wachttijden
5%3%
20%
Privacy Eigen betaling
30
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Figuur 2.5 geeft in staafdiagrammen aan hoe belangrijk de niveaus zijn binnen de verschillende keuzefactoren. Bij het aspect “Eigen betaling” wordt de huidige situatie (geen bijbetaling) als de meest wenselijke situatie beschouwd, waarbij het omslagpunt naar minder wenselijk ligt bij een bedrag van €3,75. Het hebben van geneesmiddelen op voorraad wordt ook als een belangrijke keuzefactor beschouwd. Hierbij geven de respondenten aan dat het hebben van geneesmiddelen op voorraad in minder dan 50% van de gevallen minder wenselijk is. Binnen het aspect reistijd wordt het behoud van de huidige reistijd als het meest wenselijk gezien en ligt het omslagpunt naar minder wenselijk op 10 minuten extra reistijd. Bij de informatievoorziening wordt het geven van informatie door de apotheker als meest wenselijk ervaren, terwijl het geven van alleen het geneesmiddel minder wenselijk wordt gevonden. Bij de openingstijden geldt dat de respondenten het liefst zien dat een apotheek open is op werkdagen van 9.00 tot 18.00 uur en 1 avond per week tot 21.00 uur en zaterdag van 9.00 tot 17.00 uur. Alleen open tijdens kantooruren wordt als minder wenselijk ervaren. Ten aanzien van de wachttijden wordt minder dan vijf minuten wachten geprefereerd boven vijf tot tien minuten wachten. Het minst wenselijk wordt een wachttijd van meer dan tien minuten gevonden. Bij privacy kiest men eerder voor een privacystreep dan voor schotten. Staafdiagram van de conjunctanalyse voor alle regio’s samen
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk
Eigen betaling
Figuur 2.5
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
31
Vervolgens hebben we gekeken naar het effect als de keuzefactoren informatievoorziening en reisafstand tegen elkaar worden afgezet. Hierbij is een “basisapotheek”(huidige en enige keuze van de consument: 100% marktaandeel) als uitgangspunt genomen en vergeleken met een nieuwe apotheek (alternatief) die verschilt ten aanzien van de twee keuzefactoren. De basisapotheek heeft als kenmerken: behoud reistijd; geen extra informatie beschikbaar;openingstijden van 9-18 uur;altijd voorraad; wachttijd van minder dan 5 minuten;privacy door middel van streep; en geen bijbetaling. Figuur 2.6 laat zien dat de basisapotheek veel marktaandeel verliest als de consument de keuze krijgt uit een alternatief met vergelijkbare kenmerken maar waar informatie wordt verstrekt door een medewerker (marktaandeel zakt naar 40%) of apotheker (marktaandeel zakt naar 38%). Wanneer de andere apotheek op een extra reistijd van 5 minuten ligt (ten opzichte van de huidige situatie) dan wordt het marktaandeel van de basisapotheek weer enigszins vergroot (47% of 45% afhankelijk van wie de informatie in de andere apotheek verstrekt) maar de basisapotheek blijft tweede keus. Bij een extra reistijd van 10 minuten vindt er een omslag plaats: het marktaandeel van de basisapotheek blijft dan groter (54 of 52%) dan die van de andere apotheek. Dit betekent dat bij 10 minuten meer reistijd ten opzichte van de huidige situatie het effect van de informatieverstrekking door een medewerker of apotheker (ten opzichte van geen informatievertrekking bij de huidige apotheek) op het marktaandeel van de andere apotheek te niet wordt gedaan en dat de basisapotheek het grootste marktaandeel behoudt. Figuur 2.6
Marktaandeel van basisapotheek en een alternatief waarbij de informatievoorziening en reistijd verschillen
% aandeel apotheek: effect van informatie en reistijd 70 60 50 40
Basis apotheek
30
Alternatief
20 10
32
m +r in ei st ew ijd er 10 ke in fo m r+ in re ap i sti ot he jd 15 ke r+ m re in is tij d 15 m in
10
m ti j d
o
m ed
th ek er in f
in f
o
ap o
ew er ke r
+r ei s
is tijd
5
5 r+ re
o
m ed
th
ek e
+r ei st i jd
o
ap o
in f
in f
in
in m
th ek er
ap o
o
ew er ke r
in f
in f
o
m ed
in f
o
m ed
ew er ke
r
0
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
2.3.2
Afruil ontvangst geldbedrag en langere reistijd Hoe hoger het bedrag dat de consument per apotheekbezoek contant ontvangt hoe meer bereid deze is af te reizen naar een verder weg gelegen apotheek. Bij ontvangst van €2,50 per apotheekbezoek is de consument gemiddeld maximaal 6.62 minuten bereid te reizen; voor €5,00 wordt dit 10.44 minuten en voor €7,50 is men bereid 14.59 minuten extra te reizen. Er treden significante verschillen op als de resultaten per regio worden vergeleken. Uit Tabel 2.8 blijkt dat respondenten uit Oost-Nederland gevolgd door respondenten uit ZuidNederland het minst bereid zijn verder te reizen indien ze voor elk apotheekbezoek een bedrag ontvangen. Respondenten uit Breskens tonen juist de grootste bereidheid om verder te reizen indien zij voor elk apotheekbezoek een geldbedrag ontvangen. Dit is interessant omdat het gedrag van de respondenten uit Breskens hiermee duidelijk afwijkt van de regio Zuid-Nederland (zonder Breskens) als geheel, en van Zeeuws-Vlaanderen (zonder Breskens), dat hetzelfde beeld vertoont als Zuid-Nederland. Het is ook opmerkelijk dat respondenten uit de gemeente Sluis (inclusief Breskens) nog minder bereid zijn om langer te reizen dan respondenten uit Zeeuws-Vlaanderen en de regio Zuid-Nederland. Het resultaat voor de inwoners van Breskens is niet onlogisch gezien het feit dat ze woonachtig zijn in een klein dorp – ze zijn hierdoor waarschijnlijk meer gewend om langere afstanden te reizen om toegang te hebben tot bepaalde faciliteiten (bijvoorbeeld ziekenhuis) in vergelijking met consumenten die in een stad wonen.
Tabel 2.8
Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €2,50, €5,00 en €7,50 Gemiddelde per regio
Ontvangst €2,50
Ontvangst €5,00
Ontvangst €7,50
Breskens
8.41
12.78
17.63
Noord-Nederland
7.16
11.37
15.43
Midden Nederland
6.67
10.08
14.14
Vier grote steden
6.62
10.77
15.40
Zuid-Nederland
6.39
10.04
14.14
Zeeuws-Vlaanderen
6.23
10.27
14.27
Oost-Nederland
6.22
9.93
13.82
Gemeente Sluis
6.16
9.40
13.46
Totaal gemiddelde
6.62
10.44
14.59
In Tabel 2.9, Tabel 2.10, en Tabel 2.11 wordt het aantal en percentage respondenten per subcategorie reisafstand (0-5 minuten, 6-10 minuten, 11-15 minuten, en meer dan 15 minuten) weergegeven.7
7
De resultaten voor Breskens (n=27) vermelden we niet apart vanwege het kleine aantal respondenten per subcategorie.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
33
Tabel 2.9
Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €2,50 Reisafstand
0-5 minuten
6-10 minuten
11-15 minuten
>15 minuten
Steden
Midden
Noord
Oost
Zuid
Zeeuws-
Gemeente
Vlaanderen
Sluis
64.4%
63.9%
61.5%
68.3%
66.2%
65.7%
68.4%
(n=203)
(n=202)
(n=193)
(n=213)
(n=319)
(n=111)
(n=39)
26.0%
23.7%
27.1%
21.5%
24.7%
26.0%
15.8%
(n=82)
(n=75)
(n=85)
(n=67)
(n=119)
(n=44)
(n=9)
4.4%
9.5%
6.1%
7.4%
6.4%
5.3%
12.3%
(n=14)
(n=30)
(n=19)
(n=23)
(n=31)
(n=9)
(n=7)
5.1%
2.8%
5.4%
2.9%
2.7%
3.0%
3.5%
(n=16)
(n=9)
(n=17)
(n=9)
(n=13)
(n=5)
(n=2)
Totaal
64.9%
24.4%
7.0%
3.7%
Uit Tabel 2.9 blijkt dat respondenten uit de gemeenste Sluis minder bereid zijn om 6-10 minuten te reizen dan de rest van Nederland (15.8% versus 24.4%). In de categorie 11-15 minuten scoort de gemeente Sluis hoger dan gemiddeld. Overige regio’s laten geen grote verschillen zien. Tabel 2.10
Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €5,00 Steden
0-5 minuten
6-10 minuten
11-15 minuten
>15 minuten
Midden
Noord
Oost
Zuid
Zeeuws-
Gemeente
Vlaanderen
Sluis
36.8%
33.5%
30.9%
34.0%
36.1%
36.1%
42.1%
(n=116)
(n=106)
(n=97)
(n=106)
(n=174)
(n=61)
(n=24)
32.4%
36.1%
37.6%
39.1%
35.5%
35.5%
33.3%
(n=102)
(n=114)
(n=118)
(n=122)
(n=171)
(n=60)
(n=19)
13.3%
16.8%
15.9%
14.1%
15.4%
14.8%
10.5%
(n=42)
(n=53)
(n=50)
(n=44)
(n=74)
(n=25)
(n=6)
17.5%
13.6%
15.6%
12.8%
13.1%
13.6%
14.0%
(n=55)
(n=43)
(n=49)
(n=40)
(n=63)
(n=23)
(n=8)
Totaal
34.3%
36.1%
15.1%
14.5%
Uit Tabel 2.10 blijkt dat respondenten uit de gemeente Sluis meer dan gemiddeld bereid zijn om 0-5 minuten extra te reizen terwijl ze minder dan gemiddeld 11-15 minuten willen reizen om €5,00 te ontvangen. Verder valt op dat in de vier grote steden in Midden-Nederland gemiddeld meer mensen geantwoord hebben bereid te zijn om 0-5 minuten of meer dan 15 minuten extra te reizen voor een bedrag van €5,00. Tabel 2.11
Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij ontvangst bedrag €7,50 Steden
Noord
Oost
Zuid
Zeeuws-
Gemeente
Vlaanderen
Sluis
0-5
26.3%
23.7%
21.7%
25.0%
25.7%
24.3%
29.8%
minuten
(n=83)
(n=75)
(n=68)
(n=78)
(n=124)
(n=41)
(n=17)
6-10 minuten
34
Midden
20.3%
24.7%
26.4%
23.7%
21.8%
25.4%
21.1%
(n=64)
(n=78)
(n=83)
(n=74)
(n=105)
(n=43)
(n=12)
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Totaal
24.5%
23.2%
Steden
11-15 minuten
>15 minuten
Midden
Noord
Oost
Zuid
Zeeuws-
Gemeente
Vlaanderen
Sluis
21.6%
25.3%
24.5%
27.2%
25.3%
23.1%
26.3%
(n=68)
(n=80)
(n=77)
(n=85)
(n=122)
(n=39)
(n=15)
31.7%
26.3%
27.4%
24.0%
27.2%
27.2%
22.8%
(n=100)
(n=83)
(n=86)
(n=75)
(n=131)
(n=46)
(n=13)
Totaal
25.0%
27.3%
Uit Tabel 2.11 blijkt dat de respondenten uit de gemeente Sluis meer dan gemiddeld bereid zijn om 0-5 minuten extra te reizen voor een bedrag van €7,50. Mensen uit de gemeente Sluis geven in vergelijking met andere regio’s het minst aan bereid te zijn om meer dan 15 minuten extra te reizen. Voor een bedrag van €7,50 zijn mensen uit de vier grote steden in Midden-Nederland juist het meest bereid om meer dan 15 minuten extra te reizen. Wanneer we de resultaten uitsplitsen per leeftijdsgroep valt het op dat vooral respondenten uit de leeftijdscategorie 65-75 het meest bereid zijn verder te reizen – dit geldt voor alle situaties. De respondenten uit de leeftijdscategorie 50-64 zijn echter het minst bereid verder te reizen voor de ontvangst van een contact geldbedrag per apotheek bezoek (significant verschil). Wanneer we de resultaten uitsplitsen naar geslacht, valt op dat vrouwen meer bereid zijn te reizen dan mannen voor een contant geldbedrag per apotheekbezoek. Dit verschil is echter alleen significant voor het bedrag van €2,50. Met betrekking tot het opleidingsniveau is er een significant verschil aantoonbaar voor de bedragen van €5,00 en €7,50. Respondenten met een HBO opleiding zijn het meest bereid verder te reizen om deze bedragen te ontvangen terwijl laagopgeleiden (alleen basisopleiding of geen opleiding) het minst bereid zijn verder te reizen. Respondenten die aangeven één keer per week voorgeschreven medicijnen op te halen/te kopen tonen zich het minst bereid verder te reizen om de gegeven bedragen te ontvangen terwijl respondenten die aangeven nooit voorgeschreven medicijnen op te halen/te kopen zich het meest bereid tonen verder te reizen om een geldbedrag per apotheekbezoek te ontvangen (significante resultaten voor €2,50 en €5,00). Dit is niet onlogisch gezien het feit dat mensen die vaker voorgeschreven medicijnen op moeten halen meer tijd verliezen door de langere reistijd per apotheekbezoek. Wat wel opmerkelijk is, is het feit dat juist de respondenten in Breskens meer dan gemiddeld hebben aangeven één keer per week voorgeschreven medicijnen op te halen/te kopen (zie paragraaf 1.3 en bijlage 3) maar wel meer bereid zijn verder te reizen indien ze een contant bedrag per apotheekbezoek kunnen ontvangen. Verder valt op dat respondenten die aangeven met het openbaar vervoer te reizen het meest bereid zijn verder te reizen om een geldbedrag te ontvangen per apotheekbezoek (significant resultaat). Uit de beschrijving van respondenten (zie bijlage 3) blijkt dat maar een zeer klein percentage van de respondenten (0.8%) met het openbaar vervoer naar een apotheek reist. De meerderheid van de respondenten reist per fiets (41.5%) of per auto/motor (30.3%).
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
35
Respondenten die zich niet bewust zijn van de vrije apotheekkeuze willen verder reizen dan respondenten die zich wel bewust zijn van de vrije apotheekkeuze voor een contant geldbedrag per apotheekbezoek (significante resultaten voor €2,50 en €5,00). Dit komt overeen met de bevindingen dat in Breskens meer respondenten zich niet bewust zijn van de vrije apotheekkeuze in vergelijking met de andere regio’s. Respondenten die soms of nooit dezelfde apotheek gebruiken om voorgeschreven geneesmiddelen op te halen/te kopen geven aan dat ze bereid zijn verder te reizen om een contant bedrag per apotheekbezoek te ontvangen (significant resultaat voor €2,50) dan respondenten die altijd of heel vaak gebruik maken van dezelfde apotheek. Dit is interessant omdat respondenten uit Breskens hebben aangegeven dat ze vaker gebruik maken van één apotheek, maar ook verder willen reizen om een contant bedrag per apotheekbezoek te ontvangen (zie paragraaf 2.1). Uit een correlatietest blijkt dat hoe langer de reistijd (in minuten) van een respondent is naar de gewoonlijke apotheek, hoe meer minuten de respondent bereid is extra te reizen voor de ontvangst van de bedragen €2,50, €5,00 en €7,50 (statistisch significant). Er blijkt geen statistisch significant verschil te bestaan tussen de gemiddelde extra reistijd die respondenten bereid zijn te reizen voor de ontvangst van €2,50, €5,00 en €7,50 per apotheekbezoek en de frequentie van hun apotheekbezoek.
2.3.3
Afruil eigen betaling per bezoek en kortere reistijd Hoe hoger het bedrag dat de consument contant moet betalen om bij de huidige apotheek te blijven hoe meer de consument is bereid af te reizen naar een verder weg gelegen apotheek (zie Tabel 2.12). Bij betaling van €2,50 per apotheekbezoek is de consument gemiddeld maximaal 7.47 minuten bereid om verder te reizen om deze betaling te voorkomen (bij ontvangst 6.62 minuten); voor €5,00 wordt dit 10.54 minuten (bij ontvangst 10.44 minuten) en voor €7,50 wordt dit 13.70 minuten (bij ontvangst 14.59 minuten). Interessant hierbij is dat de consumenten bereid zijn om verder te reizen bij het betalen van €2,50 en €5,00 dan dat ze dit bedrag ontvangen. Dit geldt niet voor een geldbedrag van €7,50; dan zijn consumenten juist bereid verder te reizen om het bedrag te ontvangen in plaats van te betalen. De verschillen per regio (zie Tabel 2.12) wijken niet af van de bevindingen ten aanzien van de bereidheid om te reizen om het geldbedrag te ontvangen. Respondenten uit Breskens vertonen weer de grootste bereidheid om verder te reizen wanneer contant betaald moet worden voor elk apotheekbezoek. Dit is interessant omdat het gedrag van de respondenten uit Breskens hiermee weer duidelijk afwijkt van het beeld van de regio Zuid-Nederland. Ter vergelijking, de antwoorden van de respondenten uit Zeeuws-Vlaanderen (zonder Breskens) en de gemeente Sluis (inclusief Breskens) passen wel weer in het gemiddelde beeld van de regio Zuid-Nederland (lage bereidheid) hoewel wel minder duidelijk dan wanneer men een geldbedrag contant ontvangt per apotheekbezoek.
36
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Tabel 2.12
Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen indien u €2,50, €5,00 en €7,50 moet betalen om bij de huidige apotheek te mogen blijven Gemiddelde per regio
Te betalen €2,50
Te betalen €5,00
Te betalen €7,50
Breskens
10.04
13.81
18.19
Noord-Nederland
8.06
11.14
14.01
Gemeente Sluis
7.81
10.63
14.04
Vier grote steden
7.69
11.37
15.00
Midden Nederland
7.53
10.43
13.23
Zeeuws-Vlaanderen
7.33
10.49
12.67
Zuid-Nederland
7.08
9.94
12.97
Oost-Nederland
6.99
9.88
13.28
Totaal gemiddelde
7.47
10.54
13.70
Er bestaat geen statistisch significant verschil tussen de gemiddelde extra reistijd die respondenten bereid zijn te reizen als €2,50, €5,00 en €7,50 moet worden betaald per apotheekbezoek om bij de huidige apotheek te mogen blijven en de frequentie van het apotheekbezoek.
2.3.4
Afruil kosten ziektekostenpremie en langere reistijd In Tabel 2.13 en Tabel 2.14 wordt de gemiddelde maximale reistijd (in minuten) weergegeven die de respondenten bereid zijn extra te reizen naar een andere apotheek om een maandelijkse premieverhoging te voorkomen of om een maandelijkse premieverlaging van €2,50, €5,00 en €7,50 te ontvangen bij een andere verzekeraar.
Tabel 2.13
Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen naar een andere apotheek om geen maandelijkse premieverhoging van €2,50, €5,00 en €7,50 te betalen Gemiddelde per regio
Tabel 2.14
Te betalen €2,50
Te betalen €5,00
Te betalen €7,50
Breskens
8.63
12.15
16.48
Noord-Nederland
7.77
10.66
13.53
Vier grote steden
7.76
10.98
14.92
Oost-Nederland
7.24
9.77
12.87
Gemeente Sluis
7.23
9.18
11.88
Midden Nederland
7.22
10.12
13.13
Zuid-Nederland
6.98
9.41
12.25
Zeeuws-Vlaanderen
6.47
8.72
11.27
Totaal gemiddelde
7.37
10.15
13.29
Vragenlijst resultaten – gemiddelde maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen naar een andere apotheek bij een maandelijkse premieverlaging van €2,50, €5,00 en €7,50 bij een andere zorgverzekeraar Gemiddelde per regio
Te ontvangen €2,50
Te ontvangen €5,00
Te ontvangen €7,50
Breskens
8.33
12.44
17.33
Oost-Nederland
7.04
9.88
13.46
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
37
Gemiddelde per regio
Te ontvangen €2,50
Te ontvangen €5,00
Te ontvangen €7,50
6.85
10.59
14.91
Vier grote steden Noord-Nederland
6.52
9.61
12.87
Midden Nederland
6.50
9.83
13.03
Gemeente Sluis
6.35
9.37
13.21
Zeeuws-Vlaanderen
5.63
7.89
11.01
Zuid-Nederland
5.95
8.70
11.99
Totaal gemiddelde
6.54
9.66
13.19
Er zijn ten aanzien van de maandelijkse premieverhoging (zie Tabel 2.13) geen significante verschillen tussen de regio’s gevonden, maar bij de maandelijkse premieverlaging (zie Tabel 2.14) wel voor de bedragen van €2,50 en €7,50. De respondenten uit Breskens blijken meer dan gemiddeld bereid om verder te reizen om een premieverlaging te ontvangen. Dit is bij een premieverhoging ook het geval maar de resultaten zijn minder uitgesproken (niet significant). Ook uit deze resultaten blijkt dat de respondenten bereid zijn langer te reizen als ze moeten betalen dan als ze een bedrag kunnen ontvangen. In Tabel 2.15 en Tabel 2.16 wordt het aantal en percentage respondenten weergegeven dat bereid is om extra te reizen om een betaling van €2,50, €5,00 en €7,50 te voorkomen (maandelijkse premieverhoging) of om het bedrag te ontvangen (maandelijkse premieverlaging) per subcategorie reisafstand (0-5 minuten, 6-10 minuten, 11-15 minuten, en meer dan 15 minuten). Tabel 2.15
Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra reizen naar een andere apotheek om geen maandelijkse premieverhoging van €2,50, €5,00 en €7,50 te betalen Reisafstand
Te betalen €2,50
Te betalen €5,00
Te betalen €7,50
0-5 minuten
63.3%
40.4%
34.8%
(n=1118)
(n=713)
(n=614)
22.6%
32.7%
20.1%
(n=399)
(n=578)
(n=355)
6-10 minuten
11-15 minuten
>15 minuten
7.9%
12.6%
20.3%
(n=139)
(n=223)
(n=359)
6.2%
14.3%
24.8%
(n=110)
(n=252)
(n=438)
De meerderheid van de respondenten (63.3%) is voor een maandelijkse premieverhoging van €2,50 bereid om maximaal 5 minuten extra te reizen. Dit percentage daalt als de maandelijkse premieverhoging €5,00 (40.4%) en €7,50 (34.8%) bedraagt. Bij een premieverhoging van €5,00 en €7,50 zijn meer mensen (26.9% en 45.1% versus 14.1%) bereid om meer dan 10 minuten te reizen dan waneer de premieverhoging €2,50 per maand bedraagt.
38
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Tabel 2.16
Vragenlijst resultaten – maximale tijd (in minuten) bereid extra te reizen bij een maandelijkse premieverlaging €2,50, €5,00 en €7,50 bij een andere verzekeraar Reisafstand
Te ontvangen €2,50
Te ontvangen €5,00
Te ontvangen €7,50
0-5 minuten
69.1%
42.0%
33.4%
(n=1220)
(n=742)
(n=589)
20.1%
33.2%
21.2%
(n=355)
(n=587)
(n=374)
6-10 minuten
11-15 minuten
>15 minuten
6.2%
11.1%
22.1%
(n=109)
(n=196)
(n=390)
4.6%
13.6%
23.4%
(n=82)
(n=241)
(n=413)
Bij een maandelijkse premieverlaging van €2,50 is de meerderheid van de respondenten (69.1%) bereid om maximaal 5 minuten extra te reizen. Het percentage daalt als de maandelijkse premieverlaging €5,00 (42.0%) en €7,50 (33.4%) bedraagt. Deze trend is vergelijkbaar met een maandelijkse premieverhoging. Tevens geldt dat naarmate de maandelijkse premie lager wordt het percentage respondenten dat meer dan 10 minuten extra wil reizen toeneemt: 10.8% bij een premieverlaging van €2,50, 24.7% als de premieverlaging €5,00 is en 45.4% bij een verlaging van €7,50 per maand. Respondenten die minder frequent een apotheek bezoeken zijn bereid gemiddeld meer reistijd (in minuten) af te leggen naar een andere apotheek om bij hun huidige zorgverzekeraar te blijven. Hierdoor voorkomen ze dat ze een maandelijkse premieverhoging aan een andere verzekeraar moeten betalen om bij de eigen apotheek te blijven. Dit verschil is echter niet statistisch significant. Tevens blijkt dat hoe minder frequent een respondent de apotheek bezoekt, hoe meer minuten de respondent gemiddeld bereid is extra te reizen voor een maandelijkse premieverlaging van €7,50 bij een andere zorgverzekeraar (statistisch significant). Respondenten die aangeven één keer per week een apotheek te bezoeken zijn bereid om gemiddeld 10 minuten extra te reizen versus 13,59 minuten voor respondenten die aangeven één keer per jaar een apotheek te bezoeken. Voor de bedragen €2,50 en €5,00 zijn vergelijkbare uitkomsten gevonden, maar deze resultaten zijn niet statistisch significant.
2.3.5
Samenvatting Uit de conjunctanalyse waarin we de respondenten een fictieve situatieschets hebben gepresenteerd met daarin een vergelijking van verschillende keuzefactoren komt naar voren dat in alle regio’s het aspect “eigen betaling” per bezoek aan de apotheek de belangrijkste rol speelt in het keuzeproces voor een apotheek (ongeveer 50%), naast het hebben van geneesmiddelen op voorraad (ongeveer 17%) en reistijd (ongeveer 12%). Bij het aspect “eigen betaling” wordt de huidige situatie (geen bijbetaling) als de meest wenselijke situatie beschouwd, waarbij het omslagpunt naar minder wenselijk ligt bij een bedrag van €3.75.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
39
Opvallend resultaat is dat het betalen van een geldbedrag per bezoek een minder belangrijke rol speelt in de gemeente Sluis, waar Breskens onder valt (43%). Dit resultaat past in de bevinding dat de prijs van geneesmiddelen als minder belangrijk wordt beoordeeld door de respondenten uit de gemeente Sluis in vergelijking met de andere regio’s en op basis van de resultaten van de analyse van ‘willingness to pay’ en ‘willingness to accept’ voor de gemeente Sluis. Daaruit bleek dat respondenten uit deze gemeente minder dan gemiddeld bereid zijn om verder te reizen om een geldbedrag per bezoek te ontvangen of om een betaling te vermijden. Respondenten uit Breskens tonen echter de grootste bereidheid om verder te reizen indien zij voor elk apotheekbezoek een geldbedrag ontvangen. Respondenten uit Breskens vertonen ook de grootste bereidheid om verder te reizen wanneer contant betaald moet worden voor elk apotheekbezoek. De respondenten uit Breskens zijn ook meer dan gemiddeld bereid om verder te reizen om een premieverlaging te ontvangen of een premieverhoging te vermijden in vergelijking tot de andere regio’s. Het resultaat voor de respondenten uit Breskens is niet onlogisch gezien het feit dat ze woonachtig zijn in een klein dorp – ze zijn hierdoor waarschijnlijk meer gewend om langere afstanden te reizen om toegang te hebben tot bepaalde faciliteiten (bijvoorbeeld een ziekenhuis) in vergelijking met consumenten die in een stad wonen. Het is daarom waarschijnlijk dat ze sneller bereid zijn om extra reistijd te maken. Het hebben van geneesmiddelen op voorraad wordt ook als een belangrijke keuzefactor beschouwd. Hierbij worden apotheken die minder dan 50% van de geneesmiddelen op voorraad hebben als minder wenselijk beschouwd. Binnen het aspect reistijd wordt het behoud van de huidige reistijd als het meest wenselijk gezien en ligt het omslagpunt naar minder wenselijk op 10 minuten extra reistijd. Bij de afruil tussen de keuzefactoren informatievoorziening en reisafstand blijkt dat de consument kiest voor een andere apotheek met vergelijkbare kenmerken maar waar extra informatie wordt verstrekt door een medewerker of apotheker. Ook wanneer de andere apotheek op een extra reistijd van 5 minuten ligt (ten opzichte van de huidige situatie) blijft de consument voor die apotheek kiezen. Bij een extra reistijd van 10 minuten vindt er een omslag plaats. Dit betekent dat bij 10 minuten meer reistijd ten opzichte van de huidige situatie het effect van de informatieverstrekking door medewerker of apotheker (ten opzichte van geen informatievertrekking bij de huidige apotheek) te niet wordt gedaan.
2.4
Internetapotheek als alternatief Een internetapotheek is een apotheek waar gebruikers online geneesmiddelen kunnen bestellen en die geen reguliere vestiging heeft waar men naar toe kan om de geneesmiddelen af te halen. In hoeverre gebruikers van farmaceutische zorg niet-reguliere apotheken zoals internetapotheken als een alternatief voor reguliere apotheken zien is via de vragenlijst onderzocht door middel van vier vragen. Hierin staan de volgende aspecten centraal: de mate van gebruik van internetapotheken, de reden van wel of geen gebruik, type geneesmiddel waarvoor het wordt gebruikt en de bereidheid van consumenten om
40
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
gebruik van een internetapotheek te maken indien zij daarvoor een contant bedrag per recept ontvangen. Daarnaast is internetapotheken ook in de interviews met de verwijzers aan de orde gekomen.
2.4.1
Perspectief van de consument De meeste respondenten maken geen gebruik van een internetapotheek in plaats van een reguliere apotheek (94.6%). Er is slechts een klein deel van de respondenten dat altijd (0.7%), vaak (1.0%) of soms (3.6%) gebruik maakt van een internetapotheek (n=95) ter vervanging van een reguliere apotheek. De verschillen tussen de regio’s (Tabel 2.17) zijn niet statistisch significant.
Tabel 2.17
Vragenlijst resultaten uitgesplitst per regio – maakt u gebruik van een internetapotheek in plaats van een reguliere apotheek? Steden
Midden
Noord
Oost
Zuid
Zeeuws-
Gemeente
Vlaanderen
Sluis
Breskens
Altijd
0.3%
0.6%
1.0%
1.0%
0.8%
0.0%
0.0%
0.0%
Heel vaak
1.6%
0.6%
1.0%
1.9%
0.4%
0.6%
1.8%
0.0%
Soms
2.5%
3.8%
2.2%
4.1%
4.1%
4.1%
3.5%
3.7%
Nooit
95.6%
94.9%
95.9%
94.6%
94.6%
95.3%
94.7%
96.3%
Er zijn tussen respondenten met verschillende kenmerken geen statistisch significante verschillen gevonden in het gebruik van internetapotheken. Daarnaast is er ook geen verband gevonden met bewustheid van de vrije apotheekkeuze, trouwheid aan de apotheek, beantwoording van stellingen over keuzegedrag, en de rangschikking van keuze factoren die van belang kunnen zijn bij de keuze voor een apotheek. De helft van de 95 respondenten die (altijd, vaak of soms) gebruik maken van een internetapotheek doet dat voor geneesmiddelen op recept (zie Tabel 2.18). Tabel 2.18
Vragenlijst resultaten – voor welk type geneesmiddelen maakt u gebruik van een internet apotheek? Zelfzorgmiddelen
Drogisterij artikelen
Geneesmiddelen
(bijvoorbeeld voor
(verzorgingsproducten)
op recept
Anders
hoofdpijn, koortslip, andere niet ernstige kwalen) Wel genoemd
Niet genoemd
32.6%
24.2%
50.5%
11.6%
(n=31)
(n=23)
(n=48)
(n=11)
67.4%
75.8%
49.5%
88.4%
(n=64)
(n=72)
(n=47)
(n=84)
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
41
Een belangrijk geneesmiddel dat door respondenten genoemd werd betreft diabetesmiddelen.8 Minder belangrijke type geneesmiddelen die genoemd werden door respondenten zijn bijvoorbeeld geneesmiddelen die niet bij een reguliere apotheek verkrijgbaar zijn. Wanneer naar de afzonderlijke regio’s gekeken wordt, vallen geen verschillen op in de geneesmiddelen waarvoor de internetapotheek gebruik wordt. Daarnaast zijn ook hier geen statistisch significante verschillen gevonden in de geneesmiddelen waarvoor de internetapotheek gebruik wordt en kenmerken van de respondenten. Ook hier is er geen verband gevonden met de bewustheid van de vrije apotheekkeuze, trouwheid aan de apotheek, beantwoording van stellingen over keuzegedrag, en de rangschikking van factoren die van belang kunnen zijn bij de keuze voor een apotheek. Gemak blijkt de belangrijkste reden te zijn om gebruik te maken van een internetapotheek (zie Tabel 2.19) . Ook het niet gebonden zijn aan openingstijden en prijs worden vaak als redenen genoemd om gebruik te maken van een internetapotheek. Andere redenen die genoemd zijn om gebruik te maken van een internetapotheek (n=10) zijn bijvoorbeeld het assortiment van de internetapotheek of het niet meer hoeven wachten. Tabel 2.19
Vragenlijst resultaten – wat is de reden dat u wel gebruik maakt van een internetapotheek?
Wel genoemd
Niet genoemd
Gemak
Niet gebonden
Prijs
Anonimiteit
Ik krijg anders
(bezorging aan
aan openings-
geen of lagere
huis, geen
tijden van een
vergoeding van
reistijd)
apotheek
zorgverzekeraar
Anders
64.2%
38.9%
29.5%
10.5%
10.5%
10.5%
(n=61)
(n=37)
(n=28)
(n=10)
(n=10)
(n=10)
35.8%
61.1%
70.5%
89.5%
89.5%
89.5%
(n=34)
(n=58)
(n=67)
(n=85)
(n=85)
(n=85)
Er worden in de afzonderlijke regio’s geen andere redenen aangegeven voor het gebruik van een internetapotheek. Als reden om gebruik te maken van een internetapotheek noemen vrouwen gemak significant vaker dan mannen. Van de vrouwen die gebruik maken van een internetapotheek (n=43) geeft 74.4% gemak aan als reden, tegenover 55.8% van de 52 mannen die gebruik maken van een internetapotheek. Daarnaast is het opvallend dat mensen die kwaliteit van de geleverde zorg/service als belangrijk beoordelen significant vaker gemak als reden aangeven dan mensen die kwaliteit van de geleverde zorg/service als niet zo belangrijk zien. Er zijn voor andere persoonskenmerken kenmerken van respondenten (zoals leeftijd en opleidingsniveau), en de gegeven antwoorden over bewustheid van de vrije apotheekkeuze, trouwheid aan de apotheek, beantwoording van stellingen over keuzegedrag (inzicht in indifferent gedrag), en de rangschikking van factoren die van
8
42
Het is niet duidelijk of respondenten ook diabetesmiddelen zonder recept bedoelen.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
belang kunnen zijn bij de keuze voor een apotheek geen significante verschillen gevonden in redenen om wel voor een internetapotheek te kiezen. Zoals hierboven beschreven, maakt het grootste deel van de respondenten (n=1671) geen gebruik van een internetapotheek in plaats van een reguliere apotheek. Deze respondenten is gevraagd aan te geven welke reden(en) zij hebben om geen gebruik te maken van een internetapotheek (zie Tabel 2.20). Tabel 2.20
Vragenlijst resultaten – wat is de reden dat u geen gebruik maakt van een internetapotheek? Mijn
Geen
Wordt niet door
Wekt geen
Niet op de hoogte
reguliere
persoonlijk
mijn
vertrouwen/gevaar
van het bestaan
apotheek
contact
zorgverzekeraar
voor schending
van
vergoed
van de privacy
internetapotheken
bevalt
Anders
goed Wel genoemd Niet genoemd
63.3%
31.2%
1.7%
22.6%
18.5%
13.2%
(n=1057)
(n=521)
(n=29)
(n=378)
(n=309)
(n=220)
36.7%
68.8%
98.3%
77.4%
81.5%
86.8%
(n=614)
(n=1150)
(n=1642)
(n=1293)
(n=1362)
(n=1451)
Tevredenheid met de reguliere apotheek lijkt de belangrijkste reden voor respondenten om geen gebruik te maken van een internetapotheek. Ook het missen van persoonlijk contact bij de internetapotheek en het missen van vertrouwen of angst voor schending van de privacy worden door respondenten vaak genoemd. Daarnaast geeft 18.5% van de respondenten aan dat ze niet op de hoogte waren van het bestaan van internetapotheken. Bij de open vraag of er nog andere factoren van belang zijn waarom de respondent geen gebruik maakt van een internetapotheek worden de volgende redenen genoemd: De respondent heeft (bijna) nooit medicijnen nodig en gaat (bijna) nooit naar de apotheek (n=48); De respondent is niet bewust van de mogelijkheid of heeft zich er niet in verdiept (n=25); De respondent heeft het niet nodig (n=21); Internetapotheken zijn onvoldoende bekend met de situatie van de persoon (n=19); Er zit een reguliere apotheek in de buurt (n=19); Het advies van de apotheek valt weg bij het gebruik van een internetapotheek (n=14); De respondent twijfelt aan de betrouwbaarheid van de internetapotheek (n=11); De huisarts raadt het gebruik van een internetapotheek af (n=9); De respondent twijfelt aan de deskundigheid van de internetapotheek (n=3) en de kwaliteit van de producten (n=3); Anders (n=27). In de vier grote steden in Midden-Nederland en in Breskens wordt significant vaker het niet op de hoogte zijn van het bestaan van internetapotheken genoemd als reden om er geen gebruik van te maken. Voor de andere redenen zijn er geen verschillen tussen de regio’s gevonden. Het resultaat in de vier grote steden kan mogelijk verklaard worden door het feit dat er een groot aanbod is van reguliere apotheken en er dus geen behoefte is aan een internetapotheek. Keuzefactoren in de markt voor farmacie
43
Tevredenheid met de reguliere apotheek wordt significant vaker als reden aangegeven door mensen in de leeftijdscategorie 65-75 jaar. Gebrek aan persoonlijk contact wordt door respondenten in de leeftijdscategorie 18-34 jaar significant minder vaak als reden gegeven. Daarnaast is het opvallend dat respondenten in deze leeftijdscategorie significant vaker niet op de hoogte zijn van het bestaan van internetapotheken als reden noemen. Een mogelijke verklaring hiervan zou kunnen zijn dat mensen in deze leeftijdscategorie überhaupt minder gebruik maken van apotheken. Voor mensen die vaker apotheken bezoeken, zijn het gebrek aan persoonlijk contact en het gevaar van de schending van hun privacy significant vaker redenen om geen gebruik te maken van een internetapotheek, dan voor mensen die minder vaak apotheken bezoeken. Mensen die als reden om geen gebruik te maken van een internetapotheek tevredenheid met de reguliere apotheek noemen, hebben significant minder reistijd (gemiddeld 6.91 minuten) naar de apotheek dan mensen die dit niet als reden aangaven (gemiddeld 7.5 minuten). Daarnaast is het opvallend dat mensen die als reden aangeven geen gebruik te maken van een internetapotheek omdat de zorgverzekeraar het niet vergoedt, significant meer reistijd (gemiddeld 9.44 minuten) hebben dan mensen die dit niet als reden noemen (gemiddelde reistijd van 7.08 minuten). Respondenten die zich niet bewust zijn van de vrije apotheekkeuze geven significant minder vaak de tevredenheid met de reguliere apotheek als reden om niet te kiezen voor een internetapotheek. Daarnaast geeft deze groep respondenten significant vaker het niet op de hoogte zijn van het bestaan van internetapotheken aan als reden. Wanneer naar de beantwoording van de stellingen over apotheken gekeken wordt, valt op dat mensen die het helemaal eens zijn met de stelling ‘het maakt mij niet uit naar welke apotheek ik ga’, significant minder vaak de tevredenheid met de reguliere apotheek als reden noemen. Dit geldt ook voor de respondenten die het helemaal eens zijn met de stelling ‘mijn huisarts of medisch specialist adviseert mij naar welke apotheek ik het beste kan gaan’. Respondenten die de openingstijden van de apotheek niet belangrijk vinden, blijken significant vaker de tevredenheid met de reguliere apotheek als reden te geven om geen gebruik te maken van een internetapotheek. Respondenten die (thuis)bezorgservice als onbelangrijk aspect bestempeld hebben in de keuze voor een apotheek, blijken significant minder vaak het gebrek aan persoonlijk contact als reden te noemen. Daarnaast noemen de respondenten die discretie (privacy) als onbelangrijk zien in de keuze voor een apotheek, significant minder vaak tevredenheid met de eigen apotheek als reden om geen gebruik te maken van een internetapotheek. Respondenten die nog geen gebruik maken van een internetapotheek is vervolgens gevraagd voor welk te ontvangen bedrag per recept ze bereid waren over te stappen naar een internetapotheek (zie Figuur 2.7).
44
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Figuur 2.7
Vragenlijst resultaten – voor welk te ontvangen bedrag per recept bent u bereid over te stappen naar een internet apotheek?
In bovenstaand figuur is te zien dat de meerderheid van de respondenten (63.2%) niet bereid is over te stappen naar een internetapotheek ondanks de ontvangst van een bedrag per recept. Van de respondenten is 8.0% bereid voor een contant bedrag van €2,50 per recept over te stappen, 9.3% voor €5,00 per recept, en 19.5% voor een bedrag van €7,50 per recept. Respondenten uit de verschillende regio’s verschillen niet in hun bereidheid om over te stappen naar een internetapotheek. Ook wanneer gekeken wordt naar andere kenmerken van respondenten, en de beantwoording van vragen over onder andere bewustheid van de vrije keuze voor een apotheek, en trouwheid aan de apotheek, blijken respondenten niet te verschillen in hun bereidheid om over te stappen.
2.4.2
Perspectief van de voorschrijver De geïnterviewde huisartsen zijn niet enthousiast over het concept internetapotheek. Ze voelen zich verantwoordelijk voor hun patiënten en vinden dat de internetapotheek onvoldoende inzicht geeft in de kwaliteit en controlemechanismes. Bij internetapotheken is alles geautomatiseerd en is er voor de huisarts geen communicatie meer mogelijk met een apotheker. Door dit geautomatiseerde en anonieme systeem sluipen er fouten in, vooral in verband met herhaalrecepten. Ook is er geen overleg mogelijk op het vlak van polifarmacologisch9 beleid of kwaliteitsbewaking. Een ander probleem is het feit dat op dit moment de systemen van bestaande internetapotheken nog niet verbonden zijn met de systemen van de huisartsen waardoor deze hun gegevens niet kunnen koppelen en checken met de gegevens van de apotheek.
9
Polifarmacie is het gebruiken van een aantal verschillende geneesmiddelen naast elkaar. Van alle mensen die chronische geneesmiddelen gebruiken, gebruikt 17% vijf of meer geneesmiddelen tegelijkertijd. De helft van deze polifarmaciepatiënten is ouder dan 70 jaar http://www.sfk.nl/webrapportages/overzicht_en_toelichting/pppolyfarmacie.html). Polifarmacie kan schadelijk en ondoelmatig zijn. Huisartsen en apothekers overleggen in hun FTO’s over beleid tegen polifarmacie en bespreken individuele patiënten.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
45
Daarbij geven ze aan dat door de thuisbezorging er een belangrijk contactmoment voor de apotheker verloren gaat om de patiënt goed in te lichten over de geleverde medicijnen. Dit kan tot fout medicijngebruik leiden. Een ander punt wat de huisartsen aangeven als belangrijk is dat de internetapotheek alleen voorgeschreven medicijnen levert voor chronische ziektes en niet voor acute zorg. Dit leidt tot een versplintering van informatie over medicijngebruik van de patiënt omdat er gebruik moet gemaakt worden van de combinatie internet apotheek-reguliere apotheek. Daarbij geven de geïnterviewde huisartsen aan dat dit oneerlijke concurrentie is voor de reguliere apotheken. Huisartsen zeggen dat het algemeen bekend is dat er meer verdiend wordt op medicijnen voor chronische ziektes dan voor acute zorg. Zij stellen dat de opkomst van internetapotheken op den duur kan leiden tot het verdwijnen van reguliere apotheken.
2.4.3
Samenvatting Slechts 5,3% (n=95) van de respondenten maakt gebruik van een internetapotheek in plaats van een reguliere apotheek. De helft van deze respondenten gebruikt een internetapotheek voor geneesmiddelen op recept. Er zijn geen statistisch significante verschillen gevonden tussen de regio’s en ook geen duidelijk verband met de achtergrondkenmerken of keuzefactoren. De redenen waarom consumenten gebruik maken van een internetapotheek zijn gemak, het niet gebonden zijn aan openingstijden en prijs. Op een relatief klein aantal na, maken de respondenten geen gebruik van een internetapotheek in plaats van een reguliere apotheek. De belangrijkste reden hiervoor is dat de consument tevreden is met de reguliere apotheek. Daarnaast worden het missen van persoonlijk contact bij de internetapotheek en het missen van vertrouwen of angst voor schending van de privacy vaak genoemd. Tevens valt op dat 18,5% van de respondenten, die vooral afkomstig zijn uit de vier grote steden en Breskens, aangeeft dat ze niet op de hoogte zijn van internetapotheken. Ook indien de consument een bedrag per recept zou ontvangen is de meerderheid van de respondenten (63.2%) niet bereid om over te stappen naar een internetapotheek. Van de respondenten die wel bereid zijn over te stappen is 8.0% bereid voor een contant bedrag van €2,50 per recept over te stappen, 9.3% voor €5,00 per recept, en 19.5% voor een bedrag van €7,50 per recept. De verwijzers die in dit onderzoek zijn geïnterviewd staan niet positief tegenover internetapotheken. Ze vinden dat de internetapotheek onvoldoende inzicht geeft in de kwaliteit van de geleverde zorg/service. Tevens het gebrek aan kwaliteitscontrole op de zorg die geleverd wordt (bijvoorbeeld bij polifarmacie) is een belangrijk nadeel van internetapotheken. Ook de concurrentiepositie van internetapotheken ten opzichte van reguliere apotheken wordt als oneerlijk gezien.
46
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
3 Gedrag van voorschrijvers ten aanzien van apotheken
3.1
Relatie van voorschrijver met apotheek Uit de interviews met de huisartsen komt naar voren dat er regelmatig overleg wordt gepleegd tussen huisartsen en apothekers. Zo geven de geïnterviewde huisartsen aan dat ze regelmatig farmacotherapeutisch overleg (FTO) plegen met andere huisartsen en apothekers uit de regio. Tijdens dit overleg leren de huisartsen en apothekers van elkaar, maken afspraken en zorgen samen dat iedere patiënt de juiste geneesmiddelen krijgt. De huisarts kan via FTO gebruik maken van de deskundigheid van de apotheker en de apotheker raakt via FTO met de huisartsen beter bekend met de klachten van de patiënten. Via FTO kunnen huisartsen toelichten waarom hij of zij afwijkt van een standaard voorschrijfprocedure. FTO is ook handig om er voor te zorgen dat de huisartsen en apothekers op één lijn zitten zodat het minder vaak nodig is voor de apotheker om contact op te nemen met de huisarts bij de afgifte van geneesmiddelen. Tijdens FTO kan er ook afgesproken worden wie welke voorlichting aan de patiënt geeft. Deelnemende huisartsen maken ook dikwijls tijdens FTO afspraken over het voorschrijfgedrag en de apotheker kan via FTO hier vervolgens zijn voorraad op afstemmen. Dit verhoogt de kans dat de patiënt direct zijn/haar medicijnen kan meekrijgen en dat de meest goedkope medicijnen worden afgegeven.10 In mindere mate geven geïnterviewde huisartsen aan dat ze polifarmacologisch overleg plegen met één of meerder apotheken in de buurt van de praktijk. Het deelgebied voor dit overleg is duidelijk kleiner dan voor FTO. Tijdens polifarmacologisch overleg bespreken de huisarts en apotheker het medicijngebruik van bepaalde patiënten (vaak ouder dan 70 jaar en/of chronisch ziek) die meer dan vijf of zes medicijnen tegelijkertijd gebruiken. In onderstaande paragraaf wordt duidelijk dat deze overlegcultuur van belang is voor de rol van voorschrijvers op de apotheekkeuze van een consument.
3.2
Rol van voorschrijvers op de apotheekkeuze van een consument Uit paragraaf 2.2.1 Perspectief van de consument komt naar voren dat respondenten de verwijzing van de huisarts of medisch specialist een redelijk belangrijke keuzefactor
10
Bron: Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP). Gedownload (2010); http://www.apotheek.nl/Thema_s/Thema_s/Overleg_tussen_huisarts_en_apotheker.aspx?mId=10702&rId=65.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
47
vinden (score 57,17 op een schaal van 0-100). In deze paragraaf beschrijven we de rol van de voorschrijver vanuit het perspectief van de voorschrijver. Negen van de tien voorschrijvers geven aan dat zij in bepaalde gevallen de keuze van hun patiënt voor een apotheek bespreken. Slechts één geïnterviewde geeft aan zich hier nooit mee bezig te houden. Hij vraagt alleen naar de gekozen apotheek indien dit onduidelijk is (om een recept naar toe te sturen). Het is opvallend dat de meerderheid van de voorschrijvers eigenlijk in eerste instantie aangeeft zich niet te mengen in de apotheekkeuze van hun patiënten, maar bij doorvragen toch aangeven wel advies te geven. De voorschrijvers noemen vier verschillende redenen om de keuze van de patiënt voor een bepaalde apotheek wel te bespreken: Drie huisartsen geven er de voorkeur aan dat patiënten hun geneesmiddelen ophalen bij de apotheek in de buurt waar ze regelmatig overleg mee plegen, korte lijnen mee hebben of die ze in het algemeen goed kennen en waar ze op de deskundigheid van de medewerkers kunnen vertrouwen; Vier huisartsen willen graag dat patiënten hun geneesmiddelen ophalen bij een apotheek waarmee zij “elektronisch” verbonden zijn zodat uitwisseling van gegevens mogelijk is. Dit is meestal het geval met dichtbij gelegen apotheken in dezelfde stad of dorp en niet met verder weg gelegen apotheken, apotheken die nog niet op de digitale tour zijn of transmurale apotheken binnen ziekenhuizen; Vier huisartsen keuren het gebruik van een internetapotheek sterk af (zie ook paragraaf 2.4.2),, vooral als het gaat om patiënten die (meerdere) geneesmiddelen gebruiken voor een chronische aandoening. De reden hiervoor is dat ze geen zicht hebben op de kwaliteitscontrole en er geen uitwisseling van gegevens kan plaatsvinden. Twee van de vier voorschrijvers proberen de keuze direct te beïnvloeden door aan te geven dat zij geen recepten doorfaxen naar internetapotheken. De patiënt moet de recepten zelf komen ophalen. Dit is een extra barrière en kan ook als extra informatie moment dienen; Eén huisarts noemt consequent gedrag als reden. Het maakt hem niet uit welke apotheek een patiënt kiest zolang ze maar kiezen voor één vaste apotheek. Omdat apotheken onderling nog geen informatie uitwisselen kan alleen op deze manier de kwaliteit van zorg goed bewaakt worden. De geïnterviewde ziet steeds vaker dat zijn patiënten ook geneesmiddelen ophalen bij de transmurale apotheken in ziekenhuizen. Dit is handig voor de patiënt na een bezoek aan de specialist maar leidt tot versnippering van medische informatie. Hij raadt zijn patiënten daarom aan dit niet te doen en de door een specialist voorgeschreven geneesmiddelen op te halen bij hun vaste apotheek. Het blijkt dat de keuze voor een apotheek door de voorschrijvers vooral wordt besproken wanneer de patiënt afwijkt van de normale keuze, dat vaak de dichtbij gelegen apotheek/apotheken is waarmee de huisartsen meestal een directe relatie hebben (via regelmatig overleg) of die ze goed kennen. De voorschrijvers benadrukken ten stelligste dat ze slechts hun mening geven en dat het de patiënt altijd vrij staat om zelf te kiezen. Er wordt dus geen rechtstreekse druk uitgeoefend op de patiënt om voor een bepaalde apotheek te kiezen. Wel bespreken ze de
48
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
consequenties voor een bepaalde keuze zodat de patiënt meer informatie heeft om zijn keuze te maken.
3.3
Keuzefactoren van voorschrijvers De belangrijkste keuzefactor van voorschrijvers voor een bepaalde apotheek is een goede en stevige samenwerkingsrelatie met de apotheek. Het belang van regelmatig overleg (polifarmacie, kwaliteitsprojecten en farmacotherapeutisch overleg); korte lijnen; een goede relatie waarbij er feedback over elkaars handelen wordt gegeven en er regelmatig contact wordt gezocht om bepaalde zaken goed door te spreken wordt door vijf huisartsen genoemd. Als tweede keuzefactor wordt het geven van een goed advies van de apotheker aan de huisarts over voorschrijfgedrag en medicatie genoemd. Huisartsen vinden het belangrijk dat zij vragen kunnen stellen aan de apotheker over de werking en dosering van geneesmiddelen. De apotheker moet deskundig zijn om de vragen te beantwoorden en gemotiveerd zijn om de juiste informatie te zoeken. Daar zit de echte meerwaarde in voor de huisarts. Ander belangrijke keuzefactoren die genoemd zijn betreffen: Een gezamenlijke ICT-infrastructuur waardoor de informatie-uitwisseling gemakkelijk is; Telefonische bereikbaarheid van de apotheker voor vragen; Focus op het welzijn van de patiënt: dat de apotheker zich bewust bezig houdt met kwaliteitsverbetering en de juiste service leveren aan de patiënt; Klantvriendelijkheid door bijvoorbeeld de voorgeschreven geneesmiddelen goed bespreken met de patiënt zodat alles duidelijk is en een flexibele houding (klant nog helpen vlak voor sluitingstijd). In slechts één interview komt het belang van de locatie van een apotheek - dicht bij de huisartsenpraktijk (in dit geval binnen de apotheekhoudende praktijk) naar voren als belangrijke keuzefactor. Daar moet wel bij opgemerkt worden dat de geïnterviewde huisartsen allen een goede relatie hebben met apotheken in de directe nabijheid van hun praktijk. De keuzefactoren relatie en nabijheid van de apotheekhoudende zijn voor de huisartsen dus direct met elkaar verbonden en worden door de voorschrijvers eigenlijk niet los van elkaar gezien worden. Enkel één geïnterviewde huisarts geeft aan dat de voorkeur van de patiënt van doorslaggevend betekenis is. Als belangrijkste kwaliteitsdimensie komt duidelijk het belang van deskundigheid naar voren. Als tweede dimensie wordt voldoende uitleg over het gebruik van de geneesmiddelen genoemd, zodat de patiënt goed op de hoogte is van de werking van zijn/haar geneesmiddelen. Andere kwaliteitsdimensies die als belangrijk genoemd worden zijn: Een correcte bejegening van de klant;
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
49
3.4
De bereidheid om geneesmiddelen die minder regelmatig gebruikt worden klaar te maken; Het voldoende op voorraad hebben van geneesmiddelen; Kwaliteitscontrole waarbij bijvoorbeeld het gebruik van een geneesmiddel door een klant in de gaten gehouden wordt (niet te snel aanvragen van een herhaalrecept); Kwaliteit van apothekersadvies aan de huisarts; Goed en regelmatig overleg om bijvoorbeeld voorschrijfgedrag te bespreken en protocollen vast te leggen; en Het gebruik van de geneesmiddelen door ouderen waarbij de geneesmiddelen in voorverpakte zakjes zitten met daarop de dag en tijdstip dat de betreffende geneesmiddelen ingenomen moeten worden. Dit leidt namelijk tot aanzienlijk minder ongelukken onder ouderen dan bijvoorbeeld het gebruik van een weekdoos.
Samenvatting Consumenten geven aan dat de verwijzing van de huisarts of medisch specialist een redelijk belangrijke keuzefactor is (score 57,17 op een schaal van 0-100) hoewel deze wel lager scoort dan kwaliteit van de geleverde zorg/service, bereikbaarheid van de apotheek (afstand van huis) en de prijs van geneesmiddelen. Voorschrijvers blijken dus in zekere mate een rol te spelen in de apotheekkeuze van de consument. Deze uitkomst wordt bevestigd door de interviews met de voorschrijvers. Daaruit blijkt dat de keuze voor een apotheek door de voorschrijvers vooral wordt besproken wanneer de patiënt afwijkt van de ‘normale’ keuze, dat vaak de dichtbij gelegen apotheek/apotheken is waarmee de huisartsen meestal een directe relatie hebben (via regelmatig overleg, zie paragraaf 3.1) of die ze goed kennen. De voorschrijvers benadrukken ten stelligste dat ze slechts hun mening geven en dat het de patiënt altijd vrij staat om zelf te kiezen. Er wordt dus geen rechtstreekse druk uitgeoefend op de patiënt om voor een bepaalde apotheek te kiezen. Wel bespreken ze de consequenties voor een bepaalde keuze zodat de patiënt meer informatie heeft om zijn keuze te maken. In slechts één interview is het belang van de locatie van een apotheek – dicht bij de huisartsenpraktijk (in dit geval binnen de apotheekhoudende praktijk) naar voren gekomen als belangrijke keuzefactor voor de voorschrijver. Deze keuzefactor komt op de tweede plaats van belangrijkheid voor de consument/patiënt (zie paragraaf 2.2.1). Het is belangrijk hier op te merken dat de geïnterviewde huisartsen allen een goede relatie hebben met de apotheken in de directe nabijheid van hun praktijk. De keuzefactoren relatie en nabijheid van de apotheekhoudende zijn voor de huisartsen dus direct met elkaar verbonden en worden door de voorschrijvers eigenlijk niet los van elkaar gezien. Huisartsen lijken de locatie eerder als een gegeven dan een keuzefactor te beschouwen. De voorschrijvers noemen vier verschillende redenen om de keuze van de patiënt voor een bepaalde apotheek wel te bespreken: Regelmatig overleg, vertrouwen op deskundigheid – huisartsen geven er de voorkeur aan dat patiënten hun geneesmiddelen ophalen bij de apotheek in de buurt waar ze regelmatig (farmacotherapeutisch, polifarmacologisch of ander) overleg mee plegen, korte lijnen mee hebben of die ze in het algemeen goed kennen en waar ze op de
50
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
deskundigheid van de medewerkers kunnen vertrouwen. De belangrijkste keuzefactor van voorschrijvers voor een bepaalde apotheek is namelijk een goede en stevige samenwerkingsrelatie met de apotheek. Het belang van regelmatig overleg (polifarmacie, kwaliteitsprojecten en farmacotherapeutisch overleg); korte lijnen; een goede relatie waarbij er feedback over elkaars handelen wordt gegeven en er regelmatig contact wordt gezocht om bepaalde zaken goed door te spreken wordt als belangrijk ervaren. Telefonisch contact wordt ook aangeven als een belangrijke keuzefactor. Als tweede keuzefactor wordt het geven van een goed advies van de apotheker aan de huisarts over voorschrijfgedrag en medicatie genoemd. Huisartsen vinden het belangrijk dat zij vragen kunnen stellen aan de apotheker over de werking en dosering van geneesmiddelen. De apotheker moet deskundig zijn om de vragen te beantwoorden en gemotiveerd zijn om de juiste informatie te zoeken. Daar zit de echte meerwaarde in voor de huisarts; Gezamenlijke ICT-infrastructuur - huisartsen geven er de voorkeur aan dat patiënten hun geneesmiddelen ophalen bij een apotheek waarmee zij “elektronisch” verbonden zijn zodat uitwisseling van gegevens mogelijk is. Dit is meestal het geval met dichtbij gelegen apotheken in dezelfde stad of dorp en niet met verder weg gelegen apotheken, apotheken die nog niet op de digitale tour zijn of transmurale apotheken binnen ziekenhuizen. Een gezamenlijke ICT-infrastructuur waardoor de informatieuitwisseling gemakkelijk is namelijk een belangrijke keuzefactor voor de voorschrijver; Internetapotheek - huisartsen keuren het gebruik van een internetapotheek sterk af (zie ook paragraaf 2.4.2), vooral als het gaat om patiënten die (meerdere) geneesmiddelen gebruiken voor een chronische aandoening. De reden hiervoor is dat ze geen zicht hebben op de kwaliteitscontrole en er geen uitwisseling van gegevens kan plaatsvinden; Consequent gedrag - huisartsen geven de voorkeur aan consequent gedrag. Het maakt niet uit welke apotheek een patiënt kiest zolang ze maar kiezen voor één vaste apotheek. Omdat apotheken onderling nog geen informatie uitwisselen kan alleen op deze manier de kwaliteit van zorg goed bewaakt worden. De geïnterviewde ziet steeds vaker dat zijn patiënten ook geneesmiddelen ophalen bij de transmurale apotheken in ziekenhuizen. Dit is handig voor de patiënt na een bezoek aan de specialist maar leidt tot versnippering van medische informatie. Hij raadt zijn patiënten daarom aan dit niet te doen en de door een specialist voorgeschreven geneesmiddelen op te halen bij hun vaste apotheek.
Als belangrijkste kwaliteitsdimensie voor de voorschrijver komt duidelijk het belang van deskundigheid naar voren. Als tweede dimensie wordt voldoende uitleg over het gebruik van de geneesmiddelen genoemd, zodat de patiënt goed op de hoogte is van de werking van zijn/haar geneesmiddelen. Bij de consument staat deskundigheid ook op de eerste plaats gevolgd door klantvriendelijkheid en advies over het (gelijktijdig) gebruik van geneesmiddelen.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
51
4 Belangrijkste bevindingen en conclusies
In dit onderzoek is door middel van een (online) vragenlijst onder 1766 consumenten onderzocht welke factoren van belang zijn voor de keuze van een apotheek en in welke mate nabijheid van de apotheekhoudende, kwaliteit van de geleverde zorg/service; persoonlijk contact/vertrouwensband met de apotheker, prijs van de zorg, openingstijden en overige factoren van invloed zijn op deze keuze en op elkaar (conjunctanalyse). Daarnaast is onderzocht in hoeverre gebruikers van farmaceutische zorg niet-reguliere apotheken (internetapotheken) als een alternatief zien voor reguliere apotheken. Tevens zijn (telefonische) interviews met 10 huisartsen uitgevoerd om de rol van voorschrijvers bij de keuze van gebruikers van farmaceutische zorg voor een apotheek in kaart te brengen.
4.1
Belangrijkste bevindingen en conclusies Keuzefactoren van consumenten ten aanzien van apothekers Kwaliteit van de geleverde zorg/service is voor consumenten de belangrijkste factor in de apotheekkeuze gevolgd door bereikbaarheid, prijs van geneesmiddelen en advies van huisarts of medisch specialist. Met betrekking tot kwaliteit wordt vooral belang gehecht aan deskundigheid, klantvriendelijkheid en advies over het (gelijktijdig) gebruik van geneesmiddelen. De minst relevante keuzefactor is het advies van de zorgverzekeraar. Volgens de geïnterviewde voorschrijvers is de bereikbaarheid van de apotheek de meest belangrijke factor voor consumenten in de keuze voor een apotheek. Ze zijn van mening dat de patiënt gemak (naar de dichtstbijzijnde apotheek gaan om zo snel mogelijk de voorgeschreven medicijnen te kunnen ontvangen) voorop stelt en eigenlijk geen bewuste keuze maakt tussen verschillende apotheken. Kwaliteitsaspecten zoals klantvriendelijkheid, deskundigheid, (thuis)bezorgservice, informatievertrekking, etc. zijn van belang indien de patiënt bewust kiest voor een apotheek; dit betreft volgens de voorschrijvers een klein aantal patiënten (maximaal 10% van de patiëntenpopulatie). De respondenten verwachten dat de bereikbaarheid van de apotheek, afstand tot de apotheek, prijsstijgingen en veranderingen in het verzekerde pakket in de toekomst belangrijker gaan worden in de keuze voor een apotheek. Bereikbaarheid en afstand tot de apotheek worden vooral in relatie gebracht met het ouder worden en als gevolg daarvan vermindering van eigen mobiliteit. Veranderingen in het verzekerde pakket betreffen vooral een verschraling van het basispakket, ophoging van het verplicht eigen risico en een toenemende rol van de zorgverzekeraar bij het geven van advies over geneesmiddelen.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
53
Rol van de voorschrijver bij de keuze van consumenten voor een apotheek Het advies van de huisarts of medisch specialist speelt een beperktere rol in de keuze van de consument voor een apotheek dan de kwaliteit van de geleverde zorg/service, bereikbaarheid en prijs. Uit de interviews met huisartsen blijkt dat de keuze meestal besproken wordt wanneer de patiënt afwijkt van de apotheek waar de huisarts normaal gesproken naar verwijst. Dit is meestal de apotheek waar de huisartsen een directe samenwerkingsrelatie mee hebben of die ze goed kennen. In dit geval bespreken de huisartsen vooral de consequenties van een bepaalde keuze zodat de patiënt een meer weloverwogen beslissing kan maken. Keuzefactoren van voorschrijvers ten aanzien van apothekers die zij selecteren voor hun patiënten Huisartsen geven er de voorkeur aan dat patiënten de geneesmiddelen ophalen bij een vaste apotheek waarmee ze een goede samenwerkingsrelatie (via farmacotherapeutisch, polifarmacologisch of ander overleg) en een gezamenlijke ICT infrastructuur hebben. Veelal ligt deze apotheek in de nabijheid van de huisartsenpraktijk waardoor de keuzefactoren ‘goede samenwerkingsrelatie’ en ‘nabijheid van de apotheekhoudende’ voor de huisarts nauw met elkaar verbonden zijn. De meest belangrijke keuzefactoren zijn het hebben van regelmatig overleg en het geven van een goed advies van de apotheker aan de huisarts over voorschrijfgedrag en medicatie. Het belang van de deskundigheid van de apotheker wordt hierbij onderstreept. Afruil tussen keuzefactoren van consumenten Uit de conjunctanalyse waarin we de respondenten een fictieve situatieschets hebben gepresenteerd met daarin een vergelijking van verschillende keuzefactoren komt naar voren dat in alle regio’s het aspect “eigen betaling” per bezoek aan de apotheek de belangrijkste rol speelt in het keuzeproces voor een apotheek (ongeveer 50%), naast het hebben van geneesmiddelen op voorraad (ongeveer 17%) en reistijd (ongeveer 12%). Bij het aspect “eigen betaling” wordt de huidige situatie (geen bijbetaling) als de meest wenselijke situatie beschouwd, waarbij het omslagpunt naar minder wenselijk ligt bij een bedrag van €3.75. Tevens worden apotheken die minder dan 50% van de geneesmiddelen op voorraad hebben als minder wenselijk beschouwd. Binnen het aspect reistijd wordt het behoud van de huidige reistijd als het meest wenselijk gezien en ligt het omslagpunt naar minder wenselijk op 10 minuten extra reistijd. Vervolgens hebben we gekeken naar het effect als de keuzefactoren informatievoorziening en reisafstand tegen elkaar worden afgezet. Hierbij is een “basisapotheek”(huidige en enige keuze van de consument) als uitgangspunt genomen en vergeleken met een nieuwe apotheek (alternatief) die verschilt ten aanzien van de twee keuzefactoren. Analyse van de gegevens uit de conjunctanalyse toont aan dat de basisapotheek veel marktaandeel verliest als de consument de keuze krijgt uit een alternatief met vergelijkbare kenmerken maar waar informatie wordt verstrekt door een medewerker of apotheker. Wanneer de andere apotheek op een extra reistijd van 5 minuten ligt (ten opzichte van de huidige situatie) dan wordt het marktaandeel van de basisapotheek weer enigszins vergroot, maar de basisapotheek blijft tweede keus. Bij een extra reistijd van 10 minuten vindt er een omslag plaats: het marktaandeel van de
54
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
basisapotheek blijft dan groter dan die van de andere apotheek. Dit betekent dat bij 10 minuten meer reistijd ten opzichte van de huidige (basisapotheek) situatie het effect van de informatieverstrekking door medewerker of apotheker (ten opzichte van geen informatievertrekking bij de huidige apotheek) te niet wordt gedaan en dat de basisapotheek het grootste marktaandeel behoudt. Reistijd en ontvangst of betaling van contact bedrag per bezoek Uit het onderzoek blijkt dat hoe hoger het bedrag dat de consument per apotheekbezoek contant ontvangt hoe meer bereid deze is af te reizen naar een verder weg gelegen apotheek. Bij ontvangst van €2,50 per apotheekbezoek is de consument gemiddeld maximaal 6,62 minuten bereid te reizen; voor €5,00 is men bereid 10,44 minuten extra te reizen en voor €7,50 is dit 14,59 minuten. Ook geldt dat hoe hoger het bedrag is dat de consument contant moet betalen om bij de huidige apotheek te blijven hoe meer de consument bereid is af te reizen naar een verder weg gelegen apotheek. Bij betaling van €2,50 per apotheekbezoek is de consument gemiddeld maximaal 7,47 minuten bereid om verder te reizen, voor €5,00 wordt dit 10,54 minuten en voor €7,50 is het 13,70 minuten. Dit betekent dat consumenten bereid zijn om verder te reizen bij het betalen van €2,50 en €5,00 dan wanneer ze dit bedrag ontvangen. Dit geldt niet voor een geldbedrag van €7,50; dan zijn consumenten juist bereid verder te reizen om het bedrag te ontvangen in plaats van te betalen. Respondenten uit de gemeente Sluis (inclusief Breskens) zijn minder dan gemiddeld bereid om verder te reizen om een geldbedrag per bezoek te ontvangen of om een betaling te vermijden. Respondenten uit Breskens tonen echter de grootste bereidheid om verder te reizen indien zij voor elk apotheekbezoek een geldbedrag ontvangen. Respondenten uit Breskens vertonen ook de grootste bereidheid om verder te reizen wanneer contant betaald moet worden voor elk apotheekbezoek. Reistijd en premieverhoging of premieverlaging van de ziektekostenverzekering Uit het onderzoek blijkt dat hoe hoger de maandelijkse premieverhoging van een zorgverzekeraar is om bij de eigen apotheek te blijven (in plaats van te reizen naar een verder weg gelegen apotheek) hoe meer bereid de consument is af te reizen naar een verder weg gelegen apotheek. Bij een maandelijkse premieverhoging van €2,50 is de consument gemiddeld maximaal 7,37 minuten bereid extra te reizen; voor €5,00 is men bereid 10,15 minuten extra te reizen en voor €7,50 is dit 13,29 minuten. Een vergelijkbare trend is te zien indien gekeken wordt naar een maandelijkse premieverlaging waarbij de consument bereid is over te stappen naar een andere zorgverzekeraar en naar een verder weg gelegen apotheek af te reizen. Bij een maandelijkse premieverlaging van €2,50 is de consument gemiddeld maximaal 6,54 minuten bereid extra te reizen naar een verder weg gelegen apotheek; voor €5,00 is men bereid 9,66 minuten extra te reizen en voor €7,50 is dit 13,19 minuten. Bij een maandelijkse premieverhoging om bij de eigen apotheek te blijven (in plaats van te reizen naar een verder weg gelegen apotheek) zijn geen significante verschillen tussen
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
55
de regio’s gevonden, maar bij de maandelijkse premieverlaging (waarbij naar een verder weg gelegen apotheek gereisd moet worden) wel voor de bedragen van €2,50 en €7,50. De respondenten uit Breskens zijn ook in dit geval weer meer dan gemiddeld bereid om extra te reizen naar een verder weg gelegen apotheek om een premieverlaging te ontvangen. Dit is bij een premieverhoging om bij de huidige apotheek te blijven ook het geval maar de resultaten zijn niet significant verschillend. Het feit dat de respondenten uit Breskens meer dan gemiddeld bereid zijn om extra te reizen kan verklaard worden doordat ze woonachtig zijn in een klein dorp – ze zijn hierdoor waarschijnlijk meer gewend om langere afstanden te reizen om toegang te hebben tot bepaalde faciliteiten (bijvoorbeeld een ziekenhuis) in vergelijking met consumenten die in een stad wonen. Het gebruik van internetapotheken Er maken op dit moment relatief weinig mensen in Nederland gebruik van internetapotheken om voorgeschreven geneesmiddelen te kopen. Zij doen dit vooral vanwege het gemak, het niet gebonden zijn aan openingstijden en de prijs van geneesmiddelen. Huisartsen staan niet positief tegenover het bestaan van internetapotheken, vooral vanwege het gebrek aan deskundigheid en kwaliteitsborging. De belangrijkste reden waarom de overgrote meerderheid geen gebruik maakt van een internetapotheek is de tevredenheid met de reguliere apotheek. Daarnaast is 18.5% niet op de hoogte van het bestaan van internetapotheken. Het is niet de verwachting dat indien deze mensen wel op de hoogte zouden zijn van internetapotheken, zij er ook gebruik van zouden gaan maken. Ook indien de consument een bedrag per recept zou ontvangen zal de meerderheid niet overstappen naar een internetapotheek. Van de respondenten die wel bereid zijn over te stappen is 8.0% bereid voor een contant bedrag van €2,50 per recept over te stappen, 9.3% voor €5,00 per recept, en 19.5% voor een bedrag van €7,50 per recept.
56
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Bijlage 1
Vragenlijst aan consumenten
Nederlandse Zorgautoriteit – vragenlijstonderzoek onder consumenten betreffende geneesmiddelen op recept
Introductie In opdracht van de Nederlandse Zorgautoriteit voeren wij een onderzoek uit naar de keuze van consumenten om voor een bepaalde apotheek te kiezen wanneer zij geneesmiddelen krijgen voorgeschreven. Wij willen graag weten op basis van welke overwegingen u kiest voor een bepaalde apotheek om de geneesmiddelen te halen die uitsluitend verkrijgbaar zijn op recept van een arts. De vragenlijst bestaat uit 24 vragen. Het invullen van de vragenlijst kost ongeveer 15 minuten.
Achtergrondvragen Vraag 1 Wat is uw postcode? XXXX XX. Vraag 2 Wat is uw leeftijd? 18 - 29 jaar; 30 - 39 jaar; 40 - 49 jaar; 50 - 59 jaar; 60 – 64 jaar; 65 jaar of ouder. Vraag 3 Wat is uw geslacht? Man; Vrouw.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
57
Vraag 4 Wat is uw opleidingsniveau? Universiteit; Hoger beroepsonderwijs; Hoger algemeen en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs; Middelbaar beroepsonderwijs; Middelbaar algemeen; Lager beroepsonderwijs; Lager onderwijs; Geen opleiding; Onbekend. Vraag 5 Hebt u in de laatste 12 maanden geneesmiddelen voorgeschreven gekregen? Ja; Nee; Weet ik niet. Vraag 6 Hoe vaak komt u gemiddeld bij de apotheek om voorgeschreven geneesmiddelen op te halen/te kopen? Eén keer per week; Eén keer per maand; Eén keer per kwartaal (4 x per jaar); Eén keer per half jaar (2 x per jaar); Eén keer per jaar; Minder dan één keer per jaar; Nooit. [Voor Motivaction doorverwijzen naar vraag 10 en vervolgens naar vraag 12]. Vraag 7 Wat is de postcode van de apotheek waar u gewoonlijk uw geneesmiddelen ophaalt/koopt? Mocht u dit niet meteen weten, dan kun u dit opzoeken via internet of in het telefoonboek: XXXX XX. [Voor Motivaction: de invuller móet dit invullen]. Vraag 8 Op welke wijze verplaatst u zich normaal gesproken naar de apotheek? Per auto/motor; Per openbaar vervoer; Per fiets; Per scooter/brommer; Per scootmobiel; Te voet; Niet, mijn geneesmiddelen worden thuisbezorgd of iemand anders haalt ze voor me op. [Voor Motivaction: er moet maar één keuze mogelijk zijn].
58
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Vraag 9 Wat is uw gemiddelde reistijd (in minuten) naar de apotheek waar u gewoonlijk uw geneesmiddelen ophaalt/koopt? XXX minuten.
Keuzegedrag Vraag 10 Bent u zich ervan bewust dat u uw eigen apotheek kunt kiezen? Ja; Nee. Vraag 11 Maakt u altijd gebruik van dezelfde apotheek om uw voorgeschreven geneesmiddel(en) op te halen/kopen? Altijd; Heel vaak; Soms; Nooit. Vraag 12 Hieronder staan zes stellingen over keuzegedrag bij het kiezen van een apotheek. Geef voor elke stelling aan in welke mate u het eens bent met de stelling. Helemaal oneens
Oneens
Eens
Helemaal
Geen
eens
mening
1. Het maakt mij niet uit naar welke apotheek ik ga 2. Ik wil geen tijd en energie steken in de keuze voor een apotheek 3. Mijn huisarts of medisch specialist adviseert mij naar welke apotheek ik het beste kan gaan 4. Als mijn huisarts of medisch specialist mij een apotheek aanraadt, volg ik het advies op 5. Als de zorgverzekeraar mij een apotheek aanraadt, volg ik het advies op 6. Als ik naar een apotheek moet, zoek ik uit naar welke apotheek ik het beste kan gaan
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
59
Keuzefactoren Vraag 13 Hieronder wordt een aantal kwaliteitsaspecten van dienstverlening gegeven die van belang kunnen zijn bij de keuze voor een apotheek. Geef voor elke aspect aan hoe belangrijk u dit vindt voor uw keuze voor een apotheek. Onbelangrijk
Niet zo belangrijk
Belangrijk
Heel
Geen
belangrijk
mening
1. Het geven van advies over het (gelijktijdig) gebruik van geneesmiddelen 2. Deskundigheid van de medewerkers 3. Aanwezigheid van de apotheker 4. Openingstijden van de apotheek 5. (Thuis) bezorgservice 6. Klantvriendelijkheid 7. Wachttijd om geholpen te worden 8. Toegankelijkheid (drempels, parkeergelegenheid) 9. Discretie (privacy)
Vraag 14 Hieronder wordt naast kwaliteit van de dienstverlening een aantal factoren beschreven die van belang kunnen zijn bij de keuze voor een apotheek: De bereikbaarheid van de apotheek (afstand van huis tot aan de apotheek); De kwaliteit van de geleverde zorg/service; De prijs van geneesmiddelen; Verwijzing/advies van de huisarts of medisch specialist; Advies van de zorgverzekeraar. a. Wilt u de factoren rangschikken van minst belangrijk naar meest belangrijk, waarbij 1 het minst belangrijk is. 1. 2. 3. 4. 5. b. Wilt u alle factoren rangschikken op een schaal van 0 tot 100, waarbij 0 staat voor volstrekt onbelangrijk en 100 voor uiterst belangrijk. 0------------------------------------------------------------------------------------------------------100 U hebt in de voorgaande vraag het onderlinge belang van de factoren op een schaal van 0 tot 100 weergegeven. 60
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
c. Denkt u dat één of meerdere van deze factoren in de toekomst voor u belangrijker of juist minder belangrijk zal/zullen worden? Indien ja, kunt u ook toelichten wat u denkt dat er zal veranderen? Ja, ik verwacht dat…; Nee. d. Zijn er nog andere factoren die voor u van belang zijn bij de keuze voor een apotheek? Ja, namelijk…; Nee. U hebt de keuze uit verschillende apotheken om uw voorgeschreven geneesmiddelen op te halen. Wij leggen u nu een aantal keuzes voor waarbij de reistijd centraal staat. Hierbij vragen wij u zich voor te stellen dat er twee apotheken in uw omgeving zijn. De dichtstbijzijnde apotheek is de huidige apotheek waar u gewoonlijk naar toe gaat, daarnaast is er een andere verder weg gelegen apotheek. Vraag 15 Stel u ontvangt per apotheekbezoek een contant bedrag als u naar de verder weg gelegen apotheek gaat. Wat is de maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen indien het bedrag: €2,50 bedraagt: … minuten; €5,00 bedraagt: …minuten; €7,50 bedraagt: …minuten.
Vraag 16 Stel u moet aan uw huidige apotheek een contant bedrag per apotheekbezoek betalen. U hoeft niets te betalen als u naar de verder weg gelegen apotheek gaat. Wat is de maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen indien het te betalen bedrag om bij uw huidige apotheek te blijven: €2,50 bedraagt: … minuten; €5,00 bedraagt: …minuten; €7,50 bedraagt: …minuten. Vraag 17 Stel dat uw huidige zorgverzekeraar A de kosten van uw huidige apotheek niet meer vergoedt. U kunt dan naar een verder weg gelegen apotheek gaan waarvan geldt dat zorgverzekeraar A de kosten wel vergoedt. Er is ook de mogelijkheid om naar zorgverzekeraar B over te stappen die de kosten van uw huidige apotheek wél vergoedt. Deze zorgverzekeraar vraagt echter een hogere premie (per maand). Kortom, voor vergoeding van uw geneesmiddelen moet u bij zorgverzekeraar A meer reizen, bij verzekeraar B moet u meer betalen. Wat is de maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen naar een andere apotheek om zo bij uw verzekeraar A te kunnen blijven, indien de maandelijkse premie van verzekeraar B: €2,50 hoger is dan uw huidige premie per maand: … minuten; €5,00 hoger is dan uw huidige premie per maand: …minuten;
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
61
€7,50 hoger is dan uw huidige premie per maand:
…minuten.
Vraag 18 Stel dat uw huidige zorgverzekeraar A de kosten van uw huidige apotheek wel vergoedt. Er is ook een andere, goedkopere zorgverzekeraar B (lagere maandpremie), maar die vergoedt enkel de kosten van de verder weg gelegen apotheek. Kortom, voor vergoeding van uw geneesmiddelen moet u bij zorgverzekeraar A meer betalen, bij verzekeraar B moet u meer reizen. Wat is de maximale tijd (in minuten) die u bereid bent extra te reizen indien de maandelijkse premie van zorgverzekeraar B: €2,50 lager is dan uw huidige premie per maand: … minuten; €5,00 lager is dan uw huidige premie per maand: …minuten; €7,50 lager is dan uw huidige premie per maand: …minuten.
Internetapotheek Een internetapotheek is een apotheek waar gebruikers online geneesmiddelen kunnen bestellen en die geen reguliere vestiging heeft waar men naar toe kan om de geneesmiddelen af te halen (het gaat hier uitdrukkelijk niet om een bezorgservice van een reguliere apotheek). De geneesmiddelen koopt de internetapotheek in via de officiële apothekerskanalen en zijn identiek aan de geneesmiddelen die door een reguliere apotheek worden geleverd. De internetapotheken leveren in principe geen medicatie in spoedsituaties (zoals in de avond, nacht en in het weekend). Vraag 19 Maakt u gebruik van een internetapotheek in plaats van een reguliere apotheek? Altijd; Heel vaak; Soms; Nooit. [Indien nooit, ga naar vraag 23]. Vraag 20 Voor welk type geneesmiddelen maakt u gebruik van een internetapotheek? [Meerdere keuzes zijn mogelijk] Zelfzorgmiddelen (bijvoorbeeld voor hoofdpijn, koortslip, andere niet ernstige kwalen); Drogisterij artikelen (verzorgingsproducten); Geneesmiddelen op recept. Vraag 21 Wat is de reden dat u gebruik maakt van een internetapotheek? [Meerdere keuzes zijn mogelijk] Gemak (bezorging aan huis, geen reistijd); Niet gebonden aan openingstijden van een apotheek; Prijs;
62
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Anonimiteit; Ik krijg anders geen of een lagere vergoeding van mijn zorgverzekeraar; Anders, namelijk… [Voor Motivaction: na deze vraag doorsturen naar vraag 24].
Vraag 22 Wat is de reden dat u geen gebruik maakt van een internetapotheek? [Meerdere keuzes zijn mogelijk] Mijn reguliere apotheek bevalt goed; Geen persoonlijk contact; Wordt niet door mijn zorgverzekeraar vergoed; Wekt geen vertrouwen/gevaar voor schending van de privacy; Niet op de hoogte van het bestaan van internetapotheken; Anders, namelijk… Vraag 23 Stel u ontvangt een contact bedrag als u overstapt van uw reguliere apotheek naar een internetapotheek. Voor welk bedrag per recept bent u bereid gebruik te gaan maken van een internetapotheek? [1 keuzemogelijkheid] €2,50 €5,00 €7,50 Niet bereid om over te stappen.
Conjunctanalyse In de volgende vragen krijgt u XXX denkbeeldige situaties waarin twee apotheken worden voorgesteld. De bedoeling is dat u voor iedere vraag bepaalt of u kiest voor apotheek A of voor apotheek B. Er zijn geen 'goede' of 'foute' antwoorden. De afweging kan soms moeilijk zijn, omdat het aanbod van de apotheken op elkaar lijkt. U wordt verzocht bij iedere vraag een keuze te maken. Vaak is uw eerste ingeving de beste. Vraag 24 Apotheek A
Apotheek B
Ik kies voor: Apotheek A; Apotheek B; Geen van beide (het maakt mij niet uit). Attributen: -prijs: € 0,00 per bezoek betalen (huidige situatie);
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
63
€ 1,25 per bezoek betalen; € 2,50 per bezoek betalen; € 3,75 per bezoek betalen; € 5,00 per bezoek betalen.
-reistijd: toename in reistijd van 0 minuten (behoud huidige reistijd); toename in reistijd van 5 minuten; toename in reistijd van 10 minuten; toename in reistijd van 15 minuten. -informatievoorziening: u krijgt geen extra informatie over het geneesmiddel (alleen de bijsluiter); u krijgt aanvullende schriftelijke informatie over het geneesmiddel (naast de bijsluiter); u krijgt informatie over het geneesmiddel (naast de bijsluiter) door een medewerker van de apotheek (niet de apotheker); u krijgt informatie over het geneesmiddel door de apotheker (naast de bijsluiter). -openingstijden: alleen open op werkdagen van 9.00 tot 18.00 uur; open op werkdagen van 9.00 tot 18.00 uur en 1 avond per week tot 21.00 uur; open op werkdagen van 9.00 tot 18.00 uur en zaterdag van 9.00 tot 17.00 uur; open op werkdagen van 9.00 tot 18.00 uur en 1 avond per week tot 21.00 uur en zaterdag van 9.00 tot 17.00 uur. -klantvriendelijkheid: geneesmiddel is in 25% van de gevallen op voorraad; geneesmiddel is in 50% van de gevallen op voorraad; geneesmiddel is in 75% van de gevallen op voorraad; geneesmiddel is in 100% van de gevallen op voorraad. -wachttijd: ik word binnen 5 minuten geholpen; ik word binnen 5 tot 10 minuten geholpen; ik moet meer dan 10 minuten wachten om geholpen te worden. -privacy: geen privacy maatregelen aanwezig (zoals een privacystreep waarachter klanten moeten wachten of schotten op de balie); aanwezigheid van een privacy streep waarachter klanten moeten wachten; aanwezigheid van schotten op de balie voor privacy. Hartelijk bedankt voor uw medewerking aan ons onderzoek.
64
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Bijlage 2
Interviewprotocol voorschrijvers
Nederlandse Zorgautoriteit – interviewprotocol voor interviews met huisartsen
Introductie In opdracht van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) voert het onderzoeksbureau ECORYS een onderzoek uit naar de keuzes die patiënten en huisartsen maken binnen de extramurale farmaceutische zorg. D.m.v. een kort interview met huisartsen willen wij meer inzicht krijgen in de factoren die een rol spelen bij de keuze van consumenten voor een apotheek.
Functie 1. Hoe lang bent u werkzaam als huisarts? 2. Hoe lang bent u werkzaam binnen deze huisartsenpraktijk?
Huisartspraktijk 3. Hoe groot is de huisartsenpraktijk (aantal huisartsen/aantal patiënten)? 4. Is de huisartsenpraktijk apotheekhoudend? [Indien niet apotheekhoudend]: Is er één of zijn er meerdere apotheken in de buurt van uw huisartspraktijk? [Vragen wat referentiekader is van ‘in de buurt’]: o Indien meerdere: Kunt u aangeven hoeveel apotheken? 5. Heeft uw relatief veel ouderen en/of chronisch zieken in uw patiëntenpopulatie?
Keuzefactoren 6. Kunt u beschrijven hoe in het algemeen het proces verloopt wanneer u een patiënt ziet waarbij een geneesmiddel wordt voorgeschreven tot aan levering van het geneesmiddel aan de patiënt? [Indien de keuze voor een apotheek niet aan bod komt]: Kiezen patiënten bewust voor een bepaalde apotheek om geneesmiddelen te halen/kopen? o Zo ja, weet u op basis van welke factoren patiënten hun keuze baseren?
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
65
o Zo nee, weet u waarom niet? Bespreekt u wel eens met uw patiënten de keuze voor een bepaalde apotheek? o Ja [Ga naar volgende vraag]; o Zo nee, waarom niet? [Ga naar vragen over internetapotheken].
[Indien advisering aan bod komt en na positief antwoord op voorgaande vraag]: Wat is/zijn de reden(en) voor het bespreken van de keuze voor een apotheek? Geeft u daarbij advies over één of meerdere apotheek(en)? Indien ja, wat is/zijn de reden(en) waarom u voor één of meerdere apotheek(en) kiest [d.i. waarom die bepaalde apotheek]? Volgen uw patiënten uw advies op? Zo nee, hebt u inzicht in de reden(en) waarom de patiënten het advies niet opvolgen? 7. Welke factoren vindt u belangrijk bij de keuze voor een bepaalde apotheek? (bijv. afstand, prijs, kwaliteit, etc.); 8. Welke kwaliteitsdimensies zijn voor u van belang bij de keuze voor een bepaalde apotheek (bijv. deskundigheid van het personeel, openingstijden, klantvriendelijkheid, wachttijd, toegankelijkheid, privacy, bezorgservice)?
Internetapotheken 9. Hebt u ervaring met internetapotheken? Zo ja, wat zijn uw ervaringen met internetapotheken? Zo, nee – denkt u dat internetapotheken wel interessant kunnen zijn voor bepaalde doelgroepen? o Zo ja, voor welk(e) doelgroep(en)?
Afsluiting 10. Zijn er nog belangrijke aspecten die niet aan bod zijn gekomen tijdens het gesprek die van belang kunnen zijn voor dit onderzoek? Van het gesprek wordt een korte uitwerking gemaakt die wij u zullen toesturen voor eventuele opmerkingen en aanpassingen. Gezien de korte doorlooptijd van ons onderzoek, zouden wij het op prijs stellen wanneer u op zeer korte termijn uw reactie op deze uitwerking wilt geven. Hartelijk dank voor uw medewerking!
66
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Bijlage 3 Uitkomsten vragenlijstonderzoek consumenten
Respondenten In het totaal hebben 1766 respondenten de vragenlijst ingevuld. De verdeling per regio is beschreven in hoofdstuk 1. Uit Tabel Bijlage 3.0.1 komt naar voren dat de respondenten ongeveer gelijk verdeeld zijn naar de mate van stedelijkheid. Tabel Bijlage 3.0.1
Percentage respondenten naar mate van stedelijkheid Percentage respondenten Woonachtig in zeer sterk stedelijk gebied
19.8%
Woonachtig in sterk stedelijk gebied
19.8%
Woonachtig in matig stedelijk gebied
21.0%
Woonachtig in weinig stedelijk gebied
19.4%
Woonachtig in niet stedelijk gebied
18.5%
Onbekend
1.6%
Het aantal respondenten is ongeveer gelijk verdeeld naar geslacht. Alleen voor het deelgebied Zeeuws-Vlaanderen is er een significant verschil op te merken: van deze respondenten is 38.5% man en 61.5% vrouw. De verdeling van respondenten over de verschillende leeftijdscategorieën is – rekening houdend met de afwijkende grootten van de gekozen leeftijdscategorieën – nagenoeg gelijk verdeeld (zie Figuur Bijlage 3.1). Er zijn geen significante afwijkingen zichtbaar voor de verschillende regio’s.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
67
Figuur Bijlage 3.1
Verdeling respondenten naar leeftijd
De verdeling naar hoogst genoten opleiding laat zien (zie Tabel Bijlage 3.0.2) dat het aantal respondenten nagenoeg gelijk ligt voor de verschillende opleidingscategorieën, maar dat de opleidingen HBO en MBO oververtegenwoordigd zijn en alleen basisonderwijs en geen opleidingsniveau ondervertegenwoordigd zijn. Deze verdeling toont geen significante verschillen voor de afzonderlijke regio’s. Tabel Bijlage 3.0.2
Verdeling respondenten naar hoogst genoten opleiding
In de totale steekproef heeft 73% het afgelopen jaar geneesmiddelen voorgeschreven gekregen. De overige respondenten geven aan geen geneesmiddelen voorgeschreven te hebben gekregen (26.2%) of weet het niet meer (0.8%).
68
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
De volgende figuur laat zien hoe vaak respondenten gemiddeld bij de apotheek komen om voorgeschreven geneesmiddelen op te halen c.q. te kopen. Figuur Bijlage 3.2
Verdeling respondenten naar antwoord op de vraag: Hoe vaak komt u gemiddeld bij de apotheek om voorgeschreven geneesmiddelen op te halen/te kopen?
Er bestaan significante verschillen tussen de regio’s. Dit geldt vooral voor de deelgemeente Breskens waar de respondenten gemiddeld vaker naar de apotheek gaan dan de respondenten uit de andere regio’s: Het percentage respondenten dat in de regio Noord-Nederland en Breskens gemiddeld één keer per maand naar de apotheek gaat, liggen beiden met 29.6% duidelijk hoger dan gemiddeld in Nederland; Daarnaast is het opvallend dat er in Breskens relatief veel mensen één keer per kwartaal (40.7%) naar de apotheek gaan; Het percentage respondenten uit Breskens dat één keer per half jaar naar de apotheek gaat ligt echter met 3.7% duidelijk lager dan gemiddeld. Het lijkt er dus op dat respondenten uit Breskens gemiddeld vaker naar de apotheek gaan dan mensen uit andere regio’s. Dit resultaat kan van invloed zijn op de analyses van het keuzegedrag en keuzefactoren. Waar dit opvalt, zullen we dit vermelden. De meeste respondenten verplaatsen zich normaal gesproken per fiets (41.5%), per auto/motor (30.3%) of te voet (22.1%) naar de apotheek (zie Tabel Bijlage 3.0.3). Voor deze vraag geldt dat de verdeling van de antwoorden op deze vraag in de afzonderlijk vastgestelde regio’s niet afwijkt.
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
69
Tabel Bijlage 3.0.3
Vervoermiddel waarmee naar de apotheek wordt gegaan Wijze van vervoer Per auto/motor
Percentage van respondenten 30.3%
Per openbaar vervoer
0.8%
Per fiets
41.5%
Per scooter/brommer
1.0%
Per scootmobiel
1.3%
Te voet
22.1%
Niet, mijn geneesmiddelen worden thuisbezorgd of iemand anders haalt ze voor me op
3.1%
Gemiddeld zijn respondenten 7.09 minuten onderweg naar de apotheek waar ze gewoonlijk hun geneesmiddelen ophalen c.q. kopen. Mensen uit de afzonderlijke regio’s verschillen niet in hun gemiddelde reistijd.
70
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Conjunctanalyse Conjunctanalyse voor alle regio’s samen
Reistijd Informatie 12%
Openingstijden 8% Voorraad 5%
50%
Wachttijden 17%
4%4%
Privacy Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
Eigen betaling
Figuur Bijlage 3.3
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
71
Figuur Bijlage 3.4
Conjunctanalyse voor Zeeuws-Vlaanderen (exclusief Breskens)
Reistijd Informatie Openingstijden
12% 8% 5%
50%
16%
5%4%
Voorraad Wachttijden Privacy Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Eigen betaling
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
72
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Conjunctanalyse voor de gemeente Sluis
Reistijd Informatie 13%
Openingstijden 10%
43% 6%
Voorraad Wachttijden Privacy
5%3%
20% Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
Eigen betaling
Figuur Bijlage 3.5
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
73
Figuur Bijlage 3.6
Conjunctanalyse voor (vier) grote steden in Midden-Nederland
Reistijd 11%
Informatie 8%
Openingstijden
5% Voorraad
51% 17%
4%4%
Wachttijden Privacy Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Eigen betaling
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
74
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Conjunctanalyse voor regio Midden-Nederland (exclusief vier grote steden)
Reistijd 12%
Informatie 8% 5%
49%
18%
4%4%
Openingstijden Voorraad Wachttijden Privacy Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
Eigen betaling
Figuur Bijlage 3.7
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
75
Figuur Bijlage 3.8
Conjunctanalyse voor regio Noord-Nederland
Reistijd 12%
Informatie 8%
Openingstijden
5% Voorraad
51% 16%
4%4%
Wachttijden Privacy Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Eigen betaling
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
76
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
Conjunctanalyse voor regio Zuid-Nederland
Reistijd 12%
Informatie 8% 5%
50%
17%
4%4%
Openingstijden Voorraad Wachttijden Privacy Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
Eigen betaling
Figuur Bijlage 3.9
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie
77
Figuur Bijlage 3.10
Conjunctanalyse voor regio Oost-Nederland
Reistijd 12%
Informatie 8%
Openingstijden
5% Voorraad
51% 17%
4%3%
Wachttijden Privacy Eigen betaling
Reistijd
Geen extra info Schriftelijke info Info medewerker Info apotheker
Eigen betaling
Privacy
Wachttijden
Voorraad
Openingstijden
Informatie
Minder wenselijk Meer wenselijk Behoud reistijd Toename 5 min Toename 10 min Toename 15 min
78
9-18 uur 9-18 uur+ 1avond 21 uur 9-18 uur en zaterdag tot 17 uur 9-18 uur+ 1 avond+zaterdag 25% voorraad 50% vorraad 75% voorraad altijd voorraad < 5 min 5-10 min > 10 min Geen pricacy Privacy streep Privacy schotten Geen € 1 25 € 2 50 € 3 75 € 5 00
Keuzefactoren in de markt voor farmacie