“KEMPENS KARAKTER” SAMEN WERKEN AAN ERFGOED IN DE KEMPEN
Intentienota Stad Herentals Gemeente Lille Gemeente Olen Gemeente Nijlen Gemeente Herenthout Gemeente Grobbendonk Gemeente Vorselaar Najaar 2007
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 1
Met onze welgemeende dank aan:
- De vele vrijwilligers en bestuursleden van heemkringen en geschiedkundige kringen uit de regio die op een zeer actieve manier hebben meegewerkt aan de totstandkoming van dit document. - De betrokken schepenen en burgemeesters die de samenwerking hebben mogelijk gemaakt en van bij het eerste uur de steun hebben gegeven aan het project. - De cultuurbeleidscoördinatoren van de regio die mee hebben geschreven aan de nota’s. - Mevrouw Annemie Rossenbacker, consulent erfgoedcellen bij FARO (Culturele Biografie Vlaanderen). - De Heer Björn Rzoska, consulent mondelinge geschiedenis bij FARO (Vlaams Centrum Volkscultuur). - Prof. Dr. Hans Van Dyck, UCL Louvain-La-Neuve (Behavioural Ecology & Conservation Group). - De Heer Jef Vrelust, projectcoördinator Museum aan de Stroom (MAS) Antwerpen. - Mevrouw Joke Bungeneers, consulent archeologie en monumentenzorg, Provincie Antwerpen - dienst cultureel erfgoed. - De medewerkers van FARO, Vlaams steunpunt voor cultureel erfgoed vzw. - De medewerkers van de afdeling erfgoed van het Agentschap Kunsten en Erfgoed (Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap). - De medewerkers van KAPA, KADOC, VCM-contactforum, Heemkunde Vlaanderen en vele andere organisaties/instellingen voor hun advies. - De medewerkers van de verschillende erfgoedcellen voor hun tips, advies en goede samenwerking. - Katrien Steelandt, erfgoedcel Brugge voor de samenwerking in het kader van de Erfgoeddag 2008. - Roel Daenen en Lieve De Saedeleer, FARO, voor de mogelijkheid om als regio en met een gemeenschappelijk project in te schrijven voor de Erfgoeddag 2008. - Dr. Jan-M. Goris, stadsarchivaris Herentals. - De Heer Jeroen Janssens, projectcoördinator ‘Schitterend geslepen’ (voorheen werkzaam bij Rijksarchief). - De Heer Herman Van Elst, taalkundige en eindredacteur.
Verantwoordelijke uitgever:
Kempens Karakter Markt 14 2290 Vorselaar Lieven Janssens Burgemeester 014/50 71 16
[email protected]
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 2
WOORD VOORAF: MOTIVERING VAN DE KANDIDAATSTELLING De Kempen bezit een onschatbare bron aan erfgoed. Dat kan misschien verbazen … want de Kempen stond lang bekend als een arme en zelfs wat achtergebleven regio. Enkele kenners weten heel goed dat er echter een schat aan materiaal en erfgoed voorhanden is. Nu is de tijd rijp om dat erfgoed naar waarde te schatten en er ook het brede publiek bij te betrekken. Zeven gemeenten hebben elkaar gevonden en werken al een tijdje samen om die doelstelling te realiseren. Grobbendonk, Herentals, Herenthout, Lille, Nijlen, Olen en Vorselaar werken samen in de projectvereniging “Kempens Karakter”. Samen vormen ze een regio van iets meer dan 100.000 inwoners. De regio vormt het geografische hart van de Kempen. Die regio was tot voor kort een +/- blinde vlek in de erfgoedwerking in Vlaanderen. Uniek is nu dat zeven gemeenten van circa eenzelfde grootte op gelijkwaardige manier meewerken. Het is een project dat een toonbeeld is geworden van een bottom-up werking en een filosofie van samenwerking tussen gelijkwaardige partners. De gemeenten hebben in bijgaand document de ambitie uitgesproken om samen met de Vlaamse overheid een erfgoedconvenant af te sluiten. Die convenant kan een katalysator zijn om de erfgoedwerking op een hoger niveau te tillen … en het grote draagvlak dat er bij heemkringen, andere erfgoedactoren, inwoners en politiek bestaat te valoriseren. Dat draagvlak is trouwens duidelijk aanwezig. De grote opkomst op de eerste infovergaderingen, de aanwezigheid op de plenaire bijeenkomsten en de politieke aandacht voor het dossier zijn daarvan een sprekend bewijs. Om dat allemaal ook voor de buitenwereld vast te leggen werd de samenwerking ook vastgelegd in een charter dat op 16 november jl. werd ondertekend in het gemeentehuis van Vorselaar. De laatste maanden hebben blijk gegeven van veel goede wil en veel inzet. Er is ook heel wat expertise en potentie aanwezig in het gebied. Het politieke draagvlak is erg groot, juridisch/administratief zijn we al geruime tijd voorbereid, … kortom: de regio staat te popelen om de samenwerking concreet vorm te geven en projecten aan te gaan. Er was dan ook al heel wat spontane samenwerking in het gebied. Concreet wat erfgoed betreft zullen de zeven gemeenten op 13 april 2008 ook voor de eerste maal SAMEN deelnemen aan de Erfgoeddag. Dat en bijgaande intentienota moeten bewijzen dat de regio bol staat van ambitie en enthousiasme. Die intentienota is al diverse malen geschreven en herschreven. We waren bereid in deze nota onze eigen lacunes en pijnpunten bloot te leggen. Wij beseffen ook dat de nota slechts een aanzet is. Er zijn weliswaar duidelijk inhoudelijke keuzes gemaakt maar tegelijk blijft er ook ruimte om projecten nog anders in te vullen naargelang de inzichten die ongetwijfeld nog verder kunnen groeien. Net daar kan een erfgoedconvenant een helpende hand aanreiken. De vele ideeën moeten daarin verder worden verfijnd en uitgewerkt. We beschouwden deze nota van bij het begin als een levend iets … en een levendig iets. We hopen dat u als Vlaamse overheid onze dynamiek mee wil ondersteunen. Wij kunnen langs onze kant alleen het engagement aangaan dat we met een erfgoedconvenant de aanwezige expertise en potentie verder in kaart willen brengen en willen ontsluiten. De samenwerking kan verder worden geïntensifieerd. Zodoende kan ongetwijfeld ook veel verborgen materiaal worden ontdekt: verborgen expertise en verborgen erfgoed dat kan worden opgewaardeerd.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 3
INHOUDSOPGAVE Woord vooraf: motivering van de kandidaatstelling ________________________________________ 2 Inhoudsopgave ______________________________________________________________________ 4 1. Consortium en werkingsgebied_______________________________________________________ 7 1.1. Zeven gemeenten _______________________________________________________________ 7 1.2. Werkten eerder al samen__________________________________________________________ 8 ** Bestaande clusters _____________________________________________________________________ 8 ** Andere vormen van samenwerking in het projectgebied_________________________________________ 8
1.3. En werken nu samen aan erfgoed ___________________________________________________ 8 ** Welke samenwerking bestond er al?________________________________________________________ 8 ** De samenwerking wordt versterkt __________________________________________________________ 8
2. “Kempens Karakter” maakt een intentienota op _________________________________________ 9 2.1. Het vormen van een projectvereniging _______________________________________________ 9 2.2. Proces van de totstandkoming van de intentienota _____________________________________ 11 2.3. Samenwerking tussen diverse actoren ______________________________________________ 12 3. Omgevingsanalyse ________________________________________________________________ 15 A. GESCHIEDENIS VAN DE REGIO A.1. De geschiedenis _______________________________________________________________ 15 B. ERFGOEDAANBOD IN DE REGIO B.1. Het roerende erfgoed ___________________________________________________________ 23 B.2. Het immateriële erfgoed _________________________________________________________ 26 B.3. Het onroerend bouwkundig erfgoed ________________________________________________ 28 B.4. Het onroerend landschappelijk erfgoed ______________________________________________ 32 B.5. Archeologische vindplaatsen______________________________________________________ 34 B.6. Rode draden in het erfgoedaanbod_________________________________________________ 37 C. ERFGOEDACTOREN IN DE REGIO C.1. Erfgoedactoren ________________________________________________________________ 38 ** Heemkundige Kringen __________________________________________________________________ ** Museaverantwoordelijken _______________________________________________________________ ** Archiefverantwoordelijken _______________________________________________________________ ** Erfgoedexperten en professionals_________________________________________________________ ** Kerkbesturen _________________________________________________________________________ ** Private erfgoedeigenaars _______________________________________________________________ Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 4
38 39 39 40 41 42
** Andere erfgoedeigenaars: fotoclubs _______________________________________________________ 44 ** Andere erfgoedeigenaars: harmonies en fanfares ____________________________________________ 44 ** Inventaris andere -te betrekken- actoren____________________________________________________ 45
C.2. Andere betrokkenen ____________________________________________________________ 47 ** Politieke verantwoordelijken _____________________________________________________________ ** Cultuurbeleidscoördinatoren en medewerkers cultuurdienst_____________________________________ ** Toeristische diensten___________________________________________________________________ ** Bibliothecarissen ______________________________________________________________________ ** Scholen _____________________________________________________________________________
47 47 48 48 48
C.3. Erfgoeddragers: archieven, musea, erfgoedprojecten en publicaties _______________________ 51 ** Archieven: inhoud en statuut _____________________________________________________________ ** Musea en collecties ____________________________________________________________________ ** Erfgoedprojecten en tentoonstellingen _____________________________________________________ ** Schitterend geslepen___________________________________________________________________ ** Publicaties ___________________________________________________________________________
51 56 59 62 62
4. Swot-analyse van de regio __________________________________________________________ 72 4.1. Sterktes ______________________________________________________________________ 72 4.2. Zwaktes ______________________________________________________________________ 72 4.3. Kansen_______________________________________________________________________ 73 4.4. Bedreigingen __________________________________________________________________ 73 5. Missie en visie____________________________________________________________________ 74 5.1. Missie van “Kempens Karakter”____________________________________________________ 74 5.2. Visietekst _____________________________________________________________________ 75 “geografisch hart van de Antwerpse Kempen” _________________________________________________ “immaterieel erfgoed” ____________________________________________________________________ “drie belangrijke thema’s” _________________________________________________________________ “samenwerking”_________________________________________________________________________ “professionaliteit”________________________________________________________________________ “valorisatie” ____________________________________________________________________________
75 76 76 79 79 79
6. Doelstellingen, acties en effecten ____________________________________________________ 80 6.1. Strategische doelstellingen _______________________________________________________ 80 6.2. Operationele doelstellingen _______________________________________________________ 81 6.3. Verwachte effecten _____________________________________________________________ 95 7. Vormgeving van een erfgoedcel _____________________________________________________ 96 7.1. Structuur ‘Kempens Karakter’ _____________________________________________________ 96 ** Verderzetting werking ‘Kempens Karakter’ __________________________________________________ 96 ** Algemene vergadering en Raad van Bestuur ________________________________________________ 96 ** Overleg- en adviesforum ‘Kempens Karakter’ ________________________________________________ 96
7.2. Vorming erfgoedcel _____________________________________________________________ 97 7.3. Standplaats erfgoedcel __________________________________________________________ 97 Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 5
7.4. Aanwerving personeel ___________________________________________________________ 98 8. Inzet van middelen en begroting _____________________________________________________ 99 8.1. Inzet van middelen______________________________________________________________ 99 ** Financieel ___________________________________________________________________________ 99 ** Logistiek ____________________________________________________________________________ 99 ** Professionele inbreng __________________________________________________________________ 99
8.2. Begroting van het project ________________________________________________________ 100 9. Bijlagen ________________________________________________________________________ 102 9.1. Charter “Zeven gemeenten werken samen aan erfgoed” _______________________________ 103 9.2. Statuten projectvereniging, Raad van Bestuur en gemeenteraadsbesluiten _________________ 104 9.3. Uittreksels uit cultuurbeleidsplannen en gemeenteraadsbesluiten_________________________ 105 9.4. Verslagen en presentaties _______________________________________________________ 106 9.5. Overzicht geschiedenis werkingsgebied ____________________________________________ 107 9.6. Overzicht roerend erfgoed werkingsgebied __________________________________________ 108 9.7. Overzicht immaterieel erfgoed werkingsgebied _______________________________________ 109 9.8. Overzicht onroerend bouwkundig erfgoed werkingsgebied ______________________________ 110 9.9. Overzicht onroerend landschappelijk erfgoed werkingsgebied ___________________________ 111 9.10. Bronnen en publicaties uit het werkingsgebied ______________________________________ 112
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 6
1. CONSORTIUM EN WERKINGSGEBIED 1.1. Zeven gemeenten = Lille, Vorselaar, Herentals, Grobbendonk, Nijlen, Herenthout en Olen
Gemeente Herentals Vorselaar Lille Grobbendonk Nijlen Herenthout Olen SUBTOTAAL
Adres Augustijnenlaan 30, 2200 Herentals Markt 14, 2290 Vorselaar Rechtestraat 44, 2275 Lille Boudewijnstraat 4, 2280 Grobbendonk Kerkstraat 4, 2560 Nijlen Bouwelse Steenweg 8, 2270 Herenthout Dorp 1, 2250 Olen
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
Website www.herentals.be www.vorselaar.be www.lille.be www.grobbendonk.be www.nijlen.be www.herenthout.be www.olen.be
01/01/2008 26.369 7.410 15.806 10.823 20.976 8.601 11.546 101.531
p. 7
1.2. Werkten eerder al samen Tussen de gemeenten uit deze regio bestaan al heel wat verbanden en vormen van samenwerking. We sommen er enkele op. ** Bestaande clusters - Politiezone “Neteland” (Grobbendonk, Herentals, Vorselaar, Herenthout, OIen) - ISOM (OCMW’s Grobbendonk, Herentals, Vorselaar, Lille, Herenthout, OIen) - Conferentie Kempense burgemeesters (alle gemeenten) - Overleg cultuurbeleidscoördinatoren regio (meeste gemeenten) - Samenwerkingsverband Grobbendonk-Nijlen “Schitterend geslepen” ** Andere vormen van samenwerking in het projectgebied - Spontane samenwerking inzake dossiers en delen van expertise - Historische oriëntatie op de gemeenten onderling (bijv. inzake onderwijs: Herentals en Vorselaar, bijv. inzake ziekenhuis: gasthuis Herentals) - Billateraal overleg tussen gemeenten (gemeenschappelijke colleges)
1.3. En werken nu samen aan erfgoed ** Welke samenwerking bestond er al? - Spontane samenwerking tussen heemkundige kringen in de regio - Deelname aan erfgoeddagen (bijv. Herentals) en open monumentendagen (+/- alle gemeenten) - Project “Schitterend geslepen” (Nijlen en Grobbendonk m.m.v. Vorselaar, Lille, Herenthout en Herentals) - Toerismecluster “Het Groene Neteland” (met aandacht voor erfgoed in themawandelingen e.a.) (de cluster Land Van Playsantiën in vorige constructie met Lille en Vorselaar samen) (de cluster Pallieterland in vorige constructie met Herenthout en Nijlen samen) - Spontane samenwerking tussen buurgemeenten (bijv. Lille en Vorselaar werken samen rond korenpikken) - Samenwerking in programma voor plattelandsontwikkeling LEADER - As 4 met als één van de 8 doelstellingen de ontsluiting van het erfgoed in de regio (participerende gemeenten: Lille en Vorselaar) - In ere houden van stoeten: Peer Stoet (Herenthout) en viering 150 jaar jaarmarkt in 2007 (Vorselaar) ** De samenwerking wordt versterkt - Voortzetting en verbreding van het project “Schitterend geslepen” (Nijlen en Grobbendonk m.m.v. Vorselaar, Lille, Herenthout en Herentals) - Passages in de respectievelijke cultuurbeleidsplannen en algemene beleidsprogramma’s waarin de ambitie wordt uitgesproken samen te werken rond erfgoed (alle gemeenten zie bijlage 9.3) - Charter voor de samenwerking rond erfgoed zie hoofdstuk 2.1. (alle gemeenten) - Erfgoedconvenant: samenwerken om samen een erfgoedconvenant af te sluiten (alle gemeenten) - Erfgoeddag: de zeven betrokken gemeenten nemen SAMEN deel aan de Erfgoeddag - editie 2008. Het centrale thema “wordt verwacht” wordt ingevuld in de richting van geboortes en zwangerschappen. Vijf invalshoeken komen aan bod: de verhalen over zwangerschappen, de geschiedenis van de verloskunde, de evolutie in naamgeving, de kerkelijke rites en de gebruiken en tradities (alle gemeenten).
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 8
2. “KEMPENS KARAKTER” MAAKT EEN INTENTIENOTA OP 2.1. Het vormen van een projectvereniging Die zeven gemeenten slaan nu de handen in elkaar. Ze doen dat met het oog op samenwerking op diverse terreinen. De werkzaamheden inzake erfgoed hebben dat nu in een felle stroomversnelling gebracht. Samen vormen de gemeenten een projectvereniging, één van de vier juridische vormen van intergemeentelijke samenwerking die in het decreet op de intergemeentelijke samenwerking (2001) is voorzien. Ondertussen krijgt de projectvereniging al vorm. Het kind kreeg een naam: “Kempens Karakter”. Een logo en een website werden ontwikkeld.
Sinds eind 2007 zijn ook de statuten en de oprichtingsovereenkomst in orde (goedgekeurd op de diverse gemeenteraden, besproken met het administratief toezicht). Er werden afspraken gemaakt over de beheersorganen en de personele en financiële aspecten van de samenwerking.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 9
Al die afspraken werden vervat in een charter dat op vrijdag 16 november 2007 werd ondertekend op het gemeentehuis van Vorselaar. De zeven burgemeesters engageerden zich tot een nauwe samenwerking.
De statuten en oprichtingsovereenkomst vindt u als bijlage.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 10
2.2. Proces van de totstandkoming van de intentienota De samenwerking tussen de zeven gemeenten en het opstellen van deze intentienota kwam in verschillende fasen tot stand. Eind 2006 ontstonden de eerste ideeën. Begin 2007 werd na een gesprek met Annemie Rossenbacker de echte kiem gelegd voor de definitieve samenwerking. Nadien werd de evolutie van het decreet (en de wijziging ervan) op de voet gevolgd. Simultaan werkten verschillende gemeenten aan erfgoed in het kader van de algemene beleidsprogramma’s en cultuurbeleidsplannen. Door het intensieve contact tussen de zeven betrokken gemeenten werden de gemeenten al snel op de hoogte gesteld van elkaars initiatieven en ambities. In eerste instantie werden een aantal bilaterale afspraken belegd waarin de wil tot samenwerking werd afgetast. Onmiddellijk bleek er een groot politiek draagvlak te bestaan en een grote wil bij de heemkringen om te participeren. In tussentijd werden de werkzaamheden ook afgetoetst met enkele steden in de buurt. Er werd contact opgenomen met Turnhout en Lier die allebei een meer stadsgerichte benadering volgden. Onze regio startte van bij het begin met een bottom-up benadering waarbij zeven gemeenten op basis van gelijkwaardigheid en met een bovenlokale visie samenwerkten. Nochtans beschikt de regio met Herentals toch over de historische hoofdstad van de Kempen … Na een reeks voorbereidende initiatieven werd na de zomervakantie de samenwerking een eerste keer plenair vertaald. In Vorselaar vond een plenaire infovergadering plaats waarop meer dan 50 mensen te gast waren. Het draagvlak en enthousiasme werden onmiddellijk duidelijk. De samenwerking tussen de zeven gemeenten en verschillende betrokken heemkringen werd geconcretiseerd in een werkstructuur die een drietal onderdelen heeft: - Plenaire stuurgroep met werkgroepen; - Kerngroep voor de dagdagelijkse en administratieve opvolging; - Lokale fora per gemeente om inventarissen op te maken en het lokale draagvlak nog te verbreden.
KERNGROEP - maandag 12 november 2007 – 09u30 – gemeentehuis Olen - vrijdag 30 november 2007 – 09u00 – administratief centrum Herentals - vrijdag 21 december 2007 – 09u00 – feestzaal naast gemeentehuis Herenthout - woensdag 16 januari 2008 – 15u00 – gemeentehuis Vorselaar - maandag 21 januari 2008 – 09u30 – gemeentehuis Vorselaar STUURGROEP - donderdag 11 oktober – 20u00 – gemeentehuis Vorselaar - woensdag 21 november 2007 – 20u00 – gemeentehuis Grobbendonk - donderdag 13 december 2007 – 20u00 – parochiecentrum Lille - donderdag 17 januari 2008 – 20u00 – gemeentehuis Nijlen
Naast deze bijeenkomsten met alle partners organiseerden de gemeenten elk apart meerdere bijeenkomsten als voorbereiding op de plenaire bijeenkomsten. Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 11
Simultaan met deze werkzaamheden in het kader van het erfgoedconvenant werd beslist om samen één programma uit te werken voor de Erfgoeddag 2008. Na enkele voorbereidende nota’s en vergaderingen (o.a. in Herentals en Vorselaar) werd een werkgroep opgericht: WERKGROEP ERFGOEDDAG - maandag 10 december 2007 – 20u00 – OCMW Herentals - dinsdag 29 januari 2008 – 20u00 – CC ’t Schaliken Herentals - woensdag 20 februari 2008 – 20u00 – OCMW Herentals
Chronologisch overzicht: - najaar 2006: eerste doelstellingen - voorjaar 2007: overleg met Annemie Rossenbacker - lente en zomer 2007: overlegmomenten met betrokken gemeenten - zomer en herfst: lokale fora per gemeente - donderdag 11 oktober 2007 – 20u00 – gemeentehuis Vorselaar (STUURGROEP) - maandag 12 november 2007 – 09u30 – gemeentehuis Olen (KERNGROEP) - vrijdag 16 november 2007 – 12u30 – gemeentehuis Vorselaar (PERSVOORSTELLING - o.v.) - woensdag 21 november 2007 – 20u00 – gemeentehuis Grobbendonk (STUURGROEP) - vrijdag 30 november 2007 – 09u00 – administratief centrum Herentals (KERNGROEP) - begin december – Herentals (voorbereidende werkgroep erfgoeddag) - zondag 2 december 2007 – 18u00 – A.R.T. Vorselaar (voorbereidende werkgroep stuurgroep) - maandag 10 december 2007 – 20u00 – OCMW Herentals (WERKGROEP ERFGOEDDAG) - dinsdag 11 december 2007 – 20u00 – gemeentehuis Nijlen (WERKGROEP) - donderdag 13 december 2007 – 20u00 – Parochiecentrum Lille (STUURGROEP) - vrijdag 21 december 2007 – 09u00 – feestzaal naast gemeentehuis Herenthout (KERNGROEP) - eind december 2007 – uitschrijven intentienota (SCHRIJFGROEP) -
woensdag 16 januari 2008 – 15u00 – gemeentehuis Vorselaar (SCHRIJFGROEP) donderdag 17 januari 2008 – 20u00 – gemeentehuis Nijlen (STUURGROEP) maandag 21 januari 2008 – 09u30 – gemeentehuis Vorselaar (KERNGROEP) dinsdag 29 januari 2008 – 20u00 – cc ’t Schaliken Herentals (WERKGROEP ERFGOEDDAG) woensdag 30 januari 2008 – 18u00 – gemeentehuis Grobbendonk (RAAD VAN BESTUUR) woensdag 20 februari 2008 – 20u00 – OCMW Herentals (WERKGROEP ERFGOEDDAG)
2.3. Samenwerking tussen diverse actoren De sleutel tot succes in een dergelijk project is een goede samenwerking tussen politiek, professionals, de nog aan te werven erfgoedcoördinatoren, heemkringen, erfgoedactoren en vrijwilligers (verenigingen en niet-georganiseerde, geïnteresseerde burgers). In hoofdstuk 3.C. vindt u een volledig overzicht van alle betrokken, en nog te betrekken actoren in de regio. Hieronder volgt alvast een beschrijving van het proces en een overzicht van de medewerkers.
GROBBENDONK Afgevaardigden bestuur Administratie
Afgev. Heemkring en
Alex Van Peer Herman Wouters Ellen Mostmans Leen Weyers
Schepen toerisme Burgemeester Cultuurbeleidscoördinator Stedenbouwkundige
Frans Torfs
Toerisme Grobbendonk
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 12
geïnteresseerde burgers
Marjolijn Van Damme Ludwig Moons Ludwig Jacobs Ferdy Jacobs
Geïnteresseerde burger Geïnteresseerde burger Geïnteresseerde burger Geïnteresseerde burger
Ingrid Ryken Jos Schellens Anja Van den Eynde Sarah Van Baelen
Schepen cultuur/toerisme Schepen patrimonium Cultuurdienst Cultuurbeleidscoördinator
Paul Snoeys Hugo Verhaegen Jan Goris Gabriel Bourgart Jules Van Olmen Tejo Briers Jan Cools Ludwig Cerstiaens Paul Bellemans Rik Rossenbacker Frank Tubex Marc Neefs Frans Van Elsen
Herentalse Gesch. Kring Herentalse Gesch. Kring Herentalse Gesch. Kring Heemkring Nortrevic Heemkring Nortrevic Sint-Baafskring Expert Expert Expert - architect Expert Expert Expert Expert
Stijn Raeymaekers Hugo Cambré Annick Van Leemput Katia Delen
Schepen cultuur Schepen toerisme Gemeentesecretaris Diensthoofd cultuur
Norbert Horemans Jan Limbos André Cambré Jef Aerts Arthur Baeten Maria Dockx Fons Goossens Gaston Verheyen
Heemkring Sandelyn Culturele Raad Archivaris carnavalvereniging Peer Stoet Redactie De Schaokel Heemkring Sandelyn Heemkring Sandelyn Heemkring Sandelyn Expert landschappen
Ann Van Mechelen Marc Herrygers Kris Breugelmans Ann Kersemans Joke Beneens
Schepen cultuur Schepen toerisme Schepen plattelandsontwikkeling Ambtenaar cultuur/leader Ambtenaar toerisme
Rosette Dillen Jos Willems Vic Van Duppen Jules Van Olmen
Heemkundige Kring Heemkundige Kring Heemkundige Kring Heemkundige Kring
HERENTALS Afgevaardigden bestuur Administratie
Afgev. Heemkring en geïnteresseerde burgers
HERENTHOUT Afgevaardigden bestuur Administratie
Afgev. Heemkring en geïnteresseerde burgers
LILLE Afgevaardigden bestuur
Administratie
Afgev. Heemkring en geïnteresseerde burgers
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 13
NIJLEN Afgevaardigden bestuur
Administratie
Afgev. Heemkring en geïnteresseerde burgers
Paul Verbeeck Liesbeth Van Bouwel Luc Luyten Marc Engelen Jeroen Janssens Annelies Tack
Burgemeester Schepen cultuur (-11/2007) Schepen cultuur (12/2007-) Schepen toerisme Projectcoördinator Cultuurbeleidscoördinator
Walter Caethoven Frans Lens Marc Verreydt Rudy Van Nunen Herman Van Regenmortel Hypoliet Budts Pol Van Camp
Heemkring 'De Poemp' Nijlen Heemkring Salvatore' Kessel Heemkring Salvatore' Kessel Gidsenwerking Fort Kessel Davidsfonds Kessel Heemkring 'De Poemp' Nijlen Voorzitter cultuurraad
Marcel Bellens Marc Luyckx Lisette Boeckx Inge Gerlo
Burgemeester Schepen cultuur Schepen toerisme Cultuurbeleidscoördinator
Herman Van Hemeldonck Herman Van Reusel Jules Van Hemelen Rik Anthonis
Heemkring De Linde Heemkring De Linde Heemkring De Linde Archivaris
Lieven Janssens Paul Laeremans An Van de Cruys
Burgemeester/erfgoed Schepen cultuur Cultuurdienst
Roger Vermeulen Etienne Mahieu Dirk Boeyaert Rik Willemsen Jan Willems Ria Boeckx Zr. Treza Bogaerts Zr. Maria Krols Annick Van Leemput Jef Wouters Dirk Willems Ad Peeters/Trees De Bie Jasmine Jacobs Susy Ceulemans Walter Vrelust Jef Vrelust
Heemkring Joris Matheussen Heemkring Joris Matheussen Heemkring Joris Matheussen Davidsfonds Vorselaar Davidsfonds Vorselaar Voormalig schepen Zuster Vorselaar Zuster Vorselaar VVV Vorselaar VVV Vorselaar Natuurpunt Harmonie Vorselaar Geïnteresseerde burger Geïnteresseerde burger Geïnteresseerde burger Erfgoedcel Antwerpen/coördinator MAS
OLEN Afgevaardigden bestuur
Administratie Afgev. Heemkring en geïnteresseerde burgers
VORSELAAR Afgevaardigden bestuur Administratie Afgev. Heemkring en geïnteresseerde burgers
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 14
3. OMGEVINGSANALYSE
((AA)) G GEESSCCHHIIEEDDEENNIISS VVAANN DDEE RREEG GIIO O In het kader van de intergemeentelijke samenwerking maakten de zeven gemeenten teksten over hun geschiedenis en over de verbanden die daarin met het erfgoed kunnen worden gelegd. De volledige teksten werden als bijlage toegevoegd. In dit hoofdstuk worden de belangrijkste elementen opgesomd.
A.1. De geschiedenis Veertien Kempense dorpen en één historische stad Tal van archeologische vondsten wijzen op vroege bewoningskernen in onze streek, maar het blijft bijzonder moeilijk om definitieve conclusies te trekken over de aard en de omvang van die lokale prehistorische nederzettingen. De eerste geschreven bronnen over onze regio dateren uit de Middeleeuwen. Bevel Bevel stond vroeger doorgaans bekend als ‘Bevele’ of ‘Beverloo’, in de betekenis van ‘bebost terrein waarin bevers huizen’. Naast enkele archeologische vondsten uit de prehistorie werd in Bevel een vierkante waterput uit de Gallo-Romeinse periode (eerste eeuw) gevonden. In de waterput, die waarschijnlijk deel uitmaakte van een villa dominica of herenboerderij, werd onder meer een prachtig kommetje in geschilderd aardewerk gevonden. De eerste schriftelijke bronnen dateren uit de late Middeleeuwen, maar door een gebrek aan archieven weten we weinig over de geschiedenis van het dorp. Het feit dat Bevel, net zoals Emblem, Kessel en Nijlen, deel uitmaakte van de Bijvang van Lier is hier niet vreemd aan. Tijdens de zeshonderdjarige ‘Lierse periode’ werden Bevel en Kessel trouwens als een geheel beschouwd. Op het einde van de zestiende eeuw was Bevel volgens de toenmalige pastoor volledig verlaten. De baldadigheden en het geweld van de garnizoensoldaten van Herentals en Mechelen verzuurden het leven van de dorpslieden die met have en goed hun intrek in het kasteel van Gestel hadden genomen. In tijden van rust en vrede konden ze gelukkig hun landbouwactiviteiten hervatten. In 1798 werden de vier dorpen van de Bijvang van Lier zelfstandig, een zelfstandigheid waaraan met de fusie Bevel, Kessel en Nijlen in 1976 opnieuw een einde kwam. Bouwel Het driehoekige plein op het gehucht Langenheuvel wijst misschien op de Frankische oorsprong van Bouwel. Het dorp was in de Middeleeuwen alleszins verbonden met Grobbendonk. Van 1300 tot 1487 werden beide dorpen door één heer bestuurd. Daarna werd Bouwel opnieuw zelfstandig. Huybrecht Brant, de eerste heer van het zelfstandige Bouwel, richtte meteen een kasteel op: het zogenaamde ‘praetorium’ van Bouwel. Het dorp viel achtereenvolgens in handen van de families Brant, Damant, van Varick, Biel, Schotti, van Roosendael, de Witte, de Heuvel en Bosschaert. Uit de Ferrariskaart van de jaren 1770 blijkt trouwens dat Bouwel en Grobbendonk gescheiden werden door een reeks natuurlijke barrières, met name de duinen, de Kleine Nete en een uitgestrekt heidegebied. Toch werden beide gemeenten in 1976 gefusioneerd. Gierle In 1259 werd Gierle voor het eerst vermeld in de bronnen, in de betekenis van ‘bosje op verhoogde zandgrond nabij een modderige sloot’. Tot het einde van het Ancien Régime behoorde Gierle samen met Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 15
Lille en Wechelderzande tot het Land van Turnhout in het markgraafschap Antwerpen (voor de geschiedenis van het Land van Turnhout: zie geschiedenis Lille). Op de grens met Vosselaar en Beerse bevond zich vroeger het Grotenhoutbos, één van de oudste loofhoutbossen van België. Het bos was één van de jachtwaranden van de hertogen van Brabant. Het leverde bovendien het hout voor de bouwnijverheid in het Land van Turnhout. De ontbossing werd in de twintigste eeuw verder gezet door de Société Généraux des Charbonnages du Borinage en de Maarschappij Bernheim. In 1929 kocht Victor Bracht het domein en begon met de aanplanting van 250.000 bomen. Momenteel resten nog ongeveer 270 ha van het oorspronkelijke bos. In 1977 werden Lille, Gierle, Poederlee en Wechelderzande gefusioneerd tot één gemeente. Grobbendonk Enkele prehistorische vindplaatsen op het grondgebied van Grobbendonk, zoals een Bronstijdgrafveld (1000-700 V.C.), geven het dorp een zeer oude geschiedenis. In de tweede eeuw kwam er een GalloRomeinse nederzetting met tempels en publieke baden tot bloei. Na het verval van dit administratieve, economische en religieuze centrum in de derde eeuw werden de gronden waarschijnlijk ingepalmd door een kleine, Frankische landbouwgemeenschap. De aanwezigheid van twee Merovingische grafvelden en het driehoekige dorpsplein van Grobbendonk wijzen alleszins in die richting. In de middeleeuwen maakte de heerlijkheid Grobbendonk deel uit van de meierij Zandhoven in het markgraafschap Antwerpen. De heerlijkheid kende diverse eigenaars, zoals het geslacht van Grobbendonk, van Wilre en van Crayenhem, en de families Brant, van Jauche, van Mastaing en Schetz. In 1414 stichtte Arnold van Crayenhem de priorij van Onze-Lieve-Vrouw-Ten-Troon, die vanaf 1726 eigendom werd van de familie d’Ursel. Bij de fusie van 1976 werd Bouwel opgenomen als een onderdeel van de gemeente Grobbendonk. De benaming Grobbendonk verwijst naar de plaats waar het oude kasteel van de heren van Grobbendonk zich bevond, met name nabij de samenvloeiing van de Kleine Nete en de Aa. ‘Grobbe’ betekent immers water of gracht, terwijl een ‘donk’ een zandige verhevenheid in een moeras of een landtong omgeven door water is. Herentals De eerste stichtingskern van de oorspronkelijke stad Herentals is ontstaan in de elfde en twaalfde eeuw rond de villa van de Reguliere Kanunnikessen van Bergen. Rond de halfhoge akkers ontstond een landbouwgemeenschap. Door de heropbloei van de handel in West-Europa ontstond er in de twaalfde eeuw geleidelijk ook een nederzetting van handelaars en kooplieden aan de Nete. De belangenconflicten tussen die twee gemeenschappen leidden tot conflicten. Hendrik I, hertog van Brabant, besloot daarom om op oktober 1209 de stad Herentals te stichten. Het initiatief van de hertog van Brabant gaf het opkomende stedelijke leven een nieuwe impuls. De oprichting van het Gasthuis (vóór 1253) en het oude Begijnhof (vóór 1266) zijn hiervan de sprekende bewijzen. De stad kreeg bovendien de mogelijkheid om zich te beschermen met wallen en poorten. De bloei van de plaatselijke lakennijverheid bracht veel welvaart in de stad. Tijdens de periode van hoogconjunctuur in de tweede helft van de veertiende eeuw bestreken de Herentalse lakenhandelaars een afzetgebied dat zich uitstrekte over een groot deel van Europa. De politieke invloed en de culturele betekenis van Herentals hingen nauw samen met de economische machtspositie van de stad. In 1356 werd Herentals zelfs tijdelijk gepromoveerd tot hoofdplaats van het markgraafschap, omdat Antwerpen voor vijftig jaar naar het graafschap Vlaanderen werd overgeheveld. De Bovenpoort, de Zandpoort, de SintWaldetrudiskerk en de Lakenhal zijn de vijftiende-eeuwse merktekens van deze glorierijke dagen. In de zestiende eeuw kwam er vanwege de toegenomen internationale concurrentie een einde aan de economische bloeiperiode. Het bevolkingscijfer daalde en er volgde een periode van oorlogen, ziekten, branden en overstromingen. Toch bleef Herentals een administratief, juridisch, kerkelijk en cultureel centrum voor een respectabel aantal Kempense dorpen. Na het economische herstel in de negentiende eeuw en de uitbouw van Herentals als verkeersknooppunt werd die regionale centrumfunctie nog versterkt. Herentals is ondertussen bijvoorbeeld uitgegroeid tot een stad met meer dan 7000 scholieren. Bij de fusie van 1976 werden Morkhoven en Noorderwijk een onderdeel van de gemeente Herentals. Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 16
Herenthout Hoewel het driehoekige dorpsplein mogelijk een Frankische oorsprong verraadt, dateert de oudste vermelding van Herenthout uit 1186. Het werd vermeld als ‘Herentholst’, in de betekenis van ‘bos’ (holst) ‘van haagbeuken’ (herent). Enkele archeologische vondsten wijzen echter dat dit niet de oudste bewoning van het gebied is. In de twaalfde eeuw bezat het Sint-Martinuskapittel van Utrecht de tienden van Herenthout. De rest was in het bezit van de plaatselijke grootgrondbezitter, de heer van Herlaar. Omstreeks 1200 stichtte hertog Hendrik I van Brabant naast deze feodale gemeenschap de vrijheid Herenthout, die deel uitmaakte van de meierij Herentals in het markgraafschap Antwerpen. Zeker vanaf 1395 was er een schepenbank, die ten hoofde ging bij de Bijvang van Lier. Herenthout kwam achtereenvolgens in het bezit van de families van Herlaer, Van Vriessele, van Brimeu, Sandelyn en van Reynegom. In de dertiende eeuw kende het landbouwdorp een opvallende uitbreiding, waardoor het gehucht Wiekevorst volledig werd ingepalmd. In de zeventiende eeuw slaagde Wiekevorst erin om opnieuw zelfstandig te worden. Herenthout werd in 1976 niet gefusioneerd met een andere gemeente. Het dorp telt momenteel bijna 8500 inwoners. Kessel Kessel ligt geprangd tussen de Kleine Nete en de Grote Nete. Vanwege de sterkte stroming en het ontbreken van bruggen was het dorp eeuwenlang afgesneden van de buurdorpen ten noorden en ten zuiden van de rivieren. Voor het schaarse contact waren de inwoners aangewezen op doorwaadbare plaatsen of overzetschuitjes. Alleen met Lier en Bevel was er een goede verbinding via de hoofdbaan naar Herentals, Geel en Mol. Over de prehistorische en Romeinse bewoning op het Kesselse grondgebied valt weinig te vertellen. De eerste vermelding van de dorpsnaam in een geschreven bron dateert uit 1243. De benaming Kessel zou afgeleid zijn van ‘castellum’, in de betekenis van ‘een bolwerk’ of ‘een soort fort’. Kessel maakte net zoals Nijlen, Emblem en Bevel deel uit van de Bijvang van Lier. Zowel op bestuurlijk als op kerkelijk gebied was het dorp afhankelijk van Lier, wat geregeld tot spanningen en heel wat processen leidde. De zestiende-eeuwse godsdienstoorlogen troffen Kessel en omgeving zwaar. De bevolking was doodsbang en wolven maakten de haast ontvolkte dorpen onveilig. De door honger en de pest fel uitgedunde bevolking, die vooral in Lier haar toevlucht had gezocht, kwam schoorvoetend terug. Oorlogen, hongersnood en besmettelijke ziekten stelden de bevolking trouwens nog vaak op de proef. In het midden van de achttiende eeuw bijvoorbeeld werd ze gehalveerd door een buikloopepidemie. Toch groeide de bevolking opnieuw aan door het vrijgeven van het heidegebied, waar arme mensen een hutje bouwden en probeerden te overleven. Na de breuk met Lier in 1798 kwam Kessel tot bloei: het aantal zelfstandige beroepen nam toe, het onderwijsaanbod werd uitgebreid en onderging een opmerkelijke kwaliteitsverbetering, er werd een gasthuis voor zieke dorpsbewoners opgericht, de kerk werd gerestaureerd, er werden bruggen over de beide Neten gebouwd, en het dorp kreeg een station, een volwaardig gemeentehuis en een fort. De komst van de diamantnijverheid in de eerste helft van de twintigste eeuw zou de opgang van Kessel verder bevorderen. Bij de fusie met Nijlen en Bevel in 1976 telde het ongeveer 7000 inwoners. Lille Buiten enkele sporadische archeologische vondsten die wijzen op prehistorische en Romeinse bewoning, is er over de vroegste geschiedenis van Lille weinig geweten. De oudste vermelding van Lille klimt op tot 1123, waarschijnlijk in de betekenis van ‘lindebosje op hoge zandgrond’. Tot het einde van het Ancien Régime behoorde Lille samen met Gierle en Wechelderzande tot het Land van Turnhout in het markgraafschap Antwerpen. Het Land van Turnhout behoorde tot 1347 tot het domein van de hertogen van Brabant. In dat jaar huwde Maria van Brabant, dochter van hertog Jan III van Brabant, met Reinoud van Gelre. Als compensatie voor het niet-betaalde deel van de bruidsschat kreeg het jonge echtpaar het Land van Turnhout in pand. Enkele jaren later zette Johanna van Brabant dit pandschap om in een erfelijke leenband. Na de dood van Maria van Brabant in 1399 kwam het Land van Turnhout opnieuw in handen van de hertogen van Brabant. Meer dan een eeuw later stond keizer Karel V het gebied af aan zijn zuster Maria van Hongarije (1505-1558). Onder koning Filips II van Spanje werden grote delen van het Land van Turnhout verpand om geld in de lege staatskas te krijgen. Lille kwam samen met Wechelderzande (en Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 17
Vlimmeren) in handen van de schatrijke familie Schetz. In het begin van de zeventiende eeuw werd het Land van Turnhout herenigd onder prins Filips Willem van Oranje-Nassau, de zoon van Willem van Oranje. Na diens dood keerde het gebied nog maar eens terug naar het domein van de hertogen van Brabant, al verpande koning Filips IV van Spanje onder meer Lille, Gierle en Wechelderzande aan Jan de Proost. Vanaf de Vrede van Munster (1648) werd het Land van Turnhout opnieuw eigendom van het huis OranjeNassau. In 1711 werd het bezit van de Pruisische koningen, todat keizerin Maria-Theresia het als hertogin van Brabant kocht om aan haar gunsteling Emanuel Tellez de Sylva Menezes et Castro te schenken. Na een nieuwe verkoop in 1768 werd het Land van Turnhout tot aan de Franse Revolutie eigendom van de graven de Pestre de Seneffe. De inwoners van Lille leefden tot in de twintigste eeuw vooral van landbouwactiviteiten. In het midden van de negentiende eeuw waren er twee brouwerijen en een kaarsenfabriek, terwijl er zich met de klompenmakerij ook enige kleinschalige thuisnijverheid ontwikkelde. De komst van de diamantnijverheid zou een nieuw tijdperk inluiden. Sinds 1977 vormt Lille samen met Gierle, Poederlee en Wechelderzande een fusiegemeente. Morkhoven Over de oudste geschiedenis van Morkhoven is weinig bekend. De naam ‘Morkhoven’ duikt voor het eerst op in de archiefstukken in 1286. Hij betekent niets anders dan ‘moerassige, laaggelegen uitgestrektheid grond’ of ‘natte, laaggelegen landbouwontginning’. Vanaf de veertiende eeuw tot 1561 vormde Morkhoven samen met Noorderwijk één administratief-juridische entiteit. De heerlijkheid viel uiteen toen Morkhoven in 1561 aan Jan van der Meeren, de stadhouder van Mechelen, werd verkocht. Enkele jaren later kwam het dorp in bezit van de adellijke familie Coupigny, die het tot in het midden van de achttiende eeuw behield. Morkhoven werd daarna bezit van de familie de Croy en later van de familie de Merode van Westerlo. Na de breuk met Noorderwijk ontwikkelde Morkhoven zich geleidelijk tot een zelfstandige heerlijkheid. Het dorp kreeg een eigen bestuurlijk apparaat met de drossaard, zeven schepenen, de burgemeester en de collecteurs. De wapengilde Sint-Sebastiaan werd opgericht en in 1624 werd het verheven tot graafschap. Enkele decennia later werden de grenzen met Noorderwijk na tal van geschillen vastgelegd. Uiteindelijk fusioneerden beide gemeenten in 1976 met Herentals. Nijlen Buiten enkele archeologische vondsten uit de prehistorie en de Romeinse tijd is er weinig geweten over de vroegste geschiedenis van Nijlen. De eerste vermeldingen in de archivalia dateren uit de twaalfde eeuw. Nijlen behoorde samen met Bevel, Emblem en Kessel tot de Bijvang van Lier. De bestuurlijke band met Lier leidde geregeld tot geschillen, bijvoorbeeld over het maalgeld. In de dertiende eeuw telde Nijlen een zeshonderdtal inwoners. De regio werd op dat moment geteisterd door oorlog, pest en honger. Ook de godsdienstoorlogen in de zestiende eeuw brachten veel onheil mee voor de lokale bevolking. Nijlen werd zowel door de Nederlandse als door de Spaanse troepen geplunderd. In 1611 lag de Sint-Willibrorduskerk er nog altijd gehavend bij. Tijdens de twee wereldoorlogen in de twintigste eeuw zou de veertiende-eeuwse kerk opnieuw twee keer verwoest worden. De komst van de diamantnijverheid had op dat moment al voor een belangrijke ommekeer gezorgd in dit typische landbouwdorp. Sinds de fusie van 1976 maken ook Bevel en Kessel deel uit van de gemeente Nijlen. Noorderwijk Archeologische vondsten zouden kunnen wijzen op de Romeinse of Merovingische oorsprong van het dorp. In 974 werd Noorderwijk voor het eerst vermeld in de archivalia. De aanwezigheid van een kerk bewijst dat het dorp in die periode al enige betekenis had. Sinds het begin van de dertiende eeuw was de heerlijkheid Noorderwijk eigendom van de familie Berthout. Het dorp kwam vervolgens in handen van Mathilde van Gelderland, die het in 1370 in leen gaf aan ridder Jan van Lier. Sindsdien werd de heerlijkheid nooit meer verkocht. Door erfenissen en huwelijken werd Noorderwijk achtereenvolgens eigendom van de families de Plaines, van Busleyden, van Tiras, en de T’Serclaes. Augustijn T’Serclaes was de laatste heer van Noorderwijk. De oudste sporen van een Noorderwijkse schepenbank gaan terug tot 1439, maar toen was zij reeds geruime tijd bedrijvig. De zeven dorpsschepenen van Noorderwijk werden aanvankelijk benoemd en beëdigd door de heer van Noorderwijk. In de loop van de zestiende eeuw kwam het tot een soort fusie met Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 18
de laatbank van de abt van Tongerlo, die sinds 1343 heer was geworden over een aanzienlijk deel van Noorderwijk. De fusie zou trouwens lange tijd een bron van conflict vormen tussen de heer van Noorderwijk en de abt van Tongerlo. Tijdens het Ancien Régime telde Noorderwijk nooit meer dan duizend inwoners. De industrialisatie van de Antwerpse Kempen na de Tweede Wereldoorlog bracht hier snel verandering in. Bij de fusie met Herentals in 1976 telde het dorp ongeveer 3600 zielen. Olen De legende van Keizer Karel en de boeren van Olen bezorgde de gemeente een grote naambekendheid. De boeren van Olen hebben voor de Kempen dezelfde betekenis als Reinaert de Vos voor het Land van Waas en Tijl Uilenspiegel voor de streek rond Damme. Het driehoekige dorpsplein van Olen zou kunnen wijzen op de Frankische oorsprong van het dorp. Omstreeks het jaar 1000 schonk graaf Ansfried, bisschop van Utrecht, een deel van zijn persoonlijke bezittingen in de Zuiderkempen, waaronder Olen en Westerlo, aan de Kapittelkerk van Utrecht. De Kapittels van Utrecht gingen in die jaren een relatie aan met twee plaatselijke machthebbers, met name de abt van Tongerlo en de heren van Wezenmaal. Hierdoor werd de familie van Wezenmaal voor acht generaties eigenaar van Olen (1166-1464). Na een lange juridische strijd tussen de familie van Wezenmaal en de familie de Merode wees de Raad van Brabant Olen, Westerlo en Herselt in 1478 toe aan Jan I de Merode. Tot op het einde van het Ancien Régime zwaaide de familie de Merode de plak in deze dorpen. Olen was bijgevolg eeuwenlang verbonden met Westerlo. De drossaard van Westerlo was niet zelden ook de meier van Olen. Bovendien stond het dorp tot 1744 onder jurisdictie van de schepenbank van Westerlo. In dat jaar kreeg het officieel een eigen schepenbank. In het begin van de twintigste eeuw werd op de Groote Heyde aan de oevers van het Kempisch kanaal de eerste nonferrometaalfabriek in Olen opgestart. Dit feit zou een belangrijke metamorfose in het dorp ontketenen. In de schaduw van de fabriek ontstond een gloednieuwe nederzetting en een nieuwe parochie: Sint-Jozef-Olen. Poederlee In een oorkonde uit 1118 werd Poederlee voor het eerst vermeld, in de betekenis van ‘bosje of houtgewas op verhoogde zandgrond nabij een modderige plaats’. Poederlee was een zelfstandige, volle heerlijkheid. De heren van Poederlee, die in een bescheiden, houten kasteelhoeve aan de oevers van de Aa woonden, waren trouwe ridders van de hertogen van Brabant. Het geslacht, dat ook rechten in Gierle had, bezat de heerlijkheid tot omstreeks 1390. De familie van Vriesele volgde hen op. Latere eigenaars zijn onder meer de families de Birmeu, Snoy en van Steenhuys. In 1653 werd Poederlee verheven tot baronie ten voordele van Philippe-Guillaume van Steenhuys. Vanaf 1717 droegen Eugène d’Olmen en zijn erfgenamen de titel baron van Poederlee. Ongeveer 260 jaar later werd Poederlee gefusioneerd met Lille, Gierle en Wechelderzande. Vorselaar Arnolf van Rotselaer wordt in de archivalia als eerste vermeld als ‘heer van Vorselaar’ (1274). De heren van Rotselaar waren kasteleins van de hertogen van Brabant. De familie bouwde in Vorselaar een waterburcht nabij de weg van Antwerpen naar Turnhout. In de zestiende eeuw kwam de heerlijkheid achtereenvolgens onder het bewind van Cornelis van Bergen en het geslacht van Arenberg. In 1663 werd Vorselaar door Karel Eugeen van Arenberg verkocht aan Jan-Baptist Proost, raadsheer van de Raad van Brabant. Een halve eeuw later werd het dorp opnieuw verkocht, zodat uiteindelijk graaf Karel-Philips van de Werve heer van Vorselaar werd. De familie van de Werve verbouwde het Vorselaarse kasteel tot een smaakvol waterslot in een uitgestrekt domein. De macht van de familie werd gesymboliseerd door de kaak op het marktplein. De bevolking van Vorselaar leefde eeuwenlang grotendeels van de landbouw. In de negentiende eeuw was een aantal mensen ook tewerkgesteld in de kleiputten en steenbakkerijen te Rijkevorsel, in de cementfabriek van Beerse of in de dokken van Antwerpen. De komst van de diamantnijverheid in het begin van de twintigste eeuw gaf de bevolking gedurende enkele decennia een ‘lonend’ alternatief. Daarna werd Vorselaar in de eerste plaats een woondorp.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 19
Wechelderzande De oudste vermelding van Wechelderzande dateert van 1182 en verwijst naar de vroegere aanwezigheid van jeneverbesstruiken. Tot het einde van het Ancien Régime behoorde Wechelderzande samen met Lille en Gierle tot het Land van Turnhout in het markgraafschap Antwerpen (voor de geschiedenis van het Land van Turnhout: zie geschiedenis Lille). Binnen het Land van Turnhout had het een bestuurlijke band met Vlimmeren. Binnen dit dubbeldorp was Wechelderzande het hoofddorp. In de gemeenschappelijke schepenbank, die ten hoofde ging bij Zandhoven, was de schout van Wechelderzande voorzitter en had Vlimmeren een aantal eigen schepenen. In de tweede helft van de achttiende eeuw werden beide dorpen gescheiden. Sinds 1977 vormt Wechelderzande samen met Lille, Gierle en Poederlee een fusiegemeente.
De arme en vrome Kempen Tot in de twintigste eeuw bestond onze regio met uitzondering van Herentals uit typische landbouwdorpen, waar ‘keuterboerkes’ probeerden te overleven met de bewerking van de schrale Kempense heide- en zandgrond. De ambachtelijke bedrijvigheid werd gekenmerkt door haar kleinschaligheid. Beroepen als bezembinder, mandenvlechter of klompenmaker kwamen alleszins frequent voor. Meestal probeerde de bevolking met een combinatie van verschillende beroepen te ontsnappen aan honger en armoede. De kleine boer vlocht manden, sneed klompen of ging in loondienst in de winter. De meest voor de hand liggende uitkomst was het openen van een café: een tafel, enkele stoelen en glazen, en een paar kruiken jenever waren voldoende om van start te gaan. Op het einde van de negentiende eeuw was er ongeveer één café per dertig inwoners. Naast de vele kleinschalige beroepen die in heel de Kempen werden beoefend, kende onze regio ook enkele typische economische activiteiten. Van oudsher werd er in de vallei van de Nete en de Aa ijzeroer ontgonnen. Het ijzeroer werd gebruikt als bouwmateriaal of als grondstof voor de ijzerwinning. In de negentiende en het begin van de twintigste eeuw gebeurde het afgraven van ijzermaal in opdracht van grote maatschappijen uit Wallonië en Duitsland. Plaatselijke ondernemers traden op als tussenpersoon, terwijl kleine boeren en landarbeiders het slecht betaalde grondwerk verrichten. Uiteindelijk kon het arme Kempense ijzererts niet langer concurreren met het hoogwaardige Zweedse staal en andere kwaliteitsproducten. De lakennijverheid maakte van Herentals een kleine welvarende stad met internationale contacten. Tijdens de periode van hoogconjunctuur in de tweede helft van de veertiende eeuw bestreken de Herentalse lakenhandelaars een afzetgebied dat zich uitstrekte over een groot deel van Europa. De politieke invloed en de culturele betekenis van Herentals hingen nauw samen met de economische machtspositie van de stad. Herentals groeide uit tot een administratief, juridisch, kerkelijk en cultureel centrum voor een respectabel aantal Kempense landbouwdorpen, al waren sommige dorpen uit onze regio eerder gericht op Lier of Turnhout. De stad bleef haar regionale centrumfunctie behouden, ook nadat de lakennijverheid vanaf de zestiende eeuw ten onder ging. Na het economische herstel in de negentiende eeuw en de uitbouw van Herentals als verkeersknooppunt werd die regionale centrumfunctie opnieuw versterkt. Met de vestiging van een aantal non-ferrometaalfabrieken aan de oevers van de kanalen of nabij de pas aangelegde spoorwegen doken vanaf de jaren 1880 de eerste sporen van industrialisatie op in de Antwerpse Kempen. Grote bedrijven als de radiumfabriek in Olen en de bouwmachinefabriek in Herentals waren de voorboden van een nieuwe tijd van industriële expansie. In dezelfde periode kende ook de schoennijverheid in Herentals een opmerkelijke bloei. En dan was er natuurlijk nog de diamantnijverheid. Na de Tweede Wereldoorlog zouden de typische Kempense landbouwdorpen snel evolueren naar typische forensengemeenten. Dit proces kwam in een stroomversnelling terecht door de grote natuurlijke bevolkingsaangroei en de betrekkelijk omvangrijke immigratie van jonge forensengezinnen, die in onze landelijke regio goedkope bouwgronden en een natuurlijke omgeving vonden. Internationale bedrijven als General Motors in Antwerpen, Renault in Vilvoorde, Van Hool in Koningshooikt en Philips in Turnhout waren voortaan de belangrijkste werkgevers.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 20
Tot diep in de twintigste eeuw speelde de kerk een vooraanstaande rol in onze Kempense regio. De vrome bevolking woonde de misvieringen trouw bij en volgde de richtlijnen van ‘mijnheer pastoor’. Onder meer de aanwezigheid van vele kroostrijke gezinnen was hiervan het gevolg… Het dagelijkse leven speelde zich af in en rond de eigen parochie en op het ritme van de kerkelijke kalender. Processies, kermissen en de kerkelijke feestdagen werden enthousiast bijgewoond. Ook in het onderwijs leverde de kerk een bijzonder belangrijke bijdrage. De vele scholen van de Zusters der Christelijke Scholen van Vorselaar zijn hiervan een levend bewijs.
Het steentje Jan Eduard Claes, een diamantbewerker uit Borgerhout, vestigde zich in 1876 in Nijlen en bracht daarmee de diamantnijverheid naar de Kempen. Bij gebrek aan gas en elektriciteit moest hij een beroep doen op zijn vrouw om zijn slijpschijf handmatig aan het draaien te brengen. Onder impuls van het groeiende succes van Antwerpen als internationaal diamantcentrum werden in de volgende jaren in Nijlen, Grobbendonk, Herenthout, Vorselaar en tal van andere gemeenten in de regio nieuwe diamantwerkplaatsen geopend. Het ging aanvankelijk steeds om relatief grote fabrieken, waarin stoom- of gasmotoren meerdere molens aandreven. De ontdekking van enkele nieuwe Zuid-Afrikaanse mijnen in het begin van de vorige eeuw zorgden voor de definitieve doorbraak van de kleine, niet-georganiseerde nijverheid in de Kempen, waar schrale gronden de boeren tot een nevenactiviteit dwongen. Na de aanleg van het elektriciteitsnet in de Kempen in de jaren 1920-1929 werd de regio als het ware overspoeld door kleine diamantwerkplaatsen, waar ‘de stiel’ vaak in familieverband werd uitgeoefend. Het ‘steentje’ bracht veel welvaart in de streek. De diamantbewerkers moesten hard en lang werken, maar een handige en snelle vakman kon op die manier wel in enkele dagen een weekloon verdienen. De slijpers werden dan ook tot de heren onder de arbeiders gerekend. Winkels en cafés deden goede zaken en de woningmarkt kreeg een opvallende impuls. De oprichting van verschillende diamantscholen moest de toekomst van de sector veilig stellen. Pas in de loop van de jaren 1960 en vooral in de jaren 1970-1980 begon het tij te keren. De delokalisatie naar lagelonenlanden en de verhoogde overheidscontrole in eigen land betekenden het einde van de kleinschalige plattelandsnijverheid. Slechts enkele middelgrote bedrijven kunnen voorlopig het hoofd nog boven water houden.
Een volledige beschrijving per (deel)gemeente en een overzicht van de dorpsgeschiedenis, heerlijke geschiedenis en kerkelijke geschiedenis vindt u in de bijlagen.
CONCLUSIE - De regio Kempen heeft een typische en boeiende geschiedenis. Tijdens de pre-industriële periode leefde de vrome bevolking voornamelijk van de schrale landbouw. De inwoners van onze streek werden voortdurend op de proef gesteld door oorlog, ongeregelde benden, ziekten, armoede en honger. Het is echter bewonderenswaardig hoe de bevolking telkens terug aan de slag ging en aan de wederopbouw begon. Na de industrialisatie bleven de Kempen lang een perifeer gebied, waar de bewoners de landbouwactiviteiten combineerden met meer industriële activiteiten die vaak buiten de regio lagen (onder meer in steenkoolmijnen en steenbakkerijen). De opkomst van de diamantnijverheid zorgde wel voor een toename van de welvaart. De laatste decennia heeft ook de industrie de ruimte, de verkeerswegen en zeker het arbeidspotentieel van de Kempen ontdekt. Dit heeft geleid tot een sterke immigratie maar ook tot een sterk veranderend uitzicht van de streek. Niet alleen de zichtbare aspecten maar ook de immateriële aspecten kwamen in een uitgesproken dynamiek terecht.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 21
- Een wetenschappelijk of vulgariserend basiswerk over de geschiedenis van onze Kempense regio ontbreekt. De geschiedenis van de streek komt soms wel aan bod als een onderdeel van breder opgezette studies, bijvoorbeeld over de geschiedenis van Antwerpen, maar dit blijft toch vrij fragmentair. Voornamelijk inzake immateriëel erfgoed is er weinig basismateriaal voorhanden. - Door de grote inwijking van buiten de regio tijdens de laatste decennia dreigt de kennis over het eigen verleden verder te verwateren. De migratie biedt echter ook heel wat opportuniteiten. De regio beschikt over een relatief jonge en dynamische bevolking en een uitstekend onderwijsaanbod. Hiervan kan gebruik gemaakt worden om de via een convenant verzamelde kennis uit te zaaien en verder te verankeren. Vooral inzake volksgebruiken dringt echter de tijd, zoniet dreigen enkel de meest commerciële activiteiten te overleven. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 22
((BB)) EERRFFG GO OEEDDAAAANNBBO ODD IINN DDEE RREEG GIIO O In het kader van de intergemeentelijke samenwerking werd voor de zeven gemeenten een voorlopige inventaris van het regionale erfgoed opgesteld. Het overzicht van het roerende, het immateriële en het onroerende erfgoed is zeker nog onvolledig, maar het biedt wel een belangrijke aanzet. De verdere inventarisatie van het regionale erfgoed wordt later in het document dan ook als een prioriteit beschouwd. De volledige inventaris werd als bijlage toegevoegd. Hier worden alvast de belangrijkste kenmerken van het roerende, immateriële en onroerende erfgoed van de zeven Kempense gemeenten op een rijtje gezet.
B.1. Het roerende erfgoed Bij het samenstellen van een overzicht van het roerende erfgoed in onze regio konden we helaas nauwelijks beroep doen op bestaande inventarissen. De onderstaande lijst is bijgevolg onvolledig. Dit geldt zeker voor het roerende patrimonium dat zich bij particulieren thuis bevindt. Archeologische collecties - Archeologisch museum Grobbendonk - Verzameling Vondsten van de Regendonk (Lille) - Verzameling gasbedrijf Fluxys (Lille) - Verzameling Willy Van Gestel (Nijlen) - Verzameling Herman Van Soom (Vorselaar) - Verzameling Rik Verbeeck (Vorselaar) - Een deel van het archeologisch patrimonium van de zeven gemeenten wordt ook buiten onze regio bewaard, zoals bijvoorbeeld in het Taxandriamuseum Turnhout. Archieven - Stadsarchief Herentals - Gemeentearchieven in Grobbendonk, Herenthout, Lille, Nijlen, Olen en Vorselaar - Archieven van O.C.M.W.’s - Archieven van kerkfabrieken - Archief Heemkring De Linde (Olen) - Archief Heemkring De Poemp (Nijlen) - Archief Heemkring Salvator (Kessel) - Archief Heemkring Norbert de Vrijter (Lille) - Archief Heemkring Joris Matheussen (Vorselaar) - Archief parochieblad Vorselaar - Archief Kempenland - Een groot deel van het archivalische erfgoed van de zeven gemeenten wordt ook buiten onze regio bewaard, zoals bijvoorbeeld in het Rijksarchief van Antwerpen. Bibliotheken - Stadsbibliotheek Herentals - Gemeentelijke bibliotheken Grobbendonk, Herenthout, Lille, Nijlen, Olen en Vorselaar
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 23
Musea en erfgoedsites - Gemeentelijk Archeologisch Museum Grobbendonk - Diamantmuseum Grobbendonk - Radiomuseum Olen - Stropersmuseum Olen - Heemkamer Jack Verstappen in Olen - Begijnhofmuseum in Herentals - Fraikincollectie in Herentals - Schedelhof in Herentals - Heemmuseum Sandelyn in Herenthout - Nationaal Houtambachtenmuseum De Wimpe in Herenthout - Fort van Kessel - Diamantslijperij Lieckens in Nijlen Kunstpatrimonium - Collectie Hippoliet De Clerck (Herentals) - Collectie Fraikin (Herentals) - Stedelijke Kunstcollectie Herentals - Gemeentelijke kunstcollecties van Grobbendonk, Herenthout, Lille, Nijlen, Olen en Vorselaar - Kunstpatrimonium kerken, onder meer collectie Nicolaas Van der Veken (Lille) - Kunstpatrimonium van het OCMW Herentals Foto- en filmcollecties - Collectie ‘Schitterend geslepen’ (Nijlen-Grobbendonk) - Collectie Heemkring Sandeleyn (Herenthout) - Collectie Heemkring De Linde (Olen) - Collectie Heemkring De Poemp (Nijlen) - Collectie Heemkring Salvator (Kessel) - Collectie Heemkring Norbert de Vrijter (Lille) - Collectie Heemkring Joris Matheussen (Vorselaar) - Archief Fotogroep Nete en Aa (Grobbendonk) - Archief Fotoclub Herentals (Herentals) - Archief Fotoclub Toreke (Herenthout) - Archief Fotoclub Folerma 71 (Nijlen) - Archief Fotoclub Wechelderzande (Lille) - Archief Fotoclub Vorselaarse Fotovrienden (Vorselaar) - Archief voormalige fotoclub Imago - Jos Vermeulen (Noorderwijk) - Archief Filmclub “Close-up” (Herenthout) - Collectie Herenthoutse Postkaartenclub (Herenthout) - Collectie Nijlense verzamelclub (Nijlen) - Postkaarten en andere belangrijke collecties: verzameling Nortrevic en Sint-Baafskring, Tejo Briers, Leo Veris, Jozef Geerinckx, Willy Peers, Alfons Daems, Tuur Baeten, Desiré Cambré, Lode Van Dessel, Verhaegen, René Lenaerts, Fons Lenaerts, Lode Van Dessel, René Lenaerts en Fons Lenaerts.
Een aantal collecties (zoals de beelden Van der Veken en Fraikin) zijn hier slechts heel kort aangehaald maar werden uitgebreider beschreven in de bijlagen.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 24
CONCLUSIE - Hoewel onze regio in vergelijking met de grote Vlaamse kunststeden niet over de grootste of rijkste collecties beschikt, is er heel wat interessant roerend patrimonium aanwezig. De collectie Nicolaas Van Der Veken en de collectie Fraikin zijn hiervan opmerkelijke voorbeelden. Van het roerende erfgoed wordt de culturele waarde vaak onderschat omdat de meeste verzamelingen niet beschreven zijn en vaak verborgen liggen op zolders en in kelders. - De veelheid aan erfgoedvormers is opvallend. Zowel op administratief, bestuurlijk als op religieus vlak had onze regio vele ‘heren’. Het is verassend om in onze kerken en kastelen kunstwerken aan te treffen, die enkel in grootsteden zouden worden verwacht. Vaak houden die verband met de aanwezigheid van rijke adellijke families in de regio. Die edellieden of hun nazaten hebben erg veel kunst- en erfgoedvoorwerpen in hun bezit, waarvan ze het bestaan en de culturele rijkdom zelf niet vermoeden. - Het erfgoed (in het bijzonder het archiefmateriaal) betreffende onze regio is bijgevolg zeer versplinterd. Het wordt op een veelheid van locaties bewaard, vaak buiten onze regio. Gerichte acties naar die eigenaars (en zelfs naar de overheden) toe zou de kans vergroten om het cultuurbezit beter in kaart te brengen. Het gebeurt nog te vaak dat voor de regio belangrijke, maar ogenschijnlijk waardeloze, stukken erfgoed verdwijnen na het overlijden of verhuizen van de eigenaars. Een goed overzicht zou de beleidsmensen in staat stellen om bij de desbetreffende actoren aan te dringen op het behoud ervan. - De kennis en het bewustzijn betreffende het eigen roerend erfgoed is eerder klein, zeker bij het grote publiek. - Een groot deel van het roerend (zw)erfgoed van onze regio is in particulier bezit. Hier ligt nog heel wat potentie voor een regionale erfgoedaanpak, bijvoorbeeld: inventarisatie, sensibilisering van eigenaars, oprichting van een regionaal erfgoedcentrum met een regionale collectie, enzovoort. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 25
B.2. Het immateriële erfgoed Immaterieel erfgoed laat zich moeilijk inventariseren. Het gaat immers over verhalen, gebruiken, tradities, rituelen en gewoonten, over herinneringen en de belevingswaarde van het verleden, over het alledaagse verleden met een actuele betekenis. Het is bijgevolg belangrijk om het immateriële erfgoed tastbaar te maken door het te documenteren, te onderzoeken en te registreren. Onze Kempense regio is rijk aan immaterieel erfgoed, maar de kennis hierover is verdwenen of dreigt verloren te gaan. Het collectieve streekgeheugen rond het immateriële patrimonium moet dan ook dringend geregistreerd en ontsloten worden. Mondeling erfgoed is alleszins van elementair belang voor onze streek. De aandacht voor de herinneringen en de verhalen van de bewoners zelf biedt heel wat potentieel voor een brede erfgoedbeleving. Bij de registratie van het mondelinge erfgoed zullen bovendien heel wat verborgen ‘schatten’ (roerend erfgoed) naar boven komen. In het kader van ‘Schitterend geslepen’ werd in dit verband al heel wat expertise opgebouwd. De inventarisatie, registratie en valorisatie van het immateriële erfgoed (de verhalen, het streekgeheugen) rond het Kempense diamantverleden is immers de belangrijkste doelstelling van het project. De onderstaande lijst geeft een beperkte selectie van het immateriële erfgoed van de zeven Kempense gemeenten. Een meer uitgebreid overzicht vindt u als bijlage. Van wieg tot graf in de Kempen - Allerlei gebruiken, tradities en rituelen rond geboorte, eerste communie, plechtige communie, eerste schooldag, eerste werkdag, huwelijk, eigen huis (verhuizen), pensioen, huwelijksjubilea, honderdjarigen, … - Gloriazingen (begin schooljaar) - Troepzingen (16-jarigen op militielijsten) - Pannenkoeken en wafels bij aardappeloogst - Biestkoeken, -wafels en –brood met eerste melk van koe of geit na het kalveren of lammeren De (bij)gelovige Kempen - Allerlei gebruiken, tradities en rituelen rond kerkelijke kalender (feesten en heiligen), kerkbezoek, bedevaarten, volksdevotie, religieus onderwijs, … - Volksverhalen, volksgenezers, kwakzalvers, … - Pannenkoeken en wafels op Verloren Maandag en op Lichtmis - Lijkbrood en lijkkoeken bij begrafenissen - Het ‘haantje op ’n stokje en het schippekevèren’ met Halfvasten - Begijnhofprocessie in Herentals - Kerstboomverbranding - Versiering kapelletjes in mei - Vos Roven rond Pasen - Driekoningenzingen - Processies: bijvoorbeeld de Heggeprocessie in Lille, Kruiskensmarkt in Bevel op Goede Vrijdag, het feest van de kerkwijding in Morkhoven, de vroegere processies in Olen en Vorselaar (cf. kardinaal Van Roey). - Devotie tot allerlei heiligen Vrije tijd in de Kempen - Allerlei gebruiken, tradities en rituelen rond spel, sport, verenigingsleven, feesten, carnaval, (jaar)markten, kermissen, liederen, eetcultuur, ontspanning, … - Nieuwjaarszingen - Buurten (de ‘beus’) - Caféleven: vogelpikken, pitjesbak, enzovoort. - Staande en liggende wip Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 26
- Het spel van de Roetaert - Kempense dansen - Veldrijden - Paapschieten (pepkeschiet of tepkeschiet) - Duivensport - Kegelen - De Sint-Niklaasgilde in Gierle, de Sint-Sebastiaansgilde in Gierle, de Sint-Ambrosiusgilde in Gierle, de Sint-Sebastiaansgilde in Morkhoven, ... met de typische vieringen (bijv. Sint-Antoniusviering Lille) - Culinair erfgoed: Grobbendonkse tripel, Grobbendonkse diamantjes, Herentalse boompjes, Likeur en jenever Roetaert, de ‘kattekop’, ‘ezelsoren’, ‘biestkoeken, biestwafels en biestebrood’, smout van de Olierosmolen in Lille, Lils Koekske, Nijlens schijfke ,Vorselaarse V’kes, Herenthoutse Peerkens, Straffe Charel, pralines in vorm van drie-oren potje. - Kermissen (met bijv. “warme rek”) - Jaarmarkten - Harmoniefeesten en Fanfarefeesten (“verbroederingen”) - Pallieterfeesten in Olen - Het Keizerkarelcomité in Olen - Carnaval in Herenthout (Peer Stoet) De ‘Kempische’ volksmond - Spotnamen: de Blarendabbers van Bouwel, de Klokkenververs van Herentals, de Pee stekers van Herentals, de Krawaten van Lille, de Gielse Schijters van Lille, de Zandfluiters van Lille, de Mollen van Lille, de Sparrijders van Nijlen, de Royeurs van Nijlen - Bijnamen - ‘Kempisch’ dialect - Toponiemen
CONCLUSIE - Onze typisch Kempense regio is bijzonder rijk aan immaterieel erfgoed. Vooral het erfgoed rond gebruiken, tradities en rituelen, die meestal binnen de kleine kring van het gezin, de familie, de buurt, het gehucht of de parochie werden beleefd, biedt een opmerkelijke kijk op het landelijke, (bij)gelovige en speelse karakter van onze streek. - Een goede inventaris ontbreekt. De kennis over en de betekenis van het immateriële erfgoed van onze regio is verdwenen of dreigt te verdwijnen. De bestaande knowhow moet bijgevolg dringend worden geregistreerd. - De aandacht voor het mondelinge erfgoed biedt heel wat kansen, zowel voor de inventarisatie, het behoud en het beheer van het immateriële patrimonium van de streek, als voor de ontsluiting en valorisatie ervan. Het alledaagse, herkenbare Kempense verhaal spreekt zowel ‘traditionele’ bewoners (nostalgie), inwijkelingen (nieuwsgierigheid) als toeristen (authenticiteit) aan. - In het kader van het project ‘Schitterend geslepen’ werd heel wat expertise opgebouwd inzake de inventarisatie, registratie en ontsluiting van immaterieel erfgoed. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 27
B.3. Het onroerend bouwkundig erfgoed Voor een overzicht van het bouwkundige erfgoed in onze regio is Bouwen door de Eeuwen Heen een goed vertrekpunt, al werden niet alle waardevolle gebouwen in die inventaris opgenomen. Een fractie van het bouwkundige patrimonium is wettelijk beschermd als monument, dorpsgezicht of stadsgezicht.
Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar Totaal
Monument 17 35 4 18 7 4 8 93
Dorpsgezicht 2 2 1 4 1 2 12
Stadsgezicht 7 7
Totaal 19 44 5 22 8 4 10 112
De zeven Kempense gemeenten beschikken over een rijke variatie van een eerder bescheiden bouwkundig patrimonium. De waardevolle gebouwen verwijzen meestal naar de agrarische activiteit en de ambachtelijke bedrijvigheid, die tot in de twintigste eeuw kenmerkend waren voor de regio. Het sterke katholieke geloof van de Kempense bevolking vormde dan weer een inspiratiebron voor de talrijke kerken en kapellen. De vele kastelen en lusthoven bewijzen dat onze landelijke streek ook een geliefd toevluchtsoord was voor gegoede families. In de onderstaande lijst vindt u een selectie van het onroerend bouwkundig erfgoed van onze regio. Een meer uitgebreid overzicht vindt u als bijlage. Religieuze architectuur - Ruïne den Troon (Grobbendonk) - Pastorij (Grobbendonk) - O.L.V.-Ten Hemelkerk (Bouwel) - Vrije basisschool en Klooster (Bouwel) - Pastorij (Bouwel) - O.L.V.-Kapel (Bouwel) - Het Begijnhof (Herentals) - Het Besloten Hof (Herentals) - Het Gasthuis (Herentals) - Het Augustijnenklooster (Herentals) - Sint-Waldetrudiskerk (Herentals) - De Kruisweg (Herentals) - De Dekenij (Herentals) - Sint-Bavokerk (Noorderwijk) - Pastorij (Noorderwijk) - Het Averechts Kapelleke - Kapel van Onze-Lieve-Vrouw op ’t Zand - Sint-Niklaaskerk (Morkhoven) - Kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën (Morkhoven) - Sint-Gummaruskerk (Herenthout) - Kapel O.L.V. van Herlaar (Herenthout) - Grot van O.L.V. van Lourdes – Oosterhoven (Herenthout) - Kapel Uilenberg (Herenthout) - Sint-Pieter en Pauluskerk (Herenthout) - Sint-Gummaruskapel (Herenthout) - Pastorij (Herenthout) Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 28
- Boskapel of Wuytskapel (Lille) - Sint-Annakapel (Lille) - Sint-Pieterskerk (Lille) - Rooienkapel (Gierle) - O.L.Vrouwekerk (Gierle) - Heerlekapel (Poederlee) - Heggekapel (Poederlee) - Sint-Amelbergakerk (Wechelderzande) - Mariakapel (Wechelderzande) - Kapel Kruiskensberg (Bevel) - Sint-Lambertuskerk (Kessel) - Pastorij (Kessel) - Pastorij (Nijlen) - Sint-Willibrorduskerk (Nijlen) - Sint-Martinuskerk (Olen) - Sint-Willibrorduskapel (Olen) - Pastorij (Olen) - Onze-Lieve-Vrouwkerk (Olen) - Sint-Jozefskerk (Olen) - Sint-Pieterskerk (Vorselaar) - De Veertien Kappelekens (Vorselaar) - Pastorij (Vorselaar) - Klooster (Vorselaar) - Devotiekapel (Vorselaar) Ambachtelijke en industriële architectuur - Saswachterswoning en sluiskom (Grobbendonk) - Watermolen (Grobbendonk) - Brugwachterswoning (Grobbendonk) - Derde Sas (Grobbendonk) - Houten windmolen (Bouwel) - Brouwerij Het Schaliken (Herentals) - Hogewegmolen (Noorderwijk) - Watermolen Domein Herlaar (Herenthout) - Melkerij Molenstraat (Herenthout) - Olieslagmolen met molengebouw (Lille) - De Stenen Windmolen (Gierle) - De Jeneverstokerij (Gierle) - Diamanslijperij Lieckens (Nijlen) - De Buulmolen (Olen) - Het Koperen Dorp of De Olense Cité (Olen) Agrarische architectuur - Schranshof (Grobbendonk) - Schaapskooi van Bouwelhoef (Bouwel) - Fermerijhoeve (Herentals) - Snepkenshoeve (Herentals) - Schoutenhoeve (Herentals) - ’t Schrans (Noorderwijk) - Leemen Huyseke (Noorderwijk) - Het Hoog Huis (Herenthout) - Het Prinsenhof (Herenthout) Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 29
- De Schranshoeve (Herenthout) - De Tessenshoeve (Herenthout) - De Mundeleershoeve (Herenthout) - De Pluyshuishoeve (Herenthout) - De Kasteelhoeve (Herenthout) - De de Merodehoeve (Herenthout) - Hoeve De Schrans (Lille) - De Kempense Schuur (Gierle) - Hoeve en Bakhuis Bogaertsheide (Kessel) - Het Schrans van Doffen (Olen) - De Schranshoeve (Vorselaar) - Hoeve Sassenhout (Vorselaar) - Tibourschrans (Nijlen) - De Grote Gasthuishoeve of Emmaüshoeve (Kessel) Burgerlijke architectuur - Kasteel van Grobbendonk - Afspanning De Leeuw (Grobbendonk) - Kasteel Bouwel - Afspanning De Kroon (Bouwel) - Lakenhal en Beiaard (Herentals) - Poorten en Vesten (Herentals) - Het Molenwaterhof (Herentals) - Het Kasteel van Le Paige (Herentals) - Burgerhuizen (Herentals) - het Kasteel van Noorderwijk - Domein en Kasteel Herlaer (Herenthout) - ’t Kamereyck (Herenthout) - Huis Van Lint (Herenthout) - Huis Dieltjens (Herenthout) - Huis Jacobs (Herenthout) - Het voormalige gemeentehuis van Gierle - Gasthof De Keizer (Wechelderzande) - Seringenhof (Wechelderzande) - Hof d’Intere (Wechelderzande) - Het voormalige gemeentehuis (Kessel) - Het gemeentehuis (Olen) - Afspanning Sint-Sebastiaen (Olen) - Het Keizershof (Olen) - Schandpaal De Kaak (Vorselaar) - Kasteel De Borrekens (Vorselaar) - ’t Schipke (Herenthout) - Gemeentehuis (Herenthout) - Gemeentelijke meisjesschool (Herenthout) - Fort van Kessel - Hof De Bist (Kessel) - Het Kesselhof (Kessel) - De Poemp (Nijlen)
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 30
Gedenkstenen en standbeelden - Gedenkteken De Boerenkrijg (Herentals) - Momument Keizer Karel en de Boeren van Olen - Monument Het Gezin (Olen) - Standbeeld Het Olens Boerke - Het Vierzijdig Piramidemonument (Olen) - Monument van de Gesneuvelden (Herenthout) - Gedenkplaat Jan Eduard Claes (Nijlen) - Boerenkrijgmonument (Kessel) - Monument voor de Vrede (Vorselaar) - Beeld van Minne (Vorselaar) - Gedenkplaat voor Mie Broos (Vorselaar).
CONCLUSIE - De inventaris Bouwen door de Eeuwen Heen is een goede basisinventaris, die echter herbekeken en aangevuld moet worden. Veel waardevolle gebouwen zijn nog niet beschermd. - Onze Kempense regio wordt niet gekenmerkt door de aanwezigheid van de meest spectaculaire monumenten maar beschikt wel over een interessante mix van religieuze, agrarische, ambachtelijke, industriële en burgerlijke architectuur. - De waardevolle gebouwen in onze streek zijn belangrijke ankerpunten voor het roerende en immateriële erfgoed. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 31
B.4. Het onroerend landschappelijk erfgoed De inventarisatie van de historisch gegroeide landschapsstructuren vond zijn neerslag in de Landschapsatlas van het Vlaamse Gewest (2002). De Landschapsatlas omvat zowel punt- en lijnrelicten als complexere gehelen met belangrijke erfgoedwaarden en een vrij hoge gaafheid (relictzones). De meest waardevolle ensembles werden als ankerplaats aangeduid. Voor onze Kempense regio werden 14 ankerplaatsen, 23 relictzones, 13 lijnrelicten en 75 puntrelicten in de inventaris opgenomen. Hier geven we enkel een overzicht van de ankerplaatsen, dit zijn de interessantste, mooiste en gaafste stukken landschap met een grote (cultuur)landschappelijke potentie. De codes van de Landschapsatlas werden telkens bijgevoegd. Ankerplaatsen - Grotenhoutbos – Gierlebos in Lille en Vosselaar (A 10017) - Domein Blommerschot en Beulkbeemden in Lille, Vorselaar, Beerse, Malle Zandhoven en Zoersel (A 10042) - Domein Krabbelshof, Lovenhoek en Krabbels Broek in Grobbendonk, Vorselaar, Malle en Zandhoven (A 10043) - Visbeekvallei in Lille en Beerse (A 10044) - Vallei van de Kindernouwbeek in Lille en Vorselaar (A 10045) - Kasteel van Vorselaar in Vorselaar (A 10046) - Kasteel en Kleine Netebeemden in Grobbendonk in Grobbendonk, Herentals en Vorselaar (A 10047) - Heuvelrug tussen Herentals en Lichtaart met de Netevallei in Herentals, Lille, Olen, Geel en Kasterlee (A 10049) - Merodese Bossen in Herenthout en Nijlen (A 10051) - Kruiskensberg in Herenthout, Nijlen en Heist-op-den-Berg (A 10052) - Vallei van de Wimp en de Grote Nete te Herenthout in Herenthout, Nijlen en Heist-op-den-Berg (A 10053) - Dal van de Kleine Nete tussen Nijlen en Grobbendonk in Grobbendonk, Nijlen en Zandhoven (A 10076) - Omgeving Gestel in Nijlen, Berlaar en Heist-op-den-Berg (A 10077) - Dal van de Kleine Nete tussen Lier en Kessel in Nijlen, Lier en Ranst (A 10088) In de zeven Kempense gemeenten bevinden zich uiteraard nog heel wat meer waardevolle landschappen. Een meer uitgebreid overzicht vindt u in de bijlage. Een fractie van het landschappelijke patrimonium is wettelijk beschermd als landschap. Gemeente Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar Totaal
Landschap 7 1 3 2 3 1 17
Onze regio wordt bovenal gekenmerkt door het dal van de Kleine Nete en Aa. Dit pastorale landschap, dat in het verleden een inspiratiebron was voor vele kunstenaars, is echter slechts een van de vele natuur- en stiltegebieden in de streek. Hierbij denken we onder meer aan de duinen en de (voormalige) heidegebieden met een hoge ecologische waarde, zoals de Kempische Heuvelrug en de Kesselse Heide. Andere opvallende landschappelijke elementen met belangrijke erfgoedwaarden zijn de talrijke kasteeldomeinen, de meestal vergeten oude wegen en kerkepaden, de verschillende militaire domeinen, het Albertkanaal en de vele kapelletjes. Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 32
CONCLUSIE - Onze Kempense regio heeft heel wat te bieden aan onroerend landschappelijk erfgoed. Het is een landelijke streek met typische gehuchten, die gekenmerkt wordt door het dal van de Kleine Nete en talrijke natuur- en stiltegebieden. - Belangrijke stukken van ons landschappelijk erfgoed zijn nog niet beschermd. - Meer landschappelijk interessante plaatsen en “vergezichten” blijven voor de bezoeker verborgen omdat ze gelegen zijn op voor publiek ontoegankelijke plaatsen. Andere landschappen krijgen niet de aandacht, die ze verdienen, onder andere omdat er geen wegen (meer) naartoe leiden. - Veel van de plaatsen herbergen een belangrijk areaal lokale geschiedenis. Het onderzoeken van het verleden, van de voormalige aanwezigheid van de mens en van de relicten, die ervan nog te vinden zijn, is een te boeiende materie om eraan voorbij te gaan. De lokale bevolking en vooral, de schoolgaande kinderen, kunnen hier een belangrijk stuk “geschiedenis van eigen bodem” opdoen en ontdekken terwijl hun nieuwsgierigheid verder wordt geprikkeld. - In die vaak oude landschappen zijn archeologisch interessante plaatsen legio en in vele gevallen nog duidelijk zichtbaar aanwezig. Tot op heden zijn dergelijke plaatsen nauwelijks beschreven, laat staan onderzocht. - Veel landschappelijk interessante gebieden waren ook de bakermat van volksverhalen en mythes, die er onder het volk leefden. Enkel wanneer de aandacht kan toegespitst worden op die plaatsen zullen die verhalen aan de oppervlakte komen. Het verlies van dat stuk volkscultuur zou een aanzienlijke verarming teweegbrengen van de Kempische eigenheid. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 33
B.5. Archeologische vindplaatsen GROBBENDONK Hoewel er bij het graven van het Netekanaal ook vondsten uit de steentijden gevonden zijn, kunnen we in Grobbendonk ook vaststellen dat de meeste gekende vindplaatsen uit de steentijden langs de Nete te vinden zijn. In de schaduw van de belangrijkste archeologische vindplaats van Grobbendonk, de Romeinse vicus, wordt vaak vergeten dat het grondgebied heel veel gekende vindplaatsen uit de ijzertijd en zelfs uit de bronstijd bezit. Het gaat over talrijke vondsten van begraving in het noorden van de gemeente. Dat het altijd om begraving gaat is niet zo verwonderlijk. Sporen van bewoning uit deze tijden zijn niet meer dan vlekken in het zand en worden meestal niet herkend tijdens werken. Begraving is meestal duidelijk door de aanwezigheid van assen en de urn zelf. Het geeft een vertekend beeld, en verwijst naar een hoge bevolkingsgraad tijdens deze perioden. Natuurlijk is Grobbendonk dè belangrijkste vindplaats voor de Romeinse periode in de Kempen. In deze periode heeft één van de hoofdwegen waarlangs deze vicus ontstond, verschillende grotere Romeinse centra verbonden. De weg zou kruisen met de weg die via Nijlen westwaarts loopt. We zien de sporen van de Romeinse aanwezigheid dan ook naar het westen uitlopen tot aan de grens met Zandhoven. Er werd een aantal heiligdommen opgegraven en bewoningsresten zoals kelders. De Romeinen begroeven dan ook hun doden nabij de vicus aan de Floris Primsstraat. Kort na deze periode vinden we enkele belangrijke Merovingische vindplaatsen ten noordwesten van het centrum van Grobbendonk. Uit de aansluitende perioden van de middeleeuwen vinden we vooral de kern van Grobbendonk, van Bouwel en de Priorij Den Troon. In totaal zijn er voor Grobbendonk een 90-tal gekende vindplaatsen met archeologische resten. HERENTALS Net zoals in Herenthout (cf. infra) ligt hier het aantal gekende vindplaatsen relatief laag. Op enkele geïsoleerde vindplaatsen uit de steentijden, vinden we vooral uit de bronstijd, de ijzertijd en uit de middeleeuwen sporen te Herentals. Dat laatste heeft natuurlijk te maken met haar status als middeleeuwse stad. Binnen de oorspronkelijke omwalling vind je er een heel rijke gelaagdheid aan monumenten en ondergrondse sporen van eeuwenlange stadsontwikkeling. Natuurlijk is 85 archeologische vindplaatsen niet niks, maar het gebrek aan onderzoek op het grote grondgebied van deze gemeente is overduidelijk als je de vindplaatsen op kaart bekijkt. HERENTHOUT Het valt meteen op dat in Herenthout het aantal gekende vindplaatsen lager ligt dan in de gemeenten Grobbendonk en Nijlen, omdat de amateur-archeologen hier minder aan verkenning deden. De vindplaatsen uit de steentijd die we in Herenthout aantreffen zijn minder herkenbare plaatsen. Het zijn oppervlaktevondsten op akkers uit de middensteentijd. Uit de ijzertijd merken we ter hoogte van Bergen een sterke concentratie van archeologische vindplaatsen op, sterk verweven met Romeinse vindplaatsen. De uitgesproken topografie speelde in deze perioden een belangrijke rol in het kiezen van een locatie voor een nederzetting. Het opduiken van vindplaatsen uit de Romeinse periode is ook niet toevallig. We kunnen hiervoor opnieuw de aanwezigheid van de Romeinse weg aanduiden die over Herenthout verder naar Grobbendonk liep. De vertegenwoordiging van vindplaatsen uit de volle middeleeuwen is ook een belangrijk signaal. Het gaat over vindplaatsen die, anders dan bij de historische kernen met (laat)middeleeuwse datering, te vinden zijn onder akkers. Die gronden werden afgedekt door eeuwenlange ophoging van met mest vermengde grond.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 34
LILLE Lille telt weinig gekende vindplaatsen, maar toch enkele opmerkelijke. Zo is één van de enige veldovens uit de ijzertijd hier gevonden. Samen met ijzertijdbegraving wijzen de veldovens op een nabijgelegen nederzetting, die voorlopig nog niet is teruggevonden. Ook het aantal meso- en neolithische vindplaatsen valt op. Verder zijn er middeleeuwse en recentere vindplaatsen bekend. NIJLEN Nijlen telt volgens de Centrale Archeologische Inventaris 70 vindplaatsen. Het grote aantal is het resultaat van toevalsvondsten of amateur-archeologen die de streek afwandelen en vondsten melden. Er mag vanuit gegaan worden dat Nijlen talrijkere en rijkere vindplaatsen herbergt. De vroegste vindplaatsen duiken op langs de Kleine en de Grote Nete. Langs de beide Neten duiken er vuursteenartefacten op uit de oudste steentijd, de middensteentijd en de nieuwe steentijd. De vuurstenen voorwerpen zijn de enige resten van kampementen op zandige opduikingen en duinen langs de grote rivieren, en vertellen veel over de activiteiten en materiaalgebruik en gewoonten van de steentijd. De Nete was tijdens deze periode een belangrijke trekpleister. Uit de daarop volgende perioden is niet veel bekend uit onderzoek, maar de toevallig gekende vindplaatsen laten raden dat ook tijdens de bronstijd en de ijzertijd in de buurt van Kessel bewoning te vinden is. Zo vinden we in de buurt van de Bloemenstraat bronstijdbegraving. Vaak wordt op de vroeg-Romeinse vindplaatsen ook handgevormd aardewerk gevonden. Over de Romeinse periode is al veel gespeculeerd. De toponiemen en de talrijke verhalen van geschiedschrijvers en heemkundigen wijzen allen in de richting van een sterke aanwezigheid tijdens de Romeinse perioden. Wat er ook van geschreven is, enkel de archeologische vondsten geven harde bewijzen. Regelmatig duiken een aantal stellingen op die we door archeologische resten onderbouwen: de aanwezigheid van Romeinse vondsten tijdens de eerste eeuw na Christus en een Romeinse weg. De vondsten die we in Kessel en Bevel kunnen plaatsen zijn van een vroegere datum dan de meeste Romeinse nederzettingen in de Kempen. Daar kan de aanwezigheid van de Romeinse weg een rol in hebben gespeeld. Het vermoeden dat Kessel zijn naam te danken heeft aan een Romeins kamp is nog niet bewezen door archeologische resten. Van de Romeinse weg konden we op het Hoogveld de resten vinden. We zien de meeste nederzettingssporen uit de Romeinse periode in de omliggende gemeenten vooral aan het einde van de eerste eeuw opduiken. Een aantal Romeinse muntvondsten, de vondst van een Romeinse waterput (Bevel) en paalsporen aan de Bartstraat (Kessel), verwijst naar de eerste eeuw. Dankzij heel wat historisch onderzoek is ook duidelijk dat Nijlen, Kessel en Bevel tijdens de middeleeuwen belangrijke kernen van bewoning waren. De recentere perioden lieten een meer gespreide getuigenis na onder de vorm van de vele hoeven, sporen van verdediging, landbouw, veldslagen, en andere historische monumenten. OLEN Opnieuw valt het tekort aan onderzoek op. Er zijn dan ook niet veel gekende vindplaatsen, wat dus niets zegt over wat er zich nog in de grond bevindt. Het zou wel eens kunnen dat er door gebrek aan infrastructuurwerken minder archeologische sites bekend zijn maar dat ze daardoor ook beter bewaard zijn. Opvallend is toch dat het, naast middeleeuwse en meer recente periodes, vooral weer ijzertijdvondsten zijn die het beeld domineren. Rond Schaatsbergen en Hoogbuul vinden we zowel bewoningssporen als resten van urnvelden terug. Men begroef de doden in een urn in een kuil. Deze urnen werden meestal op een vaste plaats in het landschap begraven, waardoor de begraafplaats de assen van enkele generaties bevatten.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 35
VORSELAAR Op een lijn vinden we een aantal vindplaatsen uit de Romeinse perioden terug. Dat sluit aan bij de sterke aanwezigheid van de Romeinen in de regio, gecentraliseerd rond de Romeinse wegen. Van de overige perioden vinden we verspreid over Vorselaar wel wat terug. Dat is zo voor de steentijden, de metaaltijden en de middeleeuwen. Toch blijft het geheim van de ondergrond voorlopig goed bewaard…
De zichtbaarheid van archeologische sporen en dus ook het aantal gekende vindplaatsen voor de regio hangt nauw samen met twee factoren: de archeologische verkenning en toevalsvondsten die de vindplaatsen in kaart brengen en de afdekking van de vindplaatsen door de eeuwenlange landbouwbemesting onder de zogenaamde plaggendekken. De steentijdvindplaasten vinden we voortdurend op de zandige opduikingen en duinen langs beken en in de Netevalleien. Op de hoger gelegen zandgronden vinden we onder de plaggen een aantal complexen van nederzetting uit de ijzertijd en de bronstijd. De centrale as doorheen de regio is dan weer het vermoedelijke tracé van de Romeinse wegen die in Grobbendonk samenkomen. Daarmee hangt de vestiging van Romeinse bewoningssporen samen. Verder werd de identiteit van de regio gevormd door de sterke ontwikkeling in de middeleeuwen. In totaal vinden we op de centrale archeologische inventaris voor de regio volgend aantal gekende archeologische vindplaatsen: GROBBENDONK HERENTALS HERENTHOUT LILLE NIJLEN OLEN VORSELAAR TOTAAL AANTAL GEKENDE VINDPLAATSEN:
90 71 36 18 70 27 31 343
(° Bron: team archeologie – dienst Erfgoed – provincie Antwerpen / Joke Bungeneers)
CONCLUSIE - Onze regio telt tal van archeologische vindplaatsen. Toch werd er in de verschillende gemeenten nauwelijks aandacht besteed aan dit archeologische erfgoed. Inventarisatie en sensiblisering zijn hoogdringend. - De archeologische vondsten uit de prehistorie en de Romeinse tijd wijzen op de oude bewoningsgeschiedenis van onze streek. De kennis over en het onderzoek naar die vroege perioden is echter zeer klein. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 36
B.6. Rode draden in het erfgoedaanbod Ondanks het vrij dichte wegennet en de relatief grote bevolkingsdichtheid in de regio zijn er opvallend veel stiltegebieden. De meeste van die plaatsen zijn nog niet voor het publiek ontsloten en wachten op openstelling. Wanneer bij de “inwandeling” van pas opengestelde natuurgebieden de belangstelling overweldigend is, kan dit een graadmeter zijn voor de vraag naar stilte en onthaasting. Onlangs zagen we dat nog bij de openstelling van het “Lovenhoek” in Vorselaar en het “Groot Moerven” in Herentals. In elke gemeente en vooral langsheen de verbindingswegen tussen de gemeenten en gehuchten zijn er aloude pleisterplaatsen of afspanningen. Verschillende van die cafés vertellen geschiedenis of waren plaatsen waar kunstenaars, componisten en schrijvers uit het verleden graag verbleven. Feitelijk zijn het cultuurmonumenten van de Kempische bodem geworden, die aandacht verdienen en die tot op heden te weinig beschreven werden als mogelijke ankerplaatsen voor de toerist. Langsheen die verbindingswegen liggen de gehuchten verspreid. Sommigen zijn een eigen leven gaan leiden en vertellen geschiedenis als stopplaatsen van voormalig openbaar vervoer. Die geschiedenis is nooit geschreven maar leeft nog in het volksgeheugen en de volksverhalen; helaas is die bron stilaan aan het opdrogen en moet er haast gemaakt worden van de registratie ervan. Eveneens langs die wegen staan talloze kapelletjes met elk een eigen verhaal. Het is opvallend hoeveel volksdevotie er nog leeft in een tijd waar blijkbaar voor die cultuur geen plaats meer is. Een kapelletjestocht doorheen de verschillende dorpen en gehuchten kan ook voor de jeugd een levendige les in regionale geschiedenis zijn. Dat de volksdevotie nog groot is bewijst de soms perfecte staat van onderhoud van die minuscule bouwseltjes. Dat dit gedeelte van de Kempen één eenheid vormt, is te merken aan de activiteiten van de Gilden, die er hun stek hebben. Zij houden een eeuwenoude traditie in stand met de erbij horende gebruiken en klederdracht. De Hoge Gildenraad der Kempen waakt over de ‘puurheid’ van die activiteiten en over de schat aan historische geschriften en voorwerpen die deze Gilden bezitten. Er is zelfs een jaarlijkse evaluatie- en keuringsdag voor dat gildenbezit. Met wat meer inzet en waardering zijn die Gilden een waardevolle en levendige informatiebron over de geschiedenis over de dorpsgrenzen heen. Een belangrijk bindteken tussen de gemeenten van de regio is de nog steeds meanderende Kleine Nete met enkele kleurrijke bijriviertjes. Die brengt niet alleen waterrecreatie zoals kanovaren en vissen met zich mee maar levert adembenemend mooie en stille landschappen op. Fotografen wandelen die rivier af op zoek naar kiekjes, plantenliefhebbers vinden er een unieke flora terwijl overal in de regio zeldzame vissoorten nog een plaats gevonden hebben. Die Kleine Nete was ook de historische verbindingsweg tussen de dorpen en bracht op vele plaatsen een bescheiden vorm van welstand. De voormalige ijzerertsen turfwinning in de moerassen langsheen de Kleine Nete is tot op heden een nog ongeschreven boek en wekt steeds de verbazing van de bezoeker. Een belangrijk stuk volkscultuur is aan de rivier te danken. In de hele regio staan historische gebouwen, die hun ontstaan te danken hebben aan de Kleine Nete langs waar de natuursteen van uit het Brusselse kon worden aangevoerd. Sommigen spreken zelfs van “Netebarok”. Verschillende rode draden in de regio: - Geografisch: Kleine Nete & Aa, Kempische Heuvelrug, natuurgebieden … (de stille Kempen); - Gehuchten: kapelletjes, volksfeesten (bijv. jubileum, buurtfeesten, buurtkermis); - Economie en lokaal vakmanschap: molens, ertswinning en ontginning van bouwsteen (Aa/Nete), diamant, oude ambachten, meubelmakers, ijzergieterijen en klokkenmakers, …; - Grote onderwijstraditie (Zusters van Vorselaar, Nijlen, scholengemeenschap Herentals); - De typische gebruiken en tradities in de Kempen (ambachten, volksdevotie, volksspelen zoals staande en liggende wip, klederdracht cf. Kempense kapmantel, volksdansen, cafés, de ‘beus’, …); - Dialect (het Kempisch), toponiemen, …
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 37
((CC)) EERRFFG GO OEEDDAACCTTO ORREENN IINN DDEE RREEG GIIO O C.1. Erfgoedactoren Een belangrijk deel van de expertise en betrokken actoren staan beschreven onder hoofdstuk 2.3. Daarnaast heeft elke gemeente een lijst opgemaakt van (verborgen) talenten en expertise die in een later stadium in het project kan worden aangewend. ** Heemkundige Kringen Gemeente Grobbendonk Herentals Herentals (Noorderwijk) Herentals (Noorderwijk) Herenthout Lille Nijlen Nijlen (Kessel) Olen Vorselaar
Heemkundige Kring Toerisme en fotoclub Grobbendonk Herentalse Geschiedkundige Kring Heemkring Nortrevic Noorderwijk Sint-Baafskring Noorderwijk Heemkring ‘Sandeleyn’ Heemhuis 'Norbert de Vrijter' Heemkring 'De Poemp' Nijlen Heemkring ‘Salvatore' Kessel Heemkring ‘De Linde’ Heemkundige Kring ‘Joris Matheussen’
Contactpersoon Frans Torfs Hugo Verhaegen Gabriel Bourgart Tejo Briers Norbert Horemans Rosette Dillen Walter Caethoven Frans Lens Jules Van Hemelen Roger Vermeulen
Telefoon/contact 014/51 32 56
[email protected] 014/21 56 86
[email protected] 014/26 29 32 014/26 26 25
[email protected] 014/51 24 53
[email protected] 03/312 49 03
[email protected] 03/481 85 70
[email protected] 03/480 04 81
[email protected] 014/26 31 62 014/51 48 15
[email protected]
De heemkringen in de regio zijn gebaseerd op de inzet van vele vrijwilligers. In onze regio is er nog heel wat enthousiasme en inzet aanwezig. In de heemkringen zit heel wat parate kennis, ervaring en deskundigheid. De heemkringen zullen op een zeer actieve manier betrokken worden en blijven bij de werking.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 38
** Museaverantwoordelijken Gemeente Grobbendonk
Museum/collectie Archeologisch museum Diamantmuseum
Telefoon/contact Daniëlle Horemans Toerisme Grobbendonk
Herentals
Begijnhofmuseum Schedelhof Collectie beelden Karel August Fraikin
De Infirmerie, Begijnhof Ward Geldof Jan Goris/Jan Cools
Herenthout
Houtambachtmuseum “De Wimpe”
René Meylemans
Lille
Collectie beelden Nicolaas Van der Veken
Victor Van Duppen
Nijlen
Erfgoedsite Fort van Kessel Slijperij Lieckens
Rudy Van Nunen Annelies Tack
Olen
Radiomuseum Stropersmuseum Heemkamer Jack Verstappen
Piet Van Opstal Leon Van den Brande Rik Anthonis
Vorselaar
Zonder voorwerp
-
Musea en collecties zijn samen met het onroerende erfgoed het zichtbare uithangbord van erfgoed. Vaak herbergen ze belangrijke elementen om ook het roerende en immateriële erfgoed uit te werken.
** Archiefverantwoordelijken Gemeente Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar
Gemeentelijk archief, X Stadsarchief Herentals, Jan Goris, archivaris Gemeentelijk archief, Julien Corthout Archief Peer Stoet, André Cambré Gemeentelijk archief, Jos Rombouts Gemeentelijk archief, Nora De Peuter Gemeentelijk archief, Rik Anthonis Gemeentelijk archief, Dirk Landuyt
Telefoon/contact 014/51 10 20 014/28 50 50 014/50 78 39 014/51 76 94 014/88 20 10 03/410 02 11 014/21 78 10 014/50 71 07
De archieven zijn het kloppende hart van de werking. Een oplijsting, professionalisering en afstemming dringt zich op. Naast deze formele archieven zijn er ook nog aparte archieven van heemkringen, OCMW's, kerkfabrieken, ziekenhuizen, scholen, fotoclubs, private archieven, enz.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 39
** Erfgoedexperten en professionals Gemeente Grobbendonk
Herentals
Herenthout
Lille
Nijlen
Olen
Vorselaar
Naam Ferdi Jacobs Jef Van Sweevelt Guido Van Dyck Jos Torfs Robin Hannelore Karel Van Uytven René Crauwels Ludwig Jacobs Marjolein Van Damme Annemie Rossenbacker Jan Goris Jan Cools Frank Tubex Fons Verwimp Hugo Verhaegen Paul Bellemans Ludwig Cerstiaens e.a. Harry de Kinderen Marc Neefs Paul Snoeys Staf Witrouwen Dirk Van Looy André Cambré Gaston Verheyen Nico Paepen Evelien Oomen Benedikt Sas Jaak Jacobs Walter Van den Branden Jeroen Janssens Roland Versele Mark Van den Poel, Lieve Meulepas en Barbara Baert Pol Van Camp Roel Van Peborgh Jos Dillen Diverse gidsen Rudy Van Nunen Frans De Peuter Myriam Heylen Walter Van den Broeck Karel Veraghtert Jef Vrelust Rik Verbeeck Etienne Mahieu
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
Expertise Amateurarcheoloog Archeoloog Geschiedkundige (m.n. Grobbendonk) Expert Schrijver Volksverhalen Geograaf Cultuurraad Vlaamse Gemeenschap/RWO (onroerend erfgoed) Faro – culturele biografie Vlaanderen Stadsarchivaris Geschiedkundige, voorzitter kerkfabriek Kunstwetenschapper en geschiedkundige Genealoog Geschiedkundige Architect en kenner bouwhistorie Stadsgidsen Beheerder geschiedkundige kring, kenner molens Geschiedkundige Voorzitter cultuurraad Geschiedenisleerkracht Geschiedenisleerkracht Archivaris stoetvereniging Expert landschappen Geschiedkundige Kunsthistorica, Master monumentenzorg, VIOE Erfgoed, stamboomonderzoeker Heemkunde en genealogie Conservator Provinciaal Molencentrum Wachtebeke Coörd. ‘Schitterend geslepen’/voorheen Rijksarchief Archief Legermuseum Brussel Restaurateurs Voorzitter cultuurraad, Heemkring “De Poemp” Gids Musea voor Schone Kunsten Dialecten Gidsenwerking Fort van Kessel, Kruiskensberg, … Arch. Simon Stevinstichting, Museum ‘Fort Liezele’ Schrijver, geschiedkundige Licentiate geschiedenis Auteur/schrijver – ereburger OIen Auteur, wetenschappelijk werk, professor Tilburg Erfgoedcel Antwerpen – MAS Antwerpen Archeoloog Docent UA, restaurateur A.R.T., expert landschappen en erfgoed
p. 40
Professionele en semi-professionele actoren kunnen voor deskundigheid zorgen in de werking. Dit is zeker geen exhaustieve lijst. Ongetwijfeld is een aantal mensen vergeten. Een eerste werkpunt is dan ook om deze lijst uit te zuiveren en aan te vullen.
** Kerkbesturen Gemeente Grobbendonk
Kerkbesturen Kerkfabriek Sint-Lambertus Kerkfabriek Onze Lieve Vrouw
Adres Eikenlei 47, Grobbendonk Rode Haagjes 3, Bouwel
Herentals
Kerkfabriek Sint-Antonius Kerkfabriek Sint-Waldetrudis Kerkfabriek Sint-Jan-De-Doper Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Kerkfabriek Sint-Bavo Kerkfabriek Sint-Niklaas
Wuytsbergen 174, Herentals Hellekensstraat 66, Herentals Heuvelstraat 7, Herentals Watervoort 77, Herentals De Ghellincklaan 1, Herentals Wiekevorstseweg 26, Herentals
Herenthout
Kerkfabriek Sint-Pieter & Paul
Verbistlaan 23, Herenthout
Lille
Kerkfabriek Sint-Pieter
Gebr.de Winterstraat 9, Lille
Nijlen
Centraal Kerkbestuur Nijlen Kerkfabriek Sint-Lambertus Kerkfabriek OLV-Ten-Hemel-Opgenomen Kerkfabriek OLV-Koningin-van-de-Vrede Kerkfabriek Sint-Willibrordus Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw
Kessel-Dorp 39, Nijlen Kraaistraat 8, Nijlen Carolusberg 1a, Nijlen Olmenlaan 1, Kessel Heuvelstraat 53, Nijlen Dennenlaan 23, Nijlen
Olen
Kerkfabriek Sint-Martinus Olen-Centrum Kerkfabriek Sint-Jozef Kerkfabriek Onze Lieve Vrouw-Olen
Het Bremmeken 10, Olen Lichtaartseweg 127, Olen Beilen 2, Olen
Vorselaar
Kerkfabriek Sint-Pieter
Cardijnlaan, Vorselaar
Kerkbesturen hebben vaak nog heel wat heemkundig materiaal en belangrijke erfgoedbronnen. Bovendien zijn ze vaak eigenaar van heel wat roerend erfgoed.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 41
** Private erfgoedeigenaars Gemeente Grobbendonk
Kasteel van Grobbendonk en watermolen Voormalige afspanning hoeve ‘De Leeuw’ De oude Schranssite (zgn. Schranshof) Grobbendonk Houten windmolen, Bouwel Kasteel Bouwelhof, Bouwel
Contact Familie D’Ursel Familie De Vries Familie De Vries Familie Hoeben Familie Thijs
Herentals
Kasteel Le Paige Kasteel
Vzw Ter Vesten Familie De Ghellinck
Herenthout
Kasteel van Herlaar
Familie Maes-Vanden Broeck
Lille
Hof d’Intere
Klooster
Vorselaar
Notariaat Kasteel ‘De Borrekens’ Vorselaar Klooster ‘Zusters der Christelijke Scholen’ Vorselaar
Notaris Van den Bossche Dr. Paul Stoffels Zr. Maria Krols Zr. Treza Bogaerts
Heel wat erfgoed is niet in handen van heemkringen, archieven, musea of openbare besturen maar bevindt zich nog bij privéeigenaars. Kasteelheren, kloosterorden, enz. zijn daarvan sprekende voorbeelden.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 42
** Andere erfgoedeigenaars: Kempense gilden Gemeente Grobbendonk Herentals
Herenthout
Lille
Nijlen Olen Vorselaar
Contact (Landelijke Gilde Bouwel) (Landelijke Gilde Grobbendonk) Sint-Sebastiaansgilde, Herentals (Landelijke Gilde Herentals) (Landelijke Gilde Morkhoven) (Landelijke Gilde Noorderwijk) (Stoetersvereniging Peer Stoet) Sint-Ambrosiusgilde (archief bij heemkring) Sint-Sebastiaansgilde en Sint-Antoniusgilde (Landelijke Gilde Herenthout) Sint-Antoniusgilde, Lille Sint-Sebastiaansgilde, Gierle Sint-Sebastiaansgilde, Wechelderzande Sint-Sebastiaansgilde, Lille Sint-Ambrosiusgilde, Gierle (Landelijke Gilde Lille) (Landelijke Gilde Bevel) (Landelijke Gilde Nijlen) Sint-Antoniusgilde, Olen (Landelijke Gilde Olen/Achter-Olen) Gilde van Sint-Georgius, Vorselaar (Landelijke Gilde Vorselaar)
Ferdi Van Grieken
André Cambré Norbert Horemans KBS en R.A. Brussel Willy Van Tichelt Walter Boeckx Fons Jacobs Frans Janssens ‘Meekens’ Jan Verlinden
Louis De Ceulaer Cyriel Claes
De gilden zijn niet alleen belangrijke erfgoeddragers (immaterieel erfgoed) maar bezitten ook nog heel wat roerend (bijv. ook agrarisch) erfgoed. De Hoge Gildenraad der Kempen heeft enkel weet van de bezittingen die de gilden aanbieden ter keuring op keur- en studiedagen. Een eerste, zeer onvolledige, lijst vindt u hieronder.
Sint-Sebastiaan Gierle: Oud gilderegister (1727) – boekje met verslagen (1727) – Oorkonde (1922) - 1 nieuw register – 1 ledenboek – 1 verslagboek – 1 oud vaandel – 1 oude trom – 1 nieuwe trom Sint-Ambrosius Gierle: Oud gilderegister (1711) – 1 nieuw gilderegister – 2 oude vaandels – 1 nieuw vaandel – 1 oude trom – 2 nieuwe trommen – Gildenzilver (schilden) – Koningsstaf (zilver) – 2 oude breuken – 1 nieuwe breuk Sint-Antonius Lille: 3 oude vaandels – 1 nieuw beeld – gilderegisters Sint-Sebastiaan Herentals: 1 nieuw register – 1 oud vaandel – 1 oude standaard – 1 oude trom – 1 nieuw vaandel – 1 nieuw beeld – 1 oud beeld Sint-Antonius Olen: 1 nieuw vaandel – 1 oude trom – 1 nieuwe trom – 1 nieuw beeld – nieuw gildenzilver – Koning/Keizerstaf (zilver) – 1 oude breuk – 1 nieuwe breuk
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 43
** Andere erfgoedeigenaars: fotoclubs Gemeente Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar
Fotogroep Nete & Aa Koninklijke Fotoclub Herentals Anthony Fotoclub Herentals Fotoclub Toreke Fotoclub Wechelderzande Fotoclub Folerma 71 Acht Olsense amateurfotografen Vorselaarse fotovrienden
Contact Isidoor van den Heuvel Davy Van Gestel Danny Van Rompaey Marcel Dielens Nick Coomans Etienne Van den Bulcke Cois Veldeman Leo Willems
De fotoclubs bezitten ook nog heel wat documentatie, kennis en foto-/diamateriaal over de regio vroeger. Belangrijk is ook ze verder te betrekken bij het bewaren van erfgoed (erfgoedzorg, inventarissen, techniek van het bewaren).
** Andere erfgoedeigenaars: harmonies en fanfares Gemeente Grobbendonk
Koninklijke Harmonie De Broedermin, Grobbendonk Koninklijke Fanfare Sint-Donatus, Bouwel
Code VLAMO ANT/0263/A ANT/0092/A
Herentals
Koninklijke Harmonie Sint-Cecilia, Herentals Vlaams Fanfare Orkest, Herentals Socialistische Harmonie De Broederband, Herentals Harmonie van het Sint-Jozefscollege, Herentals Koninklijke Fanfare De Noorderzonen, Noorderwijk Koninklijke Fanfare Zucht naar Kunst, Morkhoven
ANT/0020/A ANT/0021/A ANT/0135/A ANT/0158/A ANT/0102/A ANT/0076/A
Herenthout
Koninklijke Fanfare Sint-Pieter, Herenthout
ANT/0022/A
Lille
Koninklijke Fanfare Vermaak en Kunst, Lille Fanfare Broederband, Wechelderzande Koninklijke Harmonie Sint-Amelberga, Wechel
ANT/0101/A ANT/0115/A ANT/0281/A
Nijlen
Harmonie Culturalia, kessel Koninklijke Fanfare St.-Cecilia, Bevel Koninklijke Harmonie Sint-Cecilia, Nijlen Kempisch Symfonisch Orkest, Nijlen
VBR/0170/A ANT/0305/A
Olen
Koninklijke Fanfare De Vrede, Sint-Jozef-Olen Koninklijke Fanfare De Toekomst, Olen Koninklijke Fanfare De Verbroederde Vrienden, Olen Koninklijke Fanfare Sint-Isidorus, Olen
ANT/0030/A ANT/0196/A ANT/0203/A ANT/0216/A
Vorselaar
Koninklijke Harmonie Verbroedering, Vorselaar
ANT/0292/A
De harmonies en fanfares hebben vaak eigen archivarissen en bezitten nog heel wat documentatie, kennis en fotomateriaal over de regio vroeger.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 44
** Inventaris andere -te betrekken- actoren Kunstkringen
- Quinten Matsijskring, De grote leegte, Grobbendonk - Kunstkring 80, Tabula Rasa, Atelier X, Herentals - Kunstkring Toreke, Atelier Matsijs, Herenthout - Nieuwe Wechelse Tekenschool, Lille - Tibour Vriendenkring Academie en Atelier Blauwhof vzw, Nijlen - OK 2000, Olen - Vorsarte, Vorselaar
Schrijvers
- G. Obbels (Robin Hannelore), Hubert Lampo (+), Grobbendonk - Lief Vleugels, Jan Goris, Jan Cools, Frank Tubex, Jef Van den Bosch, Jules Müller, Marc Helsen, Edwin Coremans, Harry de Kinderen, Christine Megens, Gust Pelaerts, Roger Pluys en Jasperine Willems, Herentals - Egied Steylaerts, Lucien Van Tolhuyzen, Frans Schellekens en Tom De Smet, Herenthout - Walter Van den Broeck, Irène Verbeeck, Frans De Peuter, Jan Lievens, Tine Symoens, Karel Veraghtert, Olen - Elvis Peeters, Nijlen
(i.e. bijzonderheden m.b.t. project)
Verzamelaars erfgoedstukken (i.e. bijzonderheden m.b.t. project)
- Ferdi en Ludwig Jacobs, Jos Torfs, Grobbendonk - Marcel Van Den Bosch, Lille - Arch. voormalige fotoclub Imago (Jos Vermeulen), Noorderwijk - Verzameling Nortrevic en Sint-Baafskring, Tejo Briers, Leo Veris en Jozef Geerinckx (postkaartcollecties), Noorderwijk - Willy Peers en Alfons Daems (postkaarten), Herentals - Tuur Baeten (postkaartcollectie), Dr. S. Van Dyck en Camile Helsen, Eduard Van Elst, Fred Kerckhofs (kaarten), Maria Dockx, Norbert Horemans (volkskunst), Herenthout - Desiré Cambré, Lode Van Dessel, Verhaegen, René Lenaerts (postkaarten), Fons Lenaerts (doodsprentjes), Nijlen - Frans De Ceulaer, Herman De Ceuster, Staf Laenen en Frans Neefs (archivarissen), Olen - Bram Goossens (oude postkaarten), Vorselaar Verzamelclubs postkaartcollecties: - Herenthoutse Postkaartenclub - Nijlense verzamelclub - Verzamelclub Vorselaar
Toneelverenigingen
- Toneelkring Stad Ouwen en Toneelkring (T)ouwel, Grobbendonk/Bouwel - Stoetvereniging Peer Stoet, Theater Tarantel en toneelvereniging Crescendo, Herenthout - Noorderwijkse toneelvrienden, Herentals/Noorderwijk - Theater Annoniem en Talpa Theater, Lille - Bevelse Toneelvereniging Damateur, Kessels Amateur Toneel, Jeugdtoneel De Strontvliegen, Toneelkring Klavertje 4, Toneelkring Salvatore, De Wilgekatjes, Nijlen/Kessel/Bevel - “Het vierde oor” en Jeugdtejaterbende Oeps vzw, Olen - Vorselaars Amateur Toneel en toneel Oud-KLJ, Vorselaar
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 45
CONCLUSIE Dit hoofdstuk maakt duidelijk dat er heel wat expertise aanwezig is in de regio maar er ontbreekt een goede inventaris (deze intentienota is een aanzet), de expertise is heel fragmentair (gebrek aan netwerking en samenwerking) en in het algemeen zijn er toch weinig voltijdse, professionele erfgoedmedewerkers. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 46
C.2. Andere betrokkenen ** Politieke verantwoordelijken Gemeente Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar
Bevoegde schepen(en) Alex Van Peer, schepen Herman Wouters, burgemeester Ingrid Ryken, schepen Jos Schellens, schepen Stijn Raeymaekers, schepen Roger Gabriëls, burgemeester Ann Van Mechelen, schepen Marc Herrygers, schepen Luc Luyten, schepen Marc Engelen, schepen Marcel Bellens, burgemeester Lisette Boeckx, schepen Lieven Janssens, burgemeester Paul Laeremans, schepen
Telefoon/contact 0477/74 10 58 014/50 78 68 014/70 66 12 014/22 23 39 0476/52 37 32 014/50 78 32 014/88 15 19 03/311 50 11 03/481 81 28 0479/40 95 73 014/27 95 00 0496/74 90 17 014/50 71 16 0474/82 46 27
Het politieke draagvlak was van bij het begin een sterk punt in de werking van ‘Kempens Karakter’ en de totstandkoming van de intentienota. In de projectvereniging zullen de politieke verantwoordelijken verder hun bijdrage blijven leveren aan het project en de werking met het erfgoedconvenant. Ze zorgen ook voor de logistieke, personele en financiële steun voor het project. De definitieve samenstelling van de Raad van Bestuur van “Kempens Karakter” vindt u als bijlage 9.2.
** Cultuurbeleidscoördinatoren en medewerkers cultuurdienst Gemeente Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar
Cultuurmedewerkers Ellen Mostmans Sarah Van Baelen (cultuurbeleidscoördinator) Anja Van den Eynde (cultuurfunctionaris) Katia Delen Joke Beneens Annelies Tack Inge Gerlo An Van de Cruys (tot 31/12/2007) Miek Goris (vanaf 01/01/2008)
Telefoon/contact 014/50 70 07 014/28 50 50 014/51 22 55 014/88 20 10 03/410 02 34 014/27 94 21 014/50 71 14
De betrokkenheid van de cultuurbeleidscoördinatoren is van groot belang. Zij hebben zich verenigd in een collegawerkgroep en zullen het project mee dragen en verbanden leggen met de respectievelijke cultuurbeleidsplannen. In de valorisatie van het erfgoed (cultuur) en de opvolging van het project en de projectvereniging kunnen ze een belangrijke rol spelen, zeker omdat de beleidsperiode voor dit convenant gelijk zal lopen met de doorlooptijd van de cultuurbeleidsplannen van elke gemeente (2008-2013).
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 47
** Toeristische diensten Gemeente Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar
Toeristische diensten/-verantwoordelijken Toerisme Grobbendonk Toerisme Herentals Katia Delen VVV Lille Marc Engelen/Annelies Tack Inge Gerlo VVV Vorselaar
Telefoon/contact 014/51 39 64 014/21 90 88 014/51 22 55 014/88 20 10 03/410 02 30 014/27 94 21 0495/18 69 83
Net zoals cultuurbeleidscoördinatoren kunnen toeristische diensten en –medewerkers zorgen voor de valorisatie van het erfgoed in de regio. Toeristische diensten/VVV’s spelen vaak in op het erfgoed d.m.v. themawandelingen, activiteiten, enz.
** Bibliothecarissen Gemeente Grobbendonk Herentals Herenthout Lille Nijlen Olen Vorselaar
Bibliothecarissen Rita De Ridder Jan Tegenbos Joris Peeters Arlette Laenen Hilde Van der Donck Katleen Van Eecke Karel Michielsen
Telefoon/contact 014/50 74 90 014/85 97 50 014/50 10 40 014/88 19 20 03/410 03 60 014/21 61 24 014/51 22 99
Vorselaar - KHK
Bruno Peeters, bibliothecaris KH Kempen
014/50 81 60
Bibliothecarissen kunnen actief meewerken aan projecten inzake erfgoed: Bibliothecarissen kunnen meewerken in een archievenoverleg; Bibliotheken zijn vaak een herberg zijn van heel wat documenten en archieven; Bibliothecarissen hebben ervaring met publiekswerking en presentatietechnieken; In de bibliotheken kunnen themadagen en –weken worden opgezet rond erfgoedthema’s.
** Scholen Gemeente Grobbendonk
School/scholen/schoolgemeenschappen Kleuteronderwijs Klavertje 3 Basisschool Klavertje 3 Basisschool Klim-op Basisschool Klim op Basisschool Mariaschool Basisschool De Wijngaard
Adres Langenheuvel 14B, Bouwel Dorp 57, Bouwel Berdenweg 5, Bouwel Bovenpad 7, Grobbendonk Bergstraat 12, Grobbendonk Wijngaardstraat 1/C, Grobbendonk
Herentals
Kleuterschool De vriendjestuin Kleuteronderwijs Kleuteronderwijs Basisschool KOSH Basisschool De Evenaar
Boerenkrijglaan 16, Herentals Drijvelden, Herentals Ring 5, Noorderwijk Collegestraat 37, Herentals Collegestraat 46, Herentals
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 48
Basisschool Wijngaard Basisschool De Evenaar Basisschool Dol-Fijn Basisschool De Leertuin Molekens Basisschool Ringeling Basisschool Zandkorrel Basisschool ‘t Mierennest Basisschool De Wegwijzer Basisschool De Wegwijzer (4-5-6) Basisschool De Vesten Basisschool Freinetschool Middelbaar onderwijs St-Jozefcollege Middelbaar onderwijs St-Jozefinstituut Middelbaar onderwijs Francesco-Paviljoen Middelbaar onderwijs Technisch Instituut Scheppers Middelbaar onderwijs Instituut van de Voorzienigheid Middelbaar onderwijs Middenschool Middelbaar onderwijs KTA Middelbaar onderwijs KTA Middelbaar onderwijs KTA
Wijngaard 9, Herentals St-Jansstraat 124, Herentals Nonnenstraat 16, Herentals Populierenlaan 1, Herentals Ring 5, Noorderwijk Zandkapel, Noorderwijk Ring 59/1, Noorderwijk Streepstraat 2, Morkhoven Rode Leeuwstraat, Morkhoven Augustijnenlaan 31, Herentals Heesveld 9, Herentals Collegestraat 46, Herentals Burchtstraat 14, Herentals Bovenrij 30, Herentals Scheppersstraat 9, Herentals Wolstraat 27, Herentals Poelstraatje 1, Herentals Augustijnenlaan 32, Herentals Menenstraat 1, Herentals Markgravenstraat 25, Herentals
Herenthout
Vrije kleuterschool Basisschool ‘t Klavertje Basisschool Klim Op Basisschool VLS De Luchtballon
Zusterstraat 1, Herenthout Vonckstraat 44, Herenthout Albertstraat 8, Herenthout Schoeterstraat 22, Herenthout
Lille
Gemeentelijke Lagere School Lille Vrije Basisschool “De Springplank” Leefschool “De Vlindertuin” Kardinaal Van Roey Instituut Gemeentelijke Basisschool Gierle Vrije Basisschool “De Wingerd” Vrije Basisschool “’t Klavernest”
Rechtestraat 59, Lille Hoeksken 30, Lille Berg 10, Lille Rechtestraat 52, Lille Schoolstraat 43, Gierle Wijngaard 11, Poederlee Oostmalsebaan 37, Wechelderzande
Nijlen
Gemeentelijke Basisschool Nijlen Gemeentelijke Basisschool Nijlen Gemeentelijke Basisschool Kessel Secundair GI Technisch- en Handelsonderwijs Sint-Calasanz Instituut, (kleuter, lager en secundair) Vrije Basisschool ‘De Zandloper’ Vrije Basisschool Kessel Vrije Basisschool Kinderpad Basisschool “De Zevensprong” Basisschool “Bisterveld” Basisschool “De Regenboog”
Kerkeblokken 7, Nijlen Klokkenlaan 25, Nijlen Kessel-Dorp 42/a, Kessel Gemeentestraat 41, Nijlen Nonnenstraat 21, Nijlen Zandlaan 46, Nijlen Emblemsteenweg 1a, Kessel Kinderpad 1, Bevel Albertkanaalstraat 31, Nijlen Nieuwstraat 26, Kessel Oude Bevelsesteenweg 99, Nijlen
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 49
Olen
Basisschool De Kriebel Basisschool De Knipoog Basisschool De Toermalijn Basisschool Willem Tell Basisschool De Kleine Wijzer
Schoolstraat 1, Olen Stationsstraat 1, Olen Lichtaartseweg 129, Olen Voortkapelseweg 2, Olen Drogebroodstraat 5, Olen
Vorselaar
Gemeentelijke Basisschool De Knipoog Kleuterschool Duizendpoot Kleuterschool Wervetuin Basisschool Windekind Middelbaar onderwijs Kardinaal Van Roey Instituut Katholieke Hogeschool Kempen
Cardijnlaan, Vorselaar Lepelstraat 38a, Vorselaar Van de Wervelaan, Vorselaar Lepelstraat 38a, Vorselaar Mgr. Donchelei, Vorselaar Lepelstraat 2, Vorselaar
De regio beschikt niet alleen over de reguliere basisscholen maar tevens over een aantal scholen in het bijzonder onderwijs, middelbaar onderwijs (Herentals, Nijlen en Vorselaar) en één hogeschool (Vorselaar). Scholen kunnen actief worden betrokken bij projecten inzake erfgoed: Eindwerken en papers (middelbaar onderwijs, hoger onderwijs) Educatieve spelletjes en lespakketten Medewerking aan projecten en themadagen Vorming in het kader van erfgoed (zie voorbeeld Erfgoeddag 2008 waarbij scholen gratis de expositie kunnen bezoeken voor en na de Erfgoeddag)
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 50
C.3. Erfgoeddragers: archieven, musea, erfgoedprojecten en publicaties ** Archieven: inhoud en statuut Naar aanleiding van deze intentienota zijn volgende archieven onderzocht: - archieven gemeenten (en deelgemeenten) - archieven OCMW's - archieven kerkfabrieken - archieven heemkringen - archieven ziekenhuizen - archieven scholen - archieven fotoclubs - collecties: bijv. Van der Veken en Fraikin - private archieven: kasteelheren, kloosters, notarissen, pastoors, e.a.
VOORBEELD: HERENTALS Herentals heeft één archief, het stadsarchief. Het is gehuisvest in het voormalige Augustijnenklooster. Het personeelskader van het stadsarchief omvat een stadsarchivaris niveau A en twee administratief medewerkers niveau C. In het stadsarchief bewaart de stad het gemeentelijke archief en kunstpatrimonium. Het stadsarchief beschikt over een bibliotheek die zich op regionale geschiedenis concentreert. Deze bibliotheek bevat onder meer tal van tijdschriften van heemkringen. In het stadsarchief kunnen stamboomopzoekers (genealogie) ook terecht voor parochie- en bevolkingsregisters. * Overzicht: - Stad Herentals, 1294 e.v. - Gemeente Noorderwijk, 1439 e.v. - Gemeente Morkhoven, 1470 e.v. - Oud-Gasthuis van Herentals, 1253 e.v. - Begijnhof, 1266 e.v. - OCMW Kerkarchief Sint.-Waldetrudis, 1313 e.v. - Archief Kasteel Noorderwijk, 1494 e.v. * Bijzonderheden: - Centrum voor Historische Wetenschap - Centrum voor de Studie van Land en Volk van de Kempen * Inhoud: (1) Archiefbescheiden uit het Ancien-Régime Het archief van de stad Herentals tijdens het Ancien-Régime (1291 - 1795) Dit archief omvat twee delen. a) De documenten die steeds te Herentals bewaard werden (vooral administratieve en fiscale stukken evenals de oude parochieregisters, ambacht- en gildearchieven, en de godshuizen). Dit deel bevat 242 nummers.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 51
b) Het gerechtelijke schepenarchief dat ingevolge de Franse wet van 27 maart 1791, artikel 40 in 1910 werd overgedragen aan het Rijksarchief te Antwerpen. Gezien deze overdracht eerder onzorgvuldig gebeurde bevinden zich tussen deze stukken ook talrijke documenten van administratieve aard. In totaal bevat dit deel 271 nummers. Door de overeenkomst tussen het Algemeen Rijksarchief te Brussel en de stad Herentals d.d. 30 juni 1992 werd dit gerechtelijke archief alsook nog een aantal stukken met betrekking tot Herentalse burgerlijke en religieuze stukken voor de duur van dertig jaar in bruikleen gegeven aan het stadsarchief van Herentals. Stukken afkomstig uit diverse Herentalse archiefbestanden, voorheen bewaard in het fonds “Geestelijke en andere instellingen” op het Rijksarchief te Antwerpen 1. Klooster der augustijnen (1613 - 1791): 4 nummers 2. Minderbroeders (1621 - 1787): één nummer 3. Klooster van de norbertinessen Onze-Lieve-Vrouw van het Besloten Hof te Herentals (1447 1791): 4 nummers 4. Sint-Waldetrudiskerk (1400 - 1787): acht nummers 5. Geestelijkheid van Herentals in het algemeen (1327 - 1790): vier nummers 6. Kapellen en kluis (1611 - 1732): een nummer 7. Vrome fundaties (1550 - 1787): een nummer 8. H. Geesttafel (1550 - 1788): vier nummers 9. Begijnhof (1554 - 1790): zeven nummers 10. Gasthuis (1282 - 1787): vijf nummers 11. Godshuis H. Drievuldigheid (1395 - 1775): twee nummers 12. Godshuis Sint-Anna (1450 - 1738): twee nummers 13. Leprozerie Sint-Jan-Ter Lazerijen (1643 - 1772) 14. Sint-Maria Magdalenagodshuis (1580 - 1781): twee nummers 15. Sint-Pietersgodshuis (1554 - 1773): twee nummers 16. Broederschappen en gilden (1428 - 1753): vijf nummers Het archief van de Sint-Waldetrudiskerk (1313 - 1840): bevat 143 nummers Het archief van het Begijnhof (1266 - 1796): bevat 98 nummers Archief van de pastorie van het begijnhof (1461 - 1911): bevat 20 nummers Het archief van het Oud Gasthuis (1253 - 1801): bevat 73 nummers Archief van de pastorie van het Gasthuis (1590 - 1641): bevat 17 nummers. Het historisch archief van Herentals in zijn totaliteit is van groot belang omdat de stad tijdens het ancien régime gedurende meer dan zes eeuwen de rol van hoofdstad voor geheel de Kempen heeft vervuld. 2. 3. 4. 5. 6.
7.
8.
9.
Het oud gemeentearchief van Noorderwijk (1439 - 1795): bevat 122 nummers Door de overeenkomst tussen het Algemeen Rijksarchief te Brussel d.d. 30 juni 1992 werd dit archief voor dertig jaar in bruikleen gegeven aan het stadsarchief van Herentals Kerkarchief van Sint-Bavo Noorderwijk Dit archief omvat twee delen: (1) Stukken van de Sint-Bavoparochie die in 1999 overgedragen werden aan het stadsarchief door het bisdom Antwerpen (1630 - 1911). Deze stukken werden in bruikleen gegeven door het bisdom Antwerpen op 4 juli 2000. Dit deel bevat negen nummers. (2) Diverse documenten betreffende de kerk van Noorderwijk (1642 - 1719) door het Algemeen Rijksarchief voor de duur van 30 jaar in bruikleen gegeven aan het stadsarchief van Herentals op 30 juni 1992. Dit deel bevat één nummer. Het oud gemeentearchief van Morkhoven (ca. 1470 - 1762) Door het Algemeen Rijksarchief voor de duur van 30 jaar in bruikleen gegeven aan het stadsarchief
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 52
10.
11.
12.
13.
14.
van Herentals op 30 juni 1992. Dit deel bevat vier nummers. Kerkarchief Sint-Niklaas Morkhoven (1588 - 1796) Dit archief omvat twee delen (1) Stukken van de Sint-Niklaasparochie die op 4 juli 2000 aan het stadsarchief werden overgedragen door het bisdom Antwerpen (1588 - 1796). Dit deel bevat 69 nummers. (2) Diverse documenten betreffende de kerk van Morkhoven (1657 - 1787) door het Algemeen Rijksarchief voor de duur van dertig jaar in bruikleen gegeven aan het stadsarchief van Herentals op 30 juni 1992. Dit deel bevat twee nummers. Kasteelarchief Noorderwijk (1494 - 1792) Drieëndertig stukken (hoofdzakelijk cijns-, leen- en renteboeken) aangekocht door het stadsarchief in opdracht van het gemeentebestuur van de stad Herentals op een openbare veiling te Brussel op 16 oktober 1982. Dit archiefbestand bevat 34 nummers. Kerkarchief van Sint-Lambertus Grobbendonk (1521 - 1796 / 1831) Deze stukken werden in 2006 in bruikleen gegeven door het bisdom Antwerpen op 25 juni 2001. Dit archiefbestand bevat tien nummers. Kerkarchief van Onze-Lieve-Vrouw Bouwel (1601 - 1763 / 1956) Deze stukken werden in 2006 in bruikleen gegeven door het bisdom Antwerpen. Dit archiefbestand bevat zeven nummers. Kerkelijk archief van Olen Twee registers (1671 - 1920). Deze twee nummers werden in 2001 door het bisdom overgedragen aan het stadsarchief van Herentals.
Van al deze archieffondsen is een inventaris beschikbaar. Een aantal zeer kostbare stukken dienen op microfilms, microfiches of op fotocopies geraadpleegd te worden. (2) Hedendaagse archieven 1. 2.
3.
4.
Gemeentearchief van de stad Herentals (1795 e.v.) Gemeentearchief van Noorderwijk (1795 - 1976) Dit archief omvat twee delen: (1) De documenten die tot de fusie met de stad Herentals (1 januari 1977) op het gemeentehuis van Noorderwijk bewaard werden. (2) De documenten die door het gemeentebestuur van Noorderwijk aan het Rijksarchief van Antwerpen werden overgedragen. Door een overeenkomst tussen het Algemeen Rijksarchief en de stad Herentals d.d. 30 juni 1992 werden deze stukken voor de duur van dertig jaar in bruikleen gegeven aan het stadsarchief van Herentals. Dit deel bevat 202 nummers. Gemeentearchief van Morkhoven (1795 - 1976) Dit archief omvat twee delen: (1) De documenten die tot de fusie met de stad Herentals (1 januari 1977) op het gemeentehuis van Morkhoven bewaard werden. (2) De documenten die door het gemeentebestuur van Morkhoven aan het Rijksarchief van Antwerpen werden overgedragen. Door een overeenkomst tussen het Algemeen Rijksarchief en de stad Herentals d.d. 30 juni 1992 werden deze stukken voor de duur van dertig jaar in bruikleen gegeven aan het stadsarchief van Herentals. Dit deel bevat in totaal 93 nummers. Het archief van het OCMW-Herentals en van zijn rechtsvoorgangers (gast- en godshuizen, Bureel van Weldadigheid / Armbestuur, (1796 - 1925) COO (1925 - 1976) en 1976 e.v. De archieven van de Morkhovense en Noorderwijkse burelen van Weldadigheid (armbestuur en COO’s maken deel uit van de respectieve gemeentearchieven.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 53
5. 6.
7.
8.
Archief van de kerkfabriek van Sint-Waldetrudis te Herentals (1796 e.v.) Archief van de kerkfabriek Sint-Niklaas Morkhoven Een aantal documenten (1811 - 1990) werden opgenomen in de inventaris van de stukken die op 4 juli 2000 door het bisdom Antwerpen aan het stadsarchief van Herentals werd overgedragen. Archief van de kerkfabriek van Sint-Lambertus, Grobbendonk (1800 - 1947): 12 nummers. Deze stukken werden op 25 juni 2001 door het bisdom Antwerpen overgedragen aan het stadsarchief van Herentals. Archief kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Bouwel (1794 - 1970) Dit archiefbestand bevat 74 nummers. Deze stukken werden in 2001 door het bisdom Antwerpen overgedragen aan het stadsarchief van Herentals.
(3) Afdeling verenigingsarchieven 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Liberale Harmonie Herentals (vóór 1921: Muziekgenootschap Harmonie van Herenthals (1827 e.v.) Koninklijke Harmonie Sint-Cecilia (1839 e.v.) Koninklijke Toneelkring de ‘Vrije Boom’ (1902 - 1970) Davidsfondsafdeling Herentals-stad (1903 e.v.) Herentalse Geschiedkundige Kring (1972 e.v.) Centrum voor de Studie van Land en Volk van de Kempen (1966 e.v.)
(4) Dag- en weekbladen Microfiches - Het Kempenland (1863 - 1982) - Het Nieuws- en Advertentieblad van Herentals (1876 - 1928) - De Aankondiger (1933 - 1940) Microfilms - Reklaamblad (1967 - 1985) (5) Microfilms en microfiches * Microfilms en microfiches Herentals 1. Weesakten (1582 - 1729) 2. Alfabetische lotinglijsten (1816 - 1864) 3. Notariaat Andries Gheerincx (1620 - 1659) 4. Notariaat Franciscus van Hove (1763 - 1796) 5. Notariaat Petrus Heylen (1761 - 1796) 6. Notariaat Joannes Baptista Fraikin (1797 - 1815) 7. Schepenakten / goedenisboeken (1455 - 1796) 8. Aangifte van nalatenschappen, koop en verkoop van geërfde goederen, met vermelding van familienamen en sterftedata (1818 - 1875) 9. Bevolkingsregisters (1802 - 1912) 10. Akten van de burgerlijke stand 1805 - 1920 * Microfiches Herentals: - Burgerlijke stand (1805 - 1900) - Bevolkingsboeken (1846 - 1960) 11. Gemeenteraadszittingen (1818 - 1988) 12. Verslagen van het schepencollege (1818 - 1980) 13. Indices gemeenteraadszittingen (1900 - 1988)
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 54
* Noorderwijk Microfilms - Schepenregisters / goedenissen (1439 - 1796) - Notariaat Heyns 1540 1546 - Verslagen schepencollege en gemeenteraad schepencollege (1848 - 1976) gemeenteraad (1833 - 1976) - Bevolkingsregisters 1820 - 1890 1890 - 1970 Microfilms en microfiches Bevolkingsregisters (1890 - 1970) Akten van de burgerlijke stand (1797 - 1920) * Morkhoven Microfilms Notariaat P. Wils 1690 - 1725 - Bevolkingsregisters 1820 - 1866 - Schepencollege 1818 - 1965 - Gemeenteraadszittingen 1825 - 1976 Microfiches en microfilms - Bevolkingsregisters 1890 - 1970 - Akten van de burgerlijke stand 1800 - 1920
Veel andere archieven zijn heel fragmentair verspreid. VOORBEELD: Vorselaar * Bestuurlijk: • Algemeen Rijksarchief Brussel: Fonds Leenhof van Brabant • Algemeen Rijksarchief Brussel: Arenbergfonds • Rijksarchief Antwerpen: Oud Gemeentearchief Vorselaar • Archiv Fürstlich Salm-Salmsche Verwaltung Archiv, Wasserburg Anholt – D 46417 Isselburg, fonds : Herrschaft Rotzlar • Archief Provincie Antwerpen, fondsen eredienst – gerecht/politie/Boerenkrijg – vergunningsplichtige inrichtingen • Familiearchief Arenberg, Archief en Cultureel Centrum van Arenberg, Ijzerstraat 8 – 7850 Edingen * Kerkelijk: • Rijksarchief Antwerpen: Oud kerkarchief Vorselaar • Archives Départementales du Nord, 22, rue Saint-Bernard – F 59045 Lille Cédex : Fonds de l’ Evêché puis archévêché de Cambrai + Fonds du Châpitre métropolitain de Cambrai • Archief kerkfabriek Sint-Pieter Vorselaar • Archief pastorij Vorselaar • Archief Bisdom Antwerpen – dekenij Herentals – parochie Vorselaar : archivaris Jos Van den Nieuwenhuizen, Sint-Willibrordusstraat 27 - Antwerpen
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 55
** Musea en collecties Gemeente Grobbendonk
Museum/collectie Archeologisch museum Diamantmuseum
Telefoon/contact Daniëlle Horemans Toerisme Grobbendonk
Herentals
Begijnhofmuseum Schedelhof Collectie beelden Karel August Fraikin
De Infirmerie, Begijnhof Ward Geldof Jan Goris/Jan Cools
Herenthout
Houtambachtmuseum “De Wimpe” Ruime collectie heemkring Sandeleyn
René Meylemans Norbert Horemans
Lille
Collectie beelden Nicolaas Van der Veken
Victor Van Duppen
Nijlen
Erfgoedsite Fort van Kessel Slijperij Lieckens
Rudy Van Nunen Annelies Tack
Olen
Radiomuseum Stropersmuseum Heemkamer Jack Verstappen
Piet Van Opstal Leon Van den Brande Rik Anthonis
Vorselaar
Zonder voorwerp
-
GROBBENDONK ** Diamantmuseum Grobbendonk Het museum heeft een unieke collectie authentieke werktuigen verzameld, gebruikt voor de bewerking van diamant. Het museum heeft geen professionele arbeidskrachten. ** Archeologisch Museum Grobbendonk Er wordt een beeld getoond van de vroegste culturen in ons dorp. Getuigen hiervan zijn enkele voorwerpen in silex (vuursteen) zoals pijlpuntjes, schrapers, meslemmers en een prachtige neolitische bijl. De bezoeker kan kennis maken met een rijke verzameling archeologische voorwerpen uit de Gallo-Romeinse periode. Dankzij de talrijke archeologische opgravingen heeft men heel wat informatie over de vroegere Romeinse nederzetting in Grobbendonk. Naast de oude munten met afbeeldingen van de Romeinse keizers is er ook een rijke verzameling “Terra-Sigillata” of rood glanzend aardewerk. Ook het alledaagse vaatwerk zoals potjes, kruiken, schaaltjes en urnen en de voorwerpen in brons en ijzer geven een beeld van de leefwijze van onze vroegere dorpsbewoners. Na talrijke onderzoeken is met zekerheid geweten dat de nederzetting 200 jaar heeft stand gehouden, namelijk van 50 tot 250 na Christus. De eerste vondsten werden reeds in 1908 ontdekt. De belangrijkste archeologische opgravingen vonden plaats tussen 1956 en 1983. Sedert oktober 2000 werd er terug gestart met noodopgravingen.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 56
HERENTHOUT ** Nationaal Houtambachtenmuseum In menige realistisch uitgevoerde reconstructies toont het museum ‘De Wimpe’ de dagdagelijkse bezigheden in een schrijnwerkerij – klompenmakerij – wagenmakerij en smidse kuiperij, zoals dat het geval was omstreeks de eeuwwisseling. Levensgrote beelden (in eigen beeldhouwatelier gemaakt) met authentieke kledij en werktuigen brengen u in de sfeer van dit ambachtelijke wereldje. Als de klompenmaker met zijn blokmes begin te werken aan een stel klompen, en de kuiper zijn duigen klaar schaaft voor een vat, zitten we middenin deze gezellige bedrijvigheden van weleer. Het Houtambachtenmuseum schetst een prima beeld, terwijl je rustig geniet van een hapje of een drankje.
HERENTALS In het bestuursakkoord zijn elementen van roerend erfgoed mee opgenomen. De concrete actiepunten moeten nog worden uitgewerkt vanuit de dienst cultuurbeleid, OCMW en de cultuurraad. Een van deze actiepunten is de uitbouw van het Begijnhofmuseum. Een ander actiepunt is de verdere werking aan de plannen voor de binnenrestauratie van de Lakenhal. De restauratie moet het gebouw volledig in zijn oude glorie herstellen, toegankelijk maken voor rolstoelgebruikers en de zolderverdieping terug geschikt maken voor de beelden van het Fraikinmuseum. Voor deze restauratie wacht het stadsbestuur op de goedkeuring van een subsidie door de Vlaamse Regering. Afhankelijk daarvan worden de werken uitgevoerd. Binnenrestauratie Lakenhal fase 1: toegankelijkheid - afhankelijk van de subsidiëring van de werken. Het definitieve ontwerp is ingediend in januari 2006 voor de toekenning van een restauratiepremie (410.000 €). ** Beelden van Fraikin De plaastermodellen uit deze -in de wereld unieke!- collectie van de 19de eeuwse beeldhouwer Fraikin zijn eigendom van het stadsbestuur. Het museum is momenteel gesloten. Het zal heropend worden na de voltooiing van de restauratiewerken van de binnenzijde van het Lakenhalle. De Fraikincollectie omvat 401 beelden van verschillende grootte en 93 sokkels. ** Begijnhofmuseum Dit museum werd ondergebracht in het vroegere Convent van het begijnhof, Begijnhof nr. 13. Bij de opening op 6 juni 1984 bevatte het museum 110 kunstvoorwerpen afkomstig uit de collecties van het Begijnhof en het Oud Gasthuis. In de voormalige infirmerie van het Begijnhof werd een museum ingericht voor het roerend bezit van het OCMW. Het Begijnhofmuseum zal hoogstwaarschijnlijk in de loop van deze legislatuur (2007-2012) worden gerestaureerd. Het OCMW verwacht de goedkeuring van het definitieve ontwerp “restauratie begijnhofmuseum” in het voorjaar van 2008. ** Schedelhof In de Herentalse deelgemeente Morkhoven heeft Ward Geldof zijn eigen museum gevestigd: het Schedelhof. Het privémuseum werd opgericht in 1981. U wandelt tussen 1200 schedels en skeletten van zoogdieren, vogels en reptielen uit alle werelddelen. Heel gewoon of heel exotisch, heel klein of juist heel groot.
NIJLEN ** Fort Van Kessel Het Fort van Kessel is een voormalig fort van tweede orde met aangehechte revers caponnière. Gebouwd als betonnen pantserfort in de periode 1909 – 1914 maakte het deel uit van de Hoofdweerstandstelling rond de stad Antwerpen die tevens dienst deed als nationale verschansing. In het interbellum werd het fort ingericht als infanteriesteunpunt om deel uit te maken van de Versterkte Stelling Antwerpen. Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 57
De 15 ha grote site is gelegen te midden van de mooie prachtige natuur en is een oase van rust. Het oude fort, omgeven door een mooie waterpartij, is het best bewaarde fort met aangehechte revers caponnière waarvan er trouwens maar twee gebouwd werden. Binnen de vestinggracht zijn de sporen van de beschieting in 1914 nog zeer duidelijk zichtbaar. ** Slijperij Lieckens Het project ‘Schitterend geslepen’ spitst zich toe op het immateriële erfgoed, zeg maar de mondelinge overlevering van de cultuurhistorie van de diamantbewerking. Op langere termijn is het de bedoeling dat de voormalige slijperij Lieckens in de Spoorweglei hierin een rol gaat spelen. Dit gebouw werd enige tijd geleden door de gemeente aangekocht. De gemeente Nijlen werkt voor dit project samen met Grobbendonk en het Diamantmuseum van Antwerpen. In Antwerpen bevinden zich dan de topstukken en de juwelen, in Grobbendonk komt de techniek aan bod en in Nijlen komt de nadruk te liggen op de verhalen en het sociale aspect.
OLEN ** Olens Radiomuseum De totale waarde van de collectie van het Olens Radiomuseum wordt door beheerder Piet Van Opstal geschat op zo’n 10 miljoen oude Belgische franken (= +/- 24790 euro). Het Olens Radiomuseum beschikt over een inventaris van de collectie die ze in haar bezit heeft. Het gaat over iets meer dan 3000 stukken (waarvan 720 stukken zijn tentoongesteld), tijdschriften en een archief. Het museum is in privé-handen en wordt beheerd door een vzw van vrijwilligers. De collectie zelf wordt binnenkort geschonken aan het Olens gemeentebestuur maar in de praktijk zal er momenteel niets veranderen aan de werking en het beheer. Het museumgebouw is eigendom van beheerder Piet Van Opstal. ** Stropersmuseum Dit is een mooie privécollectie met stropersgerief van vroeger, die tentoongesteld is in de zolderruimte boven de garage van de eigenaar. De collectie is enkel bezoekbaar door hele kleine groepen en enkel op afspraak. ** Heemkamer Jack Verstappen Archief genealogie, bibliotheek van heemkring De Linde, brevier pastoor Adriaan Heylen (lijst beschrijving gehuchten, lijst inwoners). Gevestigd in oude pastorie.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 58
** Erfgoedprojecten en tentoonstellingen
GROBBENDONK - ‘Schitterend geslepen’: project rond diamantverleden Kempen - Deelname aan themadagen (Open Monumentendag) - Tentoonstelling ‘150 jaar spoorwegen in de Kempen’ + gelijknamig boek - Tentoonstelling VIOE: onze bodem ontcijferd, 15 jaar archeologisch onderzoek in de provincie Antwerpen - Tentoonstelling oude zichtkaarten van Grobbendonk en Bouwel - Museumweek, tentoonstelling van archeologische vondsten van Grobbendonk uit privé bezit en musea - Historische en archeologische wandelvoordracht te Grobbendonk - Tentoonstelling bevrijdingsfeesten - Project Trage Wegen - openstelling oude kerkepaden
HERENTALS 1. Erfgoeddag ** Erfgoeddag ‘Waarde(n) van erfgoed’ op: 22 april 2007 - Tentoonstelling: De stedelijke kunstcollectie in kasteel Le Paige - Opendeur in het Begijnhofmuseum en Begijnhofkerk: De begijnen, hoe leefden ze, wie waren ze? - Tentoonstelling: Maria in beeld in het Franciscanessen klooster - Tentoonstelling: Antependia in hun luister hersteld in de St.-Waldetrudiskerk - Tentoonstelling en rondleiding: Kroniek van een succesverhaal in het Stadsarchief - Tentoonstelling: Het Leemen Huyseke - Begeleide stadswandelingen met aandacht voor de waarde van het stedelijk patrimonium en de activiteiten van Erfgoeddag ** Erfgoeddag ’in Kleur’ op 23 april 2006 - Tentoonstelling: Kleurenrijkdom in de Herentalse documenten en in de Herentalse kunst in het stadsarchief - Begijnhof en kunstpatrimonium begijnhofkerk - Begeleide stadswandelingen met aandacht voor toekomstige en uitgevoerde restauraties. - Tentoonstelling in het Schedelhofmuseum ** Erfgoeddag ‘Gevaar!’ op 17 april 2005 - Locatieproject in en rond kasteel Le Paige geïnspireerd op het gedicht ‘The Raven‘ van Edgar Allan Poe. Duisternis, dood, gevaar, angst, zwarte vogels, … vormen het thema van de voorstelling. - Tentoonstelling in het Schedelhofmuseum - Fotowedstrijd om zoveel mogelijk foto’s van de activiteiten rond Erfgoeddag 2005 te verzamelen. - Begeleide stadswandelingen langs locaties die met ‘gevaar’ hebben te maken. ** Erfgoeddag ’t Zit in de familie’ op 18 april 2004 - Tentoonstelling: het familieportret van de familie Flamen was samen met andere portretten te bezichtigen in de Lakenhal. - Tentoonstelling over matrijzen van familiewapens van de Herentalse schepenen uit de zestiende en zeventiende eeuw in het stadsarchief. - Begeleide wandelingen in het arboretum van kasteel Le Paige
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 59
2. Dag van de Beiaard Op 20 juni 2004 organiseerde de cultuurdienst de Dag van de Beiaard. In de stadskrant van juni 2004 werd de bevolking opgeroepen om hun favoriete nummers door te geven in het artikel ‘de beiaard als jukebox?’. De belforttoren werd opengesteld voor het publiek. 3. Open Monumentendag Herentals heeft vanaf de eerste maal deelgenomen aan de Open Monumentendag in 1989. In april 1995 startte Herentals met een werkgroep Open Monumentendag met vijf medewerkers en Nicky Kienen als coördinator. Thema’s en belangrijke openstellingen en/of tentoonstellingen - 1995: ‘Openbaar’ - link gebouwen die openbaar zijn - openstellingen gekaderd in dit thema: Lakenhal, Begijnhof, Oud Gasthuis, Kerk, Besloten Hof, Stadsarchief,… - 1996: ‘Zorg en zin voor kleur’ - wandeling in monumenten en gebouwen met bouwmaterialen en decoraties in verschillende kleuren. - 1997: ‘Monumenten en arbeid’ belangrijk in dit kader was de Hogewegmolen - tentoonstelling in het kader van arbeid voornamelijk ook rond de restauratie van de Lakenhal. - 1998: ‘Feesten als cultureel erfgoed’ - er werd gewerkt rond 200 jaar Boerenkrijg en een fototentoonstelling opgezet rond de viering van 150 jaar Boerenkrijg in Herentals – er trok een massale stoet door Herentals die door duizenden toeschouwers werd gevolgd. In dit kader werd in de Lakenhal ook de film ‘Voor outer en Heerd’ getoond waar verschillende Herentalsenaren in meespeelden. - 1999: ‘Door de eeuwen heen’ - kunst op reis langs Europese wegen rond De Franckens en Fraikin gewerkt - Le Paige dat nog in restauratie was werd voor de eerste maal opengesteld aan het grote publiek en trok duizenden belangstellenden - Kasteelhoeve Noorderwijk - Besloten Hof (klooster voor een gedeelte opengezet met stukken uit de archieven van de zusters o.m. gekalligrafeerde boeken uit de 15de en 16de eeuw. - 2000: ‘Tijd’ - de kerk en de pas gerestaureerde kerktoren van de Sint-Niklaaskerk in Morkhoven werden in de kijker gezet, ook de Zandkapel. - 2001: ‘Metaal’ - Voormalige fabrieken van Aerschot in de kijker gezet - in het laatste stukje pand dat bewaard is gebleven in de Nonnenstraat organiseerden we een fototentoonstelling en een tentoonstelling van metalen kunstwerken, werkmaterialen e.d. die nog dateerden van de metaalfabrieken van Aerschot (op 1 ½ dag kregen we meer dan 1500 bezoekers voor deze tentoonstelling en een 100-tal mensen waren aanwezig op de opening). - 2002: ‘Symbolen’ - symbolenwandelingen - openstelling kerktoren in Noorderwijk. - 2003: ‘Steen’ - steenkapperij Van Hove, zandsteen put Limpens, Toren Sint- Bavokerk, voormalige kapel school Sint-Jansstraat,… - 2004: ‘Van nature een monument’ - in samenwerking met Grobbendonk - verschillende wandelingen langs ruïne Den Troon en belangrijke natuurelementen die nog aanwezig zijn op het militair domein i.s.m. het 29ste Bataljon en Natuurpunt en openstelling gewone monumenten. - 2005: ‘Hout’ - Oude Gasthuiszolder fototentoonstenstelling en houten maquettes van de Herentalse monumenten - Professorenrefter Sint-Jozefscollege - gewone monumenten. - 2006: ‘Import-Export’- tentoonstelling Lakenhal belangrijke ondernemingen vroeger in Herentals wandeling ‘Vreemde gasten in de natuur’ op zoek naar ingeweken planten en dieren in de natuur ‘exotische bomen en planten’ begeleide wandeling in Arboretum - de Afrikagang werd opengesteld bij de Zuster Franciscanessen. - 2007: ‘Wonen’ - tuin Molenwaterhof - voormalig Karmelitessenklooster - tentoonstelling rond voormalig Begijnhof en oude Pastorie (Burchtstraat 5) - openstelling enkele huizen op het Begijnhof. 4. Restauraties onroerend erfgoed - Lakenhal: fase A en B (toren, noordgevel, dak): 1992-1994 / fase C (overige gevels): 1994-1997 - Kasteel Le Paige: 1996-1999 - Begijnhofkerk: 2002-2005 Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 60
HERENTHOUT - Heemkring Sandeleyn heeft een lange traditie in thematentoonstellingen - Open Monumentendag - Erfgoeddag 2008: “gans het jaar in verwachting van … duivenmelder” (duivensport) - Medewerking aan project “Schitterend geslepen”
LILLE - Jaarlijkse tentoonstelling nav de voorstelling van het jaarboek van de HK - Open Monumentendag - Streekbezoeken VVV - Archeologische tentoonstelling in het Gemeentehuis - Slagmolen te bezoeken - Erfgoeddag 2008: “Wordt verwacht”
NIJLEN - Deelname aan “Open Monumentendag” - ‘Schitterend geslepen’: project rond diamantverleden Kempen - Beeldbank Mechelen (vanaf 2009): moet dit niet herbekeken worden?? - Monoloog in het fort: ‘Het Vaderland moest groter zijn’ (2006) - Totaalspektakel ‘De Moord van Nijlen’ (2006) - Erfgoeddag 2008: “Wordt verwacht” - Open fortennamiddagen (jaarlijks) - Occasionele tentoonstellingen n.a.v. Open Monumentendagen en andere erfgoedprojecten
OLEN - Organisatie jaarlijkse Kartoenale - Tentoonstelling Heemkring n.a.v. Olen Jaarmarkt - Occasionele tentoonstellingen naar aanleiding van heemfeesten, Erfgoeddag, Open-Monumentendag… - Erfgoeddag 2008: “Wordt verwacht”
VORSELAAR - Medewerking aan project “Schitterend geslepen” - Deelname aan congressen en themadagen: o.a. Open Monumentendag, bezoek Rotselaar, Erfgoeddag 2008, Week van de Smaak 2007, …
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 61
** Schitterend geslepen De samenwerking tussen Grobbendonk en Nijlen ligt aan de basis van het project. Het project behandelt een onderwerp (Kempens diamantverleden) dat ook zeer relevant is voor het convenant. Het diamantverleden is belangrijk voor elke van onze zeven gemeenten. Vooral Grobbendonk, Herenthout, Nijlen en Vorselaar waren echt uitgesproken slijpersdorpen. Het project draait, net zoals het convenant, in de eerste plaats rond cultureel erfgoed (immaterieel en roerend erfgoed). Bovendien gaat het, net zoals het convenant, om inventariseren, registreren, bewaren en ontsluiten. 'Schitterend geslepen' besteedt vooral aandacht aan het mondelinge erfgoed en dit is ook voor het convenant een belangrijk aandachtspunt. Daarin kan het project ‘Schitterend geslepen’ dus expertise aanbrengen. ** Publicaties
GROBBENDONK - Awena Berichten, tijdschrift van de heemkundige kring (halfjaarlijks) - Het Beukenootje, Francis Drijbooms - Geschiedenis van Grobbendonk, P.J. Goetschalckx - Een prikje op de eeuwigdurende tijdsschaal : Bouwel in de voorbije 100 jaar!, Francis Drijbooms - Van banrecht en maalplicht in Grobbendonk tot eigen Bouwelse windmolen: historiek van de Bouwelse windmolen en molenhuizen, Francis Drijbooms - Bouwel, landelijk station langs de spoorlijn Lier-Turnhout: 150 jaar spoorweggeschiedenis (1855-2005), Francis Drijbooms - Bouwelse cartografie in diverse verzamelingen van de 16de tot de 20ste eeuw, Francis Drijbooms - ’t Toreke: kosterhuis, dorpsschool, herberg, Francis Drijbooms - Archeogro I en II - Gallo-Romeinse bewoningssporen te Grobbendonk, G. De Maeyer - Sprokkelen in het verleden, G. De Maeyer - Marcus, een historisch verhaal, G. De Maeyer - Archaeologica Belgica: Gallo-Romeins graf te Grobbendonk, Prof. Dr. J. Mertens - Archaeologica Belgica: de Romeinse vicus op de Steenberg te Grobbendonk, Prof. Dr. G. De Boe - Archaeologica Belgica: nieuw onderzoek (steenbouwfase) in de Romeinse vicus te Grobbendonk, Prof. Dr. G. De Boe -Archaeologica Belgica: de terra-sigillata van Grobbendonk, M. Vanderhoeven - Hades: Gallo-Romeinse pottenbakkersoven op de Steenberg te Grobbendonk, Hugo De Greef - Hades: Medisch bronzen instrument en stenen tablet, gevonden op de Gallo-Romeinse vicus te Grobbendonk, Dr. P. Janssens - Hades: de terra-sigillata van Grobbendonk, Prof. Dr. H. Thoen - Hades: de Gallo-Romeinse sondagevondsten te Grobbendonk, Dr. P. Janssens, lic. H. Van Crombruggen - Noordgouw: het Merovingisch grafveld, Dr. P. Janssens - Noordgouw: het Gallo-Romeins grafveldje van Grobbendonk, Dr. P. Janssens - Noordgouw: de Romeinse bewoning in de provincie Antwerpen, tussen Schelde, Rupel, Nete en Aa, Kathy Biemans - Noordgouw: uit de rekeningen van de bouw van de kerk van Grobbendonk, F. Verbiest - Oudheidkundige Repertoria: bibliografisch repertorium van de oudheidkundige vondsten in de provincie Antwerpen (1965 –1966), vanaf de vroegste tijden tot en met de Noormannen, M. Bauwens-Lesenne
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 62
- Acta Archaeologica Lovaniensia: het ontstaan en de onwikkeling van de Romeinse vicus te Grobbendonk, Prof. Dr. G. De Boe - Onze Lieve Vrouw ten Troon te Ouwen, Floris Prims - Parochieregisters Grobbendonk, Wilfried L.A. Taeymans - Grobbendonk: Het historische verhaal van een kleine gemeenschap, Guido Van Dyck - Grobbendonkse annalen, Karel Van Uytven
HERENTALS Jaarboek I (1986) Oorsprong en evolutie van het Herentalse stadswapen De industrialisatie in Herentals (1750-1914) De geschiedenis van de Herentalse infirmerie op het Begijnhof tijdens de XVIIde en XVIIIde eeuw De lindebloesem van de kasteeldreef te Noorderwijk had ook een economische waarde Het pijnlijke avontuur van Pieter Oosterbaan, een Hollandse collegeleerling te Herentals in 1578 De laatste levensdagen van de Herentalse molens, (XIXde - XXste eeuw)
Jan-Modest Goris Jef Van Den Bosch Hilde Sels Edwin Coremans Jan Cools Harry de Kinderen
Jaarboek II (1987) Lodewijk Jozef Heylen (1772-1844) De industrialisatie van Herentals (1750-1914) (Deel II - Vervolg) De geschiedenis van de Herentalse infirmerie op het Begijnhof tijdens de XVIIde en XVIIIde eeuw (Deel II - Vervolg) Een prijsboek van het Herentalse Augustijnencollege uit 1706 Uit het verleden van de Herentalse molens Het Hertals dialect Slotakkoord van meer dan zeven eeuwen Begijnhof te Herentals. De laatste begijntjes op het Herentalse Hof Herentals in oude prentkaarten
Jan-Modest Goris Jef Van Den Bosch Hilde Sels Jan Cools Harry de Kinderen Jef Van Den Bosch Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris
Jaarboek III (1988) De postgeschiedenis van Herentals tot 1842 Van dichten comt mi cleine bate... Belevenissen van marktzanger Cornelius Janssens Het Hertals dialect Herentals in oude prentkaarten Tot de nederlandsche jeugt... .Strijdgedicht van P. Corbeels (1790)
August Peelaerts Jan Cools Jef Van Den Bosch Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris
Jaarboek IV (1989) Dekenij Herentals (1670-1773). Bijdrage tot de studie van het kerkelijk leven in het bisdom Antwerpen Het Hertals dialect Slotakkord van meer den zeven eeuwen Begijnhof te Herentals. De laatste begijntjes op het Herentalse Hof (Deel II - Vervolg) Herentals in oude prentkaarten III: het Kasteel ‘Le Paige’ Motie van de Herentalse Geschiedkundige Kring betreffende de vrijwaring van het kasteel en park ‘Le Paige’
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
Frans Penders Jef Van Den Bosch Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris
p. 63
Jaarboek V (1990) Het politieke leven te Herentals (1918-1940) Dekenij Herentals (1670-1773). Bijdrage tot de studie van het kerkelijk leven in het bisdom Antwerpen (Deel II - Vervolg) ‘Den douche’ van Sint-Job. Een vleesontsmetter te Herentals (1900-1914) Onze-Lieve-Vrouw van het stadhuis te Herentals Het Hertals dialect Stad Herentals kocht een vijzel van Frans Claes uit 1598. Enkele beschouwingen over het leven en werk van vader en zoon Frans Claes Herentals in oude prentkaarten IV: De Herentalse windmolens
Christina Megens Frans Penders Jan Cools Jan-Modest Goris Jef Van den Bosch Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris
Jaarboek VI (1991) Dekenij Herentals (1670-1773). Bijdrage tot de studie van het kerkelijk leven in het bisdom Antwerpen (Deel III - Slot) Schatten op een collegezolder. Het 19de eeuwse herbarium van dokter G.C. van Haesendonck uit Tongerlo in het Sint-Jozefscollege te Herentals Over de brandweer in Herentals in de Hollandse Tijd Het ontstaan en de eerste uitvoering van het lied ‘Kempenland’ (J. Simons A. Preud’homme) Het Hertals dialect De posthelikopter te Herentals (1950-1959) Frans Verbiest De Sint-Antoniusgrotten te Herentals (1914-1990) Het register van de kapelanieën van de HH. Michel en Gudule en van de HH. Petrus en Paulus te Herentals
Frans Penders Jan Cools August Peelaerts Jan-Modest Goris Jef Van den Bosch Jos Gepts J. M. Goris Jan Cools + Frans Verbiest
Jaarboek VII (1992) Het Jordaensjaar ook te Herentals. Twee vergeten schilderijen in de St.-Waldetrudiskerk Drie doeken van de Antwerpse meester Jan Cossiers in de St.-Waldetrudiskerk te Herentals Het politieke leven te Herentals (1918-1940) (Deel II - Slot) Bijgeloof en exorcisme in de dekenij Herentals (1670-1773) Bibliografie dr. Jan-Modest Goris, met een ten geleide van Het verbouwingsverhaal van het Augustijnenklooster tot Stadsarchief Het legaat Le Paige: toch een oplossing Herentalse Geschiedkundige Kring dringt aan op de aanstelling van een bekwaam en ervaren architect die vaart zet achter het restauratiedossier van de St.-Catharinakerk De stichtingsgeschiedenis van de Herentalse Geschiedkundige Kring Het Hertals dialect Fotografeerde kunstfotograaf Xavier Puls in 1988 de laatste kruisweg van de Kruisberg, die eeuwenlang te 15 u. aanving? Enkele beschouwingen bij een unieke fotoreportage en bij een typisch Kempische devotie van 1968 tot 1992 Het register van de kapelanieën van de HH. Michiel en Gudule en van de HH. Petrus en Paulus te Herentals
Jan Cools Jan Cools Christina Megens Frans Penders Hugo Verhaegen Leo Geens Paul Snoeys
Jan-Modest Goris Jef Van den Bosch Jan-Modest Goris
+ Frans Verbiest
Jaarboek VIII (1993-1998) De oorsprong van het domein Ter Vesten te Herentals gaat terug tot 1775 Heidebrand. Geschiedenis van het Herentalse Studentengild (1905-1944) Enkele volksverhalen en legenden uit Herentals en omgeving De grote Bert Van Hove, een pionier in de geschiedenis van de Belgische motorsport Het Hertals dialect
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
Jan-Modest Goris + Frans Verbiest Renaat Bulckens Jan-Modest Goris Jef Van den Bosch
p. 64
Jaarboek IX (1999) De behandeling van het schilderij ‘De Bruiloft van Kana’ van Jan Cossiers (1600-1671) Sporen van het oorlogsrumoer rond Breda in het oudste kerkregsiter van Bouwel Enige interessante documenten aangaande de beginperiode van de Herentalse ‘Harmonie van de Kerk’ Uit het verleden van de Bovenpoort en de Zandpoort, de twee overgebleven Herentalse stadspoorten Het Hertals dialect Excelsior! Historie van de koninklijke harmonie Sint-Cecilia uit Herentals (1795-1995) Zo was Herentals in de jaren 1942-1954 In dankbare herinnering aan Emil Julius Müller Het laatse begijntje te Herentals overleden
Regine Guislain-Witterman Francis Drijbooms Jan Cools Jan Cools Jef Van den Bosch Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris
Jaarboek X (2000) Rond het Sint-Anna-altaar. Inleiding tot de bijdragen naar aanleiding van de restauratie van het Sint-Annapaneel en het altaar in de Sint-Waldetrudiskerk te Herentals Technologisch onderzoek en behandeling van het paneel ‘De Maagschap van de H. Anna’ Onderzoek van de afwerkingslagen op het Sint-Anna-altaar, het Sint-Annabeeld en de muur achter het altaar Het paneel ‘De Maagschap van de H. Anna’ in de Sint-Walderudiskerk te Herentals Plaatsing en verplaatsing van de altaren in de Sint-Waldetrudiskerk te Herentals van de 17de tot de 20ste eeuw Kerkmeubilair van meester-schrijnwerker Jacobus Verbuecken (1627-1700) in Herentals en omgeving Heidebrand. Geschiedenis van het Herentalse Studentengild (1905-1944) (Deel II) Een besloten hofken. Twee afsluitmuren van het begijnhof gerestaureerd Bibliografie Jozef-Remi Verellen, stadsarchivaris te Herentals (1948-1965) De Vaart, een drukke verkeersader dwars door Herentals tijdens het interbellum Het Hertals dialect Een stuk verdwenen stadsvest even opnieuw zichtbaar Jef Lievens: van ‘Het Kempenland’ tot ‘Koppen uit de keizerlijke stede' Motie van de Herentalse geschiedkundige Kring van 12 augustus 1999 betreffende de persberichten nopens een eventuele verkoop van de Stadsbrouwerij ‘Het Schaliken’ Inhoud van de Historische Jaarboeken van Herentals I - X (1986-2000) volgens auteurs
Jan Cools Lies De Maeyer Hugo Vanden Borre Natasja Peeters Jan Cools Jan Cools + Frans Verbiest Jan Cools Jan-Modest Goris Jules Müller Jef Van den Bosch Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris
Jan-Modest Goris
Jaarboek XI (2001) ‘Frivol ende absurd?’ Een conflict tussen de historieschilder Frans Francken en de brouwers van Herentals over het altaarstuk van de Verrijzens in 1605 De muziekcollectie van de Sint-Waldetrudiskerk en enkele Herentals archiefdocumenten; stille getuigen van een rijk muzikaal verleden De evolutie van een stedelijk landschap. Het oude kerkhof rond de Sint-Waldetrudiskerk te Herentals van vroeger tot nu Heidebrand. Geschiedenis van de Herentalse Studentengild (1905-1944) (Deel III) Jeddollekes Pol Heyns, Kempisch letterkundige en volkskundige (1906-1960) Pol Heyns als volkskundige Pol Heyns, letterkundige en journalist De bezetting van Herentals tijdens de Eerste Wereldoorlog Het Hertals dialect
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
Natasja Peeters Katrien Steenlandt Jan Cools + Frans Verbiest Toon Esch Jan-Modest Goris Jozef Van Haver Gaston Durnez August Peelaerts Jef Van Den Bosch
p. 65
Jaarboek XII (2002) De Zwitserse kolonie in Herentals (1912-1950) Het volksonderwijs te Herentals van de vijftiende eeuw tot het einde van het Ancien Régime Het familibedrijf van Joseph Van Aerschot en zonen, decoratieschilders Van klokkenververs, peestekers, messentrekkers, nestbevuilers en andere Herentalse spotnamen. Enkele humoristische bespiegelingen rond de Herentalse spotnamen Nog over jedollekes. Een rechtzetting Sint-Gregoriusklok in het begijnhof uit het klooster Nazareth te Waalwijk afkomstig? Dichtung und Wahreit in de Herentals gedenkschriften van Ernest Claes. Enkele kritische beschouwingen bij het werk van Ernest Claes naar aanleiding van een pas opgedoken manuscript van Pol Heyns ‘Ernest Claes en Herentals (1928)’ Het Hertals dialect
Jules Müller Jan Cools Linda Van Langendonck Renaat Bulckens Toon Esch Marius van Loon Jan-Modest Goris
Jef Van Den Bosch
Jaarboek XIII (2003) Ten Geleide Naar een wetenschappelijk verantwoorde synthese van de geschiedenis van het Gasthuis van Herentals. De historiografie van het Herentalse Gasthuis Een gasthuis in de Nederij (dertiende-zestiende eeuw). Met de moed om op te staan en door te gaan De oudste oorkonden van het Herentalse Gasthuis. Een keuze van documenten in Nederlandse vertaling Statuten en ordonantiën van het Herentalse Gasthuis. Tekstuitgave volgens het enige bewaarde afschrift met aantekeningen Het Gasthuis van Herentals in een politieke storm. De Franse periode (1795-1815) De gebouwen van het Gasthuis van Herentals in de negentiende en twintigste eeuw De gasthuisschuur te Herentals De gezondheidstoestand van het kanton Herentals rond 1845. Een merkwaardig medisch verslag van dokter J.B.J. Heylen Het leven van de Herentalse Gasthuiszusters in de twinigste eeuw Het AZ Sint-Elisabeth tussen 1970 en nu Vlucht naar Ieper (10-28 mei 1940) Herinnering aan het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog De kleding van de gasthuiszusters De arts patiënt. Kroniek van een gezondheidsverstoring anno 2000 Naamlijst van de gasthuiszusters van Herentals (1327-2003) Naamlijst van de kapelaans en pastoors bij de gasthuiszusters van Herentals (1282-2003) Naamlijst van de voorzitters, secretarissen en ontvangers van de COO en het OCMW (vanaf 1925) en van de ziekenhuisdirecteurs, hoofdgeneesheren en hoofden van het verpleegkundig departement (vanaf 1961)
Jan-Modest Goris Jan-Modest Goris Anneleen De Staercke Jan Cools Jan Cools Karel Veraghtert Jan Cools Mimi Debruyn Jan Cools Mia Tegenbos Herman Heylen Clara Vanden Bosch (Zr. Juliana) Irma Maes (Zr. Angela) Irma Maes (Zr. Angela) Denie Avonds Jef Leysen Jef Leysen Mia Tegenbos
Jaarboek XIV (2004) Een stuk Herentalse stadsomwalling opgegraven. Noodonderzoek Tweehonderd jaar fortificaties te Herentals Het onderwijs te Herentals in het Frans tijdvak (1792/1794-1814). Bijdrage tot de geschiedenis van het lager onderwijs te Herentals Een unicum: Herentals, stad met vijf kanalen De Zwiterse kolonie in Herentals (1912-1950) (Deel II - Slot) Heidebrand. Geschiedenis van het Herentalse Studentengild (1905-1944)(deel IV) Van klokkenververs, peestekers, messentrekkers, nestbevuilers en andere Herentalse spotnamen. Enkele humoristische bespiegelingen rond de Herentalse spotnamen (Deel II - Slot)
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
Katrien Van Iseghem Roger Pluys Jan Cools Michel Willocx Jules Müller + Frans Verbiest Renaat Bulckens
p. 66
Terug naar Biblebom Huldetoespraak voor Ernest Claes naar aanleiding van diens vijfenzestigste verjaardag uitgesproken door Pol Heyns op de jaarvergadering van de Vereniging van Kempische Schrijvers (1950) Het Hertals dialect
Antonius Esch Jan-Modest Goris
Jef Van Den Bosch
Jaarboek XV (2005) Carolus van Espinosa en het Herentalse Gasthuis Commissie van Burgerlijke Godshuizen en het beheer van de onroerende goederen Herentals, de Kempen en de oude oehoe in het Studentenkosthuis 'Bij Fien Janssens' van Ernest Claes Herbergen in Herentals tijdens de eerste helft van de 20ste eeuw Het Hertals dialect (deel XIII)
Ernest Persoons Jasperine Willems Viktor Claes Jules Müller Jef Van den Bosch
Jaarboek XVI (2006) De Commissie van Burgerlijke Godshuizen van Herentals en het beheer van de onroerende goederen (1795-1815) (Deel II en slot) Heidebrand. Geschiedenis van het Herentals Studentengild (1905-1944) (Deel V en slot) Enkele aspecten van de relaties tussen ’s Hertogenbosch en Herentals tijdens het Ancien Régime vanuit Herentals perspectief Louis (Ludwig) Neefs als leerling van het gepatroneerd Sint-Jozefscollege te Herentals (1951-1952) Vertellingen rond het Herentals begijnhof In memoriam Renaat Bulckens Het Hertals dialect XIV
Jasperine Willems Frans Verbiest (+) Jan - M. Goris Jan - M. Goris Renaat Bulckens Jan – M. Goris Jef Van Den Bosch
Andere publicaties
De Boerenkrijg (anastatische uitgave) Herentals Goed Bekeken Herentalse Bijdragen nr. 2 - Stadsfinanciën te Herentals Herentalse Bijdragen nr. 3 - Enkele aspecten van de rechtspraak te Herentals Herentalse Bijdragen nr. 4 - Plunderde wethouder Constantijn Rubens de St.-Waldetrudiskerk ? Herentalse Bijdragen nr. 5 - Gemerkte beelden van Nicolaas Vander Veken Herentalse Bijdragen nr. 6 - Doorslaggevende factoren bij de benoeming van stadssecretarissen Herentalse Bijdragen nr. 7 - Het ‘meien’ in de Antwerpse Kempen Herentalse Bijdragen nr. 8 - Herentalse van welvarend industrieel centrum tot arme garnizoenstad Bernardientje De Vries Metaalverleden van Herentals Hoe Herentals de 2de Wereldoorlog beleefde Bouwgeschiedenis van het Sint Catharinabegijnhof te Herentals
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
H. Conscience J.M. Goris J.M. Goris J.M. Goris J.M Goris M. Mommeyer J.M. Goris J.M. Goris J.M. Goris P. Heyns J. Cools Jan Vincx Jan Cools Paul Bellemans
p. 67
HERENTHOUT -
Tijdschrift ’t Sandelijntje “Stoetmicroob” Het Sint-Pietersklokje ’t Heurtuits boekske de Schaokel (10x/jaar)
1. WOUTERS F., Suske steekt zijn licht op (1963) 2. DONNET A., Notice sur Herenthout (1919) 3. VERBIST A., Vint-cinq mois de captivité en Allemagne (1919) 4. DE BEER J., Quelques sceaux de Herenthout (1951) 5. HELSEN J., De dorpskeure van Herenthout (1933) 6. DE SUTTER T., Mei 1940 in Berlaar en o.a. Herenthout (1980) 7. VERBIEST F., Pleidooi voor een (water)molen 8. VAN ECCELPOEL R., Herenthout vroeger en nu (handschrift) (1971) 9. DE SCHUTTER J., Bombardement van Herenthout op 11 mei 1940 (1985) 10. Geschiedenis van de Herenthoutse karnavalstoeten (1968) 11. Jubileumfeesten 1872-1972 van de fanfare Sint-Pieters- Herenthout (1972) 12. Herenthout zoals het vroeger was (1983) 13. Register bijenteelt Herenthout (1936) 14. Kas St. Ambrosiusgilde Herenthout (1929-79) 15. Verslag St. Andriesgilde (1929-60) 16. Kasboek van de Kempische biemaatschappij vanaf 1895 17. Stand regelen biëntelers Gilde provincie Antwerpen – zetel Herentals (1948) 18. Idem Herenthout (1912) 19. Kopie briefwisseling St. Ambrosiusgilde 20. VAN HERENDAEL F., Weer bloeit de Herenteer (gedichten o.a. over Herenthout) (1982) 21. BAETEN A., De terugkeer van de verdwenen schilderijen (1980) 22. H.K. Sandelyn, Jaarboek I, II, III, IV, V, VL (1971, 73, 75, 77, 79, 81) 23. Reglement der lagere gemeenteschool Herenthout (1922)
LILLE - De Lilse Kajotters - Opgravingen - Hegge - Heksenwandelingen - Jaarboeken Heemkundige Kring - Contactbladen HK - Afzonderlijke boeken: Lilse Sportraad: Karel van Rooy: J. Verheyen: Louis de Pooter en Raymond Piedfort: Greet Proost: Ingrid Van Gorp: Ann Hermans: Els Janssens:
Lille het Croatendorp Geschiedkundige aantekeningen over Gierle, 1909 Gierle, een bijdrage tot heemkennis, 1941 Gierle een dorp in de kempen, zj. Bijdrage tot de toponomie van Gierle, 1975 Gierle, een dorp in de Kempen, 1984 Lille de macht, Gierle de pracht Gierle, de sleutel van mijn hart, 1993
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 68
An De Roover: Etienne Van Caster: Karel Neefs: Etienne Van Caster: Harry De Kok: J.F. Kieckens; Boerengilde Gierle: Karel Neefs: Karel Neefs: Herrygers, VdWeerd, Willems: Bibliotheek-Lille: Frans Wouters: Frans Wouters: Jos Aerts: Jules Van Olmen: Jules Van Olmen: Jules Van Olmen: Hervé Daras: Gilberte Geysen:
De melkerij van Gierle, 1997 De familie Stappaerts uit Gierle, 1986 De familie Raeymaekers te Gierle Grafschriften Gierle (XVI-XIXe eeuw), 1984 Gids voor het oude Turnhout & omgeving, 1980 Recherches sur Pierre de Thimo, 1896 Reglementen der gilde, der veeverzekering, 1898 Maatschappij der onderlingen bijstand: Sint-Joris verzekering Gierle, 1908 Gierle… de tijd van toen, 1992 De soldaten van Gierle onder Napoleon, zj Langs Vlaamse wegen, zj De grote leerweek 2002 Poederlee Vroeger en nu. 875 jaar parochie Poederlee 100 jaar school Parochie Sinte Amelberga 1123-1998 (875 jarig bestaan) ’75 jaar vrij katholiek onderwijs’ 1910-1985 ‘Wechelderzande’ VTB uitgave, 1966 ‘Onderzoek naar de sagenmotieven in het hert v/d Antwerpse Kempen’ ‘Schilder A.J. Heymans
- Soldatenblaadjes ’t Krawaatje, de Zandfluiter, het Gierennest, Heggegalm en ‘t Molleke - Andere publicaties, eindwerken en scripties - Fotoboek n.a.v.Jaar van het Dorp 1978 Poederlee - Fotoboek Hegge 1962 - Van den hoogwaardigen H. Sacrament inder Hegge Walter Van den Branden 1987 - Het Gildeboek 2006
NIJLEN - Driemaandelijks Tijdschrift Heemkundige Kring ‘De Poemp’ - Jaarboeken Heemkundige Kring ‘Salvator’ - Jaarboek Kessel (1978 , 1979, 1980, 1981) - Culturalia Kessel (1979, 1980, 1981, 1982) - J.B. Stockmans, Geschiedenis der gemeenten Kessel, Bevel, Nylen, Emblehem en Gestel (Lier 1910). - Beknopte Geschiedenis van Kruiskensberg onder Bevel volgens de oorkonden der kerk (Heist-op-denBerg 1904) - Leo Nestor, Nijlen, ons lieflijk dorpje (1987) - Hypolite Budts, Walter Caethoven, Frans Lens, Jef Peeters, Marcel Wuyts (red.), Sprokkels uit Bevel, Kessel, Nijlen (Nijlen 2000) - Frans Lens, De Kesselse Kerken: St. Lambertuskerk, de O.L.Vr. parochie (1969) - Frans Lens, De Bist te Kessel. Van hof tot kasteel (2001) - Kessel in oude prentkaarten (Heemvrienden Kessel 1972) - Kessel in oude prentkaarten 2 (Heemvrienden Kessel 1977) - Kessel, Nijlen, Bevel, zoals het vroeger was. Een greep uit de verzameling oude prentkaarten van Lode Van Dessel (1988) - Kessel, Berlaar, Koningshooikt in oude prentkaarten (Het Laatste Nieuws) - Met kaart en camera in Kessel (Culturalia Kessel 1976) - Marcel Wuyts, Rudy Van Nunen en Jacky Naets, Fort van Kessel (1991) Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 69
- Eerste verkenning van het Fort van Kessel (Culturalia Kessel 1975) - Fort van Kessel (Culturalia Kessel 1976) - 150 jaar spoorwegen in de Kempen 1855-2005 (2005) - Fort van Kessel (Thema en leerstofkern 3e graad basisschool Gidsenwerking Fort Kessel 2006) - Fort van Kessel (Thema en leerstofkern secundair onderwijs Gidsenwerking Fort Kessel 2006) - Jos Dillen, Kessels taaleigen (onuitgegeven 1998) - Boerenkrijgmonument - Monument van de gesneuvelden. Interimrapport (onuitgegeven 1998) - Kruiskensberg. Interimrapport (onuitgegeven 1998) - Kruiskensberg. Interimrapport (onuitgegeven 1998/2) - Archief Nijlen-Kessel-Bevel. Interimrapport (onuitgegeven 1998) - Bibliografie Nijlen-Kessel-Bevel (onuitgegeven 1995)
OLEN Publicaties - LOX, H., Van stropdragers en de pot van Olen. Verhalen over Keizer Karel, Leuven, Davidsfonds (1999) - Van Odlo tot Olen. Duizend jaar dorpsleven. (1995) - 1864-1964 Geschiedenis van O.L.Vr.-Olen - 1864-1989 125 jaar O.L.Vr.-Olen - Zo was … Olen. (1973) - De Sint-Martinuskerk te Olen (1976-1977) - Van Heidegrond tot industrieparochie. (1990) - Publicaties Heemkring: lindebladen sinds 1974 - Een halve eeuw fanfareleven te Sint Jozef Olen (1974) - 25 jaar Chiro in O.L.Vrouw.-Olen (1954-1979) - 50 jaar zondag (50 jaar Chiro O.L.Vr.-Olen) - De teloorgang van de Chirohoek. - Hoe schoon was “ons” school – 75 jaar onderwijs in de Sint-Jozefsparochie (1915-1990) - Oolensche Bijdragen – deel I (1938) - Oolensche Bijdragen – deel II (1941) - Sint-Antoniusgilde Olen (1627-1977) - Sint-Jozef-Olen. Mijn dorp in de Kempen (1984) - Van d’Akkere tot Zandberghoeve – Hoevenamen in de Kempen (1994) (waaronder Olen) - Volksdevoties en volksgebruiken in Oud-Herentals en omtrek (1994) (waaronder Olen) - Liber Amicorum Jozef Laureys (1976) - De Pot met drie oren (1975) - Lindeblad (1985) - Rekonversie pastorie Sint-Martinus Olen (1985) (diplomawerk – niet uitgegeven) - De Pottenproever (Suske en Wiske) - Onuitgegeven licentiaatsverhandelingen: - Evolutie van de Olense woonwijken in de twintigste eeuw (1987) - Sociaal-Economische geschiedenis van Olen (1789-1830) - Sociaal-Economische geschiedenis van Olen (1830-1890) - Sociaal-Economische geschiedenis van Olen (1890-1940) - Studie van het machtsverwervingsproces op lokaalvlak in Olen 1945-1994 (1998) - Toponymie van Oolen (1940) - Studie van het machtsverwervingsproces op lokaal vlak in Olen 1945 – 1994 - Archief van Umicore - Gilde Sint Antonius
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 70
VORSELAAR - Tijdschriften Heemkundige Kring ‘Joris Matheussen’ Driemaandelijks tijdschrift (meer dan 20 jaargangen) - Publicaties Heemkundige Kring ‘Joris Matheussen’ - “Vorselaar vroeger” - “Het heden groet het verleden” - “Mie Broos” (monografie) - “Van Vorsselaer tot Vorselaar” - “Waar men gaat langs Vorselaarse wegen” - Andere publicaties, eindwerken en scripties - Dorpskrant (12 edities) ter gelegenheid van “jaar van het dorp” (werkgroep jaar vh dorp, 1978) - Boek “Vorsselaer” (E.H. Van Olmen, 1929) - Publicaties over en door het klooster (Zusters der Christelijke Scholen) - Publicaties over kasteel De Borrekens - Toponiemenstudie - Nest Van den Broeck - Thesis “Verhalen en sagen” - Agnes Michielsen
SCHITTEREND GESLEPEN - JEROEN JANSSENS (SELECTIE) -
‘Schitterend Geslepen’, of de impact van diamant in de Kempen. Haalbaarheidsonderzoek in functie van de inventarisatie, registratie en ontsluiting van het (immateriële) erfgoed rond de diamantbewerking in de Kempen (Nijlen, oktober 2007). Jeroen Janssens, De Belgische natie viert. De Belgische nationale feesten, Leuven, 2001, 269 p. Sébastien Dubois en Jeroen Janssens, met medewerking van Alfred Minke, De Belgische Vertoning. Symbolen, rituelen, mythen (1830-2005), Brussel, 2005, 107 p. Jeroen Janssens, ‘Van boekendepot tot openbare bibliotheek. De bibliotheken van de Écoles centrales’, in: Pierre Delsaerdt en Evelien Kayaert (eds.), Abdijbibliotheken. Heden – Verleden – Toekomst. Handelingen van het congres in Antwerpen, Anwerpen, 2005, 77-97. Jeroen Janssens, ‘De herdenking van 1830. Een Belgische, Brusselse, Waalse of Franstalige traditie?’, in: Peter Rietbergen en Tom Verschaffel, De Erfenis van 1830, Leuven, 2006, 121-136. Jeroen Janssens, ‘Pierre Paul Rubens (1577-1640)’, in: Septentrion, 35 (2006) 39. Jeroen Janssens, ‘“Voor ons is ‘t vaderland de ontelbare menigte van ’t werkende volk.” Arbeiders, nationalisme en de Belgische onafhankelijkheidsvieringen van 1880, 1905 en 1930’, ter perse.
CONCLUSIE - Deze regio bezit vooral veel mogelijkheden, heeft veel potentie. Tot voor kort was het misschien niet de meest actieve regio wat erfgoedwerking betreft maar met behulp van een erfgoedconvenant kan daar snel verandering in komen. - Op kleinschalige basis zijn er toch heel wat kleine projecten opgezet. Ook inzake publicaties kan de regio al heel wat voorleggen. De actieve heem- en geschiedkundige kringen hebben daar een belangrijke functie in vervuld. De volledige teksten vindt u in de bijlagen. Deze conclusie werd ook mee verwerkt in de SWOT, missie, visie en doelstellingen verder in dit document.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 71
4. SWOT-ANALYSE VAN DE REGIO Hieronder vindt u een kritische sterkte-zwakte-analyse van de erfgoedwerking in onze regio. Zowel de werking, potentie en actoren komen aan bod, alsook het aanbod zelf (de inhoud, elementen uit de omgevingsanalyse). We hadden er geen probleem mee in deze analyse zelfkritisch te zijn. We beseffen goed dat er nog veel werk is in onze regio. Het belangrijkste is dat we daarvoor geloven in intergemeentelijke samenwerking en het erfgoedconvenant als middel om de komende jaren een stap vooruit te zetten.
4.1. Sterktes Actoren en werking - Sterke samenwerking (zie hoofdstuk 1) - Gelijkwaardige partners - Groot politiek en administratief draagvlak (zie hoofdstuk 1) - Sterke en nog zeer actieve heemkringen - Methodologische ondersteuning: KH Kempen, scholen (leerkrachten geschiedenis e.a.) - Grote scholengemeenschappen (o.a. Herentals, Nijlen en Vorselaar met ook secundair en hoger onderwijs) - Veel potentie - Veel onontgonnen terrein - Kleinschalige maar sterke regio: ook erfgoed in kleinere gemeenten; typisch landelijke regio - Veel geïnteresseerde burgers, professionaliteit aanwezig - Veel “honger” bij heemkringen
Inhoud en omgevingsanalyse - Gevarieerd aanbod inzake erfgoed - Toch heel wat (kleinschalige) collecties en musea aanwezig - Goed uitgebouwd en gestructureerd archief in Herentals - Verrassend roerend erfgoed aanwezig in de regio (bijv. Fraikincollectie/beelden Van der Veken) - Vooral veel immaterieel erfgoed aanwezig in de regio (typisch Kempense volksgebruiken/tradities)
4.2. Zwaktes Actoren en werking - Niet één grote centrumstad - Weinig professionele erfgoedwerkers - Weinig echte erfgoedwerking (maar decreet net katalysator) - Weinig professionele inzet in archieven, musea, erfgoedwerking
Inhoud en omgevingsanalyse - Weinig professionele archieven - Niet overal inventarissen van musea en archieven - Nog geen samenwerking tussen archieven en musea
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 72
4.3. Kansen Actoren en werking - Eerste sensibilisering bij het publiek werkt al aanstekelijk (bijv. oproepen inzake Erfgoeddag en werkgroep erfgoedconvenant kenden veel succes) - Netwerking van de diverse actoren en organisaties - Professionalisering van de diverse actoren en organisaties - Nog meer betrekken van andere organisaties/groepen (bijv. cultuurbeleidscoördinatoren, professionals, scholen) - Door het eventuele convenant kunnen rekenen op de voltijdse en professionele inzet van erfgoedmedewerkers (aanwerving van twee erfgoedcoördinatoren). - Erfgoedconvenant als kans en middel om erfgoed op een hoger niveau te tillen, archiefwerking te professionaliseren en actoren met elkaar te laten samenwerken. - Statuten voorzien in een “brede” interpretatie van erfgoedwerking (bijv. link met cultuurbeleid e.a.) - Mogelijkheid openlaten om de regio nog te verbreden en een sterke regionale actor te worden.
Inhoud en omgevingsanalyse - Vernieuwde aandacht voor erfgoed an sich door de media-aandacht (“Monumentenstrijd”) en de nostalgische terugblikken op geschiedkundige feiten en immateriële elementen (bijv. herdenking lichtmistraditie, viering jubileum jaarmarkt, processies, oude ambachtendagen, e.a.) - Ook toeristische kansen: bijv. erfgoedwandelingen - Valorisatie van het thema in allerlei publieksgerichte initiatieven - De koppeling met de cultuurbeleidsplannen 2008-2013 - Link met natuurtoerisme (o.a. Natuurpunt-groep “Nete en Aa”) - Koppeling met andere belendende projecten inzake plattelandsontwikkeling, cultuur en toerisme - Deze constructie maakt het mogelijk om met de regio andere financieringsmiddelen te zoeken om projecten inzake erfgoed op te zetten en te financieren (o.a. Leader/PDPO, VCM, Vlaamse overheid, provincie, Europa, Toerisme Vlaanderen, TPA, …) - Nieuw decreet (‘Kempens Karakter’ heeft onder meer ingespeeld op de nieuwe ideeën inzake depotwerking i.s.m. provincies)
4.4. Bedreigingen Actoren en werking - Vrijwilligheid in heemkringen - Hokjesmentaliteit: ieder voor zich werken - Te weinig voeling met het erfgoed in privéhanden - Gebrek aan degelijke huisvesting voor archieven, erfgoed, heemkringen, … (nochtans is zichtbaarheid een zeer belangrijke katalysator)
Inhoud en omgevingsanalyse - Bronnen geraken stilaan op - Al te laat voor sommige dingen - Archieven die nog meer versnipperd geraken
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 73
5. MISSIE EN VISIE 5.1. Missie van “Kempens Karakter” Van de projectvereniging (uit de statuten): Het hoofddoel van “Kempens Karakter” is een cultureel erfgoedbeleid uit te bouwen: vanuit een geïntegreerde aanpak een kwaliteitsvolle en duurzame zorg voor en ontsluiting van het cultureel erfgoed stimuleren. Dit impliceert het verbreden van het maatschappelijke draagvlak en het uitbouwen van een netwerk van expertise. Dit betekent onder meer: - Stimuleren van het bewaren van cultureel erfgoed in de regio. - Erfgoedinitiatieven en culturele ontwikkelingen stimuleren die de mogelijkheden van een afzonderlijke gemeente overstijgen en hiervoor projecten op schaal van de regio ontwikkelen. - Onderzoek verrichten op het vlak van cultureel erfgoed en de resultaten ontsluiten voor een breed publiek. - Het afsluiten van een erfgoedconvenant met de Vlaamse Gemeenschap. - Kwalitatieve communicatiekanalen ontwikkelen voor het culturele aanbod in de regio. - Een cultureel imago opbouwen gebaseerd op het profiel en de kenmerken van de regio en zodoende werken aan de uitstraling van de streek.
Specifiek wat het erfgoedconvenant betreft, werd ook een missieverklaring opgesteld: "Kempens Karakter" is een samenwerking tussen de gemeenten Grobbendonk, Herentals, Herenthout, Lille, Nijlen, Olen en Vorselaar, kortom het geografische centrum van de Antwerpse Kempen. Dit intergemeentelijke samenwerkingsverband wil met behulp van het erfgoedconvenant de erfgoedwerking in de regio verder uitbouwen en versterken. Onze regio is doordrongen van erfgoed. Erfgoed is hier bovendien geen op zichzelf staand fenomeen maar het bevindt zich bij én onder de mensen zelf. We beschikken enerzijds over interessant én verrassend roerend en onroerend erfgoed maar onze regio staat vooral bol van het immateriële erfgoed. "Kempens Karakter" focust daarom op drie belangrijke thema's: de volksgebruiken (zoals Kempense tradities en gebruiken), het erfgoed dat voortkomt uit de specifieke landschappelijke context (land van Nete en Aa, natuurgebieden, Kempische Heuvelrug, ...) en het lokale vakmanschap (kunsten, ambachten t.e.m. nijverheden en industrie). De zeven gemeenten willen daartoe intergemeentelijk samenwerken en zien een erfgoedconvenant als een belangrijke katalysator. Aandachtspunten daarbij zijn: - de samenwerking tussen de diverse actoren (netwerking en het betrekken van verschillende actoren bijv. de heemkringen die in de regio zeer actief zijn); - de professionaliteit in de erfgoedwerking (“interne versterking” - bijv. de materiële zorg en het registreren van erfgoed, professionele archiefwerking en afstemming tussen musea); - de valorisatie van het erfgoed (externe publiekswerking, promotie, activiteiten en communicatie).
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 74
5.2. Visietekst “geografisch hart van de Antwerpse Kempen” De zeven gemeenten van “Kempens Karakter” vormen het geografische hart van de Antwerpse Kempen. Ook inzake de erfgoedwerking vullen ze een lacune op in Vlaanderen en de provincie. Er zijn in de provincie ook erfgoedinitiatieven in Turnhout, Lier, Mechelen en Antwerpen. Deze regio wil duidelijk de kaart trekken van een regionale, intergemeentelijke samenwerking met gelijk(w)aardige gemeenten. Ook geografisch vullen de vier bewegingen elkaar prima aan. De Antwerpse erfgoedcel focust op Antwerpen als stad, Turnhout zal zijn intergemeentelijk samenwerkingsverband heroriënteren om ook de samenwerking inzake erfgoed te verbreden (Beerse, Vosselaar, Oud-Turnhout) en de stad Lier bevindt zich meer ten zuidwesten, in het arrondissement Mechelen. De regio van Kempens Karakter zal zich duidelijk als een erfgoedregio profileren en laat ook de deur open om in de toekomst zijn werking te verbreden in de Midden- en Zuiderkempen. Op die manier verkrijgen we in de provincie en Vlaanderen een mooie dekking van de Antwerpse/Kempense erfgoedwerking.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 75
“immaterieel erfgoed” De naam “Kempens Karakter” zegt het zelf: de Kempen (en zeker ook onze regio) heeft een heel rijke traditie en dus ook veel immaterieel erfgoed … de regio zit dus vol “karakter”. Op Dr. Weyns1 na heeft niemand het ooit echt goed beschreven maar de Kempen kent een hele rijke en lange geschiedenis. Het is dan ook niet vreemd dat er nog heel veel kenmerken uit de oude Frankische tijd terug te vinden zijn in onze streek. Die rijke geschiedenis zorgt voor een rijke traditie … en veel immaterieel erfgoed: de typisch Kempense volksgebruiken, de tradities, de -vaak christelijk geïnspireerde- feesten en optochten, volksverhalen, dialecten, … Dat betekent natuurlijk niet dat er geen roerend erfgoed is, wel integendeel. Het betreft echter veelal kleinschalig (maar wel verrassend) roerend erfgoed. Als bijlage 9.7 vindt u een omstandige opsomming van het immateriële erfgoed. In 9.6. vindt u een overzicht van het roerend erfgoed. Ook de musea en archieven worden in de bijlagen opgesomd. “drie belangrijke thema’s” Om de inhoudelijke focus voor de erfgoedwerking in onze regio te bepalen, werd in de schoot van de stuurgroep een structuur met drie werkgroepen opgericht. De thema’s ervan werden bepaald op basis van een brede lijst (zie bijlagen) die door de verschillende gemeenten werd opgemaakt: 1) Volksgebruiken en volksdevotie in de Kempense regio 2) Landschappelijk en agrarisch erfgoed in de regio 3) Lokaal vakmanschap, nijverheden en ambachten in de regio Volksgebruiken en -tradities Onze Kempense regio beschikt over heel wat interessant erfgoed rond volksgebruiken en volkstradities (zie bijlagen). Het erfgoed rond de gebruiken, tradities en rituelen die meestal binnen de kleine kring van het gezin, de familie, de buurt, het gehucht of de parochie werden beleefd, biedt bovendien een opmerkelijke kijk op het landelijke, (bij)gelovige en speelse karakter van onze streek. Voorbeeld: erfgoed rond het Goriazingen, de biestkoeken of het biestbrood, de talrijke processies, de Mariacultus in mei, Verloren Maandag, Vos Roven rond Pasen, Nieuwjaarzingen, het carnaval in Herenthout, het paapschieten, het caféleven, het buurten (de ‘beus’), de gilden, de kermissen en jaarmarkten, de vele volksverhalen, enzovoort. Het erfgoed rond volksgebruiken en -tradities is zowel roerend, immaterieel als onroerend van aard. Voorbeeld: Het erfgoed betreffende de gebruiken rond de rozenkrans en de Mariacultus aan de kapelletjes in mei heeft zowel een roerend karakter (cf. foto’s, voorwerpen, …), een immaterieel karakter (cf. de gebruiken zelf, het streekgeheugen, …) als een onroerend karakter (cf. de talrijke kapelletjes in de regio). In het algemeen stellen we vast dat de kennis over en de betekenis van het erfgoed rond volksgebruiken en -tradities verdwenen is of dreigt te verdwijnen, al is er vooral bij de oudere generaties nog heel wat knowhow aanwezig. 1
Dr. Jozef Weyns was brein en bouwer van het Vlaams Openluchtmuseum Bokrijk, bezieler van de heem- en volkskunde in Vlaanderen. Hij stierf te Bokrijk op 15 juli 1974. Hij liet een encyclopedie van de materiële volkscultuur na in de vorm van het boek ‘Volkshuisraad in Vlaanderen’ na. Dit ontzaglijke werk in vier delen vermeldt naam, vorm, gebruik, volkskundig belang en geschiedenis van de huishoudelijke voorwerpen.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 76
Landschappelijk en agrarisch erfgoed In het gebied zijn er bijzonder veel natuurgebieden met hoge landschappelijke waarde. Een erfgoedconvenant is vanzelfsprekend niet bedoeld om die gebieden te verwerven of te onderhouden. Natuurkennis erover opdoen is geen erfgoedmaterie. Wel kunnen we het roerende of immateriële luik ervan benadrukken door o.a. de geschiedenis ervan te onderzoeken via archieven, de vroegere bewoning en bestemming (landbouw) ervan na te gaan, de verhalen (volksverhalen) over die gebieden te achterhalen, mondelinge informatie erover te registreren via interviews. Eventueel kunnen de overblijfselen van vroegere bestemmingen worden bewaard (bijv. de houtkanten, oude wegen, kerkepaden, stroperspaden, …). Archeologisch onderzoek kan immateriële gegevens opleveren over de heel vroege bewoning (er waren in de regio bijv. nogal wat Romeinse nederzettingen). De resultaten kunnen gebundeld worden en bijdragen tot beter inzicht en begrip van de landelijke regio. Door die resultaten wereldkundig te maken, kan de belangstelling en het respect bij de bevolking en de jeugd (educatief aspect) aangewakkerd worden.
Inspiratie: wisselwerking tussen natuur & cultuur Vele boeiende natuurcomponenten in de Kempen zijn uit een traditionele wisselwerking van natuur en cultuur voortgekomen. Op die manier kan 'natuur' ook een link leggen naar de twee andere inhoudelijke thema’s, met name volksgebruiken en lokaal vakmanschap. Dat is zeer uniek en bijzonder voor onze regio. Joël Burny heeft enkele jaren geleden een origineel en interessant boek uitgegeven onder de titel "Bijdrage tot de historische ecologie van de Limburgse Kempen (1910-1950): tweehonderd gesprekken samengevat”. Het boek is een samenvatting van de neerslag van een grote reeks gesprekken in de Belgisch-Limburgse Kempen gevoerd met 96 oudere inwoners. Bij deze mensen is in detail geïnformeerd naar de manier waarop de boeren in de eerste helft van de 20e eeuw omgingen met o.m. de waterlopen, het grasland in beekvalleien, droge en vochtige heiden en visvijvers. Met deze synthese na de enquête is voor het eerst een grote en uit eerste hand verzamelde hoeveelheid informatie over deze onderwerpen beschikbaar gekomen. Een op die manier ontstane tekst over het traditioneel beheer van heiden en graslanden bestond in 1999 alleszins voor geen enkele andere Europese heideregio. Deze inzichten passen prima in ons kader. Het uitgommen van de harde grens tussen natuur en cultuur wordt vanuit een erfgoedbenadering logisch en tegelijk bijzonder boeiend.
Archeologie Opvallende oude landschapsstructuren, kleine landschapselementen en ‘houtig erfgoed’ zijn doorheen de hele regio in groten getale aanwezig. De rivier is hierbij mede een bepalende factor geweest. Echter schaars zijn de plaatsen waar reeds aan systematisch onderzoek werd gedaan (o.a. in Gobbendonk). Alle zichtbare sporen in het landschap die het resultaat zijn van een vroegere landinrichting of landgebruik inclusief de houtige gewassen, solitair of gegroepeerd, die er onlosmakelijk deel van uitmaken (bijv. houtwallen), een historische eenheid vormen met een bouwkundig (erfgoed)element of een immateriële erfgoedwaarde hebben (bijv. herdenkingsboom) dienen bewaard (onaangeroerd) te blijven tot de kansen zich aanbieden om tot grondig onderzoek over te gaan. Hoewel het archeologisch onderzoek zelf de doelstellingen van het convenant overstijgt, blijft het bewaren van de potentiële vindplaatsen een prioriteit, temeer aangezien die plaatsen zelf grotendeels bekend zijn maar helaas nog niet beschermd.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 77
Ambachten, nijverheden en kunsten Kenmerkend voor onze Zuid-Kempische regio, zoals trouwens voor heel de Antwerpse Kempen, is de kleinschaligheid van het overgrote deel van de ambachtelijke bedrijvigheid en van de handel. Tot het einde van de negentiende eeuw reikte de industriële activiteit in de meeste dorpen niet veel verder dan het aambeeld van de hoefsmid. Tekenend voor het armoedige leefmilieu zijn frequent voorkomende beroepen zoals bezembinder, mandenvlechter of klompenmaker en dat illustreert de armoedige levensomstandigheden van het kleinsteedse proletariaat vóór 1914. Naast vele kleinschalige beroepen die we overal in de Kempen aantreffen, kenden onze zeven gemeenten ook enkele economische activiteiten die hen in mindere of meerdere mate van de rest van de regio onderscheidden: eeuwenoud is de ontginning van ijzeroer, dat veelvuldig te vinden was in de vallei van de Nete en de Aa. In de negentiende en in het begin van de twintigste eeuw gebeurde het afgraven van ijzermaal in opdracht van grote maatschappijen uit Wallonië en Duitsland. Plaatselijke ondernemers traden op als tussenpersoon. Na de Eerste Wereldoorlog werd in Herentals zelfs een fabriek opgericht voor het zuiveren van ijzererts, ‘den aggloméré’, en waren er gieterijen. Het arme Kempische ijzererts kon niet opboksen tegen het hoogwaardige Zweedse staal en andere kwaliteitsproducten en de industrie ging teloor. Tegen het einde van de negentiende eeuw drong de diamantbewerking vanuit Antwerpen door tot Nijlen. Vrij vlug zwermde ze uit naar andere gemeenten, eerst en vooral in de vorm van grote ateliers en vervolgens ook in tal van familiebedrijfjes. De diamant heeft veel welvaart in de streek gebracht.
Hier kan een mooie link worden gelegd met het project ‘Schitterend geslepen’ dat in Nijlen en Grobbendonk is opgestart. Dit convenant kan perfect voortbouwen op de expertise en knowhow die is opgebouwd in het diamantproject.
Andere industrieën hebben in de loop der tijden voor een redelijk grote uitstraling gezorgd: de lakennijverheid (veertiende - vijftiende eeuw) in Herentals, linnen- en kantnijverheid en in de eerste helft van de twintigste eeuw de opvlucht en de neergang van de schoennijverheid in Herentals. Grote bedrijven als de radiumfabriek en de andere afdelingen van de Métallurgie in Olen en de bouwmachinefabriek Moser in Herentals waren de voorboden van een nieuwe tijd van industriële expansie. Onze zeven gemeenten hebben ook tal van kunstenaars gehuisvest. Over het algemeen bleef hun activiteit echter tot één dorp en zijn omgeving beperkt. Zo is er de Wechelse school voor pleinairisten geweest, het schildersgeslacht Francken en C.A. Fraikin werd een beroemde beeldhouwer. Enige geslachten van kunstambachtslieden hebben ook sporen achtergelaten in onze gemeenten. In de zeventiende eeuw waren verscheidene generaties De Laet van Grobbendonk als timmerlieden en schrijnwerkers actief, de Verbueckens evenals de Van Roeys uit Vorselaar voorzagen de kerken van sierlijk meubilair. Ook waren er in Herentals rond 1600 de klokkengieters Frans Claes vader en zoon, van wie nog weinig bekend is.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 78
“samenwerking” Deze intentienota is het resultaat van een eerste, maar wel zeer brede, samenwerking. Het was een plezier om met zoveel mensen te werken aan een nieuw thema als erfgoed. Wat de erfgoedactoren zelf betreft is afstemming en samenwerking een prioriteit. De werking die werd opgezet naar aanleiding van de Erfgoeddag 2008 en deze intentienota moet in dezelfde sfeer worden voortgezet. Voor velen was het de eerste keer dat er specifiek rond erfgoed werd samengewerkt: - Heemkringen zijn nog erg actief in de regio maar kenden niet echt een traditie van samenwerking. - Er zijn slechts weinig professionele medewerkers die voltijds hun aandacht schenken aan erfgoed, musea en/of archieven. - Tot voor kort werkte ieder op zijn eigen terrein. Nu moet de klip worden genomen om samen aan gemeenschappelijke doelstellingen en activiteiten te werken. - Er kunnen nog tientallen medewerkers bij worden betrokken. Verbreding van de werkgroepen is zeker aan de orde. Bibliothecarissen, museummedewerkers, archivarissen, heemkundigen en cultuurbeleidscoördinatoren kunnen in de toekomst een zinvolle bijdrage leveren aan het project. “professionaliteit” Naar aanleiding van deze intentienota werd een zeer omstandige lijst van het erfgoed opgesteld in de zeven gemeenten. Die tijdsintensieve oefening bracht enkele pijnpunten aan het licht: - Er zijn heel wat verschillen tussen de gemeenten; - Er zijn heel wat lacunes in de lijsten van het erfgoedaanbod; er ontbreken ook nog bronnen; - De professionaliteit van de archiefwerking kan zeker beter; - De update van de oplijstingen zijn een pijnpunt. Kortom: er is al heel wat werk verricht maar de regio kan best wat professionaliteit en professionele inbreng in de erfgoedwerking gebruiken. Momenteel kan de regio in zijn geheel slechts heel minimaal rekenen op de inzet van voltijdse professionele krachten. Via een erfgoedconvenant kan mogelijk een deel van de achterstand worden ingehaald. Dat kan via de inzet en begeleiding van de erfgoedmedewerkers en sensibilisering van de verschillende erfgoedeigenaars om zelf ook te investeren en oog te hebben voor de erfgoedzorg. “valorisatie” In de eerste plaats moet er dus aan de basis worden gewerkt: aandacht voor erfgoed, inventarissen, actoren en organisaties laten samenwerken, uitwisselen van informatie, professionaliteit brengen in de werking, behoud en beheer, … Kortom: “erfgoedzorg” in de breedste betekenis van het woord. Nadien moet dit erfgoed ook voor een deel worden teruggegeven aan de mensen, het publiek. Niet alleen de lokale inwoners zelf, maar ook mensen die nieuw in de regio zijn komen wonen, bezoekers, toeristen, scholen, enz. zijn doelgroepen voor de projecten die worden opgezet. Een gepaste publiekswerking zorgt er ook voor dat erfgoed uit zijn enge interpretatie kan worden gehaald (erfgoed als een elitair iets) en nuttige verbanden kunnen worden gezocht met het cultuur- en toerismebeleid. Tot slot is de betrokkenheid van de burgers (sensibilisering) ook belangrijk om een draagvlak te creëren voor de werking en nog extra erfgoedbronnen te vinden (vaak is er nog heel wat erfgoed bij de mensen zelf te vinden).
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 79
6. DOELSTELLINGEN, ACTIES EN EFFECTEN In het algemeen willen we als regio met behulp van een erfgoedconvenant: - De sterktes van de regio volop uitspelen; - De zwaktes verbeteren; - Het samenwerkingsverband intern versterken (afstemmen, professionaliseren); - Extern een publiekswerking opzetten, het erfgoed en de werking errond valoriseren. Concreet wordt dit vertaald in een aantal strategische doelstellingen die telkens werden uitgewerkt in operationele doelstellingen. In een intentienota is het in principe nog niet de bedoeling om al tot op het actieniveau te gaan. Niettemin hebben we van deze nota echt wel werk willen maken (zelfs al een stap richting een beleidsplan) en zijn er in de verschillende werkzaamheden toch al heel wat concrete projecten en dossiers naar voor gebracht. We willen ze u niet onthouden. Het geeft ook inzicht in de weg die we met Kempens Karakter de komende jaren willen uitgaan.
6.1. Strategische doelstellingen
DOELSTELLING 1: Samenwerking en netwerking stimuleren bij de verschillende (interne en externe) actoren in de regio. DOELSTELLING 2: Prioritaire aandacht voor een goed behoud en beheer van het erfgoed uit de regio. DOELSTELLING 3: Het inhoudelijke profiel van de regio “Kempens Karakter” verder ontwikkelen: voortbouwen op de troeven en de eigenheid van de regio. DOELSTELLING 4: Inzetten op publiekswerking met oog voor verschillende doelgroepen. DOELSTELLING 5: Een degelijk regionaal erfgoedbeleid ontwikkelen en laten aansluiten bij het integrale (cultuur-)beleid van de regio.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 80
6.2. Operationele doelstellingen STRATEGISCHE DOELSTELLING 1: “Samenwerking en netwerking stimuleren bij de verschillende (interne en externe) actoren in de regio” 1.1. Erfgoedactoren in de regio verder in kaart brengen en betrekken bij de werking 1.2. De expertise van die actoren in kaart brengen 1.3. Het vrijwilligerswerk in de regio maximaal ondersteunen en valoriseren 1.4. Een professionele archiefwerking organiseren als een voorbeeld van samenwerking in de regio 1.5. (Externe) “betrokkenen” oplijsten en betrekken bij de werking 1.6. Communicatie als middel om samenwerking en netwerking te bewerkstelligen STRATEGISCHE DOELSTELLING 2: “Prioritaire aandacht voor een goed behoud en beheer van het erfgoed uit de regio” 2.1. Het globale overzicht van het erfgoedaanbod vervolledigen 2.2. Onderzoek naar de materiële toestand van het erfgoed (roerend erfgoed en archieven) 2.3. Depotwerking in de provincie Antwerpen 2.4. Registratie en/of beschrijvingen van het erfgoed STRATEGISCHE DOELSTELLING 3: “Het inhoudelijke profiel van de regio “Kempens Karakter” verder ontwikkelen: voortbouwen op de troeven en de eigenheid van de regio” 3.1. Voortbouwen op het project en de expertise van “Schitterend geslepen” 3.2. Aanzetten geven tot historisch onderzoek en initiatieven rond dat historisch onderzoek bevorderen 3.3. De Kempense volksgebruiken en –tradities als centrale focus 3.4. “Lokaal vakmanschap” als (ver)nieuw(end) thema 3.5. Landschappelijk erfgoed als bron van roerend en immaterieel erfgoed STRATEGISCHE DOELSTELLING 4: “Inzetten op publiekswerking met oog voor verschillende doelgroepen” 4.1. Een dynamische en moderne publiekswerking opzetten voor ‘Kempens Karakter’ 4.2. Een grote documentatiebank als een zichtbaar en duurzaam product 4.3. Verschillende doelgroepen aanspreken in de publiekswerking 4.4. Promotie van het erfgoed in de regio STRATEGISCHE DOELSTELLING 5: “Een degelijk regionaal erfgoedbeleid ontwikkelen en laten aansluiten bij het integrale (cultuur-)beleid van de regio” 5.1. Een breed erfgoedbeleid uitzetten voor de Kempen: de erfgoedcel als centrale spil 5.2. Een visie op een integraal (cultuur-)beleid
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 81
STRATEGISCHE DOELSTELLING 1: Samenwerking en netwerking stimuleren bij de verschillende (interne en externe) actoren in de regio
1.1. Erfgoedactoren in de regio verder in kaart brengen en betrekken bij de werking Er is in voorbereiding van deze intentienota al heel wat opgelijst per gemeente. De voorlopige lijst van erfgoedactoren vindt u in hoofdstuk 3.C. van de omgevingsanalyse. Deze lijst is wellicht niet exhaustief. Via sensibilisering en communicatie kunnen we wellicht nog nieuwe erfoedactoren vinden. Via het netwerk dat we opbouwen kunnen we ook zelf actief op zoek gaan naar nieuwe partners en organisaties. Belangrijk is ook na te gaan wat de noden en behoeften van die verschillende actoren zijn. Mogelijk kan een erfgoedconvenant daar op inspelen. Eens een goede basislijst is opgebouwd, mogen we niet bij de pakken blijven zitten. Het blijft gedurende de ganse werking van ‘Kempens Karakter’ een continue zoektocht naar verbanden, overleg, ervaringsuitwisseling, ... Onder meer met KAPA, de provinciale dienst erfgoed en Heemkunde Vlaanderen zal verdere samenwerking worden nagestreefd. De erfgoedcel die gevormd gaat worden, moet dus ook een netwerkplatform worden voor allerlei interne en externe doelgroepen zie doelstelling 5.1. 1.2. De expertise van die actoren in kaart brengen Sowieso is deze oefening nooit af. Heel wat professionals, organisaties, heemkringen, vrijwilligers en archief- en musea-verantwoordelijken moeten opnieuw worden gecontacteerd. Lijsten moeten up-to-date worden gemaakt en er moet een duidelijk overzicht komen van “wie wat doet” en waar eventueel lacunes zijn. Zodoende moet een duidelijke competentie- en expertisekaart worden opgebouwd. ** Voorbeeld: - Dit overzicht van actoren met contactgegevens en hun respectievelijke expertise worden gebundeld in een databank die voor alle erfgoedpartners in het gebied op een handige manier kan worden gebruikt (consulteerbaar vanuit een intranet op de website www.kempenskarakter.be).
1.3. Het vrijwilligerswerk in de regio maximaal ondersteunen en valoriseren Een kritische succesfactor is zeker ook de maximale inzet en valorisatie van het vele vrijwilligerswerk in de regio (o.m. bij heemkringen). Vanuit erfgoedcel “Kempens Karakter” moeten voldoende impulsen en stimuli worden gegeven in de richting van de vele vrijwilligers. Het waren ook diezelfde vrijwilligers die deze nota mee hebben opgemaakt en zorgden voor het noodzakelijke draagvlak in het brede erfgoedveld.
1.4. Een professionele archiefwerking organiseren als voorbeeld van samenwerking in de regio Een mooi voorbeeld van interne communicatie en samenwerking is de archiefwerking die we in de regio ‘Kempens Karakter’ willen opzetten. Momenteel bestaat slechts één professionele archiefinstelling (Herentals). Daarnaast zijn er wel veel archieven maar doorgaans beperkt en weinig professioneel of wetenschappelijk onderbouwd. Archivarissen en andere archiefverantwoordelijken moeten elkaar ontmoeten in een archievenoverleg. Interne communicatie, overleg en ervaringsuitwisseling staat centraal. Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 82
Doelstelling moet zeker zijn om de drempel tot archieven veel lager te maken (consulteren door geïnteresseerden). Vanuit het overleg kunnen ook sensibiliseringsacties worden opgezet naar eigenaars (“het belang van het archief”). In dat verband kan ook een verband worden gelegd met het initiatief dat door het provinciebestuur van Antwerpen werd opgezet (samenwerking tussen provinciebestuur Antwerpen/ dienst erfgoed, het Provinciaal Bibliotheekcentrum en Heemkunde Gouw Antwerpen vzw). Op die manier proberen we te komen tot een wat meer regionale archiefwerking. Misschien moet het niet onmiddellijk een doelstelling zijn om alles direct fysiek samen te brengen maar we kunnen in ieder geval wel streven naar maximale samenwerking, afstemming en overleg. Op die manier kan de archiefwerking in onze regio op een hoger en professioneel niveau worden getild.
1.5. (Externe) “betrokkenen” oplijsten en betrekken bij de werking Er is in voorbereiding van deze intentienota al heel wat opgelijst per gemeente. De voorlopige lijst van “andere betrokkenen” vindt u in hoofdstuk 3.C. van de omgevingsanalyse. We gaan in deze intentienota ook duidelijk voor een brede interpretatie van erfgoed (zie doelstelling 5.2) … en dus ook voor brede omkadering van de erfgoedwerking. Verschillende actoren, ook minder voor de hand liggende actoren wat erfgoed betreft, moeten worden betrokken in het project of de valorisatie ervan. Kerkfabrieken, scholen, verenigingen, cultuurdiensten, e.a. hebben allemaal wel te maken met erfgoed en erfgoedzorg. Daartoe zullen vanuit het erfgoedconvenant tal van infovergaderingen worden georganiseerd en zal de erfgoedcel vooral zijn rol als netwerker waarnemen. zie doelstelling 5.1 De doelgroep van scholen en het publiek zelf worden nog omstandig behandeld in doelstelling 5 maar belangrijke partners zijn zeker ook de lokale besturen en de verantwoordelijke politici. Van bij het begin van dit project was het grote politieke draagvlak en de dito medewerking in de opmaak van deze nota een enorme troef. Het is belangrijk dat draagvlak te behouden en in de structuren van de erfgoedcel en projectvereniging het engagement te vragen van gemotiveerde en geëngageerde politici en ambtenaren.
1.6. Communicatie als middel om samenwerking en netwerking te bewerkstelligen Zoals hierboven en verder nog uitgebreid wordt aangestipt, krijgt communicatie in dit project en de werking van de erfgoedcel de hoogste prioriteit. In het betrekken van de verschillende actoren is communicatie van belang (knowhow/ betrokkenheid/erfgoedcel als netwerk/platform) maar ook in de valorisatie ervan (sensibilisering publiek/externe communicatie/promotie/imago). Communicatie is niet onmiddellijk een doel op zich maar vooral ook een middel. ** Voorbeeld: - Een jaarlijks werkingsverslag kan zorgen voor het politieke draagvlak voor het project. Een goede communicatie met en terugkoppeling naar de gemeenten en verantwoordelijke politici is een must.
Daarnaast is de interne communicatie met en tussen alle betrokken erfgoedactoren van belang. Infovergaderingen, overlegmomenten, een interne nieuwsbrief en thematische vergaderingen kunnen instrumenten zijn om de vele actoren ook daadwerkelijk te laten samenwerken.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 83
STRATEGISCHE DOELSTELLING 2: Prioritaire aandacht voor een goed behoud en beheer van het erfgoed uit de regio
2.1. Het globale overzicht van het erfgoedaanbod vervolledigen Met deze basisinventaris bedoelen we een totaaloverzicht van het erfgoed en de erfgoedbronnen in onze regio: “wat bestaat er allemaal en waar bevindt het zich?”. Immers, niet al het erfgoed bevindt zich in de gemeenten zelf. Het is ook belangrijk om op die andere bronnen beter zicht te krijgen. Er zijn ongetwijfeld nog archiefbronnen die nog niet bekend zijn. Verder onderzoek en promotie van onze werking kan soelaas brengen. Een oplijsting is dus nooit af. Een erfgoedconvenant kan de motor zijn om continu op zoek te blijven gaan.
Hier kan het convenant een toegevoegde waarde leveren: - tijd voor een degelijke oplijsting (totaaloverzicht, lacunes wegwerken); - de nodige professionaliteit toevoegen (overleg, eenvormigheid van de lijsten, codering, …).
2.2. Onderzoek naar de materiële toestand van het erfgoed (roerend erfgoed en archieven) Eens we een basislijst hebben, is het belangrijk om de materiële toestand van met name het roerende erfgoed en de archieven na te gaan. Immers, niet alles kan tegelijk worden gedaan. Een onderzoek is dus de eerste stap. ** Inspiratie: a) In de provincie Antwerpen loopt momenteel het BEA-project, in samenwerking met het Provinciaal Bibliotheekcentrum (PBC). Het project heeft tot doel het toekomstige behoud en beheer van historische boekcollecties in bewaarbibliotheken te onderzoeken. Het project beoogt aanbevelingen inzake de visie op behoud en beheer van de collectiehouders. Aan de hand van steekproeven volgens de Fussler-methode wordt een instrument ontwikkeld om op een efficiënte, uniforme en betrouwbare manier een schaderegistratie op collectieniveau te doen. b) De erfgoedcel “Waasland’ heeft een onderzoek laten uitvoeren waarbij op collectieniveau wordt bekeken welke collecties aanwezig zijn in hun werkingsgebied en wat de toestand is van deze collecties (in hoeverre zijn ze ontsloten en geïnventariseerd; in welke omstandigheden worden ze bewaard; enz). Mogelijk kan deze manier van werken worden vertaald naar ‘Kempens Karakter’.
Op basis van het onderzoek kan nadien een stappenplan worden opgemaakt. Zoals de omgevingsanalyse aangeeft, bezit de regio toch wel wat roerend erfgoed. Veel kerkelijk erfgoed maar ook enkele bijzondere collecties (o.a. Fraikincollectie Herentals, beelden Nicolaas Van der Veken Lille en het archeologisch vondstenmateriaal in onder meer Grobbendonk) en veel (maar wel gefragmenteerde) archieven. Belangrijk is dat dit roerende erfgoed goed wordt bewaard. Het is een basisvereiste voor een goede erfgoedwerking. De techniek van erfgoedzorg is daarin belangrijk. Restauratie en conservatie van het roerend erfgoed is belangrijk naar de toekomst. (Private) erfgoedeigenaars moeten worden aangesproken om het erfgoed goed te bewaren (via studiedagen, sensibilisering, e.a.). Op die manier moet de regio in zijn geheel op een meer bewuste en professionele manier omgaan met dat waardevolle roerende erfgoed.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 84
VOORBEELD: Archeologische vondsten2 als bijzonder roerend erfgoed. De archeologische vondsten moeten goed worden geconserveerd. Dat behoeft aparte technieken. Momenteel is heel wat archeologisch vondstenmateriaal (en ander roerend erfgoed) er slecht aan toe. Als openbaar bestuur heeft elke gemeente nochtans een verantwoordelijkheid voor het archeologische patrimonium binnen haar grondgebied, zowel het zichtbare als het onzichtbare, zowel het bekende als het onbekende. Elke gemeente wordt op een gegeven ogenblik in meerdere of mindere mate geconfronteerd met archeologische sites en bodemvondsten, al dan niet in een museale context. Archeologisch onderzoek vergt, door zijn vaak onvoorspelbaar karakter, een flexibele aanpak die dikwijls een bestuursniveau overstijgt. Een bovenlokale aanpak (intergemeentelijk, regionaal of provinciaal) kan een adequaat middel zijn om enerzijds lokale erfgoedwerking en -initiatieven te sturen en in een bredere context te plaatsen en anderzijds versnippering van de inspanningen tegen te gaan.
Er moet gepast worden gereageerd op noden die zich aandienen. Dringende problemen kunnen misschien worden aangepakt binnen het bestek van de erfgoedconvenant maar het is evenzeer belangrijk om de eigenaars te responsabiliseren en te sensibiliseren. ** Voorbeelden: - Studiedagen met private erfgoedeigenaars; - Cursussen conserveertechnieken; - Overlegforum met alle betrokkenen uit de regio; - Ervaringsuitwisseling en uitnodigen van experten uit andere erfgoedcellen. 2.3. Depotwerking in de provincie Antwerpen Eén van de mogelijke oplossingen wat het roerende erfgoed en de archeologische vondsten betreft, is een depotwerking. De Vlaamse Gemeenschap voorziet in het nieuwe erfgoeddecreet een impulssubsidie voor de provincies om de regiefunctie inzake depotwerking op zich te nemen. We willen als ‘Kempens Karakter’ een gesprek aanknopen om samen te bekijken of er in onze regio een voorbeeldproject kan worden opgezet. Samen kunnen we op basis van de noden van het cultureel erfgoed, van de cultureelerfgoedorganisaties en van de lokale besturen, een werking opzetten. Dit kan door in te spelen op wat bestaat, door thematisch te bundelen (bijv. één depot voor het kerkelijk cultureel erfgoed), of door het cultureel erfgoed dat dezelfde zorg vraagt, samen te brengen (bijv. één depot voor paneelschilderkunst), door geografische bundeling (inzetten op regionale depots in samenwerking met de lokale besturen), … Kempens Karakter plant in het voorjaar van 2008 hierover een gesprek met de provincie Antwerpen en de bestendig afgevaardigde, Ludo Helsen.
2 Noot: Zeker het archeologisch erfgoed is gebaat bij een geïntegreerde aanpak: zolang het zich nog in de bodem bevindt wordt het wettelijk als onroerend erfgoed beschouwd. Tijdens de opgraving en de verwerking blijft het deze status behouden, maar daarna – in depot of museum ressorteert het onder het roerend erfgoed. We focussen ons in dit dossier heel duidelijk op de gemeenschapsmaterie maar willen hieromtrent ook een integraal beleid opzetten met de verschillende gemeenten. Van daaruit kunnen dan ook beleidsaanbevelingen gebeuren naar gemeentebesturen toe (o.m. inschrijven van archeologische erfgoedwaarden in landschaps- en beheersplannen).
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 85
2.4. Registratie en/of beschrijvingen van het erfgoed Naast de basisinventaris (zie 2.1) waarin zowel het roerende, onroerende, immateriële als het landschappelijke erfgoed staat opgesomd en de analyse daarvan (2.2), is er ook werk aan de basis zelf: namelijk de registratie. Daarvoor is software beschikbaar. De registratie is hier en daar al gebeurd (zie de omstandige lijsten in de bijlagen) maar vaak op een onvoldoende professionele manier. Er is heel wat energie, vrijwilligheid en goede wil aanwezig maar vaak ontbreekt het de heemkringen en ook professionals aan tijd, hulp en zeker de noodzakelijke methodologie. Een professionalisering dringt zich dus op. De erfgoedcel kan hierin ondersteuning bieden maar wellicht moet ook externe kennis worden ingezet. ** Voorbeelden: - Samenwerking en ervaringsuitwisseling met KAPA (Kring Archivarissen Provincie Antwerpen) - Overleg en expertise uit het Rijksarchief; - Expertise uit de provinciale diensten erfgoed (provincie Antwerpen bijv.); - Onderzoeksinstellingen zoals bvb. Kadoc en de universiteiten (cf. een voorbeeld van een dergelijke samenwerking is de mooie Brabantcollectie van de Universiteit van Tilburg); - Registrator van elders het proces in onze regio laten begeleiden en vorming voorzien om nadien de vrijwilligers in te zetten; - Sowieso moeten prioriteiten worden gesteld; alles in één keer registreren is niet mogelijk; - Iedere actor blijft zelf verantwoordelijk (bijv. gemeenten inzake archief); de erfgoedcel kan wel zorgen voor begeleiding en ondersteuning. In strategische doelstelling 1 werd op dat vlak al het idee van een archievenoverleg aangestipt. Ook musea kunnen veel intensiever samenwerken in onze regio.
Immaterieel erfgoed Naast het roerend erfgoed is er -zeker in deze regio- heel wat belangrijk immaterieel erfgoed. Ook tradities en volksgebruiken moeten worden beschreven en bewaard voor de toekomstige generaties. Heel wat verhalen, tradities en gebruiken dreigen te verdwijnen omdat niemand ze registreert of erover publiceert. Heel wat van die dingen zijn terug te vinden in interviews met ouderen die nog op een heel waardheidsgetrouwe manier kunnen vertellen over vroeger. Het is natuurlijk zaak om die dingen te checken en wetenschappelijk te plaatsen maar we kunnen anderzijds moeilijk het belang van het registreren van mondelinge overlevering (sagen, verhalen, vertellen over gebruiken van vroeger) overschatten. Menige interviews hebben aangetoond dat dit heel waardevolle informatie oplevert. Ook in het project ‘Schitterend geslepen’ rendeerde deze methodiek prima. Heel wat heemkringen uit de regio hebben soortgelijke ervaringen. ** Voorbeelden: - In het kader van ‘Schitterend geslepen’ worden in 2008 al heel wat interviews gedaan bij getuigen die over het diamantverleden van de regio kunnen getuigen. - In Vorselaar heeft de Heemkundige Kring in 2007 een tiental uitgebreide interviews gedaan bij mensen die al iets ouder zijn (maar nog heel wat verhalen kennen over ‘Vorselaar vroeger’). - Heemkunde Vlaanderen organiseert in het kader van hun project 'Lokaal geheugen' (een project rond de collecties van kleine musea of heemkringen met een klein museum) lessen “mondelinge geschiedenis”. Voor Antwerpen gaat de cursus door in Nijlen, een gemeente uit onze werkingsgebied.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 86
STRATEGISCHE DOELSTELLING 3: Het inhoudelijke profiel van de regio “Kempens Karakter” verder ontwikkelen: voortbouwen op de troeven en de eigenheid van de regio
3.1. Voortbouwen op het project en de expertise van “Schitterend geslepen” “Schitterend geslepen” is een project dat subsidies ontving binnen het subsidiereglement van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap (ontwikkelingsgerichte projecten). Zowel voor fase 1 als voor fase 2 van het project kende de Vlaamse regering een subsidie van 40.000 euro toe aan de gemeente Nijlen. “Schitterend geslepen” werd opgestart op initiatief van de gemeenten Grobbendonk en Nijlen, maar ondertussen kan het rekenen op de medewerking van gemeentebesturen, verenigingen en vrijwilligers uit de hele Kempense regio. In oktober 2009 zal fase 3 van “Schitterend geslepen” in principe ten einde lopen, maar dat mag niet het eindpunt zijn. De werking, knowhow en inhoud van het project moet worden opgenomen en verder worden uitgewerkt binnen “Kempens Karakter”. Het is uiteraard niet de bedoeling om een cross-subsidiëring op te zetten. Er moet een duidelijke afbakening en chronologische overgang worden bepaald tussen “Schitterend geslepen” en “Kempens Karakter”. ** Voorbeelden: - Optimale inzet van de expertise inzake registratie en valorisatie van mondeling erfgoed, die binnen het diamantproject werd verworven; - Een dynamische en moderne publiekswerking op basis van het diamantair erfgoed (interviews, foto’s, alaam, archieven enzovoort), dat binnen “Schitterend geslepen” werd verzameld en geregistreerd; - Het diamantair erfgoed als eerste thema van een on-line erfgoeddatabank; - De uitbouw van het diamantmuseum van Grobbendonk en Slijperij Lieckens in Nijlen als regionale ankerpunten voor het diamantair erfgoed.
3.2. Aanzetten geven tot historisch onderzoek en initiatieven rond dat historisch onderzoek bevorderen Het historisch onderzoek naar de geschiedenis van de regio moet vanuit de erfgoedcel “Kempens Karakter” worden gestimuleerd en gecoördineerd. Het is alvast belangrijk dat het historisch onderzoek op een degelijke, wetenschappelijk onderbouwde manier wordt uitgevoerd. ** Voorbeelden: - Historisch onderzoek in eigen beheer, in samenwerking met de enthousiaste heemkringen in de regio; - Historisch onderzoek uitbesteden aan anderen, in nauwe samenwerking met universiteiten, hogescholen en professionele historici; - Een goede, wetenschappelijke en eenvormige inventarisatie, registratie en beschrijving van het erfgoed, zodat ideale randvoorwaarden voor het historisch onderzoek gecreëerd worden zie doelstelling 2. Zoals de omgevingsanalyse aangeeft, bestaat een vulgariserend en/of wetenschappelijk basiswerk over de geschiedenis van onze Kempense regio voorlopig niet. De realisatie van een dergelijk basiswerk zou nochtans een belangrijke stimulans en inspiratiebron betekenen voor alle actoren binnen “Kempens Karakter”.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 87
3.3. De Kempense volksgebruiken en -tradities als centrale focus Onze regio wordt gekenmerkt door een bijzonder interessant en rijk aanbod aan immaterieel erfgoed. Vooral de Kempense volksgebruiken, tradities, rituelen, liederen en dialecten bieden een opmerkelijke kijk op de landelijke, (bij)gelovige en speelse eigenheid van de streek zie hoofdstuk 3.B. van de omgevingsanalyse. De inventarisatie en het behoud van het erfgoed rond de Kempense volksgebruiken en –tradities is een belangrijk aandachtspunt, want de kennis over en de betekenis van dit erfgoed is verdwenen of dreigt te verdwijnen. De herinneringen en verhalen van de bewoners hieromtrent (mondeling erfgoed) moeten dringend worden geregistreerd. Ook de roerende en onroerende sporen van de immateriële gebruiken, tradities en rituelen moeten in kaart worden gebracht. Een integrale aanpak is bijgevolg absoluut noodzakelijk. De aandacht voor de Kempense volksgebruiken en –tradities betekent niet dat “Kempens Karakter” vanuit een nostalgische reflex het eigen verleden wil cultiveren. Het ‘traditionele’ erfgoed moet integendeel in een eigentijds kader worden geplaatst, zeker in onze regio die de afgelopen decennia werd gekenmerkt door grote migratiestromen. De nieuwe inwoners van onze regio hebben net zoals de jongere generaties vaak eigen gebruiken en tradities. Op die manier ontstaat er een interessante mix van gedeeld erfgoed, die voortdurend verandert. De confrontatie van het oude en het nieuwe, van het eigene en het andere is alleszins een belangrijk uitgangspunt voor de regionale erfgoedwerking. De inventarisatie en registratie van de Kempense volksgebruiken en –tradities moet de basis vormen voor historisch onderzoek en een aantrekkelijke publiekswerking rond dit thema. zie kader.
PROJECT: Kempense volksgebruiken en -tradities als een eerste focus Het immateriële erfgoed vormt het hart van het erfgoedaanbod in de regio. Het maakt deel uit van de mensen zelf. Die typisch Kempense volksgebruiken en –tradities kunnen zodoende uitgroeien tot het “brandmerk” van de regio. Het eerste grootschalige project binnen “Kempens Karakter” zal aan het thema van de Kempense volksgebruiken en –tradities worden gewijd. Dit betekent dat het thema gedurende de looptijd van dit eerste project het belangrijkste vertrekpunt vormt voor: - de werking op het vlak van behoud en beheer, met bijzonder aandacht voor het mondeling erfgoed en het ‘zwerfgoed’ - de publiekswerking, met de realisatie van een waaier aan erfgoedproducten en -activiteiten. De mogelijkheden zijn legio: themadagen, publicaties, tentoonstellingen, lespakketten, enzovoort. Op die manier kunnen diverse doelgroepen kennis maken met het regionale erfgoed en “Kempens Karakter” zie 4.1. en 4.2.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 88
3.4. “Lokaal vakmanschap” als (ver)nieuw(end) thema Het cultureel erfgoed rond het lokale vakmanschap in de streek is een boeiend en veelbelovend thema, dat binnen “Kempens Karakter” verder moet worden uitgewerkt. Enkele gekende geslachten van kunstambachtlieden, de kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid en de diamantbewerking zijn hiervan de meest sprekende voorbeelden zie 5.2. visietekst. De inventarisatie van, het behoud van en het wetenschappelijk onderzoek naar het erfgoed rond het thema ‘lokaal vakmanschap’, moeten dit weinig gekende maar belangrijke aspect van het Kempense verleden in beeld brengen. Op die manier moet ook de evolutie van het lokale vakmanschap worden geduid. De confrontatie met het heden kan hierbij een interessant vertrekpunt zijn. De belangrijke link met “Schitterend Geslepen” werd hierboven al behandeld. 3.5. Landschappelijk erfgoed als bron van roerend en immaterieel erfgoed Het onroerend landschappelijk erfgoed in de regio is een belangrijke bron van roerend en immaterieel erfgoed. Vooral de talrijke volkse verhalen en mythes in verband met dit landschappelijk erfgoed bieden heel wat perspectieven voor een integrale en geïntegreerde erfgoedwerking binnen “Kempens Karakter”. Het onroerend landschappelijk erfgoed moet als bron van en als ankerpunt voor dit roerend en immaterieel erfgoed worden geïnventariseerd, bewaard en ontsloten voor een breed publiek. Een nauwe samenwerking met Natuurpunt dringt zich alvast op, want het landschappelijk erfgoed bevindt zich op het kruispunt van cultuur, erfgoed en natuur. “Kempens Karakter” wil de wisselwerking tussen het landschap en de menselijke activiteit en de veranderingen van beide doorheen de tijd in kaart brengen en onderzoeken. Het heden fungeert hierbij als kader en vertrekpunt.
** Voorbeelden: - Uitwerken van een intergemeentelijk beleid rond het behoud en beheer van het onroerend, roerend en immaterieel landschappelijk erfgoed, in samenwerking met Natuurpunt; - Een vernieuwende publiekswerking rond dit erfgoed, met de talrijke scholen als een belangrijke doelgroep; - Stads-, gemeente- en natuurgidsen; - Kennis (beschikbaar en te achterhalen) over natuurgebonden toponiemen al dan niet vermengd met volksverhalen (bijv. 'addernesten' in Herentals, Kattenberg); - Bestrijding van ‘hinderlijke dieren’ die nu grote zeldzaamheden zijn geworden (cf. gemeentearchief: “er premies werden uitbetaald voor het vangen van otters die met de vis gingen lopen” …); - Historisch onderzoek naar en publiekswerking rond het landschap en de natuur van de regio als inspiratiebron voor kunstenaars; - Link met het archeologische vondstenmateriaal en archeologische inzichten.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 89
STRATEGISCHE DOELSTELLING 4: Inzetten op publiekswerking met oog voor verschillende doelgroepen
4.1. Een dynamische en moderne publiekswerking opzetten voor ‘Kempens Karakter’ Eén van de twee erfgoedmedewerkers in de erfgoedcel zal zich vooral toeleggen op de externe communicatie, publiekswerking, promotie … en productontwikkeling. Een voorbeeld daarvan is de organisatie van activiteiten en evenementen. Allerlei erfgoedactiviteiten kunnen worden uitgewerkt. ** Voorbeelden: - Tentoonstellingen (‘verborgen schatten’) en vertelavonden (‘getuigen vertellen’); - Themadagen en themajaren: bijv. Erfgoeddag 2009 (thema = vriendschap) en 2010 (thema = fake?); - Nostalgische feesten en tradities herdenken en doen herleven vanuit erfgoedperspectief (samen met verenigingen, gilden, cultuurraden, …;3 - Week van de smaak met streekproducten, voorleesweek in de bibliotheek, kunst- en kitschdag, …; Activiteiten, themadagen en evenementen zijn prima, vaak nostalgisch en leggen ook verbanden met bijv. cultuur en toerisme maar het nadeel is wel dat ze vluchtig/tijdelijk van aard zijn. Naast die projectwerking moet er dus ook ruimte zijn voor duurzamere erfgoedproducten. Tastbare dingen die een langere tijd meegaan en ook een duidelijk product (in de letterlijke zin dan) zijn van de erfgoedwerking. Voorbeelden zijn: lespakketten, publicaties, erfgoedgezelschapsspel, eventueel zelfs ontwikkeling van streekproducten i.s.m. horeca, landbouw, ... ** Voorbeelden: - Kempense opendeur erfgoed, jaarlijkse ‘diamantdag’ - Regionaal kookboek - Dialectenwoordenboek - Klein museumpje met enkele verrassende schilderijen, voorwerpen … - Regiopublicaties over bijv. landschappelijk erfgoed (bijv. “Kanalen en rivieren in de Kempen”) - Basispublicatie over de geschiedenis van deze regio Het project “Schitterend geslepen” verdient hier zeker ook een speciale vermelding. Het zou niet verstandig zijn om een project waarin de Vlaamse Gemeenschap al heeft geïnvesteerd niet verder te cultiveren. Na afloop van het huidige project kan het erfgoed van diamant en de diamantnijverheid verder worden onderzocht en gevaloriseerd (zie ook doelstelling 3.1).
4.2. Een grote documentatiebank als een zichtbaar en duurzaam product Digitalisering van documenten, foto’s, postkaarten en archiefstukken is zeer waardevol … maar tijdrovend. De nodige ICT-ondersteuning en vorming is zeker aan de orde. Nadien is het kwestie zo snel mogelijk een beeldbank op te zetten zoals die ook bestaat in een aantal andere erfgoedcellen. We opteren er echter voor iets ruimer te gaan en de documentatiebank uit te breiden met andere items dan alleen foto’s. Het is niet de bedoeling die nostalgie te cultiveren en te poneren “dat het vroeger zoveel beter was”. Het is eerder een element van sensibilisering, educatie (bijv. naar jeugd toe) en bewustwording (bijv. nieuwe mensen die in de regio zijn komen wonen). Het is dus geenszins de bedoeling dit soort activiteiten commercieel-toeristisch te oriënteren … wel vanuit een erfgoedperspectief. 3
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 90
Ook audio-fragmenten, verhalen, scans van postkaarten, pdf-documenten van publicaties en archiefstukken, … kunnen er een plaats krijgen. De documentatiebank kan worden gekoppeld aan een website die voor de erfgoedcel ‘Kempens Karakter’ zal worden gebouwd (www.kempenskarakter.be).
4.3. Verschillende doelgroepen aanspreken in de publiekswerking Onze regio werd de laatste decennia gekenmerkt door een grote inwijking van bewoners uit andere gemeenten, regio’s en landen. De kennis over het lokale en regionale erfgoed wordt bij de jongere generaties alsmaar kleiner. De oudere generaties met veel kennis over het lokale en regionale erfgoed zullen op relatief korte termijn wegvallen. Kempens Karakter moet dus inzetten op diverse doelgroepen. ** Verschillende doelgroepen: - kenners (meer halen uit de streek, samenwerking, nieuwe thema’s en projecten, professionele ondersteuning, de erfgoedcel als een netwerk/platform voor iedereen die met erfgoed bezig is); - de heemkringen voor opzoekingen en andere methodologische ondersteuning; - scholen (als doelgroep én partner); - de eigen inwoners (die nostalgisch willen terugblikken); - de nieuwe inwoners (waar zijn we beland? wat kenmerkt onze nieuwe omgeving?); - inwijkelingen, allochtonen, nieuwe nationaliteiten, minderheden (culturele diversiteit als leidraad); - kinderen en jongeren die best in een vroeg stadium worden gesensibiliseerd; - de toerist die de streek wil leren kennen; - … Inwoners Inwoners
1991
1994
2000
2006
Grobbendonk
9.765
10.183
10.466
10.774
Herentals
24.484
25.016
25.528
26.112
Herenthout
7.868
8.049
8.309
8.412
Lille
13.756
14.271
15.064
15.569
Nijlen
19.632
19.936
20.461
20.921
Olen
10.390
10.623
10.908
11.391
Vorselaar
6.912
7.077
7.353
7.389
TOTAAL
92.807
95.155
98.089
100.568
Vreemdelingen
Migratie
Vreemdelingen
1994
2000
2006
Grobbendonk
166
151
190
Grobbendonk
Herentals
445
474
664
Herentals
52
56
93
Lille
216
250
Nijlen
143
Olen
Herenthout
Vorselaar TOTAAL
1994
2000
2006
446
384
459
1.077
995
1.131
Herenthout
263
265
341
309
Lille
562
479
737
174
249
Nijlen
628
683
896
121
155
177
Olen
370
382
555
56
79
100
Vorselaar
272
260
346
1199
1339
1782
TOTAAL
3618
3448
4465
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
Migratie
p. 91
Scholen als partner en doelgroep op zich Onze regio kent een sterke onderwijstraditie. Zoals in de omgevingsanalyse duidelijk merkbaar is, zijn er heel wat scholen in de regio. Niet zo verbazingwekkend wat de basisscholen betreft, maar zowel Herentals, Nijlen als Vorselaar hebben wel een bijzondere centrumfunctie inzake onderwijs. In Herentals is een grote scholengemeenschap actief en in de kleine gemeente Vorselaar (7400 inwoners) zijn niet minder dan 3500 studenten en leerkrachten actief (incl. hoger onderwijs – Katholieke Hogeschool Kempen). Leerkrachten en leerlingen zijn dus automatisch een belangrijke doelgroep … maar ook een belangrijke partner. Ze kunnen meehelpen in de methodologische ondersteuning, onderzoek, het maken van eindwerken/thesissen, aandacht in cursussen, bijstand van de geschiedenisleerkrachten, enz.
Vanzelfsprekend zijn de eigen inwoners ook een belangrijke doelgroep: als eigenaar, erfgenaam of geïnteresseerde in erfgoed. Zij moeten optimaal worden betrokken bij de werking. De eerste initiatieven in die richting zijn zeer hoopvol. Oproepen in het kader van deze intentienota en Erfgoeddag 2008 konden rekenen op heel wat reactie. Erfgoedwerking is iets nieuws in de regio … maar met een minimale inspanning kunnen we nog veel engagement en interesse losmaken bij de mensen. Sensibilisering, promotie en communicatie is belangrijk … maar ook de organisatie van evenementen kan nieuwe ‘klanten’ opleveren.. ** Voorbeelden: - Mensen meer betrekken bij wijk- en gehuchtkapelletjes (ook belangrijk roerend erfgoed!) door meer te investeren in buurtwerking; - Mensen warm maken/sensibiliseren voor erfgoed: mensen hun waardevolle dingen laten tonen op zogenaamde “kunst en kitsch”-dagen (zo krijg je ineens ook een overzicht) en interesse voor erfgoed losmaken en bij de mensen de gevoeligheid voor erfgoedzorg wakker maken).
4.4. Promotie van het erfgoed in de regio De erfgoedcel moet zelf een actieve rol spelen in de promotie en het naar buiten brengen van het erfgoed. Dat werd al meerdere malen opgemerkt in de voorbije pagina’s. ** Voorbeelden: - Website www.kempenskarakter.be; - Elektronische nieuwsbrief; - Promotie activiteiten: folders, flyers en affiches voor evenementen, …; - Beeld-, audio- en verhalenbank; - Foto- en archieven-/documentenbank; - Infokrantje over de erfgoedwerking in de verschillende gemeenten (inwoners); - Enzovoort.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 92
STRATEGISCHE DOELSTELLING 5: Een degelijk regionaal erfgoedbeleid ontwikkelen en laten aansluiten op het integrale (cultuur-)beleid van de regio
5.1. Een breed erfgoedbeleid uitzetten voor de Kempen: de erfgoedcel als een centrale spil De erfgoedcel moet de motor van een breed erfgoedbeleid in onze regio worden. De erfgoedcel is het knooppunt waar vrijwilligers, professionals, administraties, politici en andere partners elkaar kunnen ‘ontmoeten’, waar behoud, beheer, wetenschappelijk onderzoek, publiekswerking en communicatie samenvloeien en waar erfgoed, cultuur, toerisme en natuur elkaar raken. De erfgoedcel moet zowel de interne als de externe erfgoedactoren optimaal bij de werking van “Kempens Karakter” betrekken. Als netwerkplatform moet het de interne en externe samenwerking voortdurend versterken. De erfgoedcel heeft een belangrijke adviserende functie ten aanzien van alle betrokkenen. Het verzamelt, kanaliseert en verspreidt expertise in heel de regio. Interne en externe communicatie is een van de kerntaken van de erfgoedcel. De standplaats van de erfgoedcel moet uitgroeien tot een open erfgoedhuis, waar iedereen terecht kan. Hetzelfde geldt uiteraard voor de eigen website, de ‘virtuele standplaats’.
5.2. Een visie op een integraal (cultuur-)beleid Cultureel erfgoed is een verzamelbegrip dat zowel het roerend, het onroerend als het immaterieel erfgoed omvat. We pleiten voor een beleid dat een visie ontwikkelt op het geheel van het erfgoed (integraal) en rekening houdt met eventueel medegebruik door andere sectoren (geïntegreerd). De integrale aanpak garandeert een samenhang door het bewaren of herstellen van verbanden en kadert de erfgoedcomponenten binnen een groter geheel. Samenwerking met aanverwante beleidsdomeinen zoals ruimtelijke ordening, toerisme, onderwijs, jeugd, senioren, onroerend erfgoed, natuur en milieu zorgt voor een verankering van het cultureel erfgoedbeleid. Vanuit die optiek kan de erfgoedcel mogelijk hier en daar beleidsaanbevelingen doen en in debat treden met lokale besturen. Ook andere betrokkenen (zie 1.2.) kunnen op deze manier op een laagdrempelige manier worden betrokken. Erfgoed mag geen op zichzelf staand gegeven zijn maar moet ingekapseld zijn binnen een brede visie.
PROJECT: Erfgoed en toerisme hand in hand Ook toerisme is een bevoorrechte partner. Erfgoedwerking moet kunnen gevaloriseerd worden en daarin is toerisme een natuurlijke bondgenoot. Anderzijds creëert het erfgoed vaak ook een imago voor een regio. De Kempen zal wellicht grotendeels worden beschouwd als de stille, groene Kempen (vandaar het liedje ‘De stille Kempen’) en de regio met zijn typische volksgebruiken die meestal een landelijke of christelijke inslag kenden.
Specifiek wat het roerend en immaterieel erfgoed betreft, willen we de erfgoedwerking duidelijk inkapselen in een integraal cultuurbeleid. Er moet maximaal worden gezocht naar verbanden met andere
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 93
deeldomeinen van het cultuurbeleid: samenwerking tussen cultuur, archief, bibliotheek, cultuurcentra, verenigingsleven, … Ook in de valorisatie geldt hetzelfde: erfgoed geeft een meerwaarde aan culturele initiatieven. Een greep uit de vele mogelijke verbanden: themawandelingen, zingwandelingen met streekliederen, babbelavonden over erfgoedthema’s, vormingssessies voor verenigingen en cultuurraden, voorstellingen met een link naar het erfgoed, feesten en markten die de tradities van vroeger in de kijker plaatsen, … Een mooie opportuniteit is de link met de cultuurbeleidsplannen. Die volgen ongeveer dezelfde periode (2013). Vast en zeker kunnen er heel wat verbanden worden gelegd met de erfgoedwerking van ‘Kempens Karakter’. De actieve betrokkenheid van de cultuurbeleidscoördinatoren is een must.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 94
6.3. Verwachte effecten Algemeen - Erfgoed is een belangrijk beleidsdomein geworden in de regio, niet alleen bij de actoren zelf maar iedereen die mee verantwoordelijkheid draagt (bijv. gemeentebesturen, erfgoedeigenaars) Inhoud - Beter uitgewerkte inhoudelijke thema’s (vertaald in publicaties, tentoonstelling, onderzoek, …) - Kennisopbouw in de regio: een databank met het erfgoedaanbod - Meer professionaliteit in de erfgoedwerking - Betere archiefwerking - Betere bewaaromstandigheden voor het roerend en archeologisch erfgoed Samenwerking - Netwerking/uitgebouwd platform van actoren - Kennis gedeeld met collega-erfgoedcellen en andere erfgoedorganisaties (over het muurtje gekeken) - Een groot draagvlak bij de verschillende actoren om verder te investeren in erfgoed - Musea die samenwerken - Scholen die betrokken zijn bij het erfgoed uit de streek - Heemkringen die herleven en nieuwe mensen in hun werking hebben opgenomen Publiekswerking - Publiek betrokken bij de werking - Zichtbare en duurzame erfgoedprojecten en –producten - Een gunstig effect op het imago/de uitstraling van de regio Beleid - Actieve werking in relatie tot andere beleidsdomeinen zoals toerisme en cultuur - Verdere intergemeentelijke samenwerking in de regio - Gemeenten die zich bewust zijn van erfgoedwerking en er ook in belendende beleidsdomeinen rekening mee houden
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 95
7. VORMGEVING VAN EEN ERFGOEDCEL 7.1. Structuur ‘Kempens Karakter’ ** Voortzetting werking ‘Kempens Karakter’ Het grote enthousiasme waarmee de verschillende partners hebben samengewerkt, werkt aanstekelijk. Een erfgoedconvenant zal vast een sterke katalysator zijn om nog meer partners rond de tafel te brengen. Anderzijds mag “Kempens Karakter” niet enkel samenhangen met het al dan niet kunnen opstarten van een erfgoedconvenant. De verschillende partners hebben zich geëngageerd om sowieso dit verhaal aan te grijpen om meer samen te werken en samen acties op te zetten. Dat is zeker de verdienste van de projectvereniging tot nu toe. Nu zijn vier dingen aan de orde: - Verbreding: nieuwe partners, erfgoedactoren zoeken en betrekken; - Verdieping: inhoudelijk verdiepen, basislijsten opmaken en professionaliseren, themagericht werken; - Communicatie en netwerking: “Kempens Karakter” moet een platform, een netwerk zijn; een goede communicatie/promotie van de werking is een absolute must andere actoren en geïnteresseerde burgers moeten makkelijk hun weg kunnen vinden naar “Kempens Karakter”; - Structureren werkzaamheden: “Kempens Karakter” moet nu een structuur krijgen: personeel, een standplaats, een formeel/juridische structuur voor de projectvereniging en een duidelijke plaats voor de heemkringen, archivarissen, experten en andere erfgoedactoren die inhoudelijk de drijfveer van de werking blijven. ** Algemene Vergadering en Raad van Bestuur De projectvereniging die in 2007 werd opgericht, kent een structuur van een Algemene Vergadering en een Raad van Bestuur. Deze structuren werden ingevuld. Er werd afgesproken om de werkzaamheden voor de intentienota te laten vormgeven door de brede plenaire groep van heemkundigen, politici, cultuurbeleidscoördinatoren en erfgoedexperten. De projectvereniging heeft ondertussen zijn beslissingsorganen samengesteld. We hebben ervoor gezorgd dat niet alleen de ‘formeel/evidente’ mensen een plaats krijgen in de beslissingsorganen, maar dat vooral echt gemotiveerde politici zich mee engageren. De interne organen van de projectvereniging (Algemene Vergadering/Raad van Bestuur) zorgen voor: - de administratieve vormgeving van de projectvereniging; - het aansturen van het gehele verhaal en het ontwikkelen van een beleidsvisie; - het aansturen van de personeelsleden; - de link met de betrokken gemeenten (draagvlak/steun in activiteiten); - de financiering van de projectvereniging en haar activiteiten. ** Overleg- en adviesforum ‘Kempens Karakter’ Zoals reeds eerder werd aangehaald, is de troef van deze intergemeentelijke projectvereniging zeker en vast het brede engagement uit de basis: heemkundigen, geïnteresseerde burgers, professionelen, experten, betrokken politici, cultuurbeleidscoördinatoren, enz. De betrokkenheid van al deze mensen moet Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 96
het sterke punt blijven. Daarom achten we het absoluut noodzakelijk om naast de formele structuur van een projectvereniging in de werking van ‘Kempens Karakter’ ook een belangrijk overleg- en adviesforum op te richten. Daarin wordt een brede groep actoren uitgenodigd om het verhaal van ‘Kempens Karakter’ mee op te volgen … en vorm te geven. Veel inhoudelijke knowhow en ervaring bevindt zich immers hier. Eventueel kunnen binnen dit forum ook thematische werkgroepen worden opgericht. Zowel in voorbereiding van deze intentienota als in de voorbereiding van Erfgoeddag 2008 heeft dat al zeker zijn vruchten afgeworpen. Dit forum is een bijkomend argument om van communicatie en netwerking een absolute prioriteit te maken in de werking van ‘Kempens Karakter’. Het vergroot ook het draagvlak voor het project.
7.2. Vorming erfgoedcel Voor de erfgoedwerking wordt in het kader van een erfgoedconvenant een erfgoedcel opgericht. Die erfgoedcel moet zeker een netwerkfunctie krijgen. Er moet veel gecommuniceerd worden (zowel intern als extern). Ervaringsuitwisseling met collega-erfgoedcellen en bezoeken aan erfgoedprojecten in binnen- en buitenland kunnen zorgen voor een verruiming van het zichtveld. Een goede huisvesting (en bereikbaarheid) moet zorgen voor de nodige zichtbaarheid van ‘Kempens Karakter’ zie 7.3. Er moet ook oog zijn voor de organisatie zelf. De aanwerving van het personeel, de competentieontwikkeling in de organisatie, het kennisbeheer en organisatieontwikkeling (processen, kwaliteit dienstverlening) moeten voortdurend een aandachtspunt zijn voor het bestuur van de erfgoedcel. Een performante organisatie zorgt voor een hoger rendement. Mogelijk kan vanuit die organisatie de regio ook nog meer naar elkaar toegroeien en kunnen ook andere projecten in de sfeer van (cultureel) erfgoed worden opgezet (bijv. subsidiedossiers).
7.3. Standplaats erfgoedcel Voorlopig neemt Vorselaar, als trekker van het eerste uur, de administratieve zetel waar voor “Kempens Karakter”. Naar 1 januari 2009, de mogelijke start van het dossier, worden nieuwe afspraken gemaakt. Dat engagement is al aangegaan en bilateraal besproken. We overleggen met de stad Herentals om bij de start van een Erfgoedcel het geografische en historische centrum van de regio ook de trekkersrol te laten opnemen. In dat geval zou Herentals dus het centrum kunnen worden (en de standplaats van de Erfgoedcel). Herentals is goed bereikbaar (via trein, bus en auto) en is ook het historische hart van onze regio. Met de stad Herentals wordt gezocht naar een geschikte locatie. We opteren wel voor een plaats los van gemeentelijke administraties (administratieve centra, gemeentehuizen). De erfgoedcel kan mogelijk worden gehuisvest in ’t Hof (Grote Markt 41, Herentals) of de site waar ook het stadsarchief (Augustijnenlaan 1, Herentals) is gehuisvest. Daarover zal een gesprek met de stad Herentals worden aangeknoopt. Zodoende kan de objectiviteit worden gewaarborgd en kan de projectvereniging ook werken aan een eigen imago en werking.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 97
7.4. Aanwerving personeel De inzet van personeel is noodzakelijk om de erfgfoedwerking echt op een hoger niveau te tillen: uitwisseling van expertise, de ontwikkeling van methodes voor de ontsluiting van cultureel erfgoed, het organiseren van activiteiten op het vlak van sensibilisering, promotie, communicatie en culturele ontsluiting. Indien we de kans krijgen om met de Vlaamse overheid een erfgoedconvenant af te sluiten, zullen we dan ook onmiddellijk overgaan tot de aanwerving van drie medewerkers: A: 1 persoon - voltijds - universitair of gelijkgesteld B: 1 persoon - voltijds - universitair of gelijkgesteld C: 1 persoon - halftijds - middelbaar onderwijs (administratieve ondersteuning) De profielen voor de twee voltijdse erfgoedmedewerkers kunnen nog in verschillende richtingen worden ingevuld. Er werd reeds een competentieprofiel opgemaakt met het oog op de aanwervingen.
Mogelijkheid 1 Mogelijk wordt één duidelijke erfgoedcoördinator aangeworven die vooral het netwerken en leiden van de erfgoedcel als taak meekrijgt (incl. publiekswerking). Iemand met ervaring in de socio-culturele sfeer (verenigingsleven) strekt dan tot aanbeveling. In dat geval wordt de andere medewerker gerecruteerd met vaardigheden en knowhow inzake behoud en beheer van erfgoed.
Mogelijkheid 2 Een andere mogelijkheden bestaat erin dat er twee erfgoedcoördinatoren worden aangeworven: - 1 persoon - profiel: inventariseren/conserveren/bewaren - 1 persoon - profiel: publiekswerking en sensibilisering
Kennis en vaardigheden Voorlopig kiezen we ervoor eerder een opsomming te maken van vaardigheden die het team in zijn geheel moet bezitten, vaardigheden afgestemd op de specifieke noden van onze erfgoedcel/regio: - netwerker zijn (cf. veelheid van erfgoedactoren en andere betrokkenen); - diplomatisch zijn (cf. politieke engagementen in de projectvereniging); - ervaring met socio-culturele leven (cf. betrokkenheid heemkringen, verenigingen); - beheerstechnische vaardigheden: dagelijkse opvolging, financiën en administratieve uitvoering; - inhoudelijke kennis: behoud en beheer van erfgoed – archiefwerking; - innovativiteit en creativiteit; - communicatief ingesteld; - ervaring met het opmaken van beleidsplannen; - goede verslaggever (cf. Vlaamse overheid, gemeenten, beslissingsorganen projectvereniging); - … De bedoeling is dat de twee coördinatoren vooral inhoudelijk hun job kunnen uitvoeren. Daarom zal ook worden voorzien in administratieve ondersteuning (secretariaat, permanentie, financiën) vanuit de partnergemeenten. Zodoende kan het administratieve luik tot een absoluut minimum worden beperkt en kan maximale aandacht gaan naar de inhoudelijke (erfgoed)werking. Om de permanentie en de dagdagelijkse administratie op te vangen, wordt wel voorzien in een bijkomende halftijdse (administratieve) kracht. Met het oog op communicatie, de opvolging en organisatie van activiteiten, enz. lijkt ons dit zeker geen overbodige luxe. Zeker in het begin zullen wij de inzet van menselijke kapitaal heel erg kunnen gebruiken.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 98
8. INZET VAN MIDDELEN EN BEGROTING 8.1. Inzet van middelen De projectvereniging zal kunnen rekenen op een financiële bijdrage van de gemeenten, logistieke steun (technische diensten, materiaal) en huisvesting (gebouw, bureel zie 7.3.). ** Financieel We willen als regio ook zelf een financiële bijdrage leveren aan het project. We zijn partners om samen te werken aan erfgoed en de resultaten/benefits hebben zowel een return voor het Vlaamse beleid als lokaal/regionaal. Het geeft ook blijk van een duidelijk engagement van de verschillende partners in het project zie 8.2. ** Logistiek Samenwerking staat voorop. De medewerking die aan dit verhaal wordt verleend, is zeer divers: terbeschikkingstelling van huisvesting, vergaderruimten, valorsiatie activiteiten in beleidsplannen en begrotingen, logistieke steun (oproepen en andere vermeldingen in gemeentelijke publicaties), huisvesting (van de erfgoedcoördinatoren), het dekken van reguliere werkingskosten én financiële of logistieke ondersteuning bij concrete projecten (bijv. tentoonstellingen, ICT, …). ** Professionele inbreng Naast de voltijdse inzet van deze drie medewerkers (twee erfgoedmedewerkers en een halftijdse administratieve ondersteuning), gaan de zeven partnergemeenten ook een bijkomend engagement aan … meer bepaald wat de inzet betreft van de kerngroep die het dossier heeft voorbereid: gemeentelijke ambtenaren, andere vrijwilligers, heemkringen, professionals, erfgoedactoren, bibliothecarissen en cultuurbeleidscoördinatoren. Deze mensen zullen het project mee blijven dragen en zich onvoorwaardelijk inzetten voor het welslagen van de verschillende project Zie hoofdstuk 3.C - erfgoedactoren.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 99
8.2. Begroting van het project INKOMSTEN Naast de middelen uit het convenant met de Vlaamse overheid willen de projectvereniging en de zeven partnergemeenten die er deel van uitmaken, zelf ook een bijdrage leveren in het proces: ** financiële middelen (minimaal +/- 0,15 euro per inwoner) +/- 15.229,65 € (101.531 inwoners * 0,15 euro/inwoner) ** inzet van administratief personeel (o.a. financiën, personeel, secretariaat, ICT-ondersteuning) ter waarde van 20.000 € (+/- halftijdse medewerker waardoor in totaal voltijdse administratieve ondersteuning kan worden gegarandeerd) = pro memorie voorzien in begroting (“p.m.”) ** logistieke bijstand (o.a. inzet technische dienst, zalen, vergaderruimtes en patrimonium) ter waarde van 4.000 € (voor derden: 42€/u werken aan derden door technische dienst) = pro memorie voorzien in begroting (“p.m.”) ** huisvesting voor de erfgoedcoördinatoren en administratief medewerker (erfgoedcel) ter waarde van 6.000 € (voor derden: 500€/maand voor apart pand elders in de stad) = pro memorie voorzien in begroting (“p.m.”)
Omschrijving
2009-2014
1. MINISTERIE VLAAMSE GEMEENSCHAP * Middelen erfgoedconvenant Vlaamse Gemeenschap
300.000 €
2. EIGEN INBRENG * Inkomsten uit de werking Als er activiteiten worden georganiseerd, kan de regio ook inkomsten genereren. Die worden dan terug geïnputeerd in de uitvoering van de intentienota. Idem wat bijkomende subsidies (PDPO, Leader …) of andere middelen betreft. * Financieel Financiële dotatie partnergemeenten * Huisvesting en uitrusting Huisvesting t.w.v. 6.000 € * Logistieke bijstand Personeelsleden (financiën, administratie, personeel, ICT) t.w.v. 20.000 € Technische diensten, patrimonium, materiaal t.w.v. 4.000 €
TOTAAL
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p.m.
15.229,65 €
p.m.
p.m. p.m.
315.229,65 € + 30.000€ in natura (zie p.m. - pro memorie)
p. 100
UITGAVEN Zie aanvraagformulier vooraan het dossier. Hieronder vindt u een meer gedetailleerd overzicht van de uitgaven die we voorzien in de werking van “Kempens Karakter”.
Omschrijving
2009
Jaar 2010 t.e.m. jaar 2014
110.000 € 20.000 € p.m.
110.000 € 20.000 € p.m.
* Erfgoedcel Vorming en opleiding personeel Verplaatsingskosten personeel Allerlei administratieve kosten, verzekering, …
5.000 € 500 € 500 €
2.500 € 500 € 500 €
* Huisvesting en uitrusting Huisvesting Bureaumeubilair voor 3 personen Kosten (telefoon, internet, kantoorbenod.) Informatica (PC's 3 personen, printer, …)*
p.m. 7.500 € 1.000 € 15.000 €
p.m. 0€ 1.000 € 2.000 €
* Representatie en communicatie Representatie Kempens Karakter (alg.) Communicatie (nieuwsbrief, website)
2.500 € 5.000 €
2.500 € *** 5.000 €
* Intentienota, projecten en promotie activiteiten Uitvoering intentienota & projectwerking Activiteiten: inzet technische diensten en patrimonium Drukwerk en promotie activiteiten Beeldbank: opbouw, programmatie, server** Vorming en opleiding actoren Inhuren expertise, uitbesteden opdrachten
110.229,65 € p.m. 10.000 € 15.000 € 3.000 € 10.000 €
140.229,65 € p.m. 15.000 € 4.500 € 1.500 € 10.000 €
TOTAAL
315.229,65 €
315.229,65 € + 30.000€ in natura (zie “p.m.” - pro memorie)
1. LOONKOSTEN Twee universitaire erfgoedcoördinatoren Eén halftijdse administratief medewerker Inbreng personeel gemeenten (ICT, 2. WERKINGKOSTEN
* PC's voor drie medewerkers, 1 laptop voor presentaties, 1 beamer, 1 scanner, laserprinter en kleurenprinter + aankoop opname-apparatuur voor interviews (2x) : Solid State Recorder van Marantz (1000 euro) + externe microfoon (200 euro) + een transcriptiepedaal van Marantz (500 euro) in de berekening werd rekening gehouden met de verschillende afschrijvingspercentages (20 & 33%) ** Cijfers cf. marktleider Pictura *** Jaarlijkse bijeenkomst met alle erfgoedactoren uit de regio om het draagvlak te houden, een jaaragenda voor te stellen en bilaterale contacten en netwerking mogelijk te maken.
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 101
9. BIJLAGEN 1. Charter “Zeven gemeenten werken samen aan erfgoed” 2. Statuten projectvereniging, Raad van Bestuur en gemeenteraadsbesluiten 3. Uittreksels uit cultuurbeleidsplannen en gemeenteraadsbesluiten 4. Verslagen en presentaties 5. Overzicht geschiedenis werkingsgebied 6. Overzicht roerend erfgoed werkingsgebied 7. Overzicht immaterieel erfgoed werkingsgebied 8. Overzicht onroerend bouwkundig erfgoed werkingsgebied 9. Overzicht onroerend landschappelijk erfgoed werkingsgebied 10. Bronnen en publicaties uit werkingsgebied
Zie apart bijlagenboek
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 102
9.1. Charter “Zeven gemeenten werken samen aan erfgoed” Zie bijlage: - charter - persartikels
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 103
9.2. Statuten projectvereniging, Raad van Bestuur en gemeenteraadsbesluiten Zie bijlage: - samenstelling Raad van Bestuur - verslag goedkeuring intentienota Raad van Bestuur - statuten ‘Kempens Karakter’ - oprichtingsovereenkomst - uittreksels uit gemeenteraden (goedkeuring statuten)
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 104
9.3. Uittreksels uit cultuurbeleidsplannen en gemeenteraadsbesluiten Zie bijlage - uittreksels uit cultuurbeleidsplannen (of algemene beleidsprogramma’s) - uittreksels uit de gemeenteraden (goedkeuring plannen)
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 105
9.4. Verslagen en presentaties Zie bijlage (enkel de belangrijkste verslagen) ** Werkgroep volkgebruiken (volkstradities) - Verslag werkgroep volksgebruiken (1ste plenaire bijeenkomst) - Verslag werkgroep volksgebruiken (2de plenaire bijeenkomst) - Verslag werkgroep volksgebruiken (3ste plenaire bijeenkomst) - Verslag werkgroep volksgebruiken (visietekst) ** Werkgroep nijverheden en ambachten (lokaal vakmanschap) - Verslag werkgroep vakmanschap (1ste plenaire bijeenkomst) - Verslag werkgroep vakmanschap (2de plenaire bijeenkomst) - Verslag werkgroep vakmanschap (visietekst) ** Werkgroep landschappelijk erfgoed - Verslag werkgroep landschappelijk erfgoed (1ste plenaire bijeenkomst) - Verslag werkgroep landschappelijk erfgoed (2de plenaire bijeenkomst) ** Presentaties - Powerpoint-presentaties infovergaderingen en plenaire vergaderingen: zie bijlage
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 106
9.5. Overzicht geschiedenis werkingsgebied Zie omstandige inventaris als bijlage
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 107
9.6. Overzicht roerend erfgoed werkingsgebied Zie omstandige inventaris als bijlage
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 108
9.7. Overzicht immaterieel erfgoed werkingsgebied Zie omstandige inventaris als bijlage
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 109
9.8. Overzicht onroerend bouwkundig erfgoed werkingsgebied Zie omstandige inventaris als bijlage
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 110
9.9. Overzicht onroerend landschappelijk erfgoed werkingsgebied Zie omstandige inventaris als bijlage
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 111
9.10. Bronnen en publicaties uit het werkingsgebied Zie omstandige inventaris als bijlage
Intentienota erfgoedconvenant “Kempens Karakter”
p. 112