Iedereen is anders!
Kees Opmeer
Iedereen is anders
Uitgeverij De Graveinse Abeel
Dit is een fictief verhaal. De personages en situaties zijn verzonnen en enige gelijkenis met bestaande personen of situaties berust dan ook geheel op toeval.
ISBN 978-94-6260-065-2 NUR 283, 284 (c) 2014 Uitgeverij De Graveinse Abeel, Amsterdam www.degraveinseabeel.nl
[email protected] Auteur: Kees Opmeer Omslagontwerp: Uitgeverij De Graveinse Abeel Omslagillustratie: Wim de Jong Illustraties: Wim de Jong Dit boek is ook te verkrijgen als groteletterboek. Het papier van dit boek bestaat uit minimaal 50% duurzaam geproduceerd hout. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, hetzij elektronisch, hetzij mechanisch, door middel van druk, fotokopie, film, geluidsband of op welke andere wijze dan ook en/of opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Druk: Scan Laser bv
Voor Kim
Inhoud Hoofdstuk 1. De inbreker
10
Hoofdstuk 2. Vliegende konijnen
16
Hoofdstuk 3. Biefstuk op twee benen
22
Verliefde meester breekt in bij juf Bejaarde Rus metselt zichzelf in
15 20
Dwergkonijn valt uit lucht aan parachute Vrouw verjaagt tijger met schuimspaan
23 27
Hoofdstuk 4. Plof
28
Hoofdstuk 5. Dronken poes
34
Hoofdstuk 6. Een roze bom
40
Hoofdstuk 7. De winterwortel
46
Hoofdstuk 8. Ontvoerd
52
Rattengif zorgt voor giftige scheten Dronken hert uit boom gered
Automobilist botst op politiewagen Jonge vliegtuigengek koopt straaljager op eBay Politie rukt uit voor grote pluchen aap Paniek om speelgoedaap Politie houdt dealende winterpeen aan Italiaanse man claimt zon als eigendom Man dood na imiteren wolf Bewakers laten man met kunstbeen ontsnappen 6
33 39 42 45
47 48 51 53 55 57
Hoofdstuk 9. Het spook
58
Hoofdstuk 10. Supporter
64
Hoofdstuk 11. Logeren
70
Man laat echtgenote na plaspauze achter Voetballer slaat zichzelf met arm tegenstander Hongaars graafschap verbiedt doodstraf voor honden Schoonmaakster poetst deel kunstwerk weg
63 69
72 75
Hoofdstuk 12. De bankoverval
77
Hoofdstuk 13. Feest op de begraafplaats
83
Bange inbreker belt politie Bankovervaller schrijft onleesbaar briefje Vrouw met één arm veroordeeld wegens applaudisseren
78 82
88
Hoofdstuk 14. Vol is vol
90
Hoofdstuk 15. Het handtasjesmonster
96
Hoofdstuk 16. Behoorlijk dom
102
Griekse burgemeester verbiedt sterven Standbeeld voor lelijkste vrouw van Wales Oma jaagt overvallers op de vlucht Winkeldief gepakt door blunder
95
97 100 106
7
8
Iedereen is een beetje vreemd. De een kan het alleen beter verbergen dan de ander.
Opa van Myrthe
9
Hoofdstuk 1. De inbreker
Myrthe Konings staart dromerig door het open raam van het klaslokaal naar buiten. Ze heeft het warm. Als Fleur haar aanstoot, kijkt ze snel naar de som in haar rekenboek. Ze heeft helemaal geen zin in rekensommen. Wat kan het haar schelen hoeveel gram Piet weegt als hij 2 pond zwaarder is dan Karel die 45 kilo weegt? Hij kan beter wat minder eten. Voor in de klas staat meneer Blok, de directeur van school, met juf José te fluisteren. In de pauze wandelen ze vaak samen op het schoolplein. Sommige kinderen denken dat meneer Blok verliefd is op juf José. Wat moet ze met zo’n oude vent? Myrthe moet denken aan een krantenbericht over een verliefde schooldirecteur. Ze vond het in de map met andere krantenberichten die ze van opa heeft gekregen. Haar blik gaat naar de auto’s die in de smalle straat naast de school staan geparkeerd. Plotseling ziet Myrthe het groene mannetje met zijn dunne benen en zijn kale hoofd weer. Hij springt van de ene auto op de andere. Op het dak van een witte auto blijft hij staan en rekt hij zich uit. Hij tuurt met een hand boven zijn ogen in de richting van het klaslokaal. Myrthe kan het niet helpen, ze moet even zwaaien. 10
11
Vanuit haar ooghoek ziet juf José dat Myrthe haar hand opsteekt. “Myrthe, wat zie je daar?” “Er is niemand, juf,” zegt Elise. “Ze zit weer te fantaseren.” Alleen meneer Blok lacht. Een tijdje geleden heeft Myrthe een spreekbeurt gehouden over zichzelf. Nou ja, over wat er met haar aan de hand is. Het was een idee van juf José. Myrthe heeft uitgelegd dat ze weleens in de war is omdat het heel druk is in haar hoofd en ze soms wat te veel fantasie heeft. Hé, wat is dat? Zwaait hij nou terug? Ze ziet het groene mannetje van de auto af springen. Hij huppelt in de richting van de school. Ze durft bijna niet te kijken, maar ze moet wel. Opeens staat hij voor het open raam. Hij lacht naar haar. Nu springt hij van de vensterbank… zó op de vloer van het klaslokaal. Met een paar huppelsprongen is hij bij haar en hij klimt op haar tafel. “Heb je me gemist?” vraagt hij. Myrthe knikt. “Heel erg.” “Ik jou ook.” Meneer Blok kijkt opzij als hij de stem van Myrthe hoort. “Tegen wie praat jij?” Alle ogen kijken haar kant uit. “Tegen mezelf,” antwoordt ze. Meneer Blok schudt zijn hoofd. “Vreemd,” mompelt hij. Hij draait zich weer om naar juf José. “Neem me straks mee,” fluistert Myrthe achter haar hand tegen het mannetje. “Alsjeblieft.” “Natuurlijk,” zegt het groene mannetje. “Ik moet je wat laten zien.” In gedachten is Myrthe al op het schoolplein. Waar zal het 12
groene mannetje haar heen brengen? “Hoe heet je?” vroeg Myrthe toen ze buiten liepen. “Meeuw.” “Dat is leuk,” zei Myrthe. “Zo heette mijn opa ook.” “Wat toevallig,” antwoordde Meeuw. “Hij lachte me nooit uit,” vertelde Myrthe. “Hij zei altijd voor de grap: ‘Iedereen is anders, behalve ik.’ En dan keek hij me ondeugend aan met zijn pretogen.” Ze dacht aan de map met knipsels die opa voor haar had gemaakt. Niemand wist dat, zelfs oma niet. “Je moet dit elke keer lezen als je je verdrietig voelt,” had hij gezegd. “Het zijn berichtjes uit de krant of van internet, allemaal echt gebeurd. Als je dat leest, dan snap je dat je helemaal niet zo raar bent.” “Iedereen is anders of een beetje vreemd,” zei Meeuw, “maar de meeste mensen proberen dat geheim te houden.” Myrthe dacht na over wat hij zei. Zij kon niet geheimhouden dat ze anders was. Hoe goed ze haar best ook deed. “Waar gaan we heen?” vroeg ze. “Dat zie je zo meteen wel.” Ze liepen een stille straat in, met lage huizen en kleine voortuintjes. Voor nummer 22 bleven ze staan. “We gaan hier naar binnen,” zei Meeuw, “maar je moet heel stil zijn.” “Wie woont hier dan?” vroeg Myrthe. “Juf José. Er is een inbreker naar binnen geslopen.” “Wat?” Myrthe keek hem geschrokken aan. “Hoe weet je dat?” 13
“Als ik dat niet wist, zou ik geen groen mannetje zijn.” “Maar dan moeten we de politie bellen.” Meeuw schudde zijn kale, groene hoofd. “Het is geen gewone inbreker. Vertrouw me nou maar. Wacht op mij.” Myrthe keek hem na toen hij naar de voordeur huppelde en door de brievenbus naar binnen glipte. Even later ging de voordeur zachtjes open. Om de hoek verscheen het hoofd van Meeuw. Hij wenkte haar. Myrthe ging naar binnen. Ze slopen de gang door. De deur naar de woonkamer stond op een kier. “Kijk dan,” fluisterde Meeuw. Door de kier gluurde Myrthe naar binnen. Ze zag de rug van een man. Hij stond voorovergebogen bij een bureau en rommelde in een la. Toen hij zich oprichtte, herkende ze meneer Blok. Hij begon zachtjes te zingen. “… een beetje verliefd, ik dacht een beetje verliefd…” Myrthe moest grinniken, maar Meeuw hield gauw een hand voor haar mond. Meneer Blok liep naar een hoge kast met glazen deuren. Hij zong nu wat luider: “… als ik wist wat jij toen dacht, had ik nooit op jou gewacht…” Hij bukte om de onderste la open te trekken. Zo te zien was het een la vol papieren. Plotseling trok meneer Blok er iets tussenuit. Het was een foto, een foto van juf José. Hij hield hem omhoog en staarde ernaar. Toen drukte hij de foto tegen zijn borst en maakte een dansje door de kamer. Hij begon nog harder en valser te zingen. De voordeurbel klonk. Van schrik liet meneer Blok de foto van juf José op de grond vallen. “Snel,” siste Meeuw. Hij trok Myrthe mee naar de wc. 14
Na een paar tellen klonk opnieuw de bel. Tegelijkertijd werd er op de deur gebonkt. “Ik ga even kijken,” zei Meeuw. “Maar jij moet hier blijven.” Myrthe hoorde de klep van de brievenbus rammelen. Een zware stem riep: “Hier is de politie. We weten dat u binnen bent. De buren hebben u gezien. Opendoen! Anders moeten we de deur intrappen.” Myrthe hoorde voetstappen op de gang. Ze kon het niet laten en deed nieuwsgierig de deur op een kier. Ze zag dat meneer Blok aarzelend de kamer uit kwam en naar de voordeur liep. Meeuw hing met één arm aan de kapstok en keek glimlachend toe hoe meneer Blok de voordeur opentrok. Twee politieagenten stonden voor de deur. “Kunt u uitleggen wat u hier doet?” vroeg de ene. “Ik eh…,” aarzelde meneer Blok met een rood hoofd. “Het punt is dat ik eh… laat ik het maar eerlijk zeggen. Ik ben verliefd op de mevrouw die hier woont.” De agent schudde zijn hoofd. “Leuk verzonnen, komt u maar mee naar het bureau.” “Myrthe? Myrthe!” Ze schrikt op uit haar gedachten. “Gaat het wel goed met je?” vraagt juf José. “Eh, ja hoor,” antwoordt ze. Een beetje verdwaasd kijkt ze om zich heen. Meneer Blok is verdwenen, gelukkig.
15
Uit de map van opa Verliefde meester breekt in bij juf Den Haag – Een 51-jarige leerkracht van basisschool De Fontein in Den Haag is op heterdaad betrapt toen hij vrijdagochtend inbrak in de woning van een juf van dezelfde school, die in Voorburg woont. De man werd in de woning van de vrouw aangehouden. De leerkracht verschafte zich toegang door een open raampje aan de achterkant van de woning van de juf toen ze op school was. Hij werd ontdekt doordat een achterbuurman hem door het raam naar binnen zag klimmen. Deze belde de politie. Die belde aan bij de woning, waarop de leerkracht opendeed. Hij leek in verwarde toestand te verkeren en zei dat hij van de juf hield. Het slachtoffer heeft inmiddels aangifte gedaan van inbraak en diefstal van een fotoalbum. De zaak is nog in onderzoek.
16