Jozua 6:2,3 1 Geloof gevraagd 2 Geloof beproefd
Gemeente,
Daar lopen ze om Jericho. Voorop de soldaten van Israel. Daarachter 7 priesters met soort bazuinen, trompe<en. Dan de ark, gedragen door 4 priesters. Daarachter alle andere priesters. Daarachter de rest van het volk, vrouwen, kinderen. Eén keer lopen ze om Jericho heen vandaag. Morgen weer. Overmorgen ook. Zes dagen achterelkaar. En de 7e dag lopen ze 7 rondjes rond de stad. Rond Jericho. Jericho de stad die eigenlijk de poort van Kanaan is aan de oostkant, de Jordaankant. Gelegen in de vallei van de Jordaan. Een groot, uitgestrekt dal. Maar in dat dal ligt Jericho precies op een hoogte. In een Ijd zonder vliegtuigen dus eigenlijk niet aan te vallen. Want ze zien je alIjd aankomen en terwijl jij omhoog aan het klimmen bent hebben ze alle gelegenheid om te raak te gooien of dood te schieten. En natuurlijk heeL Jericho muren. En de stadspoort hebben ze hermeIsch afgesloten. Dus er is geen toegang meer. Als je al bovenaan zou komen bij de muur, bij de poort, dan sta je daar en kun je nog niet verder komen en binnenkomen. En om deze stad lopen ze die rondjes. Dat is in elke oorlogssituaIe te gek voor woorden. Met deze tacIek heeL nog nooit een generaal, een leger, een stad ingenomen. Een bezigheid die niets uithaalt en geen enkele militaire zin heeL. Ja, maar hier is het geen gewone oorlog. Dat zagen we al eerder. Het gaat hier om de strijd die Israel moet voeren van God. Na eeuwen van geduld zal het gericht over Kanaan, ook Jericho dus, voltrokken worden. De maat van ongerechIgheden is vol, nu komt Gods oordeel. En nu is het de Ijd dat Israel het beloofde land ontvangen zal. Het land, aan Abraham en zijn nageslacht beloofd. En nu zal de HEERE dat land ook geven aan Israel. Jozua 1. En nu in 6:2 heeL de HEERE herhaald en gezegd: trek op zie Ik heb Jericho met haar koning en haar helden in uw hand gegeven. En Jozua heeL het tot het volk gezegd. Daarom lopen ze daar. 1 geloof gevraagd De meerdere Jozua, Jezus, roept ons ook tot de strijd, de geestelijke strijd, de heilige oorlog. Want Hij heeL beloofd. Eén en ander maal. Ik zal een nieuwe hemel en nieuwe aarde doen komen. Die zal Ik u geven. Die heb Ik u gegeven. Ik zal Israel Mij doen kennen en dat zal het leven der wereld zijn. Ik heb velen in Israel gegeven en zal een opwekking onder de heidenvolken geven.
Ik zal u en uw kinderen tot God zijn. Ik heb ze gegeven in Mijn rijk. Zij zullen Mij kennen en Ik zal als Vader, Zoon en Heilige Geest hen tot God zijn van zaligheid. Ik zal u tot een God zijn. In Mijn verbond opgenomen heb Ik u Mij toege-
eigend. Om Mij te kennen en in vrede met Mij te leven. Ik zal u bewaren. Bewaren op weg naar het hemels Jeruzalem. Uw geloof zal niet ophouden, u zult volharden in het geestelijk leven en aankomen in de heerlijkheid. Ik heb het u gegeven. Daarom zegt Jezus, de meerdere Jozua: gaat heen en strijd de goede strijd. De strijd in Mijn Koninkrijk. Ga Jericho tegemoet. Want er zijn een Jericho’s. Verhoogde sterkten en bolwerken van de duivel. Muren eromheen. Dichte poorten. Die je nooit omver krijgt, waar je nooit binnenkomt. Zal er een nieuwe hemel en nieuwe aarde komen? Vol van Gods heerlijkheid. Jericho’s van atheisme, islam, hindoeisme, goddeloze Irannen en machtswellustellingen. Zal Israel tot bekering komen? En zullen opwekkingen onder de heidenen plaatsvinden? Jericho’s van verzet en onmogelijkheid. Messias belijdende Joden hebben het juist moeilijk, zijn minder dan 1 procent van het Joodse volk. Zullen mijn kinderen en kleinkinderen allen God kennen en dienen? Jericho’s met muren van afweer. Muren van hun weg die ze gekozen hebben en waarin ze vast zi<en. Waar ze zich niet vanaf laten brengen. De poorten zijn dicht: de oorpoort houden ze dicht als je wat wilt zeggen, de oogpoort houden ze dicht want ze willen niet zien wat het leven met de HEERE is. Zal ik de HEERE kennen en verheerlijken in zekerheid van mijn heil? Jericho’s van onmogelijkheid. Muren van ongeloof, van mijn zonden, van mijn onbekeerlijkheid. Ik krijg ze niet omver. Zal ik bewaard blijven in het leven met God dn het volhouden? Jericho’s van het kruis dat zo zwaar weegt, van mijn krachten die vergaan. Muren van moeilijke keuzes waar ik niet doorheen kom. Hoor wat de meerdere Jozua zegt: ga heen. Ik heb het u gegeven. Jericho zal vallen. Ik heb het al gegeven. U zult het veroveren omdat Ik het u gegeven heb. Alzo zegt de Heere Jezus! Omdat Hij recht op Jericho afgegaan is. Recht op het bolwerk van satan af. Het bolwerk van zijn macht: onze schuld, de vloek der wet, de haat van het volk en van de mensheid. Maar Jezus is er recht op afgegaan. En heeL Zich laten vellen. Laten gevangen nemen en meevoeren de stad in. Het bolwerk van satan, de dood in. En heeL de satan verslagen. Met Zijn gehoorzaamheid tot de dood, met Zijn verzoenend sterven aan het kruis. En nu heeL Jericho nog wel een enorme aanblik, maar….Jericho heeL geen fundament meer. Dat zie je aan de buitenkant bij mooi weer niet in het begin. Maar als een huis, een stad geen fundament heeL gaat het verzakken, wegzakken, zeker bij noodweer of aardbeving. Jericho zal vallen. Babel zal vallen, het grote Babylon. Wie daarin woont voelt zich waarschijnlijk gerust en vredig. Van nature woont iedereen er in. Daarom: vlucht uit stad Verderf weg! Je leven heeL geen fundament. Haast je en vlucht tot
Christus. In Hem is een land bereid van hemels Kanaan. Maar Jericho zal vallen. Hoe dan? Luister: niet door kracht niet door geweld maar door Mijn Geest zal het geschieden. En: want de wapens van onze strijd zijn niet vleselijk, maar krachIg door God tot nederwerping van sterkten. Van Jericho’s muren. Hoe dan? Wandel met de ark om Jericho heen. Om die muren, die onmogelijkheden. Die muren van atheisme en vijandige machten tegen God, van verzet en vervolging tegen Messias belijdende Joden, van levensgewoontes en dichte oor- en oogpoorten bij je kinderen, van ongeloof en onbekeerlijkheid van jezelf, van het kruis en de eigen zwakte en niet vol te houden keuzes. Loop eromheen, maar met de priesters en de ark. Weer de ark, net als toen door de Jordaan, weet u nog. De ark teken van Gods tegenwoordigheid in de verzoening, in Christus. Zie op de ark, op Christus. In Zijn lijden en sterven heeL Hij de beloLen verworven. God belooL niet zomaar, in het wilde weg, maar op grond van Christus werk. In Hem zijn al Gods beloLen ja en amen. Rechtsgeldig en gefundeerd. Getekend met Zijn bloed. En in Zijn opstanding en verheerlijking heeL Hij alle macht om de beloLen te vervullen. Hij Die alle macht heeL, satan overwonnen heeL, Hij kan alles waarmaken. Zie op Hem. Om de muren en dichte poorten heen, ziende op Jezus. En blaas de bazuinen. De bazuinen gaven aan: de Heere komt. Bij alle gelegenheden waar de bazuin geblazen werd gaf dat aan: de HEERE komt. En tegelijk was het een gebed: o HEERE, kom. Blaas de bazuin. Getuig van de komst van de Heere. Zijn komst die het heil volmaakt, die de beloLen vervult. En bid: o Heere kom en doe het, o Heere, maak het waar naar Uw beloLe. Blaas de bazuin, ga getuigend en biddend rondom de muren en de dichte poorten. Andere wapens kunt u achterweg laten, verboden te gebruiken. Alles wat zweemt naar menselijke macht en geweld: het ze betaald ze<en en terugslaan die jihadisten, door handel of omkoping het Joodse volk bewerken, vuisten op tafel of grote stemverheffing tegen je kinderen, jezelf geestelijk oppeppen of dwang opleggen: daar heeL Jezus nooit bevel voor gegeven. Laat dat achterwege. Dat helpt niet, als het wel zou helpen dan zou je nog denken dat jij het voor elkaar hebt gekregen en dat jij ervoor gezorgd hebt. Jezus roept, de meerdere Jozua: neem de ark en de bazuin: zie op Christus en getuig en bid rondom Jericho. En dan…..betonen we dan geloofsgehoorzaamheid? Door het geloof zegt Hebreeen 11. Geloofsgehoorzaamheid. Of…. Of hebben we aan de ene kant iets van: laat maar. Die nieuwe hemel en nieuwe aarde, laat maar voorlopig, Israels bekering en opwekking onder de volkeren, zonder kan ik ook wel leven, de bekering van mijn kinderen en kleinkinderen, och, ze hebben het verder goed, dus laat ik tevreden zijn, de zekerheid van mezelf van heil en zaligheid, och het zou wel mooi zijn, maar andere dingen moeten
ook doorgaan en zijn nu dringender, als ik later meer Ijd komt dat geestelijke wel. Ongehoorzaam aan de Heere Jezus. En zo zullen we Kanaan niet beerven, buiten blijven. Gevallen in de woesIjn. Of……hebben iets van: laat maar, want dat kan toch niet. Heel de aarde vol van Gods heerlijkheid, wees nou nuchter. Israel tot bekering en vele heidenvolkeren een opwekking, een illusie. Al mijn kinderen en kleinkinderen God kennen en dienen? Kan niet, kan niet meer. Ik zeker van mijn heil en aankomen in Jeruzalem? Zal voor mij niet weggelegd zijn. Die muren, die dichte poorten, ik geloof er niet in. En zij konden niet ingaan vanwege hun ongeloof. Ongeloof houdt ons buiten, ongeloof laat ons Gods beloLen onaangeroerd liggen, ongeloof laat de waardebon liggen en gebruikt hem niet. Ongeloof daarmee sluiten we onszelf buiten. Maar Jezus roept. Omdat Hij gestreden en overwonnen heeL. De beloLen in Hem ja en amen zijn: trek op. Ik heb het u gegeven. Geloofsgehoorzaamheid. Ziende op Hem, getuigend en biddend: Hij zal komen, ja kom Heere. Om de muren van Jericho heen. Dag in dag uit. Al is het met die man die riep: “Ik geloof Heere, kom mijn ongelovigheid te hulp” 2 geloof beproefd Die geloofsgehoorzaamheid. Die wordt beproefd. Als ik het goed mag zien op 5 manieren. De eerste: die ligt al voor Jozua 6. Want stel je voor, hoe zou u/jij dat aangepakt hebben? Op de 10e van de 1e maand ben je met Israel door de Jordaan gegaan. En een indruk dat dat gemaakt heeL op Kanaan. 5:1 zo versmolt hun hart en er was geen moed meer in hen. Wat zou jij doen? Nou direct doorpakken. Geen dag wachten nu de gelegenheid gebruiken om gelijk verder te gaan. Na verloop van Ijd herstellen ze zich weer, is de schrik weer over en voelen ze zich weer sterker, dus nu aanvallen. En God? Die laat ze wachten. Kostbare Ijd voorbijgaan. Ze moeten besneden worden, het Pascha houden en dan is het de 16e van de maand al geworden, 6 kostbare dagen laten lopen. De gelegenheid laten gaan. Dat denk je wel eens he. Nu zou de Heere moeten optreden. Nu zou de HEERE moeten werken. Dit is een geschikt moment, een goede Ijd. Dit kan Hij gebruiken. Deze situaIe, deze gebeurtenis, wereldwijd, bij één van je kinderen, bij jezelf. Nu. En God wacht. Gebruikt de gelegenheid niet die ik zag, de Ijd die ik dacht. Waarom niet? God heiligt eerst Zijn Eigen volk. Eerst moet Israel zelf recht voor de HEERE komen: weer de besnijdenis toepassen, het Pascha houden. God wil eerst dat wij zelf recht voor Hem komen. Dingen rechtze<en die scheef liggen. Innerlijk in de juiste houding komen van aeankelijkheid en overgave. Eerst louteren en heiligen. Tweede moment van beproeving. Ja, dat kun je wel raden. Als je met Israel mee zou lopen: Je zou toch denken: wat helpt dit nou? Om
een muur heenlopen en af en toe op een trompet blazen. We hebben katapulten nodig, stormrammen, steigers, schilden en noem maar op, dan kunnen we ze uitschakelen en doorbreken. Dat rondjes lopen helpt echt niet. Ja, je wilt zo graag die muur en die tegenstand kunnen uitschakelen. Met goede argumenten, met bewijzen, met onderbouwing dat je iemand echt overtuigen kan en klem kan ze<en. Nee, niet zo, maar met zien op Jezus en getuigen en gebed. Dat is Gods weg. Want inderdaad: anders zou ik toch zomaar denken dat ik het voor elkaar gekregen heb en dat ik gewonnen heb. Het derde moment van beproeving. Als je meeloopt met Israel om de muur, dan kun je je indenken dat de inwoners van Jericho eerst verbaasd en sIl staan te kijken. Wat gebeurt er en wat volgt hierop? Maar na 2 of 3 dagen hebben ze het wel door: het is alleen maar rondjes lopen. En ze gaan een beetje spo<en. Een beetje belachelijk maken. Misschien gooien ze wel wat modder naar je om te kijken hoe je reageert. Ja, dat kan zomaar. Als je ziet op Christus, getuigt en bidt, dan kunnen ze je wat belachelijk maken. Terwijl je belijdt en bidt op je werk lachen ze een beetje: smaakt je brood nou lekkerder zeker? Ze halen op den duur je broodtrommel een keer weg. Als je getuigt van Jezus en het kruis en de hemel en de hel proberen ze je daarna terug te pakken en ze le<en dubbel op of jij wel alles goed doet. Er vloekt er een expres, er zegt er één: nou ik ben nog niet bekeerd hoor. En van binnen hoor je zo’n stemmetje: het helpt toch niks. Je zou er de brui aan geven. Je zou zeggen: ik laat het wel in het vervolg. Ik ben die plagerijen en die steken zat, ik spaar mezelf liever. Dat wil de HEERE blijkbaar beproeven: of het me echt wat waard is, of het me echt en oprecht om Zijn beloLen en vervulling te doen is. Vierde moment van beproeving: je merkt niks. Je loopt tussen die Israelieten mee en je doet dat één dag, 2 dagen, 3 dagen, 4 dagen, 5 dagen, 6 dagen, de zevende dag 1 keer, 2 keer, 3 keer, 4 keer, 5 keer, 6 keer, 7 keer, dat is bij elkaar al 13 keer en je kijkt af en toe toch eens naar die muur: zie ik al iets? Een scheur, een barst, een steen die airokkelt. Nee, niets. Je ziet op Jezus, je getuigt en bidt 1 dag, 2 dagen, 13 dagen en nog meer en je kijkt en luistert en let op: merk ik al iets; in de wereld, onder Israel, onder de volkeren, bij mijn kind, kleinkind, een andere toon, een andere zondagsinvulling, een andere zaterdagavond, een vraag, een verlangen. Je zou het graag zien. Bij mezelf: wat mer verlangen, wat meer houvast, meer kracht en berouw. Maar: niks. Na 13 keer nog niet. Kijk, als je maar eens iets merkte alvast, iets van vraag, verandering, dan zou je hoop houden om door te gaan. Maar als je niks ziet veranderen. Ja, dan houd je alleen Gods beloLe over. Dan is dat Woord alleen het fundament om op te hopen. Dat wil de HEERE blijkbaar oefenen. Om aan het Woord genoeg te hebben. Het vijfde moment is denk ik nog het moeilijkste. Na de 7 keer op de 7e dag gaat het als volgt: de bazuin wordt geblazen met een andere klank als alle keren daarvoor. De HEERE komt betekent dat. Jozua zegt:
Juicht. Juicht. Dat doe je nadat je de overwinning hebt heb. Nadat. Eerst een doelpunt en dan juichen, eerst slagen en dan de vlag uit en juichen, Juichen nadat. Maar Israel juicht voordat de muur valt. Ze juichen en daarna zal de muur vallen. Juichen voordat de overwinning te zien is, voordat God Zijn beloLen vervult. Dat is geloof! Juichen en danken voordat God het heeL gedaan. Direct danken als je hebt gebeden voordat de vervulling en verhoring te merken is. Dat is geloof! Je bidt om vergeving van je zonde en je dankt: HEERE, ik loof U dat het doet! Je bidt om een nieuw hart, om bekering en je dankt: HEERE, ik loof U dat U het verhoort! Je bidt om bekering van je kind, je kleinkind en je dankt: HEERE, ik loof U dat het gedaan hebt. Je bidt om bewaring op weg naar de hemel, want het kruis is zo zwaar en je dankt: HEERE, ik loof U dat mij zult behouden en doen aankomen. Je bidt voor het volk Israel en een algehele opwekking en je dankt: HEERE, ik loof U dat U het doen zult. Je bidt om de nieuwe hemel en nieuwe aarde en je dankt: Ik loof U want U zult de aarde volmaken van Uw heil. Kijk, als ik er iets van zie, iets van merk, bij mezelf, mijn kleinkind, dan dank ik, als ik het niet vergeet…… Maar danken en loven voordat het is te zien en te merken. Dat is geloofsgehoorzaamheid. Danken voor de vervulling uit. Omdat de HEERE het belooL heeL. De Engelse zendeling Moffat had jaren gewerkt onder de Bechuanen en na jaren nog geen enkele bekeerling gedoopt of vrucht gezien. Toen zond zijn thuisfront hem een keer bericht: er zit nog geld in de kas, waarmee kunnen we je van dienst zijn? Moffat stuurde terug: met een avondmaalsstel. God zal vervullen dat Zijn Woord niet ledig wederkeert, stuur alvast maar bekers en schalen. God geeL wel bemoedigingen. Geen beproeving zonder bemoediging. God geeL Zijn beloLe en Hij herhaalt die. Jozua 1 heeL God beloofd dat Hij Kanaan geven zal. In Jozua 6:2 zegt Hij het nogmaals. God herhaalt en bevesIgt Zijn beloLe. In Zijn Woord, in de sacramenten. God wijst heen naar Zijn volheid: 7 priesters, 7 dagen, 7 keer op de 7e dag. Zomaar van die ‘kleine’ dingen waaraan je de HEERE herkent. Zomaar van die kleine dingen, lijkt het wel, een ontmoeIng met iemand anders, waaraan je de HEERE herkent. Zijn manier van handelen herkent. God is verschenen aan Jozua in 5:13-15. Daarin geeL de HEERE niks. Niks concreets. Hij zegt alleen: Ik ben nu gekomen. Jozua, Ik ben met je. God verschijnt en spreekt tot je hart, toont je Zijn nabijheid. Daarmee is er niks veranderd en verbetert, maar Hij laat merken: Ik weet van je. God heeL zojuist de Jordaan doorgeleid. Ook met priesters en de ark. Denk daar eens aan: toen heeL de HEERE toch ook Zijn Woord waargemaakt, Zijn macht bewezen. God heeL toch al zovaak Zijn wonderen gedaan. In Christus de dood overwonnen, in Christus in de
gemeente, in het voorgeslacht gewerkt, in Christus grote dingen gedaan eerder in je leven. Hij is gisteren en heden Dezelfde en in der eeuwigheid. God bemoedigt in de beproeving opdat het geloof niet bezwijke maar vol zal houden. Opdat Hij de eer ontvangt. Daar gaat het om: dat Hij de eer krijgt. Als Hij Zijn beloLen vervult dan kun je alleen maar zeggen: het is door U, door Uw macht, door Uw trouw. U zegent zulke eenvoudige middelen, U zegent zulk een geloof, getuigenis en gebed dat zo gebrekkig was, zoveel inzinkingen kende. Gij hebt het gedaan. Dank aan U de Vader, dank aan U de Zoon en dank aan U de Geest. Ja, want Die is het die het geloof schept en doet volhouden. God zij dank wel. Als je voelt: dit geloven, getuigen en bidden volhouden dat kan ik niet. Denk aan Bunyans’ christenreis. Als christen in het huis van Uitlegger te zien krijgt een vuur dat brandt. Het vuur van het geloof. Maar er staat iemand bij die water op het vuur gooit. Ja, de duivel, die er water opgooit van ongeloof, van moedeloosheid, van uitzichtloosheid, van de feiten die je ziet, maar…maar dat vuur blijL branden. Dat kan niet: vuur waar je water op gooit en blijL gooien gaat een keer uit. Dat geloof gaat een keer uit, over en weg. Maar nee, kom eens aan de andere kant van de muur. Daar staat een man met een grote kruik olie. Die constant olie op het vuur gooit. Zo komt het dat het vuur toch niet dooL. De olie houdt het vuur toch brandend, door beproeving en inzinking heen. De Heilige Geest houdt het geloof toch gaande, verwachtende, getuigende, biddende. Dat doet de heilige Geest. O HEERE, geef mij Uw Geest. O Heilige Geest houd het geloof in stand en voed het toch door Uw kracht. En laat ik direct danken en loven: dat zult U doen, Halleluja. Amen