Jaarverslag van de Calvijnschool te Veenendaal over 2013 1. Inleiding In dit jaarverslag legt het bestuur verantwoording af aan de leden van de Vereniging over het in 2013 gevoerde beleid. In het afgelopen jaar zijn binnen het bestuur veel onderwerpen besproken. In dit jaarverslag wordt ingegaan op de belangrijkste ontwikkelingen en beleidsterreinen die aan de orde zijn geweest binnen het bestuur. Ook in 2013 mocht dagelijks Gods Woord opengaan en werd de kinderen voorgehouden wat nodig is tot hun zaligheid. De oproep tot bekering klonk in de lessen door. Wat een verantwoordelijkheid dragen wij samen met de ouders en verzorgers als we beseffen dat ieder aan onze zorg toevertrouwd kind een ziel heeft die voor de eeuwigheid is geschapen! Aan de andere kant; wat is het toch een groot voorrecht dat we onze Johannes Calvijnschool nog mogen hebben. De positie van het bijzonder onderwijs is in de huidige politieke situatie in ons land steeds minder vanzelfsprekend geworden. Laten we onze zegeningen tellen; één voor één! Wat een onverdiende trouw van de HEERE! 2. Identiteit De grondslag van de Johannes Calvijnschool is de onveranderlijke waarheid van het Woord van God, naar de verklaring daarvan gegeven in de Drie Formulieren van Enigheid, vastgesteld in de Nationale Synode te Dordrecht in het jaar zestienhonderd negentien. De missie van de school is: ‘De Johannes Calvijnschool wil vanuit haar eigen identiteit haar plaats naast gezin en kerk innemen door de aan haar zorgen toevertrouwde kinderen mede op te voeden in de vreze des Heeren en kwalitatief goed onderwijs te bieden in een pedagogisch veilig klimaat.’ Als doel van de opvoeding zien wij: ‘De vorming van de mens tot een zelfstandige, God naar Zijn Woord dienende persoonlijkheid, geschikt en bereid al de gaven, die hij van God ontving, te besteden tot Gods eer en tot heil van het schepsel in alle levensverbanden waarin God hem plaatst’. We kunnen dus samenvattend zeggen dat elk mens door God geschapen is ‘opdat hij God Zijn Schepper recht kennen, Hem van harte liefhebben en met Hem in de eeuwige zaligheid leven zou, om Hem te loven en te prijzen’ (HC vraag en antwoord 6), als beelddrager Gods. Door onze zonden en onwil echter, al begonnen in het paradijs, voldoet niemand hier meer aan, tenzij hij / zij wedergeboren wordt. Daarom wil de school hen al vroeg onderwijzen uit Gods Woord. De school wil de kinderen: naar ons vermogen ‘helpen onderwijzen in de voorzeide leer’ (Doopformulier), voorbereiden op een taak in de maatschappij, voorbereiden op een plaats in een multiculturele samenleving.
Eén van de kerntaken van het bestuur is het bewaken van de identiteit van de school. In het vastgestelde bestuurs‐ en directiestatuut zijn een aantal uitvoerende taken gedelegeerd naar de directie. Bij het toelaten van leden en het benoemen van personeel is het bestuur direct betrokken. 3.
Personeel en organisatie
Vereniging De school gaat uit van de Vereniging tot het verstrekken van Onderwijs op Reformatorische grondslag te Veenendaal. Op 31 december 2013 telde de schoolvereniging 318 leden en 77 contribuanten. Op 31 december 2012 telde de schoolvereniging 317 leden en 70 contribuanten. Ten opzichte van vorig jaar is het aantal leden dus met 1 toegenomen. Het aantal contribuanten is vermeerderd met 7. Bestuur Op 21 mei 2013 vond de jaarlijkse ledenvergadering plaats. Volgens het rooster van aftreden waren de heren J. de Gooijer en R. van de Geest aftredend en niet herkiesbaar. Op 31 december 2013 nam Dhr. A. Uittenbogaard afscheid van het schoolbestuur. Hem was gevraagd tot eind 2013 aan te blijven als voorzitter om de nieuwe voorzitter te kunnen begeleiden in zijn inwerkperiode. Dhr. Uittenbogaard is 18 jaar als bestuurslid aan de Johannes Calvijnschool verbonden geweest, waarvan de laatste jaren als voorzitter van het bestuur. Dhr. Uittenbogaard werd op 1 januari 2014 opgevolgd door Dhr. A. B. Quaak die de rol van voorzitter heeft gekregen. De bestuurssamenstelling was per 31 december 2013 als volgt: A. Uittenbogaard (HHK) voorzitter M.A. Maris (HHK) secretaris J.A.C. Breas (OGG) penningmeester M.B. Nas (GG) lid AB M. Prins (CGK) lid AB lid AB (m.i.v. 1‐1‐2014 voorzitter) A.B. Quaak (GG) P.M. Vos (GG) lid AB, 2e voorzitter In het verslagjaar 2013 werd door het Centraal Bestuur zes keer vergaderd. Het Lokaal Bestuur vergaderde drie keer. Bestuursorganisatie De bestuursleden zijn naar specialisme ingedeeld in vier kennisgroepen, te weten personeel en organisatie, financiën, huisvesting & beheer, onderwijs. Samen met de directie vormt de kennisgroep personeel en organisatie het Bestuurs‐ en Directie Overleg (BDO), onder voorzitterschap van de voorzitter van het algemeen bestuur. Het BDO heeft een informatieplicht naar het algemeen bestuur. In augustus 2010 zijn door de drie gezamenlijke besturen drie documenten vastgesteld: de samenwerkingsovereenkomst, het bestuursbeleidskader en het bestuurs‐ en directiestatuut. In het bestuursbeleidskader zijn de bestuurlijke lijnen uitgezet voor de periode van 2010 tot 2014. Dit bestuursbeleidskader is ook vastgesteld door de besturen van Doorn en Zeist.
Daarnaast is de samenwerkingsovereenkomst in augustus 2010 door de drie gezamenlijke besturen ondertekend, evenals het bestuurs‐ en directiestatuut. De doelen van het bestuursbeleidskader hebben een plaats gekregen in het schoolplan 2011 – 2015. Het gezamenlijke bestuur heeft de mogelijkheid om projectgroepen in te stellen met een specifieke taakstelling. De directie kan (bestuursleden uit) de kennisgroepen raadplegen als kennisbronnen op specifieke gebieden. De directie fungeert als voorzitter en is samenroeper van de kennisgroepen. Bestuurlijke samenwerking De samenwerking tussen de scholen in Doorn, Veenendaal en Zeist is in 2013 voortgezet. Aanvankelijk was het plan om medio 2013 te fuseren. Door verschil van inzicht heeft het centraal bestuur in juni 2013 besloten om geen voorstel te doen voor een fusie van de drie verenigingen. Daarnaast is het een feit dat organisatorisch en operationeel er sprake is van een volledig geïntegreerde organisatie. Dat bevalt uitstekend en heeft geleid tot efficiency verbetering en de mogelijkheid daadkrachtig leiding te geven. In het najaar van 2013 heeft het CB besloten om te onderzoeken hoe de organisatorische samenwerking geborgd kan worden in een vorm van samenwerking tussen de 3 verenigingen. Hiertoe is een werkgroep in het leven geroepen die medio 2014 met een advies moet komen aan het centraal bestuur.
Commissie media De commissie media, samengesteld uit bestuursleden van de drie scholen en enkele MT leden, heeft in juni 2013 een brochure opgesteld, waarin de Bijbelse kaders met betrekking tot het mediabeleid op een praktische wijze uiteengezet zijn. Besloten is gezien de voortdurende ontwikkeling van de moderne media deze commissie een blijvend karakter te geven. De mediacommissie zal minimaal twee maal per jaar vergaderen om nieuwe ontwikkelingen op dit gebied te bespreken. Interne beheersing en toezicht De wet “Goed onderwijs, goed bestuur” is ingegaan per 1 augustus 2010 en verplicht schoolbesturen om voor 1 augustus 2011 een scheiding te hebben aangebracht in bestuur en toezicht. De wijze waarop is niet voorgeschreven, scholen hebben daarin een zekere mate van vrijheid. Binnen het samenwerkingsverband is daar al het een en ander uitgewerkt. Vooralsnog zal er geen organieke scheiding plaatsvinden, maar zullen de functies worden gescheiden binnen de besturen. Het huidige bestuur‐ en directieoverleg zal in de plannen de rol van uitvoerend bestuur krijgen, de bestuursleden die daarin geen zitting hebben krijgen een meer toezichthoudende rol. Nadere uitwerking vindt nog plaats. De code Goed Bestuur van de VGS is hierbij leidend. Indien er zal worden afgeweken van deze code zal daarover verantwoording worden afgelegd. In het kader van “Good governance” wordt de scheiding tussen uitvoering, besturen en toezicht geborgd door te werken vanuit de trits: Opstellen – Vaststellen – Goedkeuren. Het opstellen is veelal taak van de directie of in sommige gevallen van een van de bestuursleden. Het vaststellen van beleid en beleidsstukken is in principe de taak van het BDO als bestuurlijk orgaan. Het goedkeuren van beleid en beleidsstukken is in principe de
taak van het CB (Centraal Bestuur) als toezichthoudend orgaan. Onder de toezichthoudende taken worden in ieder geval de volgende taken verstaan: 1. Goedkeuring van begroting, jaarverslag en, indien van toepassing, het strategisch meerjarenplan; 2. Het toezien op de naleving door het bestuur van wettelijke verplichtingen en de code goed bestuur; 3. Het toezien op de rechtmatige verwerving en doelmatige en rechtmatige bestemming en aanwending van middelen; 4. Het aanwijzen van de accountant (die aan de toezichthouder rapport uitbrengt) 5. Het jaarlijks afleggen van verantwoording over de uitvoering van deze taken en bevoegdheden in een jaarverslag. De toezichthouders hebben in het achterliggende jaar tweemaal vergaderd in april en november. In deze vergadering is een positief besluit genomen over het jaarverslag 2012 en de begroting 2014. De toezichthouders hebben met het bestuur twee keer gesproken met de Medezeggenschapsraad. Zowel in het bestuursbeleidskader van de Johannes Calvijnschool, als in het bestuurs‐ en directiestatuut en in de rapportages, komen de volgende onderdelen aan de orde: identiteit personeel en organisatie huisvesting en beheer financiën onderwijs en kwaliteit communicatie. De directie legt verantwoording af aan de besturen door middel van een door de besturen vastgesteld rapportagesysteem. Organisatiestructuur Vanaf augustus 2013 is er sprake van een 2‐hoofdige directie voor de scholen in Veenendaal, Doorn en Zeist. De directeur onderwijs is verantwoordelijk voor de portefeuilles onderwijs en identiteit. De directeur onderwijsondersteuning is verantwoordelijk voor de portefeuilles financiën en huisvesting. De portefeuille personeel en organisatie is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. De directie wordt in Veenendaal ondersteund door een tweetal locatieleiders, voor de onderbouw aan de Geerseweg en de bovenbouw aan de Duivenwal en door een locatieleider in Doorn en een locatieleider in Zeist. De directie en de locatieleiders vormen samen het Managementteam. Het MT vergadert één keer per drie weken.
Organogram Johannes Calvijnschool
Algemeen Bestuur
Directie Management Conciërge assistente Locatieleider Locatieleider Locatieleider Locatieleider Veenendaal Veenendaal Zeist Doorn Geerseweg Duivenwal Leerkrachten 1‐ 8 Leerkrachten 1‐ 8 Leerkrachten 1‐ 4 Leerkrachten 5 ‐ 8 Sociaal jaarverslag De school is aangesloten bij het BWGS, de regels van deze instantie met betrekking tot het voorkomen van uitkeringen na ontslag worden gevolgd. Binnen het BDO wordt regelmatig aandacht besteed aan het welbevinden van de personeelsleden. Arbeidsomstandigheden beïnvloeden immers sterk het welzijn van de werknemers. Op vastgestelde tijden worden er functioneringsgesprekken en beoordelings‐ gesprekken gevoerd door de teamleider met de betreffende leerkrachten. Ook de werkomstandigheden komen ter sprake. Alle leerkrachten zijn betrokken bij de nieuwe ontwikkelingen in het onderwijs, zoals de invoering van opbrengstgericht werken en handelingsgericht werken. Op de studiedagen zijn zij aanwezig. In de persoonlijke ontwikkelingsplannen nemen zij ook deze schooldoelen op. Twee leerkrachten (preventiemedewerkers) coördineren het arbo‐beleid. Zij dragen zorg voor een goede inventarisatie en hebben overleg met de directeur. Diverse leerkrachten volgen de EHBO/BHV –cursus via het bedrijf van Wincoop Beveiligingen. Enkele keren zijn er in beide gebouwen ontruimingsoefeningen gehouden. In het kader van het arbo‐beleid wordt het ziekteverzuim apart geregistreerd. Het beleid is er op gericht om dit zo laag mogelijk te houden, door bijvoorbeeld een goede jaarplanning en onderlinge taakverdeling te maken. Het ziekteverzuim was in het jaar 2013 3,62 %. In 2012 was dit 4,23%. Hieronder is een overzicht opgenomen van de leeftijdsverdeling van het personeel. Leeftijdscategorie 15 tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 64 jaar 65+ jaar Totaal
Vrouw 6 19 6 6 4 0 41
Man 0 5 1 4 1 0 11
Totaal 6 24 7 10 5 0 52
In 2013 waren 12 leerkrachten fulltime bij de school betrokken en 31 parttime leerkrachten, 6 MT‐leden, een conciërge en twee managementassistentes, Mevrouw Muilwijk ‐ de Pater en mevrouw Breas – Hol. Mevrouw Breas ondersteunt de school in het zoeken van vervanging voor leerkrachten die afwezig zijn, ook verricht zij de personeelsadministratie van de school voor het VGS. Totaal zijn dus 52 personen bij de school betrokken. In 2013 zijn 2 leraren in opleiding (lio‐ers) benoemd. Deze gaven les vanaf januari tot de zomervakantie in de groepen 1 en 6. Daarnaast waren er verschillende stagiaires van Driestar Educatief, het Hoornbeeckcollege en het Van Lodensteincollege. Geboorten Er was gezinsuitbreiding bij: fam. Dirksen ‐ Stigter, fam. Rijneveld ‐ Hendriksen, fam. Snellen ‐ Nijsink, fam. Van den Berg ‐ Van de Ree Doolaard, fam. Bouman ‐ Schot, fam. Hoogland ‐ Adams, fam. Valkenburg ‐ Schalk, fam. Verwoert ‐ Terlouw, fam. Kleppe ‐ Paanstra, fam. Morren ‐ Bos, fam. Geldof – van Ginkel, fam. Muilwijk – de Pater en fam. Van der Linden – Drost. Benoemingen en afscheid: We hebben afscheid genomen van meester A. Kok, die na 42 jaar onderwijsjaren afscheid nam in juli 2013. In december hebben we afscheid genomen van onze onderwijsassistente mevrouw R. Everts en onze invalkracht juf T. van Ingen. In 2013 zijn de volgende personen benoemd door het bestuur: juf S. Ebbers ‐ Van Soolingen, juf. B. Keuken, meester R. Bijker, juf F. van Garderen (tijdelijk) en als onderwijsassistente juf A. van Driesten en juf M. van de Pol ‐ van de Vlist.
Per 31 december 2013 waren niet alle vacatures vervuld. In overleg met de directeur bezochten verschillende leden van het bestuur volgens een vastgesteld rooster de school. Meestal vonden deze bezoeken in de ochtend plaats. Er werden twee bijbellessen gevolgd in een onderbouwgroep en bovenbouwgroep. Meestal werden aansluitend nog wat korte bezoeken aan andere groepen afgelegd. Huwelijken. Op 14 juni is juf A. Lambooij op 14 juni getrouwd met de heer Van Reenen. Op 10 oktober is juf J. Hoogendoorn in het huwelijk getreden met de heer S. van de Ree Doolaard en op 17 oktober is juf M. van de Vlist in het huwelijk getreden met de heer L. van de Pol. 4.
Huisvesting en Beheer
Huisvesting In 2013 is het meerjarenbeleid groot onderhoud in de begroting verwerkt. De directie heeft enkele gesprekken gehad met de gemeente, buurtbewoners van de wijk ‘Holle Kamp’ en de directie van de CSV over de verkeersveiligheid op het PWA–park, Geerseweg en Sportlaan. Aantal leerlingen Op 1 oktober 2013 telde de school 570 leerlingen. Dat zijn 16 leerlingen minder dan in 2012. De begroting voor 2014 is ook gebaseerd op 570 leerlingen. De leerlingen van onze school komen nagenoeg allemaal uit Veenendaal. Deze leerlingen behoren hoofdzakelijk tot de
(Oud) Gereformeerde Gemeente (in Nederland), de Hersteld Hervormde Kerk, de Christelijke Gereformeerde Kerk en de Protestantse Kerk in Nederland. Eind 2013 was het aantal groepen 21, waarvan 11 aan de Geerseweg en 10 groepen aan de Duivenwal. Door het afnemende leerlingenaantal zijn met ingang van het cursusjaar 2012 – 2013 drie combinatiegroepen samengesteld. De verwachting voor de toekomst op grond van de geboortecijfers van de participerende kerken is opnieuw een daling van het aantal leerlingen. Dit heeft gevolgen voor de bekostiging voor de school. De prognoses van de gemeente Veenendaal wijzen nog op een lichte groei vanaf 2015. 5.
Financiën
Financiële acties In 2013 zijn er diverse acties op school geweest. Deze acties hebben netto het volgende bedrag opgeleverd:
Zendingsgeld Stichting Ontmoeting
€ 9.136,49 € 12.907,87
Analyse van het nettoresultaat
Realisatie 2013 (A) Begroting 2013 (B) [ A ‐/‐ B ] x € 1.000 x € 1.000 Baten (B1) Rijksbijdragen 2.400 2.253 147 (B2) Overige overheidsbijdragen 6 7 ‐0 (B3) Overige baten 234 188 46 Totaal baten 2.640 2.447 193 Lasten (L1) Personele lasten 1.932 1.950 ‐18 (L2) Afschrijvingen 67 68 ‐1 (L3) Huisvestingslasten 178 169 10 (L4) Overige instellingslasten 227 214 12 Totaal lasten 2.404 2.401 3 Saldo baten en lasten 236 46 190 (R1) Saldo fin. baten en lasten 10 8 2 Nettoresultaat 246 54 192 Onderliggend resultaat
125
54 71
De realisatie over 2013 bedroeg 246.000 euro positief bij een begroot resultaat van 54.000 euro positief. Het resultaat is als volgt opgebouwd: Calvijnschool 243 Vereniging 3 Totaal 246 In bovenstaande analyse is een onderliggend resultaat opgenomen vanwege de ontvangst van extra gelden per einde 2013 vanuit het onderwijs‐ en herfstakkoord. Deze gelden zijn bestemd voor en hebben betrekking op 2014. Vanwege politieke redenen laat OCW deze gelden echter in de lasten van 2013 vallen, waardoor de scholen de baten in dit jaar moeten nemen. Aangezien dit voor een enorme vertekening van zowel de cijfers van 2013 als de cijfers van 2014 zorgt, wordt gewerkt met een onderliggend resultaat waarin deze gelden buiten beschouwing worden gelaten. Exclusief deze baat (totaal ruim 120.000 euro) resteert een positief resultaat van 125.000 euro, wat nog altijd 71.000 euro boven begroting ligt. Onderstaand een toelichting op de afwijkingen: (B1) De rijksbijdragen vallen, exclusief extra gelden, zo’n 26.000 euro hoger uit dan begroot. Dit was voor ongeveer 16.000 euro het gevolg van hogere LGF‐baten. Daarnaast werden gelden ontvangen voor professionalisering schoolleiding en werd een kleine indexatie over de reguliere rijksbijdragen ontvangen; (B3) De overige baten lagen fors (circa 46.000 euro) boven begroting. Dit was om te beginnen het gevolg van onbegrote verenigingsbaten à 13.000 euro (wat met name bestond uit de ledencontributies). Daarnaast lagen de detacheringsinkomsten (vanuit de Rehobothschool en de Gisbertus Voetiusschool) zo’n 23.000 euro boven begroting en werden onder andere onbegrote baten voor Veldopleiderschap ontvangen. (L1) De personele lasten laten een afwijking zien van nog geen procent. De realisatie van de overige personele lasten (kosten personeelsbeleid) lag exact op begroting, de meevaller werd dan ook binnen de loonkosten gerealiseerd; (L3) De huisvestingslasten overschreden met circa 10.000 euro (circa 5%). De overschrijding werd veroorzaakt door hogere lasten voor energie en water en hogere onderhoudslasten; (L4) De afwijking op de overige instellingslasten werd bijna volledig veroorzaakt door onbegrote verenigingslasten (11.000 euro). Dit bestond onder andere uit lasten voor bestuurlijke ondersteuning en representatiekosten. Financiële positie ACTIVA
Ultimo 2013 x € 1.000
Ultimo 2012 x € 1.000
Ultimo 2011 x € 1.000
Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
‐ 415 ‐
‐ 401 ‐
‐ 409 ‐
Totaal vaste activa
415
401
409
Voorraden Vorderingen Liquide middelen
‐ 142 1.089
‐ 166 841
‐ 184 557
Totaal vlottende activa
1.230
1.007
741
Totaal activa
1.645
1.408
1.150
Ultimo 2013 x € 1.000
Ultimo 2012 x € 1.000
Ultimo 2011 x € 1.000
PASSIVA
Algemene reserve Bestemmingsreserves publiek Bestemmingsreserves privaat Bestemmingsfonds publiek Bestemmingsfonds privaat
979 ‐ 54 ‐ ‐
736 ‐ 50 ‐ ‐
607 15 45 ‐ ‐
Eigen vermogen
1.033
787
667
Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
391 ‐ 221
381 ‐ 240
279 ‐ 204
Totaal passiva 1.645 1.408 1.150 Bovenstaande balans geeft eigenlijk een zeer stabiel beeld weer. Enige grote mutaties zijn logischerwijs de stijging van het eigen vermogen door het forse positieve resultaat (wat, zoals eerder aangegeven, wordt vertekend door de extra gelden) en de stijging van de liquide middelen als gevolg hiervan. De waarde van de materiële vaste activa steeg een fractie (zo’n 3,5%) door een licht boven gemiddelde investeringsgraad. Onder het kopje ‘investerings‐ en financieringsbeleid’ wordt een toelichting gegeven op de gedane investeringen. De hoogte van de voorzieningen steeg tevens een fractie door een dotatie aan de voorziening groot onderhoud van 42.000 euro, waar een onttrekking van ‘slechts’ 35.000 euro tegenover stond. De onttrekking werd gedaan voor onderhoud aan / vervanging van de cv‐ketels en een klein bedrag voor buitenschilderwerk. Daarnaast werd nog 3.500 euro gedoteerd aan de personele voorziening. Financiële kengetallen Met behulp van kengetallen kan een verdere beoordeling worden gegeven van de financiële positie. Naast de waarden zoals deze gelden voor 2011, 2012 en 2013, wordt tevens de algemene adviesnorm weergegeven. Kengetal Norm 2013 2012 2011 5,57 4,19 3,63 Liquiditeit 2,00 Solvabiliteit 0,50 0,63 0,56 0,58 Rentabiliteit n.v.t. 9,32% 4,63% ‐0,03% Weerstandsvermogen (bestuursniveau) n.v.t. 25,75% 16,46% 11,20%
Weerstandsvermogen (schoolniveau) 15,00% 23,52% 14,31% 9,24% Kapitalisatiefactor incl. privaat vermogen max. 60% 60,82% 53,04% 45,02% Kapitalisatiefactor excl. privaat vermogen max. 60% 59,11% 51,41% 43,45% De kengetallen geven een gezonde financiële positie weer. Alle kengetallen liggen immers ruim boven de gestelde normen. Zowel voor het weerstandsvermogen als de kapitalisatiefactor zijn twee kengetallen opgenomen, namelijk op bestuurs‐ en schoolniveau. Het verschil bestaat hieruit dat de private reserve op schoolniveau buiten beschouwing wordt gelaten. Ook hier weer de kanttekening dat de stijging gedeeltelijk het gevolg is van de extra gelden die per einde van het jaar ontvangen zijn. Exclusief extra gelden zou het weerstandsvermogen op schoolniveau circa 19,5% bedragen, wat nog altijd ruim boven de norm is. De kapitalisatiefactor nadert (op schoolniveau), door het positieve resultaat, de maximumnorm van 60%. Dit kengetal wordt door de inspectie gehanteerd om te monitoren of scholen niet teveel kapitaal aanhouden voor hun grootte. Anders gezegd: of ze niet te vermogend zijn. Kanttekening hierbij is dat de inspectie in het verleden een signaleringsgrens hanteerde van anderhalf maal de norm, oftewel 90%. Hier zit de school ver onder. Investerings‐ en financieringsbeleid Het verslagjaar 2013 kenmerkte zich door een licht boven gemiddelde investeringsgraad. Er werd voor een totaal van 80.800 euro geïnvesteerd in materiële vaste activa bij een afschrijvingslast van 67.100 euro. De investeringssom bestond voor circa 43.700 euro uit investeringen in overige materiële vaste activa (herinrichten plein en vernieuwen pomp), circa 20.500 euro in ICT, circa 12.900 euro in leermiddelen en circa 3.700 euro in inventaris en apparatuur (onder andere voor een digibord). Het financieringsbeleid is erop gericht dat er geen gebruik hoeft te worden gemaakt van externe kredietverstrekkers. Alle investeringen zijn binnen dit beleid uitgevoerd. Treasury verslag In 2013 hebben er geen beleggingen plaatsgevonden in risicodragend kapitaal. De beschikbare vrije middelen werden overgemaakt naar een spaarrekening en waar mogelijk voor een jaar vastgezet in hoger renderende deposito’s. Er hebben zich in het verslagjaar geen liquiditeitsproblemen voorgedaan. Bij het selecteren van een bank voor het onderbrengen van de spaartegoeden wordt door het bestuur gelet op de credit rating van de betreffende bank, conform de Regeling beleggen en belenen van het Ministerie en met het oog op het zoveel als mogelijk waarborgen van een goed beheer van deze tegoeden. Om dit te waarborgen is door het bestuur een treasurystatuut opgesteld, waarin afspraken zijn vastgelegd inzake de wijze waarop wordt omgegaan met de regeling beleggen en belenen. Daarnaast is in dit statuut opgenomen wie welke verantwoordelijkheden op dit terrein heeft.
6.
Onderwijs en kwaliteit
Samenwerkingsverband Berséba Onze school is aangesloten bij het samenwerkingsverband Berséba. Dit is het landelijke reformatorische samenwerkingsverband voor primair en speciaal onderwijs. Basisondersteuning Alle leerlingen op onze school hebben onze zorg nodig. Dit is in eerste instantie de taak van de leerkracht. De leerkracht volgt de kinderen door te observeren en door te toetsen. Meerdere keren per jaar worden er objectieve landelijk genormeerde toetsen afgenomen; de Cito‐toetsen. De toetsuitslagen van Cito en van de methodetoetsen worden opgeslagen in ons leerlingvolgsysteem (LVS). Deze uitslagen worden schriftelijk aan de ouders meegedeeld. Daarnaast worden observatielijsten ingevuld op sociaal‐emotioneel terrein. Aan de hand van observatie en toetsing bepaalt de leerkracht hoe hij of zij handelt. De leerkracht biedt het onderwijs op een aantal niveaus aan om zo tegemoet te komen aan de verschillende behoeften van kinderen. Ieder kind is immers geschapen met zijn of haar eigen talenten. Kinderen die de basisstof (de vierkantgroep) niet aankunnen, krijgen het aanbod van de cirkelgroep. Vaak houdt dit in dat kinderen extra instructie krijgen. Kinderen die de basisstof vlug beheersen, komen in de driehoekgroep. Zij maken minder van de basisstof en krijgen daarna pluswerk of meerbegaafdheidswerk. De leerkrachten werken volgens de principes van Handelings‐ en Opbrengstgericht Werken (HOGW). Deze werkwijze is erop gericht om niet te focussen op problemen, maar pro‐actief te kijken wat kinderen nodig hebben. De leerkrachten stellen doelen voor de groep en werken hier naartoe. Extra ondersteuning
Extra begeleiding van kinderen met leer‐ en/of gedragsproblemen kan zowel binnen als buiten de klas plaats vinden. De leerkracht wordt hierin bijgestaan door de intern begeleider (IB‐er) en/of de remedial teacher (RT‐er). De IB‐er heeft daarin een coördinerende taak en de RT‐er vooral een uitvoerende taak. Bij sommige kinderen is het nodig om de schoolbegeleidingsdienst ‘Driestar Educatief’ in te schakelen. De orthopedagoog observeert, voert gesprekken en in enkele gevallen voert hij onderzoek uit. Voor een aantal kinderen maken we gebruik van ambulante begeleiding uit het speciaal basisonderwijs of van een andere instelling met specifieke kennis. Acht kinderen ontvingen extra begeleiding die bekostigd werd vanuit een rugzakje. Er is in 2013 één leerling verwezen naar het speciaal basisonderwijs. Uitslag Cito‐toets De gemiddelde gecorrigeerde standaardscore van de Cito‐eindtoets was in 2013 536,3. De school zit met deze score boven het landelijk gemiddelde. Voor de school is echter ook het welbevinden van de leerlingen belangrijk. Dit is vaak een randvoorwaarde om tot goede schoolprestaties te komen. Het schoolbeleid voor de toekomst is om met de uitslag van de Cito‐eindtoets boven het landelijk gemiddelde te blijven en de opbrengsten van de tussentijdse Cito (methode)toetsen te analyseren. Met de leerkrachten kunnen eventuele interventies worden besproken. Van de 85 leerlingen uit groep 8 gingen in 2013 36,5% naar het VMBO en 63,5% naar HAVO/VWO.
Onderw wijskundige veranderin ngen en kw waliteitszorgg Ook in h het jaar 201 13 werd er ggewerkt aann de hand vvan een jaarrplan. In dit t jaarplan zijjn de speerpu unten genoeemd die leid dend zijn vooor de ontw wikkeling van de schoo l en organissatie. Dit jaarplan n is besprokken met hett team. De sspeerpunten in 2013 uit het jaarpllan betroffe en de volgend de zaken: Opbrengstg O gericht werkken: Het oppbrengstgericht werken n heeft ook een belanggrijke plaats gekreegen in 201 13. De toetssresultaten zijn over de e breedte vaan de schoo ol vverbeterd. V Voor alle grroepen zijn de streefdo oelen gehaa ald, zoals wee dit vastge elegd hebben in h het Handbo oek leerlingeenzorg. O Op verschillende niveaaus zijn de oopbrengsten n geanalyse eerd (leerkraachtgesprekken, bouwgroep pvergaderingen en MT‐‐overleg). H Het verhogeen van leesrresultaten: De method de Leesfonte ein is ingevooerd in de ggroepen 66 t/m 8, waaarbij ook kllassenbezoeeken zijn afgelegd. Er zzijn nagesprrekken gevo oerd d door een exxterne leese expert. De lleesexpert h heeft ook ke ennis overggedragen aaan de leerkrachteen om het le eesonderwijjs te verbetteren. Er zijn n o.a. klasseenbezoeken n aafgelegd in de groepen n 6 t/m 8. D Dit heeft de leerkrachtvvaardighedeen met betrrekking ttot de leesd didactiek ve erbeterd. In groep 1 en n 2 wordt de e ingezette lijn geborgd d om de kwaliteit vaan het taalonderwijs tee handhaven n. H Het verhogeen van de reekenresultaaten: De nie euwe methode is ingevvoerd in de ggroepen 5 tt/m 8. De re ekenresultaaten zijn binnen de stre eefwaardenn. Door de in nvoering vvan de nieu uwe rekenm methode in aalle groepen is de leerllijn rekenenn geborgd. In groep 1 en 2 is het voorbereiidend rekennen geborgd d. In de gro oepen 3 en 44 zijn klassenbezo oeken afgellegd en naggesprekken gevoerd do oor een exteerne rekene expert. Hier is ook een verbind ding gelegd met Hande elingsgerich ht werken e n groepsplaannen. d deze kenniss heeft de rekendidact ische leerkrrachtvaardig gheden verrgroot. De klassenbezo oeken en naagesprekke n worden o ook verder o opgezet in dde groepen 5 t/m 88. De reken ncoördinato or ondersteuunt de leerkkrachten in dit proces. H Handelings‐ en opbren ngstgericht w werken: In verschillende (team)bbijeenkomstten is ggesproken o over Hande elings‐ en oppbrengstgericht werken. Er is een groepsplan n o ontwikkeld binnen de bestaande structuur. D De gesprekkkencyclus iss op onderd delen
aangepast om een goede cyclus te waarborgen. Er is teambreed meer kennis gekomen met betrekking tot het handelingsgericht werken. Op het niveau van het Managementteam is een visie ontwikkeld voor de toekomst rond Handelings en opbrengstgericht werken en Passend onderwijs. Engels: De methode My name is Tom is ingevoerd in de groepen 1 t/m 4 en heeft een vaste plaats gekregen binnen het onderwijsaanbod. Er is gekozen om de methode My name is Tom ook in te voeren in groep 5 t/m 8. Tevens is nagedacht over het verbeteren van de leerkrachtvaardigheden rond Engels. Oudercommunicatie: Er is een document opgesteld met een aantal bouwstenen om goede oudercommunicatie te verbeteren. Er is een ouderpanel ingesteld, die regelmatig om feedback wordt gevraagd. Pedagogisch leerlingvolgsysteem: Er is gekozen om naast het leerlingvolgsysteem ‘Zien’ ook kindgesprekken te gaan voeren met de leerlingen. in deze gesprekken kan door de leerkracht doorgevraagd worden op didactisch en pedagogisch gebied.
Opbrengsten De opbrengsten (resultaten) van het onderwijs op onze school zijn iets boven het niveau van het landelijk gemiddelde. Zowel met technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen zijn de opbrengsten goed. De opbrengsten zijn op of boven het landelijk niveau. In de gesprekken met de leerkrachten worden ook de resultaten van de groep betrokken. Het gaat dan niet alleen om lezen, rekenen en spelling, maar ook om het welbevinden van de leerling. Nu het pedagogisch leerlingvolgsysteem ‘Zien’ is ingevoerd, kan per leerling ook gezien worden hoe de betrokkenheid en het welbevinden van de leerling is. Inspectie Opnieuw werd door de inspectie een basisarrangement gegeven. Dat betekent dat de inspectie tevreden is over de kwaliteit van het onderwijs op de school. Nascholing Vanuit het WSNS‐samenwerkingsverband werden er, in het kader van de leerlingenzorg, regelmatig lezingen georganiseerd. Deze lezingen werden bezocht door een deel van het team. Er zijn diverse gesprekken geweest met twee schoolbegeleiders van Driestar Educatief in het kader van schoolontwikkeling. Zij hebben onder andere de begeleiding van handelings‐ en opbrengstgericht werken en rekenen voor hun rekening genomen. Er zijn door MT‐leden en interne begeleiders diverse bijeenkomsten van het samenwerkingsverband WSNS Ede gevolgd. Er is een marktdag georganiseerd voor het personeel van de drie scholen uit Doorn, Veenendaal en Zeist. De hoofdspreker was de heer L.N. Rottier, die een lezing heeft gehouden over de leerkracht als gids. Er zijn individueel cursussen en opleidingen gevolgd. Deze hadden betrekking op: Bedrijfshulpverlening EHBO Schoolmanagement Bartimeüs (rugzakleerlingen) Hoogbegaafdheid
Persoonlijke ontwikkeling (coachingsgesprekken) Dyslexie
Schoolreizen De volgende plaatsen zijn bezocht : Groep 2 : Speeltuin De Pol Groep 3‐4 : Dierentuin in Amersfoort Groep 5‐6 : Safaripark Beekse Bergen en Speelland Groep 7‐8 : Safaripark Beekse Bergen en Speelland ICT In 2013 hebben we een vervolg gemaakt met de invoering van digiborden in de school. Dit jaar zijn er verschillende touchscreens aangeschaft. Het gaat zowel om vaste als verrijdbare opstellingen. Verder worden nieuwe ontwikkelingen door de ICT‐coördinatoren en de ICT‐ projectgroep goed in de gaten gehouden. Er vindt een voortdurende bezinning plaats op de rol van ICT in onze school. In 2013 is de Duivenwal voorzien van een WIFI netwerk, die geschikt is om met 30 personen gelijktijdig draadloos te werken. Dit is gedaan om vanaf 2014 met laptops in de klas te kunnen werken. In eerste instantie zal dit in de bovenbouw ingezet worden. Ook is de school inmiddels aangesloten op het glasvezel netwerk. Dit is zowel voor internet, als voor telefonie. Excursies en cultuureducatie Alle groepen mogen excursies organiseren, die passend zijn bij het thema of project, waar de kinderen aan werken. Vooraf wordt aan de directie toestemming gevraagd en de ouders worden op tijd ingelicht. In het kader van cultuureducatie zijn enkele excursies uitgevoerd. 7. Communicatie De directie zorgt voor interne en externe contacten. Via de maandelijkse informatiebrieven proberen we de ouder(s)/verzorger(s) op de hoogte te houden van de dagelijkse gang van zaken. In 2013 verscheen de maandelijkse nieuwsbrief. Deze werd uitgebreid met een aantal bladzijden informatie over de school, leerlingenwerk en een fotopagina. Daardoor kunnen eerder de belangrijke zaken aan de ouders worden gecommuniceerd. Eenmaal per jaar verschijnt de schoolgids. De opmerkingen en inbreng van ouders wordt meegenomen in het MT‐overleg en wordt verwerkt in het schoolbeleid. De directeur heeft o.a. contacten onderhouden met de SGP. Er zijn goede contacten en waar mogelijk is samengewerkt met betrekking tot belangrijke politieke onderwerpen die voor onze identiteit belangrijk zijn. Een belangrijke onderwerp is Passend onderwijs. Verder heeft de directeur contact met de predikanten van de participerende kerken, ambtenaren onderwijs en huisvesting gemeente Veenendaal, administratiekantoor VGS, directeuren Basisonderwijs en Voortgezet onderwijs in Veenendaal. De directeur onderhoudt namens het Lokaal Bestuur de contacten met de MR. De directie heeft de vergadering van de reformatorische samenwerkende scholen rond Veenendaal bijgewoond. De samenwerking tussen deze scholen draagt als naam Vebakowosz. In gezamenlijkheid op basis van zelfstandigheid werken de scholen samen op gebied van onderwijskundige ontwikkelingen en het volgen van nascholing. Enkele thema’s waren: gezamenlijk inkopen van nascholing, organiseren van werkplaatsen voor beginnende
leerkrachten en het management, een studiedag over het financieel beleid en personeelsbeleid, gesprekken met de directie van het VGS. Tevens bezoekt de directie de vergaderingen van het WSNS‐ samenwerkingsverband Ede. Een belangrijk thema is de invoering van ‘Passend onderwijs’. In de toekomst zullen deze verschillende contacten en vergadermomenten belangrijk worden in de beleidskeuzes die de school zal maken. Bijeenkomsten/evenementen in het afgelopen jaar Hieronder treft u in het kort een aantal schoolzaken aan. De schooljaaropening en ‐sluiting in de kerk Een keer een creatieve middag Zes oudermorgens in de groepen 1, 2 en 3 De jaarlijkse vieringen rondom de heilsfeiten Excursies (museum/bos/kinderboerderij) Schoolreizen Een voorlichtingsavond voor de ouder(s)/verzorger(s) van de groep‐8 leerlingen. Voorlichtingsavonden betreffende niveauaanpassing (P2‐programma) Inschrijfavonden Een aantal kennismakingsavonden voor nieuwe ouders IRT‐gesprekken door IRT‐leerkrachten Contactavonden (drie keer per jaar) Ledenvergadering Afscheidsavond van groep 8 Inloopavond in september Projectweek en projectavond rond ‘Bekende personen’ 8. Tenslotte Het jaar 2013 overziende, stelt het bestuur vast dat de gang van zaken binnen onze school voorspoedig mocht gaan. Er was blijdschap en reden tot dankbaarheid als we denken aan geboortes, huwelijken, verjaardagen, jubilea etc.. Er waren echter ook zorgen, kleine, maar soms ook grote zorgen. In verschillende gezinnen was rouw en verdriet. Verschillende kinderen en ouders waren ziek of moesten opgenomen worden in het ziekenhuis. Ook was er onzekerheid omtrent werkgelegenheid. Toch past oprechte dankbaarheid aan de Heere die alles geleid en bestuurd heeft. Ondanks onze tekortkomingen geeft Hij ons op onze school alles wat we nodig hebben om het werk te doen. Bovendien mocht iedere dag Zijn Woord open gaan en verteld worden aan de kinderen, en mochten de psalmen gezongen worden. Het is de wens van het bestuur dat Gods Woord vruchten van bekering mag voortbrengen in het leven van onze kinderen, zodat ook dit vele werk mag zijn tot Gods eer. De Heere geve aan ouders, personeel, kinderen, directie, MR en bestuur die genade in ons hart om te leven en te werken in afhankelijkheid van Hem overeenkomstig Zijn bevel en belofte.