Jaarverslag 2013 2011 Stichting Landelijk Fietsplatform
2
© Stichting Landelijk Fietsplatform, Amersfoort, juni 2014
Postbus 846, 3800 AV Amersfoort tel.: 033-4653656 e-mail:
[email protected] internet: www.fietsplatform.nl
De Stichting Landelijk Fietsplatform is het onafhankelijke coördinatiepunt voor het recreatieve fietsen in Nederland. Het fungeert als landelijk kenniscentrum en is beheerder en promotor van de landelijke fietsroutestructuur. Overheid en organisaties zijn in het stichtingsbestuur vertegenwoordigd:
Strategische samenwerkingspartners (o.a.):
Landelijk Fietsplatform
Europese samenwerking:
3
Inhoud Voorwoord
Blz. 4
Bestuursverslag 2013
Blz. 5
Doelstelling en kerntaken Fietsplatform De middelen; begroting 2013 Toelichting activiteiten 2013; Landelijke Fietsroutestructuur Toelichting activiteiten 2013; Fietsplatform als kenniscoördinatiepunt Organisatie Continuïteit, begroting 2014
Jaarrekening 2013
Balans 2013 Staat van baten en lasten 2013 Toelichting
Overige gegevens
Controleverklaring accountant
Bijlagen
Mutatieoverzicht projecten
6 7 10 26 34 36 Blz. 41 42 43 44 Blz. 52 53 Blz. 55 56
Jaarverslag 2013
4
Voorwoord In dit Jaarverslag blikken we terug op 2013. De resultaten, zowel financieel als de gerealiseerde producten en activiteiten, worden hierin op een rijtje gezet. 2013 vormde een bijzonder jaar, het laatste jaar van de meerjarige samenwerkingsafspraken met de rijksoverheid en de provincies. De “ILG-periode” 2007 t/m 2013 werd afgesloten – de periode van het Investeringsbudget Landelijk Gebied. In deze periode boden heldere afspraken wat betreft activiteiten en (norm)bijdragen duidelijkheid en rust. De landelijke fietsroutestructuur en meer algemeen fietsrouterecreatie in Nederland kon hiermee sterk aan kwaliteit en betekenis winnen. Het tastbare resultaat is een samenhangende, hoogwaardige landelijke routestructuur, bestaand uit LF-routes voor lange-afstand tochten en aansluitende knooppuntroutes voor dagtochten, samen ruim 30.000 kilometer. Veel tijd is in 2013 gestoken in het borgen van de landelijke routestructuur en de landelijke coördinatietaken. Geïnventariseerd is wat er de komende jaren moet gebeuren om het goud dat we in handen hebben te verzilveren. Veel kan daarbij regionaal opgepakt worden. Veel kan ook overgelaten worden aan de markt, met private financiering. Nagegaan is welke publieke landelijke coördinatietaken er liggen, taken die voorwaardelijk zijn voor de continuïteit van de unieke routestructuur of die zorgen voor een hoger rendement. Samen met de provincies en met het IPO, en samen ook met zusterorganisatie Wandelnet, is hieraan gesleuteld. Dit heeft geresulteerd in een werkprogramma voor een transitieperiode 2014/2015. Veel tijd is in 2013 ook gestoken in landelijke lobbyactiviteiten, om routerecreatie de plaats te geven die het verdient en te verankeren in landelijk beleid. Aangehaakt werd bij de toekomstvisies die werden ontwikkeld voor natuur, voor gastvrijheidseconomie en voor gezondheid/buitensport. Routerecreatie heeft grote betekenis voor deze beleidsthema’s en slaat bruggen daartussen. Ingezet is ook op de landelijke politieke lobby, onder andere door inbreng te leveren voor de initiatiefnota van drie Tweede Kamerleden met voorstellen voor de uitbouw en betere benutting van het Nederlandse wandel- en fietsroutenetwerk. Naast al deze organisatorische werkzaamheden en lobbyactiviteiten is volop gewerkt aan de kerntaken: de landelijke coördinatie van netwerkbeheer, voorlichting/promotie en kennis/expertise. Ik noem een paar opvallende resultaten: - nieuwe kwaliteitsmonitor, - nieuwe kerncijfers, - enorm gestegen gebruik van de webportal nederlandfietsland.nl, - de Duits- en Engelstalige versies ervan, - landelijk advies voor themaroutes, - koppeling van de landelijke routedatabank en PDOK (publiek dienstverlening op de kaart), - promotieactiviteiten voor de internationale Rijnfietsroute, - integratie van onderhoudsovereenkomsten voor LF- en knooppuntbewegwijzering, - uitbouw van het label Fietsers Welkom! De veelheid aan organisaties die betrokken zijn bij het fietsen als vrijetijdsactiviteit, maar ook het belang van het onderwerp (8 miljoen recreatieve fietsers, 170 miljoen tochten per jaar, € 500 miljoen aan bestedingen onderweg) onderstrepen de noodzaak om op landelijk niveau kennis te blijven bundelen en te delen en om activiteiten af te stemmen. Vanaf deze plaats wil ik alle personen en organisaties waarmee het Fietsplatform in 2013 heeft samengewerkt – van vrijwilligers tot en met financiële partners – bedanken. We hopen ook de komende jaren te kunnen blijven rekenen op deze steun, zodat we samen ervoor kunnen zorgen dat miljoenen recreatieve fietsers kunnen blijven genieten van Nederland Fietsland. drs. Jan Dijkema, voorzitter
Landelijk Fietsplatform
5
Bestuursverslag 2013
Jaarverslag 2013
6
Doelstelling en kerntaken Fietsplatform Het Fietsplatform is opgericht als coördinatiepunt/samenwerkingsverband voor het recreatieve fietsen in ons land. Sleutelorganisaties die met dit onderwerp te maken hebben zijn in het stichtingsbestuur vertegenwoordigd: ANWB, Fietsersbond, Nederlandse Toer Fiets Unie (NTFU), RAI vereniging afd. fietsen (namens fietsbranche) en de provincies. Hiernaast onderhoudt het Fietsplatform contact met tal van andere partijen die direct of indirect met fietsrecreatie/-toerisme in ons land te maken hebben, van vertegenwoordigers van het toeristisch bedrijfsleven tot en met terreinbeheerders en van kennis- en onderzoeksinstellingen tot en met organisaties in de sfeer van de gezondheidsbevordering – het werkterrein is zeer ruim. Intensief contact is er met name met het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC), VVV Nederland, RECRON en Kon. Horeca Nederland.
Doel Fietsplatform Doelstelling van het Fietsplatform is om samen met deze en andere organisaties … “… de mogelijkheden voor het recreatieve fietsen in Nederland te bevorderen en het gebruik van deze fietsmogelijkheden te stimuleren” (herziene statuten; nov. 2007).
Kerntaken Fietsplatform Om dit doel te bereiken onderscheidt het Fietsplatform twee kerntaken: 1. Reconstructie, netwerkbeheer en promotie Landelijke Fietsroutestructuur: (Product)ontwikkeling, kwaliteitsverbetering en –bewaking, promotie en onderzoek Missie Fietsplatform: Ontwikkelen en beheren van een landelijk netwerk van aansluitende, hoogwaardige fietsroutes: de hoofdroutestructuur voor de recreatieve fietser (LF-routes). Optimale harmonisatie/synchronisatie met regionale netwerken (knooppuntroutes) en internationale routes. Stimuleren dat de fietsroutestructuur intensief wordt gebruikt (hoofddoelgroep LF-routes: meerdaagse fietstochten/ fietsvakanties). 2. Kenniscoördinatie: fungeren als landelijk kennis- en informatiepunt fietsrecreatie Bundelen en verspreiden van (praktijk)kennis en informatie, zowel binnen Nederland als internationaal. Zowel voor professionals als publiek. Stimuleren van samenwerking. Bijdragen aan belangenbehartiging. Missie Fietsplatform: Impulsen geven aan behoud en waar nodig verbetering van de mogelijkheden voor het recreatieve fietsen. Daarbij bijzondere aandacht voor de toegankelijkheid van het landelijk gebied, zowel vanuit de directe woonomgeving als overal elders in het land. Impulsen geven aan het verbeteren van de bekendheid met de recreatieve fietsmogelijkheden en aan het gebruik hiervan. Hiernaast fungeert het Fietsplatform incidenteel ook als projectbureau waarbij, met expertise als troef, uiteenlopende projecten worden uitgevoerd in opdracht van derden. Dit gebeurt alleen voor zover de betreffende projecten passen in het verlengde van de doelstelling en aansluiten op de twee kerntaken.
Landelijk Fietsplatform
7
De middelen; begroting 2013 Sinds de oprichting van het Fietsplatform is sprake van een combinatie van publiek-private financiering van de activiteiten. Het Rijk en de provincies waren tot en met 2011 de belangrijkste financiers. Afspraken waren ingebed in de ILG-meerjarenprogrammering (Investeringsbudget Landelijk Gebied) voor de periode 2007-2013. Hierbij gold een decentrale insteek; het Rijk sturend op hoofdlijnen, de provincies verantwoordelijk voor uitvoering. Eind 2011 heeft het Rijk aangegeven deze regeling en daarmee de rijksbijdrage aan de provincies in het ILG te stoppen. Onzekerheid ontstond hierdoor over de continuïteit van de activiteiten van het Fietsplatform. Op Flevoland na bleken alle provincies bereid de meerjarige afspraken voor 2012 en 2013 na te zullen komen, inclusief het rijksdeel. De bestaande financieringsconstructie kon daarmee gehandhaafd blijven. Tegen de weigering van Flevoland loopt sinds 2012 een gerechtelijke procedure. Bijdragen provincies De activiteiten met betrekking tot de landelijke fietsroutestructuur (LF-net) vormen de kapstok waaraan het provinciale werkbudget van het Fietsplatform is opgehangen. In 2006 hebben de provincies in IPO-verband samen met het Fietsplatform afspraken gemaakt over de aanpak en financiering van de landelijke fietsroutestructuur en afgeleide activiteiten. Deze zijn vastgelegd in het Meerjarenprogramma landelijke routenetwerken wandelen en fietsen 2007 t/m 2013. De provincies hebben, in overleg met het IPO, de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de provinciegrensoverschrijdende activiteiten neergelegd bij het Fietsplatform. Ondanks de ontwikkelingen was dit meerjarenprogramma ook in 2013 nog steeds de basis voor de samenwerking tussen de provincies en het Fietsplatform. Gekozen is destijds voor een financieringsgrondslag van de activiteiten op basis van een vaste normbijdrage per km landelijke fietsroute per provincie en op een uitkering van deze bijdrage gekoppeld aan een 10jaarlijkse herzienings-/revisiecyclus van deze fietsroutes. Op basis van ervaringscijfers is het normbedrag in 2006 vastgesteld op € 1.665 per km. Alle kosten voor het werk aan het routenetwerk, vallend onder de noemer routereconstructie (routerevisie), netwerkbeheer en promotie, zijn hierin verdisconteerd en gemiddeld. Ook kosten voor kenniscoördinatie zijn hierin meegenomen. De lengte aan LF-route die in de periode 2007-2013 op het programma staat voor de 10-jaarlijkse herziening/revisie bepaalt de hoogte van de bijdrage per jaar per provincie. Doordat echter binnen het Meerjarenprogramma de totale lengte aan routes per jaar flink uiteen loopt is sprake is van aanzienlijke fluctuaties in de bijdragen. Om deze reden wordt gewerkt met fondsen (bestemmingsreserves). Hiermee wordt het mogelijk om doorlopende activiteiten, zoals bijvoorbeeld promotie, gelijkmatig gespreid over de jaren aandacht te geven. Het oplossen van infrastructurele knelpunten in het routenet valt buiten het meerjarenprogramma; dit wordt door de provincies zelf opgepakt. Overige financiering Naast genoemde subsidies ontvangt het Fietsplatform bijdragen van organisaties. Verder genereert het eigen inkomsten, met name door verkoop van publicaties en diensten. Specifieke doelbijdragen ontvangt het Fietsplatform ten behoeve van het onderhoud van routebewegwijzering, met name van gemeenten en regio’s. Het Fietsplatform heeft geen winstoogmerk; een eventueel positief resultaat bij deelactiviteiten wordt gebruikt ter dekking van andere activiteiten in het verlengde van de algemene doelstelling. Continuïteit Bestuur en directie van het Fietsplatform hebben in 2013 samen met zusterorganisatie Wandelnet veel tijd gestoken in de financiering na 2013. Met de 12 provincies en in interprovinciaal verband (IPO) zijn uitgebreide ambtelijke verkenningen gevoerd om te komen tot nieuwe meerjarige afspraken. Dit heeft geleid tot een aanvraag op 12 november, gericht aan alle individuele provincies, met het verzoek om op basis van een opgesteld werkprogramma naar rato van lengte route bij te dragen aan een pakket aan basisactiviteiten voor de transitieperiode 2014/2015. Op bladzijde 36 wordt een nadere toelichting gegeven. Begroting 2013 Op de volgende bladzijde wordt het financieringsoverzicht van het ILG-meerjarenprogramma 2007-2013 weergegeven. Daarbij wordt 2013 uitgelicht, dit vormt de basis voor de begroting van 2013 die is weergegeven op bladzijde 9.
Jaarverslag 2013
Meerjarenprogramma Landelijke Fietsroutestructuur 2007-2013; uitlichting 2013
Landelijk Fietsplatform
ILG - periode
197,5
271,5
LF3
LF14 Saksenroute
LF10 Waddenzeeroute
2004
-55,5
transport naar 2008 (Gld.)
LF9
LF
4.547.948
774.225
579.420
waarvan in periode 2007 - 2013: 2.731,5
465,0
348,0
141.525
437.895
7.494.998
totaal
totaal 2012
85,0
263,0
173.160
560.273
377.955
182.318
569.430
55.778
513.653
600.233
92.408
137.363
370.463
1.291.208
-92.408
649.350
393.773
-137.363
477.855
245.588
99.900
145.688
452.880
780.885
452.048
328.838
450.383
547.785
469.530
1.665
kosten
€ 1.665
4.501,5
NAP-route
Rond de Domstad
LF20 Flevoroute
2012
104,0
336,5
227,0
totaal 2010
109,5
LF16 Vechtdalroute
2013
33,5
342,0
LF12 Maas- en Vestingroute
totaal 2009
308,5
360,5
55,5
82,5
222,5
LF11 Prinsenroute
LF51 Kempenroute
Oeverlandroute
Zuiderzeeroute (Gld.; 2007)
LF
LF7
Rietl.-/Hanzeroute (Gld.; 2007)
LF3
totaal 2008
Stedenroute
LF2
775,5
390,0
totaal 2007
236,5
Zuiderzeeroute
-82,5
transport naar 2008 (Gld.)
LF
287,0
Rietlandroute/ Hanzeroute
147,5
LF15 Boerenlandroute
LF3
2011
2010
2009
2008
2007
totaal 2006
60,0
LF18 (Rondje Twente)
272,0
87,5
LF8
2006
469,0
270,5
(Rondje Twente)
LF13 Schelde-Rheinroute
2005
totaal 2004
Maasroute (+LF5/LF6)
329,0
2003
Midden-Ned.route (+LF40)
LF4
2002
km
282,0
LF1
Noordzeeroute
lengte
2001
jaar
route
Op basis van vastgestelde normkosten:
Uitgewerkt per provincie
, bij te dragen door provincies (dekking: 50% ILG, 50% co-financiering provincie)
98,0
273,5
90,0
8,0
0,0
8,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
175,5
113,5
62,0
0,0
0,0
0,0
km
0,0
0,0
0,0
0,0
km
Friesland
96,5
0,0
98,0
0,0
0,0
0,0
0,0
17,5
81,0
0,0
81,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
163.170 293,0
455.378 402,0
149.850
13.320
0
13.320
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0 194,5
0
0
0
0
0
0
0
292.208 109,0
188.978 109,0
103.230
0
0
0
bijdrage
Groningen km
67,5
24,0
0,0
24,0
10,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
90,5
0,0
90,5
0,0
0,0
0,0
487.845 101,5
669.330 192,0
29.138
134.865
0
134.865
0
0
0
0
0
0
0
0
0
323.843
160.673
0
163.170
0
0
0
0
181.485
181.485
0
0
0
0
bijdrage
Drenthe km
60,0
54,5
0,0
45,0
0,0
45,0
0,0
45,0
0,0
57,0
34,0
0,0
0,0
0,0
94,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
56.610
0
0
0
156.510
0
0
0
0
0
0
0
0
472.860
94.905
200.633
177.323
190.643
99.900
90.743
0
74.925
0
74.925
0
74.925
0
bijdrage
43,5
98,0
0,0
98,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
53,5
0,0
53,5
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
km
168.998 412,0
685.980 195,0
0,0
km
55,5
82,5
0,0
0,0
-55,5
55,5
0,0
-82,5
82,5
33,0
0,0
33,0
0,0
0,0
0,0
0,0
65,0
0
163.170
0
0
0
0
0
0
0
32,0
324.675 233,0
324.675 475,5
72.428
0,0
0,0
0,0
0,0
39,0
39,0
0,0
24,0
0,0
24,0
0 138,0
0
89.078
0
89.078
0
0
0
0
0
0
0
0
0
88,5
85,0
85,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
61,0
0,0
61,0
0,0
0,0
15,0
15,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
84,5
0,0
km
Utrecht
387.945 249,5
791.708 334,0
53.280
0
0
0
0
64.935
64.935
0
39.960
0
39.960
229.770
92.408
137.363
0
0
-92.408
92.408
0
-137.363
137.363
54.945
0
54.945
0
0
0
0
108.225
240.593
0
bijdrage
Gelderland
0 144,5
0
bijdrage
163.170
Flevoland
319.680 616,5 1.026.473 195,0
112.388
39.960
0
39.960
16.650
0
0
0
0
0
0
0
0
0 284,0
0
0 120,5
0 106,5
0 114,5
0
0
0
150.683
0
150.683
0
0
0
bijdrage
Overijssel
(ILG-)bijdragen LF-net per provincie - onderdeel reconstructie, netwerkbeheer en promotie
/km
onderdeel reconstructie, netwerkbeheer en promotie (incl. kenniscoördinatie); uitvoering Fietsplatform
km
62,5
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
49,0
49,0
0,0
0,0
0,0
93,0
0,0
52,0
0,0
52,0
0,0
0,0
0,0
0,0
86,0
0,0
86,0
38,0
38,0
415.418 404,5
556.110 546,5
147.353
141.525
141.525
0
0
0
0
0
101.565
0
101.565
0
0
24.975 228,5
24.975 166,0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
140.693
0
bijdrage
km
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
55,0
67,0
82,0
13,5
0,0
13,5
25,0
0,0
0,0
0,0
0,0
673.493 327,0
909.923 490,0
0
86.580
0
86.580
0
0 149,0
0
0
143.190
0
143.190
63.270 139,5
63.270 139,5
380.453
276.390
104.063
0
0
0
0
0
81.585
81.585
0
0
0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
69,5
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
81,0
km
Zeeland
544.455
0,0
815.850 150,5
41.625
0
0
0
0
248.085
111.555
136.530
22.478
0
22.478
232.268
232.268
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
91.575
179.820
bijdrage
Zuid-Holland
154.845 108,0
bijdrage
Noord-Holland
bijdrage
km
0,0
0,0
0,0
6,0
0,0
0,0
33,5
94,0
45,0
45,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
27,5
67,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0 379,5
250.583 560,5
0
0
0
0
0
0 140,0
0 112,5
0
0 127,5
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
115.718 175,0
0
0
0
0
0
134.865
0,0
0,0
km
Limburg
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
8,5
8,5
0,0
30,0
0,0
30,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
27,5
0,0
0,0
0,0
631.868
38,5
933.233 265,5
111.555
0
0
0
0
233.100
187.313
45.788
212.288
55.778
156.510
74.925
74.925
0
0
0
0
0
0
0
291.375
0
0
0
9.990 199,5
0
0
bijdrage
Noord-Brabant
64.103
442.058
0
0
0
0
0
14.153
14.153
0
49.950
0
49.950
0
0
0
0
0
0
0
0
0
45.788
0
0
0
332.168
0
0
bijdrage
8
normkosten:
Jaarverslag 2013 698.000
28.700 28.700
2.2 Specifieke projecten a. Project Stadrecreatiekaarten
TOTAAL
8.800 -96.000 56.200 -6.800 55.400
37.500
2.1 Kennisbundeling en -overdracht Fonds a. Kennis(uitwisseling), informatie en advies b. Monitoring fietsrecreatie/ benchmark fietsregio's c. Dossier toegankelijkheid/barrières
2 Kenniscoördinatie fietsrecreatie
151.900 117.700 24.000 10.200
1.4 Promotie; marketing/voorlichting Fonds a. Voorlichting/promotie Nederland Fietsland b. Fietsideeënkaart
774.225
0
58.125 48.125 -25.000 65.000 -30.000
58.125
238.313 33.313 205.000
13.000
5.000
62.775 44.775
2.500 12.500 10.000 26.000
10.000 8.000 -8.500 2.650 40.000 295.000 253.700 5.000 22.200 5.800 9.800 -1.500
285.000 80.000 12.500
-141.400 -17.000 11.300
1.3 Promotie; productontwikkeling Fonds Voorraad a. Herziening LF-uitgaven en verkoop b. Landelijke routeplanner c. Fietsvriendelijke adressen (Fietsers Welkom!) d. Verdere productontwikkeling en -vernieuwing
124.388 -304.113
-39.250 55.700
1.2 Netwerkbeheer recreatieve fietsroutestructuur Fonds a. Netwerkbeheer algemeen - organisatie beheer (incl. vrijwilligersinzet) - landelijke routedatabank (FietsGIS) - kwaliteitsbewaking, belangenbehartiging b. Doorontwikkeling recreatieve fietsroutestructuur - advisering regionale netwerken - internationale routes (aansluiting/ EuroVelo) - internationale routes: Int. Rijnroute (DEMARRAGE) c. Meldsysteem routenetwerken d. Instandhouding LF-bewegwijzering (onderhoud)
290.625 182.000 108.625
716.100
86.350 -110.000 180.250 16.100
494.000
€
Bijdragen Provincies (MJP)
| V
290.625 124.388 62.775 238.313 58.125 774.225
774.225 774.225
20.000
0
5.000 5.000
10.000
10.000
5.000
5.000
0
5.000
50.000
0
0
0
0
0
25.000
25.000
50.000
0
0 5.000
0
50.000
€
Overige bijdragen/ subsidies
ILG-budget; naar/uit fonds: 4.100
0
10.000
Bijdragen organisaties (regulier) €
bijdragen Provincies (ILG-budget)
1.1 Reconstructies LF-routes Fonds a. Reconstructieprojecten b. Kleine kwal.verbeteringen, advies knelpuntaanpak
1 Landelijke Fietsroutestructuur
Res. 1/1/13
€/km €/km €/km €/km €/km
Vrije reserve (eigen middelen)
625 268 135 513 125
465 km 465 km
1.665 €/km
Fondsen/ bestemmingsreserve € 166.500
Activiteitenbegroting
Transport, uitsplitsing: fonds reconstructies fonds netwerkbeheer fonds promotie (productontwikkeling) fonds promotie (marketing/voorlichting) fonds kenniscoördinatie
Onderdelen: - LF9 NAP-route
Input uit Meerjarenprogramma (MJP) LF-net; 2013
Begroting Fietsplatform 2013
92.500
7.500 7.500
0
7.500
10.200 -10.200
0
55.000
30.000
85.000
0
0
0
85.000
€
Verkoop
inzet ILG-budget dit jaar: 770.125
11.000
0
0
0
5.000
5.000
3.000
3.000
1.000
1.000
0
0
9.000
Overig (o.a. rente/ eigen middelen) € 2.000
947.725
7.500 7.500
68.125 48.125 -20.000 70.000 -30.000
75.625
248.313 33.313 225.200 -10.200
150.775 44.775 0 30.000 5.000 55.000 16.000
2.500 12.500 35.000 26.000 26.000
285.000 80.000 17.500
180.388 -304.113
290.625 182.000 108.625 0
870.100
€ 2.000
TOTAAL
Baten 2013
8.270
6 6
258 505 117
880
886
2.324 0
2.324
200 129 587 211
1.127
47 200 293 241 65
1.913 704 411
3.874
0 59
59
7.384
uren
Inzet personeel
5,15
0,00 0,00
0,16 0,31 0,07
0,55
0,55
1,45 0,00
1,45
0,12 0,08 0,37 0,13
0,70
0,03 0,12 0,18 0,15 0,04
1,19 0,44 0,26
2,41
0,00 0,04
0,04
4,60
fte
Inzet personeel
516.875
367 367
16.141 31.548 7.337
55.026
55.393
145.268 0
145.268
12.472 8.070 36.684 13.206
70.433
2.921 12.486 18.342 15.040 4.035
119.589 44.021 25.679
242.113
0 3.668
3.668
461.482
€
Coördinatiekosten
344.875
7.500 7.500
0 -50.000 10.000 30.000 10.000
7.500
144.000 50.000 94.000 0
30.000 0 20.000 1.000
51.000
2.500 2.500 7.500 10.000 20.000
17.500 15.000 1.000
-174.000 -250.000
316.375 25.000 288.875 2.500
337.375
€
Externe projectkosten
861.750
7.867 7.867
55.026 -50.000 26.141 61.548 17.337
62.893
289.268 50.000 239.268 0
121.433 0 0 42.472 8.070 56.684 14.206
5.421 14.986 25.842 25.040 24.035
137.089 59.021 26.679
68.113 -250.000
320.043 25.000 288.875 6.168
798.857
€ 0
TOTAAL
Lasten 2013
85.975
-367 -367
13.099 98.125 -46.141 8.452 -47.337
12.732
-40.955 -16.688 -14.068 -10.200
29.342 44.775 0 -12.472 -3.070 -1.684 1.794
-2.921 -2.486 9.158 960 1.965
147.911 20.979 -9.179
112.274 -54.113
-29.418 157.000 -180.250 -6.168
71.243
€ 2.000
dotatie/ onttrekking fondsen en reserves
783.975
28.333 28.333
21.899 2.125 10.059 1.652 8.063
50.232
110.945 101.013 9.932 0
324.342 298.475 5.000 9.728 2.730 8.116 294
7.079 5.514 658 3.610 41.965
6.511 3.979 2.121
73.024 1.588
56.932 47.000 0 9.932
565.243
Fondsen/ bestemmingsreserve € 168.500
Res. 31/12/13
9
10
Toelichting activiteiten 2013
Landelijke Fietsroutestructuur (kerntaak 1) In 2013 heeft het Fietsplatform als systeemverantwoordelijke verder gewerkt aan het optimaliseren van de kwaliteit van het landelijke routenetwerk van LF-routes en naar het borgen daarvan (instandhouding/nazorg). Daarbij is ingezet op een goede verweving met de regionale netwerken (knooppuntnetwerken) en aansluiting op de internationale routes. Deze routes vullen elkaar in principe perfect aan. Veel aandacht is ook in 2013 uitgegaan naar productontwikkeling en promotie, om te stimuleren dat de netwerken goed gebruikt worden. Hierbij een nadere toelichting op de activiteiten.
Reconstructies/ kwaliteitsverbetering
Reconstructieprojecten Onder reconstrueren (‘reviseren’) van de LF-routes wordt verstaan dat routes periodiek tegen het licht worden gehouden en daar waar nodig en mogelijk worden verbeterd. Reconstructie gaat gepaard met tracéwijzigingen en aanpassing van de bewegwijzering. Het reconstrueren van de LF-routes gebeurt in principe volgens een vastomlijnd programma. Elke LF-route komt iedere tien jaar, op het moment dat ook weer een nieuw onderhoudscontract moet worden gesloten, aan bod. Op basis van deze cyclus is een meerjarenprogramma ontworpen (zie blz. 8). Bij het reconstrueren van de landelijke fietsroutes wordt naar de kwaliteit van de LF-routes zelf gekeken. Daarnaast speelt de relatie met de regionale (knooppunt)netwerken die worden gerealiseerd door regionale initiatiefnemers. Het landelijk netwerk en de regionale netwerken zijn complementair – ze versterken elkaar. Het streven van het Fietsplatform is om te komen tot een volledige synchronisatie van de tracering van de landelijke fietsroutes en de regionale (knooppunt)netwerken en de twee vormen van bewegwijzering op één drager bij elkaar te brengen. In 2013 stond 465 km route op het programma: de LF9 NAP-route. In de praktijk zijn veel trajecten al eerder bij de kop gepakt. Dit komt omdat waar mogelijk uit oogpunt van efficiency is aangehaakt bij de ontwikkeling en uitvoering van regionale (knooppunt)netwerken. Deze pragmatische insteek van het Fietsplatform betekent dat het reconstrueren van de LF-routes ook in 2013 niet meer parallel liep met het meerjarenprogramma – al eerder was sprake van een versnelling. Vanuit de meerjarenbegroting konden hier middelen voor worden vrijgemaakt. In 2013 werd het fietsroutenetwerk van Zeewolde opgeleverd. De LF9 werd gesynchroniseerd met dit nieuwe netwerk. Als in 2014 in Flevoland de resterende naar regionale knooppuntnetwerken worden gerealiseerd zal dit het sluitstuk vormen van het recreatieve fietsroutenetwerk met LF- én knooppuntroutes.
Landelijk Fietsplatform
11
Stimuleren verdere kwaliteitsverbetering; ‘schouw’ routes door vrijwilligers Het Fietsplatform bemoeit zich niet meer actief met het opheffen van infrastructurele knelpunten, dit is sinds 2007 een taak van de provincies. Waar mogelijk weven zij dit mee met andere activiteiten. We blijven wel een adviserende functie vervullen, onder meer door aan te geven waar zich de knelpunten bevinden. Voor deze inspectie worden vrijwilligers van het Fietsplatform ingezet; zij ‘schouwen’ het netwerk (zie ook blz. 12).
Meerjarenprogramma landelijk routenetwerk fietsen Programma 2013: LF9 NAP-route
Jaarverslag 2013
12
Netwerkbeheer Behalve het LF-netwerk worden ook de regionale knooppuntnetwerken bij deze deelactiviteit betrokken. De landelijke fietsroutestructuur en de regionale routenetwerken (knooppuntnetwerken) zijn complementair. Samen vormen deze twee soorten netwerken een landsdekkende routestructuur voor de recreatieve fietser; de LF-routes met als hoofddoelgroep de lange-afstandfietsers/ fietsvakantiegangers, de knooppuntroutes de dagtochtenfietsers. Het Fietsplatform is direct verantwoordelijk voor het beheer van het LF-netwerk, maar vervult hiernaast ook de rol van systeemverantwoordelijke voor de ruim 50 regionale knooppuntnetwerken. Het zorgt voor de noodzakelijke landelijke coördinatie.
Algemeen Veel tijd is in 2013 gestoken in het borgen van de continuïteit van de landelijke fietsroutestructuur en de hiervoor noodzakelijke landelijke coördinatieactiviteiten. Zie ook de toelichting bij de begroting op bladzijde 7 en de toelichting bij het werkprogramma 2014/2015 op bladzijde 36. Deze tijdsinvestering en bijbehorende kosten zijn apart zichtbaar gemaakt en in de jaarrekening opgenomen onder Netwerkbeheer algemeen, organisatie.
LF-netwerkbeheer: in samenwerking met vrijwilligers Vrijwilligers spelen een enorm belangrijke rol bij het beheer van het LF-netwerk. Het hele LF-net is in stukjes geknipt en ‘in adoptie’ gegeven aan verschillende vrijwilligers – in totaal ruim 150 trajecten verdeeld over ruim 100 vrijwilligers. Zij checkten ‘hun’ deel van de route in de zomer van 2013 wat betreft onvolkomenheden. Het overgrote deel van de communicatie over dit project loopt via een kantoorvrijwilliger. Onder deze activiteit hoort ook het vrijwilligersmanagement: afstemmingsbijeenkomsten, trainingen, begeleiding, vrijwilligersdag.
Kwaliteitsbewaking Het Fietsplatform heeft zich ook in 2013 ingezet om de kwaliteit van het netwerk te bewaken, onder andere door te reageren op relevante plannen en ervoor te zorgen dat het routenet hierin wordt opgenomen. We willen voorkomen dat nieuwe knelpunten ontstaan. Met name barrièrewerking is in dit verband een belangrijk item. Het Fietsplatform trekt hiervoor samen met zusterorganisatie Wandelnet op in de werkgroep Infrastructurele Barrièrewerking. Zie verder op bladzijde 32 (dossier toegankelijkheid).
Landelijke routedatabank (‘Fiets-GIS’) Een belangrijk instrument bij het bewaken van de kwaliteit van de LF-routes én de regionale fietsroutenetwerken is het geografisch informatie systeem (GIS) waarover het Fietsplatform sinds 2008 samen met Wandelnet beschikt. Het Fietsplatform fungeert hierbij als projectleider. Fietsplatform en Wandelnet delen samen één GISmedewerker, deze is formeel in dienst bij het Fietsplatform De tracering van de LF-routes was al eerder ingevoerd, evenals de locatie van en informatie over ruim 15.000 bordlocaties. Routewijzigingen zijn doorgevoerd; de databank bleef daarmee up to date. Dit geldt ook voor informatie over knelpunten. Doordat de bordlocaties in de routedatabank aanwezig zijn kunnen onderhoudsinstanties goed worden aangestuurd. Ook de communicatie met en vanuit de vrijwilligers wordt hierdoor gestroomlijnd. Vrijwilligers kunnen via een inlogcode de bordlocaties zichtbaar maken in het meldsysteem. Op die manier worden de bordgegevens direct meegestuurd met meldingen. De landelijke routedatabank bevat ook de tracés en de knooppuntlocaties van alle regionale routenetwerken. Daarmee is één kwalitatief goed, uniform landsdekkende GIS bestand beschikbaar. Ook dit bestand wordt actueel gehouden. In 2013 vonden veel wijzigingen plaats; 30 km knooppuntroute werd verwijderd en ruim 400 knooppunten en 1000 km route werden toegevoegd. De landelijke routedatabank is een efficiënt landelijk beheersinstrument waar ook provincies en regio’s omgekeerd hun voordeel mee kunnen doen. De informatie in de routedatabank is benut voor uiteenlopende activiteiten, onder andere voor belangenbehartiging – er kunnen snel en eenvoudig analyses worden gemaakt. Verder wordt het ingezet om te komen tot een efficiëntere organisatie van het onderhoud van de LF-bewegwijzering. Het landelijk meldsysteem is hiervan een voorbeeld (zie blz. 19).
Landelijk Fietsplatform
13
Het Fietsplatform levert vanuit het GIS de actuele tracégegevens van de routes uit aan diverse betrokkenen, waaronder alle provincies. Zij kunnen deze gegevens gebruiken voor beleidsdoeleinden. Hiermee kunnen ook zij snel en efficiënt met de routes werken en wordt voorkomen dat dubbel werk wordt gedaan. Aan alle beheerders van de regionale routenetwerken is gevraagd of de data vrij uitgeleverd mogen worden of dat deze alleen gebruikt mogen worden voor beleidsdoeleinden. Eind 2013 is ongeveer de helft van de netwerken vrij uit te leveren. Om te bewerkstelligen dat de data uit de routedatabank ook worden gebruikt door partijen waar het Fietsplatform geen rechtstreeks contact mee heeft, zijn de netwerken op de PDOK (publieke dienstverlening op de kaart) geplaatst. Zowel het verloop van de LF-routes als de knooppuntroutes kunnen hier bekeken worden. Downloaden is niet mogelijk.
Jaarverslag 2013
14
Afstemming landelijk netwerk en regionale (knooppunt)netwerken De regionale knooppuntnetwerken hebben zich onder regie van provincies en regio’s/gemeentelijke samenwerkingsverbanden in een aantal jaar tijd sterk uitgebreid. In 2013 is het aanbod verrijkt met de oplevering van het netwerk Zeewolde. Eind 2013 waren er 51 regionale netwerken en was sprake van een nagenoeg landsdekkend aanbod. Het Fietsplatform heeft bij de ontwikkeling van de knooppuntnetwerken in ons land een adviserende rol gespeeld. Hiermee hebben we een belangrijke mate van uniformiteit in de uitvoering van de verschillende netwerken weten te bewerkstelligen. Ook de continuïteit – de aansluiting tussen de 51 netwerken – is in belangrijke mate geregeld. De landelijke routedatabank heeft bij het afstemmen van de regionale routenetwerken zijn waarde als instrument bewezen. Het Fietsplatform streeft ernaar de regionale netwerken (knooppuntnetwerken) en het landelijke netwerk (LFnet) wat betreft de tracering volledig op elkaar aan te laten sluiten en de bewegwijzering op één drager te combineren. Doel hierbij is verruimen van de gebruiksmogelijkheden (combineren van de twee soorten routenetwerken), optimaal gemak bij het volgen van de bewegwijzering (geen zoektocht naar bordjes), efficiencywinst (kostenbesparing door gecombineerd onderhoud) en voorkomen landschapsvervuiling (geen woud aan palen met ieder een bord). Dit synchroniseren van de netwerken is in 2013 afgerond. Hier is budget uit het MJP voor naar voren geschoven (zie ook blz. 7). Voor het resterende deel van Flevoland is de introductie van een knooppuntnetwerk verder onderzocht. Initiatief lag bij de gemeenten, van provinciale regie was geen sprake. De gemeenten hebben weinig tijd genomen voor de voorbereiding en ontwikkeling van het netwerk. Er werd geen informatie ingewonnen over landelijke aanpak en criteria. In het najaar van 2013 kreeg het Fietsplatform te horen dat de plannen voor het dichten van het netwerk in Flevoland een grote vlucht namen en heeft het contact gezocht met de projectleiders in de regio. Helaas werd geconstateerd dat de synchronisatie van de LF-routes niet in de plannen was opgenomen, maar gelukkig kon het Fietsplatform wel bewerkstelligen dat deze synchronisatie achteraf alsnog wordt uitgevoerd. Als in 2014 in Flevoland de resterende regionale knooppuntnetwerken worden gerealiseerd zal dit het sluitstuk vormen van het recreatieve fietsroutenetwerk met LF- én knooppuntroutes. Het Fietsplatform heeft vanuit de adviserende rol in 2013 stevig ingezet op de ‘nazorg’ van de regionale (knooppunt)netwerken. Vertrekpunt daarbij vormt de landelijke visie van het Fietsplatform op het beheer (kwaliteitsbewaking en waar nodig –verbetering) en de promotie van de regionale netwerken, in samenhang met het landelijke netwerk van LF-routes. Deze visie staat opgetekend in de adviespublicatie “Recreatieve routenetwerken – welke kant op?” (2011). In 2013 is samen met vertegenwoordigers van regionale routebureaus gewerkt aan een landelijk advies voor themaroutes op basis van knooppuntnetwerken. Verder aan een detailadvies voor de uitvoering van verlengde knooppunten. Wat betreft de nazorg heeft het Fietsplatform veel aandacht geschonken aan de provincie Zuid-Holland. Eerder was geconstateerd dat de aansluiting tussen de 11 netwerken binnen deze provincie op veel plekken niet duidelijk is. De provincie heeft hierop initiatief genomen voor een kwaliteitsimpuls in overleg met alle betrokken regio’s én het Fietsplatform. Nadat in 2012 een door de provincie ingehuurd bureau alle problemen in kaart had gebracht zijn in 2013 voorbereiding getroffen voor de uitwerking ervan en is gezocht naar een efficientere organisatie van het onderhoud. Om de continuïteit en duurzame kwaliteit van de routenetwerken te bewaken onderhield ook in 2013 intensief contact met provincies en regio’s (recreatieschappen/routebureaus). Op 6 juni organiseerde het Fietsplatform in Amersfoort de jaarlijkse netwerkbijeenkomst, dit jaar voor het eerst samen met zusterorganisatie Wandelnet. Tijdens deze bijeenkomst werden de resultaten van de Kwaliteitsmonitor Fietsregio’s 2013 gepresenteerd. Gebleken is dat dit een effectief instrument is om te stimuleren dat men blijft investeren in de kwaliteit van de routenetwerken. Voor een verdere toelichting op de Kwaliteitsmonitor, zie blz. 31.
Het Fietsplatform fungeert als landelijk systeemverantwoordelijke voor de kwaliteit van zowel de landelijke als de regionale recreatieve fietsroutestructuur. De 51 regionale netwerken resulteren binnen Nederland maar liefst in ruim 3500 km aan (organisatorische) grenzen. Fietsers willen geen grenzen ervaren – in de praktijk gebeurt dit echter wel. Regio’s onderkennen dit, maar lopen tegen de grenzen van hun werkgebied aan. Het Fietsplatform biedt provincies/regio’s ondersteuning bij hun activiteiten op het gebied van kwaliteitsbewaking en –verbetering van de routenetwerken.
Landelijk Fietsplatform
15
Afstemming regionale routenetwerken (hier: Utrecht - Veluwe)
Synchronisatie tracering LF- en knooppuntroutes en combineren bewegwijzering op één drager
Jaarverslag 2013
16
Internationale afstemming Het Fietsplatform stimuleert optimale aansluiting van de LF-routes op internationale routes. Behalve dat hiermee grensoverschrijdende tochten mogelijk worden, blijkt er ook een belangrijke promotionele waarde van uit te gaan. Internationale afstemming en kennisuitwisseling vindt op verschillende fronten plaats: in ECF-verband (European Cyclists’ Federation/EuroVelo), via routeprojecten en via direct overleg met buurlanden. EuroVelo Het Fietsplatform is sinds 2007 associated member van de ECF. Eenmaal per jaar houdt deze organisatie een jaarcongres (Annual General Meeting). In plenaire sessies worden daarbij ook specifieke thema’s behandeld, waaronder EuroVelo. EuroVelo is de naam van een Europees netwerk van lange-afstand routes. Met Europese partners wordt gewerkt aan de ontwikkeling van deze routes en aan een duurzame structuur voor beheer en promotie. In 2013 zijn weer stappen gezet in het versterken van de Europese samenwerking op het gebied van het recreatieve fietsen en grensoverschrijdende routes. Het INTERREG-project DEMARRAGE (zie verderop) vervulde hierbij een bijzondere rol: enerzijds betreft dit een project voor één specifieke grensoverschrijdende fietsroute – de internationale Rijnfietsroute –, anderzijds wordt met dit project een impuls gegeven aan de ontwikkeling, het beheer en de promotie ook van andere internationale lange-afstand fietsroutes.
EuroVelo staat ook voor Europese kennisuitwisseling. Fietsplatform is National EuroVelo Coordination Centre voor Nederland. Het is voor Nederland het eerste aanspreekpunt. Op 10 juni vond, gekoppeld aan de jaarvergadering van de ECF een National Coordinators Meeting plaats in Wenen. 40 deelnemers uit 22 Europese landen waren aanwezig. Het Fietsplatform gaf een presentatie over onze rol en aanpak. Onze landelijke coördinerende rol en de instrumenten die we hebben ontwikkeld wordt door veel landen als voorbeeld gezien.
Landelijk Fietsplatform
17
Internationale Rijnfietsroute Een bijzonder project vormt de internationale Rijnroute. In 2010 is hiervoor, gesteund met Europese middelen (INTERREG IVB), een project gestart onder de titel DEMARRAGE. Gewerkt wordt aan een kwaliteitsimpuls voor de internationale route en een gemeenschappelijke marketingstrategie. Vanuit Nederland zijn de provincies Gelderland en Zuid-Holland en het Fietsplatform partner en cofinancier. De provincie Gelderland heeft daarbij de partnerbijdrage van het Fietsplatform voor haar rekening genomen. Het Fietsplatform is tevens ‘workpackage leader’ voor één van de vier deelprojecten: transnationale marketing. Andere projectleiders zijn Schweiz Mobil en de ECF. Lead partner is de Euregio Rhein-Waal. In 2013 is de publiekswebsite voor deze route gepresenteerd tijdens de ITB in Berlijn. Essentieel bij de ontwikkeling van de site is de overdraagbaarheid van het beheer na de projectperiode. Optie is dat de ECF (zie hierboven) dit gaat oppakken; de internationale Rijnroute is daartoe al in 2011 formeel opgenomen in het EuroVelo netwerk (EuroVelo 15). Veel aandacht is uitgegaan naar kwaliteitscertificering. Om te stimuleren en waarborgen dat transnationale routes voldoende kwaliteit blijven bieden is een European Certification Standard ontwikkeld. ECF zal deze standaard gaan beheren en ook inzetten voor andere EuroVeloroutes. Doorgaande, herkenbare markering is een belangrijk onderdeel van de kwaliteitscertificering. Afgesproken is dat in de markering van EuroVeloroutes het EuroVelo symbool plus routenummer wordt opgenomen. Voor het publiek geeft dit herkenning. In Nederland is een praktische oplossing gevonden voor de noodzakelijke aanvulling op de LF-bewegwijzering: over de onderstrook met de tekst “Rijndeltaroute” is door vrijwilligers een sticker geplakt met het EuroVelosymbool en de Nederlandse naam van de internationale route: “Rijnfietsroute”. Bijna 1200 bordjes zijn zo in de zomer van 2013 aangepast. Eind mei werd een internationale persfietstocht georganiseerd langs verschillende delen van de internationale Rijnfietsroute. Het Fietsplatform verzorgde op 28 en 29 mei twee etappes, één tussen Millingen en Arnhem en één tussen Kinderdijk en Hoek van Holland. Internationale Maasroute In 2013 is een samenwerkingsproject van start gegaan voor de internationale Maasroute. Tijdens de Floriade in 2012 was, op initiatief van de gemeente Venlo, al een intentieverklaring ondertekend door betrokken provincies en gemeenten in NL, België en Frankrijk waarbij ze uitspraken mee te zullen werken aan de totstandkoming van deze internationale fietsroute van de bron tot de monding. In 2013 is het initiatief van de gemeente Venlo overgenomen door de provincie Limburg. Fietsplatform is hier nauw bij betrokken; met kennis, maar ook met de routes. De LF3 Maasroute en LF12 Maas- en Vestingroute vormen samen een aaneengesloten fietsroute langs de Maas, tussen Maastricht en Maassluis. Afstemmingsoverleg Nederland Vlaanderen Het LF-netwerk is een doorlopend Nederlands-Vlaams netwerk. Verder is ook Vlaanderen bedekt met knooppuntnetwerken. Zorg voor continuïteit van de aansluitende routes, maar ook kennisuitwisseling over vergelijkbare thema’s is nuttig en nodig. Op uitnodiging van Toerisme Vlaanderen vond op 13 december in Brussel een afstemmingsoverleg plaats. Naast Toerisme Vlaanderen waren ook Grote Routepaden en vertegenwoordigers van de vijf Vlaamse provincies aanwezig.
Jaarverslag 2013
18
Instandhouding LF-bewegwijzering Het Fietsplatform draagt zorg voor sluitende afspraken over de financiering en de uitvoering van het onderhoud van de LF-bewegwijzering door derden en ziet toe op een goede naleving. De contractpartners regelen ofwel het onderhoud zelf, ofwel ze dragen dit over aan het Fietsplatform. In het laatste geval ontvangt het Fietsplatform een bijdrage waarmee het onderhoudsopdrachten aan aannemers kan verstrekken. Eind 2013 had het Fietsplatform 73 contractpartners. In 2012 waren dit er nog 92. Door de afspraken onder te brengen bij partijen met een groter werkingsgebied ontstaat efficiencywinst. Met name in Friesland en Gelderland kon het aantal contractpartners sterk worden teruggebracht. Zie de toelichtende staat hieronder. Uit oogpunt van efficiency en continuïteit in de bewegwijzering tracht het Fietsplatform het onderhoud van de LF-bewegwijzering zo veel mogelijk onder te brengen bij de partij die ter plaatse ook het onderhoud van de (gesynchroniseerde) knooppuntbewegwijzering uitvoert. In 2013 zijn goede vorderingen gemaakt: eind 2013 was sprake van 42 gekoppelde overeenkomsten (2012: 24).
Provincie
Groningen Friesland
aantal contractpartners LFbewegwijzering (cursief: onderhoud uitbesteed aan Fietsplatform) 2011 2012 2013 14 14 14 16 13 3
aantal contractpartners met Reden daling aantal contractpartners overeenkomst gekoppeld aan knooppuntonderhoud
0 2
2011 0 0
2012 0 1
2013 14 1
Drenthe Overijssel Gelderland
1 3 16
1 3 16
1 3 9
0 0 6
0 1 1
1 2 1
1 2 2
Flevoland Utrecht Noord-Holland
6 7 36
6 7 15
6 7 14
4 6 5
0 0 0
2 1 7
2 1 7
Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg
1 1 12 3
1 1 12 3
1 1 12 2
0 0 1 0
0 0 4 2
0 1 6 2
0 1 9 2
116
92
73
24
8 6,9%
24 26,1%
42 57,5%
update: 1-01-14
Landelijk Fietsplatform
2011 naar 2012 Onderhoud netwerk ZO-Friesland overgenomen door Marrekrite en onderhoud gem. Ooststellingwerf is overgenomen door Drenthe.
2012 naar 2013 LF-onderhoud in alle KP-regio's overgenomen door Marrekrite, uitgezonderd NO-Friesland (2 gem.)
Met RBT-KAN overeenkomst gesloten voor 8 gem.
Zuid-Kennemerland 1 contract i.p.v. 4 Gem Castricum aangesloten bij individ. gem., contract met RNH Recreatie Noord-Holland (voor 17 gem) , Gem Holl. Kroon: fusiegemeente van 3 naar 1 gem.
Gem. Mook&Middelaar opgenomen in overeenkomst van het Gelderse RBT-KAN.
19
Landelijk meldsysteem bewegwijzering fietsroutes In 2010 heeft het Fietsplatform een landelijk meldsysteem geïntroduceerd voor problemen met de bewegwijzering van LF-routes én knooppuntroutes. Het idee daarachter is dat fietsers op een eenvoudige manier melding kunnen maken van problemen met fietsroutebewegwijzering, zodanig dat deze meldingen automatisch bij de juiste onderhoudsinstantie terecht komen. De fietser hoeft daarbij dus niet te zoeken naar wie verantwoordelijk is. Een internettoepassing (webapplicatie) is hiervoor ontwikkeld met eenvoudig te doorlopen invulschermen. Behalve via onze eigen website kan het meldsysteem worden gevonden vanaf andere websites, via een gratis widget. Het meldsysteem is bijvoorbeeld ook vindbaar via de websites van de ANWB, de Fietsersbond (gekoppeld aan routeplanner), maar ook via diverse regionale sites. Het meldsysteem is ook beschikbaar voor smartphones als gratis app. Hiermee kan men ook onderweg een melding maken, met als voordeel dat de locatie direct kan worden bepaald. Het aantal bezoekers van het meldsysteem is weer verder gestegen. Het aantal meldingen is ongeveer gelijk gebleven: ruim 1400 (zie staatje). Het Fietsplatform kan eenvoudig monitoren of de geconstateerde problemen door de onderhoudsinstanties worden opgelost en hoeveel tijd daar overheen gaat. Hiermee kan een prikkel worden gegeven aan de kwaliteit van het onderhoud – het oplossingspercentage en de oplossingstermijn per regio zijn onderdeel van de kwaliteitsmonitor Fietsregio’s (zie blz. 31). Het aantal opgeloste meldingen wordt cumulatief ook in het meldsysteem aangeven. Daarmee wordt de fietser duidelijk gemaakt dat er daadwerkelijk iets met de meldingen wordt gedaan. In 2013 werden ruim 1600 meldingen opgelost (sinds de start: 3780). Het Fietsplatform heeft zich in 2013 ook sterk gemaakt om het meldsysteem ook voor andere recreatievormen in te zetten. Met Wandelnet heeft afstemming plaatsgevonden. Zij hebben hun systeem laten bouwen door hetzelfde bureau.
Jaarverslag 2013
20
Promotie/productontwikkeling
Het Fietsplatform streeft ernaar om samen met landelijke en regionale toeristische promotieorganisaties Nederland als fietsland optimaal te ontsluiten, zowel voor de binnenlandse als de buitenlandse markt. Focus ligt daarbij op het stimuleren van het gebruik van de recreatieve fietsroutestructuur, met daarbij bijzondere aandacht voor het netwerk van LF-routes. De huidige belangstelling voor het recreatieve fietsen in ons land is groot. De cijfers spreken boekdelen, miljoenen mensen stappen op de fiets voor een fietstocht of fietsvakantie. Dit heeft een groot effect op de vrijetijdseconomie, alleen al de bestedingen onderweg bedragen jaarlijks bij elkaar bijna een half miljard Euro. Tegelijkertijd ligt er ook nog veel potentieel. Om de belangstelling vast te houden en het potentieel te benutten moet de kwaliteit van het product goed zijn en goed blijven en afgestemd zijn op de vraag. Vooral wat betreft het routeaanbod steekt het Fietsplatform hier veel energie in, door waar nodig landelijk te coördineren en te stimuleren. Maar het product moet ook goed worden vermarkt. De huidige productontwikkeling en de promotie-inspanningen zijn sterk versnipperd; overzicht moet worden geboden. Verder wordt de buitenlandse markt nog onvoldoende bereikt. Het Fietsplatform zet vanuit zijn onafhankelijke rol en zijn specifieke kennis en expertise het publiek op het spoor van de recreatieve fietsmogelijkheden. Als beheerder van de LF-routes zorgen we ervoor dat dit aanbod goed onder de aandacht wordt gebracht. Maar we brengen ook het uitgebreide regionale aanbod in beeld, de provincies, de toeristische regio’s en 50 regionale knooppuntnetwerken. Verder ook het aanbod vanuit de markt. Voor de voorlichting- en promotieactiviteiten werkt het Fietsplatform met het label Nederland Fietsland. Het Fietsplatform werkt daarbinnen samen met landelijke promotiepartners als het NBTC, maar ook met regionale toeristische promotieorganisaties. Het onder de aandacht brengen van de recreatieve fietsmogelijkheden en de routenetwerken gebeurt in de eerste plaats door gerichte marketing- en voorlichtingsactiviteiten. De website nederlandfietsland.nl vormt daarbij de kernactiviteit, dit is de portal waarmee het Fietsplatform vraag en aanbod bij elkaar brengt. Hiernaast worden aanvullende producten en serviceactiviteiten ontwikkeld. Een bijzondere plaats neemt daarbij het kwaliteitslabel Fietsers Welkom! in. Op de volgende bladzijden een nadere toelichting op de activiteiten in 2013.
Landelijk Fietsplatform
21
Routepublicaties De insteek van het Fietsplatform wat betreft het uitgeven van gidsen is dat deze minimaal kostendekkend zijn en/of van groot belang zijn voor de promotie van het netwerk. Insteek daarbij is ook om meer in te zetten op digitale alternatieven. Anders dan in het verleden geeft het Fietsplatform niet meer voor elke LF-route een gids uit. In eigen beheer wordt nog een beperkt aantal gidsen uitgegeven: de Basiskaart netwerk LF-routes en de Ronde van Nederland. Hiernaast worden folders uitgebracht over LF-themaroutes. De LF-Basiskaart is een atlas met 22 losse kaarten met daarop de LF-routes. Wat schaal en uitvoering betreft is deze gids helemaal toegesneden op het gebruik voor lange fietstochten via het LF-net. Ook zijn alle fietsvriendelijke horeca & logies van het kwaliteitslabel Fietsers Welkom! in het kaartbeeld opgenomen. Het heeft daarmee een unieke positie binnen het aanbod aan fietsroutegidsen in ons land. Deze uitgave is in 2012 herzien en kon in 2013 zonder problemen nog doorgeleverd worden. Deze uitgave is feitelijk een must voor de ontsluiting en promotie van het LF-netwerk. De LFBasiskaart is daarbij ook kostendekkend gebleken. De gids Ronde van Nederland is een belangrijk promotioneel uithangbord van het LF-net; alleen al om deze reden is hij deel uit blijven maken van het gidsenfonds van het Fietsplatform. In 2013 is de gids herzien. In 2013 werd de bestaande gids over de Zuiderzeeroute, één van de iconen binnen het LF-netwerk, ook nog altijd geleverd. Deze uitgave bleek nog ruim voldoende actueel om in de huidige vorm, als laatste van de oorspronkelijke reeks LF-vakantietochten, in de schappen te houden. Andere titels uit deze reeks zijn uit de verkoop gehaald omdat de ‘houdbaarheid’ ervan verstreken was geraakt. De gids over de Zuiderzeeroute raakte eind 2013 uitverkocht. In plaats van de gidsen uit de reeks LF-vakantietochten zijn begin 2012 de LF-themaroutefolders geïntroduceerd, eenvoudig te produceren wervendinformatieve folders die het publiek op het spoor moeten zetten van mooie thematische routes op basis van het LF-netwerk en hen op weg moeten helpen bij het organiseren van de fietsvakantietocht. Daarbij wordt verwezen naar de LF-Basiskaart, als zijnde het product om de betreffende route daadwerkelijk te kunnen volgen op kaart. De folders stimuleren daarmee ook de verkoop van de LF-basiskaart. De gedrukte folders worden gratis verspreid o.a. via beurzen en via een partnerovereenkomst met de Fietsvakantiewinkel. Ze worden ook als pdf aangeboden op de website van het Fietsplatform en kunnen zo zelf worden geprint. In 2013 zijn twee nieuwe LF-themaroutefolders uitgebracht: de Oeverlandroute, de Rijnfietsroute en de Zuiderzeeroute. In 2012 waren al de Nederlandse Kustroute en het Rondje Twente verschenen. De losse verkoop van gidsen aan particulieren is eerder al overgedragen aan samenwerkingspartner Fietsvakantiewinkel in Nijmegen. Al onze uitgaven zijn opgenomen in de webshop van deze gespecialiseerde organisatie. Deze is vervolgens ook ontsloten via onze website.
Jaarverslag 2013
22
Recreatieve fietsrouteplanner De planner is in de huidige vorm in 2010 gepresenteerd, als samenwerkingsproduct van de Fietsersbond (ontwikkelaar), Fietsplatform en NBTC. Hij kan worden bestempeld als de meest uitgebreide fietsrouteplanner; behalve de LF-routes en de knooppuntnetwerken kan ook van deur tot deur worden gepland – bijvoorbeeld van hotel naar hotel. De wijzigingen in het LF-net en de in 2013 opgeleverde nieuwe knooppuntnetwerken zijn ook in de planner opgenomen. De routeplanner draait op de websites van de drie genoemde organisaties (Fietsplatform: nederlandfietsland.nl) maar ook op regionale websites zoals die van routebureau’s en gebiedspromotors. In 2013 is verkend of het mogelijk is meer structurele samenwerkingsafspraken te maken met de Fietsersbond. Parallel heeft de Fietsersbond een nieuwe variant van de planner ontwikkeld. In deze planner ligt de nadruk op deur tot deur planning. Voor de recratieve fietser blijkt deze variant van de planner minder geschikt. In 2013 is de oorspronkelijke recreatieve fietsplanner, inclusief actualisaties, nog gewoon gehandhaafd.
De recreatieve fietsrouteplanner wordt goed gebruikt. Via nederlandfietsland.nl zijn er circa 320.000 bezoeken gerealiseerd.
Landelijk Fietsplatform
23
Kwaliteitslabel fietsvriendelijke adressen: Fietsers Welkom! Voor dagtochten- en vakantiefietsers is het een belangrijke service om hen op het spoor te zetten van daghoreca-adressen en adressen van overnachtingsaccommodaties waar zij extra welkom zijn. Nadat eerder bleek dat sprake was van verschillende regionale initiatieven is, om versnippering te voorkomen, door het Fietsplatform een landelijk label van fietsvriendelijke adressen geïntroduceerd. Daarbij is gekeken naar de aanpak in ondermeer Duitsland (Bett & Bike) en Vlaanderen, criteria zijn afgestemd. Bij het initiatief zijn ook de brancheorganisaties RECRON en Koninklijk Horeca Nederland betrokken. In 2011 is gestart met de landelijke uitrol. Bedrijven werden geworven in drie categoriën: daghoreca, logiesbedrijven en campings. Dit gebeurde in samenwerking met regionale partners. Voor het Fietsplatform is dit laatste heel belangrijk, enerzijds om draagvlak te creëeren, anderzijds om met de kennis van bijvoorbeeld regionale bureau’s voor toerisme snel tot een goed aanbod van adressen te komen. Oplossingen zijn gevonden om bestaande initiatieven op te nemen in het landelijke label. Naast de Fietsers Welkom bedrijven zijn er adressen die zich op specifieke wijze ook onderscheiden naar de fietstoerist. Dit geldt o.a. voor de adressen van Vrienden op de Fiets en de Rust!-punten. Het aantal bedrijven is redelijk stabiel gebleven, een aantal is afgevallen een aantal is nieuw. Eind 2013 waren er circa 1100 Fietsers Welkom!- bedrijven. Vanwege andere prioriteiten kon in 2013 minder tijd dan gepland worden gestoken in het vergroten van de zichtbaarheid van de deelnemende bedrijven. De meeste tijd is gegaan in het consolideren van het bestand en in de kwaliteitscontrole met vrijwilligers. Het plan is om in 2014 veel energie te steken in de zichtbaarheid en vindbaarheid. Met de bijdragen van de ondernemers kon het landelijke beheer van het kwaliteitslabel in 2013 volledig kostendekkend draaien.
Jaarverslag 2013
24
Promotie/voorlichting: portal nederlandfietsland.nl De basis voor de voorlichtingsactiviteiten van het Fietsplatform vormt de website nederlandfietsland.nl. Dit is dé landelijke portal waarmee overzicht wordt geboden wat betreft de recreatieve fietsmogelijkheden in Nederland, het kwalitatief hoogwaardige routeaanbod in het bijzonder. De website brengt vraag en aanbod bij elkaar. Binnen het Europese toerisme is het fietstoerisme een belangrijke groeisector. Nederland speelt hierbij ook een rol van betekenis. Buitenlandse toeristen noemen 'Nederland fietsland' na Amsterdam als meest positieve kenmerken van ons land. De populariteit van Nederland onder buitenlandse fietstoeristen blijkt ook uit de bezoekersstatistieken van onze consumentenwebsite nederlandfietsland.nl. Om de fietstoerist nog beter te informeren is in 2013 veel tijd gestoken in het implementeren van een Duitse en Engelse versie van de site. Met basisinformatie over de fietscultuur en fietsroutestructuur in Nederland, aangevuld met nuttige informatie over onder meer overnachten onderweg, fietsvervoer en -verhuur en arrangementen. De Nederlandse versie van de site is daarnaast op diverse punten uitgebreid. Doel van de site is om het recreatieve fietsen en de aantrekkelijke fietsregio’s breed te promoten en fietsers optimaal te informeren. Bijvoorbeeld via de nieuwe vierdelige GPS-videocursus voor fietsers. Ook zijn nieuwe knooppuntroutes toegevoegd, met een verbeterde presentatie. LF-fietsers komen op de site eveneens aan hun trekken, met onder andere GPX-files van alle LF-routes en een reeks folders van LF-themaroutes. Het bezoekersaantal in 2013 is (ten opzicht van 2012) met ruim 70% gestegen. De onderstaande grafiek laat de ontwikkeling per maand zien ten opzichte van 2012. In totaal is de website in 2013 731.672 maal bezocht. De piek lag in juli met bijna 135.000 bezoekers.
De portal nederlandfietsland.nl is de publiekswebsite van het Fietsplatform. Voor zakelijke relaties is er de website fietsplatform.nl. Informatie hierover bij het onderdeel Fietsplatform als kenniscoördinatiepunt (blz. 26).
Landelijk Fietsplatform
25
Promotie/voorlichting: overzichtsfolder Nederland Fietsland Ook in print kunnen fietsers lezen over de fietsmogelijkheden in Nederland. Een nieuwe Overzichtsfolder Nederland Fietsland is uitgebracht, met veel praktische informatie over LF- en knooppuntroutes, over fietsverhuur en pechhulp, overnachtingsmogelijkheden, fietsrouteplanners en fietsgidsen en -kaarten. De folder is gedrukt in een oplage van 100.000 stuks en op grote schaal actief verspreid. De gratis overzichtsfolder is in de plaats gekomen van de eerder jaarlijks uitgegeven Fietsideeënkaart. Veel informatie van die kaart is inmiddels online op nederlandfietsland.nl te vinden.
Verdere promotie/voorlichtingsactiviteiten NBTC Holland Marketing en het Landelijk Fietsplatform trekken gezamenlijk op om Nederland Fietsland (inter)nationaal nog beter op de kaart te zetten en concreet invulling te geven aan het positieve imago van Nederland als Fietsland. Vanaf 2014 wordt fietsen een belangrijk onderdeel van de toeristische promotie. In 2013 vonden de voorbereidende gesprekken plaats.
En verder: Beursparticipatie (Fiets- en Wandelbeurs in de RAI, 9 en 10 febr). Nieuwsbrieven: Zes keer per jaar ontvangen ruim 6000 abonnees van de nieuwsbrief NederlandFietsland nieuws en ontwikkelingen gratis in hun mailbox. Persberichten. Zowel over de netwerkactiviteiten als over kennisgerelateerde onderwerpen. O.a. over de Kwaliteitsmonitor, het meldsysteem en de sitevernieuwingen. Advertenties. De in 2012 gestarte Google Ads campagne voor nederlandfietsland.nl loopt ook in 2013 door. Persfietsreis: met buitenlandse journalisten over Rijnfietsroute, deel bij Millingen en finish bij Hoek van Holland (28 en 29 mei). Publieksevenement: in kader van 24 uur van de Natuur; begeleide GPX-fietstocht vanuit Leersum (22 juni)
Jaarverslag 2013
26
Toelichting activiteiten 2013
Fietsplatform als kennis- en informatiepunt (kerntaak 2)
Behalve als beheerder van het landelijk routenetwerk en voorlichter/promotor van het recreatieve fietsaanbod in Nederland fungeert het Fietsplatform ook als kennis- en informatiepunt op het gebied van fietsrecreatie en -toerisme. De activiteiten hiervoor zijn in de eerste plaats gericht op beleidsmakers en op ‘producenten’ en onttrekken zich dus veelal aan de directe blik van de recreatieve fietser, de ‘consument’. Hierbij een toelichting op de activiteiten in 2013.
Kennis, informatie en advies Onder deze noemer worden de activiteiten geschaard die te maken hebben met expertiseontwikkeling en kennisbundeling/ -verspreiding. Fietsen en fietstoerisme zijn in ons land vanzelfsprekende onderwerpen. Soms te vanzelfsprekend. Het Fietsplatform rekent het tot zijn taak om ten aanzien van het fietsen als vrijetijdsactiviteit de vinger aan de pols te houden; kennis hierover te bundelen, te vermeerderen en te verspreiden – regionaal, nationaal en internationaal. Het Fietsplatform participeerde in 2013 in uiteenlopende landelijke advies- en kennisfora waaronder: Gastvrijheidsoverleg (landelijk sectoroverleg vrijetijdseconomie, mede namens Wandelnet); Regiegroep Recreatie en Natuur (i.s.m. zusterorganisatie Wandelnet); European Cyclists’ Federation/ EuroVelo (national coordinator); Dutch Cycling Embassy. Het Fietsplatform nam deel aan uiteenlopende overleggen en bijeenkomsten en verzorgde verschillende presentaties, zowel in binnen- als buitenland. Kennisportal fietsplatform.nl De portal nederlandfietsland.nl is de publiekswebsite van het Fietsplatform. Voor zakelijke relaties fungeert de website fietsplatform.nl. Met de vernieuwing van het ontwerp en een flinke uitbreiding van de inhoud is deze website in 2012 getransformeerd in een kennisportal voor het recreatieve fietsen. In 2013 lag de focus vooral op de vulling met informatie: actuele cijfers en feiten en nieuws. De site belicht ook het routenetwerkbeheer en de organisatie van diverse projecten van het Fietsplatform.
Landelijk Fietsplatform
27
Landelijke lobby In 2013 is veel tijd gestoken in participatie in en beïnvloeding van een aantal actuele beleidsdossiers die van grote betekenis zijn voor routerecreatie fietsen. Daarbij werd samen opgetrokken met Stichting Wandelnet. De belangrijkste dossiers:
Gastvrijheidseconomie Minister Kamp (EZ) heeft de gastvrijheidssector uitgenodigd om met een visie te komen op de gastvrijheidseconomie. Het platform Gastvrij Nederland (Nationale Raad toerisme, recreatie, horeca en vrije tijd) is hiermee aan de slag gegaan en is voorbereidingen gestart voor een Toekomstvisie voor de Gastvrijheidseconomie. Naast specifieke input van ondernemerszijde en hun belangenorganisaties RECRON en Horeca Nederland is ook input gevraagd vanuit het brede werkterrein daar omheen, waaronder natuur en natuurbeleving. Fietsplatform is namens routerecreatie wandelen/fietsen betrokken. We hebben input geleverd (o.a. via format “case for change”) en deelgenomen aan werksessies. Onze insteek: de nationale routestructuur wandelen en fietsen vormt de verbinding tussen gastronomie/verblijf en natuur/landschap/platteland en schept daarmee belangrijke randvoorwaarden (ontsluiting, toegankelijkheid). Zie ook illustratie. Op 31 oktober jl. is het rapport ‘Vinden, Verrassen en Verbinden’ door Theo Ruijs, voorzitter topteam gastvrijheidseconomie, aangeboden aan Minister Kamp tijdens het congres “Toekomstperspectief Destinatie Holland 2025”. Dit rapport is het startdocument voor de toekomstvisie.
Natuurbeleid: beschermen, benutten en beleven De visie van de staatssecretaris is dat natuurbeleid breder moet worden ingestoken: 3 B’s – naast beschermen ook benutten en beleven. Dit sluit aan op ons werk; de nationale routestructuur wandelen en fietsen levert de “belevingsassen”. Rondom de Natuurtop en de actie 24 uur Natuur (beide 22 juni) zijn Wandelnet en Fietsplatform gezamenlijk een intensieve lobby gestart, onder andere met de actie “Wat als u minister van wandelen en fietsen zou zijn?”. Deze lobby heeft veel goodwill opgeleverd, zowel aan de “natuurkant” als aan de kant
Jaarverslag 2013
28
van de gastvrijheidseconomie. Het besef van de betekenis van de routenetwerken is nadrukkelijk gegroeid. Maar ook van de urgentie en de gezamenlijke verantwoordelijkheid om dit zo vanzelfsprekend lijkende onderwerp meer aandacht te geven. Het Fietsplatform heeft deelgenomen aan de Natuurtop en was daarbij uitgenodigd voor de Groene Tafel Natuur en Gastvrijheidseconomie. Tijdens deze werksessie werd een intentieverklaring Natuur en Gastvrijheid aangeboden aan staatsecretaris Dijksma. Op 18 september is de Hoofdlijnennotitie Natuur (Natuurpact) gepresenteerd door staatssecretaris Sharon Dijksma van EZ en de gezamenlijke provincies (IPO). De notitie geeft de ambities op hoofdlijnen voor de ontwikkeling en het beheer van de natuur in Nederland in de komende jaren. In plaats van Ecologische Hoofdstructuur wordt vanaf nu gesproken over Natuurnetwerk Nederland. Dit moet een robuust netwerk worden. Maar nadrukkelijk wordt ook ingezet op andere (economische) functies. En op het beleven. Het is gelukt om de routenetwerken expliciet genoemd te krijgen als goed voorbeeld; dit biedt een aanknopingspunt voor de continuering van de activiteiten die nodig zijn om deze netwerken in stand te houden. De realisatie van het Natuurnetwerk Nederland is gedecentraliseerd naar de provincies. Eerder heeft de Rijksoverheid hiervoor € 105 miljoen beschikbaar gesteld in het Bestuursakkoord Natuur (decentralisatieakkoord). Dit betekende een forse vermindering van rijksbudget voor natuur. Het Rijk heeft dit deels gerepareerd via het Natuurpact: structureel is € 200 miljoen extra beschikbaar. De Hoofdlijnennotitie kan worden gezien als het gebiedsgerichte deel van het natuurbeleid, met focus op beschermen. De andere “b’s” (benutten en beleven) komen nauwelijks aan de orde. Dit is ook de conclusie van het het Planbureau Leefomgeving (PBL). PBL merkt wordt dat de uitdaging is om synergie te zoeken in maatregelen. Fietsplatform en Wandelnet hebben geprobeerd om via het Natuurpact ook de afspraken tussen Rijk en provincies over de routenetwerken organisatorisch en financieel (“1%”) te zekeren. Het IPO wilde hier niet in meegaan. De planning is dat in de eerste helft van 2014 door de Rijksoverheid een samenhangende Natuurvisie zal worden gepubliceerd. Geprobeerd wordt om hierin ook de belangen van routerecreatie en de de routenetwerken te verankeren. Eind 2013 is hiervoor input geleverd.
Gezondheid; sport en bewegen Op 12 oktober vond tijdens de Military van Boekelo een netwerkbijeenkomst plaats van het Actieplan Buitensport. Stimuleren van buitensport is een belangrijk item bij het bereiken van de sportdoelstelling dat in 2016 75% van de Nederlanders regelmatig sport, in het belang van de volksgezondheid. Sprake blijkt van veel synergie met de activiteiten van Fietsplatform en Wandelnet. Laagdrempelige activiteiten als wandelen (en trimmen/hardlopen) en fietsen (en toerfietsen/mtb-en) kunnen daarin veel betekenen. Tijdens werksessies bleek dat belang wordt gehecht aan verbetering van de informatievoorziening voor het publiek. Iets als nederlandfietsland.nl maar dan ook voor andere (buitensport)activiteiten. Op 28 november vond een vervolgsessie plaats in Veenendaal. De planning is dat in de eerste helft van 2014 het Actieplan Buitensport zal worden gepresenteerd. Voor Fietsplatform en Wandelnet ontstaat hiermee een extra aanknopingspunt voor het verankeren van de belangen van routerecreatie fietsen en wandelen. Ondermeer de bestaande portals vormen een goed vertrekpunt voor verdere samenwerking.
Kwaliteit leefomgeving Minister Schultz van Haegen wil één samenhangende Omgevingswet maken die ontwikkelingen stimuleert en de kwaliteit van de leefomgeving waarborgt. Meer dan 60 wetten worden samengevoegd. Bij deze operatie is onder andere Wandelnet en (via deze) het Fietsplatform betrokken als lid van het Overleg Infrastructuur en Milieu en als partner in de Regiegroep Recreatie en Natuur. Wandelnet wordt hierbij bijgestaan en geadviseerd door dhr. Marius (naast bestuurslid Fietsplatform ook expert vrijwilliger bij het Wandelnet). Volgens plan zal in 2014 de nieuwe Wet Natuurbescherming van kracht zal worden, een samenvoeging van de Flora- en Faunawet, de Natuurbeschermingswet en de Boswet. Het is de bedoeling dat deze wet zal opgaan in de nieuwe Omgevingswet.
Landelijk Fietsplatform
29
Politieke lobby Hiernaast is een politieke lobby op gang gekomen. De Tweede Kamerleden Paulus Jansen (SP), Sander de Rouwe (CDA) en Duco Hoogland (PvdA) hebben in 2013 voorbereidingen getroffen voor een initiatiefnota met voorstellen voor de uitbouw en betere benutting van het Nederlandse wandel- en fietsnetwerk. Fietsplatform en Wandelnet werden nauw bij de voorbereidingen betrokken. Belangrijke momenten waren: 15/2: bezoek van de drie Tweede Kamerleden aan Fietsplatform en Wandelnet; 28/6: presentatie startnotitie “Een Stap Vooruit” door de drie Tweede Kamerleden in Baarn; 26/8: werkbezoek Tweede Kamerleden in Overijssel, georganiseerd door Fietsplatform en Wandelnet; 15/11: bespreking reacties startnotitie in klein comité in gebouw Tweede Kamer.
Jaarverslag 2013
30
Monitoring; Fietsrecreatiemonitor Om vraag en aanbod, kansen en bedreigingen goed in beeld te houden publiceert het Fietsplatform regelmatig feiten en cijfers over het recreatieve fietsgebruik. Enerzijds wordt daarvoor gebruik gemaakt van bestaande informatie, deze wordt verzameld en gebundeld. Anderzijds investeert het Fietsplatform in verrijking van bestaande onderzoeken. Concreet gebeurt dit door participatie in het CVO (Continu Vakantie Onderzoek; jaarlijks) en CVTO (Continu Vrije Tijd Onderzoek; tweejaarlijks), beide van NBTC-NIPO. Aan deze landelijke onderzoeken zijn extra vragen toegevoegd over recreatieve fietstochten, zowel korte tochten vanaf een uur als fietsvakantietochten.
In het voorjaar van 2013 verschenen de resultaten van het CVO en de extra fietsvragen die het Fietsplatform hierbij heeft laten meelopen. Deze en andere actuele cijfers zijn verwerkt in de Fietsrecreatiemonitor, onderdeel van de kennisportal fietsplatform.nl – de website van het Fietsplatform voor professionals. Veel cijfers hebben een provinciale uitsplitsing gekregen zodat onderlinge vergelijking mogelijk is. Een samenvatting van de cijfers is gepubliceerd in een factsheet met kerncijfers (Fietsrecreatiemonitor; fietsfeiten april 2013). Deze factsheet is ontsloten als eenvoudig te downloaden document (pdf) en is als print verspreid onder de vakwereld en pers.
Kerncijfers recreatief fietsen 2013:
Jaarlijks stapt 52% van de bevolking (ruim 8 miljoen Nederlanders) op de fiets voor het maken van een recreatieve tocht. Dit resulteert in bijna 170 miljoen fietstochten van een uur of meer en circa € 500 miljoen aan bestedingen onderweg (met name daghoreca en overnachtingen). Verder in ruim 1 miljoen fietsvakanties. In 2012 werden ruim 1 miljoen nieuwe fietsen verkocht, waarvan naar schatting 1/3 hoofdzakelijk voor recreatief of sportief gebruik. 16% daarvan betroffen elektrische fietsen.
Bron: Fietsrecreatiemonitor 2013, Stichting Landelijk Fietsplatform
Presentatie Kwaliteitsmonitor 2013 tijdens netwerkbijeenkomst op 6 juni 2013 in Amersfoort
Landelijk Fietsplatform
31
Monitoring; Kwaliteitsmonitor fietsregio’s Het Fietsplatform heeft als onafhankelijke instantie een objectief landelijk vergelijkend onderzoek ontwikkeld om de inspanningen van provincies en onderliggende regio’s op het gebied van het recreatieve fietsen te monitoren: de Kwaliteitsmonitor fietsregio’s. Doel van de Kwaliteitsmonitor is om regio’s te prikkelen het aanbod voor het recreatieve fietsen in Nederland op een hoog niveau te houden en/of naar een hoger kwaliteitsniveau te tillen. De Kwaliteitsmonitor bestaat uit een vakinhoudelijk onderzoek en de inbreng van de fietser. Het vakoordeel en het consumentenoordeel zijn samengebracht op basis van een weging van factoren. Zes onderdelen zijn uitgewerkt: landschap, toegankelijkheid, kwaliteit en beheer routenetwerken, onderhoud bewegwijzering en tot slot het voorzieningenpeil. Getoetst wordt daarmee vooral op aspecten waarop de regio’s zelf invloed kunnen uitoefenen. De kwaliteit van de regio’s wordt in sterren, vergelijkbaar met de Michelin-sterren voor restaurants en de sterren voor de veiligheid van personenauto’s. Vijf sterren is het maximum. De Kwaliteitsmonitor 2012 was goed ontvangen en kreeg veel publiciteit. Het idee om hiermee regio’s te prikkelen pakte goed uit. Na het succes van deze eerste Kwaliteitsmonitor werd besloten, op dezelfde leest geschoeid, in 2013 eenzelfde objectieve kwaliteitstoets van fietsregio’s te houden. Naast de twaalf Nederlandse provincies werden elf belangrijke toeristische regio’s in de Kwaliteitsmonitor 2013 meegenomen, te weten: de Friese Waddeneilanden; Kop van Overijssel/IJsseldelta/Vechtdal; Salland; Twente; Achterhoek; Veluwe; Rivierengebied; Regio ArnhemNijmegen; Texel; Noord- en Midden-Limburg en Zuid-Limburg. De uitkomst van de tweede Kwaliteitsmonitor werd tijdens de netwerkbijeenkomst op 6 juni 2013 in Amersfoort gepresenteerd. In 2013 verdienden 6 provincies 4 sterren en de andere 6 provincies 3. Van de toeristische regio’s werd 3 keer 3 sterren, 7 keer 4 sterren en één keer 5 sterren toegekend, het hoogste aantal. Deze eer viel te beurt aan Texel. Van de provincies behaalde Overijssel netto de hoogste kwaliteitsscore. Ook in 2013 werd veel publiciteit gegenereerd met de Kwaliteitsmonitor. Er verschenen veel artikelen in de pers. Provincies en regio’s pikten het zelf ook nadrukkelijk op in hun uitingen.
Drenthe
Overijssel
Gelderland
Flevoland
Utrecht
Noord-Holland
Zuid-Holland
Zeeland
Noord-Brabant
Limburg
Friese Waddeneilanden
Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal
Salland
Twente
Achterhoek
Veluwe
Rivierenland
Regio Arnhem-Nijmegen
Texel
Noord- en Midden-Limburg
Zuid-Limburg
4,1
3,5
3,8
3,6
3,9
3,4
3,3
2,8
3,8
3,3
3,0
4,5
3,6
3,7
3,6
3,7
3,8
3,7
2,6
4,5
3,2
2,5
1
3,0
4,3
3,0
3,2
2,7
4,1
2,3
2,0
0,9
3,2
2,3
1,8
4,3
3,0
3,0
2,5
3,0
3,4
2,5
0,5
4,5
2,3
0,7
consumentenoordeel (0 - 5 sterren)
2
3,7
4,0
3,7
4,1
4,1
3,8
4,0
4,0
3,8
4,1
3,8
3,5
4,5
3,9
4,1
4,1
4,0
4,0
4,3
3,7
4,5
3,7
3,5
weging per hoofdindicator
3,5
vakoordeel (0 - 5 sterren)
1. Landschap
2. Toegankelijkheid
weging vak-/ cons.oordeel
Friesland
regios
Groningen
provincies
2,5
2,7
2,7
4,6
4,2
3,7
3,2
2,2
1,8
2,3
4,6
3,7
3,1
4,7
4,2
4,1
4,1
4,7
4,2
2,7
2,2
4,7
4,1
2,6
vakoordeel (0 - 5 sterren)
2
2,1
2,1
5,0
4,3
3,6
2,9
1,4
0,7
1,4
5,0
3,6
2,9
5,0
4,3
4,3
4,3
5,0
4,3
2,1
1,4
5,0
4,3
2,1
consumentenoordeel (0 - 5 sterren)
1
3,8
3,9
3,8
4,1
4,0
4,0
3,9
3,9
3,9
3,9
3,9
3,6
4,1
3,9
3,8
3,8
4,0
3,9
3,9
3,7
4,1
3,7
3,4
3. Kwaliteit routenetwerken
1,5
3,8
4,3
2,7
4,5
3,8
3,0
4,1
3,6
3,4
4,4
3,6
3,9
nvt
4,8
4,8
4,5
4,8
4,0
4,8
4,4
4,4
4,4
3,7
vakoordeel (0 - 5 sterren)
4
3,8
4,4
2,5
4,6
3,8
2,9
4,2
3,5
3,3
4,6
3,5
4,0
nvt
5,0
5,0
4,6
5,0
4,0
5,0
4,6
4,4
4,6
3,8
consumentenoordeel (0 - 5 sterren)
1
3,8
3,9
3,7
4,0
4,0
3,2
3,7
4,0
3,6
3,9
4,0
3,5
4,1
3,9
4,0
4,0
4,0
4,0
4,0
3,7
4,1
3,7
3,6
4. Voorzieningen langs de routes
2,0
2,3
3,4
3,6
3,8
3,6
1,4
3,4
3,8
3,1
3,3
3,0
4,2
3,1
3,4
4,1
3,3
3,3
4,1
2,5
2,9
4,7
3,8
4,2
vakoordeel (0 - 5 sterren)
4
2,3
3,5
3,8
4,0
3,7
1,3
3,5
4,0
3,2
3,3
3,0
4,5
3,0
3,5
4,3
3,3
3,3
4,3
2,3
2,8
5,0
4,0
4,5
consumentenoordeel (0 - 5 sterren)
1
2,4
3,2
2,7
3,1
3,1
1,7
2,8
2,9
2,9
3,3
3,1
3,0
3,7
3,0
3,1
3,1
3,0
3,2
3,2
3,0
3,7
3,0
3,2
4,6
3,8
4,2
4,6
3,5
2,0
2,5
2,4
3,5
3,5
5,0
3,2
2,5
4,4
4,0
5,0
4,4
3,6
3,8
3,2
4,6
4,6
3,2
4,6
3,8
4,2
4,6
3,5
2,0
2,5
2,4
3,5
3,5
5,0
3,2
2,5
4,4
4,0
5,0
4,4
3,6
3,8
3,2
4,6
4,6
3,2
5. Beheer routenetwerk
1,0
2,0
vakoordeel (0 - 5 sterren) 6. Onderhoud bewegwijzering
4,7
3,3
4,4
3,3
3,1
2,6
1,8
2,5
2,4
3,5
2,1
4,0
nvt
4,8
2,8
3,8
4,3
4,5
2,6
2,7
4,8
3,1
4,7
vakoordeel (0 - 5 sterren)
4
5,0
3,1
4,6
3,1
2,9
2,5
1,3
2,1
2,1
3,3
1,7
4,2
nvt
5,0
2,5
3,8
4,4
4,6
2,3
2,5
5,0
2,9
5,0
consumentenoordeel (0 - 5 sterren)
1
3,7
4,0
3,7
4,0
4,1
3,2
3,8
4,0
3,6
4,0
4,0
3,5
4,1
3,8
4,0
4,0
4,1
4,0
3,9
3,7
4,1
3,7
3,6
Totaalwaardering, exact Totaalwaardering, afgerond
2,0
3,76 3,69 3,80 4,04 3,54 2,84 2,89 2,88 2,91 3,85 3,49 3,49 3,51 4,23 3,89 4,08 4,22 3,98 3,48 3,03 4,62 3,84 3,42 4
4
4
4
4
3
3
3
3
4
3
3
4
4
4
4
4
4
3
3
5
4
3
Jaarverslag 2013
32
Dossier toegankelijkheid Bij het maken van een fietstocht wordt de fietser in ons land vaak geconfronteerd met barrières – in stadsranden, maar ook in het landelijk gebied. Het gaat daarbij zowel om fysieke barrières (bijv. door het afsluiten van kruisingen; ‘verhokking’ van het landschap) als visuele barrières (verrommeling van het landschap). Voor het Fietsplatform blijft dit een belangrijk item. Het heeft hier ook in 2012 veel aandacht aan geschonken, samen met Wandelnet en in samenwerking ook met de KNHS (Hippische sportfederatie). Bij fysieke barrières wordt een onderverdeling gemaakt in spoorlijnen, hoofdwegen (snel- en N-wegen) en water.
Bordontwerp België: illustratief voor toegankelijkheidsdossier
In 2013 is opnieuw veel aandacht geschonken aan dit onderwerp. Met name in de ambtelijke en politieke lobby vormde dit een belangrijk item (zie blz. xx). Wat betreft het opheffen van overwegen zijn in 2013 op verzoek van ProRail zienswijzen gegeven bij ruim 100 overwegen waarvoor de komende jaren een besluit moet worden genomen over het al dan niet opheffen ervan. Fietsplatform, Wandelnet en KNHS (ruiters) brengen daarbij het recreatief belang in beeld. Fietsplatform betrekt hierbij ook de lokale achterban van de Fietsersbond en de ANWB. De landelijke GIS-routedatabank blijkt een effectief hulpmiddel; er kunnen snel analyses worden gemaakt door de routenetwerken en de overwegen in (kaart)beeld te brengen. Gereageerd is verder op de nodige plannen voor het opschalen van N-wegen naar 100 km wegen. Input is geleverd op basis waarvan ook het belang van de kruisende recreatieve verbindingen meegewogen kan worden.
Landelijk Fietsplatform
Fietsplatform geeft impulsen aan belangenbehartiging Het Fietsplatform maakt zich sterk voor de belangen van het recreatieve fietsen en de recreatieve fietsroutestructuur. Het geeft impulsen aan de belangenbehartiging en draagt zorg voor goede afstemming. Impulsen geven betekent vooral het zichtbaar maken en houden van de belangen, de kansen en de bedreigingen. Zie de Fietsrecreatiemonitor en de Benchmark fietsregio’s. Zie ook het specifieke dossier toegankelijkheid. Wat betreft de aandacht van overheden speelt de vanzelfsprekendheid van fietsen en fietsrecreatie in Nederland dit onderwerp vaak parten. Verder het feit dat het verweven is met veel uiteenlopende beleidsterreinen en daardoor makkelijk in niemandsland terecht komt. Naar buiten toe profileert het Fietsplatform zich in bescheiden mate als belangenbehartigingsorganisatie. Dit beperkt zich hoofdzakelijk tot het landelijke en provinciale niveau. Enerzijds heeft dit te maken met de capaciteit van de organisatie. Anderzijds omdat andere organisaties op dit vlak al actief zijn of daarop aangesproken kunnen worden. Aangesloten organisaties als de ANWB en de Fietsersbond vervullen deze rol met name, zij spelen zowel op landelijk, regionaal als lokaal niveau een belangrijke rol bij het behartigen van de belangen van het fietsen. Om belangenbehartiging voor routegebonden recreatie goed te stroomlijnen fungeert een werkgroep belangenbehartiging, bestaand uit een vertegenwoordiger van Wandelnet, de Hippische sportfederatie KNHS, het Fietsplatform en de Fietsersbond.
33
Veerverbindingen: onmisbare (en populaire) schakels in waterrijk Nederland – fiets-/voetveer over de Rijn bij Millingen (onderdeel LF3 Hanzeroute en internationale Rijnfietsroute) Foto boven: W. Gipman
Jaarverslag 2013
34
Organisatie Aan de basis van de activiteiten van het Fietsplatform staat het in Amersfoort gevestigde bureau. Door een klein team van beroepskrachten worden hier de verschillende werkzaamheden aangestuurd en uitgevoerd. Het bureau wordt daarbij ondersteund door een groot aantal vrijwilligers, afkomstig uit alle delen van het land. Met name voor de Landelijke Fietsroutes verrichten zij veel werk. De organisatie wordt geleid door een bestuur waarin belangrijke recreatie- en/of fiets(ers)organisaties, alsmede de provincies zijn vertegenwoordigd. Het Fietsplatform werkt nauw samen met zusterorganisatie Wandelnet, dat in hetzelfde pand is gehuisvest.
Bestuur Samenstelling eind 2013:
Jan Dijkema, onafhankelijk voorzitter Frans de Kok, secretaris/plv. voorzitter (vertegenwoordiger ANWB) Sacha Boedijn (vertegenwoordiger RAI vereniging; secretaris afd. fietsen) Hugo van der Steenhoven (vertegenwoordiger Fietsersbond; directeur), plv.: Henk Marius Arjan de Vries (vertegenwoordiger NTFU; directeur), plv.: Mark Torsius Ties Hazenberg (vertegenwoordiger uit de geledingen van de provincies)
Het bestuur kwam zes keer bijeen. Tijdens de vergaderingen werd de voortgang van de geplande activiteiten en de financiering daarvan besproken. Ook werden de lijnen verkend en uitgezet voor de toekomst, inclusief de rol daarbij vanuit de in het Fietsplatform participerende organisaties. Personele organisatie De totale personele bezetting bedroeg aan het eind van het jaar 5,17 fte. Na aftrek van de uren voor het Wandelplatform (/Wandelnet) is dit netto 4,82 fte. De personele samenstelling eind 2013: Eric Nijland (directeur, 38 uur) Myron ter Haar (adjunct directeur/projectleider, 24 uur) Jantien van de Brug (projectmedewerker LF-routes, 24 uur) Jon Rietman (GIS-medewerker, 26,6 uur) – 50% Fietsplatform/50% Wandelplatform Leon Hoogsteen (marketingcoördinator, 32 uur) Anita Bakker (coördinator voorlichting & promotie, 24 uur) Janiet Kempen (bureaumanager, 28 uur) In goed overleg en na een zorgvuldige verkenning is het dienstverband van Ad Snelderwaard als projectmedewerker LF-routes (16 uur) per 31 augustus 2013 beëindigd. Zijn kerntaak – routeontwikkeling en redactie/ productie van gidsen – was goeddeels afgerond. Resterende activiteiten bleken een (te) beperkte omvang te hebben. Ad was ruim 26 jaar werkzaam bij het Fietsplatform, hij trad kort na de oprichting in dienst. Als blijk van waardering voor zijn grote inzet en betekenis voor het Fietsplatform werd op 29 augustus een afscheidsborrel voor de fiets- én wandelcollega’s georganiseerd. Het Fietsplatform kan voor zijn werkzaamheden ook een beroep doen op circa 150 vrijwilligers. Zij zijn met name nauw betrokken bij het veldwerk voor de LF-routes. Op 28 september vond de jaarlijkse vrijwilligersdag plaats, ditmaal in Baarn. Ongeveer 100 mensen namen hieraan deel. Het nuttige en het aangename werd net als andere jaren verenigd. Naast kennisuitwisseling werd een rondleiding aangeboden over het Bomencentrum, werd een fietstocht gemaakt en werd de dag afgesloten met een borrel/hapje/drankje. Tijdens de vrijwilligersdag werd ook Ad Snelderwaard uitgezwaaid – hij had afgelopen jaren intensief contact met veel vrijwilligers. Enkele vrijwilligers staken met vaste regelmaat ook een helpende hand toe bij de werkzaamheden op het bureau, met name Johan de Jong en Jan Chaudron. Jan-Pieter Weijers was in 2013 naast ‘gewoon’ routevrijwilliger onze vooruitgeschoven post voor het project internationale Maasroute.
Landelijk Fietsplatform
35
Medewerkers Fietsplatform (foto personeelsuitje in Amsterdam)
Vrijwilligers in actie tijdens de Fiets en Wandelbeurs omstickeren LF-route en aanwezig op de Vrijwilligersdag 2013 in Baarn
Jaarverslag 2013
36
Continuïteit, begroting 2014 2013 was het laatste jaar waarbij de ILG-meerjarenprogrammering (Investeringsbudget Landelijk Gebied; samenwerkingsafspraken 2007 t/m 2013 tussen Rijksoverheid en provincies) de financiële basis vormde. Veel tijd werd gestoken in de continuïteit. Hieronder een overzicht. Stavaza begin 2013 Rijk heeft in 2012 in Lenteakkoord € 200 miljoen bezuiniging op natuur teruggedraaid. Rijk en provincies zijn in onderhandeling over de verdeling ervan. Conclusies na drie brainstormsessies provinciale werkgroep en landelijke routestichtingen fietsen/wandelen/varen beschikbaar, evenals contouren aanbod diensten. Op 12-11-12 teruggekoppeld tijdens 1e bijeenkomst Netwerk Vrijetijdseconomie Provincies, opvolger IPO-werkgroep R&T. Afspraak na overleg routestichtingen met IPO projectteam Vitaal Platteland (17-12-12): 1) De Ambtelijke Adviescommissie Vitaal Platteland (AAC VP) en vervolgens de Bestuurlijke Adviescommissie Vitaal Platteland (BAC VP) gaan zich buigen over 5 vervallen Rijkstaken: de Nationale Parken, de Nationale Landschappen en de drie landelijke routenetwerken fietsen, wandelen, varen. 2) Het Projectbureau bereidt een voorstel voor op basis van input van de organisaties achter deze 5 taken; een voorstel voor mogelijke samenwerking en gemeenschappelijke provinciale financiering. 3) Namens de routenetwerken is Eric Nijland eerste contactpersoon. Input routenetwerken bestaat uit een contourenschets voor een toekomstvisie/MJP 2014-2018 met als werktitel ‘Actief genieten van buiten’. Acties 2013 Januari/februari Frequente afstemming met IPO projectteam Vitaal Platteland om voorstel uit te werken voor IPO AAC VP en BAC VP. Op 25/2 vergadernotitie IPO-projectteam: voorstel om inzake vervallen rijkstaken te onderkennen dat een gemeenschappelijke provinciale inspanning vereist is voor de instandhouding van de landelijke routenetwerken. (28/2) Overleg “groene partners” inzake lobby Rijk en politiek (“doorlopend landschap”). Initiatief Landschapsbeheer Nederland. Maart (7/3) IPO AAC VP. Advies IPO projectteam terzijde geschoven; landelijke routenetwerken fietsen (F)/ wandelen (W)/ varen (V) zaak van de individuele provincies, niet van het IPO. (15/3) Bestuurlijk overleg Fietsplatform & Wandelnet. Concept MJP doorgenomen. (26/3) Concept MJP aangeboden aan ambtelijke contactpersonen R&T provincies, met verzoek om reacties; (28/3) IPO BACVP (bestuurlijke commissie). Neemt het ambtelijk advies (AACVP 7/3) niet 100% over. Er komt een gesprek met de directeuren van de routestichtingen en twee gedeputeerden (Zeeland en Zuid-Holland). Directeur IPO neemt initiatief. April (3/4) Gesprek SLF/WN met Min EZ (Louis van Vliet; Natuurlijk Ondernemen). EZ ziet raakvlakken van ons onderwerp met de Natuurvisie. Sleutelwoorden nieuw natuurbeleid: beschermen, benutten en beleven (3 B’s). Beleven wordt goed gefaciliteerd door recreatieve routestructuur. Helpt ook beschermen (zoneren). 22/6 Natuurtop; SLF/WN worden hiervoor uitgenodigd. (4/4) Presentatie SLF namens routestichtingen bij Gastvrijheidsoverleg (o.l.v. EZ). Preview MJP. Insteek: routenetwerken verbinden stad – natuur/landschap/platteland – gastronomie/verblijf. Positief ontvangen. Viel prima tussen terugblik AO Gastvrijheidseconomie (Kamp: “kom met visie voor de sector – laat weten als zaken decentraal vastlopen”) en presentatie over Natuurvisie door EZ. Reactie alom: routenetwerken zijn belangrijk voor gastvrijheidseconomie én natuursector (de 3 B’s). EZ: schuif aan bij het ontwikkelen van de Natuurvisie (“Groene Tafels”) en zorg dat het ook opgenomen wordt in sectorvisie gastvrijheidseconomie. Aansluitend presentatie over Natuurvisie. Vastgesteld: routenetwerken horen hierin te worden verweven. Gaat over beleven, maar ook over beschermen (zoneren). Twijfel wordt uitgesproken over haalbaarheid aanhaken routenetwerken op de € 200 miljoen extra Rijksgeld voor natuur naar provincies (“1%”). (5/4) Overleg lobby “doorlopend landschap” (vervolg 28/2). Inzet: gezamenlijke claim op de € 200 miljoen. Opgemerkt: unieke positie routenetwerken – waar mogelijk willen we samenwerken. Landschapsbeheer NL ontwikkelt pamflet. Op 11/4 gesprek Landschapsbeheer NL met Min EZ (Rob van Brouwershaven, directeur natuur). Geen opening wat betreft € 200 miljoen. (12/4) Reacties provincies op concept MJP F/W/V geclusterd en toegezonden aan alle provincies.
Landelijk Fietsplatform
37
(17/4) Overleg routestichtingen F/W/V met provincies (ambtenaren belast met routenetwerken, in principe EZ). Conclusies: 1) provincies willen verder met de landelijke routenetwerken en routestichtingen maar ieder op zijn manier en voor minder geld. Rijk nodig voor binding en middelen, anders lukt het niet. 2) duidelijker maken naar provincies wat wij toevoegen naast regionale routebureaus. 3) splitsing maken tussen a) fietsen/wandelen en b) varen. (26/4) Brief Regiegroep Recreatie en Natuur (incl. WN/SLF) aan Minister van I&M inzake borging routenetwerken in de Omgevingswet. Gaat weliswaar over feitelijk borgen van de netwerken, maar voor de routestichtingen zit er een interessante en bruikbare passage in: “Het Rijk als bewaker van de eenheid in beleid (Grondwet artikel 45 lid 3) en in haar voorwaardenscheppende rol voor vrijetijdsbesteding (Grondwet artikel 22 lid 3) heeft naar onze mening een systeemverantwoordelijkheid voor het doelmatig beheer van nationale routestructuren.”
Mei (2/5) gesprek SLF/WN met Flevoland inzake bijdrage 2012/2013 (gedeputeerde Gijsberts). Goed gesprek. Provincie: kom met voorstel, wellicht kunnen we hiermee rechtszaak voorkomen. Voorstel SLF/WN: gespreide betaling; wel hele bedrag. Flevoland is hier niet op ingegaan. (23/5) Kamerdebat ILG. O.a. initiatief Doorlopend Landschap (zie 5/4). PvdA en SP overwegen een motie in te dienen. Twitterberichten van Dijksma #WILG:"gaat veel naar provincies maar er blijft Rijksverantwoordelijkheid. Ik wil daar ontspannen mee omgaan, haalbaar&betaalbaar". SP:"Landelijke financiering voor landelijke routenetwerken ligt voor hand, iedere provincie heeft eigen eisen. Bereid te overleggen?" #WILG. Dijksma:"ik ontraad de motie over wandel- en fietsnetwerk, Kamp is daarmee bezig, geen kostbaar natuurgeld aan uitgeven". Conclusie: Rijk ziet verantwoordelijkheid in deze (positief). Vervolgens wordt verantwoordelijkheid doorgeschoven: van EZ/Natuur naar EZ/Gastvrijheidseconomie (negatief). Motie is vervolgens aangehouden. Info ten behoeve van rechtszaak Flevoland uitgeplozen en op 30/5 aangereikt aan advocaat. Juni (6/6) Overleg SLF - Min EZ (Bas Volkers; lid schrijfteam hoofdlijnennotitie Rijk/IPO inzake afspraken natuurbeleid/ € 200 miljoen). Belang nationale routestructuur F/W (&V) toegelicht, link met natuurbeleid en noodzaak van landelijke coördinatie. Verzoek: aandacht in hoofdlijnennotitie voor routenetwerken. (6/6) Gastvrijheidsoverleg (GO). SLF aanwezig. GO staat in teken van voorbereiding Natuurtop 22/6, Groene Tafel Gastvrijheidseconomie. Input geleverd voor intentieverklaring. (12/6) Rechtszaak Wandelnet/Fietsplatform – Flevoland in Lelystad. Kritische vragen rechter aan provincie; zij dienen extra stukken aan te leveren. (18/6) Bestuurlijk overleg IPO – routestichtingen (F/W/V). Gesprek o.l.v. gedeputeerde ZuidHolland (Weber). Duidelijke afspraken, de belangrijkste: 1) varen geen gemeenschappelijke verantwoordelijkheid provincies, wandelen en fietsen wel; 2) SLF en WN kunnen voor wandelen en fietsen gaan rekenen met elk € 330.000 per jaar, eind aug. wordt een voorstel verwacht; 3) intentie: meerjarige afspraken. Aansluitend terugkoppeling in BAC VP (vergadering gedeputeerden landelijk gebied). (22/6) Natuurtop (Geofort, Herwijnen). Toespraken MP Rutte en Stas. Dijksma. Naast plenair deel “Groene Tafels” waar concept intentieverklaringen worden besproken. SLF/WN uitgenodigd voor Groene Tafel Gastvrijheidseconomie. Eerder voorgekookte amendementen op intentieverklaring worden belicht. Dijksma krijgt voorlopige versie mee met afspraak dat een “mooiere” nog volgt. Parallel: activiteiten 24 uur Natuur. WN: finale estafettewandeling Den Haag (eerder uitgezwaaid door Stas. Dijksma) – Amersfoort. SLF: GPS-workshop en –fietstocht. In aanloop naar Natuurtop worden onder de noemer “Wat als u Minister voor wandel en fiets was?” bekende personen/organisaties gevraagd een statement te maken. Deze worden prominent op de website van SLF/WN geplaatst. (24/6) Mail SLF/WN aan Gastvrij NL (en CC: Regiegroep Recreatie en Natuur, ANWB, RECRON, HISWA). Verzoek: in def. versie intentieverklaring amendementen routestichtingen gebruiken (zie 22/6). (27/6) Mail Innovatienetwerk met intentieverklaring Natuur en Gastvrijheid. Definitieve versie is via ander kanaal gekomen… Tekst helaas vrij algemeen gebleven. (28/6) Presentatie Startnotitie “Een Stap Vooruit” door Tweede Kamerleden Paulus Jansen (SP), Duco Hoogland (PvdA) en Sander de Rouwe (CDA). Ideeën voor betere benutting netwerken W/F. Juli/augustus (2/7) WN gebeld door Min EZ (Peter Munters; plv. directeur Natuur). Uitwisseling info n.a.v. lobbyactiviteiten. Afspraak: overleg inplannen. (3/7) Telefoongesprek SLF – IPO projectteam (Gerard Geraedts). GGj stuurt verslag van BAC VP 18/6 (aansluitend op bestuurlijk overleg IPO – routestichtingen). In BAC VP zijn de afspraken teruggekoppeld met het voorstel om hiermee in te stemmen. Conclusie GG: provincies hebben zich bij monde van gedeputeerden landelijk gebied bestuurlijk geschaard achter opvatting dat routenetwerken wandelen en fietsen een gezamenlijke provinciale verantwoordelijkheid betreft.
Jaarverslag 2013
38
(3/7) Mailbericht SLF/WN aan ambtelijke contactpersonen routerecreatie bij provincies. Hen geïnformeerd over actuele ontwikkelingen. Gefocust op ontwerp raambegroting SLF en WN. Lastige afstemming: vakanties/ uitval directeur WN. (23/8) Vooroverleg ‘aanbod’ routestichtingen met IPO projectteam. Info plus begroting SLF OK. IPO: begroting WN op vergelijkbare wijze als SLF; info uiterlijk 29/8 aanreiken. (26/8) Werkbezoek drie Tweede Kamerleden, georganiseerd door WN & SLF. (29/8) Aanvullende info WN gereed voor IPO. Iets anders ingestoken dan SLF. SLF document ook nog aangepast. Op 30/8 info WN en SLF verzonden aan IPO. September (3/9) Gesprek WN/SLF – Min EZ, Den Haag. “Verkennend overleg” met directie Natuur en Biodiversiteit (Peter Munters, plv. hoofd; Louis van Vliet, contactpersoon gastvrijheidssector). EZ onderkent belang routenetwerken voor zowel natuur als gastvrijheidseconomie. Routestichtingen schetsen problemen decentralisatie. Er blijkt ruimte bij EZ voor goede projecten en ook voor overbruggingsafspraken. Oproep: kom met voorstellen. Ideeën worden uitgewisseld. (4/9) Bijeenkomst toekomstvisie Gastvrijheidssector. SLF aanwezig. Teneur: betere samenwerking en afstemming gewenst, zowel binnen sector als naar consument toe (ontsnippering van informatie). Oproep: lever bouwstenen voor visie op basis van format “Case for change”. Gedaan op18/9. (5/9) Bestuurlijk overleg routestichtingen F/W – IPO (vervolg op 18/6; Utrecht). Gedeputeerde verhinderd. Beukema (directeur IPO) doet verslag van stand van zaken (uitkomsten BAC VP 18/6, plus ontwikkelingen daarna). Korte toelichting routestichtingen op cijfers. Informatie/conclusies vanuit IPO: 1) Collectieve gevoel van verantwoordelijkheid provincies blijkt minder groot. Op hoofdlijnen instemming (voorbehoud: Limburg en Flevoland), Noord-Holland en Gelderland willen maatwerkafspraken; 2) Om te voorkomen dat meer kikkers uit kruiwagen springen termijn verkorten: twee jaar (2014/2015 i.p.v. 2014-2018); 3) In die periode met de afzonderlijke provincies afspraken maken; 4) Bedrag (€ 330.000 per organisatie per jaar) en verdeelsleutel (lengte routenetwerk) zijn richtinggevend; 5) Voorjaar 2015 evaluatie, intentie om vervolgafspraken te maken; 6) IPO/BAC VP zal bewaken dat provincies niet te zeer eigen koers gaan varen; 7) IPO is desgevraagd bereid om projectvoorstellen van de routestichtingen bij het Rijk te ondersteunen die gefinancierd kunnen worden uit departementale middelen (niet aan IPO-afspraken komen). IPO wil dit zo nodig ook doen als het om Brussels geld gaat. (12/9) Gastvrijheidsoverleg. SLF aanwezig. Terugblik op Natuurtop, Groene Tafel Gastvrijheidseconomie. Focus op inbreng in Visie op Gastvrijheidssector. Signaal SBB: bij provincies groot gat tussen beleidsterrein Landelijk gebied/Natuur (“donkergroen”) en EZ/Vrijetijdseconomie. Zorgelijk! Dit signaal is namens routestichtingen krachtig ondersteund. Moet doorklinken in visie op gastvrijheidssector. (17/9) Mailbericht SLF/WN aan contactpersonen routerecreatie bij provincies; update mbt toekomstverkenningen na 5/9. Verzoek om in nauwe samenwerking met collega’s landelijk gebied te zorgen voor steun van het voorstel van het IPO secretariaat Vitaal Platteland aan de BAC VP voor 26/9. Bij de mail zat ook het concept-werkprogramma 2014/2015, bestaand uit een deel F/W inclusief uitwerking F (programma en raambegroting) en twee losse documenten W (programma en raambegroting). (18/9) Mailbericht SLF/WN aan contactpersonen routerecreatie bij provincies; Info over onze rol bij toekomstvisie gastvrijheidssector (incl. ingediende “case for change”). Verder info politieke lobby. (19/9) Natuurpact (= hoofdlijnennotitie natuur Rijk en provincies) gepresenteerd door Rijk/IPO. Quick scan door SLF/WN. B van bescherming is geregeld, inclusief financiële afspraken (€ 200 miljoen). B van beleving nog niet, zegt ook Planbureau Leefomgeving. Routenetwerken worden wel expliciet genoemd. Tweede Kamer zal jaarlijks geïnformeerd worden, driejaarlijks met uitgebreide scan PBL. Quick scan per mail ook gezonden aan contactpersonen routerecreatie bij provincies. (26/9) BAC VP. Terugkoppeling (27/9): routenetwerken zijn niet behandeld i.v.m. twee actuele dossiers; wordt nu niet eerder dan 7/11. (27/9) SLF gebeld door Min EZ (Louis van Vliet). Info gekregen over mogelijkheden bijdragen/ financiele steun. Onderscheid tussen opdracht en subsidie. Subsidietraject is mogelijk. LvV is graag bereid mee te kijken met concept. Aanhaakpunten: toolontwikkeling, combi natuur – ondernemers, terugverdienen. (30/9) Intensief mailcontact met/tussen provinciale contactpersonen routerecreatie. Strekking: moeizaam verloop proces, zaak dat snel duidelijkheid komt in belang van routestichtingen én provincies. Oktober (2/10) Mailbericht aan contactpersonen routerecreatie provincies (SLF, ook namens WN). Provinciale contactpersonen worden uitgenodigd voor spoedoverleg op 8/10 over concept-werkprogramma. (4/10) Mailbericht aan contactpersonen routerecreatie provincies (SLF, ook namens WN). Toezending aangepast/gecompleteerd Werkprogramma F/W 2014/2015. Belangrijkste wijzigingen: 1) nu één document voor fietsen én wandelen, 2) sprake zowel voor fietsen als voor wandelen van een sluitende begroting, 3) verdeelsleutel toegevoegd (naar rato van lengte route LF/LAW), 4) samenwerking
Landelijk Fietsplatform
39
met de regionale routebureaus/recreatieschappen toegelicht. Verder benadrukt: betreft programma voor basisactiviteiten, voor continuïteit van de nationale routestructuur en de coördinerende landelijke routestichtingen is het de eerste prioriteit dat deze voor de komende twee jaar gezekerd zijn, daarnaast kunnen voor de “plus-activiteiten” maatwerkafspraken worden gemaakt. (8/10) Overleg routestichtingen F/W met contactpersonen routerecreatie provincies. Kleine vertegenwoordiging (Groningen, Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant). Nuttige bijeenkomst; meegedacht wordt over het bijschaven van het document. De balans werd opgemaakt wat betreft de stemming onder de provincies op dat moment (overwegend positief, voorbehoud Limburg). (9/10) Aangepast werkprogramma F/W 2014/2015 verzonden aan IPO-secretariaat. (9/10) Aangepast werkprogramma verzonden aan provinciale contactpersonen, vergezeld van mailbericht. Strekking bericht: 1) stuk verder aangepast op basis van input provincies en na overleg 8/10 (overzicht belangrijkste wijzigingen); 2) verzoek om afstemming met IPO vertegenwoordiger AAC VP. Opmerking: “acceptatie van het gedurende de afgelopen twee jaar in nauwe samenwerking met de provincies voorbereide pakket aan basisactiviteiten fietsen/wandelen door alle provincies is van cruciaal belang. Alleen op die manier is een eerlijke toedeling van kosten en baten te verantwoorden.” (17/10) AAC VP. Terugkoppeling IPO: Meerdere provincies zijn niet bereid gezamenlijk in IPO-verband afspraken te maken over werkprogramma 2014/2015. Wel is men bereid individueel tot afspraken te komen met de routestichtingen. Er zal een aangepast vergaderstuk naar de BAC VP gaan waarin voorgesteld wordt vast te stellen dat de provincies belang hechten aan het voortbestaan van de routenetwerken. Advies IPO: ga de gesprekken met de individuele provincies aan over het werkprogramma. November (7/11) BAC VP. Voorstel IPO secretariaat aan BAC VP luidde: 1) Instemmen met het voorstel van de Ambtelijke Adviescommissie Vitaal Platteland dat provincies afzonderlijk afspraken maken met SLF en WN over een financiële bijdrage voor het in stand houden van de landelijke routenetwerken; 2) De provinciale bijdragen worden voor 2 jaar beschikbaar gesteld, waarna het nut en het belang van de provinciale bijdrage wordt geëvalueerd. Terugkoppeling IPO: voorstel is met instemming ontvangen en de gedeputeerden hebben elkaar aangesproken op gezamenlijke verantwoordelijkheid. (8/11) Brief ANWB aan GS-en provincies: uiting zorg terreinen/paden SBB en routenetwerken. Oproep: doe het nodige wat moet en kan. NB: adhesiebetuiging voor onze zaak, spoort met onze brieven. (12/11) Gezamenlijke brieven SLF/WN verzonden aan alle 12 provincies: bijdrageverzoek basisactiviteiten 2014/2015, gekoppeld aan werkprogramma 2014/2015 (licht aangepast, + laatste info IPO). In totaal € 330.000 per stichting per jaar. Verdeelsleutel: bijdrage per provincie naar rato van lengte route LF/LAW. Gescande brieven ook per mail gezonden aan contactpersonen routerecreatie én leden AAC VP (doel: contacten met lijn “landelijk gebied” versterken). (19/11) Mailbericht prov. Overijssel aan collega’s (Jolanda Vrolijk; contactpersoon routenetwerken voor de provincies): update betreffende de verzonden brief 12/11. Strekking: 1) alle provincies hebben in principe dezelfde brieven ontvangen, alleen adressering en gevraagde bijdragen per provincie aangepast en NH iets aangepast omdat ze al bijdrage hadden toegezegd. 2) Van belang dat nu na twee jaar voorbereiding snel duidelijkheid komt, zowel voor routestichtingen als voor provincies; sprake lijkt van groot draagvlak bij de provincies. 3) Oproep: acceptatie basisactiviteiten door alle provincies nu van cruciaal belang, alleen op die manier is eerlijke toedeling van kosten en baten te verantwoorden. December (12/12) Gezamenlijke brief SLF/WN verzonden aan Min EZ: verzoek bijdrage voor “Impuls routerecreatie wandelen en fietsen 2014/2015”. In totaal € 100.000 per stichting per jaar. Bijdrageverzoek resultaat van intensief vooroverleg. Aangehaakt wordt op nieuw rijksbeleid.
(18/12) Bestuur SLF stelt werkplan/begroting 2014 vast (zie volgende bladzijde). Begroting afgeleid van werkprogramma 2014/2015. Betreft sluitende begroting die uitgaat van toekenning gevraagde bijdragen provincies voor basisactiviteiten (€ 330.000) en bijdrage Min EZ (€ 100.000). Daarnaast eigen inkomsten/ bijdragen organisaties en bijdragen provincies voor overige activiteiten. Mindere bestedingsruimte (t.o.v. 2013: ± - € 200.000) kan in belangrijke mate worden opgevangen doordat er geen externe kosten meer worden opgevoerd voor reconstructieprojecten. Deze activiteit is gestopt. In voorkomende gevallen dat een reconstructie van de LF-routes nodig is (hertracering/herbewegwijzering) zal hiervoor een afzonderlijke projectbegroting voor moeten worden opgesteld, in overleg met regionale partners. Daarbij zal zoveel mogelijk worden gezocht naar aansluiting bij een ander project (voorbeeld: bij verbeteringswerken Zuiderzeedijken ook reconstructie LF-Zuiderzeefietsroute meenemen).
Jaarverslag 2013
Landelijk Fietsplatform 2,13
a. Basisactiviteiten Fonds/ bestemmingsreserve 1.1 a. Kwaliteitsmanagement LF-net (incl. vrijwilligersmanagement) b. Instandhouding LF-bewegwijzering (contractbeheer) 1.2 Coördinatie internationale aansluiting LF-net 1.3 Kwaliteitsmanagement regionale netwerken; landelijke coördinatie 1.4 Coördinatie landelijke belangenbehartiging/lobby routerecreatie 1.5 Systeembeheer: nationale routedatabank 1.6 Systeembeheer: nationaal meldsysteem
1,95 1,45 0,20 0,70 0,55 0,50 0,05 0,10 0,35 0,65 0,55
Kerntaak 2: Landelijke coördinatie voorlichting en promotie
a. Basisactiviteiten Fonds/ bestemmingsreserve 2.1 Productontwikkeling LF-net (print/digitaal) 2.2 Publieksvoorlichting & promotie NL Fietsland/LF-net 2.3 Beheer portal nederlandfietsland.nl
b. Overige activiteiten/ pluspakket 2.4 Premium promotie LF-route (impuls themaroutes; iconen) 2.5 Impuls buitenlandpromotie Nederland Fietsland 2.6 Beheer landelijk kwaliteitslabel Fietsers Welkom!
Kerntaak 3: Kenniscoördinatie/ monitoring
a. Basisactiviteiten Fonds/ bestemmingsreserve 3.1 Kennismanagement routerecreatie 3.2 Monitoring routerecreatie; recreatief fietsen/ LF (vraag) 3.3 Kwaliteitsmonitor aanbod fietsrecreatie (basis: 12 provincies)
65.550 457.900
0,69 4,82
- Overige activiteiten/ pluspakket (= specifiek)
392.350
4,13
TOTAAL - Basisactiviteiten (= generiek)
9.500 0 9.500 0,10
0,10
52.250 0 23.750 19.000 9.500
61.750
47.500 4.750 9.500 33.250
137.750 0 19.000 66.500 52.250
185.250
8.550 0 PM 8.550
202.350 0 101.650 2.850 4.750 16.150 24.700 42.750 9.500
210.900
b. Overige activiteiten/ pluspakket 3.4 Monitoring: verdiepingsonderzoek op maat 3.5 Kwaliteitsmonitor aanbod fietsrecreatie: uitsplitsing naar regio's
0,25 0,20 0,10
PM 0,09
0,09
b. Overige activiteiten/ pluspakket 1.7 Reconstructies/ kwaliteitsverbeteringsprojecten 1.8 Doorontwikkeling nationale routedatabank (verbreding) 1.9 Project Demarrage (EV15 Rijnfietsroute)
1,07 0,03 0,05 0,17 0,26 0,45 0,10
2,22
0
207.250
28.500
178.750
0 PM
4.750 20.000 1.500
26.250
26.250
23.500 5.000 3.500 15.000
25.000 26.500 39.500
91.000
114.500
5.000 PM 5.000 PM
15.000 15.500 2.000 4.000 3.500 14.000 7.500
61.500
66.500
projectkosten
lasten soneel coördina(fte) tiekosten
per-
Kerntaak 1: Netwerkbeheer/ kwaliteitsbewaking
Vrije reserve
project/ activiteit
> activiteitenbegroting op basis van werkprogramma 2014/2015
Activiteitenbegroting Fietsplatform 2014
665.150
94.050
571.100
9.500 0 9.500
78.500 0 28.500 39.000 11.000
88.000
71.000 9.750 13.000 48.250
228.750 0 44.000 93.000 91.750
299.750
13.550 0 5.000 8.550
263.850 0 116.650 18.350 6.750 20.150 28.200 56.750 17.000
277.400
0
totaal
355.000
25.000
330.000
0 0 0
16.000 19.000 11.000
46.000
46.000
25.000 25.000 0 0
74.500 25.500
100.000
125.000
0 PM 0
6.500 14.500 32.500 29.500 16.500
84.500
184.000
184.000
100.000
12.500
87.500
0
9.000 16.000
25.000
25.000
12.500
12.500
12.500
12.500
25.000
0
25.000
5.000
20.000
50.000
50.000
bijdragen bijdragen provincies Rijk
194.442
92.442
102.000
15.000 0 15.000
3.500 4.000 0
7.500
22.500
60.000 0 0 60.000
49.500 2.500 15.000
67.000
127.000
17.442 0 10.000 7.442
4.000 21.000 0 2.500 0 0 0
27.500
44.942
inkomsten
baten (project) eigen
649.442
129.942
519.500
15.000 0 15.000
78.500 0 28.500 39.000 11.000
93.500
97.500 25.000 12.500 60.000
179.500 0 49.500 77.000 53.000
277.000
17.442 0 10.000 7.442
261.500 0 108.500 21.000 6.500 22.000 32.500 54.500 16.500
278.942
0
totaal
-15.708
35.892
-51.600
5.500 0 5.500
0 0 0 0 0
5.500
26.500 15.250 -500 11.750
-49.250 0 5.500 -16.000 -38.750
-22.750
3.892 0 5.000 -1.108
-2.350 0 -8.150 2.650 -250 1.850 4.300 -2.250 -500
1.542
0
trekking fondsen/ reserves
dotatie/ ont-
788.977
13.774
606.703
0
13.836 2.125 10.059 1.652
13.836
8.116
8.116
455.505 298.475 46.085 55.473 55.473
463.621
5.000 658
5.658
137.362 48.588 16.443 41.965 5.514 7.079 10.184 3.979 3.610
143.020
168.500
mingsreserve 1/1/'14
fondsen/ bestem-
773.269
49.666
555.103
5.500 0 5.500
13.836 2.125 10.059 1.652 0
19.336
34.616 15.250 -500 19.866
406.255 298.475 51.585 39.473 16.723
440.871
9.550 0 10.000 -450
135.012 48.588 8.293 44.615 5.264 8.929 14.484 1.729 3.110
144.562
168.500
mingsreserve 31/12/'14
fondsen/ bestem-
40
41
Jaarrekening 2013
Jaarverslag 2013
42
Balans per 31 december 2013 (na resultaatbestemming)
Toelichting
31.12.2013
31.12.2012
€
€
Actief Vaste activa Materiële vaste activa: Gebouwen Inventaris
1 138.282 15.812
147.214 24.098 154.094
171.312
Vlottende activa Voorraden
2
23.781
17.130
Vorderingen en overlopende activa
3
512.651
420.405
Liquide middelen
4
463.756
771.222
1.154.282
1.380.069
Passief Eigen vermogen Bestemmingsreserves Overige reserves
5 529.425 389.843
Voorzieningen Onderhoud pand
6
Langlopende schulden Hypothecaire lening
7
Kortlopende schulden en overlopende passiva Crediteuren Belastingen en premies sociale verzekeringen Aflossingsverplichtingen Overige schulden en overlopende passiva
Landelijk Fietsplatform
557.337 169.753 919.268
727.090
14.384
9.384
86.034
95.337
9.371
57.159
21.059 9.303
14.898 9.303
8
8 94.863
466.898 134.596
548.258
1.154.282
1.380.069
43
Staat van baten en lasten 2013 toelichting
2013 €
Begroting 2013 €
2012 €
9
788.980
794.225
597.650
25.624 10.829 0 36.453
25.000 25.000 7.500 67.500
20.397 15.910 0 36.307
-3.800 56.149 24.506 0 4.924 8.228 90.007
0 55.000 30.000 0 0 11.000 96.000
6.229 60.457 52.585 6.213 0 10.445 135.929
A
915.440
947.725
769.886
11 11
346.901 71.048 6.936 1.921 7.724 33.297 5.320 32.356 20.676 7.455 7.884 (4.422) 537.096
399.500 0 0 0 0 50.000 0 36.000 17.500 12.500 1.375 0 516.875
318.922 71.211 9.619 2.159 5.888 36.616 5.813 42.310 15.755 7.110 10.135 (6.490) 519.048
172.283 13.882 186.165
344.875 0 344.875
243.409 76.924 320.333
B
723.261
861.750
839.381
A-B
192.179
130.975
(69.491)
2013 €
Begroting 2013 €
Baten Subsidies en bijdragen algemene activiteiten: Bijdragen overige projecten: Projectbijdragen DEMARRAGE Instandhouding bewegwijzering Project Stadrecreatiekaarten Totaal bijdragen overige projecten Overige baten: Royalties Opbrengst Fietsers Welkom! Opbrengst verkoop LF-gidsen Opbrengst verkoop Fietsideeënkaart Advertentie inkomsten nederlandfietsland.nl Rente Totaal overige baten Totaal baten
10
Lasten Coördinatiekosten: Salarissen Sociale lasten en pensioenen Reis- en verblijfkosten Ziektekosten Overige personeelskosten Huisv.- en inrichtingskosten (incl. afschrijvingen) Rentekosten in verband met hypotheek Bureaukosten Administratie- en accountantskosten Bestuurskosten Overige algemene kosten BTW teruggave gemengde kosten Totaal coördinatiekosten Externe projectkosten: Landelijke fietsroutestructuur Kenniscoördinatie fietsrecreatie Totaal externe projectkosten Totaal lasten Saldo
12 13
14 15
Het saldo van de baten en lasten is als volgt bestemd: Resultaatbestemming Toevoeging/onttrekking aan bestemmingsreserve inzake: Reconstructies/ kwaliteitsverbetering routes Netwerkbeheer Instandhouding Promotie; productontwikkeling Promotie; marketing en voorlichting Kennisbundeling en -overdracht Dotatie aan de overige reserves:
2.572 79.926 99 (116.336) 11.910 (6.081) (27.910) 220.090 192.179
(29.418) 110.309 1.965 29.342 (40.955) 12.732 83.975 2.000 85.975
2012 € 79.250 (28.153) (4.989) (75.563) (17.793) (26.645) (73.894) 4.399 (69.495)
Jaarverslag 2013
44
Toelichting
Algemeen Activiteiten De activiteiten van Stichting Landelijk Fietsplatform, statutair gevestigd te Amersfoort, bestaan voornamelijk uit: Landelijke Fietsroutestructuur: (route)reconstructie, netwerkbeheer en promotie (product)ontwikkeling, kwaliteitsverbetering en –bewaking, promotie en onderzoek. Kenniscoördinatie: fungeren als landelijk kennis- en informatiepunt fietsrecreatie. Bundelen en verspreiden van (praktijk)kennis en informatie, zowel binnen Nederland als internationaal. Stimuleren van samenwerking. Bijdragen aan belangenbehartiging en promotie. Continuïteit Met deze jaarrekening wordt de periode 2007-2013 afgesloten. Het eindsaldo op 31 december 2013 is nagenoeg gelijk aan het startsaldo op 1 januari 2007 (resp. € 919.268 en € 919.472). Hiermee is het meerjarenprogramma uitgevoerd binnen het financiële raamwerk voor deze periode, de meerjarenbegroting. Het bestuur heeft besloten om de reserves te herbenoemen, zodanig dat er ook een continuïteitsreserve wordt ingebouwd. Uitgegaan wordt van € 350.000, een bedrag dat overeenkomt met de geraamde kosten in het eventuele geval van beëindiging van de organisatie. Bij de resterende bestemmingsreserves is rekening gehouden met een mogelijk negatieve uitkomst van de nog lopende rechtszaak met de provincie Flevoland. Als enige weigert deze provincie om de bijdrage 2012/2013 over te maken omdat de Rijksoverheid per ingang van 2012 de financiële verantwoordelijkheid voor de landelijke routenetwerken geheel heeft neergelegd bij de provincies. Bestuur en directie van het Fietsplatform zijn in 2013 intensief bezig geweest met de verkenningen voor de financiering na 2013. In het bestuursverslag wordt een chronologisch overzicht gegeven. Focuspunten: 1) Reductie kosten; 2) Meerjarig zekeren van bijdragen van 12 provincies voor pakket aan basisactiviteiten (collectief deel); 3) Zekeren van nieuwe vorm van financiële betrokkenheid Rijk (rechtstreeks en politieke lobby); 4) Onderzoeken opties meer eigen inkomsten. Met de 12 provincies zijn samen met zusterorganisatie Wandelnet ambtelijke en bestuurlijke verkenningen gevoerd om te komen tot nieuwe meerjarige afspraken. De provincies hebben daarbij bestuurlijk in interprovinciaal verband uitgesproken dat sprake is van gezamenlijke verantwoordelijkheid om de landelijke routestructuur in stand te houden; per provincie zullen afspraken worden gemaakt met Fietsplatform en Wandelnet. Uitgegaan wordt van beschikbaarstelling van provinciale bijdragen voor een periode van twee jaar (2014/2015) met een tijdige evaluatie. Eind 2013 is een verzoek uitgegaan naar alle provincies. Insteek is dat de stichtingen uitkomen op een beschikbaar jaarbudget van de zijde van de provincies van ongeveer de gemiddelde provinciale jaarbijdrage in de MJP-periode 2007 t/m 2013: € 330.000 per stichting per jaar, met een verdeling onder de provincies naar rato van lengte route. Bestuur en directie verwachten dat deze bedragen toegezegd zullen worden. De belangrijkste kostenreductie kan worden gerealiseerd doordat de reconstructieprojecten zijn afgerond. Daarmee kan een groot deel van de terugval aan overheidsinkomsten worden opgevangen. Extra eigen inkomsten zijn nog niet opgenomen in de begroting, de mogelijkheden zullen wel worden onderzocht. De verwachtingen zijn hierbij niet hooggespannen; commerciële activiteiten brengen het Fietsplatform snel in conflict met zijn publieke kerntaak. Het zekeren van nieuwe vorm van financiële betrokkenheid van het Rijk heeft ertoe geleid dat eind 2013 een bijdrageverzoek voor een “Impuls routerecreatie wandelen en fietsen 2014/2015” is ingediend, het resultaat van intensief vooroverleg waarbij aangehaakt wordt op nieuw rijksbeleid. Bestuur en directie van het Fietsplatform verwachten dat er, weliswaar met een kleiner budget, voldoende mogelijkheden liggen voor de continuering van het Fietsplatform in 2014 en 2015. Deze periode wordt als een transitiefase beschouwd. Al in 2014 zullen verkenningen starten voor de periode na 2015, op basis van een evaluatie met betrokken partners. Parallel zullen in 2014 worst case-scenario’s uitgewerkt worden voor de eventuele situatie dat het niet lukt om de financiering rond te krijgen.
Landelijk Fietsplatform
45
Algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld volgens de bepalingen van Richtlijn voor de Jaarverslaggeving 640 “Organisaties zonder winststreven”. De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Subsidies en bijdragen worden toegerekend aan het jaar waarvoor zij zijn toegezegd. Lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar worden, in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs, rekening houdend met een eventuele residuwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Voor de kosten van periodiek groot onderhoud wordt een voorziening gevormd. Deze voorziening is opgenomen onder de overige voorzieningen aan de passiefzijde van de balans. Voorraden Voorraden handelsgoederen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere netto-opbrengstwaarde. Deze lagere netto-opbrengstwaarde wordt bepaald door individuele beoordeling van de voorraden. Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. De reële waarde en geamortiseerde kostprijs zijn gelijk aan de nominale waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid worden in mindering gebracht. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen. Voorzieningen Groot onderhoud. De voorziening ter gelijkmatige verdeling van lasten voor groot onderhoud van het pand wordt bepaald op basis van de te verwachten kosten over een reeks van jaren. De voorziening wordt lineair opgebouwd. Het uitgevoerde onderhoud wordt ten laste van deze voorziening gebracht.
Grondslagen voor de bepaling resultaat Baten Dit betreffen de opbrengsten die betrekking hebben op de in het verslagjaar toegekende bijdragen. Subsidies en bijdragen worden toegerekend aan het jaar waarvoor zij zijn toegezegd. Opbrengsten voortvloeiend uit de verkoop van goederen worden verantwoord op het moment dat alle belangrijke rechten op economische voordelen alsmede alle belangrijke risico’s zijn overgegaan op de koper.
Jaarverslag 2013
46
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
1) Materiële vaste activa Gebouwen
Inventaris
Totaal
Boekwaarde per 1 januari 2013 Investeringen Afschrijvingen
€ 147.213 0 (8.931)
€ 24.098 0 (8.286)
€ 171.311 0 (17.217)
Boekwaarde per 31 december 2013
138.282
15.812
154.094
Cumulatieve afschrijvingen per 31 december 2013
(110.131)
(72.037)
(182.168)
Afschrijvingspercentages
2,5-10 %
10–33%
In 1999 heeft de stichting samen met Stichting Wandelnet het pand in Amersfoort gekocht met aanschafwaarde € 454.552. Beide stichtingen zijn voor 50% eigenaar van het pand. Het hier vermelde bedrag is de 50% waarde toekomend aan Stichting Landelijk Fietsplatform. De WOZ-waarde van het pand per 31 december 2013 is geschat op € 399.000 op waardepeildatum 1 januari 2013.
2) Voorraden 2013
2012
Voorraad trajectgidsen Voorziening trajectgidsen
€ 23.781 0
€ 17.130 0
Voorraad
23.781
17.130
Landelijk Fietsplatform
47
3) Vorderingen en overlopende activa
Debiteuren Belastingen en premies sociale verzekeringen Nog te ontvangen subsidies en bijdragen Vordering Stichting Wandelnet Overige vorderingen en overlopende activa
31.12.2013
31.12.2012
€ 31.181 1.004 447.424 5.601 27.441
€ 6.480 1.171 380.035 10.915 21.804
512.651
420.405
31.12.2013
31.12.2012
€ 1.004 0
€ 1.171 0
1.004
1.171
31.12.2013
31.12.2012
€ 36.258 29.970 32.801 22.478 5.661 12.656 235.598 28.879 0 20.813 0 22.310 0
€ 39.884 2.664 134.865 7.992 0 0 163.170 14.144 17.316 0 0 0 0
447.424
380.035
Belastingen en premies sociale verzekeringen:
Omzetbelasting Pensioenpremie
Nog te ontvangen subsidies en bijdragen:
Bijdrage project Internationale Rijnfietsroute: Demarrage Restant bijdrage Provincie Groningen Restant bijdrage Provincie Friesland Restant bijdrage Provincie Drenthe Restant bijdrage Provincie Overijssel Restant bijdrage Provincie Gelderland Restant bijdrage Provincie Flevoland Restant bijdrage Provincie Utrecht Restant bijdrage Provincie Noord-Holland Restant bijdrage Provincie Zuid-Holland Restant bijdrage Provincie Zeeland Restant bijdrage Provincie Noord-Brabant Restant bijdrage Provincie Limburg
Van de nog te ontvangen bijdragen en subsidies heeft € 447.424 betrekking op toegekende bijdragen en subsidies 2012 en 2013. De vorderingen en de overlopende activa hebben voor € 206.879 een resterende looptijd korter dan 1 jaar.
4) Liquide middelen 31.12.2013 Rabobank, Bedrijfbonusrekening ING, Vermogen Spaarrekening Postbank N.V., Rekening-Courant Rabobank, gezamenlijke rekening met Stichting Wandelnet Rabobank, Rekening-Courant Kas Kruisposten
31.12.2012
€ 258.519 170.890 29.236 4.612 94 538 (134)
€ 254.954 490.250 20.135 4.530 86 759 509
463.756
771.222
De liquide middelen staan voor € 4.612 (2012: € 4.530) niet ter vrije beschikking van de stichting.
Jaarverslag 2013
48
5) Eigen vermogen Bestemmingsreserves: In het kader van de subsidiestructuur welke per boekjaar 2007 geëffectueerd is, heeft de Stichting Landelijk Fietsplatform in haar begrotingsplan 2007-2013 een vijftal kernactiviteiten geformuleerd. De bestemmingsreserves hebben hierop betrekking. Verder wordt instandhouding afzonderlijk benoemd.
Reconstructies/ kwaliteitsverbetering routes: Saldo per 1 januari Onttrekking/toevoeging volgens de resultaatbestemming Saldo per 31 december Netwerkbeheer: Saldo per 1 januari Onttrekking/ toevoeging volgens de resultaatbestemming Saldo per 31 december Instandhouding: Saldo per 1 januari Onttrekking/ toevoeging volgens de resultaatbestemming Saldo per 31 december Promoties; productontwikkeling: Saldo per 1 januari Onttrekking/toevoeging volgens de resultaatbestemming Saldo per 31 december Promotie; marketing en voorlichting Saldo per 1 januari Onttrekking/toevoeging volgens de resultaatbestemming Saldo per 31 december Kennisbundeling en -overdracht: Saldo per 1 januari Onttrekking/ toevoeging volgens de resultaatbestemming Saldo per 31 december Totaal bestemmingsreserves per 31 december
2013
2012
€
€
84.387 2.572
5.136 79.250
86.959
84.387
10.292 79.926
38.445 (28.153)
90.218
10.292
70.851 99
75.840 (4.989)
70.950
70.851
196.892 (116.336) 80.556
272.455 (75.563) 196.892
143.188 11.911
160.981 (17.793)
155.099
143.188
51.726 (6.081)
78.371 (26.645)
45.645
51.726
529.427
557.337
2013
2012
€
€
0 350.000
0 0
350.000
0
Overige reserves: Het verloop van de overige reserves is als volgt:
Continuïteitsreserve Saldo per 1 januari Toevoeging vanuit de vrije reserve Saldo per 31 december Overige vrije reserve Saldo per 1 januari Onttrekking ten behoeve van de continuïteitsreserve Onttrekking/ toevoeging volgens de resultaatsbestemming Saldo per 31 december Totaal overige reserves per 31 december
Landelijk Fietsplatform
169.753 (350.000) 220.090
165.354 4.399
39.843
169.753
389.843
167.753
49
6) Voorzieningen Onderhoud pand: Dit betreft een voorziening voor groot onderhoud aan de kantoorvilla aan de Berkenweg 30 te Amersfoort. Het verloop van de voorziening is als volgt: 2013 2012 Saldo per 1 januari Dotatie voorziening onderhoud pand Onttrekking voorziening onderhoud pand Saldo per 31 december
€ 9.384 5.000 0
€ 4.384 5.000 0
14.384
9.384
7) Langlopende schulden Hypothecaire lening: Door de Rabobank is een hypothecaire lening met een hoofdsom ad € 465.125 (hoofdelijk) verstrekt aan de Stichting Landelijk Fietsplatform en de Stichting Wandelnet. De helft van de hoofdsom geldt ter financiering van de activa van de Stichting Landelijk Fietsplatform. De te betalen rente en aflossingen worden gelijkmatig door de twee stichtingen gedeeld. De rente bedraagt 5,3% per jaar en de lening heeft een looptijd van 30 jaar. De aflossingsverplichtingen in het volgende boekjaar zijn opgenomen onder de kortlopende schulden. De verstrekte zekerheid betreft de kantoorvilla gelegen aan de Berkenweg 30 te Amersfoort. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: 2013 € 104.640 9.303
Stand per 1 januari Af: aflossing boekjaar Af: aflossingsverplichtingen 2014
95.337 9.303
Stand per 31 december
86.034
Langlopende schulden hebben voor € 48.822 (2012: € 58.127) betrekking op een periode van langer dan 5 jaar.
8) Kortlopende schulden en overlopende passiva Belastingen en premies sociale verzekeringen: De belastingen en premies sociale verzekeringen bestaat geheel uit verschuldigde loonheffing. Overige schulden en overlopende passiva:
Vooruit ontvangen opbrengsten Fietsers Welkom! Vooruit ontvangen subsidies provincies Nog te betalen Stichting Wandelnet Administratie- en accountantskosten Reservering vakantiedagen Reservering vakantiegeld Nog te betalen overige kosten
31.12.2013
31.12.2012
€ 46.905 0 9.929 15.386 5.363 15.718 1.562
€ 0 414.171 9.322 15.261 6.539 16.792 4.813
94.863
466.898
Niet in de balans opgenomen verplichtingen Stichting Landelijk Fietsplatform is in 1999 ter financiering van het bedrijfspand tezamen met Stichting Wandelnet een hypothecaire lening ad € 465.125 aangegaan. Hierbij zijn beide Stichtingen aansprakelijk voor de hieruit voortvloeiende verplichtingen. De bestuurders van de stichting zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de hieruit voortvloeiende verplichtingen.
Jaarverslag 2013
50
Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten
9) Subsidies en bijdragen algemene activiteiten Deze post betreft bijdragen van:
Provincie Groningen Provincie Friesland Provincie Drenthe Provincie Overijssel Provincie Gelderland Provincie Flevoland Provincie Utrecht Provincie Noord-Holland Provincie Zuid-Holland Provincie Zeeland Provincie Noord-Brabant Provincie Limburg Overige organisaties
2013
Begroting 2013
2012
€ 149.850 29.138 112.389 56.611 53.280 72.428 147.353 0 41.625 0 111.555 0 14.750
€ 149.850 29.138 112.388 56.610 53.280 72.428 147.353 0 41.625 0 111.555 0 20.000
€ 13.320 134.865 39.960 0 0 163.170 141.525 86.580 0 0 0 0 18.250
788.980
794.227
597.650
10) Overige baten Royalties: Dit betreft een bijdrage van een uitgeversmaatschappij wegens het uitbrengen van fietsroutegidsen. Rente: Rente betreft de vergoeding op de aanwezige liquide middelen. Advertentie-inkomsten: Betreft advertentieopbrengsten via website nederlandfietsland.nl en gelijknamige folder (hoofdzakelijk vanuit project Rijnfietsroute)
11) Lonen, salarissen en sociale lasten Specificatie: 2013 Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten
€ 346.901 46.552 24.496
Begroting 2013 € PM PM PM
2012 € 318.922 48.651 22.560
71.048
PM
71.211
417.949
399.500
390.133
Het gemiddeld aantal personeelsleden op basis van FTE 2013 bedroeg 5,7 (2012: 5,7). Het hogere bedrag aan lonen en salarissen wordt onder andere veroorzaakt door de afvloeiingsregeling in verband met het beëindigen van het dienstverband van één van de medewerkers. De stichting heeft een pensioenregeling afgesloten voor haar personeelsleden. De opgebouwde aanspraken worden steeds in het betreffende kalenderjaar afgefinancierd door middel van kostendekkende premiebetalingen. De pensioenregeling betreft een geïndexeerde middelloonregeling. Op basis van de uitvoeringsovereen-
Landelijk Fietsplatform
51
komsten heeft de stichting bij een tekort geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen anders dan door hogere toekomstige premies. Verplichtingen ten aanzien van bijdragen aan pensioenregelingen en daaraan gerelateerde regelingen op basis van beschikbare premies worden als last in de staat van baten en lasten verwerkt in de periode waarop deze betrekking hebben.
12) Huisvestings- en inrichtingskosten Onder de huisvestingskosten zijn voor € 17.217 (2012: € 19.307) aan afschrijvingskosten op materiële vaste activa verantwoord.
13) Bureaukosten Specificatie:
Computer Assuranties Porti, telefoon, fax Kopiëren Kantoorbenodigdheden Bankkosten Contributies en abonnementen Overige
2013
Begroting 2013
2012
€
€
€
9.353 9.117 6.677 4.645 1.272 698 594 0
PM PM PM PM PM PM PM PM
18.574 8.603 7.929 4.524 1.144 931 630 408
32.356
36.000
42.743
14) Overige algemene kosten Hieronder zijn algemene vrijwilligerskosten verantwoord.
15) BTW-correctie Begin 2005 heeft de Belastingdienst uitspraak gedaan over de belastingplicht inzake omzetbelasting. Hierbij is een deel van de activiteiten aangemerkt als belaste prestaties voor de omzetbelasting. Tevens betekent dit, dat de voorbelasting van deze activiteiten is terug te vorderen. De omzetbelasting met betrekking tot de zogenaamde gemengde kosten wordt naar rato van de vergoedingen voor respectievelijk belaste- en onbelaste prestaties in aftrek gebracht. De hieruit resulterende correctie ad € 4.422 (2012: € 6.490) is in de staat van baten en lasten afzonderlijk gepresenteerd onder de lasten (als bate).
Ondertekening van de jaarrekening Amersfoort, 19 juni 2014 Namens het bestuur van Stichting Landelijk Fietsplatform:
Drs. J. Dijkema (voorzitter)
Ir. F.J.M. de Kok (secretaris)
Jaarverslag 2013
52
Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Hiervoor wordt verwezen naar de hierna opgenomen controleverklaring. Bestemming van het saldo over het boekjaar 2012 De jaarrekening 2012 is vastgesteld in de bestuursvergadering, gehouden op 27 juni 2013. Het bestuur heeft de bestemming van het saldo vastgesteld conform het daartoe gedane voorstel. Voorstel tot bestemming van het saldo over het boekjaar 2013 Vooruitlopend op een te nemen besluit door het bestuur is het saldo over 2013 ad € 192.179 positief voor een bedrag van € 27.912 en € 221.090 onttrokken/toegevoegd aan respectievelijk de bestemmingsreserves en de vrije reserve.
Landelijk Fietsplatform
53
Controleverklaring
Jaarverslag 2013
54
Landelijk Fietsplatform
55
Bijlage
Jaarverslag 2013
56
Mutatieoverzicht projecten 2013
Input uit Meerjarenprogramma (MJP) LF-net; 2013
normkosten: Onderdelen: - LF9 NAP-route Transport, uitsplitsing: fonds reconstructies fonds netwerkbeheer fonds productontwikkeling/publicaties fonds promotie (marketing/voorlichting) fonds kenniscoördinatie
1.665
€/km
Subsidies Provincies/ Rijk (MJP)
465
km
774.225
625 268 135 513 125
€/km €/km €/km €/km €/km
290.625 124.388 62.775 238.313 58.125 774.225
ILG-budget; naar/uit fonds: -25.778
inzet ILG-budget dit jaar: 800.003
Kostenverloop 2013
Vrije reserve Continuïteitsreserve 1 Landelijke Fietsroutestructuur
Reserve 1/1/13 Fondsen/ bestemmingsreserve € 169.753 0
Baten 2013 Subsidies provincies/ Rijk (MJP) €
Bijdragen organisaties €
Projectbijdragen
Verkoop
Overig (rente)
TOTAAL
€
€
€ 2.165
€ 2.165 0
505.612
716.100
8.000
36.453
81.783
6.063
848.399
1.1 Reconstructies/ kwaliteitsverbetering LF-routes Fonds a. Reconstructieprojecten b. Kleine kwal.verbeteringen, advies knelpuntaanpak
84.388 -112.594 181.916 15.066
290.625 206.226 84.399 0
0
0
0
0
0
0
0
0
290.625 206.226 84.399 0
1.2 Netwerkbeheer recreatieve fietsroutestructuur Fonds a. Netwerkbeheer algemeen - organisatie beheer (incl. vrijwilligersinzet) - landelijke routedatabank (FietsGIS) - kwaliteitsbewaking, belangenbehartiging b. Doorontwikkeling landelijke fietsroutestructuur - regionale netwerken (coördinatie/advisering) - internationale routes (aansluiting/ EuroVelo) - internationale routes: Int. Rijnroute (DEMARRAGE) c. Meldsysteem routenetwerken d. Instandhouding LF-bewegwijzering (onderhoud)
81.143 180.715
124.388 -383.613
4.000
36.453
0
1.063
-170.983 -21.418 11.920
327.000 80.000 12.500
10.326 7.137 -10.853 3.448 70.851
20.000 5.000 47.500 16.000
1.3 Promotie; productontwikkeling Fonds a. Herziening uitgaven en verkoop b. Landelijke routeplanner c. Fietsvriendelijke adressen (Fietsers Welkom) d. Verdere productontwikkeling en -vernieuwing
196.892 134.933 40.195 5.595 17.058 -889
62.775 44.775
1.4 Promotie; marketing/voorlichting Fonds a. Voorlichting/promotie Nederland Fietsland b. Fietsideeënkaart
143.189 117.701 10.353 15.135
238.313 33.313 205.000
4.000
51.726
58.125
6.750
2.1 Kennisbundeling en -overdracht Fonds a. Kennis(uitwisseling), informatie en advies b. Monitoring fietsrecreatie/ benchmark fietsregio's c. Dossier toegankelijkheid/barrières
23.032 -95.977 58.989 2.303 57.717
58.125 73.521 -25.000 65.000 -55.396
6.750
2.2 Specifieke projecten a. Project Stadrecreatiekaarten
28.694 28.694
0
727.091
774.225
2 Kenniscoördinatie fietsrecreatie
TOTAAL
Landelijk Fietsplatform
327.000 80.000 16.500
4.000
25.624 10.829 0
165.904 -383.613
0
1.063
20.000 5.000 73.124 16.000 11.892
76.855 -3.800 24.506
1.000
56.149
1.000
4.928
4.000
4.928
4.000
0
0
0
64.875
0
0
0
64.875 73.521 -21.625 68.375 -55.396
0
0
0 0
0
0 0
14.750
36.453
81.783
8.228
915.439
5.000 13.000 0
4.000
3.375 3.375
140.630 40.975 24.506 5.000 57.149 13.000 251.241 33.313 217.928 0
57
€ 132.075 -350.000
dotatie/ onttrekking fondsen en reserves € -129.910 350.000
Reserve 31/12/13 Fondsen/ bestemmingsreserve € 39.843 350.000
224.231
870.230
-21.831
483.781
250.000 25.000 225.000
288.056 25.000 252.647 10.409
2.569 181.226 -168.248 -10.409
86.957 68.632 13.668 4.657
48.773
-250.000 -250.000
85.878 -250.000
80.026 -133.613
161.169 47.103
145.215 46.870 6.396
10.567 6.298 0
-2.500
153.282 53.168 6.396
173.718 26.832 10.104
2.735 5.414 22.024
422 112 745 118 46
25.929 6.889 45.755 7.236 2.814
639 867 15.844 5.581 8.978
26.568 7.756 61.599 15.317 11.793
-6.568 -2.756 11.525 683 99
3.758 4.381 672 4.131 70.950
.630 .975 .506 .000 .149 .000
1.063
65.253
22.617
257 48 585 173
15.770 2.960 35.906 10.617
14.568 33 8.016 0
7.602 10.000 1.494
256.966 150.000 30.338 10.595 53.923 12.111
-116.336 -109.025 -5.832 -5.595 3.226 889
80.556 25.908 34.363 -0 20.284 0
.241 .313 .928 0
2.263
138.893
45.303
2.263 0
138.893 0
45.303 0
55.135 50.000 -10.000 15.135
239.331 50.000 174.196 15.135
11.910 -16.688 43.732 -15.135
155.099 101.014 54.085 0
.875
586
35.998
41.265
-6.306
70.956
-6.081
45.645
.875 .521 .625 .375 .396
586
35.998
41.265
274 275 38
16.793 16.884 2.321
779 40.486 0
-35.000 -50.000 7.500 7.500
42.262 -50.000 25.071 64.870 2.321
22.613 123.521 -46.696 3.505 -57.717
45.645 27.544 12.293 5.808 0
0 0
0 0
0 0
0 0
28.694 28.694
28.694 28.694
-28.694 -28.694
0 0
.439
8.751
537.097
186.165
0
723.262
192.177
919.268
2013
TAAL
Lasten 2013 Inzet personeel uren
Coördinatiekosten €
Externe projectkosten €
Herindeling bestemm.reserve € 132.075 -350.000
.399
8.164
501.099
144.900
.625 .226 .399 0
160
9.849
28.207
0 160
0 9.849
27.647 560
.904 .613
4.678
287.104
.000 .000 .500
2.366 764 104
.000 .000 .124 .000 .892
€ .165 0
2.500 169.096 150.000
TOTAAL
Jaarverslag 2013
De Stichting Landelijk Fietsplatform is het onafhankelijke coördinatiepunt voor het recreatieve fietsen in Nederland. Het fungeert als landelijk kenniscentrum en geeft impulsen aan belangenbehartiging, verdere productontwikkeling en voorlichting/promotie (zie nederlandfietsland.nl). Het Fietsplatform is verantwoordelijk voor de landelijke fietsroutestructuur (LF-net). Overheid en organisaties zijn in de stichting vertegenwoordigd: de provincies, ANWB, Fietsersbond, Nederlandse Toer Fiets Unie (NTFU) en RAI-vereniging (afd. fietsen). Nauw samengewerkt wordt verder met ondermeer NBTC Holland Marketing, VVV Nederland, RECRON en Koninklijk Horeca Nederland.
Vertegenwoordigers in bestuur:
Strategische samenwerkingspartners (o.a.):
Europese samenwerking:
1 1
Stichting Landelijk Fietsplatform is initiator van:
© Stichting Landelijk Fietsplatform Amersfoort, juni 2014 Postbus 846, 3800 AV Amersfoort tel.: 033-4653656 e-mail:
[email protected] internet: www.fietsplatform.nl