Jaarverslag 2013 Haal het beste uit jezelf
Jaarverslag 2013 Haal het beste uit jezelf
Jaarverslag / 2013
1
Lijst met gebruikte afkortingen bbl beroepsbegeleidende leerweg (combinatie werken en leren) bol beroepsopleidende leerweg (leren op school, stage in bedrijf of instelling) vmbo voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs vmbo-t vmbo theoretische leerweg bpv beroepspraktijkvorming (praktijkgedeelte van de opleiding: stage of betaald dan wel onbetaald werk) evc erkenning van verworven competenties bapo bevordering arbeidsparticipatie ouderen vavo voortgezet algemeen vormend onderwijs voor volwassenen vsv voortijdig schoolverlaten: zonder startkwalificatie, jonger dan 23 jaar FES Fonds Economische Structuurversterking DUO Dienst Uitvoering Onderwijs ibo interdepartementaal beleidsonderzoek (in kader extra financiering structuren en opvang zorgleerlingen) SBA Stichting Beheer Activa BVE beroepsonderwijs en volwasseneneducatie OP onderwijzend personeel OBP ondersteunend en beheerspersoneel MGT managementpersoneel OCW ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap rcf risk control frame KIT kwaliteitsinstrument toetsprogramma’s in beroepsgericht onderwijs
2
Jaarverslag / 2013
Inhoudsopgave Leeswijzer Voorwoord College van Bestuur Kerngegevens (tabellen) 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 2 2.1 2.2 2.3 3 3.1 3.2 3.3 4 4.1 4.2 4.3 5 5.1 5.2 5.3 5.4 6
Organisatie Profiel Organogram Missie, visie en kernwaarden Organisatie en bestuur Management control Kwaliteitsborging Horizontale dialoog Raad van Toezicht Taak Samenstelling in 2013 Verslag Raad van Toezicht Bestuursverslag Strategisch kader Belangrijkste resultaten 2013 Risico’s en beheersmaatregelen Onderwijs Middelbaar beroepsonderwijs (mbo) Voortgezet onderwijs Overig onderwijs Samenwerking Bedrijfsleven Tevredenheid bedrijfsleven over beroepspraktijkvorming Onderwijsorganisaties Overheid Medewerkers
5 6 8 10 10 11 12 12 13 15 15 17 17 18 19 21 21 22 26 28 29 41 43 46 47 48 48 49 50
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 7 7.1 7.2 7.3 7.4 8 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 9 9.1 9.2 9.3 9.4
Effecten TeamSupport Ontwikkeling personeelsbestand Medewerkerstevredenheid Professionalisering/ontwikkeling Ziekteverzuimbeleid Bedrijfsvoering Facilitair beheer en huisvesting Informatisering & Automatisering Marketing & Communicatie Studentenadministraties Financiën Financieel beleid Externe ontwikkelingen Financieel resultaat 2013 Investeringen 2013 Financiële positie Treasurybeleid Controleverklaring Toekomstparagraaf (continuïteit) Nieuwe ontwikkelingen Investeringsraming 2014-2017 Huisvestingsontwikkelingen Financiële meerjarenraming 2014-2017
51 52 53 54 55 56 56 56 56 57 58 59 59 60 61 62 62 63 64 65 67 67 68
Bijlagen bij het bestuursverslag Bijlage 1. Verplichte Indicatoren geïntegreerd jaardocument Bijlage 2. Notitie Helderheid in de bekostiging Bijlage 3. Handreiking voor de inrichting van publiek-private arrangementen Bijlage 4. Externe functies College van Bestuur Bijlage 5. Beloning bestuurders en toezichthouders
72 73 76 79 82 83
Jaarverslag / 2013
3
Summa College Bezoekadres Sterrenlaan 10, 5631 KA Eindhoven Postadres Postbus 6101, 5600 HC Eindhoven Website summacollege.nl E-mailadres
[email protected] Telefoonnummer 040 269 40 00
4
Jaarverslag / 2013
Leeswijzer Dit jaarverslag is onderdeel van het geïntegreerd jaardocument van het Summa College. Het document bestaat uit twee delen: 1. Het jaarverslag 2013 2. De jaarrekening 2013 Beide delen kunt u downloaden op onze website. Dit jaarverslag is bestemd als verantwoording aan toezichthoudende instanties en allen die belang hebben bij een goed functioneren van het Summa College: Belanghebbenden
Belangen
Leeswijzer (Hfdst.)
Studenten/ouders
• Kwalitatief goed onderwijs, met perspectief
4 Onderwijs
Ministerie van OCW
• Kwalitatief goed onderwijs
4 Onderwijs
• Verantwoorde besteding
8 Financiën
op door- en uitstroom
van publieke gelden
Bijlagen 1 t/m 4 Jaarrekening
Gemeenten en regionale overheden
• Kwalitatief goede uitvoering volwassenen onderwijs en educatietrajecten
4 Onderwijs 5 Samenwerking
• Optimale aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt • Voldoende aandacht voor specifieke doelgroepen (bijvoorbeeld vsv’ers) Bedrijven/instellingen • Goed opgeleid personeel
4 Onderwijs
De hoofdstukken 1, 2 en 3 (Organisatie, Raad van Toezicht en Bestuursverslag) zijn voor alle belanghebbenden interessant. In hoofdstuk 1 wordt de organisatie beschreven en in hoofdstuk 2 treft u een verslag aan van de Raad van Toezicht. Hoofdstuk 3 bevat een samenvatting van de onderwerpen waarmee het bestuur in 2013 aan de slag is gegaan. Meer gedetailleerde informatie hierover leest u in de hoofdstukken 4 tot en met 8. Sommige onderwerpen komen hierdoor meerdere malen aan de orde, maar worden wel steeds vanuit verschillende invalshoeken beschreven. Hoofdstuk 4 gaat in op de ontwikkelingen op onderwijsgebied en in hoofdstuk 5 staat samenwerking met andere scholen, overheid en bedrijfsleven centraal. In hoofdstuk 6 vindt u een overzicht van de personeelsgegevens met een korte toelichting op de ontwikkelingen in 2013. Hoofdstuk 7 geeft informatie over de bedrijfsvoeringsprocessen in 2013. Hoofdstuk 8 bevat de voornaamste financiële kengetallen uit het financieel jaarverslag. Nieuw in het jaarverslag is hoofdstuk 9, dat volledig gewijd is aan toekomstige ontwikkelingen. Het gaat hierbij zowel om externe ontwikkelingen als om het eigen strategisch beleid. Het doel van deze vooruitblik is om eventuele financiële risico’s tijdig te onderkennen. Tot slot treft u nog enkele bijlagen aan met wettelijk verplichte informatie.
• Geschikte kandidaten voor beroepspraktijkvorming 5 Samenwerking Toeleverend onderwijs • Juiste aansluiting/kwaliteit van leerlingen (basisonderwijs, vmbo- en havoscholen) Scholen waar onze studenten naar
• Juiste aansluiting/kwaliteit van studenten (mbo en hbo)
4 Onderwijs 5 Samenwerking 4 Onderwijs 5 Samenwerking
doorstromen Eigen medewerkers
• Goede en sociale werkgever
6 Medewerkers
• Continuïteit van de organisatie
Jaarverslag / 2013
5
Voorwoord College van Bestuur Veranderen doet pijn. Dat heeft het Summa College ervaren in 2013. Dit jaar stond in het teken van een reorganisatie, nodig omdat de verhouding tussen onderwijzend en ondersteunend personeel scheef gegroeid was: te veel medewerkers waren werkzaam in de ondersteuning. Voor velen van hen brak een onzekere tijd aan. Ze wisten niet of ze zouden kunnen blijven, hebben zich zorgen gemaakt of ze ander werk zouden kunnen vinden. Gelukkig is dat velen gelukt. Anderen besloten om het Summa College voortijdig te verlaten en maakten gebruik van een van de regelingen. Van de ruim 200 medewerkers die direct door de reorganisatie geraakt werden, zijn uiteindelijk maar 15 mensen definitief boventallig geworden. Vele collega’s hebben zich voor dit resultaat ingezet. Een geweldige prestatie! Voor degenen die definitief boventallig zijn geworden, blijven we ons de komende tijd inspannen om hen aan ander werk te helpen. Dankzij ons uitgebreide netwerk verwachten we dat de kans groot is dat dit lukt. De reorganisatie ging gepaard met de invoering van een ander organisatiemodel. Nieuwe processen en nieuwe systemen. Meer standaard, minder afwijkingen in de ondersteuning van het onderwijs. Voor velen betekende dit een flinke verandering in hun dagelijkse werk en de wijze waarop ze met collega’s samenwerken.
6
Jaarverslag / 2013
Die verandering is op veel plekken in de organisatie nog niet voltooid. Dat kán ook niet; de omslag is te ingrijpend om in één keer te realiseren. Maar de wil is er. De betrokkenheid van onze medewerkers is groot. In 2014 zal er nog veel tijd nodig zijn om zaken fijn te slijpen, maar we hebben er alle vertrouwen in dat deze klus met ieders inzet geklaard zal worden. In 2013 kregen we ook te maken met het harde oordeel van de Onderwijsinspectie over het maatwerktraject dat Summa Transport & Logistiek voor buschauffeurs verzorgde van 2009 tot 2012. Té hard, vinden wij. Vanwege een dreigende miljoenterugvordering hebben we intern een uitgavebeperking afgekondigd. Inmiddels heeft de Onderwijsinspectie ons laten weten dat zij een bedrag van vier miljoen euro wil terugvorderen. Hierna zijn wij met de Inspectie in overleg gegaan en hebben argumenten aangedragen voor een milder oordeel en een lagere terugvordering. Uiteraard is er is ook volop positief nieuws te melden. Zo was dezelfde Onderwijsinspectie in haar rapport ‘Staat van de Instelling’ (juli 2013) zeer lovend over de wijze waarop het Summa College de kwaliteit van het onderwijs evalueert en steeds verder verbetert. De inspectie prijst de gedrevenheid en de continue focus op kwaliteit op alle niveaus in onze organisatie. Het rapport kwam tot stand na een grootschalig en intensief onderzoek waarbij de instelling door meerdere inspecteurs werd doorgelicht.
2013 was ook weer een jaar van persoonlijke top prestaties van veel van onze studenten. We denken daarbij bijvoorbeeld aan de deelnemers aan prestigieuze, internationale wedstrijden. Of aan het winnen van de Zilveren Vlam door een studente van Summa Laboratorium. Of aan de participatie van studenten van diverse Summa-scholen in het indrukwekkende muziekspektakel Eindhoven Rockcity Opera. Stuk voor stuk voorbeelden van studenten die het beste uit zichzelf haalden en waar we zeer trots op zijn! In dit jaarverslag leest u over een aantal van hen en hun bijzondere prestaties. Veranderen brengt ook nieuwe kansen en nieuwe perspectieven. Onze regio is groot geworden door verandering. Veel bedrijven in onze regio zijn zo succesvol omdat zij steeds blijven veranderen en nieuwe kansen weten te benutten. Ook het Summa College heeft verandering nodig om sterker te worden. In 2013 hebben we een stevige basis gelegd voor een nieuwe organisatie waarin de onderwijsteams – en meer specifiek: de relatie docent-student – echt centraal staan. En waarin onze studenten steeds opnieuw worden uitgedaagd om het beste uit zichzelf halen. Dát is wat ons verbindt, onze gezamenlijke passie. Dat is waar we het uiteindelijk allemaal voor doen.
College van Bestuur, Antoine Wintels en Olaf van Nugteren
Rockcity Rocko
pera
Op 29 en 30 mei 2013 werd in he t Klokgebouw ‘The Eindhoven Rockcity Rockop er a’ opgevoerd. Dit spektakel kw am voor t uit ee n samen werking tussen verschillende scho len en cultuurpartners uit de regio. Ond er de vlag van ‘Het Circuit’ wer kten studenten van SintLucas, het Pleincollege en diverse schole n van het Summa College samen om van de rockopera een succes te m aken. Het idee w as afkomstig van Dennis ‘Den vis’ Grotenhuis. Onder zijn leiding werd de rockopera gesc hreven, ontworpen en aa ngekleed. De stud en ten kregen hierbij verder no g hulp van onde r andere PopEi, het Parktheater en het Centrum voor de Kunsten Eind hoven (CKE).
Zilveren Vlam Amanda Kleefman is op 26 maart onderscheiden met de Zilveren Vlam, de prijs van de Nederlandse Vereniging van bioMedische Laboratoriummede werkers (NVML). Jaarlijks reikt deze beroepsvereniging de prijs uit aan de best afgestudeerde student van het middelbaar en het hoger laboratorium onderwijs. Amanda volgde de mboopleiding Analist Klinische Chemie aan Summa Laboratorium en studeerde in 2012 af.
Jaarverslag / 2013
7
Kerngegevens Figuur 1 / Ontwikkeling studentenaantallen mbo en vo Beroepsonderwijs (ongewogen)
Voortgezet onderwijs
Beroepsonderwijs (gewogen)*
Figuur 3 / Ontwikkeling jaar- en diplomaresultaat mbo
Interne meting
Jaarresultaat Summa College
Diplomaresultaat Summa College
Job-monitor*
Jaarresultaat roc’s landelijk
Diplomaresultaat roc’s landelijk
20.000
10
100%
18.000
9
90%
16.000
8
80%
14.000
7
70%
12.000
6
60%
10.000
5
50%
8.000
4
40%
6.000
3
30%
4.000
2
20%
2.000
1
10%
0
0
0
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2009/2010
2010/2011
2011/2012
2012/2013
2008/2009
2009/2010
2010/2011
2011/2012
2012/2013
17.253
17.903
18.604
15.547
16.077
15.801
6,8
6,3
6,3
6,6
69,0%
71,0%
72,8%
78,0%
71,4%
12.484
12.912
13.153
12.098
12.586
12.554
7,0
65,9%
67,3%
67,7%
69,4%
72,0%
1.001
1.127
1.179
1.109
1.129
1.102
66,5%
72,0%
73,3%
78,9%
72,1%
64,6%
66,5%
67,5%
69,8%
71,9%
* De weging is gebaseerd op de in dat jaar geldende deeltijdfactoren van het ministerie van OCW. Voor 2012 en 2013 is dit voor bol 1, deeltijdbol 0,3 bbl met bpv 0,4 en bbl zonder bpv 0,3.
8
Figuur 2 / Metingen studenttevredenheid mbo
Jaarverslag / 2013
7,0
* Tweejaarlijkse landelijke meting door Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs
Kerngegevens Figuur 4 / Percentage voortijdig schoolverlaten mbo
Figuur 5 / Ontwikkeling medewerkers in loondienst
Summa College
Landelijk
Aantal
Roc’s
Zuidoost-Brabant
Fte’s
Figuur 6 / Exploitatiesaldo (x € 1.000) Saldo
10%
2.500
10.000
9%
2.250
8.000
8%
2.000
6.000
7%
1.750
4.000
6%
1.500
2.000
5%
1.250
0
4%
1.000
-2.000
3%
750
-4.000
2%
500
-6.000
1%
250
-8.000
0
0
-10.000
2008/2009
2009/2010
2010/2011
2011/2012
2012/2013
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2008
2009
2010
2011
2012
2013
8,1%
8,9%
8,2%
7,0%
9,1%
8,8%
8,7%
8,1%
5,4%
1.736
1.634
1.638
1.547
1.496
1.406
587
4.726
3.369
-1.189
-5.807
2.728
6,2%
1.289
1.323
1.294
1.268
1.225
1.151
7,8%
7,5%
7,2%
6,9%
5,7%
7,4%
8,3%
7,8%
6,7%
5,1%
ultimo
Jaarverslag / 2013
9
1 Organisatie 1.1 Profiel Het Summa College bestaat uit: • 22 branchegerichte scholen voor middelbaar beroepsonderwijs met meer dan 250 beroepsopleidingen in verschillende leerwegen en op verschillende niveaus; • het Montessori College Eindhoven voor mavo en havo; • het Ster College voor taal & inburgering, basiseducatie en vavo; • School 23 met funderende en schakelende programma’s voor jongeren die extra steun nodig hebben ter voorbereiding op beroepsonderwijs en werk; • vier ondersteunende diensten en twee stafbureaus.
Eerste diploma’s
ge ia liepen beiden sta Lizsandra en Cynth rk. we r hie en nd in Amsterdam en vo
10
Jaarverslag / 2013
eerste ngen acht studenten de Al in januari 2013 ontvi in plaats am Summa College prijkt diploma’s waarop de na niveau-4 volgden een versnelde van ROC Eindhoven. Zij . ing len kelijke dienstver opleiding van Summa Za a’s op: leverde dat twee diplom Na anderhalf jaar studie resse. stent én directiesecreta die van managementassi n diploma t de nieuwe naam op hu De dames waren blij da akt.’ ze naam meer indruk ma stond. ‘We denken dat de ren de direct een baan, de an Vijf van de acht hadden o. studeren nu aan het hb
1 Organisatie
1.2 Organogram Summa Artiest
Summa Recreatie
Summa Automotive
Summa Sport
Summa Bouw & Infra
Summa Techniek
Studenten-administratie
Summa Brood & Banket
Summa Transport & Logistiek
Studenten-begeleiding
Summa Business
Summa Uiterlijke verzorging
Onderwijs & Kwaliteit
Summa Engineering
Summa Veiligheid
Marketing & Communicatie
Summa Facilitair
Summa Welzijn
Summa Fashion
Summa Wonen & Design
Informatisering & Automatisering
Summa Horeca
Summa Zakelijke dienstverlening
Facilitair beheer en huisvesting
Summa ICT
Summa Zorg
Montessori College Eindhoven
Summa Laboratorium
Ster College (AKA-bbl)
Ster College (vavo)
Ster College (overige educatie)
HRM
Summa Procestechnologie
School 23 (AKA-bol)
School 23 (VOAT)
School 23 (Stap Op en O&K)
Financiën
Voortgezet Onderwijs
Overig onderwijs
Diensten
MBO
Onderwijs en Studentencentrum
Facilities
Studentenraad
Ondernemingsraad
Bureau College van Bestuur
Concern Control
College van Bestuur
Raad van Toezicht
Jaarverslag / 2013
11
1 Organisatie
1.3 Missie, visie en kernwaarden Missie Wij zijn een toonaangevende organisatie voor middelbaar beroepsonderwijs in Brainport regio Eindhoven waar jongeren en volwassenen zich thuis voelen. In hechte samenwerking met bedrijven en instellingen leveren wij uitdagend en kwalitatief hoogwaardig onderwijs. Wij staan voor een succesvolle studie en carrière van onze studenten, gebaseerd op vakmanschap en persoonlijke groei, voor nu en in de toekomst. Daarmee bouwen wij aan de welvaart in de regio. Visie Met onze passie en professionaliteit maken wij het mogelijk dat studenten voortdurend hun grenzen verleggen en persoonlijke topprestaties leveren. Kernwaarden Onze kernwaarden zijn: professionaliteit, toewijding, verantwoordelijkheid. Deze waarden helpen om de doelen en beloftes te realiseren. De kracht van de kernwaarden zit in de concretisering ervan. Daarom maken de scholen, diensten en stafafdelingen een eigen vertaling van de kernwaarden in concrete werkafspraken.
12
Jaarverslag / 2013
Onderwijsvisie Daarnaast hebben we in 2013 de uitgangspunten voor goed onderwijs gedefinieerd. Zo mag elke student rekenen op onder meer een plezierig en veilig leerklimaat, op elkaar afgestemde lessen en stages met een duidelijke structuur, faciliteiten die op orde zijn en een loopbaan begeleider.
1.4 Organisatie en bestuur Het Summa College bestaat uit het College van Bestuur, de scholen en de ondersteunende diensten. De Raad van Toezicht houdt toezicht op het beleid en de financiële gang van zaken. Het College van Bestuur stelt het strategisch beleid op en houdt toezicht op de uitvoering daarvan. Het college bestaat uit Antoine Wintels (voorzitter) en Olaf van Nugteren. De heer Wintels heeft als aandachtsgebied onderwijsbeleid en PR & communicatie, de heer Van Nugteren concentreert zich op onderwijskwaliteit en bedrijfsvoering. In de statuten is onder meer opgenomen wat de taken en bevoegdheden zijn van de Raad van Toezicht en het College van Bestuur. Ook staat daarin hoe de twee organen zich tot elkaar verhouden.
en passie e z n o ken wij a Met m t i e en sionalit tudent profes s t a d gelijk en het mo n grenz u h d n re ijke voortdu rsoonl e p n e n ren. verlegge es leve i t a t s e toppr ge ma Colle Visie Sum
1 Organisatie 1.5 Management control
De uitdaging voor het management is om beide instrumenten te integreren in de planning- en control cyclus. Deze cyclus dient niet alleen het College van Bestuur en het management te ondersteunen, maar ook de Raad van Toezicht bij zijn toezichttaak. De Raad van Toezicht ziet er op toe dat dit adequaat functioneert.
POSITIVISME
Missie, visie, doelstellingen en strategie
Prestaties Wat moet goed gaan
Risico’s Wat kan fout gaan
Optiek sturing
Optiek beheersing
Kritische succes-factoren (KSF)
Kritische risico-factoren (KRF)
Prestatie-indicatoren (PI)
Risico-indicatoren (RI)
REALISME
Management control (MC) betreft alle maatregelen die moeten leiden tot het bereiken van organisatiedoelen: • prestatiesturing: het formuleren van concrete doel stellingen, het monitoren van behaalde prestaties en het bijsturen waar nodig; • risicomanagement: het gestructureerd beoordelen, beheersen en bewaken van risico’s die het behalen van de doelstellingen kunnen bedreigen.
Prestatie- en risicomanagement
Doelmatige prestatie / risicobalans
Planning & control cyclus
Jaarverslag / 2013
13
1 Organisatie
1.5.1 Planning- en controlcyclus Onze planning- en controlcyclus is gebaseerd op het principe van Deming: plan–do–check–act. Het is een cyclisch proces op meerdere besturingsniveaus: 1. Het Summa College als geheel a. Raad van Toezicht (RvT) b. College van Bestuur (CvB) c. Besturingshart (College van Bestuur en onderwijsdirecteuren) 2. Clusterniveau a. Onderwijsclusters (verzameling van onderwijsteams van diverse scholen) b. O ndersteunende diensten (centrale diensten en stafafdelingen) 3. Teamniveau a. Onderwijsteams b. Teams centrale diensten Het Summa College heeft zijn planning- en controlcyclus vanaf 2013 gebaseerd op schooljaren. Dit sluit het beste aan bij de externe ontwikkelingen en de operationele sturing. Mede daarop gebaseerd wordt een kalender jaarplan opgesteld waarover het College van Bestuur ieder kwartaal aan de Raad van Toezicht rapporteert. Schematisch ziet de planning- en controlcyclus er als volgt uit:
14
Jaarverslag / 2013
Missie, visie, strategie (lange termijn)
Review 4
Schooljaarplannen (jaarlijks)
INTERNE STURING
Review 1
Review 3
Review 2
Missie, visie, strategie (lange termijn)
Concern rapportage 4 Jaarverslag
Kalenderjaarplannen (jaarlijks)
EXTERNE STURING
Concern rapportage 3
Concern rapportage 1
Concern rapportage 2
De teams rapporteren vier keer per jaar bottom-up over voortgang en resultaten op basis van vastgestelde procedures en formats. De uitkomsten van de review gesprekken worden vastgelegd in managementletters, opgezet volgens een vast stramien en afgestemd op de prestatie- en risico-indicatoren. Dit dient dit als input voor de clusterreviews met het College van Bestuur. De managementletters bevatten de volgende onderdelen: • Algemeen beeld: successen, kansen, zorgen en risico’s; • Voortgang op hoofddoelstellingen: kwaliteit onderwijs, prestatie-indicatoren, teamdoelen, portfolioanalyse (alleen in review 1), prognose volgend schooljaar (alleen in review 4); • Financiële prestaties: budget versus realisatie, formatie. Verbeterpunten die in 2014 worden opgepakt: • Strategisch uitvoeringsplan voor het Summa College: wordt in 2014 opgesteld voor de periode tot en met 2017; • Schooljaarplan: betere koppeling tussen beleid, prestaties, kansen, risico’s en financiën op Summa-niveau (in 2013 met name op teamniveau en deels op clusterniveau); • Kalenderjaarplan: is nu vooral financieel, door proces te verbeteren kan de stap naar een integraal kalenderjaarplan gemaakt worden; • Teamreviews en clusterreviews: proces loopt goed, inhoudelijk zijn er nog verbeterpunten te realiseren;
1 Organisatie • Concernrapportage: in 2013 bestond deze rapportage uit een financiële rapportage met toelichting en een dashboard met toelichting. Dit wordt in 2014 uitgebreid met beleid, prestaties, kansen en risico’s (integrale rapportage); • Jaarverslag: betere aansluiting met interne planningen controlcyclus. 1.5.2 Risicomanagement Met de invoering van de nieuwe reviewstructuur hanteren we een systeem van interne beheersing dat zowel gericht is op het voortdurend monitoren en bespreken van prestaties en successen als op het identificeren, analyseren, prioriteren en beheersen van risico’s die het behalen van de afgesproken doelen in gevaar kunnen brengen. In het kader van risicomanagement is een risk control framework (RCF) ontwikkeld dat bestaat uit de strategische doelen in relatie tot de externe en interne ontwikkelingen. Combinaties van doelen en ontwikkelingen kunnen leiden tot (belangrijke) risico’s. Wij definiëren een risico als de kans op een gebeurtenis met een negatief effect op het behalen van doelstellingen. In 2013 zijn controllers aangesteld die de onderwijs directies ondersteunen bij de implementatie van risicomanagement. Daarnaast is via het project
Hoe en Wat veel aandacht geweest voor de zogenaamde ‘soft controls’, zoals kernwaarden, voorbeeldgedrag van bestuur en management, stijl van leidinggeven en integriteit. De bevindingen van de Onderwijsinspectie ten aanzien van de maatwerkopleiding chauffeur openbaar vervoer hebben het risicobewustzijn verhoogd en zijn aanleiding geweest om het interne beheersings systeem verder te verbeteren. Dit zal ook de komende jaren voortgezet worden.
1.6 Kwaliteitsborging De kwaliteitszorgsystematiek heeft zich het afgelopen jaar volop ontwikkeld en is nog steeds in ontwikkeling. Er is ingezet op een nieuwe strategie, missie en visie, op basis van een koers die deels al in werking was gezet. De insteek hierbij is geweest: behoud het goede en verander wat niet goed loopt. Het Summa College is vergevorderd met de invoering van het nieuwe besturingsmodel, de reviewstructuur en het bijbehorende cultuurveranderingstraject. Dit raakt alle lagen van de organisatie. Het besturingsmodel gaat uit van sturing vanaf de basis (bottom-up), waarbij de teams eigenaar zijn van de kwaliteit van het onderwijs. De kaders zijn door het College van Bestuur vastgesteld;
de teams zelf geven er invulling aan op basis van een duidelijke visie, kernwaarden en kwaliteitsindicatoren. Dankzij de reviewstructuur is er frequent contact tussen het College van Bestuur en de teamleiders. Het college is niet op afstand, weet wat er leeft op de werkvloer en volgt van nabij of de teams werken volgens strategie, missie en visie. Evaluatie en verbeteraanpak zijn sterke punten binnen de kwaliteitsborging. De onderwijsteams evalueren frequent de onderwijskwaliteit. Daarnaast is de evaluatie structureel verweven in de reviewstructuur. De eerste resultaten hiervan zijn duidelijk zichtbaar, hoewel er zeker nog verbeteringen zijn te realiseren. Het manage ment heeft echter per team goed in het vizier in welk stadium de invoering van ingezette veranderingen zich bevindt.
1.7 Horizontale dialoog Studenten Het Summa College heeft een centrale mbo-studentenraad, bestaande uit acht studenten. De raad komt ongeveer één keer per drie weken bij elkaar, overlegt minimaal twee keer per jaar met het College van Bestuur en periodiek ook met de ondernemingsraad. De studentenraad heeft wettelijke advies- en instemmingsbevoegdheden.
Jaarverslag / 2013
15
1 Organisatie
Naast de centrale mbo-studentenraad hebben veel scholen ook inspraak op schoolniveau geregeld, met als doel de studenttevredenheid te verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn: Decentrale inspraak
Frequentie
Studentenlunches
2x per jaar
Overleg teamleider met klassevertegenwoordigers Informeel overleg
3x per jaar continu
Wat is met adviezen gedaan? Verbeteringen op gebied van roosters, boeken, kantine, lesprogramma’s, praktijkbegeleiding, onderwijskwaliteit, (minder) beoordelingslijsten.
Ouders Het Montessori College Eindhoven heeft een wettelijk verplichte ouderraad. Deze ouderraad komt eenmaal per maand bijeen en bestaat uit twee geledingen: • Twee ouders zijn gekozen wettelijke vertegenwoordigers van de ouders en hebben advies- en instemmingsbevoegdheden; • De overige leden van de ouderraad fungeren als klankbordgroep.
en m, sam o d g a a l erin ges rs, een n e j i n z t r e a p W s gesprek ssende a e z p n n o e e t me or haps ggen vo c e l s n e e t g g s ze basi le mede e n o i t c ollege. C a en fun m m het Su vorm in 013 lag OR 2 Jaarvers it u te o Qu
16
Jaarverslag / 2013
Medewerkers De ondernemingsraad (OR) behartigt de belangen van de medewerkers. Streven van de OR is om een gelijkwaardige gesprekspartner te zijn voor het College van Bestuur en samen een veilig en inspirerend leef- en werkklimaat voor studenten en medewerkers te bevorderen. De OR bestaat uit twaalf leden, vanuit alle geledingen van de organisatie. De OR vergadert iedere maand en heeft circa zes keer per jaar formeel overleg met het College van Bestuur en twee keer per jaar met de Raad van Toezicht. Vanaf mei 2013 is gestart met minimaal vier keer per jaar een teamoverstijgend cluster- of dienstoverleg. In dit overleg zit een representatieve vertegenwoordiging van een dienst of onderwijs cluster, samen met een OR-lid. Op deze manier is de medezeggenschap op cluster- en dienstniveau geborgd. Daarnaast kent de OR de volgende commissies: • Commissie Bestuur en Organisatie Financiën, Concern Control en organisatie • Commissie Facilities ICT, facilitair beheer, studentenbeheer en onderwijsadministratie • Commissie HRM HRM en arbo • Commissie Onderwijs en Studenten Onderwijsadvies en kwaliteitszorg, studentenbegeleiding, marketing en communicatie De horizontale dialoog met bedrijfsleven, andere scholen en overheid is uitgewerkt in hoofdstuk 5.
2 Raad van Toezicht 2.1 Taak De Raad van Toezicht ziet toe op het beleid van het College van Bestuur. Dat doet hij vanuit de maatschappelijke doelstellingen en de daarmee verbonden onderwijsdoelstellingen van het Summa College. Het toezicht is integraal: alle aspecten van de organisatie worden erin meegenomen. In 2013 heeft de Raad van Toezicht zeven keer regulier vergaderd en zich twee keer in een afzonderlijke bijeenkomst over de strategie gebogen. Daarnaast zijn er twee bijeenkomsten geweest met de ondernemingsraad. Binnen de Raad van Toezicht zijn drie commissies actief:
Commissie
Taak / onderwerpen 2013
Samenstelling
Frequentie
Onderwijscommissie
Advisering over onderwerpen die het
• 2 leden RvT (waarvan 1 voorzitter
6x per jaar
onderwijs betreffen:
van deze commissie)
• Bevindingen Onderwijsinspectie
• 1 lid CvB
• Aanpak voortijdig schoolverlaten
• hoofd Onderwijs & Kwaliteit
• Voortgang Focus op Vakmanschap Auditcommissie
Advisering over financiële zaken: • Rapportages aan RvT
• 2 leden RvT (waarvan 1 voorzitter
• Managementletter accountant
• 1 lid CvB
• Jaarrekening
• concern controller
• Begroting
• directeur Financiën en
• Meerjarenperspectief huisvesting
6x per jaar
van deze commissie)
hoofd Financiën
• TeamSupport Remuneratiecommissie Advisering over bezoldiging/ arbeidsvoorwaarden CvB:
• voorzitter RvT
3x per jaar
• vicevoorzitter RvT
• Planningsgesprekken • Functioneringsgesprekken • Beoordelingsgesprekken
Jaarverslag / 2013
17
2 Raad van Toezicht
2.2 Samenstelling in 2013 De Raad van Toezicht bestaat uit zes personen: Naam
Jaar van aftreden Functie
Nevenfuncties
Dhr. A.P.A. de Jong
2018
Luitenant-generaal b.d.
• Voorzitter Stuurgroep Internationale School Eindhoven
Voorzitter
**
Koninklijke Luchtmacht
• Voorzitter Raad van Advies Stichting Veteranen Brabant Zuidoost • Lid Raad van Toezicht Vitalis Woonzorggroep • Lid Raad van Commissarissen Eindhoven Airport
Dhr. ir. A.C. Westerveld
2017
Vicevoorzitter
**
Dhr. drs. J.J.A. van den Berg
2018
• Auditor Fontys Hogescholen
**
• Directeur Fontys Hogescholen
2016
Voorzitter Raad van Bestuur
*
Stichting Vivent
Mevr. drs. I.M. Fleischeuer
Zelfstandig ondernemer
• Vicevoorzitter Raad van Toezicht Radar (tot 1-10-2013, zorgorganisatie voor mensen met een verstandelijke beperking) • Lid Raad van Commissarissen Rabobank Valkenswaard en Waalre (t/m 30-12-2013) • Lid Raad van Commissarissen Rabobank De Kempen (vanaf 31-12-2013)
Dhr. drs. H.P.N. Scheepers
2014
Voormalig Senior Vice President
• Voorzitter High Tech Nederland (HTNL)
**
ASML/member Executive
• Vicevoorzitter Raad van Commissarissen Neways Electronics International NV
Committee/Bestuurder ASML
• Lid Raad van Advies Brainport Industries
Netherlands BV
• Lid Raad van Advies Diemer en Raemakers • Lid Stuurgroep Solliance • Lid Bestuur BZW Kring Eindhoven
Dhr. drs. T.M.A.J. Verhagen
2014
Algemeen directeur NV
**
Industriebank LIOF te Maastricht • Lid Raad van Commissarissen van enkele Limburgse MKB bedrijven
• Voorzitter Bestuur Nederlandse Maatschappij Nijverheid en Handel Limburg • Lid Supervisory Board Fuji Film Lid Raad van Commissarissen Mikrocentrum
18
*
1ste termijn / herbenoembaar
**
2de termijn / niet herbenoembaar
Jaarverslag / 2013
2 Raad van Toezicht
2.3 Verslag Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op het beleid van het College van Bestuur. Deze controlefunctie combineren wij met die van adviseur en werkgever. Wij houden gepaste afstand van het dagelijks functioneren, maar zijn intensief betrokken wanneer dat nodig is. In 2013 vormden de onderwijskwaliteit en de reorganisatie TeamSupport (gericht op reductie van de ondersteuning) belangrijke punten op de agenda van de Raad van Toezicht. Later in het jaar kwamen daar de ontwikkelingen rondom de maatwerkopleiding Chauffeur openbaar vervoer bij. Toezicht Iedere vergadering spreken we over organisatie ontwikkelingen en over externe ontwikkelingen die van invloed zijn op het Summa College. Op die manier houden we toezicht op de naleving van wet- en regelgeving en op de relatie met belanghebbenden. Een belangrijke taak is ook het toezicht op strategie en risicobeheersing. In iedere vergadering bespreken wij daarom de kwaliteit van het onderwijs aan de hand van een dashboard met kernindicatoren. Ook bespreken we standaard de stand van zaken van de majeure programma’s en projecten. In onze jaarplanning zijn de thema’s vastgesteld waarover we meer diepgaand met elkaar willen spreken: in 2013 voortijdig schoolverlaten, examinering en diplomering. Onderwijskwaliteit Het Summa College wil graag tot de top-5 van roc’s in Nederland behoren. Die ambitie past bij de visie van de instelling om studenten te stimuleren hun grenzen te verleggen en het beste uit zichzelf te halen. De onderwijs kwaliteit in het algemeen en thema’s als Focus op Vakman
schap, voortijdig schoolverlaten en examinering volgen wij dan ook nadrukkelijk. De onderwijscommissie van de Raad van Toezicht heeft in 2013 met teamleiders en docenten gesproken over de dagelijkse gang van zaken, zoals lessen, roosters en examinering. Het is onze visie dat verbeteringen in de teams plaatsvinden en dat daar het aangrijpingspunt voor veranderingen ligt. Om de kwaliteit gestructureerd te volgen, werkt de onderwijs commissie met een vast format met indicatoren waarmee ook de kwaliteit per school in beeld komt. Op die manier hebben we ons een beter beeld kunnen vormen van de onderwijskwaliteit. Verheugd waren we met het zeer positieve rapport van de Inspectie van het Onderwijs naar ‘de Staat van de Instelling’, een grootschalig en intensief onderzoek waarin het gehele Summa College werd doorgelicht. Terugvordering De Onderwijsinspectie oordeelde later in het jaar hard over het maatwerktraject dat Summa Transport & Logistiek tussen 2009 en 2012 verzorgde ten behoeve van
1.600 buschauffeurs. In het rapport over de Opleiding Chauffeur openbaar vervoer (mbo-niveau 2) stelt de inspectie dat het traject niet aan de wettelijke eisen en voorschriften voldoet. Direct na het verschijnen van het inspectierapport hebben we het College van Bestuur verzocht de aanpak van het maatwerktraject te laten onderzoeken door een extern bureau. Ook andere, soortgelijke opleidingstrajecten zijn in het onderzoek meegenomen. Waar nodig zijn en worden verbeteringen doorgevoerd. Het College van Bestuur heeft daarnaast aangegeven extra aandacht voor maatwerktrajecten op te nemen in het interne kwaliteitsbeleid en in de (bestaande) planning- en controlcyclus. Het College van Bestuur heeft de zaken naar onze tevredenheid aangepakt en zet in op algemene kwaliteitsverhoging. De Inspectie van het Onderwijs heeft begin 2014 laten weten voornemens te zijn bijna € 4 miljoen aan bekostiging terug te willen terugvorderen. Dit geeft aan dat het niet voldoen aan kwaliteitseisen ook financiële risico’s met zich meebrengt. TeamSupport De Raad van Toezicht heeft de ontwikkelingen rondom de reorganisatie TeamSupport in 2013 intensief gevolgd. De personeelsreductie van 152 fte’s in de interne onder steuning was noodzakelijk om – ook op langere termijn – uit de rode cijfers te blijven. Uitgangspunt was bovendien om tot een gezondere getalsverhouding tussen onderwijs personeel en ondersteunend personeel te komen.
Jaarverslag / 2013
19
2 Raad van Toezicht
Van de medewerkers die moesten afvloeien hebben de meesten – binnen of buiten het Summa College – een andere baan gevonden. Of ze maakten gebruik gemaakt van een regeling voor vervroegde uittreding, zoals vastgelegd in het Sociaal Plan. Het aantal definitief boventalligen is dan ook zeer beperkt gebleven. Dat is een groot compliment waard aan iedereen die bij de uitvoering van TeamSupport betrokken is geweest. Wij vertrouwen erop dat de organisatieverandering tot positieve effecten in de organisatie leidt. Financiële positie In 2013 hebben we de jaarrekening 2012 en de begroting voor 2014 vastgesteld. Mede dankzij de reorganisatie heeft het Summa College een gezonde financiële positie. De mogelijke terugvordering van € 4 miljoen euro – een deel van de ontvangen rijksbijdrage voor het maatwerktraject Chauffeur openbaar vervoer – door de Onderwijsinspectie brengt daarin geen verandering. Dit komt mede doordat het College van Bestuur sinds half 2013 heeft gestuurd op een sterke beperking van de uitgaven, een stap die we van harte hebben ondersteund. Strategische koers In 2013 hebben we twee keer intensief gesproken met het College van Bestuur over een nieuw strategisch plan en de elementen die daarin thuishoren. In de eerste helft van 2014 gaat een horizontale dialoog met de onderwijs teams, ondernemingsraad, studentenraad en medewerkers
20
Jaarverslag / 2013
van start. Dit moet uiteindelijk leiden tot een nieuw strategisch uitvoeringsplan met een breed draagvlak. Goed bestuur De Raad van Toezicht hanteert de branchecode ‘Goed bestuur in de bve-sector’. De code wordt nagenoeg volledig nageleefd, met uitzondering van de Summabrede integriteitscode en een Summa-breed beleid voor de horizontale dialoog. De eerste stappen op weg naar een integriteitscode zijn in 2013 gezet, maar deze hebben geen vervolg gekregen vanwege de eerder genoemde noodzakelijke uitgavenbeperking. Plan is om via workshops met medewerkers tot een integriteitscode te komen die breed gedragen wordt en aansluit bij het lopende cultuur veranderingsprogramma ‘Hoe en Wat’. De horizontale dialoog krijgt weliswaar vorm in de organisatie, maar is nog niet vastgelegd in Summa-breed beleid. Gemeenschappelijke afspraken over de horizontale dialoog kunnen de waardevolle input van onze stakeholders optimaliseren. Dit beleid wordt in 2014 vastgelegd en geïmplementeerd. De Raad van Toezicht geeft de dialoog zelf actief vorm met de studentenraad en de ondernemingsraad. Voor beide organen is een portefeuillehouder benoemd en de volledige raden spreken elkaar jaarlijks. Vooruitblik 2014 In 2013 is veel gebeurd. Er zijn stappen gezet naar een slanke en slagvaardige organisatie met een sterkere basis. In 2014 zullen eerder in dit kader gestarte projecten
afgerond worden en verwachten we een positief exploitatieresultaat. Aandachtspunten zijn verder de onderwijsresultaten en de tevredenheid van het bedrijfs leven. Tot slot blijven we de nadruk leggen op het belang van de ontwikkeling van medewerkers, met name op het gebied van professionaliteit. Zij geven immers vorm aan de kwaliteit en hebben – ook in moeilijke tijden – laten zien dat zij het doel van de organisatie centraal blijven stellen: het bieden van excellent onderwijs aan de studenten. Daarvoor namens de hele Raad van Toezicht onze dank.
Raad van Toezicht, Dhr. A. de Jong, voorzitter Dhr. ir. A. Westerveld, vicevoorzitter Dhr. drs. J. van den Berg Mevr. drs. I. Fleischeuer Dhr. drs. H. Scheepers Dhr. drs. T. Verhagen
ag
3 Bestuursverslag 3.1 Strategisch kader Voor het strategisch kader is het Summa College de afgelopen jaren in hoofdlijn nog uitgegaan van de vijf speerpunten van beleid uit het Strategisch Uitvoeringsplan 2006-2010: 1. Meer studenten opleiden 2. Meer succes voor deelnemers 3. Betere doorstroming in de beroepskolom 4. Vakmanschap in het onderwijs 5. Verankering in de regio In 2011 is hieraan toegevoegd: 6. Gezonde financiële huishouding Deze speerpunten zijn in 2013 op onderdelen aangepast. Zo is de doelstelling ‘meer studenten opleiden’ gerelativeerd, gezien de demografische ontwikkelingen, de maximale capaciteit van het Montessori College Eindhoven en de afbouwregeling volwasseneducatie. Het landelijke plan voor het mbo ‘Focus op Vakmanschap 2011-2015’ heeft een aantal overlappende punten met de doelstellingen 1 t/m 4. In 2012 en 2013 is de aandacht vooral gericht op een gezonde financiële huishouding. Door de gewijzigde bekostigingssystematiek en teruglopende studenten aantallen is er in 2012 en 2013 ingezet op efficiency verbetering (operatie TeamSupport in combinatie met ICT-investeringen), op het cultuurveranderingsprogramma ‘Hoe en Wat’ en op de verbetering van de positionering. In 2014 wordt een nieuw strategisch uitvoeringsplan opgesteld.
Baas voor een d
zeer nneke Botinga is Horeca-student Ja der t schuift ze niet on ambitieus. En da bezig . ‘Als ik ergens mee stoelen of banken n is Da ’ n. terste eruit hale ben, wil ik het ui res. ad e llege aan het goed ze bij Summa Co tels de voor Postillion Ho Haar ambitie was Food nneke tijdens de aanleiding om Ja epen ro te Day 2013 uit Inspiration Talent r one fo competitie CEO tot winnaar van de mee liefst vier dagen day. Janneke liep ten. lke te ho n van de met de topmense
Topper van het jaar Horeca-student Tim Henson werd in 2013 Topper van het Summa College. Zijn docent Peter Fransen: ‘Tim heeft iets speciaals. Hij houdt alles goed in de gaten, stuurt zijn collega’s aan en is vooral erg goed met gasten. Hij heeft de touwtjes volledig in handen. Als een natuurlijk leider.’ Tim was zeer in zijn nopjes met het juryrapport. ‘Ik heb me hier goed ontwikkeld. Ik ben zelf verzekerd geworden, heb veel geleerd over leidinggeven. Nu ga ik een jaar werken, daarna kom ik terug voor de niveau 4-opleiding. Daar verheug ik me nu al op.’
Jaarverslag / 2013
21
3 Bestuursverslag
3.2 Belangrijkste resultaten 2013 3.2.1 Hoogwaardig onderwijs In 2013 heeft het Summa College in samenwerking met verscheidene partners diverse innovatieve onderwijs concepten gerealiseerd. Een goed voorbeeld is de oprichting van de Metal Factory, een mbo-opleiding in heavy metal. Achter heavy metal gaat een enorme industrie schuil; bijna een kwart van de wereldwijde muziek-merchandising komt van deze muziekstroming. Andere voorbeelden zijn het Teclab, een topopleiding op mbo-niveau 4+ waarmee studenten hun kansen in de hightech sector aanzienlijk vergroten, en de samen werking met Fontys en TU/e op het TU/e Science Park. Dit park groeit uit tot de grootste techniekcampus van Nederland. Vermeldenswaardig is ook de RockOpera, waarin ruim 250 jongeren tussen de 8 en 25 jaar – van basisschool tot en met hbo – samengewerkt hebben aan een prachtige productie. Van scriptschrijven tot grimeren, van decorbouw tot lichtontwerp, van webdesign tot promotie, van acteren tot regie en van kledingontwerp tot muziekcompositie: bij elk onderdeel waren leerlingen en studenten betrokken. Een onvergetelijke ervaring voor deelnemers en publiek.
22
Jaarverslag / 2013
3.2.2 Focus op Vakmanschap 2011-2015 Focus op Vakmanschap is een actieplan van de minister van OCW met als doel het aantrekkelijker en beter maken van het beroepsonderwijs. Om hierop in te spelen heeft het Summa College een projectorganisatie ingericht en een plan van aanpak opgesteld. Het plan bevat negentien projecten, die tussen 2012 en 2015 worden uitgevoerd. In 2013 is al een aantal actiepunten gerealiseerd. Zo is voor het onderdeel onderwijstijd een nulmeting gedaan. Daaruit is gebleken dat de bbl-opleidingen voldoen aan de nieuwe normen, maar dat bij de bol-opleidingen nog maatregelen nodig zijn om de vereiste 1.000 klokuren te halen. De onderwijsteams zijn daarmee aan de slag gegaan, vanaf het schooljaar 2014-2015 voldoen we aan de norm. Op het gebied van passend onderwijs (het bieden van extra ondersteuning aan studenten die dit nodig hebben) zijn in 2013 zorgcoördinatoren aangesteld en docenten met zorgtaken benoemd. Ook is vastgelegd wat het Summa College onder passend onderwijs verstaat. Dit is op onze internetsite opgenomen. Tot slot zijn we een traject gestart om zeventien docenten op te leiden om het vak rekenen op een goed niveau aan studenten aan te bieden.
Het tweede deel van 2013 werd helaas grotendeels overschaduwd door de resultaten van het onderzoek dat de Inspectie van het Onderwijs uitvoerde bij één van onze maatwerktrajecten: de bbl-opleiding Chauffeur openbaar vervoer (niveau 2). De inspectie oordeelde in juli 2013 dat de opleiding niet aan gestelde regels voldeed. Direct na bekendmaking van het inspectierapport heeft het Summa College opdracht gegeven tot een onderzoek door een extern bureau. Bovendien zijn op basis van de eerste concept-rapportage verbeteringen doorgevoerd op het gebied van onder meer individuele begeleiding. Begin 2014 heeft de inspectie het voornemen aangekondigd tot terugvordering van € 4 miljoen, een deel van de eerder verstrekte rijksbijdrage voor dit onderwijstraject. Het College van Bestuur acht deze aangekondigde vordering ‘buiten proporties’, omdat het geen recht doet aan de inspanningen en aan het feit dat alle betrokkenen, ook de 1600 buschauffeurs, tevreden zijn over de opleiding. Vooruitlopend op een mogelijke terugvordering is in 2013 wel besloten tot een sterke beperking van de uitgaven, waardoor extra financiële reserve is opgebouwd.
3.2.3 Oordeel Onderwijsinspectie De Onderwijsinspectie heeft begin 2013 onderzoek gedaan naar de ‘Staat van de Instelling’. In dit groot schalige onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs in het gehele Summa College is een positief oordeel gegeven over onze sturing op onderwijskwaliteit.
3.2.4 Operatie TeamSupport inclusief ICT-investeringen De reorganisatie TeamSupport is in 2012 ingezet en in 2013 grotendeels uitgevoerd om tot een evenwichtiger verhouding tussen het primair proces en ondersteuning te komen. Een op de drie medewerkers was werkzaam in de ondersteuning. De operatie TeamSupport was erop
Een ander doel van TeamSupport was om een nieuw organisatiemodel op te bouwen met nieuwe, meer uniforme processen en nieuwe manieren van samen werking. Omdat het werk met minder mensen gedaan moet worden, is de keuze gemaakt voor meer standaard dienstverlening en minder afwijkingen. Daarom is onder meer overgegaan naar een nieuw studentenregistratie systeem en een nieuw roosterpakket. Ook is het aantal applicaties verminderd. Een nieuwe manier van ondersteunen vraagt tijd om in te regelen; ook in 2014 zijn nog diverse verbeteringen nodig om de gewenste kwaliteit te realiseren. 3.2.5 Cultuurveranderingsprogramma ‘Hoe en Wat’ Wij willen dat studenten het beste uit zichzelf halen. Dat lukt alleen als de medewerkers ook het beste uit zichzelf halen. Daartoe is in 2012 al het ontwikkeltraject ‘Hoe en Wat’ begonnen. Het traject bestaat uit strategie sessies, trainingen Persoonlijk Leiderschap en Leiderschap in de Praktijk en Cultuurdagen. Tijdens de trainingen Persoonlijk Leiderschap zijn samenwerken, feedback geven, elkaar aanspreken op gedrag en het nakomen
van afspraken belangrijke thema’s. Doel was dat minimaal 50% van alle Summa-medewerkers het traject eind 2013 doorlopen zouden hebben. Met een percentage van 56,2% is dit ruim gerealiseerd. 3.2.6 Gezonde financiële huishouding Over 2013 is een positief financieel resultaat behaald van € 2,7 miljoen. Dit resultaat is beïnvloed door een aantal incidentele posten: Incidentele baten en lasten in resultaat 2013 Dotatie voorziening vordering OCW
Resultaateffect x € 1.000 - 4.000
chauffeursopleiding openbaar vervoer Vrijval voorziening TeamSupport
+ 4.300
Bijzondere waardevermindering vastgoed
- 1.000
Dotatie voorziening voor afbouw
- 852
educatie Ster College Dotatie voorziening
- 760
wachtgeldverplichtingen Vrijval onderhoudsvoorziening
+ 748
o.b.v. nieuw onderhoudsplan
SALDO
- 1.564
3 Bestuursverslag
gericht de inzet in de interne dienstverlening niet groter dan 25% van de totale organisatie te laten zijn. Dit leidde tot een reductiedoelstelling van 152 fte’s. Die reductie is in 2013 nagenoeg bereikt. Omdat eind 2013 nog niet alle processen op orde waren, zijn tijdelijk 19,2 fte’s aangesteld om de overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen. In de loop van 2014 nemen we afscheid van deze mensen.
Om een terugvordering door de Inspectie naar aanleiding van het onderzoek naar de opleiding Chauffeur openbaar vervoer op te vangen, is in de tweede helft van 2013 een uitgavebeperking afgekondigd. Deze uitgavebeperking heeft een besparing opgeleverd van circa € 2,4 miljoen. Indien we het resultaat 2013 corrigeren met de incidentele baten en lasten en deze incidentele besparing van € 2,4 miljoen, dan resteert een genormaliseerd resultaat van circa € 1,9 miljoen. Dit is een rendement van circa 1,5%, wat in lijn ligt met de doelstelling van het Summa College (tussen 1% en 2%). Het resultaat 2013 is toegevoegd aan het eigen vermogen, waardoor de solvabiliteit is verbeterd (59% van het totale vermogen). De liquiditeitsratio is verbeterd naar 1,08, wat betekent dat het Summa College aan alle kortlopende verplichtingen kan voldoen. 3.2.7 Overzicht belangrijkste doelstellingen, acties en resultaten De volgende tabel is een samenvatting van de belangrijkste doelstellingen, acties en resultaten. In de hoofdstuk 4 tot en met 8 staan de resultaten uitgebreid toegelicht.
Jaarverslag / 2013
23
3 Bestuursverslag
Doelstelling/Thema
Acties 2013
Resultaat
Meer studenten opleiden:
• Nieuwe naam Summa College uitdragen
•A antal studenten mbo: 15.801
•B ehoud van instroom mbo
• Campagnes ‘Haal het beste uit jezelf’
• Gewogen studentenaantal mbo: 12.554 (12.586 in 2012)
•M eer toegekende EVC’s
• Starten nieuwe opleidingen
•A antal studenten vo: 1.102
(-2,4% t.o.v. 2012)
•M eer private onderwijsactiviteiten
• Innovatief onderwijs
(-1,7 % t.o.v. 2012)
•M eer volwasseneducatie •M eer instroom Montessori Meer succes voor studenten:
• Verbeteren overdracht, intake, begeleiding
• Vsv 2012-2013: 5,4%
(7% in 2012)
•M inder vsv (max. 9%)
• Extra zorg voor overbelaste studenten
•A antal diploma’s: 5.667
(-7,7% t.o.v. 2012)
•M eer diploma’s
• Scholing van onderwijzend personeel
• J aarresultaat 71,4%
(78% in 2012)
• S chool Ex 2013 project, meting van verwachte interne
•M bo, niveau 1 naar 2: 78%
•H oger slagingspercentage Een betere doorstroming in de beroepskolom: • I nterne doorstoom (min. 51%) •D oorstroom niveau 4 naar hbo (min. 50%)
en externe doorstroom •O verleg met Fontys en Avans over verbetering doorstroom en verlagen uitval
•M bo, niveau 2 naar 3: 75% •M bo, niveau 3 naar 4: 45% •M bo, niveau 4 naar hbo: 61% • E xtra aandacht voor uitval op hbo scholen
Stevige verankering in de regio, samen met onze partners: • Deelname aan het Regionaal Arbeidsmarkt Platform en • Vorm en inhoud geven op tal van manieren, samen met onze partners • Verantwoording hierover afleggen op het niveau van de scholen en Summa-breed
de Taskforce Technologie Onderwijs en Arbeidsmarkt • Arbeidsmarktcommissies per school, met mensen uit het lokale bedrijfsleven, van het kenniscentrum en van het Summa College
•A lle studenten een stageplaats ondanks de economische crisis • S amen met het bedrijfsleven ontwikkeling en verbetering van opleidingen •G ezamenlijk gebruik van (innovatieve) faciliteiten
• Vertegenwoordigers uit bedrijfsleven in examencommissies
Focus op Vakmanschap:
•N ulmeting urennorm
•B bl voldoet aan norm, maar bol nog niet
• Voorbereiding nieuwe urennormering
• Verbeterplannen urennormen
•P roces voor passend onderwijs aangepast
•P assend onderwijs voor kwetsbare groepen
•A anstelling zorgcoördinatoren en docenten met zorgtaken
•R esultaten proefexamens nog onvoldoende
•N ederlandse taal en rekenen: voorbereiding op
• Proefexamens
•P lanning van extra uren en scholing voorbereid
centrale examinering
•O pleiden docenten en uitbreiden uren Nederlandse taal en rekenen Vervolg tabel zie pagina 25
24
Jaarverslag / 2013
3 Bestuursverslag
Vervolg van pagina 24 Doelstelling/Thema
Acties 2013
Resultaat
Cultuurveranderings-programma ‘Hoe en Wat’:
• Strategiesessies voor bestuur, directeuren en managementteams
• 870 medewerkers (56,2%) volgden training
• Uitdragen van missie, visie, strategie, eigen en gezamenlijke verantwoordelijkheid en aanspreekcultuur • 50% van medewerkers heeft training Persoonlijk Leiderschap gevolgd • 100% van leidinggevenden heeft training
van de onderwijsclusters • Trainingen Persoonlijk Leiderschap • Trainingen Leiderschap in de Praktijk voor leidinggevenden van de onderwijsclusters • Clustercultuurdagen voor ieder onderwijscluster
Persoonlijk Leiderschap in 2012 en 2013 • De strategiesessies, trainingen Persoonlijk Leiderschap, trainingen Leiderschap in de Praktijk en cultuurdagen van ondersteunende diensten zijn grotendeels uitgesteld naar begin 2014
Leiderschap in de Praktijk gevolgd Operatie TeamSupport:
•A fbouw van flex en tijdelijke contracten
• Vermindering OBP met 152 fte’s
•B evorderen van natuurlijk verloop (o.a. via Sociaal Plan)
• Vermindering OBP met 127 fte’s, resterende 25 fte’s worden gerealiseerd in 2014
•O verplaatsingen naar primaire proces
• Meer fte’s in primaire proces
• Optimale ondersteuning onderwijsteams
•A fspraken over niveau ondersteuning met onderwijs
• Nog niet alle processen zijn geüniformeerd
• Vervanging studenten-registratiesysteem
•U niformering van processen
• Nog veel operationele problemen op centrale
• Vermindering applicaties
•C entralisatie van studentenadministraties
(max. 25% van totale bezetting)
• F ase 1 van implementatie van een nieuw studentenregistratie systeem (fase 2 en 3 moeten nog worden uitgevoerd)
studentenadministraties • Onvoldoende scholing van gebruikers nieuw studentensysteem en roosterpakket (wordt in 2014 opgepakt)
• Implementatie van nieuw roosterpakket, incl. trainingen van personeel
Jaarverslag / 2013
25
3 Bestuursverslag
3.3 Risico’s en beheersmaatregelen Op basis van het risk control framework worden jaarlijks de belangrijkste risico’s geïdentificeerd en geanalyseerd. In de reviewstructuur worden de beheersmaatregelen met betrekking tot deze risico’s cyclisch besproken. In 2013 waren de volgende risico’s actueel: Risico’s
Uitgevoerde beheersmaatregelen
Mismatch onderwijsaanbod Summa College en vraag maatschappij
• Continu ontwikkelingen in de markt gevolgd (vraag vanuit de markt en toetreding van nieuwe aanbieders)
door onvoldoende aansluiting en verdeling over de regio
• Marketingplannen opgesteld bij diverse opleidingen, waarbij opleidingenportfolio is doorgelicht op arbeidsmarktrelevantie, macrodoelmatigheid en betaalbaarheid
Druk op financiële positie door gebrek aan flexibiliteit
• Herinrichting en afslanking van de totale ondersteuning uitgevoerd (TeamSupport)
kostenstructuur en verscherpte regelgeving / bureaucratie
• Demografische trend in de ontwikkeling van studenten-aantallen onderzocht (eind 2012) • Financiële meerjarenscenario’s geactualiseerd
Ontbreken focus en leiderschap
• Reviewstructuur doorontwikkeld • Uniforme en geautomatiseerde projectrapportage ingevoerd • Cultuurveranderingstraject voor hele organisatie uitgevoerd (o.a. versterken persoonlijk leiderschap)
Druk op studenteninstroom en -tevredenheid
• Gestuurd op excellent onderwijs
door negatieve beeldvorming
• Studententevredenheid gemeten en er acties aan verbonden • Naamswijziging uitgedragen (Summa College) • Professioneel communicatie- en PR-beleid gevoerd • Positionering van instelling/scholen versterkt
Het primaire proces krijgt last van de reorganisatie
• Professionele projectorganisatie, met vertegenwoordiging uit de gehele organisatie, ingevoerd
(project TeamSupport)
• Risico’s benoemd en beheersmaatregelen genomen door de kwartiermakers nieuwe diensten • T ransitieplan per cluster met focus op primaire proces opgesteld • Maandelijkse voortgangsbewaking, bespreking van knelpunten en besluitvorming ingevoerd • Vereenvoudiging van processen en reductie van automatiseringspakketten doorgevoerd • Reviewstructuur ook ingevoerd bij ondersteunende diensten
26
Vervolg tabel zie pagina 27 Jaarverslag / 2013
3 Bestuursverslag Vervolg van pagina 26 Risico’s
Uitgevoerde beheersmaatregelen
Opleidingen voldoen niet (volledig) aan wet- en regelgeving
• Focus op kwaliteit van onderwijs op alle sturingsniveaus (RvT tot en met onderwijsteams) versterkt • Onafhankelijk extern onderzoek laten uitvoeren n.a.v. rapport Onderwijsinspectie over kwaliteit maatwerktraject buschauffeurs • Financiële buffer gevormd door uitgavebeperking 2e helft 2013 i.v.m. mogelijke gedeeltelijke terugvordering rijksbijdrage door OCW • Intern onderzoek naar de kwaliteit van alle overige maatwerktrajecten uitgevoerd • Verzwaarde accorderingsprocedure voor nieuwe maatwerkopleidingen ingevoerd • Verbetertrajecten, met name op gebied van examinering en urennormering uitgevoerd • Nieuwe examineringstool (KIT) geïmplementeerd
Afname van studentenaantallen of uitval bbl-studenten
• Extra inspanningen geleverd om voldoende leer-werkplekken te behouden (relatiebeheer met bedrijfsleven)
als gevolg van de economische crisis
• Interne leer-werkplekken gecreëerd • Opleidingsportfolio aangepast • Bbl-studenten zonder werk aangemoedigd om over te stappen naar een bol-opleiding
Jaarverslag / 2013
27
4 Onderwijs
toppers Technische
Vakkanjers 2013 was een topjaar voor Summa Engineering en Summa Techniek. Liefst 13 studenten gingen door naar de landelijke finales van de Vakkanjer Wedstrijden. Deze nationale wedstrijden vormen voor jonge technische talenten in de metaal en elektro hét podium om te laten zien wat ze in huis hebben.
28
Jaarverslag / 2013
n de studenten aa n Coppens, o Le ineering, en s En er kk Summa g n va a ic Ruud Rooija n ro hat zig, chnicus Mec Skills in Leip opleiding Te or de World vo 3 1 zelf 0 2 n u in h . Met en zich or beroepen kwalificeerd vo e en p ap o h nuwsl pend pioensc ze diverse ze n de wereldk am te es o m t de en eerde robo erden zeven geprogramm d en Leon w u u atie. R . en p er e uitvo iddeld rest em g n ve o opdrachten b n or hu r we zijn wel medaille vo mplek, maa kregen een iu d o p n ee ‘G trots op. Ze waren er rijker.’ ere ervaring een bijzond
4 Onderwijs 4.1 Middelbaar beroepsonderwijs (mbo)
Aantal studenten Summa College 1-10-2013 (bekostigbaar)
In deze paragraaf worden de doelen, het beleid en de bereikte resultaten van alle mbo-opleidingen toegelicht. Dit betreft: •2 2 branchegerichte mbo-scholen met meer dan 250 beroepsopleidingen ; • t wee overige scholen met twee beroepsopleidingen, namelijk de opleiding Arbeidsmarkt geKwalificeerd Assistent (AKA) binnen het Ster College (bol) en School 23 (bbl).
Summa Automotive Summa Bouw & Infra
4.1.1 Toelatingsbeleid In principe kan iedereen vanaf 16 jaar – voor volwassenen opleidingen: 18 jaar – een opleiding volgen bij het Summa College. De student krijgt een intakegesprek. Op basis van voorkeur, motivatie en leermogelijkheden bekijken we welke opleiding het beste past. Voor de meer ambitieuze studenten is er een aantal (verkorte) mbo+-opleidingen. Bij deze opleidingen gelden aanvullende toelatingseisen. Jongeren met een te laag basisniveau of die nog niet weten wat ze willen leren, zijn welkom op School 23 (zie paragraaf 4.3).
Summa Procestechnologie
Aantal bekostigd
bbl
TOTAAL
Waarvan nieuwe instroom
Perc. van totaal
157
157
57
36%
454
280
734
237
32%
130
203
333
86
26%
37
189
226
99
44%
404
742
1.146
481
42%
Summa Engineering
435
435
158
36%
Summa Facilitair
133
133
54
41%
Summa Artiest
Summa Brood & Banket Summa Business
Summa Fashion Summa Horeca Summa ICT
bol Deeltijd bol
352
352
118
34%
142
232
374
138
37%
90
387
477
183
38%
335
335
105
31%
Summa Laboratorium
379
128
34%
Summa Recreatie
201
201
61
30%
Summa Sport
429
429
142
33%
962
122
1.084
379
35%
Summa Transport & Logistiek
1.023
103
1.126
899
80%
Summa Uiterlijke verzorging
69
833
906
344
38%
385
385
186
48%
1.536
1.696
422
25%
Summa Techniek
379
Summa Veiligheid
4
Summa Welzijn
160
Summa Wonen & Design
134
298
432
136
31%
60
1.472
1.532
527
34%
1.297
1.305
2.667
1.069
40%
145
130
90%
117
117
100%
15.801
6.256
40%
Summa Zakelijke dienstverlening Summa Zorg School 23 (AKA-bol) Ster College (AKA-bbl)
TOTAAL BEROEPSONDERWIJS
65
145 117
5.458
10.274
69
Jaarverslag / 2013
29
4 Onderwijs
4.1.2 Toezicht ministerie van OCW en Onderwijsinspectie Staat van de Instelling Het ministerie betaalt voor iedere student een bekostigings bijdrage. Het ministerie verwacht hiervoor goed onderwijs en een zorgvuldige en doelmatige besteding van deze bijdrage. De Onderwijsinspectie toetst dit iedere drie jaar. Het onderzoek bestaat uit een analyse van gegevens, een instellingsbreed onderzoek en een kwaliteitsonderzoek bij een of meer opleidingen. In januari en februari 2013 heeft de Onderwijsinspectie bij vijf scholen een controle uitgevoerd. De resultaten van de controle zijn vastgelegd in het rapport ‘Staat van de Instelling’. De Onderwijsinspectie stelde vast dat het Summa College doeltreffend inzet op de kwaliteitsborging. ‘Het Summa College is ver gevorderd met de invoering van het nieuwe besturingsmodel, de reviewstructuur en het bijbehorende cultuurveranderings traject.’ En: ‘We zien een roc, waarin het College van Bestuur, het management en de teams gedreven en vol overtuiging werken om de kwaliteit verder te verbeteren. De visie, inzet, veranderingsgezindheid en het enthousiasme van alle betrokkenen geven vertrouwen voor de toekomst’. De Onderwijsinspectie concludeerde ook dat er enkele risico’s zijn voor de kwaliteit van het onderwijs. Bij drie van de vijf onderzochte opleidingen was de kwaliteit van de examinering onvoldoende. Daarom hebben we in 2013 een verbetertraject opgesteld voor alle teams binnen het
30
Jaarverslag / 2013
ie geeft t a u l a v e r De zelf rouwbaa t e b n e een goed eit van it l a w k e d beeld van g en de in r e in m onze exa punten verbeter Ger Merx Teamleider
Summa College. Concreet bestaat dit uit een zelfevaluatie van teams, het benoemen van de sterke en zwakke punten en het opstellen van een verbeterplan. Via de reviews wordt de voortgang van deze verbeterplannen bewaakt. Met de Onderwijsinspectie is afgesproken dat alle teams het traject voor de zomer van 2014 doorlopen hebben; zij krijgt een rapport over de bevindingen. Veel teams zijn inmiddels volop bezig met dit traject. Vaak genoemde verbeterpunten zijn het borgen van vergelijkbare examen omstandigheden in de beroepspraktijk, het structureel uitvoeren van examenanalyses en de organisatie van examens. Urennormcontroles De inspectie heeft in 2013 bij drie opleidingen een controle van de urennorm gehouden. Bij alle drie heeft
de inspectie geconstateerd dat er voldoende uren zijn geprogrammeerd en dat er op basis van de gerealiseerde uren verwacht wordt dat aan de urennorm wordt voldaan. Terugvordering door Onderwijsinspectie bbl-opleiding Chauffeur openbaar vervoer In 2013 heeft de Onderwijsinspectie een onderzoek uitgevoerd bij één van onze maatwerktrajecten, de bbl-opleiding Chauffeur openbaar vervoer niveau 2. De inspectie heeft geconcludeerd dat de opleiding niet (volledig) voldoet aan de wet- en regelgeving. Begin 2014 heeft de inspectie het voornemen aangekondigd € 4 miljoen terug te vorderen, veertig procent van het totale bedrag dat ontvangen is voor het maatwerktraject. De geldigheid van de diploma’s staat niet ter discussie. Het Summa College vindt het onterecht dat de inspectie Summa zo hard aanpakt. Wij onderschrijven dat het traject op delen verbeterd moet worden, maar de straf doet geen recht aan de inspanningen van onze docenten en aan het feit dat alle betrokken partijen, inclusief de 1.600 buschauffeurs, tevreden zijn over de opleiding. Bovendien geeft de inspectie zelf aan dat er sprake is van verlichtende omstandigheden: het is de eerste keer dat bedrijfsgerichte trajecten van het Summa College niet aan de wettelijke eisen voldoen, er is een hersteltraject gestart voor het cohort 2012-2013 (groep studenten die dezelfde opleiding volgen) en de inspectie verwacht niet dat het risico op herhaling groot is. Daarnaast is het voor het eerst dat de inspectie op deze wijze een maatwerk
4 Onderwijs opleiding beoordeelt: de door de inspectie gehanteerde maatstaven zijn nieuw voor de hele mbo-sector en hebben grote effecten voor de wijze waarop door leerbedrijven de beroepspraktijkvorming moet worden ingericht en voor de informatievoorziening van onderwijsinstellingen omtrent de beroepspraktijkvorming. Naar aanleiding van het conceptrapport van de inspectie heeft het Summa College een extern bureau opdracht gegeven de aanpak van het maatwerktraject te onder zoeken en mogelijke verbeteringen (beheersmaatregelen) voor te stellen. Ook hebben we in 2013 extra financiële reserve opgebouwd. Mocht de voorgenomen terugvordering gerealiseerd worden, dan heeft dit geen consequenties voor de opgeleide chauffeurs; zij behouden hun diploma.
derzoek is: Het doel van dit on we als onderwijs at w is at D n. re le . oeten blijven doen instelling altijd m lijk krijgen hoe We willen inzichte pen en hoe we het dit traject is gelo ter kunnen doen. be st om ek to de in
4.1.3 Focus op Vakmanschap Focus op Vakmanschap, een actieplan van de minister van OCW heeft tot doel het beroepsonderwijs aantrekkelijker en beter te maken. Het traject loopt tot en met 2015 conform de uitvoeringskalender van het ministerie. Uitvoeringskalender Maatregelen 1 Kwalificatiedossiers verplicht voor alle mbo-opleidingen
Schooljaar 2012-2013
2 Invoering opleidingsdomeinen (niet verplicht) voor studenten die niet weten wat ze willen studeren
2012-2013
3 Engels verplicht voor mbo-4
2012-2013
4 Invoering centrale examinering Nederlands en rekenen niveau 4
Taal 2014-2015 Rekenen 2015-2016
5 Invoering centrale examinering Nederlands en rekenen niveau 2 en 3 en de entreeopleiding
Taal 2015-2016
6 Loopbaan en burgerschap (inspanningsverplichting)
2012-2013
7 Nieuwe financiering passend onderwijs
2014-2015
8 Nieuwe bekostigingssystematiek (Uitvoeringsbesluit WEB)
2014-2015
9 Verkorten mbo-opleidingen (niveau 4) en intensivering van het onderwijs (bol en bbl)
2014-2015
Rekenen 2016-2017
10 Optimalisatie en vereenvoudiging van de kwalificatiestructuur
2014-2015
11 Afschaffen drempelloze instroom in mbo-2/Introductie entreeopleiding
2014-2015
12 Ontwikkeling nieuw bekostigingsinstrument (prestatiebox)
kalenderjaar 2013
13 Rechtstreekse aansturing en bekostiging vavo en educatie
kalenderjaar 2013
14 Samenwerking vmbo-mbo (experimenteerkader)
2014-2015
tuur rzitter College van Bes Antoine Wintels, voo
Jaarverslag / 2013
31
4 Onderwijs
De maatregelen voor schooljaar 2012-2013 zijn in 2012 voorbereid en met ingang van schooljaar 2012-2013 ingevoerd. In 2013 zijn de volgende maatregelen gerealiseerd: Meer onderwijstijd Scholen moeten vanaf studiejaar 2013-2014 de opleidingsprogramma’s voor alle mbo-opleidingen in de bbl aanpassen aan de geldende onderwijstijd. Voor de bol-opleidingen hebben scholen een jaar langer de tijd: vanaf studiejaar 2014-2015 zijn ook alle opleidings programma’s voor de bol aangepast. De verkorting van de bol- én bbl-opleiding wordt vanaf studiejaar 2014-2015 ingevoerd. Voor het onderdeel onderwijstijd heeft het Summa College in 2013 een nulmeting gedaan. Bij de bbl-opleidingen voldoen wij ruim aan de nieuwe normen, bij de bolopleidingen is nog een stap te maken om de vereiste duizend klokuren te halen. De teams werken hier hard aan, zodat we vanaf het schooljaar 2014-2015 aan de norm voldoen. Passend onderwijs voor kwetsbare groepen Op 1 augustus 2014 wordt het systeem van Leerling Gebonden Financiering (LGF, oftewel ‘het rugzakje’) afgeschaft. In plaats daarvan krijgen de onderwijs instellingen geld om zelf de extra begeleiding van kwetsbare studenten te regelen. Ter voorbereiding van dit zogenoemde ‘passend onderwijs’ heeft het
32
Jaarverslag / 2013
Summa College in 2013 een aantal maatregelen genomen. Zo is vastgelegd wat wij onder passend onderwijs verstaan. Studenten met een beperking krijgen extra hulp, gericht op zelfondersteuning. Wat die hulp precies inhoudt, wordt vastgelegd in een individueel ondersteuningsplan. Om deze extra onder steuning goed te regelen, zijn in 2013 zorgcoördinatoren aangesteld en docenten met zorgtaken benoemd. Loopbaan en burgerschap In alle opleidingen is een loopbaanlijn opgenomen en maakt Burgerschap onderdeel uit van het programma. Ten aanzien van Loopbaanbegeleiding is in 2013 een herziene visie opgeleverd. Verder zijn er ook dit jaar weer veel docenten geschoold in loopbaanbegeleiding. Summa College ontwikkelt ook een set leermiddelen welke t.b.v. loopbaanbegeleiding kunnen worden ingezet. We participeren in vijf werkgroepen van het landelijke stimuleringsproject ‘Loopbaanbegeleiding’. De uitkomsten hiervan worden in 2014 door ons geïmplementeerd. Examinering taal en rekenen In het schooljaar 2013/2014 zouden de eerste centrale examens voor taal en rekenen worden afgenomen. Vanwege de slechte landelijke resultaten is dit echter uitgesteld. Het uitstel geeft ons de mogelijkheid om verder te werken aan onze vier doelstellingen op het gebied van taal en rekenen: geen afname van de slagings percentages van de mbo-opleidingen, een rapportcijfer
van minimaal een 6 voor de vakken taal en rekenen, voldoen aan alle wet- en regelgeving (bijvoorbeeld kwaliteit onderwijs en aantal uren) en voldoen aan het Summa-breed afgesproken basisniveau competentie gericht onderwijs. Inmiddels zijn taal en rekenen overal ingevoerd en doen bijna al onze studenten mee aan de pilots centraal ontwikkelde examens – die overigens niet meetellen voor het eindexamen – op twee verschillende niveaus: • mbo-2 en mbo-3 maken een examen op niveau 2F voor zowel Nederlands als rekenen; • mbo-4 maakt een examen op niveau 3F voor zowel Nederlands als rekenen. Relatief aantal voldoendes per pilotexamen per periode Aantal
P1
P2
P3
P4
P5
P6
examens Nederlands 2F
2.111
77%
89%
81%
71%
90%
Rekenen 2F
2.598
63%
58%
57%
43%
55%
Nederlands 3F
3.842
62%
59%
78%
57%
60%
55%
Rekenen 3F
3.463
22%
32%
53%
27%
34%
39%
Uit de behaalde resultaten blijkt dat vooral bij rekenen vooruitgang geboekt moet worden om bovengenoemde doelstelling (minimaal een 6) te halen. Daarom zijn we een traject gestart waarin zeventien docenten worden opgeleid om het vak op een goed niveau aan te bieden. Daarnaast komt er in 2014 een zomerschool voor deze vakken en houden we extra examentrainingen.
4 Onderwijs Ondertussen blijven we zoeken naar andere manieren om studenten te stimuleren om ook bij deze vakken het beste uit zichzelf te halen. Verbetering examinering Wij werken aan verdere verbetering van de kwaliteit van examens. De al eerder genoemde zelfevaluatie met behulp van de KIT-aanpak (KwaliteitsInstrument Toetsing en examinering) vindt in dit kader plaats evenals de uniformering van het proces examinering en de examen organisatie. Het resultaat hiervan wordt in 2014 zichtbaar. Bedrijfsvoering en nieuwe bekostiging Voor het berekenen van de gevolgen van de nieuwe urennorm voor personele bezetting en totale kosten is de onderwijscalculator geïntroduceerd. Tevens zijn scenario’s ontwikkeld waarmee onderwijsteams het financiële effect van de gewijzigde bekostigings systematiek kunnen bepalen. 4.1.4 Onderwijsontwikkeling De arbeidsmarkt voor mbo-afgestudeerden verandert voortdurend. Naast continue verbetering van bestaande opleidingen zijn er in 2013 in samenwerking met het bedrijfsleven nieuwe opleidingen ontwikkeld. • Metal Factory (23 studenten): een driejarige niveau 4-opleiding tot metalmuzikant met specialisaties zang, drums, basgitaar, gitaar en toetsen. Studenten kunnen na de opleiding aan de slag als zelfstandig ondernemer in
de metal-muziekindustrie of doorstromen naar het hbo. • Luchtvaartdienstverlener (46 studenten): een driejarige niveau 4-opleiding in samenwerking met Eindhoven Airport en afhandelaar Viggo. Voor havisten en afgestudeerde studenten van mbo-niveau 3 is er ook een éénjarig traject. • Opticien (20 studenten): een tweejarige niveau 4-opleiding, waarbij de student niet alleen het vak leert, maar ook leert te ondernemen. • Technicus Automotive Engineering (circa 40-50 studenten vanaf 2014-2015), waarin de student leert om auto’s te ontwikkelen, testen en produceren. In september 2013 is het FACT Training Centre geopend op de TU/e Campus. Het FACT Training Centre is tot stand gekomen dankzij de samenwerking tussen Summa Engineering, Teclab en Festo. FACT staat voor Festo Authorized Training Centre. Festo is een internationaal opererende Duitse onderneming op het gebied van automatiserings- en sturingstechniek en levert veel technische middelen aan Summa Engineering voor de practicumlokalen. In het trainingscentrum staan de modernste trainingsopstellingen voor bijvoorbeeld pneumatiek, hydrauliek, elektrotechniek en besturings techniek. In nauwe samenwerking met een aantal toonaangevende bedrijven in de regio zijn we ook het project Mechanica Custom Made (MCM) gestart. Verdeeld over achttien vakgebieden worden hier meer dan honderd leerobjecten ontwikkeld. Daarmee is en wordt het Summa College
dè opleidingspartner voor hightech industrie in Zuid-Nederland. Deze opleidingsontwikkelingen op techniekgebied leveren een bijdrage aan het verminderen van het tekort aan technici in Nederland. 4.1.5 Ontwikkeling aantal studenten Bij de berekening van het gewogen studentenaantal zijn de in dat jaar geldende deeltijdfactoren van het ministerie van OCW gehanteerd. Voor 2013 (en 2012) gelden de volgende factoren: bol 1, deeltijd bol 0,3, bbl met beroeps praktijkvorming 0,4 en bbl zonder beroepspraktijk vorming 0,3. Vanwege de geringe omvang zijn deeltijd bol en bbl zonder beroepspraktijkvorming in figuur 7 (zie volgende pagina) toegevoegd aan bol respectievelijk bbl.
Jaarverslag / 2013
33
4 Onderwijs
Ontwikkeling studentenaantallen beroepsonderwijs
Figuur 7 / Ontwikkeling studentenaantallen beroepsonderwijs Ongewogen Gewogen
2008
2009
2010
2011
2012
2013 aandeel in % van totaal
bol
Automotive
Summa Automotive
bbl
Bouwen en Wonen *
Summa Bouw & Infra
938
915
901
845
795
734
5%
1.130
1.095
980
912
838
333
2%
432
3%
180
199
220
231
220
226
1%
Summa Wonen & Design 20.000
Brood & Banket
Summa Brood & Banket
18.000
Business
Summa Business
1.454
1.448
1.220
1.157
1.153
1.146
7%
16.000
Facilitair
Summa Facilitair
116
139
122
97
101
133
1%
14.000
Fashion
Summa Fashion
243
289
335
361
342
352
2%
12.000
Horeca
Summa Horeca
532
527
464
376
386
374
2%
10.000
ICT
Summa ICT
616
532
466
430
447
477
3%
8.000
Laboratorium
Summa Laboratorium
305
277
276
280
297
335
2%
6.000
Procestechnologie
Summa Procestechnologie
4.000
Recreatie, Sport en Veiligheid * Summa Recreatie
2.000 0 2008 17.253 12.484
2009 17.903 12.912
2010 18.604 13.153
2011 15.547 12.098
2012 16.077 12.586
2013
Techniek en Engineering *
358
436
457
430
417
379
2%
1.169
1.208
1.015
961
991
201
1%
Summa Sport
429
3%
Summa Veiligheid
385
2%
Summa Engineering
2.042
1.878
1.682
1.700
1.529
Summa Techniek
15.801
3% 7%
12.554
Summa Transport & Logistiek
743
1.159
2.795
388
642
1.126
7%
Uiterlijke verzorging
Summa Uiterlijke verzorging
778
771
790
816
836
906
6%
Welzijn en Artiest *
Summa Artiest
2.271
2.498
2.555
2.170
2.106
10.093
10.371
10.331
10.330
10.352
10.343
7.160
7.532
8.273
5.217
5.725
5.458
157
1%
1.696
11%
Zakelijke dienstverlening
Summa Zakelijke dienstverlening
1.810
2.036
1.705
1.700
1.626
1.532
10%
Zorg
Summa Zorg
2.406
2.307
2.446
2.527
3.193
2.667
17%
School 23
School 23 (AKA-bol)
139
147
139
139
134
145
1%
Ster College
Ster College (AKA-bbl)
23
42
36
27
24
117
1%
17.253 17.903 18.604 15.547 16.077 15.801
100%
TOTAAL * In 2013 zijn deze scholen gesplitst
Jaarverslag / 2013
435 1.084
Transport & Logistiek
Summa Welzijn
34
2013
4 Onderwijs Ontwikkeling studentenaantallen beroepsonderwijs 2008
2009
2010
2011
2012
2013
2013 aandeel in % van totaal
Per leerweg bol
9.916 10.228 10.218 10.241 10.280 10.374
65,0%
bbl
7.160
7.532
8.273
5.217
5.723
5.458
34,6%
177
143
113
89
74
69
0,4%
bol dt Per niveau 1
551
575
510
447
397
449
2,8%
2
4.270
4.453
5.741
3.293
3.393
3.552
22,5%
3
4.594
4.833
4.642
4.492
4.400
4.069
25,8%
4
7.838
8.042
7.711
7.315
7.887
7.731
48,9%
Dienstverlening
3.018
3.133
2.946
2.842
2.876
3.006
19,0%
Economie
3.264
3.484
2.925
2.857
2.779
2.678
16,9%
Techniek
6.132
6.292
7.557
4.985
4.965
5.335
33,8%
Zorg & Welzijn
4.677
4.805
5.001
4.697
5.299
4.520
28,6%
162
189
175
166
158
262
1,7%
Per Sector
Overig
4.1.6 Terugdringing voortijdig schoolverlaten (vsv) In januari 2014 zijn de voorlopige cijfers 2012-2013 van het aantal voortijdige schoolverlaters gepubliceerd. Hieruit blijkt dat steeds meer jongeren in het vo en mbo hun diploma halen. De landelijke cijfers voortijdig schoolverlaten laten een daling zien van 8.300 jongeren (-22,9%) ten opzichte van het schooljaar 2011-2012. Ook in de regio Zuidoost-Brabant is het aantal voortijdig schoolverlaters het afgelopen schooljaar fors gedaald, met ruim 35% tot 1.136 jongeren. De daling bij het Summa College was 23,4% (van 871 in 2011-2012 naar 618 in 2012-2013.) De daling is in algemene zin toe te schrijven aan de gezamenlijke inspanningen van scholen, gemeenten en andere partners. Ook is intern een groot aantal projecten uitgevoerd die gericht zijn op het terugdringen van het aantal voortijdige schoolverlaters. Het gaat dan om het verbeteren van overdracht, intake en begeleiding, extra zorg voor overbelaste studenten, beroepenoriëntatie, vergroten van de betrokkenheid van ouders en bedrijven en intensivering van samenwerking met scholen en gemeenten. Daarnaast is de meet systematiek landelijk aangepast. Studenten die een AKA-diploma hebben gehaald of bijvoorbeeld verder zijn gegaan in particulier onderwijs worden niet meer als uitvaller meegeteld.
Jaarverslag / 2013
35
4 Onderwijs
VSV
Ongediplomeerde uitstroom 2012-2013 2008/09
2009/10
2010/11
2011/12
2012/13
Totaal Summa College
8,1%
8,9%
8,2%
7,0%
5,4%
Roc’s
9,1%
8,8%
8,7%
8,1%
6,2%
Brood & Banket
239
14
5,9%
Landelijk
7,8%
7,5%
7,2%
6,9%
5,7%
Bouwen en Wonen
881
70
7,9%
RMC regio 37 (Zuidoost-Brabant) Gemeente Eindhoven
Aantal ingeschreven studenten
Ongediplomeerde uitstroom
%
896
86
9,6%
Automotive
7,4%
8,3%
7,8%
6,7%
5,1%
Business
1.188
111
9,3%
10,4%
12,4%
11,1%
*
7,4%
Facilitair
104
6
5,8%
* cijfer niet beschikbaar
De onderwijsteams sturen op een daling van het percentage ongediplomeerde uitstroom. Dit percentage betreft een grotere groep studenten, namelijk ook de studenten boven 23 jaar. Maar het grootste verschil in de percentages wordt verklaard doordat bij het percentage vsv de studenten worden gecorrigeerd die op een andere school verder studeren. Bovengenoemde maatregelen verlagen beide percentages, maar niet altijd in gelijke mate.
Fashion
343
24
7,0%
Horeca
446
43
9,6% 15,6%
ICT
481
75
Laboratorium
300
23
7,7%
Procestechniek
477
39
8,2%
1.088
97
8,9% 11,4%
Toerisme, Sport en Veiligheid Transport & Logistiek Techniek & Engineering Uiterlijke Verzorging Welzijn & Artiest
7,8%
859
68
7,9%
2.123
206
9,7% 10,4%
Zakelijke Dienstverlening
1.653
172
3.263
324
9,9%
24
3
12,5%
135
24
17,8%
16.841
1.594
9,5%
School 23
EINDTOTAAL
Jaarverslag / 2013
85 124
Zorg Ster College
36
743 1.589
4 Onderwijs 4.1.7 Diplomering Jaarresultaat en diplomaresultaat Voor de beoordeling van het rendement van een opleiding zijn door de onderwijs inspectie indicatoren ontwikkeld: het jaarresultaat en het diplomaresultaat. Het jaarresultaat is een indicator van studiesucces vanuit het perspectief van de instelling. Het jaarresultaat is het percentage gediplomeerden in het jaar ten opzichte van alle schoolverlaters in het hetzelfde jaar (gediplomeerden plus ongediplomeerde instellingverlaters). Iedere student wordt maximaal één keer meegeteld, ongeacht het aantal behaalde diploma’s of het niveau van de behaalde diploma’s. Bij deze indicator gaat het alleen om de toegevoegde waarde over één jaar. Studenten die een diploma behalen en de instelling niet verlaten dragen positief bij aan het rendement. Het diplomaresultaat is een indicator van studiesucces vanuit het perspectief van de student zelf. Het diplomaresultaat is het percentage gediplomeerde instellingverlaters in een jaar ten opzichte van alle instellingverlaters in hetzelfde jaar. Ook hier geldt dat iedere student maximaal één keer wordt meegeteld. In welk jaar de gediplomeerde instellingverlater het diploma heeft behaald is niet relevant. Bij deze indicator gaat het om de toegevoegde waarde over een langere periode.
Jaarresultaat mbo (berekend door DUO in april 2013) 2008/2009
2009/2010
2010/2011
2011/2012
Summa College
69,0%
71,0%
72,8%
78,0%
2012/2013 71,4%
roc’s
65,9%
67,3%
67,7%
69,4%
72,0%
2012/2013
Diplomaresultaat mbo (berekend door DUO in april 2013) 2008/2009
2009/2010
2010/2011
2011/2012
Summa College
66,5%
72,0%
73,3%
78,9%
72,1%
roc’s
64,6%
66,5%
67,5%
69,8%
71,9%
Voor een eenduidige vergelijking van de resultaten van de verschillende onderwijs organisaties heeft DUO berekeningen gemaakt waarin de cijfers van elke instelling worden vergeleken met een vergelijkingsgroep. In ons geval de groep van roc’s. De score van het Summa College is nagenoeg gelijk aan het gemiddelde van alle roc’s. In schooljaar 2011/2012 was zowel het jaarresultaat als het diplomaresultaat substantieel hoger dan andere schooljaren. Dit is veroorzaakt door het grote aantal behaalde diploma’s voor de maatwerkopleiding Chauffeur openbaar vervoer. Indien we dit effect elimineren in 2011/2012, is er sprake van een daling van het jaarresultaat (en diplomaresultaat) van circa 3%. Deze daling wordt enerzijds veroorzaakt door circa 275 studenten die volgens afspraak succesvol uitstromen zonder diploma omdat zij bijvoorbeeld alleen een praktijkdeel van een opleiding volgen (met name in de zorg). Een andere oorzaak is een hogere ongediplomeerde uitstroom van bbl-studenten die het gevolg is van de economische omstandigheden: meer studenten zijn ontslagen. Dit effect zet zich voort in schooljaar 2013/2014.
Jaarverslag / 2013
37
4 Onderwijs
Aantal diploma’s beroepsonderwijs per kalenderjaar 2008
2009
Aantal diploma’s beroepsonderwijs per kalenderjaar 2010
2011
2012
2013
Per school
2009
2010
2011
2012
2013
Automotive
315
406
408
584
363
379
bol
2.597
2.909
3.480
3.108
3.251
3.229
Bouwen en Wonen
354
327
315
293
290
270
bbl
2.561
2.797
3.740
4.874
2.798
2.395
bol dt
188
169
83
81
89
43
66
47
65
74
100
110
Business
597
746
732
506
592
547
Facilitair
63
68
34
36
54
23
Per niveau
Fashion
42
33
32
54
110
93
1
398
417
410
618
380
358
Horeca
299
260
264
258
189
192
2
1.821
1.825
2.895
3.451
1.932
1.600
ICT
105
139
125
145
127
109
3
1.387
1.543
1.528
1.772
1.625
1.676
Laboratorium
48
66
83
60
65
56
4
1.740
2.090
2.470
2.222
2.201
2.033
Procestechnologie
91
101
116
122
131
151
Recreatie, Sport en Veiligheid
274
395
323
296
289
352
Per sector
Techniek en Engineering
643
648
730
632
681
544
Dienstverlening
1.051
1.083
971
1.044
1.068
1.164
Transport & Logistiek
238
233
755
2.203
641
230
Economie
1.070
1.303
1.571
1.081
1.246
1.072
Uiterlijke verzorging
307
280
253
326
326
394
Techniek
1.794
1.920
2.532
4.039
2.298
1.739
Welzijn en Artiest
609
606
775
882
593
582
Zorg & Welzijn
1.358
1.464
2.112
1.768
1.401
1.572
Zakelijke dienstverlening
473
557
839
575
654
525
Overig
73
105
117
131
125
120
Zorg
749
858
1.337
886
808
990
73
76
97
96
102
99
29
20
35
23
21
5.875
7.303
8.063
6.138
5.667
Brood & Banket
School 23 (AKA-bbl) Ster College (AKA-bol)
TOTAAL
38
2008 Per leerweg
Jaarverslag / 2013
5.346
4 Onderwijs 4.1.8 School Ex onderzoek Het School Ex programma is erop gericht de stijgende jeugdwerkloosheid te bestrijden door jongeren te stimuleren door te studeren op een hoger niveau of in een opleiding met meer arbeidsmarktperspectief. In 2013 is aan 5.312 gediplomeerden gevraagd wat hun volgende stap is. Hiertoe zijn kaartjes uitgereikt die ze konden invullen. Van de gediplomeerden heeft 44% meegewerkt. Resultaten 2013 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 TOTAAL 1%
1%
4%
61%
748
32%
Doorstuderen in het mbo (bol)
56%
44%
25%
1%
455
19%
Leren en werken (mbo-bbl)
22%
31%
20%
6%
369
16%
9%
5%
8%
4%
127
5%
Doorstuderen in het hbo
Weet het nog niet Werk zoeken
6%
7%
12%
10%
217
9%
Werken, ik heb al een baan gevonden
6%
12%
31%
18%
422
18%
Bij de diplomering worden er voortaan exitgesprekken gevoerd. In deze gesprekken worden de studenten erop gewezen dat ze een beter perspectief krijgen op werk als ze hun opleiding vervolgen met een opleiding op een hoger niveau dan wel hun beroepsopleiding verbreden met een (verwante) opleiding met een beter perspectief op de arbeidsmarkt. Tijdens het gesprek wordt het School Ex kaartje ingevuld, waarmee we informatie over de student verzamelen. 4.1.9 Klachtenregeling Het Summa College heeft een laagdrempelige klachtenregeling. Iedere student kan in een gesprek met een leraar of teamleider zijn klacht kenbaar maken. In overleg met de student proberen we de klacht op te lossen. Soms lukt dit niet en wordt er een formele klacht ingediend. In 2013 zijn er 109 formele klachten ingediend: Type klacht
Aantal Resultaat afhandeling
1
Examens
30
Geen beroepschriften bij de Commissie van Beroep
2
Algemene zaken
66
3
Machtsmisbruik
12
Door interne vertrouwenspersonen afgehandeld
4
Gelijke behandeling
1
Het College voor de Rechten van de Mens heeft
voor Examens TOTAAL
171
554
413
200
2.338 100%
In 2014 wordt dit zogenoemde School Ex onderzoek geïntegreerd in de loopbaan begeleiding (intake en uitstroom). Bij het intake gesprek blijkt soms dat een ander opleidingsniveau, een andere leerweg of een andere beroepssector beter past bij de student. In dat geval kan er gekozen worden voor een ombuiggesprek bij een andere opleiding binnen het Summa College of bij de medewerkers van Studentenbegeleiding. Het doel van een ombuiggesprek is om studenten na te laten denken over een andere studierichting dan waar ze aanvankelijk voor gekozen hadden en ze te stimuleren om door te leren. Indien de student zo’n gesprek niet wenst, wordt hij verwezen naar de decaan van de eigen toeleverende school of naar de studievoorlichters van het Infopunt van het Summa College.
1 beroepschrift, is door de betreffende commissie ongegrond verklaard
geoordeeld dat het Summa College niet in strijd met de gelijke behandelingswetgeving heeft gehandeld
Jaarverslag / 2013
39
4 Onderwijs
Het Summa College houdt ook ieder schooljaar een eigen tevredenheidsonderzoek. De resultaten van de laatste twee jaar zijn hieronder weergegeven.
4.1.10 Studententevredenheid Bij het landelijk onderzoek van de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB) naar de tevredenheid in het middelbaar beroepsonderwijs gaven de deelnemers van het Summa College gemiddeld een 7 voor hun opleiding. Ook het landelijk gemiddelde kwam daarop uit. De JOB-monitor vindt iedere twee jaar plaats en wordt in 2014 opnieuw afgenomen (schooljaar 2013/2014).
Tevredenheid studenten per school volgens eigen meting 1e meting 2011/2012 2e meting 2011/2012 Automotive
6,8
6,5
6,5
Bouwen & Wonen
6,4
6,3
6,3
Brood & Banket
6,4
6,5
6,6
2011/2012
Business
6,2
6,4
6,2
Trendoverzicht JOB-monitor 2007/2008
2009/2010
Summa College
7,0
7,0
7,0
Facilitair
5,6
5,4
6,2
Landelijk gemiddelde
6,9
6,9
7,0
Fashion
6,9
6,9
7,1
2.661
4.597
5.437
Horeca
6,9
6,7
6,7
ICT
6,5
6,3
6,6
Laboratorium
6,6
7,0
7,0
Recreatie, Sport, Veiligheid
6,7
6,1
6,3
Techniek
5,8
5,9
6,5
Transport & Logistiek
6,2
5,7
6,0
Uiterlijke verzorging
6,7
6,4
6,2
Welzijn
6,3
6,1
6,2
Zakelijke dienstverlening
6,8
6,5
6,6
Zorg
6,5
6,2
6,4
Ster College
7,2
Summa College
6,5
6,3
6,4
5.727
3.354
6.735
Aantal respondenten Summa College
Aantal respondenten
40
meting 2012/2013
Jaarverslag / 2013
7,2
4 Onderwijs 4.2 Voortgezet onderwijs Het Summa College heeft drie scholen voor voortgezet onderwijs: • Montessori College Eindhoven: mavo en havo op basis van de uitgangspunten van Maria Montessori; • Ster College: vmbo-t, havo en vwo voor volwassenen (vavo), variërend van één of enkele vakken tot het volledige pakket 1; • School 23: voortgezet onderwijs voor anderstaligen van 13 tot 20 jaar, die nog niet kunnen deelnemen aan regulier onderwijs vanwege onvoldoende taalvaardigheden.
Voorleeskampioen erling van Wessel Hendrikx, brugklasle ven, werd het Montessori College Eindho Eindhoven. in 2013 de Beste voorlezer van l uit in Volgens de jury blonk Wesse tie met rac inte tekstbegrip, tempo en
1 Volwassen onderwijs (vavo) aan het Ster College leidt op tot een diploma voortgezet onderwijs, maar valt qua wet- en regelgeving onder de BVE-sector (mbo).
het publiek.
Jaarverslag / 2013
41
4 Onderwijs
4.2.2 Examinering en uitstroom/doorstroom Montessori College Eindhoven
4.2.1 Ontwikkeling aantal leerlingen De ontwikkeling van het leerlingenaantal in het voortgezet onderwijs is als volgt:
Slagingspercentages 2008 2009 2010 2011 2012 2013
2008 2009 2010 2011 2012 2013 Montessori College
398
429
458
460
429
440
Ster College (vavo)
530
560
605
538
586
538
73
138
116
111
114
124
School 23
Diploma’s
72
49
77
97
97
95%
85%
79%
91%
92%
88%
Montessori College
TOTAAL
(anderstaligen)
77
Voor het schooljaar 2013-2014 streeft het Montessori College Eindhoven naar een hogere doorstroom van mavo 4 naar havo 4 (minstens 10%). In 2012 was dit 9% (5 van de 56 leerlingen). In 2013 stroomden slechts 3 van de 52 leerlingen door, oftewel 6%. Door actiever te werven onder onze huidige mavo 4-leerlingen streven wij naar een stijging van het aantal doorstromers, waarbij de eerste indicatie is dat 20% gaat opstromen naar havo 4. Vavo
TOTAAL
1.001 1.127 1.179 1.109 1.129 1.102
Interessant is dat er bij het Montessori College Eindhoven in het schooljaar 2012-2013 92 brugklasleerlingen waren en in het schooljaar 2013-2014 103. Dit is een stijging van 12%. De toename is mede te danken aan de start van de mavo 1 en 2 klas. Om als school onafhankelijk van de steun van het Summa College te kunnen opereren is een hogere instroom van leerlingen vereist. Vooral in de havo-bovenbouw is een gezondere docent/leerling-ratio noodzakelijk. Op 1 augustus 2014 starten wij met een havo 1 klas (gevolgd door een havo 2 klas per 1 augustus 2015). Dit moet leiden tot een grotere instroom in de havo-afdeling en een gezondere ratio docent/leerling.
42
Jaarverslag / 2013
In 2013 was het totale slagingspercentage 88%. Het slagingspercentage bij de havo kwam uit op 94%. Daarmee hoort onze havo voor het tweede jaar op rij bij de beste 25% van Nederland. De mavo-score van 85% viel tegen. Het mavo-bovenbouwteam heeft een verbeter plan opgesteld. De tussentijdse evaluaties in het schooljaar 2013-2014 geven een hoopvol beeld. Taal en rekenen hebben in het kader van de nieuwe exameneisen extra aandacht gekregen. Het vak rekenen is ingevoerd, inclusief een online rekenmethode. Taal krijgt binnen het Montessori College Eindhoven een integrale aanpak. Een dag van de talen is ingevoerd. Wij voldoen aan alle kwaliteitsnormen van de onderwijs inspectie. Om de leeropbrengsten verder te verhogen, is het Montessori College Eindhoven per 1 augustus 2013 overgestapt van de clustering van vakken naar een traditionele opzet die tegemoet komt aan de vakken zoals deze getoetst worden op het centraal eindexamen.
Slagingspercentages Vmbo / mavo
2010 2011 2012 2013 65%
72%
61%
73%
Havo
73%
79%
69%
72%
Vwo
78%
91%
77%
79%
TOTAAL
74%
81%
69%
74%
Het slagingspercentage bij het vavo kwam uit op 74%. Ondanks de aangescherpte zak- slaagregeling is dit hoger dan in 2012 (69%) maar nog niet terug op het niveau van 2011 (81%). Wel zijn de kwaliteitsindicatoren, opgesteld door de inspectie, behaald: het gemiddelde centraal eindexamencijfer was hoger dan een 5,5 en de verschillen tussen het schoolexamen en centraal eind examen minder dan een half punt. Zeker voor onze doelgroep is dat een groot succes te noemen. De doel stelling was om binnen twee jaar aan deze norm te voldoen, maar we realiseerden dit dus al binnen één jaar.
4 Onderwijs Voat (Voortgezet onderwijs anderstaligen) 2008/ 2009/ 2010/ 2011/ 2012/ 2013/ 2009 2010 2011 2012 2013 2014 Uitstroom naar
46
28
29
60
43
*
7
5
10
7
15
*
vervolgopleiding Uitstroom naar werk * nog niet bekend
Binnen Voat zijn 75 leerlingen uitgestroomd, van wie 58 naar een vervolgopleiding (43) of werk (15). Dit is een rendement van 78%. Van de overige 17 leerlingen is de helft verhuisd of teruggekeerd naar het land van herkomst. 4.2.3 Horizontale dialoog en samenwerking Montessori College Eindhoven In 2013 is er veel aandacht geweest voor de invoering van de Wet passend onderwijs. Er is een stichting opgericht (RSV-PVO Eindhoven en Kempenland), de locatiedirecteur heeft als bestuurslid namens het Summa College zitting in deze stichting. Daarnaast maakt de zorgcoördinator deel uit van het regionaal zorgteam. Tenslotte hebben een ouder en een docente zitting in de ondernemingsplanraad. Daarmee zijn wij in alle gremia vertegenwoordigd. Wat de effecten zullen zijn van de invoering van passend onderwijs voor de school is nog moeilijk te voorzien. Het Montessori College Eindhoven heeft verder zijn banden versterkt met de Nederlandse Montessori Vereniging (NMV).
De locatiedirecteur zit in het algemeen bestuur van de NMV, sector vo. Wij hebben deelgenomen aan materiaal dagen en andere montessorischolen bezocht om over de kwaliteit van hun onderwijs te oordelen.
De AKA-opleiding is een mbo-opleiding; beleid en resultaten zijn toegelicht in paragraaf 4.1. Vavo is voorgezet onderwijs en is toegelicht in paragraaf 4.2. Ontwikkeling aantal leerlingen
4.3 Overig onderwijs 4.3.1 Ster College Soort opleidingen Het Ster College biedt onderwijs voor volwassenen in de regio Eindhoven. Deze educatie bestaat uit drie hoofdstromingen: 1. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent (AKA), een eenjarige bbl-opleiding op mbo-niveau 1. Hierna kan de student doorstromen naar het beroepsonderwijs (niveau 2) of gaan werken. 2. Voortgezet algemeen vormend onderwijs voor volwassenen (vavo) op vmbo-t, havo en vwo niveau, voor iedereen vanaf 18 jaar, variërend van één of enkele vakken tot het volledige pakket. 3. Overige educatie • Onderwijstrajecten in opdracht van gemeenten aan laaggeschoolde burgers zonder startkwalificatie. Het aanbod is gericht op taal, rekenen, alfabetisering, digitale vaardigheden in combinatie met taal en aansluiting op de arbeidsmarkt. • Cursussen op het gebied van persoonlijke ontwikkeling en begeleiding naar werk inclusief voortrajecten zoals intake.
Overige educatie
2010
2011
2012
2013
2.766
1.428
1.134
1.788
Nieuwe wet- en regelgeving per 1 januari 2013 bepaalt dat we alleen nog onderwijstrajecten op het gebied van Nederlandse taal, rekenen en ICT-vaardigheden mogen aanbieden. We zijn ook overgegaan naar de nieuwe wijze van uren inkopen door de gemeenten zoals verplicht in eerdergenoemde wet- en regelgeving. Hierbij kopen de gemeenten voortaan ‘groepscontacturen’ in i.p.v. individuele trajecten. In 2013 hebben 1.169 deelnemers 1.788 overige educatie-trajecten gevolgd. Dit is een stijging van ruim 57% ten opzichte van 2012. De stijging is voornamelijk te danken deze andere manier van inkopen (effectiever benutten van onderwijstijd). De stijging is gerealiseerd ondanks de korting op het rijksbudget voor ‘overige educatie’ naar de gemeenten (in 2013 45%) en de beëindiging van alle inburgeringscontracten. Verder zijn gemeenten verantwoordelijk voor werving, zij moeten met het Ster College afspraken maken omtrent raming en inzet. Dit proces, waarbij wij de gemeente volop ondersteund hebben, is uitstekend verlopen wat geresulteerd heeft in een uitputting van 99,9% van de WEB-gelden. Daarnaast hebben sommige gemeenten zelfs extra uren ingekocht.
Jaarverslag / 2013
43
4 Onderwijs
Afbouwregeling bestedingsverplichting volwassenonderwijs Voor de ‘overige educatie’ is het wachten op nieuwe wetgeving rondom marktwerking. Nu worden deze opleidingen nog exclusief door roc’s verzorgd, maar de minister gaat deze bestedingsverplichting van gemeenten bij de roc’s wijzigen. Hij stelt hiervoor een afbouwregeling op: een verplichte besteding van ten minste 75% van de educatiemiddelen in 2015 bij het roc, ten minste 50% in 2016, ten minste 25% in 2017, tot 0% in 2018. Gemeenten en roc’s krijgen de vrijheid om in onderling overleg van deze percentages af te wijken. Dit geeft zowel gemeenten als roc’s de gelegenheid om zich goed voor te bereiden op het vervallen van de bestedingsverplichting. Om versplintering van het budget te voorkomen, worden er centrumgemeenten aangewezen die een regiofunctie uit gaan oefenen om dit budget te verdelen. In ons geval zal dit Eindhoven zijn.
4.3.2 School 23 Soort opleidingen Op School 23 kunnen studenten terecht voor: Opleidingen
Niveau Leerweg Duur 2 jaar
Voat (voortgezet
Doelgroep Anderstaligen van 13 tot 20 jaar, die nog niet kunnen deelnemen aan regulier onderwijs
onderwijs
vanwege onvoldoende taalvaardigheid
anderstaligen) Stap Op
1 jaar
Niet succesvolle leerlingen met verschillende achtergronden en diverse problemen
AKA (Arbeidsmarkt
1
bol
1 jaar
Leerlingen, die nog geen richting kunnen
gekwalificeerd
kiezen en/of zijn uitgevallen bij hun
assistent)
huidige school
O&K (oriëntatie-
12
en keuzetraject)
weken verlaten
Leerlingen met risico op voortijdig school
De AKA-opleiding is een mbo-opleiding en het beleid en resultaten zijn toegelicht in paragraaf 4.1. Voat is voorgezet onderwijs en is toegelicht in paragraaf 4.2. Loopbaanbegeleiding In alle opleidingen op School 23 staat loopbaanbegeleiding centraal. Samen met de student wordt gekeken welke richting of welk beroep hij of zij zou willen kiezen en wat er voor nodig is om dat te bereiken. Gedurende de opleiding wordt de student intensief begeleid. De klassen zijn klein en iedere student heeft één mentor, die onderwijs en stage afstemt op de behoefte van de student.
44
Jaarverslag / 2013
4 Onderwijs Kerngegevens studenten en opleidingen Stap Op
O&K (oriëntatie- en keuzetrajecten) 2008/
2009/
2010/
2011/
2012/
2013/
2008/
2009/
2010/
2011/
2012/
2013/
2009
2010
2011
2012
2013
2014
*
*
12
14
8
6
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Aantal leerlingen op 1 oktober
57
53
40
32
31
32
Instroom na 1 oktober
14
20
20
12
15
*
Totaal aantal studenten schooljaar
185
197
176
154
120
*
Uitstroom naar vervolgopleiding
30
25
27
23
23
*
Uitstroom naar vervolgopleiding
163
176
152
125
99
*
42%
34%
54%
60%
59%
*
88%
89%
87%
81%
83%
*
14
15
7
4
11
*
16
13
10
11
4
*
20%
20%
14%
11%
28%
*
9%
7%
7%
7%
3%
*
Uitstroom naar werk
Aantal studenten per 1 oktober
Uitstroom naar werk
* onbekend
* onbekend
59% van de leerlingen stroomde in 2013 door naar een vervolgopleiding. Dit is ongeveer gelijk gebleven. Wel stroomde het merendeel van de leerlingen door naar een laag niveau (vooral mbo niveau 1). Het aantal leerlingen dat doorstroomde naar werk, is toegenomen (toename van 17%). Het rendement in totaal (vervolgopleiding en werk) is toegenomen (87% tegenover 71% in 2012), ondanks dat de problematiek rondom de leerlingen niet afgenomen is.
Het aantal studenten dat in 2013 deelnam aan een O&K traject is afgenomen. Veranderd beleid binnen het Summa College rondom de inzet van deze trajecten is daar de oorzaak van. Het rendement is licht gestegen ten opzichte van 2012. Meer studenten hebben voor een nieuwe vervolgopleiding gekozen en enkelen voor werk (3%). Het merendeel van de studenten volgt nu een opleiding die uit de beroepskeuze naar voren gekomen is.
Jaarverslag / 2013
45
5 Samenwerking
Eindhoven creatief op de kaart Driehonderd stude nten van Summa Fashion hebben in 2013 ee n maand gewerkt aa n het ontwerpen van pr oducten voor Proje ct Eindhoven. Het pr oject heeft tot do el de stad op creatief ge bied op de kaart te zetten. Door een jury werd en drie winnende ontwerpen uitgeko zen: een vilten jur k met futuristische glasd elen en lichtjes (o nt werp van Pien Luijnenbu rg), een halssieraa d (Robin van den Br oek) en een leren tas met het beeldmerk va n Eindhoven (Lynn Heuts). De ontwerpen zijn binnenkort te zien bij de VVV in Eindhoven . Ook wordt bekeke n of ze nog voor merchan dising van de stad ing ezet kunnen worden. nn en v.l.n.r. Robin, Ly
Bekijk het filmpje op YouTube
46
Jaarverslag / 2013
pen. nnende ontwer Pien met hun wi
5 Samenwerking In dit hoofdstuk wordt de horizontale dialoog met bedrijfsleven, onderwijs en overheid beschreven. Er zijn veel gezamenlijke belangen: goede aansluiting van de opleidingen op de arbeidsmarkt, goede in- en doorstroom, zo min mogelijk uitval van studenten, gezamenlijk gebruik van (kostbare) faciliteiten, zoals machines, software en huisvesting. Er zijn ook tegengestelde belangen: bedrijven willen winst maken, andere onderwijsinstellingen willen ook meer studenten opleiden. Dit vraagt om een goede afstemming. Op diverse niveaus in de organisatie wordt de dialoog verschillend vorm gegeven. Ook zijn er verschillen tussen de diverse sectoren.
5.1 Bedrijfsleven Het Summa College vindt het belangrijk dat de opleidingen goed aansluiten bij de toekomstige beroepspraktijk van zijn studenten. Daarom overleggen onze scholen actief met de branches waarvoor ze opleiden. Een belangrijke functie in de horizontale dialoog wordt vervuld door kenniscentra. Zij zijn verantwoordelijk voor het erkennen van leerbedrijven, zij zorgen voor (voldoende) stage plaatsen, zij adviseren over de kwaliteit van het onderwijs (kwalificatiestructuur) en zij brengen trends in beeld. Er waren in 2013 circa 17 kenniscentra voor verschillende branches. Circa vier maal per jaar komen vertegenwoordigers uit het lokale bedrijfsleven, van de kenniscentra en van de Summa scholen bijeen in zogenoemde arbeidsmarkt commissies. Doel is om samen te bouwen aan een regionale samenwerking tussen mbo, bedrijfsleven en kenniscentra, zodat een herkenbaar en transparant systeem van opleiden en examinering ontstaat. Het bedrijfsleven is daarom binnen het Summa College ook vertegenwoordigd in de examen commissies. Ook verbetering van de beroepspraktijk
vorming en aansluiting bij de behoefte van het regionale bedrijfsleven zijn belangrijke speerpunten. Door deze aanpak voelen bedrijven en instellingen zich mede verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs. Het bedrijfsleven loopt qua vernieuwing altijd voor op het Summa College. Het is vaak heel kostbaar om de nieuwste machines aan te schaffen of de nieuwste software te implementeren of de kennis ontbreekt (nog) om de nieuwste werkwijzen over te brengen aan de studenten. Het belang van vernieuwing in de opleidingen is heel groot, zowel voor het bedrijfsleven als voor de studenten. Door goed samen te werken met het bedrijfsleven ontstaat een win-win situatie. De belangrijkste voor beelden van 2013 zijn: • Voor het project Student Enterprise werken studenten van Summa Business samen met ondernemers. Studenten van de opleidingen Vestigingsmanager en Junior Accountmanager houden zich bezig met het op de markt brengen van nieuwe producten. Zowel de studenten als de ondernemers zijn enthousiast over de samenwerking.
• Summa Recreatie is van start gegaan met een mboopleiding luchtvaartdienstverlener op de luchthaven van Eindhoven. De opleiding is een samenwerking met Eindhoven Airport en afhandelaar Viggo. Voor deze branche is dit een unieke constructie. • Het Summa College heeft een contract afgesloten met jongerencentrum Dynamo. Het centrum is de komende 5 jaar de thuisbasis voor Metal Factory, de specialistische metalopleiding van Summa Artiest. • 60 studenten van de opleiding Aankomend medewerker grondoptreden mochten trainen bij het Korps Commando troepen (KCT). Drie dagen lang kregen ze te maken met zowel fysieke als mentale uitdagingen. Summa Veiligheid wil zijn studenten op deze manier met zoveel mogelijk richtingen van Defensie kennis laten maken. • Al eerder gestart, maar toch het noemen waard: Teclab, een samenwerkingsverband met high tech bedrijven uit de Brainport regio, waardoor gebruik gemaakt kan worden van een state-of-the art machinepark én hoog gekwalificeerde docenten. Hierdoor wordt niet alleen het niveau van de mbo studenten hoger, maar ook van het personeel van deze bedrijven.
Jaarverslag / 2013
47
5 Samenwerking
5.2 Tevredenheid bedrijfsleven over beroepspraktijkvorming Uiteraard komt de samenwerking met het bedrijfsleven en instellingen nadrukkelijk naar voren in de beroeps praktijkvorming van de studenten. Ieder jaar wordt de tevredenheid gemeten, hieronder volgt de algemene score over 2013: Algehele tevredenheid
TOTAAL 2011-2012 Artiest
Algehele tevredenheid over de BPV(stage)
585
6,7
4
6,5
Automotive
90
6,2
Bouw & Infra
28
6,5
Brood & Banket
21
6,7
Engineering
25
6,9
Facilitair
6
6,7
Horeca
31
6,6
Laboratorium
19
7,3
1
6,0
Sport
29
6,9
Techniek
50
6,0
Welzijn
95
6,7
Wonen & Design
14
6,6
Zorg
74
6,7
487
6,6
Recreatie
TOTAAL 2012-2013
48
Aantal respondenten
Jaarverslag / 2013
In het onderzoek zijn meerdere facetten onderzocht, zoals de voorbereiding van de beroepspraktijkvorming, de begeleiding door school, communicatie en bereikbaar heid, de kwaliteit en de betrokkenheid en het vertrouwen van leerbedrijven. Op basis van de scores is bekeken waar verbeteringen noodzakelijk zijn (onvoldoende of lagere score dan vorig schooljaar) of waar deze wenselijk zijn (hoger ambitieniveau). Voor deze onderdelen zijn verbeter plannen opgesteld. De voortgang van deze plannen wordt via de reviewstructuur gemonitord. Eén van de algemene verbeterpunten is de respons. Bij Summa Recreatie heeft bijvoorbeeld maar één bedrijf meegewerkt aan het onderzoek. In het kader van Focus op Vakmanschap wordt een landelijk meetinstrument ontwikkeld. Zodra dit gereed is, zal het Summa College hiermee de tevredenheid gaan meten.
5.3 Onderwijsorganisaties Voortgezet onderwijs (vo) en voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) Het Summa College heeft in 2013 de samenwerking en afstemming met de vo-scholen in de regio versterkt. Projectmatig is er (samen)gewerkt om de aansluiting tussen opleidingen en de overgang van leerlingen vanuit het voortgezet onderwijs zo goed mogelijk vorm te geven. Er is een nieuw programma ingevoerd waarmee leerlingen met een digitaal doorstroomdossier worden aangemeld. Hierdoor is er beter zicht op de behoeften en mogelijk
heden van studenten, waarmee bij plaatsing rekening gehouden kan worden. Daarnaast zijn er in het primaire proces op teamniveau nieuwe werkwijzen ontwikkeld en uitgevoerd. In dit kader is veel geluisterd naar en samen gewerkt met uitvoerende afdelingen op vo-scholen. Voorbeelden zijn: het beter betrekken van ouders bij de school, het verbeteren van de intake en begeleiding, sneller reageren op verzuim, ongewenst gedrag of slechte resultaten en verbeteringen in de beroepskeuze. Ook de voorlichting aan en meeloopdagen voor vmbo-leerlingen zijn verbeterd. In 2013 hebben deze maatregelen duidelijk vruchten afgeworpen: het aantal schoolverlaters is substantieel verminderd (zie paragraaf 4.1.6). Middelbaar beroepsonderwijs (mbo) De MBO Raad is de brancheorganisatie van de onderwijs instellingen in het middelbaar beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie. Bij de MBO Raad zijn alle 69 onderwijsinstellingen in de mbo-sector aangesloten. De MBO Raad behartigt de gemeenschappelijke belangen van de aangesloten leden, informeert de mbo-scholen over een groot aantal thema’s, denkt actief en proactief mee en ontwikkelt instrumenten om het beroepsonderwijs nog verder te verbeteren. Hoger beroepsonderwijs (hbo) Samen met andere mbo-scholen uit de zuidelijke regio’s (circa 10 mbo-scholen) hebben wij een aantal keren per jaar contact met Fontys Hogeschool en Avans Hogeschool. De meeste studenten die vanuit het Summa College
Universitair onderwijs Doorstroom vanuit mbo naar universitair onderwijs is geen doelstelling van het Summa College. Toch is samenwerking met universiteiten van belang. In de praktijk zullen studenten van het Summa College te maken krijgen met collega’s met een universitaire opleiding. Ze hebben elkaar nodig. Bijvoorbeeld bij het ontwikkelen van nieuwe producten of diensten. Het is belangrijk dat ze elkaar goed begrijpen, elkaar helpen om hun doelen te bereiken. En of dit nu in de techniek is of in de zorg, het speelt in alle branches.
Iedere school of branche vult deze samenwerking op zijn eigen manier in. Maar een goed voorbeeld van samen werking tussen scholen in 2013 is de concentratie van het technisch onderwijs op de TU/e campus. Zowel de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) als Fontys Hogescholen en het Summa College (middenkader opleiding engineering) zijn nu gevestigd op het TU/e Science Park. Met de verhuizing van Summa Engineering is een begin gemaakt met de realisatie van de grootste techniekcampus van Nederland.
5.4 Overheid De regio Eindhoven streeft ernaar om jongeren in de regio uitzicht te geven op een zinvolle toekomst. De gemeenten maken zich dan ook hard voor onder meer talent ontwikkeling, het voorkomen van schooluitval en achter standen en het versterken van de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Zo zijn werkgevers, onderwijs en overheid in onze regio verenigd in het Regionaal Arbeidsmarkt Platform. Uitgangspunt van dit platform is dat tot 2020 een vrijwel volledige werkzekerheid ontstaat voor de beroepsbevolking. Ook met de provincie is regelmatig overleg. En in de Taskforce Technologie Onderwijs en Arbeidsmarkt werken we regionaal aan de oplossing van het tekort aan technisch personeel. Het zijn slechts enkele voorbeelden waarin overheden, bedrijfsleven en onderwijs samen optrekken. Overleg vindt plaats op strategisch, tactisch en operationeel niveau.
5 Samenwerking
doorstromen naar het hbo, gaan naar deze scholen. In dit overleg worden knelpunten in de doorstroming besproken. Die worden circa twee keer per jaar gerapporteerd en besproken met het College van de Bestuur en de scholen. Hieruit volgen actiepunten voor de scholen. Steeds meer studenten kiezen voor een vervolgopleiding aan het hbo. Daar vallen ook steeds meer studenten uit door een verkeerde studiekeuze of een te laag niveau. In overleg met de MBO Raad en de Vereniging Hogescholen heeft de minister daarom maatregelen aangekondigd voor schooljaar 2014-2015, zoals een verplichte intaketoets om de studiekeuze te verbeteren. Hbo-scholen zijn verplicht om afgestudeerde mbo-studenten aan te nemen, maar in de praktijk geeft met name de doorstroom naar een andere richting een hoge uitval. Vandaar dat de minister een aantal switchmogelijkheden heeft afgeschermd. Onze scholen hebben zelf intensieve contacten met het hbo om de verwante doorstroom (dus binnen dezelfde studierichting) te optimaliseren.
Bij dit laatste gaat het om heel concrete projecten met scholen. Een goed voorbeeld daarvan is het project ‘Samen slim zorgen thuis’ van Summa Zorg. Zorgstudenten helpen in de wijk hulpbehoevende ouderen, brengen de zorgvragen in kaart en zetten hiervoor bestaande slimme technologische oplossingen in. Of ontwikkelen samen met TU/e-studenten nieuwe oplossingen. Een ander voorbeeld is een gezamenlijk project van de gemeente Eindhoven en Summa Fashion. Het doel van het project was om de stad op creatief vlak op de kaart te zetten. Het nieuwe beeldmerk van Eindhoven en kenmerken van de stad speelden een belangrijke rol bij het uitwerken van de opdracht. Driehonderd studenten van Summa Fashion werkten hard aan het ontwerpen van producten. Hiervan zijn drie ontwerpen gekozen als winnende ontwerpen en één van de winnende ontwerpen (de tas) is te koop in de webwinkel van VVV Eindhoven. De gemeente Eindhoven is een belangrijke partij bij de organisatie van evenementen in en rond Eindhoven. Deze evenementen bieden een goede mogelijkheid voor studenten om zich te presenteren of om praktijkervaring op te doen. Bij sportevenementen kunnen uiteraard studenten van Summa Sport een bijdrage leveren, maar ook van Summa Horeca of Summa Beveiliging. In 2013 hebben studenten van het Summa College bijvoorbeeld een bijdrage geleverd aan de Dutch Design Week en het Fashion Weekend.
Jaarverslag / 2013
49
6 Medewerkers
lag’
de s ‘Doelgericht aan
ge t Montessori Colle geschiedenis op he nt ce do vo ha n, het Halit Arika van Nederland. Bij t tot de beste 1% vo ha Eindhoven, behoor de t 97% van en 2012-2013 heef en een Centrale Eindexam ri College Eindhov van het Montesso en at lijke id nd ka en op exam heeft een merke nis behaald. Halit de hie sc ge or vo e t he voldoend rt met de mavo op volgd. Hij is gesta ee mbotw or opleidingsroute ge do arna gevolgd da , en ov dh Ein ge rwijs Montessori Colle -juridisch en onde mma College (mbo Su t he op ond, en er ng di afg oplei Fontys heeft hbo opleiding bij n zij hij t in da Na ). as assistent iversitaire m ter gaan voor zijn un ge or do en en rk ho zijn ‘oude’ sc ol, is hij gaan we f jaar werkzaam op vij hij is els idd nis en is geschiedenis. Inm geeft er geschiede ge Eindhoven. Hij lle Co ri sso enlijk te Eig on . M vo het van de ha nator bovenbouw di ör co ns k ve te 13 in sinds 20 dat er niet blee baller worden. Toen et vo of pr n k oo ika ik Ar omst is dat wilde Halit rwijs. “De overeenk de on t he or vo hij fijn om te zitten, koos an. Ik vind het heel n de slag ben gega aa t ich er ent aan elg om do m r hie een afreken te streven. Ik durf na n ge llin te en bij els ng rli do harde ook mijn lee htheid probeer ik ric ge at lta su re e gr te gaan. Di nd is belan ijk, grijk, een goeie ba lan be is es oc pr t het te brengen. He erbelangrijkste. Op n het doel is het all va len ha rwijs.” be t de he on r nt maa or excelle dhoven gaan we vo Ein ge lle Co ri sso Monte
50
Jaarverslag / 2013
6 Medewerkers 6.1 Effecten TeamSupport In 2013 is TeamSupport uitgevoerd, een programma met als doel de ondersteuning van het onderwijs slimmer en efficiënter te organiseren en uit te voeren. Op personeels gebied was de doelstelling een reductie van 152 fte’s (ondersteuning maximaal 25% van de totale bezetting). Het streven was daarnaast om het aantal gedwongen ontslagen zoveel mogelijk te beperken. Figuur 8 / Percentage ondersteunend personeel Personeel ondersteunende diensten
Dit doel is op 31 december 2013 grotendeels bereikt, onder meer door beëindiging van flexibele en tijdelijke contracten, het bevorderen van natuurlijk verloop (circa 20 fte’s) en overplaatsingen naar het primaire proces. Daar was ruimte ontstaan door natuurlijk verloop en beëindiging van tijdelijke contracten. Daarnaast hebben veel personeelsleden gebruik gemaakt van de faciliteiten van het sociaal plan, waardoor het aantal definitief boventalligen beperkt kon worden tot 11,3 fte’s (15 personeelsleden), waarvan 5,5 fte’s per 1 januari 2014 uit dienst zijn gegaan. Voor 5,8 fte’s is sprake van een zogenoemd vertraagd vertrek. Dit gaat voornamelijk om mensen die ziek zijn. Soort reductie in fte’s
Reorganisatieplan
2013
2014
realisatie afronding
Overig personeel
Afbouw flex/tijdelijk personeel, natuurlijk verloop
51,6
70,7
Sociaal plan
60,0
52,4
Definitief boventallig
40,7
12,2
vast personeel en overplaatsingen OBP naar O(O)P 75%
66% 25%
Plan
74% 34%
1-3-2012
26%
31-12-2013
waarin majeure reorganisatie, de n va g rin oe tv ui De ing, uwd in de ondersteun bo ge af n de er w s e’ 152 ft De slagvaardigheid én verdient alle respect. ee werd geacteerd zorgvuldigheid waarm ed een bedrijfsmatig go or vo nt ra ga n de on st t. verantwoord resultaa en maatschappelijk
TOTALE VERMINDERING ONDERSTEUNING
152,3
1,5 11,3
123,1
25,0
Omdat eind 2013 nog niet alle processen op orde waren, is tijdelijk een hogere flexibele formatie geaccepteerd om de overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen. In de loop van 2014 nemen we afscheid van deze mensen. Voor alle boventallige personeelsleden geldt dat het Summa College zich optimaal inspant om hen te begeleiden naar nieuw werk, binnen of buiten het Summa College. Gedurende het project is steeds periodiek overleg geweest tussen werkgever en vakbonden over de personele gevolgen. De vakbonden waren erg tevreden over de bereikte resultaten.
ort mma Directeur TeamSupp Ed Heinen, interim Progra Jaarverslag / 2013
51
6 Medewerkers
6.2 Ontwikkeling personeelsbestand Figuur 9 / Aantal medewerkers in loondienst Aantal
Figuur 11 / Aantal medewerkers verdeeld naar leeftijdsopbouw
Fte’s
2011
2000
350
1500
300
1000
250
500
200
0
150 2008
2009
2010
2011
2012
2013
100
1.736
1.634
1.638
1.547
1.496
1.406
50
1.289
1.323
1.294
1.268
1.225
1.151
0
Figuur 10 / Aantal medewerkers verdeeld naar geslacht Vrouwen
Mannen
1.000
600 400 200 0
52
2013
20-25
25-30
30-35
35-40
40-45
45-50
50-55
55-60
60-65
TOTAAL
17
106
143
158
150
193
324
320
136
1.547
13
98
144
154
136
173
272
320
186
1.496
16
81
128
146
151
157
247
319
161
1.406
Daling in 2013 wordt veroorzaakt door TeamSupport.
800
TOTAAL
2012
2008
2009
2010
2011
2012
2013
964
912
916
868
838
789
772
722
722
679
658
617
1.736
1.634
1.638
1.547
1.496
1.406
Jaarverslag / 2013
Hoofdonderwerpen
Medio 2013, tijdens de reorganisatie, hebben we het tweejaarlijkse medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd (respons 62,5%). Hetzelfde onderzoek is ook gehouden op andere mbo-instellingen; daardoor is een goede vergelijking te maken. In het onderzoek is ook de reorganisatie meegenomen.
Algemene tevredenheid
De algemene resultaten lagen bij ons gemiddeld iets onder de mbo-benchmark. Vooral op de onderwerpen organisatie en beloning scoorden we lager dan het gemiddelde. Het onderzoek maakte duidelijk dat de medewerkers de noodzaak om te veranderen onderschreven – op de onderwerpen efficiency, rolduidelijkheid en betrokkenheid scoorden we lager dan de benchmark – en ook graag wilden veranderen (veranderingsbereidheid 7,2). Over de reorganisatie werd relatief goed geoordeeld, maar het onderwijzend personeel oordeelde opvallend negatiever over de reorganisatie dan het personeel van de ondersteuning. Verder bleek onder meer dat de direct leidinggevende relatief goed scoort, maar dat medewerkers kritisch zijn over het cluster- en centraal management. Ook is er behoefte aan meer feedback, openheid en transparantie. De scholen hebben een eigen rapport gekregen om intern te bespreken en verbeterpunten te definiëren. In 2014 herhalen we het onderzoek om het effect van de reorganisatie en verbeteringen te meten.
Meting
Benchmark
Summa
mbo
6,8
7,1
Werkzaamheden
7,0
7,2
Arbeidsomstandigheden
5,5
5,7
Collega’s
7,4
7,7
Leidinggevende
7,0
6,9
Organisatie
5,5
6,0
Ontwikkelingsmogelijkheden
6,0
6,2
Beloning
5,0
5,6
Tevredenheid
6,8
7,1
Betrokkenheid
6,5
7,1
Bevlogenheid
6,5
6,6
Rolduidelijkheid
5,6
6,2
Veranderingsbereidheid
7,2
-
Efficiëntie
5,3
5,6
Leiderschap
6,9
6,8
6 Medewerkers
6.3 Medewerkerstevredenheid
Thema’s
Jaarverslag / 2013
53
6 Medewerkers
6.4 Professionalisering/ ontwikkeling 6.4.1 ‘Hoe en Wat’ traject Het ‘Hoe en Wat’ traject is gestart in 2012 met als doel de cultuur van de organisatie te veranderen. Daarnaast zijn gedurende dit traject een nieuwe missie, visie en kern waarden geformuleerd. Ook is een aanzet gemaakt voor een duidelijk besturingsmodel, een adequate informatie voorziening en goede ondersteuning door de diensten. In 2013 hebben de volgende activiteiten plaatsgevonden: • Strategiesessies voor bestuur en directeuren; • Strategiesessies voor managementteams van de onderwijsclusters; • Trainingen Persoonlijk Leiderschap, met aandacht voor eigen en gezamenlijke verantwoordelijkheid (realisatie 870 medewerkers in 2012 en 2013 = 56,2%, het doel was 50%); • Trainingen Leiderschap in de Praktijk voor leidinggevenden van de onderwijsclusters; • Clustercultuurdagen voor ieder onderwijscluster. Door de uitgavebeperking is een aantal activiteiten uitgesteld naar begin 2014: • Het grootste deel van de trainingen Persoonlijk Leiderschap voor medewerkers van de diensten (en nieuwe medewerkers); • Strategiesessie voor de managementteams van de diensten, waarin het partnership met het onderwijs
54
Jaarverslag / 2013
wordt verkend en waarin gewerkt wordt aan dienst verleningsovereenkomsten; • Cultuurdagen voor alle diensten; • Trainingen Leiderschap in de Praktijk voor de leiding gevenden van de diensten; • Evaluatie in het managementteam (1 jaar na de clustercultuurdag). De projectkosten bedroegen over 2012 en 2013 in totaal € 2,3 miljoen (begroot € 2,2 miljoen). 6.4.2 Professionalisering en overige scholing Op het gebied van scholing staan vijf thema’s centraal: professionalisering onderwijspersoneel, bekwaamheid management, professionaliteit teams, kwaliteitsverbetering organisatie en instroomroutes docenten. In 2013 zijn er per cluster meerjarenprofessionaliseringsplannen opgeleverd die gekoppeld zijn aan de teamjaarplannen. Op basis van deze professionaliseringsplannen kan er aanspraak worden gemaakt op het Summa-brede professionaliseringsbudget dat grotendeels bestaat uit subsidie vanuit Focus op Vakmanschap voor het plan van aanpak professionalisering. Op basis van deze plannen worden bij HRM verzoeken ingediend voor de planning en logistiek van de scholing. In 2013 is € 1.514.000 besteed aan scholing (inclusief ‘Hoe en Wat’) tegenover € 2.656.000 begroot. Door de uitgavebeperking is een deel van de scholing uitgesteld naar 2014. Vanuit de clusters is prioriteit gegeven aan scholing op het gebied van examinering en loopbaan
begeleiding. Door centraal raamovereenkomsten te sluiten met leveranciers zijn er kosten bespaard en heeft het daarnaast een kwaliteitsverbetering opgeleverd. Realisatie
Begroting
722.000
1.100.000
-378.000
0
150.000
-150.000
Pensioen in Zicht
24.000
60.000
-36.000
Nederlands
53.000
125.000
-72.000
Hoe en wat Management
Verschil
Development
en rekenen 26.000
164.000
-138.000
Centraal budget
TeamSupport
169.000
400.000
-231.000
Decentraal budget
520.000
657.000
-137.000
TOTAAL
1.514.000
2.656.000 -1.142.000
6 Medewerkers 6.5 Ziekteverzuimbeleid Het Summa College voert een actief verzuimbeleid. Enerzijds nemen we maatregelen om ziekteverzuim te voorkomen. Anderzijds zijn er procedures vastgelegd om de duur van het verzuim zo kort mogelijk te houden. Iedere acht weken wordt het ziekteverzuim besproken in het sociaal medisch overleg (overleg bedrijfsarts, leiding gevenden en HRM). In 2013 is het ziekteverzuim hoger geweest dan voorgaande jaren, dit komt vooral door de reorganisatie TeamSupport. Dat het ziekteverzuim niet daalt, ondanks alle inspanningen, is erg onbevredigend. Het Summa College zal daarom het verzuimbeleid nog verder intensiveren.
Figuur 12 / Ziekteverzuim 6% 5% 4% 3% 2% 1% 0% 2008
2009
2010
2011
2012
2013
4,69%
4,59%
4,72%
4,42%
4,96%
5,12%
In 2014 worden de volgende verbeterpunten opgepakt: • We gaan aan de slag met preventief medisch onderzoek. Dit onderzoek brengt de status van de gezondheid van de medewerkers en de risico’s in kaart. • We beginnen het project Duurzame inzetbaarheid om te komen tot een medewerker die vitaal, productief en gemotiveerd is. • We gaan werken met het zorgnetwerk. Dit netwerk is een initiatief van VGZ, waar de MBO Raad een collectieve verzekering heeft afgesloten. Met het gebruik van het zorgnetwerk wordt rond onze organisatie een netwerk van gekwalificeerde zorgverleners gebouwd. Daarmee beogen wij een snelle toegankelijkheid, beperkte duur en grote effectiviteit van de behandelingen. Met als resultaat dat wij als organisatie sneller kunnen inspelen op arbeids(on)geschiktheid, zowel preventief als op het moment van uitval. • Aanbestedingstraject arbodienstverlening. Het huidige contract met de arbodienst HCC loopt af op 1 augustus 2014. Een werkgroep is op dit moment bezig om de wensen in kaart te brengen.
Jaarverslag / 2013
55
7 Bedrijfsvoering 7.1 Facilitair beheer en huisvesting In het kader van het beleid om ons te concentreren op de regie is in 2013 een aantal uitvoerende taken uitbesteed. Belangrijkste daarvan zijn de wasserij – jaarlijks worden zo’n 70.000 artikelen gewassen – en de reprodiensten. Er is één centrale repro gekomen en op alle locaties is een kleiner aantal nieuwe printers geplaatst. Voor onder meer koffie, catering en installatietechnisch onderhoud zijn in 2013 nieuwe contracten gesloten. Door de veranderingen in de dienstverlening was bij scholen niet altijd duidelijk waar taken en verantwoordelijkheden lagen. In 2014 wordt dit opgelost door de invoering van dienstverlenings overeenkomsten met de clusters. Op huisvestingsgebied waren de belangrijkste projecten in 2013: • verbouwing en inrichting van de nieuwe centrale administraties • verbouwing Frankrijkstraat • verhuizing opleiding Luchtvaart Dienstverlening naar Eindhoven Airport • herinrichting 1e etage Sterrenlaan 6 • verhuizing van Summa Engineering naar het terrein van de TU/e • verhuizing opleiding Handel van Sterrenlaan 6 naar onze locatie Frederiklaan 60b
56
Jaarverslag / 2013
Wat betreft huisvesting is er in 2013 sprake van overcapaciteit. Een deel van één van de panden staat leeg en in 2013 zijn er onderhandelingen gestart met een potentiële koper en met de gemeente Eindhoven voor de benodigde wijziging van het bestemmingsplan. Ook een andere locatie in Eindhoven is in 2013 door een makelaar in de verkoop gezet. Vanaf april 2014 t/m augustus 2016 wordt deze locatie kostendekkend verhuurd.
7.2 Informatisering & Automatisering Een nieuw studentensysteem, een nieuw rooster programma, een nieuwe werkplekomgeving en terug dringing van het aantal softwareprogramma’s: in 2013 is het hele ICT-landschap op de schop gegaan. De aan passingen waren nodig in verband met de reorganisatie TeamSupport, leidend tot een sterke vermindering van het aantal ondersteunende medewerkers. Om dit te realiseren was een verregaande standaardisatie nodig van ICT en de bijbehorende processen. Bijkomend voordeel is dat er minder technisch beheer en onderhoud nodig is. De veranderingen zijn gefaseerd doorgevoerd, in 2014 staan ook nog enkele wijzigingen op het programma. Het Summa College heeft gekozen voor een studenten systeem waarmee andere roc’s naar volle tevredenheid werken. Ook het nieuwe roosterprogramma heeft zich
Met de nieuwe ICTarchitectuur ka n het Summa College minstens tien jaar vooruit Roland Baks, projec tleider ICT binnen Tea mSupport
op andere scholen bewezen. Medewerkers van zowel de nieuw ingerichte Administraties als het onderwijspersoneel zijn getraind in het gebruik van de nieuwe software. Desondanks zijn er diverse knelpunten opgetreden. Deze zijn inmiddels in kaart gebracht en worden in het eerste en tweede kwartaal van 2014 aangepakt.
7.3 Marketing & Communicatie Het Summa College. De nieuwe naam was al eerder bekend, maar op 1 januari 2013 werd deze overal ingevoerd. Op de gevels van scholen, op internet, briefpapier, enveloppen, auto’s, etc. De twee betekenissen van Summa geven precies aan waarvoor wij staan: het hoogste – verwijst naar onze slogan ‘Haal het beste uit jezelf’ – en de som – verwijst naar de gezamenlijke inspanningen van studenten, docenten, medewerkers, bedrijven, instellingen en ouders om het hoogste te bereiken.
7.4 Studentenadministraties Het project TeamSupport heeft in 2013 een grote impact gehad op de studentenadministraties. In de voorbereidende ‘transitiefase’ die in het voorjaar 2013 startte is door de scholen geanticipeerd op de nieuwe situatie die door TeamSupport ging ontstaan. Om de ondersteuning efficiënter en doelmatiger te organiseren, was uniformering en automatisering van de processen noodzakelijk. Vanaf oktober 2013 is de administratieve ondersteuning van de onderwijsteams ondergebracht bij drie centra. Niet meer in elk gebouw een eigen administratie.
Het tegelijkertijd uniformeren van processen, het overgaan op nieuwe automatiseringspakketten (bijvoorbeeld voor roostering en studentenadministratie) en het verminderen en wijzigen van de personeelsformatie is een enorme klus gebleken. Het leverde aanloopproblemen op, onder meer met roostering, rapportage van studieresultaten en het opleveren van managementinformatie. Gedurende de uitvoering is verdere detaillering aangebracht en verlopen de belangrijkste processen naar behoren. In 2014 ligt de focus op de mens in de organisatie: aandacht voor training en coaching ‘on the job’. Daarnaast wordt ingezet op verdere uniformering van de processen en het verder implementeren van de herontworpen processen.
7 Bedrijfsvoering
In 2013 zijn verscheidene activiteiten uitgevoerd om de nieuwe naam in de regio te promoten. Een aantal geplande campagnes is niet uitgevoerd wegens de halverwege het jaar afgekondigde sterke beperking van de uitgaven. Wél doorgegaan is onder meer de campagne Spotlight, die studenten in het zonnetje zet die het beste uit zichzelf halen. Deze campagne zal in 2014 worden voortgezet en verder worden uitgebouwd. In 2013 hebben de eerste scholen hun eigen marketing plan gemaakt. De bedoeling is dat andere Summa-scholen dit voorbeeld volgen in 2014. De afdeling Marketing en Communicatie steunt hen daarbij. In 2014 staat ook een onderzoek gepland in de regio naar de naamsbekendheid van het Summa College en de betekenis die inwoners aan de naam geven.
Loes, Kevin en Joyce met hun publieksprijs
Meereis app pa kt publieksprijs BR A
INS Award
Treinreizigers ku nnen met 40 proc ent korting meere studenten die ee izen met n ov-jaarkaart he bben. Maar daar weinig gebruik va wordt maar n gemaakt. Met de Meereis app kan verandering kom daarin en. De app is een idee van student Joyce en Kevin va en Loes, n Summa Welzijn . Met hun idee wo zij de publieksprij nnen s van de BRAINS Award 2013. ‘Met kunnen studenten de app en andere reizige rs met elkaar afsp bij een Meereisp reken aal op het station. Ik zie het al helem me dat mensen via aal voor onze app nieuwe vriendschappen Aan de uitverkie sluiten.’ zing was een geld prijs van 2.500 eu verbonden. ro
Jaarverslag / 2013
57
8 Financiën
n geld op Studenten hale loop tijdens sponsor
f in Beek en Donk ol De Muldersho ho sc sis ba n va n Leerlinge melen voor f om geld in te za lij n hu t ui n ne lijke renden de be van Summa Zake otjes. Studenten no ge ds tij erd in ef se le ni ke ga zie op geor en een sponsorlo dd ha ng ni om rle as ve w dienst p. Doel erdeel Burgerscha nd so le t he n va ke r lij het kade tot maatschappe n met betrekking niseren ga or te iets te organisere g uk om zo’n da rle pe su is et ‘H . ent Demi. betrokkenheid gaan’, aldus stud op in er en er nd ki en te zien hoe de elkaar voor Alpe fst 6.500 euro bij lie en nd re en er De kind naar kanker bij t voor onderzoek el m za in ld ge t d’HuKids, da kinderen.
58
Jaarverslag / 2013
8 Financiën 8.1 Financieel beleid
8.2 Externe ontwikkelingen
Het financieel beleid van het Summa College is gericht op een structureel evenwicht tussen baten en lasten en een blijvend gezonde vermogensstructuur. Op deze manier draagt het beleid optimaal bij aan de doelstelling van de organisatie: studenten in staat stellen het beste uit zichzelf te halen. Het jaarlijkse begrotingsproces gaat uit van een taakstellend positief resultaat uit reguliere bedrijfsvoering van 1 tot 2% van de totale baten. De begroting moet zowel uitvoering (going concern) als ontwikkeling en innovatie mogelijk maken. Toegekende (geoormerkte) project subsidies zijn per definitie van incidentele aard en worden in beginsel niet gebruikt ter dekking van structurele lasten. Om financiële tegenvallers op te kunnen vangen en zoveel mogelijk te kunnen investeren uit eigen middelen, houdt het Summa College voor de omvang van het eigen vermogen een ondergrens van 30% van het balanstotaal aan. Voor de liquiditeit is een liquiditeitsratio (kortlopende vorderingen + liquide middelen t.o.v. kortlopende schulden) van 0,5 als ondergrens gesteld.
In juni 2013 is als onderdeel van het actieplan Focus op Vakmanschap de wetswijziging aangenomen ten behoeve van doelmatige leerwegen en modernisering van de bekostiging. De modernisering van de bekostiging gaat in 2015 in, maar door de t-2 systematiek gelden de nieuwe bekostigingsregels al voor de studenten- en diploma telling van 2013. Een door OCW opgestelde simulatie berekening op basis van de tellingsgegevens van 2012 laat zien dat het effect op de bekostiging voor het Summa College vooralsnog klein is (-0,3%).
In 2013 heeft de Onderwijsinspectie een onderzoek uitgevoerd naar een maatwerkopleiding voor bus chauffeurs. Naar aanleiding van de uitkomsten van dit onderzoek heeft de inspectie begin 2014 het voornemen bekend gemaakt om € 4 miljoen terug te vorderen, 40% van de totale bekostiging die het Summa College voor de maatwerkopleiding heeft ontvangen. Omdat het Summa College de hoogte van de vordering buiten proportie vindt, is in de jaarrekening 2013 voor het gehele bedrag van € 4 miljoen een voorziening gevormd. Het Summa College is met de Inspectie in overleg gegaan en heeft argumenten aangedragen voor een milder oordeel en een lagere terugvordering.
Een ingrijpende bepaling uit de wetswijziging betreft de verhoging van de norm voor de begeleide onderwijstijd die geldt vanaf het schooljaar 2014-2015. Via het interne project Focus op Vakmanschap hebben we ons hierop voorbereid. De reductie van de ondersteuning via het project TeamSupport was mede gericht op het maken van ruimte voor extra investeringen in het onderwijs als gevolg van de verhoogde norm.
Jaarverslag / 2013
59
8 Financiën
8.3 Financieel resultaat 2013
Staat van baten en lasten
Hieronder volgt een toelichting op een aantal posten:
BATEN Rijksbijdragen OC&W
Het financieel beleid van het Summa College is in 2013 sterk beïnvloed door het onderzoek van de Onderwijsinspectie naar de maatwerkopleiding voor buschauffeurs. Om een eventuele terugvordering op te vangen, zijn in de tweede helft van 2013 besparingsacties doorgevoerd. Uitgangspunt daarbij was dat het primair proces buiten schot zou blijven: studenten mochten er geen last van ondervinden. Daardoor is vooral bespaard op overige personeelslasten (waaronder scholing), administratie en beheer, PR en representatie. De hele organisatie heeft uitstekend meegewerkt aan de besparingen. De gerealiseerde besparingen bedragen ten opzichte van de begroting € 1,1 miljoen voor overige personeels lasten, € 0,6 miljoen voor administratie en beheer en € 0,7 miljoen voor PR en representatie. Een resultaateffect per saldo van € 2,4 miljoen.
Realisatie Realisatie Realisatie 2011
2012
2013
2013
107.453
110.471
116.594
113.146
115.410
Overige overheidsbijdragen
9.411
6.042
5.550
3.381
3.982
Cursus-, les- en examengelden
5.208
4.392
4.730
3.656
3.934
Baten werk i.o.v. derden
3.628
3.333
2.339
2.542
2.029
10.043
5.573
4.702
3.577
4.920
135.743
129.811
133.915
126.302
130.275
99.948
98.622
105.352
91.030
89.168 10.134
Overige baten Totaal LASTEN Personele lasten Afschrijvingen
8.408
8.543
10.085
9.835
Huisvestingslasten
8.855
7.989
8.070
8.204
8.373
14.782
15.552
15.767
15.883
19.285
131.993
130.706
139.274
124.952
126.960
Overige instellingslasten
Tegelijkertijd werd binnen het project TeamSupport (reorganisatie en vermindering van de ondersteuning) sterk gestuurd op het beperken van het aantal gedwongen ontslagen en daarmee op de wettelijke en bovenwettelijke aanspraken van deze werknemers. Het Summa College is immers eigen risicodrager voor deze aanspraken. Bij de vorming van de reorganisatievoorziening ultimo 2012 was ingeschat dat van 40,7 fte’s gedwongen afscheid zou moeten worden genomen. Ook dit proces verliep succesvol. Het aantal gedwongen ontslagen per 1 januari 2014 kwam in fte’s uit op 11,3. Vanwege ziekte van een aantal van de betreffende medewerkers kon daadwerkelijk ontslag per 1 januari 2014 echter nog niet in alle gevallen plaatsvinden. Het fors terugbrengen van het aantal gedwongen ontslagen leidde ertoe dat de voor TeamSupport benodigde voorziening per 1 januari 2014 € 4,3 miljoen lager was dan begroot. Dit bedrag is als vrijval ten gunste van het resultaat 2013 geboekt. Samen met de gerealiseerde besparingen van € 2,4 miljoen zorgde de vrijval ervoor dat het treffen van een voorziening voor de voorgenomen vordering van de Onderwijsinspectie ruim binnen de begroting opgevangen kon worden.
60
Jaarverslag / 2013
Begroot Realisatie
2010
x € 1.000
Totaal Saldo financiële baten en lasten EXPLOITATIESALDO Rendement (expl.saldo /tot. baten)
-381
-294
-448
-516
-587
3.369
-1.189
-5.807
834
2.728
2,5%
-0,9%
-4,3%
0,7%
2,1%
INCIDENTELE BATEN EN LASTEN IN RESULTAAT 2013 Dotatie voorziening vordering OCW Vrijval voorziening TeamSupport Bijzondere waardevermindering vastgoed
-4.000 4.300 -1.000
Dotatie voorziening Ster College
-852
Dotatie voorziening wachtgeldverplichtingen
-760
Vrijval onderhoudsvoorziening o.b.v. nieuw onderhoudsplan
748 -1.564
8 Financiën Voor een gedeeltelijk leegstaande locatie is een reële indicatie ontvangen van de te verwachten verkoop opbrengst na aftrek van sloopkosten. Deze opbrengst ligt € 1 miljoen onder de boekwaarde ultimo 2013. Op basis hiervan is een bijzondere waardevermindering doorgevoerd van € 1 miljoen. Voor de overige locaties zijn vooralsnog geen indicaties voor een noodzakelijke bijzondere waardevermindering. Voor een uitgebreidere toelichting van de financiële cijfers wordt verwezen naar de jaarrekening.
8.4 Investeringen 2013 Het beleid van het Summa College is gericht op het realiseren van een inspirerende leer- en werkomgeving, zowel binnen als buiten de school. Om dit te realiseren zijn jaarlijks vervangings-, uitbreidings- en diepteinvesteringen nodig op het gebied van huisvesting, inventaris en ICT. Hoewel de invloed op het resultaat slechts beperkt is, is er ook terughoudend omgegaan met investeringen. Door de uitgavebeperking waren de investeringen 2013 € 3,8 miljoen lager dan begroot, zoals uit onderstaand overzicht blijkt.
Begroot Realisatie Verschil INVESTERINGEN 2013 Gebouwen en terreinen Investeringen gebouwen
1.809
881
-928
495
10
-485
2.304
891
-1.413
Investeringen schoolmeubilair
100
111
11
Investeringen kantoormeubilair
200
33
-167
50
3
-47
Investeringen in apparatuur
2.045
1.172
-873
Totaal
2.395
1.319
-1.076
Investeringen terreinen Totaal Meubilair, apparatuur e.d.
Investeringen transportmiddelen
Informatisering & Automatisering Hardware
1.633
856
-777
Software
1.226
710
-516
155
109
-46
0
30
30
Totaal
3.014
1.705
-1.309
TOTAAL
7.713
3.915
-3.798
Audiovisueel Infrastructuur I&A
Jaarverslag / 2013
61
8 Financiën
8.5 Financiële positie Onderstaand overzicht toont het verloop in de financiële positie van het Summa College ultimo 2013. Balans per 31 december
2010
2011
2012
2013
81.291
93.883
92.476
86.257
Liquiditeit De liquiditeitspositie van het Summa College is in 2013 toegenomen met € 1,8 miljoen. Dit wordt vooral veroorzaakt door de kasstroom uit de normale bedrijfsactiviteiten. Met een liquiditeitsratio van 1,08 blijft het Summa College binnen de door OCW gehanteerde bandbreedte van 0,5 tot 1,5 en boven de interne norm van 1,0.
x € 1.000 ACTIVA Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen Totaal
253
257
283
283
9.469
7.339
5.086
6.323
22.168
9.969
13.394
15.166
113.181
111.448
111.239
108.029
67.696
66.507
60.696
63.444
8.049
8.104
16.260
12.745
Solvabiliteit De vermogenspositie is na de dip in 2012 als gevolg van de vorming van de voorziening TeamSupport in 2013 weer gestegen. De solvabiliteitsratio’s 1 en 2 van respectievelijk 0,59 en 0,71 bevinden zich ruim boven de ondergrensnorm van OCW en boven de interne norm van Summa.
PASSIVA Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden
12.000
12.000
12.000
12.000
Kortlopende schulden
25.436
24.837
22.283
19.840
113.181
111.448
111.239
108.029
2010
2011
2012
2013
Totaal
Liquiditeitsratio
1,24
0,70
0,83
8.6 Treasurybeleid norm
norm
OCW
Summa
1,08
0,5 - 1,5
> 1,0
(liquide middelen + kortlopende vorderingen / kortlopende schulden) Solvabiliteitsratio 1
0,60
0,60
0,55
0,59
> 0,3
> 0,5
0,67
0,69
0,71
> 0,3
> 0,6
0,83
0,83
geen
geen
(eigen vermogen / totaal vermogen) Solvabiliteitsratio 2
0,67
(eigen vermogen + voorzieningen / totaal vermogen) Kapitalisatiefactor (balanstotaal / totaal baten)
62
Jaarverslag / 2013
0,83
0,86
Grondslagen De waarderingsgrondslagen van de activa en passiva zijn in 2013 niet gewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar.
Het treasurybeleid van het Summa College is gebaseerd op het treasurystatuut van de stichting. Daarin is vastgelegd dat beleggen en belenen uitsluitend is toegestaan met inachtneming van de regels van de ‘Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek’. Op 1 november 2007 is overgegaan tot geïntegreerd middelenbeheer bij het ministerie van Financiën. Publieke middelen kunnen daardoor uitsluitend worden belegd in termijndeposito’s bij het ministerie van Financiën. In 2013 is daarvan geen gebruik gemaakt. De vrij ter beschikking staande liquide middelen stonden, met uitzondering van kassaldi, gedurende heel 2013 op een reguliere bankrekening. Het Summa College heeft geen risicovolle financiële producten zoals derivaten.
8 Financiën 8.7 Controleverklaring Aan: de Raad van Toezicht van Stichting ROC Summa College De in hoofdstuk 8 ‘Financiën’ van het jaarverslag 2013 van Stichting ROC Summa College te Eindhoven opgenomen samengevatte jaarrekening, bestaande uit de samengevatte staat van baten en lasten en de samengevatte balans per 31 december 2013 met bijbehorende toelichtingen, zijn ontleend aan de gecontroleerde jaarrekening 2013 van Stichting ROC Summa College te Eindhoven. Wij hebben een goedkeurend oordeel verstrekt bij die jaarrekening in onze controleverklaring van 19 mei 2014. De samengevatte jaarrekening bevat niet alle toelichtingen die zijn vereist op basis van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. Het kennisnemen van de samengevatte jaarrekening kan derhalve niet in de plaats treden van het kennisnemen van de gecontroleerde jaarrekening van Stichting ROC Summa College. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van een samenvatting van de gecontroleerde jaarrekening in overeenstemming met de grondslagen zoals gehanteerd in de jaarrekening 2013 van Stichting ROC Summa College.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de samengevatte jaarrekening op basis van onze werkzaamheden, uitgevoerd in overeenstemming met Nederlands Recht, waaronder de Nederlandse Standaard 810, ‘Opdrachten om te rapporteren betreffende samen gevatte financiële overzichten’. Oordeel Naar ons oordeel is de samengevatte jaarrekening in alle van materieel belang zijnde aspecten consistent met de gecontroleerde jaarrekening van Stichting ROC Summa College per 19 mei 2014 en in overeenstemming met de grondslagen zoals gehanteerd in de jaarrekening 2013 van Stichting ROC Summa College.
Eindhoven, 19 mei 2014 Ernst & Young Accountants LLP w.g. drs. M.H. de Hair RA
Jaarverslag / 2013
63
9 Toekomstparagraaf
Ontmoeten in de wijk Studenten van Summa Welzijn hebben samen met het Woonbedrijf een impuls gegeven aan de Generalenbuurt in Eindhoven. De studenten zijn samen met basisschoolleerlingen de wijk ingetrokken om gesprekken met buurtbewoners aan te knopen en foto’s te maken van bijzondere plekken in de buurt en van buurtbewoners. Het resulteerde in een fototentoonstelling en een tv-serie. Doel was om bewoners vaker met elkaar in contact te laten komen. Dat is gelukt, stellen buurtbewoners. ‘Het was erg leuk om de wijk in kaart te brengen’, zeggen de studenten Mara van Deurzen, Paco Ardon en Aniek Aarts. ‘We hebben veel geleerd, zoals plannen, organiseren en met kinderen omgaan.’
64
Jaarverslag / 2013
9 Toekomstparagraaf (continuïteit) 9.1 Nieuwe ontwikkelingen 9.1.1 Strategisch kader In dit jaarverslag is in de meerjarenraming uitgegaan van voortzetting van het huidig beleid op basis van het strategisch kader, zoals beschreven in paragraaf 3.1. Dit geldt voor alle aspecten van de bedrijfsvoering, zoals onderwijs, samenwerking, personeel, huisvesting en financiën. Hierna worden de meest relevante toekomstige ontwikkelingen toegelicht voor de komende jaren. In 2014 wordt een nieuw strategisch uitvoeringsplan opgesteld, rekening houdend met deze ontwikkelingen. 9.1.2 Demografische ontwikkelingen van studentenaantallen Eind 2012 zijn de demografische ontwikkelingen in de regio Eindhoven onderzocht. De verwachte daling van de studentenaantallen begint in 2016 (-1%) en is in beeld gebracht tot 2030. Het studentenaantal voor bol-opleidingen daalt met circa 21% en voor bblopleidingen met 31%. De daling is in alle sectoren meer dan 20%, maar de top 3 bestaat uit techniek (-28%), economie (-23%) en zorg en welzijn (-22%). In het jaarverslag wordt een meerjarenraming tot en met 2017 gepresenteerd. Intern wordt echter vooruit gekeken tot 2019.
9.1.3 Macrobudget bekostiging Met de herziening van de bekostiging wil de minister doelmatige leerwegen stimuleren. Daarnaast zijn er diverse wijzigingen in het macrobudget aangekondigd (zie tabel hieronder, in miljoenen euro’s). Macrobudget OCW Lumpsum
Realisatie Begroting Prognose Prognose Prognose 2013
2014
2015
2016
2017
2.507,6
2.507,6
2.507,6
2.507,6
2.507,6
62,5
52,8
72,2
0,5-
70,1127,0
Reeds besloten bijstellingen lumpsum Herfstakkoord
-
-
135,0
127,0
Extra geld modernisering arbeidsvoorwaarden
-
5,0
-
-
-
Extra geld kwaliteit
-
-
57,0
57,0
57,0
Extra geld passend onderwijs
-
-
47,0
47,0
47,0
2.570,1
2.565,4
2.818,8
2.738,1
2.668,5
100%
100%
110%
107%
104%
TOTAAL Basis is 2013
Jaarverslag / 2013
65
9 Toekomstparagraaf
Het Summa College heeft berekend wat de financiële effecten zijn van de gewijzigde macrobudgetten voor de komende jaren in combinatie met de nieuwe bekostigings systematiek en de verwachte wijziging van het marktaan deel van het Summa College. De uitkomsten zijn verwerkt in de financiële meerjarenraming (zie paragraaf 9.4). 9.1.4 Focus op Vakmanschap De minister werkt met de maatregelen uit het actieplan Focus op Vakmanschap (FoV) aan een betere onderwijs kwaliteit. Het verkorten van de opleidingsduur en de intensivering van de onderwijstijd (volle roosters) zorgen voor uitdagender onderwijs. Invoering van de entree opleiding en introductie van vooropleidingseisen voor de hogere mbo-niveaus zorgen ervoor dat meer leerlingen aan de opleiding beginnen waarin ze het best tot hun recht komen. Op de korte termijn zorgt een verhoging van de urennorm ook voor extra personeelskosten. Op de langere termijn wordt dit effect kleiner door daling van het aantal studenten als gevolg van het verkorten van de opleidingsduur. 9.1.5 Kwaliteitseisen mbo In aanvulling op deze generieke maatregelen uit het actieplan Focus op Vakmanschap wil de minister de kwaliteitsverbetering bij elke mbo-school gericht stimuleren. Dat wil de minister doen door op een beperkt aantal specifieke thema’s kwaliteitsafspraken te maken:
66
Jaarverslag / 2013
1. Professionalisering; • De begeleiding en ontwikkeling van startende docenten; • Meer masteropgeleide docenten; • Bekwaamheidsonderhoud, gefaciliteerd door de lerende schoolorganisaties en Human Resources Development-beleid waarin aandacht wordt besteed aan het carrièreperspectief van de leraar; • Betere aansluiting/samenwerking van de professional met het bedrijfsleven; • Verdere ontwikkeling van samenwerkende teams; • Registratie in het Lerarenregister; 2. Studiesucces; • Ontwikkeling indicator ‘toegevoegde waarde’; verschil in opleiding tussen instroom en uitstroom studenten. • Stimulering van excellente studenten en opleidingen; 3. Voortijdig schoolverlaten (vsv); • Voortzetting huidig beleid met als doel het aantal vsv’ers te verminderen van 36.250 in 2012 naar maximaal 25.000 (-31%) ; 4. Beroepspraktijkvorming (bpv); • De beschikbaarheid van voldoende stageplaatsen en gecertificeerde leerbedrijven gaat de verantwoordelijk heid worden van de stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB); • Verbetering begeleiding studenten tijdens beroeps praktijkvorming; • Ontwikkeling BPV-monitor (meting tevredenheid bedrijven en studenten).
Verder wil de minister met de mbo’s afspraken maken over een maximumpercentage van 20% aan overhead. De mbo-sector werkt nu aan een instrument om deze overhead transparant te maken per instelling. 9.1.6 Afbouwregeling gemeentelijke financiering voor de volwasseneducatie (Ster College) De minister gaat de bestedingsverplichting van de gemeenten voor volwasseneducatie bij de roc’s afbouwen (taalopleidingen voor laaggeletterden/migranten). De regel voor deze afbouw is 75% in 2015, ten minste 50% in 2016, ten minste 25% in 2017, tot 0% in 2018. Gemeenten en roc’s krijgen de vrijheid om in onderling overleg van deze percentages af te wijken. Dit geeft zowel gemeenten als roc’s de gelegenheid om zich goed voor te bereiden op het vervallen van de bestedingsverplichting. Om deze ontwikkeling op te kunnen vangen, is een reorganisatieplan opgesteld voor het Ster College, waarin een aantal scenario’s wordt beschreven. Dit heeft geleid tot een sociaal plan dat door alle partners op 28 november 2013 is ondertekend en loopt tot 1 augustus 2014. Hiermee wil Ster College, op vrijwillige basis voor de werknemers, komen tot een reductie van ruim 8 fte’s. Deze reductie zal in 2014 zeker gerealiseerd worden, omdat de betreffende medewerkers eind 2013 al getekend hebben voor verlaging of beëindiging van hun arbeidscontract.
Investeringen x € 1.000
9.3 Huisvestingsontwikkelingen
Realisatie Begroting Prognose Prognose Prognose 2013
2014
2015
2016
2017
GEBOUWEN / TERREINEN Inrichting terreinen
10
250
250
250
250
Verbouwingen overig
735
2.065
2.065
2.065
2.500
Aanpassing gebouwen
146
-
-
-
1.500
Totaal
891
2.315
2.315
2.315
4.250
Schoolmeubilair
111
325
325
325
500
Kantoormeubilair
33
125
125
125
125
1.175
750
750
750
1.500
Audiovisuele middelen
109
53
53
53
300
Hardware
856
1.800
1.800
900
1.800
30
-
-
-
-
2.314
3.053
3.053
2.153
4.225
710
1.200
1.200
700
1.200
3.915
6.568
6.568
5.168
9.675
INVENTARIS/APPARATUUR
Machines, overige inventaris en transportmiddelen
Aanleg infrastrustuur Totaal SOFTWARE
TOTAAL
9 Toekomstparagraaf
9.2 Investeringsraming 2014-2017
In de investeringsraming is geen rekening gehouden met nieuwbouw of verkoop van gebouwen. Het is namelijk uiterst onzeker of de hierna genoemde voornemens geeffectueerd worden: • In verband met de bestaande overcapaciteit in m2 is in 2013 de haalbaarheid van het verbouwen en toekomstbestendig herinrichten van één van de gebouwen onderzocht. Een extern ingenieursbureau heeft berekend dat hiermee een onevenredig hoge investering gemoeid is. Daarom zijn we op zoek gegaan naar andere huisvestingsopties voor de techniekopleidingen. Om verbinding te leggen met het hoger onderwijs (TU/e en Fontys) en daarmee de aantrekkelijkheid van techniekonderwijs bij Summa te vergroten, is de focus in 2014 gericht op het terrein van de TU/e. • Omdat dit gebouw nog enkele jaren in gebruik zal zijn, is eind 2013 besloten tot een grondige schoon- en opknapbeurt. Voor het schilderwerk worden studenten van het Summa College ingezet. Bouwkundige aanpassingen zijn vooralsnog niet nodig. • Eén van de gebouwen staat gedeeltelijk leeg en is bestemd voor verkoop. In 2013 is op basis van een open calculatie, en onder de voorwaarde van medewerking van de gemeente Eindhoven voor het wijzigen van het bestemmingsplan, een bod ontvangen van een projectontwikkelaar. De verwachte opbrengstwaarde van deze locatie, na aftrek van sloopkosten, is circa € 1 miljoen lager dan de boekwaarde ultimo 2013. Op grond hiervan is in de jaarrekening 2013 een bijzondere waardevermindering doorgevoerd van € 1 miljoen. • Eén van de locaties in Eindhoven is in 2013 door een makelaar in de verkoop gezet. Vanaf april 2014 t/m augustus 2016 wordt deze locatie kostendekkend verhuurd.
In de investeringsraming is bij het beoordelen van de investeringswensen rekening gehouden met de financiële ruimte. Dit resulteert in (ongeveer) gelijkblijvende afschrijvingskosten voor de komende jaren.
Jaarverslag / 2013
67
9 Toekomstparagraaf
9.4 Financiële meerjarenraming 2014-2017 Kengetallen Gewogen studentenaantallen mbo
Realisatie Begroting Prognose Prognose Prognose 2013
2014
2015
2016
2017
12.554
12.554
12.554
12.428
12.304
0,0%
0,0%
-1,0%
-1,0%
33,0
33,0
33,0
33,0
% ontwikkeling studentenaantallen Personele bezetting - Management / directie - Onderwijzend personeel
775,3
775,3
767,3
767,3
760,2
- Overige medewerkers
341,9
335,1
335,1
335,1
331,7
- Flexibele bezetting Totaal
68
33,0
Jaarverslag / 2013
77,0
77,0
128,5
91,6
77,0
1.227,2
1.220,4
1.263,9
1.227,0
1.202,0
Toelichting • studentenaantallen: in 2016 en 2017 wordt een daling van 1% verwacht (zie paragraaf 9.1.2); • personele bezetting (uitgangspunten): - management, directie en overige medewerkers: dit is de maximale normformatie conform TeamSupport. Er is vanuit gegaan, dat deze constant blijft bij een stijging van de totale bezetting, maar daalt als de bezetting daalt onder het niveau van de begroting 2014; - het personeelsbeleid zal erop gericht zijn om tijdelijke uitbreidingen zo veel mogelijk flexibel in te vullen; - 2014: daling van overige medewerkers met circa 7 fte’s gemiddeld in verband met afronding van het project TeamSupport; - 2015: vermindering van 8 fte’s onderwijzend personeel bij het Ster College als gevolg van de afbouwregeling overige educatie en stijging van de flexibele personeelsbezetting als gevolg van stijging macrobudget bekostiging, voor onder andere uitvoering van Focus op Vakmanschap en nieuwe kwaliteitsimpulsen; - 2016: de 1% daling van studentenaantallen en de daling in het aandeel macrobudget bekostiging heeft per saldo een effect op de flexibele personeelsbezetting: de extra inzet in 2015 wordt in 2016 en 2017 afgebouwd; - 2017: de 1% daling van studentenaantallen zorgt voor een daling van 1% bij het onderwijzend personeel en de overige medewerkers. De daling in het aandeel macrobudget bekostiging zorgt voor een daling van de flexibele bezetting.
Realisatie Begroting Prognose Prognose Prognose 2013
2014
2015
2016
2017
115.410
112.636
118.677
115.829
113.800
3.982
4.107
3.857
3.607
3.357
x € 1.000 BATEN Rijksbijdrage Overige overheidsbijdragen en subsidies College-, cursus- en examengelden
3.934
2.827
2.827
2.827
2.827
Baten werk in opdracht van derden
2.029
2.359
2.359
2.359
2.359
Overige baten
4.920
3.944
3.944
3.944
3.944
130.275
125.873
131.664
128.566
126.287
Personeelslasten
89.168
90.261
94.334
91.366
89.363
Afschrijvingen
10.134
9.449
9.422
9.445
9.392
Totaal LASTEN
Huisvestingslasten
8.373
8.472
8.472
8.472
8.472
19.285
15.551
16.415
16.381
16.192
126.960
123.733
128.643
125.664
123.419
3.315
2.140
3.021
2.902
2.868
587-
604-
378-
350-
319-
-
-
-
-
-
2,1%
1,2%
2,0%
2,0%
2,0%
2.728
1.536
2.643
2.552
2.549
Overige lasten Totaal Saldo baten en lasten Saldo financiële bedrijfsvoering Saldo buitengewone baten en lasten Rendement (norm 1,5%) TOTAAL RESULTAAT
9 Toekomstparagraaf
Staat van baten en lasten
Toelichting • voor 2014 is de begroting 2014 aangehouden; • ontwikkeling studentenaantallen ten opzichte van de landelijke ontwikkeling: in de berekening van de bekostiging is zowel rekening gehouden met de verwachte daling bij het Summa College als met de verwachte landelijke daling (marktaandeel Summa daalt van circa 3,3% naar 3,14%); • bekostiging: uitgegaan is van de meest recente landelijke gegevens vanuit het ministerie, vermenigvuldigd met het geschatte marktaandeel van Summa voor wat betreft studentenaantallen. Voor de diplomabekostiging is uitgegaan van hetzelfde percentage diploma’s als in 2013; • overheidsbijdragen: de afbouwregeling overige educatie zorgt voor een jaarlijkse daling van circa € 250.000 per jaar vanaf 2015 (worst-case scenario); • overige baten: deze worden constant verondersteld op het niveau van de begroting 2014; • personeelslasten: circa 72% van de totale baten worden ingezet op personeelslasten. Een ander uitgangspunt is maximaal 25% ondersteunend personeel van de totale bezetting; • huisvestingslasten: voortzetting van beleid in begroting 2014 (zie paragraaf 9.3); • afschrijvingslasten: investeringsniveau is gebaseerd op constante afschrijvingslasten; • resultaat: target ligt tussen 1% en 2%, in de meerjarenraming is uitgegaan van 2%. De bekostiging stijgt substantieel in 2015 en bouwt daarna weer af. In deze meerjaren raming is rekening gehouden met extra personeelsinzet om alle beleidsintensiveringen in gang te zetten en daarna weer af te bouwen naar het niveau 2014.
INCIDENTELE BATEN EN LASTEN IN TOTAAL RESULTAAT Vrijval voorziening TeamSupport Vrijval onderhoudsvoorziening o.b.v. nieuw onderhoudsplan
4.300 748
Dotatie voorziening vordering OCW
-4.000
Dijzondere waardevermindering vastgoed
-1.000
Dotatie voorziening Ster College
-852
Dotatie voorziening wachtgeldverplichtingen
-760 Jaarverslag / 2013
69
9 Toekomstparagraaf
Balans
Realisatie Prognose Prognose Prognose Prognose 2013
2014
2015
2016
2017
Materiële vaste activa
86.257
83.377
80.523
76.246
76.529
Financiële vaste activa
283
290
290
290
290
86.540
83.667
80.813
76.536
76.819
x € 1.000 ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa
Totaal vaste activa Vlottende activa
6.323
6.000
6.000
6.000
6.000
Liquide middelen
Vorderingen
15.166
13.094
17.922
25.241
27.249
Totaal vlottende activa
21.489
19.094
23.922
31.241
33.249
108.029
102.761
104.735
107.777
110.068
62.525
64.039
66.644
69.158
71.671
138
141
147
153
158
TOTAAL ACTIVA PASSIVA Eigen vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserve publiek
781
800
832
864
895
Totaal eigen vermogen
Bestemmingsreserve privaat
63.444
64.980
67.623
70.175
72.724
Voorzieningen
12.745
5.781
5.112
5.602
5.344
Langlopende schulden
12.000
12.000
12.000
12.000
12.000
Kortlopende schulden
19.840
20.000
20.000
20.000
20.000
108.029
102.761
104.735
107.777
110.068
TOTAAL PASSIVA
70
Jaarverslag / 2013
Toelichting • Ontwikkeling financieringsstructuur: de liquide middelen stijgen de komende jaren substantieel. In 2014 wordt gestart met een onderzoek naar en advies over de mogelijkheid tot vervroegde aflossing van de lening van € 12 miljoen (of een deel hiervan). • Huisvestingsbeleid: de economische crisis, de huidige overcapaciteit in m2 en de verwachte terugloop in studentenaantallen zorgen voor een terughoudend huisvestingsbeleid (zie paragraaf 9.3). • Mutaties in reserves en voorzieningen: - Voorzichtigheidshalve is rekening gehouden met volledige terugbetaling van € 4 miljoen aan bekostiging aan het ministerie; - Voorzieningen personeel: uitgegaan is van afbouw conform het reorganisatieplan TeamSupport, het reorganisatieplan Ster College en geprognotiseerde uitbetaling van wachtgeldverplichtingen; - Voorziening groot onderhoud: dotaties en vrijval zijn gebaseerd op het meerjaren onderhoudsplan; - De positieve resultaten worden toegevoegd aan het eigen vermogen. Uitgangspunt is dat de verdeling over algemene reserve en bestemmingsreserves privaat en publiek hetzelfde blijft.
Percentate omzet private activiteiten
2013
2014
2015
2016
2017
1,6%
1,9%
1,8%
1,8%
1,9%
Gewogen aantal studenten per fte O(O)P
15,18
15,17
14,70
14,99
15,15
10,29
9,93
10,13
10,24
Gewogen aantal studenten per fte
10,23
(gewogen aantal studenten / totaal fte) 6,3%
6,3%
10,2%
7,5%
6,4%
63.071
64.250
67.278
65.168
64.335
10,94
10,94
10,94
11,05
11,16
30,9%
27,1%
26,1%
26,9%
27,2%
1,20
1,56
1,66
2,0%
2,0%
2,0%
(aantal fte tijdelijk personeel / totaal fte) (totale loonkosten / aantal fte in loondienst) Aantal m2 per gewogen student (totaal bruto m / gewogen studentenaantal) 2
(kosten management- en dienstenpersoneel / totale personeelskosten) 1,08
0,95
(liquide middelen + kortlopende vorderingen) / kortlopende schulden) Rentabiliteit
2,1%
1,2%
(resultaat excl. incidentele baten en lasten / reguliere totale baten) Percentage huur m2
4,4%
4,4%
4,4%
4,4%
4,4%
106,96
100,59
100,36
100,85
100,38
0,0%
0,0%
0,0%
0,0%
0,0%
3,0%
5,2%
5,0%
4,0%
7,7%
0,59
0,63
0,65
0,65
0,66
(aantal m huur / totaal aantal m ) 2
2
Gemiddelde huisvestingskosten per m2 (totale huisvestingslasten / totaal aantal m2) Percentage herfinancieringsbehoefte
(herfinanciering met vreemd vermogen / totale omzet) Percentage investeringsbehoefte (investeringsraming / totale omzet) Solvabiliteitsratio 1 (eigen vermogen / totaal vermogen)
2014
2015
2016
2017
0,71
0,69
0,69
0,70
0,71
Kapitalisatiefactor
0,83
0,82
0,80
0,84
0,87
Personeelslastenratio
68%
72%
72%
71%
71%
(personeelslasten / totaal baten)
Percentage tijdelijk personeel
Liquiditeitsratio
2013
(balanstotaal / totaal baten)
(gewogen aantal studenten / (fte OP + fte OOP))
Percentage overhead personeelskosten
Solvabiliteitsratio 2
Realisatie Prognose Prognose Prognose Prognose
(eigen vermogen + voorzieningen) / totaal vermogen)
(omzet private activiteiten / totale omzet)
Kosten fte in loondienst
Indicatoren MBO Raad
9 Toekomstparagraaf
Realisatie Prognose Prognose Prognose Prognose
Indicatoren MBO Raad
Toelichting In het Servicedocument van de MBO Raad (maart 2014) staan dertien kwantitatieve indicatoren toegelicht voor in de continuïteitsparagraaf. Deze staan in bovenstaande tabel. Daarnaast hanteert het Summa College nog een aantal extra indicatoren, zoals solvabiliteit (1 en 2), kapitalisatiefactor en personeelslastenratio. Bij de berekening van het gewogen studentenaantal zijn de nu geldende deeltijdsfactoren van het ministerie van OCW gehanteerd: voor bol 1, deeltijd bol 0,3, bbl met beroepspraktijkvorming 0,4 en bbl zonder beroepspraktijkvorming 0,3. Dit wijkt af van de berekeningswijze, zoals aangegeven in het servicedocument. Bij het percentage overhead personeelskosten zien we eerst een daling en daarna een stijging. De overhead personeelskosten blijven na afronding van TeamSupport constant tot 2016 en dalen in 2017 met 1% (zie kengetallen personele bezetting). De schommeling wordt dus volledig verklaard door de totale personeelskosten: deze stijgen in 2015 en dalen daarna weer. De gemiddelde huisvestingskosten per m2 zijn in 2013 hoger dan in de daaropvolgende jaren, door een incidentele waardevermindering in 2013 van één van de panden van € 1 miljoen.
Jaarverslag / 2013
71
Bijlagen
rs
de Trotse moe
, eerstejaars zzy Lucassen Li en s ijk d n le aden begin Jennifer Meu Hospitality tr en re u is -Factor Le n ter met de R studente ea h lt o o h sc n p in het enden keke november o nden en bek ie vr , en aa ed ow m kte Live. Familiel etches. De sh sk en n se an ,d e naar turnen chten van d grale opdra te in e d ruk van d n in va e deel uit onder d en ar w s er e moed ze het knap studentes. D oeder zei dat m ijn ze ‘M . rs urfde en dat hun dochte odium op d p et h ijn en le : ‘M al vond dat ik y. En Jennifer as’, aldus Lizz w e i later m p ze o e Z ts . erg tro dan ik en w u n ze e d meer efenen.’ moeder had g dan met o in g er et b g dat het no
Spetterende modeshow Als volleerde fashionista’s toonden studenten van Summa Fashion in juni in het Eindhovense Parktheater hun creaties aan het publiek. Wekenlang werkten ze aan het ontwerp, de uitvoering en de presentatie van hun exclusieve collectie. Hoogtepunt van de show waren de eindexamencollecties van studenten.
72
Jaarverslag / 2013
Bijlagen bij het bestuursverslag Bijlage 1.
Verplichte Indicatoren geïntegreerd jaardocument
Het ministerie van OCW heeft alle mbo-instellingen verplicht om via een aantal vastgestelde indicatoren verantwoording af te leggen aan de overheid en alle betrokkenen. De indicatoren dienen conform de regeling Jaarverslaggeving Onderwijs separaat aan het jaarverslag te worden toegevoegd. Het betreft de volgende indicatoren: 1. Verklaring bevoegd gezag Het College van Bestuur vraagt van alle schooldirecteuren de schriftelijke verklaring dat alle opleidingen voldoen aan de wettelijke eisen. Tevens wordt gevraagd om een schriftelijke verklaring dat alle informatie is verstrekt voor een transparante, juiste en volledige verantwoording. Alle directeuren hebben deze verklaring ondertekend. Regelmatig zijn er interne audits en managementreviews waarin de wettelijke eisen worden gecontroleerd (zie paragraaf 1.5 management control).
6. Financiële indicatoren Voor een overzicht van de financiële indicatoren: zie hoofdstuk 8. 7. Informatie in verband met kwalitatief zwakke opleidingen en examens In paragraaf 4.1.2 staan de bevindingen van de Onderwijsinspectie beschreven. Een actueel overzicht van als ‘zwak’ gekwalificeerde opleidingen is te raadplegen op de website van de Inspectie: www.ow.insp.nl Op dit moment zijn dat de volgende opleidingen (van circa 250 opleidingen): Opleiding
Kwaliteit
Sociaal-cultureel werker
opbrengsten onvoldoende
Chauffeur openbaar vervoer
zwak
Allround banketbakker Meubelmaker/
opbrengsten
(scheeps)interieurbouwer
onvoldoende
Meewerkend leidinggevende meubelindustrie/
opbrengsten
3. Nieuwe VSV’ers Gegevens over nieuwe VSV-ers staan in paragraaf 4.1.6.
(scheeps)interieurbouw
onvoldoende
5. Personeel Gegevens over opbouw en ontwikkeling van het personeelsbestand zijn in hoofdstuk 6 opgenomen.
Examens onvoldoende
2. Diplomaresultaat en jaarresultaat Gegevens over diplomaresultaat en jaarresultaat staan in paragraaf 4.1.7.
4. Tevredenheid studenten Gegevens over tevredenheid studenten staan in paragraaf 4.1.10.
Naleving
Logistiek medewerker
onvoldoende
onvoldoende
onvoldoende
onvoldoende
onvoldoende
De maatwerkopleiding chauffeur openbaar vervoer is inmiddels beëindigd en voor de andere opleidingen zijn verbeterplannen uitgevoerd. De verwachting is dat deze opleidingen bij het vervolgtoezicht door de inspectie in 2014 een voldoende scoren. De beoordeling van onderwijskwaliteit baseert de Inspectie op twee indicatoren, namelijk jaarresultaat en diplomaresultaat (zie ook paragraaf 4.1.7). Het Summa College monitort continu de in gang gezette acties, maar over het algemeen duurt het enige tijd voordat de effecten meetbaar zijn.
Jaarverslag / 2013
73
Bijlagen
8. Informatie in verband met specifieke regelingen Innovatiearrangementen Het Summa College heeft in januari 2014 een positief eindoordeel ontvangen van Het Platform Beroeps Onderwijs (HPBO), de subsidieverstrekker van het in 2013 afgeronde innovatiearrangement ‘Het Circuit’. Het project had als doelstellingen: • ontwikkeling van een onderwijsconcept/-methodiek gericht op talentontwikkeling: talentvolle studenten worden in een uitdagende, contextrijke en realistische omgeving ‘ondergedompeld’, waarbij sprake is van een koppeling van het formele en informele leren. Er wordt een leeromgeving gecreëerd, waarin een integraal appèl wordt gedaan op hun competenties; • ontwikkeling van een pedagogische en didactische benadering die aansluit bij de jongerencultuur, die gericht is op talentontwikkeling en een beroep doet op de intrinsieke motivatie. Deze benadering leidt tot meer succes voor studenten, er is sprake van rendementsverbetering; • ontwikkeling van een model voor leerloopbaanontwikkeling, waardoor met name in het cultuurcluster (betere) doorstroommogelijkheden in de beroepskolom ontstaan; • ontwikkeling van een aanpak voor multidisciplinaire en multilevel samenwerking in een realistische setting.
74
Jaarverslag / 2013
Drie jaar ‘Het Circuit’ leverde ruim 70 creatieve projecten op, waaraan 1.000 leerlingen en studenten in de regio Eindhoven hebben meegewerkt. Oorspronkelijk gestart als impresariaat om opdrachten van bedrijven in de creatieve sector te werven heeft ‘Het Circuit’ veel invloed gehad op het onderwijs in de podiumkunsten van het Summa College in Eindhoven. Daarnaast heeft het project een impuls gegeven aan de samenwerking binnen het onderwijs in de Brainport regio. Opdrachten werden uitgevoerd door teams van leerlingen, studenten en docenten van het Summa College, SintLucas, Montessori College Eindhoven, Pleincollege Nuenen, Fontys en diverse basisscholen. Vanaf het eerste moment was het ook de bedoeling om opleidingen buiten de podiumkunsten actief te betrekken. Fashion, Bouw-infra en Communicatie waren ook actief binnen het Circuit.
Activiteit
Personele
Aantal
kosten
mede-
(€) werkers 1. Werven van stage-/simulatieplaatsen
224.751
70
2. Inrichten van stage-/simulatieplaatsen
164.534
69
533.222
110
213.922
87
113.757
57
3. Intensieve begeleiding naar en op de stage-/simulatieplaatsen 4. Ontwikkelen en afstemmen van producten en beleid 5. Adequaat scholen/instrueren van deelnemersbegeleiders Totaal besteed bedrag in 2013
1.250.188
Beschikbare subsidie 2013* Gerealiseerde cofinanciering
55.117 1.195.071
* OCW heeft het budget voor de Stagebox in 2013 verschoven van de geoormerkte
De investering in het project bestond grotendeels uit de loonkosten van alle medewerkers aan het project. De totale kosten vanaf de start in 2010 bedroegen € 2,6 miljoen. Van dit bedrag werd € 1 miljoen gefinancierd via de subsidie van Het Platform Beroepsonderwijs (HPBO). Stagebox Het Summa College zet de subsidie uit de regeling Stagebox jaarlijks in voor diverse, decentraal door de onderwijsclusters geïnitieerde en aangestuurde projecten en activiteiten. De tabel hiernaast geeft inzicht in de besteding in 2013.
subsidies naar de lumpsum. Het bedrag van € 55.117 betreft de door het Summa College uit 2012 doorgeschoven geoormerkte subsidie. Via de lumpsum ontving het Summa College in 2013 ca. € 850.000 aan Stageboxmiddelen. De gerealiseerde cofinanciering in 2013 werd hiermee grotendeels afgedekt.
Bijlagen Intensiveren Nederlandse taal en rekenen mbo In 2013 was, mede via een overloop uit 2012 van bijna € 0,9 miljoen, in totaal ruim € 2,3 miljoen beschikbaar voor het project intensiveren Nederlandse taal en rekenen. De investering in het project in 2013 bedroeg zo’n € 1,8 miljoen. Het nog niet bestede deel van de subsidie schuift door en is opgenomen in de project begroting van 2014. De subsidieregeling is door OCW verlengd en eindigt per 31 december 2014.
Activiteit
In het project intensiveren onderwijs Nederlands en rekenen is gekozen voor een projectmodel, waarbij de scholen zelfstandig werken aan de intensivering van het onderwijs in Nederlands en rekenen. Voor de ontwikkeling van generieke producten, deze kunnen op alle scholen gebruikt worden, zijn twee projectleiders aangesteld, een projectleider rekenen en een projectleider Nederlands. De centraal ontwikkelde producten zijn op verzoek van de scholen gemaakt.
Pilotexamens COE
Op basis van eigen plannen heeft elke opleiding het taal- en rekenonderwijs geïntensiveerd. Met het oog op kennisdeling zijn kenniskringen Nederlands en rekenen geïnstalleerd voor de coaches Nederlands en rekenen. In deze kenniskringen worden gezamenlijke afspraken gemaakt over bijvoorbeeld methoden Nederlands en rekenen, toetsplannen, instellingsexamens en didactiek.
Beleidsontwikkeling en overig (o.a. toetsen)
De extra onderwijstijd is besteed aan meer lessen Nederlands en rekenen en ondersteunende activiteiten
Nederlands e/o
Bestede
Aantal bereikte
Aantal bereikte
Rekenen
middelen (€)
studenten
medewerkers
A Aanpassingen in de didactiek en pedagogiek van de beroepsopleidingen met het oog op de intensivering van het taal- en rekenonderwijs Implementatie/aanpassing van Nederlands
Nederlands
338.728
alle
alle docenten
Rekenen
327.507
alle
alle docenten
Rekenen
onbekend
3.989
nvt
in het curriculum van opleidingen Implementatie van Rekenen algemeen in het curriculum van alle opleidingen B Toetsing van deelnemers (zie ook onderdeel F van deze tabel) Nulmetingen rekenen Nulmetingen Nederlands
Nederlands
onbekend
2.850
nvt
Nederlands en rekenen
onbekend
12.014
nvt
Extra lessen
Nederlands en rekenen
710.957
alle
nvt
Ondersteunende lessen
Nederlands en rekenen
113.950
Examenlokalen
Nederlands en rekenen
14.811
12.014
nvt
Leermiddelen
Nederlands en rekenen
16.616
alle
nvt
C Extra onderwijstijd nvt
D Nieuwe of aangepaste faciliteiten
E Professionalisering van docenten en overige functionarissen op het gebied van taal en rekenen Scholing/studiedagen
Nederlands en rekenen
53.000
nvt
150
Nederlands en rekenen
222.004
nvt
alle docenten
F Overige activiteiten
voor studenten die onder niveau zijn en extra lessen nodig hebben. De uitvoering van de ondersteunende lessen is belegd bij het Ster College, de school voor volwassenen educatie. Dit leverde onderwijslogistieke problemen. Nu verzorgen de scholen zelf de ondersteunende activiteiten of laten dat door het Ster College doen.
Ten behoeve van de lespraktijk hebben de scholen nieuwe of aangepaste faciliteiten aangeschaft. Hierbij kan gedacht worden aan smartboards maar ook aan concreet rekenmateriaal, zoals MAB blokjes (hulpmiddel om inzicht te krijgen in het getalsysteem). Summa-breed zijn examenlokalen ingericht die voldoen aan de eisen van het College voor Examens.
Jaarverslag / 2013
75
Bijlagen
Bijlage 2.
Notitie Helderheid in de bekostiging
Om volstrekte helderheid te geven over wat wel en niet toelaatbaar is voor de bekostiging van BVE-instellingen, is in 2003 onder verantwoordelijkheid van OCW de notitie ‘Helderheid in de bekostiging van het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie’ verschenen. De wettelijke regelgeving bood namelijk te veel ruimte voor eigen interpretatie. Deze notitie is vervolgens in 2004 op enkele punten aangepast maar nog altijd van toepassing voor alle mbo-instellingen. Het Summa College heeft de geldende wet- en regelgeving ten aanzien van de bekostiging (inclusief de thema’s uit de notitie helderheid) vervolgens vertaald naar een interne richtlijn voor de interpretatie van de bekostigingsregels beroepsonderwijs. Belangrijk uitgangspunt daarin is dat de prestatie die het Summa College levert (verzorgen van onderwijs) in verhouding moet staan tot de tegenprestatie van OCW (ontvangen bekostiging). Daarnaast is in het kader van de reorganisatie van de gehele ondersteuning van het Summa College besloten om de decentrale onderwijsondersteuning (waaronder de studentenadministratie) onder centrale aansturing te brengen van de directeur van de dienst Onderwijs & Studenten Centrum. De uitvoering vindt plaats op drie campuslocaties. Deze centralisatie maakt een meer gestandaardiseerde werkwijze mogelijk, hetgeen de kwaliteit verhoogt.
76
Jaarverslag / 2013
De notitie Helderheid gaat specifiek in op acht aan bekostiging gerelateerde thema’s. Onderstaand staat per thema op welke wijze het Summa College hieraan invulling geeft.
addendum bij de standaard onderwijsovereenkomst wordt gevoegd en dat de betreffende student, afhankelijk van de omvang van het resterende onderwijsprogramma, al dan niet voor (deeltijd) bekostiging in aanmerking komt.
1. Uitbesteding onderwijs Het Summa College heeft als interne richtlijn dat het minimaal 50% van het onderwijs zelf uitvoert. Een lager percentage is alleen mogelijk met goedkeuring van het College van Bestuur. Die goedkeuring wordt alleen gegeven indien nadrukkelijk is vastgesteld dat aan alle kwaliteits- en verantwoordingseisen wordt voldaan. Er mag geen sprake zijn van het fungeren als administratiekantoor. Indien het verzorgen van bekostigd onderwijs gedeeltelijk wordt uitbesteed aan externe partijen, worden alle onderwijsactiviteiten altijd uitgevoerd onder directe verantwoordelijkheid en aansturing van de directeuren van de Summa-scholen.
4. Les- en cursusgeld niet betaald door de student zelf In 2013 hebben geen les- of cursusgeld betalingen door het Summa College plaatsgevonden. Wel zijn 27 uitkeringen voor in totaal € 20.747 verstrekt aan studenten uit het noodfonds van Stichting Beheer Activa van het Summa College. Deze stichting beheert voor een groot deel private gelden. Betalingen ten laste van dit noodfonds zijn verantwoord in de jaarrekening van de Stichting Beheer Activa, alsmede in de geconsolideerde jaarrekening van het Summa College.
2. Publiek - Private arrangementen Dit onderdeel staat in bijlage 3 beschreven. 3. Het verlenen van vrijstellingen Studenten kunnen bij het Summa College, op basis van eerder afgelegde toetsen of examens, of op basis van buiten het onderwijs opgedane kennis en vaardigheden (EVC), vrijstelling krijgen voor delen van een opleiding. De interne procedure is dat er in die gevallen een
5. In- en uitschrijving en inschrijving van studenten in meer dan één opleiding tegelijk Voor het in- en uitschrijven vlak voor respectievelijk na een teldatum gelden strikte interne regels die voldoen aan de door OCW gestelde bekostigingsvoorwaarden. Deze studenten vormen een aparte controlegroep voor het interne auditteam en de accountant. Meer informatie over de aantallen studenten die zijn uitgestroomd vlak na 1 oktober 2013 staat in onderstaande tabel. Indien een student voor meerdere opleidingen tegelijk staat ingeschreven, komt deze door geautomatiseerde controle van DUO slechts eenmaal voor bekostiging in aanmerking.
Bijlagen Uitstroom tussen 1 en 15 oktober 2013
BBL
Business
1
Horeca Transport & Logistiek
BOL
1 17
Eind-
Met
Zonder
totaal
diploma
diploma
1
1
1
1
17
17
Welzijn
1
1
Zakelijke dienstverlening
1
1
1
1
1
Zorg
EINDTOTAAL
1
18
4
22
1
1
Tabel omzwaaiers schooljaar 2013-2014 Automotive Brood & Banket Bouwen & Infra Business
Per 1-10-2013
Per 25-3-2014
12
12
0
2
2
0
3
3
0
35
29
-6
3
3
3
3
0
Engineering
21
Facilitair Fashion
3
4
1
Horeca
4
4
0
ICT
8
10
2
Laboratorium
8
8
0
14
14
0
6
6
0
Procestechnologie
De uitstroomreden wordt geregistreerd op basis van de indicatie van de student zelf. Wij kunnen dit niet controleren. Daarom heeft het Summa College de uitstroom naar een andere onderwijsinstelling niet in bovenstaande tabel weergegeven. 6. De student volgt een andere opleiding dan waarvoor hij is ingeschreven Het is niet te vermijden dat studenten in individuele gevallen gedurende een opleiding willen overstappen naar een andere opleiding. Via gerichte loopbaanbegeleiding en door het brede aanbod aan opleidingen kunnen de meesten van hen ingeschreven blijven bij het Summa College, waardoor voortijdige schooluitval wordt voorkomen. Het beleid is erop gericht om elke student een passende opleiding te bieden. Dat dit beleid succesvol is blijkt onder andere uit het realiseren van de VSV doelstellingen (zie paragraaf 4.1.6). Voor nadere informatie over de aantallen omzwaaiers wordt verwezen naar de volgende tabel.
verschil
Recreatie Sport
2
2
0
Transport & Logistiek
2
1
-1
Techniek Uiterlijke verzorging Veiligheid Wonen & Design Welzijn Zakelijke dienstverlening Zorg
39
40
1
9
10
1
8
9
1
72
72
0
21
19
-2
405
404
-1
19
19
0
1
1
675
0
School 23
TOTAAL
675
In deze tabel zijn alle studenten weergegeven, waarvan het crebonummer is gewijzigd tussen 1 oktober 2013 en 25 maart 2014. In de verschil kolom wordt zichtbaar, hoeveel studenten tussentijds zijn in- of uitgestroomd bij een andere school.
Jaarverslag / 2013
77
Bijlagen
Bij Zakelijke dienstverlening waren veel studenten ingeschreven op een instroom crebonummer, in afwachting van een definitieve studiekeuze. Bij 378 studenten is daarna het crebonummer gewijzigd in een ander crebonummer met uitstroomreden ‘Uitgestelde keuze, herplaatsing’. Zij volgen dus geen andere opleiding, dan waarvoor zij zijn ingeschreven, maar zij zijn administratief wel zo vastgelegd. Als we deze categorie corrigeren, hebben we 27 omzwaaiers bij Zakelijke dienstverlening en 297 op totaal Summa niveau. 7. Bekostiging van maatwerktrajecten ten behoeve van bedrijven Ook in 2013 heeft het Summa College voor een groot aantal bedrijven maatwerktrajecten gerealiseerd. Zij betalen daarvoor. De baten daaruit bedroegen in 2013 € 2 miljoen. Het ontwikkelen van maatwerktrajecten is geoorloofd voor zover het is gericht op deelname aan een in het CREBO geregistreerde opleiding met het oogmerk het traject met succes af te ronden. Met maatwerktrajecten werken we samen met het bedrijfsleven aan het adequaat inspelen op de regionale behoefte. Naar aanleiding van de uitkomsten van het in de eerste helft van 2013 uitgevoerde inspectieonderzoek naar het maatwerktraject voor de opleiding van bus chauffeurs, zijn medio 2013 alle maatwerktrajecten van het Summa College geïnventariseerd en integraal beoordeeld op kwaliteit. Met name het aantal onderwijs uren is nadrukkelijk in de controle meegenomen.
78
Jaarverslag / 2013
Daar waar nodig zijn alsnog aanvullende uren onderwijs gegeven. Daarnaast is de interne procedure voor het starten van maatwerktrajecten aangescherpt. 8. Buitenlandse studenten en onderwijs in het buitenland Het Summa College verzorgt alleen in Nederland onderwijs. Buitenlandse studenten die hier rechtmatig verblijven en voldoen aan de inschrijfvoorwaarden, komen voor bekostiging in aanmerking. Regelmatig lopen studenten stage in het buitenland. Via de interne kenniskring Internationalisering wordt dit zelfs gestimuleerd. Daar waar mogelijk worden door het projectbureau van het Summa College subsidies aangevraagd en ingezet ter dekking van de verblijfs kosten. In 2013 betrof dat uitsluitend LEONARDOsubsidies.
Bijlagen Bijlage 3.
Handreiking voor de inrichting van publiek-private arrangementen
Het Summa College wil een organisatie zijn waarin zowel publiek als privaat gefinancierde onderwijsactiviteiten plaatsvinden. Het leveren van uitdagend, kwalitatief hoogwaardig en regulier bekostigd onderwijs is onderdeel van onze missie. Het bieden van een zo contextrijk mogelijke beroepsgerichte leeromgeving, waarin studenten praktijkervaring kunnen opdoen, maakt daar een essentieel onderdeel van uit. Het motief voor het aangaan van private activiteiten komt in het algemeen voort uit een maatschappelijke dialoog met de omgeving. Bedrijven vragen bijvoorbeeld om projecten uit te voeren en vraagstukken uit te werken. De private activiteiten moeten altijd ten goede komen aan het onderwijs en beperkt in omvang blijven. Van een te grote omvang is sprake als het niet meer het publiek bekostigd onderwijs ten goede komt maar vooral vanuit marktvraag plaatsvindt of als de ermee gepaard gaande risico’s te zeer ten koste kunnen gaan van het publiek bekostigd onderwijs. De totale baten privaat (contractactiviteiten, maatwerkwerk en baten voort vloeiend uit onderwijsproces) bedroegen over 2013 circa € 5,8 miljoen, 4,4% van de totale baten. In 2012 was dit € 5,7 miljoen (4,2%) en voor 2014 is een bedrag van € 5,2 miljoen begroot (4,1%). Het financiële risico van deze privaat gefinancierde activiteiten is daarmee beperkt. In 2014 vindt een nieuwe strategische kaderzetting plaats, waarvoor de in 2012 geformuleerde plannen over een
leven lang leren (L3) input zullen vormen. Een van de doelstellingen hieruit is het middels private activiteiten willen genereren van extra financiële middelen ten behoeve van het regulier bekostigd onderwijs. Naast personele en onderwijskundige voordelen biedt dit namelijk ook de mogelijkheid om investeringen in gebouwen, machines/installaties en inventaris beter te benutten. In de interne richtlijnen van het Summa College is de volgende definitie vastgelegd van publieke activiteiten: alle activiteiten die worden gefinancierd uit publiek verkregen middelen (vanuit de overheid: rijk, provincie, gemeente). Private activiteiten zijn activiteiten gefinancierd met privaat verkregen middelen. Enerzijds betreffen dit contractactiviteiten, zijnde werkzaamheden die geschieden voor eigen rekening ten behoeve van derden en gefinancierd door die derden. Anderzijds betreffen dit overige activiteiten, bijvoorbeeld de verkopen in het eigen restaurant, uit de eigen bakkerswinkel, van schoonheids artikelen en behandelingen in de eigen salons. Daarnaast worden activiteiten uitgevoerd die op het oog een meng vorm zijn van publiek-privaat: een voorbeeld daarvan is het aanbieden van regulier bekostigde opleidingen aan studenten in combinatie met het in opdracht van bedrijven inrichten van een maatwerktraject. Vanwege de relatie met het onderwijs worden ook baten uit verhuur en detachering van personeel als mengvorm gezien.
Deze baten vloeien immers voort uit het onderwijsproces want zij houden verband met leegstand en werkloosheid vervangende maatregelen. Het Summa College hanteert interne beleidsdocumenten waarin een interpretatie van de instelling over de helderheidsnotitie en bekostigings voorschriften in de vorm van eenduidige richtlijnen en beoordelingscriteria zijn opgenomen. Deze worden periodiek herijkt. Daarbij worden calculatiemodellen gehanteerd voor de berekening van integrale kostprijzen. De kosten worden integraal toegerekend naar rato van het gebruik. De private activiteiten zijn voor een deel ondergebracht in Exempla Opleidingen BV, waarvan Premiumopleidingen BV (100%) en MAKS BV (100%) en Teclab BV (51%) werk maatschappijen zijn. Daarnaast worden ook binnen de onder de stichting vallende scholen private middelen gegenereerd. Deze worden gescheiden geregistreerd in de financiële administratie. Aan de werkmaatschappijen van Exempla zijn reguliere directeuren van de onderwijs clusters gekoppeld. Deze directeuren zijn zowel verantwoordelijk voor het reguliere onderwijs als voor de private activiteiten, zowel binnen de werkmaatschappij als binnen hun eigen school. Hierna worden de belangrijkste kenmerken van deze werkmaatschappijen toegelicht:
Jaarverslag / 2013
79
Bijlagen
MANAGEMENT ACADEMIE VOOR KAPPER EN STYLISTEN BV
EXEMPLA OPLEIDINGEN BV Juridische vorm
Besloten Vennootschap
Juridische vorm
Besloten Vennootschap
Statutaire zetel
Eindhoven
Statutaire zetel
Eindhoven
KvK nummer
17125230
KvK nummer
17128658
Code activiteiten
4 (overig)
Code activiteiten
1 (contract)onderwijs
Doel/aard van de activiteiten
Houdster van aandelen onderliggende werkmaatschappijen;
Doel/aard van de activiteiten
•H et exploiteren van een kapsalon die tevens dienst doet als praktijkplaats voor kappers en ondernemers/
geen eigen economische activiteiten Belang voor Summa
bedrijfsleiders in opleiding
Scheiding publieke en private activiteiten
Eigen vermogen per 31-12-2013 € 287.729
80
•H et exploiteren van een beauty- en wellnesscenter dat tevens
Exploitatiesaldo 2013
€ 171.826
Omzet 2013
€ 1.687.898
Deelnemingspercentage
100%
Verklaring art. 2: 403 BW
Nee
Eigen vermogen per 31-12-2013 € 113.632
Consolidatie
100%
Exploitatiesaldo 2013
€ 54.370
Ontwikkelingen 2013
Geen eigen activiteiten
Omzet 2013
€ 695.000
Deelnemingspercentage
100%
Verklaring art. 2: 403 BW
Nee
Consolidatie
100%
Jaarverslag / 2013
dienst doet als praktijkwerkplaats voor wellnessmedewerkers Belang voor Summa
•H et bieden van een uitdagende leeromgeving •H et hanteren van de kappers cao voor personeel
Bijlagen TECLAB BV
PREMIUM OPLEIDINGEN BV Juridische vorm
Besloten Vennootschap
Juridische vorm
Besloten Vennootschap
Statutaire zetel
Eindhoven
Statutaire zetel
Eindhoven
KvK nummer
17125232
KvK nummer
55975372
Code activiteiten
1 (contract)onderwijs
Code activiteiten
1 (contract)onderwijs
Doel/aard van de activiteiten
Het ontwikkelen en uitvoeren van premium opleidingen die
Doel/aard van de activiteiten
•H et bieden van een uitdagende leeromgeving voor techniekstudenten
ten opzichte van de regulier bekostigde opleidingen extra
•H et verzorgen van praktijklessen voor regulier
lessen, intensiever onderwijs of extra certificaat bevatten Belang voor Summa
bekostigde studenten van Summa College
Uitdaging bieden aan studenten die sneller willen en kunnen
•H et verrichten van niet geregeld beroepsonderwijs
leren en meer praktijkervaring willen opdoen, met name op
en contractonderwijs
het gebied van ondernemerschap Eigen vermogen per 31-12-2013 € 113.810
Belang voor Summa
•B eschikking over moderne apparatuur voor het
Exploitatiesaldo 2013
€ 96.393
Omzet 2013
€ 432.023
Deelnemingspercentage
100%
Verklaring art. 2: 403 BW
Nee
Eigen vermogen per 31-12-2013 € 14.828
Consolidatie
100%
Exploitatiesaldo 2013
€ 41.162
Omzet 2013
€ 560.875
Deelnemingspercentage
51%
Verklaring art. 2: 403 BW
Nee
Consolidatie
100%
verzorgen van techniekonderwijs •B etrokkenheid bedrijven technische sector uit de Brainport regio
Jaarverslag / 2013
81
Bijlagen
Bijlage 4.
Externe functies College van Bestuur
Antoine Wintels, voorzitter
Olaf van Nugteren, lid
Nevenfuncties • Bestuurder Exempla BV • Commissaris Teclab BV • Voorzitter Stichting Mini-Ondernemingen ROC Eindhoven • Voorzitter Stuurgroep Focus en Passie voor Techniek • Voorzitter Stuurgroep VSV • Lid Provinciale Raad Gezondheid • Lid Algemeen Bestuur Stichting Brainport Eindhoven • Lid Adviescommissie Flexibel Hoger Onderwijs voor Werkenden (eind 2013) • Lid Commissie Van der Touw • Lid Ledenraad Design Cooperation Brainport (DCB)
Nevenfuncties • Bestuurder Exempla BV • Bestuurslid Coöperatie Paars Partnerschap (Defensie) (secretaris) • Bestuurslid Breedband Regio Eindhoven BV (BRE BV) • Lid Fontys Adviesraad MBO Fontys Lerarenopleidingen • Voorzitter SOM – Stichting Onderwijsarbeidsmarktfonds MBO (tot 10-06-2013) • Voorzitter CAO BVE (cao-overleg, vanaf 10-6-2013) • Lid Bestuur SaMBO – ICT (penningmeester) • Lid Bestuur United Brains • Lid Stuurgroep Facilitair Samenwerkingsverband ROC’s • Lid Raad van Toezicht Stichting KBB Vakopleiding Carrosseriebedrijf • Lid Stuurgroep Servicepunt Leren & Werken (penningmeester) • Lid Bestuur Stichting BeVam
Externe nevenfuncties • Voorzitter Stichting Manege Seurenheide in Well (ruitersport voor minder validen) • Voorzitter Stichting Ola Kala • Voorzitter Raad van Commissarissen Rabobank Horst Venray (vanaf 10-12-2013)
82
Jaarverslag / 2013
Externe nevenfuncties • Voorzitter van de Raad van Toezicht van Stichting Welzijn Deurne • Lid Raad van Advies Diemer & Ramaekers • Lid Raad van Advies van de Academie voor Midden-Management • Lid Bestuur Eindhovens Museum
Bijlagen Bijlage 5.
Beloning bestuurders en toezichthouders
Functie
Voorzittersclausule
Naam
van toepassing J/N
Ingangsdatum
Omvang
dienstverband
dienstverband
(in €)
Beloning
Belastbare vaste en
TOTAAL
Voorzieningen
variabele onkosten- beloning betaalbaar vergoeding
op termijn
Fte
2013
2013
2013
2013
BESTUURDERS Voorzitter CvB *
N
AHPM Wintels *
01-05-10
1,000
144.399
2.978
26.475
173.852
Lid CvB *
N
OB van Nugteren *
01-10-06
1,000
137.537
2.978
25.018
165.533
Voorzitter RvT
J
APA de Jong
01-04-10
9.600
-
-
9.600
Lid RvT
N
TMAJ Verhagen
09-10-06
6.400
-
-
6.400
Lid RvT
N
HPN Scheepers
18-12-06
6.400
-
-
6.400
Lid RvT
N
AC Westerveld
01-01-09
6.400
-
-
6.400
Lid RvT
N
JJA van den Berg
01-01-10
6.400
-
-
6.400
Lid RvT
N
IM Fleischeuer
01-11-12
6.400
-
-
6.400
TOEZICHTHOUDERS
* AHPM Wintels en OB van Nugteren hebben respectievelijk een nettoloon van € 79.354 en € 73.118
Nieuwe branchecode Op verzoek van de minister van OCW heeft Het Platform Raden van Toezicht mboinstellingen de branchecode ‘Beloningsclassificatiesysteem bestuurders mboinstellingen 2013’ opgesteld, waarbij rekening is gehouden met de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Dit voorstel is besproken met de MBO Raad en is ingegaan per 1 december 2013. Op basis van mbo studentenaantallen worden er drie klassen gehanteerd met de volgende minimum- en maximumbedragen, in aansluiting met de WNT bestaande uit de optelsom van salaris, pensioenbijdrage door de werkgever en onkostenvergoeding.
Grootte van de instelling
Minimumbedrag
Maximumbedrag
A: 0-8.000
€ 117.931,-
€ 160.094,-
B: 8.000-18.000
€ 133.897,-
€ 179.184,-
C: 18.000 en meer
€ 149.862,-
€ 198.279,-
Beide bestuurders hebben een lagere beloning dan het maximum van klasse B.
Jaarverslag / 2013
83
Postbus 6101 5600 HC Eindhoven summacollege.nl