Jaarverslag 2009
Jaarverslag 2009
Rekenkamer Oost-Nederland, Deventer, april 2010
Inhoudsopgave
Colofon Leeswijzer Voorwoord .......................................................................... 1 1.
Rekenkameronderzoeken 2009........................................ 3 1.1. 1.2. 1.3.
2.
Afgeronde onderzoeken ......................................................... 3 Onderzoeken in bewerking ..................................................... 5 Onderwerpselectie ............................................................... 6
Strategie.................................................................... 7 2.1. 2.2. 2.3.
3.
Tevredenheidsmeting PS ........................................................ 7 Samenwerking en informatie-uitwisseling ................................... 7 Onderzoekssuggesties vanuit de maatschappij ............................. 8
Interne organisatie ....................................................... 9 3.1. 3.2.
Personeel .......................................................................... 9 Kennismanagement .............................................................. 9
4.
Toelichting lasten 2009 ................................................ 11
5.
Staat van baten en lasten Rekenkamer Oost-Nederland ......... 17
6.
Balans 2009 ............................................................... 21
7.
Grondslagen van waardering en resultaatsbepaling .............. 21
8.
Toelichting staat van baten en lasten ............................... 24
9.
Toelichting op de balans ............................................... 25
10.
Overige gegevens ........................................................ 27
10.1. 10.2.
Bijlage 1
Accountantsverklaring ........................................................ 27 Voorstel voor resultaatsbestemming ....................................... 29
Toelichting jaarrekeningposten ............................... 33
Colofon De Rekenkamer Oost-Nederland is opgericht bij besluit van Provinciale Staten van Gelderland en Overijssel op 1 januari 2005. Vanaf dat moment is er volgens een gezamenlijk onderschreven besluit een Rekenkamer – een instelling onder regiem van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. Haar onderzoek is algemeen gericht op verbetering en bevordering van controle en kaderstelling door de beide Provinciale Staten. De Rekenkamer wordt gevormd door een driehoofdig bestuur en een uitvoeringsorganisatie. Het bestuur wordt gevormd door de volgende leden: P. van Dijk, voorzitter drs. R.S. de Heus EMIA RO, plv. voorzitter mr. Th.O.J. Lucardie De secretaris-directeur is drs. C.F.M. Bruggink RO De gegevens van de Rekenkamer Oost-Nederland zijn: Rekenkamer Oost-Nederland Achter de Muren Zandpoort 6 7411 GE Deventer Telefoon: 0570 66 58 00 E-mail:
[email protected]
Leeswijzer Het jaarverslag 2009 van de Rekenkamer Oost-Nederland start met het voorwoord en is vervolgens opgebouwd uit twee delen. In het eerste deel, het jaarverslag, verantwoordt het bestuur van de Rekenkamer zich over het gevoerde beleid. Allereerst komen in hoofdstuk 1 de afgeronde rekenkameronderzoeken aan de orde en de onderzoeken die nog in bewerking zijn. Verder wordt aandacht besteed aan de onderwerpselectie. Vervolgens gaat hoofdstuk 2 in op enkele aspecten van de strategie van de Rekenkamer. In hoofdstuk 3 komen personele en kennis aspecten aan bod. Tot slot geeft hoofdstuk 4 een toelichting op de verschillen tussen de budgetten en de realisatie. In het tweede deel, de jaarrekening, vindt de financiële verantwoording plaats. Een overzicht van de baten en lasten is te lezen in hoofdstuk 5 waarna in het 6e hoofdstuk de balans is weergegeven. De hoofdstukken 7, 8 en 9 geven de grondslagen en toelichtingen aan ten aanzien van de staat van baten en lasten en de balans. In hoofdstuk 10 tot slot is de verklaring van de accountant bij de jaarrekening en het voorstel van het bestuur voor de resultaatsbestemming opgenomen.
Voorwoord Het afgelopen jaar is door de Rekenkamer hard gewerkt aan verschillende onderzoeken. Wij hadden de ambitie om u naast de opgeleverde onderzoeken ook de rapporten over het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) en Nationale Landschappen (NL) eind 2009 op te leveren. Dit is helaas niet gelukt. Beide onderzoeken hebben om uiteenlopende een groter capaciteitsbeslag gehad dan aanvankelijk was voorzien. We hopen evenwel dat dit de kwaliteit alleen maar ten goede is gekomen. Voor de timing van de publicaties van beide onderzoeken in 2010 was er geen probleem. Die bleek bij nader inzien juist prima te zijn uitgepakt. Wij werken er ondertussen intern hard aan om in de toekomst de publicaties van onderzoeken beter over het jaar te spreiden. Daartoe hebben we de interne planning verbeterd. Tegelijkertijd merken we op dat de onderzoeksmaterie veelal complex is en we daardoor soms onverwacht meer informatie moeten verzamelen en analyseren dan was voorzien. We willen in elk geval geen concessies doen aan de kwaliteit van onze rapporten. Over kwaliteit gesproken. We zijn bijzonder verheugd over het feit dat ons rapport Reserves en Voorzieningen, opgeleverd aan u in maart 2009, bij de zes genomineerden hoort voor de Goudvinkprijs 2009 van de Nederlandse Vereniging van Rekenkamer en Rekenkamercommissies (NVRR). Een vakjury bepaalt jaarlijks welke Rekenkamer het beste Rekenkamerrapport heeft opgeleverd. Op 28 mei as. zal op het jaarlijkse NVRR-congres, dit maal gehouden in het Huis der provincie van Gelderland, de winnaar bekend worden gemaakt. Bij het zojuist genoemde onderzoek Reserves en Voorzieningen hebben we u, na de politieke behandeling, gevraagd naar uw mening. Zo kwamen onder meer de relevantie, kwaliteit en bruikbaarheid aan de orde. Het geeft ons veel nuttige informatie die we gebruiken om toekomstige onderzoeken nog beter te doen. Een kort verslag van de uitkomsten vindt u in paragraaf 1.1. Dan het financiële resultaat. We menen dat het geringe overschot laat zien dat we in staat zijn geweest om de aan ons toegekende publieke middelen optimaal in te zetten voor de doelen waarvoor de Rekenkamer is neergezet. Het eindoordeel daarover laten we graag aan.
Namens de Rekenkamer Oost-Nederland,
P. van Dijk, voorzitter
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
C.F.M. Bruggink, directeur
1
1.
Rekenkameronderzoeken 2009
In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens de afgeronde onderzoeken aan de orde (§1.1) en de overige onderzoeken die in 2009 in bewerking waren (§1.2). Daarna volgen de activiteiten die zijn verricht om tot het onderzoeksprogramma 2010 te komen (§1.3). 1.1.
Afgeronde onderzoeken
De Rekenkamer leverde in 2009 over drie onderzoeksthema’s in totaal zes rapporten op richting de Staten. De thema’s waren: 1. Reserves en voorzieningen; 2. Follow-up verdrogingsbestrijding; 3. Verkenning jeugdzorg.
Ad 1. Reserves en voorzieningen Dit rapport is in maart 2009 aan PS van beide Staten gezonden. De hoofdconclusie was dat nut en noodzaak van reserves en voorzieningen, op een enkele uitzondering na, buiten kijf staan. Verder is de verbetering van de onderbouwing van de hoogte van reserves en voorzieningen noodzakelijk om de doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid te kunnen waarborgen. Behandeling van het rapport in PS Bij de bespreking van het rapport in de commissie Algemeen Bestuur en Financiën van Gelderland op 1 april 2009, is besloten om de behandeling van het rapport te combineren met de bespreking van de beleidsnota 2009 inzake reserves en voorzieningen. Op 20 mei 2009 werd deze nota besproken. In de nota is aangegeven op welke wijze er invulling is of wordt gegeven aan de aanbevelingen. Op 27 mei heeft PS de nota vastgesteld. Op 20 mei 2009 werd in de commissie Economie Mobiliteit en Bestuur van Overijssel over het rapport gesproken. In deze vergadering werd eveneens de Nota Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen Provincie Overijssel 2009 behandeld. In deze nota is aangegeven op welke wijze er invulling is of wordt gegeven aan de aanbevelingen. Op 16 september 2009 heeft PS deze nota vastgesteld. Mening van PS over het rapport De Rekenkamer heeft na het onderzoek met een online enquête gepeild hoe PS het rapport Bestemmen voor de toekomst waarderen. De enquête is in totaal door twaalf Statenleden ingevuld. Het rapport voldoet volgens de meeste respondenten aan de verwachtingen. De meeste respondenten vinden het onderwerp ‘reserves en voorzieningen’ goed gekozen. Over de informatiewaarde van het rapport en de onderbouwing van de conclusies zijn twee respondenten niet tevreden, de overige respondenten wel. Over de behandeling van het rapport in de Statencommissies verschillen de meningen tussen de respondenten het sterkst, niet iedereen is daar tevreden over. Het rapport ‘Bestemmen voor de toekomst’ krijgt van de respondenten gemiddeld een zeven.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
3
Ad 2. Follow-up verdrogingsbestrijding Op 19 december 2006 heeft de Rekenkamer Oost-Nederland het onderzoeksrapport ‘Pappen en Nathouden, verdrogingsbestrijding in de provincies Gelderland en Overijssel’ aangeboden aan de leden van Provinciale Staten van Gelderland en Overijssel. Het bestuur van de Rekenkamer wilde graag PS inzicht geven in het vervolg op het rapport, het zogenaamde follow-up onderzoek. Het doel daarvan is inzicht te verkrijgen of, mede als gevolg van het rekenkamerrapport, acties zijn ondernomen om de geconstateerde problemen aan te pakken en te verbeteren. Het rapport is in april 2009 aan PS van beide provincies toegezonden. De algemene conclusie van het follow-up onderzoek was dat verdrogingsbestrijding in beeld is in beide provincies, dat er verschillende acties zijn opgepakt maar dat feitelijke resultaten zich grotendeels nog moeten uitwijzen. In het kader van het gewenste grond- en oppervlaktewaterregime (GGOR) worden bijvoorbeeld nog belangrijke keuzes en afspraken gemaakt over de hydrologische randvoorwaarden die nodig zijn om de natuurdoelen in TOP-gebieden te behalen. Daarmee wordt ook duidelijk wie wat moet doen om het afgesproken grondwaterregime te bereiken. Voor PS is het daarom van belang met regelmaat alert te blijven op de ontwikkelingen ten aanzien van verdrogingsbestrijding en zich te laten informeren over de uiteindelijke effecten op dit terrein. Behandeling van het rapport in PS In de Provincie Overijssel is het follow-up rapport op 20 mei 2009 via de lijst ingekomen stukken derden aangeboden aan de Statencommissie Ruimte, Water en Duurzaamheid. Het rapport heeft niet geleid tot verdere bespreking in de commissie. In de Provincie Gelderland is het follow-up rapport op 17 juni 2009 behandeld in de commissie Landelijke Gebied en Water. In het verslag van deze commissie staan verschillende vragen vanuit diverse fracties aan GS. GS heeft de vragen schriftelijk beantwoord via een brief op 21 september 2009 aan de commissie RWD.
Ad 3. Verkenning Jeugdzorg De Rekenkamer heeft aan de hand van een vooronderzoek de mogelijkheden voor onderzoek op een rij gezet. Op initiatief van de Rekenkamer is in juni 2009 een gesprek geweest met de Statencommissies die Jeugdzorg in hun portefeuille hebben. Door de Rekenkamer zijn daarbij drie opties aan de Statenleden voorgelegd: 1. onderzoek naar de wachtlijst 2. onderzoek naar de invoering van trajectfinanciering 3. Geen onderzoek op dit moment
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
4
Voor een onderzoek naar jeugdzorg na 2010 zijn daarnaast door de aanwezige Statenleden enkele suggesties gedaan: o o o o o o
Instroom/overdracht vanuit de centra voor jeugd en gezin Nazorg en recidive Effectiviteit van de doorverwijzing en behandelplannen Jeugd LVG en Jeugd GGZ Loverboys Effectiviteit van Eigen Kracht Conferenties
Unaniem werd door de aanwezige PS-leden aan de Rekenkamer aangegeven dat gezien de turbulente ontwikkelingen binnen de Jeugdzorg en met name rondom de problematiek van de wachtlijsten, er veel voor te zeggen was om te wachten met het uitvoeren van Rekenkamer onderzoek op dit terrein. Het bestuur van de Rekenkamer heeft dit advies overgenomen en voor 2009/2010 geen onderzoek naar jeugdzorg in de planning opgenomen. PS is hierover in juli 2009 geïnformeerd De Rekenkamer besteedt in haar onderwerpselectieproces wel continu aandacht aan dit maatschappelijk majeure onderwerp. Daarbij zullen de suggesties van de Staten en actuele ontwikkelingen in de afweging betrokken worden. 1.2.
Onderzoeken in bewerking
Naast de afgeronde onderzoeken is in 2009 gewerkt aan vier onderzoeken: 1. Investeringsbudget Landelijk gebied (ILG); 2. Nationale Landschappen ; 3. Bodemsanering; 4. Innovatieroute Twente. Ad 1. Investeringsbudget Landelijk gebied (ILG) Het doel van het onderzoek naar ILG is om PS inzicht te verschaffen in de wijze waarop de provincies hun regierol hebben opgepakt. De onderzoekswerkzaamheden voor ILG hebben vrijwel geheel plaatsgevonden in 2009. Door de Rekenkamer is aanvankelijk gestreefd naar afronding van de twee ILG-onderzoeken in Gelderland en Overijssel in 2009. Het bleek echter noodzakelijk meer gegevens te verzamelen dan aanvankelijk was gepland. Ook heeft de analyse van de omvangrijke hoeveelheid gegevens extra tijd gevergd. De rapporten zijn in maart 2010 aangeboden aan de beide Provinciale Staten.
Ad 2. Nationale Landschappen Het betreft een onderzoek uit het onderzoeksprogramma 2009 met als doel om allereerst inzicht te bieden in de bestuurlijke rol die de provincies Gelderland en Overijssel innemen in het Nationaal landschappenbeleid. Ten tweede om de doeltreffendheid van het gevoerde beleid tussentijds te evalueren. De onderzoekswerkzaamheden hebben voor het merendeel plaatsgevonden in 2009 en het rapport was ook gepland om op te worden opgeleverd aan PS in 2009. De Rekenkamer heeft in dit onderzoek Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
5
meerdere, deels nieuwe, onderzoeksmethodieken gebruikt. Zo is er een uitgebreide enquête uitgezet en zijn kaarten gebruikt om meer inzicht in de ruimtelijke effecten van het gevoerde beleid te geven. Het capaciteitsbeslag en de doorlooptijd vielen daardoor langer uit dan was voorzien. Het rapport wordt in mei 2010 aan PS van beide provincies opgeleverd.
Ad 3. Bodemsanering Het onderzoek naar bodemsanering heeft tot doel om zicht te krijgen op de beleidskeuzes die provincies op dit terrein hebben gemaakt en welke leerervaringen dit heeft opgeleverd voor het nieuwe bodemsaneringsbeleid voor de periode 2010-2014. In oktober 2009 is het onderzoek naar bodemsanering opgestart en naar verwachting zullen de onderzoekswerkzaamheden eind juni 2010 worden afgerond. De oplevering aan de beide Staten zal zo spoedig mogelijk en waarschijnlijk in september 2010 plaatsvinden.
Ad 4. Innovatieroute Twente Het onderzoek naar de innovatieroute is ingesteld naar aanleiding van een verzoek van de Overijsselse Staten. Het onderzoek is gestart in december 2009 en wordt opgeleverd in juni 2010 aan PS Overijssel. De Rekenkamer zal de resultaten ook onder de aandacht brengen van de PS Gelderland. Het onderzoek heeft tot doel inzicht te geven in de doelgerichtheid van de inzet van middelen. Verder worden er eventuele verbeterpunten aangereikt. Naast de provincie Overijssel wordt ook de Stuurgroep van het Innovatieplatform Twente betrokken in het proces van bestuurlijk hoor en wederhoor. De Stuurgroep bestaat uit een vertegenwoordiging van deelnemende partijen (w.o. Regio Twente en de Universiteit Twente). 1.3.
Onderwerpselectie
Het identificeren van interessante en relevante onderzoeksonderwerpen is een belangrijke kernactiviteit van de Rekenkamer. Immers het gaat hier om de kernvraag “doen we de goede onderzoeken”. Binnen het onderzoeksteam is de verantwoordelijkheid voor het continu monitoren van de ontwikkelingen rond de provinciale beleidsonderwerpen en thema’s verdeeld. Daardoor kan de aandacht binnen de Rekenkamer efficiënter en effectiever worden verdeeld. In 2009 is door een Statenfractie of een individueel Statenlid negen maal een verzoek ingediend of uitgesproken in bijvoorbeeld een commissievergadering om Rekenkameronderzoek te verrichten naar een bepaald onderwerp. Ook kwamen er drie onderzoeksverzoeken van inwoners uit Oost-Nederland. Alle verzoeken komen op een groslijst van de Rekenkamer. Door de onderzoekers worden er korte verkenningen uitgevoerd met de vraag of nader onderzoek opportuun is. De Rekenkamer hanteert hiervoor een set van criteria die zijn opgenomen in de onderzoeksprogramma’s van de Rekenkamer. Eén van de PS-verzoeken heeft de Rekenkamer omgezet in een rekenkamer onderzoek, nl. de Innovatieroute Twente (zie paragraaf 2.2). Voor toekomstige onderzoeksprogrammering Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
6
2.
Strategie
Het bestuur van de rekenkamer vindt het samen met haar onderzoeksteam van groot belang om zoveel mogelijk toegevoegde waarde te bieden voor het provinciaal bestuur. Zij doet dit onder meer door met regelmaat terug te kijken en daar lessen uit te trekken. Ook de band met Provinciale Staten is essentieel hierin. Daartoe zijn in 2009 gesprekken gevoerd met PS-leden (§ 2.1.). Verder is de blik naar buiten gericht door samenwerking en informatie-uitwisseling met andere rekenkamers (§ 2.2). Aparte aandacht wordt nog besteed aan de behoefte vanuit het bestuur om ook de maatschappij op enigerlei wijze te betrekken bij haar werkzaamheden (§ 2.3). 2.1.
Tevredenheidsmeting PS
De Rekenkamer Oost-Nederland heeft medio 2009 gesprekken gevoerd met de fractievoorzitters van de Staten van Overijssel en Gelderland. Daardoor is inzicht verkregen in zaken die goed gaan en zaken die nog om extra aandacht vragen. De fractievoorzitters toonden zich over het algemeen tevreden over het functioneren van de Rekenkamer. Er werden zes aandachtspunten aangegeven. Deze zijn in het kort: 1. oriëntatie op de vraag hoe de uitvoering van de follow-up in de toekomst het beste gewaarborgd kan worden; 2. duidelijk de procedure voor onderwerpverzoeken uiteenzetten en bekijken of deze interactiever kan worden gemaakt; 3. gericht betrekken van een fractiespecialist of een commissievoorzitter bij de voorbereiding op een onderzoek; 4. waar relevant (een selectie van) Statenleden actief betrekken bij de uitvoering van onderzoek; 5. data van presentaties van rekenkamerrapporten zo goed mogelijk overleggen met de griffies; 6. vanuit de behoefte van PS tot meer debat over rekenkamerrapporten nagaan of er mogelijkheden zijn om het bestuurlijk hoor en wederhoor niet meer uit te voeren. De Rekenkamer heeft de bovenstaande resultaten in oktober 2009 in de vorm van een brief aan PS van beide provincies toegestuurd. De aandachtspunten waren grotendeels al onder de aandacht bij de Rekenkamer en worden verder opgepakt. Wij zullen u actief betrekken bij de bespreking van de uitkomsten van aandachtspunt 1 betreffende het hoor en wederhoor. Ook aandachtspunt 2 zullen we communiceren tegelijk met het moment dat we u jaarlijks uitnodigen om onderzoeksuggesties neer te leggen bij de Rekenkamer. 2.2.
Samenwerking en informatie-uitwisseling
De blik van de Rekenkamer is van ‘buiten naar binnen’ gericht. Er wordt veel gedaan om de externe gerichtheid concreet vorm te geven. Zo zijn leden van het bestuur en onderzoekers regelmatig aanwezig in het provinciehuis. De commissie- en PS-vergaderingen worden regelmatig bezocht. Er zijn verder reguliere contactmomenten met Gedeputeerde Staten en de Commissarissen van de Koningin. Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
7
Ook in 2009 heeft de Rekenkamer bij de start van onderzoeken de betrokken ambtenaren geïnformeerd over doel en opzet van het onderzoek en konden er eventuele onduidelijkheden worden opgehelderd. Een dergelijke sessie gaat de Rekenkamer ook aan het eind van het onderzoeksproces houden met het oogmerk om de betrokken ambtenaren bij de overdracht van de onderzoeksresultaten van de Rekenkamer naar provinciale organisatie intensiever te betrekken. De provincie Lubelskie in het Zuidoosten van Polen heeft een jumelage overeenkomst met de provincie Gelderland. In het kielzog van deze jumelage heeft een kleine delegatie van de Rekenkamer een werkbezoek gebracht aan haar Poolse evenknie. Het doel was om kennis te maken en informatie uit te wisselen. Zo is onder meer gesproken over de overeenkomsten en verschillen van beide Rekenkamers en is onder meer een bezoek gebracht aan Sobibor. In december 2009 heeft de Rekenkamer een werkbezoek gebracht aan het huis der Provinciën in Brussel om zo meer zicht te krijgen op het beleidsveld Europa. Tevens zijn het Europees parlement en het Rekenhof van België bezocht. Er is het gebruikelijke overleg en informatie-uitwisseling geweest tussen de vijf provinciale rekenkamers. Waar mogelijk en nuttig wordt samengewerkt. Besturen en directeuren van de Provinciale Rekenkamers zien elkaar regelmatig, zo ook de medewerkers van de verschillende onderzoeksteams. De Rekenkamer Oost-Nederland is lid van de Nederlandse Vereniging van Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR). De voorzitter van de Rekenkamer is tevens vice-voorzitter van de NVRR. De NVRR kent verschillende themagerichte samenwerkingsverbanden (zogenaamde kringen). De Rekenkamer is betrokken bij de onderzoekskring en de rechtmatigheidskring en bij de Kring van Overijsselse Rekenkamers. Bij deze laatste kring wordt binnenkort besloten of ook de Gelderse gemeentelijke Rekenkamers zich hierbij kunnen aansluiten tot een nieuwe kring Oost. 2.3.
Onderzoekssuggesties vanuit de maatschappij
Het bestuur heeft in 2009 het plan opgevat om richting burgers de Rekenkamer meer zichtbaar te laten zijn. Bij de afronding van rapporten gebeurt dat door het publiceren van persberichten. In de uitvoering kunnen burgers betrokken worden door middel van bijvoorbeeld een interview of enquête. En ook bij de onderwerpselectie kunnen suggesties van burgers meerwaarde opleveren. Om dat laatste actiever op te zoeken is in september 2009 door de Rekenkamer aan de provincies gevraagd om een korte advertentie te plaatsen op de huis-aan-huis pagina in de lokale krant. In Overijssel heeft dat in september geleid tot plaatsing in ‘Zie Overijssel’. In reactie daarop hebben twee burgers de Rekenkamer benaderd met een onderzoekssuggestie. In Gelderland heeft de PS-commissie Algemeen Bestuur en Financiën aangegeven hier geen taak te zien voor de Rekenkamer. De Rekenkamer heeft dit advies overgenomen. Zij tracht nu op andere wijzen,
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
8
bijvoorbeeld via burgerpanels, te achterhalen waar de interesses van burgers liggen voor Rekenkameronderzoek.
3.
Interne organisatie
3.1.
Personeel
De management-assistentie is per juli ’09 structureel uitgebreid met 0,5 fte. Verder heeft één onderzoeker een nieuwe werkkring gevonden bij de provincie Gelderland. Een onderzoeker die al gedetacheerd was bij de Rekenkamer heeft daarop een vaste aanstelling gekregen. Het onderzoeksteam bedroeg in 2009 in totaal 4,8 fte. De rekenkamer heeft in het vierde kwartaal een werving en selectieprocedure opgestart voor één fte aan extra onderzoekscapaciteit. In de begroting 2010 van de Rekenkamer is hiervoor budget gereserveerd. Per 1 januari ‘10 is een nieuwe medewerkers/onderzoeker aangesteld voor de duur van drie jaar. Met alle medewerkers van de Rekenkamer heeft de directeur gesprekken gevoerd conform de jaargesprekscyclus van de provincie Gelderland. De voorzitter van het bestuur van de Rekenkamer voert deze gesprekken met de directeur. 3.2.
Kennismanagement
Het bestuur en directeur hebben gezamenlijk een training ‘omgaan met de media’ gevolgd. Het onderzoeksteam van de Rekenkamer heeft, naast individuele trainingen en opleidingen, ook gezamenlijk een training ‘effectief rapporten schrijven’ gevolgd. Deze training heeft onder meer als concreet resultaat opgeleverd dat de scanbaarheid (d.w.z. het snel kunnen opzoeken van relevante informatie) van Rekenkamerrapporten verder is toegenomen. De Rekenkamer wil de sturing op het zorgvuldig plannen van capaciteit en tijd voor de onderzoeken verder verbeteren en heeft daartoe intern aanvullende afspraken gemaakt. Het doel is om onderzoeken evenwichtig verspreid over het jaar te kunnen aanbieden aan PS. Dit doel kan evenwel niet los worden gezien van de kwaliteit van de rapporten. Daaraan wil de Rekenkamer geen concessies doen. Dit kan van invloed zijn op de doorlooptijd van onderzoeken. Ook het adequaat kunnen inspelen op actuele kwesties kan een aanpassing van de onderzoeksplanning noodzakelijk maken. Een onderzoeksorganisatie zoals de Rekenkamer verzamelt veel informatie voor haar activiteiten. Daarbij is de lijn ingezet om zoveel mogelijk digitaal te werken. Een groot deel van de stukken is al digitaal beschikbaar bij de provincies of bij andere partijen. Daar waar nog met papier wordt gewerkt worden deze stukken zoveel mogelijk gescand. De procedures en afspraken hierover worden in overleg met de archivaris van de provincie Gelderland en met de overige Provinciale Rekenkamers afgestemd.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
9
4.
Toelichting lasten 2009
In dit hoofdstuk wordt de staat van baten en lasten zoals weergegeven in hoofdstuk 5 van een toelichting voorzien. De toelichting is gebaseerd conform hetgeen hierover is bepaald in hoofdstuk 8 (toelichting staat van baten en lasten). Bestuur en Personeel Bestuursvergoeding en –kosten De reiskosten van het bestuur zijn in 2009 geboekt op reis- en verblijfkosten personeel. Daardoor is er minder uitgegeven dan begroot. Reis en verblijfkosten personeel Voor een belangrijk deel komt de stijging door het feit dat in 2009, zoals hierboven al stond vermeld, reiskosten van het bestuur hierop zijn geboekt. Advertentiekosten werving personeel Door het werven van een nieuwe onderzoeker zijn (incidentele) advertentiekosten gemaakt. Opleidingen Er is intensief gewerkt aan het verder vergroten van het kennis- en vaardighedenniveau van de individuele medewerkers. Financieel was de omvang hiervan echter minder dan begroot. Ook op teamniveau is er geïnvesteerd. Gezien de kennisintensieve werkzaamheden van de Rekenkamer zal het opleidingsbudget in de toekomst belangrijk blijven. Inhuur Externe deskundigen Het beschikbare budget voor de inhuur van externe deskundigen bleek voldoende te zijn om de geplande onderzoeken uit te kunnen voeren. Ook in 2009 zijn alle onderzoek uitgevoerd door of onder directe regie van het eigen personeel van de Rekenkamer. Op onderdelen van het onderzoeksproces is inhuur van externe deskundigheid gerealiseerd, bijvoorbeeld de onderzoeken ILG en Nationale Landschappen. Uitzendkrachten In 2009 is nog een half jaar capaciteit voor 0,5 fte managementassistentie ingehuurd. Inmiddels is dit omgezet in een dienstverband bij de Rekenkamer. Huisvesting Energielasten De energielasten zijn in de praktijk lager uitgekomen en zullen voor de toekomst lager worden begroot. Onroerende Zaakbelasting De OZB is lager uitgekomen dan begroot.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
11
Servicekosten Schoonmaakkosten Deze kosten zijn iets hoger uitgevallen dan begroot. Beveiliging Incidenteel zijn er in 2009 onderhoudskosten geweest aan de beveiligingsinstallatie. Onderhoudskosten De onderhoudskosten zijn vooraf lastig in te schatten. In de praktijk worden kosten als gevolg van incidentele aanpassingen aan de inrichting van het kantoor en het onderhoud van de tuin hierop geboekt. Telefoonkosten De telefoonkosten vallen lager uit dan begroot. Door de toename van het eigen personeel zal waarschijnlijk het begrote bedrag de werkelijkheid meer gaan benaderen. Informatievoorziening Onderhoud computerapparatuur De onderhoudskosten zijn iets hoger uitgevallen dan begroot. De rekenkamer werkt met laptops. Gezien de relatief kleine aantallen computers is het lastig een betrouwbare inschatting te maken van de onderhoudskosten. Gezien het belang van goed onderhoud zal hiervoor het gereserveerde budget worden aangehouden. Extern drukwerk De Rekenkamer heeft meerdere rapporten laten drukken. Hier is in toenemende mate kleur gebruikt omdat dit soms sterk ondersteunend kan zijn aan de leesbaarheid van onderzoeksresultaten. Het gebruik van kleur kost daarentegen meer dan was begroot. Voor toekomstige begrotingen zal hier meer rekening mee gehouden worden. Boeken In de praktijk is iets meer aan vakliteratuur uitgegeven dan was begroot. Aanschaf automatiseringsapparatuur In 2009 is de website van de Rekenkamer gerestyled. De kosten komen direct ten laste van de resultatenrekening. Het bleek niet nodig de bedrijfsreserve aan te spreken. Kantoor Kantoorbenodigdheden De aanschaf van kantoorbenodigdheden is lastiger te plannen. In 2009 vielen deze kosten lager uit dan begroot. Accountantskosten De accountant heeft enige extra kosten doorgerekend aan de Rekenkamer ten behoeve van de controle-werkzaamheden.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
12
Overig Algemene uitgaven In de begroting 2009 is deze post voor het eerst begroot. De uitgaven zijn lastig van tevoren in te schatten. In de praktijk is hier minder op uitgegeven dan was voorzien. Reserves Bedrijfsreserve (overschot/tekort) De Rekenkamer heeft een bedrijfsreserve voor o.m. investeringen in ICT, telefonie en kantoorinrichting voor zover deze niet uit de lopende begroting bekostigd kunnen worden. Ook kunnen eventuele extra activiteiten zoals bijvoorbeeld het organiseren van een symposium hiermee worden gefinancierd. In 2009 is er geen afboeking geweest op deze reserve. De bedrijfsreserve kan met maximaal 2% van het totaal budget per jaar worden gevoed tot een maximum van 3% van het jaarbudget. De bedrijfsreserve heeft inmiddels de maximale omvang bereikt. Onverdeeld resultaat Het onverdeelde resultaat van de Rekenkamer over 2009 bedraagt € 8.394,-.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
13
Jaarrekening 2009
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
15
5.
Staat van baten en lasten Rekenkamer Oost-Nederland
Baten Rekenkamer Oost-Nederland 2009, bedragen exclusief BTW Baten
Budget
€
Realisatie
€
Verschil
€
Realisatie
2009
2009
2009
2008
Bijdrage provincie Gelderland
424.483
421.550
2.933
423.849
Bijdrage provincie Overijssel
360.811
421.550
-60.739
353.736
€
Bijdragen Provincies
Onttrekking aan reserve BTW-Compensatie provincie Overijssel Creditrente bank Totaal
0
0
0
258.568
63.672
0
63.672
70.113
0
359
-359
0
848.966
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
843.459
5.507
1.106.266
17
Lasten Rekenkamer Oost-Nederland per 31 december 2009 Lasten
Budget
€
2009
Realisatie
€
2009
Verschil
€
2009
Realisatie
€
2008
Bestuur en Personeel Bestuursvergoedingen en -kosten Salarissen vast personeel Reis en verblijfkosten personeel Advertentiekosten werving personeel Opleidingen
41.270
35.297
376.763
414.199
20.808
29.148
0
6.010
20.808
18.283
35.992
5.973
379.498
-37.436
28.771
-8.340
0
-6.010
22.571 2.525
Subtotaal
459.649
502.939
-43.290
466.832
Inhuur Externe deskundigen Uitzendkrachten
161.584
88.736
0
19.031
Subtotaal
161.584
152.617
72.848
20.728
-19.031 107.767
53.817
173.345
Huisvesting Energielasten Verzekeringen Huren Onroerende zaak belasting
3.250
2.707
500
525
25.622
25.758
1.000
450
Subtotaal
30.372
2.393
543
489
-25
25.311
-136
431
550 29.439
933
28.624
Servicekosten Schoonmaakkosten Beveiliging
3.468
3.921
100
1.212
Onderhoudskosten
3.060
687
Telefoonkosten
5.306
3.470
Subtotaal
11.934
3.433
-453
378
-1.112
1.644
2.373
4.342
1.836 9.290
2.644
9.797
Informatievoorziening Onderhoud computerapparatuur
9.180
10.261
13.005
23.564
800
955
Contributie lidmaatschappen
1.785
1.890
Aanschaf automatiseringsapparatuur
3.570
6.730
0
0
Extern drukwerk Boeken
Aanschaf telefonie-apparatuur Subtotaal
28.340
13.499
-1.081
15.164
-10.559
502
-155
1.850
-105
19.707
-3.160
0
0 43.401
-15.061
50.722
Kantoor Kantoorbenodigdheden
6.500
Aanschaf meubilair Uitbesteding administratie aan Prv. Gld. Accountantskosten Subtotaal
3.620
0
0
7.959
7.959
4.149
0
6.557 0
3.714
4.468 18.173
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
6.220
2.880
4.955
-754 16.047
2.126
21.881
18
Overig Bankkosten
0
0
Overige opbrengsten
0
0
7.500
4.704
Algemene uitgaven Subtotaal
7.500
-10.768
0
0
0
11.913
2.796 4.704
2.796
1.145
Reserves BTW compensatie Overschot/tekort Overdracht rekeningresultaat Onverdeeld resultaat Subtotaal
Totaal
127.345
121.478
5.867
4.069
0
4.069
12.769
0
0
0
157.114
0
8.394
-8.394
43.811
131.414
129.872
1.542
353.920
848.966
843.459
5.507
1.106.266
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
140.226
19
6.
Balans 2009
Balans Rekenkamer Oost-Nederland per 31 december 2009 Activa BNG Postbank
2009
2008
222.761
335.203
6.900
5.364
Afstemrekening BNG
947
947
Afstemrekening giro
33
33
Transitoria
35.208
4.494
Vooruitbetaalde bedragen
10.408
0
185
46.252
276.443
392.293
Debiteuren Totaal
7.
Passiva
2009
2008
Crediteuren
6.808
307.783
233.228
12.686
8.394
43.811
Transitoria Onverdeeld resultaat Algemene reserve Bedrijfsreserve
Totaal
0
0
28.013
28.013
276.443
392.293
Grondslagen van waardering en resultaatsbepaling
Inleiding De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft. Deze voorschriften zijn eveneens van toepassing op de Rekenkamer Oost-Nederland. Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening In de jaarrekening is onderscheid gemaakt tussen algemene en specifieke grondslagen van waardering en resultaatsbepaling. De specifieke grondslagen betreffen enerzijds grondslagen zoals opgenomen in de ‘Financiële verordening Gelderland 2003’ (vastgesteld door Provinciale Staten) en de ‘Uitvoeringsregeling Financiële Verordening Gelderland 2003’ (nadere uitwerking van de financiële verordening door Gedeputeerde Staten). Anderzijds betreft het grondslagen die niet als zodanig zijn vastgelegd, maar de afgelopen jaren volgens de bestendige gedragslijn zijn gehanteerd. Algemene uitgangspunten De begrotingscijfers bestaan uit de primaire begroting en alle door het bestuur van de Rekenkamer Oost-Nederland goedgekeurde begrotingswijzigingen betreffende het verslagjaar. Het stelsel van baten en lasten is van toepassing. Baten en lasten worden tot het brutobedrag verantwoord. Onder baten en lasten vallen ook de over het eigen vermogen berekende bespaarde rente. De jaarrekening geeft, volgens normen die voor de provincie en dientengevolge voor de Rekenkamer Oost-Nederland als aanvaardbaar worden beschouwd, een zodanig inzicht dat een verantwoord oordeel kan worden gevormd over de financiële positie en over de baten en lasten. De jaarrekening en de toelichtingen geven getrouw, duidelijk en stelselmatig de baten en lasten van het begrotingsjaar, evenals het saldo Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
21
ervan weer. De jaarrekening geeft tevens een getrouw, duidelijk en stelselmatig inzicht in de financiële positie aan het einde van het begrotingsjaar. De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke. Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming te weten vier jaar. Activa Vaste activa Alle vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Materiële vaste activa met economisch nut. Alle investeringen met een economisch nut - dit zijn verhandelbare dan wel middelen genererende investeringen - worden geactiveerd, tenzij sprake is van een ideaalcomplex. Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Liquide middelen en overlopende posten. Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
22
Passiva Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Specifieke grondslagen Investeringen, waardering activa en afschrijving Financiële verordening Gelderland 2003 De provincie Gelderland hanteert de volgende afschrijvingstermijnen voor investeringen met een economisch nut: • geactiveerde kosten van agio en disagio: 5 jaar; • bedrijfsgebouwen: 40 jaar; • renovatie, restauratie en aankoop bedrijfsgebouwen: 20 jaar; • veiligheidsvoorzieningen in bedrijfsgebouwen, telefooninstallaties en kantoormeubilair: 10 jaar; • zware transportmiddelen, aanhangwagens, personenauto’s, lichte motorvoertuigen en technische hulpmiddelen: 5 jaar; • automatiseringsapparatuur en –programmatuur: 3 jaar; • bijdragen aan activa in eigendom van derden: 15 jaar. Op gronden en terrein wordt niet afgeschreven. Kosten verbonden aan het afsluiten van geldleningen worden direct ten laste van de exploitatie gebracht. De materiële vaste activa met economisch nut met een verkrijgingsprijs lager dan € 25.000,- worden niet geactiveerd, met uitzondering van gronden en terreinen die altijd worden geactiveerd. Uitvoeringsregeling Financiële Verordening Gelderland 20031 Activa worden annuïteitsgewijs afgeschreven. Op nieuwe activa wordt afgeschreven als op 30 juni van het jaar meer dan de helft van het begrote bedrag voor het nieuwe activum is uitgegeven. Het daaraan gerelateerde afschrijvingsbedrag wordt gebaseerd op: • de begrote investering als nog niet het gehele begrote bedrag is uitgegeven; • de werkelijke investering als geen bedragen meer worden uitgegeven. De uitgaven tot en met 30 juni worden op 1 juli vastgesteld.
1
De uitvoeringsregeling is vastgesteld door Gedeputeerde Staten, en is een nadere uitwerking van de Financiële Verordening, die door Provinciale Staten is vastgesteld.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
23
Rente Bestendige gedragslijn De jaarlijkse rente is berekend volgens de renteomslagmethodiek. De systematiek van renteomslag is als volgt. De rente die wordt omgeslagen betreft rente van opgenomen langlopende geldleningen, de toevoeging van rente of inflatiecorrectie aan reserves en voorzieningen (bespaarde rente) en de rente over het financieringstekort.
Alle reserves en voorzieningen krijgen een inflatiecorrectie teneinde de geplande activiteiten te kunnen blijven realiseren. Over het totaal aan reserves en voorzieningen wordt een rentevergoeding berekend tegen een rentepercentage dat gebaseerd is op de kapitaalmarkttarieven van het afgelopen jaar. Het verschil tussen deze rentevergoeding en de inflatiecorrectie wordt toegevoegd aan de reserve ‘Egalisatiefonds reserves en voorzieningen’. De rente over het financieringstekort betreft een renteberekening over het verschil tussen de stand van de bestemmingsreserves en de boekwaarde van de vaste activa. Dit verschil wordt vervolgens vermenigvuldigd met een rentepercentage – afgeleid van geldmarkttarieven – en geeft het rentebedrag. Over een beperkt aantal reserves en voorzieningen zijn specifieke voorschriften voor rentetoerekening bepaald door het Rijk c.q. de Europese Commissie. Het verschil met de toegerekende inflatiecorrectie wordt gecorrigeerd op de overrente die is toegerekend aan het ‘Egalisatiefonds reserves en voorzieningen’. De som van bovenstaande drie elementen (rente langlopende geldleningen, bespaarde rente en rente financieringstekort) wordt omgeslagen over de vaste activa. Vervolgens komt deze rente ten laste van functies, kostenplaatsen en activa. Met de op balansdatum lopende rente van opgenomen en verstrekte langlopende geldleningen is rekening gehouden.
8.
Toelichting staat van baten en lasten
Baten De Rekenkamer Oost-Nederland wordt, zoals afgesproken in de WGR Rekenkamer Oost-Nederland, ieder voor de helft gefinancierd door de provincies Overijssel en Gelderland. De Rekenkamer betaalt BTW over de door haar ingekochte leveringen en diensten. Op grond van de zogeheten transparantiemethode kan deze BTW door de provincies geclaimd worden bij het BTW-compensatiefonds. Dit betekent per saldo dat het beschikbaar gestelde budget geheel ten goede kan komen aan activiteiten van de Rekenkamer. Voor de beide provincies verloopt de BTW-verrekening budgetneutraal.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
24
De hiervoor beschreven werkwijze is terug te voeren op de besluiten die daarover zijn genomen door de Provinciale Staten van de provincie Overijssel (kenmerk PS/2006/80, 23 januari 2006) en door Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland (zaaknummer 2006-001079, 17 januari 2006). Lasten In de staat van baten en lasten worden de uitgaven (realisatie) afgezet tegen de begrote budgetten van 2009. De cijfers worden van een toelichting voorzien wanneer: • er sprake is van een afwijking van 10% meer of minder ten opzichte van het budget (bij verschillen die minder bedragen dan € 500,- wordt geen toelichting gegeven); • of wanneer de afwijking meer is dan € 50.000,-; Alle gerealiseerde bedragen zijn exclusief BTW.
9.
Toelichting op de balans
Hieronder worden enkele posten van de balans (zie hoofdstuk 6) nader gespecificeerd. Transitoria (passiva) Het gaat om nog te betalen kosten waarvan het meest substantieel zijn de personeelskosten van het vierde kwartaal aan de provincie Gelderland. Transitoria (activa) Het gaat om nog te ontvangen kosten waarvan de teruggave over het vierde kwartaal van de BTW van de beide provincies het meest substantieel zijn. Onverdeelde resultaat Deze post is gelijk aan het resultaat van de staat van baten en lasten (hoofdstuk 5). Algemene reserve Deze post betreft de bestemming van het resultaat uit 2005 van de Rekenkamer en is via de jaarrekening 2005 toegekend aan de algemene reserve van de Rekenkamer voor de jaren 2006, 2007 en 2008. Voor 2009 e.v. is deze reserve niet meer beschikbaar. Bedrijfsreserve In de begroting 2009 is aangegeven dat een bedrijfsreserve opgenomen zal worden conform de richtlijnen die de provincie Gelderland hierover heeft afgesproken. De bedrijfsreserve is bedoeld voor de aanschaf van computerapparatuur, telefonie en meubilair en extra activiteiten zoals bijvoorbeeld het organiseren van een symposium. In 2009 is de bedrijfsreserve niet gebruikt.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
25
10.
Overige gegevens
In dit hoofdstuk is in de eerste paragraaf de verklaring van de accountant bij de jaarrekening 2009 van de Rekenkamer opgenomen. Vervolgens is in de tweede paragraaf een voorstel voor de resultaatsbestemming beschreven. 10.1.
Accountantsverklaring
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de jaarrekening 2009 van de Rekenkamer Oost Nederland, bestaande uit de balans per 31 december 2009 en de staat van baten en lasten over 2009 met de toelichting gecontroleerd. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de Rekenkamer Oost Nederland is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven, en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting, en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen en provinciale verordeningen zoals door de Provincie Gelderland in het Statenbesluit PS2004-907 is bevestigd. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van zowel de baten en lasten als de activa en passiva, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat en voor de naleving van de relevante wet- en regelgeving, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 217, tweede lid van de Provinciewet. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder het Besluit accountantscontrole provincies en gemeente. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
27
materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van zowel de baten en lasten als de activa en passiva, alsmede het voor de naleving van de wet- en regelgeving relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zij, maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de Rekenkamer Oost Nederland. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving, van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de Rekenkamer Oost Nederland heeft gemaakt, en een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% van de totale lasten. Deze goedkeuringstolerantie is door de Provinciale Staten Gelderland in haar vergadering van 26 januari 2005 vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van de Rekenkamer Oost Nederland een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2009 als van de activa en passiva per 31 december 2009 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen waaronder provinciale verordeningen. Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften van regelgevende instanties Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 217 lid 3 onder d Provinciewet melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening.
Almelo, 28 april 2010 Eshuis, Registeraccountants B.V.
drs. M.H.W. Schaepers RA
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
28
10.2.
Voorstel voor resultaatsbestemming
Het rekeningresultaat 2009 voor resultaatbestemming bedraagt € 8.394,-. Het bestuur van de Rekenkamer stelt voor dit rekeningresultaat conform het besluit Begroting en Verantwoording, ieder voor de helft, toe te voegen aan de Algemene Reserves van de provincies Gelderland en Overijssel.
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
29
Bijlagen
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
31
Bijlage 1 Toelichting jaarrekeningposten Onder de jaarrekeningposten worden de volgende onderdelen gevat: Bestuur en Personeel Bestuursvergoedingen en kosten
Salarissen vast personeel
Opleidingen
Reis- en verblijfkosten personeel
-
Vergoedingen Toelagen Consignaties Bruto salaris Sociale lasten/premies Secundaire arbeidsvoorwaarden Eenmalige toelagen Overwerk Gratificaties Overige personeelskosten Cursussen Seminars Opleidingen Dienstreizen Woon-werkverkeer
-
Inhuur extra capaciteit projecten Uitbesteding onderzoeken
-
Gas, water, licht Brand-/inboedelverzekering Aansprakelijkheidsverzekering
-
Schoonmaak pand binnen en buiten
-
Vaste telefonie Mobiele telefonie
-
Vakliteratuur Abonnementen
-
Laptops, server, netwerk etc. Telefooncentrale, vaste telefoons, mobiele telefoons
-
Papierwaren Postzegels Kantoormachines Kantoormeubelen (kasten, stoelen ed.) Verlichting Financiële administratie Personele administratie Jaarrekening controle rekenkamer
-
Te betalen rente
-
Nagekomen claim van het BTW-compensatiefonds
Advertentiekosten werving personeel Inhuur Externe deskundigen Uitzendkrachten Huisvesting Energielasten Verzekeringen Huren Onroerende zaak belasting Servicekosten Schoonmaakkosten Beveiliging Telefoonkosten Onderhoudskosten Informatievoorziening Onderhoud computerapparatuur Extern drukwerk Boeken Contributie lidmaatschappen Aanschaf automatiseringsapparatuur Aanschaf telefonieapparatuur
Kantoor Kantoorbenodigdheden
Aanschaf meubilair Uitbesteding administratie aan prv. Gelderland Accountantskosten
Bankkosten Overig Overige opbrengsten Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
33
Algemene kosten Reserves BTW compensatie Bedrijfsreserve (overschot/tekort) Overdracht rekeningresultaat 2006 Onverdeeld resultaat
Jaarverslag 2009 Rekenkamer Oost-Nederland April 2010
-
Tuinonderhoud, huishoudelijke zaken
-
Te betalen BTW Bedrijfsreserve rekenkamer, max. 5% tot. Budget
34