JAARSTUKKEN 2009 April 2010
JAARSTUKKEN 2009 April 2010
Jaarstukken 2009 Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
Jaarstukken
2009
Jaarstukken 2009 1.1 Inleiding 1.1.1 Jaarverslag 1.1.2 Jaarrekening 1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusie op de hoofdlijnen 1.3 Resultaatbestemming 1.4 Leeswijzer
9 9 10 11 20 27
Beleidsverantwoording 2.1 Programmaverantwoording 2.1.1 Stadsvisie “Leeuwarden fier verder! Op weg naar een duurzame stad” 2.1.2 Meerjareninvesteringsprogramma 2009 2.1.3 Programma’s Programma Cultuur (1) Programma Jeugd en onderwijs(2) Programma Economie en toerisme (3) Programma Zorg en opvang (4) Programma Werk en inkomen (5) Programma Wonen (6) Programma Infrastructuur/bereikbaarheid (7) Programma Dienstverlening (8) Programma Politiek bestuur (9) Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10) Programma Sport (11) Programma Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen (12) Programma Milieu, energie, water (13) Programma Woon- en leefomgeving (14) Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
29 29 36 39 41 53 63 81 93 109 123 139 149 155 165 171 179 197 211
2.2 Paragrafen 2.2.1 Lokale Heffingen 2.2.2 Weerstandsvermogen 2.2.3 Onderhoud Kapitaalgoederen 2.2.4 Financiering 2.2.5 Bedrijfsvoering 2.2.6 Verbonden Partijen 2.2.7 Grondbeleid 2.2.8 Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds
220 220 222 225 229 231 241 243 246
Financiële rekening en balans 3.1 Financieel resultaat 3.1.1 Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen 3.1.2 Financiële overzichten 3.2 Balans 3.2.1 Balans 3.2.2 Toelichting op de balans 3.3 Verantwoording Specifieke Uitkeringen Accountantsverklaring (indien de goedkeurende verklaring binnenkort wordt
255 255 270 274 274 276 299 300
afgegeven, zal deze opgenomen worden in de memorie van antwoord)
Kerngegevens
301
5
Jaarstukken 2009 Inhoudsopgave
Overzicht bijlagen
Bijlageboek A Rapportage majeure projecten B Informatieraster C Verbonden partijen D Overzicht reserves en voorzieningen E Overzicht van gewaarborgde geldleningen F Overzicht ombuigingen G Samenvatting uitkomsten auditrapportages 2009 H Overzicht van de personele sterkte, personeelslasten en personeel van Derden I Aanwending onvoorzien/taxatiefouten J Overzicht incidentele baten en lasten K Verantwoordingsinformatie Specifieke Uitkeringen (SISA-bijlage) (Nog niet beschikbaar; wordt opgenomen in de memorie van antwoord)
L Monitors Inkomen en Werk & Participatie
6
Jaarstukken 2009 Samenstelling van het bestuur
Samenstelling
van
het
bestuur
Burgemeester dhr. drs. F. J.M. Crone
Wethouder dhr. M. Florijn MA
Portefeuilles:
Portefeuilles:
Programma Openbare orde & veiligheid
Programma Politiek bestuur
Kabinetszaken
Programma economie (onderdeel toerisme)
Programma Werk en inkomen
Programma Dienstverlening
Programma Sport
Bedrijfsvoering
Wethouder dhr. G. Krol (loco burgemeester)
Wethouder mw. Y. Diks
Portefeuilles:
Portefeuilles:
Programma Jeugd en onderwijs
Programma Cultuur
Programma Infrastructuur/ bereikbaarheid
Programma Milieu, energie en water
Programma Algemene dekkingsmiddelen en
Programma Woon- en leefomgeving
onvoorzien
Financiën
Wethouder dhr. Drs. H. S. Deinum
Wethouder dhr. drs. W.R. Sluiter
Portefeuilles:
Portefeuilles:
Programma Ruimtelijke ordening
Programma Zorg en opvang
Programma Economie en toerisme
Programma Wonen
(onderdeel economie)
Grote Stedenbeleid
Grondbeleid
Gemeentesecretaris drs. C.H.J. Brugman
V.l.n.r. wethouder Deinum, wethouder Sluiter, wethouder Krol, burgemeester Crone, wethouder Diks, wethouder Florijn en gemeentesecretaris Brugman
7
1. Jaarstukken 2009
8
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
1. J a a r s t u k k e n
2009
1.1 Inleiding In de jaarstukken 2009 wordt verantwoording afgelegd over de programmabegroting 2009. De jaarrekening en het jaarverslag zijn in één document gebundeld. De opbouw van de jaarstukken kan grafisch als volgt worden weergegeven.
Jaarstukken
Jaarverslag
Programma verantwoor ding
Paragrafen
Jaarrekening
Programma rekening
Balans
1.1.1 Jaarverslag Volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) bestaat het jaarverslag ten minste uit de programmaverantwoording en de paragrafen. Programmaverantwoording In de programmaverantwoording is per programma inzicht gegeven in de mate waarin de strategische hoofddoelen zijn gerealiseerd. In de tabel met de subdoelstellingen is in de kolom ‘Realisatie 2009’ de meting van de indicatoren in 2009 weergegeven. In de kolom ‘Saldo’ wordt het verschil van deze realisatie ten opzichte van de prognose in de programmabegroting 2009 weergegeven. Na de tabellen met de prestaties wordt, onder “Analyse en toelichting”, een eventuele afwijking in de doelstellingen, uitgedrukt in indicatoren, zonodig toegelicht onder de vraag: ‘Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?’. In de tabellen van de prestaties (incidenteel, structureel en onder speerpunten begrotingsjaar) is aangegeven of een prestatie wel, niet, gedeeltelijk of anders is uitgevoerd. De verklaring van afwijkingen van de prestaties of een nadere toelichting zijn ook opgenomen onder “Analyse en toelichting”. Onder de vraag: “Wat wilden we ervoor doen en wat hebben we gedaan?” Onder het kopje per programma Analyse en toelichting worden in ieder geval de relevante afwijkingen toegelicht. De volgende vuistregels zijn hiervoor gehanteerd: Subdoelstellingen – indicatoren. Subdoelstellingen worden beschreven als een gewenste toestand en vertaald in meetbare indicatoren. De realisatie van deze doelen wordt uitgedrukt in de indicatoren en wordt nader geanalyseerd als tussen de gerealiseerde en geprognosticeerde indicatoren:
9
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
Welke afwijkingen analyseren? Hiervoor wordt de volgende vuistregel gehanteerd. •
Als het verschil tussen de indicator bij een bepaald effect in de begroting van 2009 en de jaarrekening van 2009 groter is dan 10 %.
Een subdoel is niet geanalyseerd als het betreffende subdoel in de nieuwe programmabegroting is geschrapt. Prestaties Als een prestatie niet, gedeeltelijk of anders is uitgevoerd dan is vastgelegd in de begroting, wordt deze afwijking verklaard. Omgekeerd geldt ook dat een prestatie die wel is verricht, maar niet in de begroting is opgenomen, wordt toegelicht en verklaard. Kosten De gerealiseerde baten en lasten worden zonodig toegelicht onder de vraag; ‘Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost?’. Deze analyse vindt op programmaniveau plaats en niet per te onderscheiden hoofddoel. Baten en lasten Deze toelichting is opgebouwd uit een drietal componenten te weten: 1.
kapitaallasten;
2.
apparaatskosten;
3.
overige lasten;
4.
de totale baten.
Kapitaallasten Afwijkingen op de kapitaallasten zijn per onderwerp binnen een programma toegelicht als de afwijking groter is dan € 100.000. In de toelichting is vermeld welke investeringskredieten de afwijking hebben veroorzaakt en wat de reden is (bijvoorbeeld vertraging in de uitvoering als gevolg van een bezwaarprocedure, een onjuiste planning etc.). Apparaatskosten De apparaatskosten worden per programma toegelicht indien sprake is van een afwijking groter dan 25% ten opzichte van het bedrag gemeld in de gewijzigde begroting en voor zover de afwijking groter dan € 250.000 is en er een causaal verband bestaat met het aantal geleverde prestaties. De toelichting op de apparaatskosten is gericht op een verklaring van het verschil tussen de gerealiseerde en geraamde productieve uren. Overige lasten en totale baten Het resultaat op een programma moeten worden toegelicht indien t.o.v. de begroting: •
op het saldo van de overige lasten en de baten sprake is van een afwijking groter dan € 100.000;
•
er sprake is van afwijkingen op de totale begrote lasten en/of baten groter dan € 250.000.
Conclusie programma Tot slot wordt er per programma een conclusie getrokken. Conclusies kunnen worden getrokken op grond van de analyse van de afwijkingen op effecten, prestaties en financiën. Deze conclusies zijn van belang voor de kaderbrief en de begroting voor het volgende jaar (bijvoorbeeld een bepaalde prestatie kan beter niet meer uitgevoerd worden omdat deze geen enkele bijdrage levert aan het beoogde effect). Paragrafen Voor de paragrafen geldt dat over de beleidsvoornemens, die in de paragrafen van de programmabegroting 2009 zijn opgenomen, verantwoording wordt afgelegd. Als een beleidsvoornemen niet (volledig) is gerealiseerd, dan wordt aangegeven - naast de oorzaken van het niet realiseren - welke conclusie daaruit wordt getrokken. 1.1.2 Jaarrekening Volgens het BBV dient de jaarrekening ten minste te bestaan uit de programmarekening en balans met toelichting.
10
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
Programmarekening De programmarekening bevat conform art.27 BBV: •
de gerealiseerde lasten en baten per programma (programma 1 t/m 14);
•
het overzicht van de gerealiseerde algemene dekkingsmiddelen (programma 15);
•
het gerealiseerde resultaat voor bestemming (excl. toevoegingen en onttrekkingen aan reserves);
•
de werkelijke toevoegingen en onttrekkingen aan reserves;
•
het gerealiseerde resultaat na bestemming.
Op de programmarekening wordt een toelichting op hoofdlijnen gegeven. In art. 28 van het BBV wordt bepaald dat de programmarekening tevens bevat: •
een overzicht van de aanwending van het bedrag aan onvoorzien;
•
een overzicht van de incidentele lasten en baten.
De Balans met toelichting De balansindeling is in overeenstemming met de bepalingen van het BBV en wijkt in principe niet af van de indeling zoals die het afgelopen jaar ook al in de gemeenterekening is gepresenteerd. Single Information/Single Audit (SISA) Sinds 2006 vindt de verantwoording van een groot aantal specifieke uitkeringen plaats via de SISA methodiek. De achtergrond hiervan is het terugdringen van de administratieve lasten bij de gemeenten. De invoering van SISA heeft tot gevolg dat over 2009 bij 84 specifieke uitkeringen er geen afzonderlijke verantwoording en accountantsverklaring meer nodig is naar het Rijk of andere medeoverheden. Deze verantwoording vindt nu plaats in de jaarstukken 2009 van de gemeente via een afzonderlijke bijlage met verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen 2009. Wat betreft de gemeente Leeuwarden gaat het in 2009 in totaal om 30 specifieke uitkeringen, waaronder de WWB en de brede doeluitkeringen in het kader van het Grote Steden Beleid. Van het totale aantal via SISA verantwoorde specifieke uitkeringen hebben 26 betrekking op verantwoording aan het Rijk en 4 op verantwoording aan medeoverheden. Op grond van artikel 24 lid 3 van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) maakt de bijlage met verantwoordingsinformatie specifieke uitkeringen onderdeel uit van de jaarrekening van de gemeente. De bijlage dient opgenomen te worden in het bijlagenboek (bijlage K). Omdat een aantal gegevens van het Grote Stedenbeleid nog niet beschikbaar zijn, zal deze bijlage opgenomen worden in de Memorie van Antwoord die onderdeel gaat uitmaken van de jaarstukken 2009.
1.2
Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen.
Programmaverantwoording Hierna worden op hoofdlijnen de belangrijkste beleidsmatige en financiële afwijkingen en conclusies van de programma’s aangegeven. Algemeen De realisatie van de voorgenomen doelstellingen en ambities (wat wilden we bereiken?), zoals die in de begroting 2009 zijn opgenomen, is over het algemeen goed verlopen. Belangrijke gerealiseerde doelen/prestaties zijn: Wat ging goed? 1.
Implementatie cultuurnota “CultuurVuur” is in volle gang. De ambities: een productiehuis Pop en een productiehuis Jongerentheater zijn beide gerealiseerd.
2.
Filmhuis wordt gevestigd in de nieuwbouw van het Fries museum.
3.
3 brede scholen zijn gerealiseerd en in 3 wijken is een Centrum voor Jeugd en Gezin opgericht.
11
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
4.
Er zijn goede resultaten geboekt met het voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaters.
5.
Effecten aanpak stedelijke economie: € 135 miljoen uitgelokte investering, 300 directe arbeidsplaatsen en 250 indirecte arbeidsplaatsen, 30 startende ondernemers (minimaal 60 fte).
6.
De Atoglaslocatie is aangekocht t.b.v. de Watercampus.
7.
Er zijn voorbereidingen getroffen voor de aanleg van een fijnmazig glasvezelnet “fiber to the home” (650 km)
8.
De nieuwe wet Wmo is ingevoerd en er is grote tevredenheid onder gebruikers van “hulp in de huishouding”, gehandicaptenvoorzieningen en WMO-vervoer.
9.
Er zijn vier multifunctionele centra gerealiseerd in Leeuwarden.
10.
In Leeuwarden was de stijging van het bijstandsbestand lager dan het landelijk gemiddelde. De aanpak van het bevorderen van de uitstroom naar regulier werk is ondanks de economische tegenwind erg succesvol.
11.
In Leeuwarden behaalt ruim 80 procent van de deelnemers het inburgeringexamen: het hoogste percentage van het land.
12.
In verband met de crisis in de woningmarkt is door de gemeente het Platform Aanpak Woningmarkt Leeuwarden (PAWL) opgericht. Samen met de marktpartijen is het gelukt bruto woningbouwproductie realiseren van 411 (ondergrens van de gewenste bandbreedte van 400–640 woningen per jaar).
13.
Twee panden in hart van de binnenstad (St. Jacobsstraat en Zaailand) zijn aangekocht voor de realisatie van bewaakte fietsenstalling met een totale capaciteit van 1150 fietsen.
14.
Het project Callcenter is afgerond en het nieuwe telefoonnummer van de gemeente 14058 is
15.
Met de provincie is een Samenwerkingsagenda vastgelegd waarin de komende 10 jaar gezamenlijk 5
operationeel. grote projecten met prioriteit worden ontwikkeld en uitgevoerd 16.
Het aantal meldingen bij het Meldpunt Overlast is gedaald evenals het aantal minderjarige veelplegers.
17.
FVC is verhuist naar het Wiardacomplex.
18.
De afvalstoffenheffing is verlaagd.
19.
Duurzame mobiliteit (vooral elektrische) is goed gepromoot.
20.
De realisatie van een Groenkaart inclusief een uitvoeringsprogramma, meer openbaar groen en minder regels is gunstig voor het openbaar groen in de stad.
Wat moet nog? 1.
De ambitie om een sterke culturele basisinfrastructuur in stand te houden is nog niet gerealiseerd.
2.
Kritisch kijken naar de mate van doelmatigheid van de bijzondere bijstand.
3.
Door verdere intensivering van de samenwerking op het Werkplein met alle betrokken partijen en de extra impulsen vanuit het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid moet de hoge jeugdwerkloosheid aangepakt worden.
4.
Uitwerking processen t.b.v. de organisatie van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht WABO).
5.
De afhandeling van vragen via e-mail en post moet worden verbeterd en het aantal webdiensten moet worden uitgebreid.
6.
De aanpak jeugdoverlast en –criminaliteit moet worden verbeterd. De werkwijze van de Taskforce jeugdoverlast moet geborgd en ingebed worden in het veiligheidshuis.
7.
Gebruiksvriendelijk inzien van digitale ruimtelijke plannen verbeteren.
8.
Terugdringen aantal meldingen illegale dump.
9.
Verdiepingsslag aanpak energiebesparing particuliere woningbouw.
10.
Op plaatsen waar het niveau hoog moet zijn m.b.t. onderhoud groen is dit niet overal gehaald.
Financieel resultaat 2009 Ten opzichte van de gewijzigde begroting is in 2009 een voordelig resultaat behaald van € 13,97 mln. In Turap-II werd een voordelig verwacht resultaat gemeld €3,94 mln. Het verschil tussen rekening en Turap-II wordt voor een belangrijk deel verklaard door: - een hogere algemene uitkering uit het gemeentefonds (voordeel € 4,1 mln); - een groter voordeel op apparaatskosten (voordeel €0,7 mln); - verkoop Essent (voordeel € 1,8 mln);
12
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
- voordeel speelruimten (€ 0,9 mln); - een groter voordeel op de WWB uitkeringen, inkomensdeel (voordeel € 1,2 mln); - diverse stelposten incl. onvoorzien (voordeel € 0,7 mln); - een grotere storting in de voorziening lopende procedures (nadeel € 0,5 mln) Hieronder worden de belangrijkste mee- en tegenvallers per programma vermeld en toegelicht. x € 1.000 Programma 2 – Jeugd en onderwijs*
2.141
voordeel
Programma 4 - Zorg en opvang*
1.734
voordeel
Programma 5 - Werk en inkomen*
2.071
voordeel
Programma 6 - Wonen*
1.470
nadeel
Programma 15 – Algemene dekkingsmiddelen*
5.247
voordeel
- kapitaallasten
1.604
voordeel
- apparaatskosten
2.027
voordeel
619
voordeel
- saldo overige voor- en nadelen Resultaat 2009
13.973
voordeel
* in de bedragen van de genoemde programma’s in deze tabel zijn de kapitaallasten, de apparaatskosten en het saldo overige voor- en nadelen niet meegenomen. De achtergrond van de belangrijkste verschillen is: •
Jeugd en onderwijs Een voordeel is ondermeer ontstaan door nog niet bestede middelen voor speelruimtebeleid (€ 0,9 mln), brede scholen (0,3 mln), voortijdig schoolverlaten (€ 0,2 mln). Op het gemeentelijk budget voor onderwijsachterstandenbestrijding, kwaliteit in onderwijs, voortijdig schoolverlaten is daarnaast een voordeel ontstaan door inzet van middelen Grotestedenbeleid (€ 0,5 mln).
•
Zorg en opvang Een voordeel is ondermeer ontstaan door nog niet bestede rijksmiddelen voor bewonersinitiatieven in de wijken (€ 0,5 mln), nog niet bestede middelen voor woonzorgzone Zuidlanden (€ 0,3 mln) en de realisatie van een MFC in Wytgaard en een Multicultureel centrum (MCC) in Leeuwarden (totaal € 0,2 mln). Op het gemeentelijk budget voor maatschappelijke opvang is daarnaast een voordeel ontstaan door inzet van rijksmiddelen (€ 0,8 mln). Een nadeel is ontstaan op de programmakosten Wmo (€ 0,3 mln).
•
Werk en inkomen Op de WWB inkomensdeel is per saldo een voordeel ontstaan van € 2,2 mln als gevolg van een lager gemiddeld aantal uitkeringsgerechtigden respectievelijk een lager gemiddeld uitkeringsbedrag en een nadeel van € 0,6 mln op de langdurigheidtoeslag en op terugvorderingen. Verder is er een voordeel door de vrijval van de voorziening Caparis (€ 0,2 mln), het niet volledig besteden van de rijksvergoeding inburgering (€ 0,2 mln) en het budget voor armoedebestrijding (€ 0,1 mln).
•
Wonen Door diverse oorzaken, vooral door minder bouwaanvragen is op de leges bouwvergunningen per saldo een nadeel ontstaan (€ 1,5 mln).
•
Algemene dekkingsmiddelen Het voordeel wordt vooral veroorzaakt door een hogere algemene uitkering uit het gemeentefonds (€ 4,1 mln), verkoop van de aandelen Essent (€ 1,8 mln) en vrijval diverse stelposten (€ 0,6 mln). Hier staan nadelen tegenover als gevolg van lagere dividendopbrengsten (€ 0,6 mln) en een aanvullende storting in de voorziening lopende procedures (€ 0,7 mln).
13
1. Jaarstukken 2009
•
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
Het voordeel op de kapitaallasten wordt vooral veroorzaakt door verschuiving van investeringen op tractie buitendienst Wijkzaken en upgrading sportaccommodaties, uitstel van investeringen rond het Digitaal Loket en huisstijl dienstverlening. In totaal ontstaat hierdoor een voordeel van € 0,8 mln. Daarnaast is er een voordeel van € 0,8 wegens teveel verdeelde rente.
•
Het voordeel op de apparaatskosten wordt veroorzaakt doordat een bedrag van € 1,4 mln wordt doorbelast naar de balans (investeringen, projecten en voorzieningen). Het restant kan worden verklaard door vacatures.
Een uitgebreidere verklaring en analyse van het positieve resultaat is opgenomen in de jaarstukken in hoofdstuk 2.1 “Programmaverantwoording” en in hoofdstuk 3.1 “Financieel resultaat”.
Samenvattingen programma’s Per programma een compacte samenvatting inclusief een toelichting op de belangrijke mee- en tegenvallers. Cultuur (1) Een aantal speerpunten van de cultuurnota, zoals ‘Basis op Orde’ en ‘meer reuring’ zijn door –tijdelijkeverhoging van de budgetten gerealiseerd. Ook deelaspecten van de nota, zoals ruimere en eenvoudigere subsidiemogelijkheden zijn gerealiseerd. Op andere terreinen, zoals op het verbeteren Productieklimaat, zijn de ontwikkelingen nog in volle gang. Leeuwarden investeert ook in de culturele infrastructuur. Met de extra beschikbare budgetten zijn de meest nijpende problemen bij de Harmonie en het Filmhuis verholpen. Op het gebied van Cultuur voeren de provincie en de gemeente Leeuwarden in 2010 verkenningen uit in hoeverre zij elkaar vinden onder de ambitie ‘Culturele Hoofdstad 2018’. Tussen het Noordelijk Overleg Cultuur en het Rijk is geen overeenstemming bereikt en geen nieuw cultuurconvenant afgesloten. De vele festivals, producties en tentoonstellingen zorgen in Leeuwarden voor een bruisende binnenstad. Doordat een deel hiervan slechts tot 2012 wordt gefinancierd is de verwachting dat het bruisende imago verloren gaat. Door de financiële crisis, met als gevolg minder sponsors, worden sommige evenementen ook niet of deels uitgevoerd. Met de in 2009 verrichte werkzaamheden aan het eenmalige aanwijzingsproject van gemeentelijke monumenten en de implementatie van het archeologiebeleid is een belangrijke bijdrage geleverd aan de koestering van cultureel erfgoed en het behoud van de vitaliteit van de stad. Het nadeel op de apparaatskosten van HCL van € 375.000 is een gevolg van het feit dat er meer productieve uren zijn verantwoord dan begroot. Jeugd en Onderwijs (2) In 2009 is breed ingezet op de jeugd. Om er voor te zorgen dat de jeugd (kinderen en jongeren) een toekomst heeft en kan krijgen is een groot aantal activiteiten verricht en beleidsnotities opgesteld. Zo is onder andere beleidsnotitie jongerenwerk opgesteld, waar jongerenparticipatie een belangrijk onderdeel van is. Ook zijn er verschillende activiteiten uitgevoerd op het terrein van Jeugd en Alcohol zoals het organiseren van een frisfeest. De ontwikkeling van de brede scholen loopt voortvarender dan gepland. Voor de periode 2006 tot en met 2009 was dit begroot op het aantal van 5. Er zijn over deze periode in totaal 7 brede scholen gerealiseerd. Het totale aantal brede scholen in de gemeente komt daarmee op tien. Er resteren nog vier blanco gebieden. De kosten van de OZB zijn € 178.000 hoger dan begroot. In 2008 en 2009 zijn veel nieuwe schoolgebouwen voltooid en dit heeft een hogere aanslag OZB tot gevolg. Het aantal kinderen dat deelneemt aan Voorschoolse- en Vroegschoolse educatie (VVE) was in 2009 met 780 groter dan het begrote aantal van 400. Dit is te danken aan de uitbreiding van het aantal peuterspeelzaallocaties waar VVE plaatsvindt. Ten aanzien van het terugdringen van aantal voortijdig schoolverlaters (VSV-ers) zijn extra voorzieningen gerealiseerd met middelen van gemeente, provincie en rijk. Voorbeelden hiervan zijn het aanstellen van een mbo leerplichtambtenaar en de opzet van het jongerenloket. Hierdoor kunnen meer jongeren passend worden geholpen.
14
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
Het CJG is in drie wijken operationeel. In 2010 vindt de implementatie in 5 wijken plaats. De ontwikkeling van de University Campus Fryslân (UCF) is gestart. Als het lukt de UCF te realiseren dan beschikt Leeuwarden over een middelbaar/hoger/wetenschappelijk onderwijsaanbod met internationale allure en uitstraling voor de stad. Economie en Toerisme (3) In 2009 is € 3,4 mln in het kader van het project stedelijke economie geïnvesteerd. Ook is een evaluatie afgerond, waaruit blijkt dat in de periode 2007-2009 300 directe arbeidsplaatsen zijn gerealiseerd. De groei van de Leeuwarder werkgelegenheid is echter achtergebleven bij het landelijk gemiddelde. Duidelijke krimpsectoren in Leeuwarden zijn industrie, bouw, handel en vervoer. Groei in sectoren als onderwijs, zorg en openbaar bestuur konden deze “krimp” niet ‘ongedaan maken’. In het kader van de aanpak stedelijke economie zijn diverse innovatieprojecten gecofinancierd vanuit SNN en EU-middelen. Voor evenementen, cultuur, de locatieontwikkeling van het Atoglasterrein (Watercampus fase 2) en de revitalisering van de Tesselschadestraat, zijn SNN aanvragen ingediend. Verder zijn de nieuwe was- en kleedruimtes voor de voetbalverenigingen op sportpark Nylân opgeleverd en in beheer overgedragen aan de BV SPORT. Met de renovatie van sportcomplex Kalverdijkje (Zuid) wordt in 2010 gestart. De uitwerking van de definitieve planvorming is vertraagd, omdat deze mede wordt bepaald door de fusies van voetbalverenigingen en de ontwikkelingen rond Cambuur. In 2009 zijn op het gebied van toerisme, cultuur en evenementen forse subsidies binnengehaald, o.a. voor het Toeristisch Topinstituut. Voorts is er het nodige aan planvorming (watervisie) en acties uitgezet en ontwikkeld. Wat betreft toerisme is de gewenste groei van het aantal overnachtingen pleziervaart al in 2008 bereikt en is het in 2009 zelfs nog wat gestegen. De overige bezoeken en overnachtingen halen nog niet het gewenste niveau. Naast al deze ontwikkelingen heeft de gemeente voorbereidingen getroffen voor de aanleg van glasvezel. Aanleg glasvezel naar huisaansluitingen gaat plaatsvinden in de periode tot en met 2011. Zorg en Opvang (4) Op 1 mei 2009 is gestart met de invoering van het tijdelijk huisverbod. Plegers van huiselijk geweld kunnen een tijdelijk huisverbod krijgen. In 2009 zijn in Fryslân 59 huisverboden opgelegd, waarvan 17 in Leeuwarden. Het totale aantal incidenten huiselijk geweld, geregistreerd door de politie, was lager dan in 2008. Vanaf hetzelfde jaar is het aantal plaatsen in de Vrouwenopvang uitgebreid met twee plaatsen tot in totaal 32. De uitbreiding betreft twee noodbedden die beschikbaar zijn voor opvang in acute noodsituaties. De gemiddelde verblijfsduur voor crisisopvang LIMOR en Blijenhof lag in 2009 hoger dan in 2008. In zijn algemeenheid hangt de verblijfsduur af van de uitstroommogelijkheden van cliënten. Wat betreft het Wmo-loket verloopt de realisatie deels naar wens. Het project outreachende cliëntondersteuning is begin 2009 gestart. En er wordt gestreefd naar samenwerking tussen Friese gemeenten, Friese bibliotheken, MEE en HVD. Dit traject kost meer tijd dan verwacht. De implementatie van de Wet Antidiscriminatievoorziening is succesvol verlopen. Binnen het koploperproject homo-emancipatie is door Tûmba en COC uitvoering gegeven aan het bespreekbaar maken van homoseksualiteit binnen etnische kringen. Op het budget maatschappelijke opvang is een voordeel ontstaan van € 783.000 door activiteiten ten laste gebracht konden worden van nog niet bestede rijksmiddelen. Het tekort voor Wonen, Rollen en Vervoer (voormalige Wvg) is dit jaar t.o.v. 2008 verder opgelopen met ruim € 600.000 tot € 1,3 mln door toename van het aantal en de grootte van de aanpassingen van de woonvoorzieningen en hulpmiddelen. Bij het programma Hulp bij het Huishouden (HHH) is het overschot, door geringe kostentoename en een grotere integratieuitkering, toegenomen van € 522.000 in 2008 naar ca € 1,14 mln in 2009. Werk en inkomen (5) Door de recessie is de daling van het bijstandbestand niet gerealiseerd. Het doel om 80% van de jongeren van 17-27 jaar, die bekend zijn bij het Jongerenloket, op school te krijgen, aan het werk te krijgen of een traject daartoe te laten volgen leek tot het derde kwartaal van 2009 gehaald te worden, maar is tot 60% gerealiseerd. Desondanks kan geconstateerd worden dat ondanks de economische situatie de schade beperkt gebleven is. In Leeuwarden was in 2009 de stijging van het bijstandsbestand lager dan het landelijk gemiddelde.
15
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
In 2009 heeft de integrale dienstverlening daarnaast in de vorm van het Werkplein Leeuwarden gestalte gekregen. Er is een integraal werkgeversteam en jongerenteam gevormd en er zijn integrale werkzoekende teams samengesteld met werkcoaches van de gemeente en het UWV. De uitstroom uit de gesubsidieerde arbeid is achtergebleven bij de begroting. In plaats van het streefpercentage van 10% is 7,2% gerealiseerd. Leeuwarden blijft ook onder de tussentijds bijgestelde begroting van het aantal WWB-ers. De overstap medio 2009 naar schuldhulpverlening “nieuwe stijl”, waarbij eerst stabiliteit wordt bereikt en daarna met problemen aan de slag wordt gegaan, is zeer succesvol gebleken. Middels het ontwikkelen en verspreiden van een voorleesboekje en lesmateriaal voor scholen is ook aan budgetlessen op scholen invulling gegeven. Door de verruiming van de armoedegrens is het gebruik van de langdurigheidstoeslag gestegen. Verder is de formulierenbrigade een groot succes te noemen. Het aantal inburgeringtrajecten blijft met 546 achter bij de ambitie van 750 voor de periode 2007-2009. Leeuwarden behaalt wel landelijk het hoogste percentage dat de inburgeringsexamen haalt, namelijk 80%. Het voordeel van € 1.569.000 op het inkomensdeel wordt vooral veroorzaakt door een hogere rijksbijdrage en een lager aantal WWB’ers (ca. 100). Wonen (6) De onverwacht grote gevolgen van de kredietcrisis voor de woningmarkt hebben geleid tot extra werkzaamheden en verantwoordelijkheden voor de gemeente. In 2009 is geconcentreerd op die taken die erop gericht zijn om de woningmarkt binnen de huidige omstandigheden zo goed mogelijk te laten functioneren en tegelijkertijd de basis te leggen (MOP, prestatieafspraken) voor de wijkaanpak vanaf 2010. Er is ook veel capaciteit ingezet om de crisis op de woningmarkt te bestrijden, o.a. door het oprichten van het Platform Aanpak Woningmarkt Leeuwarden (PAWL). Het woonbeleid wordt steeds intensiever verweven met doelstellingen op het gebied van duurzaamheid. Het jaar 2009 is benut om te onderzoeken hoe op een effectieve en efficiënte wijze burgers te bewegen zijn om te investeren in de energieprestatie van hun woning. Verschillende inspanningen in de gemeente worden daarom beter op elkaar afgestemd. Verder is met de invoering van de Wabo de aanlegvergunning komen te vervallen. Deze gaat op in de omgevingsvergunning. De kadernota handhaving is vastgesteld in 2009. Deze wordt uitgewerkt in drie uitvoeringsnota’s: één voor bijzondere wetten, één voor toezicht/handhaving in het openbaar gebied en één voor de omgevingsvergunning en aangrenzende werkgebieden. Door de kredietcrisis zijn er aanzienlijk minder bouwvergunningen aangevraagd en verstrekt. Dit betekent dat de legesopbrengsten veel lager zijn uitgevallen dan begroot en vooral hierdoor een nadeel is ontstaan van € 1.470.000 op de post bouwvergunningen. Infrastructuur en bereikbaarheid (7) De groei van het verkeer op het onderliggende wegennet is meer dan het gestelde maximum. Dit onderstreept het ingezette beleid tot het realiseren van extra capaciteit op het hoofdwegennet. Het Tracébesluit van de Haak om Leeuwarden zal begin 2010 worden genomen in plaats van 2009. Daarmee is ook vertraging ontstaan in de Westelijke Invalsweg omdat dit project is gekoppeld aan de Haak middels het Tracébesluit. Met de uitvoering van de stadsring (Heliconweg) zou in 2009 een begin worden gemaakt. Inmiddels zijn de voorbereidingen voor het werk gestart. Het gaat daarbij o.a. om het omleggen van kabels en leidingen. De daadwerkelijke herinrichting zal in 2010 plaatsvinden. De voorbereiding aan het Drachtstercomplex en de maatregelen in het kader van Dynamisch Verkeersmanagement (DVM)- Gebied Gericht benutten (GGB) verloopt volgens schema. Verder is dankzij continue aandacht voor verkeersveiligheid binnen (ontwerp)processen en het optimaliseren van verkeersluwe gebieden het aantal verkeersslachtoffers gedaald. De studie naar het station Werpsterhoek en de maatregelen rond de halte kenniscampus en het busstation verlopen nagenoeg volgens schema. De halte op het Kennisplein is in 2009 in plaats van 2010 gereed gekomen i.v.m. de verhuizing van de NHL naar de nieuwe locatie. Er zijn twee panden gevonden die door hun omvang en locatie goed geschikt zijn voor een bewaakte fietsenstalling in het centrum. Deze stallingen kunnen in het voorjaar van 2010 in gebruik worden genomen. Het gaat daarbij om de verwerving van de panden St. Jacobsstraat 30/32 en Zaailand 96/98.
16
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
De parken hebben in 2009 qua onderhoud extra aandacht gekregen. Daarbij zijn ook werkzaamheden aan de paden verricht. Dit heeft zicht vertaald in de tevredenheid. In 2009 bedraagt het voordelig resultaat op parkeren € 1.238.000 door kleiner tekort bij de cv parkeren en door hogere inkomsten uit parkeerbelasting en door een hogere vergoeding van het CJIB voor Mulderovertredingen en toename van het aantal. Dienstverlening (8) De dienstverlening van de gemeente Leeuwarden wordt op alle fronten hoger gewaardeerd dan het streven voor 2009. Het percentage klantcontacten dat in één keer wordt afgehandeld aan de telefoon, ligt fors lager dan het streefpercentage. Het verbeteren van het gebruik van het kennismanagementsysteem en de invoering van kwaliteitscoaching van de klantcontact-medewerkers moet voor verbetering hierin gaan zorgen. In 2009 is weliswaar gewerkt aan het verminderen van de administratieve lasten, maar de effecten hiervan voor burger en ondernemer zijn nog niet optimaal. Het convenant “verbetering dienstverlening en vermindering regeldruk’ moet zijn beslag gaan krijgen vanaf 2010. Het uitgangspunt voor deze nieuwe website is het zoekgedrag van onze klanten. Een andere ontwikkeling in 2009 die het klantcontact met de burger verbetert, is de invoering van een applicatie die het mogelijk maakt klantcontacten te registreren, zodat de klant niet bij de gemeente bekende gegevens hoeft te herhalen. Tevens maakt de applicatie het mogelijk om klanthistorie vast te leggen. De wijzigingen in de Dimpact-organisatie en het daarmee samenhangende besluit van de gemeente Leeuwarden om niet toe te treden tot Dimpact en de vertraging van de invoering van de omgevingsvergunning (juli 2010) hebben voor enige vertraging in het ontwikkelen van nieuwe digitale producten geleid. Inmiddels is deze ontwikkeling in eigen beheer zoveel mogelijk met andere gemeenten voortvarend opgepakt. Het aantal gegronde bezwaren ten opzichte van het totale aantal bezwaarschriften ligt fors lager dan geprognosticeerd. Politiek bestuur (9) Sinds 2009 is het mogelijk via een eenvoudig kalenderoverzicht de agenda’s en bijbehorende stukken voor de vergaderingen van de raad(commissies) zijn op te vragen via de website. Hier zijn ook de beeldverslagen van alle raad- en commissievergaderingen terug te zien. Het percentage raadsleden, dat de verschillende P&C-producten als begrijpelijk typeert, is fors toegenomen tot 80% en hoger. In het kader van het project “Lean programmabegroting”, wordt een belangrijke stap gezet teneinde de omvang van de begroting en jaarstukken te beperken. Belangrijke mijlpalen in 2009 waren het nieuwe convenant Stadsregio Leeuwarden 2010-2020, de samenwerkingsagenda met provincie (in vervolg op het Stadsconvenant) en de uitnodiging van de VNG om het VNG-congres in 2010 in Leeuwarden te organiseren. Veiligheid, openbare orde en handhaving (10) Om de overlast van rondhangende jongeren te verminderen, is op de Weaze en in Camminghaburen een samenscholingsverbod ingesteld. Er zijn in totaal circa 145 verbalen voor overtreding van dit verbod uitgedeeld. De integrale aanpak van jeugdcriminaliteit en – overlast kan nog beter gestalte krijgen, ook de informatieuitwisseling moet effectiever worden, waardoor de criminaliteitscijfers jeugd zullen afnemen. In het veiligheidshuis wordt op alle terreinen wel goed samengewerkt. De lijnen zijn erg kort waardoor snel kan worden ingespeeld op crisissituaties waarmee escalatie wordt voorkomen. De zogenaamde voetbalwet laat nog op zich wachten. De nieuwe voetbalwet zal meer armslag geven om nog efficiënter op te treden bij grote evenementen en/of calamiteiten. Momenteel zijn in Leeuwarden ongeveer 80 landelijke stadionverboden, 25 lokale stadionverboden en 70 stadionomgevingsverboden. Dit is voornamelijk te wijten aan de rellen op 3 juni en ongeregeldheden in de overige wedstrijden in de nacompetitie. Gezamenlijke huisvesting met de Hulpverleningsdienst Fryslân bleek niet mogelijk omdat geen ontsluiting voor de bezoekersfunctie GGD kon worden gerealiseerd. De gemeenteraad heeft daarom besloten tot nieuwbouw van de brandweerkazerne voor alleen brandweer.
17
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
Sport (11) In 2009 is een haalbaarheidsonderzoek ingezet voor de Zuidlanden, optimalisering sportcomplexen, herziening subsidieregelingen, herziening programma Sport 2010-2013 en het Europaproof maken bv SPORT. Daarnaast is gestart met de bouw van de sporthal Kenniscampus. Door vertraging is de sporthal Kenniscampus nog niet opgeleverd. Oplevering wordt verwacht in het najaar 2010. Verder is met het vaststellen van het Investeringsprogramma 2006-2010 in 2006 een start gemaakt met het optimaliseren van de sportconcentratiegebieden en sportcomplexen. In 2010 wordt sportconcentratiegebied Nijlân opgeleverd en een start gemaakt met Kalverdijkje Zuid. Kalverdijkje Zuid is ook het laatste sportcomplex dat vanuit het bestaande investeringsprogramma wordt geoptimaliseerd. In 2009 is ook een nieuwe regeling subsidie (top)sportevenementen ontwikkeld ter vervanging van de regeling subsidie Incidentele Sportevenementen en de regeling subsidie Topsportevenementen. De regeling wordt in 2010 vastgesteld. Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen (12) Het samenvallen van ambitieuze ruimtelijke ontwikkelingen enerzijds en grote veranderingen bij zowel de aanpak als de procedures, zoals nieuwe Wro en straks de WABO, vraagt om voortdurende aandacht. De focus bij het programma ruimtelijke ordening gaat vooral uit naar het goed bedienen van de ontwikkelingsprojecten. Vanwege het grote economische belang worden die projecten met prioriteit bediend, maar dit gaat ten koste van de reguliere actualisatie van bestemmingsplannen. Voor de actualisatie heeft de raad voldoende middelen beschikbaar gesteld. In de werkplanning zal echter meer prioriteit worden gegeven aan de actualisatieslag, naast het bedienen van de ontwikkelingsprojecten. Daarnaast zijn er op het gebied van wetgeving veel veranderingen en onduidelijkheden. De nieuwe werkwijze voor het opstellen van bestemmingsplannen geeft enige aanloopproblemen in de werkprocessen. De aandacht voor gebiedsontwikkeling is niet alleen gericht op het opstellen van de ontwikkelingskaders, maar vooral op de realisatie van strategische projecten met sterke partners. Een voorbeeld van een uitvoeringsplan is de realisatie van de Watercampus in de Potmargezone. De Dokkumer Ee-visie is gereedgemaakt voor een uitgebreid inspraaktraject dat in het begin van 2010 zal plaatsvinden. Het waterschap is een belangrijke partner bij de aanpak van het Wielengebied en de provincie heeft het voortouw genomen bij de ontwikkeling van Nieuw Stroomland. Milieu, energie en water (13) Op het gebied van een verbeterde afvalscheiding lijken verordeningen zich te stabiliseren. De toename van de meldingen van illegale dump van grof afval hebben een negatief effect gehad op de gewenste afvalscheidingpercentages. De tarieven voor afvalstoffenheffing vertonen echter een sterk dalende tendens over de periode 2005-2009. Enerzijds dankzij een verbeterde afvalscheiding in de afgelopen jaren, maar anderzijds ook door verbetering m.b.t. de bedrijfsvoering bij Omrin. Met de visieontwikkeling voor een volledig duurzame stad wordt duidelijk waar Leeuwarden zich de komende jaren op moet richten om deze ambitie te kunnen realiseren. Vooruitlopend daarop zijn acties voor duurzaam voortbewegen succesvol verlopen. Ook de implementatie van het Full Sustainable City-convenant verloopt succesvol en kent een groot draagvlak. Met de activiteiten op het gebied van bodem, riolering, lucht en geluid voldoen we aan de wettelijke taken. Grote vorderingen zijn gemaakt bij de aanpak van spoedeisende gevallen van bodemverontreiniging. Woon-en leefomgeving (14) De tevredenheid van burgers over hun leefomgeving is gedaald. De oorzaak hiervan is mogelijk de ergernis over zwerfafval en de tevredenheid van openbaar groen. Men is wel tevreden over het hoger onderhoud van de parken. Om tot een hogere tevredenheid te komen is verder aan alle aanbevelingen uit de evaluatie “BOR in Beeld” vervolg gegeven, behalve de communicatie via de website. Dit wordt meegenomen met de vernieuwing van de website in 2010. Het niveau hoog is in het voorjaar niet gehaald op de structuurelementen waarvoor dit was afgesproken (binnenstad, kantorenhaak en parken). In de zomer en de herfst lukte dit op 2 van de 3 structuurelementen wel. Het niveau hoog is niet overal in de binnenstad, kantorenhaak en parken gehaald. Vooral bij het onkruid in
18
1. Jaarstukken 2009
1.2 Beleidsmatige en financiële samenvatting en conclusies op hoofdlijnen
groen en op verharding is het lastig om het niveau te halen. Dit is ook sterk afhankelijk van de weersomstandigheden. De ergernis over onkruidgroei op verhardingen is flink afgenomen. De planmatige aanpak met de borstelmachines in combinatie met het vegen heeft hier positief aan bijgedragen. Het resultaat op reiniging verhardingen bedraagt echter wel € 117.000 nadelig. Dit komt voornamelijk door gladheidbestrijding. Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15) Zie eerder aangegeven samenvatting bij het rekeningresultaat 2009 (blz. 5) Paragraaf lokale heffingen Eind februari 2009 zijn de WOZ-waarden 2009 met als waardepeildatum 1 januari 2008 aan alle belanghebbenden meegedeeld. Het aantal bezwaren (1.354) lag met 2,5 % behoorlijk onder het landelijk gemiddelde (3,5 %). De accountant heeft enkele kritische kanttekeningen geplaatst bij de openstaande posten rond de gemeentelijke belastingen. Naar aanleiding daarvan zijn de volgende maatregelen genomen: -
aanscherpen invorderingsprocedures;
-
maken van een inhaalslag voor oude vorderingen;
-
aanscherpen van de richtlijnen voor de voorziening dubieuze belastingdebiteuren.
Dit alles heeft ertoe geleid dat de omvang van de openstaande belastingdebiteuren van circa € 5,1 mln eind 2008 is teruggelopen tot circa € 3,3 mln eind 2009. De verwachting is dat in 2010 de omvang van de openstaande belastingdebiteuren nog verder teruggebracht kan worden. Paragraaf weerstandsvermogen In 2009 is geen beroep gedaan op het weerstandsvermogen. Op basis van de thans beschikbare informatie van het Rijk moet worden uitgegaan van een overheidstekort van € 30 à 40 miljard. Bij een dergelijk tekort moet rekening gehouden worden met een daling van het gemeentefonds van € 3 mld wat weer een structureel nadeel voor de gemeente Leeuwarden betekent van uiteindelijk ca. € 20 mln per jaar. Niet alleen het gemeentefonds zal de komende jaren onder zware druk komen te staan. Ook op directe bijdragen van het rijk aan het gemeentelijke beleid zal bezuinigd worden met alle gevolgen van dien. E.e.a. betekent dat de gemeente Leeuwarden fors zal moeten bezuinigen. Dit betekent dat de ontwikkeling van de risico’s zoals hiervoor zijn aangegeven zeker geen aanleiding zijn om de weerstandscapaciteit te verlagen door het naar beneden brengen van de minimumstand van de algemene reserve. Paragraaf financiering De rentepercentages hebben zich gunstig ontwikkeld voor de gemeente. Het percentage voor het opnemen van kort geld (leningen korter dan een jaar) is over 2009 uitgekomen op gemiddeld 1,0%, terwijl 4,5% was begroot. Voor het lange geld (opgenomen leningen langer dan een jaar) hebben wij geldleningen tegen gemiddeld 3,85% aangetrokken, terwijl 5,0% begroot was.
19
1. Jaarstukken 2009
1.3
1.3 Resultaatbestemming
Resultaatbestemming
Inleiding Uitgangspunt is dat de voorstellen resultaatbestemming tot een minimum beperkt blijven en dat het rekeningresultaat zoveel mogelijk aan de algemene reserve wordt toegevoegd. Bij de reguliere besluitvorming rond de begrotingsvoorbereiding kan dan een integrale afweging gemaakt worden over de aanwending van deze incidentele middelen. Om als voorstel resultaatbestemming te kunnen worden opgenomen in de jaarstukken moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: •
De voorstellen moeten betrekking hebben op een niet besteed budget of beschikbaar gesteld bedrag in 2009 dat betrekking had op een specifiek doel.
•
Er moet een nadrukkelijke politieke wens zijn om het bedrag voor dat specifieke doel in te zetten of de uitgave moet aan de andere kant onontkoombaar zijn;
•
De kosten kunnen niet gedekt worden uit het reguliere budget van het nieuwe jaar.
Het overzicht voorstellen voor resultaatbestemming ziet er als volgt uit: x € 1.000 Resultaatbestemming
Bedrag
Rekeningresultaat 2009
13.973
Resultaatbestemming (Raadsvergadering maart) Programma Zorg en opvang - Maatschappelijke opvang en vrouwenopvang
425
Programma Werk en inkomen - Integrale schuldhulpverlening - Jeugdwerkloosheid
*)
*)
- Caparis
230 2.500 194 2.924
Programma Wonen - Omgevingsvergunning *)
144
Totaal resultaatbestemming maart 2009
3.493
Restant resultaat 2009 (na resultaatbestemming in maart)
10.480
Voorstellen tot resultaatbestemming in mei: Programma cultuur - Debatcentrum de Bres
30
Programma Jeugd en onderwijs - Voortijdig schoolverlaten
220
- Brede scholen
231
- Combinatiefuncties
119
- Speelruimte
864
- Aanpak kindermishandeling *)
110
20
1.544
1. Jaarstukken 2009
1.3 Resultaatbestemming
Programma Zorg en opvang: - Jeugdgezondheidszorg
88
- Vouchers bewonersinitiatieven *)
527
- MFC Wijtgaard
200
- Multicultureel centrum - Woonzorgzone Zuidlanden - Kunstproject Vlietzone/Kijk in de wijk - Wmo AWBZ pakketmaatregel *)
85 325 70 192 1.487
Programma Werk en inkomen: - Innovatietrajecten wijkgerichte inburgering *)
228
Programma Ruimtelijke ordening Intensivering groenbeleid
80
Programma Algemene dekkingsmiddelen - Impuls sociale investeringen - Herinrichting stadshal
93 150 243
Totaal resultaatbestemming mei 2010
3.612
Resterend saldo t.b.v. Algemene reserve **)
6.868
*) In 2009 zijn via het gemeentefonds (in de september- resp. novembercirculaire) nog bedragen beschikbaar gesteld in de vorm van ontvangen taakmutaties, integratie- en decentralisatie-uitkeringen. Omdat deze bedragen vrij laat in het jaar beschikbaar worden gesteld is het vaak niet meer mogelijk deze bedragen in het jaar van ontvangst ook daadwerkelijk te besteden en zal besteding in het jaar daarop plaatsvinden. Ook komt het voor dat het Rijk over meerdere jaren een bedrag beschikbaar stelt. De daadwerkelijke besteding hiervan loopt vaak niet synchroon met het kasritme van de ontvangst van de rijksbijdrage. Van het totale resultaat over 2009 van € 13.974.000 kan een bedrag van € 3.931.000 op deze manier worden verklaard. Wel heeft dit tot gevolg dat het bedrag weer via resultaatbestemming wordt opgevraagd. **) Van het resterende bedrag van € 6.868.000 van het rekeningresultaat (dus na aftrek van de resultaatbestemming) moet worden opgemerkt dat een bedrag van € 1.878.000 hiervan is geblokkeerd. In verband met de verkoop van Essent heeft de gemeente in totaal een bedrag van € 7.746.000 ontvangen, waarvan via begrotingswijziging al eerder een bedrag van € 5.868.000 aan de algemene reserve is toegevoegd. Het resterende bedrag van € 1.878.000 wordt via het rekeningresultaat aan de algemene reserve toegevoegd. De renteopbrengst van het totale bedrag dat is ontvangen in verband met de verkoop van Essent dient ter compensatie van de weggevallen dividendopbrengst. Toelichting op de voorstellen voor resultaatbestemming Debatcentrum de Bres In de Raadsvergadering van 25 mei 2009 is bij motie het besluit genomen om twee maal € 50.000 uit te trekken voor de verdere ontwikkeling van Debatcentrum De Bres. Het geld zou beschikbaar komen op basis van een goed onderbouwd plan, waarin uitwerking wordt gegeven aan de professionalisering van het debatcentrum. Dit plan diende voor 1 oktober 2009 aan de Raad te worden voorgelegd. De stichting heeft het plan nog niet kunnen afronden. Eén van de onderdelen binnen de begroting zijn bijdragen van (externe) participanten. Deze zijn wel mondeling toegezegd, maar nog niet schriftelijk bevestigd. Het gaat onder meer om culturele instellingen als Fryske Akademy, Tresoar en Fries Museum. Zodra deze bevestigingen binnen zijn kan het plan worden voorgelegd aan het College van B&W en aan de Gemeenteraad. Daarnaast kon de stichting vanuit deze reservering een beroep doen op een overbruggingskrediet. Hiervan heeft de stichting gebruik gemaakt. Op aanvraag is € 20.000 beschikbaar gesteld. Het is gewenst de reservering van € 30.000 voor 2010 beschikbaar te houden.
21
1. Jaarstukken 2009
1.3 Resultaatbestemming
Voortijdig schoolverlaten Bij de behandeling van de begroting 2009 heeft de Raad voor de jaren 2009 en 2010 € 350.000 per jaar beschikbaar gesteld voor het bestrijden van voortijdig schoolverlaten (vsv). De Raad wilde op basis van een notitie over het vsv-beleid de kaders vaststellen waarbinnen de middelen zullen worden ingezet. De notitie "Voortijdig schoolverlaten: voorkomen en bestrijden" is op 17 juni 2009 in de Commissie Welzijn besproken. Daarna is gestart met uitvoering geven aan de plannen. De middelen zijn bedoeld voor het ontwikkelen en opzetten van specifieke trajecten en voorzieningen voor (potentiële) vsv-ers. Het gaat dan vooral om uitbreiding van de bestaande opvang- en begeleidingsmogelijkheden van de Sluisgroep tot een volledig dagprogramma, om uitbreiding van de RMC-formatie en om het inrichten van een opvangvoorziening in het mbo. Aangezien de start van de uitvoering van de plannen een half jaar is vertraagd en om het gewenste beleid toch binnen twee jaar uit te kunnen voeren, wordt voorgesteld om de niet bestede middelen van € 220.000 mee te nemen naar 2010. Brede scholen In 2008 heeft de Raad € 300.000 beschikbaar gesteld voor de Brede Scholen. Omdat consensus tussen verschillende de partijen over de inzet van de toegezegde middelen de nodige tijd heeft gekost, is er pas met ingang van schooljaar 2009-2010 gestart met de activiteiten. De activiteiten lopen dus door in 2010 voor de tweede helft van het schooljaar. Voorgesteld wordt om het restant bedrag van € 231.000 over 2009 mee te nemen naar 2010 voor de aangegane verplichtingen. Combinatiefuncties Het college heeft op 15 december 2009 besloten door te gaan met de ontwikkeling van combinatiefuncties Brede school-sport-cultuur en de kosten voor de gemeente ad € 210.000 in 2010, € 210.000 in 2011 en € 351.000 in 2012 te dekken uit het beweegjaarprogramma Sport, het programma Cultuur en het programma Jeugd en Onderwijs. Een van de dekkingen betreft het restant van de bijdrage van €141.000 die het ministerie van VWS voor 2009 heeft verstrekt. Met de schoolbesturen, BV Sport en Parnas zijn afspraken gemaakt over de inzet en de dekking van de combinatiefunctionarissen in 2010 en volgende jaren. Het gaat in totaal om de inzet van 7 fte in 2010 oplopend naar 11,7 fte in 2012 en verder. Om dit mogelijk te blijven maken is overboeking van het restant budget naar 2010 noodzakelijk. Speelruimte De Raad heeft op 29 juni 2009 de nota Speelruimtebeleid 2009-2015 vastgesteld. Voor het speelruimtebeleid is in 2009 incidenteel € 1 miljoen beschikbaar gesteld. Met het vaststellen van de nota is besloten om het geld over meerdere jaren uit te geven. Het bedrag dat nu nog niet is besteed te weten een bedrag van € 864.000 is nodig om het speelruimtebeleid in deze periode uit te kunnen voeren. Aanpak kindermishandeling In 2008 heeft het Ministerie voor Jeugd en Gezin afspraken gemaakt met de gemeente Leeuwarden over de zogenoemde RAAK-middelen (aanpak kindermishandeling). Deze middelen zijn via een integratie-uitkering in het gemeentefonds aan centrumgemeenten toegekend in 2008. Leeuwarden is kerngemeente voor Fryslân. De middelen zijn bestemd voor het aanstellen van een provinciale coördinator en het organiseren van deskundigheidsbevordering. Het najaar 2008 is besteed aan de provinciale verkenningsfase. De coördinator is van start gegaan met ingang van april 2009, waarna de aanpak programmatisch is en wordt ingevuld in overleg met de 31 Friese gemeenten en de betrokken instellingen. De middelen (in totaal € 250.000) worden in de projectperiode van 1 maart 2009 tot en met 1 september 2011 volledig ingezet. Het eerste deel van de middelen ad € 83.333 is in 2008 door het Rijk beschikbaar gesteld. Deze middelen zijn in 2009 via resultaatsbestemming 2008 meegenomen naar 2009. Het tweede deel van de middelen ad € 83.333 is in 2009 door het Rijk beschikbaar gesteld. Het resterende bedrag van € 110.000 is nodig om het programma van 2,5 jaar te kunnen realiseren.
22
1. Jaarstukken 2009
1.3 Resultaatbestemming
Jeugdgezondheidszorg Jaarlijks wordt een subsidie verleend voor de uitvoering van maatwerk Jeugdgezondheidszorg 0 - 19 jaar. Medio 2009 is de subsidieaanvraag voor dit onderwerp binnengekomen. Er zijn afspraken gemaakt over de inzet en de activiteiten zijn in 2009 uitgevoerd. Deze verplichting heeft echter nog niet geleid tot een verlening. De verlening over 2009 zal nu in 2010 plaatsvinden. Om de kosten van de verlening te kunnen dekken moeten de niet bestede middelen voor jeugdgezondheidszorg (€ 88.000) van 2009 overgeheveld worden naar 2010. Vouchers bewonersinitiatieven Het project Wijkidee heeft van VROM voor 2008 en 2009 € 300.000 per jaar gekregen voor de uitvoering van bewonersinitiatieven die "de leefbaarheid en de sociale cohesie" in de wijk bevorderen. De middelen worden aan bewoners verstrekt in de vorm van Wijkwaardebonnen, op advies van het Adviesplatform Wijkidee. Voor ongeveer zeventig ideeën is inmiddels een Wijkwaardebon beschikbaar gesteld. Het overgrote deel van de indieners is nog aan het werk met de voorbereiding van de uitvoering van hun idee: begroten en plan uitwerken. De uitvoering zal in 2010 en voor enkele complexe projecten nog deels in 2011 plaatsvinden. Het Ministerie van VROM heeft aangegeven dat het project Wijkidee in ieder geval in 2010 en 2011 wordt voortgezet en zal daar opnieuw geld voor beschikbaar stellen Tot nu toe is er € 73.000 aan werkelijke kosten gemaakt, maar er is inmiddels voor € 505.000 euro aan wijkwaardebonnen toegekend. Hiermee is een financiële belofte gedaan aan de betrokken wijkbewoners. Het is van groot belang dat het gehele budget dat van VROM beschikbaar komt over de volle looptijd van het project beschikbaar blijft voor het financieren van de uitvoering van wijkideeën, de daarbij behorende plankosten en eventueel optredende uitvoeringsknelpunten. Het verzoek is dan ook om € 527.000 in 2010 beschikbaar te stellen. MFC Wytgaard De raad heeft bij het vaststellen van de Programmabegroting 2010 maximaal € 200.000 beschikbaar gesteld voor het realiseren van het MFC Wytgaard in 2009. De dekking bestaat voor € 100.000 uit het restant ISI 2009 en € 100.000 uit de bestaande budgetten voor wijkaanpak, onderwijshuisvesting en brede scholen. De resterende tijd in 2009 (na vaststelling van de begroting 2010) was te kort om de motie uit te voeren. Voorstel is het resultaat te bestemmen voor 2010. Multicultureel centrum Op 23 juni 2008 heeft de Raad een herijking op de integratievisie vastgesteld in de nota “Buiten de lijntjes kleuren”. Onderdeel van de herijking is de opdracht tot realisering van een nieuw Multicultureel Centrum (MCC) in Leeuwarden en samenwerking tussen de welzijnsinstellingen op het gebied van inburgering en integratie. Voor de verbouw van het pand en de opstartfase zijn incidentele middelen van € 85.000 beschikbaar gesteld in de begroting 2009. Het nieuwe MCC wordt pas in de zomer van 2010 opgeleverd. In de eerste helft van 2010 vindt de overgang plaats van de oude naar de nieuwe situatie. Hierdoor zijn deze budgetten in 2009 niet benut. Aangezien er een nadrukkelijke wens bestaat van de Raad voor de realisering van het MCC moet dit resultaat worden bestemd voor besteding in 2010. Woonzorgzone Zuidlanden Voor de ontwikkeling van een woonzorgzone in het uitbreidingsgebied Zuidlanden is in 2008 incidenteel een gemeentelijke bijdrage van € 325.000 beschikbaar. Door onder andere vertraging in de woningbouw door juridische procedures in het plangebied Japickswoude is de woonzorgzone niet gerealiseerd. Ook de gevolgen van de kredietcrisis leiden ertoe dat zowel de potentiële huizenkopers in het plangebied, als ook de samenwerkingspartijen een afwachtende houding hebben aangenomen. Het blijft wenselijk dat dit bedrag ook voor het komende jaar beschikbaar blijft.
23
1. Jaarstukken 2009
1.3 Resultaatbestemming
Kunstproject Vlietzone/Kijk in de wijk Het kunstproject Kijk in de Wijk, gebaseerd op een bewonersinitiatief, is een van de projecten binnen DOEN! Het project beoogt de vier Vlietbuurten meer in de kijker te plaatsen. Op het Vliet worden met dit doel een aantal dukdalven geplaatst met grote sleutelgaten. De uitvoering van het kunstproject is vertraagd, omdat het project diverse planologische procedures moest. In 2008 is het project DOEN! afgerond. De financiële dekking van het kunstproject zou plaatsvinden uit de resterende budgetten van DOEN!. Omdat de middelen van DOEN! binnen de GSB-systematiek vallen, kunnen de resterende middelen niet meer worden ingezet in 2010. Doordat andere activiteiten ten laste zijn gebracht zijn van het restantbudget van DOEN! is er gemeentelijk budget vrijgespeeld. In 2009 is een toezegging gedaan aan de buurtbewoners over de uitvoering van dit initiatief. De uitvoering van het project voor de Vlietzone dient dan ook ten laste van deze in 2009 vrijgespeelde gemeentelijke middelen te komen. Wmo AWBZ pakketmaatregel De incidentele middelen van € 192.000 die in 2009 door het Rijk via taakmutatie beschikbaar zijn gesteld voor de Wmo AWBZ-pakketmaatregelen, konden niet in 2009 worden uitgegeven omdat de mensen die het betreft pas later in het jaar geherindiceerd zijn en nog geen compensatie nodig hadden. Vanwege de korting op de AWBZ-middelen door het Rijk, waardoor het budget dat voorheen aan deze groep vanuit de AWBZ werd besteed met 88% is gedaald, zal alle beschikbare creativiteit moeten worden ingezet om de knelpunten adequaat op te lossen. Innovatietrajecten wijkgerichte inburgering Leeuwarden is een van de acht gemeenten die zijn ingeloot om deel te nemen aan het innovatietraject Wijkgerichte Inburgering. Het traject heeft een looptijd tot en met 2011. De deelnemende gemeenten hebben een plan van aanpak ingediend op basis waarvan de minister van WWI de bijdragen – in de vorm van een decentralisatieuitkering – aan Leeuwarden heeft toegekend. Tot en met 2009 heeft Leeuwarden € 460.000 ontvangen en € 232.500 uitgegeven. Er is een saldo van € 227.500. Tot nu toe zijn hoofdzakelijk de voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd. De feitelijke trajecten starten in 2010 en lopen door tot in 2011. Om het plan van aanpak uit te kunnen voeren is het noodzakelijk dat het saldo beschikbaar blijft gedurende de looptijd van de trajecten. Intensivering groenbeleid In het kader van nieuw beleid is bij het vaststellen van de Programmabegroting 2009 € 112.000 structureel beschikbaar gesteld voor intensivering groen. Het doel hiervan is het behouden en versterken van groen in stedelijk gebied. Voor 2009 is het Uitvoeringsprogramma Groenkaart Leeuwarden 2009 opgesteld. Hiermee werd invulling gegeven aan de wens om de groenstructuren te versterken. De gemeenteraad is hierover in juni per brief geïnformeerd. Vervolgens is in de raadsvergadering van 23 december 2009 het Meerjaren Uitvoerings Programma Intensivering Groen 2010-2013 vastgesteld. In het Uitvoeringsprogramma Groenkaart Leeuwarden 2009 is een eerste aanzet gegeven tot en zijn concrete maatregelen benoemd voor 2009. Een deel van de maatregelen is in 2009 volgens planning verlopen, alleen een deel waaronder de herinrichting van het park Oldegalileën is door omstandigheden vertraagd. Alleen bij een eventuele honorering van dit voorstel kan de herinrichting worden voltooid. Impuls sociale investeringen (ISI) Voor een gedeelte van het ISI-budget is in 2009 nog geen bestemming aangegeven. Dit leidt in 2009 tot een incidenteel voordeel van € 92.500. Tijdens de begrotingsvergadering 2010 zijn drie moties geformuleerd die door middel van dit voordeel gedekt worden. Voorwaarde is dan wel dat het voordeel via resultaatbestemming overgeheveld wordt naar het dienstjaar 2010. Herinrichting van de stadshal De verdere ontwikkeling van Leeuwarden heeft Antwoord© heeft consequenties voor de fysieke inrichting van de stadshal. Bij de herinrichting moet rekening worden gehouden met een drietal knelpunten in de huidige
24
1. Jaarstukken 2009
1.3 Resultaatbestemming
inrichting namelijk, veiligheid, arbeidsomstandigheden en het logisch laten verlopen van klantstromen. Bovendien is het goed mogelijk dat de veranderende rol van ambtenaren (van het verstrekken van producten naar adviseur) ook andere eisen stelt aan de fysieke inrichting. In 2009 is incidenteel € 150.000 beschikbaar gesteld voor o.a. externe advisering van dit project. Deze advisering moet resulteren in een plan van aanpak op basis waarvan voor 2010 een voorstel nieuw beleid kan worden ingediend voor de realisatie van de voorstellen. Oorspronkelijk zou dit plan van aanpak in 2009 worden opgeleverd, maar door vertraging zal dit nu pas in 2010 gebeuren. Inmiddels is al wel via het projectenbureau een projectleider aangesteld en is eind 2009 een eerste start gemaakt met het onderzoek naar de herinrichting van de stadshal. De beschikbaar gestelde middelen voor advisering zullen daarom pas in 2010 nodig zijn. Daarom wordt de raad verzocht deze incidentele middelen 1 jaar door te schuiven naar 2010. Werkwijze resultaatbestemming in de toekomst Uit het voorgaande blijkt dat het rekeningresultaat van € 14,0 miljoen batig voor een bedrag van € 6,8 mln gereserveerd wordt voor diverse doeleinden. Het resterende bedrag van € 7 mln is – met uitzondering van een bedrag van € 1,8 mln voor Essent - in principe vrij besteedbaar. Hoewel deze werkwijze transparant is, leidt zij tot een vertekend beeld van het rekeningresultaat. Vrij besteedbaar is immers geen € 14 mln maar € 6,8 mln. Dit zou voorkomen kunnen worden door bij het opstellen van de jaarrekening op voorhand al bepaalde budgetten te reserveren. Globaal zou dit dan voor twee categorieën gelden: 1.
Van het rijk ontvangen middelen die weliswaar vrij besteedbaar zijn, maar waarvan op voorhand duidelijk is dat het wenselijk is ze te in te zetten voor het doel waarvoor ze door het rijk beschikbaar gesteld zijn;
2.
Eenmalige middelen met een meerjarig kasritme (niet zijnde investeringskredieten).
Door deze gereserveerde middelen in een aparte egalisatiereserve te storten houdt de raad een duidelijk zicht op deze middelen en wordt een vertekening van het rekeningresultaat voorkomen. In de loop van 2010 zullen wij u een voorstel voor een aangepaste financiële verordening doen toekomen met daarin een voorstel voor de instelling van een budgetegalisatiereserve. Voeding Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds (SIOF) en Impuls Sociale Investeringen (ISI) SIOF Verwachte noodzakelijke bijdragen vanuit het SIOF voor het binnenhalen van cofinanciering Het is van groot belang dat de majeure investeringen, nodig voor de strategische ontwikkeling van de stad, zoveel mogelijk kunnen doorgaan. Het is noodzakelijk dat er SIOF-middelen beschikbaar zijn en blijven om cofinanciering door vooral de provincie en rijk voor de gemeentelijke strategische projecten mogelijk te maken. Motie raad Bij de raadsbehandeling van de programmabegroting 2010 heeft de raad de volgende motie aangenomen: Draagt het college op: -
bij de bestemming van het exploitatieresultaat jaarrekening 2009 rekening gehouden dient te worden met de volgende prioriteiten van de raad: SIOF en ISI, en vraagt het college met voorstellen te komen rondom deze onderwerpen bij de behandeling van de jaarrekening;
-
dat de effectuering ervan plaatsvindt op het moment dat de raad de jaarrekening 2009 vaststelt (definitieve resultaatbestemming).
Voorstel: Gelet op de door de raad aangenomen motie betreffende voeding van het SIOF stelt het college voor van het netto rekeningresultaat (€ 4.990 mln) in 2010 € 4,5 mln te storten in het investeringsdeel van het SIOF.
25
1. Jaarstukken 2009
1.3 Resultaatbestemming
Deze storting is bedoeld voor de cofinanciering van de majeure projecten die opgenomen zijn in de Samenwerkingsagenda gemeente Leeuwarden – provincie Fryslân 2011-2021. Het SIOF zal hiervoor een belangrijke dekkingsbron zijn. Het gaat hierbij om de projecten Watercampus, Landbouwcampus (o.a. Nij Bosma Zathe), University Campus Fryslân, WTC-Expo en westelijke kantorenhaak en Culturele Hoofdstad (huisvesting culturele instellingen etc.). ISI Stand ISI voor toevoeging resultaatbestemming 2009 -
2010
€
129.000
tekort
-
2011
€
180.000
restant
-
2012
€
20.000
tekort
De volgende bestaande en nieuwe incidentele verplichtingen zijn verwerkt in de hiervoor aangegeven stand van het ISI voor de jaren 2010, 2011 en 2012: -
Steunpunt huiselijk geweld:
€ 25.000 in 2010
-
Breedtesport:
€ 105.000 in 2010
-
Buurtopbouwwerk:
€
-
Wijkprijs:
€
5.000 in 2010
-
Stichting Present:
€
10.000 in 2010
-
Restaurant Van Harte:
€
19.000 in 2010
€ 100.000 in 2010
65.000 in 2010
-
Jongeren en alcohol:
-
Verstevigen buurtopbouwwerk: € 200.000 in 2010
-
Graffiti:
€
20.000 in 2011 en 2012
Toevoeging resultaatbestemming: overschot ISI rekening 2009 € 92.500 Stand ISI wordt: -
2010
€
36.500
-
2011
€
180.000
-
2012
€
20.000
tekort restant tekort
Voorstel: Het budget voor 2011 te benutten voor het wegwerken van de tekorten in 2010 en 2012 en voor zowel 2012 en 2013 € 200.000 incidenteel beschikbaar te stellen. Dit laatste ter uitvoering van de motie die de raad heeft aangenomen bij de behandeling van de programmabegroting 2010 (november 2009). De stand van het ISI wordt dan: -
2010
€
-
2011
€
0
-
1012
€ 200.000 (aangenomen motie bij raadsbehandeling programmabegroting 2010)
-
1013
€ 200.000
123.500 (restant) (idem)
Van het rekeningresultaat blijft dan na aftrek van genoemde voorstellen € 90.000 over (€ 4.990 mln € 4,5 mln - € 0,4 mln). Dit bedrag kan toegevoegd worden aan de algemene reserve.
26
1. Jaarstukken 2009
1.4 Leeswijzer
1.4 Leeswijzer De opbouw van de Jaarstukken 2009 wordt in belangrijke mate voorgeschreven in het Besluit begroting en verantwoording (BBV) en bestaat uit het Jaarverslag en de Jaarrekening. Het Jaarverslag kent een tweedeling a)
Programmaverantwoording;
b)
Paragrafen.
De Jaarrekening kent eveneens een tweedeling c)
Programmarekening en de toelichting;
d)
Balans en de toelichting;
e)
Bijlage met verantwoordingsinformatie Specifieke uitkeringen.
Ad a) De Programmaverantwoording is opgenomen in hoofdstuk 2. Dit betreft de beleidsverantwoording voor 14 programma’s. Hierin staat in elk programma de vraag centraal of de gestelde doelen uit de Programmabegroting 2009 zijn gerealiseerd. Deze vraag wordt vormgegeven door de drie –bekende- vragen. •
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
•
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan?
•
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost?
De raad heeft het college gevraagd de omvang van de programmabegroting en de jaarstukken te beperken. Hieraan is gevolg gegeven door in de programma’s niet alles op te nemen wat in de programmabegroting 2009 staat maar alleen de doelen, indicatoren en prestaties die afwijken ten opzichte van de realisatie in 2009 en/of nader worden toegelicht voor de verslaglegging omdat er iets bijzonders over te melden is. Na de 14 beleidsprogramma’s volgt het programma 15. Hierin is een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen en inzicht in het gebruik van het geraamde bedrag voor onvoorzien opgenomen. Ad b) De paragrafen bestaan uit verplichte paragrafen op grond van het BBV en uit een aantal die specifiek voor de gemeente Leeuwarden zijn. De verplichte paragrafen zijn opgenomen in hoofdstuk 2, vanaf paragraaf 2. De paragrafen die specifiek aan Leeuwarden zijn verbonden, staan eveneens in hoofdstuk 2. Verslaglegging over de Stadsvisie, het Grote Steden Beleid, het Meerjareninvesteringsprogramma (MIP) en over het Strategisch Investerings- en Ontwikkelingsfonds. Ad c) De programmarekening en toelichting zijn opgenomen in hoofdstuk 3. Het financiële resultaat op hoofdlijnen en de belangrijkste financiële verschillen per programma zijn opgenomen in paragraf 3.1.1. Ad d) De balans en de toelichting zijn opgenomen in hoofdstuk 3, paragraaf 3.2. Ad e) De bijlage met verantwoordingsinformatie Specifieke uitkeringen is opgenomen in het Bijlagenboek II. De Jaarstukken worden afgesloten met de kerngegevens en de accountantsverklaring.
27
1. Jaarstukken 2009
28
1.4 Leeswijzer
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Stadsvisie: ‘Leeuwarden, fier verder!’
2.
Beleidsverantwoording
2.1
Programmaverantwoording
2.1.1
Stadsvisie “Leeuwarden, fier verder! Op weg naar een duurzame stad”
Stadsvisie De gemeenteraad heeft in mei 2008 de Stadsvisie “Leeuwarden, fier verder! Op weg naar een duurzame stad “ met algemene stemmen vastgesteld. Naast de bekende thema’s Tijd voor schoonheid, Kennisstad, Werken en ondernemen (in de vorige stadsvisie Kantorenstad genoemd), en cure&care, is als nieuw thema ‘Water’ gekozen. Daarbij gaat het niet alleen om vaarrecreatie, transport en waterbeheer, maar vooral ook over de economische kansen van een wetenschappelijk instituut voor watertechnologie in Leeuwarden. De ontwikkeling van een ‘watercampus’ is daar een uitdrukking van. Verder geldt voor alle beleid dat Leeuwarden dat duurzaam wil doen, zowel fysiek als sociaal. De koers van de ontwikkeling van de gemeente werd met de Stadsvisie vastgelegd. Het geld bepaalt het tempo van de ontwikkeling. De financiële crisis, die zich in september 2008 aandiende, heeft diepe voren getrokken in onze samenleving. De economie is gekrompen, de productie van woningen is aanzienlijk lager en de werkloosheid is weer toegenomen. In 2009 werd ook helder dat de gemeenten rekening moesten houden met een forse daling van hun inkomsten. In een dergelijke situatie is het goed om als gemeente een visie te hebben op de te volgen koers. De visie is als input gebruikt voor het convenant met de regio en de samenwerkingsagenda met de provincie Stadsregio De in het BOSL (Bestuurlijke Overleg Stadsregio Leeuwarden) deelnemende gemeenten hebben zich in juni 2007 uitgesproken voor het voortzetten van de samenwerking. Hoewel bereikbaarheid en woningbouw zeer belangrijke thema’s blijven voor de stadsregio Leeuwarden, is naar verbreding gezocht om de economische kracht van Leeuwarden en de regio verder te versterken. In december is het nieuwe convenant van Leeuwarden met de omliggende gemeenten ondertekend op basis van het visiedocument “De kroon van Fryslân”. De speerpunten van de Stadsregio Leeuwarden zijn: •
bereikbaarheid/cultuur/toerisme/recreatie en voorzieningen;
•
kennis en economie;
•
wonen.
Mee aan de hand van de te maken keuzes uit die nota’s is het van belang een Promotieplan te maken, hoe de Stadsregio zich kan “verkopen en op de kaart kan zetten”. In het begin van de nieuwe convenantperiode (2010-2020) worden er twee beleidsvisies opgesteld: •
bereikbaarheid/cultuur/toerisme/recreatie en voorzieningen;
•
kennis en economie.
Op basis van deze visies zal er een Promotieplan voor de Regio Leeuwarden worden opgesteld. Samenwerking tussen en bestuurskracht van Friese gemeenten In de Stadsvisie wordt nadrukkelijk bepleit dat er voor het bundelingsgebied Leeuwarden - met mogelijke aanpassingen tot aan bestuurlijke of natuurlijke grenzen - een krachtig en slagvaardig bestuur is. Inmiddels hebben GS besloten een voorstel voor fusie van de gemeenten in de zuidwesthoek van de provincie aan de regering toe te zenden. Inmiddels ligt het voorstel bij de Tweede Kamer. Ons college heeft zich op het standpunt gesteld, dat de gemeentelijke samenwerking en herindeling in Fryslân niet een toevallig resultaat mogen zijn (van onderop), maar dat deze een relatie moeten hebben met de in het Streekplan neergelegde visie op de ruimtelijke en sociaaleconomische ontwikkeling van Fryslân en op het stedelijke karakter van de hoofdstad. Ons college heeft gekozen voor de lijn van intensivering van de samenwerking met andere gemeenten teneinde Leeuwarden te versterken in het belang van de gehele regio. Dit heeft geleid tot een nieuw regioconvenant. Vanuit dit gemeenschappelijk belang is Leeuwarden betrokken bij de bestuurlijke toekomst van, vooral de omliggende gemeenten. Deze betrokkenheid kenmerkt zich door één en ander als een open proces te benaderen.
29
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Stadsvisie: ‘Leeuwarden, fier verder!’
De gemeente Boarnsterhim heeft ervoor gekozen niet als zelfstandige gemeente verder te gaan. Aan ons en aan andere gemeenten is door het college van Boarnsterhim gevraagd om aan te geven wat Leeuwarden de inwoners van Boarnsterhim te bieden heeft. In de eerste helft van 2010 zal meer duidelijkheid ontstaan. Stadsconvenant met de provincie In juli 2008 is door ons college en het college van GS de “Tussenevaluatie 2006-2007” van het geactualiseerde Stadsconvenant “Stedelijkheid in uitvoering” vastgesteld. In de Tussenevaluatie werd aangegeven dat er een vervolg op het Stadsconvenant zal komen. De voorbereidingen daarvoor hebben in 2009 geresulteerd in een Samenwerkingsagenda, waarin vijf grote projecten zijn opgenomen. De “Samenwerkingsagenda” gaat concreet om de realisatie van een aantal projecten, die van economisch belang zijn voor stad én provincie en die onmiskenbaar een bovenlokaal karakter hebben. Het gaat om majeure en strategische projecten die iets extra toevoegen (hoofdstedelijk én provinciaal belang) die niet uit reguliere gemeentelijke middelen bekostigd kunnen worden: 1.
economische positie (gekoppeld met werk, kennis en duurzaamheid); integrale gebiedsontwikkeling van WTC Expo + kantorenhaak en stationsgebied
2.
Watercampus (gekoppeld met toerisme, recreatie en kennis);
3.
cultuur (hoofdstad van provincie Friesland met eigen taal, musea, theater, festivals, opleidingen): ontwikkeling van massa is nodig voor het creëren van dynamiek c.q. reuring; Fryslân/11 steden als culturele hoofdstad van Europa in 2018;
4.
hoger en wetenschappelijk onderwijs (gekoppeld aan economie en aan voor provincie en Leeuwarden belangrijke thema’s als water, duurzaamheid, landbouw, recreatie en toerisme, dienstverlening en cultuur); concept van University Campus Fryslân;
5.
gezamenlijke gebiedsgewijze aanpak en ontwikkeling, zoals Landbouwcampus (met o.a. Nij Bosma Zathe).
Er is slechts beperkt ruimte voor enkele kleine projecten; invulling daarvan vindt plaats in onderling bestuurlijk overleg. In de agenda zijn ook kwalitatieve eisen voor de samenwerking opgenomen. In factsheets per project zijn/worden financiële meerjarenafspraken gemaakt, die worden opgenomen in de provinciale en gemeentelijke begrotingen, zodra dat mogelijk is. Bij de opstelling van de factsheets zijn beide partijen betrokken. Externe financieringsmogelijkheden worden optimaal benut. Uitgangspunt is dat in deze projecten gemeente en provincie op 50/50 basis participeren. Daarbij dient altijd de financiële haalbaarheid van een bijdrage voor elk van de partners betrokken te worden. Daar waar effecten van een (onderdeel van het) project specifiek aan de stad ten goede komen en minder daar buiten, is een groter aandeel van Leeuwarden niet onredelijk te noemen. Als de effecten (ook) meer buiten de stad (regionaal) merkbaar zijn, lijkt een groter provinciaal aandeel in de rede te liggen. De projecten worden opgesplitst in delen waarbij een fase/onderdeel van een project pas gestart kan worden als de financiering rond is. De daadwerkelijke verdeling van de bijdrage in de kosten zal per (onderdeel van het) project, in onderling overleg en na behandeling in de colleges van B&W en GS. worden vastgesteld. In de bijlage A aan het eind van deze paragraaf is in een tabel aangegeven voor welke projecten uit het werkplan 2009 de stuurgroep stadsconvenant middelen beschikbaar heeft gesteld. Grote Stedenbeleid Leeuwarden is één van de 31 steden die participeert in het grote stedenbeleid. De derde convenantperiode is eind 2009 ten einde. De eindverantwoording is in juni 2010 gereed. Met de brief “Stedenbeleid vanaf 2010” heeft het kabinet in oktober 2008 de contouren van het nieuwe stedenbeleid op hoofdlijnen geschetst. In de brief ‘Stedenbeleid vanaf 2010’ zijn de volgende kaders gesteld: Decentraal om maatwerk beter mogelijk te maken, waaronder innovatieve aanpakken, en de interbestuurlijke lasten te verminderen.
30
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Stadsvisie: ‘Leeuwarden, fier verder!’
Selectief: Focus op hardnekkige knelpunten, zowel voor wat gebieden (wijkaanpak) als thema’s (ontkokering in relatie tot cumulatieprobleemgezinnen, krimp en newton); het kunnen zowel fysieke, als sociaal-economische thema’s betreffen. Actief; Rijk is betrokken bij experimenten (vooral gericht op innovatieve aanpakken) en vent deze ook uit. Vanuit partnerschap kan het Rijk steden aanspreken: actieve agendering van kansen en problemen. Partnerschap: De relatie tussen Rijk en steden kenmerkt zich door partnerschap. Samen richten ze zich op complexe vraagstukken. Beide leveren oplossing. Het nieuwe stedenbeleid vanaf 2010 kent 4 onderdelen: 1.
Wijkaanpak, inclusief aandacht voor de wijken buiten de zogenaamde Vogelaarwijken.
2.
Op het niveau van de stad decentralisatie van het huidige GSB met behoud van de verworvenheden (integrale aanpak, meerjarige zekerheid en prestatieafspraken op hoofdlijnen). Decentralisatie leidt tot aantal decentralisatie-uitkeringen die voortkomen uit de BDU SIV en een decentralisatie-uitkering ISV.
3.
Verstedelijkingsafspraken: op het niveau van de stedelijke netwerken
4.
Uitvoeren van een themagerichte aanpak van complexe opgaven via de Stedentafel: Steden en Rijk verkennen vraagstukken en proberen tot oplossingen te komen
Op dit moment (januari 2010) wordt zowel door rijk als steden hard gewerkt aan het ‘Verhaal van de stad’. Doelstelling hiervan is de steden te positioneren en input te leveren voor de kamerverkiezingen in 2011. Leeuwarden in Europa Sinds juni 2009 is bij het SNN de bestuurscommissie Europa ingesteld. Naast de 4 provincies participeren 4 noordelijke steden in deze commissie: Groningen, Leeuwarden, Assen en Emmen. De commissie is verantwoordelijk voor de volgende beleidsthema’s: Beleidsbeïnvloeding Brussel en Den Haag (lobby) Interregionale samenwerking Projectontwikkeling en exportbevordering NOA-landen (noordelijke ontwikkelingsas). In maart 2009 is een bestuurlijke delegatie uit de stad Klaipeda (Litouwen) op bezoek geweest in Leeuwarden. De delegatie bestond uit de burgemeester van Klaipeda, een aantal ambtenaren, vertegenwoordigers van Klaipeda University en vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven waaronder de Klaipeda State Seaport Authority. De delegatie bezocht de Bedrijven Contact Dagen waar ze diverse vertegenwoordigers van Leeuwarder bedrijven hebben ontmoet. Daarnaast zijn er verschillende presentatie gegeven. Aan het eind van het bezoek is afgesproken dat een delegatie van en uit de gemeente Leeuwarden een tegenbezoek gaat brengen aan Klaipeda. Dan zal verdere verkenning plaatsvinden van mogelijke samenwerkingsthema’s. Er is vanuit Klaipeda belangstelling getoond voor de onderwerpen democratische besluitvormingsproces en stadsontwikkeling. Leeuwarden wil inzetten op projecten die bijvoorbeeld onder het Europese netwerk van middelgrote steden Eurotown, gefinancierd en uitgevoerd kunnen worden. Verder zal het bezoek gericht worden op het verkennen van een gerichte handelsmissie later in 2010. De University Klaipeda en de NHL, afdeling Civiele techniek hebben na het bezoek in maart afgesproken samen te gaan werken in een Europees project dat is gericht op International Infrastructures in the city of tomorrow. Conclusie Uit het voorgaande blijkt dat de geactualiseerde Stadsvisie een goed kompas biedt voor de samenwerking met andere overheden en voor het eigen beleid, ook in tijden van economisch tegenspoed. De beleidsaandacht blijft geconcentreerd op de vier ‘oude’ strategische concepten en op het thema water; duurzaamheid is iets dat voor ons college vanzelfsprekend is: “Dat doe je gewoon”. Daarnaast wordt op basis van het Grotestedenbeleid motto “schoon, heel en veilig” veel aandacht besteed aan beheer van de stad, leefbaarheid en veiligheid. Investeren in samenwerking en goede relaties met omliggende gemeenten, andere stedelijke centra, de provincie, en private partijen is noodzakelijk: we hebben hen nodig om ons beleid te kunnen uitvoeren, we kunnen van andere partijen leren en soms omdat er rechtstreekse raakvlakken zijn tussen ons beleid en dat
31
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Stadsvisie: ‘Leeuwarden, fier verder!’
van andere gemeenten. Daarnaast heeft deelname aan het GSB wederom de mogelijkheid gebracht om extra inspanningen te verrichten ter versterking van de stad. In 2009 is de samenhang tussen de activiteiten van de gemeente op strategisch gebied goed gemonitord: Stadsvisie, Stadsconvenant en Regioconvenant sluiten goed op elkaar aan; daardoor is het beleid koersvast, wat bijdraagt aan de vergroting van de daadkracht van de gemeente. Het ‘verhaal van de stad’ moet daarvoor helder en duidelijk zijn, en steeds opnieuw verteld worden. Grote inspanningen richting provincie, rijk en derden zijn nodig voor het verkrijgen van de noodzakelijk aanvullende cofinanciering voor de majeure infrastructurele projecten die gepland staan voor de komende jaren.
32
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Stadsvisie: ‘Leeuwarden, fier verder!’
Bijlage A Overzicht vastgestelde projecten Werkplan 2009 Stadsconvenant Leeuwarden Thema
nr
project
Bijdrage provincie
Bijdrage gemeente
2009 A. Leeuwarden Werkstad 1
WTC-Expo parkeren en Westelijke kantorenhaak (ontwikkeling FEC/WTC/Tesselschadestraat)
250.000
1.250.000
3.000.000
6.895.000
100.000
100.000
50.000
50.000
175.000
175.000
100.000
0
250.000
250.000
B. Leeuwarden Woonstad C. Leeuwarden bereikbaar ontsloten 2
Bijdrage aan Regionaal Mobiliteitsfonds Leeuwarden voor de projecten uit de periode 2007 tot en met 2011 zoals Westelijke Invalsweg, stadsring, fietsvoorzieningen, mobiliteitsmanagement, DVM/GGB en Drachtstercomplex.
D. Leeuwarden Waterstad E. Leeuwarden Kennisstad F. Leeuwarden Verzorgende en Culturele hoofdstad 3
Versterking sociale infrastructuur voor de kwetsbare groepen in Fryslân Aanvraag ZIENN bijdrage 2009 (versterking sociale infrastructuur kwetsbare groepen Fryslân)
4
Realisatie van een samenhangend stelsel van opvangfaciliteiten op het terrein van de maatschappelijke opvang die een vraaggericht en activerend aanbod hebben. Sluitende aanpak ernstige risicojongeren en exgedetineerden,
5
Realisatie van het project Leeuwarden Festivalstad door een aanbod van festivals met kwaliteit en aandacht voor de jongeren bijdrage 2009.
6
Projectbudget Artistiek klimaat bijdrage 2009
7
Homo Ludens
TOTAAL
3.925.000 8.720.000
33
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Stadsvisie: ‘Leeuwarden, fier verder!’
Bijlage B
Financiën MOP
In onderstaande tabel is de gerealiseerde stand tot en met 2009 weergegeven. Per Brede Doeluitkering (BDU) is aangegeven bij welk programma de genoemde onderwerpen thuishoren en wat het kasritme is van de beschikbaar gestelde middelen.
Brede Doeluitkering MOP 2009 BDU Fysiek Onderwerp
Programma
t/m 2006
2007
Geluidssanering
Milieu
5.118
0
Bodemsanering
Milieu
221.111
214.153
402.230
Energieprojecten
Milieu
0
40.675
110.000
Herstructurering VHW en AdH
Wonen
5.442.716
597.882
1.242.118
Particuliere woningverbetering
Wonen
2.968
56
Ontwikkelingssubsidie
Wonen
0
0
Communicatie
Wonen
13.804
Groen in en om de stad
Woon- en leefomgeving
0
Monumenten
Cultuur
Mondriaanbuurt
Wonen
Bilgaard
Wonen
Totaal
2008
2009
6.385.717
Totaal
0
5.118
585.737
1.700.000
-675
150.000
4.601.842
-1.716
11.882.842
159.527
537.449
700.000
811.093
8.347
0
819.440
4.171
3.110
3.110
805
25.000
30.000
128.000
89.000-
331.000
400.000
0
700.000
267.600
267.600
276.769
700.000
-
2010
886.937
2.696.551
290.000
160.000
450.000
5.250.595
1.880.200
17.100.000
BDU Ecoomie Onderwerp
Programma
2005
2006
2007
2008
2009
Revitalisering en bereikbaarheid
Economie en Toerisme
0
0
0
0
500.000
0
500.000
Innovatie
Economie en Toerisme
0
0
0
27.588
227.013
1.000
255.600
ICT en Breedband
Economie en Toerisme
0
0
120.500
42.500
114.500
22.500
300.000
Promotie en Leisure
Economie en Toerisme
25.000
56.000
41.000
282.526
46.129
49.345
500.000
Startersklimaat
Economie en Toerisme
0
0
89.000
125.000
47.250
38.750
300.000
25.000
56.000
250.500
477.613
934.892
111.595
1.855.600
Totaal
34
Totaal
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Stadsvisie: ‘Leeuwarden, fier verder!’
BDU Sociale integratie en veiligheid Onderwerp
Programma
Veiligheid Maatschappelijke opvang/ vrouwenopvang en verslavingszorg/OGGZ* Inburgering en integratie
2005
2006
2007
2008
2009
Totaal
Veiligheid openbare orde en handhaving Zorg en Opvang
1.167.550
1.167.550
1.167.550
1.158.240
1.158.235
5.819.125
8.333.446
8.483.741
11.094.308
12.231.825
18.112.200
58.255.521 6.638.319
Zorg en Opvang
1.376.790
1.420.188
1.269.499
1.269.499
1.302.343
Gezond en wel in de stad
Zorg en Opvang
35.804
35.804
35.804
35.804
35.804
179.021
Jeugd en onderwijs: VSV
Jeugd en Onderwijs
315.594
315.594
315.594
315.594
315.594
1.577.972
Volwasseneneducatie **
Jeugd en Onderwijs
1.319.519
1.305.318
997.170
1.042.225
1.043.272
5.707.504
Onderwijsachterstand ***
Jeugd en Onderwijs
506.730
752.623
942.546
1.201.470
1.212.998
4.616.367
Aanval op de uitval en uitval II
Politiek en Bestuur
-
100.000
-
150.000
-
250.000
Sociale herovering
Zorg en Opvang
-
808.333
1.191.667
150.000
-
2.150.000
Inburgering gepardonneerden*
Zorg en Opvang
-
-
-
138.880
201.600
340.480
Participatiebonus*
Zorg en Opvang
-
-
-
59.522
135.278
194.800
Totaal
13.055.434
14.389.152
17.014.139
17.753.059
23.517.325
-
85.729.108
Totaal GSB
13.080.434
20.830.869
18.151.576
20.927.223
29.702.812
1.991.795
104.684.708
*
De OOGZ-middelen zijn met ingang van 1-1-2007 aan de BDU-SIV toegevoegd
**
De WEB-middelen zijn met ingang van 1-1-2007 aan de BDU-SIV toegevoegd
*** De onderwijsachterstandmiddelen zijn met ingang van 1-8-2006 aan de BDU-SIV toegevoegd en worden per schooljaar toegekend in plaats van per kalenderjaar. **** De Inburgering gepardonneerden en Participatiebonus zijn met ingang 01-01-2008 aan de BDU-SIV toegevoegd
35
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Meerjaren Investering Programma 2009
2.1.2 Meerjaren Investering Programma 2009 In onderstaand overzicht wordt ingegaan op de afwijkingen van de projecten die in het Meerjareninvesteringsprogramma (MIP) 2009 zijn opgenomen. Stand van zaken MIP-projecten 2009 (alleen
Majeure wijzigingen en overige opmerkingen
projecten met een bijdrage GSB (ISV/SIOF)). Haak om Leeuwarden
Kasritme wijziging als gevolg van het niet realiseren van de planning van 2009. Planning is doorgeschoven naar 2010. In 2009 is het Ontwerp Tracé Besluit (OTB) ter inzage gelegd. Na de inspraak is er een discussie geopend door Rijkswaterstaat over het ontwerp van de Werpsterhoek. Naar aanleiding van een nieuw normenkader wordt het ontwerp aangepast. Dit veroorzaakt de opgelopen vertraging.
Westelijke invalsweg
Kasritme wijziging als gevolg van nadere afspraken met de provincie in het kader van bereikbaarheid Leeuwarden over de dekking van het project Westelijke invalsweg fase 1. Een deel van het budget is nu beschikbaar voor Westelijke invalsweg fase 2. Het project maakt onderdeel uit van het pakket bereikbaarheid Leeuwarden. De bereikbaarheid Leeuwarden wordt door het Rijk als prioritair aangemerkt in het kader van de compensatiemiddelen ZZL.
Potmarge
Kasritme wijziging als gevolg van nieuwe ontwikkelingen in het gebied. Op 16 maart 2009 heeft het college van B&W ingestemd met de vestiging van het verpleeghuis voor maatschappelijke opvang in de buitenschool en daartoe de buitenschool te verkopen aan Zorggroep Noorderbreedte. De ontwikkelingen met betrekking tot de Watercampus worden afzonderlijk verantwoord.
Wielengebied
Kasritme wijziging als gevolg van uitgestelde besluitvorming. In 2009 is de structuurvisie ter vaststelling aan de Raad voorgelegd.
Fietstunnel Oostergoplein
In 2009 is een aanvraag ingediend voor de realisatie van de fietstunnel Oostergoplein. In 2009 is de het werk gegund, middels een Europese aanbesteding, aan Heijmans. Heijmans is bezig met de voorbereiding van de realisatie. Start realisatie wordt voorzien in maart 2010.
Watercampus
In 2009 is een SIOF aanvraag ingediend ten behoeve van de planvoorbereiding en aankoop van voormalig ‘Atoglas’ terrein als onderdeel van de ontwikkeling van een Watercampus in dit gebied.
36
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Meerjaren Investering Programma 2009
Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV-II en -III) 2010 is het eerste jaar van de derde ISV-periode. Het rijk zal voor de periode 2010-2015 aan de gemeente een investeringsbudget stedelijke vernieuwing beschikbaar stellen ter grootte van naar verwachting ruim 17 miljoen euro. Om deze middelen te verkrijgen heeft de gemeente in oktober 2009 een Meerjarenontwikkelingsprogramma (MOP) bij het rijk ingediend. De beschikking van het rijk waarin de ISV-middelen worden toegekend, wordt begin maart 2010 verwacht. Met de vaststelling van het Meerjarenontwikkelingsprogramma voor de periode 2010-2015 heeft de gemeenteraad de lijn uitgezet voor de verdeling van de ISV-III middelen. Op het moment dat duidelijk is of en hoeveel middelen wij krijgen van het rijk, zal de gemeenteraad een definitief verdeelbesluit worden voorgelegd voor het jaar 2010 en verder. De ISV-II middelen hebben nog een kleine doorloop in 2010 en volgende jaren. Zie onderstaand overzicht.
ISV II - projecten 2005-2009 Omschrijving
Raming
Bijdragen Projecten
Nog te besteden
2005
2006
706.552
Achter de Hoven
4.050.000
3.345.164
Fruitstraat
1.050.000
1.050.000
2007
2008
2009
Totaal
2010 e.v.
4.051.716
1.716-
1.050.000
-
3.000.000
3.500.000
-
Vrijheidswijk Vrijheidswijk Centrumgebied, incl MFC
3.500.000
500.000
-
Vrijheidswijk Tolhuis
641.000
341.000
300.000
641.000
-
Vrijheidswijk Zuid-West
907.560
-
907.560
907.560
-
-
-
500.000
-
1.000.000
-
65.718-
234.282
-
290.000
290.000
160.000
AZC
-
Noord-Oost
500.000
40.000
Noord-West
1.000.000
1.000.000
Vrijheidswijk overige gebieden
234.282
Bilgaard
450.000
97.882
202.118
460.000
37
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Meerjaren Investering Programma 2009
ISV II - projecten 2005-2009 Omschrijving
Raming
Bijdragen Projecten 2005
Nog te besteden 2006
Monumenten / Revolving Fund Monumenten
700.000
700.000
Particuliere Woningverbetering - Vlietzone
700.000
2.968
Groen in en om de stad
400.000
2007
2008
56 30.000
128.000
2009
Totaal
2010 e.v.
700.000
-
159.527
162.551
537.449
89.000-
69.000
331.000
5.118
0
Geluidssanering
5.118
5.118
Bodemsanering
1.700.000
221.111
214.153
402.230
276.769
1.114.263
585.737
25.000
13.804
4.171
3.110
3.110
24.195
805
40.675
110.000
150.675
675-
819.440
-
-
267.600
15.219.801
1.880.199
Communicatie Energieprojecten
150.000
Ontwikkelingssubsidie
819.440
Mondriaanbuurt
267.600
Totaal
38
17.100.000
811.093
4.395.164
1.990.553
886.938
2.696.551
8.347
5.250.595
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma’s
2.1.3 Programma’s Leeswijzer voor de programma’s De Programmaverantwoording per programma betreft de beleidsverantwoording voor de 14 programma’s . Hierin staat in elk programma de vraag centraal of de gestelde doelen uit de Programmabegroting 2009 zijn gerealiseerd. Deze vraag wordt vormgegeven door de drie –bekende- vragen. a)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
b)
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan?
c)
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost?
Ad a) Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? De strategische doelen per programma worden weergegeven in een strategisch algemeen doel, de missie, en worden vertaald in strategische hoofddoelen. Deze strategische hoofddoelen zijn vervolgens vertaald in effecten, verwoord in een situatie die gerealiseerd moet worden. De ten doel gestelde effecten worden met behulp van indicatoren meetbaar gemaakt en worden in een tabel weergegeven. In deze effectentabel staan in de eerste kolom een letter per effect. In de tweede kolom staat het effect verwoord met de daarbij behorende indicatoren. In de derde kolom staat de nulmeting, indien beschikbaar, van de indicator. In de vierde gearceerde kolom staat de realisatie in 2009, uitgedrukt in een meting van de indicator. In de vijfde kolom staat de prognose zoals deze is vastgesteld in de Programmabegroting 2009, in de daaropvolgende kolom staat het saldo, het verschil tussen realisatie en begroting. Dit saldo wordt verklaard indien de afwijking substantieel is in het tweede gedeelte van de programmaverantwoording, onder het kopje: Analyse en toelichting. De beoordeling of een afwijking op de effecten nader geanalyseerd moet worden is gebaseerd op de ‘Richtlijnen jaarrekening 2009 Gemeente Leeuwarden’, en deze sluiten aan op het BBV. Ad b) Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Onder deze vraag worden alle prestaties weergegeven die zijn voorgenomen in de programmabegroting 2007 om de gestelde doelen en effecten te realiseren. Deze prestaties worden in de volgende prestatietabellen weergegeven: •
incidentele prestaties
•
structurele prestaties
•
accent in het verantwoordingjaar
•
realisatie van nieuw beleid of ombuigingen in het verantwoordingsjaar;
•
gerealiseerde prestaties die niet voorgenomen waren in de programmabegroting 2009.
In de tabel wordt middels een plusje, minnetje of plusminus (‘+’, ‘-’, of een ‘+/-’) aangegeven of de prestatie wel dan niet is uitgevoerd. Met de plusminus wordt bedoeld dat wel gestart is met de prestatie, maar dat deze nog niet is afgerond zoals was voorgenomen. In de laatste kolom wordt het effect vermeld met behulp van de effectletter waar de prestatie op van invloed is. Indien een voorgenomen prestatie niet of gedeeltelijk is uitgevoerd, wordt dit verklaard in het tweede gedeelte van de programmaverantwoording, onder het kopje: Analyse en toelichting. Ad c) Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Onder deze vraag worden 4 financiële tabellen weergegeven, in elk programma: •
begroting 2009
•
rekening 2009
•
resultaat 2009 op beleidsproductieniveau
•
lasten en baten van het totale programma.
39
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma’s
De toelichting op de afwijkingen wordt op programmaniveau gegeven, en bestaat uit een aantal componenten: •
kapitaallasten;
•
apparaatskosten;
•
overige verschillen o
baten
o
lasten
De toelichting op de afwijkingen staat in het laatste gedeelte van de programmaverantwoording, ‘Conclusie programma’. Tot slot wordt onder het kopje ‘Conclusie programma‘ de beleidsmatige eindconclusie voor het totale programma gegeven. De raad heeft verzocht de omvang van de programmabegroting en de jaarstukken te beperken. In deze jaarstukken wordt aan dit verzoek een invulling gegeven door alle subdoelen (indicatoren) en prestaties die niet afwijken en niet toegelicht worden niet op te nemen.
40
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Programma Cultuur (1) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Welzijn
Wethouder I. Diks
De heer J. de Waard
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang speerpunten
Implementatie Cultuurnota 2009
Is in volle gang.
‘Cultuurvuur’ Implementatie afspraken Rijk –
De gestelde doelen in ‘Grenzen Overschrijden’, de Noordelijke Cultuurvisie 2009-
Noordelijk Landsdeel (2009-2012)
2012 worden behaald. In het Noorden constateren wij meer culturele dynamiek, internationalisering en sterkere verbondenheid tussen cultuur en economie.
Nieuwe afspraken met de Provincie
De provincie en de gemeente Leeuwarden voeren verkenningen uit in hoeverre
over de inzet cultuurmiddelen
zij elkaar vinden onder de ambitie ‘Culturele Hoofdstad 2018’. In 2010 zullen de
stadsconvenant na 2010
verkenningen mogelijk leiden tot een samenwerkingsovereenkomst op dit punt.
Implementatie gemeentelijk
Is grotendeels gerealiseerd. Ook op de gemeentelijke website (doorlopend vanaf
archeologiebeleid Gemeentelijke monumentenlijst
2007). Het aanwijzingsproject van gemeentelijke monumenten is een omvangrijk en arbeidsintensief project. De onderzoeksfase is vrijwel gereed (350 van de 485 objecten zijn volledig onderzocht en beoordeeld). Nu de gecompliceerde procesgang goed uitgekristalliseerd is, komt de aanwijzing in volle gang.
Verbetering dienstverlening
Is in volle gang.
Monumentenzorg en Archeologie, voorlichting over zorgtaken, Profilering Oldehove
Er is krediet beschikbaar gesteld voor het uitvoeren van de bouwplannen en het aanbrengen van de ‘Tinkerexperience’ in de Oldehove.
Successen 1.
Gemeentelijke monumentenlijst
2.
Beeldende Kunst en Vormgevingbeleid
3.
–Tijdelijke- verhoging subsidie Harmonie en Filmhuis
4.
Groter Straatfestival, veel festivals, meer producties
5.
Blokhuispoort in gebruik genomen als Creatief Bedrijvencentrum
6.
De Ambitie ‘Verbeteren productieklimaat’ is met de realisatie van de Popfabryk (productiehuis Pop) en het productiehuis Jongerentheater ’n Meeuw sterk opgepakt.
7.
Vergroting en vereenvoudiging subsidiemogelijkheden (realisatie budget groot en budget klein)
8.
Benoemen van een Stadskunstenaar
9.
Oplevering rapport ‘Big 6’ over de efficiency van de zes grootste culturele instellingen
10. Filmhuis naar nieuw Fries Museum 11. Ontwikkeling Oldehove Verbeterpunten 1.
Doorontwikkelen archeologie (o.a. inbedden relevante gemeentelijk werkprocessen, mogelijkheid steunpunt archeologie, popularisering, intensivering samenwerking met amateur-archeologen).
2.
De ambitie ‘Basis op Orde’, het in stand houden van een sterke culturele basisinfrastructuur is nog niet gerealiseerd en vraagt de nodige aandacht.
3.
De ambitie ‘Meer reuring’ is in 2009 voldoende gerealiseerd maar door de tijdelijkheid van de financiering is continuering op langere termijn ongewis.
4.
Door het niet toekennen van gemeentelijke financiën zijn de ontwikkeling van werkruimtes voor kunstenaars en het instellen van een Cultuurfonds uit private middelen nog niet opgepakt.
41
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Wat wilden we bereiken? Strategisch
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Cultuur leeft en wordt beleefd, actief én passief
A.
Meer sociale cohesie in buurten en wijken door inzet van kunst en cultuur
B.
Het cultureel bewustzijn van burgers is sterk ontwikkeld, het publieksbereik en de
Algemeen doel
actieve participatie in kunst en cultuur, vooral bij jongeren, zijn merkbaar gegroeid Een culturele infrastructuur die past bij de identiteit van
C.
Een sterke en verbeterde culturele basisinfrastructuur
een culturele hoofdstad
D.
Professionele instellingen met een uitstekende bestuurscultuur
Een bruisende binnenstad met een hoge (ruimtelijk)
E.
De binnenstad is een podium en het (monumentaal) decor voor een breed geschakeerd
culturele kwaliteit
aanbod van culturele activiteiten w.o. een artistiek hoogstaand en spraakmakende, inspirerende festivalagenda
Leeuwarden is hét
F.
De (monumentale) binnenstad heeft een grote aantrekkingskracht op bezoekers door
G.
Groeiende omzet in cultuurtoerisme
Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit
H.
Grotere aantrekkelijkheid van Leeuwarden als monumentale stad in Noord-Nederland
behoudt
I.
Bescherming en duurzaam beheer van cultureel erfgoed: monumenten en beschermde
culturele centrum
bijzondere stedenbouwkundige en architectuurhistorische kwaliteiten
van Fryslân
stadsgezichten, archieven, archeologische waarden, gemeentelijke kunstcollectie en archeologische vindplaatsen J.
Het cultuur- historisch bewustzijn van burgers is sterk ontwikkeld met dito draagvlak
K.
Burgers hebben een positieve grondhouding ten aanzien van het Fries in relatie met de
voor de instandhouding van roerend en onroerend cultureel erfgoed identiteit van de stad Een inspirerend klimaat voor cultureel en creatief
L.
ondernemerschap met ruimte voor experimenten
Een breed geschakeerde, in de stad gevestigde creative community (beeldend kunstenaars, podiumkunstenaars, architecten, webdesigners, grafische ontwerpers, reclamemakers etc.)
M.
Toename aantal talentvolle kunstvakstudenten als startend ondernemer in hun cultureel/creatieve praktijk
N.
Een levendig productie- en expositieklimaat (podium en beeldend) met stimulansen voor disciplines die tot dusver weinig ontwikkeld zijn
42
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
-
19%
180 115
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
nvt
22%
25%
90
nvt
95
95
145
-30
150
150
14.000
Cultuur leeft en wordt beleefd, actief én passief
A Meer sociale cohesie in buurten en wijken door inzet van kunst en cultuur Indicator: •
Percentage inwoners Leeuwarden dat vaak/regelmatig
(2005) 11%
deelneemt aan activiteiten in de buurten of dorpen Bron: Wijksignalering, nulmeting 2005
B Het cultureel bewustzijn van burgers is sterk ontwikkeld,
(2006)
het publieksbereik en de actieve participatie in kunst en cultuur, vooral bij jongeren, zijn merkbaar gegroeid. Indicatoren: •
Aantal museumbezoekers (x 1.000)
•
Aantal bezoekers Harmonie (verkochte kaarten)
142
(x 1.000) •
Aantal bezoekers Erfgoedkwartier (x 1.000)
•
Aantal cursisten (in de breedste zin) Parnas
•
Aantal bezoekers Bibliotheek (x 1.000)
•
Aantal leden Bibliotheek
•
Aantal bezoekers Poppodium
Nog niet
Niet
bekend
bekend
12.250
13.500
13.500
0
14.000
753
947
710
+237
720
730
28.750
23.361
24.000
-639
25.000
26.000
6.650
17.000
10.000
+7.000
12.000
15.000
70%
-
(nulmeting 2006: sept. t/m dec.) Bron: cultuurparticipatieonderzoek •
Percentage ingeleverde bonnen voor culturele en
75%
kunstzinnige vorming van het totaal aantal uitgereikte bonnen aan middelbare scholieren Bron: CJP Een culturele infrastructuur die past bij de centrumfunctie
D Professionele instellingen met een uitstekende bestuurscultuur Indicator: •
Aantal instellingen dat werkt volgens de code ‘Cultural
Nog niet
Niet
Governance’
bekend
bekend
15
nvt
25
25
Een bruisende binnenstad met een hoge (ruimtelijk) culturele kwaliteit
43
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Subdoelstellingen
E
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
66%
34%
68%
69%
64%
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
+32%
35%
36%
70%
-1%
72%
73%
46%
67%
-21%
68%
69%
7,23
7,15
7,5
-0,35
7,75
8
555
De binnenstad is een podium en het (monumentaal) decor voor een breed geschakeerd aanbod van culturele activiteiten waaronder een artistiek hoogstaand en spraakmakende, inspirerende festivalagenda (onderdeel Stadsconvenant) Indicatoren: •
(2006)
Percentage Leeuwarders dat vindt dat Leeuwarden
32%
leuke festivals heeft Bron: Cultuurparticipatie onderzoek, nulmeting 2006 (2001) •
Percentage Leeuwarders dat vindt dat Leeuwarden een gevarieerd aanbod aan cultuur/evenementen heeft
•
Percentage Friezen dat vindt dat Leeuwarden een gevarieerd aanbod aan cultuur/evenementen heeft
•
Rapportcijfer cultuuraanbod binnenstad (theaters, festivals)
Bron: Woonimago onderzoek 2001, herhaling 2007 en Wijksignalerings enquête 2005 (nulmeting) Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit behoudt
H
Grotere aantrekkelijkheid van Leeuwarden als monumentale stad in Noord-Nederland En
I
Bescherming en duurzaam beheer van cultureel erfgoed: monumenten en beschermde stadsgezichten, archieven, archeologische waarden, gemeentelijke kunstcollectie en archeologische vindplaatsen Indicatoren: •
Aantal rijksmonumenten (bovengronds) – nulm. 2006
555
555
555
0
555
•
Aantal rijksmonumenten (archeologisch) - nulm. 2006
7
7
7
0
7
7
•
Aantal gem. monumenten (bovengronds) - nulm. 2007
0
61
375
-314
375
375
•
Aantal gem. monumenten (archeologisch) - nulm.
0
4
4
0
6
8
2007
2
4
4
0
4
4
•
Aantal rijksbeschermde stadsgezichten – nulm. 2006
0
0
0
0
2
5
•
Aantal gemeentelijke beschermde stadsgezichten – 28
10
+18
10
10
1
8
-7
10
10
105
105
105
0
105
105
100%
97%
97%
0
96%
95%
0%
3%
3%
0
4%
5%
nulmeting 2007 •
Aantal gesubsidieerde restauraties van
•
Aantal gesubsidieerde restauraties van gemeentelijke
rijksmonumenten (Brim) monumenten en beeldbepalende panden (RfL) •
Aantal archeologische AMK-terreinen zonder rijksmonumentstatus - nulmeting 2007
•
Het percentage van wat op de vondstplaats behouden is – nulmeting 2007
•
Het percentage van wat dat op een andere plaats dan waar gevonden, behouden wordt (nulmeting 2005)
•
Aantal fysieke bezoekers Erfgoedkwartier
Nog niet
Niet
•
Aantal digitale bezoekers Erfgoedkwartier
bekend
bekend
•
Aantal publieksactiviteiten in het Erfgoedkwartier
44
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Subdoelstellingen
J
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
1.356
1.600
1.450
3x/jr
3x/jr
3x/jr
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
+150
1.500
1.650
0
3x/jr
3x/jr
Het cultuur- historisch bewustzijn van burgers is sterk ontwikkeld met dito draagvlak voor de instandhouding van roerend en onroerend cultureel erfgoed Indicatoren: •
Aantal leden van de historische vereniging Aed levwerd
•
Aantal verschenen publicaties over historisch Leeuwarden:
•
-
Leoverdia
-
Artikel via website
12x/jr
12x/jr
12x/jr
0
12x/jr
12x/jr
-
Leeuwarden Historische Reeks (LHR)
1x/2jr
0
1x/2jr
nvt
1x/2jr
1x/2jr
2.500
3.200
3.000
+200
3.000
3.000
20%
20%
20%
0
20%
20%
14
28
16
+12
18
20
6
7
7
0
7
7
Aantal bezoekers Open Monumentendag
K Burgers hebben een positieve grondhouding ten aanzien van het Fries in relatie met de identiteit van de stad Indicator: •
Het percentage inwoners dat Fries als thuistaal heeft
Bron: Onderzoek Bery Frysk, nulmeting 2005 Een inspirerend klimaat voor cultureel/creatief ondernemerschap
M Toename aantal talentvolle kunstvakstudenten als startend ondernemer in hun cultureel/creatieve praktijk Indicator: •
aantal startende ondernemers op gebied van podiumkunsten/beeldende kunsten (nulmeting gemiddelde 2003-2005)
Bron KvK
N Een levendig en stimulerend productie- en expositieklimaat (podium/beeldend) Indicator: •
aantal gerealiseerde producties (podium en beeldend) die artistiek van betekenis zijn en lokaal draagvlak genieten (nulmeting 2007)
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd.
Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit behoudt •
Aanwijzen gemeentelijke monumenten (bovengronds)
x
+/-
•
Voorlichtingsfolders (ook uitbouw website)
x
+/-
•
Evaluatie Restauratiefonds Leeuwarden
x
-
H, I en J
Beleidsmatige voorbereidingen voor het aanwijzen van
x
-
H, I en J
+/-
H, I
•
H, I en J
x
x
x
H, I
gemeentelijke beschermde stads- en dorpsgezichten •
Implementeren archeologiebeleid
x
•
Aanwijzen gemeentelijke monumenten (archeologisch)
x
•
Opzetten van cultuurhistorische/archeologische routes
+
x
nnb
x
x
H, I
x
x
F, H, I en J
•
Realiseren van archeologische visualisaties
+
x
x
F, H, I en J
45
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
Cultuur leeft en wordt beleefd, actief én passief •
invoeren wijkgerichte cultuureducatie d.m.v. realisatie 4 nevenlocaties kunst- en cultuureducatie
+/-
A, B
•
Opstellen programma’s van eisen voor archeologisch onderzoek – ca. 11 per jaar
+/-
I
•
Laten uitvoeren archeologisch vooronderzoek (IVO) – ca. 9 per jaar
+/-
I
•
Laten uitvoeren archeologische waarnemingen door amateurs op gedeselecteerde terreinen – ca. 6
+/-
I, J
per jaar
Realisatie speerpunten rekeningjaar •
Implementatie Cultuurnota 2009 ‘Cultuurvuur’
Real.
Sub
2009
doel
+/-
A, B, D, E, F G, K, L
•
Implementatie afspraken Rijk – Noordelijk Landsdeel (2009-2012)
+/-
A, B, C, E
•
Nieuwe afspraken met de Provincie over de inzet cultuurmiddelen stadsconvenant na 2010
+/-
A, B, C, E
•
Profilering Oldehove
+/-
G
•
Implementatie gemeentelijk archeologiebeleid
+/-
I, J
•
Gemeentelijke monumentenlijst
+/-
H, I, J
•
Verbetering dienstverlening Monumentenzorg en Archeologie, voorlichting over zorgtaken, ook op
+/-
H, I, J
Real.
Sub
Realisatie nieuw beleid/ombuiging
2009
doel
Implementatie cultuurnota 2009-2012
+/-
de gemeentelijke website (doorlopend vanaf 2007)
A, B, E G, K, L
Analyse en Toelichting Cultuur leeft en wordt beleefd, actief én passief Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Leeuwarders die
In 2009 is geen wijksignaleringsenquète gehouden. Dus zijn er voor 2009 geen
deelnemen aan culturele
gegevens bekend.
activiteiten Aantal bezoekers
De ambities op het gebied van het erfgoedkwartier kunnen nog niet worden beschreven.
erfgoedkwartier (B en I)
Het erfgoedkwartier is nog in ontwikkeling. De bezoekersaantallen en aantallen activiteiten binnen het erfgoedkwartier zijn daarom nog niet te kwantificeren.
Bonnen voor culturele en
Met ingang van schooljaar 2008/2009 zijn de CJP-bonnen vervangen door de
kunstzinnige vorming (B)
cultuurkaart. De Cultuurkaart werd in november 2008 door CJP geïntroduceerd in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap onder 926.000 leerlingen. Aan iedere Cultuurkaart is een bedrag gekoppeld van 15 euro, dat afhankelijk van de voorkeur van de school, alleen of samen met de klas uitgegeven kan worden aan culturele activiteiten. Daarnaast stelt het VSBfonds per CKV-leerling tien euro extra individueel tegoed ter beschikking. VSBfonds wil hiermee jongeren stimuleren om zelf nieuwe culturele activiteiten te ontdekken en instellingen uitdagen zich meer in jongeren te verdiepen. In Fryslân hebben 36.356 leerlingen meegedaan. 86% van hen heeft de
46
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
kaart geactiveerd. Jongeren uit de provincie maken meer gebruik van de kaart dan jongeren uit de Randstad. Als er wordt gekeken naar individuele bestedingen, zijn de Friese jongeren het meest actief. Er zijn geen cijfers van Leeuwarden, er zijn alleen provinciale cijfers. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Invoeren wijkgerichte
In de wijk Camminghaburen is een pilot DOK-C gestart waarbij gekoppeld aan de brede
cultuureducatie
school cultuur activiteiten voor kinderen en volwassenen worden georganiseerd. De resultaten van deze pilot worden gebruikt om in andere buurten en wijken cultuureducatie toe te passen.
Speerpunten (afwijking) Implementatie Cultuurnota
Is in volle gang. Een aantal speerpunten, zoals ‘Basis op Orde’ en ‘meer reuring’ zijn door –tijdelijke- verhoging van de budgetten gerealiseerd. Ook deelaspecten van de nota, zoals het instellen van een Stadskunstenaar, uitbrengen van de BKV-nota, Culturele prijzen, een Popproductiehuis, een productiehuis Jongerentheater en ruimere en eenvoudiger subsidiemogelijkheden zijn gerealiseerd. Op andere terreinen, zoals op het verbeteren Productieklimaat, zijn de ontwikkelingen nog in volle gang. Werkruimtes voor kunstenaars en het instellen van een Cultuurfonds uit private middelen zijn zaken waar nog geen actie op is ondernomen.
Implementatie afspraken
Ondanks lang onderhandelen tussen het Noordelijk Overleg Cultuur (NOC) en het Rijk is
Rijk – Noordelijk Landsdeel
geen overeenstemming bereikt en geen nieuw cultuurconvenant afgesloten. De vijf
(2009-2012)
partners van het NOC zien het belang van een samenhangend cultuurbeleid in het noorden en blijven, ondanks het uitblijven van rijksgelden, in goed overleg samen lobby voeren, beleid maken en besluiten nemen.
Nieuwe afspraken met de
Op het gebied van Cultuur voeren de provincie en de gemeente Leeuwarden
Provincie over de inzet
verkenningen uit in hoeverre zij elkaar vinden onder de ambitie ‘Culturele Hoofdstad
cultuurmiddelen
2018’. In 2010 zullen deze verkenningen mogelijk leiden tot een
stadsconvenant na 2010
samenwerkingsovereenkomst op dit punt.
Subconclusie
Met de (incidenteel) beschikbare middelen is uitvoering gegeven aan de Cultuurnota
‘CultuurVuur’. Een culturele infrastructuur die past bij de identiteit van een culturele hoofdstad Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Aantal instellingen met
Er is nog geen nulmeting verricht. In 2009 is prioriteit gelegd bij het uitvoeren van de
‘Cultural Governance’ (D)
Cultuurnota.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige Toelichting Culturele infrastructuur
In ‘CultuurVuur’ is de ambitie uitgesproken voor een volwaardige culturele infrastructuur. De hieraan verbonden conclusie hield in dat de gemeente dan ook navenant in haar culturele infrastructuur zou moeten investeren. Met de extra beschikbare budgetten zijn de meest nijpende problemen bij de Harmonie en het Filmhuis verholpen.
Nieuw beleid (toelichting) Implementatie Cultuurnota Subconclusie
Zie hierboven. Met de (incidenteel) beschikbare middelen is uitvoering gegeven aan de Cultuurnota ‘CultuurVuur’.
47
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Een bruisende binnenstad met een hoge (ruimtelijk) culturele kwaliteit Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Festivals(E)
Momenteel kent Leeuwarden veel festivals, producties en tentoonstellingen waarmee we kunnen spreken van een bruisende binnenstad. Een deel van deze impuls wordt gefinancierd met tijdelijk geld dat met ingang van 2012 niet meer beschikbaar is. De verwachting is dat het bruisende karakter daarmee verloren gaat.
Gevarieerd aanbod aan
Ook de culturele sector is getroffen door de kredietcrisis. Hierdoor zijn er minder
cultuur in Leeuwarden (E)
middelen door onder andere sponsors beschikbaar geweest waardoor een aantal evenementen beperkter van opzet waren of helemaal niet zijn doorgegaan.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Speerpunten (afwijking) Profilering Oldehove
Er is krediet beschikbaar gesteld voor het uitvoeren van de bouwplannen en het aanbrengen van de ‘Tinkerexperience’ in de Oldehove.
Subconclusie
Met de (incidenteel) beschikbare middelen is uitvoering gegeven aan de Cultuurnota
‘CultuurVuur’. Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit behoudt Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Aantal gemeentelijke
Zie toelichting bij het onderdeel Speerpunten.
monumenten (bovengronds) (I) Aantal gesubsidieerde
Deze afwijking in positieve zin is te verklaren door de verruiming van de
restauraties van
subsidiemogelijkheden, waardoor meer (ook kleinere) projecten voor subsidie in
rijksmonumenten (Brim)(I)
aanmerking komen. De gemeentelijke monumentenzorg stimuleert als belangrijkste monumentenzorgloket voor eigenaren, de gebruikmaking van deze subsidie.
Leeuwarder Restauratiefonds
Een belangrijke oorzaak van het achterblijven van leningen uit het Leeuwarder
(I)
Restauratiefonds is dat de gemeentelijke monumentenlijst nog niet gereed is – er zijn tot dusverre 61 van de verwachte 375 onroerende zaken aangewezen. Hierdoor kan het potentieel van dit fonds bij lange na nog niet worden benut. Bij de aanwijzing van gemeentelijke monumenten wordt het Leeuwarder Restauratiefonds onder de aandacht gebracht, door middel van een (nieuwe) folder. De verwachting is dat naarmate er meer aanwijzingen plaatsvinden, het gebruik van het Leeuwarder Restauratiefonds zal
toenemen. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Aanwijzen gemeentelijke
Zie toelichting bij het onderdeel Speerpunten.
monumenten (bovengronds) Voorlichtingsfolders (ook
Zie toelichting bij het onderdeel Speerpunten.
uitbouw website) Evaluatie Restauratiefonds
De evaluatie is doorgeschoven naar 2011. Het is namelijk van groot belang dat het
Leeuwarden
effect van de aangewezen gemeentelijke monumenten (bovengronds), een belangrijke doelgroep, wordt meegenomen.
Beleidsmatige
Het voornemen tot aanwijzen van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten, en vooral
voorbereidingen aanwijzen
het vooronderzoek daarvoor, is opgenomen in de programmabegrotingen 2009 en 2010
gemeentelijke stads- en
(e.v.). Dat voornemen was gestoeld op een kadernotitie monumentenzorg uit 2007. Aan
48
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
dorpsgezichten
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
de daarvoor noodzakelijke randvoorwaarde, dekking voor de onderzoekskosten (middels aanvraag nieuw beleid) is tot op heden niet voldaan. Het is erg onwaarschijnlijk dat hier de komende jaren alsnog in wordt voorzien. Opname in de programmabegroting was kortom te voorbarig/enthousiast. Toekomstige basisbescherming, middels het bestemmingsplan, van cultuurhistorische waarden ingegeven door de modernisering monumentenzorg (Rijksbeleid) zal hier (deels) in kunnen voorzien.
Opstellen programma’s van
Er zijn maar weinig bodemverstorende projecten geweest, waarbij archeologische
eisen en het laten uitvoeren
resten in gevaar dreigden te komen en (voor)onderzoek vereist was.
van archeologisch vooronderzoek (IVO) Archeologische
Er waren minder voor waarneming interessante terreinen en enkele bouwprojecten zijn
waarnemingen door
uitgesteld naar 2010.
amateurs op gedeselecteerde terreinen Speerpunten (afwijking) Implementatie gemeentelijk
Is zo goed als voltooid. Laatste puntjes op de “i” begin 2010. Nog niet geheel voltooid
archeologiebeleid
door prioritering aanwijzing archeologische monumenten en voldoen aan vereisten rijkssubsidie opgraving Oldehoofsterkerkhof in de vorm van publieksboek en tentoonstelling. Voor de toekomst zal de nadruk verschuiven naar doorontwikkeling van archeologie. Groot succes is de totstandkoming van een publieksboek over het Oldehoofsterkerkhof met bijbehorende tentoonstelling in het HCL.
Gemeentelijke
Per 31 december 2009 zijn er 61 gemeentelijke monumenten aangewezen. Het
monumentenlijst
onderzoeken en aanwijzen van gemeentelijke monumenten is eenmalig en omvangrijk. Vooral het aanwijzingstraject blijkt zeer arbeidsintensief en luistert juridisch nauw. Na ervaringen met enkele aanwijzingstranches is de gecompliceerde procesgang goed uitgekristalliseerd. De onderzoeksfase is grotendeels afgrond: 350 van de 485 objecten zijn onderzocht en beoordeeld. Nu de gecompliceerde procesgang goed uitgekristalliseerd is, komt de aanwijzing in volle gang.
Voorlichting
Er is in 2009 een aantal voorlichtingsfolders gereed gekomen. Ook zijn de teksten op
monumentenzorg (folders
het Digitaal Loket ingrijpend vernieuwd en worden ze regelmatig bijgewerkt. Daarnaast
en uitbouw website)
is, ondanks technische problemen die inmiddels grotendeels zijn overwonnen, begonnen met de voorbereidingen voor het intern en via internet extern beschikbaar stellen van de monumentendatabase (SIMON) en het ‘vullen’ van de gemeentelijke website m.b.t. monumentenzorg. Dit zal in 2010 gereed komen.
Subconclusie
Met de in 2009 verrichte werkzaamheden aan het eenmalige en omvangrijke aanwijzingsproject van gemeentelijke monumenten en de implementatie van het archeologiebeleid is een belangrijke bijdrage geleverd aan de koestering van cultureel
erfgoed en het behoud van de vitaliteit van de stad. Een inspirerend klimaat voor cultureel en creatief ondernemerschap met ruimte voor experimenten Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Startende ondernemers (M)
De Kamer van Koophandel maakt andere selecties van nieuwe inschrijvingen per branche. Daardoor wijkt het aantal nieuwe ondernemers in de creatieve sector af van het begrote aantal. Ook is het denkbaar dat de omvang van het aantal starters in deze sector is toegenomen.
49
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Overige toelichting Verbeteren
De ambitie ‘verbeteren productieklimaat’ is door het oprichten van de Popfabryk en
productieklimaat
Jeugdtheaterproductiehuis ’n Meeuw sterk verbeterd. Voorlopig sluitstuk van de verbetering van het productieklimaat vormt de oprichting van een Productiebureau dat alle producerende verenigingen/clubs/instellingen kan ondersteunen bij hun producties. Dit productiebureau is nog niet actief werkend maar zal in 2010 verder vorm krijgen. De
functie van ‘Cultuurmakelaar’ zal onderdeel uitmaken van dit productiebureau. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking
Er zijn geen afwijkingen.
Subconclusie
De uitvoering ligt op schema.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
16 -375 0 -17
0 0
-52 -18 -13 6
-36 -394 -12 -11
43 19 37
7 -375 25 -11
-376
0
-77
-453
99
-353
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
Begroting 2009 primitief Begroting 2009 na wijziging :
2.091 1.967
20 28
8.278 9.117
10.388 11.113
396 611
-9.993 -10.502
Rekening 2009 :
2.343
28
9.194
11.565
710
-10.855
Resultaat B-C
-376
0
-77
-453
99
-353
Beleidsproducten 001 002 003 058
Kunst en cultuur Historisch Centrum Leeuwarden Cultuurhistorisch beheer Kwaliteit gebouwde omgeving
Saldo
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma A B C
Saldo
x € 1.000 Analyse van het resultaat : 1. 2.
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
Saldo
Kunst en Cultuur Historisch Centrum Leeuwarden
-375
-375
-375
- verrekeningen met reserves : 1.
Kunst in de openbare ruimte - niet relevante posten : Totaal
12
12
-1
-76
-77
87
10
-376
-76
-452
99
-353
Analyse en Toelichting Programma Cultuur Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Toelichting Historisch Centrum
Het nadeel op de apparaatskosten van € 375.000 is een gevolg van het feit dat er meer
Leeuwarden
productieve uren zijn verantwoord dan begroot. Dit wordt ondermeer veroorzaakt door een lager ziekteverzuim, meer inhuur en tijdelijke urenuitbreiding ten behoeve van beleidsadvisering. Daarnaast zijn er via REAX medewerkers werkzaam ten behoeve van de boekbinderij en collectie gebouwen beheer. Het totale nadeel op apparaatskosten op het programma Cultuur wordt gecompenseerd door een voordeel van € 353.000 op saldi kostenplaatsen (programma 15 Algemene Dekkingsmiddelen).
50
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Eindconclusie programma Cultuur Successen 1.
Gemeentelijke
Het proces tot aanwijzing van gemeentelijke monumenten is inmiddels goed op gang
monumentenlijst
gekomen. Door het aanwijzen van gemeentelijke monumenten wordt invulling gegeven aan de koestering van cultureel erfgoed en het behoud van de vitaliteit van de stad.
2.
BKV beleid
Het nieuwe BKV-beleid wordt uitgevoerd. De speerpunten Keramiek en MediaKunst vormen een goed uitgangspunt om een consistent kunstbeleid te voeren. De regelingen presenteren en produceren geven een impuls aan het presentatie- en productieklimaat in Leeuwarden. Ook het onderdeel ‘Kunst in de Wijken’ wordt per heden uitgevoerd.
3.
–Tijdelijke- verhoging
Van alle culturele instellingen was de noodzaak tot financiële reparatie bij De Harmonie en
subsidie Harmonie en
Het Filmhuis het meest prangend. Beide hebben in 2009 een tijdelijke verhoging van de
Filmhuis
subsidie ontvangen, waarmee de doelstelling ‘De basis op orde’ recht wordt gedaan. Door een financiële impuls heeft het Fries Straatfestival zich kunnen vergroten, ook andere
4.
Groter Straatfestival,
festivals hebben een ruimer budget toegekend gekregen en door het instellen van het
veel festivals, meer
‘Budget Groot’ zijn vele grotere culturele producties meegefinancierd.
producties Cultureel Leeuwarden heeft een enorme impuls ondergaan door de ingebruikname van de 5.
Blokhuispoort in
Blokhuispoort. Vele culturele ondernemers hebben zich tegen een zeer laag tarief gevestigd
gebruik genomen als
in deze voormalige gevangenis. Doordat zij nu dicht bij elkaar werken ontstaat er
Creatief
uitwisseling, samenwerking en dwarsverbanden. Alle werkeenheden zijn inmiddels verhuurd.
Bedrijvencentrum
De grotere ruimten worden met opzet vrijgehouden, hier vinden onder meer kunsttentoonstellingen, muziek optredens en theatervoorstellingen plaats. Om het productieklimaat in Leeuwarden te verhogen is in ‘CultuurVuur’ de ambitie voor een
6.
Realisatie Popfabryk
popproductiehuis en een jongerentheaterproductiehuis verwoord. Beide productiehuizen
(productiehuis Pop) en
hebben in 2009 het licht gezien en profileren zich op hun terrein.
productiehuis Jongerentheater ’n Meeuw Allerlei kleinere subsidieregelingen zijn samengevoegd onder de naam ‘Budget Klein’. 7.
Vergroting en
Aanvragen is hiermee een stuk eenvoudiger geworden. Daarnaast is het ‘Budget Groot’ in
vereenvoudiging
het leven geroepen om ook grotere producties te kunnen financieren.
subsidiemogelijk-heden
Daarnaast bestaan ook nog de regeling Cultuurparticipatie, en de nieuwe regelingen
(realisatie budget groot
Presenteren BKV en Produceren BKV . Er is één aanvraagformulier cultuursubsidie
en budget klein)
ontwikkeld waarmee men op eenvoudige en heldere wijze aanspraak kan doen op deze vijf regelingen.
8.
9.
Instellen
Na een uitgebreide selectie door de Adviesgroep Cultuur is Marten Winters voorgedragen en
Stadskunstenaar
voor twee jaar benoemd als Stadskunstenaar van Leeuwarden.
Oplevering rapport
Een grootschalig onderzoek naar de efficiency van de zes grootste culturele instellingen is
‘Big6’
opgeleverd. Dit rapport geeft goed inzicht in de doelmatigheid van de bedrijfsvoering en legt bloot waar de knelpunten voor de instellingen zitten.
10. Filmhuis gaat naar nieuw Fries Museum 11. Oldehove
Het Centrum voor de Film Friesland zal definitief inhuizen in de nieuwbouw van het nieuw Fries Museum. Groen licht voor de ontwikkeling van de Oldehove.
51
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaverantwoording: Programma Cultuur (1)
Verbeterpunten Doorontwikkelen
Doorontwikkelen archeologie (o.a. inbedden relevante gemeentelijk werkprocessen,
archeologie
mogelijkheid steunpunt archeologie, popularisering, intensivering samenwerking met amateur-archeologen).
Eindconclusie 2009 is voor het programma Cultuur een zeer dynamisch jaar geweest waarin veel nieuwe plannen zijn gerealiseerd.
52
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
Programma Jeugd en onderwijs (2) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder G. Krol
E. Brouwer
Speerpunten begrotingsjaar
Realisatie en voortgang speerpunten
2009 Verdere versterking/positionering
Speciale aandacht is besteed aan het voorkomen van schoolverzuim, met het
sluitende aanpak jongeren
accent op het sneller kunnen verlenen van zorg en begeleiding.
Definitief positioneren Centrum voor
In 2009 is in drie wijken het CJG operationeel. In 2010 vindt de implementatie
Jeugd en Gezin na de pilot van
in vijf wijken plaats.
najaar 2008 Doorontwikkeling brede scholen
In 2009 is een start gemaakt met de ontwikkeling van nieuwe brede scholen in Zuiderburen, de Zuidlanden en Wytgaard.
Uitvoeren ambities terrein jeugd en
In 2009 is een groot aantal activiteiten uitgevoerd op het terrein van Jeugd en
alcohol
Alcohol.
Uitwerking ambities Leeuwarden
Met de uitwerking van de zogenoemde hotspots, de ontwikkeling van de
Kennisstad
University Campus Fryslân en de activiteiten van de Stichting Leeuwarden Studiestad, is er sprake van een dynamische ontwikkeling.
Uitwerken samenwerking tussen
Hier is in 2009 een begin mee gemaakt.
gemeente en school- en welzijnsbesturen in de Leeuwarder Educatieve en Jeugdagenda (LEJA) Successen 1.
Vormgeving van het CJG met aandacht voor vroegsignalering en het werken met de Verwijsindex.
2.
Start van de gezamenlijke aanpak schoolverzuim op het voortgezet onderwijs en het MBO.
3.
Oplevering van MFC Vrijheidswijk, en de brede school Zuidlanden in Techum.
4.
Meer kinderen dan verwacht hebben deelgenomen aan Voorschoolse- en Vroegschoolse Educatie
5.
Er zijn in 2009 3 brede scholen gerealiseerd. Daarmee loopt de ontwikkeling van de brede scholen voortvarender dan gepland.
6.
Het voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaters heeft de laatste jaren een belangrijke impuls gekregen en met resultaat. In 2009 zijn extra middelen beschikbaar gesteld.
7.
De nota speelruimte beleid is door de raad vastgesteld
8.
De nota jongerenwerk is door de raad vastgesteld
Verbeterpunten 1.
Het overleg met de schoolbesturen en College van Bestuur in het kader van het ontwikkeling van een Lokale Educatieve en Jeugd Agenda verloopt moeizamer dan verwacht en gehoopt. In 2010 zal in overleg met alle betrokkenen worden nagegaan of de ingezette koers de juist is.
2.
De verbetering van de sluitende aanpak van jongeren behoeft continue aandacht. De ontwikkeling van het jongerenloket verloopt moeizamer dan verwacht als gevolg van problemen rond de huisvesting, rond de integratie van verschillende dienstonderdelen en onduidelijkheden over opzet en doelstellingen; sinds het najaar van 2009 is een projectleider actief ten behoeve van het implementatietraject
3.
Vroegtijdige aandacht voor beheer en exploitatie van multifunctionele accommodaties en brede scholen.
53
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Jeugd en Onderwijs(2)
Wat wilden we bereiken? Strategisch Algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Een toegankelijk (sociaal, economisch, cultureel),
A.
Over de stad gespreid aanbod van basis- en brede scholen
gevarieerd en innovatief aanbod van onderwijs
B.
Op niveau brengen van de kwaliteit van alle schoolgebouwen
voorzieningen (basis-, voortgezet, beroeps-,
C.
Het starten en afronden van trajecten voor deelnemers
wetenschappelijk en tweede kansonderwijs)
volwasseneneducatie
Jongerenparticipatie, ontmoeting- en algemene
D.
Het vergroten van de jongerenparticipatie op wijk- en gemeentelijk niveau
jongerenvoorzieningen voor 0-23 jarigen
E.
Vergroten van het aantal jongerenvoorzieningen
Geen jongere valt tussen wal en schip: elke jongere
F.
Voorkomen en verminderen van taalachterstanden
is bezig met opleiding of betaald werk of is actief in
G.
Jongeren die niet op school zitten of werk hebben volgen een specifiek
H.
Vergroten van het aantal voortijdige schoolverlaters (VSV) dat herplaatst
I.
Het door preventieve maatregelen verminderen van het aantal VSV-ers
Een sterke positie van Leeuwarden als kennis- en
J.
Een sterk MBO en HBO (en WO)
studiestad
K.
Afgestemd evenwicht tussen de vraag naar specifieke kennis en te starten
Een optimale deelname van jongeren aan het maatschappelijke verkeer en een toegankelijke onderwijsinfrastructuur die behoort bij de centrumfunctie van Leeuwarden
een werk-leertraject of neemt deel aan een activering- of zorgtraject
traject wordt
nieuwe opleidingen
54
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
2006 Een toegankelijk gevarieerd en innovatief aanbod van onderwijsvoorzieningen A
Over de stad gespreid aanbod van basis- en brede scholen Indicatoren: •
In elk verwijsgebied minimaal één voorziening voor
100%
100%
100%
0
100%
100%
3
7
5
+2
7
9
Aantal deelnemers Sociale redzaamheid
Gestart
146
120
+26
Aantal deelnemers Breed Maatschappelijk Functioneren
vanuit
355
265
+90
basisonderwijs •
Aantal brede scholen in Leeuwarden met een specifiek op het gebied toegesneden voorzieningenpakket
C Het starten en afronden van trajecten voor deelnemers volwasseneneducatie (MOP) Indicatoren:
• • • • •
Aantal deelnemers VAVO
een 0-
Aantal deelnemers NT2 voor niet-inburgeringplichtigen
situatie
48
150
-102
en –behoeftigen
20
60
-40
Aantal deelnemers NT2 gericht op alfabetisering
57
150
-93
626
745
-119
7
0
10
-10
10
10
99
780
400
+380
100%
100%
40
155
160
-5
Totaal Jongerenparticipatie D
Het vergroten van de jongerenparticipatie op wijk- en gemeentelijk niveau Indicator: •
Aantal jongerenplatforms c.q. jongereninitiatieven
Geen jongere valt tussen wal en schip F
Voorkomen en verminderen van taalachterstanden (MOP) Indicatoren:
•
Aantal doelgroepkinderen (peuters en kleuters) dat deelneemt aan voorschoolse educatie (nulmeting 2006)
•
Aantal leerlingen (cumulatief) dat aan schakelklassen
40
40
(p.j.)
(p.j.)
deelneemt (nulmeting 2006) G
Jongeren die niet op school zitten of werk hebben volgen een specifiek traject Indicatoren: •
Aantal jongeren dat instroomt in RIB-trajecten
100
70
(Fourstar)(RIB=Reïntegratiebedrijf) •
Aantal jongeren dat terug gaat naar school
60
349
90
+259
95
100
•
Aantal jongeren dat instroomt in een activerings- of
50
57
65
-8
70
75
zorgtraject
55
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
Subdoelstellingen
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
673
245
942
510
X
X
3
6
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
+432
245
245
+432
525
473
-3
6
6
2006 H
Vergroten van het aantal voortijdige schoolverlaters (VSV) dat herplaatst wordt Indicatoren: •
Regionaal aantal (ten opzichte van de doelgroep
177
voortijdige schoolverlaters) allochtone en autochtone scholieren dat herplaatst is (nulmeting 2004) (MOP) •
Percentage jaarlijks ingestroomde cursisten VAVOjongeren dat het beoogde diploma behaalt
Nulmeting
Percentage jaarlijks ingestroomde cursisten VAVO-jongeren dat het traject niet afrondt en doorstroomt naar een
niet beschik-
opleiding op startkwalificatieniveau I
baar
Het door preventieve maatregelen verminderen van het aantal VSV-ers Indicator: •
Aantal VSV-ers in RMC regio Friesland Noord dat
700
instroomt (RMC=Regionaal Meld- en Coördinatiepunt Jongeren) Een sterke positie van Leeuwarden als kennis- en studiestad J
Een sterk MBO en HBO (en WO) Indicator: •
Gerealiseerde Kenniscampus HBO naast de bestaande campussen van MBO (Friesland College en Friese Poort)
K
Afgestemd evenwicht tussen de vraag naar specifieke kennis en te starten nieuwe opleidingen Indicator: •
Aantal gezamenlijke kenniscirculatieprogramma’s
0
MBO/HBO/bedrijfsleven (‘hotspots’)
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd. Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
X
A, B
Een toegankelijk gevarieerd en innovatief aanbod van onderwijsvoorzieningen •
•
Onderwijshuisvesting: o
Zuidlanden
x
+
o
Spoedeisende voorzieningen
x
+
x
x
X
A, B
o
Algehele aanpassingen
x
+
x
x
x
A, B
x
+
x
x
x
+
x
+/-
Realisering brede scholen in Oud-Oost en
A, B
Camminghaburen, Zuidlanden, Aldlân Jongerenparticipatie •
Realisatie Centrum voor Jeugd en Gezin
D, E
Geen jongere valt tussen wal en schip •
Gestroomlijnde, integrale aanpak jongeren
x
x
x
x
F, G
Een sterke positie van Leeuwarden als kennis- en studiestad •
Realisatie Kenniscampus
•
6 ontwikkelingsprogramma’s (‘hotspots’)
56
x
+ +/-
J, K J, K
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
Een toegankelijk gevarieerd en innovatief aanbod van onderwijsvoorzieningen •
Het in stand houden en (doen) optimaliseren van onderwijshuisvesting
+
A, B
•
Verdere verspreiding van brede scholen
+
A, B
+
D, E
Jongerenparticipatie •
Het in stand houden van speelruimtevoorzieningen
Geen jongere valt tussen wal en schip •
Het versterken van de Sluitende Aanpak Leeuwarden
+
F t/m I
•
Het voorkomen van voortijdig schoolverlaten
+
F, H, I
•
Het voorkomen van schooluitval en schoolverzuim
+
F t/m I
Real.
Sub
Realisatie speerpunten rekeningjaar
2009
Doel
•
Verdere versterking/positionering sluitende aanpak jongeren
+
F t/m I
•
Definitief positioneren Centrum voor Jeugd en Gezin na de pilot van najaar 2008
+
D,E
•
Doorontwikkeling brede scholen
+
A,B
•
Uitvoeren ambities terrein jeugd en alcohol (zie het Programma Zorg en Opvang)
+
F t/m I
•
Uitwerking ambities Leeuwarden Kennisstad
+
J,K
•
Uitwerken samenwerking tussen gemeente en school- en welzijnsbesturen in de Leeuwarder
+/-
F t/m I
Educatieve en Jeugdagenda (LEJA) Real.
Sub
2009
Doel
Tegengaan schooluitval
+
H,I
Financiering brede scholen en Centra voor Jeugd en Gezin
+
A,E
(Vervangings)investeringen en onderhoud speelruimte
+
E
Mercator Kennissintrum Meartaligens en Taallearen
+
J,K
6 hotspots kenniscirculatie
+/-
K
Realisatie nieuw beleid/ombuiging
Analyse en Toelichting Een toegankelijk gevarieerd en innovatief aanbod van onderwijsvoorzieningen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Volwasseneneducatie
De afwijking in de aantallen is het gevolg van de gewijzigde definiëring van het
(C)
opleidingsaanbod.
Speerpunt
Het aantal brede scholen in Leeuwarden met een specifiek op het gebied
(afwijking)
toegesneden pakket was voor de periode 2006 tot en met 2009 begroot op het
Brede scholen (A)
aantal van 5, er zijn over deze periode in totaal 7 brede scholen gerealiseerd. Ten tijde van de nulmeting in 2006 waren er 3 brede scholen gerealiseerd, in de jaren daarna zijn er dus 7 brede scholen bijgekomen. Waarvan er in 2009 drie brede scholen met een multifunctioneel karakter zijn ontwikkeld. Het totaal aantal brede scholen in de gemeente komt daarmee op tien. Er resteren nog vier blanco gebieden.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Speerpunt (toelichting)
In 2009 is een start gemaakt met de ontwikkeling van nieuwe brede scholen in
Brede scholen
Zuiderburen, de Zuidlanden en Wytgaard.
Subconclusie
De ontwikkeling van de brede scholen loopt voortvarender dan gepland.
57
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
Jongerenparticipatie Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Jongerenparticipatie (D)
De gelden voor de jongerenplatforms zijn in 2008 opgegaan in het reguliere jongerenwerk in de wijken. In 2009 is op grond van het rapport van de visitatiecommissie de participatie van jongeren, de jongerenplatforms en jongerenadviesraad geëvalueerd en is een nieuwe beleidsnotitie jongerenwerk vastgesteld. Jongerenparticipatie (en de Jongeren Advies Raad) is daar een belangrijk onderdeel van. In 2010 zal begonnen worden met de uitvoering.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige toelichting Speelruimte
De nota Speelruimte is door de raad vastgesteld.
Subconclusie
In 2009 is breed ingezet op de jeugd. Om er voor te zorgen dat de jeugd (kinderen en jongeren) een toekomst heeft en kan krijgen is een groot aantal activiteiten verricht en beleidsnotities opgesteld.
Geen jongere valt tussen wal en schip Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Voorkomen en verminderen
Voor 2009 was het aantal kinderen dat deelneemt aan voorschoolse educatie op 400
taalachterstanden (F)
begroot. Het werkelijke aantal is 780. Verklaring hiervoor is dat het aantal peuterspeelzaallocaties waar VVE plaatsvindt flink is uitgebreid en dat de kinderopvanginstellingen Catalpa en SKL nu ook op een aantal locaties VVE hebben ingevoerd.
Jongeren en voortijdige
In 2008 zijn er convenanten gesloten tussen RMC scholen en het rijk over het
schoolverlaters (VSV)
terugdringen van het aantal vsv-ers. Hiervoor zijn in 2009 extra middelen
(H)
beschikbaar gesteld door de gemeente, provincie en het rijk. Dat heeft tot extra activiteiten en voorzieningen geleid, zoals het aanstellen van een mbo leerplichtambtenaar, een mbo-opvangvoorziening en de opzet van het jongerenloket. Die extra activiteiten hebben er toe geleid dat meer leerlingen dan verwacht op een passende wijze geholpen konden worden. Ten gevolge van die extra impulsen is er een groot verschil tussen de doelen en de resultaten.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Speerpunten (toelichting) Uitvoeren ambities terrein jeugd
In 2009 zijn er verschillende activiteiten uitgevoerd op het terrein van Jeugd en
en alcohol
Alcohol zoals het uitvoeren van het programma Gezonde school en genotsmiddelen binnen het primair en voortgezet onderwijs, Homeparties, voorlichting aan ouders in thuissituaties en er is een frisfeest georganiseerd. De streefwaarden ten aanzien van jeugd en alcohol komen terug in Zorg & Opvang en worden eens in de vier jaar gemeten.
Verdere versterking sluitende
Speciale aandacht is besteed aan het voorkomen van schoolverzuim, met het accent
aanpak jongeren
op het sneller kunnen verlenen van zorg en begeleiding.
Definitief positioneren CJG
Het CJG is in drie wijken operationeel. In 2010 vindt de implementatie in 5 wijken plaats. De Verwijsindex is een belangrijk instrument voor de afstemming van hulpverlening door verschillende partijen. Dit is onderdeel van het CJG.
LEJA
Het overleg met de schoolbesturen en College van Bestuur in het kader van het ontwikkeling van een Lokale Educatieve en Jeugd Agenda is in 2009 voortgezet. In 2010 zal worden geëvalueerd op de opzet aansluit bij de verwachtingen van de deelnemende partijen.
58
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
Overige toelichting Jongerenloket
De ontwikkeling van het jongerenloket verloopt moeizamer dan verwacht als gevolg van problemen rond de huisvesting, rond de integratie van verschillende dienstonderdelen en onduidelijkheden over opzet en doelstellingen; sinds het najaar van 2009 is een projectleider actief ten behoeve van het implementatietraject.
Subconclusie
In 2009 is breed ingezet op de jeugd. Om er voor te zorgen dat de jeugd (kinderen en jongeren) een toekomst heeft en kan krijgen is een groot aantal activiteiten verricht.
Een sterke positie van Leeuwarden als kennis- en studiestad Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Hotspots (K)
Inmiddels is aan het vijftal hotspots (Water, Toerisme, Groene Life Sciences, Livability, Duurzame energie en Meertaligheid) een zesde toegevoegd, te weten: Kenniscentrum Sociale Innovatie. De ontwikkeling van de hotspots vindt in verschillend tempo plaats. Een aantal hotspots (toerisme, meertaligheid, water) verkeert al in een vergevorderd stadium. Nieuwe inzichten leiden bij andere hotspots tot aanpassing van de opzet.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige Toelichting University Campus Fryslân
De ontwikkeling van de University Campus Fryslân (UCF) is gestart. Initiatiefnemers, hogescholen, onderzoeksinstituten, Provincie en gemeente trekken daarbij gezamenlijk op. De huisvesting van het MBO, de Kenniscampus, Wetsus, Waddenacademie en Cartesius biedt goede faciliteiten voor hoge onderwijs/onderzoekskwaliteit. Als het lukt de UCF te realiseren dan beschikt Leeuwarden over een middelbaar/hoger/ wetenschappelijk onderwijsaanbod met internationale allure en uitstraling voor de stad.
Speerpunt (toelichting)
Met de uitwerking van de zogenoemde hotspots, de ontwikkeling van de UCF en de
Uitwerking ambities Leeuwarden
activiteiten van de SLS (Stichting Leeuwarden Studiestad), is er sprake van een
Kennisstad
dynamische ontwikkeling. Ook met de (semi)wetenschappelijke instituten als Cartesius, Wetsus en Waddenacademie komt Leeuwarden internationaal steeds meer op de kaart te staan.
Subconclusie
Het klimaat voor hoger en wetenschappelijk onderwijs in Fryslân/Leeuwarden heeft met de ontwikkeling van de hotspots en UCF en de vestiging van onder meer de Waddenacademie een belangrijke impuls gekregen.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009 Beleidsproducten 004 032 038 040 041 042 084
Hoger onderwijs Kinderopvang Openbaar primair onderwijs Leerlingenzorg Onderwijsachterstandbestrijding Volwasseneneducatie Jeugdbeleid
Apparaatskosten
Kapitaallasten
Overige lasten
Totale lasten
Totale Baten
-3 -7 6 118 85 -1 -65
43
1
-11 67 1 577 1.433 -5 1.056
-14 61 7 737 1.519 -6 991
-618 38 5 -12
-14 83 7 119 1.556 -1 980
134
44
3.119
3.296
-565
2.730
22
Saldo
59
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma A B C
Apparaatskosten
Kapitaallasten
Overige lasten
Totale lasten
Totale Baten
Saldo
Begroting 2009 primitief Begroting 2009 na wijziging :
2.247 2.290
8.359 8.298
32.059 17.342
42.665 27.929
24.097 9.514
-18.568 -18.415
Rekening 2009 :
2.156
8.254
14.223
24.634
8.949
-15.685
134
44
3.119
3.296
-565
2.730
Resultaat B-C
x € 1.000 Analyse van het resultaat : 1.
Kinderopvang
2.
Onderwijshuisvesting
3.
Onderwijsachterstandbestrijding
4.
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
67
67
-180
-180
-180
1.079
1.079
1.079
974
974
974
134
1.178
1.356
-587
769
134
3.118
3.296
-565
2.731
Jeugdbeleid
Saldo
22
89
- niet relevante posten : 5.
Overig
44
Totaal
44
Analyse en Toelichting Programma Jeugd en onderwijs Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Toelichting Kinderopvang Kinderopvang
De kosten van de kinderopvang zijn afhankelijk van het aantal aanvragen voor een bijdrage en de kosten per aanvraag. Het aantal aanvragen is minder hoog dan begroot en dit leidt tot een voordeel van € 65.000. Daarnaast is er vergoeding ontvangen voor de kinderopvang die niet begroot is en wat leidt tot een voordeel van € 22.000. Het aantal wettelijke controles op de kinderdagverblijven is gestegen door een toename van het aantal opvanglocaties. Dit betekent een nadeel van € 35.000.
Peuterspeelzaalwerk
Het onderdeel Peuterspeelzaalwerk kent een voordeel van € 37.000. Dit voordeel wordt veroorzaakt door het nog in opbouw zijn van het peuterspeelzaalwerk in Techum. Niet het hele beschikbare budget is daarvoor ingezet.
Onderwijshuisvesting
De kosten van de ozb zijn € 178.000 hoger dan begroot.
Onroerendezaakbelasting (ozb)
In 2008 en 2009 zijn veel nieuwe schoolgebouwen voltooid en dit heeft een hogere aanslag ozb tot gevolg. Een deel van deze schoolgebouwen staat in een nieuw deel van de stad en is dus een gevolg van areaaluitbreiding (Zuiderburen, Zuidlanden). De andere schoolgebouwen betreffen onder andere Piter Jelles VMBO Nylân en Comenius Zamenhof. De WOZ-waarde van schoolgebouwen is de laatste jaren gestegen van € 72 mln in 2006 via € 100 mln in 2008 naar € 131 mln in 2009. Op grond van de Wet WOZ worden schoolgebouwen gewaardeerd op basis van een gecorrigeerde vervangingswaarde, waarbij naar mate een gebouw ouder is een grotere correctie voor functionele veroudering wordt toegepast. Bij nieuwbouw leidt deze waarderingsmethode juist tot een stijging van de WOZ-waarde en daarmee tot een stijging van de ozb.
Verzekeringen
De uitgaven voor verzekeringen zijn overschreden met een bedrag van € 107.000. Dit heeft te maken met de marsh-eisen die de verzekering aan de gebouwen stelt. Is er aan de eisen voldaan dan gaat de premie omlaag. Vooral de schoolgebouwen voor het
60
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
voortgezet onderwijs zijn nog niet voorzien van vereiste certificaten, waardoor voor die gebouwen de lagere verzekeringspremie (nog) niet geldt. Gymlokalen
Er is in 2009 over de jaren 2003 en 2004 een afrekening van de belastingdienst van € 32.000 ontvangen voor compensabele btw op commerciële gebruik van gymlokalen. Daarnaast is in 2009 over de investering in het gymlokaal van MFC de Vrijheidswijk € 73.000 aan compensabele btw terugontvangen Hierdoor is er een incidenteel voordeel van € 105.000.
Onderwijsachterstandbestrijding
Op het gemeentelijk budget van onderwijsachterstanden is een positief resultaat van
Onderwijsachterstand-beleid
€ 279.000. Eind 2009 loopt het Grotestedenbeleid 2005-2009 af. Alle GSB-ambities die met het rijk waren afgesproken zijn (meer dan) gerealiseerd voor minder geld. Voorwaarde van het rijk is dat niet bestede GSB-middelen terugvloeien naar het rijk. Door activiteiten die ten laste van gemeentelijke budgetten zouden worden gebracht nu uit deze nog niet bestede rijksmiddelen te dekken, hoeven de GSB-middelen niet terug naar het rijk en vallen de gemeentelijke middelen vrij. Door het aanspreken van het GSB GOA budget hoeft het gemeentelijke budget voor onderwijsachterstandenbeleid niet ingezet te worden.
Brede scholen
Op het onderdeel Brede Scholen is er een voordeel van € 266.000. Bij de vaststelling van de begroting 2009 heeft de raad € 300.000 beschikbaar gesteld. In 2009 zijn in het overleg tussen de deelnemende partijen van de Brede Scholen en de gemeente afspraken gemaakt over de besteding van de middelen. Omdat dit overleg over de inzet van de toegezegde middelen de nodige tijd heeft gekost, is er met ingang van schooljaar 2009-2010 gestart met de activiteiten. De activiteiten lopen door in 2010 voor de tweede helft van het schooljaar 2009-2010.
Projecten diverse baten en
Het budget voor kwaliteit in het onderwijs is niet benut omdat de gemaakte kosten
lasten
allemaal ten laste van de rijksmiddelen GSB zijn gebracht. Dit levert een voordeel op € 137.000
Voortijdig schoolverlaten (VSV)
De raad heeft twee keer € 350.000 beschikbaar gesteld voor de jaren 2009 en 2010 voor voortijdig schoolverlaten. De raad wilde aan de hand van een notitie bepalen hoe deze middelen worden ingezet. Deze notitie is in juni 2009 in de Commissie Welzijn besproken. Daardoor worden de middelen pas met ingang van schooljaar 2009-2010 ingezet. Hierdoor onstaat een voordeel van € 220.000. Omdat ook hier een groot aantal activiteiten ten laste van de rijksmiddelen is gebracht ontstaat er in totaal een voordeel van € 397.000.
Jeugdbeleid
Op 29 juni 2009 is door de raad de nota Speelruimtebeleid 2009-2015 vastgesteld.
Speelruimten
Voor het speelruimtebeleid is in 2009 incidenteel € 1 mln beschikbaar gesteld. Met het vaststellen van de nota is besloten om het geld over meerdere jaren uit te geven. Tot nu toe is een bedrag van € 136.000 uitgegeven. Het bedrag dat nu nog niet is besteed ad € 864.000 is wel nodig om het speelruimtebeleid in deze periode uit te kunnen voeren.
Aanpak kindermishandeling
In 2008 heeft het ministerie voor Jeugd en Gezin afspraken gemaakt met de gemeente Leeuwarden over de zogenoemde RAAK-middelen (aanpak kindermishandeling). Deze middelen (in totaal € 250.000) zijn via een integratieuitkering in het gemeentefonds aan centrumgemeenten toegekend in 2008. Leeuwarden is kerngemeente voor Fryslân. De middelen zijn bestemd voor het aanstellen van een provinciale coördinator en het organiseren van deskundigheidsbevordering. Het najaar 2008 is besteed aan de provinciale
61
Jaarstukken 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Jeugd en Onderwijs (2)
verkenningsfase. De coördinator is van start gegaan met ingang van april 2009, waarna de aanpak programmatisch is en wordt ingevuld in overleg met de 31 Friese gemeenten en de betrokken instellingen. De middelen worden in de projectperiode van 1 maart 2009 tot en met 1 januari 2012 ingezet. In 2009 is van het totale budget € 140.000 besteed en resteert nog een bedrag van € 110.000.
Eindconclusie programma Jeugd en onderwijs Successen 1.
Vormgeving van het CJG met aandacht voor vroegsignalering en het werken met de Verwijsindex.
2.
Start van de gezamenlijke aanpak schoolverzuim op het voortgezet onderwijs en het MBO.
3.
Oplevering van MFC Vrijheidswijk en de brede school Zuidlanden in Techum.
4.
Meer kinderen dan verwacht hebben deelgenomen aan Voorschoolse- en Vroegschoolse Educatie
5.
Het voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaters heeft de laatste jaren een belangrijke impuls gekregen en met resultaat.
Verbeterpunten 1. In 2010 wordt geëvalueerd of de opzet van de Lokale Educatieve en Jeugd Agenda aansluit bij de verwachtingen van de deelnemende partijen. 2. De verbetering van de sluitende aanpak van jongeren behoeft continue aandacht. 3. Vroegtijdige aandacht voor beheer en exploitatie van multifunctionele accommodaties en brede scholen. 4. In 2009 is een groot aantal initiatieven genomen op het terrein van het verder ontwikkelen van het jeugd- en onderwijsbeleid. Het beleid heeft daarmee belangrijke impulsen gekregen. In 2010 en 2011 wordt de opdracht om al die initiatieven beter op elkaar aan te laten sluiten en ook voor succesvolle borging zorg te dragen. Eindconclusie In 2009 is breed ingezet op de jeugd. Om er voor te zorgen dat de jeugd (kinderen en jongeren) een toekomst heeft en kan krijgen is een groot aantal activiteiten verricht en beleidsnotities opgesteld. Op basis van het rapport van de Visitatiecommissie Jongerenwerk heeft een herijking van de nota jongerenwerk plaatsgevonden. De nota speelruimte is voor de zomer door de raad vastgesteld. De ontwikkeling van de brede scholen loopt voortvarend. Het klimaat voor hoger en wetenschappelijk onderwijs in Fryslân/Leeuwarden heeft met de ontwikkeling van de hotspots en UCF en de vestiging van onder meer de Waddenacademie een belangrijke impuls gekregen.
62
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Programma Economie en toerisme (3) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Bestuur en Middelen
Wethouder H. Deinum (Economie)
H. Brink
Wethouder M. Florijn (Toerisme) Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Uitvoering programma Stedelijke
Verloopt volgens planning en de evaluatie is afgerond.
economie Intensivering profilering en acquisitie
Jaarprogramma opgesteld. Majeure acquisities zijn binnengehaald en relatiebeheer- en profileringsactiviteiten zijn georganiseerd.
Uitvoering parkmanagement
Loopt op De Hemrik en Leeuwarden-West.
Ontwikkeling locatiebeleid
Concrete projecten zijn uitgevoerd.
bedrijfshuisvesting Projecten Transitie ZZL en SNN-
Diverse SNN aanvragen zijn ingediend en in het kader van stedelijke
programma’s
economie zijn diverse innovatieprojecten gefinancierd vanuit SNN en EU. De ontwikkeling Atoglasterrein is een geselecteerd project in het kader van het compensatiepakket voor de Zuiderzeelijn (ZZL).
Professionalisering vastgoed
Er is een routeboekje opgesteld en een aantal benoemde acties is al in uitvoering.
Vernieuwing/verbetering
Diverse accommodaties zijn vernieuwd,verbeterd c.q. gerenoveerd.
sportaccommodaties
De uitwerking van de definitieve planvorming (beleidsvisie) is vertraagd.
Wegwerken achterstallig onderhoud
Het onderhoudsniveau van het gemeentelijke vastgoed is redelijk tot
gemeentelijk vastgoed
goed.
Uitvoering locatiebeleid
Prioriteit wordt gegeven aan de ontwikkeling van de Atoglaslocatie
bedrijfshuisvesting
(Watercampus fase 2) en de Tesselschadestraat.
Strategische grondverwerving
Zalen schaaf en enkele panden Harmoniekwartier.
Planontwikkeling Zuidlanden
Heroriëntatie op samenwerking met marktpartijen.
Voorbereiden aanleg Newtonpark IV
Het bestemmingsplan wacht alleen nog op een uitspraak van de Raad
fase 2
van State.
Ontwikkeling Culturele infrastructuur
Mogelijkheden voor het poppodium in het Harmoniekwartier worden onderzocht. Vanuit stedelijke economie is een aantal projecten ondersteund die vanuit economisch perspectief een versterkende rol spelen t.b.v. de culturele infrastructuur.
Follow-up toeristisch actieprogramma
Het toeristisch actieprogramma is conform uitgevoerd.
Intensivering stadspromotie en
Er is een audit gestart naar de marketingaanpak.
evenementenbeleid Uitvoering vaarvisie
Niet uitgevoerd, omdat de middelen niet beschikbaar zijn.
Toeristische projecten
Uitgevoerd conform toeristisch actieprogramma.
Successen 1.
Aankoop van Atoglaslocatie t.b.v. realisering Watercampus: duidelijker positionering Leeuwarden m.b.t. watertechnologie. De daaraan gekoppelde marketingkeuze voor watertechnologie vergroot de slagkracht.
2.
Effecten aanpak stedelijke economie: € 135 miljoen uitgelokte investering, 300 directe arbeidsplaatsen en 250 indirecte arbeidsplaatsen, 30 startende ondernemers (minimaal 60 fte).
3.
Voorbereiding tot aanleg fijnmazig glasvezelnetwerk “fiber to the home” in Leeuwarden: 650 km, investering € 50 miljoen. Start vindt plaats in 2010.
4.
Professionalisering profilering en acquisitie. Majeure acquisities als Landes en Noordelijke onderwijsinspectie. Behoud Gerechtshof en Rechtbank.
5.
Professionalisering vastgoed: inventarisatie en inhaalslag onderhoud gebouwen.
63
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Verbeterpunten 1.
Nadere keuze binnen stedelijke economie, met onderscheid in een clustergewijze aanpak t.b.v. watertechnologie en een meer projectmatige aanpak t.b.v. de overige speerpuntsectoren (duurzame energie, dienstverlening, toerisme en multimedia). Voor alle vier speerpuntsectoren geldt dat aandacht wordt gegeven aan startersbeleid en acquisitie en profilering.
2.
Heroriëntatie aanpak en prioritering locatieontwikkelingen: Philipsterrein, Bakker Postma, Ype kramer, Zalen Schaaf en Harmoniekwartier.
64
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme (3)
Wat wilden we bereiken? Strategisch Algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Economie
A.
Groei van de werkgelegenheid.
•
B.
Niveau gemeentelijk ondernemingsklimaat op landelijk
Leeuwarden beschikt over een hecht en goed functionerend
C.
Toename waardering starterklimaat in Leeuwarden.
kennisnetwerk met een sterk innoverend bedrijfsleven en maakt
D.
Stimulering innovatie.
optimaal gebruik van ICT en breedbanddiensten en –kennis.
E.
Optimaal gebruik ICT-mogelijkheden.
F.
Toename gerevitaliseerde, nieuwe bedrijventerreinen.
G.
Het strategisch vastgoed verkeert in een redelijk tot goede
Leeuwarden wordt door het eigen bedrijfsleven beschouwd als stad met een goed ondernemersklimaat en een goed starterklimaat en
•
Bedrijfslocaties
•
niveau.
Leeuwarden beschikt over goed bereikbare, gerevitaliseerde bedrijventerreinen – MOP.
Een centrumstad met
Vastgoed en grondzaken
kwaliteit, aantrekkingskracht
•
en onderscheidende economische potentie.
•
Leeuwarden heeft voldoende, kwalitatief goede ruimte voor
onderhoudsstaat. Niet-strategische vastgoed wordt, indien
vestiging van nieuwe en uitbreiding van bestaande bedrijven.
er sprake is van een negatief financieel resultaat
Er zijn voldoende locaties, zowel binnenstedelijk als in de
(verhouding kosten - opbrengsten, vermarkt. Nog in bezit
uitleggebieden, om de woningbouwdoelstellingen te kunnen
zijnde woningen worden, voorzover ze tot de niet-
realiseren.
•
Het vastgoedbestand verkeert in een redelijke tot goede staat van
strategische voorraad behoren, worden vermarkt. H.
IJzeren voorraad uitgeefbare bedrijfsterreinen.
Toerisme, recreatiegebieden en recreatievaart
I.
Bekendheid Leeuwarden t.a.v. leisuremogelijkheden.
•
J.
Positieve waardering van bezoekers over promotie van
Een aantrekkelijk en gevarieerd aanbod van recreatiemogelijkheden
K.
Groei van aantal overnachtingen pleziervaart.
voor ontspanning en natuurbeleving op fietsafstand van de
L.
Groei van aantal overnachtingen in hotels en op campings.
woonomgeving.
M.
Toename Leeuwarder bezoekers van recreatiegebieden.
Een aantrekkelijk aanbod van (aanleg)voorzieningen voor
N.
Hogere waardering van bezochte recreatiegebieden.
onderhoud; er is geen sprake van achterstallig onderhoud; het planmatige, structurele onderhoud is financieel en organisatorisch op de rit.
Leeuwarden staat landelijk bekend als een stad met goede leisuremogelijkheden.
•
•
Leeuwarden.
watersporttoeristen.
65
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme (3)
Markten, standplaatsen en kermissen
•
66
O.
Een aantrekkelijk en divers aanbod van markten, standplaatsen en
Het aantal kramen van bestaande weekmarkten en bloemenmarkt is stabiel.
verhuur van grond aan ambulante handel als aanvulling op de
P.
De afname van het aantal standplaatsen is beperkt.
bestaande detailhandel.
Q.
Stabilisering attracties en selectie op kwaliteit.
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
LN
LN
LG
LG
Economie A Groei van de werkgelegenheid structureel op landelijk niveau (LN)
(2002)
(2008)
-1,2%
-2%
Indicator: •
Ontwikkeling werkgelegenheid
LN
-3,4%
B Niveau gemeentelijk ondernemingsklimaat op landelijk gemiddelde (LG) Indicator: •
(2005)
Rapportcijfer voor het gemeentelijk ondernemersklimaat
6,5
C Toename waardering starterklimaat in
•
baar
LG
Totaal
Leeuwarden. Indicator:
Niet beschik-
2005-2009
0
Aantal gerealiseerde m2 starterruimte
2.400 m²
750m²
1.650m²
*
*
28
8
20
*
*
1
17
5
12
*
*
0
30
10
20
*
*
0
16
3
13
*
*
kennisinstellingen (MOP) •
Begeleiding jonge bedrijven (MOP)
D Innovatie. Indicator: •
Spin-off vernieuwende activiteiten
(2004)
binnen kennisinstellingen leiden tot gemiddeld 5 nieuwe bedrijfsactiviteiten per jaar (MOP) E
Optimaal gebruik ICT-mogelijkheden. Indicator: •
Aantal bedrijven dat werkt volgens netwerkeconomische concepten, gebruik makend van breedbanddiensten (MOP)
•
Aantal breedbanddiensten dat is ontwikkeld en vermarkt voor de desbetreffende doelgroepen (MOP)
Bedrijfslocaties F
Toename gerevitaliseerde, nieuwe
Totaal
bedrijventerreinen. Indicator: •
2005(2003)
2009
0 ha
4,5 ha
4-6 ha
*
*
*
4
5
-1
4
4
Aantal gerevitaliseerde, nieuw uit te geven ha. bedrijventerrein (MOP)
Vastgoed en grondzaken G Het strategisch vastgoed verkeert in een redelijk tot goede onderhoudsstaat. Het nietstrategisch vastgoed wordt indien er sprake is van een negatief financieel resultaat, vermarkt. Indicator: •
Aantal panden dat bij actualisering onderhoudsplannen niet voldoet aan de norm
67
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
Subdoelstellingen
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
H IJzeren voorraad uitgeefbare
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
20 ha
20 ha
(per 1-1-
bedrijfsterreinen.
2010 ter-
Indicator:
stond uit-
•
geefbaar)
IJzeren voorraad bedraagt het aantal ha uitgegeven bouwterreinen over laatste 23 jaar
26 ha
20 ha
6 ha
+2%
4,1%
56%
50%
6%
50%
50%
11.660
11.000
660
11.000
11.000
104.000
-6.000
104.000
104.000
Toerisme, recreatiegebieden en recreatievaart I
Bekendheid Leeuwarden t.a.v.
Totaal
leisuremogelijkheden.
2005-
Indicator:
2009
•
Groei dagtoerisme 2% per jaar (MOP) 885.000
J
+6,1% 939.000¹
(¹ voorlopig cijfer) Positieve waardering van bezoekers over promotie van Leeuwarden. Indicator: •
Aandeel bezoekers met positief oordeel over promotie Leeuwarden bedraagt
27%
50% in 2009 (MOP) K Groei van aantal overnachtingen pleziervaart. Indicator: •
Aantal overnachtingen pleziervaart neemt toe tot 11.000 in 2009
L
Groei van aantal overnachtingen in hotels en op campings. Indicator: •
Aantal overnachtingen in hotels en op campings neemt toe tot 104.000 in 2009
(2008)
99.000
98.000
M Toename Leeuwarder bezoekers van recreatiegebieden. Indicator: •
Percentage Leeuwarder bezoekers van
(2009)
de volgende recreatiegebieden: o
Het Leeuwarder Bos
33%
41%
50%
-9%
50%
o
Groene Ster
61%
60%
65%
-5%
65%
o
Froskepôlle
21%
21%
25%
-4%
25%
N Hogere waardering van bezochte recreatiegebieden. Indicator: •
Percentage bezoekers dat de waardering
(2009)
“hoog” geeft aan de volgende
(excl
recreatiegebieden: o
Het Leeuwarder Bos
50%
73%
65%
8%
65%
o
Groene Ster
78%
85%
80%
5%
80%
o
Froskepôlle
60%
76%
60%
16%
60%
² wn/gm: weet niet/geen mening
68
wn/gm²)
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Markten, standplaatsen en kermissen O Het aantal kramen van bestaande weekmarkten en bloemenmarkt is stabiel. Indicator:
(2005)
min
min
min
•
aantal kramen op weekmarkt en
109
65
75
-10
75
75
•
deelnemers bloemenmarkt
180
151
180
-29
180
180
52.000
22.000
30.000
22.000
22.000
P De afname van het aantal standplaatsen is beperkt. Indicator: •
Inkomsten (in €) uit verhuur
(2005)
standplaatsen blijven stabiel
22.000
* Prestaties zullen opnieuw worden geformuleerd bij evaluatie van MOP 2005-2009 en zijn mede afhankelijk van financieringsmogelijkheden.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd. Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
Economie •
Opstellen Plan Energiepark
x
-
•
Uitvoering programma parkmanagement
x
+
•
Benadering 50 bedrijven uit speerpunten stedelijke
x
+
A, D
•
Planontwikkeling/acquisitie Zuidlanden
x
-
F
F x
F
economie (intensivering acquisitie) Bedrijfslocaties •
Opstellen Plan Energiepark
x
-
F
•
Ontwikkeling LPF-locatie
x
-
F
Vastgoed en grondzaken •
Aantal vernieuwde sportconcentratiegebieden
1
1
1
G
•
Aantal nog te renoveren gebouwen/opstallen
5
3
2
G
•
Nieuwe strategische verwervingen
x
+
x
x
+
x
G
Toerisme, recreatiegebieden en recreatievaart •
Uitvoering actieprogramma Toerisme
I, J, L
Markten, standplaatsen en kermissen •
Verplaatsen markt
x
+
x
x
O
•
Verplaatsen kermis
x
+
x
x
Q
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
Economie •
Eminent Netwerk/ De verbinding (intensivering acquisitie)
+
B
•
Netwerkbijeenkomsten speerpunten stedelijke economie (3 per speerpunt) (intensivering
+
B
acquisitie) •
10 relatiebijeenkomsten (intensivering acquisitie)
+
B
•
Deelname aan acquisitieclusters Watertechnologie, Multimedia, Life Science en Duurzame
+
A, B, C,
+
A, B
Energie •
Deelname aan vier beurzen (intensivering acquisitie)
D
Toerisme, recreatiegebieden en recreatievaart •
Een hoog niveau van het beheer van de openbare ruimte in de recreatiegebieden
-
M, N
•
Een hoog niveau van het beheer van de openbare ruimte in de jachthaven Prinsentuin
+
M, N
69
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
Economie •
Uitvoering programma Stedelijke economie
+
A t/m E
•
Intensivering profilering en acquisitie
+
A,C
•
Uitvoering parkmanagement
+
F
•
Ontwikkeling locatiebeleid bedrijfshuisvesting
+
F
•
Projecten Transitie ZZL en SNN-programma’s
+
A,B
+
G,H
Vastgoed en grondzaken •
Professionalisering vastgoed
•
Vernieuwing/verbetering sportaccommodaties
-
G
•
Wegwerken achterstallig onderhoud gemeentelijk vastgoed
+
G
•
Uitvoering locatiebeleid bedrijfshuisvesting
+
H
•
Strategische grondverwerving
+
H
•
Planontwikkeling Zuidlanden
+
H
•
Voorbereiden aanleg Newtonpark IV fase 2
+
H
•
Ontwikkeling Culturele infrastructuur
+
I,J
Toerisme •
Follow-up toeristisch actieprogramma
+
I,J.L
•
Intensivering stadspromotie en evenementenbeleid
+
I,J,L
•
Uitvoering vaarvisie
+
K
•
Toeristische projecten
+
I,J,L
Realisatie nieuw beleid/ombuiging
Real.
Sub
2009
doel
•
Citymarketing, Expeditie Leeuwarden
+
A,C,I,J
•
Participatie Westergozone
+
A t/m
•
Participatie Samenwerkingsverband Noord Nederland
+
A
•
Intensivering Acquisitie
+
C
•
Stedelijke Economie
+
A t/m E
,K,L D, F, I
Economie Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Groei werkgelegenheid (A)
De groei van de Leeuwarder werkgelegenheid is achtergebleven bij het landelijk gemiddelde. Werkgelegenheidscijfers over 2009 zijn nog niet bekend. Daar waar de landelijke economie nog licht groeide over 2008 (1,4%) is de Leeuwarder werkgelegenheid in Leeuwarden met ca. 2% gekrompen (CBS-raming). Duidelijke krimpsectoren in Leeuwarden: industrie, bouw, handel en vervoer. Groei in sectoren als onderwijs, zorg en openbaar bestuur konden deze “krimp” niet ‘ongedaan maken’.
Starterklimaat (C)
In de komende benchmark komen gegevens beschikbaar over hoe tegen het startersklimaat aan wordt gekeken. De groei van het aantal m² vloeroppervlak is resultaat van oplevering van de Doperkerk (1.600 m²) en PRIiL! (800 m²).
Innovatie (D)
Het betreft de realisatie van 3 projecten (PRiL!: 12, Frisjes: 3, BiSON: 2).
Optimaal gebruik ICT-
De gemeente heeft besloten geen actieve rol meer te spelen op het vlak van
mogelijkheden (E)
infrastructuur. Er is een samenwerkingsproject breedbanddiensten uitgevoerd
70
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
(Internetacademie en FRIX) met als resultaat 14 diensten ontwikkeld en 30 bedrijven die samenwerken in het gebruik van een dienst. Het project internetdiensten fase 2 heeft 2 diensten opgeleverd. Aanleg glasvezel naar huisaansluitingen gaat plaatsvinden in de periode t/m 2011. Overige toelichting Ondernemersklimaat (B)
In 2010 wordt opnieuw een benchmark gemeentelijk ondernemersklimaat uitgevoerd die in vergelijkende zin een beeld geeft van het presteren van de gemeente op economisch vlak. Hierin worden ook de prestaties meegenomen die geleverd zijn in het kader van het Grote Steden Beleid (BDU/GSB) over de periode 2006–2009.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Opstellen Plan Energiepark
Zie toelichting bij het onderdeel Bedrijfslocaties.
Planontwikkeling/acquisitie
De aanpak Zuidlanden is herijkt. Er heeft een heroriëntatie op de samenwerking met de
Zuidlanden
marktpartijen plaatsgevonden. Dit heeft geresulteerd in een gewijzigde samenwerking. De huidige samenwerkingsovereenkomst wordt opgezegd. De marktpartijen gaan zich richten op opstalontwikkeling middels een bouwclaim- en consultatieovereenkomst en de gemeente richt zich op de gebiedsontwikkeling (grondexploitatie).
Speerpunten (toelichting) Uitvoering programma
De uitvoering verloopt zoals gepland. In 2009 is € 3,4 miljoen geïnvesteerd. Ook is een
Stedelijke economie
evaluatie afgerond, waaruit blijkt dat in de periode 2007-2009 de volgende effecten bereikt zijn door het project stedelijke economie: -
uitgelokte investering minimaal € 135 miljoen;
-
300 directe arbeidsplaatsen;
-
250 indirecte arbeidsplaatsen;
-
30 startende ondernemers en minimaal 60 fte.
Intensivering profilering
In 2009 is een jaarprogramma t.b.v. profilering en acquisitie opgesteld en met de raad
en acquisitie
besproken. Majeure acquisities als Reggefiber en Landes zijn binnengehaald. In de ontwikkelingssectoren (watertechnologie/duurzame energie) zijn strategische acquisities gedaan. Daarnaast zijn diverse relatiebeheer- en profileringsactiviteiten georganiseerd (netwerkbijeenkomsten met zakelijke dienstverleners, informatiebijeenkomsten duurzame energie, congresbezoeken enz.). Er zijn circa 50-70 werkbezoeken geweest.
Uitvoering
Dit loopt op het bedrijventerrein De Hemrik (uitvoering van convenant met de
parkmanagement
gemeente, looptijd 3 jaar) en in Leeuwarden-West (opgepakt vanuit project Revitalisering Leeuwarden-West).
Ontwikkeling locatiebeleid
Gezamenlijk met het ontwikkelingsbedrijf Leeuwarden worden concrete activiteiten en
bedrijfshuisvesting
projecten uitgevoerd. Koppeling economisch beleid en vastgoed aanpak.
Projecten Transitie ZZL en
T.b.v. evenementen, cultuur, de locatieontwikkeling van het Atoglasterrein
SNN-programma’s
(Watercampus fase 2) en de revitalisering van de Tesselschadestraat, zijn SNN aanvragen ingediend. De ontwikkeling van de Atoglaslocatie is tevens het geselecteerde project in het kader van het compensatiepakket voor de Zuiderzeelijn (ZZL). In het kader van de aanpak stedelijke economie zijn diverse innovatieprojecten gecofinancierd vanuit SNN en EUmiddelen.
71
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
Subconclusie
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Over het geheel genomen is wat we wilden bereiken, bereikt. In 2010 wordt opnieuw een benchmark gemeentelijk ondernemersklimaat uitgevoerd die in vergelijkende zin een beeld geeft van het presteren van de gemeente op economisch vlak. Hierin worden ook de prestaties meegenomen die geleverd zijn in het kader van het Grote Steden Beleid (BDU/GSB) over de periode 2006–2009.
Bedrijfslocaties Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking IJzeren voorraad (H)
De ijzeren voorraad is groter dan begroot. Ten opzichte van vorig jaar is niet meer bedrijventerrein aangelegd, een deel van de voorraad is belegd met opties.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Opstellen Plan Energiepark
Er is geen verdere uitwerking gegeven aan het plan voor de ontwikkeling van een duurzaamheidspark op het bedrijventerrein Newtonpark IV, mede samenhangend met de ontwikkelingen rondom Nij Bosmazathe. De plannen voor een energieproductiepark bij de voormalige vuilstort Schenkenschans worden afgewogen in het kader van Nieuw Stroomland. In 2010 wordt in dat verband een Masterplan/Intergemeentelijke Structuurvisie opgesteld, waarin het initiatief mogelijk een plek zal krijgen.
Ontwikkeling LPF-locatie
De ontwikkeling van de LPF-locatie ligt in handen bij de eigenaar van de grond.
Speerpunten
Voor de speerpunten zijn c.q. worden plannen ontwikkeld en lopen concrete acties
(toelichting)
(aankoop Atoglasterrein, voorstel revitalisering Tesselschadestraat, ontwikkeling parkeergarage, nieuwbouw CJIB).
Subconclusie
Ontwikkeling van locaties, hand in hand met vastgoed (gemeente/OBL) en projectontwikkeling (speerpunten stedelijke economie) c.q. acquisitie begint vorm te krijgen.
Vastgoed en grondzaken Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Aantal nog te renoveren
Ten behoeve van de renovatie van monumentale panden (Westerkerk, Burmaniahuis)
gebouwen/opstallen
is subsidie (BRIM) aangevraagd. De doorlooptijd van de procedures is zodanig dat niet in 2009 met de uitvoering van de geplande werkzaamheden kon worden gestart. De procedures worden begin 2010 afgerond, zodat in de loop van 2010 met de renovatiewerkzaamheden kan worden begonnen.
Speerpunten (afwijking) Vernieuwing/verbetering
De nieuwe was- en kleedruimtes ten behoeve van de voetbalverenigingen op sportpark
sportaccommodaties
Nylân zijn opgeleverd en in beheer overgedragen aan de BV SPORT. De elektriciteitsvoorziening op sportpark Nylân is vernieuwd en er is een drukrioleringssysteem aangelegd. Er zijn semi-permanente kleedboxen geplaatst ten behoeve van de uit een fusie ontstane korfbalvereniging Pallas. Overtollige kleedboxen zijn gesloopt, dan wel worden voor een symbolisch bedrag aan de verenigingen overgedragen. De atletiekbaan op sportpark Nylân is gerenoveerd. Met de renovatie van sportcomplex Kalverdijkje (Zuid) wordt in 2010 gestart. De uitwerking van de definitieve planvorming (beleidsvisie Welzijn) is vertraagd, omdat deze mede wordt bepaald door de (noodzakelijke) fusies van voetbalverenigingen en de ontwikkelingen rond (de mogelijke verplaatsing van) Cambuur.
Speerpunten (toelichting) Professionalisering
In 2009, 2010 en 2011 worden plannen verder uitgewerkt om het beheer en
vastgoed
onderhoud van het gemeentelijke vastgoed verder te professionaliseren. De eventuele oprichting van een gemeentelijk vastgoedbedrijf maakt onderdeel uit van het onderzoek.
72
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Wegwerken achterstallig
De geplande werkzaamheden aan de gemeentelijke gebouwen zijn in 2009 tot
onderhoud gemeentelijk
uitvoering gebracht. In 2010 wordt de laatste fase van de plannen uitgevoerd.
vastgoed Uitvoering locatiebeleid
Prioriteit wordt gegeven aan de ontwikkeling van de Atoglaslocatie (Watercampus
bedrijfshuisvesting
fase 2) en de Tesselschadestraat.
Strategische
De strategische verwervingen van Zalen Schaaf en enkele panden Harmoniekwartier
grondverwerving
maken gewenste ontwikkelingen mogelijk die belangrijk zijn voor uitvoering van het gemeentelijk beleid en die naar verwachting niet door de markt opgepakt zouden worden.
Planontwikkeling
Na een heroriëntatie op de samenwerking met marktpartijen is besloten de
Zuidlanden
samenwerking te wijzigen. De gemeente gaat de planontwikkeling uitvoeren. De marktpartijen BAM, Heijmans samen met corporaties nemen een deel van de opstalontwikkeling op zich.
Voorbereiden aanleg
Met de aanleg van Newtonpark IV 2e fase wordt gestart, zodra dit als gevolg van
Newtonpark IV fase 2
kaveluitgifte en de benodigde hoeveelheid ijzeren voorraad bedrijfsterreinen noodzakelijk wordt.
Ontwikkeling Culturele
Ten behoeve van de culturele infrastructuur worden mogelijkheden voor het
infrastructuur
poppodium onderzocht in het Harmoniekwartier. Vanuit stedelijke economie zijn een aantal projecten ondersteund die vanuit economisch perspectief een versterkende rol spelen t.b.v. de culturele infrastructuur, zoals het interactieve beeldenpark Homo Ludens, Game Valley/Gameship en diverse toeristische projecten.
Subconclusie
Door het economisch klimaat zijn marktpartijen terughoudender om investeringen en risico’s aan te gaan. Hierdoor ontstaan kansen om als overheden actief grondbeleid te voeren. Uiteraard in overeenstemming met de eigen financiële mogelijkheden.
Toerisme, recreatiegebieden en recreatievaart Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Groei dagtoerisme (I)
De groei van het aantal overnachtingen en bezoekers aan Leeuwarden blijft wat achter bij de geraamde doelstellingen. De neergaande conjunctuur en werkzaamheden aan het Nieuw Zaailand kunnen hieraan debet zijn. De effecten van de geïntensiveerde stadsmarketingcampagne (2009) zijn nog niet bekend.
Groei overnachtingen
De gewenste groei van het aantal overnachtingen pleziervaart was reeds in 2008
pleziervaart (K)
bereikt en is in 2009 zelfs nog wat gestegen. Alhoewel niet meetbaar, is de verwachting dat de voorzieningen hierop een grote invloed hebben. Daarnaast speelt ook het weer in de zomer een belangrijke rol.
Bezoekers en waardering
De categorie ‘weet niet/geen mening’ moest worden toegevoegd i.v.m. de overstap
recreatiegebieden (M, N)
van een schriftelijke vragenlijst naar een telefonische en internetvariant. In de waardering recreatiegebieden is exclusief deze categorie gerekend. Het aantal bezoekers in het Leeuwarder Bos steeg van gemiddeld 34% van alle Leeuwarders in 2003-2007 naar 41% in 2009. Mogelijke verklaring is de aanwijzing van een duidelijk hondenlosloopgebied in 2008 aan de Noordwestkant en een doorwerking van het effect van verbeterde wandelpaden in 2007. Steeds meer mensen kennen (dan ook) een hoge waardering toe aan dit gebied. Voor Groene Ster en Froskepôlle geldt dat het aantal bezoekers vrij weinig veranderd is door de jaren. De waardering van de Groene Ster stijgt iets ten opzichte van 2003 (jaar nulmeting). De waardering van Froskepôlle neemt duidelijke positief toe. Daar is door werkzaamheden in 2008/2009 de waterkwaliteit door baggeren verbeterd en zijn oevers aangepast. De
73
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
waarderingsstreefcijfers zijn gehaald; de bezoekcijfers niet, al is in Leeuwarder Bos een flinke slag gemaakt. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Hoog niveau beheer
Bij de structurele prestaties is abusievelijk vermeld dat de recreatiegebieden op hoog
openbare ruimte in
niveau worden onderhouden. Het beheer van de openbare ruimte in recreatiegebieden
recreatiegebieden
wordt echter, reeds vanaf de vaststelling van “BOR in Beeld”, op basisniveau onderhouden.
Speerpunten (toelichting) Follow-up toeristisch
Het toeristisch actieprogramma is conform uitgevoerd. Hierover is aan de raad
actieprogramma
gerapporteerd.
Intensivering
Er is een audit gestart naar de marketingaanpak. De tussenresultaten zijn met de raad
stadspromotie
en
besproken.
evenementenbeleid Voor de uitvoering van de vaarvisie zijn geen middelen beschikbaar; mogelijk kunnen Uitvoering vaarvisie
deelprojecten in de toekomst langs incidentele weg worden gefinancierd. In 2009 gaat het onder meer om (organisatie en financiering van) Homo Ludens,
Toeristische projecten
structuurvisie Groene Ster, samenwerking Friese VVV’s , Winterfeest, première van de film “Hel van ’63” en financiering Toeristisch Topinstituut.
Subconclusie
In 2009 zijn op het gebied van toerisme, cultuur en evenementen forse subsidies binnengehaald, o.a. voor het Toeristisch Topinstituut. Voorts is er het nodige aan planvorming (watervisie) en acties uitgezet en ontwikkeld.
Markten, standplaatsen en kermissen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Aantal kramen week- en
Het aantal kramen is met de verhuizing naar de Nieuwestad/Wirdumerdijk verminderd
bloemenmarkt (O)
in verband met de beschikbare ruimte. Overigens heeft dit niet tot problemen c.q. afwijzingen geleid; er was sprake van natuurlijk verloop. Van de kant van de winkeliers (centrummanagement) zijn de eerste indrukken positief. Ook van de kant van noodhulpdiensten en met name de Brandweer is positief gereageerd. Zo heeft men meermaals proefondervindelijk vastgesteld dat de minimale doorrijroutes gewaarborgd zijn.
Inkomsten standplaatsen
De inkomsten uit standplaatsen zijn fors hoger geweest. Dit is vooral veroorzaakt door
(P)
hogere opbrengsten van de oliebollenstandplaatsen.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige toelichting
In 2009 is de kermis vanwege de reconstructie van het Nieuw Zaailand verplaatst naar achter het WTC. Op basis van de slechte resultaten (lage bezoekersaantallen) heeft een evaluatie plaatsgevonden met de kermisbonden en is onderzocht welke locaties geschikt zijn voor de kermis in 2010. Conclusie is dat het Fonteinland/Jacob Catsplein het meest geschikt is. Overigens stemmen niet alle partijen hier mee in.
Subconclusie
De nieuwe tijdelijke locatie voor de markt op de Nieuwestad/Wirdumerdijk wordt positief ervaren door betrokkenen. Dat gold niet voor de tijdelijke locatie voor de kermis achter het WTC. Voor 2010 is inmiddels een nieuwe, betere locatie gevonden, namelijk het Fonteinland/Jacob Catsplein.
74
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
-45
46
283
283
-292
-9
3
-37
-34
-37
-71
-4
-21
-25
12
-13
Beleidsproducten 005 Economisch beleid 059 Markten 060 Standplaatsen 061 Vastgoedbeheer 062 Grondzaken
Saldo
-19
183
34
197
225
422
-144
1.185
28.473
29.514
-29.525
-11
063 Recreatiegebieden
-14
1
5
-9
14
6
064 Recreatievaart
-55
16
25
-14
11
-3
-10
10
-78
-68
065 Kermissen
20
066 Toerisme
-19
-3
103
81
-97
-17
-278
1.427
28.854
30.003
-29.767
236 x € 1.000
Lasten en baten 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
totale programma
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
3.863
10.360
33.498
47.721
46.369
-1.352
B
Begroting 2009 na wijziging :
3.863
10.564
65.374
79.801
78.604
-1.197
C
Rekening 2009 :
4.141
9.137
36.521
49.799
48.837
-962
Resultaat B-C
-278
1.427
28.854
30.003
-29.767
236 x € 1.000
Analyse van het resultaat : 1.
Vastgoedbeheer
2.
Bouwgrondexploitatie
3.
Stimulering werkgelegenheid
4.
Markten
5.
Kapitaal- Apparaats
Overige
Totale
Totale
Saldo
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
182
-19
34
197
225
422
1.185
-129
25.346
26.402
-29.368
-2.966
255
255
3
-37
-34
-37
-71
20
-10
10
-78
-68
3.122
3.122
-156
2.966
-255
-255
Kermissen
255
- verrekeningen met reserves :
2.
Bouwgrondexploitatie
3.
Stimulering werkgelegenheid - niet relevante posten : Overig
60
-153
144
50
-98
-47
Totaal
1.427
-278
28.854
30.003
-29.767
236
Analyse en Toelichting Programma Economie en Toerisme Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? 1. Vastgoedbeheer
Het voordeel op Vastgoedbeheer bedraagt € 422.000. Voor een goed begrip is met betrekking tot de verklaring van dit verschil onderscheid gemaakt in de volgende 3 soorten objecten: •
Exploitatie panden en sportaccommodaties voordeel € 295.000
•
Panden in eigen gebruik nadeel € 115.000
•
Nog niet in exploitatie genomen objecten voordeel € 242.000
75
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Bij de exploitatie van panden en sportaccommodaties bedraagt het voordeel € 295.000 dat als volgt is ontstaan: •
Kapitaallasten voordeel € 182.000 De onderuitputting bij de exploitatie van panden is voornamelijk het gevolg van werkinhoudelijke redenen en bedraagt € 59.000. Zo is onder andere het werk aan de Westerkerk uitgesteld tot 2011 (€ 20.000) omdat deze werkzaamheden dan kunnen worden gecombineerd met een aantal andere maatregelen. Ook de plaatsing van de topkoeling in de Harmonie is later afgerond dan gepland in verband met onenigheid met de architect over de plaatsing van de toren (€ 13.000). Voor de upgrading van de sportaccommodaties is een investeringsprogramma 20062010 vastgesteld waarvoor in het kader van nieuw beleid 2007 middelen beschikbaar zijn gesteld. Doordat de investeringen zoveel mogelijk moeten plaatsvinden zonder de sportuitoefening te blokkeren, loopt de uitvoering achter bij de planning waarop de begroting is gebaseerd. Ook bestaat nog onduidelijkheid over de definitieve invulling van Kalverdijkje Zuid i.v.m. de plannen van Cambuur en de eventuele inpassing van v.v. Leeuwarden op het Klaverdijkje. Hierdoor bedraagt de onderuitputting op dit programma € 123.000.
•
Apparaatskosten nadeel € 19.000 Voor dit product zijn iets meer uren ingezet dan geraamd vanwege een laag ziekteverzuim.
•
Overige lasten nadeel € 85.000 Eind 2008 kwamen problemen met de filters in het zwembad de Blauwe Golf naar voren. Voor het oplossen van deze problemen zijn eind 2008 op basis van een eerste inschatting extra middelen toegevoegd aan de voorziening onderhoud. Bij de vervanging van deze filters in 2009 kwamen nog een aantal extra werkzaamheden naar voren die bij de eerste inspectie niet konden worden waargenomen. Hierdoor is een nadeel ontstaan van € 85.000.
•
Baten voordeel € 217.000 Het voordeel op de baten bestaat voor € 157.000 uit het voordelig projectresultaat van de Trekkenwand in de Harmonie. De overige € 60.000 is de optelsom van diverse voordelen zoals onder andere bijdragen derden onderhoud en vergoeding schade (€ 30.000) en uitkering waterschade sporthal Bilgaard (€ 25.000).
Panden in eigen gebruik nadeel € 115.000 •
Overige lasten nadeel € 123.000 Het nadeel bestaat voor ruim € 21.000 uit hogere energiekosten. Daarnaast moest voor een aantal vervangingen vooraf advies worden ingewonnen zoals onder andere bij de vervanging van warmtekrachtkoppeling, nadeel € 22.000. Het resterende nadeel van € 80.000 is veroorzaakt door een forse toename van het storingsonderhoud in het stadskantoor, onvoorziene vervangingen van apparatuur in de keuken alsmede het uitvoeren van de nodige aanpassingen als gevolg van interne verhuizingen.
•
Baten voordeel € 8.000 Diverse baten van per saldo € 8.000 voordeel.
Nog niet in exploitatie genomen objecten voordeel van € 242.000 •
Bij het beschikbaar stellen van het krediet voor de bouw van de sporthal bij de Kenniscampus is overeenkomstig het financieel beleid ook het exploitatiebudget van € 242.000 beschikbaar gesteld. Aangezien de sporthal in 2009 nog niet in gebruik is valt dit budget vrij.
2. Bouwgrondexploitatie
De raming 2009 van de lasten en baten met betrekking tot de bouwgrondexploitatie is gebaseerd op de hercalculaties per 1-1-2009 zoals vastgesteld in de raadsvergadering
76
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
van 29 juni 2009. Hierbij wordt een inschatting gemaakt van de verwachte aan- en verkopen alsmede de overige lasten en baten in 2009. De lasten waren begroot op € 58,5 mln en de baten op € 22,3 mln. Het verschil van € 36,2 mln betreft de zgn. voorraadmutatie en gaat via de baten naar de balans als toename van de grondvoorraad. Voor de exploitatie zijn hiermee de lasten en baten in evenwicht. De werkelijke lasten over 2009 bedragen € 32,1 mln en de werkelijke baten € 22,9 mln. Het verschil van € 9,3 mln betreft de zgn. voorraadmutatie en is via de baten naar de balans gegaan als toename van de grondvoorraad. Dit geeft de volgende overzichten: Lasten/baten Omschrijving
x € 1 mln Begroot
Werkelijk
Verschil
V/N
Lasten
58,5
32,1
26,4
Voordeel
Baten
22,3
22,9
0,6
Voordeel
Bijdrage balans
36,2
9,2
-27,0
Nadeel
0,0
0,0
0,0
(toename grondvoorraad) Saldo exploitatie Balans (Grondvoorraad) Omschrijving
x € 1 mln Begroot
Werkelijk
Boekwaarde 01-01-2009
64,5
64,5
0
Toename 2009
36,2
9,2
-27,0
100,7
73,7
-27,0
Boekwaarde 31-12-2009
Verschil
De boekwaarde van de grondcomplexen is in 2009 met € 9,2 mln toegenomen van € 64,5 mln naar € 73,7 mln. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf “Grondbeleid” en de bijlage “Toelichting grondcomplexen”. Verrekening reserves (voordeel € 2.966.000) Op de verrekeningen met de reserves is per saldo een voordeel ontstaan van € 2.966.000. Dit bestaat enerzijds uit lagere stortingen in reserves van € 3.122.000 en anderzijds uit hogere onttrekkingen uit reserves ten bedrage van € 152.000. De lagere stortingen zijn in hoofdzaak het gevolg van de vertraging die optreedt in de uitvoering van de grondexploitaties vanwege de huidige economische situatie. Zo is de begrote storting in de reserve grondexploitatie € 1,8 mln lager omdat een drietal grondcomplexen in 2009 nog niet konden worden afgesloten waardoor ook het voordelige resultaat nog niet kon worden toegevoegd. Ook de storting in de reserve bovenwijkse voorzieningen is ruim € 0,8 mln lager dan begroot. Een deel van de opbrengst grondverkopen wordt toegevoegd aan deze reserve. Nu de verkopen achterblijven is ook de storting lager dan begroot. Dit doet zich ook voor bij de reserve stedelijke vernieuwing met dien verstande dat deze reserve alleen wordt gevoed met een deel van de opbrengst van de grondverkopen in de Zuidlanden. De storting in deze reserve is in 2009 € 362.000 lager dan begroot. De onttrekkingen uit de reserves zijn per saldo € 152.000 hoger dan geraamd vanwege het afwaarderen van een tweetal complexen naar marktwaarde.
3. Stimulering werkgelegenheid
Het budget voor Stimulering Werkgelegenheid bedraagt € 277.000 en wordt toegevoegd aan de reserve Stimulering Werkgelegenheid. Ter uitvoering van deze regeling wordt (indien de reserve het toelaat) € 450.000 geraamd als subsidie en vervolgens €
77
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
450.000 als onttrekking uit de reserve. In 2009 is in totaal € 195.000 uitgekeerd ter stimulering van de werkgelegenheid en derhalve is ook maar € 195.000 onttrokken aan de reserve. Per saldo betekent dit bij overige lasten een voordeel van € 255.000 en bij de baten een nadeel van € 255.000. De stand van de reserve stimulering werkgelegenheid bedraagt per 31 december 2009 € 513.000. 4. Markten
Op dit product bedraagt het nadeel € 71.000. Vanwege de verplaatsing van de vrijdagmarkt in verband met het project Nieuw Zaailand is sprake van een lagere bezettingsgraad. Hierdoor zijn de baten € 37.000 lager dan begroot. Daarnaast zijn ook de overige lasten met € 37.000 overschreden. Enerzijds vanwege proces- en gerechtskosten voor het voeren van juridische geschillen en anderzijds vanwege het treffen van de nodige voorzieningen op de Nieuwstad. Tot slot nog een klein voordeel van € 3.000 op de apparaatskosten. (In Turap II – 2009 is dit nadeel reeds voorzien.)
5. Kermissen
Het resultaat van het product Kermissen bedraagt € 68.000 nadelig. De inschrijvingen van de kermisexploitanten voor de Leeuwarder kermis zijn dit jaar fors lager uitgevallen dan begroot. Naast de landelijk teruglopende belangstelling voor de kermis, zijn de lagere inschrijvingen met name te wijten aan de verplaatsing van de kermis naar het evenemententerrein achter WTC-Expo. Aan inschrijvingen is een bedrag gerealiseerd van € 32.000 hetgeen € 78.000 lager is dan begroot. Daarnaast zijn ook de overige kosten met € 10.000 overschreden vanwege extra kosten voor extra energievoorzieningen en reclame. De apparaatskosten waren daarentegen € 20.000 lager dan begroot. (In Turap II – 2009 is dit nadeel reeds voorzien.)
Eindconclusie programma Economie en toerisme Successen 1. Aankoop Atoglaslocatie
Op het gebied van watertechnologie zijn verschillende projecten rond Wetsus
t.b.v. realisering
gefinancierd, vaak in cofinanciering met de provincie en het Samenwerkingsverband
Watercampus
Noord Nederland (SNN). Belangrijk is voorts de aankoop van de Atoglaslocatie geweest t.b.v. de realisering van de Watercampus en het duidelijker positioneren van Leeuwarden als watertechnologiestad.
2. Effecten aanpak
De evaluatie van het programma stedelijke economie wijst uit dat de aanpak succesvol
stedelijke economie
is. Een tussenevaluatie van het programma stedelijke economie laat duidelijke effecten zien: € 135 miljoen uitgelokte investering, 300 directe arbeidsplaatsen en 250 indirecte arbeidsplaatsen, 30 startende ondernemers (minimaal 60 fte).
3. Voorbereiding tot
Over medewerking van de gemeente aan de aanleg van een fijnmazig
aanleg fijnmazig
glasvezelnetwerk “fiber to the home” in Leeuwarden van 650 km, met een investering
glasvezelnetwerk
van € 50 miljoen, is overeenstemming bereikt met Reggefiber. De uitvoering (voorbereiding) is gestart.
4. Professionalisering
De intensivering van profilering en acquisitie, hand in hand met offensief
profilering en acquisitie
vastgoedbeleid (versterking Ontwikkelbedrijf Leeuwarden), blijkt vruchten af te werpen. Verdere professionalisering van profilering en acquisitie vindt plaats. In 2009 hebben grotere acquisities als Landes en Noordelijke onderwijsinspectie plaatsgevonden. Via lobby zijn Gerechtshof en Rechtbank behouden voor Leeuwarden.
78
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
5. Professionalisering
De professionalisering van vastgoed is gaande: er is een inventarisatie en inhaalslag
vastgoed
gemaakt ten aanzien van onderhoud van gebouwen.
Verbeterpunten 1.
Clustergewijze en
Sterker prioriteren en concentreren op economische speerpunten verdient aanbeveling.
projectmatiege
Nadere keuze binnen stedelijke economie, met onderscheid in een clustergewijze
aanpak
aanpak t.b.v. watertechnologie en een meer projectmatige aanpak t.b.v. de overige speerpuntsectoren (duurzame energie, dienstverlening, toerisme en multimedia). Voortzetten professionaliseren vastgoed is nodig.
2.
Heroriëntatie aanpak
Voor de ontwikkeling van het locatiebeleid moet een heroriëntatie van aanpak en
en prioritering
prioritering plaatsvinden van het Philipsterrein, Bakker Postma, Ype Kramer, Zalen
locatieontwikkeling
Schaaf en Harmoniekwartier.
Eindconclusie Het programma is goed op koers en bevindt zich tevens op het breekpunt van een nieuwe Collegeperiode die in 2010 zijn schaduw vooruit werpt. Voor economie en toerisme is fundamenteel dat per 2009 het GSB-beleid is afgelopen. Daarmee vervalt een belangrijk deel van het stimuleringsbudget en de daaraan gekoppelde prestaties en indicatoren.
79
Jaarrekening 2009 2. Beleidsbegroting
80
2.1 Programmaplan: Programma Economie en Toerisme(3)
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Programma Zorg en opvang (4) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder R. Sluiter
F. Ytsma
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Herziening programma Zorg & Opvang
Het Programma Sociaal maatschappelijke ontwikkeling 2010 is vastgesteld
2010
door de gemeenteraad en vervangt het Programma Zorg en Opvang. De Wmo maakt nu meer onderdeel uit van het programma en het MOP is eind 2009 beëindigd.
Uitvoering ambities 2009 Kompas
In 2010 wordt het Kompas geactualiseerd: hoe staat het met de ambitie en
maatschappelijke opvang voor de
zijn er aanpassingen nodig in verband met nieuwe ontwikkelingen om die
regio Fryslân
ambitie te halen.
Implementatie beleid Herverdeling
Het rijk heeft besloten tot een herverdeling van de financiële middelen voor
financiën Maatschappelijke Opvang
de opvangsector. Vanaf 2009 is in de rijksbijdrage de compensatie voor het vervallen van de AWBZ-functie ‘ondersteunende begeleiding’ geïntegreerd.
AWBZ-functie Ondersteunende
De centrumgemeente Leeuwarden krijgt met ingang van 2010 een jaarlijkse
Begeleiding (MO)
korting op het budget van € 350.000 tot het totale bedrag van de korting van € 2,2 mln in 2016 is gehaald. Met de instellingen is overeenstemming bereikt over het gemeentelijk beleid als gevolg van de herverdeling van financiën voor de maatschappelijke opvang.
Successen 1.
Het herverdeelmodel, met een stevige rijksbezuiniging, voor de maatschappelijke opvang is tot tevredenheid van gemeente en instellingen geïmplementeerd.
2.
De eerste onconventionele woonvoorzieningen zijn gerealiseerd.
3.
Positief resultaat overlastgeversteam Veiligheidshuis (50% minder overlast).
4.
De invloed van cliënten van voorzieningen uit de Wmo-prestatievelden 7,8 en 9 is georganiseerd in de vorm van een adviesraad.
5.
Uit een enquête onder 1000 Leeuwarders is gebleken dat de klanten van hulp bij het huishouden en gehandicaptenvoorzieningen tevreden zijn over de voorzieningen die de gemeente Leeuwarden biedt. Ook de klanten van het Wmo-vervoer zijn tevreden over het vervoer.
6.
De aanbesteding van de huishoudelijke hulp was voor 1januari 2010 gereed en er zijn elf nieuwe aanbieders gecontracteerd.
7.
De nieuwe wet op de Wmo is ingevoerd en alle cliënten huishoudelijke hulp hebben een keuze gemaakt voor de wijze waarop zij hulp willen ontvangen (geïnformeerde toestemming).
8.
De opgave om vier multifunctionele centra in deze collegeperiode te realiseren is op 1 september 2009 gehaald door oplevering van het multifunctioneel centrum in Camminghaburen.
Verbeterpunten 1.
Bij de evaluatie van het Kompas maatschappelijke opvang voor de regio Fryslân, met Leeuwarden als centrumgemeente, 2008-2012 (Stedelijk Kompas) wordt ook aandacht aan de thema’s zwerfjongeren en tienermoeders besteed.
81
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Wat wilden we bereiken? Strategisch
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Opvang en zorgverlening:
A.
Snellere doorstroom maatschappelijke opvang
Een sociale infrastructuur met voorzieningen voor
B.
Deconcentratie van MO voorzieningen
preventie, opvang, zorgverlening en nazorg voor
C.
Stabiele capaciteit vrouwenopvang
kwetsbare groepen
D.
Meer preventieactiviteiten vrouwenopvang
E.
Verbeterd bereik ambulante verslavingszorg
Algemeen doel
F.
Minder huiselijk geweld
G.
Meer jongeren hebben een gezonde leefstijl
H.
Aanpak overgewicht 0-19 jarigen
I.
Aanpak van overgewicht en inactiviteit onder 19-55 jarigen met een lage sociaal economische positie
Een gezonde en
Ouderen en gehandicaptenzorg:
leefbare
Een integraal voorzieningenpakket, waardoor ouderen en
samenleving
gehandicapten zo lang mogelijk in de eigen thuissituatie
Alle Leeuwarder burgers met een beperking of chronische ziekte kunnen een beroep doen op voorzieningen op het terrein van wonen, vervoer, hulpmiddelen en hulp bij het huishouden
kunnen blijven wonen
K.
De intramurale huisvesting van 65+ is verminderd
Sociale integratie achterstandsgroepen:
L.
Het minimaal behouden van (waardering van burgers voor) de kwaliteit
Een sociale infrastructuur, zo mogelijk op wijkniveau, die de participatie van burgers bevordert en ondersteunt, de sociale cohesie versterkt en het ontstaan van achterstanden voorkomt
82
J.
van de sociale relaties in buurten en dorpen
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
35,5%
5%
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
Opvang en zorgverlening A
Snellere doorstroom Maatschappelijke opvang (MOP) Indicator: •
Percentage waarmee de gemiddelde verblijfsduur in de
+30,5 %
MO afneemt t.o.v. de nulmeting Nulmeting 2006 van de gemiddelde verblijfsduur: Crisisopvang Limor:
59 dagen
Crisisopvang Blijenhof:
55 dagen
118 66 4,4
24-uurs woonvoorziening: 26 maanden Sociaal pension: Huis voor jongeren: C
45 maanden
14,7
7 maanden
5,1
Stabiele capaciteit Vrouwenopvang (MOP) Indicator: •
D
Het aantal plaatsen in de Vrouwenopvang (VO)
30 VO
32 VO
32 VO
+ 10
+ 10
+10
Asja
Asja
Asja
0
1
1
211
420
230
+ 190
689
579
750
- 171
1221
65%
+2
Meer preventieactiviteiten Indicator: •
Advies- en Steunpunt Huiselijk geweld Fryslân
0
(gerealiseerd in november 2005) E
Verbeterd bereik ambulante Verslavingszorg (MOP) Indicator: •
Aantal behandelingen dat per jaar regulier wordt afgesloten
F
Minder huiselijk geweld (MOP) Indicatoren: •
Aantal (eerste) meldingen huiselijk geweld (volgens de politiecijfers)
• G
I
Aantal herhalingsmeldingen
Meer jongeren hebben een gezonde leefstijl •
Het gebruik van alcohol onder jongeren daalt
61%
-
59%
•
Het overgewicht bij jongeren stijgt niet boven de 14%
14%
-
14%
•
Het roken onder jongeren neemt af
•
Het aantal chlamydia onderzoeken daalt
27%
-
25%
9,9%
-
9%
Aanpak van overgewicht en inactiviteit onder 19-55 jarigen met een lage sociaal economische positie (MOP) Indicator: •
Percentage gezondheidsinterventies gericht op volwassenen met een lage sociaal economische positie
0%
10,5%
5%
+ 5,5%
Ouderen en gehandicaptenzorg J
Alle Leeuwarder burgers met een beperking of chronische ziekte kunnen een beroep doen op WMO voorzieningen Indicatoren: •
Aanvragen hulp bij het huishouden
3600
1994
3600
- 1606
•
Aanvragen “oud WVG”-voorzieningen
2600
2431
2600
- 169
83
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Subdoelstellingen K
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
7%
7%
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
De intramurale huisvesting van 65+ is verminderd Indicator: •
Percentage van de doelgroep 65+ dat intramuraal is
8%
0
gehuisvest
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd. Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
x
+
A, B
x
+
J
Opvang en zorgverlening •
Invoering verdeelsystematiek middelen MO
Ouderen en gehandicaptenzorg •
Verbeteren APK model
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
+/-
K
+
L
+
L
Ouderen en gehandicaptenzorg •
Ontwikkelen en uitvoeren Wmo-loket (informatie, advies en cliëntondersteuning)
Sociale integratie achterstandsgroepen •
Het doen bevorderen van acceptatie van seksevraagstukken
•
Het doen terugdringen van discriminatie op grond van ras, geloof, culturele achtergrond en seksuele voorkeur
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
•
Herziening programma Zorg & Opvang 2010
+
A t/m L
•
Uitvoering ambities 2009 Kompas maatschappelijke opvang voor de regio Fryslân
+
A, B
•
Implementatie beleid Herverdeling financiën Maatschappelijke Opvang
+
A, B
•
Implementatie beleid inzet middelen
+
A t/m F
•
AWBZ-functie Ondersteunende Begeleiding (MO)
+
A, B
Real.
Sub
2009
doel
+
D, F
Realisatie nieuw beleid/ombuiging •
Steunpunt Huiselijk Geweld (ISI)
Opvang en zorgverlening Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Maatschappelijke opvang (A)
De gemiddelde verblijfsduur crisisopvang LIMOR en Blijenhof lag in 2009 hoger dan in 2008. In zijn algemeenheid hangt de verblijfsduur sterk af van de uitstroommogelijkheden van cliënten. De stabiliteit die nodig is voor verantwoorde uitstroom, neemt bij gezinssituaties meer tijd in beslag. De combinatie van opvang van grote aantallen gezinnen én de frequentie van complexe situaties in het algemeen, kunnen daarom leiden tot fluctuaties in de gemiddelde verblijfsduur per jaar. De algemene opvang aan de Nieuweweg is in december 2008 van start gegaan. De gemiddelde verblijfsduur over 2008 was 0,7 maanden en had betrekking op één maand en is niet vergelijkbaar met 2009. De gemiddelde verblijfsduur over 2008
84
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
van de Algemene opvang binnen De Terp bedroeg 15,2 maanden en is dus beter vergelijkbaar met 2009. Van 2008 op 2009 is de gemiddelde verblijfsduur dus sterk teruggedrongen. Dit is te danken aan intensievere begeleiding van de bewoners van de Algemene Opvang mede op basis van AWBZ-indicaties. Mogelijk heeft de verhuizing een extra impuls gegeven aan de doorstroming. Het staat niet vast dat de gemiddelde verblijfsduur op het niveau van 4,4 maanden gehandhaafd blijft. Sinds 1 december 2009 zijn de bewoners van het sociaal pension De Bel tijdelijk verhuisd naar het pand De Wending in afwachting van definitieve huisvesting. Instroom vanaf december 2009 van een aantal nieuwe bewoners en uitstroom in 2009 van een aantal bewoners heeft tijdelijk effect op de gemiddelde verblijfsduur. Uit de halvering van de gemiddelde verblijfsduur van 2008 op 2009 mag geen trend van deze omvang worden afgeleid. De daling van de verblijfsduur Huis voor Jongeren is eveneens te danken aan intensievere begeleiding. Vrouwenopvang (C)
Vanaf 2008 is het aantal plaatsen in de Vrouwenopvang uitgebreid met twee plaatsen tot in totaal 32. De uitbreiding betreft twee noodbedden die beschikbaar zijn voor opvang in acute noodsituaties. In 2009 is er een impuls gegeven aan de opvang van hulp aan tienermoeders. In 2010 worden vervolgstappen onderzocht en waar mogelijk uitgezet.
Minder huiselijk geweld (F)
Het totaal aantal incidenten huiselijk geweld, geregistreerd door de politie, was lager dan in 2008. Het aantal herhalingsmeldingen 2009 komt volgens de politie op in totaal 1.221, maar het kan daarbij gaan om meerdere herhalingsmeldingen bij één gezin. De herhalingsmeldingen worden namelijk niet gekoppeld aan personen/adressen. Het percentage herhalingsmeldingen in relatie tot het aantal incidenten zegt de politie dan ook niet te kunnen aangeven, omdat dit niet op persoon/adres wordt geregistreerd.
Verslavingszorg (E)
Het aantal behandelingen dat wordt afgesloten is hoger dan begroot. Dit komt door de invoering van de Diagnose Behandel Combinatie (DBC) methodiek, die het afsluiten bevordert.
Meer jongeren hebben een
Er zijn geen cijfers over 2009 bekend. Eén maal per vier jaar wordt er een
gezonde leefstijl (G)
gezondheidsonderzoek jeugd uitgevoerd. Voor de periode 2008-2011 zullen de resultaten in 2012 bekend zijn.
Aanpak overgewicht (I)
Met de start van het project “Actie Leeuw” was de inschatting dat minimaal 5% van de 19-55 jarigen in de wijken met een lage sociale economische positie zou gaan deelnemen aan de interventies gericht op een gezonde leefstijl met nadruk op overgewicht en lichamelijke inactiviteit. In de praktijk bleek dat er meer dan twee maal zoveel mensen hebben deelgenomen aan de gezamenlijke en preventieve activiteiten in deze wijken.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige toelichting Invoering huisverbod
Invoering huisverbod: op 1 mei 2009 is gestart met de invoering van het tijdelijk huisverbod. Plegers van huiselijk geweld kunnen een tijdelijk huisverbod krijgen. Tijdens de periode van het huisverbod wordt de eerste hulpverlening voor alle gezinsleden op gang gebracht. In 2009 zijn in Fryslân 59 huisverboden opgelegd, waarvan 17 in Leeuwarden.
85
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Speerpunten (toelichting) Herziening programma Zorg en
Het Programma Sociaal maatschappelijke ontwikkeling 2010 is vastgesteld door de
opvang
gemeenteraad en vervangt het Programma Zorg en Opvang. De Wmo maakt nu meer onderdeel uit van het programma en het MOP is eind 2009 beëindigd.
Uitvoering ambities 2009
De ambitie van de centrumgemeente Leeuwarden voor de maatschappelijke
Kompas maatschappelijke
opvang is een sociale infrastructuur te realiseren die er voor zorgt dat niemand
opvang voor de regio Fryslân
tegen zijn wil op straat belandt en dat ook de hardnekkige zorgmijdende dak- en thuisloze uit Fryslân een plek heeft en niet is overgeleverd aan de straat. In het Kompas 2008-2012 is aangegeven welke weg Leeuwarden wil bewandelen om deze ambitie te realiseren. In 2010 wordt het Kompas geactualiseerd: hoe staat het met de ambitie en zijn er aanpassingen nodig in verband met nieuwe ontwikkelingen om die ambitie te halen.
Implementatie beleid
Het rijk heeft besloten tot een herverdeling van de financiële middelen voor
Herverdeling financiën
de opvangsector. Vanaf 2009 is in de rijksbijdrage de compensatie voor het
Maatschappelijke Opvang
vervallen van de AWBZ-functie ‘ondersteunende begeleiding’ geïntegreerd.
Implementatie beleid inzet
De centrumgemeente Leeuwarden krijgt met ingang van 2010 een jaarlijkse
middelen
korting op het budget van € 350.000 tot het totale bedrag van de korting van € 2,2 miljoen in 2016 is gehaald.
AWBZ-functie Ondersteunende
De korting van € 350.000 in de komende jaren wordt voor 90% toegepast
Begeleiding (MO)
op de instellingen voor maatschappelijke opvang en voor 10% op de verslavingszorg en de openbare geestelijke gezondheidszorg. De gemeente hanteert 4 prioriteiten binnen het aanbod van de instellingen: a. kosten voor residentiële opvangvoorzieningen, nachtopvang en dagopvang; b. kosten voor begeleiding van bewoners van residentiële opvangvoorzieningen; c. kosten voor nazorg van voormalige bewoners van een opvangvoorziening; d. preventieve woonondersteuning van burgers uit alle gemeenten in Fryslân die een aantoonbaar risico lopen op huisuitzetting en daarmee op opname in een voorziening voor crisisopvang of kortdurende maatschappelijke opvang. De rijksbijdrage Vrouwenopvang inclusief bestrijding huiselijk geweld blijft ongewijzigd. Met de betrokken instellingen in de opvang– en zorgsector is overeenstemming bereikt over in 2010 uit te voeren activiteiten en de daaraan verbonden middelen in 2010 op basis van het door de gemeente vanaf 2010 in te zetten beleid als gevolg van de herverdeling van financiën voor de maatschappelijke opvang.
Subconclusie
Het herverdeelmodel maatschappelijke opvang is tot tevredenheid van gemeente en instellingen geïmplementeerd. De MOP-doelen zijn, op de gemiddelde verblijfsduur van de crisisopvang na, gehaald.
Ouderen en gehandicaptenzorg Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Beroep op de WMO
Er zijn iets minder aanvragen in het kader van de WRV (wonen, rollen, vervoer)
voorzieningen (K)
ontvangen. In 2009 zijn er 1994 aanvragen ontvangen in het kader van de huishoudelijke hulp. Het getal 3600 slaat op alle gebruikers van huishoudelijke hulp in 2008 en daarom is hier een verschil ontstaan.
86
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Wmo-loket
De realisatie van het Wmo-loket verloopt deels naar wens. Er zijn fysieke Wmoloketten bij MEE, Welzijn Leeuwarden, Sinne Welzijn, Bureau Wmo-voorzieningen en het Stadskantoor. Het project outreachende cliëntondersteuning is begin 2009 gestart. De ontwikkeling van het digitale loket neemt meer tijd. Er wordt gestreefd naar samenwerking tussen Friese gemeenten, Friese bibliotheken, MEE en HVD. Dit traject kost meer tijd dan verwacht.
Overige Toelichting Wmo-beleidsplan
De uitvoering van het Wmo-beleidsplan verloopt goed.
APK-model
Het APK model (eenvoudige indicering door onder andere aanbieders) is verder ontwikkeld door nieuwe en vereenvoudigde procedures af te spreken voor het indiceren van voorzieningen, maar ook de administratieve en financiële afwikkeling van huishoudelijke hulp door zorgaanbieders is vereenvoudigd.
Enquête hulp bij huishouden en
De klanten van hulp bij het huishouden en gehandicaptenvoorzieningen zijn
gehandicaptenvoorzieningen
tevreden over de voorzieningen die de gemeente Leeuwarden biedt. Afgelopen zomer is er een enquête gehouden onder 950 gebruikers en aanvragers van huishoudelijke hulp en hulpmiddelen (rolstoelen, scootermobielen en woonvoorzieningen). Klanten van hulp bij het huishouden geven een 8,0 als rapportcijfer en klanten van hulpmiddelen geven een 7,6. Ook over de toegang tot de ondersteuning is men tevreden. De respondenten zijn verder tevreden over de mate waarin de Wmo-raad opkomt voor het belang van de cliënten van huishoudelijke hulp en hulpmiddelen. De door de gemeente Leeuwarden geboden ondersteuning voldoet aan de verwachtingen en de klanten zijn positief over de mate waarin de ondersteuning helpt bij het zelfstandig wonen en meedoen aan de maatschappij.
GBA
Het bureau Wmo heeft toegang gekregen tot de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA).
Subconclusie
De uitvoering van het Wmo-beleidsplan verloopt goed.
Sociale integratie achterstandsgroepen Overige Toelichting Implementatie Wet
De implementatie van de Wet Antidiscriminatievoorziening is succesvol verlopen.
Antidiscriminatievoorziening
Het Anti Discriminatiebureau bij Tûmba is conform gecontinueerd. In 2010 zal een aparte verordening ter besluitvorming worden voorgelegd aan de raad.
Koploperproject homo-
Binnen het koploperproject homo-emancipatie is door Tûmba en COC uitvoering
emancipatie
gegeven aan het bespreekbaar maken van homoseksualiteit binnen etnische kringen. Daartoe is een lespakket ontwikkeld en een klankbordgroep van allochtone homoseksuele mensen opgericht.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009 Beleidsproducten 023 028
Opvang en zorgverlening Sociale integratie achterst.groepen
033
Ouderen- en gehandicaptenzorg
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
1.639
1.828
216
188
Saldo 2.044
31
506
537
-89
448
-145
-308
-452
-69
-521
1.838
1.912
58
1.971
75
0
87
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
1.813
35.362
37.175
14.755
-22.420
B
Begroting 2009 na wijziging :
1.756
44.660
46.416
22.378
-24.037
C
Rekening 2009 :
1.682
42.822
44.504
22.437
-22.067
75
1.838
1.912
58
1.971
Resultaat B-C
x € 1.000 Analyse van het resultaat : 1.
Jeugdgezondheidszorg
2.
MFC Wytgaard
3.
Vouchers bewonersinitiatieven
4.
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
Saldo
88
88
88
100
100
100
572
527
527
Maatschappelijke Opvang
783
783
783
5.
Integratie etnische minderheden
101
101
101
6.
Woonzorgzone Zuidlanden
7.
Wmo
-45
325
325
-265
-265
-123
-388
325
- niet relevante posten : 8.
Overig
120
134
254
181
435
Totaal
75
1.838
1.913
58
1.971
Analyse en Toelichting Programma Zorg en Opvang Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Toelichting Jeugdgezondheidszorg
Jaarlijks wordt een subsidie verleend voor de uitvoering van maatwerk Jeugdgezondheidszorg 0 - 19 jaar. Medio 2009 is de subsidieaanvraag voor dit onderwerp binnengekomen. Er zijn afspraken gemaakt over de inzet en de activiteiten zijn in 2009 uitgevoerd. Dit heeft echter nog niet geleid tot een subsidieverlening en er is ten onrechte geen verplichting opgenomen. Dit leidt in 2009 tot een voordeel van € 88.000. De verlening over 2009 zal nu in 2010 plaatsvinden.
MFC Wytgaard
In november 2009 heeft de gemeenteraad bij de behandeling van de programmabegroting 2010 bij motie maximaal € 200.000 beschikbaar gesteld voor het realiseren van het MFC Wytgaard in 2009. De dekking bestaat voor € 100.000 uit het restant ISI 2009 en € 100.000 uit de bestaande budgetten voor wijkaanpak, onderwijshuisvesting en brede scholen. De resterende tijd in 2009 was te kort om de motie uit te voeren.
Bewonersinitiatieven
Het project Wijkidee heeft van VROM voor 2008 en 2009 € 300.000 per jaar gekregen voor de uitvoering van bewonersinitiatieven die "de leefbaarheid en de sociale cohesie" in de wijk bevorderen. De middelen worden aan bewoners verstrekt in de vorm van Wijkwaardebonnen, op advies van het Adviesplatform Wijkidee. Pas in de loop van het jaar is dit project goed van de grond gekomen. Voor ongeveer zeventig ideeën zijn inmiddels Wijkwaardebonnen beschikbaar gesteld, maar deze zijn nog niet door de bewoners omgezet in geld. De uitvoering zal in 2010 plaats vinden. Enkele complexe projecten waarschijnlijk zelfs nog deels in 2011. Tot nu toe is voor € 505.000 aan wijkwaardebonnen toegekend en zijn er € 28.000 aan kosten gemaakt. Daarnaast zijn er ook apparaatskosten gemaakt ter hoogte van € 45.000. Deze zijn
88
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
niet in de begroting gespecificeerd en leiden daardoor tot een tekort. Deze kosten worden ten laste gebracht van deze rijksmiddelen. Maatschappelijke opvang
Op het gemeentelijk budget van maatschappelijke opvang is een positief resultaat ontstaan van € 783.000 door activiteiten die ten laste van gemeentelijke budgetten zouden worden gebracht uit nog niet bestede rijksmiddelen te dekken. Eind 2009 loopt het Grotestedenbeleid 2005-2009 af. De GSB-ambities die met het rijk waren afgesproken zijn (meer dan) gerealiseerd voor minder geld. Voorwaarde van het rijk is dat niet bestede GSB-middelen terugvloeien naar het rijk. Binnen de BDU/SIV-middelen was geld gereserveerd voor de uitvoering van een aantal projecten vrouwenopvang en maatschappelijke opvang. Dit zijn de projecten Veilige veste (vernieuwing concept vrouwenopvang), begeleiding van straatprostituees door een straatcoach, toeleiding van tienermoeders naar geschikte hulpverlening en een bijdrage aan de financiering van verbouwing van voormalige Buitenschool. Deze projecten zijn vertraagd. De vertraging heeft verschillende oorzaken zoals een zoektocht naar geschikte huisvesting en naar personeel. De rijksvoorwaarde volgend moeten de middelen die gereserveerd waren voor deze projecten terugvloeien naar het rijk en stoppen de projecten. Door activiteiten die ten laste van gemeentelijke budgetten zouden worden gebracht nu uit deze nog niet bestede rijksmiddelen te dekken, hoeven de GSB-middelen niet terug naar het rijk en vallen de gemeentelijke middelen vrij.
Integratie etnische
Voor de realisering van een nieuw Multicultureel Centrum (MCC) in Leeuwarden zijn
minderheden
incidentele middelen beschikbaar gesteld in de begroting 2009 en meerjarenramingen
Multicultureel centrum
2010, 2011 en 2012. Over onder andere het beheer en exploitatie van het MCC is een overeenkomst met Sinne Welzijn en Welzijn Leeuwarden afgesloten. Het nieuwe MCC wordt pas in de zomer van 2010 opgeleverd. Hierdoor zijn budgetten in 2009 niet volledig benut en ontstaat een positief resultaat van € 101.000.
Woonzorgzone Zuidlanden
Voor de ontwikkeling van een woonzorgzone in het uitbreidingsgebied Zuidlanden is in 2008 incidenteel een gemeentelijke bijdrage van € 325.000 beschikbaar gesteld. Door onder andere vertraging in de woningbouw in het plangebied Japickswoude vanwege juridische procedures is de woonzorgzone nog niet gerealiseerd. Daarbij komt dat de gevolgen van de kredietcrisis ertoe leiden dat zowel de potentiële huizenkopers in het plangebied, maar ook de samenwerkingspartijen een afwachtende houding hebben aangenomen. Er zijn daarom nog geen uitgaven ten laste van dit budget gekomen.
Wet maatschappelijke
De kosten van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) omvatten
ondersteuning (Wmo)
uitvoeringskosten en programmakosten. De programmakosten zijn onder te verdelen in de uitgaven die betrekking hebben op wonen, rollen en vervoer (WRV) en de uitgaven voor hulp bij het huishouden (HHH). Het nadeel van € 266.000 op de lasten Wmo is als volgt opgebouwd: uitvoeringskosten (buiten de apparaatskosten) nadeel van:
€
programma WRV nadeel van:
€ 1.316.000
91.000
programma HHH voordeel van:
€ 1.141.000
Het budget van de uitvoeringskosten is overschreden, omdat vooruitlopend op de wetswijziging van de Wmo per 1 januari 2010, extra kosten zijn gemaakt voor de implementatie van die wijziging in de systemen en voor de aanpassing van ongeveer 2.000 beschikkingen. Door een verbeterslag in het ‘APK model’ indiceren de aanbieders zoveel als mogelijk zelf, tenzij er sprake is van complexe situaties en het verstandig is om het CIZ te laten indiceren (indiceren op basis van noodzaak).
89
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Op het programma WRV (voormalig WVG) is het tekort dit jaar ten opzicht van het tekort in 2008 met ruim € 600.000 toegenomen tot een bedrag van € 1.312.000. De toename doet zich het meest voor bij de woonvoorzieningen en hulpmiddelen in natura. De kosten van woonvoorzieningen zijn afhankelijk van het aantal en de grootte van de aanpassingen in individuele gevallen en zijn moeilijk te voorspellen. Dit jaar zijn er veel en erg kostbare aanpassingen geweest. Het overschot op de het programma HHH is toegenomen van € 522.000 in 2008 naar € 1.141.000 dit jaar. De integratie-uitkering voor HH is met € 662.000 toegenomen. De kosten van het programma zijn in totaliteit iets toegenomen. Binnen het programma heeft zich wel een verschuiving voorgedaan van PGB’s naar HH1 en HH2. Dit is waarschijnlijk al vooruitlopend op de wetswijziging die in 2010 ingaat. Tegenover dit voordeel is een nadeel van € 123.000 op de eigen bijdragen van cliënten voor de hulp in het huishouden. Die eigen bijdragen worden berekend door het Centraal Administratie Kantoor (CAK). Dit bedrag kan afwijken van het bedrag dat de cliënten op jaarbasis aan eigen bijdragen zouden moeten betalen op basis van het aantal afgenomen zorguren en inkomen. Het CAK zorgt ook voor de invordering van de eigen bijdragen. Alle bijdragen die het CAK op kasbasis jaarlijks incasseert worden afgedragen aan de gemeente. In 2009 is € 123.000 minder van het CAK ontvangen dan is begroot. Het bedrag dat nog aan eigen bijdragen op het eind van het jaar te vorderen is van het CAK c.q. cliënten is niet bekend. Bovendien zitten in de afdrachten van het CAK aan de gemeente dit jaar zeer waarschijnlijk ook nog eigen bijdragen die betrekking hebben op 2007 en 2008.
Eindconclusie Programma Zorg en Opvang Successen 1. Het herverdeelmodel, met een stevige rijksbezuiniging, voor de maatschappelijke opvang is tot tevredenheid van gemeente en instellingen geïmplementeerd. 2. Positief resultaat overlastgeversteam Veiligheidshuis (50% minder overlast). 3. De eerste onconventionele woonvoorzieningen zijn gerealiseerd. 4. Oprichten adviesraad van cliënten van voorzieningen uit de Wmo-prestatievelden 7, 8 en 9. 5. Tevredenheid van klanten van hulp bij het huishouden, gehandicaptenvoorzieningen en Wmo-vervoer over de voorzieningen en het vervoer die de gemeente Leeuwarden biedt. 6. De aanbesteding van de huishoudelijke hulp was voor 1 februari 2010 gereed en er zijn elf nieuwe aanbieders gecontracteerd. 7. De nieuwe wet op de Wmo is ingevoerd en alle cliënten huishoudelijke hulp hebben een keuze gemaakt voor de wijze waarop zij hulp willen ontvangen (geïnformeerde toestemming). 8. Met de oplevering van het multifunctionele centrum in Camminghaburen is het doel om in deze collegeperiode vier multifunctionele centra te realiseren gehaald. Verbeterpunten Bij de evaluatie van het Kompas maatschappelijke opvang voor de regio Fryslân, met Leeuwarden als centrumgemeente, 2008-2012 (Stedelijk Kompas) wordt ook aandacht aan de thema’s zwerfjongeren en tienermoeders besteed. Eindconclusie In 2009 zijn veel acties ondernomen om de kwaliteit van het Programma zorg en opvang te verbeteren en er is een nieuw programma vastgesteld. In 2009 zijn alle MOP-doelen, op de gemiddelde verblijfsduur in de crisisopvang na,
90
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
gehaald. In de opvang- en zorgsector zijn een aantal positieve resultaten geboekt, zoals overeenstemming met de instellingen over het gemeentelijk beleid als gevolg van de herverdeling van financiën voor de maatschappelijke opvang en het realiseren van onconventionele woonvoorzieningen. De uitvoering van het Wmo-beleidplan verloopt goed.
91
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
92
2.1 Programmaplan: Programma Zorg & Opvang (4)
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Programma Werk en inkomen (5) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder M. Florijn
A. Muller
Speerpunten begrotingsjaar 2009 Inzetten op daling bijstandsbestand
Realisatie en voortgang Door de economische crisis, dalende werkgelegenheid en dientengevolge stijging van het aantal Wwb-ers is de begroting bijgesteld naar boven op basis van een toename met 25%. De gemeente Leeuwarden heeft in 2009 beter gepresteerd dan het landelijk gemiddelde.
Kwalitatieve impuls Werkacademie
Er zijn diverse projecten ingezet om de kwaliteit van de dienstverlening van de Werkacademie te bevorderen, zodat de klant meer maatwerk kan worden geboden.
Maatschappelijke participatie van de
In de tweede helft van 2009 is een start gemaakt met het uitvoeren van
werkacademie
het maatschappelijk participatieprogramma, waaraan 14 externe partners meewerken en mede invulling geven.
Inrichten en uitvoeren integrale
In 2009 heeft de integrale dienstverlening in de vorm van het Werkplein
dienstverlening (Toonkamer) met UWV
Leeuwarden gestalte gekregen. Er is een integraal werkgeversteam en
/ CWI
jongerenteam gevormd en er zijn integrale werkzoekende teams samengesteld met werkcoaches van de gemeente en het UWV.
Sluitende aanpak jongeren: koppeling
Naast de koppeling tussen het jongerenloket en het leerwerkloket is veel
jongerenloket/leerwerkloket
geïnvesteerd in de professionalisering van het jongerenloket, o.a. door intensievere samenwerking met leerlingenzorg en met het werkgeversteam. Het RMC is in 2009 verhuisd naar het werkplein.
Aanpak WSW-wachtlijst: activering
Verlaging wachtlijst van 147 naar 125 ultimo 2009, waarvan 80 Wwb-
WSW-geïndiceerden op de wachtlijst
ers geplaatst zijn op een gesubsidieerde brugbaan om de wachttijd actief te overbruggen.
Intensivering uitvoering inburgering
Er zijn vele projecten en nieuwe initiatieven gestart om allochtonen
(incl. generaal pardon)
(m.n. vrouwen) te laten participeren en inburgeren. Er is stevig ingezet op het realiseren van de ambitie voor inburgering. Project Wijkgerichte inburgering is een groot succes en wordt landelijk met veel interesse gevolgd. In totaal zijn nu 266 personen (183 leefeenheden) in Leeuwarden gehuisvest waarmee Leeuwarden ruimschoots aan haar taakstelling huisvesting (167) heeft voldaan.
Armoedebeleid/schuldhulpverlening
Er is stevig ingezet op effectievere schuldhulpverlening en deregulering armoedebestrijding, o.a. invoering van het 1-aanvraagformulier, start met de herijking van bijzondere bijstand, meer aandacht voor preventie bij armoedebestrijding.
Successen Werk: •
In Leeuwarden was de stijging van het bijstandsbestand lager dan het landelijk gemiddelde. Uitstroom naar regulier werk vanuit het Startprogramma en door bemiddeling van het werkgeversteam is ondanks de economische tegenwind erg succesvol.
•
Naast de koppeling met het leerwerkloket heeft het jongerenloket de samenwerking met leerlingenzorg en het werkgeversteam geïntensiveerd en geïntegreerd op het Werkplein.
•
Met het project Kansen en Vernieuwingen is vanuit diverse deelprojecten geëxperimenteerd om diverse doelgroepen dichter bij de arbeidsmarkt te krijgen. Het project heeft uiteindelijk niet kunnen zorgen voor een daling van het bestand, maar wel voor een belangrijke afremming van de stijging van het bestand.
•
Overschot I deel: Op de gemeentelijke begroting wordt in 2009 op het I- deel maar liefst €1.800.000 overgehouden. Deze middelen vloeien terug naar de algemene middelen.
93
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Participatie: •
Er is in 2009 veel projectgeld vanuit het rijk binnengehaald: Participatieladder, Duizend en een kracht, Wijkgerichte inburgering, Pilot schuldhulpverlening Schepenbuurt, Pilot schuldhulpverlening Mondriaanbuurt, Actieplan Jeugdwerkloosheid, IPW empowerment, AMA project, Koploper homo-emancipatie.
•
Integrale aanbesteding participatiebudget: we lopen daarmee voorop in Nederland.
•
Er is een integrale opdracht wijkgerichte inburgering/1001Kracht/integratie opgesteld voor de beide welzijnsorganisaties Welzijn Leeuwarden en Sinne Welzijn, die hiervoor een aparte stichting hebben opgericht. Een verregaande vorm van samenwerking tussen beide instellingen.
•
In Leeuwarden behaalt ruim 80% het inburgeringexamen, wat het hoogste percentage landelijk is.
•
De WSW-wachtlijsten werden sterk ingekort door de verruiming van de rijksbijdrage WSW en met behulp van de WSW-brugbanen en de experimentele aanpak wachtlijst WSW-jongeren.
Inkomen: •
Invoering van een 1-aanvraagformulier voor armoederegelingen, waardoor de toegankelijkheid en het gebruik van de regelingen sterk verbeterd zijn.
•
Gemeentelijke website “bereken je recht” wordt goed bezocht.
•
Formulierenbrigade is zeer succesvol. Het is met een motie van de Raad weer voor een jaar voortgezet.
•
Projectgeld binnengehaald voor start van 4 pilots in het kader van effectievere schuldhulpverlening.
•
Samen met Nibud introductie van “Meneer Beer”, een uniek (voor)leesboekje voor 6-, 7- en 8-jarigen in het kader van preventieve schuldhulpverlening, waarvoor ook landelijk veel belangstelling is getoond.
Verbeterpunten Werk: •
Regie op de klant: het is belangrijk dat casemanagers hun klanten goed kennen zodat maatwerk kan worden
•
Hoge jeugdwerkloosheid: Door verdere intensivering van de samenwerking op het Werkplein met alle
geleverd en instrumenten effectief kunnen worden ingezet. betrokken partijen en de extra impulsen vanuit het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid moet de hoge jeugdwerkloosheid aangepakt worden. Participatie: •
Sturingsmogelijkheden op de uitvoeringsorganisatie van de WSW: sturing op het WSW-beleid loopt via de Gemeenschappelijke Regeling SW Fryslân. De GR heeft beleidsdoelen vastgesteld (nota Creativiteit in Verbondenheid), maar kan daarop nog meer sturen.
•
Ambitie inburgering: voor de periode 2007-2009 was een te hoge ambitie met het rijk afgesproken. Niet alle inburgeraars kunnen verplicht worden een traject te volgen. Voor 2010 is een reële ambitie met het rijk afgesproken. Er moet een kwaliteitsslag gemaakt worden om vrijwillige inburgeraars op traject te krijgen.
Inkomen: •
Lean maken van processen: inkomensondersteunende regelingen moeten geactualiseerd worden om
•
Bijzondere bijstand: de bijzondere bijstand dient als echt vangnet voor de burgers te fungeren. Daarom moet
•
Langdurigheidstoeslag
•
Schuldhulpverlening: voor 2009 en 2010 zijn incidentele middelen beschikbaar gesteld, voor de jaren daarna
zodoende vereenvoudiging van de aanvragen voor burgers te realiseren. er kritisch gekeken worden naar de mate van doelmatigheid van de bijzondere bijstand.
zijn vooralsnog geen middelen beschikbaar gesteld.
94
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Wat wilden we bereiken? Strategisch
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Werk:
A.
Daling van het bijstandsbestand en duurzame uitstroom naar werk
Burgers die kunnen werken, werken of
B.
Instroom in de bijstand is beperkt
volgen een traject daartoe
C.
Jongeren van 17-27 jaar, bekend bij het Jongerenloket, zitten op school, zijn aan het
Algemeen doel
werk of volgen een traject daartoe
Niemand
Participatie:
D.
Korte WSW-wachtlijst en optimale uitstroom naar reguliere arbeid
Burgers participeren in de samenleving
E.
Burgers, zonder arbeidsplicht, zijn gemotiveerd en maatschappelijk actief
F.
Burgers met een gesubsidieerde baan stromen structureel uit naar reguliere arbeid
G.
Verbetering beheersing Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving
H.
Optimale en duurzame inburgering en integratie van de volledige doelgroep
Inkomen:
I.
Burgers beschikken ten minste over een inkomen op sociaal minimum
Burgers kennen geen financiële en
J.
aan de kant
onder etnische minderheden (MOP)
sociaal-maatschappelijke armoede
Burgers maken optimaal gebruik van alle inkomensondersteunende maatregelen en instrumenten
K.
Burgers zijn op de hoogte van alle voorzieningen en instrumenten ter voorkoming en
L.
Zoveel mogelijk burgers participeren sociaal-maatschappelijk in de samenleving
bestrijding van financiële en sociaal-maatschappelijke armoede
95
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
36%
35%
+1%
8,2%
55%
-46,8%
2,6%
10%
-7,4%
-
40%
nvt
60%
80%
-20%
40%
20%
+20%
46
13
0
+13
<1%
1%
1%
0
2%
10%
-8%
40%
40%
7,2%
10%
-2,8%
10%
10%
2007 Werk A
Daling van het bijstandsbestand en duurzame uitstroom naar werk Indicatoren: •
Percentage bijstandsgerechtigden dat binnen 3
30%
maanden uit het Startprogramma uitstroomt naar regulier werk •
Percentage bijstandsgerechtigden dat uit het reintegratieprogramma uitstroomt naar regulier werk
•
Percentage bijstandsgerechtigden dat uit het arbeidsparticipatieprogramma uitstroomt naar regulier werk
B
Instroom in de bijstand is beperkt Indicatoren: •
C
Preventiequote
40%
Jongeren van 17-27 jaar, bekend bij het Jongerenloket, zitten op school, zijn aan het werk of volgen een traject daartoe Indicator: •
Percentage jongeren, bekend bij het Jongerenloket, dat op school zit, aan het werk is of een traject volgt
•
Percentage jongeren, bekend bij het Jongerenloket, dat niet op school zit, niet aan het werk is of niet een traject volgt.
Participatie D
Korte WSW-wachtlijst en optimale uitstroom naar reguliere arbeid Indicatoren: •
Aantal bijstandsgerechtigden op jaarbasis op wachtlijst WSW
•
Percentage personen dat uit de WSW doorstroomt naar regulier werk
• E
Aantal WSW-ers, dat gebruik maakt van een PGB
0
Burgers, zonder arbeidsplicht, zijn gemotiveerd en maatschappelijk actief Indicator: •
Percentage bijstandsgerechtigden, zonder arbeidsplicht, dat deelneemt aan het maatschappelijk participatieprogramma
F
Burgers met een gesubsidieerde baan stromen structureel uit naar reguliere arbeid Indicator: •
Percentage personen, dat uitstroomt uit een gesubsidieerde baan naar een reguliere baan
96
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Begr
Begr
2010
2011
nvt
25%
40%
2.845
+330
3.748
3.830
38%
30%
+8%
50%
0
96
115
-19
100
0
0
4
-4
5
Langdurigheidtoeslag
60%
73%
65%
+8%
65%
70%
Collectieve verzekeringen
35%
38%
40%
-2%
40%
45%
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
413
375
+38
114
375
-261
167
64
+103
-
25%
3.570
3.175
30%
2007 G
Verbetering beheersing Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving onder etnische minderheden (MOP) Indicatoren: •
aantal inburgeringplichtigen en vrijwillige inburgeraars aan wie een voorziening is aangeboden, tegen een voorschotvergoeding van € 4.235 t.b.v. wie een beschikking is genomen (inburgeringplichtigen) of met wie een overeenkomst is gesloten (vrijwillige inburgeraars) (cumulatief)
•
aantal inburgeringplichtigen en vrijwillige inburgeraars aan wie een voorziening is aangeboden, tegen een voorschotvergoeding van € 6.180 t.b.v. wie een beschikking is genomen (inburgeringplichtigen) of met wie een overeenkomst is gesloten (vrijwillige inburgeraars) (cumulatief)
•
aantal genomen handhavingbeschikkingen voor inburgeraars die geen voorziening krijgen aangeboden (cumulatief)
H
•
Percentage van allochtone en Antilliaanse Leeuwarders, die in het kader van de wijkaanpak thuis worden bezocht en niet actief participeren in de samenleving, worden geactiveerd d.m.v. ontmoetingsactiviteiten en vrijwilligerswerk
Inkomen I
Burgers beschikken ten minste over een inkomen op sociaal minimum Indicatoren: •
Gemiddeld aantal bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar
J
Burgers maken optimaal gebruik van alle inkomensondersteunende maatregelen en instrumenten Indicatoren: •
Percentage aanvragers, dat succesvol een schuldhulpverleningstraject doorloopt
•
Aantal duale trajecten schuldhulpverlening en reintegratie
•
Aantal gegeven budgetcursussen op scholen (preventieactiviteiten op school)
•
Percentage personen –van de totale doelgroep- dat een verstrekking ontvangt
97
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
2214
2.000
+214
2.200
2.400
781
300
+481
nvt
nvt
nvt
15%
12%
20%
0
39%
20%
-8%
25%
30%
+19%
25%
53%
46%
55%
-9%
28%
60%
60%
2007 K
Burgers zijn op de hoogte van alle voorzieningen en instrumenten ter voorkoming en bestrijding van financiële en sociaal-maatschappelijke armoede Indicatoren: •
De gemeentelijke website “Bereken je recht” wordt door burgers/inwoners en dienstverleners bezocht
•
Aantal cliënten waarvoor door de Formulierenbrigade de voorzieningentoets is uitgevoerd
•
Aantal passieve contactpunten (d.w.z. plekken waar burgers informatie c.q. voorlichting over voorzieningen en instrumenten kunnen halen)
L
Zoveel mogelijk burgers participeren sociaalmaatschappelijk in de samenleving Indicator(en): •
Percentage personen –van de totale doelgroep- dat een verstrekking ontvangt Incidentele Bijzondere Bijstand (IBB)
Regeling ouderen, gehandicapten en chronisch
zieken
Minimabeleid; declaratieregeling en zwemvangnetregeling
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd. Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
+
A, C, E
Werk •
Het inzetten van instrumenten tijdens de Werkacademie, waaronder: o
loonkostensubsidies
o
detacheringsbanen
o
No risk polissen voor jongeren
o
No risk polissen voor personen ouder dan 23 jaar
o
Stipejild
•
Het inzetten van scholing tijdens de Werkacademie
+
A, C, E
•
Het monitoren van bijstandsgerechtigden aan wie een voorziening Wwb-re-integratie is
+
A, C
+
A, C
+/-
D
+/-
G, H
aangeboden van in 2007 of eerder gestarte trajecten (van voor de start van de Werkacademie per oktober 2007) •
Het afronden van projecten Innovatieprogramma WWB (IPW-projecten)
Participatie •
Het zorgdragen voor een aanbod van Wwb-voorzieningen voor bijstandsgerechtigden op de WSW-wachtlijst om hen gedurende de wachttijd te activeren
•
Het aanbieden van inburgeringtrajecten aan inburgeringplichtigen en inburgeringbehoeftigen
•
Het handhaven van de inburgeringplicht van inburgeringplichtigen
+
G, H
•
Uitvoeren van een klanttevredenheidsonderzoek
-
A t/m L
+
I
Inkomen •
Afhandeling van nieuwe uitkeringsaanvragen door middel van intake, onderzoek, rapportage, toetsing en beschikking, administratieve verwerking en dossiervorming
•
Het zorgdragen voor verstrekkingen bijzondere bijstand
+/-
L
•
Het zorgdragen voor toekenningen in het kader van de declaratieregeling
+/-
L
98
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
•
Inzetten op daling bijstandsbestand
-
A, B
•
Kwalitatieve impuls Werkacademie
+
A, B
•
Uitvoeren programma
+
A, B
•
Maatschappelijke participatie van de werkacademie
+
A, B
•
Inrichten en uitvoeren integrale dienstverlening (Toonkamer) met UWV / CWI
+
A, B
•
Sluitende aanpak jongeren: koppeling jongerenloket/leerwerkloket
+
C
•
Aanpak WSW-wachtlijst: activering WSW-geïndiceerden op de wachtlijst
+
D
•
Intensivering uitvoering inburgering (incl. generaal pardon)
+
G, H
•
Armoedebeleid/schuldhulpverlening
+
I t/m L
Realisatie nieuw beleid/ombuiging
Real.
Sub
2009
doel
•
Herijking armoedebeleid en schuldhulpverlening
+
I t/m L
•
Participatie (incl. integratie en versterken emancipatie d.m.v. vrouwencentrum, homo-
+
L
emancipatie) •
Financiering schuldhulpverlening 2009
+
J
•
Voorziening Caparis NV
+
D
Werk Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Daling bijstandsbestand (A)
Daling van het bijstandsbestand is niet gerealiseerd: Plaatsing/uitstroom op
(ook speerpunt)
regulier werk vanuit het re-integratieprogramma en arbeidsparticipatieprogramma blijft achter. Dit houdt verband met de recessie. De best bemiddelbare klanten worden door het werkgeversteam bemiddeld. Door combinatie van meervoudige problematiek bij de doelgroep (vooral van het arbeidsparticipatieprogramma) en economische omstandigheden is plaatsing/uitstroom op regulier werk momenteel lastig realiseerbaar. De percentages zullen nog wel oplopen omdat de uitvoering van de trajecten nog doorloopt tot uiterlijk medio 2012.
Instroom in bijstand (B)
Er zijn geen gegevens voorhanden van de preventiequote. Het CWI meet de preventiequote niet meer. Deze is vervangen door de Poortwachterquote, waarmee het aantal klanten wordt weergegeven, dat direct op werk wordt geplaatst zonder een uitkering aan te vragen.
Jongeren van 17-27 jaar (C) (ook speerpunt)
Het doel om 80% van de jongeren van 17-27 jaar, die bekend zijn bij het Jongerenloket, op school te krijgen, aan het werk te krijgen of een traject daartoe te laten volgen is bij 60% gerealiseerd en blijft daarmee achter bij de begroting. Tot het derde kwartaal leek de doelstelling van 80% gerealiseerd te kunnen worden. Echter door de sterke stijging van de jeugdwerkloosheid later in het jaar is het doel niet behaald.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige toelichting Werkacademie
Alle programma’s van de Werkacademie zijn ten uitvoer gebracht en aangevuld met diverse projecten, die op specifieke doelgroepen zijn gericht. Daarnaast zijn een aantal experimenten uitgevoerd om vooral de regie op klantniveau te bevorderen.
99
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Speerpunt (afwijking) Daling bijstandsbestand
Zie hiervoor.
Speerpunten
Er zijn diverse projecten ingezet om de kwaliteit van de dienstverlening van de
(toelichting)
Werkacademie te bevorderen, zodat de klant meer maatwerk kan worden
Kwalitatieve impuls Werkacademie
geboden: een pilot individuele re-integratietrajecten, een
en maatschappelijke participatie
bewegingsprogramma, een brugprogramma (kortdurende activiteiten voor
hiervan
bijspijkeren van kennis en vaardigheden, dan wel behoud of verbeteren van arbeidsritme), Project Werken in de kas (duurzaam plaatsen regulier werk in de glastuinbouw), Project Cambuur, deelprojecten vanuit het Project Kansen en Vernieuwingen, etc. Er heeft een herijking van het handhavingsbeleid plaats gevonden, waardoor effectiever wordt ingezet om de participatiedoelstellingen van de gemeente Leeuwarden te realiseren.
Inrichten en uitvoeren integrale dienstverlening met UWV/CWI
In 2009 heeft de integrale dienstverlening in de vorm van het Werkplein Leeuwarden gestalte gekregen. Er is een integraal werkgeversteam en jongerenteam gevormd en er zijn integrale werkzoekende teams samengesteld
Sluitende aanpak jongeren
met werkcoaches van de gemeente en het UWV. Zie hiervoor.
Subconclusie
Ondanks de economische tegenwind is de schade beperkt gebleven. In Leeuwarden was in 2009 de stijging van het bijstandsbestand lager dan het landelijk gemiddelde. Op de gemeentelijke begroting wordt in 2009 op het I- deel maar liefst €1.800.000 overgehouden. Deze middelen vloeien terug naar de algemene middelen.
Participatie Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking WSW-wachtlijst (D)
Eind 2009 staan er 83 bijstandsgerechtigden op de WSW wachtlijst. 76 hiervan zijn in 2009 op een brugbaan geplaatst, een volledig gesubsidieerde baan ten laste van het W-deel. Voor de nieuwe instroom, 13 bijstandsgerechtigden met een WSW-indicatie, zijn geen brugbanen beschikbaar gesteld vanwege de hoge financiële kosten.
Burgers zijn maatschappelijk actief Het Maatschappelijk Participatieprogramma (MPP) is later gestart dan voorzien (E)
omdat maatschappelijke instellingen over het algemeen niet of minder gewend zijn om te werken met offertes aan de hand van een programma van eisen. Hierdoor blijft het resultaat tot nu toe achter. Het eerste traject is gestart in augustus.
Burgers stromen uit naar regulier
De uitstroom uit de gesubsidieerde arbeid is achtergebleven bij de begroting. In
werk (F)
plaats van het streefpercentage van 10% is 7,2% gerealiseerd. De lagere uitstroom heeft te maken met de afnemende werkgelegenheid. Voor mensen met een grote afstand tot de reguliere arbeidsmarkt wordt de concurrentiepositie op die markt slechter.
Inburgeraars(G)
Het aantal inburgeringtrajecten blijft achter bij de ambitie van 750 voor de periode 2007-2009. Het resultaat is 546 inburgeringstrajecten. De ambitie van 750 is in 2006 door de raad vastgesteld met de verwachting dat alle inburgeraars verplicht konden worden een aanbod te accepteren. Inburgeringsbehoeftigden kunnen echter niet verplicht worden een traject te volgen en veel inburgeringsplichtigen kunnen niet meegerekend worden in de
100
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
ambitie omdat ze ontheffing/vrijstelling hebben of zelfstandig een traject richting inburgering inzetten. Allochtone Leeuwarders (H)
Het percentage allochtone en Antilliaanse Leeuwarders in de wijkaanpak wordt niet specifiek bijgehouden.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijkingen Klanttevredenheidsonderzoek
Er heeft in 2009 geen klanttevredenheidsonderzoek plaats gevonden. Dat
Speerpunten
gebeurt eenmaal in de twee jaar en zal in 2010 weer plaatsvinden.
(toelichting) WSW wachtlijst
Verlaging wachtlijst van 147 naar 125 ultimo 2009, waarvan 80 Wwb-ers geplaatst zijn op een gesubsidieerde brugbaan om de wachttijd actief te overbruggen.
Intensivering uitvoering
Zie hiervoor.
inburgering Subconclusie
Er is in 2009 veel projectgeld vanuit het rijk binnengehaald waardoor we op het terrein van participatie, inburgering en integratie veel kunnen innoveren en we landelijk als koploper bekend staan. In Leeuwarden behaalt ruim 80% het inburgeringexamen, wat het hoogste percentage landelijk is.
Inkomen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Aantal Wwb-ers (I)
Raming aantal Wwb-ers is vanwege de economische omstandigheden tussentijds in de begroting bijgesteld naar een gemiddelde van 3.203. Daar zijn we onder gebleven. Er heeft geen daling in het bijstandsbestand plaatsgevonden.
Schuldhulpverlening (J)
De overstap medio 2009 naar schuldhulpverlening “nieuwe stijl” is zeer succesvol gebleken. Deze aanpak houdt in eerst rust (stabiliteit) proberen te bereiken. Daarna wordt met de problemen aan de slag gegaan. Het resultaat “oude stijl” bedroeg 22% en “nieuwe stijl” bedroeg maar liefst 55% (gemiddeld 38%). Schuldhulpverlening is incidenteel gefinancierd tot en met 2010. Voornemen was om budgetcursussen op school te geven in het kader van de preventieve schuldhulpverlening. Feitelijk is aan deze indicator uitvoering gegeven door het ontwikkelen en verspreiden van een voorleesboekje en lesmateriaal voor basisscholen.
Langdurigheidtoeslag (J)
De verstrekkingen van langdurigheidtoeslag zijn flink gestegen van de begrote 65% naar gerealiseerde 73%. Door de verruiming van de armoedegrens naar 120% komen ook werkenden met een laag inkomen in aanmerking voor de langdurigheidtoeslag. Het financiële tekort ten aanzien van de langdurigheidstoeslag, dat is ontstaan doordat we meer uitgeven dan het rijk daarvoor uit het I-deel haalt, is geregeld tot en met 2010.
Formulierenbrigade (K)
De Formulierenbrigade is vele malen succesvoller dan verwacht. Het aantal klanten dat door de formulierenbrigade is bediend is ruim 2,5 maal hoger dan begroot.
Bijzondere bijstand (L)
Het aantal verstrekkingen bijzondere bijstand vertoont een negatieve afwijking, vooral op de verstrekkingen incidentele bijzondere bijstand en de declaratieregeling. Daarentegen is de regeling ouderen, gehandicapten en
101
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
chronisch zieken erg succesvol gebleken. De indruk bestaat dat de administratieve lastendruk voor bijzondere bijstand de aanleiding is voor onderbenutting. Het herijken van de bijzondere bijstand in 2010 zal daar aandacht aan besteden en verbetering in aanbrengen. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Het zorgdragen voor
Zie hiervoor.
vestrekkingen bijzondere bijstand Het zorgdragen voor toekenningen
Zie hiervoor.
(declaratieregeling) Subconclusie
In 2009 is een grote kwaliteitsslag gemaakt op het terrein van armoedebestrijding. Door de invoering van een 1-aanvraagformulier voor armoederegelingen is de toegankelijkheid en het gebruik van de regelingen sterk verbeterd. Financiering van schuldhulpverlening en het ontstane tekort van de langdurigheidstoeslag is vanaf 2011 nog niet geregeld.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009
027
Beleidsproducten Arbeidsmarkt en sociale integratie
030
Inkomensvoorziening
031
Armoedebestrijding
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
686
-178
-60
-239
-20
1.226
920
208
1.128
373
-261
-20
2.285
480
148
Totale
Totale
-864 -286 -635 -1.785
Saldo
-261 628 x € 1.000
Lasten en baten 2009 totale programma
Apparaat skosten
Kapitaal-
Overige
Saldo
lasten
lasten
lasten
Baten
A
Begroting 2009 primitief
15.990
255
85.335
101.579
79.527
-22.052
B
Begroting 2009 na wijziging :
21.691
255
97.818
119.764
98.234
-21.530
Rekening 2009 :
23.476
275
95.533
119.284
98.382
-20.902
Resultaat B-C
-1.785
-20
2.285
480
148
628
C
x € 1.000 Analyse van het resultaat : 1.
Sociale werkvoorziening
2.
Wet Werk en Bijstand
3.
Overige regelingen
4.
Wijkgerichte inburgering
5.
Armoedebestrijding
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten 194
194
1.902
1.902
-333
1.569
-608
-608
534
-74
359
228
228
139
139
139
-131
Saldo
- niet relevante posten : 6.
Overig
-20
-1.654
493
-1.181
-247
-1.428
Totaal
-20
-1.785
2.285
480
148
628
102
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Analyse en Toelichting Programma Werk en inkomen Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Toelichting Apparaatskosten
In 2009 is veel capaciteit ingezet om de aanvragen voor bijzondere bijstand, langdurigheidstoeslag en overige minimaregelingen af te kunnen handelen. Dit heeft geleid tot meer productieve uren op dit product waardoor er een overschrijding van € 628.000 is ontstaan. Deze hogere productiviteit is mede ontstaan door een lager ziekteverzuim dan was begroot. Ook zijn er in het kader van een leerwerktraject productieve uren gemaakt terwijl hier geen kosten tegenover stonden. Daarnaast zijn als gevolg van de economische verslechtering maar ook als gevolg van de doorlopende activiteiten rondom het laten starten van een eigen bedrijf zijn veel productieve uren geschreven op het product Bbz. Dit heeft geleid tot een overschrijding op dit product van € 561.000. Ook heeft een gedeelte van het verschil op de apparaatskosten (€ 362.000) betrekking op verantwoorde uren waar een rijksbijdrage tegenover staat. Tegenover de hogere apparaatskosten staat een voordeel op het resultaat kostenplaatsen.
Sociale
De raad heeft op 24 november 2008 een bedrag van maximaal € 1,3 miljoen beschikbaar
Werkvoorziening
gesteld voor het wegwerken van het negatief eigen vermogen van Caparis NV. Dit bedrag is toen gestort in de voorziening Caparis (VRZ567). Uiteindelijk was er een bedrag van € 1.106.000 nodig om de problemen bij Caparis op te lossen. Het restant van € 194.000 valt (conform de richtlijnen van het BBV) in 2009 vrij ten gunste van het rekeningresultaat.
Wet Werk en Bijstand
De Wwb laat de volgende afwijkingen zien: x € 1.000 Omschrijving
Lasten
Wwb
Baten
2.172
Terugvorderingen Langdurigheidtoeslag Totaal
voordeel
32
nadeel
238
nadeel
1.902
voordeel
333
nadeel
333
nadeel
De besparing op Wwb-uitkeringen, ten opzichte van de begroting, is uitgekomen op een bedrag van € 2.172.000. Begroot was een bedrag aan Wwb-uitkeringen van € 45.966.000. De werkelijke uitgaven bedroegen € 43.794.000.
Raming WWB Raming WWB 2009 (scenario 17% en 25% ) < dan 65 jaar en realisatie < 65 jaar t/m 31 december 2009 3450
Aantal
3350
3250
3150
3050 31 Dec (2008)
Jan
Febr
Mrt
Apr
Mei
Jun
Jul
Aug
Sept
Okt
Maand Scenario 2009 17%
Werkelijk 2009
Scenario 2009 25%
Landelijk
Nov
31 Dec (2009)
Lineair (Landelijk)
103
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Voor de raming van de verslechterende economische ontwikkeling en de daaraan gekoppelde verwachting van de toename van het aantal Wwb-ers zijn twee scenario’s bepaald. Beide scenario’s hebben een looptijd tot medio 2011. “Scenario 17%” gaat er vanuit dat het aantal WWB klanten eind 2011 gestegen is met 17% ten opzichte van de eindstand 2008. “Scenario 25%” gaat uit van een toename van 25% tot eind 2011. Het “Scenario 25%” is in de meerjarenbegroting verwerkt. De toename van het aantal WWB klanten (jonger dan 65 jaar) per 31 december 2009 ten opzichte van 31 december 2008 is uitgekomen op 8,93%. Landelijk is de toename uitgekomen op 8,6%. Het voordeel over 2009 is grotendeels ontstaan door de hogere rijksbijdrage waarmee het budget voor de uitkeringen is verhoogd. Hierdoor was er een budget beschikbaar voor omgerekend gemiddeld 3.422,66 uitkeringsgerechtigden. Het werkelijke gemiddelde is uitgekomen op 3.325 Wwb-ers. Dit verschil van 97,66 Wwb-ers levert een voordeel op van € 1.311.600. Het prijsverschil is uitgekomen op € 62,04: de gemiddelde uitkering was begroot op € 13.429,80 maar is uitgekomen op € 13.367,76. Uitgaande van 3.325 Wwbers levert dit een prijsvoordeel op van € 206.300. Tot slot kon een bedrag van € 653.800 aan Wwb-uitkeringen ten laste worden gebracht van de uitkeringsregeling “Besluit bijstandsverlening zelfstandigen” (Bbz). Dit betreffen de Wwb-uitkeringen van personen die met behoud van de Wwb-uitkering mogen deelnemen aan een traject gericht op zelfstandig ondernemerschap. In 2009 was dit het laatste jaar dat dit kon. Met ingang van 2010 is de wet aangepast. Hoeveelheidsverschil
€ 1.311.600 Voordelig
Prijsverschil
€
206.300 Voordelig
Declaratie onder de Bbz
€
653.800 Voordelig
Totaal voordeel
€ 2.171.700 Voordelig
Vanwege een stelselwijziging worden de terugvorderingen anders in de administratie verantwoord. Zo is aan correcties op terugvorderingen een bedrag van € 31.800 geboekt en worden met ingang van 2009 in de exploitatie de nieuwe debiteuren vanwege terugvordering verantwoord in plaats van de daadwerkelijke ontvangsten op debiteurenvorderingen. In de begroting was hier nog geen rekening mee gehouden. Hierdoor zijn de baten € 333.500 lager. Door een vereenvoudiging van de aanvraagmethode en de verruiming van de doelgroep die in aanmerking komt voor een langdurigheidtoeslag is € 238.000 meer uitgegeven dan is begroot. Dit bedrag is inclusief de bedragen over voorgaande jaren waarop men met terugwerkende kracht aanspraak kon maken
Ontwikkeling tekort Wwb Inkomensdeel Werkelijk Omschrijving 2009 Uitkeringen WWB
Werkelijk 2008
Werkelijk 2007
Werkelijk 2006
43.786.568
42.978.921
45.455.047
51.240.143
-
671.215
741.258
600.793
43.786.568
43.650.136
46.196.305
51.840.936
1.034.691
1.865.119
1.865.119
1.342.796
Rijksbijdrage
42.097.400
42.153.604
43.654.465
43.631.493
Totaal baten
43.132.091
44.018.723
45.519.584
44.974.289
654.476-
368.587
676.721-
6.866.647-
Landurigheidstoeslag Totaal kosten
Terugvorderingen
Tekort (-) / Overschot (+)
104
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Met ingang van 2009 maken de uitgaven voor de langdurigheidtoeslag geen deel meer uit van de rijksbijdrage Wwb-Inkomensdeel. De bijdrage hiervoor wordt ontvangen via het gemeentefonds. De terugvorderingen in 2009 bestaan uit de opgeboekte debiteuren. In voorgaande jaren werden de daadwerkelijk ontvangen bedragen hier verantwoord. Voor 2009 zou dit op de oude manier een bedrag van € 1.535.368 aan ontvangsten betekenen. Geconcludeerd mag worden dat er wederom een goede prestatie is geleverd is door het tekort over 2009 beperkt te houden, ondanks de verslechterende economische situatie. In 2006 was er nog sprake van € 6,8 miljoen tekort. Overige regelingen
De overige regelingen laten de volgende afwijkingen zien: x € 1.000 Omschrijving
Lasten
Bbz
226
nadeel
112
voordeel
Wwik
80
nadeel
127
voordeel
IOAW
258
nadeel
263
voordeel
44
nadeel
32
voordeel
608
nadeel
534
voordeel
IOAZ Totaal Bbz
Baten
Om cliënten uit de Wwb te laten uitstromen of om lopende ondernemingen te ondersteunen kan een beroep worden gedaan op de Bbz-regeling. x € 1.000 Omschrijving Uitkeringen
Lasten 146
Baten nadeel
Rente en aflossing Onderzoekskosten
80 226
voordeel nadeel
nadeel
Onttrekking Fonds Werk en Inkomen Totaal
90 204
nadeel
72
voordeel
154
voordeel
112
voordeel
Aan leningen en uitkeringen in het kader van de Bbz is € 145.700 meer uitgegeven. Aan onderzoekskosten is € 80.500 meer uitgegeven. De hogere uitgaven voor Bbz-regeling worden door het Rijk vergoed. Hierdoor zijn de baten € 90.400 hoger dan begroot. De hogere lasten aan onderzoekskosten Bbz worden voor 90% door het Rijk vergoed. Hierdoor zijn de baten € 72.400 hoger.
Wwik
Over 2009 is voor de Wwik (Wet Werk en Inkomen Kunstenaars) gemiddeld iets meer betaald dan begroot. Het aantal kunstenaars in de Wwik bedroeg eind 2009 63. De hogere kosten bedragen € 80.200. Eind 2008 was het aantal nog 55. Tegenover de hogere lasten staat echter ook een hogere rijksbijdrage van € 127.300.
IOAW
Het aantal IOAW’ers is de laatste jaren aan het afnemen maar is in 2009 met 4 toegenomen tot 77 eind 2009. Totaal is er € 257.700 meer uitgegeven dan begroot. Tegenover de hogere uitgaven voor de IOAW staat ook een hogere (rijks)bijdrage van € 263.200.
IOAZ
Het aantal IOAZ’ers was de laatste jaren aan het afnemen. Maar is in 2008 toegenomen met 2 personen tot 14 eind 2008. Eind 2009 is het aantal weer afgenomen tot 11. Totaal is € 43.800 meer uitgegeven dan begroot. Tegenover de hogere uitgaven voor de IOAZ staat ook een hogere rijksbijdrage van € 31.800.
105
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Wijkgerichte
Voor Wijkgerichte inburgering ontvangt de gemeente een rijksvergoeding in de vorm van
inburgering
een decentralisatie-uitkering. Deze vergoeding is bedoeld om uitvoering te kunnen geven aan het innovatietraject wijkgerichte inburgering volgens het plan “Inburgering een stap vooruit!”. Het plan en de rijksvergoeding hebben betrekking op de periode 2009 tot en met 2011. Het budget voor de Wijkgerichte inburgering bedroeg in 2009 € 460.000. Hiervan is in 2009 € 101.000 besteed, zodat het resultaat op de overige kosten € 359.000 bedraagt. Tevens kunnen de kosten van € 131.500, die betrekking hebben op de personele inzet (apparaatskosten) ten laste van dit budget worden gebracht. Per saldo bedraagt het resultaat op de Wijkgerichte inburgering over 2009 € 227.500.
Armoedebestrijding
De uitgaven voor armoedebestrijding zijn per saldo € 139.200 lager dan begroot. De minimaregelingen laten nog geen enorme toestroom van aanvragen zien als gevolg van de verslechterende economie. Door de beperking (Wet “Wij”) van de instroom van jongeren is het bedrag aan toeslagen vanuit de bijzondere bijstand niet fors toegenomen.
Eindconclusie programma Werk en inkomen Successen Werk: - Stijging bijstandsbestand lager dan landelijk gemiddelde. - Bemiddeling door werkgeversteam. - Integrale samenwerking gemeente en UWV op werkplein. - Overschot op I-deel van 1,8 miljoen. Participatie: - Veel projectgeld binnengehaald. - Leeuwarden staat landelijk als koploper bekend. - In Leeuwarden haalt 80% het inburgeringexamen, hoogste % landelijk. - Wachtlijst WSW sterk ingekort - Integrale opdracht integratie voor Sinne Welzijn en Welzijn Leeuwarden Inkomen: - Invoering van het 1-aanvraagformulier voor armoederegelingen . - Formulierenbrigade groot succes. - Gemeentelijke website “bereken je recht” wordt goed bezocht. - Lesprogramma De Geldkoffer en voorleesboek “meneer de beer” voor de basisschool. - Projectgeld binnengehaald vanuit rijk voor schuldhulpverleningsprojecten in de wijk. Verbeterpunten Werk: Door verdergaande regie op klantniveau, innovatie van werkwijzen, meer maatwerk en andere wijze van inkopen van diensten van derden betere effectiviteit bereiken van inzet en middelen en meer uitstroom uit de bijstand. Participatie: Er moeten maatregelen genomen worden om tot meer en betere sturing op de uitvoeringsorganisatie van de WSW te komen. Bij inburgering dient een kwaliteitsslag gemaakt te worden om tot meer participatie en integratie van vrijwillige inburgeraars te kunnen komen. Inkomen: Het herijken van de bijzondere bijstand en de inkomensondersteunende regelingen om de effectiviteit te vergroten en het gebruik te verbeteren. Financiering van de schuldhulpverlening is incidenteel geregeld voor 2010, niet voor de jaren daarna. Er is
106
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
een financieel tekort ontstaan ten aanzien van de langdurigheidstoeslag. Dit is geregeld t/m 2010 maar niet voor de jaren daarna Eindconclusie Werk: Ondanks de economische tegenwind is de schade beperkt gebleven. In Leeuwarden was in 2009 de stijging van het bijstandsbestand lager dan het landelijk gemiddelde. Op de gemeentelijke begroting wordt in 2009 op het I- deel maar liefst €1.800.000 overgehouden. Deze middelen vloeien terug naar de algemene middelen. Participatie: Er is in 2009 veel projectgeld vanuit het rijk binnengehaald waardoor we op het terrein van participatie, inburgering en integratie veel kunnen innoveren en we landelijk als koploper bekend staan. In Leeuwarden behaalt ruim 80% het inburgeringexamen, wat het hoogste percentage landelijk is. Inkomen: In 2009 is een grote kwaliteitsslag gemaakt op het terrein van armoedebestrijding. Door de invoering van een 1-aanvraagformulier voor armoederegelingen is de toegankelijkheid en het gebruik van de regelingen sterk verbeterd. Financiering van schuldhulpverlening en het ontstane tekort van de langdurigheidstoeslag is vanaf 2011 nog niet geregeld. Voor extra informatie wordt verwezen naar de monitor Werk & Participatie en de monitor Inkomen. Deze worden als bijlage bij de jaarstukken verstuurd.
107
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
108
2.1 Programmaplan: Programma Werk & Inkomen (5)
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Programma Wonen (6) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Stadsontwikkeling
Wethouder R. Sluiter
H.E. Bannink
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Uitvoering Woonplan Leeuwarden
De beleidsdoelen uit het woonplan zijn geconcretiseerd in een
2008-2013 “Eltsenien syn hûs”
uitvoeringsprogramma, dat door het college is vastgesteld en wat ter kennisgeving aan de raad is aangeboden. De uitgangspunten van het woonplan zijn ook vertaald in het MOP en de daaraan gekoppelde keuze voor een wijkaanpak.
Vernieuwen prestatieafspraken
Het proces verloopt in 2 fasen. De onderwerpen in het kaderstellend
woningcorporaties
document en een belangrijk deel van de inhoud zijn eind 2009 gereed gekomen, zodat begin 2010 ondertekening kan plaatsvinden. Naar verwachting volgen de definitieve afspraken medio 2010.
Stimuleren woningproductie, van
Om de crisis in de woningmarkt adequaat aan te pakken is door de
kwantiteit naar kwaliteit en groter
gemeente het Platform Aanpak Woningmarkt Leeuwarden (PAWL)
accent op duurzaamheid
opgericht. Samen met marktpartijen op de woningmarkt is in juni 2009 een plan van aanpak opgesteld. Kennisoverdracht, samenwerking en het benutten van kansen zijn kernwoorden van de gekozen aanpak. Met veel inspanning is de bruto woningproductie toch nog tot aan de ondergrens van de gewenste bandbreedte van 400–640 woningen per jaar gebracht.
Implementatie omgevingsvergunning
De organisatie is aangepast en gereed voor de implementatie van de omgevingsvergunning. De daadwerkelijke implementatie is afhankelijk van de feitelijke invoeringsdatum door het rijk. Momenteel wordt uitgegaan van invoering per 1 juli 2010.
Implementatie handhavingsbeleid
Kadernota gereed gekomen en vastgesteld in 2009. De bijbehorende 3 uitvoeringsnota’s worden in 2010 aangeboden aan de raad.
Successen 1.
Bijsturing i.v.m. tegenvallende legesinkomsten.
2.
Vertaling beleidsdoelen woonplan naar concreet uitvoeringsprogramma.
3.
Gericht stimuleren samenwerking met marktpartijen om de crisis op de woningmarkt te bestrijden.
4.
Binnenhalen versnellingsgelden ter grootte van € 1,83 miljoen voor stimulering woningbouw.
Verbeterpunten 1.
Aandacht voor energie en transformatie in de bestaande woningbouw.
2.
Korte termijn prognoses woningmarkt aanpassen aan gewijzigde economische omstandigheden.
3.
Nadere uitwerking processen t.b.v. Wabo-organisatie.
109
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Wat willen we bereiken? Strategisch Algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Bestaande stad
A.
Benutten van leefstijlbenadering bij woonbeleid.
•
B.
Overzicht van kwaliteit (particuliere) woningvoorraad en visie plus plan van
transformatie (delen corporatiebezit)
C.
Wijkprofiel of wijkperspectief voor wijken.
en investeren in kwaliteit.
D.
Toonaangevende nieuwbouwprojecten op gebied van innovatie en
stadsbrede uitgangspunten een
E.
Nieuwe toekomst voor bestaande (sociale huur) woningen.
vertaalslag krijgen in de vorm van een
F.
Bij projectmatige particuliere woningverbetering een verhoging van de
Beter benutten potentieel bestaande stad door onder andere nieuwbouw,
•
aanpak om waar nodig kwaliteit te verhogen.
Wijkgerichte benadering waarbij
duurzaamheid.
wijkperspectief of wijkplan.
energieprestatie. G.
Intensiever benutten van leegstaande woningen en gebouwen voor o.a. tijdelijke bewoning.
Het behouden en versterken van een
Nieuwbouw
H.
Realisatie nieuwbouwwoningen.
evenwichtige, concurrerende woningmarkt
•
I.
Gedifferentieerd nieuwbouwprogramma naar type, eigendomsverhouding
Realiseren van doorstroming in de
J.
Minimaal 25% van de nieuwbouwproductie is sociale huur of koop.
met een duurzaam en gedifferentieerd aanbod van woningen en woonmilieus.
Bedienen van de vraag van midden- en hogere inkomens.
•
(koop en huur), prijsklasse en locatie.
bestaande woningvoorraad, zodat
K.
Consumentgericht bouwen en (projectmatig) particulier opdrachtgeverschap.
Een stad waarin bouwwerken voldoen aan
goedkopere woningen (huur en koop)
L.
Nieuwbouw corporatiebezit heeft EPC van minimaal 0,5 en voor koopsector
eisen t.a.v. veiligheid, duurzaamheid en
beschikbaar komen voor de lage
gezondheid, die een veilige leefomgeving
inkomensgroepen.
M.
Realisatie van bijzondere projecten met de combinatie wonen en water.
Keuzemogelijkheden door voldoende
N.
Tweejaarlijkse architectuurprijs voor innovatief project dat zich onderscheidt
O.
Goed kanaliseren studentenhuisvesting.
P.
Uitvoering woningbouwprogramma woonservicezones.
Q.
Het beschikbaar zijn van ligplaatsen met voorzieningen voor bewoners van
R.
Standplaatsen woonwagens voor kermisexploitanten zijn beschikbaar.
S.
De milieu, bouw- en ruimtelijke regelgeving wordt nageleefd.
T.
De gemeente voldoet aan de landelijke kwaliteitscriteria van VROM.
biedt voor burgers, bedrijven en
•
bezoekers, en waarbij tevens het aanzien
variatie in locaties, architectuur,
van de bebouwde omgeving is
woningtype en indeling.
gewaarborgd
worden vergelijkbare afspraken gemaakt.
op gebied van architectuur en duurzaamheid.
schepen.
Vergunningverlening en handhaving
110
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
60%
70%
32
256
256
2007 Bestaande stad G
Intensiever benutten van leegstaande woningen en
0
gebouwen voor o.a. tijdelijke bewoning. Indicator:
Percentage van alle (tijdelijke) gebouwen, inclusief woningen, worden gebruikt totdat er een nieuwe bestemming voor is c.q. het gebouw wordt gesloopt
Nieuwbouw H
Realisatie nieuwbouwwoningen (in totaal min. 2400 woningen). Indicator: •
40% van de nieuwbouwproductie wordt
2881
256
411
400-
9
400-
400-
640
-231
640
640
155
64
91
64
64 64
binnenstedelijk gerealiseerd •
Aantal nieuwbouwwoningen van 400-640 per jaar in de periode 2008-2013.
I
Gedifferentieerd nieuwbouwprogramma naar type, eigendomsverhouding (koop en huur), prijsklasse en locatie. Indicator: •
Aantal woningen:
Huur goedkoop
< € 499: (10% van nieuwbouw)*
34
64
-34
64
Huur duur
> € 499: (10% van nieuwbouw)*
24
96
-72
96
96
Koop goedkoop
< € 160.000 : (15% van nieuwbouw)
45
224
-179
224
224
Koop midden
< € 230.000 : (35% van nieuwbouw)
77
128
-51
128
128
Koop duur
< € 340.000 : (20% van nieuwbouw)
76
64
12
64
64
Koop exclusief
> € 340.000 : (10% van nieuwbouw)
Indicator:
123
384
-261
384
384
•
288
256
32
256
256
* nieuwe aftoppingsgrenzen huurtoeslag per 1 juli 2008 ‹ € 499,51 of < € 535,33
J
60%: 40%
Minimaal 25% van de nieuwbouwproductie is sociale huur of koop. Indicator:
K
•
Aantal koopwoningen (80% van de nieuwbouw)
222
512
-290
512
512
•
Aantal huurwoningen (20% van de nieuwbouw)
189
128
61
128
128
8,3%
20 %
-11,7%
20%
20%
Consumentgericht bouwen en (projectmatig) particulier opdrachtgeverschap. Indicator: •
Percentage koopwoningen dat via consumentgericht bouwen of (collectief) particulier opdrachtgeverschap is gerealiseerd.
1
Percentage realisatie is 70%.
111
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
Subdoelstellingen
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
90%
100%
Begr
Begr
2010
2011
100%
100%
2007 L
Nieuwbouw corporatiebezit heeft EPC van minimaal 0,5 en voor koopsector worden vergelijkbare afspraken gemaakt. Indicator: EPAL afspraken
Vergunningverlening en handhaving T
De gemeente voldoet aan de landelijke kwaliteitscriteria van VROM. Indicator: •
Percentage van de gestelde kwaliteitscriteria VROM
(2003) 65%
-10%
waar de gemeente aan voldoet.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd.
Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
Bestaande stad •
Stedelijke vernieuwing Vrijheidswijk
x
+/-
x
x
H, I, J, L
•
PPS 3Plus
x
+/-
x
x
H, I, J, L, P
Vergunningverlening en handhaving •
Omgevingsvergunning (jaarstukken)
x
+
S
•
Aanlegvergunningen (jaarstukken)
x
+/-
S
•
Implementatie handhavingsbeleid
x
+
S
•
Invoering gebruiksbesluit
x
+/-
S
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
+/-
H, I, J, K, L, P
-
A t/m P
+/-
A, B, C, D, E, G, H, I, J, L, N, P
Nieuwbouw Woningmarktonderzoek, -analyse en rapportages: •
Ontwikkelen, implementeren en beheren van een geautomatiseerd systeem t.b.v. de verwerking van gegevens op het gebied van de woningmarkt
•
Uitvoeren enquêtes voor specifieke onderdelen van de woningmarkt, bijvoorbeeld appartementen
Bestaande stad •
Prestatieafspraken met de corporaties, o.a. over de verhuur woningen aan de doelgroepen van beleid, verkoop huurwoningen, studentenhuisvesting
Vergunningverlening en handhaving Vergunningen: Algemeen - geven van informatie en voorlichting en afhandelen van: •
Aanleggen (35 aanvragen)
+/-
S
•
Uitweg (50 aanvragen)
+/-
S
•
Kamerverhuur (30 gebruiksvergunningen, 30 omzettingsvergunningen, 15
+/-
S
+/-
S
splitsingsvergunningen, 125 hercontroles) •
Makelaarsfaxen (800 aanvragen)
112
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Prestaties Structureel •
Real.
Sub
2009
doel
-
S
340 handhavingdossiers. Het betreft voornamelijk handhavingdossiers die voortvloeien uit bouwen zonder en in afwijking van de vergunning, controles tijdens de bouw en eindopleveringen en kamerverhuur. Daarnaast aanpak brandveiligheid, (ernstig) verwaarloosde panden, hygiënische woonoverlast en handhaving ruimtelijke regelgeving.
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
•
Uitvoering Woonplan Leeuwarden 2008-2013 “Eltsenien syn hûs”
+
A t/m P
•
Vernieuwen prestatieafspraken woningcorporaties
+/-
A t/m P
•
Stimuleren woningproductie, van kwantiteit naar kwaliteit en groter accent op duurzaamheid
+/-
A t/m P
•
Implementatie omgevingsvergunning
+
S
•
Implementatie handhavingsbeleid
+
S
Bestaande stad Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Overige toelichting Prestatie-indicatoren
Een groot deel van de vorengenoemde prestatie-indicatoren zijn benoemd op basis van het woonplan dat ten tijde van het opstellen van de begroting 2009 in concept gereed was, maar nog niet nader uitgewerkt. In het voorjaar van 2010 zullen de programma’s in het kader van het ‘leantraject‘ grondig worden gewijzigd, waarbij in ieder geval de indicatoren van dit programma, die nu nog niet nader ingevuld zijn, kritisch worden bezien.
Woonplan
De ambities in het woonplan zijn halverwege 2009 in het uitvoeringsprogramma geconcretiseerd. De accenten voor de bestaande stad zijn in het MOP verder geconcretiseerd, zoals aandacht voor energiebesparing en kwaliteitsverbetering en extra aandacht voor de binnenstad. De gewenste resultaten worden ook in het raamwerk prestatieafspraken vastgelegd. Prioriteit wordt hierbij gegeven aan de wijkaanpak.
Intensiever benutten van
Het meten van de leegstand is nog niet uitgewerkt. Het is daarmee nog niet met
leegstaande woningen en
zekerheid te zeggen welk deel van de voorraad momenteel onbenut is.
gebouwen voor o.a. tijdelijke
Gelet op de omstandigheden heeft het ontwikkelen van een goed meetinstrument lage
bewoning
prioriteit. Met behulp van de leegstandswet wordt al wel gewerkt aan het nastreven van de doelstellingen.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Algemeen
Vanwege de crisis op de woningmarkt zijn begin 2009 andere prioriteiten gesteld. Er is veel capaciteit ingezet om de crisis op de woningmarkt te bestrijden, o.a. door het oprichten van het Platform Aanpak Woningmarkt Leeuwarden (PAWL). Daarnaast zijn een aantal grotere, reguliere taken uitgevoerd (uitvoeringsprogramma woonbeleid, fundament gelegd onder wijkaanpak, MOP, Heechterp-Schieringen). Voor wat betreft de bestaande stad is veel tijd gestoken in de wijkaanpak en het opstellen van het MOP 2010-2014.
Stedelijke vernieuwing
De stedelijke vernieuwing in de Vrijheidswijk verloopt bevredigend. Eeburg wordt
Vrijheidswijk
verder ontwikkeld met de bouw van 72 woningen. De Annie Westlandflat is in april 2009 gesloopt, zodat de locatie herontwikkeld kan worden. Op het voormalig AZCterrein wordt in 2010 gestart met de bouw van 70 woningen.
PPS3Plus
De 2e tranche projecten is in uitvoering. Het project Fruitstraat is opgeleverd. Met
113
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
ondersteuning van versnellingsgelden is gestart met 12 woningen aan de Skrok/Ymedam. Ontwikkeling van een aantal andere projecten, zoals de herontwikkeling van Eeskwerd, verloopt moeizamer door lastigere marktomstandigheden. Ontwikkelen, implementeren
In de stadsregio Leeuwarden is een planaanbodmodel ontwikkeld. Het ontwikkelen
en beheren geautomatiseerd
kostte meer tijd, zodat het nog niet in 2009 kon worden ingezet. Met behulp van dit
systeem
model worden de woningmarktgegevens van de nieuwbouw gestructureerd en overzichtelijk weergegeven. De gemeente Leeuwarden beheert dit systeem.
Uitvoeren enquêtes
De enquête voor het thema wonen maakt deel uit van de gemeentebreed opgezette stadsenquête. Het betreft vragen over de mate waarin bewoners zich gebonden voelen aan hun wijk. De uitkomsten leveren input voor het opstellen van de Wijkactieplannen.
Afwijking Prestatieafspraken met de
De vorige prestatieafspraken liepen van 2006 t/m 2009. Op basis van het woonplan uit
corporaties
2008 en het uitvoeringsprogramma uit 2009 is gewerkt aan nieuwe prestatieafspraken. Het was in eerste instantie de bedoeling om deze nieuwe afspraken in 2009 af te ronden, maar dat is gelet op het anders leggen van prioriteiten niet gelukt.
Overige toelichting
De onverwacht grote gevolgen van de kredietcrisis voor de woningmarkt hebben geleid tot extra werkzaamheden en verantwoordelijkheden voor de gemeente. In 2009 is geconcentreerd op die taken die erop gericht zijn om de woningmarkt binnen de huidige omstandigheden zo goed mogelijk te laten functioneren en tegelijkertijd de basis te leggen (MOP, prestatieafspraken) voor de wijkaanpak vanaf 2010. Het woonbeleid wordt steeds intensiever verweven met doelstellingen op het gebied van duurzaamheid. Het jaar 2009 is benut om te onderzoeken hoe op een effectieve en efficiënte wijze burgers te bewegen zijn om te investeren in de energieprestatie van hun woning. Het is geen onderwerp waar eenvoudige oplossingen voor in te zetten zijn. Inspanningen van verschillende afdelingen binnen de gemeente (wonen, duurzaamheid, stedelijke economie, sociale zaken) worden beter op elkaar afgestemd en gezamenlijk worden nieuwe initiatieven gestart.
Speerpunten (toelichting) Uitvoering woonplan en
De keuze in het woonplan voor een wijkgerichte benadering is in 2009 verder
vernieuwen prestatieafspraken
uitgewerkt en heeft ook een plek gekregen binnen andere vakgebieden. Veel van de werkzaamheden zijn hierop gericht. In die zin is 2009 te beschouwen als het jaar waarin verder is gewerkt aan het fundament voor een voortvarende wijkaanpak. De uitgangspunten van het woonplan zijn ook vertaald in het MOP en de daaraan gekoppelde keuze van het woonplan. Het traditionele denken in bouwtechnische kwaliteit van de woningen verbreedt zich naar ook het denken in de energetische prestatie van woningen. Vooral bij de lagere inkomensklassen (in koop en huur) wordt dit benaderd vanuit de totale woonlasten. In Het Vliet en in Heechterp-Schieringen wordt praktijkervaring opgedaan hoe deze onderdelen zinvol te mengen zijn. De samenwerking met de corporaties richt zich ook meer op dit terrein.
Stimuleren woningproductie,
Door voorlichting en subsidies (Stimuleringsregeling Stedelijke kwaliteit) worden
van kwantiteit naar kwaliteit en
marktpartijen gestimuleerd meer energiezuinige nieuwbouwwoningen te realiseren. Er
groter accent op duurzaamheid
is daarnaast ook gelobbyd om in het Noorden een aanscherping van het bouwbesluit te krijgen, zodat de energienormen worden aangescherpt. Per juli 2010 komt er een apart bouwbesluit voor het Noorden. Het instellen van de tweejaarlijkse architectuur- en duurzaamheidprijs is eveneens bedoeld om partijen te stimuleren om innovatiever te ontwikkelen.
114
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
Subconclusie
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
De aanpak van de kwaliteit in de bestaande stad wordt qua thema meer via energiekwaliteit ingezet en in de ruimte afgebakend in de geselecteerde wijken. Het betekent (deels) een nieuwe manier van werken, met deels nieuwe partijen. In 2009 is hier veel in geïnvesteerd. Nadat het uitvoeringsprogramma was vastgesteld en in de raad besproken, is gestart met intensiever overleg met de corporaties over nieuwe prestatieafspraken. In het laatste kwartaal van 2009 zijn de thema’s en de hoofdonderwerpen benoemd, samen met de doelstellingen die bereikt moeten worden.
Nieuwbouw Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Percentage binnenstedelijk (H)
Het aandeel binnenstedelijk in de totale woningproductie lag in 2009 op 70%. Dit is aanmerkelijk hoger dan de beleidsmatig genoemde 40%. Afhankelijk van de oplevering van specifieke (grotere) projecten varieert dit percentage altijd. De uitschieter naar boven wordt in 2009 ook in belangrijke mate veroorzaakt door administratieve correcties door het CBS, waardoor meer woningen in bestaand stedelijk gebied in de woningvoorraad zijn geregistreerd. Het betreft onder andere woningen die nooit zijn opgenomen in de CBS-statistieken.
Aantal nieuwbouw woningen
Met de opgave om netto 400 sociale huurwoningen aan de voorraad toe te voegen in
(H, I, J)
de periode 2008-2013 zijn de percentages van het nieuwbouwprogramma aangepast. In het Woonplan Leeuwarden “Eltsenien syn hûs” zijn de doelstellingen ten aanzien van woningdifferentiatie weergegeven. Deze differentiatie is een doelstelling voor de planperiode van 2008 tot en met 2012 en betreft geen jaarlijkse doelstelling. De differentiatie van de nieuwbouwproductie in 2010 hoeft dus niet overeen te komen met de doelstelling genoemd in het Woonplan. De productie in de Zuidlanden was lager dan beoogd, wat het aandeel nieuwbouw in de uitleggebieden negatief heeft beïnvloed. In vergelijking met voorgaande jaren viel de totale productie tegen. Alleen in de goedkope huur en het exclusieve segment was de brutoproductie zelfs hoger dan in het woonplan beoogd. In de tussenliggende segmenten viel de productie tegen. De oorzaak ligt in de oplevering van al lopende projecten en het kleinere aantal projecten dat is opgestart als gevolg van de crisis. Het herprogrammeren van ontwikkellocaties kost tijd, waardoor dit pas op (langere) termijn resultaten oplevert. De gemeente is echter alert op de voortgang van grotere projecten. Initiatiefnemers worden meer gestimuleerd. Ook het PAWL heeft hierin een belangrijke rol. Aan versnellingsgelden heeft Leeuwarden in totaal € 1.833 miljoen binnengehaald.
Consumentgericht bouwen (K)
Het achterblijven van het percentage koopwoningen dat via consumentgericht bouwen of particulier opdrachtgeverschap is gerealiseerd, wordt met name veroorzaakt doordat er relatief weinig vrije kavels worden aangeboden in vergelijking met het totale nieuwbouwprogramma.
Overige toelichting Nieuwbouw
De aantallen die gepresenteerd worden onder nieuwbouw zijn (conform de gevolgde systematiek in voorgaande jaren) inclusief ‘toevoegingen’. Het gaat hier zowel om feitelijke toevoegingen (woonruimtesplitsing 20; verbouw tot woonruimte 57), als ook om administratieve toevoegingen (32). Het totaal aantal toevoegingen bedraagt 109. Mede als gevolg van het BAG project (Basis Administratie Gemeenten) zijn er relatief veel administratieve toevoegingen geweest. Hieronder wordt een specificatie per categorie gegeven.
115
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Nwbouw Toev. Totaal. Huur goedkoop
< € 499: (10% van nieuwbouw)*
99
56
155
Huur duur
> € 499: (10% van nieuwbouw)*
13
21
34
Koop goedkoop
< € 160.000 : (15% van nieuwbouw)
2
22
24
Koop midden
< € 230.000 : (35% van nieuwbouw)
37
8
45
Koop duur
< € 340.000 : (20% van nieuwbouw)
76
1
77
Koop exclusief
> € 340.000 : (10% van nieuwbouw)
75
1
76
302
109
411
Totaal
De nieuwbouw in de huur betrof vooral complexen in de Vrijheidswijk, Achter de Hoven en het Vliet. In de koop werden de meeste woningen in het Bonifatiuspark, Blitsaerd, Zuiderburen en De Zuidlanden gerealiseerd. Met de corporaties zijn in 2007 de EPAL-afspraken gemaakt. Nieuwbouwprojecten die hierna zijn opgestart kennen een EPC van 0,5. De gemeente beweegt op verschillende manieren de marktpartijen om meer energiezuinige nieuwbouw te realiseren. Op locaties waarin de gemeente niet financieel (bijv. via grondeigendom) participeert, gebeurt dit via voorlichting en (beperkte) financiële stimulering. De praktijk blijkt echter weerbarstig te zijn; commerciële marktpartijen beperken zich vooral tot de wettelijke norm. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Speerpunten (afwijking) Uitvoering Woonplan
De uitvoering van het woonplan op het gebied van de nieuwbouw is doorkruist door de
Leeuwarden
economische crisis. Er is veel tijd gestoken in het oprichten en de werkzaamheden van het Platform Aanpak Woningmarkt Leeuwarden (PAWL). Diverse middelen zijn ingezet om de nieuwbouwproductie op peil te houden.
Overige Toelichting Bouwproductie versnellen
In 2009 is veel tijd geïnvesteerd om op meer structurele wijze met marktpartijen de bouwproductie te versnellen. Om de lokale woningmarkt in beweging te houden, worden meer instrumenten (o.a. Koopsubsidie, Leegstandswet) actiever ingezet. De vruchten van deze inspanningen zijn vooral in de komende jaren te plukken.
Subconclusie
Alle zeilen zijn bijgezet om de streefcijfers van het Woonplan te halen, waarvoor o.a. het PAWL is opgericht en versnellingsgelden van het rijk zijn binnengehaald.
Vergunningverlening en handhaving Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking De gemeente voldoet aan de
Bij de jaarlijkse milieuhandhavings-audits door de provincie was in het verleden de
landelijke kwaliteitscriteria van
score altijd 100%. Hoewel de beoordelingscriteria niet zijn gewijzigd, is tijdens de
VROM
laatste audit geconstateerd dat de documentatie van de handhaving op een aantal punten niet voldoet aan de kwaliteitscriteria. Er is nl. geen separaat handhavingsuitvoeringsplan en geen handhavingsverslag. Vorenstaande betekent niet dat dit ten koste is gegaan van de kwaliteit van de handhaving. De raad heeft in november 2009 een nieuwe Kadernota Handhaving vastgesteld, die leidt o.a. tot het maken van een uitvoeringsnota voor de handhavingstaken op het gebied van bodem en de Wabo en tot jaarlijks op te stellen uitvoeringsprogramma's en jaarverslagen. Daarmee wordt ook voldaan aan de kritiek van de provincie. De gemeente ambieert te voldoen aan de kwaliteitseisen van VROM, maar er zijn ingrijpende verandering op til. De conceptkwaliteitscriteria voor de uitvoering van de Wabo zijn in 2009 bekend gemaakt. Deze criteria zijn veel stringenter dan de huidige criteria. Er kan op dit moment geen verwachting worden uitgesproken of c.q. hoe onze gemeente daaraan gaat voldoen, omdat de definitieve criteria nog niet bekend zijn.
116
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Aanlegvergunningen
Met de invoering van de Wabo komt de aanlegvergunning te vervallen. Deze gaat op in de omgevingsvergunning.
Invoering gebruiksbesluit
Het gebruiksbesluit is van kracht sinds 1 oktober 2008. De organisatorische wijzigingen in verband met de verwachte komst van de Wabo werkten bij de invoering als complicerende factor, waarbij een deel van de werkzaamheden van de brandweer zijn overgenomen. De organisatie is er inmiddels op ingericht om aanvragen voor een gebruiksvergunning in behandeling te nemen en af te handelen. Er resteren een aantal implementatievraagstukken, zoals het nader uitwerken van indieningseisen, de gewenste controlefrequentie bepalen, huisvestingsverordening en bouwverordening aanpassen, etc.
Uitweg vergunningen
De vergunningplicht voor het maken van een uitweg is gedurende het jaar vervangen door een meldingenstelsel. Het aantal vergunningen is uitgekomen op 17 en het aantal meldingen op 19. Het totale aantal is daarmee lager dan het beoogde aantal van 50.
Kamerverhuur
Door de invoering van het gebruiksbesluit (zie onder ‘overige toelichting’ ) is de gebruiksvergunning voor de kamerverhuur komen te vervallen.
Makelaarsfaxen
Het aantal afgehandelde makelaarsfaxen is sterk afgenomen door het digitaal beschikbaar maken van bodeminformatie voor makelaars. Deze daling zal een structureel karakter hebben.
Handhavingdossiers
Het aantal bouw-handhavingzaken m.b.t. bouw, sloop, monumenten, strijdig gebruik etc. blijft achter bij de ramingen. Prioriteit ligt bij de grote bouwwerken, waardoor overige (minder omvangrijke) handhavingzaken minder aandacht krijgen, waaronder ernstig vervuilde woningen en achterstallig woningonderhoud.
Speerpunten (afwijking) Implementatie
De omgevingsvergunning (Wabo) wordt waarschijnlijk 1 juli 2010 formeel van kracht.
omgevingsvergunning
De invoering van de wet gaat met veel last minute wijzigingen gepaard en maakt de voorbereiding op de invoering lastig. De organisatie van de gemeente is aangepast aan de komende wet en is tevens gericht op een betere dienstverlening. Mogelijk moeten er toch weer nieuwe wijzigingen worden doorgevoerd, onder meer in verband met de door de minister voorgestane uitvoeringsdiensten.
Implementatie
De kadernota handhaving is vastgesteld in 2009. Deze wordt uitgewerkt in drie
handhavingsbeleid
uitvoeringsnota’s: één voor bijzondere wetten, één voor toezicht/handhaving in het openbaar gebied en één voor de omgevingsvergunning en aangrenzende werkgebieden. Deze nota’s worden in 2010 door het college vastgesteld en ter info aangeboden aan de raad. Jaarlijks worden er handhavingsuitvoeringprogramma’s gemaakt en jaarlijks worden er verslagen gemaakt. De programma’s en verslagen worden opgesteld door het college en ter info aangeboden aan de raad. De gewijzigde werkwijze start met het jaar 2010. Daarvoor worden uitvoeringsprogramma’s gemaakt. Vanaf 2011 komen voor de raad jaarlijks de handhavingsverslagen beschikbaar.
Subconclusie
Het jaar 2009 was het 1e jaar van de nieuwe, meer op dienstverlening gerichte organisatie. Ondanks de crisis en met een gewijzigde organisatie, is het vergunningverleningsproces adequaat verlopen. Wel is een aantal punten voor verbetering vatbaar; zo zijn nog niet alle veranderingen in de wet- en regelgeving
117
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
(Gebruiksbesluit nieuwe WRO, Activiteitenbesluit, BAG) verwerkt in de gebruikte automatisering en in de processen. Deze implementatie zal door de beperkte personele capaciteit nog geruime tijd in beslag nemen.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
Saldo
Beleidsproducten
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
008
Woningmarktbeleid
34
0
94
128
53
181
009
Overige huisvesting
-0
-9
010
Beleid ISV
-7
011
Volkshuisvestingsregelingen
-0
-9
-9
9
-0
025
Bouw- en milieutoezicht
86
-20
66
-129
-63
029
Omgevingsvergunning (Wabo)
360
93
453
-1.601
-1.148
039
Handhaving omgevingsrecht
89
-5
84
2
86
082
Stadsvernieuwing
44
529
573
-573
-0
-2.061
-915
20
11
9
20
-152
-158
169
11
607
-9
548
1.146
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
6.012
1.356
6.489
13.857
10.258
-3.599
B
Begroting 2009 na wijziging :
6.113
1.356
6.481
13.950
10.188
-3.762
C
Rekening 2009 :
5.506
1.364
5.933
12.804
8.128
-4.676
607
-9
548
1.146
-2.061
-915
Resultaat B-C
x € 1.000 Analyse van het resultaat : 1.
Beleid ISV
2.
Bouwvergunningen
3.
Stadsvernieuwing
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
Saldo
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
-169
-169
169
0
340
110
450
-1.580
-1.130
44
529
573
573
- verrekeningen met reserves : 3.
Stadsvernieuwing
-573
-573
- niet relevante posten : Overig
-9
223
78
292
-77
215
Totaal
-9
607
548
1.146
-2.061
-915
Analyse en Toelichting Programma Wonen Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? 1. Beleid ISV
De gemeente ontvangt in het kader van BDU-fysiek 2005 t/m 2009 een bedrag € 17,1 mln. Dit bedrag wordt op basis van een betalingsritme uitgekeerd, waarna dit bedrag wordt toegevoegd aan de voorziening. De begroting is gebaseerd op het betalingsritme van het Rijk. In 2009 is het betalingsritme 2009 aan het einde van het jaar aangepast en is de uitkering 2009 verhoogd met € 169.000. Hierdoor is een voordeel ontstaan op de baten en een nadeel op overige kosten vanwege een hogere storting in de voorziening. In 2010 wordt de laatste bijdrage ontvangen.
118
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2. Bouwvergunningen
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Zoals reeds aangekondigd in de Turap II en de monitor Kredietcrisis heeft het resultaat op het product Bouwvergunningen in 2009 een behoorlijke duikvlucht genomen. Per saldo een nadeel van € 1.130.000. Dit nadeel kan in hoofdzaak worden toegeschreven aan de lagere baten. Lagen de legesopbrengsten in de periode 2005 t/m 2008 op gemiddeld € 2,5 mln per jaar. In 2009 bleef de teller echter al steken op € 1,2 mln. Bij een begrote legesopbrengst van € 2.780.000 derhalve een nadeel van € 1.580.000. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn: •
Het aantal bouwaanvragen is in absolute zin lager;
•
Binnen het lagere aantal bouwaanvragen is het aandeel lichte bouwvergunningen relatief groot. De in rekening te brengen leges zijn hierdoor veel lager (grote bouwaanvragen tikken veel harder door in de totale opbrengsten);
•
In tegenstelling tot voorgaande jaren is sprake van veel minder grote bouwprojecten die verhoudingsgewijs een groot deel van de opbrengsten bepalen;
•
Er zijn enkele grote bouwprojecten ingetrokken. De leges hiervan zijn reeds geboekt en verantwoord (grotendeels in 2008). De restitutie is in 2009 geboekt;
•
In 2008 is een verlaging van de legestarieven doorgevoerd omdat in voorgaande jaren steeds sprake was van een (fors) overschot.
Voor een goed beeld dient overigens nog opgemerkt te worden dat als gevolg van de gewijzigde Wet Ruimtelijke Ordening het niet is toegestaan om bouwleges in rekening te brengen als er een bouwvergunning is afgegeven op basis van een projectbesluit hetgeen is verwoord in artikel 3.13 lid 4 nWRO. Deze situatie was in 2009 van toepassing op de verleende vergunningen voor woningbouw in de Mondriaanbuurt en de aanleg van de fietstunnel onder het Oostergoplein waarbij het in totaal om een legesbedrag gaat van € 230.000. Deze leges kunnen pas worden ingevorderd zodra het nieuwe bestemmingsplan is vastgesteld. Het bestemmingsplan moet dan overigens binnen een jaar nadat het projectbesluit onherroepelijk is geworden voorgelegd worden. Deze termijn kan met 2 jaar worden verlengd. Afhankelijk van de vaststelling van de nieuwe bestemmingsplannen kunnen deze leges dus pas in 2010, 2011 of 2012 als opbrengst worden verantwoord. Apparaatskosten (voordeel € 340.000) Om de verliezen als gevolg van de teruggang in het aantal bouwaanvragen zoveel mogelijk te beperken, is besloten de aanwezige vacatureruimte niet verder in te vullen en contracten voor externe inhuur zoveel mogelijk te beëindigen. Hierdoor is op apparaatskosten een voordeel ontstaan van € 340.000. Overige kosten (voordeel € 110.000) De advieskosten Hûs en Hiem zijn door een vermindering van het aantal bouwaanvragen € 45.000 lager dan begroot. Daarnaast is evenals bij de apparaatskosten zeer terughoudend omgegaan met de aanwending van diverse budgetten om het nadeel zoveel mogelijk te beperken, voordeel € 65.000. Ter afronding van de oude stadsvernieuwingsplannen wordt jaarlijks een bedrag in de begroting opgenomen. Dit bedrag wordt gedekt door een onttrekking aan de reserve Stadsvernieuwing. Van de geraamde € 617.000 is in 2009 € 44.000 besteed. Hierdoor is op de lasten een voordeel ontstaan van € 573.000. Door de lagere lasten kon ook de onttrekking aan de reserve Stadsvernieuwing beperkt blijven tot € 44.000 waardoor op de baten een nadeel naar voren komt van € 573.000. 3. Stadsvernieuwing
De stand van de reserve Stadsvernieuwing bedraagt per 31 december 2009 € 1.039.000. In het kader van de begroting 2008 is onderzocht welke reserves
119
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
afgeroomd kunnen worden. Op basis van dat onderzoek is bij de vaststelling van de Programmabegroting 2008 besloten om deze reserve in 2011 met een bedrag van € 270.000 af te romen. Het restant wordt aangewend voor de reeds geplande projecten.
Eindconclusie programma Wonen Successen 1. Bijsturing i.v.m.
Toen duidelijk werd dat 2009 een jaar zou worden met tegenvallende investeringen in de
tegenvallende
bouw en daaruit voortvloeiend lagere legesinkomsten, is met de vacatureruimte binnen
legesinkomsten
de vergunningverlening- en handhavingsteams bewust gestuurd om de uitgaven zoveel mogelijk te beperken.
2. Vertaling beleidsdoelen
De woonopgave voor de komende jaren is geconcretiseerd en kent een breed draagvlak.
naar concreet uitvoerings-
Hierdoor ligt al een stevige basis onder de nieuwe prestatieafspraken, maar ook het MOP
programma
kon hierdoor beter worden gevoed.
3/4. Gericht stimuleren
In Leeuwarden is voortvarend gereageerd op de crisis op de woningmarkt door de
samenwerking met
oprichting van het PAWL. Hiermee zijn successen geboekt als het binnenhalen van
marktpartijen om de crisis
versnellingsgelden, maar ook de samenwerking tussen de verschillende partijen is op
op de woningmarkt te
zichzelf al een belangrijke meerwaarde.
bestrijden en binnenhalen versnellingsgelden Verbeterpunten 1. Aandacht voor energie
De opgave en de ambities in het woonbeleid zijn groot. Niet alle ambities zijn binnen de
en transformatie in de
huidige omstandigheden te realiseren. In 2009 en de komende jaren is focus op de
bestaande woningbouw
hoofdopgave noodzakelijk. De belangrijke prioriteiten zijn de nieuwbouw en de wijkaanpak. Een belangrijk speerpunt in het beleid is de kwaliteit en verduurzaming van de bestaande woningvoorraad. Duidelijk is dat deze opgave geen eenvoudige oplossingen kent. Om ambities op dit vlak te realiseren is nog een grote inspanning nodig, van meer partijen dan alleen de gemeente.
2. Korte termijn
Het huidig woonplan is opgesteld vóór de economische crisis. Het economisch tij is
woningmarktprognoses
inmiddels sterk gekeerd. Er is behoefte aan een heroriëntatie op de woningmarkt, zodat
herzien
de consequenties van de economische crisis voor de korte termijn prognoses beter in beeld kunnen worden gebracht. Het zal noodzakelijk zijn meer te focussen op de vitale onderdelen van het woonplan.
3. Nadere uitwerking
Organisatorische aanpassingen zijn gereed. Er wordt inmiddels gewerkt aan het
processen t.b.v. Wabo-
aanpassen van de processen aan de veranderde wetgeving. Door de grote hoeveelheid
organisatie
veranderingen in wetgeving op het gebied van ruimtelijke ordening, brandveiligheid, milieu en bouwen is dit een proces wat continu aandacht vraagt. Doordat definitieve besluiten over de inhoud van de wetgeving vaak worden uitgesteld en er daardoor onduidelijkheid over de inhoud bestaat, blijft er vaak weinig tijd over om de eigen gemeentelijke procedures aan te passen en te implementeren.
Eindconclusie De combinatie van grote klussen en een lastige markt is voortvarend opgepakt. In kort tijdsbestek is een actieplatform opgericht dat zich intensief heeft ingezet om de gevolgen van de woningcrisis waar mogelijk aan te pakken. Binnen moeilijke omstandigheden is de bruto woningproductie behoorlijk richting bandbreedte gekomen. Hieruit is de behoefte ontstaan voor een heroriëntatie op de woningmarkt voor een betere inschatting t.b.v. de korte termijn prognoses. De woonopgave voor de komende jaren is geconcretiseerd en kent een groot draagvlak. Ook is duidelijk geworden dat voor de opgave t.a.v. kwaliteit en verduurzaming nog
120
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
grote inspanningen nodig zijn. Wat betreft vergunningverlening en handhaving was 2009 het 1e jaar van de meer op dienstverlening gerichte organisatie. Het vergunningsverleningsproces is adequaat verlopen, ondanks getroffen maatregelen om de daling van de legesinkomsten zoveel mogelijk te verkleinen en de reeds doorgevoerde organisatieaanpassing.
121
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
122
2.1 Programmaplan: Programma Wonen (6)
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Programma Infrastructuur/bereikbaarheid (7) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Stadsontwikkeling
Wethouder G. Krol
L. Kappert
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Westelijke Invalsweg
Er is vertraging ontstaan in de ruimtelijke procedure, omdat het project qua ruimtelijke procedure is gekoppeld aan de Haak om Leeuwarden middels het Tracébesluit. De voorbereiding van fase 2 zal in 2010 worden afgerond.
Stadsring
De voorbereidingen voor het werk zijn in 2009 gestart. Het gaat daarbij o.a. om het omleggen van kabels en leidingen. De daadwerkelijke herinrichting zal in 2010 plaatsvinden.
Dynamisch Verkeersmanagement
In 2009 zijn o.a. de volgende maatregelen en studies uitgevoerd:
(DVM)- Gebied Gericht benutten
- Reistijdenonderzoek. Uitkomst: geen reistijdinformatie langs de weg,
(GGB)
omdat dit nauwelijks meerwaarde heeft. - Afspraken met de provincie over spitssluitingen bruggen. - Wisselstrook op de Drachtsterweg; bleek niet kosteneffectief en is daarom niet uitgevoerd. - Vergroten oprijdcapaciteit Europaplein. Vanwege beperkt stimulerend effect van belijning en markering op de verkeersafwikkeling is alsnog afgezien van deze maatregel. In 2009 zijn de voorbereidingen gestart van een aantal optimalisatie maatregelen, waarvan de uitvoering in 2010 zal plaatsvinden.
Voorbereiding Drachtstercomplex
De voorkeursoplossing, aangevuld met aanpassingen na inspraak, heeft het realisatiebesluit gevormd dat door de gemeenteraad en Provinciale Staten in mei/juni 2009 is genomen en dat op groot draagvlak kon rekenen. In de tweede helft van 2009 is een organisatorische en financiële uitwerking gemaakt naar de gemeentelijke en provinciale rol(verdeling) in de realisatie (voorbereiding) van het project.
Voorbereiden station Werpsterhoek
In 2009 is mede op basis van de verkenningsstudie uit 2008 overleg gevoerd met de provincie, ProRail en NS. Als gevolg daarvan wordt in 2010 gestart met de vervolgstappen (zoals de door ProRail uit te voeren Inpassingsstudie en de door NS uit te voeren Businesscase).
Successen 1.
Realisatiebesluit Drachtstercomplex met groot draagvlak tot stand gekomen na aanpassing voorkeursoplossing als gevolg van inspraak, waarbij het principe van de oplossing overeind is gebleven.
2.
Dynamisch Verkeersmanagement (DVM)- Gebied Gericht benutten (GGB).
3.
Verkeersveiligheid: er is sprake van een substantiële afname van het aantal verkeersslachtoffers.
4.
Fietsenstallingen: in 2009 zijn er twee panden gevonden die door hun omvang en locatie goed geschikt zijn voor een bewaakte fietsenstalling. Het gaat daarbij om de verwerving van de panden St. Jacobsstraat 30/32 en Zaailand 96/98.
Verbeterpunten 1.
In de projectplanningen (hier de Westelijke Invalsweg en de stadsring) en de daarbij behorende communicatie een voorbehoud maken ten aanzien van de start van de realisatiefase vanwege mogelijke vertraging als gevolg van ruimtelijke (beroeps)procedures.
123
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Wat willen we bereiken? Strategisch Algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Autoverkeer
A.
Een goede doorstroming van het autoverkeer op het hoofdwegennet.
Afname van de groei (in zowel de ochtendspits als de avondspits) op andere wegen dan het hoofdwegennet van Leeuwarden.
B.
Een acceptabele gemiddelde rijsnelheid voor autoverkeer op de Stadsring.
C.
Afname van de vertraging van het autoverkeer in de ochtendspits op de invalswegen (tot aan de Stadsring).
D.
Goede verkeersafwikkeling op het hoofdwegennet.
E.
Toename van bedrijven die over een vervoerplan beschikken voor: Bedrijven met meer dan 50 werknemers in binnenstad of kantorenhaak; Elders gevestigde bedrijven met meer dan 100 werknemers.
Openbaar vervoer
F.
Stabilisatie van het gebruik van het openbaar vervoer.
Behoud van de positie van het openbaar vervoer
G.
Verhoging veiligheid in en rond het openbaar vervoer.
met een betere kostendekkingsgraad.
H.
Verlaging onveiligheidsgevoel in en rond het openbaar vervoer.
Parkeren
I.
Toename effectieve parkeercapaciteit van parkeerplaatsen (betaald
Een bereikbare stad met een
Toename van de parkeercapaciteit in gebouwde
doelmatig, veilig en duurzaam
voorzieningen op strategische locaties aan de rand
verkeer- en vervoersysteem.
van de binnenstad.
parkeren conform definitieve parkeerbeleidsplan; kaart 5.1) in en rond de binnenstad. J.
Voldoende parkeergelegenheid in de binnenstad.
K.
Evenwicht tussen vraag en aanbod van parkeerplaatsen in de binnenstad op piekmomenten.
Fietsverkeer
L.
Goede doorstroming en voldoende
M.
stallingmogelijkheden voor fietsverkeer.
Verkeersmaatregelen/verkeersveiligheid Afname van de objectieve en subjectieve verkeersonveiligheid.
124
Handhaven van de gemiddelde fietssnelheid op het hoofdfietsnet. Handhaving aandeel fietsgebruik tussen de stad en omliggende gemeenten (externe verplaatsingen).
N.
Voldoende stallingmogelijkheden voor fietsen in en rond de binnenstad.
O.
Evenwicht tussen vraag en aanbod fietsstallingen.
P.
Afname verkeersslachtoffers.
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Waterlopen en aanverwante zaken
Q.
Goede en stabiele doorvaart van de Leeuwarder bruggen.
Een voldoende onderhoudsniveau van de waterlopen
R.
Beter onderhoud van vijvers en waterpartijen.
en de walbeschoeiing en een brugbediening die
S.
Minder afval in vijvers/grachten.
bijdraagt aan de veiligheid en bereikbaarheid voor
T.
In redelijke staat houden van walkeringen en walbeschoeiingen.
de gebruikers.
U.
In stand houden natuurlijke waarden van de watergangen, vaarwegen en vijverpartijen.
Verharding en aanverwante zaken
V.
Een onderhoudsniveau van de wegen, fietspaden en trottoirs dat voldoende bijdraagt aan de veiligheid
Staat van onderhoud aan verhardingen bevindt zich voor de gehele stad op kwaliteitsniveau “basis” conform kwaliteitskeuzes “BOR in beeld”.
W.
Toename tevredenheid bewoners ten aanzien van de openbare weg.
en bereikbaarheid voor de gebruikers.
125
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
Saldo
Begr
Begr
2009
2010
2011
Max
Max
Max
7%
8%
Autoverkeer A
Afname van de groei (in zowel de ochtendspits als de avondspits) op andere wegen dan het hoofdwegennet van Leeuwarden. Indicator: •
Groei autoverkeer op geselecteerde wegen op het onderliggend wegennet. Tot max. 20% tussen 2005 en
geen
11%
6%
5%
2020. Dit betekent in 2010 een groei van maximaal 7%. (nulmeting 2005: index = 100) B
Een acceptabele gemiddelde rijsnelheid voor autoverkeer op de Stadsring. Indicator: •
Een gemiddelde snelheid van 25 km per uur in de spitsperioden op de Stadsring in 2010.
E
26,4
29,6
25
4,6
25
25
(2007)
km/u
km/u
km/u
km/u
Km/u
4%
40%
-36%
40%
40%
6.3
7.0
-0.7
7.0
7.0
6.7
7.0
-0.3
7.0
7.0
240
Toename van bedrijven die over een vervoerplan beschikken voor: •
Bedrijven met meer dan 50 werknemers in binnenstad of kantorenhaak;
•
Elders gevestigde bedrijven met meer dan 100
werknemers. Indicator: •
Percentage bedrijven met vervoerplan. (nulmeting 2005: 17%)
5% (2007)
Parkeren J
Voldoende parkeergelegenheid in de binnenstad. Indicator: •
Hogere waardering van weggebruikers over de beschikbaarheid van parkeerplaatsen in de binnenstad
6.3 (2007)
(uitgedrukt in gem. rapportcijfer). Fietsverkeer N
Voldoende stallingmogelijkheden voor fietsen in en rond de binnenstad. Indicator: •
Hogere waardering van fietsers over de beschikbaarheid van stallingen in en rond de binnenstad.
6.5 (2007)
(uitgedrukt in rapportcijfer) O
Evenwicht tussen vraag en aanbod fietsstallingen. Indicator: •
126
Bezettingsgraad fietsenstallingen
(2005) 1.300
240
geen
tekort
tekort
tekort
geen
geen
tekort
tekort
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
Verkeersmaatregelen/verkeersveiligheid P
Afname verkeersslachtoffers Indicator: •
gemiddeld
gemidd.
124
118
3,1% per jaar op alle wegen in de gemeente t.o.v. de
slacht-
slacht-
periode 1997-1999 (nulmeting 1997-1999: gemiddeld
offers
offers
per jaar
per jaar
(over de
(over
Afname van het gemiddeld aantal slachtoffers met
184 slachtoffers per jaar)
132
-14
126
120
jaren
de jaren
2004 t/m
2007 en
2006)
2008)
Het aandeel bewoners dat tevreden is over onderhoud
41%
55%¹
42%
13%
42%
42%
openbaar water (wijksignaleringssysteem)
2007
22%¹
27%
-5%
27%
27%
64%¹
52%
12%
55%
55%
Waterlopen en aanverwante zaken R
Beter onderhoud van vijvers en waterpartijen. Indicator: •
S
Minder afval in vijvers/grachten. Indicator: •
Het percentage bewoners dat zich vaak ergert aan het
27%
afval in vijvers/grachten
2007
(wijksignaleringssysteem) Verhardingen en aanverwante zaken W Toename tevredenheid bewoners ten aanzien van de openbare weg. Indicator: •
Het aandeel bewoners dat tevreden oordeelt over het onderhoud van: o
Wandelpaden door het gras/park
46%
(nulmeting 2005) ¹ Het betreft voorlopige cijfers, in afwachting van de definitieve weegfactoren van het CBS.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd.
Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
Autoverkeer •
Haak om Leeuwarden
x
-
x
x
x
A, B, C, D, L, M, P
•
Westelijke Invalsweg 1e fase en 2e fase
x
-
x
x
x
A, B, C, D, L, M, P
•
Stadsring fase 1a
x
-
x
A, B, C, D, L, M, P
x
+/-
x
F
+
x
x
+/-
x
Openbaar vervoer •
Kenniscampus openbaar vervoer en busstation
•
Station Werpsterhoek
x
x
F
Parkeren •
Transferium nabij Zuidelijke invalswegen
A, B, D, F
Fietsverkeer •
Oostergoplein (ongelijkvloers)
x
+
x
•
Binnenstad-Zuidlanden 1e fase
x
+
x
•
Fietsbewegwijzering
x
-
L, M
x
x
L, M L, M
127
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting •
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Fietsenstallingen binnenstad
x
-
x
x
x
+
x
x
L, M, N, O
Verkeersmaatregelen/verkeersveiligheid •
Optimaliseren verkeersluwe gebieden
x
Prestaties Structureel
A, P
Real.
Sub
2009
doel
+/-
P
+
Q t/m U
+
V, W
Vekeersmaatregelen/verkeersveiligheid •
In samenwerking met verkeersveiligheidsorganisaties initiëren en coördineren van diverse activiteiten op gebied verkeersveiligheid gericht op diverse leeftijdscategorieën.
Waterlopen en aanverwante zaken •
Beheer en onderhoud van watergangen, vaarwegen en vijverpartijen
Verharding en aanverwante zaken •
Beheer en onderhoud van verhardingen conform “BOR in Beeld” op kwaliteitsniveau “basis”
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
-
A, B, C, D, L, M, P
•
Westelijke Invalsweg
•
Stadsring
+/-
A, B, C, D, L, M, P
•
Dynamisch Verkeersmanagement (DVM)- Gebied Gericht benutten (GGB)
+
A, B, C, D, L, M, P
•
Voorbereiding Drachtstercomplex
+
A, B, C, D, L, M, P
•
Voorbereiden station Werpsterhoek
+
F
Realisatie nieuw beleid/ombuiging •
Onderhoud houten bruggen
Real.
Sub
2009
doel
+/-
Autoverkeer Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Afname van de groei (A)
De afname van de groei op andere wegen dan het hoofdwegennet (het onderliggend wegennet; indicator A) is niet gehaald. De doelstelling was een maximale groei van 6% in 2009 (t.o.v. 2005). Op 10 geselecteerde wegen op het onderliggende wegennet bleek er een gemiddelde verkeersgroei te zijn van 11%. De doelstelling van 6% is ongeveer de autonome groei van het verkeer. De extra groei valt waarschijnlijk te verklaren uit het feit dat er onvoldoende afwikkelingscapaciteit is op het hoofdwegennet, waardoor de druk op sluiproutes (het onderliggende wegennet) toeneemt. Extra capaciteit op het hoofdwegennet, zoals de stadsring en het Drachtstercomplex, is dus nu al noodzakelijk. Ook nieuwe infrastructuur, zoals de Haak om Leeuwarden en de Westelijke Invalsweg, zullen zorgen voor minder (verkeers)druk op de onderliggende structuur.
Gemiddelde rijsnelheid (B)
Opmerkelijk is dat de gemiddelde snelheid in spitsperioden op de stadsring is toegenomen (indicator B). Dit betekent dat over de gehele stadring de gemiddelde snelheid is toegenomen en dat duidt op een verbeterde doorstroming in 2009 ten opzichte van 2005. Dit lijkt in tegenspraak met de hierboven staande constatering dat de doorstroming op het hoofdwegennet niet voldoende is om sluipverkeer via het onderliggende wegennet te voorkomen. Hierbij moet worden opgemerkt dat de sluiproutes niet altijd concurrerende routes zijn voor de stadsring, zodat er niet sprake is van een 1 op 1 relatie.
Bedrijven met vervoerplan
De daling van het aantal bedrijven met een vervoerplan valt te verklaren uit de mindere
(E)
respons van het aantal reacties van bedrijven. In 2009 beschikte 2 van de 48 bedrijven over een vervoerplan. Het betreft cijfers van een onderzoek door TNS-NIPO.
128
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Een 10-tal bedrijven in het Tesselschadegebied e.o. zijn bezig met het opstellen van een mobiliteitsconvenant, waarin onderdelen van vervoersplannen terugkomen. Bovendien hebben veel bedrijven al regelingen die het gebruik van de fiets en/of het openbaar vervoer stimuleren. Op basis van deze informatie is de ambitie inmiddels bijgesteld naar een reëlere waarde van 10% in de begroting 2010. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Haak om Leeuwarden
Het Tracébesluit van de Haak om Leeuwarden wordt naar verwachting begin 2010 genomen. De start realisatie is gepland halverwege 2011 en de openstelling voor verkeer wordt verwacht eind 2014. Openstelling van de gehele Haak om Leeuwarden voor verkeer eind 2014 betekent, in vergelijking met de eerdere planning, een versnelling met één jaar voor het noordelijke deel van de Haak en een vertraging van twee jaar van het zuidelijke deel. In verband met de ontwikkeling van De Zuidlanden werd voor het zuidelijke deel gekoerst op openstelling voor het verkeer eind 2012. Gelet op de enigszins vertraagde bouw in De Zuidlanden is deze vertraging overkomelijk. Met deze geplande openstelling eind 2014 blijft de Minister van V&W binnen zijn afspraken over de planning met de Tweede Kamer. De vertraging in de openstelling voor het verkeer van het zuidelijke deel wordt veroorzaakt door de vertraging als gevolg van de recente discussies en uitwerkingen aangaande compensatie voor weidevogels en een nieuw ontwerp voor Werpsterhoek.
Speerpunten (afwijking) Stadsring 1a
In 2008 is een concreet ontwerp gemaakt voor het belangrijkste knelpunt in de Stadsring: het westelijk deel voor het WTC, de Heliconweg met daarin de kruising met de Snekertrekweg en de Tesselschadestraat en de tussenliggende wegvakken tot aan het Europaplein. De uitvoering van het werk is vertraagd, vanwege een langere voorbereidingstijd inclusief bezwaar- en beroepsprocedure. De voorbereidingen voor het werk zijn in 2009 gestart. Het gaat daarbij o.a. om het omleggen van kabels en leidingen. De daadwerkelijke herinrichting zal in 2010 plaatsvinden.
Westelijke Invalsweg (WIW)
De verwachting is dat in 2011 de aanbesteding van dit project zal plaatsvinden. Er is vertraging ontstaan in de ruimtelijke procedure, omdat het project qua ruimtelijke procedure is gekoppeld aan de Haak om Leeuwarden middels het Tracébesluit. Dat Tracébesluit is vertraagd t.o.v. de oorspronkelijke planning. Door de duidelijkheid die in 2008 is verkregen over de dekking van de WIW is de voorbereiding van fase 2 versneld ter hand genomen. De voorbereiding zal in 2010 worden afgerond. Planning is ook om dan een plan aan de raad voor te leggen. Dit is dan een uitwerking van het eerder genomen raadsbesluit 2006, waarin het tracé en de fasering is vastgesteld. De WIW is opgenomen in het pakket Regionale Bereikbaarheid uit het Convenant Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn. Over de inzet van RSP-gelden van het rijk en over de regionale bijdrage voor de WIW zijn in 2009 afspraken gemaakt met de provincie.
Speerpunten (toelichting) Dynamisch
Omdat de positieve effecten van grootschalige ingrepen ter verbetering van de
Verkeersmanagement
bereikbaarheid van Leeuwarden, zoals De Haak en de Westelijke Invalsweg, nog enige
(DVM) – Gebied Gericht
jaren op zich laten wachten is een brede en samenhangende aanpak gewenst van
Benutten (GGB)
bestaande en te verwachten bereikbaarheidsproblemen. In 2008 is een adviesnota verschenen over de mogelijkheden voor Gebiedsgericht Benutten in Leeuwarden. Dit advies resulteerde in een lijst van maatregelen die de doorstroming tijdens de ochtenden de avondspits moeten bevorderen. In 2008 is een begin gemaakt met de uitvoering van deze maatregelen. Die heeft in 2009 een vervolg gekregen. De afgelopen periode (2008 en 2009) zijn o.a. de volgende maatregelen en studies
129
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
uitgevoerd (op 19 augustus 2009 is de gemeenteraad uitvoerig op de hoogte gesteld over de stand van zaken middels een brief): 1.
Vergroten capaciteit VRI Zuiderburen zodat zowel de afwikkelingscapaciteit vanuit
2.
Wijzigen voorsorteermarkering Planetenlaan en Aldlânsdyk.
3.
Reistijdenonderzoek. De belangrijkste conclusie is dat op de alternatieve routes aan
Zuiderburen als de stad-in vanaf de Wâldwei is verbeterd.
de zuidzijde van de stad (Drachtsterweg en de Overijsselseweg) in de spits de verkeersdruk even hoog is en dat daarom niet is overwogen om reistijdinformatie langs de weg te plaatsen met als doel de routekeuze van weggebruikers zodanig te beïnvloeden dat er een optimaal gebruik van het weggennet ontstaat. Dit heeft namelijk nauwelijks meerwaarde. 4.
Spitssluitingen bruggen. Er zijn met de provincie afspraken gemaakt aangaande de spitssluitingen van bruggen. Dit heeft geresulteerd in verruiming van de spitssluitingen ten behoeve van het autoverkeer. Concreet betekent het dat de bruggen niet worden bediend tussen 7.00 en 9.00 uur in de ochtendspits en tussen 16.00 en 18.00 uur in de avondspits ten behoeve van de verkeersafwikkeling van het autoverkeer.
5.
Wisselstrook op de Drachtsterweg. Deze wisselstrook bleek niet kosteneffectief en is daarom niet uitgevoerd.
6.
Vergroten oprijdcapaciteit Europaplein. Uit onderzoek is gebleken dat - met behoud van de huidige vormgeving van het plein als uitgangspunt - slechts een beperkt stimulerend effect op de verkeersafwikkeling is te verwachten van eenvoudige maatregelen zoals belijning en markering. Daarom is alsnog afgezien van deze maatregel.
Voor de volgende optimalisatie maatregelen geldt dat de voorbereidingen in 2009 zijn gestart en dat de uitvoering in 2010 zal plaatsvinden: 1.
Optimalisatie van de verkeerslichten Valeriusplein (incl. het opheffen van het laatste stukje busbaan t.b.v. extra rijstrook).
2.
Het plaatsen van webcams op een aantal strategische locaties in de stad waarop de verkeersafwikkeling is te volgen voor automobilisten. Weggebruikers kunnen hierdoor de vertrektijd aanpassen zodat meer spreiding van verkeer zal plaatsvinden. De drukke spits kan zo worden vermeden.
3.
Het optimaliseren van de verkeerslichten bij het kruispunt Goutum (door Rijkswaterstaat).
Drachtstercomplex
Na het besluit, eind 2008, van B. en W. en GS over de voorkeursoplossing is een formeel inspraaktraject gestart. Met verschillende belangenverenigingen en -organisaties is overleg gevoerd. De inspraak, die in totaal 26 inspraakreacties heeft opgeleverd, was gericht op aantasting woongenot, aanvullende wensen, algehele bereikbaarheidsaanpak, verminderde zichtbaarheid bedrijven zuidzijde en bouwoverlast. Dit heeft geleid tot een aantal aanscherpingen en aanvullingen op de voorkeursoplossing, waarbij het principe van de oplossing overeind is gebleven. De voorkeursoplossing, aangevuld met aanpassingen na inspraak, heeft het realisatiebesluit gevormd dat door de gemeenteraad en Provinciale Staten in mei/juni 2009 is genomen en dat op groot draagvlak kon rekenen. In de tweede helft van 2009 is een organisatorische en financiële uitwerking gemaakt naar de gemeentelijke en provinciale rol(verdeling) in de realisatie(voorbereiding) van het project. Met de nutsbedrijven is overleg gestart gericht op het vaststellen van een nieuw kabels en leidingentracé zodat het project gevrijwaard is van kabels en leidingen die in de weg liggen. De daarbij behorende aanvraag kapvergunning is eind 2009 opgestart. Tevens zijn alle onderzoeken opgestart voor de planologische procedure en is grondonderzoek gedaan en uitgebreid meetwerk verricht. In 2010 worden de kabels en leidingen verlegd, de planologische procedure gevoerd, en
130
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
de aanbestedingsprocedure voorbereid en gevoerd zodat op zijn vroegst in 2011 het daadwerkelijke werk kan aanvangen (afhankelijk van de afstemming met andere werken in de stad). De communicatie met de omgeving en belangenclubs wordt gecontinueerd en zal onder een nieuwe corporate communicatie 'bereikbaarheid Leeuwarden' gaan vallen. Evenals de WIW maakt het Drachtstercomplex onderdeel uit van het pakket Regionale Bereikbaarheid RSP-ZZL, waarover in 2009 met de provincie (financiële) afspraken zijn gemaakt. Nieuw beleid
Voor de uitvoering van maatregelen uit het GVVP zijn voor de periode 2007 t/m 2010,
(toelichting)
naast de stelpost infrastructuur, ook middelen nieuw beleid beschikbaar voor de afdekking van een investeringsvolume van € 2.700.000 per jaar.
Subconclusie
De groei van het verkeer op het onderliggende wegennet is meer dan het gestelde maximum. Dit onderstreept het ingezette beleid tot het realiseren van extra capaciteit op het hoofdwegennet. Het Tracébesluit van de Haak om Leeuwarden zal begin 2010 worden genomen in plaats van 2009. Daarmee is ook vertraging ontstaan in de Westelijke Invalsweg omdat dit project is gekoppeld aan de Haak middels het Tracébesluit. Met de uitvoering van de stadsring (Heliconweg) zou in 2009 een begin worden gemaakt. Inmiddels zijn de voorbereidingen voor het werk gestart. Het gaat daarbij o.a. om het omleggen van kabels en leidingen. De daadwerkelijke herinrichting zal in 2010 plaatsvinden. De voorbereiding aan het Drachtstercomplex en de maatregelen in het kader van Dynamisch Verkeersmanagement (DVM)- Gebied Gericht benutten (GGB) verloopt volgens schema.
Openbaar vervoer Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Overige toelichting
Er zijn geen gegevens over het jaar 2009 beschikbaar, vanwege een veranderende meetmethode. In de begroting 2010 zijn dan ook nieuwe indicatoren opgenomen.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Halte Kenniscampus en
De halte op het Kennisplein met haltevoorzieningen is in 2009 gereed gekomen. De
busstation
uitvoering was voorzien voor 2010. Dit is vervroegd i.v.m. de verhuizing van de NHL naar de nieuwe locatie. Alleen de wachtruimte moet nog worden geplaatst. Op het busstation is een tijdelijke halte gerealiseerd voor de buslijnen die naar de Kenniscampus rijden. De definitieve locatie wordt meegenomen in de totale planontwikkeling Stationsgebied.
Speerpunten (toelichting) Station Werpsterhoek
In 2008 is een onderzoek uitgevoerd naar de wijze waarop station Werpsterhoek het best kan worden gerealiseerd (verkenningsstudie). Daaruit is naar voren gekomen dat een groeimodel de beste kansen biedt. In 2009 is mede op basis van de verkenningsstudie uit 2008 overleg gevoerd met de provincie, ProRail en NS. In 2010 wordt als gevolg daarvan gestart met de vervolgstappen (zoals de door ProRail uit te voeren Inpassingsstudie en de door NS uit te voeren Businesscase).
Nieuw beleid
Zie hiervoor de toelichting bij Autoverkeer.
(toelichting) Subconclusie
Er zijn geen gegevens beschikbaar van de indicatoren voor 2009, zodat geen subconclusie mogelijk is m.b.t. de subdoelstellingen. De indicatoren zijn met ingang van het programma 2010 vervangen door nieuwe, betere indicatoren. De studie naar het station Werpsterhoek en de maatregelen rond de halte kenniscampus en het busstation verlopen nagenoeg volgens schema.
131
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Parkeren Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Voldoende
De waardering van weggebruikers over de beschikbaarheid van parkeerplaatsen in de
parkeergelegenheid in
binnenstad blijft iets achter.
binnenstad (J) Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Transferium nabij zuidelijke
De voorbereidingen voor het zogenaamde Park en Bike terrein nabij Goutum zijn
invalswegen
grotendeels getroffen, zodat de uitvoering naar verwachting in 2010 kan plaatsvinden. In 2010 zal nader onderzoek verricht worden naar één of twee tijdelijke transferia aan de zuidzijde van de stad, die meer gericht zijn op de overstap tussen auto en openbaar vervoer.
Nieuw beleid
Zie voor GVVP de toelichting bij Autoverkeer.
(toelichting) Subconclusie
Ten aanzien van het onderdeel parkeren zijn nagenoeg geen afwijkingen te constateren m.u.v. het iets achterblijven van de waardering van weggebruikers over de beschikbaarheid van parkeerplaatsen in de binnenstad.
Fietsverkeer Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Fietsenstallingen
Er is in 2009 nog steeds een tekort aan fietsenstallingen in de binnenstad (circa 240). De doelstelling voor 2009 (geen tekort aan fietsenstallingen) is weliswaar niet gehaald, maar het tekort is aanzienlijk minder dan het gesignaleerde tekort in 2005 van 1.300, terwijl er geen sprake is van capaciteitsuitbreiding.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Fietsbewegwijzering
De herziening van de fietsbewegwijzering is nog gaande. In dit plan wordt kritisch gekeken naar de te bewegwijzeren doelen en de routes die de gemeente Leeuwarden nu nog hanteert. Onder andere door aanpassingen in de fietsinfrastructuur zijn routewijzigingen noodzakelijk. In 2009 is een offerte aangevraagd bij de ANWB voor het maken van een nieuw fietsbewegwijzeringsplan. De planning is dat dit plan in 2010 wordt afgerond.
Fietsenstallingen
Het is niet gelukt om in 2009 een fietsenstalling in de binnenstad te realiseren. Er is in
binnenstad
2009 wel onderzoek verricht naar de realisatie van een bewaakte fietsenstalling in de kelder onder V&D (te ontsluiten vanaf de Nieuwestad). Over de mogelijkheden hiervan is uitvoerig overleg gevoerd met de eigenaar van het pand ING Vastgoed en met de gebruiker V&D. In het najaar van 2009 bleek deze locatie niet haalbaar, vanwege de terughoudende opstelling van de eigenaar in combinatie met de zeer moeilijk gebleken ontsluiting van de stalling. Uiteindelijk zijn er twee panden gevonden die door hun omvang en locatie goed geschikt zijn voor een bewaakte fietsenstalling. Het gaat daarbij om de verwerving van de panden St. Jacobsstraat 30/32 met een capaciteit van circa 550 plaatsen en Zaailand 96/98 met een capaciteit van circa 600 plaatsen. Beide stallingen kunnen in het voorjaar van 2010 in gebruik worden genomen.
Nieuw beleid
Zie hiervoor de toelichting bij Autoverkeer.
(toelichting) Subconclusie
In 2009 is er minder tekort aan fietsenstallingen gesignaleerd t.o.v. 2005. Er zijn twee panden gevonden die door hun omvang en locatie goed geschikt zijn voor een bewaakte fietsenstalling. Het gaat daarbij om de verwerving van de panden St. Jacobsstraat 30/32 en Zaailand 96/98, waar de stallingen in het voorjaar van 2010 in gebruik kunnen worden genomen.
132
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Verkeersmaatregelen/verkeersveiligheid Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Afname
Er is sprake van een substantiële afname van het aantal verkeersslachtoffers (een
verkeersslachtoffers (P)
afwijking in positieve zin). Voor een groot deel valt dit te verklaren door de continue aandacht voor de verkeersveiligheid binnen (ontwerp)processen. Bovendien werpt het optimaliseren van verkeersluwe gebieden zijn vruchten af.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Activiteiten op gebied van
Er is geen sprake van een faciliterende rol (dus geen initiërende en coördinerende rol),
verkeersveiligheid
als het gaat om (voorlichtings)activiteiten op het gebied van verkeersveiligheid door verkeersveiligheidsorganisaties.
Nieuw beleid
Zie hiervoor de toelichting bij Autoverkeer.
(toelichting) Subconclusie
De aanpak van verkeersveiligheid is goed op orde.
Waterlopen en aanverwante zaken Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Onderhoud vijvers en
De tevredenheid over het onderhoud van openbaar water is flink gestegen. De
waterpartijen (R)
uitvoering van het baggerprogramma zal hier naar verwachting aan hebben bijgedragen. Daarnaast wordt er adequaat gereageerd op meldingen.
Minder afval in
De ergernis van bewoners over afval in vijvers/grachten is afgenomen. Mede als gevolg
vijvers/grachten (S)
van de monitoring is de aandacht voor het beeldresultaat vergroot. Daarnaast vindt een deel van de uitvoering plaats op basis van beeldkwaliteit, hetgeen ook zijn vruchten afwerpt.
Overige Toelichting
T.a.v. het schoonhouden van het oppervlaktewater is het basisniveau overal gehaald. Daar waar hoog niveau is afgesproken is dat niet altijd gehaald. Bij de najaarsschouwronde werd het niveau hoog wel gehaald.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige toelichting Baggerprogramma
Het baggerprogramma 2009-2011 is in uitvoering.
Onderhoud houten bruggen
De vervanging/groot onderhoud van houten bruggen is aanbesteed, de uitvoering hiervan loopt door tot 2010.
Subconclusie
De inzet om het niveau hoog te halen op de afgesproken locaties zal ook in 2010 worden vervolgd.
Verhardingen en aanverwante zaken Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Tevredenheid over
De parken hebben in 2009 qua onderhoud extra aandacht gekregen. Daarbij zijn ook
onderhoud wandelpaden
werkzaamheden aan de paden verricht. Dit heeft zicht vertaald in de tevredenheid.
door gras/park (W) Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige toelichting
Het streefdoel is om de technische staat van verhardingen voor de gehele gemeente op kwaliteitsniveau "basis" te onderhouden conform de kwaliteitskeuzes "BOR in beeld". De technische staat van verhardingen wordt via een wettelijk vastgestelde methodiek vastgesteld, middels jaarlijkse inspecties. Gemeentebreed is het niveau op basis. Dit is positief beïnvloed door de vele reconstructies die in de afgelopen periode zijn uitgevoerd. Afgezien van de bijdrage uit reconstructies kan worden vastgesteld dat het basisniveau niet eenvoudig haalbaar is, omdat de ouderdom van de verhardingen toeneemt.
Subconclusie
Gemiddeld zit het niveau van verhardingen op basis. Gelet op de toenemende ouderdom
133
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
van dit kapitaalgoed wordt de inspanning om op niveau te blijven niet eenvoudiger. De reconstructies die voor de komende jaren staan gepland, zullen een positieve bijdrage leveren om de gemeentelijke verhardingen op basisniveau te houden.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009 Beleidsproducten
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten -30
Saldo
012
Openbaar vervoer
-9
39
31
013
Spoorlijnen
-3
-3
-6
0
014
Waterwerken
4
-0
15
19
-10
9
015
Verhardingen
27
73
209
310
13
323
016
Kunstwerken
21
-4
11
28
-4
24
017
Verkeersmaatregelen
39
32
-3
68
1
68
018
Verkeer en vervoer
32
019
Parkeren
-6
-102
48
63
9
24
107
199
-721
-414
414
84
348
-388
43
408
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
451 x € 1.000
Lasten en baten 2009 totale programma
Saldo
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
A
Begroting 2009 primitief
3.982
8.251
10.222
22.454
12.506
-9.948
B
Begroting 2009 na wijziging :
3.975
8.469
9.983
22.427
12.503
-9.924
Rekening 2009 :
3.891
8.122
10.371
22.384
12.911
-9.473
84
348
-388
43
408
451
C
Resultaat B-C
x € 1.000 Analyse van het resultaat : 1.
Parkeren
2.
Verhardingen
Kapitaal- Apparaats-
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
Saldo
199
107
518
824
414
1.238
73
28
209
310
13
323
-1.238
-1.238
- verrekeningen met reserves : 1.
Parkeren
-1.238
- niet relevante posten : Overig
76
-51
123
148
-19
129
Totaal
348
84
-388
43
408
451
134
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Analyse en Toelichting Programma Infrastructuur / bereikbaarheid Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? 1. Parkeren
Omdat het resultaat van het product Parkeren wordt verrekend met de reserve parkeren, heeft dit onderdeel geen invloed op het resultaat. Bij het opstellen van de begroting is rekening gehouden met een tekort op parkeren van € 1.164.000 (in de begroting is dit bedrag als onttrekking aan de reserve parkeren geraamd en vervolgens ook geboekt). In 2009 bedraagt het voordelig resultaat, na onttrekking van het geraamde tekort, € 1.238.000 voordelig. Het resultaat van € 1.238.000 kan als volgt worden verklaard: Kapitaallasten (voordeel € 199.000) •
De geplande vervanging van de parkeerautomaten in 2009 is vanwege het Europese aanbestedingstraject doorgeschoven naar 2010. Het hierdoor ontstane voordeel op de kapitaallasten bedraagt € 230.000. Daarnaast is aan de Stichting Parkeergarages in 2009 een lening verstrekt waarvan de rentelasten niet in de begroting 2009 zijn verwerkt, nadeel € 41.000. Tot slot nog een voordeel van € 10.000 op diverse investeringen.
Apparaatskosten (voordeel € 107.000) •
Het voordeel op apparaatskosten bedraagt € 107.000 en is het gevolg van een lagere ureninzet voor parkeercontrole vanwege moeilijk in te vullen vacatures en ziekte.
Resultaat cv Parkeren (voordeel € 621.000) •
Bij het opstellen van de begroting 2009 is uitgegaan van een verwacht tekort bij de cv parkeren in 2009 van € 888.000. Op basis van de tussentijdse rapportages wordt over 2009 een tekort verwacht van € 500.000. Een voordeel derhalve van € 388.000 (voordeel op overige kosten). Daarnaast is bij het opstellen van de gemeenterekening 2008 het verwachte resultaat van de cv parkeren op basis van tussentijdse rapportages van de cv ingeschat op € 225.000 nadelig. Het resultaat over 2008 bedroeg echter € 8.000 batig. Een voordeel derhalve m.b.t. de afrekening 2008 van € 233.000.
Parkeeropbrengsten (voordeel € 380.000) Het voordeel is als volgt ontstaan: •
Inkomsten uit meters en automaten (maaiveld parkeren) Van de begrote opbrengst ad € 1,8 mln is € 1,723 mln gerealiseerd. Een nadeel van € 77.000 (zijnde 4,2%) dat grotendeels kan worden verklaard door de huidige economische situatie.
•
Inkomsten uit parkeerbelasting (overschrijding parkeertijd en bijdrage parkeerovertredingen) Het voordeel op deze inkomsten bedraagt € 293.000. Dit kan als volgt worden verklaard: •
Naast een verhoging van de vergoeding voor de zgn. Mulderovertredingen van het CJIB van € 7,50 naar € 25 per overtreding is ook het aantal overtredingen t.o.v. 2008 met 20% toegenomen. Dit betekent voor 2009 per saldo een voordeel van € 200.000. (De begroting 2010 zal op dit onderdeel nog worden aangepast.)
•
Het aantal fiscale bonnen (overschrijding parkeertijd) is hoger dan begroot, voordeel € 66.000.
•
De afrekening van de vergoeding Mulderovertredingen over 2008 leidt nog tot een voordeel van € 27.000.
135
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7) •
Parkeervergunningen en –ontheffingen Door een toename van het aantal vergunningen en ontheffingen op dit onderdeel een voordeel van € 164.000. (Bij het opstellen van de begroting 2010 is deze verhoging reeds meegenomen.)
Tot slot nog diverse voor- en nadelen van per saldo € 69.000 nadeel. De stand van de reserve parkeren bedraagt per 31 december 2009 € 6,77 mln. 2. Verhardingen
Het voordeel op verhardingen bedraagt € 323.000 en is als volgt ontstaan. Kapitaallasten (voordeel € 73.000) •
Op het onderdeel kapitaallasten een voordeel van € 73.000 dat met name wordt veroorzaakt doordat de uitvoering van een aantal investeringen uit de Programma’s Infra 2008 en 2009 al wel is opgestart, maar dat de hierin opgenomen investeringen nog niet gereed zijn waardoor de afschrijving nog niet is aangevangen. Met betrekking tot het Programma 2008 gaat het onder andere om de Westelijke Invalsweg 1e fase en de Stadsring 1e fase. Voor wat betreft het Programma 2009 zijn het onder andere de investeringen Drachtstercomplex en Oostergoplein.
Apparaatskosten (voordeel € 28.000) •
De inzet op het beheer van verhardingen was vanwege ziekte iets lager dan begroot.
Overige kosten (voordeel 209.000) •
De stelpost “beheersconsequenties investeringen openbare ruimte” is in 2009 niet aangewend, voordeel € 37.000. Deze post kan alleen worden aangewend indien als gevolg van investeringen extra onderhoudslasten ontstaan waar bij het beschikbaar stellen van de betreffende kredieten geen rekening mee is gehouden. Vanwege de weersomstandigheden aan het einde van het jaar konden een aantal werkzaamheden niet worden uitgevoerd, voordeel € 172.000.
Baten voordeel € 13.000 •
Een deel van de leges met betrekking tot het graven van sleuven komt ten gunste van dit product, voordeel in 2009 € 13.000.
Eindconclusie programma Infrastructuur/bereikbaarheid Successen 1. Drachtstercomplex
Het realisatiebesluit voor het Drachtstercomplex kon – mede door goed georganiseerde bewonersparticipatie - rekenen op een groot draagvlak. Door gezamenlijk met de provincie en Rijkswaterstaat te kijken naar optimalisatiemogelijkheden in het wegennet qua verkeersafwikkeling is beter inzicht ontstaan op welke locaties met relatief eenvoudige middelen doorstromingsmaatregelen getroffen kunnen worden in afwachting van de komst van meer structurele maatregelen als de Haak om Leeuwarden en de Westelijke Invalsweg. Ook is duidelijk geworden waar deze maatregelen niet kosteneffectief zijn of nagenoeg geen effect hebben.
2. Dynamisch
Omdat de positieve effecten van grootschalige ingrepen ter verbetering van de
verkeersmanagement (DV)
bereikbaarheid van Leeuwarden, zoals De Haak en de Westelijke Invalsweg, nog enige
– Gebied Gericht Benutten
jaren op zich laten wachten is een brede en samenhangende aanpak gewenst van
(GGB)
bestaande en te verwachten bereikbaarheidsproblemen. Met dynamisch verkeersmanagement en Gebied Gericht Benutten is er beter inzicht verkregen in het
136
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
treffen van de juiste maatregelen om de doorstroming op korte termijn te bevorderen. 3. Verkeersveiligheid
Er is sprake van een substantiële afname van het aantal verkeersslachtoffers (een afwijking in positieve zin). Voor een groot deel valt dit te verklaren door de continue aandacht voor de verkeersveiligheid binnen (ontwerp)processen. Bovendien werpt het optimaliseren van verkeersluwe gebieden zijn vruchten af.
4. Fietsenstallingen
In 2009 zijn er twee panden gevonden die door hun omvang en locatie goed geschikt zijn voor een bewaakte fietsenstalling. Het gaat daarbij om de verwerving van de panden St. Jacobsstraat 30/32 en Zaailand 96/98. Het pand St. Jacobsstraat 30/32 maakt onderdeel uit van het complex Gouverneurspassage. Het is mogelijk om in het pand 550 tot 600 stallingplaatsen onder te brengen. De passage biedt ruimte voor uitbreiding van dit aantal wanneer hieraan behoefte blijkt te bestaan. De totale capaciteit van deze locatie komt daardoor uit op 700 stallingplaatsen. Het pand is in het kernwinkelgebied gelegen. De verwachting is dat de bewaakte fietsenstalling St. Jacobsstraat in maart 2010 open kan. Bij het pand Zaailand 96/98 gaat het om het voormalige Modehuis Oosterhoff. Door de ligging aan het Wilhelminaplein is dit een uitstekende locatie voor een bewaakte fietsenstalling en een goede vervanging van de fietsenkelder onder het Winkelcentrum Zaailand. In totaal kunnen ca. 600 plaatsen voor fietsen worden gerealiseerd.
Verbeterpunten 1. Planningen
In de projectplanningen (hier de Westelijke Invalsweg en de stadsring) en de daarbij behorende communicatie een voorbehoud maken ten aanzien van de start van de realisatiefase vanwege mogelijke vertraging als gevolg van ruimtelijke (beroeps)procedures.
Eindconclusie Door de complexiteit van met name infrastructurele projecten zal er meer aandacht moeten zijn voor meer realistische planningen (inclusief de daarbij behorende communicatie). De verhardingen worden gemiddeld op het niveau "basis" onderhouden.
137
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
138
2.1 Programmaplan: Programma Infrastructuur / bereikbaarheid (7)
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
Programma Dienstverlening (8) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Bestuur en Middelen
Wethouder M. Florijn
S. van den Broek
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Vernieuwing en modernisering website
Project is gestart in 2009 en wordt conform planning uitgevoerd. Oplevering van de nieuwe website wordt verwacht in april 2010.
Verder ontwikkelen digitale
In 2009 zijn vier nieuwe webdiensten gerealiseerd:
dienstverlening (Digitaal Loket II)
-invoering digitaal ‘graf-zoek’ systeem, inclusief informatiezuil -kapvergunning voor bedrijven -meldingen voor bedrijven -‘Mijn Leeuwarden’ voor bedrijven Daarnaast is een start gemaakt met de ontwikkeling van nog vijf webdiensten: -aanvraag bijzondere bijstand -aanvraag minimaregeling -inzien jaaropgave -uitkeringsspecificatie -afspraak maken vooroverleg vergunningen
Telefonisch kanaal doorontwikkelen,
Project callcenter is afgerond in 2009, door ook het telefoonverkeer voor
mede in relatie tot aanvragen
de sectoren sociale zaken, jeugd en onderwijs, bouwen, wonen en milieu
telefoonnummer 14058
en juridische en veiligheidszaken over te brengen naar het callcenter. Het nieuwe telefoonnummer 14058 is technisch operationeel vanaf 1 december 2009 en richting het publiek gelanceerd per 1 januari 2010.
Verminderen administratieve lasten
In 2009 is het convenant “Verbetering dienstverlening en vermindering
voor burgers en ondernemers
regeldruk” getekend. De werkgroep vermindering regeldruk heeft een top drie van prioriteiten voor 2010 opgesteld, te weten: -pilot pre-mediation -instellen meldpunt (voor burgers/bedrijven die vastlopen in woud van wet en regelgeving) -invoering normenkader bedrijven
Voorbereiden aanvraag paspoort in
Landelijke initiatief hieromtrent is uitgesteld.
gemeente naar keuze Starten met (onderzoek naar)
In 2009 is een start gemaakt met het onderzoek naar de herinrichting
herinrichting stadshal
van de stadshal met als doel het beter bedienen van de klant en het voldoen aan arbo- en veiligheidseisen.
Successen 1.
Het Project Callcenter is afgerond en het merendeel van de telefonische klantvragen aan de gemeente worden inmiddels afgehandeld in het callcenter.
2.
Het nieuwe telefoonnummer van de gemeente Leeuwarden (14058) is operationeel.
3.
De omvorming van de huidige sector Publiekszaken naar het Klantcontactcentrum (KCC) is voorbereid en wordt in 2010 doorgevoerd.
Verbeterpunten 1.
Dienstverlening kan altijd beter. Het komende jaar (laatste jaar financiering Programma Dienstverlening) blijft in het teken staan van de verbetering van de dienstverlening (o.a. postkanaal).
2.
De afhandeling van vragen via e-mail en post moet worden verbeterd. Dit gebeurt nu nog decentraal. In 2010 wordt dit binnen het KCC wordt opgepakt.
3.
Het aantal webdiensten is in 2009 uitgebreid, maar niet met het beoogde aantal. Dit wordt veroorzaakt door o.a. vertraging invoering omgevingsvergunning en een koerswijziging binnen het samenwerkings-verband Dimpact en het besluit ten gevolge hiervan om niet toe te treden tot dit samenwerkingsverband.
139
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
Wat willen we bereiken? Strategisch Algemeen
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen 2009
Klantgeoriënteerde publieke dienstverlening
A.
doel Een vraaggericht, klantvriendelijk en transparant ingerichte dienstverlening (het proces); burgers, ondernemers en instellingen (‘klanten’) zijn tevreden over de publieke dienstverlening en worden minimaal belast. Hogere kwaliteit van het productaanbod
B.
Inhoudelijk goede producten. ‘Klant’ krijgt waar hij/zij voor komt.
Verbetering van de beschikbaarheid en bereikbaarheid
C.
Goede beschikbaarheid en bereikbaarheid van de dienstverlening.
D.
Een reële en betaalbare prijs van producten en diensten.
Goede publieke dienstverlening met een positieve bijdrage aan het maatschappelijk verkeer en het uitvoeren van de gemeentelijke taken van de producten en diensten (incl. belasting ‘klant’)
Marktconformisering van de prijs van producten en diensten Grotere bekendheid van de publieke dienstverlening bij burgers en ondernemers
140
E.
‘Klanten’ zijn goed bekend met de publieke dienstverlening en worden ook goed bereikt.
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
6,8
7,3
7,0
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
0,3
7,0
7,5
2007 Goede publieke dienstverlening A
Een vraaggericht, klantvriendelijk en transparant ingerichte dienstverlening (het proces); burgers, ondernemers en instellingen zijn tevreden over de publieke dienstverlening en worden minimaal belast. Indicatoren:
Klanttevredenheid (rapportcijfer algemeen)
subindicatoren:
klanttevredenheid burgers (rapportcijfer)
6,8
7,3
7,0
0,3
7,0
7,5
ondernemerstevredenheid (rapportcijfer)
5,5
6,4
6,2
0,2
6,5
7.0
bezoekerstevredenheid (rapportcijfer)
7.0
7,8
7,0
0,8
7,0
7,5
Percentage klanten dat tevredenen is over service 82%
90%
85%
5%
85%
85%
71%
90%
80%
10%
85%
95%
17%
8,1%
15%
6,9%
15%
15%
(bejegening, gemak/logica/aansluiting bij de vraag) (balie en telefoon)
Percentage klanten dat vertrouwen heeft in nakomen afspraken (balie en telefoon)
Hoge kwaliteit van het productaanbod B
Inhoudelijk goede producten. ‘Klant’ krijgt waar hij/zij voor komt. Indicatoren:
percentage (deels) gegronde bezwaren t.o.v. het totale aantal bezwaarschriften2
C
Goede beschikbaarheid en bereikbaarheid van de dienstverlening. Indicatoren: WEBSITE •
voldoen aan “Drempels weg” eisen voor website
Ja
Ja
Ja
-
Ja
Ja
•
totaal aantal producten dat via de website verkrijgbaar
0
21
72
- 51
90
100
60%
65%
75%
- 10%
78%
80%
is (transacties) POST/E-MAIL percentage van aanvragen en verzoeken dat binnen de afgesproken of wettelijke termijnen is afgehandeld
2 Percentage is gebaseerd op bezwaarschriften Awb, Sociale Zaken en Belastingen.
141
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
80%
80%
78%
80%
2007 Verbetering van de beschikbaarheid en bereikbaarheid van producten en diensten C
BALIE
Percentage klanten dat tevreden is over bereikbaarheid cq. Toegankelijkheid
Percentage klanten dat tevreden is over openingstijden
gemiddelde wachttijden voor producten (balie)
maximale wachttijd voor producten (balie)
Percentage klanten dat tevreden is over de wachttijden (balie)
89,7%
80%
9,7%
71%
85.7%
75%
10,7%
10 min
7 min
<10 min
3 min
--
20 min3
15 min
- 5 min
15 min
15 min
78%
90%
80%
10%
85%
85%
--
16%
7%
9%
10%
15%
--
41%
50%
- 9%
50%
50%
--
35%
70%
- 35%
80%
80%
--
77%
80%
- 3%
80%
80%
--
91%
95%
- 4%
95%
95%
7%4
12%5
≤7%
- 0,5%
≤7%
≤7%
6.4
5,7
7,0
- 1,3
7,0
7,0
<10 min <10 min
percentage klantcontacten op afspraak (t.o.v. het totaal aantal baliebezoeken)
71%
percentage klantcontacten dat rechtstreeks wordt afgehandeld, in 1 klantcontact (balie)
TELEFOON
percentage klantcontacten dat rechtstreeks wordt afgehandeld, in 1 klantcontact (telefoon)
percentage telefoontjes op het hoofdnummer binnen 20 seconden opgenomen
percentage telefoontjes op het hoofdnummer aangenomen
Marktconformisering van de prijs van producten en diensten D
Een reële en betaalbare prijs van producten en diensten. Indicatoren:
Percentage afwijking t.o.v. gemiddeld prijsniveau deelnemende gemeenten benchmark
Klanttevredenheid over prijs/kwaliteit–verhouding
(scores worden uitgedrukt als rapportcijfer)
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd.
Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
x
+/-
x
+
x
+/-
Klantgeoriënteerde publieke dienstverlening •
Uitvoeren klanttevredenheidsonderzoek en opstellen
A
verbeterplan •
Cursussen aanbieden aan ambtenaren ter uitvoering van motie
x
A
‘Klare Taal’ •
Onderzoeken aanvraag paspoort in gemeente naar keuze en invoeren nieuw paspoort
3
Maximale norm wachttijd baliebezoeken 2008. 4 Nulmeting in 2006, boodschappenmand 4 producten, gemiddelde prijs hele benchmark: € 153,18; gemiddelde gemeenten van 50.000-100.0000 inwoners: € 159,57. Prijs Leeuwarden: € 164.00. 5 Meting 2008, boodschappenmand 5 producten, gemiddelde prijs hele benchmark: €86,86; gemiddelde gemeenten 100.000+ inwoners: € 99,57. prijs Leeuwarden: € 111,30.
142
C
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
Verbetering van de beschikbaarheid en bereikbaarheid van de producten en diensten •
Afstemmen consequenties Dienstenrichtlijn op dienstverlening
x
+
x
-
x
+
A
aan ondernemers •
Uitbreiden dienstverlening rondom aanvraag omgevingsvergunning
Internetkanaal •
Website vernieuwen en moderniseren om steeds meer
x
A, C
informatie en webdiensten toegankelijk te maken en te houden. •
x
Aantal webdiensten uitbreiden:
•
digitaal loket als ondersteuning van de
x
x
A, C
+/-
omgevingsvergunning
•
+/-
digitaal loket als ondersteuning van het Digitaal Klant Dossier voor Werk en Inkomen
•
registratie van klantcontacten
-
Verminderen administratieve lasten •
Op regionaal niveau (Westergozone) samenwerken aan
x
-
A
vermindering van administratieve lasten, bijvoorbeeld door het instellen van een regelluwe zone en betere facilitering van starters
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
+
A
+
A
Klantgeoriënteerde publieke dienstverlening •
Benchmarken met andere gemeenten/klanttevredenheidsonderzoek en uitvoering aanbevelingen6
Hogere kwaliteit van het productaanbod •
GBA kwaliteitszorg
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
•
Vernieuwing en modernisering website
•
Verder ontwikkelen digitale dienstverlening (Digitaal Loket II)
•
Telefonisch kanaal doorontwikkelen, mede in relatie tot aanvragen telefoonnummer 14058
•
Verminderen administratieve lasten voor burgers en ondernemers
•
Voorbereiden aanvraag paspoort in gemeente naar keuze
-
•
Starten met (onderzoek naar) herinrichting stadshal
+
+/+ + +/-
Klantgeoriënteerde publieke dienstverlening Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Samenwerken met ketenpartners
Dit onderwerp heeft geen specifieke aandacht gehad in 2009. Het streven is om eerst de eigen dienstverlening zoveel als mogelijk te verbeteren.
Overige toelichting Waardering dienstverlening
De dienstverlening van de gemeente Leeuwarden wordt op alle fronten hoger gewaardeerd dan het streven voor 2009. Zo wordt de bezoekerstevredenheid gewaardeerd op een 7,8 (7,0 streefcijfer), is 90% van de klanten tevreden over de service (85% streefcijfer) en heeft 90% van de klanten vertrouwen in het nakomen van afspraken (80% streefcijfer).
6 In 2008 sluiten we aan op de familie van benchmarks die nu door de VNG wordt ingericht. Dat betekent dat we mee gaan doen www.waarstaatjegemeente.nl, waarin watdoetjegemeente.nl en destaatvandegemeente.nl in elkaar geschoven worden. De benchmark publiekszaken maakt daar een belangrijk onderdeel vanuit. In algemene zin is de lijn van de VNG om meer te investeren in onderlinge benchmarks zodat het verticaal toezicht kan afnemen.
143
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
Klare taal
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
In 2010 hebben medewerkers van vrijwel alle sectoren de training “Schrijven in klare taal’ gevolgd. Ook zijn er briefcoaches aangesteld om medewerkers te ondersteunen bij het schrijven van heldere brieven.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Uitvoeren
Voor het uitvoeren van een klanttevredenheidsonderzoek heeft de gemeente
klanttevredenheidsonderzoek en
Leeuwarden er voor gekozen aan te sluiten bij de (landelijke) Benchmark
opstellen verbeterplan
Publiekszaken om consistent vergelijkingsmateriaal te verkrijgen. Een concreet verbeterplan is (nog) niet opgesteld.
Onderzoeken aanvraag paspoort
Het nieuwe paspoort (met vingerafdrukken) is ingevoerd in juni 2009. In 2009 zijn er
in gemeente naar keuze en
geen ontwikkelingen geweest rondom de mogelijkheid om in een gemeente naar
invoeren nieuw paspoort:
keuze een paspoort aan te vragen. Het verstrekken van een paspoort is arbeidsintensiever geworden. Dit heeft overigens geen invloed op de wachttijden voor de klant.
Invoering omgevingsvergunning
De invoering van de omgevingsvergunning (WABO) is opnieuw uitgesteld, naar juli
(WABO)
2010. Er zijn wel voorbereidingen getroffen voor de ondersteuning van de dienstverlening rondom de WABO.
Speerpunten (afwijking) Verder ontwikkelen digitale
De wijzigingen in de Dimpact-organisatie en het daarmee samenhangende besluit
dienstverlening
van de gemeente Leeuwarden om niet toe te treden tot Dimpact en de vertraging van de invoering van de omgevingsvergunning hebben voor enige vertraging in het ontwikkelen van nieuwe digitale producten geleid. Inmiddels is deze ontwikkeling in eigen beheer zoveel mogelijk met andere gemeente voortvarend opgepakt.
Subconclusie
De klanttevredenheid is wederom toegenomen en ligt boven de norm gesteld in de begroting 2009.
Hogere kwaliteit van het productaanbod Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Percentage (deels) gegronde
Het aantal gegronde bezwaren ten opzichte van het totale aantal bezwaarschriften
bezwaren t.o.v. het totale aantal
ligt fors lager dan geprognosticeerd.
bezwaarschriften Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Subconclusie
De kwaliteit van de producten en de kwaliteitsbewaking binnen het Klantcontactcentrum (KCC) is goed.
Verbetering van de beschikbaarheid en bereikbaarheid van de producten en diensten Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Omgevingsvergunning
Uitbreiden dienstverlening rondom aanvraag omgevingsvergunning Digitaal loket als ondersteuning van de omgevingsvergunning.
Totaal aantal producten dat via
Het aantal producten dat via de website (digitaal loket) wordt aangeboden ligt fors
de website verkrijgbaar is
lager (21) dan begroot (72). Dit heeft te maken met de vertraging die is ontstaan
(transacties)
ten gevolge van het besluit om niet toe te treden tot Dimpact en door de latere invoering van de omgevingsvergunning. Inmiddels is deze ontwikkeling in eigen beheer zoveel mogelijk met andere gemeenten voortvarend opgepakt.
E-mail afhandeling en post
Het afhandelen van post en e-mail binnen wettelijke termijnen is een aandachtspunt binnen de dienstverlening. In 2010 wordt er daarom een project gestart om (een deel van) de afhandeling van de post binnen het klantcontactcentrum te regisseren.
144
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
Percentage klantcontacten op
Het aantal klanten dat op afspraak komt, ligt hoger dan het streefpercentage. Het
afspraak
afgelopen jaar is dan ook nadrukkelijker gestuurd op het communiceren van de mogelijkheid om op afspraak langs te komen.
Percentage klantcontacten dat
Het percentage klantcontacten dat in één keer wordt afgehandeld aan de telefoon,
rechtstreeks wordt afgehandeld,
ligt fors lager dan het streefpercentage. Dit heeft te maken met het feit dat veel
in 1 klantcontact (telefoon)
telefonische vragen nog moeten worden afgehandeld (door doorverbinden of het maken van terugbelafspraken) door de vakafdeling. Het verbeteren van het gebruik van het kennismanagementsysteem en de invoering van kwaliteitscoaching van de klantcontact-medewerkers moet voor verbetering hierin gaan zorgen.
Vermindering administratieve
In 2009 is weliswaar gewerkt aan het verminderen van de administratieve lasten,
lasten
maar de effecten hiervan voor burger en ondernemer zijn nog niet optimaal. Het convenant “verbetering dienstverlening en vermindering regeldruk’ moet zijn beslag gaan krijgen vanaf 2010.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Toelichting Website vernieuwen en
In 2009 is een start gemaakt met de invoering van een nieuwe website voor de
moderniseren om steeds meer
gemeente Leeuwarden per april 2010. Het uitgangspunt voor deze nieuwe website is
informatie en webdiensten
het zoekgedrag van onze klanten.
toegankelijk te maken en te houden. Aantal webdiensten uitbreiden:
-De omgevingsvergunning wordt ondersteund door het digitaal loket. De invoering
- digitaal loket als ondersteuning
van de omgevingsvergunning is echter uitgesteld tot juli 2010, dus voor dat moment
van de omgevingsvergunning
kan ook nog geen concreet gebruik worden gemaakt van deze diensten.
- digitaal loket als ondersteuning
-In 2009 is een start gemaakt met het ontwikkelen van digitale producten voor de
van het Digitaal Klant Dossier
producten rondom werk en inkomen. Deze producten worden in het voorjaar 2010 in
voor Werk en Inkomen
gebruik genomen.
- registratie van klantcontacten
- In 2009 is een start gemaakt met de invoering van een applicatie die het mogelijk
registratie van klantcontacten
maakt klantcontacten te registreren. De applicatie maakt het mogelijk om klantgegevens uit verschillende systemen samen te voegen, zodat de klant niet bij de gemeente bekende gegevens hoeft te herhalen. Tevens maakt de applicatie het mogelijk om klanthistorie vast te leggen.
Op regionaal niveau
Invoering van de regelluwe zone bleek niet mogelijk in 2009. Er wordt momenteel
(Westergozone) samenwerken
gekeken naar andere manieren om starters te faciliteren.
aan vermindering van administratieve lasten, bijvoorbeeld door het instellen van een regelluwe zone en betere facilitering van starters Subconclusie
Tevredenheid is op zich goed, gemiddelde wachttijd is 7 minuten. 90% van de klanten is tevreden over de wachttijden aan de balie. Het aantal telefonische klantcontacten dat in één keer wordt afgehandeld is te laag.
Marktconformisering van de prijs van producten en diensten Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Klanttevredenheid over
Het gemiddeld rapportcijfer van 7,0 waar naar wordt gestreefd op dit punt is niet
prijs/kwaliteitverhouding
gehaald. Het rapportcijfer is momenteel 5,7. Omdat uit andere cijfers blijkt dat de waardering voor de kwaliteit van dienstverlening vrij hoog is, kan worden
145
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
aangenomen dat burgers minder tevreden over de prijs zijn. Percentage afwijking t.o.v.
Gestreefd wordt naar een maximale afwijking van ≤ 7% t.o.v. gemiddelde
gemiddeld prijsniveau
prijsniveau deelnemende gemeenten Benchmark Publiekszaken. De afwijking is nu
deelnemende gemeenten
bijna 12%. Dit is veel meer dan in 2008 (7,2%). Omdat de prijzen in Leeuwarden
benchmark
niet noemenswaardig zijn verhoogd (alleen indexatie) kan dit alleen verklaard worden door een nadere analyse van de benchmarkgegevens. Op dit moment is een dergelijke verklaring niet voor handen.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost?
A B C
Resultaat 2009 Beleidsproducten Persoonsinformatie Identificerende documenten Advisering derden burgerzaken Burgerlijke stand
Apparaatskosten
Lasten en baten 2009 totale programma Begroting 2009 primitief Begroting 2009 na wijziging:
Apparaatskosten
Kapitaallasten
Kapitaallasten
Overige lasten 4 22 -2 2
Totale lasten 4 22 -2 2
Totale Baten -10 19 1 -14
Overige lasten 4.070 4.009
Totale lasten 4.070 4.009
Totale Baten 1.813 1.753
3.983 26
3.983 26
1.749 -4
Rekening 2009: Resultaat B-C
x € 1.000 Saldo -6 41 -1 -12
x € 1.000 Saldo 2.257 2.256 2.234 -22 x € 1.000
Analyse van het resultaat:
Apparaats-
Kapitaal
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
baten
26
26
-4
-22
26
26
-4
-22
- niet relevante posten: Totaal
Saldo
Analyse en Toelichting Programma Dienstverlening Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Toelichting
De afwijkingen in dit programma zijn dusdanig beperkt dat deze niet verder zullen worden toegelicht. Behalve de op dit programma verantwoorde lasten en baten zijn er ook lasten en baten geweest in 2009 die niet hier verantwoord worden, maar wel samenhangen met het Programma Dienstverlening. Betreffende lasten en baten zijn deels verantwoord in programma 15 Algemene Dekkingsmiddelen en deels in de majeure projecten rapportages (project Call Centre). Eén en ander hangt samen met de wijze waarop de Raad in 2007 voor de beleidsperiode 2007-2010 middelen beschikbaar gesteld heeft voor de verbetering van de dienstverlening van de gemeente. De hiervoor geformuleerde doelstellingen en bijbehorende prestaties hangen hiermee samen. Deze middelen, een bedrag van totaal € 2.000.000, zijn namelijk gespreid in de periode 2007 tot en met 2009 beschikbaar gesteld, waarbij deze middelen vervolgens telkens zijn doorgestort naar een speciale bestemmingsreserve Dienstverlening. Uit deze reserve worden vervolgens in de beleidsperiode de verschillende activiteiten bekostigd. Zo is tot nu toe in totaal een bedrag van € 810.000 besteed via het project Call Centre,
146
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
en voor overige activiteiten in het kader van verbeteringsmaatregelen een bedrag van € 277.000. Eind 2009 bedraagt het saldo van de bestemmingsreserve Dienstverlening € 913.000. Dit bedrag is dus nog beschikbaar voor het komende beleidsjaar voor het Programma Dienstverlening. Voor nadere informatie wordt verwezen naar de rapportage majeure projecten.
Eindconclusie programma Dienstverlening Successen 1.
Het Project Callcenter is afgerond en het merendeel van de telefonische klantvragen aan de gemeente worden inmiddels afgehandeld in het callcenter.
2.
Het nieuwe telefoonnummer van de gemeente Leeuwarden (14058) is operationeel.
3.
De omvorming van de huidige sector Publiekszaken naar het Klantcontactcentrum (KCC) is vormgegeven (en wordt in 2010 doorgevoerd).
Verbeterpunten 1.
Dienstverlening kan altijd beter. Het komende jaar (laatste jaar financiering Programma Dienstverlening) blijft in het teken staan van de verbetering van de dienstverlening.
2.
De afhandeling van vragen via e-mail en post moet worden verbeterd. Dit gebeurt nu nog decentraal. In 2010 wordt dit binnen het KCC wordt opgepakt.
3.
Het aantal webdiensten is in 2009 uitgebreid, maar niet met het beoogde aantal. Deze vertraging wordt veroorzaakt door een koerswijziging binnen het samenwerkingsverband Dimpact en het besluit ten gevolge hiervan om niet toe te treden tot dit samenwerkingsverband.
Eindconclusie Binnen het programma dienstverlening zijn wij in staat om de belangrijkste doelstellingen te realiseren. Het streven om in 2010 een gemeentelijke klantcontactcentrum gerealiseerd te hebben waarin alle klantvragen (ongeachte het kanaal dat men kiest) worden gebundeld en uniform afgehandeld, kan worden gerealiseerd. In 2009 is ruim voldoende bijgedragen om de ontwikkeling per kanaal vorm te geven. Het telefonisch kanaal is ingericht, er wordt gewerkt aan een nieuwe website en uitbreiding van het digitaal loket en in 2010 zal het fysieke kanaal worden heringericht (door middel van een voorstel voor het aanpassen van de stadshal) en het postkanaal worden herontworpen. Klanten, burgers en ook bedrijven, zijn steeds meer tevreden over de gemeentelijke dienstverlening. In de ambtelijke organisatie staat dienstverlening hoger op de agenda, wat onder andere te merken is aan de deelname en het enthousiasme voor projecten als ‘klare taal’ en vernieuwing website.
147
Jaarrekening 2009 2 Beleidsbegroting
148
2.1 Programmaplan: Programma Dienstverlening (8)
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Politiek Bestuur (9)
Programma Politiek bestuur (9) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Bestuur en Middelen
Burgemeester F. Crone
P. Meerdink
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Uitvoeren aanbevelingen
De aanbevelingen van de burgervisitatiecommissie (BVC) zijn een impuls
burgervisitatiecommissie
voor voortdurende kwaliteitsverbetering. De BVC is van mening dat er wel verbeteringen zijn bereikt, zoals de kwaliteit van de raad(commissie)vergaderingen en de vergadertechniek van de raadsleden. Er wordt niet onnodig herhaald en standpunten worden helder kenbaar gemaakt. Ook de techniek rondom de vergaderingen is verbeterd, zoals geluid en beeld. Er zijn nog verbeteringen mogelijk wat betreft de toegankelijkheid van de website. Ook de communicatie over de raadsvergaderingen in het Huis-aan-huis krant kan verbeterd worden door een onderscheidende presentatie van informatie over de raad zoals de aankondiging van vergaderingen, aldus de BVC.
Versterken van samenwerking tussen
Op 11 december 2009 is het regioconvenant 2010-2020 ondertekend op
Leeuwarden en omliggende gemeenten
basis van het Visiedocument ‘De kroon van Fryslân’. Leeuwarden en de aangrenzende gemeenten geven hiermee een nieuwe richting aan hun onderlinge samenwerking.
Vernieuwen van samenwerking met
Provincie Fryslân en Leeuwarden hebben besloten aan het
provincie.
Stadsconvenant een vervolg te geven in de vorm van een Samenwerkingsagenda 2011-2021, waarin vijf grote projecten zijn opgenomen die voor stad en provincie van groot belang zijn: Watercampus, Landbouwcampus Leeuwarden, WTC/Expo en westelijke kantorenhaak, culturele hoofdstad en als laatste University Campus Fryslân. Ondertekening van de samenwerkingsagenda zal medio februari 2010 plaats vinden.
Successen 1.
Het nieuwe regioconvenant;
2.
Samenwerkingsagenda met provincie;
3.
de uitnodiging van de VNG om het VNG-congres in 2010 in Leeuwarden te organiseren.
Verbeterpunten Geen.
149
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Politiek Bestuur (9)
Wat wilden we bereiken? Strategisch algemeen doel
Een transparant,
Strategische hoofddoelen
Subdoelen
Goede volksvertegenwoordiging
A.
Professionele raad en raadsleden
B.
Een goede publieke verantwoording
Heldere hoofdrichtingen
C.
effectief en
Leesbare en toegankelijke beleidsuitgangspunten (kaderbrief, programmabegroting, jaarstukken en beleidsnota’s)
samenwerkend politiek
D.
Een goed geïnformeerde raad en goed informerend college.
bestuur
E.
Betrokkenheid van de burgers bij het ontwikkelen van beleid.
Een conforme uitvoering en uitwerking (door het College)
F.
Goed functionerende planning & control cyclus.
Effectieve bundeling van krachten
G.
Maximale benutting van middelen en partners en gericht werken met partners.
150
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Politiek Bestuur (9)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
2007 Heldere hoofdrichtingen C
Leesbare en toegankelijke beleidsuitgangspunten (kaderbrief, programmabegroting, jaarstukken en beleidsnota’s) Indicator: •
Het percentage raadsleden dat de
(2003)
o
Kaderbrief;
56%
87%
75%
12
80%
80%
o
Programmabegroting: realisatie 2007: 70%
61%
80%
75%
5
80%
80%
85%
75%
10
80%
80%
7.5
7
(2007) o
Jaarstukken
74%
als begrijpelijk typeert. •
De waardering door de burgervisitatiecommissie7 van de vergaderstukken uitgedrukt in een cijfer op een schaal van 1 - 10
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd. Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
Verbeteren website
x
+/-
Uitvoeren besluiten n.a.v. rapportage burgervisitatie
x
+
x
E
x
+
x
A, B, C
x
-
x
-
Prestaties Incidenteel Goede volksvertegenwoordiging • •
A, B, C
commissie •
Lokale tv optimaal benutten voor gemeentelijke raadsinformatie
Heldere hoofdrichtingen •
Analyse van lage waardering burgerparticipatie
E
Een conforme uitvoering en uitwerking •
Eenmaal per twee jaar kwaliteitsonderzoek Lokale
x
A, B, C,
Rekenkamer BV naar inzet en gebruik van
D, F
programmabegroting en jaarstukken Effectieve bundeling van krachten •
Samenwerken met steden in Europa
x
+
Prestaties Structureel
G Real.
Sub
2009
doel
+
B, E
Goede volksvertegenwoordiging •
Tijdig betrekken van de burger bij plan- en beleidsvoorbereiding door middel van doelgroepgerichte communicatie
•
Het optimaliseren van de communicatie tussen burger en raad
+
B
•
Duidelijk en begrijpelijk communiceren naar de burger
+
B
•
Het vergroten van bekendheid van de raad bij burgers
+
B
7
De burgervisitatiecommissie is weer actief. Taak van BVC: beoordelen of de aanbevelingen opgevolgd worden en met welk effect, en welke aanbevelingen nog meer aandacht vergen.
151
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Politiek Bestuur (9)
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
+
C, D, F
+
G
Een conforme uitvoering en uitwerking •
Het verbeteren en maken van de Programmabegroting en de Jaarstukken
Effectieve bundeling van krachten •
Aangaan van samenwerking met een stad binnen Europa, mede om in aanmerking te komen voor meer subsidiemogelijkheden
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
•
Uitvoeren aanbevelingen burgervisitatiecommissie
±
G
•
Versterken van samenwerking tussen Leeuwarden en omliggende gemeenten
+
G
•
Vernieuwen van samenwerking met provincie.
+
G
Goede volksvertegenwoordiging Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Geen.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige toelichting
De gemeenteraad van Leeuwarden heeft een eigen website: www.gemeenteraadleeuwarden.nl met uitgebreide mogelijkheden diverse informatie over de raad en de fracties op te vragen. Nieuw in 2009 is dat via een eenvoudig kalenderoverzicht de agenda’s en bijbehorende stukken voor de vergaderingen van de raad(commissies) zijn op te vragen. Ook zijn beeldverslagen van alle raad- en commissievergaderingen terug te zien op de website. De website van de raad is direct gerelateerd aan de website van de gemeente Leeuwarden. Deze laatste wordt in 2010 vernieuwd, waardoor ook de website van de gemeenteraad nog niet optimaal vormgegeven en toegankelijk is. Wel is er vanuit de griffie bijgedragen aan de ontwikkeling van de innovatie van de gemeentelijke website en zijn de voorwaarden die er vanuit de gemeenteraad gesteld worden, goed geborgd. Lokale TV Via Mercurius wordt tweewekelijks Dagtv uitgezonden. Een talkshow waarin politiek relevante onderwerpen worden besproken o.a. met raadsleden en portefeuillehouders. Verder wordt maandelijks het programma: ‘De raad deze maand’ uitgezonden, waarin de raadsvergadering wordt belicht. Actuele informatie van de gemeenteraad wordt via een zogenaamde tikker op het tvkanaal Mercurius verspreid. Het uitvoeren van besluiten naar aanleiding van het rapport van de burgervisitatiecommissie is een continu proces. Deze prestatie zal in het vervolg opgenomen worden onder structurele prestaties.
Subconclusie
Er zijn goede stappen gezet ten aanzien van de toegankelijkheid van gemeenteraadsstukken. Tevens wordt voortdurend aandacht besteed aan burgerparticipatie.
Heldere hoofdrichtingen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Het percentage raadsleden, dat de verschillende P&C-producten als begrijpelijk typeert, is fors toegenomen tot 80% en hoger.
Overige toelichting
Over het algemeen zijn raadsleden wel tevreden over deze documenten. Wel blijft het een terugkerend signaal dat de Programmabegroting en Jaarstukken te omvangrijk zijn en er veel complexe informatie in staat. Men moet de documenten leren lezen en doorgronden. In het kader van het project Lean programmabegroting, wordt een belangrijke stap gezet teneinde de omvang van de begroting en jaarstukken te beperken.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking
De analyse naar een lage waardering van burgerparticipatie is nog niet uitgevoerd. Reden daarvoor was dat er geen gemakkelijke onderzoeksmethode aanwezig is en dat voor uitvoering te weinig capaciteit beschikbaar was.
152
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Politiek Bestuur (9)
Een conforme uitvoering en uitwerking Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Geen
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking
In 2009 is traject van leanmanagement P&C-cyclus gestart met o.a. als doel om omvang en inhoud van programmabegroting en jaarstukken te verbeteren, mede op verzoek van raad. In zo’n fase is het niet zinvol om kwaliteitsonderzoek door Lokale Rekenkamer BV te laten uitvoeren.
Effectieve bundeling van krachten Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Geen
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige Toelichting
In het voorjaar van 2009 heeft een delegatie vanuit Klaipéda een bezoek gebracht aan Leeuwarden. Het lag in de bedoeling om in het najaar een tegenbezoek te brengen. Dit is uitgesteld tot januari 2010. De samenwerking met Klaipéda is gericht op concrete economische projecten in de sfeer van transitie naar kenniseconomie, havenactiviteiten en agri-nutri.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009 Beleidsproducten 071
Gemeenteraad
072
College van B&W
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
-29
-36
0
-36
-7
Saldo
80
12
-138
-47
-12
-59
73
12
-168
-83
-12
-95
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
4.290
39
4.237
8.566
332
-8.234
B
Begroting 2009 na wijziging :
4.475
18
4.430
8.922
432
-8.490
Rekening 2009 :
4.402
6
4.597
9.005
420
-8.585
73
12
-168
-83
-12
-95
C
Resultaat B-C
x € 1.000 Analyse van het resultaat van het programma :
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
baten
Gemeenteraad College van B&W - niet relevante posten
73
12
Totaal
73
12
-30
-30
-138
-138
-30 -12
85 -168
-83
Saldo
-150 85
-12
-95
Analyse en Toelichting Programma Politiek Bestuur Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Beleidsproduct
Toelichting wat de afwijking inhoudt en hoe dat is veroorzaakt.
071 Gemeenteraad
De tegenvaller van € 30.000 op overige lasten bestaat voor een bedrag van € 32.000 uit de storting in een in te stellen voorziening Dijkstal II, die voornamelijk is bedoeld voor de verbetering van de rechtspositie van raadsleden. Door diverse oorzaken is per saldo een voordeel ontstaan van € 2.000.
153
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
072 College van B&W
2.1 Programmaplan: Programma Politiek Bestuur (9)
De tegenvaller van € 138.000 is tot een bedrag van € 48.000 ontstaan door een overschrijding op de kosten van voorlichting, tot een bedrag van 36.000 door hogere kosten voor representatie B&W, tot € 10.000 door hogere accountantskosten, tot € 11.000 door hogere salariskosten B&W, tot € 9.000 door hogere kosten autovervoer B&W en tot € 24.000 door diverse oorzaken. Door diverse oorzaken is er een nadeel op de baten ontstaan van € 12.000.
Eindconclusie programma Politiek bestuur Successen 1.
Het nieuwe convenant Stadsregio Leeuwarden;
2.
Samenwerkingsagenda met provincie;
3.
de uitnodiging van de VNG om het VNG-congres in 2010 in Leeuwarden te organiseren.
Verbeterpunten Geen. Eindconclusie Het proces rondom het terugbrengen van de omvang van de jaarstukken en het lean inrichten ervan zijn evenals de continue aandacht voor burgerparticipatie en de toegankelijkheid van de raadstukken belangrijke ontwikkelingen.
154
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Bestuur en Middelen
Burgemeester F. Crone
S. Tolsma
Speerpunten begrotingsjaar 2009 Intensivering ketensamenwerking in het veiligheidshuis: - persoongerichte aanpak en gebiedgerichte aanpak
Realisatie en voortgang In het veiligheidshuis wordt op alle terreinen goed samengewerkt. De lijnen zijn erg kort waardoor snel kan worden ingespeeld op crisissituaties waarmee escalatie wordt voorkomen.
Gebiedsgerichte aanpak (Binnenstad,
In 2009 is veel geïnvesteerd in een projectmatige aanpak van het
Vrijheidswijk, Mondriaanbuurt,
Weazegebied om de drugsoverlast en straatprostitutie tegen te gaan. Dit
Heechterp/Schieringen-onderdeel van
betreft zowel fysieke als sociale, als strafmaatregelen. In 2010 wordt de
aanpak Kansenwijken/prachtwijken)
aanpak gecontinueerd.
Bestuurlijke aanpak georganiseerde
Het Regionaal Expertisecentrum Noord Nederland (RIEC) is in 2009
criminaliteit.
officieel van start gegaan. De samenwerking tussen politie, gemeente, OM en de belastingdienst is prima. In 2010 sluit het UWV zich ook aan.
Afronden en invoering van het
Het beleidsplan Brandweer Leeuwarden 2009–2012 is op 6 januari 2009
beleidsplan beheersing van de fysieke
door het college van B & W vastgesteld.
veiligheidsrisico’s 2009 – 2012 voor de brandweer in de gemeente Leeuwarden. Successen 1.
Wat betreft de aanpak overlastgevende dak- en thuislozen kan worden gemeld dat het aantal meldingen van het Meldpunt Overlast is gedaald van 59 naar 34. Het aantal personen dat op de lijst Versnelde Afhandeling Verslaafden staat en actief is, is gedaald van 83 naar 54. De jaarwisseling is rustig verlopen en er is weinig schade veroorzaakt. Het aantal minderjarige veelplegers is gedaald van 13 naar 3 eind 2009. Ook in de wijkveiligheidsindex is Leeuwarden in 2009 weer veiliger geworden en scoort nu een rapportcijfer van 7,39. Een ruime voldoende dus.
2.
Vanaf 1 juni 2009 voert de Brandweer Leeuwarden leidinggevende, administratieve en uitvoerende taken uit voor de Brandweer Boarnsterhim. Voor de verdere intensivering van de samenwerking vanaf 2010 is in het verslagjaar het beleidsplan voor de Brandweer Boarnsterhim 2010 – 2013 opgesteld.
3.
De dekking van de kosten nieuwbouw van de brandweerkazerne is gevonden binnen de bestaande budgettaire kaders. Binnen de Brandweer is gestart met het opstellen van het programma van eisen.
4.
Bij de dienst Brandweer zijn in 2009 – vooruitlopend op de invoering van de organisatiewijziging – drie beheersmatige teams gevormd in de sector operationele voorbereiding. Hierdoor zijn de taken en verantwoordelijkheden duidelijker voor het personeel geworden. Daarnaast is de organisatie beter voorbereid op de toekomst. Hierbij kan gedacht worden aan bredere inzetbaarheid van personeel in het kader van het loopbaanbeleid, samenwerking met brandweer Boarnsterhim en de regionalisering.
Verbeterpunten 1.
De aanpak van jeugdoverlast en –criminaliteit. In het beleidsplan integrale veiligheid 2010 t/m 2014 wordt hier uitvoerig op ingegaan. Door de coördinatie en directe aansturing van de overlastaanpak in de Taskforce jeugdoverlast vanuit de gemeente Leeuwarden kan directer en adequater worden ingesprongen op problemen door (groepen) jongeren. De werkwijze van de Taskforce moet vervolgens worden ingebed en geborgd in het veiligheidshuis.
2. 3.
De voorbereiding op de jaarwisseling eerder beginnen, zodat meer maatwerk geleverd kan worden. Een verbeterpunt vormt de beschrijving van de repressieve procedures. Een beschrijving hiervan geldt als randvoorwaarde voor het opzetten van een goede incidentevaluatie.
4.
In januari 2010 is de nieuwe beleidsnota veiligheid vastgesteld. Hierin zijn nieuwe doelstellingen opgenomen. De doelen en prestaties die voorheen in het kader van het GSB waren opgenomen, vervallen nu grotendeels. Het programma zal derhalve in de volgende begrotingen en verantwoording een iets andere opzet hebben.
155
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
Wat wilden we bereiken? Strategisch Algemeen
Strategische hoofddoelen8
Subdoelstellingen9
1.Veiligheid en openbare orde
A.
Daling van het aantal veelplegers.
•
B.
Vermindering overlast in de eigen woonomgeving door drugs,
Aanpak van huiselijk geweld, leidend tot een
C.
Minder overlast door jongeren en jeugdgroepen (MOP).
vermindering van (de herhaling van) huiselijk geweld.
D.
Veilige wijken.
(MOP).
E.
Lage criminaliteit onder Antilliaanse jongeren (MOP).
Minder overlast zowel in de openbare ruimte als in
F.
Lagere criminaliteit en uitval.
G.
Beperkte schade bij brand en een grotere overlevingskans bij
doel Minder veelplegers en minder door hen veroorzaakte kleine criminaliteit (MOP,). •
•
alcohol e.d.
woningen veroorzaakt door personen (waaronder jongeren, dak- en thuislozen, verslaafden) (MOP). •
Minder criminaliteit en overlast (o.a. door minderjarigen) in de risicogebieden en de woonomgeving (MOP).
Een veilig Leeuwarden
2. Brandweer •
Goede brandweerzorg en hulpverlening voor de
•
Het voorkomen van incidenten
bewoners en bezoekers van de gemeente Leeuwarden
8 9
(water)ongevallen. H.
Bewustzijn van brandveiligheid en de veiligheid bij andere gevaarlijke situaties.
Aanpak van het huiselijk geweld, leidend tot een vermindering van (de herhaling van) huiselijk geweld(MOP): zie programma Zorg en Opvang van de dienst Welzijn Zie toelichting op de volgende pagina
156
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen B
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
Vermindering overlast in de eigen woonomgeving door drugs, alcohol e.d. Indicator: •
Het percentage van de bevolking op wijkniveau dat aangeeft de afgelopen 12 maanden in de eigen woonomgeving overlast te hebben ervaren van drugsgebruikers, drugsdealers, alcoholisten en/of ‘enge’ mensen.
C
•
Vrijheidswijk
43%
17%
30%
-13%
30%
30%
•
Oranjewijk/ Tulpenburg
35%
20%
30%
-10%
30%
30%
•
Binnenstad
44%
42%
30%
+12%
30%
30%
11%
+2%
11%
11%
+0,19
7,2
7,2
Minder overlast door jongeren en jeugdgroepen (MOP) Indicator: •
Het percentage van de Leeuwarder bevolking dat
16%
13%
aangeeft de afgelopen 12 maanden in de eigen woonomgeving regelmatig en vaak overlast te hebben ervaren van rondhangende jongeren. D
Veilige wijken. •
Veiligheidsindex (monitor)
6,71
7,39
7,2
(monitor: de gemiddelde veiligheidsituatie uitgedrukt in rapportcijfer) Indicator: •
De cijfers van de door Leeuwarden ontwikkelde veiligheidsindex, een door de gemeente in samenwerking met het rijk ontwikkelde indicator (indeling wijken in rood, geel, blauw en groen).
E
•
Rood:
2
1
O.b.v.
O.b.v.
O.b.v.
•
Geel:
7
2
ana-
ana-
ana-
•
Blauw
11
11
lyse
lyse
lyse
•
Groen:
7
13
2008
2009
2010
Het percentage Antilliaanse jongeren dat in een traject
15 tra-
20
60%
60%
60%
zit en deze succesvol afrondt.
jecten
trajec-
Lage criminaliteit onder Antilliaanse jongeren. (MOP) Indicator: •
ten F
Lagere criminaliteit en uitval. Vermindering criminaliteit en uitval (MOP)=prestatie Indicator: •
Het totale aantal minderjarige autochtone en allochtone
20210
265
250
+15
225
200
49224
362
545
-183
520
490
verdachten neemt af. (betreft first-offenders, lichte criminelen en harde kern jongeren); •
Het totale aantal autochtone en allochtone verdachten van 18 tot 24 jaar neemt af. (In rechtbankzaken)
10
Streefcijfer voor beide leeftijdscategorieën aan het eind van de beleidsperiode.
157
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
30
Brandweer H
Bewustzijn van brandveiligheid en de veiligheid bij andere gevaarlijke situaties Indicatoren: geven van voorlichting over brandveiligheid: •
aantal scholen (per school 1 groep);
30
73
30
+ 43
30
•
aantal maatschappelijke groeperingen;
15
15
15
0
15
15
100 %
n.v.t.
100 %
100 %
100 %
Het organiseren van bewonersbijeenkomsten na grote incidenten.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd. Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
Prestaties Incidenteel Veiligheid en openbare orde •
Veiligheidshuis
x
x
x
•
Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit
x
x
x
x
+
G
x
+/-
G
x
+/-
H
F x
F
Brandweer •
Het voorbereiden van het besluit tot regionalisering van de Brandweer Leeuwarden.
•
Het uitvoeren van een onderzoek naar de beschikbare bluswatervoorzieningen in de gemeente Leeuwarden.
•
Implementatie van het evaluatiesysteem na grote incidenten.
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
+
C
+
D
Veiligheid en openbare orde
•
Jaarlijks worden alle jeugdgroepen in kaart gebracht en wordt op elke groep een plan van aanpak ontwikkeld en uitgevoerd. Op dit moment zijn er 13 hinderlijke en overlast gevende jeugdgroepen. In Leeuwarden zijn geen criminele groepen.
•
Er wordt een plan van aanpak gemaakt voor de wijken met de code rood. Als gevolg van de maatregelen krijgen de wijken die nu de code rood hebben, de code geel. De wijken met code geel houden minimaal de code geel. (MOP)
•
Jaarlijks worden 15 Antilliaanse jongeren in intensief traject opgenomen (MOP)
+
E
•
Realisatie van een sluitende aanpak voor risicojongeren, waarbij jaarlijks in diverse
+
F
-
F
+
F
trajecten 80 jongeren individueel worden begeleid naar wonen, scholing en werk, ter voorkoming van uitval en daardoor kans op verval in criminaliteit. (MOP)
•
Aantal (10) stadionverboden (SV) en begeleidingstrajecten risicosupporters met SV. De aanpak wordt geïntensiveerd met de intrede van de zgn. voetbalwet medio 2008.
•
Het opstellen van een contract tussen de strafketen partners en de lokale partners t.b.v. intensieve samenwerking. (MOP)
Brandweer •
Het introduceren en in stand houden van het loopbaanbeleid, aanstellingskeuring en
+
G
+
G
Periodiek Preventief Medisch Onderzoek (PPMO). •
Het uitvoering geven aan het loopbaanbeleid.
158
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
Prestaties Structureel •
Toepassen van het evaluatiesysteem na grote incidenten.
Realisatie speerpunten rekeningjaar •
Intensivering ketensamenwerking in het veiligheidshuis met als doel minder recidive en
Real.
Sub
2009
doel
+
H
Real.
Sub
2009
doel
+/-
F
verdere afname van de criminaliteit. •
Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit.
+
F
•
Afronden en invoering van het beleidsplan beheersing van de fysieke veiligheidsrisico’s 2009 –
+
H
2012 voor de brandweer in de gemeente Leeuwarden.
Veiligheid en openbare orde Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Momenteel hebben we ongeveer 80 landelijke stadionverboden, 25 lokale
Voetbalgeweld(F)
stadionverboden en 70 stadionomgevingsverboden. Dit is voornamelijk te wijten aan de rellen op 3 juni en ongeregeldheden in de overige wedstrijden in de nacompetitie.
Samenwerking in het
De integrale aanpak van jeugdcriminaliteit en – overlast kan nog beter gestalte
veiligheidshuis (F)
krijgen, ook de informatie-uitwisseling moet effectiever worden, waardoor de criminaliteitscijfers jeugd zullen afnemen.
Binnenstad
Voor het Blokhuisplein is gezamenlijk met onder andere de buurtbewoners een integraal plan van aanpak vastgesteld. De maatregelen in het plan van aanpak moeten ervoor zorgen dat de overlast veroorzaakt door de straatprostituees afneemt. Ook voor de Weaze is een integraal plan van aanpak samengesteld. Deze aanpak wordt in 2010 verder ontwikkeld en uitgezet. In 2009 is gestart met de collectieve horecaontzeggingen. Doelstelling is om in 2010 de CHO uit te breiden naar de gehele binnenstad. De subdoelstellingen nader onder de loep genomen: Vermindering overlast in de eigen woonomgeving door drugs, alcohol e.d: dit is teruggebracht van 44 naar 42%. Beoogd was 30%. Op dit terrein zijn we dus nog niet klaar.
Lagere criminaliteit en uitval
Minder overlast door jongeren en jeugdgroepen (MOP): de overlast is op stedelijk
onder jongeren
niveau teruggebracht van 16 naar 13%. De beoogde norm van 11% is niet gehaald. Om de overlast van rondhangende jongeren te verminderen is op de Weaze en in Camminghaburen een samenscholingsverbod ingesteld. Er zijn in totaal circa 145 verbalen voor overtreding van dit verbod uitgedeeld. - Lage criminaliteit onder Antilliaanse jongeren (MOP). De criminaliteit onder Antilianen van 12-23 jaar is verminderd met 54% (gebaseerd op KLPD cijfers 2008). De criminaliteit (af te lezen aan aantal rechtbankzaken is voor de categorie 18-23 jaar gedaald. Bij de categorie 12-18 jaar zien we een stijging. De intensivering van de aanpak jeugd in het veiligheidshuis en de inzet van straatcoaches vanaf 2010 moet ervoor zorgen dat ook bij deze categorie aan daling waarneembaar is van de criminaliteitscijfers.
Overige Toelichting Integrale veiligheidsmonitor
De gewogen criminaliteitscijfers uit de integrale veiligheidsmonitor zijn wegens problemen bij het CBS door hen niet op tijd definitief vastgesteld. Echter op basis van de cijfers die ons ter beschikking zijn gesteld en een eigen weging kunnen we met grote mate van zekerheid stellen dat Leeuwarden heeft zich verder positief ontwikkeld op de wijkveiligheidsindex. We scoren een ruimte voldoende. Zoals eerder vermeld is jeugdoverlast een zorgpunt.
159
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
Voetbalgeweld (F)
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
De zogenaamde voetbalwet is nog niet bekrachtigd door de Eerste Kamer. We verwachten dat dit in het voorjaar van 2010 plaatsvindt. Dit geeft ons meer armslag om nog efficiënter op te treden bij grote evenementen en/of calamiteiten. De zogenaamde voetbalwet is nog niet bekrachtigd door de Eerste Kamer. We verwachten dat dit in het voorjaar van 2010 plaatsvindt. Dit geeft ons meer armslag om nog efficiënter op te treden bij grote evenementen en/of calamiteiten.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijkingen Het ernstige voetbalgeweld
In 2009 is reeds een serie van maatregelen genomen (alcoholmatigingsbeleid,
op 3 juni 2009
strenger deurbeleid). Daarnaast wordt de intensiteit van de straatverlichting in de Coopmansstraat opgehoogd en worden politieauto’s uitgerust met camera’s en opnameapparatuur. De pakkans wordt daarmee groter en er gaat een preventieve werking uit van de maatregelen. Ook wordt in 2010 gestart met de inzet van een supporterscoördinator die nauw samentrekt met de andere straatcoaches in de stad
Intensivering
Het doel hiervan is minder recidive en verdere afname van de criminaliteit door:
ketensamenwerking in het
Persoonsgerichte aanpak (veelplegers, plegers huiselijk geweld, risico Antillianen,
veiligheidshuis
risicojeugdigen en jongvolwassenen, overlastplegers). Naast de aanpak van het S-
-Persoongerichte aanpak
team is eveneens intensieve gezinscoaching gezet op 7 Antilliaanse huishoudens. Nieuw in 2009 is het casusoverleg Hooligans in Beeld, waarmee we die categorie delinquenten met diverse partijen integraal aanpakken. De persoonsgerichte aanpak jeugd is nog voor verbetering vatbaar en dan met name de structurele samenwerking tussen de strafketen en lokale keten. In 2009 is het convenant getekend door alle partijen, zodat informatie-uitwisseling op cliëntniveau moeiteloos plaatsvindt.
Speerpunten
In 2009 een integraal plan opgesteld om de overlast van de straatprostituees op het
(toelichting)
Blokhuisplein en omstreken tegen te gaan. Naast fysieke en sociale maatregelen is er
Gebiedsgerichte aanpak
tevens een straatcoach voor de straatprostituees aangesteld.
(Binnenstad, Vrijheidswijk,
De samenwerking met horeca en winkelbedrijven verloopt prima. In 2009 is gestart
Mondriaanbuurt,
met de collectieve Horecaontzeggingen en collectieve winkelontzeggingen. Het
Heechterp/Schieringen-
kernwinkelgebied heeft de tweede ster KVO behaald. Het samenscholingsverbod op
onderdeel van aanpak
de Weaze is gecontinueerd met een half jaar en het gebied is uitgebreid met het
Kansenwijken/prachtwijken).
Waagplein/Herenwaltje. In de Vrijheidswijk is geïnvesteerd met extra opbouwwerk en het preventieteam. Het zakgeldproject draait voornamelijk in de genoemde wijken om veelal kansarme jeugd zinvolle vrijetijdsbesteding en een zakcentje te geven. Indien nodig schakelen de frontlijnteams het veiligheidshuis in op persoonsniveau. Deze relatie wordt in 2010 geïntensiveerd vanuit het veiligheidshuis. De jaarwisseling is in gezamenlijkheid voorbereid en relatief rustig verlopen. Overlastgevende groepen zijn actief benaderd.
Bestuurlijke aanpak
De inzet van de supporterscoördinator bij Cambuur en fysieke ingrepen in het
georganiseerde criminaliteit
stadiongebied. Het Regionaal Expertisecentrum Noord Nederland (RIEC) is in 2009 officieel van start gegaan. De ingewikkelde grote casussen worden door ons aangeleverd bij het RIEC voor nadere analyse en advies. De kleine zaken worden in het lokale bestuurlijke handhavingsoverleg afgewikkeld. Het is nog te prematuur om van successen te spreken omdat we in 2009 van start zijn gegaan en veel bronneninformatie en analyse nodig is eer we een zaak hebben. De samenwerking tussen politie, gemeente, OM en de belastingdienst is prima. In 2010 sluit het UWV zich ook aan.
Afronden en invoering van
Na vaststelling van het beleidsplan Brandweer Leeuwarden 2009–2012 door het
het beleidsplan beheersing
college van B & W zijn de leden van de gemeenteraad geïnformeerd. Een exemplaar
van de fysieke
van het beleidsplan is aan de raadsleden verzonden.
veiligheidsrisico’s 2009 –
In het beleidsplan is een paragraaf opgenomen met beleidsvoornemens en een
2012 voor de brandweer in
bijbehorende tijdsplanning. In 2009 is uitvoering gegeven aan een aantal van de
160
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
de gemeente Leeuwarden.
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
beleidsvoornemens die in de kolom 2009 worden genoemd. Bij een aantal beleidsvoornemens is enige vertraging in de uitvoering ontstaan.
Overige Toelichting
In het veiligheidshuis wordt op alle terreinen goed samengewerkt. De lijnen zijn erg
Intensivering
kort waardoor snel kan worden ingespeeld op crisissituaties waarmee escalatie wordt
ketensamenwerking in het
voorkomen.
veiligheidshuis
Binnen het veiligheidshuis is in 2009 het weekendarrangement ontwikkeld. Ook is er
-Gebiedsgerichte aanpak
een band tussen het Veiligheidshuis en het in 2010 te implementeren toezicht- en handhavingmodel Binnenstad.
Subconclusie
Zoals eerder in dit programma is gemeld, is een aantal cijfers door problemen bij het CBS niet goedgekeurd. Dit bemoeilijkt het trekken van conclusies enigszins. Wel kan worden geconcludeerd op basis van de beschikbaar zijnde cijfers en de eigen weging dat op verschillende terreinen voortgang is geboekt in de wijkveiligheidsindex. Een goede ontwikkeling zien we bij de Vrijheidswijk en de Vlietzone: de veiligheidssituatie is bij beiden sterk verbeterd. In de binnenstad zien we een kleine terugval die veroorzaakt wordt door overlast op diverse gebieden en de drugsproblematiek. Op gebied van samenwerking wordt met name gewezen op het feit dat de integrale ketensamenwerking in het veiligheidshuis verder is versterkt. De drugsoverlast is fors verminderd in Vrijheidswijk en Oranjewijk/Tulpenburg. De jeugdoverlast is vanaf 2004 weliswaar afgenomen van 16% naar 13% stedelijk, de beoogde norm van 11% is niet gehaald. Ook is geïnvesteerd in de gebiedsgerichte aanpak en is de bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit van de grond gekomen. Aandachtspunten op het gebied van veiligheid zijn met name de jeugd- en drugsoverlast in de Binnenstad en voetbalgerelateerd geweld. Hier wordt in 2010 (en verder) dan ook extra aandacht aan besteed.
Brandweer Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Aan het organiseren van bewonersbijeenkomsten na grote incidenten gaat het
Het organiseren van
opstellen van een voorlichtingsplan vooraf. Hiervoor is in 2009 door twee stagiaires
bewonersbijeenkomsten na
een ontwerp gemaakt. Dit ontwerp voldoet niet aan de door de dienst Brandweer
grote incidenten.
gestelde eisen. In 2010 zal door de communicatie assistent het voorlichtingsplan worden opgesteld. In de praktijk heeft zich in 2009 niet de situatie voorgedaan van een groot incident waarvoor nazorg aan omwonenden noodzakelijk was.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking
Het onderzoek naar de beschikbare bluswatervoorzieningen in de gemeente
Onderzoek beschikbare
Leeuwarden houdt in dat wordt onderzocht of als gevolg van nieuwe blustechnieken –
bluswatervoorzieningen
de brandweer Leeuwarden gebruikt bij het blussen het one-seven blusschuim – en
gemeente Leeuwarden
nieuwe ontwikkelingen, zoals een kleinere diameter van de waterleiding in nieuwbouwgebieden maar waar wel meer buitenwater beschikbaar is, de brandweer met minder brandkranen toe kan. Dit punt is in 2009 niet uitgevoerd omdat er nu nog geen beleid met betrekking tot bluswatervoorziening is opgesteld.
Implementatie
Om goed te evalueren is het nodig om de procedures goed te beschrijven (zoals
evaluatiesysteem na grote
inzetprocedures). Om deze reden is de implementatie van het evaluatiesysteem na
incidenten
grote incidenten uitgesteld. In de praktijk worden de incidenten wel in het sector MT beroepsgedeelte geëvalueerd aan de hand van vragen als: - wat ging anders tijdens de inzet dan verwacht? en - welke verbeterpunten kunnen uit het incident worden getrokken?
Afwijking Gezamenlijke huisvesting
Gezamenlijke huisvesting met de Hulpverleningsdienst Fryslân bleek niet mogelijk omdat geen ontsluiting voor de bezoekersfunctie GGD kon worden gerealiseerd. Op 31 augustus 2009 heeft de gemeenteraad hierop besloten tot nieuwbouw van de
161
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
brandweerkazerne voor alleen brandweer (zie successen). Overige Toelichting
In 2009 is door Cap Gemini als voorbereiding op de regionalisering van de Brandweer
Voorbereiden besluit
in Fryslân onderzoek gedaan naar de kwaliteit en financiën van de Friese
regionalisering Brandweer
brandweerkorpsen. Uit de uitkomsten van dit onderzoek blijkt dat er op dit moment onvoldoende onderbouwing bestaat om te komen tot het besluit om de brandweer te regionaliseren.
Speerpunten (toelichting)
In 2009 is met alle repressieve medewerkers een gesprek gevoerd met hun
Loopbaanbeleid
leidinggevende. Hierin is de rechtspositionele uitgangssituatie aan de orde gekomen. Daarnaast zijn onderzoeken uitgevoerd naar de doorstroommogelijkheden, de mogelijkheden tot strategische personeelsplanning en het verlichten van bezwarende functies. Deze activiteiten hebben tot doel: het implementeren en toetsen van het tot nu toe ontwikkelde beleid en HRM instrumenten en toetsing van de feitelijke (om)scholings- en doorstroommogelijkheden.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009 Beleidsproducten
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
Lasten
lasten
lasten
Baten
-92
129
93
223
15
329
42
371
20
-24
29
5
-57
434
164
598
Integraal veiligheidsbeleid
221
Brandweer
284
Rampenbestrijding
-44
29
462
29
Saldo
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
7.669
283
1.441
9.393
190
-9.203
B
Begroting 2009 na wijziging :
7.653
283
1.801
9.736
227
-9.509
C
Rekening 2009 :
7.191
254
1.858
9.302
391
-8.911
462
29
-57
434
164
598
Resultaat B-C
x € 1.000 Analyse van het resultaat:
Apparaats
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
Kosten
Lasten
kosten
lasten
baten
-76
-76
50
Saldo
Integrale Veiligheidmonitor Friesland
1.
- niet relevante posten: Totaal
-26
462
29
19
510
114
624
462
29
-57
434
164
598
Analyse en Toelichting Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Integraal veiligheidsbeleid
Het voordelige resultaat op apparaatskosten van € 462.000 wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door vacatures als gevolg van een reorganisatie bij de Brandweer. Voor stadstoezicht en veiligheid zijn via Reax drie gesubsidieerde krachten van Reax ingezet waaraan geen salariskosten zijn verbonden. In 2009 is door Companen de Integrale Veiligheidsmonitor uitgevoerd. De kosten van € 76.000 zijn betaald door de gemeente Leeuwarden. Bijdrage andere gemeenten was
162
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
€ 50.000, zodat per saldo voor de gemeente Leeuwarden een nadeel van € 26.000 resteerde.
Eindconclusie programma Veiligheid, openbare orde en handhaving Successen Daling jeugdcriminaliteit
Het aantal rechtbankzaken is afgenomen. Dit betreft mede een groep die veel onder de
18-023 jarigen
aandacht is en wordt gebracht in het veiligheidshuis. Met de intensivering van de groep in 2010 zal deze daling zich verder voortzetten
Straatroven afgenomen
Uit politiecijfers blijkt dat de straatroven verder afgenomen zijn . Een trend die zich vorig jaar al aandiende. Dit is een goede zaak. Het omvangrijke pakket een preventieve en repressieve maatregelen in de binnenstad heeft hiertoe bijgedragen.
Fietsendiefstal gedaald
Uit politiecijfers blijkt dat in 2009 het aantal fiets- en brommer diefstallen is gedaald van 1896 naar 1335 gevallen. Dit is een goede ontwikkeling. In 20910 krijgt de intensieve aanpak fietsendiefstal van gemeente en politie een vervolg wat moet resulteren in een verdere afname.
Verbeterpunten Aanpak jongerenoverlast 12-18 jarigen
Het aantal rechtbankzaken is wederom toegenomen. Ook is de jongerenoverlast in Leeuwarden nog niet in die mate afgenomen zoals beoogd. In 2010 zal de Taskforce jeugdoverlast de uitvoering en interventies strakker in de hand houden. Hiertoe worden de Welzijnsorganisaties ingezet, maar ook nieuwe straatcoaches aangenomen.
Mishandeling en bedreiging
Eind 2011 is de straatoverlast veroorzaakt door jongeren afgenomen.
toegenomen
Beide incidenten komen vaker voor in de politiecijfers. Bij bedreigingen zien we ook dat sms en andere moderne media worden ingezet. Bedreigen gaat hierdoor sneller en makkelijker.
Eindconclusie Het ontbreken van een deel van de cijfers maakt het lastiger om eindconclusies te trekken. Aan de hand van de wel bekende cijfers en verrichte prestaties kan echter worden gesteld dat de uitvoering van het programma op koers ligt. Hierbij dient wel te worden aangetekend dat op Veiligheidsgebied externe factoren soms een relatieve grote invloed kunnen hebben op de veiligheid in de gemeente. Begin 2010 is de Beleidsnota veiligheid 2010-2014 vastgesteld. Hierin zijn de lijnen uitgezet voor de komende jaren. Punt van aandacht hierbij is het feit dat naar aanleiding van de daling van de Rijksmiddelen Veiligheid door de gemeenteraad is besloten dat de genoemde beleidsnota alleen voor 2010 en 2011 is vastgesteld. Dit omdat na 2011 de financiële middelen ontbreken voor een volwaardige uitvoering van de nota.
163
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
164
2.1 Programmaplan: Programma Veiligheid, openbare orde en handhaving (10)
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Sport (11)
Programma Sport (11) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder M. Florijn
Mw. F. Ytsma
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Herziening programma Sport voor het
De gemeenteraad heeft het herziene programma Sport 2010
begrotingsjaar 2010
vastgesteld. Daarmee zijn de doelen 2009 en nulmeting vervallen.
Optimaliseren sportcomplexen
Het verbeteren sportcomplex Nijlân is zo goed als afgerond. De laatste oplevering wordt verwacht in februari 2010 (afhankelijk van de vorst in de grond). Voor Kalverdijkje Noord-Zuid is een notitie opgesteld waarin een aantal scenario’s zijn beschreven. In 2010 wordt scenario 1 gerealiseerd.
Opstellen structuurplan Sport (in
Er is een haalbaarheidrapportage opgesteld die is besproken in
relatie tot het sportconcentratiegebied
Commissie Welzijn. Een verdere uitwerking volgt.
in de Zuidlanden) Verbeteren van de vitaliteit van
Dit is een gezamenlijk traject van de gemeente Leeuwarden met de
sportverenigingen
KNVB. De vitaliteit van verenigingen is in beeld gebracht. Conclusies zullen in een eindrapportage worden weergegeven.
Successen 1.
In 2009 is een vervolg gegeven aan het Europaproof maken van bv SPORT. Dit heeft geresulteerd in goede beschrijvingen van de activiteiten. In 2010 zal de kostprijsberekening per activiteit worden toegevoegd.
2.
Het haalbaarheidsonderzoek de Zuidlanden is afgerond en positief ontvangen door betrokken partijen. Op onderdelen wordt de uitwerking opgepakt.
3.
De verhuizing van FVC naar het Wiardacomplex is afgerond
4.
Leeuwarden is speelstad voor de voorrondes van het EK Korfbal 2010. Het Oranjeteam speelt hier.
Verbeterpunten 1.
Het overleg met wijkzaken en bv SPORT waarin vernieuwde afspraken zijn gemaakt over de grenzen van het onderhoud op sportconcentratiegebieden en sportcomplexen (zgn. grijze gebieden overleg) heeft langer geduurd dan verwacht en wordt in 2010 afgerond.
165
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Sport (11)
Wat wilden we bereiken? Strategisch algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelen
Mogelijkheden tot sportbeoefening
A.
Het gebruik door sporters van de gemeentelijke
Voldoende mogelijkheden voor burgers om hun vrije tijd
basissportaccommodaties blijft jaarlijks minimaal gelijk aan (gewijzigd)
te besteden aan sportbeoefening (actief of passief) of
basisjaar 2007
sportief te bewegen (individueel of in verenigingsverband) Een sportieve, gezonde
Ontwikkeling sporten
B.
Leeuwarders blijven in gelijke mate of meer sporten
en leefbare
Bestaande sporten zijn voldoende ontwikkeld en nieuwe
C.
Het percentage jeugdigen onder de 18 jaar dat sport, blijft minimaal
samenleving
sporten kunnen worden ontwikkeld D.
De ledenaantallen van sportverenigingen blijven jaarlijks constant of
gelijk groeien verhoudingsgewijs met hetzelfde percentage waarmee het inwoneraantal van Leeuwarden toeneemt
Sportevenementen
E.
Leeuwarden is een stad met topsportevenementen
Gelegenheid bieden om sportevenementen te kunnen
F.
Verenigingen organiseren minimaal 8 bijzondere sportevenementen die
organiseren Maatschappelijke problemen/sociale integratie
G.
Het sportaanbod bereikt minimaal 20.000 inwoners van Leeuwarden
Minder maatschappelijke problemen en een betere
H.
Er worden minimaal 25.000 bezoeken aan de zwembaden gerealiseerd uit
sociale integratie voor de burgers
166
vallen onder de subsidieverordening
specifieke doelgroepen
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Sport (11)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
Mogelijkheden tot sportbeoefening A
Het gebruik door sporters van de gemeentelijke basissportaccommodaties blijft jaarlijks minimaal gelijk aan (gewijzigd) basisjaar 2007 Indicatoren: •
Bezetting gemeentelijke basissportaccommodaties o
Uren gebruik sporthallen
9000
11780
9000
o
Zwembadbezoekers
5.2*
5.01
5.2
+2780 -0.19
o
Uren gebruik sportcomplexen
4850
2522
4850
-2328
o
Uren gebruik gymlokalen
21000
10505
25000
-14495
4
4
4
0
8
11
10
+1
* Aantal zwembadbezoekers versus inwoneraantal Ontwikkeling sporten D
De ledenaantallen van sportverenigingen blijven jaarlijks constant of groeien verhoudingsgewijs met hetzelfde percentage waarmee het inwoneraantal van Leeuwarden toeneemt Indicator: •
Ledenaantallen bij sportverenigingen
Sportevenementen E
Leeuwarden is een stad met topsportevenementen Indicator: •
F
Aantal topsportevenementen per jaar
Verenigingen organiseren minimaal 8 bijzondere sportevenementen die vallen onder de subsidieverordening Indicator: •
Aantal bijzondere sportevenementen per jaar
Maatschappelijke problemen/sociale integratie G
Het sportaanbod bereikt minimaal 20.000 inwoners van Leeuwarden Indicatoren: •
Aantal deelnemers aan de verschillende sportprojecten o
Breedtesport Impuls
5000
19500
5000
+14500
o
55+ activiteiten
5000
7900
6000
+1900
o
Vliegende sportbrigade
12000
2000
15000
-13000
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd.
Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
x
+
Algemeen •
Herziening Programma Sport
A t/m H
Mogelijkheden tot sportbeoefening •
Ontwikkelen 4e sportconcentratiegebied in de Zuidlanden
x
+/-
•
Realisering Sporthal Kenniscampus
x
+/-
•
Optimalisering gebruik bestaande complexen
x
+/-
x
A A
x
A
167
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Sport (11)
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
doel
+/-
A
-
A
+
E, F
Mogelijkheden tot sportbeoefening •
Het (doen) realiseren van nieuwe sportvoorzieningen in de stad
•
Meewerken aan de totstandkoming van private sportaccommodaties
Sportevenementen •
Financieel bijdragen aan topsportevenementen
Realisatie speerpunten rekeningjaar •
Herziening programma Sport voor het begrotingsjaar 2010
•
Optimaliseren sportcomplexen
•
Opstellen structuurplan Sport (in relatie tot het sportconcentratiegebied in de Zuidlanden)
•
Verbeteren van de vitaliteit van sportverenigingen
Realisatie nieuw beleid/ombuiging •
Voortzetting Breedtesport Impuls (ISI)
Real.
Sub
2009
doel
+
A t/m H
+/-
A
+
A
+/-
G, H
Real.
Sub
2009
doel
+
G, H
Algemeen Herziening programma
Het Programma Sport is herschreven met als resultaat een eigentijds programma waarin
Sport
de nadruk op een leven lang bewegen is komen te liggen.
Mogelijkheden tot sportbeoefening Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Bezetting sportaccommodaties
In 2009 zijn geen contacten geweest met private organisaties om mogelijkheden tot
(A)
sportbeoefening te ontwikkelen. In 2009 is prioriteit gegeven aan het haalbaarheidsonderzoek de Zuidlanden, optimalisering sportcomplexen, herziening subsidieregelingen, herziening programma Sport 2010-2013 en het Europaproof maken bv SPORT. De hoger aantal gerealiseerde uren gebruik sporthallen heeft te maken met de realisatie van een extra sporthal bij het Friesland College. In het aantal uren gebruik sportcomplexen is alleen het aantal uren opgenomen dat door scholen gebruik wordt gemaakt van de sportvelden. Het gebruik van de sportvelden door verenigingen wordt niet geregistreerd in uren. In totaal hebben 380 teams van de verschillende verenigingen gebruik gemaakt van de sportvelden. Het aantal uren gymlokalen is gebaseerd op het aantal uren dat door de verenigingen de gymlokalen worden gehuurd. In de daguren worden de gymlokalen voor het overgrote deel gebruikt door onderwijs.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Sporthal Kenniscampus
Er is gestart met de bouw van de sporthal Kenniscampus. Het traject heeft wel vertraging opgelopen. Hierdoor is de sporthal Kenniscampus nog niet opgeleverd. Oplevering wordt verwacht in het najaar 2010.
Optimaliseren sportcomplexen
Met het vaststellen van het Investeringsprogramma 2006-2010 is in 2006 een start gemaakt met het optimaliseren van de sportconcentratiegebieden en sportcomplexen. In 2010 wordt sportconcentratiegebied Nijlân opgeleverd en een start gemaakt met Kalverdijkje Zuid. Laatstgenoemde gebied is tevens het laatste sportcomplex dat vanuit het bestaande investeringsprogramma wordt geoptimaliseerd.
168
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Sport (11)
Speerpunt (toelichting) Opstellen structuurplan Sport
Er is een haalbaarheidrapportage opgesteld die is besproken in Commissie Welzijn. Vervolg: verder uitwerking op onderdelen waarbij de volgende onderwerpen als eerste worden opgepakt: ijshal in relatie tot zwembad met openluchtmogelijkheid; topsporthal in relatie tot onderwijs.
Overige toelichting Subsidie bv SPORT
Voor de door de gemeente in rekening gebrachte huur ontvangt bv SPORT een subsidie. Door de huurverhoging is ook de subsidie met eenzelfde bedrag verhoogd.
Subconclusie
Het optimaliseren van de sportvoorzieningen is bijna voltooid.
Ontwikkeling sporten Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Ledenaantallen
In de wetenschap dat het programma Sport zou worden herzien is er geen nulmeting
sportverenigingen (D)
meer verricht.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Speerpunt
In het Grotestedenbeleid-traject met de KNVB zijn gesprekken gevoerd met de
Verbeteren van de vitaliteit van
Leeuwarder voetbalverenigingen om onderzoek te doen naar de vitaliteit van de
sportverenigingen
voetbalverenigingen in Leeuwarden. Conclusies zullen in een eindrapportage worden weergegeven.
Subconclusie
Alles verloopt volgens plan.
Sportevenementen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige Toelichting Subsidieregelingen
Er is een nieuwe regeling subsidie (top)sportevenementen ontwikkeld ter vervanging van de regeling subsidie Incidentele Sportevenementen en de regeling subsidie Topsportevenementen. De regeling wordt in 2010 vastgesteld.
Subconclusie
Alles verloopt volgens plan.
Maatschappelijke problemen/sociale integratie Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Aantal deelnemers
Zoals eerder aangegeven registreert bv SPORT in de huidige systematiek op deelnamen. Dit betekent dat in de registratie van het aantal deelnamen niet is meegenomen welke deelnemers aan meerdere activiteiten meedoen. Hierdoor wordt het moeilijk om het aantal deelnemers exact te vermelden. Onder het kopje Breedtesport Impuls wordt een optelsom gemaakt van het aantal deelnemers aan beweeglessen gedurende schooltijd en na- en buitenschoolse activiteiten inclusief de BOS activiteiten. Hierin is meegenomen dat verschillende deelnemers aan meerdere activiteiten deel nemen. Het getal 15.000 (begroting) verwijst naar het aantal deelnamen aan het Sport Buurt Werk. Het Sport Buurt Werk bevat meerdere activiteiten: de Vliegende Sport Brigade is daar één van. Voor deze activiteit is het aantal deelnemers ± 2000.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Nieuw beleid Breedtesport
De voortzetting van de Breedtesport Impuls wordt uitgevoerd door bv SPORT via het programma Beweegactiviteiten.
Subconclusie
Alles verloopt volgens plan.
169
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Sport (11)
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
-47
135
88
-136
1
9
10
144
98
-136
Beleidsproducten 034
Sport en ontspanning
035
IJswegen
-46
0
Saldo
-48 10 -38 x € 1.000
Lasten en baten 2009 totale programma
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
Baten
Saldo
lasten
lasten
A
Begroting 2009 primitief
250
5.781
6.031
294
-5.737
B
Begroting 2009 na wijziging :
186
6.566
6.752
6.414
-338
Rekening 2009 :
232
6.422
6.654
6.278
-376
Resultaat B-C
-46
144
98
-136
-38
C
x € 1.000 Analyse van het resultaat: 1.
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
Saldo
Sport en ontspanning - niet relevante posten:
-46
144
98
-136
-38
Totaal
-46
144
98
-136
-38
Analyse en Toelichting Programma Sport Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? Toelichting
Gezien de hoogte van de bedragen behoeven deze geen nadere toelichting.
Eindconclusie programma Sport Successen In 2009 is een nieuwe regeling ontwikkeld voor het kunnen subsidiëren van incidentele en topsportevenementen. Het Sportfeest 2009 is georganiseerd door bv SPORT als onderdeel van de Leeuwarder Club Challenge. Leeuwarden is de speelstad van het korfbal oranjeteam in de voorrondes van het EK Korfbal 2010. Tot slot is het Programma Sport herschreven met als resultaat een eigentijds programma waarin de nadruk op een leven lang bewegen is komen te liggen. Verbeterpunten Het traject Europaproof maken van de subsidie bv SPORT afronden. Eindconclusie De doelen van het “oude” Programma Sport zijn voor het merendeel gehaald.
170
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
Programma Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen (12) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Stadsontwikkeling
Wethouder H. Deinum
L. Kappert
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang
Actualisatie verouderde
Bestemmingsplannen Wirdum, Vrijheidswijk Zuidwest, Vrijheidswijk
bestemmingsplannen
Noordoost, partiële herziening Industriegebied-West en herziening Techum en een parapluregeling bestemmingsplannen zijn vastgesteld. Bestemmingsplannen Camminghaburen, Vossepark en Wijtgaard zijn als ontwerp (vrijwel) gereed.
Implementatie WRO (1-7-2008) en
De gemeente voldoet aan de digitale vereisten conform de Wro. De
WABO (inwerkingtreding per 1-1-
parapluregeling bestemmingsplannen vereenvoudigt de procedure
2010)
voor kleine ruimtelijke plannen. De WABO is door het rijk uitgesteld en treedt naar verwachting op 1-7-2010 in werking.
Gebiedsontwikkeling rood-groen
De groenkaart is vastgesteld. De 1e fase van de Kenniscampus is
(Kenniscampus, Oostelijke
aangelegd en beide hogescholen zijn in bedrijf. In samenwerking met
Binnenstad, Potmarge, Dokkumer Ee,
de Provincie komt er een ondergrondse parkeergarage voor het
Wielengebied, Nieuw Stroomland)
Provinciehuis en er is een stedenbouwkundig plan opgesteld voor de Tweebaksmarkt. De Atoglas-locatie is verworven t.b.v. de realisatie van de Watercampus aan de Potmarge. De structuurvisie Wielengebied is door de raad vastgesteld. De Dokkumer Ee-visie is gereedgemaakt voor een uitgebreid inspraaktraject dat in het begin van 2010 zal plaatsvinden. Voor Nieuw Stroomland is de richtlijnennotitie t.b.v. de structuurvisie en de Planmer vastgesteld.
Zorgen voor integrale
In 2007 is gestart met het maken van toekomstbeelden voor de
toekomstbeelden voor een aantal
wijken, onder andere als reactie op de visies die de wijken zelf hebben
wijken
opgesteld. In 2009 zijn er voor de wijken Bilgaard, de Muziek-, Transvaal- en Vogelwijk, Nijlân en Achter de Hoven een toekomstbeeld opgesteld. Voor Camminghaburen, de Vlietzone en Tjerk Hiddes/Cambuursterhoek zijn de toekomstbeelden inmiddels in een vergevorderd stadium.
Successen 1.
De gemeente Leeuwarden is ‘DURP-proof’: wij voldoen aan de wettelijke vereisten ten aanzien van de Digitale Uitwisseling van Ruimtelijke Plannen (DURP) en kunnen zelf IMRO-gecodeerde bestemmingsplannen maken, vaststellen en plaatsen op de landelijke website RO-online.
2.
De ‘Groenkaart’ is vastgesteld en een uitvoeringsprogramma is voorbereid.
3.
De toekomstverkenning gebiedsgericht werken is afgerond. Deze heeft als resultaat een plan van aanpak en actielijst ter verbetering van het gebiedsgericht werken.
Verbeterpunten 1.
Actualisatie van bestemmingsplannen minder afhankelijk maken van stedelijke dynamiek.
2.
Gebruiksvriendelijkheid inzien van digitale ruimtelijke plannen verbeteren.
3.
Monitoren toekomstbeelden.
171
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
Wat wilden we bereiken? Strategisch Algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Ruimtelijke ordening
A.
Gewenste dynamiek bestuurlijk vastgesteld.
Een adequaat ruimtelijk beleid om de gemeentelijke
B.
Actuele bestemmingsplannen.
ambities mogelijk te maken.
C.
Bestemmingsplan digitaal toegankelijk.
D.
Correcte afhandeling RO-procedures.
E.
Actuele digitale geometrische basisobjecten beschikbaar.
F.
Bewoners zijn zelfstandig en deskundig en hebben voldoende
Een evenwichtige woonwerk- en leefstad (inclusief de dorpen), die een sterke positie inneemt in Fryslân en het Noorden. Wijken en dorpen Een grotere zelfstandigheid en deskundigheid onder bewoners en meer invloed van bewoners op het beleid.
172
invloed op gemeentelijk beleid. G.
Wijk- en dorpspanels zijn bekend.
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
70%
90%
50%
90%
Begr
Begr
2010
2011
-20%
100%
100%
-40%
95%
95%
Ruimtelijke ordening C
Bestemmingsplan digitaal toegankelijk. Indicator: •
(2006)
Percentage geactualiseerde bestemmingsplannen dat
30%
digitaal (IMRO-codering) opgesteld is. D
Correcte afhandeling RO-procedures. Indicator: •
Percentage projectbesluiten en planschadeverzoeken dat volgens vastgesteld tijdspad afgehandeld wordt.
Wijken en dorpen F
Bewoners zijn zelfstandig en deskundig en hebben voldoende invloed op gemeentelijk beleid. Indicatoren: •
Percentage bewoners dat tevreden is over het
66%
functioneren van panels in wijken/dorpen
57%¹
60%*
4,53¹
5,5*
(2007)
(totaal scores zeer goed/goed/neutraal). •
Tevredenheid van bewoners over invloed op beleid
4,35
(minimum 1 en maximum 10). •
(2007)
Het aandeel van wijk- en dorpsbudgetten dat
97
99
95-100
95-100
17%
14%¹
20%*
48%¹
40%*
daadwerkelijk besteed of gereserveerd wordt aan het op hetzelfde niveau houden (in % van het totale beschikbare jaarbudget). G
Wijk- en dorpspanels zijn bekend: Indicatoren: •
Percentage inwoners dat niet van het bestaan van panels afweet.
•
(2007)
Percentage inwoners dat weet wat de taak van de wijkpanels is.
42%
(meting via wijksignaleringssysteem)
(2007)
¹ Het betreft voorlopige cijfers, in afwachting van de definitieve weegfactoren van het CBS.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd.
Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
x
Ruimtelijke ordening •
Actualisatie bestemmingsplannen (jaarstukken)
x
+/-
•
Implementatie WRO en WABO
x
+/-
Prestaties Structureel
B D Real.
Sub
2009
doel
+/-
F, G
Wijken en dorpen •
Monitoren voortgang toekomstbeelden.
173
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel B
•
Actualisatie verouderde bestemmingsplannen
+/-
•
Implementatie WRO (1-7-2008) en WABO (inwerkingtreding per 1-1-2010)
+/-
A
•
Gebiedsontwikkeling rood-groen (Kenniscampus, Oostelijke Binnenstad, Potmarge, Dokkumer
+
A,D
Ee, Wielengebied, Nieuw Stroomland) •
Zorgen voor integrale toekomstbeelden voor een aantal wijken
Realisatie nieuw beleid/ombuiging
+ Real.
Sub
2009
doel
•
Gebiedsontwikkeling binnenstad
+
A
•
Wielengebied (investeringsdeel)
+
A
Ruimtelijke ordening Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Bestemmingsplan digitaal
In 2009 is prioriteit gegeven aan de selectie en implementatie van de software t.b.v.
toegankelijk (C)
IMRO-gecodeerde plannen. Het was niet doelmatig (en ook niet wettelijk verplicht) om dit mee te nemen in reeds opgestarte plannen als het bestemmingsplan Wirdum.
Overige Toelichting Correcte afhandeling RO-
In begin 2009 waren er nog 27 planschadeverzoeken. Daarvan zijn er inmiddels 21
procedures (D)
afgehandeld. Er zijn in 2009 3 nieuwe verzoeken ingediend. Vanwege de inhaalslag van de oude verzoeken is het niet gelukt het beoogde tijdspad te halen. Voor de Mondriaanbuurt is een projectbesluit vastgesteld volgens het vastgestelde tijdspad. Verder is er in 2009 een nieuwe nadeelcompensatieverordening vastgesteld waardoor de afhandeling van deze verzoeken kan worden versneld.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Actualisatie
Omdat er enerzijds prioriteit wordt gegeven aan de planologische begeleiding van
bestemmingsplannen
woningbouw- en infra-projecten en anderzijds wordt gewacht op het bestuurlijk
(jaarstukken)
vastleggen van de ruimtelijke koers in dynamische gebieden voordat kan worden begonnen met het bestemmingsplan (bijv. Tesselschadestraatzone en binnenstad) is de beoogde planning niet gehaald. Voor 1 juli 2013 moeten nog 25 bestemmingsplannen door de raad worden vastgesteld, afgezien van de plannen voor de Zuidlanden en postzegelplannen voor nieuwe initiatieven. Hiervan zijn 8 plannen al in voorbereiding danwel als ontwerp gereed. Afhankelijk van de voortgang van de besluitvorming over ontwikkelingsgebieden als Nieuw Stroomland, Spoordok en WTC zal een keuze worden gemaakt tussen een globaal plan, een plan met uitwerkingsbevoegdheden of wellicht een beheersverordening om te voorkomen dat de legessanctie in werking treedt. De raad wordt jaarlijks over de voortgang geïnformeerd.
Speerpunten (afwijking) Actualisatie verouderde
Omdat alle verouderde plannen op 1 juli 2013 geactualiseerd moeten zijn, wordt het
bestemmingsplannen
onvermijdelijk dat de actualisatie van de plannen meer wordt losgekoppeld van de vaak moeilijk planbare ruimtelijke ontwikkelingen in het plangebied, die dan in een ‘eigen’ ruimtelijke procedure zullen moeten voorzien. Dat betekent dus dat er twee keer een bestemmingsplan voor die gebieden moet worden gemaakt. Nadeel hiervan is dat het aantal bestemmingsplannen weer zal oplopen. Inmiddels is er een planning opgesteld die aangeeft dat tot 2013 per jaar 9 bestemmingsplannen geactualiseerd moeten worden. Met hulp van de dit jaar vastgestelde parapluregeling kan overigens bij nieuwe initiatieven soms voor een lichtere procedure worden gekozen.
174
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
Implementatie WRO (1-7-
In maart 2009 heeft de gemeenteraad de uitvoeringsmaatregelen nieuwe Wro
2008) en WABO
vastgesteld en in het najaar heeft het college de raad per brief geïnformeerd over de
(inwerkingtreding per 1-1-
inzet van het instrument structuurvisie. Inhoudelijk is in 2009 veel aandacht en tijd
2010)
besteed aan de implementatie van het digitaal maken en beschikbaar stellen van bestemmingsplannen en de hiermee gepaard gaande wettelijke verplichtingen die per 1-1-2010 zijn ingegaan. De inwerkingtreding van de WABO is vooralsnog door het rijk uitgesteld tot 1-7-2010.
Speerpunten (toelichting) Gebiedsontwikkeling rood-
De aandacht voor gebiedsontwikkeling is niet alleen gericht op het opstellen van de
groen (Kenniscampus,
ontwikkelingskaders, maar met name op de realisatie van strategische projecten met
Oostelijke Binnenstad,
sterke partners. Voorbeelden hiervan zijn de parkeergebouwen voor de Provincie in de
Potmarge, Dokkumer Ee,
oostelijke binnenstad en voor de nieuwe en gevestigde bedrijven in het
Wielengebied, Nieuw
Tesselschadestraatgebied.
Stroomland)
Een ander uitvoeringsplan is de realisatie van de Watercampus in de Potmargezone. De Dokkumer Ee-visie is gereedgemaakt voor een uitgebreid inspraaktraject dat in het begin van 2010 zal plaatsvinden. Het waterschap is een belangrijke partner bij de aanpak van het Wielengebied en de Provincie heeft het voortouw genomen bij de ontwikkeling van Nieuw Stroomland.
Nieuw beleid
De gereserveerde middelen ten behoeve van de Oostelijke binnenstad (herinrichting
(toelichting)
Tweebaksmarkt e.o.) zijn nog niet besteed, maar begin 2010 is wel het stedenbouwkundig plan vastgesteld. Met de uitvoering van het Wielengebied is inmiddels begonnen.
Subconclusie
De aandacht bij het programma ruimtelijke ordening gaat vooral uit naar het goed bedienen van de ontwikkelingsprojecten. Vanwege het grote economische belang worden die projecten met prioriteit bediend, maar dit gaat ten koste van de reguliere actualisatie van bestemmingsplannen. In de komende drie jaar moeten gemiddeld 9 plannen per jaar worden vastgesteld en moet tijdig worden beoordeeld welk type bestemmingsplan voor de dynamische gebieden wordt gekozen. Voor de actualisatie heeft de raad voldoende middelen beschikbaar gesteld. In de werkplanning zal echter meer prioriteit worden gegeven aan de actualisatieslag, naast het bedienen van de ontwikkelingsprojecten. Daarnaast zijn er op het gebied van wetgeving veel veranderingen en onduidelijkheden. De nieuwe werkwijze voor het opstellen van bestemmingsplannen geeft enige aanloopproblemen in de werkprocessen. Ook zal nog moeten worden afgewacht wat de AMvB Ruimte van het Rijk en de Provinciale Verordening zullen gaan betekenen voor de bestemmingsplannen.
Wijken dorpen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Bewoners zijn zelfstandig
De score voor tevredenheid over panels in wijken en dorpen ligt vlakbij het streefcijfer
en deskundig (F)
2010 (57% versus 60%). De score voor de tevredenheid van bewoners over invloed op gemeentelijk beleid ligt bijna een volledige punt onder het streefcijfer 2010. We constateren dat de score sinds 2005 redelijk stabiel is op ongeveer 4,5.
Wijk- en dorpspanels zijn
De tegenvallende scores onder F worden deels gecounterd door de goede resultaten
bekend (G)
bij deze indicator. De panels zijn een factor van belang geworden: een zeer groot deel van de wijkbewoners kent de panels en de bekendheid met de taak van de panels ligt ook vrij ruim boven het streefcijfer.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Monitoring voortgang
Sinds 2007 worden gemeentelijke toekomstbeelden gemaakt, als reactie op de visies
toekomstbeelden
vanuit de bewoners. In 2009 is een begin gemaakt met het monitoren daarvan, om
175
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
zorg te dragen dat ook op de langere termijn de gemeentelijke activiteiten sporen met de inhoud van het toekomstbeeld. Deze monitoring zal in 2010 meer inhoud krijgen. Speerpunten (toelichting) Integrale toekomstbeelden
In 2007 is gestart met het maken van toekomstbeelden voor de wijken, onder andere als reactie op de visies die de wijken zelf hebben opgesteld. In 2009 zijn er voor de wijken Bilgaard, de Muziek-, Transvaal- en Vogelwijk, Nijlân en Achter de Hoven een toekomstbeeld opgesteld. Voor Camminghaburen, de Vlietzone en Tjerk Hiddes/Cambuursterhoek zijn de toekomstbeelden inmiddels in een vergevorderd stadium.
Subconclusie
Het jaar 2009 was een goed en productief jaar voor Gebiedsgericht werken. Een aantal prestaties is gehaald en structureel ingebed in de processen: •
2010 is het laatste jaar van de Dorpennota. De visie, wensen en activiteiten worden opgenomen in de dorpenprogramma’s.
•
De activiteiten van de corporaties zijn in 2009 weer opgenomen in de
•
De incidentele prestatie “vervolgstappen gebiedsgericht werken maken” kan
wijkprogramma’s en inmiddels een standaardonderdeel van de wijkprogramma’s. vanaf 2010 omgezet worden naar de structurele prestatie “vervolgstappen gebiedsgericht werken uitvoeren”.
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009 Beleidsproducten
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
-2
-8
104
97
31
49
23
72
2
-10
26
16
026
Wijkaanpak
-5
036
Ruimtelijke ordening
18
037
Geometriebeheer
097
Bestuursadvisering ROI
3
-15
-30
Saldo
-15
-45
31
-14
-15
-15
16
-14
184
170
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma
Saldo
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
A
Begroting 2009 primitief
3.140
19
1.790
4.949
125
-4.824
B
Begroting 2009 na wijziging :
3.042
19
2.615
5.676
223
-5.453
C
Rekening 2009 :
3.057
34
2.599
5.690
407
-5.283
-15
-15
16
-14
184
170
Resultaat B-C
x € 1.000 Analyse van het resultaat :
1.
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
-5
-2
-7
104
Wijkaanpak
Saldo
97
- niet relevante posten : Overig
-15
-10
18
-7
80
73
Totaal
-15
-15
16
-14
184
170
176
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
Analyse en Toelichting Programma Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? 1. Wijkaanpak
Het voordeel met betrekking tot wijkaanpak bedraagt € 97.000. Op zowel de apparaats- als de overige kosten een klein nadeel van per saldo € 7.000. Het voordeel wordt in hoofdzaak veroorzaakt door een voordeel op de baten van € 104.000. Dit kan als volgt worden verklaard: •
Vrijval voorziening wijkbudgetten € 94.000. Dit betreft de vrijval van de volgende onderdelen: organisatiekosten Wijkmanagement (€ 23.000), wijkpanelbudgetten (€ 68.000) en het wethoudersbudget (€ 3.000). Deze middelen kunnen vrijvallen omdat geen specifiek bestedingsdoel meer aanwezig is of dat het doel met minder middelen is gerealiseerd.
•
Diverse baten € 10.000.
Eindconclusie programma Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen Successen 1.
De gemeente
De gemeente is in staat om zelf IMRO-gecodeerde bestemmingsplannen en
Leeuwarden is ‘DURP-
projectbesluiten op te stellen en beschikbaar te stellen. Daarmee wordt voldaan
proof’
aan de wettelijke verplichting en is een belangrijk instrument beschikbaar gekomen om de actualisatie van verouderde bestemmingsplannen voort te zetten.
2.
Groenkaart is
De Groenkaart vormt de basis voor de afweging tussen rood en groen in
vastgesteld
ruimtelijke ontwikkelingen in de stad. De Groenkaart is een basisdocument dat jaarlijks wordt voorzien van een uitvoeringsprogramma. Daarnaast zijn er objectieve en goed meetbare spelregels voor het omgaan met en compenseren van groen in ruimtelijke projecten.
3.
Afronding
De toekomstverkenning heeft diverse verbeterpunten opgeleverd en deze zijn
toekomstverkenning gebiedsgericht werken
omgezet naar drie motto’s voor de komende jaren: •
Duidelijk zijn naar elkaar;
•
Langer vooruitkijken;
•
Samen aanpakken. Voor elk van deze motto’s is een plan van aanpak en actielijst gemaakt om gebiedsgericht werken weer een stap verder vooruit te laten maken.
Verbeterpunten 1.
Actualisatie
De voortgang van de actualisatie mag niet worden verstoord door de prioriteit voor
bestemmingsplannen
projecten, onduidelijkheden vanuit hogere overheden of onwennigheid vanwege de nieuwe wetgeving. Als plannen worden uitgesteld, betekent dat dat andere plannen vervroegd moeten worden om de actualisatieslag op tijd af te kunnen ronden.
2.
Gebruiksvriendelijkheid
Op dit moment moeten de plannen nog worden geraadpleegd via de landelijke
digitale ruimtelijke
voorziening RO-online. In 2010 zal nieuwe apparatuur worden aangeschaft die veel
plannen
gebruiksvriendelijker is en die het mogelijk maakt de plannen via de gemeentelijke website te raadplegen.
3.
Monitoren
Het is van belang er voor te zorgen dat de activiteiten in lijn zijn en blijven met de
toekomstbeelden
inhoud van de toekomstbeelden en dat er voldoende aandacht is om doelen te behalen. De monitoring is bedoeld om dit te borgen in een vorm van Plan-Do-Check-Act cyclus. In 2010 zal deze meer inhoud krijgen.
177
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Ruimtelijke Ordening, wijken en dorpen (12)
Eindconclusie Evenals vorig jaar geldt dat het samenvallen van ambitieuze ruimtelijke ontwikkelingen enerzijds en grote veranderingen bij zowel de aanpak (gebiedsontwikkeling) als de procedures (nieuwe Wro en straks de WABO) anderzijds, vraagt om voortdurende aandacht. De middelen, zowel instrumenteel als financieel, zijn beschikbaar, maar de optimale toepassing en de juiste prioritering zullen werkenderwijs nog moeten worden doorontwikkeld. Het jaar 2009 was een goed en productief jaar voor Gebiedsgericht werken. Een aantal prestaties is gehaald en structureel ingebed in de processen, zoals o.a. de dorpenprogramma’s. De activiteiten van de corporaties zijn inmiddels een standaardonderdeel van de wijkprogramma’s. De vervolgstappen gebiedsgericht werken op basis van de toekomstverkenning worden vanaf 2010 uitgevoerd. Hiermee wordt weer een stap verder vooruit gemaakt in het gebiedsgericht werken.
178
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Programma Milieu, energie en water (13) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Stadsontwikkeling
Wethouder I. Diks
Mw. H.E. Bannink
Speerpunten
Realisatie en voortgang speerpunten
begrotingsjaar 2009 Bodem: aanpak
Ligt op schema. In 2010 doorgaan op de ingeslagen weg met als doel dat de lijst van
spoedeisende gevallen van
spoedlocaties m.b.t. humane risico’s eind 2010 gereed is, conform afspraken in
bodemverontreiniging
bodemconvenant.
Duurzaamheid: Full Sustainable City
De concept visie met het uitvoeringsprogramma is in 2009 gereed gekomen.
(Volledig Duurzame Stad)
Behandeling vindt plaats in het college van maart 2010. De concept visie wordt vervolgens ter info aan de raad aangeboden.
EPAL
In 2009 heeft het hele bezit van beide corporaties een energielabel gekregen. De totale opgave is hiermee duidelijk geworden. Daarnaast is een start gemaakt met de aanpak van de bestaande voorraad en de toepassing van EPAL in nieuwbouw. Tenslotte heeft Leeuwarden gelobbyd om het noordelijke bouwbesluit te realiseren. Dat is gelukt. Begin 2010 heeft het kabinet besloten dat het Noorden een eigen Bouwbesluit krijgt.
Energieaanpak krachtwijk
Veel campagnes gericht op gedragsverandering uitgevoerd: o.a. energieboxen uitgedeeld, prijsuitreiking energiebesparing, isolatie bestaande bouw in samenwerking met woningcorporaties.
Toepassing FSC-hout (Forest
De implementatie van het FSC-convenant verloopt goed. In de projectensfeer is veel
Stewardship Council)
bereikt en het draagvlak is relatief groot.
Vervolgaanpak lokaal
Aanvraag bij het rijk is toegekend. Er worden de komende 4 jaar 8 projecten
klimaatbeleid
uitgevoerd, waarbij 50% van de middelen door het rijk wordt vergoed.
Invoering
De organisatie is aangepast en gereed voor de implementatie van de
omgevingsvergunning
omgevingsvergunning. De daadwerkelijke implementatie is afhankelijk van de feitelijke invoeringsdatum door het rijk. Er wordt uitgegaan van invoering per 1 juli 2010. Het jaar 2009 is het eerste jaar dat het digitale bodemloket (gegevens op internet)
Digitaal loket
gedurende het gehele jaar operationeel was.
Successen 1.
Verdere verdieping en verbreding van de promotie van duurzame mobiliteit, met name richting elektrische mobiliteit en andere modaliteiten: scooters.
2.
Verlaging afvalstoffenheffing.
3.
Aanpak spoedeisende gevallen van bodemverontreiniging.
Verbeterpunten 1.
Aanpak energiebesparing particuliere woningbouw moet een verdiepingsslag ondergaan.
2.
Terugdringen van het aantal meldingen van illegale dump.
179
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Wat willen we bereiken? Strategisch Algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Lagere milieudruk (reductie afval, energie,
A.
Minder restafval.
water, bouwen & ruimtelijke inrichting,
B.
Geen lastenverzwaring voor burgers.
communicatie) en voldoen aan de wettelijke
C.
De vuiluitworp vanuit de riolering dient acceptabel te zijn.
verplichtingen (inzameling afval,
D.
Uittreden van rioolwater (lekke riolering) moet zo min mogelijk voorkomen.
bedrijfsadviezen, riolering, bodem, geluid,
E.
Hogere score op de landelijke duurzaamheidmeter.
lucht).
F.
Vermindering CO2 uitstoot.
G.
Duurzaam energiegebruik.
H.
Duurzaam bouwen.
I.
De bodemsaneringsoperatie is voor 2030 beheersbaar, d.w.z. de milieuhygiënisch urgente locaties zijn gesaneerd en bodemvervuiling is geen stagnerende factor meer in de stedelijke ontwikkeling.
J.
Verantwoord hergebruik van vrijkomende grond.
K.
De bodemkwaliteit is bekend en geschikt voor (beoogd) locatiegebruik of -functie.
L.
Zo groot mogelijke marktbijdrage.
M.
Nieuwe geluidshindersituaties worden voorkomen.
Een duurzaam Leeuwarden, dat
N.
Situaties waar ernstige geluidshinder optreedt, worden voor 2020 gesaneerd.
een aantrekkelijke leefomgeving
O.
De luchtkwaliteit in Leeuwarden voldoet aan de normen in het Besluit Luchtkwaliteit.
biedt voor burgers, bedrijven en
P.
Milieubewustwording en gedragsverandering.
bezoekers. Een schone en
Q.
Minder ergernis bij burger m.b.t. hondenpoep.
gezonde (milieuhygiëne) en
R.
Geen gevaar voor de volksgezondheid.
Beleven, benutten en beheren van water.
S.
Aantrekkelijk woon- en werkklimaat als gevolg van water.
Koppeling van economie en milieu voor de
T.
Geen onacceptabele gevolgen voor het milieu en gezondheid
verdere ontwikkeling van het bedrijfsleven
U.
Bevordering van duurzaam ondernemen
leefbare woonomgeving nu en in de toekomst is hierbij het uitgangspunt.
180
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt?
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
47%
50%
257 kg
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
-3%
53%
53%
283 kg
-26 kg
283 kg
283 kg
inflatie
inflatie
0%
inflatie
inflatie
83%
73%
10%
74%
75%
2006 Lagere milieudruk en voldoen aan de wettelijke verplichtingen A
Minder restafval. Indicatoren: •
Percentage gescheiden afval
•
Ingezamelde hoeveelheid gescheiden afval per inwoner
(2004) 38% (2004)
B
Geen lastenverzwaring voor burgers.
211 kg (2005)
Indicator: • E
Tarief afvalstoffenheffing (index)
inflatie
Hogere score op de landelijke duurzaamheidmeter. Indicator •
Percentage van het maximaal aantal haalbare punten
(2005 ) 70%
(=123) van 3 basisvragenlijsten georganiseerd door het COS Noord Holland. F
Vermindering CO2 uitstoot: De gemeente voldoet aan de lokale vertaling van het Kyotoprotocol door met projecten 69,9 kiloton CO2- te besparen Indicator: •
G
Reductie CO2 uitstoot ten opzichte van autonome groei
(2006)
64
62
2
69.9
69.9
34 kton
kton
kton
kton
kton
kton
0,5%
2,5%
3,5%
-1%
4%
4%
127
350
125
225
125
125
6
15
10
5
10
15
Aantal bpe’s (bodemsaneringprestatie-eenheden)
5.250
27.680
27.000
680
27.000
27.000
De bodemkwaliteit is bekend en geschikt voor (beoogd)
(2003)
385
330
55
330
330
Duurzaam energiegebruik. Indicator: •
Het percentage van de totale energieproductie dat als duurzame energie wordt opgewekt (MOP).
I
De bodemsaneringsoperatie is voor 2030 beheersbaar,
(2003 )
d.w.z. de milieuhygiënisch urgente locaties zijn gesaneerd
(aantal
en bodemvervuiling is geen stagnerende factor meer in de
K
onder-
stedelijke ontwikkeling.
zoeken)
Indicatoren/bodemsaneringprestatie–eenheden (MOP):
(2002)
•
Aantal onderzoeken
•
Aantal saneringen
locatiegebruik of –functie.
(san.
locaties) Indicator:
2004)
•
Bodemtoets bij alle aanvragen bouwvergunning
330
•
Bodemtoets bij alle grondtransacties
916
0
900
-900
900
900
87
135
100
35
100
100
Beoordeling bodemkwaliteit nutstracés
181
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
2006 L
Zo groot mogelijke marktbijdrage. Indicator: •
De verhouding tussen de geïnvesteerde
(2004)
saneringskosten door derden en de bijdrage uit ISV
11
3:1
-
3:1
3:1
0
2
-2
2
2
50%1
45%
-5%
45%
40%
2:1
middelen N
Situaties waar ernstige geluidshinder optreedt worden voor 2020 gesaneerd. Indicator:
(1999)
Aantal gesaneerde woningen per jaar van de A- en raillijstwoningen. Q
61 woningen
Minder ergernis bij burgers m.b.t. hondenpoep. Indicator: Percentage aantal burgers dat zich ergert aan hondenpoep.
(2005) 56%
Beleven, benutten en beheren van water S
Aantrekkelijk woon- en werkklimaat als gevolg van water. Het aspect water is hierbij hoogwaardig in de ruimtelijke planvorming geïntegreerd en geprofileerd. Indicator: Nog niet beschikbaar.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd.
Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
x
-
B
Lagere milieudruk en voldoen aan de wettelijke verplichtingen Afval •
Aanleg ondergrondse containers binnenstad
•
Implementatie AMvB Verpakkingen v.w.b. vergoedingen
x
+
B
•
Implementatie AMvB Verpakkingen v.w.b. inzameling
x
+
A
x
+/-
C
x
-
T, U
x
+/-
A, B, P
kunststof Riolering Meetproject Bilgaard Algemeen •
Voorbereiden voorstel voor verwijderen LPG-installatie Aldlânsdyk
Uitvoeren beleidsimpulsen duurzaamheidprogramma: •
Klimaatproject voor woningbouw of bedrijven in de vorm van een prijs voor het beste duurzaam opgeleverd gebouw
Milieucommunicatie
³ Voor alle projecten geldt dat wij als gemeente zelf een bijdrage van < 10% hebben geleverd, hetgeen door de rijksoverheid wordt beschouwd als = 100% financiering door de markt. Er heeft derhalve geen bijdrage vanuit ISV plaatsgevonden.
182
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Prestaties Incidenteel •
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
doel
x
+
F, G, P
x
+/-
J
x
+
x
+/-
Promotie alternatieve brandstoffen (o.a. CNG (compressed natural gas), biogas)
Bodem •
Implementatie besluit bodemkwaliteit
Lucht •
Leeuwarden zet zich in voor de toepassing van alternatieve
x
x
O
brandstoffen, zoals aardgas en puur plantaardige olie. Hierdoor kan het lokale aandeel van fijn stof door motorvoertuigen worden verlaagd. Beleven, benutten en beheren van water •
Pilot realiseren grasdaken op 2 gebouwen met als inzet dit te
S
laten volgen door een subsidieregeling voor particulieren.
Realisatie speerpunten rekeningjaar
Real.
Sub
2009
doel
•
Bodem: aanpak spoedeisende gevallen van bodemverontreiniging
+
•
Duurzaamheid: Full Sustainable City; EPAL; energieaanpak krachtwijk; toepassing FSC-
+
hout; vervolgaanpak lokaal klimaatbeleid, invoering omgevingsvergunning, digitaal loket
Realisatie nieuw beleid/ombuiging •
Duurzaam Leeuwarden; Full Sustainable City januari 2009 - januari 2011
Real.
Sub
2009
doel
+/-
Lagere milieudruk en voldoen aan de wettelijke verplichtingen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Percentage gescheiden afval (A)
Het percentage zit op hetzelfde niveau als in 2008 (47%). De afwijking t.o.v. het beoogde percentage wordt met name veroorzaakt door een sterke toename van het aantal meldingen van illegale dump van grof afval. Uit nadere analyse blijkt dit fenomeen zich met name af te spelen in bepaalde delen van de stad (zie verder onder verbeterpunten).
Ingezamelde hoeveelheid
Deze indicator wordt in mindere mate beïnvloed door de kwaliteit van het gevoerde
gescheiden afval per inwoner (A)
beleid. De hoeveelheid afval is vooral een economische factor die evenredig varieert met de conjunctuur. Uit de afvalcijfers over de laatste 5 jaar blijkt dat er met name in 2008 (het jaar waarin de economie in een situatie van crisis terecht kwam) en 2009 sprake is van een sterke daling van de ingezamelde hoeveelheid afval, en dus ook van de gescheiden inzameling. Dit verklaart de afwijking t.o.v. het zogenaamde streefcijfer van 283 kg.
Duurzaamheidsmeter (E)
Met 83% scoort Leeuwarden maar liefst 10% hoger dan het streefdoel. Dat lijkt prachtig en is het ook, echter de vragenlijsten (door de landelijke vereniging van centra voor internationale samenwerking: COS Nederland) waren zoals aangekondigd bij de afwijkingen in 2008 iets gewijzigd, waardoor Leeuwarden qua percentage iets beter uit de bus komt dan vanuit de nulmeting was aangegeven. In de eerst volgende programmabegroting zal de nulmeting hierop aangepast worden, zodat dit het nieuwe ijkpunt wordt.
183
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
Duurzaam Energiegebruik (G)
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
De realisatie op het gebied van duurzaam energiegebruik en opwekking ervan is de laatste 2 jaar nauwelijks veranderd (zowel in 2008 als in 2009: 2,5%). Als duurzaam energiegebruik en -opwekking gelden bronnen als: windenergie, zonneenergie, aardwarmte, biogas en restwarmte en WKK-koppeling. Op dit vlak staat er van alles te gebeuren in de stad (restwarmte Friesland-Campina, restwarmte ICT-centrum Kenniscampus, groen gasnetwerk, meer woningen op het biogasnetwerk in Techum, 5 extra windmolens op bedrijventerrein de Hemrik, etc.). Als een dergelijk project wordt afgerond dan stijgt het percentage flink. Daarnaast blijven dergelijke projecten afhankelijk van inspanningen van derden waar we niet altijd “SMART-grip” op hebben.
Aantal onderzoeken (I)
Het aantal onderzoeken is (deels) afhankelijk van marktwerking. Het aantal eigen onderzoeken betreft een tijdelijke verhoging door eigen project: Indikken werkvoorraad (focus op historie). Dit project is inmiddels afgerond.
Aantal saneringen (I) met
Het aantal saneringen is (sterk) afhankelijk van marktwerking en varieert de
toezicht en handhaving (K)
laatste jaren steeds tussen 10 en 15 per jaar. Omdat alle saneringen worden bezocht, geldt dit ook voor het aantal locaties met toezicht.
Bodemtoets bij bouwvergunning
Het aantal bodemtoetsen bouwvergunning is volledig afhankelijk van
(K)
marktwerking. Omdat alle vergunningen behandeld worden, zijn afwijkingen onvermijdelijk.
Bodemtoets bij alle
Het aantal malen dat in 2009 een bodemtoets bij grondtransacties is uitgevoerd, is
grondtransacties (K)
nihil. Dit is direct het gevolg van het digitale bodemloket. Vragenstellers kunnen nu zelf via het digitale bodemloket de gewenste informatie inzien en downloaden. Het digitale bodemloket is 480 keer bezocht, waarna in ca. 20 gevallen een meer gedetailleerde informatievraag is gesteld. Bodemtoetsen als zodanig zijn niet uitgevoerd. De begroting zal op dit punt moeten worden aangepast.
Beoordeling nutstracés (K)
Het aantal aanvragen is volledig afhankelijk van aanvragen van derden. Omdat alle aanvragen behandeld worden, zijn afwijkingen onvermijdelijk. Er zijn geen aanwijsbare projecten waardoor de stijging te verklaren is.
Beoordeling marktbijdrage (L)
In 2009 heeft geen ISV bijdrage plaatsgevonden voor uitgevoerde saneringen. Marktpartijen hebben de uitgevoerde saneringen voor 90% of meer zelf betaald. De door de overheid gehanteerde regel is dat indien marktpartijen 90% of meer van de saneringskosten hebben betaald, dit betekent dat er geen bijdrage vanuit ISV plaatsvindt. De beoordeling van de marktbijdrage met behulp van de indicator
‘verhouding geïnvesteerde saneringskosten/bijdrage ISV middelen’ kan derhalve niet berekend worden. Ernstige geluidshinder (N)
Situaties waar ernstige geluidshinder optreedt, worden voor 2020 gesaneerd. In 2009 waren 2 woningen begroot. Er zijn in 2009 geen woningen gesaneerd, vooral vanwege vertraging van een renovatieproject van een corporatie. In totaal zijn er 50 woningen gesaneerd, waarmee het percentage ‘gesaneerde’ woningen ca. 75% bedraagt.
Minder ergernis hondenpoep (Q)
De score van 45% is van 2007. De ontevredenheid over het hondenbeleid was in 2006/2007 groot. In 2007 is er een hondenbeleid opgesteld en vastgesteld door de
184
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
raad. In het najaar van 2007 is begonnen met het uitvoeren van de maatregelen, zoals het opheffen van de slecht functionerende poepstroken, het plaatsen van bakken en het inrichten van meer en grotere losloopterreinen. De verwachting is dat de uitkomst van het klanttevredenheidsonderzoek van 2009 beter zal zijn. Overige Toelichting Geen lastenverzwaring voor
Het tarief voor afvalstoffenheffing laat gedurende de periode 2005-2010 het
burgers (B)
volgende verloop zien. (in euro’s) 2005
2006
2007
2008
1-pers
Jaar
258
262
257,15
241,77
246,77 240,65
2009
2010
Meerpers.huish.
296
300
294,45
176,49
282,57 275,56
De verlaging is het gevolg van:
lager verwerkingstarief voor zowel het rest- als het GFT-afval;
een sterk verbeterde afvalscheiding (op de nieuwe milieustraat wordt het grofvuil veel beter gescheiden, terwijl het ongescheiden aan huis ophalen van grofvuil sterk is teruggedraaid);
efficiëntere inzameling (twee containers tegelijk in de hef-arm) in een deel van de stad.
Benchmark
Deelname aan landelijke benchmark afvalinzameling en –verwerking van SenterNovem. De resultaten zullen worden meegenomen bij het opstellen van de diftarnotitie voor de gemeenteraad in 2010.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Aanleg ondergrondse containers
Voorjaar 2009 leek het voorstel gereed voor behandeling door het college. Omrin
binnenstad
was al begonnen de huishoudens in de binnenstad in te delen per container. Bij dat proces bleek, dat de in de inspraak beloofde maximale loopafstanden voor de burgers naar de ondergrondse containers soms fors werden overschreden. Dat was reden het voorstel in te trekken en er een tiental containers bij te plannen. Het kostte echter erg veel moeite daarvoor voldoende plek te vinden, geschikt qua ondergrond (buizen en leidingen) en geschikt qua inpassing (sector Ruimtelijke ordening en inrichting). De planning is dat het voorstel in mei 2010 in de raad behandeld kan worden.
Meetproject Bilgaard
Het voornemen bij meetproject Bilgaard was dat de gemeente metingen zou verrichten in en aan de rioleringen en dat het Wetterskip zou meten in de watergangen. Daarmee zouden de effecten van emissies uit de riolering op het oppervlaktewater in beeld kunnen worden gebracht. Onlangs is uit recent landelijk onderzoek gebleken dat in deze specifieke situatie emissies uit de riolering niet bepalend zijn voor de kwaliteit van het oppervlaktewater. Emissies uit andere bronnen zijn veel meer bepalend. Daarmee heeft meten in het oppervlaktewater geen zin meer en is het belang van het Wetterskip om gezamenlijk op te treden verdwenen. Voor de gemeente blijft meten in het rioolstelsel wel van belang. Als beheerder moet je kunnen aangeven hoe je riolering in de praktijk functioneert. De rechter toetst daar ook op als derden schade claimen als gevolg van het vermeend disfunctioneren van de riolering. Het meetproject wordt ook benut om in een pilot het vervangende gemalenbeheersysteem Aquaweb uit te testen. De voorbereidingen voor het meetproject zijn in 2009 gestart. Wel loopt het project vertraging op door problemen met Aquaweb en door de landelijke vraagstelling
185
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
over de nauwkeurigheid van de gegevens afkomstig van regenradars en neerslagmeters. In 2010 zal Stichting Rioned in samenwerking met het KNMI een onderzoek starten naar het gebruik van neerslaggegevens voor de riolering. Voordat wij overgaan tot de aanschaf van ‘de regenradar’ en/of neerslagmeters zullen wij de uitslag van dit onderzoek afwachten. Wij gaan er echter vanuit dat wij het meetproject Bilgaard medio 2010 operationeel hebben. Voorbereiden voorstel voor
Activiteiten op dit punt zijn stilgevallen, omdat een voorstel voor het verwijderen
verwijderen LPG-installatie
alleen kans van slagen heeft op het moment dat er compensatiemiddelen
Aldlânsdyk
beschikbaar zijn.
Prijs beste duurzaam opgeleverd
De (eerste) architectuur- en duurzaamheidsprijs is volop in uitvoering en wordt,
gebouw
naar verwachting, in de eerste helft van 2010 uitgereikt. Arbeidsintensieve voorbereiding, waarbij verschillende opties en accenten zijn verkend, heeft de aanloop verlengd. Daarnaast is energie gestoken in de verkenning van een initiatiefvoorstel, en de mogelijke integratie daarmee, om te komen tot een prijsvraag voor energiezuinige, kwalitatief hoogwaardige en architectonisch hoogstaande woningbouw in de sociale sector. Dit blijft een optie voor een volgende prijs(vraag) in 2011/2012. De aanstaande architectuur- en duurzaamheidsprijs kent een publieks- en een juryprijs. Woningbouwprojecten die deze 2 aspecten in bijzondere mate verenigen zijn overigens schaars.
Implementatie besluit
De bestuurlijke vaststelling van het eigen beleid dat gebaseerd is op het besluit
bodemkwaliteit
bodemkwaliteit is vertraagd. De vertraging is grotendeels veroorzaakt door inhoudelijke complexiteit. Door het college is intussen ingestemd met het beleidsvoorstel. Het voorstel zal in maart 2010 in de raad worden behandeld.
Speerpunten (afwijking) Full Sustainable City
Op inspirerende wijze is tijdens werkconferenties met mensen uit het veld, zoals vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties, mensen van het bedrijfsleven en kennisinstellingen gewerkt aan het verkrijgen van input voor de visie van Leeuwarden "Volledig duurzame stad". Toezeggingen zijn gedaan om samen met Leeuwarden aan de slag te gaan om doelen te bereiken. Het enthousiasme van de deelnemers wakkerde de schrijvers (KNN advies en Noordtij B.V.) aan om tot een fraai product te komen, ten tijde van het opmaken van de programmaverantwoording gereed voor bestuurlijke vaststelling. Het conceptplan beoogt een focus op twee deelterreinen: watertechnologie en energie. Er zijn in 2009 wel een groot aantal projecten uitgevoerd in het kader van Energietransitie, het tweejaarlijkse programma. Deze projecten kunnen worden gezien als de opmaat voor het uitvoeringsprogramma van de volledig duurzame stad. Als voorbeeld van deze projecten kunnen de acties voor het duurzaam voortbewegen worden gezien, zoals de Opstapdag.
Overige Toelichting Implementatie AMvB invoering
In 2009 hebben, na jarenlange discussies, onenigheid en zelfs een juridische
producentenverantwoordelijkheid
procedure, de vier betrokken partijen alsnog overeenstemming bereikt over de
afgedankte elektrische en
vergoeding voor de inzameling van afgedankte elektrische en elektronische
elektronische apparaten 2004
apparaten door de gemeenten op de milieustraten en bij de kringloopwinkels. De vier partijen zijn: NVRD (branchevereniging van publieke afvalbedrijven en gemeenten), VNG namens de gemeenten, de stichtingen NVMP en ICT~Milieu
186
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
namens de producenten en importeurs. De gemeenten krijgen nu € 79 per ton Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparaten (AEEA), mits zij een overeenkomst tekenen met de beide stichtingen. Het college heeft eind januari 2010 besloten de overeenkomst te tekenen. Dit levert de gemeente Leeuwarden naar schatting € 45.000 per jaar op (vertaald in de afvalstoffenheffing). Nascheiding
De aanpak van de Friese gemeenten en van Omrin om de kunststof verpakkingen
kunststofverpakkingen
niet gescheiden in te zamelen, maar na te scheiden op De Wierde, is per 1 mei 2009 gerealiseerd. Nedvang heeft zich t.o.v. de nascheiding echter erg terughoudend opgesteld, waarschijnlijk uit angst dat meer gemeenten alsnog voor nascheiding zouden kiezen. Nedvang was vooral bang dat gemeenten de nascheiding zouden aangrijpen voor uitstel van de gescheiden inzameling (zoals nu in Rotterdam het geval is). Deze terughoudende aanpak heeft ertoe geleid dat de vergoeding voor de nascheiding nog steeds niet is vastgesteld en dat het nagescheiden plastic begin 2010 nog altijd in de loods op De Wierde ligt. Vanzelfsprekend heeft dit Omrin niet bepaald gestimuleerd tot een intensivering en optimalisering van de nascheiding. De verwachting is dat eind maart 2010 t.a.v. de hoogte van de vergoedingen meer duidelijkheid komt. In 2010 is er op dit gebied dus zeker nog winst te behalen.
Promotie alternatieve
Mede met het oog op het streven in 2015 in Noord-Nederland 100.000 auto’s op
brandstoffen
alternatieve brandstoffen te laten rijden, zijn volop promotieactiviteiten verricht voor het rijden op aardgas en groen gas (gezuiverd biogas) en 100% elektrisch voortbewegen. De gemeentelijke subsidieregeling duurzame brandstoffen was in maart 2009 volledig benut (40 subsidies + gratis parkeervergunningen zijn afgegeven). Per 1 september 2009 is de vervolgregeling van kracht geworden. Tot en met 31 december 2009 zijn 38 toekenningen voor e-scooters gedaan en 4 voor auto’s (allen aardgas). De gemeente (Milieucommunicatie) heeft daarnaast een groot aantal publieksacties over duurzame mobiliteit georganiseerd i.s.m. marktpartijen. De belangrijkste zijn: Duurzaamheidsplein tijdens de Bedrijven Contactdagen (samen met ‘aardgasvrienden’), Urgenda tour (i.s.m. Stichting Urgenda en Provinsje Fryslân), Dag van de Duurzaamheid (i.s.m. Nij Bosma Zathe en De Zuidlanden), Grootste Opstapdag voor elektrisch vervoer (i.s.m. Drive4Electric), presentatie wethouder voor de Commerciële Club Leeuwarden (CCL), Proloog Road to Copenhagen (i.s.m. Essent).
Evaluatie geluid bij evenementen
Naar aanleiding van de evaluatie van het beleid “Levendigheid in de hoofdstad: geluid bij evenementen”, zijn bepaalde onderdelen van het beleid nog eens tegen het licht gehouden. Centraal stond de vraag hoeveel ruimte horecabedrijven zouden moeten krijgen om aan bepaalde evenementen mee te willen doen, en of van de horecabedrijven die mee willen doen altijd de akoestische situatie bekend moet zijn. Dit is een spanningsveld waarin keuzes gemaakt moeten worden. Besluitvorming vindt naar verwachting plaats begin maart 2010.
Speerpunten (toelichting) Aanpak spoedeisende gevallen
Met het project aanpak spoedeisende gevallen krijgen we steeds meer zicht op de
van bodemverontreiniging
potentiële spoedlocaties. De lijst met het aantal locaties wordt steeds concreter. Na de controle van bodemkwaliteit op kinderspeelplaatsen in 2006 en 2007, zijn we in 2008 en 2009 vooral bezig geweest met het onderzoeken van locaties waar
187
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
we tot nu toe weinig van wisten, maar die wel het merkteken “verontreinigd” hebben met mogelijk spoed. Het onderzoek omvatte archieven over bedrijfsactiviteiten en voormalige slibdepots. Op ruim 20 locaties is de bodemkwaliteit ook in het veld gecontroleerd. Hiermee is op ruim 400 locaties vastgesteld dat zij nietverdacht zijn van bodemverontreiniging en is van nogmaals ruim 400 locaties bepaald dat er geen sprake is van spoed en dus geen vervolgonderzoek nodig is. Deze in totaal bijna 900 locaties beslaan ongeveer 60% van de oorspronkelijke locatielijst. Door de uitgevoerde werkzaamheden neemt het aantal locaties met (mogelijke) beperkingen duidelijk af. De lijst met potentiële spoedlocaties (aan te leveren eind 2010 conform afspraken in het bodemconvenant) wordt hierdoor korter en concreter. Ook heeft dit een positief effect op de snelheid waarmee wij kunnen adviseren bij bijvoorbeeld de aanleg van kabels en leidingen en de bodemtoets bij bouwvergunningen. Toch zijn we er nog niet. In het jaar 2010 gaan we verder met het verkorten en concretiseren van de lijst met spoedeisende gevallen. Dit doen we onder andere door: 1. archiefonderzoek op bedrijfslocaties met mogelijk spoedeisende gevallen, en 2. het beoordelen van onderzochte locaties op mogelijke risico’s. EPAL
In 2009 heeft het hele bezit van beide corporaties een energielabel gekregen. Daarmee is de totale opgave duidelijk geworden. WoonFriesland heeft voor zichzelf de EPAL-ambitie aangescherpt door in 10 jaar de voorraad op minimaal het niveau van label B te willen brengen. Kritische succesfactor daarbij is de financiële speelruimte die het nieuw woningwaarderingstelsel biedt. De EPAL-afspraak is om jaarlijks 5% van de bestaande voorraad aan te pakken. Het betreft een langjarig gemiddelde. Elkien heeft in 2009 (tot 1 oktober) 104 woningen verbeterd conform het EPAL. WoonFriesland heeft in deze periode (tot 2 november 2009) totaal 172 woningen in label verbeterd. Dit ligt nog onder het afgesproken jaarlijks gemiddelde, maar gelet op het feit dat het een wezenlijke aanpassing van de meerjarenplanningen van de corporaties vergt, een alleszins acceptabel resultaat. De EPAL omvat ook nieuwbouw en dan de projecten die na het van kracht worden van het akkoord opgestart zijn. Het EPAL vormt intussen onderdeel van het programma van eisen dat de corporaties gebruiken. Voor de nieuwbouwcomplexen aan de Acaciastraat, Achter de hoven, A. Westlandstraat en de Mondriaanbuurt wordt dit al toegepast. De inspanningen van de gemeente in het kader van het EPAL zijn gericht op het verleiden van marktpartijen om meer energiezuinige woningen te bouwen. Leeuwarden heeft gelobbyd om het noordelijk bouwbesluit te realiseren. Dat is gelukt. Hiermee worden vanaf halverwege 2010 de bouweisen voor alle bouwende partijen aangescherpt tot het EPAL-niveau.
Energieaanpak krachtwijk
Met het project ‘Leeuwarden geeft Verlichting’ hebben bewoners energiebesparing voortvarend opgepakt. Zo’n 670 huishoudens in Heechterp-Schieringen hebben gebruik gemaakt van het aanbod een gratis box met 6 spaarlampen, een LED-lamp en een energieadvies aan huis te ontvangen. Gezamenlijk met corporaties, Senter Novem en gemeente, wordt door een energieteam een verbeterslag in de fysieke voorraad voorbereid. Dit heeft geleid tot een aantal voorstellen voor onderzoek en uitvoeringsplannen. Met
188
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
thermografische scans is de isolatiekwaliteit van een aantal woningen van corporaties bekeken. Daarnaast zijn de eerste stappen om een voorbeeldwoning voor huurders en bewoners-eigenaars te realiseren gezet. Toepassing FSC-hout
De implementatie verloopt succesvol. Het certificeringstraject van de buitensdienst van Wijkzaken is gestart en de aannemers van de grond-, weg- en waterbouw is geïnformeerd over de door de gemeente voorgeschreven eisen in bestekken en aanbestedingsprocedures. Bij de aanbesteding van nieuw kopieerpapier is rekening gehouden met het FSC-keurmerk. In de projectensfeer is veel bereikt; in de projecten die in voorbereiding zijn, wordt de informatie goed meegenomen. Het draagvlak is relatief groot.
Nieuw beleid Full Sustainable City
Zie verklaring van de afwijking bij “speerpunten (afwijking) Full Sustainable City”.
Subconclusie
Afval: De vorderingen op het gebied van een verbeterde afvalscheiding lijken zich te stabiliseren. De toename van de meldingen van illegale dump van grof afval hebben een negatief effect gehad op de gewenste afvalscheidingspercentages. De tarieven voor afvalstoffenheffing vertonen echter een sterk dalende tendens over de periode 2005-2009, enerzijds dankzij een verbeterde afvalscheiding in de afgelopen jaren, maar anderzijds ook door verbetering m.b.t. de bedrijfsvoering bij Omrin. Duurzaamheid: Met de visieontwikkeling voor een volledig duurzame stad wordt duidelijk waar Leeuwarden zich de komende jaren op moet richten om deze ambitie te kunnen realiseren. Vooruitlopend daarop zijn (promotie)acties voor duurzaam voortbewegen succesvol verlopen. Ook de implementatie van het FSCconvenant verloopt succesvol en kent een groot draagvlak. Met de activiteiten op het gebied van bodem, riolering, lucht en geluid voldoen we aan de wettelijke taken. Grote vorderingen zijn gemaakt bij de aanpak van spoedeisende gevallen van bodemverontreiniging.
Beleven, benutten en beheren van water Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Overige Toelichting Samenbrengen deelaspecten
In 2009 zijn de bestaande en komende inspanningen van de gemeente op de
water
verschillende deelaspecten van water (ecologisch, economisch en sociaal) met elkaar samengebracht. Op veel fronten is dan winst te boeken. De resultaten hiervan zijn ingebracht in de Dokkumer Ee visie en daarnaast als bouwsteen bij het visiedocument Full Sustainable City gebruikt.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Pilot grasdaken op 2 gebouwen
Het eerste dak is in mei 2009 gerealiseerd op de speelkoepel in Bilgaard. Voorbereidende gesprekken voor het tweede dak zijn in 2009 gestart. Dit dak wordt in 2010 gerealiseerd op de Stenden University.
Subconclusie
Het afgelopen jaar is vooral benut om het thema “beleven, benutten en beheren van water” verder in te bedden in het brede thema water.
Koppeling van economie en milieu voor de verdere ontwikkeling van het bedrijfsleven Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Geen
189
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Speerpunten (afwijking) Invoering omgevingsvergunning
De omgevingsvergunning (Wabo) wordt waarschijnlijk 1 juli 2010 formeel van kracht. De invoering van de wet gaat met veel “last minute” wijzigingen gepaard en maakt de voorbereiding op de invoering lastig. De organisatie van de gemeente is aangepast aan de komende wet, maar mogelijk moeten er toch weer nieuwe wijzigingen worden doorgevoerd onder meer in verband met de door de minister voorgestane uitvoeringsdiensten.
Speerpunten (toelichting) Digitaal loket
Het jaar 2009 is het eerste jaar dat het digitale bodemloket (gegevens op internet) gedurende het gehele jaar operationeel was. Er zijn enkele verbeteringen doorgevoerd, waardoor de geleverde gegevens beter aansluiten bij de informatiebehoefte. Makelaars en adviesbureaus gebruiken het loket als startpunt voor hun vragen over bodemkwaliteit binnen de gemeente Leeuwarden.
Subconclusie
De invoering van de Wabo door het rijk is wederom vertraagd. Naar nu blijkt zal deze waarschijnlijk 1 juli 2010 formeel van kracht worden. De organisatie is er zoveel mogelijk op voorbereid (zie verder programma 6).
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
Saldo
-1
-2
0
-2
024
Beleidsproducten Milieuvergunningen en controles
043
Inzameling afval
25
0
-362
-337
320
-17
044
Riolering
99
31
-142
-12
12
0
045
Milieubeleid
128
-29
99
-110
-11
046
Bodem en geluid
-55
121
67
0
67
047
Milieucommunicatie
4
1
5
048
Ongediertebestrijding
-2
-2
-2
050
Lijkbezorging
16
17
33
33
051
Voorzieningen honden
-8
052
Afvoer kadavers
-1
-19
12
-1 4
4
197
44
-394
-153
5
15
7
237
84
4
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
2.970
2.563
19.732
25.266
24.324
-942
B
Begroting 2009 na wijziging :
3.095
2.712
19.766
25.573
24.520
-1.053
C
Rekening 2009 :
2.899
2.668
20.160
25.727
24.757
-969
197
44
-394
-153
237
84
Resultaat B-C
190
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
x € 1.000 Analyse van het resultaat : 1.
Inzameling afval
2.
Riolering
3.
Waterplan
Kapitaal-
Apparaats
Overige
Totale
Totale
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
25
-362
-337
320
-17
99
47
177
12
189
69
42
111
-77
34
-189
-189
31
Saldo
- verrekeningen met reserves : 2.
Riolering
-189
- niet relevante posten : Overig
13
4
68
85
-18
67
Totaal
44
197
-394
-153
237
84
Analyse en Toelichting Programma Milieu, energie en water Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? 1. Inzameling afval
Het resultaat op inzameling afval wordt verrekend met de voorziening afvalstoffenheffing met uitzondering van de post onvoorzien Fryslân Miljeu. Het budget onvoorzien Fryslân Miljeu bedroeg in 2009 € 117.000 waarop een beroep is gedaan van € 134.000. Per saldo derhalve een nadeel van € 17.000 op de post onvoorzien en daarmee ook op het product Inzameling afval. Bij het opstellen van de begroting 2009 is ter egalisatie van de tarieven een onttrekking aan de voorziening geraamd van € 50.000. Het resultaat 2009 bedraagt, na onttrekking van € 50.000 aan de voorziening, € 654.000 voordelig dat is toegevoegd aan de voorziening. (Per saldo een netto resultaat van € 604.000 voordeel.) Het voordelig resultaat van € 654.000 bestaat uit de saldi van de volgende onderdelen: Inzameling en verwerking huishoudelijk afval (voordeel € 58.000) •
Algemeen € 56.000 nadeel. De index die is toegepast op het inzamelcontract 2009 Fryslân Miljeu is hoger dan de index in de gemeentebegroting. Hierdoor ontstaat een nadeel van € 56.000.
•
Verwerkingskosten grof ongescheiden afval voordeel € 92.000 De verwerkte hoeveelheid grof afval was ruim 800 ton lager dan begroot, voordeel € 92.000.
•
Inzameling grof- en illegaal afval nadeel € 90.000 Deze kosten zijn fors hoger vanwege een toename van het aantal meldingen van het illegaal dumpen van afval.
191
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13) •
Verwerking grof gescheiden afval voordeel € 124.000 De verwerkingskosten zijn € 57.000 lager dan begroot omdat bijna 900 ton minder afval is verwerkt dan begroot. Daarnaast is een vergoeding van € 67.000 ontvangen voor ingezamelde en Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparaten (AEEA) uit de verpakkingenbelasting.
•
Verwerkingskosten takken voordeel € 80.000 Via de takkenroutes zijn veel minder takken ingezameld dan begroot. Dit heeft in 2009 geleid tot een voordeel van € 36.000. Daarnaast is op basis van de afrekening 2008 ook nog eens € 44.000 gerestitueerd zodat het voordeel per saldo uitkomt op € 80.000.
•
Verwerkingskosten restafval nadeel € 52.000 Dit nadeel wordt in hoofdzaak veroorzaakt door een naheffing van 2008 ten bedrage van € 40.000. Daarnaast nog een kleine overschrijding van € 12.000.
•
Diverse voor- en nadelen van per saldo € 40.000 nadeel.
Inzameling en verwerking KGA, glas e.d. (voordeel € 95.000) •
De kosten voor de inzameling en verwerking zijn € 43.000 lager dan begroot. Op basis van de kosten over de afgelopen kan worden geconcludeerd dat de begroting op dit onderdeel neerwaarts kan worden bijgesteld. Daarnaast is de bijdrage van Nedvang voor de gerealiseerde scheiding van glasverpakkingen over 2008 in 2009 ontvangen, voordeel € 52.000.
Inzameling oud papier (voordeel € 268.000) •
Op de inzamelkosten een voordeel van € 132.000. In de begroting 2009 is als uitgangspunt gehanteerd dat 7.200 ton oud papier via verenigingen ingezameld zou worden. De werkelijke ingezamelde hoeveelheid was uiteindelijk bijna 1.500 ton lager.
•
Op de baten een voordeel van € 136.000. Omdat de gemiddelde marktprijs voor oud papier hoger was dan begroot een voordeel van € 136.000. Hoewel de oud papierprijs in het begin van het jaar nog vrij laag was is deze in de loop van het jaar door het aantrekken van de markt in Azië weer opgeklommen.
Reinigingsheffingen (voordeel € 242.000) De opbrengst reinigingsheffingen is in 2009 begroot op afgerond € 11,758 mln. De werkelijke opbrengst bedroeg afgerond € 12 mln. Dit voordeel van € 242.000 bestaat volledig uit opbrengsten 2008 die nog in 2009 zijn ontvangen waarvoor bij het opstellen van de rekening 2008 geen balanspost was opgenomen. Kwijtschelding (nadeel € 77.000) •
Voor kwijtschelding is in 2009 € 1.611.000 geraamd (13,5% van de totale opbrengst). In 2009 is echter € 1.688.000 aan kwijtschelding verleend. Het nadeel op kwijtscheldingen bedraagt derhalve € 77.000 en is met name veroorzaakt door de huidige economische situatie.
Dividend (voordeel € 30.000) •
Het dividend over 2008 was € 30.000 hoger dan begroot doordat over 2008 sprake was van een omzetverbetering bij Estafette Kringloop en Fryslân Miljeu Bedrijfsservice.
Diverse voor- en nadelen van per saldo € 38.000 voordeel.
192
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
De stand van de voorziening afvalstoffenheffing bedraagt per 31 december 2009 € 1.297.000. Op basis van de raadsmotie van 6 november 2006 mag de voorziening maximaal € 200.000 bedragen. In de begroting 2010 wordt ter egalisatie van de tarieven € 312.000 onttrokken aan de voorziening. Het surplus in de voorziening bedraagt derhalve € 785.000 (€ 1.297.000 minus € 312.000 en € 200.000). In de gemeente zijn 45.200 huishoudens zodat per huishouden omgerekend ruim € 17 in de voorziening staat. Bij de bepaling van de tarieven 2011 zal dit surplus samen met de inschatting van het te verwachten resultaat afval 2010 worden verdisconteerd in de tarieven 2011. Het resultaat van het product riolering wordt met ingang van 2009 verrekend met de reserve riolering. Tot 2009 werd het resultaat verrekend met de voorziening riolering. Deze voorziening mag nu alleen nog gebruikt voor de vervangingen van de rioleringen overeenkomstig het GRP 2009-2012 zoals vastgesteld in de gemeenteraad van 15 december 2008. In 2009 bedraagt het voordeel op dit product € 189.000 dat dus is toegevoegd aan de reserve riolering. Dit resultaat kan als volgt worden verklaard. Apparaatskosten (voordeel € 99.000) •
Het voordeel op apparaatskosten kan bijna volledig worden verklaard door vacatureruimte. Bij de vaststelling van het nieuwe GRP 2009-2012 is tevens besloten tot de uitbreiding van formatie riolering met 1fte t.b.v. grondwatermeetnet/meldingen en 1 fte riool onderhoud. Deze fte’s zijn in 2009 nog niet volledig ingevuld.
Kapitaallasten (voordeel € 31.000) •
Een aantal investeringen uit 2009 zijn al wel opgestart, maar nog niet afgerond. Per saldo een voordeel van € 32.000.
Regentonnenactie (voordeel € 43.000) •
Voor de regentonnenactie is in 2009 incidenteel € 50.000 beschikbaar gesteld ter stimulering van de bewustwording van de burger omtrent het duurzaam omgaan met water. De actie bestond uit een subsidie van ongeveer € 17,50 per regenton. In 2009 zijn via deze actie ongeveer 650 regentonnen gekocht door inwoners van de gemeente. Omdat de subsidie per ton iets lager is uitgevallen vanwege een gunstige inkoop resteert een voordeel van € 43.000.
Diverse voor en nadelen van per saldo € 16.000 voordeel. 2. Riolering
De stand van de reserve riolering bedraagt per 31 december 2009 € 189.000 en dient voor de verrekening van exploitatieresultaten. De stand van de voorziening riolering bedraagt per 31 december 2009 € 3.763.000. Deze voorziening kan met ingang van 2009 alleen worden aangewend voor de vervanging van riolering.
3. Waterplan
Het voordeel op het waterplan bedraagt € 34.000. Begin 2009 is de functie van watercoördinator vacant geworden. Hierdoor is op apparaatskosten een voordeel ontstaan van € 69.000. Mede hierdoor is ook het budget voor overige kosten niet aangewend, voordeel € 42.000. Doordat geen kosten zijn gemaakt, zijn ook geen bijdragen gerealiseerd van de samenwerkende partijen waardoor op de baten sprake is een nadeel van € 77.000.
193
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Eindconclusie programma Milieu, energie en water Successen 1. Verdere verdieping en
In 2009 is op structurele wijze verder gewerkt aan de promotie van rijden op
verbreding van de
duurzame brandstoffen, met name aardgas en groen gas. Dit jaar is ook volledig
promotie van duurzame
elektrisch vervoer onder de aandacht gekomen. De gemeente heeft vanaf september
mobiliteit
2009 een tweede tranche van de subsidieregeling vastgesteld, waarbij een uitbreiding is gemaakt voor 100% elektrische auto's en e-scooters. Naast de vele promotieacties is er intensieve samenwerking geweest met tal van bedrijven uit de auto- en transportbranche, zoals de taxibranche, om duurzame mobiliteit verder bekend te maken. Naast de aandacht voor de diverse vervoermiddelen is ook de infrastructuur aangepakt, zoals plaatsing van 5 oplaadpunten en voorbereidingen voor een snellaadpunt. Tenslotte is het gemeentelijke wagenpark ook met duurzame auto's uitgebreid.
2. Verlaging
Een lager verwerkingstarief voor zowel rest- als GFT-afval, een sterk verbeterde
afvalstoffenheffing
afvalscheiding, alsmede een efficiëntere inzameling hebben tot een sterke tariefsdaling gedurende de periode 2005-2010 geleid.
3. Aanpak spoedeisende
Er zijn belangrijke vorderingen gemaakt. De lijst met spoedlocaties is aanzienlijk
gevallen van
korter geworden, hetgeen een positief effect heeft op de snelheid waarmee
bodemverontreiniging
geadviseerd kan worden bij bijvoorbeeld de aanleg van kabels en de bodemtoets bij bouwvergunningen.
Verbeterpunten 1.
Energiebesparing
particuliere woningbouw
Aanpak energiebesparing particuliere woningbouw moet een verdiepingsslag ondergaan. Dit wordt ook verwacht door de acties onder het Noordelijke Energieakkoord en het daarbij behorende 100.000 woningenplan, waarbij voor Leeuwarden een opgave is opgenomen om 3.500 woningen uit de bestaande voorraad te isoleren. Besluitvorming rondom dit 100.000 woningenplan wordt binnenkort verwacht. De aanpak van Heechterp-Schieringen dient daarbij als voorbeeld, echter dat moet gemeengoed worden, wil het in de volgende wijkaanpakken onder ISV III dezelfde kans van slagen krijgen. Het blijkt ook uit landelijke trends dat particuliere eigenaren moeilijk bereikbaar zijn, zelfs als er landelijk vele subsidiemogelijkheden aanwezig zijn om energiebesparende maatregelen uit te voeren. In de voorbereidingen van het uitvoeringskader Full Sustainable City is duidelijk geworden dat dit onderwerp meer aandacht verdient en meer ondersteuning behoeft. Hiervoor zullen bij het uitvoeringsprogramma van de volledig duurzame stad strategieën voor een passende aanpak met concrete resultaten worden uitgewerkt.
2.
Illegale dump
In 2009 is het aantal illegale dumpingen grofvuil toegenomen. Dit heeft een negatief effect gehad op de afvalscheiding, daar illegaal grofvuil behandeld wordt als ongescheiden afval. Om het aantal illegale dumpingen in 2010 terug te dringen worden de volgende maatregelen voorbereid: - Scherpe handhaving op een aantal “hotspots” door milieuhandhavers; - Aanstellen projectmanager. Een belangrijk deel van de toename van de illegale dumpingen heeft zich voorgedaan in Heechterp-Schieringen. In het kader van het wijkproject wordt in 2010 een projectmanager aangesteld om illegale dumpingen in nauw overleg met bewoners terug te dringen.
194
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Eindconclusie Het draagvlak voor de ingeslagen weg op het gebied van duurzaamheid is groot. Dit geldt zowel voor de conceptvisie voor de volledig duurzame stad, waarmee de focus voor de komende jaren is uitgezet (watertechnologie en energie), alsmede voor de reeds in gang gezette activiteiten (implementatie FSC-convenant en promotieactiviteiten duurzame mobiliteit). Met het voorbereiden van het uitvoeringskader voor de volledig duurzame stad is duidelijk geworden dat de aanpak voor energiebesparing in de particuliere woningbouw een verdiepingslag nodig heeft. De beoogde doelstellingen op het gebied van wettelijke taken zijn grotendeels gerealiseerd. Op het gebied van bodem zelfs in ruime mate. Tevens is het tarief voor afvalstoffenheffing in de periode 2005-2010 fors gedaald. Het afvalscheidingspercentage zal verbeteren, zodra we er in slagen het aantal meldingen van illegale dump van grof afval terug te dringen.
195
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
196
2.1 Programmaplan: Programma Milieu, Energie en Water (13)
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Programma Woon- en leefomgeving (14) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Stadsontwikkeling
Wethouder I. Diks
M.S. Vogelzang
Speerpunten begrotingsjaar 2009
Realisatie en voortgang speerpunten
Intensivering groenbeleid, inclusief:
De groenkaart is vastgesteld, aansluitend hierop is een
meer bomen, minder regels
uitvoeringsplan opgesteld. Het concept voorstel ‘meer openbaar groen, minder regels’ is in 2009 afgerond en is begin 2010 het besluitvormingstraject (inclusief inspraaktermijn) ingegaan.
Zwerfafval
Het Plusproject Zwerfafval is eind 2008 van start gegaan en loopt nog door tot eind 2010. In 2009 zijn diverse zaken opgepakt: afvalbakkenplan, toezicht en handhaving en integraal overleg met partijen.
Kwaliteitsverbetering buitenreclame
In 2009 zijn de voorbereidingen gedaan voor een stimuleringsregeling voor 2010 en 2011. Hiermee wordt beoogd om de kwaliteit van de reclameobjecten in de Schrans te verhogen. Dit in aansluiting op de in 2009 opgestelde nota “Oog voor reclame”, die begin 2010 het besluitvormingstraject (inclusief inspraaktermijn) is ingegaan.
Successen 1.
Het plusproject Zwerfafval heeft door een aantal fysieke acties geleid tot een positieve aandacht voor het onderwerp. Er zijn 3 schoonmaakactiedagen geweest met 17 partijen, 220 kinderen uit het voortgezet onderwijs in de wijk Heechterp-Schieringen. Afvalbakkenplan: in overleg met Omrin daar bakken plaatsen (verwijderen, verplaatsen en nieuwe) waar het echt nodig is. Starten met extra opleidingen Stadstoezicht en extra handhaving. Instellen afstemmingsoverleg zwerfafval, integratie met communicatieplan afval. Door alle acties en aandacht kan een positieve gedragsverandering worden bewerkstelligd.
2.
De brede aandacht voor het openbaar groen in de gemeente Leeuwarden. De intensivering van het groen, het vaststellen van de groenkaart met een uitvoeringsprogramma, de voorbereidingen voor implementatie van de Flora en Faunawet, “meer openbaar groen, minder regels” en een compensatieregeling zijn allemaal zaken ten gunste van het openbaar groen in de stad. Deze aandacht heeft zich direct vertaald in de waardering door de burgers van het bezochte groen en het onderhoud, deze is in 2009 behoorlijk gestegen.
3.
Het project opwaardering van de begraafplaats: veel achterstallig onderhoud is inmiddels weggewerkt. Naast dit fysieke onderhoud is er ook veel aandacht besteed aan het aanbod van producten en transparante tarieven, kortom het wordt weer een volwaardige voorziening.
Verbeterpunten 1.
Bij de monitoring van de openbare ruimte wordt voor wat betreft de verzorging het niveau hoog nog niet overal gehaald.
2.
De middelen voor beheer en onderhoud aan speelvoorzieningen zijn tot en met 2011 geregeld.
197
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Wat willen we bereiken? Strategisch Algemeen doel
Strategische hoofddoelen
Subdoelstellingen
Onderhoud groen
A.
De inwoners van de stedelijke vernieuwingswijken zijn tevreden met hun
kantorenhaak, parken en plantsoenen in de
B.
De inwoners v/d gemeente zijn tevreden met hun woon- en leefomgeving
binnenstad en een basisniveau voor de wijken
C.
Een goed toegankelijk Melddesksysteem.
conform de systematiek BOR in Beeld.
D.
Toename kwaliteit groengebieden.
E.
Groei aantal bezoekers groengebieden.
Een hoog niveau van beheer en onderhoud van
Verlichting
woon- en leefomgeving.
F.
Hoge waardering van de gemeentelijke groengebieden door Leeuwarders.
G.
Tevredenheid bewoners over groenvoorziening.
H.
Tevredenheid bewoners groenvoorziening onderhoud.
I.
Tevredenheid bewoners met openbare verlichting.
J.
Bewoners zijn tevreden over onkruidbestrijding verhardingen.
K.
Tevredenheid zwerfvuilbestrijding en afname ergernis over graffiti.
Een goed onderhoudsniveau van de straatverlichting dat bijdraagt aan de socialeen verkeersveiligheid.
Een onderhoudsniveau van de
Onkruidbestrijding
openbare ruimte dat voldoende
Een hoog niveau van onkruidbestrijding op
bijdraagt aan de veiligheid en
verhardingen voor de kantorenhaak en de
leefbaarheid voor de burgers en
binnenstad, een basisniveau voor de wijken en
bezoekers van Leeuwarden.
een laag niveau voor industrieterreinen conform de systematiek BOR in Beeld. Zwerfvuil en graffiti Een hoog niveau van zwerfvuilbestrijding in het openbaar groen en verhardingen voor de binnenstad en een basis niveau voor de wijken. Een acceptabel niveau in binnenstad en winkelgebied Schrans van de graffitibestrijding.
198
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Onderhoud speelvoorzieningen
L.
Tevredenheid bewoners over speeltoestellen in de stad.
Een acceptabel niveau van beheer en onderhoud van speelvoorzieningen dat voldoet aan de geldende wettelijke veiligheidseisen conform het attractiebesluit. Begraafplaatsen
M.
Voldoende voorzieningen treffen voor een waardige teraardebestelling en
Er is gelegenheid tot een waardige
instaan voor de grafrust en het in gelegenheid stellen tot een goede
teraardebestelling, de grafrust is gewaarborgd
rouwverwerking.
en er is gelegenheid tot een goede rouwverwerking.
N.
Voorzien in de teraardebestelling, crematie van een stoffelijk overschot indien niemand daar in voorziet.
Buitenreclame Een bij de woon- en leefomgeving passende buitenreclame.
199
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
49%
55%²
+ 1%
20%
20%²
25%
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
+ 5%
+ 1%
+ 1%
-5%
25%
25%
+5%
+5%
190 ha
9 ha
2006 Algemeen A
De inwoners van de stedelijke vernieuwingswijken zijn tevreden met hun woon- en leefomgeving. Indicator: •
Het percentage burgers dat tevreden is met de openbare ruimte (verhardingen, groen, waterpartijen en verlichting) in de herstructureringswijken stijgt de eerste 5 jaar na afronding van de herstructurering ieder jaar met 1%.
B
Achter de Hoven
Vrijheidswijk
(2007)
De inwoners van de gemeente zijn tevreden met hun woon- en leefomgeving Indicator: •
Het percentage burgers dat tevreden is met zijn of haar leefomgeving12 (aangepast MOP-doel)
C
(2005)
Een goed toegankelijk Melddesksysteem. Indicator:
(2007) +13%
+15%
-2%
•
7.477
9.781
8.636
+1.145 1.589
Het aantal meldingen per hoofdcategorie:
•
Afval
760
2.467
878
•
Bruggen/Kunstwerken
61
75
70
5
•
Geluid
47
94
54
40
•
Groen
1.600
1.581
1.848
-267
•
Kabels/leidingen
28
38
32
6
•
Lucht
8
10
9
1
•
Openbare verlichting en VRI
1.377
1.334
1.590
-256
•
Recreatie en jeugdvoorzieningen
138
190
159
31
•
Riolering en waterhuishouding
630
533
728
-195
•
Uitvoeringsprojecten
•
Verharding
• •
136
105
157
-52
1.503
1.595
1.736
-141
Verkeer
481
1.053
556
480
Water
186
223
215
8
•
Wegmeubilair
495
456
572
-116
•
Reclame
27
27
31
-4
n.v.t.
1,5 ha
8 ha
-6,5 ha
Onderhoud groen D
Toename kwaliteit groengebieden. Indicator: •
Het aantal m2 groen/water/paden van parken en recreatiegebieden dat opgewaardeerd wordt.
12
Deze meting wordt ook beïnvloed door andere omstandigheden in de buurt, zoals: omgang in de buurt met elkaar en achterstallig onderhoud aan de woning en privé-tuinen.
200
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
2006 E
Groei aantal bezoekers groengebieden. Indicator: •
Het percentage Leeuwarders dat de gemeentelijke groengebieden bezoekt:
(2005)
o
Prinsentuin
71%
76%
75%
+1%
75%
75%
o
Potmarge
45%
54%
45%
+9%
45%
45%
o
Rengerspark
40%
38%
40%
-2%
40%
40%
o
Parkje(s) in de buurt
57%
64%
50%
+6%
55%
60%
(meting via gemeente-enquête) F
Hoge waardering van de gemeentelijke groengebieden door Leeuwarders. Indicator: •
Het percentage Leeuwarders dat het bezochte groen met ‘hoog’ waardeert:
(2005)
o
Prinsentuin
90%
97%
92%
+5%
92%
92%
o
Potmarge
77%
86%
80%
+6%
80%
80%
o
Rengerspark
78%
87%
80%
+7%
80%
80%
o
Parkje(s) in de buurt
64%
80%
65%
+15%
65%
65%
71%²
78%
-7%
80%
80%
56%²
45%
11%
46%
46%
n.b.
83%
83%
83%
28%²
40%
(meting via gemeente-enquête) G
Tevredenheid bewoners over groenvoorziening. Indicator: •
Het percentage van de bewoners, dat tevreden is over de groenvoorzieningen (GSB-monitor)
H
(2004) 76%
Tevredenheid bewoners over onderhoud groenvoorziening. Indicator: •
Het percentage bewoners dat tevreden is met het onderhoud van de groenvoorzieningen.
(2005) 44%
(meting via wijksignaleringssysteem) Verlichting I
Tevredenheid bewoners met openbare verlichting. Indicator: •
Het percentage bewoners dat vindt dat er voldoende lantaarns zijn blijft stabiel.
(2005) 86%
(meting via wijksignaleringssysteem) Onkruidbestrijding J
Bewoners zijn tevreden over onkruidbestrijding verhardingen. Indicator: •
Het percentage bewoners dat zich vaak ergert aan
(2005) 45%
-12%
40%
40%
onkruidgroei op verhardingen. (meting via wijksignaleringssysteem)
201
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Subdoelstellingen
Nul-
Real
Begr
meting
2009
2009
Saldo
Begr
Begr
2010
2011
36%
34%²
31%
3%
31%
30%
43%²
20%
23%
15%
n.b.
50%
2006 Zwerfvuil en graffiti K
Tevredenheid zwerfvuilbestrijding en afname ergernis over graffiti. Indicator: •
Het percentage bewoners dat zich vaak ergert aan
(2005)
zwerfvuil. (meting via wijksignaleringssysteem) •
Het percentage bewoners dat aangeeft zich nooit te ergeren aan graffiti in de binnenstad
(2005)
Onderhoud speelvoorzieningen L
Tevredenheid bewoners over speeltoestellen in de stad. Indicator: •
Het percentage bewoners dat vindt dat er voldoende
(2005)
speeltoestellen zijn voor kinderen in de leeftijd (4-10
49%
50%
50%
jaar) (meting via wijksignaleringssysteem) ² Het betreft voorlopige cijfers, in afwachting van de definitieve weegfactoren van het CBS.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren welke niet of deels zijn uitgevoerd. Prestaties Incidenteel
Begr.
Real.
Begr.
Begr.
Begr.
Sub
2009
2009
2010
2011
2012
Doel
x
+/-
x x
Algemeen
•
Uitvoering aanbevelingen evaluatie “BOR in beeld”
Onderhoud groen •
Reconstructie groen Aldlân
x
+/-
•
Reconstructie Julianapark
x
+/-
D t/m H
•
Reconstructie wijkpark Camminghaburen
x
+/-
D t/m H
x
+/-
G, H
Verlichting •
Beleidsplan OV
x
I
Zwerfvuil en graffiti •
Project zwerfafval
x
+
x
x
x
K
•
Nieuw schoonmaakcontract graffitibestrijding
x
+
x
x
x
K
x
+
x
M
x
+/-
x
B
Begraafplaatsen •
Opwaardering begraafplaats
Buitenreclame •
Aanpassen reclamebeleid
Prestaties Structureel
Real.
Sub
2009
Doel
Onderhoud groen •
Intensivering groenbeleid
+/-
A, B, D t/m H
•
Meer bomen en minder regels
+/-
A, B, D t/m H
202
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Prestaties Structureel •
Real.
Sub
2009
Doel
+/-
A, B, D t/m H
+/-
A, B, D t/m H
-
J
-
K
Op kwaliteitsniveaus “basis” en “hoog”: Beeld: resp. maximaal 10% (basis) en 2% (hoog) voldoet niet aan het eindbeeld Schade: resp. maximaal 20% en 5% schade aan beplanting en bomen Volledigheid: bomenrij en groenvlakken resp. maximaal 20% en 5% niet volledig beplant Vitaliteit: resp. maximaal 20% en 5% matige of slechte kwaliteit.
•
Voor de (cultuurhistorische) parken, de binnenstad en de kantorenhaak is gekozen voor kwaliteitsniveau ”hoog”. De overige structuurelementen worden onderhouden op niveau “basis”.
Onkruidbestrijding •
Onkruidbestrijding op verharding voor de structuurelementen binnenstad, kantorenhaak en (cultuurhistorische) parken op kwaliteitsniveau “hoog”: 10% tot 15% van het totale oppervlak elementenverharding (voegen) is begroeid. De hoogte van de begroeiing is maximaal 10 cm. Rondom obstakels en muren komt maximaal 5% begroeiing voor.
Zwerfvuil en graffiti •
Het (laten) bestrijden van zwerfvuil op het niveau “hoog” voor de structuurelementen binnenstad, kantorenhaak en (cultuurhistorische) parken conform de systematiek BOR in Beeld: plantvakken zijn schoon en grondig ontdaan van zwerfvuil. 420.000 m2.
Realisatie speerpunten rekeningjaar •
intensivering groenbeleid, inclusief: meer bomen, minder regels
•
zwerfafval
•
kwaliteitsverbetering buitenreclame
Realisatie nieuw beleid/ombuiging •
Extra inzet aanpak zwerfafval
Real.
Sub
2009
doel
+/-
B,D
+
K
+/-
B
Real.
Sub
2009
doel
+
K
Algemeen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Burgers tevreden met
De tevredenheid van de burgers over hun leefomgeving is gedaald. Een duidelijk
leefomgeving (B)
aanwijsbare oorzaak is niet aan te geven. Mogelijk heeft het te maken met de ergernis over zwerfafval en de tevredenheid over openbaar groen; deze indicatoren zijn in negatieve zin gedaald in 2009. De tevredenheid over het onderhoud in de parken daarentegen is juist gestegen.
Melddesksysteem (C)
Het totaal aantal meldingen is iets minder gestegen dan verwacht en lijkt zich te stabiliseren. Voor een aantal onderhoudscategorieën (groen, openbare verlichting, riolering, verharding en wegmeubilair) is de stijging minder groot dan voorzien. De meldingen over afval zijn enorm gestegen. Naar verwachting speelt het gewijzigde afvalbeleid hierin een rol. Na de wijziging bij de grofvuil inzameling zijn de illegale dumpingen enorm toegenomen. Daarnaast kunnen er door de extra aandacht voor het onderwerp ook meer meldingen zijn gekomen. De afhandeling van de meldingen is in 2009 weer verbeterd. Van alle meldingen zijn er in totaal 77% binnen de normtijd afgehandeld (in 2008: 69%).
Overige toelichting Wijksignaleringssysteem en
De vragen uit het wijksignaleringssysteem zijn in 2009 voor zover mogelijk
Veiligheidsmonitor
toegevoegd aan de Veiligheidsmonitor van het rijk, uitgevoerd door het CBS. Voor een tweetal onderdelen (openbare verlichting en speelvoorzieningen) is echter een
203
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
andere vraagstelling gehanteerd, waardoor de gegevens hiervoor ontbreken. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Uitvoering aanbevelingen
Aan alle aanbevelingen uit de evaluatie “BOR in Beeld” is gevolg gegeven, behalve
evaluatie “BOR in beeld”
de communicatie via de website. Dit wordt meegenomen met de vernieuwing van de website in 2010.
Subconclusie
Het melddesksysteem voorziet in een grote behoefte. Het totaal aantal meldingen stabiliseert zich. De afhandeling van de meldingen is weer flink verbeterd, waarmee de dienstverlening naar de burger is gestegen.
Onderhoud groen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Toename kwaliteit
Het voornemen was om circa 8 ha groen op te waarderen, bestaande uit een aantal
groengebieden (D)
wijkparken. Gelet op de voorbereidingstijd en de inspraakreacties is de uitvoering grotendeels opgeschoven naar 2010. Een deel van het wijkpark Aldlân is wel uitgevoerd.
Hoge waardering van
De waardering is toegenomen, vooral voor de parkjes in de buurt.
groengebieden (F) Tevredenheid over
De tevredenheid over groenvoorzieningen is gedaald. Mogelijk is dit een negatief
groenvoorzieningen (G)
effect van de aandacht voor openbaar groen. Door die aandacht voor o.a. bomen, parken en groen langs de hoofdwegenstructuur vinden de bewoners de hoeveelheid groen in de eigen wijk mogelijk te laag.
Tevredenheid onderhoud
De tevredenheid over het onderhoud van het aanwezige groen is wel gestegen. De
groenvoorziening (H)
planmatige aanpak en de uitvoering op basis van beeldkwaliteit hebben hieraan bijgedragen. Opvallend is de hogere waardering voor de parken.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Reconstructie wijkpark Aldlân
De voorbereidingstijd van het project “Reconstructie Groen Aldlân” heeft een langere doorlooptijd gekend dan vooraf was ingepland. Na een presentatie in juni 2009 van de voorgenomen plannen – met een enthousiast publiek – is mede als gevolg van reacties op het plan en de afstemming vanwege in gebruik genomen snippergroen sprake geweest van vertraging. Ook de beperkte beschikbaarheid van middelen heeft hierin vertragend gewerkt. Op onderdelen zijn aanpassingen doorgevoerd en is het aangepaste plan (digitaal) via de site voor Aldlân voor eenieder in de wijk beschikbaar gekomen. Daarna is voortvarend de voorbereiding voor bestek en tekeningen opgepakt. Uitvoering staat gepland voor 2010 (start voorjaar) en eventueel uitloop naar 2011.
Reconstructie Julianapark
De planvorming is afgerond en vertaald naar een ontwerp. Inventarisatie (buiten) vindt binnenkort plaats. Overleg met omwonenden moet nog plaatsvinden. Gelet op prioritering en beschikbaarheid van middelen wordt e.e.a. in 2010 verder beoordeeld en opgepakt.
Reconstructie wijkpark
De stichting Leefbaar Camminghaburen is nu geformaliseerd. Voor het park zijn drie
Camminghaburen
fasen in de reconstructie benoemd. De eerst fase (aanpak entree) is uitgevoerd. De aanpak van de vervolgfasen vindt in 2010 verder plaats en is mede afhankelijk van de fondswerving door de stichting en de beschikbaarheid van middelen.
Kwaliteitsniveaus “basis” en
204
Het niveau hoog is in het voorjaar niet gehaald op de structuurelementen waarvoor
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
“hoog”
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
dit was afgesproken (binnenstad, kantorenhaak en parken). In de zomer en de herfst lukte dit op 2 van de 3 structuurelementen wel. Met name bij het onkruid in groen en op verharding is het lastig om het niveau te halen. Dit is ook sterk afhankelijk van de weersomstandigheden.
Speerpunten (afwijking) Intensivering groenbeleid,
De groenkaart is vastgesteld, aansluitend hierop is een uitvoeringsplan opgesteld.
inclusief: meer bomen, minder
Het concept voorstel ‘meer openbaar groen, minder regels’ is in 2009 afgerond en is
regels
begin 2010 het besluitvormingstraject (inclusief inspraaktermijn) ingegaan.
Subconclusie
Daar waar het onderhoud basisniveau moet zijn, is dat gehaald. Op de plaatsen waar het niveau hoog moet zijn, is dat in 2009 niet overal gehaald. Conform de evaluatie “BOR in Beeld” zal hier in 2009 en 2010 extra aandacht aan worden besteed met als doel het niveau hoog in 2010 wel te halen.
Verlichting Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Overige toelichting Tevredenheid bewoners met
Gegevens wijksignaleringssysteem zijn niet beschikbaar, vanwege andere
openbare verlichting (I)
vraagstelling in Veiligheidsmonitor rijk.
Ontwikkeling nieuw beleid
Nieuw beleid is in ontwikkeling. Eind oktober 2009 is er een informatiebijeenkomst over openbare verlichting voor de raad gehouden. Hier is zowel vanuit veiligheid als vanuit energiebesparing een lezing gehouden door externe deskundigen. Daarnaast is de Leeuwarder situatie voor het voetlicht gebracht. Er lopen verschillende experimenten t/m 2010. De meer dan 20 experimenten worden geëvalueerd in de periode mei tot en met juli 2010. Landelijke ontwikkelingen worden gevolgd. Begin 2011 wordt beleid op maat gemaakt en worden prioriteiten gesteld qua gebiedsgerichte aanpak. Vervolgens worden de bewoners en gebruikers betrokken bij de uitvoering van plannen op wijkniveau.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Beleidsplan OV
Omdat de ontwikkelingen op het gebied van openbare verlichting snel gaan, zeker t.a.v. LED-verlichting, zijn eerst experimenten opgezet, waarna een gedegen afweging gemaakt kan worden.
Subconclusie
Met de resultaten van de ingezette experimenten zal een gedegen keuze voor het nieuwe beleid kunnen worden voorgelegd.
Onkruidbestrijding Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Tevredenheid over
De ergernis over onkruidgroei op verhardingen is flink afgenomen. De planmatige
onkruidbestrijding (J)
aanpak met de borstelmachines in combinatie met het vegen heeft hier positief aan bijgedragen. Er blijven wel altijd kwetsbare plekken die de nodige aandacht vragen.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Kwaliteitsniveaus “basis” en
Het niveau hoog is in het voorjaar niet gehaald op de structuurelementen waarvoor
“hoog”
dit was afgesproken (binnenstad, kantorenhaak en parken). In de zomer en de herfst lukte dit bij de parken en de binnenstad wel. Met name bij het onkruid in groen en op verharding is het lastig om het niveau te halen. Dit is ook sterk afhankelijk van de weersomstandigheden. Conform de aanbeveling van “BOR in Beeld” wordt onderzocht hoe de kantorenhaak in 2010 ook op hoog niveau kan komen.
205
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Overige Toelichting Onkruidpreventie
Bij de grotere reconstructies worden al zo veel als mogelijk onkruidpreventiemaatregelen meegenomen. Op een aantal plaatsen in de stad is een proef gedaan met een heteluchtmachine, ten aanzien van het beeld waren de resultaten nog onvoldoende.
Subconclusie
Daar waar het onderhoud basisniveau moet zijn, is dat gehaald. Op de plaatsen waar het niveau hoog moet zijn, is dat in 2009 niet overal gehaald. Conform de evaluatie “BOR in Beeld” zal hier in 2009 en 2010 extra aandacht aan worden besteed met als doel het niveau hoog in 2010 wel te halen.
Zwerfvuil en graffiti Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Tevredenheid zwerfvuilbestrijding
De ergernis van bewoners over zwerfvuil moet afnemen, maar is enigszins
en afname ergernis graffiti (K)
toegenomen. Het aantal meldingen over afval is enorm toegenomen. Naar verwachting speelt het gewijzigde afvalbeleid hierin een rol. Na de wijziging bij de grofvuil inzameling zijn de illegale dumpingen enorm toegenomen. Daarnaast kunnen er door de extra aandacht voor het onderwerp ook meer meldingen zijn gekomen. De ergernis over graffiti in de binnenstad is substantieel afgenomen. Het graffitibeleid van de laatste jaren, gestoeld op de pijlers schoonmaak en graffitikunst, werpt zeker zijn vruchten af.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Kwaliteitsniveau “hoog”
Het niveau hoog is in de parken, de kantorenhaak en de binnenstad t.a.v. zwerfvuil en graffiti niet steeds gehaald. Overigens dekt het contract voor graffiti alleen de binnenstad.
Overige Toelichting Nieuw schoonmaakcontract
Het schoonmaakcontract voor graffiti is per 1-1-2009 afgesloten en loopt nog tot
graffitibestrijding
eind 2010.
Speerpunten (toelichting) Zwerfafval
Het Plusproject Zwerfafval is eind 2008 van start gegaan en loopt nog door tot eind 2010. In 2009 zijn diverse zaken opgepakt: afvalbakkenplan, toezicht en handhaving en integraal overleg met partijen. De ambitie is dat deze maatregelen vanaf 2010 effect sorteren. Overigens wordt opgemerkt dat bij zwerfafval altijd het dilemma speelt van veel of weinig opruimen. Als er veel wordt opgeruimd kan het negatieve effect zijn dat er ook weer meer afval wordt gedumpt: het wordt toch wel opgeruimd. Als er weinig wordt opgeruimd, kan er ook veel afval achter blijven.
Subconclusie
Daar waar het onderhoud basisniveau moet zijn, is dat gehaald. Op de plaatsen waar het niveau hoog moet zijn, is dat in 2009 niet overal gehaald. Conform de evaluatie “BOR in Beeld” zal hier in 2009 en 2010 extra aandacht aan worden besteed met als doel het niveau hoog in 2010 wel te halen.
Onderhoud speelvoorzieningen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking Tevredenheid over speeltoestellen
Er zijn wederom beduidend meer meldingen over speelvoorzieningen binnengekomen. Door de vervangingsacties en gelet op de veiligheid die de burger raakt is er veel aandacht voor dit onderwerp.
Overige Toelichting Verbetering speelvoorzieningen
206
Ten laste van de incidentele middelen (€ 1 miljoen) zijn de voorbereidingen gedaan
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
voor de verbetering van de ondergronden van de speelvoorzieningen en verdere vervangingen van speeltoestellen. In 2010 en 2011 wordt hier uitvoering aan gegeven. Gelet op de veiligheid van de spelende kinderen is dit een flinke verbeterslag. Voor de jaren daarna zullen nog structurele middelen moeten worden gevonden. Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Overige Toelichting
De doelstelling om voldoende speelvoorzieningen (in aantal) te hebben, staat los van het onderhoud. Dit subdoel wordt overgeheveld naar programma Jeugd & Onderwijs.
Subconclusie
De consequenties voor beheer en onderhoud m.b.t. spelen zijn in het kader van de kapitaalgoederen in beeld gebracht. Gelet op de beperkte financiële middelen wordt in hoofdzaak door wijkzaken ingezet op voldoen aan wet- en regelgeving en het in goede staat houden van de aanwezige speeltoestellen.
Begraafplaatsen Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Geen.
Overige Toelichting Opwaardering begraafplaatsen
Het project opwaardering begraafplaatsen verkeert in de laatste fase: in 2009 zijn de voorbereidingen gedaan voor de afronding in 2010. Dan komen zaken als verharding, groen en realiseren van parkeerplaatsen aan de orde.
Subconclusie
Het project opwaardering begraafplaatsen is bezig aan het vierde, voorlaatste, jaar van uitvoering. Naast de fysieke uitvoering wordt ook het productenaanbod afgestemd op de behoefte. De integrale aanpak zorgt voor een volwaardige voorziening. De aanpak van de complete renovatie van het oude deel van de Noorderbegraafplaats ligt op schema.
Buitenreclame Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Afwijking
Geen.
Wat wilden we daarvoor doen en wat hebben we gedaan? Afwijking Aanpassen reclamebeleid
In 2009 is de nota “Oog voor reclame” opgesteld, die begin 2010 het besluitvormingstraject (inclusief inspraaktermijn) is ingegaan. De reden van vertraging ligt vooral in de complexiteit van de regelgeving rond welstand en het feit dat deze richtlijnen door de raad moeten worden vastgesteld. Conform de principes van het dualisme zou dit een bevoegdheid van het college zijn. In eerste instantie is gekoerst op een beleidskader in de raad en een beleidsregel voor de uitvoering in het college. Deze 2 producten zijn nu in het 4e kwartaal van 2009 gelijktijdig in concept voorgelegd aan het college. Vervolgens vindt een inspraakprocedure plaats en in het 2e kwartaal wordt het beleidskader en de beleidsregel voorgelegd aan de raad.
Speerpunten (afwijking) Kwaliteitsverbetering
Naar aanleiding van de evaluatie is in het kader van nieuw beleid incidenteel 2 x
buitenreclame
€ 18.000 per jaar beschikbaar gesteld voor 2009 en 2010 ten behoeve van kwaliteitsverbetering buitenreclame. Duidelijk is dat met deze beperkte middelen niet alle aanbevelingen kunnen worden uitgevoerd. Voorgesteld zal worden aan de raad om deze middelen in te zetten voor de stimuleringsregeling in de jaren 2010 en 2011. Gelet op het niet al te ruime budget, zal deze stimuleringsreling beperkt van opzet zijn.
Subconclusie
Het nieuwe beleid wordt overzichtelijk, zowel voor de aanvragers, de politiek als de toetsers die de vergunningaanvragen beoordelen. Daarnaast wordt van de stimuleringsregeling een kwaliteitsverbetering verwacht.
207
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? x € 1.000 Resultaat 2009 Beleidsproducten
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
Kosten
lasten
lasten
lasten
Baten 61
Saldo
049
Begraafplaatsen
-63
55
-54
-61
054
Straatverlichting
-23
10
66
53
-5
48
055
Reiniging verhardingen
-180
-167
50
-117
056
Openbaar groen
31
-39
27
-12
057
Zwerfvuilbestrijding
-5
-14
-0
-14
085
Speelplaatsen
-12
4
-1
5
4
090
Buitenreclame
1
2
3
-24
-22
113
-112
13 -70
0
-9 7
-163
72
-135
-225
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
Kosten
lasten
lasten
lasten
Baten
x € 1.000 Lasten en baten 2009 totale programma
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
4.690
230
6.853
11.774
1.903
-9.871
B
Begroting 2009 na wijziging :
4.690
253
6.946
11.890
2.031
-9.859
C
Rekening 2009 :
4.853
181
7.081
12.115
2.144
-9.971
Resultaat B-C
-163
72
-135
-225
113
-112 x € 1.000
Analyse van het resultaat : 1.
Begraafplaatsen
2.
Reiniging verhardingen
Kapitaal- Apparaats
Overige
Totale
Totale
Saldo
lasten
kosten
kosten
lasten
baten
56
-63
-54
-61
61
0
13
-180
-167
50
-117
- niet relevante posten : Overig
17
-113
99
3
2
5
Totaal
72
-163
-135
-225
113
-112
Analyse en Toelichting Programma Woon- en leefomgeving Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? 1. Begraafplaatsen
Het resultaat van het product van begraafplaatsen worden verrekend met de voorziening begraafplaatsen. Het saldo in het overzicht is nul omdat het positieve resultaat ad € 48.000 via de overige kosten is toegevoegd aan de voorziening. Het voordelig resultaat van € 48.000 is als volgt tot stand gekomen: •
Kapitaallasten (voordeel € 56.000) In het kader van het plan van aanpak voor de opwaardering van de begraafplaatsen worden zowel de parkeervoorzieningen als de verhardingen op de Noorderbegraafplaats aangepakt. Deze werkzaamheden zijn in 2009 nog niet afgerond, voordeel € 31.000. Op de Noorderbegraafplaats zijn informatiezuilen geplaatst. De afschrijving hiervan start met ingang van 2010, voordeel € 9.000. Ook de aanschaf van een aantal voertuigen heeft eind 2009 plaatsgevonden waarvan de afschrijving start in 2010, voordeel € 16.000.
•
Apparaatskosten (nadeel € 63.000) Het nadeel op de apparaatskosten is deels ontstaan door het inhuren van personeel in verband met onderbezetting door uitdiensttreding en langdurig ziekteverzuim.
208
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
Deze inhuur was nodig om de continuïteit met betrekking tot begraven en onderhoud aan monumenten te waarborgen. Daarnaast moest inhuur worden gepleegd om een inhaalslag te maken op het gebied van administratie, financiën en automatisering. Per saldo is sprake van een nadeel van € 63.000. •
Overige kosten (nadeel € 6.000) Per saldo op overige kosten een nadeel van € 6.000.
•
Baten (voordeel € 61.000) De opbrengsten begraven waren begroot op € 561.000. De werkelijke opbrengsten bedragen € 639.000 hetgeen een voordeel betekent van € 78.000. Dit voordeel is ontstaan omdat eind 2008 een inhaalslag heeft plaatsgevonden inzake de financiële verwerking van met name vergunningen en onderhoudscontracten en was het gevolg van personele knelpunten. Hierdoor is een deel van de baten 2008 verantwoord in 2009. Deze inhaalslag was nodig vanwege personele knelpunten zoals toegelicht in De rente over de voorziening begraafplaatsen is € 17.000 lager dan begroot.
De stand van de voorziening begraafplaatsen bedraagt per 31 december 2009 € 508.000. 2. Reiniging verhardingen
Het resultaat op dit product bedraagt € 117.000 nadelig. Binnen dit product worden de kosten verantwoord met betrekking tot vegen, gladheidbestrijding en de onkruidbestrijding. Het nadeel is als volgt ontstaan: Apparaatskosten (voordeel € 13.000) •
De inzet voor onkruidbestrijding was iets lager dan begroot, voordeel € 13.000.
Overige kosten (nadeel € 180.000) •
Op het onderdeel vegen en gladheidbestrijding zijn de kosten met een bedrag van
€ 171.000 overschreden. In het contract met Fryslân Miljeu is een hogere index gehanteerd dan in de gemeentebegroting, nadeel € 48.000. Vanwege de winterse omstandigheden is veel meer zout gebruikt, nadeel € 78.000. De hoeveelheid ingezameld nat veegvuil was 213 ton hoger dan begroot, nadeel € 16.000. Daarnaast nog diverse nadelen van per saldo € 29.000. •
Met betrekking tot onkruidbestrijding een klein nadeel op overige kosten van € 9.000.
Baten (voordeel € 50.000) •
De lasten voor het vegen en gladheidbestrijding worden op begrotingsbasis voor een deel doorbelast naar de producten Inzameling Afval en Riolering. Nu de lasten zijn overschreden wordt ook een deel van deze overschrijding doorbelast naar deze producten, voordeel € 50.000.
Eindconclusie programma Woon- en leefomgeving Successen 1. Plusproject Zwerfafval
De aanpak van het zwerfafval is op de agenda gekomen. Er vindt afstemming plaats tussen alle betrokken partijen (17 stuks). Aan de hand van een afvalbakkenplan is bekeken of er voldoende bakken staan en of ze op de juiste plaats staan. Daarnaast wordt het toezicht en de handhaving op dit gebied aangescherpt. Als laatste wordt ook de communicatie rond dit onderwerp geïntensiveerd.
2. Openbaar groen
De brede aandacht voor het openbaar groen in de gemeente Leeuwarden. De intensivering van het groen, het vaststellen van de groenkaart met een uitvoeringsprogramma, de voorbereidingen voor implementatie van de Flora en Faunawet, “meer
209
Jaarstukken 2009 2 Beleidsbegroting
2.1 Programmaplan: Programma Woon- en leefomgeving (14)
openbaar groen, minder regels” zijn allemaal zaken ten gunste van het openbaar groen in de stad. 3. Opwaardering
Het project opwaardering van de begraafplaats: veel achterstallig onderhoud is
begraafplaats
inmiddels weggewerkt. Naast dit fysieke onderhoud is er ook veel aandacht besteed aan het aanbod van producten en transparante tarieven, kortom het wordt weer een volwaardige voorziening.
Verbeterpunten 1. Onderhoud op hoog
Bij de monitoring van de openbare ruimte wordt voor wat betreft de verzorging het
niveau
basisniveau wel overal gehaald, maar het niveau hoog nog niet overal. Er zal in 2010 aan worden gewerkt om dit wel te behalen.
2. Beheer en onderhoud
De middelen voor beheer en onderhoud aan speelvoorzieningen zijn tot en met 2011
Speelvoorzieningen
geregeld.
Eindconclusie Het planmatig en integraal beheren van de openbare ruimte heeft ook in 2009 weer een vervolg gekregen. Met behulp van het kwaliteitsdocument openbare ruimte is het steeds beter mogelijk reeds bij de inrichting/aanpassing van de openbare ruimte zoveel mogelijk rekening te houden met het toekomstig beheer. Bij de monitoring van de openbare ruimte zijn in 2009 ook een aantal wijkpanels betrokken. Het zoeken naar efficiëntieverbeteringen is een continu proces in het streven ook het hoog niveau te halen op de met de raad afgesproken locaties.
210
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15) Raadscommissie:
Portefeuillehouder:
Programmamanager:
Bestuur en Middelen
Wethouder G. Krol
P. Meerdink x € 1.000
Resultaat 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
Lasten
lasten
lasten
Baten
-13
-606
-643
2.542
523
936
-305
631
-406
-503
126
-377
705
-266
-11.549
-11.815
0
4.123
4.124
Beleidsproducten 007
Financieringen en beleggingen
-23
053
Stelposten c.a.
413
077
Algemene belastingen
-97
079
Algemene baten en lasten
086
Gemeentefonds
091
Onvoorzien
0
-971 0 -678
-13
160
160
376
-315
Saldo 1.900
160 -5.063
-5.378 x € 1.000
Lasten en baten 2009
Apparaats-
Kapitaal-
Overige
Totale
Totale
kosten
Lasten
lasten
lasten
Baten
totale programma
Saldo
A
Begroting 2009 primitief
4.470
1.317
21.251
27.038
156.037
128.999
B
Begroting 2009 na wijziging :
5.226
1.253
66.073
72.551
198.878
126.326
C
Rekening 2009 :
5.904
1.265
65.697
72.867
193.815
120.948
Resultaat B-C
-678
-13
376
-315
-5.063
-5.378
Begroting
Begroting
Rekening
Resultaat
2009
2009 na
2009
2009
Lasten
wijziging
1.292
1.310
1.365
-54
31
31
896
-866
BHP506 Saldo van de financieringsfunctie
347
347
0
347
BHP516 Bespaarde rente
288
265
334
-69
1.957
1.953
2.595
-643
1.196
1.196
1.224
28
Financieringen en beleggingen x € 1.000 BLP007 Financieringen en beleggingen
Lasten BHP488 Treasury BHP496 Beheer deelnemingen
Totaal lasten Baten BHP488 Treasury BHP496 Beheer deelnemingen
938
6.656
8.729
2.072
BHP506 Saldo van de financieringsfunctie
1.501
1.441
1.889
449
BHP516 Bespaarde rente
4.905
5.715
5.708
-7
Totaal baten
8.540
15.007
17.550
2.542
Totaal resultaat financieringen en beleggingen
6.582
13.055
14.954
1.900
211
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Lasten Treasury Op het beheersproduct Treasury is naast het negatief resultaat op kapitaallasten van € 14.000 en het negatief resultaat op apparaatskosten van € 24.000 op de overige lasten door diverse ooraken een nadeel ontstaan van € 16.000. Beheer deelnemingen Door het afboeken van het aandelenkapitaal van Caparis (aandelenkapitaal in staat van activa was te hoog verantwoord) is een nadeel ontstaan van € 44.000. Door de verkoop van de aandelen in Essent aan RWE heeft de gemeente een deelneming gekregen in de BV’s Escrow en CBL. Deze deelneming is geactiveerd tot een bedrag van € 822.000. Vervolgens is tot dit bedrag een voorziening gevormd voor de garantiegelden Escrow en CBL (zie ook onder de baten). Saldo van de financieringsfunctie In de begroting is ervan uitgegaan dat het positieve renteresultaat deels weglekt naar de zogenaamde rendabele sectoren (grondexploitatie bijvoorbeeld). Daarom wordt er op het “Saldo van de financieringsfunctie” onder de lasten een stelpost geraamd om dit weglekeffect te corrigeren. Omdat in werkelijkheid het weglekeffect in diverse Programma’s wordt gerealiseerd en er tegenover de raming op deze stelpost geen daadwerkelijke uitgaven worden geboekt is hierdoor op de lasten van de financieringsfunctie een voordeel ontstaan van € 346.000. Bespaarde rente Doordat een aantal voorzieningen hoger zijn dan geraamd, levert dit meer bespaarde rente op. Deze hogere bespaarde rente van € 69.000 wordt op dit product overgeboekt naar de betreffende producten waarop de uitgaven worden geboekt die een relatie hebben met de betreffende voorzieningen. Als gevolg hiervan ontstaat op dit product onder de lasten een nadeel van € 69.000. Baten Treasury Onder de baten is op dit product door diverse oorzaken een voordelig resultaat behaald van € 28.000. Beheer deelnemingen Door de verkoop van de aandelen in Essent aan RWE is de deelneming in de BV’s Escrow en CBL geactiveerd tot een bedrag van € 822.000. Tot dit bedrag wordt een voorziening ingesteld (zie onder de lasten). Verder heeft de gemeente als gevolg van de verkoop van Essent diverse geldleningen en aandelen in Enexis, Publiek Belang Elektriciteitsproductie (PBE) en Essent Milieu gekregen. De activering van de leningen en aandelen heeft geleid tot een voordeel op de exploitatie van in totaal € 1.677.000. Verder is de ingehouden dividendbelasting over de aandelen PBE en een bruglening van de Belastingdienst terugontvangen tot een bedrag van € 155.000. De afwikkeling van het dividend van Essent over 2008 heeft geleid tot een voordeel van € 41.000. Over 2009 ontvangt de gemeente geen dividend meer van Essent, hetgeen leidt tot een tegenvaller van € 211.000. In de begroting was een bedrag van € 400.000 geraamd voor extra dividend van de Bank voor Nederlandse Gemeenten (BNG). Gelet op de rating van de bank en door de financiële crisis werd het niet verantwoord geacht in 2009 extra dividend uit te keren. Dit leidt tot een tegenvaller van € 400.000. Verder heeft de afwikkeling van het dividend over 2008 van de BNG geleid tot een nadeel van € 12.000.
212
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Saldo van de financieringsfunctie De investeringen die door de gemeente worden gedaan brengen een vermogensbeslag met zich mee. Om dit vermogensbeslag te kunnen financieren trekt de gemeente vreemd vermogen aan of zet zij haar reserves en voorzieningen in. In beide gevallen brengt dit rentekosten met zich mee (te betalen rente aan derden c.q. bespaarde rente van reserves en voorzieningen). Deze rentekosten worden via de methodiek van de renteomslag toegerekend aan de investeringen en op deze wijze ten laste van de programma’s gebracht. Na de toerekening van de rente via de methodiek van de rente-omslag aan de diverse programma’s resteert altijd een saldo (=renteresultaat). Dit renteresultaat komt tot uitdrukking op dit product. Voornamelijk als gevolg van lagere rentekosten is dit renteresultaat uiteindelijk € 449.000 hoger dan geraamd. Bespaarde rente De bespaarde rente over reserves en voorzieningen valt € 7.000 lager uit dan geraamd. Stelposten c.a. x € 1.000 BLP053 Stelposten c.a.
Begroting
Begroting
Rekening
Resultaat
2009
2009 na
2009
2009
Lasten
wijziging
Lasten BHP001 Overige stelposten
3.887
1.194
258
936
Totaal lasten
3.887
1.194
258
936
Baten BHP001 Overige stelposten
413
333
28
-305
Totaal baten
413
333
28
-305
-3.474
-861
-230
631
Totaal resultaat stelposten c.a. Lasten
Tot een bedrag van € 528.000 is een voordeel ontstaan, doordat niet op alle gereserveerde middelen voor taakmutaties en decentralisatie-uitkeringen een beroep is gedaan. Aan een gedeelte van het ISI-budget (Impuls Sociale Investeringen) is in 2009 nog geen bestemming gegeven. Dit leidt in 2009 tot een incidenteel voordeel van € 92.000. Bij het opstellen van de begroting worden de kosten van boventallig personeel geraamd op dit product. Omdat voor deze kosten geen budget beschikbaar is, wordt als tegenpost op dit product een baat geraamd tot hetzelfde bedrag, omdat ervan uitgegaan wordt, dat de boventalligen kunnen worden ingezet voor vacatures en ziekte. Er is een voordeel van € 309.000 ontstaan doordat de kosten van de doorbelaste uren van boventallig personeel lager zijn uitgevallen dan geraamd (zie ook de toelichting onder de baten). Door diverse oorzaken is een meevaller ontstaan van € 7.000. Baten In de begroting wordt ervan uitgegaan dat boventallig personeel wordt ingezet bij ziekte en vacatures en daarmee volledig rendabel wordt gemaakt. In de praktijk is deze veronderstelling niet uitgekomen. Voor zover boventallig personeel niet kon worden ingezet voor vacatures en ziekte is er een tegenvaller ontstaan. Deze tegenvaller bedraagt € 305.000 (zie ook onder de lasten).
213
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Algemene belastingen x € 1.000 Begroting BLP077 Lokale heffingen
Begroting
Rekening
Resultaat
2009
2009
2009
2009 na
Lasten
wijziging
BHP005 Heffing en invordering algemeen
1.063
1.025
1.572
-547
BHP489 Onroerende-zaakbelastingen
1.976
2.176
2.157
20
BHP490 Waardering onroerende zaken
608
1.094
1.041
53
BHP491 Vergunningen en ontheffingen
295
295
334
-39
Lasten
BHP492 Precariobelasting
25
25
15
10
3.967
4.615
5.118
-503
196
196
395
199
22.798
23.562
23.470
-92
0
0
0
0
Totaal lasten Baten BHP005 Heffing en invordering algemeen BHP489 Onroerende-zaakbelastingen BHP490 Waardering onroerende zaken BHP491 Vergunningen en ontheffingen
15
15
33
18
149
149
150
1
Totaal baten
23.157
23.922
24.048
126
Totaal resultaat lokale heffingen
19.190
19.307
18.930
-377
BHP492 Precariobelasting
Lasten Aanvulling voorziening dubieuze belastingdebiteuren (nadeel € 200.000) Bij de jaarrekening 2008 zijn door de accountant in zijn verslag van bevindingen kritische kanttekeningen geplaatst over de stand van de voorziening dubieuze belastingdebiteuren alsmede de hoogte van de post belastingdebiteuren (€ 5 miljoen). Naar aanleiding daarvan is een drietal maatregelen getroffen: 1.
Aanscherping Richtlijnen dubieuze debiteuren door B&W (is afgerond);
2.
Opschonen van oude belastingdebiteuren (is grotendeels afgerond);
3.
Verbetering/aanscherping invorderingsproces (loopt).
Bovenstaande heeft ertoe geleid dat de voorziening dubieuze belastingdebiteuren moet worden aangevuld met een storting van € 547.000. In de besluitvorming rond de begroting 2010 was voor het jaar 2009 reeds rekening gehouden met een eenmalige extra storting van € 200.000. Resteert een aanvullende niet begrote storting van € 347.000, waarvan een bedrag van € 147.000 is verrekend met de opbrengst OZB. In verband met langdurige ziekte en wegens geconstateerde problemen bij de WOZ herwaardering 2010 moest een extern bureau worden ingehuurd om de tijdige en goede afronding van de WOZ herwaardering 2010 te waarborgen. Dit heeft geleid tot een nadeel van € 116.000. Tot slot is in 2009 een opschoningslag gemaakt met betrekking tot de invordering van nog openstaande belastingdebiteuren. Vanwege de extra inspanningen die voor deze inhaalslag moeten worden geleverd, alsmede het vertrek van een deurwaarder aan het begin van dit jaar moest externe ondersteuning ingehuurd. Dit leidt tot extra kosten van € 67.000. Het restant (een nadeel van € 120.000) betreft met name meer toegerekende apparaatskosten. Baten De hierboven genoemde opschoningslag met betrekking tot de invordering van nog openstaande belastingdebiteuren heeft tevens geleid tot een extra opbrengst aan invorderingskosten van € 199.000 (betreft terugvordering aanmaningskosten, dwangbevel- en rentekosten, etc.).
214
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
De opbrengst OZB is over 2009 € 92.000 hoger dan begroot. Hierbij is rekening gehouden met een aanvullende storting in de voorziening dubieuze belastingdebiteuren van € 147.000 (zie ook de toelichting bij de lasten). Algemene baten en lasten x € 1.000 BLP079 Algemene lasten en baten
Begroting
Begroting
Rekening
Resultaat
2009
2009 na
2009
2009
Lasten
wijziging
1.424
1.424
1.560
-137
105
105
102
3
Lasten BHP008 Gemeentebrede indirecte kosten BHP013 Kabellegging BHP501 Arbeidsmaatr. en bovenformat. BHP503 Algemene lasten en baten BHP505 Werken voor derden BHP512 Zorg voormalig personeel BHP513 Saldi kostenplaatsen BHP515 Mutaties reserves Totaal lasten
887
453
386
67
2.114
18.824
23.035
9.762
222
172
270
-97
1.679
1.607
1.506
101
941
2.204
-1.890
4.094
9.381
39.790
39.876
-86
16.752
64.579
64.845
13.707
Baten BHP008 Gemeentebrede indirecte kosten BHP013 Kabellegging BHP501 Arbeidsmaatr. en bovenformat. BHP503 Algemene lasten en baten BHP505 Werken voor derden BHP512 Zorg voormalig personeel
0
0
0
0
105
105
104
-1
0
0
0
0
2.000
19.248
7.906
-11.342
253
253
323
70
0
0
-4
-4
16
308
0
-308
8.157
21.499
21.534
35
Totaal baten
10.531
41.413
29.864
-11.549
Totaal resultaat algemene lasten en baten
-6.221
-23.166
-34.981
2.158
BHP513 Saldi kostenplaatsen BHP515 Mutaties reserves
Lasten Gemeentebrede indirecte kosten Voornamelijk doordat er meer tijd is besteed aan de interne producten van Bestuur en Concernstaf is op dit product een nadeel ontstaan van € 137.000. Arbeidsmaatregelen en bovenformatieven Diverse oorzaken hebben geleid tot een meevaller van € 67.000. Algemene lasten en baten In verband met de afwikkeling van een juridische procedure en mogelijke claims voor nieuwe procedures is er een aanvullende storting gedaan in de voorziening lopende procedures tot een bedrag van € 1.047.000. Tot een bedrag van € 327.000 zijn de kosten van een juridisch geschil terug ontvangen via de WA-verzekering (zie onder baten) Via dit programma verlopen de verrekeningen van de reserves met de investeringen en projecten. Bij deze verrekening bedraagt het voordeel onder de lasten € 11.685.000. Deze verschillen ontstaan doordat verrekeningen met reserves worden geraamd in het jaar waarin het krediet beschikbaar wordt gesteld. De werkelijk verrekening vindt in de regel later plaats.
215
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Als gevolg van de intensivering van de capaciteit om de ambitie voor de inburgering te realiseren zijn er meer productieve uren geschreven op inburgering dan vooraf was begroot en noodzakelijk was om de kosten toe te rekenen aan het product. Hierdoor is een overdekking van de werkelijke apparaatskosten ontstaan. Tegenover het nadeel van € 730.000 staat dan ook een voordeel (de overdekking) als resultaat op de kostenplaatsen. In 2008 is de uitbetalingsdatum van de werkgeversbijdrage in de levensloopregeling verschoven naar het einde van het jaar. Voorheen werd deze bijdrage in juni uitbetaald. Nu deze datum is verschoven betekende dit dat in dat jaar in december een bijdrage werd betaald over 19 maanden in plaats van over 12 maanden. De extra 7 maanden zijn in 2008 weliswaar via het salaris uitbetaald, maar niet ten laste van het rekeningresultaat 2008 gebracht. In totaal gaat het concernbreed om een bedrag van € 181.000 dat ten laste van de balans (transitorische posten) is gebracht. Deze correctie levert derhalve voor het jaar 2009 een nadeel op tot dit bedrag. Op grond van hercalculaties in de BTW-administratie is gebleken dat over de jaren tot en met 2006 recht op teruggave was in verband met een te hoge zogenaamde suppletiekorting. Over 2009 levert dit een voordeel op van € 47.000 op de suppletie-aangifte 2004 t/m 2008. Diverse oorzaken hebben geleid tot een tegenvaller van € 12.000. Werken voor derden De voornaamste oorzaak van de tegenvaller van € 97.000 zijn de kosten ( € 123.000) die zijn gemaakt voor de grieppandemie. In eerste instantie was er sprake van een vergoeding van het Rijk voor deze kosten. Het is thans niet duidelijk of er wel een vergoeding van het Rijk wordt ontvangen. Overige oorzaken hebben geleid tot een meevaller van 26.000. Zorg voormalig personeel In het kader van het FLO overgangrecht hebben medewerkers bij het bereiken van de leeftijd van 55 jaar een aantal keuzemogelijkheden. Als gevolg van de door medewerkers gemaakte keuzen en een fiscale boete over de vroegpensioenregeling in deze periode is op dit product een meevaller ontstaan van 51.000. Over de jaren 2006 en 2007 is geen rekening gehouden met de vrijstelling WAO/WIA. Met terugwerkende kracht is alsnog deze premievrijstelling over de jaren 2006 en 2007 toegepast. Dit heeft geleid tot een teruggaaf in 2009 van € 27.000. Diverse oorzaken hebben geleid tot een meevaller van € 23.000. Saldi kostenplaatsen Op de kostenplaatsen is per saldo sprake van een voordeel van € 3.786.000 ten opzichte van de gewijzigde begroting. Dit voordeel is als volgt ontstaan: x € 1.000 - lagere kapitaallasten
360
voordeel
- minder kosten personeel
503
voordeel
2.950
voordeel
- planontwikkeling nieuw huisvestingsconcept
110
voordeel
- saldo diverse kleinere mee- en tegenvallers
137
nadeel
3.786
voordeel
- doorbelaste apparaatskosten/interne doorbelastingen
Totaal saldi kostenplaatsen
Lagere kapitaallasten (€ 360.000 voordeel) Het voordeel van € 360.000 op de post kapitaallasten wordt met name veroorzaakt door doorschuiving van investeringen op tractie buitendienst wijkzaken (€ 206.000 voordeel) en uitstel van investeringen Digitaal Loket II en huisstijl dienstverlening (€ 139.000).
216
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Minder kosten personeel (€ 503.000 voordeel) Op de kostenplaatsen is op de personeelslasten sprake van een voordeel van € 503.000. Dit voordeel wordt veroorzaakt door enerzijds minder salariskosten voor vast personeel (met name vacatures) en anderzijds door hogere kosten wegens inhuur van personeel (bijv. in verband met ziekte, vacatures, maar ook in verband met speciale deskundigheid of vanwege andere invulling van formatie bijv. ter verbetering van de flexibiliteit). Daarnaast is er in bepaalde gevallen personeel ingehuurd, waar vergoedingen van derden tegenover staan welke in deze jaarstukken worden verantwoord onder andere programma’s (zie ook de toelichting onder apparaatskosten). Tenslotte wordt een belangrijk voordeel op de personeelslasten (€ 884.000) veroorzaakt door het uitblijven van een onderhandelingsresultaat over een nieuwe CAO voor gemeenteambtenaren. In de paragraaf bedrijfsvoering wordt een nadere analyse gegeven van het totale resultaat op de personeelslasten. Doorbelaste apparaatskosten/overige interne doorbelastingen (€ 2.950.000 voordeel) Vanuit de kostenplaatsen zijn per saldo meer kosten (apparaatskosten/overige kosten) doorbelast naar de programma’s dan begroot. Dit komt doordat in 2009 aanzienlijk meer productieve uren zijn gemaakt dan begroot. Een belangrijke reden hiervoor is dat er bij de gemeente in 2009 een hogere gemiddelde bezetting is geweest door meer inhuur, waar in veel gevallen vergoedingen van derden tegenover staan (zie de opmerking hiervoor onder kosten personeel). Ook andere factoren zoals bijv. een lager ziekteverzuim (werkelijk 5,47%) dan begroot (begroot 7%), minder improductieve uren etc. hebben hiertoe bijgedragen. Planontwikkeling nieuw huisvestingsconcept Voor 2009 en 2010 zijn er middelen beschikbaar gesteld voor de planontwikkeling van een nieuw huisvestingconcept alsmede voor extra bewaking ten behoeve van de publieke dienstverlening in de stadshal. De werkzaamheden voor de planontwikkeling zijn later opgestart dan oorspronkelijk de bedoeling was. Hierdoor is een incidenteel voordeel ontstaan van € 110.00. Mutaties reserves Vanaf 1 juni 2009 was de commandant van de Brandweer Leeuwarden tevens commandant van de Brandweer Boarnsterhim. In een deelovereenkomst zijn afspraken gemaakt over taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Samenwerking met de brandweer Boarnsterhim vindt plaats op de gebieden: management, administratieve ondersteuning, opleiden en oefenen, materieel en huisvesting en operationele informatievoorziening. De inkomsten (€ 37.000) die als gevolg van de samenwerking ontstaan zijn gestort in de Reserve gemeentelijke samenwerking. Verder is er een bedrag van € 81.000 in de reserve gestort wegens de van de gemeente Boarnsterhim ontvangen vergoeding voor werkzaamheden op het gebied van financiën en informatietechnologie. De storting tot een totaalbedrag van € 118.000 leidt op dit product tot een nadeel tot dit bedrag. Het resterende voordeel van € 32.000 wordt veroorzaakt door een lagere storting van bespaarde rente in reserves dan geraamd. Baten Algemene baten en lasten De kosten van een juridisch geschil zijn tot een bedrag van € 327.000 terug ontvangen via de WA-verzekering. Dit leidt op de baten tot een meevaller van € 327.000 (zie onder lasten). Voor de verklaring van een tegenvaller tot een bedrag van € 11.685.000 voor verrekeningen van reserves met investeringen en projecten wordt verwezen naar de onder de lasten vermelde toelichting. Diverse oorzaken hebben geleid tot een meevaller van € 16.000.
217
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Werken voor derden Tot een bedrag van € 94.000 kan de meevaller van € 70.000 worden verklaard door een vergoeding van de gemeente Boarnsterhim in het kader van de bestuurlijke samenwerking. Tot een bedrag van € 81.000 is deze vergoeding gestort in de reserve gemeentelijke samenwerking (zie onder lasten) . Diverse oorzaken hebben geleid tot een tegenvaller van € 24.000. Mutaties reserves Tot een bedrag van € 35.000 is er een bedrag onttrokken aan de reserve gemeentelijke samenwerking voor de inhuur van personeel. Op dit product leidt deze onttrekking tot een meevaller van € 35.000. Gemeentefonds x € 1.000 Begroting
Begroting
Rekening
Resultaat
2009
2009 na
2009
2009
Lasten
wijziging
BHP494 Algemene uitkering
50
50
50
0
Totaal lasten
50
50
50
0
BLP086 Gemeentefonds
Lasten
Baten 113.396
118.122
122.245
4.123
Totaal baten
BHP494 Algemene uitkering
113.396
118.122
122.245
4.123
Totaal resultaat gemeentefonds
113.346
118.072
122.196
4.124
De hoger dan geraamde Algemene uitkering tot een bedrag van € 4.123.000 kan als volgt worden verklaard: -
het positieve effect van de novembercirculaire 2009 bedraagt € 2.825.000. Gelet op het late tijdstip waarop deze informatie is ontvangen was het niet meer mogelijk hiervan een begrotingswijziging te maken. Tot een bedrag van € 2.753.000 heeft dit bedrag betrekking op taakmutaties, integratie- en decentralisatie-uitkeringen. Bij de resultaatbestemming wordt voorgesteld om het grootste deel van deze € 2.753.000 in 2010 beschikbaar te stellen voor besteding overeenkomstig het doel waarvoor de middelen door het Rijk beschikbaar gesteld zijn.
-
het resultaat over het jaar 2009 bedraagt € 581.000. Met name het onderdeel bijstand is hoger uitgevallen dan geraamd. Daarentegen is onderdeel leerlingen lager uitgevallen dan geraamd.
-
218
de afwikkeling over de jaren 2007 en 2008 heeft geleid tot een meevaller van € 717.000.
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.1 Programmaplan: Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
Onvoorzien
x € 1.000 Begroting
Begroting
Rekening
Resultaat
2009
2009 na
2009
2009
Lasten
wijziging
BHP007 Onvoorzien structureel
203
143
0
143
BHP495 Onvoorzien incidenteel
222
17
0
17
Totaal lasten
425
160
0
160
BHP007 Onvoorzien structureel
0
0
0
0
BHP495 Onvoorzien incidenteel
0
0
0
0
Totaal baten
0
0
0
0
-425
-160
0
160
BLP091 Onvoorzien
Lasten
Baten
Totaal resultaat onvoorzien
Van de structurele post voor onvoorziene uitgaven van € 203.000 is een bedrag van € 60.000 aangewend. Voor een specificatie van dit bedrag wordt verwezen naar de bijlage “aanwending onvoorzien”. Van de structurele post voor onvoorzien valt derhalve een bedrag van € 143.000 vrij ten gunste van de algemene middelen. Van de incidentele post voor onvoorziene uitgaven van € 222.000 is een bedrag van € 205.000 besteed. Voor de specificatie van dit bedrag wordt verwezen naar de bijlage “aanwending onvoorzien”. Van de incidentele post voor onvoorzien valt € 17.000 vrij ten gunste van de algemene middelen.
219
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2
2.2 Paragrafen: Lokale heffingen
Paragrafen
2.2.1 Lokale heffingen Algemeen Belastingen en overige heffingen vormden in 2009 circa 13% van de totale gemeentelijke baten. In onderstaande tabel zijn de opbrengsten van de diverse lokale heffingen weergegeven. (bedragen x € 1.000) Omschrijving heffing
Rekening
Begroting*
Rekening
2008
2009
2009
21.675
23.563
23.470
Algemene heffingen (programma ‘Algemene dekkingsmiddelen’) OZB Precariobelasting
153
149
150
21.828
23.712
23.620
11.208
11.757
11.999
427
388
403
Leges Burgerzaken
1.699
1.753
1.632
Parkeerbelastingen
2.886
2.593
2.972
136
194
120
Bouwleges
2.517
2.775
1.231
Rioolheffing
Subtotaal Bestemmingsheffingen (overige programma’s) Reinigingsheffingen Hondenbelasting
Marktgelden
8.348
8.915
8.904
Begraafplaatsrechten
418
562
640
Overige heffingen (m.n. leges)
724
504
790
Subtotaal
28.363
29.441
28.691
Totaal-Generaal
50.191
53.153
52.311
Tabel: opbrengsten per belastingsoort per jaar *Begroting na wijziging. De eventuele verschillen tussen de geraamde opbrengsten en de werkelijke opbrengsten in 2009 worden toegelicht bij de betreffende programma’s. Kwijtscheldingsbeleid De gemeente heeft de mogelijkheid om belastingen kwijt te schelden. Het beleid van de gemeente Leeuwarden was er ook in 2009 weer op gericht om de wettelijke kwijtscheldingsmogelijkheden zo ruimhartig als mogelijk te benutten. Daarnaast is het streven om de kwijtscheldingsregeling zo makkelijk mogelijk voor de burgers toe te passen. Dit betekent onder andere dat burgers, van wie bekend is bij de gemeente dat zij voor kwijtschelding in aanmerking komen, automatisch kwijtschelding krijgen en dat dus niet apart hoeven aan te vragen.
220
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Lokale heffingen
In onderstaande tabellen staan een aantal gegevens over de kwijtschelding weergegeven. Tabel: Aantallen kwijtscheldingsverzoeken per jaar Omschrijving
Rekening
Begroting
Rekening
2008
2009
2009
70
50
144
Rioolheffing
6.800
6.800
7.418
Afvalstoffenheffing
6.800
6.800
7.286
675
675
845
14.345
14.325
15.693
OZB
Hondenbelasting Totaal aantal kwijtscheldingsverzoeken
Tabel: kwijtgescholden belastingbedragen per belastingsoort per jaar (in €) Belastingsoort
Rekening
Begroting
2008
2009
49.000
12.000
OZB Rioolheffing Afvalstoffenheffing
19.484
363.000
372.000
388.570
1.479.000
1.561.000
1.681.990
59.000
50.000
58.255
1.950.000
1.995.000
2.148.299
Hondenbelasting Totaal
Rekening 2009
Uitvoering Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) Eind februari 2009 zijn de WOZ-waarden 2009 met als waardepeildatum 1 januari 2008 aan alle belanghebbenden meegedeeld. Hierbij is door 1.354 belanghebbenden bezwaar gemaakt tegen de WOZwaarde. Deze bezwaren waren najaar 2009 op een enkeling na allemaal afgehandeld. Het aantal bezwaren lag met 2,5 % behoorlijk onder het landelijk gemiddelde (3,5 %). In 2009 is de waardering van het tijdvak 2010 met als waardepeildatum 1 januari 2009 uitgevoerd. Invordering belastingen In het rapport van bevindingen bij de jaarrekening 2008 zijn door de accountant enkele kritische kanttekeningen geplaatst bij de openstaande posten rond de gemeentelijke belastingen. Naar aanleiding daarvan zijn de volgende maatregelen genomen: -
aanscherpen invorderingsprocedures;
-
maken van een inhaalslag voor oude vorderingen;
-
aanscherpen van de richtlijnen voor de voorziening dubieuze belastingdebiteuren.
Dit alles heeft ertoe geleid dat de omvang van de openstaande belastingdebiteuren van circa € 5,1 mln eind 2008 is teruggelopen tot circa € 3,3 mln eind 2009. De verwachting is dat in 2010 de omvang van de openstaande belastingdebiteuren nog verder teruggebracht kan worden.
221
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Weerstandsvermogen
2.2.2 Weerstandsvermogen In de begroting 2009 is in de paragraaf Weerstandsvermogen een aantal risico’s afgezet tegen de weerstandscapaciteit. Net als de begroting 2010 is de rekening 2009 een moment om de risico’s te actualiseren en daarmee terug te kijken op de risico’s waarvan in de begroting 2009 melding is gemaakt. In de onderstaande tabel wordt per risico aangegeven wat in 2009 de ontwikkeling is geweest, wat de stand van zaken nu is en welke beheersmaatregelen zijn getroffen. Naast de risico’s die in de begroting 2009 zijn opgenomen, zijn de risico’s die in de begroting 2010 zijn toegevoegd ook in de tabel opgenomen. Risicogroep
Ondernemende gemeente
Begr. 2009
x
Begr. 2010
X
Ontwikkelingen en stand van zaken
Ontwikkelingen In 2009 is als gevolg van kredietcrisis de woningmarkt ingestort. De woningbouwproductie is sterk verminderd, ook in de gemeente Leeuwarden. Belangrijke ontwikkeling is de herstructurering van de Zuidlanden waarbij de positie van de gemeente Leeuwarden versterkt is. Stand van Zaken In de begroting 2010 is aangegeven dat de omvang reserve Grondexploitaties net voldoende is om de toegenomen risico’s af te dekken. Daar is geen verandering in gekomen.
Ontwikkeling uitkering Gemeentefonds Gemeentefonds
x
X
Ontwikkelingen In de begroting 2010 is aangegeven dat de normeringssystematiek (samen trap op, samen trap af) in verband met de economische crisis is opgeschort. Daarna is bekend geworden dat de gemeenten rekening moeten houden met ingrijpende bezuinigingen. Het rijk heeft aangegeven dat ze in 2012 wil beginnen met de forse bezuinigingsoperatie om de overheidsfinanciën weer op orde te brengen. Dat zal hoogstwaarschijnlijk ook een forse daling van het Gemeentefonds betekenen.
Juridische risico’s
Algemeen
x
X
Ontwikkelingen In 2009 zijn er na het opstellen van de begroting 2010 geen ontwikkelingen geweest die van invloed zijn op dit risico.
Fiscale risico’s
Controle BTWcompensatiefonds
Bodemvervuiling, bodem-
x
Ontwikkelingen Is afgevoerd.
x
X
sanering, baggerwerken
Ontwikkelingen In 2008 zijn alle noodzakelijk bodemsaneringen binnen de grondexploitaties uitgevoerd. Een beroep op de Algemene Reserve was niet nodig.
Decentralisatie rijkstaken/beleidswijzigingen en intensiveringen Rijk
Rijksbeleid gesubsidieerde arbeid en WWB
x
x
Ontwikkelingen De aantallen bijstandsgerechtigden zijn uiteindelijk in 2009 gestegen. De stijging deed zich vooral voor aan het begin en aan het einde van het jaar. De gemiddelde stand is
222
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording Risicogroep
2.2 Paragrafen: Weerstandsvermogen Begr. 2009
Begr. 2010
Ontwikkelingen en stand van zaken
daardoor iets lager dan geraamd. Stand van zaken In de begroting 2010 zijn de ramingen van de kosten van bijstandsverlening fors naar boven toe bijgesteld. Daarmee is het risico op budgetoverschrijding navenant afgenomen.
(Invoering) Wet Maatschap-
x
X
pelijke Ondersteuning
Ontwikkelingen Na vaststelling van begroting 2010 zijn er signalen dat er tekorten dreigen te ontstaan in 2010; een tekort van € 1 mln is denkbaar. Stand van zaken Er worden scenario’s ontwikkeld om tot een betere beheersing van de uitgaven te komen met als doel om binnen de beschikbare budgetten te blijven.
Verbonden partijen BTW BV Sport
x
X
Ontwikkelingen De belastingdienst heeft de naheffingsaanslagen 19992002 ingetrokken na de uitspraak van de Hoge Raad. De BTW over 2003 en 2004 is gedeclareerd bij het BTWCompensatiefonds. Vanaf 2005 was er geen BTW-risico. Het risico kan worden afgevoerd.
Afvalverwijdering
x
X
Ontwikkelingen De lopende procedures zijn in het voordeel van de gemeente Leeuwarden afgerond. Er bestaat nog een kans dat Sita en van Ganzewinkel tegen de uitspraak in beroep gaan. Onder dit voorbehoud kan het risico worden afgevoerd.
Garantstellingen GR SW Fryslân leningen Caparis NV
x
X
Ontwikkelingen De uitvoering van het transitieplan is door Caparis NV ter had genomen. Stand van zaken De financiële resultaten over 2009 van Caparis NV zijn positief. Ondanks de kredietcrisis wordt het jaar 2009 afgesloten met een positief exploitatieresultaat (voor aftrek van kosten van het transitieplan). Wel zijn er inhoudelijke zorgen; de voortgang in de beweging van binnen naar buiten en binnenhalen van reïntegratie-opdrachten bleven in 2009 achter bij de begroting en de uitgangspunten zoals vastgelegd in de nota ‘Creativiteit in Verbondenheid’.
Overig
Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW)
x
x
Ontwikkelingen Na vaststelling van begroting 2010 zijn er geen ontwikkelingen geweest die van invloed zijn op dit risico. Stand van Zaken Er is geen beroep gedaan op de garantie door het WEW.
Bouwvergunningen
X
Ontwikkelingen
223
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording Risicogroep
2.2 Paragrafen: Weerstandsvermogen Begr. 2009
Begr. 2010
Ontwikkelingen en stand van zaken
Er is na de vaststelling van de begroting 2010 geen noemenswaardige verandering op de bouwmarkt geweest waardoor de legesinkomsten uit bouwvergunningen nog steeds onder druk staan. Stand van Zaken De verwachting dat er in 2009 een lagere opbrengst bouwleges zou zijn, is uitgekomen. Deze tegenvaller is in de jaarrekening verwerkt. Conclusie In 2009 is geen beroep gedaan op het weerstandsvermogen. Op basis van de thans beschikbare informatie van het Rijk moet worden uitgegaan van een overheidstekort van € 30 à 40 miljard. Bij een dergelijk tekort moet rekening gehouden worden met een daling van het gemeentefonds van € 3 mld wat weer een structureel nadeel voor de gemeente Leeuwarden betekent van uiteindelijk ca. € 20 mln per jaar. Niet alleen het gemeentefonds zal de komende jaren onder zware druk komen te staan. Ook op directe bijdragen van het rijk aan het gemeentelijke beleid zal bezuinigd worden met alle gevolgen van dien. E.e.a. betekent dat de gemeente Leeuwarden fors zal moeten bezuinigen. Dit betekent dat de ontwikkeling van de risico’s zoals hiervoor zijn aangegeven zeker geen aanleiding zijn om de weerstandscapaciteit te verlagen door het naar beneden brengen van de minimumstand van de algemene reserve.
224
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Onderhoud kapitaalgoederen
2.2.3 Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen 2.2.3.a Omvang van het te onderhouden areaal In onderstaande tabel wordt de omvang van het te onderhouden areaal aangegeven met de bijbehorende financiële middelen zodat een inzicht wordt geboden van de onderhoudsopgave van de gemeente.
Onderhoud wegen -
Begroting 2009
Jaarrekening
Resultaat
na wijziging
2009
2009
6.591.000
6.274.000
317.000
10.188.000
10.200.000
-12.000
1.713.000
1.689.000
24.000
940.000
931.000
9.000
6.454.000
6.466.000
-12.000
1.515.000
1.632.000
-117.000
131.000
144.000
-13.000
onderhoud van 5.385.000 m² (538,5 ha) verharding
Riolering -
onderhoud van 520 km riool
-
onderhoud van 13.880 inspectieputten
-
schoonmaken van 48.000 straatkolken
-
reinigen van 100 km riool
-
vervangen van 4,5 km riool
Kunstwerken -
25 beweegbare bruggen (111.840 passages schepen)
- 371 vaste bruggen, tunnels en viaducten Water - 12,5 km walmuren - 20 km zware walbeschoeiing - 42,5 km lichte walbeschoeiing - 420 ha vijvers, plassen en vaarten - ca. 180 km sloot Groen - Groene Ster (400 ha), Froskepolle (13 ha), Lwd. Bos (110 ha), Hempenser Bos (100 ha) - gras 1.520.000 m² (152,0 ha) - gazons 1.302.400 m² (130,2 ha) - beplanting 1.020.000 m² (102,0 ha) - bomen ca. 38.000 Reiniging verhardingen -
schoonhouden wegen en pleinen
-
onkruidbestrijding op 2.125.000 m² (430 ton onkruid)
Zwerfvuilbestrijding -
zwerfvuilbestrijding op 3.555.000 m²
2.2.3.b Wegen In 2000 heeft de raad op basis van het beleidsstuk “BOR in beeld” het gewenste onderhoudsniveau – met behulp van de landelijke gehanteerde CROW methodiek - voor wegen c.q. verhardingen bepaald op het niveau van “basis”. Voor het planmatig beheren van verhardingen wordt een beheerpakket gebruikt, genaamd “Mi2 Wegen”. Het systeem is ondersteunend bij de inventarisatie, inspectie en planvorming en daarnaast worden hierin ook de wijzigingen in de onderhoudstoestand geregistreerd. Naast het reguliere onderhoudsbudget voor wegen is er jaarlijks ook een behoorlijk investeringsbedrag beschikbaar voor een omvangrijk infrastructuurprogramma van reconstructies. Tevens vindt jaarlijkse vervanging van een deel van de riolering op basis van het GRP
225
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Onderhoud kapitaalgoederen
plaats. Logischerwijs wordt met het vervangen van de riolering ook de bovenliggende bestrating opnieuw gelegd of vervangen. In 2009 zijn er weer weginspecties uitgevoerd, de resultaten hiervan vormen weer de input voor de meerjarenplanning en –begroting. Ten laste van het onderhoudsbudget zijn in 2009 onder andere werkzaamheden uitgevoerd aan de Holstmeerweg, de Buorren in Wytgaard, de P. Stuyvesantweg, het fietspad Canterlandseweg en de Torenstraat. Het streefdoel is om de staat van de verhardingen voor de gehele gemeente op kwaliteitsniveau "basis" te onderhouden conform kwaliteitskeuzes "BOR in beeld". Gemiddeld gezien is binnen de gehele gemeente het niveau "basis" gerealiseerd. Dit betekent ook dat bepaalde verhardingen qua niveau onder het basisniveau kunnen scoren. Andere verhardingen, waar bijvoorbeeld recentelijk onderhoud is verricht, scoren weer boven het basisniveau. 2.2.3.c Riolering De rioleringswerkzaamheden (vervanging en verbetering) worden uitgevoerd op basis van het GRP. Op 15 december 2008 is door de raad het vernieuwde GRP (2009-2012) vastgesteld. Hiermee is een nieuwe basis gelegd voor het duurzaam omgaan met de afvoer van hemel- en afvalwater en de gemeentelijke taken betreffende de grondwaterproblematiek. Verharding- en rioleringswerkzaamheden vinden voor zover mogelijk tegelijkertijd plaats in verband met efficiëntere uitvoering en het verminderen van de overlast voor de burgers en weggebruikers. Dit leidt soms tot doorschuiven van rioleringsprojecten. Een voorbeeld hiervan is de grootschalige renovatie van woningen in de Hollanderwijk. Projecten hebben hierdoor een langere doorlooptijd. Dit brengt vaak wel extra kosten met zich mee door de nodige extra reinigingsbeurten of reparaties. Bovenstaande effecten zullen echter de komende jaren minder invloed hebben, omdat het investeringsvolume (= aantal projecten) aanzienlijk minder is dan de laatste jaren, doordat de verbeteringswerken inmiddels gereed zijn. De komende tijd worden er (naast nieuwe werken) alleen nog vervangingswerken uitgevoerd. In 2009 is 4,5 km riool vervangen, waarbij zoveel mogelijk "werk met werk" is gemaakt. Rioleringswerken zijn uitgevoerd in o.a. de wijken Nylân en de Mondriaanbuurt. 2.2.3.d Water, kademuren, bruggen e.d. Beweegbare-, vaste bruggen, viaducten en tunnels Naar aanleiding van de situatie met de bruggen in Westeinde zijn de houten bruggen in diverse wijken in 2006 en 2007 geïnspecteerd. Uit deze inspectie is naar voren gekomen dat veel bruggen eveneens aan het einde van hun technische levensduur zijn en dus toe zijn aan vervanging. Voor de renovatie van deze bruggen is inmiddels een meerjarenplanning opgesteld voor de periode 2008 t/m 2033. In het kader van nieuw beleid zijn er incidenteel middelen beschikbaar gekomen voor de periode 2008 t/m 2010 (3 x € 200.000) voor de verdere vervanging van houten bruggen. In 2008 is hiermee gestart en in 2009 heeft dit een vervolg gekregen. Waar mogelijk worden de werkzaamheden meegenomen in grootschalige herinrichtingsprojecten. In 2008 is de aanschaf en installatie afgerond van een nieuw software pakket voor alle civieltechnische kunstwerken, waarmee meerjarenplanningen zijn te maken en waaruit ook vervangingsinvesteringen naar voren komen. Daarnaast kan bepaald worden of het beschikbare budget overeenkomt met het benodigde budget (op basis van het beleid). In 2009 is een technische inspectie uitgevoerd van alle bruggen. In 2010 zal verder worden gewerkt aan een meerjarenplanning voor vervangingsinvesteringen. Openbare verlichting De openbare verlichting (2009 circa 17.300 objecten) is eigendom van de gemeente Leeuwarden en wordt voor het overgrote deel beheerd en onderhouden door Ziut (voorheen IP Lighting/Essent Lighting) op grond van een overeenkomst. Zij hebben hiervoor een beheerprogramma met een raadpleegfunctie voor de gemeente Leeuwarden. Het beheer van een aantal (109) lichtmasten in voornamelijk het Groene Stergebied viel onder de
226
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Onderhoud kapitaalgoederen
onderhoudsverplichting van Alliander (voorheen Dynamicom/Nuon), dit deel is in 2007 aanbesteed als onderdeel van de gehele openbare verlichting in Friesland. Vanaf 2008 verzorgde Alliander het beheer hiervan en IP Lighting het technisch onderhoud. Vanwege de fusie per 1 februari 2010 tussen Alliander en IP Lighting tot Ziut zal het beheer per 2010 anders worden ingevuld, het onderhoud blijft bij Ziut. Daarnaast heeft in 2007 besluitvorming plaatsgevonden m.b.t. de overeenkomst van Essent Lighting. In eerste instantie zal de uitvoering rond verlichting worden losgekoppeld en aanbesteed en in tweede instantie ook de engineering. Daarbij is een overgangsperiode van 5 jaar overeengekomen. Deze ontwikkeling is in 2009 verder voorbereid. Hiertoe is als pilot het bestek van de aanleg van openbare verlichting op Businesspark IV voorbereid, dat begin 2010 wordt aanbesteed. Bij de actualisatie van het beleidsplan Openbare Verlichting zullen de ontwikkelingen ten aanzien van LEDverlichting en dimmen worden betrokken. Hiertoe zal een aantal pilots met energiezuinige verlichting worden gehouden, waarvan de resultaten in 2010 worden verwacht. Verkeersvoorzieningen De ruim 14.000 objecten, zoals verkeersborden en ANWB-bewegwijzeringsinstallaties, worden op een geautomatiseerde wijze beheerd. De Buitendienst van Wijkzaken geeft grotendeels uitvoering aan het onderhoud. De ANWB heeft een onderhoudscontract met de gemeente op basis waarvan zij de bewegwijzeringsinstallaties (portalen en bewegwijzering) beheren en onderhouden. In 2008 en 2009 zijn er voorbereidende werkzaamheden gedaan voor aanpassing van de fietsbewegwijzering. De uitvoering wordt in 2010 opgestart. Water Een meerjarenplanning voor het baggeren in de periode 2008-2011 is opgesteld. In de raadsvergadering van 22 september 2008 is hiervoor een krediet van € 2.025.000 beschikbaar gesteld. In 2009 is een begin gemaakt met het baggeren van de vijvers in de wijken Aldlân en het Westeinde. In het najaar van 2009 is circa 130 kilometer sloot gehekkeld. Het schoon houden van het oppervlaktewater (drijfvuil) is aan twee partijen uitbesteed. 2.2.3.e Groen In 2000 is de gemeente Leeuwarden met het project “BOR in beeld” een nieuwe weg ingeslagen voor het integraal beheer van de openbare ruimte. Het beheer van het openbaar groen wordt volgens deze systematiek beheerd en er is een relatie gelegd tussen de kosten en het gewenste niveau van de openbare ruimte. Per structuurelement is dit vastgelegd voor openbaar groen, verhardingen en straatmeubilair. Voor de binnenstad, de parken en de kantorenhaak geldt het kwaliteitsniveau “hoog”. Voor de overige structuurelementen geldt het niveau “basis”. In 2009 is ¼ deel van de stad technisch geschouwd. De laatste jaren is ten behoeve van de monitoring de verzorgingsschouw (van o.a. zwerfvuil, de mate van onkruidgroei) intensiever opgepakt. De Evaluatie “BOR in beeld” is in de raadsvergadering van 23 februari 2009 behandeld. Het basisniveau is in 2009 overal gehaald, het niveau “hoog” is op verschillende onderdelen op verschillende momenten niet gehaald. Conform de evaluatie “BOR in Beeld” moet dit in 2010 wel worden gehaald. In 2009 is de reconstructie van het groen in Aldlân opgestart. De aanpak van het Julianapark en wijkpark Camminghaburen zijn verder voorbereid. Mede als gevolg van reacties op de plannen is sprake geweest van vertraging. Het project handhaving snippergroen in de wijk Aldlân is nagenoeg afgerond. Voor alle wijken zijn groenbeheerplannen opgesteld. Deze plannen zijn of worden met de wijkpanels besproken en vormen de basis voor het groenbeheer in de wijken voor de komende jaren. 2.2.3.f Gebouwen Het team Vastgoed beheert en exploiteert ultimo 2009 ca. 140 objecten (exclusief onderwijsgebouwen) met een totaal vloeroppervlak van ca 115.000 m². Hiervan is ongeveer 26.000 m² voor eigen gebruik (Stadhuis, Stadskantoor, HCL, pand Groeneweg 3 etc.). Voor eigen gebruik wordt bovendien nog ca 4.500 m² van derden
227
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Onderhoud kapitaalgoederen
ingehuurd (Sector Wijkzaken). In 2009 zijn enkele objecten in het Harmoniekwartier als strategisch vastgoed verworven en zijn 3 scholen aan de schoolbestemming onttrokken. Door verkoop is 1 woning en 1 voormalige schoollocatie afgestoten. Naast deze gebouwen beheert Vastgoed ca. 90 kunstobjecten die in de openbare ruimte staan opgesteld. Dagelijks onderhoud Voor het dagelijks onderhoud was voor 2009 € 544.000 beschikbaar. Aan dagelijks onderhoud is in 2009 € 761.000 besteed. Voor een toelichting voor deze overschrijding wordt verwezen naar Programma 3 Economie en Toerisme. Planmatig onderhoud De totale uitgaven voor planmatig onderhoud bedroegen in 2009 € 1.519.000. Deze kosten zijn ten laste van de voorziening Onderhoud Vastgoed gebracht. De reguliere storting voor toekomstig planmatig onderhoud was in 2009 € 1.162.000. Ultimo 2009 bedraagt de stand van de voorziening Onderhoud Vastgoed € 2.382.000. Het saldo van deze voorziening is op basis van de huidige inzichten toereikend om, rekening houdend met toekomstige stortingen, het geprognotiseerde planmatig onderhoud t/m 2019 uit te kunnen voeren. Investeringsprogramma Voor de periode 2006-2010 zijn gelden beschikbaar gesteld voor het achterstallig onderhoud voor in bezit zijnde gebouwen (€ 2,2 miljoen) en upgrading van de sportaccommodaties (€ 8,5 miljoen). Hiervoor is ultimo 2009 respectievelijk € 1,7 miljoen en € 5,9 miljoen besteed. De aanpassing/uitbreiding van de luchtbehandeling in de Harmonie is in 2009 voltooid. De restauratie van de muur van de Westerkerk is in 2009 voorbereid en er is een BRIM-subsidie aangevraagd. De subsidiebeschikking wordt begin 2010 verwacht, waarna de uitvoering ter hand zal worden genomen. Ook in 2010 zullen werkzaamheden aan het Burmaniahuis en de tegelwanden rondom het stadskantoor worden uitgevoerd. In 2009 zijn op het sportcomplex Nylân 8 nieuwe was- en kleedaccommodaties gerealiseerd. Bovendien is de elektriciteitsvoorziening vernieuwd en is er een drukrioleringssysteem aangelegd. De besluitvorming over de aanpassingen op Kalverdijkje-Zuid zal begin 2010 plaatsvinden, waarna tot uitvoering zal worden overgegaan. De atletiekbaan op sportcomplex Nylân is gerenoveerd. Er is in 2009 een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de betonnen bruggen op sportcomplex Nylân. Uit dit onderzoek is gebleken dat niet kan worden gegarandeerd dat de bruggen de huidige verkeersbelasting goed kunnen verwerken. De vervanging van deze bruggen (door dammen met duikers) zal in 2010 nader worden uitgewerkt en uitgevoerd. De houten bruggen op de wielerbaan op sportcomplex Kalverdijkje (Zuid) hebben het einde van hun levensduur bereikt en moeten op korte termijn worden vervangen (winter 2010). Door het treffen van tijdelijke maatregelen in het voorjaar van 2010 kan het gebruik voor nog één wielerseizoen worden zeker gesteld. In het najaar van 2008 is met de Inspectie der Belastingen overeenstemming bereikt over de voorwaarden die van toepassing zijn voor het verlaagde btw-tarief in het kader van het gelegenheid geven tot sportbeoefening. Op grond van deze afspraak worden de complexen met ingang van 1 augustus 2008 belast verhuurd aan de BV Sport en komt de omzetbelasting op de investeringen op de sportaccommodaties voor verrekening in aanmerking. In 2009 is de omzetbelasting over de investeringen van 2006 tot en met ultimo 2008 van de Belastingdienst terugontvangen. Met ingang van 2009 wordt de omzetbelasting over investeringen in sportaccommodaties direct verrekend. De teruggave van de omzetbelasting dekt nagenoeg volledig de in de jaren 2006-2009 opgetreden kostenstijging. In 2010 volgt nog de definitieve afwikkeling van de btw-verrekening voor sportcomplex Wiarda.
228
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Financiering
2.2.4 Financiering Renteontwikkeling De rentepercentages hebben zich gunstig ontwikkeld voor de gemeente. Het percentage voor het opnemen van kort geld (leningen korter dan een jaar) is over 2009 uitgekomen op gemiddeld 1,0%, terwijl 4,5% was begroot. Voor het lange geld (opgenomen leningen langer dan een jaar) hebben wij geldleningen tegen gemiddeld 3,85% aangetrokken, terwijl 5,0% begroot was. De omslagrente die wordt gehanteerd voor de toerekening van rente aan de investeringen en de bespaarde rente op reserves en voorzieningen was begroot op 4,5%. In werkelijkheid is de omslagrente uitgekomen in 2009 op 1,23%. Deze afwijking wordt veroorzaakt doordat meerdere investeringen, vooral die van rioleringen en de grondexploitatie, tegen (hoge) vaste rentepercentages worden doorberekend, waardoor de omslagbasis fors wordt beïnvloed. Ter afdekking van het renterisico is speciaal voor de Zuidlanden in 2009 een aflossingsvrije geldlening met een lage rente aangetrokken; op deze manier wordt het renterisico beperkt. Door deze actie kon het vaste rentepercentage van de grondbank de Zuidlanden vanaf 2010 worden verlaagd van 5,1% naar 4,15%. Treasurybeheer algemeen Belangrijke basis van het treasurybeheer is een goede liquiditeitsplanning. De schommelingen op maandbasis waren in 2009 vrij groot. Op jaarbasis bedroeg de afwijking tussen begroting en rekening van de geldstromen uiteindelijk per saldo € 47,0 mln. Er is dus € 47 mln minder uitgegeven en daarom hoefde er dus € 47 mln minder geleend te worden. Afwijkingen komen vooral voor in de investeringsprognoses, die naar hun aard moeilijker te voorspellen zijn door de vele externe invloeden. Renterisicobeheer Het renterisicobeheer omvat het beperken van de invloed van (externe) rentewijzigingen op de financiële resultaten van de gemeente. Dit renterisico kan worden beperkt door de aflossing van leningen zoveel mogelijk te spreiden over de tijd. De Wet fido bepaalt het maximale bedrag dat in een jaar mag worden afgelost op 20% van het begrotingsvolume, de zogenaamde renterisiconorm. Het werkelijke renterisico was in 2009 € 22,9 mln ofwel 6,1% van het begrotingsvolume en blijft dus ruimschoots onder het wettelijk maximum. Naast de renterisiconorm schrijft de Wet fido ook nog een kasgeldlimiet voor. Dit is het bedrag dat de gemeente maximaal met kort geld (looptijd korter dan 1 jaar) mag lenen. De kasgeldlimiet voor Leeuwarden bedroeg in 2009 € 31,7 mln en is niet overschreden. Kredietrisicobeheer op verstrekte gelden Het gaat hier hoofdzakelijk om leningen aan woningcorporaties, gegarandeerd door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Een uitgebreide specificatie is opgenomen in paragraaf 3.2.2 toelichting op de balans. Als gevolg van de kredietcrisis zijn er voor Leeuwarden geen problemen ontstaan bij zijn uitzettingen. Korte termijn financiering Door het achterblijven van de investeringen alsmede het aantrekken van een geldlening om rentestijging te voorkomen heeft de werkelijke netto vlottende schuld de kasgeldlimiet minder dicht benaderd dan was geprognosticeerd. Bedragen per kwartaal in € x 1 mln (2009) Omschrijving
Kasgeldlimiet Begrote netto vlottende schuld Werkelijke netto vlottende schuld
1e kwartaal
2e kwartaal
3e kwartaal
4e kwartaal
-31,7
-31,7
-31,7
-31,7
-6,4
-29,4
-28,0
-26,9
-26,1
-20,2
8,0
49,0
229
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Financiering
Lange termijn financiering Het onderstaande overzicht geeft de ontwikkeling van de lange termijn financiering in 2009 weer. Mutaties leningenportefeuille volgens de rekening 2009 Omschrijving
( x € 1 mln)
Bedrag in Euro’s
Gemiddelde rente
211,7
4,56%
Stand per 1 januari 2009 Nieuwe leningen
Invloed op rente
91,7
3,85%
-0,22%
-13,9
4,64%
-0,01%
Vervroegde aflossingen
-9,0
4,44%
-0,01%
Rente aanpassing (oud percentage)
-0,5
5,75%
-0,01%
0,5
3,25%
0,00%
280,5
4,32%
-0,24%
Reguliere aflossingen
Rente aanpassing (nieuw percentage) Stand per 31 december 2009
Bij de begroting 2009 was ervan uitgegaan dat de gemiddelde (lange) rente over 2009 4,56% zou bedragen. Administratieve organisatie De contante uitbetaling van uitkeringen aan cliënten van de sector Sociale Zaken is volledig afgebouwd door de invoer van een speciale bankpas (BNG prepaidkaart). Conform de richtlijnen is het beleid van de gemeente correct betaalgedrag en actieve invordering. Begin 2009 is besloten om alle facturen kleiner dan € 7.500 direct te betalen. Facturen groter dan € 7.500 worden precies op 30 dagen na factuurdatum betaald. Werd in 2008 62% van de binnengekomen facturen op tijd door de gemeente betaald, in 2009 is dit door de bovengenoemde maatregel verbeterd naar 71%. Dit resultaat is vooral ook bereikt door inzet van een speciale ambtelijke verbetergroep ‘inkoopfacturen’. De verwachting is dat door verdere automatisering en vereenvoudiging van de inkoopprocedure het betaalgedrag in 2010 nog verder verbeterd kan worden.
230
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
2.2.5 Bedrijfsvoering Samenwerking Op het terrein van de bedrijfsvoering worden in toenemende mate diensten verleend aan andere gemeenten. Met de gemeente Boarnsterhim groeit de samenwerking op het gebied van de bedrijfsvoering gestaag, tot tevredenheid van beide partners. Ook met het ICT Samenwerkingsverband Zuidwest Friesland en de vier Friese Waddeneilanden wordt in toenemende mate samengewerkt op het terrein van ICT. Dienstverlening aan derden creëert extra massa om een professionele organisatie op het terrein van de bedrijfsvoering in stand te houden en maakt ons minder afhankelijk van (vaak dure) externe adviseurs. Daarnaast zijn in 2009 de mogelijkheden verkend van samenwerking met andere grote overheidswerkgevers in Leeuwarden. De provincie Fryslân, het Wetterskip, het CJIB en de drie Hogescholen hebben hier positief op gereageerd. Het doel van de samenwerking is kennisdeling en besparingen door schaalvoordelen. De samenwerking zal in 2010 gestalte krijgen op diverse terreinen: een gezamenlijk traineeprogramma, gezamenlijke inkoop op onderdelen, het delen van elkaars opleidingsprogramma’s, wederzijds gebruik van (schaarse) accommodaties, etc. Leeuwarden staat open voor verdergaande samenwerking, ook met andere gemeenten. Controlling en risicomanagement Algemeen De algemene staat van de organisatie op het gebied van procesbeheersing en interne controle kan kort en bondig worden samengevat aan de hand van het onderstaande overzicht, afkomstig uit de door de accountant opgestelde managementletter over 2009.
Totaaloverzicht significante processen Processen:
Onvoldoende
Voldoende
Uitstekend
Inkoop Betalingsverkeer Personeel en salarissen Afsluitprocedures Treasury Belastingen WMO Subsidies Bouwvergunningen Grondexploitatie/projectbeheersing Verstrekken uitkeringen
Uit dit overzicht blijkt dat de beheersing van de basisprocessen verloopt van voldoende tot uitstekend. Dat betekent dat de processen in het algemeen beschreven zijn, de opzet en werking in hoofdlijnen toereikend is en dat op alle processen interne controle plaatsvindt. Concluderend kan worden gesteld dat de organisatie ook in het verslagjaar in staat is geweest het goede niveau dat de afgelopen jaren op dit terrein is opgebouwd vast te houden . Projectcontrolling Projectcontrol ondersteunt de beheersbaarheid van projecten. De projectcontroller functioneert naast het projectteam als financieel-economisch geweten en borgt daarmee de beheersbaarheid van de uitvoering van een project. Dat maakt een tijdige signalering en bijsturing van projecten mogelijk. In eerste instantie is projectcontrol ingevoerd ten behoeve van de majeure projecten. Naar aanleiding van de audit naar projectmanagement en projectcontrol is besloten om gemeentebreed de methodiek en standaarden die voor
231
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
majeure projecten worden toegepast, als standaard te hanteren. Dit betekent dat in alle majeure projecten en het overgrote deel van de niet majeure projecten wordt gewerkt met dezelfde standaarden, bijvoorbeeld het format voor projectopdrachten, projectplannen, decharges en ook rapportageformats. Waar tot dusver alleen binnen de dienst Stadsontwikkeling en –beheer met projectcontrol is gewerkt, worden nu ook door de andere diensten projecten uitgevoerd met dezelfde systematiek van control. Dit leidt tot een betere budget- en risicobeheersing. Auditprogramma De stand van zaken (eind januari 2010) is als volgt: Omschrijving audit
Jaarplan
Status / toelichting
Audit Fraudebeheersing: Onderzoek met als doel het verschaffen
2009
Afgerond jan. 2009 en
van inzicht in de aanwezigheid en werking van beheersmaatregelen
opgenomen in de bundel
die de gemeente treft om interne fraude-(risico’s) te beperken
integrale auditrapportages 2008.
Drie leanmanagementtrajecten:
Allen afgerond medio mei
- Proces factuurafhandeling
(pilot)
- Proces postafhandeling
2009
- Proces minimaregeling Audit P&O-Advies: Doel is het vaststellen van de kwaliteit van de operationele aansturing en beheersing van de werkprocessen binnen de sector P&O tegen de achtergrond van door het management geformuleerde verbeter- en ontwikkelopgaven.
(pilot)
2009.
2009
Afgerond sept. 2009.
Audit Wijkzaken: Doel is het op dit onderdeel versterken van de verbetercyclus van de schouwmethodiek. Hiervoor is de volgende vraagstelling gehanteerd: “In hoeverre worden de resultaten uit de schouw gebruikt om actief en effectief (bij) te sturen in het beheer van de openbare ruimte en welke verbeteringen zijn op dit onderdeel denkbaar binnen de schouwmethodiek?”
2009
Inhoudelijk afgerond.
Applicatieaudit: Het verwerven van inzicht in het functioneren, het gebruik en het beheer van drie bedrijfskritische applicaties.
2009
Uitgewerkt actieplan volgt in februari 2010.
Inhoudelijk afgerond. Uitgewerkt actieplan volgt in februari 2010.
Alle auditrapportages zijn/worden voorzien van een actieplan waarin het management aangeeft op welke manier zij uitvoering gaat geven aan de aanbevelingen. De belangrijkste conclusies en de daarop door het management geformuleerde acties worden als bijlage bij de jaarstukken gevoegd. Ombuigingen Het verslagjaar maakt deel uit van de beleidsperiode 2008-2011. Over deze periode is in het kader van de begroting 2008 een taakstelling op bedrijfsvoeringkosten gelegd van € 1.344.000. Volgens de oorspronkelijke fasering van deze taakstelling bedroeg de bezuinigingsopgave voor de jaren 2008 en 2009 in totaal € 544.000. Over deze twee jaar is feitelijk € 412.000 bezuinigd. Het incidentele tekort in 2009 van € 132.000 is vereffend met het frictiebudget, zodat geen tegenvaller in het rekeningresultaat is ontstaan. Het frictiebudget is behalve voor de bekostiging van diverse flankerende maatregelen in de personele sfeer ook bedoeld voor het opvangen van dit soort onvermijdelijke tempoverschillen tussen de boekhoudkundige verwerking van de taakstelling en de feitelijke realisatie. Het tekort over de genoemde jaren wordt in de jaren 2010 en 2011 gecompenseerd zodat ingaande 2012 de totale taakstelling van € 1.344.000 wordt behaald. Daarnaast is in het verslagjaar in het kader van de begroting 2010 een nieuwe taakstelling opgelegd van € 1,2 mln te realiseren in 2013. In 2009 is begonnen met de uitwerking van deze taakstelling. Dit is gecombineerd met de voorbereiding van een grotere krimpoperatie die als gevolg van de aangekondigde grootscheepse bezuinigen van het rijk naar verwachting vanaf 2012 noodzakelijk wordt. Het één ander betekent dat ook voor de komende jaren de organisatie geconfronteerd wordt met sterk krimpende bedrijfsvoeringbudgetten.
232
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
Leanmanagement In 2009 is gestart met het uitvoeren van drie leanmanagementtrajecten. De ervaringen van de verbeterteams en begeleiders met de methodiek zijn positief. Gedurende de verbetersessies is met enthousiasme gewerkt aan het inzichtelijk maken van de eigen en elkaars werkwijzen. Op een open en creatieve manier is gewerkt aan de verbetervoorstellen. De verbetervoorstellen (per traject uiteenlopend in aantal en impact) zijn grotendeels doorgevoerd. Vanuit het verbeterteam inkoopfacturen zijn bijvoorbeeld voorstellen gedaan om de (overschrijding op de) betaaltermijnen terug te dringen. Dit heeft erin geresulteerd dat in de maanden oktober/november 2009 74,2% resp. 76,0% van de facturen binnen 30 dagen is betaald; ten opzichte van respectievelijk 65,0% en 57,3% een jaar eerder in dezelfde maanden. Op basis van de ervaringen met de methodiek en de uitkomsten van de verbetersessies is besloten de leanmanagementmethodiek breed in te gaan zetten. Op deze wijze kan deze methodiek een bijdrage leveren aan de voor de periode 2010-2013 opgelegde taakstelling en de aanvullende bezuinigingsopdrachten die gezien de daling van de algemene uitkering in het gemeentefonds van de gemeente Leeuwarden noodzakelijk zijn. Daarvoor zijn naast de in juni (zes) getrainde begeleiders, eind 2009 vanuit de diensten AZ en SOB twee groepen (van elk 12) medewerkers getraind met als doel het verbeterproces gedurende een leanmanagementtraject goed te kunnen begeleiden. Binnen de diensten wordt begin 2010 geïnventariseerd welke processen in aanmerking komen voor de methodiek. Begeleiding van de trajecten vindt plaats door de medewerkers die hiervoor (in 2009/2010) getraind zijn. Personeel en Organisatie Sociaal Akkoord 2008 Eind 2008 is met de vakorganisaties die zijn vertegenwoordigd in het Georganiseerd Overleg van Leeuwarden, een nieuw Sociaal Akkoord afgesloten. Dit akkoord heeft een looptijd tot eind 2012. Naar het zich laat aanzien is het vigerende Sociaal Akkoord, in combinatie met een hoog verloop als gevolg van de vergrijzing in voldoende mate bestand tegen de ingrijpende bezuinigingen die de komende jaren gerealiseerd moeten worden en zal een belangrijke bijdrage leveren aan het realiseren van de taakstelling zonder (dure en met menselijk leed gepaard gaande) ontslagen. Regiegroep mobiliteit Het voeren van regie op de mobiliteit was de afgelopen jaren succesvol. Het heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het realiseren van de taakstelling op de bedrijfsvoering zonder gedwongen ontslagen en daarmee gepaard gaand menselijk leed en hoge kosten. Ook heeft het een bijdrage geleverd aan de flexibiliteit: het heeft medewerkers die op eigen initiatief op zoek waren naar een nieuwe uitdaging, geholpen aan ander werk. Het totale aantal transferkandidaten (medewerkers die van functie willen of moeten veranderen) bedroeg eind 2009: 126 (ultimo 2008: 127; 2007: 132; 2006: 94). De belangrijkste resultaten van de regiegroep over 2009 zijn:
plaatsing van 20 transferkandidaten, waarvan 12 op vaste functies;
minimalisatie van het aantal (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte medewerkers door het realiseren van reintegratietrajecten (zie hiervoor ook Ziekteverzuim).
Over 2009 zijn in totaal 74 plaatsingen gerealiseerd. Naast de 20 transferkandidaten betrof dit 14 interne kandidaten en 40 externe. Stimulans Jaarlijks wordt onder de titel ‘Stimulans’ een centraal opleidingsaanbod gedaan dat aansluit bij de kerncompetenties (integriteit, samenwerken, resultaatgerichtheid) en de speerpunten van de bedrijfsvoering (vitaliteit, doelmatigheid, dienstverlening). In 2009 bestond het aanbod uit een 26-tal activiteiten. Er wordt op bescheiden schaal samengewerkt met de provincie Fryslân op het terrein van opleiden. Enkele opleidingsactiviteiten zijn over en weer opengesteld voor personeel van beide organisaties. De samenwerking op dit terrein met meer overheidswerkgevers in Leeuwarden is in ontwikkeling. Er is een toenemende tendens waar te nemen van maatwerk. Dat wil zeggen dat een concreet aanbod uit Stimulans op maat wordt gesneden voor een bepaald team of sector. De beleidslijn hierbij is dat de meerkosten van het maatwerk ten laste van het opleidingsbudget van de betreffende dienst of sector worden gebracht.
233
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
Vitaliteit In 2009 ging het programma Vitaliteit zijn laatste fase in. Dit programma heeft een aantal concrete zaken opgeleverd die inmiddels in de reguliere organisatie een plek hebben verworven (flexibele werktijdenregeling, klussenbak, leeftijdbewust personeelbeleid, traineeprogramma, diversiteitbeleid, medewerkertevredenheidonderzoek, ideeënbus, generatiedebat, …). Daarnaast is in 2009 vooral ingezet op het faciliteren van Leeuwenkracht en het initiëren van de hoofdstedelijke samenwerking tussen grote overheidswerkgevers en de drie Hogescholen. Diversiteit naar etniciteit Ter uitvoering van een motie van de raad, waarin het college is opgedragen om te streven naar een percentage allochtone medewerkers van niet-westerse afkomst dat overeen komt met het landelijk gemiddelde (8,4%), hebben wij een plan van aanpak vastgesteld, met als ambitie om in 2013 op die 8,4% uit te komen. Het college informeert de raad hier jaarlijks over bij de jaarstukken. Het aantal allochtone medewerkers van niet-westerse afkomst bedroeg in 2008 4,0%. Over 2009 bedroeg dit percentage 4,7. In absolute aantallen waren in 2008 43 en in 2009 48 personen uit de doelgroep in dienst van de gemeente Leeuwarden. Ten behoeve van de realisatie van het diversiteitbeleid Winst door verschil is een aanjaagteam geformeerd. Verhouding vrouwen/mannen De vrouw/man ratio (het aantal vrouwen gedeeld door het aantal mannen) bedraagt ultimo 2009: 0,66. Over 2008 was dat 0,64 en over 2007: 0,61. Er is sinds 2000 sprake van een geleidelijke stijging. De v/m ratio bedroeg toen 0,49. Integriteit Over 2008 zijn in het kader van de klokkenluidersregeling geen meldingen geweest bij een van de vertrouwenspersonen. De zogenaamde anti draaideurconstructie is aangescherpt. Binnen een jaar na ontslag mogen ambtenaren niet als externe worden ingehuurd Voorbereidingen zijn getroffen voor het aanbieden van een training morele oordeelsvorming, te beginnen bij college en directieraad. Dit zal na de vorming van een nieuw college in 2010 gestalte krijgen. Ziekteverzuim Na een periode van een hoog ziekteverzuim van rond de 10% in 2002 en voorafgaande jaren, is - door een actief preventief beleid - een daling bewerkstelligd (alle cijfers volgens VNG methodiek, excl. zwangerschapsverlof). 2009 is opnieuw goed voor een daling. Toch ligt het Leeuwarder percentage nog 0,4 procentpunt hoger dan het landelijk gemiddelde van gemeenten met een vergelijkbare omvang. Ook dit verschil daalt elk jaar. Over 2007 bedroeg dat verschil nog 0,7 en over 2008 0,5 procentpunt.
Ziekteverzuim 2006/2007/2008 8 6 4 2 0
234
dienst AZ
dienst Brandweer
dienst SOB
dienst Welzijn
Concernstaf
gemeente totaal
2007
6,4
4,9
7,1
5,3
1,6
6,2
2008
6,4
2,5
6,4
6
6,3
6,1
2009
5,5
2,9
6,1
5
1,3
5,3
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
Mede als gevolg van ons beleid is ook de instroom in de WIA/WGA sterk teruggedrongen. Van 8 personen in 2003 tot 0 personen in 2008 en 1 persoon in 2009. Dit heeft een gunstig effect op de WGA-premie waarvoor de gemeente wordt aangeslagen. Leeftijdsopbouw De gemiddelde leeftijd van het personeel dat we in dienst hebben blijft onverminderd hoog. Per 1 januari 2007 was die 45 jaar en 4 maanden; per 1 januari 2008 was dat 46 jaar (rond), per 1 januari 2009: 45 jaar en 10 maanden en per 1 januari 2010: 46 jaar en 1 maand. Het aantal 50 en 60 plussers neemt gestaag toe. Het aantal 60 plussers zelfs met ruim 83% ten opzicht van 2 jaar geleden. Het aantal jongeren (< 30 jaar) is nagenoeg constant. Deze scheve leeftijdsopbouw stelt ons de komende jaren voor een complex vraagstuk. Invoering van de strategische personeelsplanning (kwalitatief en kwantitatief) moet zorgen voor meer inzicht in het vraagstuk, zodat verdere acties kunnen worden ontwikkeld. Het traineeprogramma dat samen met grote overheidswerkgevers in Leeuwarden wordt opgezet moet intussen zorgen voor de instroom van jong talent.
Leeftijdsopbouw 2006/2007/2008 400 300 200 100 0 <20
20-30
30-40
40-50
50-60
>60
2007
1
53
225
313
354
61
2008
0
61
241
304
360
101
2009
0
60
245
301
366
112
Organisatieontwikkeling en leiderschaptraject ‘Leeuwenkracht’ In het kader van Leeuwenkracht zijn in 2009 masterclasses en workshops georganiseerd tijdens de maandelijkse lunchbijeenkomsten van alle leidinggevenden, soms met inspirerende externe inbreng. Bij voorbeeld Pieter Winsemius en Gabriel Anthonio (lector Leiderschap en Verandering Stenden Hogeschool). Alle leidinggevenden zijn geschoold in het gebruik van de leanmanagement methodiek en er is een drietal pilots leanmanagement gestart, waarbij en passant een zestal medewerkers opgeleid is in deze methodiek. Ook is een cursusaanbod voor leidinggevenden ontwikkeld op het terrein van het managen van de eigen werkdruk, het leiding geven aan verandering en het leren motiveren/inspireren/aanspreken. Tot slot is veel aandacht besteed aan communicatie. Er verschijnt een extra inlegvel in Us Leeuw over Leeuwenkracht en ook is er maandelijks een digitale nieuwsbrief voor leidinggevenden. Formatie en Personeelskosten De geraamde formatie in 2009 is ten opzichte van 2008 gedaald zoals blijkt uit het onderstaande overzicht: formatie
formatie
2007
2008
2009
24,78
24,78
25,27
dienst Welzijn
225,42
226,63
226,05
dienst SOB
370,91
409,06
406,20
dienst Algemene Zaken
265,89
265,72
269,67
68,67
68,67
66,25
955,67
994,86
993,44
Bestuur en Concernstaf
dienst Brandweer Totaal
formatie
235
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
In de onderstaande grafiek wordt de bezetting in 2009 afgezet tegen de formatie in 2009. Aantal fte's/bezetting per dienst 450,00 400,00 350,00 300,00 250,00 200,00 150,00 100,00 50,00 0,00
Bestuur en Conc ernstaf
Dienst Welzijn)*
Dienst SOB
Dienst AZ
Dienst Brandweer
formatie 2009 (begroting)
25,27
226,05
406,20
269,67
66,25
bezetting 2009 (rekening)
24,63
253,81
390,59
291,48
64,63
)* exclusief de formatie van de Werkacademie Bij de dienst Welzijn is de bezetting hoger dan de formatie omdat de loonkosten van een aantal medewerkers met een aanstelling voor onbepaalde tijd gedekt worden door externe inkomsten. Er is daardoor in formatieve zin sprake van overbezetting maar niet in financiële zin. De bezetting bij de dienst Algemene Zaken is hoger uitgevallen omdat extra personele inzet nodig was voor de inrichting van het KCC. Bij de dienst Stadsontwikkeling en -beheer is net als in de vorige jaren bewust een deel van de vaste formatie niet bezet. Op die wijze wordt ruimte gemaakt voor het in dienst nemen van tijdelijk personeel. Zodoende wordt een flexibeler inzet van de personeelsbudgetten gerealiseerd. Er is in 2009 per saldo sprake geweest van een overbezetting: 103,1% van de beschikbare formatie was bezet. Uit het volgende overzicht blijkt overigens dat dit niet betekent dat er sprake is van een overschrijding van de personeelsbudgetten. Integendeel, er is net als vorig jaar ook dit jaar weer sprake van een onderschrijding van de beschikbare personeelsbudgetten. In de onderstaande grafiek worden de netto kosten in beeld gebracht; de kosten minus de ontvangen vergoedingen van derden dan wel de dekking ten laste andere begrotingsbudgetten (zoals bijvoorbeeld het Werkdeel van het WWB-budget):
Kosten personeel (x € 1.000) 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0
Bestuur en Conc ernstaf
Dienst Welzijn
Dienst SOB
Dienst AZ
Dienst Brandweer
rekening 2008
1.803
13.442
22.521
14.004
4.247
begroting 2009
2.031
13.574
24.218
16.212
4.137
rekening 2009
1.926
13.512
22.665
16.147
3.778
236
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
De totale personeelskosten bedroegen in 2009 per saldo € 58 mln en dat is € 2,1 mln lager dan geraamd. Hieronder wordt weergegeven hoe dit verschil tussen begroting en rekening is opgebouwd: Personeelslasten 2009
Begroting
Rekening
Saldo
lasten
60.612
61.475
-863
baten
440
3.447
3.007
saldo
60.172
58.028
2.144
De hogere baten zijn de belangrijkste verklaring voor de lagere (netto) personeelskosten ten opzichte van de begroting. De hogere personeelslasten in 2009 t.o.v. de begroting worden in hoofdzaak bij de dienst Welzijn gerealiseerd maar daar staan bij die dienst ook hoger dan geraamde baten tegenover. Per saldo valt die uitgaventegenvaller weg tegen de inkomstenmeevaller. Bij de dienst Algemene Zaken doet zich, zij het in veel mindere mate, hetzelfde voor. Bij die dienst zijn zowel de baten en lasten iets hoger dan geraamd. Bij de dienst Brandweer is sprake van lagere lasten omdat tijdens de reorganisatie vacatures zijn ontstaan die pas veel later zijn ingevuld en deels nog ingevuld moeten worden. Verder is het de dienst Stadsontwikkeling en Beheer gelukt om in 2009 aanzienlijk meer baten te genereren dan geraamd waardoor er per saldo sprake is van een meevaller. Er konden veel meer personeelskosten ten laste van projecten worden gebracht dan waarmee in de begroting rekening is gehouden. Het uitblijven van een nieuwe CAO voor gemeenteambtenaren heeft eveneens bijgedragen aan de lagere kosten ten opzichte van de begroting omdat in de begroting rekening was gehouden met een structurele kostenstijging in verband met een nieuwe CAO. Ook in 2009 is een deel van de personeelslasten een gevolg van het inhuren van personeel van derden; in 2009 was daar € 11,9 mln mee gemoeid terwijl dat in het jaar daarvoor nog € 6,7 mln was. Dit grote verschil is vooral een gevolg van aanzienlijk hogere inhuur van personeel van derden bij de dienst Welzijn voor de Werkacademie. De keuze om voor de Werkacademie personeel van derden in te schakelen is gemaakt omdat budgetten waaruit de Werkacademie wordt bekostigd geen structurele karakter hebben. In het onderstaande overzicht worden de achtergronden van het aantrekken van tijdelijk personeel aangegeven; het volledige overzicht is in bijlage I terug te vinden. Personeel van derden > € 100.000
Bedrag
Werkacademie dienst Welzijn
4.745
Vacatures
3.063
Inhuur i.v.m. incidentele taken Wet Inburgering
813
Uitvoering project Kansen en Vernieuwingen
653
Flexibele schil Ruimtelijke Inrichting
617
Ziektevervanging
549
Seizoensgebonden werk dienst SOB
260
Ontwikkeling KCC
170
Ondersteuning door afd. Communicatie bij projecten
105
Totaal > € 100.000 Totaal < € 100.000 Totaal Personeel van derden
10.975 941 11.916
Informatie en Communicatie Technologie (ICT) De centrale regie op een samenhangende ontwikkeling van de elektronische overheid wordt zowel landelijk als lokaal versterkt. Als sturingsinstrument is daarbij de inzet van informatie-architectuur (een soort bestemmingsplan voor de informatievoorziening) onmisbaar. Daarom is in de tweede helft van 2009 met ondersteuning van het (rijks)programma EGEM i-Teams een traject gestart om het werken onder architectuur bij de gemeente Leeuwarden verder te versterken. Dit heeft geresulteerd in een rapportage met daarin een geactualiseerde Leeuwarder informatiearchitectuur (basisvoorzieningen, standaarden), een organisatorisch
237
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
bestuur- en beheermodel en een vervolgaanpak. Het rapport zal begin 2010 ter besluitvorming aan de Directieraad worden voorgelegd.
Voortgang ontwikkeling lokale basisvoorzieningen De Leeuwarder informatiearchitectuur is sturend voor de ontwikkeling en inzet van diverse lokale basisvoorzieningen:
platform digitale dienstverlening: Leeuwarden had in 2008 het voornemen om haar digitale dienstverlening in het samenwerkingsverband D!mpact door te ontwikkelen. Door een koerswijziging van D!mpact zijn de voordelen van deelname aan het samenwerkingsverband grotendeels komen te vervallen. Daarom is in 2009 alsnog besloten niet toe te treden tot dit samenwerkingsverband. De digitale dienstverlening wordt nu in eigen beheer, zoveel mogelijk samen met andere gemeenten die eenzelfde platform gebruiken, verder ontwikkeld.
website www.leeuwarden.nl: de vervanging van de huidige website en het vernieuwen van de beheerorganisatie is conform planning gestart. Het webbeheersysteem en de vormgeving zijn aanbesteed. De inrichting is in volle gang en gebaseerd op een model voor vraaggerichte ontsluiting van de gemeentelijke informatie;
platform document- en workflowmanagement: de verdere ontwikkeling en inzet van het huidige systeem naar een volwaardig platform en gemeentebrede toepassing is stop gezet. Reden hiervoor is dat het oplossen van de problemen en tekortkomingen van het huidige systeem en de doorontwikkeling op basis van de huidige inrichting te hoge kosten en beheerinspanning met zich meebrengt. Het huidige systeem zal daarom worden uitgefaseerd en vervangen door een nieuw systeem als onderdeel van de nieuwe digitale werkplek;
platform managementinformatie: na de invoering bij Sociale Zaken heeft de Directieraad besloten het instrument ‘cockpit’ breder in te zetten om te komen tot een structurele verbetering van de gemeentelijke managementinformatievoorziening. In het verlengde hiervan worden cockpits ontwikkeld voor de sectoren Werk en Inkomen, Publiekszaken, Belastingen en Bouwen, Wonen en Milieu.
Voortgang aansluiting op landelijke basisvoorzieningen Qua prioriteiten en fasering volgt Leeuwarden het Nationaal Uitvoeringsprogramma (NUP) en de routeplanner e-gemeente van EGEM. In 2009 hebben de verschillende projecten het volgende resultaat gehad:
er is afgelopen jaar binnen het project ‘BasisRegistraties in Uitvoering Leeuwarden’ (BRUL) gewerkt aan de aansluiting op de landelijke terugmeldfaciliteit (TMF) van de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en Personen. Verplicht gebruik van de BAG is gesteld op 1 juli 2011. De opbouw van de BAG wordt afgerond in maart 2010 waarna aansluiting op de TMF kan volgen; de Basisregistratie Personen is al aangesloten op de TMF-voorziening voor het GBA;
het Kadaster is registratiehouder van de basisregistraties Kadaster (BRK) en Topografie (BRT). De gemeente maakt hier (verplicht) gebruik van sinds 1-1-2009 en is aangesloten op Kadaster Online;
de ontwikkeling van het Nieuw Handelsregister als basisregistratie voor bedrijven en instellingen heeft in 2009 richting gemeenten weinig vervolg gekregen. Het gevolg is dat de implementatie door gemeenten nog niet kan plaatsvinden en dat de gemeente Leeuwarden vooralsnog gebruik blijft maken van de aansluiting op het huidige handelsregister van de Kamer van Koophandel (KvK Online);
overheden moeten vanaf 01-10-2010 gebruik gaan maken van de landelijke voorziening Omgevingsloket online (OLO). De aansluiting op de OLO en het gemeentelijke platform elektronische dienstverlening is in Leeuwarden al in 2008 voorbereid (zie ook programma Wonen);
binnen het project Vervanging website zijn het afgelopen jaar de eisen voor de Webrichtlijnen meegenomen. Het gaat hier om eisen qua standaardisatie en toegankelijkheid van overheidwebsites. Implementatie van deze eisen zal zichtbaar zijn in de nieuwe website, www.leeuwarden.nl, die in april 2010 van start gaat;
Leeuwarden neemt sinds 2009 deel aan Antwoord voor bedrijven, een landelijke website met gerichte informatie voor ondernemers. Een beperkt deel van de gemeentelijke producten is in 2009 ook toegankelijk gemaakt via een andere website voor burgers, www.mijnoverheid.nl. Deze website van de rijksoverheid is nog volop in ontwikkeling.
238
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
Leeuwarden maakt sinds 2009 gebruik van een tijdelijke faciliteit voor het authenticeren van bedrijven, namelijk DigID voor Bedrijven. De planning is dat deze landelijke voorziening in 2010 door de rijksoverheid wordt vervangen door een opvolger.
Organisatie O&I- en ICT-functie In februari 2009 heeft de Directieraad groen licht gegeven voor een andere organisatorische inrichting, het invoeren van een nieuwe, procesgerichte manier van werken en het versterken van de rol van het management m.b.t. de informatievoorziening en ICT. In het verlengde hiervan is door de projectgroep een uitvoeringsplan opgesteld waarover de Directieraad in november 2009 heeft besloten. De implementatie van de nieuwe organisatie-inrichting zal in 2010 van start gaan.
Centrale O&I-prioritering De centrale O&I-prioritering heeft in 2009 voor het laatst in twee rondes plaatsgevonden. Met ingang van 2010 komt de tweede prioriteringsronde te vervallen en zullen alle ingediende projectvoorstellen in één ronde, voorafgaand aan het uitvoeringsjaar worden beoordeeld. De belangrijkste O&I-/ICT-projecten die in 2009 zijn geautoriseerd zijn:
vervanging website (www.leeuwarden.nl);
invoering beheersysteem WION (Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten);
realisatie digitale ondersteuning nWRO (nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening);
verbetering contractmanagement;
invoering regionale leerplichtadministratie;
ontwikkeling cockpits Werk & Inkomen en Belastingen;
realisatie sociale kaart WMO;
invoering terugmeldvoorziening GBA;
De projecten worden voor het merendeel in de loop van 2010 afgerond.
ICT-samenwerking Leeuwarden werkt op het gebied van ICT inmiddels samen het ICT Samenwerkingsverband Zuidwest-Friesland (ISZF). Dit heeft in 2009 geleid tot de ingebruikname van een hoogwaardige, gemeenschappelijke voorziening voor dataopslag en uitwijk. De beperkte ICT-samenwerking met de Provinsje Fryslân heeft in 2009 (nog) geen vervolg gekregen. De samenwerking met de gemeente Boarnsterhim is in 2009 geïntensiveerd en inmiddels wordt een flinke hoeveelheid ICT-diensten aangeboden (financieel systeem, personeelsysteem, basisregistratie adressen en gebouwen, vergunningensysteem, beheersystemen van de openbare ruimte en het systeem voor digitale uitwisseling van ruimtelijke plannen). Daarnaast zijn in 2009 ook afspraken gemaakt met de vier Friese Waddeneilanden over ICT-samenwerking. Verder zijn er verkennende gesprekken gevoerd met de vier Middelsee Gemeenten. Tot slot heeft Leeuwarden ook in 2009 opnieuw ICT-diensten verleend aan diverse overheidsgerelateerde partijen in Leeuwarden, zoals de Milieu Advies Dienst (MAD), BV Sport, Hûs en Hiem, de Vereniging voor Friese Gemeenten en de Friese Sociale Recherche.
Uitvoering beleid informatiebeveiliging Beveiliging van de informatie (binnen en buiten de organisatie) tegen bedreigingen en kwetsbaarheden is noodzakelijk om als betrouwbare overheid te kunnen functioneren. De basisbeveiligingsmaatregelen die de gemeente heeft getroffen blijken afdoende. Conform het Informatiebeveiligingsplan zijn er diverse controles en enkele audits uitgevoerd. Leeuwarden heeft een audit uitgevoerd naar het beheer en gebruik van een aantal basisapplicaties. Door een externe partij is een zogenaamde hacktest uitgevoerd op het digitaal loket. De aanbevelingen uit beide onderzoeken zijn overgenomen en enkele verbeteracties zijn doorgevoerd. In 2009 deden zich geen grote ‘beveiligingsincidenten’ voor. Door het consequenter registreren ervan is het aantal 'beveiligingsincidenten’ wel toegenomen. De incidenten zijn volgens de standaardprocedure afgehandeld. De GBA procedures, de procedures voor aanvraag en uitgifte reisdocumenten (PUN) en de rijbewijs procedures zijn getoetst op bestaan en werking en akkoord bevonden.
239
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Bedrijfsvoering
Uitvoering beleid Open Standaarden en Open Source Software (OSOSS) Op de eerste monitor van het rijksprogramma ‘Nederland Open in Verbinding’ (NOiV) die in 2009 is gestart nam de gemeente Leeuwarden overheidsbreed de 11e plaats in en binnen de groep van gemeenten de 7e positie. Ook in 2009 heeft de gemeente Leeuwarden de voorzittersrol vervult van het ambtelijke overleg van de Kerngroep Open Gemeenten (Amsterdam, Groningen, Den Haag, Utrecht, Nijmegen, Heerenveen, Haarlem, Eindhoven, Rotterdam, Almere en Enschede). Leeuwarden heeft een actieve rol gespeeld bij de totstandkoming van de ‘doorbraken’ aan de bestuurstafel van staatssecretaris Heemskerk. Onder andere zijn softwareleveranciers via een manifest verbonden aan open standaarden. In 2009 is het gemeentelijke OSOSS-beleid vooral tot uitvoering gebracht in (de voorbereiding van) de volgende projecten:
vervanging website: voor het beheer van de nieuwe website is gekozen voor het Open Source Software
vervanging digitale werkplek: in de eerste fase van het project is ervoor gekozen de open ODF-standaard
systeem ‘Drupal’; te gaan hanteren bij de interne opslag van documenten. Hiermee vervult de gemeente Leeuwarden een voorloperrol in de uitvoering van het programma NOiV;
vervanging centrale Unix-systemen: er is gestart met een omvangrijk project waarin de huidige besturingssystemen van de centrale servers van de gemeente Leeuwarden worden vervangen door een ‘open’ variant.
240
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Verbonden partijen
2.2.6 Verbonden partijen In bijlage D van de jaarstukken wordt per verbonden partij standaardinformatie verstrekt, zoals naam en vestigingsplaats, de juridische status, aard zeggenschap/stemverhouding, etc. Voor de jaarstukken zijn deze gegevens zoveel mogelijk geactualiseerd naar de meest recente informatie. Niet altijd zijn de benodigde gegevens over het verslagjaar 2009 al beschikbaar. In dat geval zijn zoveel mogelijk de definitieve gegevens over 2008 vermeld. Ontwikkelingen in 2009 Verkoop aandelen Essent Deze verkoop van de aandelen Essent heeft ondermeer tot gevolg gehad, dat de gemeente aandeelhouder is geworden in een aantal andere vennootschappen. De gemeente blijft aandeelhouder van twee vennootschappen omdat die niet zijn verkocht: Enexis NV (het netwerkbedrijf) en Attero NV (voorheen Essent Milieu). De verkoop van één bedrijfsonderdeel van Essent NV is op last van de rechter opgeschort (de kerncentrale) en dat onderdeel is in een vennootschap ondergebracht waar de gemeente Leeuwarden aandeelhouder van is: PBE NV. Tenslotte is een aantal reserveringen voor afwikkelrisico’s ten laste van de verkoopsom gebracht en ondergebracht in een aantal vennootschappen. Ook van die vennootschappen is de gemeente Leeuwarden aandeelhouder geworden (Verkoop Vennootschap BV en CBL Vennootschap BV). GEM de Zuidlanden In 2009 hebben de aandeelhouders zich bezonnen op de samenwerking in GEM De Zuidlanden. Als resultaat van deze heroriëntatie hebben zij besloten de samenwerking in de Zuidlanden te vernieuwen. Een efficiëntere en slagvaardigere samenwerking tussen gemeente en marktpartijen moet leiden tot een grotere marktgerichtheid, meer flexibiliteit, en grotere snelheid van uitvoering en beheersing van kosten. De basis daarvan is een heldere verdeling van rollen en taken gebaseerd op het principe: dat doen waar je goed in bent. Dat betekent dat de PPS tussen gemeente en marktpartijen wordt omgezet in een bouwclaimmodel. De aandelen van de marktpartijen in de vennootschap worden overgedragen aan de gemeente. De gemeente krijgt hiermee de algehele regie over de planontwikkeling. Rond de jaarwisseling hebben B&W de voorgenomen gewijzigde opzet aan de gemeenteraad voorgelegd om advies en die heeft hiermee op 25 januari 2010 ingestemd. Het is de verwachting dat de vaststellingsovereenkomst tussen gemeente en marktpartijen in het eerste kwartaal van 2010 wordt ondertekend, waarmee de nieuwe samenwerking definitief is. In de onderstaande tabel zijn de meeste actuele gegevens opgenomen: Boekwaarde op 31-01-2009 Volgnr.
Naam verbonden partij
(geactualiseerd) Bedragen in € Deelneming
Lening
Totaal
478.739
478.739
1.300.000
1.300.000
Verbonden partijen gerangschikt naar juridische status Stichtingen: 1.
St. Bedrijfsgebouwen Leeuwarden (SBL)
2.
St. Cultureel Centrum “De Harmonie”
3.
St. Kredietbank Nederland Vennootschappen:
4.
Ontwikkelingsmaatschappij Westergo
4a.
- Ontwikkelingsmaatschappij Westergo CV
226.890
4b.
- Ontwikkelingsmaatschappij Westergo BV
3.630
5.
Parkeergarages Leeuwarden CV
6.
NV Afvalsturing Friesland (Omrin)
7.139.821 162.000
226.890 3.630 399.790
7.539.611 162.000
241
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Verbonden partijen
Boekwaarde op 31-01-2009 Volgnr.
Naam verbonden partij
(geactualiseerd) Bedragen in € Deelneming
7.
NV Fryslân Miljeu (Omrin)
8.
NV Stadsherstel Leeuwarden
9.
BV Sport
10.
Caparis NV
11.
BNG NV
12.
Essent NV (aandelen in 2009 verkocht)
12a.
Lening
261.079
Totaal 261.079
33.352
33.352
136.134
136.134
9.990
9.990
290.355
290.355
Attero (Essent Milieu Holding NV)
16.287
16.287
12b.
Enexis Holding NV
84.500
84.500
12c.
Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV
35.289
35.289
Publieke Private Samenwerking (PPS): 13.
GEM Beheer De Zuidlanden
13a.
GEM Beheer De Zuidlanden BV
9.000
13b.
GEM Beheer De Zuidlanden CV
120.000
13c.
Participatiemaatschappij BV De Zuidlanden
14.
3 PLUS BV
15.
Blitsaerd
15a.
Blitsaerd BV
15b.
Blitsaerd CV
16.
Kenniscampus
16.631
5.002
14.002 120.000
120.000
136.631
8.000
8.000
9.000
9.000
16a.
Kenniscampus CV
320
320
16b.
Kenniscampus BV
5.752
5.752
Gemeenschappelijke regelingen: 17.
De Marrekrite
18.
Hûs en Hiem
19.
Regio Noordfriesland (MAD)
20.
OLAF
21.
Woonwagenschap Friesland (i.l.)
22.
Hulpverleningsdienst Fryslân
23.
Sociale Werkvoorziening Fryslân 8.568.030
2.303.531
10.871.561
Bij die verbonden waarbij geen sprake is van een deelneming en/of lening bestaat het financieel belang uit de financiële aansprakelijkheid indien een verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Voor meer informatie over elk van de verbonden partijen wordt verwezen naar bijlage D.
242
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Grondbeleid
2.2.7 Grondbeleid
2.2.7.a Uitvoering van de grondbeleidskaders Om te opereren als ontwikkelbedrijf en actief grondbeleid te kunnen voeren is het noodzakelijk een krediet voor strategische verwervingen aan te houden. Het restant krediet bij aanvang van 2009 was € 5 mln. Ten laste van dit krediet is Molensteeg 17 ca en Zalen Schaaf (overdracht in 2010) aangekocht voor totaal € 1,3 mln, waarvan respectievelijk € 0,6 mln als onrendabele top ten laste van de reserve komt (in 2009 € 0,1 mln en in 2010 € 0,5 mln). Afzonderlijk van het krediet strategische verwervingen is de locatie Atoglas verworven. Hiermee wordt de ontwikkeling van de Watercampus mogelijk gemaakt. Het raamkrediet voor verwervingen in De Zuidlanden was bij aanvang van 2009 nog € 13,2 mln. Afgelopen jaar zijn geen verwervingen gerealiseerd. Begin 2010 zal het koopcontract (uit 1996) aangaande 70 ha in De Zuidlanden geëffectueerd worden. Hiermee is een – in het raamkrediet opgenomen – bedrag gemoeid van € 10,8 mln. Overigens is de mate waarin actief grondbeleid gevoerd kan worden mede afhankelijk van de risico’s die hiermee gepaard gaan en de ruimte in de reserve grondexploitaties om deze risico’s op te kunnen vangen. In 2009 is de startnotitie voor de nota grondbeleid in de commissie Bestuur en Middelen besproken. De recente ontwikkelingen van de samenwerking in De Zuidlanden is van grote invloed op het grondbeleid. Nu de nieuwe samenwerking duidelijk is, zal de nota in 2010 aan de raad worden aangeboden. 2.2.7.b uitvoering van het grondbeleid Het grondbeleid is bedoeld om de verschillende ruimtelijke opgaven op het gebied van met name woningbouw en bedrijventerreinen uit te voeren:
Woningbouw In Zuiderburen zijn in 2009 27 woningen opgeleverd. De uitleglocaties Blitsaerd (PPS) en De Zuidlanden (in 2009 nog PPS) hebben respectievelijk 48 en 46 woningen opgeleverd. De planvorming van de uitbreiding van Wirdum (Hekkemieden) en Wytgaard (noord) is in 2009 nader uitgewerkt. In de bestaande stad is de Stedelijke Vernieuwing in de Vrijheidswijk ter hand genomen, hier zijn 27 woningen opgeleverd. Een aantal andere binnenstedelijke locaties zijn in het samenwerkingsverband de PPS 3Plus BV aangepakt of worden door private partijen ontwikkeld zoals het Bonifatiusterrein. De hiervoor genoemde ontwikkelingen zullen een belangrijke bijdrage moeten leveren aan het realiseren van de prestatieafspraken (met de provincie en het ministerie VROM) op het gebied van de woningbouwproductie.
Bedrijventerreinen Op de Hemrik is parkmanagement ingevoerd en wordt hard gewerkt aan de definitieve inrichting van het gebied. Er resteert nog één kavel te verkopen. Het Marnixveld-Bodeterrein is bestemd als A-locatie voor kantoren. Het CJIB is hier gestart met zijn uitbreidingsplannen te realiseren (0,7 ha). De nog resterende kavels op het Businesspark 1/2a liggen ten oosten van de Heliconweg en worden betrokken in de planvorming rondom het WTC. In Leeuwarden-Oost zijn de laatste gronden (2,9 ha) aan FrieslandCampina geleverd. Uitbreiding van bedrijventerreinen vindt plaats aan de westkant van de stad: Businesspark IV en Newtonpark fase 4. Op het Businesspark is 0,9 ha bedrijventerrein verkocht. Ook is met planvorming voor Newtonpark fase 3 begonnen. De ontwikkeling van Zwettepark-Noord wordt op langere termijn voorzien.
Overige ontwikkelingen De gemeente speelt een rol bij de verdere ontwikkeling en uitbouw van het WTC Expo tot grootste beurscomplex van het Noorden en bij de realisatie van het hotel en WTC Plaza. Een herstructurering van de grondposities en de juridische structuur vormen de basis voor deze ontwikkelingen. Het voormalige
243
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Grondbeleid
Philipscomplex is aangekocht en zal worden herontwikkeld in samenhang met de WTC-ontwikkeling. Dit terrein kan onder andere voorzien in de lange termijn gemiddelde parkeerbehoefte. In 2006 is de locatie LPF door verpakkingsbedrijf European Packaging Holding verlaten. Herontwikkelingsplannen door eigenaar en betrokken ontwikkelaar hebben nog niet geleid tot een overeenkomst. Bij de planvorming wordt het gemeentelijk grondbezit in dit gebied betrokken. In de Potmargezone wordt ontwikkeling van de verschillende deelgebieden in principe niet door de gemeente zelf ter hand genomen, aangezien het grondbezit in handen is bij derden. De planvorming van de ontwikkeling van de Watercampus is in 2009 nader uitgewerkt en heeft geleid tot subsidieaanvragen en de aankoop van het voormalig Atoglas-terrein. In 2010 zullen de plannen voor het Harmoniekwartier nader uitgewerkt en onderzocht worden. In samenwerking met de provincie en de buurgemeenten Menaldumadeel en Littenserdadiel wordt gewerkt aan een masterplan voor het gebied aan weerszijden van de Haak: Nieuw Stroomland. Dit heeft nog niet geleid tot een (eventueel gezamenlijk te voeren) grondbeleid voor dit gebied. 2.2.7.c financiële verantwoording grondexploitaties Jaarlijks worden alle grondexploitaties volledig herzien, in 2009 zijn de hercalculaties op 29 juni door de raad vastgesteld. In 2009 zijn van de grondexploitaties Hemrik, Newtonpark 2 en Businesspark 1/2a eindcalculaties opgesteld. Geen van deze grondexploitaties voldoen nog aan de criteria om tot afsluiten over te gaan. Uit de complexen Businesspark 3 (€ 0,5 mln), Leeuwarden-Oost (€ 0,3 mln) en Hemrik (€ 1,6 mln) is tussentijds winst genomen. Hierdoor is € 2,4 mln aan de reserve grondexploitaties toegevoegd. De voorziening negatieve complexen bedraagt € 154.000 en is gevorm ter afdekking van het verwachte negatieve resultaat van Newtonpark 4. Het totale verwachte resultaat op waarde 31 december 2009 over de lopende grondexploitaties bedraagt € 3,4 mln. De gronden in voorraad zijn allen beoordeeld op reële inbrengwaarde. De gronden die een te hoge boekwaarde hadden zijn afgewaardeerd ten laste van de reserve grondexploitaties. Het betreft evenals voorgaande jaren de gronden van Newtonpark 3 (€ 0,1 mln) en Zwettepark-Noord (€ 0,2 mln). 2.2.7.d Reserve grondexploitaties De reserve grondexploitatie is bedoeld om de risico’s in de grondexploitatie op te vangen. Ten gunste van de reserve worden de positieve exploitatieresultaten gebracht. De begroting 2009 ging uit van een saldo van € 13,1 mln voor de reserve grondexploitaties (inclusief extra afdracht aan het SIOF). Met name door tussentijdse winstneming van totaal € 2,4 mln is de omvang per 31 december 2009 van de reserve grondexploitaties € 14,6 mln. Er heeft overeenkomstig de begroting een (extra) afdracht aan de algemene dekkingsmiddelen/SIOF ad € 2,6 mln plaatsgevonden. Dit was mogelijk, omdat de omvang van de risico’s per die datum € 8,9 mln bedroeg (zoals ten behoeve van de begroting 2009 berekend).
244
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Grondbeleid
In grote lijnen bestonden de mutaties van de reserve grondexploitaties in 2009 uit: Stand reserve grondexploitatie 1-1-2009
14.977
V
Rentebijschrijvingen 2009
689
V
-2.646
N
2.400
V
Voorziening negatieve complexen
-154
N
Afwaardering gronden nog niet in exploitatie
-339
N
Verliezen uit afgesloten complexen
-112
N
Onrendabele top Molensteeg + expl. kosten Ruiterskwartier
-166
N
-5
N
14.644
V
Afdracht algemene middelen / SIOF Tussentijdse winstneming BP3, L’den Oost en Hemrik
Ontwikkelbudget Stand reserve grondexploitaties 31-12-2009 Tabel 1 - bedragen x € 1.000
Voor de verwachte negatieve resultaten wordt indien van toepassing een voorziening “verliesgevende complexen” getroffen, die gevoed wordt uit de reserve grondexploitatie. In 2009 bedraagt deze voorziening € 154.000. Als gevolg van de economische situatie is het risico toegenomen. Met name de marktrisico’s en de gronden die nog niet in exploitatie zijn genomen laten het benodigd weerstandsvermogen toenemen tot € 15,7 mln (begroting 2010). Bij het huidige saldo van € 14,6 mln de indruk gewekt kunnen worden dat de reserve van onvoldoende omvang zou zijn. Hier moet echter rekening worden gehouden met het feit dat de complexen Businesspark 1/2a, Newtonpark 2 en De Hemrik in 2009 zouden worden afgesloten. Deze exploitaties kennen een totaal verwacht resultaat van € 3,4 mln. Hiervan is door tussentijdse winstneming van De Hemrik € 1,6 mln naar de reserve grondexploitaties gevloeid. Het restant zal naar alle waarschijnlijkheid in 2010 aan de reserve worden toegevoegd, waardoor de reserve weer van voldoende omvang zal zijn. In de meerjarenraming is een bijdrage voorzien uit de reserve grondexploitatie (van € 0,9 mln per jaar) aan de algemene dekkingsmiddelen/SIOF. In 2009 heeft afdracht plaatsgevonden en een extra afdracht van € 1,8 mln aan het SIOF, ter compensatie van een tweetal jaren waarin de afdracht niet kon plaatsvinden. In de begroting is het perspectief geschetst:
•
de toekomstige ontwikkeling van de reserve is afhankelijk van de resultaten in de lopende grondexploitaties. De resultaten zullen minder positief zijn. Bewaking van kosten en opbrengsten is essentieel. Economische-/marktinvloeden zijn moeilijk beïnvloedbaar;
•
de samenwerkingsverbanden genereren op de korte termijn geen winst(uitkeringen);
•
een tweetal gebieden in ontwikkeling (Zwettepark en Newtonpark) kent boekwaardes die het noodzakelijk maken jaarlijks af te waarderen, dit gaat in de toekomst waarschijnlijk voor meerdere locaties gelden.
Concluderend kan gezegd worden dat de reserve grondexploitaties per 31 december 2009 voldoende is om de risico’s op te kunnen vangen. Rekening houdend met het perspectief, het toegenomen risicoprofiel door De Zuidlanden en de marktontwikkelingen, staat de jaarlijkse afdracht aan SIOF en algemene dekkingsmiddelen onder druk. Uiteraard wordt dit jaarlijks beoordeeld in relatie tot het risicoprofiel.
245
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Strategisch Investerings- en Ontwikkelingsfonds
2.2.8 Strategisch investerings- en ontwikkelingfonds (SIOF) De volgende mutaties hebben plaatsgevonden in het SIOF Investeringsdeel SIOF
Bedragen in €
Beginstand per 1 januari 2009
25.179.397
Voeding in 2009
Investeringsdeel Inflatie
507.491
Stadsvernieuwingsfonds
324.430
Grote Stedenbeleid
94.324
Ontwikkelingsfonds
172.647
Taakstelling Grondbedrijf
427.596
Huuropbrengst Cityring Storting t.l.v. algemene reserve (jaarstukken 2008) Correctie boeking
85.000 5.000.000 53.000
Totaal
6.664.488
Investeringsdeel Stedelijke economie (fase I)
• •
Diensten en dataverwerking Ontwikkelfonds duurzame energietransitie
Mercator Kennissintrum Meartaligens en Taallearen
-179.000 -35.000 -200.000
Stedelijke economie (fase II (‘08) en III(’09)
-1.820.000
Watercampus
-2.300.000
Totaal
-4.534.000
Nog beschikbaar 31 december 2009
27.309.885
Voeding in 2010
Investeringsdeel Inflatie
316.239
Stadsvernieuwingsfonds
324.430
Grote Stedenbeleid
94.324
Ontwikkelingsfonds
172.647
Taakstelling Grondbedrijf Aanvullende storting Grondbedrijf Huuropbrengst Cityring
427.596 1.764.000 85.000
Totaal
3.184.236
Reserveringen in 2010 (door de raad vastgesteld) Hoofdinfrastructuur (De Haak)
-1.950.000
RSP-pakket
-1.750.000
Stedelijke economie (Fase II en III)
-1.000.000
Stedelijke economie (Fase IV)
-2.070.000
Gebiedsontwikkeling Wielengebied
-800.000
Mercator Kennissintrum
-200.000
Kenniscirculatie (6 hotspots) Fietstunnel Oostergoplein
246
-600.000 -2.650.000
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Strategisch Investerings- en Ontwikkelingsfonds
Reserveringen in 2010 (door de raad vastgesteld)
Voorstel voor doorschuiven reserveringen van 2009 naar 2010 Noordwesttangent
-2.000.000
Stedelijke economie (Fase II en III)
-3.000.000
Fietstunnel Oostergoplein
-500.000
Totaal
-16.520.000
Nog beschikbaar 31 december 2010
13.974.121
Voeding in 2011
Investeringsdeel Inflatie Stadsvernieuwingsfonds
66.518 324.430
Grote Stedenbeleid
94.324
Ontwikkelingsfonds
172.647
Taakstelling Grondbedrijf
427.596
Huuropbrengst Cityring
85.000
Totaal
1.170.515
Reserveringen in 2011 (door de raad vastgesteld) Hoofdinfrastructuur (De Haak)
-1.499.392
RSP-pakket
-900.000
Gebiedsontwikkeling Portmarge
-425.000
Gebiedsontwikkeling Wielengebied Mercator Kennissintrum
-800.000
Voorstel voor doorschuiven reserveringen van 2009 naar 2011 Oldehove
-200.000
-450.000
Totaal
-4.274.392
Nog beschikbaar 31 december 2011
10.870.244
Voeding in 2012
Investeringsdeel Inflatie Stadsvernieuwingsfonds
65.620 324.430
Grote Stedenbeleid
94.324
Ontwikkelingsfonds
172.647
Taakstelling Grondbedrijf
427.596
Huuropbrengst Cityring
85.000
Totaal
1.169.617
Reserveringen in 2012 (door de raad vastgesteld) Aanvulling RSP-pakket 2009 e.v. Mercator Kennissintrum Totaal Nog beschikbaar 31 december 2012
950.000 200.000 1.150.000 10.889.861
247
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Strategisch Investerings- en Ontwikkelingsfonds
Beginstand 1 januari 2013
10.889.861
Voeding in 2013
Investeringsdeel Inflatie Stadsvernieuwingsfonds
66.718 324.430
Grote Stedenbeleid
94.324
Ontwikkelingsfonds
172.647
Taakstelling Grondbedrijf
427.596
Huuropbrengst Cityring
85.000
Totaal
1.169.615
Reserveringen in 2013 e.v.(door de raad vastgesteld)
Investeringsdeel Aanvulling RSP-pakket 2009 e.v.
-7.500.000
Totaal
-7.500.000
Nog beschikbaar 31 december 2013
4.559.576
Ontwikkelingsdeel SIOF
Bedragen in €
Beginstand per 1 januari 2009
1.182.048
Uitbetalingen in 2009 Topsportlocatie Zuidlanden (onderzoek) Ontwikkelschets Wielengebied
-50.000 -200.000
Totaal
-250.000
Nog beschikbaar 31 december 2009
932.048
Reserveringen in 2010 (door de raad vastgesteld) Ontwikkelschets Wielengebied
-150.000
Totaal
-150.000
Vervallen reservering 2010
Ontwikkelingsdeel Terugstorting Wilhelminaplein
525.000
Totaal
525.000
Nog beschikbaar 31 december 2010
1.307.048
Nog beschikbaar 31 december 2013
1.307.048
Verwachte noodzakelijke bijdragen vanuit het SIOF voor het binnenhalen van cofinanciering Het is van groot belang dat de majeure investeringen, nodig voor de strategische ontwikkeling van de stad, zoveel mogelijk kunnen doorgaan. Het is noodzakelijk dat er SIOF-middelen beschikbaar zijn en blijven om cofinanciering door vooral de provincie en rijk voor de gemeentelijke strategische projecten mogelijk te maken. Voeding SIOF Bij de raadsbehandeling van de programmabegroting 2010 heeft de raad de volgende motie aangenomen: Draagt het college op:
-
bij de bestemming van het exploitatieresultaat jaarrekening 2009 rekening gehouden dient te worden met de volgende prioriteiten van de raad: SIOF en ISI, en vraagt het college met voorstellen te komen rondom deze onderwerpen bij de behandeling van de jaarrekening;
-
dat de effectuering ervan plaatsvindt op het moment dat de raad de jaarrekening 2009 vaststelt (definitieve resultaatbestemming).
248
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Strategisch Investerings- en Ontwikkelingsfonds
Het college heeft de intentie deze motie uit te voeren maar wordt met een aantal zaken geconfronteerd die invloed hebben op de bestemming van het rekeningresultaat:
-
Onduidelijkheid over de financiële consequenties voor de gemeente van de maatregelen die het kabinet
-
Collegeprogramma 2010-2014.
-
Bestemmingen vooraf die opgenomen zijn in deze jaarstukken.
-
Onzekerheid over de financiële ontwikkelingen de komende jaren in verband met de kredietcrisis.
-
De maatregelen die de gemeente zou kunnen nemen in het kader van de kredietcrises die mogelijk
voorstelt.
financiële consequenties zullen hebben. Voorstel: Gelet op de door de raad aangenomen motie betreffende voeding van het SIOF en het ISI stelt het college voor van het rekeningresultaat (€ 4.990 mln) in 2010 € 4,5 mln te storten in het SIOF en voor zowel de jaren 2012 en 2013 € 200.000 te storten in de Impuls Sociale Investeringen (ISI) en het restant (€ 90.000) toe te voegen aan de algemene reserve.
Deze storting is bedoeld voor de cofinanciering van de majeure projecten die opgenomen zijn in de Samenwerkingsagenda gemeente Leeuwarden – provincie Fryslân 2011-2021. Het SIOF zal hiervoor een belangrijke dekkingsbron zijn. Het gaat hierbij om de projecten Watercampus, Landbouwcampus (o.a. Nij Bosma Zathe), University campus Fryslân, WTC-Expo en westelijke kantorenhaak en Culturele Hoofdstad (huisvesting culturele instellingen etc.). In het navolgende SIOF-overzicht zijn de hiervoor aangegeven mutaties verwerkt met uitzondering van het voorstel tot storting van € 4,5 miljoen in het SIOF.
249
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
250
2.2 Paragrafen: Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds
251
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
252
2.2 Paragrafen: Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
2.2 Paragrafen: Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds
253
Jaarstukken 2009 2. Beleidsverantwoording
254
2.2 Paragrafen: Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
3
Financiële
rekening
3.1
Financieel resultaat
3.1.1
Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
en
balans
Ten opzichte van de gewijzigde begroting is in 2009 een voordelig resultaat behaald van € 13,97 mln. In Turap-II werd een voordelig verwacht resultaat gemeld € 3,94 mln. Het verschil tussen rekening en Turap-II wordt voor een belangrijk deel verklaard door: - een hogere algemene uitkering uit het gemeentefonds (voordeel € 4,1 mln); - een groter voordeel op apparaatskosten (voordeel €0,7 mln); - verkoop Essent (voordeel € 1,8 mln); - voordeel speelruimten (€ 0,9 mln); - een groter voordeel op de WWB uitkeringen, inkomensdeel (voordeel € 1,2 mln); - diverse stelposten incl. onvoorzien (voordeel € 0,7 mln); - een grotere storting in de voorziening lopende procedures (nadeel € 0,5 mln) Hieronder worden de belangrijkste mee- en tegenvallers vermeld en toegelicht. Ook wordt daarbij aangegeven in hoeverre deze posten al in Turap-II zijn gemeld. Het resultaat over 2009 is op hoofdlijnen per programma als volgt opgebouwd: x € 1.000 RESULTAAT OP HOOFDLIJNEN
Rekening
Turap
2009
2009 – II
Kapitaallasten
1.604
V
1.823
V
Apparaatskosten
2.027
V
1.325
V
Overige verschillen: Nr.
Programma
2.
Jeugd en onderwijs Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk
3.
89
V
168
V
Onderwijshuisvesting
180
N
274
N
Onderwijsachterstandenbestrijding
279
V
275
V
Brede scholen
266
V
Kwaliteit in onderwijs
137
V
Voortijdig schoolverlaten
397
V
273
V
Speelruimten
864
V
Aanpak kindermishandeling
110
V V
Economie en toerisme Exploitatie diverse panden vastgoed
4.
5.
72
V
27
Exploitatie sporthal Kenniscampus
242
V
241
V
Verplaatsing vrijdagmarkt en de kermis
152
N
159
N
Vouchers bewonersinitiatieven
527
V
550
V
MFC Wytgaard
100
V
Maatschappelijke opvang
783
V
500
V
Woonzorgzone Zuidlanden
325
V
325
V
Integratie etnische minderheden
101
V
Wmo
266
N
35
V
194
V
194
V
1.569
V
364
V
Zorg en opvang
Werk en inkomen Sociale werkvoorziening Wet Werk en Bijstand (inkomensdeel)
255
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
x € 1.000 RESULTAAT OP HOOFDLIJNEN
Rekening
Turap
2009 228
V
260
V
Armoedebestrijding
139
V
10
V
1.470
N
1.200
N
209
V
146
N
27
N
94
V
121
N
6.
Wonen
7.
Infrastructuur en bereikbaarheid
Bouwvergunningen Verhardingen 9.
Politiek Bestuur
12.
Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen
14.
Woon- en leefomgeving
Diverse kosten college van B&W en Gemeenteraad Vrijval voorziening wijkaanpak Reiniging verhardingen 15.
Algemene dekkingsmiddelen Verkoop Essent
1.832
V
Dividend Essent
211
N
144
N
Dividend BNG
412
N
400
N
Stelposten c.a.
620
V
88
V
Aanvulling voorziening belastingdebiteuren
200
N
450
N
Herwaardering WOZ
116
N
50
N
Extra opbrengst invorderingskosten
199
V
150
V
Voorziening lopende procedures
720
N
170
N
Verschuiving werkgeversbijdrage levensloopregeling
181
N
Storting in reserve gemeentelijke samenwerking
118
N
Planontwikkeling huisvestingsconcept Publiekszaken
110
V
140
V
Algemene uitkering uit Gemeentefonds
4.123
V
Onvoorzien
160
V
Diverse kleinere mee- en tegenvallers
866
V
71
V
13.973
V
3.945
V
Totaal
*)
*) V = Voordeel / N= Nadeel
Toelichting op de voor- en nadelen Lagere kapitaallasten (voordeel € 1.604.000) De rente- en afschrijvingslasten van investeringen (kapitaallasten) zijn in 2009 € 1.604.000 lager dan begroot. De verklaring is als volgt: Netto voordeel op onderuitputting
€
809.000
Resultaat op verdeelde rente
€
795.000
Totaal
€ 1.604.000
256
2009 – II
Wijkgerichte inburgering
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Het netto voordeel van € 809.000 op onderuitputting is als volgt tot stand gekomen: x € 1.000 Rente- en afschrijvingskosten investeringen Bruto voordeel op onderuitputting kapitaallasten
2.280
Af: voordeel kapitaallasten grondexploitatie
-1.185
voordeel kapitaallasten rioleringen voordeel kapitaallasten parkeren
-31 -199
voordeel kapitaallasten begraafplaatsen
-56 -1.471
Netto voordeel op onderuitputting kapitaallasten
809
De resultaten die zijn ontstaan op de kapitaallasten van grondexploitatie (€ 1.185.000 voordeel), van rioleringen (€ 31.000 voordeel), van parkeren (€ 199.000 voordeel) en begraafplaatsen (€ 56.000 voordeel) worden verrekend met de grondvoorraad (grondexploitatie) dan wel met de betreffende reserves en voorzieningen en komen daarom niet te gunste of ten laste van het resultaat. De afgelopen jaren is steeds gebleken dat er bij de rekening sprake was van een fors bedrag aan onderuitputting op kapitaallasten. Daarom is bij de opstelling van de primitieve begroting 2009 de onderuitputting van totaal ca € 1 miljoen per actief geraamd. Desondanks valt de netto onderuitputting op kapitaallasten € 0,8 miljoen hoger uit. In Turap-II is een bedrag aan onderuitputting gemeld van € 0,8 miljoen. Het hierboven vermelde brutoresultaat van € 2,3 miljoen op kapitaallasten kan als volgt worden verklaard:
Bij de grondexploitatie is sprake van minder toegerekende rentekosten. Hierdoor ontstaat een voordeel van € 1.185.000, dat ten gunste komt van de balans (grondvoorraden) en heeft daarom geen invloed op het resultaat.
Bij rioleringen wordt het voordeel van € 31.000 op de post kapitaallasten veroorzaakt doordat een aantal investeringen in 2009 al wel is opgestart, maar nog niet afgerond. Omdat ook bij rioleringen eventuele resultaten worden verrekend met de voorziening riolering hebben deze geen invloed op het uiteindelijke rekeningresultaat.
De geplande vervanging van de parkeerautomaten in 2009 is vanwege het Europese aanbestedingstraject doorgeschoven naar 2010. Het hierdoor ontstane voordeel op de kapitaallasten bedraagt € 230.000. Daarnaast is aan de Stichting Parkeergarages in 2009 een lening verstrekt waarvan de rentelasten niet in de begroting 2009 zijn verwerkt, nadeel € 41.000. Tot slot nog een voordeel van € 10.000 op diverse investeringen.
In het kader van het plan van aanpak voor de opwaardering van de begraafplaatsen worden zowel de parkeervoorzieningen als de verhardingen op de Noorderbegraafplaats aangepakt. Deze werkzaamheden zijn in 2009 nog niet afgerond, voordeel € 31.000. Op de Noorderbegraafplaats zijn informatiezuilen geplaatst. De afschrijving hiervan start met ingang van 2010, voordeel € 9.000. Ook de aanschaf van een aantal voertuigen heeft eind 2009 plaatsgevonden waarvan de afschrijving start in 2010, voordeel € 16.000.
De onderuitputting bij de exploitatie van panden is voornamelijk het gevolg van werkinhoudelijke redenen en bedraagt € 59.000. Zo is onder andere het werk aan de Westerkerk uitgesteld tot 2011 (€ 20.000) omdat deze werkzaamheden dan kunnen worden gecombineerd met een aantal andere maatregelen. Ook de plaatsing van de topkoeling in de Harmonie is later afgerond dan gepland in verband met onenigheid met de architect over de plaatsing van de toren (€ 13.000).
257
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Voor de upgrading van de sportaccommodaties is een investeringsprogramma 2006-2010 vastgesteld waarvoor in het kader van nieuw beleid 2007 middelen beschikbaar zijn gesteld. Doordat de investeringen zoveel mogelijk moeten plaatsvinden zonder de sportuitoefening te blokkeren, loopt de uitvoering achter bij de planning waarop de begroting is gebaseerd. Ook bestaat nog onduidelijkheid over de definitieve invulling van Kalverdijkje Zuid i.v.m. de plannen van Cambuur en de eventuele inpassing van v.v. Leeuwarden op het Kalverdijkje. Hierdoor bedraagt de onderuitputting op dit programma € 123.000.
Doordat de uitvoering van een aantal investeringen uit de Programma’s Infra 2008 en 2009 al wel is opgestart, maar de hierin opgenomen investeringen nog niet gereed zijn ontstaat een voordeel op kapitaalasten van € 73.000. Met betrekking tot het Programma 2008 gaat het onder andere om de Westelijke Invalsweg 1e fase en de Stadsring 1e fase. Voor wat betreft het Programma 2009 zijn het onder andere de investeringen Drachtstercomplex en Oostergoplein.
Verder is er een voordeel van € 345.000 ontstaan door doorschuiving van investeringen op tractie buitendienst wijkzaken (€ 206.000 voordeel) en uitstel van investeringen Digitaal Loket II en huisstijl dienstverlening (€ 139.000).
Op diverse programma’s is in totaliteit nog een voordeel van € 209.000 op kapitaallasten gerealiseerd. Resultaat verdeelde rente. Voornamelijk als gevolg van lagere rentepercentages voor zowel kort geld (korter dan een jaar) als lang geld (langer dan een jaar) is het renteresultaat uiteindelijk € 563.000 hoger uitgevallen. In de begroting is ervan uitgegaan dat het positieve renteresultaat deels weglekt naar de zogenaamde rendabele sectoren (grondexploitatie bijvoorbeeld). Daarom wordt er op het “Saldo van de financieringsfunctie” onder de lasten een stelpost geraamd om dit weglekeffect te corrigeren. In de begroting was daarvoor een bedrag geraamd van € 232.000. Omdat in werkelijkheid het weglekeffect in diverse Programma’s wordt gerealiseerd en er tegenover de raming op de stelpost geen daadwerkelijke uitgaven worden geboekt is op het “Saldo van de financieringsfunctie” een per saldo voordeel ontstaan van € 795.000 (€ 563.000 plus € 232.000).
Het in Turap II verwachte voordeel van € 1.811.000 op kapitaallasten werd tot een bedrag van € 1.000.000 veroorzaakt door lagere rentepercentages voor kort geld (korter dan een jaar) en lang geld (langer dan een jaar). In totaal werd er op de diverse programma’s onderuitputting op kapitaallasten verwacht van € 811.000.
258
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Onde ruitputting op kapitaallaste n 2.500 2.000 1.500 1.000 500 0 2005
2006
2007
2008
2009
jaar
Apparaatskosten (voordeel € 2.027.000) Op de apparaatskosten is een voordeel ontstaan van € 2.027.000. Dit voordeel wordt vooral veroorzaakt doordat een bedrag van € 1,4 miljoen meer aan apparaatskosten is doorberekend naar balansposten (vooral projecten en voorzieningen) en dus niet ten laste van de exploitatie i s gekomen. Verder is er een voordeel op de personeelslasten als gevolg van vacatures. Zo is besloten, ter beperking van de verliezen als gevolg van minder grote bouwaanvragen, om de aanwezige vacatureruimte niet verder in te vullen en contracten voor externe inhuur zoveel mogelijk te beëindigen. Hierdoor ontstaat een voordeel op de apparaatskosten van € 340.000. Bij de Brandweer is er een voordeel van € 287.000 omdat in verband met een reorganisatie een aantal vacatures niet zijn opgevuld. In Turap-II werd een voordeel gemeld van € 1.325.000. Het verschil ten opzichte van Turap-II kan vooral worden verklaard doordat in werkelijkheid meer productieve uren zijn toegeschreven aan projecten. Overige verschillen Programma Jeugd en onderwijs (2)
Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk (voordeel € 89.000) De kosten van de kinderopvang zijn afhankelijk van het aantal aanvragen voor een bijdrage en de kosten per aanvraag. In 2009 is op de kinderopvang is een voordeel ontstaan van € 87.000 door minder aanvragen kinderopvang en een niet begrote vergoeding voor kinderopvang. Op het peuterspeelzaalwerk is sprake van een gering voordeel van € 2.000. In Turap-II werd een voordeel gemeld van € 168.000 omdat werd verondersteld dat het aantal aanvragen voor kinderopvang nog lager zou zijn. In de tweede helft van het jaar is er een sterke stijging geweest van het aantal aanvragen.
Onderwijshuisvesting (nadeel € 180.000) De kosten voor de OZB zijn € 178.000 hoger dan begroot. Nieuwbouw in de nieuwe wijken Zuiderburen en Zuidlanden en bij onder andere Pieter Jelles VMBO Nylân en Comenius Zamenhof leidt ertoe dat de WOZwaarde van schoolgebouwen de laatste jaren is gestegen van € 72 miljoen in 2006 naar € 131 miljoen in 2009. Op grond van de Wet WOZ worden schoolgebouwen gewaardeerd op basis van gecorrigeerde vervangingswaarde, waarbij naarmate een gebouw ouder is een grotere correctie voor functionele veroudering wordt toegepast. Bij nieuwbouw leidt deze waarderingsmethode juist tot een stijging van de WOZ-waarde en daarmee tot een stijging van de OZB. Daarnaast zijn de kosten van verzekeringen overschreden met een bedrag van € 107.000. Dit heeft te maken met de marsh-eisen die de verzekering aan de gebouwen stelt. Is er aan die eisen voldaan dan gaat de premie omlaag. Vooral schoolgebouwen voor het voortgezet onderwijs zijn nog niet
259
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
voorzien van de vereiste certificaten, waardoor voor die gebouwen de lagere verzekeringspremie (nog) niet geldt. Tot slot is in 2009 van de Belastingdienst een bedrag van € 105.000 aan compensabele BTW terugontvangen. In Turap-II werd een nadelig resultaat verwacht op onderwijshuisvesting van € 274.000. Dat dit bedrag lager is uitgevallen, heeft onder andere te maken met het feit dat op het moment van het samenstellen van Turap-II de teruggaaf van compensabele BTW ten bedrag van € 105.000 nog niet bekend was. Ook werd gerekend op een nadelig exploitatieresultaat op gymlokalen van € 170.000. De uiteindelijke afrekening van de BV Sport liet geen afwijking ten opzichte van de begroting zien. Naast deze voordelen ten opzichte van Turap-II (in totaal € 275.000) staat een belangrijk nadeel van € 107.000 wegens hogere kosten voor verzekering van schoolgebouwen waar in Turap-II geen rekening mee is gehouden.
Onderwijsachterstandbestrijding (voordeel € 279.000) Op het gemeentelijk budget van onderwijsachterstanden is een positief resultaat van € 279.000 ontstaan door inzet van middelen Grote Stedenbeleid. Eind 2009 loopt het Grote Stedenbeleid 2005-2009 af. Voorwaarde van het rijk is dat niet bestede GSBmiddelen terugvloeien naar het rijk. Door het aanspreken van het GSB GOA budget hoeft het gemeentelijke budget voor onderwijsachterstandenbeleid niet ingezet te worden. Door activiteiten die ten laste van gemeentelijke budgetten zouden worden gebracht nu uit deze nog niet bestede rijksmiddelen te dekken, hoeven de GSB-middelen niet terug naar het rijk en vallen de gemeentelijke middelen vrij.
Brede scholen (voordeel € 266.000) In 2009 is op dit onderdeel een voordeel ontstaan van € 266.000. Bij de vaststelling van de begroting 2009 heeft de raad € 300.000 beschikbaar gesteld voor Brede Scholen. In 2009 zijn in het overleg tussen de deelnemende partijen van de Brede Scholen en de gemeente afspraken gemaakt over de besteding van de middelen. Omdat dit overleg over de inzet van de toegezegde middelen de nodige tijd heeft gekost, is er met ingang van schooljaar 2009-2010 gestart met de activiteiten. De activiteiten lopen door in 2010 voor de tweede helft van het schooljaar 2009-2010. In Turap-II is dit voordeel niet gemeld omdat verwacht werd, dat de beschikbaar gestelde gelden nog in 2009 zouden worden uitgegeven.
Kwaliteit in onderwijs (voordeel € 137.000) Het budget voor kwaliteit in het onderwijs is niet benut omdat de gemaakte kosten allemaal ten laste van de rijksmiddelen GSB zijn gebracht. Dit levert een voordeel op van € 137.000. Bij het samenstellen van Turap-II was niet voorzien dat dit nog ten laste van de GSB middelen kon worden verantwoord.
Voortijdig schoolverlaten (voordeel € 397.000) De raad heeft twee keer € 350.000 beschikbaar gesteld voor de jaren 2009 en 2010 voor voortijdig schoolverlaten. De raad wilde aan de hand van een notitie bepalen hoe deze middelen worden ingezet. Deze notitie is in juni 2009 in de Commissie Welzijn besproken. Daardoor worden de middelen pas met ingang van schooljaar 2009-2010 ingezet. Om deze reden en ook omdat ook hier een groot aantal activiteiten ten laste van de rijksmiddelen is gebracht ontstaat er een voordeel van € 397.000. Bij het samenstellen van de Turap-II was de verwachting dat er € 124.000 minder ten laste van de GSB middelen kon worden verantwoord.
260
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Jeugdbeleid (voordeel € 864.000) Op 29 juni 2009 is door de raad de nota Speelruimtebeleid 2009-2015 vastgesteld. Voor het speelruimtebeleid is in 2009 incidenteel € 1 miljoen beschikbaar gesteld. Met het vaststellen van de nota is besloten om het geld over meerdere jaren uit te geven. Tot nu toe is een bedrag van € 136.000 uitgegeven. In Turap-II is dit voordeel niet gemeld, omdat de verantwoording van de kosten ten tijde van het samenstellen van Turap-II niet via de exploitatie maar via een project plaatsvond. Deze wijze van verantwoorden is in de tweede helft van het jaar teruggedraaid. De werkelijke kosten moeten, volgens de voorschriften van BBV, via de exploitatie worden verantwoord.
Aanpak kindermishandeling (€ 110.000 voordeel) In 2008 heeft het ministerie voor Jeugd en Gezin afspraken gemaakt met de gemeente Leeuwarden over de zogenoemde RAAK-middelen (aanpak kindermishandeling). Deze middelen zijn via een integratieuitkering in het gemeentefonds aan centrumgemeenten toegekend in 2008. Leeuwarden is kerngemeente voor Fryslân. De middelen zijn bestemd voor het aanstellen van een provinciale coördinator en het organiseren van deskundigheidsbevordering. Het najaar 2008 is besteed aan de provinciale verkenningsfase. De coördinator is van start gegaan met ingang van april 2009, waarna de aanpak programmatisch is en wordt ingevuld in overleg met de 31 Friese gemeenten en de betrokken instellingen. De middelen (in totaal € 250.000) worden in de projectperiode van 1 maart 2009 tot en met 1 september 2011 volledig ingezet. Van het inmiddels door het Rijk beschikbaar gestelde bedrag van € 167.000 is een bedrag van € 57.000 besteed. In Turap-II is geen bedrag opgenomen omdat de verwachting was dat de uitgaven gelijke tred zouden houden met de inkomsten van het Rijk.
Programma Economie en toerisme (3)
Exploitatie diverse panden vastgoed (€ 72.000 voordeel) Eind 2008 kwamen problemen met de filters in het zwembad de Blauwe Golf naar voren. Voor het oplossen van deze problemen zijn eind 2008 op basis van een eerste inschatting extra middelen toegevoegd aan de voorziening onderhoud. Bij de vervanging van deze filters in 2009 kwamen nog een aantal extra werkzaamheden naar voren die bij de eerste inspectie niet konden worden waargenomen. Hierdoor is een nadeel ontstaan van € 85.000. Op het project Trekkenwand in de Harmonie is een voordeel ontstaan van € 157.000.
Exploitatie sporthal Kenniscampus( € 242.000 voordeel) Bij het beschikbaar stellen van het krediet voor de bouw van de sporthal bij de Kenniscampus is in overeenstemming met het financieel beleid ook het exploitatiebudget van € 242.000 beschikbaar gesteld. Aangezien de sporthal in 2009 nog niet in gebruik is valt dit budget vrij.
Verplaatsing vrijdagmarkt en de kermis (€ 152.000 nadeel) Vanwege de verplaatsing van de vrijdagmarkt in verband met het project Nieuw Zaailand is sprake van een lagere bezettingsgraad. Hierdoor zijn de baten € 37.000 lager dan begroot. Daarnaast zijn ook de overige lasten met € 37.000 overschreden. Enerzijds vanwege proces- en gerechtskosten voor het voeren van juridische geschillen en anderzijds vanwege het treffen van de nodige voorzieningen op de Nieuwestad. Het resultaat van het product Kermissen bedraagt € 78.000 nadelig. De inschrijvingen van de kermisexploitanten voor de Leeuwarder kermis zijn dit jaar fors lager uitgevallen dan begroot. Naast de landelijk teruglopende belangstelling voor de kermis, zijn de lagere inschrijvingen vooral te wijten aan de verplaatsing van de kermis naar het evenemententerrein achter WTC-Expo. Aan inschrijvingen is een bedrag gerealiseerd van € 32.000 wat € 78.000 lager is dan begroot.
261
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Programma Zorg en opvang (4)
Vouchers bewonersinitiatieven (voordeel € 527.000) Het project Wijkidee heeft van VROM voor 2008 en 2009 € 300.000 per jaar gekregen voor de uitvoering van bewonersinitiatieven die "de leefbaarheid en de sociale cohesie" in de wijk bevorderen. De middelen worden aan bewoners verstrekt in de vorm van Wijkwaardebonnen, op advies van het Adviesplatform Wijkidee. Pas in de loop van het jaar is dit project goed van de grond gekomen. Voor ongeveer zeventig ideeën zijn inmiddels Wijkwaardebonnen beschikbaar gesteld, maar deze zijn nog niet door de bewoners omgezet in geld. De uitvoering zal in 2010 plaats vinden. Enkele complexe projecten waarschijnlijk zelfs nog deels in 2011. Tot nu toe is voor € 505.000 aan wijkwaardebonnen toegekend en zijn er € 28.000 aan kosten gemaakt.
MFC Wytgaard (voordeel € 100.000) In november 2009 heeft de gemeenteraad bij de behandeling van de programmabegroting 2010 bij motie maximaal € 200.000 beschikbaar gesteld voor het realiseren van het MFC Wytgaard in 2009. De dekking bestaat voor € 100.000 uit het restant ISI 2009 en € 100.000 uit de bestaande budgetten voor wijkaanpak, onderwijshuisvesting en brede scholen. De resterende tijd in 2009 was te kort om de motie uit te voeren.
Maatschappelijke opvang (voordeel € 783.000) Op het gemeentelijk budget van maatschappelijke opvang is een positief resultaat ontstaan van € 783.000, door activiteiten die ten laste van gemeentelijke budgetten zouden worden gebracht uit nog niet bestede rijksmiddelen te dekken. Eind 2009 loopt het Grote Stedenbeleid 2005-2009 af. Voorwaarde van het rijk is dat niet bestede GSBmiddelen terugvloeien naar het rijk. Binnen de BDU/SIV-middelen was geld gereserveerd voor de uitvoering van een aantal projecten vrouwenopvang en maatschappelijke opvang. Dit zijn de projecten Veilige veste (vernieuwing concept vrouwenopvang), begeleiding van straatprostituees door een straatcoach, toeleiding van tienermoeders naar geschikte hulpverlening en een bijdrage aan de financiering van verbouwing van voormalige Buitenschool. Deze projecten zijn vertraagd. De vertraging heeft verschillende oorzaken zoals een zoektocht naar geschikte huisvesting en naar personeel. De rijksvoorwaarde volgend moeten de middelen die gereserveerd waren voor deze projecten terugvloeien naar het rijk en stoppen de projecten. Door activiteiten die ten laste van gemeentelijke budgetten zouden worden gebracht nu uit deze nog niet bestede rijksmiddelen te dekken, hoeven de GSB-middelen niet terug naar het rijk en vallen de gemeentelijke middelen vrij. Ten tijde van het samenstellen van de Turap-II was de verwachting dat er € 283.000 minder ten laste van de GSB middelen kon worden verantwoord.
Woonzorgzone Zuidlanden (voordeel € 325.000) Voor de ontwikkeling van een woonzorgzone in het uitbreidingsgebied Zuidlanden is in 2008 incidenteel een gemeentelijke bijdrage van € 325.000 beschikbaar gesteld. Door onder andere vertraging in de woningbouw in het plangebied Jabickswoude vanwege juridische procedures is de woonzorgzone nog niet gerealiseerd. Daarbij komt dat de gevolgen van de kredietcrisis ertoe leiden dat zowel de potentiële huizenkopers in het plangebied, maar ook de samenwerkingspartijen een afwachtende houding hebben aangenomen. Er zijn daarom nog geen uitgaven ten laste van het budget gekomen.
Integratie etnische minderheden (voordeel € 101.000) Voor de realisering van een nieuw Multicultureel Centrum (MCC) in Leeuwarden zijn incidentele middelen beschikbaar gesteld in de begroting 2009 en meerjarenramingen 2010, 2011 en 2012. Over onder andere het beheer en exploitatie van het MCC is een overeenkomst met Sinne Welzijn en Welzijn Leeuwarden afgesloten. Het nieuwe MCC wordt pas in de zomer van 2010 opgeleverd. Hierdoor zijn budgetten in 2009 niet volledig benut en ontstaat een positief resultaat van € 101.000.
262
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Ten tijde van het opstellen van Turap 2009-II werd aangenomen dat de realisatie van een nieuw multicultureel centrum (MCC)in 2009 zou plaatsvinden. In het tweede halfjaar heeft de voortgang echter vertraging opgelopen, waardoor een positief resultaat is ontstaan. Realisatie van het nieuwe MCC vindt plaats in 2010.
Kosten Wmo (nadeel € 266.000) De kosten van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) omvatten uitvoeringskosten en programmakosten. De programmakosten zijn onder te verdelen in uitgaven die betrekking hebben op Wonen, Rollen en Vervoer (WRV=de voormalige Wvg) en uitgaven voor Hulp bij het Huishouden (HHH). Het tekort van € 266.000 op de kosten Wmo is als volgt opgebouwd: a. uitvoeringskosten (excl. apparaatskosten)
€
b. programma WRV
€ 1.316.000 nadeel
c.
€ 1.141.000 voordeel
programma HHH
91.000 nadeel
Het budget van de uitvoeringskosten is overschreden, omdat vooruitlopend op de wetswijziging van de Wmo per 1 januari 2010, extra kosten zijn gemaakt voor de implementatie van die wijziging in de systemen en voor de aanpassing van ongeveer 2.000 beschikkingen. Door een verbeterslag in het ‘APK model’ indiceren de aanbieders zoveel als mogelijk zelf, tenzij er sprake is van complexe situaties en het verstandig is om het CIZ te laten indiceren (indiceren op basis van noodzaak). Op het programma WRV (voormalig WVG) is het tekort dit jaar ten opzicht van het tekort in 2008 met ruim € 600.000 toegenomen tot een bedrag van € 1.316.000. De toename doet zich het meest voor bij de woonvoorzieningen en hulpmiddelen in natura. De kosten van woonvoorzieningen zijn afhankelijk van het aantal en de grootte van de aanpassingen in individuele gevallen en zijn moeilijk te voorspellen. Dit jaar zijn er veel en erg kostbare aanpassingen geweest. Het overschot op de het programma HHH is toegenomen van € 522.000 in 2008 naar € 1.141.000 dit jaar. De integratie-uitkering voor HH is met € 662.000 toegenomen. De kosten van het programma zijn in totaliteit iets toegenomen. Binnen het programma heeft zich wel een verschuiving voorgedaan van PGB’s naar HH1 en HH2. Dit is waarschijnlijk al vooruitlopend op de wetswijziging die in 2010 ingaat. Aan eigen bijdragen van cliënten voor hulp in het huishouden is een bedrag € 123.000 minder ontvangen dan was begroot. Het Centraal Administratie Kantoor berekent en zorgt ook voor de invordering van de eigen bijdragen. Deze bedragen kunnen afwijken van het bedrag dat de cliënten op jaarbasis aan eigen bijdragen zouden moeten betalen op basis van het aantal afgenomen zorguren en inkomen. Alle bijdragen die het CAK op kasbasis jaarlijks incasseert worden afgedragen aan de gemeente. In 2009 is € 123.000 minder van het CAK ontvangen dan is begroot. Het bedrag dat nog aan eigen bijdragen op het eind van het jaar te vorderen is van het CAK c.q. cliënten is niet bekend. Bovendien zitten in de afdrachten van het CAK aan de gemeente dit jaar zeer waarschijnlijk ook nog eigen bijdragen die betrekking hebben op 2007 en 2008. Het blijft daarom onduidelijk op welke inkomsten uit eigen bijdragen de gemeente kan rekenen. Het rijk heeft een plan van aanpak opgesteld om het functioneren van het CAK te verbeteren. Ten opzichte van Turap-II is spraken van een verschil van € 301.000. Voor ruim € 100.000 is dit verschil toe te rekenen aan de stijging van de uitvoeringskosten. Vooruitlopend op de wetswijziging Wmo per 1 januari 2010, versterking van de positie van de burger, zijn in het najaar extra kosten gemaakt voor de implementatie van die wijziging in de systemen en aanpassing van ongeveer 2.000 beschikkingen. De afwijking op de programmakosten is ongeveer € 200.000 hoger. Deze afwijking doet zich voor op het onderdeel huishoudelijke hulp (budget van € 10 mln). Ten opzichte van het budget is dit een toename van 2%.
263
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Programma Werk en inkomen (5)
Sociale werkvoorziening (voordeel € 194.000) De raad heeft op 24 november 2008 een bedrag van maximaal € 1,3 miljoen beschikbaar gesteld voor het wegwerken van het negatief eigen vermogen van Caparis NV. Dit bedrag is destijds gestort in een voorziening Caparis. Uiteindelijk was er een bedrag van € 1.106.000 nodig om de problemen bij Caparis op te lossen. Het restant van € 194.000 valt (conform de richtlijnen van het BBV) in 2009 vrij ten gunste van het rekeningresultaat.
WWB inkomensdeel (voordeel € 1.569.000) Het voordeel van € 1.569.000 op het WWB inkomensdeel is ontstaan door: a. een voordeel op de WWB (inkomensdeel)
€ 2.172.000
b. een nadeel op de terugvorderingen
€
365.000
c. een nadeel op de langdurigheidtoeslag
€
238.000
Ten opzichte van de begroting is er op de WWB-uitkeringen een besparing van € 2.172.000. Begroot was een bedrag aan WWB uitkeringen van € 45.966.000. De werkelijke uitgaven bedroegen € 43.794.000. Het voordeel op de WWB uitkeringen is als volgt te verklaren: Hoeveelheidverschil
€ 1.311.600 Voordelig
Prijsverschil
€
206.300 Voordelig
Declaratie onder de Bbz
€
653.800 Voordelig
Totaal voordeel
€ 2.171.700 Voordelig
Het voordeel over 2009 is grotendeels ontstaan door een hogere rijksbijdrage in 2009 waarmee het budget voor de uitkeringen is verhoogd. Hierdoor was er een budget beschikbaar voor omgerekend gemiddeld 3.422,66 WWB’ers. Het werkelijke gemiddelde is uitgekomen op 3.325 WWB’ers. Dit hoeveelheidverschil van 97,66 WWB’ers levert een voordeel op van € 1.311.600. Het prijsverschil is uitgekomen op € 62,04 (Gemiddelde uitkering was begroot op € 13.429,80 en is in werkelijkheid € 13.367,76 geworden). Uitgaande van 3.325 WWB’ers levert dit een prijsvoordeel op van € 206.300. Verder kon een bedrag van € 653.800 aan WWB uitkeringen ten laste worden gebracht van de uitkeringsregeling “Besluit bijstandsverlening zelfstandigen” (Bbz). Dit betreffen de WWB uitkeringen van personen die met behoud van de WWB uitkering mogen deelnemen aan een traject gericht op zelfstandig ondernemerschap. In 2009 was dit het laatste jaar dat dit kon. Met ingang van 2010 is de wet aangepast. Vanwege een stelselwijziging worden de terugvorderingen anders in de administratie verantwoord. Zo is aan correcties op terugvorderingen een bedrag van € 31.800 geboekt en worden met ingang van 2009 in de exploitatie de nieuwe debiteuren vanwege terugvordering verantwoord in plaats van de daadwerkelijke ontvangsten op debiteurenvorderingen. In de begroting was hier nog geen rekening mee gehouden. Hierdoor zijn de baten € 333.500 lager. Door een vereenvoudiging van de aanvraagmethode en de verruiming van de doelgroep die in aanmerking komt voor een langdurigheidtoeslag is € 238.000 meer uitgegeven dan is begroot. Dit bedrag is inclusief de bedragen over voorgaande jaren waarop men met terugwerkende kracht aanspraak kon maken. x € 1.000 Turap-II 2009 a. WWB (inkomensdeel)
Verschil
2009
2009
1.144
V
2.172
V
1.028
V
b. Terugvorderingen
-486
N
-365
N
121
V
c. Voorziening dubieuze debiteuren
-294
N
294
V
-238
N
-238
N
1.569
V
1.205
V
d. Langdurigheidtoeslag Totaal
264
Rekening
364
V
0
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Het hogere voordeel op het WWB inkomensdeel ten opzichte van Turap-II is ondermeer ontstaan door de, bij de jaarrekening bepaalde, incidentele onder de Bbz declarabele WWB uitkeringen van WWB bijstandsgerechtigden die een eigen onderneming willen starten. Dit leverde een incidenteel voordeel op van € 653.800. Daarnaast nam het gemiddelde aantal WWB klanten in 2009 minder snel toe dan verwacht werd en viel de gemiddelde prijs van een uitkering iets lager uit. Hierdoor is een voordeel ontstaan van € 374.200. Als gevolg van de veranderde boekingssystematiek is in de Turap-II gemeld dat er een nadeel op de debiteuren zou ontstaan van € 486.000. Het werkelijke nadeel is uitgekomen op een bedrag van € 365.000. Er is dus € 121.000 meer aan debiteurenvorderingen opgeboekt dan verwacht. Voorziening dubieuze debiteuren: Tegenover de uitstaande debiteuren staat een voorziening voor dubieuze debiteuren. Verwacht werd dat een extra bedrag van € 294.000 aan de voorziening zou moeten worden toegevoegd. Bij de opmaak van de jaarrekening is dit niet nodig gebleken. De langdurigheidtoeslag is met ingang van 2009 ook een instrument geworden vallende onder de armoedebestrijding. Op de reguliere armoedebestrijding is € 139.000 overgehouden. Op de Langdurigheidtoeslag is een overschrijding ontstaan van € 238.000. In 2009 bleken in het najaar nog veel aanvragen voor de langdurigheidtoeslag via de het nieuwe gecombineerde aanvraagformulier minimaregelingen binnen te zijn gekomen. Hierdoor hebben veel klanten met terugwerkende kracht een langdurigheidtoeslag ontvangen.
Wijkgerichte inburgering (voordeel €228.000) Voor wijkgerichte inburgering ontvangt de gemeente een rijksvergoeding in de vorm van een decentralisatie-uitkering. Deze vergoeding is bedoeld om uitvoering te kunnen geven aan het innovatietraject wijkgerichte inburgering volgens het plan “Inburgering een stap vooruit!”. Het plan en de rijksvergoeding hebben betrekking op de periode 2009 tot en met 2011. Het budget voor de Wijkgerichte inburgering bedroeg in 2009 € 460.000. Hiervan is in 2009 € 101.000 besteed, zodat het resultaat op de overige kosten € 359.000 bedraagt. Tevens kunnen de kosten van € 131.500, die betrekking hebben op de personele inzet (apparaatskosten) ten laste van dit budget worden gebracht.
Armoedebestrijding (voordeel € 139.000) De uitgaven voor armoedebestrijding zijn per saldo € 139.000 lager dan begroot. De minimaregelingen laten nog geen enorme toestroom van aanvragen zien als gevolg van de verslechterende economie. Door de beperking (Wet “Wij”) van de instroom van jongeren is het bedrag aan toeslagen vanuit de bijzondere bijstand niet fors toegenomen. Bij het samenstellen van de Turap-II ging men ervan uit dat als gevolg van de economische crisis toch een toename van het aantal aanvragen zou plaatsvinden.
Programma Wonen (6)
Bouwvergunningen (€ 1.470.000 nadeel) Zoals al aangekondigd in de Turap_II en de monitor Kredietcrisis heeft het resultaat op het product Bouwvergunningen in 2009 een behoorlijke duikvlucht genomen. Per saldo een nadeel van € 1.470.000. Dit nadeel kan in hoofdzaak worden toegeschreven aan de lagere baten. Lagen de legesopbrengsten in de periode 2005 t/m 2008 op gemiddeld € 2,5 mln per jaar. In 2009 bleef de teller echter al steken op € 1,2 mln. Bij een begrote legesopbrengst van € 2.780.000 daarom een nadeel van € 1.580.000. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn:
•
Het aantal bouwaanvragen is in absolute zin lager;
265
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
•
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Binnen het lagere aantal bouwaanvragen is het aandeel lichte bouwvergunningen relatief groot. De in rekening te brengen leges zijn hierdoor veel lager (grote bouwaanvragen tikken veel harder door in de totale opbrengsten);
•
In tegenstelling tot voorgaande jaren is sprake van veel minder grote bouwprojecten die verhoudingsgewijs een groot deel van de opbrengsten bepalen;
•
Er zijn enkele grote bouwprojecten ingetrokken. De leges hiervan zijn al geboekt en verantwoord (grotendeels in 2008). De restitutie is in 2009 geboekt;
•
In 2008 is een verlaging van de legestarieven doorgevoerd omdat in voorgaande jaren steeds sprake was van een (fors) overschot.
Voor een goed beeld dient overigens nog opgemerkt te worden dat als gevolg van de gewijzigde Wet Ruimtelijke Ordening het niet is toegestaan om bouwleges in rekening te brengen als er een bouwvergunning is afgegeven op basis van een projectbesluit wat is verwoord in artikel 3.13 lid 4 nWRO. Deze situatie was in 2009 van toepassing op de verleende vergunningen voor woningbouw in de Mondriaanbuurt en de aanleg van de fietstunnel onder het Oostergoplein waarbij het in totaal om een legesbedrag gaat van € 230.000. Deze leges kunnen pas worden ingevorderd zodra het nieuwe bestemmingsplan is vastgesteld. Het bestemmingsplan moet dan overigens binnen een jaar nadat het projectbesluit onherroepelijk is geworden voorgelegd worden. Deze termijn kan met 2 jaar worden verlengd. Afhankelijk van de vaststelling van de nieuwe bestemmingsplannen kunnen deze leges dus pas in 2010, 2011 of 2012 als opbrengst worden verantwoord.
Overige kosten (voordeel € 110.000) De advieskosten Hûs en Hiem zijn door een vermindering van het aantal bouwaanvragen € 45.000 lager dan begroot. Daarnaast is evenals bij de apparaatskosten zeer terughoudend omgegaan met de aanwending van diverse budgetten om het nadeel zoveel mogelijk te beperken, voordeel € 65.000. Bij Turap-II is een inschatting gemaakt van de verwachte opbrengst bouwleges over het dienstjaar 2009 op basis van extrapolatie en inschattingen van de bouwmarkt. Uiteindelijk is de huidige economische situatie toch van een grotere invloed geweest op de bouwmarkt dan voorzien. Daarnaast zijn eind 2009 nog enkele grote bouwprojecten ingetrokken waarvan de leges al waren verantwoord in 2008, maar waarvan de restitutie eind 2009 is verantwoord. Programma Infrastructuur en bereikbaarheid (7)
Verhardingen (voordeel € 209.000) De stelpost “beheersconsequenties investeringen openbare ruimte” is in 2009 niet aangewend, voordeel € 37.000. Deze post kan alleen worden aangewend indien als gevolg van investeringen extra onderhoudslasten ontstaan waar bij het beschikbaar stellen van de betreffende kredieten geen rekening mee is gehouden. Vanwege de weersomstandigheden aan het einde van het jaar konden een aantal werkzaamheden niet worden uitgevoerd, voordeel € 172.000. Bij Turap-II was nog niet bekend dat de weersomstandigheden aan het einde van het jaar de uitvoering van een aantal werkzaamheden zouden belemmeren.
Programma Politiek Bestuur (9)
Diverse kosten college van B&W en Gemeenteraad (nadeel € 146.000) Ter verbetering van de rechtspositie van raadsleden moest een bedrag van € 32.000 worden gestort in een in te stellen voorziening Dijkstal II. Ook de gemaakte kosten van het college waren € 114.000 hoger dan begroot ondermeer door hogere kosten voorlichting (€ 48.000) en representatiekosten en autovervoer B&W (€ 45.000).
266
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Programma Ruimtelijke ordening, wijken en dorpen (12)
Wijkaanpak (voordeel € 94.000) Vrijval voorziening wijkbudgetten € 94.000. Dit betreft de vrijval van de volgende onderdelen: organisatiekosten Wijkmanagement (€ 23.000), wijkpanel budgetten (€ 68.000) en het wethoudersbudget (€ 3.000). Deze middelen kunnen vrijvallen omdat geen specifiek bestedingsdoel meer aanwezig is of dat het doel met minder middelen is gerealiseerd.
Programma Woon- en leefomgeving (14)
Reiniging verhardingen (nadeel € 121.000) Op het onderdeel vegen en gladheidbestrijding zijn de kosten met een bedrag van € 171.000 overschreden. In het contract met Fryslân Miljeu is een hogere index gehanteerd dan in de gemeentebegroting, nadeel € 48.000. Vanwege de winterse omstandigheden is veel meer zout gebruikt, nadeel € 78.000. De hoeveelheid ingezameld nat veegvuil was 213 ton hoger dan begroot, nadeel € 16.000. Daarnaast nog diverse nadelen van per saldo € 29.000. De lasten voor het vegen en gladheidbestrijding worden op begrotingsbasis voor een deel doorbelast naar de producten Inzameling Afval en Riolering. Nu de lasten zijn overschreden wordt ook een deel van deze overschrijding doorbelast naar deze producten, voordeel € 50.000. Bij de opstelling van Turap-II kon nog niet worden verwacht dat de kosten van gladheidbestrijding zo hoog zouden gaan uitvallen.
Programma Algemene dekkingsmiddelen (15)
Verkoop Essent (voordeel € 1.832.000) Voor de verkoop van Essent heeft de gemeente een bedrag van € 5.868.000 in contanten ontvangen. Dit bedrag was al in de begroting verwerkt en levert in de rekening daarom geen resultaat op. Daarnaast heeft de gemeente in een later stadium voor de verkoop van Essent diverse geldleningen en aandelen in Enexis, Publiek Belang Elektriciteitsproductie (PBE) en Essent Milieu gekregen. De activering van de leningen en aandelen heeft geleid tot een voordeel op de exploitatie van in totaal € 1.677.000. Verder is de ingehouden dividendbelasting over de aandelen PBE en een bruglening van de Belastingdienst terugontvangen tot een bedrag van € 155.000. Toen Turap-II werd opgesteld was nog niet bekend wat de waarde zou zijn van de te ontvangen geldleningen en aandelenkapitalen.
Dividend Essent (nadeel € 211.000) Door de verkoop van Essent ontvangt de gemeente geen dividend meer van Essent, wat leidt tot een tegenvaller van € 211.000.
Dividend BNG (nadeel € 412.000) In de begroting was een bedrag van € 400.000 geraamd voor extra dividend van de Bank voor Nederlandse Gemeenten (BNG). Gelet op de rating van de bank en door de financiële crisis werd het niet verantwoord geacht in 2009 extra dividend uit te keren. Dit leidt tot een tegenvaller van € 400.000. Verder heeft de afwikkeling van het dividend over 2008 van de BNG geleid tot een nadeel van € 12.000.
Stelposten c.a (voordeel 620.000) Tot een bedrag van € 528.000 is een voordeel ontstaan, doordat niet op alle gereserveerde middelen voor taakmutaties en decentralisatie-uitkeringen een beroep is gedaan. Aan een gedeelte van het ISI-budget (Impuls Sociale Investeringen) is in 2009 nog geen bestemming gegeven. Dit leidt in 2009 tot een incidenteel voordeel van € 92.000. Bij de opstelling van Turap-II was nog niet bekend dat in 2009 niet een volledig beroep op de stelpost voor taakmutaties en decentralisatie uitkeringen zou worden gedaan.
267
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Aanvulling voorziening belastingdebiteuren (nadeel € 200.000) Bij de jaarrekening 2008 zijn door de accountant in zijn verslag van bevindingen kritische kanttekeningen geplaatst over de stand van de voorziening dubieuze belastingdebiteuren evenals de hoogte van de post belastingdebiteuren (€ 5 miljoen).Naar aanleiding daarvan is een drietal maatregelen getroffen: 1.
aanscherping Richtlijnen dubieuze debiteuren door B&W (is afgerond);
2.
opschonen van oude belastingdebiteuren (is grotendeels afgerond);
3.
verbetering/aanscherping invorderingsproces (loopt).
Bovenstaande heeft ertoe geleid dat de voorziening dubieuze belastingdebiteuren moet worden aangevuld met een storting van € 547.000. In de besluitvorming rond de begroting 2010 was voor het jaar 2009 al rekening gehouden met een eenmalige extra storting van € 200.000. Resteert een aanvullende niet begrote storting van € 347.000, waarvan een bedrag van € 147.000 is verrekend met de opbrengst OZB, zodat per saldo een nadeel van € 200.000 resteert. In Turap 2009-II werd er nog van uitgegaan dat een aanvullende storting moest worden gedaan van € 650.000 en dat er een nadeel zou zijn van € 450.000. In werkelijkheid blijkt dat de aanvullende storting € 103.000 lager kan uitvallen op grond van de richtlijnen.
Herwaardering WOZ (€ 116.000 nadeel) In verband met langdurige ziekte en wegens geconstateerde problemen bij de WOZ herwaardering 2010 moest een extern bureau worden ingehuurd om de tijdige en goede afronding van de WOZ herwaardering 2010 te waarborgen. Dit heeft geleid tot een nadeel van € 116.000.
Extra opbrengst invorderingskosten (€ 199.000 voordeel) Als gevolg van de extra inspanningen rond de invordering van de nog openstaande belastingdebiteuren is een extra opbrengst aan invorderingskosten van € 199.000 gerealiseerd. Dit betreft in rekening gebrachte invorderingskosten zoals aanmaningskosten, dwangbevel- en rentekosten, etc.
Voorziening lopende procedures (€ 720.000 nadeel) In verband met de afwikkeling van een juridische procedure en mogelijke claims voor nieuwe procedures is er een aanvullende storting gedaan in de voorziening lopende procedures tot een bedrag van € 1.047.000. De kosten van een juridisch geschil zijn tot een bedrag van € 327.000 terug ontvangen via de WAverzekering. Dit leidt tot een meevaller van € 327.000. Dat er voor een bepaalde claim en voor juridische kosten een aanvullende storting in de voorziening lopende procedures moest worden gedaan was bij de opstelling van Turap-II niet bekend.
Verschuiving werkgeversbijdrage levensloopregeling (€ 181.000 nadeel) In 2008 is de uitbetalingsdatum van de werkgeversbijdrage in de levensloopregeling verschoven naar het einde van het jaar. Voorheen werd deze bijdrage in juni uitbetaald. Nu deze datum is verschoven betekende dit dat in dat jaar in december een bijdrage werd betaald over 19 maanden in plaats van over 12 maanden. De extra 7 maanden zijn in 2008 weliswaar via het salaris uitbetaald, maar niet ten laste van het rekeningresultaat 2008 gebracht. In totaal gaat het concernbreed om een bedrag van € 181.000 dat ten laste van de balans (transitorische posten) is gebracht. Deze correctie levert daarom voor het jaar 2009 een nadeel op tot dit bedrag. Bij de opstelling van Turap-II was de verschuiving van de werkgeversbijdrage levensloopregeling nog niet bekend.
Storting in reserve gemeentelijke samenwerking (€ 118.000 nadeel) Vanaf 1 juni 2009 was de commandant van de Brandweer Leeuwarden tevens commandant van de Brandweer Boarnsterhim. In een deelovereenkomst zijn afspraken gemaakt over taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Samenwerking met de brandweer Boarnsterhim vindt plaats op de gebieden: management, administratieve ondersteuning, opleiden en oefenen, materieel en huisvesting en operationele informatievoorziening. De inkomsten (€ 37.000) die als gevolg van de samenwerking ontstaan zijn gestort in de Reserve gemeentelijke samenwerking.
268
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financieel resultaat 2009 op hoofdlijnen
Verder is er een bedrag van € 81.000 in de reserve gestort wegens de van de gemeente Boarnsterhim ontvangen vergoeding voor werkzaamheden op het gebied van financiën en informatietechnologie. De storting tot een totaalbedrag van € 118.000 leidt op dit product tot een nadeel tot dit bedrag. Ten tijde van de opstelling van Turap-II was de hoogte van het in de reserve te storten bedrag nog niet bekend.
Planontwikkeling huisvestingsconcept Publiekzaken (€ 110000 voordeel) Voor 2009 en 2010 zijn er middelen beschikbaar gesteld voor de planontwikkeling van een nieuw huisvestingconcept evenals voor extra bewaking ten behoeve van de publieke dienstverlening in de stadshal. De werkzaamheden voor de planontwikkeling zijn later opgestart dan oorspronkelijk de bedoeling was. Hierdoor is een incidenteel voordeel ontstaan van € 110.000.
Algemene uitkering uit het gemeentefonds (voordeel € 4.123.000) De hoger dan geraamde Algemene uitkering tot een bedrag van € 4.123.000 kan als volgt worden verklaard: -
het positieve effect van de novembercirculaire 2009 bedraagt € 2.825.000. Gelet op het late tijdstip waarop deze informatie is ontvangen was het niet meer mogelijk hiervan een begrotingswijziging te maken. Tot een bedrag van € 2.753.000 heeft dit bedrag betrekking op taakmutaties, integratie- en decentralisatie-uitkeringen. Bij de resultaatbestemming wordt voorgesteld om het grootste deel van deze € 2.753.000 in 2010 beschikbaar te stellen voor besteding in overeenstemming met het doel waarvoor de middelen door het Rijk beschikbaar gesteld zijn.
-
het resultaat over het jaar 2009 bedraagt € 581.000. Vooral het onderdeel bijstand is hoger uitgevallen dan geraamd. Daarentegen is onderdeel leerlingen lager uitgevallen dan geraamd.
-
de afwikkeling over de jaren 2007 en 2008 heeft geleid tot een meevaller van € 717.000.
Bij Turap-II was er nog niet bekend dat er een novembercirculaire zou verschijnen en was er onvoldoende zicht op de afwikkeling van de jaren 2007 en 2008 en de ontwikkeling van de maatstaven 2009.
Onvoorzien (voordeel € 160.000) Van de structurele post voor onvoorziene uitgaven van € 203.000 is een bedrag van € 60.000 aangewend. Van de structurele post voor onvoorzien valt daarom een bedrag van € 143.000 vrij ten gunste van de algemene middelen. Van de incidentele post voor onvoorziene uitgaven van € 222.000 is een bedrag van € 205.000 besteed. Van de incidentele post voor onvoorzien valt € 17.000 vrij ten gunste van de algemene middelen.
269
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans 3.1.2
3.1 Financieel resultaat: Financiële overzichten
Financiële overzichten
Bij de primitieve begroting 2009 was sprake van een begroot nadeel van € 5.920.000 zonder de mutaties van reserves. Door per saldo een bedrag van € 6.502.000 te onttrekken aan reserves resteerde er een begrotingsoverschot van € 582.000. Dit begrotingsoverschot is toegevoegd aan de Algemene Reserve. In onderstaand overzicht is weergegeven hoe het resultaat na mutaties van reserves zich ontwikkeld heeft na wijziging van de begroting en hoe dit er voor de rekening uitziet. x € 1.000 Begroting
Begroting
2009
2009
primitief
na wijziging
Rekening
Verschil
2009
t.o.v.
1)
begroting
A.
Resultaat voor mutaties reserves
5.920 N
14.723 N
10.508
V
25.231 V
B.
Mutaties bestemmingsreserves
6.502 V
21.635 V
10.377 V
11.258 N
C.
Storting in/onttrekking aan algemene reserve in
582 N
6.912 N
6.912 N
0
0
0
verband met verwacht voordelig begrotingsresultaat D. Resultaat na mutaties reserves
13.973 V
13.973 V
1) Het in de rekening onttrokken bedrag aan reserves van € 10.378.000 bestaat uit een storting van € 5.849.000 in de Algemene Reserve voor incidentele ontwikkelingen (uitzettingen en inkrimpingen, nieuw beleid en ombuigingen) uit voorgaande beleidsplannen en een onttrekking van € 16.227.000 uit overige bestemmingsreserves. Het in de Algemene Reserve gestorte bedrag van € 6.912.000 betreft de storting van het structureel resultaat van € 6.855.000 en € 57.000 voor incidentele uitzettingen en inkrimpingen van het jaar 2009. ad. A. Resultaat voor mutaties reserves Voor mutaties in reserves is er sprake van een voordelig saldo van € 25.231.000 ten opzichte van de gewijzigde begroting. Dit resultaat is ontstaan door een voordeel op de lasten van € 48.678.000 en een nadeel op de baten van € 23.447.000. Onderstaande tabel laat zien hoe dit resultaat is opgebouwd per programma. x € 1.000 Begroting 2009 PROGRAMMA'S
primitief Lasten
Begroting 2009 na wijziging
Baten
Lasten
Rekening 2009
Baten
Lasten
Baten
001
Cultuur
10.267
346
11.014
482
11.432
570
002
Jeugd en onderwijs
42.665
24.097
27.929
4.159
24.634
3.594
003
Economie en toerisme
44.128
42.757
73.793
74.624
46.864
45.303
004
Zorg en opvang
37.175
14.755
46.416
21.727
44.504
21.786
005
Werk en inkomen
101.580
79.527
119.764
97.626
119.284
97.774
006
Wonen
13.777
9.581
13.870
9.316
12.743
7.858
007
Infrastructuur/bereikbaarheid
22.454
7.534
22.427
7.296
21.144
7.714
008
Dienstverlening
4.071
1.813
4.009
1.753
3.983
1.749
009
Politiek bestuur
8.499
332
8.855
382
8.938
370
010
Veiligheid en Openbare orde
9.393
190
9.736
227
9.302
391
011
Sport
6.031
294
6.537
294
6.439
158
012
Ruimtelijke ordening
4.642
125
5.369
174
5.382
358
013
Milieu, energie en water
25.266
24.324
25.573
24.520
25.538
24.757
014
Woon- en leefomgeving
11.774
1.903
11.890
2.031
12.115
2.144
015
Algemene dekkingsmiddelen
17.657
145.880
32.601
160.448
18.804
167.089
A. Totaal voor mutaties reserves Saldo voor mutaties reserves
270
359.379 353.459 419.785 405.062 371.107 381.615 5.920
14.723
10.508
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financiële overzichten
Ad. B Mutaties bestemmingsreserves In 2009 zijn ten laste respectievelijk ten bate van diverse bestemmingsreserves onttrekkingen (dit zijn dus baten voor de exploitatie) en stortingen (lasten voor de exploitatie) gedaan. In onderstaand overzicht worden deze mutaties per programma gespecificeerd.
PROGRAMMA'S 001
002
003
004
005
006
007
009 011
012
013 015
Cultuur Algemene reserve Reserve kunst in openbare ruimte Reserve flankerend beleid Reserve Revolving Fund Monumenten Jeugd en onderwijs Reserve SIOF Reserve bestuurscommissie onderwijs Resultaatbestemming 2008: - aanpak kindermishandeling Economie en toerisme Reserve stimulering werkgelegenheid Reserve grondexploitatie Reserve Bovenwijkse voorzieningen Algemene reserve Reserve Stedelijke vernieuwing Reserve afschrijvingen Reserve parkeren Zorg en opvang Resultaatbestemming 2008 - elektronisch kinddossier - vouchers bewonersinitiatieven - woonzorgzone Zuidlanden Werk en inkomen Algemene reserve Resultaatbestemming 2008: - inburgering - ondersteuning minima Wonen Reserve stadsvernieuwing Reserve BWS Volkshuisvesting Reserve garantie financiering PWVB Resultaatbestemming 2008: - omgevingsvergunning WABO Infrastructuur/bereikbaarheid Algemene reserve Reserve parkeren Reserve afschrijvingen Politiek bestuur Reserve egalisatie verkiezingen Sport Reserve BV Sport Reserve SIOF Reserve flankerend beleid Ruimtelijke ordening Reserve herstructurering Binnenstad Algemene reserve Milieu, energie en water Reserve riolering Algemene dekkingsmiddelen Resultaatbestemming 2008 - communicatiemiddelen - resultaat naar algemene reserve Algemene reserve Reserve dienstverlening Reserve bestuurlijke samenwerking Reserve revolving fund monumenten Reserve brand/stormschadeverzekering
Begroting 2009 primitief Lasten Baten
Begroting 2009 na wijziging Lasten Baten
x € 1.000 Rekening 2009 Lasten Baten
50
50 50 28
50 62 28
122
99
277 1.852 1.157 86
450 3.143
221
19
80
617 60
277 4.208 802 86 363 221 50
80
133 200 5.071
200 5.071
83
83
450 3.163 308
59
277 2.400 -3 185 126 -50
195 3.313 26
26 300 325
26 300 325
234
234
354 20
354 20
617 60
22 44 9
60
195 4.000 929 43 67
308
195
4.000 1.164 43
1.239
4.000 1.164 33
67
50
67
50
215
6.048 50 22
215
6.048 50 22
308
308 49
49 189
2.605 250
7.896
22.100 250
25 6.925 13.045 100
21.928 250 118
25 6.925 13.045 261 35
500 99
99
271
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans Reserve SIOF Reserve grondexploitatie Reserve parkeren Reserve afschrijvingen Reserve kunst in de openbare ruimte Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve flankerend beleid Rentebijschrijving reserves Reserve BWS volkshuisvesting B. Totaal mutaties reserves Saldo mutaties reserves
3.1 Financieel resultaat: Financiële overzichten 6.104
2.867 2.000
13.200
6.104
4.481 110 260
2.000 160 214
650 2.425
262
650 2.695
12.967
19.469 6.502
38.735
1.150 307
60.370 21.635
650 2.833
307 100 47.621 10.378
37.243
Zoals blijkt uit bovenstaande tabel is in 2009 per saldo een bedrag van € 11.257.000 minder aan bestemmingsreserves onttrokken dan was begroot. Op begrotingsbasis werd in 2009 rekening gehouden met per saldo onttrekkingen aan bestemmingsreserves en de Algemene Reserve tot een bedrag van € 21.635.000. In werkelijkheid is per saldo een bedrag van € 10.378.000 aan reserves onttrokken. Ad. C Verrekening resultaten met Algemene Reserve x € 1.000 Begroting 2009
Begroting 2009
primitief Lasten
na wijziging
Baten
Rekening 2009
Lasten
Baten
Lasten
Baten
7.991
1.079
7.991
1.079
Verrekening resultaten met Algemene Reserve
582
De geraamde storting in de algemene reserve van € 6.912.000 (€ 7.991.000 minus € 1.079.000) heeft in 2009 ook daadwerkelijk plaatsgevonden. Ad. D Resultaat na mutaties reserves x € 1.000 PROGRAMMA'S A. B.
Totaal voor resultaatbestemming Totaal mutaties bestemmingreserves Totaal A + B
C.
Begroting 2009
Begroting 2009
primitief
na wijziging
Rekening 2009
Lasten
Baten
Lasten
Baten
Lasten
Baten
359.379
353.459
419.785
405.062
371.107
381.615
12.967
19.469
38.735
60.370
37.243
47.620
372.346 372.928 458.520 465.432 408.350 429.235
Mutatie Algemene Reserve in verband met begrotingsresultaat
Totaal na resultaatbestemming
582
0
7.991
1.079
7.991
1.079
372.928 372.928 466.511 466.511 416.341 430.314
Voordelig resultaat
13.973
Geconcludeerd kan worden dat het werkelijke voordelige rekeningsresultaat in 2009 € 13.974.000 bedraagt ten opzichte van de gewijzigde begroting. Voor mutaties reserves is sprake van een voordeel van € 10.508.000. Aan reserves werd per saldo onttrokken een bedrag van € 3.466.000. Tot een bedrag van € 12.761.000 betreft dit een storting in de Algemene Reserve voor incidentele ontwikkelingen. Het resterende bedrag van € 16.227.000 betreft onttrekkingen aan bestemmingsreserves. Verder is het geraamde begrotingsresultaat voor 2009 ad € 6.912.000 daadwerkelijk in de Algemene Reserve gestort.
272
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.1 Financieel resultaat: Financiële overzichten
Ad. E Overzicht lasten en baten na mutaties reserves
PROGRAMMA'S Lasten 2009 PRG001 Cultuur PRG002 Jeugd en onderwijs PRG003 Economie en toerisme PRG004 Zorg en opvang PRG005 Werk en inkomen PRG006 Wonen PRG007 Infrastructuur/bereikbaarheid PRG008 Dienstverlening PRG009 Politiek bestuur PRG010 Veiligheid en Openbare orde PRG011 Sport PRG012 Ruimtelijke ordening PRG013 Milieu, energie en water PRG014 Woon- en leefomgeving PRG015 Algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten 2009
PROGRAMMA'S Baten 2009 PRG001 Cultuur PRG002 Jeugd en onderwijs PRG003 Economie en toerisme PRG004 Zorg en opvang PRG005 Werk en inkomen PRG006 Wonen PRG007 Infrastructuur/bereikbaarheid PRG008 Dienstverlening PRG009 Politiek bestuur PRG010 Veiligheid en Openbare orde PRG011 Sport PRG012 Ruimtelijke ordening PRG013 Milieu, energie en water PRG014 Woon- en leefomgeving PRG015 Algemene dekkingsmiddelen Totaal baten 2009
x € 1.000 Resultaat
Begroting primitief
Begroting na wijziging
Rekening
10.388
11.113
11.565
-453
42.665
27.929
24.634
3.296
47.721
79.801
49.799
30.003
37.175
46.416
44.504
1.912
101.579
119.764
119.284
480
13.857
13.950
12.804
1.146
22.454
22.427
22.384
43
4.071
4.009
3.983
26
8.566
8.922
9.005
-83
9.393
9.736
9.302
434
6.031
6.752
6.654
98
4.949
5.676
5.690
-14
25.266
25.573
25.727
-153
11.774
11.890
12.115
-225
27.038
72.551
72.867
-315
372.927
466.511
430.315
36.197
Begroting primitief
Begroting na wijziging
Rekening
x € 1.000 Resultaat
396
611
710
99
24.097
9.514
8.949
-565
46.369
78.604
48.837
-29.767
14.755
22.378
22.437
58
79.527
98.234
98.382
148
10.258
10.188
8.128
-2.061
12.506
12.503
12.911
408
1.813
1.753
1.749
-4
332
432
420
-12
190
227
391
164
294
6.414
6.278
-136
125
223
407
184
24.324
24.520
24.757
237
1.903
2.031
2.144
113
156.037
198.878
193.815
-5.063
372.927
466.511
430.315
-36.197
273
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Balans
3.2.1 Balans BALANS PER
x € 1.000 Stand ultimo 2008
Stand ultimo 2009
256.452
256.387
222.359
226.042
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut Materiële vaste activa welke in erfpacht zijn uitgegeven
6.242
6.235
228.601
232.277
Totaal investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut
27.851
24.110
Financiële vaste activa
56.961
56.304
1.128 932 163 33
1.906 1.710 163 33
31.629 23.722 7.257 650
29.424 17.136 8.988 3.300
14.683 9.475 46
14.647 10.285 42
313.413
312.691
63.796
70.479
72.932 -8.379 -760 3
77.906 -4.092 -3.338 3
30.723
77.463
16.624 14.099 0
17.951 14.512 45.000
Liquide middelen
235
40
Kassaldo Frieslandbank ING bank
11 165 59
35 0 5
11.105 5.522 4.977 606
9.543 4.032 1.137 4.374
Totaal vlottende activa
105.859
157.525
Totaal-generaal
419.272
470.216
Totaal materiële vaste activa met een economisch nut
Kapitaalverstrekkingen aan: - deelnemingen - gemeenschappelijke regelingen - overige verbonden partijen Leningen aan: - woningbouwcorporaties - deelnemingen - overige verbonden partijen Overige langlopende leningen Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd >= 1 jaar Bijdragen aan activa in eigendom van derden Totaal vaste activa VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Niet in exploitatie genomen bouwgronden Bouwgronden in exploitatie Onderhanden werk Overige voorraden Uitzettingen met een rentetypische looptijd < dan 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen Verstrekte kasgeldleningen
Overlopende activa Nog te ontvangen bedragen Overige transitorische posten Vooruitbetaalde kosten
274
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
31-12-2009 x € 1.000 Stand ultimo 2008
Stand ultimo 2009
95.342
105.849
17.531 69.559
30.292 61.584
8.252
13.973
33.551 33.551
29.753 29.753
211.714
280.490
201.459 10.241
271.993 8.492
14
5
340.607
416.092
Netto-vlottende schulden met rentetypische looptijd < 1 jaar Crediteuren Banksaldo BNG Rekening-courantsaldo Overige schulden
42.264 16.863 25.186 115 100
18.285 13.319 4.700 166 100
Overlopende passiva Nog te betalen bedragen Vooruitontvangen bedragen Overige transitorische posten
36.401 15.909 14.682 5.810
35.839 16.792 14.240 4.807
Totaal vlottende passiva
78.665
54.124
419.272
470.216
274.595 254
289.345 159
VASTE PASSIVA Eigen vermogen Reserves Algemene reserve Overige bestemmingsreserves Resultaat na mutaties reserves Voorzieningen Voorzieningen Vaste schulden Onderhandse leningen van: - binnenlandse banken en overige financiële instellingen - overige binnenlandse sectoren Waarborgsommen Totaal vaste passiva VLOTTENDE PASSIVA
Totaal-generaal Gewaarborgde geldleningen Leaseverplichtingen
275
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
3.2.2 Toelichting op de balans De gemeenteraad heeft op 24 november 2008 besloten tot verdere verzelfstandiging van de bestuurscommissie Proloog tot een "Stichting openbaar primair onderwijs Proloog" per 1 januari 2009. Dit heeft tot gevolg dat de rekeningcijfers 2009 van de stichting niet meer in de jaarstukken van de gemeente moeten worden meegenomen. Gevolg hiervan is dat de stand van een aantal balansposten per 1 januari 2009 afwijkt ten opzichte van de stand per 31 december 2008. Het betreffen de volgende balansposten:
x € 1.00 Activa
- Bedrijfsgebouwen (schoolgebouwen) - Overige machines en installaties (EN) - Overige materiële vaste activa (MN) - Vorderingen op openbare lichamen
Boekwaarde per 31-12-2008
Boekwaarde per 01-01-2009
Verschil
154.368 10.052
154.125 9.694
-243 -358
2.222
811
-1.411
16.624
15.615
-1.009
- Vorderingen op derden
5.928
5.474
-454
- Nog te ontvangen bedragen
5.522
5.539
17
194.716
191.258
-3.458
Totale correctie activa
x € 1.000 Passiva
Boekwaarde per 31-12-2008
Boekwaarde per 01-01-2009
Verschil
- Bestemmingsreserves
69.559
64.488
- Voorzieningen
33.551
33.006
-545
- Crediteuren
16.863
15.169
-1.694
- Banksaldo BNG
25.186
28.952
3.766
- Nog te betalen bedragen
15.909
15.995
86
Totale correctie activa
161.068
157.610
-3.458
In de toelichting wordt bij de betreffende balansposten de correctie van de beginstand in verband met de verzelfstandiging van Proloog weergegeven.
276
-5.071
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
ACTIVA Vaste Activa De boekwaarden van de vaste activa zijn per balansdatum als volgt te specificeren: Specificatie vaste activa
Boekwaarde per 01-012009 Materiële vaste activa
waarde per 31-12-2009
254.440
256.387
56.961
56.304
311.401
312.691
Financiële vaste activa Totaal vaste actia
x € 1.000 Boek-
Materiële vaste activa Ten aanzien van de materiële vast activa wordt onderscheid gemaakt tussen investeringen: - met een economisch nut; - in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut.
Overzicht materiële vaste activa x € 1.000 Omschrijving
Boekwaarde 01-012009
31-12-2009
221.759
226.042
6.242
6.235
228.001
232.277
26.439
24.110
254.440
256.387
- Materiële vaste activa met economisch nut - Materiële vaste activa welke in erfpacht zijn uitgegeven Totaal materiële vaste activa met economisch nut - Materiële vaste activa met maatschappelijk nut
Totaal materiële vaste activa
Boekwaarde
In 2009 is bij de materiële vaste activa de balansrubricering beoordeeld. Dit heeft geleid tot verschuivingen tussen materiële vaste activa met economish nut en materiële vaste activa met maatschappelijk nut. Ook hebben binnen de balansgroepen zich wat verschuivingen voorgedaan. Deze verschuivingen hebben verder geen invloed op het balanstotaal.
277
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Specificatie materiële vaste activa met een economisch nut (incl. erfpachtgronden)
Omschrijving
Boekwaarde 1-1-2009
Gronden: Erfpachtsterreinen Recreatiegebieden Gronden (onderwijs) Cultuurgronden Overige gronden Totaal Balansverschuivingen Totaal gronden
6.242 2.160 6.565 779
Bedrijfsgebouwen Gebouwen: - Schoolgebouwen correctie verzelfstandiging Proloog - Stadskantoor - Parkeergarages - Sportvoorzieningen - Overige gemeentelijke panden Verbouw gebouwen: - Verbouw en restauratie stadhuis - Overige verbouw gebouwen Noodgebouwen Inrichting van gebouwen Totaal Balansverschuivingen Totaal bedrijfsgebouwen
311
Desinvesteringen 2009
150
38
318
44
16.766
44
16.766
461
-355
355
16.312
816
318
311 150 461
318
0
318
397
5.635 6.122 573 75 153.771
397
7.044
189
66 2.839
68 217
730
10.679
355 154.126
6.235 2.160 6.677 779 915
16.667
79.003 -243 78.760 16.555 13.573 12.761 19.717
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
6
474
2.376 114 367 701 768
83.239 16.441 13.206 12.058 21.571
297 706 156 13
5.338 6.146 417 62
5.498
158.478
5.498
158.478
355 10.679
829
Investeringen onderwijshuisvesting: - Comenius - Michaelschool - Zuidlanden - Buitenschool - Gymlokalen/noodlokalen Wassenberg - Overige investeringen
997 1.451 3.185 660 762 417
188
Totaal onderwijsinvesteringen
7.472
188
Overige investeringen bedrijfsgebouwen: - (Was- en kleedruimten) sportaccommodaties - Sporthal Kenniscampus - Aanpassingen Blauwe Golf - Bouwkundige aanpassingen Harmonie - Nieuwbouw Brandweer - Stadhouderlijk Hof
1.303 802 221 188 182 212
278
Afschrijvingen 2009
318
921
Aankoop/Verkoop gronden: - Erfpachtsterreinen - Diversen Totaal aan/verkoop gronden Woonruimten Totaal woonruimten
Investeringen 2009
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Specificatie materiële vaste activa met een economisch nut (incl. erfpachtgronden)
Omschrijving
Boekwaarde 1-1-2009 Totaal overige investeringen bedrijfsgebouwen
Totaal investeringen bedrijfsgebouwen
Investeringen 2009 299
Desinvesteringen 2009 285
10.679
473
Afschrijvingen 2009
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
Grond-, weg en waterb. werken EN: Rioleringen Parkeerhavens- en terreinen Overige Totaal Grond weg- waterb. Werk. (EN)
38.791
504
581
38.714
3.532 328
407
119 9
3.413 726
42.651
911
0
709
42.853
427 61 407 16 911
0
376
2.477
- Riolering Bilgaard - Persleiding Borniastraat - Verhardingen Noorderbegraafplaats - Overige investeringen Totaal inv. Grond, weg en waterb. Werken EN
Vervoermiddelen
2.316
537
- Aanschaf 2 Scania Vrachtauto's - Ov. Investeringen Buitendienst/Stadstoezicht
287 250
0
Totaal investeringen Vervoermiddelen
537
0
3.728 -358 3.370 6.672
1.036 137
114 12
1.133 650
3.159 6.147
10.042 -348
1.173 348
126
1.783
9.306 0
9.694
1.521
126
1.783
9.306
1.173 1.173
126 126
204 221
673 1.327
425
2.000
Overige machines en installaties EN: Computers en software - correctie verzelfstandiging Proloog Overige machines en installaties (EN) Totaal Balansverschuivingen:
Totaal ov. machines en installaties
- Overige des(investeringen) Totaal (des)investeringen ov. mach. en installaties Overige materiële vaste activa EN: Onderwijsvoorzieningen Diverse materiële vaste activa EN
877 1.293
255
Totaal
2.170
255
Balansverschuivingen:
335
0 335
0
Totaal ov. materiële vaste activa
2.505
255
335
425
2.000
Totaal materiële vaste activa EN
228.001
14.719
1.608
8.835
232.277
279
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Specificatie van investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut
Omschrijving
Grond-, weg en waterb. werken MN: Wegen, straten en pleinen Sportvoorzieningen Overige Totaal grond- weg waterb. Werken MN
Boekwaarde 1-1-2009
17.719 5.468
Investeringen 2009
3.985 248
Desinvesteringen 2009
2 274
Afschrijvingen 2009
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
5.672 704
1.259
24.446
16.030 4.738 1.259
4.233
276
6.376
22.027
In het kader van balanssanering is bij grond- weg en waterbouwkundige werken met maatschappelijk nut een extra bedrag van ruim € 4.026.000 afgeschreven.
Investeringen: Stadsring fase 1a Westelijke invalsweg Oostergoplein ongelijkvloers Drachtstercomplex Aquaduct Langdeel Zuiderburen Optimaliseren verkeersluwe gebieden Diverse sportvoorzieningen Overige investeringen Totaalgrond, weg- en waterb. werken MN
1.151 715 730 506 114 113 248 656 4.233
Overige machines en installaties MN: Verkeersregelinstallaties Ring bewegwijzering Diverse machines en installaties Totaal Balansverschuivingen
739 180 250 1.169 13
40 40 -13
Totaal ov. machines en installaties
1.182
Overige materiële vaste activa MN: Onderwijsvoorzieningen - correctie verzelfstandiging Proloog Diverse materiële vaste activa MN Totaal
0
114 8 48 170
625 172 242 1.039 0
27
0
170
1.039
1.836 -1.411 425 386
584 327
7
561 110
448 596
811
911
7
671
1.044
310 300 301 911
7 7
5.171
283
7.217
24.110
(Des)investeringen: - aanvullend krediet Marsh eisen - accommodatie FVC Overige (des)investeringen Totaal invest. ov. mat. vaste activa MN
Totaal materiële vaste activa MN
280
274 2 276
26.439
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Financiële vaste activa De financiële vaste activa hebben betrekking op kapitaalverstrekkingen, verstrekte geldleningen door de gemeente, uitzettingen met een rentetypische looptijd van langer dan een jaar en bijdragen aan activa in eigendom van derden.
x € 1.000 Omschrijving van het actief
Kapitaalverstrekkingen door gemeente
Boekwaarde
Boekwaarde
01-01-09
31 -12-2009
1.128
1.906
Verstrekte geldleningen door gemeente
31.629
29.424
Overige langlopende leningen
14.683
14.647
9.475
10.285
46
42
56.961
56.304
Boekwaarde
Boekwaarde
01-01-09
31 -12-2009
Overige uitzettingen met rentetypische looptijd > 1 jaar Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Totaal financiële vaste activa
Specificatie van de kapitaalverstrekkingen door de gemeente x € 1.000 Omschrijving van het actief
Deelnemingen: Aandelenkapitaal Bank Nederlandsche Gemeenten
290
290
Aandelenkapitaal Fryslân Miljeu
261
261
Deelname BV Sport Leeuwarden
136
136
Aandelenkapitaal Essent
136
Deelname Escrow, CBL en ASA
822
Aandelenkapitaal Enexis Holding
85
Aandelenkapitaal Attero
16
Aandelenkapitaal PBE BV
35
Aandelenkapitaal Caparis
54
Aandelenkapitaal diverse kleine deelnemingen
55
55
932
1.710
163
163
33
33
1.128
1.906
Totaal deelnemingen:
10
Gemeenschappelijke regelingen: OLAF afvalinzameling Overige verbonden partijen: Deelname in kapitaal NV Stadsherstel
Totaal kapitaalverstrekkingen door gemeente
281
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
De verkoop van de aandelen Essent heeft o.a. als gevolg gehad dat de gemeente aandeelhouder wordt in een aantal andere vennootschappen. We blijven aandeelhouder van twee vennootschappen omdat die niet zijn verkocht: Enexis NV (het netwerkbedrijf) en Attero NV (voorheen Essent Milieu). De verkoop van één bedrijfsonderdeel van Essent NV is op last van de rechter opgeschort (de kerncentrale) en dat onderdeel is in een vennootschap ondergebracht waar de gemeente Leeuwarden aandeelhouder van is: PBE NV. Tenslotte is een aantal reserveringen voor afwikkelrisico’s ten laste van de verkoopsom gebracht en ondergebracht in een aantal vennootschappen. Ook van die vennootschappen is de gemeente Leeuwarden aandeelhouder geworden (Verkoop Vennootschap BV en CBL Vennootschap BV).
Op het aandelenkapitaal van Caparis is een bedrag van € 44.400 afgeboekt. De gemeente Leeuwarden heeft 22,2% van het aandelenvermogen van Caparis NV. Bij een geplaatst aandelenkapitaal van € 45.000 is het aandeel van de gemeente derhalve € 9.990. Overzicht van het verloop van verstrekte geldleningen door de gemeente Omschrijving
Boekwaarde 1-1-2009
Verstrekte leningen 2009
Aflossingen 2009
Buitengewone aflossing
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
Woningbouwcorporaties: Leningen aan woningbouwcorporaties
23.722
1.645
4.941
17.136
Deelnemingen: Parkeergarages
7.132
Geldlening Enexis Geldlening PBE Overige geldleningen Totaal leningen aan deelnemingen
Overige verbonden partijen: Geldlening GKB (werkkapitaal) Lening St. Parkeergarage Nieuw Zaailand
Totaal verstrekte geldleningen
282
8
7.140
1.632
1.632
91
91
125
125
7.257
8.988
650
31.629
650
1.300
2.000
2.000
4.381
1.645
4.941
29.424
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Een deel van de verkoopopbrengst van de aandelen Essent bestaat uit het verkrijgen van een vordering (lening) op Enexis en een vordering op PBE. In verband met de bouw van een nieuwe parkeergarage aan het Zaailand is de stichting Parkeergarages een leningsovereenkomst aangegaan met de gemeente Leeuwarden van € 6 miljoen tegen een rentepercentage van 5,18%. Gedurende het jaar 2009 is een bedrag opgenomen van € 2 miljoen. Het restant zal in 2010 en 2011 worden verstrekt. In 2009 waren een tweetal leningen aan renteherziening onderhevig. Omdat geen overeenstemming kon worden bereikt over een nieuwe rentepercentage zijn deze leningen in overleg met Nieuw Wonen en Friesland vervroegd afgelost à 100%. In totaal gaat het om een bedrag van € 4,9 miljoen. Overzicht van het verloop overige langlopende leningen
Omschrijving
Boekwaarde 1-1-2009
Verstrekte leningen 2009
AfBuitenlossingen gewone 2009 aflossing
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
Overige langlopende leningen: Deposito ING
14.067
Geldlening SPL/VVV
100
Overige geldleningen
516
Totaal verstrekte geldleningen
14.683
14.067 100 36 0
480
36
0
14.647
Specificatie overige uitzettingen met looptijd > of =1 jaar x € 1.000 Omschrijving van het actief
Boekwaarde
Boekwaarde
01-01-09
31-12-09
Specificatie overige uitzettingen met looptijd > of = 1 jaar: Leenbijstand
5.572
6.418
Geldlening aan Frieslandia
3.080
2.970
Krediethypotheken Bijstand
536
610
Leeuwarder restauratiefonds bij NRF
250
250
37
37
9.475
10.285
Boekwaarde
x € 1.000 Boekwaarde
01-01-09
31-12-09
Waarborgsommen TPG/bedrijfsrestaurant
Totaal overige uitzettingen met looptijd > of = 1 jaar
Specificatie bijdrage aan activa in eigendom van derden Omschrijving van het actief
Vervangen sportvloer de Golle
46
42
Totaal bijdragen aan activa in eigendom van derden
46
42
Cambuur - Leeuwarden Op 15 januari 2005 heeft het college van B & W besloten om de renteloze leningen die in februari 2000 aan Cambuur - Leeuwarden zijn verstrekt om te zetten in een rentedragende lening onder gelijktijdige verlaging van de hoofdsom met € 100.000. Met Cambuur - Leeuwarden is verder afgesproken dat middels een sponsorovereenkomst de leningen afgelost worden.
283
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Vlottende activa Tot de vlottende activa behoren voorraden, uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar, liquide middelen en de overlopende activa.
Specificatie vlottende activa:
Omschrijving van het actief
Voorraden Uitzettingen met rentetypische looptijd < 1 jaar Overlopende activa Liquide middelen
Totaal vlottende activa
Boekwaarde 01-012009
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
63.796 29.260 11.122 235
70.479 77.463 9.543 40
104.413
157.525
Boekwaarde
Boekwaarde
01-01-09
31-12-2009
Voorraden Specificatie van de voorraden
x € 1.000 Omschrijving voorraden
Grondvoorraden: -7.653
-4.303
-726
210
- Niet in exploitatie genomen bouwgronden
72.932
77.906
Totaal grondvoorraden
64.553
73.814
Onderhanden werk
-760
-3.338
Overige voorraden
3
3
- Gronden woningbouw - Gronden bedrijfslocaties
Overige voorraden:
Vooruitbetalingen Vooruitbetaalde bedragen naar overlopende activa
Totaal voorraden
606 -606
63.796
De vooruitbetaalde kosten (een bedrag van 606.000) stonden in de balans 2008 ten onrechte onder de voorraden gerubriceerd en niet onder de overlopende activa zoals voorgeschreven. In de balans 2009 is dit gecorrigeerd.
284
70.479
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Het verloop van de boekwaarde van de gronden is als volgt te specificeren: Verloop van de grondvoorraden x € 1.000 64.553
Boekwaarde per 1 januari 2009 Bij: Planontwikkeling Aankopen grond Bouw- en woonrijpmaken grond Exploitatie/tijdelijk beheer Overige kosten
1.214 9.094 3.911 3.500 636
Af : Verkopen grond Subsidies/bijdragen
7.140 1.954
Boekwaarde voorraad grond per 31 december 2009 Gronden woningbouw
18.355 82.908
9.094 73.814
Het verloop van de voorraad gronden woningbouw is als volgt: x € 1.000 -7.653
Boekwaarde voorraad gronden woningbouw per 1 januari 2009
Bij: Wijtgaard Vrijheidswijk Centrum Zuiderburen Wirdum Hekkemieden
619 611 1.613 1.257
4.100
Af : Vrijheidswijk Zuidwest Vrijheidswijk Tolhuis
-522 -227
-749
Boekwaarde voorraad gronden woningbouw per 31 december 2009
-4.303
De negatieve boekwaarde per 31 december 2009 is als volgt opgebouwd: Wirdum Hekkemieden Wijtgaard Vrijheidswijk Centrum Vrijheidswijk Tolhuis
1.257 619 360 -227
Vrijheidswijk Zuid West
-3.133
Zuiderburen
-3.179
Totaal boekwaarde gronden woningbouw
-4.303
De boekwaarde is met € 3,3 miljoen toegenomen en doet zich in hoofdzaak voor bij Zuiderburen en door het in exploitatie nemen van Wirdum Hekkemieden en Wijtgaard. De toename van de boekwaarde bij Zuiderburen is inherent aan de eindfase waarin het grondcomplex zich bevindt. De opbrengsten van de verkopen nemen af en de kosten van het woonrijp maken worden nu gemaakt.
285
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Gronden bedrijfslocaties Het verloop van de voorraden gronden Bedrijfslocaties is als volgt: x € 1.000 -726
Boekwaarde voorraad gronden bedrijfslocaties per 1 januari 2009 Bij: Businesspark fase 1 en 2a Businesspark fase 3 Businesspark fase 4 Newtonpark 4 Hemrik Af: Newtonpark 2 Newtonpark 1 Verliesvoorziening gronden bedr.loc. Leeuwarden-Oost Marnixveld/Bodeterrein
56 136 327 1.072 2.004
3.595
-2 -4 -154 -555 -1.944
-2.659
Boekwaarde voorraad gronden bedrijfslocaties per 31 december 2009
210
De boekwaarde van € 210.000 per 31 december 2009 wordt bepaald door: x € 1.000 Businesspark fase 4 Newtonpark 4 Verliesvoorziening gronden bedr.loc. Newtonpark 2 Businesspark fase 1 en 2a Newtonpark 1 Businesspark fase 3 Hemrik Leeuwarden-Oost Marnixveld/Bodeterrein Totaal boekwaarde voorraad gronden bedrijfslocaties
2.197 5.806 -154 -372 -620 -835 -1.133 -1.165 -1.323 -2.191
De boekwaarde is per saldo met € 936.000 toegenomen. De grootste mutaties doen zich voor bij Hemrik (+ € 2 miljoen), Newtonpark 4 (+ € 1,1 miljoen), Marnixveld/Bodeterrein (- € 1,9 miljoen) en Leeuwarden-Oost (- € 0,5 miljoen). Bij Hemrik is de toename het gevolg van winstnemen (€ 1,6 miljoen) en de laatste werkzaamheden met betrekking tot de wegen (€ 0,4 miljoen). De toename bij Newtonpark 4 is inherent aan de fase (bouwrijp maken) waarin het complex zich bevindt. De afname van de boekwaarde bij Marniveld/Bodeterrein is het gevolg van verkoop van een perceel grond voor uitbreiding CJIB. Bij Leeuwarden-Oost is de afname enerzijds het gevolg van winstnemen (+ € 0,3 miljoen) en anderzijds de verkoop van de laastste percelen aan Friesland Campina (- € 850,000).
Tussentijdse winstneming Overeenkomstig het raadsbesluit van 29 juni 2009 is voor een bedrag van € 2,4 miljoen tussentijds winst genomen. Op Businesspark 3 € 0,5 miljoen en bij Leeuwarden-Oost € 0,3 miljoen. Daarnaast zou naar verwachting de grondexploitatie Hemrik ultimo 2009 worden afgesloten en het resultaat zou worden toegevoegd aan de reserve grondexploitatie. Dit was uiteindelijk niet mogelijk, maar er is al wel winst genomen voor een bedrag van € 1,6 miljoen. Deze bedragen zijn toegevoegd aan de reserve grondexploitatie.
286
210
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Verliesvoorziening gronden bedrijfslocaties Voor grondexploitaties die een nadelig resultaat laten zien is het treffen van een voorziening verplicht. Dit gebeurt door een waardecorrectie op de boekwaarde van gronden in exploitatie. Bij het complex Newtonpark 4 wordt een nadeel verwacht van € 154.000. Deze post is gevormd door een onttrekking aan de reserve grondexploitatie.
Gronden niet in exploitatie Het verloop van de voorraad bouwgronden niet in exploitatie is als volgt: x € 1.000 72.932
Boekwaarde voorraad bouwgronden niet in exploitatie per 1 januari 2009 Bij: Grondcompl algemeen WB Kalverdijkje Zuidzijde Afgesloten complexen BT Newtonpark 3 Omgeving FEC Ontwikkeling schoollocaties Sportvelden Hemrik (FVC) Wytgaard Nieuw Zaailand Grondbank Zuidlanden Watercampus
2 10 46 167 220 291 343 685 1.063 4.078 4.248 11.154
Af: Wytgaard nieuwe uitleglocatie Grondcompl algemeen BT Complex Hergebruik Grond Kalverdijkje bouwgrondexploitatie Zuidlanden plankosten Afgesloten complexen WB Wijtgaard Wirdum Hekkemieden Rengerspark -Kenniscampus Leeuwarden West, revitalisering
-1 -11 -19 -66 -83 -165 -620 -1.065 -1.839 -2.311 -6.180
Totaal voorraad bouwgronden niet in exploitatie per 31 december 2009
77.906
Per 31 december 2009 bedraagt de boekwaarde € 77,9 miljoen en is als volgt opgebouwd: x € 1.000 Kalverdijkje bouwgrondexploitatie Zuidlanden plankosten Rengerspark -Kenniscampus Nieuw Zaailand Omgeving FEC Tri-modale terminal Watercampus Newtonpark 3 Grondbank Zuidlanden Overig Totaal boekwaarde voorraad bouwgronden niet in exploitatie
-964 -1.488 -1.809 -12.485 2.549 4.039 4.248 4.613 78.444 759 77.906
287
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
De toename van de boekwaarde bedraagt per saldo € 5,0 miljoen. Per saldo neemt de boekwaarde toe welke enerzijds bestaat uit een toename en anderzijds uit een afname. De toename van de boekwaarde bedraagt € 11,1 miljoen en doet zich in hoofdzaak voor bij Grondbank de Zuidlanden (+ € 4,1 miljoen) en de Watercampus (+ € 4,2 miljoen). Bij de grondbank de Zuidlanden bestaat de toename uit rentekosten (€ 3,8 miljoen) en voor het overige uit reguliere exploitatiekosten (€ 0,3 miljoen). De toename bij de Watercampus betreft per saldo de aankoop van het ATO-glas terrein. De afname van de boekwaarde bedraagt € 6,2 miljoen en doet zich in hoofdzaak voor bij Rengerspark-Kenniscampus (- € 1,8 miljoen) en Leeuwarden West (- € 2,3 miljoen). De afname bij Rengerpark-Kenniscampus is veroorzaakt door de grondoverdracht in dit gebied. In Leeuwarden-West is de afname het gevolg van het overboeken van kosten van de grondexploitatie naar het hieraan gerelateerde project. Afwaardering Bij de complexen Newtonpark 3 (€ 0,1 miljoen) en de Tri-modale terminal (€ 0,2 miljoen) heeft afwaardering plaatsgevonden naar marktwaarde ten laste van de reserve grondexploitatie.
Gronden totaal De totale boekwaarde van de gronden is met € 9,3 miljoen toegenomen van € 64,5 miljoen naar € 73,8 miljoen. Onderhanden werk Overzicht van het verloop onderhanden werk
Boekwaarde 1-1-2009
investeringen 2009
Doorbelaste kosten
Bijdragen van derden
Bijdragen reserves voorz.
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
Onderhanden werk
-760
35.257
25.783
6.678
5.374
-3.338
Totaal onderhanden werk
-760
35.257
25.783
6.678
5.374
-3.338
Investeringen 2009
Doorbelaste kosten
Bijdragen van derden
11.260
11.300
Omschrijving
Omschrijving Nieuw Zaailand Parkeergarage Stedelijke economie SIOF
2.169
61
Grootschalig onderhoud verhardingen 2009
1.865
2.080
219
BDU - economie 2005-2009
1.404
232
Nieuw Zaailand definitief ontwerp
1.230
1.175
Stadsring van GVVP
1.153
1.161
Heechterp-Schieringen
1.118
976
1.845
1.082
-1.792
2.922 286
Revitalisering Leeuwarden Oost
West
Harlingertrekweg 47
x € 1.000 Overige reserves en voorzien.
2.034 935
10
-53
1.075
Oostergoplein fietstunnel Sporthal Kenniscampus Herhuisvesting Bilgaard
974 802 763
730 802
Basisregistratie in uitvoering
681
689
Uitvoering PvA begraafplaatsen
676
676
MFC's Westeinde, Zuider-/Camminghab.
554
38
288
Bijdrage Reserve SIOF
289
4
290
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Werkplan profilering/acquisitie 2009
551
585
Sportcomplex Wiarda/FVC
537
530
22
Bodemprojecten
530
54
21
Full Sustainable City
424
400
207
454
Bilgaard vernieuwen rioleringen
419
410
Gebiedsontwikkeling
402
300
Digitaal loket
334
364
Herstucturering Vrijheidswijk
323
-349
Tijnjedijk (Drachten-Langdeel)
321
321
Drachtstercomplex
318
506
Westelijke invalsweg
211
715
-504
30
8
427
4.051
3.811
923
200
519
35.257
25.783
6.678
2.181
3.193
Stimuleringsregeling woonkwaliteit Diverse projecten < 300.000 Totaal onderhanden werk
7
995
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar x € 1.000 Boekwaarde 31-12-09
Boekwaarde 01-01-09 a. Vorderingen op openbare lichamen
16.624
correctie verzelfstandiging Proloog
-1.009
b. Verstrekte kasgeldleningen
c. Overige vorderingen: - vorderingen op derden - correctie verzelfstandiging Proloog
15.615
17.951
0
45.000
5.928 -454
8.122
5.474 - belastingvorderingen - vorderingen bijstandsverlening Totaal uitzettingen met rentetypische looptijd < 1 jaar
5.054 7.982
3.882 7.693 18.510
19.697
Af voorziening voor : -
debiteuren bijstandsverlening belastingdebiteuren overige
4.068 341 456
Totaal vorderingen met rentetypische looptijd < 1 jaar
4.068 556 561 -4.865
-5.185
29.260
77.463
289
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Vorderingen op derden Onder de post overige vorderingen zijn ondermeer vorderingen opgenomen op: -
Kenniscampus Friesland Campina Centraal Fonds Volkshuisvesting Sport Leeuwarden e.o. Elkien Woon Friesland
€ € € € €
2,7 0,8 0,7 0,6 0,5
miljoen miljoen miljoen miljoen miljoen
De vorderingen op openbare lichamen betreffen hoofdzakelijk vorderingen op de: € 15.0 miljoen € 1,9 miljoen € 0,3 miljoen
- Belastingdienst in verband met te vorderen compensabele BTW - Samenwerkingsverband Noord Nederland - Provincie Fryslân en div. gemeenten
Ouderdomsanalyse debiteuren X € 1.000 Boekwaarde
Boekwaarde 01-012009 < 3 maand oud
31-12-2009
19.444
24.812
3 tot 6 maanden oud 6 maanden tot 1 jaar
3.398 2.738
818 2.648
ouder dan 1 jaar
2.026
1.677
27.606
29.955
Bijstandsdebiteuren
7.982
7.693
Totaal debiteuren
35.588
37.648
Ouderdomsanalyse excl. bijstandsdebiteuren
Voorzieningen voor dubieuze debiteuren
-4.865
-5.185
Verstrekte kasgeldleningen Correctie verzelfstandiging Proloog Totaal uitzettingen < 1 jaar
45.000 -1.463 29.260
77.463
Debiteuren ouder dan 6 maanden: Het bedrag aan debiteuren per 31 december 2009 ouder dan 6 maanden bestaat voornamelijk uit: -
Belastingdebiteuren Belastingdienst Noord (BTW)
Kasgeldleningen In 2009 is een geldlening tegen een lage rente opgenomen van € 45 miljoen ter afdekking van het renterisico bij de Zuidlanden (zie ook bij langlopende geldleningen onder de vaste passiva) Door deze actie kon het rentepercentage van de grondbank de Zuidlanden vanaf 2010 worden verlaagd van 5,1% naar 4,15%. Genoemde geldlening van € 45 miljoen is weer als volgt bij de BNG uitgezet: - een bedrag van € 25 miljoen voor 4 maanden tegen een rentepercentage van 1,303%; - en een bedrag van € 20 miljoen voor 12 maanden tegen een rentepercentage van 1,733%.
290
€ €
2,4 miljoen 1,0 miljoen
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Liquide middelen
Specificatie liquide middelen Omschrijving liquide middelen
Kasgelden Frieslandbank ING Bank Totaal liquide middelen
Boekwaarde 01-012009 11 165 59
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009 35 0 5
235
40
Overlopende activa Onder de overlopende activa worden onder andere opgenomen: Specificatie overlopende activa
Omschrijving van het actief
Boekwaarde 01-012009
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
Nog te ontvangen bedragen
5.539
4.032
Overige transitorische posten
4.977
1.137
606
4.374
11.122
9.543
Vooruitbetaalde bedragen
Totaal overlopende activa
Nog te ontvangen bedragen
Boekwaarde 01-012009
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2009
Voorschotbedragen programmakosten Wmo
945
1.125
Vergoedingen zelfstandigen Fryslân
648
686
Hulp huishouden (incl. eigen bijdrage)
385
385
Inkomsten parkeerbelasting Rente kapitaalverstrekking CV Parkeergarages
225 336
218
Rijksbijdrage WIK uitkeringen Dividend
184 538
177
Afgesloten complex Blitsaerd
154
Stadsconvenant Grondbank Zuidlanden Vergoeding schade schoolgebouwen Gemeentelijke middelen W-deel WWB Rijksbijdragen sociale zaken
200 110 917 401 230
140 110
Overige nog te ontvangen bedragen Correctie verzelfstandiging Proloog
812 17
595
5.539
4.032
Totaal nog te ontvangen bedragen
33
291
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Specificatie overige transitorische posten: x € 1.000 Boekwaarde
Boekwaarde 01-012009 1.925
Omschrijving overige transitorische posten Toegekende budgetten BWS
31-12-2009 -60
Overlopende rente woningbouwcorporaties
748
647
Renteopbrengst geldleningen
537
550
Opbouw vakantierechten
1.766
Diverse kleinere posten
1
Totaal overige transitorische posten
4.977
1.137
De vooruitbetaalde kosten (een bedrag van 606.000) stonden in de balans 2008 ten onrechte onder de voorraden gerubriceerd en niet onder de overlopende activa zoals voorgeschreven. In de balans 2009 is dit gecorrigeerd. Onder het bedrag aan vooruitbetalingen per 31 december 2009 is een bedrag begrepen van € 2,7 miljoen aan vooruitbetaalde loonkostensubsidies. Eigen vermogen Het eigen vermogen bedraagt in totaal € 105,8 miljoen. Dit bedrag kan als volgt worden gespecificeerd: Omschrijving reserve
x € 1.000 Boekwaarde
Boekwaarde 01-012009 17.531 64.488 8.252 90.271
Algemene reserve Overige bestemmingsreserves Resultaat na mutaties aan/uit reserves Totaal reserves
31-12-09 30.292 61.585 13.972 105.849
Overzicht verloop van de algemene reserve x € 1.000 17.531
Stand algemene reserve per 1 januari 2009 Stortingen : Reguliere storting Rentetoevoegingen Rekeningresultaat 2008 Winst Essent Storting uit voorziening W&I Storting uit reserve BV Sport Diversen
681 3.177 6.924 5.868 4.500 1.915 188 23.253
Onttrekkingen : Geraamd begrotingsresultaat 2009 Balanssaneringen Storting in SIOF Ontrekking voor ISI Diversen
683 4.026 5.000 450 333 10.492
Nettomutatie 2009 Stand algemene reserve per 31 december 2009
12.761 30.292
Overzicht en verloop van de overige bestemmingsreserves
Omschrijving van de bestemmingsreserve Reserve SIOF - rentetoevoeging/jaarlijkse storting - reguliere storting - storting t.l.v. algemene reserve - investerings/ontwikkelingsdeel SIOF - diversen Reserve BV Sport - rentetoevoeging - rentevrijval i.v.m. afrekening belastingdienst
292
Boekwaarde 01-01-09 26.361
Stortingen
Onttrekkingen
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-09 28.242
508 1.104 5.000 4.784 53 5.854
0
194 6.048
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans Bovenwijkse voorzieningen - rentebijschrijving - bijdrage Zuidlanden - naar reserve stedelijke vernieuwing Reserve dekking exploitatie grondplannen - rentetoevoeging - tussentijdse winstopname - bijdrage aan exploitatie - onrendabele top aankoop Molensteeg 17ca - vorming voorziening Newtonpark 4 - afboeking grondwaarden NP3/Zwettepark - domeinen complex Hofsingel (VAG811) - overige stortingen en onttrekkingen Parkeren - rentetoevoeging - resultaat exploitatie parkeren 2009 - begroot resultaat parkeren - bijdrage aan Oldehoofsterkerkhof archeologie - div. stortingen en onttrekkingen Stadsvernieuwing Flankerend beleid - rentetoevoeging - reguliere storting - onttrekkingen frictiekosten Reserve dienstverlening - incidentele middelen 2009 - bijdrage 2009 project Call Centre - kosten uitvoering 2009 programma Dienstverlening - diversen BWS Volkshuisvesting Stimuleringsreserve Werkgelegenheid Revolvingfund Monumenten Herstructurering Binnenstad Oostelijk deel Reserve afschrijvingen Kunst in de openbare ruimte Reserves Proloog - correctie verzelfstandiging Proloog Diverse bestemmingsreserves < € 500.000 Totaal overige bestemmingsreserves
3.2 Balans: Toelichting op de balans 1.693
1.622
74 92 95 14.977
14.644
690 2.400
35
2.646 110 154 340 82 126
6.650
6.769
305 1.239
47
1.014 382
1.164 225 36 22
1.039 681
6 650 357 913
906
250 160 100 1.594 423 2.950 613 283 122 5.071 -5.071 737 64.488
17 88 284 133 321 -50 216
334 13.990
143 194
33 62
1.539 513 3.083 934 200 276
12 16.893
1.058 61.584
Resultaat na mutaties aan/uit reserves x € 1.000 Boekwaarde 31-122009 13.973
Resultaat rekening na mutaties aan/uit reserves
Boekwaarde 01-012009 Resultaat jaarrekening 8.252 Het jaar 2009 is afgesloten met een positief resultaat van € 14 miljoen ten opzichte van de begroting. Voor een nadere analyse van het rekeningresultaat wordt verwezen naar de toelichting per programma en de toelichting op het resultaat in de jaarrekening. Voorzieningen Overzicht en verloop van de voorzieningen 2009
Omschrijving van de voorziening Diverse afgesloten complexen - complex Blitseard - complex Hofsingel - complex Wirdum Pastorijfinne - div. stortingen en onttrekkingen Werk en inkomen - storting opvangen risico's - vrijval saldo risico's inkomensdeel - project kansen en vernieuwingen - diversen Pensioenen voormalige bestuurders Onderhoud gebouwen onderwijs Geoormerkte rijksbijdragen Jeugd en onderwijs - project Equel in Sight
Boekwaarde 01-01-09 428
Stortingen
Onttrekkingen
165 82 3 16
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-09 339
38 150 73 94
4.374
1.570
2.700
2.623 977 744
546 259
4.500 917 87 255 495
14
87
2.914 741 402
293
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
- jongerenloket - preventief jeugdbeleid - onderwijsachterstanden - diversen Bodemsanering - div. bijdragen - apparaatskosten bodemprogramma 2009 - bodemprojecten Geoormerkte rijksbijdrage Werk en Inkomen - afwikkelingsverschillen voorgaande jaren - uitvoeringskosten wet inburgering 2009 - kosten inburgeringsexamens - diversen Onderhoudsvoorziening Vastgoed - storting groot onderhoud - groot onderhoud - div. stortingen en onttrekkingen Voorziening openbaar vervoer Voorziening ISV-1 - herinrichting Mondriaanbuurt - particuliere woningverbetering - Vrijheidswerk - diversen BDU - Fysiek 2005 - 2009 GSB III - bijdrage GSB middelen - herstructurering Vrijheidswijk - herhuisvesting Bilgaard - part. Woningverbetering Vlietzone - bodemsaneringsproject - groen in en om de stad (retour bijdrage ISV) - div. onttrekkingen BDU - Economie 2005 - 2009 GSB III BDU - Sociale Integratie en Veiligheid GSB - III - maatschappelijke opvang en overlastbestrijding - vrouwenopvang, Rietkerk, gezond in de stad - OGGZ - wet inburgering - GOA 2006 - 2009 - volwasseneneducatie - jeugd- en veiligheid en flexibel jeugd- en jongerenwerk - VSV Algemeen - inburgering voor gepardoneerden - diverse, o.a. Participatiebonus - Doen - aanval op de uitval I en II Wijkbudgetten - verrekening van budgetten - bestedingen wijkbudgetten - vrijval budgetten - kosten diverse wijkpanels Voorziening garantie Escrow, CBL en ASA Voorziening FPU Wachtgeld voormalige bestuurders Voorziening Caparis - bijdrage in negatief eigen vermogen Caparis - vrijval restant voorziening Egalisatie reiningsheffingen Egalisatie rioleringen - budget vervangingsprogramma riolering 2009 - rioleringswerken 2009 Geoormerkte rijksbijdrage ZHS Aflkoopsommen onderhoud graven MFC Vrijheidswijk - storting ISV-middelen - diversen Overige voorzieningen < € 500.000 - correctie verzelfstandiging Proloog Totaal voorzieningen
294
3.2 Balans: Toelichting op de balans
-33
59 56 54 67
1.092
944
171 53 372 498
134 159 147 52 6
2.724
2.381
1.166
643 1.488
10 29
1.458 61 122
550 1.293
70 68 43 14 3.220
1.810
3.842
675 5.166
371 11.857 3.956 2.485 1.302 1.213 1.043 978 316 202 166
4.435 290 160 443 -90 14 934
112 3.283
13.440 4.248 2.382 708 1.248 1.278 1.139 625 47 166 108 12
778
786
356
0 942 324 1.300
693 1.667
268 99 7
26 822 222
462
706
1.106 194 102
822 702 324 0
1.297 3.764
3.722 1.625 143 494
2.558 -545 2.013 33.006
48
34
3.000 135
229
1.178 43.127
1.163 46.380
143 508 2.906
2.028 29.753
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Als gevolg van de verkoop van Essent aan RWE is de gemeente deelnemer in een foundation welke ter zekerheid dient van mogelijke claims voortvloeiende uit de transactie of rechtshandelingen van voor de verkoop. Omdat op dit moment geen inschatting kan worden gemaakt of de vermogens moeten worden aangewend voor de dekking van de claims dient hiervoor een voorziening te worden getroffen.
Overzicht van het verloop van opgenomen geldleningen door de gemeente
Omschrijving
Boekwaarde 1-12009
Opgenomen
Aflossingen
Buitengewone
leningen
2009
aflossing
x € 1.000 Boekwaarde 31-122009
Onderhandse leningen van: - binnenlandse banken en overige - overige binnenlandse sectoren Waarborgsommen
201.459 10.241 14
90.000 1.665 4
12.937 914 13
6.529 2.500
271.993 8.492 5
Totaal verstrekte geldleningen
211.714
91.669
13.864
9.029
280.490
In 2009 is een drietal geldleningen opgenomen te weten: - een lening van € 20 mln, 10 jaar lineair en een rentepercentage van 4,12% - een lening van € 25 mln, 10 jaar lineair en een rentepercentage van 3,69% - een lening van € 45 mln 10 jaar fixe en een rentepercentage van 3,955 % De eerste twee genoemde leningen zijn opgenomen ten behoeve van de lopende financiering. Ter afdekking van het renterisico is speciaal voor de Zuidlanden in 2009 een aflossingsvrije geldlening met een lage rente aangetrokken. Op deze manier wordt het renterisico beperkt. Door deze actie kon het rentepercentage van de grondbank de Zuidlanden vanaf 2010 worden verlaagd van 5,1% naar 4,15%. Genoemde geldlening van € 45 mln is weer als volgt bij de BNG uitgezet: - een bedrag van € 25 mln voor 4 maanden tegen een rentepercentage van 1,303%; - en een bedrag van € 20 mln voor 12 maanden tegen een rentepercentage van 1,733%. In 2004 is een fixe geldlening aangetrokken van € 26,7 mln van GEM de Zuidlanden CV tegen een rentepercentage van 3,9%. GEM de Zuidlanden CV is bevoegd om te allen tijde tussentijdse aflossingsbedragen op te eisen. In 2009 is een bedrag van € 2,5 mln op deze lening buitengewoon afgelost. Een tweetal leningen door de Frieslandbank verstrekte geldleningen met een boekwaarde van in totaal € 1,6 mln zijn in 2009 vervroegd afgelost. Daarnaast waren een tweetal aan Nieuw Wonen Friesland verstrekte geldleningen aan renteherziening onderhevig. Omdat geen overeenstemming kon worden bereikt over het nieuwe rentepercentage zijn deze leningen in overleg met Nieuw Wonen Friesland vervroegd afgelost. Het betrof een bedrag van € 4,9 mln (zie ook toelichting bij geldleningen verstrekt aan woningbouwcorporaties onder de financiële vaste activa).
295
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Vlottende passiva Tot de vlottende passiva behoren de netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar en de overlopende passiva. Specificatie van de netto-vlottende schulden met een looptijd korter dan 1 jaar Omschrijving soort lening
- Crediteuren Correctie verzelfstandiging Proloog
Boekwaarde 01-012009
x € 1.000 Boekwaarde 31 -12-2009
16.863 -1.694 15.169
13.319
- Banksaldo BNG Correctie verzelfstandiging Proloog
25.186 3.766
- Rekening-courant niet financiële instellingen
28.952 115
4.700 166
- Overige kortlopende schulden
100
100
Totaal kortlopende schulden
46.030
18.285
Overlopende passiva Specificatie van de overlopende passiva Omschrijving soort lening
x € 1.000 Boekwaarde
Boekwaarde 01-012009
31 -12-2009
- Nog te betalen bedragen
15.995
16.792
- Vooruitontvangen bedragen
14.682
14.240
5.810
4.807
36.487
35.839
- Overige transitorische posten Totaal overlopende passiva Specificatie nog te betalen bedragen Nog te betalen bedragen
x € 1.000 Boekwaarde
Boekwaarde 01-012009
31 -12-2009
Diverse afdrachten belastingdienst en premie ABP
3.324
3.259
Diverse subsidieafrekeningen
2.980
2.947
Diverse betalingen sociale zaken WWB werkdeel WMO Hulp in huishouden HH1/HH2 Subsidie GKB Resultaat CV Parkeren Kosten afvalinzameling Uitkeringen uitvoering ABW en IOAW BDU economie 2005-2009 Kwijtschelding afvalstoffenheffing Diverse subsidies onderwijs Wet educatie volwassenen (WEB) Algemene uitkering
1.656 386 712
1.613 1.201 1.016 535 500 393 456 384 365 345 267
Overige nog te betalen bedrag < € 0,2 miljoen
2.849
225 312
343 582 1.067 1.473
Correctie verzelfstandiging Proloog
86
Totaal nog te betalen bedragen
15.995
296
3.511 16.792
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
3.2 Balans: Toelichting op de balans
Specificatie van vooruit ontvangen bedragen
Vooruit ontvangen bedragen
Boekwaarde 01-01-09
Stortingen
Onttrekkingen
x € 1.000 Boekwaarde 31-12-09
Voorschotbedragen ontvangen van Europese of nederlandse overheidslichamen WWB- Werkdeel - inkomensoverdrachten van het Rijk - casemanagement - loonkostensubsidies c.a. - gesubsidieerde arbeid - re-integratie en participatieprogramma's - kansen en vernieuwingen - diversen instrumenten - afwikkeling 2008 Stimulering Bijdrage Huisvesting Brede Scholen - inkomensoverdrachten van het rijk RMC Algemeen - inkomensoverdrachten van het rijk - uitgaven ten laste van de exploitatie Extra middelen schuldhulpverlening - inkomensoverdrachten van het Rijk Centrum Jeugd en Gezin - inkomensoverdrachten van het Rijk - bijdrage Hulpverleningsdienst Fryslân - uitgaven t.l.v. de exploitatie Generaal pardon - inkomensoverdrachten van het Rijk - subsidie noodhulp en begeleiding - diversen Maatschappelijke opvang Preventie Kindermishandeling Fryslân
11.194
10.205
21.360 5.088 3.491 8.023 2.312 1.276 2.716 -557 0
791
791 614
708
382 288 0
300
300 111
234
516 300 93 84
169
190 85 20 133
133
0
- inkomensoverdrachten van het Rijk
89
90
- uitgaven t.l.v. de exploitatie Jeugd en alcohol
1 0
- inkomensoverdrachten van het Rijk
78
80
- uitgaven t.l.v. de exploitatie Project MBO Rebound
2 0
- inkomensoverdrachten van het Rijk
43
50
- uitgaven t.l.v. de exploitatie Vrouwenopvang Duiktaak Brandweer - bijdrage hulpverleningsdienst '- overige uitgaven t.l.v. de exploitatie Voorbereiding Participatiefonds - inkomensoverdrachten van het Rijk - personele inzet - diversen IPW Participatie - personele inzet - inhuur consulent maatschappelijke ondersteuning - diversen
7 41 29
41 31
57 55 97
11
45 100 31 456
-105
464 85 12
Overige vooruit ontvangen bedragen
1.923
1.170
1.581
1.512
Totaal overige bestemmingsreserves
14.682
25.031
25.473
14.240
Specificatie van de overige transitorische posten
297
Jaarstukken 2009 3. Financiële rekening en balans
Overige transitorische posten
3.2 Balans: Toelichting op de balans
x € 1.000 Boekwaarde
Boekwaarde 01-012009
31 -12-2009
Overlopende rente
2.755
3.627
Toegekende budgetten BWS
1.467
1.175
Opbouw vakantierechten
1.584
Overige transitorische posten
Totaal overige transitorische posten
298
4
5
5.810
4.807
3. Financiële rekening en balans
3.3 Verantwoordingsinformatie Specifieke uitkeringen
3.3 Verantwoordingsinformatie Specifieke uitkeringen Op grond van artikel 24 lid 3 van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) maakt de bijlage met verantwoordingsinformatie specifieke uitkeringen onderdeel uit van de jaarrekening van de gemeente. Deze bijlage wordt normaal gesproken opgenomen in het bijlagenboek van de jaarstukken, Bijlage K). Omdat echter nog niet alle GSB-gegevens beschikbaar zijn, zal de SISA bijlage opgenomen worden in de Memorie van Antwoord die onderdeel uitmaakt van de jaarstukken 2009.
299
3. Financiële rekening en balans
3.3 Verantwoordingsinformatie Specifieke uitkeringen
Accountantverklaring Ernst & Young Accountants LLP hebben nog geen accountantsverklaring kunnen afgeven. Het wachten is op een deel van de definitieve cijfers die betrekking hebben op het Grote Stedenbeleid. Het CBS heeft betreffende cijfers nog niet aangeleverd. Verder wordt op dit moment de deugdelijkheid van de prestatiegegevens van het Grote Stedenbeleid getoetst. Inden de goedkeurende verklaring wordt afgegeven zal deze worden opgenomen in de memorie van antwoord die onderdeel uit zal maken van de jaarstukken 2009.
300
Jaarstukken 2009
Kerngegevens middelen
Kerngegevens middelen Formatie Formatie begroting (voltijd-eenheden) Bezetting rekening (voltijd-eenheden
Begroting
Rekening
2009
2009
993,44 1.025,14
Bedragen x € 1 mln Exploitatie: Exploitatielasten
416,3
Exploitatiebaten
430,3
Resultaat 2009
14,0
Balans: Activa: - Materiële vaste activa - Financiële vaste activa - Vlottende activa
256,4 56,3 157,5
Passiva : - Eigen vermogen - Voorzieningen - Vreemd lang vermogen - Vlottende passiva
105,8 29,8 280,5 54,1
301
Jaarstukken 2009
Kerngegevens middelen
Overzicht van de exploitatie naar programma’s voor bestemming x € 1 mln
Programma
Begroting 2009
Rekening
Resultaat
na wijziging
2009
2009
Lasten
Baten Lasten
Baten Lasten
Saldo V Resultaat N
Baten
2009
001 Cultuur
11,0
0,5
11,4
0,6
-0,4
-0,1
002 Jeugd en onderwijs
27,9
4,2
24,6
3,6
3,3
0,6
2,7 V
003 Economie en toerisme
73,8
74,6
46,9
45,3
26,9
29,3
-2,4 N 2,0 V
004 Zorg en opvang
-0,3 N
46,4
21,7
44,5
21,8
1,9
-0,1
119,8
97,6
119,3
97,8
0,5
-0,1
0,6 V
006 Wonen
13,9
9,3
12,7
7,9
1,1
1,5
-0,3 N
007 Infrastructuur/bereikbaarheid
1,7 V
005 Werk en inkomen
22,4
7,3
21,1
7,7
1,3
-0,4
008 Dienstverlening
4,0
1,8
4,0
1,7
0,0
0,0
0,0 V
009 Politiek bestuur
8,9
0,4
8,9
0,4
-0,1
0,0
-0,1 N
010 Veiligheid en Openbare orde
9,7
0,2
9,3
0,4
0,4
-0,2
0,6 V
011 Sport
6,5
0,3
6,4
0,2
0,1
0,1
-0,0 N
012 Ruimtelijke ordening
-0,0
-0,2
0,2 V
5,4
0,2
5,4
0,4
013 Milieu, energie en water
25,6
24,5
25,5
24,8
0,0
-0,2
0,3 V
014 Woon- en leefomgeving
11,9
2,0
12,1
2,1
-0,2
-0,1
-0,1 N
015 Algemene dekkingsmiddelen
32,6
160,4
18,8
167,1
13,8
-6,6
20,4 V
419,8
405,1
371,1
381,6
48,7
23,4
25,2 V
Totaal
Overzicht van de exploitatie naar programma’s na bestemming x € 1 mln
Programma
Begroting 2009
Realisatie
Resultaat
na wijziging
2009
2009
Lasten 001 Cultuur
11,1
002 Jeugd en onderwijs 003 Economie en toerisme 004 Zorg en opvang 005 Werk en inkomen
Baten Lasten
Baten Lasten
0,6
11,6
0,7
27,9
9,5
24,6
8,9
79,8
78,6
49,8
48,8
46,4
22,4
44,5
22,4
-0,5
Saldo V Resultaat N
Baten
2009
-0,1
-0,4 N
3,3
0,6
2,7 V
30,0
29,8
0,2 V
1,9
-0,1
2,0 V
119,8
98,2
119,3
98,4
0,5
-0,1
0,6 V
006 Wonen
13,9
10,2
12,8
8,1
1,1
2,1
-0,9 N
007 Infrastructuur/bereikbaarheid
0,0
-0,4
0,5 V
22,4
12,5
22,4
12,9
008 Dienstverlening
4,0
1,8
4,0
1,7
0,0
0,0
0,0 V
009 Politiek bestuur
8,9
0,4
9,0
0,4
-0,1
0,0
-0,1 N
010 Veiligheid en Openbare orde
9,7
0,2
9,3
0,4
0,4
-0,2
0,6 V
011 Sport
6,8
6,4
6,7
6,3
0,1
0,1
-0,0 N 0,2 V
012 Ruimtelijke ordening
5,7
0,2
5,7
0,4
-0,0
-0,2
013 Milieu, energie en water
25,6
24,5
25,7
24,8
-0,2
-0,2
0,1 V
014 Woon- en leefomgeving
11,9
2,0
12,1
2,1
-0,2
-0,1
-0,1 N
015 Algemene dekkingsmiddelen Totaal
302
72,6
198,9
72,9
193,8
-0,3
5,1
-5,4 N
466,5
466,5
430,3
430,3
36,2
36,2
0,0 V
Jaarstukken 2009
Kerngegevens middelen
x € 1 mln.
Exploitatie 2009 pe r programma e xcl. mutatie s re se rv e s.
180,0
lasten 160,0
baten
140,0
120,0
100,0
80,0
60,0
40,0
20,0
0,0 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
programma
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Cultuur Jeugd en Onderwijs Economie en toerisme Zorg en opvang Werk en inkomen Wonen Infrastructuur en bereikbaarheid Dienstverlening
9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
Politiek bestuur Veiligheid en openbare orde Sport Ruimtelijke ordening Milieu, energie en water Woon- en leefomgeving Algemene dekkingsmiddelen
303
Jaarstukken 2009
Kerngegevens middelen
Overzicht lasten naar kostensoort
Kostensoort a. b. c. d. e. f. g. h.
Begroting
Personeelslasten Kapitaallasten Subsidies Sociale uitkeringen/sociale verstrekkingen in natura Dienstverlening/uitbesteding van werk Grondexploitatie Overige goederen en diensten Mutaties reserves en voorzieningen
bedrag x 1 miljoen
Totaal lasten na mutaties reserves
x € 1 mln Rekening
67,9 36,5 38,5 70,8 63,7 49,0 53,5 86,6
65,8 33,7 37,3 69,8 53,5 11,5 56,5 102,2
466,5
430,3
Overzicht lasten naar kostensoort 120,0
100,0
80,0
60,0
40,0
20,0
0,0 a
b
c
d
e
f
g
h
koste nsoort begroting
304
rekening
Jaarstukken 2009
Kerngegevens middelen
Overzicht baten naar opbrengstensoort Opbrengstensoort
bedrag x 1 miljoen
a. b. c. d. e. f. g. h.
Begroting
x € 1 mln Rekening
Algemene uitkering Doeluitkeringen Belastingen Rechten leges en retributies Huren en pachten Grondexploitatie Overige opbrengsten Mutaties reserves
118,1 117,6 32,9 17,3 8,1 23,4 79,1 70,0
122,2 117,3 32,8 16,6 8,1 18,5 57,1 57,7
Totaal baten na mutaties reserves
466,5
430,3
Overzicht baten naar kostensoort 140,0
120,0
100,0
80,0
60,0
40,0
20,0
0,0 a
b
begroting
rekening
c
d
e
f
g
h
koste nsoort
305
Jaarstukken 2009
Kerngegevens middelen
Kerngegevens. *)
Omschrijving
Begroting 2009
2009
Rekening 2008 2007
2006
A. Sociale structuur
Aantal inwoners begin van het jaar waarvan : inwoners < 20 jaar inwoners > 64 jaar
93.418
93.498
92.864
92.342
91.817
20.567 13.621
20.700 13.766
20.638 13.538
20.599 13.402
20.490 13.363
Leerlingen. Basisonderwijs Speciaal onderwijs (SO/VSO) Voortgezet onderwijs
15.415 7.379 1.225 6.811
15.448 7.423 1.213 6.812
15.561 7.466 1.215 6.880
15.340 7.340 1.247 6.753
15.434 7.384 1.356 6.694
Aantal periodieke bijstandsgerechtigden waarvan : WWB/BBZ/Adreslozen I.O.A.W./I.O.A.Z.
3.107
3.290
3.405
4.373
4.373
3.037 70
3.200 90
3.329 76
4.270 103
4.270 103
Werkgelegenheid WAO Waz Wajong militairen aantal WSW werknemers WWB gesubisdieerde arbeid WIA
5.464 2.969 210 1.104 48 567 500 66
5.147 2.613 172 1.333 55 760 964 214
5.936 2.786 188 1.231 49 558 **)977 147
5.469 2.969 210 1.104 48 567 505 66
5.744 3.335 227 1.020 49 553 560
48.098
49.176
48.420
47.467
46.964
45.456 132 4 2.506
46.201 406 10 2.559
45.661 395 4 2.360
44.865 132 4 2.466
44.322 132 4 2.506
8.410
8.411
8.411
8.411
8.410
496 7.914
497 7.914
497 7.914
497 7.914
496 7.914
80 605 548
80 605 554
80 605 531
80 580 515
80 580 515
B. Fysieke structuur
Aantal woonruimten voor de algemene uitkering : - woningen - wooneenheden - recreatiewoningen - capaciteit bijzondere gebouwen Oppervlakte in hectaren waarvan : - binnenwater - land Lengte van waterwegen (in km.) Lengte van wegen (in km.) Aantal ha. openbaar groen
*) Voor de kerngegevens zijn de CBS gegevens gebruikt die ten grondslag liggen aan de definitieve vaststelling van de algemene uitkering. De presentatie van deze getallen wijkt daardoor enigszins af van de begroting en van voorgaande jaren. **) Dit is inclusief loonkostensubsidies (330 personen).
306