Jaarrapportage Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld Kop van Noord-Holland

Jaarrapportage Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld Kop van Noord-Holland

Door netwerk meer dan de som der delen! Zesde voortgangsrapportage 2009

Schagen, maart 2010

Inhoudsopgave 1.

Activiteiten in vogelvlucht

2.

De ontwikkelingen in 2009

3.

2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.4

Het frontoffice Aantal vragen De hulpvrager De gegeven informatie-advies-hulp Over het bellen

2.2 2.2.1 2.2.2 2.2.3 2.2.4 2.2.5 2.2.6

Opgang brengen van hulp en zorgcoördinatie Aantal hulpvragen of ‘meldingen’ De hulpvrager De gegeven informatie/advies/hulp Cliënttevredenheid met Ambulant Team en hulp Huisverboden Platform hulpverlening

2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3

Hulpverlening bij huiselijk geweld en huisverbod Hulpverlening de Wering/AMW Eigen Kracht-conferenties Piketdienst voor huisverbod

2.4 2.4.1 2.4.2.

Netwerkcoördinatie Ketenregie en implementatie van het huisverbod Projecten

2.5 2.5.1 2.5.2 2.5.3

Hulpvragen huiselijk geweld bij ketenpartners Cijfers over huiselijk geweld in de regio Signalering huiselijk geweld binnen instellingen Registratie binnen instellingen

Financiele verantwoording 3.1 3.2 3.3

Afrekening Steunpunt Huiselijk geweld 2009 (HG0008) Afrekening Voorlichting en deskundigheidsbevordering 2009 (HG0009) Tussentijdse afrekening RAAK (HG0012)

Bijlagen Bijlage 1: Registratie hulpvragen huiselijk geweld bij frontoffice Steunpunt Bijlage 2: Registratie ‘meldingen’ huiselijk geweld bij Ambulant Team Steunpunt Bijlage 3: Registratie huisverbod Bijlage 4: Cliënttevredenheid Steunpunt 2009 Bijlage 5: Registratie huiselijk geweld bij ketenpartners Steunpunt

1. Activiteiten in vogelvlucht In 2009 hebben verschillende activiteiten hun beslag gekregen. Zo is eind 2008 de regionale aanpak kindermishandeling (RAAK) opgepakt en op 1 februari 2009 is gestart met het opleggen van huisverboden (Wet Tijdelijk Huisverbod) in de regio van het Steunpunt. Het Steunpunt heeft mede hierdoor een snelle ontwikkeling doorgemaakt bij het oppakken van huiselijk geweld in de regio. Het Ambulant Team van het Steunpunt onder leiding van Blijf van m’n Lijf Den Helder speelde in het op gang brengen van hulpverlening en zorgcoördinatie een centrale rol. Uiteraard kon dit alleen samen met de ketenpartners van het Ambulant Team - AWM/Wering, Slachtofferhulp, Politie en GGD - gerealiseerd worden. Ook de ketenpartners in de hulpverlening hebben in belangrijke mate bijgedragen aan deze ontwikkelingen. De belangrijkste bevindingen over 2009 zijn •

In 2009 zijn er bij het frontoffice van het Steunpunt 127 (2008: 122) vragen binnengekomen waarvan 110 (2008: 113) per telefoon en 17 (2008: 9) per e-mail. Dit betekent een lichte toename van het aantal vragen ten opzichte van 2008. Nadere informatie over de vragensteller, de gegeven informatie-advies-hulp en het tijdstip van bellen is te vinden in paragraaf 2.1 en bijlage 1.

•

In 2009 is het aantal hulpvragen bij het Ambulant Team gegroeid. En wel van 157 in 2008 naar 235 in 2009. Hiervan zijn 25 hulpvragen door het frontoffice van het Steunpunt doorgegeven, 107 incidenten huiselijk geweld door de politie, 9 cliënten kwamen direct via de telefoon binnen, 47 via ketenpartners en 47 hulpvragen via risicotaxaties/huisverboden. Nadere informatie over de meldingen, de vragensteller en de gegeven informatie-advies-hulp, is te vinden in paragraaf 2.2 en bijlage 2.

•

De functie van het Ambulant Team als het coördinatiepunt van hulp is in 2009 sterk ontwikkeld. Blijf heeft zich ontwikkeld tot aanspreekpunt en het gezicht van het Steunpunt bij het op gang brengen van hulp en zorgcoordinatie.

•

De proactieve werkwijze bij de huisverboden heeft ervoor gezorgd dat in 2009 ook de overige hulpvragen proactiever zijn benaderd. De situaties van huiselijk geweld, als de doorgegeven huiselijk geweld incidenten van de politie en de risicotaxaties die niet leiden tot een huisverbod, zijn daardoor ook actief opgepakt. Daarmee hebben ook deze gezinnen hulp gekregen. De systeemgerichte aanpak van het gezin heeft hierbij centraal gestaan.

•

In 2009 is er voor het eerst onderzoek gedaan naar de tevredenheid van cliënten over de zorgcoordinatie van het Ambulant Team. Hoewel aan de uitslag slechts beperkte, voorlopige conclusies kunnen worden gekoppeld, zijn de eerste resultaten gunstig. Het gemiddelde rapportcijfer is een 8. Lees verder bij paragraaf 2.2 en bijlage 4.

•

In 2009 zijn er in het kader van een tijdelijk huisverbod 47 risicotaxaties afgenomen door de Hulpofficier van Justitie. Hier zijn 36 huisverboden uit voortgekomen. In verband met het realiseren van hulp in crisissituaties zoals bij het huisverbod zijn er in 2009 243 gesprekken per telefoon gevoerd of is er bezoek afgelegd. De gezinnen waarbij een risicotaxatie is afgenomen en die niet tot een huisverbod heeft geleid, hebben ook hulp ontvangen. Lees paragraaf 2.3 en bijlage 3.

•

De piketdienst, in het leven geroepen om 24/7 crisisinterventie bij een huisverbod te verzorgen, is 2009 13 maal opgeroepen bij een huisverbod. In het totaal zijn van de risicotaxaties er 18 ’s avonds of in het weekend afgegeven. Bijna de helft spelen hiermee buiten kantooruren. De piketdienst voorziet in de behoefte om snel na een huisverbod opvang te realiseren. Lees paragraaf 2.3.3

•

De Wering heeft in 2009 51 korte - en 149 lange hulptrajecten bij huiselijk geweld uitgevoerd. Van de lange hulptrajecten zijn er 114 pluspakkettrajecten. In dit aanbod is de systeemgerichte hulp verder ontwikkeld. In deze hulptrajecten zijn 132 slachtoffers en 17 plegers bereikt. Er worden

3

Rapportage Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld Kop van Noord-Holland – maart 2009

steeds meer daders bereikt in deze hulpverlening. Lees meer in 2.3.1 en bijlage 5. Uit het onderzoek naar de cliënttevredenheid kreeg AMW het cijfer 7.1. (zie bijlage 4). •

In 2009 zijn er 7 Eigen Kracht-conferenties ingezet bij huiselijk geweld waarvan 4 bij een huisverbod. De Eigen Kracht-conferentie is een zinvol middel om voor gezinnen die zelf hun problemen willen oplossen dus ook als een huisverbod is afgegeven. De Eigen Kracht-conferentie krijgt het cijfer 7.3 in het cliënttevredenheidsonderzoek. Lees verder in paragraaf 2.3.2.

•

Het platform hulpverlening van het Steunpunt, het casusoverleg waarin 14 instellingen afstemmen bij huiselijk geweld, heeft zich in 2009 onder leiding van Blijf verder ontwikkeld. Er zijn in 2009 vele afspraken rondom afstemming van casuistiek bij huiselijk geweld en/of het opleggen van een huisverbod gemaakt. Blijf en GGD trekken samen op om casuïstiekregie en ketenregie met elkaar te verbinden.

•

De ketenregie uitgevoerd door de GGD heeft in 2009 vooral in het teken gestaan van het huisverbod. Aanscherping van het werkproces en afstemming van de samenwerking binnen het Ambulant Team heeft hierbij centraal gestaan. In tweede helft van het jaar is er meer invulling gegeven aan werkafspraken met hulpverlenende instellingen. Ook heeft de GGD twee klachten opgepakt in het kader van het huisverbod. In 2010 wordt werkproces en werkafspraken in het handboek van het Steunpunt vastgelegd.

•

De GGD heeft in 2009 een aantal projecten begeleidt en nieuwe geïnitieerd. Deze projecten zijn: voorlichting en deskundigheidsbevordering 2009 en 2010, Eigen Kracht binnen het Steunpunt Huiselijk Geweld Kop van Noord-Holland, Families zelf aan zet bij zorgpunten en/of dreigende kindermishandeling, Pilot Preventie eergerelateerd geweld voor jongeren en hun ouders en RAAK. Meer informatie is te lezen in paragraaf 2.4.2.

•

In het kader van de Regionale Aanpak Kindermishandeling de zgn. RAAK-aanpak heeft kindermishandeling veel aandacht gekregen. Hiervoor is door de GGD een startfoto en werkplan voor de regio gemaakt en in uitvoering genomen. Lees hier meer over in paragraaf 2.4.2.

•

De cijfers huiselijk geweld over 2009: - Bijna de helft van het geschatte aantal gevallen van kindermishandeling (schatting 1.143 kinderen) in de Kop van NH wordt gemeld bij het AMK en politie. Nadere informatie in paragraaf 2.5 en bijlagen 2 en 5. - Ongeveer 1/8 van het geschatte aantal gevallen van relationeel geweld in de Kop van Noord-Holland (schatting 8.677 gevallen ) wordt gemeld bij politie of komt bij het Steunpunt of de hulpverlening terecht. Nadere informatie in paragraaf 2.5 en bijlagen 2 en 5. - Ouderenmishandeling wordt nog nauwelijks herkend en geregistreerd (schatting 2.544). Jaarlijks laten politiecijfers enkele geregistreerde casussen meer zien (2009: 9 - 2008:3 – 2007: 2 – 2006: 1). Het taboe op dit onderwerp is nog steeds groot. Nadere informatie in paragraaf 2.5 en bijlagen 2 en 5.

•

De ketenpartners van het Steunpunt (14 in aantal) signaleren en registreren steeds beter huiselijk geweld. Een aantal instellingen registreert al aantal jaren huiselijk geweld en steeds meer instellingen gaan registreren. Aandachtspunten: een aantal hulpverlenende instellingen houden (nog) geen registratie bij van kindermishandeling/huiselijk geweld en instellingen die de cijfers wel bijhouden doen dit op verschillende niet vergelijkbare manieren. Lees meer in paragraaf 2.5 en bijlage 5.

4


2. De ontwikkelingen in 2009 Het Steunpunt Kop van Noord-Holland heeft vanaf de start in 2006 gekozen voor een laagdrempelige voorziening waar alle betrokkenen bij huiselijk geweld terecht kunnen voor informatie, advies en hulp. Omdat de deskundigheid in de aanpak van huiselijk geweld in de Kop van Noord-Holland over diverse organisaties verspreid is en het beschikbare budget beperkt, is gekozen voor een netwerkconstructie van een aantal organisaties. Dit vanuit de gedachte dat het geheel hiermee meer is dan de som der delen. In 2009 is dit duidelijk gebleken. Het Steunpunt kent de volgende functies en taakverdeling: • Frontoffice met een bereikbaarheid van 24 uur per dag, uitgevoerd door Sensoor (2.1) • Het op gang brengen van hulpverlening, de zorgcoördinatie van huiselijk geweld en het huisverbod op casusniveau door Blijf van m’n Lijf (2.2) • Hulpverlening bij huiselijk geweld en huisverbod bestaande uit een pluspakket van systeemgerichte aanpak voor gezinnen waarbij huiselijk geweld speelt (de Wering); • Eigen Krachtconferenties die soms ingezet worden als het gezin zelf een plan van aanpak wil maken (GGD i.s.m. de Eigen Kracht); Centrale en piketdienst voor crisisinterventie bij het afgegeven van een huisverbod buiten kantoortijden, dat wil zeggen ’s avonds en in het weekend ( Blijf, Wering, Slachtofferhulp en GGD). (2.3). • Netwerkcoördinatie waaronder ketenregie, voorlichting en deskundigheidsbevordering, faciliteren van de piketdienst en (initiëren van) projecten door de GGD (2.4). • Backoffice van het Steunpunt door ketenpartners (2.5). De cijfers van zowel het frontoffice, Ambulant Team, huisverbod en ketenpartners zijn vanwege de leesbaarheid in de bijlagen opgenomen. 2.1 Het frontoffice 2.1.1 Aantal vragen In 2009 zijn er 127 (2008: 122) vragen binnengekomen waarvan 110 (2008: 113) per telefoon en 17 (2008: 9) per e-mail. Dit betekent een lichte toename van het aantal vragen ten opzichte van 2008. Ook het aantal vragen per e-mail is iets toegenomen. 2.1.2 De hulpvrager Over de vragensteller is het volgende aan te geven: • • • • •

De grootste groep beller is vrouw (44) en een klein deel is man (16). Bijna de helft van de bellers belt beroepshalve (54). In 2008 was dit een derde. De grootste groep hulpvragers is tussen de 30 – 60 jaar (44). Een klein deel is onder de 30 jaar (16). Er bellen zelden mensen boven de 60 jaar (1). Bijna een kwart van de hulpvragers is slachtoffer (28) van huiselijk geweld en slechts een klein deel is dader (4). Een zesde van de hulpvragers zijn omstanders: zij zien huiselijk geweld in hun omgeving (19). Een zesde van het aantal hulpvragers is getrouwd of samenwonend (19) en een relatief kleine groep is alleenwonend (5) of alleenstaande ouder (7). Van de meeste mensen (96) is hun gezinssituatie niet bekend. Bij een kwart van de hulpvrager geeft aan nog geen hulp te ontvangen (25) en een kleine groep heeft al hulp (14). Van een grote groep is onbekend (88) of zij al dan hulp krijgen of voor hun vraag is het al dan hulp ontvangen niet relevant.

5


• •

Een derde neemt contact op in verband met geweld/agressie (39) en/of in verband met relatieproblemen (12). En er is een grote groep met een informatievraag (70). Van een vijftal is dit niet bekend of niet van toepassing. Van de hulpvragers geven 126 vragers aan incidenteel met geweld te maken te hebben en slechts een hulpvrager meldt frequent geweld.

2.1.3 De gegeven informatie-advies-hulp Over de informatie, advies en hulp die gegeven is, is het volgende op te merken: • •

Bij een groot deel van de vragen is informatie gegeven (72) en daarnaast veel geluisterd en besproken (22). Bijna een kwart van het aantal mensen is direct doorverwezen naar hulp (16) of er is anderszins hulp ingeschakeld (12). Bij 5 mensen is dit niet geregistreerd. Er zijn 25 hulpvragen doorgegeven aan het Ambulant Team van het Steunpunt om proactief op te pakken.

2.1.4 Over het bellen Mensen bellen doorgaans overdag tussen 9.00 en 17.00 uur (88 telefoontje van de 110). Twintig mensen belden 's avonds en twee 's nachts. De gespreksduur is doorgaans minder dan tien minuten (92 van de 110 gesprekken). Tien gesprekken duurden langer dan tien minuten.

Tijdstip van bellen Ochtend Middag Avond Nacht Totaal

52 36 20 2 110

2.2 Op gang brengen van hulp en zorgcoördinatie De functie van het Ambulant Team als coördinatiepunt van hulp is in 2009 sterk ontwikkeld. Zowel het proactief oppakken van doorverwijzingen via Sensoor, huiselijk geweld incidenten van de politie als het huisverbod zijn hierbij in beeld. Blijf heeft zich ontwikkeld tot het aanspreekpunt en gezicht van het Ambulant Team van het Steunpunt. Vooral de zorgcoördinatie heeft zich in 2009, mede onder invloed van het ingaan van het huisverbod, sterk ontwikkeld. De systeemgerichte aanpak - het realiseren van hulp voor slachtoffer, dader en kinderen die erbij betrokken zijn - heeft hierbij centraal gestaan. 2.2.1 Aantal hulpvragen of ‘meldingen’ In 2009 zijn bij het Ambulant Team 235 (2008: 157) hulpvragen binnen gekomen: • 25 (2008: 33) hulpvragen via het frontoffice Sensoor • 107 (2008: 124) incidenten via de politie incidentcode huiselijk geweld • 9 direct van cliënten via de telefoon • 47 via ketenpartners • 47 via risicotaxaties/huisverboden. Het meest opvallend is dat het aantal ‘meldingen’ bij het Ambulant Team flink is toegenomen. Deze toename zit voornamelijk in het inwerking treden van het huisverbod, maar komt ook omdat ketenpartners steeds meer de weg weten te vinden in het direct advies en consultatie vragen bij het Ambulant Team. Ook een kleine groep cliënten wist rechtstreeks de weg te vinden naar het Ambulant Team. Nieuw in 2009 was de coördinatie van de huisverboden. Maar mensen werden ook proactief benaderd in die situaties waarbij een risicotaxatie niet leidde tot het huisverbod, en bij situaties met een incidentcode

6


huiselijk geweld van de politie. Vervolgens werd geprobeerd ook bij deze mensen hulp op gang te brengen. 2.2.2 De hulpvrager Over de hulpvrager is het volgende aan te geven: • • • • • • •

In veel gevallen (2009: 79 van de 113) is sprake van recent huiselijk geweld (2008: 142 van 157). Meer dan in 2008 betreft het huiselijk geweld van langer geleden (2009: 28 van de 113; 2008: 9 van 157). Bij de meeste hulpvragen (2009: 65 van 113) zijn kinderen betrokken (2008: 93 van de 157). In het totaal gaat het om 101 kinderen. In 46 gesprekken is hulp aan de kinderen besproken en is 22 maal doorverwezen naar BJZ/AMK en BJZ/JHV. In 19 gevallen bleek dat het kind al cliënt in de hulpverlening was. In 22 gevallen was dit niet bekend. De reden van de gesprekken ligt in een combinatie van praten en gevoelens uiten (29 x), het geven van informatie/advies (18 x), het doorverwijzen naar hulp (11 x) en voor een groot deel ( 55 x) in een actief aanbod in combinatie met praten. De helft van de hulpvragers (58 van de 113), is samenwonend of getrouwd. Een kwart is alleenstaand (31 ). Een klein deel alleenstaand ouder (18 ). Bij de check of de hulpvrager al ergens als cliënt geregistreerd staat, valt op dat de helft al cliënt is van een instelling en bijna de helft nog niet in de hulpverlening zit. De volgende instellingen worden het vaakst genoemd: BJZ (26x), AMW (24x), Slachtofferhulp (21x), GGZ/daderhulpverlening (22x).

2.2.3 De gegeven informatie/advies/hulp Over de informatie, advies en hulp die gegeven is, is het volgende aan te geven:

• •

Bij bijna alle hulpvragen is in de gesprekken een combinatie gemaakt van luisteren en bespreken (101x ), problemen verhelderen (89x), wijzen op andere hulpverlening (65x), informatie geven (105x), gestructureerd (48X), hulp ingeschakeld (46x). Het Ambulant Team heeft 49 keer kortdurende hulp van Blijf ingezet en 3 keer een Eigen Kracht-conferentie aangeboden. Bij een groot deel van de hulpvragen (70 van de 113), is verwezen naar hulp of hulp ingeschakeld. Het meest gebeurde dit naar AMW (30x), BJZ/AMK (9x) GGZ daderhulpverlening (10x), GGZ daderhulpverlening (10x), politie (8x) en een Eigen Kracht-conferentie (6x).

2.2.4 Cliënttevredenheid met Ambulant Team en hulp In 2009 is er voor het eerst een onderzoek gedaan naar de cliënttevredenheid. Er zijn 86 enquêtes verstuurd waarvan er 15 zijn terugontvangen. Hieraan kunnen slechts beperkte, voorlopige conclusies worden gekoppeld. De bevindingen zijn als volgt: • • • •

De meeste cliënten zijn tevreden: een aantal heel tevreden en een aantal minder. Het gemiddelde rapportcijfer 8, waaruit blijkt dan men doorgaans tevreden is De grootste tevredenheid wordt uitgesproken over het maatschappelijk werk (Wering), Eigen Krachtconferentie en Slachtofferhulp. Zie voor info bijlage 4. De leeftijd van de cliënten loopt van 20 tot 60 jaar. Dit is heel divers. Een groot deel van de cliënten heeft kinderen.

2.2.5 Huisverboden In 2009 zijn er in het kader van een tijdelijk huisverbod 47 risicotaxaties afgenomen door de Hulpofficier van Justitie. Hier zijn 36 huisverboden uit voortgekomen.

7


Van deze 36 huisverboden zijn er 3 in de eerste dagen van huisverbod ingetrokken (dreiging was weg en/of hulp was op gang) en zijn er 24 verlengd (omdat de dader niet kon worden bereikt, de hulpverlening nog niet op gang was gekomen en/of er nog dreiging van geweld was). In 9 gevallen was er sprake van samenloop met het strafrecht. Het huisverbod is 10 maal overtreden. De risicotaxatie/ huisverboden hebben plaats gevonden in de volgende gemeenten: Centrumgemeente

Risico-

Huisverbod

Den Helder

taxatie

opgelegd

2009 Anna Paulowna Den Helder

-

-

32

24

Harenkarspel

-

-

Niedorp

2

2

Schagen

5

5

Texel

3

3

Wieringen

-

-

Wieringermeer

2

-

Zijpe

3

2

47

36

Totaal

Dit houdt in dat drie gemeenten in de Kop, te weten Anna Paulowna, Harenkarspel en Wieringen in 2009 nog geen ervaring hebben opgedaan met het huisverbod. 2.2.6 Platform hulpverlening Binnen het Steunpunt Huiselijk Geweld bestaat het platform hulpverlening waarin bijna alle keteninstellingen (14 instellingen) rond hulpverlening vertegenwoordigd zijn via aandachtsfunctionarissen. Het kernteam van het platform komt maandelijks bijeen en de bredeteam vijf keer per jaar. Binnen dit platform wordt afgestemd op casuïstiek niveau. Er zijn in 2009 vele afspraken rondom afstemming van casuistiek bij huiselijk geweld en/of het opleggen van een huisverbod gemaakt. Blijf en GGD trekken hierin samen op om casuïstiekregie en ketenregie met elkaar te verbinden. Steunpunt en AMK zijn eind 2009 gestart met het vormgeven van het traject ‘Huiselijk Geweld dat pakken we samen aan’. Hierin vindt op casuïstiekniveau afstemming plaats over kindermishandeling. De zorgmeldingen (komen bij AMK binnen) en de incidenten huiselijk geweld van de politie (komen bij Steunpunt binnen) worden naast elkaar gelegd. Doel hiervan is om een goede en snelle doorstroming naar de hulpverlening te realiseren van kinderen die betrokken zijn bij of slachtoffer zijn van huiselijk geweld. 2.3 Hulpverlening bij huiselijk geweld en huisverbod In verband met het realiseren van hulp voor zowel slachtoffer, dader als kinderen die getuige zijn van geweld, zijn er in 2009 243 gesprekken per telefoon gevoerd of is er bezoek afgelegd. Na crisisinterventie en/of kortdurende hulpverlening is doorgeleid naar de volgende ketenpartners voor hulp: Doorverwijzing na huisverbod heeft plaats gevonden naar: BJZ/AMK Opvoedcafe AMW/Wering Vrouwenopvang GGZ GGZ/FPA/daderhulpverlening GGD/OGGZ Brijder-verslavingszorg

2009

11 2 29 2 8 10 2 7

8


Triversum Politie (eergerelateerd geweld) Eigen Kracht-conferentie

1 1 4

2.3.1 Hulpverlening de Wering/AMW De Wering/AMW voert in het kader van hulpverlening bij huiselijk geweld en huisverboden extra taken uit door middel van een zogenaamd pluspakket maatschappelijk werk. Als eerstelijninstelling biedt zij laagdrempelige drie sporenhulpverlening aan slachtoffers, plegers en kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld. Systeembenadering staat hierbij centraal. Het plusdeel bestaat uit het actief betrekken van het hele gezinssysteem bij hulpverlening. Cliënten die niet zelf om hulpverlening vragen, worden actief benaderd, omdat hulpverlening wel noodzakelijk is om tot een oplossing voor het hele gezinssysteem te komen. De ervaring is dat slachtoffers er meestal de voorkeur aan hechten om de relatie, ondanks het geweld te laten voortbestaan. De ‘plus’ zit ook in de moeite die gedaan wordt om met andere hulpverleningsinstellingen samen te werken aan een totaalplan (casemanagement). De Wering heeft in 2009 51 korte - en 149 lange hulptrajecten bij huiselijk geweld uitgevoerd. Van de lange hulptrajecten zijn er 114 pluspakkettrajecten. In dit aanbod is de systeemgerichte hulp verder ontwikkeld. In deze hulptrajecten zijn 132 slachtoffers en 17 plegers bereikt. Er worden steeds meer daders bereikt in deze hulpverlening. De gegevens in het kader van het pluspakket luiden als volgt: • • • • • • •

Bij 67 hulpverleningstrajecten (59%) was de eerste manifeste hulpvraag van de cliënt gericht op het huiselijk geweld; bij 16% van de hulpverleningstrajecten was de eerste manifeste hulpvraag gericht op de relatieproblemen. Qua inkomstenbron leeft 44% van de cliënten van een inkomen uit loondienst; 21% van de cliënten heeft een bijstandsuitkering en 10% heeft een WAO-uitkering; 8% heeft bij aanmelding geen inkomen en 8% leeft van het inkomen van een ander. Echt(paren) met kinderen (49%) komen het vaakst met een hulpvraag waarbij sprake is van huiselijk geweld; bij 18% gaat het om één-ouderhuishouden; 13% zijn (echt)paren zonder kinderen. 4% van de cliënten is jonger dan 23 jaar en 2% ouder dan 65. De grootste groep zit tussen de 23 en 49 jaar. 46% van de cliënten komt op eigen initiatief bij het AMW; 40% komt binnen o.a. via het Steunpunt Huiselijk Geweld, veelal tijdens en nadat er een huisverbod heeft plaatsgevonden; 7% wordt verwezen door de huisarts naar het AMW. 42% krijgt via het AMW psychosociale hulpverlening; 20% van de hulpverlening ontstaat vanuit een acute crisis; bij 9% heeft het AMW de rol van casemanager op zich genomen om vanuit één plan te werken in gezamenlijkheid met het cliëntsysteem en de betrokken. Bij 6% heeft er na hulpverlening van het AMW verwijzing plaatsgevonden naar de GGZ; 3% is ook verwezen naar de jeugdhulpverlening en 2% naar de verslavingszorg

Uit het onderzoek naar de cliënttevredenheid kreeg AMW het cijfer 7.1. (zie bijlage 4). 2.3.2 Eigen Kracht-conferenties In de aanpak van huiselijk geweld is ervoor gekozen om tijdens een huisverbod het burgerbesluitvormingsmodel Eigen Kracht-conferenties standaard aan te bieden. In 2009 zijn er zeven Eigen Kracht-conferenties aangevraagd, waarvan in vier gevallen een huisverbod was opgelegd. Van de zeven aanvragen zijn er zes via het Ambulant Team aangemeld (een van Blijf) een via de Omring. Bij vijf van de zeven Eigen Kracht-aanvragen is het tot een conferentie gekomen. Bij één aanvraag, die in de activerende fase stopte, werden door het gezinssysteem op eigen kracht belangrijke beslissingen genomen. En bij één aanvraag die in de activerende fase stopte bestond er van het begin af aan geen motivatie bij de hoofdbetrokkene en heeft de coördinator geen kans gekregen om een voorbereiding te doen. Uit het onderzoek naar de cliënttevredenheid kreeg de Eigen Kracht-conferentie het cijfer 7.3 (zie bijlage 4). 9


De aanvragende hoofdbetrokkenen waren afkomstig uit Nederland (3x allen, 2x deels), Duitsland (1x deels), Turkije (1x), Afghanistan (1x), Marokko (1x deels ). Bij vijf van de zeven aanvragen woonden betrokkenen in Schagen en bij twee aanvragen verbleven de hoofdbetrokkenen in Den Helder. Er zijn naast de aanvragen zes informatieve gesprekken gehouden waarbij het niet tot een aanvraag gekomen is. Vier daarvan werden aangevraagd via het Ambulant Team, een via de Wering en een via de politie Texel. 2.3.3 Piketdienst voor huisverbod De bereikbaarheid en beschikbaarheid van crisisinterventie bij het huisverbod is neergelegd bij een zgn. piketdienst huisverbod, waarin Blijf, Wering, Slachtofferhulp en GGD samenwerken. In totaal zijn er tien medewerkers betrokken bij de piketdienst. Twee hiervan zijn zorgcoördinatoren van Blijf, drie zijn medewerkers van Slachtofferhulp en vijf medewerkers van de Wering. Deze worden bij toerbeurt eenmaal per tien weken ingeroosterd voor een week (ook de avonden tijdens de werkdagen en het weekend). Het is van belang is dat bij een huisverbod er ook ’s avonds en in het weekend goede bereikbaarheid is en beschikbaarheid van crisisinterventie. Zodat zodra er een huisverbod wordt afgegeven, direct crisisinterventie kan worden ingezet. De werkafspraak hierbij is dat het rooster gemaakt wordt door Blijf. De GGD verzorgt de financiele afwikkeling en de logingegevens bij www.huisverbodonline.nl. Ook organiseert de GGD de twee jaarlijkse bijeenkomsten van de piketdienstmedewerkers. De piketmedewerkers kunnen goed uit de voeten met hun taakstelling en door de spreiding over tien weken is de belasting acceptabel. In 2009 (1 februari t/m december 2009) zijn er 18 risicotaxaties buiten kantoortijden afgenomen (dus de helft) waarvan er 13 tot een huisverboden hebben geleid. Dertien huisverboden (1/3 dus) zijn dus door de piketdienst opgepakt. 2.4 Netwerkcoördinatie De GGD heeft voor de periode 2005-2008 jaar de uitvoering van de regiefunctie betreffende het Steunpunt op zich genomen. In de loop van 2008 heeft het de taken van de coördinatie van de hulpverlening (het backoffice) overgedragen aan het Ambulant Team. De GGD heeft in 2009 de netwerkcoördinatie w.o. ketenregie, voorlichting en deskundigheidsbevordering, faciliteren piketdienst en initiëren nieuwe projecten uitgevoerd. Deze rol vervulde de GGD ook bij de Regionale Aanpak Kindermishandeling (RAAK). 2.4.1 Ketenregie en implementatie van het huisverbod De ketenregie heeft zich in de eerste helft van 2009 gericht op de begeleiding van de start van het huisverbod en de begeleiding van de werkwijze bij een huisverbod. Het Ambulant Team van het Steunpunt heeft met de partners een werkwijze ontwikkeld om het huisverbod uit te voeren. De GGD heeft zich hierbij gericht op: het opzetten van een piketdienst voor bereikbaarheid en crisisinterventie na kantoortijd en in het weekend; handen spandiensten bij opstart van het huisverbod en overleg bovenregionaal in Noord-Holland Noord en Noord-Holland. Ook heeft de GGD twee klachten opgepakt in het kader van het huisverbod. In 2009 hebben er twee evaluaties plaats gevonden. De eerste resulteerde in een rapportage 'evaluatie aanpak huisverbod en huiselijk geweld’ ( juli 2009). En een tweede evaluatie volgde in september 2009 met de partners van het Ambulant Team met het oog op verdere ontwikkeling van de ketenregie. Hieruit zijn diverse verbeterpunten afgesproken in de processen bij de aanpak van huiselijk geweld en het huisverbod en deze afspraken worden in 2010 verder uitgewerkt in het handboek. Daarnaast zijn met diverse

10


ketenpartners contacten gelegd over de samenwerking en het hulpaanbod; onder andere met politie, BJZ/AMK, Triversum en Reclassering Nederland. Dit wordt in 2010 verder voortgezet. Tot slot is binnen het cliëntvolgsysteem ‘Conclusion’ de module huiselijk geweld beschikbaar gekomen. In 2010 wordt gestart met het invoeren van de gegevens van cliënten van het Steunpunt. Over de ervaringen hiermee en de meerwaarde is op dit moment nog niets aan te geven. 2.4.2 Projecten Er lopen diverse projecten binnen Steunpunt. Hieronder volgt een kort stand van zaken: Voorlichting en deskundigheidsbevordering 2009 De volgende activiteiten zijn in 2009 in dit project uitgevoerd: digitale nieuwsbrief, folder en visitekaartje voor het Ambulant Team, aanpassingen op de website en voorlichtingsbijeenkomsten. De aandacht is vooral uitgegaan naar het realiseren van deskundigheidsbevordering voor huisartsen en verloskundigen in de regio. In Noord-Kennemerland loopt een project ‘9 minuten educatief praktijk bezoek kindermishandeling/huiselijk geweld bij huisartsen’. Dit project zal in de Kop van Noord-Holland worden overgenomen zodra voldoende duidelijk is of navolging zinvol is. Hierover zijn contacten met ZONH. Gelden van voorlichting en deskundigheidsbevordering zijn hiervoor gereserveerd. Voorlichting en deskundigheidsbevordering 2010 Er is in 2009 een aanvraag ingediend voor pr, voorlichting en deskundigheidsbevordering voor 2010 bij de regiogemeenten. Het continue geven van voorlichting en de aandacht gericht houden op huiselijk geweld van groot belang is. Zeker nu ook de Wet preventief huisverbod van kracht is. In 2010 willen we weer het accent op regionale publieksvoorlichting (in aansluiting op de landelijk campagne), ouderenmishandeling en medische beroepsgroepen. Een systematisch en terugkerend aanbod van voorlichting en deskundigheidsbevordering zal in de loop van de jaren moeten worden gerealiseerd aan de diverse doelgroepen zoals: publiek, huisartsen, leerkrachten van basis- en voortgezet onderwijs, inspecteurs voor het onderwijs, jeugdgezondheidszorg, medewerkers kinderopvang, medewerkers van vrijetijds- en sportclubs, verpleegkundigen en artsen in ziekenhuizen, ambulancepersoneel, sociale-dienstconsulenten en woningbouwverenigingconsulenten. Eigen Kracht binnen het Steunpunt Huiselijk Geweld Kop van Noord-Holland Dit project liep van 1 december 2006 t/m 1 juli 2009. Het project is afgesloten met twee eindrapporten: het onderzoeksrapport van WESP ‘Ik heb nooit eerder een grens durven trekken, maar nu wel’ en de eindrapportage van GGD Hollands Noorden ‘Een project met een sneeuwbal effect’. Beide rapporten zijn te vinden op www.huiselijkgeweldkopvannoordholland.nl De belangrijkste conclusie is dat Eigen Kracht werkt. Dat blijkt uit het door WESP op 30 oktober 2009 gepubliceerde onderzoek naar de 25 Eigen Kracht-conferenties die in de Kop van Noord-Holland bij situaties van huiselijk geweld zijn gehouden. Eigen Kracht werd tot voor kort nauwelijks ingezet bij deze problematiek en over de resultaten ervan was al helemaal niets bekend. Het Steunpunt gaf daarom opdracht aan onderzoeksbureau WESP voor een onderzoek naar de resultaten. Uit dit onderzoek blijkt dat er bijna altijd verbetering in de situatie is gekomen; dat de tevredenheid van de deelnemers groot is en dat zij anderen bijna altijd zouden aanraden deel te nemen aan een Eigen Krachtconferentie, zeker als er kinderen bij betrokken zijn. Op basis van de bevindingen biedt het Steunpunt standaard Eigen Kracht-conferenties aan bij huiselijk geweld en een huisverbod. Families zelf aan zet bij zorgpunten en/of dreigende kindermishandeling Dit project is 1 december 2008 van start gegaan (looptijd tot 31 oktober 2011). Dit project wordt grotendeels gefinancierd door de provincie Noord-Holland, maar in 2009 is ook de aanvullende financiering van gemeenten grotendeels rond gekomen. In het kader van dit project zijn er aandachtfunctionarissen aangesteld bij de Steunpunten van de Kop van Noord-Holland (Joyce van der Duinen) en Noord-Kennemerland (Sandra Kooij), en bij de GGD Hollands Noorden (Ria Timmer) en bij GGD Gooi en Vechtstreek (Brigit Hamburg). En inmiddels zijn er 20 Eigen Kracht-conferenties aangevraagd. De eerste tussentijdse rapportage over de periode 1 december 2008 11


t/m 30 november 2009 is in december 2009 gereed gekomen en is te vinden op www.huiselijkgeweldkopvannoordholland.nl. Pilot Preventie eergerelateerd geweld voor jongeren en hun ouders In juli 2009 is toezegging van de provincie Noord-Holland verkregen voor het project ‘Pilot Preventie Eergerelateerd Geweld. Dit project loopt tot 31 december 2010 in de regio Noord-Kennemerland en de Kop van Noord-Holland. In het project ‘Pilot Preventie Eergerelateerd Geweld voor jongeren en hun ouders’ vindt een zestal activiteiten plaats: · • Deskundigheid vergroten in signaleren van de professionals van de ketenpartners • Voorlichting op ROC’s aan vertrouwenspersonen/mentoren/leerlingbegeleiders, leerlingen en ouders • Voorlichting bij de moskee en andere kerken (jongeren en ouders) • Oprichten regionale platforms voor religieuze instellingen en allochtone vrijwilligersorganisaties • Convenanten met ketenpartners • Kennisuitwisseling en –overdracht. In dit project hebben ook twee trainingen voor professionals plaats gevonden in de Kop van Noord-Holland. Hieraan hebben 40 professionals deelgenomen. De eerste tussentijdse rapportage is van maart 2009 en is te vinden op www.huiselijkgeweldkopvannoordholland.nl Regionale aanpak kindermishandeling - RAAK Eind 2008 is de Regionale aanpak van kindermishandeling in de regio van start gegaan. In 2009 is de startfoto van de regio en het werkplan ‘Een regio te winnen’ gemaakt. Centraal in het werkplan staat het RAAK-proof zijn van de CJG’s en het Steunpunt; voorlichting en deskundigheidsbevordering van beroepsopvoeders en professionals; inzicht in het hulpaanbod; een digitaal routeboek van contactpersonen kindermishandeling en huiselijk geweld per instelling. Als afsluiting van RAAK volgt op 25 november 2010 een slotconferentie waarin de RAAK-proof prijs wordt uitgereikt. Deze prijs gaat naar die persoon of instelling die een opvallende bijdrage heeft geleverd aan het RAAK-proof maken van de regio. De startfoto en het werkplan zijn te vinden op www.huiselijkgeweldkopvannoordholland.nl Voor het RAAK-proof zijn van CJG ‘s is door de GGD in het overleg van de stuurgroep CJG NHN bij het handboek CJG een richtlijn gemaakt voor de aanpak van kindermishandeling. Het RAAK-proof maken het Steunpunt wordt via het bestaande platform hulpverlening uitgewerkt. Steunpunt en AMK zijn eind 2009 gestart met het vormgeven van het traject ‘Huiselijk Geweld dat pakken we samen aan’. Hierin vindt op casuïstiekniveau afstemming plaats over kindermishandeling. De zorgmeldingen (komen bij AMK binnen) en de incidenten huiselijk geweld van de politie (komen bij Steunpunt binnen) worden naast elkaar gelegd. Doel hiervan is om een goede en snelle doorstroming naar de hulpverlening te realiseren van kinderen die betrokken zijn bij of slachtoffer zijn van huiselijk geweld. Protocolontwikkeling en deskundigheidsbevordering Voor de ontwikkeling van het protocol en de deskundigheidsbevordering rond de meldcode zijn de volgende uitgangspunten: • Alle instellingen hebben een instellingsprotocol kindermishandeling/huiselijk geweld en een aandachtsfunctionaris kindermishandeling. Deze aandachtsfunctionaris organiseert de deskundigheidsbevordering van de eigen instelling. • Het instellingsprotocol voldoet aan de richtlijnen zoals deze zijn vastgelegd in het basismodel meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling (Ministerie VWS, 2010). Organisaties stellen zelf hun meldcode vast met inachtneming van de eisen die daaraan in de Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling zullen worden gesteld. Organisaties moeten er verder voor zorgen dat professionals in hun instellingen met de meldcode kunnen werken. RAAK geeft hieraan in 2010 een scholingimpuls.

12


De samenwerkende partners implementeren gezamenlijk de verbinding tussen deze instellingen in een zogenaamd Regionaal Handelingsprotocol Kindermishandeling.

Diverse sectoren en instellingen zijn bezig met het opstellen van een instellingsprotocol of het bestaande protocol bij te stellen naar de laatste richtlijnen van de meldcode. Gestart is met een voorlichting aan het Dagelijks bestuur BOJOZ in november 2009. Hierna is in de diverse gremia het onderwerp per sector verschillend opgepakt in aansluiting op ontwikkelingen in die sector. Zo zijn er contacten gelegd met de kinderopvang, basisonderwijs, voortgezet onderwijs, ROC, Gemini ziekenhuis, Huisartsenpost, JAT’s en VAT’s en Tienercentra. Met alle sectoren worden afspraken gemaakt en ondersteuning op maat gegeven zowel wat betreft de hulp bij het maken van een protocol als de benodigde deskundigheidsbevordering. De gedachten op dit moment zijn dat de verschillende sectoren aparte bijeenkomsten voor aandachtsfunctionarissen gaan plannen. De eerste vindt in juni 2010 voor de kinderopvang plaats. . Hulpaanbod Met Parlan wordt op dit moment verkend wat het hulpaanbod is en moet zijn in de regio NHN. Opties: zijn: de bestaande hulpverlening specifieker inzetten door training van hulpverleners kindermishandeling/huiselijk geweld door RINO; specifieke hulpverlening in de regio brengen als Class H en Triple P pathways en bestaande hulpverlening voor kinderen als getuige van geweld verstevigen. . Communicatie en pr Er gaat gewerkt worden aan een besloten gedeelte bij de website www.huiselijkgeweldkopvannoordholland.nl. Dit zal bestaan uit een digitale database waarin de aandachtsfunctionarissen per instelling met gegevens over bereikbaarheid zijn opgenomen. Ook de gehanteerde instellingsprotocollen en het regionaal handelingsprotocol zijn opgenomen. Een regionaal handelingsprotocol zal hieraan worden gekoppeld. In de nieuwsbrieven van het Steunpunt, te weten in de nieuwsbrief van februari en die van november 2009, is in 2009 aandacht besteed aan RAAK. In maart 2009 en in februari 2010 zijn specials verschenen over de landelijk campagne kindermishandeling en het bezoek van het campagneteam aan de Kop.Op 20 februari 2010 heeft het campagneteam Den Helder en Schagen bezocht. Dit heeft een goed resultaat in de regionale media opgeleverd. Vanaf 17 februari zijn op RTV NH de spots van de Campagne Aanpak Kindermishandeling te zien. Dit gebeurt op initiatief van de zes RAAK-coördinatoren in Noord-Holland. Zij hebben de handen ineen geslagen om dit realiseren. In 2010 zullen verspreid over het jaar gedurende 12 weken de spots te zien zijn op RTV NH. 2.5 Hulpvragen huiselijk geweld bij ketenpartners 2.5.1 Cijfers over huiselijk geweld in de regio Op basis van landelijke cijfers is een schatting gemaakt van het aantal gevallen van kindermishandeling, relationeel geweld en ouderenmishandeling in de Kop van Noord-Holland. Dit is hieronder afgezet tegen wat in de registratie aan cijfers wordt gevonden (zie bijlage 5).

13


De bevindingen zijn als volgt: •

Naar schatting 1.143 kinderen in de Kop van Noord-Holland hebben te maken met kindermishandeling. Hiervan zijn er 216 in de leeftijd van 0 – 4 jaar en 927 in de leeftijd van 4 – 19 jaar (werkplan RAAK KNH, juli 2009). Bij het AMK zijn in 2009 262 adviezen en 74 consulten gegeven en zijn 142 onderzoeken gedaan. Bij de politie is binnen de incidenten huiselijk geweld 112 keer kindermishandeling gesignaleerd en zijn er 32 aangiften gedaan van kindermishandeling. Bij het Steunpunt Huiselijk Geweld zijn 61 gezinnen met in totaal 101 kinderen bekend. Dat leidt tot de conclusie dat nog niet de helft van het geschatte aantal gevallen van kindermishandeling wordt gemeld bij het AMK en politie. Toch is dit een flinke toename. In 2008 was dit slechts 1/3 van het geschatte aantal.

•

Naar schatting 8.677 volwassenen in de Kop van Noord-Holland hebben te maken met relationeel geweld. Bij de politie worden 794 incidenten gemeld van relationeel geweld en zijn 207 aangiften gedaan. Bij het frontoffice van het Steunpunt Huiselijk Geweld zijn er 127 hulpvragen geweest en het Ambulant team heeft 235 hulpvragen opgepakt. Dat leidt tot de conclusie dat 1/8 van het geschatte aantal gevallen van relationeel geweld in de Kop van Noord-Holland wordt gemeld bij het Steunpunt en politie.

•

Bij relationeel geweld valt in de cijfers van de politie op het grote aantal geweldincidenten gericht op de partner en ex partner (zijnde de vrouw). En omgekeerd: ook geweld gericht op partner en ex partner (zijnde man) komt relatief veel voor. Opvallend hoog is het geweld gericht op overige huisvrienden, familieleden en ouders (dus het omgekeerde van kindermishandeling).

•

Naar schatting 2.544 volwassenen in de Kop van Noord-Holland hebben te maken met ouderenmishandeling. Bij de politie worden 9 incidenten gemeld van ouderenmishandeling en is 1 aangifte gedaan. Dat betekent dat ouderenmishandeling nog nauwelijks wordt herkend en geregistreerd. Jaarlijks laten politiecijfers een geregistreerde casus meer zien (2006: 1 - 2007: 2 2008:3 – 2009 - 9).Het taboe op dit onderwerp is nog steeds groot.

•

Over signalering van huiselijk geweld per gemeente kan voorzichtig het volgende gezegd worden. Uit de politiecijfers komt naar voren dat in alle gemeenten incidenten, aangiften, aanhoudingen en verdachten doorgeleid worden naar het OM. Bij het AMK komen meldingen uit alle gemeenten. Ook bij het Steunpunt (huisverboden) komen de gemeenten steeds meer in beeld. Natuurlijk springt Den Helder hieruit in aantallen, maar bij de regiogemeenten zien we percentueel dat huiselijk geweld meer en meer wordt gesignaleerd en opgepakt.

2.5.2 Signalering huiselijk geweld binnen instellingen Op basis van aangeleverde registratiegegevens van de verschillende instellingen (zie bijlage 3) vallen de volgende zaken op: •

Er Is bij het backoffice van de instellingen een langzame en gestage toename van het aantal ‘cliënten’ waarbij sprake is van huiselijk geweld.

•

Bij de politie is er een toename te zien van het aantal incidenten (2009: 913 - 2008: 382 - 2007: 387 - 2006 421), de aangehouden mensen (2009: 151 - 2008: 130 – 2007:135 - 2006: 135) en de doorgeleiding naar het Openbaar Ministerie (2009: 135 - 2008: 127 – 2007: 120 - 2006: 120) en een lichte afname van het aantal aangiften (2009: 185 - 2008: 191 - 2007: 202 – 2006: 231). Aan deze cijfers kunnen geen conclusies worden gekoppeld omdat de politie Noord-Holland Noord in 2009 veranderd is van registratiesysteem.

•

Bij het maatschappelijk werk de Wering heeft een toename plaats gevonden van het aantal hulpvragen huiselijk geweld (2009: 200 - 2008: 178 hulpverleningstrajecten- 2007: 169). Opvallend is de toename van de hulpverlening van plegers zowel als hoofdcliënt als binnen het systeem.

14


•

Bij Slachtofferhulp is een afname te zien van cliënten die met huiselijk geweld te maken hebben (2009: 55 - 2008: 77 - 2007: 116 – 2006: 63).

•

Bij Blijf van m’n Lijf is een toename van het aantal opgenomen vrouwen (2009: 55 - 2008: 52 - 2007: 66 – 2006: 52) en kinderen in de opvang te zien (2009: 81 – 2008: 39). De maximale opvangcapaciteit is daarmee bereikt. Naast de opnames zijn er nog 158 aanmeldingen geweest voor opvang die niet gehonoreerd konden worden. Deze zijn verwezen naar andere opvanghuizen. Dit laatste illustreert de hoge vraag naar opvang.

•

In de nieuwe begeleid wonen opvang van Blijf van m’n Lijf ‘Femgard’ heeft één cliëntsyteem gewoond. Daarnaast zijn er vijf cliëntsystemen begeleid bij het zelfstandig wonen.

•

Bij het BJZ/AMK is een toename te zien van het aantal adviezen (2009: 261 - 2008: 160 - 2007: 212 – 2006: 187) en consulten (2009: 74 - 2008: 56 - 2007: 59 – 2006: 70) en een gelijk blijven van het aantal onderzoeken (2009: 142 – 2008: 142).

•

Bij MEE zijn in het totaal 7 (2008: 10) gevallen van huiselijk geweld/kindermishandeling geregistreerd.

•

Binnen JGZ zijn de gegevens als volgt: de Omring/jgz van 0 – 4 jaar heeft 55 (2008: 36) gevallen geregistreerd van kindermishandeling. Dit is een toename van bijna 50%. Van GGD/jgz 4 – 18 jaar zijn over 2009 nog geen gegevens beschikbaar (2008: 15).

•

Parlan heeft over 2009 voor het eerst cijfers beschikbaar. Er zijn in Noord-Holland Noord in totaal 41 gevallen van kindermishandeling gesignaleerd. Het grootste deel betreft meisjes in de leeftijd van 6 – 15 jaar. Seksueel misbruik komt het meest voor, gevolgd door psychische mishandeling. Er is regelmatig contact met BJZ geweest ter advisering en of advisering/melding en de samenwerking is doorgaans goed.

2.5.3 Registratie binnen instellingen In de aangeleverde cijfers valt op dat: •

een aantal instellingen registreert op huiselijk geweld en al een aantal jaren de cijfers aanlevert.

•

de vergelijking van cijfers van instellingen lastig is en blijft omdat iedere instelling dit op een eigen wijze uitvoert en andere gegevens registreert. De ene instelling kan deze cijfers uitdraaien uit de computer, de andere instelling houdt het vooralsnog handmatig bij.

•

nog niet iedere instelling meer gedetailleerde informatie kan aanleveren over bijvoorbeeld vormen van huiselijk geweld en gemeentelijke informatie.

•

de hulpverlenende instellingen voor jeugdzorg Triversum houden geen registratie bij van het aantal kinderen dat zij in de hulpverlening hebben met als hulpvraag kindermishandeling/huiselijk geweld.

•

ook bij de volwassenenzorg niet geregistreerd wordt in een aantal instellingen, zoals bij Brijder en GGZ

•

in 2009 het Steunpunt voor het eerst ook registratiegegevens ontving van Parlan.

15


3. Financiele verantwoording 3.1. Financiële verantwoording Steunpunt Huiselijk Geweld 2009 Alle bedragen zijn inclusief BTW

algemeen HG0008 project steunpunt huiselijk geweld

Naam project Naam projectleider

Marja de Kinderen

Aanvang en einde project

2009

Realisatie 2009

Begroting 2009 Inkomsten Subsidie gemeente Den Helder ASHG

42.000

42.000

Subsidie gemeente Den Helder piketdiensten

21.381

21.381

Subsidie gemeente Den Helder Sensoor

5.000

5.000

Subsidie gemeente Den Helder deskundigheidsbevordering/voorlichting

7.000

7.000

Subsidie gemeente Den Helder eergerelateerd Geweld

8.000

8.000

28.660

28.660

Subsidie gemeente Eigen Kracht-conferenties bij relationeel Geweld Tlv GGD

2.157 112.041

114.198

Projectbegeleiding

42.000

43.669

Piketdienst

21.381

23.688

Sensoor

5.000

5.000

Deskundigheidsbevordering /voorlichting

7.000

7.000

Themamiddag en trainingen eergerelateerd geweld

8.000

5.900

28.660

27.066

Totaal Uitgaven

Eigen Kracht-conferenties Kosten KPN

1.062

Accountantskosten

1.000

Totaal

112.041

Saldo tekort

114.385 18716


3.2. Financiele verantwoording Voorlichting en deskundigheidsbevordering 2009 HG0009 project voorlichting en deskundigheidsbevordering Alle bedragen inclusief BTW Inwoners per gem. Inkomsten Gemeente Anna Paulowna Gemeente Den Helder Gemeente Harenkarspel Gemeente Niedorp Gemeente Schagen Gemeente Texel Gemeente Wieringen Gemeente Wieringenmeer Gemeente Zijpe Totaal inkomsten project

Uitgaven Media-aandacht Publieksvoorlichting incl. website Voorlichting ouderenmishandeling Training HG Voorlichtingsmateriaal Begeleiding Totaal uitgaven project

14030 59.040 15.755 11.778 18.785 13.710 8.684 12.565 11.560 165.907

Begroot naar rato *) in € 2.961,00 12.456,50 3.325 2.485 3.962 2.891 1.830,50 2.649,50 2.439,50 35.000,00

Realisatie

Begroot 5.000,00 2.500,00 5.000,00 4.000,00 6.000,00 4.000,00 8.500,00 35.000,00

Realisatie

2961,00 7000,00 3325,00 2485,00 3962,00 2891,00 1803,50 2649,50 2440,00 29.517,00

1.972,20 1.600,00 3.935,93

7.508,13

Reserveren nascholing huisartsen 0,00 22.008,87 *) De gevraagde bijdrage van de gemeente is naar rato van het aantal inwoners van de gemeente.

17


3.3. Financiële verantwoording project RAAK Alle bedragen zijn inclusief BTW

algemeen HG0012 RAAK (kindermishandeling)

Naam project Naam projectleider Aanvang en einde project

M de Kinderen 2008-2010

Realisatie 2008/2009

Begroting Uitgaven : Regiocoördinator kindermishandeling Reiskosten regiocoördinator kindermishandeling

53.198,00

60.785,39

3.000,00

1.395,10

Secretariële ondersteuning SMGZ

4.750,00

667,50

Financiele administratie en accountverklaring Bijdrage project: Families zelf aanzet bij zorgpunten en/of dreigende kindermishandeling rondom kinderen

3.000,00

3.000,00

-

-

-

195,00

63.948,00

66.042,99

133.166,00

123.948,00

133.166,00

123.948,00

69.218,00

57.905,01

Afronding Totaal uitgaven

Inkomsten : Bijdragen van derden Inzet eigen middelen Totaal inkomsten Reserveren voor uitvoering van het regionaal werkplan

18


Bijlage 1: Registratie hulpvragen huiselijk geweld bij frontoffice Steunpunt Hieronder staan de cijfers die bekend zijn van het frontoffice in diverse tabellen. Aantal binnengekomen vragen 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Maand 2006 Januari 5 Februari 9 Maart 6 April 10 Mei 7 Juni 11 Juli 5 Augustus 8 September 8 Oktober 6 November 6 December 6 Totaal 87

2007 7 14 16 22 15 4 10 6 10 11 12 11 138

2008 5 11 14 2 7 14 11 14 10 12 10 12 122

2009 9 5 8 6 12 4 9 7 11 15 27 14 127

Binnenkomst per telefoon of e-mail 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Wijze binnenkomst 2006 2007 Telefoon 58 128 E-mail 29 10 Totaal 87 138

2008 113 9 122

2009 110 17 127

2007

2008

2009

26 75 26 11 138

15 60 47 122

16 44 54 13 127

2007 10 68 6 54 138

2008 11 60 4 47 122

2009 16 44 1 66 127

Geslacht hulpvrager 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Geslacht 2006 of beroepshalve Man 12 Vrouw 41 Beroepshalve 8 Onbekend 26 Totaal 87 Leeftijd hulpvrager 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Indeling leeftijd 2006 Tot 30 jaar 8 30-60 jaar 36 60 jaar en ouder 5 Onbekend 38 Totaal 87

Wijze hulpvrager is betrokken bij huiselijk geweld 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Informatievrager 2006 2007 Slachtoffer 14 38 Dader 2 4 Omstander 13 34 Beroepshalve betrokken 12 45 Onbekend 46 17 Totaal 87 138

2008 38 3 15 40 26 122

Gezinssituatie hulpvrager 2006 - 2007 – 2008 - 2009 2006 Alleenwonend Gehuwd/samenwonend Alleenstaande ouder Onbekend 87 Totaal 87

2008 9 23 5 85 122

2007 7 31 4 96 138

2009 28 4 19 55 21 127

2009 5 19 7 96 127

19


Hulpvrager is cliënt van 2006 - 2007 – 2008 - 2009 2006 Gezondheidszorg/ huisarts Maatschappelijk werk GGZ Bureau Jeugdzorg Justitiële instanties/ politie Nergens Onbekend 87 Totaal 87

2007 2 1 8 2 1 64 60 138

2008 1 2 4 1 72 42 122

2009 2 5 1 3 3 25 88 127

Aanleiding om contact op te nemen met het Steunpunt 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Aanleiding 2006 2007 2008 Eenzaamheid 1 1 1 Relatieproblemen 12 20 12 Seksualiteit 1 0 Geweld/ agressie 21 49 48 Informatievraag 53 71 17 Gezondheid 2 1 1 Cultuurverschillen 2 1 Anders 7 14 4

2009 1 12 39 70 5

Hulpvrager geeft bij frequentie huiselijk geweld aan 2006 - 2007 – 2008 - 2009 2006 2007 Incidenteel 121 Frequent 1 Onbekend 87 16 Totaal 87 138

2009 126 1 127

Aard hulp dat is gegeven in 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Verstrekte hulp 2006 Geluisterd en besproken 18 Problemen verhelderd 2 Gewezen op andere hulpverlening 9 Informatie gegeven 34 Hulp ingeschakeld 8 Anders 2 Hulpvrager is doorverwezen naar 2006 – 2007 – 2008 - 2009 Doorverwezen naar: 2006 Gezondheidszorg/ huisarts 1 Maatschappelijk werk 3 Bureau Jeugdzorg 1 Justitiële instanties/ politie 3 Ambulant Team Steunpunt Andere organisaties 8 Onbekend 71

2008 118 3 1 122

2007 47 5 26 63 25 -

2008 24 1 13 39 15 -

2009 22 0 16 72 11 6

2007 0 12 4 4

2008 1 1 1

48 70

16 103

2009 1 10 1 32 8 75

Registratie logfiles website Aantal unieke bezoekers en pageviews huiselijkgeweldkopvannoordholland.nl 2006 – 2007 – 2008 Maand Unieke bezoekers Pageviews 2006 2007 2008 2006 2007 2008 Januari 114 243 266 814 304 305 Februari 241 105 242 521 115 276 Maart 193 205 262 251 225 311 April 96 292 276 144 350 308 Mei 91 323 376 114 368 433 Juni 91 327 323 121 374 352 Juli 107 301 389 163 333 426 Augustus 98 264 405 140 317 435 September 104 246 370 126 282 420 Oktober 80 234 365 95 250 449 November 211 219 372 268 268 446 December 216 227 368 240 271 417 Totaal 1.642 2.986 4.014 2.997 3.457 4.578 N.B. Over 2009 zijn geen website cijfers. De website is tweemaal gewijzigd van provider en de webstatistieken zijn daarbij verloren gegaan.

20


Bijlage 2: Registratie ‘meldingen’ huiselijk geweld bij Ambulant Team Steunpunt Hieronder staan de cijfers die bekend zijn van het Ambulant Team in diverse tabellen. Totaal cijfers Binnenkomst via …..2006 - 2007 – 2008- 2009 Binnengekomen via Frontoffice Sensoor Incidenten via politie *1) Advies aan cliënten via AT telefoon Advies en consultatie ketenpartners via AT telefoon Totaal aantal contacten Risicotaxatie – huisverboden *2) Totaal (inclusief huisverboden)

2006

2007

2008

2009

5 -

26 65 *5)

33 124

-

-

-

5

101

157

25 107 9 47 188 47 235

*1) Wegens wijzigingen in het politiesysteem van BPS naar BVH zijn de incidenten met incidentcode HG alleen aangeleverd in de periode week 1 t/m 5 en vanaf 19 november t/m 31 december 2009 (via de politie Den Helder/Schagen zijn er ongeveer 70 casussen doorgegeven). Van de 107 incidenten is met 79 cliënten is het contact tot stand gekomen. In 2007: betreft alleen periode augustus t/m december (via politie Den Helder zijn 10 casussen doorgegeven). *2) van deze 47 risicotaxatie hebben er 36 tot een huisverbod opleggen geleid.

Uitwerking gegevens 2007 – 2008 - 2009 In de registratie zijn van de contacten via frontoffice Sensoor (25), incidenten politie (79 cliënten bereikt) en via AT telefoon (9) uitgebreid geregistreerd. Totaal zijn van 113 contacten meer gegevens bekend. Wanneer was er sprake van huiselijk geweld?

Via Sensoor/ politie 2007

Zeer recent Langer geleden Onbekend Totaal

via Sensoor / politie 2008

75 4 2 81

Zijn er kinderen bij betrokken?

142 9 6 157


Ja, kinderen bij betrokken Zwangere vrouwen Nee of onbekend *1) Dit betreft 61 gezinnen.


Ja hulp voor kinderen besproken Zo ja is er verwezen naar AMK en BJZ Nee Al cliënt Onbekend

11

via Sensoor / politie / AT 2009

93 12

101 *1) 5 -


via Sensoor / politie / AT

73 11

23 8 16

79 28 6 113

via Sensoor/ politie 2008

58 23

Is mogelijkheid hulp kinderen besproken?


46 28

14 22 19

22 19 26

21


Reden contact


Behoefte praten en gevoelens te uiten Informatie en advies Vragen om doorverwijzing Overige (combinatie actieve benadering + praten *) Meerdere antwoorden mogelijk Gezinssituatie hulpvrager

Alleenwonend samenwonend / gehuwd Alleenstaande ouder Wonend in zorgverband Anders Onbekend Totaal

Klant van ….


47 53 6 6

110 30 13 4

via Sensoor / politie 2007 10 37 21 1 1 11 81

Nergens *) Meerdere antwoorden mogelijk

Aard hulp


Geluisterd en gesproken Problemen verhelderd Gewezen op andere hulpverlening Informatie gegeven Gestructureerd Hulp ingeschakeld, voogd op de hoogte Vervolg gesprekken AT *) Meerdere antwoorden mogelijk

63 15 30 28 14 10

31 58 18 6 113



22 26 4 23 22 6 3 3 1 3 1 1 1 1

46


31 70 42 1 7 6 157

23 10 23 9 1 6 2 9

Blijf Schoolmaatschappelijk werk Femgard Schulphulpverlening GV - Homestart De Waerden

29 18 11 55



BJZ AMW/ering Opvang Slachtofferhulp GGZ/daderhulpverlening GGD/OGGZ Justitiële instanties MEE Brijder Andere organisaties


26 24 1 21 22 2 4 2 3 3 1 4 19 8 -

-

69


68


157 132 116 116 60 89 22

101 89 65 105 48 46 49

22


Doorverwijzing plaats gevonden naar:

BJZ/AMK BJZ/JHV AMW/Wering Politie FIOM Opvang Slachtofferhulp GGZ/daderhulpverlening Allochtonenlijn Aware GGD/OGGZ Brijder Omring GV Triversum Begeleide terugkeer Blijf Kortdurende hulp Blijf Begeleiding zelfstandig wonen Femgard Blijf van m’n Lijf opname Eigen Kracht-conferentie Geen behoefte hulp Doormelding aan voogd Mee Niet ingevuld *) Meerdere antwoorden mogelijk

via Sensoor / politie 2007 6 6 17 5 1 2 15 5 2 1 8 1 1 1 1 21



28 65 25 15 8 38 9 24 25 1 25 1 3 18

9 30 8 10 2 1 1 1 1 1 6 -

23


Bijlage 3: Registratiegegevens huisverbod Gegevens in het kader van het huisverbod periode 1 februari t/m december 2009 Centrumgemeente

Risico-

Huisverbod

Huisverbod

Huisverbod

Huisverbod

Huisverbod

Samenloop

Den Helder

taxatie

opgelegd

ingetrokken

verlengd

ingetrokken

overtreden

strafrecht

2009

eerste 10

na verleng-

dagen

ing

Anna Paulowna Den Helder

32

24

Niedorp

2

2

Schagen

5

5

Texel

3

3

2

17

2

7

Harenkarspel

7 1

2 3 1

2

3

24

1

2 1

1

10

9

Wieringen Wieringermeer

2

Zijpe

3

2

47

36

Totaal Uit: www.huisverbodonline.nl

Doorverwijzing na huisverbod heeft plaats gevonden naar: BJZ/AMK Opvoedcafe AMW/Wering Vrouwenopvang GGZ GGZ/FPA/daderhulpverlening GGD/OGGZ Brijder-verslavingszorg Triversum Politie (eergerelateerd geweld) Eigen Kracht-conferentie

3

2009

11 2 29 2 8 10 2 7 1 1 4

24


Bijlage 4: Cliënttevredenheid Steunpunt 2009 In 2009 is er voor het eerst een enquête gehouden onder de clientèle van het Steunpunt Huiselijk Geweld. De enquête is in de loop van 2009 van start gegaan en geeft vanwege het kleine bereik een eerste beeld. De enquête geeft vooral gegevens over leeftijd, of er kinderen betrokken zijn en de tevredenheid met de geboden hulp. Aan de cliënten waarbij het Ambulant Team hulp opgang heeft gebracht , zowel ‘meldingen’ binnengekomen via Sensoor en politie als in het kader van het huisverbod, is een enquête gestuurd. Het Ambulant Team heeft in het totaal in 2009 ‘meldingen’ 235 opgepakt. Er zijn in het totaal 86 enquêtes uitgegaan. Hierbij heeft geen rappel plaats gevonden. Het aantal terug ontvangen enquêtes is: 15 stuks. De bevindingen

Clienttevredenheidsenquete 2009 ASHG Leeftijd cliënt

Anoniem

Kinderen

Leeftijd kinderen Tevredenheid

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15

46 47 Onbekend 25 56 23 51 Onbekend 44 60 31 51 52 27 36

Nee Nee Ja Nee Nee Nee Nee Ja Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee

2 2 Onbekend Geen 3 1 Geen Onbekend 3 2 1 2 3 1 1

> 20 > 20 Onbekend Nvt >20 <1 Nvt Onbekend Onbekend >25 <5 >20 > 20 <5 <5

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 Gemiddeld

Cijfer AT 8 8 8 9 - 10 7 Onbekend 6 8 9 7 8 6.5 7 8 6.4

Wering 8 8 8 6 Nvt 6 7 4 Nvt Nvt 10 8 Nvt 7 6 7.1

BJZ Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt 6 Nvt Nvt 6 Nvt 6

EK Nvt Nvt 8 Nvt Nvt Nvt 7 Nvt Nvt Nvt 7 Nvt Nvt 7 Nvt 7.3

8.6 8.8 8.1 7.7 6.7 8.0 8.1 7.3 8.9 8.2 8.9 7.6 7.3 8.2 7.8

Slacht. Hulp Nvt Nvt Nvt 6 Nvt 9 Nvt Nvt Nvt Nvt 7 8 6 7 Nvt 7.2

Politie 8 Nvt Nvt 5 - 10 8 -1 0 Nvt 9 5 7 9 5 6 4.6

25


Samenvattend Leeftijden cliënten De leeftijden zijn als volgt: 20-25 jaar: 2 26-30 jaar: 1 31-35 jaar: 1 36-40 jaar: 1

41-45 jaar: 1 46-50 jaar: 2 51-55 jaar: 3 56-60 jaar: 2

Van de 15 cliënten zijn er 2 die geen leeftijd hebben ingevuld. De leeftijd loopt van 20 tot 60 jaar. Kinderen Van de 15 cliënten hebben er 11 kinderen. Van deze 11 cliënten hebben er 4 kinderen jonger dan 5 jaar. Een tweetal maak is er geen contact geweest met BJZ, waarschijnlijk omdat dit jonge kinderen tussen de 0 en 2 jaar betrof. Tevredenheid over de geboden hulp De tevredenheid van het Ambulant Team en de daarop volgende ingezette hulp is gemiddeld aangegeven: Ambulant Team Wering BJZ Eigen Kracht-conferentie Slachtofferhulp Politie

6.4 7.1 6.0 7.3 7.2 4.6

Gemiddelde tevredenheid over het totaal Gekeken naar de gemiddelde tevredenheid is dit een 8.0. Conclusies De leeftijd van de cliënten loopt van 20 tot 60 jaar. Dit is heel divers. Een groot deel van de cliënten heeft kinderen De meeste cliënten zijn tevreden: een aantal heel tevreden en een aantal minder. Doorgaans is er tevredenheid wat ook blijkt uit het gemiddelde rapportcijfer 8. De grootste tevredenheid wordt uitgesproken over het maatschappelijk werk (Wering), Eigen Kracht en Slachtofferhulp. Verbeterpunten In 2010 zullen een aantal zaken worden verbeterd bij het uitzetten van de enquête: - verbetering van de lay-out en gebruik briefpapier e.d. - rappel sturen na 2 weken - enquêtes na afronding van de hulpverlening sturen - onderzoeken of telefonisch enquêteren meer respons oplevert.

26


Bijlage 5: Registratie huiselijk geweld bij ketenpartners Steunpunt Schatting cijfers huiselijk geweld Bij een inwonersaantal van 165.907 inwoners kunnen we aannemen dat 11.875 inwoners te maken hebben met enige vorm van huiselijk geweld, zoals kindermishandeling, relationeel geweld of ouderenmishandeling (zie onderstaande tabel). Aantal inwoners *4) in de regio naar leeftijdsgroep gerelateerd aan de huidige omvang huiselijk geweld Omvang Kinderen 0-20 jaar

Schatting Omvang Schatting Omvang Schatting Totaal Totaal omvang volwasOmvang ouderen Omvang inwoners schatting kindersen RelatioouderenKop NH huiselijk misneel mishande geweld handeling geweld ling Anna Paulowna 3.591 108 6.805 749 3.424 188 14.030 998 Den Helder 12.390 372 28.923 3.182 16.455 905 59.040 4.306 Harenkarspel 4.116 123 7.512 826 3.942 217 15.755 1.112 Niedorp 3.065 92 5.602 616 2.987 164 11.778 831 Schagen 4.163 125 8.642 951 5.785 318 18.785 1.339 Texel 3.131 94 6.214 684 4.123 227 13.710 965 Wieringen 1.877 56 4.031 443 2.655 146 8.684 621 Wieringermeer 3.070 92 5.852 644 3.465 191 12.565 887 Zijpe 2.711 81 5.287 582 3.421 188 11.560 816 Totaal 38.114 1.143 8.677 2.544 11.875 78.868 46.257 165.907 1 ) Op basis van de ‘Nationale Prevalentiestudie Mishandeling van kinderen en jeugdigen’ heeft 3% van de kinderen en jongeren tot 18 jaar te maken met kindermishandeling (bron: www.aanpakkindermishandeling.nl ) 2 ) Van alle vrouwen in Nederland is 11 procent mishandeld binnen haar relatie (website Movisie). 3 ) In Amsterdam is in 1996 door de Vrije Universiteit een onderzoek gedaan naar ouderenmishandeling (Comijs e.a.). Uit dit onderzoek kwam naar voren dat 5,5 procent van de onderzochte zelfstandig wonende ouderen werd mishandeld (website NIZW). 4) Bevolkingscijfers CBS 2006

Huiselijk geweld binnen de instellingen Registratie gegevens huiselijk geweld binnen de instellingen 2004 - 2005 – 2006 – 2007- 2008 – 2009 Instellingen geregistreerd op huiselijk geweld

2004

2005

2006

2007

2008

2009

nvt -

nvt -

87 -

138 101

122 157

116 235

- Incidenten

300

441

421

387

382

913

- Aangiften

165

223

231

202

191

185

- Aangehouden

107

125

135

135

130

151

69

125

120

120

127

135

- Korte contacten

27

39

82

49

65

51

- Hulpverleningstrajecten

67

87

100

120

113

149

onbekend

onbekend

8

onbekend

onbekend

onbekend

11

18

24

25

15

56

Steunpunt Huiselijk Geweld - Frontoffice Sensoor - Ambulant Team (inclusief huisverboden) Politie

- Verdachten doorgeleid naar OM AMW/Wering

Omring AMW GGD/OGGZ

27


Slachtofferhulp

-

83

63

116

77

55

Blijf van m’n Lijf

58

41

52

66

52

55

4

2

5

37

onbekend

onbekend

7

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

261

Safehouse Texel - Aantal vragen / adviezen - Aantal personen overnacht

7

- Aantal overnachtingen

6

9

12

18

23

36

- Adviezen

202

207

187

212

160

- Consulten

66

50

70

59

56

74

118

143

165

212

142

142

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

36

55

JGZ GGD

26

13

27

25

15

onbekend

Triversum

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

Parlan (Noord-Holland Noord)

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

41

GGZ

180

-

260

onbekend

onbekend

onbekend

MEE

-

-

-

-

10

7

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

onbekend

Advies en Meldpunt Kindermishandeling

- Meldingen / onderzoeken Omring JGZ

Brijder

Politie incidenten gerelateerd naar groep waarop geweld gericht is 2006 – 2007 - 2008 - 2009 2006

2007

2008

2009

26

20

24

27

128

130

129

172

7

5

8

74

Gericht op ouders

32

30

27

71

Gericht op overige familieleden

41

35

27

84

Gericht op partner (man)

15

17

24

74

133

117

118

292

35

31

22

112

1

2

3

9

418

387

382

915

Gericht op ex partner (man) Gericht op ex partner (vrouw) Gericht op huisvrienden

Gericht op partner (vrouw) Gericht op kinderen (tot 18 jaar) Gericht op ouderen (55 plus) Incidenten totaal Kop van NH

28


Politie aangiften gerelateerd naar groep waarop geweld gericht is 2006 – 2007 - 2008 - 2009 2006

2007

2008

2009

Gericht op ex partner (man)

15

12

14

4

Gericht op ex partner (vrouw)

72

90

67

63

6

3

3

17

Gericht op ouders

19

9

12

14

Gericht op overige familieleden

31

21

16

25

5

4

11

8

Gericht op partner (vrouw)

68

52

61

76

Gericht op kinderen (tot 18 jaar)

18

10

6

32

2

2

0

1

236

203

190

240

Gericht op huisvrienden

Gericht op partner (man)

Gericht op ouderen (55 plus) Incidenten totaal Kop van NH

Het bekende aantal gegevens huiselijk geweld van aantal instellingen gerelateerd naar gemeente 2009 Regio

Politie

BJZ/

gemeenten

Anna Paulowna

ASHG

AMW/

AMK Inciden-

aangif-

aange-

verdach-

ten

ten

houden

te OM

Wering

meldin-

huis-

korte

hulpver-

gen

verboden

contacten

lening

50

7

2

2

13

-

-

-

497

115

111

96

83

24

35

98

Harenkarspel

46

5

0

4

7

-

0

5

Niedorp

37

5

4

4

6

2

1

13

Schagen

82

13

9

8

20

5

7

16

Texel

61

14

6

9

4

3

5

5

Wieringen

41

3

2

3

12

-

0

3

Wieringermeer

63

15

8

5

7

-

3

6

Zijpe

36

8

9

4

7

2

0

3

913

185

151

135

159

36

51

149

Den Helder

Totaal

29


Toelichting op de cijfers en omschrijvingen in de registratie Politie In februari 2009 is de politie Noord-Holland Noord overgegaan op een ander registratiesysteem (van BPS naar BVH). Hierdoor is er een verschil in metingen ontstaan. Het is nog niet bekend hoe de cijfers gelezen moeten worden. Er is een trendbreuk met cijfers uit eerdere jaren. Er kunnen aan toe of afnamen nog geen conclusies worden verbonden.

Incident

Alle opgestarte processen huiselijk geweld. Dit impliceert niet dat alle incidenten ook daadwerkelijk een incident (gebeurtenis van huiselijk geweld) zijn. Zitten naar verwachting dubbeltellingen in. Aangifte Alle zaken van huiselijk geweld waarvan aangifte is gedaan. Aangehouden verdachte Activiteit van een proces waarbij een persoon is aangehouden en een procesverbaal van aanhouding is opgemaakt. Verdachten OM Telling van het aantal verdachten dat gekoppeld is aan een verzonden dossier (procesverbaal) naar het Openbaar Ministerie. Interpretatie cijfers Lastig. Daling of stijging per jaar is af te lezen aan het aantal incidenten in relatie tot het aantal aangiften en verdachten doorgeleid naar OM. Kindermishandeling Betreft cijfers -18 jaar Relationeel geweld Betreft cijfers van -18 jaar tot 55+ jaar Hiervan zijn gespecificeerde cijfers beschikbaar van geweld gericht op ex partner (man), ex partner (vrouw), gericht op huisvrienden, gericht op ouders, gericht op overige familieleden, gericht op partner (man), gericht op partner (vrouw). Slachtofferhulp Slachtoffers geregistreerd De cijfers betreffen slachtoffers en zaken die zijn afgesloten. De slachtoffers komen bij Slachtofferhulp binnen als geweldzaak en pas later wordt aangegeven of het huiselijk geweld gaat. Dit proces is op dit punt niet waterdicht. In 85% van de gevallen komen de slachtoffers via de politie binnen en in 15% via anderen of melden zichzelf. Maatschappelijk werk/Wering Korte contacten

Hulpverleningstrajecten

Korte contacten zijn telefonische of face to face contacten waarbij het contact korter is dan 60 minuten. Vaak is het een informatie/adviesvraag of een vraag om probleemverheldering. Het gaat om ‘toekomstige’ cliënten die overwegen een stap te nemen maar nog niet durven. Het gaat om een familielid of vriend/vriendin die zich vreselijk zorgen maakt en wil weten hoe hij/zij ervoor kan zorgen dat het slachtoffer toch bij de hulpverlening terecht komt. Korte contacten kan zonder aangeven van naam en andere gegevens. Cliënten die procesmatig begeleiding hebben. Er heeft een intakegesprek plaats gevonden en er is vervolgens een plan (individueel of relatie/systeem gericht) van aanpak gemaakt of een groepstraject afgesproken.

Bij de registratie onder het kopje huiselijk geweld wordt door de cliënt het huiselijk geweld als probleem benoemd en ervaren en wil men hulpverlening. Daarnaast zijn er nog trajecten onder rubriek echtscheiding, onder rubriek relatieproblemen partners en trajecten onder de rubriek relatieproblemen tussen ouder en kinderen. Ook zijn mensen die komen met huisvestingsproblematiek en schuldenproblematiek maar niet voor huiselijk geweld terwijl dit wel kan spelen. Kortom het bereik is groter dan alleen de specifieke trajecten die geregistreerd worden onder huiselijk geweld. In 2007 zijn er van de 120 lange hulptrajecten: 113 slachtoffers en 7 plegers. In 2008 zijn er van de 113 lange hulptrajecten: 102 slachtoffers en 11 plegers. In 2009 zijn er van de 149 lange hulptrajecten: 132 slachtoffers en 17 plegers. De Wering geeft aan dat er in werkelijk meer daders in hulp zijn. In de wijze van vastleggen van cliënten is de degene e die het eerste contact legt de hoofdcliënt. De 2 persoon wordt vermeld als partner/familielid. De Wering heeft in 2009 51 korte - en 149 lange hulptrajecten bij huiselijk geweld uitgevoerd. Van de lange hulptrajecten zijn er 114 pluspakkettrajecten.

30


Hulpverlening AMW bij huiselijk geweld en huisverbod De Wering voert extra taken in het kader van hulpverlening bij huiselijk geweld en huisverboden. De gegevens zijn in dit kader zijn hieronder aangegeven: • Bij 67 hulpverleningstrajecten (59%) was de 1e manifeste hulpvraag van de cliënt gericht op het huiselijk geweld; bij 16% van de hulpverleningstrajecten was de 1e manifeste hulpvraag gericht op de relatieproblemen. • Qua inkomstenbron leeft 44% van de cliënten van een inkomen uit loondienst; 21% van de cliënten heeft een bijstandsuitkering en 10% heeft een WAO-uitkering; 8% heeft bij aanmelding geen inkomen en 8% leeft van het inkomen van een ander. • Echt(paren) met kinderen (49%) komen het vaakst met een hulpvraag waarbij sprake is van huiselijk geweld; bij 18% gaat het om één-ouderhuishouden; 13% zijn (echt)paren zonder kinderen. • 4% van de cliënten is jonger dan 23 jaar en 2% 65 jaar of ouder. De grootste groep zit tussen de 23 en 49 jaar. • 46% van de cliënten komt op eigen initiatief bij het AMW; 40% komt binnen o.a. via het Steunpunt Huiselijk Geweld, veelal tijdens en nadat er een huisverbod heeft plaatsgevonden; 7% wordt verwezen door de huisarts naar het AMW. • 42% krijgt via het AMW psychosociale hulpverlening; 20% van de hulpverlening ontstaat vanuit een acute crisis; bij 9% heeft het AMW de rol van casemanager op zich genomen om gezamenlijk met het cliëntsysteem en de betrokken hulpverleners te werken vanuit één plan. • Bij 6% heeft er na hulpverlening van het AMW verwijzing plaatsgevonden naar de GGZ; 3% is ook verwezen naar de jeugdhulpverlening en 2% naar de verslavingszorg Blijf van m’n Lijf Den Helder Aantal opgenomen

Het betreft het aantal vrouwen en kinderen die opgenomen worden voor verblijf en weer uitstromen. Het zijn doorgaans vrouwen en kinderen afkomstig uit het hele land behalve de regio Kop van Noord-Holland (om veiligheidsredenen). In 2004 zijn er 80 aanmeldingen geweest en zijn 58 vrouwen en kinderen opgenomen In 2005 zijn er 41 vrouwen en kinderen opgenomen. In 2006 zijn er 78 aanmeldingen geweest en zijn 52 vrouwen en kinderen opgenomen. In 2007 zijn er 66 vrouwen opgenomen met 54 kinderen. In het totaal 120 mensen. In 2008 zijn er 52 vrouwen opgenomen met 39 kinderen. In het totaal 91 mensen. In 2009 zijn er 55 vrouwen opgenomen met 81 kinderen. In het totaal 136 mensen. Naast de opnames zijn er in 2009 nog 158 (2008: 137) aanmeldingen geweest voor opvang die niet gehonoreerd konden worden. Deze zijn verwezen naar andere opvanghuizen. Laatste illustreert de hoge vraag naar opvang.

Femgard

In de nieuwe onzelfstandige woning die Blijf van m’n Lijf Femgard kan verhuren heeft 1 cliëntsysteem gewoond (in de periode april 2008 tot december 2009 hebben er in totaal 3 gezinnen gebruik van gemaakt). Femgard biedt daarnaast aan een aantal vrouwen ambulante begeleiding bij het zelfstandig bewonen van een woning. In 2009 zijn 5 cliëntsystemen (2008: 17 vrouwen) op deze wijze ambulant begeleidt.

GGD/OGGZ Meldingen

Het gaat om daadwerkelijke meldingen van huiselijk geweld én meldingen omwille van andere problematiek waarbij er ook (een vermoeden van) huiselijk geweld is (registratie is in 2006 gestart). In 2008 waren er 6 van 587 cliënten met als meldreden huiselijk geweld. Bij 9 meldingen is huiselijk geweld mede de oorzaak van de problematiek van cliënten. In 2009 waren er 4 van 454 cliënten met als meldreden huiselijk geweld en 52 met als meldreden relationele problemen.

GGD/JGZ Registratie km

Het betreft vermoedens van kindermishandeling/huiselijk geweld. De gegevens moeten worden gerelateerd aan het aantal kinderen dat wordt gezien t.w. 2004 – 3545 2005 – 6592 2006 – 9800 2008 - 6798 31


2009 - onbekend In 2007 is er naast de 25 geregistreerde gevallen van kindermishandeling bij 185 kinderen sprake van ongunstige sociale omstandigheden. Omring/JGZ Registratie km

In 2008 JGZ 0- 4 jarigen 38 vermoedens van kindermishandeling herkend. Dit waren er 18 in Den Helder, 1 in Niedorp, 11 in Schagen, 2 in Wieringen, 2 in Wieringermeer en 2 in Zijpe. Het exacte aantal 0-4 jarigen waarbij de JGZ in 2009 een vermoeden kindermishandeling had, is helaas NOG onbekend. Deze gegevens worden namelijk alleen geregistreerd in de individuele papieren dossiers. Momenteel wordt gewerkt aan elektronische registratie. Wel kwamen er in 2009 bij de aandachtsfunctionaris 21 meldingen van collega’s binnen betreffende een situatie waar zij een vermoeden hadden van kindermishandeling. Er zijn 36 kinderen gemeld bij het AMK, waarvan 6 door de Cb-teams en 30 door derden. Er zijn geen directe meldingen gedaan door de Cb-teams bij de Raad voor de Kinderbescherming. Er zijn in het totaal 55 kinderen gemeld bij de aandachtsfunctionaris. Dit is een toename met BIJNA 50% in vergelijking met 2008.

BJZ/Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Advies

Consult

Melding

Vragen om advies over alles wat met kindermishandeling te maken heeft. Bijvoorbeeld: hoe gaat men om met de zorgen over het kind, hoe schat men een situatie in, hoe voert men een gesprek met een ouder of met het kind, hoe terecht zijn de zorgen? Men kan deze zorg geanonimiseerd voorleggen. Samen met het AMK bekijkt men wat het vervolgtraject kan zijn. Men kan meerdere malen met het AMK overleggen over hetzelfde kind. De verantwoordelijkheid voor de zorg over het kind blijft bij de adviesvrager. Het AMK zal nooit naar aanleiding van een advies actie ondernemen. Het AMK legt in geval van een advies dus geen gegevens vast over het gezin. Wel zal het gegeven advies op naam van de adviesvrager een korte periode bewaard worden, zodat de adviesvrager op de situatie terug kan komen Soms is het nodig om meerdere gesprekken te hebben over eenzelfde situatie. Bij een consult heeft men meerdere contacten met het AMK over hetzelfde gezin of kind. De nadruk in deze gesprekken ligt op coaching. De verantwoordelijkheid voor de besproken situatie blijft bij de consultvrager. De consultvrager kan zelf niet anoniem blijven . Er wordt geregistreerd op naam van degene die consult vraagt. De namen van het kind en/of de ouders hoeven niet genoemd te worden. Er is geen registratie van persoonsgegevens, Bij een melding van (een vermoeden van) kindermishandeling neemt het AMK de verantwoordelijkheid voor de behandeling van de gemelde zorg over en schakelt zonodig hulpverlening in. Ook nieuwe zorgen kunnen opnieuw gemeld worden. Een melding kan open of anoniem. Anoniem betekent dat het AMK de naam van de melder niet doorgeeft aan het gezin. Ook in het dossier wordt de informatie zo opgeschreven dat deze niet te herleiden is naar de melder. Bij het AMK is naam van de melder wel bekend, zodat je tijdens het onderzoek nog benaderd kan worden voor meer informatie. De voorkeur gaat uiteraard uit naar een open melding, omdat een anonieme melding veel wantrouwen oproept bij ouders. Dat kan het hulpverleningstraject bemoeilijken. Een melding betekent voor het AMK de start van een onderzoek naar de aard en de ernst van de mishandelingsituatie, naar onderliggende problemen en naar mogelijkheden voor hulpverlening. Er wordt contact gezocht met de ouders en zonodig met personen die beroepsmatig betrokken zijn bij het kind zoals huisarts, kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of consultatiebureau. Indien het onderzoek uitwijst dat de vermoedens van kindermishandeling worden bevestigd, motiveert het AMK de ouders tot hulpverlening. Het AMK verleent zelf geen hulp maar probeert samen met de ouders geschikte hulpverlening te vinden. Meldingen die ongegrond blijken te zijn worden afgesloten. Wanneer ouders niet bereid zijn tot vrijwillige hulpverlening en de zorgen blijven bestaan of wanneer direct gevaar dreigt voor het kind kan het AMK de Raad voor de Kinderbescherming inschakelen. Wanneer je een melding hebt gedaan bij het AMK word je op de hoogte gesteld van het verdere verloop. Je krijgt te horen of de melding in behandeling is genomen. Wanneer de melding is afgesloten, brengt het AMK je op de hoogte of ouders en kind hulp krijgen. Je krijgt

32


geen inhoudelijke informatie van het onderzoek, tenzij je als instelling wordt ingeschakeld bij de hulpverlening.

BJZ/Jeugdhulpverlening Kindermishandeling wordt niet als zodanig geregistreerd. Op dit moment is de enige mogelijkheid de probleemomschrijving bij de aanmelding na te lopen, maar die omschrijvingen zijn zo globaal (zoals "(sociaal) gedrag, emotie en denken" of "aan lichaam gebonden functioneren" of "algemeen ontwikkelingsniveau") dat daar geen kindermishandeling van kan worden afgeleid. Er is een protocol in de maak hoe om te gaan met kindermishandeling maar de koppeling met het registratieprogramma (IJ) moet nog worden gemaakt. Mogelijk komt er een apart proces binnen IJ voor het onderdeel kindermishandeling, voor alle sectoren binnen BJZ. Parlan Parlan heeft in 2009 voor het eerst geregistreerd op kindermishandeling. Dit is het gevolg van de activiteiten in het kader van LAAK waarbij een instellingsprotocol kindermishandeling is gemaakt door Parlan, personeel geschoold en intern aandachtsfunctionarissen zijn aangesteld. De cijfers hieronder betreffen de regio Noord-Holland Noord. Over de eerste helft van 2009 zijn gegevens van de regio West-Friesland. Van het derde en vierde kwartaal zijn de gegevens gespecificeerd naar de Kop van Noord-Holland. In het derde en vierde kwartaal 2009 is er bij 5 kinderen/gezinnen kindermishandeling gesignaleerd. 1. Geslacht Totaal Jongen Meisje

Aantal 41 14 27

0 - 5 jaar 6 - 10 jaar 11 - 15 jaar 16 - 20 jaar

Aantal 3 13 18 5

2. Leeftijd

3. Kader Betreft:

Aantal Jeugdhulpverlening Jeugdbescherming

4. Aard (van het vermoeden) van mishandeling Het gaat om: Lichamelijke mishandeling Lichamelijke verwaarlozing Psychische of emotionele mishandeling Psychische of emotionele verwaarlozing Seksueel misbruik 5. Protocol Is het protocol kindermishandeling gevolgd? ja nee 4. AMK Is er contact gezocht met AMK? ja, alleen melding ja, alleen advies ja, voor melding en advies nee

23 15 Aantal 7 6 1 11 22 Aantal 34 4 Aantal

9 15 19

33


5. Beoordeling samenwerking met ouders 1 = zeer slecht 2 = slecht 3 = neutraal 4 = goed 5 = zeer goed

Aantal 2 8 14 17 2

6. Beoordeling samenwerking met BJZ 1 = zeer slecht 2 = slecht

Aantal 2

3 = neutraal 4 = goed 5 = zeer goed 7. Beoordeling samenwerking met RvK 1 = zeer slecht

8 23 1 Aantal

2 = slecht 3 = neutraal 4 = goed 5 = zeer goed 8. Herstel veiligheid Is de veiligheid hersteld? ja nee niet bekend

10 1

Aantal 28 4 8

GGZ De cijfers van 2004 zijn gebaseerd op de gegevens van de 400 van de 800 nieuwe cliënten. In deze cijfers is dit aantal daarom verdubbeld. Er zijn 1400 cliënten in zorg in 2004. Het betreft de registratie van seksueel misbruik. De cijfers van 2006 moeten met zeer veel terughoudendheid/voorzichtigheid worden bekeken. De onderstaande cijfers zijn dus gebaseerd op Den Helder (Noordduyne), met als werkgebied Den Helder, Texel en Breezand. In Schagen (Geestercogge) heeft nog geen registratie plaatsgevonden (dit is overigens wel een punt van aandacht). In 2006 zijn er in Den Helder 828 aanmeldingen geweest. Aan het intakedossier is een registratieformulier ‘huiselijk en seksueel geweld’ gevoegd. In 2006 zijn 317 formulieren ingevuld en ingeleverd (hiervan waren er 57 oud, d.w.z. een verouderd formulier). Alleen de 260 ingevulde nieuwe formulieren zijn in de telling meegenomen (dus ong. 31%); helaas was het overgrote deel van deze formulieren gebrekkig ingevuld, zodat ook dit weinig duidelijkheid verschaft. Op basis van dit materiaal zijn de voorlopige conclusies: ongeveer 40% van de bij ons aangemelde cliënten hebben huiselijk geweld ervaringen, de meeste in het verleden, (in ouderlijk gezin en/of in het meer recente verleden in het zelfgevormde gezin). Actueel huiselijk geweld wordt zeer weinig gemeld. Meestal betreft het langdurende ervaringen met huiselijk geweld. Bij huiselijk geweld is bij meer dan de helft sprake van mishandeling( ca. 60%.) Ca. 25% van de cliënten heeft ervaringen met seksueel misbruik, hetzij binnen hetzij buiten de huiselijke kring. Een uitspraak over verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke cliënten kan niet gedaan worden omdat het aantal cliënten van wie het geslacht niet ingevuld is te groot is. Volgens deze formulieren zijn daders meestal van het mannelijke geslacht. Conclusie: voor zover er al cijfers beschikbaar zijn, bieden deze onvoldoende houvast voor het trekken van conclusies. Het kennisplatform huiselijk geweld heeft het verbeteren van de registratie als één van haar speerpunten in het jaarplan 2007 opgenomen. Met name worden mogelijkheden bekeken om de registratie te koppelen van het intakeformulier in het elektronische patiëntendossier (EPD). Over 2008 en 2009 kan de GZZ geen cijfers aanleveren.

34


Safehouse Texel Er is eigenlijk geen goede registratie bijgehouden. Er is handmatig nagegaan hoeveel mensen zich met een vraag en/of adviesvraag tot het Safehouse hebben gewend of die naar elders zijn doorverwezen (staat los van overnachten), hoeveel personen overnacht hebben en hoeveel nachten er gebruik is gemaakt van het Safehouse. Over 2008 en 2009 zijn geen cijfers aangeleverd.

Brijder e

e

e

De Brijder richt zich in de registratie op de verslaving en rekent huiselijk geweld tot de 2 , 3 of 4 problematiek. Er wordt er niet geregistreerd op huiselijk geweld. MEE 2009 IN 2009 zijn er zeven casussen geweest waarbij sprake was van huiselijk geweld. Het betreft de volgende casussen: Gezin 1: situatie van cliënt die nog thuis woonde, waarbij hij toch wel verbaal agressief was naar zijn moeder. Moeder stelde hoge eisen aan haar zoon. Situatie is gestopt omdat cliënt in een woonvorm woont.. Gezin 2: partner mishandelt vriendin (jonge moeder van 19 jaar, kindje 8 maanden). Er was sprake van lichamelijke mishandeling. Huisverbod geweest en Steunpunt is ingeschakeld. Er is indicatie aangevraagd voor ambulante ondersteuning van de dader. AMW is betrokken en zoekt samen naar woonruimte. Het loopt nog. Gezin 3: er was sprake van ernstig fysiek geweld van cliëntnaar zijn vrouw toe. Er was sprake van overmatig drankgebruik. Er is aangifte gedaan. Cliënt heeft verplicht contact met Brijder Reclassering en heeft gebruik gemaakt van de DETOX (afkickkliniek) in Alkmaar. Gezin 4: cliënte en echtgenoot zijn met drie kinderen uithuisgeplaatst door de William Schrikkergroep. De thuissituatie was voor alle drie kinderen te bedreigend. Met name cliënte was in die fase niet in staat om met goed fatsoen haar kinderen op te voeden. Kinderen zijn nog steeds uithuis. Er is inmiddels voor met name moeder ( licht verstandelijk gehandicapt) langdurige ambulante ondersteuning geregeld. Er wordt toegewerkt aan terugplaatsing van de kinderen op termijn. Het gaat dus de goede kant op. Gezin 5/6/7: drie cliënten waarbij er sprake was van huiselijk geweld. In deze gevallen ging het om geweld van vader gericht tegen moeder en de kinderen. In alle gevallen had het geweld in het verleden plaatsgevonden. Kinderen hadden traumatisch ervaringen en emotionele gedragproblemen Twee moeders hadden voor zichzelf hulp gezocht bij de GGZ en een moeder had contact met het algemeen maatschappelijk werk en bij dat gezin was het AMK ingeschakeld. De kinderen van twee gezinnen hebben hulp gekregen in de vorm van individuele therapie (speltherapie). Een kind was i.v.m. gedragsproblematiek doorverwezen naar het Triversum. 2008 Mee heeft in 2008 voor het eerst handmatig geregistreerd op huiselijk geweld. Het betreft de volgende casussen: Gezin 1: alleenstaande drugsverslaafde moeder met een kind die zij emotioneel verwaarloosde, psychisch mishandelde en tevens was er vaak niet te eten en ging hij onverzorgd naar school (ook veel absentie van school). AMK melding gedaan. Nog niet duidelijk of het leidt tot maatregel. Gezin 2: het ging om een zoon die zijn boosheid richt door zijn moeder een schop te geven of zijn boosheid uit door een gat in de deur te schoppen. Gezin 3: een dochter die verbaal agressief is en met spullen gooit, waarbij er ook sprake is van pedagogische onmacht van ouders. Gezin 4: een dochter van 13 jaar die psychisch mishandeld werd door haar stiefmoeder. Hiervan is een AMK melding gedaan door MEE. Gezin 5: Mishandeling van vrouw door haar man. Zij hadden twee kinderen en een derde opkomst. In eerste instantie wilde zij hulp bij het weggaan van haar partner. Ze is een nacht bij Blijf geweest en daarna weer naar haar eigen woning gegaan. Uiteindelijk heeft ze de relatie verbroken. Gezin 6: een broer die fysiek geweld gebruikt naar zijn zussen toe. Hij is aangemeld bij de Rotonde voor nadere diagnostiek. Gezin 7: een zoon die met een mes naar zijn moeder had gezwaaid. Hij dreigde zichzelf en zijn moeder iets aan te doen. Politie is ingeschakeld, zoon is uithuis geplaatst op een crisisbed. Gezin 8: Zowel man als vrouw fysiek geweld naar elkaar hebben gebruikt. Daarvoor is eigen kracht conferentie ingezet.

35


Gezin 9: emotionele verwaarlozing van normaal begaafde zoon door licht verstandelijk beperkte vader. Vader wilde in eerste instantie hulp van MEE, maar trok zich later terug. Er is AMK melding gedaan. Echter heeft het niet geleid tot een maatregel omdat vader toen wel hulp accepteerde. Gezin 10: een zoon die zijn vader bijna aanvloog, door een opmerking van zijn vader.

36


Jaarrapportage Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld Kop van Noord-Holland

Recommend Documents