jaargang 1 – nummer 1
[RE] BUILDING THE FUTURE Duurzaamheid breed gedragen
I
Duurzaam ontwikkelen lijkt gemakkelijker gezegd dan gedaan, samenwerking en kennisdeling zijn essentieel ...
II
INHOUD VOORWOORD DUURZAME ONTWIKKELING IS GEEN HYPE Het bestuur van de Dutch Green Building Council dutch green building council TNT Koninklijke BAM Groep NV DHV BV Dura Vermeer Groep NV INTRON BV Search KOW Gemeente Amsterdam, Dienst Milieu en Bouwtoezicht Rotterdam Climate Initiative SBR Multi Corporation BV Amvest Ballast Nedam OVG Projectontwikkeling Peutz BV Philips Nederlands Licht Essent BREEAM International Schiphol Real Estate ABN AMRO Imtech Building Services Adamasgroep ING Real Estate Inbo Intechno Group BV Synchroon BV Valstar Simonis Van den Oever, Zaaijer & Partners architecten PRC Architectenbureau RAU Corio NV Deerns Raadgevende Ingenieurs REDEVCO Nederland BV Volker Wessels Vastgoed Welling Groep Bouwfonds MAB Ontwikkeling CVB B.V. Hogescholen Utrecht, Saxion en rotterdam EVELOP Fortis Vastgoed Ontwikkeling Overzicht Founding Partners en participanten Wilt u participant worden? colofon
5 7 8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56 58 60 62 64 66 68 70 72 74 76 78 80 82 84 86 88 90 91 91
3
Voorwoord Het kabinet streeft naar een duurzame ontwikkeling. Duurzaamheid is dé centrale opgave voor de 21ste eeuw! Zowel voor de overheid, het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en burgers die samen Nederland vormgeven.
Om te komen tot een verduurzaming van het rijksbeleid, heeft het kabinet zes thema’s uitgekozen, waaraan de komende jaren gewerkt wordt. Zes onderwerpen die maatschappelijk belangrijk zijn en die kansen bieden om de samenhang tussen ontwikkelingssamenwerking, innovatie en milieubeleid te versterken. Deze thema’s zijn: water en klimaatadaptatie, duurzame energie, biobrandstoffen en welvaartsontwikkeling, CO2-afvang en opslag, biodiversiteit, voedsel en vlees en duurzaam bouwen en verbouwen. Voor ieder thema heeft het kabinet de lange termijndoelen en de beoogde resultaten in 2011 benoemd. Er is bewust gekozen voor een beperkt aantal ambitieuze lange termijndoelen, op terreinen waar Nederland sterk is en waar veel kan worden bereikt. Daarbij wil het kabinet koplopers binnen de overheid én vooral ook in de markt ondersteunen. Ik ben bijzonder blij dat de vastgoed- en bouwsector in samenwerking met kennisinstituten en overheidsinstellingen het initiatief hebben genomen voor de oprichting van de Dutch Green Building Council. Dit laat zien dat zij bij de koplopers behoren, het belang van een duurzame ontwikkeling onderstrepen en daar daadwerkelijk werk van willen maken! Het initiatief sluit goed aan bij het voornemen van het kabinet nu te komen tot één uniforme methode voor de vergelijking van het duurzaamheidsgehalte van gebouwen en bouwwerken, gedragen door alle betrokken veldpartijen. Samen met alle betrokken partijen worden de ontwikkelde meetmethodes naast elkaar gelegd en gewerkt aan harmonisatie en uniformering. Op dit moment onderzoek ik hoe met toepassing van een uniforme methode een ondergrens voor milieuprestaties van gebouwen in de (bouw)regelgeving kan worden vastgelegd. Kernwoorden hierbij zijn: transparantie, controleerbaarheid, eenduidigheid en zo min mogelijk regeldruk en administratieve lasten. Bij een integrale benadering van het begrip duurzaamheid gaat om het evenwicht tussen ecologische, sociale en economische aspecten. Dat betekent dat er niet alleen oog is voor energie, CO2, afval, en water- of materiaalgebruik, maar ook voor sociale verantwoordelijkheid, mobiliteit, ecologie en landschap, gezondheid en welzijn. Daarmee sluit dit initiatief prima aan bij waar wij als kabinet voor staan: bouwen met oog voor de omgeving én voor diegenen die daarin wonen en werken.
... daarom is er nu de dutch green building council.
De minister voor Wonen, Wijken en Integratie
De Dutch Green Building Council (DBGC) is een onafhankelijke organisatie, die een duurzaamheidslabel aan het ontwikkelen is voor Nederlandse gebouwen en gebieden. Zij gaat certificaten verstrekken aan opdrachtgevers die de mate van duurzaamheid van hun gebouw of gebied hebben laten beoordelen volgens vooraf gestelde criteria. De council wil gaan toetsen op basis van BREEAM. De oprichting van de stichting komt voort uit een toenemende vraag naar toetsing van duurzame ontwikkeling. Niet alleen binnen Nederland, maar juist ook internationaal.
4
Copyright RVD/ foto Eric Maas
Drs. Ella Vogelaar
5
Duurzame ontwikkeling is geen hype Onze gebouwde omgeving moet duurzaam worden. En dat kunnen we samen bereiken in vier stappen: Duurzaamheid moet meetbaar zijn De duurzaamheidsmeetlat waarlangs we Nederlandse gebieden en gebouwen in de toekomst willen leggen is BREEAM. Duurzaamheid moet zichtbaar zijn Duurzame projecten moeten herkenbaar zijn. Nadat het meetinstrument gereed is, gaat de Dutch Green Building Council externe assessoren opleiden, die gebouwen en gebieden kunnen beoordelen. Voor duurzaamheid is kennis nodig De Dutch Green Building Council gaat bijeenkomsten organiseren over duurzame gebouwen en gebiedsontwikkeling. Bovendien werken we aan opleidingsprogramma’s, samen met hogescholen en universiteiten. Voor partners kunnen in-company workshops worden georganiseerd over de aspecten van duurzame gebouwen. Duurzaam bouwen is gemeengoed Certificering, onderwijs en kennisdeling zullen ervoor zorgen dat duurzaamheid straks niet meer weg te denken is in Nederland. De Dutch Green Building Council richt zich hierbij niet alleen op nieuw te ontwikkelen gebouwen, maar ook op gebruik en renovatie van gebouwen. Dit magazine geeft u een beeld van de activiteiten van onze Founding Partners op het gebied van duurzame ontwikkeling. Voor deze Founding Partners is duurzaamheid zeker geen hype! En we hopen dan ook dat veel partijen dit voorbeeld zullen volgen. Ik wens u veel leesplezier toe!
ir. Stefan van Uffelen Manager Dutch Green Building Council
6
7
Het bestuur van de Dutch Green Building Council Aangenaam kennis te maken...
Het eerste bestuur van de Dutch Green Building Council is aangetreden. Gezamenlijk hebben de leden vele tientallen jaren ervaring op het gebied van duurzaam en milieuverantwoord bouwen. Op deze pagina’s stellen zij zich aan u voor.
Annemarie van Doorn – ABN AMRO “ABN AMRO is nauw betrokken bij de ontwikkeling van de Zuidas en heeft hierin een heldere visie en actieve rol op het gebied van duurzaamheid. Naast het initiatief van de DGBC, die een prominente rol zal krijgen in de ontwikkeling van Zuidas Ravel, heeft ABN AMRO ook het initiatief genomen om samen met de Vrije Universiteit ‘Zuidas A’dam Bright City’ op te richten. A’dam Bright City is een centrum voor samenwerking en ontmoeting in het hart van de Zuidas. Inmiddels zijn ook hierbij founding partners aangesloten. De Dutch Green Building Council zal haar frontoffice huisvesten in A’dam Bright City en hier vanaf januari 2009 diverse bijeenkomsten organiseren.” Annemarie van Doorn (41) is vicepresident ‘Special Projects’ en sinds 8 jaar werkzaam bij ABN AMRO. Sinds vijf jaar is zij verantwoordelijk voor een aantal CSRprojecten binnen de bank. Daarvoor werkte zij als psycholoog en organisatieadviseur voor diverse bedrijven en welzijnsorganisaties.
Ronald Prins – Gemeente Amsterdam Dienst Milieu en Bouwtoezicht Jaap C. Gillis – Redevco
Amsterdam is een van de partijen die vanaf het begin meedoen aan de DGBC. Ronald Prins vertegenwoordigt de overheid in het bestuur. “Amster-
“In mijn werk als board member van Redevco ben ik (inter)nationaal betrokken bij het investeren in winkelvastgoed en de ontwikkeling hiervan. In de beste traditie van het familiebedrijf, is het onze ambitie om duurzaam te groeien. Wij willen winkelpanden lang, als het kan decennia, in onze portefeuille houden. Dit vereist een langetermijnvisie waarbij we ons dagelijks bewust moeten zijn van de gevolgen die onze keuzes hebben voor de generatie van morgen. Een streven naar een economisch rendement mag hierbij nooit ten koste gaan van de hoge ethische standaard die wij hierbij hanteren. Evenmin mag dit ten koste gaan van de planeet. Het duurzaamheidslabel van de Dutch Green Building Council zien wij als een belangrijk middel om onze eigen prestaties te meten.”
dam hecht erg veel waarde aan duurzaamheid en wil zich in dat opzicht ook onderscheiden. Wij willen de CO2-uitstoot flink reduceren en duurzaam bouwen speelt daarin een belangrijke rol. De stad heeft zich ten doel gesteld dat vanaf 2015 alle nieuwbouw klimaatneutraal moet zijn. Dat verklaart ook het belang dat wij hechten aan onze deelname in het DGBC. Daar komt alle kennis over duurzaam bouwen van alle belangrijke partners samen.” Ronald Prins (47) is directeur van de Dienst Milieu en Bouwtoezicht van de gemeente Amsterdam. Hij werkte hiervoor bij diverse gemeentes, waaronder Dordrecht en Haarlemmermeer. Daarnaast is hij lid van de Raad van Commissarissen bij een woningcorporatie in Lelystad.
Jaap C. Gillis MBA FRICS is Chief Operating Officer van Redevco. Hiervoor was hij onder andere lid van de Raad van Bestuur van AM N.V. (Amstelland MDC), vicevoorzitter van AM Development BV (nu Multi Development Corporation) en voorzitter van de directie van ING Real Estate International. Tevens is Jaap Gillis Trustee van de wereldwijde Board van de International Council of Shopping Centres (ICSC), Europees Voorzitter van de ICSC alsmede voorzitter van de ICSC Sustainability Committee en lid van de Retail & Entertainment Council. Daarnaast is hij vicevoorzitter van het
Theo E.J. Joosten – Inbo
Nederlands bestuur van de Urban Land Institute (ULI), Fellow van de Royal Institute of Chartered Surveyors, Register Marketeer van het NIMA en lid van de Raad van Toezicht van de Nederlandse
“De DGBC moet door haar brede platform een katalyserende rol vervullen in het ontwikkelen van visie op duurzaamheid – het katalyseren van draagvlak, naast de voortvarende concretisering van duurzame gebouwen. Denken én doen!” Omdat de instroom van jonge en gedreven talenten in dit veranderingsproces van eminent belang is, benadrukt Theo Joosten een sterke relatie van DGBC met het onderwijs. De ontwikkeling van een duurzame samenleving en leefomgeving staan voor hem steeds centraal vanuit houding en verantwoordelijkheid.
Raad voor Winkelcentra (NRW). In 2008 ontving Jaap Gillis de Vastgoedmarkt Award 2007.
Job Dura – Dura Vermeer Groep NV
Ir. Theo E.J. Joosten is architect/adviseur en was tot medio 2004 bestuursvoorzitter van Inbo Adviseurs Stedebouwkundigen Architecten. Nu vervult hij
“Als Dura Vermeer Groep hebben wij de principes van maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzaamheid hoog in ons vaandel staan. Dit daagt ons voortdurend uit om te innoveren en om te zoeken naar duurzame producten en oplossingen in het bouwproces. Het samen met opdrachtgevers ontwikkelen van duurzame gebouwen vormt hiervan een belangrijk onderdeel. De DGBC kan ons goed helpen om deze doelstellingen te realiseren en om onze resultaten objectief te meten. Dit niet alleen voor kantoorgebouwen, maar ook voor door ons gerealiseerde woningen, winkels en andersoortige gebouwen. Ten slotte stelt de DGBC ons in staat om onze eigen medewerkers de benodigde actuele kennis bij te brengen op het gebied van duurzaamheid en duurzame toepassingen in de bouw.”
een aantal bestuurs- en adviesfuncties bij bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties.
Job Dura (1962) is sinds 2004 lid van de Raad van Bestuur van Dura Vermeer Groep. Daarvoor was hij onder andere zes jaar werkzaam als directeur van Dura Vermeer Bouw Rotterdam. Vanaf 1990 was hij werkzaam in diverse functies binnen Dura Vermeer Groep. Daarvoor werkte hij twee jaar op de afdeling Corporate Finance van de ABN AMRO Bank. Job Dura studeerde Bedrijfseconomie aan de
René Hersbach – ING Real Estate Development “Het belang van het DGBC voor ING Real Estate Development NL is dat duurzaamheid meetbaar kan worden gemaakt en dat wij daardoor het duurzame karakter van onze projecten kunnen aantonen. Wij stellen onze kennis en ervaring op het gebied van duurzame project- en gebiedsontwikkeling beschikbaar en werken gezamenlijk binnen de DGBC aan één duurzaamheidstaal. Als wij allen dezelfde taal spreken, komen er zeker meer duurzame gebouwen en gebieden in Nederland.”
Erasmus Universiteit te Rotterdam en volgde daarna een postdoctorale opleiding Vastgoedkunde aan de Universiteit te Amsterdam. René Hersbach is al sinds zijn opleiding een gepassioneerd vastgoedman. Na verschillende functies als projectleider, technisch vastgoedmanager en projectcoördinator/planontwikkelaar, trad hij in 1997 in dienst bij ING Real Estate Development. Hier is hij sinds 2007 Managing Director Projects. Een van René’s focus-onderwerpen is duurzaamheid, waarbij hij zich actief bezighoudt met het doorvertalen van ING Real Estates ambities op dit vlak naar intelligente en integrale ontwerpen die klanten nu en in de toekomst inspireren.
Jack de Leeuw – SBR “SBR ondersteunt organisaties en bedrijven in bouw en vastgoed als die met kennisvraagstukken zitten. Dat kan door kennis voor ze te ontwikkelen, maar veel vaker door kennis op een bruikbare en toegankelijke manier beschikbaar te stellen en te helpen bij het dagelijks gebruiken en toepassen ervan. Dat doen we op heel veel terreinen, maar als het over duurzaamheid gaat, is dat een extra uitdaging omdat het maatschappelijk én persoonlijk van groot belang is. Duurzaamheid is geen hype; het is een kwaliteit van de gebouwde omgeving die iedereen wenst en die ook haalbaar is. Het bijdragen aan de doelen van de Dutch Green Building Council doen we dan ook vanuit de overtuiging dat het de sector en de samenleving vooruit brengt.”
Robert Blom - Hogeschool Utrecht “Wat mij enorm inspireert, is dat de Dutch Green Building Council een instrument aanreikt – BREEAM – waarmee je concreet kunt meten hoe duurzaam een gebouw of een gebied is. Deze benadering is een geweldige kans voor het HBO om een complex en veelzijdig vraagstuk, zoals duurzaam gebruik van de ruimte, te structureren. Al in mijn opleiding landschapsarchitectuur stond de integrale benadering van vragen van fysieke, maatschappelijke en ruimtelijke aard centraal. Nu krijgt het, vanuit de invalshoek van beleggers, bouwers en gebruikers, een nieuwe impuls. Prachtig!”
Afgestudeerd als architect aan de TU Delft op een duurzaam woningbouwconcept heeft Jack de Leeuw (55) drie jaar gewerkt bij het ministerie van Economische Zaken als beleidsmede-
8
werker Energiebesparing Gebouwde Omgeving. Vervolgens 13 jaar in verschillende functies (laatst als divisiemanager Gebouwde Omgeving) bij voorgangers van SenterNovem. Vanaf 1998
Robert Blom (56) werkt sinds 2002 als faculteitsvoorzitter van de Faculteit Techniek aan de Hogeschool Utrecht. Hij werkte in de onderwijssector van de kleinste tot de
is hij algemeen directeur van SBR, een onafhankelijk kennisinstituut voor de bouw.
grootste universiteit. Van 1998 tot 2002 was hij zelfstandig organisatieadviseur. Hij is tevens voorzitter van de RvC Woonbedrijf te Eindhoven en lid van het bestuur van VTW.
9
Activiteiten Dutch Green Building Council in volle gang Trainingen assessoren en experts van start
De markt is ‘om’ en wil duurzaam ontwikkelen, bouwen en renoveren. “De vraag naar toetsing van de duurzaamheidsambities aan de werkelijkheid neemt enorm toe”, zegt Stefan van Uffelen, manager van de Dutch Green Building Council (DGBC). Het opstellen van een onafhankelijke meetlat voor duurzame gebieds- en gebouwontwikkeling is in volle gang. De BREEAM-trainingen zijn gestart en de eerste pilotprojecten ingediend.
De opwarming van de aarde door het broeikaseffect is lang genegeerd. In 2002 begon de wereld enigszins wakker te worden als gevolg van het spraakmakende boek ‘Cradle to Cradle: Remaking the Way We Make Things’, van William McDonough en Michael Braungart. Maar de noodzaak van duurzamer produceren werd pas echt een issue in 2006, toen de voormalige Amerikaanse vice-president Al Gore zijn ‘Inconvenient Truth’ lanceerde. Founding partners ABN AMRO, Redevco, Dura Vermeer en SBR hebben de DGBC eind 2007 opgericht. ING Real Estate, dat snel bij het initiatief betrokken was, en TNT Real Estate zegden, evenals de gemeente Amsterdam, hun steun al in een vroegtijdig stadium toe. Vanaf de aankondiging van DGBC in januari 2008, is er sprake van een overweldigende animo: de stichting heeft de steun van 60 Founding Partners, waaronder beleggers, vastgoedontwikkelaars, bouw- en installatiebedrijven, architecten, nutsbedrijven, hogescholen, gemeenten en toeleveranciers.
Het DGBCteam.
BREEAM De Dutch Green Building Council gaat op basis van een internationaal erkende methode een onafhankelijke meetlat voor gebieds- en gebouwontwikkeling ontwikkelen en beheren. Opdrachtgevers kunnen straks op basis van nog te bepalen beoordelingscriteria hun gebouw of gebied laten toetsen op duurzaamheid. Voldoen de projecten aan de criteria, dan ontvangen zij een certificaat. Als basis is gekozen voor het instrument ‘BRE Environmental Assessment Method’ (BREEAM), een Engels systeem, ontwikkeld door de Engelse variant van TNO (BRE). Van Uffelen: “Deze methodiek laat zich het meest gemakkelijk vertalen en ‘ombouwen’ naar de Nederlandse situatie. En dat is precies wat we willen: een instrument dat is toegespitst op de Nederlandse situatie, maar wel aanhaakt bij het internationale label.”
Stefan van Uffelen, manager van de Dutch Green Building Council.
Assessoren en experts De DGBC wil met het oog op een juiste toepassing van BREEAM twee typen personen opleiden. “Ten eerste assessoren. Dit zijn onafhankelijke derden die de beoordelingen van de duurzaamheid van gebouwen en gebieden gaan uitvoeren. Deze personen zijn vooral in dienst bij ingenieurs- en adviesbureaus. Zij doen de beoordeling en de DGBC geeft op basis van hun advies een certificaat uit.”
Drukbezochte partnerbijeenkomst.
10
Eerste certificaten in 2009 Naar verwachting kunnen de eerste gebouwen in het voorjaar van 2009 gecertificeerd gaan worden. “Allereerst beoordeelt de DGBC de pilots en vervolgens kunnen wij aan de slag met uw project. Op onze site staat een lijst van experts en assessoren in opleiding die bij ons bekend zijn. Met deze personen kunt u natuurlijk al een beoordeling gaan voorbereiden en in een vroeg stadium rekening houden met de eisen vanuit het label. Kanttekening daarbij is dat het label nu nog in ontwikkeling is. Maar de assessoren en experts genoemd op onze site hebben toegang tot de laatste versie.” Harmonisatie van instrumenten BREEAM is zeker niet het enige instrument om duurzaamheid meetbaar te maken. Wat te doen als uw project bijvoorbeeld al voldoet aan GreenCalc+? Van Uffelen benadrukt dat de DGBC op de hoogte is van de diverse instrumenten en ermee samenwerkt. “Het is nadrukkelijk de bedoeling dat BREEAM-NL gaat aansluiten bij de bestaande Nederlandse regelgeving en bestaande Nederlandse rekenprogramma’s. De Dutch Green Building Council is bezig met de ontwikkeling hiervan.” Ook het belang van kennisdeling over duurzaamheid is groot. “De DGBC biedt een platform voor onderzoek naar en kennisoverdracht van duurzame ontwikkeling van de gebouwde omgeving. Op de agenda van de website www.dgbc.nl is te lezen welke bijeenkomsten er de komende tijd op het programma staan. Ook werken we samen met hogescholen aan een opleidingsprogramma.” Participanten gezocht Van Uffelen nodigt organisaties die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben staan van harte uit om participant te worden. “Dat levert veel voordelen op. U hebt toegang tot een uniek netwerk en de meest actuele kennis op dit gebied. Bovendien kunt u gebruikmaken van diverse speciale activiteiten, zoals een incompany workshop over de aspecten van duurzame gebouwen.” DGBC Postbus 1819 3000 BV Rotterdam www.dgbc.nl
ir. Stefan van Uffelen, manager
[email protected] Tel.: (010) 206 59 33
De tweede groep zijn de experts. “Die bouwen dezelfde kennis op als een assessor, maar doen geen beoordelingen. Ze geven óf advies óf bereiden de beoordeling voor. Experts zijn dus vaak werkzaam bij organisaties die gebouwen willen laten certificeren, maar zelf kennis in huis willen hebben zodat duurzaamheid een integraal onderdeel wordt. Een expert kan ook werkzaam zijn bij een adviesbureau en als externe adviseur ingezet worden om te begeleiden bij de duurzame ontwikkeling en het voorbereiden van het assessment.”
11
Planet Me
TNT wil substantiële bijdrage leveren aan duurzaamheid Ambitie eerste TNT Green Office in Hoofddorp Type: CO2-emissievrij kantoorgebouw (wekt meer energie op dan nodig is) Locatie: Hoofddorp, Beukenhorst-Zuid Oppervlakte: ca. 15.000 m2 LEED score: Platinum Greencalc+-score: > 1.000 punten Energielabel: A++ Oplevering: medio 2010 Verhuurder: Consortium van Triodos Bank / OVG Projectontwikkeling Architect: Paul de Ruiter Architecten Status: Voorlopig ontwerp-fase
De klimaatverandering heeft desastreuze gevolgen voor onze planeet, zoals toenemende gezondheidsrisico’s, schade aan ecosystemen en bedreiging van onze middelen van bestaan. Verklaringen waarin de ambitie wordt uitgesproken het milieu te beschermen door CO2-neutraal te opereren hoor je tegenwoordig steeds vaker. Maar als je een van ’s werelds grootste ondernemingen op het gebied van lucht- en wegvervoer bent, is zo’n commitment niet zomaar een belofte.
TNT meent dat aanpassingen in haar bedrijfsactiviteiten, samen met maatregelen in de privé-sfeer van haar medewerkers, een substantiële bijdrage kunnen leveren aan de strijd tegen de klimaatverandering. Dat is de leidende gedachte achter Planet Me: het is onze ambitie het eerste post- en expressbedrijf ter wereld te worden dat emissievrij opereert. Willen we die ambitie verwezenlijken, dan moeten we méér doen dan enkel de wettelijke regels naleven en ook méér doen dan wat de klanten van ons verwachten. We zullen verantwoordelijk leiderschap moeten tonen en ons moeten inzetten om blijvend verschil te maken. TNT is als transportbedrijf deel van het probleem en wij vinden het daarom onze verantwoordelijkheid ook deel van de oplossing te zijn. Unieke aanpak Onze aanpak is uniek, omdat wij: J tegenover onze stakeholders transparant zijn als het gaat om onze milieutargets, de vorderingen die we maken en de uitdagingen waarvoor we staan; J streven naar beperking van de CO2-uitstoot in al onze activiteiten en ons niet beperken tot maatregelen voor onze bedrijfswagens; J ons richten op terugdringing van de CO2-emissies in onze dagelijkse operationele activiteiten en niet proberen ons te onttrekken aan onze verplichtingen door ‘CO2-kredieten’ aan te kopen; J onze medewerkers actief aanmoedigen zelf maatregelen te nemen om de klimaatverandering tegen te gaan. We initiëren op bedrijfsniveau initiatieven die omgezet kunnen worden in persoonlijke besluiten en maatregelen in de privé-sfeer.
Ambitie eerste TNT Green Depot in Veenendaal Type: CO2-emissievrij bedrijfsgebouw (wekt meer energie op dan nodig is) Locatie: Veenendaal, industrieterrein ‘De Batterijen’ Oppervlakte: ca. 1.500 m2 (waarvan ca. 300m2 kantoorruimte) LEED score: Platinum Greencalc+-score: 500-1.000 punten (op basis van eigen referenties) Energielabel: A++ Oplevering: Vierde kwartaal 2008 Bouwer: Ufkes Apeldoorn (Volker Wessels) Architect: ARTEC Architecten Status: Bouw gestart
12
TNT www.tntplanetme.com contactpersoon: Dhr. ir. N.I. van Hermon MRE email:
[email protected] internetadres: www.tnt-realestate.nl postadres: Postbus 16230, 2500 BE Den Haag telefoonnummer: 070-3054054 contactpersoon: Dhr. P.F.H.B. Verwaaijen email:
[email protected] internetadres: www.tnt-realestate.nl postadres: Postbus 16230, 2500 BE Den Haag telefoonnummer: 070-3054054
Planet Me is een uit drie componenten bestaande strategie voor het terugdringen van onze CO2-uitstoot. Deze componenten zijn: J count carbon – ons commitment met betrekking tot rapportage over en transparantie omtrent onze CO2-uitstoot; J code orange – ons bedrijfsbrede programma voor terugdringing van de CO2uitstoot in onze operationele activiteiten; J choose orange – een programma dat tot doel heeft onze medewerkers te stimuleren op persoonlijk vlak maatregelen te nemen om het voortbestaan van onze planeet veilig te stellen.
13
Groen met een beetje oranje ... BAM maakt duurzame projecten haalbaar
Groen neemt een prominente plaats in bij BAM. En dan doelen we niet op de herkenbare groen-oranje huiskleuren waarin onze bouwplaatsen zijn uitgevoerd. Nee, BAM is groen omdat maatschappelijk verantwoord ondernemen bij ons hoog op de agenda staat. Koninklijke BAM Groep is zich ervan bewust onderdeel te zijn van de samenleving. BAM levert – met vele andere organisaties – een bijdrage aan de ontwikkeling van de maatschappij. BAM streeft ernaar dit een duurzame bijdrage te laten zijn.
Wij hebben de afgelopen jaren op het terrein van duurzaamheid grote stappen gezet om duurzame oplossingen technisch en financieel haalbaar te maken. Om duurzaamheid in het DNA van BAM te verankeren, zijn we begonnen met de publicatie van een duurzaamheidsverslag en de aanstelling van een directeur Corporate social responsibility. Wij streven ernaar ons beleid op het gebied van duurzaamheid verder te ontwikkelen. Niettemin brengen werkmaatschappijen en BAM-medewerkers de uitgangspunten van maatschappelijk verantwoord ondernemen dagelijks op tal van terreinen in praktijk. BAM streeft ernaar in de sector een voorhoedepositie in te nemen en wil die positie in de toekomst ook verder versterken.
BAM Woningbouw is medio 2008 gestart met het eerste renovatieproject met Passiefhuis-label. Het betreft een kleinschalig woonblok op het Rotterdamse Noordereiland, ontwikkeld samen met woningcorporatie de Nieuwe Unie, adviesbureau DHV en Villanova Architecten. De gevels, daken en vloeren van de veertien appartementen krijgen superisolatie; de nieuwe kozijnen krijgen drievoudig isolatieglas. Zonneboilers leveren warm water; frisse lucht komt van balansventilatie met warmteterugwinning. Voor de toekomstige bewoners betekent dit een extreem lage energierekening én een gezond binnenklimaat.
Koninklijke BAM Groep is een van de partijen die met onder meer energieproducent Nuon en de gemeente Amsterdam de intentie hebben uitgesproken om het stedelijk gebied Buiksloterham aan de noordelijke IJ-oever van Amsterdam op een zo klimaatneutraal mogelijke manier te ontwikkelen. Dit gebied is nu een bedrijventerrein en moet in de komende twintig jaar uitgroeien tot een gemengde omgeving om te wonen (circa 4.000 woningen) en te werken. Het onderzoek naar de klimaatneutrale ontwikkeling van Buiksloterham kwam voort uit de eerste Amsterdamse ‘klimaattafel’ begin 2008.
Veiligheids- en integriteitsbeleid Het belang dat wij toekennen aan maatschappelijk verantwoord ondernemen komt onder meer tot uitdrukking in een strikt veiligheids- en integriteitsbeleid en een transparante organisatie. Werkmaatschappijen besteden onder meer extra aandacht aan veiligheids- en omgevingsmanagement. Bij de totstandkoming van infrastructurele en bouwprojecten komen deze verantwoordelijkheden steeds nadrukkelijker bij de bouwende partij(en) te liggen. Open communicatie met buurtbewoners en andere belanghebbenden ten aanzien van mogelijke overlast en de maatregelen die BAM treft, leidt tot begrip, betrokkenheid en daarbij tot maatschappelijke controle van bouwplaatsen. De – bekroonde – ervaringen van de Britse werkmaatschappijen zijn op dit terrein een voorbeeld en inspiratie voor zustermaatschappijen.
Koploper Wij zijn er trots op dat wij in onze Nederlandse thuismarkt koploper zijn op het gebied van duurzame innovaties om het energiegebruik drastisch terug te dringen. Zo waren we nauw betrokken bij het initiatief voor de productie van de Toolkit Duurzame Woningbouw, waarmee wij een belangrijke bijdrage konden leveren aan de kennisuitwisseling tussen ontwikkelaars, gemeenten en ontwerpers. Deze uitgave omvat onder meer 28 energieconcepten die een CO2-reductie tot vijftig procent mogelijk maken. Daarnaast is BAM Vastgoed gestart met een Toolkit Duurzame Gebiedsontwikkeling en BAM Woningbouw met de Toolkit Duurzame Woningverbetering (renovatie). BAM Utiliteitsbouw en BAM Techniek dragen bij aan de Toolkit Duurzame Kantoren. Wij passen onze ambities aan op de voortgang in de techniekontwikkeling. BAM maakt duurzame projecten haalbaar! Koninklijke BAM Groep nv Runnenburg 9 3981 AZ Bunnik Postbus 20 3980 CA Bunnik Tel.: (030) 659 86 21 www.bam.nl Contactpersoon: Igor Sancisi, Ontwikkelmanager
[email protected]
BAM Techniek - Energy Systems was het eerste gecertificeerde bedrijf dat energiecertificaten voor gebouwen mag verstrekken.
14
15
Passiefhuis-renovatie Rotterdam In Rotterdam worden 19 historische woonhuizen met behulp van passiefhuis-technologie op duurzame wijze gerenoveerd. Dit betekent zonder centrale verwarming toch comfortabele en goed geventileerde woningen.
De weldoordachte keuzes van DHV Duurzaam bouwen zit in onze genen
Duurzaamheid heeft een plek op de agenda. En terecht, want ieder gebouw blijft decennialang in ons landschap bestaan en heeft een nalatenschap voor de toekomst. In de hele levenscyclus van een gebouw – van initiatief, realisatie, onderhoud, renovatie tot sloop – moeten daarom weldoordachte keuzes gemaakt worden. De belangen van opdrachtgevers en gebruikers staan daarbij centraal.
In de rol van advies- en ingenieursbureau heeft DHV de unieke kans om, binnen de kaders van de opdracht en de netwerken waarin wij participeren, invloed uit te oefenen als het gaat om duurzame gebouwen en gebieden. Samen met de opdrachtgever zoeken we naar oplossingen waarbij meerwaarde ontstaat door samenspel tussen de elementen energie, water, materiaalgebruik, omgeving en binnenklimaat. Dan blijken er tal van slimme oplossingen
Energie Energiebesparing is de basis van duurzaam bouwen. Maar ook creatieve oplossingen waarbij de efficiency van de energieopwekking wordt verhoogd of de toepassing van duurzame energievormen blijken doeltreffend.
Water Bij watergebruik valt veel te winnen. Nog steeds wordt onnodig veel schoon drinkwater gebruikt, terwijl er tal van oplossingen zijn die het drinkwatergebruik aanzienlijk kunnen reduceren zonder in te leveren op functionaliteit.
mogelijk waarbij ontwerp, budget en milieu uitstekend samen gaan. Wij helpen onze opdrachtgevers daarbij. Profit Naast maatschappelijke en politieke bewustwording, zien steeds meer gebruikers en ontwikkelaars de meerwaarde van duurzaamheid. Sterker nog, zij zetten het extern en intern in als ‘selling point’. Een goede zaak, want duurzaamheid mag ook wat opleveren. Bij DHV gaat het niet alleen om ‘people’ en ‘planet’. ‘Profit’ blijft een belangrijke drijfveer voor elke onderneming. Duurzaamheid past daar prima in. Want veel oplossingen bieden meerwaarde, besparen tijd, materiaal, water of energie. Dit geldt overigens niet alleen voor nieuwe gebieden en gebouwen. Veel ‘winst’ is te behalen in bestaande bouw, waar bijvoorbeeld met ‘passiefhuis’-renovatie 75% energiebesparing wordt gerealiseerd. Of de nieuwe behuizing van Philips Medical Systems, waar slimme installaties in combinatie met warmte-koudeopslag maar liefst 50% CO2-uitstoot reduceren. Dat levert concrete winst op.
Bewijs Duurzaamheid zit bij ons in de genen. DHV’ers zijn intrinsiek gemotiveerd om door Total Design Management en multidisciplinaire, innovatieve oplossingen positief bij te dragen aan een duurzame samenleving. Samen met onze partners in het Dutch Green Building Council. Onze participatie en onze projecten zijn daarvan tegelijkertijd zowel bewijs als resultaat.
Materiaalgebruik Flexibel bouwen betekent dat een gebouw langer meegaat door met gebruikers mee te veranderen. Demontabel bouwen zorgt ervoor dat materialen na sloop eenvoudiger hergebruikt kunnen worden. De ‘Cradle to Cradle’-filosofie vormt hiervoor de basis. Ook worden materialen toegepast die snel hernieuwbaar zijn, weinig transport nodig hebben, gezond zijn voor mens en dier en bij voorkeur al eerder gerecycled of hergebruikt zijn.
Ecovilla
Nieuwbouw Photovoltech, Tienen, België
Ecovilla is het woonconcept voor de duurzame toekomst, ontwikkeld in samenwerking met Essent en Ballast Nedam. Zo’n veertig mensen wonen en werken in de ‘ecovilla’, waar geleefd wordt met 20% van het huidige gemiddelde gebruik aan fossiele brandstoffen en met een 80% lagere CO2-uitstoot.
Naast het produceren van duurzame energiebronnen, bevat de nieuwe 360 MW-zonnecellenfabriek zelf ook oplossingen die energieverbruik verminderen en de belasting op de omgeving beperken. Zo worden waterbesparingssystemen, warmtepompen en adiabatische koeling toegepast.
DHV BV Isolda Strom Postbus 80007 5600 JZ Eindhoven Tel. (040) 250 92 73
[email protected] www.dhv.nl/bouw
Omgeving Duurzaam betekent bij DHV ook de impact van het gebouw op de omgeving. Denk aan grondgebruik, overlast voor de omgeving en benodigd transport door de gebruikers.
Binnenklimaat De gebruikers van een gebouw staan altijd centraal. Een beter (individueel) comfort en een gezond binnenklimaat kunnen leiden tot hogere arbeidsproductiviteit en minder verzuim. Een situatie waar iedereen baat bij heeft.
16
Philips Medical Systems DSM Hoofdkantoor en R&D Campus, China Dit DSM-complex is ontworpen met hoge duurzaamheidsambities. DSM komt hiermee in aanmerking voor de LEED Gold-certificering.
Om haar nieuwe kantoren van verwarming en koeling te voorzien, maakt Philips gebruik van een systeem van koude- en warmteopslag in de bodem. Energiezuinig, milieuvriendelijk en comfortabel werken.
17
Dura Vermeer gaat voor duurzaam
Unileverkantoor en PCS Hybride Woning als sprekende voorbeelden Met de ontwikkeling en realisatie van Unileverkantoor De Brug in Rotterdam en de recent geïntroduceerde PCS Hybride Woning heeft Dura Vermeer twee voorbeelden in huis die haar ambities en daden tonen op het gebied van terugdringing van CO2-uitstoot en een klimaatneutraal gebouwde omgeving. Dura Vermeer gaat voor duurzaam.
Unileverkantoor De Brug aan de Nassaukade in Rotterdam is in meerdere opzichten een duurzaam gebouw. Het concept van een 15.000 m2 groot kantoor dat zweeft boven het historische Blue Band-fabriekscomplex is gebaseerd op een industriële bouwmethode (IFD: Industrieel, Flexibel en Demontabel) en meervoudig grondgebruik. Daarnaast wordt in hoge mate bijgedragen aan duurzaamheid door een energiebesparend binnenklimaat van het gebouw. De Brug is het resultaat van een door Dura Vermeer gewonnen meervoudige opdracht voor de herinrichting van het Oranjeboomterrein met woningen en de bouw van een nieuw kantoor aan de Nassaukade. Meervoudig grondgebruik/IFD Het lag voor de hand om het nieuwe kantoor van Unilever te bouwen op het aangrenzende Oranjeboomterrein. Dura Vermeer en JHK Architecten kozen er echter voor om een nieuw kantoor te realiseren bovenop de fabriek. Hierdoor ontstond meer ruimte voor woningbouw op het Oranjeboomterrein en kon aan de Nassaukade de functie van fabriek en kantoor op één locatie worden gecombineerd: meervoudig grondgebruik in optima forma. Reeds in een vroeg stadium werd duidelijk dat het ontwikkelingsconcept alleen tot uitvoering kon worden gebracht door een IFD-aanpak. Door het skelet van de staalconstructie te laten prefabriceren op een werkplaats en vervolgens op een tijdelijke bouwlocatie naast de Blue Band-fabriek te assembleren, kon hieraan worden voldaan. Deze aanpak had als extra voordeel dat op het zelfde moment kon worden gestart met de aanleg van de fundering. Schil, staalskeletconstructie/ buitenwanden, binnenwanden en verhoogde vloeren zijn demontabel en geschikt voor hergebruik. Optimaal binnenklimaat Door het vele HR++-glas in de gevel (transparantie) van De Brug is veel aandacht besteed aan de klimaattechniek ten behoeve van een optimaal binnenklimaat. Daarom is gekozen voor koeling via koelplafondelementen en vloerconvectoren langs de gevel. Het voordeel van dit systeem is dat de ventilatiecapaciteit beperkt blijft tot puur verse luchtvoorziening en dat door de plaats van de vloerconvectoren koudeval langs de gevel wordt voorkomen. Het gecombineerde koelings- en verwarmingssysteem maakt slim gebruik van water uit de Maas, warmtepompen en ketels, en is zelfregelend. Het Maaswater wordt gebruikt voor vrije koeling zolang de temperatuur van het water lager is dan 17 graden. De warmtepomp levert zowel koude als warmte. In de winter levert de warmtepomp warmte aan het complex en aanvullend leveren de ketels tijdens de piekvraag extra vermogen. De lichtregulatie van het gebouw is intelligent van toepassing en draagt daarmee bij aan de duurzaamheid van het gebouw. De verlichting bestaat uit een centrale verlichtingsschakeling en daglichtafhankelijke regeling in kantoren.
Dura Vermeer ontwikkelde PCS-Woningbouwconcept. Het PCS-Woningbouwconcept gaat uit van één basisopstelling waarbij vooraf reeds een groot aantal keuzes zijn gemaakt die de efficiëntie van ontwikkelen en bouwen ten goede komen. Dit basisconcept geeft de garantie van een korte ontwikkeltijd en daarmee een snellere stap naar realisatie van woningen. Met de Hybride Woning heeft Dura Vermeer een antwoord op de vraag naar klimaatneutrale woningen en geeft het bouwconcern via deze bijzondere uitvoeringsoptie direct gehoor aan het Lente-Akkoord van Bouwend Nederland. Duurzame resultaten Een gemiddelde PCS-rijwoning van Dura Vermeer heeft een CO2-uitstoot van 2368 kg op jaarbasis. Met de Hybride PCS-rijwoning wordt dit gereduceerd met 40%: 1420 kg per jaar. De EPC-waarde, ofwel de geldende energienorm, ligt bij een Hybride Woning op 0,42. Dit is bijna een halvering ten opzicht van de normwaarde in het gecommitteerde Lente-Akkoord en zelfs nog lager dan de norm die voor 2011 is gesteld (0,6). Deze klimaatvriendelijke resultaten worden geboekt door een speciaal CO2-gestuurd ventilatiesysteem, een warmtepompinstallatie en warmte- en koudeopslag (WKO). De Hybride Woning biedt niet alleen klimaatvoordelen, ook de bewoners krijgen extra wooncomfort. Vanwege de energiezuinigheid levert de Hybride Woning immers financieel voordeel voor de bewoner. Door een extreem laag energieverbruik, vloerverwarming door het hele huis, het eenvoudig koelen in de zomer zonder gebruik te maken van een airco en het openen en sluiten van ramen wordt de PCS Hybride Woning gekenmerkt als een comfortabele A++-woning. De Caaien De eerste PCS Hybride Woningen worden gerealiseerd in het project ‘De Caaien’, Ypenburg-Den Haag. In deze duurzame nieuwbouwwijk verrijzen maar liefst 206 PCS Hybride Woningen. Dura Vermeer Groep NV Drs. J. Dura MRE Postbus 7119 2701 AC Zoetermeer
[email protected] www.duravermeer.nl
PCS Hybride Woning Ook in de woningbouw laat Dura Vermeer zich van haar beste duurzaamheidskant zien door de ontwikkeling van een Hybride Woning op basis van het door
18
19
Op naar een duurzaamheidslabel met inhoud
Risicogebaseerde inspecties borgen dat kwaliteit ook in de tijd kan worden gewaarborgd.
Duurzaam Bouwen als meetbaar en verifieerbaar begrip in de markt, hoe doe je dat?
Duurzaam bouwen is meer dan een modeverschijnsel. Het appelleert aan het nemen van verantwoordelijkheid van eenieder om te kunnen wonen, werken en leven in een gebouwde omgeving die rekening houdt met de mens, de economie en de natuur. Uiteraard op een gebalanceerde manier. De uitdaging voor de Dutch Green Building Council is het vinden van een definitie van duurzaamheid op een manier die uitlegbaar is voor iedereen (helderheid), die zoveel mogelijk gekwantificeerd kan worden (tastbaarheid), die verifieerbaar is (resultaat en kwaliteit) en die geborgd is (reproduceerbaarheid). INTRON heeft op al deze aspecten een goede visie die is gebaseerd op jarenlange ervaring in het vaststellen van milieuprestaties enerzijds en het vastleggen van kwaliteit door certificering anderzijds. Vanuit de kerngedachten die hierbij horen, willen we u in dit artikel bekendmaken met de invulling van een kwaliteitslabel met inhoud.
Duurzaamheid kent vele definities. Wat INTRON betreft geldt dat welke duurzaamheidsafweging ook wordt gemaakt, er wordt geredeneerd vanuit de gehele levenscyclus van het onderwerp en dat daarbij een representatieve selectie van duurzaamheidsindicatoren wordt beschouwd. Denken over de verschillende fasen van de levenscyclus van een gebouw is een krachtige benadering om juist die mogelijkheden voor prestatieverbetering te vinden in de fase waarin de meeste winst gemaakt kan worden. Er zijn voorbeelden te over waarbij de duurzaamheidsprestatie dan weer in het ontwerp en dan weer in het gebruik liggen. De uitdaging is om in alle fasen – van ontwerp tot functiebeëindiging – dit perspectief voor ogen te hebben. Daarbij valt in zowel economische zin als vanuit duurzaamheidsperspectief de meeste winst te behalen. Denken in verschillende duurzaamheidsindicatoren zorgt ervoor dat ongewenste bijeffecten worden voorkomen. Duurzaamheid is altijd een afweging van verschillende aspecten; beslissers moeten daarom op de hoogte zijn van de gevolgen van bepaalde keuzes. De meest kwantitatieve benadering die hierbij het beste aansluit is een duurzaamheidsbepaling die uitgaat van de methodiek van de levenscyclusanalyse (LCA). Daar is in het afgelopen decennium veel ervaring mee opgedaan bij toeleveranciers in de bouw, onder andere in de vorm van MRPI-licenties die worden uitgegeven door de Stichting MRPI. MRPI staat voor MilieuRelevante ProductInformatie. De missie van het DGBC biedt ons de uitdaging dit naar het gebouwniveau te brengen, waarbij het ontwerp, het bouwproces, het gebruik en onderhoud en de functiebeëindiging een evenwichtige plaats kunnen krijgen. De bouwstenen liggen op de plank. Dat een kwantitatieve methode die geënt is op de LCA-methodiek voor de hand ligt is ook waarneembaar in ontwikkelingen elders in de wereld. Zo bouwt het Engelse BREEAM-raamwerk voort op milieuprofielen van materialen en is er binnen het Amerikaanse LEED-systeem een heroriëntatie gaande, waarbij met behulp van een aan de LCA-methode analoge systematiek wordt getracht grip te krijgen op de werkelijke waarde van de verschillende aspecten in dat model.
menten, ligt de bewegingsruimte vast. Waar nieuwe worden opgesteld, liggen de kansen voor zo’n ‘risicogestuurde benadering’ voor het oprapen. Wanneer het daarvoor nodig is om gebaande paden te verlaten, wijst INTRON graag de weg. Met inhoudelijk deskundige en betrokken partijen worden eisen, meetpunten en criteria gedefinieerd die ter zake doen en waarvan de duurzaamheidsrelevantie wordt erkend. Het doel dat daarbij voor ogen wordt gehouden is te komen tot een model met marktwaarde. De waarde van het keurmerk wordt tenslotte voor een belangrijk deel bepaald door het nut dat de gebruikers eraan toekennen. Naast een deskundige en objectieve (onafhankelijke) beoordeling, is de relevantie van de inhoud daarbij van doorslaggevende betekenis. De potentie De invulling van de duurzaamheid is meer dan een checklist bij het vaststellen van een ontwerp van een gebouw. Duurzaamheid dient een plek te krijgen in alle fasen van het ontwerp, het bouwproces en onderhoud, net zoals kosten een plek hebben. Duurzaamheid is ook geen ‘add-on’. Het is een wezenlijk onderdeel van de identiteit en het ontwerp van een gebouw in zijn omgeving. Het DGBC staat voor de uitdaging om deze doelgericht en met oog voor kwaliteit en inhoud vorm te geven. Als dat lukt, staat ons een rijke, spraakmakende en inspirerende tijd te wachten. INTRON B.V. Ton Jans Sector Manager Certificatie Tel. (0345) 58 51 70
[email protected] www.intron.nl
Kwaliteitsborging INTRON houdt zich al jaren bezig met het beoordelen van systemen voor kwaliteitsborging. Zij maakt zich er daarbij sterk voor om het zwaartepunt te leggen bij die zaken die echt van invloed zijn op het kwaliteitsniveau dat wordt nagestreefd: de ‘kwaliteitsrisico’s’. Waar gewerkt wordt met de traditionele normatieve docuHet vinden van de juiste balans in duurzaamheidscriteria (links) en uitgangspunten (rechts) bepaalt de waarde van een duurzaamheidslabel.
20
21
Het nieuwe, duurzaam gebouwde kantoor van Search in Amsterdam.
De toekomst vraagt om duurzame oplossingen Het integrale dienstenpakket van Search
Search biedt vastgoedeigenaren, beleggers, projectontwikkelaars, architecten, stedenbouwkundigen, woningcorporaties, MKB-bedrijven, industrie, de zorgsector en overheidsinstellingen een integraal dienstenpakket. Zowel op het niveau van onderzoek, advies als projectmanagement omvat onze dienstverlening de totale gebieden milieu, veiligheid en bouwkwaliteit. Als het gaat om duurzaamheidsadvies onderscheiden wij ons niet alleen door onze ervaring op het gebied van inbreng van technische oplossingen, ook zijn onze adviseurs in staat op conceptueel niveau en op het gebied van sociale duurzaamheid kansen te benutten.
Op maat voor u Behalve strategische advisering voor duurzaam bouwen, kunt u ons inschakelen voor het opstellen van begrotingen en besparingsmodellen en voor onafhankelijk advies over subsidies. Ook zijn wij de partij om in de arm te nemen voor het uitvoeren van een energieprestatiescan, voor energieprestatieadviezen (EPA), EPC-berekeningen en EPN-adviezen. Voor ruimtelijke inrichting, materiaaladvies, duurzaamheidstrainingen en workshops kunt u eveneens op ons rekenen. Duurzaamheidsscan Stijgende energieprijzen en de groeiende vraag naar duurzame gebouwen maken het vaak aantrekkelijk om bestaand vastgoed duurzaam te renoveren. Als de gebouwfuncties ervan eenvoudig te veranderen zijn, gaat zo’n gebouw langer mee dan de afschrijftermijn. Onze experts geven u graag uitsluitsel door een duurzaamheidsscan uit te voeren. Zij kunnen oplossingen aandragen vanuit hun kennis van en ervaring met duurzame, intelligente bouw- en installatietechnieken en -materialen. Duurzaam bouwen loont In vergelijking met conventionele bouwmethoden kan de initiële investering voor duurzaam bouwen vaak iets hoger zijn. Daar staan echter aantrekkelijke overheidssubsidies en fiscale mogelijkheden tegenover die het verschil in bouwkosten kunnen compenseren. Tel daar de besparingen op uw energiekosten bij op. Een eenvoudige rekensom laat de balans doorslaan in het voordeel van duurzaam bouwen. Mogelijke energie-, water- en materialenstromen in gebouwen.
De voordelen op een rij Duurzaam bouwen geeft een gevoel van trots, veiligheid, comfort en welzijn, zonder een wissel te trekken op schaarser wordende grondstoffen. Afhankelijk van het ambitieniveau levert duurzame projectontwikkeling energiezuinige, onderhoudsarme gebouwen op. Duurzaam bouwen houdt vanaf de ontwerpfase rekening met toekomstig gebruik, wat resulteert in multifunctionele gebouwen. Bestaand vastgoed is duurzaam te renoveren door betere isolatie en energieopwekkende installaties aan te brengen.
koudeopslag in de bodem. Bovendien wekt het gebouw – dankzij de zonnepanelen en de twee windmolens – meer energie op dan het verbruikt. De lucht verlaat het gebouw schoner dan ze binnenkomt. Het zal dan ook niemand verbazen dat we trots zijn op onze nieuwe werkplek. Advies op maat Net als voor de woningbouw heeft de overheid ook voor de utiliteitsbouw energieprestatie-eisen geformuleerd. Onze adviseurs werken er dagelijks mee en onderscheiden zich door hun deskundigheid en praktische insteek. Zij dragen direct toepasbare oplossingen aan en denken en handelen milieuverantwoord vanuit een duurzaam economisch perspectief. U krijgt een advies op maat, zonder onnodige franje. Helder verwoord en met een overzicht van investerings- en rendementskosten en terugverdientijd. Search Meerstraat 7 Postbus 83 5473 ZH Heeswijk (N.Br.) Tel.: (0413) 29 29 82 Fax: (0413) 29 29 83 Petroleumhavenweg 8 1041 AC Amsterdam Tel.: (020) 506 16 16 Fax: (020) 506 16 17
Stavangerweg 21-23 9723 JC Groningen Tel.: (050) 571 24 90 Fax: (050) 311 66 46 www.searchbv.nl
[email protected] Contact: Kees Faes, Manager bouwadvies
[email protected]
Goed voorbeeld doet volgen Adviseren over duurzame oplossingen voor opdrachtgevers inde bouwsector is in onze optiek stap één. De daad bij het woord voegen is vers twee. Met onzs eigen nieuwe kantoorgebouw in Amsterdam geeft Search de bouwwereld en opdrachtgevers van nieuwbouw een goed voorbeeld. De ruwbouw hiervan bestaat uit een massief houten skelet. De 56 heipalen doen dienst als warmte-/
22
23
Duurzame voorsprong voor KOW De visie van Tjerk Reijenga en David Goehring
Met de komst van Tjerk Reijenga (voorheen BEAR Architecten) heeft KOW een flinke voorsprong gekregen op het gebied van duurzaam bouwen. Reijenga is met ruim 30 jaar ervaring een erkende autoriteit op dit vakgebied, nationaal én internationaal. Ook draagt David Goehring voorsprong van KOW op het gebied van duurzaamheid. Goehring, had 10 jaar in de VS een eigen bureau en is sterk in concepten, wordt daarbij geroemd om zijn tekenkunst; hij is sinds 2005 aan KOW verbonden.
Vanaf het begin van zijn carrière (1978) heeft Tjerk Reijenga, thans directeur van KOW X en senior architect, vrijwel uitsluitend projecten gedaan met een hoog duurzaamheidsgehalte. Zijn kennis en ervaring zal voortaan in alle projecten van KOW toegepast worden. “Ieder project leent zich voor CO2-neutraal bouwen, zelfs een vliegveld”, aldus Reijenga. “Het is toepasbaar voor 100 woningen, maar evengoed op een schaal van 300 hectare woningbouw of een farmaceutisch industriecomplex, zoals we nu in China doen.” Maximaal effect Reijenga ziet een grote uitdaging. “Om maximaal effect te hebben van duurzaamheidsmaatregelen is het zinvol om juist op het niveau van stedenbouwkundige planning mee te denken. Voor KOW ligt de uitdaging in de toepassing ervan bij complexe en grootschalige projecten. Dat zet echt zoden aan de dijk.” “Om duurzaam te bouwen, moet wel zeer integraal gewerkt worden. Alle disciplines – landschapsarchitectuur, stedenbouwkunde, architectuur en cultuur, zelfs de sociale aspecten – komen hier bijeen. Dat vereist grote betrokkenheid en intensieve samenwerking van alle partijen. Van wezenlijk belang is dat iedereen zich bewust is van het ecologisch doel. Iedereen moet erachter staan”, besluit Reijenga. Veel ervaring David Goehring, senior architect conceptontwikkeling bij KOW X, is lid van het American Institute of Architects en LEED (Leadership in Energy and Environmental Design)-gecertificeerd. Goehring heeft veel ervaring als lead design architect bij verschillende Amerikaanse bureaus. Zijn passie ligt in het ontwerpen. Hij vertelt in zijn moedertaal: “As an American architect, I have observed that the Dutch have a healthy respect for nature and a unique motivation to create a model for sustainable design. In the structure of KOW X, we have developed a knowledgebased group, directly addressing sustainability. This is an interdisciplinary group which collaborates on Dutch, European and Asian carbon-zero building environments. With an informed view of the global picture, and a green network extending to three continents, KOW X positions itself to give expert design and financial advise for all ecological-minded projects locally in the Netherlands or abroad.”
Duurzame projecten KOW ‘Duurzame projecten’ is een informatief naslagwerk. Het bevat voorbeelden van aanpak en oplossingen bij stedenbouwkundige en architectonische vraagstukken in binnen- en buitenland. Een groeiend bewustzijn voor duurzaam ontwerpen is tegenwoordig vanzelfsprekend geworden. Al meer dan 10 jaar geleden ontwierp KOW een volledig duurzaam verantwoord DuBo Centrum. Eind jaren negentig volgde Nieuw Terbregge (Rotterdam), een spraakmakend voorbeeld van een integraal duurzaam woningbouwproject. In 2008 is KOW een samenwerking aangegaan met William McDonough + Partners en wordt er volgens het Cradle to Cradle-principe gewerkt aan het project Park 20/20 (Hoofddorp). Het boek ‘Duurzame projecten’ geeft inzicht in de visie, studies, ontwerpen en projecten van KOW, gebaseerd op Green Design. Kevin Burke, architect en managing partner van William McDonough + Partners, schreef het voorwoord. De hoofdstukken Green Design, Stedelijke planning en landschap en Architectuur zijn van de hand van Tjerk Reijenga en David Goehring. Titel: KOW Duurzame Projecten Auteurs: Tjerk Reijenga, David Goehring, KOW X Uitgever: KOW Prijs: gratis Bestellen:
[email protected]
KOW e-mail:
[email protected] www.kow.nl
24
25
Amsterdam legt de groene lat hoog Duurzaam aan de top
Amsterdam wil zich onderscheiden als de groene en duurzame stad, waar het niet alleen prettig leven is voor de huidige, maar ook voor de toekomstige generaties. Daarom wil de stad de CO2-uitstoot op haar grondgebied drastisch gaan verlagen. Amsterdam legt de lat hoog: in 2025 moet de CO2-uitstoot van de stad 40% lager zijn dan in het peiljaar 1990. Om deze ambitieuze doelstelling te realiseren, heeft de stad een groot pakket aan maatregelen vastgelegd in het Luchtkwaliteitsplan en het Klimaatprogramma.
Grote bouwlocaties Met het oog op de aangescherpte doelstellingen gaat Amsterdam de plannen voor nieuwbouw kritisch doorlichten en – waar nodig – aanpassen. Bij de gunning van projecten aan ontwikkelaars gaat Amsterdam nu ook kijken naar de energieprestaties. De selectieprocedures zullen daaraan worden aangepast. Voor de komende tien jaar heeft Amsterdam zes grote bouwlocaties in ontwikkeling: Zeeburgereiland, de tweede fase van IJburg, het Houthavengebied, de Noordelijke IJ-oevers, Overamstel en de Zuidas. Met de kleinere bouwlocaties meegerekend gaat het om in totaal 50.000 woningen. In de plannen voor die locaties zijn al heel veel duurzaamheidsmaatregelen verwerkt. Traditionele airconditioning in grote kantoren moet tot het verleden gaan behoren en wordt vervangen door duurzame koelconcepten. Warmte-koudeopslag in de bodem en slimme koppelingen aan warmtenetten zijn veelbelovende opties. Met de Zuidas, dat duurzame koeling krijgt uit het Nieuwe Meer, laat de stad zien dat duurzaamheid en een uitstekend imago goed samengaan. Goede voorbeeld Wie veel vraagt, moet zelf het goede voorbeeld geven. De gemeente neemt haar verantwoordelijkheid in het terugdringen van de eigen CO2-uitstoot op Amsterdams grondgebied. Zij wil al in 2015 een CO2-neutrale organisatie zijn. Dat betekent dat gebouwen, openbare verlichting en de gemeentelijke transportmiddelen zuiniger worden en zoveel mogelijk gebruik (gaan) maken van duurzame energie. De afgelopen jaren is al veel geïnvesteerd in energiezuinige gebouwen. Amsterdam werkt al jaren – onder meer door middel van de 10 jaar terugverdienmaatregel – aan zuiniger gemeentelijke gebouwen. De nieuwe stadsdeelkantoren, stadsdeelwerven en een aantal brede scholen zijn daarvan goede voorbeelden. Het is gebleken dat deze energiezuinige gebouwen niet duurder zijn dan de standaard gebouwen en de investeringen zichzelf vaak sneller terugverdienen. De nieuwe centrale vestiging van de Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA) bijvoorbeeld is met een oppervlakte van 28.500 m2 het grootste openbaar toegankelijke gebouw van de gemeente. De bibliotheek is zeven dagen per week van ’s ochtends 10 tot ’s avonds 10 uur geopend. Het gebouw is aangesloten op een milieuvriendelijk energiesysteem, dat voorziet in warmte en koude, en bestaat uit energieopslag in de bodem, gecombineerd met warmtepompen en piekketels die werken op bio-olie. Het energiesysteem is verdeeld in een grondwatersysteem, een distributienet en warmtepompen in de gebouwen. Het totale energieverbruik van de nieuwe OBA komt onder norm van 606 Megajoule per m2 functioneel nuttig oppervlak uit het Stedenbouwkundig Programma van Eisen. Door al deze
26
maatregelen bespaart de gemeente per jaar 765.000 kWh aan energie. Dit betekent een reductie van twintig procent CO2-uitstoot voor het gebouw. Klimaatneutrale grachtengordel Voor bestaande gebouwen is het lastiger om ze tegen aanvaardbare kosten zo te renoveren dat ze CO2-neutraal worden. Dat neemt niet weg dat juist in oude gebouwen grote reducties te behalen zijn. Daarom wordt onderzocht of het kantoor van de Dienst Milieu en Bouwtoezicht, gehuisvest in het monumentale pand de Diamantbeurs, klimaatneutraal kan worden. Het Stadsarchief Amsterdam, gevestigd in De Bazel, heeft zich als doel gesteld een energielabel A te verkrijgen. De Bazel heeft een B-label. Om te laten zien dat het de gemeente met bestaande gebouwen menens is, wordt eraan gewerkt om de Stopera, het stadhuis en het Muziektheater, al in 2009 klimaatneutraal te laten functioneren. Zo kreeg de Stopera een warmteen koudebron, een warmteterugwininstallatie en een gebouwbeheersysteem waarmee alle installaties slim worden ingezet. In 2007 is het gehele stadhuis voorzien van energiezuinige lampen. Hiermee wordt een energiebesparing van 45% gerealiseerd. Amsterdam ontving voor dit initiatief de European Green Light Award 2008. Haalbare ambitie De Amsterdamse ambitie is haalbaar. Haalbaar onder de harde voorwaarde dat alle Amsterdamse partijen de handen ineenslaan en zich eraan committeren als aan een werkelijk gedeelde opgave. De gemeente heeft daarom het initiatief genomen om een Amsterdamse klimaatcoalitie te smeden van bedrijven, instellingen, kennisinstituten, woningcorporaties, burgers en de overheid zelf. De eerste reacties zijn buitengewoon positief. Het zindert in de stad van ideeën, plannen en concrete maatregelen. Gemeente Amsterdam Dienst Milieu en Bouwtoezicht Weesperplein 4 Postbus 922 1000 AX Amsterdam www.dmb.amsterdam.nl
Meer informatie: www.dmb.amsterdam.nl www.gezondelucht.amsterdam.nl www.klimaat.amsterdam.nl
Contactpersoon: Ronald van Warmerdam, Projectleider gemeentelijke bouwen
[email protected]
Het Stadsarchief Amsterdam in De Bazel.
Fotograaf: Doriann Kransberg
Duurzaam bouwen speelt een belangrijke rol in de CO2-reductie. Vanaf 2010 moet een derde van de Amsterdamse nieuwbouwwoningen klimaatneutraal worden gebouwd en vanaf 2015 moeten álle nieuwbouwwoningen klimaatneutraal zijn. Ook hierin is de hoofdstad ambitieus; het kabinet heeft onlangs met de branche afgesproken dat die doelstelling pas in 2020 hoeft te worden gehaald.
27
Rotterdams vastgoed duurzamer door samenwerking
De vastgoedsector gaat op grote schaal samenwerken om Rotterdamse bouwprojecten duurzamer te maken, en de gemeente Rotterdam zal duurzame ontwikkeling faciliteren. Een groot aantal partijen ondertekende hiervoor een unieke samenwerkingsovereenkomst met de wethouders Hamit Karakus van Ruimtelijke Ordening en Mark Harbers van Economie, Milieu en Haven van Rotterdam.
Vanuit de vastgoedwereld zeggen beleggers, ontwikkelaars, ontwerpers en kennisinstellingen toe dat ze zich zullen inspannen om duurzaam te ontwikkelen in Rotterdam. Het resultaat moet zijn dat in elk onderdeel van de levenscyclus van een gebouw – van plan en ontwerp via bouw- en gebruiksfase tot en met de sloop – aandacht is voor reductie van de CO2-uitstoot. Vanaf 2009 wordt zo een kwart van de CO2-uitstoot bespaard, en al vanaf 2011 de helft. Belangrijke stap Wethouder Karakus loofde de stap van de ondernemers: “Belangrijker nog dan welke norm ook die we onszelf opleggen, is de intentie om een grote stap te maken.” Het is voor het eerst in Nederland dat bouwers op zo’n grote schaal lokaal de handen ineenslaan om duurzamer te bouwen. Samen zijn de ondertekenaars goed voor een fors deel van het nieuwbouwvolume in de havenstad. Betrokken projecten De overeenkomst heeft onder meer betrekking op: J het door de gemeente nieuw te bouwen Stadskantoor; J Central District (het gebied rond Rotterdam Centraal); J het gebied Stadshavens; J de tweede Rotterdamse ‘Koopgoot’; J de verbouwing van het oude postkantoor op de Coolsingel; J renovatieproject met ‘passiefhuis-label’ op het Noordereiland. Ambitieuzer dan het Lente-Akkoord Wethouder Harbers van Economie, Haven en Milieu wees op de economische kans die deze overeenkomst biedt: “Door samen te werken aan een duurzaam Rotterdam, door kennis te verwerven en te delen kunt u een forse kennisvoorsprong opbouwen en uw netwerk op het gebied van duurzaam bouwen flink uitbreiden.” De vrijwillige overeenkomst gaat aanzienlijk verder dan de verplichtingen die voor bouwers voortvloeien uit het Lente-Akkoord Energiebesparing in de Nieuwbouw, dat in het voorjaar van 2008 werd gesloten door de ministers Cramer en Vogelaar van VROM, de NEPROM, Bouwend Nederland en de NVB. Ook de nieuwe richtlijnen voor utiliteitsbouw gaan niet zo ver als deze Rotterdamse afspraken. De hele keten duurzamer Kern van de overeenkomst is dat ondertekenaars gebouwen en gebieden duurzamer gaan maken en daarvoor samen concrete stappen gaan zetten. Het resultaat van slimme ontwerpen zal zijn dat de gebouwen tijdens hun gebruiksfase minder energie vragen voor bijvoorbeeld verlichting en verwarming. M ateriaal- en proceskeuzes rondom de bouw zullen zorgen dat er minder CO2 vrijkomt bij de bouw en de sloop van de panden. Daarnaast willen de ondertekenaars in overleg met de uiteindelijke gebruikers gaan werken aan energiebesparing in de panden. Zo worden de gebouwen en gebieden over de hele keten duurzamer.
28
Samenwerking en concurrentie Deze unieke publiek-private samenwerking betekent zeker niet het einde van de onderlinge concurrentie van de vastgoedondernemers, ook niet op aspecten van duurzaamheid. Maar bijvoorbeeld het slaan van een put voor warmte-koudeinstallaties voor alle afzonderlijke panden is fysiek onmogelijk. Doen bouwers dat gezamenlijk, dan kunnen meerdere panden ervan profiteren. De bouwers zullen daarnaast kennis uitwisselen. Ook komt er een publiek-private (markt)stuurgroep die richting geeft aan de ambitie van duurzaam ontwikkelen en de gemeente daarover kan adviseren. Ondertekenaars J SBR Stichting Bouwresearch J Gemeente Rotterdam J Koninklijke Haskoning Groep B.V. J Havenbedrijf Rotterdam N.V. J Arup B.V. J ING Real Estate Development J DGMR J Blauwhoed B.V. J TU Delft J AM J Evelop International J De Wilgen Vastgoed B.V. J Heijmans Vastgoed B.V. J ABN-AMRO J Era Bouw B.V. J Com Wonen J Johan Matser Projectontwikkeling J Estrade Projecten B.V. J Bouwfonds Property Development B.V. J Bouwfonds MAB Ontwikkeling CVG B.V. J BOAG B.V. J Delta Projectontwikkeling J Vesteda Project B.V. J Redevco Nederland B.V. J BAM Vastgoed J SNS Property Finance J Dura Vermeer Groep N.V. J PWS Vastgoedontwikkeling B.V. J Volker Wessels Vastgoed B.V. J Stichting Woonstad Rotterdam J Unibail-Rodamco J Proper-Stok Groep B.V. J Multi Vastgoed bv J Bokx vastgoed ontwikkeling B.V. J LSI Project Investment N.V. J Woonbron J OVG Projectontwikkeling bv De partijen die de overeenkomst hebben getekend, zijn tot nu toe: De overeenkomst staat open voor andere ondernemers die zich willen aansluiten. Rotterdam Climate Initiative Postbus 6575 3002 AN Rotterdam T 010 205 37 45 E
[email protected] www.rotterdamclimateinitiative.nl
29
SBR heeft duurzaamheid hoog in het vaandel Uw kennisvraagstuk is bij ons in prima handen
Kennis is een zeer belangrijk middel om uw doel te bereiken, of u nu faalkosten wilt voorkomen of energieneutraal wilt bouwen. Achter al uw doelen schuilen immers vraagstukken: waardoor ontstaan faalkosten, hoe voorkomt u ze? Voor de antwoorden kunt u terecht bij SBR. Wij helpen organisaties in de bouw bij het bereiken van hun doelen. Dat doen we door kennis in te zetten, mét oog voor onze leefomgeving.
De kracht van SBR zit hem in het feit dat wij in staat zijn om uw kennisvraagstuk integraal op te lossen. Met integraal bedoelen we dat we weten WIE uw doelgroepen zijn; we beschikken over een uniek netwerk dat de gehele bouwbranche beslaat. Ook weten we WAT er speelt: wij kunnen voor het oplossen van uw kennisvraagstuk putten uit een grote hoeveelheid betrouwbare vakkennis, die wij in de loop van de jaren bijeen hebben gebracht en die we continu actualiseren. Bovendien kunnen we u adviseren HOE u kennis het best kunt overdragen. SBR heeft ervaring met de inzet van een groot aantal kennisoverdrachtmiddelen, zoals congressen, cursussen en workshops. We weten wat doelgroepen in de bouw beweegt en hoe zij kennis het liefst tot zich nemen. Deze integrale aanpak maakt dat uw kennis echt gaat leven: SBR zorgt er op uiteenlopende manieren en met behulp van een breed scala aan middelen voor dat uw kennis terechtkomt bij de juiste doelgroepen én daadwerkelijk wordt gebruikt.
Focus op duurzaamheid Een duurzame ontwikkeling van de bouw en dús onze leefomgeving staat in al ons werk centraal. Bij duurzaamheid gingen we in de bouw voorheen vooral uit van het milieuvriendelijk toepassen van materialen. Tegenwoordig denken we veel breder en gaan we uit van de drie P’s: people, planet, profit. Voor de projecten die SBR in opdracht uitvoert, betekent dit dat u bij duurzaamheid kunt denken aan zeer uiteenlopende onderwerpen: van de veiligheid en de persoonlijke ontwikkeling van personeel of een prettig leefklimaat (people), tot het gebruik van duurzame materialen en het terugdringen van emissies (planet), tot integraal werken, winstgevendheid, verbetering van exploitatie en de waarde van gebouwen (profit). Onze projecten resulteren in een groot aantal praktische uitgaven, zowel op papier als op het internet, waarmee duurzaam ontwikkeld en gebouwd kan worden. Van DGBC tot BouwLokalen SBR is Founding Partner van de Dutch Green Building Council en vormt tevens de backoffice voor deze stichting. Maar SBR doet veel meer. Zo zijn we betrokken bij de oprichting van BRIS, waarmee we nu nog steeds nauw samenwerken (www.bris.nl). Ook zijn we coördinator van BouwBeter, hét innovatienetwerk waarin enthousiaste ondernemers uit de gehele bouwprocesketen samen werken aan vernieuwing, innovatie en de tevredenheid van hun klanten (www.bouwbeter.nl). Bovendien hebben wij het initiatief genomen en doen wij de backoffice voor BouwLokalen (www.bouwlokalen.nl) en Creatief Atelier (www.creatiefatelier.nl). BouwLokalen is een bekende, compacte formule van gratis bijeenkomsten over diverse thema’s. Creatief Atelier is een dag brainstormen, waarbij veelbelovende nieuwkomers op de arbeidsmarkt bedrijven wakker schudden. SBR Postbus 1819 3000 BV Rotterdam Tel.: (010) 206 59 59
[email protected] www.sbr.nl
Onafhankelijk en professioneel Gaat u met SBR in zee, dan bent u verzekerd van neutraal, professioneel advies. Wij zijn een onafhankelijke stichting. Onze projectmanagers zijn allemaal hoger opgeleid en weten wat er speelt in de bouw. Ze kennen de verschillen in inzichten en zijn erop gericht om die op één lijn te krijgen. Ze brengen theorie en praktijk bij elkaar door met partners projecten op te zetten. Zo wordt het mogelijk om nieuwe ideeën over het bouwproces, de bouwtechnieken en bouwmaterialen in de praktijk te brengen.
30
31
Beursplein, Rotterdam, Nederland.
De vijf E’s van Multi voor een duurzame toekomst
Multi Corporation is een van de grootste ondernemingen in Europa op het gebied van ontwikkeling, investering en exploitatie van winkelcentra, kantoren en multifunctionele projecten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de dochterondernemingen Multi Vastgoed, Multi Development, Multi Investment, Multi Asset Management en Multi Mall Management. Met Morgan Stanley Real Estate Fund als financiële partner koppelt Multi financiële slagkracht en investeringscapaciteit aan ervaring en bewezen prestaties als ontwikkelaar van duurzame projecten van hoge kwaliteit. Multi is sterk gericht op verdere groei en de strategie van het bedrijf blijft het ontwikkelen en investeren in Europese landen met aanzienlijk potentieel.
Daktuin Schlossle-Galerie, Pforzheim, Duitsland.
Daktuin Forum Aveiro, Aveiro, Portugal.
Daktuin La Vache Noir, Parijs, F rankrijk.
Europees Hoofdkantoor Nike, Hilversum, Nederland.
32
Multi is actief in meer dan meer dan 20 Europese landen. Het hoofdkantoor is gevestigd in Nederland en er zijn ook kantoren in België, Bulgarije, Tsjechië, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Groot-Brittannië, Italië, Luxemburg, Oekraïne, Polen, Portugal, Roemenië, Spanje, Slowakije en Turkije.
Eeuwigheid van ontwerp – Openbare ruimten moeten een duidelijke samenhang vertonen met de structuur van de stad en de cultuur van de inwoners. Multi creëert concepten en ontwerpen die zowel flexibel als tijdloos zijn en daarbij recht doen aan de magie van de locatie.
Ruimte scheppen voor een duurzame toekomst Multi neemt haar maatschappelijke verantwoordelijkheid om de duurzaamheid van haar projecten te garanderen. Heldere, duurzame oplossingen met lichte en groene ruimten, verbonden met de structuur en cultuur van zowel de stad als haar inwoners. Het gaat om het maken van betere en goede milieukeuzes voor de toekomst. Het vereist een andere aanpak, een andere mentaliteit. Het gaat om ruimte scheppen en bieden, in plaats van ruimte wegnemen. Het gaat om mensen en kwaliteit. Onze onderneming streeft in de eerste plaats naar het creëren van samen hangende openbare ruimten die langer meegaan dan de gebouwen zelf, hetgeen deels wordt bereikt door dubbel grondgebruik. Ten tweede moeten o nze gebouwen flexibel zijn, zich aanpassen aan economische ontwikkelingen, klaar zijn om in te spelen op veranderingen en daardoor functioneel blijven. Het Europese hoofdkantoor van Nike bijvoorbeeld, is qua ruimte en ontwerp eenvoudig te verbouwen tot woongelegenheid. Het gaat ook om de gebouwen zelf, wat betreft het gebruik van materialen, water en energie op een groene, zuinige en efficiënte manier, met waar mogelijk groene daken. Het hoofddoel van Multi is ruimten te ontwikkelen die mensen graag bezoeken. Mensen maken van deze ruimten gebruik omdat ze er de dingen kunnen vinden die ze nodig hebben en worden aangetrokken door de aangename sfeer. De ruimten zijn bovendien aantrekkelijk omdat ze door hun eenvoud en transparantie van toegevoegde waarde zijn voor de omgeving. Alleen deze vorm van collectieve waarde kan ervoor zorgen dat mensen trots zijn op de ruimte en samen werken aan het behoud ervan. En dit collectief vormt de beste basis voor duurzaamheid: een gemeenschappelijke drijfveer om waarde toe te voegen door een verantwoord gebruik van ruimten en hulpbronnen. Uitstekende voorbeelden zijn Entre Deux in Maastricht en het Musiskwartier in Arnhem met een perfecte integratie van nieuwe winkelcentra in het bestaande stadslandschap, de reeds genoemde kantoren van Nike in Hilversum die verbouwd kunnen worden tot woningen, de daklandschappen bij onze projecten in Aveiro (Portugal), Parijs (Frankrijk) en Pforzheim (Duitsland) en het Beursplein in Rotterdam, dat een duurzame verbinding tussen twee winkelgebieden heeft gecreëerd.
Ecologische voetafdruk – Multi maakt optimaal gebruik van grond en beperkt het gebruik van hulpbronnen. Door nieuwe gebouwen doelmatiger te ontwerpen en bestaande gebouwen efficiënter te beheren, kunnen wij een duurzame w ereld in stand houden. Eerlijk verdelen – Multi wil de gemeenschap graag iets teruggeven en het leven van mensen verrijken. Dit legt de basis voor het wederzijdse vertrouwen dat noodzakelijk is om de krachten te bundelen en samen te werken aan een sociaal duurzame toekomst. Economische levensvatbaarheid – Multi streeft naar een gezonde werkomgeving en naar rendabele investeringen, nu en in de toekomst. Dit is de enige manier om te garanderen dat duurzaamheid financieel levensvatbaar is en blijft. Educatief gedrag – Om onze planeet te beschermen, moet de mensheid zich veel meer bewust zijn van de noodzakelijke veranderingen. Multi doet een beroep op elk lid van de maatschappij om zich in te zetten voor een duurzame toekomst. Multi heeft meer dan 150 projecten op stapel staan in meer dan 20 landen. Wij zijn vastbesloten de komende jaren deze projecten tot een inspirerende werkelijkheid te maken voor de lokale gemeenschappen. Onze winkelcentra bieden ons bovendien de mogelijkheid te communiceren met een miljoenenpubliek over duurzaamheid en hoe we een planeet tot stand kunnen brengen die een plaats zal zijn waarvan ook onze kleinkinderen en achterkleinkinderen kunnen genieten. Multi Corporation BV Sandra Dijksman / communicatiemanager duurzaamheid Tel. (0182) 69 09 00,
[email protected]
De vijf E’s Multi Corporation heeft de grondbeginselen en de kernwaarden op het gebied van duurzaamheid neergelegd in een mandaat, gebaseerd op de 5 E’s voor een duurzame toekomst.
33
Met de herontwikkeling van oude industrieterreinen zoals Strijp R in Eindhoven benut Amvest schaarse ruimte optimaal.
Amvest zet in op duurzaamheid in brede zin Duurzaam ontwikkelen voorwaarde voor belegger Amvest onderzoekt in een innovatieve studie of met warmte uit kassen bedrijven en woningen kunnen worden verwarmd.
Bij de ontwikkeling van gebieden en projecten richt Amvest zich op duurzaamheid in brede zin. Duurzaamheid betekent namelijk veel meer dan CO2-reductie alleen. Het gaat erom dat gebieden in sociaal-economisch opzicht kloppen, fysiekruimtelijk goed in elkaar zitten en financieel goed te exploiteren zijn. Zo ontstaan levendige woongebieden van hoge kwaliteit, prettige woningen voor bewoners en daarmee duurzame wijken. Dat typeert Amvest als een ontwikkelende belegger die investeert in duurzame woonkwaliteit.
Amvest heeft een reputatie opgebouwd als ontwikkelaar van buitengebieden. Naast een woonfunctie moet zo’n gebied ook ruimte geven aan waterberging, recreatie en natuurontwikkeling. Amvest neemt deze aspecten vanzelfsprekend mee in de plangebieden. Daarnaast herontwikkelt Amvest bestaand stedelijk gebied zoals extensief gebruikte havengebieden en oude industrieterreinen en transformeert deze tot intensief gebruikte gebieden met een hoge dichtheid. Op programmatisch gebied ontwikkelen we gebieden die de tand des tijds kunnen doorstaan. Dit doet Amvest door een gemengd programma, goede aansluiting met aangrenzende gebieden en een hoogwaardige inrichting van het openbaar gebied. Op complex- en woningniveau gebruiken we technieken die het comfort bevorderen en tegelijkertijd het energiegebruik en de milieubelasting verminderen. Dat Amvest-woningen levensloopbestendig zijn, past uitstekend bij onze brede aanpak van duurzaamheid. We blijven als belegger langjarig verbonden aan de wijken die we ontwikkelen. Omdat alleen levendige en duurzame woongebieden een goede belegging op lange termijn vormen, besteedt Amvest ook in de exploitatiefase veel zorg aan het beheer van de wijk en aan goed contact met bewoners. Duurzaamheid is daarmee een vanzelfsprekend element in het businessmodel van Amvest. Strijp R Neem Strijp R als voorbeeld. In Eindhoven transformeert Amvest dit voormalige Philips-bedrijventerrein tot een woonwijk. Vanaf het begin van het proces zijn toekomstige bewoners, buren, historici en zelfs oud-werknemers van deze Philipsfabriek betrokken bij de ontwikkeling van deze nieuwe wijk. Dit creëert draagvlak en het maakt duidelijk welke wensen de doelgroepen nu en in de toekomst hebben rond wijk en woningen. Overigens heeft Amvest niet alleen aandacht voor de toekomst, maar ook voor het verleden. De locatie is zorgvuldig onderzocht op beeldbepalende en historisch belangrijke gebouwen, die zo mogelijk worden behouden. Ook dat is voor Amvest een aspect van duurzaamheid in brede zin. Daarnaast worden mogelijkheden tot hergebruik van gebouwen en materialen op locatie onderzocht en gepland, naast de inzet van duurzame energieconcepten.
Alle nieuwe projecten van Amvest worden indien mogelijk voorzien van een duurzaam energieconcept, zo ook dit project in Ypenburg.
34
Duurzaam in portefeuille Amvest heeft inmiddels meerdere projecten in portefeuille waarin warmtekoudetechnologie is toegepast. Dit systeem voor duurzame energie is bijvoorbeeld gebruikt in het project Heren van Breda. Amvest heeft van dit project ruim 90 woningen verworven en in verhuur genomen. De warmte-koude-installatie biedt niet alleen duurzame verwarming van woning en tapwater, maar ook comfortabele koeling in de zomer. Duurzaamheid en comfort worden zo optimaal gecombineerd. In Ypenburg realiseert Amvest samen met Dura Vermeer zeer energiezuinige woningen. Door toepassing van warmte-koudeopslag, een uitstekende isolatie en
een CO2-gestuurd ventilatiesysteem verwerft Amvest 114 woningen die aanzienlijk zuiniger zijn dan de huidige norm. Deze woningen worden in 2009 opgeleverd. Amvest Energie In 2008 heeft Amvest een Energie BV opgericht. Dit Amvest-bedrijfsonderdeel fungeert als een kenniscentrum voor alternatieve energie en verzamelt, ontwikkelt en deelt kennis op het gebied van duurzame energie. Dit leidt er toe dat alle nieuwe ontwikkelingen worden voorzien van een duurzaam energieconcept als dit technisch mogelijk is. Via de Energie BV zal Amvest tevens een aantrekkelijk energieaanbod doen aan huurders en kopers. Innovatief energieconcept Amvest is voortrekker van een studie naar innovatieve energieconcepten in de Zuidplaspolder. Stijgende energieprijzen en een groter milieubewustzijn zorgen voor kansen en draagvlak voor het realiseren van een innovatief project in de Zuidplaspolder. Daar onderzoekt Amvest, samen met partners als tuinders, het ministerie van VROM, gemeenten en andere partijen, de mogelijkheid om glastuinbouw, bedrijven en kantoren te combineren met een woonfunctie. In deze innovatieve studie voorziet Amvest een gesloten energiehuishouding; de warmte uit kassen wordt via warmtekoudeopslag benut om woningen, bedrijven en kantoren te verwarmen. Maar ook energie uit groenafval wordt via vergisters hergebruikt op locatie. Zo ontstaat er een gesloten cirkel: warmte, afval, elektriciteit, afvalwater en zon. De combinatie van de functies glastuinbouw, werken en wonen biedt de mogelijkheid om zeer comfortabel te wonen en te werken met gebruikmaking van duurzame energie. Duurzaamheid in brede zin Energiegebruik en wonen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De noodzaak tot gebruik van alternatieve energievormen is duidelijk. Amvest zet zich naast CO2-reductie vooral ook in voor duurzaamheid in brede zin. Wij zetten graag onze kennis en ervaring in om een meetlat als BREEAM te ontwikkelen die duurzaamheid inzichtelijk maakt. Mede daarom is Amvest Founding Partner van DGBC.
Amvest Drs. I.M. (Inge) Drontmann Hoofd Strategie & Innovatie 020 4301 328
[email protected]
35
Ballast Nedam Duurzaam
Duurzaamheid is niets nieuws voor Ballast Nedam. We houden er ons al jaren mee bezig en vinden het inmiddels zodanig vanzelfsprekend dat wij wel eens vergeten ons beleid ordentelijk aan u te melden. De status ‘CO2-neutraal bouwen’ kan met een simpele pennenstreek worden gekocht. Ballast Nedam kiest hier niet voor en werkt er al vele jaren aan om duurzaamheid in het gehele werkproces te integreren en onderdeel te laten zijn van de werkwijze van Ballast Nedam. We willen duurzaamheid niet kopen; wij willen het zelf doen en wij willen het zelf zijn. Ballast Nedam heeft al gedurende lange tijd gewerkt aan het doordringen van alle medewerkers van deze duurzaamheidsverantwoordelijkheid. En deze mentaliteitsverandering werpt vruchten af. Enerzijds ontwikkelen wij een veelheid aan duurzame processen in de bouw, anderzijds besparen wij hierdoor kosten, hetgeen ten goede komt aan de klant en onze concurrentiepositie verbetert. Immers – en wij meldden dit al eerder en laatstelijk in ons jaarverslag 2007 – wij: J bouwen veel woningen al met warmte-koudeopslag en hebben een energiemaatschappij opgericht ter exploitatie van de duurzaam gewonnen energie (Climate Green); J investeren in de ontwikkeling en bouw van eco-huizen en vermarkten ecoproducten voor de bouw van huizen; J investeren in onderzoek naar en ontwikkeling van windmolenparken en windmolenexploitatie; J investeren in de ontwikkeling en exploitatie van CNG-installaties voor het wegvervoer per auto, OV-bus en vrachtwagen; J investeren in het hergebruik van afvalslakken; J voeren een actief beleid om afvalstromen op de bouwplaatsen tot een minimum te beperken; J wekken op een eigen locatie onze eigen energie op uit natuurlijke, schone energiebronnen; J transporteren materieel en grondstoffen – om milieuredenen – in toenemende mate over het water in plaats van over de weg; J investeren in de productontwikkeling om reststoffen een nuttige herbestemming te geven (Cradle-to-Cradle); J hergebruiken op grote schaal asfalt en bouwpuin; J hebben een convenant met FSC over het gebruik van ‘goed hout’; J hebben de bouwfilosofieën ‘Engineer & Build’ en ‘Design & Build’ en het gebruik van 3-D-, 4-D- en 5-D-modellen zodanig verfijnd en geperfectioneerd dat dit leidt tot een afname van faalkosten, een toeneming van de duurzaamheid en een sterke terugdringing van kosten voor de klant; J verwerken koolstofbeton (C-Fix), waarmee een zeer aanzienlijke besparing op CO2-emissies wordt bereikt. Ballast Nedam belooft het niet alleen, wij doen het. Ballast Nedam W. Kleingeld Tel.: (010) 292 16 78
[email protected]
36
37
Wie is de groenste? Laten we elkaar uitdagen!
De opwarming van de aarde is geen abstract risico – het is een reële bedreiging. Ruim veertig procent van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen, waaronder CO2, is te wijten aan de bouw- & vastgoedindustrie. Het is dus essentieel dat de industrie haar verantwoordelijkheid neemt richting de maatschappij en de volgende generaties.
Als je kijkt naar bijvoorbeeld kantoorgebouwen, dan wordt ruim tachtig procent van de milieuschade van een gebouw veroorzaakt door onderdelen uit de energiehuishouding zoals verwarming, koeling en verlichting tijdens de exploitatie van een gebouw. We gaan dan uit van een levensduur van een gebouw van zeventig jaar. De overige twintig procent van de milieuschade wordt bepaald door het materiaalgebruik. Logisch dus dat we in de energiehuishouding de eerste grote slag kunnen slaan: gebouwen ontwerpen die energiezuinig zijn in het gebruik en op een duurzame manier lokaal energie opwekken, in plaats van gebruiken. Energieproductieve gebouwen dus, in plaats van energieslurpende gebouwen.
Duurzaam bouwen volgens OVG Het voormalige pakhuis op de Wilhelminapier is door OVG volledig gerenoveerd tot een bruisend multifunctioneel complex waar zowel commerciële als culturele organisaties gevestigd zijn. Zo herbergt het gebouw architectenbureau Inbo, het Nederlands Fotomuseum en marktonderzoeksbureau Metrixlabs. Op het dak van Las Palmas heeft OVG tevens een penthousekantoor ontwikkeld ten behoeve van haar eigen huisvesting. Voor zowel de renovatie als het nieuwe kantoor van OVG is het gerenommeerde bureau Benthem & Crouwel geselecteerd. Het nieuwe hoofdkantoor van OVG versterkt het industriële karakter van Las Palmas. Het ontwerp en de materialisatie van de dakopbouw verwijzen naar het maritieme karakter en het verleden van de Kop van Zuid. Het gebouw staat als een losstaand object op het dak en vormt een icoon voor haar omgeving.
38
Het goede voorbeeld Waarom wachten op regelgeving vanuit de overheid? De ervaring leert namelijk dat regelgeving pas wordt aangepast als een aantal frontrunners het goede voorbeeld heeft gegeven. Zo heeft OVG zich in 2007 aangesloten bij het Clinton Global Climate Initiative. Een fantastisch initiatief waarmee ondernemers en steden vanuit de hele wereld een commitment afgeven over de resultaten die ze met hun bedrijf gaan leveren om de klimaatverandering tegen te gaan. OVG wil de komende vijf jaar 1 miljard dollar aan waarde opbouwen in superduurzame gebouwen die tezamen zorgen voor een reductie van 1 megaton CO2 ten opzichte van bestaande kantoren gedurende de gehele levenscyclus van het gebouw.
Elk jaar komen alle deelnemers van het netwerk in New York bij elkaar. Wanneer je als bedrijf je targets niet haalt, word je publiekelijk uit het programma gezet. Een aparte organisatie van de Clinton Office verzorgt hiervoor een speciale audit. Dit soort initiatieven hebben ons als bedrijf uitgedaagd om keiharde afspraken te maken. Wij dagen op onze beurt de rest van de markt uit om voorloper zijn op het gebied van duurzaam bouwen, waarbij niet alleen wordt ingezet op CO2neutraal ontwikkelen, maar uiteraard ook op architectonische beleving, innovatie en betaalbaarheid. Kijk voor achtergrondinformatie over duurzaam bouwen eens op de site www. duurzaamgebouwd.nl – een platform voor elke professional in duurzaam vastgoed, een initiatief van OVG! OVG Projectontwikkeling Ir. Marlon Huysmans Directeur Sustainability Wilhelminakade 300 3077 AR Rotterdam Tel. (010) 290 87 77 Fax (010) 290 87 99 Secretariaat Sustainability Centre:
[email protected]
39
Duurzaam comfort door integrale benadering Milieuvriendelijke kwaliteit
Peutz bestaat uit een groep bureaus van raadgevend ingenieurs op het gebied van akoestiek, bouwfysica, duurzaam bouwen, lawaaibeheersing, milieutechnologie en (brand)veiligheid. Motivatie en deskundigheid, ondersteund door geavanceerde meet- en rekenfaciliteiten, zorgen voor de hoge kwaliteit van het werk van Peutz. Op de genoemde gebieden behoort Peutz tot de grootste en meest toonaangevende adviesbureaus in Nederland. De aanwezige capaciteit voor het initiëren en uitvoeren van R&D-projecten en de grote verscheidenheid in het laboratoriumonderzoek biedt de essentiële mix van fundamentele en praktische kennis.
Integraal ontwerpproces Veel van de bovengenoemde vakgebieden grijpen in elkaar. Door zijn brede kennis doelmatig te combineren, speelt Peutz in op de marktvraag naar duurzame oplossingen voor zowel nieuw te bouwen als te renoveren woningen en utiliteitsgebouwen. Uitgangspunt bij het ontwerpproces is dat duurzaam bouwen wordt geïntegreerd in de basisdisciplines bouwfysica, akoestiek, energiebeheersing, brandveiligheid en milieutechnologie. Zo ontstaan – overigens altijd in samenspraak met de opdrachtgever – ontwerpadviezen voor duurzaam en comfortabel wonen en werken.
Paleis van Justitie Amsterdam Locatie: Amsterdam, onderdeel van Wester IJdock Functie: Cellencomplex, Zittingzalen, Kantoren, Vergadercentrum, Restaurant Architect: Claus en Kaan Amsterdam GBO: ca. 28.400 m2 Streefwaarde Q/Q-waarde EPC: 0,76
Haagse HogeSchool Delft Locatie: Delft, TU-wijk Functie: Onderwijsgebouw HBO Architect: Royal Haskoning Architecten Amsterdam GBO: 12.355 m2 Q/Q-waarde EPC: 0,34
Dankzij alle aanwezige disciplines onder één dak benadert Peutz een ontwerp integraal en komt zo tot weloverwogen adviezen. Innovatieve gebouw- en gevelconcepten in combinatie met geavanceerde installatietechnische ontwikkelingen, bieden nagenoeg onbeperkte mogelijkheden om gebouwen te realiseren die kwalitatief zeer hoogwaardig zijn en daarnaast een beperkte belasting voor het milieu vormen. Enkele van de door Peutz geadviseerde projecten die momenteel in ontwikkeling zijn, zijn de Haagse Hogeschool in Delft, het hoofdgebouw van ZLTO in ’s-Hertogenbosch en het Paleis van Justitie in Amsterdam. Ondersteunende faciliteiten Peutz onderbouwt zijn adviezen met computerberekeningen waarvoor de meest geavanceerde software wordt gebruikt, veelal in eigen beheer ontwikkeld. Daarnaast heeft Peutz de beschikking over laboratoria voor akoestiek, bouwfysica en brandveiligheid. Het bouwfysisch laboratorium bestaat onder meer uit: J een windtunnel om windhinder en de verspreiding van schadelijke stoffen bij gebouwen te onderzoeken; J klimaatkamers voor onderzoek naar thermisch comfort, prestaties van installaties en hun wisselwerking met bouwkundige constructies;
J geveltestopstellingen, waarin bijvoorbeeld lucht- en waterdichtheid en thermisch isolatiegedrag van geveldelen worden getest. De Peutz-groep De Peutz-groep is opgericht in 1954 en heeft vestigingen in Nederland, Duitsland, Frankrijk, Engeland en België. In het totaal werken er circa 200 medewerkers. Iedere vestiging is zelfstandig, maar kan beschikken over de specialisten, kennis en ervaring van de hele groep. Daarmee is de continuïteit in de uitvoering van adviesopdrachten altijd gewaarborgd. De opdrachtgevers van Peutz zijn kleine en grote bedrijven en overheden in binnen- en buitenland. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer ir. P.H. Wapenaar. Peutz bv Postbus 696 2700 AR Zoetermeer Tel. (079) 347 03 47 Fax: (079) 361 49 85
[email protected] www.peutz.nl Lid van ONRI (Organisatie van advies- en ingenieursbureaus) ISO-9001: 2000 gecertificeerd
INGENIEUZE ADVISEURS
Hoofdgebouw ZLTO Locatie: ’s-Hertogenbosch Functie: Kantoorgebouw voor 220 medewerkers Architect: Architecten Cie Projectmanagement: Dros Projectmanagement B.V. GBO: ca. 4.500 m2 Streefwaarde Q/Q-waarde EPC: 0,75
40
41
Landmark Las Palmas in Rotterdam duurzaam verlicht.
Efficiënt verlicht hoofdkantoor Elektrokern Schuurman.
Duurzaamheid & Philips Verlichting voor een groenere toekomst
Klimaatverandering, stijgende energiekosten en de druk om de CO2-uitstoot terug te dringen, zijn grote problemen waarmee de wereld van v andaag wordt geconfronteerd. De aanpak van deze problemen en de kansen die daarmee samenhangen, zullen wereldwijd grote consequenties hebben voor het bedrijfsleven. Philips brengt innovatieve, duurzame en milieuvriendelijke verlichtingsproducten op de markt die het bedrijfsleven helpt in te spelen op deze veranderende wereld.
Aan het ontwikkelen van innovatieve, duurzame en milieuvriendelijke producten werkt Philips al jaren. Aan het begin van de jaren negentig is gestart met een speciaal EcoDesign-programma, dat nu volledig is geïntegreerd in het ontwikkelingsproces. EcoDesign komt er in het kort op neer dat elke nieuwe generatie producten minder belastend moet zijn voor het milieu dan de voorgaande. Het EcoDesign-programma uit de jaren negentig heeft geresulteerd in ‘Green Products', herkenbaar aan het ‘Geen Product’-logo. Ook scoort Philips hoog op de ranglijsten van bedrijven die verantwoord onder nemen. In 2007 werd Philips in de VS uitgeroepen tot een van de leidende bedrijven op het gebied van energiebesparing. Uit de in september 2007 gepubli-
SunIdee kantoor met TL-D Eco verlichting in hartje Amsterdam.
Economisch Sunldee is een adviesbureau dat organisaties helpt om innovatie tot een kerncompetentie te maken. Het bureau is gevestigd in een historisch pand in het centrum van Amsterdam. Door 100 bestaande TL-D lampen te vervangen door MASTER TL-D Eco lampen bespaart Sunldee zo’n 175 euro per jaar op de energierekening.
Groen Het nieuwe hoofdkantoor van Elektrokern Schuurman in Alkmaar heeft op dit moment de laagste exploitatiekosten van de regio Alkmaar. Dit dankzij de energiezuinige Philips TL5-verlichting, die in vergelijking met standaardverlichting een besparing van 50 tot 70% oplevert.
Welzijn Westraven is een complexe en grootschalige combinatie van oud- en nieuwbouw voor diverse diensten van Rijkswaterstaat. De bestaande hoogbouw is gestript en geheel gerenoveerd. In het hele gebouw is dynamische verlichting van Philips toegepast. Het ‘dynamisch licht’-concept van Philips neemt de dynamiek van daglicht, met zijn veranderingen in helderheid en warmte, mee naar binnen. Dynamische verlichting is afgeleid van de natuur zelf; het dag en nachtritme, de wisselende seizoenen en weersomstandigheden leiden telkens weer tot andere lichtsituaties. Dat er een optimale combinatie is ontstaan tussen dag- en kunstlicht blijkt wel uit het feit dat de Daylight Award 2008 is toegekend aan Westraven. Deze Award wordt tweejaarlijks toegekend aan een bouwtraject in Nederland dat het optimum bereikt heeft tussen licht en gebouwontwerp.
ceerde Dow Jones Sustainability Index blijkt dat Philips voor het vierde opeenvolgende jaar zijn milieuprestaties heeft verbeterd. Besparingspotentieel Nederlandse kantoren: 150 miljoen De zakelijke markt heeft in Nederland ruim 45 miljoen m2 kantoorruimte beschikbaar. De helft van deze kantoren maakt nog gebruik van oude, conventionele verlichtingsinstallaties. Door de bestaande verlichting te vervangen door nieuwe verlichtingsinstallaties op basis van de nieuwste technologieën kan tot 70% energie bespaard worden. Zou in het hele kantorenpark de verlichting vervangen worden door de meest milieuvriendelijke verlichtingsinstallaties, dan kan Nederland meer dan 150 miljoen euro per jaar anders gaan besteden. Een oplossing voor elk kantoor Er zijn verschillende mogelijkheden om energie te besparen. Door het simpelweg vervangen van bestaande TL-D-lampen door MASTER TL-D Eco lampen kan al tot zo’n 10% energie worden bespaard. Andere mogelijkheden zijn het vervangen van het conventionele voorschakelapparaat door een elektronische versie, het vervangen van de bestaande TL-D-armaturen door nieuwe TL5-armaturen in de bestaande bouwkundige en technische infrastructuur, het toepassen van lichtregeling of een complete renovatie van de verlichting. Door een brede range aan innovatieve, efficiënte en duurzame verlichtingsoplossingen te bieden, is er voor ieder kantoor wel een geschikt verlichtingsconcept beschikbaar, waarbij de besparingen kunnen oplopen tot wel 70%. RELIGHT Speciaal voor bestaande gebouwen heeft Philips het RELIGHT-concept ontwikkeld. RELIGHT is een manier van denken over renovatie van verlichtingsconcepten op vier terreinen: Economisch, Groen, Welzijn en Ontwerp. Middels RELIGHT kunt u renoveren én tegelijkertijd geld en energie besparen en milieuvriendelijker zijn zonder in te boeten aan comfort of vormgeving. Philips Nederland Licht www.lighting.philips.nl
[email protected]
Ontwerp
Gedurende het ritme van de dag verandert ook het licht in het gebouw Westraven.
42
In Las Palmas, het kantoor van projectontwikkelaar OVG in Rotterdam, ontmoeten ontwerp en duurzaamheid elkaar. In Las Palmas zijn veel energiebesparende functies geïntegreerd, zoals bewegingsdetectie. De buitenkant van het pand dient als ‘landmark’, maar ook hier is gebruik gemaakt van duurzame en energie-efficiënte LED-verlichting.
43
Van koffieschillen en koeienpoep Essent koploper in opwekken duurzame energie
Essent hoefde niet lang na te denken over de vraag of het als Founding Partner zou participeren in de Dutch Green Building Council. Essent committeert zich graag aan de doelstellingen van de Council: een duurzaam gebouwde omgeving waar gezonder en prettiger wonen en werken, een betere mobiliteit en geen vervuiling kernwoorden zijn.
Essent kan substantieel bijdragen aan zeker een van de doelen waarmee de DGBC die duurzamere gebouwde omgeving wil realiseren: duurzaam bouwen verheffen tot de norm en integreren in planning, ontwikkeling, uitvoering en exploitatie van bouwprojecten. Leidend principe Voor Essent is duurzaamheid al jaren een leidend principe. De vraag naar energie stijgt, terwijl de voorraden olie en gas slinken. De energieprijzen stijgen in een mondiale energiemarkt en de (internationale) klimaatdoelstellingen worden steeds strenger. Essent werkt op verschillende manieren aan het ontwikkelen van efficiëntere en schonere energieproductietechnologieën en aan energieefficiënte producten en diensten voor industrie en consument. Inmiddels hebben deze inspanningen geleid tot enkele mooie successen. Zo levert Essent aan bijna een miljoen klanten Groene Stroom en wordt steeds vaker biomassa ingezet als brandstof voor de energiecentrales. Daarnaast is Essent koploper in Nederland op het gebied van warmtekrachtkoppeling (wkk), op grote en kleine schaal. Essent claimt om al deze redenen dan ook de Grootste in Groen te zijn. Efficiënt en stabiel Behalve in de productiesfeer neemt Essent ook haar verantwoordelijkheid als leverancier van stroom, gas en warmte. Bijvoorbeeld door gebruikers tips en adviezen te geven over hun energieverbruik, al dan niet met inzet van nieuwe (informatie) technologie. Slimme meters en andere initiatieven, gericht op een zo efficiënt en stabiel mogelijke vraag-aanbodverhouding van energie, dragen daaraan in de nabije toekomst hun steentje bij. Essent voert voor zichzelf de druk op om continu te zoeken naar vernieuwende, meer duurzame vormen van productie en gebruik. Het doel is om energie in de toekomst duurzaam, betaalbaar en beschikbaar te houden. Graag biedt Essent de lezers van dit magazine een bloemlezing van recente ontwikkelingen en kansrijke alternatieven op de gebieden van energieopwekking en -gebruik. Biomassa en Groen gas Door biomassa te gebruiken als brandstof voor energieopwekking, voorkom je klimaatverandering. Dit in tegenstelling tot het verbranden van fossiele brandstoffen als olie, gas of kolen. Door bovendien van duurzame biomassa gebruik te maken, snijdt het mes aan twee kanten. Daarom zoekt Essent naar biomassa uit gewassen die niet als voedsel kunnen dienen en waarvoor geen oerbossen moeten wijken. Voorbeelden zijn algen, waarmee momenteel volop wordt geëxperimenteerd, en koffieschillen. Met dat laatste is Essent absoluut trendsettend. In samenwerking met ontwikkelingsorganisatie Solidaridad betrekt Essent de schillen – een restproduct – van koffieboeren in Brazilië, op dezelfde faire wijze waarop Max Havelaar hun koffie koopt: tegen een redelijke prijs. Groen gas is een echte duurzaamheidskampioen. Het ontstaat als organisch materiaal zich onder zuurstofloze omstandigheden en met behulp van bacteriën omzet
44
in biologisch gas. Na bewerking heeft het een vergelijkbare kwaliteit als aardgas. Het vrijkomende CO2 en het plantaardige restproduct kunnen zonder problemen hergebruikt worden. Waterzuiveringsinstallaties, stortplaatsen, agrarische en industriële vergisters leveren het biologisch gas. Essent levert Groen gas aan consumenten en bedrijven en instellingen. De transportsector is ook geïnteresseerd. Smart Grids en doe-het-zelf Aan de verbruikskant is ook veel mogelijk. Zo participeert Essent volop in de ontwikkeling van zogeheten Smart Grids: slimme netwerken. Dit is een verzamelterm voor ontwikkelingen die het zogeheten middenspanningsnet ‘intelligent en flexibel’ maken. Het gaat om technologieën die inzicht geven in wat er precies gebeurt in het net. Daarmee kan de leverbetrouwbaarheid worden vergroot, maar ook kan de energievoorziening ermee verduurzaamd worden. Ten aanzien van de leverbetrouwbaarheid kunnen vormen van afstandsbesturing helpen om storingen sneller te traceren en te herstellen. Ten aanzien van verduurzaming heeft het te maken met een complexer wordend energieaanbod. Meer partijen leveren energie terug aan het net (zoals glastuinbouwers) en huishoudens produceren in toenemende mate als kleine decentrale opwekkers hun eigen energie, bijvoorbeeld met de HRe-ketel, een windmolen of een zonnepaneel. Hierdoor wordt het moeilijker om de spanning en de frequentie van het net constant te houden. Smart Grid-technologieën kunnen de spanningen en stromen in het net constant controleren en zelfs besturen. Zo kan de vraag-aanbodverhouding worden beïnvloed en gaat er geen stroom verloren.
Elektrisch rijden Een aparte vermelding verdient het elektrisch rijden, waarop Essent samen met andere partijen fors inzet. Terwijl deze gespecialiseerde partners zich buigen over verfijning van hybride aandrijftechniek en accutechnologie, houdt Essent zich bezig met de stroomvoorziening voor een groeiend wagenpark van elektrische auto’s: het zogeheten Mobile Smart Grid. Mobile omdat het met mobiliteit te maken heeft, Smart omdat het met behulp van informatietechnologie het opladen aanpast aan het aanbod van energie. Waarom zou een auto niet ’s nachts opladen? De benodigde energie is afkomstig uit duurzame bronnen en duurzame opwekking. Elektrisch autorijden heeft volgens Essent en haar partners een grote toekomst. www.essent.nl
45
The BREEAM environmental assessment method
BREEAM (BRE Environmental Assessment Method) is the world’s leading and most widely used environmental assessment method for buildings. To date, over 100,000 buildings have been certified and half a million are registered under the scheme.
BREEAM now sets the standard for best practice in sustainable design and has become the de facto measure used to describe a building’s environmental performance. Credits are awarded in nine categories according to performance. These credits are then added together to produce a single overall score on a scale of Pass, Good, Very Good, Excellent and Outstanding. The operation of BREEAM is overseen by an independent Sustainability Board, representing a wide cross-section of construction industry stakeholders. BREEAM International BRE Global has an established track-record in tailoring BREEAM for use outside the UK and support can be provided on a number of different levels. BRE Global have recently launched BREEAM for Europe which can be used to assess Retail, Office and Industrial buildings within the EU. Our BREEAM International package has been designed with flexibility in mind. BREEAM International can be used to assess a single development or BRE Global can also assist in creating a BREEAM version for a country or region and work with emerging Green Building Councils, who want to replicate the highly successful BREEAM approach. How BREEAM International Works Individual buildings / developments The BREEAM Bespoke process can be used to develop criteria for buildings (or developments) outside the UK. In such cases credits are tailored to meet local codes and conditions. The benefit of this approach is that the method is tailored to the context of a particular country and, as a result, enables the assessment of buildings in countries as different as Norway or Uganda.
Benefits of BREEAM One of the main reasons why BREEAM has been so readily adopted by the construction industry as the gold standard for environmental best practice, is that it strikes a realistic balance between being technically rigorous and commercially practical. BREEAM Benefits: J It can be tailored to suit local circumstances J Addresses all the key environmental issues J Enables developers and designers to prove the environmental credential of their buildings to planners and clients J Uses a straightforward scoring system that is transparent and easy to understand J Has a positive influence on the design, construction and management of buildings J Sets and maintains a robust technical standard with rigorous quality assurance and certification
LACC south elev-model: The historic Van de Kamp bakery building, Los Angeles Community College (Architect: Roschen Van Cleve Architects).
Quadrum Courtyard: The Quadrum office building in Budapest.
BREEAM International www.breeam.org
[email protected]
International developers BRE Global is also able to work with companies, such as developers, who are involved in constructing buildings in a number of different countries to develop BREEAM schemes suitable for their building types. We are currently working with a number of multi-national organisations to develop such schemes which enable them to compare their buildings’ performance across country boundaries. BREEAM Endorsed Schemes BRE Global is increasing being approached by organisations outside the UK, such as emerging Green Building Councils, who want to replicate the highly successful BREEAM approach in their region or country. European Investment Bank DSC 2013 Kopie: The New European Investment Bank building at Kirchberg in Luxembourg (Architect: Ingenhoven Architekten, Dusseldorf).
46
47
De duurzame ambities van Schiphol Wheel of real estate
De luchthaven Schiphol is uitgegroeid tot een luchthavenstad: een AirportCity. Een stad met kantoren, logistieke centra, winkels, hotels en vergadercentra. Deze ontwikkeling hangt samen met de groei van het aantal vliegbewegingen en de groei van het netwerk aan bestemmingen van de afgelopen kwart eeuw. Voor veel hoofdkantoren en logistieke bedrijven is de luchthaven de plaats om zich te vestigen. Internationale bereikbaarheid, multimodaliteit, ligging en uitstraling zijn voor deze bedrijven belangrijke vestigingscriteria.
Warmte Koude Opslag functioneert al 10 jaar probleemloos op Schiphol.
Om te waarborgen dat de functies goed op elkaar afgestemd blijven en duurzaamheid te kunnen garanderen, is het voor Schiphol essentieel zelf regie op de gebiedsontwikkeling te voeren. De gebiedsontwikkeling op Schiphol zal uiteindelijk ten dienste staan van het primaire proces van de luchthaven: op een efficiënte, betrouwbare manier faciliteren dat mensen en goederen via luchtvaartmaatschappijen hun bestemming kunnen bereiken.
besparingmogelijkheden te zoeken in die bestaande gebouwen. Volgens recente berekeningen kan tot 30% energiereductie (en daarmee CO2-uitstoot) bereikt worden door verbetering van de besturing van de installatie, de efficiency van de installatie, en duurzaam renoveren. Schiphol Real Estate heeft de meest voor de hand liggende maatregelen voor haar portefeuille onlangs afgerond. Eenvoudig gerealiseerde energiebesparingmogelijkheden zijn talrijk. We noemen slechts enkele voorbeelden:
Duurzaam bouwen op Schiphol Zowel de ontwikkelingsstrategie van de luchthaven als de regie op de ontwikkeling van commercieel vastgoed is in handen van Schiphol. De eerste wordt uitgedacht door Airport Development, een staforgaan van Schiphol Group. De ontwikkeling van commercieel vastgoed ligt bij SRE (Schiphol Real Estate), 100% vastgoeddochter van Schiphol Group. SRE ontwikkelt, beheert en belegt* in vastgoed op de luchthaven. In de praktijk betekent dit dat de ontwikkelingsafdeling een gebouw ontwikkelt, de afdeling beleggingen het gebouw afneemt en vervolgens de afdeling beheer vraagt het gebouw te managen. Alle facetten van het ‘wheel of real-state’ [illustratie] omvatten daarmee ook de gehele levenscyclus van een gebouw. Dit vereist goede afstemming tussen ontwikkeling, beleggingen en management en houdt bovendien in dat Schiphol zelf profiteert van een aantal belangrijke facetten van duurzaamheid: energie, recycling en afvalbeheersing. Duurzaam ontwikkelen betekent namelijk duurzame gebouwen in portefeuille. Kortom, alle voordelen van duurzaam ontwikkelen komen direct bij Schiphol en haar klanten (huurders) terecht.
Standaard PvE – Het standaard PvE dat door Schiphol Real Estate gehanteerd wordt voor nieuwe gebouwen was altijd al 10% onder de Energie Prestatie Norm. In het onlangs nieuw geformuleerde PvE wordt gebruik van WKO, betonkernactivering en TL5-verlichting nadrukkelijk genoemd om een nog betere energieprestatie neer te zetten. WKO wordt in gebiedsontwikkeling gezien als essentieel onderdeel van stedelijke planvorming.
Klimaatdoelstellingen Duurzaam ontwikkelen is daarmee een onderdeel geworden van de strategie van Schiphol. De ambities van Schiphol op het gebied van Klimaatbeheersing en energiereductie worden verwoord in het Klimaatplan Schiphol. Schiphol maakt bij het realiseren van de doelstellingen onderscheid tussen maatregelen waarop zij direct of indirect invloed heeft: Control, Guide en Influence. Duurzaam ontwikkelen Duurzaam ontwikkelen is essentieel voor SRE. Enerzijds omdat dit past in de klimaatdoelstellingen van Schiphol, anderzijds omdat de markt hier om vraagt. De bedrijven die huisvesting zoeken in gebouwen die door SRE zijn of worden ontwikkeld, zijn op zoek naar gebouwen met een prettig werkklimaat voor hun werknemers, gebouwen met een lage energierekening en gebouwen die passen bij de uitstraling van het bedrijf. Duurzaam ontwikkelen op de luchthaven is niet nieuw. Al 10 jaar geleden ontwikkelde SRE het Schiphol Gebouw: het tweede gebouw in Nederland met warmte-koudeopslag. Schiphol met op de voorgrond het Schipholgebouw met WKO.
48
Energiemonitoring Columbus – Door installaties opnieuw in te regelen en aan te passen aan het gebruikerspatroon, kon een energiebesparing van 5% worden gerealiseerd.
Gasverbruik gebouw – Bij zorgvuldige analyse blijkt het gasverbruik van een bepaald gebouw in de zomer te hoog te zijn. Geconstateerd wordt dat de koeling (elektrisch met gebruikmaking van WKO) effectief is, maar individuele ruimtes worden naverwarmd door de CV-installatie. Dus een goed geregelde koeling wordt tenietgedaan door een niet-effectieve regeling. Na aanpassing van de installatie wordt een aanzienlijke besparing op het gasverbruik gerealiseerd. Bovenstaande voorbeelden worden nu in de praktijk getest, en zo mogelijk ingevoerd. Schiphol gaat de meest duurzame luchthaven van Europa worden. Tenslotte Door zijn uitgestrekte, aaneengesloten terrein (ca. 2745 ha.) heeft Schiphol ongekende mogelijkheden als het om energiebesparing in samenhang met gebiedsontwikkeling gaat. * gebouwen van het ACRE fund worden ook door SRE beheerd. Schiphol Real Estate Postbus 75776 1118ZX Schiphol
Contactpersoon: Chris Vonk, Tel. 020 601 4322 Email:
[email protected]
Verduurzamen bestaande gebouwen De grootste winst in duurzaamheid kan worden bereikt bij het ontwikkelen van nieuwe gebouwen. Het grootste deel van het totale energiegebruik op Schiphol komt echter van de bestaande portefeuille. Het ligt dan ook voor de hand om energie-
49
Kijk voor de ABN AMRO sectorstudie "Kiezen is Macht, de toekomst van projectontwikkeling in Nederland" op www.abnamro.nl/bouwenvastgoed.
Duurzaam ondernemen, duurzaam beloond
ABN AMRO streeft naar duurzame groei voor toekomstige generaties, op het gebied van een rechtvaardig sociaal beleid, een gezonde financiële situatie en de zorg voor het milieu. Duurzaam ondernemen, ook wel maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) genoemd, is daarom een logisch en essentieel onderdeel van onze activiteiten.
Maatschappelijk verantwoord ondernemen is niet altijd een kwestie van goed of fout. In deze diffuse wereld van ondernemen is het soms zoeken naar de juiste aanpak. Zo ook in de bouwwereld. Duurzaam bouwen, duurzaam beloond? Vanuit verschillende perspectieven kan worden gekeken naar het onderwerp duurzaam bouwen: vanuit de woningmarkt en vanuit het commerciële vastgoed. Woningmarkt Slechts 4% van de bestaande woningen is zuinig met energie. De overheid streeft ernaar dat dit aandeel in 2020 100% zal zijn. Op dit moment heeft in Nederland slechts 42% van de woningen vloerisolatie en 56% gevelisolatie (bron: Anke van Hal, FD, 30 juni 2008). Energiebesparing in de woningbouw moet zich dus ook richten op de bestaande voorraad. De beslisser is in dit geval de particuliere woningbezitter, de private verhuurder ofwel de woningcorporatie. Energiebedrijven spelen hierop in. Nuon heeft bijvoorbeeld Rogro Groep overgenomen, specialist op het gebied van isolatie. Samen met de Rogro Groep wil Nuon sterk groeien op het gebied van isolatievoorzieningen (bron: BouwKennis, April 2008). Naast energiebesparing in de bestaande voorraad blijft energiezuinig bouwen een trend. Zijn particulieren echter bereid om circa 15% meer te betalen voor een energiezuinige woning? Uit onderzoek van het Nederlands Bureau Waardebepaling Onroerende zaken (NWBO) blijkt dat goed geïsoleerde woningen bij verkoop tot 30% meer opbrengen dan panden met een laag energielabel. Particulieren laten dus de energiezuinigheid van een woning meewegen in de aankoopbeslissing. Dit is dan ook ‘duurzaam beloond’: goed geïsoleerde woningen zorgen voor minder geluidsoverlast, minder tocht en een lagere energierekening. Commercieel vastgoed Evenals in de woningbouw maken duurzame kantoren een langzame entree. Bedrijven als TNT, Wereldhave, Goldman Sachs, IBM, Toyota, Park 20I20, ABN AMRO en WNF hebben inmiddels een energiezuinig (hoofd)kantoor. De Nederlandse utiliteitsbouwsector verbruikt 16% van de Nederlands geleverde energie aan bedrijven/huishoudens. Hierop valt naar schatting 80% te besparen (Bron: Senter Novem).
conceptontwikkelingsfase tot en met het vastgoedbeheer. TCN wordt gevormd en gemaakt door meer dan 350 medewerkers. Deze internationale projectontwikkelaar met Nederlandse vestigingen in Utrecht en Groningen heeft in november 2007 een nieuw datacenter in de Eemshaven opgeleverd. Duurzaam ontwikkelen staat bij TCN hoog in het vaandel en TCN heeft aan het ontwerp van dit datacenter strenge eisen gesteld. Datacenters bevatten voornamelijk computers en deze zetten een groot gedeelte van de opgenomen elektriciteit om in warmte. Zaak is om zo energiezuinig mogelijk deze warmte af te voeren. Dit kan bijvoorbeeld wanneer de buitentemperatuur lager is dan de gewenste binnentemperatuur. Technische middelen maken het mogelijk deze warmte te koelen met de buitenlucht. Niet alleen tijdens het ontwerp en de bouw speelt duurzaamheid een belangrijke rol, maar ook tijdens de exploitatie zijn er nog diverse mogelijkheden. De ingekochte elektriciteit heeft momenteel voor 50% een duurzame herkomst. Op termijn wil TCN dit opvoeren naar 100%. Een andere ontwikkeling in de Eemshaven en Delfzijl is dat de verschillende afvalstromen van de bedrijven in kaart gebracht worden. Zo kan bijvoorbeeld het afvalwater van een bedrijf voor levensmiddelen nog uitermate geschikt zijn voor de koeling van het datacenter. De Stichting UFO en Groningen Seaports hebben samen met de bedrijven in het gebied dit project opgestart. TCN heeft zich onlangs met twee van haar datacenters geconformeerd aan de MJA3. Dit is een meerjarenafspraak betreffende energie-efficiency die op 1 juli 2008 ondertekend is door diverse ministers en vertegenwoordigers van diverse brancheorganisaties. Het betreft een vrijwillige maar niet vrijblijvende afspraak tussen overheid, bedrijfsleven en instellingen om de energie-efficiency te bevorderen. TCN legt zichzelf hiermee de verplichting op om binnen 9 maanden een energiebesparingsplan te maken met betrekking tot datacenters. ABN AMRO heeft samen met Amstel Lease het datacenter in Eemshaven gefinancierd. Onderscheidend was de input van Amstel Lease. Zij heeft alle apparatuur om de juiste klimatologische omstandigheden te creëren in het gebouw geleast aan TCN SIG Telehousing B.V. ABN AMRO Erik Steinmaier, Sector Banker Bouw en Vastgoed Tel. (020) 343 64 19
[email protected]
TCN Property Projects TCN is een vernieuwend vastgoedbedrijf. TCN ontwikkelt en exploiteert innovatieve vastgoedconcepten en heeft vestigingen in Nederland, Duitsland, Portugal, België, het Verenigd Koninkrijk, Rusland, Charlemagne, Spanje en Zuid-Afrika. Daarnaast is TCN actief in Oostenrijk en Turkije. De vastgoedonderneming is gestart in 1994 en kent een onconventionele aanpak van complexe vastgoedprojecten. Geïntegreerd projectmanagement zorgt voor waardecreatie vanaf de
50
51
Wist u dat blauw zo groen kan zijn? De eigentijdse duurzame oplossingen van Imtech
Imtech, een van de grootste technische dienstverleners in Europa (19.000 werknemers), heeft een blauw logo. Toch is Imtech eigenlijk ontzettend groen, want maar liefst 22% van de totale omzet van ruim 3,3 miljard euro komt uit projecten die vallen onder de noemer ‘energy & environment’. Imtech onderscheidt zich dan ook met eigentijdse oplossingen voor energie(besparing), milieu, water en beheersing van de fijnstofproblematiek.
Een paar voorbeelden? Innovatieve technologie die op Schiphol kerosinedampen omzet in bruikbare energie. De grootste biogascentrale in de UK. ‘Groene’ straatverlichting. Een hightech researchcentrum van BMW voor de ontwikkeling van energiezuinige auto’s. Een ecologische zonnecellenfabriek in Duitsland. Zuinige verbranding aan boord van schepen. En nog veel meer… ‘Groene’ kantoren Ook in de markt van building is Imtech hartstikke groen. We zijn een van de ‘founding partners’ van de Dutch Green Building Council. Ook verzorgen we alle energieoplossingen in het ‘Green Office’ Thorpe Park in Leeds, het meest energiezuinige gebouw in de UK met een BREEAM-score van maar liefst 87,55%. Samen met UNETO VNI, andere brancheorganisaties en kennisinstituten hebben we het initiatief genomen tot het concept ‘Green Office 2015’. Dit zijn ‘groene’ kantoren die niet alleen energie leveren aan hun directe omgeving, maar bovendien een ‘zero carbon footprint’ hebben. Tot slot realiseren we voor onze vestiging in Eindhoven een ultiem ‘groen kantoor’ op basis van de grondslag ‘Cradle to Cradle’, een heus visitekaartje voor ons actieve MVO-beleid. Met dit beleid wil Imtech een bijdrage leveren aan een leefbare en duurzame samenleving. We besteden aandacht aan ontwikkelingssamenwerking, een zuinig wagenpark, ‘garbon foot benchmarking’ en sustainable procurement.
De grootste biogascentrale in de UK.
Verassende denkvisie Imtech Building Services combineert in een gebouw alle mogelijke facetten en invalshoeken tot een verassende denkvisie. In nieuwbouw, upgrading én renovatie. Een visie die – indien gewenst – leidt tot een effectief ‘groen’ multidisciplinair plan van aanpak. Waarin de totaalaanpak van Imtech (bundeling van elektrotechniek, ICT en werktuigbouw, van consultancy en implementatie tot compleet onderhoud en beheer) uitstekend tot zijn recht komt. Met opvallende besparingen gedurende de complete levenscyclus van een gebouw.
Imtech Building Services Bert Ubachs, Directeur Business Development Nederland 06 - 54 91 30 79 www.imtech.nl
Researchcentrum BMW voor energiezuinge auto's.
Schiphol: kerosinedampen omzetten in bruikbare energie.
Het meest ‘groene’ kantoor in de UK.
52
53
Enkele voorbeelden van manieren waarop de adamasgroep duurzaamheid stimuleert. J Voor de gemeente Bussum gebruikten we een specifieke aanbestedingstactiek. Hier zijn de extra bouwkosten van duurzame oplossingen – die binnen 5 cq. 10 jaar zijn terug te verdienen – geheel in mindering gebracht op de onderling vergeleken inschrijfsom. J In onze programma’s voor multifunctionele accommodaties in diverse gemeenten waren de beheerkosten van invloed op de aansturing van het ontwerpproces. Zo maak je duurzaam gebruik mogelijk. J In Delft is de bibliotheek DOK via hoogniveau renovatie opgenomen in een bestaand gebouw, met vele duurzame energetische mogelijkheden. J Het gemeentekantoor boven de Brandweerkazerne in Delft is geheel demontabel uitgevoerd en de inrichting kan op vrijwel alle denkbare manieren gewijzigd worden.
J Bij een hoogspanningsschakelstation, dat de adamasgroep in opdracht van TenneT ontwierp, is rekening gehouden met landschappelijke inpassing. Hierbij is vooral de ecologie een speerpunt. Er is waterberging en een groenbuffer gerealiseerd tussen het station en het aangrenzende woongebied.
Een van de onderwerpen bij het certificeren van duurzaamheid is de inpassing van het ontwerp in de omgeving. Hier laat de adamasgroep doelgericht landgebruik en ecologie samen komen.
54
Een goed begin is het halve werk
adamasgroep: betrokken huisvestingsadviseurs met lef en ambitie Helderheid en duurzaamheid; beide facetten van de diamant ziet u terug in het werk van de adamasgroep. Het woord diamant komt van het Oudgriekse ‘adamas’. Onze huisvestingsadviseurs staan voor eerlijke communicatie en duurzame resultaten. Samen met opdrachtgevers maken zij dromen waar, door hun wensen voor (ver)nieuw(d)e huisvesting te vertalen in een tijdloze oplossing. Maar dat bereik je alleen door vanaf het prilste begin de juiste koers uit te zetten. Het cliché over ‘een goed begin’ bestaat niet voor niets! De adamasgroep doet dat door met oprechte betrokkenheid, integriteit en verstand van zaken voor u aan de slag te gaan.
De adamasgroep is een samenwerkingsverband van huisvestingsadviseurs, met vestigingen in Arnhem en Amsterdam. Eind 2008 openen we onze derde vestiging, bij Rotterdam. Wij begeleiden private en publieke opdrachtgevers bij vastgoedontwikkeling en staan hen van begin tot eind met raad en daad bij. Opdrachtgevers willen immers steeds vaker tijdens het gehele bouwproces door één partij worden bijgestaan. Ze willen hulp bij het ontwikkelen van een visie, die als basis dient voor het ontwerp. Maar ze hebben ook behoefte aan de kennis en ervaring om de realisatie- en beheerfase goed te kunnen sturen. De integrale benadering van de adamasgroep vormt al jaren ons bestaansrecht, want onze technici, (facility)managers en (omgevings)psychologen werken hierin uitvoerig samen. Duurzaamheid staat daarin centraal; wij dagen adviseurs, leveranciers en bouwers voortdurend uit om te streven naar innovatieve oplossingen.
het huisvestingstraject. Die aanpak leidt tot optimaal, duurzaam beheer van uw huisvesting. Zo begeleiden we het traject van a tot z: van het initiatief tot en met het beheer.
Designing Down Alle bouwprojecten beginnen hetzelfde: met een idee, wens of behoefte. Maar hoe maakt u die droom werkelijkheid? Voor de adamasgroep is iedere vraag uniek, want geen enkele organisatie is hetzelfde. Daarom beginnen wij altijd met het onderzoeken van de wensen, eisen en ambities van de opdrachtgever en de gebruikers. We maken hierbij gebruik van de Designing Down-methode. Deze bestaat uit een helder stappenplan, waarin uw ambities steeds concreter worden ingevuld. Elke stap is het uitgangspunt voor de volgende. Tijdens de eerste stappen formuleren we visie, ambitie en doelstellingen. In de stappen daarna stellen we de te huisvesten activiteiten en hun randvoorwaarden vast. Het resultaat van het visietraject wordt vastgelegd in een Programma van Eisen. Daarin staan niet alleen techniek en m² beschreven, maar ook de functionele en ruimtelijke eisen van de opdrachtgever en gebruikers. Zij worden door ons tevens vertaald in de technische en financiële consequenties. In de vervolgfasen houdt de adamasgroep de vinger nauwlettend aan de pols. Dat doen we door de fasedocumenten telkens te toetsen aan het Programma van Eisen en daarnaast strategische beheerplannen op te stellen. De adamasgroep neemt het beheer mee als integraal projectonderdeel en faciliteert dit proces parallel aan
Ruimte voor creativiteit Goede huisvesting faciliteert natuurlijk allereerst het primaire proces dat in het gebouw moet plaatsvinden. Dat kan echter heel goed samengaan met duurzaamheid. Duurzaamheid speelt in de hele levensloop van een gebouw een rol, maar de basis wordt gelegd in de initiatief- en definitiefase. De adamasgroep vertaalt alle ambities in toetsbare eisen, zónder de ontwerper in zijn creativiteit te beperken. Omdat we zelf ook ontwerpen, weten we dat ‘open’ eisen ruimte geven aan het creatieve proces. Door te beginnen bij het begin en al tijdens de visievorming rekening te houden met ambities op het gebied van duurzaamheid, creëert de adamasgroep tijdloze oplossingen voor opdrachtgevers. En – zo blijkt – die tijdloze, passende oplossingen leiden tevens tot duurzame relaties!
Certificering Bij een nieuw gebouw wordt duurzaamheid steeds belangrijker. Maar hoe definieer je duurzaamheid? En hoe zorg je ervoor dat de huisvesting duurzaam wordt ontwikkeld? Dat kan eenduidig door uw gebouw te laten certificeren. Dit proces begint al bij een goed, vraaggestuurd Programma van Eisen! Daarin leggen we vast aan welke meetbare eisen het gebouw qua proces, ontwerp, uitvoering en beheer moet voldoen om een specifiek niveau in duurzaamheidscertificering te verkrijgen. Vervolgens is dan noodzakelijk dit tijdens het verdere projectverloop te bewaken.
adamasgroep Remko Zuidema procesmanager Tel.: (020) 678 07 80
[email protected] Marieke Wijmenga officemanager Tel.: (026) 446 12 22
[email protected]
55
FOTO ROB HOEKSTRA
Industrieel erfgoed en hedendaagse architectuur geïntegreerd
Het Kraanspoor meervoudig onderscheiden J MIPIM Green Building Award 2008 J MIPIM ‘Special Jury Award’ 2008 J ULI Award for Excellence 2008 J Genomineerd voor de Global Award for Excellence 2008 J Genomineerd voor de FGH Vastgoedprijs 2008
‘Kraanspoor’ als perfect voorbeeld van ING Real Estate’s visie op duurzaam ontwikkelen Stond de Noordelijke IJ-oever in Amsterdam een halve eeuw geleden nog in het teken van de bruisende havenactiviteiten, tegenwoordig is het Kraanspoor slechts een van de schaarse overblijfselen van de rijke havengeschiedenis. Maar wel een bijzonder overblijfsel, want het object is verrassend én verrassend duurzaam door ING Real Estate herontwikkeld. Het 270 meter lange Kraanspoor – naar het ontwerp van J.D. Postma – werd in 1952 in gebruik genomen. Als in de jaren zeventig de werven langzaam uit het gebied verdwijnen, wordt het ook stil rondom het eens zo bedrijvige Kraanspoor. Vanaf 1980 heeft het gebied geen functie meer en vanuit de gemeente ligt er geen visie om het gebied weer te ontwikkelen. In 1997 wordt er zelfs door de gemeente Amsterdam een sloopvergunning verleend. Het is Trude Hooykaas van OTH, Ontwerpgroep Trude Hooykaas die op een mooie zondag op haar fiets langs het Kraanspoor fietst en met een briljant idee komt om dit verlaten Kraanspoor te herontwikkelen tot een spectaculair kantoorpand. Ontwikkelen is een vak apart ING Real Estate raakt in 2001 bij het project betrokken. Ontwikkelen met durf en kwaliteit zit ING Real Estate in de genen. Deze komen in 2006 goed tot uiting als 48% van het pand verhuurd is en toch met de bouw wordt gestart. ING Real Estate ziet de herontwikkeling als puur ondernemerschap en gaat de uitdaging aan om van het Kraanspoor een plek te maken die in samenhang is met haar omgeving en die inspeelt op de wensen van gebruikers nu en in de toekomst. Duurzame toepassingen worden in deze herontwikkeling het belangrijkste uitgangspunt . “Het Kraanspoor is voor ons de verwezenlijking van onze ambities op het gebied van duurzaamheid. Mede dankzij haar karakter is het ook een inspirerend gebouw voor de gebruikers en straalt het af op het imago van Amsterdam Noord”, zegt Anneke de Vries, Country Manager Development Nederland bij ING Real Estate. Duurzaam ontwikkelen volgens ING Real Estate J Duurzame projectontwikkeling gaat volgens ING Real Estate verder dan alleen energiemaatregelen. ING Real Estate vult duurzaamheid binnen haar projecten in aan de hand van zes criteria. Aanpasbaarheid en flexibiliteit J Locatie en toegankelijkheid J Energieverbruik J Gebruiksduur van materialen J Aantrekkingskracht voor gebruikers J Duurzame stedenbouw (sociale samenhang) Duurzaamheid in het Kraanspoor Het Kraanspoor is een toonbeeld van duurzame ontwikkeling. Door het gebruik van de materialen glas, staal en prefab beton kan het gebouw volledig worden gedemonteerd en elders weer opgebouwd worden (IFD-principe). De verhuurbare compartimenten zijn vrij indeelbaar binnen het stramien van 1,90 meter. Hierdoor ontstaat een grote mate van flexibiliteit, die ten goede komt aan de wensen van iedere gebruiker. Het Kraanspoor is hierdoor zelfs geschikt te maken voor wonen. Het Kraanspoor is de eerste herontwikkeling op het voormalig NDSM-terrein. De
56
ontwikkeling heeft een spin-off gegenereerd naar andere bedrijven. Zo is de Hema naast het Kraanspoor gestart met het bouwen van haar nieuwe hoofdkantoor en worden binnenkort nieuwe partijen gepresenteerd. Met de pont vanaf het Centraal Station, met de bus, fiets of auto – het Kraanspoor is uitstekend bereikbaar. Naast het wel heel bijzondere fundament waarop het gebouw lijkt te zweven, is de glazen gevel een tweede in het oog springend detail. De dubbele gevel maakt het mogelijk warmte vast te houden door de glazen panelen in de buitenste gevel dicht te doen, of juist te openen als verkoeling gewenst is. Door het vele glas wordt ook optimaal gebruik gemaakt van natuurlijk licht, wat een plezierige werkomgeving creëert voor de gebruiker. De uitzichten zijn fenomenaal. De glazen panelen kunnen per werkunit door de gebruiker zelf bediend worden. De glazen lamellen worden alleen gezamenlijk bediend en gesloten bij een windkracht van 7 of hoger. Een andere duurzame innovatie is het koel- en warmtesysteem dat via buizen in het platfond invloed uitoefent op het binnenklimaat in de kantoren. Vanuit het IJ wordt via een pomp water omhoog gebracht, waarna via een warmtewisselaar het water zo nodig nog opgewarmd of afgekoeld wordt met behulp van een warmtepomp. Het Kraanspoor en zijn omgeving Het Kraanspoor is gebouwd met respect voor zijn omgeving en geschiedenis. De plek was voorheen een uitgelezen locatie voor watervogels om te broeden. Daarom zijn onder het Kraanspoor nestkasten gehangen om de biodiversiteit rondom deze plek te blijven waarborgen. Volgens René Hersbach, Managing Director Projects , is langetermijnvisie essentieel in een gebied als Amsterdam-Noord. Eén van René’s focusonderwerpen is duurzaamheid, waarbij hij zich actief bezighoudt met het doorvertalen van de ambities van ING Real Estate op dit vlak naar intelligente en integrale ontwerpen die klanten nu en in de toekomst inspireren. “De klantwens is essentieel in dit soort kantoorontwikkelingen. We zijn trots dat Kraanspoor helemaal verhuurd is aan partijen die hun naam willen verbinden aan dit unieke pand.” Frank de Jonge, CEO van IdtV en eerste huurder van het Kraanspoor. “Het kantoor is een buitengewoon inspirerende plek. Bij brainstormsessies over nieuwe concepten of programma’s nodigt deze plek uit tot creativiteit. Onze werknemers komen met veel plezier naar hun werk, veelal met de pont!”
ING Real Estate René Hersbach, Managing Director Projects Schenkkade 65
2595 AS Den Haag T +31 (0) 70 3419681 www.ingrealestate.com
raanspoor, Kraanspoor 50, 1033 SE K Amsterdam Opdrachtgever: ING Real Estate Architect: OTH Ontwerpgroep Trude Hooykaas bv Aannemer: Bouwcombinatie M.J. de Nijs / Bot Bouw, Warmenhuizen Start bouw: Voorjaar 2006 Opgeleverd: Najaar 2007 Vloeroppervlakte: 10.000 m² Huurders: IdtV, Link Design, Beta Beat, Conclusion, Discovery Channel, Dawn, Only, I Care Producties Red Concepts, IV Infra en Oilily
57
Foto: Godfried van Hoof
Foto: Godfried van Hoof
Inbo en duurzaam bouwen betekent: Integraal ontwerpen
Op het gebied van duurzaamheid komen we in de fase van urgentie. Van bewustwording en keuzes maken. We zoeken naar andere mogelijkheden om invulling te geven aan de samenhang tussen welzijn, milieu en economie. Duurzaam maakt integraal deel uit van onze vakuitoefening. Inbo maakt nieuwe visies concreet.
We willen hieraan inspirerende bijdragen leveren. Binnen onze vakgebieden advies, stedenbouw, architectuur en bouwkunde geven we al enkele jaren concrete invulling aan duurzaamheid. In groter verband creëren we enthousiast ruimte voor innovatie en experimenten vanuit InboLab: ons platform voor vernieuwingskracht. Onze maatschappelijke betrokkenheid en vakinhoudelijke verantwoordelijkheid zien we al vele decennia als een vanzelfsprekendheid. Duurzaam past bij ons in de drie-eenheid: people, planet, profit.
Foto: Jeroen Musch
Met open vizier Inbo stelt zich open op. Wij luisteren naar wat onze gebruikers, opdrachtgevers en andere stakeholders te zeggen hebben. Ook zij maken zich zorgen over een gezond en veilig leefklimaat, nu en in de toekomst voor nieuwe generaties. Daarom zoeken wij de dialoog, de uitwisseling van visies en ideeën. Duurzaamheid betekent voor ons vooral samen werken aan innovatieve oplossingen op alle schaalniveaus. Met elkaar de uitdaging aangaan, grenzen verkennen en verleggen. Het gaat erom dat je daarbij ieders beste krachten aanspreekt. Nieuwsgierig, open en met respect op een manier die past bij je bureau. Dicht bij onze kern blijven Zo organiseren we binnen Inbo ‘De Avonden’. Een kwartaalontmoeting, waarin bijvoorbeeld nationale en internationale duurzaamheidsexperts hun kennis delen met onze medewerkers. We zoeken aansluiting bij samenwerkingspartners met wie we dezelfde duurzaamheidswaarden delen. Het Dutch Green Building Council is er één van. Een goed beleid heeft immers grote impact op ‘people’ en ‘planet’. Ook in onze eigen onderneming zien we dit terug. De InboAcademie richt zich breed op de persoonlijke en professionele ontwikkeling van onze medewerkers. Het delen van kennis en het verbinden van mensen past in een duurzaam beleid. Werken aan een hoogwaardige leefomgeving Voor Inbo is duurzaam bouwen meer dan alleen in het (ontwerp)proces aandacht geven aan duurzaam materiaalgebruik, energiebesparing en functiemenging. Het is meer dan inspelen op integrale waterhuishouding, ecologische natuurontwikkeling en gebruikersparticipatie. Duurzaam bouwen betekent voor ons vooral dat we een hoogwaardige leefomgeving in stand houden die gebruikers kwalitatief waarderen. Een leefomgeving waarin architectuur ‘vanzelfsprekend’ aansluit op de stedenbouwkundige structuur. Inbo ontwerpt op alle schaalniveaus. Van gebiedsontwikkeling tot en met het bouwkundige detail. De locatie van een woonwijk ten opzichte van de voorzieningen en gebruikers is een eerste stap naar een duurzame samenleving. Net als een zorgvuldig ingericht publiek domein, flexibele gebouwen en een architectonische vormgeving die de levensduur van een gebouw verlengt.
van Centric IT Solutions in Gouda, dat behoort tot de tien duurzaamste kantoorgebouwen in Nederland. Een aansprekend voorbeeld waarin integrale duurzaamheid in ontwikkeling, ontwerp en gebruik samenkomen is ons project van de High Tech Campus in Eindhoven. Een nieuwe generatie De samenwerkende partners: Inbo, JHK en Juurlink + Geluk ontwierpen met de High Tech Campus Eindhoven een uitgekiend concept voor een nieuwe generatie bedrijventerreinen. De hoogwaardige werkomgeving is duurzaam vormgegeven door de integratie van landschap, stedenbouw, architectuur en techniek. Een concreet voorbeeld van de integrale benadering van Inbo. Integrale kwaliteit Vijf landschapstypologieën vormen de dragers van herkenbare identiteiten in de openbare ruimte en dragen bij aan een hoge waardering van het geheel. Een zorgvuldige, natuurlijke stedenbouwkundige ordening biedt toegankelijkheid, sociale veiligheid en betrokkenheid van de gebruikers. De architectonische vormgeving verbeeldt de kwaliteit van binnenuit en respecteert het beeld van de omgeving. De open gebouwen, waarin het ritme van de seizoenen en het wisselende weer voelbaar is, dragen bij aan het welzijn van de gebruikers. De bouwkundige en installatietechnische uitwerking toont zorg en aandacht in een goede detaillering en duurzaam materiaalgebruik. De klimaatinstallaties zijn integraal in het ontwerpproces opgenomen en vertaald in warmte-koudeopslag in aquifiers en bijbehorende lagetemperatuur watergedragen koeling en verwarming. De bereikbaarheid met het openbaar vervoer en de fiets is geoptimaliseerd. De centralisatie van de in het landschap opgenomen parkeeraccommodaties bieden alle ruimte aan fietser en voetganger. De clustering van de voorzieningen centraal in de Strip creëert een levendige campus waarin ontmoetingen en kennisuitwisseling centraal staan. Bewezen kwaliteit De High Tech Campus ontving in 2006 de award van Beste Bedrijventerrein van Nederland. In 2007 is Philips als opdrachtgever genomineerd voor de Gouden Piramide. De grote belangstelling uit binnen- en buitenland sterkt onze trots op het bereikte resultaat, waarin de integrale benadering van duurzaamheid concreet vorm en inhoud kreeg. Inbo Geeresteinselaan 57 Postbus 57 3930 EB Woudenberg T +31 (0)33 286 81 13
www.inbo.com Jan van Dijk
[email protected]
Foto: Godfried van Hoof
Gewoon bijzondere projecten Deze houding vind je direct terug in ons werk. Variërend van het nieuwe onderzoeksinitiatief De Gezonde Wijk tot het recent opgeleverde nieuwe hoofdkantoor
58
59
Doeltreffend, praktisch en overzichtelijk Het duurzaamheidslabel volgens Intechno Group Onze missie
Addy Schuurmans, Algemeen directeur.
“Als onafhankelijke partner op verrassende, betekenisvolle wijze expertise inbrengen en oplossingen realiseren op het gebied van energie, milieu, techniek en veiligheid, waarmee voor de opdrachtgever, zijn gebouwen en de omgeving duurzame resultaten worden bereikt.”
In alle aspecten van de dienstverlening van Intechno Group staat duurzaamheid voorop. Met BREEAM is het mogelijk om de duurzaamheid van een gebouw in een breed geaccepteerd label uit te drukken. Iets wat goed aansluit bij onze missie, maar ook iets wat onze opdrachtgevers graag zien in het kader van de maatschappelijke verantwoordelijkheid. Intechno is dan ook zeer enthousiast over de introductie van BREEAM in Nederland door het Dutch Green Building Council. Over de vraag om founding partner te worden, heeft Intechno dan ook niet lang hoeven nadenken.
Intechno Group is een onafhankelijk ingenieursbureau. Sinds de oprichting in 1977 heeft Intechno ruime kennis van en ervaring opgedaan met het ontwerpen, realiseren, beheren en optimaliseren van technische installaties in de gebouwde omgeving. Het bedrijft streeft ernaar om de meest gebruiks- en onderhoudsvriendelijke gebouwen met flexibele en duurzame gebruiksmogelijkheden te realiseren en te beheren met een zo beperkt mogelijke energiebehoefte. Gezonde leef- en werkomgeving “Onze klanten willen een duurzaam goede en gezonde leef- en werkomgeving”, zo zegt Addy Schuurmans, Algemeen directeur van Intechno Group. “En dat kunnen wij voor hen realiseren. Het duurzaamheidslabel voor gebouwen biedt daarbij uitkomst, omdat het een onafhankelijk en internationaal breed geaccepteerd oordeel geeft over de werkelijke ‘duurzaamheidsprestatie’ van een gebouw. Dus geen gebakken lucht: de prestatie is meetbaar.” Cório eerste BREEAM-opdrachtgever BREEAM wordt ook door het Council of Shopping Centers (ICSC) gezien als de beste norm. ICSC is momenteel bezig om voor specifiek de retailsector een Europese BREEAM-norm op te stellen. In dit kader heeft Intechno Group in opdracht van Cório BREEAM voor de retailsector inmiddels vertaald naar de Nederlandse situatie. Verder neemt Intechno deel in verschillende werkgroepen om de Engelse BREEAMoerversie (breed en niet alleen retail) om te zetten naar de Nederlandse situatie. Onderdeel van Innax Group Intechno is onderdeel van het concern Innax Group. Innax Group is gespecialiseerd in het realiseren van duurzame resultaten voor haar opdrachtgevers door onafhankelijke dienstverlening op het gebied van energie, techniek, milieu en veiligheid in en rondom gebouwen. Tot dit concern behoren eveneens het onafhankelijke energiemeetbedrijf Cycle Systems Energy Services, het informatiemanagementbureau Cycle Systems Projects en het bouwkundig inspectiebureau Expex. Omdat Intechno onderdeel uitmaakt van dit concern, beschikt het bedrijf over de expertise en middelen om de totale duurzaamheid van de gebouwde omgeving inzichtelijk te maken en te houden. De normen die BREEAM hanteert sluiten dan ook goed aan bij de missie en dienstverlening van Intechno Group. Het bedrijf heeft daarom besloten eigen adviseurs te laten opleiden tot assessor (beoordelaars die gebouwen mogen certificeren).
Intechno en BREEAM openen nieuwe deuren naar een duurzame toekomst.
60
Intechno Group B.V. Addy Schuurmans, Algemeen directeur Tel.: (088) 557 70 00
[email protected] www.intechno.nl
61
Duurzaam ontwikkelen volgens Synchroon Bredere visie dan milieuvriendelijk bouwen alleen Duurzaam ontwikkelen is veel méér dan verantwoorde materialen gebruiken. Niets ten nadele van Al Gore, wiens ongemakkelijke waarheid insloeg als een bom en die in zijn eentje de hele milieubeweging een nieuw en veel beter leven lijkt te hebben ingeblazen. Maar voor een duurzame inrichting van ons land is meer nodig dan een verbod op gloeilampen. Synchroon presenteert zijn integrale visie op duurzaam ontwikkelen.
Ondanks de afnemende woningbehoefte na 2020, zal de ruimtebehoefte toenemen, zo stelt het Ruimtelijk Planbureau. Bovendien zullen kwaliteit en variatie de belangrijkste voorwaarden voor ruimtelijke inrichting zijn. Twee aspecten waaraan het in het verleden wel eens heeft ontbroken. Niet voor niets is de grootste opgave voor de toekomst de herstructurering en revitalisering van de naoorlogse wijken. Dat dit duurzaam moet gebeuren, staat voor Synchroon buiten kijf. Net zoals uitbreidingsgebieden volgens een strikt duurzaam concept ontwikkeld moeten worden. Voor de eeuwigheid Synchroon heeft een duidelijke mening over duurzaamheid. Ontwikkelen voor de eeuwigheid. Dat is volgens ons duurzaam ontwikkelen. Gebouwen, buurten, hele wijken moeten zó ontwikkeld worden dat meerdere mensen er gelukkig mee zijn. Omgevingen creëren die generaties lang blijven inspireren. Zonder onnodig beslag te leggen op grondstoffen, energie en ruimte. En door mensen actief te betrekken bij veranderingen in hun ruimte.
kiest Synchroon voor innovatieve concepten met een duurzame, heldere en integrale kijk op de ruimtelijke omgeving. Onze conceptuele visie wordt gecombineerd met commerciële daadkracht en maatschappelijk bewustzijn. Synchroon B.V. Vestiging Gouda Vestiging Hilversum Tielweg 28 Ceintuurbaan 2 2803 PK GOUDA 1217 HN HILVERSUM Postbus 296 Postbus 334 2800 AG GOUDA 1200 AH HILVERSUM Tel. 0182 565656 Tel. 035 6260000 Fax. 0182 565665 Fax. 035 6260011 www.synchroon.nl
[email protected]
Conceptuele kracht Dat vraagt om conceptuele kracht. Kracht die tijdens alle stadia van het ontwikkelingsproces wordt ingezet, om het beoogde duurzame resultaat te behalen. Daarom bedenkt Synchroon voor elk gebied een innovatief duurzaam concept. Op maat uiteraard. Omdat Nederland al te lang middelmatigheid heeft moeten verduren. Niet toevallig De overtuiging van Synchroon is niet toevallig. In de onderneming is ruim dertig jaar duurzaamheidsdenken verenigd. Johan Matser was in de jaren tachtig een van de eerste ontwikkelaars die Duurzaam Bouwen omarmde. Hopman Interheem Groep staat bekend om zijn duurzame projecten in uitbreidingsgebieden. De kennis en ervaring van beide bedrijven komt samen in Synchroon. Daarom
Over Synchroon Synchroon is de nieuwe naam van Hopman Interheem Groep en Johan Matser Projectontwikkeling. De orderportefeuille van Synchroon bedraagt circa drie miljard euro, met een jaarlijkse omzet van zo’n 300 miljoen euro. De werkgebieden zijn integrale gebiedsontwikkeling, woningbouw, winkels en kantoren. Bij Synchroon werken circa 110 mensen. In het najaar van 2008 wordt het nieuwe hoofdkantoor in Utrecht betrokken.
62
63
Dit artikel is geschreven door ir. Niels Bogman, lid van het directieteam van Valstar Simonis. Valstar Simonis is in het bezit van het EPA-vignet en viert dit jaar het lustrum onder het motto ‘60 jaar duurzaam energiek’.
Valstar Simonis bewijst meerwaarde Duurzaam bouwen stimuleert advieswerk
Zijn ‘duurzaam bouwen’, ‘energieneutraal bouwen’ of ‘CO2-neutraal bouwen’ gehypete termen of speelt duurzaamheid nu echt een integrale en betekenisvolle rol in het advieswerk? Het lijkt erop alsof door de energiecrises en andere mondiale ontwikkelingen het besef doordringt dat het nu menens is. Het geeft installatieadviesbureaus – zoals Valstar Simonis – de kans om hun meerwaarde op dat gebied te bewijzen.
De inzet bij duurzaamheid en duurzaam bouwen is erop gericht beter rekening te houden met (blijvende) beschikbaarheid van bronnen voor de toekomstige generaties. Een mooie doelstelling, maar wat nog vaak door partijen wordt vergeten, is dat het duurzaam bouwen van een gebouw niet alleen betrekking heeft op het energieverbruik, maar ook op aspecten als materialen, flexibiliteit en indeelbaarheid, onderhoud en beheer en waterverbruik. Energie Hoe lager het energieverbruik is, hoe duurzamer een gebouw wordt beoordeeld. Rationeel omgaan met energie en energieverbruik is een aspect dat vanaf de eerste ontwerpfase van een gebouw wordt meegenomen. Valstar Simonis hanteert hiervoor de ontwerpregels uit de ‘Trias Energetica’: 1. Beperk de energievraag van een gebouw. De energievraag kan beperkt worden door bouwkundige maatregelen zoals zonwering, goede isolatie, oriëntatie van het gebouw of daglichttoetreding, maar ook door installatietechnische maatregelen zoals warmteterugwinning uit ventilatielucht of beperking van verliezen bij het transport van warmte, koude en lucht en het voorkomen van gelijktijdig koelen en verwarmen. 2. Gebruik duurzame energiebronnen. Via (financiële en energetische) haalbaarheidsstudies wordt duidelijk of de toepassing van duurzame energiebronnen interessant is voor het project. Voorbeelden zijn warmte-koudeopslag, zonne-energie, windenergie, gebruik van omgevingswarmte/koude of biomassa. Wanneer dit daadwerkelijk effect heeft in de bijdrage aan het duurzame karakter van het gebouw, zijn dit soort toepassingen zeer zinvol. 3. Gebruik fossiele energie (niet-duurzame energie) zo efficiënt mogelijk. Er kunnen gebouwen en gebouwinstallaties zijn waarbij de toepassing van duurzame energiebronnen niet mogelijk en/of rendabel is. Dit maakt de toepassing van fossiele energie dan noodzakelijk. Door het toepassen van hoogrendementsketels, energie-efficiënte hoogfrequente verlichtingsarmaturen of koelmachines met een hoog rendement kan toch een zeer hoge efficiëntie worden bereikt.
Een voorbeeld van een duurzame ontwikkeling De Rotterdam (artist impression).
64
Flexibiliteit en indeelbaarheid Een gebouw wordt voor een lange periode gebouwd. Echter, het gebouw zal te maken krijgen met verandering van gebruikers(wensen), functie en indeling. Indien hiervoor iedere keer ingrijpende verbouwingen en aanpassingen nodig zijn, zal dit de vraag naar arbeid, materialen en energie doen toenemen. Door in een flexibel en duurzaam ontwerp rekening te houden met (mogelijke) toekomstige wijzigingen, zullen in de toekomst verbouwingen en aanpassingen aan gebouw en installaties beperkt worden. Uiteraard is het advies over het toepassen van een flexibel installatieconcept sterk afhankelijk van de functie van het gebouw en de visie die de opdrachtgever heeft over toekomstige organisatie- en indelingswijzigingen.
goed te laten functioneren, is efficiënt onderhoud en beheer noodzakelijk. Tijdens het ontwerp van de installaties zal dan ook intensief meegedacht moeten worden met de ontwerpteams. Dit resulteert in een minimalisering van de onderhoudskosten en een maximalisering van de levensduur van de installaties. De duurzaamheid van de installaties en het gebouw wordt hierdoor aanzienlijk vergroot. Materialen Hergebruik van materialen, zowel bouwkundig als installatietechnisch, zal de duurzaamheid van het gebouw doen toenemen. Bij de toepassing van nieuwe materialen is de oorsprong, levensduur en eventuele toekomstige herbruikbaarheid van belang om de duurzaamheid van een gebouw te vergroten. Waterverbruik Gebouwen hebben water nodig voor sanitaire installaties, keukens of bevloeiing van planten. Normaliter wordt hiervoor kostbaar drinkwater gebruikt. Ook voor water geldt een ‘Trias Energetica’: 1. Beperk de drinkwatervraag. Hierbij kan gedacht worden aan maatregelen zoals toiletten die minder water nodig hebben voor een spoeling of zelfs waterloze urinoirs. 2. Gebruik duurzame waterbronnen. Regenwater kan gebruikt worden voor de doorspoeling van toiletten en de besproeiing van de planten in het gebouw. Ook de toepassing van grijswater kan besparingen opleveren. 3. Gebruik drinkwater zo efficiënt mogelijk. Waar het gebruik van drinkwater niet te vermijden is, kunnen waterbesparende kranen en douches worden ingezet. Tot slot Onze advieservaring geeft aan dat duurzaamheid in de gebouwde omgeving, alhoewel niet langer een hype, zeker mogelijk is. Essentieel bij Duurzaam Bouwen is dat reeds in de conceptfase de opdrachtgever en alle disciplines in het ontwerpteam geïntegreerd aan het ontwerp werken. Op deze wijze maakt men al in een vroeg stadium de optimale integratie van bouwkundig en installatieontwerp mogelijk. Duurzaamheid is een serieus, complex en uitdagend onderwerp. Maar de inzet is duidelijk en stimuleert ons in ons advieswerk. Valstar Simonis Postbus 1935 2280 DX Rijswijk Tel.: (070) 307 22 22 www.valstar-simonis.nl
Onderhoud en beheer Goed functionerende installaties zijn essentieel om in het ontwerp het beoogde effect voor het binnenklimaat en de energiebesparing te bereiken. Om de installaties
65
Fotograaf: Frank van Epenhuysen
Van den Oever Zaaijer Architecten: ‘Geen anonieme duurzaamheid’ De openbare ruimte als drager voor duurzaamheidsprocessen.
Duurzaamheid binnen stedenbouw begint voor ons bureau – net als bij architectuur – met het centraal stellen van de gebruiker van de stedelijke ruimte, van de opgave, van het specifieke landschap. Het betekent een product realiseren van en met de gebruiker, zodat deze verleid wordt hierin te investeren, waardoor het proces en het eindresultaat dichtbij staan en niet anoniem worden.
Het is ook van belang om de vraag te stellen hoe het komt dat we gemiddeld met zijn allen erg tevreden zijn over ons eigen leven en dat een hoog cijfer geven, maar dat we de relatie en interactie met anderen een veel lager cijfer geven. Deze interactie vindt vooral plaats in het openbaar gebied, de omgeving waarin we verkeren en elkaar ontmoeten. Het betekent dat het openbaar gebied en vooral de overgang tussen binnen en buiten, tussen privé en openbaar, als ontwerpopgave een steeds grotere rol moet gaan spelen. Niet als barrière of grens, maar juist als interactieve zone tussen de publieke en private ruimte. Als stimulans voor informele ontmoetingen, verleidingen en contacten tussen mensen. Toenemend contact stimuleert het bewustzijn. Vaak worden eisen aan de stedelijke ruimte gesteld als schoon, helder, efficiënt en veilig; bedenk wel dat dit meer de randvoorwaarden voor een ontsmettingsmiddel zijn dan voor een gezonde stedelijke ruimte. Het zegt namelijk niets over de rol van de gebruiker zelf. Nadenkend over duurzaamheid en kringlopen als energie, water en voedsel en de grote kansen die er liggen door landschap en stedelijk weefsel te integreren, kan het niet meer zo zijn dat alleen het landschap “goed” is en het bouwen als “slecht” of “verdacht” gezien moet worden. Deze twee grootheden dienen met elkaar een symbiotische relatie aan te gaan op basis van gelijkwaardigheid. Dit betekent dat stedenbouw in samenhang met architectuur een interdisciplinaire aanpak vereist met een veel breder oogmerk, waarbij de vraag gesteld wordt hoe we de kwaliteit van het leven kunnen verbeteren zonder het milieu te verwoesten. Duurzaamheid zichtbaar maken Openbare ruimte moet op verschillende manieren gebruikt kunnen worden, moet mee kunnen emanciperen en ontwikkelen met de buurt en moet daarmee een andere rol kunnen krijgen, zodat er geen onverantwoord gebruik gaat ontstaan. In de openbare ruimte kunnen ook verschillende duurzaamheidsprocessen zichtbaar worden gemaakt. Het zichtbaar maken van bijvoorbeeld een duurzamer watersysteem (natuurlijke afvoer, waterberging en infiltratie, gescheiden stelsels) heeft tevens een educatief doel. De stadsbewoner heeft het contact met natuurlijke systemen als waterhuishouding verloren. Leven met water is een ontwerpopgave in termen van bewustwording en als stedelijk en sociaal ritueel. De kwaliteit van het water kan verbeterd worden door natuurlijke begroeiing of door ‘groene’ sponzen (rietfilters, etc.). Wat goed is voor het milieu hoeft absoluut niet slecht te zijn voor onze ogen. Daarnaast kunnen wateroppervlakten gebruikt worden als zonnecollector, als energiebron. Door de integrale aanpak die wij voorstaan, kan stedenbouw de planoverschrijdende kansen benutten, zoals op het vlak van natuurlijke zonwering en koeling door het landschap door windsingels toe te passen en wind over water te geleiden; de stroomlijning van groene, blauwe en rode structuren door een optimale oriëntatie, waardoor tevens een gezond krachtenveld voor architectuur
66
kan worden geschapen. Daarvoor zijn een goede flexibiliteit binnen de stedelijke (ruimtelijke) kaders en een goede faseerbaarheid een vereiste. Dit kan door bijvoorbeeld te kiezen voor compacte ontwerpen waarbij de economische, sociale en maatschappelijke activiteiten beter geïntegreerd zijn, het grondgebruik teruggebracht wordt en gecompenseerd wordt door bijvoorbeeld groene daken. Zo zijn ook microklimaatcondities beter te manipuleren.
Stedenbouwkundig plan Hardenberg.
Stedenbouwkundig plan Oosterhout Vrachelen 4/5.
Synergie Door strategisch de juiste keuzes te maken, kan een omgevingstemperatuur tussen de vier en zes graden worden beïnvloed. Maar ook de synergie tussen educatie en het gebruik en waardering van het openbare landschap is belangrijk, door bijvoorbeeld landschapseducatie te betrekken bij het ontwerp, beheer en onderhoud van het openbaar gebied. Het zijn de natuur- en de ecosystemen die voor alle wereldbewoners de voorwaarden voor een kwalitatief hoogwaardig leven kunnen verschaffen. van den Oever, Zaaijer & Partners architecten Contactpersoon: ir. C. Zwiers Kromwijkdreef 11 1108 JA Amsterdam zuidoost T +31 (0) 20 69 19 115 email:
[email protected] website: www.oz-p.nl
Vechtbrug Hardenberg.
Toekomstscenario Rouenhof Landgraaf.
Ontwerp landgoed en architectuur 'Ruimzicht' in Doetinchem.
67
Bewust duurzaam
PRC wil duurzaam ondernemen – en adviseren Er zijn werkgroepen Mobiliteit en Duurzaamheid, het aantal verreden kilometers moet met tien procent omlaag, en er worden op duurzaamheid toegesneden instrumenten ontwikkeld. Ook PRC gaat voor duurzaam.
“Ik kom er steeds meer achter dat duurzaamheid méér is dan een kreet en dat het een andere manier van leven zal moeten gaan betekenen. Het moet fundamenteel anders. Er moet echt een omslag in ons denken plaatsvinden. Duurzaamheid moet in je genen gaan zitten, nu is het nog te instrumenteel. Het begint ermee dat we ons bewust moeten worden van wat we aan het doen zijn. Als het tussen de oren komt, zijn we al een forse stap verder.” Aan het woord is Leo van der Kemp, algemeen directeur van PRC. PRC zelf doet – intern en extern – zijn best die bewustwording te vergroten. Er is een werkgroep Mobiliteit, die zich sterk maakt voor beter (en meer) gebruik van openbaar vervoer door PRC’ers. Meer gebruik van carpoolen. Meer thuiswerken. Met als doelstelling: tien procent autokilometers minder per jaar. Er is een werkgroep Duurzaamheid, die onder andere adviezen opstelt voor klanten en bekijkt wat er intern verbeterd kan en moet worden. En, last but not least, PRC is actief bij de Dutch Green Building Council als founding partner. Doorgeven “Ook in de adviserende sfeer wordt duurzaamheid steeds belangrijker. PRC heeft al veel kennis over materialen en technieken. Over duurzame processen, CO2-neutraal bouwen. En die kennis willen we doorgeven aan onze klanten. We zullen altijd de duurzaamheid stimuleren en met de opdrachtgever in discussie gaan.” Speciaal voor opdrachtgevers met vragen over duurzaam bouwen heeft PRC – in samenwerking met de Technische Universiteit Eindhoven – de Toolbox Duurzaamheid ontwikkeld. Het is een instrument waarmee in betrekkelijk korte tijd de ambities van een opdrachtgever bepaald en vastgelegd kunnen worden. Door middel van een stappenplan wordt vastgesteld wat de opdrachtgever wil. Hij vult daartoe een uitgebreide vragenlijst in (bijvoorbeeld over de eigen visie en concurrentie). De lijst wordt vertaald naar concrete ambities, zoals wel of geen extra investeringen voor duurzaam bouwen. De uitkomsten ervan kunnen daarna, tijdens de verdere uitvoering van het project, relatief eenvoudig bewaakt worden. Aan de hand van een toetsingsmethode (bijvoorbeeld BREEAM) kan tenslotte het project worden voorzien van een score.
Maquette van de nieuwbouw van het Meander Medisch Centrum in Amersfoort.
68
gedragen aan de acceptatie van de Businesscase Greenport Venlo (Klavertje 4) door alle stakeholders, zoals de Provincie zelf, de betrokken Gemeenten, Dienst Landelijk Gebied en private instellingen en betrokken particulieren. MEANDER MEDISCH CENTRUM Ter vervanging van de twee bestaande Amersfoortse ziekenhuizen wordt in 2012 het Meander Medisch Centrum opgeleverd. De uitdaging van PRC, als projectmanager bij de nieuwbouw betrokken, is om een duurzaam en innovatief gebouw neer te zetten met een relatief beperkt budget. Besparing op de klimaatinstallaties is daarbij een belangrijk aspect. In een operatiekamer is maximale klimaatbeheersing noodzakelijk, in andere delen van het gebouw kan ventileren door een raam open te zetten voldoende zijn. In combinatie met betonkernactivering ontstaat er bovendien een aangenaam klimaat met een energiezuining resultaat. Kernwoorden voor het nieuwe ziekenhuis zijn licht, lucht en ruimte. Omdat het – in een mooi park gelegen – uit kleinere bouwdelen is samengesteld, dringt het landschap ver naar binnen. PRC Ryan van de Ven, Directeur PRC-divisie Strategie & Techniek
[email protected] www.prc.nl
Greenport Venlo Venlo is de eerste regio ter wereld die de principes van Cradle to Cradle volledig in de praktijk wil brengen. In het project Greenport Venlo willen bedrijfsleven en overheid zich bewust profileren met duurzame ontwikkeling. PRC is als adviseur kostenmanagement betrokken bij de ontwikkeling van het ruimtelijke fysieke hart van Greenport Venlo. Dit omvat een integrale gebiedsontwikkeling van 1.000 ha op het grondgebied van meerdere gemeenten. Het richt zich op de realisatie van een samenhangend complex van agro-industriële en logistieke bedrijven. Naast de ruimte voor bedrijvigheid wordt ook geïnvesteerd in een robuuste ecologische hoofdstructuur. Als kostenadviseur van de Provincie Limburg heeft PRC Kostenmanagement bij-
69
Community College Leiden. 2009. Rendering: CIIID.
Architectenbureau RAU: Werken vanuit een bewuste visie op de wereld
Het in Amsterdam gevestigde architectenbureau RAU werkt al 16 jaar vanuit een specifieke visie op het ontwerpen van duurzame gebouwen. Met een bewuste aanpak en een integrale methodologie ontwerpt RAU voor de publieke en de private sector. RAU neemt actief deel aan de huidige internationale discussie over duurzaamheid en de ontwikkeling van energiebesparende technologieën. In een wereld waarin de natuur zo vaak door menselijke activiteit wordt bedreigd, wil RAU een positieve bijdrage leveren door middel van haar aanwezigheid en haar werk.
Wereld Natuur Fonds, Zeist. 2006. Fotograaf: Kusters Fotografie.
Wereld Natuur Fonds, Zeist. 2006. Fotograaf: Christian Richters.
Le Carre de Soie, Lyon. 2010. Rendering: RAU.
De ontwerpen van RAU worden gekenmerkt door een grote mate van duurzaamheid. Soms zet RAU zelfs een nieuwe standaard, zoals bij het hoofdkantoor van het Nederlandse Wereld Natuur Fonds, opgeleverd in 2006 – dit gebouw is gedeeltelijk een renovatieproject en is een van de eerste CO2-neutrale gebouwen. Meer recent heeft RAU een berekening laten maken van alle internationale milieulabels en -criteria ten behoeve van het ontwerp voor Le Carré de Soie, een groot kantoor-, woon- en winkelcomplex in Lyon. De scores die het ontwerp behaalt, behoren zonder uitzondering tot de wereldtop. Volgens de Amerikaanse LEED krijgt het complex de score ‘Platinum’. Volgens de Europese EPBD-norm krijgt het een A++, en volgens de geaccepteerde Duitse norm is dit ontwerp een zogenoemd ‘Passivhaus’. De Britse BREEAM – die ook kijkt naar de stedelijke omgeving – plaatste het gebouw in de hoogste categorie: ‘excellent’. Portfolio Op dit moment is RAU onder meer bezig met een generiek concept voor energiezuinige full-service winkels voor een internationale supermarktketen, een ontwerp voor een universiteitsgebouw van meer dan 40.000 m2 met een aantal publieke educatieruimtes, een energieneutraal hotel in een complexe stedelijke omgeving, een zeer efficiënt laboratorium op een universiteitscampus, en met zelfvoorzienende, multifunctionele gebouwencomplexen met kantoren en woningen. Daarnaast heeft RAU in haar portefeuille woningen en toeristische complexen voor allerlei verschillende locaties, van aardbevingsgebieden tot ecologisch kwetsbare natuurreservaten. De uitstraling van het werk is steeds anders, afhankelijk van de opdracht. De overeenkomst is de actieve betrokkenheid bij de opdrachtgever, de gebruiker, de omgeving en het milieu. Techniek RAU zet zich in voor de langetermijnbelangen van de aarde en haar bewoners. In gebouwen van RAU worden intelligente verwarmings-, ventilatie- en koelsystemen gebruikt, samen met een geavanceerde integratie van structuren en techniek, het gebruik van menselijke energie als energiebron, hyperefficiënte ontwerpen, hergebruik van materialen, ‘vogelpannen’ en ‘vleermuizenkelders’. Hightech resultaten worden vaak bereikt met behulp van lowtech oplossingen. Ook al is de materialisatie en de integratie van het constructief en installatietechnisch ontwerp voor RAU van essentieel belang en is een geslaagde synergie voorwaarde voor een goed presterend gebouw, een ontwerp van RAU onderscheidt zich werkelijk door de aandacht voor de menselijke factor.
Christelijke Scholengemeenschap Sprengeloo, Apeldoorn. 2006 Fotograaf: Harry Noback.
70
Niet alleen duurzaam De communicatie met alle toekomstige gebruikers is erg belangrijk, want zij zijn het die het toekomstige gebouw echt gaan ‘bewonen’. En volgens RAU draait het bij een duurzaam gebouw niet alleen om de meest geavanceerde technologie. Eigenlijk spreekt dit voor zichzelf. Voor RAU is het vanzelfsprekend dat, gezien het feit dat architectuur steeds vaker moet voldoen aan strenge duurzaamheidscriteria, dit gebeurt zonder op andere gebieden concessies te doen, zoals ten aanzien van budget of esthetiek. Het duurzame ondernemerschap van RAU komt voort uit een duidelijke visie op de wereld; werkend en levend vanuit het bewustzijn dat elk menselijk handelen uiteindelijk een significant effect op de wereld om ons heen heeft: op ecologisch, economisch en sociaal niveau. Vanuit deze optiek ontstaan gezonde gebouwen die energie produceren, gebouwen waarin de mens centraal staat, gebouwen die bijdragen aan een bewuste visie op onze planeet. Architectenbureau RAU Office: KNSM-Laan 65 1019 LB Amsterdam Postal address: Postbus 564 1000 AN Amsterdam Phone: +31 20 419 02 02 Internet:
[email protected] WWW.RAU.EU
Methodiek Intensieve samenwerking is een belangrijk element in de relatie met projectpartners. RAU stimuleert de diversiteit aan meningen en input tijdens het gehele ontwerpproces en heeft een geïntegreerde ontwerpmethodologie ontwikkeld met als doel het verkennen van nieuwe vormen van synergie tussen technologie en architectuur. Zowel opdrachtgever, gebruikers en projectteam als de fysieke context van het terrein zijn factoren van vormbepalende invloed op het ontwerp.
71
Wat we vandaag bouwen, wordt ook door toekomstige generaties gebruikt Duurzaamheid maakt deel uit van Corio’s kernactiviteit: het investeren in en beheren van winkelcentra
Corio is een van de grootste beursgenoteerde vastgoedbeleggingsfondsen met een focus op retail in Europa. Het beheer, het management en de ontwikkeling van winkelcentra zijn vaak langetermijnactiviteiten, wat voor ons de verantwoordelijkheid met zich meebrengt om grondstoffen duurzaam te gebruiken, ook voor de komende generaties. We hebben daarom Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) onderdeel van onze strategie gemaakt en voeren het dagelijkse management van onze winkelcentra uit op een manier die onze stakeholders van ons verwachten, waarbij we ook het milieu waar mogelijk in stand houden. Onze stakeholders zijn onder meer onze aandeelhouders, huurders, gemeenten, consumenten, werknemers en de bedrijven waarmee we samenwerken, zoals ontwikkelaars en aannemers. De standaarden die we hanteren komen aan de wensen van deze stakeholders tegemoet en onze benadering voegt voor hen waarde toe op economisch, sociaal en milieugebied. We zijn ons ervan bewust dat onze bedrijfsactiviteiten van invloed zijn op deze gebieden en we willen een positieve bijdrage leveren door meer dan aan onze juridische verplichtingen te voldoen. Wij zetten onze uitgebreide ervaring en kennis in voor het best mogelijke sociale en financiële resultaat.
Grondige MVO-benadering Corio benadert Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) op een proactieve manier. We spelen in op toekomstige wetgeving en ontwikkelingen op de vastgoedmarkt, voordat we daartoe verplicht worden. Bij ons is MVO geen marketingmiddel, maar een algehele denkrichting. We willen goed presteren voor onze stakeholders, terwijl we goed doen voor het milieu en de samenleving. Deze uitgangspunten staan elkaar niet in de weg, aangezien duurzaamheidmaatregelen en -investeringen geld besparen bij het beheer van de winkelcentra; waardoor een positief economisch resultaat op de lange termijn mogelijk is. Gegeven de gemiddelde periode dat we de winkelcentra in eigendom hebben en de gemiddelde levensduur van die centra, kunnen we deze investeringen doen en te zijner tijd voordeel halen uit de resultaten. Corio’s pijplijn van circa € 3 miljard biedt mogelijkheden voor het ontwikkelen van duurzaam vastgoed, maar dat weerhoudt ons er niet van om ook in de lopende portefeuille van € 7 miljard duurzaamheidmaatregelen te implementeren. Het vaststellen van onze uitstoot en het werken aan reductie- en efficiëntievraagstukken is onderdeel geworden van onze dagelijkse bedrijfsvoering. De focus van ons MVObeleid ligt echter niet alleen op dit technische aspect; het bevat ook het veelvuldig consulteren van onze stakeholders om meer kansen op dit gebied te benutten. Corio is in staat de ontwikkelingen in ieder verzorgingsgebied van winkelcentra te volgen door in-house center- en verhuurmanagement. Een belangrijke pilaar van deze managementformule wordt gevormd door de persoonlijke contacten en optimale dienstverlening, wat de huurder in staat stelt zich op zijn business te concentreren en de consument om zich goed te voelen. Door middel van onderzoek- en marketingactiviteiten speelt Corio in op de behoeften van de consumenten uit het verzorgingsgebied en realiseert daarmee een toegevoegde waarde voor hen, de winkeliers en de aandeelhouders van Corio. Daarnaast streeft Corio naar de ontwikkeling en handhaving van beleidsbepalingen en praktijken die een positieve en duurzame bijdrage aan de sociale omgeving en het milieu bevorderen in elke gemeenschap waarin zij actief is. Ontwikkeling nieuwe producten Met deze grondige MVO-benadering als basis zijn wij in staat om nieuwe producten en oplossingen te ontwikkelen. We combineren expertise op het gebied van techniek, aankoop, investeringen, centermanagement en MVO. Een voorbeeld daarvan is Nieuw Hoog Catharijne (NHC) in Utrecht, waar MVO-maatregelen in alle stadia van planning en herstructurering zijn doorgevoerd. Zo heeft Corio voorbereidingen getroffen voor
72
een grootschalige bodemreiniging, inclusief het bodemwater. Tegelijkertijd zal Corio een reservoir voor warmte- en koudeopslag laten bouwen, dat tevens gebruikt zal worden als duurzame energievoorziening. In NHC zullen huurders gebruik kunnen maken van zowel grijs water als drinkwater voor hun eigen voorzieningen. Bovendien zal een geavanceerd Energie-ICT-systeem Corio’s centermanagementteam in staat stellen om energieverbruik te monitoren en de huurders advies te geven op het gebied van reductie en efficiëntie als daar behoefte aan is. We kunnen op die manier bijdragen aan de gemeenschappelijke MVO-doelen. We zoeken actief naar samenwerking met ontwikkelaars, aannemers en gemeenten die ook duurzaamheidmaatregelen binnen hun bedrijf doorvoeren. Op die manier initieert Corio ketenverantwoordelijkheid binnen haar invloedssfeer, waarvan de sector en de hele samenleving profijt kunnen hebben. Zoals nu ook in Hoog Catharijne gebeurt, zal Corio sociale maatregelen doorvoeren in NHC. Voorbeelden hiervan zijn het communiceren met de huurders en consumenten en het doorvoeren van relevante ideeën en wensen in het beheer van het winkelcentrum. We organiseren evenementen in het winkelcentrum om consumenten aan te trekken en een duurzame relatie op te bouwen met bezoekers en omwonenden van onze centra. Corio stelt tevens ruimte beschikbaar in NHC voor publieke diensten en voorzieningen. Corio werkt daarnaast samen met de gemeente Utrecht, de zorginstellingen, de politie en de NS om de verslaafdenproblematiek en de criminaliteit aan te pakken. Deze samenwerking heeft geresulteerd in enkele gebruikersruimten, waardoor de ruimte in en rond Hoog Catharijne veiliger is geworden, en mensen er graag hun tijd doorbrengen. Corio is zich bewust van de sociale functie van NHC gezien de grootte en locatie. Het ontwerp van het centrum bevat dan ook open gebieden waar mensen kunnen samenkomen in een prettig verblijfsklimaat. Het winkelcentrum is exemplarisch voor onze portfolio en pijplijn wat betreft duurzaam management en duurzame ontwikkeling.
Corio N.V. Jacobsweerd Sint Jacobsstraat 200 3511 BT Utrecht Postbus 8243
3503 RE Utrecht t 030 234 6464 f 030 233 3578 w www.corio-eu.com e
[email protected]
73
Burj al Shams: toren van de zon. Een energie neutrale wolkenkrabber vanuit de techniek ontwikkeld.
Decennialang opmerkelijk duurzaam!
Deerns levert bijdrage aan duurzame en comfortabele verblijfsomgeving Vandaag de dag staat het duurzaamheidsdenken hoog op iedere agenda. Een stroming die goed aansluit bij de missie van Deerns: het leveren van een bijdrage aan een duurzame en comfortabele verblijfsomgeving. Voor veel opdrachtgevers hebben we systemen uitgedacht met als uitgangspunt een duurzame energievoorziening. Dankzij het toepassen van innovatieve concepten is heel wat CO2-uitstoot vermeden en zijn enorme kostenbesparingen gerealiseerd.
Duurzame oplossingen komen niet puur en alleen door techniek tot stand; ook de manier van projectparticipatie speelt een belangrijke rol. Steeds vaker is het vanzelfsprekend dat de adviseurs van Deerns al in de conceptfase van een project meedenken. Bijvoorbeeld over integrale duurzame energievoorzieningen, maar ook over bouwfysische zaken als oriëntatie van bouwdelen, bezonning, glasoppervlakten en daglichttoetreding. Deze wijze van projectparticipatie is een belangrijke voorwaarde voor het slagen van projecten met een duurzaamheidsambitie. Groene datacenters Het duurzaamheidsdenken raakt zo langzamerhand gemeengoed in alle bedrijfstakken waarin Deerns actief is. Van gezondheidszorginstellingen tot universiteiten, van kantoren tot luchthavens en van cleanrooms tot datacenters. Voor deze laatste categorie hebben de specialisten van Deerns in samenwerking met KPN een concept ontwikkeld dat in principe niet fundamenteel afwijkt van beproefde structuren, maar een grote positieve invloed heeft op het milieu. Conventionele technieken zijn op een uitgekiende manier gecombineerd, waardoor de vraag naar energie enorm afneemt. De meeste datacenters hebben circa 50 procent van hun totale energieverbruik nodig voor het koelen van hun IT-apparatuur. Wanneer op dit verbruik geen actie wordt ondernomen, zullen de totale kosten van voeding en koeling tijdens de levensduur van een server al snel hoger uitvallen dan de aanschafkosten. Daarom is bij de ontwikkeling van het nieuwe concept vooral naar het verlagen van de koelkosten gekeken.
GROTERE KWALITEIT BEELD?
80% energiereductie In het concept worden de traditionele recirculatie-units op zaal vervangen door compartimenten met een koudewisselaar en koelmachines die buiten de computerzaal staan opgesteld. Met behulp van ventilatoren recirculeert de lucht in de computerzaal, waarbij deze lucht door middel van een koudewisselaar gekoeld wordt. De warmte wordt direct naar de buitenlucht gebracht. Met het nieuwe concept wordt de vraag naar energie met 80 procent verlaagd en daarmee ook de koelkosten. Hiermee is het zowel vanuit milieutechnisch oogpunt als op basis van energiekosten een veelbelovend concept voor datacenters - de investeringskosten zijn vergelijkbaar met een traditioneel koelconcept. Door de veel directere wijze waarop de warmteontwikkeling in computerracks overgedragen wordt op de buitenlucht, kan in Nederland per jaar 97 procent van de tijd gebruikgemaakt worden van vrije koeling; koelmachines en dergelijke kunnen dan buiten bedrijf blijven. De besparing bedraagt ongeveer 7 procent per jaar van de totale bouwkosten van het datacenter.
GROTERE KWALITEIT BEELD?
74
GC-DC concept van Deerns: 80% reductie op de vraag naar energie voor koeling.
wolkenkrabberconcept bedacht voor het klimaat in het Midden-Oosten. De Burj al Shams is een gebouw van 200 meter hoog. Om deze toren energieneutraal te kunnen maken, wordt in de eerste plaats zo veel mogelijk warmtelast van de zon voorkomen. Om dit te bereiken, is de doorsnede van het gebouw boven groter dan onder. Het gebouw staat hierdoor een groot deel van de dag in haar eigen schaduw. De toren heeft een ellipsvorm: aan de oost- en westkant is de toren smaller, zodat op de tijden dat de zon laag staat een zo klein mogelijk oppervlak beschenen wordt. Over de lengte van de toren lopen ‘ribben’ die er enerzijds voor zorgen dat de zon niet rechtstreeks op de gevel valt. Anderzijds wordt de op de ribben opgevangen zonnewarmte benut om de ribben als zonneschoorsteen te laten werken waardoor de ventilatielucht wordt afgevoerd. Net als de gebouwen in de noordelijke streken, is de gevel goed geïsoleerd. Niet om de kou, maar om de warmte buiten te houden. De toren maakt verder gebruik van de zonne-energie die het gebouw wel bereikt: het dak staat vol met zonnepanelen, die energie leveren voor onder andere de koeling. In de top van het gebouw komt een binnentuin. Via een vernuftig systeem komt het daglicht wel binnen, maar de bijbehorende warmte niet. De planten in de binnentuin zorgen ervoor dat de lucht gezuiverd wordt. Opmerkelijk duurzaam Zo zijn er nog talloze voorbeelden van duurzame Deerns-concepten te noemen – het koelen van kantoren en hotels met behulp van rivierwater, het toepassen van geothermie als onderdeel van de energievoorziening van een hele stad en zeewater gebruiken voor de verwarming van een Haagse woonwijk. Verschillende oplossingen binnen een diversiteit aan werkvelden, maar met een belangrijke gemeenschappelijke deler. Mede door de vooraanstaande rol in het ontwerpproces en onze brede technische kennis is Deerns in staat om projecten opmerkelijk duurzaam op te leveren! Deerns raadgevende ingenieurs Contactpersoon: ir. P.A. Buurman T 070 395 7614 E
[email protected] www.deerns.nl
Energieneutrale wolkenkrabber Een ander voorbeeld van een duurzaam project van Deerns is de energieneutrale wolkenkrabber Burj al Shams (Toren van de Zon). Een internationaal team van Deerns-medewerkers heeft vanuit de technische benadering een duurzaam
75
REDEVCO bouwt aan duurzame portefeuille in Europa en Azië
In al ons doen en laten vormt duurzaamheid een belangrijke leidraad. Wij zijn ons terdege ervan bewust onze planeet in bruikleen te hebben van de volgende generatie. Op het gebied van duurzaamheid hebben wij ons bij de ontwikkeling van nieuwe projecten volledig gecommitteerd aan de BREEAM standaard. De BREEAM normen zijn voor ons een richtlijn en objectief hulpmiddel bij ons streven onze gebouwen duurzaam te maken.
REDEVCO, een onderdeel van Cofra Holding, beheert en ontwikkelt een van de grootste winkelvastgoedportefeuilles in Europa, met objecten op toplocaties in de belangrijkste Europese steden. REDEVCO is in 21 landen actief, voornamelijk in Europa maar ook in Azië, waar de organisatie onlangs in Hongkong zijn eerste kantoor heeft geopend en de eerste stappen heeft gezet op weg naar een positie in de Aziatische winkelvastgoedsector. REDEVCO’s totale portefeuille, die naast winkels ook kantoorpanden en logistieke centra bevat, bestaat uit zo’n 800 objecten met een gezamenlijke waarde van ca. 7,7 miljard euro. REDEVCO streeft ernaar een leidende rol te spelen in de internationale winkelvastgoedmarkt en de belangen van zijn cliënten optimaal te behartigen. Met dit doel voor ogen ontwikkelt, koopt en verhuurt REDEVCO, waarbij de portefeuille voortdurend optimaal wordt afgestemd op de behoeften van de huurders. Sinds 2006 zijn wij actief bezig onze activiteiten op het gebied van het ontwikkelen van winkelcentra uit te breiden, ook in de periferie van steden. Het is onze missie om te streven naar een evenwichtige ontwikkeling van resultaten, mensen en milieu-aspecten. Deze missie is een centraal onderdeel van onze bedrijfsvoering. REDEVCO heeft zich dan ook volledig gecommitteerd aan duurzame ontwikkeling. We zijn ons ervan bewust dat dit niet in een paar maanden, of zelfs niet in een paar jaar, bereikt kan worden. Wij denken dat een stap-voorstap-beleid, waarbij geleidelijk specifieke verbeteringen worden gerealiseerd, zinvoller is dan het stellen van idealistische eisen die onhaalbaar zijn. Duurzaamheid is daarom voor ons een vaste leidraad in al ons doen en laten. Geleidelijk aan, van dag tot dag, bouwen wij zo aan concrete verbeteringen. Deze missie is een centraal onderdeel van onze bedrijfsvoering, Business in Balance.
Eco-winkelconcept Het eerste gebouw van REDEVCO dat een BREEAM-certificaat heeft gekregen, is een pand aan Princess Street in het Schotse Edinburgh. Dit was op verzoek van de huurder. Momenteel worden twee panden in Londen langs de BREEAMmeetlat gelegd. In samenwerking met REDEVCO ontwikkelt modeketen C&A een eco-winkelconcept, een geavanceerde winkelstructuur waarbij efficiënt energiegebruik vooropstaat. De eerste eco-winkel van C&A, in het Duitse Mainz, zal in 2008 zijn deuren openen. In vergelijking met het huidige systeem zal hier naar verwachting in totaal zo’n 50% energie bespaard worden. Bovendien wordt gebruik gemaakt van groene energie, zodat de winkel als geheel CO2-neutraal is. Ook hier wordt de BREEAM-standaard gebruikt, in een aan de Duitse situatie aangepaste versie. In Turkije zullen onze nieuwbouwprojecten in Ankara, Edirne, Erzurum en Manisa gecertificeerd worden aan de hand van een aan de Turkse situatie aangepaste BREEAM-standaard.
Gordion Shopping Center, Ankara, Turkije.
Princes Street, Edinburgh, Verenigd Koninkrijk.
In Nederland zal REDEVCO de standaard voor duurzaam bouwen toepassen bij het Ravel-project in Amsterdam. Dit prestigieuze project aan de Amsterdamse Zuidas, met een omvang van ten minste 15.000 m2 winkelruimte, is gericht op het topsegment van de internationale retailmarkt. REDEVCO Nederland B.V. Rembrandt Tower Amstelplein 1, 1096 HA Amsterdam Postbus 1340, 1000 BH Amsterdam Tel.: (020) 521 87 30 www.redevco.com
BREEAM Richtlijn en hulpmiddel bij het streven onze gebouwen duurzaam te maken is BREEAM (Building Research Establishment Environmental Assessment Method), een in 1990 in Groot-Brittannië ontwikkelde standaard voor duurzaam bouwen. Door onze nieuwbouwprojecten te beoordelen aan de hand van een internationaal erkende standaard krijgen wij, onze huurders en andere belanghebbenden meer inzicht in de milieuprestaties van een specifiek gebouw: gebruik van grond, energie, water en bouwmaterialen, gezondheid van de gebruikers, transport, vervuiling, ecologie en beheer. Eind 2007 hebben wij, samen met ABN Amro, Dura Vermeer en SBR, het initiatief genomen de stichting Dutch Green Building Council (DGBC) op te richten. De oprichting van de stichting komt voort uit een toenemende vraag naar toetsing van duurzame ontwikkeling. Niet alleen binnen Nederland, maar juist ook internationaal. Wij zijn ook nauw betrokken bij de oprichting van Green Building Councils in Duitsland en Turkije. Wij hadden als REDEVCO natuurlijk alleen aan onze eigen certificering kunnen gaan werken, maar wij vinden het belangrijk dat er een Europese aanpak komt voor de vastgoedsector, zodat ontwikkelaars, beleggers en retailers weten waar zij aan toe zijn.
76
Eco-Store, Mainz, Duitsland.
77
VolkerWessels op weg naar energieneutraal wonen
Volker Wessels Vastgoed wil in de toekomst energieneutraal wonen voor elke nieuwbouwwoningbezitter mogelijk maken. Het bedrijf introduceert daartoe het Climate Ready® concept, waarmee de consument zelf invloed heeft op het creëren van een beter milieu in en om de eigen nieuwbouwwoning. Tegelijkertijd worden er lagere energielasten gerealiseerd. Gemak, individuele keuzevrijheid en onafhankelijkheid zijn sleutelwoorden. Er komen dan ook geen ingewikkelde subsidieaanvragen of collectieve contracten aan te pas. Alles wordt geregeld en de consument geniet het comfort van persoonlijke begeleiding door een energieconsulent.
Volker Wessels Vastgoed ontwikkelde in samenwerking met zusterbedrijf DEC (Developing Sustainable Energy Solutions) het Climate Ready® concept. Hiermee presteert een standaard nieuwbouwwoning al in de basis 10% onder de EPCnorm. Optioneel zijn extra energiebesparende installaties. De bewoner kiest zelf op welk moment en met welke installaties de woning wordt uitgebreid. Dat kan bij aankoop, maar ook later, want bij oplevering zijn alle noodzakelijke bouwkundige voorbereidingen getroffen. Alle woningen van VWV worden conform dit principe verkocht. Vóór ondertekening van het definitieve koopcontract wordt de consument uitgebreid voorgelicht door een energieconsulent van zusterorganisatie DEC. Op dit moment is het voor particulieren bijzonder tijdrovend om voor- en nadelen van nieuwe installaties te achterhalen, bijvoorbeeld van zonnepanelen of warmtepompen. Met hulp van de energieconsulent kan de consument ook in de toekomst onafhankelijk blijven van stijgende energieprijzen. De energieconsulent biedt daarnaast informatie over aantrekkelijke mogelijkheden voor groene hypotheken bij het investeren in duurzame installaties. Wie zelf op een rijtje wil zetten wat het betekent voor de eigen financiën, het wooncomfort en voor het milieu, gaat naar de Climate Ready® Calculator op de website www.climateready.nl.
Wat is Climate Ready?
Nu beschikbaar Climate Ready® is realistisch, nu toepasbaar en beschikbaar. De Climate Ready®-woningen worden nu ontwikkeld, gebouwd en in gebruik genomen. Op 1 juli 2008, tijdens een interne kick-off, is het Climate Ready®-concept toegelicht aan de directie van Volker Wessels Bouw & Vastgoed Ontwikkeling Nederland. Gasten Anne-Marie Rakhorst (Search), Marlies Pernot (VEH) en Flip Verwaaijen (TNT Real Estate) gaven hun visie op duurzaam bouwen en ontwikkelen en namen deel aan de discussie hierover. Minister Cramer (VROM) sprak in een videoboodschap haar enthousiasme uit over het Climate Ready®-initiatief. Door de dialoog aan te gaan met kritische gesprekspartners wil Volker Wessels Vastgoed mede architect worden van een duurzame toekomst. Bovendien beoogt het bedrijf zo actief haar maatschappelijke rol te vervullen. Volker Wessels Vastgoed Postbus 7317 2701 AH Zoetermeer Tel.: (079) 368 06 80 Fax: (070) 368 06 00
[email protected] www.vwvastgoed.nl www.volkerwessels.com www.climateready.nl
Contactpersonen: Onno Dwars, ontwikkelaar Climate Ready®
[email protected]; Irene Paling, directiesecretaresse
[email protected]
De Climate Ready nieuwbouwwoning is in de basis voorzien van energiebesparende installaties waarmee de woning al 10% onder de EPC-norm presteert. De woning wordt hierbij voorzien van: J Vloerverwarming J Zuinige HR-ketel J Ventilatie via zelfregulerende roosters J Standaard hogere isolatiewaarden buitenschil (beganegrondvloer, gevel en dak) Optioneel kan de bewoner kiezen voor extra energiebesparende installaties. Deze opties variëren per project en worden steeds aangepast aan nieuwe ontwikkelingen en technologieën: J Warmtepomp met verticale bodemwisselaars J HR-ketel met luchtwarmtepomp J PV-cellen J Zonneboiler J Douchewarmtewisselaar J Diverse ventilatieopties Meer weten over Climate Ready®? Kijk op www.climateready.nl.
78
79
Nieuwbouw fietsen voetgangersbrug “De Snelbinder” te Nijmegen.
Welling Groep richt speciale werkgroep duurzaamheid op
Familiebedrijf Welling blij met duurzaamheidslabel voor gebouwen en gebieden
Duurzaam ondernemen en duurzaam bouwen. Welling Groep, met vestigingen in Didam, Breda en Wijchen, gaat op alle fronten bewust met de leefomgeving om. Niet alleen in te realiseren projecten, maar ook in de werkwijze die daarbij wordt gehanteerd. Het gaat zelfs zo ver dat het familiebedrijf sinds kort een speciale werkgroep ‘duurzaamheid’ kent.
Nieuwbouw 31 woningen plan Kerkeveld te Wijchen.
Nieuwbouw kantoor te Didam.
Met ruim honderd jaar ervaring is Welling Groep een van de oudste bouwbedrijven van ons land, terwijl een van de dochterbedrijven (Welling-Wiercx) zelfs al sinds 1806 in de bouwwereld opereert. Welling is onder meer actief in de utiliteits- en woningbouw, voert renovaties uit en verzorgt een complete bouwservice. Daarnaast heeft het bedrijf een grote expertise in het uitvoeren van civieltechnische en milieuprojecten. De jaaromzet voor 2008 wordt geschat op 75 miljoen euro. Met Bart Welling staat inmiddels de vierde generatie Welling aan het hoofd van het familiebedrijf. Duurzaam ondernemen is volgens hem een vast onderdeel van de bedrijfsvisie. Die gedachte wordt tegenwoordig ver doorgevoerd. “Puur uit zuinigheid klopte mijn opa vroeger de spijkers al recht. En natuurlijk moest de lamp uit als je het kantoor verliet. Tegenwoordig zijn wij een paar stappen verder. Ons nieuwe kantoorpand in Didam is daarvan een goed voorbeeld. Het pand kent een oppervlakte van tweeduizend vierkante meter en er werken 75 medewerkers. Het regenwater loopt niet via het riool weg, maar gaat via een infiltratiesysteem de bodem in. Ook het leefklimaat van het pand is energiezuinig opgepakt. Wij werken met een systeem op basis van warmtewisselaars. Wij kijken naar alle kansen die er liggen. Zo wordt de warmte die de computers in de warme serverruimte produceren, óók gebruikt voor verwarming van andere ruimten in het gebouw. Om dergelijke besparingen te kunnen realiseren, moet je wel extra investeren. Dat doen wij graag en het resultaat is prima.” Breed begrip ‘Duurzaam ondernemen’ is voor Welling een breed begrip. “Wij vinden een langdurige relatie met opdrachtgevers en relaties ook een vorm van duurzaamheid”, legt Bart Welling uit. “En wij hebben oog voor onze medewerkers, die wij alle gelegenheid geven om zichzelf te ontwikkelen. Duurzaam ondernemen past bij een familiebedrijf. Ik ben de vierde generatie Welling in het bedrijf en wij willen voor de generaties die zeker zullen volgen ook een prettige leefomgeving achterlaten.” Welling Groep is bewust lid geworden van de Dutch Green Building Council (DGBC). “Wij onderstrepen de doelstellingen van de DGBC en vinden het een goede zaak dat er een duurzaamheidslabel is ontwikkeld voor Nederlandse gebouwen en gebieden. Eíndelijk wordt duurzaamheid nu meetbaar. Dat is de volgende stap om duurzaamheid gemeengoed te maken en om de vrijblijvendheid, die er nu vaak nog bestaat, tegen te gaan.” Anno 2008 is Welling dagelijks bezig met duurzaamheid. “Ook opdrachtgevers weten de Welling Groep te vinden voor duurzame projecten. In 1995 won Welling nog een tweede prijs met een ‘duurzaam’ project van 44 woningen in Wijchen, onder de rook van Nijmegen. Materialen, energieverbruik, afvalstromen – op alle fronten voldeed het project aan de gestelde duurzaamheidseisen. Dat werd
Nieuwbouw brandweerkazerne te Wijchen.
80
onderkend door de jury die namens de gemeente Wijchen tal van complimenten uitdeelde.” “Ook de werkzaamheden rond het NS-station in Arnhem worden omgeven door duurzame maatregelen. Daar is gekozen voor een ondergrondse afvalterminal. Zo hoeft het afval niet de hele stad doorgereden te worden, maar wordt het afgevoerd via een ondergrondse terminal. Dat houdt in dat je veel minder verkeersbewegingen krijgt en het afval snel en milieuvriendelijk afvoert.” Snelbinder Een project dat landelijk veel aandacht kreeg, was de fiets- en voetgangersbrug ‘De Snelbinder’ in Nijmegen. “De Waalsprong kent veel verkeersproblemen. Op de Waalbrug naar Nijmegen staan de auto’s meerdere keren per dag stil, met alle overlast van dien. Fietsers en wandelaars kunnen nu vanuit nieuwbouwwijken aan de andere kant van de Waal snel naar het centrum van Nijmegen, zonder dat mensen de auto hoeven te pakken. Welling is vaak al in de beginfase betrokken bij dergelijke projecten. Zo ook bij de brandweerkazerne in Wijchen, die werd voorzien van een speciaal ‘groen dak’. Deze zorgt voor een goed klimaat, minder onderhoud en een veel langere levensduur.” “Wij zullen aandacht blijven vragen voor duurzaamheid”, bevestigt Bart Welling. “Dat betekent eveneens dat wij een speciale werkgroep in het leven hebben geroepen die het bedrijf constant blijft doorlichten op dit vlak. Met als doel dat wij overal waar wij maatregelen kunnen nemen die de duurzaamheid bevorderen, dat ook gaan doen. Het is een stukje bewustwording bij de medewerkers, maar wij vinden het ook onze plicht om hiermee bezig te zijn. Wij moeten er met z’n allen voor zorgen dat deze aardbol een duurzame toekomst tegemoet gaat...” Welling Groep Postbus 4 6940 BA Didam Tel.: (0316) 29 99 99 www.welling.nl
81
bouwfonds property development
Duurzaam ontwikkelen. Natuurlijk doen!
Zo min mogelijk milieubelastend ontwikkelen en bouwen, met een duurzame leefomgeving als resultaat. Dat is het centrale uitgangspunt bij de activiteiten van Bouwfonds Property Development. Als grootste gebiedsontwikkelaar in Nederland, met naast woningprojecten (divisie Wonen) tevens ontwikkeling van commercieel vastgoed (divisie Commercieel Vastgoed), is het voor Bouwfonds Property Development natuurlijk ook bijna vanzelfsprekend dat duurzaamheid hoog in het vaandel staat. Niet alleen op het gebied van materiaalgebruik en de toepassing van energiezuinige en vaak innovatieve systemen, maar bijvoorbeeld ook bij het duurzaam inrichten van de leefomgeving.
Om vat te krijgen op de invloeden van de milieuthema’s op de ontwikkeling hanteert Rabo Bouwfonds de zogeheten ‘MRE-benadering’. Hierbij zoeken wij nadrukkelijk naar een balans tussen de Milieukundige aspecten van vastgoed- en gebiedsontwikkeling en de Ruimtelijke en Economische aspecten. Een integrale benadering staat daarbij voorop. Dat betekent in de praktijk dat milieukundige eisen een directe invloed kunnen hebben op hoe de gebouwde omgeving er uiteindelijk gaat uitzien. Daarbij kunnen de milieukundige eisen tot een ander kosten-batenplaatje leiden en daarmee tot een ander ruimtelijk plan. Kortom, deze MRE-benadering garandeert een ‘optimale aanwending’ van gebieden, niet alleen milieutechnisch, maar ook juridisch en financieel. In onze visie gaat duurzaamheid dan ook een flinke stap verder dan het uitdrukken van de energieprestaties van een gebouw in bijvoorbeeld een EPC of een lagere uitstoot van CO2. Het is ook daarom dat wij gebruikmaken van duurzaamheidsprestatiesystemen, zoals de Gemeentelijke Praktijk Richtlijn (GPR) voor woningen en GreenCalc+ voor commercieel vastgoed. Bijgaand een kort overzicht van projecten waarbij duurzaamheid hoog in het vaandel staat. Dit vanuit de invalshoeken energie, water, bodem en behoud van industrieel erfgoed. Want ook respectvol omgaan met het verleden is in onze optiek een vorm van duurzaamheid. Dit alles onder het motto: ‘Duurzaam ontwikkelen. Natuurlijk doen!’ Duurzaam met Energie Lang voordat iemand nog gehoord had van klimaatverandering, toen Al Gore nog vicepresident van de VS moest worden, was het toenmalige Bouwfonds MAB al bezig met duurzaam ontwikkelen. Zo geldt Ecolonia In Alphen aan den Rijn nog altijd als een voorbeeldproject op het gebied van duurzaam bouwen – niet alleen nationaal maar ook internationaal. In 1990 hebben we voor de eerste maal succesvol warmte-koudeopslag toegepast in het project Heuvelgalerie te Eindhoven. Duurzaamheidsprestaties die Rabo Bouwfonds vandaag de dag levert, gaan veel verder. In het project ‘Oosterdokseiland’ in Amsterdam realiseren we een CO2-reductie van twee derde (65%). Dergelijke prestaties kunnen alleen worden gerealiseerd in goed overleg met betrokken partners, waarbij een belangrijke rol is weggelegd voor de gemeente. Daarbij gaat het niet alleen om regels en procedures, maar vooral om het formuleren van reële (haalbare en betaalbare) ambities. Goede voorbeelden van dit soort duurzame ontwikkelingen zijn ook de woningbouwprojecten die Rabo Bouwfonds realiseert in Vathorst, Amersfoort en Stad van de Zon, Heerhugowaard. Duurzaam met Water Nederland is onlosmakelijk verbonden met water. Wij Nederlanders hebben er een haat-liefdeverhouding mee. Immers, al eeuwenlang strijden wij ertegen, maar tegelijkertijd staat het wonen aan of zelfs op het water ook torenhoog op ons lijstje van woonwensen. Een ander aspect is dat de klimaatverandering ook gevolgen heeft voor de waterhuishouding in ons land. Een waterplan om wateroverlast in de toekomst te voorkomen, is in een visie op wonen met water essentieel bij de realisering van nieuwbouwwijken op zowel uitleglocaties als in het bestaande stedelijk gebied. Alleen dan kunnen we van water blijven genieten.
82
Duurzaam met Bodem Ontwikkelen in de bestaande stad heeft als nadeel dat de grond dikwijls vervuild is als gevolg van historische stedelijk-industriële activiteiten. Rabo Bouwfonds heeft ruime ervaring met het ontwikkelen op dergelijke milieubelaste locaties. Kern van onze benadering is altijd een functiegerichte en bovenal kosteneffectieve aanpak. De bodem moet geschikt zijn voor het beoogde gebruik, zonder gevaar voor mens en milieu. Daarbij streven wij naar een gesloten grondbalans. Dat wil zeggen dat vrijkomende materiaal- en grondstromen zoveel mogelijk binnen het project worden hergebruikt. Dus liever geen grond aan- of afvoeren, maar opnieuw gebruiken in werken die nodig zijn om het plan te realiseren. Door het te gebruiken in bijvoorbeeld een terp, een dijk of een geluidswal, wordt werk met werk gemaakt. Deze aanpak leidt tot succesvolle projecten. Duurzaam met Industrieel Erfgoed Duurzaam ontwikkelen is ook ontwikkelen met respect voor ons cultuurhistorische erfgoed. Dat Rabo Bouwfonds waarde hecht aan het behoud van industrieel erfgoed blijkt wel uit onze betrokkenheid bij BOEi, de Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed. BOEi is een ‘not for profit’organisatie die zich bezighoudt met het herbestemmen van industrieel erfgoed. BOEi maakt samen met het Nationaal Restauratie Fonds, het Groenfonds en SVn deel uit van Bouwfonds Fondsenbeheer. Hiermee geeft Rabo Bouwfonds een eigentijdse invulling aan de maatschappelijke betrokkenheid die vanaf de oprichting is voorgestaan. Industrieel erfgoed is geen wettelijk gedefinieerd begrip en kan daardoor ruim worden geïnterpreteerd. Een voormalige fabriek, school, verpleeginrichting, kazerne of postkantoor: voor BOEi staat het herbestemmen centraal. Het bewaren van (het verhaal van) een gebouw of complex. Dit gaat het beste door het gebouw weer nut te geven: de transformatie van oud, leeg en vervallen naar dynamisch en midden in de maatschappij. BOEi bundelt expertise en (financiële) middelen om daarmee (lastige) herbestemmingen van monumenten mogelijk te maken.
Oosterdokeiland Amsterdam.
Contactpersoon: ing. Jan C.N. van ’t Westeinde REC, adviseur installaties Bouwfonds MAB Ontwikkeling CVG B.V. Wijnhaven 60, 2511 GA Den Haag Postbus 19412, 2500 CK Den Haag tel: 070 306 85 00 e-mail:
[email protected] Website: www.bouwfonds.nl
Polderweggebied Amsterdam.
Graansilo’s Amsterdam.
83
Hogescholen van Saxion, Rotterdam en Utrecht:
Kennis moet je ontwikkelen en delen!
Kennis over onze duurzame omgeving is essentieel en op dit moment op veel plaatsen beschikbaar. Het delen van die kennis en het op elkaar afstemmen is tegelijkertijd noodzaak en een kans voor de Dutch Green Building Councel (DGBC) en de kennisinstellingen. Kennis die alleen door onderlinge afstemming van onderwijs en onderzoek gericht kan worden ingezet. Saxion Hogescholen, Hogeschool Rotterdam en Hogeschool Utrecht kiezen voor een voortrekkersrol bij het thema van duurzame gebouwde omgeving en duurzame energievoorziening.
Er zijn verschillende invalshoeken: 1. onze leefomgeving Leefomgevingvraagstukken raken ons allemaal. Het gaat om de ontwikkeling van onze steden en dorpen, om de toekomst van het landelijk gebied, om de toestand van het milieu en om de waterhuishouding. Hoewel de afgelopen jaren veel is bereikt, staat de kwaliteit van onze leefomgeving onder druk. Om tot goede oplossingen te komen is onderzoek onontbeerlijk. Onderzoek waarmee ervaringen in beeld worden gebracht, als basis voor het ontwikkelen van praktisch bruikbare methoden en oplossingen. Saxion onderzoeker Bauke de Vries: “Duurzaam wonen betekent: de bewoner centraal stellen, niet de techniek. Juist ook vraagstukken rondom leefbaarheid en wooncomfort staan centraal. In onze projecten wordt aandacht besteed aan de vormgeving van het planvormings- en ontwikkelingproces, de inrichting van wijken en de communicatie met bewoners zodat positieve randvoorwaarden voor duurzaam wonen worden gecreëerd”.
haalt. Dit woningconcept kan de komende jaren succesvol worden gerealiseerd. Nu echter wordt al nagedacht over een volgende generatie om deze ook weer op tijd klaar te hebben voor de markt en daarmee voorop te blijven lopen in de ontwikkeling van duurzaam vastgoed. Utrecht wil zich graag profileren als duurzame regio. Het stimuleren van onderzoek aan duurzaam vastgoed hoort daar bij. Ecofys verwacht dat de volgende generatie duurzame woningen netto energie zal gaan produceren en wil graag enkele proefwoningen realiseren. Meer informatie Wilt u meer weten over onze projecten en wat wij voor u kunnen betekenen? Neem dan contact met een van ons op. Kijk voor Saxion op de site www.saxion.nl , voor de Hogeschool Rotterdam op www.rotterdamuniversity.nl en voor Hogeschool Utrecht op: www.hu.nl Saxion Hogescholen: www.saxion.nl Hogeschool Rotterdam: www.hogeschoolrotterdam.nl Hogeschool Utrecht: www.hu.nl
2. onze energievoorziening De noodzaak om een omslag te maken naar een duurzame energievoorziening is duidelijk. Het levert winst op in termen van duurzaamheid én in euro’s. Om dit mogelijk te maken zijn ingrijpende innovaties en dus kennis nodig. Vooral kennis op het gebied van slimme & duurzame energieketens: de “Smart Energy”. Smart Energy bestrijkt meer dan een zoektocht naar nieuwe duurzame energie, het gaat over innovatie van de gehele keten, van bron, via distributie tot gebruik. Smart Energy heeft in naburige landen zoals Duitsland, Denemarken en Zweden al tot significant nieuwe bedrijvigheid geleid. Daaraan moeten wij een voorbeeld nemen. De Rotterdamse lector Sigrid Bollwerk is van huis uit chemisch technologe (Universiteit Twente), met meer dan 20 jaar ervaring binnen de industrie (EXXON) en de (semi-)overheid (SenterNovem), zowel binnen als buiten Nederland. Ze is een ervaren proces- en projectmanager, die gewend is om op het snijvlak van publiek (overheid en NGO’s) en privaat te opereren. Ze weet hoe ze de koppeling tussen strategie en uitvoering tot stand moet brengen, en gelooft in “geen woorden maar daden”. 3. onderzoek met studenten Een groep studenten uit verschillende opleidingen van Hogeschool Utrecht werken, met het bedrijf Econcern aan de realisatie van een energieleverende woning. De resultaten van de eerste groep worden overgedragen aan een nieuwe groep studenten, waarbij kennis wordt gestapeld en de realisatie van een energieleverende woning het eindresultaat is. Econcern heeft in huis een woningconcept ontwikkeld dat momenteel op het gebied van duurzaam bouwen de commercieel realiseerbaar hoogste norm
84
85
Evelop Real Estate & Energy Infra
Duurzame vastgoedontwikkeling met vooruitstrevende energieconcepten Evelop Real Estate & Energy Infra, onderdeel van Econcern, ontwikkelt uitsluitend vastgoed en energie-infrastructuren waarbij zuinig energieverbruik en duurzame energie centraal staan. Enerzijds door toepassing van technieken om energie op te wekken, anderzijds door verantwoord materiaalgebruik. Vanuit de wetenschap dat Evelop vastgoed ontwikkelt voor de lange termijn en vanuit onze duurzame overtuiging, maken wij bewuste keuzes in de projecten die wij ontwikkelen.
Onze jarenlange ervaring op het gebied van duurzame energie zorgt er bovendien voor dat wij beschikken over unieke knowhow. Samen met onze zusterondernemingen – Ecofys, Ecostream, en Ecoventures – binnen onze holding Econcern beschikken wij over een zeer uitgebreid scala innovatieve kennis en technische concepten en systemen. Door onze krachten te bundelen, zoals een eigen uniek inhouse onderzoeks- en adviesbureau, strategieafdeling en investeringscapaciteit, werken wij hard aan onze positie als een van ’s werelds grootste, onafhankelijke duurzame energieproducenten. Wij ontwikkelen duurzame energieprojecten, opdat de huidige wereldbevolking in zijn behoefte wordt voorzien, en zonder dat wij daarbij komende generaties beperken in hun welzijn. Daarom is onze missie: een duurzame energievoorziening voor iedereen
Kantoor Econcern in Nieuwegein, Nederland.
Onze Projecten: Evelop Real Estate & Energy Infra maakt duurzame energievoorziening economisch haalbaar in vastgoed. Het energieverbruik wordt gereduceerd en waar mogelijk worden er gebouwen gerealiseerd die meer energie opleveren dan ze verbruiken. Dankzij onze gedegen kennis van duurzame energie weten wij precies hoe wij een gebouw zo kunnen bouwen dat de geïntegreerde energiesystemen zo efficiënt mogelijk worden toegepast. Twee voorbeelden van onze projecten: Kantoortoren in Nieuwegein, Nederland
emissie het doel is. Evelop Real Estate & Energy Infra is in samenwerking met NS Poort verantwoordelijk voor de projectontwikkeling van het pand, waarbij diverse bewezen duurzame technieken worden toegepast. Het gebouw wordt optimaal geïsoleerd (via intelligente energiebesparing) en voorzien van kleine windturbines, zonnepanelen, koude- en warmteopslag (duurzame energiewinning). De installaties en technieken worden mede gefinancierd door de sterke besparing ten opzichte van reguliere energiekosten. Tevens hebben de werknemers hebben altijd volledig inzicht in het energieverbruik. Verminderde mobiliteitsemissie
Het kantoor wordt gerealiseerd pal naast het Centraal Station van Utrecht. De keuze voor deze locatie draagt bij aan een verminderde uitstoot van CO2. Doordat gebruikers en bezoekers van dit gebouw frequenter gebruikmaken van het openbaar vervoer gaat ook de mobiliteitsemissie omlaag. Daarnaast kijken de ontwikkelaars naar het vervoer over water. De Leidsche Rijn stroomt door het gebied en vormt een verbinding tussen het kantoor en de verder gelegen grote parkeerterreinen nabij de aanrijroutes. Het nul-emissiekantoor maakt deel uit van Stationsgebied Utrecht waar NS ook een nul-emissie OV-terminal en diverse andere kantoren, woningen en winkels realiseert. Stationsgebied Utrecht is straks een aantrekkelijk en leefbaar onderdeel van de stad EVELOP Jos Bode Director Real Estate & Energy infra
Werkomgeving van de toekomst en ons eigen kantoor
In het centrum van Nieuwegein wordt het kantoor van Econcern ontwikkeld, deze wordt voorzien van alle denkbare en beschikbare duurzame energietechnieken en energiebesparende maatregelen. Voor de bouw wordt uitsluitend gebruikgemaakt van hoogwaardige en duurzame bouwmaterialen. Op letterlijk alle aspecten wordt bijgedragen aan de doelstelling een nul-emissie kantoorpand te realiseren, bijvoorbeeld door energiebesparing in de vorm van hoogwaardige isolatie, ingenieuze verlichtingssystemen, speciale liften met energieterugwinning, betonkernactivering en de toepassing van automatische zonneschermen. Het gebouw produceert eigen energie door middel van de bio-olie, warmtekrachtkoppeling, zonnepanelen (PV) en kleine windturbines.
T +31 (0)30 2807830 M +31 (0)6 20708448 F +31 (0)30 2807831 P.O. Box 8127 3503 RC Utrecht The Netherlands Kanaalweg 16-G 3526 KL Utrecht The Netherlands
Voor de verwarming en koeling van het gebouw wordt gebruik gemaakt van een warmtepomp en warmte- en koudeopslag. Al deze aspecten zullen ervoor zorgen dat het pand geheel in de eigen energiebehoefte voorziet en trendsettend is voor een hoog duurzaam ambitieniveau. Utrecht Stationsgebied, Nederland Binnenstedelijke herstructurering Utrecht Stationsgebied, Nederland.
86
In het hart van Utrecht wordt momenteel gewerkt aan een kantoor waarbij nul-
87
Duurzaam ontwikkelen begint bij goede stedenbouw Fortis Vastgoed Ontwikkeling gaat voor schoonheid
EPC, CO2-neutraal, C2C… bij Fortis Vastgoed Ontwikkeling gaat duurzame ontwikkeling verder dan de kwaliteit van technische installaties. In plaats van ons alleen te bekommeren om technische apparaten die over 10-15 jaar aan het einde van hun technische levensduur zijn, hebben wij het vooral over het verbeteren van bestaande stedelijke structuren, over de mogelijkheid om te anticiperen op de levende stad én over schoonheid. Schoonheid die maakt dat een gebouw een lange levensduur krijgt. Dat is voor Fortis Vastgoed Ontwikkeling duurzaamheid.
Duurzaamheid in de stad De stad is de smeltkroes waar culturen bij elkaar komen, die leeft en beweegt. Fortis Vastgoed Ontwikkeling wil met haar ontwikkelingen bijdragen aan die stad. Om ervoor te zorgen dat de stad haar waarde behoudt, maar ook omdat een goed functionerende stad onnodige bebouwing in het buitengebied overbodig maakt. Daar begint duurzaamheid. Zo investeren wij in Lelystad in de verbetering van het stadshart. Door sloop, herontwikkeling en het toevoegen van nieuwbouw aan het Wisselplein realiseren wij de ontbrekende schakel in het bestaande winkelcircuit. Door het verbeteren van de loopstromen wordt de kwaliteit van het hele winkelhart van Lelystad verbeterd. Het nieuwe stratenpatroon biedt ruimte voor nieuwe winkels, waarvan de ervaring leert dat sommige zullen blijven en andere op termijn weer zullen gaan. Een aantal individuele winkelpanden zal in de toekomst zelfs gesloopt gaan worden. Maar door een goede stedenbouwkundige structuur zal het centrum altijd de plek blijven waar dan opnieuw geïnvesteerd gaat worden in nieuwbouw. De basis voor een duurzame stad is hiermee gelegd.
Haagse Hoge Huis, Den Haag.
Wisselplein, Leystad.
de stad Het stadshart Lelystad is zeker geen uitzondering. Veel van de projecten die Fortis Vastgoed Ontwikkeling in haar portefeuille heeft, bevatten een belangrijke herontwikkelingscomponent. Altijd gericht op het beter laten functioneren van de bestaande stad en om de houdbaarheidsdatum te verlengen. Soms gaat het daarbij om kantoren. Zo heeft de kantorenlocatie Rijnsweerd in Utrecht een nieuwe impuls gekregen door de vervanging van twee verouderde kantoren door een nieuw hoogwaardig kantoorgebouw bij de entree van het gebied. Vaker gaat het om stedelijke ontwikkelingen waarbij de kantoren met winkels en woningen gecombineerd worden. Projecten als het toekomstklaar maken van de winkelcentra van bijvoorbeeld Osdorp, Maassluis en Zwijndrecht zijn exemplarisch voor de ontwikkelportefeuille van Fortis Vastgoed Ontwikkeling. De herontwikkelingen van deze bestaande centra wordt steeds gecombineerd met het verbeteren van de structuur en het toevoegen van nieuwe kwaliteiten. De stedelijke herontwikkelingsopgaves passen uitstekend bij onze visie op de duurzame ontwikkeling van de stad. Slechts weinig gebouwen zijn er voor de eeuwigheid; zorg daarom voor stedelijke structuren die het mogelijk maken om op ontwikkelingen van de stad te reageren. Zorg voor functiemenging, een beheersstructuur die liever aansluit op gebieden dan op individuele gebouwen. Zorg voor een menselijke maat waardoor in de toekomst herontwikkeling ook nog eens mogelijk is. Kortom: zorg dat het vastgoed de levende stad kan bijhouden.
ligt verloedering al snel op de loer. De basis voor een duurzaam gebruik van een gebied wordt daarmee onder je voeten weggeslagen. Vervolgens komt de verdere inrichting van het gebied. Infrastructuur, parkeren, bewegingen van fietsers, bewoners en bezoekers – alles moet zorgvuldig ingepast en gemengd worden met de verschillende stedelijke functies. Het gaat dan niet alleen om de ‘traditionele’ functies van woningen, winkels en kantoren. Horeca, bibliotheken, zorgvoorzieningen, scholen of een deelverzameling ervan maken bijna standaard onderdeel uit van onze grotere gebiedsontwikkelingen. Net als natuur, soms binnen of soms buiten de stad. Natuur waarmee we bebouwing compenseren. Vervolgens het gebouw. Ontzettend mooi en het liefst zo, dat de gebruikers het koesteren en bereid zijn er zo goed mogelijk voor te zorgen. Zodat ze bij de eerste tekenen van veroudering niet kiezen voor nieuwbouw, maar liever investeren in het opknappen ervan. Schoonheid maakt duurzaamheid. EN DAN toch: de techniek Bij het realiseren van onze gebouwen gaan we vervolgens zo zorgvuldig mogelijk te werk. We kiezen voor een zo breed mogelijke benadering van duurzame ontwikkeling. Niet alleen gefocust op energie, maar ook gericht op het zuinig omgaan met water, het gebruik van goede materialen, het beperken van afvalstromen en het creëren van een gezonde leefomgeving. Reden waarom wij bij woningbouw kiezen voor een GPR-gebouw, een methode om de plankwaliteit en milieubelasting van een project in samenhang te optimaliseren. Voor commercieel vastgoed en gebiedsontwikkeling lijkt BREAAM de methoden te zijn om integraal duurzaam te ontwikkelen. Daarbij schuwen we nieuwe technieken niet. Al ruim vijf jaar geleden waren we volop bezig met de toepassing van warmte-koudeopslag, bijvoorbeeld in het Nederlandse hoofdkantoor van T-Mobile, het Haagse Hoge Huis. En we blijven op zoek naar mogelijkheden om onze gebieden en gebouwen nog duurzamer te maken. Fortis Vastgoed Ontwikkeling Pythagoraslaan 2 Postbus 2009 3500 GA Utrecht Telefoon: 030-2573512 Internet: www.fortisvastgoedontwikkeling.nl E-mail:
[email protected]
Schoonheid En dan de inrichting. Eerst het gebiedsontwerp. Bestaande historische structuren, groen en de wateropgave werken daarbij sturend. Ze kunnen goed gebruikt worden om waarde toe te voegen. Ook de beleving van de openbare ruimte is belangrijk. Is een omgeving niet veilig, dan blijft de belevingswaarde achter en
Stadscentrum Koningshoek, Maassluis.
88
89
Founding Partners ABN AMRO Adamasgroep Amvest Architectenbureau RAU Ballast Nedam N.V. Bouwfonds MAB Ontwikkeling CVB B.V. Bpf Bouwinvest Breevast Bulters&Bulters Corio Nederland Deerns Raadgevend Ingenieursbureau B.V. Delta Development Group DHV B.V. Dtz Zadelhoff Dura Vermeer Groep N.V. Essent Evelop Fortis Vastgoed Ontwikkeling B.V. G&S Vastgoed Gemeente Amsterdam Dienst Milieu en Bouwtoezicht
Hogescholen Utrecht, Saxion en Rotterdam Imtech Maintenance B.V. Inbo ING Vastgoed Ontwikkeling B.V. Intechno Group B.V. Intron B.V. KONE BV Liften en Roltrappen Koninklijke BAM Groep KOW MN Services Multi Corporation B.V. n.v. Nuon NS Poort OVG Projectontwikkeling B.V. Peutz B.V. Philips Nederland B.V. PRC Redevco Nederland B.V. Rijksgebouwendienst
Rotterdam.Climate.Initiative Royal Haskoning SBR Schiphol Real Estate Search SNS Property Finance Synchroon Ontwikkelaars B.V. Technocentrum NH-N TNO Bouw en Ondergrond TNT Real Estate Valstar Simonis B.V. Van Aken architecten Van den Oever, Zaaijer & Partners B.V. Van Gansewinkel VastNed Management B.V. VBI Verkoopmij B.V. Volker Wessels Bouw & Vastgoedontwikkeling B.V. Welling Groep
PARTICIPANTEN Arcelormittal BHP Houwelingen BV Biesterbos Plantontwikkeling B.V. Bouwen met Staal Bovis Lend Lease B.V. Brink Groep C2N B.V.
90
Colliers International Corporate Facility Partners Cosource B.V. DGMR Raadgevende Ingenieurs B.V. Fortrus GTI N.V. Kingspan B.V.
Kiwa N.V. PRIVA B.V. Provastgoed Nederland B.V. Redenko B.V. Thema Project&Advies Wienerberger B.V.
Wilt u participant worden? De Dutch Green Building Council heeft participanten die zich gezamenlijk inzetten voor duurzame ontwikkeling van de omgeving.
Als participant is uw naam direct gekoppeld aan de stichting. U weet als eerste wat er speelt en u heeft toegang tot een netwerk van toonaangevende spelers en duurzaamheidsexperts binnen de bouw- en vastgoedsector. Uw mensen krijgen volop de gelegenheid om kennis uit te wisselen en mee te denken over duurzame ontwikkeling van de gebouwde omgeving. Wilt u ook participant worden van de Dutch Green Building Council? Mail dan naar
[email protected] en u ontvangt van ons een uitnodigingsbrief.
www.dgbc.nl
Colofon Colofon Het magazine [RE]BUILDING THE FUTURE is gemaakt in opdracht van de Dutch Green Building Council, Postbus 1819, 3000 BV Rotterdam, Tel:+31 (0)10 20 659 33, Fax:+31 (0)10 41 301 75, www.dgbc.nl Uitgeverij Æneas, uitgeverij van vakinformatie bv Postbus 101, 5280 AC Boxtel, www.aeneas.nl Eindredactie Linda van der Vlis, Marieke Olsthoorn en Angela van der Kooij (Dutch Green Building Council) Emiel Bootsma (Æneas, uitgeverij van vakinformatie bv)
Eline Slegers Papiergebruik Voor de productie van dit magazine is gebruik gemaakt van FSC gecertificeerd papier. Het papier van het binnenwerk is afkomstig van UPM, voor de omslag is gebruik gemaakt van papier van Sappie. © 2008, Æneas uitgeverij van vakinformatie bv Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande toestemming van de Dutch Green Building Council. Redactie en uitgever zijn zich volledig bewust van hun taak een zo betrouwbaar mogelijke uitgave te verzorgen. Niettemin kunnen zij geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden, van welke aard ook, gebaseerd op de informatie uit deze uitgave.
Vormgeving Twin Media bv, Culemborg
91 III
Dutch Green Building Council Postbus 1819 3000 BV Rotterdam Tel: +31 (0)10 20 659 33 Fax: +31 (0)10 41 301 75
www.dgbc.nl IV