It Twalûk School voor speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerenden (ZML) Locatie Leeuwarden en administratie: Sem Dresdenstraat 4 8915 BZ Leeuwarden tel. 058 – 2122358 Locatie Franeker: Harlingerweg 22 8801 PA Franeker 0517 - 393556
stage in beeld
je
leert
wat
je
kan
2
stage in beeld
Voor wie is deze informatie?
5
It Twalûk: een ZML-school
7
Stage, een kennismaking met de wereld
9
Stage binnen en buiten de school
11
Stage binnen de school (intern)
13
Stage buiten de school (extern)
15
Het stagebedrijf
17
Samenwerking tussen school, bedrijf, leerling en ouders
19
Spelregels stage
22
3
4
Voor wie is deze informatie? Deze brochure gaat over verschillende vormen van stage voor de VSO leerlingen van It Twalûk, met de nadruk op de externe stages (buiten de school). De informatie in dit boekje is bedoeld voor iedereen, die bij een stage betrokken is. Dat zijn als eersten de leerlingen en hun ouders. Zij kunnen er in vinden wat de bedoeling van een stage is, en welke mogelijkheden er zijn. Achterin staan de praktische afspraken waar stagiairs en hun ouders mee te maken krijgen: de ‘Spelregels’. De informatie is ook van belang voor de stagegevers. Dat zijn de bedrijven die al stagiairs van It Twalûk hebben of overwegen een stageplek te bieden. Om een stage goed te laten verlopen is het belangrijk, dat de stagegever weet wat het doel van de stage is. Ook de stagebegeleider, dat is degene die binnen het bedrijf rechtstreeks met de leerling te maken heeft, kan in deze brochure vinden wat hij of zij kan verwachten. Deze brochure begint met algemene informatie over de school en de betekenis van het stagelopen voor het leerproces van de leerling. Daarna komen de dagelijkse gang van zaken, de praktische afspraken en de formele aspecten van de stage-verhouding aan de orde, waaronder de stage-overeenkomst. Als laatste zijn de Spelregels stage opgenomen. Waar ouders staat, wordt ouders of verzorgers bedoeld; de woorden leerling en stagiair, stagegever, begeleider en coördinator kunnen zowel een vrouwelijke als mannelijke betekenis hebben.
5
6
It Twalûk: een ZML-school It Twalûk is een school voor zeer moeilijk lerenden (ZML), met leerlingen tussen de drie en de twintig jaar oud. De school bestaat uit een onderbouw en een middenbouw (samen ook wel kernafdeling genoemd), en een afdeling voortgezet zeer speciaal onderwijs (VSO). De leerlingen hebben met elkaar gemeen, dat ze als gevolg van een verstandelijke beperking op één of meerdere gebieden een ontwikkelingsachterstand hebben. Naarmate ze ouder worden, wordt die achterstand steeds duidelijker. Des te belangrijker is het, om uit te vinden over welke mogelijkheden en kwaliteiten ze beschikken om in de toekomst een zinvol leven te kunnen leiden. It Twalûk wil de leerlingen de kans bieden om zich te ontwikkelen tot zo zelfstandig mogelijk functionerende deelnemers aan de maatschappij. Het leerproces op school is er op gericht dat de leerlingen zich zo goed mogelijk zelf kunnen redden in het dagelijks leven. Het gaat daarbij voor een groot deel om praktische vaardigheden, die ze in de toekomst nodig hebben bij het wonen, werken en in hun vrije tijd. Een zekere mate van begeleiding, toezicht of hulp zal over het algemeen noodzakelijk blijven, maar het is de bedoeling dat elk op zijn eigen manier zo actief en zinvol mogelijk deel heeft aan zijn leefomgeving. Drie leeftijdsgroepen In de onderbouw van de school, waar de jongste leerlingen te vinden zijn, kenmerkt het onderwijs zich door ‘beleving’, met de nadruk op het ontdekken en ervaren van zo veel mogelijk situaties, materialen en onderwerpen. Het is nog niet helder wat voor perspectief elke leerling heeft. In de middenbouw, voor leerlingen tot een jaar of twaalf, wordt de mate van leerbaarheid langzaam duidelijk. De leerlingen maken kennis met de grotere wereld om hen heen en krijgen een breed pakket aangeboden, waaronder de algemeen vormende vakken (AVO). De schoolse vaardigheden lezen, rekenen en taal worden zo ver als mogelijk is ontwikkeld. Het onderwijs is sterk gericht op het vergroten van praktische en sociale vaardigheden en het functioneel gebruiken daarvan.
7
In de VSO-afdeling staat het ‘zelf doen’ centraal. Op deze leeftijd worden de mogelijkheden van de leerling steeds duidelijker. Bij de oudere VSO-leerling vormt het persoonlijke toekomstperspectief het uitgangspunt voor een zo individueel mogelijk onderwijsaanbod. Binnen het VSO-onderwijs neemt de toegeleiding naar toekomstige arbeid, in wat voor vorm dan ook, een steeds grotere plaats in. Daar hoort het ontwikkelen van een taakgerichte arbeidshouding bij. Vanaf een jaar of zestien krijgt de leerling ook te maken met stages. De leerlingen zullen na hun schooltijd over het algemeen een plaats vinden binnen een beschermd deel van de maatschappij. Een aantal van hen stroomt door naar een centrum voor dagbesteding, waar activiteiten met een meer of minder arbeidsmatig karakter plaatsvinden. Een ander deel komt terecht op een plaats bij de sociale werkvoorziening of vindt een ‘beschutte’ werkplek in het bedrijfsleven, met de nodige begeleiding.
8
Stage, een kennismaking met de wereld Om de overgang van school naar de toekomstige werk- en leefsituatie voor de leerling zo soepel mogelijk te laten verlopen, is het middel stage van het grootste belang. Een stage geeft aan leerlingen de kans om in aanraking te komen met arbeidssituaties en de bijbehorende verhoudingen en omgangsvormen. Bovendien maken ze kennis met verschillende beroepen en kunnen ze schoolkennis toepassen in een werksituatie De stages in het VSO-ZML zijn nadrukkelijk niet bedoeld voor het aanleren van beroepsgerichte vaardigheden. Kennismaken met de werkende wereld is niet het enige doel van een stage. De leerling krijgt door een stage vaak een groter gevoel van eigenwaarde. Hij oefent zijn sociale vaardigheden in een groter verband en ontwikkelt zo zijn persoonlijkheid. Daarnaast gaat het om algemene arbeidsvaardigheden, zoals zelf keuzes maken, initiatieven nemen, samenwerken met anderen, doorzettingsvermogen tonen en verantwoordelijkheid dragen. De leerling functioneert zelfstandiger dan op school en ontdekt nieuwe mogelijkheden in zichzelf. Een laatste doel van de stage is, dat leerling en school meer zicht krijgen op de mogelijkheden van de leerling. Zo kunnen eventuele kansen zo goed mogelijk worden benut. De keuze van een geschikt vervolgtraject na school wordt door de stage beter onderbouwd. Maatwerk De stages zijn bedoeld voor de oudere VSO-leerlingen, vanaf een jaar of zestien. Of een leerling in aanmerking komt, hangt af van zijn ontwikkelingsniveau en van zijn eigen interessen. Bij de keuze van een stage staat het belang van de leerling voorop. Voor elke leerling wordt een passende stagesituatie gezocht, die aansluit op de behoefte en belangstelling van de leerling. Omdat er individueel maatwerk nodig is, zijn er verschillende vormen van stage.
9
10
Stage binnen en buiten de school Vormen van stage De stap van school naar een stageplaats in een bedrijf of instelling wordt niet in één keer gezet. De hele periode van VSO-onderwijs werkt stapsgewijs toe naar de ontwikkeling van arbeidsvaardigheden, die nodig zijn om een stage te kunnen vervullen. De fasering van het leerproces is voor elke leerling anders, de verschillende stappen geven een algemene indruk.. Per leerling wordt bekeken of een stage tot de mogelijkheden behoort en zo ja, welke stagevorm dan geschikt is. In de voorbereidende fase worden vaardigheden als taakgerichtheid, verantwoording dragen en samenwerken geoefend in de praktijkvakken en met behulp van vaste ‘taken’, die binnen de school door leerlingen worden uitgevoerd. In het totale VSO wordt veel aandacht besteed aan het ontwikkelen van een juiste werkhouding. Verder is er aandacht voor omgangsvormen en veilig werken. Als een oudere leerling (vanaf 16) voldoende taakgericht kan werken, verantwoording kan dragen voor een taak èn graag op stage wil, wordt gekeken of dat mogelijk is. De juiste plek De eerste stappen op weg naar een stage beginnen al lang voordat er naar een specifiek stage-adres wordt gezocht. De stage-coördinator beoordeelt de mogelijkheden in een aantal gesprekken met de leerling. Het is belangrijk om de interessen van de leerling, samen met de capaciteiten, goed in kaart te brengen. Naar aanleiding daarvan wordt geprobeerd om een geschikte stageplek te zoeken, passend bij die belangstelling en mogelijkheden van de leerling. In eerste instantie wordt gekeken naar een interne stage. In een latere fase komt mogelijk een externe stage in beeld. Ook de ouders worden bij de voorgenomen stage betrokken. De stage-coördinator legt hen uit wat de bedoeling van de stage is en welke stageplaats is uitgekozen. Voor alle stages is toestemming van de ouders nodig, die wordt vastgelegd in een toestemmingsformulier. In geval van externe stages worden ook de stage-overeenkomst, de werktijden, het vervoer en de verzekering besproken.
11
Stagevormen De interne stages spelen zich af op een werkplek binnen de school. De stagair assisteert bijvoorbeeld bij conciërge- of schoonmaakwerkzaamheden, bij de admininstratie of verleent handen spandiensten bij de jongste groepen leerlingen. De school is voor de leerling bekend terrein, wat het voordeel heeft dat de aandacht geheel naar het werk uitgaat. Voor de leerlingen die niet zoveel moeite hebben met het functioneren in een nieuwe omgeving is de externe stage geschikt. Er zijn drie verschillende vormen van externe stage: - externe stage in een bedrijf of instelling buiten de school. Deze stages laten de stagiair vooral kennismaken met verschillende beroepen en werksituaties. Op de werkplek wordt intensieve begeleiding gegeven aan de stagiair; - oriëntatie-stage bij een centrum voor dagbesteding, als kennismaking met en voorbereiding op een eventuele plaatsing in zo’n centrum; - trainingsstage bij een centrum voor sociale werkvoorziening. De school kan in overleg met de ouders een dergelijke stage aanvragen als een leerling geschikt lijkt voor een plaats in de sociale werkvoorziening.
12
Stage binnen de school (intern) De interne stage is één van de manieren, waarop leerlingen worden voorbereid op de externe stage. Die voorbereiding begint al met het taakgericht onderwijs tijdens de praktijkvakken Tuin, Koken, Techniek en Verzorging. Op deze gebieden doet de leerling een aantal praktische basisvaardigheden op. Bovendien is er veel aandacht voor zelfstandigheid en concentratie bij de werkzaamheden. Verder wordt gewerkt aan een goede manier van samenwerken, het ontwikkelen van verantwoordelijkheidsgevoel, doorzettingsvermogen en zelfvertrouwen en aan goede omgangsvormen. Als leerlingen toe zijn aan het volgen van een interne stage, dan wordt gekeken waar ze terecht kunnen binnen de schoolorganisatie van It Twalûk. Er zijn bijvoorbeeld stageplaatsen op het gebied van conciërge- of schoonmaakwerk, de catering of de admininstratie. Ook het verlenen van handen spandiensten bij de opvang van de jongste leerlingen hoort tot de mogelijkheden. De interne stage biedt de mogelijkheid om een positieve arbeidshouding te ontwikkelen. Tijdens de stagewerkzaamheden wordt de stagiair begeleid door de betrokken werkbegeleider binnen de school, bijvoorbeeld de conciërge of de administratrice.
13
14
Stage buiten de school (extern) Na een gedegen voorbereiding en eventueel een interne stage kunnen leerlingen in veel gevallen een externe stage volgen. Om daarvoor in aanmerking te komen moeten leerlingen in elk geval: -
zelfstandig een opdracht kunnen uitvoeren; enige tijd zonder toezicht kunnen werken; langere tijd met een taak bezig kunnen zijn; goede omgangsvormen hebben.
Externe stages vinden bij voorkeur plaats bij bedrijven of instellingen in de buurt van het huisadres van de leerling (vanaf hier ook wel stagiair genoemd). Een stageperiode duurt van enkele maanden tot maximaal een jaar. Op grond van de voorkeuren en interessen van de leerling zal de stage-coördinator zoeken naar een geschikte stageplek bij een bedrijf of instelling. Het kiezen van de stageplek gebeurt in overleg met de ouders, zodat ook praktische aspecten zoals het vervoer naar de werkplek goed geregeld worden. Als de ouders hun toestemming hebben verleend, gaan leerling en coördinator samen kennismaken bij het bedrijf waar de stage zal plaatsvinden. De toekomstige stagiair krijgt zo een beeld van het stage-adres en de werkzaamheden die er van hem verwacht worden. De stagiair maakt kennis met de stagebegeleider en wordt voorgesteld aan de mensen met wie hij gaat samenwerken. Tijdens dit bezoek tekenen de leerling, de stage-coördinator en de stagegever een stage-overeenkomst. Omdat de stage een onderdeel van het leerproces vormt, ontvangt de leerling geen vergoeding voor de verrichte werkzaamheden. Veel mogelijkheden De duur van de stage is afhankelijk van de resultaten en voortgang van de stage en van de ruimte die het stagebedrijf biedt. Stagebedrijven zijn te vinden in zeer uiteenlopende branches. Het werk van de stagiair bestaat uit één of meer eenvoudige taken, die normaal gesproken een deel van de werkzaamheden van de vaste medewerkers vormen. Tot nu toe werkten de stagiairs van It Twalûk bijvoorbeeld als hulp in het boerenbedrijf, bij een manege, een winkel, bij de schoonmaak of de afwas, de keuken of het magazijn. Ook als assistent-bejaardenhulp of autowasser zijn stagiairs van de school actief geweest, en er zijn nog vele andere werkzaamheden denkbaar.
15
16
Het stagebedrijf De vraag wat een leerling kan opsteken van een bedrijfsstage is al uitgebreid aan de orde geweest. Maar het mes snijdt aan twee kanten: ook het bedrijf dat als stagegever optreedt heeft er wat aan. Met het beschikbaar stellen van een stageplek levert het stagebedrijf een bijdrage aan de maatschappelijk integratie van mensen met een verstandelijke beperking. De overige werknemers van het bedrijf maken in de praktijk kennis met de mogelijkheden van de stagiair, wat hen een veel bredere kijk op het verschijnsel arbeidsbeperking kan geven. Met de stage geeft het bedrijf kansen aan mensen, die ondanks hun beperkingen graag hun eigen bijdrage leveren aan de maatschappij. Dat maatschappelijke nut is op zichzelf al heel waardevol. Daarnaast kan een goed verlopende stage het bedrijf ook nog praktisch nut opleveren. Motivatie De ZML-stagiair die op de goede plek is beland, is over het algemeen sterk gemotiveerd om te laten zien wat hij of zij kan. Veel ZML-leerlingen zijn in staat om ook bij het verrichten van routinematige werkzaamheden een grote motivatie te behouden. Bij een goede begeleiding is een ZMLstagiair vaak een volhardend en ijverig werker. Een bijkomend voordeel kan zijn, dat een ZML-er vaak heel open en erg direct is. Vanuit die eigenschappen levert hij dikwijls verfrissend commentaar op de bedrijfsactiviteiten, wat verrassende gezichtspunten oplevert. Begeleiding Het bijzondere karakter van een ZML-stage vraagt, dat de stagegever rekening houdt met de specifieke doelstelling ervan. De stage-coördinator van school overlegt van te voren, wat nodig is om van de stage een succes te maken. Een belangrijk onderdeel daarvan is, dat de betrokkenen binnen het bedrijf respectvol omgaan met de stagiair en diens mogelijkheden en beperkingen. Kortom: dat de stagiair serieus wordt genomen.
17
In ieder geval is het nodig, dat aan de stagiair passende werkzaamheden worden opgedragen. Dat betekent dat verwacht kan worden, dat de stagiair het werk aankan en dat het bijdraagt aan zijn ontwikkeling. De stage-coördinator kan het bedrijf behulpzaam zijn met het beoordelen van de geschiktheid van taken. Van het bedrijf wordt bovendien de nodige ondersteuning en begeleiding gevraagd bij de uitvoering van die taken. Die rol is weggelegd voor het personeelslid dat het nauwste betrokken is bij het werk van de stagiair, namelijk de stagebegeleider. Gepaste eisen Als begeleiding en ondersteuning goed zijn geregeld, mag het stagebedrijf ook beslist iets verwachten van de stagiair. Om te beginnen wordt van de leerling inzet gevraagd. Bovendien worden er in de werksituatie (gepaste) eisen gesteld met betrekking tot stipte aanwezigheid, de uitvoering van opgedragen taken en de werkhouding. Deze eisen dragen ertoe bij, dat de stagiair een reëel beeld krijgt van de werksituatie. De wederzijdse rechten en verplichtingen zijn vastgelegd in het stagecontract en de Spelregels stage. Stage-overeenkomst Voorafgaand aan de stage hebben de leerling (stagenemer), de stage-coördinator namens de school en het stagebedrijf (stagegever) zich accoord verklaard met de voorwaarden en omstandigheden van de stage door het ondertekenen van een stage-overeenkomst. Hierin staan de afspraken tussen de partijen, zoals de duur van de stage, de werktijden en alles wat van belang is om de stage goed te laten verlopen. De praktische regels rond de stage zijn op een rijtje gezet in de Spelregels stage. Dit lijstje met afspraken is handig om nog eens na te kijken, als de stage al een tijdje loopt.
18
Samenwerking tussen school, bedrijf, leerling en ouders Bij een stage zijn school, stagebedrijf, leerling en ouders betrokken. Samen kunnen zij de stage tot een succes maken. Begeleiding vanuit school De stage-coördinator regelt vanuit de school alles wat met de stage te maken heeft. Dat begint al met het peilen van de interessen van de leerling. Ook legt de coördinator contacten met bedrijven en overlegt de mogelijkheden met de ouders van de leerling. De coördinator blijft tijdens het verloop van de stage het aanspreekpunt voor zowel bedrijven als ouders en houdt actief de ouders op de hoogte. Alle contacten tussen school, ouders en het stagebedrijf verlopen via de stage-coördinator, tenzij anders is overeengekomen. In de coördinator heeft de stagegever een vast aanspreekpunt voor oneffenheden of problemen. De stage-coördinator bezoekt regelmatig de stagiair op zijn werkplek en overlegt met de stagebegeleider van het bedrijf. Als er tijdens het werk bijzonderheden zijn, schakelt het bedrijf onmiddellijk de stagecoördinator in. Daar staat tegenover, dat de school de stagebegeleider in het bedrijf op de hoogte houdt van relevante bijzonderheden rond de stagiair, op school of thuis. Dit maakt een passende begeleiding mogelijk. Begeleiding op het werk Een belangrijke rol bij de stage is weggelegd voor de vaste begeleider, aan wie de stagiair is toegewezen. Hij of zij vormt in het bedrijf het aanspreekpunt voor de stagiair en ondersteunt hem bij het uitvoeren van zijn taak. Meestal is de stagebegeleider degene, die het contact met de school (stage-coördinator) onderhoudt. De stagebegeleider heeft een verantwoordelijke taak ten opzichte van de stagiair. Een goede uitvoering van die taak vraagt bijzondere capaciteiten van de stagebegeleider, zoals breed inlevingsvermogen, flexibiliteit en rust. Veel stagebegeleiders vinden het een boeiende en verrijkende ervaring om met mensen met een verstandelijke beperking te werken. De stagebegeleiding is voor veel medewerkers bovendien een aangename afwisseling in hun gebruikelijke taken.
19
Het is niet altijd eenvoudig om een ZML-stagiair met succes te begeleiden. De begeleider moet een balans zien te vinden tussen het vaak lage tempo van de stagiair en de eisen die het werk stelt. Daarbij moet worden voorkomen, dat de stagiair op een al te vrijblijvende manier deelneemt aan het arbeidsproces. Wat in zijn macht ligt, dat moet de stagiair ook goed doen, zodat hij op de resultaten aangesproken kan worden. Het bijzondere aan een ZML-stage is echter, dat de eisen aangepast moeten zijn aan de capaciteiten van de stagiair en niet worden bepaald door de behoefte van het bedrijf. Tussentijdse en nabesprekingen De stage-coördinator van school houdt regelmatig contact met het bedrijf, waar de leerling stage loopt. Elke zes tot acht weken brengt de coördinator een bezoek aan het bedrijf om het verloop van de stage te bespreken. Extra overleg is altijd mogelijk. Na afloop houdt de stage-coördinator nog een nabespreking met de stagegever. De resultaten van de stage worden ook enkele malen tijdens de stageperiode door de coördinator vastgelegd in een evaluatieformulier. De vooruitgang en eventuele knelpunten in de stage worden zo bijgehouden. Ook levert de evaluatie een beeld op van de mogelijkheden en kwaliteiten van de leerling die in de stage naar voren zijn gekomen. Contact met ouders Voordat een leerling op stage gaat, overlegt de stage-coördinator met de ouders. In dit gesprek wordt een beeld geschetst van de bedoeling van de stage. Bovendien komen de praktische mogelijkheden om op stage te gaan aan bod, zodat daar bij het zoeken van een geschikte stageplaats rekening mee kan worden gehouden. Het verloop van de stage wordt tijdens de stage-periode regelmatig met de ouders besproken. Alle contacten tussen ouders en het stage-adres lopen in principe via de stage-coördinator van de school. Hiermee worden onduidelijkheden en strijdige afspraken voorkomen. Ziekmelding Een ziekmelding van de stagiair vormt een uitzondering op de regel, dat alle contacten met het stagebedrijf via de school lopen . Ziekmelden moet tijdig gebeuren, zowel rechtstreeks bij het bedrijf als bij de school. Tijdig betekent bij het bedrijf voor aanvang van de werktijd en voor de school tussen 8.00 en 8.30 uur.
20
Vervoer De stage-adressen worden zo mogelijk in de buurt van het huisadres van de leerling gezocht, om zelfstandig vervoer van en naar het werk mogelijk te maken. De verantwoording voor dit vervoer ligt bij de ouders. Indien het vervoer problemen oplevert, kan de stage-coördinator helpen bij het zoeken naar een oplossing. Verzekering De school zorgt voor een wettelijke aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering voor de leerling tijdens de stageperiode. Hieraan zijn voor de ouders geen kosten verbonden. Bereikbaarheid De stage-coördinator van It Twalûk, en bij diens afwezigheid de coördinator van de VSOafdeling, is tijdens schooltijden voor stagebedrijven en ouders bereikbaar via de school:
tel. 058 – 2122358 Schooltijden: op werkdagen behalve woensdag van 8.30 tot 16.00 uur woensdag van 8.30 tot 14.00 uur. Voor noodgevallen buiten schooltijd hebben de stagegevers de beschikking over het privé-telefoonnummer van de stage-coördinator.
21
Spelregels stage Deze afspraken maken deel uit van de stage-overeenkomst en zorgen voor een goed verloop van de stage. Door het ondertekenen van de stage-overeenkomst verplichten de partijen zich tot het nakomen van deze spelregels. •D e huisregels van het bedrijf gelden ook voor de stagiair, voor zover ze van toepassing zijn. Het bedrijf maakt in overleg met de stage-coördinator deze regels duidelijk aan de stagiair. •D e stagiairs zijn ruim op tijd aanwezig op het stage-adres, om de werkzaamheden voor de dag te bespreken met de werkbegeleider. •A fwezigheid wegens ziekte dient door de stagiair of diens ouders/verzorgers te worden gemeld aan: - het stagebedrijf, ruim voor aanvang van de werktijd; - de school, tussen 8.00 en 8.30 uur. • E en verlofaanvraag loopt via de stage-coördinator en moet ruim van te voren worden ingediend. •A fspraken met huisarts, tandarts, specialist en dergelijke moeten buiten stagetijd worden gemaakt. Alleen bij een spoedgeval is doktersbezoek tijdens werktijd toegestaan. •A lle contacten tussen ouders/verzorgers en het stagebedrijf lopen via de stage-coördinator van It Twalûk. Alleen voor een ziekmelding moet een stagiair of diens ouders/verzorgers rechtstreeks contact opnemen met het bedrijf. •D e stage-coördinator of de mentor van de leerling houden de ouders regelmatig op de hoogte van het verloop van de stage. Bijzondere ontwikkelingen worden meteen gemeld. •A lle partijen kunnen ook tussentijds contact zoeken met de stage-coördinator voor opmerkingen of vragen. Leerlingen en ouders/verzorgers kunnen bovendien terecht bij de mentor/ groepsleerkracht van de leerling.
22
23