Ons Marie die houdt van rikken en ze weet het zo te schikken, op verjaardag of visite, het zo in het vat te gieten, om ’n tafel te versieren, dat je kaarten kunt met vieren, want ze speelt zo graag ’n spelletje, met ’n rik- en kaartgraag stelletje
Samen waren ze op weg, kreeg Maria, wat ’n pech, niet te stoppen diaree, nergens in de buurt ’n plee. Bij ’n hokje van de bus, stopte en ontdeed aldus, zij zich van haar directoire, steeds nog stinkt dat hokje d
Maria, heet nu Saar want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Maria, heet nu Saar want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Nu zij oma worden gaat, vindt ze dat het echt niet staat, aan te komen bij zo’n kind, die dat roken vreeslijk vindt. Dus toen zij het nieuws vernam, dat ’t eerste kleinkind kwam, nam ze ’n kordaat besluit, maakte haar sig’retje uit.
Samen waren ze op weg, kreeg Maria, wat ’n pech, niet te stoppen diaree, nergens in de buurt ’n plee. Bij ’n hokje van de bus, stopte en ontdeed aldus, zij zich van haar directoire, steeds nog stinkt dat hokje d
Maria, heet nu Saar want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Maria, heet nu Saar want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Zat gezegd, genoeg verteld, ’n enkel feit is niet vermeld, bij het einde van dit lied, maar dat is de moeite niet. Rest nog slechts: proficiat, vreugde op jouw levenspad, ook ’n wens voor veel geluk en dan kan het niet meer stuk
Hoe krijgt ze het voor elkaa zo’n verzorgde bos met haar Weet je wat ik sterk vermoe Dat haar Frits dat kapsel doe dat ie het, da’s nooit verkeer eerst ’ns bij z’n hond probee en dan brengt ie het, kijk kij bij Maria in praktijk
Maria, heet nu Saar, want zij wordt vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Maria, heet nu Saar, want zij wordt vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Maria, heet nu Saar, want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Ons Marie is ritmisch en ook ‘n karaoke fan. Alle liedjes brult ze mee, boven achter haar pc. Smartlap, pop en liefdeslied, verzen over diep verdriet, galmen over stad en land, basco neemt haar bij de hand
Maria, heet nu Saar, want zij wordt vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Maria, heet nu Saar, want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Levensloop Maria E Ons Marie is creatief, knutselen doet ze intensief, In een poep en in een scheet, heeft ze ’n pannenlap gereed. Tussendoor nog uit ’n berk, dingetjes met houtsnijwerk. Kleedjes haakt ze met plezier, in ’n uur ’n stuk of vier.
Ons Marie werd op de duur, na die strenge afvalkuur, ongelofelijk iel en slank, als ’n dunne den zo rank. Iedereen zei, met ’n lach: goeie morgen, goeien dag en zocht daarna in z’n brein: Wie mag toch die dame zijn
Maria, heet nu Saar want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Ons Maria is ’n meid, die voortreffelijk auto rijdt, maar is zij ooit passagier, doet ze dat op haar manier Ze stuurt en ze schakelt mee, door ’n lumineus idee, zit ze nu alleen goddank, voortaan op de achterbank.
Vrijwel ongeëvenaard, is haar bloemsierkunst vermaard. Ze maakt voor elk jaargetij, voor ’n fuif of trouwpartij, stukjes die er mogen zijn, met haar eigen tierelantijn, of het kerst of Pasen is, da’s voor haar geen hindernis.
Boodschappen die doet ze niet, dat is Fritskes werkgebied, die doet dat graag voor de lol, komt terug met tassen vol, spullen die z’n vrouw graag eet, waarbij hij ook niet vergeet, wat ie zelf ’t liefste smult, allerhande worst en zult.
Ze kwam bij ’n diëtiste, die op stel en sprong besliste: Jij moet heel wat minder bikken niet zo veel aan ijsjes likken heel wat soberder gaan leven ik zal jou ’n lijstje geven Pak ik, wou Maria weten, dit nou voor, of na het eten?
Ons Marie, zo veel als kon, fiedelde accordeon. En als zij dat knopjesding, om haar ferme schouders hing, kwam de hele buurt in draf, op die klare klanken af. Jammer maar, zo’n vrolijk feest, komt niet meer, dat is geweest.
Ons Marie is creatief, knutselen doet ze intensief, In een poep en in een scheet, heeft ze ’n pannenlap gereed. Tussendoor nog uit ’n berk, dingetjes met houtsnijwerk. Kleedjes haakt ze met plezier, in ’n uur ’n stuk of vier.
Ons Marie is net ’n vis, nooit in de geschiedenis, was er ergens man of vrouw, die zo graag te water wou. Zit zij in ‘t warme nat, krijg je haar niet meer uit bad. Ze heeft het dan naar haar zin, min of meer ‘n zeemeermin.
Maria, heet nu Saar, want zij werd vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
Ons Marie die houdt van rikken en ze weet het zo te schikken, op verjaardag of visite, het zo in het vat te gieten, om ’n tafel te versieren, dat je kaarten kunt met vieren, want ze speelt zo graag ’n spelletje, met ’n rik- en kaartgraag stelletje
Vrijwel ongeëvenaard, is haar bloemsierkunst vermaard. Ze maakt voor elk jaargetij, voor ’n fuif of trouwpartij, stukjes die er mogen zijn, met haar eigen tierelantijn, of het kerst of Pasen is, da’s voor haar geen hindernis.
Nu zij oma worden gaat, vindt ze dat het echt niet staat, aan te komen bij zo’n kind, die dat roken vreeslijk vindt. Dus toen zij het nieuws vernam, dat ’t eerste kleinkind kwam, nam ze ’n kordaat besluit, maakte haar sig’retje uit.
Ze kwam bij ’n diëtiste, die op stel en sprong besliste: Jij moet heel wat minder bikken niet zo veel aan ijsjes likken heel wat soberder gaan leven ik zal jou ’n lijstje geven Pak ik, wou Maria weten, dit nou voor, of na het eten?
Samen waren ze op weg, kreeg Maria, wat ’n pech, niet te stoppen diaree, nergens in de buurt ’n plee. Bij ’n hokje van de bus, stopte en ontdeed aldus, zij zich van haar directoire, steeds nog stinkt dat hokje daar.
Ons Marie werd op de duur, na die strenge afvalkuur, ongelofelijk iel en slank, als ’n dunne den zo rank. Iedereen zei, met ’n lach: goeie morgen, goeien dag en zocht daarna in z’n brein: Wie mag toch die dame zijn?
Raadt eens waar hun auto stond? Ooit in Zeeland op de pont, met de sleutel in het slot en de deur dicht als ’n pot. Bij benadering zeven keer ging Maria heen en weer. Op ’t lest, werd ze nog net, door de wegenwacht gered.
Ons Maria is ’n meid, die voortreffelijk auto rijdt, maar is zij ooit passagier, doet ze dat op haar manier Ze stuurt en ze schakelt mee, door ’n lumineus idee, zit ze nu alleen goddank, voortaan op de achterbank.
Hoe krijgt ze het voor elkaar zo’n verzorgde bos met haar. Weet je wat ik sterk vermoed? Dat haar Frits dat kapsel doet. dat ie het, da’s nooit verkeerd eerst ’ns bij z’n hond probeert en dan brengt ie het, kijk kijk, bij Maria in praktijk
Boodschappen die doet ze niet, dat is Fritskes werkgebied, die doet dat graag voor de lol, komt terug met tassen vol, spullen die z’n vrouw graag eet, waarbij hij ook niet vergeet, wat ie zelf ’t liefste smult, allerhande worst en zult.
Ons Marie is ritmisch en ook ‘n karaoke fan. Alle liedjes brult ze mee, boven achter haar pc. Smartlap, pop en liefdeslied, verzen over diep verdriet, galmen over stad en land, basco neemt haar bij de hand.
Ons Marie, zo veel als kon, fiedelde accordeon. En als zij dat knopjesding, om haar ferme schouders hing, kwam de hele buurt in draf, op die klare klanken af. Jammer maar, zo’n vrolijk feest, komt niet meer, dat is geweest.
Zat gezegd, genoeg verteld, ’n enkel feit is niet vermeld, bij het einde van dit lied, maar dat is de moeite niet. Rest nog slechts: proficiat, vreugde op jouw levenspad, ook ’n wens voor veel geluk en dan kan het niet meer stuk.
levensverhaal van
Maria Passon bij het bereiken van de eerbiedwaardige leeftijd van Van deze uitgave mag alles gekopieerd en vermenigvuldigd worden. De Auteur
50 jaren op 18 december 2006
Ons Marie is creatief, knutselen doet ze intensief, In een poep en in een scheet, heeft ze ’n pannenlap gereed. Tussendoor nog uit ’n berk, dingetjes met houtsnijwerk. Kleedjes haakt ze met plezier, in ’n uur ’n stuk of vier.
Maria, heet nu Saar want zij wordt vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt
Vrijwel ongeëvenaard, is haar bloemsierkunst vermaa Ze maakt voor elk jaargetij, voor ’n fuif of trouwpartij, stukjes die er mogen zijn, met haar eigen tierelantijn, of het kerst of Pasen is, da’s voor haar geen hindernis.
Maria, heet nu Saar want zij wordt vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt.
.
Ze kwam bij ’n diëtiste, die op stel en sprong besliste: Jij moet heel wat minder bikken niet zo veel aan ijsjes likken heel wat soberder gaan leven ik zal jou ’n lijstje geven Pak ik, wou Maria weten, dit nou voor, of na het eten?
Ons Marie werd op de duur, na die strenge afvalkuur, ongelofelijk iel en slank, als ’n dunne den zo rank. Iedereen zei, met ’n lach: goeie morgen, goeien dag en zocht daarna in z’n brein: Wie mag toch die dame zijn?
Maria, heet nu Saar want zij wordt vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt
Maria, heet nu Saar want zij wordt vijftig jaar. Maar och die vijf maal tien, is haar niet aan te zien. je ziet niet waar het zit, maar ‘t is ’n meid met pit, houdt van gezelligheid en wil d’r Frits niet kwijt