Weekblad van de Universiteit Twente
www.utnieuws.nl nummer 25 - Donderdag 6 oktober 2011
UT N I E U W S 9
4
2
Stepping stones to Saint Petersburg
Het lab is niet meer te betalen
‘Uitdagen en heen en weer trekken’
International page
WORLD PRESS. De tentoonstelling van World Press Photo is vanaf vandaag op de campus te bekijken. In gebouw Ravelijn hangen ruim 160 foto’s, waaronder deze foto van Adam Pretty. De Australische fotograaf legde vast hoe een deelnemer aan de 2.000 meter steeplechase, een atletiekonderdeel op de Jeugd Olympische Spelen van 2010, op zijn hoofd terechtkomt. Dat ook de campus zich uitstekend leent als decor voor prachtige fotografie blijkt uit de fotowedstrijd die tijdens de Open Dag werd gehouden. Zie pagina’s 6 en 7.
jules pieters verzoekt college tot openbaarmaking documenten reorganisatiecriteria
Hoogleraar wil met Wob-verzoek openheid afdwingen Hoogleraar Toegepaste psychologie Jules Pieters wil openheid afdwingen over de manier waarop het College van Bestuur tot de reorganisatie van de onderwijskundevakgroepen in de faculteit GW is gekomen.Volgens Pieters is de beoordeling van onderzoeksgroepen ‘op een volstrekt intransparante manier verlopen’. Met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) vraagt hij inzage in alle documenten waaruit blijkt hoe kwaliteitseisen en criteria zijn toegepast. Pieters, vo o r z i t t e r van de GW-vakgroep Cur r iculumontwer p & Onderwijsinnovatie (C&O), is zeer ontevreden over de gang van zaken rond de beoordeling van de onderzoeksgroepen. ‘Het is volstrekt intransparant en bijna
bad governance hoe deze reorganisatie tot stand is gekomen.’ De hoogleraar zegt verschillende keren opheldering te hebben gevraagd bij de decaan, de directeur van instituut IBR en het College van Bestuur. ‘Zonder resultaat, iedereen wijst naar
elkaar. Ik wil nu graag precies weten hoe het zit.’ Volgens Pieters heeft niemand hem tot nog toe kunnen of willen vertellen hoe de beoordeling van de kwaliteit van vakgroepen heeft plaatsgevonden. ‘Je hoort van alle kanten dat het een mistige procedure is en dat willekeur een grote rol speelt. Er gaat al een jaar het verhaal rond dat er kleuren zijn uitgedeeld aan vakgroepen: rood, oranje en groen, als indicatie voor de kwaliteit. Als je iets over die indeling vraagt, weet niemand er het fijne van.’ De Wet openbaarheid van bestuur (Wob) geeft elke burger recht op inzicht in de informatie van de overheid. Die informatie is openbaar,
tenzij de veiligheid in het geding komt of als het gaat om vertrouwelijke persoons- of bedrijfsgegevens. Een Wob-procedure in gang zetten is een zwaar middel, erkent Pieters. ‘Het hoort eigenlijk niet bij een universiteit om zo tegenover elkaar te moeten staan. Ik doe het uit onmacht.’ Over de onderzoeksgroep van Pieters, die volgens het reorganisatieplan wordt opgeheven en opgaat in de nieuwe vakgroep Onderwijskunde, staat in het reorganisatieplan: ‘Met betrekking tot C&O geldt dat de waardering van het onderzoek door IBR als bijzonder laag en als onvoldoende is gekwalificeerd.’ ‘Daar herkennen wij ons
beslist niet in.Wij zijn bovendien niet in de gelegenheid gesteld daar iets tegenin te brengen’, aldus Pieters. De laatste onderzoeksvisitatie van zijn vakgroep dateert van 2006. De vakgroep, met nog een andere hoogleraar aan het hoofd, scoorde toen op alle vier de onderdelen een 3 (op een schaal van 1 tot 5). ‘In de toelichting stond dat dat vier maal een ‘goed’ was. In het reorganisatieplan is dat vertaald naar ‘bijzonder laag’.’ Pieters heeft er meermalen op aangedrongen dat zijn vakgroep niet zou worden beoordeeld op een vijf jaar oude visitatie, maar op het huidige geheel vernieuwde onderzoeksprogramma, dat sinds zijn aantreden in 2008 van start is gegaan.
Pieters hoopt vooral dat er met zijn Wob-verzoek duidelijkheid komt. ‘Niet alleen voor mijn vakgroep, maar voor de hele universitaire gemeenschap. De manier waarop het is gegaan geeft geen blijk van goed bestuur.’ Of hij verwacht dat de reorganisatie nog tegen kan worden gehouden? ‘Mijn hoop is gevestigd op de Faculteitsraad en Universiteitsraad.’ Het College van Bestuur wil nog niet inhoudelijk op het Wob-verzoek reageren. Voorzitter Anne Flierman zegt de wettelijk bedenktijd van vier tot zes weken te gebruiken om uit te zoeken of een Wob-aanvraag vanuit de eigen organisatie juridisch wel mogelijk is.
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
2
Donderdag 5 oktober 2011
ut-studenten rellen met de mobiele eenheid
‘Uitdagen en heen en weer trekken’ Men neme een groep van 150 vrijwilligers, een peloton van de Mobiele Eenheid, een voetbalstadion en een oefenpartijtje rellen met het arretstatieteam kan beginnen. Gistermiddag stonden studenten van de studieverenigingen Newton, Paradoks en Scintilla op uitnodiging van de politie voor de Grolsch Veste klaar om in de huid te kruipen relschoppende hooligans. Sandra Pool
Woensdagmiddag 12.30 uur. Tussen de fanshop en het supportershome van de harde kern van FC Twente, Vak P, staan tientallen ME-busjes. Er omheen schuifelen de mannen en vrouwen gehuld in het blauwe strijdpak. Ze maken zich op voor de oefening die komen gaat. Verderop staan de studenten. Ze worden getrakteerd op een lunch. Broodjes, kroketten en bananen – stevige kost. Dat is nodig voor de uitdaging die ze straks aangaan: het opnemen tegen de ME. Voor velen van hen is het niet de eerste keer dat ze oog in oog komen te staan met het ar restatieteam. ‘Geniaal’, lacht Bob van de Vijver. ‘We gaan iets doen wat niet mag. Vrij relschoppen.’ Tom Kooijman van Scintilla, hoge kistjes aan: ‘Het is een spel van uitdagen en heen en weer trekken. Als je te ver gaat, krijg je een tik. Die komen goed hard aan’, weet hij uit ervaring. Ook bij Newton kennen ze het klappen van de stok.‘Je krijgt eerst een waarschuwingstik
UT-studenten rellen met de ME Foto: Gijs van Ouwerkerk
en dan gaat het wat harder.’ De werktuigbouwkundestudent doet mee vanwege de kick. ‘De adrenaline. Het heeft vast iets te maken met het stoeremannenimago.’ Terwijl de laatste happen brood naar binnen gaan, geeft de instructeur een briefing. ‘Verzet mag je geven, maar wat je geeft, kr ijg je terug. Leuzen schreeuwen mag. Wie vooraan staat ontvangt de meeste klappen, dus zorg dat je die groep afwisselt. Gooien met spullen mag niet.’ Dan volgt het plan. ‘We gaan straks het vak in. Helemaal naar boven. De ME komt het vak binnen en heeft als taak jullie naar buiten te drijven.’ Simon en Ruud hebben er zin in. ‘Mooi om die lui aan te pakken’, zegt Ruud. ‘Echt heel vet. Een beetje schreeuwen.’ Simon:
‘Ze gaan straks de tribune schoonvegen. Misschien breekt iemand wel zijn poten over die verraderlijke stoeltjes.’ Ruud: ‘We proberen een zo echt mogelijke relsituatie na te bootsen. Een beetje duwen en trekken. Ik hoop niet dat er honden zijn.’ Simon: ‘Ik ook niet. Die bijten gewoon.’ De meeste deelnemers zijn uitgedost in makkelijk zittende kleding, spijkerbroek, sportschoenen, trui of T-shirt. Een uitzondering daargelaten. ‘Waarom ik mijn beste pak aan heb? Je moet een beetje netjes voor de dag komen hè, anders kr ijgen ze zo’n lompe indruk van studenten’, zegt de jonge man in pak met een knipoog. De deelnemers betreden de trappen. Na een laatste plaspauze zijn de vakken 306
en 307 voor de komende uren hun speeltuin. Nog wat laatste instructies. ‘Let op bij deze trap. Als je hier verzet pleegt, kun je over het hek kukelen. Kijk daar mee uit, het is je eigen verantwoordelijkheid.’ U bent gewaarschuwd. Enkele deelnemers krijgen een wapen toegestopt. Taco Eelman krijgt een knuppel in zijn handen geduwd. ‘Ik ben de aanjager en moet de boel opjutten.’ Trots loopt bij met zijn wapenstok in de lucht naar de nok van het stadion. Het wachten op de ME is begonnen.Voor in het vak duwen enkele supporters met stewards. Ze hebben ruzie over het ophangen van een spandoek. De gewapende ME’ers verschijnen ter versterking ten tonele. De voetbalfans worden in de hoek gedreven.
Naam: Studie: Op weg naar:
Scheld- en schreeuwkoren volgen: het is stil aan de overkant en iets met bier en tieten. Soms delen de ME’ers rake klappen uit. Een enkeling ontsnapt. Zoals Bram Veldman. ‘Het is aftasten, zo’n eerste oefening. Straks komt het niveau wel op het goede peil’, zegt hij vol vertrouwen. Student Tom vult aan: ‘We moeten straks wel wat gaan doen hoor.’ Ook de begeleidende docenten valt de afwachtende houding op. ‘Ze zijn bang voor de stok’, zegt er een. ‘Het niveau van de studenten is gewoon te hoog’, lacht de ander. Tom knikt instemmend. ‘Weinig pit nog.’ En zo is het maar net. Wanneer de studenten in koor het lied ‘Hoofd, schouders, knie en teen’ inzetten, blijkt inderdaad de rol van hooligan nog ver te zoeken.
ut Nieuws Onafhankelijk weekblad voor personeel en studenten van de Universiteit Twente jaargang 48. Verschijnt donderdag op de campus; vrijdag/zaterdag buiten de UT. Oplage: 8.000 exemplaren. Redactie-adres: Vrijhof kamers 315, 316, 317, 328, 319. Postadres: Postbus 217, 7500 AE Enschede. Telefoon: (053 – 489) 2029 zie verder onder redactie. Fax: (053 – 489) 3439 E-mail redactie:
[email protected]. Internet: www.utnieuws.nl of via de homepage van de UT. Redactie: Ditta op den Dries (hoofdredacteur, 2030) Paul de Kuyper (4084)
[email protected] Maaike Platvoet (3815)
[email protected] Sandra Pool (tel. 2936)
[email protected] Office-management: Brigitte Boogaard (2029)
[email protected] Vaste medewerkers: Cariene van Aart, Marloes van Amerom, Giels Brouwer, Rayke Derksen, Nynke Dirven, Maaike Endedijk, Robbin Engels, Hans van de Kolk, Ruben Libgott, Catherine Ann Lombard, Ingrid Szwajcer. Automatisering/internet: Ivar Engel Christina Höfer Foto's: Arjan Reef / Gijs van Ouwerkerk / Ingrid Szwajcer Redactieraad: prof.dr. E.R. Seydel (vz). Advertenties: Bureau Van Vliet BV, Postbus 20, 2040 AA Zandvoort, Tel. 023 – 5714745. Site: www.bureauvanvliet.com. E-mail:
[email protected]. Advertentietarieven op aanvraag. HOP: UT Nieuws is aangesloten bij het Hoger Onderwijs Persbureau (HOP). Adreswijzigingen: Abonnees (ook studenten) dienen deze schriftelijk door te geven aan de redactie UT-Nieuws Postbus 217, 7500 AE Enschede of per e-mail:
[email protected]. Stage of buitenlands studieverblijf: studenten die op stage gaan of in het buitenland gaan studeren kunnen UT-Nieuws op schriftelijk verzoek opgestuurd krijgen. Wie prijs stelt op deze (gratis) service zendt een adreswijziging naar de redactie o.v.v. faculteit, stagelocatie en periode (zo nauwkeurig mogelijk). Kopij: Bestemd voor de Infomededelingenrubriek dient per e-mail maandag voor 14.00 uur in het bezit te zijn van de redactie UT-Nieuws. Abonnementen: Jaarabonnement: 44 euro. Abonnementen schriftelijk aan te vragen met vermelding van naam, adres, postcode, plaats, telefoonnummer en bank-/girorekening. Abonnementen kunnen wekelijks ingaan. Betaling via factuur. Het jaarabonnement wordt automatisch verlengd, tenzij men minimaal 1 maand voor afloop van de abonnementsperiode schriftelijk opzegt. Technische vervaardiging: Wegener SpeciaalMedia Bezorging Campus: Motorsportgroep UT, coördinator Stefan Dams, tel. 053-4892029. E-mail:
[email protected] Copyright UT-Nieuws: Auteursrecht voorbehouden. Het is verboden zonder toestemming van de hoofdredacteur artikelen schema's foto's of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen en/of openbaar te maken in enigerlei vorm of wijze.
Anton van der Stoep (23) Aplied Mathematics Waaier
‘Ik ben op weg naar mijn groepsgenoten van het project bij het vak ‘Systems and Control’. Dat vak wordt landelijk gegeven, wat betekent dat er ook mensen uit Amsterdam, Delft of een andere plaats in de collegezaal kunnen zitten. De colleges vinden plaats in Utrecht, waar ik om de week op maandag naartoe moet. Mijn reistijd duurt een stuk langer dan het college, daarom kijk ik vaak gewoon de slides door. Verder is het een superleuk vak.’ Met een brede smile vertelt Anton dat hij nog volledig nominaal loopt en in februari ergens in de Randstad bij een financiële instelling stage wil gaan lopen. Anton loopt graag hard in zijn vrije tijd en wil het accent gaan leggen op triatlon. ‘Ik heb mijn loophorloge al om, want ik ga vanavond nog even wat krachttraining doen. Daarna heb ik een vergadering van mijn trainingscommissie van Kronos, de atletiekvereniging hier op de universiteit.’ Aanstaande zondag heeft hij weer een wedstrijd, een eenzestiende triatlon: 250 meter zwemmen, tien kilometer fietsen en tweeënhalf kilometer hardlopen. Komende week is het alleen nog rustig trainen. ‘Maar ik moet me nu haasten want mijn projectgroep zit te wachten en ik was even vergeten dat ik geen fiets meer heb. Die staat met een kapot slot bij de fietsenmaker.’�
Waar gaat dat heen...? Foto: Arjan Reef
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
3
Donderdag 5 oktober 2011
eerste discussie over reorganisatie
Controle fietsen Het Facilitair Bedrijf gaat vanaf volgende week, in week 41 en week 42, streng controleren op de stalling van fietsen op het O&O-plein. Fietsen behoren in de daarvoor bestemde stallingen, maar worden nu vaak elders op het plein geparkeerd. De komende dagen worden daarom flyers uitgedeeld om de fietsers te wijzen op de gen die vanuit het Rijk en juiste locaties. Als dit niet tot NWO op de UT afkomen. verbetering leidt, gaat het FB Dat wordt erkend door de na twee weken over tot het U-raad, maar zij vraagt zich verwijderen van de tweewiewel af of het verstandig is de lers. resterende 2,5 miljoen vrij te spelen voor investeringen omdat dit geld is afkomstig Basisonderwijs uit de reserves. Volgens het CvB zijn er altijd extra De UT krijgt van het minismiddelen nodig om te terie van Onderwijs, Cultuur investeren. ‘Maar over de en Wetenschap bijna vijf ton hoogte hiervan kan worden onderzoeksubsidie voor de gediscussieerd.’ Verder was training ‘Opbrengstgericht er kritiek op de vorm van werken op basis van prestahet reorganisatieplan, dat op tiefeedback’. Schoolleiders, verschillende punten niet leerkrachten en interne aan de eisen zou voldoen. begeleiders uit het basisOok studentenpartij UReka onderwijs leren daarin om liet weten dat ‘studenten in in teamverband het rekenstaat zijn betere plannen te onderwijs op hun school te verbeteren. Momenteel maken’. volgen tweeduizend leraren en schoolleiders van ruim honderd scholen de cursus. De eerste resultaten zijn positief.
Criteria voor opheffen leerstoelen ‘niet bekend’ Het reorganisatieplan dat gisteren als ‘eerste bespreking’ op de agenda van de overlegvergadering tussen College van Bestuur en de Universiteitsraad stond, leidde tot flinke discussie. De U-raad zette vraagtekens bij de criteria voor welke leerstoelen zouden moeten verdwijnen. ‘Eén ding valt wel heel erg op bij de reorganisatie van de leerstoelen’, zei CC-raadslid Frank van den Berg. ‘Veel van de leerstoelen van hoogleraren die binnenkort met emeritaat gaan, verdwijnen. Doen zij dan niet zo goed onderzoek?’ Ook zouden de argumenten voor de keuzes die werden gemaakt niet bij de faculteitsraden bekend zijn. De U-raad verzocht daarom dringend deze argumentatie
zo spoedig mogelijk alsnog bij de faculteitsraden inzichtelijk te maken. Rector magnificus Ed Brinksma zei dat het naar buiten brengen van álle informatie alleen maar tot chaos zou leiden. ‘Wij hebben getracht de kwalitatieve argumenten weer te geven, je kunt dan discussiëren over hoeveel details daarbij horen.’ Ook zei de rector dat ‘senioriteit’ geen leidend principe is geweest. ‘Wel had
het een bovenmatig aandeel in de gemaakte keuzes omdat de productiviteit van oude leerstoelen nu eenmaal afneemt als hoogleraren met emeritaat gaan.’ Door middel van het tenure track-beleid wil de UT de productiviteit in de toekomst beter kunnen sturen. Brinksma benadrukte nogmaals dat het CvB de keuzes helder heeft onderbouwd, maar dat groepen in kritieke situaties altijd ‘het naadje van de kous willen weten. Dit zou in een discussie resulteren die niet te hanteren is.’ Desalniettemin bleef de raad vinden dat het CvB zich ‘op een smal pad bevindt’. Vo l g e n s CC-raadslid
Herbert Wormeester is men nu het meest gebaat bij transparantie. ‘De U-raad wil ook niet spreken over individuele groepen, dat is juist aan de faculteitsraden. Maar nu is er totaal geen discussie.’ Uiteindelijk zegde Collegevoorzitter Anne Flierman toe dit signaal serieus te nemen en opnieuw te kijken naar de communicatie tussen decanen en faculteitsraden. Aansluitend werd ook gesproken over de financiële aspecten van Route’14+. Het CvB wil een bezuinigingsslag van vijftien miljoen maken, waarvan 12,5 miljoen is berekend aan de hand van allerlei kortin-
Euros-bootsman bouwt zelf skiff Bootsman Lloyd van Hout bouwde voor roeivereniging Euros eigenhandig een nieuwe skiff. Bijzonder, want niemand anders maakt in Nederland wedstrijdboten. Oud-IO-student Van Hout verwacht dat deze eenpersoonsboot de eerste is van een reeks. ‘Als ik ze zelf bouw, krijgt Euros meer kwaliteit voor minder geld.’ De ‘ultieme uitdaging’, noemde Lloyd van Hout het bouwen van een eigen boot ruim drie jaar geleden toen hij in dienst trad als de nieuwe UT-bootsman voor de roeiers, zeilers en kanoërs van Euros. Niets is zo mooi als iets maken dat ook echt wordt gebruikt.’ Dat dat ook lukte is bijzonder. Nederland telt volgens Van Hout slechts één bedrijf dat oefenboten fabriceert. Niemand maakt wedstrijdboten. De afgelopen drie maanden bouwde Van Hout een skiff, in opdracht van Euros. Vol trots tilt hij hem uit de loods. De boot is gemaakt van carbon, epoxy en als kernmateriaal kurk. Hij is acht meter tien lang en weegt 16,8 kilo. Een klein
beetje aan de zware kant nog, want de wedstrijdboot mag minimaal 14 kilo wegen. ‘Je wilt natuurlijk dichter bij die ondergrens uitkomen en de kans is groot dat een volgende skiff daar dicht tegenaan ligt.’ Met een iets andere productiemethode valt nog wat winst te halen in het gewicht. Maar deze boot is volgens Van Hout ook al zeer geschikt voor de gemiddelde Euros-roeier. ‘Hij is bedoeld voor roeiers met al wat ervaring, voor skiffeurs op wedstrijdniveau. Je kunt hier tot op behoorlijk niveau mee roeien, maar op wereldbekers en wereldkampioenschappen kun je je natuurlijk geen boot veroorloven die tweeënhalve kilo te zwaar is.’ Als Euros dat wil, acht Van
Hout de kans groot dat hij vaker zelf boten gaat bouwen. ‘We hebben een meerjarenplan voor ons onderhoud. Eens in de twee jaar moet er een nieuwe skiff gekocht worden. Als ik die zelf kan bouwen, krijgt Euros meer kwaliteit voor minder geld.’ Een nieuwe skiff kost tussen de 3.500 en 9.500 euro, rekent de bootsman voor. De boot die hijzelf bouwde kostte zo’n 2.000 euro aan materialen. Hoeveel boten Van Hout in de toekomst zal bouwen, hangt een beetje af van de behoefte van Euros. De tijd dat hij aan het bouwen is, kan hij niet in onderhoud van de oudere boten steken. Op dit moment werkt hij aan een C4, een oefenboot voor vier roeiers en een stuurman. ‘Ik zal nooit alle boten kunnen bouwen, maar als ik er een aantal kan doen, is dat gunstig voor de vereniging. Als je je boten sneller kunt vervangen, worden ze beter.’
elsevier-onderzoek
Eindhoven wint van Delft en Enschede Lloyd van Hout: ‘Je kunt met deze skiff tot op behoorlijk niveau roeien. Alleen op wereldbekers en wereldkampioenschappen kun je je geen boot veroorloven die tweeënhalve kilo te zwaar is.’ Foto: Arjan Reef
Van de redactie Nog 1 week…
1
En dan verschijnt de laatste editie van de wekelijkse universiteitskrant. Op de redactie begint het behoorlijk te kriebelen. We vinden het spannend. En, eerlijk is eerlijk, soms ook wat chaotisch. Op het ene moment maken we een artikel voor het weekblad, op het andere moment zijn we op pad voor een interview of reportage voor ons nieuwe magazine. Het eerste nummer, dat op donderdag 3 november verschijnt, staat helemaal in het teken van 50 jaar UT. We kijken terug én we kijken vooruit. Dit speciale feestnummer wijkt af van het concept dat we voor ons nieuwe magazine hebben bedacht. Daar gaan we in december mee beginnen, als de feestelijkheden rond de Dies zijn afgerond. Maar de lezers krijgen bij het verschijnen van het eerste nummer al wél een idee van de uitstraling en het formaat van het maandelijkse UT-Nieuws magazine. Wij zijn er enthousiast over. Uiteraard vinden we het ook belangrijk wat onze lezers straks van het nieuwe blad vinden. Uw mening gaan we zeker ergens in 2012 peilen. Ondertussen bereiden we een feestje voor om het nieuwe magazine te presenteren en te lanceren. Waar gaan we het feestje houden? Wie gaat er spreken? En doen we gebak bij de koffie? Maar dat zijn luxeproblemen, vergeleken bij die ene vraag die ons de afgelopen maanden volop bezighoudt. Hoe kunnen we nu en in de toekomst de gemeleerde campusbevolking op de juiste manier van informatie voorzien.
De Universiteit Utrecht is opnieuw de beste univer siteit volgens hoogleraren. Studenten zijn het meest tevreden aan de Rijksuniversiteit Groningen en de Radboud Universiteit Nijmegen. En de UT? Die doet het onder de studenten helemaal zo gek nog niet. Maar volgens de hoogleraren zijn Eindhoven en Delft weer beter. Elsevier en onderzoeksinstituut ResearchNed onderzoeken elk jaar de kwaliteit van opleidingen in het hoger onderwijs, om scholieren te helpen bij het maken van een studiekeuze. Het onderzoek bestaat uit twee enquêtes. Hoogleraren en universitair hoofddocenten is gevraagd om de beste opleiding in hun vakgebied te kiezen. Studenten beoordeelden de eigen opleiding. In totaal gaven 150.000 studenten en 2.500 hoogleraren en universitair hoofddocenten hun mening. ‘Alle dertien universiteiten vergelijken is niet helemaal eerlijk’, schrijft Elsevier in haar artikel over de beste uni-
versitaire studies. ‘Ze bieden namelijk niet even veel of vergelijkbare opleidingen aan.’ Dus zijn de universiteiten in drie categorieën verdeeld. De Universiteit Utrecht is de beste brede universiteit, menen de hoogleraren. Van de drie specialistische universiteiten noemen ze Tilburg de beste. Van de technische universiteiten overtreft Eindhoven de twee andere, Delft en Twente. Hoogleraren en studenten zijn het soms helemaal met elkaar eens. Zoals bij de bacheloropleidingen aardwetenschappen, sociologie en bestuurskunde in Utrecht. Die krijgen van alle beoordelaars de hoogste score. Voor de UT geldt dat er grote verschillen zijn tussen de beoordelingen van hoogleraren en de studenten. Zoals bij de opleiding bedrijfskunde. Hier eindigt Twente – volgens hoogleraren – op een laatste plaats van de negen universiteiten die deze opleiding aanbieden. Studenten daarentegen zijn veel positiever. Vooral de faciliteiten en het onderwijs worden goed beoordeeld. Deze tegenstelling komt ook weer terug bij de opleiding psychologie. De UT staat met deze opleiding onderaan
wat betreft het oordeel van de hoogleraren, maar scoort erg positief onder studenten. En die kritische oordelende docenten worden juist ook weer gewaardeerd door de UT-studenten. Bij de technische opleidingen zijn de verschillen van mening minder groot.Voor de opleidingen Elektrotechniek, Scheikundige technologie, Technische natuurkunde, Technische wiskunde en Werktuigbouwkunde geldt dat Delft en Eindhoven door het hooglerarenkorps beter worden beoordeeld. De bacherloropleiding Technische bedrijfskunde scoort dan het beste, met een tweede plaats onder Eindhoven. U T- s t u d e n t e n g eve n de hoogste cijfers aan We r k t u i g b o u w k u n d e , Scheikundige technologie, Technische informatica, Industrieel ontwerpen en Elektrotechniek in Twente. Wat de rode lijn lijkt te zijn is de waardering voor de faciliteiten en het onderwijs. Waar de UT-studenten bij bijna alle opleidingen minder over te spreken zijn is de tentamenuitslag binnen een redelijk termijn.
Friese pubquiz De Friese studentenvereniging Tsjerk Hiddes organiseert woensdag 12 oktober een Fryske Pubquiz. Deze wordt gehouden aan de Campuslaan 59, vanaf 21.00 uur. ‘Hâld as foarberieding it Fryske nijs yn ’e gaten’, schrijven de organisatoren. Ofwel: Kijk ter voorbereiding het journaal op Omrop Fryslan.
Werkplaats Jeugd U T, Saxion, UMC Groningen en GGD Twente starten komende maandag de Academische Werkplaats Jeugd in Twente (AWJ Twente). Dit centrum heeft tot doel kennis te verzamelen en te ontsluiten over hoe kinderen in risicosituaties beter bereikt kunnen worden. Het gaat bijvoorbeeld om onderzoek op het gebied van de preventie van kindermishandeling. Een groot deel van dit onderzoek wordt gefinancierd door ZonMW, de overheidsorganisatie die gezondheidsonderzoek en zorginnovatie stimuleert.
University College Het Twente University College komt er op z’n vroegst in 2013. De plannen voor oprichting hebben onlangs de doelmatigheidstoets doorstaan. Het ministerie van Onderwijs heeft dit aan het College van Bestuur meegedeeld. Daarmee is een belangrijke stap gezet richting het nieuwe college, dat een ambitieus onderwijsprogramma aan excellente studenten gaat bieden. Een doelmatigheidstoets wordt uitgevoerd om te onderzoeken of de plannen daadwerkelijk in een behoefte voorzien en om er voor te zorgen dat universiteiten elkaar onderling niet onder de duiven schieten. Er wacht de UT nu nog een tweede toets, die wordt uitgevoerd door de NederlandsVlaamse A c c re d i t a t i e Organisatie (NVAO). Dit orgaan onderzoekt of het Twente University College onderwijsinhoudelijk genoeg kwaliteit biedt.
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
4
Donderdag 6 oktober 2011
hoogleraren huskens en cornelissen staat het water aan de lippen
Het lab is niet meer te betalen De leerstoelen van de hoogleraren Jurriaan Huskens en Jeroen Cornelissen van MESA+ kampen door een combinatie van bezuinigingen, reorganisaties en verhoging van de huurprijzen met grote financiële problemen. Ze besloten om een van de laboratoria te ontruimen en terug te geven aan de faculteit. ‘Het houdt een keer op, de rek is er uit.’ Maaike Platvoet
Geen enkele onderzoeker ontkomt in deze tijden aan financiële achteruitgang. Dat beseffen Jurriaan H u s ke n s , h o og l e r a a r Molecular Nanofabrication, en Jeroen Cornelissen, hoogleraar Biomolecular Nanotechnology, als geen ander. ‘Bij TNW zitten alle groepen in de rode cijfers’, weet Huskens. Wrang is dat hij, net als collega Cornelissen met wie hij het cluster SelfAssembling NanoSystems vormt, uiterst succesvolle onderzoeksresultaten boekt die geen enkel positief effect lijken te hebben op die rode cijfers. De promovendi van Huskens, vijftien in totaal, worden betaald met het geld dat via onderzoeksprojecten is binnengehaald. ‘Ook de helft van mijn eigen salaris schrijf ik weg op Vici-geld.’ Met de eerstegeldstroomfinanciering zijn de hoogleraren net in staat om de reguliere kosten, zoals huur, secretariaat en telefoon te betalen. Maar nu is aangekondigd dat de huurprijzen met ingang van 1 januari stijgen, hebben Huskens en Cornelissen besloten om de huur van een van hun laboratoria op te zeggen. Die huur bedraagt 500 euro per m2. Huskens en Cornelissen bezetten samen 600 m2, wat neerkomt op 300.000 euro in totaal. Met het lab dat nu wordt afgestoten, wordt 40.000 euro bespaard. ‘NWO betaalt natuurlijk niet voor de labruimte’, zegt Huskens. ‘NWO verwacht dat de uni-
versiteiten zelf voor goede infrastructuur zorgen. Het is bizar dat de bekostiging uit de eerste geldstroom nog amper mogelijk is.’ Tot een jaar of drie terug was de bekostiging van leerstoelen zo geregeld dat de financiering uit de eerste geldstroom gekoppeld was aan die van de tweede en derde geldstroom. Dus als een groep succesvol was in het binnenhalen van geld uit NWO-projecten of bedrijven, dan steeg ook de eerste geldstroom. Tegenwoordig krijgen alle leerstoelen een vast bedrag. Ook het voorstel van het College van Bestuur om de promotiepremies verder af te romen, baart zorgen. Per promotie ontvangt de leerstoel 33.000 euro. Het CvB wil dat per 2012 10.000 daarvan naar de universiteit gaat. Cornelissen: ‘Eén argument is dat andere universiteiten dat
De vakgroepen van Jurriaan Huskens en Jeroen Cornelissen zijn niet meer in staat om de huur voor alle labruimtes op te brengen en hebben daarom besloten een gedeelte af te stoten. Nu het leeg staat kan het ook voor andere doeleinden worden gebruikt. Foto: Gijs van Ouwerkerk
ook zo doen. Echter, zij berekenen de vierkante meters niet door. Dat ziet ons CvB over het hoofd.’ Huskens: ‘Voor veel collega’s is dit een stap te ver, het hek is nu van
de dam.’ Hoewel Huskens en Cornelissen het voortouw nemen met deze eerste ‘actie’, worden binnen de faculteit TNW alle hoogleraren
gemobiliseerd om een petitie te ondertekenen en deze aan te bieden aan het College van Bestuur. In de petitie wordt bezwaar gemaakt tegen de afroming van promotiepre-
Reactie van rector Ed Brinksma ‘Het is niet de bedoeling van het CvB de groei van leerstoelen te belemmeren, maar de overheid maakt het ons moeilijk met kortingen. Wie de krant leest, ziet dat de vooruitzichten niet gunstig zijn. We moeten ons goed op de toekomst voorbereiden. Om die reden hebben we gezegd: we buigen vijftien miljoen om, waarvan zeven miljoen in het onderzoek. Met de geplande ombuigin-
gen wordt naast het opvangen van de tegenvallers op korte termijn ook ruimte gemaakt voor nieuwe investeringen in onderwijs en onderzoek. Het CvB, de decanen en de wetenschappelijk directeuren zijn er in geslaagd tachtig procent van het om te buigen bedrag in het onderzoek te realiseren door in te grijpen in onderzoeksgroepen waar dat omwille van de strategische keuzes en/of de
kwaliteit noodzakelijk was. Dat betekent dat er nog een restant te innen was. En hoe vervelend ook, het lukt niet helemaal om de succesvolle groepen uit de wind te houden. Vanuit een soort solidariteitsbeginsel hebben we bij alle groepen van de UT de korting van tienduizend euro per promotiepremie doorgevoerd, een naar onze mening behapbaar bedrag. Dat dit bij bepaalde groepen in
combinatie met andere kortingen tot problemen leidt is vervelend. En het is aan de lokale leiding om daar met verstand naar te kijken. Ook in moeilijke tijden blijft het van groot belang om middelen te hebben waarmee je op nieuwe kansen in kunt spelen, anders loop je vast. De huidige aanpak stelt ons daartoe in staat. Er is hiermee duidelijk gekozen voor een toekomstgericht beleid.’
mies. ‘We hopen met onze labontruiming aandacht te vragen voor de problematiek, want wat ons betreft is de rek eruit. Het houdt een keer op’, aldus Cornelissen. Zowel aan de decaan Gerard van der Steenhoven als bij de wetenschappelijk directeur van MESA+, Dave Blank, zijn de financiële problemen van de groepen kenbaar gemaakt. Daar wordt begrip getoond, maar geen ‘afdoende actie’ ondernomen. Wat de hoogleraren van het CvB willen is dat ze meedenken over de problemen waarmee veel leerstoelhouders kampen. ‘En we willen een oplossing voor de meer en meer uit de pas lopende inkomsten en uitgaven en voor de steeds kleinere invloed die we als leerstoelhouders daarop hebben.’
De week van...
Corn´e Knots
Waarom deze workshop? ‘Er is een stuurgroep Duurzame campus waaruit vier werkgroepen zijn voortgekomen om een plan van aanpak te maken om de zichtbaarheid en prestatie op het gebied van duurzaamheid en groen te vergroten. De vier groepen zijn Onderzoek, Onderwijs, Campusbeheer en Gebiedsontwikkeling. Voor de categorie Campusbeheer hebben we maandag een bijeenkomst georganiseerd om kansen en ambities van de UT helder te krijgen.’ En, is dat gelukt? ‘We hebben in verschillende groepen gebrainstormd op basis van zes thema’s. De
Een groene, duurzame campus. Daaraan werkt Corné Knots van de concerndirectie HRM, afdeling gezondheid, veiligheid en milieu. Maar niet alleen. Om input te krijgen organiseerde hij samen met Mark Hulshof, beleidsmedewerker bij het Facilitair Bedrijf, afgelopen maandag een workshop Duurzaam campusbeheer.
deelnemers namen bouw en onderhoud, energie, inkoop, mobiliteit, afval en catering onder de loep. Ze vroegen zich af waar de UT echt voor moet gaan en wat je daarvoor nodig hebt. Welke raakvlakken met verschillende disciplines zijn er te ontdekken en wie kan een bepaalde ambitie tot een succes maken. De ideeën hebben we
meegenomen en zetten we momenteel onder elkaar.’ Heb je al iets concreets ontdekt? ‘Vanuit allerlei disciplines waren maandag UT-medewerkers bij elkaar. Een voorbeeld van een mogelijke actie is het toepassen van de binnen de UT ontwikkelde waterfootprint. Bij je salade of broodje
tijdens de lunch staat dan een label hoeveel water het heeft gekost om het product te maken. Iets anders. Als je het hebt over zichtbaarheid van duurzaamheid dan stuit je ook op zaken als het wagenpark van het College van Bestuur. Het laat zien hoe breed het onderwerp is.’ Wat is de volgende stap? ‘Alle input op een rijtje zetten en kijken welke acties op korte termijn haalbaar zijn en welke partijen daarvoor nodig zijn. Het facilitair bedrijf speelt daarbij een grote rol. We kijken samen waar we winst kunnen halen. Dat doen we vandaag ook met andere partners uit de regio. De UT
Foto: Gijs van Ouwerkerk
ondertekent samen met veertien partijen, waaronder de Military BoekeloEnschede, Enschede Marathon, Twente Milieu,
Regio Twente en Koninklijke Grolsch, een convenant om ook grote evenementen zo duurzaam mogelijk te organiseren.’
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
5
Donderdag 6 oktober 2011
Ig Nobelprijs voor onderzoek volle blaas
De bladen De verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd is slecht voor de economie. Dat beweert de Groningse macro-econoom Jochen Mierau in zijn proefschrift dat hij afgelopen week verdedigde.Volgens Mierau leidt een later pensioen ertoe dat mensen minder geld opzij leggen. Daardoor hebben banken minder spaargeld om te investeren, wat slecht is voor de economische groei. Hij stelt dat het beter is dat de overheid pensioenpremies verhoogt of de pensioenuitkeringen verlaagt. Het eten van witte groenten en fruit (zoals appels en peren) beschermt tegen beroertes. Dat blijkt uit onderzoek van de Wageningse voedingsdeskundige Linda Oude Griep. Zij onderzocht het verband tussen het risico op beroertes en vier kleuren groente en fruit: groen (spinazie), oranje (sinaasappel), rood-paars (druiven) en wit (appel). Ze maakte gebruik van meetgegevens van het RIVM. Tien jaar lang volgde dat instituut twintigduizend gezonde Nederlanders tussen 20 en 69 jaar. Oude Griep bekeek het aantal beroertes na die tien jaar. Alleen bij witte groenten en fruit vond zij een verband. Bij elke 25 gram extra gegeten groenten en fruit uit die categorie neemt het risico op een beroerte met negen procent af. Hoe de witte kleur beroertes voorkomt is onduidelijk. Volgens Oude Griep is dit resultaat een eerste indicatie. ‘Het effect moet worden bevestigd in andere populaties. Dan kan er pas gezondheidsadvies op worden gebaseerd.’
Mirjam Tuk. Foto (archief maart 2011) Arjan Reef
UT-psycholoog en marketingdeskundige Mirjam Tuk haalde dit voorjaar de internationale pers met haar onderzoek waarin ze aantoont dat we betere (rationelere) beslissingen nemen als we een volle blaas hebben. Vorige week kreeg ze hiervoor de Ig Nobelprijs. Ze ontving die onderscheiding in Boston en legde twee dagen later op Massachusetts Institute of Technology aan een paar honderd man haar onderzoek uit. Gefeliciteerd met deze bijzondere prijs. ‘Inderdaad bijzonder. De organisatie reikt de prijzen uit aan onderzoek dat je eerst aan het lachen maakt en vervolgens aan het denken zet. Onderzoek hoeft niet per se wetenschappelijk te zijn om in aanmerking te komen.’ Jouw onderzoek is wel wetenschappelijk. Hoe is het om deze
prijs te winnen? ‘Je wilt natuurlijk niet dat mensen alleen maar om je onderzoek lachen. Ik zie het als een beloning, vooral ook door die serieuzere component.’ Bovendien levert het je onderzoek weer veel aandacht op. ‘Dat is mooi, maar het is eigenlijk een beetje langs me heen gegaan omdat ik in de
States zat. In het voorjaar is er ook al veel aandacht voor geweest. Het gaat wel snel. Eerlijk gezegd heb ik nu het idee dat ik al weer oud nieuws ben.’ Twee dagen na de uitreiking mocht je een volle zaal wetenschappers en studenten van MIT college geven over je onderzoek. Hoe was dat? ‘Op de prijsuitreiking kregen we maar een minuut om iets te vertellen. Bij die lezing mochten we in vijf minuten uit de doeken doen wat we hadden gedaan. Nee, dat is nog steeds niet veel tijd, ik had meer verwacht. Er was voor het publiek wel gelegenheid om vragen te stellen. De lezing was voor iedereen vrij toegankelijk en er zaten zeker een paar honderd man in de zaal.’
Er werden tien Ig Nobels uitgereikt.Welke vond jij de grappigste? ‘De prijs voor de vrede die naar de burgemeester van Vilnius ging. Hij reed met een tank over auto’s heen om foutparkeren aan te pakken. Die video was in scène gezet, maar hij had ook stickers gemaakt om op foutgeparkeerde auto’s te plakken. Zeker voor een burgemeester is dat een gewaagde manier om een probleem aan te pakken.’ Slechts één wetenschapper won na een Ig Nobel ook een echte Nobelprijs. Is dat voor jou ook weggelegd? ‘Een Nobelprijs is voor heel weinig mensen op deze aarde weggelegd. Daar ja op zeggen, lijkt me niet gepast. Het zou natuurlijk een enorme bekroning zijn voor mijn onderzoek, maar het lijkt me iets te ambitieus om daar op te hopen.’
Studeren in België is niet alleen goedkoop, volgens Folia is het ook best gezellig. Toch zorgen onverwachte cultuurverschillen nog wel eens voor onverwachte problemen, zo vertellen zowel Nederlanders in België als Vlaamse studenten van de Universiteit van Amsterdam. UvA-student Maarten Goethals, die ook in Leuven studeerde, over de nadelen van de Belgische universiteit: ‘Je hebt wel veel kennis, maar die kun je niet verwerken tot iets maatschappelijk relevants. Ik heb bijna geen papers hoeven schrijven in Leuven.Voordeel is dan weer dat je een immense kennis opbouwt.’ De Nederlandse Eva (niet haar echte naam) die na Amsterdam nu in Antwerpen studeert: ‘Als je iemand ontmoet, is het van: ‘O, je bent Nederlander.’ En dan moet je bewijzen dat je niet vervelend bent.’Volgens Eva komt het door de Rotterdammers die in de Vlaamse stad komen winkelen. ‘Veel ordinaire mannen met hoogblonde vrouwen. Zaterdag is het centrum er vol mee. En veel Nederlanders gaan hier uit: hossend en wel. Ze doen alsof er geen regels bestaan.’ De helft van de Delftse aio’s heeft geen opleidings- en begeleidingsplan, terwijl dat volgende de cao verplicht is voor promovendi in dienst van een universiteit. Dat blijkt uit een enquête. Een kwart van de promovendi ervaart onvoldoende mogelijkheden om trainingen te volgen. Ook de loopbaanbegeleiding is volgens hen niet goed georganiseerd. Slechts een derde geeft aan dat de universiteit helpt bij de carrièreplanning en in ongeveer de helft van de gevallen stimuleren collega’s daarbij. Daarnaast laat zo’n veertien procent van de promovendi weten dat hun begeleiders niet betrokken zijn bij hun promotieonderzoek. Een op de tien vindt dat hun bijdrage aan het onderzoek niet serieus wordt genomen.
Visitekaartjes uitwisselen voor stageplekken Waar zitten jullie? ‘In de hoofdstad. We hebben wat problemen met de internetverbinding, we kunnen niet skypen, vandaar dat we aan de telefoon hangen. Vanmiddag zijn we geland. De afgelopen dagen trokken we door de Cameron Highlands in Maleisië. Het grootste deel van de reis trokken we door Singapore. We zijn met zes commissieleden, 22 studenten en elke week zijn er twee docenten bij.’ Wat hebben jullie zoal gedaan? ‘Veel bedrijven bezocht. We zijn naar Philips Singapore geweest, het General Hospital, de International Medical University in Maleisië en we hebben een bezoek gebracht aan de National University Singapore. Samen met studenten Biomedische technologie hadden we een etentje. Dat was leuk. Er zijn visitekaartjes uitgewisseld
voor eventuele stageplekken. We hebben ook een presentatie gehad over de medische werking van paddenstoelen, dat was reuze interessant. Een van de vakgroepen houdt zich daarmee bezig. In Maleisië hebben we onder meer het Alpha Specialist Centre bezocht. Het zorgcentrum is door seniorartsen opgericht. We kregen presentaties over de geneeskunde in het land en over tuberculose.’ Wat valt jullie op? ‘Tijdens het bezoek aan de National University Singapore kwam het cultuurverschil duidelijk naar voren. Aziatische studenten stellen geen vragen. Een vraag stellen betekent hier dat de docent het niet goed heeft uitgelegd. Het is interessant om te zien hoe culturele verschillen doorwerken in het dagelijkse leven. Hier wordt nog echt samengeleefd, terwijl wij veel individualistischer zijn.’
Wat hebben jullie onderweg gezien? ‘We komen net terug van George Town, dat ligt op het eiland Penang. Daar hebben we een aantal bezienswaardigheden bezocht, zoals de grotten van Ipoh met een grote gouden Boeddha. En we zijn naar Kuala Kangsar geweest. Daar woont een van de negen sultans. In Singapore hebben we ook de nodige toeristische tripjes gedaan. We zijn naar de wijk Little India geweest, we hebben een excursie naar Nanyang gemaakt, de Singapore Zoo bezocht en een culturele nachtsafari gedaan. We sluiten deze week de studiereis af met een
bijeenkomst in de televisietoren van Kuala Lumpur, een grote stad met de nodige verkeerschaos. Je ziet hier grote, hoge gebouwen en daarnaast ook sloppenwijken. Dat is best bizar. En het is warm. ’s Avonds schrijven de dagcommissies hun verslagen en worden de aantekeningen van de bedrijvenbezoeken uitgewerkt.
Ook wordt er samen of in groepen gegeten en de stad bekeken.’ Wat hierna? ‘De reis zit er bijna op. De meeste studenten trekken straks nog verder door Azië.’ Sandra Pool
Daphne Lobeek is met een groep medestudenten van haar studie Technische geneeskunde en de opleiding Biomedische technologie op studiereis in Maleisië en Singapore. Op dit moment zijn ze weer terug in Kuala Lumpur waar de rondtocht op 17 september begon.
Bellen met het buitenland Tips voor deze rubriek?
[email protected]
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
6
Donderdag 6 oktober 2011
Fototentoonstellingen op 1
De rode gevel van het Nanolab, durfals op de klimwand, gebouw Cubicus weerspiegeld in het water en krakkemikkige fietsen in het fietsenrek. Het dagelijkse leven op de campus leent zich prima voor fraaie foto’s, zo blijkt uit de bijna vierhonderd inzendingen voor de fotowedstrijd die de UT samen met Webprint organiseert. Op deze pagina een greep uit het aanbod. De afgedrukte plaatjes zeggen niets over eventuele winnaars. Een jury buigt zich komende week over het ingestuurde beeldmateriaal en kiest in elke categorie de beste foto. Fotografen konden zich uitleven binnen de vier thema’s ‘mens en wetenschap’, ‘duurzaamheid en milieu’, ‘architectuur en landschap’ en ‘wonen en leven op de campus’ en een vrije opdracht. In gebouw Ravelijn zijn de afbeeldingen in een slide show te zien. Daar is vanaf vandaag ook de tentoonstelling van World Press Photo te zien. Uit ruim honderdduizend inzendingen, afkomstig van 5.691 fotografen van 125 nationaliteiten koos een jury 160 foto’s die gebeurtenissen van het afgelopen jaar weergeven. De expositie reist de hele wereld over en is tot en met 27 oktober in Enschede te zien. UT-medewerkers en studenten betalen € 5 entree, overige bezoekers € 7,50. Kaarten zijn verkrijgbaar aan de kassa in het Atrium van Ravelijn. De openingstijden zijn van maandag tot en met vrijdag van 10.00 tot 18.00 uur en op zaterdag en zondag van 10.00 tot 17.00 uur.
2
3
4
5
Trainees met ambities Foto: Adrie Saäména
Stork_264x397_vDEF:Opmaak 1 04-10-11 14:01 Pagina 1
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
3
Donderdag 6 oktober 2011
Geen horecabaan, wel buitenlandstage Het aanbod traineeships bij overheden en (grote) bedrijven is groot. Vele malen groter nog is de stapel sollicitatiebrieven van pasafgestudeerden voor deze programma’s. Hoe zorg je dat je zo’n felbegeerde baan bemachtigt? Waar letten recruiters op? Een cv dat bol staat van de nevenactiviteiten is een goed begin. Maar dan wel de serieuzere werkzaamheden en grotere commissies. En denk ook aan je studietempo. Eén master van een alfa- of gammastudie bleek dit jaar niet genoeg om een plaats te krijgen in het traineeprogramma van de rijksoverheid. Bijna 2600 afgestudeerden solliciteerden op een traineeship bij een ministerie. In totaal waren er negentig plaatsen te vergeven, een score van 1 op 28. Daarom besloten de recruiters in de eerste ronde alleen mensen met twee afgeronde masters te selecteren. De concurrentie in het bedrijfsleven is minstens zo groot. Dertig gegadigden voor één traineeship is lang geen uitzondering. Gelukkig zijn twee mastertitels niet overal een vereiste om binnen te komen. Al kan het een aanbeveling zijn, vindt Sonja Brouwer van het International Management Tr a i n e e Program van De Lage Landen, een internationale (lease)bank. ‘Een dubbele master wijst op ambitie en geeft aan hoeveel hooi iemand van plan is op zijn vork te nemen.’ ‘Nevenactiviteiten’ lijkt het sleutelwoord. En omdat vrijwel alle sollicitanten commissiewerk op hun cv hebben staan, maken recruiters
daarin kritisch onderscheid. ‘De serieuzere extracurriculaire activiteiten’ noemt Brouwer ze. ‘Dan denk ik niet aan een bijbaantje in een restaurant. Voor ons is bijvoorbeeld minimaal een half jaar werkervaring in het buitenland een vereiste. Dat kan een stage zijn, maar ook vrijwilligerswerk. We zijn een internationaal bedrijf en je zult als trainee ook buitenlandse projecten doen. Je moet kunnen schakelen tussen culturen. Onze ervaring is dat het daaraan ontbreekt bij studenten die alleen in Nederland hebben gewerkt.’ Bestuurswerk is één van de eerste dingen waarnaar recruiters zoeken op een cv. ‘Dat kan op veel vlakken. Bij commissies, verenigingen, maar ook in de politiek. Als maar blijkt dat iemand op papier voldoende managementpotentieel heeft’, vertelt Ralph van Lith, programmamanager van het Management Traineeship bij spoorbeheerder ProRail. Hij zegt vooral te kijken naar bestuursfuncties in belangrijke commissies en de grotere verenigingen. ‘Je kunt bestuurder zijn van dispuut “De gezellige jongens” – ik noem maar
Een traineeship, wat is dat eigenlijk? Traineeships dragen diverse namen en zijn er in vele soorten. Ze worden zowel aangeboden door grote bedrijven als overheden. Zoek op een willekeurige vacaturesite en je vindt zo driehonderd vacatures. Naast Traineeship of Traineeprogramma kom je tegen: Young Potential Programme, Graduate Programme,Young Executive,Talent Development Programme of combinaties van al deze termen. Allemaal zijn het startersbanen gecombineerd met een opleidingsprogramma. Een traineeship is een ‘echte’ baan, met ‘echte verantwoordelijkheden’ en met een ‘echt’ salaris. Het is beslist geen stage. De duur van een traineeprogramma kan variëren van een paar maanden tot drie jaar.Vaak werk je aan meerdere projecten of in meerdere functies. Het is de bedoeling dat je de organisatie goed leert kennen en jezelf snel ontwikkelt. Tussen de 10 en 15 procent van de tijd besteed je aan je opleidingsprogramma: cursussen en vaardigheidstrainingen, zowel intern als extern. Dit kan een vaststaand programma zijn of aangepast aan individuele wensen. Gedurende je traineeship word je begeleid door een coach, bijvoorbeeld je directe manager. Waarvoor je wordt opgeleid hangt af van de inhoud van het traineeships. Na een technisch traineeships zal je vaker doorstromen naar een functie als vakspecialist, terwijl een management trainee wordt voorbereid op een managementbaan. Het bedrijf of de overheidsinstantie heeft in je geïnvesteerd en hoopt dat je belangrijk wordt voor de organisatie. Een sollicitatieprocedure bevat meestal meerdere interviewrondes (met recruiters en managers) en ook een assessment. Bij sommige bedrijven kun je het hele jaar door solliciteren, andere hebben één of twee startmomenten per jaar voor trainees. Er zijn legio traineeships, maar vaak is de concurrentie groot. Bronnen: traineeships.nl; debestetraineeships.nl; internship-holland.nl/traineeships.
wat – of van een grote Leidse studentenvereniging. Dat maakt veel verschil. Roeiverenigingen zien we vaak terug bij sollicitaties. Die bestuursfuncties spreken ons zeker aan, maar we zoeken wel altijd uit hoe groot een vereniging is.’ Bettina van Loenhout, recruiter voor technische traineeships bij kabel- en leidingbouwbedrijf Visser & Smit Hanab, sluit zich bij haar collega’s aan. ‘Bestuurswerk, en dan de serieuzere dingen. De activiteiten die opvallen, daarvan zijn wij gecharmeerd. Nevenactiviteiten kunnen trouwens breder zijn. Een onderzoeksstage, een jaar reizen, een extra cursus of ook een grotere bijbaan. Bij alles geldt: als er maar een verhaal achter zit. Doe iets vanuit de gedachte dat het aansluit bij je studie en je voorbereidt op je toekomst.’ Vergeet naast al die commissie- en bestuurstaken vooral ook niet te studeren. ‘Allereerst kijken we natuurlijk naar een afgeronde studie. Daar moet je geen jaren over hebben gedaan’, aldus van Loenhout. Ze vindt een bèta-studie binnen zeven jaar ‘een redelijke termijn’. Van Lith (ProRail) valt haar bij. ‘We realiseren ons uiteraard dat nevenactiviteiten tijd kosten. Maar het blijft van belang dat iemand met enige vaart door zijn studie is gegaan.’ Van een toekomstige trainee wordt volgens de recruiters duidelijk meer gevraagd dan van een afgestudeerde die op een reguliere startersfunctie solliciteert. Brouwer van De Lage Landen: ‘We selecteren strenger. De bedoeling van ons traineeship is immers iemand binnen te houden en binnen vijf jaar na afronding een functie te kunnen bieden in het senior management. We kijken zeer nauwkeurig hoe bereidwillig iemand is om echt iets af te maken.’ ‘Het verschil met een startersfunctie zit echt in het managen’, aldus Van Lith van ProRail. ‘Leiderschap tonen, overtuigen, besluiten durven nemen. Dat zijn competenties die we zoeken.’ Bij ProRail, en bij vrijwel alle bedrijven, worden dergelijke competenties daarom in assessments getoetst als onderdeel van de sollicitatieprocedure. Vaak, zoals bij Visser & Smit Hanab, weegt bovendien de motivatiebrief zwaarder dan bij een sollicitatie voor een reguliere startersbaan. Van Loenhout: ‘Bij een reguliere sollicitant is een brief niet doorslaggevend of we iemand uitnodigen, bij traineeships is die veel belangrijker. We willen geen slordigheidjes als spelfouten of vergeten witregels.’ Ook niet onbelangrijk: volgens Van Loenhout zegt die brief al iets over je competenties. ‘Een basisindruk. De manier van schrijven vertelt bijvoorbeeld of iemand direct is, of open, of informeel. Vooral hopen we natuurlijk dat de motivatie zodanig is dat we niet om de kandidaat heen kunnen.’
Inhoud Pagina3: Wat is traineeship
5
Pagina5 Op volle kracht vooruit Pagina 7: Talent uit eigen kweek Pagina 9: Trainees in het buitenland Pagina 10: ‘Bij de NS ben ik helemaal op mijn plek’ Pagina 13: Op ‘stage’ bij klanten van je werkgever Pagina 15: Starters bij de Twentse overheid Pagina 17: Een opleidingstraject op maat Pagina 19: Ervaren collega’s wijzen de weg 7
17
10
15
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
4
Donderdag 6 oktober 2011
TOPIC Embedded Systems: embedded in your future?
Passie voor techniek? Wij dagen je uit! In je carrière wil je groeien. Het beste uit jezelf halen en je ambities verwezenlijken. Dat begrijpen wij bij TOPIC maar al te goed. Als high-tech systeemhuis, gespecialiseerd in embedded systeemontwikkeling, dagen wij je uit. Iedere dag opnieuw. Sterker nog: uitdaging is bij ons een arbeidsvoorwaarde! Bij ons werk je aan afwisselende en uitdagende projecten in technische software-ontwikkeling, test-, integratie- & configuratiemanagement en digital hardware design voor embedded systemen. Bij gerenommeerde klanten in consumenten-electronica, medische- en professionele systemen. Werk dat past bij jouw ambities. Ook biedt TOPIC je gedegen en persoonlijke coaching, het Personal Improvement Program en uitdagende secundaire arbeidsvoorwaarden. Ben jij die Embedded Software Engineer of Digital Hardware Designer op zoek naar een nieuwe uitdaging? Mail dan snel je motivatie met CV naar
[email protected] of bel eerst met Frank de Roo, Business Manager, (0499) 336 979.
Voor meer informatie:
WWW.TOPIC.NL
Het NLR levert diensten en ontwikkelt producten aan de grenzen van de technologie.
Om dat te realiseren heeft het zeer toegewijde en betrokken medewerkers in dienst, die beschikken over excellente kennis. En die gebruik maken van de ‘state of the art’ faciliteiten van het NLR.
Kortom, medewerkers die er voor zorgen dat het NLR een koppositie inneemt in het internationale lucht- en ruimtevaartonderzoek.
w w w. n l r. n l
Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium • Vanessa Schuurman (adviseur P&O)• 020-5113776 •
[email protected] NLR_adv_260x185mm_NEW.indd 1
9-6-2011 15:12:27
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
5
Donderdag 6 oktober 2011
fast forward helpt jong talent aan werkervaring
Op volle kracht vooruit… Je bent net afgestudeerd en hebt superveel zin om eindelijk in een mooie baan te stappen. Laat maar komen, dat eerste salaris op je bankrekening. Maar waar vind je de baan die helemaal op jouw lijf geschreven is? Eigenlijk zou je veel liever eerst nog wat willen rondsnuffelen op de arbeidsmarkt, voordat je met een vaste werkgever in zee gaat. Dat kan, via Fast Forward, het Saxion management ontwikkelingstraject voor jong talent. Daar kun je op volle kracht vooruit en creëer je een professionele voorsprong. Ditta op den dries
Karen Rerink ging je voor. Ze is één van de trainees van Fast Forward. Ze studeerde Arbeid- en organisatiepsychologie aan de Universiteit Twente. ‘Wetenschappelijk onderwijs is heel theoretisch. Hbo’ers hebben vaak al stages in het werkveld achter de rug. Ik miste de terugkoppeling naar de praktijk. Die leemte haal ik binnen Fast Forward dubbel en dwars in’, zegt ze. ‘Ik ben nu op de helft van mijn traineeship, maar ik weet al veel beter wat ik wil en wat ik kan.’ Fast Forward begeleidt zowel hbo-ers als wo’ers in hun eerste stappen op de arbeidsmarkt. Het traineeship houdt in dat afgestudeerden in een tijdsbestek van twee jaar, tegen betaling van een salaris, bij drie verschillende bedrij-
ven werken. Bij elk bedrijf blijven ze acht maanden. Hun persoonlijke ontwikkeling krijgt daardoor een flink impuls. ‘Dat is heel mooi en zeker één van onze doelstellingen, maar niet de belangrijkste’, licht adviseur Diny Ellens van Fast Forward toe. ‘Voor het bedrijfsleven is het behoud van hogeropgeleiden voor de regio van groot belang. Dat was in het jaar 2000 dan ook de drijfveer om Fast Forward op te richten. Tussen de 70 en 80 procent van de wetenschappelijk opgeleide studenten verlaat het oosten van het land. Bij hbo’ers is dat percentage iets lager, maar ook daar stroomt een te hoog percentage uit. Dat tij wilden we keren.’ Fast Forward werd opgericht door Saxion Hogeschool, in
het begin met samenwerking vanuit het bedrijfsleven, waaronder het bedrijf Vredestein. Tegenwoordig is het een zelfstandig onderdeel van Saxion, dat zich volledig bedruipt vanuit de derde geldstroom. Inmiddels heeft Fast Forward 189 trainees bemiddeld. Ze hebben samen 500 opdrachten voor het bedrijfsleven uitgevoerd. De resultaten blijven niet uit.‘Van alle trainees die we geplaatst hebben is 95 procent voor de regio behouden. Ze doen ervaring op in verschillende bedrijven en blijven vaak bij een bedrijf ‘hangen’, vertelt Klaver met trots. Fast Forward timmert flink aan de weg en bouwt daardoor steeds meer naamsbekendheid op. Trainees uit verschillende hoeken van Nederland melden zich in Enschede aan. Inmiddels heeft Limburg het Enschedese concept gekopieerd. In februari 2011 is Hogeschool Zuyd met hetzelfde concept aan de slag gegaan, want ook Limburg wil talent binnen de provinciegrenzen houden. De selectie voor nieuwe trainees is streng. ‘Dat moet ook wel. We kunnen ons geen problemen bij een aangemeld bedrijf veroorloven. Het duurt jaren voor je dat weer hebt rechtgezet’, weet Diny. Potentiële trainees gaan een sollicitatieprocedure door. Sollicitatiebrief, cijferlijst, referenties, een IQ-test en een
Vlnr: Karen Rerink, Tim Klaver en Diny Ellens. ‘Voor het bedrijfsleven is het behoud van hogeropgeleiden voor de regio van groot belang.’ Foto: Gijs van Ouwerkerk
competentietest maken deel uit van die procedure. “Onze weging is zwaarder dan in het ‘gewone’ bedrijfsleven’, beaamt Diny. ‘Kwaliteit is razend belangrijk voor ons. Bedrijven gaan daar soms weleens anders mee om. ‘Heb je d’r nog eentje voor me’, zeggen ze dan. Maar dat is te makkelijk. Vraag en aanbod moet goed bij elkaar passen. Jaarlijks testen we 30 trainees. Er stromen er circa 20 in.’ De nieuwe groep trainees stroomt elk jaar in september in. De sollicitatieperiode is in mei. Karen is al een jaar bezig. ‘Ik ben erg enthousiast. Mijn eerste baan had ik bij Ariënszorgpalet. Deze zorginstelling had verschillende verhuizingen op stapel staan,
ADVERTENTIE
zowel intern als extern. Daar was hier en daar wel wat weerstand tegen. Ik heb er de planning en organisatie gedaan en was tijdens het verhuisproject het aanspreekpunt. Klinkt wellicht simpel, maar dat is het niet. Ik heb er veel van geleerd. Als ik niet aan het traineeship had meegedaan, was ik daar nooit terechtgekomen. Je gaat als afgestudeerde toch vaak reageren op vacatures in het verlengde van je opleiding. Nu heb ik een mooi kijkje in de keuken van een bedrijf kunnen nemen en weet ik waar mijn sterke en zwakke punten liggen.’ Karen is inmiddels begonnen met haar tweede baan, dit keer op Saxion. ‘Ik ben er bezig met
kennisvalorisatie. Weer iets heel anders. Maar ook heel leuk.’ Alle trainees die aangesloten zijn bij Fast Forward komen op vrijdagmiddag bijeen voor scholing. Ze krijgen er lessen en workshops in onder meer creatief denken, conflictmanagement en projectmanagement. ‘Ik ervaar dat als een steun in de rug’, zegt Karen. ‘Je komt toch maar net kijken op de arbeidsmarkt en loopt dan tegen dingen aan. Het is goed om op vrijdagmiddag aan de andere trainees te vragen: ‘hoe doe jij dit? Hoe los jij dit op? Tim Klaver en Diny Ellens volgen hun trainees intensief en begeleiden hen als coach. ‘Je ziet dat afgestudeerden vaak vooroordelen hebben. Ik wil niet naar Vredestein, want daar stinkt het naar rubber. Bij de gemeente werken? Dat is saaaaaaiii. En bij het bedrijf Twence? Daar stinkt het naar afval. Door die vooroordelen kunnen sommige bedrijven heel moeilijk aan personeel komen. Een voordeel van ons traineeship is dat we die vooroordelen onderuit kunnen schoffelen. Klaver en Ellens hebben veel voldoening van hun werk. ‘Vaak zegt een binnenkomer tegen ons ‘ik weet eigenlijk niet wat ik wil.’ En na twee jaar, bij vertrek, zeggen de meeste trainees: ‘ik weet nu precies wat ik wil.’ Dan zijn wij dik tevreden.’
Stel je voor: een stad waarin alles draait en blijft draaien, steeds sneller en steeds beter. Het is dichterbij dan je denkt. Want morgen is vandaag en dat vraagt om nieuwe oplossingen. Bijvoorbeeld voor de sterk groeiende consumptie van energie, die vraagt om meer productiecapaciteit en efficiency in de energiesector. Onze centrifugetechnologie stond al bekend als de meest efficiënte manier van uraniumverrijking. En we hebben dit proces in dertig jaar tien keer efficiënter gemaakt. Vandaag de dag gebruiken we 2% van de energie die ooit nodig was voor dit proces, en nog maar 34% van het koelwater. Daarvan profiteren nu onze afnemers en morgen de consumenten. Talenten met een passie voor complexe technologie kijken op thefuturehasarrived.nl. Nu, niet morgen.
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
7
Donderdag 6 oktober 2011
Talent uit eigen kweek Een diploma halen in Twente en dan gauw terug naar het westen. Dat dacht de NoordHollandse Annet Schenk toen ze in 1998 toegepaste communicatiewetenschap ging studeren aan de UT. Inmiddels werkt ze zes jaar op de communicatieafdeling van deze universiteit, nadat ze er als trainee een plan opzette voor de masterwerving. Annet Schenk had toen ze in 2003 afstudeerde niet direct verwacht dat ze aan de UT zou gaan werken. ‘Ik wist niet wat ik wilde, het kon nog alle kanten op.’ Ze besloot via traineebureau Fast Forward (zie elders in deze bijlage) aan de slag te gaan. ‘Die formule sprak me aan. Je doet op drie plekken opdrachten. Op die manier kon ik uitvinden wat bij me paste.’ De eerste twee traineeprojecten deed ze bij zorgverzekeraar Amicon (nu Menzis) en Saxion Hogeschool. Vervolgens gaf de TCWalumna bij Fast Forward te kennen dat ze het laatste deel van haar traineeship graag aan de UT wilde doen.
Annet Schenk. Foto: Arjan Reef
‘Dat was echt een wens van me. Ik had er met veel plezier gestudeerd en ik was benieuwd hoe het zou zijn om er te werken.’ ‘Dat project was heel leuk. Wat nu tot het vaste takenpakket hoort van com-
municatiemedewerkers, de masterwerving, was toen helemaal nieuw’, vertelt Annet. ‘Dat jaar had je net de omslag naar het bachelor/ master-systeem. Met collega’s maakte ik een plan hoe we die nieuwe groep studenten
konden werven. Dat was een heel andere doelgroep dan de eerstejaars, veel diffuser.’ ‘We wisten niet of we ons puur op de eigen bachelors moesten richten of ook op die van andere universiteiten en hogescholen. In het begin
ADVERTENTIE
was er nog weinig mobiliteit. Het was een nieuw fenomeen, iedereen moest er zijn weg in vinden. Nu is de masterwerving een aparte tak van sport binnen marketingcommunicatie. Ik wil niet zeggen dat alles wat nu
wordt gedaan, voortkomt uit het plan dat ik tijdens mijn traineeperiode schreef. Het vormde de basis, samen met de opgedane ervaringen van de afgelopen jaren.’ Wist ze na haar studie niet wat ze wilde, na de traineeperiode was Annet eruit. ‘Ik had meerdere opties, maar wilde graag aan de UT werken. Ik had een leuke groep collega’s en de campus vind ik een prettige plek om te zijn. Ik werk bovendien graag bij een organisatie die iets goeds doet: zinvol onderzoek en mensen een opleiding geven zodat ze een mooie toekomst hebben.’ Op dit moment begint Annet aan een nieuwe functie als accountmanager communicatie voor instituut MIRA. Na een opleiding en een traineeship aan de UT is de term ‘eigen kweek’ zonder twijfel op haar van toepassing. Van haar studie gebruikt ze nog steeds de kennis over hoe je communicatievraagstukken aanpakt. En in haar traineeship leerde ze dat als je een plan schrijft, je altijd voor breed draagvlak moet zorgen. ‘We hadden dat plan voor masterwerving in een ivoren toren kunnen schrijven, maar wij gingen alle opleidingsdirecteuren langs. Je kunt in je eentje een mooi plan maken, maar als anderen er niets van zichzelf in herkennen, zullen ze niet enthousiast zijn.’
How do you reposition 4,000 mirrors, to 20 microradian accuracy, 250 times a second? Join ASML and help redefine what’s possible. At ASML we bring together the most creative minds in science and technology to develop lithography machines that are key to producing cheaper, faster, more energy-efficient microchips. As a result, our machines image billions of sub-microscopic structures in mere seconds. And to reach the required accuracy of a few silicon atoms, the uniformity distribution of the photo light source has to software-controlled using the latest computerized techniques. Only then can the system accurately position 4,000 mirrors each within 4 milliseconds. To take that feat it even further, we need talented technologists who relish a challenge. So if you have a PhD or Master’s degree in mathematics or computer science and enjoy working in a multiplatform environment, in multidisciplinary teams then a job at ASML could be for you. You’ll find ASML a highly rewarding place with complex technical problems, critical real-time applications, and demanding deadlines. But most of all you’ll find the freedom to develop your skills and achieve great things. Do you see yourself in this position?
www.asml.com/careers
For students who think ahead
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
9
Donderdag 6 oktober 2011
Een traineeship dat zich deels in het buitenland afspeelt heeft meerwaarde. Dat is de mening van Lars Kolkman en Ina Barge als een meerwaarde. De twee hebben bewust gekozen voor een internationaal programma. Kolkman bij Bosch. Barge bij Fokker. Jezelf staande houden in een andere omgeving is volgens hen een belangrijk leermoment.
Trainees in het buitenland ‘Ik ben een generalist’ Naam: Lars Kolkman (26) Studie: Bedrijfskunde, afgestudeerd in 2011 Traineeship bij: Bosch, divisie Thermotechniek Standplaats: Stuttgart, Duitsland Waarom een traineeship? ‘Een bewuste keuze. Ik wil alles zien. Ik ben een generalist. Op een zeker moment moet je wel specialiseren, maar daarvoor wil ik eerst een goed beeld krijgen van het bedrijf en al zijn verschillende disciplines.’ Waar zit je? ‘Ik werk bij de divisie Bosch Thermotechnology en we leveren veel toepassingen op het gebied van energie. We richten ons daarbij op de eindgebruiker, de consument. Het aanbod varieert van cv-ketels tot zonnepanelen. Momenteel zit ik in Duitsland, Stuttgart, het hoofdkwartier van Bosch. Het bedrijf heeft wereldwijd 300 duizend medewerkers. In Nederland kent de consument de onderneming nog niet zo heel goed. Men kent wel de Bosch/Siemens huishoudelijke apparaten, zoals de stofzuiger, de powertools, de boormachine en men kent de CV-ketels. Nevit
‘Je staat er echt alleen voor’ Naam: Ina Barge (25) Studie: Bachelor Technische Bedrijfskunde, behaald in 2008 Traineeship bij: Fokker Aerostructures B.V. Waarom een traineeship? ‘Ik wilde heel graag iets doen bij een technisch bedrijf. Als trainee krijg je de ruimte om je te oriënteren op allerlei aspecten binnen de onderneming. Ik volg het general management traineeshipprogramma. Dat is heel breed. Je kunt overal terecht komen.’ Waar zit je? ‘Momenteel in Papendracht, maar ik heb al meerdere locaties van Fokker gezien. Ik ben bijvoorbeeld uitgezonden naar Madrid om een leverancier te helpen met het productieproces. Zij produceren composietonderdelen voor de NH 90 helikopter waar wij onder meer de staart voor bouwen. Op basis van moderne theorieën hebben we het productieproces efficiënter ingericht. De taal was lastig. Ik heb vooraf taalles
gehad, maar in Spanje spreekt men weinig Engels. Ik heb er wel een aardig woordje Spaans geleerd.’ Wat is de meerwaarde van buitenlandervaring? ‘Het feit dat je er echt alleen voor staat. Je wordt in het diepe gegooid. Dat is leerzaam. Ik vind het een sterk punt van het programma. Je wordt er zelfstandig door. Tijdens een stage ben je nog onder de hoede van iemand, maar als trainee woon en werk je alleen in een ander land.’ Hoe ziet het programma er verder uit? ‘Fokker kent vijf divisies en enkele afdelingen in het buitenland. In het eerste jaar is het de bedoeling dat je bij drie verschillende locaties aan de slag gaat. In het tweede jaar ga je een half jaar naar het
buitenland en doe je daarna zes maanden leidinggevende ervaring op. Er zijn drie hoofdrichtingen te onderscheiden: projectmanagement, leiding geven en consultancy. Je begint tegelijk met andere trainees in een soort klasje. Met hen hou je ook contact. Je volgt twaalf cursussen om je soft en hard skills te ontwikkelen, denk aan communicatie- of leiderschapvaardigheden. Tijdens trainingsdagen bespreek je ook dingen waar je tegenaan loopt. Door ervaringen uit te wisselen, krijg je nieuwe inzichten.’ Wat hierna? ‘Tegen het einde van je traineeship weet je al of je kunt blijven. Je praat met directeuren en bespreekt mogelijkheden. Ik heb al meerdere gesprekken achter de rug. De productie vind ik een interessant aspect van Fokker. Ik geef momenteel leiding aan een productieteam van dertig man. We maken de romppanelen van een vliegtuig. Zo’n leidinggevende functie zie ik zeker zitten.’
is bijvoorbeeld een bekend merk op de Nederlandse markt. ‘ Hoe ziet het programma eruit? ‘Het traineeship duurt twee jaar en heeft vier etappes. Ik ben begonnen in Deventer op de inkoopafdeling. Een actief gebeuren waarbij je veel contact hebt met verschillende partijen. Daarna ging ik naar de afdeling controlling om het bedrijf financieel te leren kennen. Nu zit ik wederom bij inkoop, maar dan in Duitsland. Ik werk bij de centrale inkoop en hou me bezig met een groot project om de inkoop tussen verschillende locaties beter te stroomlijnen.’ Wat is de meerwaarde van buitenlandervaring? ‘Het is een voorwaarde van het traineeprogramma. Bosch is een internationaal bedrijf. Het is aan jou om te laten zien dat jij je als managementtrainee kunt handhaven in een andere werkomge-
ving. Stuttgart klinkt misschien niet heel erg buitenlands, maar hier zit wel het hoofdkantoor.Voor mij is het een leerzame ervaring om de Duitse werksfeer te proeven. Die is net iets anders dan in Nederland. Wat formeler. En ik leer een nieuwe taal. Met name het zakelijke Duits leren en schrijven is lastig. Een andere meerwaarde van het programma is dat je een netwerk opbouwt. Je leert steeds andere afdelingen kennen en je ontmoet medetrainees.’ Wat hierna? ‘Een aantal maanden voor je klaar bent wordt er bij de locatie waar je zit gezocht naar een geschikte functie. Is die er niet, dan ga je verder zoeken binnen het bedrijf. Het is voor mij voor honderd procent zeker dat ik na afloop van het traineeship kan blijven. Ik vind het hier hartstikke leuk en de inkoop is een aantrekkelijk aspect binnen Bosch. Het is dynamisch, je bent constant bezig en je hebt veel contact met partijen. In mijn laatste fase diep ik mijn specialisatie verder uit en ga ik waarschijnlijk in het inkoopbereik aan de slag.’
ut Nieuws weekb
10/11
Donderdag 5 oktobe
trainee mette klaversma ziet toekomst in
‘Bij de NS ben ik helema
Foto: Adrie Saäména
‘Initiatief ’ is het toverwoord voor een trainee. Tenminste, dat vindt Mette Klaversma (26) die sinds december 2010 managementtrainee is bij NedTrain in Haarlem. Ze studeerde Industrieel Ontwerpen aan de UT, maar wist al snel dat ze meer wilde dan alleen ‘het ontwerpen’. Met het Jong Talent Programma dat ze daarom nu volgt bij NS voelt ze zich als een vis in het water. ‘Ik krijg hier alle ruimte en kansen om mezelf te ontwikkelen, maar niets komt vanzelf aangewaaid.’ Maaike Platvoet
Mette Klaversma vindt de wereld van het openbaar vervoer fascinerend. Haar interesse werd gewekt toen ze als student haar afstudeeropdracht deed bij Strukton Rolling
Stock en Intergo, een ergonomisch adviesbureau gericht op openbaar vervoer. ‘Het openbaar vervoer spreekt me aan, omdat ik geloof in de toekomst die het heeft. Ik zie niet
alleen maar de oplossing in het verbreden van snelwegen. De maatschappelijke betrokkenheid speelt bij mij dus een rol.’ Na haar afstuderen in mei 2010 was het voor Mette dan ook bijna logisch om een baan te zoeken in de wereld van bussen, trams en treinen. ‘Dan kom je al snel bij NS uit, een grote wens van mij.’ Na een intensieve selectie- en sollicitatieperiode, waarin ze onder andere via een filmpje thuis vragen moet beantwoorden, een persoonlijkheidstest en intelligentietest ondergaat, een rollenspel speelt en meerdere gesprekken met recruiters en managers van NS voert, wordt ze aangenomen voor een managementtraineeship van twee jaar. ‘Het hele sollicitatietraject duurde ongeveer
een maand en ja, de eisen zijn hoog. Van de bijna 400 sollicitanten bleven er 10 over. Dan ben je natuurlijk heel blij als je daar bij zit.’ Mette legt uit dat de hoge eisen voor de trainees er niet voor niets zijn. ‘Het doel van een traineeship bij NS is dat je in ongeveer tien jaar tot de top 35 van managers binnen dit bedrijf bent doorgedrongen. Dat betekent dus ook dat men flink in je gaat investeren.’ Dat de jonge trainee bij NedTrain, de moderniseringsen onderhoudsdivisie van NS, zou starten was een logisch vervolg, gezien haar studie en afstudeeropdracht op het gebied van het interieur van lightrailvoertuigen. De eerste klus van Mette werd die van assistent teamleider Interieur
bij het moderniseringsproject van dubbeldekker-treinen. ‘Mijn eerste werkdag was meteen de kick-off van dit project, ik viel echt mijn neus in de boter.’ Twee weken later wordt ze vervolgens gevraagd om teamleider te zijn van Pneumatisch, waarin ze zich met alle luchtonderdelen binnen de trein bezighoudt. Inmiddels heeft Mette gemerkt dat trainees graag geziene collega’s zijn binnen NedTrain. ‘Ik denk dat dat komt, omdat veel trainees nieuwsgierig en leergierig zijn. Ze vragen veel en pikken snel dingen op. Mensen waarderen dat.’ Sinds maart van dit jaar is Mette assistent projectleider van het gehele moderniseringsproject bij de dubbeldekkers. Ontzettend leuk vindt ze,
‘want ik krijg nu het hele proces te zien’.‘Zo ben ik nu bezig met risicomanagement, praat daar met mensen over en zoek van alles op.’ En hoewel haar studie Industrieel Ontwerpen niet direct te maken heeft met haar huidige job, is ze wel blij met de technische kennis die ze heeft. ‘Ik snap veel van de technische termen, dat scheelt een hoop.’ Ondertussen is ze ook nog voorzitter van het designteam, dat zich op het interieur van de treinen richt. ‘Het designteam bestaat uit mensen die allemaal op de een of andere manier iets met het interieur te maken hebben. Zoals mensen met kennis van onderhoud en reiniging en mensen die veel weten over de behoeftes van reizigers. Je kunt namelijk
blad van de Universiteit Twente
er 2011
n openbaar vervoer�
aal op mijn plek’
Nicole Vermeulen en Arend Nagel volgden in 2008 een traineeshipprogramma bij respectievelijk Essent en het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. UT Nieuws interviewde hen destijds voor de Carrièrekrant en stelt ze nu de vraag hoe ze terugkijken op hun traineeship.
‘Zo’n tweejarig programma is uniek’ Professional procurement trainee was Nicole Vermeulen (31) in 2006 toen ze na haar studie Business Administration bij Essent aan de slag ging.‘Ik heb nog nooit zoveel gedaan op het gebied van persoonlijke en professionele ontwikkeling’, memoreert Vermeulen.‘Het concept is uniek. In het buitenland kent men� het idee van een traineeship niet als zodanig. Men beschouwt het vaak als een onderdeel van een studie of als een stage. Je moet echt uitleggen wat het is. In die zin geniet het niet zoveel aanzien als in Nederland. Ook is er in het buitenland minder aandacht voor persoonlijke ontwikkeling.’ Nicole Vermeulen in de Carrierekrant van 2008. ‘Je ontwikkelt je met dit programma in een sneltreinvaart op zowel persoonlijk als professioneel vlak. Het heeft mij in elk geval geholpen.’ Vermeulen vindt het trainingsprogramma een erg sterke basis. ‘Tijdens de cursusdagen gaf je jezelf echt bloot. Het was heel intensief. Ik heb nog steeds contact met de meeste medetrainees. Sommigen zijn hier in Geneve geweest waar ik momenteel woon en terug in Nederland probeer ik
meestal bij ze langs te gaan.’ ‘Maandelijks hadden we twee dagen intensieve persoonlijke ontwikkelingstrainingen waarvan ik echt even moest bijkomen in het weekend’, aldus Nicole Vermeulen in 2008. Na het tweejarige traineeprogramma bij Essent ging Vermeulen aan de slag bij Procter&Gamble in haar huidige woonplaats. ‘Ik zocht een internationaal georiënteerde baan, maar het bleek niet helemaal te zijn wat ik zocht. Momenteel volg ik een studie Frans en een cursus over duurzame energietechnologie. Essent heeft me op die manier een goede basis gegeven.’
‘Een leerzame en leuke tijd’
wel iets ontwerpen dat mooi is, maar is het ook praktisch om te onderhouden en vindt de reiziger het wel comfortabel?’ Mette herinnert zich ook een discussie over de verf aan de zijwanden van de trein. ‘Als je dan zelf weer in trein naar huis zit, ga je wel even voelen. Veel dingen ben ik door mijn werk met andere ogen gaan bekijken. En als ik mensen in de trein over dingen hoor praten die de NS aangaan, ja, dan luister ik mee. De neiging om te reageren heb ik inmiddels wel weten te onderdrukken’, lacht ze. In januari stapt ze over naar een andere functie binnen NedTrain. Er lopen wat gesprekken, maar dat is nog niet concreet. Bovenal wordt van haar verwacht dat ze zelf
initiatief neemt om de volgende stap te zetten. ‘Initiatief is wel het toverwoord van een traineeship. Je krijgt hier alle ruimte om je te ontwikkelen, maar je moet het wel zelf doen.’ Zo vertelt ze over de dagen die ze meeliep op allerlei afdelingen bij de NS. ‘Onder andere met een machinist, maar ook hielp ik mee bij Klantenservice. En met de monteurs heb ik een dagje lopen sleutelen. Zo leer je het bedrijf goed kennen.’ De begeleiding vindt ze goed, want naast haar direct leidinggevende heeft Mette ook een mentor van een andere afdeling binnen NS. Die kan haar niet inhoudelijk begeleiden, maar bij hem kan ze wel terecht met andere vragen. ‘Heel prettig is dat.’
Voor straks, in januari, heeft ze zich voorgenomen om iets heel anders te doen. Want nu – met het moderniseringsproject - is ze vooral bezig met werken op de langere termijn. ‘Het lijkt me interessant om me ook eens te richten op de korte termijn, bijvoorbeeld op de afdeling waar ze het driemaandelijkse onderhoud van treinen doen.’ Heeft ze tips voor studenten die net als haar een managementtraineeship ambiëren? ‘Het is belangrijk dat je naast je studie actief bent geweest. Ik was voorzitter van mijn dispuut Leone Rode en vicevoorzitter van de Kick-In, dat vinden werkgevers erg interessant. Interessanter in ieder geval dan mijn eindcijfer, daar heeft niemand naar gevraagd.’
Het traineeship bij NS duurt twee jaar, daarna zal – bij wederzijds goedvinden – haar een contract worden aangeboden. Alhoewel ‘aangeboden’ het juiste woord ook niet is. ‘Ook dan zal ik zelf op zoek moeten naar een interessante functie binnen het bedrijf, al krijg ik natuurlijk wel hulp bij die zoektocht. Maar dat ik op mijn plek ben binnen NS is voor mij duidelijk.’ Wil je weten wat het Jong Talent Programma verder inhoudt, kijk dan www.nstalentclinic.nl Je kan ook contact opnemen met Mette Klaversma (m.klaversma@ nedtrain.nl of 06-53389136) of via Corianne de Boer (recruitment:
[email protected] of 06-55743508).
‘Het rijkstraineeprogramma was echt iets wat ik wilde.’ Zo begint Arend Nagel (29) in 2008 het interview met UT Nieuws. Nu, drie jaar later, zit de alumnus civiele techniek nog steeds op dezelfde plek bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu.‘Ik noem mijzelf soms een zzp’er binnen het rijk. Ik heb een vaste thuisbasis, maar er zijn veel verschillende dingen te doen. Dat is de reden dat ik me hier prima thuis voel.’ Nagel’s werk is opgeschoven richting de bestuurlijke kern van het ministerie. Hij staat daardoor dicht bij de politiek. ‘Je ziet me dingen in Den Haag doen.’ Daarnaast
staat hij met één been nog in de bouwsector. Hij is als projectleider verantwoordelijk voor de uitbreiding van één van de verkeerscentrales van Rijkswaterstaat. Dat het Rijk divers en veelzijdig is, ontdekte de alumnus tijdens het traineeship. ‘Met een grote groep jonge mensen trokken we twee jaar intensief met elkaar op. We werkten aan onze ontwikkeling, kregen de kans om een netwerk op te bouwen en leerden de werkplek goed kennen.’ De andere trainees ziet hij nog steeds. ‘Ik heb er een kleine, vaste vriendengroep aan overgehouden. Toen ik begon hielp ik mee met de organisatie van de Kustconferentie. Suzanne Hulscher, UT-hoogleraar waterbeheer, presenteerde destijds het actieplan voor de aanleg van een multifunctioneel energie-eiland in de Noordzee, het zogenoemde tulpeiland. Onlangs kwam een topambtenaar daarop terug en zei dat de conferentie een aantal zaken in gang heeft gezet.’� Arend Nagel in de Carrièrekrant van 2008: ‘De nasleep en media-aandacht van de Kustconferentie over het tulpeiland waren geweldig. Het hoogtepunt tot nu toe van mijn carrière.’
An Opportunity... to Build YOUR World...
Ready to broaden your horizon? With over 55,000 employees and revenues exceeding $10.0 billion, Jacobs provides technical, professional and construction services around the globe. Your career path will be rewarding and supported by strong leadership, coaching/training and competitive compensation. The ‘Jacobs Future’ network enables young professionals to share ambitions, knowledge and experience within a social environment. These professionals also share the personal qualities that we look for in all our employees: • Market oriented • Technically strong • Team player
• Solution driven • Commercially wise • Client focused
• Quality minded • Comfortable in different environments and cultures
We are currently looking for young professionals to join over 1700 people in The Netherlands: • Engineers in the Mechanical, Civil & Structural, Electrical, Instrumentation & Control and Process disciplines. • Consultants for the Safety, Health & Environmental and the Energy, Power & Utilities departments.
Let’s talk about expanding your horizon with Jacobs locally or internationally, Jacobs Nederland B.V. Human Resources P.O. Box 141 2300 AC Leiden
[email protected]
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
13
Donderdag 6 oktober 2011
Niet elk bedrijf kiest voor het concept van een traineeship. Een starter die een onderneming wil leren kennen en een interne carrière voor ogen heeft, moet dan zelf investeren. Dat loont zich meestal, blijkt uit de ervaringsverhalen van een viertal oud-UT-ers. De ruimte is er, mogelijkheden zijn er genoeg en aan opleidingen en cursussen geen gebrek. Je moet het alleen zelf doen.
Op ‘stage’ bij klanten van je werkgever Robert den Holder: ‘kennis verzamelen om marktwaarde te verhogen’
Snel de juiste ervaring opdoen Een starter op de arbeidsmarkt moet zo snel mogelijk meerwaarde voor het bedrijf krijgen. Een traineeship volgen is een heel belangrijk instrument om de juiste kennis op te doen. Dat vindt Robert den Holder (34). De eerste trainees bij zijn bedrijf zijn inmiddels volop ‘in training’. Robert werkt voor NSpyre, een bedrijf in technische automatisering. ‘Ons bedrijf richt zich vooral op technische automatiser ing en levert expertise bij de klanten op de werkvloer af. Dat betekent dat veel werknemers, zo’n 70 procent, gedetacheerd worden. Een eerste voorwaarde is dan dat je kennis van zaken hebt, meerwaarde biedt aan de klant. En jonge mensen die net de arbeidsmarkt betreden hebben die bagage nog niet. Dus moeten ze die kennis zo goed mogelijk verzamelen. Een traineeship helpt daarbij.’ Zelf heeft hij geen traineeship gevolgd. Robert studeerde eind jaren ’90 hogere informatica aan de HAN (Hogeschool Arnhem Nijmegen) en aansluitend
technische informatica aan de Universiteit Twente. ‘Geweldige tijd gehad, daar op de campus’, blikt hij even terug. Hij ging vervolgens werken bij een klein bedrijf in Wageningen, waar r ij-simulatoren werden gemaakt. ‘In 2005 maakte ik de overstap naar NSpyre, dat toen nog Ordina heette. Door verschillende fusies en buyouts is NSpyre uitgegroeid tot een fors bedrijf, met 550 man in dienst.’ Bij een klein bedrijf beginnen en dan later, als meer ervaren kracht, overstappen naar een groot bedrijf is een manier om je carriére op te bouwen. Maar Robert miste nog wel ‘breedte’ toen hij de overstap van een klein naar een groot bedrijf maakte. Die inhaalslag maakte hij door verschillende functies te bekleden. Hij begon als software engineer en ging later als ontwerper aan de slag. Sinds maart van dit jaar is hij salesmanager. ‘Ik had een andere kant in kunnen slaan, architect kunnen worden. Maar mijn belangstelling gaat meer uit naar een managementfunctie. En dan is deze functie
een logische stap’, vertelt Robert. Hij kr ijgt binnen zijn bedrijf dus volop mogelijkheden om zich te ontwikkelen, door een management development traject te volgen. Maar Robert is verheugd dat zijn bedrijf ook het fenomeen traineeship heeft omarmd. ‘In september zijn de eerste vier trainees vijf weken in opleiding gegaan. Ze wo rd e n vo o r n a m e l i j k geschoold in technologie, maar ook de soft skills komen aan bod. Zie het als een soort kopstudie. Het vervolg van het traineeship dat wij aanbieden bestaat uit twee trajecten bij twee klanten van ons bedrijf. Die hebben wij zorgvuldig geselecteerd. Het zijn klanten waar wij al langer een relatie mee hebben en waar werknemers van ons bedrijf zijn gedetacheerd. Korte lijnen dus. Zo kunnen we de trainees de beste begeleiding bieden. En we hopen dat over pakweg anderhalf á twee jaar door hun werkervaring hun ‘marktwaarde’ flink is gestegen. ADVERTENTIE
Looking for a research position? Unique research opportunities and careers Are you looking for a truly international research environment with strong connections, exposure to the industry and career opportunities in the Netherlands and elsewhere in Europe?
Who are we?
In view of the high standards of our research, M2i is looking for researchers who obtained their Master’s or PhD degree with more than average results.
Materials innovation institute (M2i) is one of the leading technology
Who are we looking for?
What do we offer?
We welcome applications candidates holding a
While employed by M2i you can enjoy a competitive
Master’s or PhD degree in of the following fields:
salary, attractive employee benefits and
1 Materials Science and Engineering
you can also profit from the following:
public-private partnership between
1 Mechanical Engineering
1 First-class reputation of Dutch and European
the Dutch government, industry
1 Chemistry
universities
institutes in the Netherlands that was founded in 1997. M2i is a
and knowledge institutes in the
1 (Applied) Physics
1 Excellent scientific guidance
1 Chemical Engineering
1 Personal and professional development
1 Civil Engineering
1 Enhanced career perspective via M2i Career Center
1 Aerospace Engineering
1 Wide international academic network
research in the fields of structural
1 (Applied) Mathematics
1 Exposure to the industry
and functional materials.
Netherlands and Europe. M2i conducts fundamental and applied
1 Building Physics / Building Sciences
Visit www.m2i.nl/researchers-and-students/job-opportunities for our vacancies! Contact us! Materials innovation institute (M2i) 1 Mekelweg 2 1 2628 CD Delft 1 The Netherlands 1 +31 (0)15 278 2535 1
[email protected]
Talentvolle ingenieurs met ambitie
Witteveen+Bos behoort met ruim 850 medewerkers tot de top tien van de
Nederlandse ingenieursbureaus en heeft acht vestigingen in Nederland en acht vestigingen in het buitenland. De aandelen van ons bureau zijn volledig in handen van eigen medewerkers.
Onze medewerkers werken aan een breed scala van projecten in de sectoren water, infrastructuur, milieu en bouw. Het betreft veelal multi-
disciplinaire projecten, die uitdagend en grensverleggend zijn, zoals de Tweede Maasvlakte in Rotterdam, rwzi Amsterdam-West en de Noord/
Zuid-metrolijn in Amsterdam. Voorbeelden van buitenlandse projecten
zijn kunstmatige eilanden in de Kaspische Zee, drinkwaterzuiveringen in Afrika, havens en kustbescherming in Indonesië en Federation Island bij
Sochi (Rusland). Onze (advies)werkzaamheden omvatten het hele traject van planstudie, ontwerp en engineering, besteksvoorbereiding tot en met de uitvoeringsbegeleiding en projectmanagement.
Als ingenieur bij Witteveen+Bos ben je continu op zoek naar nieuwe uitdagingen. Je hebt de ambitie het beste uit jezelf en uit de organisatie te halen en om elk project succesvol af te ronden. Samen met jonge
enthousiaste collega’s werk je in multidisciplinaire projectteams, waarbij je de vrijheid en ruimte krijgt om zelfstandig innovatieve oplossingen
voor complexe vraagstukken aan te dragen. Jouw persoonlijke ontwikke-
ling wordt ondersteund door een uitgebreid intern opleidingsaanbod en door vaktechnische studies. Voor medewerkers tot drie jaar werkervaring hebben wij een specifiek ‘Starterstraject’.
Om de groei en ontwikkeling van onze organisatie in Nederland en het buitenland verder vorm te geven, zijn wij over de volle breedte van het werkveld op zoek naar talentvolle ingenieurs in de civiele techniek,
(werktuig)bouwkunde, elektrotechniek of een andere passende studierichting. We bieden mogelijkheden voor startende en ervaren ingenieurs op hbo- en wo-niveau.
Wil jij je verder ontwikkelen bij Witteveen+Bos? Kijk dan voor meer
informatie, ons actuele aanbod van vacatures en stage- en afstudeeropdrachten op www.witteveenbos.nl. Bekijk hier ook onze bedrijfsfilm.
Witteveen+Bos Van Twickelostraat 2 Postbus 233 7400 AE Deventer t 0570 69 79 11 f 0570 69 73 44 www.witteveenbos.nl
ingenieurswerk - mensenwerk
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
15
Donderdag 6 oktober 2011
Starters bij de Twentse overheid Voor een traineeship bij de overheid hoef je niet per se naar Den Haag. Je kunt ook dichter bij huis terecht. Vijf Twentse gemeenten en de Regio Twente bieden gezamenlijk een traineeship aan van twee jaar. UT-alumni Elke van der Zanden en Koert Webbink zijn net klaar als trainee van Netwerkstad Twente. ‘Gemeenten zijn licht vergrijsd. Dit is een goede manier om aan jonge instroom te komen.’ Paul de Kuyper
In Netwerkstad Twente zijn de gemeenten Enschede, Hengelo, Almelo, Oldenzaal en Borne en de Regio Twente als organisatie verenigd. ‘In het traineeship doe je drie opdrachten van acht maanden verdeeld over drie van deze zes opdracht-
gevers’, vertelt Elke. Samen met Koert en negen anderen begon ze in september 2009 aan het tweejarige programma. Ze zijn net klaar. Een nieuwe lichting is vorige maand begonnen en de volgende groep start in september 2013.
Koert Webbink (26) studeerde in 2007 aan de UT af bij bestuurskunde (bachelor en master) en twee jaar later rondde hij een master bedrijfskunde af. Tijdens zijn eerste project zette Koert een intern opleidingsinstituut en een netwerk voor jonge ambtenaren op bij de gemeente Hengelo. Zijn derde opdracht voerde hij uit voor de Regio Twente. Hij deed verschillende projecten op het gebied van economie en arbeidsmarkt. Het tweede project sprak hem het meest aan. Koert: ‘Ik ondersteunde toen de programmadirectie Economie & Werk van de gemeente Enschede. Dit project ging echt de diepte in, er kwamen veel aspecten bij kijken. Ik heb onder andere bijgedragen aan het arbeidsmarktbeleid en ik ondersteunde de ambtelijke top binnen de planning- en controlcyclus. Ik vond het politieke aspect erg interessant. Bij dit project zag ik namelijk van dichtbij hoe de interactie is tussen gemeenteraad, college en ambtelijk apparaat.’
‘Ik had m’n master gedaan, geen werkervaring en geen idee wat ik wilde. Hier kon in ik heel verschillende projecten werkervaring opdoen en ontdekken wat ik leuk zou vinden’, verklaart Elke haar keuze voor het traineeship van Netwerkstad Twente. Ook Koert vond het belangrijk dat hij de ruimte kreeg uit te vinden wat bij hem past. ‘Je legt je nog niet vast op een vakgebied, je kunt verschillende dingen uitproberen.’ ‘De eerste van de drie opdrachten krijg je toegewezen, er wordt gekeken welk project bij jouw competenties past’, vertelt Koert. ‘De tweede ronde begint met een soort projectmarkt. Je moet motiveren voor welk project je in aanmerking wilt komen. Een soort sollicitatie inderdaad. De derde opdracht werf je volledig zelf. Kijk maar waar een opdracht ligt, welke budgetten er zijn en wat er aansluit bij je competenties.’ Ongeveer een dag in de maand staat in het teken van opleiding: vaardigheidstrainingen, workshops, en d i s c u s s i e b i j e e n ko m s t e n . Het is een gezamenlijk programma voor alle trainees. Die trainingen met de groep zorgden voor extra prikkeling, blikken Elke en Koert terug. ‘Als je een training hebt gehad, zie je besproken situaties terug in je project.
Je hebt ook steun aan elkaar. Je hoort dat anderen tegen dezelfde dingen aanlopen als jij. Dan ga je klankborden. Hoe los jij dat op’, zegt Koert. En Elke vult aan: ‘Dat is het leuke als je een groep vormt, we zaten allemaal in hetzelfde schuitje. We zijn trouwens ook een vriendengroep geworden. We hebben een kookclub, gaan samen de stad in en komen op elkaars verjaardag.’ Het traineeship van Netwerkstad Twente is meer dan een manier om talent voor de regio te behouden, vertellen Elke en Koert. ‘Het zorgt voor een jonge instroom bij gemeenten. Die hebben, om het zo maar te zeggen, een licht vergrijsd personeelsbestand’, legt Koert uit. En Elke voegt toe. ‘Volgens mij ligt de gemiddelde leeftijd halverwege de veertig. Dit is een manier om goede, nieuwe mensen binnen te krijgen.’ Dat lukt aardig, concludeert ze. ‘Van de elf trainees die in 2009 begonnen, hebben er nu tien een baan bij een van de deelnemende gemeenten’, aldus Elke. Voor nummer elf was er ook werk geweest, maar hij koos er zelf voor elders te gaan werken. Dat betekent overigens niet dat je na afloop sowieso op een baan kunt rekenen bij een van de Netwerkstadgemeenten. Al is de kans wel groot dat je werk vindt, zegt
Koert en Elke: �‘Je hebt steun aan elkaar. Je hoort dat andere trainees tegen dezelfde dingen aanlopen als jij.’ Foto: Gijs van Ouwerkerk
Elke van der Zanden (25) deed eerst een hboopleiding Integrale Veiligheid aan Avans-hogeschool in Den Bosch en haalde in 2009 haar UT-masterbul bestuurskunde met specialisatie public safety. Haar eerste opdracht uit het traineeship deed ze bij de gemeente Hengelo. Ze voerde een onderzoek uit naar samenwerking op het gebied van de gemeentelijke handhavingstaken. In haar tweede opdracht bij het Innovatieplatform Twente bracht ze de kansen voor de regio in kaart op het gebied van Europese subsidiemogelijkheden. Het leukste project deed Elke bij het brandweercluster Midden-Twente. ‘Ik heb met collega’s het programma brandveilig leven opgezet. Er was al een begin en dat hebben we verder uitgewerkt. Het doel van dit programma is het verhogen van het risicobewustzijn en de zelfredzaamheid van mensen. Dit omdat de afgelopen jaren de kosten van het voorbereiden op en het bestrijden van brand zijn gegroeid, terwijl het aantal slachtoffers nauwelijks is afgenomen. We hebben onder andere open dagen georganiseerd bij de Brandweer, basisschoolkinderen uit Borne uitgenodigd op de kazerne, woningchecks uitgevoerd in Hengelo en voorlichting gegeven over brandveiligheid. ’ Koert. ‘Volledige zekerheid kun je natuurlijk niet bieden. Maar bij goed functioneren zullen ze zich inspannen om je te behouden.’ Wie zouden ze het traineeship van Netwerkstad Twente aanraden? Elke en Koert vinden het moeilijk een profielschets te geven van de ideale kandidaat. Met een goed stel hersens en voldoende motivatie kom je een heel eind, zeggen ze. ‘En flexibel zijn’, voegt Koert toe. ‘Je moet bereid zijn elke keer van nul aan een project te beginnen. Je kunt aan je opdracht wel een eigen draai geven. Bijna nooit zal je het project zo
uitvoeren als op papier staat, haast altijd kom je met iets beters.’ ‘Belangrijk is dat je maatschappelijk betrokken bent, dat je van betekenis wilt zijn voor de samenleving’, meent Elke. ‘Je werkt wel voor een gemeente of een andere overheidsorganisatie. Je moet bijvoorbeeld kunnen accepteren dat dingen langzamer gaan. Maar wel vaak weloverwogen.’ Het traineeship van Netwerkstad Twente is door de website www. debestetraineeships.nl genomineerd als Beste Traineeship 2011 in de categorie ‘Overheid’.
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
16
Donderdag 6 oktober 2011
T S M , D E B U S I N E S S S C H O O L VA N T W E N T E
Executive MBA programma's Management en Bedrijfskunde programma's In-company programma's Center for Personal Development
TSM Business School is de praktijkgerichte én academische business school die mensen en organisaties ondersteunt bij de ontwikkeling van competenties op het gebied van leiderschap en ondernemerschap ten behoeve van innovatie en duurzame ontwikkeling. Durf te ontwikkelen. True leaders innovate.
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
17
Donderdag 6 oktober 2011
Niet elk bedrijf kiest voor het concept van een traineeship. Een starter die een onderneming wil leren kennen en een interne carrière voor ogen heeft, moet dan zelf investeren. Dat loont zich meestal, blijkt uit de ervaringsverhalen van een viertal oud-UT-ers. De ruimte is er, mogelijkheden zijn er genoeg en aan opleidingen en cursussen geen gebrek. Je moet het alleen zelf doen.
Een opleidingstraject op maat ‘Aan opleidingen geen gebrek’ ‘Je krijgt veel verantwoordelijkheid en vertrouwen’, begint Marianne Klaren (30). ‘Vervolgens mag je jezelf bewijzen.’ De alumna Chemische Technologie werkt na haar afstuderen in 2004 bij SABIC. Eerst als process development engineer op de R&D afdeling en later als projectleider. ‘Ik heb aangegeven waar mijn interesse lag. Ik hou ervan om resultaatgericht bezig te zijn en in teams te werken. Daar werd gehoor aan gegeven.’ Klaren maakt duidelijk dat er binnen SABIC kansen en mogelijkheden zijn. ‘Aan opleidingen geen gebrek. Zowel op persoonlijk vlak
als inhoudelijk. Het ontwikkelingsaanbod is niet voor iedereen in hetzelfde stramien gegoten, maar toegespitst op de persoon.’ Klaren stelt elk jaar doelen op. ‘Die bespreek ik met mijn manager. Als je hier begint krijg je ook een mentor. Daarnaast doen alle starters een basic management course. Je leert over je sterke en zwakke punten, hoe anderen jou zien en aan welke ontwikkelingspunten je aandacht wilt schenken.’ In de fabrieken van SABIC worden de basisgrondstoffen voor plastics gemaakt. Eens in de zes jaar ligt de fabriek stil voor onderhoud. Daar is
de alumna momenteel mee bezig. ‘Een spannende tijd. Met name het opstarten van een fabriek brengt risico’s met zich mee. Bovendien kost het ontzettend veel geld als het productieproces stilstaat. Daarom proberen we al het onderhoud zo effectief mogelijk te doen. Het is heel toegepast werk. En dat past bij mij. Binnen het bedrijf bestaan mogelijkheden om over te stappen naar allerlei verschillende functies, binnen de regio maar ook internationaal. Wie weet is dat iets voor de toekomst. Het is in elk geval een voordeel van een groot bedrijf.’
‘Er wordt veel in je geïnvesteerd’ Ruben Nahuis (25) werkt als junior research and development engineer bij het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaborator ium (NLR) in Marknesse. Hij studeerde in 2010 af bij werktuigbouwkunde en is sindsdien betrokken bij veel ontwerp- en bouwprojecten. ‘We rekenen modellen door en maken ook een echt eindproduct. Een schaalmodel van een vliegtuig bijvoorbeeld. Ik kom dagelijks in de werkplaats en juist die com-
binatie van onderzoek doen en het product maken vind ik het leukste van mijn baan.’ Als jonge academicus kan hij zowel op persoonlijk als op technisch-inhoudelijke vlak flink bijgeschoold worden. ‘Er wordt veel in je geïnvesteerd. In mijn eerste jaar heb ik al heel wat cursussen achter de rug. Die gaan over de luchtvaartindustrie, maar ook andere skills worden aangeboord, zoals projectmanagement.’ Door de vergrijzing binnen het bedrijf zijn er
volgens Nahuis veel kansen voor jonge mensen. ‘Je begint als junior en je kunt doorstromen naar een mediorpositie en daarna naar een functie op senior niveau. Met een mentor van mijn afdeling bespreek ik mijn loopbaan en welke cursussen nuttig zijn. Een algemeen opleidingstraject is niet handig: iedereen heeft zijn eigen specialisme en heeft daardoor bepaalde kennis nodig. Het opleidingstraject bij het NLR is individueel en op maat.’ ADVERTENTIE
MAKING
TECHNOLOGY
MATTER
MAAK KENNIS MET NSPYRE! Nspyre behoort tot de grootste zelfstandige IT dienstleveranciers en is overtuigd van de waarde van technologie voor klanten en maatschappij. We worden gedreven door de kennis en ervaring van professionals die passie hebben voor het vakgebied waar ze hun inspiratie op loslaten. Nspyre is gespecialiseerd in het ontwikkelen van oplossingen in bedrijfskritische omgevingen waar geavanceerde technologie het verschil maakt. Heb je interesse om als software engineer aan de slag te gaan of via een traineeship door te groeien naar Lead Engineer, Consultant of Project Manager? Nspyre biedt onder andere een opleidingstraject aan voor junioren met 0 tot 2 jaar ervaring en een afgeronde HBO opleiding werktuigbouwkunde, elektrotechniek, chemische technologie, industriële automatisering, natuurkunde of besturingstechniek.
Op 23 oktober is Nspyre bij de Topgear Finaleraces in Assen! Daar draait het volop om talent, passie, performance en technologie. Naast een boeiend raceprogramma met o.a. de Dutch Supercar Challenge en de Porsche Cup krijg je toegang tot de paddock, pitstraat, gridwalk en meer... Wil je meer weten over werken bij Nspyre en kennis komen maken? Solliciteer en stuur je CV met motivatie. En wellicht zien wij elkaar de 23ste! Klaar voor de start? Stuur jouw CV naar
[email protected] of bel 06 223 956 16, of kijk op www.nspyre.nl/topgear
23 FINALRACES OKT TT-CIRCUIT ASSEN
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
18
Donderdag 6 oktober 2011
De ruimte krijgen om bruggen te slaan
young professional of the year 2011, categorie adviseurs, hilde van duijn
Je wilt je kunnen ontwikkelen in je discipline en als onderdeel van een multidisciplinair team krijg je de mogelijkheid om bruggen te slaan tussen disciplines en culturen. Je denkt na over de toekomst waarbij duurzaamheid en leefbaarheid belangrijk voor je zijn. Je krijgt bij ons de kans om dit te integreren in je werk. Royal Haskoning biedt deze mogelijkheden aan ondernemende, creatieve en initiatiefrijke mensen. Ook kun je bij ons terecht voor stage en afstudeerplaatsen.
We zijn het oudste ingenieursbureau van Nederland, actief in projecten op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling, infrastructuur & transport, gebouwen, gebouwinstallaties & constructies, industrial engineering, industrial concepts, milieu, water, kust & rivieren en maritiem. Wij werken vanuit meer dan 17 vestigingen in Nederland en 57 wereldwijd. We zijn nu met ruim 3900 professionals.
Kijk op www.werkenbijroyalhaskoning.com www.royalhaskoning.com
Als
grootste
elektriciteitsproducent
van
Nederland werken we iedere dag aan de energie van morgen en op onze centrales kun je de opwekking daarvan letterlijk voelen! Voor technici een fascinerende wereld vol mogelijkheden.
Voor
biomassacentrale
onze
op
de
nieuwe
kolen-/
Maasvlakte
in
Rotterdam zijn we op zoek naar technisch talent.
Achthonderd megawatt in bedwang houden? Een centrale rol voor jou!
(/(&3$7,[MDQLQGG
Heb jij de ambitie om je kennis en kunde verder te ontwikkelen en door te groeien naar meer technische uitdagingen in een internationaal opererende organisatie? Kijk dan op www.werkenbijelectrabel.nl. Wij hebben een centrale rol voor jou!
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
19
Donderdag 6 oktober 2011
Niet elk bedrijf kiest voor het concept van een traineeship. Een starter die een onderneming wil leren kennen en een interne carrière voor ogen heeft, moet dan zelf investeren. Dat loont zich meestal, blijkt uit de ervaringsverhalen van een viertal oud-UT-ers. De ruimte is er, mogelijkheden zijn er genoeg en aan opleidingen en cursussen geen gebrek. Je moet het alleen zelf doen.
Ervaren collega’s wijzen de weg ‘Niet hoppen’ Witteveen+Bos biedt geen traineeships aan omdat ze medewerkers niet graag van groep naar groep zien hoppen, vertelt alumnus civiele techniek Joost Lansink (27). ‘Ik ben meteen vanaf dag één ingezet in een grote, veelzijdige projecten. In het bedrijf kennen we specialistische vakgebieden en de meerwaarde van een werk-
nemer ontstaat daarin pas na meerdere jaren. In mijn eerste half jaar heb ik specifieke dingen geleerd waar ik nu, na drie jaar, echt de vruchten van pluk.’ Joost studeerde in 2007 af en werkt sinds 2008 als waterkeringsspecialist bij het ingenieursbureau. ‘Ik ontwerp en toets dijken en werk mee in dijkverster-
‘Je moet investeren, maar het loont zich’ kingsprojecten. Een heel leuk project waar ik vanaf dag één aan heb gewerkt is de versteviging van de Wieringermeerdijk tussen Medemblik en Den Oever. De bekleding, een steenzetting uit de jaren dertig, bood niet meer voldoende weerstand tegen de golven. Kortgeleden is het project afgerond met mijn ontwerp voor een nieuwe asfaltbekleding.’ Joost heeft een opleidingstraject gevolgd voor nieuwe medewerkers dat verschillende overeenkomsten vertoont met een traineeship. ‘Met een groep starters die gelijk in dienst zijn getreden heb ik een aantal cursussen gevolgd, zoals projectmatig werken en adviesvaardigheden. Daarbij werden we gecoacht door een ervaren collega. Grootste verschil met een traineeship is dat je niet op verschillende afdelingen werkt. Al mijn projecten doe ik vanuit de groep waterkeringen. Dat is het vakgebied waarvoor ik heb gekozen en daarin wil ik me ook ontwikkelen. Onze ervaring is dat als je een goede intake hebt, mensen heel duidelijk weten op welke afdeling ze willen werken. Uiteraard krijg je later mogelijkheden te schuiven in het bedrijf als je een andere richting op wilt.’
Mirjam Walbeek (38) studeerde in 1996 af bij Technische Bedrijfskunde. Sinds 2002 werkt ze als hoofd adviesgroep Kust en Rivieren bij Royal Haskoning in Rotterdam. Ze leidt een groep van vijftien jonge ingenieurs. ‘We werken aan projecten als dijkversteviging, het toetsen van waterveiligheid en golfmodelleringstudies.’ Na haar opleiding begon Walbeek bij de vakgroep Ontwikkelingskunde van de Universiteit Twente. Ze zat veel in het buitenland door haar afstudeerwerk. In 1999 ging ze voor het ministerie van Buitenlandse Zaken drie jaar naar Egypte en deed daar een project bij Royal Haskoning voor het opzetten van een grondwaterdepartement bij het ministerie van Water. ‘Dat was mijn eerste kennismaking met het bedrijf en ik ben sindsdien blijven hangen.’ Omdat Walbeek al werkervaring had, volgde ze niet het trainingstraject voor starters. ‘Dat is er wel. Een starter komt in een juniorfunctie terecht en krijgt een opleidingstraject met allerlei cursussen. Daarna kies je een richting: expertise, marktontwikkeling, projectmanagement of leidinggeven, of een combinatie. Iedereen heeft ook een mentor, vaak een senior waarmee het klikt.’ Binnen
het bedrijf zijn veel mogelijkheden. ‘Het komt soms niet vanzelf. Je moet investeren, maar het loont zich.’ Zelf begon Walbeek bij de internationale afdeling in Nederland. Daarna volgde een tweejarige project voor Sakhalin Energy in Rusland. ‘Ik was verantwoordelijk voor het minimaliseren van de milieueffecten van de aanleg van een bijna duizend kilometer lange pijplijn.’ Daarna volgde Dubai waar
ze advies gaf op het gebied van duurzaamheid. Als hoofd van de adviesgroep Kust en Rivieren heeft ze het voorlopig goed naar haar zin. ‘De komende jaren wil ik deze groep leiden. Mijn collega’s zijn enthousiast en willen groeien. Werken met mensen is altijd leuk. Iedereen is verschillend en ze hebben allemaal andere ambities en wensen. Het is interessant om daaraan sturing te geven.’
ADVERTENTIE
FEI R&D career opportunities FEI is a leading scientific instruments company, featuring electron and ion-beam microscopes and other instruments for nanoscale applications across industrial and academic materials research, life sciences, semiconductors, data storage, natural resources and more. We are continuously looking for enthusiastic, dynamic and dedicated professionals throughout Europe. To strengthen our R&D department in Eindhoven we have many outstanding job opportunities in the area of Electronics, Mechanics, Software, System Engineering and Science. But also within Manufacturing and Product Engineering we are continuously looking for new colleagues. For a complete overview of current vacancies please visit: http://careers.fei.com Contact our recruiter Ton Brands for more information email:
[email protected] Mob: +31(0)6 516 33 191 We look forward meeting you.
Job opportunities: - Analogue Design Engineers - Electronics Layout Engineer - Electronics Architect - Electronics Integrator - Mechanical Engineers
- System Engineers - System Architect - Sr. Scientist – Device Physics - Software Integrator - Software Engineers
The performance of technology
Geef je carrière een nieuwe impuls
Ambities als vakspecialist, projectmanager of lijnmanager? Dan biedt VIRO engineering je alle kansen.
We zijn een middelgroot ingenieursbureau met zeven vestigingen. Circa 450 specialisten op alle mogelijke technische vakgebieden verzorgen multidisciplinaire trajecten. Zowel op het gebied van industriële projecten, machinebouw als productontwikkeling. Dat betekent een inspirerende werkomgeving waarin ondernemingslust en initiatief positief worden gewaardeerd. Talenten krijgen alle ruimte om zich te ontwikkelen, zowel technisch als organisatorisch. We combineren graag onze mogelijkheden met jouw interesses en ambities. Open sollicitaties zijn welkom!
VIRO engineering Hazenweg 41, 7556 BM Hengelo Contact: ir. M.R. Dibbets, vestigingsleider Tel.: 074 850 4000,
[email protected] Overige vestigingen: Arnhem Echt, Eindhoven, Schiedam Düren (D), Osnabrück (D).
www.viro.nl
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
7
Donderdag 6 oktober 2011
campus
8
6
7
1.
rie dertig driehonderd, detail van solar-auto, door Freddy Hoevers uit Almelo. D Thema: Duurzaamheid en milieu 2. De helpende hand, door G. Buitink uit Enschede. Thema: Mensen en wetenschap 3. Studenten & Fiets, door Vicky Beerens uit Enschede. Thema: Wonen en leven op de campus 4. Windsunset, door Annegreet Boekeloo uit Enschede. Thema: Duurzaamheid en milieu 5. Weerspiegeling in zwartwit, door Karin Evers uit Hengelo. Thema: Architectuur en landschap
6. Jungle, door Sietse Smit uit Losser. Vrije opdracht 7. H oe bestaat het?, door Han Hilderink uit Haaksbergen. Thema: Mensen en wetenschap 8. Vrouwen aan de top, door Wietske Katier. Vrije opdracht 9. ‘Grote uitstraling’ in kennis van kleine deeltjes, door Hans Beerens uit Hengelo. Thema: Architectuur en landschap 10. Lekke band, door Frits Teunissen uit Nijverdal. Thema: Wonen en leven op de campus
9
10
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
8
Donderdag 6 oktober 2011
interview: interim-decaan van de faculteit mb ramses wessel
‘Bezuinigingen zijn niet alleen ellende’ Ramses Wessel, hoogleraar Europees en internationaal recht, werd drie maanden geleden van vicedecaan plots interim-decaan van de faculteit MB. Zijn voorganger Paul van Loon stapte op vanwege onenigheid met het College over de hoogte van de bezuinigingstaak. Wessel wilde wel proberen aan de voorwaarden van het CvB te voldoen.Vorige week publiceerde hij het reorganisatieplan voor zijn faculteit waarin staat dat dertien leerstoelen en 57 banen verdwijnen. Paul de Kuyper
Was het moeilijk om het stokje over te nemen? ‘Ik wist dat het een lastige klus zou worden, maar het was geen sprong in het diepe. Ik zat al in het managementteam van de faculteit en omdat ik waarnemend decaan was, wist ik wat me te wachten stond. Sommige dingen wist ik ook niet. Veel komt langs in het managementteam, maar bijvoorbeeld de reorganisatie van personeel en leerstoelen was iets tussen decanen, wetenschappelijk directeuren en rector.’ Je mocht direct aan de slag met een reorganisatieplan. ‘Dat plan was zelfs al klaar. Paul [van Loon, red.] was er al uit. Dacht hij. Het CvB vond van niet. Paul heeft een plan ingediend en gezegd: zo ver kan ik gaan. Er zat een gat waarover hij het met het College niet eens zou worden’ Hoe groot was dat gat? ‘We dachten zes ton. Toen we door gingen rekenen, bleek het vele malen groter: 1,3 miljoen euro eind dit jaar en drie miljoen in 2013, inclusief de taakstelling van een miljoen uit Route14+. Dat is alles bij elkaar opgeteld. De personeelslasten, extra heffingen op onderzoek en onderwijs, de bestaande tekorten.’ Hoe is dat tekort er gekomen? ‘Pauls ambitieuze beleid was gebaseerd op inverdientargets. Vakgroepen moesten veel geld uit de markt halen. Dat ging jarenlang goed. Tot de recessie van de laatste jaren. Bij de overheid, maar kennelijk ook bij het bedrijfsleven is het veel moeilijker grote bedragen binnen te halen. Als dat geld wegvalt, gaan je personeelslasten drukken op je vakgroep-
begroting. Dat geldt zeker wanneer je ook nog eens grote extra onderwijslasten hebt voor nieuwe opleidingen die niet zijn voorgefinancierd door het College. Wij kiezen daarom nu voor een reëler plaatje, maar zijn strategie was anders. Hij wilde onderzoekers blijven stimuleren geld uit de markt te halen. Zijn doel was een grote faculteit te worden, met opleidingen die qua omvang niet onder het Nederlands gemiddelde zouden zitten. Groepen moeten daarom body hebben om onderwijs te kunnen geven.’ Zijn strategie was toch ook jouw strategie? Je zat immers in het managementteam. ‘Dat is een gewetensvraag.Wij gingen met zijn enthousiasme mee. Er is natuurlijk discussie geweest, ook over het werven van fondsen. En zeker over de targets, het aantal studenten dat opleidingen moesten binnenhalen. Uiteindelijk had de decaan wel het laatste woord.’ Jullie gaan het anders doen. ‘Gedwongen door de omstandigheden hebben we gekozen voor een realistischer scenario. We zeggen eerlijk dat we een kleine universiteit zijn en dus ook een kleine faculteit. We moeten niet willen concurreren met de algemene bedrijfskundeopleidingen. We zoeken onze kracht in dat we speciaal zijn, met vooral in de master thema’s die passen bij high tech human touch. We hoeven niet meer de grootste van Nederland te zijn, als we maar speciaal en goed zijn.’ Je snijdt daarvoor ook in onderzoeksgroepen. Dertien l ee r st o e le n ve rdw i jn e n . ‘Door de bezuinigingen
gedwongen. Sommige leerstoelen laten we verlopen, maar op posities die wij belangrijk vinden, willen we zo snel mogelijk mensen terughalen. Misschien niet direct een hoogleraar, maar iemand die met een tenure track kan doorgroeien tot hoogleraar. Hoe snel dat lukt, hangt af van het geld dat terugkomt via herinvesteringen. Op twee terreinen doen we dat niet: dat zijn veiligheidsstudies en ontwikkelingssamenwerking. Als we niet hadden hoeven bezuinigen, wilden we dit misschien niet kwijtraken, maar deze onderwerpen krijgen gelukkig ook elders op de UT aandacht. De afgelopen drie maanden hebben we wel honderd scenario’s bekeken. We kwamen er niet uit. Met het pistool op het hoofd kijk je dan waar je afscheid van moet nemen, wil de faculteit blijven bestaan.’ Waarom kiezen jullie nu voor twee brede vakgroepen, bedrijfskunde en bestuurskunde? ‘We hadden erg veel leerstoelen op veel terreinen. Bestuurskunde en bedrijfskunde willen we absoluut overeind houden, omdat die het goed doen en ook landelijk zichtbaar zijn. Het is niet zo dat met een leerstoel al het onderzoek verdwijnt. Dat kan in die bredere vakgroep best een plek krijgen en zo behouden blijven. De bezuinigingen zijn niet alleen ellende. Het helpt ook de focus van de faculteit helder te krijgen.’ Er blijven vijf kleine themagerichte vakgroepen bestaan. Waarom breng je die niet ook in een grote brede groep onder? ‘Die zou ik gedeeltelijk ook graag in een blok hebben. De keuze is anders uitgepakt. Neem de gezondheidsgroep van Maarten IJzerman. Dat is zo’n specifieke groep. Die bij bedrijfskunde of bestuurskunde onderbrengen zou gekunsteld zijn. Dan heb je CSTM (energie en milieu), STePS (technologie en wetenschap) en CHEPS (hoger onderwijs). Die staan minder centraal in het onderwijs en hebben daarom een bijzondere positie. Hun thema’s sluiten nauw aan bij high tech human touch. Ze ver-
Ramses Wessel: ‘We hoeven niet meer de grootste van Nederland te zijn, als we maar speciaal en goed zijn.’ Foto: Arjan Reef
dienen hun geld vooral met onderzoeksprojecten.’ Zij weten in deze economische tijden dus nog wel voldoende geld uit de markt te halen? ‘Nee, dat wordt ook steeds moeilijker. Maar hun onderzoek is excellent, echt van internationale allure. We zijn wel met ze in gesprek hoe ze dat beter kunnen omzetten in geld.’
Tot slot,hoe lang ben jij nog decaan? ‘Je doelt op een mogelijke fusie tussen MB en GW?’ We begrepen dat de gesprekken voor een GW-decaan vergevorderd zijn en dat hij of zij ook decaan van MB zal worden. ‘De enige officiële uiting van een mogelijke fusie tussen MB en GW stond in die personeelsadvertentie. Verder is er nog geen aankondiging
gedaan, de discussie moet nog beginnen. Het College heeft ook tegen de Universiteitsraad gezegd: laten we eerst goed uit de reorganisatie komen en dan pas gesprekken starten over een fusie.’ Wat zou je van zo’n fusie vinden? ‘Laat ik dat eerst eens aan het College van Bestuur vertellen, voordat ik jou antwoord geef.’
ADVERTENTIES
LAAT ZIEN DAT JIJ ALS TRAINEE THUISHOORT IN EUROPA
Studium Generale zoekt medewerker! Lijkt het jou wat om mee te werken aan de fascinerende programma’s die het Studium Generale op de UT organiseert?
GA NAAR TRAINEEBIJDEEU.NL EN WIN EEN UNIEKE VIPTRIP NAAR BRUSSEL
Dan is hier je kans: op het bureau is een vacature ontstaan voor een medewerker (24 uur per week). Voor meer informatie zie: http://www.utwente.nl/vacatures/intern/vacatures_intern/
Trainee Adv UTnieuws128x100.indd 1
27-09-11 19:16
ut-univ twente 111004.indd 1
04-10-2011 10:58:55
International page
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
9
Thursday 6 October 2011
Coordinator: Robbin Engels/UT-Nieuws | Contributors: Catherine Ann Lombard, Marloes van Amerom, Egbert van Hattem and Leila Nahidi Azar | Send press releases, comments and suggestions, email:
[email protected] | For previous editions, see: www.utnieuws.nl
BEHIND THE EURO WOES
‘A whole generation of Greeks could miss out’ Europe’s debt crisis threatens to deepen and prolong the current economic crisis. What are key causes of today’s ‘Euro crisis’ and what are solutions? Marloes van Amerom asked five questions to Canadian-born Shawn Donnelly (LEGS), assistant professor in European Economic Governance and a regular blogger on the issue. Were there, in hindsight, errors in the way the Economic Monetary Union was set up and managed? ‘Definitely. There were two main design flaws. Firstly, membership regulations were unrealistic. The tough rules in regards to the ability of countries to borrow money needed to be relaxed in 2005 - out of a sheer need for economic survival. Secondly, membership criteria were insufficiently applied when economics was mixed with politics. Take Greece’s acceptance into the Euro zone: it was allowed access for political reasons rather than on economic grounds. The numbers Athens provided simply weren’t checked. Meanwhile, within the EU Greece was a rather problematic partner country, easily engaging in political blackmail or blocking decisions while disagreeing with EU policies regarding Cyprus. To prevent further clashes, the EU’s Council of Ministers continued to let themselves be willfully deceived, even when
it became increasingly clear that the numbers provided by Greece were incorrect.’ There is a lot of focus on the inability of the Greek government to repay its debts to European creditors. What about other problem countries? ‘Most countries now violate the budget criteria due to ongoing economic decline, but circumstances differ. Portugal and Greece have no hope of recovery, whereas Italy is uncertain. Ireland and Spain have good cards. However, if Greece defaults entirely on its debt, a full-blown crisis will spread to France, Germany and the UK, which have invested heavily in Greece. Banking will implode, unless governments will fund the banks, but then they have to cut elsewhere to meet the euro budget criteria. And many European countries are already suffering from quite severe budget cuts. In a recession, this creates a downward-spiraling economy.’ What is the best solution to the Greek debt crisis out of the three scenarios that are currently under discussion? ‘Definitely, I’d say the ‘haircut method’, whereby investors receive part of their money back. This means that Greece’s creditors accept a partial return on their loans to Greece, for example, 70 cents on the euro. But sadly, three countries are blocking such an agreement: Germany, Finland and the Netherlands Countries where
voters are demanding all or nothing. German Prime Minister Angela Merkel, for example, initially favored the haircut model, but after voters punished her in regional elections, she now insists on full repayment and total control of the Greek finances in return for aid. So, political polarization is winning over pragmatism. As a result, Greece must choose between decades of depression or abandoning the Euro and declaring bankruptcy.’ What would declared bankruptcy bring Greece? ‘A default might actually help Greece over the long term. Argentina and Russia defaulted on their debts and are prospering after short, sharp recessions. But massive unemployment and other effects would constitute a nightmare for youngsters in Greece, blocking their hopes and dreams for the future. A whole generation could find themselves lost.’ Besides promoting haircut packages for countries, what else should the EU do to conquer the euro crisis? ‘EU countries should follow Roosevelt-like policies. Stimulating economies by investing aid has disappeared into the banks until now, for which other areas of the budget have had to suffer. This ‘depression economics’ approach will create a crisis far worse than that of the early 1930s. If that happens, the cuts you see today are only the beginning.’
Dr. Shawn Donnelly on Europe’s economic crisis: ‘Attempts to have the EU and the IMF lead Greece’s reforms in exchange for loans, instead of the Greek government, could undermine Greek democracy and raises questions about the integrity of the process. The EU started out as a voluntary exercise, after all.’ Photo: Arjan Reef
RUSSIAN AND DUTCH UNIVERSITIES COLLABORATE
Stepping stones to Saint Petersburg ‘Universities are doubling their identities,’ stated Dr. Sijbolt Noorda, president of the VSNU at the UT-ITMO Cooperation Seminar that was held at the University of Twente last week. ‘We used to share intelligence just among ourselves but need to join forces in the current open connective research environment. In the framework of the coming bilateral Netherlands-Russia year 2013, he added: ‘It is time to strengthen our joint forces with Russia.’ Dr. Noorda visited the university to moderate an open discussion on future collaborations between Russia and the Netherlands, discussing ways to stimulate innovative entrepreneurship activities between the two universities. The event was organized around a delegation from the Saint-Petersburg State University of Information Technologies, Mechanics and Optics (ITMO) who visited to explore future collaboration possibilities with the UT. Professor Aard Groen, scientific director of NIKOS, commented in the discussion: ‘The Russian market and people are interesting, but it’s a complex process. We have witnessed many possibilities at ITMO that sound interesting to us. But we need a stepping stone and connection with people to help spin-offs take full advantage of opportunities in Russia. We need people who are willing to work together.’ The central push for Dutch universities in the coming NetherlandsRussia year 2013, an initiative to celebrate 400 years of diplomatic relations between the two counties, is focused on information technologies, commercialization, inno-
Dr. Sijbolt Noorda: ‘Universities are a reflection of society as it should be and not how it used to be. Dutch universities need to reinvent themselves.’
vation activities, entrepreneurship and information communications technologies. Program Director of VentureLab Twente Rob van Lambalgen urged for parties to work together: ‘Only twenty percent of success comes from original ideas. Entrepreneurship is now considered a science. Innovation is the implementation of products
or technologies which results in economically sustainable results and succeeds in the market. Don’t mistake innovation for invention. You need to build strong teams for cooperation.’ According to Dr. Noorda, Russian universities previously felt they had to ‘escape from a prison’ because of tight governmental regulations. Nonetheless, during the last five
years a sharp change has occurred, creating a similar context in which to work together where collaboration efforts can flow suppler between Dutch and Russian universities. The VSNU president believes success is dependent on two hinging factors: ‘Firstly, we need to stay open and flexible enough in order to give ourselves the pleasure to speak
about many future possibilities. Real innovation must be a prerequisite for future collaborations.’ He suggested there should also be a compatible match between the two sides and ‘real collaboration’ is grounded in academic fields that recognize each other’s mutual interests. ‘Let chess players talk with chess players, and soccer players with soccer players,’ said Noorda at the seminar. Mr. Toivonen, vice-rector at ITMO, agreed Russian universities are now ready to support innovative entrepreneurship activities and collaboration. ‘There is a wind of change at Russian higher educational institutes that provides the opportunity to review the structure and content of innovation systems. Nationwide in universities, the needs, challenges and opportunities for entrepreneurial support can be realized. Toivonen concurred ITMO leads in Russian innovative entrepreneurship, based largely on the existing models at Twente, Warwick and Stockholm universities. The symposium participants noted one of the major issues to overcome is the current perceptions held by European spin-off companies that view the Russian border as a ‘stumbling stone.’ Turning to Europe for acknowledgement, Dutch universities have new opportunities to collaborate in the Russian market and make vital links to their universities. In the new context, ‘We need to build bridges,’ concluded Noorda, ‘and teach each other the local rules. Trust and familiarity will turn the stumbling stones into stepping stones.’ Mariska Roersen Guest contributor Visit our website at utnieuws.nl to read short news.
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
10
Donderdag 6 oktober 2011
ADVERTENTIES
nieuw onderwijsmodel start in
2013
Eén afstudeermoment voor bachelor De opleidingsdirecteuren hebben vergevorderde plannen voor één afstudeermoment in de bachelor. Haal je dat niet, moet je het volgend jaar opnieuw proberen. Daarnaast krijgt het nieuwe onderwijsmodel – dat in september 2013 van start gaat – een startmodule met een thema dat voor alle UT-eerstejaars hetzelfde is. Dat bleek uit een presentatie die woensdagmiddag werd gegeven voor docenten en studenten van de faculteit CTW. Een dag eerder hadden de opleidingsdirecteuren met rector Ed Brinskma over die plannen gesproken. Vooral het plan dat er nog slechts één afstudeermoment komt in het derde jaar van de bachelor en dat dit moet plaats vinden binnen een module (een kwart jaar), stuitte bij CTW op
veel weerstand. Docenten vrezen dat ze afstudeerders niet goed kunnen begeleiden als ze allemaal op hetzelfde moment met hun bacheloropdracht bezig zijn. Bovendien denkt men
dat het in de praktijk niet uitvoerbaar is slechts op één moment het afstuderen aan te bieden. Studenten die in het bedrijfsleven afstuderen zijn afhankelijk van de beschikbaarheid van een geschikte afstudeerplek. Bedrijven bieden niet alleen in het voorjaar opdrachten aan. De eerste module van alle nieuwe bachelors krijgt een UT-overkoepelend thema. Voorlopig wordt gedacht aan ‘sport’. Dat betekent niet dat alle studenten hetzelfde programma volgen, maar wel vanuit hun eigen
discipline met hetzelfde thema bezig zijn. Er kan daardoor een UT-brede aftrap en afronding van die module komen. Verder hebben de opleidingsdirecteuren begin deze week besloten dat er een gemeenschappelijk wiskundevak komt voor de technische opleidingen. Met 13 EC wordt dit kleiner dan de opleidingsdirecteur van wiskunde voor ogen had. Sommige opleidingen moeten daardoor extra wiskundevakken aanbieden. Paul de Kuyper
studenten ut en saxion leggen contacten met bedrijfsleven
Nieuw netwerk voor duurzaamheidsprofessionals GeneratIn is een netwerk voor jonge duurzaamheidsprofessionals dat zich bezighoudt met duurzaamheid in klimaat en energie, in organisatie en management en in producten en materialen. Het nieuwe netwerk is ontstaan uit een samenwerking van Concern4, Syndesign en de werkgroep UTduurzaam. Stefan van Langevelde (22), masterstudent Onderwijskunde en een van de oprichters van Syndesign, vertelt wat het idee erachter is. Waarom is GeneratIn opgericht? GeneratIn is ontstaan uit een samenwerking van Concer n4, een bemiddelingsbureau voor duur-
zaamheid, Syndesign, een ontwerpbedrijf van studenten, en de werkgroep UTduurzaam. Wij willen de studenten van de Universiteit Twente en van
Saxion Hogescholen graag aansporen hun eigen ideeën en innovaties rond duurzaamheid te ontwikkelen.
en invalshoeken. Bedrijven zijn erg enthousiast en willen graag deel van het netwerk uitmaken.
Wat is het doel van GeneratIn? Ons doel is contacten leggen tussen bedrijven en studenten die met duurzaamheid bezig zijn. Daarmee hopen we nieuwe mogelijkheden voor beide partijen te creëren. Voor studenten kunnen dat stageplaatsen of afstudeeropdrachten zijn, voor bedrijven frisse ideeën
Gaan jullie ook activiteiten organiseren? Jazeker! Onze eerste activiteit vindt plaats op woensdag 8 oktober om 20.00 uur in het Amphitheater (Vrijhof). Grolsch houdt dan een interactieve lezing. Grolsch is goed bezig op het gebied van duurzaamheid, kijk bijvoorbeeld naar hun koelwatersysteem. Verder zijn ze net als wij voornamelijk op Twente gefocust. Samen kunnen we over duurzaamheid nadenken: wat is duurzaamheid precies en hoe willen we ermee bezig zijn.
Symposium Europese Commissie op UT De Europese Commissie organiseert 21 en 22 november op de campus een symposium over s a m e n we r k i n g t u s s e n onderwijs en de private sector. Het gaat om een zogenaamd Business thematic forum dat twee keer per jaar wordt belegd, elk voorjaar in Brussel en elk najaar ‘op locatie’. Als voorzitter van Europees u n i ve r s i t e i t e nve r b a n d
ECIU is de vijftigjarige UT dit jaar gastheer. Er worden zo’n 150 bezoekers verwacht op het symposium, waarvan de helft uit het buitenland. Het is vrij toegankelijk. Minister Van Bijsterveldt (Onderwijs) zal ook spreken tijdens het forum. Daarnaast staan er op het programma voorbeelden van samenwerking tussen univer siteiten en
het bedrijfsleven op het gebied van onderwijs. Zo zal vanuit de UT een presentatie worden gegeven over het Kennispark en het Startrix-project waarbij studenten advanced technology de opdracht krijgen een businessplan te schrijven. Het precieze programma moet nog worden vastgesteld. Het symposium vindt plaats in de Waaier.
Hoe kunnen studenten meedoen? Studenten kunnen zich aanmelden via www.generatin. nl. In de toekomst organiseren wij regelmatig activiteiten – van bedrijfsexcursies tot think tanks.
Studentenrestaurant De Waaier Maandag 10 oktober Rundersuccade, varkenssaté, vegetarische saté Jachtsaus, satésaus Spruitjes, pittige kool Gekookte aardappelen, nasi goreng Dinsdag 11 oktober Hachee, boerenspies, vegetarische spies Zigeunersaus Slabonen, rode kool Pommes Duchesse, aardappelpuree Woensdag 12 oktober Carbonarra, visburger, kaaassaus Dillesaus Doperwtjes, prei Spaghetti, gekookte aardappelen, geraspte kaas Donderdag 13 oktober Moussakaschotel, kippenpoot, Javaanse schijf Bechamelsaus, kerriesaus Mixgroente, sambalbonen Rijst Vrijdag 14 oktober Duitse biefstuk, kibbeling, vegetarische worst Remouladesaus, uiensaus Worteltjes, slabonen. Gekookte aardappelen, frites
Restaurant De Stek Week 41 Maandag 10 oktober t/m vrijdag 14 oktober Hap aan de Tap € 6,95 Gyros steaks met tzatzikisaus Frites en rauwkostsalade
Faculty Club LUSTRUMMENU Driesprong van huisgerookte zalm, samengesteld door de chef Zacht gegaarde kalfslende geserveerd met aardappelpuree, rode kool en een demi-glacé Huisgemaakte bavarois van vanille en sinaasappel, geserveerd met chocoladeroomijs Ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum van de Universiteit Twente, serveren wij een driegangenmenu Dit lustrummenu wordt u aangeboden voor € 50 voor 2 personen (1 persoon € 25) Het dessert word geserveerd op een jubileumbord dat u na afloop van het diner mee krijgt
Theatercafe de Vrijhof Gelegen aan de vijver, voorzien van een zonnig terras ligt Theatercafe de Vrijhof. In de gezellige sfeer van dit Theatercafe kunt u naast ons standaard assortiment ook genieten van diverse warme broodjes uit de oven, uitsmijters, broodjes hamburger en zelfgemaakte smoothies. Wij heten u van harte welkom voor lunch of een drankje tussen 10.00 – 16.00 uur. For the English menu: www.utwente.nl/fb/catering/ studentenrestaurant Voor informatie + openingstijden: UT-Catering: www.utwente.nl/fb Reserveringen Faculty Club en De Stek online via www.utwente.nl
Anna Migge
Universiteit bezuinigt voornamelijk op studenten Door de recessie wordt er overal bezuinigd. Ook de Universiteit Twente is al een paar jaar bezig met grote bezuinigingen. In de volgende cyclus van de
Universiteitsraad wordt de Nota Kaderstelling II, het financiële kader voor de UT voor de periode van 20122016, behandeld en hier staan grote bezuinigingen
in vermeld. In totaal heeft het College van Bestuur besloten om naast de Rijksbezuinigingen en de al eerder ingestelde bezuinigingen op huisvesting nog
ADVERTENTIE
WORD ONDERNEMER VAN JE EIGEN LOOPBAAN! WWW.UTWENTE.NL/VACATURES
eens vijftien miljoen extra te gaan bezuinigen. Deze vijftien miljoen zijn verdeeld over onderwijs en facultaire ondersteuning (vijf miljoen), onderzoek en facultaire ondersteuning (zeven miljoen) en ondersteuning en centraal gebudgetteerde taken (drie miljoen). Grote bezuinigingen, terwijl het nog onbekend is hoe groot de Rijksbezuinig ingen zullen worden. Bij het door nemen van deze bezuinigingen valt het op dat er voornamelijk op de studenten bezuinigd wordt. Het budget voor activisme en afstudeersteun zal met bijna vijftig procent worden gekort. Van 1.317.000 euro naar 717.000 euro, in totaal een bedrag van zes ton. In
heel Nederland staat de UT bekend als een plek met een bruisende campus en actieve studenten. Hoe wil de universiteit dit blijven handhaven als er zo veel bezuinigd wordt op het activisme
ingezonden en de afstudeersteun voor actieve studenten? En moet een universiteit niet veel investeren in zijn studenten? Het lijkt er op dat het beleid van het College niet langer aansluit op het idee van een actieve campusuniversiteit. Voor zover uit de plannen kon worden opgemaakt
zijn de bezuinigingen op de studenten percentueel groot t.o.v. de bezuinigingen op de andere gebieden, maar zullen ze weinig uithalen op het grotere geheel. Terwijl deze grote gevolgen zullen hebben voor de actieve student en het activisme op de UT in zijn geheel. Het is dan ook om deze reden dat UReka zich afvraagt waarom het College van Bestuur hier zo veel op wil bezuinigingen terwijl de universiteit bekend staat als een plek vol actieve studenten. Het lijken onnodige bezuinigingen die ten koste zullen gaan van de vele actieve studenten die de universiteit bezit. Studentenpartij UReka�
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
11
Donderdag 6 oktober 2011
‘Alice in Wonderland’ in de open lucht In 2012 is het precies 150 jaar geleden dat Lewis Carroll ‘Alice in Wonderland’ publiceerde.Volgend jaar zomer worden in openluchttheaters in heel Nederland voorstellingen met een link naar dit verhaal gehouden. In het openluchttheater op de campus wordt een versie van Alice in Wonderland opgevoerd door studenten. Ingrid szwajcer
De regie van de campusvertolking van Alice in Wonderland is in handen van Evert de Vries. ‘Ons creatieve team gaat voor een grote, muzikale theaterproductie waaraan studenten van alle campusverenigingen kunnen meedoen’, aldus de regisseur. Tekstschrijver Sietze Dolstra bewerkte het verhaal. Hij schreef een prachtig script met nieuwe liedjes. Frank Deiman maakt er de muziek bij. Decorbouwer Rob van Putten maakt de kostuums en decorstukken waarmee
CULTUUR KIJK VOOR DE CULTUURAGENDA OP: www.cultuur.utwente.nl
de absurdistische situaties waarin Alice voortdurend beland worden verbeeld.’ Afgelopen zondag vond de eerste auditieronde voor de spelers plaats. ‘We begonnen in de theaterzaal, maar vanwege het mooie weer zijn we naar het openluchttheater gegaan, de plek waar het uiteindelijk allemaal gaat gebeuren.’ De audities waren verrassend: ‘Er waren veel expressieve en flamboyante mensen op afgekomen, heel leuk! De rol van Alice was natuurlijk favoriet onder de auditanten. ‘We hebben al meerdere interessante actrices gezien die hiervoor in aanmerking komen, maar we beslissen pas na de laatste auditieronde wie de rol van krijgt. Ondanks de succesvolle auditieronde hebben we nog mensen nodig om het stuk goed van de grond te krijgen. Dus of je nu wilt acteren, figureren, zingen,
Foto: Hans Hordijk
dansen of wilt helpen met de decorstukken, de grime, de schmink of de techniek… alles is mogelijk. Zijn de rollen verdeeld, dan volgen al snel de eerste repetities. ‘Het gaat echt een monsterproductie wor-
den, daarom moet er flink worden geoefend’, vertelt Evert. ‘De repetities vinden om de twee weken op zondag plaats. Een theaterstuk opvoeren in een openluchttheater met z’n open karakter is een groot verschil met
spelen in een gewone theaterzaal. Evert: ‘Je hebt niet de bescherming van een zaal. Het orkest zal waarschijnlijk tussen het publiek zitten. De spelers moeten goed articuleren en ‘groots’ acteren, net als in de tijd van Shakespeare.
De premiere van ‘Alice in wonderland’ vindt plaats in het weekend van het openluchttheater op 2 juni. Het stuk wordt in de zomer van 2012 verschillende keren voor publiek gespeeld.
Meters maken in de eredivisie SPORT Uitslagen en ander kort sportnieuws verschijnen online. Stuur leuke, actuele foto’s voor de website naar
[email protected].
Het is een van de weinige UT-teams die in de landelijke eredivisie speelt, het team van de floorballdames van Messed Up. In die klasse zijn ze de kleinste ploeg, met in de punt van de aanval Sarah Eberl. ‘Het wordt dit seizoen vechten, het zal aankomen op conditie.’ De damescompetitie floorball bestaat eigenlijk maar uit één klasse, bekent Sarah aan begin van het gesprek. Afgelopen jaar was dat anders, toen werd ze met Messed Up kampioen van de tweede divisie, maar inmiddels zijn eerste en tweede divisie samengevoegd. ‘Het is leuk te zeggen dat je in de eredivisie speelt.’ ‘Het zal een moeilijk seizoen worden’, verwacht de aanvalster. ‘Eigenlijk hebben we te weinig nieuwe speelsters erbij gekregen. We zijn met zijn achten, op het veld staan vijf dames plus een keepster. Dan blijven er maximaal twee wissels over. Het wordt vechten, het zal aankomen op conditie.’ Ter vergelijking: het eerste
herenteam van Messed Up bestaat uit dertien spelers en een keeper. Ook andere damesteams die Sarah en haar ploeggenoten zullen tegenkomen hebben een bredere selectie. ‘Het meest ideaal is als je twee linies hebt: minimaal tien spelers en een keeper’, legt ze uit. ‘Dan kun je altijd alle vijf tegelijk wisselen. Elke minuut of zo. Ja, dat is snel. Maar dan blijf je wel warm. En als je elke minuut sprint, word je snel moe. Eigenlijk moet je zorgen dat je gewisseld wordt voor je moe bent.’ Hoe haar team dat dit seizoen moet doen, weet Sarah eerlijk gezegd niet. ‘Gewoon doorgaan’, zegt ze nuchter. De speelsters van het damesteam werken aan hun conditie. ‘We trainen samen met de mannen. Dan raak je gewend om wat langer door te gaan. Ik zal niet zeggen dat we een topconditie hebben, maar als andere teams een keer met weinig wissels moeten spelen, vragen ze ons verbaasd: hoe doen jullie dat toch altijd? Die teams zeuren al als ze maar drie wisselspelers hebben. Wij zijn blij als we er twee hebben.’ Zelf zal Sarah dit seizoen ook veel meters moeten maken. Het hoort bij haar positie, ze staat in de punt van de aanval. ‘Ik moet de doelpunten maken. Daarnaast zal ik fanatiek moeten rondlopen en proberen de bal van de tegenstander af te pakken. Ik ben het sterkst als ik de bal aan de boarding heb en tegenstanders van me af moet houden of de bal
moet veroveren. Dan kan ik iemand wegbeuken. Niet te hard hoor, met een schouderduw’, lacht ze. ‘Er spelen negen teams in de eredivisie. Wij gaan voor de zesde plek. Sommige
tegenstanders hebben acht speelsters die ook bij het nationale team spelen. Daar hebben wij natuurlijk weinig kans tegen. Nee, degraderen kunnen we niet omdat er geen klasse onder de ere-
divisie is. Maar we willen niet als laatste eindigen. En ook niet als voorlaatste. We moeten gewoon goed spelen en lekker gaan scoren. Dan kunnen we zesde worden. Of vijfde, nog mooier.’
Sarah Eberl: ‘Ik ben het sterkst als ik de bal aan de boarding heb.’ Foto: Gijs van Ouwerkerk
Naam Leeftijd Studie Sport Vereniging
Sarah Eberl 21 jaar Psychologie Floorball Messed Up
ut Nieuws weekblad van de Universiteit Twente
12
Donderdag 6 oktober 2011
Studentenleven
Weekblad van de Universiteit Twente
www.utnieuws.nl nummer 25 - Donderdag 6 oktober 2011
UT N I E U W S 9
4
2
Stepping stones to Saint Petersburg
Het lab is niet meer te betalen
‘Uitdagen en heen en weer trekken’
InternatIonal page
Deze krant woensdag- avond al digitaal lezen? GA NAAR: www.utnieuws.nl
WORLD PRESS. De tentoonstelling van World Press Photo is vanaf vandaag op de campus te bekijken. In gebouw Ravelijn hangen ruim 160 foto’s, waaronder deze foto van Adam Pretty. De Australische fotograaf legde vast hoe een deelnemer aan de 2.000 meter steeplechase, een atletiekonderdeel op de Jeugd Olympische Spelen van 2010, op zijn hoofd terechtkomt. Dat ook de campus zich uitstekend leent als decor voor prachtige fotografie blijkt uit de fotowedstrijd die tijdens de Open Dag werd gehouden. Zie pagina’s 6 en 7.
jules pieters verzoekt college tot openbaarmaking documenten reorganisatiecriteria
Hoogleraar wil met Wob-verzoek openheid afdwingen Hoogleraar Toegepaste psychologie Jules Pieters wil openheid afdwingen over de manier waarop het College van Bestuur tot de reorganisatie van de onderwijskundevakgroepen in de faculteit GW is gekomen.Volgens Pieters is de beoordeling van onderzoeksgroepen ‘op een volstrekt intransparante manier verlopen’. Met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) vraagt hij inzage in alle documenten waaruit blijkt hoe kwaliteitseisen en criteria zijn toegepast. Pieters, vo o r z i t t e r van de GW-vakgroep Cur r iculumontwer p & Onderwijsinnovatie (C&O), is zeer ontevreden over de gang van zaken rond de beoordeling van de onderzoeksgroepen. ‘Het is volstrekt intransparant en bijna
bad governance hoe deze reorganisatie tot stand is gekomen.’ De hoogleraar zegt verschillende keren opheldering te hebben gevraagd bij de decaan, de directeur van instituut IBR en het College van Bestuur. ‘Zonder resultaat, iedereen wijst naar
elkaar. Ik wil nu graag precies weten hoe het zit.’ Volgens Pieters heeft niemand hem tot nog toe kunnen of willen vertellen hoe de beoordeling van de kwaliteit van vakgroepen heeft plaatsgevonden. ‘Je hoort van alle kanten dat het een mistige procedure is en dat willekeur een grote rol speelt. Er gaat al een jaar het verhaal rond dat er kleuren zijn uitgedeeld aan vakgroepen: rood, oranje en groen, als indicatie voor de kwaliteit. Als je iets over die indeling vraagt, weet niemand er het fijne van.’ De Wet openbaarheid van bestuur (Wob) geeft elke burger recht op inzicht in de informatie van de overheid. Die informatie is openbaar,
tenzij de veiligheid in het geding komt of als het gaat om vertrouwelijke persoons- of bedrijfsgegevens. Een Wob-procedure in gang zetten is een zwaar middel, erkent Pieters. ‘Het hoort eigenlijk niet bij een universiteit om zo tegenover elkaar te moeten staan. Ik doe het uit onmacht.’ Over de onderzoeksgroep van Pieters, die volgens het reorganisatieplan wordt opgeheven en opgaat in de nieuwe vakgroep Onderwijskunde, staat in het reorganisatieplan: ‘Met betrekking tot C&O geldt dat de waardering van het onderzoek door IBR als bijzonder laag en als onvoldoende is gekwalificeerd.’ ‘Daar herkennen wij ons
beslist niet in.Wij zijn bovendien niet in de gelegenheid gesteld daar iets tegenin te brengen’, aldus Pieters. De laatste onderzoeksvisitatie van zijn vakgroep dateert van 2006. De vakgroep, met nog een andere hoogleraar aan het hoofd, scoorde toen op alle vier de onderdelen een 3 (op een schaal van 1 tot 5). ‘In de toelichting stond dat dat vier maal een ‘goed’ was. In het reorganisatieplan is dat vertaald naar ‘bijzonder laag’.’ Pieters heeft er meermalen op aangedrongen dat zijn vakgroep niet zou worden beoordeeld op een vijf jaar oude visitatie, maar op het huidige geheel vernieuwde onderzoeksprogramma, dat sinds zijn aantreden in 2008 van start is gegaan.
Pieters hoopt vooral dat er met zijn Wob-verzoek duidelijkheid komt. ‘Niet alleen voor mijn vakgroep, maar voor de hele universitaire gemeenschap. De manier waarop het is gegaan geeft geen blijk van goed bestuur.’ Of hij verwacht dat de reorganisatie nog tegen kan worden gehouden? ‘Mijn hoop is gevestigd op de Faculteitsraad en Universiteitsraad.’ Het College van Bestuur wil nog niet inhoudelijk op het Wob-verzoek reageren. Voorzitter Anne Flierman zegt de wettelijk bedenktijd van vier tot zes weken te gebruiken om uit te zoeken of een Wob-aanvraag vanuit de eigen organisatie juridisch wel mogelijk is.
Over en... Wonderland
LIFTEN Herendispuut KAΔMOΣ organiseerde afgelopen weekend een liftuitje voor – vooral de nieuwe – leden van studentenvereniging AEGEE waar het dispuut bij aangesloten is. Vrijdag vertrokken ze richting Aachen. Tussendoor werd bijgehouden wie waar was. De aankomsttijden verschilden nogal. Eén groepje deed er zes uur over om bij het startpunt in Hengelo weg te komen. Of iedereen ook weer teruggekomen is, is onbekend, maar dat zien ze dinsdag wel weer op de sociëteit!�
voor SPEK & BONEN Menu Italiano secundo: Saltimbocca
Nodig voor 4 personen 4 kalfsoesters 4 grote plakken proscuitto di parma 4blaadjes salie (vers!) marsala (zoet italiaanse wijn, te koop bij slijter) peper, zout, olijfolie cocktailprikkertjes, koekenpan, keukenfolie, steelpan
Wrijf de lapjes in met (versgemalen) zout en peper. Leg op elk lapje een plak parmaham en een salieblaadje. Zet de ham en het salieblaadje vast met cocktailprikkertjes. Als je de prikkertjes van tevoren een half uurtje in water laat weken, verbranden ze niet tijdens het bakken. Verhit een scheutje olijfolie in de koekenpan. Bak de lapjes vlees aan beide kanten 2 à 3 minuten. Haal de lapjes uit de pan en leg ze op de borden. Om afkoelen te voorkomen kun je de borden even verwarmen onder de hete kraan (wel afdrogen natuurlijk!). Verhit een flinke scheut marsala in de pan waarin je het vlees hebt gebakken. Laat de marsala tot de helft inkoken en verdeel over de lapjes vlees.
Bereiding Sla de kalfsoesters plat. Dit doe je door ze te bedekken met keukenfolie en er hard op te slaan met de achterkant van een steelpan. Je kunt ook aan de slager vragen of hij het voor je wil doen. Soms zijn de lapjes al platgeslagen te koop onder de naam kalfsschnitzel.
Variatie en inspiratie - Als je het hele menu maakt, kun je bij de saltimbocca het best een heel licht bijgerecht serveren. Aanraders zijn een tomatensalade of een kleine hoeveelheid spinazie. - Als je de saltimbocca alleen wilt eten kun je er een pasta met champig-
15 min Deze week bereiden we de derde gang. We maken een vleesklassieker uit Italië: Saltimbocca. Letterlijk betekent dit ‘springt in de mond’. Proef zelf wat daarmee wordt bedoeld. Het gerecht bestaat uit ingrediënten die niet allemaal bij de supermarkt verkrijgbaar zijn.
Onder redactie van: Maaike en Rayke
[email protected]
nonsaus bij serveren, maar ook dan is spinazie erg lekker. Serveer er in het laatste geval ook gebakken of geroosterde aardappelen uit de oven bij. - Kijk eens op internet naar andere lekkere bijgerechten. - De marsala kun je vervangen door een zoete witte (dessert-) wijn, maar als je marsala kunt vinden is dit wel het lekkerst. - Verse salie kun je vinden op de markt.Verder verkopen ze in de beter gesorteerde Albert Heijn een verse Italiaanse kruidenmix. Hierin zit ook verse salie. Buon appetito! Rayke Derksen
Het is nog al wat. Je hebt je felbegeerde papiertje op zak. Je bent eindelijk klaar met die vervelende scriptie. Je studieboeken gaan de kast in en de eenzame opsluiting tijdens het schrijven van je onderzoekverslag lijkt al weer zo lang geleden. Het afstudeerfeestje is geweest, de verre reis is gemaakt. Kortom, je bent er klaar voor. Ready to go. Kom maar op. Zo groen als wat stap je dapper de wondere wereld in van de arbeidsmarkt. Wie doet mij wat, straal je uit. De wereld ligt immers aan je voeten, want wie wil jou nou niet met je prachtige studieresultaten en uitstekende cijfers? Lees vooral de traineeshipspecial in deze krant. Het aanbod van dergelijke programma’s is enorm, maar vele malen groter is de stapel sollicitatiebrieven van pas afgestudeerden. En de selectieprocedure liegt er ook niet om. Dertig gegadigden voor één traineeship is eerder regel dan uitzondering. Onderscheiden is hier het credo. Extra inzet dus. Serieuze extracurriculaire activiteiten, ofwel nevenactiviteiten, heet dat. Twee mastertitels helpt ook om binnen te komen. Net als een half jaar werkervaring in het buitenland. Bestuurswerk. Een aantrekkelijk geschreven brief, foutloos graag, is ook een vereiste. En competenties als leiderschap, overtuigen, beslissingen nemen doen het eveneens goed. Inderdaad. Het oordeel van de recruiters is niet mals. Het doet denken aan Alice in Wonderland. Het jonge grietje komt in een wondere, vreemde wereld terecht en ontmoet vele, merkwaardige figuren. Ze voert verwarrende, rare gesprekken met hen. De UT werkt momenteel aan een toneelproductie van dit moderne sprookje. De regie heeft nog enkele rollen beschikbaar. De vereisten? Goed articuleren en groots acteren. Misschien iets voor jou? Kun je vast oefenen in een wondere wereld én je onderscheiden. Die baan wordt daarna een makkie!
Boxershort
De maat is vol. Of in de woorden van Jurriaan Huskens: ‘Het hek is van de dam.’ Het protest tegen de bezuinigingsdrang van het College zwelt aan. Geen vorm wordt geschuwd. Waar Jules Pieters zich beroept op de Wet openbaarheid van bestuur, ‘verkopen’ Huskens en zijn collega Jeroen Cornelissen gewoon tachtig vierkante meter laboratorium terug aan het College. Om er vervolgens als een stel kwajongens te gaan voetballen. Komt dat schot! Bam, rinkeldekinkel, zuurkast aan diggelen en tl-buizen vallen naar beneden. ‘Ach, wat zonde. Blij, dat we die net aan het College hebben teruggegeven’, hoor je ze denken. Kunnen die opdraaien voor de verzekeringspapieren. Want die extra rompslomp kunnen ze er niet bij hebben op hun toch al beperkte vakgroepbegroting. Origineel protest. Vele malen creatiever dan die bezettingen van het BB-gebouw (Spiegel) in de jaren zestig en zeventig. Maar waarom houdt de rest van de UT zich nog stil? Slikken andere hoogleraren stilzwijgend de bezuinigingen? Of weten ze geen ludieke actie te verzinnen? Wij geven natuurlijk met alle liefde een tip over hoe je het College een hak kunt zetten en toch nog wat financiële middelen voor je leerstoel kunt binnenslepen. In aanloop naar carnaval – vanaf de elfde van de elfde – zijn feestwinkels in de wijde omgeving op zoek naar bijzondere uitdossingen. Doe dus allemaal je toga in de verkoop! En dan lekker tijdens de Diesviering in je boxershort of string meelopen in het cortège. Wij zien de spandoeken al voor ons: ‘Na vijftig jaar kleedt de UT ons uit’. Wedden dat het College jouw vakgroep de dag voor de Dies nog gauw wat extra geld toeschuift als het van de plannen hoort?
...sluiten
UT-Nieuws stelling v/d week Eén vast afstudeermoment voor de bachelor is een goed idee GA naar: www.utnieuws.nl Uitslag vorige stelling:
Er moeten meer verkeersdrempels op de campus komen EENS
41%
ONEENS
59%