Internet in de lagere school: een stand van zaken in de provincie West-Vlaanderen Katie Goeman & Arne Van Belle Vrije Universiteit Brussel Vakgroep Communicatiewetenschappen Dit onderzoek, uitgevoerd in februari/maart 2002, beoogde door middel van een grootschalig survey-onderzoek het internetgedrag van Westvlaamse leerkrachten in kaart te brengen. Zowel het persoonlijk en professioneel internetgebruik als de houding van leerkrachten tegenover Internet als educatief hulpmiddel werd bestudeerd. Vragen als “Hoeveel leerkrachten gebruiken internet, waar en hoe frequent?”, “Welke internettoepassingen zijn populair?”, “Welke educatieve doelen kunnen worden bereikt?” en “Hoe staan leraars tegenover internet in het onderwijs en onderwijsinnovaties in het algemeen?” stonden daarbij centraal. Vijftig scholen ofte 403 leerkrachten verleenden hun medewerking (cf. steekproeflijst scholen). De resultaten tonen aan dat driekwart van de Westvlaamse leraars basisonderwijs reeds in contact kwam met internet, maar dat het onderwijskundig gebruik ervan zich vooral beperkt tot het opzoeken van informatie. Het zgn. leren en onderwijzen “door middel van internet” is nog verre van geïntegreerd. Desalniettemin staan de leerkrachten positief ten opzichte van een brede invoering van internet in het onderwijs én in de klas.
Profiel respondenten (N=403) Geslacht De grootste respons is afkomstig van vrouwelijke respondenten (71% of 287 personen). Leeftijd Mannelijke respondenten zijn gemiddeld 39 jaar, de vrouwen 37. De minimum- en maximumleeftijd van de leerkrachten is respectievelijk 21 en 63 jaar, terwijl het leeftijdsprofiel per klasse er als volgt uitziet: - 20 - 35 jaar: 42% - 35 - 50 jaar: 47% - 50 - 65 jaar: 11% Leerjaar Leerkrachten uit alle leerjaren zijn vertegenwoordigd. Volgende percentages tonen aan hoeveel leerkrachten in het desbetreffende jaar lesgeven (sommige leerkrachten geven in meerdere jaren les): - 1e leerjaar: 23 % - 2e leerjaar: 22 % - 3e leerjaar: 25 % - 4e leerjaar: 24 % - 5e leerjaar: 23 % - 6e leerjaar: 22 % Gebruik/non-gebruik Internetgebruik
23%
non-gebruikers gebruikers
77%
Maar liefst 77% van alle Westvlaamse leraars maakte reeds gebruik van internet (= 310 personen). Proportioneel zijn dat iets meer mannen dan vrouwen. Ongeveer 1 op 4 van de vrouwelijke en 15,5 % van de mannelijke leerkrachten kwam nog nooit in contact met internet. In de eerste leeftijdsklasse (20 tot 35 jaar) heeft 14.5 % van de respondenten nog nooit met internet gewerkt. Bij de 35- tot 50-jarigen stijgt dit percentage tot 24 %. Voor de personen ouder dan 50 ligt het percentage op 38 %.
2
Internetgedrag (N= 310) Vrouwen/mannen Geslacht
Frequentie
Percent
man vrouw
98 212
31.6 68.4
Total
310
100
Eerste contact De meerderheid van de internettende leerkrachten kwam voor het eerst in contact omstreeks de eeuwwisseling. Zij hebben dus nog maar enkele jaren (2-3) ervaring opgedaan. Eerste contact 100 89
90 80 70
64 58
60 50
41
40 30
21
20 10 0
11 1
2
3
1985
1994
1995
1996
11
1997
1998
1999
2000
2001
2002
Intensiteit en locatie Leerkrachten die internet hanteren doen dat gemiddeld een 40-tal minuten per dag. Uit de resultaten van dit onderzoek blijkt dat de grote meerderheid (83 %) van de leerkrachten thuis het internet raadpleegt. Ongeveer de helft gebruikt het internet ook op school (een aantal respondenten consulteren het internet op meerdere plaatsen): Locatie vrienden/familie
internetcafé
bibliotheek
2%
0%
4%
school
55%
thuis
83%
3
Opleiding Het valt op dat de meerderheid van de respondenten via zelfstudie of via vrienden of familie met internet heeft leren werken. Het volgen van een internetopleiding komt slechts op de derde plaats (40 % of 118 leraars). Opleiding school
leerling
4%
3%
vrienden/familie
62%
zelfstudie
69%
bijscholing of opleiding
38%
De meningen over de gevolgde opleiding en over de noodzaak van een dergelijke training zijn verdeeld. Slechts een minderheid vond de opleiding totaal overbodig. Ook werd er, zo blijkt uit de resultaten, genoeg aandacht besteed aan praktische oefeningen (beide uitspraken werden niet opgenomen in de grafische voorstelling). Meer dan de helft de mening toegedaan dat een internetopleiding noodzakelijk is, maar dat de integratie van internet in de klaspraktijk niet aan bod kwam. Uitspraken m.b.t. internetopleiding 45
43
29 21 7
19 12 6
4
22
24
Toepassingen Het World Wide Web, FTP en E-mail zijn de meest populaire toepassingen van internet. Chatten en deelnemen aan nieuwsgroepen kennen zeer weinig succes. Toepassingen 100%
93% 80%
80% 60%
60% 40% 20%
34% 31% 18%
29%
29% 24% 17% 17%
17%
17%
17% 13% 5%
8%
17% 5%
2%
0% surfen WWW
downloaden via ftp nooit
e-mail
paar keer per maand
chatten
paar keer per week
nieuwsgroepen
dagelijks
Doeleinden Meer dan 60 % van de leerkrachten hanteren internet vaak als informatiebron bij hun lesvoorbereiding. Analoog met de resultaten betreffende de applicaties, merken we dat de meeste leerkrachten niet of zelden online communiceren/interageren, noch ter voorbereiding van lessen, noch tijdens de lessen zelf.
Lesvoorbereiding 11%
Interactie met experten
87%
16%
Interactie met leerlingen Interactie met collega's
Informatie opzoeken
55%
13%
0%
5%
79%
31%
26%
20%
14%
62%
40% nooit
5
60% zelden
vaak
80%
100%
Klasgebeuren Oefeningen/opdrachten
69%
Demonstratiemiddel
19%
65%
24%
38%
Opzoeken informatie
Interactie via e-mail
17%
19%
20%
40% nooit
11%
44%
56% 0%
12%
60% zelden
25% 80%
100%
vaak
Tijdens de les wordt internet slechts sporadisch en voor beperkte doelstellingen ingeschakeld. Een paar leerkrachten geven geregeld oefeningen op m.b.v. internet of hanteren het wereldwijde netwerk als demonstratiemiddel. Extra begeleiding, huiswerk versturen of ontvangen via e-mail gebeurt louter in uitzonderlijke gevallen. Ook het publiceren van opgaven en oefeningen via het WWW is niet ingeburgerd bij de meeste respondenten.
Andere activiteiten 2%
Publiceren van opgaven en oefeningen
97% 1%
Huiswerk ontvangen via e-mail
99%
Begeleiding via email 0%
91%
20%
40% nooit
6
6%
60% zelden
vaak
80%
100%
Problemen en expertise Ongeveer 60% van de leerkrachten die reeds ervaring hebben met internetgebruik op school (N=135) melden dat er een “expert” (leerkracht, leerling, andere persoon) aanwezig is voor het oplossen van internet- en/of computerproblemen. De meest voorkomende problemen bij het gebruik van internet op school: Problemen
%
Vermoeidheid door computerscherm
3
Tijdopslorpend
33
Ongecensureerde info op WWW
26
Storingen in netwerkverbinding
18
Trage netwerkverbinding
22
Chaos in de klas
6
Geen degelijke pc’s op school
9
7
Percepties en houdingen Algemeen (N= 403) De houding van leerkrachten tegenover internet speelt een invloedrijke rol op de reële integratie van internet in het onderwijs. Westvlaamse leerkrachten hebben een redelijk positieve kijk op de introductie van internet in het onderwijs en zijn grotendeels geïnteresseerd in educatieve online toepassingen. Het merendeel van de leerkrachten ziet internet in het onderwijs als een must en als vanzelfsprekend. Niet alleen om het onderwijs te verbeteren, maar ook omdat het een algemeen maatschappelijk gegeven is geworden. De grootste boosdoener voor velen is de aanwezigheid van onbetrouwbare informatie. Bovendien zijn er geen noemenswaardige meningsverschillen tussen internetgebruikers en noninternetgebruikers. Gebruikers hebben evenwel een ietwat meer uitgesproken positieve attitude t.o.v. de educatieve waarde van dit medium.
Internet in het onderwijs
Attitudes internetgebruikers vs. non-internetgebruikers 5% 31% 60%
67%
80% 51% 31% 18% G
28%
19%
9%
2% NG
G
NG
Ik vind dat de waarde van internet door Ik neem een positieve houding aan tegenover een brede invoering van internet onderwijsmensen teveel wordt onderschat. in het onderwijs. oneens
noch oneens/noch eens
eens
Wanneer men peilt naar de houding van leerkrachten t.o.v. het gebruik van internet in de klas, komt men tot de volgende vaststellingen: - 70% van de leerkrachten die ooit internet hebben gebruikt, zouden internet integreren in de les als ze de kans daartoe krijgen (niet in grafische voorstelling); - iets meer dan 70% van de leerkrachten meent dat in elke klas een computer met internetverbinding moet staan (niet in grafische voorstelling); - zowel gebruikers als non-gebruikers voelen de behoefte tot inzet van internet t.b.v. onderwijsverbetering en verzetten zich niet bewust tegen een introductie van internet in hun klaspraktijk.
8
Internet in de onderwijspraktijk
Attitudes internetgebruikers vs. non-internetgebruikers 1% 2% 4%
14%
34% 58% 24% 26%
95%
84%
41%
16% G
NG
G
Ik voel de behoefte om internet te gebruiken om mijn onderwijspraktijk te verbeteren. oneens
NG
Voor mijn onderwijspraktijk verzet ik mij bewust tegen de introductie van internet.
noch oneens/noch eens
eens
Voordelen (N=310) Uit onderstaande tabel blijkt dat de grote meerderheid (67 %) van de leerkrachten meent dat internet een meerwaarde betekent voor het onderwijs: Denkt u dat er voordelen aan internet voor het onderwijzen en leren verbonden zijn? nee ja
Aantal 9 206
% 2.9 66.5
94
30.3
weet ik niet
De -
respondenten duidden meermaals op volgende pluspunten: allerlei (actuele) informatie is (snel) beschikbaar; snelle onderlinge communicatie (e-mail) is mogelijk en wereldwijde contacten; motiverend voor leerlingen en aanzet tot zelfstandig werken; handig instrument bij voorbereiding lessen; internet in het onderwijs als voorbereiding op infomaatschappij.
Nadelen (N=310) Denkt u dat er nadelen aan internet voor het onderwijzen en leren verbonden zijn? Aantal
%
53
17.1
ja
110
35.5
weet ik niet
145
46.8
nee
Hieromtrent zijn de meningen meer verdeeld; 36 % van de leerkrachten is de mening toegedaan dat er wel degelijk nadelen zijn verbonden aan de relatie internet-leren en onderwijzen, terwijl bijna de helft meent het niet te weten. De volgende minpunten werden meermaals door de respondenten aangehaald: informatie op het internet is onzorgvuldig gestructureerd, leerlingen hebben veel minder sociaal contact, tijdrovende bezigheid, aanwezigheid van onbetrouwbare en ongecensureerde informatie, misbruik door studenten mogelijk, verslavend, andere informatiebronnen worden benadeeld, niet iedereen is met internet vertrouwd, intensieve begeleiding nodig, op school zijn er te weinig computers voor te veel leerlingen.
9
Achtergrondinformatie Steekproef Er werd een aselecte steekproef getrokken van 60 scholen uit de volledige populatie van lagere scholen in West-Vlaanderen. Na telefonisch contact wensten slechts 50 scholen mee te werken. Als belangrijkste reden voor het niet meewerken werd aangegeven door de schooldirecties dat ze onophoudelijk worden gecontacteerd om enquêtes in te vullen. 700 vragenlijsten werden verdeeld over 50 scholen in West-Vlaanderen. De enquêtes werden persoonlijk rondgebracht en opgehaald, voornamelijk om de respons zo hoog mogelijk te houden. Aantal mannen/vrouwen
man vrouw Total
Aantal
Percent
116 287 403
28.8 71.2 100
Lijst scholen SCHOOL Vrije Basisschool Oostende Vrije Basisschool Brugge Vrije Basisschool Kortrijk Vrije Basisschool Zwevegem Gemeentelijke Basisschool Sint-Denijs Vrije Basisschool Eernegem Vrije Basisschool Waregem Vrije Basisschool Wevelgem Vrije Basisschool Aarsele Vrije Basisschool De Panne Vrije Basisschool Heule Vrije Basisschool Avelgem Vrije Basisschool Ingelmunster Gemeentelijke Basisschool Vichte Vrije Basisschool Moorslede Vrije Basisschool Oostkamp Vrije Basisschool Middelkerke Vrije Basisschool Roeselare Gemeentelijke Basisschool Harelbeke Gemeentelijke Basisschool Houthulst Vrije Basisschool Hooglede Gemeenschapsonderwijs Oostkamp Gemeentelijke Basisschool Sint-Michiels Vrije Basisschool Oostende Gemeenschapsonderwijs Tielt Vrije Basisschool Vlamertinge Vrije Basisschool Damme Gemeenschapsonderwijs Staden Gemeenschapsonderwijs Nieuwpoort Gemeenschapsonderwijs Eernegem Gemeenschapsonderwijs Ledegem Gemeenschapsonderwijs Menen
10
Aantal respondenten
Percent
29 24 21 20 19 17 16 13 13 12 11 11 11 10 10 9 9 9 8 8 8 7 7 7 7 7 6 6 6 6 6 6
7.2 6 5.2 5 4.7 4.2 4 3.2 3.2 3 2.7 2.7 2.7 2.5 2.5 2.2 2.2 2.2 2 2 2 1.7 1.7 1.7 1.7 1.7 1.5 1.5 1.5 1.5 1.5 1.5
Gemeentelijke Basisschool Veldegem Gemeentelijke Basisschool Snaaskerke Vrije Basisschool Wingene Vrije Basisschool Oekene Vrije Basisschool Dikkebus Gemeenschapsonderwijs Oostende Vrije Basisschool Vinkem Vrije Basisschool Meulebeke Gemeentelijke Basisschool Sint-Eloois-Vijve Vrije Basisschool Bredene Total
11
5 5 5 5 5 4 4 4 4 3
1.2 1.2 1.2 1.2 1.2 1 1 1 1 0.7
403
100