Rosmalen 22 april 2013 HB/220413/01 College voor Zorgverzekeringen T.a.v. Mw. mr. J.M. van Diggelen Postbus 320 1110 AH in Diemen Betreft: Reactie VOGGZ op CVZ rapport Geneeskundige GGZ deel 2 Geachte mevrouw van Diggelen Nadat op 12 april 2012 deel 1 was uitgekomen heeft nu deel 2 van het rapport Geneeskundige GGZ van het CVZ het licht gezien. Er is al veel commentaar op gekomen veelal vanuit het perspectief van hoogleraren, cliënten, behandelaars en verwijzers. Er is nog geen reactie van uit het perspectief van de werkenden in de GGZ op de conclusies en aanbeveling uit het rapport. De Vereniging van Ondernemingsraden in de GGZ [VOGGZ] neemt die handschoen op. Deze brief is geen reactie op de inhoudelijke gevolgen als dit advies realiteit wordt. Dat neemt niet weg dat wij de inhoudelijke kritiek van ondermeer de NVvP onderschrijven. Wij gaan er van uit dat meer beroepsgroepen zich zullen uitspreken over de inhoudelijke gevolgen voor onze sector en de cliënten daarbinnen. In deze brief willen wij ingaan op de gevolgen voor de werkenden in de GGZ sector van het huidige regeringsbeleid en die koppelen met het advies van het CVZ om te komen tot een routekaart voor een betere toekomst. Eerst even de stand van zaken in de GGZ sector. We zijn met elkaar aan de slag het bestuurlijk akkoord Toekomst GGZ 2013 – 2014 te implementeren. Voor de helderheid hieronder in het kort de uitdagingen voor de sector.: • verschuiven patiëntstromen: versterking 1e lijn (POH-‐GGZ), generalistische basis GGZ, verschuiving van 2e lijn naar 1e lijn; • ambulantisering; • kwaliteitsprogramma; • de-‐stigmatisering; • transparantie (ROM); • invoering prestatiebekostiging; • financieel: 2,5% groei; • tal van andere onderwerpen: e-‐mental health, hoofdbehandelaarschap, top-‐GGZ, afbakening pakket, vermindering administratieve lasten etc. Vereniging van Ondernemingsraden in de GGZ sector Postbus 3, Postvak 02.076 5427 ZG Boekel.
[email protected] -‐ www.voggz.nl
Daar komt het nieuwe beleid van Rutte 2 bovenop, te weten: • een stelselwijziging curatieve zorg; • ervoor zorgen dat de doelstellingen uit de Ziekteverzekeringswet zichtbaar worden gerealiseerd. Dus: • geen macro-‐overschrijdingen; • doelmatige en selectieve inkoop; • zichtbare kwaliteitsimpuls; • stelselwijziging AWBZ. Specifiek voor de GGZ sector: • nieuw hoofdlijnenakkoord na 2014 (van 2,5% naar 2% maximale groei); • overheveling langdurige GGZ naar Ziekteverzekeringswet (2015); • overheveling begeleiding, 25% budgetkorting, geen aanspraak; • nieuw percentage eigen bijdrage eerste-‐ en tweedelijns GGZ; • ontschotten jeugdzorg: o.a. overheveling jeugd-‐GGZ (2015); • afschaffen restitutie. Hoe wij het ook bekijken, het bestuurlijke akkoord heeft ingrijpende gevolgen voor de werkenden in de GGZ sector. Met name het beleid “van klinisch naar ambulant” heeft ingrijpende gevolgen voor de omvang, de aard van de werkgelegenheid en voor de omstandigheden waarin het werk moet worden gedaan. Wat gaat er gebeuren met de verpleegkundige B? Het advies van het CVZ geeft in het kort het volgende beeld. Het CVZ wil de vergoedingen voor geestelijke gezondheidszorg drastisch beperken. Alle psychische ziekten met een duidelijke lichamelijke oorzaak worden als het aan het CVZ ligt niet langer vergoed als ggz-‐zorg. Voorbeelden zijn dementie en delirium. Ook psychische klachten, zoals depressieve klachten na een scheiding of een overlijden, moeten volgens het CVZ niet meer als ggz-‐zorg worden vergoed. Als huisartsen mensen met zulke klachten doorverwijzen naar een psycholoog of psychiater, moeten de cliënten de kosten zelf dragen, stelt het CVZ. Onder de zaken die volgens het CVZ wel onder de ggz-‐zorg moeten vallen, zijn psychische ziektes die vooral een psychische oorzaak hebben. Het kan niet anders dan dat ook de realisatie van dit advies ingrijpende gevolgen heeft voor de omvang en de aard van de werkgelegenheid alsmede voor de omstandigheden waarin het werk moet worden gedaan. Dit nog los van de, door sommigen, te verwachten omzetverlies van rond de 30%. Wat te doen: een routekaart naar een betere toekomst. De VOGGZ dringt er op aan een sector breed beleid van strategische personeelsplanning op te zetten. Elke instelling is nu, soms erg goed, bezig de gevolgen van het regeringsbeleid met maatregelen op te vangen. De VOGGZ denkt dat het beter en effectiever is een sectorbreed beleid in te zetten. Daarvoor moeten we eerst sectorbreed in beeld brengen wat de gevolgen voor personeel en organisatie zijn als gevolg van het huidige regeringsbeleid en het mogelijk invoeren van het advies van het CVZ. We moeten weten welke kennis en vaardigheden en in welke aard en omvang wij nodig hebben in de toekomstige GGZ organisatie. Zowel in de organisatie morgen, als overmorgen als over enkele jaren.
Als we dat beeld hebben kunnen we de huidige situatie in kaart brengen en een vergelijking maken met wat we “in huis” hebben en wat we straks nodig hebben. Dat verschil moeten we analyseren en op grond van die analyse kunnen we landelijke beleid en instrumenten ontwikkelen. Het is feitelijk een onderdeel van een nieuwe CAO. De VOGGZ zal op korte termijn het initiatief nemen om alle betrokken partijen aan tafel te krijgen voor een eerste dialoog over dit voorstel. Het gaat onder andere om het ministerie, GGZ Nederland, de vakorganisaties, CVZ en de VOGGZ als initiatiefnemer. Wij vragen u allemaal dit initiatief te ondersteunen door een reactie te sturen naar
[email protected] Met vriendelijke groet, J. Schenk Voorzitter VOGGZ H. Bongers Secretaris VOGGZ