Interactie tussen bio-materialen en bio-energie
Annita Westenbroek 17 december 2013
Discussiepunten (1)
• Er is genoeg biomassa!
Ja, na gebruik voor materialen en chemie blijft er voldoende over voor energie! Echter: andersom niet!!
• Er zijn keiharde doelstellingen voor duurzame energie uit biomassa en daar hangt een waarde aan (of vooral een prijskaartje ?)
• De energie-sector is uit op goedkope / brandbare biomassa – vooral lignocellulose De chemie en materialensector ook!!
Discussiepunten (2) • Wat is het cascademodel? • Wat staat boven of onderop de waardepiramide? Irrelevant in het geval van een level playing field: De waardepiramide vormt zich dan vanzelf: marktwerking, volumes, toegevoegde waarde, werkgelegenheid, etc.
Discussiepunten (3)
• Hoe bereiken we cascadering vanuit het huidige systeem (waarin alleen energie en brandstoffen worden gestimuleerd)? • Hoe kunnen we ervoor zorgen dat met minder overheidsstimulering een hoogwaardigere en meer competitieve biobased economy wordt gerealiseerd?
subsidie
biomassa
Huidige situatie
Economie & werkgelegenheid
Bio-energie
Gewenste situatie subsidie Bio-materialen biomassa Bio-energie
Economie & werkgelegenheid
MEERWAARDE EN WERKGELEGENHEID
2 VOORBEELD CASES
Case 1
• Bedrijf A heeft natte lignocellulose-houdende reststroom X • X is interessante basis voor conversie tot suikers als basis voor biochemicalien – Waarde: grondstofprijs
• Bedrijf A kan X echter ook verbranden in eigen oven: – “Waarde”: energieprijs + CO2-emissie-rechten + SDE subsidie “Waarde” > Waarde
Case 2 • Bedrijf B heeft robust proces ontwikkeld om variëteit aan lignocellulose-houdende reststromen (e.g. snoeihout, stro, bermgras) om te zetten tot suikers • De suikers zijn goede basis voor bio-chemicaliën. • Bedrijf B heeft echter SDE subsidie toegekend gekregen voor productie biogas. • Het is economisch niet meer interessant om conversie tot bio-chemicaliën te overwegen
Veel overheidsubsidie! Maar lage meerwaarde en werkgelegenheid
VOORKEURSVOLGORDE AFVALBEHEER
Voorkeursvolgorde afvalbeheer • In artikel 10.4 van de Wet milieubeheer • a. het ontstaan van afvalstoffen wordt voorkomen of beperkt (preventie); • b. bij het vervaardigen van stoffen, preparaten of andere producten wordt gebruik gemaakt van stoffen en materialen die na gebruik van het product geen of zo min mogelijk nadelige gevolgen voor het milieu veroorzaken (ontwerp voor preventie en ontwerp voor nuttige toepassing); • c. stoffen, preparaten of andere producten worden na gebruik als zodanig opnieuw gebruikt (nuttig toepassen door producthergebruik); • d. stoffen en materialen waaruit een product bestaat, worden na gebruik van het product opnieuw gebruikt (nuttige toepassing door materiaalhergebruik); • e. afvalstoffen worden toegepast met een hoofdgebruik als brandstof of voor een andere wijze van energieopwekking (nuttig toepassen als brandstof); • f. afvalstoffen worden verwijderd door deze te verbranden op land (verbranden als vorm van verwijderen); • g. afvalstoffen worden gestort (verwijderen: storten).
Voorkeursvolgorde afvalbeheer • Voor afval dat ondanks preventie wel ontstaat, levert hergebruik meestal het meeste op. • Voor bijvoorbeeld papier- en kunststofhergebruik geldt dat materiaalhergebruik leidt tot ongeveer 2 ton minder CO2 -emissie per ton hergebruikt papier of kunststof op de hele keten ten opzichte van verbranden van de genoemde materialen met het restafval.
Gewenste doelstelling:
• een level playing field in stimulering van ALLE producten die duurzaam kunnen worden geproduceerd uit biomassa, en waarvoor een duurzame toepassing is • Naar business cases die met MINDER subsidie rendabel zijn (en uiteindelijk zelfs zonder subsidie kunnen draaien)!
The Dutch Biorefinery Cluster
AMBITION IN BIO-VALUATION