Instructies Machinekamer Schroefstoom Schip SS Christiaan Brunings
1
Schema's Dit hoofdstuk bevat de schema's van de leidingen e.d.. Vooralsnog zijn alleen de schema's voor stoom en 'technisch' water opgenomen. Het sanitair systeem en de elektrische installatie ontbreken nog. Na de schema's is een lijst opgenomen met alle kranen en afsluiters, met een korte omschrijving. In die lijst is ook te zien, dat de nummering samenhangt met de verschillende functies.
2
3
4
5
Overzicht van afsluiters en kranen 1 - 6 Buitenboordwater 1 afsluiter op de SB wierbak in de leiding naar de algemene dienst pomp 2 afsluiter op de SB wierbak in de leiding naar de koelwaterpomp 3 afsluiter op de BB wiekast in de leiding naar de kranen boven de lagers van de hoofdmachine 4 afsluiter op de BB wierkast in de zuigleiding van de injecteur 5 afsluiter op de BB wierbak in de leiding naar de koelwaterpomp 6 afsluiter op de BB wierkast in de zuigleiding van de voedingspomp 10 - 18 Ballast 10 afsluiter in de leiding tussen de koelwaterleiding en de injecteur 11 voorpiek ballast afsluiter in de BB verdeelkast 12 achterpiek ballast afsluiter in de BB verdeelkast 13 voorste afsluiter in de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek 14 achterste afsluiter in de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek 15 afsluiter in de leiding tussen de koelwaterleiding en de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek 16 driewegkraan in de leiding tussen de koelwaterleiding en de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek 17 afsluiter in de zuigleiding van de BB verdeelkast naar de koelwaterpomp 18 afsluiter in de leiding naar de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek 20 - 23 Koelwater 20 buitenboordafsluiter van de koelwaterleiding 21 afsluiter in de koelwaterleiding van de condensor naar de BB wierkast 22 kranen boven de lagers van de hoofdmachine 23 kraan op de condensor in de leiding naar het stuwblok 30 - 32 Noodvoeding 30 kraan in de leiding tussen de zuigleiding van de voedingspomp en de leiding van de BB wierkast naar de kranen boven de lagers van de hoofdmachine 31 afsluiter in de leiding tussen de zuigleiding van de voedingspomp en de leiding van de BB wierkast naar de kranen boven de lagers van de hoofdmachine 32 kraan op de condensor in de suppletieleiding 33 afsluiter in de suppletieleiding 40 - 45 Lenzen 40 buitenboordkraan van de ejecteur 41 afsluiter in de leiding van de lensput in de machinekamer naar de algemene dienst pomp 42 buitenboordafsluiter in de SB verdeelkast 43 cofferdam lens afsluiter in de BB verdeelkast 44 machinekamer lens afsluiter in de BB verdeelkast 45 achterruim lens afsluiter in de BB verdeelkast 50 - 59 Voedingwater 50 afsluiter op de warmwaterbak in de zuigleiding van de voedingspomp 51 hoofdvoedingsafsluiter 52 hulpvoedingsafsluiter 53 kraan in de leiding van BB verdeelkast naar de zuigleiding van de voedingspomp 54 voedingsafsluiter in de SB verdeelkast 55 afsluiter in de leiding tussen de SB verdeelkast en de voorwarmer 56 kraan in de leiding tussen de koelwaterleiding en de injecteur 57 afsluiter in de leiding tussen de injecteur en de hulpvoedingsafsluiter 58 kraan in de leiding tussen de warmwaterbak en de zuigleiding van de vacuümpomp 59 afsluiter in de leiding van de spuiafsluiter op de ketel naar de zuigleiding van de algemene dienst pomp 60 - 62 Spuien 60 spuiafsluiter op de ketel 61 buitenboordkraan in de spuileiding 62 breinafsluiter op de ketel 65 - 69 Niveauregeling warmwaterbak 65 twee kranen op de luchthelm van de voedingspomp 66 vlotterkraan in de warmwaterbak 6
70 - 79 Verse stoom tot en met verdeelkast 70 hoofdstoom afsluiter op de ketel 71 hulpstoom afsluiter op de ketel 72 afsluiter op de stoomverdeelkast voor stoom aan dek 73 afsluiter op de stoomverdeelkast in de leiding naar de BB wiekast en de achterpiek 74 VS afsluiter voor de algemene dienst pomp op de stoomverdeelkast 75 VS afsluiter voor de lichtmachine op de stoomverdeelkast 76 afsluiter in de leiding van de stoomverdeelkast naar de injecteur 77 regelkruk op de injecteur 78 VS afsluiter voor de ankerlier en de voorpiek op de stoomverdeelkast 79 VS afsluiter voor de stuurmachine op de stoomverdeelkast 80 - 88 Verse stoom toelaat 80 VS afsluiter in de stoomleiding voor de koelwaterpomp en de vacuümpomp 81 VS afsluiter voor de stuurmachine in de stuurhut 82 VS afsluiter van de koelwaterpomp 83 VS afsluiter van de vacuümpomp 84 afsluiter in de stoomleiding naar de zeef bij afsluiter 5 op de BB wierkast 85 VS afsluiter van de algemene dienst pomp 86 VS afsluiter van de ejecteur 87 VS afsluiter van de lichtmachine 88 VS afsluiter voor de ankerlier aan dek 90 - 96 Afgewerkte stoom 90 AS kraan voor de stuurmachine op de condensor 91 AS afsluiter van de vacuümpomp 92 AS kraan voor de algemene dienst pomp en de lichtmachine op de condensor 93 driewegkraan in de AS leiding van de lichtmachine 94 driewegkraan in de AS leiding van de algemene dienst pomp 95 driewegkraan in de AS leiding van de koelwaterpomp 96 afsluiter in de leiding van de voorwarmer naar de condensor 100 - 112 Peilglazen 100 afsluiter peilglasleiding waterzijde 101 aftap afsluiter aan peilglasleiding 102 peilglaskraan aan de onderzijde van het BB peilglas 103 peilglaskraan aan de onderzijde van het SB peilglas 104 peilglasafsluiter aan de onderzijde van het BB peilglas 105 peilglasafsluiter aan de onderzijde van het SB peilglas 106 doorblaasafsluiter aan de onderzijde van het BB peilglas 107 doorblaasafsluiter aan de onderzijde van het SB peilglas 108 peilglaskraan aan de bovenzijde van het BB peilglas 109 peilglaskraan aan de bovenzijde van het SB peilglas 110 peilglasafsluiter aan de bovenzijde van het BB peilglas 111 peilglasafsluiter aan de bovenzijde van het SB peilglas 112 afsluiter peilglasleiding stoomzijde 120 - 121 Manometer 120 afsluiter op de ketel in de leiding naar de manometer 121 driewegkraan onder de manometer 130 - 134 Verse stoom overig 130 afsluiter op de ketel in de leiding naar de stoomfluit 131 afsluiter van de stoomfluit 132 kraan op de BB wierkast in de stoomleiding 133 kraan op de achterpiek in de stoomleiding 134 afsluiter op de voorpiek in de stoomleiding 140 - 142 Stoom / buitenlucht 140 afsluiter op de dom van de ketel 141 afsluiter voor de luchtslang op de stoomleiding 142 kraan op de stoomleiding voor de koelwaterpomp en de vacuümpomp 150 - 152 Water aftap 150 kraan op de leiding tussen de injecteur en de hoofdvoedingsafsluiter 7
151 152 153
kraan op de SB verdeelkast dekwater afsluiter in de SB verdeelkast tapkraan
8
Opstoken koude stoomketel. 1. Zorg dat de driewegkraan in de AS leiding van de algemene dienst pomp (kraan nr. 94) zo staat, dat de afgewerkte stoom naar de condensor wordt afgevoerd; 2. Stel de stuurmachine in bedrijf zoals boven is beschreven bij 4.1 t/m 4.3; 3. Let op het peil van het water in de warmwaterbak; zonodig het peil verlagen door met de algemene dienst pomp voedingswater naar de ketel te pompen volgens de instructie: Vullen van de stoomketel vanuit de warmwaterbak, met de algemene dienst pomp op stoom. Bij voldoende vacuüm (40 tot 50 cm): 4. Smoorklep op de machine sluiten; 5. Zet de afsluiter op de warmwaterbak in de zuigleiding van de voedingspomp (afsluiter nr. 50) open en controleer of de hoofdvoedingsafsluiter (afsluiter nr. 51) open staat; 6. Hoofdstoom afsluiter op de ketel (afsluiter nr. 70) geheel openen; 7. Machine met de smoorklep in bedrijf stellen en langzaam laten draaien (30 tot 40 omw./min.); 8. Condensaatkraan in de hoofdstoom leiding laten afblazen; 9. Condensaatkranen op de machine sluiten als de machine op temperatuur is.
Het kan voorkomen, dat de voedingpomp meer water uit de warmwaterbak pompt dan dan de vacuümpomp er in pompt. Daardoor zou de voedingpomp uiteindelijk lucht in de ketel worden gepompt. Om dat te voorkomen moet men een deel van het water in de warmwaterbak laten terug stromen door de kraantjes op de luchthelm van de voedingpomp (gedeeltelijk) open te zetten. Aan de stand van de vlotter is te zien, hoeveel water er in de warmwaterbak is.
9
Smeren voor het in bedrijf stellen
Hoofdmachine 1. De smeerpers van de hoofdmachine vullen met cilinderolie; 2. De beide zuigerstangen invetten met cilinderolie; 3. De beide schuifstangen invetten met cilinderolie; 4. De twee potten op het smeersysteem van de hoofdmachine vullen met smeerolie; 4.1. kraantjes openzetten (2 x); 4.2. druppelsnelheid controleren; 5. De smeerolie bakjes op de hoofdlager blokken vullen met smeerolie (3 x); 5.1. katoentjes inhangen (ijzerdraadjes niet over de bruggetjes hangen); 6. De smeerolie bakjes voor de excentriek smering vullen met smeerolie (2x); 6.1. kraantjes openen; 6.2. katoentjes controleren; 7. Smeerolie doen in het smeeroliebakje op de excentriekring van de hoofdvoedingspomp en in het smeeroliebakje aan de voorzijde van de excentriekring van de hoofdvoedingspomp; 8. Het smeeroliebakje van de leibaan van de hoofdvoedingspomp, op de condensordeksel, vullen met smeerolie; 9. Vangbakken onder de leibanen van de hoofdmachine vullen met smeerolie; 10. De 8 lagers aan de boveneinden van de excentriekstangen smeren met smeerolie; 11. De 3 smeerpunten in elk schaarblok smeren met smeerolie;
Vacuümpomp 1. De smeerpers van de vacuümpomp vullen met cilinderolie; 2. De zuigerstang invetten met cilinderolie; 3. De geleidestangen van de schuiven smeren met smeerolie;
Algemene dienst pomp 1. Het oliepotje van de algemene dienst pomp vullen met cilinderolie; 2. De zuigerstangen invetten met cilinderolie; 3. De schuifstangen invetten met cilinderolie; 4. De smeerpunten van de schuifbeweging smeren met smeerolie.
10
Lichtmachine 1. De 2 oliepotjes van de lichtmachine vullen met cilinderolie; 2. De zuigerstang invetten met cilinderolie; 3. De schuifstang invetten met cilinderolie; 4. De smeerolie bak tegen de lichtmachine vullen met smeerolie; 4.1. kraantjes openen; 4.2. katoentjes controleren; 5. Het smeerpunt op de regulateur smeren met smeerolie; 6. water aftappen uit carter van lichtmachine;
Koelwaterpomp 1. Het oliepotje van de machine van de koelwaterpomp vullen met cilinderolie; 2. De zuigerstang invetten met cilinderolie; 3. De schuifstang invetten met cilinderolie; 4. Deksels van de vetpotten van de lagers van de koelwaterpomp 1/4 slag aandraaien; 4.1. Zonodig vetpotten vullen met consistent vet;
Stuurmachine 1. Het oliepotje van de stuurmachine vullen met cilinderolie (de sleutel ligt op de cilinder); 2. Wormwiel van de stuurmachine smeren met smeerolie (bovenaan); 3. As van het stuurwiel smeren met smeerolie (smeerpunt + schroefdraad); 4. De twee smeerolie bakjes op de stuurmachine vullen met smeerolie; 4.1. katoentjes inhangen; 5. Lagers van de worm-as smeren met smeerolie via de koperen luikjes;
Ankerlier Alleen als de ankerlier wordt gebruikt. 1. Het oliepotje van de ankerlier vullen met cilinderolie; 2. De zuigerstangen invetten met cilinderolie; 3. De schuifstangen invetten met cilinderolie; 4. Overige smeerpunten op de krukas, de kruishoofden en de andere assen smeren met smeerolie.
Schroefas 1. Smeerolie bakje onder de trap in het achteronder vullen met smeerolie;
11
1.1. kraantje openen; 1.2. katoentje controleren; 2. Oliepeil in het olietankje in de achterpiek controleren.
Smeerschema Cilinderolie − Kroon Oil Marine Steam Cylinder Oil 1300 − − −
−
Zuigers en cilinders van de hoofdmachine Stoomzuiger en -cilinder van de vacuümpomp Zuigers en cilinders van de stuurmachine Stoomzuigers en -cilinders van de algemene dienst pomp Zuiger en cilinder van de generatormachine Zuiger en cilinder van de machine van de circulatie pomp Zuigers en cilinders van de ankerlier Zuigerstangen Schuifstangen Lagers van de hoofdmachine Leibanen van de hoofdmachine Excentrieken van de hoofdmachine Overige, niet met consistentvet gesmeerde, smeerpunten Carter van de machine van de circulatie pomp
−
Schroefaskoker
− − −
waterpomp stuurgerei aan dek davits
− −
Smeerolie
Carterolie Shell Turbo T 68 Schroefaskoker olie Shell Strombus MP Consistentvet Shell Alvania
− − − − − − −
In plaats van de bovengenoemde merken en types kunnen ook gelijkwaardige producten van andere merken worden gebruikt.
12
Afbanken van het vuur 1. Sluit bij de af te banken vuurgang de demper en het rooster in de vuurdeur; 2. Laat de bovenkant van het vuur zwart worden; 3. Gooi verse kolen op het vuur; 4. Sluit de klep in de schoorsteen in fases; 5. Sluit de bovenkant van het vuur geheel af met as; 6. Om het vuur weer op te stoken: klep in de schoorsteen openen en de demper openen
Algemene Dienstpomp (duplex pomp)
Bedrijfsklaar maken 1. Controleer of de volgende afsluiters open zijn: 1.1. de hulpstoom afsluiter op de ketel (afsluiter nr. 71); 1.2. de VS afsluiter voor de algemene dienst pomp op de stoomverdeelkast (afsluiter nr. 74). 2. Controleer of volgende kranen open staan: 2.1. de vier condensaatkranen van de algemene dienst pomp; 2.2. de ontluchtingskraan van de algemene dienst pomp. 3. Controleer de smeerolie in de cilindersmeeroliepot van de algemene dienst pomp en vul zonodig bij. 4. Stel de driewegkraan in de AS leiding van de algemene dienst pomp (kraan nr. 94) zo in, dat de AS naar de juiste kant ontwijkt: als de vacuümpomp in bedrijf is naar de condensor, als de vacuümpomp niet in bedrijf is naar de buitenlucht. Zie de markering op de as van de kraan. 5. Als de AS van de algemene dienst pomp naar de condensor wordt afgevoerd, moet AS kraan voor de algemene dienst pomp en de lichtmachine op de condensor (kraan nr. 92) open zijn. 13
In bedrijf stellen 1. Open de kraan van de cilindersmeeroliepot een weinig. 2. Open de VS afsluiter van de algemene dienst pomp (afsluiter nr. 85) een beetje, zodat de pomp langzaam begint te bewegen. 3. De vier condensaatkranen van de algemene dienst pomp kunnen worden gesloten als er geen water (meer) uit komt. 4. De ontluchtingskraan van de algemene dienst pomp kan worden gesloten als de pomp pakt. 5. De VS afsluiter van de algemene dienst pomp (afsluiter nr. 85) kan nu zover worden geopend als nodig is. Controleer het cilinderoliepeil regelmatig.
Buiten bedrijf stellen 1. Sluit de VS afsluiter van de algemene dienst pomp (afsluiter nr. 85). 2. Sluit de kraan van de cilindersmeeroliepot. 3. Open de vier condensaatkranen van de algemene dienst pomp. 4. Open de ontluchtingskraan van de algemene dienst pomp. 5. Stel de driewegkraan in de AS leiding van de algemene dienst pomp (kraan nr. 94) zo in, dat zowel de leiding naar de condensor als de leiding vanaf de algemene dienst pomp zijn afgesloten. Zie de markering op de as van de kraan.
14
Circuleren van het ketelwater tijdens het opstoken via de hoofdvoedingsafsluiter Wanneer: Tijdens het opstoken van de ketel 1. Open de volgende kranen en afsluiters: 1.1. de voedingsafsluiter in de SB verdeelkast (afsluiter nr. 54); 1.2. de afsluiter in de leiding van de spuiafsluiter op de ketel naar de zuigleiding van de algemene dienst pomp (afsluiter nr. 59); 1.3. de spuiafsluiter op de ketel (afsluiter nr. 60); 1.4. de afsluiter in de leiding tussen de SB verdeelkast en de voorwarmer (afsluiter nr. 55); 1.5. de hoofdvoedingsafsluiter (afsluiter nr. 51). 2. Stel A.D in werking. Het ketelwater circuleert nu. Controleer dit door te voelen.
15
Circuleren van het ketelwater tijdens het opstoken via de hulpvoedingsafsluiter Wanneer: Tijdens het opstoken van de ketel 1. Open de volgende kranen en afsluiters: 1.1. de voedingsafsluiter in de SB verdeelkast (afsluiter nr. 54); 1.2. de afsluiter in de leiding van de spuiafsluiter op de ketel naar de zuigleiding van de algemene dienst pomp (afsluiter nr. 59); 1.3. de spuiafsluiter op de ketel (afsluiter nr. 60); 1.4. de hulpvoedingsafsluiter (afsluiter nr. 52). 2. Stel de algemene dienst pomp in bedrijf.
Het ketelwater circuleert nu. Controleer dit door te voelen.
16
Doorblazen van de peilglazen Na enige tijd in bedrijf te zijn geweest, geven de peilglazen het waterpeil in de ketel niet meer correct weer. Daarom moeten ze periodiek worden doorgeblazen. Direct na het doorblazen wordt het waterpeil wel weer correct weergegeven. De kranen nr. 103, nr. 109, nr. 102 en nr. 108 moeten openstaan als de peilglazen in gebruik zijn.
1. Sluit de peilglasafsluiter aan de onderzijde van het peilglas (afsluiter nr. 104 of 105); 2. Open de doorblaasafsluiter aan de onderzijde van het peilglas (afsluiter nr 106 nr. 107); 3. Wacht tot het peilglas geheel is leeggeblazen en de stoom goed uit de afvoerleiding spuit; 4. Sluit de doorblaasafsluiter aan de onderzijde. 5. Open de peilglasafsluiter aan de onderzijde. 6. Sluit de peilglasafsluiter aan de bovenzijde van het peilglas (afsluiter nr. 110 nr. 111); 7. Open de doorblaasafsluiter aan de onderzijde van het peilglas; 8. Wacht tot het ketelwater goed uit de afvoerleiding spuit; 9. Sluit de doorblaasafsluiter aan de onderzijde van het peilglas 10. Open de peilglasafsluiter aan de bovenzijde van het peilglas
17
Koelwaterpomp In bedrijf stellen
1. Open de condensaatkranen op de cilinder en de schuifkast van de machine van de koelwaterpomp; 2. Zet de driewegkraan in de AS leiding van de koelwaterpomp in de gewenste stand (AS via voorwarmer of AS direct naar condensor); 2.1. Als de AS naar de voorwarmer gaat, moet ook de afsluiter in de leiding van de voorwarmer naar de condensor open zijn. 3. Open het afsluitertje van de oliedrukmeter; 4. Controleer het peil van de carterolie m.b.v. het peilglas, vul zonodig bij; 5. Controleer of de kraan van de cilindersmeeroliepot een klein stukje open staa Open de VS afsluiter van de koelwaterpomp een weinig en warm zo de machine gedurende ongeveer 5 minuten vo 6. Open langzaam de VS afsluiter van de koelwaterpomp en draai met de hand het vliegwiel in de juiste richting; 7. Druk, zodra de koelwatermachine loopt, de knop in voor de veldbekrachtiging van de hulpdynamo (zwarte knop midden boven op het schakelbord); 8. Open de VS afsluiter tot gewenst toerental is bereikt 9. Sluit de condensaatkranen als de machine warm genoeg is. Controleer regelmatig het oliepeil in de cilindersmeeroliepot.
18
Water gedeelte, Een centrifugaalpomp start men bij voorkeur op met gesloten pers, en zuig. Zodra de stoommachine naar tevredenheid draait opent men de zuig, daarna langzaam de pers.
Stoppen sluit pers centrifugaal pomp, schakel dynamo af. 1. Sluit de VS afsluiter van de koelwaterpomp 2. Zet de driewegkraan in de AS leiding blind. 3. Open de condensaatkranen; 4. Sluit het afsluitertje van de oliedrukmeter.
19
Lenzen met behulp van de ejecteur,(riskant, officieël verboden) Wanneer er teveel water in de bilge staat, kan dit met de ejecteur overboord worden gepompt.
In bedrijf stellen VS afsluiter voor de algemene dienst pomp op de stoomverdeelkast open. 1. Open de buitenboordkraan van de ejecteur 2. Open de VS afsluiter van de ejecteur 3. Controleer de goede werking van de ejecteur: ga na of er water naar buiten stroomt. Controleer de waterstand in de bilge via het luikje in de vloerplaat bij de voorkant van de hoofdmachine. Stop met lenzen voordat de olie e.d., die op het bilge water drijft, overboord wordt gepompt.
Regelen temperatuur voedingwater in de warmwaterbak Wanneer de hoofdmachine enige tijd in gebruik is, kan men de temperatuur van het voedingwater in de warmwaterbak wat verhogen. 1. Open de afsluiter op de BB wierkast in de leiding van de condensor naar de wierkaierkast 2. Knijp de overboord afsluiter in de leiding van de condensor overboord
20
Vacuümpomp In bedrijf stellen
1. Open de VS afsluiter een weinig. 2. Zodra de schuifkast pomp warm is opent men de AS afsluiter een weinig 3. Open de VS afsluiter verder, zodat de pomp begint te bewegen; 4.
Wanneer de pomp goed warm is, kunnen de condensaatkranen worden gesloten en kan de VS afsluiter van de vacuümpomp (afsluiter nr. 83) zover worden geopend, dat het gewenste aantal slagen wordt gemaakt.
Stoppen 1. Sluit de VS afsluiter 2. Sluit de AS afsluiter 3. Open de condensaatkranen van de vacuümpomp.
21
Vullen van de stoomketel vanuit de achterpiek, met behulp van het sanitair systeem 1. Plaats een slang tussen het sanitair systeem (afsluiter nr. S..) en de kraan op de SB verdeelkast (kraan nr. 151); 2. Open de kraan op de SB verdeelkast , de voedingsafsluiter in de SB verdeelkast (afsluiter nr. 54) en de hulpvoedingsafsluiter, of open de kraan op de SB verdeelkast (kraan nr. 151), de voedingsafsluiter in de SB verdeelkast, de afsluiter in de leiding tussen de SB verdeelkast en de voorwarmer en de hoofdvoedingsafsluiter ; 3. Open nu de afsluiter van het sanitair systeem (afsluiter nr. S..) en breng het waterpeil op hoogte; 4. Open zonodig de afsluiter op de ketel in de leiding naar de stoomfluit en de afsluiter van de stoomfluit 5. Sluit, wanneer het waterpeil op de gewenste hoogte is, de geopende kraan en afsluiters, te beginnen met de afsluiter van het sanitair systeem; Verwijder de slang.
Vullen van de stoomketel vanuit de achterpiek, met behulp van de algemene dienst pomp Wanneer: Als er geen stoom is en de ketel moet worden gevuld uit de achterpiek. 1. Maak de algemene dienst pomp klaar voor persluchtbedrijf 2. Open de volgende afsluiters: 2.1. de voedingsafsluiter in de SB verdeelkast ; 2.2. de hulpvoedinfsafsluiter. 2.3. de achterpiek ballast afsluiter in de BB verdeelkast; 2.4. de achterste afsluiter in de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek.
22
De ketel wordt nu gevuld.
23
Vullen van de stoomketel vanuit de warmwaterbak, met A.D tijdens bedrijf 1. Controleer of de volgende kraan en afsluiters open zijn Voedingwater afsluiter sb verdeelkast de afsluiter in de leiding tussen de SB verdeelkast en de voorwarmer ;; de afsluiter op de warmwaterbak in de zuigleiding van de voedingspomp (afsluiter nr. 50). 2. Start de A.D. pomp.
Kontroleer peil WWB regelmatig.
24
Vullen van de stoomketel vanuit de warmwaterbak, met A.D. pomp, via de hulpvoedinsafsluite 1. Controleer of de volgende kraan en afsluiters open zijn: 1.1. de voedingsafsluiter in de SB verdeelkast ; 1.2. de kraan in de leiding van BB verdeelkast naar de zuigleiding van de voedingspomp; 1.3. de afsluiter op de warmwaterbak in de zuigleiding van de voedingspomp . 2. start de A.D. pomp
25
Regeling waterniveau warmwaterbak
26
Vullen van de stoomketel vanuit de achterpiek, met behulp van de injecteur Wanneer: als de rest van het stoombedrijf niet in bedrijf is. Door het gebruik van de injecteur komt het voedingwater verwarmd in de ketel.
1. De volgende afsluiters openen: 1.1. de hulpstoom afsluiter op de ketel (aflsuiter nr. 71); 2. Open de volgende kraan en afsluiters: 2.1. de achterste afsluiter in de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek (afsluiter nr. 14); 2.2. de achterpiek ballast afsluiter in de BB verdeelkast (afsluiter nr. 12); 2.3. de kraan in de leiding tussen de koelwaterleiding en de injecteur (kraan nr. 56); 2.4. de afsluiter in de leiding tussen de injecteur en de hulpvoedingsafsluiter (afsluiter nr. 57); 2.5. de hulpvoedingsafsluiter (afsluiter nr. 52). 3. Open de afsluiter in de leiding van de stoomverdeelkast naar de injecteur (afsluiter nr. 76). 4. Stel de kruk van de injecteur (nr. 77) zo in dat er geen water uit de morsklep komt. Wanneer genoeg water in de ketel is gepompt, wordt de injecteur buiten bedrijf gesteld. 5. Sluit: 5.1. de afsluiter in de leiding van de stoomverdeelkast naar de injecteur (afsluiter nr. 76); 5.2. de achterste afsluiter in de leiding tussen de voorpiek en de achterpiek (afsluiter nr. 14); 5.3. de achterpiek ballast afsluiter in de BB verdeelkast (afsluiter nr. 12); 5.4. de kraan in de leiding tussen de koelwaterleiding en de injecteur (kraan nr. 56); 5.5. de afsluiter in de leiding tussen de injecteur en de hulpvoedingsafsluiter (afsluiter nr. 57); 5.6. de hulpvoedingsafsluiter (afsluiter nr. 52).
27
28
Suppleren via de condensor Wanneer er in de condensor voldoende vacuüm heerst, kan het ketelwater worden aangevuld vanuit de achterpiek door het openen van afsluiter in de suppletieleiding en de kraan op de condensor in de suppletieleiding (afsluiter nr. 33 en kraan nr. 32). Door het vacuüm wordt het water vanuit de achterpiek in de condensor gezogen en vandaar samen met de gecondenseerde stoom door de vacuümpomp naar de warmwaterbak gepompt. De voedingspomp pomp het vanuit de warmwaterbak naar de ketel. Wanneer er genoeg water is gesuppleerd, worden de afsluiter in de suppletieleiding en de kraan op de condensor in de suppletieleiding (afsluiter nr. 33 en kraan nr. 32) weer gesloten.
29