Inspectierapport Klavertje Vier (PSZ) De Wetstraat 8 10 3851 ZV ERMELO
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Noord en Oost Gelderland ERMELO 03-10-2014 Regulier onderzoek Definitief 17-11-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 5 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 6 Ruimte en inrichting ......................................................................................................... 7 Inspectie-items ................................................................................................................... 8 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 11 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 11 Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal ............................................................................ 12
2 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 2.20 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Peuterspeelzaal Klavertje Vier is in opdracht van de gemeente Ermelo is bezocht voor een jaarlijks onderzoek op basis van risico-gestuurd toezicht. Het onderzoek heeft zich met name gericht op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk
Beschouwing Peuterspeelzaal Klavertje Vier maakt onderdeel uit van organisatie Stichting Basisvoorziening Peuterspeelzaalwerk Ermelo. Deze organisatie heeft zes peuterspeelzalen in de regio. De peuterspeelzaal is gevestigd in de Basisschool RK Prins Willem Alexander te Ermelo. Bij peuterspeelzaal Klavertje Vier worden alle ochtenden in de week maximaal 16 kinderen opgevangen in 1 groep. Het personeel is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op deze locatie. De peuterspeelzalen worden geleid door een manager. Er wordt op de peuterspeelzaal gewerkt met de VVE methode Puk & Ko. De peuterspeelzaal is door de gemeente Ermelo niet geregistreerd als locatie waar gesubsidieerde voorschoolse educatie wordt aangeboden. Zodoende kan het item VVE niet worden beoordeeld. Er zijn nieuwbouwplannen voor de huisvesting van de peuterspeelzaal. Het is niet bekend wanneer een nieuwe locatie betrokken gaat worden. Tijdens het onderzoek in 2013 zijn volgende overtredingen geconstateerd op het onderdeel Veiligheid en Gezondheid. De houder heeft de overtredingen op dit onderdeel opgeheven. Uit het huidige onderzoek is gebleken dat de houder op veel punten voldoet. Er is een nieuwe overtreding geconstateerd op het onderdeel Personeel en groepen.
Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: waarborging emotionele veiligheid; ontwikkeling van persoonlijke competentie; ontwikkeling van sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie peuterspeelzaal. Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk is het beleidsplan gecontroleerd op inhoud en volledigheid en getoetst aan de hand van de praktijkobservatie. Pedagogische praktijk De beroepskrachten kunnen in grote lijnen vertellen wat er in het pedagogisch beleidsplan staat en bespreken hun ervaringen met hun leidinggevende. Tijdens het onderzoek op locatie is onder andere het volgende geobserveerd ten aanzien van de pedagogische basisdoelen (waarbij de schuingedrukte tekst uit het veldinstrument is overgenomen en de tekst daarna een uitwerking daarvan is in zoals deze is geobserveerd in de praktijk): Waarborging emotionele veiligheid De beroepskrachten laten merken dat ze de kinderen mogen; ze geven complimentjes, maken grapjes, hebben oogcontact en treden bemoedigend op als een kind dat nodig heeft. Kinderen worden tijdens activiteiten positief over het resultaat en hun inzet benaderd: “Goed zo! Keurig!" Kinderen reageren op elkaars emoties. Een verdrietig kind wordt door een ander kind troostend benaderd. Bij een feestliedje voor een jarige klappen en dansen de kinderen enthousiast met elkaar. Ontwikkeling van persoonlijke competentie Kinderen krijgen ruimte voor zelfsturing, maar de beroepskracht is voor kinderen het 'controlepunt’ bij het aangaan en uitvoeren van activiteiten. Beroepskracht vraagt: “Wie heeft er zin om te gaan kleien? Dan mag je mee gaan helpen om de klei te gaan pakken." Wanneer een kind bij een tafel staat te observeren vraagt de beroepskracht: “Wil jij misschien iets anders doen?" Vervolgens neemt de beroepskracht het kind aan de hand mee om een puzzel te halen. Ontwikkeling van sociale competentie De beroepskrachten dragen actief bij aan een positieve groepssfeer door grapjes te maken, behulpzaam te zijn, gerichtheid op alle kinderen. De viering van een verjaardag wordt in de kring met elkaar gevierd. De beroepskrachten maken er een feestje van. Er wordt gezongen en muziek gemaakt met elkaar. Overdracht van normen en waarden Beroepskrachten geven kinderen het goede voorbeeld van sociale vaardigheden in de omgang met andere volwassenen. Een moeder wordt hartelijk ontvangen en er is tijd voor een vriendelijk gesprekje. Onderling stemmen de beroepskrachten de werkzaamheden op een soepele manier af. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskrachten) Observaties Pedagogisch beleidsplan
4 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Op het moment van inspectie worden de documenten van de beroepskrachten getoond aan de toezichthouder door een medewerker van kantoor. De toezichthouder heeft de verklaringen omtrent het gedrag van de beroepskrachten ingezien en beoordeeld. Deze voldoen aan de voorwaarden. Passende beroepskwalificatie Uit een steekproef op de locatie blijkt dat niet alle beroepskrachten in het bezit zijn van een beroepskwalificatie conform CAO. Er wordt een beroepskracht ingezet waarvan de houder aangeeft dat deze met succes haar EVC traject heeft afgerond en daarbij op alle onderdelen vrijstelling heeft gekregen voor SPW 3. De houder heeft geen document overlegd waaruit dit blijkt. De beroepskracht wordt voltallig ingezet, omdat de manager tevreden is over het functioneren van de beroepskracht. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Er worden op het moment van inspectie 14 kinderen opgevangen door een beroepskracht en een niet voldoende gekwalificeerde beroepskracht. De peuterspeelzaal betreft een niet geregistreerde VVE speelzaal. Zodoende voldoet deze inzet van beroepskrachten aan de voorwaarden. Tijdens openingstijden zijn altijd twee personen aanwezig. Opvang in groepen De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen. Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voertaal is Nederlands. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Interview anderen (beroepskrachten) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten 5 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De risico-inventarisatie veiligheid en de risico-inventarisatie gezondheid zijn niet ouder dan een jaar. Bij het in kaart brengen van de veiligheids- en gezondheidsrisico's is gebruik gemaakt van de Risicomonitor van VeiligheidNL (voorheen Consument en Veiligheid) en het FCB. Er is door de organisatie in juli 2013 een beleidsplan veiligheid en een beleidsplan gezondheid opgesteld met daarin de afspraken gemaakt hoe te handelen door medewerkers om de gezondheidsrisico's per scenario zo gering mogelijk te houden. Uit de observatie in de praktijk en het gesprek met de medewerksters blijkt dat de beroepskrachten handelen conform protocollen en huisregels. De beroepskrachten zijn van de risico-inventarisaties op de hoogte gebracht via email. De beroepskrachten geven aan de risico-inventarisatie gelezen te hebben. Meldcode kindermishandeling De houder heeft de nieuwe meldcode versie juli 2013 uitgeven door de branchevereniging kinderopvang ingevoerd. De beroepskrachten hebben in december 2013 en in mei 2014 een training gevolgd voor de nieuwe meldcode. . Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Interview anderen (beroepskrachten) Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid Actieplan veiligheid Actieplan gezondheid Ongevallenregistratie Beleidsplan Gezondheid SBPE juli 2013 Beleidsplan Veiligheid SBPE juli 2013
6 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Ruimte en inrichting Binnenruimte De peuterspeelzaal gebruikt een vaste groepsruimte in basisschool RKPWA. De peuterspeelzaal maakt ook gebruik van de speelzaal van deze school bij het aanbieden van bewegingsactiviteiten. De peuterspeelzaal vangt één groep op. De ruimte biedt voldoende groepsruimte voor het aantal op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte wordt gedeeld met de kleutergroep van de school. Er wordt niet gelijktijdig buiten gespeeld met de kleutergroep van de school. Hier zijn afspraken over gemaakt en deze worden nageleefd. De buitenruimte biedt voldoende beschikbare ruimte voor de 16 kinderen van deze peuterspeelzaal. Gebruikte bronnen: Observaties
7 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 2.6 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij de peuterspeelzaal overgelegd. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt: - in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht. (art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen. (art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen. (art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. (art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. (art 2.12 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
OF Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode. (art 2.12 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 2.9a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
9 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Ruimte en inrichting Binnenruimte Er is ten minste 3,5 m² bruto oppervlakte in de groepsruimte beschikbaar per kind. De binnenruimte is ingericht in overeenstemming met het aantal op te vangen kinderen. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid. Buitenspeelruimte Er is ten minste 3 m² bruto buitenspeelruimte beschikbaar per aanwezig kind. De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk en veilig bereikbaar. De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid.
10 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Vestigingsnummer KvK Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : : :
Klavertje Vier http://www.sbpe.nl 410350420000 16 Nee
: Stichting Basisvoorzieningen Peuterspeelzalen Ermelo : Raadhuisplein 4 : 3851 NT ERMELO : 41035042
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: ERMELO : Postbus 500 : 3850 AM ERMELO
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
GGD Noord en Oost Gelderland Postbus 51 7300 AB APELDOORN 088-4433000 M. Poortinga
03-10-2014 03-11-2014 17-11-2014 17-11-2014 17-11-2014
: 17-11-2014 : 20-11-2014
11 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
ZIENSWIJZE INSPECTIERAPPORT KLAVERTJE VIER In aansluiting op de structuur van het inspectierapport wordt achtereenvolgens ingegaan op de volgende punten: 1. algemene gegevens peuterspeelzaal 2. voorwaarden welke als "niet aan voldaan" zijn getoetst 3. incorrecte gegevens 1. Algemene gegevens peuterspeelzaal Bij de beschouwing en gegevens voorzieningen wordt vermeld dat de peuterspeelzaal werkt met de methode Puk en Ko. De gemeente Ermelo heeft de locatie niet geregistreerd als locatie waar gesubsidieerde voorschoolse educatie plaats vindt. Deze beschouwing is ook in eerdere rapportages van de GGD vermeld. Vanuit de SBPE is toen onderstaand opgenomen in de zienswijze, welke feitelijk nog steeds van toepassing is: Dit sluit niet aan bij de werkelijkheid, de SBPE biedt wel degelijk gesubsidieerde voorschoolse educatie aan, met het programma Puk en Ko en daarvoor het programma Ik ben Bas. De leidsters zijn in 2004 geschoold voor Ik ben Bas en in 2012 geschoold voor Puk en Ko. De laatste bijeenkomst heeft reeds plaatsgevonden, waarbij de officiële certificering in april 2013 plaatsvindt, tegelijk met de medewerkers van alle kinderopvangorganisaties en peuterspeelzaalorganisaties uit de gemeente Ermelo. Vooruitlopend daarop hebben de leidsters al wel een certificaat van VVErsterk ontvangen. Jaarlijks ontvangt de SBPE via de gemeente financiële middelen t.b.v. het uitvoeren van het VVE beleid, zoals het invullen van het peutervolgsysteem, de te voeren oudergesprekken, de overdracht van gegevens en het opstellen van handelingsplannen voor doelgroeppeuters. Ook geldt voor deze doelgroeppeuters een verlaagde ouderbijdrage, waarvoor de SBPE financiële middelen beschikbaar krijgt. Deze werkwijze is in het gesprek op 11 september 2012 met mevrouw Poortinga besproken. Daarin is tevens gemeld dat de inspecteur van onderwijs – belast met onderzoek in het kader van de voor- en vroegschoolse educatie – reeds een locatie heeft bezocht, namelijk Olleke Bolleke op 7 juni 2012. De rapportage is in het kader van de inspectie aan de GGD verstrekt. Inmiddels is ook een tweede locatie bezocht door de inspecteur van onderwijs, Klavertje Vier op 1 november 2012 waarvan ook een rapportage beschikbaar is. Telefonisch overleg vanuit de SBPE over bovenstaan op 27 november 2012 en 4 december 2012 met zowel de GGD (mevrouw Poortinga) en gemeente (mevrouw Beelen) leidt tot het volgende beeld: de GGD kan niet zelf bepalen op welke velden er toezicht moet worden uitgeoefend. De registratie van de gemeente in het systeem is daarbij leidend. De GGD meldt dat de locaties van de SBPE door de gemeente niet als gesubsidieerde voorschoolse educatie zijn aangemeld. Hierdoor heeft de GGD geen toezicht uitgeoefend op het onderdeel voorschoolse educatie. de gemeente heeft de keus gemaakt om de locaties van de SBPE nog niet als locatie met gesubsidieerde voorschoolse educatie aan te merken, aangezien de discussie over de lokaal aan te wijzen locaties nog gevoerd moet worden. Afspraak is wel dat er tot die tijd op alle peuterspeelzalen VVE-voorschoolse educatie wordt aangeboden. Ook alle leidsters zijn getraind in de nieuwe voorschoolse methode Puk, alle locaties beschikken over de materialen van Puk en werken met de betreffende methode. De gemeente heeft aangegeven dat zij
12 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO
niet voorzien had dat met het niet aanvinken van het veld "gesubsidieerde voorschoolse educatie" de inspectie door de GGD op dit onderdeel zou komen te vervallen. Dit in tegenstelling tot de werkwijze vanuit de inspecteur van onderwijs. Deze keus is gemaakt buiten de invloedsfeer van de SBPE; de SBPE wil deze incorrecte opgave graag hersteld zien, zowel in de administratie van de gemeente als in de rapportage van de GGD. Vanuit de gemeente Ermelo is nog geen keus gemaakt ten aanzien van de VVE locaties. De SBPE heeft haar werkwijze op het gebied van VVE vastgelegd in een protocol, welke te vinden is op de website. 2. Voorwaarden welke als "niet aan voldaan" zijn getoetst Ten aanzien van de gesignaleerde tekortkomingen is hieronder een eventuele verklaring voor de tekortkoming gegeven en welke maatregel er getroffen zal worden op welke termijn. Passende beroepskwalificatie De beroepskracht waarover de tekortkoming gaat, heeft inmiddels haar laatste onderdelen voor het examen voor de SPW 3 afgelegd op 5 november 2014. Zoals in de mail van 17 juni 2013 aangegeven, tellen deze onderdelen niet mee voor het al dan niet behalen van het diploma. Feitelijk bezit de medewerker dus al de juiste kwalificaties. Dit in aansluiting op de mondelinge toelichting tijdens het inspectiebezoek, waarin door de manager is gesteld dat gezien het functioneren van betreffende leidster er geen reden tot een andere keus is. Dit sluit aan op de bevindingen van de inspecteur inzake het pedagogische klimaat, waarbij geen enkele tekortkoming is geconstateerd. Bij deze zienswijze zal het document waaruit blijkt dat de betreffende medewerker alle vrijstellingen heeft gehaald worden toegevoegd, met het uitdrukkelijke verzoek dit niet op te nemen in de zienswijze aangezien het om personeelsgegevens gaat. 3. Incorrecte gegevens Bij het item "beschouwing" is in elke rapportage opgenomen dat de SBPE zes peuterspeelzalen in de regio heeft. De regio is feitelijke de gemeente Ermelo. Tevens is opgenomen dat de peuterspeelzaal geleid wordt door de manager. Aanvullend dient te worden opgemerkt dat het bestuur verantwoordelijk is voor het gevoerde beleid. Als het inspectiebezoek daadwerkelijk op 3 oktober 2014 heeft plaatsgevonden, zijn de gebruikte documenten niet correct. Er staat vermeld dat het Beleidsplan gezondheid SBPE juli 2013 en het Beleidsplan veiligheid juli 2013 is gebruikt. De implementatie echter van deze aangepaste documenten heeft plaatsgevonden per 1 juli 2014. Dat betekent dat zowel op de locatie als op de website de documenten staan met datum juli 2014.
13 van 13 Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 03-10-2014
Klavertje Vier te ERMELO