Inspectierapport De Bereboot (KDV) Zandbergsweg 111 6432CC HOENSBROEK Registratienummer 647168315
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Zuid Limburg HEERLEN 07-11-2014 Regulier onderzoek Definitief 03-12-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 6 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 8 Inspectie-items .................................................................................................................. 10 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 13 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 13 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 14
2 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd toezicht. In dit onderzoek is de nadruk gelegd op voorwaarden die het meest bijdragen aan de kwaliteit van de opvang, zoals de pedagogische praktijk, het aantal beroepskrachten op de groepen en hun diploma’s en VOG’s. Dit is aangevuld met tekortkomingen/aandachtspunten uit vorige inspecties. De itemlijst (bijlage) geeft aan welke voorwaarden tijdens deze inspectie zijn beoordeeld. Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie bij kinderdagverblijf De Bereboot. Na de feiten over dit kinderdagverblijf volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport per domein verder uitgewerkt. Het kinderdagverblijf maakt deel uit van de Stichting Adelante Zorg en ligt in het park van Adelante. Het kinderdagverblijf werd in 1986 geopend voor de kinderen van Adelantemedewerkers. Tegenwoordig staat het kinderdagverblijf voor iedereen open dat gebruik wil maken van de dagopvang voor kinderen tot 4 jaar. Het kinderdagverblijf biedt opvang aan 3 stamgroepen: - De babygroep Pippeloentjes in de leeftijd van 0 - 2 jaar - De dreumesgroep Ontdekkertjes in de leeftijd van 1 - 2 jaar - De peutergroep Kapiteintjes in de leeftijd van 2 - 4 jaar De locatie staat geregistreerd voor de opvang van maximaal 28 kindplaatsen. Bevindingen: Tijdens dit jaarlijks onderzoek is geconstateerd dat het kinderdagverblijf De Bereboot voldoet aan alle bij dit onderzoek getoetste voorwaarden van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein ‘pedagogisch klimaat’. Per aspect worden eerst de praktijkobservaties beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria. Pedagogisch beleid De wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven, staat in concrete termen beschreven in het pedagogisch beleidsplan. Conclusie Er wordt voldaan aan de gestelde voorwaarden. Pedagogische praktijk Bij de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum (januari 2014). Daarin staan de specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd (emotionele veiligheid, persoonlijke competentie, sociale competentie, overdracht van normen en waarden). Onderstaande beschrijvingen zijn aan dit instrument ontleend, en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Na de beschrijving uit het veldinstrument volgt eventueel een voorbeeld uit de waargenomen praktijk. De beoordeling van de pedagogische praktijk is gebaseerd op observaties in de groep. De observatie van het pedagogisch handelen vindt plaats gedurende het vrij spel en tijdens het eetmoment. Emotionele veiligheid De beroepskrachten communiceren met de kinderen. Observatie De beroepskrachten hebben gesprekjes met de kinderen en gebruiken daarbij vragen die leiden tot informatie-uitwisseling. Zij sluiten daarbij goed aan op de situatie en/of de vraag van een kind. Een voorbeeld: Tijdens de inspectie zitten de kinderen aan tafel. Ze gaan fruit eten. De kinderen zijn zichtbaar bekend met de beroepskracht en elkaar. De beroepskrachten gaan gesprekjes aan met de kinderen, kijken de kinderen aan bij het praten en vangen signalen zoals verdriet of plezier goed op. Conclusie Tijdens het onderzoek blijkt dat de emotionele veiligheid bij kinderdagverblijf De Bereboot voldoende wordt gewaarborgd. Persoonlijke competentie Er is een goede interactie tussen beroepskrachten en individuele kinderen. Observatie Ze herkennen de signalen van individuele kinderen, kunnen deze signalen goed interpreteren en sluiten hier tijdig en adequaat op aan. Een voorbeeld Een beroepskracht troost geduldig een baby, die huilt omdat het flesje nog niet gereed is, op een passende manier. Conclusie 4 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Tijdens het onderzoek blijkt dat de persoonlijke competentie bij kinderdagverblijf De Bereboot voldoende wordt gewaarborgd. Sociale competentie De kinderen maken deel uit van het groepsgebeuren. Observatie De beroepskrachten dragen actief bij aan een positieve groepssfeer en interactie met de peuters. Een voorbeeld: De leidster zit samen met de kinderen aan tafel. Ze zijn samen met de Duplo blokken aan het bouwen. Ieder kindje krijgt aandacht in het kleine groepje. Conclusie Tijdens het onderzoek blijkt dat de sociale competentie bij kinderdagverblijf De Bereboot voldoende wordt gewaarborgd. Normen en waarden Afspraken, regels en omgangsvormen zijn aanwezig. Observatie Beroepskrachten hebben voldoende houvast aan en inzicht in de afspraken, regels en omgangsvormen om kinderen hierop voor te leven en te begeleiden. Een voorbeeld Tijdens het eetmoment blijkt duidelijk dat aandacht wordt besteed aan de overdracht van regels en omgangsvormen zoals op je beurt wachten, eerst je mond leeg eten, goed kauwen. Conclusie Tijdens het onderzoek blijkt dat de overdracht van normen en waarden bij kinderdagverblijf De Bereboot voldoende wordt gewaarborgd. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Tijdens inspectie aanwezige pedagogische medewerkers) Observaties (Praktijk) Pedagogisch beleidsplan
5 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Personeel en groepen Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein ‘Personeel en groepen’. Per aspect worden eerst de gegevens over het kindercentrum beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van wettelijke criteria. Verklaring omtrent het gedrag Tijdens de inspectie zijn de Verklaringen omtrent het gedrag (VOG's) van de aanwezige beroepskrachten beoordeeld. Conclusie Deze VOG's voldoen aan de gestelde voorwaarden. Passende beroepskwalificatie Tijdens de inspectie zijn de diploma's van de aanwezige beroepskrachten beoordeeld. Conclusie Deze diploma's voldoen aan de gestelde voorwaarden. Opvang in groepen Kinderdagopvang De Bereboot heeft 3 stamgroepen. Groep Pippeloentjes Ontdekkertjes Kapiteintjes
Leeftijd 0 - 2 jaar 1 - 2 jaar 2 - 4 jaar
Max. aantal kinderen 9 5/6 13
De stamgroepen worden op rustige dagen en vakanties samengevoegd. Conclusie De kinderen maken gebruik van één stamgroep. Omvang en samenstelling voldoen aan de wettelijke voorwaarden.
Beroepskracht-kindratio Op de dag van de inspectie waren 12 kinderen aanwezig. Groep
Aantal kinderen
Leeftijd
Pippeloentjes Ontdekkertjes Kapiteintjes
12
0 - 4 jaar
Aantal beroepskrachten nodig 2
Aantal beroepskrachten aanwezig 2 1 stagiaire en 1 vrijwilliger
Conclusie Op kinderdagverblijf De Bereboot worden voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen. Gebruikte bronnen: 6 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Interview anderen (Tijdens inspectie aanwezige pedagogische medewerkers) Observaties (Praktijk) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten
7 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Veiligheid en gezondheid Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein ‘veiligheid en gezondheid’. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven over het kindercentrum. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De meest recente risico-inventarisatie is uitgevoerd op d.d. 22-04-2014 . Voor het inschatten van de risico's Veiligheid en Gezondheid wordt er gebruik gemaakt van de digitale Risicomonitor Kinderopvang. De risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid heeft betrekking op de situatie bij de huidige inspectie. De Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid is uitgevoerd in alle voor kinderen toegankelijke ruimtes en op alle specifieke onderdelen. Naar aanleiding van de risico-inventarisatie zijn actieplannen gemaakt en huisregels opgesteld. Op grond van het gesprek met de beroepskracht en de observatie op de groep, blijkt dat de beroepskrachten het veiligheids- en gezondheidsbeleid kennen en over het algemeen op een juiste wijze in praktijk brengen. Conclusie De risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid voldoen aan de gestelde eisen. De houder zorgt ervoor dat de beroepskrachten kennis kunnen nemen van de gestelde risicoinventarisatie veiligheid en gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder hanteert de meest recente versie van de meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang. Hiervan is de sociale kaart ingevuld en aanpassingen zijn naar de eigen organisatie doorgevoerd. De meldcode is op papier en digitaal beschikbaar op de locatie. De medewerkers hebben allen via een cursus een module omtrent de melcode gevolgd. Tijdens diverse overlegmomenten wordt de meldcode besproken. De beroepskrachten zijn voldoende op de hoogte en weten op welke signalen ze moeten letten en welke stappen zij moeten nemen bij een vermoeden van kindermishandeling. Conclusie: De toezichthouder heeft geconstateerd dat de houder een meldcode heeft vastgesteld welke voldoet aan de wettelijke eisen en dat de houder de kennis en het gebruik van de meldcode bevordert. Vierogenprincipe Bij kinderdagverblijf De Bereboot is er altijd sprake van een volwassene die kan meekijken en meeluisteren met een pedagogisch medewerker doordat:
Pedagogisch medewerkers lopen regelmatig elkaars groepsruimtes binnen. Groepen worden samengevoegd (indien de bezetting dat toelaat) Veel gebruik van glas in de groepsruimtes Er zijn audiovisuele middelen, zoals een babyfoon, in alle slaapkamers De groepen zijn met een tussendeur (met glas) met elkaar verbonden en staan regelmatig open.
Conclusie De praktijk klopt met het vastgestelde beleid. Op basis van bovenstaande wordt het vierogenprincipe voldoende gewaarborgd. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Tijdens inspectie aanwezige pedagogische medewerkers) 8 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Observaties (Praktijk) Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid Meldcode kindermishandeling Pedagogisch beleidsplan
9 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
10 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
11 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan. (art 1.51b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
12 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Vestigingsnummer KvK Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : : :
De Bereboot http://www.kdvdebereboot.nl 000021869375 28 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : :
Stichting Adelante Zorg Zandbergsweg 111 6432CC HOENSBROEK 41072650
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Zuid Limburg Postbus 2022 6160HA GELEEN 046-8506666 B Chambille
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: HEERLEN : Postbus 1 : 6400AA HEERLEN
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : :
07-11-2014 21-11-2014 03-12-2014 05-12-2014
: 05-12-2014 : 12-12-2014
13 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.
14 van 14 Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 07-11-2014 De Bereboot te HOENSBROEK