INSIGHT Taaltoets Witboek Insight taaltoets
Tijd voor taal!
Colofon Titel:
Insight Taaltoets
Subtitel:
Witboek Insight Taaltoets
Uitgave door:
AMN B.V. Arnhem
Adres:
Oude Oeverstraat 120 6811 Arnhem Tel. 026-3557333
[email protected] / www.amn.nl
Uitgave:
29-5-2012
Versie:
2.0
© 2012 AMN
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave en programmatuur mag worden gekopieerd dan wel opgeslagen in een gegevensbestand, in enige vorm of enige wijze, hetzij elektronisch, digitaal, mechanisch, handmatig, fotografisch of enige andere wijze. Voor een legale afhandeling hiervan is schriftelijke toestemming vooraf nodig van AMN.
2
Inhoud
Voorwoord................................................................................................................................... 4 Deel I: Managementsamenvatting ................................................................................................ 5 Aanbevelingen voor beleid.................................................................................................................. 6 Deel II: Informatie taaltoets .......................................................................................................... 7 Context ................................................................................................................................................ 7 Doel ..................................................................................................................................................... 8 Opbouw van de taaltoetsen ................................................................................................................ 8 Scoring en rapportage ....................................................................................................................... 21 Deel III: Resultaten Taaltoets (versie Augustus 2011) ................................................................... 25 Analyse van de gehele toets .............................................................................................................. 27 Analyse van de afzonderlijke onderdelen ......................................................................................... 34 Bijlagen ...................................................................................................................................... 60 Bijlage I: Lijst van tabellen en figuren................................................................................................ 60 Bijlage II: Slaag-/ zakregeling mbo met CEO Nederlandse taal en rekenen ...................................... 62 Bijlage III: Omzettingstabel pre-pilot COE rekenen 3F ...................................................................... 64 Bijlage IV: Voorlopige omzettingstabellen taaltoets ......................................................................... 65
3
Voorwoord Op basis van de referentieniveaus die gesteld zijn door de commissie Meijerink heeft AMN taaltoetsen ontwikkeld. Met het resultaat kan gekeken worden of een deelnemer het maatschappelijk wenselijk (taal) niveau bezit. Er kan worden bepaald aan welke onderdelen van taal aandacht zal moeten worden besteed om mogelijke achterstanden in te halen. Door zorgvuldige toetsconstructie zijn er voor alle drie niveaus (1F, 2F en 3F) taaltoetsen ontwikkeld. Aan de hand van de afnamegegevens van een groot aantal leerlingen, afkomstig van diverse onderwijsinstellingen willen wij onze analyseresultaten en bevindingen met u delen. In het eerste deel geven wij u een indruk van de context waarin de taaltoetsen zijn geconstrueerd, de opbouw van de toetsen, de scoring en de rapportage. In het tweede deel gaan we kijken naar de analyseresultaten op de gehele toets en de afzonderlijke onderdelen (grammatica, leesvaardigheid, luistervaardigheid, spelling en werkwoordspelling). De analyses in deze publicatie zijn reële resultaten van leerlingen afkomstig van diverse onderwijsinstellingen uit verschillende delen van het land. In de analyse worden de resultaten per schooltype en per niveau binnen een schooltype weergegeven en met elkaar vergeleken. Aangezien wij voortdurend bezig zijn met het door ontwikkelen van onze taaltoetsen is er sinds november 2011 voor elk niveau (1F,2F, 3F) ook een parallel versie op de markt. Vanaf september 2012 wordt bij elke afname random een toets samengesteld. Hierdoor kunnen de toetsen oneindig vaak worden afgenomen. Met deze uitgebreide informatie en analyse geeft AMN aan de hand van de afnameresultaten van diverse onderwijsinstellingen de situatie weer van het taalniveau op dit moment. De taaltoets heeft niet tot doel om het taalniveau te verbeteren maar geeft wel inzicht waar u met uw taalmethoden kunt aansluiten op het huidige niveau van de individuele deelnemers.
4
Deel I: Managementsamenvatting Algemeen taalniveau laag Meijerink gaat er vanuit dat het vereiste niveau voor 75% van de deelnemers haalbaar is. Wanneer we echter kijken naar de slaagpercentages van de verschillende schooltypes en niveaus op de drie toetsen, is te zien dat een aantal van deze percentages lager liggen dan 75%. Gelukkig is er in veel gevallen nog een aantal jaren de tijd om het niveau te verhogen. Toch mag, door de ogen van de commissie Meijerink, dit gezien worden als een onvoldoende resultaat. Taalniveau per niveau enorm verschillend Per schooltype en niveau zien we duidelijke verschillen in de behaalde resultaten. Binnen het VO slagen slechts 21,7% van de BB leerlingen en slechts 38,5% van de KB leerlingen op de 2F toets. Bij GL,TL en HAVO/VWO leerlingen liggen de slaagpercentage op de 2F toets hoger dan 75%. Deze leerlingen zouden aan het eind van het VMBO dan echter ook niveau 3F moeten halen. Binnen het MBO slagen slechts 41,7% van de niveau 1 en slechts 49% van de niveau 2 leerlingen op de 2F toets. Voor niveau 3 en 4 leerlingen liggen de slaagpercentages hoger dan 75%. Op de 3F toets ligt het slaagpercentage van MBO niveau 3 leerlingen bij 50%. Het vereiste uitstroomniveau voor deze leerlingen is dan echter ook 2F. Van de niveau 4 leerlingen halen 74,5% de 3F toets. De resultaten van VMBO GL en TL leerlingen op de 3F toets zijn niet meegenomen in de analyses omdat de aantallen te klein waren. Grote verschillen per domein Ook per domein zijn er grote verschillen. Deelnemers scoren vooral laag op het domein taalverzorging en dan met name op de onderdelen grammatica en werkwoordspelling. Hier liggen de slaagpercentages onder de 75%. Op het onderdeel spelling wordt over het algemeen goed gescoord. Het hoogste wordt gescoord op het onderdeel luistervaardigheid. Op het onderdeel leesvaardigheid wordt alleen op niveau 3F laag gescoord. Binnen niveau 1 en 2F zijn de scores over het algemeen voldoende.
Er zal nog veel werk moeten worden verzet door de vo- en mbo-instellingen en door de deelnemers om het percentage deelnemers dat een voldoende haalt op 75% te krijgen. Met name aan de onderdelen werkwoordspelling en grammatica zal nog hard gewerkt moeten worden.
5
Aanbevelingen voor beleid Organiseer managementinformatie Om uw beleid goed vorm te kunnen geven en in de praktijk uitvoerbaar te maken heeft u veel managementinformatie nodig. Hoewel slechts een klein gedeelte slaagt voor de taaltoets, heeft niet iedereen extra ondersteuning nodig. En iedereen die ondersteuning nodig heeft, heeft deze niet nodig op alle domeinen van het taalonderwijs.
Dit vraagt om heldere analyses om vraag en aanbod goed bij elkaar te kunnen brengen en zodoende het taalonderwijs zo effectief en efficiënt mogelijk in te richten. Meet vooruitgang gedurende de schoolloopbaan, en blijf werken aan resultaat Een meting voor of aan de start van de opleiding is een must. De resultaten van sommige leerlingen zijn dusdanig laag dat hoe eerder men kan starten met ondersteuning hoe beter het is. Daarmee is het probleem echter niet opgelost. Voor een vak als Nederlands weten we dat rust roest. Een flinke dosis extra ondersteuning in het eerste jaar van de opleiding kan zeker helpen maar als er daarna niets meer gebeurt, zakt de kennis bij deze leerlingen langzaam weg. Wij pleiten dan ook voor een beleidslijn die leerlingen gedurende hun schoolcarrière volgt en ondersteunt waar nodig. Organiseer extra oefenmateriaal naast de door uw school gebruikte methode Om het taalonderwijs uitdagend en interessant te houden is het aan te raden extra oefenmateriaal aan te bieden naast het materiaal van de eigen methode. Zeker voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben kan een frisse en nog onbekende aanpak hen beter gemotiveerd houden.
6
Deel II: Informatie taaltoets Context In opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft de ´Commissie Meijerink´ onderzoek gedaan naar wat leerlingen op verschillende niveaus in hun schoolloopbaan moeten kennen en kunnen op het gebied van Nederlandse taal en rekenen/wiskunde. Voor taal zijn er vier referentieniveaus beschreven (1F t/m 4F), die vervolgens zijn gekoppeld aan de onderwijssectoren. In onderstaande figuur worden de drempels van de verschillende niveaus weergegeven.
Figuur 1 Referentieniveaus Meijerink
Hierbij geldt dat de verschillende niveaus overkoepelend zijn, niveau 2F omvat niveau 1F, niveau 3F omvat niveau 2F en niveau 4F omvat niveau 3F. Per niveau worden de volgende domeinen van taal beschreven:
Mondelinge taalvaardigheid Lezen Schrijven Begrippenlijst en taalverzorging
Om scholen de mogelijkheid te bieden te bepalen of leerlingen voldoen aan de referentieniveaus heeft AMN een taaltoets ontwikkeld. De toets is in samenwerking met onderwijskundige ontwikkeld en sluit volledig aan bij de referentieniveaus, zoals beschreven in het rapport van Meijerink.
7
Doel De taaltoets is ontwikkeld om te kunnen bepalen of een leerling voldoet aan het voor zijn opleidingsniveau vereiste referentieniveau, zoals beschreven in het rapport van Meijerink. Op deze manier kan worden bepaald aan welke onderdelen extra aandacht besteed moet worden om mogelijke achterstanden in te kunnen halen. Doelgroep
Deelnemers in het voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs.
Afname
De taaltoets wordt digitaal op school afgenomen. Afnameduur
90 minuten.
Opbouw van de taaltoetsen De taaltoets is op drie niveaus (1F, 2F en 3F) beschikbaar. De huidige taaltoetsen bestaan uit vijf vaste onderdelen. Daarnaast zijn er nog drie optionele onderdelen. In Tabel 1 worden de onderdelen van de taaltoets weergegeven.
Tabel 1 Onderdelen taaltoets AMN
Domein rapport Meijerink Mondelinge taalvaardigheid
Vaste Onderdelen taaltoets AMN Luisteren
Optionele onderdelen taaltoets AMN Spreken
Lezen Schrijven Begrippenlijst en taalverzorging
Lezen Schrijven Spelling Werkwoordspelling Grammatica Woordenschat (in pilotfase)
8
Werkwijze bij de toetsconstructie
Voor elk onderdeel werd gekeken wat een deelnemer volgens het rapport van Meijerink op de drie niveaus moet weten en kunnen. Op basis hiervan zijn er voor elk niveau teksten en opgaven ontwikkeld. Deze teksten en opgaven werden vervolgens beoordeeld op inhoud en het niveau. Naar aanleiding van deze beoordeling werden de teksten en opgaven zo nodig herschreven, aangepast of heringedeeld (bijvoorbeeld bij een ander niveau). Daarnaast worden regelmatig statistische analyses uitgevoerd om te onderzoeken hoe er op de verschillende opgaven gescoord wordt en om te kijken of de opgaven binnen een onderdeel goed bij elkaar passen. Luisteren
De luistertoets is op drie niveaus (1F,2F en 3F) beschikbaar en bestaat, afhankelijk van de versie en het niveau uit 4 of 5 verschillende luisterteksten. Elk luistertekst is onderverdeeld in meerdere luisterfragmenten met daarbij steeds één of maximaal twee bijhorende meerkeuzevragen. De leerling krijgt de vraag (of vragen) voorafgaand aan elk fragment te horen. Na het beluisteren van het fragment wordt de vraag nog een keer herhaald, deze keer met de bijbehorende antwoordmogelijkheden. De fragmenten kunnen niet terug geluisterd worden. De luisterteksten en bijhorende vragen zijn zodanig ontwikkeld, dat ze overeenkomen met de tekstkenmerken, taken en kenmerken van de taakuitvoering, zoals beschreven in het referentiekader van Meijerink. Zo zijn er afhankelijk van het niveau, teksten ontwikkeld die qua taalgebruik en onderwerp dicht bij de leefwereld van de leerling staan, als ook teksten die verder van de leerling af staan. Voor elk niveau zijn er drie verschillende taken: ‘Luisteren naar instructies’, ‘Luisteren als lid van een livepubliek’ en ‘Luisteren naar radio en tv en naar gesproken tekst op internet’. In Tabel 2 is voor de eerste versie van de luistertoets de verdeling van de verschillende teksten over de drie taken te zien. Tabel 2 Overzicht luisterteksten versie 1
Taak Referentiekader Luistertoets 1F Luisteren naar instructies Luisteren als lid van een livepubliek Luisteren naar radio en tv en naar gesproken tekst op internet Luistertoets 2F Luisteren naar instructies Luisteren als lid van een live publiek Luisteren naar radio en tv en naar gesproken tekst op internet
9
Luistertekst AMN
Aantal vragen
Werkstuk Voicemailbericht Pesten Nieuws
6 5 8 6 25 (in totaal)
Vakantiebaan Stage BSO Open dag HBO All you need is lof Dierenleed
5 5 5 5 6
26 (in totaal) Luistertoets 3F Luisteren naar instructies Luisteren als lid van een live publiek Luisteren naar radio en tv en naar gesproken tekst op internet
Antwoordapparaat Open dag Mobiliteit Jongerenhuisvestiging Bierbuik
5 5 5 5 5 25 (in totaal)
Lezen
De leestoets is op drie niveaus ontwikkeld (1F, 2F, 3F) ontwikkeld en bestaat, afhankelijk van de versie en het niveau uit 5 of 6 verschillende leesteksten. Bij elke tekst horen een aantal meerkeuzevragen. De leerling krijgt steeds eerst de tekst aangeboden en moet vervolgens de bijhorende vragen beantwoorden. Daarbij kan de tekst op elk moment terug gelezen worden. De leesteksten zijn zodanig ontwikkeld, dat ze overeenkomen met de tekstkenmerken, taken en kenmerken van de taakuitvoering, zoals beschreven in het referentiekader van Meijerink. Zo zijn er afhankelijk van het niveau, teksten ontwikkeld die qua taalgebruik en onderwerp dicht bij de leefwereld van de leerling staan, als ook teksten die verder van de leerling af staan. Voor elk niveau zijn er drie verschillende taken: ‘Lezen van informatieve teksten’, ‘Lezen van instructies’ en ‘Lezen van een betogende tekst’. In Tabel 3 is voor de eerste versie van de leestoets de verdeling van de verschillende teksten over de drie taken te zien. Tabel 3 Overzicht leesteksten versie 1
Taak Referentiekader Leestoets 1F Lezen van informatieve teksten
Lezen van instructies Lezen van een betogende tekst
Leestoets 2F Luisteren naar instructies Luisteren als lid van een live publiek Luisteren naar radio en tv en naar gesproken tekst op internet
Leestoets 3F Luisteren naar instructies Luisteren als lid van een live publiek Luisteren naar radio en tv en naar gesproken tekst op internet
10
Luistertekst AMN
Aantal vragen
Treinreisje Hoe word ik popzanger Bijbaantje Sponsorloop Advertentie gitaar Advertentie vakantiewerk
6 5
Vakantiebaan Stage BSO Open dag HBO All you need is lof Dierenleed
5 5 5 5 6 26 (in totaal)
Antwoordapparaat Open dag Mobiliteit Jongerenhuisvestiging Bierbuik
5 5 5 5 5 25 (in totaal)
8 6 25 (in totaal)
Spelling
In het rapport van Meijerink valt spelling onder het domein ‘Begrippenlijst en taalverzorging’. De spellingtoets is ontwikkeld op niveau 1F, 2F en 3F en is opgebouwd uit 36 verschillende spellingscategorieën, die ingedeeld zijn in 4 verschillende klassen: alfabetische, orthografische, morfologische en logografische spelling. In Tabel 4 staan de categorieën en het bijbehorende niveau. Deze indeling komt overeen met het referentiekader van Meijerink. Tabel 4 Categorieën spelling
Onderdeel
Categorie
1F
Alfabetisch
Categorie 7 woorden met (-)au(-), -auw(-), (-)ou(-) of -ouw(-)
x
Categorie 16: woorden met (-)ei(-) of (-)ij(-)
x
Categorie 2: woorden met-em, -elen, -enen of -eren
x
Categorie 4: woorden met (-)sch- of (-)schr-
x
Categorie 5: woorden met -ng(-) of -nk(-)
x
Categorie 8: woorden met -ch(-) of -cht(-)
x
Categorie 9: woorden met -d(-)
x
Categorie 10: woorden met (-)eeuw(-), -ieuw(-) of -uw(-)
x
Categorie 11: woorden met open lettergreep
x
Categorie 12: woorden met gesloten lettergreep
x
Categorie 21: woorden met -b
x
Categorie 24: woorden met -sch
x
Categorie 3: woorden met -lijk of -ig
x
Categorie 6: verkleinwoorden met uitgang -je (na -d en -t), -pje of etje Categorie 19: woorden met -tie
x
Categorie 20: woorden met -teit of -heid
x
Categorie 33: woorden met -iaal, -ieel, -ueel of -eaal
x
Categorie 34: meervoud van woorden op onbeklemtoonde -es, -ik of -et Categorie 1: verandering van -f in -v- en -s in -z- bij vervoeging en meervoudsvorming
x
Categorie 13: woorden waarin /ie/ geschreven wordt als i
x
Categorie 14: woorden waarin /s/ geschreven wordt als c
x
Categorie 15: woorden waarin /k/ geschreven wordt als c
x
Categorie 23: woorden waarin /t/ geschreven wordt als th
x
Categorie 27: woorden met (-)y(-)
x
Categorie 31: Franse leenwoorden
x
Orthografisch
Morfologisch
Logografisch
11
x
x
2F
3F
Categorie 35: woorden waarin /ks/ geschreven wordt als x
x
Categorie 18: woorden beginnend met 's
x
Categorie 22: woorden met een hoofdletter
x
Categorie 25: verkleinwoorden met -aatje, -ootje, -uutje en met de uitgang -nkje Categorie 26: woorden eindigend op 's
x
Categorie 28: tussenletters -n- en -s- in samenstellingen
x
Categorie 36: Stoffelijk bijvoegelijke naamwoorden
x
Categorie 37: Meervouds -n bij zelfstandig gebruikte verwijzing (allen versus alle) Categorie 29: koppelteken in samenstellingen
x
x
x
Categorie 30: woorden met een trema
x
Categorie 38: Aaneenschrijving en losschrijving (moeilijkste gevallen)
x
Per niveau worden er 12 spellingscategorieën getoetst. In Tabel 5 is de opbouw van de spellingstoets te zien. Omdat de drie niveaus overkoepelend zijn is ervoor gekozen in de toetsen van 2F en 3F ook spellingscategorieën van de voorafgaande niveaus op te nemen. Tabel 5 Opbouw Spellingstoets
Niveau 1F
2F
3F
Afname 12 categorieën random, waarvan: 1 categorie uit Alfabetisch 1F 5 categorieën uit Orthografisch 1F 3 categorieën uit Morfologisch 1F 3 categorieën uit Logografisch 1F 12 categorieën, waarvan: Vast onderdeel: alle 7 2F categorieën Random onderdeel: 5 categorieën uit logografisch 1F 12 categorieën, waarvan: Vast onderdeel: alle 3 3F categorieën Random onderdeel: 9 categorieën uit logografisch 1F & vast onderdeel 2F
Per categorie zijn er steeds twee open en twee meerkeuzevragen. Bij een open vraag krijgt de leerling (visueel) een zin aangeboden, waarin één woord ontbreekt. De leerling krijgt tegelijkertijd een audiofragment van de complete zin te horen, met daarbij de instructie welk woord er ingetypt moet worden.
12
Figuur 2 Voorbeeld open vraag spelling
Bij de meerkeuzevragen krijgt de leerling per opgave vier zinnen aangeboden. In elke zin is één woord vetgedrukt. De leerling moet aangeven bij welke van de vier zinnen het vetgedrukte woord fout gespeld is.
Figuur 3 Voorbeeld meerkeuzevraag spelling
13
Zodra een deelnemer meer dan 25% van de items binnen een categorie fout heeft beantwoordt wordt er automatisch een verdieping aangeboden. Deze bestaat altijd uit 8 open vragen. Er worden maximaal 3 verdiepingen aangeboden.
Werkwoordspelling
In het rapport van Meijerink valt werkwoordspelling onder het domein ‘Begrippenlijst en taalverzorging’. De werkwoordspellingtoets is ontwikkeld op niveau 1F, 2F en 3F. De toets is opgebouwd uit 3 verschillende spellingscategorieën: tijd van nu, tijd van toen en voltooid deelwoord. In Tabel 6 worden de drie spellingscategorieën weergegeven. Tabel 6 Categorieën werkwoordspelling
Categorie Tijd van nu (o.t.t.)
Niveau 1F
Niveau 2F
Niveau 3F
o.t.t. enkelvoud makkelijke gevallen (geen v-f/z-s wissel, geen verdubbeling, geen woorden met stam op -d)
o.t.t. enkelvoud moeilijke gevallen (zwakke werkwoorden met stam op –d of –t; v-f/z-s wissel, verdubbeling)
Homofone gevallen (werkwoorden waarbij 2/3 de persoon enkelvoud (qua klank) gelijk is aan voltooid deelwoord) o.t.t. werkwoorden met stam op –d of –t waarbij werkwoord vóór persoonsvorm (vragende vorm bijv.: word jij?)
o.v.t. sterke werkwoorden met stam op –d of –t enkelvoud
o.v.t van zwakke werkwoorden met stam op –d of –t (verdubbeling)
Gelijk aan 2F
Gelijk aan 1F
Voltooid deelwoord op – d homofone gevallen
o.t.t. meervoud
Tijd van toen (o.v.t.)
o.v.t. sterke werkwoorden met stam op –d meervoud Voltooid deelwoord Voltooid deelwoord op – den of –ten en de niet homofone gevallen op -d Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord op –e of -en Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord op –d of –t
14
Binnen elke van de bovenstaande categorieën zijn er zes open vragen en zes meerkeuzevragen. Bij een open vraag krijgt de deelnemer een werkwoord aangeboden, dat in de goede vorm in een zin moet worden gezet.
Figuur 4 Voorbeeld open vraag werkwoordspelling
Bij de meerkeuzevragen krijgt de deelnemer per opgave vier zinnen aangeboden. In elke zin is één woord vetgedrukt. De deelnemer moet aangeven bij welke van de vier zinnen het vetgedrukte woord fout gespeld is.
15
Figuur 5 Voorbeeld meerkeuzevraag werkwoordspelling
Zodra een leerling meer dan 25% van de items binnen een categorie fout heeft beantwoord wordt er automatisch een verdieping aangeboden om de betreffende categorie nader te testen. Deze bestaat altijd uit 8 open vragen. Een leerling krijgt maximaal drie verdiepingen aangeboden.
Grammatica
In het rapport van Meijerink valt grammatica onder het domein ‘Begrippenlijst en taalverzorging’. De grammaticatoets is ontwikkeld op niveau 1F, 2F en 3F en is gebaseerd op de onderdelen ‘Woordsoorten’ en ‘Zinnen ontleden’. Er is voor gekozen om alleen deze twee onderdelen op te nemen, omdat de andere in het rapport van Meijerink genoemde onderdelen direct of indirect terug te vinden zijn in andere (bestaande of nog te ontwikkelen) onderdelen van de taaltoets. Het onderdeel ‘woordsoorten’ bestaat voor niveau 1F uit 8 meerkeuzevragen. De leerling krijgt zinnen aangeboden en wordt gevraagd om een bepaald woordsoort in de zin aan te wijzen. Hierbij kan worden gekozen uit vier antwoordmogelijkheden. De keuze voor de gevraagde woordsoorten is daarbij direct gebaseerd op het rapport van Meijerink. De geteste woordsoorten zijn: Zelfstandig naamwoord, werkwoord (sterk en zwak) en bijvoeglijk naamwoord.
16
In overeenkomst met het rapport van Meijerink komen de items voor het onderdeel ‘woordsoorten’ voor niveau 2F overeen met de items van 1F.
Figuur 6 Voorbeeldvraag woordsoorten
Ook het onderdeel ‘zinnen ontleden’ bestaat uit meerkeuzevragen. Voor niveau 1F bestaat het onderdeel uit 8 items. Bij elk item krijgt de leerling een zin aangeboden. Bij elke zin moet een vraag over een bepaald onderdeel van de zin worden beantwoord. Ook bij dit onderdeel is de keuze voor de inhoud van de vragen direct gebaseerd op het rapport van Meijerink: onderwerp, lijdend voorwerp, gezegde en persoonsvorm.
17
Figuur 7 Voorbeeldvraag zinnen ontleden 1F
Voor niveau 2F komen de eerste 8 vragen voor het onderdeel ‘zinnen ontleden’ overeen met de vragen van niveau 1F. In overeenkomst met het rapport van Meijerink worden hieraan nog 8 vragen over de lijdende, bedrijvende en vragende vorm toegevoegd. De deelnemer moet telkens aangeven welke van de vier zinnen in een bepaalde vorm staat.
Figuur 8 Voorbeeldvraag zinnen ontleden 2F
18
Op niveau 3F worden dezelfde items aangeboden als op niveau 2F. De reden hiervoor is dat er volgens het rapport van Meijerink na 2F op het gebied van grammatica geen nieuwe kennis wordt opgedaan. Er is dan alleen maar sprake van onderhoud.
Spreken
De opdrachten voor het onderdeel ‘spreken’ zijn ontwikkeld op niveau 1F, 2F en 3F. Voor elk niveau zijn er twee opdrachten ontwikkeld, die helemaal overeenkomen met de taken en kenmerken van de taakuitvoering, zoals beschreven in het referentiekader van Meijerink. Elke spreekopdracht is voorzien van een beoordelingsformulier. Het beoordelingsformulier bestaat uit verschillende onderdelen. Deze onderdelen kunnen door de beoordelaar gescoord worden. Per niveau worden eerst de spreekopdrachten gegeven, die bestemd zijn voor de deelnemers. Vervolgens worden de beoordelingsformulieren gegeven, die bestemd zijn voor de beoordelaar(s). Het onderdeel ‘gesprekken’, met de taken deelnemen aan discussie en overleg en informatie uitwisselen, wordt hier niet getoetst. In een intakegesprek of een begeleidingsgesprek kan gekeken worden of de leerling vaardig is in het voeren van gesprekken. Ook kan dit getoetst worden tijdens andere lessen, waar bijvoorbeeld discussies, debatten of dialogen worden gevoerd. Hier is dus geen apart instrument voor ontwikkeld door AMN. Schrijven
De opdrachten voor het onderdeel ‘schrijven’ zijn ontwikkeld op niveau 1F,2F en 3F. Voor elk niveau zijn er drie opdrachten ontwikkeld, die overeenkomen met de drie taken, die in het rapport van Meijerink beschreven worden: ‘Correspondentie’, ‘Formulieren en advertenties’ en ‘Werkstukken en verslagen’. Elke schrijfopdracht is voorzien van een beoordelingsformulier. Het beoordelingsformulier bestaat uit verschillende onderdelen. Deze onderdelen kunnen door de beoordelaar gescoord worden. Per niveau worden eerst de schrijfopdrachten gegeven, die bestemd zijn voor de deelnemers. Vervolgens worden de beoordelingsformulieren gegeven, die bestemd zijn voor de beoordelaar(s).
19
Woordenschat In het rapport van Meijerink wordt ‘woordenschat’ niet als apart onderdeel beschreven, maar het komt direct of indirect terug in de vier omschreven domeinen (mondelinge vaardigheid, leesvaardigheid, schrijfvaardigheid, taalbeschouwing/taalverzorging). Woordenschat kan dus worden gezien als een goede voorspeller voor het algemeen taalniveau. De woordenschattoets is een korte toets bestaande uit items op niveau 1F, 2F en 3F. De items hebben betrekking op de woordenschat van een leerling en zijn gebaseerd op een bestaande woordfrequentielijst. In totaal omvat de toets 90 vragen. Voor elk niveau zijn er 30 vragen. Er worden 4 verschillende itemtypes aangeboden:
Betekenis: waarbij de leerling aan moet geven wat de betekenis van een woord is. Synoniem: waarbij de leerling moet aangeven wat het synoniem van het betreffende woord is. Invullen: waarbij de leerling moet aangeven welk woord het beste in de zin past. Tegengestelde: waarbij de leerling moet aangeven wat het tegengestelde is van het betreffende woord.
De woordenschattoets kan worden ingezet als voorschatter, om van tevoren het taalniveau van de leerling te kunnen inschatten. Vervolgens kan worden overgegaan tot afname van de daadwerkelijke taaltoets. De voorschatter dient niet als vervanging voor de taaltoets. De voorschatter kan een inschatting maken, maar zal minder nauwkeurig zijn dan de daadwerkelijke taaltoets, aangezien de voorschatter minder items bevat. Daarnaast wordt met de voorschatter taal het algemene taalniveau ingeschat en niet specifiek het niveau binnen een bepaald domein (mondelinge vaardigheid, leesvaardigheid, schrijfvaardigheid, taalbeschouwing/taalverzorging). De woordenschattoets is op dit moment nog in de pilotfase. Scholen die de toets als pilot willen afnemen kunnen via de website (www.amn.nl) of telefonisch contact op nemen voor meer informatie.
20
Scoring en rapportage
De items worden automatisch gescoord. Vervolgens wordt er een score berekend voor elk domein en voor elk onderdeel binnen een domein. Elk item telt daarbij even zwaar. De resultaten van de deelnemer worden weergegeven in een heldere en gedetailleerde rapportage. Deze rapportage is direct beschikbaar na afname van de toets. Per domein wordt het percentage goed beantwoorde vragen weergegeven. Daarnaast wordt binnen elk domein per onderdeel het aantal en het percentage goed beantwoorde vragen weergegeven. Men ziet in één oogopslag op welke onderdelen een deelnemer laag scoort. Op deze manier kan heel gericht extra ondersteuning worden aangeboden. In Figuur 9 staat een voorbeeld van de rapportage. Daarnaast is er voor de onderdelen spelling en werkwoordspelling een detailrapportage. In deze detailrapportage worden de categorieën weergegeven waar je een score lager dan 75% hebt behaald. Ook wordt de score op de verdieping gerapporteerd. Voorbeelden van de detailrapportages staan in Figuur 10 en Figuur 11.
21
Figuur 9 Voorbeeldrapportage taaltoets
22
Figuur 10 Voorbeeld detailrapportage spelling
23
Figuur 11 Voorbeeld detailrapportage werkwoordspelling
24
Deel III: Resultaten Taaltoets (versie Augustus 2011) In dit hoofdstuk worden de resultaten van de taaltoets geanalyseerd. Hierbij worden de volgende punten besproken: 1. Analyse van de gehele toets: hier worden voor elk van de drie niveaus (1F, 2F, 3F) de analysegegevens van de totaalscores behandeld 2. Analyse van de afzonderlijke onderdelen: hier worden per niveau (1F, 2F, 3F) de analysegegevens van de onderdelen grammatica, leesvaardigheid, luistervaardigheid spelling en werkwoordspelling afzonderlijk besproken 3. Conclusie De analyses in deze publicatie zijn reële resultaten van leerlingen afkomstig van diverse scholen uit verschillende delen van het land. In de analyse is gekeken naar de verschillen tussen schooltypes en tussen de niveaus binnen een schooltype. In Tabel 7 is per niveau (1F, 2F, 3F) het aantal deelnemers te zien. Het betreft de aantallen van de deelnemers, die de gehele toets hebben gemaakt. De aantallen deelnemers bij de afzonderlijke onderdelen kunnen hiervan afwijken (zie Analyse van de afzonderlijke onderdelen). Wanneer het aantal deelnemers binnen een groep kleiner was dan 20, zijn de data van de betreffende groep niet meegenomen in de analyse.
Tabel 7 Aantal deelnemers per niveau
Schooltype/Niveau Praktijkschool LWOO VMBO BB VMBO KB VMBO GL VMBO TL MBO niveau 1 MBO niveau 2 MBO niveau 3 MBO niveau 4 HAVO/VWO
1F Toets
2F toets
3F Toets
256 32 252 376 58 574 294 570 740 59 313
<20* <20* 161 257 141 348 60 785 753 1456 577
<20* <20* <20* <20* <20* <20* <20* <20* 36 333 28
*Niet meegenomen in de analyse
25
Analyse Per analyse wordt een vast aantal onderdelen besproken, hieronder volgt een korte toelichting:
Tabel met beschrijvende gegevens
Aantal deelnemers: dit is het aantal deelnemers dat de toets op het betreffende niveau heeft gemaakt. Gemiddelde: dit geeft de gemiddelde score van alle deelnemers aan. De verwachting is dat dit ongeveer in het midden ligt, bij 80 items zal het gemiddelde rond de 40 liggen. Standaarddeviatie: dit getal geeft de spreiding rondom het gemiddelde aan. Aantal items: het aantal items waarop de analyse is gebaseerd. Slaagpercentage: het percentage van de deelnemers dat bij een cesuur van 59% slaagt.
Significantietabel
Om te vergelijken of de scores van de verschillende schooltypes en niveaus van elkaar verschillen is een variantieanalyse uitgevoerd. Hierin wordt getoetst of het gevonden verschil significant is bij een significantieniveau van 0,05. Dit betekent dat met 95% zekerheid kan worden gezegd dat het gevonden verschil niet op toeval berust.
Cesuur
Er is tot op heden geen definitieve cesuur vastgesteld. In het concept-examenbesluit van minister van Bijsterveldt wordt gesteld dat een cijfer van 5,6 voldoende is. Zie bijlage II voor de slaag- /zakregeling uit het conceptbesluit. Door het College voor Examens is op basis hiervan een omzettingstabel gemaakt, waarin de score kan worden omgezet in een cijfer (bijlage III). Om een 5,6 te halen moet de deelnemer een score hebben van 59%. Het gaat hier om een conceptbesluit, dus deze cesuur kan nog wijzigen. Als indicatie wordt bij de analyses van de gehele toets aangegeven hoeveel deelnemers zouden slagen, uitgaande van de voorlopige 59%-norm. Op basis van de omzettingstabel van het College van Examens is er ook een omzettingstabel geconstrueerd voor de taaltoets van AMN (bijlage IV). Ook hier gaat het om een voorlopige omzettingstabel.
26
Analyse van de gehele toets Bij de analyse van de gehele toets is er voor elke toets (1F, 2F, 3F) gekeken naar de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en van de niveaus binnen een schooltype. Met behulp van een variantieanalyse is daarnaast getoetst of de verschillen tussen de gemiddelde scores significant zijn. Het significantieniveau in deze analyses is 0,05. Dat houdt in dat bij een significant verschil met 95% zekerheid gezegd kan worden dat het gevonden verschil niet op toeval berust. Tenslotte is er ook gekeken naar de slaag- en zakpercentages.
1F Toets
In Tabel 8 zijn de gemiddelde scores en de slaagpercentages van de verschillende schooltypes en de niveaus binnen de schooltypes op de 1F toets te zien. Over het geheel genomen, scoren leerlingen van praktijkscholen het laagst, terwijl leerlingen van het HAVO/VWO het hoogst scoren. Van de praktijkschool leerlingen slaagt dan ook slechts 35% op de 1F toets, terwijl van de HAVO/VWO leerlingen bijna iedereen (99,4%) boven de (voorlopige) cesuur van 59% scoort. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen het laagst en TL leerlingen het hoogst. Opvallend daarbij is echter dat GL leerlingen gemiddeld lager scoren dan KB leerlingen. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 3 leerlingen het hoogst. Het verschil tussen niveau 3 en niveau 4 leerlingen is echter minimaal. In Figuur 12 en Figuur 13 worden de gemiddelde scores en de slaag- en zakpercentages van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergeven.
Tabel 8 Beschrijvende gegevens 1F toets Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Slaagpercentage*
Aantal deelnemers
Praktijkschool
84,78
20,04
35,9%
256
LWOO
90,88
19,78
50%
32
VMBO- BB
104,55
18,01
73,4 %
252
VMBO- KB
113,32
15,25
88,8%
376
VMBO- GL
107,69
18,07
70,7%
58
VMBO- TL
118,27
13,83
94,6%
574
MBO niveau 1
101,52
22,72
64,3%
294
MBO niveau 2
115,67
17,044
90%
570
MBO niveau 3
127,98
13,64
98,4%
740
MBO niveau 4
127,03
14,21
94,9%
59
HAVO/VWO
133,26
10,99
99,4%
313
*bij een cesuur van 59%
27
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB
LWOO Praktijkschool 0
20
40
60
80
100
120
140
Figuur 12 Gemiddelde scores 1F toets
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 geslaagd
Theoretische leerweg
gezakt
Gemengde theoretische leerweg
Kaderberoepsgerichte leerweg Basisberoepsgerichte leerweg LWOO Praktijkschool 0%
20%
40%
Figuur 13 Slaag- en zakpercentages 1F toets
28
60%
80%
100%
In Tabel 9 is te zien dat de meeste van de gevonden verschillen ook daadwerkelijk significant zijn. Er zijn echter enkele uitzonderingen: Binnen het VMBO is het verschil tussen de gemiddelde scores van BB leerlingen en GL leerlingen niet significant. Zij scoren gemiddeld dus even hoog op de 1F toets. Binnen het MBO is het gevonden verschil tussen niveau 3 en niveau 4 leerlingen niet significant. Niveau 3 en 4 leerlingen scoren dus gemiddeld even hoog op de niveau 1F toets. Tenslotte is ook het gevonden verschil tussen praktijkschool leerlingen en LWOO leerlingen niet significant. Een mogelijke verklaring hiervoor is het relatief kleine aantal LWOO leerlingen, dat de 1F toets heeft gemaakt.
Tabel 9 Significantietabel 1F toets
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO LWOO PS
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/ VWO
LWOO
PS
-8,769* -3,124 -13,724* 3,031* -11,121* -23,433* -22,486* -28,708*
8,769* 5,627* -4,955* 11,799* -2,352* -14,665* -13,717* -19,939*
3,124 -5,627* -10,582* 6,173* -7,979* -20,291* -19,344* -25,566*
13,724* 4,955* 10,582* 16,755* 2,603* -9,709* -8,762* -14,984*
-3,031* -11,799* -6,173* -16,755* -14,151* -26,464* -25,517* -31,739*
11,121* 2,352* 7,979* -2,603* 14,151* -12,313* -11,365* -17,587*
23,433* 14,665* 20,291* 9,709* 26,464* 12,313* ,947 -5,275*
22,486* 13,717* 19,344* 8,762* 25,517* 11,365* -,947 -6,222*
28,708* 19,939* 25,566* 14,984* 31,739* 17,587* 5,275* 6,222* -
-13,673* -22,441* -16,815* -17,397* -10,642* -24,793* -37,106* -36,159* -42,381*
-19,751* -28,520* -22,893* -33,475* -16,720* -30,872* -43,184* -42,237* -48,459*
13,673* 19,751*
22,441* 28,520*
16,815* 22,893*
27,397* 33,475*
10,642* 16,720*
24,793* 30,872*
37,106* 43,184*
36,159* 42,237*
42,381* 48,459*
6,078
-6,078 -
*Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
2F Toets
In Tabel 10 zijn de gemiddelde scores en de slaagpercentages van de verschillende schooltypes en de niveaus binnen de schooltypes op de 2F toets te zien. Over het geheel genomen, scoren VMBO BB leerlingen het laagst, terwijl leerlingen van het HAVO/VWO het hoogst scoren. Van de VMBO BB leerlingen slaagt dan ook slechts 21,7% op de 2F toets, terwijl van de HAVO/VWO leerlingen bijna iedereen (98,6%) boven de (voorlopige) cesuur van 59% scoort. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen het laagst en GL leerlingen het hoogst. Opvallend is dat GL leerlingen gemiddeld hoger scoren dan TL leerlingen. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 4 leerlingen het hoogst. In Figuur 14 en Figuur 15 worden de gemiddelde scores en de slaag- en zakpercentages van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergeven.
29
Tabel 10 Beschrijvende gegevens 2F toets
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Slaagpercentage*
Aantal deelnemers
VMBO- BB
86,90
16,81
21,7%
161
VMBO- KB
95,73
15,70
38,5%
257
VMBO- GL
115,12
13,41
88,7%
141
VMBO- TL
114,40
14,21
83%
348
MBO niveau 1
92,37
24,90
41,7%
60
MBO niveau 2
99,89
18,47
49%
785
MBO niveau 3
113,49
18,63
77%
753
MBO niveau 4
123,83
15,41
93,3%
1456
HAVO/VWO
135,66
13,50
98,6%
577
*bij een cesuur van 59%
Gemiddelde totaalscores 2F toets HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL
VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB 0
20
40
60
80
Figuur 14 Gemiddelde scores 2F toets
30
100
120
140
160
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 geslaagd
MBO niveau 1
gezakt
Theoretische leerweg Gemengde theoretische leerweg Kaderberoepsgerichte leerweg Basisberoepsgerichte leerweg 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Figuur 15 Slaag- en zakpercentages 2F toets
In Tabel 11 te zien dat de meeste van de gevonden verschillen ook daadwerkelijk significant zijn. Er zijn slechts enkele uitzonderingen: Eerder werd al vermeld dat binnen het VMBO GL leerlingen, anders dan men zou verwachten, gemiddeld hoger scoren dan TL leerlingen. Dit verschil blijkt echter niet significant te zijn. GL leerlingen en TL leerlingen scoren gemiddeld dus even hoog op de 2F toets. Binnen het MBO zijn alle gevonden verschillen significant.
Tabel 11 Significantietabel 2F toets
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/ VWO
-8,827* -28,220* -27,502* -5,486* -12,991* -26,585* -36,930* -48,756*
8,827* -19,393* -18,675* 3,361 -4,164* -17,758* -28,103* -39,929*
28,220* 19,393* ,718 22,754* 15,229* 1,635 -8,710* -20,536*
27,502* 18,675* -,718 22,036* 14,511* ,916 -9,429* 21,255*
5,466* -3,361 -22,754* -22,036* -7,525* -21,119* -31,464* -43,290*
12,991* 4,164* -15,229* -14,511* 7,525* -13,594* -23,939* -35,765*
26,585* 17,758* -1,635 -,916 21,119* 13,594* -10,345* -22,171*
36,930* 28,103* 8,710* 9,429* 31,464* 23,939* 10,345* -11,826*
48,746* 39,929* 20,536* 21,255* 43,290* 35,765* 22,171* 11,826* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
31
3F Toets
In Tabel 12 zijn de gemiddelde scores en de slaagpercentages van de verschillende schooltypes en de niveaus binnen de schooltypes op de 3F toets te zien. MBO niveau 3 leerlingen scoren gemiddeld het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. Van de MBO niveau 3 leerlingen slaagt 50% op de 3F toets, terwijl van de HAVO/VWO 92,9% boven de cesuur van 59% scoort. In Figuur 16 en Figuur 17 worden de gemiddelde scores en de slaag- en zakpercentages van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergeven.
Tabel 12 Beschrijvende gegevens 3F toets Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Slaagpercentage*
Aantal deelnemers
MBO niveau 3
103,11
26,50
50%
36
MBO niveau 4
110,92
17,99
74,5%
333
HAVO/VWO
123,96
17,67
92,9%
28
*bij een cesuur van 59%
HAVO/VWO
MBO niveau 4
MBO niveau 3
0
20
40
60
Figuur 16 Gemiddelde scores 3F toets
32
80
100
120
140
HAVO/VWO
geslaagd
MBO niveau 4
gezakt
MBO niveau 3
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Figuur 17 Slaag- en zakpercentages 3F toets
In Tabel 13 is te zien dat alle gevonden verschillen ook daadwerkelijk significant zijn.
Tabel 13 Significantietabel 3F
MBO 3 MBO 4 HAVO/VWO
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-7,814* -20,853*
7,814* -13,039*
20,853* 13,039* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
33
Analyse van de afzonderlijke onderdelen Naast de analyse op de totaalscores is er ook gekeken naar de resultaten op de afzonderlijke toets onderdelen. Voor elk onderdeel werd per niveau (1F, 2F en 3F) gekeken naar de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en van de niveaus binnen de schooltypes. Met behulp van een variantieanalyse is getoetst of de verschillen tussen de scores significant zijn. Het significantieniveau in deze analyses is 0,05. Dat houdt in dat bij een significant verschil met 95% zekerheid gezegd kan worden dat het gevonden verschil niet op toeval berust.
Onderdeel: Grammatica Grammatica 1F In Tabel 14 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en van de verschillende niveaus binnen de schooltypes op de grammaticatoets 1F te zien. Over het geheel genomen, scoren leerlingen van praktijkscholen gemiddeld het laagst, terwijl leerlingen van het HAVO/VWO gemiddeld het hoogst scoren. Zoals te verwachten, scoren binnen het VMBO BB leerlingen het laagste en TL leerlingen het hoogste. Opvallend is echter dat GL leerlingen lager scoren dan KB leerlingen. In het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 4 leerlingen het hoogst. In Figuur 18 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 14 Beschrijvende gegevens Grammatica 1F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
Praktijkschool
4,15
1,98
16
261
LWOO
5,71
2,92
16
35
VMBO- BB
7,22
3,20
16
274
VMBO- KB
9,33
3,56
16
409
VMBO- GL
9,07
3,53
16
71
VMBO- TL
10,32
3,31
16
637
MBO niveau 1
5,16
3,35
16
312
MBO niveau 2
6,76
3,43
16
588
MBO niveau 3
8,26
3,84
16
746
MBO niveau 4
9,59
4,17
16
59
HAVO/VWO
13,12
2,69
16
318
34
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3
MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB LWOO Praktijkschool 0
2
4
6
8
10
12
14
Figuur 18 Gemiddelde scores Grammatica 1F
In Tabel 15 is te zien dat de meeste van de gevonden verschillen significant zijn. Er zijn slechts enkele uitzonderingen: Verder boven was te zien dat VMBO GL leerlingen, anders dan men zou verwachten, lager scoren dan VMBO KB leerlingen. Dat verschil blijkt echter niet significant te zijn. KB leerlingen en GL leerlingen scoren dus gemiddeld even hoog op de grammatica 1F toets. Binnen het MBO zijn alle gevonden verschillen significant.
Tabel 15 Significantietabel Grammatica 1F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO LWOO PS
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/ VWO
LWOO
PS
-2,106* - 1, 851* -3,097* 2,059* ,459 -1,041* -2,374* -5,897*
2,106* ,255 -,990* 4,165* 2,565* 1,065* -,268 -3,791*
1,851* -,255 -1,245* 3,910* 2,310* ,810 -,523 -4,046*
3,097* ,990* 1,245* 5,155* 3,555* 2,055* ,722 -2,801*
-2,059* -4,165* -3,910* -5,155* -1,600* -3,100* -4,433* -7,956*
-,459 -2,565* -2,310* -3,555* 1,600* -1,500* -2,833* -6,356*
1,041* -1,065* -,810 -2,055* 3,200* 1,500* -1,333* -4,856*
2,374* ,268 ,523 -,722 4,433* 2,833* 1,333* -3,523*
5,897* 3,791* 4,046* 2,801* 7,956* 6,356* 4,856* 3,523* -
-1,505* -3,611* -3,356* -4,601* ,559 -1,046 -2,546* -3,879* -7,402*
-3,070* -5,176* -4,921* -6,166* -1,011* -2,611* -4,111* -5,444* -8,967*
1,505* 3,070*
3,611* 5,176*
3,356* 4,921*
4,601* 6,166*
-,599 1,011*
1,046 2,611*
2,546* 4,111*
3,879* 5,444*
7,402* 8,967*
1,565*
-1,565* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
35
Grammatica 2F In Tabel 16 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en de verschillende niveaus binnen de schooltypes op de grammaticatoets 2F te zien. Over het geheel genomen scoren VMBO BB leerlingen het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen het hoogst scoren. Zoals te verwachten, scoren binnen het VMBO BB leerlingen het laagste en TL leerlingen het hoogste. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagste en niveau 4 leerlingen het hoogste. In Figuur 19 worden de scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 16 Beschrijvende gegevens Grammatica 2F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
VMBO- BB
10,10
3,66
24
172
VMBO- KB
12,49
4,17
24
282
VMBO- GL
16,38
3,58
24
160
VMBO- TL
16,59
3,56
24
398
MBO niveau 1
10,54
5,09
24
67
MBO niveau 2
10,89
4,27
24
852
MBO niveau 3
12,80
4,523
24
822
MBO niveau 4
15,53
4,16
24
1550
HAVO/VWO
20,38
2,89
24
586
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL
VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB
0
5
10
15
Figuur 19 Gemiddelde scores Grammatica 2F
36
20
25
In Tabel 17 is te zien dat de meeste van de gevonden verschillen significant zijn. Er zijn echter enkele uitzonderingen: Binnen het VMBO zijn de gevonden verschillen tussen de gemiddelde scores van GL en TL leerlingen niet significant. GL en TL leerlingen scoren dus gemiddeld even goed op de grammaticatoets 2F. Daarnaast is binnen het MBO het gevonden verschil tussen de gemiddelde scores van niveau 1 en niveau 2 leerlingen niet significant. Niveau 1 en niveau 2 leerlingen scoren gemiddeld dus even hoog op de grammaticatoets 2F.
Tabel 17 Significantietabel Grammatica 2F
BBL KBL GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO
BBL
KBL
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/ VWO
-2,381* -6,270* -6,488* -,433 -,783 -2,697* -5,424* -10,272*
2,381* -3,889* -4,107* 1,949* 1,598* -,316 -3,043* -7,891*
6,270* 3,889* -,218 5,838* 5,488* 3,573* ,846* -4,002*
6,488* 4,107* ,218 6,056* 5,706* 3,791* 1,064* -3,784*
,433 -1,949* -5,838* -6,056* -,350 -2,264* -4,992* -9,840*
,783* -1,598* -5,488* -5,706* ,350 -1,914* -4,642* -9,490*
2,697* ,316 -3,573* -3,791* 2,264* 1,914* -2,727 -7,575*
5,424* 3,043* -,846* -1,064* 4,992* 4,642* 2,727* -4,848*
10,272* 7,891* 4,002* 3,784* 9,840* 9,490* 7,575* 4,848* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
Grammatica 3F In Tabel 18 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de grammaticatoets 3F te zien. MBO niveau 3 leerling scoren het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen het hoogst scoren. In Figuur 20 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven. Tabel 18 Beschrijvende gegevens Grammatica3F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
MBO niveau 3
14,11
5,93
24
38
MBO niveau 4
15,83
4,71
24
357
HAVO/VWO
18,97
3,65
24
32
37
HAVO/VWO
MBO niveau 4
MBO niveau 3
0
2
4
6
8
10
12
14
16
Figuur 20 Gemiddelde scores Grammatica 3F
In Tabel 19 is te zien dat alle gevonden verschillen ook daadwerkelijk significant zijn.
Tabel 19 Significantietabel Grammatica 3F
MBO 3 MBO 4 HAVO/VWO
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-1,727* -4,863*
1,727* -3,137*
4,863* 3,137* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
38
18
20
Onderdeel: Leesvaardigheid Leesvaardigheid 1F In Tabel 20 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de leestoets 1F te zien. Over het geheel genomen scoren LWOO het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen het hoogst scoren. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen het laagst en TL leerlingen het hoogst. Opvallend is dat GL leerlingen gemiddeld net iets lager scoren dan KB leerlingen. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 3 leerlingen het hoogst. Niveau 4 leerlingen scoren net iets lager dan niveau 3 leerlingen. In Figuur 21 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 20 Beschrijvende gegevens Leesvaardigheid 1F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
Praktijkschool
18,05
4,939
35
266
LWOO
17,61
4,21
35
36
VMBO- BB
20,78
4,74
35
278
VMBO- KB
21,85
4,46
35
411
VMBO- GL
21,71
5,05
35
72
VMBO- TL
23,70
4,25
35
646
MBO niveau 1
21,320
5,42
35
313
MBO niveau 2
23,960
4,89
35
596
MBO niveau 3
26,69
4,08
35
753
MBO niveau 4
26,20
3,87
35
59
HAVO/VWO
27,40
3,03
35
318
39
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3
MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB LWOO Praktijkschool 0
5
10
15
20
25
30
Figuur 21 Gemiddelde scores Leesvaardigheid 1F
In Tabel 21 is te zien dat de meeste van de gevonden verschillen significant zijn. Er zijn echter enkele uitzonderingen: Zoals eerder opgemerkt scoren GL leerlingen, anders dan men zou verwachten, lager dan KB leerlingen. Dit verschil is echter niet significant. Ook het verschil tussen de gemiddelde scores van GL leerlingen en BB leerlingen is niet significant. Een mogelijke verklaring hiervoor is het relatief kleine aantal GL leerlingen dat de1F leestoets heeft gemaakt. Binnen het MBO werd gevonden dat niveau 3 leerlingen net iets hoger scoren dan niveau 4 leerlingen. Ook dit verschil is echter niet significant. Niveau 3 en niveau 4 leerlingen scoren gemiddeld dus ongeveer even hoog op de 1F leestoets.
Tabel 21 Significantietabel Leesvaardigheid 1F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO LWOO PS
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/ VWO
LWOO
PS
-1,071* -,928 -2,919* -,542 -3,181* -5,907* -5,423* -6,616*
1,071* ,143 -1,848* ,529 -2,110* -4,836* -4,352* -5,545*
,928 -,143 -1,991* ,386 -2,253* -4,980* -4,495* -5,688*
2,919* 1,848* 1,991* 2,377* -,262 -2,988* -2,504* -3,697*
,542 -,529 -,386 -2,377* -2,639* -5,365* -4,881* -6,074*
3,181* 2,110* 2,253* ,262 2,639* -2,727* -2,242* -3,435*
5,907* 4,836* 4,980* 2,988* 5,365* 2,727* ,485 -,708*
5,423* 4,352* 4,495* 2,504* 4,881* 2,242* -,485 -1,193
6,616* 5,545* 5,688* 3,697* 6,074* 3,435* ,708* 1,193 -
-3,169* -4,240* -4,097* -6,089* -3,712* -6,350* -9,077* -8,592* -9,785*
-2,728* -3,799* -3,656* -5,647* -3,270* -5,909* -8,635* -8,151* -9,344*
3,169* 2,728*
4,240* 3,799*
4,097* 3,656*
6,089* 5,647*
3,712* 3,270*
6,350* 5,909*
9,077* 8,635*
8,592* 8,151*
9,785* 9,344*
-,442
,422 -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
40
Leesvaardigheid 2F In Tabel 22 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en de verschillende niveaus binnen de schooltypes op de leestoets 2F te zien. Over het geheel genomen scoren VMBO BB leerlingen het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen het hoogst scoren. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen het laagst en GL leerlingen het hoogst. TL leerlingen scoren, anders dan men zou verwachten gemiddeld lager dan GL leerlingen. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 4 leerlingen het hoogst. In Figuur 22 worden de gemiddelde scores van de schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 22 Beschrijvende gegevens Leesvaardigheid 2F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
VMBO- BB
18,27
5,93
36
186
VMBO- KB
19,45
5,38
36
297
VMBO- GL
24,04
4,91
36
165
VMBO- TL
23,59
4,68
36
411
MBO niveau 1
20,29
6,30
36
69
MBO niveau 2
22,30
5,65
36
882
MBO niveau 3
25,78
5,05
36
983
MBO niveau 4
27,53
4,03
36
1590
HAVO/VWO
28,44
3,74
36
660
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB 0
5
10
15
Figuur 22 Gemiddelde scores Leesvaardigheid 2F
41
20
25
30
In Tabel 23 is te zien dat de meeste van de gevonden verschillen tussen de gemiddelde scores ook daadwerkelijk significant zijn. Een uitzondering is het verschil tussen de scores van GL en TL leerlingen. Zoals verder boven al opgemerkt scoren TL leerlingen, anders dan men zou verwachten lager dan GL leerlingen. Dit verschil blijkt echter niet significant te zijn.
Tabel 23 Significantietabel Leesvaardigheid 2F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-1,174* -5,768* -5,317* -2,016* -4,022* -7,508* -9,259* -10,168*
1,174* -4,595* -4,143* -,842 -2,848* -6,334* -8,085* -8,995*
5,768* 4,595* ,451 3,753* 1,747* -1,740* -3,490* -4,400*
5,317* 4,143* -,451 3,301* 1,295* -2,191* -3,941* -4,851*
2,016* ,842 -3,753* -3,301* -2,006* -5,492* -7,243* 1,433
4,022* 2,848* -1,747* -1,295* 2,006* -3,486* -5,237* -6,147*
7,508* 6,334* 1,740* 2,191* 5,492* 3,486* -1,750* -2,660*
9,259* 8,085* 3,490* 3,941* 7,243* 5,237* 1,750* -,910*
10,168* 8,995* 4,400* 4,851* 8,153* 6,147* 2,660* ,910* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
Leesvaardigheid 3F In Tabel 24 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus op de leestoets 3F te zien. MBO niveau 3 leerlingen scoren het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen het hoogst scoren. In Figuur 23 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 24 Beschrijvende gegevens Leesvaardigheid 3F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
MBO niveau 3
16,84
4,77
30
38
MBO niveau 4
17,22
4,31
30
361
HAVO/VWO
19,09
3,92
30
33
42
HAVO/VWO
MBO niveau 4
MBO niveau 3
15,5
16
16,5
17
17,5
18
18,5
19
19,5
Figuur 23 Gemiddelde scores Leesvaardigheid 3F
In Tabel 25 is te zien dat het verschil tussen de gemiddelde scores van niveau 3 en niveau 4 leerlingen niet significant is. Zij scoren dus gemiddeld even hoog op de leestoets 3F. Het verschil tussen MBO (niveau 3 en niveau 4) leerlingen en HAVO/VWO leerlingen is wel significant.
Tabel 25 Significantietabel Leesvaardigheid 3F MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
MBO 3 MBO 4
-,374
,374 -
2,249* 1,875*
HAVO/VWO
-2,249*
-1,875*
-
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
43
Onderdeel: Luistervaardigheid Luistervaardigheid 1F In Tabel 26 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus op de luistertoets 1F te zien. Over het geheel genomen scoren leerlingen van praktijkscholen gemiddeld het laagst, terwijl MBO niveau 4 leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. HAVO/VWO leerlingen scoren, anders dan men zou verwachten, gemiddeld lager dan niveau 3 en 4 leerlingen van het MBO. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen het laagst en TL leerlingen het hoogst. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en MBO 4 leerlingen het hoogst. In Figuur 24 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 26 Beschrijvende gegevens Luistervaardigheid 1F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
Praktijkschool
17,77
3,64
25
302
LWOO
18,05
3,97
25
39
VMBO- BB
19,38
3,32
25
296
VMBO- KB
20,36
2,65
25
430
VMBO- GL
20,50
2,17
25
78
VMBO- TL
20,66
3,07
25
712
MBO niveau 1
19,20
3,40
25
323
MBO niveau 2
20,86
2,70
25
622
MBO niveau 3
22,02
2,09
25
765
MBO niveau 4
22,15
1,95
25
59
HAVO/VWO
21,53
3,88
25
338
44
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB LWOO
Praktijkschool 0
5
10
15
20
25
Figuur 24 Gemiddelde scores Luistervaardigheid 1F
In Tabel 27 is te zien dat een aantal van de gevonden verschillen niet significant zijn: Binnen het VMBO zijn de verschillen tussen de gemiddelde scores van KB, GL en TL leerlingen niet significant. Het verschil tussen deze drie niveaus en BB leerlingen is echter wel significant. BB leerlingen scoren dus significant lager op de luistertoets 3F dan de drie andere niveaus. De drie andere niveaus scoren gemiddeld echter even hoog op de toets. Binnen het MBO is het verschil tussen niveau 3 en niveau 4 leerlingen niet significant. Daarnaast is ook het verschil tussen HAVO/VWO leerlingen en niveau 4 leerlingen niet significant. HAVO/VWO leerlingen scoren dus gemiddeld even hoog als niveau 4 leerlingen, maar lager dan niveau 3 leerlingen. Dat het verschil met de niveau 4 leerlingen niet significant is maar met niveau 3 leerlingen wel, is mogelijk het gevolg van het relatief kleine aantal niveau 4 deelnemers. Ook het verschil tussen praktijkschool leerlingen en LWOO leerlingen is niet significant. Tabel 27 Significantietabel Luistervaardigheid 1F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO LWOO PS
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
LWOO
PS
-,988* -1,125* -1,288* ,177 -1,480* -2,645* -2,778* -2,155*
,988* -,137 -,300 1,165* -,493* -1,657* -1,790* -1,167*
1,125* ,137 -,163 1,302* -,355 -1,520* -1,653* -1,030*
1,288* ,300 ,163 1,465* -,192 -1,357* -1,490* -,867*
-,177 -1,165* -1,302* -1,565* -1,657* -2,821* -2,954* -2,331*
1,480* ,493* ,355 ,192 1,657* -1,164* -1,297* -,674*
2,645* 1,657* 1,520* 1,357* 2,821* 1,164* -,133 ,490*
2,778* 1,790* 1,653* 1,490* 2,954* 1,297* ,133 ,623
2,155* 1,167* 1,030* ,867* 2,331* ,674* -,490* -,623 -
-1,324* -2,312* -2,449* -2,612* -1,147* -2,804* -3,968* -4,101* -3,478*
-1,607* -2,595* -2,732* -2,895* -1,430* -3,087* -4,251* -4,384* -3,761*
1,324* -1,607*
2,312* 2,595*
2,449* 2,732*
2,612* 2,895*
1,147* 1,430*
2,804* 3,087*
3,968* 4,251*
4,101* 4,348*
3,478* 3,761*
,283
-,283 -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
45
Luistervaardigheid 2F In Tabel 28 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de luistertoets 2F te zien. Over het geheel genomen scoren BB leerlingen gemiddeld het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen gemiddeld het laagst en GL leerlingen gemiddeld het hoogst. Anders dan men zou verwachten scoren TL leerlingen gemiddeld lager dan GL leerlingen. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen gemiddeld het laagst en niveau 4 leerlingen gemiddeld het hoogst. In Figuur 25 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 28 Beschrijvende gegevens Luistervaardigheid 2F Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
VMBO- BB
17,21
3,34
26
197
VMBO- KB
18,18
3,09
26
298
VMBO- GL
19,87
2,54
26
192
VMBO- TL
19,36
2,68
26
424
MBO niveau 1
17,76
3,23
26
72
MBO niveau 2
18,59
3,04
26
898
MBO niveau 3
20,12
2,88
26
986
MBO niveau 4
21,04
2,54
26
1615
HAVO/VWO
21,47
2,24
26
585
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB 0
5
10
15
Figuur 25 Gemiddelde scores Luistervaardigheid 2F
46
20
25
In Tabel 29 is te zien dat de gevonden verschillen tussen de niveaus binnen het VMBO en binnen het MBO significant zijn.
Tabel 29 Significantietabel Luistervaardigheid 2F
BBL KBL GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO
BBL
KBL
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-,973* -2,667* -2,150* -,556 -1,378* -2,917* -3,833* -4,262*
,973* -1,694* -1,177* ,417 -,405* -1,944* -2,860* -3,289*
2,667* 1,694* ,517* 2,111* 1,289* -,250 -1,166* -1,595*
2,150* 1,177* -,517* 1,595* ,773* -,766* -1,683* -2,112*
,556 -,417 -2,111* -1,595* -,822* -2,361* -3,278* -3,706*
1,378* ,405* -1,289* -,733 ,822* -1,539* -2,456* -2,884*
2,917* 1,944* ,250 ,766* 2,361* 1,539* -,917* -1,345*
3,833* 2,860* 1,166* 1,683* 3,278* 2,456* ,917* -,429*
4,262* 3,289* 1,595* 2,112* 3,706* 2,884* 1,345* ,429* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
Luistervaardigheid 3F In Tabel 30 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de luistertoets 3F te zien. MBO niveau 3 leerlingen scoren gemiddeld het laagst en HAVO/VWO scoren gemiddeld het hoogst. In Figuur 26 worden de gemiddelde scores ook grafisch weergegeven.
Tabel 30 Beschrijvende gegevens Luistertoets 3F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
MBO niveau 3
17,51
3,96
25
39
MBO niveau 4
19,14
3,18
25
387
HAVO/VWO
20,03
3,48
25
39
47
HAVO/VWO
MBO niveau 4
MBO niveau 3
16
16,5
17
17,5
18
18,5
19
19,5
20
20,5
Figuur 26 Gemiddelde scores Luistervaardigheid 3F
In Tabel 31 is te zien dat het verschil tussen MBO niveau 4 leerlingen en HAVO/VWO leerlingen niet significant is. Een mogelijke verklaring hiervoor is het relatief kleine aantal HAVO/VWO deelnemers.
Tabel 31 Significantietabel Luistervaardigheid 3F MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
MBO 3 MBO 4
-1,632*
1,632* -
2,513* ,881
HAVO/VWO
-2,513*
-,881
-
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
48
Onderdeel: Spelling In de analyses van het onderdeel spelling zijn alleen de items van het basisdeel meegenomen. Spelling 1F In Tabel 32 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de spellingtoets 1F te zien. Over het geheel genomen scoren leerlingen van de praktijkschool gemiddeld het laagst op de toets, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen gemiddeld het laagst en TL leerlingen gemiddeld het hoogst. Opvallend is dat GL leerlingen gemiddeld lager scoren dan KB leerlingen. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 3 leerlingen het hoogst. Opvallend is dat niveau 4 leerlingen lager scoren dan niveau 3 leerlingen. In Figuur 27 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 32 Beschrijvende gegevens Spelling 1F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
Praktijkschool
25,45
9,32
48
287
LWOO
29,08
8,17
48
37
VMBO- BB
33,17
8,09
48
283
VMBO- KB
36,14
6,10
48
406
VMBO- GL
35,29
5,47
48
65
VMBO- TL
37,03
6,01
48
658
MBO niveau 1
32,06
9,60
48
311
MBO niveau 2
37,01
7,23
48
600
MBO niveau 3
40,72
5,11
48
758
MBO niveau 4
39,90
5,95
48
59
HAVO/VWO
40,89
4,24
48
314
49
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB LWOO Praktijkschool 0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
Figuur 27 Gemiddelde scores Spelling 1F
In Tabel 33 is te zien dat de meeste van de gevonden verschillen significant zijn. Er zijn echter enkele uitzonderingen. Eerder werd genoemd dat GL leerlingen, anders dan verwacht, lager scoren dan KB leerlingen. Dit verschil blijkt echter niet significant te zijn. GL leerlingen en KB leerlingen scoren gemiddeld dus even hoog op de spellingtoets 1F. Daarnaast viel op dat binnen het MBO niveau 4 leerlingen gemiddeld lager scoren dan niveau 3 leerlingen. Ook dit verschil blijkt echter niet significant te zijn. Niveau 3 en niveau 4 leerlingen scoren gemiddeld even hoog.
Tabel 33 Significantietabel Spelling 1F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO LWOO PS
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
LWOO
PS
-2,970* -2,119* -3,857* 1,109* -3,834* -7,548* -6,725* -7,719*
2,970* ,851 -,888* 4,079* -,864* -4,579* -3,755* -4,749*
2,119* -,851 -1,738* 3,228* -1,714 -5,429* -4,606* -5,599*
3,857* ,888* 1,738* 4,966* ,024 -3,691* -2,868* -3,861*
-1,109* -4,079* -3,228* -4,966* -4,942* -8,657* -7,834* -8,827*
3,834* ,864* 1,714 -,024 4,943* -3,715* -2,892* -3,885*
7,548* 4,579* 5,429* 3,691* 8,657* 3,715* ,823 -,170
6,725* 3,755* 4,606* 2,868* 7,834* 2,892* -,823 -,993
7,719* 4,749* 5,599* 3,861* 8,827* 3,885* ,170 ,993 -
-4,092* -7,062* -6,211* -7,949* -2,983* -7,926* -11,641* -10,817* -11,811*
-7,727* -10,697* -9,846* -11,584* -6,618* -11,561* -15,276* -14,452* -15,446*
4,092* 7,727*
7,062* 10,697*
6,211* 9,846*
7,949* 11,584*
2,983* 6,618*
7,926* 11,561*
11,641* 15,276*
10,817* 14,452*
11,811* 15,446*
3,635*
-3,635* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
50
Spelling 2F In Tabel 34 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de spellingtoets 2F te zien. Over het geheel genomen scoren VMBO BB leerlingen gemiddeld het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen gemiddeld het laagst en GL leerlingen gemiddeld het hoogst. Anders dan men zou verwachten scoren TL leerlingen lager dan GL leerlingen. Het verschil is echter minimaal. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 4 leerlingen het hoogst. In Figuur 28 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 34 Beschrijvende gegevens Spelling 2F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
VMBO- BB
27,78
7,27
48
183
VMBO- KB
30,04
5,78
48
290
VMBO- GL
34,27
4,81
48
177
VMBO- TL
34,12
4,32
48
408
MBO niveau 1
27,24
9,47
48
71
MBO niveau 2
30,50
7,01
48
881
MBO niveau 3
34,45
6,32
48
947
MBO niveau 4
36,96
5,01
48
1581
HAVO/VWO
37,61
4,18
48
579
51
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB 0
5
10
15
20
25
30
35
40
Figuur 28 Gemiddelde scores Spelling 2F
In Tabel 35 is te zien dat de meeste van de gevonden verschillen ook daadwerkelijk significant zijn. Er zijn echter enkele uitzonderingen. Eerder werd al opgemerkt dat TL leerlingen, anders dan verwacht iets lager scoren dan GL leerlingen. Dat verschil blijkt echter niet significant te zijn. Tl en GL leerlingen scoren gemiddeld dus even hoog op de spellingtoets 2F.
Tabel 35 Significantietabel Spelling 2F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-2,269* -6,490* -6,342* ,537 -2,728* -6,675* -9,181* -9,830*
2,269* -4,221* -4,073* 2,805* -,459 -4,406 -6,912* -7,561*
6,490* 4,221* ,148 7,026* 3,762* -,185 -2,691* -3,341*
6,432* 4,073* -,148 6,878* 3,614* -,333 -2,839* -3,489*
-,537 -2,805* -7,026* -6,878* -3,265* -7,211* -9,718* 10,367*
2,728* ,459 -3,762* -3,614* 3,265* -3,947* -6,453* -7,102*
6,675* 4,406* ,185 ,333 7,211* 3,947* -2,506* -3,155*
9,181* 6,912* 2,691* 2,839* 9,718* 6,453* 2,506* -,649*
9,830* 7,561* 3,341* 3,489* 10,367* 7,102* 3,155* ,649* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
52
Spelling 3F
In Tabel 36 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de spellingtoets 3F te zien. MBO niveau 3 leerlingen scoren gemiddeld het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. In Figuur 29 worden de gemiddelde scores ook grafisch weergegeven.
Tabel 36 Beschrijvende gegevens Spelling 3F Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
MBO niveau 3
33,24
8,29
48
38
MBO niveau 4
36,02
5,64
48
367
HAVO/VWO
38,78
4,13
48
40
HAVO/VWO
MBO niveau 4
MBO niveau 3 30
32
34
36
38
40
Figuur 29 Gemiddelde scores Spelling 3F
In Tabel 37 is te zien dat het gevonden verschil tussen MBO niveau 3 en niveau 4 leerlingen niet significant is. Niveau 3 en niveau 4 leerlingen scoren gemiddeld even hoog op de spellingtoets 3F. Een mogelijke verklaring hiervoor is het relatief kleine aantal niveau 3 leerlingen dat de spellingtoets 3F heeft gemaakt. Tabel 37 Significantietabel Spelling 3F
MBO 3 MBO 4 HAVO/VWO
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-2,780 -5,538*
2,780 -2,759*
5,538* 2,759* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
53
Onderdeel: Werkwoordspelling In de analyses van het onderdeel Werkwoordspelling zijn alleen de items van het basisdeel meegenomen.
Werkwoordspelling 1F In Tabel 38 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de werkwoordspellingtoets 1F te zien. Over het geheel genomen scoren praktijkschool leerlingen gemiddeld het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. Binnen het VMBO scoren GL leerlingen gemiddeld het laagst en TL leerlingen het hoogst. Opvallend is, dat GL leerlingen lager scoren dan KB als ook BB leerlingen. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 3 leerlingen het hoogst. Niveau 4 leerlingen scoren, anders dan men zou verwachten, lager dan niveau 3 leerlingen. In Tabel 30 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 38 Beschrijvende gegevens Werkwoordspelling 1F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
Praktijkschool
18,61
6,82
36
258
LWOO
20,09
7,24
36
33
VMBO- BB
23,64
6,13
36
262
VMBO- KB
25,26
5,78
36
395
VMBO- GL
21,51
9,88
36
68
VMBO- TL
26,78
4,05
36
612
MBO niveau 1
23,08
7,49
36
303
MBO niveau 2
26,88
5,61
36
580
MBO niveau 3
30,23
4,36
36
742
MBO niveau 4
29,19
4,80
36
59
HAVO/VWO
30,43
3,39
36
318
54
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1
VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB LWOO Praktijkschool 0
5
10
15
20
25
30
35
Figuur 30 Gemiddelde scores Werkwoordspelling 1F
In Tabel 39 is te zien dat de gevonden verschillen binnen het VMBO en MBO ook daadwerkelijk significant zijn. GL leerlingen scoren dus significant lager op de werkwoordspelling 1F toets dan de andere drie niveaus binnen het VMBO. Binnen het MBO scoren niveau 3 leerlingen significant lager dan niveau 4 leerlingen. Een mogelijke verklaring hiervoor is het relatief kleine aantal GL en niveau 4 leerlingen dat de 1F werkwoordspellingtoets heeft gemaakt.
Tabel 39 Significantietabel Werkwoordspelling 1F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO LWOO PS
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
LWOO
PS
-1,626* 2,123* -3,145* ,561 -3,247* -6,590* -5,549* -6,793*
1,626* 3,749* -1,519* 2,187* -1,621* -4,964* -3,923* -5,168*
-2,123* -3,749* -5,268* -1,561* -5,370* -8,713* -7,672* -8,916*
3,145* 1,519* 5,268* 3,707* -,102 -3,445* -2,404* -3,648*
-,561 -2,187* 1,561* -3,707* -3,809* -7,152* -6,111* -7,355*
3,247* 1,621* 5,370* ,102 3,809* -3,343* -2,302* -3,546*
6,590* 4,964* 8,713* 3,445* 7,152* 3,343* 1,041 -,203
5,549* 3,923* 7,672* 2,404* 6,111* 2,302* -1,041 -1,244
6,793* 5,168* 8,916* 3,648* 7,355* 3,546* ,203 1,244 -
-3,546* -5,172* -1,424* -6,692* -2,985* -6,794* -10,137* -9,096* -10,340*
-5,025* -6,651* -2,902* -8,170* -4,464* -8,272* -11,615* -10,574* -11,818*
3,546* 5,025*
5,172* 6,651*
1,424* 2,902*
6,692* 8,170*
2,985* 4,464*
6,794* 8,272*
10,137* 11,615*
9,096* 10,574*
10,340* 11,818*
1,479
-1,479 -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
55
Werkwoordspelling 2F In Tabel 40 zijn de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus binnen de schooltypes op de werkwoordspellingtoets 3F te zien. Over het geheel genomen scoren BB leerlingen gemiddeld het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren. Binnen het VMBO scoren BB leerlingen het laagst en TL leerlingen het hoogst. Binnen het MBO scoren niveau 1 leerlingen het laagst en niveau 4 leerlingen het hoogst. In Figuur 31 worden de gemiddelde scores van de verschillende schooltypes en niveaus ook grafisch weergegeven.
Tabel 40 Beschrijvende gegevens Werkwoordspelling 2F
Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal items
Aantal deelnemers
VMBO- BB
14,18
5,14
36
177
VMBO- KB
15,26
5,30
36
277
VMBO- GL
19,26
5,54
36
158
VMBO- TL
20,26
5,99
36
372
MBO niveau 1
15,38
6,57
36
66
MBO niveau 2
16,74
5,63
36
846
MBO niveau 3
20,14
6,52
36
931
MBO niveau 4
22,59
6,17
36
1533
HAVO/VWO
27,51
5,87
36
585
HAVO/VWO MBO niveau 4 MBO niveau 3 MBO niveau 2 MBO niveau 1 VMBO- TL VMBO- GL VMBO- KB VMBO- BB
0
5
10
15
Figuur 31 Gemiddelde scores Werkwoordspelling 2F
56
20
25
30
In Tabel 41 is te zien dat een aantal van de gevonden verschillen binnen het VMBO en MBO niet significant zijn. Binnen het VMBO is het verschil tussen KB en BB leerlingen niet significant. Deze twee groepen scoren dus gemiddeld even hoog op de werkwoordspellingtoets 2F. Daarnaast is ook het gevonden verschil tussen GL en TL leerlingen niet significant. Ook deze twee groepen scoren dus gemiddeld even hoog op dit onderdeel. Binnen het MBO is het gevonden verschil tussen niveau 1 en niveau 2 leerlingen niet significant. Een mogelijke verklaring hiervoor zou het relatief kleine aantal niveau 1 leerlingen zijn, dat de werkwoordspellingtoets 2F heeft gemaakt.
Tabel 41 Significantietabel Werkwoordspelling 2F
BB KB GL TL MBO 1 MBO 2 MBO 3 MBO 4 HAVO/ VWO
BB
KB
GL
TL
MBO 1
MBO 2
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-1,085 -5,084* -6,086* -1,204 -2,567* -5,960* -8,413* -13,338*
1,085 -4,000* -5,001* -,119 -1,482* -4,875* -7,328* -12,253*
5,084* 4,000* -1,001 3,881* 2,517* -,876 -3,328* -8,253*
6,086* 5,001* 1,001 4,882* 3,518* ,125 -2,327* -7,252*
1,204 ,119 -3,881* -4,882* -1,364 -4,757* -7,209* -12,134*
2,567* 1,482* -2,517* -3,518* 1,364 -3,393* -5,845* -10,771*
5,960* 4,875* ,876 -,125 4,757* 3,939* -2,452* -7,377*
8,413* 7,328* 3,328* 2,327* 7,209* 5,845* 2,452* -4,925*
13,338* 12,253* 8,253* 7,252* 12,134* 10,771* 7,377* 4,925* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
Werkwoordspelling 3F In Tabel 42 zijn de gemiddelde scores van MBO en HAVO/VWO leerlingen op de werkwoordspellingtoets 3F te zien. MBO 3 leerlingen scoren gemiddeld het laagst, terwijl HAVO/VWO leerlingen gemiddeld het hoogst scoren op dit onderdeel. In Figuur 32 worden de gemiddelde scores van de drie groepen leerlingen ook grafisch weergegeven.
Tabel 42 Beschrijvende gegevens Werkwoordspelling 3F Niveau
Gemiddelde
Standaarddeviatie
Aantal deelnemers
MBO niveau 3
22,2703
7,90446
37
MBO niveau 4
22,9331
6,09867
344
HAVO/VWO
26,9000
6,46129
30
57
HAVO/VWO
MBO niveau 4
MBO niveau 3
0
5
10
15
20
25
30
Figuur 32 Gemiddelde scores Werkwoordspelling 3F
In Tabel 43 is te zien dat het gevonden verschil tussen niveau 3 en niveau 4 leerlingen niet significant is. Deze twee groepen leerlingen scoren gemiddeld dus even hoog op de werkwoordspellingtoets 3F. Een mogelijke verklaring hiervoor is het relatief kleine aantal niveau 3 leerlingen dat dit onderdeel heeft gemaakt. Het verschil tussen HAVO/VWO leerlingen en de niveau 3 en niveau 4 leerlingen is wel significant.
Tabel 43 Significantietabel Werkwoordspelling 3F
MBO 3 MBO 4 HAVO/VWO
MBO 3
MBO 4
HAVO/VWO
-,663 -4,630*
,663 -3,967*
4,630* 3,967* -
* Significant bij een significantieniveau van 0,05 of lager
58
Conclusie Meijerink gaat er vanuit dat het vereiste niveau voor 75% van de deelnemers haalbaar is. Als we kijken naar de slaagpercentages van de verschillende schooltypes en niveaus op de drie toetsen (1F, 2F en 3F), valt echter op dat een aantal van deze percentages lager liggen dan 75%. Bij de 1F toets liggen de slaagpercentages van praktijkschool leerlingen, LWOO leerlingen, en VMBO BB en GL leerlingen lager dan 75%. Bij de 2F toets liggen de slaagpercentages van VMBO KB en BB leerlingen en van MBO niveau 1 en 2 leerlingen duidelijk lager dan 75%. Tenslotte ligt op de 3F toets het slaagpercentage van niveau 3 leerlingen lager dan 75%. Het vereiste uitstroomniveau voor niveau 3 leerlingen is dan echter ook 2F. Niveau 4 leerlingen en HAVO/VWO leerlingen doen het over het algemeen heel goed op de toetsen. De slaagpercentages van deze twee groepen liggen in bijna alle gevallen boven de 75%. Alleen op de 3F toets ligt het slaagpercentage van niveau 4 leerlingen net onder de 75%. Er moet echter in gedachten worden gehouden dat veel leerlingen op een lager niveau getest zijn dan het vereiste uitstroomniveau. Zo is er bijvoorbeeld een groot aantal HAVO/VWO leerlingen getest op 1F, terwijl deze groep volgens Meijerink moet uitstromen op niveau 3F. Ervan uitgaande dat vooral leerlingen die meer moeite hebben met taal op een lager niveau zijn getest, is het aannemelijk dat sommige van de slaagpercentages anders lager zouden uitvallen. Bij de analyses valt op dat bij de onderdelen van de 1F toets GL leerlingen soms lager scoren dan KB leerlingen, terwijl ze op de 2F toetsen hoger scoren. Een mogelijke verklaring is dat het aantal GL leerlingen dat op 1F getoetst is relatief klein is, waardoor de gemiddelden van deze groep iets minder betrouwbaar zijn. Ook werd er in de analyses geen rekening gehouden met het schooljaar. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat de groep GL leerlingen die op 1F getoetst tijdens de afname in leerjaar 1 zaten, terwijl de KB leerlingen die getest zijn leerjaar 2 leerlingen waren. In een vervolganalyse zal ook het leerjaar in beschouwing worden genomen. Om te kijken met welke onderdelen de leerlingen de meeste moeite hebben, worden in Tabel 44 ook de slaagpercentages (over de hele groep) op de afzonderlijke onderdelen weergegeven. Hieruit blijkt dat met name op de onderdelen grammatica en werkwoordspelling (vanaf niveau 2F) slecht gescoord wordt. Binnen de 3F toets wordt daarnaast ook laag gescoord op de leestoets. Het hoogst scoren leerlingen over het algemeen op de luistertoetsen. De meeste moeite hebben leerlingen dus met de onderdelen die niet centraal getoetst zullen worden. Op de onderdelen, die wel centraal getoetst zullen worden (lezen en luisteren) scoren leerlingen in vergelijking relatief goed. Tabel 44 Slaagpercentages per onderdeel Onderdeel
Slaagpercentage 1F
Slaagpercentage 2F
Slaagpercentage 3F
38%
51%
64%
Leesvaardigheid
73,20%
75,30%
48%
Luistervaardigheid
93,50%
94,30%
89,10%
Spelling
83,30%
82,50%
89,40%
Werkwoordspelling
80,50%
41,60%
59,10%
Grammatica
59
Bijlagen Bijlage I: Lijst van tabellen en figuren Tabel 1 Onderdelen taaltoets AMN ........................................................................................................ 8 Tabel 2 Overzicht luisterteksten versie 1 ................................................................................................ 9 Tabel 3 Overzicht leesteksten versie 1 .................................................................................................. 10 Tabel 4 Categorieën spelling ................................................................................................................. 11 Tabel 5 Opbouw Spellingstoets ............................................................................................................. 12 Tabel 6 Categorieën werkwoordspelling ............................................................................................... 14 Tabel 7 Aantal deelnemers per niveau.................................................................................................. 25 Tabel 8 Beschrijvende gegevens 1F toets ............................................................................................. 27 Tabel 9 Significantietabel 1F toets ........................................................................................................ 29 Tabel 10 Beschrijvende gegevens 2F toets ........................................................................................... 30 Tabel 11 Significantietabel 2F toets ...................................................................................................... 31 Tabel 12 Beschrijvende gegevens 3F toets ........................................................................................... 32 Tabel 13 Significantietabel 3F ............................................................................................................... 33 Tabel 14 Beschrijvende gegevens Grammatica 1F ................................................................................ 34 Tabel 15 Significantietabel Grammatica 1F........................................................................................... 35 Tabel 16 Beschrijvende gegevens Grammatica 2F ................................................................................ 36 Tabel 17 Significantietabel Grammatica 2F........................................................................................... 37 Tabel 18 Beschrijvende gegevens Grammatica3F ................................................................................. 37 Tabel 19 Significantietabel Grammatica 3F........................................................................................... 38 Tabel 20 Beschrijvende gegevens Leesvaardigheid 1F.......................................................................... 39 Tabel 21 Significantietabel Leesvaardigheid 1F .................................................................................... 40 Tabel 22 Beschrijvende gegevens Leesvaardigheid 2F.......................................................................... 41 Tabel 23 Significantietabel Leesvaardigheid 2F .................................................................................... 42 Tabel 24 Beschrijvende gegevens Leesvaardigheid 3F.......................................................................... 42 Tabel 25 Significantietabel Leesvaardigheid 3F .................................................................................... 43 Tabel 26 Beschrijvende gegevens Luistervaardigheid 1F ...................................................................... 44 Tabel 27 Significantietabel Luistervaardigheid 1F................................................................................. 45 Tabel 28 Beschrijvende gegevens Luistervaardigheid 2F ...................................................................... 46 Tabel 29 Significantietabel Luistervaardigheid 2F................................................................................. 47 Tabel 30 Beschrijvende gegevens Luistertoets 3F ................................................................................ 47 Tabel 31 Significantietabel Luistervaardigheid 3F................................................................................. 48 Tabel 32 Beschrijvende gegevens Spelling 1F ....................................................................................... 49 Tabel 33 Significantietabel Spelling 1F .................................................................................................. 50 Tabel 34 Beschrijvende gegevens Spelling 2F ....................................................................................... 51 Tabel 35 Significantietabel Spelling 2F .................................................................................................. 52 Tabel 36 Beschrijvende gegevens Spelling 3F ....................................................................................... 53 Tabel 37 Significantietabel Spelling 3F .................................................................................................. 53 Tabel 38 Beschrijvende gegevens Werkwoordspelling 1F .................................................................... 54 60
Tabel 39 Significantietabel Werkwoordspelling 1F ............................................................................... 55 Tabel 40 Beschrijvende gegevens Werkwoordspelling 2F .................................................................... 56 Tabel 41 Significantietabel Werkwoordspelling 2F ............................................................................... 57 Tabel 42 Beschrijvende gegevens Werkwoordspelling 3F .................................................................... 57 Tabel 43 Significantietabel Werkwoordspelling 3F ............................................................................... 58 Tabel 44 Slaagpercentages per onderdeel ............................................................................................ 59 Figuur 1 Referentieniveaus Meijerink ..................................................................................................... 7 Figuur 2 Voorbeeld open vraag spelling ................................................................................................ 13 Figuur 3 Voorbeeld meerkeuzevraag spelling ....................................................................................... 13 Figuur 4 Voorbeeld open vraag werkwoordspelling ............................................................................. 15 Figuur 5 Voorbeeld meerkeuzevraag werkwoordspelling .................................................................... 16 Figuur 6 Voorbeeldvraag woordsoorten ............................................................................................... 17 Figuur 7 Voorbeeldvraag zinnen ontleden 1F ....................................................................................... 18 Figuur 8 Voorbeeldvraag zinnen ontleden 2F ....................................................................................... 18 Figuur 9 Voorbeeldrapportage taaltoets............................................................................................... 22 Figuur 10 Voorbeeld detailrapportage spelling..................................................................................... 23 Figuur 11 Voorbeeld detailrapportage werkwoordspelling .................................................................. 24 Figuur 12 Gemiddelde scores 1F toets .................................................................................................. 28 Figuur 13 Slaag- en zakpercentages 1F toets ........................................................................................ 28 Figuur 14 Gemiddelde scores 2F toets .................................................................................................. 30 Figuur 15 Slaag- en zakpercentages 2F toets ........................................................................................ 31 Figuur 16 Gemiddelde scores 3F toets .................................................................................................. 32 Figuur 17 Slaag- en zakpercentages 3F toets ........................................................................................ 33 Figuur 18 Gemiddelde scores Grammatica 1F ..................................................................................... 35 Figuur 19 Gemiddelde scores Grammatica 2F ...................................................................................... 36 Figuur 20 Gemiddelde scores Grammatica 3F ...................................................................................... 38 Figuur 21 Gemiddelde scores Leesvaardigheid 1F ................................................................................ 40 Figuur 22 Gemiddelde scores Leesvaardigheid 2F ................................................................................ 41 Figuur 23 Gemiddelde scores Leesvaardigheid 3F ................................................................................ 43 Figuur 24 Gemiddelde scores Luistervaardigheid 1F ............................................................................ 45 Figuur 25 Gemiddelde scores Luistervaardigheid 2F ............................................................................ 46 Figuur 26 Gemiddelde scores Luistervaardigheid 3F ............................................................................ 48 Figuur 27 Gemiddelde scores Spelling 1F.............................................................................................. 50 Figuur 28 Gemiddelde scores Spelling 2F.............................................................................................. 52 Figuur 29 Gemiddelde scores Spelling 3F.............................................................................................. 53 Figuur 30 Gemiddelde scores Werkwoordspelling 1F........................................................................... 55 Figuur 31 Gemiddelde scores Werkwoordspelling 2F........................................................................... 56 Figuur 32 Gemiddelde scores Werkwoordspelling 3F........................................................................... 58
61
Bijlage II: Slaag-/ zakregeling mbo met CEO Nederlandse taal en rekenen
62
63
Bijlage III: Omzettingstabel pre-pilot COE rekenen 3F
64
Bijlage IV: Voorlopige omzettingstabellen taaltoets De voorlopige scoretabellen voor de rekentoets zijn gebaseerd op de Omzettingstabel pre‐pilot COE 2011 Nederlandse taal 3F VERSIE 1 van Cito en College van Examens.1 Taaltoets 1F %
score
cijfer
%
score
cijfer
%
score
cijfer
%
score
cijfer
%
score
cijfer
0%
0
1
20%
32
1
40%
64
3,3
60%
96
5,8
80%
128
10
1%
1
1
21%
33
1
41%
65
3,4
61%
97
5,9
81%
129
10
1%
2
1
21%
34
1
41%
66
3,4
61%
98
5,9
81%
130
10
2%
3
1
22%
35
1
42%
67
3,6
62%
99
6,1
82%
131
10
3%
4
1
23%
36
1,1
43%
68
3,7
63%
100
6,2
83%
132
10
3%
5
1
23%
37
1,1
43%
69
3,7
63%
101
6,2
83%
133
10
4%
6
1
24%
38
1,3
44%
70
3,8
64%
102
6,2
84%
134
10
4%
7
1
24%
39
1,3
44%
71
3,8
64%
103
6,4
84%
135
10
5%
8
1
25%
40
1,4
45%
72
4
65%
104
6,6
85%
136
10
6%
9
1
26%
41
1,6
46%
73
4,1
66%
105
6,8
86%
137
10
6%
10
1
26%
42
1,6
46%
74
4,1
66%
106
6,8
86%
138
10
7%
11
1
27%
43
1,8
47%
75
4,2
67%
107
6,9
87%
139
10
8%
12
1
28%
44
1,9
48%
76
4,3
68%
108
7,1
88%
140
10
8%
13
1
28%
45
1,9
48%
77
4,3
68%
109
7,1
88%
141
10
9%
14
1
29%
46
2,1
49%
78
4,4
69%
110
7,3
89%
142
10
9%
15
1
29%
47
2,1
49%
79
4,5
69%
111
7,3
89%
143
10
10%
16
1
30%
48
2,2
50%
80
4,5
70%
112
7,6
90%
144
10
11%
17
1
31%
49
2,4
51%
81
4,6
71%
113
7,8
91%
145
10
11%
18
1
31%
50
2,4
51%
82
4,6
71%
114
7,8
91%
146
10
12%
19
1
32%
51
2,5
52%
83
4,7
72%
115
8
92%
147
10
13%
20
1
33%
52
2,6
53%
84
4,8
73%
116
8,3
93%
148
10
13%
21
1
33%
53
2,6
53%
85
4,8
73%
117
8,3
93%
149
10
14%
22
1
34%
54
2,7
54%
86
4,9
74%
118
8,5
94%
150
10
14%
23
1
34%
55
2,7
54%
87
4,9
74%
119
8,5
94%
151
10
15%
24
1
35%
56
2,8
55%
88
5
75%
120
8,9
95%
152
10
16%
25
1
36%
57
2,9
56%
89
5,2
76%
121
9,2
96%
153
10
16%
26
1
36%
58
2,9
56%
90
5,2
76%
122
9,2
96%
154
10
17%
27
1
37%
59
3
57%
91
5,3
77%
123
9,5
97%
155
10
18%
28
1
38%
60
3,1
58%
92
5,4
78%
124
10
98%
156
10
18%
29
1
38%
61
3,1
58%
93
5,4
78%
125
10
98%
157
10
19%
30
1
39%
62
3,2
59%
94
5,6
79%
126
10
99%
158
10
19%
31
1
39%
63
3,2
59%
95
5,6
79%
127
10
99%
159
10
100%
160
10
1
Bron Pre-pilot COE Taal en Rekenen 3F (http://www.cito.nl/onderwijs/middelbaar%20beroepsonderwijs/coe_examens_mbo/pre-pilot.aspx
65
Taaltoets 2F en 3F %
score
cijfer
%
score
cijfer
%
score
cijfer
%
score
cijfer
%
score
cijfer
0%
0
1
21%
35
1
41%
70
3,4
62%
105
6,1
82%
140
10
1%
1
1
21%
36
1
42%
71
3,6
62%
106
6,1
83%
141
10
1%
2
1
22%
37
1
42%
72
3,6
63%
107
6,2
84%
142
10
2%
3
1
22%
38
1
43%
73
3,7
64%
108
6,3
84%
143
10
2%
4
1
23%
39
1,1
44%
74
3,8
64%
109
6,4
85%
144
10
3%
5
1
24%
40
1,3
44%
75
3,8
65%
110
6,6
85%
145
10
4%
6
1
24%
41
1,3
45%
76
4
65%
111
6,6
86%
146
10
4%
7
1
25%
42
1,4
45%
77
4
66%
112
6,8
86%
147
10
5%
8
1
25%
43
1,4
46%
78
4,1
66%
113
6,8
87%
148
10
5%
9
1
26%
44
1,6
46%
79
4,1
67%
114
6,9
88%
149
10
6%
10
1
26%
45
1,6
47%
80
4,2
68%
115
7,1
88%
150
10
6%
11
1
27%
46
1,8
48%
81
4,3
68%
116
7,1
89%
151
10
7%
12
1
28%
47
1,9
48%
82
4,3
69%
117
7,3
89%
152
10
8%
13
1
28%
48
1,9
49%
83
4,4
69%
118
7,3
90%
153
10
8%
14
1
29%
49
2,1
49%
84
4,4
70%
119
7,6
91%
154
10
9%
15
1
29%
50
2,1
50%
85
4,5
71%
120
7,8
91%
155
10
9%
16
1
30%
51
2,2
51%
86
4,6
71%
121
7,8
92%
156
10
10%
17
1
31%
52
2,4
51%
87
4,6
72%
122
8
92%
157
10
11%
18
1
31%
53
2,4
52%
88
4,7
72%
123
8
93%
158
10
11%
19
1
32%
54
2,5
52%
89
4,7
73%
124
8,3
94%
159
10
12%
20
1
32%
55
2,5
53%
90
4,8
74%
125
8,5
94%
160
10
12%
21
1
33%
56
2,6
54%
91
4,9
74%
126
8,5
95%
161
10
13%
22
1
34%
57
2,7
54%
92
4,9
75%
127
8,9
95%
162
10
14%
23
1
34%
58
2,7
55%
93
5
75%
128
8,9
96%
163
10
14%
24
1
35%
59
2,8
55%
94
5
76%
129
9,2
96%
164
10
15%
25
1
35%
60
2,8
56%
95
5,2
76%
130
9,2
97%
165
10
15%
26
1
36%
61
2,9
56%
96
5,2
77%
131
9,5
98%
166
10
16%
27
1
36%
62
2,9
57%
97
5,3
78%
132
10
98%
167
10
16%
28
1
37%
63
3
58%
98
5,4
78%
133
10
99%
168
10
17%
29
1
38%
64
3,1
58%
99
5,4
79%
134
10
99%
169
10
18%
30
1
38%
65
3,1
59%
100
5,6
79%
135
10
100%
170
10
18%
31
1
39%
66
3,2
59%
101
5,6
80%
136
10
19%
32
1
39%
67
3,2
60%
102
5,8
81%
137
10
19%
33
1
40%
68
3,3
61%
103
5,9
81%
138
10
20%
34
1
41%
69
3,4
61%
104
5,9
82%
139
10
66