Codekinderen: codekinderen
inleiding voor docenten
Met Codekinderen gaan leerlingen van groep 3 tot en met 8 kriskras door een woud van creatieve digitale mogelijkheden. Ze proeven van verschillende apps, sites en programma’s die creatief en logisch denken stimuleren en die hen inzicht geven in de ‘achterkant’ van de apparaten die ze dagelijks gebruiken.
Bij het maken van keuzes hebben we gekeken naar: • Een gevarieerd en uitdagend aanbod voor de doelgroep. • Tools/apps die zoveel mogelijk gratis en algemeen toegankelijk zijn. In 1½ uur kunnen leerlingen ‘proeven’ van de verschillende mogelijkheden. Er worden drie niveaus per tool aangeboden. Mogelijk worden de leerlingen zo enthousiast dat ze méér willen. In de handleidingen vindt u verwijzingen naar nog meer mogelijkheden. Of misschien wordt u zelf zo enthousiast na het project dat u met de klas een tool verder wilt uitdiepen? Of misschien dragen de leerlingen of uzelf andere leuke toepassingen aan? Ontdek met elkaar de digitale talenten en laat ze schitteren! Dit is wat we graag willen bereiken met Codekinderen.
Organisatie
Per bouw zijn er vier proeverijen die op vier verschillende dagen in carrouselvorm worden doorlopen. Een proeverij duurt 1½ uur . U kunt er ook voor kiezen om minder proeverijen aan te bieden in de carrousel, bijvoorbeeld als u bepaalde materialen niet beschikbaar heeft of niet kunt aanschaffen. Ook kunt u slechts één proeverij aanbieden die u met de hele klas tegelijkertijd doet. De lesmaterialen zijn per tool apart te downloaden. In de handleiding gaan we uit van de carrouselvorm met vier proeverijen. Met een goede voorbereiding en organisatie kunnen de proeverijen bijna zelfstandig door de leerlingen worden doorlopen. Doorloop de checklist ‘voorbereidingen’ en voer de nodige acties uit voordat u aan het project begint.
lego wedo
1
2
Foldify
pivot
3
4
kodable
DOCENTEN
Voorbeeld proeverijen groep 3/4.
1
codekinderen
Checklist ‘Voorbereidingen’ ■ Informeer ouders over het project. U kunt hierbij verwijzen naar de website van Codekinderen. Vertel ouders dat zij na de vierde proeverij gevraagd zullen worden om samen met hun kind te reflecteren op het project aan de hand van een web 2.0 tool: Answergarden. ■ Vraag ouders met ict-affiniteit om u te helpen. Reken per keer op 2 begeleiders per 15 à 20 leerlingen, dus uzelf + 1 ouder. Als u een groep van 30 leerlingen heeft, raden wij aan de groep te splitsen. Er zijn dan per keer 3 begeleiders nodig: een begeleider voor de helft van de klas die niet aan het project werkt en twee begeleiders voor het project (leerkracht + ouder). Tip: Plan de twee groepshelften op één ochtend zodat u ouders kunt vragen een hele ochtend te blijven. ■ Presenteer het project aan hulpouders en leerlingen. Nodig de hulpouders uit in de klas en presenteer het project aan de leerlingen en de hulpouders. U vertelt leerlingen en ouders waarom dit project gedaan wordt, wat er gedaan zal worden en in welke vorm. Gebruik de informatie onder ‘opbouw proeverijen en lesmaterialen’ voor deze instructie en laat zien waar de materialen te vinden zijn op de website. ■
Wat wordt van de hulpouders verwacht? • Website van tevoren goed doornemen. • Proeverijen van tevoren uitproberen. • Tijdens de projectdag: begeleiding van de leerlingen als ze vastlopen.
■ Print de stap-voor-stap vellen De stap-voor-stap vellen worden voor alle leerlingen geprint. Dit vel hebben de leerlingen gedurende de vier proeverijen nodig. Om het netjes te houden, kunt u ervoor kiezen om de vellen te plastificeren. Laat de leerlingen hun naam op het stap-voor-stap vel schrijven. ■ Koop stickers Deze stickers komen op de stap-voor-stap
DOCENTEN
vellen na iedere opdracht. Kies stickers die de leerlingen aan zullen spreken. ■ Check de ict-infrastructuur ifi voor de iPads. •W rije toegang tot internet (YouTube moet vrij •V toegankelijk zijn). • I nstalleer de benodigde software. aar kunnen de creaties opgeslagen worden? •W rinter, liefst een kleurenprinter. •P est de tools onder een leerlingaccount. •T ■ Zorg voor de nodige materialen Lees in de lesbrieven welke materialen u nodig heeft en welke voorbereiding de proeverij van u vraagt. Bij sommige proeverijen moet iets worden aangeschaft, of moet software worden geïnstalleerd. Ook moeten er iPads worden geregeld. Zorg ervoor dat u dit ruim voor de uitvoering van het project regelt. ■ Probeer de proeverijen zelf uit U hoeft geen allesweter te zijn. Experimenteer wel zelf met de aangeboden tools zodat u gevoel krijgt bij de programma’s waarmee de kinderen gaan werken. Ook begrijpt u dan beter waar de kinderen tegenaan kunnen lopen. ■ Bepaal de data Prik vier ochtenden in de jaarkalender voor het project. Een frequentie van een keer per week of per twee weken is aan te raden zodat de leerlingen de structuur binnen de organisatie kunnen onthouden. Bij een langere tussentijd kan de betrokkenheid van de leerlingen minder worden. ■ Verdeel de klas in groepjes Per proeverij kunnen vier leerlingen aan de slag. Zij werken in tweetallen aan een werkstation (een computer of een iPad). Bij ca. 16 leerlingen, verdeelt u de klas in 4 groepen (8 tweetallen). Deze groepen blijven gedurende de vier proeverijen bij elkaar en rouleren samen van proeverij naar proeverij. ■ Maak een rouleerschema Nummer de groepjes en de proeverijen en maak een rouleerschema.
2
codekinderen
Opbouw van de proeverijen Alle proeverijen hebben dezelfde opbouw. In bijlage 1 treft u een tijdschema van de lessen. Hieronder vindt u de stappen die doorlopen worden. 1. Computers en materialen Zorg dat alle lesmaterialen klaar liggen, de computers aan staan en de website www.codekinderen.nl open staat op de juiste bouw onder de rubriek ‘leerlingen’. 2. Naar de ‘werkplaats’ De leerlingen weten met welk tool zij gaan werken en gaan in groepjes naar hun werkplaats (ca. 2 leerlingen per computer / iPad). 3. Poster doorlopen Via de online poster leren de leerlingen hoe de tool werkt waarmee zij aan de slag zullen gaan. Op de poster staan twee instructiefilmpjes en een link naar een gedetailleerde lesbrief. 4. Lesbrief Met de lesbrief verkennen de leerlingen stap voor stap de tool. Ze kunnen kiezen uit drie niveaus waarop ze de opdracht willen maken. Hierna kunnen zij zelf verder experimenteren. 5. Maak een foto De leerlingen maken een foto van zichzelf met hun digitale creatie. Deze foto wordt door de begeleiders opgeslagen. Er kunnen Maak per groepje een map waarin de foto’s worden opgeslagen, zodat deze aan het einde van het project naar de ouders kunnen worden gemaild. Ook kunnen de foto’s gebruikt worden bij een presentatie van de proeverijen aan het einde van het project. 6. Tijd over? Maak de extra opdrachten Onder het kopje ‘extra’ op de poster staat een link die doorverwijst naar een poster waarop vijf korte online opdrachten staan. Deze opdrachten zijn bedoeld voor de leerlingen die snel klaar zijn. 7. Verzamel de gemaakte creaties en foto’s Aan het einde van iedere les verzamelt u de
DOCENTEN
gemaakte creaties en foto’s in een door u gemaakte map. 8. Gezamenlijke afsluiting De groepjes vertellen wat ze gemaakt hebben. Vraag de leerlingen: • Wat ging goed? • Wat vond je lastig? • Wat vond je het leukste en waarom? • Wil je deze tool nog beter leren kennen? • Heb je een tip voor de volgende groep die met deze tool gaat werken? 9. Evaluatie Aan het einde van het project vullen de leerlingen het evaluatieblad in. Zo krijgt u inzicht in hoe de leerlingen het project hebben ervaren, of ze thuis verder gegaan zijn met de tools en welke tool favoriet was. De favoriete tool zou u verder kunnen uitdiepen met de leerlingen. 10. Reflectie met ouders Betrek ouders bij de online bezigheden van hun kinderen en reflecteer samen op wat kinderen creëren. U kunt foto’s van de creaties in een blog zetten of naar de ouders mailen en aan het einde van het project kunt u de ouders vragen om samen met hun kind in gesprek te gaan over de proeverijen. Volgende vragen kunnen gesteld worden: • Wat vond je van dit project? • Wat heb je gemaakt? • Wat heb je geleerd? • Kun je mij dat leren? • Welke tool vond je het leukste en waarom? • Zou je dit ook thuis willen doen? Maak een Answergarden aan en vraag ouders naar deze website te gaan samen met hun kind. Binnen de Answergarden schrijven ouders steekwoorden op van de belangrijkste dingen die hun kind noemt over het project. De woorden van alle kinderen verschijnen op de aangemaakte Answergarden. Woorden die vaker voorkomen, komen groter in beeld. In bijlage 2 treft u een stappenplan om een Answergarden aan te maken en in bijlage 3 een voorbeeldbrief die u naar de ouders kunt mailen aan het einde van het project.
3
codekinderen
Lesmaterialen Stap-voor-stap vel Er zijn proeverijen voor groep 3/4 (onderbouw), 5/6 (middenbouw) en 7/8 (bovenbouw). Per ‘bouw’ vindt u vier proeverijen die volgens een vaste structuur door de leerlingen worden doorlopen. Deze structuur is terug te vinden op het stap-voorstap vel dat u voor alle leerlingen kopieert en bij voorkeur ook plastificeert. De stap-voor-stap vellen worden voor de eerste proeverij uitgedeeld. Laat de leerlingen hun naam op het vel zetten. De acties op het stap-voor-stap vel zijn ook terug te vinden op de posters. Na iederwe activiteit die de leerlingen gedaan hebben, mogen zij een sticker op het corresponderende icoon plakken. U kunt er ook voor kiezen om de iconen in te laten kleuren i.p.v. stickers te laten plakken. 5. Presenteer je ontwerp
4. Maak een foto van je ontwerp
1. Bekijk Film 1
5
1
4
1 2. Bekijk Film 2 3. Kies welk niveau je wilt doen en volg de lesbrief
3
2 2
lego wedo
DOCENTEN
Overzicht: ‘Wat heb ik nodig’ Bij iedere bouw vindt u een algemeen overzicht van wat nodig is aan materialen, software, hardware. Docentenhandleiding Per proeverij treft u een docentenhandleiding waarin staat: • Beschrijving • Doel • Voorbereiding en benodigdheden • Wat is moeilijk? • Verdieping Glogster-poster De leerlingen doorlopen de Glogster-poster die correspondeert met de tool waarmee ze aan de slag gaan. Deze poster dient als instructie en leidt hen door de opdracht heen. De opbouw van de poster is hetzelfde als de opbouw van het stapvoor-stap vel: • Bekijk film 1 • Bekijk film 2 twee keer • Maak de lesbrief • Maak een foto • Vertel je klasgenoten wat je hebt geleerd • Extra Lesbrief Nadat de leerlingen twee instructiefilmpjes hebben bekeken, kiezen ze een niveau waarop ze de opdracht willen uitvoeren. Daarna volgen ze de lesbrief, waarin de basisbeginselen van de tool stap voor stap worden uitgelegd. Tenslotte kunnen de leerlingen zelf verder experimenteren.
4
BIJLAGE 1: codekinderen
Tijdschema proeverijen
De proeverijen worden in tweetallen uitgevoerd en de aangegeven tijden kunnen per tool en per tweetal enigszins verschillen. Globaal ziet het tijdschema er als volgt uit: Minuten
Omschrijving
00-05 Introductie en naar de werkplaats in groepjes. De leerlingen nemen plaats bij de juiste proeverij. 00-20 Poster volgen 05-10 Filmpje 1 bekijken. 10-15 Filmpje 2 twee keer bekijken. 15-20 Keuze maken: welk niveau ga je maken? Klik op het bijpassende plaatje en de lesbrief komt tevoorschijn. 20-50 Lesbrief stap voor stap uitvoeren. 50-65 Leerlingen gaan creatief aan de slag met wat ze geleerd hebben. 65-70 De leerlingen maken een foto en slaan deze op de aangegeven plek op. 70-90 Centrale afsluiting: de leerlingen presenteren kort aan elkaar wat ze gemaakt hebben.
Rouleerschema Datum 1 Datum 2 Datum 3 Datum 4 Proeverij 1 Proeverij 2 Proeverij 3 Proeverij 4
Groepje 1 Groepje 2 Groepje 3 Groepje 4
Groepje 4 Groepje 1 Groepje 2 Groepje 3
Groepje 3 Groepje 4 Groepje 1 Groepje 2
DOCENTEN BIJLAGE 1
Groepje 2 Groepje 3 Groepje 4 Groepje 1
5
BIJLAGE 2: codekinderen
Handleiding Answergarden
Met Answergarden kun je een vraag aanmaken die vanuit verschillende computers, door verschillende mensen op verschillende tijden kan worden beantwoord. De link naar de vraag kan aan het einde van de proeverijenreeks naar de ouders gestuurd worden, zodat zij samen met hun kind reflecteren op de gemaakte creaties. Ouders kunnen de vraag beantwoorden d.m.v. steekwoorden. Ga naar de website: www.answergarden.ch
Klik hierna op Create. De vraag is aangemaakt. Je komt in het volgende scherm:
Kies voor Create Answergarden.
ls je op het vraagteken klikt, A rechts in het scherm verschijnt de link naar je aangemaakte answergarden. Deze link kun je naar de ouders sturen.
ul bij ‘Topic’ de vraag in die V je aan de ouders wilt stellen om samen met hun kind te reflecteren op wat hun kind gemaakt heeft. Laat het vinkje bij Unlimited Answers op On staan. Zo kunnen de ouders verschillende steekwoorden invullen.
De antwoorden worden steeds toegevoegd. Zo krijg je na een aantal dagen een mooie woordwolk.
Vul een Admin Password in. Zo kun je onzinwoorden of ongepaste antwoorden verwijderen en spelfouten verbeteren. Vul bij Send Reminder Email je e-mailadres in. Je krijgt dan een mail met de link naar de aangemaakte Answergarden.
DOCENTEN bijlage 2
6
BIJLAGE 3: codekinderen
Voorbeeldbrief ouders: einde project
Geachte ouder(s) / Verzorger(s), In de afgelopen twee maanden hebben we met veel plezier met de kinderen uit groep 3 gewerkt aan het project ‘Codekinderen’ van Mijn Kind Online (MKO) en Kennisnet. De kinderen hebben in de vorm van ‘proeverijen’ kennisgemaakt met: • • • •
Programmeren van een LegoWeDo robot. Het maken van animaties in Pivot Basiskennis programmeren met de app Kodable Het maken van 3D figuren met de app Foldify
We willen u vragen om met uw kind in gesprek te gaan over dit project en de feedback die uw kind geeft in een paar steekwoorden in te vullen op de website: http://answergarden.ch/view/54702 Vragen die u kunt stellen zijn: • Wat vond je van dit project? • Wat heb je gemaakt? • Wat heb je geleerd? • Kun je mij dat leren? • Welke tool vond je het leukste en waarom? • Zou je dit ook thuis willen doen? Alle woorden die door de ouders / kinderen ingevuld worden, verschijnen op de website. Woorden die vaker voorkomen, komen groter in beeld. Dit geeft ons een beeld van hoe kinderen de lessen ervaren hebben. U kunt de woorden tot en met (datum) invullen. Daarna sluiten we de website. Alvast bedankt. Met vriendelijke groet,
DOCENTEN bijlage 3
7