27-10-2014 | 1
Inleiding Strafrecht HOVO Vakgroep Strafrecht en Criminologie
N.Kwakman
27-10-2014 | 2
[email protected]
27-10-2014 | 3
http://nicokwakman.blogspot.nl/2014/06/inhoudsopgavelinks-belangrijkste-blogs.html O.a: De actoren en fasen van het strafproces Het beslissingsmodel van art. 348 en 350 Sv Het strafrechtelijk bewijsrecht in vogelvlucht Het slachtoffer in het strafproces. De ontwikkelingen op een rijtje Strafuitsluitingsgronden in schema Strafbare poging en voorbereiding in schema Strafbare deelneming aan delicten in schema Opzet en schuld Causaliteit Noodweer en noodweerexces. Een schema met toelichting. De aanhouding en het voorarrest in schema De inhoud van het vonnis (art. 358 en 359 Sv) Markante gebeurtenissen in 200 jaar rechtspraak
› De belangrijkste rechtsgebieden:
27-10-2014 | 4
›
› › ›
Civiel recht Bestuursrecht Strafrecht
›
›
Belangrijkste (onderscheidende) kenmerken.
›
Civiel recht: regelt de ‘horizontale’ rechtsbetrekkingen tussen burgers (verbintenissen uit de wet, familiebetrekkingen, huwelijksrecht, etc.) en de rechten van burgers t.a.v. goederen die ze t.o.v. derden kunnen inroepen. (bijv. eigendomsrecht) Bestuursrecht: regelt de ‘verticale’ rechtsbetrekkingen tussen de overheid en burgers. Bevoegde overheidsinstanties kunnen eenzijdig de rechtspositie van de burger wijzigen (het verlenen of weigeren van een vergunning, het opleggen van verplichtingen, etc.). Straf(proces)recht: regelt de mogelijkheid om burgers een strafrechtelijke sanctie op te leggen en in de aanloop daar naartoe procesrechtelijke bevoegdheden uit te oefenen en dwangmiddelen toe te passen. N.B.: de grenzen tussen deze rechtsgebieden zijn niet altijd even scherp
›
›
›
27-10-2014 | 5
› Hoofdfunctie Strafrecht: › Normbevestiging (strafoplegging als een krachtig signaal dat bepaalde gedragingen niet worden getolereerd). › Strafrecht is leedtoevoeging (de legitimatie daarvan is altijd enigszins problematisch geweest. Dat brengt met zich mee dat strafoplegging met de grootst mogelijke zorg en waarborgen is en moet zijn omringd. Vgl. ook alternatieve geschilbeslechting en abolitionisme).
27-10-2014 | 6
› De grondslag en doelen die aan het strafrecht worden toegeschreven: › De grondslag: vergelding. Straffen ‘omdat’ . › (omdat de dader leed en schade heeft veroorzaakt, die moet worden vereffend) › Daarnaast allerlei doelen, dus straffen ‘opdat’. (enigszins discutabel; beoogde doelen worden d.m.v. het strafrecht nauwelijks gerealiseerd. Vgl.: generale en speciale preventie, genoegdoening aan het slachtoffer, voorkomen van eigenrichting, beveiliging van de samenleving, etc).
27-10-2014 | 7
› Strafrecht is gefundeerd op het uitgangspunt dat burgers verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor hun gedragingen. › D.w.z. dat ze (strafrechtelijk) kunnen worden aangesproken op de schade en het leed die/dat ze hebben veroorzaakt. Het strafbare feit wordt de dader aangerekend, toegerekend. › Ontoerekeningsvatbare daders kunnen (dus) niet strafrechtelijk aansprakelijk worden gesteld. Betekent dit dat jegens hen geen strafrechtelijke interventies mogelijk zijn? › En hoe zit dat dan met de strafrechtelijke aansprakelijkheid van gewone burgers nu tegenwoordig steeds vaker het bestaan van de vrije wil ter discussie wordt gesteld?
27-10-2014 | 8
› Strafrecht is ‘daadstrafrecht’ (Gedanken sind frei). › De wetgever ging er van oudsher vanuit dat er sprake moest zijn van een ‘gewilde spierbeweging’. Echter, dat was niet consequent vol te houden. › Vgl. de omissiedelicten, de strafbaarheid van de rechtspersoon, de ‘functionele delicten’, het langzaam maar zeker ook steeds meer strafbaar stellen van gedragingen in de voorfase van het delict (Vorfeldkriminalisierung); vgl. voorbereiding, poging, samenspanning.
27-10-2014 | 9
› Strafrecht is ‘schuldstrafrecht’. › Niet (alleen) de gevolgen zijn doorslaggevend voor de strafbaarheid van de persoon (vgl. de Oud Germaanse Erfolgshaftung). › Er moet ook sprake zijn van een minimale schuld in de zin van verwijtbaarheid. Mocht van de dader worden gevergd dat hij anders handelde? › › › ›
(N.B.: het begrip ‘schuld’ wordt in het strafrecht in verschillende betekenissen gebruikt; o.a.: A) schuld in de zin van verwijtbaarheid B) schuld in de zin van onvoorzichtigheid (culpa) C) schuld in de zin van ‘het gedaan hebben’ (aan diens schuld te wijten)).
27-10-2014 | 10
›
Alvast een voorbeeld:
›
›
Art. 302 lid 1 Sr: zware mishandeling (een ander opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toebrengen)
›
›
Wat als er wel opzet was op de mishandeling, maar niet op het zwaar lichamelijk letsel? (art. 300-1,2 Sr)
›
›
Wat als er ook geen opzet was op de mishandeling, maar het zwaar lichamelijk letsel aan de schuld van de verdachte was te wijten? (art. 308 Sr)
›
›
Wat als de al dan niet zware mishandeling met voorbedachte raad was gepleegd (kalm en rustig beraad) ? (art. 301 resp. 303 Sr)
›
› -
Wat als er de al dan niet zware mishandeling de dood ten gevolge had, en Er geen opzet was op de dood ? (300-3 resp. 302-2 Sr) Er eigenlijk ook opzet was op de dood (art. 287 Sr) en ook voorbedachte raad? (art 289)
›
›
Wat als de dood het gevolg was van onvoorzichtigheid en er dus geen opzet was op het mishandelen en/of de dood ? (307 Sr)
27-10-2014 | 11
27-10-2014 | 12
27-10-2014 | 13
27-10-2014 | 14
27-10-2014 | 15
27-10-2014 | 16
27-10-2014 | 17
› De derde vraag van › HET BESLISSINGSMODEL VAN ART. 350 Sv ›
1
›
KAN DE TEN LASTE GELEGDE GEDRAGING BEWEZEN WORDEN VERKLAARD ?
›
2
›
VALT DE BEWEZEN VERKLAARDE GEDRAGING ONDER EEN DELICTSOMSCHRIJVING? (M.a.w.: kan het bewezen verklaarde worden gekwalificeerd als een ‘strafbaar feit’ ? )
› ›
3
› IS DE VERDACHTE (OOK OVERIGENS ) STRAFBAAR ? › (Is er wellicht sprake van een ‘strafuitsluitingsgrond’: d.w.z.: een ‘rechtvaardigingsgrond’ of een ‘schulduitsluitingsgrond’?) ›
4
›
INDIEN DE VERDACHTE STRAFBAAR IS BEVONDEN: TOT WELKE STRAF MOET HIJ DAN WORDEN VEROORDEELD?
27-10-2014 | 18
› STRAFUITSLUITINGSGRONDEN (EXCEPTIES)
› RECHTVAARDIGINGSGRONDEN › SCHULDUITSLUITINGSGRONDEN
27-10-2014 | 19
› WETTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN › › › › -
OVERMACHT-NOODTOESTAND (40) NOODWEER (41-1) UITVOERING WETTELIJK VOORSCHRIFT (42) UITVOERING BEVOEGD GEGEVEN AMBTELIJK BEVEL (43-1)
27-10-2014 | 20
› BUITENWETTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGROND: › ONTBREKEN MATERIËLE WEDERRECHTELIJKHEID (VEEARST ARREST)
› › › ›
Overig, o.a.: -toestemming -behandelingsovereenkomst arts -kunstexceptie
27-10-2014 | 21
› WETTELIJKE SCHULDUITSLUITINGSGRONDEN: › › › ›
-
ONTOEREKENINGSVATBAARHEID (39) PSYCHISCHE OVERMACHT (40) NOODWEEREXCES (41-2) UITVOERING (TE GOEDER TROUW) VAN EEN ONBEVOEGD GEGEVEN AMBTELIJK BEVEL (43-2)
27-10-2014 | 22
› BUITENWETTELIJKE SCHULDUITSLUITINGSGROND: › AVAS (MELK EN WATER ARREST) › › › ›
O.a.: - verschoonbare feitelijke of rechtsdwaling - verschoonbare onmacht - maximaal te vergen zorg
27-10-2014 | 23
›
ONTOEREKENINGSVATBAARHEID (art. 39 Sr)
›
HET FEIT KAN NIET (GEHEEL) AAN DE DADER WORDEN TOEGEREKEND (VERWETEN) OMDAT ER GEEN OF ONVOLDOENDE SPRAKE WAS VAN EEN VRIJE WILSBEPALING T.A.V. DE STRAFBARE GEDRAGING, WEGENS EEN GEBREKKIGE ONTWIKKELING OF EEN ZIEKELIJKE STOORNIS VAN DE GEESTESVERMOGENS (het causale verband).
› › › ›
Varianten: DE DADER HAD NIET OF ONVOLDOENDE INZICHT IN DE DRAAGWIJDTE VAN DE DESBETREFFENDE GEDRAGING. HIJ BESEFTE NIET WAT HIJ AANRICHTTE. (cognitief).
›
DE DADER WAS (ANDERSZINS) NIET OF ONVOLDOENDE IN STAAT ZIJN WIL TE BEPALEN. HIJ WERD BIJV. GESTUURD DOOR EEN ZIEKELIJKE NEIGING of leed aan een IMPULS-CONTROLE-STOORNIS. VGL. DE PYROMAAN, DE KLEPTOMAAN, etc. (volitief)
› › › › ›
Samengevat: Is er sprake van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis v.d. geestvermogens? Is er causaal verband tussen de gebrekkige ontwikkeling/stoornis en het delict? Is het causale verband voldoende reden om het delict (normatief) niet (geheel) toe te rekenen?
27-10-2014 | 24
›
OVERMACHT-NOODTOESTAND (art. 40 Sr)
›
WAS ER SPRAKE VAN EEN CONFLICT VAN RECHTSPLICHTEN/BELANGEN, WAARBIJ DE DADER DOOR HET PLEGEN VAN EEN STRAFBAAR FEIT EEN ANDER (ZWAARDER WEGEND) MAATSCHAPPELIJK BELANG HEEFT GEDIEND?
›
DUS: HEEFT DE DADER DE JUISTE KEUZE GEMAAKT ? (NORMATIEF OORDEEL).
› › ›
CRITERIA: PROPORTIONALITEIT: WEEGT HET ANDERE BELANG ZWAARDER DAN HET BELANG DAT WORDT BESCHERMD DOOR DE OVERTREDEN REGEL ? ( NORMATIEF OORDEEL )
›
› ›
SUBSIDIARITEIT: WAS ER EEN ANDERE OPLOSSING MOGELIJK GEWEEST (DIE EEN LICHTER OF GEEN STRAFBAAR FEIT HAD OPGELEVERD) ?
27-10-2014 | 25
›
PSYCHISCHE OVERMACHT (art. 40 Sr)
›
DE DADER HEEFT GEHANDELD ONDER INVLOED VAN EEN (DOOR DE OMSTANDIGHEDEN VAN HET GEVAL VEROORZAAKTE) PSYCHISCHE DRANG (DUS I.T.T. DE ONTOEREKENINGSVATBAARHEID: EEN ‘EXTERN VEROORZAAKTE’ PSYCHISCHE DRUK) WAARAAN HIJ GEEN WEERSTAND KON/HOEFDE TE BIEDEN
› › › ›
DE VRAAG OF DE DADER AL DAN NIET WEERSTAND HOEFDE TE BIEDEN AAN DE (VAN BUITEN KOMENDE) PSYCHISCHE DRUK, IS STERK NORMATIEF BEPAALD:
›
KAN VAN EEN NORMAAL PERSOON WORDEN GEVERGD DAT HIJ ZICH ONDER DE OMSTANDIGHEDEN VAN HET GEVAL WEET TE BEHEERSEN ? ( MEDE GELET OP DE PROPORTIONALITEIT/SUBSIDIARITEITS-EIS )
›
DAARNAAST SPELEN OOK PERSOONSGEBONDEN FACTOREN EEN ROL. (GARANTENSTELLUNG)
27-10-2014 | 26
› Noodweer (art. 41, lid 1 Sr) ›
Ogenblikkelijke aanranding? (Evt.: onmiddellijk dreigend gevaar?)
›
Van eigen of andermans lijf, eerbaarheid of goed?
›
Wederrechtelijke aanranding?
›
Verdediging noodzakelijk? (De nog enige resterende mogelijkheid?)
›
Indien deze vier vragen bevestigend beantwoord: dan noodweersituatie.
› › ›
Is déze (noodzakelijke) verdediging ook geboden? (subsidiariteits- en proportionaliteitsvereiste) Zo ja: dan noodweer. Zo niet, dan mogelijk noodweerexces
27-10-2014
› Noodweerexces (art. 41, lid 2 Sr)
| 27
› A) Noodweersituatie (de 1e vier vragen hierboven bevestigend beantwoord) ? › Dus: was er sprake van een noodzakelijke verdediging tegen een ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding van L, E. of G. ? › B) De grenzen van de noodzakelijke verdediging overschreden? › Dus: verdediging niet geboden ? Niet voldaan aan het subsidiariteits- en/of proportionaliteitsvereiste ? › C) Is deze overschrijding (dus het ‘te ver zijn gegaan’) › het onmiddellijke gevolg van een hevige gemoedsbeweging › die is veroorzaakt door de aanranding? › (dubbele causaliteit )
27-10-2014 | 28
› Naast deze en andere beperkingen van de strafbaarheid van de verdachte, kent het strafrecht ook uitbreidingen van de strafbaarheid, zoals: › Strafbare poging › Strafbare voorbereiding › Diverse strafbare deelnemingsvormen, zoals › - medeplegen, › - uitlokken, › - medeplichtigheid
27-10-2014 | 29
› Strafbepalingen (ideaaltypische inkleding; voor bijzondere strafwetten gelden andere vormen): - De delictsomschrijving - De kwalificatie (etiket) - De strafbaarstelling ›
› Vgl. ons voorbeeld: › Art. 302 lid 1 Sr: Hij die een ander opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toebrengt, wordt, als schuldig aan zware mishandeling, gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie.
27-10-2014 | 30
›
Soorten delicten:
• • • • • • • • •
• • •
Materiële delicten:
een bepaald gevolg wordt strafbaar gesteld (bijv: ‘de dood’) Commissiedelicten: een doen wordt strafbaar gesteld Omissiedelicten: een nalaten wordt strafbaar gesteld Oneigenlijke omissiedelicten: er wordt een verboden gevolg in het leven geroepen door nalaten Kwaliteitsdelicten: alleen te plegen door personen met een bepaalde kwaliteit Gekwalificeerde delicten: een zwaardere (en strafwaardiger) variant van een gronddelict Geprivilegieerde delicten: een lichtere (minder strafwaardige) variant van een gronddelict Gevaarzettingsdelicten: het verboden gevolg bestaat uit een (concreet of abstract) gevaar Krenkingsdelicten: gedragingen die daadwerkelijk (‘stoffelijk’) een inbreuk maken op een beschermd rechtsgoed (het menselijk leven, het eigendomsrecht, etc.) Doleuse delicten: delicten waarvoor dolus (opzet) nodig is Culpose delicten: delicten waarvoor culpa (schuld, onvoorzichtigheid) nodig is Klachtdelicten: delicten die alleen worden vervolgd na een klacht van gedupeerde
27-10-2014 | 31
› Overige varianten: › › › › › ›
-
zelfstandige delicten; voortgezette delicten; aflopende delicten; voortdurende delicten; enkelvoudige delicten; samengestelde delicten
27-10-2014 | 32
› Subjectieve bestanddelen › Opzet (willens en wetens) of culpa (schuld in de zin van onvoorzichtigheid), d.w.z. de bestanddelen in de delictsomschrijving die de persoon (het innerlijk) van de verdachte betreffen. Voorbeeld: oversteken van een drukke weg… › Objectieve bestanddelen › Alle andere bestanddelen (voorwaarden) in de delictsomschrijving - waaronder ook het causaliteitsvereiste - die moeten zijn vervuld wil er sprake zijn van een strafbaar feit. Voorbeeld.
27-10-2014 | 33
› Misdrijven
› De delicten uit boek 2 Sr, dan wel de delicten die in bijzondere wetten als zodanig worden aangeduid › Overtredingen › De delicten uit boek 3 Sr, dan wel de delicten die in bijzondere wetten als zodanig worden aangeduid.
27-10-2014 | 34
› Bij overtredingen ontbreken in de delictsomschrijving de subjectieve bestanddelen ‘opzet’ en ‘schuld’. › Men kan dus (wat betreft overtredingen) een strafbaar feit plegen zonder dat er sprake was van opzet of van onvoorzichtigheid. › Echter, schuld in de zin van verwijtbaarheid is wel altijd nodig om uiteindelijk als dader ook daadwerkelijk strafbaar te zijn en te kunnen worden veroordeeld.
27-10-2014 | 35
› Bij misdrijven is wel altijd een opzet of culpa (eventueel in te lezen) vereist m.b.t. bepaalde objectieve bestanddelen (het ‘schuldverband’) › Echter, voor de door het gevolg gekwalificeerde delicten (vgl. mishandeling, de dood ten gevolge hebbend (art. 300, lid 2 Sr) geldt dat het gevolg is ‘geobjectiveerd’. › Dat wil zeggen: onttrokken aan het ‘schuldverband’ (onttrokken aan de subjectieve bestanddelen ‘opzet’ of ‘schuld’) › Dat laatste geldt ook voor de zgn. ‘bijkomende voorwaarden voor strafbaarheid’; vgl. art 157 Sr
› Zie ons voorbeeld (zware mishandeling)
27-10-2014 | 36
› Het onderscheid misdrijven-overtredingen heeft bepaalde gevolgen; bijvoorbeeld: › Een poging tot een overtreding is niet strafbaar; › Medeplichtigheid aan een overtreding is niet strafbaar (andere deelnemingsvormen wel); › De verjaringstermijn van overtredingen is korter;
› Gevangenisstraf is niet mogelijk bij overtredingen, etc.
27-10-2014 | 37
›Het Strafproces
27-10-2014 | 38
HOE, WIE en WAT in de strafrechtelijke keten › Het strafrechtelijk traject: › De fasen in het strafproces in vogelvlucht.
› a. De opsporing van strafbare feiten › b. De vervolging van de eventuele verdachte(n) › c. De berechting en veroordeling van de eventuele dader(s) › d. De tenuitvoerlegging (executie) van de opgelegde sancties
27-10-2014 | 39
› Ad a: de opsporing › Aandachtspunten: › - Art. 132 a Sv (verdenkingsvereiste van de definitiesfeer naar de waarborgsfeer) › - Het opportuniteitsbeginsel (art. 348/350 Sv) › - Startpunt (aanleiding) v.d. opsporing (art. 160 e.v. Sv) › - Verdenking met/zonder verdachte (art 27 Sv) › - Dwangmiddelen (vgl. art. 52 e.v. Sv) (Voorbeelden) › - Het proces verbaal (p-v) (art. 152 e.v. Sv) › - Opsporingsambtenaren en OM (art. 141-142 Sv)
27-10-2014 | 40
› Het vergaren van bewijs, o.a.: › - Sporenonderzoek (DNA, vingerafdrukken, geurproeven) etc.: technische recherche; › -
Buurtonderzoek, getuigenverhoor, telefoontaps, verzamelen van stukken van overtuiging (bijv. doorzoeking), observeren, etc.: tactische recherche;
› -
Zie voorts: de Criminele Inlichtingeneenheid (CIE): het runnen van (betaalde) ‘informanten’
› › -
Deskundigenonderzoek (i.h.a.: o.v.v. OvJ of R-C); bijv. NFI Getuigenverhoor door de R-C.
27-10-2014 | 41
Technische recherche (en forensisch bewijs) › voorbeelden
27-10-2014 | 42
Tactische recherche › voorbeelden
27-10-2014 | 43
› Ad B: De vervolging › Aandachtspunten: › - Soorten vervolging; (voorbeelden) › - Het OM als Dominus Litis (tirannie van de tll; het opportuniteitsbeginsel); › - Seponeren (en voorwaardelijk sepot en/of transactie); (beleids-sepot; technisch sepot) › - Nieuw: OM-afdoening (vorm van vervolgen); › - OM: staande magistratuur; › - Organisatie OM (college P-G’s etc.); › - Aanwijzingen en richtlijnen van het OM.
27-10-2014 | 44
› Ad c. Het eindonderzoek ›
(Het rechtsgeding. Fasen: de voorfase, het ott, de beraadslaging, de uitspraak)
› › › › ›
Aandachtspunten: - Het onderzoek ter terechtzitting; - De organisatie van de rechterlijke macht; - Oriëntatiepunten bij de strafoplegging; - De Raad voor de rechtspraak.
27-10-2014 | 45
› Het onderzoek ter terechtzitting, ›
o.a.:
›
-
Waarneming door de rechter (stukken van overtuiging)
› › › ›
-
›
-
Het horen van getuigen (wat waargenomen/ ondervonden?); Het horen van deskundigen (wat leert zijn wetenschap hem?); Het verhoren van de verdachte (uit eigen wetenschap bekend?); Het overleggen van ‘stukken van overtuiging’ (het moordwapen, kledingstukken, videobeelden, afbeeldingen, geluidsopnames, etc.); Het aan de orde stellen van: • P-V’s van bevindingen van, en verhoren door opsporingsambtenaren in het vooronderzoek, • P-V’s van getuigen- en deskundigenverhoren door de Rechter-commissaris, • Deskundigenrapporten (vgl. art. 301-4 Sv); en voorts (andere) authentieke stukken en overige stukken.
27-10-2014 | 46
› Doel: › A. De materiële waarheidsvinding; › B. Een passende strafrechtelijke reactie. › Aandachtspunten m.b.t. de beraadslaging ad A: › Is het bewijs (bewijsmiddelen van art. 338 e.v.) bruikbaar?(Wettig? Betrouwbaar? Verdachte voldoende gelegenheid gehad om het bewijs te betwisten en zelf ontlastend bewijs aan te dragen? Bewijs rechtmatig verkregen? Etc.) › Is elk afzonderlijk bewijs(middel) redengevend? › Is het gezamenlijk bewijsmateriaal toereikend?
27-10-2014 | 47
Eindonderzoek › voorbeelden
27-10-2014 | 48
› Ad d. De tenuitvoerlegging › Aandachtspunten: › - Instanties (naast het OM) o.a.: • CJIB (centraal justitieel incassobureau), • Dienst Justitiële Inrichtingen • Raad voor de strafrechtstoepassing en jeugdbescherming (de RSJ) • Raad voor de Kinderbescherming • HALT-bureaus • De reclassering • (gezins)voogdij-instellingen, etc.
27-10-2014 | 49
› Overige actoren: › › -
› › › -
De advocaat Getuigen De Griffier Het slachtoffer De verdachte
27-10-2014 | 50
› Wet- en regelgeving: › › › ›
A: -
Het materiële(straf)recht Het Wetboek van Strafrecht Enkele bijzondere strafwetten Verdragen
› › › ›
B: -
Het formele (straf)recht: strafprocesrecht Het Wetboek van Strafvordering Enkele bijzondere strafwetten Verdragen
27-10-2014 | 51
Bedankt voor uw aandacht