Jaarverslag 2011
I
VOORWOORD
5
SITUERING
7
HULPAANBOD
9
-
NHOUDSTAFEL
-
Continuering van het hulpaanbod -
Luistertelefoon bij ongeplande zwangerschap Hulplijn na prenatale diagnose Beslissingsgesprekken bij ongeplande zwangerschap Begeleidingsgesprekken na prenatale diagnose Postabortusverwerking
9 10
-
Lotgenotencontact faciliteren en organiseren Trajectbegeleiding van zwangere tienermeisjes Online-hulpaanbod voor zwangere tieners
AANBOD VOOR HULPVERLENERS -
Update van de vorming ‘Een leerling is zwanger’ Hulp aan professionelen rond de implementatie van de routekaart
20
21
23
ONTSLUITING VAN DE OPGEBOUWDE 11 12 13
Vernieuwing van het hulpaanbod -
-
De rol van vroedvrouwen bij prenatale screening en diagnostiek: een vormingspakket Optimalisatie van de psychosociale begeleiding na prenataal onderzoek: resultaten van het KBS-project Lerende netwerken rond ongeplande tienerzwangerschap en jong ouderschap
14 17
-
-
19 20
Publicaties Infosessie: wat is cRZ? Studiedag ‘Gebroken verwachting’ Vormingen op maat
25 28 28 29
31
EXPERTISEOPBOUW
18
19
25
EXPERTISE EN ERVARING
Interne vorming Samenwerking met universiteiten en hogescholen Begeleiding van thesisstudenten
SAMENWERKINGSVERBANDEN EN
31 32 34
NETWERKEN
37
STRUCTUUR
43 cRZ | Jaarverslag 2011 – 3
V
OORWOORD
Thema’s die handelen over keuzes tijdens de zwangerschap waren ook in 2011 niet weg te denken uit de media en gaven vorm aan het maatschappelijke debat hieromtrent. Zo deed het tweede seizoen van het TV-programma Tienermoeders weer wat stof opwaaien, niet in het minst bij andere tienerouders zelf, die zich aangesproken voelen door een veralgemeend negatief oordeel over 'alle' tienermoeders. Ook de babymoord door een tiener doet vragen oproepen over hoe dit kon gebeuren en welke zorg voor kwetsbare zwangeren dit eventueel had kunnen voorkomen… Ongeplande tienerzwangerschap en jong ouderschap bleef daarmee een belangrijk issue in onze samenleving. Des te belangrijker wordt het om taboes hieromtrent te doorbreken, niet om tienerouderschap te banaliseren of te verheerlijken, maar wel om het thema in zijaanzicht te bekijken en een zo genuanceerd mogelijk beeld te schetsen. Het nieuwsbericht dat “1 op 7 een ‘ongelukje’” is bij volwassenen deed dan weer de vraag rijzen naar ongeplande zwangerschap, waarbij het onderscheid tussen ongeplande en ongewenste zwangerschap toch niet geminimaliseerd kan worden: een ongeplande zwangerschap hoeft niet te eindigen in een ongewenst kind. Daarnaast was er ook opvallend veel aandacht voor de keuzes die mensen (dienen te) maken met betrekking tot prenatale diagnose: niet zozeer het feit of mensen testen laten doen naar de gezondheid van hun kindje is een keuze, maar wel de vraag wat te doen wanneer deze testen niet de verhoopte resultaten geven en men geconfronteerd wordt met de mogelijkheid of zekerheid van een gehandicapt kindje. Keuzes die hartverscheurend zijn, maar waarvan de beleving rond het beslissingsproces en de verwerking van deze beslissing vaak nog niet voldoende maatschappelijk onderkend worden… Deze maatschappelijke context zorgt voor een boeiend werkveld voor onze organisatie. Ook intern wordt cRZ uitgedaagd om haar visie en missie na 20 jaar scherp te stellen. Daarom besliste de organisatie om in 2011 een communicatie-audit uit te voeren. Het communicatiebureau Link inc deed strategische aanbevelingen met betrekking tot de identiteit van cRZ, een beleidskader, corporate communicatie, productcommunicatie en issuemanagement. Deze aanbevelingen resulteerden in een operationeel communicatieplan met daarin aandacht voor de naam en huisstijl, de website, databeheer, publicaties en persbeleid. Terwijl Link inc eind 2011 startte met een zoektocht naar een nieuwe naam en huisstijl, tekent het Leuvense bureau Wieni de nieuwe website uit. Deze nieuwe website zal zich in eerste instantie richten tot de hulpvrager, met aan de basis een heel toegankelijke routekaart. Alvast iets om naar uit te kijken: in mei 2012 zal cRZ uitpakken met haar nieuwe naam, huisstijl en website en op 19 oktober 2012 viert cRZ haar 20-jarig bestaan met een symposium voor hulpverleners in het Provinciehuis te Leuven!
cRZ | Jaarverslag 2011 – 5
S
ITUERING
cRZ (centrum voor Relatievorming en Zwangerschapsproblemen) is een kennis- en ervaringscentrum met een hulpaanbod voor meisjes/vrouwen en hun omgeving die door hun zwangerschap geconfronteerd worden met het nemen of verwerken van een moeilijke beslissing én voor de hulpverleners die met deze meisjes of vrouwen in contact komen. cRZ beoogt zwangerschapsbeleving aan de oppervlakte te brengen en de kwaliteit rond het nemen van en leven met beslissingen inzake zwangerschap te stimuleren. Daarnaast beogen we een stem te zijn in het maatschappelijke debat door via informatie en sensibilisering de moeilijke thema’s rond zwangerschapskeuzes bespreekbaar te maken. Op die manier kan onze expertise en ervaring het beleid ook mee vorm geven.
CRZ-AANBOD VOOR HULPVERLENERS
CRZ-HULPAANBOD
Het aanbod voor hulpverleners omvat vorming, coaching, intervisie, consulting, studiedagen en publicaties. cRZ beschikt hiertoe over een team van professionele medewerkers die expertise verwerven door het opvolgen van (inter)nationale literatuur en onderzoek, door begeleiding van studenten en door het contact met de doelgroepen via een eigen hulpaanbod.
cRZ heeft een aanbod voor zwangere meisjes en/of vrouwen en hun sociale omgeving die een beslissingsof verwerkingsproces doormaken in verband met hun zwangerschap. Bij de begeleiding van enerzijds het nemen van een beslissing over het verloop van hun zwangerschap of anderzijds bij het verwerken van die beslissing, staat de beleving centraal. De relationele context van de betrokkene (inclusief het perspectief van het ongeboren kind) krijgt hierbij expliciet aandacht. Tevens kunnen de partner, ouders of andere vertrouwenspersonen actief betrokken worden in de begeleiding of hun eigen hulpvraag stellen.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 7
Hoe cRZ deze opdrachten ter harte neemt in haar concrete werking, wordt hier uiteengezet door respectievelijk een bespreking van het aanbod voor hulpvragers en voor hulpverleners, de manieren waarop de organisatie expertise en ervaring opbouwt en ontsluit en in verbondenheid met welke netwerken zij dit doet. In het algemeen geven we graag eerst nog mee dat cRZ in 2012 in totaal 512 vragen ter consultatie kreeg, wat een stijging is van 25 procent in vergelijking met vorig jaar. Deze vragen kunnen onderscheiden worden volgens wijze van contactname, type van oproeper en werkdomein.
Uit deze gegevens blijkt dat de meeste vragen ons telefonisch of via mail bereiken. Als organisatie richten we ons op zowel hulpvragers als hulpverleners, wat ons een verbindende functie in het werkveld verleent. Net deze verbinding levert juist unieke ervaringsuitwisseling en expertise op. De cijfers wat betreft het type oproeper tonen aan dat we hierin een goed evenwicht vinden. Net zoals vorig jaar krijgen we vooral vragen rond het domein van tienerzwangerschap; voor de rest van de domeinen is er een redelijk evenwichtige spreiding, met een lichte stijging van het aantal oproepen inzake prenatale diagnose.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 8
H
LUISTERTELEFOON BIJ ONGEPLANDE ZWANGERSCHAP
ULPAANBOD
Continueren van het hulpaanbod
De cRZ-Luistertelefoon is een vaste waarde van onze organisatie. Sinds 1991 kan iedereen met vragen over een ongeplande zwangerschap hier terecht, elke avond tussen 18 en 22u. Zowel directe betrokkenen als mensen uit de omgeving (en eventueel intermediairen) kunnen informatie en/of ondersteuning krijgen. De Luistertelefoon biedt een lage drempel om over de zwangerschap (en bijhorende keuzes) te praten. Een 15-tal vrijwilligers verzorgt via een beurtrol de permanenties 7 dagen op 7. Zij beschikken over een sociale kaart en kunnen hulpvragers desgewenst gericht doorverwijzen waar De vragen aan de Luistertelefoon handelen over: nodig. Via supervisie krijgen de vrijwilligers de nodige en gewenste ondersteuning en feedback. Dit jaar werd de informatie rond Angst om zwanger te zijn en bijgevolg gesprekstechnieken geupdate en op basis van ‘Onverwacht’, een kortfilm over over het mogelijke falen van antide interactie tussen een ongepland zwangere vrouw, haar directe omgeving en conceptie; hulpverleners, werd de thematiek uitgediept. Vanaf juli 2011 werd de Luistertelefoon ook uitgebreid: de stafmedewerkers van cRZ zorgen er voor dat dit hulpaanbod ook beschikbaar is tijdens de kantooruren (van maandag tot en met donderdag van 9 tot 16u). De uitbreiding van de permanentie biedt de mogelijkheid voor vrouwen om de Luistertelefoon ook tijdens werkuren te contacteren. Bovendien kunnen we nu ook aanbieden om de hulpvragers terug te bellen, zodat de betaalbaarheid voor hen meer draaglijk wordt. Ondanks deze uitbreiding blijft het aantal oproepen ook dit jaar beperkt: we registreerden 58 telefonische oproepen. Hoe beperkt het aantal oproepen ook, toch vinden we het bijzonder zinvol om op deze manier toch voor elke unieke hulpvrager hulp te kunnen bieden.
Hulp bij besluitvorming rond het verloop van de ongeplande zwangerschap en ondersteuningsmogelijkheden, ongeacht de keuze; Vraag naar bevestiging van de gemaakte keuze; Ethische vragen bij de gemaakte keuze; Onenigheid in de relatie omtrent de te maken keuze; Vraag naar steun bij de beslissing tegenover druk vanuit de omgeving; Verwerkingsvragen na abortus: vraag naar het voorkomen van verwerkingsproblemen; Juridische vragen.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 9
HULPLIJN NA PRENATALE DIAGNOSE Als extra ondersteuning in het beslissingsproces van (toekomstige) ouders inzake keuze na een positieve prenatale diagnose bestaat er sinds 2004 de Infolijn Prenatale Diagnose, in samenwerking met de vier Vlaamse Universitaire Centra Menselijke Erfelijkheid (UZ Leuven, UZ Brussel, UZ Gent, UZ Antwerpen). Hier kunnen mensen terecht voor bijkomende vragen over testen, testresultaten en beslissingen. Deze Infolijn kan uiteraard nooit een gesprek met een deskundige zoals de eigen huisarts, gynaecoloog of vroedvrouw vervangen. Het is echter onze overtuiging dat deze laagdrempelige bereikbaarheid van deskundigen op het medisch-technische vlak en op het vlak van counseling een belangrijke bijdrage kan leveren aan een ‘informed consent’ van vrouwen en koppels. Eind 2010 beslisten we in onderling overleg met de medewerkers van de Centra voor Menselijke Erfelijkheid (CME) om het eerste onthaal van de Infolijn Prenatale Diagnose binnen cRZ te organiseren. In tweede instantie kan er steeds verwezen worden naar de CME’s en zal deze samenwerking onder de nieuwe vorm blijven bestaan. Om deze eerste opvang van de bellers kwaliteitsvol te laten verlopen, kregen alle medewerkers van cRZ in 2011 een vorming. In 2011 waren er 38 oproepen. De analyse van de oproepen vertoont een gelijkaardig patroon als de voorbije jaren. De meeste bellers zijn ongerust na het ontvangen van hun resultaat op de eerstetrimesterscreening en willen aftoetsen of ze de informatie goed hebben begrepen. Ze worstelen met de betekenis van dit resultaat en willen graag even van gedachten wisselen in hun beslissing om al dan niet verdere diagnostische testen te laten uitvoeren. Onze taak bestaat er voornamelijk in een luisterend oor te zijn en op die manier aan ouders ruimte bieden om hun verhaal te laten reconstrueren en tot rust te komen. Na deze eerste opvang is het belangrijk om hun hulpvraag goed te exploreren en indien nodig door te verwijzen. Ook hier geldt dat we het heel zinvol vinden dit initiatief voor te zetten om op die manier deze kleine 40 mensen per jaar de nodige hulp te bieden.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 10
BESLISSINGSGESPREKKEN BIJ ONGEPLANDE ZWANGERSCHAP Naast de hulp die mensen krijgen via de cRZ-Luistertelefoon, krijgen we elk jaar enkele vragen naar professionele hulp bij het beslissingsproces bij ongeplande (tiener)zwangerschap. Soms gebeurt dit op verwijzing van de luistertelefoon-vrijwilliger, maar steeds meer ook op doorverwijzing van de huisarts, gynaecoloog, leerkracht, etc. cRZ wil met dit hulpaanbod aanvullend zijn op de reeds beschikbare reguliere hulpverlening, met name de Centra Algemeen Welzijnswerk, de Centra Geestelijke Gezondheidszorg, de Jongeren Advies Centra, de abortuscentra en de CLB’s, leerkrachten of zorgcoördinatoren. In het geval van volwassenen gaat het vaak om koppels, waarbij beide partners het niet eens zijn over de te nemen beslissing en om mensen die er nog niet aan toe zijn de stap te zetten naar het abortuscentrum. In het geval van tienerzwangeren, betreft het de onzekerheid van de tiener zelf of ook vaak een conflict tussen de wens van de ouders versus de wens van de tiener. Aandacht voor de gehele relationele context is dan ook wezenlijk in onze werking, waarbij ouders of andere vertrouwenspersonen betrokken kunnen worden in de begeleiding of hun eigen hulpvraag kunnen stellen – met de beleving als centrale focus. In 2011 werden er met volwassenen 34 beslissingsgesprekken gevoerd. De duur van de begeleiding of het aantal begeleidingsgesprekken was erg afhankelijk van de hulpvraag. Meestal volstaat één enkel gesprek. Langere begeleidingen zijn vaak nodig bij koppels of bij mensen die voor een erg complexe keuze staan. We botsen daarbij vaak op relationele problemen die al langer bestaan. Voor relatietherapie verwijzen we naar een CAW of zelfstandig relatietherapeut in de buurt. De doelgroep tienermeisjes kunnen we moeilijk rechtstreeks bereiken. Als ze al op gesprek komen, is dat meestal samen met een hulpverlener. Soms komt de moeder alleen. Mogelijke verklaring voor deze beperkte bereikbaarheid is dat jongeren in het algemeen moeilijker zelf de stap zetten naar hulpverlening. Bovendien willen tienerzwangeren of tienerouders zich van hun meest competente kant laten zien, in reactie op de vooroordelen waar zij vaak op botsen. ‘Het beroep doen op externe hulp’ ondergraaft dit beeld van zelfredzaamheid. Wanneer tieners zich toch met een hulpvraag tot ons richten, volgt meestal een langere begeleiding.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 11
BEGELEIDINGSGESPREKKEN NA PRENATALE DIAGNOSE De individuele begeleidingsgesprekken voor individuen of koppels na een zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose werden verder gezet. De duur van de begeleiding of het aantal begeleidingsgesprekken per hulpvrager is erg afhankelijk van de hulpvraag. Sommige vrouwen/koppels zoeken hulp net na de zwangerschapsafbreking, anderen komen rond een betekenisvol moment (nieuwe zwangerschap, confrontaties met zwangerschap in de omgeving, het uitblijven van een volgende zwangerschap) of betekenisvolle data (vermoedelijke bevallingsdatum, verjaring, feestdagen, Allerheiligen, …) Op het eerste gezicht lijkt het belangrijk voor koppels om kort na de zwangerschapsafbreking een aantal (2à3) gesprekken te hebben en nadien weer wat los te laten.
Het intense, overweldigende verdriet door het verlies van hun zeer gewenst kindje doet de grond onder hun voeten wegzakken. Er wordt tijd genomen en geboden om te spreken over het proces vóór de beslissing tot zwangerschapsafbreking (keuze voor prenatale screening – diagnostiek, context van de diagnose, afwijking van de foetus, beslissingsproces, …) en de feitelijke bevalling en afscheid van hun kindje. Door hen in de begeleiding hun verhaal te laten doen en ruimte te creëren om hun angsten en hun verdriet te ventileren, komt er vaak meer interne rust tot stand.
De meeste ouders komen hulp zoeken omdat ze onzeker zijn over hun rouwproces. Ouders die vastzitten in het normatieve kader dat onze maatschappij oplegt rond rouw en verliesverwerking zijn blij met de nuanceringen van de nieuwe perspectieven rond rouw. De begeleiding is vaak een combinatie van educatie rond rouw en het persoonlijk afstemmen van hun rouwproces op de dagelijkse activiteiten. Kinderwens of zwangerschapswens is een verweven thema dat ook telkens aan bod komt.
We merken dat de verwijzingen voor dit hulpaanbod komen vanuit bepaalde ziekenhuizen en vanuit de Contactgroep Zwangerschapsafbreking na Prenataal Onderzoek (Cozapo). Soms hebben we in onze gesprekken ook een faciliterende rol in de communicatie tussen de initiële verwijzer en de ouder(s). We trachten deze communicatie terug op gang te brengen, wanneer blijkt dat er mogelijke misverstanden zijn of miscommunicatie is opgetreden die voor wrevel en onbegrip zorgen. Wanneer er medische expertise verwacht wordt in onze begeleiding, doen we beroep op de Centra voor Menselijke Erfelijkheid of verwijzen we terug naar de contactpersoon van het betreffende ziekenhuis of de huisarts – omdat we geen medische adviezen willen geven of tegenspreken. Aanvullend op onze gesprekken reiken we ouders soms ook (wetenschappelijke) literatuur aan, die specifiek handelt over hun situatie. Concreet waren er naast de nog lopende begeleidingen 5 nieuwe aanmeldingen. In totaal vonden er 50 begeleidingsgesprekken plaats, waarvan 48 in de context van zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose. Er waren 2 aanmeldingen die resulteerden in een begeleiding in het kader van de besluitvorming al dan niet de zwangerschap verder te zetten. cRZ | Jaarverslag 2011 – 12
POSTABORTUSVERWERKING cRZ biedt zowel individuele begeleiding als groepsbegeleiding aan bij verwerkingsproblemen na abortus. In 2011 zette zich reeds een trend in naar méér individuele begeleidingen; dit aanbod heeft duidelijk een lagere drempel dan het groepsaanbod. Een individuele begeleiding biedt de hulpvrager meer veiligheid om haar of hun verhaal te doen. Het biedt ook meer ruimte voor een eigen invulling van de begeleiding, daar waar in de groepsbegeleiding de thema’s vastliggen. Tegelijkertijd blijkt echter dat dezelfde thema’s (de impact op het zelfbeeld, het effect op de relatie of voorafgaande relatieproblemen, de relatie met de ouders en de eigen kinderen, afscheid nemen van de zwangerschap, ethische en zingevingsvragen) toch ook spontaan aan bod komen – zij het dat in een individuele bege leiding bepaalde thema’s een grotere klemtoon kunnen krijgen. Wanneer hulpvragers dan toch interesse tonen voor het groepsaanbod speelde de geografische afstand vaak een negatieve rol, waardoor uiteindelijk besloten werd om niet in te stappen in de groepsbegeleiding. Bijgevolg werd dan ook geen enkele groepsbegeleiding georganiseerd. In 2011 hielpen we 17 mensen tijdens een individuele post-abortusbegeleiding, resulterend in 126 gesprekken. Ook wat betreft postabortusverwerking bereiken we de doelgroep tienermeisjes (vanaf 16 jaar) moeilijk. Onze ervaring leert dat vrouwen die op tienerleeftijd voor een abortus kozen vaak pas aan verwerking toekomen op het moment dat ze aan een nieuwe leeftijdsfase beginnen, bijvoorbeeld op het moment dat ze gepland een gezin stichten. Anderzijds blijkt ook dat meisjes vaak genoeg hebben aan enkele gesprekken (wat als een positief resultaat kan beschouwd worden), of doorverwezen worden door het CLB op het moment dat ze daar eigenlijk nog niet aan toe zijn. Bijgevolg haken ze dan snel af. Bovendien kiezen zwangere meisjes veelal voor een abortus zonder daar veel mensen van op de hoogte te brengen. Sommigen krijgen genoeg steun thuis (maar het wordt verder stil gehouden). Anderen moeten de beslissing nemen in het grootste geheim met enkel een vriendin die er iets over weet. Daarbij komt nog dat het voor jongeren een grote drempel is om de stap naar professionele hulpverlening te zetten. Om al deze redenen willen we in het bijzonder inzetten op een verwijsnetwerk voor jongeren, alsook op vorming en ondersteuning van intermediairen (onder andere via intervisie) omdat het uiteindelijk de hulpverleners uit de eigen omgeving ‘(zoals leerkrachten, CLB’s, etc.) eerder als vertrouwenspersonen zullen aangesproken worden door jongeren dan een externe organisatie.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 13
LOTGENOTENCONTACTEN ORGANISEREN EN FACILITEREN
H
ULPAANBOD
(a) Lotgenotencontact voor ouders na zwangerschapsafbreking bij prenatale diagnose Binnen het project van de Koning Boudewijnstichting (cf. infra, 21) is er zeer intens samengewerkt met de contactgroep voor ouders die kozen voor een zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek (Cozapo). Met onze (gezamelijke) folder ‘Gebroken verwachting…’ willen we het belang en de meerwaarde van lotgenotencontact in deze context onderstrepen en mee(r) mogelijk maken. Vanuit deze fijne samenwerking zijn er ideeën ontstaan om in de toekomst een duidelijkere ondersteuning voor deze contactgroep uit te bouwen. Deze ideeën zullen in 2012 verder geëxploreerd en uitgewerkt worden. Parallel hieraan dient er aandacht te zijn voor contactgroepen waarnaar verwezen kan worden of mee samengewerkt kan worden indien ouders de andere keuze maken, namelijk wanneer zij kiezen om de zwangerschap van een kindje met een handicap voor te zetten. In 2011 werd in enkele begeleidingen van ouders rechtstreeks verwezen naar deze lotgenotencontacten, in het bijzonder naar de Downstichting en de vereniging van Mucoviscidose-patiënten. In de toekomst moet zeker ook verder uitgezocht worden hoe we ons op een meer structurele manier met alle lotgenotengroepen van mensen met een handicap kunnen verbinden.
Vernieuwing van het hulpaanbod
cRZ | Jaarverslag 2011 – 14
(b) Lotgenotencontact voor vrouwen na abortus Hoewel we vanuit onze ervaring met postabortusbegeleiding de impressie hebben dat lotgenotencontact tussen de vrouwen het rouwproces kan faciliteren door er met elkaar over in gesprek te gaan, blijkt deze nood aan de kant van de hulpvrager eerder beperkt. In eerste instantie kiezen vrouwen liever voor een individuele begeleiding (cf. supra, 13), ondanks een extra promotiecampagne rond dit initiatief. Er vond wel lotgenotencontact – en dus een beperkte vorm van groepsbegeleiding – plaats in de vorm van een eenmalig groepsgesprek met vrouwen die reeds bij ons in individuele begeleiding waren. Dit beantwoordde blijkbaar beter aan hun verwachtingen van lotgenotencontact dan een begeleiding uitsluitend in groep.
(c) Lotgenotencontact voor tienermoeders en -ouders Het lotgenotencontact voor tienermoeders en -ouders krijgt in onze werking op twee manieren vorm: enerzijds door de organisatie van allerlei activiteiten zoals de Jong & Moederweekends (en tienerouderweekends), ontmoetingsdagen en daguitstappen en anderzijds de website en facebookpagina. 1. Jong & Moederweekends en tienerouderweekends De Jong & Moederweekends zijn er voor (aanstaande) tienermoeders jonger dan 22 met hun kinderen. Deze weekends zijn een belangrijk initiatief om de eigenwaarde van deze jonge Met deze ontmoetingsweekends bieden we meer dan moeders als moeder en als jongere te versterken. De uitwisseling met lotgenoten en met de een éénmalige kans om lotgenoten te ontmoeten; zij begeleiding alsook de feedback die ze krijgen van de vrijwilligers over hun kindje bevorderen hebben een heel sterke preventieve en een constructieve kijk op zichzelf, op hun moeder-zijn en op hun kind. Ook wordt er concreet (persoons)ontwikkelende waarde. Bovendien ligt sterk gewerkt aan opvoedingsondersteuning via inhoudelijke vormingsmomenten. Door het geven de nadruk op het stimuleren en activeren van de van informatie, het luisteren naar de opvoedingsmoeilijkheden en het mee zoeken naar onderlinge relatie tussen moeder en kind. antwoorden op de vragen die de jonge ouders hebben bij de opvoeding van hun kind, vergroten we hun handelingsperspectief. Bij deze interactieve vormingen ligt de nadruk op het uitwisselen van ervaringen. Indien nodig of wenselijk, bieden wij ook individuele ondersteuning door middel van één of meer individuele gesprekken en nazorg aan mama’s of papa’s die hier nood aan hebben. De informele ontmoeting aan het einde van het weekend draagt anderzijds bij tot aandacht voor en contact met de relationele context van deze jonge moeders. In 2011 vond er één tienermoederweekend met 8 tienermama’s plaats (24 en 25 september 2011, in Het Laathof te Bornem). cRZ heeft ook enkele jaren het initiatief genomen om een tienerouderweekend te organiseren, maar het verhoopte succes bleef uit. De laatste edities werden telkens geannuleerd omwille van een gebrek aan inschrijvingen. Dit houdt verband met de moeilijke bereikbaarheid van tienervaders. Er waren enkele koppels die zeker interesse hadden om mee te gaan op weekend, maar de leeftijd van de partner (papa) was te hoog. Er is immers vaak een significant leeftijdsverschil. Andere tienermoeders hebben geen vaste relatie en als ze een vaste relatie hebben, heeft de jongen weinig tot geen interesse om aan een tienerouderweekend deel te nemen. In 2011 vond er overleg plaats met Lejo vzw in functie van de opstart van een structureel samenwerkingsverband voor de organisatie van deze weekends in 2012. Lejo vzw is deskundig in het ervaringsgericht werken met maatschappelijk kwetsbare jongeren, via hun vrije tijdswerking en via hun begeleiding van persoonlijke ontwikkelingstrajecten (POT).
cRZ | Jaarverslag 2011 – 15
2. Ontmoetingsnamiddag voor tienerouders In 2011 organiseerde cRZ voor de eerste keer een ontmoetingsnamiddag voor jonge tienerouders en hun kindjes (2 juli, Bruulpark te Leuven). Waar een tienermoeder/ouderweekend een groot engagement vraagt van de tieners, is zulke ontmoetingsdag informeler en meer vrijblijvend: het was een namiddag met tijd om bij te praten en elkaar wat beter te leren kennen en met leuke speelmogelijkheden voor de kinderen (speeltuintje, zandbak, spelen). Ondanks de ruime bekendmaking kwamen er slechts 4 mama’s, 2 papa’s en 7 kindjes opdagen. Omwille van het laagdrempelige karakter van deze activiteit, wensen we deze activiteit te behouden. 3. Daguitstappen in 2011 In tegenstelling tot de ontmoetingsdagen die door cRZ georganiseerd worden, kwam dit initiatief er op vraag van de deelnemers aan de Jong & Moederweekends en de leden van het cRZ-forum op www.tienermoeders.be. De organisatie is in handen van enkele jonge moeders die zich hiervoor vrijwillig engageren. De administratieve ondersteuning komt van cRZ. Via lidmaatschap bij het Steunpunt Vakantieparticipatie kunnen ze als groep tegen voordelige tarieven terecht bij heel wat attracties. Ook deze daguitstappen hebben een lagere drempel dan de weekends (cf. goedkoper, zonder overnachting, vrijblijvender, partner kan deelnemen… ). Voor sommige tienermoeders vormen de daguitstappen net de opstap voor deelname aan een Jong & Moederweekend. Via de daguitstappen verruimt ook hun leefwereld: hun sociaal netwerk (lotgenotencontact) vergroot. In 2011 werden 4 daguitstappen georganiseerd waaraan in totaal 32 mama’s en papa’s en 36 kindjes deelnamen. Het aantal daguitstappen daalt. We zullen daarom het netwerk van mama’s die zo’n daguitstap willen organiseren te verruimen.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 16
TRAJECTBEGELEIDING VAN ZWANGERE
Spoor 1: tienerzwangeren die kiezen voor behoud -> begeleiding van zwangerschap en prille ouderschap
TIENERS
We zetten deze begeleiding voort vanuit de beslissingsbegeleiding die resulteert in de keuze voor behoud van de zwangerschap, dit kan evenzeer de keuze voor adoptie of pleegzorg (= co-ouderschap) inhouden. Uit internationaal onderzoek komt bij tienerouders vooral de nood aan een centraal aanspreekpunt naar voren die hen integraal begeleidt (en bemiddelt en begeleid doorverwijst) op alle levensdomeinen (praktisch, administratief, financieel, emotioneel, relationeel, school/werk, …). Vooral meisjes uit kansarmere milieus en/of sociaal geïsoleerde jongeren blijken extra kwetsbaar.
Vanuit cRZ zetten we in op trajectbegeleiding van tienerzwangeren via een 2-sporenbeleid. De begeleiding start in principe met beslissingsbegeleiding, complementair aan de hulpverlening door abortuscentra en andere hulpverlenende instanties (o.a. JAC, CLB, …). Ervaring leert ons dat de drempel voor een besluitvormingsgesprek in een abortuscentrum voor sommige meisjes te hoog is: die stap wordt niet altijd als neutraal ervaren, alsof ze dan al zeker moeten zijn van hun keuze voor abortus. Zij zijn zoekende naar een neutrale plek waar ze hun twijfels bespreekbaar kunnen stellen en samen zoeken we dan naar ondersteuningsmogelijkheden bij de verschillende opties.
Spoor 2: tienerzwangeren die kiezen voor abortus -> begeleiding van abortusverwerking vanaf 16 jaar We zetten deze begeleiding voort vanuit de beslissingsbegeleiding die resulteert in de keuze voor afbreking van de zwangerschap. Ongeveer de helft van alle tienerzwangeren kiest voor abortus. Bovendien stijgen de abortuscijfers van tieners lichtjes, terwijl die van tienermoeders stabiel blijven anno 2009. Voor België maken tienermeisjes circa 14% uit van alle vrouwen die een abortus ondergaan (hoogste abortuscijfer van circa 48.5% situeert zich in leeftijdscategorie 20-29 jaar, opgevolgd door circa 32% in leeftijdscategorie 30-39 jaar). Het abortuscijfer, evenals het geboortecijfer bij tienermeisjes in Vlaanderen ligt lager dan in Wallonië en in Brussel.In 2011 werd denkwerk verricht om de contouren van dit concept verder uit te werken. We richten ons prioritair naar maatschappelijk kwetsbare tiener-zwangeren én tienervaders. Vaak is het hun context die hen kwetsbaar maakt om een kwaliteitsvol beslissingsproces te doorlopen of hun beslissing te verwerken. Vanuit cRZ richten we ons hulpaanbod voor ‘jonge moeders’ ook bewust tot een ruimer doelpubliek dan ‘jonger dan 20’, hetgeen refereert aan de officiële definiëring van tienerzwangerschap. Gezien de gemiddelde leeftijd van de moeder voor een eerste kind momenteel 28 jaar is, houdt het ‘jong zijn’ een kwetsbaarheid in en richten we ons daarom tot en met 24-jarigen (tot 25 jaar). De doelgroep -15 jarigen beschouwen we als een aparte categorie, en definiëren we als ‘zeer jong’. De begeleiding is vrijwillig en betalend (voor alleenstaande jongeren geldt een sociaal tarief). In 2011 vonden er 11 zulke gesprekken plaats. Vermits de gesprekken in Heverlee plaatsvinden, wordt ook ingezet op vorming en consult van hulpverleners over gans Vlaanderen en op uitwerking van regionale samenwerkingsverbanden, o.a. met abortuscentra, expertisecentra Kraamzorg, Kraamhulp, Kind en Gezin, CKG’s.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 17
ONLINE-HULPAANBOD
VOOR
ZWANGERE
TIENERS Gezien de huidige ontwikkelingen op vlak van communicatie en hulpverlening, gaat de inzet van nieuwe sociale hulpverlening in ons hulpaanbod een steeds grotere rol spelen. Bovendien merken we dat tieners niet snel meer naar de telefoon grijpen, maar eerder per mail of chat contact zoeken. Het meer gehanteerde e-mail laat naar ons aanvoelen niet (altijd) toe om op een genuanceerde manier te communiceren. Bovendien is het een mindere directe communicatievorm en kunnen we voor dringende vragen via email niet altijd een onmiddellijk antwoord garanderen. Vandaar dit nieuwe onlinehulpaanbod. Waar we reeds enkele jaren over de website tienermoeders beschikken werd in 2010 ook een cRZ-Jong & Ouderfacebookpagina opgericht en starten we in 2012 met een interactief online-hulpaanbod voor zwangere tieners en hun omgeving (c).
cRZ | Jaarverslag 2011 – 18
(a) Website Tienermoeders.be Deze site voor (aanstaande) jonge moeders en vaders geeft informatie van, door en voor zwangere tieners en tienermoeders; levert een bijdrage aan een realistische beeldvorming over tienermoeders; biedt een forum aan jonge moeders om vragen te stellen en van gedachten te wisselen; verwijst naar hulp; organiseert de inschrijvingen voor activiteiten die lotgenotencontact stimuleren. Forum en dagboek hebben steeds minder succes: de mama’s zijn moeilijk te motiveren om hun dagboek aan te vullen. De tienerouders zijn vooral actief op onze facebookpagina (cf. infra, b). Tienermoeders.be krijgt maandelijks gemiddeld 3676 bezoekers. Dit is een stijging van gemiddeld 667 bezoekers ten opzichte van 2010 en de hoogste score sinds de start van de website in 2007. Via deze websites wordt er regelmatig doorgeklikt: www.crz.be; www.kindengezin.be; www.scholieren.com;
www.kjt.org; www.facebook.com; www.bing.com. (b) cRZ-Jong & Ouder-facebookpagina Omdat we graag op de hoogte willen blijven van wat onze doelgroep bezighoudt, hebben wij sinds 2010 een facebookpagina voor tienerouders. Omgekeerd kunnen wij via deze weg de ouders op de hoogte houden van cRZactiviteiten. Tevens kunnen ze via een chatfunctie praten met een medewerker. Wij hebben momenteel 233 ‘facebookvrienden’. (c) Online-chatfunctie In de nieuwe website zal een nieuw onlinehulpaanbod geïntegreerd worden in de vorm van een ‘hulp-chat’. Bedoeling is dat allerlei hulpvragers (zwangere tieners, ongepland zwangeren in het algemeen, koppels die geconfronteerd worden met een positieve prenatale diagnose, etc.) hierop terecht kunnen om hun verhaal te doen bij een medewerker en begeleid kunnen worden indien zij dit nodig en wenselijk vinden. In 2011 werd de opstart hiervan voorbereid om in 2012 dit aanbod te operationaliseren.
A
UPDATE VAN DE VORMING ‘EEN LEERLING IS ZWANGER’ ANBOD VOOR
PROFESSIONELE HULPVERLENERS CONTINUERING EN VERNIEUWING
De vorming ‘Een leerling is zwanger’ werd al verschillende keren met succes herhaald. De bedoeling van deze opleiding is enerzijds inzicht en voeling te krijgen met de leefwereld van de ongepland zwangere tiener/tienermoeder. Anderzijds wordt er achtergrondinformatie gegeven bij het begeleiden van de ongepland zwangere tiener/tienermoeder. De opleiding richt zich tot iedereen die begaan is met de zorg voor leerlingen (directies, leerkrachten, leerlingbegeleiders, CLB-medewerkers,...) en dit zowel uit ASO, TSO en BSO. De vorming wordt regelmatig aangepast. We zoeken voortdurend naar een aanpak waarbij de interactie met de deelnemers zo groot mogelijk is. Dit doen we door te werken met cases die deelnemers zelf inbrengen. Naast theorie proberen wij de deelnemers aan te leren hoe zij zelf aan de slag kunnen met het begeleiden van een zwangere leerling. In 2011 werkten we voor de eerste keer met de routekaart tienerzwangerschap. Dit doen we door met de deelnemers in detail de routekaart te overlopen en hen het belang van een goed zorgnetwerk uit te leggen. Een gastspreker van één van de organisaties op de sociale kaart komt ten slotte uitleg geven over hun werking (bv. JAC, expertisecentrum kraamzorg, etc.). Omwille van de infosessies over de routekaarten, werd er in het voorjaar geen vorming ‘een leerling is zwanger’ georganiseerd (cf. infra, 20). In het najaar vond er één vorming plaats met 19 deelnemers (15 november, te Gent).
cRZ | Jaarverslag 2011 – 19
HULP
AAN PROFESSIONELEN ROND DE IMPLEMENTATIE VAN DE
ROL
VAN
VROEDVROUWEN
BIJ
PRENATALE
SCREENING
EN
ROUTEKAART
DIAGNOSTIEK: EEN VORMINGSPAKKET
In 2011 werd de routekaart ongeplande zwangerschap en de routekaart tienerzwangerschap geoperationaliseerd.
cRZ werkt als partner mee aan een Projectmatig Wetenschappelijk Onderzoek (PWO)‐project van Vroedkunde Limburg (PHL en KHLim), getiteld ‘De rol van vroedvrouwen bij prenatale screening en diagnostiek’ (2010-2012).
Hulpverleners voelen zich vaak niet vertrouwd met begeleidingsvragen naar aanleiding van een ongeplande zwangerschap. Daarom ontwikkelde cRZ een online-routekaart ongeplande zwangerschap en een online-routekaart tienerzwangerschap. Hiermee willen we medewerkers van Centra Algemeen Welzijnwerk en ook andere eerstelijnsorganisaties een houvast bieden in de begeleiding van kwetsbare zwangerschappen, in de beslissingsbegeleiding, het opzetten van een zorgnetwerk en het begeleiden van een verwerkingsproces. Deze routekaart werd via infosessies in mei en juni 2011 voorgesteld aan de betrokken doelgroepen en hulpverleners in Vlaanderen, tijdens een ronde langs de Centra voor Welzijswerk (Hasselt, Herentals, Antwerpen, Brugge, Aalst, Leuven, Kortrijk, Gent, Vilvoorde en Brussel). Er namen 220 hulpverleners aan deel. Ondertussen hebben we naar aanleiding van deze infosessies ook al een vorming op maat gegeven aan 30 CLB-medewerkers in West-Vlaanderen en wordt voor een scholengemeenschap in Brugge eenzelfde vorming gepland. Via een artikel in het Tijdschrift voor Welzijnswerk werd het bestaan ervan ook nog eens extra in de verf gezet. Het is eigen aan de aard van dit instrument dat het voortdurende aanpassingen vraagt. Daartoe vond in oktober 2011 reeds een eerste globale update plaats.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 20
Dit PWO-project wil tegemoet komen aan een veranderde situatie in het werkveld, waarbij prenatale screening niet enkel aan hoog‐risico zwangeren wordt aangeboden, maar een routinepraktijk is geworden. Tegelijk zien we een evolutie waarbij vroedvrouwen een eigen rol krijgen in zorgprotocollen (midwifery led care) die vertrekken van een multidisciplinair team‐model. Om de vroedvrouwen te versterken in deze rol, wil Vroedkunde Limburg een noden‐ en behoeftenstudie voeren in het werkveld én een vormingspakket op maat uitwerken. Projectleider is Katrien Ruytjens, docente aan de KHLim en onderzoekster is Heleen Van den Bogerd, vroedvrouw en Master in de Familiale en Seksuologische wetenschappen.Wetenschappelijke partners zijn verder: Prof. Dr. Em. M. Grypdonck, UGent; Prof. Dr. W. Gyselaers, ZOL en UHasselt. Andere samenwerkende partners en leden zijn: Ziekenhuis Oost Limburg; Maria Ziekenhuis Overpelt. cRZ stapte mee als partner met de opdracht de uitwerking van een vormingspakket voor vroedvrouwen vanuit onze expertise te ondersteunen. Doorheen het project hebben we echter ook de focusgroepen begeleid die doorgingen in het kader van de voorgenoemde noden- en behoeftestudie (cf. infra, 32).
OPTIMALISATIE
VAN DE PSYCHOLOGISCHE BEGELEIDING NA PRENATAAL ONDERZOEK:
RESULTATEN VAN HET PROJECT De Koning Boudewijnstichting (KBS) lanceerde in 2010 een projectoproep: ‘Gezondheidszorg en gezondheidsbeleid: beter met patiëntenparticipatie’. cRZ diende, in samenwerking met Cozapo en de VVOG (Vlaamse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie) binnen dit kader een project in: ‘Optimalisatie van de zorg voor (de psychologische adaptatie van) ouders na een zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek’. Dit project werd eind december 2010 goedgekeurd en liep gedurende 1 jaar, met ingang op 1 januari 2011. Met dit project wilden we de aandacht richten op de continuïteit van de zorg voor ouders na een zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek. We wilden er toe komen dat zij tijdens hun rouwproces op elk moment (vóór, tijdens en na de zwangerschapsafbreking) hun weg kunnen vinden naar de psychologische ondersteuning die ze dan wensen. Het project engageerde zich voor een vijftal acties: 1. In kaart brengen hoeveel zwangerschapsafbrekingen na prenataal onderzoek per jaar in Vlaanderen plaatsvinden en hoeveel koppels met dit rouwproces worden geconfronteerd. 2. Het bestaande hulpaanbod voor ouders na een zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek in kaart brengen. 3. Samenwerkingsverbanden uitstippelen om verwijzingen tussen de verschillende settings vlot te laten verlopen. 4. Een publicatie maken in de vorm van een folder of brochure voor professionele zorgverleners en patiënten, waarin deze samenwerkingsverbanden vermeld worden en waar de specifieke expertise die er in elk van deze settings aanwezig is kenbaar te maken. 5. Een studiedag organiseren voor professionele hulpverleners en patiënten om de resultaten van dit project te verspreiden.
KBS-project in 5 acties
1. Kwalitatief onderzoek naar zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek 2. Hulpaanbod in kaart brengen 3. Samenwerkingsverbanden aanduiden in functie van verwijsnetwerk 4. Publicatie om deze verbanden bekend maken bij de hulpvragers 5. Studiedag organiseren om de resultaten te verspreiden
cRZ | Jaarverslag 2011 – 21
Deze acties werden gedurende 2011 op volgende manier uitgewerkt: We deden een grootschalige bevraging van de psychosociale opvang in de Vlaamse ziekenhuizen van koppels die met een positieve prenatale diagnose geconfronteerd werden. De data hiervan zijn verzameld en een eerste analyse werd uitgevoerd. Deze eerste, preliminaire resultaten werden voorgesteld op de studiedag ‘Gebroken Verwachting …’ op 19 november 2011. De verdere analyse van de data en de publicatie van het onderzoeksrapport wordt voorzien in 2012. Binnen Cozapo werd er een bevraging georganiseerd betreffende de psychosociale opvang die hun leden ervoeren tijdens en na de zwangerschapsafbreking. We maakten een folder ‘Gebroken verwachting…’ waarin 2 organisaties voorgesteld worden die aanvullend op het voor deze ouders bestaande hulpaanbod in de Vlaamse ziekenhuizen kunnen instaan voor ondersteuning en begeleiding: cRZ en Cozapo. Deze organisaties kunnen gecontacteerd worden voor hulp bij het maken van de keuze en/of bij de verwerking ervan. Deze folder werd voorgesteld en uitgedeeld aan het ruime publiek op voorgenoemde studiedag en werd ook nadien per post gestuurd naar alle Vlaamse ziekenhuizen. In deze folder namen we een verwijzing op naar de website van cRZ, waar we een ‘verwijsnetwerk’ van rouwtherapeuten publiceren die zich engageerden om in samenwerking met cRZ een professionele begeleiding voor deze ouders uit te bouwen. (cf. infra, 41) Op 19 november 2011 organiseerden wij de studiedag ‘Gebroken verwachting …’ in Kind en Gezin Academie te Brussel (cf. infra, 28).
cRZ | Jaarverslag 2011 – 22
LERENDE NETWERKEN ROND ONGEPLANDE TIENERZWANGERSCHAP EN JONG OUDERSCHAP In het najaar 2011 is cRZ gestart met regionale lerende netwerken waarbij we met hulpverleners die werken voor en met tienerzwangeren, tienerouders en hun relationele omgeving (bijvoorbeeld ouders) een tweetal keer per jaar rond de tafel zitten. Het idee is gegroeid vanuit enerzijds de Denkgroep WestVlaanderen die voorheen in Kortrijk plaatsvond toen cRZ nog een antennepost bemande binnen CAW Piramide en anderzijds de vraag naar een ruimere overleggroep voor heel Vlaanderen van Kraamkaravaan (overleggroep Gent) waarvan cRZ deel uitmaakt. Bovendien kregen we vragen tot deelname aan verschillende regionale netwerken, doch dit bleek qua personeelsinzet niet overal haalbaar. Dit initiatief heeft voor ons een dubbele functie. Vooreerst is het de bedoeling om alle professionele hulpverleners die binnen dit domein hun eigen weg moeten zoeken, te ondersteunen door hen samen te brengen en vanuit de onderlinge uitwisseling elkaar te versterken, met het oog op intensievere samenwerkingsverbanden tussen verschillende organisaties ten bate van de jongeren. De expertise die cRZ binnen dit werkveld uitbouwde, zien we als een belangrijke basis om deze groep inhoudelijk, theoretisch te ondersteunen, al dan niet mits inbreng van relevante gastsprekers. cRZ wil tegelijk sterk voeling houden met de noden uit de praktijk van het werkveld. Daarnaast is het de bedoeling om een netwerk zichtbaar te maken rond tienerzwangeren en hun omgeving van professionele hulpverleners verspreid over Vlaanderen. ‘Bekend maakt bemind!’ De betrokken meisjes en hun relationele omgeving hebben baat bij een gerichte, correcte en begeleide verwijzing. En zodoende hopen we ook een voldoende groot draagvlak te creëren om onze maatschappelijke opdracht (beleidssignalering) mede waar te maken. Vanuit de beleidskeuze om de krachten te bundelen in 1 team te Heverlee in functie van een efficiëntere personeelsinzet, wenst cRZ de waardevolle regionale contacten opnieuw aan te halen. Daartoe neemt cRZ bewust een trekkersrol op voor dit initiatief, weliswaar gebundeld per 2 provincies om het qua personeelsinzet bewust te kunnen waarmaken voor heel Vlaanderen. Dit resulteerde in de opstart van 3 regionale netwerken. De opstartvergadering voor regio Oost- en West-Vlaanderen vond plaats op 11 oktober 2011 te Gent en deze voor regio Vlaams-Brabant en Brussel op 25 november 2011 te Heverlee. In 2011 werden eveneens de voorbereidingen getroffen voor de opstartvergadering voor regio Antwerpen-Limburg die op 26 januari 2012 werd gepland. Via onze infosessies rond de routekaarten en andere kanalen (bijvoorbeeld bekendmaking via Zijaanzicht) inventariseerden we kandidaat deelnemers en de interesse of nood bleek groot aan zulk netwerk, voornamelijk voor de doelgroep ‘tieners en jongvolwassenen’. Er kwamen geïnteresseerden op af uit verschillende sectoren waaronder Algemeen Welzijnswerk (JAC’s), abortuscentra, CLB’s, Expertisecentra Kraamzorg, diensten voor kraamhulp, Kind en Gezin, inloopteams, CKG’s, CIG’s, instellingen voor bijzondere jeugdzorg. De bedoeling van deze vergaderingen was het opzet van cRZ afstemmen op de verwachtingen van deelnemers. Relevante thema’s werden geïnventariseerd en de thema’s ‘pre- en postnatale zorgen voor tienerzwangeren en tienerouders’ en ‘onderwijskansen voor tienerzwangeren en tienerouders’ werden alvast prioritair naar voren geschoven om mee aan de slag te gaan in 2012. cRZ | Jaarverslag 2011 – 23
O
PUBLICATIES NTSLUITING
VAN DE OPGEBOUWDE EXPERTISE EN ERVARING
We gaan uit van een onderscheid tussen interne en externe publicaties: waar de eerste publicaties betreffen die we zelf opmaken en publiceren, gaat het in het tweede geval om publicaties elders uitgegeven of artikels waarin cRZ-medewerkers op vraag van externen geïnterviewd worden voor achtergrondinformatie of over de werking van onze organisatie (a) Interne publicaties In 2011 werden van de bestaande publicaties 239 verkocht. Hieruit blijkt dat de verkoop van de in 2010 gepubliceerde brochure ‘Counseling bij prenatale testen’ het goed doet. De communicatie-audit toonde aan dat onze betalende publicaties snel gedateerd zijn. Vanuit haar sensibiliserende opdracht luidt het advies voor cRZ dat het beter is om kernboodschappen gericht te communiceren via andere kanalen, zoals de website, de vormingen, gerichte nieuwsbrieven, etc. De huidige publicaties zullen vanuit dit perspectief bekeken en geëvalueerd worden. Publicaties die in een breder verband circuleren, zoals bijvoorbeeld de lesmap voor secundair onderwijs of een ander educatief pakket, zullen we behouden en updaten.
Brochure ‘Tienerzwangerschap en jeugdzorg’
13
Brochure ‘Tienerzwangerschap’
18
Brochure ‘Tienervaders’
11
Brochure ‘Jong en moeder’
23
Brochure ‘Jong en vader’
11
Brochure ‘Zwangerschapswens bij tieners’
13
Brochure ‘Ongepland zwanger’
3
Brochure ‘Vrouwen verwerken abortus’
5
Brochure ‘Counseling bij prenatale testen’
119
Boek ‘Onzeker zwanger’
1
Lesmap ‘Ongeplande zwangerschap’
5
Lesmap ‘Tienerzwangerschap’
15
Boek ‘Abortus voorgoed voorbij’
2
cRZ | Jaarverslag 2011 – 25
Nieuw! Ellen Van Stichel en Katleen Alen, 17 en zwanger: Van tiener naar volwassene in negen maanden?, Lannoo, 2011. Naar aanleiding van 10 jaar Jong en Moederwerking (2010) werd het initiatief genomen om in 2011 een boek te publiceren over de beleving van tienermoeders en hun omgeving op basis van diepte-interviews. Gezien de – vaak negatieve - perceptie van tienerouders en hun omgeving in de publieke opinie, willen wij vanuit onze ervaringen een ander licht werpen op deze tieners. Niet om tienerouderschap te verheerlijken alsof het voor meisjes vanzelfsprekend zou leiden tot een mooiere en betere toekomst en dus gepromoot moet worden. Ook niet om het ouderschap als enig alternatief voor te stellen voor elke zwangere tiener alsof abortus, maar ook alternatieven als adoptie en pleegzorg, geen goede keuze kunnen zijn voor zij die met een ongeplande zwangerschap geconfronteerd worden. Wel beogen we het thema van tienerouderschap in zijaanzicht te bekijken, waarbij er ruimte is om een genuanceerd beeld te geven door zowel de fraaie als minder fraaie aspecten, de moeilijkheden, maar ook de groeikansen van tienerouders te ontvouwen – en daarmee ook de ontwikkelingskansen van hun kinderen. Zodat bepaalde taboes rond tienerouderschap doorbroken worden. Hoe kunnen we dit beter doen dan hen zelf aan het woord te laten, door hun vaak ongehoorde stem te laten klinken? De keuze voor een ‘belevingsboek’ was dan ook vanzelfsprekend. We willen hen de kans geven om hun verhaal te doen. Om de beleving van tienerouderschap zo goed mogelijk in kaart te brengen, kozen we er voor om niet alleen tienermama’s te interviewen maar ook hun bredere omgeving te bevragen. Zo komen naast de heel verschillende tienermama’s (een meisje is nog zwanger op het moment van het interview, anderen werden 15 of zelfs 30 jaar geleden tienermama) ook tienervaders, ouders van tienerouders, pleegouders, een nieuwe partner, een zus, een leerkracht en een vriendin aan bod. Ten slotte proberen we aan de hand van verschillende thema’s de leefwereld van tienerouders en hun omgeving te beschrijven. Naar analogie met de verschillende fases in de zwangerschap komen aspecten als de ontdekking van de zwangerschap, de eerste reactie van de directe omgeving, de beslissingsfase, de zwangerschap, het ouderschap en het partnerschap aan bod. In een afsluitende reflectie laten we sommige van hen terugblikken op het verleden, vanuit het heden met het oog op de toekomst. Dit boek is verschenen op 30 september 2011. De eerste druk voorzag 1500 exemplaren waarvan er in december 2011 reeds meer dan 700 verkocht werden, met een opmerkelijke interesse vanuit Nederland. Digitale Zijaanzicht Onze digitale nieuwsbrief wordt 4 keer per jaar naar een 900-tal abonnees verstuurd. Thema’s in 2011 waren: o PRENATALE DIAGNOSE (maart 2011): met een voorsmaakje uit de nieuwe cRZ-brochure ‘Counseling bij prenatale testen: Ouders helpen beslissen – Een gids voor professionele hulpverleners’; het project van de Koning Boudewijnstichting; het onderzoeksproject met Vroedkunde Limburg over de rol van de vroedvrouw bij prenatale screening en diagnostiek; cRZ | Jaarverslag 2011 – 26
o ABORTUSVERWERKING (juni 2011): met een cRZ-analyse en aanbevelingen bij de abortuscijfers van 2009 en een evaluatie van meer dan 10 jaar groepsbegeleiding na abortus; o TIENERZWANGERSCHAP (september 2011): met een artikel over het boek ’17 en zwanger’; het pamflet voor het bevorderen van gelijke onderwijskansen voor tienerouders; een overzicht van het onderzoek naar de medische complicaties en toekomstperspectieven van tienerzwangeren. Ter aanvulling kan vermeld worden dat de wintereditie geen inhoudelijk nummer was, maar enkel aankondigingen van nieuwe of lopende initiatieven betrof. (b) Externe publicaties “Het noorden kwijt bij ongeplande (tiener)zwangerschap? De cRZ-routekaarten helpen u op weg,” Sara Plessers, in Tijdschrift voor Welzijnswerk 35 (2011) nr. 319. “Zwanger als tiener: kwetsbaar en krachtig,” Katleen Alen en Katrien Vansantvoet, in Welwijs 22 (2011) nr. 4. “Brief van de dag: Tienerzwangerschap, een misdrijf?,” Katleen Alen en Katrien Vansantvoet, in De Standaard, 13 augustus 2011. “Leens tienerdochter Hanne raakte zwanger,” Anne Peeters, in Libelle, 29 december 2011. “Ik was een tienermoeder... en ben nu zo trots op mijn dochter,” Astrid Van der Schueren, in Flair, december 2011. “Tienermoeders zijn taboe,” Joris Casaer, in Klasse voor leerkrachten, december 2011. “Ongepland is niet ongewenst,” Dominique Trachet, in Primo, 2011. “Tienermoeders willen af van vooroordelen,” Kaatje De Coninck, in Het Nieuwsblad, 1 oktober 2011. “Een kind op de zeven is een 'ongelukje',” Stef Telen, in Het Nieuwsblad, 1 juli 2011. “Er is iets ernstig mis met uw kindje,” Kari Van Hoorick, in Libelle, 16 juni 2011. “Tienermoeders krijgen nauwelijks ondersteuning in ons land,” Lotte Beckers, in De Morgen, 11 mei 2011. “Houd ik mijn kind of niet? Een onmogelijke beslissing,” Els Put, in Vrouw en Wereld, april 2011. “Leeftijd maakt je geen goede of slechte mama,” Kristien Rombouts, in De Bond, 18 maart 2011. “Tienermoeders: realityprogramma's op de korrel genomen,” Karin Vanheusden, in Gazet van Antwerpen, 19-20 februari 2011.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 27
INFOSESSIE: WAT IS CRZ?
STUDIEDAG: GEBROKEN VERWACHTING
Aangezien een derde van de oproepen in 2010 afkomstig waren van studenten, werd besloten om vanaf 2011 een aantal infosessies te organiseren over cRZ in het algemeen en haar werkdomeinen in het bijzonder om aan de vragen van hogeschool- en universiteitsstudenten tegemoet te komen. Hierdoor wordt de vraag van studenten voor het team gekanaliseerd naar één moment, zodat de werkbelasting voor het geven van informatie beter georganiseerd en duidelijker afgebakend wordt.
Binnen het kader van het KBS-project Optimalisatie van de zorg voor (de psychologische adaptatie van) ouders na een zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek (cf. supra, 21) werd op 19 november 2011 de studiedag “Gebroken verwachting” georganiseerd.
In november 2011 werd er voor het eerst een infomoment georganiseerd voor bachelorstudenten. We contacteerden de studierichtingen verpleegkunde, vroedkunde, lerarenopleiding en sociaal werk. De studenten kregen een presentatie over elk domein van cRZ. Er werd ook tijd voorzien voor vraagstelling. Het infomoment werd positief onthaald door de aanwezige studenten.
Het opzet bestond erin om alle professionelen betrokken in de psychosociale begeleiding van deze ouders én de ouders zelf aan het woord te laten en hun bijdrage aan dit proces te komen belichten. Zij presenteerden elk afzonderlijk waaruit hun bijdrage aan het begeleidingsproces bestaat. Sprekers waren I. Degerickx en A. Janssens van COZAPO, gynaecologe dr. H. Logghe (SintLucas, Brugge), vroedvrouwen A. Van Mullem en I. van Leeuwen (UZ Gent), medewerker sociale dienst K. Buelens (Sint-Augustinus Wilrijk), geneticus prof. dr. J.-P. Frijns (Centrum voor Menselijke Erfelijkheid, UZ Leuven), psychologe M. Verhas (OLV Ziekenhuis Aalst) en pastor I. Pauwels (UZ Leuven). We wilden iedereen onderdompelen in de thematiek en de aandacht vestigen op de continuïteit van zorg. Op deze studiedag werden ook de (preliminaire) resultaten getoond van de twee onderzoeken die in het kader van dit project werden uitgevoerd. We nodigden Maarten Slagboom, auteur van het boek ‘Echo’, uit voor een signeersessie. Er waren ruim 160 mensen aanwezig, zowel ervaringsdeskundigen, als professionelen (vroedvrouwen, psychologen, maatschappelijk werkers, pastores, gynaecologen, kinderartsen, …). De presentaties zijn via de website www.prenatalediagnose.be beschikbaar voor een groter publiek.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 28
VORMINGEN OP MAAT Op vraag van organisaties en hulpverleners bieden wij ook vorming op maat aan. Zo werden binnen de thema’s van tienerzwangerschap en prenatale diagnose volgende vormingen gegeven: (a)
Tienerzwangerschap -
(b)
Een leerling is zwanger – Workshop te Borsbeek (Sint Jozefsinstituut, 5 BSO Verzorging, 38 leerlingen, 28 maart 2011). (Ongeplande) Tienerzwangerschap, tienerouderschap en abortus – Workshop te Vilvoorde (Relatiedag Virgo-school, 3e graad TSO en BSO, 40 leerlingen, 20 oktober 2011). Prenatale diagnose
Binnen de interdisciplinaire Werkgroep Prenatale Diagnose (cf. infra, 40) heeft cRZ twee vormingen aangeboden: -
De presentietheorie van Andries Baart Ethisch advies 15 van Zorgnet Vlaanderen: Goede zorg bij etnisch-culturele diversiteit
cRZ | Jaarverslag 2011 – 29
E
INTERNE VORMING
XPERTISEOPBOUW Naast de zelfstudie van elke individuele medewerker, bouwt cRZ als team intern momenten in om aan expertiseopbouw en -uitwisseling te doen. Ten eerste vindt er – op vraag van de individuele medewerker – intervisie plaats over de hulpverlenende gesprekken op cRZ. Ten tweede maken de medewerkers tijd vrij om inhoudelijke leerteams te plannen, die zowel handelen over de algemene (inhoudelijke) werking in functie van visieontwikkeling van de organisatie als over een concreet thema of aanbod. Zo had het team bijvoorbeeld een inhoudelijk overleg over het onthaalgesprek bij vragen omtrent ongeplande zwangerschap of prenatale diagnostiek (in functie van respectievelijk de cRZ-Luistertelefoon en de Infolijn Prenatale Diagnose, 17 januari 2011) en over het beslissingsschema bij ongeplande zwangerschap (24 oktober 2011). Ten derde, wanneer iemand een externe vorming gevolgd heeft, wordt er tijdens teamvergaderingen structureel een moment voorzien om hierover te rapporteren bij de collega’s zodat er ook op die manier aan kennisdeling kan worden gedaan. Tot slot kan nog verwezen worden naar het interne teamproces dat in 2011 plaats vond onder leiding van een externe consultant, Inge Singulé, met een drievoudige doelstelling om een lerend team te ontwikkelen: de professionalisering van het team ondersteunen; de persoonlijke competentieontwikkeling van elke medewerker bevorderen en de introductie van kwaliteitszorg als thema voor het team
cRZ | Jaarverslag 2011 – 31
SAMENWERKING MET UNIVERSITEITEN EN HOGESCHOLEN (a) cRZ als partner in samenwerking met universiteiten en hogescholen Voor volgende initiatieven werd cRZ een aantal keer gevraagd tijdens studiedagen of lezingen georganiseerd door universiteiten - Taboes in de marge: Tienerouders – deelname aan een panelgesprek voor breed publiek te Antwerpen (UCSIA-lezing, 12 mei 2011). - Een leerling is zwanger – Workshop voor de Dag van de socioemotionele leerlingbegeleiding in het secundair onderwijs: (UA, Centrum voor Nascholing voor het Onderwijs, 26 mei 2011). - Tienerzwangerschap en ongeplande zwangerschap – Workshop voor de Religie, zingeving en levensbeschouwing-dagen (Hogeschool Kempen, 21 februari 2011). - Werken op cRZ – Presentatie voor Smaakmakers (Sociale Hogeschool Heverlee, Bachelor Sociaal Werk, 22 november 2011). - Een positieve zwangerschapsbeleving anno 2011: Een hele uitdaging voor toekomstige ouders – Voordracht te Leuven (KU Leuven, Geneeskunde, 2 maart 2011). - Psychologische aspecten van preconceptionele zorg – Workshop te Turnhout (Katholieke Hogeschool Kempen, 31 maart 2011). - Ethische aspecten van prenatale diagnostiek en zwangerschapsafbreking – Gastcollege te Kortrijk (Katholieke Hogeschool, Zorgmanagement, 3 mei 2011).
cRZ | Jaarverslag 2011 – 32
In het voorgenoemde PWO-project van Vroedkunde Limburg (PHL en KHLIM) is cRZ een bevoorrechte partner in het onderzoek (cf. supra, 20). Tijdens het afgelopen jaar is vooral theoretisch gewerkt aan de inhoud van het vormingspakket. Hiertoe werden verschillende (inter-)nationale studiedagen gevolgd, als ook de recente literatuur inzake prenatale screening en diagnostiek onder de loep genomen. Er is een voorstel voor een vormingspakket van 15u. We vertrekken van een basiskader van counseling en ethiek, waarbinnen we kennis en vaardigheden willen verbeteren op het domein van risicocommunicatie, ‘informed consent’, slechtnieuwsgesprek, genetica, prenatale screenings- en diagnostische testen en rouw. Ook het opzet en de vormgeving werd uitvoerig besproken. Eind 2011 werd beslist om niet in op zichzelf staande modules te werken, maar eerder een leertraject te beogen door verschillende bouwstenen aan te reiken die voor ons essentieel zijn in counseling bij prenatale screening en diagnostiek. Het vormingspakket zal in deze vorm begin 2012 uitgeprobeerd worden in 2 Limburgse ziekenhuizen. Na de evaluatie hiervan zal het zowel inhoudelijk als vormelijk gefinaliseerd worden tegen eind 2012. cRZ werkte ook mee aan de ruimere noden-en behoeftenstudie binnen dit PWO-project en begeleidde samen met de onderzoekster 2 focusgroepen.
(b) Gevolgde vormingen aangeboden door universiteiten en hogescholen ALGEMEEN
ONGEPLANDE (TIENER)ZWANGERSCHAP
PRENATALE DIAGNOSE
Studiedag Op de thee bij de fee: Onder moeders paraplu – over de betekenis van kinderzorg voor de hechting van kinderen te Lommel (vzw Rapunzel, 1 februari 2011). Introductiecursus bij Leren over Leven (Leerschool voor contextuele hulp-verlening) met als doelstellingen: kennismaking met het contextuele perspectief en de betekenis en conse-quenties van de houding van meerzijdige partij-digheid in de eigen werksituatie exploreren. Studiedagen: Kennismaking met islamitische visies op relaties en opvoeding te Leuven (Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen, 5-12-19 mei 2011). Relaties en seksualiteit bij mensen met een handicap (UCSIA, 6 oktober 2011). Online opleiding ‘Existentieel Welzijn’, Katholieke Universiteit Leuven, 2010-2011. 15 jaar Raadgevend Comité voor Bioethiek, te Brussel (12 oktober 2011).
Infosessie ’t Zitemzo…: Minderjarigheid, ouderlijk gezag en de handelings(on)bekwaamheid van de minderjarige te Genk (Kinderrechtswinkel vzw in samenwerking met IJH Limburg, 22 maart 2011). Infossessie ’t Zitemzo…: Rechtspositie van de minderjarige in de jeugdhulp te Genk (Kinderrechtswinkel vzw in samenwerking met IJH Limburg, 29 maart 2011). Infosessie ’t Zitemzo…: Rechten als minderjarig slachtoffer te Genk (Kinderrechtswinkel vzw in samenwerking met IJH Limburg, 29 maart 2011). Studiedag Beroepsgeheim ten overstaan van minderjarige cliënten te Brugge (Kinderrechtswinkel, 31 maart 2011). Conferentie Waardevolle hulpverlening aan jonge/tienerouders te Utrecht (Fiom, 31 oktober 2011). Conferentie Relationele en seksuele vorming te Antwerpen (Sensoa, 8 juni 2011).
Studiedag Ik zie iets bij uw kindje…. Over prenatale screening en diagnostiek te Ede (SCEM conference services, 28 januari 2011). Congres Ik hou van jou: De plaats van liefde in relatie-en gezinstherapie te Leuven (UZ Leuven i.s.m. Bob Neimeyer, expert binnen het domein van Rouwtherapie, 17-18 februari 2011). Infoavond Handicap en andere culturen te Leuven (Kind en Handicap (KVG), 15 maart 2011). Studiedag Downsyndroom: fictie en feiten te Rotterdam (SCEM conference services, 21 maart 2011). Cursus Communication skills & breaking bad news: the implications of antenatal screening and testing - Training Level 1 te Londen (ARC, 7 mei 2011). Opleiding Rouwtherapie in een nieuw perspectief te Sint-Niklaas (Kern vzw, 17/24 oktober 2011). Cursus Supporting Parents’ Decisions - Training Level 2 te Londen (ARC, 5 november 2011).
cRZ | Jaarverslag 2011 – 33
BEGELEIDING THESISSTUDENTEN a)
Lopend onderzoek -
Thesissen
Lindsey Cooreman, De beleving van tienerzwangerschappen, Bachelor in de Vroedkunde, Erasmus Hogeschool in Jette. (cRZ – medewerker als externe promotor)
Ellie Depape, Leidt het geven van professionele begeleiding en ondersteuning tijdens de zwangerschap aan tienermoeders tot een betere outcome van de kind-moeder relatie?, Bachelor in de Vroedkunde, Katholieke Hogeschool Leuven. (cRZ – medewerker als externe promotor)
Laura Dezutter, Postpartumbegeleiding van tienermoeders, Bachelor in de Vroedkunde, Artevelde Hogeschool te Gent. (cRZ-medewerker als externe promotor)
Mady Jansen, Gelijkenissen en verschillen in de verwerking van abortus en bij abortus om psychosociale redenen en zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose, Bachelor in de Religiewetenschappen en de Godgeleerdheid, Katholieke Universiteit Leuven. (cRZ-medewerkers als externe experten)
Melissa Masselus, Termination of Pregnancy na een nefaste prenatale diagnose (TOP) na nefaste prenatale diagnose, Bachelor in de Vroedkunde, Erasmushogeschool in Jette. (cRZ- medewerker als externe promotor)
Sarah Pollet, GVO voor tienermoeders, Bachelor in de Vroedkunde, Katholieke Hogeschool Leuven. (cRZ – medewerker als externe promotor)
Stéphanie Renaers, Preconceptionele zorg in de eerste lijn: Prenatale screening, Bachelor in de Vroedkunde, Katholieke Hogeschool Leuven. (cRZmedewerker als externe co-promotor)
Chiara Spitali, Tienerzwangerschappen: Een vergelijking tussen België en Suriname, Bachelor in de Vroedkunde, Vroedkunde Limburg in Hasselt. (cRZ – medewerker als externe promotor)
Project ‘roze wolk’ Dit project omvat het uitwerken van een creatieve methodiek ter bespreking van zwangerschapswens, tienerzwangerschap en tienerouderschap met als bedoeling een realistisch beeld te scheppen over jong ouderschap aan leerlingen uit het secundair onderwijs, in het bijzonder uit het beroeps- en deeltijds onderwijs (2de en 3de graad). Daartoe worden studenten uit de Sociale Hogeschool, optie Sociaal-Cultureel Werk voor het vak ‘Educatief werk’ alsook studenten van de lerarenopleiding (beiden van de Katholieke Hogeschool Leuven) begeleid. cRZ | Jaarverslag 2011 – 34
-
Herwerken van de bestaande lesmappen:
De herwerking van de lesmappen ‘Tienerzwangerschap’ en ‘Ongeplande zwangerschap’ wordt ondersteund door de lerarenopleiding van de Katholieke Hogeschool Leuven. Hun expertise op het domein van didactiek zal het resultaat van deze herwerking optimaliseren.
b)
Concreet werd de herwerking van deze lesmappen als afstudeerproject weerhouden voor de lerarenopleiding secundair onderwijs van de Katholieke Hogeschool Leuven (academiejaar 2011-2012):
Lesmap Tienerzwangerschap 3de graad BSO door Marjolein Van Rompay & Lien De Winter Lesmap Ongeplande zwangerschap 2de graad door Virginie Colsoul & Liesje Meuwis Lesmap Ongeplande zwangerschap 3de graad door Nathalie Bries & Valerie Van den Broeck
Afgerond onderzoek
Rowena Abspoel, De kans op verwikkelingen bij tienerzwangerschappen, Bachelor in de Vroedkunde, Artesis-hogeschool Antwerpen, 2010-2011. (cRZ-medewerker als externe promotor) Sanne De Sloover, De vooruitzichten van een tienermoeder: invloed van het Young Women’s Project op toekomstperspectieven, Bachelor in Sociaal Werk, Arteveldehogeschool Gent. (cRZ-medewerker als extern jurylid) .
Britt Hillen, De begeleiding door huisartsen bij ongeplande zwangerschap. Master in Management en Beleid van de Gezondheidszorg, Vrije Universiteit Brussel, 2010-2011. (cRZ-medewerker als externe promotor) .
Lieselot Berlanger, This is just what you do when you are pregnant: Niet‐medische effecten van echografie tijdens de zwangerschap, gelinkt aan pretecho’s, Bachelor in de Vroedkunde, Erasmushogeschool te Jette, 2010-2011. (cRZ-medewerker als externe promotor) .
Laura Badji, Als 1+1 niet 3 wordt: Implicaties voor het zorgplan indien men kiest voor zwangerschapsafbreking na prenatale diagnostiek, Bachelor in de Vroedkunde, Katholieke Hogeschool Limburg, 2010-2011. (cRZ-medewerker als externe consultant)
cRZ | Jaarverslag 2011 – 35
S
INTERNATIONALE ALGEMENE NETWERKEN EN SAMENWERKINGSVERBANDEN AMENWERKINGS-
VERBANDEN EN NETWERKEN
a)
Fiom
Fiom is onze Nederlandse partnerorganisatie die werkt op de domeinen van onbedoelde zwangerschap, tienerzwangerschap en -ouderschap, zwangerschapsverlies, ongewenste kinderloosheid, afstand ter adoptie, adoptienazorg en (internationale) zoekacties naar familieleden. In 2011 vond een kennismaking met elkaars huidige dienstverlening plaats als aanzet tot verdere uitwisseling en samenwerking. b)
Congres: Life Choices and Aspirations of Teenagers
In confrontatie met toenemende tienerzwangerschap in Groot-Britannië werd een reflectieproces opgestart om de ideale verlangens en concrete toekomstperspectieven van Britse tieners te onderzoeken en deze gegevens in verband te brengen met hun concrete gedrag en beslissingen inzake seksualiteit en ouderschap. In 2011 kregen we de uitnodiging om deel te nemen aan dit reflectieproces om vanuit onze expertise een tweedaags congres hierover bij te wonen. Tot de andere genodigden behoorden niet alleen hulpverleners uit verschillende sectoren (onderwijs, welzijnswerkers, ngo’s die werken rond relatievorming en seksualiteit, therapeuten, etc.) maar naast enkele tieners zelf waren ook de academische wereld en politieke beleidsmakers aanwezig. De ontmoetingen met hulpverleners uit verschillende sectoren gaven ons niet alleen inzicht in de problematiek van tienerzwangerschap en –ouderschap in het Verenigd Koninkrijk, maar zorgden ook voor informele contacten en uitwisselingen met interessante internationale partners. Hun werking en onderzoek wordt verder door ons opgevolgd.
POSTABORTUS -
Regelmatig telefonisch overleg met de abortuscentra naar aanleiding van doorverwijzingen of feedback van vrouwen na hun abortus. Overleg met de koepel van de ambulante abortuscentra (LUNA) in verband met visie en samenwerkingsmogelijkheden (9 februari 2011).
cRZ | Jaarverslag 2011 – 37
ONGEPLANDE (TIENER)ZWANGERSCHAP
EN
TIENEROUDERSCHAP a)
Forum Jongeren, Relaties en Seksualiteit (SenSOA)
Dit forum, dat verschillende organisaties zoals SenSOA, Jeugd & Seksualiteit, Tegenstroom, Zindering, JAC, CAW, GO!, etc. omvat, brainstormt over relaties en seksualiteit bij jongeren. Hoofdaccent ligt op de informatie-uitwisseling rond publicaties en nieuwe materialen van de betrokken organisaties, alsook rond onderzoek dat uitgevoerd wordt binnen deze organisaties. Vertegenwoordiging in dit overleg is positief voor de naambekend-heid, netwerking, bekendmaking van het hulp- en vormingsaanbod en het vergaren van allerhande nuttige informatie voor de eigen doelgroep (zowel jongeren als intermediairen-in-opleiding). b)
Kraamkaravaan: Expertisecentrum Kraamzorg Oost-Vlaanderen
In 2010 werd een denkgroep opgestart naar aanleiding van een ervaren nood aan informatieuitwisseling rond het thema tienerzwangerschap, meer bepaald rond
cRZ | Jaarverslag 2011 – 38
bepaalde initiatieven (zoals kinderopvang alsook opvang van de jonge ouders). Als kenniscentrum rond tienerzwangerschap werden we uitgenodigd en nemen we deel aan deze overleggroep die jaarlijks trimestrieel bijeenkomt. Deze overleggroep is bevorde-rend voor netwerking in en om Gent, alsook voor de bekendmaking van ons eigen aanbod. c)
PAReL
Parel staat voor Perinataal Aanbod Regio Leuven. cRZ maakt deel uit van dit netwerk aan organisaties die extra ondersteuning bieden aan kwetsbare zwangeren, alleen-staande moeders, anderstaligen, jonge moeders, etc. Via een werkgroep worden de bestaande regionale organisaties in kaart gebracht en gezorgd voor een zo optimaal mogelijke opvolging van kwetsbare zwangeren te Leuven. Bijeenkomsten vonden dit jaar plaats op 17 maart 2011 en 15 september 2011.
d)
Werkgroep pilootproject van Expertisecentrum Kraamzorg De Bakermat Leuven
cRZ nam deel aan de werkgroep van het project ‘Campagne ter ondersteuning en promotie van borstvoeding voor en door kwetsbare jonge moeders en hun omgeving in Leuven’. cRZ leverde een bijdrage door de formulering van kritische bedenkingen, bekendmaking van het project en oproep tot deelname aan de uitwerking van campagne-materiaal via onze cRZ-Jong en Ouder-facebookpagina. e)
Denkgroep West-Vlaanderen domein tienerzwangerschap
Dit regionaal samenwerkingsverband werd eenmalig samengeroepen enerzijds ter afsluiting van de goede samenwerking met de voormalige antennepost van cRZ in CAW Piramide te Kortrijk en anderzijds om de toekomstige verwachtingen en mogelijkheden omtrent informatieuitwisseling tussen cRZ en de betrokken partnerorganisaties onderling af te toetsen. Deze denkgroep werd geïntegreerd in de opstart van een lerend netwerk Oost- en WestVlaanderen.
f)
Overleg Lejo vzw
Lejo vzw is deskundig in het ervaringsgericht werken met maatschappelijk kwetsbare jongeren, via hun vrije tijdswerking en via hun begeleiding van persoonlijke ontwikkelingstrajecten (POT). In 2011 nam een Lejo-medewerker deel aan ons Jong en Moeder-weekend van september in functie van gedeelde expertiseopbouw. Er vonden tevens overlegmomenten plaats in functie van de opstart van een structureel samenwerkingsverband voor de organisatie van de cRZ-Jong en Moeder- en Jong en Ouderweekends in 2012. Het principieel akkoord omtrent deze samenwerking ligt klaar, maar werd nog niet geofficialiseerd. g)
Centrum voor Sociaal Beleid
In 2011 werd de samenwerking met Marjolijn De Wilde van het Centrum voor Sociaal Beleid (Universiteit Antwerpen) geofficialiseerd. Er werd een taakverdeling afgesproken, waarbij het CSB zal instaan voor de verzameling en analyse van de cijfers inzake tienerzwangerschap, -abortus en -ouderschap en cRZ zich zal focussen op belevingsonderzoek en achtergrondinformatie (zoals verklaringen, etc.) over deze cijfers. h)
Werkbezoeken in functie van optimalisatie van de samenwerking inzake begeleiding van tienerzwangeren en -ouders
Teneinde een betere samenwerking op te zetten en begeleiding en verwijzing op elkaar af te stemmen werden volgende organisaties bezocht: - Adoptiedienst De Mutsaerd (Antwerpen) waar tienerzwangeren terecht kunnen voor het afstaan hun kindje en begeleiding gedurende dit hele proces; - CIG BNZ De Stobbe (Antwerpen): waar tienerouders in een aparte leefgroep met hun kindje residentieel kunnen verblijven en gefaseerd begeleid worden naar zelfstandig wonen; - JAC Kortrijk: waar jongeren onthaald worden met allerhande vragen, waaronder tienerzwangerschap; - CKG De Schommel: overleg over hun Amberformule (intensieve begeleiding aan huis voor zwangeren vanaf 8 maanden en (jonge) kwetsbare ouders met kinderen van 0 tot 6 maanden voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen); - VSKO: overleg in het kader van de uitbouw van een stappenplan voor tienerzwangeren en -ouders op katholieke scholen; - Abortuscentrum Willy Peers in functie van kennismaking met het oog op een correcte begeleide doorverwijzing van ongeplande (tiener)zwangeren die kiezen voor abortus.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 39
PRENATALE DIAGNOSE a) Werkgroep Prenatale Diagnose De werkgroep Prenatale Diagnose bestaat voornamelijk uit professionele hulpverleners die werken binnen de context van (zwangerschapsafbreking na) prenatale diagnose in Vlaamse ziekenhuizen. Dit initiatief heeft een tweevoudige functie: (1) door onderlinge uitwisseling hulpverleners ondersteunen (waarbij cRZ vanuit haar expertise een superviserende dan wel interviserende rol heeft) en (2) het netwerk zichtbaar maken van deze hulpverleners die rond dit thema in Vlaanderen werkzaam zijn, met een beter verwijsnetwerk tot gevolg. Na een succesvol eerste jaar, werd de werkgroep in 2011 voorgezet aan de hand van trimestriële bijeenkomsten (3 maart 2011; 9 juni 2011; 15 september 2011 en 8 december 2011). Binnen de werkgroep werd er dit jaar gewerkt rond een aantal inhoudelijke thema’s die door de hulpverleners uit het werkveld aangebracht werden. Tijdens de eerste vergadering bespraken we de presentietheorie van Andries Baart, die binnen de gezondheidszorg steeds meer aandacht krijgt. Hulpverleners in de context van prenatale diagnose voelen zich vaak machteloos, maar Baart leert ons hoe ‘er gewoon zijn’ ook een belangrijke meerwaarde kan betekenen. Het bevestigt wat we vaak van ouders horen: “Het was zo essentieel dat de vroedvrouw er gewoon heel de tijd was voor ons.” Tijdens de drie volgende bijeenkomsten stond het thema interculturaliteit centraal, omwille van de moeilijkheid die de leden van de werkgroep vaak ervaren in het counselen en begeleiden van ouders als er cultuurverschillen bestaan. We deden dit door één van de leden, zelf een moslima een presentatie te laten uitwerken over islam en kijk op handicap, in de Centraal thema was in 2011 context van de invloed hiervan op prenatale diagnose. Zij presenteerde ons: ‘Moslims met betrekking interculturaliteit in counseling bij prenatale tot prenatale screening, diagnostiek en zwangerschapsafbreking’. Twee andere leden vulden dit aan diagnose met kaders uit het Hindoeïsme en het Jodendom. Vervolgens bracht Khadija Aznag (Dienst Diversiteit en Gelijke Kansen, PRIC Vlaams-Brabant) een uiteenzetting over interculturele communicatieve vaardigheden. Ze toonde ons de valkuil om (alle) moeilijkheden die we ervaren in het contact met allochtone ouders exclusief toe te schrijven aan cultuurverschillen. Door vooral ook de gelijkenissen te zien, moeten we ons niet zo onmachtig voelen en vooral deze ouders proberen op dezelfde manier te benaderen. Waar we niet goed weten wat te doen of wat te denken, moeten we meer openlijk durven deze vraagtekens te bespreken met de ouders, zoals we dit ook zouden doen met autochtone ouders. In de laatste bijeenkomst probeerden we ten slotte een samenvattende kijk te krijgen op dit thema van interculturaliteit en prenatale diagnose. We formuleerden ook een aantal concrete handvaten en tips die bruikbaar kunnen zijn in de dagelijkse praktijk van leden van de werkgroep. Hiervoor vonden we een kader in het Ethisch Advies 15 van Zorgnet Vlaanderen: ‘Goede zorg bij etnisch-culturele diversiteit’. We bespraken ook enkele moeilijke casussen waarop we onze verworven inzichten van het afgelopen jaar toetsten.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 40
b)
Antenatal Results & Choices (ARC), Londen
De link en samenwerking met ARC is reeds geruime tijd aanwezig binnen cRZ. Deze organisatie heeft een jarenlange expertise in telefonische hulpverlening in het kader van prenatale testen en testresultaten, waar onze Infolijn Prenatale Diagnose in 2004 is op gebaseerd. In 2010 werkten wij samen in het kader van onze brochure ‘Counseling bij prenatale testen’, wat een vertaling is van hun brochure ‘Supporting Parent’s Decisions’. In 2011 volgde één van de cRZ medewerksters een 2-daagse opleiding bij ARC in Londen; zij bieden ook vormingen aan aan hulpverleners in het werkveld. Vanuit deze opleidingsdagen is er een fijn, persoonlijker contact ontstaan en is er op zoek gegaan naar linken tussen hun werking en deze van cRZ. In overleg met Cozapo zal er in 2012 gekeken worden hoe we een eventuele onderlinge samenwerking kunnen uitbouwen, een beetje naar het model van ARC. c)
VVOG en Cozapo
Binnen het project van de KBS is er intens samengewerkt met de Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (VVOG) en Cozapo. Vanuit deze samenwerking zijn er zeker plannen om in de toekomst het concept van ‘gezondheidszorg beter mét patiëntenparticipatie’ te hanteren. cRZ nam een faciliterende rol op tussen deze 2 organisaties en zorgde er voor dat er rechtstreeks aandachtspunten van ouders in deze context bij de hulpverleners geraakten op de studiedag van 19 november.
d)
Verwijsnetwerk rouwtherapeuten
In 2011 heeft cRZ gewerkt aan een ‘verwijsnetwerk’ van rouwtherapeuten die zich engageerden om in samenwerking met cRZ een professionele begeleiding aan te bieden aan ouders die kozen voor een zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek. In onze folder ‘Gebroken verwachting …’ verwezen we naar een lijst van deze therapeuten die op onze website gepubliceerd wordt. Door dit netwerk op deze manier zichtbaar en bekend te maken, zijn zowel ouders als betrokken hulpverleners in de ziekenhuizen in staat om rechtstreeks hulp te zoeken bij een ervaren therapeut bij hen in de buurt. We hopen op deze manier deze hulp toegankelijk te maken voor velen en de drempel te verlagen om door te verwijzen indien nodig. Het is de bedoeling om in 2012 dit verwijsnetwerk inhoudelijk verder uit te bouwen. De mogelijkheid van intervisie en/of supervisie werd reeds afgesproken. We willen de opgenomen rouwtherapeuten in de nabije toekomst ook een vorming aanbieden gebaseerd op onze expertise rond prenatale diagnose en de begeleiding van ouders na een zwangerschapsafbreking. Een eerste prospectie van de interesse hiervoor leverde enkel positieve reacties.
cRZ | Jaarverslag 2011 – 41
.
S
VOORZITTER
Prof. Dr. Bernard Spitz
AFGEVAARDIGD BESTUURDER
Lieve Van Hoofstadt
STAFMEDEWERKERS
Katleen Alen Inge De Coster Sindy Helsen Sara Plessers Katrien Vansantvoet Ellen Van Stichel
CONTACTGEGEVENS
cRZ Geldenaaksebaan 277 3001 Heverlee 016/38.69.50
[email protected] www.crz.be
TRUCTUUR
cRZ | Jaarverslag 2011 – 43