leerlingendeel
1. Rommel op de redactie!................................................1
1
Extra activiteit: Hoe plak je de krant in elkaar?...........3
15
2. Nieuwslezers gezocht! ..................................................4
16
1 lesuur
3. Dolle denkpuzzel ........................................................10
22
25 min.
Extra activiteit: Extra dolle denkpuzzel .....................11
25
25 min.
4. Dolle dierenspel ..........................................................12
29
1 lesuur
5.1 Een nieuwe krant!...............................................14
49
1 lesuur
5.2 Bijna opgeruimd!................................................17
55
1 lesuur
4. Dolle dierenspel (herhaling) ......................................12
29
1 lesuur
6. Waar is de aap? ...........................................................20
63
1 lesuur
7.1 Een heel raar dier ...............................................23
73
20 min.
7.2 Een hok voor het rare dier..................................25
75
15 min.
7.3 Nog meer rare dieren..........................................26
78
15 min.
8. De vragen van Pol ......................................................27
83
1 lesuur
9. Brieven aan de redactie ..............................................28
89
1 lesuur
DE DOLLE DIERENKRANT
Tijdsplanning
leerkrachtendeel
INHOUDSTAFEL
2x1 lesuur
5. Nog meer rommel op de redactie!
7. Dolle dieren
Opmerking: - 1 lesuur duurt gemiddeld 50 minuten - Het Dolle Dierenspel (activiteit 4) wordt tweemaal gespeeld.
DE DOLLE DIERENKRANT
DE DOLLE DIERENKRANT
Leerlingendeel
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Beste kinderen, Er is iets heel ergs gebeurd op de redactie van De Dolle Dierenkrant! Elke dag maken wij een krant om iedereen te vertellen over het dolle dierennieuws. ‘s Avonds zorgen wij ervoor dat de krant klaarligt, zodat we hem de volgende dag kunnen drukken. Vannacht is er bij ons ingebroken. De inbreker heeft gelukkig niets meegenomen maar... hij heeft alle artikels, titels en tekeningen door elkaar gegooid! Omdat het voor ons een hele klus is om alles opnieuw te ordenen, wil ik jullie vragen mij een handje te helpen. Ik heb voor jullie de artikels, titels en tekeningen al uitgeknipt. Bij elk artikel hoort een titel en een tekening. Als jullie alles bij elkaar gezocht hebben, mogen jullie het opplakken in de lege krant. Daarna mogen jullie de krant opsturen naar de redactie. De redactie en alle lezers van De Dolle Dierenkrant zullen jullie heel dankbaar zijn! Met vriendelijke groeten
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
Activiteit 1: Rommel op de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
1
" 1.
2
J
on heeft een hond. De hond heet Bul. Jon gaat er elke dag mee wandelen. Gisteren liep Jon ook met zijn hond in het bos. Bul liep los. Hij snuffelde overal. Daarom lette hij niet goed op. Boem! Daar stootte Bul zijn kop tegen een boom. Au! Dat deed pijn. Bul moest een beetje huilen. ‘Heb je je pijn gedaan?’, hoorde Bul opeens. Hij keek op. Daar zat Wolstaart, een konijn. ‘Een beetje,’ zei Bul. Wat lief van dat konijn. Eigenlijk zijn konijnen bang voor honden. Maar nu zat het konijn dicht bij Bul. ‘Zal ik er een kusje op geven?’, vroeg Wolstaart. ‘Dan gaat het weer over, zegt mijn moeder.’ Bul keek het konijn verbaasd aan. Een kusje? Hij kreeg een raar gevoel in zijn buik. Ja, hij wilde wel een kusje van dit lieve konijn. ‘Bul! Bul! Waar ben je?’ Dat was Jon. Die zocht Bul. ‘Ik moet weg,’ zei Bul tegen het konijn. ‘Goed, zie ik je nog een keer?’, vroeg het konijn. ‘Ja, ik kom hier vaak in het bos,’ zei Bul. Toen rende hij snel naar Jon. Sindsdien is Bul verliefd op het konijn. Hij wil nu elke dag naar het bos. En Jon? Die snapt er niets van.
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 1: Rommel op de redactie
" 2.
" 3.
M
ijnheer Vos had gisteren de hik. Hij hikte de hele dag. Mevrouw Vos belde de dokter. Toen de dokter kwam, keek hij in de keel van Mijnheer Vos. Maar hij zag niets. En de vos hikte nog steeds! Toen zei de dokter: ‘Mijnheer Vos, u moet heel veel water drinken!’ De vos kreeg een grote bak met water. Hij dronk de hele bak leeg. ‘Hik!’, zei de vos, toen hij de bak leeg had. Hij hikte nog steeds! Toen zei de dokter: ‘Mijnheer Vos, vanaf nu mag u niets meer eten!’ En daar schrok de vos heel erg van! Hij zei: ‘Dat kan niet! Hou me niet voor de gek! Ik wil eten!’ Mijnheer Vos schrok zo erg dat de hik opeens weg was! ‘Goed,’ lachte de dokter. ‘U schrok hé? Hoe is het met de hik?’ ‘Weg!’ riep Mijnheer Vos. Dan zei hij niets meer. Hij at alleen maar van het lekkere eten dat Mevrouw Vos voor hem had klaargemaakt.
B
aloe is de baas van het Berenbos in de dierentuin. Hij is de grootste beer. Hij weegt evenveel als acht kinderen samen! Geen beer is sterker dan hij. Maar sommige dieren zijn wel slimmer... zoals de vossen. Die wonen ook in het Berenbos. Op een keer gooide een oppasser een vis op de grond. Daar had Baloe wel zin in. Hij
Activiteit 1: Rommel op de redactie
stopte het visje in zijn muil. Maar een vos wilde ook die vis pakken. Hij sprong omhoog en hapte naar de vis. ‘Afblijven, ik zag de vis het eerst!’, brulde Baloe. En PLOEP de vis viel uit zijn muil! Heel snel ving de vos de vis. En weg was de vos. Tja Baloe, dan moet je maar niet met volle mond brullen!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
3
" 4.
E
en konijn kan niet vliegen. Toch vloog Sari Konijn gisteren door de lucht. Hoe kan dat? Sari zat rustig in haar hok. Toen kwam er een jongetje bij haar staan. Hij aaide Sari over haar kopje. Sari Konijn werd er helemaal blij van. Ze deed haar oogjes dicht. Dat doen konijnen altijd als ze iets fijn vinden. Toen haalde het jongetje Sari uit haar hok. Sari werd een beetje bang. Wat ging het jongetje doen? Het jongetje had een rode ballon in zijn hand. Zo’n heel grote, die de lucht in gaat als je hem loslaat. En wat deed het jongetje? Hij bond de
ballon aan Sari vast! ‘Nee, niet doen,’ gilde Sari. Maar het jongetje deed het toch. Toen liet hij Sari en de ballon los. En daar ging Sari, hoog de lucht in. Sari was heel bang. ‘Help! Help!’, riep ze. Gelukkig zag een oppasser haar zweven. Hij sprong in de lucht en greep Sari Konijn bij haar pootjes. Sari had zich geen pijn gedaan. Ze was wel heel erg geschrokken. De oppasser gaf Sari een lekker worteltje. Het jongetje moest als straf zonder eten naar bed.
" Wat is de grootste rat van de wereld? een reuzenrad!
Een reuzenrad!
5.
Waarom eet een tijger altijd rauw vlees? omdat hij niet kan koken!
Omdat hij niet kan koken!
Welke slang eet nooit, maar drinkt veel? een tuinslang!
Een tuinslang!
Waarom zie je nooit een vis met een bril op? omdat er geen brillen met ruitenwissers bestaan!
Omdat er geen brillen met ruitenwissers bestaan! 4
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 1: Rommel op de redactie
" 6.
" 7.
M
ax is een hond. Hij is vaak heel lief. Dat vindt Marie, het baasje van Max. Maar vorige week was Max helemaal niet lief. Marie had Max zijn riem omgedaan. Het was tijd om te gaan wandelen. Maar toen Marie met Max buiten liep, zag Max opeens een poes. Max trok heel hard aan de riem. En floep, daar schoot de riem uit de hand van Marie! Marie riep: ‘Max, niet doen! Blijf hier!’ Maar Max luisterde niet en rende achter de poes aan. Hij rende heel hard, zo hard dat hij helemaal niet uitkeek. Hij gooide eerst een bloempot om. En daarna liep hij zomaar tegen de buurman aan. De buurman viel op de grond. ‘Rothond!’, riep de buurman boos. Marie ging de buurman snel helpen. Wat was Max stout vandaag! Waar zou hij nu zijn? Marie volgde het spoor van Max door de tuin. En wie zat daar voor de deur van het huis van Marie? Juist... Max! Max is vaak lief, maar soms...
T
yrannosaurus Rex at alleen maar vlees. Hij had heel kleine handen, vlijmscherpe tanden, en groen schubbenvel.
at
Tyrannosaurus Rex ging wild tekeer. Hij at alle andere dinosaurussen op. Toen was er niets te eten meer. Dus ging hij zelf ook dood.
Activiteit 1: Rommel op de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
5
" 8.
" 9.
6
E
r is iets vreemds gebeurd op de boerderij! Vandaag ging boer Jef naar het hok van de geiten. Toen zag hij iets raars! Hij zag een heel vreemde geit! De geit had paarse vlekken. Hoe kan dat nu, dacht de boer. Een geit is toch niet paars? Toen zag hij een lege pot verf op de grond liggen. De geit had de pot verf omgetrapt en zat nu helemaal onder de verf! Boer Jef heeft de geit snel gewassen. Nu is de geit weer proper. Ze staat opnieuw in de wei!
I
n het Dolle Dierendorp woont een heel leuke hond. Maar de laatste tijd was hij nogal verdrietig. Zijn baasje, Victor, wist niet waarom. Zijn hond wilde niet meer mee gaanwandelen. Zelfs als Victor hem een bot gaf, was de hond niet blij. Victor nam hem toen mee naar de dierenarts. De dokter bekeek de hond goed. ‘Jouw hond is niet ziek’, zei de dokter. Daar was Victor blij om. ‘Maar waarom is hij dan zo verdrietig?’, vroeg Victor. ‘Dat weet ik niet’, zei de dokter. ‘Ik zal hem een pilletje geven. Hoe heet je hond? Dan schrijf ik dat op.’ Victor dacht diep na. Hoe heet LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
de hond? ‘Eigenlijk heeft hij geen naam,’zei Victor. ‘Ik noem hem altijd gewoon Hond.’ De hond begon zachtjes te huilen. De dokter en Victor keken verbaasd naar de hond. ‘Ik denk dat ik wel weet waarom jouw hond verdrietig is’, zei de dokter. ‘Hij wil graag een naam!’ Victor haalde opgelucht adem. Als dat zo was, zou hij gauw een naam bedenken. ‘Hij heet Max’, zei Victor. Meteen begon Max te kwispelen met zijn staart. De hond was erg blij. De dokter heeft Max geen pilletje meer gegeven. En Max wil weer mee gaan wandelen.
Activiteit 1: Rommel op de redactie
" 10.
D
e uil zat op een dikke tak met zeven zuurtjes in zijn zak.
De egel riep van bij de haag: ‘Ik lust die zuurtjes ook zo graag!’ De tor riep van een grote steen: ‘Ach lieve uil, mag ik er één?’ Het konijn riep vanuit zijn hol: ‘Op zulke zuurtjes ben ik dol!’ De hagedis riep uit de hei: ‘Toe uiltje, geef er één aan mij!’ En wat deed de uil? Hij schudde zijn kop en at alle zuurtjes zelf op!
" 11.
J
e cavia houdt van een ruime kooi. 60 cm lang, 60 cm breed en 40 cm hoog. Dat is ruim genoeg. Daar kan een cavia zich in bewegen. Die kooi kun je van hout maken. Op de bodem strooi je een laag zaagsel. Daarover leg je een laag droog hooi. Dat is lekker warm voor het dier. Daar kan hij zich in verstoppen. En hij kan er ook in slapen. Aan één wand van de kooi hang je een mandje op. Dat dient voor het groenvoer. Op de bodem zet je twee stenen bakjes. Eén voor het droogvoer en één voor water. De stenen bakjes moeten zwaar zijn. Dan kan de cavia ze niet omduwen. Het dak van de kooi is van gaas. Je kunt het dak er afhalen om de kooi schoon te maken. Of om water en voer te geven. Het gaas houdt de kat tegen. Die vindt de cavia een lekker hapje. Je zet de kooi best op een warme plaats. Een plaats zonder tocht.
Activiteit 1: Rommel op de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
7
TITELS BIJ DE ARTIKELS "---------------------------------------------------------------------------------------------
KONIJN
BELEEFT GROOT AVONTUUR!
"---------------------------------------------------------------------------------------------
ROTHOND? "---------------------------------------------------------------------------------------------
MAAK
ZELF EEN KOOI VOOR JE CAVIA!
"---------------------------------------------------------------------------------------------
HOND
WORDT VERLIEFD OP KONIJN
"---------------------------------------------------------------------------------------------
HOND
KRIJGT EINDELIJK NAAM
"---------------------------------------------------------------------------------------------
VOS
IS ERG GESCHROKKEN!
"---------------------------------------------------------------------------------------------
DE
SLIMME VOS
"---------------------------------------------------------------------------------------------
WAT
EEN PRET!
"---------------------------------------------------------------------------------------------
DE
UIL
"---------------------------------------------------------------------------------------------
NIEUW
DIER MET VLEKKEN!
"---------------------------------------------------------------------------------------------
WAAROM
ZIJN ALLE DINOSAURUSSEN UITGESTORVEN?
"---------------------------------------------------------------------------------------------
8
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 1: Rommel op de redactie
Max is nu erg blij!
En wie zat daar voor de deur? Max! Activiteit 1: Rommel op de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
9
Nu is de geit weer helemaal schoon!
De vos wil de vis afpakken. 10
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 1: Rommel op de redactie
...anders gooit hij het bakje om...
Daar zweefde Sari door de lucht. Activiteit 1: Rommel op de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
11
Hik! Hik!
‘Zal ik er een kusje op geven?’, vroeg Wolstaart. 12
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 1: Rommel op de redactie
Hij had heel scherpe tanden.
De uil zat op een dikke tak. Activiteit 1: Rommel op de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
13
A!
HAH HAHA
HA
14
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 1: Rommel op de redactie
HOE PLAK JE DE KRANT IN ELKAAR? 1. Het verhaal over de hond van Victor staat op bladzijde twee van de krant. Op deze bladzijde staan ook de grappige raadsels. De tekeningen staan allebei onderaan. 2. Op bladzijde drie staat links het verhaal over het konijn dat gaat vliegen. Onder dit verhaal staat de tekening van de hikkende vos. Op dezelfde bladzijde staat het verhaal over de hikkende vos. Hierboven staat de tekening van het vliegende konijn. 3. Op de vierde bladzijde staan de tekeningen van Max (de hond) en de Tyrannosaurus naast elkaar onderaan de bladzijde. De verhaaltjes staan erboven. 4. De tekening van Baloe staat op bladzijde vijf bovenaan. De tekening van Bul staat onderaan. Tussen de tekeningen staat links het verhaal over Jon en Bul. Rechts staat het verhaal over Baloe. 5. Op de laatste bladzijde staan drie verhalen. Linksboven staat de tekening van de cavia. De tekst staat ernaast. Linksonder staat de tekening van de uil. Het verhaaltje staat erboven. Ook het verhaal en de tekening van de geit staan op deze bladzijde.
Extra Activiteit: Hoe plak je de krant in elkaar?
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
15
VRAGENKAARTJES VOOR DE NIEUWSLEZERS "---------------------------------------------------------------------------------------------
HOND WORDT VERLIEFD OP KONIJN 1. Hoe heet de hond? 2. Hoe heet het baasje van de hond? 3. Wie is Wolstaart? 4. Hoe komen Bul de hond en Wolstaart het konijn elkaar tegen? 5. Waarom kreeg de hond een raar gevoel in zijn buik?
"---------------------------------------------------------------------------------------------
VOS IS ERG GESCHROKKEN ! 1. Waarom belde Mevrouw Vos de dokter? 2. Wat moest Mijnheer Vos eerst doen van de dokter ? 3. Hielp dat? 4. Wat moest Mijnheer Vos daarna doen van de dokter ? 5. Waarom was de hik opeens over?
16
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 2: Nieuwslezers gezocht
DE SLIMME VOS 1. Wie is de baas van het Berenbos? 2. Wat deed de oppasser? 3. Wie hadden er wel zin in een vis? 4. Hoe kreeg de vos de vis te pakken? 5. Welk dier is het slimste dier van het Berenbos?
"---------------------------------------------------------------------------------------------
KONIJN BELEEFT GROOT AVONTUUR ! 1. Hoe heet het konijn? 2. Waarom was het konijn eerst heel blij? 3. Wat deed het jongetje dan? 4. Wat gebeurde er toen met het konijn? 5. Wie heeft het konijn gered? 6. Loopt het verhaal goed af?
Activiteit 2: Nieuwslezers gezocht
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
17
WAT EEN PRET! 1. Wat is de grootste rat van de wereld? 2. Waarom eet een tijger altijd rauw vlees? 3. Welke slang eet nooit, maar drinkt veel? 4. Waarom zie je nooit een vis met een bril op?
"---------------------------------------------------------------------------------------------
ROTHOND? 1. Wie is het baasje van Max? 2. Waarom begon Max opeens te rennen? 3. Wat gebeurde er toen? 4. Waarom viel de buurman op de grond? 5. Was Max echt weggelopen? 6. Is Max echt een rothond?
18
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 2: Nieuwslezers gezocht
WAAROM ZIJN ALLE DINOSAURUSSEN UITGESTORVEN? 1. At de Tyrannosaurus Rex ook groenten? 2. Hoe zagen de handen van de Tyrannosaurus Rex eruit? 3. Welke kleur had het vel van de Tyrannosaurus Rex? 4. Waarom zijn alle dinosaurussen uitgestorven?
"---------------------------------------------------------------------------------------------
NIEUW DIER MET VLEKKEN ! 1. Wat zag boer Jef vandaag? 2. Was dat een nieuw dier? 3. Hoe kan het dat de geit paarse vlekken had? 4. Wat deed boer Jef toen? 5. Ziet de geit er nog steeds vreemd uit?
Activiteit 2: Nieuwslezers gezocht
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
19
HOND KRIJGT EINDELIJK NAAM 1. Hoe merkte Victor dat zijn hond verdrietig was? 2. Waar moest de hond toen naartoe? 3. Was de hond ziek? 4. Moest de hond pilletjes nemen? 5. Waarom begon de hond te huilen? 6. Wat is de naam van de hond nu?
"---------------------------------------------------------------------------------------------
DE UIL 1. Hoeveel zuurtjes had de uil? 2. Hoeveel verschillende dieren vroegen de uil om een zuurtje? 3. Noem twee dieren die de uil om een zuurtje vroegen. 4. Wat deed de uil met zijn zuurtjes?
20
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 2: Nieuwslezers gezocht
MAAK ZELF EEN KOOI VOOR JE CAVIA ! 1. Heeft een cavia een grote of een kleine kooi nodig? 2. Waar kun je de kooi van maken? 3. Waarom moet je hooi en zaagsel in de kooi leggen? 4. Hoeveel stenen bakjes heb je nodig? 5. Waarom moeten de stenen bakjes zwaar zijn? 6. Waarom is het dak van de kooi van gaas? 7. Mag een cavia buiten in een kooi zitten?
Activiteit 2: Nieuwslezers gezocht
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
21
VUL DE PUZZEL IN: Kijk goed naar de tips die op het andere blad staan. Dan weet je wat je moet kiezen. Schrijf dan op de puzzelpagina je oplossing in de puzzel. Kleur het hokje zwart als je iets invult. Dan weet je wat je al ingevuld hebt.
Kies uit: Naam: o Stijn o Lies o Bea o Ben o Pol Dier: o mol o dolfijn o aap o koe o giraf Wat doet het? o slingeren aan de takken van de bomen o melk geven o kunstjes doen o tunnels graven o blaadjes uit de toppen van de bomen eten
22
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 3: Dolle denkpuzzel
DOLLE DENKPUZZELTIPS * Stijn zwemt in een groot zwembad. Hij hoeft geen zwembroek aan. De mensen komen naar zijn kunstjes kijken. Stijn kan heel hoog uit het water springen. Hij kan al door vier hoepels springen. Zet hem daarom op de vierde plaats in de puzzel. * In het hokje boven Stijn staat de giraf. Ze is bijna jarig. Dan krijgt ze een heel lange sjaal. Dat moet zo want haar hals is erg lang. Zo kan ze goed de blaadjes uit de toppen van de bomen eten. De naam van de giraf begint met de letter ‘L’. * Op de boerderij woont een dier met zwarte en witte vlekken. Ze staat in de wei. Elke morgen gaat de boerin haar melken. De melk is lekker en gezond. Het dier dat melk geeft, staat helemaal bovenaan in de puzzel. * Wij hebben bergjes zand in onze tuin. Het zijn molshopen. De mol leeft onder de grond. Het is daar erg donker. Hij graaft de hele dag tunnels. Dat is zwaar werk. Hij moet het zand naar boven duwen. Boven legt hij het op een hoopje. In de puzzel staat de mol onderaan, op de vijfde plaats. Zijn naam begint met een ‘P’. * Boer Jos heeft heel veel koeien: bruine, witte en zwarte. Zijn mooiste koe is altijd vrolijk. De boerin heeft haar een naam gegeven. Het is een mooie meisjesnaam. * Ben is heel grappig. Hij trekt gekke smoelen naar de mensen. Maar de mensen worden soms boos. Dan klimt Ben snel in een boom. Hij slingert aan de takken van de bomen. Hij heeft altijd plezier. De aap Ben staat op de tweede plaats in de puzzel. * Weet je al welk dier Stijn is? Hij is heel slim en kan goed zwemmen. Hij doet kunstjes in het zwembad. Als beloning voor een kunstje krijgt hij een vis. Stijn is een dier dat met een ‘d’ begint.
Activiteit 3: Dolle denkpuzzel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
23
24
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 3: Dolle denkpuzzel
"
...................... ........................ .........................
...................... ........................ .........................
...................... ........................ .........................
...................... ........................ .........................
2.
3.
4.
5.
Wat doet het?
...................... ........................ .........................
Dier
1.
Naam
EXTRA DOLLE DENKPUZZELTIPS Nu weet je wie alle dieren zijn. Je kent Stijn Dolfijn, Pol Mol, Ben Aap, Lies Giraf en Bea Koe. Maar, er is nog iets met deze dieren! Ze hebben of doen allemaal iets raars! Kun jij uitvinden wat? Lees de volgende verhaaltjes goed door. Vul de laatste hokjes van de nieuwe puzzel in!
Kies uit: 1. Het is weer zomer. Iedereen is blij want de zon schijnt. Stijn gaat op vakantie met zijn vriend Fred. Dat is een beetje raar want Fred is een konijn. Stijn komt nooit uit het water. En Fred blijft liever droog. Samen gaan ze naar Spanje. Naar de zee. Het is er heel warm. Ze spelen met de bal. Fred gooit de bal in de zee. Stijn gooit de bal terug op het strand. En wat gaat de bal snel! ‘s Avonds gaat de zon onder. De vriendjes zijn moe. Stijn vindt het heel fijn om met Fred op vakantie te gaan. 2. De familie Giraf staat te kijken over de muur. Lies is er ook bij. Ze staan mooi naast elkaar. Op een rij. Dit doen ze elke week. Niet elke dag, alleen zo nu en dan. De mensen vinden dit maar raar. Het is net alsof de giraffen een kunstje doen. Lies weet wel waarom ze daar zo staan. Over die hoge muur van de dierentuin kan je het voetbalveld zien. Elke zondag is er een voetbalwedstrijd. Daar gaan de giraffen samen naar kijken! Helemaal gratis! 3. Je ziet ze niet, maar ze zijn er wel. Diep onder de grond graven ze tunnels. Het zijn de mollen. En mollen lijken wel een beetje op mensen. Wij maken straten om over te rijden. Mollen maken gangen onder de grond. Als het regent lopen de gangen vol water. Pol de Mol vindt dat heel leuk! Hij maakt dan een waterglijbaan. Een glijbaan met water dat naar beneden stroomt. Pol en de andere mollen maken veel plezier. Je moet na een regenbui maar eens luisteren. Hou je oor maar bij een molshoop. Je hoort ze lachen van de pret!
Extra activiteit: Extra dolle denkpuzzel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
25
4. De meeste koeien hebben mooie ogen. Alleen Koe Bea ziet een beetje scheel. Dat komt omdat ze altijd zo naar het gras staat te kijken. Vroeger had Bea veel hoofdpijn. Kijk zelf maar eens scheel, dan voel je het wel. Boer Jos nam haar mee naar de brillenman. Bea mocht een leuke bril uitkiezen. Ze koos een paarse bril. Die vond ze heel mooi. Nu heeft Bea geen hoofdpijn meer. Ze is zeker de enige koe met een paarse bril! 5. In de dierentuin wonen de apen op een eiland. In de klimbomen slingert Ben ook. Ben ziet veel mensen aan de andere kant van het water. De mensen gooien nootjes naar de apen. Ze eten zelf koekjes of ijsjes. De mensen laten ook veel restjes eten achter. ‘s Avonds krijgt Ben een goed idee. Samen met de andere apen trekt hij een boom uit de grond. Ze leggen de boom over het water. De apen lopen erover. Zo kunnen ze in de hele dierentuin rondlopen. De apen verzamelen de restjes eten. Al het lekkers brengen ze naar het eiland. Ze zetten de boom terug in de grond. Samen smullen ze van al het lekkers. Zo blijft de dierentuin proper en Ben en zijn vriendjes kunnen lekker snoepen.
26
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Extra activiteit: Extra dolle denkpuzzel
Extra activiteit: Extra dolle denkpuzzel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
27
"
4.
Stijn
dolfijn
giraf
aap
Ben
2.
Lies
koe
Bea
1.
3.
Dier
Naam
.........................
.........................
.........................
.........................
Wat is raar?
16
groen
29
roze
27
26
groen
roze
groen
geel
geel
roze geel
geel
roze
21
groen
22
geel
23
roze
19
groen roze geel
1
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
roze groen
geel
groen
11
roze
7
groen
geel
8
Kopieer het spelbord van de volgende bladzijde op A3-formaat en geef de verschillende hokjes de gepaste kleur.
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
29
21
19
24
23
22
2
1
18
3
17
26
4
16
27
5
29
28
14
7
13
12
11
9
8
VERRASSINGSKAARTJES
Kopieer deze kaartjes recto verso op rood papier en knip ze uit. Aan de ene kant staat de opdracht en aan de andere kant de tekening van de betreffende vogel.
PROBLEEMSITUATIES
Kopieer deze problemen op het gepaste gekleurd papier en knip de kaartjes uit.
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
31
verrassingskaartjes: rood
ERIK EEND
ERIK EEND
Erik Eend gaat zwemmen. Jij wilt ook zwemmen. Ga twee plaatsen terug om je zwembroek te halen.
Erik Eend maakt een tocht met zijn boot. Onderweg krijgt hij pech. Ga twee plaatsen terug om hem te helpen.
ERIK EEND Erik Eend gaat varen. Hij gaat met zijn boot naar vakje 12 en jij mag mee!
DRIES DUIF De bril van Dries Duif is kapot. Hij kan niets meer zien. Ga voor hem naar de winkel om de bril te laten maken. Een vakje terug!
IRENE IBIS Irene Ibis doet graag aan sport. Nu gaat ze hardlopen. Jij mag met haar mee naar vakje 22!
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
DRIES DUIF Dries Duif moet een brief bezorgen. Hij moet daarvoor heel ver vliegen. Vlieg met hem mee naar vakje 26!
DRIES DUIF Dries Duif is meester. Hij vindt dat je heel goed kunt lezen. Een plaats vooruit!
IRENE IBIS Irene Ibis geeft een feestje. Ze is jarig vandaag! Jij mag ook komen! Ga twee plaatsen terug om een geschenkje te kopen.
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
33
34
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
verrassingskaartjes: rood
IRENE IBIS Irene Ibis gaat op vakantie. Zij heeft haar petje al op. Jij gaat met haar mee. Je vindt het zo leuk dat je vergeet verder te gaan. Een beurt overslaan dus!
MIEP MUS
MIEP MUS Miep Mus gaat verhuizen. Ze gaat naar vakje 8! Jij mag mee!
MIEP MUS
Miep Mus heeft boodschappen gedaan. Ze is alleen de boter vergeten. Ga voor haar naar de winkel. Twee plaatsen terug!
Ho! Het huis van Miep Mus is vuil. Jij gaat haar helpen met poetsen. Ga twee plaatsen terug.
ALI ADELAAR
ALI ADELAAR
Ali Adelaar is moe. Hij wil graag dat jij de wacht houdt terwijl hij slaapt. Sla een beurt over!
Ali Adelaar vindt dat jij je goed aan de regels van het spel houdt. Daarom mag je twee plaatsen vooruit!
ALI ADELAAR Ali Adelaar is boos! Jij gaat veel te snel. Hup, twee plaatsen terug. En snel!
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
HEER HAAN Heer Haan is blij met je komst. Jij bent de winnaar! Roep maar eens keihard KUKELEKUUUU!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
35
36
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
probleemkaartjes: roze 1
"
1
Ai, dat jeukt! Tommie Tijger is gestoken door een mug. Hij krabt heel hard. Dat mag niet. Dan gaat de muggenbeet bloeden. Wat kan hij beter doen?
Alex Aap zit te tekenen. Het wordt een heel mooie tekening. Hij tekent een dier. Dan stoot hij de pot met verf om! Zijn hele tekening is groen! Alex kan wel huilen! Wat moet hij doen?
Pol Postduif is een brief aan het schrijven. Hij schrijft naar papa. Papa werkt in Nederland. Dat is ver weg. Daarom schrijft Pol een brief. Maar hoeveel postzegels moeten er op de brief?
Leo Leeuw gaat verhuizen. Maar hij heeft een groot probleem. Hij heeft zoveel spullen. Hij kan dat nooit alleen naar zijn nieuwe huis brengen. Wat is hiervoor de oplossing?
1
1
1
1
Poedel Pralien heeft een mooie bos krullen. Toch is zij niet blij met haar haar. Wat kan zij daaraan doen?
Bij de familie Merel is een kindje geboren. Pim Parkiet wil een geschenkje geven. Maar hij heeft zijn pootje gebroken. Zijn pootje zit in het gips. Hij kan het geschenkje niet zelf brengen. Wat moet hij doen?
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
1
37
probleemkaartjes: roze 2
"
2
Karin Kraai is dol op muziek. Zij houdt ook van zingen. Alleen heeft zij geen mooie stem. Hoe kan zij haar stem beter laten klinken?
Sam Slak is altijd overal te laat. Dat komt omdat hij veel te traag loopt. Morgen moet hij naar een feestje. Hij wil er op tijd zijn. Wat moet hij doen?
2
2
Mieke Mier is verliefd! Zij is verliefd op Willie Wesp. Zij durft hem dat niet te vertellen. Wat kan ze doen?
2
Bertje Big heeft in de modder gerold. Hij is nu heel erg vuil. De mama van Bertje is hier niet blij mee. Wat moet ze doen?
Eva Egel overslaapt zich vaak. Ze komt dus vaak te laat op school. Dan wordt de juf boos. Dit vindt Eva niet leuk. Wat kan Eva hieraan doen?
2
2
Rik Kikker woont in de vijver. Daar woont hij al heel lang. Hij wil gaan verhuizen naar een heel ver land. Hoe komt hij daar?
38
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
probleemkaartjes: geel 1
" Hoera! Lammetje Lola heeft een nieuw zusje. Ze is er erg blij mee. Ze wil het graag een kusje geven. Maar dat mag nog niet. Het zusje slaapt nog. Wat kan Lola wel doen?
Hennie Haan houdt van voetbal. Hij voetbalt vaak op het plein achter de school. Oeps! Daar gaat de bal door de ruit. Het hele raam is kapot. Wat nu?
Pieter Paard kijkt graag tv. Hij kijkt het liefst naar tekenfilms. Die vindt hij spannend. Maar nu heeft hij pianoles. En dus kan hij niet naar tekenfilms kijken. Wat moet hij doen?
Dirk Duizendpoot heeft heel veel vriendjes. De vriendjes gaan op vakantie naar de bergen. Maar Dirk kan niet mee. Hij heeft geen bergschoenen. Maar hij wil toch op vakantie. Waar kan hij heen?
1
1
1
1
1
Nico Nijlpaard is te dik. Hij eet veel te veel. Hij is zo dik dat hij bijna niet meer in zijn hok past. Wat moet hij doen?
Ria Rups wil een boek schrijven. Een spannend boek met mooie tekeningen. Oeps, al haar stiften zijn op! Hoe moet ze nu de tekeningen kleuren?
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
1
39
probleemkaartjes: geel 2
"
2
Hugo Hamster houdt veel van snoep. Hij snoept de hele dag. Au, dat doet pijn! Hugo zijn tand doet pijn. Hij heeft een gaatje. Wat moet hij doen?
Gerard Gans verzamelt postzegels. Hij wil vooral postzegels met vlinders. Die zijn er niet zo veel. Hoe moet hij aan postzegels met vlinders komen?
2
2
Elma Ekster heeft in de zandbak gespeeld. Ze zit vol zand. Oei, wat ziet ze daar? Er zit een scheur in haar kleed! Wat nu?
2
Patty Paard fietst graag. Nu is haar band lek. Ze kan niet meerfietsen. Wat moet ze nu doen?
Ollie Olifant heeft hard gewerkt. Hij heeft de hele dag bomen gedragen. De bomen moesten naar de andere kant van het oerwoud. Nu is hij heel moe. Hij heeft overal spierpijn. Wat kan hij doen?
2
2
Kris Kuiken wil heel graag leren zwemmen. Maar zijn moeder kan niet zwemmen. Wie kan hem leren zwemmen?
40
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
probleemkaartjes: groen 1
" Henk Hamster is aan het knutselen. Hij maakt een huisje voor de vogels. Dat is wel moeilijk. Het is bijna klaar. Wat moet hij voor de vogels in het huisje leggen?
1
1
Mira Merel is een taart aan het bakken. Het wordt een heel lekkere taart. Maar...oei! De suiker is op. Wat nu?
Bettie Bever is jarig! Nu mag ze op school trakteren. Maar juf heeft gezegd dat het geen snoep mag zijn. Dat is slecht voor de tanden. Wat nu?
Waar is de bal nu? Pol Mol is zijn voetbal kwijt. Hij kan hem nergens vinden. Maar hij wil heel graag met de bal spelen. Wat moet hij doen?
Klara Koe gaat naar een feestje. Ze wil graag nieuwe kleren voor het feestje. Maar die zijn erg duur. Ze heeft geen geld voor dure kleren. Hoe kan Klara er toch feestelijk uitzien?
1
1
1
1
Het is winter. Walter Worm heeft het erg koud. Zijn jas is veel te kort. Er zitten ook gaten in. Hoe kan hij het weer warm krijgen?
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
41
probleemkaartjes: groen 2
"
2
Miep Muis is gevallen. Haar poot bloedt heel hard. Miep weet niet wat ze moet doen. Weet jij het?
Beer Bas houdt van lekker eten. Daarom zou hij graag eens iets nieuws willen koken. Hij heeft een kookboek nodig. Wat moet hij doen?
Vital Uil zat op zijn tak. Toen kwam er veel wind. De bril van Vital vloog van zijn neus. Helemaal kapot! Zonder bril kan hij niets zien. Wat moet Vital doen?
2
2
2
Harry Hond heeft heel veel geblaft. Nu doet zijn keel pijn. Hij kan bijna niet meer slikken. Hoe wordt hij weer beter?
2
Vincent Varken heeft heel veel geld. Dat heeft hij allemaal gespaard. Nu is hij bang dat het gestolen wordt. Wat moet hij doen?
Vera vlieg wil de grote vliegwedstrijd winnen. Ze oefent heel veel. Elke dag vliegt ze door het bos. Maar o jee, het regent! Haar vleugels worden nat! Wat moet ze doen?
42
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
2
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
oplossingen: roze 1
- Hij hoeft niet verdrietig te zijn. Een groene tekening is ook mooi. Misschien kan hij van de groene vlek een ander dier maken. - Hij moet naar het postkantoor. Daar wegen ze de brief. Zo weet hij hoeveel postzegels erop moeten. Dan kan de brief naar papa gestuurd worden! - Zij kan naar de kapper gaan voor een nieuw kapsel. De kapper heeft boeken met foto’s. Zij kan daar een nieuw kapsel uitkiezen. De kapper zal dan haar krullen knippen. - Rik de Raaf is postbode in het dierenbos. Hij kan het geschenkje brengen. De parkiet hoeft dan zelf niet te lopen. - In de stad woont Erik Ezel. Hij heeft een grote kar. Daar kunnen een heleboel spullen op. Hij helpt vaak andere dieren als ze gaan verhuizen. Als de leeuw het vriendelijk vraagt, wil Erik hem vast wel helpen. - Hij kan zalf op de plek smeren. Dan jeukt de muggenbeet minder. Hij kan er ook een pleister over plakken. Dan kan hij niet hard krabben.
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
43
oplossingen: roze 2
- Zij neemt een groot stuk zeep en een borstel. Hiermee wast zij haar zoon. Daarna droogt ze hem af. Nu is hij weer stralend schoon. - Zaza Zangvogel kan heel goed zingen. Zij geeft ook zangles aan de dieren in het bos. De kraai kan bij haar een paar lessen volgen. Zo kan ze leren zingen. - Zij kan een brief aan de wesp schrijven. Hierin kan zij hem vertellen hoe lief zij hem vindt. Hopelijk schrijft hij snel terug! - Ze moet aan mama vragen of die haar ‘s ochtends op tijd wil wekken. Dan komt ze nooit meer te laat. - Greet Gans vliegt elke winter naar een heel ver land. Hij kan met haar mee reizen. Al zijn spulletjes kunnen op de rug van Greet Gans. Zo kan hij verhuizen naar een heel ver land. - Hennie Haas heeft een mooie auto. Die auto kan heel hard rijden. Sam mag misschien met de auto naar het feestje. Dan komt hij zeker op tijd!
44
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
oplossingen: geel 1
- Hij moet naar de directeur gaan. Hij moet eerlijk zeggen dat hij het raam gebroken heeft. Dan kunnen ze samen afspreken hoe het raam gemaakt moet worden. - Ze kan een knuffeldiertje voor het kleine zusje gaan kopen. Dat vinden zusjes heel leuk. Als het zusje wakker wordt, kan ze het knuffeldiertje aan haar geven. - Hij moet minder gaan eten. Ook veel sporten is goed voor hem. Dan zal hij snel slanker worden. Dan past hij weer in zijn hok. - Hij moet natuurlijk naar de pianoles gaan. Mama kan de tekenfilms opnemen op de video. Hij kan ze dan na de pianoles bekijken. - Hoog in de boom woont Vera Vlinder. Zij kan heel mooi kleuren. Dat kun je op haar vleugels zien. Zij wil zeker helpen met het boek. Dan krijgt Ria mooie tekeningen. - Hij kan mee op vakantie met de familie Zeehond. Zij gaan elk jaar naar de zee. Daar heb je geen bergschoenen nodig.
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
45
oplossingen: geel 2
- Ze moet naar haar mama gaan. Zij zal het kleedje weer maken. - Hij moet natuurlijk niet zo veel snoepen. Maar daarvoor is het al te laat. Nu moet hij naar de tandarts. Hij zal het gaatje vullen. Dan zal de hamster geen pijn meer hebben. - Papa kan banden plakken. Ze moet hem vragen of hij dat voor haar wil doen. Dan kan ze weer verder fietsen. - Anton Arend heeft een heleboel postzegels met vlinders. Hij verzamelt ook postzegels met auto’s. Misschien kunnen ze ruilen. - Hij kan naar het zwembad gaan. Erik Eend geeft daar elke woensdag zwemles. Samen met de andere dieren kan hij leren zwemmen. - Hij kan een warm bad nemen. Door het warme water doen zijn spieren minder pijn. Daarna moet hij vroeg naar bed. Morgen is het beter!
46
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
oplossingen: groen 1
- Ze mag geen snoep kopen. Ze kan wel fruit kopen. Dat kan op de markt. - Vogels vinden oud brood lekker. Dat kan hij in het huisje leggen. Hij moet er wel kruimels van maken. Hij kan ook pinda’s aan een touwtje hangen. En een bakje water neerzetten. - Misschien kan ze mooie kleren lenen van een vriendin. Ze kan ook een nieuwe ketting aandoen. Of nieuwe oorbellen kopen. Dan lijkt het al weer anders. Zo ziet ze er toch heel feestelijk uit. - Ze kan hulp vragen aan de buurvrouw. Die heeft misschien nog wat suiker voor haar. Anders moet ze naar de winkel. Dan moet de taart maar wachten! - Zijn oma kan heel goed breien. Zij kan voor hem een heel lange sok breien. Daar past hij helemaal in. Dat is lekker warm in de winter! - Hij moet eerst goed zoeken. Misschien ligt de bal in de tuin, of in de keuken. De volgende keer moet hij de bal netjes in de kast leggen.
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
47
oplossingen: groen 2
- Hij moet eerst veel muntjes eten. Dan doet zijn keel niet meer pijn. En hij moet natuurlijk een tijdje niet meer blaffen. - Ze moet snel naar de keuken. In het keukenkastje liggen de pleisters. Ze moet een pleister op de wonde plakken. Dan doet het geen pijn meer. - Hij kan naar de bibliotheek gaan. Daar hebben ze veel boeken. Hij kan er zeker een kookboek vinden. Het kookboek kan hij dan ontlenen. - Diep in het bos is een winkel. Het is de winkel van Kees Kever. Daar kan je een regenjas kopen. Of een paraplu. Zo blijf je fijn droog als het regent. - Hij heeft een nieuwe bril nodig. Die kan hij in de brillenwinkel kopen. Daar moet hij dus snel heen voor het donker wordt. - Hij moet het geld uit zijn spaarpot halen. Samen met mama kan hij dan naar de bank gaan. Daar bewaren ze het geld voor hem. Dan kunnen de dieven er niet bij.
48
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 4: Dolle Dierenspel
WAT MAG ERIN? * Er mag maar één verhaal over een kameel in de krant staan. Deze kameel is net geboren. Zijn moeder is bij hem. * Alle verhalen over honden moeten in de krant, maar er mag geen verhaal over de hond van Bart in staan. * Er moet een verhaal over papa Bob in de krant staan. * Er zijn twee nieuwe dieren in de dierentuin. Dat staat natuurlijk in de krant! * Brand in de dierentuin! Dat moet in de krant!
Extra * Er mag geen artikel over een vos in de krant komen. * Wat heeft boer Jef gezien? Daar moet een verhaal over in de krant!
Activiteit 5.1: Een nieuwe krant!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
49
MOEDER
SCHOPT KIND
L
ees ik dat wel goed? zul je denken. Ja hoor! Als er een kleine kameel wordt geboren, dan krijgt hij eerst een schop van zijn moeder. Vindt de moeder de kleine kameel dan niet lief? Toch wel. De moeder geeft haar kindje een schop, zodat hij gaat staan. Als de kleine kameel niet gaat staan, krijgt hij het veel te koud! Het is dus heel lief van de moeder dat ze de kleine kameel een schop geeft! Gelukkig mag hij daarna heel dicht bij zijn moeder staan. Lekker warm!
HOND
GEZOCHT!
D
e hond van Bart is weg. Gisteren speelde Bart nog met zijn hond in de tuin. De hond zag een poes. De hond rende achter de poes aan. Hij blafte heel hard. Bart riep naar zijn hond: ‘Kom terug, kom terug!’ Maar... de hond kwam niet terug. Nu is Bart heel verdrietig. ‘Waar zou hij toch zijn?’, vraagt Bart zich af. Als jij de hond van Bart ziet, bel hem dan. Zijn telefoonnummer is 02/79.72.04.
TUIN
VERNIELD DOOR
JONGENS?
W
at is dat nu? In het groene gras? Een bergje aarde. En nog één... en nog één...! Papa Bob kijkt verbaasd naar het gras. Hij heeft dat niet gedaan. Maar wie dan wel? Hebben de buurjongens dat gedaan? Nee! De mol! Die graaft gangen in de grond en duwt dan aarde
50
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
omhoog. Zo komt er een molshoop. Molshopen in de tuin. Dat vinden veel mensen niet zo leuk. Ook papa Bob niet. Het grasveld gaat er stuk van. Papa Bob wil dus de mol kwijt. Hij plaatst een klem in de molshoop. Zo vangt hij de mol. Dat is niet leuk voor de mol. Maar papa Bob heeft weer een mooi grasveld.
Activiteit 5.1: Een nieuwe krant!
WAT
EEN LEUKE APEN!
H
et was een mooie dag in de dierentuin. De zon scheen. Alle dieren waren blij dat ze buiten konden spelen. De oppassers waren ook blij. Oppasser Tom zong een liedje. Zo blij was hij. Hij liep langs de apen. Daar bleef hij altijd wat langer staan. Apen zijn zo leuk om naar te kijken. Tom stond al een hele tijd te kijken. Hij was de tijd helemaal vergeten. Toen keek Tom op zijn klok. Oei! Wat was het al laat! Hij moest nog naar de leeuwen! Hij keek om zich
KOM
heen. Wat zag hij daar? Daar was rook! En waar rook is, is vuur, dacht Tom. Snel rende hij ernaar toe. O, wat was hij stom geweest! Had hij nu maar niet zo lang bij de apen staan kijken! Nu stond de dierentuin misschien wel in brand! Tom werd bang. Hij rende nog sneller. Daar was de rook. Waar kwam die vandaan? De rook kwam uit de vuilnisbak. Die stond in brand! Iemand had zijn sigaret in de bak gegooid. Snel bluste Tom de brand. Pfff... gelukkig, dat viel nog mee!
GAUW KIJKEN!
H
up, mee naar buiten! Dit moet je zien. Er komt een nieuw dier in de dierentuin wonen. Het is Piet Pauw. Hij ziet er heel mooi uit. Hij heeft zijn staart opgestoken. Het lijkt een groene waaier van kleuren. Groen, blauw en paars. Het zijn wel honderd veren. En op elke veer zit een mooie vlek. De pauw loopt rond. Hij is heel trots op zijn mooie veren. Hij is zo trots als... een pauw. Piet Pauw wil jullie ook graag leren kennen. Kom dus snel eens langs!
Activiteit 5.1: Een nieuwe krant!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
51
HOND
J
WORDT VERLIEFD OP KONIJN
on heeft een hond. De hond heet Bul. Jon gaat er elke dag mee wandelen. Gisteren liep Jon ook met zijn hond in het bos. Bul liep los. Hij snuffelde overal. Daarom lette hij niet goed op. Boem! Daar stootte Bul zijn kop tegen een boom. Au! Dat deed pijn. Bul moest een beetje huilen. ‘Heb je je pijn gedaan?’, hoorde Bul opeens. Hij keek op. Daar zat Wolstaart, een konijn. ‘Een beetje,’ zei Bul. Wat lief van dat konijn. Eigenlijk zijn konijnen bang voor honden. Maar nu zat het konijn dicht bij Bul. ‘Zal ik er een kusje op geven?’, vroeg Wolstaart.
52
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
‘Dan gaat het weer over, zegt mijn moeder.’ Bul keek het konijn verbaasd aan. Een kusje? Hij kreeg een raar gevoel in zijn buik. Ja, hij wilde wel een kusje van dit lieve konijn. ‘Bul! Bul! Waar ben je?’ Dat was Jon. Die zocht Bul. ‘Ik moet weg,’ zei Bul tegen het konijn. ‘Goed, zie ik je nog een keer?’, vroeg het konijn. ‘Ja, ik kom hier vaak in het bos,’ zei Bul. Toen rende hij snel naar Jon. Sindsdien is Bul verliefd op het konijn. Hij wil nu elke dag naar het bos. En Jon? Die snapt er niets van.
Activiteit 5.1: Een nieuwe krant!
KOM
GAUW KIJKEN!
H
up, mee naar buiten! Dit moet je zien. De dierentuin heeft een nieuwe bewoner. Het is Karel Kameel. Hij ziet er heel mooi uit. Hij is nog heel klein. Hij kan al een beetje rondlopen. Daar is hij erg trots op. Zijn vachtje is nog heel zacht. Hij blijft dicht bij zijn moeder staan. Dat is lekker warm. Karel Kameel wil jullie graag leren kennen. Kom dus snel eens langs!
GEIT
IS SCHILDER!
E
r is iets vreemds gebeurd op de boerderij! Vandaag ging boer Jef naar het hok van de geiten. Toen zag hij iets raars! Hij zag een heel vreemde geit! De geit had paarse vlekken. Hoe kan dat nu, dacht de boer.
Activiteit 5.1: Een nieuwe krant!
Een geit is toch niet paars? Toen zag hij een lege pot verf op de grond liggen. De geit had de pot verf omgetrapt en zat nu helemaal onder de verf! Boer Jef heeft de geit snel gewassen. Nu is de geit weer proper. Ze staat opnieuw in de wei!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
53
HOND
VALT IN DE
SLOOT!
B
as heeft een hond. Een heel mooie hond. De hond heet Max. Bas gaat er elke dag mee uit. Dan lopen ze langs het voetbalveld. En soms door het bos. Bas heeft een bal. Soms gooit Bas de bal ver weg. Dan moet Max de bal ophalen. Dat vindt hij leuk. Gisteren liep Bas ook met zijn hond in het bos. Max liep los. Hij snuffelde overal. Max vond het heel leuk buiten. Bas had ook een bal bij zich. Bas gooide de bal ver weg. Max rende er hard achteraan. Hij keek omhoog naar de bal. Die zweefde door de lucht. Daardoor keek Max niet uit. Ploeps! Daar lag hij in de sloot! De sloot was vol met vies water. Max was helemaal nat! Dat vond Bas niet leuk. Nu moest hij Max wassen. Domme hond! En waar was de bal? Die lag aan de overkant van de sloot! Tja, dan had Bas de bal maar niet zo ver moeten gooien!
54
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
DE
HIK SLAAT TOE
M
ijnheer Vos had gisteren de hik. Hij hikte de hele dag. Mevrouw Vos belde de dokter. Toen de dokter kwam, keek hij in de keel van Mijnheer Vos. Maar hij zag niets. En de vos hikte nog steeds! Toen zei de dokter: ‘Mijnheer Vos, u moet heel veel water drinken!’ De vos kreeg een grote bak met water. Hij dronk de hele bak leeg. ‘Hik!’, zei de vos, toen hij de bak leeg had. Hij hikte nog steeds! Toen zei de dokter: ‘Mijnheer Vos, vanaf nu mag u niets meer eten!’ En daar schrok de vos heel erg van! Hij zei: ‘Dat kan niet! Hou me niet voor de gek! Ik wil eten!’ Mijnheer Vos schrok zo erg dat de hik opeens weg was! ‘Goed,’ lachte de dokter. ‘U schrok hé? Hoe is het met de hik?’ ‘Weg!’ riep Mijnheer Vos. Dan zei hij niets meer. Hij at alleen maar van het lekkere eten dat Mevrouw Vos voor hem had klaargemaakt.
Activiteit 5.1: Een nieuwe krant!
WAT MAG ERIN? * Er moet één artikel over een kameel in staan. * Er zijn nu twee verhalen over papa Bob. Welk verhaal vind jij het leukst? Plak dit in je krant. * Konijnen kunnen toch niet praten! Er mogen dus geen verhalen over pratende konijnen in de krant komen. * Er is een nieuw dier in de dierentuin. Daar staat natuurlijk een tekst over in de krant! * Er is een verhaal over brand in de dierentuin. Welke van de twee titels past het beste hierbij? Plak die titel bij het verhaal in je krant. * Er is een verhaal over boer Jef. Welke van de drie titels past het beste bij dit verhaal? Plak deze titel en het verhaal in je krant. * Er is een verhaal over een hond die in de sloot valt. Er zijn ook drie tekeningen. Welke tekening past het beste bij dit verhaal? Deze tekening mag bij het verhaal in je krant.
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
55
HOND
VALT IN DE SLOOT!
B
as heeft een hond. Een heel mooie hond. De hond heet Max. Bas gaat er elke dag mee wandelen. Dan lopen ze langs het voetbalveld. En soms door het bos. Bas heeft een bal. Soms gooit Bas de bal ver weg. Dan moet Max de bal ophalen. Dat vindt hij leuk. Gisteren liep Bas ook met zijn hond in het bos. Max liep los. Hij snuffelde overal. Max vond het heel leuk buiten. Bas had ook een bal bij zich. Bas gooide de bal ver weg. Max rende er hard achteraan. Hij keek omhoog naar de bal. Die zweefde door de lucht. Daardoor keek Max niet uit. Ploeps! Daar lag hij in de sloot! De sloot was vol met vies water. Max was helemaal nat! Dat vond Bas niet leuk. Nu moest hij Max wassen. Domme hond! En waar was de bal? Die lag aan de overkant van de sloot! Tja, dan had Bas de bal maar niet zo ver moeten gooien! Welke tekening past het beste bij het verhaal?
Ploeps! Daar lag hij in de sloot!
Bas gooide de stok ver weg. In volle vaart ging Max achter de bal aan.
56
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
HOND
WORDT VERLIEFD OP KONIJN
J
on heeft een hond. De hond heet Bul. Jon gaat er elke dag mee wandelen. Gisteren liep Jon ook met zijn hond in het bos. Bul liep los. Hij snuffelde overal. Daarom lette hij niet goed op. Boem! Daar stootte Bul zijn kop tegen een boom. Au! Dat deed pijn. Bul moest een beetje huilen. ‘Heb je je pijn gedaan?’, hoorde Bul opeens. Hij keek op. Daar zat Wolstaart, een konijn. ‘Een beetje,’ zei Bul. Wat lief van dat konijn. Eigenlijk zijn konijnen bang voor honden. Maar nu zat het konijn dicht bij Bul. ‘Zal ik er een kusje op geven?’, vroeg Wolstaart. ‘Dan gaat het weer over, zegt mijn moeder.’ Bul keek het konijn verbaasd aan. Een kusje? Hij kreeg een raar gevoel in zijn buik. Ja, hij wilde wel een kusje van dit lieve konijn. ‘Bul! Bul! Waar ben je?’ Dat was Jon. Die zocht Bul. ‘Ik moet weg,’ zei Bul tegen het konijn. ‘Goed, zie ik je nog een keer?’, vroeg het konijn. ‘Ja, ik kom hier vaak in het bos,’ zei Bul. Toen rende hij snel naar Jon. Sindsdien is Bul verliefd op het konijn. Hij wil nu elke dag naar het bos. En Jon? Die snapt er niets van.
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
57
DOMME TOM.
OF
WAT
EEN LEUKE APEN!
H
et was een mooie dag in de dierentuin. De zon scheen. Alle dieren waren blij dat ze buiten konden spelen. De oppassers waren ook blij. Oppasser Tom zong een liedje. Zo blij was hij. Hij liep langs de apen. Daar bleef hij altijd wat langer staan. Apen zijn zo leuk om naar te kijken. Tom stond al een hele tijd te kijken. Hij was de tijd helemaal vergeten. Toen keek Tom op zijn klok. Oei! Wat was het al laat! Hij moest nog naar de leeuwen! Hij keek om zich heen. Wat zag hij daar? Daar was rook! En waar rook is, is vuur, dacht Tom. Snel rende hij ernaar toe. O, wat was hij stom geweest! Had hij nu maar niet zo lang bij de apen staan kijken! Nu stond de dierentuin misschien wel in brand! Tom werd bang. Hij rende nog sneller. Daar was de rook. Waar kwam die vandaan? De rook kwam uit de vuilnisbak. Die stond in brand! Iemand had zijn sigaret in de bak gegooid. Snel bluste Tom de brand. Pfff... gelukkig, dat viel nog mee!
Welke titel past volgens jou het beste bij het verhaal? ....................................................................................................................
58
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
KONIJN
VLIEGT DOOR DE LUCHT
E
en konijn kan niet vliegen. Toch vloog Sari Konijn gisteren door de lucht. Hoe kan dat? Sari zat rustig in haar hok. Toen kwam er een jongetje bij haar staan. Hij aaide Sari over haar kopje. Sari Konijn werd er helemaal blij van. Ze deed haar oogjes dicht. Dat doen konijnen altijd als ze iets fijn vinden. Toen haalde het jongetje Sari uit haar hok. Sari werd een beetje bang. Wat ging het jongetje doen? Het jongetje had een rode ballon in zijn hand. Zo’n heel grote, die de lucht in gaat als je hem loslaat. En wat deed het jongetje? Hij bond de ballon aan Sari vast! ‘Nee, niet doen,’ gilde Sari. Maar het jongetje deed het toch. Toen liet hij Sari en de ballon los. En daar ging Sari, hoog de lucht in. Sari was heel bang. ‘Help! Help!’, riep ze. Gelukkig zag een oppasser haar zweven. Hij sprong in de lucht en greep Sari Konijn bij haar pootjes. Sari had zich geen pijn gedaan. Ze was wel heel erg geschrokken. De oppasser gaf Sari een lekker worteltje. Het jongetje moest als straf zonder eten naar bed.
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
59
TUIN
VERNIELD DOOR JONGENS?
W
at is dat nu? In het groene gras? Een bergje aarde. En nog één... en nog één...! Papa Bob kijkt verbaasd naar het gras. Hij heeft dat niet gedaan. Maar wie dan wel?
VERVOLG 1 Hebben de buurjongens dat gedaan? Papa Bob kijkt om zich heen. Hij zal ze wel krijgen! Wacht, wat ligt daar? Een rode handschoen. Papa Bob pakt de handschoen. Die heeft een jongen vast verloren. Als de jongen de handschoen gaat zoeken, kan papa Bob de jongen pakken. Papa Bob gaat in huis. Rotjongens! Hij zal ze een flink pak slaag geven. Hij gaat voor het raam zitten. Zo kan hij de tuin goed zien. Komen de jongens al? Daar komt al iemand aan. Het is een klein meisje. Het lijkt wel of ze iets zoekt. Dan belt het meisje aan bij papa Bob. ‘Hallo meneer, heeft u mijn handschoen gevonden?’ vraagt ze. Papa Bob kijkt verbaasd. Die handschoen? Die was toch van een rotjongen? ‘Ja, ik heb een rode handschoen gevonden. Is die van jou?’ vraagt papa. ‘Ja, meneer,’ zegt het meisje. ‘Heb jij dan ook mijn tuin kapot gemaakt?’ vraagt papa Bob boos. ‘Oh nee, meneer, echt niet,’ zegt het meisje geschrokken. Dan weet papa Bob het ook niet meer. Hij geeft het meisje de handschoen. Blij gaat het meisje naar huis. En papa? Die weet nog steeds niet wie de tuin vernield heeft.
VERVOLG 2 Hebben de buurjongens dat gedaan? Nee! De mol! Die graaft gangen in de grond en duwt dan aarde omhoog. Zo komt er een molshoop. Molshopen in de tuin. Dat vinden veel mensen niet zo leuk. Ook papa Bob niet. Het grasveld gaat er stuk van. Papa Bob wil dus de mol kwijt. Hij plaatst een klem in de molshoop. Zo vangt hij de mol. Dat is niet leuk voor de mol. Maar papa Bob heeft weer een mooi grasveld. Welk vervolg van het verhaal vind jij het leukst?...........................
60
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
MOEDER
SCHOPT KIND
L
ees ik dat wel goed? zul je denken. Ja hoor! Als een kleine kameel wordt geboren, dan krijgt hij eerst een schop van zijn moeder. Vindt de moeder de kleine kameel dan niet lief? Toch wel. De moeder geeft haar kindje een schop, zodat hij gaat staan. Als de kleine kameel niet gaat staan, krijgt hij het veel te koud! Het is dus heel lief van de moeder dat ze de kleine kameel een schop geeft! Gelukkig mag hij daarna heel dicht bij zijn moeder staan. Lekker warm!
VIEZE
GEIT! OF
GEIT
IS SCHILDER! OF
HEEL ERG!
BOER
SCHRIKT
E
r is iets vreemds gebeurd op de boerderij! Vandaag ging boer Jef naar het hok van de geiten. Toen zag hij iets raars! Hij zag een heel vreemde geit! De geit had paarse vlekken. Hoe kan dat nu, dacht de boer. Een geit is toch niet paars? Toen zag hij een lege pot verf op de grond liggen. De geit had de pot verf omgetrapt en zat nu helemaal onder de verf! Boer Jef heeft de geit snel gewassen. Nu is de geit weer proper. Ze staat opnieuw in de wei!
Welke titel past het beste bij het verhaal? ....................................................................................................................
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
61
KAMEEL
HEEFT DE HIK
E
en kameel uit de Dolle Dierentuin had gisteren de hik. Hij hikte de hele dag. De dieren in het hok naast hem konden er niet van slapen. Zo hard hikte de kameel. De baas van de dierentuin belde de dokter. Die moest de kameel maar helpen. De dokter keek in de keel van de kameel. Maar hij zag niets. En de kameel hikte nog steeds! Toen zei de dokter dat de kameel veel water moest drinken. De kameel kreeg een grote bak met water. Hij dronk de hele bak leeg. ‘Hik,’ zei de kameel, toen hij de bak leeg had. Hij hikte nog steeds! Toen zei de dokter dat de kameel niets meer mocht eten. En daar schrok de kameel heel erg van! Niets eten! Dat vond hij heel erg! Hij schrok zo erg dat de hik opeens weg was! De dokter en de baas van de dierentuin waren erg blij. En de kameel? Die kreeg extra lekker eten!
62
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 5.2: Bijna opgeruimd!
PUZZELEN MAAR! Gisteren is er een aap ontsnapt uit de dierentuin. De oppasser kwam de apen voeren. Hij vergat de deur van de kooi achter zich dicht te doen. Eén van de apen is toen stilletjes weggeslopen. De aap is nog niet gevonden. Wel is hij gezien in de buurt van onze school. Deze aap is dol op spelletjes. Hij heeft een kruiswoordraadsel voor ons gemaakt. Als we dit kruiswoordraadsel goed oplossen, komt er van boven naar beneden een woord uit. Misschien is dat wel de plek waar de aap nu is... Let op! * Lees eerst het verhaaltje. Lees daarna de vraag. Je kan kiezen uit drie antwoorden, één daarvan is goed. Kleur het vakje vóór het antwoord. Als je het antwoord niet zeker weet, lees je het verhaaltje nog een keer. Niet gokken! * Schrijf het goede antwoord in het kruiswoordraadsel. Je moet telkens één letter in één vakje zetten. * Als je het kruiswoordraadsel helemaal hebt ingevuld, lees je van boven naar beneden een woord. Op die plek is de aap. * Vul het kruiswoordraadsel met potlood in. Als je fouten maakt, kan je het nog uitgommen.
Activiteit 6: Waar is de aap?
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
63
Kruiswoordraadsel 1 1. Zondag gaan Pol en Stijn naar opa en oma. Als de zon schijnt gaan ze met de fiets. Soms regent het. Dan gaan ze met de wagen. Vorige keer was de wagen stuk. Ook regende het heel hard. Toen moesten Pol en Stijn met de trein. Het is zondag. De zon schijnt. Hoe gaan Pol en Stijn naar oma en opa? Met de
o trein
o fiets
o wagen
2. Mieke fietst elke dag naar de boerderij van boer Ed. Boer Ed heeft een heleboel dieren. Hij heeft geiten, paarden, stieren en kippen. Mieke vindt alle dieren lief. Maar het liefst vindt zij het dier waarop zij kan rijden. Rijden vindt zij heel tof. Welke dieren vindt Mieke het liefst? o paarden o stieren
o fietsen
3. Bert Bever woont in een hol. Zijn hol is gebouwd van boomtakken en modder. Zijn vriend Koen Konijn woont in een ander soort hol. Koen graaft zijn hol in de grond. Hij graaft een heleboel gangen tussen boomwortels. Bert en Koen leven allebei in een hol. Toch zien hun huisjes er heel verschillend uit. Welk dier bouwt zijn hol van boomtakken en modder? o kever
64
LEERLINGENDEEL
o konijn
De Dolle Dierenkrant
o bever
Activiteit 6: Waar is de aap?
4. Eva, Evi en Mia zijn egels. Zij zijn dikke vriendinnen. Alledrie wonen zij in hetzelfde bos. Zij hebben altijd veel pret met elkaar. Vaak spelen zij een spel. Vandaag spelen ze verstoppertje. Evi moet tot tien tellen. En Eva en Mia gaan zich verstoppen. Als Evi klaar is met tellen gaat ze zoeken. Het is heel moeilijk om haar vriendinnen te vinden. Na tien minuten heeft ze ze allebei gevonden. Het spel is afgelopen. Welke egel moet gaan zoeken? o Evi
o Eva
o Mia
5. Otto Olifant is heel lui. Overdag moet hij zijn vader helpen met het slepen van boomstammen. Dit vindt hij niet leuk. Hij gaat liever slapen. Soms loopt Otto stiekem weg. Dan gaat hij in de schaduw onder een boom liggen slapen. Hij snurkt heel hard. Dan hoort zijn vader hem. Vader Olifant maakt hem wakker en is heel boos. Wat doet Otto Olifant het liefst? o slapen
o slepen
o slopen
6. Els is jarig. Zij wordt acht jaar. Mama heeft een grote appeltaart gekocht. Straks als het bezoek er is, krijgt iedereen een stukje. Mama heeft de taart in tien stukken gesneden. Opa is dol op appeltaart. Hij wil wel een stuk! Als hij het stuk opgegeten heeft, wil hij nog een stukje. Maar dat mag niet van mama. Anders wordt opa te dik. Wie wil er nog een stukje appeltaart? o mama
Activiteit 6: Waar is de aap?
o els
o opa
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
65
7. Leo de Leeuw kan heel hard brullen. Soms brult hij zo hard, dat zijn stem er schor van wordt. Dan gaat hij naar de winkel van Zara Zebra. Zara verkoopt snoepjes. Deze snoepjes helpen zijn stem weer beter worden. Na een paar dagen is zijn stem weer gewoon. Hij kan dan weer gewoon brullen. Maar... niet te hard natuurlijk! Welk dier gaat snoepjes kopen? o leeuw
o meeuw
o zebra
8. Eddie de Eekhoorn heeft zijn huisje in een boom. Eddie woont hier al drie jaar. Hij vindt het daarom tijd voor een grote opknapbeurt. Eddie heeft drie potten verf gekocht. Het zijn drie verschillende kleuren: blauw, groen en paars. Met deze verf wil hij zijn huisje verven. De deuren worden groen. De muren worden geel. En de meubels worden blauw. Eddie de Eekhoorn heeft een week hard gewerkt. Nu is zijn huisje klaar. Het is heel mooi geworden. Welke kleur krijgt de tafel? o groen
o blauw
o paars
9. Erik is een heel vreemd dier. Hij is een ezel. Dat is niet zo vreemd, zal je zeggen. Ezels zijn heel gewone dieren. Maar Erik is een heel bijzondere ezel. De andere ezels roepen altijd: ‘ia, ia.’ Erik maakt een ander geluid. Hij roept altijd: ‘Eu, eu.’ Erik wordt daarom veel gepest. Dat maakt Erik wel eens verdrietig. Welk geluid maken gewone ezels? o eu
66
LEERLINGENDEEL
o ia
De Dolle Dierenkrant
o ai
Activiteit 6: Waar is de aap?
10.Bob is boos. Hij is boos op zijn mama. Mama had beloofd om pannenkoeken te bakken. Nu zitten ze aan tafel. En mama heeft worteltjes gekookt. Dit vindt Bob niet leuk! Bob vindt worteltjes heel vies. En hij had zich verheugd op de pannenkoeken. Gelukkig krijgen ze appeltaart als dessert. Dat vindt hij wel lekker. Welke groente heeft mama gekookt? o worteltjes
o pannenkoeken
o appeltaart
11. Maartje Muis is dol op kaas. Daarom zit zij vaak bij onze buurvrouw in de kast. De buurvrouw is hier niet blij mee. Zij is bang voor muizen. Als zij Maartje Muis ziet, begint onze buurvrouw hard te gillen. Dan klimt zij bovenop de tafel. Maartje Muis schrikt van het gegil en rent het huis uit. Dan komt de buurvrouw weer van de tafel. Welk dier laat onze buurvrouw schrikken? o eend
Activiteit 6: Waar is de aap?
o duif
o muis
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
67
Kruiswoordraadsel 1
"
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
68
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 6: Waar is de aap?
Kruiswoordraadsel 2 De aap kan maar niet genoeg krijgen van spelletjes. Daarom heeft hij nog een kruiswoordraadsel voor jullie gemaakt. Als je dit kruiswoordraadsel oplost, kom je nog meer over de aap te weten. 1. Zita en Tom gaan naar de vijver. In de vijver wonen eendjes. Zita en Tom vinden de eendjes heel lief. Als ze naar de vijver toelopen, komen de eendjes hen tegemoet. De eendjes kennen Zita en Tom. Ze kwaken luid. En zij weten ook dat Zita en Tom altijd wat brood meebrengen. Dit vinden de eendjes erg lekker. Er zijn niet alleen eendjes in de vijver. Er zwemt ook een andere vogel rond. Zita en Tom zijn vergeten hoe deze vogel heet. Deze vogel is wit en heeft een langere nek dan de eendjes. Ook hebben ze onthouden dat de naam van de vogel met de letter ‘g’ begint. Welke vogel denk je dat Zita en Tom bedoelen? o gans
o giraf
o geit
2. Peter is jarig. Van papa en mama mag hij een feestje geven. Peter mag vier vriendjes uitnodigen. En hij mag zelf kiezen wat ze gaan doen. Papa en mama hebben drie plannen bedacht. Uit deze drie plannen mag hij kiezen: - een speurtocht in het bos - zwemmen - naar de zoo Peter is dol op dieren. Wat denk je dat Peter zal kiezen? o zwemmen
Activiteit 6: Waar is de aap?
o zoo
o bos
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
69
3. In het weekend gaat Simon vaak vissen. Hij pakt zijn viskoffer en zijn hengel en fietst naar de rivier. In de rivier zitten een heleboel vissen. Soms vangt hij veel vis. Soms vangt hij niets. Dit maakt Simon helemaal niets uit. Hij vindt het gewoon fijn om bij het water te zitten en naar zijn dobber te staren. Als het avond wordt, fietst Simon weer naar huis. Waar gaat Simon heen om te vissen? Naar de
o vijver
o rivier
o oever
4. Rond het huis van Maarten ligt een heel groot grasveld. Op dit grasveld kan Maarten lekker spelen. Toch is er een probleem. Als het gras lang wordt, kan hij niet meer zo goed voetballen. De ouders van Maarten vinden het eigenlijk ook niet mooi als het gras zo lang is. Eigenlijk moet het gras dus af en toe gemaaid worden. Omdat het grasveld zo ontzettend groot is, hebben de ouders van Maarten een geit gekocht. Deze geit eet van het gras. Zo blijft het gras kort. Het gras hoeft niet gemaaid te worden. Daar zorgt de geit voor. Wie of wat houdt het grasveld van Maarten kort? o geit
o Maarten o grasmaaier
5. Iris houdt van bloemen. Daarom heeft zij in haar tuin bloemen gezaaid. In het voorjaar komen de bloemen omhoog. Ze groeien heel hard! Iris geniet van de geur en de kleur van de bloemen. Niet alleen Iris vindt de bloemen mooi. Ook sommige insecten komen op de bloemen af. Welk dier komt in de tuin van Iris? o panter
70
LEERLINGENDEEL
o vlinder
De Dolle Dierenkrant
o kameel
Activiteit 6: Waar is de aap?
6. Karel en Jonas zijn vrienden. Allebei hebben zij een hond. De hond van Karel heet Bello. De hond van Jonas heet Boris. Samen gaan ze vaak wandelen. Ze gaan dan naar het bos. Daar kunnen de honden lekker rennen en spelen. De honden zijn ook dikke vriendjes. Na een tijdje zijn ze allemaal moe. Dan gaan ze weer naar huis. Hoe heet het baasje van Bello? o Karel
o Boris
o Jonas
7. Het is mooi weer. De zon schijnt. Gert loopt op het strand. Op het strand liggen een heleboel interessante dingen. Gert heeft een plastieken zak bij zich. Daarin verzamelt hij heel veel dingen. In zijn zak heeft hij een heleboel schelpen, een leeg blikje en een stuk hout. Dan komt Gert iets heel vreemds tegen. Hij weet wat het is. Het is een kwal. Het ziet er een beetje vies uit. Gert loopt er langs. De kwal laat hij liggen. Wat stopt Gert niet in zijn plastieken zak? o blik
Activiteit 6: Waar is de aap?
o hout
o kwal
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
71
Kruiswoordraadsel 2
"
1 2 3 4 5 6 7
72
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 6: Waar is de aap?
EEN HEEL RAAR DIER Pol is in een heel ver land geweest. Daar heeft hij een dier gezien. Een heel raar dier. Pol heeft een foto van het dier gemaakt. Maar tijdens de reis is hij deze foto kwijtgeraakt. Nu kan hij de foto niet in de krant zetten en kan hij jou niet laten zien hoe het dier er uitziet. Gelukkig heeft hij het dier beschreven. Lees de tekst goed en teken het dier. Dan weet jij ook hoe het rare dier er uitziet! Dan kan de tekening in de krant komen! Lees eerst deze tip voordat je begint: * Teken het dier in potlood. Als je iets fout doet, dan kan je nog gommen. Het dier ziet er zo uit: 1. Voor je ligt een blad papier. Op het papier staat: boven, onder, links, rechts. Leg het blad op de goede manier voor je neer. Op het papier zie je een rechthoek. Dit is de buik van het rare dier. 2. Rechts bovenop de buik teken je een vierkantje. Dit is de nek van het dier. 3. Het dier krijgt een ronde kop. Teken die op de nek. 4. Zijn oren lijken op poezenoren. 5. Het dier heeft ronde ogen en een vrolijke mond. 6. Op de kop van het dier staan drie haren, in het middelste haar zit een krul. 7. Het dier heeft ook wenkbrauwen. De kop is nu klaar. 8. Het dier heeft vier poten. De twee voorpoten zijn dunner dan de twee achterpoten. Op de poten staan strepen. 9. Het dier heeft ook een staart. Deze komt bijna tot op de grond. Aan het einde van de staart zit een strikje.
Activiteit 7.1: Een heel raar dier
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
73
De kleuren van het dier: 10. Op de buik zitten drie zwarte vlekken. 11. Op de nek zitten vijf gele stipjes. 12. De oren van het dier zijn groen. 13. De ogen zijn blauw. 14. De mond is rood. 15. De drie haren en de wenkbrauwen zijn geel. 16. De kop is groen. 17. De strepen op de poten zijn rood. 18. Het strikje en de staart zijn geel. Nu is het dier af. Pol kent de naam van dit dier niet. Hij heeft het dier opgezocht in ‘Het Grote Dierenboek’, maar het stond er niet in! Weet jij een mooie naam voor dit rare dier? Schrijf de naam onder het dier op je tekening.
74
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 7.1: Een heel raar dier
rechts links
onder
boven Activiteit 7.1: Een heel raar dier
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
75
EEN HOK VOOR HET RARE DIER In het verre land had het dier geen hok. Pol heeft daarom zelf een hok voor het dier verzonnen. Hij heeft opgeschreven hoe hij wil dat het hok eruit zal zien. Pol wil graag dat jij het hok voor hem tekent. Dan kan hij de tekening laten zien aan de directeur van de dierentuin, Flip Fruitvlieg. Dan weet Flip welk hok hij moet maken als het rare dier ooit in de dierentuin komt. Lees eerst deze tips voordat je begint: * *
Teken het hok met potlood. Als je iets fout doet, kan je nog gommen. Op het papier zie je een rechthoek. Dat is het hok.
Het hok ziet er zo uit: 1. In het hok zit in het midden de ingang. De ingang heeft twee deuren. 2. Op het hok zit een dak. Het dak is een driehoek. Het dak is gemaakt van stro. Teken dus heel veel lijnen op het dak. 3. In het hok zit ook een raam. Het is een rond raam en het zit links boven de deur. 4. Links naast het hok staat een boom. 5. In de boom hangen vier appels. 6. Rechts van het hok staat een bak. De bak staat op pootjes. In de bak zit het eten voor het dier. De kleuren van het hok: 7. De deuren van het hok zijn groen. 8. Het stro van het dak is geel.
76
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 7.2: Een hok voor het rare dier
9. De appels in de boom zijn rood. 10. De voederbak van het dier is gestreept. De strepen zijn zwart. 11. In de bak zie je het voer liggen. Het voer is groen. Nu is het hok af. Hoe vind je het? Kun je er nog meer mooie dingen bij tekenen?
Activiteit 7.2: Een hok voor het rare dier
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
77
rechts links
onder
boven 78
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 7.2: Een hok voor het rare dier
NOG MEER RARE DIEREN Net heb je het dier getekend dat Pol heeft gezien. Wat een raar dier! Pol heeft dit dier in een ver land gezien. Hij heeft daar nog twee rare dieren gezien. Gelukkig heeft Pol daar zelf al een tekening van gemaakt. Flip Fruitvlieg vindt de dieren heel mooi! Flip is de baas van de dierentuin. Hij wil de drie rare dieren graag in de dierentuin hebben! Dan kunnen de mensen de dieren goed bekijken. Daarom vraagt hij aan Pol om de dieren op te halen uit het verre land. Flip wil de dieren ook een naam geven. Zet de namen op de tekeningen! Dit zijn de namen van de rare dieren: - Op één tekening staat Nora. Nora heeft stippen op haar buik en een gestreepte nek. Welk dier heet Nora? Zet de naam maar bij de tekening! - Op de andere tekening staat Edgar. Edgar heeft geen stippen maar strepen op zijn buik. Hij heeft een heel lange nek. Welk dier heet Edgar? Zet de naam bij de tekening. - Voor het rare dier op de tekening die jij vorige keer maakte, heb je zelf al een leuke naam bedacht. Die naam staat al op je tekening. Flip Fruitvlieg moet nu voor alle dieren een goed hok vinden in de dierentuin. Hij weet alleen niet welk hok hij moet kiezen. Wil jij hem helpen? Kijk eens goed op het plan van de dierentuin. Daar zie je al een heleboel hokken op. Elk hok heeft een ‘H’ van ‘Hok’. Hoeveel hokken zijn er? Er staan ook nog andere dingen op het plan: Bergen:
Gras:
Activiteit 7.3: Nog meer rare dieren
Bomen:
De Dolle Dierenkrant
Water:
LEERLINGENDEEL
79
"
80
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 7.3: Nog meer rare dieren
"
"
Activiteit 7.3: Nog meer rare dieren
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
81
WELK HOK PAST BIJ WELK DIER? - Nora is eigenlijk het raarste dier. Ze is nooit blij. Hoe dat komt weet niemand. Nora is ook erg lui. Het liefst slaapt ze de hele dag. Dan wil ze niet gestoord worden. Want dan wordt ze boos! Flip Fruitvlieg wil dus een hok voor haar waar ze rustig kan slapen. Bij de hokken in de bergen komen haast nooit mensen. Flip wil ook dat Nora geen rond hok krijgt. Welk hok is voor Nora? Zet haar naam bij het hok. - Edgar heeft een lange nek. Daarmee kan hij goed de blaadjes uit de bomen eten. Die lust Edgar heel graag. Maar ook Edgar is een beetje raar. Hij rent heel graag rondjes. Dat vindt hij leuk. Welk hok zou Flip voor Edgar kunnen kiezen? Zet de naam van Egdar in dat hok! - Het rare dier dat je zelf getekend hebt is heel lief. Hij wil altijd dichtbij de mensen zijn. Dan kunnen de mensen hem goed zien. Hij vindt de mensen heel leuk. Ze geven hem soms eten! Dat vindt hij wel lekker! Hij houdt ook erg van water. Soms mag hij van de oppasser even zwemmen. Dan mag het rare dier even uit zijn hok. Hij zwemt vaak in een meer. Welk hok is het beste voor het rare dier? Zet de naam die je zelf hebt bedacht erbij. Nu kun je het plan inplakken in de ‘De Dolle Dierenkrant’. Flip Fruitvlieg kan dan in de krant lezen in welke hokken de dieren zich thuis voelen!
82
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 7.3: Nog meer rare dieren
DE VRAGEN VAN POL We weten nu hoe het dier dat Pol gezien heeft eruit ziet. Maar nu wil Pol ook graag weten wat het dier eet en waar hij woont. Pol heeft ons tekstjes gegeven over verschillende dieren. Deze tekstjes komen uit een encyclopedie. Ons rare dier lijkt een beetje op al die dieren. Hij eet dezelfde dingen en woont op dezelfde plaatsen, en ziet er een beetje hetzelfde uit. Lees de verhaaltjes goed en kijk hoe we meer te weten kunnen komen over het rare dier. Dan kunnen we dat ook aan Pol vertellen! * Leeuwen hebben gele staarten. Kijk eens goed naar je tekening! Ons dier heeft ook een gele staart! Het dier lijkt dus op een leeuw. Leeuwen leven in groepen van ongeveer twintig leeuwen. In zo’n groep is één leeuw de leider. Hoe herken je de leider van een groep leeuwen? ................................................................................................................ * Het dier heeft oren die op poezenoren lijken. Het dier lijkt dus op een poes. Poezen vallen net als mensen wel eens. Dan doen ze zich geen pijn. Waarom doet een poes die valt, zich geen pijn? ................................................................................................................ * Op zijn buik heeft het dier zwarte vlekken. Sommige koeien hebben dat ook. Het dier lijkt dus op een koe. Koeien herkauwen hun eten. Waarom doen koeien dat? ................................................................................................................
* Zebra’s hebben strepen over hun hele lijf. Het dier dat Pol gezien heeft, heeft ook strepen op zijn poten. Eigenlijk lijkt het dier dus op een zebra. Waar wonen zebra’s? ................................................................................................................
Activiteit 8: De vragen van Pol
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
83
* Het dier heeft een ronde kop. Dat hebben varkens ook. Het dier van Pol lijkt op een moedervarken. Hoe noemen we een moedervarken? ................................................................................................................ * Het dier dat je getekend hebt, heeft vlekken op zijn nek. Een giraf heeft ook vlekken op zijn nek. Ons dier lijkt dus wel wat op een giraf. Wat eet een giraf? ................................................................................................................
84
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 8: De vragen van Pol
plooien op de stippellijn !
"
DIERENENCYCLOPEDIE
- pagina 8 -
" LEEUWEN
POEZEN
De leeuw wordt wel eens de koning van de dieren genoemd. Zo groot en sterk is hij. Een leeuw heeft heel scherpe hoektanden. Daarmee kan hij zijn prooi goed opeten. Eerst moeten de leeuwen op een prooi gaan jagen. Als ze een prooi gevangen hebben, eten ze hem samen op. Het vrouwtje jaagt het meest. Vaak wonen leeuwen in groepen. Zo’n groep bestaat soms uit twintig leeuwen. De grootste leeuw is dan de leider van de groep. De meeste leeuwen wonen in Afrika.
Iedereen heeft wel eens een poes gezien. Poezen zijn lieve huisdieren. Veel mensen hebben thuis een poes. Soms mag de poes ook buiten lopen. Dan klimt de poes in een boom. Of hij springt op een muur. Poezen hoeven niet bang te zijn dat ze zich pijn doen als ze vallen. Ze komen altijd weer op hun pootjes terecht. Als poezen blij zijn gaan ze spinnen. Dan doen ze hun oogjes dicht en maken zachtjes een brommend geluid. Pas op als de poes boos is! Dan maakt zij een bolle rug!
- pagina 4 -
- pagina 5 -
" Activiteit 8: De vragen van Pol
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
85
plooien op de stippellijn !
" GIRAFFEN
ZEBRA’S
De giraf is het langste dier dat bestaat. Een mannetjesgiraf kan wel vijf meter lang worden. Met zijn lange poten en zijn lange hals kan hij goed de blaadjes uit de bomen halen. Die eet hij dan op. Met zijn lange staart slaat hij naar de vliegen op zijn rug. Dat is gemakkelijk.
Zebra’s zijn de enige paarden die strepen hebben. Het lijkt of alle zebra’s er hetzelfde uitzien. Maar dat is niet zo! Elke zebra heeft zijn eigen strepen-patroon. Zebra’s wonen het liefst in kuddes. Ze leven in Afrika, net als de leeuwen. Daar eten ze gras op grote grasvelden. Dat doen ze met hun scherpe voortanden. In de stad zie je soms ook een zebra. Weet jij waar?
- pagina 2 -
- pagina 7 -
" VARKENS
KOEIEN
Varkens maken een raar geluid. Ze knorren. En als ze bang zijn, gaan ze net als mensen heel hard gillen. Eigenlijk zijn varkens rare beesten. Ze zijn roze, maar vaak kun je dat niet zien. Dat komt door de modder. Ze vinden het heel leuk om in de modder te rollen. Varkens wonen vaak in stallen. Daar moet dus veel modder liggen. Kleine varkentjes zijn heel lief om te zien. Een jong varkentje heet ‘big’. De vader heet ‘beer’ en de moeder heet ‘zeug’.
Koeien zie je vaak in de wei staan. Dan staan ze te grazen. Ze eten dan gras en malen dat fijn. Het gras komt dan in hun maag terecht. Maar daar blijft het dan niet! Na een tijdje komt het eten terug in hun muil en dan moeten ze nog een keer goed kauwen. Herkauwen heet dat. Dat klinkt heel vies, maar de koeien vinden dat heel gewoon. Op deze manier worden alle goede stoffen uit het eten gehaald. Daar wordt de koe gezond en sterk van. Koeien kunnen ook melk geven. Van de melk wordt kaas en boter gemaakt.
- pagina 6 -
- pagina 3
" 86
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 8: De vragen van Pol
Voorbeeld:
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
87
1
88
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
2
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
89
3
90
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
4
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
91
5
92
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
6
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
93
7
94
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
8
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
95
A
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo ...................................................................... ! Het is altijd fijn dat lezers schrijven wat ze van onze krant vinden. Zeker als ze schrijven over wat we goed doen. Als je zo van mopjes houdt, let dan maar eens op de volgende ‘De Dolle Dierenkrant’, want daar staan TWEE bladzijden met mopjes in! Bedankt voor je brief!
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
96
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
B
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Wat een vervelend probleem! Helaas kan ik je niet helpen. Ik weet ook geen oplossing. Misschien kun je eens bellen naar de Vraag-Lijn. De mensen daar weten alles over slijmerige dieren, dus ook over slakken. Hopelijk kunnen zij je verder helpen? Het telefoonnummer is: 0900 79 72 04. Veel sterkte!
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
97
C Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Wat een leuk verhaal, zeg! Ik zou dat ook wel eens willen zien, hoe jij een kikker nadoet! Dan kan ik samen met je zusje lachen om jou! Kom je eens op bezoek bij mij? Groeten!
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
98
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
D
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Wat een fijne verrassing dat je jouw beer Victor noemt! Kan je eens een foto van hem opsturen? Je idee om eens een artikel over knuffelberen in onze krant te plaatsen, vind ik heel leuk! Ik hoop dan ook dat je de volgende ‘De Dolle Dierenkrant’ zal lezen! Daar zal een artikel instaan over knuffelberen uit andere landen. Over hoe ze eruit zien, hoe ze hun dag doorbrengen, wat ze eten en waar ze slapen. Groeten!
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
99
E
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Het is altijd fijn dat lezers schrijven wat ze van onze krant vinden. Zelfs als ze schrijven over wat we minder goed doen. Maar u moet wel weten dat ALLES wat in onze krant staat waar is. ‘De Dolle Dierenkrant’ is immers een sprookjeskrant! En in sprookjes kan alles. Zelfs een vos kan er de hik hebben of een hond kan er verliefd worden op een konijn! Met vriendelijke groeten
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
100
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
F
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Het is jammer dat je hond weg moet. Wat een vervelend probleem! Maar, misschien kan je hem naar een hotel voor honden brengen? Misschien is er wel zo een hotel bij jou in de buurt? Je kan hem daar gaan bezoeken wanneer je maar wil. (En je laat je zusje thuis natuurlijk!) Ik hoop dat het lukt!
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
101
G
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Jij hebt wel een heel rare juf! Ik zou er wel eens een artikel willen over schrijven in de ‘De Dolle Dierenkrant’. Kan ik eens in jullie klas op bezoek komen? Dan kan ik jullie rare juf enkele vragen stellen. Over waarom ze alleen ‘s nachts vliegt. En of ze dan speciale vliegkleren moet dragen. En of ze misschien al enkele toverkunstjes kent. Groeten!
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
102
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
H
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Onze Wolstaart kan niet zo ver wippen als jouw konijn! Maar net als alle andere konijnen eet hij natuurlijk graag wortels! Jammer genoeg hebben er nog maar pas drie verhalen over konijnen in ‘De Dolle Dierenkrant’ gestaan. Ik kan je dus niet beloven dat er in de volgende krant al een artikel zal staan over Wipstaart en zijn kunstjes. Maar we doen ons best. Groeten!
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
De Dolle Dierenkrant
LEERLINGENDEEL
103
I
DE DOLLE DIERENKRANT
Redactie De Dolle Dierenkrant Groene Weidelaan 81 4512 Dolle Dierendorp Tel: 050/79 72 04 Fax: 050/79 72 04
Hallo......................................................................! Wat jammer dat je Toska niet meer ziet! Als zijn baasje niet te ver woont, kan je dan niet eens bij Toska op bezoek gaan? Dat zal hij heel prettig vinden! En als zijn baasje een volgende keer op vakantie gaat, dan kan Toska toch weer in jullie hotel blijven? Groetjes
Victor Vogel hoofdredacteur van De Dolle Dierenkrant
104
LEERLINGENDEEL
De Dolle Dierenkrant
Activiteit 9: Brieven aan de redactie
DE DOLLE DIERENKRANT
- bladzijde 105 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 106 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 107 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 108 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 109 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 110 -
- PUZZELPAGINA -
- bladzijde 111 -
- PUZZELPAGINA -
- bladzijde 112 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 113 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 114 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 115 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 116 -
- BINNENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 117 -
- KRUISWOORDRAADSELS -
- bladzijde 118 -
- KRUISWOORDRAADSELS -
- bladzijde 119 -
- BUITENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 120 -
- BUITENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 121 -
- BUITENLANDS NIEUWS -
- bladzijde 122 -
- LEZERSBRIEVEN -
- bladzijde 123 -
- LEZERSBRIEVEN -
- bladzijde 124 -
- LEZERSBRIEVEN -
- bladzijde 125 -
- LEZERSBRIEVEN -
- bladzijde 126 -