INHOUDSOPGAVE
VOORWOORD
10
HOOFDSTUK 1 ANTWERPEN 1585. WERELDSTAD IN OORLOG
14
1.1 Antwerpen in de 16de eeuw Stad in bloei Hagenpreken en Beeldenstorm Migratiebewegingen De Spaanse furie De val van Antwerpen (1585) Bekeer of vertrek: de stad loopt leeg De nasleep Braindrain en nabloei De exodus
15
1.2 De migratie naar Engeland. De Strangers Afgunst en incidenten De vluchtelingenkerken in Londen De textielnijverheid van Norwich Sandwich, een Vlaams stadje in Kent Endogamie
19
1.3 De aantrekkingskracht van Duitsland Keulen, katholiek bolwerk Emden, geliefd calvinistisch toevluchtsoord Wesel of Klein-Antwerpen Frankfurt, ‘dochterstad van Antwerpen’ Frankenthal, een ‘Vlaamse’ nederzetting.
22
1.4 Praag, de magneet van Bohemen
26
1.5 De Hollandse Gouden Eeuw, met dank aan de Vlamingen Graag geziene vluchtelingen Amsterdam, een nieuw Antwerpen Migrantenkerken Haarlem, een halve Vlaamse stad Leiden, de universiteitsstad Sinjoren en fluwelen Brabanders Zuid-Nederlandse invloed en integratie
27
15 15 16 16 17 18 18 18 19
19 21 21 21 22 22
23 23 24 24 25
27 27 29 29 31 31 32
HOOFDSTUK 2 ARM VLAANDEREN. EEN TIJD VAN SCHRIJNENDE ARMOEDE Reizen door Arm Vlaanderen Landbouwcrisis Migreren naar de stad Leven in beluiken Liever pendelen Kinderarbeid HOOFDSTUK 3 FRANKRIJK. FRANSCHMANS, BIETENMANNEN EN ASTENPIETEN
34 36 37 38 39 40 41
42
3.1 De eerste golf Klopjachten op Belgen Belgen in Parijs De Belgen in Roubaix. Kettingmigratie Vlaamse wildemannen Grensarbeiders
43
3.2 De tweede golf. De Franschmans Half verlaten dorpen, gebouwd met Frans geld Hard labeur en vrije tijd Bietenmannen De suikerfabriek Leven en dood in den ast Steenbakkers en kinderarbeid Logement zonder comfort Heimwee of ‘de moederziekte’. Bietenfrans. Les godverdommes sont là Frankrijk was bedorven Afzien en sterven Herinneringen
46
INTERVIEW Thomas Siffer
56
43 44 44 45 45
47 47 49 49 51 52 53 53 54 54 55 55
HOOFDSTUK 4 WALLONIË. WALENMANNEN, FLAMINDS EN BOEREN Spoorwegrevolutie startschot migratie De Walenmannen pendelen liever Het onthaal van de Vlamingen Ontspanning ‘De slechtste streek van België’ ‘Vlamingen verzamelen in Wallonië en hen Vlaams houden’ Marcinelle 1956 Boeren in Wallonië Het beloofde land?
58 59 59 60 61 62 62 65 66 66
INTERVIEW Arnoud Raskin
68
HOOFDSTUK 5 NAAR AMERIKA. HET PARADIJS AAN DE OVERKANT
70
5.1 België organiseert emigratie
72
5.2 Emigratie na 1860: de ‘heemstede-wet’ en de kolonisatie van het Noordwesten Reizen in de 19de eeuw
73
5.3 Gelokt door propaganda Spekbrieven
77
5.4 De overtocht Europese vertrekhavens Antwerpen en de Red Star Line Derdeklaspassagiers De emigrant: definitie en profiel Kettingmigratie: waar anderen ons zijn voorgegaan Ellis Island en de aankomst Bescherming van de landverhuizers
80
5.5 Waar vestigen Vlamingen zich? Chicago, Illinois Detroit, Michigan Moline aan de Mississippi in Illinois Mishawaka en South Bend in Indiana
89
5.6 Integratie en assimilatie Belgians by numbers. USA today
95
INTERVIEW Tom Van de Weghe
98
76
79
80 80 80 82 82 85 87
90 91 93 93
96
HOOFDSTUK 6 CANADA. MELK EN HONING, TABAK EN BIER
100
6.1 Decennia van migratie Propaganda, promotie en werving Moed en volharding, werklust en wilskracht De reis. Een avontuur van begin tot einde Pionieren is hard labeur Soms lukt het niet Kettingmigratie. Een Vlaams netwerk Importbruiden Importkerken Wij spreken Belgs De hardwerkende Vlaming Zwaluwmigratie
102
6.2 De integratie: van behoud van tradities tot Canadezen in Canada De eerste generatie Het rijke Vlaamse gemeenschapsleven wordt migrantenerfgoed De Belgian Club Last van heimwee De tweede generatie: tussen twee werelden Vlotte integratie in een multiculturele samenleving Als Canadezen in Canada
113
INTERVIEW Inge Vercammen
120
HOOFDSTUK 7 LATIJNS-AMERIKA. BOERENKOLONIES EN BANNELINGEN
122
102 103 105 106 107 108 108 109 110 111 111
113 113 114 115 117 117 119
7.1 Het begin Van Vlaamsche eilanden naar conquistadores De vergeten Belgische kolonie: Santo-Tomas de Guatemala (1843-1854) Verapaz, het land van melk en honing
123
7.2 Argentinië: niet de doorsnee Belgische emigrant De Argentijnse koorts 1888-1889 Landverhuizers naar Buenos Aires: reisindrukken uit 1889 Tijdelijke opvang: ‘hotel der emigranten’ Een nieuw leven: kanshebbers en verliezers Vlaamse tragedies Het leven van de migrant Zij die terugkeren Villa Flandria
126
7.3 Brazilië: nood aan arbeidskrachten Ronselparadijs Vlaanderen
135
123 123 125
126 127 130 131 131 132 133 134
136
7.4 Mexico Charlotte van België. Carlota van Mexico (1864-1867) Nueva Belgica in Chihuahua
137
7.5. Collaborateurs in Latijns-Amerika Argentinië: regime op dezelfde golflengte Mar del Plata Paraguay De tweede en derde generatie zoeken hun eigen weg Geen terugkeer mogelijk
139
INTERVIEW Blanca Demets
144
HOOFDSTUK 8 CONGO. VLAMINGEN IN DE KOLONIE
146
Nonkel pater en tante nonneke Het migratiebeleid: de politiek van inwijking Nieuwe generatie kolonialen Apartheid De omgekeerde wereld: de évolué Leven als een Vlaming in Congo Vrouwen in Congo Tropenkinderen Grootste Belgische vluchtelingencrisis sinds de Tweede Wereldoorlog
138 138
139 141 142 142 143
147 148 149 150 151 151 152 153 154
INTERVIEW Jeanne Devos
156
HOOFDSTUK 9 WERELDOORLOG I. EEN UNIEKE VOLKSVERHUIZING
158
Antwerpen en de vluchtelingengolf De Teutoonse furie Een stoet van verdwaasden en ontredderden
159 160 161
9.1 De vlucht naar Nederland Dankbaarheid, bemoeizucht en slachtofferrol Terugkeren of niet? Permanente vluchtoorden voor burgervluchtelingen Profiteurs, afnemende sympathie en cultuurbotsing Militaire interneringskampen Belgische dorpen en gezinshereniging Na de oorlog
162
9.2 De vlucht naar Frankrijk Overal aan de slag Na de oorlog
169
163 163 165 165 166 168 168
170 171
9.3 De vlucht naar Engeland De opvang: van betutteling tot diepe kloof Tewerkstelling is de oplossing Na de oorlog
171
INTERVIEW Sylvain Brachfeld
176
HOOFDSTUK 10 WERELDOORLOG II. VLUCHTELINGEN, VERPLICHT TEWERKGESTELDEN, COLLABORATEURS EN BEZETTERS
178
172 172 174
10.1 Met honderdduizenden op de vlucht Naar Frankrijk! Rien pour les Belges Terug naar huis, met dank voor de Duitse hulp
179
10.2 Crabs in Frankrijk
183
10.3 De vlucht naar Engeland
184
10.4 De ‘Duitslandgangers’: gastarbeiders of verplichte tewerkstelling De Propaganda-Abteilung Het minder rooskleurige verhaal Het vertrek en de reis De verblijfplaats: in een kamp of bij particulieren Leven en werken De Duitsers en de Ausländer De bevrijding en de omgekeerde diaspora
185
10.5 Belgische vrouwenarbeid in nazi-Duitsland
191
10.6 Vlaamse politieke vluchtelingen na de Tweede Wereldoorlog Ondergedoken of op de vlucht Naar welk ballingsoord?
192
10.7 De Belgische strijdkrachten in Duitsland: van bezetters tot bondgenoten Onderdak in de BSD Belgisch-Duitse relaties
193
INTERVIEW Annick Ruyts
198
EPILOOG VLAMINGEN IN DE WERELD VANDAAG
200
NAWOORD
202
BIBLIOGRAFIE
204
180 181 182
185 187 188 189 189 190 191
192 193
194 196
HOOFDSTUK 1
ANTWERPEN 1585 WERELDSTAD IN OORLOG
14
Frans Hogenberg (Mechelen 1540-Keulen 1590) graveert vrijwel
onderneming waaraan ook zijn vriend en reisgezel Abraham Orte-
alle kaarten voor Ortelius’ Theatrum Orbis Terrarum (1570). Hij
lius deelneemt. Op aanraden van Bartholomeus Spranger komt hij
werkt in Antwerpen voor de drukker Plantijn. Hij wordt verbannen
in 1590 naar Praag aan het hof van Rudolf ii, waar hij zich verder
naar Duitsland en Denemarken. Samen met de rooms-katholieke
specialiseert in voorstellingen van exotische planten en vreemde
geestelijke Georg Braun (Keulen, 1541-1622) geeft hij vanaf 1575
dieren.
in Keulen de beroemde stedenatlas Civitates Orbis Terrarum uit. Hogenberg is ook de ‘fotoreporter’ van een reeks rampzalige gebeurtenissen van zijn tijd. Zijn grafisch werk is van grote iconografische waarde. Joris Hoefnagel (Antwerpen 1542-Wenen 1601) tekent zijn geboortestad Antwerpen op het hoogtepunt van haar succes. De stad wordt verdedigd door een vestingmuur en een gracht, aangelegd door Karel v in 1545. De citadel of ‘dwangburcht’ ten zuiden van de stad wordt gebouwd in opdracht van Filips ii in 1567. Het doel is niet om Antwerpen te verdedigen, maar wel om een belegering vanuit de stad te weerstaan. Hoefnagel is een uitstekend miniaturist. Hij trekt Europa rond om stadsgezichten en landschappen te tekenen voor de Civitates Orbis Terrarum van Georg Braun, een
Nederlant is een ring en Antwerpen de diamant daer in.
Antwerpen is rond 1500 het economische hart van Europa. Kooplieden uit Nederland, Spanje, Engeland, Italië, Portugal en Duitsland maken ongeveer vijf procent van de Antwerpse bevolking uit. Antwerpen wordt een wereldstad dankzij de groeiende handel. Rond 1560 stijgt het inwonersaantal boven de honderdduizend. Zo wordt Antwerpen, na Parijs, de grootste Europese stad ten noorden van de Alpen. De enorme bevolkingsgroei wordt vooral veroorzaakt door de immigratie. Antwerpen is een culturele metropool. Goederen en geld worden er uitgewisseld, maar ook ideeën en nieuwe technieken. Antwerpse kunstenaars, schrijvers, acteurs, drukkers en uitgevers hebben internationale invloed. Ze reizen en exporteren hun werk. Zo trekken ze buitenlanders aan en bepalen mee het wereldbeeld. Maar in de loop van de 16de eeuw komt daar verandering in. De Kerk krijgt steeds meer kritiek. De levensstijl van hoge geestelijken lokt veel reacties uit en het protest is te horen op meerdere plaatsen in Europa. Hervormers pleiten voor radicale veranderingen. Dat protest zorgt ook in Vlaanderen en Brabant voor toenemende spanningen. Keizer Karel, die Vlaamse wortels heeft, houdt de toestand nog onder controle, maar onder zijn zoon Filips ii loopt het mis. De Kerk stuurt de inquisitie af op echte en vermeende ketters. Europa wordt het toneel van bloedige godsdienstoorlogen tussen katholieken en protestanten. Tot 1566 tellen het lutheranisme en het calvinisme meer aanhangers in het Zuiden. Ook de zwaar vervolgde wederdopers (een meer revolutionaire vorm van protestantisme, met de overtuiging dat alleen volwassenen gedoopt mogen worden) zijn vroeg actief in het Zuiden. Vóór 1585 is Antwerpen niet alleen de grootste katholieke stad van de Lage Landen, maar ook de grootste protestantse stad. Hier klopt het hart van de opstand tegen de katholieke Filips ii. Willem van Oranje, leider van de opstand, vestigt zich in 1578 in Antwerpen en het politieke centrum verplaatst zich van Brussel naar Antwerpen. Vanuit de citadel leidt hij het verzet. Na aanvankelijke successen moet de vogelvrij verklaarde Oranje Antwerpen verlaten in 1583. De stad wordt het belangrijkste doelwit in de Spaanse heroveringsstrategie. Het katholicisme, verdedigd door Spanje, overwint uiteindelijk. De Val van Antwerpen in 1585 breekt grotendeels de weerstand in de Zuidelijke Nederlanden. De protestanten die hun godsdienst willen behouden, zijn verplicht te emigreren. Zij trekken naar Scandinavië, Duitsland en Engeland, maar vooral naar Nederland. De helft van de bevolking van Antwerpen trekt de grens over.
1.1 Antwerpen in de 16de eeuw Stad in bloei Antwerpen speelt in de 16de eeuw een hoofdrol in de Europese economie en de handel groeit exponentieel. Er is meer en meer nood aan boekhouders, makelaars, juristen, wisselaars, financiële experts en verzekeringsagenten. De Antwerpse beurs, gebouwd in 1531, wordt als ‘de moeder van alle beurzen’ het centrum van een wereldwijd netwerk. Rond een rechthoekig plein met rondom zuilengangen doen kooplieden en bankiers zaken met als voertaal Italiaans. Het beursgebouw staat model voor de Koopmansbeurs van Amsterdam (1611) en de Royale Exchange van Londen (1569), gebouwd door de Antwerpse architect Hendrik van Paesschen. Hagenpreken en Beeldenstorm Het Antwerpse stadsbestuur is tolerant ten opzichte van andersdenkenden. De harde maatregelen van de katholieke Spaanse overheerser, zoals het Bloedplakkaat van 1550 (waarbij het drukken, schrijven, verspreiden en bezitten van ketterse boeken en afbeeldingen, het bijwonen van ketterse bijeenkomsten en het huisvesten van ketters tot de doodstraf leidt), stuiten op veel Antwerps verzet. Ze bedreigen immers de commerciële positie van de stad. De protestanten houden buiten de stad verboden hagenpreken (predicatie in de openlucht), die meer en meer toehoorders trekken. In 1566 barst de bom. De eerste Beeldenstorm markeert het begin van een lange bloedige periode. Afbeeldingen van heiligen worden neergehaald, kerken en kloosters geplunderd en verwoest. De Beeldenstorm is niet enkel een uiting van protestantse kritiek op de katholieke verering van heiligenbeelden. Het is ook een revolte tegen de onderdrukkende politiek van koning Filips ii. In 1566 stuurt Filips ii de beruchte hertog van Alva als landvoogd naar de Nederlanden. Alva regeert als een tiran. In de nacht van 2 op 3 maart 1568 vindt een gecoördineerde en maandenlang in het grootste geheim voorbereide razzia plaats waarbij honderden verdachten van hun bed worden gelicht en gearresteerd. Een angstpsychose heeft de Nederlanden in haar greep. Alva richt de Raad van Beroerten op, door de bevolking al snel Bloedraad genoemd. Deze rechtbank bestraft de verantwoordelijken voor de Beeldenstorm en spreekt ongeveer 1200 doodvonnissen en 11.000 verbanningen uit, met gehele of gedeeltelijke verbeurdverklaring van de bezittingen. Alva wil een
15
krachtig centraal gezag herstellen, maar zijn schrikbewind heeft een averechts effect. Na zes jaar roept de koning hem terug naar Spanje.
16
Migratiebewegingen De Antwerpse Beurs (© KBC, Erwin Donvil)
De Amsterdamse Beurs
De protestanten geven zich na de Slag bij Oosterweel (maart 1567) gewonnen. De repressie na het wonderjaar 1566 en vooral het optreden van de Raad van Beroerten brengen een stroom protestantse vluchtelingen op gang. Die gaat richting Engeland (Londen, Sandwich, Norwich, Colchester, Dover) en Duitsland (Emden, het Rijngebied, de Palts), waar ze zich organiseren in kerkgemeenschappen met een eigen kerkenraad en predikanten. Tegelijkertijd komt de eerste migratiestroom naar Amsterdam, Keulen en Frankfurt op gang. Na de pacificatie van Gent (november 1576) keren migranten uit de vluchtelingenkerken massaal terug naar het vaderland. De watergeuzen, de felste rebellengroepering, rekruteren hun bemanning in de Nederlandse vluchtelingengemeenten in Engeland en Duitsland. Met hun kaperschepen opereren ze tot 1572 vanuit Engelse en Duitse havens en maken de Noordzee onveilig. Naast de religieuze is er ook heel wat economische migratie binnen de Zuidelijke Nederlanden. In het begin van de opstand migreren veel plattelandsbewoners naar de steden om te ontsnappen aan de militaire terreur. De boeren keren zo snel mogelijk naar hun boerderijen terug, de migranten die zich meer op industriële arbeid hebben toegelegd, verkiezen meestal langer in de stad te verblijven of verhuizen permanent naar de veiliger steden. De exodus is zeker niet alleen een protestantse aangelegenheid. Katholieken zijn de calvinistische regimes ontvlucht die in Antwerpen (en ook in Brugge en Gent) de macht hebben gegrepen. Velen hebben een tijdelijke toevlucht gezocht en gevonden in Keulen, een katholiek bolwerk. Ook joden ruilen na 1585 Antwerpen in voor Amsterdam. De Spaanse Furie
De Beurs van Londen
Spanje wordt in 1575 bankroet verklaard. Sommige soldaten in de Nederlanden ontvangen al 2,5 jaar geen soldij meer en leven in slechte omstandigheden. Vanaf 4 november 1576 trekken ze vier dagen lang plunderend, moordend en verkrachtend door de stad. De muiters viseren het nieuwe stadhuis als belangrijkste symbool van de grootsheid van de stad. Het stadhuis, de Grote Markt en een groot deel van de
stad zeIf gaan in de vlammen op. Ooggetuigen spreken van zesduizend doden en achthonderd vernietigde huizen, maar exacte cijfers zijn niet te geven. De gebeurtenissen brengen een enorme schok teweeg in de Nederlanden. Grote aantallen burgers vluchten naar de Noordelijke Nederlanden. Een jaar na de Spaanse Furie worden de vreemde troepen uit de citadel verjaagd. Dan begint de Calvinistische Republiek (1577 tot 1585). Antwerpen wordt het centrum van de opstand in de Lage Landen. Alexander Farnese komt in 1578 als landvoogd van de Spaanse koning naar de Zuidelijke Nederlanden. Hij herovert de steden in zuidelijk Brabant en Vlaanderen op de opstandige calvinisten. De laatste stad die hij belegert is Antwerpen.
17
De Spaanse Furie van 1576 door Frans Hogenberg In de topgevel van het stadhuis stond een beeld van Brabo, symbool voor de lokale rechten en vrijheden. Na de Val van Antwerpen in 1585 werd het vervangen door een Madonnabeeld, teken van onderwerping aan de Spaanse kroon en het katholicisme. Tegen de protestantse hervorming of ‘reformatie’ kwam een katholieke ‘contrareformatie’ op gang. De barok doet haar intrede en het
De val van Antwerpen (1585)
uitzicht van de stad verandert in korte tijd.
De historisch belangrijkste en grootste emigratie speelt zich af in de jaren 1577-1589. Dan nemen de Spaanse troepen de grote steden een voor een in: Maastricht 1579; Kortrijk 1580; Doornik 1581; Oudenaarde 1582; Diksmuide 1583; leper, Brugge, Diest, Duinkerken en Gent in 1584. Velen trekken verder naar de nog vrije steden, die op hun beurt ook weer worden ingesloten. Antwerpen is een schiereiland te midden van de overstroomde polders. De ellende in de dorpen rond Antwerpen is groot. De huurlegers zaaien terreur op het platteland, plunderen en verwoesten. Dorpen worden volkomen verlaten en boerderijen uitgebrand, de prijzen stijgen voortdurend. Berchem, Borgerhout en Merksem zijn zo goed als met de grond gelijkgemaakt. Centraal in de ets ligt de beruchte brug van Farnese. Alexander Farnese legt in 1584 bij Kallo een 730 meter lange scheepsbrug aan. Deze brug ligt tussen twee forten, om het belegerde Antwerpen van alle hulp en bevoorrading uit het Noorden af te sluiten. De Antwerpenaars sturen twee brandschepen of hellebranders, gevuld met buskruit en projectielen. De schepen slagen er niet in de brug definitief te vernietigen. Het schip De Hoop ontploft met zo veel kracht dat een watervloed beide forten overspoelt en achthonderd slachtoffers maakt. Ook Farnese wordt door de klap van de explosie tegen de vlakte geslagen, maar loopt geen ernstige verwondingen op. De brug kan snel worden hersteld en het beleg wordt niet gebroken. Na twee jaar van alle voedseltoevoer afgesloten te zijn, geeft de belegerde stad zich op 17 augustus 1585 uitgehongerd over. Die eerste dagen verlaten achthonderd gezinnen de stad.
Belegh van de stadt Antwerpen door Jan Luyken (Museum PlantinMoretus/Prentenkabinet, Antwerpen-UNESCO Werelderfgoed)