INHOUDSOPGAVE Voorwoord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Visie en regelgeving (algemeen) 1.3 Doelstelling kadernota dierenwelzijn 1.4 Het proces 2. Huidige voorzieningen en beleid 3. Gezelschapsdieren 3.1 Regelgeving 3.2 Het houden van gezelschapsdieren 3.3 Opvang gevonden gezelschapsdieren 3.4 Gewonde en dode gezelschapsdieren 3.5 Positie van dieren bij rampenbestrijding 3.6 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn 4. In de vrije natuur levende dieren 4.1 Regelgeving 4.2 In het wild levende zoogdieren 4.3 Gewonde dieren 4.4 Dode dieren 4.5 Overlast door in de vrije natuur levende dieren 4.6.Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn 5. Het houden van dieren voor vermaak, sport en educatie 5.1 Regelgeving 5.2 Vermaak 5.3 Sport 5.4 Educatie 5.5 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn 6. Het houden van landbouwdieren 6.1 De kadernotitie Buitengebied Pekela-Veendam 6.1 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn 7. Voorlichting 7.1 Gemeentelijke taak 7.2 Communicatie 7.3 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn 8. Uitvoering en organisatie 8.1 Algemeen 8.2 Bestuurlijke regie 8.3 Ambtelijke organisatie 8.4 Financiën 8.5 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn Bijlagen: I Opvangmogelijkheden voor dieren omgeving Pekela (mail dierenbescherming) II Procedure dier in nood III Positieflijst zoogdierenI V Verslag van bijeenkomst dierenwelzijn d.d. 24 juni 2013
2
VOORWOORD
Met trots mag ik u de eerste nota dierenwelzijn van de gemeente Pekela presenteren. Een kadernota die samen met inwoners en andere betrokkenen bij dierenwelzijn inhoud heeft gekregen. De kadernota biedt een overzicht van wat er allemaal gebeurt voor dieren door landelijke wetgeving en lokale inkleuring daarvan. Maar nog belangrijker, het biedt een doorkijkje naar wat we allemaal zouden kunnen doen in Pekela om het welzijn van dieren te verbeteren. En er is nog genoeg te doen. Dieren zijn kwetsbaar en afhankelijk van ons volwassen mensen voor hun veiligheid, verzorging en bescherming. Dieren zijn levende wezens. Daarom verdienen zij net als mensen respect én leefruimte. Dat is jammer genoeg niet altijd vanzelfsprekend. Soms schaft men nog te gemakkelijk een huisdier aan alsof het een ding is, dat je ook zo weer weg doet. Soms zijn dieren het slachtoffer van geweld in huiselijke omstandigheden. Soms heeft een dier nauwelijks leefruimte, zoals in de bio-industrie. Ook in de vrije natuur vergeten we soms het belang van dieren en hun leefbehoeften; met te strak gemaaide oevers, stenen tuinen met nauwelijks nog groen en veel gevaarlijk zwerfvuil in de natuur. Dieren houden van genegenheid, aandacht en ruimte. En omgekeerd bieden dieren ons genegenheid. Huisdieren zijn trouwe bondgenoten, bieden mensen troost en gezelschap. Ze zetten ons aan tot beweging. Van koeien in een weiland genieten we. Ook voor het welzijn van mensen zijn dieren belangrijk. Genoeg reden dus om met deze kadernota dierenwelzijn aan de slag te gaan de komende jaren. Wat mij betreft graag samen met betrokken inwoners van Pekela.
Anneke Duit
3
1. INLEIDING
1.1 Aanleiding De belangstelling voor dieren is de laatste jaren sterk veranderd. Waar vroeger dieren vooral gewaardeerd werden om hun praktische nut en hun economische waarde, gaat de aandacht nu ook uit naar morele en emotionele aspecten. De maatschappelijke betrokkenheid bij het lot van dieren is groot. Ook in Pekela is het onderwerp op de lokale politieke agenda geplaatst. In het collegeprogramma 2010-2014 “voor een veilig, sociaal en duurzaam Pekela” is opgenomen: “Hoofdstuk 2 Veiligheid In een veilige gemeente verdienen ook dieren een veilige plek. Verwaarlozing en mishandeling wordt aangepakt.” 1.2 Visie en regelgeving (algemeen) Visie Deze kadernota Dierenwelzijn is opgesteld vanuit de overtuiging dat dieren een wezenlijk onderdeel zijn van onze gemeentelijke samenleving die allemaal recht hebben op ruimte, zorg en bescherming.
Alle dieren in Pekela verdienen een veilige plek waar ze de nodige zorg en bescherming krijgen. Verwaarlozing en mishandeling wordt aangepakt.
In deze kadernota zullen we vooral die onderdelen van dierenwelzijn beschrijven die onder verantwoordelijkheid van de gemeente vallen. Zo zullen we vooral de gezelschapsdieren (hoofdstuk 3), de in de vrije natuur levende dieren (hoofdstuk 4) en het gebruik van dieren voor vermaak, sport en educatie (hoofdstuk 5) benoemen. Ook zullen we kort ingaan op de landbouwdieren (hoofdstuk 6) waarbij we tevens verwijzen naar de kadernotitie buitengebied Pekela – Veendam. Landelijke Regelgeving In de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren (GWWD) staan algemene regels die voor (door mensen gehouden) dieren gelden, zoals het verbod een dier: onnodig pijn of letsel toe te brengen of zijn gezondheid of welzijn aan te tasten; de nodige verzorging te onthouden; als prijs, beloning of gift uit te reiken. Ook op basis van de GWWD (artikel 36) is iedere burger verplicht hulpbehoevende dieren de nodige zorg te verlenen. Deze bepaling geldt zowel voor gehouden als in het wild levende dieren. Op 1 januari 2013 is de Wet Dieren in werking getreden. Deze wet zal de GWWD (fasegewijs) vervangen en stelt (een beperkt aantal) regels voor gehouden en niet-gehouden dieren. Aanvullend op deze wet kunnen zaken over en voor dieren in Algemene Maatregelen van Bestuur en ministeriële regelingen worden geregeld. De Flora- en faunawet regelt vooral de zorg voor de in- en uitheemse dier- en plantensoorten.
4
De Wet Ruimtelijke Ordening bepaalt welke bevoegdheden en verantwoordelijkheden het rijk, de provincies en de gemeenten hebben op het gebied van ruimtelijke ordening en welke procedures zij moeten hanteren. Hiervoor stellen gemeenten bestemmingsplannen op waarin de bestemming van gronden vastligt en regels worden gesteld over het gebruik van de grond en wat daarop gebouwd is/mag worden. Bestemmingsplannen “raken” het leefgebied en het welzijn van dieren. Voor ontwikkelingen waarvoor een bestemmingsplanprocedure moet worden gestart, wordt vooraf een onderzoek naar flora en fauna gedaan. 1.3 Doelstelling kadernota dierenwelzijn Om uitvoering te geven aan wat in het collegeprogramma 2010-2014 staat, hebben we deze kadernota opgesteld. Meer concreet: beschrijven we wet- en regelgeving m.b.t. dierenwelzijn; geven we inzicht in huidig beleid en voorzieningen; benoemen we mogelijke ideeën voor de gemeente Pekela, ter nadere uitwerking in de komende jaren zowel qua inhoud als benodigde middelen. 1.4 Het proces Vanuit de politieke wens te komen tot een nota dierenwelzijn Pekela is gestart met een inventarisatie van de gemeentelijke betrokkenheid bij dieren binnen de diverse beleidsterreinen. Deze betrokkenheid strekte zich uit: van de opvang van zwerfdieren tot door de gemeente in de APV opgenomen regels, van flora- en faunaonderzoeken bij ruimtelijke ontwikkelingen tot het ophalen en (laten) vernietigen van dode dieren, en van het subsidiëren van een dierenweide/kinderboerderij tot het uitvoeren van gedragscodes bij werkzaamheden waarbij beschermde diersoorten of hun leefgebied worden verstoord of in gevaar komen. Met deze inventarisatie is een eerste aanzet gemaakt voor een kadernota dierenwelzijn voor Pekela. Deze eerste aanzet leverde een concept nota op die vooral geschreven is op de pijlers: gezelschapsdieren; dieren levend in de vrije natuur; dieren die gehouden worden voor vermaak, sport en educatie. Vervolgens is op 24 juni 2013 een bijeenkomst gehouden waarbij met diverse betrokkenen bij dierenwelzijn is gesproken over met name deze pijlers voor ons beleid. Een verslag van deze bijeenkomst is als bijlage bij deze kadernota gevoegd. Met name de thema’s Landschap (dieren levend in de vrije natuur) en Mentaliteit (op de drie hiervoor genoemde pijlers) komen terug in voorliggende kadernota dierenwelzijn. Verschillende ideeën uit deze bijeenkomst zijn verwerkt in deze kadernota. In deze bijeenkomst heeft een aantal aanwezige betrokkenen aangegeven mee te willen praten/denken over dierenwelzijn in Pekela. Dit geeft de enorme betrokkenheid weer en het is goed om van de kennis en affiniteit van deze mensen bij dierenwelzijn in de toekomst gebruik te (blijven) maken, bijvoorbeeld door inzet te vragen in een werkgroep die deze kadernota verder gaat uitwerken samen met de gemeente en professionals. Uiteindelijk heeft de periode na bedoelde bijeenkomst geleid tot voorliggende kadernota dierenwelzijn.
5
2. HUIDIGE VOORZIENINGEN EN BELEID Dierenwelzijnsbeleid is nieuw in de gemeente Pekela. Dat het de gemeente tot op heden ontbrak aan een integraal beleidskader ten aanzien van dierenwelzijn wil niet zeggen dat er geen beleid op dit onderwerp gevoerd wordt. Dit beleid ligt echter versnipperd over verschillende afdelingen. Deze kadernota vormt de eerste aanzet tot een integrale visie op het onderwerp dierenwelzijn. In dit hoofdstuk laten we “in vogelvlucht” zien wat in Pekela wordt gedaan op het gebied van dieren(welzijn). Dieropvang De gemeente is wettelijk verplicht om zwerfdieren 14 dagen op te vangen. Kosten die hiervoor (in deze 14 dagen) worden gemaakt zal de gemeente moeten betalen. Voor de (door mensen) gehouden dieren zal de gemeente niet alleen het transport maar bovendien de opvang en verzorging in de eerste twee weken moeten betalen. Het transport is in handen bij de dierenambulance en het dierenasiel in Winschoten vangt met name de katten en honden uit Pekela op. Voor andere dieren zijn opvangmogelijkheden elders (bijlage I). Voor de niet gehouden dieren blijft het voor de gemeente bij de kosten van transport. Om een indruk te geven van het aantal gevonden zwerfdieren in Pekela onderstaand overzicht uit 2010. Uit dit overzicht valt met name het hoge aantal katten op dat opgevangen wordt en daarnaast het aantal vogels waarbij de gemeente alleen verantwoordelijk is voor het transport.
Gehouden dieren (2010): Katten Honden Kippen Konijnen
74 6 1 6
Totaal
87
Niet gehouden dieren (2010): Reeën Vogels Overig wild
3 86 7
Totaal
96
Totaal
183
6
Algemene Plaatselijke Verordening Geregeld is dat: Honden niet los mogen lopen op openbare plaatsen én niet mogen lopen (aangelijnd of los) op door het college aangewezen andere plaatsen. Bovendien moet van honden op openbare plaatsen de eigenaar van de hond te identificeren zijn. Uitzondering hierop zijn de geleide- of hulphonden. Een eigenaar van honden ervoor moet zorgen dat uitwerpselen opgeruimd moeten worden binnen de bebouwde kom. De gemeente aan een eigenaar van honden bekend kan maken dat zijn/haar honden gevaarlijk zijn en daarom (slechts) hetzij kort aangelijnd danwel gemuilkorfd op een openbare plaats mogen lopen. De gemeente regels kan stellen m.b.t. het houden van “hinderlijke of schadelijke dieren” en het houden hiervan op aangewezen plaatsen. Vee dat zich bevindt in een weiland aan een weg die weg niet moet kunnen bereiken. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de eigenaar van het vee. Milieubeleid In Pekela is milieubeleid ontwikkeld en in 2013 vastgesteld waarin vier speerpunten zijn benoemd: energie: CO2-neutraal, de ultieme uitdaging; afval, een grondstof; een letterlijk groene omgeving; het goede voorbeeld door de gemeente zelf. Alle overige milieutaken op het gebied van bodem, water, lucht, geur, geluid en externe veiligheid komen kort aan de orde in het milieubeleidsplan. Groenbeheer en Ruimtelijke Ontwikkeling In de gemeente is in een gedragscode vastgelegd hoe om te gaan met flora en fauna op het gebied van groenbeheer en Ruimtelijke Ontwikkeling. Dier in nood Sinds 2010 heeft Pekela de procedure “dier in nood”. Met deze procedure wordt vooral: aan inwoners van Pekela duidelijkheid gegeven over hulpverlening en dienstverlening door de brandweer; bij inwoners van Pekela (maar ook bij de brandweer en/of de gemeentelijk bestuurder) eventuele onvrede weggenomen over de rol van de brandweer bij dieren in nood. De procedure voegen we als bijlage toe aan deze kadernota (bijlage II) Ook is het mogelijk meldingen te doen via het landelijke initiatief “144 Red een dier”. In paragraaf 3.2 komt dit initiatief nog terug. Dierenweides In de gemeente Pekela is één dierenweide (Nieuwe Pekela). Deze dierenweide is in beheer bij de Stichting Dierenweide Nieuwe Pekela. Een kinderboerderij is in ontwikkeling in Oude Pekela bij de Stichting Kinderboerderij Pekela.
7
3. GEZELSCHAPSDIEREN In dit hoofdstuk gaan we in op het welzijn van gezelschapsdieren: dieren die worden gehouden om gezelschap te houden en/of uit liefhebberij (de “hobbydieren”). Veel inwoners van de gemeente Pekela hebben één of meer gezelschapsdieren. Dit kan als positief worden gezien omdat het houden van een huisdier goed kan zijn voor het welzijn van mensen. Niet alleen omdat het fijn is om genegenheid te kunnen delen maar ook omdat bezitters van huisdieren in veel gevallen een actiever leven leiden. Daarnaast hebben huisdieren een positieve invloed op de ontwikkeling van kinderen: zij ontwikkelen gemakkelijker sociale vaardigheden en leren omgaan met verantwoordelijkheden. Ook bevorderen huisdieren de contacten tussen mensen onderling waardoor eenzaamheid en depressie verminderd kunnen worden. Kortom, in algemene zin kan het houden van huisdieren bijdragen aan het welzijn van mensen. Aan de andere kant hebben dieren ook van zichzelf als levend wezen bestaansrecht. Zij zijn echter voor hun veiligheid en verzorging afhankelijk van mensen. Door hun afhankelijkheid zijn zij tevens kwetsbaar. Verwaarlozing en mishandeling zijn risico’s waaraan ook dieren in onze gemeente zijn blootgesteld. Huiselijk geweld en dierenmishandeling Onderzoek heeft aangetoond dat er verbanden zijn tussen huiselijk geweld en dierenmishandeling/-verwaarlozing: “Waar dieren worden mishandeld lopen mensen gevaar en waar mensen worden mishandeld lopen dieren gevaar”. Uit onderzoeken blijkt dat in gezinnen waar sprake is van huiselijk geweld, dit geweld zich niet alleen richt op mensen maar ook op dieren binnen deze gezinnen. Daarnaast is geconstateerd dat de helft van de vrouwen die wegens mishandeling in een opvangcentrum verblijven, hun “vlucht” vaker hebben uitgesteld omdat zij bezorgd waren over de veiligheid van hun huisdier. Kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld, mishandelen vaker dieren dan kinderen die geen huiselijk geweld meemaken. Tenslotte komt het voor dat partners of kinderen worden gechanteerd door een huisdier te bedreigen om op die manier hen tot bv. zwijgen te dwingen. In 2013 zijn we gestart met een pilot om de zorgketens huiselijk geweld en de zorgketens dierenmishandeling op elkaar af te stemmen. Deze pilot, die in gezamenlijkheid wordt uitgevoerd door “Het Kopland” (voorheen Stichting Huis en Toevluchtsoord) en de gemeente, loopt door in 2014. Met de pilot streven we naar bewustwording en signalering vanuit beide zorgketens en naar uitwisseling van meldingen en signalen over en weer. Daarnaast willen we met de pilot de bewustwording van de inwoners van Pekela rondom de verantwoordelijkheid voor dieren(welzijn) vergroten. De gemeente Pekela heeft aan deze pilot een eenmalige bijdrage van € 6.000,-- gedaan (ca. 20% van de totale kosten van de pilot). 3.1 Regelgeving In paragraaf 1.2 hebben we al iets gezegd over de regelgeving (in algemene zin). Hier zullen we nog iets verder ingaan op deze regelgeving en dit, waar mogelijk, wat meer toeschrijven naar de gezelschapsdieren. Hierbij zullen we onderscheid maken tussen landelijke en gemeentelijke regelgeving.
8
Landelijke regelgeving De Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren (GWWD) is een kaderwet die regels omvat voor de gezondheid en het welzijn van gezelschapsdieren, landbouwdieren en exotische dieren. Naast de taken die hierin geregeld zijn voor de burgemeester op bv. het gebied van agressieve dieren, is in deze wet een algemene zorgplicht voor dieren in nood opgenomen. Deze zorgplicht houdt in dat iedereen verplicht is om aan gewonde dieren of dieren in nood hulp te bieden als dat redelijkerwijs mogelijk en zinvol is. Op 1 januari 2013 is de Wet Dieren in werking getreden. De wet is een raamwet waardoor deze wet zelf een beperkt aantal regels stelt en daarnaast de mogelijkheid biedt om allerlei zaken over en voor dieren te regelen in bv. Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB’s). De dierenbescherming is nauw betrokken geweest bij de totstandkoming van deze nieuwe wet en houdt uiteraard de vinger aan de pols bij de verdere invulling ervan. O.a. de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (GWWD) zal met de Wet Dieren fasegewijs komen te vervallen. Over dierenmishandeling is o.a. in de Wet Dieren opgenomen: Het is verboden om zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, bij een dier pijn of letsel te veroorzaken danwel de gezondheid of het welzijn van het dier te benadelen. Een ieder verleent een hulpbehoevend dier de nodige zorg. Het Honden- en Kattenbesluit (HKB), een Algemene Maatregel van Bestuur gebaseerd op de GWWD, regelt de kennis van de dieren en vakbekwaamheid die iemand moet hebben voor de bedrijfsvoering van bv. een dierenwinkel of een dierenpension maar ook voor de bedrijfsmatige fokker. Het rijk verleent hiervoor de vergunningen. Tenslotte is de opvang van gevonden dieren en de verplichting voor gemeenten hierin geregeld in het Burgerlijk Wetboek. Op deze opvang zullen we in paragraaf 3.3 terugkomen. Gemeentelijke regelgeving In de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Pekela zijn regels opgenomen ten aanzien van loslopende honden, verontreiniging door honden, gevaarlijke honden, het houden van hinderlijke of schadelijke dieren en loslopend vee. Over het welzijn van dieren is in de APV niets geregeld. 3.2 Het houden van gezelschapsdieren Omgang met gezelschapsdieren Mensen schaffen soms gemakkelijk een dier aan zonder zich te realiseren welke verplichtingen dit ook met zich meebrengt. “Het is toch leuk om je zoon of dochter blij te maken met een konijntje of een cavia?” Niet zelden blijkt het cadeautje dan een speeltje te worden voor het kind; het welzijn van het dier staat niet meer voorop. Of het cadeautje is na een paar weken niet meer leuk en wordt afgedankt. Bij het verzorgen van een huisdier komt veel kijken. Soms onderschatten mensen dit waardoor een huisdier wordt verwaarloosd of zelfs mishandeld. Iedereen die getuige is van een dier in nood (zowel door verwaarlozing, mishandeling als door een ongeval) kan dit altijd melden via het centrale nummer: 144. Het nummer dat zeven dagen per week, 24 uur per dag bereikbaar is tegen lokaal tarief. Afhankelijk van de melding wordt bv. de politie of de Dierenbescherming ingeschakeld. Overigens is de Dierenbescherming niet slechts de organisatie waar meldingen kunnen worden gedaan maar is de Dierenbescherming ook beschikbaar voor het geven van informatie en/of advies.
9
Ook kunnen (aanstaande) dierenbezitters bij een dierenarts advies krijgen over de verzorging van hun huisdier. En voor het kiezen van een geschikt huisdier dat past bij de gezinssituatie kan men informatie inwinnen bij de verschillende instanties. Tenslotte kan iedereen de website van het Landelijke Informatie Centrum Gezelschapsdieren (LICG) raadplegen. Hierop zijn o.a. “huisdierenbijsluiters” te vinden. Positieflijst zoogdieren In juni 2013 is de “positieflijst zoogdieren” door de staatssecretaris van Economische Zaken gepresenteerd aan de Tweede Kamer. Op deze lijst staan de zoogdieren die de overheid geschikt vindt om als huisdier te houden. Dieren die niet op deze lijst staan, mogen om reden van gezondheid en welzijn vanaf 2014 niet meer worden gehouden. Op het moment van schrijven van de kadernota dierenwelzijn moet de Tweede Kamer nog instemmen met het voorstel tot vaststelling van de lijst. De “positieflijst zoogdieren” voegen we toe als bijlage bij de kadernota dierenwelzijn (bijlage III). Agressieve honden In de Algemene Plaatselijke Verordening is beschreven welke maatregelen de gemeente treft bij overlast door agressieve honden. Hondenbelasting De Gemeentewet biedt gemeenten de mogelijkheid om hondenbelasting te heffen. De opbrengst van deze belasting kan door de gemeente worden gebruikt voor bv. de aanleg van voorzieningen en /of de bestrijding van overlast door hondenpoep. De gemeente is niet verplicht om de hondenbelasting als bestemmingsheffing te beschouwen, wat in Pekela dan ook niet het geval is. Een gemeente kan geen belasting op andere dieren dan honden instellen. 3.3 Opvang gevonden gezelschapsdieren/zwerfdieren De gemeente is verplicht een gevonden gezelschapsdier/zwerfdier minimaal twee weken op te vangen en te verzorgen. Hiervoor wordt de dierenambulance ingezet die zwerfhonden en –katten naar het asiel in Winschoten brengt. Gelet op de verplichting die de gemeente hierin heeft, draagt de gemeente hiervoor de kosten. De vinder van het dier is verplicht hiervan zo snel mogelijk aangifte te doen bij de politie. Daaropvolgend is de gemeente verplicht (Burgerlijk Wetboek) het gevonden dier twee weken op te (laten) vangen en te (laten) verzorgen. Deze twee weken geven de eigenaar de kans het dier terug te halen. Als de eigenaar zich niet binnen twee weken meldt, is de gemeente bevoegd het dier aan een ander te verkopen of te geven. De opvangplicht van de gemeente is niet beperkt tot de opvang van honden en katten maar geldt voor alle dieren die vermoedelijk een eigenaar hebben (gehad). Honden en katten Het dierenasiel in Winschoten voert voor de gemeente Pekela de opvangplicht voor gevonden honden en katten uit. Het asiel ontvangt voor de uitvoering van deze taak op declaratiebasis een vergoeding voor de gemaakte onkosten zodat de dieren kunnen rekenen op een goede verzorging en er, zo nodig, een geschikt nieuw onderkomen kan worden gezocht. Overige gezelschapsdieren Overige gevonden gezelschapsdieren zoals knaagdieren en vogels worden door de dierenambulance naar specialistische opvangcentra in de buurt gebracht.
10
Dierenbescherming Groningen heeft een deel van deze opvangcentra in kaart. Voor Pekela hebben we de relevante opvangcentra als bijlage bij deze kadernota gevoegd (bijlage IV). Voor landbouw(huis)dieren zoals pony’s en paarden, zou de gemeente zelf moeten zorgen voor een tijdelijke opvang. Zo zou de gemeente bijvoorbeeld een afspraak kunnen maken met een plaatselijke boer/manege. In Pekela wordt momenteel per situatie gekeken naar een opvangmogelijkheid. Inwoners die hun huisdier kwijt zijn, kunnen contact opnemen met het dierenasiel in Winschoten maar zij kunnen ook een melding doen op de website van Amivedi, de landelijke vrijwilligersorganisatie die zorgt voor een kosteloze registratie van vermiste en gevonden huisdieren in Nederland. Uit de bijeenkomst met inwoners en andere betrokkenen is gebleken dat de opvangmogelijkheden voor huisdieren uitgebreid zouden mogen worden, met name voor groepen die door omstandigheden zelf niet meer voor hun huisdier kunnen zorgen: ouderen, verslaafden en slachtoffers huiselijk geweld. Dan wel de mogelijkheid willen en kunnen scheppen van een woonsituatie, bijvoorbeeld door ouderen waar huisdieren welkom zijn. Het chippen van gezelschapsdieren Veel dieren komen onnodig in een asiel terecht omdat de eigenaar op dat moment niet achterhaald kan worden. Dit is vervelend voor het dier en de eigenaar. Ook brengt dit onnodige kosten met zich mee (voor het uitrijden van de Dierenambulance en de opvang en verzorging in het asiel). Met het chippen van deze dieren kunnen eigenaren van dieren snel worden achterhaald. Zowel dierenartsen als de dierenambulance en het dierenasiel zijn in het bezit van een chipreader om de chip af te kunnen lezen. Iedere pup die na 1 april 2013 is geboren moet gechipt zijn voor hij 7 weken oud is en geregistreerd worden bij een aangewezen databank voor hij 8 weken oud is. Maar honden vormen niet de grootste groep zwerfdieren. Het zijn vaak katten (kittens) die in de asiels terechtkomen en daar dan ook vaak geruime tijd verblijven. Het laten steriliseren van katten zou in ieder geval het aantal kittens terug kunnen brengen. Hoewel het chippen van katten geen verplichting is, zou het ook voor deze dieren goed zijn als ze gechipt zouden zijn. Het laten chippen en steriliseren is de verantwoordelijkheid van de eigenaren. De gemeente kan in communicatief opzicht een bijdrage leveren door de inwoners bewust(er) te maken van de voordelen van het laten chippen en steriliseren van hun huisdieren. 3.4 Gewonde en dode gezelschapsdieren Gewonde gezelschapsdieren Voor het vervoer van gewonde (zwerf-)dieren wordt een beroep gedaan op de dierenambulance. Op declaratiebasis betaalt de gemeente voor het uitvoeren van deze ritten. Dode dieren Voor de afvoer van dode dieren kan een beroep worden gedaan op de gemeente (kadaverafvoer) of op de dierenarts. De gemeente heeft geen chip-uitlezer. Begraven/cremeren Voor dierenbezitters van wie het huisdier is overleden, zijn er 3 mogelijkheden: 1. In de eigen tuin begraven (wanneer het gaat om kleine dieren tot 10 kg); 2. (Laten) afvoeren naar een destructiebedrijf; 3. Laten cremeren.
11
Het, op welke wijze dan ook, afscheid nemen van een huisdier is de verantwoordelijkheid van de dierenbezitter. 3.5 Positie van dieren bij rampenbestrijding Zowel mensen als dieren die slachtoffer worden van een ramp kunnen opvang en verzorging nodig hebben. Deze opvang en verzorging kennen een basis in de Wet Rampen en Zware ongevallen (WrZo). Bij incidenten kan het hoofd actieteam Opvang en Verzorgen het opvangen van huisdieren opdragen aan de Dierenbescherming Groningen. 3.6. Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn Met de kadernota dierenwelzijn Pekela bepalen we de richting voor de uitvoering in de komende jaren. Om deze richting concreet te houden/maken, hebben we een aantal mogelijke ideeën benoemd. Ideeën: Waar mogelijk, initiatieven ondersteunen die leiden tot het vergroten van dierenwelzijn. Structureel inzetten op het verminderen van dierenmishandeling bij huiselijk geweld onder andere via een vervolg op de pilot. Voorlichten van inwoners over hun rol bij het vergroten van dierenwelzijn in Pekela. Vergroten van bewustzijn omtrent de zorgplicht voor dieren in nood en gewonde dieren. Vergroten van voorlichting omtrent de aanschaf en verzorging van dieren. Verlagen van de drempel om contact te leggen met de dierenbescherming voor informatie en advies. Voorlichting geven over - en het stimuleren van het chippen van huisdieren. Uitzoeken van de mogelijkheden voor het laagdrempelig maken van het castreren/steriliseren van katten voor minima in samenwerking met dierenartsenpraktijken. Uitzoeken van de mogelijkheden voor de Voedselbank voor gezelschapsdieren. Netwerk opzetten voor gastgezinnen voor de tijdelijke opvang van huisdieren. Netwerk opzetten voor het uitlaten van honden. Stimuleren van meer aandacht geven aan dieren door het primair onderwijs.
12
4. IN DE VRIJE NATUUR LEVENDE DIEREN 4.1 Regelgeving Sinds 2002 is de Flora- en faunawet van kracht. Deze wet gaat uit van het beschermingsprincipe. Planten en dieren zijn beschermd tenzij…… Dit betekent dat iedereen een zorgplicht heeft voor de in Nederland in het wild levende planten en dieren en voor hun directe leefomgeving. Het belangrijkste onderdeel van de Flora- en faunawet is het verbieden van handelingen die het voortbestaan van planten- en diersoorten in gevaar kunnen brengen. Om werkzaamheden te kunnen uitvoeren waarbij beschermde soorten of hun leefgebied worden verstoord of in gevaar komen, is ontheffing van de bepalingen in de wet nodig. Voor deze bepalingen is een gedragscode gemaakt. De gedragscode kan worden ingezet om tijdig rekening te houden met natuur in de planvorming en om het “aantoonbaar zorgvuldig handelen” vorm te geven, zoals de Flora- en faunawet dit van iedereen vraagt. Wanneer gedragscodes worden toegepast en nageleefd is in principe alleen nog een ontheffing nodig als er bij een ruimtelijke ontwikkeling zwaar beschermde soorten voorkomen en deze door de werkzaamheden negatief worden beïnvloed. 4.2 In het wild levende zoogdieren In de afgelopen jaren zijn voor het digitale project Zoogdieratlas.nl de zoogdieren per provincie geïnventariseerd; een initiatief van de zoogdiervereniging. Kennis, weten waar welke zoogdieren zitten, is de basis van een goede bescherming van zoogdieren. Een goed overzicht van actuele gegevens is van belang voor natuurbeschermingsorganisaties en overheden die er hun beheer en beleid op kunnen baseren. 4.3 Gewonde dieren De opvang (en verzorging) van gewonde dieren uit de vrije natuur is geen specifiek gemeentelijke taak. De opvang van deze dieren valt onder de algemene zorgplicht uit de Flora- en Faunawet. Deze zorgplicht geldt voor een ieder die een gewond dier vindt. Hij/zij zou het gevonden dier dan ook zelf naar een dierenarts/opvangcentrum kunnen/mogen brengen. Ook zou de vinder de dierenambulance kunnen vragen het dier zo nodig medisch te behandelen en/of te brengen naar een opvangcentrum. Voor het vervoer van deze dieren draagt de gemeente financieel bij aan de dierenambulance (zie Hoofdstuk 2). Voor de verzorging in de opvangcentra hoeft de gemeente geen financiële bijdrage te doen omdat de opvang en verzorging van deze dieren geen wettelijke taak is. 4.4 Dode dieren Verkeersslachtoffers Langs provinciale wegen gevonden dieren vallen onder verantwoordelijkheid van de provincie. Dode dieren die langs gemeentelijke wegen worden gevonden, vallen onder de verantwoordelijkheid van de gemeente. Botulisme In langdurig warme zomers met weinig neerslag komt in ondiep water nogal eens botulisme voor. Botulisme is een vergiftiging die onder andere bij watervogels en vissen voorkomt en die wordt veroorzaakt door opname van voedsel en water waarin de bacterie Clostridium
13
botulinum aanwezig is. Botulismeslachtoffers zijn te herkennen aan verlammingsverschijnselen aan de vleugels en de kop. Belangrijk bij de bestrijding van botulisme is de opruiming van vogelkadavers. Hierdoor neemt de kans op nieuwe sterftegevallen onder watervogels af en de omvang van de botulisme-uitbraak wordt er door beperkt. Afvoer vindt plaats naar een door de gemeente aangewezen verzamelplaats of destructiebedrijf. Het gevaar voor mensen is overigens niet de aanwezigheid van de bacterie die het zenuwstelsel van vogels en vissen aantast, maar besmetting door allerlei bacteriën die voorkomen in de rottende kadavers. Mocht in een van de wateren in de gemeente botulisme voorkomen, is het goed dat de gemeente hierover naar haar inwoners communiceert (bijvoorbeeld door middel van haar website en/of het plaatsen van een persbericht). 4.5 Overlast door in de vrije natuur levende dieren In Nederland wordt een aantal kleine zoogdieren bestreden omdat ze als schadelijk en/of hinderlijk worden aangemerkt. Het gaat om de mol, de bever- en woelrat, de bruine- en de zwarte (huisrat), de huismuis, de veldmuis en de bosmuis. Pekela heeft geen eigen bestrijdingsdienst. 4.6 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn Voor in de vrije natuur levende dieren hebben we de volgende mogelijke ideeën voor de komende jaren benoemd. Ideeën:: Uitvoeren van de gedragscodes bij werkzaamheden waarbij beschermde diersoorten of hun leefgebied worden verstoord of in gevaar komen. Meldpunt ontwikkelen voor inwoners voor bijzondere plaatsen voor dieren binnen de gemeente. Activiteiten ontwikkelen voor het verminderen van bijensterfte. Mogelijkheden van het gemeentelijk groenbeleid in beeld brengen en waar mogelijk realiseren in het kader van de leefomstandigheden van dieren in het wild. Denk aan bijvoorbeeld: natuurlijk groen en natuurlijk groenbeheer, voedselrijke beplanting, maaibeleid bermen aanpassen, natuurlijke oevers creëren. Braakliggende velden beschermen. Voorlichting en bewustwording omtrent het gevaar van zwerfvuil voor dieren. Mogelijkheid van wakteams (openhouden van wakken) uitzoeken in de winterperiode.
14
5. HET HOUDEN VAN DIEREN VOOR VERMAAK, SPORT EN EDUCATIE 5.1 Regelgeving Evenementen met dieren kunnen niet zomaar worden gehouden. In de eerste plaats gelden de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren (GWWD) en de Wet Dieren. Deze wetten bepalen dat de mogelijkheden om dieren te gebruiken bij evenementen beperkt zijn. Daarnaast is voor het houden van dergelijke evenementen vrijwel altijd op grond van de APV een vergunning nodig die wordt afgegeven door de gemeente. 5.2 Vermaak De gemeente kan bij de behandeling van een vergunningaanvraag voor een evenement voorwaarden stellen aan de te verlenen vergunning, te weten: De veiligheid en het welzijn van de dieren moet gegarandeerd zijn; De dieren moeten een veilig onderkomen hebben. Degene aan wie de vergunning wordt verleend zal hiermee nadrukkelijk op deze voorwaarden worden gewezen. 5.3 Sport In Pekela zijn verschillende verenigingen actief die zich bezighouden - of op enige manier te maken hebben met dieren zoals: Pekelder Windhonden Renclub Politiehondenvereniging De Toekomst Postduivenvereniging De Luchtbode Vereniging vogelliefhebbers De Goudvink Vogelvereniging Nieuwe Pekela Hengelsportvereniging Aan de Waterkant Hengelsportvereniging De Beurs Hengelsportvereniging De Centrale Manegevereniging NIOP Hengelsport Rond de hengelsport bestaat negatieve beeldvorming. Het komt namelijk voor dat vissen een haakje inslikken, zij bij het weghalen van het haakje onnodig worden beschadigd, dat leefnetten onjuist worden gebruikt, enz. Soms laten sportvissers rommel achter, beschadigen de begroeiing of veroorzaken op een andere wijze overlast. Vaak is dit het gevolg van onwetendheid en ligt dat meestal niet aan het sportvissen en/of de sportvisser in het algemeen. De georganiseerde hengelsport kan hierin een rol spelen door middel van voorlichting aan de sportvissers. Bewustwording van groot en klein van de waarde van de natuur en het respect voor levende wezens zoals de vissen, is hierin de kern. 5.4 Educatie In Pekela bevindt zich een dierenweide (Nieuwe Pekela). Op de dierenweide worden mensen (maar vooral kinderen) in contact gebracht met dieren. Ook dit is een vorm van natuurbeleving waarbij begrip en respect voor dieren kan worden aangeleerd. De dieren die verblijven op de dierenweide zijn divers. Zo vinden we er varkens, konijnen, kippen, damherten, mini-schapen, geiten, pauwen, kalkoenen, eenden, ganzen, parelhoenders én een volière met diverse vogelsoorten.
15
Van de gemeente ontvangt de dierenweide Nieuwe Pekela een jaarlijkse subsidie van € 5.000,--. Naast de dierenweide in Nieuwe Pekela is een kinderboerderij in oprichting in Oude Pekela. De Stichting Kinderboerderij, welzijnsorganisatie De Badde, Stichting NOVO en de gemeente werken hierin samen. Aan de inwoners van Pekela wordt zowel de mogelijkheid tot recreëren als voor (een deel van) de inwoners een zinvolle dagbesteding geboden. De kinderboerderij zal in 2014 worden geopend en zal bestaan uit 3 stalvoorzieningen en schuilplaatsen, een volière, weidegrond met voorzieningen voor dieren en een theehuis met workshopruimte plus een werkhuis educatief centrum voor bezoekers. Op de kinderboerderij staat het zorgaspect centraal: dagbesteding wordt geboden aan mensen met een handicap, jongeren met minder kansen op de arbeidsmarkt en aan mensen die via vrijwilligerswerk (weer) naar regulier werk kunnen worden toegeleid. Ook de kinderboerderij in Oude Pekela ontvangt van de gemeente een jaarlijkse subsidie van € 5.000,--. Op dit moment heeft de gemeente geen bemoeienis met het welzijn van de dieren op de dierenweide en de kinderboerderij. Het is te overwegen om bv. een scan (0-meting) te laten doen op de dierenweide en (na realisering) de kinderboerderij door de Gezondheidsdienst voor dieren te laten controleren. Mogelijk leidt dit tot geen enkel actiepunt; mochten hier echter aanbevelingen uit voortkomen kunnen verdere keuzes gemaakt worden. 5.5 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn Voor het houden van dieren voor vermaak, sport en educatie hebben we de volgende mogelijke ideeën voor de komende jaren benoemd: Ideeën: Waar mogelijk, ondersteunen van initiatieven die leiden tot het vergroten van het welzijn van dieren die gehouden worden voor vermaak, sport en educatie. Samen met de hengelsport voorlichting geven over de juiste behandeling van vissen. Bewustwording vergroten over de effecten van het gebruik van ballonnen bij dieren. Een maatschappelijk discussie voeren over de tijdstippen voor het afsteken van vuurwerk. Een scan (0-meting) uitvoeren bij de dierenweides. De natuur en milieu educatie verbreden met het thema dieren. Voorwaarden bij de vergunningverlening voor evenementen met dieren formuleren met betrekking tot veiligheid, verzorging, onderkomen en dierenwelzijn.
16
6. HET HOUDEN VAN LANDBOUWDIEREN 6.1 De kadernotitie Buitengebied Pekela-Veendam Landbouwdieren worden in de landbouw gehouden met economisch oogmerk, meestal voor productie. Het CBS werkt met een onderscheid in graasdieren en hokdieren, Ook wel grondgebonden en niet-grondgebonden agrarische bedrijven genoemd. Onder graasdieren vallen paarden en pony’s, rundvee, schapen en geiten. Onder hokdieren vallen varkens, diverse soorten pluimvee, konijnen en pelsdieren. Het houden van paarden als hobby is een specifieke categorie en vereist een andere benadering. Voor het ruimtelijke beleid met betrekking tot het houden van dieren maken we een verwijzing naar de geldende bestemmingsplannen, waarin de bestemming van gronden, de bouwregels en de gebruiksregels van gronden, gebouwen en bouwwerken zijn vastgelegd. Omdat met name voor het buitengebied verouderde bestemmingsplannen van kracht zijn, is een actualisering in voorbereiding genomen. In de kadernotitie Buitengebied Pekela-Veendam zijn de beleidsuitgangspunten voor het op te stellen nieuwe bestemmingsplan buitengebied van Pekela en Veendam vastgelegd aan de hand van de functies, die aanwezig zijn in dit gebied. Deze uitgangspunten vormen de basis voor de regelingen die in het te actualiseren bestemmingsplan worden opgenomen. De kadernotitie is in de raad van 17 december 2013 vastgesteld. Voor deze kadernota dierenwelzijn zijn met name de uitgangspunten met betrekking tot landbouwdieren van belang. Enkele uitgangspunten in de kadernotitie zijn: Geen nieuwe vestigingen van intensieve veehouderij mogelijk. Voor de bestaande intensieve veehouderijen in Pekela is er geen uitbreidingsruimte mogelijk tenzij deze noodzakelijk of gewenst is voor het verbeteren van het dierenwelzijn. Het aantal vergunde dieren in de bestaande intensieve veehouderijen mag niet toenemen. In het bestemmingsplan buitengebied zal voor agrarische bedrijven de toegestane oppervlakte van het bouwvlak bij uitbreiding en bij nieuwvestiging max. 2 hectare bedragen. Voor hobbyboeren en voor het hobby-matig houden van paarden worden in het bestemmingsplan geen specifiek regels opgenomen. Deze categorieën vallen voor wat betreft het ruimte beslag van de bijgebouwen onder de regelingen van bijgebouwen bij woningen of mogen de bestaande bebouwing van de voormalig agrarische bedrijven benutten. Of moeten passen binnen de agrarische bestemming. Voor paardenhouderijen wordt voor het ruimtebeslag van de gronden, waaronder rijbakken een nadere uitwerking in beleidsregels voorbereid. Schuilstallen mogen alleen binnen het bouwvlak.
17
6.2 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn Voor het houden van landbouwdieren hebben we de volgende mogelijke ideeën voor de komende jaren benoemd: Ideeën: Vanuit het aspect dierenwelzijn de uitwerking van het bestemmingsplan buitengebied kritisch volgen. Het belang van dierenwelzijn zo veel als mogelijk uitdragen. In gesprek gaan met bedrijven met landbouwdieren, hobby boeren en paardenhouderijen over het thema dierenwelzijn. De mogelijkheden voor opvanglocaties voor tijdelijk onderkomen van dieren onderzoeken.
18
7. VOORLICHTING Dierenwelzijn gaat over de kwaliteit van het leven van een dier. Elk dier dat niet in zijn natuurlijke omgeving leeft, probeert zich aan te passen aan zijn leefomgeving. Een dier voelt zich het best in een omgeving waarin hij zijn natuurlijke gedrag kan vertonen en waar het niet geconfronteerd wordt met stress, pijn en/of angst. Door middel van goede voorlichting kan de gemeente een bijdrage leveren aan het welzijn van de dieren in Pekela. 7.1 Gemeentelijke taak Niet iedere inwoner groeit automatisch dichtbij de natuur op en leert daardoor niet als vanzelfsprekend om te gaan met dieren. Als gemeente kunnen we een bijdrage leveren aan bewustwording van de inwoners op het gebied van dierenwelzijn met als uiteindelijke doel het bevorderen van de balans tussen mens en dier. Het hebben en uitdragen van dierenwelzijnsbeleid is een belangrijk instrument hiervoor. 7.2 Communicatie Na besluitvorming in de gemeenteraad: zal een persbericht worden gepubliceerd. zal de kadernota “dierenwelzijn Pekela” op de gemeentelijke website worden geplaatst. zullen de komende jaren geformuleerde ideeën worden onderzocht en voorstellen worden gemaakt ter nadere uitwerking van de ideeën, inclusief de daarvoor benodigde middelen. Ook zal in een communicatieplan worden beschreven op welke wijze inwoners een rol kunnen spelen bij het (mogelijk) vergroten van het welzijn van de dieren in de gemeente Pekela. Te denken valt bv. aan: waar informatie te verkrijgen vóór de aanschaf van een huisdier, en/of wat te doen bij een gevonden (huis-)dier. 7.3 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn Op het gebied van voorlichting hebben we de volgende mogelijke ideeën voor de komende jaren benoemd. Ideeën: Publiceren van de kadernota dierenwelzijn Pekela. Schrijven van een communicatieplan over de rol van de inwoners van Pekela bij het (mogelijk) vergroten van het welzijn van dieren in de vorm van een voorlichting en bewustwordingscampagne. Samenstellen van een werkgroep met vrijwilligers en professionals voor een nadere uitwerking van de ideeën op basis van realiseerbaarheid en uitvoerbaarheid.
19
8. UITVOERING EN ORGANISATIE 8.1 Algemeen De kadernota dierenwelzijn Pekela geldt voor onbepaalde tijd. Het is echter wel van belang dat nieuwe ontwikkelingen worden gevolgd en dat het verloop van het beleid wordt geëvalueerd, om zo nodig op veranderingen te kunnen inspelen. Als hiertoe aanleiding is, zal de kadernota dierenwelzijn worden geactualiseerd. 8.2 Bestuurlijke regie Dierenwelzijn heeft raakvlakken met diverse gemeentelijke beleidsterreinen. Binnen die beleidsterreinen (sport, recreatie, educatie, openbare orde en veiligheid, beheer/inrichting van openbare ruimte) zal dan ook rekening gehouden moeten worden met dierenwelzijn. De bestuurlijke regie is ondergebracht bij de portefeuillehouder die dierenwelzijn in zijn/haar portefeuille heeft. 8.3 Ambtelijke organisatie Voor een goede communicatie en afstemming over dierenwelzijn zullen medewerkers op de diverse beleidsterreinen, bij de voorbereiding van besluiten waar (op enige wijze) het welzijn van dieren een rol speelt, hierover moeten communiceren met de portefeuillehouder dierenwelzijn. Het is wenselijk ook de ambtelijke medewerker dierenwelzijn te informeren. 8.4 Financiën Zoals gezegd in paragraaf 1.3 staan in deze nota diverse ideeën benoemd die wij de komende jaren gaan onderzoeken op haalbaarheid / realisatie inclusief benodigde middelen. Voor eventuele (voorbereidings-)kosten daarvan is een budget noodzakelijk ter grootte van € 15.000,--. Dekking hiervan vindt plaats binnen de nog beschikbare middelen uit het Gebiedsprogramma. 8.5 Ideeën nieuw beleid dierenwelzijn Op het gebied van uitvoering en organisatie hebben we de volgende mogelijke ideeën voor de komende jaren benoemd. Ideeën: Binnen de relevante beleidsterreinen rekening houden met het welzijn van dieren; De ambtelijke medewerker dierenwelzijn te informeren over besluitvorming op bedoelde relevante beleidsterreinen. Binnen het budget van € 15.000,-- ideeën te onderzoeken en voorstellen te maken ter nadere uitwerking ervan.
20