1
a
2
INHOUDSOPGAVE Colofon De OPvoeding is het magazine van de afdeling Pedagogische en Onderwijskundige Wetenschappen en de Lerarenopleiding aan de Universiteit van Amsterdam
POWL
4
Voorwoord
5
Nieuw redactielid ontmoet oud redactielid
6
Ver weg
8
Oud studenten
10
Column OC
11
Academische wereld
12
Exclusief interview met Monique Volman
Hoofdredactie Silke de Klerk
14
Column FSR
Eindredactie Silke de Klerk Edwin Buijs
COMENIUS
Jaargang 5, nummer 2 MEI 2011 Oplage 700 Contactgegevens redactie Comenius t.a.v. Redactie OPvoeding Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam
[email protected]
Vormgeving Tugba Gedik Lisa de Jong
16
Opmerkelijk nieuws
18
Interviews studenten
Redactie Suzan van Alphen Annemarie Blokland Edwin Buijs Rico Klaassen Bos Heleen van der Horst Janneke Mattijsen Anita Ranzijn Nikki Weenink Eva Westenberg
20
Goed boek
21
Lustrum & geschiedenis Comenius
22
Nostalgische redactiemiddag
24
Met Comenius naar Londen
26
United Colours
27
Prijsvraag
28
Prikbord
Aan deze uitgave werkten mee: Anne Formsma Karsten van Loon Alexandra Raymakers Bart van der Velden
3
VOORWOORD Een beetje terugblikken op zijn tijd kan geen kwaad. Een nieuw thema voor de OPvoeding was dan ook snel gevonden: Nostalgie! Wie hierbij direct denkt aan gehaakte kleedjes, glas in lood en pijprokende oude mannen raden we aan om zeker even verder te lezen. Een beetje nostalgie kan namelijk best hip zijn en bovendien ook nog eens behoorlijk verhelderend! Wist je namelijk hoe onderzoekers in een diep grijs verleden, voor het computer tijdperk, hun onderzoek deden? Monique Volman legt op pagina 12 en 13 uit hoe het is om je hele scriptie met de hand te moeten schrijven. Het bewijs dat docenten ooit ook jong geweest zijn staat op pagina 27. Kun jij raden wie dit is en sleep jij de prijs in de wacht? Bovendien past het thema ‘nostalgie’ uitstekend bij deze tijd aangezien Comenius dit jaar zijn 15 jarige inschrijving bij de kamer van koophandel te vieren had. Een uitgebreid verslag kun je in deze editie terug vinden. Tenslotte willen we Suzan bedanken voor haar geweldige inzet als hoofdredacteur. Suus, je hebt een geweldig blad opgebouwd. Nu wordt het tijd om lekker nostalgisch terug te gaan blikken.
Veel leesplezier,
De redactie
P.S. Een goede tip of bruikbare feedback is altijd welkom. Stuur een mailtje naar
[email protected]
4
NIEUW REDACTIELID ONTMOET OUD REDACTIELID Nieuw redactielid: Heleen van der Horst Hoi! Mijn naam is Heleen van der Horst en ik ben 26. Nadat ik de opleiding hbo-Pedagogiek had afgerond, ben ik in september begonnen met de verkorte bachelor van Pedagogische Wetenschappen, omdat ik graag de master Orthopedagogiek wil volgen. Ik doe aan ballet, ben redelijk creatief, vind het leuk om te schrijven en ik drink graag met mijn vriendinnetjes een wijntje in de zon (en ’s winters ook gewoon ergens binnen). Tevens dingen die ik hier eigenlijk liever niet in zou zetten? Ja hoor; ik kijk wel eens naar ‘Secret Story’ (maar heus niet iedere dag..), ik heb de oriëntatie van een rookworst (zo loop ik tijdens het winkelen weer dezelfde kant op als de kant van waar ik de winkel in kwam), en kan ik best slecht ‘nee’ zeggen waardoor van mijn planning meestal weinig terecht komt (zoals ik ook nu dit stukje iets te laat inlever… oei da’s geen goede binnenkomer..) Desalniettemin lijkt het me hartstikke leuk omvoor de Opvoeding te schrijven en ga ik zeker mijn best doen!
Oud redactielid: Anne Formsma Toen ik Anne mailde met de vraag of ik haar wat vragen mocht stellen wegens ons thema ‘nostalgie’, reageerde ze gelijk heel enthousiast. Anne (24) heeft op dit moment alle verplichte vakken van de master Orthopedagogiek afgerond en doet nu vrijwillig een extra klinische stage van een jaar bij ‘UvA-Virenze, Academisch behandelcentrum voor Ouder en Kind’. In 2008 heeft zij een jaar bij de OPvoeding gezeten. De samenstelling was toen wel anders, want zij was hoofdredacteur en samen met drie anderen vormden zij de redactie. Ook was ze OWI-student, een soort ombudsman voor studenten. Ik vertel Anne dat wij onlangs met de redactie nog in het park hebben gelegen, wat oud-Hollandse spelletjes hebben gedaan onder het genot van een drankje. Ik vroeg me af of zij dat ook wel eens had gedaan met haar redactie. “Oh wat leuk!”, zegt ze, “maar dat hebben wij helaas nooit gedaan, het zou wel goed zijn geweest voor de teambuilding!”. Anne heeft onlangs geen OPvoeding ingezien, maar o de vraag of ze denkt dat er veel veranderd is zegt ze: “Ik denk dat het veel professioneler en uitgebreider is dan in mijn tijd.” Of ze verder nog opmerkingen heeft? Jazeker! “Dat ik het echt iedereen kan aanraden om naast je studie actief te zijn in redacties, commissies, besturen. Het is heel leuk en leerzaam, daarnaast is alle extra ervaring heel waardevol en goed voor op je CV!” En zo is ’t maar net, wij hadden het niet beter kunnen verwoorden.
Heleen van der Horst
5
VER WEG Nog geen maand geleden zakte je tot je knieën weg in de sneeuw en nu kan je zonder jas naar buiten; welkom in Stockholm! Sinds januari studeer ik voor een semester via het Erasmusprogramma in Zweden aan Stockholms Universitet. Waarom hier? Pippi natuurlijk! Studeren… Ik volg hier twee vakken van 15 studiepunten. Mijn eerste ‘course’ was Museum Education; hoe wordt een leeromgeving gecreëerd in een museum, hoe kan informatie worden overgedragen, wat maakt een museum aantrekkelijk voor een (divers) publiek en hoe passen museumlessen binnen een nationaal curriculum? Het was de perfecte cursus voor een uitwisselingstudent. We mochten alle musea in Stockholm gratis bezoeken! De tentoonstellingen moesten we analyseren (tekstgebruik, leertheorieën, schoolprogramma’s etc.) en als eindproject gingen we met de theorie en een onderzoeksvraag in een museum naar keuze aan de slag. In het tweede vak Education in Multicultural Society verdiepten we ons in verschillende sociologische, filosofische en politieke ideeën over onderwijs. Voor mij was het absolute hoogtepunt het bezoek aan de internationale conferentie “Intercultural Versus Critical Education” in Stockholm. Nooit gedacht dat een wetenschappelijke conferentie zo leuk kon zijn: veel luisteren, discussiëren, eten en drinken en een avondprogramma met live muziek! De eerste avond was ik vrij zenuwachtig en had ik speciaal nette kleren aan, beiden bleken onnodig. Ik kwam aan met een klasgenote uit Zuid-Afrika en we werden ontvangen met hapjes en wijn, daar hebben we van genoten want alcohol is onbetaalbaar. De meeste studenten brouwen het zelf of slaan het in op een van de feestboten naar Estland. Even later zaten we met een van de sprekers aan tafel te discussiëren over zwarte scholen, globalisering en welke sport het leukste is. De volgende dag vroeg op voor de eerste spreker: His Holiness the Dalai Lama! Het was verder een heel intensief maar gezellig weekend en zeker iets wat ik in Nederland waarschijnlijk niet had gedaan. … of een groot feest?! Zet een paar honderd internationale studenten op een campus en er is iedere dag ergens een ‘corridor party’! Iedereen hier wil nieuwe dingen doen, Scandinavië ontdekken en mensen leren kennen. Nu het weer beter is, wordt er iedere avond gevochten om de bbq’s die overal op campus staan. 6
Ook zijn ‘international dinners’ erg populair (Braziliaans, Pakistaans, Zweeds); afgelopen weekend organiseerde een vriendin een Duitse. De meeste mensen uit India, Pakistan en China wisten niet wat Pasen was en waren zeer verrast door de geverfde eieren mét glitters en het zoeken naar paashaasjes van chocola. Veel waren helaas gesmolten maar ik denk dat het ‘warm, warmer, koud’ er goed in zit!
Een mooie interpretatie van Zweedse cultuur zijn ‘sauna parties’. Ieder studentencomplex heeft een sauna die je voor een dag kan reserveren. Met feestende Erasmus-studenten kan dit twee kanten op: een meidendagje met scrubjes en vers fruit óf een excuus om veel te veel bier te drinken. Het is niet helemaal ‘ons’ idee, er bestaat speciaal Fins saunabier. Mijn corridor (12 mensen, 12 nationaliteiten) organiseert niet vaak grote feesten maar is toch ‘the best of the best of the best’, zoals mij de eerste dag werd verteld. Iedere avond zit er wel iemand in de keuken om bij te kletsen en er zijn vaak spontane feestjes. Soms bedenk ik me hoeveel nieuwe mensen en culturen ik heb leren kennen; in Nederland had ik vast niet tot diep in de nacht met drie mensen uit Korea, Uzbekistan en Armenië, Russische vodka zitten drinken.
Maar waar zijn de Zweden?! Vrienden heb je snel gemaakt maar ‘de echte Zweden’ zijn moeilijk te vinden. Lessen in het Engels worden nauwelijks door Zweedse studenten gevolgd en zelfs op de universiteit kom je er weinig tegen buiten lunchtijd (dan staan ze allemaal met hun lunch in de rij voor de magnetrons om het op te warmen). Het is mij met enige moeite toch gelukt door me in te schrijven voor een sportklas waar alleen maar Zweden komen.
Met mijn anatomische kennis in het Zweeds zit het dus helemaal goed, al vraag ik me af hoe nuttig dat is. Nu is het tijd voor een warme Thaise lunch met, echt waar, een van mijn Zweedse vrienden! Alexandra Raymakers
7
OUD-STUDENTEN Hoe zag de opleiding Pedagogische Wetenschappen eruit toen onze ouders nog studeerden? Hoe was de man/vrouw verhouding? En wat zijn ze later gaan doen? We vroegen het drie oudstudenten.
Alide van der Meijden 62 jaar, docent aan de HvA, studeerde Pedagogie (zonder k) van 1969 tot 1977 Crista Manuel, 54 jaar, trainee/coach, studeerde pedagogische wetenschappen van 1975 tot 1980 Erik Mattijssen 53 jaar, beeldend kunstenaar en als docent verbonden aan de Gerrit Rietveld Academie, studeerde Pedagogische Wetenschappen van 1976 tot 1979
Heeft u de opleiding afgerond? En welke stage heeft u gedaan? Alide: Ik heb 10 maanden stagegelopen bij Amstelland in Zandpoort, jeugdpsychiatrie. In die tijd moest je zelf ook al een stage zoeken. Crista: Die heb ik niet gedaan, dat was volgens mij niet nodig tijdens mijn kandidaats Erik: Nee, ik heb wat toen nog mijn ‘kandidaats’ heette ‘gehaald’ en ben daarna naar de Gerrit Rietveld Academie gegaan. Een kandidaats is te vergelijken met een bacheloropleiding. Het duurde ook ongeveer drie jaar en daarna specialiseerde je je nog eens drie jaar of zelfs meer. En een stage deden we toen niet, jammergenoeg.
Wat vond u van de opleiding? Alide: Ik vond het een leuke studie, hoewel ik ook een aantal keer gedemonstreerd heb om zaken te veranderen. Wij kregen voornamelijk les over de oude Duitse pedagogen en we wilden graag antiautoritaire opvoedingsvakken erbij krijgen. Crista: Ik vond het moeilijk, wel leuk, maar ik had voornamelijk moeite met de Duitse literatuur bij bijvoorbeeld theoretische opvoedkunde. De onderwerpen vond ik meestal interessant, dat wel. Ook vond ik de opleiding achteraf gezien te theoretisch, ik ben toch meer een praktijkmens. Erik: Terugkijkend vind ik de inhoud van het vak zoals wij dat onderwezen kregen, misdadig te noemen. Het was allemaal heel theoretisch. Het was de tijd waarin alles de schuld was van een slechte maatschappij, geregereerd door het grootkapitaal. Het ging in de studie nauwelijks om het kind zelf, maar vooral over onze taak de maatschappij te veranderen middels de opvoeding. De ‘Frankfurter Schule’ was toonaangevend. Als 19-jarigen snapten we er eigenlijk niks van, maar we slikten alles voor zoete koek.
8
Wat is uw leukste POW herinnering? Alide: Mijn tijd tijdens mijn doctoraal Ortagologie. Deze richting ging in op het beïnvloeden van processen op micro-, meso- en macroniveau. Dit was typisch een Amsterdamse studie. Landelijk werd deze richting de sociale pedagogiek genoemd. Ik heb eerst 3 jaar kandidaats gedaan en toen 3 jaar doctoraal. Het leukste tijdens deze tijd vond ik de stage, daar heb ik veel van geleerd. Crista: De kroeg Het Gebed naast de Oudemanhuispoort! Wat betreft de studie: het contact met medestudenten; er hing een prettige sfeer onderling en dat zorgde voor gezelligheid. Erik: Voor mij zijn dat de dingen die we als studenten organiseerden. Weekenden weg, discussiemiddagen etc. Dat deden we niet binnen Comeniusverband, dat vonden we indertijd een nogal militant clubje, dat vooral in de weer leek met protestdemonstraties.
Welk vak zou u nog weleens willen volgen? Of van welke docent zou u nog wel eens weer college willen hebben? Alide: Ik zou graag weer eens een aantal lessen psychopathologie of psychologie willen volgen. Dat vind ik nog steeds interessante vakken. Crista: Ik heb de studie toentertijd niet afgerond omdat ik veel te lang over mijn kandidaats deed en er uiteindelijk geen zin meer in had. Nu zou ik eigenlijk de hele opleiding wel over willen doen omdat ik het onderwerp hartstikke interessant vind en ik nu veel serieuzer zou studeren dan dat ik in mijn studententijd gedaan heb. Erik: Ik zou nog weleens een college willen volgen van Piet de Rooij, de historicus, die ons toen geschiedenis gaf.
Hoe was de man/vrouw verhouding binnen de opleiding? Alide: Ik denk dat ongeveer 75% vrouw was en 25% man. Crista: Heel veel meer vrouwen dan mannen, ik zou schatten dat vier van de vijf studenten vrouw was. Erik: Volgens mij was die toen redelijk goed, ik denk zo’n ⅔ vrouw en ⅓ man. Opvoedkunde was in de jaren ‘70 tamelijk hip.
Welk werk bent u na de opleiding gaan doen? Alide: Tijdens de opleiding had ik al een aantal praktijkonderdelen gedaan en wat samenwerkingstrainingen gegeven. Ik ben vervolgens gevraagd of ik bij een hbo-opleiding les wilde gaan geven, bij Kinderverzorging en Opvoeding. Tegenwoordig heet de opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening. Zo ben ik uiteindelijk in het onderwijs terechtgekomen. Crista: Na de opleiding ben ik groepsleidster geworden op een buitenschoolse opvang. Hier heb ik zeven jaar met veel plezier gewerkt en heb enigszins toe kunnen passen wat ik tijdens mijn studie heb geleerd. Nu ben ik trainer/coach op het gebied van communicatieve vaardigheden. Erik: Ik ben na mijn kandidaats naar de Gerrit Rietveld Academie gegaan en toen was het alsof ik ‘thuis’ kwam. Toen klopte ineens alles. Tegenwoordig ben ik beeldend kunstenaar en daarnaast ben ik als docent verbonden aan de Gerrit Rietveld Academie.
9
COLUMN OC Evalueren om te leren ‘Het lesgeven van de docent beoordeel ik met ’ Vervolgens zet de student een kruisje in 1 van de 10 hokjes, waarmee de evaluatie voltooid is. Alle studenten hebben, als alles goed is gegaan, de evaluatieformulieren gezien en ingevuld bij de afsluiting van een module. Dé kans om je als student verstaanbaar te maken, want de kritiek over het vak en het lesgeven kan je van je af schrijven en eindelijk delen met anderen. Vaak wordt er gedacht dat de uitkomsten van deze formulieren in de grote molen van de UvA terechtkomen, maar niets is minder waar. De Opleidingscommissie buigt zich elk semester over alle uitkomsten en bespreekt de opvallendste resultaten. Uiteraard zal ik hier niet alle uitkomsten openbaar maken, maar een bepaalde trend kan ik hier wel beschrijven. Het is opvallend dat de uitkomsten over de gehele linie gezien erg met elkaar overeenkomen. Soms zijn er nuanceverschillen tussen vakken, en bepaalde docenten scoren wel zichtbaar hoger dan anderen, maar uitschieters zijn er nauwelijks te vinden. Is de altijd zo kritische student opeens mild geworden in het beoordelen of moeten we concluderen dat de opleiding gewoon goed is? Wellicht kennen studenten toch een soort mededogen voor hun docenten. Je was altijd wel aan het klagen over de colleges, maar eigenlijk is het best een aardige man of vrouw, een onvoldoende geven is dan ook zo negatief. Of hebben studenten de hoop dat als ze de evaluatie positief invullen, hun tentamen dan wellicht ook iets positiever wordt nagekeken? Deze hoop kan snel de grond in worden geboord aangezien de resultaten van de evaluaties meestal pas na de tentamenuitslagen bekend zijn. Kritisch beoordelen blijkt lastiger dan verwacht. Niet alleen negatieve, maar ook positieve kritiek blijft vaak uit, terwijl beiden zeer bepalend kunnen zijn in de opzet van het vak een jaar later. Om duidelijk te maken aan de studenten dat evalueren een belangrijk proces is in de vorming van modules, is in samenspraak met de Opleidingscommissie bedacht om vanaf volgend jaar via blackboard inzicht te geven in hoe de evaluaties zijn ontvangen door een modulecoördinator en welke consequenties deze mogelijk hebben voor de toekomst van het vak. Op deze manier krijgen studenten inzicht in de consequenties die hun evaluatie mede op gang heeft gebracht. Het ongevraagde advies van de Opleidingscommissie luidt deze keer daarom: wees kritisch, maar rechtvaardig en neem de evaluaties serieus. Karsten van Loon
10
ACADEMISCHE WERELD In deze nostalgische uitgave van de OPvoeding blikken we met Sjoerd Karsten terug op zijn onderzoeksloopbaan die in de jaren ’70 begon als student Culturele Antropologie en spreken we over de impact van ICT op zijn werk. Als 20-jarige ging hij met de gedachte ‘native going native’ voor twee maanden naar Drenthe om daar bij een boerengezin op een zolderkamertje te wonen zodat hij de begrafenisgewoonten van de Drentenaren uit het dorp kon onderzoeken. Als participerend observant liep hij mee in de begrafenisoptochten en hield hij gesprekken met de familie van de overledene. Voor een stadskind zonder religieuze opvoeding was het een hele schok om op het Drentse platteland onderzoek te moeten doen naar zo’n gevoelig onderwerp als rouw, verdriet en rituelen rondom het overlijden. Tijdens dit onderzoek bedacht hij een stelregel die voor de rest van zijn onderzoeksloopbaan van groot belang zou blijven: distantie versus betrokkenheid. “Als ik gevraagd wordt voor een onderzoek moet ik me betrokken voelen bij het onderwerp om het onderzoek goed te kunnen doen. Tegelijkertijd is het van groot belang om wel genoeg distantie te kunnen houden zodat het mogelijk is om objectieve data te kunnen verkrijgen.” Aangekomen bij het onderwerp ICT vertelt Sjoerd Karsten dat hij in 1984 zijn eerste thuiscomputer kocht, twee jaar voor zijn promotie in 1986. Vóór die tijd vergde het verzamelen en het overzichtelijk weergeven van data ontzettend veel tijd. “Er zat altijd iemand achter de terminal, een apparaat waar het papier maar uit bleef rollen. Vervolgens was je dagen zoet om alle data om te zetten in handzame en overzichtelijke tabellen.” Sinds die tijd zijn de mogelijkheden voor onderzoek in sneltreinvaart toegenomen. Computersoftware maakt het nu mogelijk om Multi-level onderzoek te doen. “Voor het eerst was het mogelijk om concepten daadwerkelijk te toetsen en samenhang op verschillende niveaus aan te kunnen tonen. Voor het onderwijsonderzoek is dit van grote betekenis geweest. De samenhang van individuele leerlingkenmerken, schoolkenmerken en klassenkenmerken kon via het Multi-level onderzoek duidelijker naar voren worden gebracht.” Maar hoewel de computer en SPSS volgens Sjoerd Karsten prachtige ontwikkelingen zijn, legt hij wel de nadruk op de eigen professionaliteit van de onderzoeker. “Tabellen en programma’s waar significante verschillen uitrollen zijn prachtig, maar vergeet als onderzoeker vooral nooit om je te realiseren wat hieraan ten grondslag ligt.” Silke de Klerk
11
DOCENT ONDERWIJSKUNDE Onderzoek vóór het computertijdperk Vanwege het thema ‘nostalgie’ interviewt de OPvoeding een docent POWL die iets kan vertellen over de manier van onderzoek doen voor het computertijdperk. Hoe schreef zij haar scriptie zonder computer en hoe vond ze literatuur zonder Google Scholar?
Monique Volman - Onderwijskunde Monique Volman is sinds april 2010 werkzaam op de UvA in de sectie Onderwijskunde, waar ze de scepter zwaait over het Master-onderwijs. Benieuwd naar haar herinneringen aan vroeger gaat een redactielid bij haar op bezoek.
Hoe heeft u vroeger uw scriptie geschreven? “Mijn scriptie heb ik helemaal met de hand moeten schrijven. Gelukkig had ik een prachtig meisjeshandschrift, hoewel deze inmiddels, door al het typen, een stuk slordiger is geworden. Het ergste was als je feedback kreeg en alles in een andere volgorde moest of als er passages bij moesten komen. Ik knipte dan alle stukken uit die moesten worden verschoven en legde alles op mijn kamertje onder elkaar in de goede volgorde. Vervolgens alles weer opnieuw schrijven, wat een werk! Alleen de uiteindelijk versie is wel uitgetypt, dat heeft mijn zus toen nog gedaan.” Hoe lang heeft u daar wel niet over gedaan? “Twee jaar. Vroeger stond er ook twee jaar voor je doctoraal (nu Master). Voor kandidaat (nu Bachelor) stond wel al drie jaar. In totaal heb ik acht jaar over mijn hele studie gedaan, vroeger was dat heel normaal. Tegenwoordig moet alles zo snel. Ik werkte naast het schrijven van mijn scriptie ook al best veel. Eerst werkte ik bij Vrouwenstudies, later als onderzoeker bij het KohnstammInstituut.” Hoe vond u de literatuur voor uw scriptie en andere onderzoeken die u heeft gedaan? “Voor het schrijven van mijn scriptie kreeg ik een aantal tips van mijn docent. Daarna ging je gewoon naar de bibliotheek, ja, ouderwets hè? Daar was eerst ook nog geen computer aanwezig. Door middel van een kaartenbak kon je de boeken vinden die over jouw onderwerp gingen. Er was toen ook nog veel minder literatuur te vinden dan tegenwoordig. Voor mijn scriptie had ik bijvoorbeeld maar zo’n 10 à 15 boeken of artikelen. Internationale literatuur heb ik er helemaal niet in verwerkt, dat ging vroeger simpelweg nog niet zo.”
12
Tegenwoordig hebben we SPSS, hoe ging dat vroeger? “Mijn scriptie heb ik gedaan met kwalitatieve data. Als je kwantitatieve data had, moest je dat allemaal zelf uitrekenen. We konden alle formules en data-analyses toen zelf uitrekenen. Op een gegeven moment kwam er wel een rekendienst, SARA, waar je data in kon leveren en waar je na een tijdje alle uitslagen kon ophalen.” En wanneer kwamen er computers? “In de loop van de jaren ‘80 veranderde alles. Eerst had ik nog een leeg bureau waar ik alles met de hand moest schrijven. Dit kon ik dan doorgeven aan een ruimte waar secretaresses alles overtypten op een typemachine. Langzaam maar zeker kregen eerst zij een computer en later ook ik op mijn bureau. Een mooi verhaal is dat ik een keer onderzoek heb gedaan met een vriendin in Londen en dat we toen een draagbare computer meekregen, een sjouwcomputer noemden we dat toen. Dat ding was een grote doos van wel 10 kilo die we mee moesten slepen. We logeerden bij een vriend, waar we de computer op de strijkplank hebben gezet als werkplek.“
En toen internet in de jaren 90? “Ja, dat was heel wat. Ik was één van de eerste met e-mail. Op een congres in het buitenland kreeg ik van Amerikanen en Australiërs een e-mailadres om hen te bereiken. Ik daarmee naar het automatiseringscentrum met de vraag of ik een e-mailadres kon krijgen. ‘Die heeft het hoog in d’r bol’, zag ik ze toen denken.” Wat is het verschil met tegenwoordig? “Het is geweldig om terug te denken aan de tijd dat alles nog een stuk minder haastig ging dan nu. Tegenwoordig moet alles snel en als je een dag niet je e-mail hebt gelezen krijg je gelijk te horen: “Ik heb je gister een mail gestuurd hoor!” Dat is wel eens jammer. Ook wordt er ontzettend veel gepubliceerd, alles is gericht op veel schrijven. Het is bijna niet meer bij te houden. Mensen met een grondige kennis van de basisliteratuur en de geschiedenis van een onderwerp verdwijnen langzamerhand. Ook wordt onderzoek van bijvoorbeeld 1995 al gedateerd genoemd en wordt het wiel steeds opnieuw uitgevonden, dat is een beetje zinloos. Aan de andere kant zijn de mogelijkheden om kwaliteit te leveren vergroot. Het is makkelijker om samen te werken, er kan productiever en sneller gewerkt worden. Het aanpassen van een tekst is ontzettend eenvoudig. In Word kun je makkelijk comments plaatsen en stukken verplaatsen, dat is wel wat anders dan mijn knip- en plakwerk op mijn kamertje vroeger.”
13
COLUMN FSR Het thema van deze editie van OPvoeding is, zo heb ik mij laten vertellen, nostalgie. Nostalgie betekent, volgens een definitie die ik ergens op één van de minder betrouwbare hoeken van het internet heb gevonden, het verlangen naar een plaats of tijd uit het verleden. Heimwee dus, zij het naar plaats of tijd. Heimwee is het probleem van aanpassing aan de nieuwe regels die gebonden zijn aan de nieuwe locatie. Het terugverlangen naar Amsterdam zal in Berlijn bijvoorbeeld een stuk minder zijn dan in Sjanghai. Om heimwee te verminderen onder mensen die een tijd in Amsterdam verblijven zou het dus handig zijn om te zorgen dat zij zich gemakkelijk bekend kunnen maken met hoe de stad werkt. Voor mensen die aan de UvA komen studeren is dit echter niet altijd even simpel. De UvA, met haar 42361 verschillende locaties, is niet een plek die men snel goed leert kennen. Voor internationale studenten die hier komen studeren geldt ook nog eens dat zij door de geringe hoeveelheid contact met Nederlandse studenten hier weinig hulp in hebben. Dit is de reden dat de FSR een international buddy pilot heeft opgezet; hier worden Nederlandse en Internationale studenten gekoppeld, om zo de internationale studenten wat meer wegwijs te maken op de UvA en in Amsterdam. Een ander probleem waar zowel Nederlandse als internationale studenten tegen aanlopen is de moeilijke bereikbaarheid van de internationale coördinatoren. Voor Nederlandse studenten zijn deze er voornamelijk om hulp te bieden bij het gaan studeren in het buitenland. Voor internationale studenten vervullen zij ook taken zoals hulp bij het inschrijven. Op de FMG zijn echter vier colleges, die elk hun eigen internationale coördinator hebben. Dit leidt ertoe dat zij vaak maar één dag in de week een inloopspreekuur hebben, en niet gemakkelijk bereikbaar zijn. Daarom proberen we bij de FSR nu te regelen dat, als we zodra met zijn allen verhuizen richting het REC, daar één centraal international office zal zijn. Het makkelijker bereiken van internationale coördinatoren zal het hopelijk voor iedereen vergemakkelijken om een semester in het buitenland te studeren, en daar zelf ernstige heimwee te ervaren; en voor internationale studenten zal het leven aan de UvA hopelijk minder lastig zijn.
Bart van der Velden
1
Deze hoeveelheid kan verschillen met de realiteit. Realiteit is echter subjectief, dus ik zou me er niet al te druk om maken.
14
OPMERKELIJK NIEUWS Muziekles in jeugd houdt hersenen levenslang fit Uit onderzoek aan de Universiteit van Kansas is gebleken dat de hersenen van mensen die in hun jeugd minimaal enkele jaren muziekles hebben gehad, op latere leeftijd minder snel in verval raken. Zij presteren tussen hun 60ste en 80ste levensjaar beter op cognitieve testen dan mensen die nooit een muziekinstrument bespeelden. “Muzikale activiteit kan worden gezien als een uitdagende cognitieve training die ervoor zorgt dat je brein beter bestand blijft tegen ouderdom”, aldus hoofdonderzoekster Brenna HannyPladdy. “Er zijn cruciale perioden in ons leven waarin de plasticiteit van het brein hoog is; daardoor is het makkelijker om op jonge leeftijd een instrument te leren bespelen. De plasticiteit van de hersenen is ook de reden dat muzieklessen in onze jeugd meer impact hebben op de ontwikkeling van het brein”, verklaart de onderzoekster. Huilbaby's later vaker gedragsproblemen Overmatig huilen bij baby’s kan wijzen op gedragsproblemen op latere leeftijd. Ook baby’s met eet en slaapproblemen hebben een verhoogd risico op gedragsproblemen in hun verdere leven. Onderzoekers van de Universisty of Warwick vergeleken resultaten van 22 onderzoeken uit de periode 1987 tot 2006. Overmatig huilen en problemen met eten en slapen bleken in verband te staan met een verhoogd risico op ADHD, angst, depressie en agressief gedrag. Een baby met meerdere risicofactoren heeft hierop een nog grotere kans. “Het risico op gedragsproblemen wordt verdubbeld door huil- eet- of slaapproblemen”, verklaard profressor Dieter Wolke. Toch hoeven ouders van een huilbaby zich niet direct zorgen te maken. “Huilen is normaal, het gaat echter om baby’s die na drie maanden nog steeds overmatig huilen, zonder directe reden.” Slanke baby door sporten tijdens zwangerschap Volgens onderzoekers uit Nieuw Zeeland en de VS verbetert licht sporten tijdens de zwangerschap mogelijk de gezondheid van een kind in de toekomst. Moeders met overgewicht krijgen vaker een grotere baby. Dit kan een groter risico zijn voor gezondheidsproblemen op latere leeftijd. Uit een studie waaraan 84 vrouwen meewerkten die zwanger waren van hun eerste kind, bleek dat vrouwen die meer bewogen tijdens de zwangerschap lichtere baby’s kregen. Volgens de onderzoekers is er steeds meer bewijs dat de stofwisseling van kinderen al bepaald wordt in de baarmoeder en dat baby’s die relatief zwaar zijn, meer kans hebben op overgewicht of zelfs obesitas in de toekomst. Zwangere vrouwen wordt dan ook aangeraden om, zo mogelijk, regelmatig te blijven bewegen. - 16 -
Gelakte Nagels Ieder meisje heeft weleens de make-up van haar moeder (stiekem) uitgeprobeerd. In Hollywood is het tegenwoordig een trend dat kinderen met nagellak lopen. Zangeres Gwen Stefani liet bij haar zoontje zowel zijn vinger- en teennagels lakken in verschillende kleuren. Dit is volgens experts niet zo onschuldig als het lijkt; er zit wel degelijk een risico aan. Cosmetisch scheikundige Joe Cinotta noemt nagellak kindonvriendelijk. Er komen volgens hem veel chemicaliën vrij als het kind op zijn of haar vingers sabbelt. Een nagellak op waterbasis is wel geschikt voor kinderen. Het is niet giftig, het stinkt niet en kinderen kunnen het zelf opdoen. Dus mocht de trend overwaaien naar Nederland, dan kan ieder kind naar hartenlust veilig lakken met deze nagellak. Het gelukkigst met twee dochters Er is onderzoek gedaan bij meer dan 2.000 gezinnen die kinderen hebben onder de 16 jaar. Er is gekeken naar 12 verschillende gezinscombinaties, uitgezonderd gezinnen met één kind. Uit dit onderzoek blijkt dat de gezinscombinatie met twee dochters het meest gelukkig maakt. Volgens het onderzoek komt dit doordat de twee dochters het minst vechten, gezellig zijn om in de buurt te hebben en lief met elkaar spelen. Met twee dochters is het gezin het meest harmonieus. Ouders met een zoon en een dochter zijn daarna het meest gelukkig. Vaak gaan zoon en dochter vriendschappelijk met elkaar om. Helaas is het krijgen van 4 dochters niet de oplossing om nog gelukkiger te worden; een gezin met 4 dochters komt het slechtst uit het onderzoek. Met vier dochters is er volgens de ouders veel ruzie, wat zorgt voor stress en druk in het gezin. Record touwtje springen In Haarlemmermeer hebben schoolkinderen het Nederlands record touwtjespringen verbroken. Er deden ruim 7.200 kinderen aan mee en er moest minimaal 10 minuten touwtje worden gesprongen. Het vorige record was met 3.426 kinderen.
- 17 -
INTERVIEWS STUDENTEN KINDERSERIES VAN VROEGER Iedereen herinnert zich nog wel naar welke televisieprogramma’s hij of zij vroeger het liefste keek. Was het Bassie en Adriaan, Dommel, My Little Pony of De Droomshow? Wat waren de tv series toen leuk. Waar kregen zij vierkante ogen van? Na een korte inventarisatie is dit de Top 3 van de programma’s waarbij studenten POWL vroeger aan de buis gekluisterd zaten:
1. Villa Achterwerk 2. Telekids 3. Bassie en Adriaan
Maar er waren ook series waar de studenten niets van moesten hebben:
1. Ik Mik Loreland (Karbonkel was een griezel!) 2. Power Rangers (niet leuk, te veel geweld!) 3. Bassie en Adriaan (de boeven waren eng!)
Marleen (22, Pedagogiek) en Hylkje (20, Pedagogiek) Vroeger keken ze naar: Marleen vond het als kind heerlijk om naar Dommel te kijken en natuurlijk naar Telekids met Carlo en Irene. Hylkje vond Pipi Langkous en de Droomshow erg leuk. Marleen was een fan van Winnie uit Alfred J. Kwak. Wat kijken ze nu: Voor hun werk moesten beide meiden naar Spangas kijken met kinderen van 9 – 12 jaar. Maar eerlijk gezegd vinden zij Spangas niet erg leuk voor kinderen: ‘Nee, die serie is eigenlijk iets te volwassen voor kinderen.’ Wat willen ze weer terug op tv zien: Hylkje zou graag Bassie en Adriaan terug zien op de buis. En Marleen de Telekids zoals die vroeger was, met spelletjes en Carlo en Irene. Marije (23, Pedagogiek) en Marloes (24, Pedagogiek) Waar keken ze vroeger graag naar: Vierkante ogen kregen ze van Ovide en zijn vriendjes. Meteen komt het liedje weer naar boven: ‘Kijk uit malloot, een kokosnoot!..’ Mijn Franse tante Gazeuse was vroeger ook een favoriet programma, net als Kinderen voor Kinderen. Marije had graag zelf een keer meegedaan! - 18 -
Wat vonden ze vroeger geen leuke programma’s: Marije vond echt niets aan Pokémon. Waar kijken ze nu nog wel eens naar: Marloes kijkt heel soms naar Spangas, ‘maar alleen als ik me echt verveel.’ Wat moet terug op tv: Volgens de beide dames mag Bassie en Adriaan weer terugkeren, want dat was ook wel leerzaam. Jelle (20, Onderwijskunde) Keek als kind naar: Samson en Gert! Ook was de Droomshow populair. Hij zou het deuntje nu nog mee kunnen zingen. Omdat hij op de Vrije School zat, mocht hij vanuit school eigenlijk geen tv kijken en zeker niet de Teletubbies. Gelukkig vond hij die ook niet leuk, dus dat was geen probleem. Vond als kind niet leuk: Het Land van Ooit vond hij als kind al nep, vooral het karakter Kloontje vond hij erg irritant. Kijkt nu: Jelle geeft toe dat hij stiekem gek is op Fineus en Ferb. ‘Ken je dat programma niet?’ vraagt hij. ‘Oh, dan mis je echt wat!’ Jiska (22, schakel opvoedingsondersteuning) en Loes (24, schakel opvoedingsondersteuning) Waar keken zij als kind naar: Jiska was gek op Barbapapa, Tik Tak en de 5 Musketiers. Loes hing vaak voor de buis om te kijken naar My Little Pony, de Troetelbeertjes, Fabeltjeskrant en Winnie de Pooh. Wat vonden ze als kind echt niet leuk: Jiska vond Dragon Ball Z te gewelddadig en ze snapte er niks van… ‘Het leek op Pokémon, maar dat was wel leuk.’ Loes hield niet van de Power Rangers. Wat zou volgens hen terug op de tv moeten: Loes vindt dat er voor de kinderen van nu Troetelbeertjes op tv zouden moeten zijn. En Jiska vindt dat Telekids terug moet op tv, precies zoals die vroeger was. Voor de liefhebbers van oude jeugdtelevisieprogramma’s is er goed nieuws! Op tv is sinds 4 april weer Kindernet te zien. Op het tv-net dat voorheen TMF was, tussen 06:00 en 15:00. Ook is er de tv zender Pebble tv, te ontvangen met UPC, Caiway, Glashart en CAI. Dus ga op een vrije middag weer eens lekker voor de tv hangen of kijk op: www.pebbletv.nl en www.kindernet.nl om je oude helden weer terug te zien! Heleen van der Horst en Annemarie Blokland
- 19 -
GOED BOEK PATRICIA VLASMAN – IN ALLES EENZAAM Na haar hbo-studie Maatschappelijk Werk komt Tessa, 26 jaar, te werken als jeugdreclasseringmedewerkster bij Bureau Jeugdzorg. Na enige jaren in het vak komt ze erachter dat het jeugdzorgsysteem toch wel erg bureaucratisch is, er door veel collega’s enkel wordt gelanterfant en dat de droom die ze had, jongeren terug op het juiste pad te krijgen, eigenlijk binnen het huidige systeem alles behalve haalbaar is. Dan wordt ze overgeplaatst op de zaak van Rachid. Rachid zit vast op verdenking van de voorbereiding van een terroristische aanslag terwijl hij altijd de stille jongen leek die nooit een vlieg kwaad deed. Als Tessa Rachid voor het eerst opzoekt in de instelling waar hij op dat moment vast zit, gebeuren er dingen die ze nooit voor mogelijk had gehouden. In Alles Eenzaam wordt op een snelle, humoristische maar hele herkenbare manier beschreven hoe Tessa probeert te vechten tegen het systeem waar ze dagelijks in moet werken en zij zich moet ontfermen over Rachid en dit onverwacht een bizarre wending neemt. Een boek dat een baan bij Bureau Jeugdzorg beschrijft en doet eindigen als een heuse thriller. Heerlijk leesmateriaal om op een ontspannen manier toch een beetje bezig te zijn met je studie!
- 20 -
LUSTRUM & GESCHIEDENIS COMENIUS Dit jaar staat Studievereniging Comenius 15 jaar ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, en dat was reden voor een feestje! Om alle actieve en minder actieve (maar daarom niet minder leuke) leden in het zonnetje te zetten, werd het complete Granada Tapas Restaurant afgehuurd, zodat wij daar met een mannetje of 100 heerlijk konden tafelen. Sangria, gamba’s, spare ribs, gemarineerde olijven…in alle gemakken was voorzien! Dus na de welkomstcocktail in de zeer uitnodigende kleur blauw, zocht iedereen een gezellig plekje en viel aan op het eten. Intussen speelde een ietwat uit de kluiten gewassen man een heerlijk Spaans deuntje op zijn gitaar. Na een ontroerende speech van Suzanne (die er overigens van verdacht werd de avond daarvoor een glaasje teveel te hebben gedronken, gezien het feit dat haar stem zo goed als weg was), proostten we allemaal op nog minstens 15 hele mooie jaren! Na het eten kon iedereen meteen door naar het volgende feestje. Op de voet gevolgd door de grote knoflookwasem die iedereen uitstootte, verruilde men de exotische omgeving voor het Amsterdamse Dansen bij Jansen. Hier was de bar afbetaald en kon er dus volop worden ‘nagetafeld’. De dresscode was wederom blauw, en gezien de vele posts op facebook de volgende dag met klagende berichten als ‘Katerrr..’ of ‘Daar issie weer: de man met de hamer’, kan worden geconcludeerd dat de barlimiet méér dan behaald was! Kortom: het was een toplustrum! Maar hoe is Comenius nu eigenlijk ontstaan? Hier is opvallend weinig over te vinden. Helemaal niets zelfs. Comenius schijnt de afgelopen 40 jaar een aantal keer te zijn verdwenen, om onverklaarbare redenen. Het enige aanknopingspunt zijn de bestanden van oude besturen, die doorgaan tot 15 jaar geleden. Daarnaast blijkt dat er sinds 4,5 jaar commissies bestaan. Men begon eerst met alleen een Activiteitencommissie, daarna een Reiscommissie en daarna pas alle andere commissies die Comenius anno 2011 rijk is. Mysterieus…
- 21 -
NOSTALGISCHE REDACTIEMIDDAG VONDELPARK Op Goede Vrijdag was de OPvoeding-redactie samen met de rest van Amsterdam te vinden in het Vondelpark, waar het zonnetje lekker scheen. Terwijl de overige Amsterdammers aan hun bruine kleurtje werkten, was de redactie met een heel ander doel naar het park gekomen, namelijk: een kleine reis terug in de tijd, naar de eigen kindertijd… ‘Eens kijken of al die spelletjes van vroeger net zo leuk zijn als je een jaar of 20 ouder bent.’ luidde de hoogdravende onderzoeksvraag. De bedoeling was dat iedereen zijn lievelingsspelletje van vroeger mee zou nemen en we ons een middag al zaklopend en hinkelend zouden vermaken. Helaas bleek het koekhappen vergeten te zijn. Het voorstel om dan maar wat kleffe kadetjes aan het elastiekentwist elastiek te knopen werd toch niet zo op prijs gesteld. Een redactielid zag haar kans om eindelijk eens te winnen met Pim Pam Pet nu haar broertje er niet bij was. Een schilder met een B werd… Bicasso! Een schrijver of dichter met een G werd Geert Mak Gerard Reve. Daar waren we 20 jaar geleden waarschijnlijk niet opgekomen… Op een nostalgische redactiemiddag kon het stoepkrijten natuurlijk niet ontbreken. Vol overgave werd het fietspad versierd met Comeniuslogo’s, bloemetjes, hinkelbanen en poppetjes. Het enige verontrustende is wel dat een klein deel van de redactieleden zich nog altijd in het ‘hark-stadium’ bevindt qua tekenvaardigheden. Hun poppetjes hadden handen en voeten waar je een akker mee kunt omploegen. Gelukkig kwamen andere vaardigheden bij een spelletje ‘wat is weg’ wel goed uit de verf. Ons nieuwste redactielid had geen enkele moeite om te zien dat het rolletje plakband omgewisseld was voor het tuutje van het hamsterdrinkflesje. Een stukje verderop werd er een hevige strijd geleverd op het dambord. Misschien dat de prosecco of de hitte zijn tol begon te eisen, maar de strijd was snel gestreden.
- 22 -
Het klapstuk van de middag werd toch wel een spelletje ‘wie ben ik’. Meneer Aart biechtte op dat hij vroeger eigenlijk nooit naar de Sinterklaasintocht of Sesamstraat had gekeken en zijn reactie was dan ook ‘O nee, ik ben toch niet die oude man van Nederland 1,2 of 3?’ Katrien Duck zat ook geruime tijd op het verkeerde spoor met vragen als ‘ben ik blauw’, maar wist uiteindelijk te ontdekken dat ze lid was van de Disneyfamilie. Net als Kapitein Haak aan de andere kant van het picknickkleedje. Samson verkeerde ook in een lichte identiteitscrisis en had het waarschijnlijk nog het zwaarst te verduren. ‘Ik ben geen hij, geen zij, geen het. Leef ik eigenlijk wel echt dan?’ Amai! Gelukkig wisten Meneer Aart, Katrien Duck, Pieter Post, Meneer Cactus, Kapitein Haak en Samson hun identiteit te ontrafelen en konden we met z’n allen vrolijk door naar het volgende onderdeel: elastieken. Misschien dat ook daar de alcohol zijn tol begon te eisen. In ieder geval was duidelijk dat we dat vroeger toch beter konden. Inmiddels was iedereen wel uitgespeeld en hebben we het spijkerpoepen maar uigesteld naar een volgende keer. Hoewel het onderzoek methodologisch nog wel het een en ander mankeert, is onze voorlopige conclusie in ieder geval dat spelletjes van vroeger ook 20 jaar later nog erg leuk kunnen zijn!
Silke de Klerk
- 23 -
MET COMENIUS NAAR LONDEN Op dinsdag 11 april om 22:40 uur vertrok de bus vanaf het Amstelstation naar Calais. Tijdens de nachtelijke busreis trachtte menigeen een oogje dicht te doen om energie op te doen voor de eerste dag in Londen. Rond 5:00 uur arriveerden we in Calais en stapten we over op de boot waarmee we het Nauw van Calais overstaken. Woensdagochtend om 6:00 uur werden we begroet door de Cliffs of Dover, die door de ochtendzon gehuld waren in een lichtrode gloed. We waren gearriveerd in Engeland! Eenmaal in Londen aangekomen, konden we inchecken in het hostel, waarna we direct vertrokken naar de eerste bezienswaardigheid: the Museum of Childhood. In dit museum stond speelgoed door de eeuwen heen tentoongesteld. Herinner je je die nostalgische eerste Game Boy nog? Na the Museum of Childhood brachten we een bezoek aan the Institute of Education van the University of London. We werden hier getrakteerd op een lezing over het onderwijssysteem van het Verenigd Koninkrijk en over de verschillen tussen het Britse en het Amerikaanse speciaal onderwijs. Hoewel bij vrijwel iedereen de vermoeidheid van de lange reis toe begon te slaan, deed iedereen zijn uiterste best om bij de les te blijven en nog wat mee te pikken van de interessante lezing. Na de lezing kregen we een rondleiding door de universiteit. Wie weet was dit voor sommigen een eerste kennismaking met de universiteit van hun toekomstige buitenlandstage? Na het bezoek aan the University of London keerden we weer terug naar het hostel om onze spullen in de kamers te installeren en om uit te rusten van de lange reis en de vele indrukken. Voor het avondeten stond pizza op het menu. De vierkazen pizza was zo populair dat de hele voorraad ervan leeggeplunderd werd. De mensen die het presteerden om donderdagochtend voor 9:00 uur op te staan, kregen hiervoor als beloning een gratis ontbijt met cornflakes en Engelse marmelade. De eerste activiteit van deze dag was een bezoek aan het Freud Museum. Dit museum is ingericht in het huis waar Freud woonde van 1938 tot zijn dood in 1939. De inrichting ervan is vrijwel onveranderd gebleven, waardoor je het gevoel krijgt alsof Freud zo door de deur zou kunnen lopen om aan zijn bureau te gaan zitten en een van zijn vele boeken open te slaan. - 24 -
De audioguides gaven ons een uitgebreide beschrijving van de geschiedenis achter alle meubels, boeken en verzamelstukken die in het huis te zien waren. Na het Freud Museum doken we weer de geschiedenis in, dit keer in the British Museum. In dit museum waren vele historische artefacten te zien: van mummies tot Angelsaksische zwaarden. Geschiedenisliefhebbers konden er hun hart ophalen. Na het bezoek aan the British Museum kreeg iedereen vrije tijd om zelf invulling aan te geven. De een ging naar een musical, de ander naar een comedy optreden en weer een ander ging aan ’t shoppen. Laat in de avond doken we met z’n allen het Londense uitgaansleven in, in club Grace. Vrijdag was de dag van de boottocht over de rivier the Thames. Vanaf de boot waren vele bezienswaardigheden te herkennen, van the Palace of Westminster tot the Tower Bridge. Nabij the Tower Bridge stapten we uit, waarna we even flink de benen strekten door een wandeling te maken langs the Tower of London en Shakespeare’s Globe om, na de Millennium Bridge overgestoken te hebben, uiteindelijk bij Saint Paul’s Cathedral uit te komen. Na een borrel of een glas frisdrank, ging iedereen vanaf dit punt weer zijn eigen weg. Zaterdag brak alweer de laatste dag van de Londenreis aan. Voor deze dag waren geen gezamenlijke activiteiten gepland. Iedereen kreeg de kans om alles wat hij of zij in Londen nog wilde zien of doen te verwerkelijken. Tegen 21:00 uur vertrokken we vanuit het hostel gezamenlijk naar het Victoria station om daar, volgeladen met souvenirs en kleding, in de bussen te stappen. Dromend over alle belevenissen van de afgelopen dagen, werden we door de buschauffeurs weer teruggebracht naar Nederland. De Londenreis was een groot succes. Reiscommissie, erg bedankt voor jullie geweldige inzet! Edwin Buijs
- 25 -
- 26 -
PRIJSVRAAG !!! Voor het eerst in de OPvoeding: een prijsvraag! Geheel in het thema Nostalgie hebben we een docent POWL gevraagd om een foto uit zijn kindertijd!
Zie jij wie dit is? Mail dan je antwoord naar
[email protected] Onder de goede inzendingen verloten we de DVD “Kindertelevisie uit de jaren 90”
- 27 -
- 28 -