Inhoudsopgave 1
Facultaire informatie
5
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8
Opleidingsinformatie Bacheloropleidingen Inleiding Algemene doelstelling Algemene eindtermen Profileringsruimte Minoren Taal Studieadvies bacheloropleidingen Toelating tot het tweede en derde bachelorjaar
7 7 7 7 8 8 8 8 9
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
BSc Bestuurs- en Organisatiewetenschap Inleiding Doelstelling Eindtermen Programma Aansluitende masteropleiding
11 11 11 12 12 13
4
Examenonderdelen
15
Inhoudsopgave
3
4
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
1
Facultaire informatie Op http://student.fsw.vu.nl is alle informatie te vinden over: Roosters · Jaaroverzichten collegeroosters · Vakroosters · Tentamenroosters · Intekenroosters Bachelor · Bestuurs- en organisatiewetenschap · Communicatiewetenschap · Culturele antropologie en ontwikkelingssociologie · Politicologie · Sociologie · Profileringsruimte · Stages · Honours Programme Premaster · Beleid, communicatie en organisatie · Bestuurskunde · Communicatiewetenschap · Sociologie van Mondialisering en Diversiteit Master · Beleid, communicatie en organisatie · Bestuurskunde · Communicatiewetenschap · Sociologie van Mondialisering en Diversiteit Studiebegeleiding en advies · Studieadviseurs Regelingen Studentvoorzieningen · Bibliotheek · Computerfaciliteiten · Studeren in het buitenland · Toetsen · Getuigschriften Aanspreekpunten · Studiesecretariaat · Examencommissies · Opleidingscommissies · Afdelingssecretariaten
Facultaire informatie
5
· · ·
6
FSR EOS Essay
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
2
2.1
Opleidingsinformatie Bacheloropleidingen
Inleiding De bacheloropleidingen van de Faculteit der Sociale Wetenschappen hebben een programmaduur van drie jaar en een omvang van 180 studiepunten. De opleidingen worden voltijds overdag aangeboden. De faculteit verzorgt de volgende bacheloropleidingen: • Culturele Antropologie en Ontwikkelingssociologie, met de varianten Sociale en Culturele Antropologie, Organisatieantropologie en Historische Antropologie • Bestuurs- en Organisatiewetenschap • Communicatiewetenschap • Politicologie • Sociologie Op het moment dat voldaan is aan alle vereisten, wordt studenten een getuigschrift verstrekt, dat recht geeft op het voeren van de titel Bachelor of Science. Ieder bachelorgetuigschrift verschaft de student toegang tot ten minste één eenjarige masteropleiding van de Faculteit.
2.2
Algemene doelstelling De algemene doelstelling van de bacheloropleidingen is zodanige kennis en inzicht, vaardigheden en attitude bij te brengen op het terrein van de opleiding, dat de afgestudeerde is voorbereid op de aansluitende masteropleiding en in staat is tot zelfstandige beroepsbeoefening.
2.3
Algemene eindtermen Alle bacheloropleidingen van de faculteit kennen de volgende algemene eindtermen. Kennis van en inzicht in: • processen en verschijnselen op het gekozen domein; • theorieën op het gekozen domein; • methoden en technieken van sociaal-wetenschappelijk onderzoek. In staat zijn om: • een wetenschappelijk betoog te houden (mondeling en schriftelijk); • vakliteratuur kritisch te bespreken; • onderzoeksresultaten te beoordelen op betrouwbaarheid, geldigheid en bruikbaarheid; • data te analyseren en interpreteren. Blijk geven van: • een kritische houding tegenover gangbare veronderstellingen in de samenleving; • intellectuele integriteit; • een wetenschappelijke houding, dat wil zeggen de bereidheid aannames en theorieën te toetsen.
Opleidingsinformatie Bacheloropleidingen
7
2.4
Profileringsruimte Het eerste semester van het derde bachelorjaar bestaat uit dertig studiepunten profileringsruimte. Het is verstandig tijdig na te denken over de invulling van deze ruimte. Mogelijkheden zijn keuzevakken of stage in binnen- of buitenland, een minor of een combinatie daarvan. Jaarlijks wordt een voorlichtingsbijeenkomst over de profileringsruimte georganiseerd. Voor de invulling van de profileringsruimte is toestemming van de Examencommissie noodzakelijk.
2.5
Minoren De faculteit biedt drie soorten minoren aan. Ten eerste interne minoren Sociologie, Bestuur & Organisatie, Communicatiewetenschap, Politicologie, Organisatieantropologie en Sociale en Culturele Antropologie. Interne minoren zijn bestemd voor studenten van opleidingen FSW anders dan de eigen opleiding. Ten tweede zijn er externe minoren Sociologie, Bestuur & Organisatie, Communicatiewetenschap, Politicologie, Organisatieantropologie en Sociale en Culturele Antropologie, bestemd voor studenten van buiten FSW. Tot slot kent de faculteit drie thematische minoren: a) Cultuur, Religie en Diversiteit, bestemd voor studenten van buiten FSW en voor andere bacheloropleidingen FSW dan ANT en SOC; b) Filantropische Studies, bestemd voor zowel studenten van FSW als van buiten FSW en c) de VU-brede minor Ondernemerschap, verzorgd door de afdeling Bestuur & Organisatie in samenwerking met het Centrum voor Innovatie en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen en de Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde.
2.6
Taal De taal waarin de vakken worden aangeboden is Nederlands of Engels. Wanneer zich voor Engelstalige vakken geen buitenlandse uitwisselingsstudenten aanmelden, kan de docent besluiten de colleges in het Nederlands te geven. Bij Engelstalige vakken is het studenten toegestaan hun schriftelijk werk in het Nederlands te maken.
2.7
Studieadvies bacheloropleidingen In het eerste jaar van inschrijving krijgt iedere student na afloop van het eerste semester een schriftelijk preadvies op basis van de door hem of haar behaalde studieresultaten van het eerste semester. Vervolgens verstrekt de examencommissie, namens het faculteitsbestuur, iedere eerstejaars student voor 1 september een nietbindend schriftelijk studieadvies op basis van de door hem of haar behaalde studieresultaten van het eerste en het tweede semester.
8
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
2.8
Toelating tot het tweede en derde bachelorjaar Studenten die op 1 september van hun tweede jaar van inschrijving minder dan veertig studiepunten hebben behaald, mogen niet deelnemen aan toetsen van vakken uit het tweede jaar. Studenten die op 1 september van hun tweede studiejaar van inschrijving minder dan zestig maar meer dan veertig studiepunten hebben behaald, mogen wel aan toetsen van het tweede jaar deelnemen. Voorwaarde is dat zij hun resterende eerstejaars vakken voor 1 september van hun derde jaar van inschrijving hebben behaald. Studenten die op 1 september van hun derde jaar van inschrijving nog eerstejaars vakken moeten halen, mogen niet deelnemen aan toetsen van het tweede of het derde jaar.
Opleidingsinformatie Bacheloropleidingen
9
10
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
3
3.1
BSc Bestuurs- en Organisatiewetenschap
Inleiding De bacheloropleiding Bestuurs- en Organisatiewetenschap (of kortweg Bestuur en Organisatie) aan de Vrije Universiteit biedt een brede basisopleiding in de bestuursen organisatiewetenschap. De opleiding kenmerkt zich door een multidisciplinaire basis bestaande uit bestuurskunde, politicologie, sociologie, communicatiewetenschap, economie en recht. Bestuurs- en Organisatiewetenschap heeft als centraal object van studie de inrichting en werking van organisaties in de publieke en private sector, alsmede de interactie tussen publieke en private organisaties en de samenleving. Het profiel van Bestuursen Organisatiewetenschap aan de Vrije Universiteit heeft enkele bijzondere elementen. In de eerste plaats nemen normatieve vraagstukken een prominente plaats in. Het gaat daarbij enerzijds om kwesties van waarden, normen, ethiek en integriteit in organisaties. Anderzijds wordt met nadruk aandacht besteed aan de verbetering van de kwaliteit van bestuur en organisatie en aan methoden om op wetenschappelijk verantwoorde wijze te werken aan de verbetering van de praktijk. In de tweede plaats ruimt de opleiding plaats in voor de toenemende betekenis van informatie- en communicatietechnologie voor het besturen van organisaties en van de samenleving als geheel. Dit uit zich in het feit dat, anders dan in de meeste bestuursen organisatiewetenschappelijke opleidingen in Nederland, communicatiewetenschap als een van de funderende disciplines wordt beschouwd. In de derde plaats biedt de opleiding op verschillende plaatsen in het programma keuzeruimte om een accent in het programma aan te brengen. Zo is het mogelijk om meer nadruk te leggen op organisatie en communicatie, op beleid en bestuur, of op cultuur- en machtsprocessen binnen organisaties. Tenslotte houdt de opleiding rekening met de toenemende vermaatschappelijking van overheidsmacht en met de horizontalisering van de verhouding tussen overheid en private organisaties en de samenleving. Dit uit zich onder meer in aandacht voor de taakverdeling tussen de collectieve en de particuliere sector, voor de vraag hoe private organisaties opereren in de context van het openbaar bestuur en voor de publieke rol van private organisaties.
3.2
Doelstelling De bacheloropleiding Bestuurs- en Organisatiewetenschap beoogt studenten zodanige kennis en inzicht, vaardigheden en attitude bij te brengen op het terrein van bestuursen organisatiewetenschap, dat de afgestudeerde in staat is tot zelfstandige beroepsbeoefening en in aanmerking komt voor een vervolgopleiding tot wetenschappelijk onderzoeker of gespecialiseerd beroepsbeoefenaar.
BSc Bestuurs- en Organisatiewetenschap
11
3.3
Eindtermen De afgestudeerde van de bacheloropleiding Bestuur en Organisatie heeft kennis van en inzicht in: • de grondbegrippen, theorieën en benaderingen in de disciplines politicologie, sociologie, economie, recht en communicatiewetenschap; • de grondbegrippen en theorieën over beleid en besluitvorming, over organisatie en management, over communicatie, over de verhoudingen en interacties tussen publieke en private organisaties en hun omgeving; • de feitelijke inrichting van het bestuur en van zijn omgeving; • de grondslagen en benaderingen van de sociale wetenschappen; • methoden en technieken van sociaal-wetenschappelijk onderzoek. De afgestudeerde van de bacheloropleiding Bestuur en Organisatie is in staat: • bestuurlijke en organisatorische problemen en verschijnselen te analyseren met behulp van wetenschappelijke concepten en theorieën; • praktijkproblemen in onderzoekbare vragen te vertalen; • wetenschappelijke kennis en inzichten toe te passen voor de oplossing van (eenvoudige) problemen uit de praktijk van bestuur en organisatie; • wetenschappelijke bronnen en onderzoeksliteratuur te verzamelen en te verwerken; • academische toepassingen van computertechnologie te gebruiken; • literatuuronderzoek te verrichten en hierover schriftelijk en mondeling te rapporteren; • onder begeleiding een eenvoudig onderzoek uit te voeren. De afgestudeerde van de bacheloropleiding Bestuur en Organisatie geeft blijk van: • nieuwsgierigheid naar achtergronden, oorzaken, consequenties en oplossingen van bestuurlijke verschijnselen en problemen; • een houding die bestaat uit een kritische reflectie op bestuurlijke en organisationele vraagstukken en op analyses van en oplossingen voor die vraagstukken; • integriteit en besef van ethische en normatieve aspecten van bestuur en organisatie.
3.4
Programma Onderdelen: http://student.fsw.vu.nl/faculteit/onderwijs/roosters/index.xml - Jaarroosters De vakken Inleiding tot de Sociale Wetenschappen en Methoden en Technieken van Sociaal-Wetenschappelijk Onderzoek maken ook onderdeel uit van de andere bacheloropleidingen van de faculteit FSW. De vakken Bestuur en Omgeving en Organisatiewetenschap zijn de hoofdvakken in het eerste jaar die specifiek zijn voor de opleiding Bestuur en Organisatie. De genoemde vakken hebben hoofdzakelijk het karakter van hoorcolleges waarvan de toetsing in de regel de vorm heeft van schriftelijke (deel)tentamens. Naast deze vakken volgen studenten in beide semesters een intensief werkcollege. In de Bachelorwerkgroep in het eerste semester wordt expliciet aandacht besteed aan schriftelijke en mondelinge academische vaardigheden. Aan de hand van een reeks van onderwerpen en thema’s op het terrein
12
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
van bestuur en organisatie worden opdrachten uitgevoerd en oefeningen verricht in academisch schrijven, presenteren, het zoeken, gebruiken en beoordelen van wetenschappelijke literatuur. In de eerste weken van het Bachelorproject is tevens het mentorprogramma opgenomen. In het Bachelorproject in het tweede semester leren studenten om zelf een kleinschalig onderzoek op te zetten, uit te voeren en daarover te rapporteren. Het tweede jaar van de bacheloropleiding Bestuur en Organisatie biedt een verdieping van de beleidswetenschappelijke, organisatiewetenschappelijke en communicatiewetenschappelijke disciplines. Daarbij is zowel aandacht voor vraagstukken die in en tussen organisaties spelen, als voor de relatie van private en publieke organisaties met hun omgeving. Voorts wordt in het tweede jaar de economische, juridische en Europese context van organisaties behandeld. Bovendien is in de keuzeruimte plaats ingeruimd voor de rol van cultuur- en machtsprocessen binnen organisaties. In het derde jaar wordt studenten in het eerste semester een profileringsruimte geboden waarin zij hun bacheloropleiding van een persoonlijk accent kunnen voorzien. Zo kan deze ruimte worden benut voor keuzevakken, een stage, een minor bij een andere opleiding of voor studie in het buitenland. Het tweede semester van het derde jaar biedt een gelegenheid tot reflectie in het vak ‘Filosofie van Management en Organisatie’. Daarnaast is er ook in dit semester ruimte voor een keuzevak. In het derde jaar is er naast theoretische kennisoverdracht ruim aandacht voor methodische vraagstukken en voor de toepassing van verworven kennis. In het Onderzoekspracticum verrichten studenten een empirisch onderzoek. De opleiding wordt afgesloten met de Bachelorthesis. Deze thesis omvat een literatuurstudie die bestaat uit de verwerking, confrontatie en beoordeling van theoretische inzichten ten aanzien van een thema op het terrein van bestuurs- en organisatiewetenschap. Een deel van de vakken in het tweede en derde jaar wordt aangeboden in het Engels.
3.5
Aansluitende masteropleiding Studenten die de bacheloropleiding Bestuurs- en Organisatiewetenschap succesvol hebben afgerond, kunnen hun studie voortzetten met een masteropleiding. De bacheloropleiding Bestuurs- en Organisatiewetenschap geeft zonder verdere voorwaarden toegang tot een drietal masteropleidingen binnen de Faculteit der Sociale Wetenschappen: Bestuurskunde, Beleid, Communicatie en Organisatie en de geheel Engelstalige masteropleiding Culture, Organization and Management.
BSc Bestuurs- en Organisatiewetenschap
13
14
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
4 naam code coördinatoren docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze
literatuur
toetsing
doelgroep voorkennis
Examenonderdelen Bachelorproject bestuur en organisatie 708001 drs. K.M. Lasthuizen; dr. E.P. Sleebos dr. E.P. Sleebos; drs. K.M. Lasthuizen 10 2e semester Kennis: het bachelorproject stelt de student in staat zich door inhoudelijke verdieping nader te oriënteren op een van de onderzoeksterreinen van de opleiding Bestuur en Organisatie. Vaardigheden en attitude: na het doorlopen van het bachelorproject is de student in staat om: • Een kleinschalig empirisch onderzoek op te zetten, uit te voeren en daarover te rapporteren; • Te kunnen samenwerken met anderen. Tijdens het project worden alle fasen van een empirisch onderzoek doorlopen: een verkenning van de literatuur en het onderzoeksterrein, het formuleren van een probleemstelling met bijpassend onderzoeksdesign, dataverzameling en -analyse, rapportage en onderzoeksevaluatie. Onderzoekspracticum. In het bachelorproject werken studenten samen aan een onderzoek in teams van ongeveer 6 deelnemers. Studenten kunnen kiezen uit een aanbod van verschillende onderzoeksthema's op het gebied van bestuur, cultuur en organisatie. Elk team werkt aan één onderzoek binnen het gekozen thema. Het practicum start met een individuele literatuurstudie waarvan in een paper verslag wordt gedaan. Het team formuleert vervolgens de probleemstelling voor het onderzoek en ontwerpt een onderzoeksopzet. Teams verrichten de dataverzameling en analyse. In de slotfase schrijft het gehele team de eindrapportage van het onderzoek en verzorgt het de presentatie van de onderzoeksresultaten aan de studenten van de andere onderzoeksteams. In beginsel zijn er wekelijkse bijeenkomsten van de onderzoeksteams waarbij aanwezigheid verplicht is. Tijdens het onderzoekspracticum zijn er verplicht enkele ondersteunende hoorcolleges over kwalitatieve en kwantitatieve dataverzameling, en interviewen, alsmede practica waarin data-analyse en interviewen wordt geoefend. • Studiehandleiding Bachelorproject (via Blackboard). • Van Tulder, Skill Sheets (reeds aangeschaft voor Bachelorwerkgroep). • De Vocht, Basishandboek SPSS 14 (reeds aangeschaft voor M&T). • Nader op te geven en te verzamelen wetenschappelijke artikelen. Deze verschillen per thema. Testimonium op basis van het individuele paper, participatie in het project en het onderzoeksrapport van het team. Een eventueel onvoldoende individueel paper dient voor het einde van het project te zijn herkanst. In geval van onvoldoende participatie kan een extra opdracht worden verstrekt. Indien het onderzoeksrapport van het team onvoldoende is, dient uiterlijk in de laatste week van het 2e semester een herzien rapport te zijn ingeleverd. Bachelorstudenten. Deelname aan het Bachelorproject is alleen mogelijk als voldaan is aan de verplichtingen van de Bachelorwerkgroep en een serieus concept van het
Examenonderdelen
15
eindpaper uiterlijk is ingeleverd op maandag 19 januari 2009. Studenten die zich inschrijven voor het project zullen voor de start van het project op deze voorwaarde gecontroleerd worden. opmerkingen Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. naam code coördinator studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
16
Bachelorthesis bestuur en organisatie 701145 dr. L.A. Berghman 10 2e semester Na voltooiing van de thesis hebben studenten getoond in staat te zijn op basis van actuele wetenschappelijke literatuur over verschijnselen en ontwikkelingen op het terrein van organisatie, beleid en communicatie de implicaties voor onderzoek te kunnen uitwerken, hetgeen blijkt uit een zelfstandig geschreven literatuurreview. Daartoe beheersen ze de volgende vaardigheden: • een gekozen probleem, verschijnsel of ontwikkeling op het terrein van organisatie, beleid en communicatie kunnen 'vertalen' in relevante theoretische termen; • een samenhangende set primaire of secundaire theoretische geschriften kunnen opsporen, bestuderen, samenvatten en in samenhang becommentariëren, in inhoudelijke en/of methodologische termen; • op basis van deze literatuur implicaties voor verder onderzoek kunnen aangeven, blijkend uit de onderbouwing van een voorstel voor verder onderzoek, inclusief specifiek geformuleerde vragen en/of proposities/hypothesen, en suggesties over hoe deze te onderzoeken cq. toetsen; • in staat zijn op correcte wijze bronnen te citeren en naar bronnen te verwijzen. in staat zijn op heldere wijze schriftelijk te rapporteren over theoretische ideeën en onderzoeksbevindingen. De thesis vormt de afsluiting van de bacheloropleiding B&O. Voortbouwend op de eerder verworven kennis en inzichten wordt een literatuurreview gemaakt van een relevant onderwerp op het gebied van beleid, communicatie en organisatie. Hoor- en werkcollege. • Fink, A. 2005. Conducting Research Literature Reviews: From the Internet to Paper. Second edition. London: Sage. • Literatuur met betrekking tot de opdrachten wordt via het collegerooster bekend gemaakt. • Literatuur voor de review wordt door de studenten individueel geselecteerd. Testimonium op basis van een individueel werkstuk. Bachelorstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
naam code coördinatoren studiepunten periode doel
Bachelorwerkgroep bestuur en organisatie 701009 dr.ir. F.K. Boersma; dr. F.P. Wagenaar 10 1e semester Algemeen leerdoel: • introductie in de academische gemeenschap. Inhoudelijke leerdoelen: • kennismaking met het object van de opleiding Bestuur en Organisatie • kennismaken met funderende literatuur van het vakgebied; • kritisch reflecteren op de verschillende theoretische stromingen en perspectieven van het vakgebied. Te leren vaardigheden: • schrijven van een essay; • parafraseren van wetenschappelijke literatuur; • presenteren en bediscussiëren van wetenschappelijke literatuur; • zoeken naar aanvullende en verwante literatuur, onder andere in de bibliotheek en op internet; • schrijven van een paper, waarin de student blijk geeft van een kritische en analytische kijk op de aangeboden stof. inhoud De Bachelorwerkgroep biedt een introductie in het vakgebied Bestuur en Organisatie in combinatie met instructie in en oefening van academische vaardigheden. De introductie in het vakgebied geschiedt aan de hand van enkele thema's die in de studie Bestuur en Organisatie centraal staan. De thema's betreffen onder meer de culturele grondslagen van structuren en processen in organisaties, verschillen tussen de structuren van organisaties, en de effecten daarvan op hun functioneren, de verdeling van bestuurlijke en maatschappelijke taken tussen overheden, ondernemingen en nonprofitorganisaties, strategievorming in ondernemingen en nonprofitorganisaties, en beleids- en agendavorming van een overheidsorganisatie. Bij elk thema krijgen studenten wetenschappelijke theorieën en modellen aangereikt met behulp waarvan de gevallen kunnen worden begrepen, verklaard en beoordeeld. Aan de inhoudelijke bestudering van de thema¿s worden opdrachten verbonden die zijn gericht op de oefening van academische vaardigheden. Zowel schriftelijke vaardigheden, zoals het schrijven van parafrases, essays en wetenschappelijke papers, als mondelinge vaardigheden komen aan bod. Daarnaast is er aandacht voor specifieke academische vaardigheden als het verzamelen en beoordelen van literatuur en het gebruik van academische toepassingen van ICT. werkwijze Vier plenaire colleges (introductie BWG; introductie drie inhoudelijke thema's) gegeven door de coördinatoren van het vak. Verder werkcolleges. Gedurende de eerste acht weken zijn zes bijeenkomsten gepland onder begeleiding van een studentmentor die direct worden aangestuurd door de docenten. De andere bijeenkomsten staan onder leiding van een docent. Fysieke en geestelijke aanwezigheid zijn verplicht (uitsluiting van de BWG volgt automatisch bij meer dan 3 keer afwezig bij de werkgroepen (studentmentor en docent)). Studenten die onvoldoende meedoen tijdens de bijeenkomsten of te vaak onvoorbereid in de werkgroepen zitten kunnen
Examenonderdelen
17
literatuur toetsing
doelgroep voorkennis
opmerkingen
naam code docenten studiepunten periode doel
18
tevens door de docent als afwezig worden genoteerd. • Klapper Eerste Bachelorjaar • reader, deels elektronisch, te ontsluiten via blackboard Testimonium op basis van opdrachten (50%) en paper (50%). Opdrachten: schriftelijke parafrase van literatuur, mondelinge presentatie, essay, bibliotheekinstructie A en bibliotheekinstructie B; deze dienen alle afzonderlijk voldoende te zijn; herkansing van opdrachten dienen uiterlijk 3 weken voor de eerste inleverdatum van de paper te zijn ingeleverd; de resultaten hiervan worden uiterlijk op 18 januari aan de student bekend gemaakt . Indien ook de herkansing onvoldoende is, wordt de student van verdere deelname aan het vak uitgesloten en hoeft de paper niet meer te worden ingeleverd. Dit betekent tevens automatische uitsluiting van het Bachelorproject. Paper: dient voldoende te zijn; er is één herkansingsmogelijkheid; aan een herkansing kan alleen worden deelgenomen als een eerste versie van de eindpaper uiterlijk 1 februari 2009 is ingeleverd. Bachelorstudenten. Zonder een aan het eind van de werkgroep (uiterlijk 30 januari 2009 om 17.00 uur) ingeleverde versie van de eindpaper en een voldoende voor elk van de individuele opdrachten (parafrase, presentatie en essay) heeft men geen herkansingsrecht en geen toegang tot het Bachelorproject. Ten einde het onderwijs voor dit vak adequaat te kunnen organiseren, is het noodzakelijk dat studenten zich voor dit vak inschrijven via TIS, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. Niet of te laat inschrijven heeft als mogelijke consequentie dat men uitgesloten wordt van deelname aan het vak. Beleid en besluitvorming deel 1 701146 dr.mr. A.J.G.M. van Montfort; dr.ir. F.E. Six; dr. S.M. van Gool 5 1e helft 1e semester Kennis: • enkele belangrijke theoretische perspectieven op besluitvormingsprocessen binnen openbaar bestuur, bedrijfsleven, nonprofit sector en publiek-private netwerken kunnen beschrijven aan de hand van onderscheidende begrippen en dimensies; • enkele belangrijke theoretische perspectieven op beleidsvoering en een aantal beproefde methoden en technieken voor het ontwerpen, monitoren en evalueren van beleid kunnen beschrijven door deze methoden en technieken te plaatsen binnen de totale beleidscyclus; Vaardigheden: • literatuur (academisch en populair) en theoretische inzichten over beleidsvoering en besluitvormingsprocessen kunnen analyseren en classificeren volgens de behandelde theoretische perspectieven; • op een wetenschappelijk verantwoorde manier kunnen beredeneren welke methode of techniek uit de beleidswetenschap op welk moment en in welke situatie (het meest) geschikt is; Attitude: • kritisch kunnen reflecteren op de totstandkoming en relevantie van
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
theoretische kennis op het terrein van besluitvorming en beleidsvoering. inhoud Dit vak is deel 1 van twee delen. Deel 1, dat theoretisch van aard is, vormt een zelfstandig geheel en kan door studenten worden afgerond zonder daarna ook deel 2 te doen. In deel 1 komen verschillende theoretische perspectieven op besluitvorming en beleidsvoering aan de orde. Deze zijn het rationalistische (nutgerichte) perspectief, netwerk- (invloedgerichte perspectief), institutionele (regelgerichte) perspectief en het persoonsgerichte perspectief. Voorts komt de hele beleidscyclus, inclusief de agendavorming, aan de orde. Daarbij wordt een aantal beproefde methoden en technieken voor beleidsvoering geplaatst binnen de totale beleidscyclus. werkwijze Hoorcollege. literatuur Tekstboek, e-reader en e-syllabus Details worden bekend gemaakt via blackboard. toetsing Schriftelijk tentamen. doelgroep Bachelor- en premasterstudenten. opmerkingen Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. naam code docenten studiepunten periode doel
Beleid en besluitvorming deel 2 701147 dr. S.M. van Gool; prof.dr. W.A. Trommel 5 2e helft 1e semester Kennis: • Verdieping van de in deel 1 behandelde theoretische perspectieven op besluit- en beleidsvorming, met name door het oefenen met het toepassen van die perspectieven op praktijkproblemen. Het gaat daarbij om toepassing van kennis ten behoeve van zowel analytische doeleinden (bijvoorbeeld de verklaring van een concreet besluitvormingsproces) als ook ontwerpdoeleinden (het doen van onderbouwde voorstellen ter verbetering van besluit- en beleidsvorming). Vaardigheden: • Het met behulp van theoretische inzichten (zoals aangereikt in deel 1) in staat zijn beargumenteerde uitspraken te doen over het verloop,de uitkomsten en de kwaliteit van concrete besluitvormingsprocessen • Het met behulp van theoretische inzichten (zoals aangereikt in deel 1) in staat zijn een concreet beleidsprobleem uit te diepen, waarbij alternatieve beleidsoplossingen tegen elkaar worden afgewogen, en voorstellen worden gedaan voor het monitoren van effecten en beleidsevaluatie. Attitude: • Het aanleren van een kritische, reflecterende houding ten aanzien de kwaliteit en besluitvorming en beleidsvoering binnen openbaar bestuur, bedrijfsleven, non-profit sector en publiek-private netwerken inhoud Wie deelneemt aan dit vak wordt verondersteld gedegen kennis te hebben van de in Beleid en Besluitvorming I aangereikte theoretische inzichten. Beleid en Besluitvorming 2 vangt aan met een korte terugblik op deze inzichten, gevolgd door een theoretische verdieping. Daarna zullen studenten aan de hand van deelopdrachten en referaten werken aan concrete vraagstukken van beleid en besluitvorming, waarbij zowel de
Examenonderdelen
19
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
analyse van besluitvormingsprocessen als het ontwerp van beleidsverbeteringen aan de orde komen. Een en ander wordt afgesloten met een eindopdracht. Werkcollege. Aanwezigheid en participatie verplicht. Wordt nader bekend gemaakt. Deelopdrachten en werkstuk. Bachelor- en premasterstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
naam code docenten studiepunten periode doel
Bestuur en omgeving deel 1 701010 prof.dr. L.W.J.C. Huberts; prof.dr. W.A. Trommel 5 1e helft 2e semester Kennis van en inzicht in: • het besturen van organisaties en van de samenleving; • de problemen waarom het gaat bij het besturen en de taakverdeling tussen bedrijven, non-profitorganisaties en overheid; • het beleid van organisaties om problemen op te lossen; • de feitelijke inrichting van het bestuur van organisaties in het bijzonder van het openbaar bestuur; • de inhoud van goed besturen (effectief, rechtmatig, democratisch en integer); • het bestuderen van het besturen (theorie en ontwikkeling bestuurswetenschappen). inhoud Het eerste deel van het vak Bestuur en Omgeving is bedoeld als een kennismaking met het bestuur en de bestuurswetenschappen. De stof is georganiseerd rond een aantal kernthema's. Eerst is er aandacht voor de problemen die in de samenleving moeten worden opgelost en of dat kan en moet gebeuren door de overheid, door non-profitorganisaties of door bedrijven. Het tweede thema gaat over wat je moet of kunt doen om de problemen op te lossen, over het beleid. Aan de orde komen modellen voor het ontwerpen van beleid, theorieën over beleidsontwikkeling en -uitvoering en de maatschappelijke effecten van beleid. De organisatie en het management staan als derde centraal. Daarbij gaat het om het openbaar bestuur dat verantwoordelijk is voor de inrichting van de samenleving, maar ook om het besturen van bedrijven (corporate governance). Hoe is het lokale, nationale en internationale bestuur georganiseerd en wat typeert het management? Verschilt het managen van een bedrijf van het leiding geven aan overheidsorganisaties? Dat roept ook vanzelf de vraag op naar de kwaliteit van het bestuur. Waarom gaat het bij goed besturen: om wat je bereikt, om handelen overeenkomstig de wet, om democratisch opereren of om integriteit en eerlijkheid? Steeds gaat het bij deze vraagstukken ook om wat de (bestuurs)wetenschappen te bieden hebben. Welke begrippen en theorieën zijn van belang, hoe heeft het denken over het bestuur zich ontwikkeld? werkwijze Hoorcollege. literatuur • Bovens, M.A.P, P. 't Hart & M.J.W. van Twist (2007). Openbaar Bestuur. Beleid, organisatie en politiek. Alphen a/d Rijn: Kluwer. ISBN 978-90-
20
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
13-04256-6 (ca 50 euro). Overige Artikelen/Reader Bestuur en Omgeving deel 1 (via Blackboard ter beschikking gesteld). toetsing Schriftelijk tentamen. doelgroep Bachelor- en premasterstudenten. opmerkingen Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. •
naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
subject code lecturer credits period aim
Bestuur en omgeving deel 2 701011 prof.dr. L.W.J.C. Huberts; prof.dr. W.A. Trommel 5 2e helft 2e semester Kennis van en inzicht in: • de politieke context van het bestuur; • de wisselwerking tussen bestuur en samenleving; • macht en invloed in bestuur en samenleving; • de internationale context van het bestuur. In het tweede deel van het vak Bestuur en Omgeving gaat de aandacht uit naar de omgeving van het bestuur en de wisselwerking tussen politiek, samenleving en bestuur. Het eerste thema dan aan de orde komt betreft de politieke stelsels en de politieke instituties waarbinnen het bestuur functioneert en de politieke theorieën, ideologieën en stromingen die het denken over de inrichting van politiek, bestuur en samenleving beheersen. Daarna worden de begrippen macht en invloed en hun relevantie voor de analyse van de werking van het bestuur behandeld. Onder de noemer wisselwerking tussen bestuur en samenleving gaat de aandacht uit naar de verhouding en interactie tussen bestuur en burger, de behartiging van publieke belangen door overheden, maatschappelijk middenveld en ondernemingen, public affairs en lobbyen en de betekenis van de media. In de laatste colleges komt de internationale dimensie van het bestuur aan bod: de inrichting, werking en effectiviteit van het bestuur op zowel Europese als wereldschaal. Hoorcollege. • Rod Hague & Martin Harrop, Comparative Government and Politics, Palgrave Macmillan, 7e druk 2007, ISBN 978-0-230-006237-9 • Electronische Reader Bestuur en Omgeving deel 2. • Eventuele overige literatuur wordt bekend gemaakt via het collegerooster. Testimonium op basis van schriftelijk tentamen en opdracht. Bachelor- en premasterstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. Culture and Management Research 703135 dr.ing. A.H. van Marrewijk 5 1st half 1st semester To offer students insight into contemporary theories on the diagnose and management of organization culture.
Examenonderdelen
21
content Organisation culture has become a very important concept in the study of culture and management research. The lectures will explore the concept of and different perspectives on organisation culture. Distinct models and methods of diagnosing and managing organisation culture are discussed. Theoretical concepts and models will be connected to diagnosing and management practices. form of tuition Lecture. literature Joanne Martin (2002) Organisation Culture. Mapping the Terrain. London: Sage Publications Articles will be announced later. mode of assessment Written examination. target audience Bachelor, Pre-master and exchange students. remarks It is obligatory to subscribe for a course, for more information on subscription dates go to the faculty website, heading students, under schedules: http://student.fsw.vu.nl/schedules. naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing opmerkingen
Filosofie van management en organisatie 700016 dr. H. van Diest 5 1e helft 2e semester. Het verhogen van inzicht in wijsgerige thema¿s verband houdend met en het aanscherpen van het kritisch vermogen tot reflectie op organisatietheoretische vooronderstellingen. In dit vak staat het wijsgerig nadenken over management en organisaties centraal. Twee organisatietheoretische benaderingen komen aan de orde: de organisatie begrepen als instrument enerzijds en de organisatie begrepen als samenwerking tussen mensen anderzijds. Ieder van de benaderingen blijkt een eigen begrippenkader in te houden dat kan worden samengevat met de begrippen instrumentele en/of economische rationaliteit enerzijds en menselijke identiteit, communicatie en authenticiteit anderzijds. Deze begrippen krijgen in dit vak een wijsgerige verdieping. Tenslotte zal aandacht besteed worden aan de vraag op welke wijze deze meer uitgewerkte begrippen in verband gebracht kunnen worden met de twee bovengenoemde organisatietheoretische benaderingen. Hoor- en werkcollege. Wordt via het collegerooster bekend gemaakt. Testimonium op basis van schriftelijk tentamen en een opdracht. Ten einde het onderwijs voor dit vak adequaat te kunnen organiseren, is het noodzakelijk dat studenten voor dit vak intekenen via TIS, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. Niet of te laat inschrijven heeft als mogelijke consequentie dat men uitgesloten wordt van deelname aan het vak.
naam Gedrag en communicatie in organisaties code 708116 docenten dr. A.T.M. van Nistelrooij; dr. J.W. Ouwerkerk; dr. M.A. Tanis; dr. T.C. de Gilder studiepunten 10 periode 2e semester
22
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
doel Verwerving van kennis van organisatie- en communicatie-wetenschappelijke theorieën over gedrag van mensen in organisaties, alsmede de toepassing van die kennis. Meer specifiek gaat het om: • kennis van de verschillende verklaringen voor menselijk gedrag binnen de context van organisaties; • inzicht in de samenhang tussen managementgedrag en de effecten hiervan op individuen en groepen in organisaties en hun omgeving; • analyseren, bekritiseren en interpreteren van veranderkundige praktijksituaties vanuit de aangereikte wetenschappelijke literatuur; • schrijven van academisch werkstukken volgens de richtlijnen van de scriptiehandleiding. inhoud In de bijeenkomsten zal op thematische wijze de sociaal-wetenschappelijke theorievorming omtrent 'organizational behaviour' aan bod komen. Centraal staat de vraag in hoeverre organisatie- en communicatiewetenschappelijke perspectieven een verklaring kunnen bieden voor het gedrag van mensen in organisaties. Daarbij gaat het om gedrag en attitudes van mensen in organisaties op het niveau van individuen, groepen en organisaties als geheel. Er is veel aandacht voor motivatie, groepsstructuur, samenwerking, leiderschap, conflict, organisatiecultuur en organisatieverandering. Na het verwerven van kennis van theorieën op ieder van genoemde drie niveaus, wordt de opgedane kennis geïntegreerd bij de analyse van casussen over organisatieverandering. werkwijze Hoor- en werkcollege. Het eerste deel van het vak bestaat voornamelijk uit hoorcolleges en wellicht een enkel werkcollege. Dit deel wordt afgesloten met een deeltoets. Het tweede deel van het vak bestaat vooral uit werkcolleges. Hierbij maken de studenten in kleine groepen één of meer opdrachten. Voor elke opdracht wordt een werkstuk of paper geschreven. Elk van de werkstukken is erop gericht om de student te bekwamen in het toepassen, vergelijken en bekritiseren van wetenschappelijke theorieën. Waarschijnlijk wordt daarnaast gebruik gemaakt van een computersimulatie van een complexe organisatieverandering. literatuur Wordt via het collegerooster bekend gemaakt. toetsing Testimonium op basis van één deeltoets, korte opdrachten en een eindwerkstuk. Het eindcijfer is een gewogen gemiddelde van de voor deze drie onderdelen behaalde cijfers. Ieder onderdeel telt voor 1/3 mee. Alle onderdelen moeten met een voldoende worden afgerond. doelgroep Bachelor- en premasterstudenten. opmerkingen • Aanwezigheid bij de werkgroepen is verplicht. • Aan de eventuele computersimulatie zijn extra kosten verbonden. • Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. naam code docent studiepunten periode doel
Inleiding tot de sociale wetenschappen 706005 dr. G.C. de Vries 10 1e semester Kennis verschaffen van en inzicht geven in de geschiedenis van menselijke samenlevingen, de opkomst en ontwikkeling van de sociale wetenschappen,
Examenonderdelen
23
en de differentiatie van afzonderlijke disciplines daarbinnen. inhoud Dit vak geeft een inleiding tot de sociale wetenschappen op grond van drie vragen: (a) Hoe hebben menselijke samenlevingen zich vanaf de prehistorie tot nu ontwikkeld?; (b) Hoe zijn de grondleggers van de empirische sociale wetenschappen daarop vanaf de achttiende eeuw gaan reflecteren?; (c) Welke disciplines of vakgebieden hebben zich in dat reflectieproces uitgekristalliseerd, en waarom juist die? Het vak plaatst deze ontwikkelingen in een breed perspectief. werkwijze Hoorcollege. literatuur • Patrick Nolan & Gerhard Lenski (2005) Societies. An introduction to macrosociology. 10th ed. Boulder: Transaction (onder voorbehoud van beschikbaarheid). • Randall Collins & Michael Makowsky (2004) The discovery of society. 7th ed. New York: McGraw Hill. • Aanvullende electronische reader Inleiding tot de Sociale Wetenschappen 2008-2009 (wordt nader aangekondigd). toetsing Testimonium op basis van twee schriftelijke deeltoetsen. doelgroep Bachelorstudenten. opmerkingen Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
24
Instituties, markt en overheid deel 1 701151 dr. J.R. Hulst 5 1e helft 2e semester Het verwerven van kennis en inzicht met betrekking tot de ontwikkeling en functie van de overheid in relatie tot de markt, zowel nationaal als internationaal (Europa). In deel 1 wordt een schets gegeven van de ontwikkeling van het publieke domein op nationaal en Europees niveau. Aan de orde komen de opkomst van de nationale staat, de overgang van Nachtwakerstaat naar Welvaartsstaat, de crisis van de Welvaartsstaat en de terugtredende overheid. Daarbij is ook aandacht voor gerelateerde ontwikkelingen in de verhoudingen binnen de staat (centralisatie&decentralisatie) en aan de relatie tussen overheid en markt (privatisering). Voorts is er aandacht voor de Europese integratie. Daarbij komt aan de orde het ontstaan en de groei van het Europees domein en de gevolgen van Europese integratie voor de verhouding tussen overheid en markt. Concreet wordt ingegaan op de totstandkoming en gevolgen van een aantal Europese richtlijnen en verordeningen. Wat zijn de gevolgen van Europeanisering en vermarkting voor de Europese natiestaat? Hoorcollege. • N. Nugent, The Government and Politics of the European Union, 2006. • Artikelen en studies die via blackboard elektronisch toegankelijk zijn. Opdrachten en schriftelijk tentamen. Bachelor- en premasterstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
Instituties, markt en overheid deel 2 701152 drs. P.J. de Vries 5 2e helft 2e semester Het verwerven van kennis en inzicht in positieve en normatieve theorie inzake de afbakening van de publieke en private sector en (de vormgeving van) overheidsinterventies in de markt. In deel 2 staat economische (positieve en normatieve) theorie centraal met betrekking tot de publieke sector. Welke economische verklaringen zijn er voor het ontstaan en de groei van de publieke sector, voor het bestaan van de non-profit sector, voor een gebrek aan efficiency van de publieke sector? Welke begrippen en modellen reikt economische theorie aan voor de afbakening tussen publieke en private sector.? In welke situaties is overheidsproductie van goederen en diensten nodig, in welke situaties dient de markt gereguleerd te worden? Welke vormen van uitbesteding of verzelfstandiging van overheidsorganisaties zijn mogelijk of gewenst? In dit verband komen onder meer aan de orde: de collectieve goederentheorie, de principal-agenttheorie en de transactiekostentheorie. Hoorcollege. • C. Winston, Government Failure versus Market Failure, 2006 (elektronisch toegankelijk). • Artikelen die via blackboard elektronisch toegankelijk zijn. Testimonium op basis van opdrachten en schriftelijk tentamen. Bachelor- en premasterstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
subject code credits lecturer period aim
Integrity and Ethics 701153 5 dr. G. de Graaf 2nd half 2nd semester The aim of the program is to familiarize the student with the conceptual framework on (organizational) ethics and integrity, and the state of the art of our knowledge on business ethics, corruption, integrity violations and integrity management of organizations in the public and private domain. The student will be helped and stimulated to formulate own moral intuitions and opinions on these subjects. content Usually when a company is on the front-page, something went terribly wrong with its integrity. Think of Enron or Ahold. Because negative press can be devastating for the marketing and strategy of any business, nowadays no company can afford to design a strategy, without paying attention to (business) ethics. Similarly, integrity is of vital importance in every governmental policy: public trust in the integrity of government is crucial for its legitimacy and effectiveness. It is no wonder therefore that subjects such as public corruption, integrity and ethics have gained importance in the fields of public and private administration, political science, law and economics. The former limited focus on 'corruption' and what is morally wrong is changing in the direction of integrity, ethics and what is morally good. The
Examenonderdelen
25
form of tuition literature
mode of assessment target audience remarks
'Integrity and Ethics' course will discuss conceptual and theoretical developments, concentrating on integrity strategies and institutions (integrity management) and their effects on integrity. Attention will be paid to several types of organizations; public but also private. In the course and in the classes, there will be much room for actual cases, 'current affairs' and discussion. Lecture. • Gerald E. Caiden, O.P. Dwivedi, and Joseph Jabbra (Eds), Where Corruption Lives. Bloomfield: Kumarian Press, 2001. This book will be used as a background document. • Muel Kaptein & Johan Wempe, The Balanced Company. A Corporate Integrity Theory. Oxford: Oxford University Press, 2002; chapters 1-4. • And journal articles, to be announced on Blackboard Testamur based on a written exam. Bachelor and exchange students. It is obligatory to subscribe for a course, for more information on subscription dates go to the faculty website, heading students, under schedules: http://student.fsw.vu.nl/schedules.
naam code docent studiepunten periode doel
Kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden I 704134 drs. M.C. de Klepper 5 1e helft 2e semester Na afloop van deze cursus is de student in staat: • een beargumenteerde keuze te maken voor een type onderzoeksontwerp; • te beoordelen welk type data geschikt is gegeven een sociaal wetenschappelijke vraagstelling; • een onderzoeksvraag te operationaliseren; • kwalitatieve inhoudsanalyses uit te voeren met ATLAS.ti inhoud Tezamen met het vervolg vak `Kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden II' biedt dit vak een verdieping van kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden die centraal staan binnen de opleiding Bestuur en Organisatie. Componenten uit elke fase van de empirisch cyclus van sociaal-wetenschappelijk onderzoek komen hierbij aan de orde: van onderzoeksontwerp tot aan de analyse van verzamelde gegevens. In dit (eerste) vak ligt de nadruk op de eerste helft van de empirische cyclus. Verschillende typen onderzoeksontwerpen die worden gebruikt in de opleiding Bestuur en Organisatie komen aan de orde. Dit betreft met name survey onderzoek, case study en evaluatieonderzoek. Om inzicht te verwerven in de wijze waarop theoretische constructen meetbaar wordt gemaakt, leert de student de samenhang tussen theorie, operationalisatie en dataverzameling te beargumenteren. Via opdrachten leert de student deze inzichten toe te passen in het ontwikkelen van gestructureerde vragenlijsten, open interviews en codeerschema's voor inhoudsanalyse. Voortbouwend op het eerste jaar, verdiept de student zich in methodologische opvattingen over operationaliseren. In een praktische toepassing van kwalitatieve data-analyse voert de student met behulp van software (ATLAS.ti). inhoudsanalyse uit. De student leert de resultaten van de zelf-uitgevoerde analyses en de in wetenschappelijke artikelen gerapporteerde analyses te interpreteren en
26
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
daarover verslag te doen in begrijpelijke taal. werkwijze Hoorcollege en practicum. Aanwezigheidsplicht bij practica. literatuur Wordt via het collegerooster bekend gemaakt. toetsing Testimonium op basis van een schriftelijke tentamen (75%) en opdrachten en/of werkstuk (25%) doelgroep Bachelor- en premasterstudenten. voorkennis Deze cursus bouwt voort op Methoden en Technieken van SociaalWetenschappelijk Onderzoek. opmerkingen Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
opmerkingen
Kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden II 704135 drs. M.C. de Klepper 5 2e helft 2e semester Na afloop van deze cursus is de student in staat: • de bij de data en onderzoeksvraag passende multivariate analysetechnieken te kiezen en toe te passen in SPSS; • factor- en betrouwbaarheidsanalyses uit te voeren in SPSS; • uitgevoerde statistische analyse te interpreteren en te verwoorden in begrijpelijke taal. Als vervolg op het vak `Kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden I' (zie daar voor een introductie) richt dit vak zich in het bijzonder op een verdieping van onderzoekscomponenten in de tweede helft van de empirische cyclus. De student leert de betrouwbaarheid en validiteit van kwantitatieve meetinstrumenten te toetsen. Verder leert de student de relaties tussen de constructen in het onderzoeksmodel met multivariate data-analysetechieken te analyseren, met name lineaire regressieanalyse. De student leert de resultaten van de statistische analyses te interpreteren en te verwoorden. Hoorcollege en practicum. Aanwezigheidsplicht bij practica. Wordt via het collegerooster bekend gemaakt. Testimonium op basis van een schriftelijk tentamen (100%) Bachelor- en premasterstudenten. • Deelname aan Kwantitatieve en Kwalitatieve Methoden (I) is voorwaardelijk. • Deze cursus bouwt mede voort op Methoden en Technieken van SociaalWetenschappelijk Onderzoek. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
subject code lecturer credits period aim
Management Dynamics of Cultural Change 703137 prof.dr. M.B. Veenswijk 5 2nd half 1st semester Important goals in this module are: • being able to understand the debate on organisation cultural change; • being able to analyse a concrete process of cultural change. content The debate on whether cultures can be deliberately changed is one of the
Examenonderdelen
27
form of tuition
literature mode of assessment target audience remarks
fundamental debates in organisation culture studies. Do organisation cultures have a unchangeable core? Or is cultural change part of the daily life of organisational members? The relation of culture and agency will be discussed in order to understand the dynamics of cultural change. Contemporary organisational change programs will be analysed to support the discussion. Lecture and discussion group (50%-50%). Weekly lectures discuss most important strategies of cultural change and intervention. Students will prepare and discuss three assignments. Furthermore, a culture intervention simulation programme will be used. To be announced. Written examination. Bachelor, Pre-master and exchange students. It is obligatory to subscribe for a course, for more information on subscription dates go to the faculty website, heading students, under schedules: http://student.fsw.vu.nl/schedules.
naam code docenten studiepunten periode doel
Marketing- en persuasieve communicatie deel 1 707130 dr. I.E. Vermeulen; dr. P. Kerkhof 5 1e helft 1e semester Het verwerven van fundamentele kennis over en inzichten in de werking en effecten van communicatieboodschappen in het algemeen en marketingcommunicatie in het bijzonder, zowel in tekst, woord als beeld. Studenten nemen kennis van theorieën over attitudeverandering en beïnvloeding, de daarbij gehanteerde onderzoeksmethoden en empirisch onderzoek. Het ontwikkelen van een analytisch inzicht in communicatieprocessen en de effecten ervan ligt aan de basis van bijvoorbeeld een rol als communicatieadviseur of marketeer. inhoud Marketing- en andere persuasieve communicatie vindt plaats via allerlei kanalen, zowel in print als in visuele media. Er is daarnaast een verscheidenheid aan manieren om de opvattingen, emoties en het gedrag van het publiek te beïnvloeden. Het publiek is hierbij niet passief: hoe een communicatieboodschap overkomt, hangt ook af van de ontvanger. In het algemeen geldt dat de invloed van persuasieve communicatie afhangt van kenmerken van de zender (bijv. deskundigheid, geloofwaardigheid), kenmerken van de boodschap (bijv. tekst, beeld, vormgeving, inhoud) en kenmerken van de ontvanger (bijv. eerdere ervaringen, leeftijd, motivatie). Marketeers gebruiken persuasieve communicatie bijvoorbeeld om een nieuw product onder de aandacht te brengen, non-profit organisaties proberen donateurs te werven en politici zijn bezig om elkaar te overtuigen of om de publieke opinie voor zich te winnen. In deze cursus worden de belangrijkste theorieën behandeld op het gebied van communicatieve invloed, waaronder de basisliteratuur uit de sociale psychologie over attitudevorming (bijv. klassiek en operant conditioneren en subliminale perceptie), attitudeverandering (bijv. 'Elaboration Likelihood Model' en cognitieve dissonantietheorie) en communicatieve invloed in groepen. In de elektronische reader zal worden ingegaan op empirisch onderzoek naar persuasieve communicatie in reclame en marketing, maar ook bijvoorbeeld
28
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep voorkennis opmerkingen
binnen gezondheidsvoorlichting en op interpersoonlijk gebied. De artikelen in de reader bieden daarnaast inzicht in de opbouw, analyse en resultaten van experimenten zoals die in dit vakgebied plaatsvinden. Hoorcollege. • Perloff, R.M. (2007). The dynamics of persuasion. Communication and attitudes in the 21st century (3rd edition). Mahwah, New Jersey: Lawrence Erlbaum. (circa 55 euro). • Elektronische reader. Schriftelijk tentamen. Bachelor- en premasterstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. Marketing- en persuasieve communicatie deel 2 707131 dr. P. Kerkhof; dr. I.E. Vermeulen 5 2e helft 1e semester Vertrouwdheid met het marketingdenkkader, in het bijzonder met betrekking tot de marketing van producten en diensten vanuit een sociaalwetenschappelijk perspectief; kennis van en inzicht in begrippen, theorieën en strategieën op het terrein van de marketingcommunicatie; kennis en begrip van diverse soorten onderzoek ten behoeve van de marketingcommunicatiefunctie; kunnen schakelen tussen theorie, praktijk en onderzoek ten behoeve van de marketing en de marketingcommunicatie van een organisatie. In dit blok draait het om organisaties en hun direct aan de afzet van diensten en/of producten gekoppelde relatie met externe publieken, bezien vanuit een communicatie-optiek. Marketing is de kunst de klant te vinden, te bereiken, te overtuigen, te bedienen en te behouden. Het fundament van de marketingcommunicatie wordt gevormd door een grondig inzicht in de behoeften, drijfveren en informatieverwerkingsstrategieen van de consument, of het nu gaat om een zakelijke of een particuliere klant. Het verkrijgen van dat inzicht staat in dit blok centraal. Daarbij wordt uitgegaan van een sociaalwetenschappelijk perspectief op consumentengedrag. Centraal staat in dit blok hoe consumenten met marketingstimuli omgaan en welke mogelijkheden en barrières dat schept voor de marketeer. Hoorcollege. • Custom Book, getiteld Marketingcommunicatie. Het boek bevat hoofdstukken uit Frank Kardes (2002). Consumer Behavior and Managerial Decision Making. International Edition /2nd Edition. Pearson Education, Inc., en Patrick De Pelsmacker, Patrick, Maggie Geuens & Joeri Van Den Bergh (2005). Foundations of Marketing Communications: A European Perspective (circa 57 euro). • Electronische reader. Schriftelijk tentamen. Bachelor- en premasterstudenten. De stof uit het vak Persuasieve en Marketingcommunicatie 1 wordt bekend verondersteld. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire
Examenonderdelen
29
website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing
doelgroep opmerkingen
naam code coördinatoren studiepunten periode doel
30
Methoden en technieken van sociaal-wetenschappelijk onderzoek BSC 704003 dr. C.H. Elzinga; prof.dr. H.B.G. Ganzeboom 10 1e semester Dit vak is een introductie tot het sociaal wetenschappelijk onderzoeksproces. De student wordt ingeleid in de belangrijkste sociaal wetenschappelijke methoden en technieken van kennis verzamelen en men ontwikkelt vaardigheden om verzamelde gegeven te analyseren en hypothesen te toetsen. Na afloop van dit vak moeten studenten in staat zijn om onderzoek kritisch te evalueren en bekwaam zijn in de toepassing van de belangrijkste technieken van de beschrijvende en inferentiële statistiek. Aan bod komen o.a.: observatiemethoden, hypotheseformulering, operationalisatie, hypothesetoetsing, steekproeven, research design en analyse, theorie en modelgebruik, werken met SPSS, oefeningen/opdrachten. Hoor- en werkcollege (practicum). • Babbie, E. (2006). The Practice of Social Research. (10th edition) (circa 60 euro). • Agresti, A. & B. Finlay (2008) Statistical Methods for the Social Sciences (4th edition). Pearson Education. (ca. 60 Euro) • Grotenhuis & Matthijsen. Basiscursus SPSS. Koninklijke Van Gorcum. (ca. 10 Euro) • Grotenhuis & Visscher. SPSS met Syntax. Koninlijke Van Gorcum. (ca. 10 Euro) • Studenten wordt dringend aangeraden het software-pakket SPSS aan te schaffen, bijvoorbeeld via Surfspot (https://www.surfspot.nl/) (ca. 20 Euro) • Studenten wordt aangeraden om, naast de verplichte literatuur, gebruik te maken van (onderdelen van) het programma DrStat (circa 5 euro) (www.drstat.net). Testimonium op basis van twee schriftelijke deeltoetsen. Beide deeltoetsen moeten voldoende zijn beoordeeld. Het tentamencijfer is het gemiddelde van beide deeltoetscijfers. Daarnaast zijn er niet verplicht te maken practicumopdrachten die horen bij de deeltoetsen. Tijdens het tentamen worden ook zaken getoetst die tijdens de practica of in de practicumopdracten aan de orde zijn geweest. De gemiddeld behaalde resultaten op deze opdrachten kunnen leiden tot een ophoging van het deeltoetscijfer met maximaal één punt. Voor de tweede deeltoets geldt dezelfde procedure. Bachelorstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. Onderzoekspracticum bestuur en organisatie 708105 dr. M.T.M. Dijkstra; dr. C.G. van der Veer 10 2e semester • het leren van vaardigheden voor het verrichten van empirisch onderzoek
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
op het eigen vakgebied. het verkrijgen van inzicht in de samenhang van methodische beslissingen in empirisch onderzoek. • het verwoorden van conclusies naar aanleiding van de onderzoeksresultaten. In dit practicum ligt de nadruk op het toepassen van de inzichten en vaardigheden opgedaan in de voorafgaande vakken Methoden en Technieken en de hoofdvakken van de bachelor B&O. De deelnemers verrichten in werkgroepen een kleinschalig empirisch onderzoek en schrijven een rapport over de resultaten. Het onderzoek is vooral kwantitatief gericht. De groepen worden, mede aan de hand van opdrachten en tussenverslagen, gedurende elke fase begeleid door de docenten. Het Onderzoekspracticum wordt afgesloten met een eindrapport per werkgroep en een miniconferentie waarin elke groep de onderzoeksresultaten presenteert. Practicum. Field, A. (2005). Discovering statistics using SPSS. London: Sage. Testimonium op basis van • (de individuele bijdrage aan) de verslagen van de verschillende fasen van het practicum en het eindrapport. Elk afzonderlijk verslag dient voldoende te zijn • aanwezigheid (verplicht) tijdens de werkgroepen. Bachelorstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. •
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep opmerkingen
naam code docenten studiepunten periode doel
Organisatiewetenschap 708005 prof.dr. P. Groenewegen; dr. S.B. Ybema (en anderen) 10 2e semester • Kennis: De student heeft kennis van en inzicht in theorieën, begrippen en benaderingen op het terrein van het sociaal-wetenschappelijk denken over organisaties. • Vaardigheden: De student is in staat om de verschillende theorieën en benaderingen te verwoorden en met elkaar te vergelijken. • Attitude: De student ontwikkelt een kritische blik op de theorie en praktijk van organisaties en organiseren. inhoud In het vak Organisatiewetenschap wordt een overzicht gegeven van de hoofdstromen in de organisatietheorie en de voornaamste theorieën en theoretici binnen elke stroming. De student leert organisaties, onderdelen, processen en omgeving van organisaties te bestuderen vanuit uiteenlopende invalshoeken. Het vak biedt inzicht in specifieke onderwerpen, zoals rationele versus sociale managementstijlen, formele modellen versus feitelijke praktijken, de relatie organisatie/omgeving, cultuur en symboliek, macht en organisatiepolitiek, communicatie, reputatie en identiteit, en "nieuwe" organisatievormen en managementmodellen. Deze onderwerpen worden geplaatst in een historische context door ontwikkelingen in de organisatiewetenschap en in management modellen door de tijd heen te behandelen, zoals het Scientific Management, de Human Relations School en de Human Resources benadering. Daarnaast worden verschillende theorieën
Examenonderdelen
31
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
subject code credits lecturer period aim
content
form of tuition
literature
mode of assessment
target audience remarks
32
die in een bepaalde periode naast elkaar (hebben) bestaan met elkaar vergeleken, zoals de contingentietheorie versus theorieën over institutionaliseringprocessen en 'enactment'. Naast de bestudering van een handboek en klassieke teksten, zal in het programma aandacht worden besteed aan praktijkvoorbeelden. Hoorcollege. • Ybema, S. & K. Bijlsma (red.) Organization Science. Sage. • Verdere literatuur wordt bekend gemaakt via de website van het vak. Testimonium op basis van twee schriftelijke deeltoetsen. Beide deeltoetsen moeten voldoende zijn. Bachelorstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters. Organizational Ethnography 703138 5 dr. F.H. Kamsteeg 2nd half 2nd semester Students learn to assess the strengths and weaknesses of the ethnographic approach in organization studies. More in particular they learn to judge ethnographic monographs in terms of their esthetic value, scientific quality as well as practical applicability and consequences in organizational settings. Ethnography is an emerging approach within organization studies. The casestudy method has a broader acceptance than the production of detailed monographs the theoretical implications of which are easily overlooked. During the course the merits and flaws of organizational ethnography will be discussed from different angles: theory, methodology and practical relevance by reading and commenting on ethnographic texts. In contrast to common ways of studying literature by paraphrasing, this course emphasizes close reading in order to uncover the richness and depth which "thick descriptions" of organizations provide, and also addresses the relevance of this kind of research. Apart from introductory lectures, the course will consist of discussion seminars on assignments reflecting on a chosen organizational ethnography (book review). Literature will consist of mandatory theoretical material as well as a list of organizational ethnographies. Contents will be available three weeks before the start of the course. Testamur based on a paper (70 %) and presentations on the ethnography book review (30%). In each part a pass must be achieved. Peer reviewing by students may be part of the assessment. Bachelor and exchange students. • Attendance to the meetings is mandatory. • It is obligatory to subscribe for a course, for more information on subscription dates go to the faculty website, heading students, under schedules: http://student.fsw.vu.nl/schedules.
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
Recht 701160 dr.mr. A.J.G.M. van Montfort 5 2e helft 1e semester Doelstelling van het vak is om bachelorstudenten Bestuur en Organisatie inzicht te geven in de (meer)waarde van een juridische invalshoek bij het bestuderen van vraagstukken op het terrein van de Bestuurs- en Organisatiewetenschappen. Voorts heeft het vak ten doel om studenten kennis aan te reiken over de structuur van het recht, een aantal centrale juridische begrippen en enkele belangrijke rechtsgebieden, met enige aandacht voor Europeesrechtelijke aspecten. Ten slotte wordt ook beoogd om studenten enkele basisvaardigheden te laten ontwikkelen voor het raadplegen van juridische bronnen (wetten, jurisprudentie). Het recht speelt een belangrijke rol binnen zowel het bedrijfsleven als de overheid en de semi-overheid. Voor alle sectoren van de samenleving geldt dat oplossingen voor bestuurs- of organisatievraagstukken moeten voldoen aan juridische randvoorwaarden. Deze zijn voor het bedrijfsleven te vinden in rechtsgebieden als het ondernemingsrecht, mededingingsrecht, belastingrecht en arbeidsrecht. Voor de overheid zijn onder meer het staatsrecht, algemene bestuursrecht en ambtenarenrecht relevant, terwijl voor de semi-overheid (zoals het onderwijs en de gezondheidszorg) onder meer het subsidierecht en sociale zekerheidsrecht belangrijk zijn. En voor alle maatschappelijke sectoren geldt dat eenieder zich heeft te houden aan de regels van het contractenrecht en strafrecht. De cursus begint met een schets van de toenemende betekenis van het recht in de hedendaagse samenleving. Daarna volgt er een algemene introductie in de structuur van het in Nederland geldende recht en in een aantal centrale juridische begrippen. Vervolgens passeert een aantal voor Bestuurs- en Organisatiewetenschappers relevante rechtsgebieden de revue. Studenten moeten de rechtsregels die daarbij aan de orde komen, zoveel mogelijk zelf opzoeken in wetboeken en jurisprudentie. Hoorcollege. J.W.P. Verheugt, Inleiding in het Nederlandse recht, veertiende druk, 2007, Boom Juridische uitgevers, Den Haag Een zelf te kiezen wetbundel (meest recente editie; wetbundels van vorige studiejaren zijn niet bruikbaar) Schriftelijk tentamen. Bachelorstudenten. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
subject code credits lecturers period aim
Social Networks and Organizations 708111 5 drs. M.C. de Klepper; prof.dr. P. Groenewegen 2nd half 2nd semester. To learn basic network methods and their application in organizational research. content The aim of this course is to introduce students to basic concepts of social
Examenonderdelen
33
form of tuition literature
mode of assessment target audience remarks
network theory and methods. In this course social network analysis will be introduced. In addition attention will be given to social capital and its measurement. The area of application is the role of networks within and between organizations. The choices that can be made with regard to methods and the tools useful for network analysis will be applied to small data sets. In the assignment the contribution of network measurement to organizational theory or strategic management is a core feature. This course builds on theories introduced in organization sciences. Examples of such theories concern cooperation and competition between individuals and groups inside organizations. Core organization theories on power, control and risk and trust can be used to understand the role of relational patterns in organizational success and performance. Networks also play an increasingly central role in studies of entrepreneurship. Lecture and assignment. • Kilduft, M. & W. Tsai, (2003). Social networks and organizations. London: Sage. (appr. 35 euro). • Suggested reading Rob Cross, Hidden Power of Networks • Literature on methods will be suggested at the beginning of the course. • Articles are part of the course and will be introduced at the start. Testamur based on written examination (100%) an assignment is optional and may be used as a bonus (1 additional grade point). Bachelor and exchange students. It is obligatory to subscribe for a course, for more information on subscription dates go to the faculty website, heading students, under schedules: http://student.fsw.vu.nl/schedules.
naam code coördinator studiepunten doel
Stage bestuur en organisatie 701170 A.M.C.E. Stam 15 De belangrijkste doelstellingen voor het kiezen van een stage in de vrije profileringsruimte in het 3e jaar BA zijn het zich eigen maken van beroepsspecifieke en arbeidsmarktinstroom gerichte vaardigheden. In een nieuwe organisatieomgeving wordt gedurende 10-12 weken fulltime, of langer parttime, een oriëntatie gemaakt op de toekomstige beroepsuitoefening. Hierbij staat het op analytische wijze toepassen van opgedane theoretische kennis en inzichten, op een concrete kennisvraag bij de stageorganisatie, centraal. inhoud Zie stagehandleiding. werkwijze De Bacheloropleiding Bestuur & Organisatie (B&O) biedt de studenten de mogelijkheid tot het volgen van een korte stage in de vrije profileringruimte in het derde studiejaar. De stage vindt plaats bij een instelling of organisatie verwant aan het vakgebied. De stage wordt door de student zelf gevonden. De stage B&O omvat 15 ECTS-studiepunten van de totale 30 ECTS in de vrije profileringruimte. Het is de verantwoordelijkheid van de student zelf om de overige 15 ECTS van de profileringruimte naar eigen inzicht in te vullen. Goedkeuring voor de volledige invulling van de profileringruimte dient vóór aanvang van de vrije profileringsruimte te worden aangevraagd bij de Examencommissie B&O. De exacte werkwijze is neergelegd in de Stagehandleiding B&O die te vinden is op de onderwijswebsite. Er wordt
34
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
van de studentstagiair verwacht deze handleiding zorgvuldig te lezen. toetsing De beoordeling van de stage geschiedt op basis van het stageverslag door de stagebegeleider bij Bestuur & Organisatie. Bij de beoordeling en/of bespreking van het stageverslag met de stagiair ook kan ook een het eventuele schriftelijke oordeel van de stage-instelling in het eigen oordeel betrokken worden. De beoordeling van het stageverslag vindt plaats in 'voldaan' of 'onvoldaan'. doelgroep Derdejaars bachelorsstudenten B&O. opmerkingen Goedkeuring van de invulling van de profileringsruimte door de Examencommissie is noodzakelijk om met het stagetraject bij de stageorganisatie te kunnen beginnen. naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur
toetsing opmerkingen
Strategisch management in profit & non-profit organisaties 1 701168 dr. Y.T.A. Taminiau 5 eerste helft eerste semester Dit vak is een kennismaking met verschillende theoretische benadering die gangbaar zijn binnen het vakgebied Strategisch Managment. In dit blok staat de vraag centraal of de strategie die een organisatie voert, bijdraagt aan haar levensvatbaarheid of succes op de langere termijn. Dat zal het geval zijn indien de strategie van de organisatie aansluit bij de (concurrentie)omgeving van de organisatie en indien zij het vermogen heeft haar strategie daadwerkelijk te implementeren. Deze algemene voorwaarden worden gespecificeerd in een aantal theoretische benaderingen. Onder meer komen tijdens het blok aan bod bedrijfstakanalyse, strategische positionering, de strategische betekenis van hulpbronnen en competenties, marketing, en stakeholdermanagement. Door het bespreken en vergelijken van deze benaderingen gaat de cursus in op de vraag hoe het proces van strategieontwikkeling binnen organisaties kan worden geanalyseerd en verklaard. Na afloop van dit blok kunnen studenten een strategische analyse uit voeren. Dat wil zeggen: • de kern van de behandelde theoretische perspectieven op strategische analyse reproduceren en met elkaar vergelijken; • de plek binnen en de functie van de aangereikte modellen en concepten voor de strategische analyse uitleggen; • blijk geven van inzicht in twee relativeringen van de behandelde theoretische perspectieven. Hoorcolleges Bob de Wit & Ron Meyer (2004), Strategy. Process, Content, Context. An International Perspective, 3rd edition, Londen: Thomson en electronische artikelen. Schriftelijk tentamen Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
Examenonderdelen
35
naam code docenten studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing entreevoorwaarden opmerkingen
Strategisch management in profit & non-profit organisaties 2 701169 dr. Y.T.A. Taminiau; B.A. de Jong 5 2e helft 1e semester Het leren analyseren van praktijkgevallen en het leren daarover te rapporteren. In dit blok gebruiken studenten theorieën, modellen en concepten uit het vak Strategic Management voor de analyse van praktijkgevallen. Er zal daarbij gebruik worden gemaakt van cases. De studenten maken en beoordelen individueel opdrachten (case-analyses) die in werkgroepen besproken worden. Daarbij staat centraal: het herkennen van strategieën en het onderbouwen van een oordeel over de vraag of de case onderneming een goede strategie heeft ontwikkeld. Van de studenten wordt verwacht dat zij bij hun onderbouwing zowel empirische als theoretische argumenten gebruiken; als het ware in gesprek gaan met de case. Vertrekpunten voor theoretische argumenten zijn debatten en dilemma's in theorieën over strategieontwikkeling, bijvoorbeeld ten aanzien van positionering en vaardigheden, strategische groepen kerncompetenties en kernrigiditeiten, concurrentie en samenwerking. Aan de hand van deze debatten en dilemma's wordt tevens een verdieping op de stof van het vak Strategic Management geboden. Studenten worden niet alleen in hun analytische vaardigheden getraind, maar ook in hun vermogen om op adequate wijze hun analyse en aanbevelingen op schrift te stellen. Het vak wordt afgesloten met een werkstuk waarin beide aspecten van analyse en rapportage beoordeeld zullen worden. Introductiecollege en werkgroepen Casereader Eindcase Strategisch management in profit- en non-profit organisaties deel 1. Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
naam code coördinator studiepunten periode doel
Veiligheid en politie (BSc en pmc) 701165 dr. J.S. Timmer 5 2e helft 2e semester Kennis verwerven over de hedendaagse veiligheidsproblematiek, de politiefunctie en over de werking van andere organisaties op dit terrein. inhoud Het keuzevak biedt een inleiding in de stand van zaken van de kennis over politie en veiligheid. In de eerste colleges wordt aandacht besteed aan de veranderingen in (de aandacht voor) (on)veiligheid en criminaliteit en de reacties van de samenleving, de politiek, politie en justitie daarop. Daarna richt de aandacht zich op de geschiedenis, taken en functie van de politie en de aard van het huidige politiebestel. Wie bepaalt wat de politie moet doen (en nalaten)? Vervolgens wordt duidelijk dat veiligheid de laatste jaren een andere betekenis heeft gekregen én het bepaald niet alleen de politie is die zorgt voor veiligheid. De politiefunctie raakt steeds meer geprivatiseerd en versplinterd; die ontwikkeling zal worden geschetst en beoordeeld. Dat geldt
36
Bestuurs- en Organisatiewetenschap (BSc)
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
ook voor een andere ontwikkeling: de internationalisering van de politiefunctie. Veiligheidsvraagstukken zijn grensoverschrijdend en de politiekorpsen in verschillende landen volgen die ontwikkeling. Tevens is er aandacht voor de normen en waarden van het politievak. Hoorcollege (verplichte aanwezigheid). • Fijnaut, C. e.a.(2007), Politie. Studies over haar werking en organisatie. ISBN 9789013040821 (nieuwste druk, 95 euro, 1312 pagina's). • Boutellier, J.C.J. (2005), De veiligheidsutopie; onbehagen en verlangen rond misdaad en straf, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers. • Aanvullende literatuur wordt vermeld op het collegerooster en op Blackboard. Schriftelijk tentamen Bachelor- en premasterstudenten Intekenen voor het vak is verplicht, zie voor intekendata de facultaire website, rubriek studenten, onder roosters: http://student.fsw.vu.nl/roosters.
Examenonderdelen
37