Inhoudsopgave 0. Inleiding 1. Veiligheid 2. Gezinnen, jongeren, ouderen en generatiebeleid 3. Onderwijs

1

Inhoudsopgave 0. Inleiding 1. Veiligheid 2. Gezinnen, jongeren, ouderen en generatiebeleid 3. Onderwijs 4. Participatie, vrijwilligers, zorg en sociaal beleid 5. Recreatie en toerisme, sport en cultuur 6. Ruimtelijke ordening en wonen 7. Het landelijk gebied 8. Economische ontwikkeling, arbeidsmarkt en werkgelegenheid 9. Milieu, water, verkeer en vervoer 10. Bestuur en organisatie 11. Slotwoord

3 4 6 7 8 11 12 14 15 17 19 20

2

Inleiding Het CDA Het CDA is een christendemocratische volkspartij. Wij zijn een volkspartij met steun onder alle bevolkingsgroepen. We richten ons niet alleen op de belangen van het christelijke volksdeel, maar op die van de hele bevolking zonder aanzien des persoons. Wij zijn een christelijke partij, omdat het woord van God, de Bijbel, onze inspiratiebron en ons referentiekader is. De Bijbel is voor ons geen receptenboek met kant en klare antwoorden voor dagelijkse politieke vraagstukken. Wij zoeken oplossingen door elke keer weer zorgvuldige afwegingen te maken op grond van onze uitgangspunten: gerechtigheid, solidariteit, gespreide verantwoordelijkheid en rentmeesterschap. Uitgangspunten Gerechtigheid Het CDA zet zich in voor een samenleving waarin Bijbelse gerechtigheid kan opbloeien. De maatschappelijke rol van de overheid is het recht tot gelding te brengen in wetten en beleid, rechtvaardig te regeren en daarin ieders belangen te beschermen, in het bijzonder die van sociaal zwakkeren. Solidariteit Solidariteit laat zien dat mensen boodschap hebben aan elkaar. Van sterkeren mogen offers gevraagd worden voor zwakkeren. Solidariteit overstijgt grenzen, zowel van de eigen sociale groep als van het eigen land. De overheid hanteert het solidariteitsbeginsel vanuit haar eigen taak: zij garandeert een basis van sociale zekerheid en doet een appel op burgers en maatschappelijke organisaties te werken aan maatschappelijke ontplooiing met en voor mensen. Gespreide verantwoordelijkheid Mensen en maatschappelijke organisaties moeten zich naar hun bestemming kunnen ontplooien. De overheid moet die verantwoordelijkheid van mensen en organisaties erkennen en bevorderen en hen de ruimte en mogelijkheden geven om dit in te vullen. Rentmeesterschap Rentmeesterschap wil zeggen dat mensen zorgvuldig moeten omgaan met hun omgeving. Die omvat niet alleen het milieu, maar ook de omgang met gaven en talenten op het gebied van wetenschap, techniek, arbeidsverdeling en cultuurvorming. Rentmeesterschap is de verantwoordelijkheid voor het bewaren van de aarde en haar schepping. De natuur is mensen gegeven om ervan te genieten en van haar vruchten te leven, maar ook om deze mogelijkheden intact te laten en te bewaren. Politiek is geen doel op zich Het CDA is een degelijke en betrouwbare politieke partij, die nieuwe wegen inslaat waaraan altijd vaste waarden ten grondslag liggen. Politiek en bestuur zijn voor ons geen doelen op zich, maar een manier om zaken in de lokale samenleving voor elkaar te krijgen. Wij hebben duidelijke standpunten over de toekomst, maar dwingen die niet af. Besluiten die op brede steun in de lokale gemeenschap kunnen rekenen zijn duurzamer dan besluiten met een smalle basis. Daarom vinden wij samenwerking met en ruimte geven aan de lokale gemeenschap zo belangrijk.

3

1. Veiligheid en leefbaarheid 1.1 Gemeentelijk veiligheidsbeleid Het CDA vindt het essentieel dat mensen zich veilig voelen in hun woon, werk- en leefomgeving. Dit is een zaak van mensen zelf, maar ook van vele instanties. Gemeentelijk veiligheidsbeleid krijgt vorm door samenwerking tussen onder meer gemeente, burgers, politie en justitie, scholen, kerken, wijkraden, horecaondernemers en winkeliers, woningcorporaties en verenigingen. Uitvoering van het veiligheidsbeleid vereist een gemeente die haar gezag gebruikt om overlast te voorkomen en te bestrijden en haar burgers daarbij betrekt. De gemeente heeft in het veiligheidsbeleid drie taken: I. Overlast bestrijden en tegengaan. De taak van de gemeente is handhaving van openbare orde en veiligheid in samenwerking met politie en justitie. II. Preventie De gemeente voorkomt overlast en andere onveiligheid en gaat dit tegen. Dat gebeurt onder meer door voorlichting aan en samenwerking met onder meer ouders, scholen en maatschappelijke instellingen. III. Participatie De gemeente schakelt (groepen) burgers in bij het voorbereiden en uitvoeren van gemeentelijk veiligheidsbeleid. Doel hiervan is de eigen verantwoordelijkheid van de burgers vorm te geven om daarmee onveiligheid te voorkomen. ‘In vrijheid respect voor elkaar’ moet een gedeeld begrip worden. Het CDA wil:  de gemeente een gemeenschap laten zijn waarin iedereen veilig is en zich veilig voelt; naast meer regulier toezicht op wenselijke tijdstippen, kan cameratoezicht noodzakelijk zijn om bepaalde openbare gebieden veiliger te maken  uitwerking en oppakken van een samenhangende aanpak van overlast en vandalisme in dorpen en wijken door gemeente, politie, wooncorporaties en overige betrokken maatschappelijke instellingen, waarin de gemeente het voortouw neemt  veiligheid in en rond uitgaansgebieden waarborgen, onder meer door regelmatige evaluatie van het convenant tussen horeca, politie en gemeente  de huidige coffeeshop accepteren maar is tegen uitbreiding van het aantal verkooppunten van softdrugs  verkoop en het gebruik van soft- en harddrugs op straat voorkomen en bestrijden  de controle op growshops aanscherpen om illegale hennephandel te voorkomen 1.2 Leefbaarheid in dorp en wijk Voor leefbare dorpen en wijken zijn een gevoel van veiligheid, goede voorzieningen, gevarieerde woningbouw, schone en groene buitenruimte en sociale verbanden binnen de gemeenschap noodzakelijk. Het CDA vindt het van groot belang dat er alles aan gedaan

4

wordt om jongeren en ouderen te betrekken bij besluiten over leefbaarheid en inrichting van hun directe omgeving. Het CDA wil:  wijkgericht werken inbedden in de organisaties die samenwerken in de Wijkaanpak gemeente Stadskanaal  ondersteuning bieden aan activiteiten die bijdragen aan een schone, opgeruimde openbare ruimte  overlast door hondenpoep bestrijden door onder meer de overlast bij hondenbezitters onder de aandacht te brengen, meer uitlaatplekken voor honden aan te leggen en automaten met hondenpoepzakjes en meer afvalbakken te plaatsen. Na het treffen van deze maatregelen is handhaving noodzakelijk  dat de kwaliteit van de woonomgeving op orde is, zwerfvuil wordt opgeruimd en de gemeente adequaat op klachten reageert  aandacht voor duurzame voorzieningen en wensen en behoeften van kinderen, jongeren, ouderen en minder validen bij de aanleg van straten en pleinen en de bouw van gebouwen  goed onderhoud van openbaar groen en regelmatige controle hierop door middel van wijk- of buurtschouw waarbij de gemeente burgers, wijkraden en publieke organisaties betrekt  sociale veiligheid als vast aandachtspunt bij onderhoud van groenvoorzieningen en de openbare ruimte

5

2. Gezinnen, jongeren, ouderen en generatiebeleid Gezin en familie zijn de hoekstenen van de samenleving. Ouders moeten kinderen door opvoeding leren groeien in de omgang met elkaar en met verantwoordelijkheden leren omgaan. Waar dit niet goed gaat, wil het CDA ouders en opvoeders ondersteunen. Dit krijgt zijn uitwerking in het Centrum voor Jeugd en Gezin, het overkoepelend orgaan voor alle instanties die zich richten op jongeren tot 23 jaar en hun ouders of opvoeders. Ook zijn wij voorstanders van drang- en dwangmaatregelen in ernstige probleemsituaties. De jeugd is de toekomst van onze gemeente. Daarom vinden wij het belangrijk dat jongeren hun eigen plek hebben in de samenleving. Veel ouderen zijn maatschappelijk langer actief dan voorheen. De komst van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) voorziet in het ondersteunen van ouderen en het zorgen voor de nodige voorzieningen. Wij willen vereenzaming en verwaarlozing in alle gevallen voorkomen. Wij willen ontmoeting tussen jong en oud stimuleren, waarbij er sprake is van wederzijds inzicht en respect. Het CDA wil:  dat er voor iedereen voldoende informatie en advies kan worden verkregen over voorzieningen die zelfstandig wonen bevorderen  ouderen voorlichting ontvangen over de voorzieningen die zelfstandig wonen mogelijk houdt  stimuleren dat activiteiten plaatsvinden, die vereenzaming en verwaarlozing voorkomen  stimuleren van activiteiten die bijdrage aan het wederzijds respect tussen jong en oud

6

3. Onderwijs Het CDA vindt dat onderwijs gegeven moet worden in een omgeving waar kinderen, jongeren en volwassenen zich goed kunnen ontwikkelen. Daarbij staat vrijheid van onderwijsrichting voorop, waarbinnen scholen moeten voldoen aan alle geldende kwaliteitseisen. Het onderwijs verdient daarom veel aandacht. Het CDA wil:  middelen beschikbaar stellen voor onderwijshuisvesting  hierbij het belang van het wettelijk voorgeschreven overleg tussen gemeente en schoolbesturen benadrukken, dat op overeenstemming gericht moet zijn  een goede afstemming tussen onderwijs en bedrijfsleven om bij te dragen aan een goede aansluiting tussen beide  initiatieven tot het inzetten van vakleerkrachten lichamelijke opvoeding op alle basisscholen van harte ondersteunen  dat onderwijs gericht is op het bieden van gelijke kansen, het wegwerken van achterstanden en bieden van ruimte aan talentvolle leerlingen  vroegtijdige schoolverlaters stimuleren een startkwalificatie te halen en met behulp van speciale trajecten deze groep jongeren kansen bieden op een duurzame zelfstandige plaats op de arbeidsmarkt  brede scholen stimuleren, waarbij wij zo mogelijk verschillende functies in een schoolgebouw willen combineren; totstandkoming van wijk- en dorpsvoorzieningen is daarvan een goed voorbeeld omdat deze de leefbaarheid in dorpen en wijken vergroten; wij hechten, bij samenwerking tussen verschillende scholen, waarde aan behoud van eigen identiteit  stimuleren dat ouders zich als vrijwilligers inzetten bij de organisatie van activiteiten op scholen; net als elders in de maatschappij is de inzet van vrijwilligers op scholen van grote waarde  onderzoeken of het mogelijk is in de gemeente Stadskanaal HBO-opleidingen aan te bieden. Met name opleidingen in techniek, landbouw en zorg bieden perspectieven voor jongeren uit de regio

7

4. Participatie, vrijwilligers, zorg en sociaal beleid Door de invoering van de WMO kreeg de gemeente meer taken, die eerst door het rijk werden uitgevoerd. Reden hiervan is dat gemeente veel meer inzicht heeft in welke hulp het beste past bij de inwoners. Het CDA vindt dat ieder mens voor zichzelf verantwoordelijk is. Wie het echter zelf niet redt, moet verzekerd zijn van hulp. Dit kan financiële hulp zijn of ondersteuning bij moeilijkheden die burgers in het dagelijks leven ondervinden door ouderdom, handicap of ziekte. Wij willen dat iedereen, van jong tot oud, op zijn eigen manier daardoor mee kan doen in de maatschappij. 4.1 Vrijwilligers Vrijwilligers zijn de ruggengraat van de samenleving. Het CDA gelooft in een samenleving waarin mensen naar elkaar omzien en verantwoordelijkheid voor elkaar nemen. Veel maatschappelijk nuttige taken blijven liggen als niemand zich onbezoldigd wil inzetten voor de medemens. Wij hebben grote waardering voor deze mensen, die zorg hebben voor elkaar en die iets voor een ander over hebben. Het CDA wil:  vrijwilligers inspraak geven in het gemeentelijk vrijwilligersbeleid  voorzieningen voor deskundigheidsbevordering van vrijwilligers ondersteunen  vrijwilligers in het zonnetje zetten door onder meer handhaving van de jaarlijkse vrijwilligersprijs  goede afstemming tussen gemeente en scholen over de uitvoering van de maatschappelijke stage van scholen om jongeren te motiveren voor vrijwilligerswerk 4.2 Mantelzorg Mantelzorger zijn onmisbaar voor degenen die zij helpen. Mantelzorg is in veel gevallen geen keuze. Desondanks doen heel veel mensen dit met liefde en vinden zij dat heel gewoon. Soms hebben zij persoonlijke, emotionele ondersteuning en voorlichting of informatie nodig. Het CDA wil:  een goed steunpunt mantelzorg in de gemeente die gerichte ondersteuning geeft  dat de gemeente voor mantelzorg goed en structureel beleid ontwikkelt 4.3 Kerken en levensbeschouwelijke organisaties Kerken en levensbeschouwelijke organisaties vervullen een belangrijke rol bij bewustwording van en het zoeken naar oplossingen van maatschappelijke problemen. In buurten en wijken vervullen zij vaak een belangrijke, sociale functie. Het CDA vindt dat kerken en daarmee te vergelijken instituties, betrokken moeten worden bij de uitvoering van (onderdelen van) de WMO. 4.4 Armoedebeleid Armoedebeleid betreft naast inkomensbeleid ook maatschappelijke participatie en bestrijding van sociaal isolement. Betaald werk is de beste manier uit de armoede te geraken. Tegelijkertijd is het CDA zich ervan bewust dat voor sommige mensen de weg naar betaalde arbeid definitief is afgesloten. Voor deze mensen is een sociaal rechtvaardig armoedebeleid noodzaak.

8

Het CDA wil:  dat de gemeente zich maximaal inspant om te voorkomen dat mensen afhankelijk worden van een sociale uitkering en om mensen, die afhankelijk zijn van een sociale uitkering, aan werk te helpen  dat de gemeente door middel van armoedebeleid bevordert dat kinderen kunnen meedoen aan sport en culturele activiteiten; kinderen moeten zich kunnen ontwikkelen, en mogen geen achterstanden oplopen door gebrek aan geld  dat de gemeente met maatschappelijk organisaties, zoals kerken, wijkraden en ouderenbonden in gesprek gaat om te zoeken naar mogelijkheden om maatschappelijke participatie van mensen te stimuleren. 4.5 Schuldhulpverlening Sommige mensen belanden in armoede omdat ze op allerlei manieren in het leven vastlopen en geen vat meer hebben op de ontstane situatie. In die situatie kunnen mensen niet meer goed functioneren en trekken zich terug. Dit heeft zijn weerslag op het hele gezin. Werken of vrijwilligerswerk doen wordt hierdoor bemoeilijkt. Het CDA wil  dat mensen hulp krijgen als zij daaraan behoefte hebben; zij hebben daarbij wel de plicht mee te werken om weer vat op hun eigen leven te krijgen  dat de gemeente trainingen biedt aan mensen in een schuldhulpverleningstraject, over onder meer ‘omgaan met huishoudgeld’, ‘gezond eten hoeft niet duur te zijn’ en ‘weerbaarheid voor zogenaamd aantrekkelijke leningen’. 4.6 Gezondheidszorgbeleid In de gezondheidszorg is veel afhankelijk van nationaal beleid en nationale geldstromen. Op het gebied van gezondheidsbeleid hebben gemeenten een rol die vooral gericht is op preventie en vroege signalering van gezondheidsrisico’s. Het CDA wil:  dat de gemeente de regie neemt bij de noodzakelijke afstemming tussen jeugdgezondheidszorg, jeugdbescherming, jeugdbeleid en jeugdzorg  preventief beleid ten aanzien van gokverslaving en het gebruik van drugs en alcohol, voorlichting aan leerlingen en ouders in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs  ouderen en jongeren stimuleren te werken aan een actieve, gezonde levensstijl  afstemming van speelvoorzieningen in wijken en dorpen op de behoeften van kinderen en jongeren 4.7 Zorg- en welzijnsvoorzieningen De gemeente zorgt voor instandhouding van het voorzieningenniveau en toetst dit voortdurend kritisch op tekortkomingen in het voorzieningenpakket; doel is om samen met aanbieders en gebruikers tot oplossingen te komen. Het CDA wil:

9

  

dat iedereen zo lang mogelijk zelfstandig kan blijven wonen en beslissen; voldoende beschikbaarheid van informatie en advies over activiteiten en voorzieningen die zelfstandigheid bevorderen is daarbij van groot belang benadrukken dat het Refajaziekenhuis qua gezondheidszorg de belangrijkste centrumvoorziening in onze gemeente is Ondersteuning van de gemeente voor de ontwikkeling van verpleeghuisfaciliteiten voor inwoners van Alteveer en Onstwedde in Onstwedde

10

5. Recreatie en toerisme, sport en cultuur 5.1 Recreatie en toerisme De gemeente Stadskanaal heeft binnen haar grenzen en vlak daarbuiten prachtige natuurgebieden waarin vele recreanten vertoeven. Ook biedt Stadskanaal diverse recreatieve en toeristische voorzieningen, zoals museumspoorlijn STAR, aanlegvoorzieningen voor vaarrecreatie, camperstandplaats Musselkanaal, diverse campings, de Pageplas, diverse zwembaden en fiets-, wandel- en ruiterpaden. Belangrijke voorzieningen in ontwikkeling zijn het attractie- en miniatuurpark en het Hippisch recreatiepark. Het CDA wil:  toerisme en recreatie verder ontwikkelen als een van de economische dragers van de gemeente Stadskanaal  dat de gemeente het gebruik van recreatieve en toeristische voorzieningen stimuleert 5.2 Sport Sport is leuk en gezond, oor jong en oud, voor lichaam en geest. Daarom moet gemeentelijk sportbeleid gericht zijn op alle leeftijden. Sport is zeker voor kinderen en jongeren van belang omdat het eigenwaarde opbouwt. Daarnaast leren kinderen en jongeren bij sporten in teamverband regels in acht te nemen, te delen in sportiviteit en het belang van respect voor elkaar en de tegenstander. Het CDA wil:  instandhouding en stimulering van goede sportvoorzieningen in onze gemeente  sportverenigingen stimuleren om bij te dragen aan de gemeentelijke doelen op het gebied van sport en bewegen (Buurt-Onderwijs-Sport project en Nationaal Actieplan Sport en Bewegen)  sporten betaalbaar en toegankelijk houden  het opzetten van jeugdsportactiviteiten stimuleren  inzet van meer vakleerkrachten lichamelijke opvoeding op alle basisscholen stimuleren 5.3 Cultuur Cultuur is een onderdeel van het welzijn van een gemeenschap. Cultuur varieert van kunst op straat, via amateurkunst zoals muziek- en toneelverenigingen tot professionele kunstuitingen. Waar mensen elkaar vinden in een gezamenlijke bezigheid ontstaat onderling respect als vanzelf. Daarom is voor het CDA amateurkunst een zeer gewaardeerd onderdeel dat ondersteuning verdient. Theater Geert Teis is voor Stadskanaal een belangrijke culturele voorziening met grote promotionele waarde. Cultureel en historisch erfgoed, zoals monumentale panden, is van grote waarde. Dit biedt ons een blik op het verleden met lessen voor de toekomst. Het CDA wil:  investeren in de kwaliteit van Theater Geert Teis en de muziekschool  cultuurhistorisch waardevolle panden behouden door een bijdrage te leveren in de lasten van restauratie of ze als gemeentelijk monument aan te merken  financiële ondersteuning bieden aan een onafhankelijke lokale omroep

11

6. Ruimtelijke ordening en wonen 6.1 Ruimtelijke ordening Bij ruimtelijke ordening is het scheppen van zo goed mogelijk evenwicht tussen wonen, werken en recreëren, tussen economische en ecologische functies. Ruimtelijke ordening is een belangrijk instrument om leefbaarheid in de gemeente te bevorderen. Daarbij zijn voor het CDA twee uitgangspunten leidend: gespreide verantwoordelijkheid en rentmeesterschap. Gespreide verantwoordelijkheid betreft een heldere verdeling van bestuurlijke verantwoordelijkheden van rijk, provincie en gemeente. De gemeente staat het dichtst bij de burger en is daarom als eerste aan zet bij de ruimtelijke inrichting van de leef- en woonomgeving van haar inwoners. Rentmeesterschap betekent dat bestuurders zich ervan bewust zijn dat de inrichting van de ruimte gevolgen heeft voor volgende generaties. Het CDA wil:  burgers, ondernemers en maatschappelijke organisaties vanaf het begin betrekken bij het actualiseren van bestemmingsplannen  elke eigenaar en elke gebruiker van een perceel of pand, waarvan wordt voorgesteld de bestemming te wijzigen, wordt hierover vooraf schriftelijk geïnformeerd tenzij er sprake is van ontwikkelingen die de gemeente wenst tegen te gaan  aanpak van leegstand en verpaupering van panden in dorpen en de lintbebouwing van Stadskanaal en Musselkanaal; wij willen dat de gemeente zich maximaal inzet om langdurige leegstand en verpaupering te bestrijden, desnoods via financiële bijdragen  dat er plannen ontwikkeld worden ter verbetering van het gebied rond het voormalig stationsgebouw in Musselkanaal en het Spoordok.  een evaluatie van de welstandsnota, onder meer om overbodige voorschriften te verwijderen. De gemeente betrekt deskundigen en vertegenwoordigers van plaatselijk belangorganisaties en wijkraden bij deze evaluatie 6.2 Wonen Wonen is voor iedereen een eerste levensbehoefte. Het CDA vindt de ambitie van onze gemeente om ‘excellente woongemeente’ te zijn nog steeds actueel. Dit geldt temeer gezien de verwachte krimp van de bevolking in deze regio. Om ‘excellente woongemeente’ te zijn en te blijven vinden wij het van groot belang dat onze gemeente blijft investeren in de kwaliteit van voorzieningen. Het gaat om voorzieningen op alle terreinen. Multifunctionele accommodaties zijn in bepaalde gevallen een goede oplossing. Wij verwachten van andere organisaties - zoals woningcorporaties, zorginstellingen, scholen en ondernemers - dat zij bereid zijn mee te investeren in de kwaliteit van voorzieningen. Het CDA wil:  dat vraag en aanbod van huur- en koopwoningen regelmatig worden onderzocht en op basis van de resultaten afstemming van vraag en aanbod wordt bevorderd, zeker gezien de voorspelde daling van het aantal inwoners

12

  



  

dat de gemeente kleinschalige woonvormen voor ouderen en andere woon- en zorginitiatieven, zoals mantelzorgwonen - woningen voor meer generaties - planologisch mogelijk maakt er ook in Onstwedde, Alteveer en Mussel mogelijkheden blijven voor bouw van nieuwe woningen dat de gemeente collectief particulier opdrachtgeverschap - groepen particulieren die gezamenlijk initiatieven nemen op het gebied van onder meer ontwikkeling van collectieve woonruimte - stimuleert en initiatieven ondersteunt, bijvoorbeeld door advies, begeleiding en korting op leges; dit is een goed middel om bewoners meer bij het ontwikkelen van hun woning en hun woonomgeving te betrekken dat herontwikkeling van oude woonwijken wordt voortgezet ter verbetering van de kwaliteit van woningen en woonomgeving; hierbij worden woningen gesloopt of verbeterd; gemeente en corporaties maken hierover afspraken en wijkraden en burgers participeren in de uitwerking en uitvoering van de plannen dat corporaties het verkopen van huurwoningen afstemmen met de gemeente dat woningcorporaties aanspreekbaar zijn op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid als het gaat om het (mede-)investeren in woningen, voorzieningen en woonomgeving dat de gemeente inspeelt op de wensen van jongeren en alleenstaanden voor de woningmarkt en dat huisvesting voor jongeren betaalbaar is

13

7. Het landelijk gebied De agrarische sector is de belangrijkste gebruiker van het landelijk gebied. Deze sector moet zich, wat het CDA betreft, kunnen blijven ontwikkelen. Denk hierbij aan schaalvergroting en naast voedselproductie- aan verbreding van de plattelandseconomie met onder meer zorg, toerisme en recreatie, duurzame energie en groene diensten. Om verpaupering in het landelijke gebied te voorkomen, werkt de gemeente actief mee aan het gebruik van vrijkomende agrarische gebouwen voor andere functies. Wij willen vitale lokale gemeenschappen in stand houden, waar het goed wonen is. De gemeente zet zich in voor een zo optimaal mogelijk voorzieningenniveau. Clustering van voorzieningen in multifunctionele accommodaties kan een goede oplossing zijn. Zijn lokale voorzieningen niet meer levensvatbaar, dan is het belangrijk de bereikbaarheid te bevorderen, bij voorbeeld door digitale dienstverlening en goed openbaar vervoer. Wij vinden dat er in kleine kernen ruimte moet blijven voor enkele gecombineerde woon- en werklocaties. Kleinschalige bedrijvigheid bevordert de leefbaarheid in de kleine kernen. In het landelijke gebied en Onstwedde, Alteveer, Mussel en Vledderveen is er sprake van veel particuliere initiatieven. Dat geldt voor evenementen en voorzieningen op allerlei terreinen. Wij vinden dat de gemeente deze initiatieven moet koesteren en waar mogelijk stimuleren en ondersteunen, zowel procedureel als financieel.

14

8. Economische ontwikkeling, arbeidsmarkt en werkgelegenheid 8.1 Economische ontwikkeling Het CDA vindt werkgelegenheid een belangrijke voorwaarde voor het welzijn van de inwoners en de verdere ontwikkeling van Stadskanaal. Het CDA wil:  dat de gemeente een aanjagersrol vervult om de economische ontwikkeling te stimuleren en werkgelegenheid te behouden en uit te breiden  dat de gemeente het eigen bedrijfsleven koestert en actief acquireert om nieuwe bedrijven binnen te halen  dat nieuwe ondernemingen zich in principe moeten vestigen op bedrijvenparken in Stadskanaal en het bedrijvenpark Zuid-Groningen  het grote belang van regelmatig overleg tussen gemeente en handels- en ondernemersverenigingen hierbij benadrukken  samen met de middenstand de winkelcentra in de gemeente Stadskanaal bij de tijd houden. In de komende raadsperiode moeten de plannen voor verbetering van Oude Markt en Hoofdstraat in Stadskanaal en het centrum van Musselkanaal worden uitgevoerd  gratis parkeren in de hele gemeente handhaven, met blauwe zones ten behoeve van het winkelende publiek  bij aankopen en aanbestedingen door de gemeente of waarbij de gemeente betrokken is lokaal bedrijfsleven altijd een kans geven. 8.2 Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Het CDA vindt werk de beste vorm van sociale zekerheid. Het biedt de mensen een eigen inkomen, sociale contacten en de mogelijkheid zich te ontplooien. Daarom willen wij dat de gemeente zich maximaal inspant om in de eerste plaats te voorkomen dat mensen afhankelijk worden van een uitkering en in de tweede plaats om mensen, die afhankelijk zijn van een uitkering, aan werk te helpen. Het CDA wil:  dat de gemeente in geval van werkloze burgers per individu kijkt naar kansen en mogelijkheden; voorwaarde voor een goed arbeidsmarktbeleid is het leveren van maatwerk  dat de gemeente goede relaties met het lokale bedrijfsleven ontwikkelt en onderhoudt, onder meer om afspraken te maken over scholing in combinatie met werk en werkervaringsplaatsen voor mensen met onvoldoende opleidingsniveau en voor hen die op een sociale uitkering zijn aangewezen  extra aandacht voor jongeren en door bijvoorbeeld een leer- en werktraject aan werk te helpen. Het project Vat op Eigen Toekomst (VET) moet worden voortgezet.  voor alleenstaande ouders met kinderen tot 12 jaar gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de sollicitatieplicht; wel vinden wij dat deze ouders bereid moeten zijn tot (bij-)scholing en willen wij hen stimuleren parttime te gaan werken  de gemeente mensen met een uitkering die geen werkplek kunnen vinden activeert, door hen maatschappelijk nuttige banen aan te bieden

15

 

dat weigering van aanbod tot werk en maatschappelijk nuttige banen tot sancties kan leiden dat instellingen voor voortgezet en MBO- onderwijs relevante lesprogramma’s afstemmen met het bedrijfsleven

16

9. Milieu, water, verkeer en vervoer Rentmeesterschap is een van de uitgangspunten van het CDA. Wij zien het als een opdracht de wereld in een betere toestand door te geven aan komende generaties. 9.1 Milieu, duurzaamheid en klimaatbeleid Het CDA wil:  dat de gemeente een actief CO2-reductiebeleid voert  een op duurzaamheid gericht gemeentelijk inkoopbeleid  dat duurzaamheid van materialen en energiebesparing uitgangspunt zijn bij nieuwbouw  de gemeente duurzame energieopwekking stimuleert door bij voorbeeld zonne-energie, opwekking van bio-energie uit afval.  dat gemeente de welstandsnota aanpast om gebruik van onder meer zonnepanelen te vergemakkelijken  dat de gemeente energiebesparingprojecten initieert en stimuleert, bij voorbeeld door toepassing van energiezuinige verlichtingssystemen bij openbare verlichting en isolatie van bestaande gebouwen  dat de gemeente de millenniumdoelstellingen onderschrijft door zich aan te melden als ‘millenniumgemeente’ en door samen met bedrijven, maatschappelijke organisaties en instellingen invulling gaat geven aan deze status (www.millenniumgemeente.nl ) 9.2 Afval Het CDA wil:  dat de gemeente het milieubesef van burgers vergroot en daarmee onder meer de gescheiden inzameling van huisvuil versterkt  dat de gemeente in contracten met inzamelaars de duurzame verwerking van afval garandeert dat de gemeente bij milieutoezicht op bedrijven reductie, hergebruik en duurzame verwerking van bedrijfsafval bevordert 9.3 Water Het CDA wil:  dat de gemeente, in samenwerking met het waterbedrijf en waterschap, streeft naar de meest efficiënte en effectieve oplossingen met betrekking tot beheer en onderhoud van het rioolstelsel 9.4 Verkeer en vervoer Het gemeentelijk verkeers- en vervoersbeleid is gericht op drie speerpunten: bereikbaarheid, verkeersveiligheid en bevordering van duurzame vormen van mobiliteit. Het CDA wil:  dat de gemeente zich blijvend inzet voor verbetering van de verkeersveiligheid en de doorstroming op de N366, onder meer door ongelijkvloers maken van de aansluitingen op deze weg bij Musselkanaal

17

      

dat de gemeente verkeersveiligheid bij scholen bevordert door scholen te stimuleren het verkeersveiligheidlabel te behalen; de gemeente ondersteunt dit met aanvullende maatregelen continuïteit van openbaar vervoer op tenminste het huidige niveau de geplande spoorlijn Groningen–Veendam via Stadskanaal doortrekken naar Emmen dat de gemeente handhaving van genomen verkeersveiligheidsmaatregelen bevordert aandacht voor het gedrag van verkeersdeelnemers via gemeentelijk veiligheidsprogramma goede bereikbaarheid van dorpen, buurten en wijken per fiets dat verkeersfietsroutes buiten de bebouwde kom voorzien worden van openbare verlichting

18

10. Bestuur en organisatie Gemeentebestuurders Voor het bevorderen van respectvol samenleven in een sterke gemeente zijn CDAgemeentebestuurders  integer  eerlijk  betrouwbaar  inspirerend  betrokken  gezagsgetrouw  bereid om in het openbaar verantwoording afleggen over gemaakte keuzes. Samenwerking Het CDA is voor intensieve bestuurlijke én ambtelijke samenwerking met de gemeente Vlagtwedde. Deze samenwerking mag op termijn tot een gemeentelijke herindeling leiden, mits dit een oplossing is voor het in stand houden of versterken van de bestuurskracht van de gemeenten. Voortzetting van de bestuurlijke samenwerking met de buurgemeenten Borger-Odoorn en Aa en Hunze vinden wij belangrijk, vooral met het oog op het Drentse mondengebied. Gemeentefinanciën Het financiële beleid dat het CDA wenst, is gericht op een duurzaam begrotingsevenwicht en het op peil houden van het weerstandsvermogen van de gemeente. Hiervoor is het noodzakelijk dat structurele uitgaven alleen worden gedaan, als er structurele inkomsten tegenover staan. Waar dat van toepassing is, is ons uitgangspunt dat gemeentelijke heffingen kostendekkend zijn. Bij voorbeeld: de kosten van riolering en afvalinzameling worden voor honderd procent betaald met de opbrengsten van rioolrechten en afvalstoffenheffing. Aanpassing van de opbrengst van onroerend zaakbelastingen vindt plaats op basis van prijs- en loonontwikkelingen. Gemeentelijke organisatie De gemeentelijke organisatie is er voor burgers en ondernemers. Dat vereist een klantgerichte dienstverlening, zowel mondeling in het gemeentehuis als schriftelijk via brieven of digitaal. Klantgericht werken betekent onder meer dat de organisatie bij het beoordelen van plannen van burgers en ondernemers uitgaat van kansen en mogelijkheden. Wij staan voor vermindering van regeldruk, procedures en bureaucratie. Hiervoor is onder andere continue verbetering van de digitale dienstverlening van belang.

19

11. Slotwoord In het thema van onze verkiezingsprogramma ‘respectvol samenleven in een sterke gemeente’ is het verlangen van het CDA verwoord voor de gemeentepolitiek in de komende jaren. Respectvol samenleven is één van de kernthema’s van het CDA. Wij willen vanuit bijbels perspectief met respect voor de levensbeschouwelijke en maatschappijvisie van iedere burger werken aan een goed woon-, werk- en leefklimaat. Wij vragen blijvend aandacht voor waarden en normen, die de basis vormen voor een waarde(n)volle samenleving waarin iedereen zich veilig voelt. Een sterke gemeente is voor het CDA geen doel op zich. De rol van de gemeente staat altijd in relatie tot de samenleving. Het streven naar ‘goed lokaal bestuur’ moet daarop gericht zijn, waarbij burgers en maatschappelijke organisaties hun eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen.

Het verkiezingsprogramma is vastgesteld op de ledenvergadering van de afdeling op 21 september 2009. Bestuur CDA gemeente Stadskanaal M.J. Tuin-Schuitema, secetaris Bakboord 27/A 9501 JZ Stadskanaal Tel: 0599-331103 Mail: [email protected]

Website : www.stadskanaal.cda.nl

20