Verschijnt 14-daags, uitgez. juli en aug. Afgiftekantoor Hasselt 1
12 december 2002
nr 6
*
België-Belqique P.B. 3500 Hasselt 1 12/39
veertiende jaargang
Eredoctoraten 2003:
I NHOUD campuskrant
Literatuur, Kerk en Wetenschap
2
Mario Vargas Llosa,
3
Walter Kasper, Gerhard
Forum Stef Christiaensen over postacademische vorming Russische collega-kosmonauten over Frank De Winne
Ertl, Kai Simons en Catherine Verfaillie Ook in 2003 zal de K.U.Leuven op haar patroonsfeest een aantal eredoctoraten uitreiken aan personen die zich onderscheiden hebben op wetenschappelijk of maatschappelijk vlak. Op 3 februari ontvangt ze kardinaal Walter Kasper, wetenschappers Gerhard Ertl, Kai Simons en Catherine Verfaillie en schrijver Mario Vargas Llosa.
Een goede vriend en een goede huisvrouw
5 6 Kijk nog één keer goed om u heen. Uw straat zal er nooit meer hetzelfde uitzien. Uw tijdschrift, uw tv-programma, ze zullen een heel andere look krijgen. Er komt iets nieuws, even tijdsbestendig als de stenen reuzen uit de Pacific, maar véél dichter bij huis...
Mario Vargas Llosa De bekendste eredoctor voor 2003 is ongetwijfeld Mario Vargas Llosa (1936, Arequipa, Peru). Hij wordt onderscheiden voor zijn verdiensten als schrijver en essayist en zijn kennis van en creatieve omgang met de Europese literatuur. Vargas Llosa brak op jeugdige leeftijd door met De Stad en de Honden (La ciudad y los perros, 1963), een fictionele verwerking van zijn jaren op een militair college in Lima. Net als zijn andere grote romans uit de jaren zestig, La Casa Verde, (1966) en Conversación en la Catedral, (1969), getuigde dit werk van uitzonderlijke vaardigheden op literairtechnisch vlak en een kritische blik op de Peruaanse samenleving. Samen met schrijvers als Gabriel García Márquez, Julio Cortázar en Carlos Fuentes ging Mario Vargas Llosa symbool staan voor een nieuwe generatie van Latijns-Amerikaanse schrijvers, die politiek en literair engagement wilden combineren. In de jaren zestig kwam dit
8 9
Voor/Tegen Zwangerschapsverlof voor vaders? Laboratorium Industriële Veiligheid bijna open Heverlee kan op beide oren slapen Dossier universiteit en bedrijf Communicatiecentrum blikt terug op 30 jaar relatietherapie
lees verder op pagina 7
onder meer tot uiting in hun steun aan de Cubaanse Revolutie, een politiek project waarvan Vargas Llosa zich inmiddels duidelijk heeft gedistantieerd. In 1989 was hij presidentskandidaat voor de Peruaanse verkiezingen, waarover hij schreef in zijn mémoires El pez en el agua (1993). Het creatieve talent van Mario Vargas Llosa heeft zich onaflatend gemanifesteerd in uiteenlopende literaire genres historische roman, politieroman, erotische literatuur, theater. Zijn laatste literaire werk is La fiesta del chivo (2000). Zijn journalistieke en beschouwende teksten zijn onder andere gebundeld in de trilogie Contra Viento y Marea (1986, 1990) en El lenguaje de la pasión (2000). Mario Vargas Llosa
foto: ingezonden
vervolg op pagina 3
Campuskrants studentensoap
Aflevering 3 Proefexamens zie pagina 18 en 19 foto’s: Rob Stevens
Werk maken van liefde
10 16 17 20 24
VRT televisie-persredacteur Anne Stroobants “Gelukkig hebben we vier televisies in huis” De doctorandus (2) “Het belang van leesbare teksten dringt bij sommige juristen en politici gewoon niet door” De V-files (2) Geografie en Toegepaste Scheikunde Gesprek met UP-pastor Marc Steen “Ik ben totaal niet pessimistisch over de toekomst van de kerk” De Denktank Ingeburgerd?
12 december 2002 FORUM Campuskrant
Driewekelijks tijdschrift van de K.U.Leuven Redactie
Navorming verschuift naar faculteiten, hogescholen en spin-offs
Ine Van Houdenhove (hoofdredacteur), Ludo Meyvis, Karla Venken, Wouter Verbeylen
Postacademische Vorming: een gammele brug over troebel water
Redactieadres
Oude Markt 13 3000 Leuven (t) 016 32 41 84 (f) 016 32 40 14
[email protected] Redactiesecretariaat
Véronique Limbourg, (t) 016 32 41 84
[email protected] Adreswijzigingen
Inge Verbruggen, (t) 016 32 40 15
[email protected] Losse medewerkers
Davy Coolen, Riet Evers, Bart Geerts, Cecilia Haesendonck, Gert Gielen, Anne-Mie Jaspers, Sven Nevens, Geert Op De Beeck, Jaak Poot, Klaartje Proesmans, Kristien Vermoesen, Tim Vuylsteke Stuurgroep Campuskrant
Ronny Vandenbroele (voorzitter), Jan Bauwens, Jan De Vuyst, Erik Gobin, Els Heylen, Bernard Himpens, Bert Overlaet, Isabel Penne, Paul Thurman, Myriam Van Acker, Jos Vaesen, Jan Verhaeghe Vormgeving
Wouter Verbeylen, Rob Stevens Foto’s
Filip Claus, Patrick Holderbeke, Rob Stevens Reclameregie
Véronique Limbourg, (t) 016 32 41 84 Oplage
40.500 Drukwerk
Concentra Uitgeversmaatschappij NV, Hasselt Verantwoordelijke uitgever
Ronny Vandenbroele Oude Markt 13 3000 Leuven Copyright artikels
Artikels uit deze editie - of delen ervan - kunnen overgenomen worden mits toestemming van de redactie. Het volgende nummer verschijnt op 23 januari. Suggesties voor artikels zijn welkom op het redactieadres.
Verschijningsdata Campuskrant 2002-2003 AK = met Alumnikrant PK = met Personeelskrant Nr. Verschijningsdatum Teksten indienen vóór
9 6 maart 2003 (AK) 26 februari 2003
7 23 januari 2003 (AK) 15 januari 2003
10 27 maart 2003 (PK) 19 maart 2003
8 13 februari 2003 (PK) 5 februari 2003
11 24 april 2003 (PK) 16 april 2003
Campuskrant is het driewekelijkse tijdschrift van de K.U.Leuven, bestemd voor studenten, personeelsleden en oud-studenten. Om de zes weken bevat Campuskrant een Personeelskrant, met nieuws dat speciaal voor personeelsleden interessant is. De nummers zonder Personeelskrant bevatten een Alumnikrant. Deze nummers worden verstuurd naar alle oud-studenten die lid zijn van een alumnikring. Wie ook de andere nummers wil ontvangen, kan dat melden aan Inge.
[email protected], (t) 016 32 40 15.
Campuskrant vindt u ook op internet:
Op deze pagina is ruimte voor uw lezersbrief of opiniestuk, ook in te zenden via www.kuleuven. ac.be/ck/opinie.htm. De inhoud van de hier gepubliceerde stukken is voor rekening van de auteur. De deadlines voor de volgende nummers vindt u onderaan op deze pagina.
De universitaire overheid wil het domein van de postacademische vorming doorschuiven naar de faculteiten en naar de geassocieerde hogescholen, merkt doctor Stef Christiaensen, uittredend projectleider van LUCINA, op. Hij plaatst een aantal kritische kanttekeningen bij deze beleidskeuze, en bij een mogelijke liberalisering van de sector.
H
de hogescholen biedt interessante fungeren als klankbord inzake de et uitgebreide aanbod aan bijkomende perspectieven. De vraag relevantie van het onderzoekswerk. initiatieven geeft de indruk is echter of er in de hogescholen vol- De universitaire postacademidat het goed gaat met de sche vorming dient didactisch en postacademische vorming. Nochtans doende voorwaarden aanwezig (zullen) zijn om een verbinding tot agogisch hoogstaand te zijn. Is er wel wordt de sector sinds een aantal stand te brengen tussen wetenvoldoende aandacht voor vorming in maanden overschaduwd door de schappelijk onderzoek en navorkleinere settings en voor groepsdystille doodstrijd van de Dienst voor ming. Hogescholen kunnen een rol namische initiatieven? Postacademische Vorming. Of hoe spelen bij de interactie tussen prak- De universitaire postacademikan men een afslanking tot onder tijk en wetenschappelijk onderzoek. sche vorming dient grensverleggend het bestaansminimum anders noeVanuit hun specifieke expertise diete zijn, mag niet voortdurend platgemen? Dit is een goede reden om nen de geassocieerde hogescholen treden paden bewandelen en hoort eens stil te staan bij de plaats en de dan eerder gezien te worden als part- weliswaar vanuit een christelijk refefunctie van de postacademische vorners naast de universiteit. rentiekader - ontvankelijk te staan ming aan onze universiteit. Ten slotte mag men zich vertegenover een diversiteit aan paraDe geïnteresseerde buitenstaanwachten aan een bloei van de unidigma’s. In een artikel in Onze Alma der komt de laatste tijd ter ore dat de versitaire navorming in neo-liberaal Mater in 2001 pleit L. Bouckaert voor universitaire overheid het domein perspectief. Wanneer universitaire een sterkere identiteit van de univerwil toeschuiven naar de faculteiten spin-offs de meeste vruchtbare - zeg siteit door een sterkere pluriformien naar de geassocieerde hogeschoteit en door spirituele len. Voor deze laatsten vrijheid. Bijgevolg is zou de vormingsfunchet volgens ons univertie dan een welkomst“Het is universitaire navorming onwaardig dat bij sitaire navorming - in geschenk zijn. de keuze van vormingsprojecten steeds dezelfde welk verband ook aanDaarnaast mag men ‘kassuccessen’ worden herhaald.” geboden - onwaardig zich verwachten aan dat bij de keuze van nieuwe spin-offs of vormingsprojecten steeds dezelfde maar winstgevende - percelen van aan bestaande diensten die zich als succesformules (of ‘kassuccessen’) het postacademische vormingsveld spin-off gaan gedragen en die brood worden herhaald. Een universitaire gaan bezetten, dan betekent dit zien in welbepaalde vormingstheinstelling voor navorming mag er uiteraard dat vorming gezien wordt ma’s. Is de postacademische vorzich dan ook niet toe lenen om haar in functie van financiële winst. Dit ming met dit soort ontwikkelingen aanbod in te bedden binnen een welzal zich dan laten gevoelen in de gediend? Zal het toekomstige aanbepaald denkkader. kostprijs van de vorming en in de bod trouwens nog met recht en rede aangeboden opleidingen. Hierdoor ‘postacademisch’ mogen genoemd komt het democratisch beginsel dus worden? e vraag is nu of en in welke op een dubbele manier op de helling mate de universiteit (nog) wil te staan. investeren in postacademische voroor academische navorming ming. Dit zou onder meer tot uiting vanuit de faculteiten valt zeker kunnen komen in de vrijstelling van heel wat positiefs te zeggen. De at ook de toekomst van de personeel met een geschikt profiel. faculteiten beschikken over de postacademische vorming Postacademische vormingsconsugeschikte experts. De vorming kan weze, er is duidelijk gebrek aan een er aansluiten bij het aldaar gepresopen debat over dit thema. De struc- lenten dienen ten eerste te worden gewaardeerd voor hun kwaliteiten teerde wetenschappelijk werk. Maar turen zijn er nog nauwelijks (‘de als bruggenbouwer tussen wetenhebben de faculteiten wel reëel de brug is gammel’) en de visie is schap en praktijk. Dit betekent dat middelen en de mogelijkheden om althans voor de buitenwereld het personeelslid ruimte moet worvolwaardig en op een recurrente onduidelijk (‘het water is troebel’). den geboden voor het blijvend volbasis postacademische programma’s Men zou zich in de eerste plaats gen van de wetenschappelijke ontte realiseren? De ervaring leert dat moeten bezinnen over wat postacawikkelingen in zijn of haar domein het wetenschappelijk personeel demische vorming als een universien voor het onderhouden van conwegens de onderwijs- en de publicataire opdracht betekent. Meer tacten met zowel het wetenschappetiedruk reeds enorm belast is. En wat bepaald zou deze bezinning moeten lijk milieu als met het praktijkveld. levert het engagement in navorming gaan over de eigenheid van de uniTen tweede dienen postacademische trouwens op voor de persoonlijke versitaire navorming. Hiervoor vormingsconsulenten te beschikken academische loopbaan? De betrokenkele reflecties. over agogische kwaliteiten. Ten derkenheid bij (postacademische) vor- Universitaire postacademische de dienen deze consulenten ‘openming wordt namelijk weinig of niet vorming dient een verbinding tot minded’ te zijn voor de diversiteit ‘ingeschaald’ bij evaluaties. Hierbij stand te brengen tussen het wetenaan invalshoeken, paradigma’s of nochtans een stekelige kanttekening. schappelijk onderzoek en de praxis. denkmodellen ; zij dienen universiZijn sommigen weinig of niet te De actoren op beide domeinen moetair te zijn in de meest oorspronkestrikken voor een vormingstaak binten worden beschouwd als evenlijke betekenis van het begrip. nen de eigen universitaire omgeving, waardige partners. Het academisch dan komen zij vlotter over de brug personeel brengt de bevindingen van voor vaak zeer lucratieve aanbiedinDr. Stef Christiaensen, de wetenschap over naar de practici; gen vanwege de externe en overweuittredend projectleider LUCINA deze laatsten zijn niet enkel ontvangend dure vormingsinstellingen. (Leuvens Universitair Centrum gers, maar ook toeleveraars van De postacademische vorming (of voor Interdisciplinaire ervaringen en inspirators voor veronderdelen ervan) toeschuiven naar Navorming in Arbeidssituaties) der wetenschappelijk onderzoek en
V
www.kuleuven.ac.be/ck/
2 CAMPUSKRAN T 1 2 .1 2 .2002
D
W
Een goede vriend en een goede huisvrouw Gert Gielen Bij zijn terugkeer in België werd ruimtevaarder Frank De Winne uiteraard onthaald als nationale held. Dat ook zijn Russische ruimtegezellen de afgelopen twee weken in België verbleven, kreeg begrijpelijkerwijze veel minder aandacht. De kosmonauten namen in Brussel en Leuven deel aan ‘post-flight’-experimenten in het kader van de experimenten NEUROCOG en CARDIOCOG. We maakten van de gelegenheid gebruik om te luisteren naar hun verhaal over de ruimtevlucht en de samenwerking met de tweede Belgische ruimtevaarder. En we wilden ook wel eens weten of het Russisch van Frank nu echt zo goed is. Zelf konden we gelukkig een beroep doen op professor Tatjana Soldatjenkova als enthousiaste tolk.
“Ik heb mij erbij neergelegd dat de spelling grotendeels gebleven is zoals ze was, vol uitzonderingen. De uiteindelijke spellingshervorming heeft immers niet zoveel veranderd. Ik schrijf nog altijd zoals ik dat vijftig jaar geleden op school geleerd heb.” Aan zijn ‘sjampanje’-verhaal heeft de oudprofessor Nederlandse taalkunde overigens geen kater overgehouden. “Ik heb nooit de behoefte gevoeld om in de spelling-Geerts te gaan schrijven”, stelt hij zelf. “Maar mocht ik opnieuw de opdracht krijgen de spelling te hervormen, ik zou het op precies dezelfde manier doen als tien jaren geleden.”
Geciteerd
Russische collega-kosmonauten over Frank De Winne
Geen spellingskater voor Guido Geerts
Geciteerd
NIEUWS
V
foto: Rob Stevens Sergej Zaletin (l.) en Yuri Lonchakov
De Morgen, 30.11.2002
Immuun voor griep?
“Sommige mensen zijn immuun voor bepaalde virusziekten. Je hebt bijvoorbeeld mensen die niet geïnfecteerd kunnen worden door HIV: hun cellen hebben kleine genetische afwijkingen waardoor het virus er niet binnenraakt, en bijgevolg zijn vernietigende werk niet kan beginnen. Het zou best kunnen dat sommige mensen op dezelfde manier immuun zijn voor het griepvirus.”
foto: ingezonden
oor zowel boordcommandant Sergej Zaletin als tweede boordingenieur Yuri Lonchakov was de Odissea-missie de tweede ruimtevlucht. Aan hun samenwerking met een Belgische ruimtevaarder hebben ze alvast geen kater overgehouden. Zaletin: “Ik ben al acht maanden voor de vlucht met Frank beginnen samenwerken. Onze eerste zware beproeving was een winteroverleving in de buurt van Moskou. Daarbij probeerden we de verschillende stappen van de landing te imiteren en moeten we 48 uren overleven in een bosrijk gebied met enkel het materiaal dat we in de ruimte bij ons zouden hebben. Toen al was het duidelijk dat Frank heel goed voorbereid was. We hadden ook meteen het gevoel dat we verwante zielen zijn. We hebben ongeveer dezelfde leeftijd en het klikte meteen. De volgende zeven maanden hebben we overal samen getraind, zowel in Rusland als in de VS, met oefeningen voor opstijgen en dalen, het werken in de ruimte... En bij elke
‘Post-flight’-metingen in Gasthuisberg
training hoorden telkens een hoop examens.” Lonchakov: “Ik was de vervanger voor Sergej, maar ook voor Frank. Ik heb de voorbereiding in België en Houston dan ook samen met Frank doorgemaakt. Hij is een uitstekend ingenieur en een goede vriend.”
een goede ingenieur te zijn. We moeten ook in staat zijn om experimenten uit te voeren. Op deze vlucht namen we bijvoorbeeld bloed af bij elkaar. We moeten een goede fysiologische kennis hebben, een goede huisvrouw zijn... de lijst is eindeloos.” Lonchakov: “Tijdens onze voorbereiding kregen we twee jaar lang een algemene cursus voor kosmonauGoede huisvrouw ten. Daarin bestudeerden we astrofyCK: En hoe goed is zijn Russisch nu sica, geofysica, geologie, biologie... We echt? Zaletin: “Heel goed. Ik wou dat ik voelden ons dan ook prima voorbezo goed Engels sprak als Frank Rus- reid om wetenschappelijke experimenten uit te voeren.” sisch. Voor Frank is Russisch zijn vijfde taal en aanvankelijk was ik daarover wat ongerust. Een taal Helden min of meer spreken is één ding, CK: Een Russische ruimtevaarder is maar een technisch jargon beheerminder uitzonderlijk dan een Belgische. sen is nog heel wat anders. Frank Worden jullie ook nog gezien als natioheeft echter zeker aanleg voor nale helden? talen, nu heeft hij enkel nog een Zaletin: “Elke kosmonaut heeft een licht accent.” eigen rangnummer, waarbij Gagarin CK: Voelen jullie je in de eerste nummer 1 is. Ik ben nummer 92 en plaats piloten of wetenschappers? Yuri 94. Op wereldvlak zijn we respeLonchakov: “Het bijzondere aan cievelijk nummer 392 en 402. Wij het beroep van kosmonaut is prekunnen ons natuurlijk niet echt natiocies dat het zoveel disciplines vernale helden noemen, maar we krijgen enigt. Sergej moet bijvoorbeeld wel een belangrijke onderscheiding, kunnen vliegen als alle automatiek een gouden ster, van de Russische wegvalt, maar moet tegelijk een federatie. Dat Frank zoveel aandacht goede boordingenieur zijn.” krijgt, is een goede zaak. Hij heeft een Zaletin: “En het volstaat niet voorbeeld gesteld dat zeker moet worom alleen maar een goede piloot en den nagevolgd.”
Professor Marc Van Ranst (Afdeling Klinische en Epidemiologische Virologie) in HUMO, 3.12.2002
Maatschappij moet discussiëren over wetenschap
Het wordt vaak gezegd dat nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap ethische vragen oproepen en dat er dringend nood is aan een breed maatschappelijk debat hierover. (...) Maar na een paar debatten ontstaat frustratie. Alle argumenten pro en contra zijn al een paar keer gehoord. Het uitblijven van vooruitgang wekt het gevoel dat een ethisch debat over wetenschap en geneeskunde eigenlijk onmogelijk is en dat een kritische samenleving niets anders is dan een hond die luid staat te blaffen, terwijl de karavaan van de wetenschap onverstoord verder trekt. Om echt een bijdrage te leveren tot een ethische verheldering van de situatie van de wetenschappen, moet men de vragen bekijken zoals ze in de werkelijkheid rijzen. (...) We moeten ook niet denken dat de ideale samenleving er een is zonder spanningen. (...) Maar om constructief met de spanningen om te gaan, moet men ze op een passende manier ter sprake brengen. Professor Guido Van Steendam (Centrum voor Ethiek) in De Standaard, 4.12.2002
Redacteur gezocht
Kenniskloof groeit
Van de laaggeschoolde Vlamingen kreeg in 2001 maar 2,6 procent de kans een opleiding te volgen; van de hooggeschoolde Vlamingen kreeg 14,5 procent die kans, bijna zesmaal meer. De kansen voor laaggeschoolden namen tussen 2000 en 2001 met 0,1 procentpunten toe; voor de hooggeschoolden namen ze toe met 0,9 procentpunten. Het Pact van Vilvoorde, dat de regering vorig jaar sloot met de Vlaamse sociale partners, beloofde de scholingskansen voor volwassenen aanzienlijk te verhogen, en nog meer voor de laaggeschoolden dan voor de hooggeschoolden.
Campuskrant is op zoek naar: - een deeltijds (80%) redacteur (m/v) voor een tijdelijk contract van 17/2/2003 tot en met 30/6/2003 - een deeltijds (80%) redacteur (m/v) voor een tijdelijk contract van 1/9/2003 tot en met 30/9/2003. Opdrachten:
artikels taalkundig en stilistisch verbeteren, inkorten en herschrijven waar nodig, drukproeven nakijken, freelance medewerkers briefen, korte stukjes schrijven, foto’s selecteren, ...
Profiel:
u hebt een universitair diploma, bij voorkeur Gemaanse Talen, optie Nederlands, beschikt over een grondige kennis van het Nederlands, een uitgesproken schrijfvaardigheid en bij voorkeur enige relevante ervaring. U bent stressbestendig en nauwkeurig, en bereid in deadlineperiodes de nodige flexibiliteit aan de dag te leggen.
Interesse? Stuur dan vóór 6 januari 2003 een gemotiveerde sollicitatiebrief met cv naar Ilse Vanwezer, Personeelsdienst K.U.Leuven, Parijsstraat 72b, 3000 Leuven,
[email protected], (t) 016 32 83 30, (f) 016 32 83 20.
De Standaard, 6.12.2002
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
3
NIEUWS KORT
Varia Katlijn Malfliet op vrouwelijke CD&V-lijst
Onderzoek
EliAs failliet
CD&V-voorzitter Stefaan De Clerck wil naar de verkiezingen trekken met een Senaatslijst waarop acht van de eerste tien plaatsen worden ingenomen door vrouwen, waaronder professor Katlijn Malfliet van de afdeling Internationale Betrekkingen en Europees Beleid. Het voorstel van De Clerck moet nog wel worden goedgekeurd door de partijinstanties.
Kijkoperatie verhelpt brandend maagzuur
Brandend maagzuur of gastro-oesofageale reflux is een chronische aandoening voor een op tien volwassenen. Sinds enkele jaren zijn er krachtige zuurremmers op de markt, maar voor wie dat geen soelaas biedt, was een ingrijpende operatie onder narcose tot nu toe de enige oplossing. Het team van maagdarmspecialist professor Jan Tack heeft nu een minder ingrijpende sleutelgattechniek ontwikkeld, waarbij de sluitspier tussen maag en slokdarm wordt verstevigd met draad of door middel van radiofrequentiegolven. Het nadeel is voorlopig de niet door het Riziv terugbetaalde - prijs, zo’n 1.500 euro.
Softwarebedrijf EliAs uit Heverlee, dat zich specialiseerde in collectiebeheersystemen voor grote bibliotheken, heeft de boeken neergelegd. De redenen die gegeven worden voor het faillissement van de in 1992 door de K.U.Leuven, IBM en de Universidad de Oviedo opgerichte spin-off zijn de toenemende internationale concurrentie en de structurele verslechtering van de bibliotheekmarkt.
Enquête bij allochtonen
Leuvens laboratorium wordt VIB-departement
Na een doorlichting in 2000 besloot het Vlaams Instituut voor Biotechnologie de plaats van één van haar negen departementen vacant te stellen. Van de dertien aanvragen kwam die van het Laboratorium voor Moleculaire Celbiologie van professor Johan Thevelein als winnaar uit de bus. Het laboratorium houdt zich voornamelijk bezig met genetisch onderzoek op gistcellen. Rondhangen kan ook vormend zijn
In een studie over groepsvorming bij 14- en 15-jarigen pleit Luc Dekeyser van het Centrum Sociale Pedagogiek voor een positievere percepte van ‘rondhangende’ jongeren. Spontane bijeenkomsten in parken en op pleintjes leiden tot het opbouwen van een sociaal netwerk, wat essentieel is voor de vorming en het later welzijn. Verder geeft de studie aan dat het vooral jongeren uit BSO en TSO zijn die hun vrije tijd op deze manier vullen. ASO’ers komen meer terecht in jeugdbewegingen en besteden ook meer vrije tijd aan internet, tv kijken en muziek.
Op 9 december was Radio 1 te gast in de Grote Aula van het MariaTheresiacollege voor een debat rond het thema ‘Inburgering: hoe en hoever?’ Moeten nieuwkomers uit het buitenland Nederlands leren? En alleen maar Nederlands of nog veel meer? En kun je ze als ze weigeren terugsturen? Karel De Gucht, Filip Dewinter, Mieke Vogels, K.U.Leuven-professor Ching Lin Pang en nog een aantal andere praatgasten kregen ruim 500 luisteraars op de been.
Nieuw: Brochure Curriculumontwikkeling 15 maart 2003 is een belangrijke dag voor de invoering van de bamastructuur aan de K.U.Leuven: uiterlijk op die datum moeten de faculteiten hun dossiers met programma’s voor bacheloropleidingen en post-initiële masteropleidingen die in 2004-2005 immers van start gaan - indienen. Dit dossier bevat een onderwijskundig referentiekader, een omschrijving van de groepen, een lijst van de opleidingsonderdelen en per opleidingsonderdeel een syllabus. De technische documentatie met alle mogelijke specificaties is terug te vinden op CWIS, maar voor wie niet belast is
met het daadwerkelijk samenstellen van de dossiers maar wel meepraat en meedenkt over deze historische hervorming stelde de Dienst Onderwijsbeleid de brochure Curriculumontwikkeling samen. Daarin vindt u de timing van de invoering van de bama-structuur en informatie over de bouwstenen van elke opleiding. In het derde hoofdstuk wordt de informatie die moet worden ingeleverd overlopen en toegelicht. Ten slotte bevat de brochure ook een lexicon met daarin een verklaring van typische bama-termen. Voortaan hebt u dus geen enkel excuus meer om niét te
OVAM-bibliotheek vindt onderdak
Kijk papa, ik doe het beter
De meeste Belgische schoolverlaters hebben een diploma op zak dat even hoog (43 %) of hoger (45 %) is dan dat van de ouders. Dat blijkt uit gegevens van het Steunpunt Werkgelegenheid, Arbeid en Vorming, dat zich baseert op een Eurostat-enquête die werd uitgevoerd in 2000. Vandenbroucke bestelt tandzorgplan
Federaal minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke heeft aan professor Daniel Steenberghe (voorzitter van de School voor Tandheelkunde) gevraagd toekomstvoorstellen te formuleren voor de tandheelkunde in België. Volgens schattingen komt bijna een derde van de Belgen nooit bij de tandarts en gaat nog eens 30 % enkel op consultatie bij concrete klachten. Hogeschooldocenten niet tevreden over fusies
Het hogescholendecreet van 1994 was het startschot voor een lange reeks fusies, die het aantal hogescholen terugbracht van 164 tot 23. Uit een onderzoek van de K.U.Leuven, de Vlerick Leuven Gent Management School en de Hogeschool Gent blijkt nu dat van de 773 ondervraagde docenten maar liefst zeventig procent negatief tot zeer negatief is over de fusies. De voornaamste klachten zijn een gebrek aan didactische middelen en infrastructuur, toegenomen werkduur en zeer beperkte inspraak in het beleid. Toch meent het merendeel van de docenten dat de onderwijskwaliteit in hun hogeschool niet is gedaald.
De tentoonstelling ‘Meesterlijke Middeleeuwen. Miniaturen van Karel de Grote tot Karel de Stoute’ lokte zo’n 50.000 bezoekers. Dat is het op een na hoogste aantal sinds de stad Leuven en de universiteit tien jaar geleden begonnen met het organiseren van een jaarlijke wetenschapstentoonstelling.
Inburgering?
foto: Rob Stevens
In opdracht van Mieke Vogels en onder leiding van professor Albert Martens (Afdeling Arbeids- en Organisatiesociologie) zal een grootscheeps sociologisch onderzoek gevoerd worden bij de Vlaamse allochtone gemeenschap. De grote uitdaging voor de onderzoekers is dat er eigenlijk te weinig informatie bestaat over de doelgroep om uit te maken wat een representatief staal is. Maar dat is volgens minister Vogels ook de reden waarom er dringend wetenschappelijke kennis moet gegenereerd worden, zodat het beleid efficiënter kan worden. Ze verwijt de academische wereld op dit vlak zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid ontlopen te hebben.
50.000 bezoekers voor Meesterlijke Middeleeuwen
in Campusbibliotheek Arenberg De K.U.Leuven en OVAM, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, hebben een partnership ondertekend. Daardoor verhuist de volledige collectie wetenschappelijke literatuur van OVAM naar de Campusbibliotheek Arenberg. In ruil kan OVAM een beroep doen op alle kennis die in Arenberg ligt opgeslagen. OVAM moest zijn bibliotheek eind vorig jaar sluiten na een interne audit. Meteen ging de maatschappij op zoek naar een overnemer voor de zowat 9.000 wetenschappelijke werken rond afvalverwerking en bodemsanering. “We hebben toen een concreet voorstel uitgewerkt,’ zegt Ludo Holans, hoofdbibliothecaris van CBA. “Voor ons is de OVAM-collectie heel interes-
4 CAMPUSKRAN T 1 2 .1 2 .2002
sant. Kort na de oprichting in 1981 zijn ze al begonnen met de aanleg. Het gaat dus om een heel actueel bestand, dat in de eerste plaats een aanwinst betekent voor de faculteiten Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen en Toegepaste Wetenschappen.” In ruil kan OVAM een beroep doen op de verzamelde kennis van de Campusbibliotheek. “En dat is voor ons belangrijk,” meent Ortwin Meeuws van OVAM. “Wij moeten een beleid uitstippelen, dus moeten we ons voortdurend op de best mogelijke manier informeren. Dankzij de overeenkomst met de K.U.Leuven zullen onze medewerkers hun wetenschappelijke kennis optimaal op peil kunnen houden.” (lw)
weten wat macrodoelmatigheid en overgangsaccreditatie precies betekenen. De brochure is op eenvoudige aanvraag te verkrijgen bij de Dienst Onderwijsbeleid. Voor wie de dossiers moet uitschrijven is er een technisch document beschikbaar op onderstaand URL-adres. POC’s kunnen voor de voorbereiding van hun dossiers ook een beroep doen op het zeskoppige bama-ondersteuningsteam. De decanen richten hiertoe een vraag aan de coördinator onderwijsbeleid. • www.kuleuven.ac.be/onderwijs/ beleidsinfo/intern/technhandl.pdf
Wordt er veel gekuld in de Vlaamse kranten? Naar aanleiding van de Taaltip (Niet kullen!) in het vorige nummer van Campuskrant heeft Michaël Opgenhaffen van het Departement Communicatiewetenschap een onderzoekje gedaan naar de schrijfwijze van de naam van onze universiteit in de Vlaamse pers. Met behulp van het programma Mediargus doorzocht hij de artikels van verschillende Vlaamse kranten (*). En wat waren de resultaten? De enige twee juiste schrijfwijzes waren in 1.390 (K.U.Leuven) en 1.548 (Katholieke Universiteit Leuven) artikels terug te vinden. Enkel K.U.L. doet het slechter, met 78. Absoluut favoriet is de schrijfwijze KU Leuven (8.837), gevolgd door KUL (2.892). In sommige artikels bleken bovendien twee tot drie verschillende schrijfwijzen door elkaar te worden gebruikt... (*)Doorzochte bronnen: F.E.T. (vanaf 1988), De Morgen (vanaf 1998), De Standaard (vanaf 1998), GVA (vanaf 1996), Belang van Limburg (vanaf 1993), Het Laatste Nieuws (vanaf 1999), Het Nieuwsblad (vanaf 1998) en Het Volk (vanaf 2000).
Onderwijs
meerderheid goedgekeurd te kunnen worden.
Bolognadecreet toch met gewone meerderheid?
Lerarenopleiding populairder dan ooit
De Raad van State stelt in een advies aan minister Vanderpoorten enkele grote vraagtekens bij het ontwerp van het Bolognadecreet. Met name voor de toekenning van bevoegdheden aan de associaties van hogescholen en universiteiten zou een tweederde meerderheid nodig zijn. De minister heeft er vertrouwen in dat het ontwerp snel zal kunnen worden aangepast om toch door een gewone
Het aantal studenten aan Vlaamse universiteiten dat een lerarenopleiding volgt, is dit jaar met twintig tot dertig procent gestegen. Volgens professor Joost Lowyck van de Afdeling Didactiek is de onzekere economische situatie de belangrijkste oorzaak van de spectaculaire stijging. Nu een baan in de privé-sector minder zekerheid lijkt te bieden, kiezen meer studenten voor de relatieve zekerheid van een
VOOR
loopbaan in het onderwijs. Ook de recente noodkreten in verband met lerarentekort kunnen een rol spelen. Vanderpoorten akkoord met oriënteringsproeven
Vlaams minister van onderwijs Marleen Vanderpoorten zegt zich te kunnen vinden in het voorstel van de rectoren De Leenheer (UG) en Oosterlinck om het bestaande toelatingsexamen voor burgerlijk ingenieur te vervangen door een verplichte, maar niet-bindende toelatingsproef. Ze trekt het idee zelfs door en zegt
(Nieuwe) Man & Universiteit
TEGEN
Debat (Nieuwe) Man & Universiteit
Zwangerschapsverlof voor vaders? Tim Vuylsteke
Groot nieuws: kindjes komen helemaal niet uit de bloemkool, maar uit de buik van mama. En daarom moet mama na de geboorte een paar weken thuisblijven. Maar wat moet er daarna gebeuren? Moet mama nog enkele extra weken vrij nemen om voor haar kindje te zorgen, of is dat de taak van papa? Petra Foubert en Conny Aerts, beiden mama overigens, denken er niet helemaal hetzelfde over. VOOR
dat een oriënteringsproef nuttig kan zijn voor alle laatstejaarsscholieren. De Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging is minder gelukkig met het voorstel en wil dat de bindende toelatingsproef burgerlijk ingenieur blijft bestaan. De Vlaamse Vereniging van Studenten is tevreden dat de rectoren nu zelf de oriënteringsproef voorstellen waar zij al langer voor pleiten, maar ziet het voorstel vooral als een poging om gezichtsverlies te vermijden nu de verplichte toelatingsproef sneuvelt.
De VAP-werkgroep Vrouw en Universiteit organiseert op 12 december een studienamiddag (Nieuwe) Man en Universiteit, waarop dr. Petra Foubert haar standpunt toelicht omtrent zwangerschaps- en ouderschapsverlof vanuit genderperspectief. Prof. Ignace Glorieux (VUB) heeft het over ‘Succesvolle loopbanen beginnen thuis’ en nadien gaan beide sprekers het debat aan met dr. Ingrid Robeyns (Universiteit Amsterdam) en prof. Ortwin De Graef (K.U.Leuven). Moderator is Elsy Van Roy. • Donderdag 12 december, 13u30, College De Valk Auditorium Zeger-Van Hee, Tiensestraat 41. Info via
[email protected], (t) 016 32 84 21.
Petra Foubert,
Conny Aerts,
medewerkster Instituut voor Europees Recht
“Zwangerschapsverlof is voor een stuk verkapt ouderschapsverlof”
“Mijn standpunt, zoals ik dat heb uiteengezet in mijn doctoraatsthesis eerder dit jaar, moet gezien worden in het kader van het juridisch gelijkheidsbeginsel, dat stelt dat iedereen, zowel mannen als vrouwen, dezelfde rechten heeft. Toen ik het systeem van het zwangerschapsverlof juridisch probeerde te kaderen, kwam ik tot de vaststelling dat dat beginsel in de huidige wetgeving eigenlijk wordt overtreden: de man wordt - op juridisch gebied dan toch - benadeeld!” “De overheid voorziet, zoals is opgedragen door de Europese Unie, veertien tot vijftien weken zwangerschapsverlof. Tot zeven weken daarvan mogen voor de bevalling worden opgenomen, de overige acht moeten nadien worden genomen. Medisch gezien hebben de meeste vrouwen slechts zes tot acht weken nodig om fysiek te herstellen van een bevalling. Toch sparen de meesten het gros van het verlof op tot na de geboorte: die bijkomende weken zijn dus eigenlijk bedoeld om voor de baby te zorgen, zijn eigenlijk verkapt ouderschapsverlof. Maar als alleen de vrouw enkele weken vrij kan krijgen om voor haar baby te zorgen, wordt het gelijkheidsbeginsel overtreden! Ook de man zou dat recht moeten hebben. Dat wil niét zeggen dat ik pleit voor een verkorting van het zwangerschapsverlof: moeders moeten de mogelijkheid behouden om veertien of vijftien weken afwezig te blijven, zolang vaders maar een gelijk aantal weken wordt geboden om voor de baby te zorgen.” “Ik zie heel wat voordelen voor de vrouw aan zo’n systeem. Langdurige afwezigheden kunnen een negatieve invloed hebben op iemands loopbaan. Ook hier wordt het gelijkheidsbeginsel dus met voeten getreden: vrouwen krij-
hoofddocent aan de Afdeling Sterrenkunde
gen vanwege het moederschapsrustsysteem niet dezelfde kansen als mannen op de arbeidsmarkt. Wanneer mannen op hun beurt een aantal weken vrij kunnen nemen om voor de baby te zorgen, wordt dit nadeel gedeeltelijk weggewerkt.” “In de praktijk zou het echter volgens mij, ook met zo’n alternatief systeem, nog steeds vooral de moeder zijn die enkele extra weken vrij neemt, en niet de vader - dat is nu ook het geval met het zogenaamde ouderschapsverlof. Eén van de redenen daarvoor is dat het maatschappelijk - en vooral door werkgevers - veel minder aanvaard wordt als vaders thuisblijven voor de kinderen. Het gevolg is dat sommige werkgevers nog steeds weigerachtig staan tegenover het aanwerven van potentiële moeders. Daarom moet, vooraleer om het even welk zwangerschapsverlofsysteem kan werken, eindelijk eens definitief komaf worden gemaakt met die stereotiepe overtuigingen. Mijns inziens kan het beleid dat stimuleren door wetswijzigingen in deze trant door te voeren. Moderne mannen moeten de kans krijgen hun ideeën ook in de praktijk toe te passen: stereotiepe overtuigingen gaan niet vanzelf verdwijnen.”
foto: Rob Stevens
“Niet alle vrouwen zijn fysiek hersteld na acht weken”
het mag niet zo zijn dat iemand die om medische of persoonlijke redenen langer wenst thuis te blijven, daar hinder van ondervindt. En met name aan de universiteit, waar vaak met tijdelijke contracten wordt gewerkt, kan zoiets nogal eens voor problemen zorgen. Heel wat doctorandi en postdocs moeten immers om de één à drie jaar een nieuwe aanvraag tot verlenging indienen. Maar de deadline voor zo’n aanvraag schuift niet altijd op als iemand veertien weken afwezig is vanwege zwangerschap, laat staan als je vijf maanden zwangerschapsverlof zou willen nemen. Een aanvraag voor verlenging van een mandaat op tijd indienen wordt dan een zeer moeilijke opdracht. Bij het FWO Vlaanderen heeft men dat gelukkig goed begrepen en een maatregel genomen. Het is toch absurd dat die vijf luttele maanden een carrière van meer dan dertig jaar negatief zouden beïnvloeden?” “Waar ik voor pleit, is een veel flexibeler systeem waarbij man, vrouw en werkgever samen kunnen uitzoeken wie enkele weken vrij neemt, en hoeveel, en - ook zeer belangrijk - waarbij de mogelijkheid bestaat tot evaluatie over een langere termijn. Een objectieve evaluatie op korte termijn is in gevallen zoals die waar ik het net over had immers moeilijk. In het ideale systeem zouden jonge moeders die langer afwezig wensen te blijven de mogelijkheid moeten krijgen hun werk te onderbreken en hun contract op te schuiven zonder negatieve gevolgen voor evaluaties. Het excuus dat dit op specifieke problemen zou stuiten bij bijvoorbeeld projectwerk, is voor mij niet geldig; meer flexibiliteit is een noodzaak in deze kwestie. Het werk van Petra Foubert bevat enkele zeer goede voorstellen, maar die zouden eigenlijk niet nodig moeten zijn aan een gezinsvriendelijke universiteit...”
“Vanzelfsprekend ga ik akkoord met de idee dat mannen en vrouwen dezelfde rechten moeten hebben. Dat ook de vader enkele weken vrij moet kunnen nemen om voor zijn baby te zorgen, kan ik bijgevolg alleen maar beamen. Petra Foubert gaat er in haar voorstel echter van uit dat alle vrouwen na acht weken volledig hersteld zijn van een bevalling. Volgens mij is dat niet zo, zoals de ervaring mij heeft geleerd, en zouden sommige moeders beter drie tot vijf maanden thuisblijven om volledig te herstellen. Daarom moet met de mogelijkheid om een veel langer zwangerschapsverlof te nemen zeker ook rekening worden gehouden.” “Het is echter een feit dat vrouwen die langer dan acht weken afwezig durven blijven na een bevalling door sommige werkgevers nog steeds met een scheef oog worden bekeken. Natuurlijk moeten vrouwen die dat willen en kunnen zo snel mogelijk weer aan het werk kunnen gaan. Maar
foto: Rob Stevens
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
TEGEN
5
NIEUWS
Gloednieuw Laboratorium Industriële Veiligheid weldra open
Explosieve stap voorwaarts voor industrie en wetenschap
vervolg van pagina 1
Eredoctores 2003 rofessor Gerhard Ertl (1936, Stuttgart) was de eerste chemicus die het belang aantoonde van methoden uit de oppervlaktefysica voor het begrijpen van ‘echte’ chemische processen. Met behulp van zogenaamde ‘scannel tunneling’microscopie en andere technieken uit de oppervlaktefysica slaagde hij erin katalysische reacties op atomaire schaal te verklaren. Sinds 1986 leidt hij het Fritz-Haber-Institut van het Max-Planck-Gesellschaft in
P
Berlijn en in 1995 werd hij vicevoorzitter van de Duitse Wetenschapsstichting. Hij ontving reeds de Japan Prize (1992) en de Wolf Prize (1998). De eerste prijs wordt beschouwd als het Japanse equivalent van de Nobelprijs en de tweede is vaak een stap in de richting van die hoogste onderscheiding.
e Finse professor Kai Simons (1938) leverde op het gebied van de celbiologie baanbrekend werk, dat onder meer onderzoek in verband met immunologie en de ziekte van Alzheimer stimuleerde. Behalve voor zijn wetenschappelijk werk is hij ook belangrijk als visionair organisator van het biochemisch onderzoek in Europa. In Heidelberg stond hij mee aan de wieg van het European Molecular Biology Laboratory (EMBL), dat op het terrein van de celbiologie Europa op de kaart zette en waar een hele school jonge groepsleiders werd opgeleid die op dit moment in verscheidene landen het wetenschappelijk onder-
zoek op dit domein voortstuwen. Simons is ook bijzonder begaan met de uitbouw van een krachtig Europees netwerk in de biowetenschappen, dat alle Europese wetenschappers in die branche tracht te verenigen. In 1999 ging hij een nieuwe uitdaging aan met de oprichting van het Max Planck Instituut voor Moleculaire Celbiologie en Genetica in Dresden, dat multidisciplinair onderzoek combineert met de creatie van een biotechnologisch georiënteerde industrie in een jarenlang achtergesteld gebied van Europa en nu al beschouwd wordt als een referentiepunt binnen de Europese wetenschap.
Kai Simons
Walter Kasper
K
ardinaal Walter Kasper werd geboren in 1933 in het Duitse Heidenheim-Brenz. Hij doceerde filosofie en theologie aan universiteiten in Tübingen, München en Washington. In 1979 werd hij verkozen tot lid van de Oecumenische Raad der Kerken en in 1985 was hij bijzonder secretaris van de buitengewone bisschoppensynode in Rome, waarbij hij nauw samenwerkte met kardinaal Godfried Danneels. In 1989 werd hij gewijd tot bisschop van het Duitse bisdom Rottenburg-Stuttgart en sinds 1999 is hij secretaris van de ‘Pauselijke Raad voor de Bevordering van de Eenheid onder de Christenen’, het Vaticaanse orgaan voor de oecumene. In 1999 was Kasper ook een van
de grondleggers van de Augsbugse Verklaring, een gezamenlijke stellingname van katholieken en lutheranen inzake de rechtvaardigingsleer. Die verklaring heeft volgens hem vooral duidelijk gemaakt dat kerken kunnen samenwerken en dat er op sommige terreinen overeenstemming kan worden bereikt zonder de stellingen van één van beide gesprekspartners af te zwakken. Dat typeert zijn idealistische en tegelijk realistische houding ten opzichte van interkerkelijke dialoog, die hij consequent heeft verkondigd en die hem vandaag tot het katholieke boegbeeld van de oecumene maakt. Op 21 februari 2001 werd hij door de paus benoemd tot kardinaal.
Opvoeding in de hoop een atletiekcarrière uit te bouwen. Een knieblessure stelde echter een einde aan die droom en ze moest een nieuwe richting kiezen. Het werd geneeskunde, en vijfentwintig jaar later is de voormalige atletiekbelofte een wetenschapper met wereldfaam in het veelbelovende domein van het stamcelonderzoek. Haar werk werd in het bijzonder verwelkomd door tegenstanders van het gebruik van foetuscellen voor wetenschappelijke doelen, al zegt Verfaillie zelf daarover dat de beide soorten stamcelonderzoek - op foetuscellen en op volwassen cellen - belangrijk blijven.
Catherine Verfaillie
D
e Belgische Catherine Verfaillie (1957) werkt sinds 1989 aan de Universiteit van Minnesota en was een van de eerste wetenschappers die erin slaagden om stamcellen van volwassenen zich te laten ontwikkelen tot uiteenlopende celtypes, wat door velen als onmogelijk werd gezien. In december 2000 werd Verfaillie door het U.S. News and World Report uitgeroepen tot een van de tien belangrijkste vernieuwende wetenschappers in Amerika. Nochtans leek er voor Verfaillie op 18-jarige leeftijd een heel andere carrière weggelegd. Als Belgisch kampioene in de vijfkamp schreef ze zich in voor een studie Lichamelijke
D
Sven Nevens
Het Departement Werktuigkunde. De Afdeling Toegepaste Mechanica en Energieconversie. Allemaal in Heverlee, allemaal onbegrijpelijk en nieuw voor een humane wetenschapper. Een labyrint van eindeloze gangen en identieke deuren. Op de voor het overige kale muren de werking van een stoommachine en van een kernreactor, uitgelegd aan de hand van enkele schijnbaar eenvoudige schetsen. Mijn hoofd tolt, de druk stijgt: ik voel dat ik mijn doel nader.
A
an de deur van lokaal 02.066 tref ik bijzonder emeritus Jan Berghmans, die al gauw van wal steekt over zijn nieuwe geesteskind: geen nutteloze uitvinding van een bestofte professor, maar een gloednieuw wetenschappelijk laboratorium. Het Labo Industriële Veiligheid moet een van de paradepaardjes worden van de universiteit en wil onze bedrijven beter beschermen tegen onder andere explosie- en brandgevaar.
Europese top
Wie een mastodont van een gebouw verwacht, omringd door prikkeldraad en massa’s afbeeldingen van doodshoofden, komt bedrogen uit. In de groene achtertuin, vlak naast de vredig stromende Dijle, lacht een metaalblinkende stulp ons vriendelijk toe. De binnenkant toont een heel ander beeld: naast een redelijk ruime bedieningsruimte met een aantal testopstellingen in opbouw, herbergt het laboratorium ook vier bunkers, omringd door kasteelmuren van gewapend beton. “In deze bunkers staan onze pronkstukken opgesteld,” vertelt Berghmans. “Explosieonderzoek gebeurt voornamelijk in bolvormige drukvaten en met de explosiebol van 4,2 liter en vooral die van 8 liter zijn we in staat om fundamenteel wetenschappelijk onderzoek te verrichten op internationaal niveau. Die apparatuur is vrijwel uniek in Europa.” Monnikenwerk
foto: Rob Stevens
Gerhard Ertl
Het principe is eenvoudig, de theoretische modellering is dat heel wat minder. Een gasmengsel wordt in het drukvat gebracht en blootgesteld aan een bepaalde druk en temperatuur. Dan zorgt een ontstekingsmechanisme voor een vonk en een eventuele gecontroleerde explosie. Door gasmengsel, druk en temperatuur stelselmatig te wijzigen, kan men de explosiegrenzen van een bepaald mengsel in kaart brengen. “Een explosie voltrekt zich op enkele milliseconden, maar de precieze beschrijving ervan is monnikenwerk. We zijn in Leuven al zo’n twintig jaar bezig met dit soort onderzoek en het nieuwe laboratorium zou voor een fantastische doorbraak kunnen zorgen.”
vervolg op pagina hiernaast
6 CAMPUSKRAN T 1 2 .1 2 .2002
vervolg van pagina hiernaast Rampen voorkomen
met die industrietakken. Zij sponsoren onze peperdure apparatuur en hebben op hun beurt de voorbije twintig jaar steeds gebruik kunnen maken van onze dienstverlening. Met de opbrengsten van al die ad hoc-projecten hebben we nu uiteindelijk deze wetenschapsdroom kunnen verwezenlijken. Een win-win-operatie dus.”
ligheid te garanderen. Heverlee mag op beide oren slapen...” • Info: Afd. Toegepaste Mechnanica en energieconversie, Celestijnenlaan 300 A, Heverlee, (t) 016 32 27 79
foto: Rob Stevens
Niet enkel de academische wereld, maar ook het bedrijfsleven volgt het Leuvense onderzoek met grote interesse. De moeizaam bekomen resultaten kunnen van levensbelang zijn om catastrofes in bijvoorbeeld steenkoolmijnen of rampen zoals destijds bij Cockerill Sambre te voorkomen. “Vanaf het moment dat je Superveilig met poeders of fijne korrels kleiner dan “Toch ligt de belangrijkste overwinning een halve millimeter werkt, is een vonk al niet op financieel vlak, maar op het voldoende om een niet te overziene ravagebied van veiligheid. Bedrijven zullen in ge aan te richten. Kijk maar naar de ettede toekomst veel veiliger kunnen werken lijke graansilo’s die elk jaar opnieuw in en bovendien zal ook ons onderzoek op vlammen opgaan.” een veel veiligere manier kunnen gebeu“Zowel de metallurgische, chemische ren. De explosiebol van 8 liter kan een en farmaceudruk aan van tische sector zo’n 35.000 “De resultaten hier kunnen van levensbelang als de landbar. Als je weet zijn om catastrofes in bijvoorbeeld bouwsector dat een druk steenkoolmijnen of rampen zoals destijds bij kunnen hun van 1 bar al Cockerill Sambre te voorkomen.” voordeel meer dan volhalen uit dit doende is om soort van onderzoek. Het spreekt dan ook een kamer op te blazen, zegt dat wel voor zich dat we heel nauw samenwerken genoeg. Kosten noch moeite zijn dan ook
gespaard om aan de allerstrengste veiligheidsnormen te voldoen. Camerabewaking, versterkte bunkers, talrijke gas- en branddetectoren, werken met onderdruk, een drukontlastingsdak... Het zijn maar enkele van de maatregelen om ieders vei-
K.U.Leuven op straat
Universiteit lanceert mediacampagne U zal er niet omheen kunnen: op het moment dat u dit leest, start de K.U.Leuven met een professioneel uitgewerkte campagne, goedgekeurd door het GeBu en uitgewerkt door de Marketingcel. In een tijd waarin de onderwijsomgeving op zowel nationaal als internationaal vlak verandert, is een duidelijke positionering immers onontbeerlijk. Voorzitter Luk Warlop (professor marketing), verbonden aan het Departement TEW, Ronny Vandenbroele, directeur Dienst Communicatie en Isabelle Van Geet van Studieadvies, secretaris Marketingcel werkten mee de aanpak uit van dit project.
D
e imago- en wervingscampagne van de K.U.Leuven lijkt een logisch vervolg op de reeks vernieuwingen die langzaam maar zeker intern doorgevoerd worden. Zo is er bijvoorbeeld het ‘nieuwe gezicht’ van de website - terwijl vroeger iedere faculteit een eigen presentatie had, wordt nu op de Dienst Communicatie gezocht naar een eenheid die voor de gebruiker vanaf de eerste aanblik de samenhang tussen al die verschillende studiemogelijkheden duidelijk maakt. Dezelfde ontwikkeling doet zich voor bij Studieadvies, waar in de layout van affiches en infobrochures één lijn wordt doorgetrokken. Met andere woorden: er wordt steeds meer gestreefd naar een consequente doorvoering van een heuse ‘huisstijl’, die in 2003, samen met de nieuwe ontwikkelingen en hervormingen binnen het onderwijs, in alle faculteiten zou moeten doorgedrongen zijn. Met die overkoepelende look wordt alvast één feit duidelijk benadrukt: de K.U.Leuven ‘out’ zich, samen met de campus Kortrijk, als één universiteit met één gezicht - eenheid in verscheidenheid, één huis met vele kamers. Geef ze de vijf
De campagne richt zich in eerste instantie op de toekomstige studenten, maar zal daarnaast zeker ook haar impact hebben op het bredere publiek. Nieuw is alleszins dat niet enkel bepaalde data of evenementen uitgelicht worden, maar dat de K.U.Leuven in haar geheel naar voren treedt. Het is de bedoeling hierbij vijf kernideeën te benadrukken die de positionering van de universiteit duidelijk stellen. ‘Studeren is onderzoeken/ontdekken’ is de belangrijkste van die vijf ideeën: zelf ontdekken, een brede visie en een open geest ontwikkelen. Warlop: “Meer en meer bepalen jongeren zélf hun studiekeuze, en daarbij vertrekken ze niet in de eerste plaats van de beroepsmogelijkheden die een bepaalde richting biedt. Je kan
hen op twee manieren helpen bij het bepalen van die keuze: ofwel ‘stel je hen gerust’, ofwel nodig je hen uit om op avontuur te gaan. In de campagne hebben we gekozen voor de tweede manier, die niet alleen het meest aantrekkelijk is, maar ook wijst op de inspanningen die je zal moeten leveren om je doel te bereiken. Het reclamebureau waarmee we samenwerken, is er in geslaagd deze boodschap optimaal te visualiseren: de landschappen op de affiches nodigen uit tot ontdekking, en geven anderzijds een gevoel van onbegrensde mogelijkheden, een wereld die aan je voeten ligt. De overige vier punten sluiten daarbij aan: optimale begeleiding van de student, Leuven als studentenstad, K.U.Leuven als springplank naar de toekomst, en de Europese uitstraling van de universiteit.” Grensoverschrijdend
Studeren dus niet alleen in de strikte betekenis van het woord, maar ook leren leven. Leuven is immers, meer dan sommige andere onderwijsinstellingen, niet alleen een universiteit maar ook een studentenstad. Zo wijst de slogan ‘In Leuven krijg je een beeld van de toekomst’ erop dat je hier niet alleen een bepaalde studierichting volgt en een diploma haalt, maar dat je ook mensen en situaties van uiteenlopende aard tegenkomt en leert keuzes maken en zelfstandig zijn - volwassen worden, als het ware, wat niet altijd even eenvoudig en soms behoorlijk angstaanjagend is. Slogans als ‘Afspraak voor een tête-à-tête’ en ‘Warm aanbevolen’ moeten dan ook aantonen dat studenten hier op alle vlakken ondersteund worden - niet enkel in hun studies, maar ook op sociaal vlak. Daarnaast groeit door het steeds meer vervagen van de geografische grenzen ook het belang van de internationale positionering van de universiteit. Waar de K.U.Leuven buiten de grenzen zeker bekend is voor haar onderwijs, onderzoek en postgraduate opleidingen, is het
belangrijk te tonen dat al deze verschillende studie- en onderzoeksmogelijkheden deel uitmaken van één groot overkoepelend geheel, dat zich ook als dusdanig positioneert. Het is duidelijk, een campagne als deze boks je niet even gauw in elkaar. Bij haar oprichting in 2000 bezon de Marketingcel zich al over een dergelijk initiatief; twee jaren van grondige analyse, budgetberekening, nauwe samenwerking met een professioneel bureau en pretesting van de campagne volgden. Nu is het dan zover: via internet en radio, tijdschriften en kranten, tot op affiches in de bioscoop toe zal u uitgenodigd worden om deel te nemen aan de ontdekkingstochten, pistes en expedities die de K.U.Leuven biedt. Aan u de keuze dus, en die is niet gering.
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
7
UNIVERSITEIT EN BEDRIJF
Interface tussen industrie en wetenschap
K.U.Leuven R&D, het lichtend voorbeeld Gert Gielen
Naast onderwijs en fundamenteel onderzoek hebben universiteiten nog een derde basistaak: concrete - wetenschappelijke - bijdragen leveren aan de maatschappij. Om dit aspect te coördineren, en dan met name de samenwerking op dit vlak met de industrie, werd 29 jaar geleden al K.U.Leuven Research and Development (LRD) in het leven geroepen. Professor Koenraad Debackere en professor Reinhilde Veugelers van de onderzoeksgroep Bedrijfseconomie en Strategie voerden samen een onderzoek uit naar kenmerken van efficiënte centra voor technologieoverdracht.
V
dene wetenschapsdisciplines de ontwikkelingen op de voet volgen. Ook vanuit de universiteiten is er trouwens een grotere vraag naar samenwerking, want de basisfinanciering vanuit de overheid loopt in heel Europa terug en dus moet er een groter deel van de fondsen uit de industrie komen.” “Ondanks de Belgische beperkingen, kunnen we zeggen dat Leuven op dit domein heel actief is. In Europese vergelijkingen wordt LRD aangehaald als één van de goede voorbeelden voor technologieoverdrachtcentra. In ons eigen onderzoek zijn we nagegaan wat de kenmerken zijn van goede technology transfer units aan “Door het uitvoeren van toegepast universiteiten. Daarbij blijken onderzoek neemt het basisonderzoek aanmoedigings- of beloningsvaak nog toe in kwantiteit en kwaliteit.” mechanismen heel belangrijk. Er moeten goede afspraken bestaan over wie de voordelen van het stroom van die kennis naar industriële onderzoek naar zich toehaalt en hoewel toepassingen veel beperkter is dan met alle uitvindingen eigendom van de uniname in de Verenigde Staten. In Europa doen de Scandinavische landen het op dat versiteit blijven, moet er voor voldoende compensatie gezorgd worden voor het vlak goed, maar de rest blijft achter ten onderzoeksteam.” opzichte van de VS.” Het beloningssysteem dat LRD hanteert, is gebaseerd op budgettaire flexibiEen kleine speler liteit en financiële autonomie voor de België hoort wat die doorstroom van divisies. onderzoeksresultaten betreft tot de middenmoot in de EU, maar voor een klein land zijn er dan ook extra hinderpalen. Decentralisatie en ondersteuning Samenwerking met de universiteit voor “Wat de organisatiestructuur betreft, zijn onderzoek is sowieso vooral interessant twee principes belangrijk. Ten eerste voor een kleine groep van bedrijven die moet er voldoende decentralisatie zijn, echt bezig is met radicaal innovatieve moeten de verschillende onderzoeksgroetechnologieën. Bovendien zijn bedrijven pen dus genoeg autonomie hebben om in België vaak te klein om te investeren in zelf contacten op te bouwen met de zo’n samenwerking. Of ze behoren tot industrie en hun eigen budgetten te beheeen buitenlandse multinationale groep ren. Maar anderzijds moet er voldoende die zijn basisonderzoek elders doet. ondersteuning zijn vanuit een gespecialiVeugelers: “De vraag vanuit de indusseerde organisatie, in ons geval LRD, die trie naar ondersteuning door de universieen aantal ondersteunende diensten taire wereld neemt echter wel toe, omdat levert waarbij een schaalvoordeel van de snelheid van de technologische evolubelang is. Een belangrijke ‘centrale’ dienst tie vaak vereist dat bedrijven in verscheiis de administratieve ondersteuning bij
foto: Rob Stevens
eugelers: “Onze onderzoeksgroep werkt rond innovatie. Contacten tussen universiteit en industrie, wat wij industry science links noemen, zijn daarbij heel belangrijk. Ook in de EU krijgt dit onderwerp veel aandacht, want Europa wil een ‘kennisgebaseerde maatschappij’ ontwikkelen en daarbij zijn innovatie en een goede samenwerking tussen de innovatie-actoren essentieel. Momenteel zitten we in Europa namelijk nog met de paradox dat er op een hoog niveau wetenschap wordt bedreven, maar dat de door-
contractonderzoek. Ook het actief beheer van de patentenportefeuille is belangrijk. Bij LRD zijn alleen al met dat laatste een viertal gespecialiseerde mensen fulltime bezig.” “Daarnaast speelt LRD een belangrijke rol bij het opstarten van spin-offs. Die jonge bedrijven zijn vaak in handen van onderzoekers en niet van professionele managers. Er zijn speciale fondsen voor risicokapitaal voorzien voor financiële ondersteuning van deze spin-offs, maar nog belangrijker is dat LRD beschikt over een adviesteam dat actief helpt bij het opstellen van ondernemingsplannen, zodat de spin-offs kunnen profiteren van
De rode draad Gert Gielen
Agoria Vlaanderen, de werkgeversfederatie van de technologische industrie, vertegenwoordigt meer dan 700 grote en kleine bedrijven uit diverse sectoren. Mede op vraag van Agoria Vlaanderen gaf minister-president Dewael eind november het startschot voor de opmaak van een innovatiepact waarbij de drie actoren in het innovatiegebeuren in Vlaanderen - bedrijfsleven, universiteiten, hogescholen en researchcentra en overheid - betrokken zijn. Wilson De Pril is directeur-generaal van Agoria Vlaanderen en heeft een stokpaardje: innovatie.
D
e Pril: “Innovatie is de rode draad in onze activiteiten. Wanneer wij bedrijven bevragen, komt het toenemende belang van investering in onderzoek en ontwikkeling altijd naar voren als hun belangrijkste zorg voor de toekomst. Wij zijn dan nagegaan waar Vlaanderen op dat gebied staat ten opzichte van de buurlanden en andere Europese landen. Op basis van de ratio ‘investeringen in O&O/Bruto Regionaal Product’ bleek dat Vlaanderen achterop lag tegenover een aantal andere landen. Vanuit Europa is daar dan de norm van Lissabon bijgekomen, die zegt dat tegen 2010 alle Europese lidstaten minstens 3% van hun BNP moeten investeren in onderzoek, verdeeld in 2% door de ondernemingen en 1% door de overheid. In reële cijfers betekent dat een absoluut minimum van 66 miljoen euro extra per jaar vanwege de overheid vanaf 2003, nog zonder rekening te houden met economische groei en inflatie. En voor het bedrijfsleven is dat ongeveer het dubbele.” “Het Innovatiepact moet ook zorgen voor een continu beleid over de regeringen heen. Met de drie actoren willen we een pact sluiten over hoe we onze doelstellingen inzake innovatie in Vlaanderen gaan bereiken, wie wat gaat doen en hoe we gaan samenwerken” Toekomstpact
Oosterlinck ondertekent samen met het bestuur van de onderneming Deloitte & Touche het
Het pact loopt over meerdere regeerperiodes. Maar is het ook afdwingbaar tegenover de overheid?
Ziekenhuis- en Verplegingswetenschap (30 nov. 2001).
8 CAMPUSKRAN T 1 2 .1 2 .2002
lees ook pagina 9: Maatschappelijke dienstverlening bij farmacie
Innovatiepact Vlaanderen
Samenwerking tussen bedrijf en universiteit neemt allerlei vormen aan. Hier: Rector contract voor de verlenging van de leerstoel die D & L financiert in het Centrum Voor
de ervaring en knowhow die hierrond werd opgebouwd.” Gaan al die inspanningen niet ten koste van het fundamenteel onderzoek? Veugelers: “Dat is een begrijpelijke bekommernis, maar uit verschillende onderzoeken blijkt dat divisies die succesvol zijn in het aantrekken van industriecontracten tegelijk ook heel sterk zijn in publicaties en basisonderzoek. Het moet om te beginnen al om goede onderzoekers gaan, anders zouden ze niet gevraagd worden door de industrie, maar door het uitvoeren van toegepast onderzoek neemt het basisonderzoek vaak nog toe in kwantiteit en kwaliteit. Toegepast onderzoek zorgt namelijk niet alleen voor extra fondsen die ingezet kunnen worden voor basisonderzoek, maar onderzoekers doen ook vaak nieuwe inzichten op. Dat vereist natuurlijk wel een goede groepsstructuur binnen de divisies, waarbij sommige mensen meer bezig kunnen zijn met toegepast onderzoek, maar er toch voldoende contact blijft bestaan binnen de groep met het basisonderzoek.”
De Pril: “Niet echt natuurlijk, de politici moeten er zelf in geloven. Maar twee elementen geven wel enige garantie. Ten eerste is er al de genoemde Europese norm, waarbij Europa zich als ambitie stelt de meest competitieve wereldspeler te zijn. Anderzijds heeft Vlaanderen zich tot doel gesteld de meest performante regio binnen Europa te zijn, in het Pact van Vilvoorde. Je kunt de politieke partijen natuurlijk niet verplichten om dit pact in elk nieuw regeerakkoord op te nemen, maar zo’n overeenkomst tussen drie partijen is toch een solide basis om op verder te bouwen.” “Een tweede beleidsevolutie die we verwelkomen is de oprichting van een Strategische Adviesraad voor Wetenschappen en Technologische Innovatie, die hét advies- en consultatieorgaan zal worden. Wil dat optimaal functioneren, dan zal aan een aantal voorwaarden moeten worden voldaan, zoals een evenwichtige vertegenwoordiging van de academische wereld en het bedrijfsleven, een duidelijke taakstelling, een inspirerende voorzitter met gezag... Ook in het IWT, dat in de toekomst een eigen Raad van Bestuur moet blijven behouden, zouden de industriële bedrijven, die finaal toch de ‘klant’ zijn, meer vertegenwoordigd moeten worden. Het IWT is tenslotte de spil van het Vlaamse innovatiebeleid en daarom is de voeling met de industriële realiteit uiterst belangrijk.” vervolg op pagina hiernaast
Maatschappelijke dienstverlening bij farmacie Een goed voorbeeld van hoe industriecontacten binnen een onderzoeksgroep beheerd kunnen worden vormt het pas opgerichte Center for Drug Delivery and Analytical Research (CDDAR), een geïntegreerde onderzoeksgroep binnen de Faculteit Farmaceutische Wetenschappen. Professor Guy Van den Mooter geeft enige toelichting. an den Mooter:”Vroeger hadden wij als onderzoekers allemaal individuele contacten met de farmaceutische industrie. Bedrijven wisten echter nooit goed wie ze moesten benaderen en wat wij wel of niet konden doen. Daarom willen we nu naar buiten komen als een gezamenlijke onderzoeksgroep.” CK: Is het de taak van universitaire wetenschappers om expliciet hun diensten aan te bieden aan de industrie? Van den Mooter: “Dit past volgens mij perfect in het luik maatschappelijke dienstverlening. Ik wil wel bena-
V
Innovatiepact Vlaanderen vervolg van pagina 8 Innovatiecultuur
De Pril: “Een heel belangrijke factor bij dit alles is dat er een innovatiecultuur ontstaat in de brede maatschappij. In ons privé-leven komen we allemaal meer en meer met nieuwe technologie in aanraking, maar toch zien we een dramatische daling in de instroom van studenten in technologische richtingen en algemeen in de exacte wetenschappen. En onze innovatiedoelstellingen zijn nu eenmaal maar te bereiken als we de nodige technisch geschoolde mensen hebben, van hoog tot laag. Het is dus essentieel dat we ons verhaal van welvaartscreatie door innovatie overbrengen aan de goegemeente. Het academische milieu, het bedrijfsleven en de overheid kunnen
Wilson De Pril: “In de VS is het heel normaal dat een professor bijvoorbeeld één dag per week met het bedrijfsleven bezig is.” hier samen iets aan doen.” De universiteiten zijn natuurlijk niet enkel kweekvijvers voor wetenschappelijk talent, ze spelen ook meer en meer een actieve rol bij het ontwikkelen van nieuwe technologieën (zie pagina 8). De Pril: “Vroeger was er een vrij strikte scheiding tussen academisch basisonderzoek en het toegepaste onderzoek, dat bij het IWT werd ondergebracht. Tegenwoordig is er echter ook in toenemende mate behoefte aan wat we ‘basisonderzoek met een economische finaliteit’ kunnen noemen, waarvoor ook nieuwe financieringskanalen worden gecreëerd. Dit beoogt projecten op middellange termijn en vergt samenwerking tussen bedrijven enerzijds en universiteiten en hogescholen anderzijds.” “Ook universiteiten kunnen ervan profiteren als hun wetenschappers dichter bij de industriële realiteit staan. Ze zouden de mobiliteit tussen beide werelden nog kunnen versterken door bijvoorbeeld ook praktijkervaring in aanmerking te nemen voor een academische carrière. In de VS is het heel normaal dat een professor bijvoorbeeld één dag per week met het bedrijfsleven bezig is. We moeten natuurlijk niet alles van de VS overnemen, maar het is duidelijk dat nu de afstand tussen academia en industrie bij ons nog te groot is.”
drukken dat die dienstverlening puur wetenschappelijk is. Een belangrijk criterium is uiteraard dat een onderwerp ook voor ons interessant moet zijn: wij moeten er ook iets uit kunnen leren.We zullen onderzoek doen voor de industrie waar ze zelf niet altijd de tijd voor hebben. We weten dat die behoefte er is, en er werd altijd al samengewerkt - het enige dat we nu anders doen is met een duidelijk pakket naar buiten komen.” CK: Welke soort ondersteuning biedt de groep aan? Van den Mooter: “Wij kunnen kennis en expertise aan-
bieden op het gebied van drug delivery in al zijn aspecten, analytische scheikunde en fysische farmacie. Het gaat er bij onze onderzoeken vooral om een bepaald actief bestanddeel in een zodanige vorm te gieten dat het ook echt werkt. Een tablet is een simpel voorbeeld van zo’n vorm. We kijken dan ook naar wat er precies met een geneesmiddel gebeurt als het ingenomen wordt. Wordt het bijvoorbeeld voldoende opgelost in het gastro-intestinale stelsel, wordt het opgenomen in het bloed? Met betrekking tot het actieve bestanddeel zelf kunnen we ook nagaan welke analysemethoden mogelijk zijn en of het molecule op zich fysisch en chemisch stabiel is. Samen bestrijken we dus heel veel aspecten die komen kijken bij het omzetten van een actief bestanddeel naar een stabiel geneesmiddel.” (gg)
Communicatiecentrum blikt terug op 30 jaar relatietherapie
Werk maken van liefde Davy Coolen door maximaal vier koppels tegelijk gevolgd, al dan niet intern. Deze therapievorm blijft ook na dertig jaar een unicum in Vlaanderen.” Op basis van de meest voorkomende relatieproblemen onderscheidt Vansteenwegen de vijf doelgroepen van het Communicatiecentrum: “Het gaat om paren die te veel ruzie maken - die te dicht op uiterst zichzelf. Intimiteit en gelijkwaarelkaar leven; om paren die van elkaar verdigheid hoeven elkaar niet uit te sluiten. vreemd zijn - die te veel afstand hebben In zekere zin zijn deze begrippen ook de genomen; en om koppels die te kampen sleutels tot een goede relatie.” hebben met een seksueel probleem. DaarHet beste bewijs voor de onverminnaast is er een groep met scheidings- en derde relevantie van deze basisfilosofie beslissingsproblemen; en ten slotte zijn er noemt Vansteenwegen het succes van de relaties waar een derde in betrokken is Liefde is een werkwoord, het boek dat hij geraakt. Het algemene profiel van deze opvatte in de doelgroepen jaren tachtig laat zich en dat de leimoeilijk “Ook een scheiding kan een goed draad is voor schetsen. We resultaat zijn van relatietherapie.” de werking begeleiden van het Commensen uit municatiecentrum. Het werd een klassiealle lagen van de samenleving en van alle ker. “In 2002 kende het zijn 29ste druk; generaties, zowel gepensioneerde echtpaondertussen werd de kaap gerond van ren als nog niet getrouwde jonge mensen. 85.000 verkochte exemplaren. Het boek Doorgaans zet men de stap naar het cenis trouwens ook vertaald in het Duits, het trum op aanraden van koppels die zelf Italiaans, het Spaans, het Grieks en het baat hebben gehad bij de therapie.” Afrikaans.” Onderzoek van het Communicatiecenrum toont aan dat deze vorm van relatietherapie resultaat heeft: drie vierde van Niet alles lijmen Vansteenwegen: “Het Communicatiecen- de paren die over de jaren heen begeleid werden, geeft aan dat de kwaliteit van trum is uniek omdat het in een voortduhun relatie er na begeleiding op vooruit is rende wisselwerking relatie- en gezinsgegaan. “Uiteindelijk hangt het welslagen therapie en seksuele therapie combineert van een therapie af van wat beide partners met wetenschappelijk onderzoek en een willen”, benadrukt Vansteenwegen. “We voortgezette academische opleiding. werken steeds vanuit twee standpunten. Typisch voor onze werking is het drie Onze eerste doelstelling is om elke partweken lange intensieve voltijdse dagproner als individu te ontwikkelen, onze gramma, dat bestaat uit groepslessen, tweede om de relatie te ontwikkelen. Als praktische oefeningen en gesprekken met koppels naar hier komen om hun relatie te een therapeut. Dit programma wordt verbeteren, dan kunnen we van een succes spreken als beide partners achteraf vinden dat ze een stap in de goede richting hebben gezet. Vanuit dezelfde opvatting kan ook een scheiding een uitkomst zijn van relatietherapie. Therapeuten zijn immers geen lijmers: ze zoeken mee naar wat het beste is voor elke partner. Vandaar kan een goede scheiding een goed resultaat zijn van een goede therapie.”
Het Communicatiecentrum, dat opereert onder de vlag van de Universitaire Ziekenhuizen en dat samenwerkt met het Interfacultair Instituut voor Familiale en Seksuologische Wetenschappen, viert dit jaar zijn dertigste verjaardag. Aan de basis van het pionierswerk dat er sinds de vroege jaren zeventig wordt verricht inzake relatietherapie, ligt de overtuiging dat liefde een werkwoord is. “Lief zijn voor elkaar is geen sentimentaliteit, maar menselijk meesterschap,” bevestigt professor Alfons Vansteenwegen, die de leiding heeft van dit centrum.
V
ansteenwegen stond in 1972 mee aan de wieg van het Communicatiecentrum. “Sindsdien is er veel veranderd”, vergelijkt hij. “Het relatiedenken heeft een metamorfose ondergaan. In de beginjaren was het klassieke verhaal dat van de ene partner - meestal de vrouw - die van een teveel aan zelfopoffering bitter werd in de relatie. De laatste jaren zien we daarentegen veel jonge paren waarvan beide partners zo sterk opkomen voor zichzelf, dat hun relatie eronder lijdt. In hun streven naar autonomie geeft men vandaag vaak niet langer te veel, maar te weinig aan de relatie.” Toch is er sinds de jaren zeventig weinig veranderd aan de fundamentele principes waarmee het Communicatiecentrum een antwoord tracht te (helpen) bieden op de gewijzigde relatieproblematiek. “Ruw geschetst zijn onze basisideeën dezelfde gebleven. Een eerste beginsel is inzet. Het is niet omdat je van iemand houdt, dat je ook met hem of haar kan leven. Een relatie blijft dan ook niet evident bestaan: doe je er niets voor, dan ben je ze kwijt. Een tweede principe is een goede terreinverdeling van de zakelijke kant van de relatie. Duidelijke afspraken over de verdeling van deze ‘karweien’ helpt conflicten voorkomen. Een derde kernbegrip is wat we met een modewoord differentiatie noemen: in een relatie is men idealiter tegelijkertijd uiterst dicht bij elkaar, en
• Communicatiecentrum, UZ St. Rafaël, Kapucijnenvoer 33, 3000 Leuven. (t) 016 33 26 20, www.med.kuleuven.ac.be/ifsw/comm.html . • ‘Liefde is een werkwoord’ wordt uitgegeven bij Lannoo, Tielt.
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
9
alumnikrant
zeswekelijkse bijlage voor oud-studenten
Leven na Leuven: VRT-televisie-persredacteur Anne Stroobants
“Gelukkig hebben we vier televisies in huis” Wouter Verbeylen
De kans dat de lancering van de nieuwe TV1-reeks ‘Sedes en Belli’ u volledig ontgaan is, is bijna onbestaande. In de media werd de reeks met het nodige tromgeroffel aangekondigd, en kranten en weekbladen stonden de laatste weken vol met interviews. Dat alles bij zo’n grootse campagne vlotjes verloopt, is onder meer het werk van Anne Stroobants, persverantwoordelijke voor de TV1-fictie bij de VRT.
A
nne Stroobants (31) werkt nu al acht jaar bij het Huis van Vertrouwen. Het was haar Droomjob, nog voor ze enig diploma op zak had. “Op mijn zestiende stond het vast: ik moést in de media werken, en dan nog het liefst voor de televisie: het had iets betoverends, die wereld. Ik ben dan Germaanse gaan studeren, heel doelgericht: ik dacht dat dat wel een goede voorbereiding zou zijn. En ik heb nooit spijt gehad van die keuze, al was het soms op de tanden bijten. Maar dan studeer je af, en besef je dat je weinig algemene vakken heb gehad, zoals sociologie of economie, en dat je eigenlijk totaal geen praktijkervaring hebt. Ik heb dan een jaar Culturele Studies gevolgd, dat was daar ideaal voor: je had vakken als bedrijfseconomie, en bovendien kon je stage lopen. Het zou geen kwaad kunnen als zo’n stage in alle basisopleidingen opgenomen werd, denk ik. Desnoods verleng je de opleiding met een jaar.” “Ik volgde een vak ‘Sociologie van toerisme en vrije tijd’ en daarvoor liep ik sta-
ge bij Vlaanderen Vakantieland - en dat is dan als vanzelf uitgemond in mijn job. Op 21 juni heb ik mijn laatste examen afgelegd, en op 22 juni ben ik bij de VRT begonnen. Ik was nog helemaal groggy van de examens, maar dat kon mij nauwelijks schelen, zo blij was ik dat ik daar kon werken.” “En eigenlijk ben ik sindsdien van de ene boeiende opdracht in de andere gerold: na Vlaanderen Vakantieland heb ik een tijdje bij het beeldarchief van de VRT gewerkt, voor programma’s als De jaren ’70. Schátten dat je daar tegenkomt inmiddels zijn die archieven gecomputeriseerd, maar toen was het nog echt schatgraven om leuke stukjes te vinden.” Privé-stories
“Ik werk nu al ruim vier jaar bij de Persdienst - dat is de oude naam, eigenlijk heet het nu Externe Communicatie. Ruwweg ben ik verantwoordelijk voor al de TV1-fictie. Ik ben tussenpersoon tussen de pers, de makers, de schermmedewerkers - dat zijn de ‘vedetten’ - en uiteraard de kijkers. Ik moet bijvoorbeeld de schermmedewerkers opvangen als ze niet tevreden zijn over een bepaald interview. Ja, dat gebeurt wel vaker, al trachten we dat zoveel mogelijk te vermijden. We briefen de schermmedewerkers zo goed mogelijk vooraf - wie de interviewer is, voor welk medium hij
schrijft - want achteraf is het onherroepelijk te laat. En we geven hen een aantal vuistregels mee: probeer altijd positief of neutraal te zijn over het Huis, laat je niet negatief uit over collega’s. Dat is geen kwestie van overdreven controle, vind ik, dat is gewoon ethisch correct.” “Sommige dingen proberen we wel uit de pers te houden, of pas naar buiten te brengen als het voor de VRT opportuun is. De zwangerschap van Ann Ceurvels bijvoorbeeld (Ceurvels speelde net mee in ‘Flikken’, maar verlaat de reeks alweer na dit seizoen, red.), die kwam voor ons eigenlijk te vroeg in de pers, toen Ceurvels nog maar pas in de reeks verscheen. Maar hoe vermijd je zoiets? De journalisten hangen rond in hetzelfde kleine wereldje als de televisiemedewerkers, ze zitten met hen op café, ze vangen iets op, en de volgende dag staat het gedrukt.” “Over dat soort privé-gegevens hebben we een duidelijk standpunt: als de BV er zelf over wil communiceren, dan is dat prima voor ons, maar het hoéft niet. Vroeger lieten we alles volledig aan hen over, maar tegenwoordig vragen ze vaak zelf aan ons om dergelijk nieuws naar buiten te brengen. ‘Liever jullie dan ik’, denken ze, anders hangen er toch de hele dag journalisten bij hen aan de telefoon.” Geen oorlog
Van een zogenaamde media-oorlog heeft Anne Stroobants geen last. “We hebben heel goede afspraken met VTM en VT4: elke zender heeft zijn eigen weekdag voor persconferenties. En beslissingen over de aanwezigheid van bekende VRT-gezichten op andere zenders worden op directieniveau genomen.” “In mijn ‘segment’, de tv-fictie, zit ik vrij comfortabel: de fictie op zondagavond op TV1 is een herkenningspunt geworden voor de kijker. Dat is erg dure televisie, maar we trachten steeds de beste kwaliteit te brengen. En die verkoopt zichzelf. Maar je mag nooit op je lauweren rusten. Het productiehuis Skyline gaat nu voor VTM
Anne Stroobants: “Zeg nu zelf, er zijn toch wel minder leuke jobs dan vanuit je luie zetel de tv-fictie af te speuren.” foto: Rob Stevens
10 C A M P U S K R A N T 1 2 . 1 2 . 2 0 0 2
de boeken van Pieter Aspe verfilmen. Ik ken de mensen die dat maken, en het zou best wel eens goed kunnen worden. Je kan daar maar beter sportief in zijn. Trouwens: TV1 gaat De Zaak Alzheimer van Jef Geeraerts verfilmen.” “Frustraties? Nee, die heb ik niet. Ik heb een enorm dankbare job. De media geven ons alle aandacht die we wensen. En ik ontmoet ook bijzonder interessante buitenlandse tv-figuren: Carluccio, Alain De Botton, Christopher Timothy - dat is James Herriot.” Vier tv’s
“Ik ben eerlijk gezegd een beetje verslaafd aan fictie - en dan heb ik het niet exclusief over de VRT. Ik zoek de andere zenders af, en als ik iets goed ontdek, fluister ik dat in het oor van de aankopers. Ja, ik kijk ook soms naar Wittekerke, om de verhaallijn te kennen, om te zien welke acteurs er momenteel in meespelen. Ik móet dat een beetje bijhouden, dat is mijn job. En zeg nu zelf, er zijn toch wel minder leuke jobs dan vanuit je luie zetel de tv-fictie af te speuren.” En kijkt haar man - Edward De Maesschalck, programma-adviseur van Canvas - dan mee naar Wittekerke? “Nee, Edward is echt een Canvas-mens, dus soms zitten we hier wel te vechten voor de buis. (lacht) Gelukkig hebben we vier televisies in huis...” “En de toekomst? Een adviserende functie binnen het netmanagement van TV1 interesseert me wel. In een verre toekomst dan, want voorlopig doe ik mijn huidige job nog te graag. Ik heb nu net wat contacten en netwerken opgebouwd, en de journalisten leren kennen - zoiets dóe je niet op een week. Nee, ik wil hier nog niet weg, en ik leer nog constant bij. Dit jaar ben ik bijvoorbeeld meegereisd naar het Songfestival in Tallinn. Wat een ervaring: als wij een grote persconferentie organiseren, dan spreken we van veertig, hooguit vijftig journalisten. Op het Songfestival waren dat er duizend.” “Mijn norm is altijd geweest: je moet zingend naar het werk gaan. En dat doe ik nu, na acht jaar VRT, nog elke dag. Het blijft toch iets magisch hebben. Als mensen te horen krijgen waar ik werk, vragen ze nog altijd: ‘Zeg eens eerlijk, hoe zijn die BV’s nu in het echt?’”
Ontvang gratis de wekelijkse
eNieuwsbrief K.U.Leuven Surf naar www.kuleuven.ac.be/nieuwsbrief/
alumnikrant advertenties
Kringnieuws
Identificatiefiche Alumni Lovanienses
Ingenieurs LBTW
De Vriendenkring Brabant organiseert een bezoek aan Waterleau, een Herents bedrijf dat gespecialiseerd is in Global Water Technology. Afspraak op vrijdag 17 januari om 20u, aan Radioweg 18, 3020 Herent. • Info: Dirk Fremaut, (t) 016 77 80 68
Bedrijfsbezoek wetenschapsbibliotheek De nieuwe Campusbibliotheek Arenberg is een van de modernste en grootste wetenschapsbibliotheken van Europa. Meer dan één miljoen boeken vinden er onderdak, in een hoogtechnologische, unieke omgeving, ingepast in een architecturaal klassiek-en-toch-hypermodern kader. Om dit project te kunnen verwezenlijken, doet de bibliotheek een beroep op financiële partners. Bedrijven worden uitgenodigd om in te stappen in een van de verschillende sponsorcategorieën. Niet alleen wordt hen een duidelijke visibiliteit bij de vele bezoekers gegarandeerd, ook kunnen zij gebruik maken van de vele mogelijkheden tot dienstverlening (van informatieverstrekking tot on-campus recruitment) die de bibliotheek kan aanbieden. Op vrijdag 17 januari organiseert de bibliotheek een Bedrijvendag, uiteraard met uitvoerige rondleiding, om de nieuwe bibliotheek aan de bedrijfswereld voor te stellen. • 17 januari, 11-19u: rondleiding (doorlopend), 12-14u: lunch, 16-19u: happy hour. Inschrijven voor 13 januari. Inschrijvingen en info: K.U.Leuven Partnership & Academic Development, Minderbroedersstraat 5, 3000 Leuven, (t) 016 32 41 44, (f) 016 32 37 40,
[email protected].
alumninummer:.................................................................... naam:................................................................................. (meisjesnaam voor gehuwde dames) voornaam:.......................................................................... (officiële voornaam, geen roepnaam) geboortedatum:................................................................... Adresgegevens Alumnus straat + nr:.......................................................................... postcode:...........gemeente:.................................................. landcode:...........land:......................................................... tel:..................................................................................... fax:.................................................................................... e-mail:................................................................................ (geeft toelating om dit e-mailadres op te nemen in het e-adressenbestand op internet) Studiegegevens Alumnus promotiejaar:...................................................................... diploma 1:.......................................................................... diploma 2:.......................................................................... specialisatie 1:.................................................................... specialisatie 2:.................................................................... Huidige werkkring Alumnus firma:................................................................................. straat + nr:.......................................................................... postcode:...............gemeente:.............................................. landcode:...............land:..................................................... telefoon:............................................................................. fax:.................................................................................... e-mail:................................................................................ functie:............................................................................... Bent u bereid om werkzoekende studenten en/of alumni te informeren over uw werkterrein ? Ja 0 Neen 0 Terug te bezorgen aan Alumni Lovanienses vzw, Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 Leuven, (f) 016 32 41 90. U vindt deze fiche ook op de internetpagina’s van Alumni Lovanienses, www.kuleuven.ac.be/alumni/
Alumni Lovanienses beschikt dankzij de tientallen ingevulde fiches die na elk nummer van Campuskrant worden opgestuurd, over een databank met de gegevens van 130.000 oudstudenten van de K.U.Leuven - dat betekent 85,79%. Campuskrant gaat onder meer in deze databank op zoek naar alumni om te interviewen voor de reeks Leven na Leuven. De gegevens die u invult op deze identificatiefiche worden enkel in het bestand van Alumni Lovanienses opgenomen. Dit bestand wordt beheerd conform de wet op de Privacy.
IN BEELD
foto’s: Patrick Holderbeke
Debat met staartje Het presidium van de Kortrijkse studenten nodigde op dinsdag 19 november CD&V-voorzitter Stefaan De Clercck en minister Marc Verwilghen uit voor een ‘politiek café’ in de gezelligheid van het Studentenhuis. Len Verbeke, preses sociale en politieke thema’s: “Opzet was een debat tussen de vorige en de huidige minister van justitie over het federale justitebeleid, met hoofdredacteur van de Juristenkrant Luk Van Eylen als moderator. Er kwamen maar liefst 300 geïnteresseerden opdagen, waaronder ook kabinetsmedewerkers van de minister, enkele volksvertegenwoordigers en de voltallige gemeenteraad van Kortrijk. Iedereen was het er
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
15
nadien over eens: dit was duidelijk een ‘verkiezingsdebat’. Onder meer de uitspraak in de zaak van juwelier Tyberghien en de wet op de spijtoptanten kwamen aan bod, en het debat raakte helemaal op dreef toen minister Verwilghen liet verstaan dat de drugsnota allicht niet meer tijdens deze legislatuur gestemd zou worden, en dat er wat hem betreft geen sprake kon zijn van een gedoogbeleid voor softdrugs. Dat was de volgende dag inderdaad druk besproken voorpaginanieuws...”
ONDERZOEK
Membraantechnologie en kijkbuiskennis
De Doctorandus (2): De wet herschrijven
Opnieuw, Verhofstadt! Anne-Mie Jaspers
Als alles meezat - en dat zal ook wel - verdedigde Karl Hendrickx gisteren, 11 december, met verve zijn doctoraatsverhandeling over de taalkundige adviezen van de Raad van State. Hendrickx, verbonden aan het Centrum Nederlandse Rechtstaal, weet alleszins waarover hij doctoreert: niet alleen beoordeelt hij de programma’s van de VRT op hun taalkwaliteit, hij is ook de ‘taaltipgever’ van dit blad.
L
eesbare wetteksten, het lijkt een contradictio in terminis. Toch doet de Raad van State al sinds zijn oprichting in 1946 zijn best om de wetgever bij te staan in de kwaliteitsgarantie van de wetgeving, juridisch zowel als taalkundig. Karl Hendrickx worstelde zich door zo’n 2.000 adviezen van de afgelopen twintig jaar en onderzocht in hoeveel procent van de teksten taalopmerkingen voorkwamen en hoeveel opmerkingen een advies gemiddeld bevatte. Het resultaat is een databank, waarin de opmerkingen onder meer geklasseerd werden op woord, zin, paragraaf en hele tekst; en volgens probleem: incorrecte formulering, vaagheid, dubbelzinnigheid, overtolligheid en omslachtigheid. Hendrickx: “Nadat de problemen gedetecteerd waren, kon nagegaan worden in welke teksten ze het meeste voorkwamen en waar de opmerkingen betrekking op hadden. Federale teksten krijgen het minste kritiek van de Raad van State, Vlaamse iets meer en Brusselse het meest. Vlaamse ontwerpteksten zijn wel vrij correct geformuleerd, federale hebben het minste last van vaagheid en overtolligheid. Opvallend is ook dat het taalgebruik van de verschillende ministeries onderling sterk verschilt.”
Het kommapaleis
foto: Rob Stevens
“Tijdens mijn onderzoek stelde ik overigens ook vast dat het vooroordeel niet klopt dat de Raad van State, die ook wel eens le Palais de la Virgule wordt genoemd, vooral op punten en komma’s let. Vooral vaagheid - te
weinig uitleg - en overtolligheid - te veel uitleg - worden streng aangepakt wegens juridisch gevaarlijk.” Driekwart van alle regelgevende teksten - wetten, decreten, koninklijke besluiten - krijgt opmerkingen. Het aantal stijgt zelfs, terwijl de Raad van State niet strenger geworden is, integendeel. Door overbelasting is er immers een hervormingsprocedure in de maak die ‘dringende zaken zou beperken tot de juridische kant van de zaak’, met andere woorden: beperking van de controlefunctie van de Raad van State, dus minder taalopmerkingen, dus meer onleesbare teksten, opgesteld door een select clubje van magistraten. Volgens en voor Hendrickx geen goede zaak: “Het belang van leesbare teksten dringt bij sommige juristen en politici gewoon niet door. In een aantal Europese landen hebben ze speciale ambtenaren die de redactie van de wetten begeleiden - iets waar bij ons ook wel vraag naar is, maar tot nu toe vinden we geen gehoor bij de regering. Sterker nog: door de op til zijnde onderwijshervormingen is het zo goed als zeker dat het vak Nederlandse rechtstaal aan onze universiteit ‘gemarginaliseerd’ zal worden.” Het nieuws, door Karl Hendrickx
Wie 2.000 teksten uitpluist op zoek naar taalkundige opmerkingen, kan ons inziens niet meer onbevangen een tekst lezen. Hendrickx zegt inderdaad niet vrij te zijn van enige beroepsmisvorming: “Onder leiding van professor Willy Smedts werk ik mee aan een project taalcontrole voor de VRT, waarbij we de taalprogramma’s controleren op toegankelijkheid en aantrekkelijkheid; en ja, dan zit je soms wel extra aandachtig het nieuws te volgen. Maar dat neemt niet weg dat ik nog steeds kan genieten van een tekst, mét of zonder fouten.” • De jongerensectie van de Koninklijke Vlaamse Chemische Vereniging organiseert op 12 december om 20u een debat over de impact van een doctoraat op een verdere carrière, onder de titel ‘Moeder, waarom doctoreren wij?’. Het debat vindt plaats in de Celestijnenlaan 200F, lokaal 00.09, Leden hebben gratis toegang, niet-leden betalen 5 euro. Meer info: Jurgen.Sleven@ chem.kuleuven.ac.be.
16 C A M P U S K R A N T 1 2 . 1 2 . 2 0 0 2
Driemaal prijs! Bart Geerts
Professor Ivo Vankelecom krijgt een prijs voor zijn baanbrekend onderzoek naar membraantechnologie. Professor Jan Van Den Bulck wordt gehuldigd voor zijn onderzoek naar de effecten van televisiefictie op de kijker.
Koffiefilter e prijs van de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten, klasse Natuurwetenschappen, gaat dit jaar naar professor Ivo Vankelecom. Hij krijgt de prijs voor zijn volledige loopbaan als onderzoeker in de membraantechnologie. Het is niet omdat hij zelf perfect weet wat dat juist inhoudt dat wij het ook wisten. Daarom open de aanhalingstekens: “De meest eenvoudige en rudimentaire vorm van een membraan is een koffiefilter. Wat je nodig hebt, gaat door het membraan. Wat je niet kan gebruiken wordt opgevangen.” Het onderzoek van Vankelecom gaat natuurlijk heel wat verder. Het baanbrekende van zijn werk is dat hij erin geslaagd is polymerische membranen te koppelen aan het gebruik van katalysatoren. En dat opent interessante perspectieven. Vankelecom: “Bestaande scheidingstechnieken slorpen erg veel energie op. Membraantechnologie is duidelijk efficiën-
D
ter en goedkoper. Er is minder afval en de katalysator kan bovendien gerecycleerd worden. Daarom groeit natuurlijk ook de interesse vanuit de industrie die maar al te graag bewuster wil produceren. Bijkomend voordeel is dat de nieuwe membraanmodules gemakkelijk te koppelen zijn aan de reeds bestaande industriële infrastructuur.” Dat er wel degelijk een groeiende markt is voor de toepassingen van de nieuwe technologie kan van Vankelecom niet genoeg benadrukken. “Membraantechnologie heeft erg diverse toepassingen gaande van kunstnierdialyse en kunsthuiden over drinkwaterbereiding tot regenjassen die wel damp of zweet doorlaten, maar geen regen. Het huidige onderzoek richt zich vooral op de farmaceutische en de voedingssector, maar de interesse vanuit de petrochemie neemt gestaag toe.”
Wetenschap met plot e tweejaarlijkse prijs van de Vlaamse Gemeenschap wordt dit jaar toegekend aan professor Jan Van Den Bulck voor zijn boek Kijkbuiskennis: De Rol van Televisie in de Sociale en Cognitieve Constructie van de Realiteit. Een hele boterham die titel, maar waarover gaat het boek eigenlijk? Van Den Bulck: “Ik heb verschillende theorieën toegepast om de effecten van televisiefictie op de Vlaamse kijker te onderzoeken. Vroeger onderzoek keek vooral naar de directe invloed van bijvoorbeeld geweldfilms op het gedrag van mensen. Ik heb in de eerste plaats onderzocht wat de Vlaamse televisiekijkers onbewust leren, hoe fictie op televisie een invloed heeft op het beeld van de realiteit dat mensen hebben.” Voor de couch potatoes onder ons kan dat verder gaan dan we denken. “Mensen die vaak naar fictie kijken op televisie lopen dikwijls rond met een totaal fout beeld van de werkelijkheid. Zo is er bijvoorbeeld bij mensen die vaak naar misdaadseries kijken een onredelijk grote angst voor straatcriminaliteit en seriemoordenaars. Het onderzoek focust op fictie omdat daar de beïnvloeding minder evident is. Mensen weten dat ze naar fictie kijken. Ze weten dat het allemaal niet echt is, en toch wordt hun wereldbeeld - vaak onbewust - enorm beïnvloed door wat ze zien.”
D
Fictie op de Vlaamse buis is natuurlijk niet altijd van Vlaamse makelij, maar net dat maakt de situatie hier zo boeiend. “Vlaanderen is een bijzonder interessant onderzoeksterrein. Ongeveer één vierde van wat we hier te zien krijgen, is van Amerikaanse makelij. Veel mensen die nog nooit in Amerika zijn geweest, hebben toch een heel sterk beeld van dat land en dat beeld wordt grotendeels bepaald door wat ze leren uit televisieseries.” De prijs van de Vlaamse Gemeenschap wordt toegekend aan een boek van hoog wetenschappelijk niveau dat ook voor een lekenpubliek toegankelijk is. Van Den Bulck was blij verrast dat zijn inzending bekroond werd. En daar zal zijn verleden als scenarioschrijver wel voor iets tussen zitten. Hij is erin getraind korte kernachtige zinsconstructies te gebruiken en dat is niet het meest voor de hand liggende jargon in wetenschappelijke publicaties. Van Den Bulck: “Ik vind dat ook een wetenschappelijke tekst een goede plot moet hebben, zoals een detectiveroman. Verschillende gegevens moeten in de opbouw van het verhaal naar voren worden geschoven en voor het einde moet toch nog altijd een verrassende wending bewaard blijven.” Aan de prijs is een geldbedrag van 5.000 euro verbonden.
Marc Brysbaert en de psychofysica van de visuele woordherkenning Alumnus professor Marc Brysbaert, verbonden aan de Universiteit Gent, werd Laureaat van de Academie in de Klasse Menswetenschappen, voor zijn onderzoek rond taalverwerking, meer specifiek de visuele woordherkenning. Hij specialiseerde zich in de psychofysica, waarin hij niet alleen methodologische vooruitgang realiseerde, maar ook wereldwijd respect afdwong door zijn resultaten op het vlak van interhemisferische transfer bij visuele woordherkenning. Dit onderzoek heeft geïnspireerd tot het ontwikkelen van wiskundige modellen voor visuele woordherkenning. Professor Brysbaert heeft diverse aspecten van de oogbeweging en de psychologische verwerking van visuele taal-input bestudeerd, wat hem in tal van buitenlandse wetenschappelijke kringen tot een veelgevraagd spreker en publicist gemaakt heeft.
Visitaties bij Geografie en Toegepaste Scheikunde
De V-files (2)
Toegepaste scheikunde
Tim Vuylsteke
Commissie van deskundigen in een bepaald vakgebied die, in opdracht van de overheid, de kwaliteit van universitair onderzoek en onderwijs nagaat. Dat is de definitie die Van Dale geeft voor het fenomeen visitatiecommissie. Elke richting aan onze universiteit krijgt er om het decennium één op bezoek. In deze tweede aflevering van de V-files belichten we de visitaties bij Geografie en bij Toegepaste Scheikunde. Geografie rofessor Etienne Van Hecke vertelt ons dat de visitatiecommissie de opleiding Geografie over het algemeen positief beoordeelde. Zowel de onderzoeksactiviteiten als de organisatie en het niveau van het onderwijs werden zeer goed bevonden. De kritische opmerkingen zijn vaak aanbevelingen in het kader van de invoering van het BaMa-systeem.
P
+
Het onderwijs. De aandacht voor onderwijsinnovatie is zeer groot, en er is waardering voor het gebruik van activerende en zelfstandige werkvormen. Bovendien steekt de opleiding veel energie in haar excursies. Ook de aandacht voor computer- en communicatievaardigheden is groot.
+
De motivatie. De commissie treft gemotiveerde en enthousiaste stafleden aan met een grote onderwijsinzet, wat zorgt voor een grote tevredenheid bij studenten en alumni, die dan ook over het algemeen goed presteren. Bovendien wordt de programma-inhoud actueel gehouden, en sluit hij goed aan bij het lopende onderzoek
+
Het niveau. De examens halen een goed niveau, zowel qua feitenkennis en inzicht, en de verhandelingen zijn degelijke en verzorgde werken,
ONDERWIJS
waaraan duidelijk met veel ijver is gewerkt.
-
De internationalisering. Er moet meer aandacht worden geschonken aan vaardigheden in vreemde talen, en de internationale studentenuitwisseling moet worden opgedreven. De internationalisering van de stafleden daarentegen is uitstekend.
-
De studiebelasting. Er moet goed op worden toegezien dat het concept begeleide zelfstudie en de invoering van het semesterexamensysteem de werkdruk niet de hoogte injagen. Bovendien moet ook de belasting van de stafleden in het oog worden gehouden via een meetsysteem voor de onderwijs- en onderzoeksbelasting. Het aantal cursussen per staflid zou moeten worden verminderd.
olgens professor Jan Vermant krijgt de opleiding over het algemeen een gunstige evaluatie. Vooral de manier waarop de afgestudeerden terugblikken op hun studie maakt een zeer goede indruk. Uiteraard zijn er ook enkele punten die voor verbetering vatbaar zijn, en die kritische opmerkingen kunnen helpen bij de verdere ontwikkeling en optimalisering van het curriculum.
V
+
De alumni. Ze voldoen zeker aan de minimumvereisten die door de commissie werden vooropgesteld. Hun reputatie in de industrie bevestigt dat. De afgestudeerden zelf blikken ook tevreden terug op hun verblijf aan het departement.
+
De inzet van het zelfstandig academisch personeel. Ook de bewuste strategie om voldoende assisterend academisch personeel te behouden om zo een goede omkadering te krijgen en begeleiding van de studenten te verzekeren, wordt op prijs gesteld. Hetzelfde geldt voor de practicuminfrastructuur en voor het ontwikkelen van vakoverschrijdende practica.
+
De Youngsters Seminars. Dat zijn seminaries die worden georganiseerd door de doctoraatstudenten. Ze vormen een goede manier
om studenten in aanraking te brengen met het onderzoek.
-
De begeleiding van de alumni. Er wordt gepleit om de contacten met de arbeidsmarkt te formaliseren en eventueel ook vertegenwoordigers van de arbeidsmarkt uit te nodigen. Contacten met bedrijven, zoals bedrijfsbezoeken, maken geen deel uit van het formele programma.
-
De internationalisering. Ondanks het feit dat de onderwijsstaf uitgebreide internationale contacten heeft, wordt er te weinig gebruik van gemaakt. De studenten moeten nog meer worden gestimuleerd om deel te nemen aan uitwisselingsprogramma’s. Ook zou een oplossing moeten worden uitgewerkt om sabbaticals mogelijk te maken. • www.vlir.be/vlir/onderwijs/visit.htm
Privé-financiering Gender Studies
Vijftig procent van de m/v met talent is vrouwelijk Voor het vierde jaar op rij werd aan alle licentiaatsstudenten het interfacultair college Gender Studies als keuzevak aangeboden. De cursus biedt een inleiding in de wetenschapsbeoefening en de cultuurkritiek vanuit genderperspectief, waaronder kwesties als de invloed van opvattingen over mannelijkheid en vrouwelijkheid op de inhoud van de wetenschappen. Het college wordt medegefinancierd door een Vlaamse financiële groep en een ICT-multinational. onze partnerorganisaties kunnen leren uit dit onderzoek, en zij spelen als ‘middenveld’ toch een belangrijke rol in bewustwording en mentaliteitsveranderingen. We zijn dus ook wel degelijk geïnteresseerd in de conclusies van het onderzoek dat we steunen...” Partnership
Hangende socio-economische kwesties zijn dan bijvoorbeeld het evenwicht tussen arbeid en gezinsleven - maatregelen zoals deeltijds werken, ouderschapsverlof en andere vormen van loopbaanonderbreking worden nog steeds vooral door vrouwen benut - of de aanhoudende ondervertegenwoordiging van vrouwen in topfuncties, het zogenaamde glazen plafond. Voor het informatietechnologiebedrijf IBM aanleiding voor een Europees actieprogramma. Marianne Schouten, Academic Relations Manager van IBM België/Luxemburg: “IBM is een pionier inzake human resources management. Al sinds 1953 voert het een specifieke politiek van diversiteit in zijn personeelsbeleid - de tewerkstelling van mannen en vrouwen (25% van ons Belgisch personeel is vrouwelijk, ten opzichte van 15%
ook een vorm van partnership.” Professor Veerle Draulans, titularis van het vak, beaamt dit, maar benadrukt terzelfdertijd de autonomie: IBM noch ARCO bepalen de inhoud van de cursus. Draulans werkt momenteel aan een studie naar het glazen plafond in ondernemingen, en is voor data uiteraard wel aangewezen op samenwerking met de bedrijfswereld. Het panelgesprek dat in maart het college Gender Studies afsluit de twee laatste lessen staan zoals de voorbije jaren open voor een ruimer publiek en laten externe deskundigen aan het woord - zal ook over dat thema handelen. Het hoeft niet te verwonderen dat ook de medefinancierders van het college aan dat debat zullen deelnemen.
foto: Rob Stevens
De Groep ARCO heeft onder meer een belangrijke participatie in de financiëledienstengroep Dexia, met BACOB Bank en DVV Verzekeringen. Francine Swiggers, lid van het directiecomité: “Onze groep heeft coöperatieve wortels, en is nog steeds een partner van de christelijke werknemerskoepel ACW waaruit ze is ontstaan. Ze telt meer dan 800.000 aandeelhouders, en natuurlijk is rendement onze eerste bekommernis. Maar de groep neemt ook haar sociaal engagement op, onder meer door het financieren van initiatieven met een duidelijk maatschappelijke dimensie, sociaal-culturele projecten, maar ook academisch onderzoek en onderwijs - het bedrijfsleven wordt overigens steeds nadrukkelijker aangezocht door de universiteiten. De keuze voor dit college heeft te maken met de maatschappelijke relevantie en de wetenschappelijke benadering van de genderproblematiek, die ook socio-economische implicaties heeft. De interdisciplinaire aanpak waarderen we ook, naast het feit dat het om een interfacultair college gaat dat openstaat voor studenten uit alle disciplines. En uiteraard speelt voor ons de terugkoppeling naar de sociale beweging:
in de ICT-sector) van verschillende cultuur, ras of geloofsovertuiging - en het heeft ook al zeer lang oog voor een goede balans tussen privé-leven en professionele carrière van zijn werknemers. Zo zijn er mogelijkheden tot verlengd ouderschapsverlof, loopbaanonderbreking, deeltijds of flexibel - dat is plaatsonafhankelijk - werken; en ook de individuele aanpassing van de werktijd bestaat bij IBM al minstens zolang als ik hier werk, ondertussen bijna achttien jaar. Ook de hogere kaderleden maken er gebruik van, het brengt hun loopbaanontwikkeling of doorgroeimogelijkheden niet in het gedrang - wat elders niet altijd het geval is, en wat vooral voor mannen een reden blijkt om af te zien van loopbaanonderbreking of ouderschapsverlof. Dat ruim vijftig procent van het talent vrouwelijk is, lijkt pas recenter goed en wel door te dringen in het bedrijfsleven - dat steeds meer vrouwen met succes een eigen zaak uitbouwen, draagt daar zeker toe bij. IBM Europe heeft een programma opgezet om meer vrouwen aan te trekken en te waken over hun doorgroeikansen. Dat is een project van lange adem, want je moet op vele vlakken tegelijk de zaken vooruithelpen: meer vrouwen laten doorstromen in een ‘technische’ sector als de onze, bijvoorbeeld, is mede een zaak van het onderwijs - de ‘ICT-verschillen’ tussen jongens en meisjes duiken al op in de lagere school... Wij kunnen niet alleen leren van het genderondezoek, wij dragen er zelf ook toe bij. Voor ons is de medefinanciering van de Gender Studies dan
Marianne Schouten (l.) en Francine Swiggers
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
17
Aflevering 3 Proefexamens!
Kristien Vermoesen
Maarten
“Voor zoveel mogelijk gaan” De eerstekanners. Wat beweegt hen, wat zijn hun dromen en verwachtingen? U komt het allemaal te weten in Campuskrants studentensoap.
Als er iemand nuchter blijft onder de dingen, dan is het Maarten wel. De bioloogin-spe is nog niet echt met de examens bezig. “Ik bewaar mijn piek voor de kerstvakantie.”
Z
ijn proefexamens - voor alle vakken behalve voor filosofie - deed hij naar eigen zeggen redelijk goed. Redelijk
Evelien
“Eén ding op de agenda: blokken”
Naam: Maarten Vanhove Studie: Biologie Na de proefexamens: “Ik ben deze keer nog niet diep gegaan”
V
mij in de kerstvakantie echt kan concentreren op het blokken. Dat ga ik thuis doen.” Dan kan ze wat vaker bij haar vriendje zijn, die aan de KULAK studeert? “Mmm, ik denk niet dat ik hem dan veel zal zien.” De lessen, die haar in het begin verschrikkelijk moeilijk leken, begrijpt ze nu al beter. En ze krijgt ook wat tips van haar meter: bij dat vak moet je goed verbanden kunnen leggen, bij het andere zijn de details belangrijker. “De proefexamens waren een totale verrassing. Ik had voor alle vakken even hard geblokt, en toch zit er zo’n verschil tussen. Wat me opviel was dat je heel veel details moet kennen. Maar ik heb er zeker iets mee bijgeleerd.”
oor ze aan haar studie pedagogische wetenschappen begon, had Evelien zich voorgenomen om haar sociale inborst in te tomen tot aan de vakanties. “Tijdens het academiejaar zal er niet veel tijd overblijven,” vertelde ze ons toen. Maar kijk, het was blijkbaar sterker dan haarzelf. Elke woensdagavond brengt ze een paar uur door in het gezelschap van mentaal gehandicapten, die in groepjes van tien of twaalf in een tehuis in Heverlee wonen. Ze babbelt een beetje met hen of speelt gezelschapsspelletjes. “Twee uur is niet veel, en het is toch een beetje ontspanning voor mij.” Maar voor de rest staat er maar één ding op de agenda: examens. “Ik wil er gewoon alles voor doen om er door te zijn.” Op het moment van het interview is ze bezig met sociologie. “Ik heb alles goed gelezen en nu structureer ik de cursussen, zodat ik
foto: Rob Stevens
Als we Evelien vragen naar haar proefexamens, komt het antwoord aarzelend: ‘redelijk’. Ze deed er één slecht, een ander middelmatig en het derde heel goed. Afwachten wat dat in januari gaat geven.
goed blijkt bij Maarten rond de 16 te liggen. Maar helemaal tevreden is hij niet. “Voor bepaalde onderdelen zat ik soms rond de helft of er net onder. Dat kwam meestal omdat ik de vragen verkeerd had ingeschat. Ik had me gericht naar de accenten die we in de lessen gelegd hadden. De eerste keer heb je geen idee van de vragen die je kan verwachten. En ik ben voor de proefexamens nog niet echt diep gegaan natuurlijk.” Als hij van plan is dat wél te doen voor de examens in januari, dan mikt hij ongetwijfeld op de achttien? “Ik ga gewoon voor zoveel mogelijk. Ik heb nooit gestudeerd met de instelling: ik ga voor een zestien of een achtien.” In tegenstelling tot de proefexamens zitten er in januari een paar mondelinge examens bij. Kijkt hij daar met iets meer zenuwen naar uit? “Absoluut niet. Het geeft me een beter gevoel als ik mijn antwoord mondeling wat kan uitleggen.” Vorige keer twijfelde Maarten nog of hij zich zou laten dopen. Hij heeft het uiteindelijk niet gedaan. “Het leek mij echt niets voor mij. Ik word er ook niet scheef voor bekeken in de studiekring ofzo. Ze zijn daar trouwens blij dat er iemand van biologie in de soap van Campuskrant staat. Goeie promotie vinden ze dat.”
Mathias
“Nog niet echt met de examens bezig” Naam: Evelien Reynaerts Studie: Pedagogische wetenschappen Na de proefexamens: “Een totale verrassing”
Of hij al reacties gekregen heeft op zijn optreden in de Campuskrantsoap? Mathias moet lachen. “Vanavond moet ik voor twee meisjes biefstuk bakken. De titel die boven de vorige aflevering stond, heeft blijkbaar een diepe indruk gemaakt.”
M
et examens is TEW-student Mathias nog niet echt bezig. “‘t Is te zeggen: nog niet ‘vollen bak’ zoals in de blok.” Hij heeft dan ook net proefexamens economie, boekhouden en wiskunde achter de rug. Daarvoor plukte hij oefeningen van Blackboard, net als de notities van het monitoraat. De cursus gebruikte hij als achtergrond. Een werkwijze die zijn vruchten afwierp, want op zijn proefexamens scoorde Mathias niet slecht. “Dat valt nog te
bezien. Ik ga mijn resultaten binnenkort bespreken met het monitoraaat. Dan zal ik weten of mijn aanpak goed was of dat ik gewoon geluk gehad heb. Ik sta er wel goed voor, denk ik, toch voor de belangrijkste vakken. Er zitten wel een paar lastige gevallen bij: psychologie en sociologie. Die moet je gewoon vanbuiten blokken en dat is niet mijn sterkste kant.” Ons gesprek - via de telefoon wordt even onderbroken. Geroep, gegiechel. Dan: ‘Het is Campuskrant’.
“Sorry,” zegt Mathias, “ze vallen mij hier even lastig.” Aan sociale contacten ontbreekt het hem niet - we hadden niet anders verwacht van iemand wiens hobby simpelweg ‘uitgaan’ is. Heeft hij daar nog tijd voor nu? “Een keer per week maak ik het nog wel eens laat. Af en toe ga ik een pintje drinken.” En hoe was de doop? “Oh, we moesten eerst wat in sauzen worstelen en door ingewanden kruipen. Daarna zijn we de stad in getrokken op de Oude Markt moesten we een liedje zingen om geld bijeen te zamelen voor ons eten. Het viel dus al bij al nogal mee.”
foto: Rob Stevens
Naam: Mathias De Brabanter Studie: Toegepaste economische wetenschappen Na de proefexamens: ”Goede aanpak of gewoon geluk gehad?” foto: Rob Stevens
18 C A M P U S K R A N T 1 2 . 1 2 . 2 0 0 2
Pieter
NIEUWS KORT
“Van pure miserie terug naar mijn kot gestrompeld”
Studenten Studies gaan voor op politiek
Aan het einde van het gesprek met Pieter komt het: “Ik moet toegeven dat ik mijn mening heb herzien. Tot zes uur op stap gaan en de ochtend erop in de les zitten is toch niet zo’n goeie combinatie.” De eerstekanner van ‘Pol & Soc’ wordt groot.
N
iet dat hij het niet geprobeerd heeft, maar nu heeft Pieter besloten dat het niet werkt. “Ik ben een paar keer van pure miserie na een uur terug naar mijn kot gestrompeld. Je kan wel in de les gaan zitten, maar de vraag is: hoe zit je daar dan?” Zijn proefexamens heeft hij niet zo goed gedaan. “Filosofie was nog gelukt als ik wat meer gestudeerd had, maar ik ben ervoor nog naar de voetbalwedstrijd van Sint-Truiden gaan kijken. Maar economie! Zelfs als ik dat geblokt had, was het nog niet gelukt denk ik. Het waren
vooruitgang. Hij heeft eindelijk het voetbalploegje gevonden waar hij van in het begin van het academiejaar naar op zoek was. “Mijn zus heeft het eigenlijk geregeld. De studenten geneeskunde die van de campus Diepenbeek komen, hebben in Leuven een voetbalploegje. Elke week spelen we wel een match. Dat is dan tegen het ploegje ‘Inwendige Ziekten’ ofzo.” “Oh, nog iets” zegt Pieter op het einde. “Ik heb nog altijd veel contact met mijn vrienden uit Bilzen. En als ik in Campuskrant zeg dat ik hun pre-Chrisostomosfuif heel goed vond, mag ik
foto: Rob Stevens
op de volgende fuif een hele avond gratis drinken. Wil je dat in het artikel zetten?” Ze worden écht groot, de eerstekanners.
“Ik begin een klein beetje te stressen” De proefexamens leverden studente in de farmaceutische wetenschappen Caroline één goede en één minder goede ervaring op. Eén vak bracht ze er goed vanaf, een ander minder goed. En dat is? “Een buis, ja.”
C
foto: Rob Stevens
De raad van bestuur van de vzw Leuca heeft besloten de maaltijdprijzen in alle Alma-restaurants te verhogen. De goedkoopste maaltijden kosten voortaan 10 eurocent meer, voor de middencategorie en de duurste maaltijden komt er respectievelijk 25 en 40 eurocent bij. De maatregel moet het verlies van 2001 en 2002 ten gevolge van gestegen personeelskosten compenseren. De studenten onthielden zich bij de stemming.
p 18 november heeft minister voor Monumenten en Landschappen Paul Van Grembergen officieel de beschermingsprocedure opgestart voor het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte (HIW). Het gaat om het volledige gebouwencomplex van het HIW, het Leo XIII-seminarie en het Heilig-Harthuis. De gebouwen werden tussen 1892 en 1902 opgetrokken in neogotische stijl. Hoewel ze nu beschermd worden, zijn de gebouwen niet echt ‘bedreigd’ - sommige delen vragen hooguit om een dringende opknapbeurt. De bescherming moet vooral worden beschouwd als een erkenning van hun bijzondere cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde. De beschermingsprocedure van het HIW-complex en zeven andere religieuze gebouwen werd aangekondigd op de KADOC-studiedag Kerken in Neostijlen: bedreigd?. Daar werd ook de publicatie Neostijlen in de negentiende eeuw: zorg geboden? voorgesteld. Met dat boek willen de auteurs de eigenheid van de neo-architectuur uit de negentiende-eeuw, een zogenaamd ‘lelijke tijd’, recht aandoen.
O
Caroline
hemie bleek de grote boosdoener te zijn, wiskunde de meevaller - “wonder boven wonder”. Hoezo? “Wiskunde heeft de naam moeilijk te zijn, maar dat viel tegen mijn verwachtingen in nogal mee. Chemie daarentegen had ik goed geblokt. Maar ik denk dat ik te weinig oefeningen gemaakt had. Gelukkig hebben we voor dat vak pas op het
Prijsverhogingen Alma goedgekeurd
Hoger Instituut voor Wijsbegeerte weldra beschermd
Naam: Pieter Vrijens Studie: Sociale wetenschappen Na de proefexamens: “Ik hoop het in januari beter te doen”
meerkeuzevragen en dat is echt niet simpel. Ik ben bij met onderstrepen nu, dus in januari hoop ik het wat beter te doen.” Op sportvlak boekt Pieter in elk geval grote
Greetje Vande Velde (22), studente bio-ingenieur en Leuvens gemeenteraadslid voor CD&V, stapt uit de gemeenteraad. Ze zegt haar colleges, practica en werkzittingen niet langer te kunnen combineren met de vele politieke vergaderingen en dossiers. Vandevelde blijft wel lid van de Leuvense CD&V-jongeren en zetelt nog in de raad van beheer van de vzw Stedelijk Jeugdwerk.
• A. Bergmans e.a. (red.), ‘Neostijlen in de negentiende eeuw: zorg geboden?’, KADOC-Artes nr. 7, Leuven, Universitaire Pers Leuven, 2002, 54 euro.
einde van het jaar examens, dus ik heb nog wat tijd om dat bij te schaven en mijn studiemethode aan te passen.” Doel van de proefexamens bereikt, dus. Maar er is nog een verschilpuntje met de examens in januari. Dan moet Caroline ook een mondeling examen afleggen voor wiskunde, fysica en plantkunde. Wordt dat een voordeel of een nadeel? “Ik weet het niet. Het zal wel raar zijn om rechtstreeks contact te hebben met de proffen.” Die bereiden de studenten trouwens goed voor op de examens, vindt ze. “Al het hele jaar door horen we: op het examen dit, op het examen dat. Ik krijg ook wel tips van oudere studenten. ‘Zie dat je voor dat vak je oefeningen goed kent,’ zeggen ze, of ‘Voor dat vak mag je dat soort vragen verwachten’. Ik begin nu een klein beetje te stressen. Maar ik denk dat ik goed bezig ben. Alleen tegen het leren in de vakantie zie ik op.”
Naam: Caroline Landeloos Studie: Farmaceutische wetenschappen Na de proefexamens: “Ik denk dat ik goed bezig ben”
foto: Rob Stevens
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
19
INTERVIEW
UP geeft kleur aan K van K.U.Leuven
Een roeping tussen studenten Jaak Poot
M
arc Steen (43) heeft nu vier jaar de leiding van het zeskoppige pastoraal team van de U.P. Na zijn studies theologie en filosofie en zijn priesterwijding in 1984 bracht hij al een tijd in Leuven door als directeur van het Leo XIII-seminarie en als doctorandus. Na zijn legerdienst werd hij directeur van de afdeling theologie aan het Groot Seminarie in Brugge. Vier jaar geleden vroegen de bisschoppen hem de leiding te nemen van de U.P. “De bisschoppen vinden dit een belangrijke functie binnen de Vlaamse Kerk,” zegt Steen, “We werken aan de positie van de christelijke grondinspiratie van deze universiteit. Het is niet altijd even duidelijk hóe we dat kunnen realiseren. Misschien moeten we een denkgroep oprichten met beleidsmensen, theologen, U.P. en het Overlegcentrum voor Christelijke Ethiek.” In elk geval is er een goed uitgebouwde samenwerking met de academische overheid: “Wij worden structureel goed omkaderd als rectorale dienst. Het beste bewijs daarvan is het uitgebreide team van zes pastors.”
Niet evident
Waaraan meet Marc Steen het succes af van de U.P.? “Wij willen niet direct de grote massa bereiken. Christen zijn is in deze tijd niet meer evident. Maar ik ben totaal niet pessimistisch over de toekomst van de kerk. De media beklemtonen de neergaande beweging, het priestertekort, de afnemende aanwezigheid in kerkdiensten. Dat creëert helaas wel een sfeer waardoor jonge mensen die eraan denken priester te worden het veel moeilijker hebben: ze moeten tegen die stroom ingaan.” “Ik wil positief denken en concentreer me liever op de levendige kernen van christenen die de kerk dragen. Kijk, we zitten in een overgangssituatie tussen oude en nieuwe kerk. Oudere mensen hebben recht op hun tradities. De gelovigen worden een minderheidsgroep, maar we mogen geen elitekerk worden. Wij moeten blijven openstaan en gastvrij mensen onthalen die wat verder zijn weggeëbd van hun geloof. Wij moeten gericht de nieuwe elementen laten ontluiken: aandacht hebben voor spiritualiteit in zijn brede betekenis, steun bieden aan kernen van jongeren die bewust met hun geloof willen omgaan. Want de zoektocht naar spiritualiteit wordt intenser. In Nederland heb je al bedrijven die met hun personeel samenkomen rond verdieping van de spiritualiteit.” “Ik kijk steeds weer met dankbare verwondering hoe diepgaand mensen kunnen leven. Er is een enorme vrijwillige en belangeloze inzet van mensen die mee trekken aan de kar van de U.P. Sommigen moeten daar bewust voor kiezen, want in
hun familie zijn ze vaak de enige die zich inzet voor het geloof. Het is mooi te ervaren dat het mogelijk is om samen de verantwoordelijkheid te dragen. Kijk, wij plannen veel, maar het mooiste, dat krijg je zomaar.” Zinzoekers
De Universitaire Parochie is een huis met vele kamers en toegangen, vertelt Marc Steen. “Eén van onze functies is het toedienen van sacramenten. Daarvoor beschikken we over drie priesters. Een sacrament dienen we niet zomaar toe: er gaat een hele voorbereiding aan vooraf, ook bij doopsel en vormsel dus. Zo proberen we door te stoten tot de geloofsbetekenis. En we merken dat jonge mensen dat appreciëren, dat ze nog eens kunnen stilstaan bij de diepere dingen. In Vlaanderen loopt het aantal kerkelijke huwelijken sterk terug. Daarom ben ik er zo trots op dat wij een zeventigtal huwelijken per jaar blijven afsluiten, zowel van studenten als van personeelsleden of hun kinderen. Onze zondagsviering in de Begijnhofkerk trekt wekelijks 250 tot 300 gelovigen van alle leeftijdscategorieën. Wij leggen vooral de nadruk op het samen vieren: zingen, bij de tafeldienst met zijn allen samen rond het altaar staan,...” De studentenparochie wordt mee gedragen door drie lekenpastors. Een belangrijke opdracht is de wekelijkse eucharistieviering op woensdagavond in de Sint Jan de Doperkerk. Hier ligt de klemtoon op het jeugdige en eigentijdse, met veel muziek, en alles wordt steeds voorbereid samen met een groep studenten. Daarna wordt er gezellig samen gegeten. “Dat is een traditie die we meedragen sinds de oprichting van de U.P. De laatste jaren worden we wel geconfronteerd met het probleem dat er steeds meer lessen en seminaries plaats hebben op dat uur.” “Voor de studenten hebben we een veelzijdig aanbod, want hun verwachtingen tegenover kerk en geloof zijn zeer divers. Je hebt zowel de overtuigd christelijke student als de zinzoekende student. Voor de overtuigd gelovigen bieden we initiatieven tot verdieping in vele vormen. Er is het Taizé-bidden op maandagavond: eenvoudige refreinen steeds herhalen en zo sereniteit en rust creëren. Sjekina, één van onze zeven gemeenschapshuizen, ligt in het begijnhof: er woont een groep van negen studenten die elke ochtend bidt, samen met andere geïnteresseerden, in een zijsacristie van de Begijnhofkerk. We hebben ook initiatieven zoals ‘leren bidden met de bijbel’: een week lang elke dag een half uur bidden en een half uur persoonlijke begeleiding.” “Voor de zinzoekers is er ‘kruispunt’:
20 C A M P U S K R A N T 1 2 . 1 2 . 2 0 0 2
creatieve bezinningsmomenten waarbij we vertrekken van een tekst of een luisterlied. Stilte wordt er afgewisseld met samen filosoferen. In februari organiseren we een wintervakantie die lekker vakantie nemen combineert met bezinning. Voor een breder publiek organiseren wij debatavonden. Vorig jaar liep er een reeks avonden rond leven na de dood, in het voorjaar focussen we op de oorsprong van de wereld. De Universitaire Parochie bekommert zich ook elk academiejaar uitdrukkelijk om de eerstejaarsstudenten. Voor hen worden bij het begin van het academiejaar onthaalweekends georganiseerd.”
foto: Rob Stevens
“Als mensen dreigen slachtoffer te worden van de maatschappij, dan moeten wij onze christelijke visie laten doorklinken als tegengeluid.” Dat is de overtuiging van Marc Steen, pastor van de Universitaire Parochie. Volgens hem moet de K.U.Leuven als katholieke universiteit aandacht blijven hebben voor de zwaksten. “Prestatiedrang en concurrentie zijn op zich niet negatief, maar ze worden gevaarlijk als ze dreigen verabsoluteerd te worden. Goed onderzoek blijft vanzelfsprekend de hoofdopdracht van een goede universiteit, maar ik heb de indruk dat de prestatiedwang stilaan nefaste vormen begint aan te nemen: te veel rivaliteit en daardoor mensen die er onderdoor gaan. De concurrentiestrijd moet gezond blijven.”
Juiste persoon
mensen. Ik zoek eenheid, verzoening. Je hebt vele stijlen van geloven en van ‘kerk zijn’. Ik wil die liefst niet tegen elkaar opgezet zien. Ik blijf zoeken naar wat ons verbindt.” “Wij hebben echt een aanbod voor de ‘K’ in K.U.Leuven. Alleen zijn we soms weinig bekend aan de universiteit. Dit jaar hebben we daar wat aan willen doen: in bijna alle faculteiten hebben we de kans gekregen onze parochie aan de studenten voor te stellen.” En in november 2003 komt de U.P. helemaal in de schijnwerpers te staan, met de viering van het 40-jarig bestaan.
“Waar ik wakker van lig? Als er een nieuwe pastor moet komen. Dan maak ik me veel zorgen, omdat ik de juiste persoon wil vinden. Nu bijvoorbeeld, want Piet Vandevoorde verlaat ons om hoofdaalmoezenier te worden van Gasthuisberg. Ik lig ook wakker van conflicten tussen
• De U.P. is dit jaar gestart met een nieuwsbrief, die u vindt aan Alma’s en aula’s. De nieuwsbrief bij u thuis? Stuur een kaartje naar Universitaire Parochie, Jan-Stasstraat 2 te Leuven of mail naar
[email protected].
Professor Lieven Van Gerven overleden p 28 november overleed professor emeritus Lieven Van Gerven op 74-jarige leeftijd. Professor Van Gerven was verbonden aan het Instituut voor Natuurkunde, onder meer als departementsvoorzitter, maar hij was voor de K.U.Leuven ook op andere vlakken van grote betekenis. Hij lag mee aan de wieg van de blauwdruk en van de concrete uitwerking van de nieuwe Vlaamse universiteit. Hij speelde ook een hoofdrol bij de organisatie van het wetenschappelijk personeel (in LOVAN) en van de Vlaamse professoren (in VVPL), ook als politieke drukkingsgroep, onder meer gericht op de vervlaamsing van de universiteit. Zijn organisatorische activiteit
O
ging echter nog heel wat verder. Hij ontpopte zich tot een pleitbezorger van de belangen van het academisch personeel, onder meer met betrekking tot een aangepaste pensioensregeling. Voor de buitenwereld is professor Van Gerven vooral bekend als voorman van het Davidsfonds en van het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen. Hij sprak zich op kordate wijze uit voor de emancipatie van Vlaanderen. Hij was daarbij zowel ‘architect’ als ‘uitvoerder’: hij beperkte zich niet tot grote principiële verklaringen, maar gaf ook concrete vorm aan de nodige instrumenten om die emancipatie inhoud te geven.
In memoriam De universitaire gemeenschap neemt afscheid van: De heer Wim Peeters, student 1ste kandidatuur Handelsingenieur aan de Faculteit Economische en Toegepaste Economische Wetenschappen, geboren te Tienen op 25 maart 1983 en overleden te Leuven op 1 november 2002. De heer Frans Brullemans, voormalig medewerker Dienst Signalisatie, Facilitaire Diensten, geboren te Leuven op 19 mei 1941 en overleden te Leuven op 4 november 2002. Professor Leopold K. Engels, emeritus gewoon hoogleraar aan de Faculteit Letteren, Ere-directeur van het Instituut voor Levende Talen, geboren te Borgerhout op 15 november 1919 en overleden te Leuven op 25 november 2002. Professor Lieven Van Gerven, emeritus gewoon hoogleraar aan de Faculteit Wetenschappen, geboren te Kallo op 16 september 1928 en overleden te Leuven op 28 november 2002.
CULTUUR
Cultuur kort
Wat is er van het STUK? met Greg Norton en Bob Mould (ja, die De mannen in Rusland voor beginners, een van Sugar) de genre-bepalende groep Hüsker Dü. Na Hüsker Dü bracht Hart een voorstelling van KVS/de bottelarij en DAStheater, hebben iets met Russisch gas. pracht van een solo-album uit, Intolerance, en richtte hij Nova Mob op. Dat gas zou smetstoffen bevatten die The Last Days of Pompeï, het eerste en eniiedereen die ermee in contact komt ge album marxistisch maakt. De vrouwen vooral. van zijn Die veranderen in Karl Marx of in Engels. nieuwe Ontharingsmiddelen of dagelijks scheren, groep, was niets helpt. Om materiaal voor de vooropnieuw stelling te verzamelen gingen de makers een meeswekenlang grasduinen in uiteenlopende terwerk vol domeinen als circus, theater, sport, hedendaaggeschiedschrijving, film, muziek en dans se en histoen gaven ogen en oren de kost in Brussel en Sint-Petersburg. “Het is gemakkelijk de rische verwijzingen. Zijn laatste wapenfeit op releasevlak dateert uit 1999. dood van een held te sterven, maar het is Opnieuw solo ondertussen doopte hij de moeilijk om als held te leven”, zegt de plaat Good News for Modern Man. Goed Russische romancier Paustovski. Wat nieuws voor ons en voor u: dat we nog betekent dat in landen als België en Rusmooie dingen mogen verwachten komt land, allebei boordevol paradoxen? • Dubbelspel: Rusland voor beginners, di 17, hij live in Leuven bewijzen. • Grant Hart, woe 18 december, 20u30, woe 18 en do 19 december, 20u30, STUK STUK Labozaal Soetezaal Rusland voor beginners
Grant Hart solo
Grant Hart is niet meer of minder dan een levende legende. Eind jaren ‘70 vormde hij
Info en tickets: (t) 016 320 320, www.stuk.be,
[email protected]
De Nieuwe Reeks: Brahms en Ligeti “Vandaag moet men kunst maken die datgene inhoudt wat vandaag relevant is”: woorden van de Hongaar György Ligeti, én het motto van De Nieuwe Reeks. Begin december ging het derde seizoen van deze concertreeks voor nieuwe muziek van start. Nog tot mei 2003 brengen verschillende ensembles en solisten als pianist Stijn Kolacny, cellist Arne Deforce, The Black Jackets Company en Het Collectief muzikale ontdekkingen uit de laatste honderd jaar. Samen met het Cultuur Centrum Leuven brengt De Nieuwe Reeks op dinsdag 17 december een uniek programma rondom het hoorntrio van Johannes Brahms en dat van Ligeti. De confrontatie van roman-
tisch met nieuw werk is wellicht verrassend, maar niet toevallig. Beide componisten weten de melancholie en het heroïsche karakter van de hoorn ten volle uit te spelen. Uitvoerder van dienst is het gereputeerde Prometheus Ensemble, met pianist Jan Michiels, violist Otto Derolez en hoornist Luc Bergé. • Prometheus Ensemble, hoorntrio’s van Brahms en Ligeti, di 17 december, 20u, Wagehuys, Brusselsestraat 63, tickets 6 euro (studenten) / 9 euro (niet-studenten). Inleiding om 19u door Matrix. Info en tickets: (t) 0485 440 940,
[email protected], www.denieuwereeks.be.
Kulturama: Jonge kunstenaars en oude polyfonisten In het kader van Kulturama 2003 organiseert Cultuurcoördinatie een voorstelling met Vlaamse polyfonie en hedendaagse videokunst. Het muzikale programma bestaat uit een tiental motetten van componist Alexander Utendal en zijn meer vermaarde tijdgenoot Philippus De Monte, die in 2003 - 400 jaar na zijn dood herdacht wordt. Uitvoerders zijn Capella Flamenca en Oltremontano onder leiding van Bart Demuyt. Op basis van de motetten maakten jonge kunstenaars van de Hogeschool Sint-
Lukas Brussel, Sint-Lucas Gent en Narafi videoprojecten. Tijdens het concert wandelen de toeschouwers vrij rond in de gotische Predikherenkerk en worden ze geconfronteerd met de verschillende video-interpretaties. • ‘De weer-klank van de polyfonie’, donderdag 13 februari om 20u30 en vrijdag 14 februari om 19u en 22u30. Kaarten: 6 euro (festivalprijs Kulturama), reservatie: (t) 016 320 340,
[email protected], meer info: www.kuleuven.ac.be/cultuur en in het volgende nummer van Campuskrant.
UUR KULtUUR breekt je week, ook in het voorjaar UUR KULtUUR gaat opnieuw van start op 12 februari (tot en met 2 april). Meer over het voorjaarsprogramma in het volgende nummer van Campuskrant.
Kerstconcerten Zuid-Afrikaans jongerenkoor Hoërskool Waterkloof
Het Zuid-Afrikaans jongerenkoor van de Hoërskool Waterkloof geeft op 12 december een kerstconcert in de kerk van de Conventuelen en op 14 december treedt het op tijdens de kerstmarkt. Het repertoire van dit 75-koppig multicultureel koor varieert van klassieke koorwerken tot traditionele Afrikaanse muziek. In Zuid-Afrika wordt het koor tot de beste schoolkoren van het land gerekend. Momenteel tourt het door Europa met concerten in Duitsland, België en Nederland. • Donderdag, 12 december, 20u, Kerk van de Conventuelen, Tiensestraat 78 (ter hoogte van Hooverplein). Toegang gratis. • Zaterdag 14 december, 13u30-14u30, kerstmarkt, Mgr. Ladeuzeplein • Meer info: Universitaire Parochie, (t) 016 32 55 86. Leuvens Universitair Koor: romantisch en hedendaags
Het Leuvens Universitair Koor onder leiding van Dieter Staelens zal naar jaarlijkse gewoonte op de laatste donderdag vòòr de kerstvakantie de Begijnhofkerk vullen met romantische
en hedendaagse kerstmuziek. Op het programma staat werk van Mendelssohn, Rheinberger en Van Nuffel. Na de pauze volgen vooral Engelstalige kerstliederen van het lichtere genre, zoals In the bleak mid-winter en The twelve days of Christmas. • Donderdag 19 december, 20u30, SintJan-de-Doperkerk, Groot Begijnhof. Tickets aan 5 euro (studenten) / 8 euro (niet-studenten) te verkrijgen via http://luk.studentenweb.org of op (t) 016 23 47 11. Kamerkoor Tourdion: Mozarts Magnificat
Op maandag 23 december geeft kamerkoor Tourdion o.l.v. prof. Guido Dedene zijn jaarlijkse kerstconcert. Dit jaar staat het Magnificat van W.A. Mozart op het programma, naast composities die een periode van bijna 500 jaar bestrijken, van componisten als Georg Philipp Telemann, Arvo Pärt en John Rutter. Het koor werkt voor dit programma samen met een groep musici en met sopraan Chris Magnus en organist Luk Bastiaens. • Maandag 23 december, 20u30, SintJan-de-Doperkerk, Groot Begijnhof. Info en tickets: (t) 016 20 16 94.
advertentie
Boeken(cadeau)tip voor de kersttijd
‘Tien Jaar Cultuurprijs K.U.Leuven, 1992-2002’ Een blik op hedendaagse muziek, podium- en beeldende kunst in België met recente essays over de twaalf laureaten van de Cultuurprijs K.U.Leuven: Jan Caeyers, Luc Deleu, Raoul De Keyser, Marianne Van Kerkhoven, Champ d’Action, Ann Veronica Janssens, Joëlle Tuerlinckx en Luc Tuymans, Luc Brewaeys, Meg Stuart/Damaged Goods, Paul Robbrecht en Hilde Daem, Dirk Braeckman. Auteurs: Maarten Beirens, Jan Caeyers, Guy Châtel, Isabelle De Baets, Luc Derycke, Peter-Paul De Temmerman, Steven Jacobs, Rudi Laermans, Johan Pas, Dirk Snauwaert, Marianne Van Kerkhoven, Luc Verpoest. Prijs: 15 euro, bestellen via:
[email protected], (t) 016 320 340 Cultuurcoördinatie, Naamsestraat 96 Dienst Communicatie, Oude Markt 13
Kerststeun voor kinderziekenhuis
foto: Rob Stevens
De Stad Leuven en de organisatoren van de kerstmarkt steunen elk jaar opnieuw een goed doel - dit keer is dat het Universitair Kinderziekenhuis. Op de kerstmarkt worden twee tenten ter beschikking gesteld waar kaarsen, kalenders en wenskaarten verkocht zullen worden die door de patiëntjes gemaakt werden en ook een speciale cd-single waarop bekende stemmen als Peter Van Laet, Raf Van Brussel en Milk Inc. meezingen, naast enkele patiëntjes van het ziekenhuis (foto: voorstelling cd-single in UZ). Het nummer is van de hand van Marc Paelinck, de auteur van verscheidene Belgische songfestivalnummers. De opbrengst zal gebruikt worden voor materiaal dat het ziekenhuisverblijf voor de kinderen aangenamer moet maken, zoals knutselgerief, speelgoed en muziekinstrumenten. De kerstmarkt loopt dit jaar van 11 tot 15 december. • Info: Lieve Mangelschots, (t) 013 33 22 11 of
[email protected]
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
21
A D VA LVA S Opdracht: onderzoek naar de variabiliteit in dialectische spraak en de impact daarvan op een statistisch gebaseerde automatische spraakherkenner (titel van het project: ‘Modellering van accenten en spreekstijlen in de akoestische modellen en het lexicon van spraakherkenner’).
http://www.kuleuven.ac.be/
Vacatures AAP en BAP Vacante mandaten van assisterend en bijzonder academisch personeel voor het academiejaar 2002-2003, 10de lijst
De rector van de K.U.Leuven maakt bekend dat onderstaande mandaten vacant worden gesteld. Als u wil solliciteren, dient u C3-formulieren in te vullen die u kan aanvragen op (t) 016 32 83 00, op het administratief secretariaat van elke faculteit of via onze website. Deze formulieren, één per kenmerk, moeten vóór 26 december 2002 teruggestuurd worden naar de Dienst Personeelsbeheer, Parijsstraat 72B, 3000 Leuven. Sollicitaties per e-mail stuurt u naar
[email protected]. Als u zich voor meer dan één mandaat kandidaat stelt, kan u een lijst toevoegen waarin u de vacatures in volgorde van voorkeur klasseert; deze wordt enkel aan de decaan van de faculteit bezorgd. Om in aanmerking te komen, hebt u tijdens uw universitaire studies bij voorkeur onderscheiding behaald. Inzake haar benoemingen voert de K.U.Leuven een gelijkekansenbeleid. Faculteit Rechtsgeleerdheid Kenmerk: 00200310 - 50003466 Functie: 10% praktijkassistent, Afdeling Strafrecht, Strafvordering en Criminologie, vanaf heden voor 1 jaar Diploma: licentiaat criminologie en minstens 10 jaar praktijkervaring inzake ‘jeugdcriminologie en/of preventie’ Opdracht: meewerken aan enkele hoorcolleges binnen ‘Jeugdcriminologie’ en assistentie (lessen verzorgen, studiebezoeken regelen, stagebegeleidingen, stageverslagen lezen en becommentariëren...) bij het hoor- en werkcollege ‘Jongeren, delinquentie en preventie’ (2de licentie). Kenmerk: 00200310 - 50017154 Functie: 10% assistent, Afdeling Strafrecht, Strafvordering en Criminologie vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: licentiaat criminologie Opdracht: assistentie bij de vakken Methoden van het criminologisch onderzoek I, II en III; hulp bij begeleiden van studenten 2de en enige kandidatuur en 1ste licentie criminologische wetenschappen, bij de dataverzameling en -verwerking in het kader van examenopdrachten. Kenmerk: 00200310 - 50021481 Project: FWO Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Afdeling Strafrecht, Strafvordering en Criminologie, vanaf heden tot 31 december 2006 Diploma: licentiaat criminologie/sociologie/psychologie
Opdracht: onderzoek naar competentie- en performantiemodellen bij beslissingsprocessen van personeelscolleges (in gevangenissen) inzake advies voor voorwaardelijke invrijheidsstelling; het onderzoek dient inzicht te verschaffen in de gewenste en de feitelijke gevolgde beslissingsprocedures terzake.
Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Kenmerk: 00200310 - 50043693 Project: FWO Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Departement Sociale en Culturele Antropologie, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: licentiaat menswetenschappen (antropologie/pedagogie/psychologie/sociale wetenschappen) Opdracht: wetenschappelijk onderzoek over ‘Sociale relaties in een stedelijke omgeving - de betekenis van zogenaamd oppervlakkige relaties voor het gemeenschapsleven in de stad’; promotieonderzoek dat leidt tot een doctoraat; er zijn geen vaste administratieve opdrachten voorzien (seminariebegeleiding, examens verbeteren enz.).
Faculteit Toegepaste Wetenschappen Kenmerk: 00200310 - 50044024 Project: FWO nr. G.0008.01 Functie: 100% wetenschappelijk medewerker of bursaal, Departement ESAT, vanaf heden tot 31 december 2004 Diploma: burgerlijk ingenieur (elektro, CW), licentiaat wiskunde/informatica
Kenmerk: 00200310 - 50044200 Project: FWO nr. G.0249.03 Functie: 100% wetenschappelijk medewerker of bursaal, Departement ESAT, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: burgerlijk ingenieur (elektro, CW), licentiaat wiskunde/informatica Opdracht: onderzoek naar een nieuw paradigma voor continue spraakherkenning van grote vocabularia waarbij wordt afgeweken van het klassieke HMM model; in de plaats wordt een niet parametrische voorbeeld-gebaseerde aanpak gebruikt (titel van het project: ‘Datagedreven spraakherkenning’).
Faculteit Geneeskunde Kenmerk: 00200310 - 50006317 Functie: 60% assistent, Subfaculteit Geneeskunde KULAK, vanaf 1 februari 2003 voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: arts (huisarts, liefst geneesheer-hygiënist) Opdracht: assistentie bij onderwijs in de kandidaatsopleiding arts KULAK vooral i.v.m. oefeningen ‘communicatievaardigheden’; contacten verzorgen met de regionale ziekenhuizen en gezondheidszorgers; stages organiseren; doctoraat voorbereiden in het domein van de ‘onderwijskundige aspecten van de medische opleiding’. Kenmerk: 00200310 - 50043694 Project: IMLOAD Functie: 100% wetenschappelijk medewerker of bursaal, Afdeling Prothetische Tandheelkunde, vanaf 1 februari 2003 tot 31 januari 2006 Diploma: licentiaat biologie/biomedische wetenschappen, dierenarts, bio-ingenieur, tandarts met interesse voor wetenschappelijk onderzoek dat eventueel leidt tot doctoraat in de medische wetenschappen Opdracht: feedback geven in de ontwikkeling van een mechanische stimulator voor cavia’s en mini-varkens; experimenten, evaluatie en analyse van weefselreactie; richtlijnen voor het ontwerp en implementatie van de ‘intelligente’ prothese, gebaseerd op resultaten; in vitro testen. To give feed-back in the development of a mechanical stimulator for guinea and mini-pigs; experiments, evaluation and analysis of tissue response; guidelines for the design and implementation of the smart prosthesis based on results; in vitro testing.
Functie: 100% bursaal, Departement Maatschappelijke Gezondheidszorg, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: licentiaat medisch-sociale wetenschappen/godgeleerdheid/godsdienstwetenschappen/wijs begeerte of andere richting in humane wetenschappen Opdracht: uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek (literatuur- en empirische studie) naar de betrokkenheid van verpleegkundigen bij euthanasie; doctoraatsproefschrift voorbereiden. Kenmerk: 00200310 - 50044032 Project: OSTEODENT Functie: 100% bursaal, Departement Tandheelkunde, Centrum Orale Beeldvorming, vanaf 15 februari 2003 voor 1 jaar Diploma: tandarts, licentiaat biomedische wetensch./biologie/logopedie & audiologie met ervaring in klinisch onderzoek m.b.t. orale functies Opdracht: Europees onderzoek naar de invloed van osteoporose op kaakbot aan de hand van orale beeldvorming.
Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie Kenmerk: 00200310 - 50043966 Functie: 40% praktijkassistent, Departement Revalidatiewetenschappen, vanaf 1 februari 2003 voor 2 jaar Diploma: licentiaat motorische revalidatie en kinesitherapie; klinische ervaring in het domein van de musculoskeletale revalidatie Opdracht: verzorgen van de practica in 1ste kandidatuur revalidatiewetenschappen en kine, in het kader van het vak Algemene evaluatie- en behandelingstechnieken der motorische revalidatie; meewerken aan het uitwerken van de cursus en betrokken worden bij de organisatie van de stages van de studenten in de licentiejaren. Kenmerk: 00200310 - 50043967 Functie: 40% praktijkassistent, Departement Revalidatiewetenschappen, vanaf 1 maart 2003 voor 2 jaar Diploma: licentiaat motorische revalidatie en kinesitherapie; klinische ervaring in het domein van de musculoskeletale revalidatie; specialisatie manuele therapie, sportkine Opdracht: verzorgen van de practica in 3de licentie revalidatiewetenschappen en kine, in het kader van de vakken Gevorderde revalidatie van het onderste en bovenste kwadrant; meewerken aan het uitwerken van de cursus en o.a. multimediatoepassingen helpen ontwikkelen.
Kenmerk: 00200310 - 50044023 Project: FWO
advertentie
Nevenactiviteiten AP Artikel 74 van het decreet van de Vlaamse Regering van 12 juni 1991, zoals gewijzigd door het decreet van 27 januari 1993, bepaalt dat het universiteitsbestuur jaarlijks een namenlijst moet opstellen van de voltijdse en minstens halftijdse leden van het academisch personeel, die nevenactiviteiten uitoefenen die verenigbaar worden geacht met hun opdracht aan de universiteit. Het universiteitsbestuur moet deze lijst ook openbaar maken binnen de universiteit. De Raad van Beheer heeft beslist dat de K.U.Leuven, zoals de vorige academiejaren, deze lijst ter inzage zal leggen op de secretariaten van de faculteiten, de Campus Kortrijk en op de Personeelsdienst (Personeelsbeheer), Parijsstraat 72B te Leuven.
22
CAMPUSKRAN T 1 2 .1 2 .2002
Onderzoekskalender Een overzicht van alle openstaande onderzoeksprogramma’s en initiatieven is beschikbaar op CWIS, www.kuleuven.ac.be/gedoc. Wie geen toegang heeft tot CWIS kan contact opnemen met Karine Aert:
Dienst Onderzoekscoördinatie Naamsestraat 22, 3000 Leuven (t) 016 32 40 53, (f) 016 32 41 9,
[email protected].
A D VA LVA S
Doctoraten
Deze rubriek is gebaseerd op de databank ‘Agenda K.U.Leuven’, die u vindt onder agenda.kuleuven.be. Receptors in the Development and Maintenance of the Male Skeleton. A Study in Rats and Mice, prom. prof. D. Vanderschueren en prof. J. Swinnen.
de, Biochemical Characterization and Functional Analysis of Streptomyces Lividans Type I Signal Peptidases, prom. prof. J. Anné en prof. Y. Engelborghs.
4 dec.: Joris Claessens, Toegepaste Wetenschappen, Analysis and Design of an Advanced Infrastructure for Secure and Anonymous Electronic Payment Systems on the Internet, prom. prof. J. Vandewalle en prof. B. Preneel.
9 dec.: Kirsten Hertveldt, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Phage Display Technology in Proteome Analysis of Saccharomyces Cerevisiae, prom. prof. G. Volckaert.
11 dec.: Karl Hendrickx, Letteren, Taal- en formuleringsproblemen in de regelgeving: de taalopmerkingen in de adviezen van de Raad van State, prom. prof. W. Smedts.
4 dec.: Ann Peirs, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Measurement of Apple Quality and Maturity by Means of NIR Spectroscopy and Imaging, prom. prof. B. Nicolaï.
9 dec.: Annabel Parret, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Bacteriocins of Rhizosphere-Colonizing Fluorescent Pseudomonas, prom. prof. R. De Mot.
4 dec.: Inge Van den Bergh, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, HostPlant Response of Vietnamese Bananas (Musa Spp.) to Plant-Parasitic Nematodes, prom. prof. D. De Waele.
10 dec.: Pieter Leyssen, Geneeskunde, Modoc Virus as a Model for the Study of the Pathogenesis and Therapy of Flavivirus Infections, prom. prof. E. De Clercq en prof. J. Neyts.
3 dec.: Nico Vromant, Wetenschappen, Interacties tussen rijst- en viscultuur in simultane rijst-vissystemen, prom. prof. F. Ollevier.
5 dec.: Suzanne Frints, Geneeskunde, Clinical and Molecular Genetics of Mental Retardation (MR): From Phenotype to Genotype to Phenotype, prom. prof. P. Marynen en prof. J.P. Fryns. 5 dec.: Chunxiao Ying, Geneeskunde, Novel Strategies for the Treatment of Infections with the Hepatitis B Virus, prom. prof. E. De Clercq en prof. J. Neyts. 6 dec.: Liesbeth Vandenput, Geneeskunde, The Role of Aromatization of Androgens in Oestrogens and of the Oestrogen
Publicaties
10 dec.: Karen Vereecken, Toegepaste Wetenschappen, Predictive Microbiology for Multiple Species Systems: Design and Validation of a Model for Lactic Acid Induced Interaction in Complex Media, prom. prof. J. Van Impe. 10 dec.: Peter Vermeersch, Sociale Wetenschappen, Roma and the Politics of Ethnicity in Central Europe. A Comparative Study of Ethnic Minority Mobilisation in the Czech Republic, Hungary and Slovakia in the 1990s, prom. prof. K. Malfliet.
11 dec.: Dirk Hoegaerts, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Synthetic Approaches to Immobilisation of Chiral Hydroformylation Catalysts, prom. prof. P. Jacobs. 11 dec.: Ann Mertens, Geneeskunde, Study of the Association Between Qualitative Changes in High- and Low-Density Lipoproteins and Their (Anti)Atherogenic Potential, prom. prof. E. Muls en prof. P. Holvoet. 12 dec.: David Marquenie, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Evaluation of Physical Techniques for Surface Disinfection of Strawberry and Sweet Cherry, prom. prof. B. Nicolaï, prof. C. Michiels en prof. J. Van Impe. 12 dec.: Wouter Rommens, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, The ecological Role of Macrophytes in Shallow Lakes: with Special Emphasis on Charophytes, prom. prof. J. Van Assche.
11 dec.: Nick Geukens, Geneeskun-
Wie een mededeling wil laten opnemen in deze rubriek, kan dit door een digitaal formulier in te vullen op het adres www.kuleuven.ac.be/ck/mededeling/publicatie.htm.
Humane Wetenschappen H. Ausloos, Jeremia. Profeet tussen hoop en wanhoop, ISBN 90-334-5136-0, Leuven, Acco, 2002, 220 p., 19,50 euro. Deze uitgave situeert de profeet Jeremia en het ontstaan van het gelijknamige boek tegen de historische achtergrond van de 7de-6de eeuw voor Christus. Verder worden centrale kwesties uit het boek belicht: Jeremia als een profeet van tekenen, ware profeten versus valse profeten, en Jeremia als een profeet van hoop of wanhoop. Vanuit feministische invalshoek wordt de pornografische taal in het Jeremiaboek onderzocht. Tot slot is er aandacht voor de doorwerking van Jeremia in het Nieuwe Testament en in de christelijke en joodse iconografie.
R. Bauer, M. De Smet, B. Meijns, P. Trio (red.), In de voetsporen van Jacob van Maerlant. Liber amicorum Raf De Keyser. Verzameling opstellen over middeleeuwse geschiedenis en geschiedenisdidactiek, ISBN 90-5867-256-5, Leuven, Universitaire Pers Leuven, 2002, 635 p., 57,00 euro. Met dit boek willen de auteurs Raf De Keyser danken voor zijn inzet binnen het Departement Geschiedenis, waar hij zich toelegde op middeleeuwse geschiedenis en verantwoordelijk was voor de lerarenopleiding. Maar liefst 47 bijdragen werden verzameld. De rubriek Middeleeuwen legt de klemtoon op religie, Kerk en cultuur. Voor het luik aggregatie wordt niet alleen het hedendaagse geschiedenisonderwijs bevraagd, maar zitten er ook enkele bijdragen tussen die reflecteren over geschie-
Uitgelicht 750 jaar Leuvense parochies Rik Uytterhoeven - Leuvenaar, heemkundige, verwoed verzamelaar van prentkaarten, gedreven schrijver en jarenlang medewerker van Campuskrant (Nostalgia Lovaniensis) - zit niet stil. Met zijn nieuwe boek 750 jaar Leuvense parochies komt hij opnieuw met een pareltje voor de dag. Volgens Uytterhoeven is zijn boek het ideale kerstcadeau. “Het is een prachtige uitgave, al zeg ik het zelf. En het is de eerste keer dat deze informatie werd samengebracht.” Het boek telt meer dan 200 illustraties - vaak prentkaarten uit Uytterhoevens eigen verzameling - en vormt een mooie tocht door de geschiedenis van Leuven en zijn parochies. • Rik Uytterhoeven, 750 jaar Leuvense parochies, Leuven, Peeters, 2002, 167 p.
denisonderwijs in het verleden. A. Bergmans, J. De Maeyer, W. Denslagen, W. Van Leeuwen (red.), Neostijlen in de negentiende eeuw: zorg geboden?, ISBN 90-5867-262-X, Leuven, Universitaire Pers Leuven, 2002, 250 p., 65,00 euro. De 19de eeuw was de eeuw van de neostijlen, de historiserende of eclectische gebouwen die op het eerste gezicht een aberratie lijken: Disney-achtige sprookjeskastelen, landhuizen als afschrikwekkende burchten, stadswoningen met trapgevels en fabrieken als romaanse kloosters. Geprezen in de 19de eeuw werden ze in de 20ste eeuw verketterd en bestempeld als producten van een lelijke tijd. Ze vielen buiten het gezichtsveld van de monumentenzorg. Maar is dit wel terecht? Deze publicatie wil de eigenheid van de 19de eeuw en van haar architectuur onder de aandacht brengen. I. Bossuyt, Luigi Boccherini (1743-1805), ISBN 90-5826-201-4, Leuven, Davidsfonds, 2002, 70 p., 9,95 euro. In deze eerste monografie in het Nederlands over de Italiaanse, vooral in Spanje actieve, componist Luigi Boccherini schetst de auteur een beeld van zijn compositorische carrière tegen de achtergrond van het muzikaal gebeuren in West-Europa in de tweede helft van de 18de eeuw. Onbekende biografische gegevens werden verwerkt in verband met Boccherini’s contacten met Parijse musici. Zijn instrumentaal oeuvre (kamermuziek en symfonieën) wordt stilistisch vergeleken met dat van zijn beroemde tijdgenoot Joseph Haydn (17321809).
Benoemd of onderscheiden Wie een mededeling wil laten opnemen in deze rubriek, kan dit door een digitaal formulier in te vullen op het adres www.kuleuven.ac.be/ck/mededeling/benoemd.htm. Bart Goderis, post-doctoraal onderzoeker FWO aan het Departement Scheikunde, Afdeling Polymeerchemie, ontving de driejaarlijkse Paul Schmidt Prijs van de International Union of Crystallography voor zijn experimentele en theoretische bijdragen tot de studie van de kristallisatie van homogene copolymeren van etheen met 1alkenen met kleine-hoek röntgenverstrooiïngsexperimenten. De Jan De Ploey Prijs 2001 werd vorige maand uitgereikt aan dr. Arjun Heimsath, docent geomorfologie aan het Department of Earth Sciences in Hanover, New Hampshire (VS). De prijs werd in 1993 in het leven geroepen ter nagedachtenis van professor Jan De Ploey, hoogleraar fysische geografie en stichter van het Laboratorium voor Experimentele Geomorfologie. Heimsath legt zich toe op de rol van natuurlijke en antropogene sedimentproductie en de evolutie van landschappen en bestudeert daartoe met name de omzetting van vast gesteente in bodemmateriaal met behulp van cosmogene isotopen. De eerste Glaverbel Chem’Award voor het beste doctoraal proefschrift in de chemische wetenschappen werd op 3 december uitgereikt aan Wim Laureyn (Faculteit Wetenschappen) voor zijn studie van de oppervlaktebehandelingen door silaniseren van biosensoren op basis van metaaloxiden. Aan de prijs is een bedrag van 3.000 euro verbonden. Professor Vincent B.F. Mathot, bijzonder deeltijds hoogleraar, Afdeling Polymeerchemie, werd onderscheiden met de NATAS Award (North Atlantic Thermal Analysis Society) voor zijn belangrijke bijdragen tot het thermisch onderzoek van polymeren. Een postdoctorale onderzoeksploeg van het ESAT (het Departement Elektrotechniek van de Faculteit Toegepaste Wetenschappen) sleepte dit jaar met haar onderzoek op het domein van de medische bio-informatica een van de tweejaarlijkse Prijzen Siemens in de wacht. De groep, die bestaat uit Yves Moreau, Kathleen Marchal en Janick Mathys, krijgt de prijs voor haar potentieel baanbrekend onderzoek naar het gebruik van microroosters bij de behandeling van kankers. De techniek moet wetenschappers in staat stellen om betere voorspellingen te doen over de kwaadaardigheid van tumoren en de reactie van tumoren op chemotherapie. De prijs is goed voor 7.000 euro.
Uitgelicht Digitaal en economisch zwemmen De Vlaamse Studentensportfederatie bekroont elk jaar een eindverhandeling die een waardevolle bijdrage levert aan de sport in Vlaanderen met de VSSF-studentenprijs en een reischeque van 1.500 euro. Laureaat dit jaar werd Bart Soons met zijn werk Quantitative and qualitative time-space variables needed in diagnosing swimmers. Bart analyseerde 62 zwemmers van internationaal niveau met een eigen digitaliseersysteem: via de snelheid van het lichaamszwaartepunt kunnen de bewegingsvariabelen worden gedetecteerd die relevant zijn voor de prestatie per zwemstijl. Het onderzoek heeft al vruchten afgeworpen voor de dagelijkse praktijk zwembegeleiding in het Departement Kinesiologie van het FLOK - waar Bart intussen deeltijds assistent is: “Niet alleen vergemakkelijkt de digitale diagnose het detecteren van talent - en dat is mooi meegenomen voor de universitaire ploeg, waar ik trainer ben -, maar ook stelt het ons in staat te bepalen welke stijl best past bij welke zwemmer - economisch zwemmen heet dat.”
12.12.2002 C A M P U S K R A N T
23
In beeld
• In deze rubriek legt Campuskrant allerlei vragen - van technische, socio-economische, politieke, ethische en filosofische aard - voor aan een denktank van Bijzonder
DE
DENK TANK
Wijze Mannen en Vrouwen van de K.U.Leuven. Aarzel niet om ook uw vragen en
foto: Rob Stevens
Springen, rennen, vallen...
foto: Rob Stevens
Drukke weken voor de sportieve student. Dinsdag 3 december stond de jaarlijkse K.U.Leuven-indooratletiekmeeting op het programma, een samenwerking met de Leuvense atletiekclub DCLA en sinds 1968 een traditie die al vele Belgische records deed sneuvelen. Dat was bij deze editie niet het geval, maar er werden wel scherpe tijden neergezet op de 50 m horden. Ondertussen zijn ook de kampioenschappen waterpolo, badminton, tafeltennis en korfbal van de Vlaamse Studentensportfederatie gestreden. Leuven kwam het sterkst voor de dag in het tafeltennistornooi van 4 december. In het waterpolo moesten we het afleggen tegen titelverdediger en favoriet Hogeschool Gent, maar revanche is mogelijk wanneer later op het jaar beide teams de Vlaamse kleuren verdedigen op het Belgisch studentenkampioenschap. De Hogeschool Antwerpen mag zich
Vlaams Studentenkampioen korfbal noemen, het Leuvense team werd in die competitie eervol derde. Alle uitslagen vindt u via www.kuleuven.ac.be/sport.
De vierde editie van De Volle Tent, op 27 november, was een groot succes. Op de foto’s twee hoogtepunten uit het rijke aanbod van die dag: een grappig, meeslepend en ontwapenend optreden van Flip Kowlier (links) en sambapercussie tijdens de sfeervolle en kleurrijke stoet van Circus in Beweging.
foto: Rob Stevens
24 C A M P U S K R A N T 1 2 . 1 2 . 2 0 0 2
Ingeburgerd? Uit de lezersbrieven die wij de afgelopen weken mochten ontvangen, blijkt dat Campuskrant ook heel wat allochtone lezers heeft, en dat ook zij met vragen voor De Denktank zitten. Neem nu de familie Güner-El Idrissi, die ons het volgende schreef: “Wij verblijven al zes jaar in België, leerden in die periode beide landstalen en stuurden onze kinderen naar de K.U.Leuven. Toch weten wij niet of we ons al echt helemaal ingeburgerd mogen noemen. Kan De Denktank ons hierover duidelijkheid verschaffen?”
E
en zeer terechte vraag: politici en sociologen hebben de laatste tijd de mond vol over het inburgeren van onze allochtone medemensen, maar wat zij daar nu precies mee bedoelen, blijft voor iedereen een vraagteken. Om dit debat vooruit te helpen, heeft een speciale interculturele werkgroep van De Denktank daarom een checklist samengesteld waarmee iedereen makkelijk de inburgeringsgraad kan meten. Hoe werkt deze test? Simpel! U antwoordt op de onderstaande vragenlijst, telt de behaalde bonuspunten op en trekt van dat totaal de strafpunten af. Zodra u twintig punten verzameld heeft, mag u zich perfect ingeburgerd noemen. Veel succes! • Hebt u een familielid dat al eens bij Goedele of in Jambers is opgedoken? Schaamt uw familie zich over die specifieke persoon? Bleken al uw buren en kennissen - die anders nooit naar Goedele of Jambers kijken - net die ene keer het programma toevallig toch gezien te hebben? Spreken ze u er constant over aan? Goed zo, als autochtoon maken we dat soort gênante situaties allemaal weleens mee! (3 bonuspunten) • Stel: u werd als allochtoon in al uw inburgeringsenthousiasme lid van een plaatselijke politieke partij. Goed zo (u krijgt hiervoor 2 bonuspunten), maar laat ons nu eens veronderstellen dat u daarbij in een gekke bui voor de Volksunie koos. Zou u zich dan bij de N-VA, Spirit of bij de groep ‘Niet Splitsen’ hebben aangesloten? En zou u dan vervolgens naar de CD&V (toen nog CVP), de sp.a (voorheen SP), Agalev of de VLD (ex-PVV) zijn overgelopen, en vanuit welke ideologische overweging? (Als u uit de vraag wijs raakt: 4 strafpunten, want geen enkele weldenkende autochtone kiezer raakt er nog wijs uit!) • U schept er een pervers genoegen in uw pasgeboren kinderen met namen als Shania, Kenji, Edilbert of Merel op te zadelen? Prima, wij kennen talloze autochtonen die dat ook doen! (6 bonuspunten) • Voetbalt u bij SK Beveren of bij Lokeren? Fout! Bij Lokeren en Beveren spelen tegenwoordig alleen maar buitenlanders: u kunt dus onmogelijk al de Belgische nationaliteit bezitten. (5 strafpunten) • Op de vraag wat uw favoriete boek is, kiest u De Nachten van Gerard Reve. Op de vraag wat u van schilder James Ensor vindt, antwoordt u “Geen Vlaamse subsidies voor Engelse artiesten!” Helemaal niet slecht, u zou het ooit zelfs nog tot Vlaams cultuurminister kunnen schoppen. (3 bonuspunten) • U spreekt en schrijft perfect Nederlands? Ja? Dan hebt u pech, want dit is namelijk dé instinker van deze inburgeringstest! Wij moeten de eerste echte Vlaming die perfect Nederlands praat en schrijft nog tegenkomen! (6 strafpunten) • Er kleeft een VTM- of Radio Donna-sticker op uw wagen. (1 bonuspunt) • U kleedt zich helemaal in het oranje telkens er een sportevenement van enig belang in aantocht is? U zet daarbij een polonaise in? Op culinair vlak houdt u van bitterballen, poffertjes, snert en Heineken? Uw kinderen schaatsen? Proficiat, u bent perfect ingeburgerd, maar helaas IN HET FOUTE LAND! (12 strafpunten) • U probeerde te frauderen bij het invullen van deze inburgeringschecklist? Goed zo! (7 bonuspunten) • U probeerde niet alleen te frauderen, u probeerde dat te doen via een lokale politicus die u beloofde “het te zullen regelen”? U antwoordde dat u “bij de verkiezingen aan hem zou denken”? Prima, u bent er blijkbaar helemaal klaar voor! (10 bonuspunten) Namens De Denktank, Prof. L. Vander Perren (Hoofd Vakgroep Cultuurfilosofie) en G. Op de Beeck (secretarisklerk)
foto: Filip Claus
foto: Rob Stevens
Tent afgeladen vol
problemen op te sturen naar De Denktank, Oude Markt 13, Leuven. •