Inhoud klas 4 Lessen klas 4
219
I.
Lichamelijke en emotionele ontwikkeling
1. 2. 3. 4.
The beauty and the beast Wegwijs in de seks De eerste keer Zwanger…sneller dan je denkt!
222 222 223 224 227
II. Sociale ontwikkeling en relaties 5. 6. 7. 8.
Echt of onecht? De eerste keer…wanneer? Een kind, en dan? Vragen beantwoorden
III. Seksualiteit en gezondheid
231 231 232 235 237
9. De aidstest 10. Het aids-bekerspel 11. The accused
239 239 241 242
Kopieerbladen
251
Planningsformulieren
258
Relaties en seksualiteit - klas 4
227
Relaties en seksualiteit - klas 4
228
Voortgezet onderwijs, klas 4 I. Lichamelijke en emotionele ontwikkeling Doel: De leerlingen • worden zich bewust van ideaalbeelden en kunnen deze relativeren • ontdekken wat jongens en meisjes belangrijk vinden in de seks • worden zich ervan bewust dat ze zelf hun keuzen moeten en kunnen maken ten aanzien van de seksuele ervaringen die ze opzoeken en meemaken • weten op welke manier een meisje zwanger kan worden • weten hoe een meisje erachter kan komen dat ze zwanger is • beseffen welke verschillende manieren er zijn om met een ongewenste zwangerschap om te gaan Lessen:
les
titel
lesdoel
1
The beauty and the beast
De leerlingen worden zich bewust van ideaalbeelden over uiterlijk en innerlijk en kunnen deze relativeren.
2
Wegwijs in de seks*
De leerlingen ontdekken wat jongens en meisjes belangrijk vinden in de seks en geven elkaar tips om hun seksuele relatie te verbeteren.
3
De eerste keer
De leerlingen worden zich ervan bewust dat ze zelf hun keuzen moeten en kunnen maken ten aanzien van de seksuele ervaringen die ze opzoeken en meemaken. Ze worden zich ervan bewust dat het belangrijkst is, hoe het voor henzelf en hun partner is.
4
Zwanger… sneller dan je denkt!
De leerlingen weten op welke manier een meisje zwanger kan worden en hoe een meisje erachter kan komen dat ze zwanger is. De leerlingen beseffen welke verschillende manieren er zijn om met een ongewenste zwangerschap om te gaan.
NB Op het moment van verschijnen van de leerlijn wordt gewerkt aan een nieuwe versie van de film Wegwijs in de seks, die nodig is om deze les te kunnen geven. Naar verwachting zal deze begin 2007 klaar zijn om daarna van gebarentolk en ondertiteling te worden voorzien.
Relaties en seksualiteit - klas 4
229
II. Sociale ontwikkeling en relaties Doel: De leerlingen • worden zich ervan bewust dat de media vaak een onrealistisch, negatief of eenzijdig beeld geven van mannen, vrouwen, seks en liefde. • beseffen welke reacties verliefdheid kan oproepen bij zichzelf en anderen • weten dat de uitingsvormen van en opvattingen over seks verschillen • worden zich bewust van de veranderingen die een kind in hun leven teweeg kan brengen • worden zich bewust van hun eigen verantwoordelijkheid • denken na over mogelijke verschillen tussen relaties met horende en dove mensen • worden zich bewust van mythen rond het maagdenvlies Lessen:
les
titel
lesdoel
5
Echt of onecht?
De leerlingen worden zich ervan bewust dat de media vaak een onrealistisch, negatief of eenzijdig beeld geven van mannen, vrouwen, seks en liefde.
6
De eerste keer… wanneer?
De leerlingen krijgen inzicht in redenen om te wachten met geslachtsgemeenschap tot na het huwelijk en worden zich bewust van mythen rond het maagdenvlies.
7
Een kind, en dan?
De leerlingen worden zich bewust van de veranderingen die een kind in hun leven teweeg kan brengen en van hun eigen verantwoordelijkheid. Ze beseffen dat de ver anderingen anders zijn voor mannen envrouwen.
8
Vragen beantwoorden
De leerlingen kunnen verschillende opties naast elkaar leggen en beredeneren. Ze kunnen zich verplaatsen in de situatie van een ander en denken na over mogelijke verschillen tussen relaties met horende en dove mensen.
III. Seksualiteit en gezondheid Doel: De leerlingen • weten dat mannen en vrouwen bij seksuele gemeenschap zwangerschap kunnen voorkomen met behulp van voorbehoedmiddelen. • weten op welke wijze besmetting met het aidsvirus en ander seksueel overdraagbare aandoeningen kan plaatsvinden
Relaties en seksualiteit - klas 4
230
• •
weten wanneer er wel en niet sprake is van seksueel geweld beseffen wat de gevolgen van seksueel geweld zijn voor het slachtoffer
Lessen:
les
titel
lesdoel
9
De aids-test
De leerlingen weten hoe je besmet kunt worden met het hiv-virus en hoe je het kunt voorkomen en breiden hun kennis over aids uit.
10
Het Aids-bekerspel
De leerlingen worden gestimuleerd om als ze vrijen, dit veilig te doen. Ze krijgen inzicht in de relatie tussen riskant individueel gedrag en de verspreiding van het hiv-virus en leggen een link tussen kennis over hiv en aids en het dagelijkse leven.
11
The accused
De leerlingen weten wanneer er wel en niet sprake is van seksueel geweld en beseffen wat de gevolgen van seksueel geweld zijn voor het slachtoffer. Vooral de jongens kunnen zich inleven in de situatie van een slachtoffer.
Relaties en seksualiteit - klas 4
231
I - Lichamelijke en emotionele ontwikkeling Les 1 The beauty and the beast
Lesdoelen • De leerlingen worden zich bewust van ideaalbeelden over uiterlijk en innerlijk. • De leerlingen kunnen de ideaalbeelden relativeren. Voorbereiding • Neem twee grote vellen papier. Schrijf bovenaan het ene papier ‘man’ en bovenaan het andere papier ‘vrouw’. • Neem nog twee grote vellen papier. Schrijf bovenaan het ene papier ‘de ideale man’ en bovenaan het andere ‘de ideale vrouw’. Vouw de vellen in de lengte doormidden. Schrijf op beide papieren boven de eerste kolom ‘uiterlijk’ en boven de tweede kolom ‘innerlijk’. Benodigdheden • vier grote vellen papier, dikke stift • drie gele en groene stickers per leerling • buddies (plakgum) • verschillende tijdschriften (ook Woord en Gebaar) • scharen Introductie Leg de twee vellen papier met ‘man’ en ‘vrouw’ op een tafel. Laat de leerlingen met behulp van afbeeldingen uit de verschillende tijdschriften een collage maken van de ideale man of vrouw, van zowel de eigenschappen en vaardigheden als kenmerken van het uiterlijk. Iedere leerling zoekt afbeeldingen van zijn of haar ideaal, knipt deze uit en plakt ze met buddies op het juiste vel. Hang de beide vellen op. Hang de twee andere vellen papier op het bord en bespreek wat de leerlingen de ideale man of vrouw vinden. Hoe moet hij/zij eruit zien en welke eigenschappen moet hij/zij hebben? Schrijf alle opmerkingen op en maak er zonodig tekeningetjes bij. Probeer zoveel mogelijk omschrijvingen te verzamelen. Kern Bespreek de opmerkingen met de leerlingen aan de hand van de volgende vragen: - Kunnen de leerlingen iemand noemen die aan alle beschrijvingen voldoet? - Is dit ideaal bereikbaar? En voor hoeveel mensen? - Verschillen de beschrijvingen van de ideale man erg van die van de ideale vrouw? Wat vinden de leerlingen daarvan? - Passen alle beschrijvingen bij jouw beeld van de ideale man of vrouw? Is dat voor iedereen hetzelfde? - Welke beschrijvingen vinden de leerlingen meer of minder belangrijk, die van het uiterlijk of van het innerlijk? Waarom?
Relaties en seksualiteit - klas 4
232
Afsluiting Laat de leerlingen groene stickers plakken achter de beschrijvingen die ze herkennen van zichzelf en gele stickers achter de beschrijvingen die ze graag (wat meer) zouden willen hebben. Bekijk met de leerlingen of er eigenschappen zijn die meer gestickerd worden dan anderen. Kunnen de leerlingen tips aan elkaar geven om zich op de geel gestickerde punten te veranderen? Wat is gemakkelijker te veranderen: uiterlijke of innerlijke kenmerken? Hoe ver zouden de leerlingen willen gaan om zich het geel gestickerde kenmerk eigen te maken? Of vinden ze dat het een kwestie is van je er niet druk over maken en accepteren dat het zo is? Benoem bij de bespreking in ieder geval dat mensen, al voldoen ze niet aan het ideaalbeeld, toch tevreden met zichzelf en een ander kunnen zijn. Suggesties/ideeën/tips • Praat er met de leerlingen over of voor hen bij de ideale man of vrouw ook past dat ze goed kunnen gebaren of dat ze doof/slechthorend zijn. • Bekijk actuele tv-programma’s over plastische chirurgie. Bespreek met de leerlingen wat ze van die programma’s vinden. Waarom vinden ze dat? • Bespreek of piercings of tattoos voor de leerlingen ook bij het ideaal horen. Differentiatiemogelijkheden Houd er rekening mee dat het begrip ‘ideaal’ onbekend kan zijn. Leg in dat geval kort uit wat met ideaal bedoeld wordt, bijvoorbeeld de mooiste, beste en coolste. Bronnen Goede minnaars, pakket voor de begeleiding van jongeren, uitg. Forum Seksuele Vorming, www.sensoa.be.
Les 2 Wegwijs in de seks
Lesdoelen • De leerlingen ontdekken wat jongens en meisjes belangrijk vinden in de seks. • De leerlingen geven elkaar tips om hun seksuele relatie leuk, spannend en gelijkwaardig te houden. Benodigdheden • dvd Wegwijs in de seks* • tv en afspeelapparatuur Introductie Leg de leerlingen uit dat ze in deze les eerst een animatiefilm gaan bekijken en deze daarna in groepjes bespreken. Vertel dat de film 20 minuten duurt en gaat over hoe je een relatie kunt opbouwen en wat een meisje en een jongen belangrijk vinden. Kijk samen met de leerlingen naar de dvd.
Relaties en seksualiteit - klas 4
233
Kern Laat de leerlingen kleine groepjes maken en geef hen 5 minuten om vragen op te schrijven die de film bij hen oproept. Bespreek de vragen in de grote groep, door om de beurt een leerling uit een ander groepje een vraag te laten stellen. De leerlingen van de andere groepjes proberen de vraag te beantwoorden. Ga zo door totdat alle vragen beantwoord zijn. Stimuleer de leerlingen om door te vragen. Afsluiting Bespreek de volgende vragen met de leerlingen: - Seks is niet altijd leuk of gemakkelijk. Wat is nodig voor leuke en fijne seks? - Wat kunnen de problemen zijn? En wat kun je eraan doen? - Heeft seks alleen te maken met je geslachtsorganen? Waarmee nog meer? - De boodschap in de video is heel duidelijk: Jij kiest wat je doet. Is dat voor de leerlingen ook zo? Of hebben ze het gevoel dat er veel verwacht of verboden wordt? Kunnen ze daar voorbeelden van noemen? Bronnen Goede minnaars, pakket voor de begeleiding van jongeren, uitg. Forum Seksuele Vorming, www.sensoa.be. * NB Op het moment van verschijnen van de leerlijn wordt gewerkt aan een nieuwe versie van de film Wegwijs in de seks. Naar verwachting zal deze begin 2007 klaar zijn en daarna van gebarentolk en ondertiteling worden voorzien.
Les 3 De eerste keer
Lesdoelen •
•
De leerlingen worden zich ervan bewust dat ze zelf hun keuzen moeten en kunnen maken ten aanzien van de seksuele ervaringen die ze opzoeken en meemaken. De leerlingen worden zich ervan bewust dat het belangrijkst is, hoe het voor henzelf en hun partner is.
Voorbereiding NB: Deze les moet voor les 6 gegeven worden. Benodigdheden • bord, krijt • dvd Vaginaverhalen (zie bijgevoegd materiaal. Dit is een aparte dvd) • dvd BNN: De eerste keer (zie bijgevoegd materiaal) • tv en afspeelapparatuur • papier, pennen • twee grote vellen papier, twee dikke stiften Introductie Vraag aan de leerlingen wat mensen willen weten als ze vragen: Wanneer was jouw eerste keer? Meestal vragen ze dan naar de eerste keer dat je geslachtsgemeenschap hebt gehad. Er zijn natuurlijk veel meer eerste keren: de eerste keer
Relaties en seksualiteit - klas 4
234
dat je in de achtbaan van de Efteling mocht, de eerste keer dat je ging werken, de eerste keer naar het VSO. Maar in deze lessen gaat het over seksualiteit. Verzamel met de leerlingen eerste keren die met seks te maken hebben, bijvoorbeeld de eerste keer een jongen of meisje zoenen, de eerste keer tongzoenen, de eerste keer masturberen, de eerste keer naar porno kijken. Schrijf alle suggesties van de leerlingen onder elkaar op het bord. Kern Kijk met de leerlingen naar de Vaginaverhalen en geef hen de volgende kijkopdracht: de dove actrice vertelt over verschillende soorten seks die zij en haar vriendje hebben gehad. Niet alles gebeurt meteen. Probeer ze op een tijdslijn te schrijven. Wat gebeurde eerst? En daarna? Geef zonodig een voorbeeld op het bord. Bespreek de dvd aan de hand van de volgende vragen: - Welke soorten seks heeft de actrice genoemd? - Kennen de leerlingen al die soorten? - In welke volgorde gebeurden die dingen? - Vinden de leerlingen dat ook inderdaad allemaal soorten seks? - Heeft ze nog iets niet genoemd? - De actrice vertelt dat ze een heleboel heeft uitgeprobeerd, samen met haar vriendje. Is daar een opbouw in te zien? Wat vinden de leerlingen daarvan, is dat goed of juist niet? Schrijf de activiteiten op een tijdslijn. - Hoeveel tijd vinden de leerlingen dat er moet zitten tussen de eerste zoen en de eerste keer geslachtsgemeenschap hebben? - Een jongen zei eens: Er is een verschil tussen liefde maken en seks maken. Wat zou hij bedoelen? - Is in het verhaal van de actrice liefde of seks gemaakt? Waarom vind je dat? Afsluiting Kijk met de leerlingen naar de aflevering ‘de eerste keer’ uit het programma van BNN. Bespreek wat ze van het interview vonden aan de hand van vragen, bijvoorbeeld: - Niet alle jongeren hebben het al gedaan. Waarom heeft het meisje Sarah het nog niet heeft gedaan, denken de leerlingen? - De jongeren zeggen dat ze wel wisten hoe ze het moesten doen door gesprekken met vrienden, ouders en informatie van school en de tv. Kun je je dat voorstellen? - Is er een verschil tussen tv-seks en seks in het echt? En zo ja, welk verschil is dat? - De jongens wisten niet hoe ze de meisjes konden helpen bij het klaarkomen. Zie je dat dan niet op de tv? Hoe kom je er dan achter? - Een van de jongeren geeft aan dat hij in twee dagen van ontmoeting naar geslachtsgemeenschap ging. Wat vinden de leerlingen daarvan? Hij zegt ook dat hij het meisje daarna gedumpt heeft omdat ze te snel met hem naar bed ging. Birgit zegt dan: ‘Maar dat doe jij toch ook?’ Is het voor een jongen anders dan voor een meisje als hij of zij snel met iemand naar bed gaat? - Een aantal jongeren zegt achteraf dat ze het anders hadden willen doen. Bespreek met de leerlingen hoe en wat ze anders hadden kunnen doen. - Wat betekent het als een jongere zegt dat het ook romantisch moet zijn? Zijn de leerlingen het met de jongeren eens dat de eerste keer speciaal moet zijn? - Vinden de leerlingen dat je al vrijende van mening kunt veranderen, omdat het opeens niet meer prettig voor jou is? (Wat zou je dan kunnen doen?)
Relaties en seksualiteit - klas 4
235
-
Moet je trouwens seks hebben als je verkering hebt? Welke andere dingen doe je als je verkering hebt?
Geef bij de bespreking in ieder geval de volgende informatie: - Je bent baas over je eigen lijf. - Luister/kijk goed naar de signalen van jezelf en de ander. - Doe niet iets omdat de ander het wil, alleen als je het zelf ook wilt. - Zorg ervoor dat je er beiden van geniet. - Communiceer duidelijk dat je iets wel of niet wilt. Suggesties/ideeën/tips Bespreek een aantal tv-programma’s waar seks in voorkomt. Denken de leerlingen dat in deze programma’s een reëel beeld wordt geschetst? Waarom denken ze dat? Bekijk zo mogelijk samen een aantal scènes. Boeken Twee liefdes van Marian Hoefnagel, uitg. Van Tricht, ISBN 9073460778. Anna en Jos kennen elkaar al heel lang. Jos vindt dat ze best met elkaar op vakantie kunnen. En met elkaar slapen. Maar Anna is daar niet zo zeker van. Eigenlijk gaat ze liever met haar vriendinnen op vakantie. En eigenlijk wil ze niet met Jos naar bed. Maar is dat niet raar? Iedereen doet het toch? Achtergrondinformatie De volgende gegevens zijn overgenomen uit het onderzoek van de Rutgers Nisso Groep: Seks onder je 25e. NB De getallen in de tabellen geven een indicatie voor wat in deze tijd speelt bij jongeren. Ze zijn geen richtlijn! De gemiddelden worden erg beïnvloed door jongeren die heel jong (12 jaar) of ‘oud’ (boven de 21 jaar) hun eerste keer meemaken.
Tabel 2. Ervaring met verschillende vormen van seksueel gedrag naar leeftijd (%)
opwinding masturberen tongzoenen voelen en strelen laten vingeren/aftrekken ander vingeren/aftrekken naakt vrijen geslachtsgemeenschap laten pijpen/beffen ander pijpen/beffen anale seks
Relaties en seksualiteit - klas 4
12 tot 15 jaar
15 tot 18 jaar
leeftijd eerste keer (gemiddeld)
48 31 53 25 11 12 10 9 10 8 4
85 61 79 66 49 48 46 43 39 34 8
14,1 13,9 14,0 15,3 16,2 16,2 16,3 16,6 16,8 16,9 18,1
236
Tabel 4. Ervaring met geslachtsgemeenschap naar sekse (%)
12-jarigen 13-jarigen 14-jarigen 15-jarigen 16-jarigen 17-jarigen 18-jarigen 19-jarigen 20-jarigen 21-jarigen 22-jarigen 23-jarigen 24-jarigen gemiddeld
jongens 6 10 16 29 45 46 70 70 81 87 86 85 90 16,6
meisjes 5 5 11 29 38 64 77 80 82 88 88 91 94 17
Tabel 5. Ervaring met geslachtsgemeenschap naar etniciteit (%) Nederlands of westers
Marokkaans
Turks
Surinaams
Antilliaans
Jongens, 12-17 geslachtsgemeenschap
22
46
43
52
40
Meisjes, 12-17 geslachtsgemeenschap
29
10
6
24
39
Les 4 Zwanger... sneller dan je denkt
Lesdoelen • De leerlingen weten op welke manier een meisje zwanger kan worden. • De leerlingen weten hoe een meisje erachter kan komen dat ze zwanger is. • De leerlingen beseffen welke verschillende manieren er zijn om met een ongewenste zwangerschap om te gaan. Benodigdheden • kopieerblad VO-4.1 • zwangerschapstest met gebruiksaanwijzing (zie bijgevoegd materiaal) • eventueel kopieerblad VO-4.2a en b
Relaties en seksualiteit - klas 4
237
Introductie Geef aan dat het vaak moeilijk is om goede informatie te krijgen over seksualiteit. Vraag aan de leerlingen of ze weten hoe ze aan goede betrouwbare informatie kunnen komen. Verzamel een aantal tips, bijvoorbeeld: mensen bevragen, internet (welke sites wel en welke niet?), mogelijkheden om vragen te stellen per teksttelefoon, sms, brief en bijvoorbeeld websites als www.netdokter.nl. en www.weetal.nl (
[email protected]). Omdat veel mensen eigenlijk niet precies weten hoe het zit met seksualiteit, vertellen ze elkaar soms onzinverhalen. Dat maakt het nog eens extra lastig. Of ze proberen anderen bang te maken, omdat ze niet willen dat bijvoorbeeld kinderen gaan vrijen. Een belangrijke vraag rond seksualiteit is hoe je zwanger wordt. Word je zwanger als je als man en vrouw op elkaar ligt met kleren aan? Of als je elkaar aankijkt? Weten de leerlingen hoe je zwanger kunt worden? Wees als docent alert op indianenverhalen die angst oproepen bij de jongeren. Geef voldoende informatie.
Kern Deel kopieerblad VO-4.1 uit. Laat de leerlingen de vragen maken. U kunt ook de vragen voorlezen en de leerlingen alleen goed of fout laten invullen. De essentie van de antwoorden is: Sperma of voorvocht dat in de vagina komt, kan leiden tot zwangerschap. De kans dat je zwanger wordt is in bepaalde situaties echter wel veel kleiner. Bespreek de antwoorden, laat de jongeren actief meedenken en geef daarbij de volgende informatie: 1. fout: Meisjes kunnen wel zwanger worden als ze tijdens hun ongesteldheid geslachtsgemeenschap hebben. Maar de kans dat ze zwanger worden is dan veel kleiner dan bijvoorbeeld 14 dagen later in de cyclus. 2. fout: De kans is klein, maar sperma kan ook bijvoorbeeld via de handen in de vagina terechtkomen. 3. fout: Zie 2. Als het meisje eerst een jongen aftrekt en daarna zichzelf vingert, dan is er een kleine kans dat het sperma in de vagina terecht komt. 4. fout: Als er droog wordt geneukt en de penis niet in de vagina wordt gebracht, dan kunnen er toch zaadcellen in de vagina terechtkomen als de jongen klaarkomt. Wanneer een stel zonder kleren de geslachtsdelen tegen elkaar aan wrijft, dan wordt dat droogneuken genoemd. Wijs hierbij ook op het risico van verspreiding van eventuele soa op deze manier. Wanneer onder droogneuken wordt verstaan het tegen elkaar aan wrijven van de geslachtsdelen met kleren aan, dan is er natuurlijk geen kans op zwangerschap. 5. fout: Ook als de jongen geen erectie heeft, kan er sperma of voorvocht uit zijn penis komen. Voorvocht bevat ook zaadcellen. 6. fout: Ook in voorvocht zitten zaadcellen. Dus er is een risico dat het meisje toch zwanger wordt. 7. fout: Het meisje kan toch zwanger worden, als ze net voor haar eerste menstruatie zit. 8. fout 9. fout 10. goed
Relaties en seksualiteit - klas 4
238
Laat de leerlingen zelf uitspraken doen en praat er met ze over of er in dat geval een kans bestaat dat het meisje zwanger wordt. Afsluiting Bespreek met de leerlingen hoe je erachter kunt komen dat je zwanger bent. Als je geslachtsgemeenschap hebt gehad en je wordt niet ongesteld, dan kun je een zwangerschapstest doen. Bekijk met de leerlingen de zwangerschapstest en bestudeer de bijsluiter. Bespreek ook wat ze kunnen doen als ze per ongeluk zwanger blijken te zijn: - Een morning-afterpil halen nadat je onveilig gevreeën hebt. Deze moet je uiterlijk binnen 72 uur innemen. Hoe eerder je deze inneemt, hoe beter de werking. - Een abortus laten plegen. - Het kind laten komen en met hulp opvoeden. - Het kind laten komen en ter adoptie afstaan. Zoek met de leerlingen informatie over ongewenste zwangerschap, bijvoorbeeld bij apotheken, jongerentijdschriften als Break Out! of op internet: www.fiom.nl, www.vbok.nl, www.rng.nl, www.jip.org, www.stisan.nl, www.kindertelefoon.nl, www.sexwoordenboek.nl, www.weetal.nl. Geef de leerlingen de volgende opdracht en laat hen de antwoorden opschrijven. - Voor meisjes: Stel dat je ongewenst zwanger wordt. Wat zou je dan voor kiezen? Welke redenen heb je voor jouw keus? - Voor jongens: Stel dat je een meisje ongewenst zwanger maakt. Wat zou je dan voor kiezen? Welke redenen heb je voor jouw keus? Laat hen hun antwoorden vergelijken met die van een ander uit de klas en er samen over praten. Denken meisjes hier anders over dan jongens? Suggesties/ideeën/tips • Bekijk zo mogelijk samen met de leerlingen een aantal websites over seksualiteit, bijvoorbeeld door te zoeken met Google. Kunnen ze zien welke site goede informatie geeft en welke niet? Kun je van een forum betrouwbare informatie halen? • Afhankelijk van de situatie in uw groep, kunt u kopieerbladen VO-4.2a, b uitdelen of de informatie van de bladen doornemen. • Als u merkt dat de leerlingen weinig weten over de feiten over zwangerschap, kunt u les 3 van klas 3 geven/herhalen. Differentiatiemogelijkheden • Bij de laatste opdracht van de afsluiting kunt u ook de leerlingen even laten nadenken en daarna een klassendiscussie voeren, in plaats van de argumenten schriftelijk te laten voorbereiden. • De animaties van het liefdespaleis (zie dvd klas 1, deel 3 en 4) geven ook goede informatie over zwanger worden en geboorte.
Relaties en seksualiteit - klas 4
239
Achtergrondinformatie De meest gebruikte anticonceptiemethoden bij meisjes met ervaring met geslachtsgemeenschap zijn:
Methode
%
Geen anticonceptie De pil Condooms De pil en condooms Het hormoonspiraaltje Het koperspiraaltje
11,4 67,7 14,9 14,8 1,6 0,8
Het pilgebruik neemt tot het 19e jaar steeds toe en daarna iets af. Onder autochtone meisjes is het pilgebruik hoger dan onder de (soms kleine) groepen allochtone meisjes die ervaring hebben met geslachtsgemeenschap. Uit het onderzoek Seks onder je 25e, uitg. Rutgers Nisso Groep. Bronnen • www.sexwoordenboek.nl • nhg.artsennet.nl
Relaties en seksualiteit - klas 4
240
II - Sociale ontwikkeling en relaties Les 5 Echt of onecht?
Lesdoelen De leerlingen worden zich ervan bewust dat de media vaak een onrealistisch, negatief of eenzijdig beeld geven van mannen, vrouwen, seks en liefde.
Voorbereiding • Het doel van deze les is niet om een bepaalde norm over te dragen, maar juist om de leerlingen zelf te laten nadenken over wat ze zien en hoe ze dat zelf waarderen. Vraag de leerlingen dus vooral naar hun mening en wat de gevolgen van die opvattingen zijn. • Neem een aantal muziekclips op, bijvoorbeeld van TMF. Probeer in ieder geval een clip met en een clip zonder seksuele lading te kiezen. Of vraag de leerlingen (hun favoriete) muziekclips op te nemen en mee naar school te nemen. Als u op school gebruik kunt maken van computers met snelle internetverbinding of de beschikking heeft over een computer met snelle internetverbinding en beamer kunt u een aantal muziekclips selecteren op de website www.streaming-clips.nl en deze tijdens de les met de leerlingen bekijken. Benodigdheden • muziekclips op dvd of video • computer met snelle internetverbinding of tv en afspeelapparatuur Introductie Praat met de leerlingen over muziekclips. Kijken ze er wel eens naar? Waarom, wat vinden ze er leuk aan? Bekijk samen met de leerlingen een muziekclip en bespreek deze, bijvoorbeeld aan de hand van de volgende vragen: - Hoe vinden jullie de clip? - Heeft de clip met seks te maken? Waarom wel/niet? - Heeft de clip met liefde te maken? Waarom wel/niet? - Welke rol spelen mannen en vrouwen in deze clip? - Ben je het daarmee eens? Waarom wel/niet? Vraag aan de leerlingen wat ze vinden van het beeld dat de clip geeft. Komt dat overeen met de werkelijkheid? Wat zouden ze van het gedrag van de mannen en vrouwen in de film vinden als ze hen in de werkelijkheid tegen zouden komen? In hoeverre zien zij de artiesten als voorbeelden? Kunnen de leerlingen bedenken hoe het komt dat de clips veel seks bevatten? Geef aan dat sommige jongeren seks leuk of opwindend vinden om naar te kijken. Daarom worden er meer cd’s en dvd’s verkocht. De seks wordt gebruikt om geld te verdienen. Kern Laat nog een paar clips zien en vraag aan de leerlingen of ze vinden dat deze ook met seks en/of liefde te maken hebben. Vraag om argumenten. Laat de leerlingen zich voorstellen dat ze de man of de vrouw op de clip zijn.
Relaties en seksualiteit - klas 4
241
Wat zouden ze dan doen? Zouden zij ook zo willen zijn? Wat verwachten ze dan dat er gebeurt? Hoe is dat voor de ander(en)? In de wereld om je heen zie je veel dingen die te maken hebben met seks. Dat gebeurt op verschillende manieren. Soms heeft het te maken met liefde, soms met geld. Soms vind je het mooi, soms niet. Soms vind je het spannend of opwindend en soms vind je het raar. De voorbeelden van seks die je op tv of in tijdschriften ziet, zijn niet altijd goede voorbeelden. Wat je ziet, hoef je niet altijd zelf te doen. Als je seks hebt, is het in ieder geval belangrijk dat het voor allebei goed voelt of prettig is. Afsluiting Vraag aan de leerlingen hoe ze het onderscheid kunnen maken tussen wat echt is en wat niet echt is. Bij het bespreken van de muziekclips ging het om seks en liefde. Wat hebben liefde en seks met elkaar te maken? Kan seks zonder liefde? En liefde zonder seks? Houd een Lagerhuisdebat waarin voor- en tegenstanders van deze beide opvattingen tegenover elkaar komen te staan en elkaar met argumenten proberen te overtuigen. Suggesties/ideeën/tips • Laat de leerlingen een opbouw aangeven in de muziekclips: weinig seks, veel seks, heel veel seks. • Zouden ze zelf mee willen doen in een clip? In welke en waarom? Zouden ze dan alle rollen willen spelen? Welke wel en welke niet? En waarom wel/niet? • Als de leerlingen duidelijk favoriete clips hebben, gebruik deze dan bij deze les. Achtergrondinformatie De meerderheid van de horende jongens (88%) en de horende meisjes (75%) ziet wel eens een videoclip waar bloot in voorkomt. Uit het onderzoek Seks onder je 25e, uitg. Rutgers Nisso Groep.
Les 6 De eerste keer... wanneer?
Lesdoelen • De leerlingen krijgen inzicht in redenen om te wachten met geslachtsgemeenschap tot na het huwelijk. • De leerlingen worden zich bewust van mythen rond het maagdenvlies. Voorbereiding • Op www.zoenenenzo.nl kunt u een duidelijke tekening vinden van het maagdenvlies. • NB: Deze les moet na les 3 gegeven worden. Benodigdheden • dvd BNN: Versieren (zie bijgevoegd materiaal) • dvd BNN Maagdenvlies (zie bijgevoegd materiaal) • tv en afspeelapparatuur • bord, krijt • kopieerblad VO-4.3
Relaties en seksualiteit - klas 4
242
Introductie Herinner de leerlingen aan de les over ‘de eerste keer’, waarbij gesproken is over verschillende eerste keren. Vertel dat er mensen zijn die zeggen dat je pas echt voor de eerste keer geslachtsgemeenschap mag hebben als je getrouwd bent. Hoe denken de leerlingen daar zelf over? Weten ze van elkaar hoe ze erover denken en wat de motivatie daarbij is? Wat vinden hun ouders ervan? Waarom vinden ze dat? Kern Kijk samen met de leerlingen naar het gedeelte van de dvd over versieren, tot en met de uitspraken van het moslimmeisje en het meisje dat geen moslim is. De twee meisjes hebben heel verschillende meningen. Welke redenen noemen ze om wel of niet te willen wachten tot het huwelijk? Jongens zeggen hier in dit interview niets over. Vraag aan de leerlingen hoe het met jongens zit. Moeten zij ook wachten tot het huwelijk? Waarom wel/niet? Teken de onderstaande tabel op het bord en vul deze samen met de leerlingen in.
Meisjes moeten wachten, want…
Meisjes moeten niet wachten, want…
Jongens moeten wachten, want…
Jongens moeten niet wachten, want…
Laat in ieder geval aan de orde komen dat veel gelovige mensen, christenen, moslims en hindoes, het belangrijk vinden dat jongens en meisjes als maagd trouwen. Dat betekent dat ze nog geen geslachtsgemeenschap hebben gehad. Kennen de leerlingen mensen die dit ook vinden? Kun je controleren of je partner nog maagd is? Geef de leerlingen de volgende informatie: Bij mannen en bij vrouwen kun je niet controleren of ze maagd zijn of niet. In verschillende culturen zeggen mensen dat een meisje dat maagd is, gaat bloeden bij de eerste keer dat ze geslachtsgemeenschap heeft, omdat de penis van de man dan door het maagdenvlies gaat. Vraag aan de leerlingen wat ze weten over het maagdenvlies en schrijf hun opmerkingen op het bord. Laat het gedeelte van de dvd zien over het maagdenvlies en ga daarna de opmerkingen op het bord nog een keer langs. Wat klopt wel en wat klopt niet? - Het maagdenvlies is geen vlies maar een plooi, zo’n randje alsof je op je wang gebeten hebt. Soms is het groot en dik, soms klein en dun. - Veel vrouwen bloeden niet de eerste keer. Eigenlijk geldt: Als je het goed doet, dan geen bloed. Dat wil zeggen, als je samen prettig vrijt, de tijd neemt en voorzichtig met elkaar bent en je geniet er allebei van, dan ben je als vrouw ontspannen en vochtig genoeg en bloed je meestal niet. Als je als vrouw gespannen bent en niet vochtig, dan kun je ook de tweede en derde keer bloeden. - Je kunt niet aan een maagdenvlies zien of iemand al eens geslachtsgemeenschap heeft gehad. Want het randje kan glad zijn of kartelig, dik of dun. Dat is bij iedere vrouw anders. - Je maagdenvlies heeft helemaal niets te maken met of je maagd bent of niet.
Relaties en seksualiteit - klas 4
243
-
Van paardrijden of een tampon beschadigt je maagdenvlies niet! Laat het kopieerblad VO-4.3 zien.
Afsluiting Concludeer samen met de leerlingen dat het wel een ingewikkelde situatie is. Sommige ouders denken misschien dat een meisje moet bloeden, de eerste nacht na haar trouwen. Maar dat gebeurt bij heel veel vrouwen niet, al zijn ze maagd. Kunnen zij daar met hun ouders over praten? Sommige meisjes bedenken creatieve oplossingen en prikken in hun vinger om daar bloed uit te laten komen. Of, als ze al geslachtsgemeenschap gehad hebben, laten ze door een operatie het randje aan het begin van hun vagina strakker maken, zodat ze een grote kans hebben dat ze gaan bloeden. Benadruk dat het met of zonder bloed voor jongens en meisjes heel belangrijk is om goed na te denken wanneer ze zouden willen vrijen. In een huwelijk of bij een vaste relatie, alleen als ze verliefd zijn of ook als ze een knap iemand tegenkomen met een lekker lijf? Suggesties/ideeën/tips • Vraag aan een aantal voor de leerlingen bekende medewerkers binnen de school naar hun visie over seks voor het huwelijk. Kies daarbij zoveel mogelijk voor uiteenlopende meningen. Vertel de leerlingen wat u aan de medewerkers gevraagd heeft. Kunnen de leerlingen van tevoren inschatten wat de mening van de medewerkers is? Laat hen als huiswerk daadwerkelijk bij deze medewerkers navraag doen: Vind u dat je geslachtsgemeenschap mag hebben voor het huwelijk of niet? Waarom vindt u dat? Bespreek de opdracht tijdens een volgende les. • Uit een enquête van de Rutgers Nisso Groep blijkt dat de vraag ‘Mag je pas seks hebben als je getrouwd bent?’ met ‘ja’ wordt beantwoord door: - 16% van de jongeren van Nederlandse afkomst - 40% van de jongeren van Hindoestaanse afkomst - 75% van de jongeren van Turkse afkomst - 77% van de jongeren van Marokkaanse afkomst Laat de leerlingen de percentages voorspellen en geef hen daarna de juiste percentages. Kunnen ze deze percentages verklaren? • Zoek met de leerlingen naar informatie over het maagdenvlies op www.zoenenenzo.nl. Hier staat een duidelijke tekening bij. • In oktober 2005 is bij de NPS de serie De meiden van Halal uitgezonden. In aflevering 3 gaan drie orthodoxe, maar open en onderzoekende moslimmeiden op zoek naar de zin en onzin van het maagdenvlies, zie www.omroep.nl/nps/mix/welcome.html?../meidenvanhalal/mainframe_meidenvanhalal.html~main Differentiatiemogelijkheden • Voor taalvaardige leerlingen: De Rutgers Nisso Groep geeft de folder Feiten en fabels over het maagdenvlies uit, zie www.rutgersnissogroep.nl. • Seksuele vorming, onderdeel van PrOmotie, leermiddelenpakket voor het praktijkonderwijs, uitg. Edu’Actief. Infoboek, bladzijde 31 en 32. De informatie in het werkboek is niet correct.
Relaties en seksualiteit - klas 4
244
Les 7 Een kind, en dan?
Lesdoelen • De leerlingen worden zich bewust van de veranderingen die een kind in hun leven teweeg kan brengen. • De leerlingen worden zich bewust van hun eigen verantwoordelijkheid. • De leerlingen beseffen dat de veranderingen anders zijn voor mannen en vrouwen. Voorbereiding Bekijk voorafgaand aan deze les de dvd Liefde maakt blind en besluit of u deze helemaal wil laten zien of een deel ervan. Benodigdheden • dvd Liefde maakt blind (zie bijgevoegd materiaal) • afspeelapparatuur • papier op A4-formaat, pen Introductie Geef iedere leerling een vel papier op A4-formaat en laat dit vel in de lengte doormidden vouwen. Aan de linkerkant schrijven of tekenen ze twaalf dingen die ze echt graag doen. Vertel erbij dat deze lijst persoonlijk is en niet door anderen wordt gelezen. Als alle leerlingen een lijstje van hun favoriete bezigheden hebben gemaakt, vraagt u hen om aan de rechterkant achter iedere bezigheid te schrijven of ze dat ook nog zouden kunnen doen met een baby van drie maanden. En waarom dat wel of niet kan. Bespreek de opdracht na aan de hand van de volgende vragen: - Welke activiteiten zou je nog kunnen doen met een baby en welke niet? - Zijn er verschillen tussen de antwoorden van de jongens en de meisjes in de klas? Welke verschillen zijn er? - Zien de leerlingen die verschillen ook bij gezinnen in hun omgeving? Hoe zouden ze daar zelf mee om willen gaan? Kern Bekijk samen met de leerlingen de dvd Liefde maakt blind (of een deel daarvan). Afsluiting Bespreek de dvd aan de hand van de volgende vragen: - Klopte de inschatting van de leerlingen over wat er verandert met een baby als ze naar de meisjes in de film kijken? Valt het hun mee of tegen? - Zouden de leerlingen zelf nu al kinderen willen? Waarom wel/niet? - Zijn de leerlingen van plan zelf anticonceptie te gebruiken? Hoe gaan ze dat aanpakken? - Zijn er verschillen tussen jongens en meisjes in het willen gebruiken van anticonceptie? Welke verschillen zijn dat? - Vinden de leerlingen dat jongens en meisjes een even grote verantwoordelijkheid hebben voor het gebruik van anticonceptie? Waarom wel/niet? Suggesties/ideeën/tips • Als er nog tijd over is, kun u de leerlingen laten discussiëren over de volgende stellingen:
Relaties en seksualiteit - klas 4
245
• •
1. Je kunt net zo goed op je 15e als op je 25e vader of moeder worden. 2. Een kind krijgen, is een goede manier om een jongen voorgoed aan je te binden. 3. Jongens willen geen verkering met een tienermoeder. 4. Liefde maakt blind. (Ofwel: van verliefdheid kun je goed in de war raken en niet helder meer denken) Bekijk websites over tienermoeders en tienervaders en nog meer interessante sites via www.seksuelevorming.nl. In les 9 van klas 1 wordt uitgebreid aandacht besteed aan anticonceptiemiddelen. Geef deze les of herhaal hem zonodig.
Differentiatiemogelijkheden Seksuele vorming, onderdeel van PrOmotie, leermiddelenpakket voor het praktijkonderwijs, uitg. Edu’Actief. Infoboek, bladzijde 57 tot en met 64 Werkboek 3, bladzijde 16 tot en met 21. Boeken Zestien en zwanger, MOLL-boek 7, te bestellen via
[email protected]. Thema: ongewenst zwanger, vroeger en nu. Esther weet niet wat ze moet doen. Is ze veel te jong om een baby te krijgen? Haar moeder vindt van wel. Haar vader vindt dat ze er goed over moet nadenken. Maar Esther komt er niet uit. Dan gaat ze een poosje bij haar oma logeren. In de gesprekken met oma komt ze veel te weten over zichzelf en haar familie. Achtergrondinformatie Laag opgeleide jongeren gebruiken minder vaak consequent anticonceptie met de laatste partner dan hoog opgeleide jongeren. Laag opgeleide jongeren hebben in het afgelopen jaar dan ook vaker te maken gehad met zwangerschap en meer laag dan hoog opgeleide meisjes een abortus ondergaan. Ook zijn er verschillen tussen etnische groepen: meisjes met een Surinaamse of Antilliaanse achtergrond zijn vaker dan andere meisjes ongepland zwanger geweest in het afgelopen jaar. Antilliaanse meisjes hebben hierbij ook vaker een abortus gehad. Bronnen • Goede minnaars, pakket voor de begeleiding van jongeren, uitg. Forum Seksuele Vorming, www.sensoa.be. • Dvd Liefde maakt blind van Wil Dwarswaard, uitg. Hulpverleningsdienst Groningen/Tara TV.
Relaties en seksualiteit - klas 4
246
Les 8 Vragen beantwoorden
Lesdoelen • De leerlingen kunnen verschillende opties naast elkaar leggen en beredeneren. • De leerlingen kunnen zich verplaatsen in de situatie van een ander. • De leerlingen denken na over mogelijke verschillen tussen relaties met horende en dove mensen. Benodigdheden • kopieerblad VO-4.4a en b • dvd Vaginaverhalen (zie bijgevoegd materiaal. Dit is een aparte dvd) • tv en afspeelapparatuur Introductie Praat er met de leerlingen over dat in relaties van alles kan gebeuren. Soms loop je tegen dingen op waar je niet direct een oplossing voor weet. Dat geldt voor iedereen. Kern Deel de kopieerbladen uit en vertel dat op de bladen een aantal vragen staan van dove jongeren. Geef de leerlingen de opdracht om in kleine groepjes de vragen te lezen en er een aantal samen te beantwoorden. Stimuleer hen om te kiezen voor die vragen waarin ze zich herkennen of die een situatie beschrijven die ze zelf ook hebben meegemaakt. Behandel de vragen in de grote groep. De groepjes die de vragen hebben beantwoord, vertellen wat hun mening of advies is. Bespreek de antwoorden van de groepjes en stel daarbij vragen aan de andere leerlingen, bijvoorbeeld: - Vinden jullie dit een goed antwoord? Waarom wel/niet? - Kan degene die de vraag stelt iets met dit advies, denk je? Waarom wel/niet? - Zijn jullie het eens met die mening? - Hoe zouden jullie in die situatie handelen? - Welke boodschap willen jullie deze jongere geven? Laat ook die vragen aan de orde komen die geen van de groepjes nog beantwoord heeft. Over de laatste vraag kunt u zonodig aan de leerlingen vertellen dat mensen tijdens het vrijen vaak geluid maken door hijgen, kreunen of schreeuwen. Maar ook het gebonk van het neuken of het piepen van het bed kun je horen. Afsluiting Praat met de leerlingen na over de vragen. Zijn het vragen die ze herkennen? Geef hen de gelegenheid om andere vragen op het gebied van relaties en seksualiteit, al of niet gerelateerd aan hun doofheid, te stellen en probeer ze met elkaar te beantwoorden. Op de dvd Vaginaverhalen staat bij 11.20 een stukje waar vrouwen vertellen over de voordelen van het hebben van een dove partner. Bekijk dit gedeelte met de leerlingen. Voor zover ze zich daar nog niet over uitgesproken hebben, kunnen ze vertellen wat ze van dit gedeelte vinden. Zijn ze het er mee eens of niet? Waarom wel of niet? Wat vonden ze leuk en wat vonden ze raar?
Relaties en seksualiteit - klas 4
247
Suggesties/ideeën/tips • Wellicht is het te bedreigend voor de leerlingen om de vragen in de grote groep te stellen. Geef hen zonodig de gelegenheid om anoniem vragen op het gebied van relaties en seksualiteit bij u in te leveren. Maak een blad waarop u deze vragen verzamelt en herhaal de werkvorm met de eigen vragen van de leerlingen. • Bied de leerlingen de gelegenheid om (anonieme) vragen in een doos te doen en neem de tijd om die vragen te behandelen. Differentiatiemogelijkheden Seksuele vorming, onderdeel van PrOmotie, leermiddelenpakket voor het praktijkonderwijs, uitg. Edu’Actief. Infoboek, bladzijde 18 tot en met 26, Werkboek 1, bladzijde 15 en 26 tot en met 30. Boeken Kebab en pindakaas van Marieke Otten, uitg. Van Tricht, ISBN 9077822097. Een allochtoon meisje wordt verliefd op een Nederlandse jongen. Hulya mag, vanwege haar islamitische geloof, veel minder dan haar Nederlandse klasgenootjes. Haar vriendin Lise vindt dat erg vervelend voor haar. Dan wordt Hulya verliefd op David. En hij op haar. Ze gaan stiekem met elkaar om. Als Hulya’s vader er achter komt, wordt hij woedend. Hulya mag niet meer naar school. Gelukkig kan Lise Hulya helpen.
Relaties en seksualiteit - klas 4
248
III - Seksualiteit en gezondheid Les 9 De aidstest
Lesdoelen • De leerlingen weten hoe je besmet kunt worden met het hiv-virus en hoe je het kunt voorkomen. • De leerlingen breiden hun kennis over aids uit. Benodigdheden • bord, krijt • kopieerblad VO-4.5a en b • dvd BNN: Aids interview (zie bijgevoegd materiaal) • tv en afspeelapparatuur Introductie Vertel de leerlingen dat ze een aidstest gaan maken om te ontdekken hoeveel ze over aids weten. Schrijf de begrippen hiv-virus, seropositief en aids op het bord en vraag aan de leerlingen wat ze betekenen. Leg ze zonodig uit. In de test wordt de Nederlandse uitdrukking gebruikt ‘voor het zingen de kerk uit gaan’. Check of de leerlingen die uitdrukking kennen en leg zonodig uit wat het betekent: de man trekt zijn penis terug uit de vagina van de vrouw voordat hij een zaadlozing krijgt. Deel de kopieerbladen VO-4.5a en b uit en laat de leerlingen hun mening over de stellingen aankruisen. Zonodig kunt u de stellingen één voor één voorlezen. Kern Bespreek de stellingen één voor één. Vraag wie er ‘goed’, ‘fout’ of ‘weet niet’ heeft ingevuld en laat enkele leerlingen hun keuze toelichten. Geef vervolgens zelf het juiste antwoord en licht dit toe. De juiste antwoorden zijn: 1. goed: Wanneer je onveilig vrijt, kan het de eerste keer al mis gaan. Dit kan gebeuren bij onbeschermde vaginale en anale gemeenschap, sperma in de mond, beffen tijdens de menstruatie. Het virus kan binnendringen via de slijmvliezen in de vagina, de mond, de urinebuis bij de man en de anus. Deze opening is stugger dan de vagina en daardoor kunnen er kleine wondjes ontstaan, waardoor het virus kan binnendringen. 2. fout: Je hebt meer dan 50% kans om aids te krijgen. Het immuunsysteem wordt door het hiv-virus verzwakt. Je lichaam wordt dan zo kwetsbaar dat de ziekte aids kan ontstaan. 3. fout/goed: Via speeksel kun je niet besmet raken, dit kan alleen via bloed, zaad, vaginaal vocht en moedermelk. Als je allebei een wondje op je lip hebt, dan kan het weer wel. 4. fout: Niet dus, je kunt ook gewoon iemand knuffelen of zijn/haar hand vasthouden. 5. fout: Het hiv-virus wordt overgedragen door mensen, via seks, bloed en geboorte. 6. fout: Mannen vinden het vaak vervelend om op tijd terug te trekken voordat ze klaarkomen. Bovendien kun je ook besmet raken door het voorvocht dat uit de penis komt en door het vaginale vocht.
Relaties en seksualiteit - klas 4
249
7. fout: De kans dat de condooms kapot gaan, wordt alleen maar groter. 8. goed: Als je als moeder besmet bent met het virus, dan kun je je ongeboren kind besmetten. Ook kan de besmetting via moedermelk overgebracht worden. 9. fout: De pil beschermt tegen zwangerschap, niet tegen aids of andere soa’s. 10. fout: Besmetting verloopt niet via speeksel en ook niet via een wc-bril of iets dergelijks. 11. goed: Iedereen kan aids krijgen. 12. goed: Dat kan door veilig te vrijen met een condoom of beflapje. 13. fout: Je kunt het niet zien. 14. goed: In Nederland zijn er inmiddels voorzorgsmaatregelen genomen, zodat het niet meer kan. In het buitenland nog wel, vooral in de derde wereld kun je risico lopen, bijvoorbeeld omdat daar naalden hergebruikt worden. Ook via gezamenlijk gebruik van besmette naalden voor het spuiten van drugs kun je het hiv-virus oplopen. 15. goed: Je kunt je bloed laten onderzoeken. Maar je moet er wel rekening mee houden dat het minstens drie maanden kan duren voordat het virus in het bloed zichtbaar is. Dus als je op dinsdag besmet raakt, is dat op vrijdag nog niet in je bloed te zien. Afsluiting Laat het fragment van de dvd Aids interview zien waarin jongeren en een seropositieve vrouw geïnterviewd worden. Bespreek de interviews aan de hand van de volgende vragen: - Hoe is deze vrouw besmet geraakt? - Wat kun je nu het beste doen als je een vriend of vriendin hebt en samen vrijt, maar niet seropositief wilt worden? Bespreek de opties van je laten testen, vreemdgaan met of zonder condoom, een condoom blijven gebruiken, de ander waarschuwen als je vreemd bent gegaan. Wijs de leerlingen erop dat iemand die seropositief is niet ziek hoeft te zijn. Het kan wel vijf tot vijftien jaar duren voordat de ziekte zich openbaart. Differentiatiemogelijkheden Seksuele vorming, onderdeel van PrOmotie, leermiddelenpakket voor het praktijkonderwijs, uitg. Edu’Actief. Infoboek, bladzijde 37 en 38. Achtergrondinformatie • Hiv is een afkorting van het humane immunodeficiency virus. Als je hiv hebt/seropositief bent, dat wordt langzaam maar zeker je immuunsysteem aangetast. Iemand die seropositief is, kan last hebben van meerdere verschijnselen die met een hiv-infectie te maken hebben, zoals: enorme moeheid, nachtzweten, koorts, fors gewichtsverlies, opgezette lymfeklieren in de hals en/of oksels, diarree, droge hoest, kortademigheid. Het probleem is dat bovengenoemde symptomen ook vaak bij andere ziekten voorkomen. Het hebben van deze klachten wil zeker niet zeggen dat je aids ontwikkelt. In ruim de helft van de gevallen ontwikkelt hiv zich tot aids. Een aidspatiënt is vatbaar voor allerlei infecties en bepaalde soorten kanker, die gewoonlijk niet optreden bij iemand die gezond is. Dit kan doordat het immuunsysteem slecht werkt. Aids betekent: A = acquired: tijdens het leven opgelopen, dus niet geërfd I = immune: immuun/afweersysteem, het natuurlijke systeem in ons lichaam dat ons beschermt tegen ziekte, veroorzaakt door bijvoorbeeld bacteriën, virussen en schimmels
Relaties en seksualiteit - klas 4
250
•
D = deficiency: tekort, gebrek, verminderde functie S = syndrome: ziektebeeld, de gezamenlijke verschijnselen van een bepaalde ziekte Uit: www.sexwoordenboek.nl en www.jip.org Aan jongeren die ervaring hebben met geslachtsgemeenschap en/of anale seks is de vraag gesteld of ze zich het afgelopen jaar hebben laten testen op hiv. Van deze groep hebben meisjes zich iets vaker laten testen dan jongens: 11% van de meisjes en 8% van de jongens heeft zich laten testen. In de oudere leeftijdsgroepen laten jongeren zich vaker testen op hiv, maar de gevonden verschillen zijn klein. Surinaamse en Antilliaanse meisjes laten zich vaker testen. Laag opgeleide meisjes laten zich vaker op hiv testen dan hoog opgeleide meisjes. Uit het onderzoek Seks onder je 25e, uitg. Rutgers Nisso Groep.
Bronnen Goede minnaars, pakket voor de begeleiding van jongeren, uitg. Forum Seksuele Vorming, www.sensoa.be.
Les 10 Het Aids-bekerspel
Lesdoelen • De leerlingen worden gestimuleerd om als ze vrijen, dit veilig te doen. • De leerlingen krijgen inzicht in de relatie tussen riskant individueel gedrag en de verspreiding van het hiv-virus. • De leerlingen leggen een link tussen kennis over hiv en aids en het dagelijks leven. Voorbereiding • Dit spel kan het best gespeeld worden door een groep van 15 of meer leerlingen. Wellicht moet u voor deze les een aantal groepen combineren. • Bestudeer de handleiding van het spel. • Maak voor iedere leerling een kopie van de contactkaart. Benodigdheden • het Aidsbekerspel, te bestellen bij de Rutgers Nisso Groep, www.rng.nl • water Introductie Herinner de leerlingen aan de aidstest (zie les 9). Vertel dat ze in deze les een rollenspel gaan spelen over de kans op besmetting met het hiv-virus en hoe je dat kunt vermijden. Kern Speel het spel met de klas aan de hand van de handleiding. Afsluiting Bespreek het spel na. Wat vonden de leerlingen van het spel? Hebben ze er iets van geleerd dat ze nog niet wisten?
Relaties en seksualiteit - klas 4
251
Les 11 The Accused
Lesdoelen • De leerlingen weten wanneer er wel en niet sprake is van seksueel geweld. • De leerlingen beseffen wat de gevolgen van seksueel geweld zijn voor het slachtoffer. • De leerlingen, vooral de jongens, kunnen zich inleven in de situatie van een slachtoffer. Voorbereiding • Zoek de tijdcodes van de fragmenten op. • Deze film is alleen ondertiteld en niet voorzien van gebarentolk. Tolk zonodig mee voor de leerlingen. • Zoek twee spelers die in de rechtzaak Danny en Sarah kunnen spelen en bereid de les met hen voor. Mogelijk kunt u voor deze les meerdere groepen samenvoegen en met collega’s de rollen spelen. Eén van u speelt de rol van rechter. Benodigdheden • dvd The accused (zie bijgevoegd materiaal) • drie spelers Introductie Vertel de leerlingen dat ze gaan kijken naar twee fragmenten uit de film The accused. Geef aan dat u de fragmenten twee keer zult laten zien, omdat het de bedoeling is dat de leerlingen een rechtzaak gaan spelen naar aanleiding van wat er in de film gebeurt. Twee leerlingen zullen daarbij optreden als getuigen; de andere leerlingen vormen de jury. In de twee fragmenten gaat het om Sarah en Danny. Sarah komt een bar binnen en ontmoet daar een vriendin. Danny, een bekende van de vriendin van Sarah, biedt hen een drankje aan en komt er bij zitten. Inhoud eerste fragment: Sarah komt een café binnen. Danny zit aan de bar. Hij kijkt haar glimlachend aan. Sarah kijkt en lacht terug. Zij loopt naar haar vriendin Sally, met wie ze heeft afgesproken. Twee andere jongens zien wat er gebeurt. De jongen met donker haar zegt tegen de blonde: ‘Die blonde achter je, die geilt op me.’ De blonde jongen lacht en zegt: ‘Oeh.’ Danny bestelt een drankje voor Sarah en haar vriendin en laat dat bij hen bezorgen. De ober zegt: ‘Alstublieft dames. Met de complimenten van de heer aan de bar.’ Sarah en haar vriendin kijken even naar Danny, knikken en beginnen te giechelen. Danny staat op en loopt naar hen toe. De vriendin van Sarah kent Danny en stelt hen aan elkaar voor: ‘Danny, dit is Sarah.’ Sarah zegt: ‘Bedankt voor de drankjes.’ Danny vraagt: ‘Hebben jullie het over je werk?’ Sarah zegt: ‘Nee, we hebben het over romances.’ Ze begint te lachen. Danny zegt: ‘Ik ben romantisch, net als jij. En jij ziet er heel romantisch uit.’ Inhoud tweede fragment: Danny en Sarah staan bij de flipperkast te lachen. Danny zegt: ‘Kom, we smeren
Relaties en seksualiteit - klas 4
252
‘m.’ Sarah zegt: ‘Dit is zo’n goed nummer.’ Ze begint uitdagend te dansen. Bobby begint mee te dansen. Langs de kant staan een aantal jongens (en mannen) naar Sarah te kijken, waaronder de blonde jongen. Ze lachen. Danny komt naar Sarah toe en gaat met haar dansen. Ze zoenen wat en dansen close. De jongens staan vermaakt te kijken, alsof ze zich staan op te geilen. Iemand roept: ‘Jongedame, heeft u gedronken?’ Sarah zegt: ‘Ik? Nee hoor agent.’ Dan zegt Sarah tegen Danny: ‘Ik moet ervandoor. Ik moet morgen werken.’ Zij probeert hem wat van zich af te duwen en zegt: ‘Ik ben teut. Ik moet naar huis!’ Iemand anders roept: ‘Goed zo Dan!’ De jongens staan inmiddels dichter om hen heen. De blonde jongen staat eerst ook te lachen, maar nu betrekt zijn gezicht. Danny duwt Sarah naar een flipperkast. Hij tilt haar op en zet haar boven op de flipperkast. De jongens staan om Danny heen. Ze schreeuwen hem toe en moedigen hem aan. Sarah probeert hem tegen te houden: ‘Wacht eens even.’ Zij probeert hem van zich af te duwen. Danny gaat door met zoenen en duwt haar achterover op de flipperkast. Sarah begint zich nu met heftige bewegingen te verzetten. Ze probeert hem met al haar kracht van zich af te duwen en begint te schreeuwen. De jongens staan nog steeds te lachen. Een van hen roept: ‘Zet ‘m op Danny! Ram ‘m erin!’ Danny pakt Sarah bij de keel en legt zijn hand op haar mond. Zij kan zich niet meer verweren. Het geschreeuw van Sarah gaat verloren in het gejuich en de aanmoedigingen van de jongens. De jongens eromheen schreeuwen: ‘Hij gaat ‘r dáár neuken! Hij gaat ‘r dáár neuken!’ Danny is bezig haar te verkrachten. Twee jongens, waaronder een blonde, kijken bezorgd. Na het bekijken van de fragmenten kunt u de volgende vragen stellen. U kunt ze eventueel ook overslaan, omdat ze uitgebreid aan de orde komen in de rechtzaak. - Wat vinden jullie van het gedrag van Danny? - Wat vinden jullie van het gedrag van Sarah? - Wat vinden jullie van het gedrag van de andere jongens? - Waaraan zagen jullie dat Sarah dit niet verder wilde? Vinden jullie dat zij dat duidelijk genoeg aangaf? Of was het zo dat ze misschien toch wel wilde? - Vinden jullie dat hier sprake is van een verkrachting? - Hoe zouden jullie reageren als jullie tussen de toeschouwers stonden? - In de film wordt Sarah na Danny door nog een paar jongens gepakt. Vinden jullie dat er dan sprake is van een verkrachting? Kern Leg de leerlingen uit hoe en met welke rolverdeling de rechtspraak gespeeld gaat worden: Sarah heeft aangifte gedaan bij de politie. Zij vertelt de politie dat ze verkracht is door Danny en daarna nog door twee andere jongens. Er komt een rechtzaak. Een rechtzaak in Amerika is anders dan in Nederland. Er is namelijk een jury die straks een oordeel moet geven. Vertel dat twee van de leerlingen getuigen zijn, de andere leerlingen zitten in de jury. Geef aan wie Sarah en wie Danny speelt. Speel zelf (ook), eventueel afwisselend met een collega, de rechter. De jury moet de getuigen, Sarah en Danny om de beurt ondervragen. De twee getuigen zijn twee jongens die alles hebben zien gebeuren. Zij hebben zelf niet meegedaan aan de verkrachting. Als rechter heeft u de taak om als spelleider op te treden en tijdens de verhoren vragen te stellen waar de leerlingen zelf niet opkomen. Stel de tafels op als in een rechtbank: een tafel voor de rechter, een tafel voor de getuigen, Sarah en
Relaties en seksualiteit - klas 4
253
Danny en een lange tafel voor de jury. Vraag aan de leerlingen wie getuige wil spelen. Een van de getuigen wordt voor Sarah en Danny gehoord, de ander na hen. Bedenk steeds voorafgaand aan een verhoor samen met de jury welke vragen aan de getuigen, Sarah of Danny worden gesteld. Ondertussen wacht de speler op de gang. Roep daarna de speler binnen en speel het verhoor uit. Getuige 1 De leerling die de eerste getuige is, gaat naar de gang. Onder begeleiding van de rechter bedenken de juryleden welke vragen ze zouden kunnen stellen. Mogelijke vragen zijn: - Wat heb je gezien? - Heb je gezien wanneer Sarah het nog wel wilde en wanneer niet meer? Waaraan kon je dat zien? - Vind je dat Sarah het zelf uitgelokt heeft? Waarom wel/niet? - Wilde Sarah zelf dat dit gebeurde? Alles? Waaraan kon je dat merken? - Vind je dat Danny te ver is gegaan? Hoe zou jij het noemen wat Danny heeft gedaan? - Vind je dat Danny Sarah verkracht heeft? Waarom wel/niet? - Wat deden de andere jongens die in het café aanwezig waren? - Wat was jouw rol tijdens deze gebeurtenissen? Sarah Daarna wordt Sarah gehoord. Degene die Sarah speelt, gaat de gang op om zich voor te bereiden op haar rol. Ondertussen bereidt de rechter met de juryleden de vragen aan Sarah voor. Geef aan dat het belangrijk is om zo gedetailleerd mogelijk te weten te komen wat er gebeurd is. Ook kunnen er vragen gesteld worden over dingen waar de jongens nieuwsgierig naar zijn. Mogelijke vragen (en antwoorden) zijn: - Waarom ging je uit? (Om het rotgevoel over mijn vriend die vreemd was gegaan te vergeten.) - Kende je Danny? (Nee, maar mijn vriendin kende hem wel.) - Vond je Danny leuk? (Ja, eerst wel.) - Wat had je aan? (Een rokje en een topje.) - Wat is er volgens jou precies gebeurd? (Ik ben uitgegaan. Ik had een leuke avond. Ik wilde alle rottigheid vergeten. Op een gegeven moment gingen Danny en ik zoenen. Maar na een tijdje wilde ik naar huis. Dat zei ik ook. Maar Danny ging door. Ik was nogal aangeschoten, dus het duurde even voor ik doorhad wat er gebeurde. Danny deed mijn rok omhoog. Dat wilde ik niet. Hij tilde me op de flipperkast. Toen werd ik door hem verkracht, daarna nog door twee andere jongens.) - Vond je het lekker? (Nee, ik vond het afschuwelijk, vernederend. Ik had het gevoel kapotgemaakt te worden. De joelende jongens die eromheen stonden, maakten dat nog erger.) - Waarom ging je zo uitdagend dansen? (Het gaf me op dat moment een gevoel iets waard te zijn, aandacht te krijgen, mooi gevonden te worden, wraak te nemen op mijn vriend. Ook had ik een gevoel van ‘schijt aan alles’.) - Heb je Danny duidelijk gemaakt dat je niet verder wilde? (Ja, ik heb gezegd dat ik naar huis wilde. Later heb ik gezegd: ‘Nee wacht eens even, nee, nee…’ Toen hij doorging, heb ik geprobeerd me lichamelijk te verzetten.) - Op wat voor manieren heb je je verzet? (Ik probeerde me los te worstelen, hem van me af te duwen. Ik wilde schreeuwen, maar Danny hield zijn hand voor mijn mond.) - Vind je dat je verkracht ben? Waarom? (Ja, het gebeurde tegen mijn wil. Danny gebruikte lichamelijk geweld.) - Op welke manier heeft Danny geweld gebruikt? (Hij duwde mij achterover op de flipperkast. Daarna pakte hij mij bij de keel. Toen ik probeerde mij los te worstelen, hield hij dat tegen.)
Relaties en seksualiteit - klas 4
254
-
-
-
Wat gebeurde er daarna? (Nadat ik verkracht ben, heb ik mij los geworsteld en ben ik de straat op gerend. Ik was helemaal overstuur. Toen heb ik aangifte gedaan bij de politie.) Wat zijn de gevolgen voor jou geweest van deze gebeurtenis? (Ik voel me heel erg vernederd. Ik voel me vies, bang op straat. Ik ben bang om de daders of de jongens die erbij waren tegen te komen. Ik wil niet meer vrijen, want juist dan moet ik vaak terugdenken aan de verkrachting. Dan kan ik alleen maar huilen.) Hoe voelde je je na deze gebeurtenis? (Ik voelde me erg gekwetst en vernederd, pijn, vies, kapotgemaakt. Ik haat Danny en die andere jongens. Mijn vertrouwen in jongens en mannen ben ik kwijt.)
Danny Vervolgens wordt Danny gehoord. Terwijl degene die Danny speelt op de gang wacht, bedenken de juryleden met hulp van de rechter welke vragen ze aan hem kunnen stellen. Mogelijke vragen (en antwoorden) zijn: - Wat is er volgens jou precies gebeurd? (Ik kwam Sarah tegen in de bar. We raakten aan de praat. Ik vond haar heel leuk.) - Wat gebeurde er verder? (Op een gegeven moment gingen we dansen en toen is het verder gegaan. Nou ja, toen zijn we gaan zoenen, strelen, en op een gegeven moment lagen we te neuken op de flipperkast.) - Heeft Sarah op wat voor manier dan ook laten blijken dat zij niet verder wilde gaan? (Nee hoor.) - Sarah vertelde dat ze op de dansvloer zei dat ze naar huis wilde. Kun jij je dat herinneren? (Nou nee. Dat weet ik niet meer. Ze was een beetje teut, dus ik nam haar niet meer zo serieus. Ik weet eigenlijk niet precies meer wat ze gezegd heeft.) - Je zegt dat je haar niet meer serieus nam. Maar ze heeft wel gezegd dat ze naar huis wilde? (Misschien wel. ’t Was meer een smoes.) - Hoezo? (Nou, om ertussenuit te knijpen.) - Dus ze wilde weg? (Misschien wel.) - Waarom ging je dan toch door? (Ze deed heel uitdagend. We dansten heel sexy en opwindend en toen dacht ik: nou, dan gaan we verder.) - Je vertelde dat jullie gemeenschap hadden op de flipperkast. Hoe kwam Sarah daarop terecht? (We botsten tegen de flipperkast aan. En toen ging ze er vanzelf op zitten.) - Sarah vertelde dat jij haar op de flipperkast hebt getild. (Nou misschien heb ik haar wel een handje geholpen.) - Sarah vertelde dat ze nee zei toen jij haar op de flipperkast tilde. Kun jij je dat herinneren? (Nee, dat kan ik mij niet herinneren. Ik lette eigenlijk ook niet zo op haar. Het was heel lawaaierig en iedereen stond te schreeuwen.) - Wat schreeuwden de omstanders? (Weet ik niet meer. Ze vonden het geloof ik wel opwindend.) - Bleef Sarah rustig op de flipperkast liggen of probeerde ze weg te komen. (We lagen te neuken. Ja, ze stribbelde wel een beetje tegen, maar niet zo erg.) - Sarah vertelde dat jij je hand voor haar mond hebt gehouden en haar keel dicht kneep, zodat ze niet kon schreeuwen. Kun jij je dat herinneren? (Nou, misschien dat ik haar daar wel heb aangeraakt, maar niet met die bedoeling.) - Vind je dat je haar verkracht hebt? (Natuurlijk heb ik haar niet verkracht. Als je iemand verkracht, dan wil die ander niet en dan dwing je haar. Maar ik heb haar niet gedwongen. Ze wilde het zelf. Ze heeft het zelf uitgelokt.) - Vind je dat je te ver bent gegaan of niet? (Ik vind niet dat ik te ver ben gegaan. Ja, ik kende haar niet zo goed. Ze was heel uitdagend, dus ze lokte het zelf uit.)
Relaties en seksualiteit - klas 4
255
Getuige 2 Tenslotte wordt de tweede getuige gehoord. Deze gaat naar de gang en de leerlingen bedenken met hulp van de rechter welke vragen de jury zou kunnen stellen. Mogelijke vragen: - Wat heb je gezien? - Heb je gezien wanneer Sarah het nog wel wilde en wanneer niet meer? Waaraan kon je dat zien? - Vind je dat Sarah het uitgelokt heeft? Waarom wel/niet? - Wilde Sarah zelf dat dit gebeurde? Alles? Waaraan kon je dat merken? - Vind je dat Danny te ver is gegaan? Hoe zou jij het noemen wat Danny heeft gedaan? - Vind je dat Danny Sarah verkracht heeft? Waarom wel/niet? - Wat deden de andere jongens die in het café aanwezig waren? - Wat was jouw rol tijdens deze gebeurtenissen? Uitspraak De rechter vraagt de jury een uitspraak te doen. Vragen aan de jury: - Is Danny schuldig aan verkrachting? Zo ja, welke straf moet hij krijgen? - Zijn de omstanders schuldig? Zo ja, welke straf moeten zij krijgen? Alle juryleden schrijven hun antwoord op. Daarna krijgen ze de kans om hun uitspraak toe te lichten. Zonodig discussieert de jury om te komen tot een gezamenlijk standpunt. Het, al dan niet gezamenlijke, standpunt wordt aan de rechter meegedeeld. De rechter doet uiteindelijk uitspraak: Danny wordt veroordeeld vanwege verkrachting tot een gevangenisstraf van vier jaar. De argumenten voor deze uitspraak zijn: - Hier was overduidelijk sprake van verkrachting. Sarah wilde op een gegeven moment niet verder en Danny gebruikte dwang, lichaamskracht en geweld om haar te dwingen tot seksueel contact. - Danny wist – had kunnen weten – dat Sarah niet verder wilde. Sarah heeft meerdere keren gezegd en met haar lichaam aangegeven dat ze niet wilde. Degenen die Danny hebben aangemoedigd, krijgen één jaar gevangenisstraf. Voor hen geldt weliswaar dat ze geen verkrachting gepleegd hebben, maar dat ze anderen aangezet hebben tot het plegen van een misdrijf. De argumenten voor deze uitspraak zijn: - Ze hebben niet ingegrepen om een misdaad te voorkomen waar ze getuige van waren. - Ze hebben Danny aangemoedigd en opgejut om Sarah te verkrachten. NB De andere twee verkrachters krijgen eveneens vier jaar, met dezelfde argumentatie als bij Danny. Afsluiting Bespreek de rechtzaak na. Wat vonden de leerlingen van de zaak? Wat zouden zij zelf doen als ze getuige zouden zijn? Zouden ze ingrijpen? Denken ze na deze les anders over verkrachting? Suggesties/ideeën/tips • Als alternatief van het naspelen van de rechtzaak of als aanvulling kunt u ook gebruik maken van het fragment uit de film waarin Sarah voor de rechter verschijnt. Dit fragment gaat als volgt:
Relaties en seksualiteit - klas 4
256
Inhoud derde fragment: Sarah komt de rechtszaal binnen. Haar haar is geknipt. De zaal zit vol met publiek. Ze loopt naar de getuigenbank en neemt plaats. Een werknemer van de rechtbank loopt naar haar toe met een bijbel. Sarah legt haar hand op de bijbel, de werknemer vraagt: ‘Zweert u de waarheid te spreken, de hele waarheid….’ Sarah zegt: ‘Ja.’ De rechter vraagt: ‘Uw naam?’ Sarah antwoordt: ‘Sarah Tobias.’ Daarna mag Sarah gaan zitten. Sarahs advocaat begint met haar ondervraging. Advocaat: ‘Miss Tobias, wilt u ons vertellen wat er die avond is voorgevallen?’ Sarah: ‘M’n vriend…m’n vriend en ik hadden ruzie gehad. Ik nam de auto om mijn vriendin Sally in ‘The Mill’ op te zoeken. Ik dacht dat ze wel gauw vrij zou zijn en dan konden we even praten.’ Advocaat: ‘Werkt ze daar?’ Sarah: ‘Ja, ze is serveerster, net zoals ik. Ze had pauze en we zaten in een hoekje te praten. Ene Danny bood ons drankjes aan. Ze kende ‘m, dus namen we ze aan. En we raakten aan de praat. Geestige knul. Vlotte babbel.’ Advocaat: ‘Wat gebeurde er toen?’ Sarah: ‘Een aantal lui gingen flipperen. Danny en ik speelden met Bob. Toen ’t mijn beurt was geweest nam ik ’n sigaret… ’n stickie. Iemand deed geld in de jukebox en die speelde mijn favoriete plaat, dus ik begon te dansen. Toen ging Danny met me dansen. Heel close, heel intiem. En toen kuste hij me…’ Advocaat: ‘Kunt u iets harder spreken?’ Sarah: ‘Hij kuste me.’ Advocaat: ‘Probeerde u hem te stoppen?’ Sarah: ‘Nee. Hij was stoned en ik dacht dat hij me dan wel met rust zou laten. Toen… stak hij… z’n hand onder m’n blouse en greep naar m’n borsten. Ik probeerde hem weg te duwen, maar hij trok me alleen harder naar zich toe. Hij legde z’n hand op m’n keel. Hij is beresterk. En toen …’ Advocaat: ‘Gaat u verder, miss Tobias.’ Sarah: ‘Hij kneep mijn keel dicht. En hij drukte me tegen de flipperkast. En hij scheurde mijn blouse stuk, tilde m’n rok op en trok m’n broekje omlaag, heel hardhandig. Ik… probeerde me te verroeren. Maar hij hield me vast en ramde… hij kuste me heel bruut en ramde z’n hand in m’n kruis. En ik hoorde anderen roepen: ‘Hou haar vast!’ En die grote, Kurt, hield m’n armen plat. En ik hoorde ze schreeuwen en klappen en joelen. En toen…. deed Danny z’n handen over m’n mond en m’n gezicht. En ik deed m’n ogen dicht. Hij drong bij me binnen. En toen wisselden ze. Ik hoorde ze roepen: ‘Corpspik, corpspik!’ En toen drong Bob bij me binnen. En de hele tijd werd er gejoeld en geklapt en gelachen. Toen hoorde ik ze om Kurt roepen: ‘Pikkie, pikkie!’ Toen wisselden ze weer en Kurt drong bij me binnen. En iedereen riep ‘Kurt, Kurt, Kurt!’ En ze hadden een yell…’ Advocaat: ‘Ga verder. Wat voor yell?’ Sarah: ‘Iets als ‘Neuk dat kutje’.’ Advocaat: ‘En het stond vol met mensen die toejuichten?’ Sarah: ‘Ja, en ik gaf hem een keiharde trap en vluchtte naar buiten. Iemand pikte me op en bracht me naar het ziekenhuis.’ Advocaat: ‘Geen vragen meer, Edelachtbare.’ • •
•
U kunt overwegen deze les alleen aan een jongensgroep te geven. Wanneer u de filmfragmenten van de verkrachting te indringend vindt, kunt u het ook aan de klas voorlezen. Als u dit ook nog te heftig vindt, kunt u het zwembadverhaal voorlezen uit het puberboek van Sanderijn van der Doef (zie bij Boeken). Wanneer de leerlingen les 10 van klas 3 nog niet gehad hebben, kunt u eventueel eerst deze les geven.
Relaties en seksualiteit - klas 4
257
Differentiatiemogelijkheden • Speel geen rechtszaak uit, maar stel vragen naar aanleiding van de beelden of het verhaal. • Seksuele vorming, onderdeel van PrOmotie, leermiddelenpakket voor het praktijkonderwijs, uitg. Edu’Actief. Infoboek, bladzijde 84 tot en met 89, Werkboek Samenleven, bladzijde 39 tot en met 42. Boeken • Het puberboek van Sanderijn van der Doef, uitg. Ploegsma, ISBN 9021616068. • De nieuwe buurt, MOLL-boek 4, te bestellen bij
[email protected]. Thema: verkracht worden. Kika verhuist naar een andere buurt. Haar kamer is prachtig, maar toch is ze niet blij. Ze mist haar vriendinnen. Dan wordt ze uitgenodigd voor een feest van de buurjongen. Het lijkt zo leuk, maar het loopt erg slecht af. Kika wordt verkracht en durft er niet over te praten. Achtergrondinformatie • Korte beschrijving van The accused, regie Jonathan Kaplan, 1988. Deze beschrijving is niet voor de leerlingen bestemd. Na een ruzie met haar vriend gaat Sarah Tobias (Jodie Foster) naar een louche kroeg om zich te bedrinken. Hier wordt Sarah door drie mannen verkracht onder toejuiching van de andere bezoekers. Als de daders er met een milde straf van af komen, begrijpt Sarah dat men haar verantwoordelijk acht voor de misdaad. Zij komt hiertegen in opstand, maar de enige getuige die haar kan helpen durft niet op de voorgrond te treden, uit angst voor represailles. • Een voorbeeld van hoe deze werkvorm kan verlopen in een jongensgroep: Tijdens het kijken naar de video identificeerden de meeste jongens zich met Danny. Een aantal jongens had de film al eerder gezien en wilde het vervolg, waarin Sarah door een aantal mannen verkracht wordt, ook zien. (Op dit verzoek werd uiteraard niet ingegaan.) Het verhoor van de getuige verliep redelijk goed. Op de vraag of Sarah het had uitgelokt, antwoordde de getuige: ‘Een beetje, omdat ze uitdagend gedanst had en Danny gewenkt had.’ Op de vraag of Sarah verkracht was, antwoordde hij bevestigend: het was duidelijk tegen haar wil gebeurd. Tijdens het verzinnen van vragen voor het verhoor van Sarah waren de jongens vooral bezig om voor elkaar te ‘scoren’. Er kwamen vragen als ‘vond je het lekker?’ en ‘hoe lang was zijn pik?’ Toen Sarah echter binnenkwam, durfden ze dit soort vragen niet meer te stellen. Doordat de rol van Sarah erg overtuigend werd gespeeld, waren ze onder de indruk van haar antwoorden. De ondervraging van Sarah verliep uiteindelijk heel goed en serieus. Hoe zij de verkrachting ervaren had, kwam hierbij duidelijk naar voren. De rechter (de andere begeleider) stelde enkele vragen ter aanvulling op de vragen die de jongens gesteld hadden. Tijdens de ondervraging van Danny betrapten de jongens hem op onwaarheden in zijn verhaal. Hij kreeg geen poot aan de grond met zijn bagatelliserende en ontkennende houding. Op twee van de vijftien jongens na was de gehele jury van mening dat Danny schuldig was aan verkrachting. De straffen varieerden van een alternatieve straf (‘omdat je daar veel meer van leert’, genoemd door één jongen) tot de doodstraf (in navolging van elkaar genoemd door de meerderheid van de jongens). Als reden om Danny schuldig te bevinden werd onder andere genoemd dat Danny misbruik had gemaakt van het feit dat Sarah dronken was, want daardoor had Sarah zich minder goed kunnen verweren. Van de twee juryleden die vonden dat Danny niet schuldig was, veranderde er één zijn mening. De andere jongen bleef van mening dat Sarah het had uitgelokt. De jury werd ook gevraagd te oordelen over de rol van de omstanders. De oordelen hierover varieerden.
Relaties en seksualiteit - klas 4
258
De rechtszaak werd afgesloten met de uitspraak van de rechter: Danny kreeg vier jaar, evenals de andere verkrachters. Degenen die hadden aangemoedigd, kregen één jaar wegens het aanzetten tot een misdrijf. (Dit zijn straffen naar Nederlandse maatstaven.) In de nabespreking kwam ook de vraag aan de orde wat zij zouden doen als zij getuige zouden zijn. Enkele jongens zeiden dat ze de politie zouden bellen. Een enkeling zou ingrijpen. Iedereen zou overigens ingrijpen als het om een zus of vriendin zou gaan. Bronnen Preventie van seksueel geweld - werkvormen voor preventieprogramma's voor jongens en/of meisjes van H. Spanjaard, uitg. RIAGG Amsterdam-Zuid/Nieuw-West.
Relaties en seksualiteit - klas 4
259
Zwanger worden goed
fout
O
O
O
O
worden.
O
O
4.
Van droogneuken kun je niet zwanger worden.
O
O
5.
Als de jongen geen stijve heeft gehad, kan het meisje niet O
O
O
O
zwanger worden.
O
O
8.
Als een meisje niet klaarkomt, dan kan ze niet zwanger worden.
O
O
9.
Als een jongen en meisje voor de eerste keer vrijen, kan het O
O
O
O
1.
Tijdens de menstruatie kan een meisje niet zwanger worden.
2.
Als een jongen klaarkomt buiten de vagina, kan het meisje niet zwanger worden.
3.
Als een meisje een jongen aftrekt, kan het meisje niet zwanger
zwanger worden. 6.
Als de jongen op tijd zijn piemel terugtrekt, kan het meisje niet zwanger worden.
Kopieerblad 4.1 - Relaties en seksualiteit
7.
Als het meisje nog nooit ongesteld is geweest, dan kan ze niet
meisje niet zwanger worden. 10. Als een jongen een meisje beft, kan ze niet zwanger worden.
Onveilig vrijen. Wat nu? De morning-afterpil Als je onregelmatig ongesteld bent, of als het niet duidelijk is wanneer de eisprong is geweest, is het verstandig om maatregelen te nemen na onveilig vrijen. De morning-afterpil is geen voorbehoedsmiddel, maar een noodmaatregel achteraf. Hoe eerder je de morning-afterpil neemt, hoe beter. Neem je de morning-afterpil binnen 12 uur na het onveilig vrijen, dan is de kans dat je zwanger wordt 0,5%. 2%. Tot een week na het onveilig vrijen kun je ook een morning-afterspiraal laten plaatsen. De kans dat je zwanger wordt, is dan bijna nul. Hoe werkt de morning-afterpil? In de morning-afterpil zit een hormoon dat voorkomt dat een bevruchte eicel zich nestelt in de baarmoeder. Je kunt erg misselijk worden van de morning-afterpil. Sommige vrouwen moeten overgeven of krijgen last van gespannen borsten. Als je binnen 4 uur na het innemen van de pil moet overgeven, werkt de pil niet. Dan moet je terug naar de dokter. Hoe gebruik je de morning-afterpil? Je krijgt twee pillen. De eerste pil moet je zo snel mogelijk innemen. In ieder geval binnen 72 uur na het onveilig vrijen. Twaalf uur nadat je de eerste pil hebt geslikt, neem je de tweede pil in. Hoe gaat het verder? Nadat je de morning-afterpil hebt gebruikt, kan je volgende menstruatie anders zijn. Je kunt meer gaan bloeden en op een ander moment in de maand. Als je na de pil niet ongesteld wordt, doe dan voor de zekerheid een zwangerschapstest. Ga daarna meteen naar de huisarts.
Kopieerblad 4.2a - Relaties en seksualiteit
Als je de morning-afterpil binnen 72 uur neemt na het onveilig vrijen, dan is die kans
Hoe kom je aan een morning-afterpil? Vanaf 2005 is de morning-afterpil te koop bij de drogist en apotheek. De pil kost ongeveer € 13,-. Als je jonger bent dan 21 jaar, wordt de morning-afterpil vergoed door de verzekering. Maar dan moet je wel eerst een recept halen bij een arts. Je kunt voor een recept naar je huisarts of naar de GGD.
Abortus of een kind? Als je te laat bent voor een morning-afterpil en je blijkt toch zwanger te zijn. Wat dan? Maak een afspraak met de Fiom. Op www.fiom.nl vind je adressen. Kopieerblad 4.2b - Relaties en seksualiteit
Bij de Fiom kunnen ze je goede informatie geven. Regel wel een tolk. Dat is gewoon gemakkelijk. Maak je geen zorgen, een tolk heeft geheimhoudingsplicht. De mensen van de Fiom helpen je om na te gaan wat voor jou de beste oplossing is: abortus, zelf opvoeden of adoptie. Als je kiest voor een abortus, moet je eerst naar een kliniek voor een onderzoek. Daar kijken ze hoe lang je al zwanger bent. Daarna kun je een abortus krijgen. Met een abortus maak je een einde aan de zwangerschap. Als je minder dan 18 weken zwanger bent, wordt je baarmoedermond verdoofd en opgerekt. Dan wordt je baarmoeder leeggezogen met een slangetje dat bij de vagina naar binnen gaat. Het bevruchte eitje komt hierbij met wat bloed en slijm naar buiten. Ben je al tussen de 18 en 22 weken zwanger, dan is het bevruchte eitje al flink gegroeid. Dan is een abortus ingrijpender. Je kunt dus niet te lang wachten met kiezen wat je wilt. Als je kiest voor een abortus, zorg dan dat de abortus binnen 13 weken gebeurt. Hoe eerder je erbij bent, hoe minder ingrijpend en vervelend het psychisch en lichamelijk is.
Kopieerblad 4.3 - Relaties en seksualiteit
Maagdenvlies
Vragen van dove/slechthorende jongeren 1.
Ik ben 16 jaar en verliefd op een horend meisje. Maar nu heb ik op het volleybaltoernooi een doof meisje leren kennen en die vind ik ook heel leuk. Wat moet ik doen?
2.
Mijn horende vriend heb ik in het café leren kennen. Hij wil steeds vrijen. Hij kan toch niet praten met mij, zegt hij. Ik begrijp dat wel, daarom vrijen we vaak. Maar soms denk ik dat hij alleen maar om het vrijen met mij gaat. Wat denk jij?
3.
Een vriend van mij is verliefd op een horende jongen. Hij wil het geheim houden, want anders weet meteen de hele dovenwereld het… en hij wil niet dat ze erover roddelen dat hij homo is. Hij zegt ook dat hij alleen een horende vriend wil heb-
Kopieerblad 4.4a - Relaties en seksualiteit
ben, omdat er weinig dove homo’s zijn. Ik begrijp mijn vriend wel, maar hij kan het toch niet altijd geheim houden? Wat kan ik tegen hem zeggen? 4.
Ik ben altijd alleen verliefd op horenden, nooit op doven. Is dat raar?
5.
Ik ben verliefd op een horend iemand, maar ik weet niet goed hoe ik contact moet maken. Ik durf in de horende wereld minder dan in de dovenwereld. Ik ben dan erg verlegen. Wat moet ik doen?
6.
Ik wil graag een dove vriend(in), maar de dovenwereld is zo klein. Ik kan niemand vinden. Wat raad je me aan?
7.
Ik ben een Turkse dove jongen. Mijn ouders willen dat ik met een Turks horend meisje trouw. Ik wil graag met een doof meisje trouwen. Dat vind ik belangrijker dan of ze Turks of Nederlands is. Wat moet ik doen?
8.
Ik ben een Marokkaans doof meisje en ik ben verliefd op een Nederlandse dove jongen. Mijn ouders willen dat ik later met een moslim ga trouwen. Mijn vriend is geen moslim, daarom mag ik niet met hem omgaan. Wat moet ik doen?
9.
Een dove vriendin van mij wil een horende vriend, want die vindt zij beter dan een dove jongen. Ik vind dat belachelijk. Wat vind jij?
10. Een vriend van mij wil een horende vriendin, want die vindt hij beter dan een doof meisje. Ik vind hem gestoord. Ja toch? 11. Ik ben verliefd en sms en msn heel vaak met mijn dove vriendje. Mijn ouders worden er gek van. Ik mag nu thuis maar 4 keer sms’en op mijn kamer en niet als mijn ouders erbij zijn. En ik mag ook maar een half uur op de computer msn’en. Ik vind dat onzin. Wat kan ik doen om de regel van mijn ouders te veranderen? 12. Ik wil graag vrijen met mijn vriendin. Eén keer hebben we het samen op mijn kamer gedaan. Maar toen kwam mijn moeder heel boos binnen. Hoe kon ze nu weten dat we aan het vrijen waren? Mijn vriendin en ik hebben geen geluid
Kopieerblad 4.4b - Relaties en seksualiteit
gemaakt, ze kon het niet horen. Nu durven we het niet meer.
De aidstest goed
weet niet
1.
Van één onveilig sekscontact kun je al besmet raken.
2.
Iemand die seropositief is, heeft een heel kleine kans om aids te krijgen.
3.
Van tongzoenen kun je besmet raken.
4.
Je kunt besmet raken met het hiv-virus als je de lepel
Kopieerblad 4.5a - Relaties en seksualiteit
gebruikt van iemand die seropositief is. 5.
Je kunt door een muggenbeet besmet worden.
6.
Veilig vrijen is hetzelfde als ‘voor het zingen de kerk uitgaan’.
7.
Twee condooms over elkaar gebruiken is nog veiliger.
8.
Als je seropositief bent, kun je beter geen kinderen krijgen.
9.
De anticonceptiepil beschermt je tegen besmetting met het hiv-virus.
10. Iemand die seropositief is, mag niet in een restaurant werken, omdat dat gevaarlijk is. Andere mensen kunnen door hem/haar besmet raken. 11. Iedereen kan aids krijgen, niet alleen voor homoseksuele mannen of drugsverslaafden. 12. Besmetting met het hiv-virus is te voorkomen.
fout
goed
weet
fout
niet 13. Je kunt aan mensen zien of ze seropositief zijn. 14. Besmetting via bloedtransfusie is in Nederland niet mogelijk. 15. Er bestaan testen die kunnen bewijzen dat je besmet bent met het hiv-virus.
Kopieerblad 4.5b - Relaties en seksualiteit
Kunnen zij nu met het hiv-virus besmet raken?
O ja
O weet niet
O nee
O ja
O weet niet
O nee
O ja
O weet niet
O nee
O ja
O weet niet
O nee
Relaties en seksualiteit - klas 4
268
11. The accused
10. Het aids bekerspel
9. De aids-test
8. Vragen beantwoorden
7. Een kind, en dan?
6. De eerste keer...wanneer?
5. Echt of onecht
4. Zwanger...sneller dan je denkt!
3. De eerste keer
2. Wegwijs in de seks
1. The beauty and the beast
Lesactiviteiten
Planningsformulier klas 4
Datum activiteit
Opmerkingen
Relaties en seksualiteit - klas 4
269
11.
10.
9.
8.
7.
6.
5.
4.
3.
2.
1.
Lesactiviteiten
Planningsformulier klas 4
Datum activiteit
Opmerkingen
Relaties en seksualiteit - klas 4
270