INHOUD
Inleiding
3
Tentoonstelling
4
Praktische informatie
9
Persfoto’s
10
Colofon
16
2
INLEIDING ARCHETYPES ARCHITECTUUR IN TURKIJE DOORHEEN DE EEUWEN Het CIVA is verheugd deel te nemen aan deze nieuwe editie van EUROPALIA, dit jaar gewijd aan Turkije. Vanaf de eerste nederzettingen tot vandaag, werd de geschiedenis van Anatolië gekenmerkt door een voortdurend veranderen, vernieuwen en opnieuw bevestigen van zijn cultuur. Deze dynamiek en constante dialoog tussen verleden en heden weerspiegelt zich ook in de geschiedenis van de architectuur, waarbij archetypische elementen (de tent, de minarettoren, de kolom, de karavanserai, enz.) de tijd doorstonden en vandaag nog zichtbaar zijn in talrijke hedendaagse realisaties. De tentoonstelling biedt een unieke en vergelijkende lezing van de Turkse architectonische geschiedenis in relatie tot de hedendaagseprojecten door middel van een aantal case studies uit verschillende regio’s en tijdperken. Het voorgestelde project wil het accent leggen op de Archetypes en hun herinterpretatie, en dit door middel van een dialoog tussen de maquettes en de grafische documenten.
3
TENTOONSTELLING Wie zich interesseert voor de architectuur in Turkije wordt meegesleept op een reis naar verre tijdperken, waar de wortels van onze beschavingen liggen. Dankzij de technische evolutie werd de mens zo’n tienduizend jaar geleden sedentair en ontwikkelde hij zijn aanleg voor het bouwen. In de alluviale vlakten van de Eufraat en de Tigris, in die Vruchtbare Sikkel die zich uitstrekt over delen van de moderne staten Turkije, Syrië, Irak en Iran, vonden de eerste vormen van verstedelijking plaats: Çatalöyük, Uruk, Babylon… De geschiedenis van die steden is tot ons gekomen via ruïnes, inscripties, tekeningen en teksten, waarvan sommige een gewijde status bezitten. We bestuderen de geschiedenis doorgaans aan de hand van kaarten met veranderlijke grenzen. Maar bekeken vanuit het perspectief van de architectuur krijgt ze iets paroxysmaals. De overdracht van kennis en tradities – de beitelslagen van de steenhouwer, de vaardigheden van de timmerman of het vernuft van de architect en zijn plannen, om er maar enkele te noemen – geven blijk van de talrijke uitwisselingen tussen de volkeren. De monumenten die aan de tand des tijds hebben weerstaan zijn meestal wel symbolen van de politieke of religieuze macht, maar ze laten er geen twijfel over bestaan dat de bouwers die ze optrokken hun stiel met uiterste toewijding bedreven. De historische gelaagdheid van het gebied binnen de grenzen van het huidige Turkije maakt de bestudering van de bouwkunst in die uitgestrekte regio bijzonder complex. Hier is een uitputtend of lineair relaas niet op zijn plaats. De ‘geografie van de Turkse architectuur’ kan immers alleen maar bestempeld worden als een ‘volkerenmozaïek’, met sporen van achtereenvolgens de Sumeriërs, de Hittieten, de Grieken, de Romeinen, de Urarteërs, de Byzantijnen, de Seltsjoeken en uiteindelijk de Ottomanen. En daarbij mag de culturele inbreng van nabije culturen en minderheden niet worden vergeten. Sinds zijn ‘oprichting’ in 1923 heeft het moderne Turkije de afgelopen eeuw de modernistische en postmodernistische modellen uit onze geglobaliseerde architectuur in de armen gesloten. De jonge Republiek kon bogen op de inbreng van Europese ontwerpers die door de toenmalige autoriteiten waren uitgenodigd om de nieuwe natie mee op te bouwen, alsook op die van vele Duitse academici die op de vlucht waren voor het Naziregime1. Daarbij kwam dat Turkse architecten veel meer reisden en het aantal publicaties in het Turks een enorme toename kende. De Westerse invloed op de architectuur is zichtbaar vanaf de helft van de 19de eeuw, tijdens de moderniseringsperiode van het Ottomaanse Rijk (Tanzimat2). Het beroep van architect3, tot dan toe voorbehouden aan moslims die deel uitmaakten van de Hâssa-loge van keizerlijke architecten4, werd toegankelijk voor Levantijnen5. Zij waren meestal in de Schone Kunsten opgeleid aan Europese academies en stonden aan de wieg van de eerste versmelting tussen lokale en Westerse stijlen.
1
Sibel Bozdoğan en Esra Akcan ‘’Turkey”, Mordern architectures in history, Reaktion Books, Londen, 2012, pag. 27
Tanzimat (‘reorganisatie’, in Ottomaans Turks) is een periode van diepgaande transformatie van het Rijk, die is ingezet onder sultan Abdul Mecid I en geduurd heeft van 1839 tot 1876. 2
3
Yoann Morvan en Sinan Logie, Istanbul 2023, editions B2, Paris, 2014, hoofdst. 6
4
De Hâssa architectenloge was het equivalent van de Orde van Architecten tijdens de Ottomaanse periode. De organisatie was onderdeel van het Janissarenkorps en hing rechtstreeks af van het keizerlijke hof. Vanaf de 19de eeuw verwees de term ‘Levantijn’ in het Ottomaanse Rijk naar niet-Turkse en niet-moslim onderdanen zoals de etnische Grieken in Turkije, de Armeniërs, de Italianen en andere geassimileerde vreemdelingen. 5
4
In het verlengde daarvan heeft de moderne en hedendaagse Turkse architectuur, die buiten de landsgrenzen geen grote bekendheid geniet, een opmerkelijke synthese tot stand gebracht tussen de regionale archetypen en het internationale vocabulaire. Dat deze combinatie zo zeldzaam is in het Oosten komt wellicht doordat Turkije gevrijwaard is gebleven van de invloed van het kolonialisme, waarbij modellen werden opgelegd zonder veel oog voor lokale nuances. De studie van de morfogenese van de architecturale archetypen in Turkije is als een wervelwind van diverse invloeden. Het is een waar epos, dat de diverse wereldvisies lijkt te weerspiegelen die de mens wereldwijd en door de eeuwen heen heeft ontwikkeld: vanaf de positie van centraal element, dat zich verhoudt tot zowel het microals het macroniveau, tot die van een demiurg die zelf de grens tussen het natuurlijke en het kunstmatige bepaalt. Die gedaanteverwisselingen van de ruimte houden gelijke tred met ons wisselend wereldbeeld. Door de langdurige en gestage evolutie van de archetypen in de architectuur zijn de nomadische en niet-monumentale architectuurvormen uiteindelijk geassimileerd en vertaald in gebouwen van steen. Tijdens hun omzwervingen vanaf de steppen van Centraal-Azië namen de Turkse volksstammen in de loop der eeuwen allerlei bouwtechnieken over – en tegelijkertijd bekeerden ze zich tot de islam. Het vestigingsproces van de Turkse volksstammen in Anatolië ging gepaard met een vermenging van ruimtelijke en ornamentele elementen, van zowel lokale als uitheemse oorsprong. Die werd bepaald door de migratiestromen en met name door perkamenten die op de Zijderoute werden verhandeld. Die uitwisselingen namen een vlucht rond de renaissance, toen de boekdrukkunst zich uitbreidde. In Europa wordt de renaissance vaak herleid tot de herontdekking van de klassieke Griekse voorbeelden. Niettemin hadden de verhandelingen over optiek die Alhazen 6 in de 11de eeuw in Bagdad schreef een grote impact op zowel de Westerse als de Oosterse architectuur. In de 13de eeuw bereikte zijn Boek der optometrie het toen door Arabieren bezette Andalusië, waar het in een klooster in het Latijn werd vertaald, onder de titel Perspectiva. De verspreiding van dit werk doorheen Europa heeft mede bijgedragen tot de ontwikkeling van de perspectiefregels door Brunelleschi en Alberti 7, wat een rechtstreekse invloed had op de evolutie van de Europese architectuur. Ondanks deze gemeenschappelijke bron ging de verbeeldingsstructuur in beide culturen een andere richting op. Terwijl het Westen zijn verbeelding baseerde op het kijken, gaf men in het Oosten de voorkeur aan een introspectieve zoektocht en een verdieping van de abstractie. De ene traditie dacht in ruimtelijke concepten, waar de andere zich toelegde op een meditatieve, meetkundig vormgegeven verinnerlijking. Die innerlijke beleving wordt in architectuurtermen vaak vertaald door een nadruk op het ruimtelijke middelpunt, wat aansluit bij het voor de islam fundamentele eenheidsdogma of Tawhid.
De opbouw van de ruimte berust in de Europese architectuurtraditie op perspectief en projectie. De Oosterse architectuur daarentegen is, onder invloed van Alhazens werk, gebaseerd op het codificeren van lijnen die doen denken aan patronen uit de fractale meetkunde. De monumenten waren een driedimensionale vertaling van die ingewikkelde meetkundige motieven. Helaas zagen de oriëntalistische scholen in die complexiteit vaak niet meer dan versiering. Dat er verschillend wordt gekeken blijkt ook wanneer men de klassieke Europese schilderkunst vergelijkt met de Oosterse miniatuurkunst. De Europese schilder projecteert zijn wereldvisie vanaf een uniek gezichtspunt. De Oosterse miniatuur vertaalt een transcendentale zienswijze; het is een metafoor voor het licht dat de ruimte overspoelt. Die laatste weergavetechniek biedt veelvuldige gezichtspunten op eenzelfde voorwerp, waardoor het affiniteiten vertoont met het kubisme.
6
Alhazen (965-1039) heette eigenlijk Abu Ali al-Hasan en was een uit Perzië afkomstige wiskundige, filosoof et fysicus. Hij schreef over meetkunde en optiek die van groot wetenschappelijk belang waren. 7
Hans Belting, Florenz und Bagdad: Eine westöstliche Geschichte des Blicks, Beck C.H. Verlag, München, 2008
5
Tijdens de Ottomaanse periode is het aniconisme (verbod op afbeeldingen) in de loop der eeuwen in wisselende mate gehandhaafd. Niettemin werden afbeeldingen, in het bijzonder miniaturen, regelmatig aan teksten toegevoegd, bijvoorbeeld bij de beschrijving van een veldslag.
De archetypen die we in het raam van deze tentoonstelling hebben toegelicht zijn maar een staal van de karakters die in de Turkse architectuur – in de breedste zin – terug te vinden zijn. Deze presentatie is maar een begin van een onderzoek dat we in de toekomst graag verder willen uitdiepen. Ze behandelt ontwikkelingen die aan het Ottomaanse Rijk voorafgingen, aan de hand van prehistorische elementen zoals de verstedelijking van Çatalöyük. Daarna wordt de blik verlegd naar het Ottomaanse Rijk, met enkele voorbeelden van meesterwerken in Seltsjoekse stijl. De tentoonstelling laat vroege versmeltingen en toe-eigeningen zien van lokale of door hun bouwers geïntroduceerde architectuurkenmerken. Alleen al aan de Ottomaanse periode zou een tentoonstelling gewijd kunnen worden. Omdat het Rijk zo lang heeft geduurd, zo uitgestrekt was en zoveel middelen heeft ingezet, is die periode bijzonder rijk aan architectuurschatten. Daarnaast is het ondenkbaar voorbij te gaan aan de figuur van Mimar Sinan (1489-1588). Hij was meesterarchitect onder drie sultans 8 en ontwierp een vierhonderdtal gebouwen. Door zijn staat van dienst – en door de legendes die aan hem verbonden zijn – is hij nog steeds een dominante figuur in het Turkse discours over architectuur. Van bij de verovering van Constantinopel, in 1453, zag sultan Mehmet II de Veroveraar zijn staat als de voortzetting van het Romeinse en het Byzantijnse Rijk. Mimar Sinan en zijn voorgangers kregen de opdracht een synthese te maken van het lokale erfgoed en de Mongoolse, Perzische en Seltsjoekse invloeden. De typische op baldakijnen geplaatste koepels zijn in dat opzicht ontleend aan de Byzantijnen. Daarnaast heeft Sinan een immense invloed op de Ottomaanse architectuur uitgeoefend door zijn codificatiearbeid. Zijn archetypen voor het ontwerp van moskeeën en andere monumenten moesten immers de hiërarchische, meritocratische structuur van het Rijk weerspiegelen. Teksten uit die periode wijzen uit dat de meester-architect op de hoogte was van het werk van zijn Europese tijdgenoten, via buitenlanders die Constantinopel 9 bezochten. Die wederzijdse beïnvloeding ligt aan de oorsprong van de toename in experimenten met grote koepelstructuren, zowel bij de Ottomanen als bij hun Italiaanse evenknieën zoals Palladio. Deze wisselwerking heeft ervoor gezorgd dat de centrale ruimte een monumentaal archetype is geworden in beide culturen. De enorme invloed van Sinan tijdens de Ottomaanse periode vindt in de moderne Turkse architectuur een echo in de figuren van Sedad Hakkı Eldem (1908-1988) en Turgut Cansever (1921-2009). Sedad Hakkı Eldem studeerde van 1924 tot 1928 aan de Academie voor Schone Kunsten van Istanbul (nu Mimar Sinan Universiteit). In 1929-30 ontmoette hij Auguste Perret en Le Corbusier in Parijs en Hans Poelzig in Berlijn, die zijn denken aanscherpten. Maar zijn vormentaal is vooral beïnvloed door Frank Lloyd Wright10 en diens onderzoek naar Japanse huizen. Sedad Hakkı Eldem heeft talloze schetsen en tekeningen nagelaten die getuigen van zijn onderzoek naar het traditionele Turkse huis. Zijn vruchtbare carrière is een voorbeeld van de combinatie van modernistische denkwijzen en lokale archetypen en hij was dan ook in menig opzicht een voorloper van de Europese contextualistische stromingen. Turgut Cansever heeft een zo mogelijk nog vreemder parcours afgelegd. Hij zwoor de dogma’s van een uiterst gerationaliseerde wereld af en wilde door middel van zijn werk een spirituele zoektocht afleggen. Zijn
8
Süleyman de Grote, Selim II en Murat III
9
Gülrü Necipoğlu, The age of Sinan. Architectural culture in the Ottoman Empire’, Reaktion Books, London, 2005, pag. 98 Sibel Bozdoğan, Suha Özkan, Engin Yenal, Sedad Eldem. Architect in Turkey, Literatür, Istanbul, 1987, pag. 26
10
6
oeuvre is, net als dat van Sedad Hakkı Eldem, doordesemd met lokale invloeden en in zijn denken over ruimte is de invloed voelbaar van zijn theologische benadering van de islam. De erfenis van Sedad Hakkı Eldem en Turgut Cansever is terug te vinden in de praxis van talrijke architecten in Turkije. Dat geldt voor hun voormalige medewerkers, partners of studenten zoals Behruz Çinici, Doğan Tekeli, Şandor Hadi en Sevinç Hadi, die in de tentoonstelling aan bod komen. Als we naar de hedendaagse architectuurpraktijk kijken, is het merendeel van de bureaus in Istanbul gevestigd. De grootstad aan de Bosporus is al decennialang het economische en culturele hart van Turkije. Het was nu eenmaal niet mogelijk om in het kader van deze tentoonstelling een plaats in te ruimen voor dat enorme aantal architecten. We hebben dan ook verkozen om aandacht te besteden aan kleine en middelgrote bureaus die hun reputatie hebben opgebouwd via architectuurwedstrijden en overheidsprojecten. Behalve Nevzat Sayın en Han Tümertekin, met hun duidelijk contextualistische benaderingswijze, zijn de vertegenwoordigers van deze nouvelle vague TeCe Architecture en Teğet Architecture, die aan alle grote wedstrijden deelnemen, en Şanal Achitecture, een bureau dat is opgericht door een Turks-Amerikaans echtpaar en zich concentreert op de delicate kwestie van de publieke ruimte. Evenals voor hun voorgangers het geval was, blijkt uit de diversiteit aan benaderingen, stijlen en archetypen van deze nieuwe generatie eens te meer dat de architectuur – volgens Ludwig Mies Vander Rohe ‘het ware slagveld van de menselijke geest’ – geen grenzen kent.
7
DE CURATOREN
Sinan Logie Sinan Logie is in 1998 afgestudeerd aan het Institut Supérieur d’Architecture Victor Horta en hij was tot 2005 medewerker van het bureau l’Escaut Architectures. Hij ontwikkelde naderhand een persoonlijk traject: een nomadische beoefening van kunst, architectuur en stedelijk onderzoek. Zijn project voor de Ursulinensquare in Brussel, in samenwerking met L’Escaut, werd beloond met de Grote Prijs van de Gouden Regels voor de Stedenbouw 2007. Sinan Logie woont sinds 2011 in Istanbul, waar hij zijn tijd verdeelt tussen lessen aan de Istanbul Bilgi University, een kunstenaarspraktijk (ÖktemAykut galerie) en stadsactivisme. In zijn workshops bestudeert hij met studenten het stedelijk weefsel van de Turkse megalopool, met bijzondere aandacht voor participatieprojecten in de ‘informele wijken’ van Istanbul (gecekondular in het Turks). In 2012 was Sinan assistent van Cédric Libert voor het project
CITY. Hij was eveneens curator van de tentoonstelling ‘Growing up in a growing metropolis’ in Studio-X Istanbul. In 2014 schreef hij samen met de Franse antropoloog Yoann Morvan (CNRS, IDEMEC) het boek Istanbul 2023 (editions B2). Met de stadsactivist Yaṣar Adanalı stichtte Sinan ook nog het onafhankelijke instituut voor stedelijk onderzoek Beyond Istanbul op. Sinds januari 2015 is Sinan hoofdredacteur van het academische tijdschrift The Journal of Biourbanism.
8
PRAKTISCHE INFORMATIE EUROPALIA Turkey: Archetypes. Architectuur in Turkije doorheen de eeuwen. EXPO 14.10.2015 > 31.01.2016
CIVA - Kluisstraat 55,
1050 Brussel MAR > VEN / DIN > VRIJ 12:00 > 18:00 SAM > DIM / ZAT > ZON 10:30 > 18:00 WWW.FACEBOOK.COM/CIVABELGIUM WWW.CIVA.BE PERSBEZOEK: JEU / DON 13.10.2015 14:30 VERNISSAGE JEU / DON 13.10.2015 18:30 TARIEVEN Volwassenen: 10 € Korting (studenten, werkzoekenden, senioren): 5 € Groepen (vanaf 10 personen): 6 €- 4 € Vrije toegang (-18 jaar, pers)
GELEIDE BEZOEKEN Nl, Fr, En via Arkadia asbl Koningstraat 2-4
1000 Brussel
T: +32 (0)2 563 61 53
F: +32 (0)2 563 61 60
M: [email protected] - http://www.arkadia.be 60 € overdag 70 € ’s avonds Voor leerlingen uit de lagere en middelbare scholen: vrije toegang + gids Voor studenten van universiteiten en hogescholen: 2 € /pers. + gids
9
PERSFOTO’S DE FOTO’S KUNNEN IN ZIP-FORMAAT GEDOWNLOAD WORDEN VIA WWW.CIVA.BE > PRESS EUROPALIA TURKEY: ARCHETYPES. ARCHITECTUUR IN TURKIJE DOORHEEN DE EEUWEN. EXPO 14.10.2015 > 31.01.2016
CIVA - Kluisstraat 55
1050 Brussel PERSCONTACT Véronique Moerman, Hoofd Communicatieafdeling International Center for City, Architecture & Landscape CIVA - Rue de l'Ermitage, 55, Kluisstraat Bruxelles 1050 Brussel T. +32 2 642 24 53 - F. + 32 2 642 24 55 – Gsm 0495 78 30 16 CIVA: www.civa.be 01 – Kantoren van de Sociale Zekerheid. Architect: Sedat Hakkı Eldem Zeyrek – Istanbul 1962- 64. Foto: Sinan Logie
02 – Silhouet van de kantoren van de Sociale Zekerheid door Sedat Hakkı Eldem + Zeyrek moskee, voormalig klooster van Christus Pantocrator. Foto: Sinan Logie
10
03 - Silhouet van de kantoren van de Sociale Zekerheid door Sedat Hakkı Eldem + Süleymaniye-moskee door Mimar Sinan (1550-57). Foto: Sinan Logie
04 – Silhouet van de Süleymaniye-moskee door Mimar Sinan (1550-57). Foto: Sinan Logie
1b. De hammam van Beyazıt en de Centrale bibliotheek van de Universiteit van Istanbul (Architecten: Şandor Hadi, Sevinç Hadi en Hüseyin Başçetinçelik (1969-1985) – Foto: SALT Arṣiv
11
2b. De Moskee van de Grote Nationale Assemblee. Architecten: Behruz en Can Çinici, 1989 – Foto: Reha Günay
3b. De Moskee van de Grote Nationale Assemblee. Architecten: Behruz en Can Çinici, 1989 – Foto: Reha Günay
12
4b. Moskee van de Nationale Assemblee, Ankara, 1989. Architecten: Behruz en Can Çinici. Foto: Archief van de architecten
5b. ‘Gön’ Leerfabriek, Istanbul. Architect: Nevzat Sayın, 1992. Foto: Cemal Eldem
13
6b. Çakırağa herenhuis, te Ödemiṣ. Architect: Şerif Aliağa, 1761, Foto: SALT Arṣiv
7b. Keukens van het Topkapı-paleis, Istanbul. Architect: Sinan (1574), renovatie: Teğet Architecture (2014) – Foto: Cemal Eldem
14
8b. Keukens van het Topkapı-paleis, Istanbul. Architect: Sinan (1574), renovatie: Teğet Architecture (2014) – Foto: Cemal Eldem
9b. Vehbi Koç centrum voor kunst en cultuur, Gölcük. Architect: TeCe Mimarlık (TeCe Architecture), 2011. Foto: Murat Germen
15
ARCHETYPES – L’architecture en turquie à travers les siècles ARCHETYPES – Architectuur in Turkije doorheen de eeuwen ARCHETYPES - Arketipler, yüzyıllar boyunca Türkiye’de mimari
ORGANISATION / ORGANISATIE CIVA / EUROPALIA Ministerie van Cultuur en Toerisme van de Republiek Turkije
TENTOONSTELLING CURATOREN Sinan Logie Melek Akso ORGANISATIE EN PRODUCTIE CIVA Christophe Pourtois Marcelle Rabinowicz Jacques de Neuville WETENSCHAPPELIJK MEDEWERKERS (Architectuurfaculteit van de Istanbul Bilgi Universiteit) Ece Ünübol
Efe İlteray
Gülberk Karaağaç
Özgür Demirbuga
Yunus Emre Dokumacioğlu COMMUNICATIE, PR & PERS Véronique Moerman GRAFISCH ONTWERP Manu Blondiau, NEUTRE Sinan Logie
Melek Aksoy VERTALING Maxime Schouppe Yasemin Sezgin Nilüfer Şaṣmazer OPBOUW Renaud De Staercke & Christophe Meaux, ADMINISTRATIE Marcelline Bosquillon & Andrea Flores LOGISTIEK Aicha Benzaktit + Mimoun Bouhamza + Mostafa Chafi + Mabiala Mpiniabo M’Bulayi Jean-Claude Gala Mbenga + Abdoulaye Gaye
EUROPALIA TEAM Baron Luc Bertrand
, Commissaris-generaal EUROPALIA TURKEY Barones Kristine De Mulder
, Directeur-generaal EUROPALIA TURKEY Dirk Vermaelen, Artistic Director
Eva Bialek, Project Exhibition coordinator
16
Colette Delmotte, Promotion & PR officer Inge De Keyser, Press officer
CREDITS AFBEELDINGEN / PLANNEN / TEKENINGEN Salt Arṣiv Arkitera Cemal Eldem Murat Germen
MET DANK AAN
Marie Vanhamme, Voorzitster, en leden van de algemene vergadering van CIVA
Voor zijn steun aan het project: Hasan B. Kahraman Voor hun bijdrage: Serhat (Ilgi Özalit), Yaṣar Adanalı, Hisar Lojistik, Mert Demiral & Pınar Bilgen Voor zijn technisch advies: Erem Erdemgil Voor het delen van hun kennis: Asli Can (Salt), Can Çinici, Sevinç Hadi, Cem Ilhan, Mehmet Kütükçüoğlu, Nevzat Sayın, Murat + Alexis Şanal, Doğan Tekeli et Han Tümertekin Voor zijn kritische blik: Uğur Tanyeli En meer algemeen: Olivier Bastin, Carine Jacques, Cédric Libert, Ihsan Bilgin, Tansel Korkmaz, Sümbül Eren, Philippe Logie, Nicole Cahen et Timur Logie
MET DE STEUN VAN
17