OVERVLOED IN NEDERLAND Een onderzoek in opdracht van Delta Lloyd Group naar financieel gedrag en keuzes, overzicht in inkomsten en uitgaven en concrete gevolgen van de economische crisis September 2012 Karin van Steensel Annemarie Mets-Op ‘t Land 29773 1
Inhoud
1. Inleiding 2. Overall conclusies 3. Resultaten Financiële rolpatronen Financieel gedrag en overzicht Sparen Schaarste en lenen Economische crisis Taboe
4. Bijlage Onderzoeksverantwoording
2
Inleiding
3
Vier thema’s als onderwerp van onderzoek. Vierde onderzoek naar thema “Overvloed”. Achtergrond Delta Lloyd is een betrouwbare, toonaangevende organisatie met een duidelijke visie op de toekomst van financiële dienstverlening. Als verzekeraar wil zij ‘kritisch op geld’ zijn: op geld van haar klanten en aandeelhouders, maar ook op geld van de maatschappij en op haar eigen gelden als bedrijf. Om aan die visie meer ‘handen & voeten’ te geven, pakt Delta Lloyd Group elk kwartaal inhoudelijk een financieel thema aan waarop zij kritisch ingaat, onder meer in het Delta Lloyd Magazine dat als bijlage verschijnt bij het FD. In opdracht van Delta Lloyd Group doet Intomart GfK in 2012 voor vier verschillende thema’s onderzoek naar de oorzaken en achtergronden van ieder thema. In dit vierde onderzoek staat het thema ‘overvloed’ centraal. Binnen dit thema wordt ingezoomd op mannen en vrouwen van 25 t/m 64 jaar. Hoe ziet het er financieel gezien uit binnen huishoudens in Nederland? Wie nemen de beslissingen? Hoe zit het met het spaar- en leengedrag? Voelen we de crisis in onze portemonnee, en zo ja: welke gevolgen heeft dat? Als er geldtekort is, hoe lossen we dat dan op op korte en langere termijn? Relevante verschillen tussen diverse subgroepen (bijvoorbeeld op basis van leeftijd, inkomen en levensfase) lichten we hierbij steeds uit.
4
Overall conclusies
5
Overall conclusies Vrouwen lijken vaker uit emotie financiële beslissingen te nemen dan mannen. Zij zijn sterker dan mannen gefocust op korte termijnoplossingen en –beslissingen en lijken vaker ‘inconsequent’ in het afstemmen van hun beslissingen op hun uitgangspunten. Vrouwen voelen zich financieel minder vaak veilig dan mannen, en hebben ook vaker financiële zorgen. Bovendien geven ze vaker dan mannen aan, niet te weten of ze er nog vertrouwen in kunnen hebben dat het sociale vangnet van de overheid over 10 jaar nog bestaat. Toch leidt die onzekerheid er niet toe dat vrouwen sterker focussen op de lange termijn. Ze geven, vaker dan mannen, bij financiële overwegingen blijk van een neiging tot korte termijnacties en –oplossingen. Zo zijn vrouwen minder geneigd om een financiële meevaller te gebruiken om af te lossen op een schuld of de hypotheek, en zijn ze relatief sterk geneigd tot het verkopen van spullen als oplossing voor structureel financieel tekort. Daarnaast zien we dat vrouwen minder bereid zijn om te investeren in de financiële lange termijn. Ze zijn minder bereid om geld te lenen voor een woning of voor woningverbetering dan mannen, en ook minder bereid om te sparen voor de aflossing op de hypotheek. Tegelijk zijn vrouwen minder voorzichtig dan mannen in het nemen van persoonlijke beslissingen die lange termijnconsequenties hebben op financieel gebied. Ze zijn minder dan mannen geneigd om een scheiding te voorkomen vanwege de mogelijke financiële consequenties, en vinden minder vaak dan mannen dat ze zich geen gezinsuitbreiding kunnen veroorloven. Al met al lijkt het erop dat in de financiële beslissingen van vrouwen de emotionele component sterker vertegenwoordigd is dan onder mannen.
6
Conclusies – Financiële rolpatronen Nederlandse mannen en vrouwen nemen financiële beslissingen vooral samen. Mannen zeggen vaker dan vrouwen zelf te beslissen over de verschillende financiële onderwerpen, alleen over de dagelijkse uitgaven (boodschappen) voelen vrouwen zich sterk ‘in charge’. Over alle financiële onderwerpen zeggen de meeste mannen en vrouwen samen te beslissen, vooral over grote uitgaven (82%). Over de hele linie zien we dat mannen sterker het gevoel hebben de beslissingen vaker (grotendeels) zelf te nemen. Vooral bij beleggen doet dit zich voor (24% van de mannen meent hier zelf over te beslissen, bij vrouwen is dit 8%), maar ook bij langdurige financiële beslissingen als het afsluiten van verzekeringen is dit bijvoorbeeld duidelijk zichtbaar. Een compleet ander beeld zien we als het gaat om de dagelijkse uitgaven: driekwart van de vrouwen meent hierover vooral zelf de beslissingen te nemen (mannen herkennen zich hierin overigens vaak niet, een meerderheid vindt dat over de dagelijkse uitgaven gezamenlijk wordt besloten). We zien hier een mooie parallel met het onderzoek Vrouwen & Geld, waarin – heel rolbevestigend – naar voren kwam dat vrouwen zich in sterke mate verantwoordelijk voelen voor de huishoudelijke taken, waaronder boodschappen doen. In Meiden & Later zagen we dat jongeren herkennen dat vooral hun moeders verantwoordelijk zijn voor de boodschappen en meiden zijn ook vrij sterk geneigd om die taak later naar zich toe te willen trekken.
7
Conclusies – Financieel gedrag en overzicht Mannen en vrouwen zeggen hun financiën goed op orde te hebben, vrouwen lijken iets slordiger. Vrouwen letten beter op de prijzen bij het boodschappen doen, maar geven over het algemeen gemakkelijker geld uit en voelen zich financieel wat minder veilig en meer bezorgd dan mannen. Zowel mannen als vrouwen vinden dat ze financieel overzicht hebben: 8 van de 10 heeft goed inzicht in inkomsten en uitgaven, driekwart heeft een geordende administratie en 9 van de 10 zegt rekeningen altijd op tijd te betalen. Tegelijkertijd is een kwart van de mannen en 3 van de 10 vrouwen wel eens iets kwijt in de administratie. Mannen lijken wat sterker geneigd om hun inkomsten en uitgaven bij te houden in een kasboek of spreadheet. Mannen en vrouwen herkennen zich in gelijke mate in minder verstandig financieel gedrag zoals roodstaan en wel eens iets kopen dat je je eigenlijk niet kunt veroorloven. Wel zien we enkele stereotypen bevestigd: vrouwen hebben vaker een ‘gat in hun hand’ maar letten beter op de boodschappenprijzen. Dat laatste zal zeker samenhangen met de verantwoordelijkheid die vrouwen voelen voor de huishoudelijke taken en de sterke mate waarin zij menen vooral zelf de beslissingen te nemen over de dagelijkse uitgaven. Er lijkt een verband te zijn tussen gebrek aan financieel overzicht en minder verstandig financieel gedrag, zoals roodstand en gemakkelijk geld uitgeven. 7% zegt expliciet geen goed overzicht te hebben over inkomsten en uitgaven. De laagste inkomens en alleenstaanden lijken op dat gebied iets kwetsbaarder. Deze groep die financieel overzicht ontbeert vertoont fors vaker minder verstandig financieel gedrag, zoals wel eens iets kopen dat je je eigenlijk niet kunt veroorloven, gemakkelijk geld uitgeven en regelmatig roodstaan. Ook geeft deze groep vaker aan nauwelijks te letten op de winkelprijzen. Het gebrek aan financieel overzicht lijkt ook zijn weerslag te hebben op het gevoel van financiële veiligheid: het gevoel van onveiligheid is dubbel zo groot als gemiddeld. Ook zien we dat wanneer er geen financieel overzicht is, er vaker financiële zorgen zijn.
8
Conclusies – Sparen Nederlanders zijn spaarzaam: bij een financiële meevaller kiest men, naast iets leuks doen, vooral voor oppotten. Een vijfde van de mannen en vrouwen herkent de stijgende spaartendens in de eerste helft van 2012, 1 op de 10 is juist minder gaan sparen. Als we 1000 euro vrij mogen besteden (aan maximaal twee verschillende zaken) kiezen we overduidelijk voor sparen en iets leuks doen. Vooral jongeren en hoogopgeleiden zijn geneigd tot sparen. Nog geen procent kiest voor beleggen. Wie een schuld (anders dan een hypotheek) heeft kiest het vaakst voor aflossen, maar bijna tweederde van de ‘schuldenaren’ zou bij een financiële meevaller niet aflossen. Opvallend is dat 19% van hen wél zou sparen. Aflossen van de hypotheek is (onder hypotheekbezitters) een uitgesproken impopulaire bestemming voor de financiële meevaller. Mannen kiezen er relatief vaker voor om af te lossen op hun lening (38% vs. 29% bij vrouwen) of hypotheek (9% vs. 4% bij vrouwen). Een vijfde van de Nederlandse mannen en vrouwen (vooral de hoogste inkomens) herkent zich in het versterkte spaargedrag de afgelopen zes maanden, een tiende juist niet. Spontaan genoemde redenen voor recentelijk meer sparen zijn vooral ingecalculeerde kosten (bijvoorbeeld een reis of verhuizing) of anticiperen op onverwachte kosten en financiële onzekerheid. Sparen voor een grote uitgave blijkt het belangrijkste motief om recent meer geld apart te zetten, gevolgd door financiële onzekerheid (‘de crisis’) en het gevoel (meer) te moeten sparen voor pensioen. Vrouwen spaarden vaker extra omdat ze denken een lening niet terug te kunnen betalen en uit angst voor baanverlies van zichzelf of hun partner. Als we kijken naar waar we in het algemeen geld voor apart zetten, dan zien we dat de spaardoelen van mannen en vrouwen op de meeste punten met elkaar overeenkomen. De helft heeft een buffer opgebouwd voor mindere tijden en onvoorziene kosten, daarnaast wordt er vooral gespaard voor grote uitgaven en vakantie/uitjes. Vrouwen (met een hypotheek) zetten minder vaak geld weg voor het aflossen van de hypotheek, dat ligt in lijn met het besteden van de financiële meevaller waar vrouwen ook minder vaak dan mannen zouden aflossen aan de hypotheek. Bij het in kaart brengen van de spaarpotjes zien we diverse – voor de hand liggende – doelgroepverschillen: voor ouderen bijvoorbeeld is het sparen voor pensioen urgenter, jongeren sparen vaker voor zaken als grote uitgaven, vakantie en woningaankoop. 9% van de Nederlanders geeft aan helemaal geen spaargeld te hebben, bij alleenstaanden en de laagste inkomens komt dit vaker voor.
9
Conclusies – Schaarste Bijna de helft van de Nederlanders komt (soms) moeilijk rond, bijna 1 op de 10 komt altijd moeilijk rond. Oplossing nr. 1: bezuinigen. 14% steekt zich in de schulden. Bijna de helft ziet hoe overzicht in inkomsten en uitgaven kunnen helpen bij het oplossen van structureel geldtekort. Vrouwen hebben iets vaker moeite met rondkomen (51%) dan mannen (45%). Wie moeilijk rondkomt geeft aan dit op de korte termijn op te lossen door: 1) bezuinigen, 2) in te teren op spaargeld en 3) grote aanschaffen uitstellen. 11% van de vrouwen en 18% van de mannen vult het ene gat met het andere en steekt zich in de schulden (creditcard, kopen op krediet of lenen). Mannen kopen vooral vaker met hun creditcard om het tekort even ‘door te schuiven’. Om structureel geldtekort op te lossen kiest ruim 8 van de 10 voor bezuinigen, in de eerste plaats door het letten op aanbiedingen. Mannen bezuinigen daarnaast het vaakst op luxe-artikelen en uitjes, vrouwen snijden in het huishoudbudget en geven minder uit aan uitjes en kleding. Als allerlaatste wordt pas bezuinigd op eerste levensbehoeften, de kinderen en de auto, gevolgd door vakantie en internet. In eerste instantie is er bij geldtekort dus vooral de neiging om te snijden in uitgaven, pas op grote afstand volgen maatregelen om (al dan niet tijdelijk) het inkomen te vergroten, zoals meer werken, spullen verkopen (vrouwen noemen dit duidelijk vaker) en een bijbaan nemen. Vanzelfsprekend kiezen groepen die gemiddeld minder uren werken, waaronder vrouwen, vaker voor het uitbreiden van de werkweek. Een krappe helft ziet hoe overzicht in inkomsten en uitgaven kan helpen bij het oplossen van langdurig geldtekort. Een vijfde ziet hier niet direct het nut van, meestal omdat men vindt dat er al voldoende overzicht is. Maarliefst een derde weet niet of meer financieel overzicht kan helpen bij het oplossen van financieel tekort. Vooral laagopgeleiden en de laagste inkomens lijken het verband niet te kunnen leggen. Hier liggen zeker kansen voor voorlichting en educatie: maak concreet hoe financieel overzicht leidt tot inzicht in de mogelijkheden om de financiële problemen op te lossen (en te voorkomen).
10
Conclusies – Schulden en lenen Bijna 4 op de 10 heeft een hypotheekschuld, daarnaast heeft 29% van de mannen en 18% van de vrouwen een schuld of betalingsachterstand. 1 op de 7 ‘schuldenaars’ heeft (soms) moeite met het aflossen daarvan. Gebrek aan financieel overzicht lijkt te leiden tot (of gevolg te zijn van?) meer schulden en meer aflosproblemen. Naast de hypotheekschuld komen het doorlopend krediet, de persoonlijke lening, de studieschuld en de creditcardschuld het meest voor, bij mannen consequent iets vaker dan bij vrouwen. Van alle ‘schuldenaren’ geeft 1 op de 7 (mannen iets vaker dan vrouwen) aan wel eens moeite te hebben om de aflossing bij elkaar te krijgen, 2% heeft hier structureel problemen mee. Alleenstaanden en de laagste inkomens hebben aanmerkelijk vaker moeite met aflossen. Bij personen die aangeven financieel overzicht te ontberen signaleren we dat er vaker schulden (los van een eventuele hypotheek) zijn (33%), en dat er ook aanmerkelijk vaker problemen worden ondervonden met het aflossen daarvan (35%). De vraag is of schulden leiden tot financiële chaos, of dat financiële chaos leidt tot schulden. Vermoedelijk is er sprake van een wisselwerking. Alleen voor de aankoop van een woning zou een meerderheid (waarschijnlijk) lenen, terwijl 1 op de 5 daar toch ook huiverig voor is. Voor grote of noodzakelijke uitgaven leent 20 à 25%, voor vakantie slechts een enkeling. Mannen lijken over de hele linie sterker wat geneigd tot lenen. Bijna twee derde zou lenen voor de aankoop van een woning, maar 1 op de 5 is tegenwoordig toch huiverig voor een hypotheek. 3 op de 10 leent voor het opknappen van de woning, mannen (met een eigen woning) duidelijk vaker dan vrouwen. 1 op de 4 à 5 zou (waarschijnlijk) lenen voor het starten van een onderneming, grote of noodzakelijke uitgaven en studie van de kinderen. Op lenen voor een eigen studie is men met 13% minder happig, jongeren nauwelijks meer dan gemiddeld. Slechts een enkeling zou lenen voor vakantie of als aanvulling op het inkomen, al zien we dat bepaalde subgroepen als alleenstaanden, laagopgeleiden en niet-werkzamen iets meer geneigd zijn om te lenen voor aanvulling van het huishoudbudget.
11
Conclusies – Economische crisis (1) We zagen onze financiële situatie de afgelopen vijf jaar eerder verslechteren dan verbeteren, over de komende vijf jaar zijn we iets minder negatief. Ruim 6 op de 10 zegt de kredietcrisis zelf in de portemonnee te voelen, weer 6 op de 10 ervaart dit als een probleem. Vrouwen lijken sterker te zijn getroffen door de crisis dan mannen. 4 van de 10 vrouwen zag haar financiële situatie de afgelopen vijf jaar verslechteren, een kwart zag die juist verbeteren. Bij mannen is dit gat kleiner. De komende vijf jaar zien er iets minder negatief uit, vrouwen denken vooral vaker dat in de komende vijf jaar de financiële situatie gelijk zal blijven. Hoe jonger, hoe hoger opgeleid, hoe hoger het inkomen en hoe meer uren men werkt, hoe positiever de mening over de ontwikkeling van de financiële situatie in de afgelopen én komende vijf jaar. Opvallend is dat de laagste inkomens vooral erg negatief zijn over de afgelopen vijf jaar, maar niet in die mate over de komende vijf jaar. Misschien hebben zij vaker het gevoel dat hun financiële dieptepunt al is bereikt? 65% van de vrouwen en 60% van de mannen voelt de kredietcrisis zelf (een beetje) in de portemonnee. Van de ‘getroffenen’ door de crisis geeft weer 60% aan dat de verminderde bestedingsruimte als een probleem wordt ervaren. Op totaalniveau zegt dus ruim een derde van de Nederlanders door de crisis financieel (een beetje) in de problemen te zijn gekomen. Wie minder te besteden heeft voelt zich vooral genoodzaakt om bewuster met geld om te gaan, moet extraatjes en leuke dingen inleveren en heeft meer financiële zorgen dan voorheen. De helft (vrouwen iets vaker dan mannen) heeft daadwerkelijk moeite om rond te komen.
12
Conclusies – Economische crisis (2) Ruim de helft denkt dat de overvloed van voor de crisis niet meer terugkomt. Bijna de helft meent dat scheiden een luxe wordt, 1 op de 5 samenwonenden zou zelf proberen een relatiecrisis te bezweren vanwege de financiële gevolgen van een scheiding. De overvloed van voor de crisis komt niet meer terug, denkt een meerderheid. Vooral mannen en 50plussers hebben vaker deze overtuiging. De helft is het ermee eens dat verzekeren voor levensgebeurtenissen, zoals arbeidsongeschiktheid of overlijden, onbetaalbaar is geworden. Scheiden wordt een luxe, vindt bijna de helft, en 1 op de 5 samenwonenden zou ook in de eigen situatie een relatiecrisis proberen te lijmen vanwege de financiële gevolgen van een scheiding. 4 op de 10 gelooft dat mensen door de crisis hun kinderwens uitstellen en 1 op de 5 zou zich nu ook zelf geen gezinsuitbreiding kunnen veroorloven. Mannen zien een sterkere invloed van de crisis op deze persoonlijke beslissingen (scheiden en kinderwens) dan vrouwen. 1 van de 5 Nederlanders ziet in deze crisistijd een groot gezin als een statussymbool.
13
Conclusies – Economische crisis (3) Nederland heeft er ‘een beetje’ vertrouwen in dat het sociale vangnet van de overheid over tien jaar nog overeind staat. Vrouwen kunnen zich vaker geen mening vormen. Zorgt de overheid over 10 jaar nog steeds voor een vangnet voor onvoorziene omstandigheden als ziekte en werkeloosheid? Een krappe meerderheid denkt van wel, maar slechts een paar procent heeft hier veel vertrouwen in. Vooral bij vrouwen is er ook een groep (12%) die dit helemaal niet weet te beoordelen. Het wantrouwen lijkt groter te zijn bij groepen die meer kans hebben om hier aanspraak op te moeten maken of dit al doen: ouderen, laagopgeleiden, de laagste inkomens en niet-werkzamen. Wie geen goed inzicht heeft in de eigen inkomsten en uitgaven heeft ook aanzienlijk minder vertrouwen in het vangnet van de overheid, dit hangt ongetwijfeld samen met het vergrote gevoel van financiële onveiligheid en financiële zorgen. De economische zelfstandigheid van vrouwen blijft duidelijk achter bij die van mannen. Slechts 62% van de vrouwen classificeert zich* als zelf economisch zelfstandig, tegen 82% van de mannen. Wat in de lijn der verwachting lag en we ook bevestigd zien is dat bepaalde groepen vaker niet economisch zelfstandig zijn, zoals laagopgeleiden, de laagste inkomens, vrouwen boven de 50 jaar, niet-werkzamen en kleine parttime banen. * op basis van de volgende norm: Iemand is economisch zelfstandig wanneer zijn of haar inkomsten uit arbeid of eigen onderneming minimaal 70% van het minimumloon bedragen. Dat is 900 euro netto per maand. Daarbij tellen niet mee: Uitkeringen toeslagen kinderbijslag partneralimentatie inkomen uit eigen vermogen (zoals rente op spaargeld) inkomen van andere personen uit het huishouden (bijvoorbeeld partner)
14
Conclusies – Taboe Geld is wel degelijk een taboe: bijna een kwart ervaart het praten over en geld en schulden als zodanig. Tweederde denkt dat anderen wel eens de schijn ophouden en 1 op de 5 is niet altijd eerlijk over de eigen financiële situatie. Vrouwen ervaren praten over geld en schulden iets vaker als taboe dan mannen. Ook ligt het ‘taboegehalte’ hoger bij laagopgeleiden, de laagste inkomens, wie niet of maximaal twee dagen per week werkt en wie zelf aangeeft niet economisch zelfstandig te zijn. Zij ervaren praten over hun eigen situatie (laag inkomen, geen/weinig werk) mogelijk vaker als gênant. Tweederde denkt dat anderen wel eens de financiële schijn ophouden. Zowel mannen als vrouwen spelen in 1 op de 5 gevallen zelf niet altijd open kaart over hun financiële situatie. Als er geen goed overzicht is in inkomsten en uitgaven is dit een derde, ook bij niet-werkenden en niet-economisch zelfstandigen ligt dit aandeel hoger.
15
Resultaten: Financiële rolpatronen
16
Mannen en vrouwen nemen veel financiële beslissingen samen, maar mannen zeggen vaker zelf ‘in charge’ te zijn. Grote uitzondering daarop zijn de dagelijkse uitgaven: driekwart van de vrouwen zegt daarover te beslissen maar mannen zeggen dat meestal samen te doen. Rolverdeling in het huishouden bij financiële beslissingen Totaal (n=745) dagelijkse uitgaven
43%
sparen
40%
30% 25%
68%
middelgrote uitgaven
22%
76%
16%
grote uitgaven
14%
huis kopen/hypotheek af sluiten lenen
33%
4%
32%
7%
33%
11%
55% 20%
40%
24%
3% 60%
4%15%
16%
31%
14%
80% ikzelf
100%
0%
50/50
B2a. Wat is uw rol in het huishouden als het gaat om de volgende financiële beslissingen?
3%
56% 40%
44%
mijn partner
1% 1%15%
80%
65%
15%
36%
8%
10%
1% 48%
85%
6%
0%
11%
73%
5%
72%
7%
100%
4%3%
73%
26% 8%
1% 29% 60%
28%
2%
80% 68%
20%
6% 2%
79% 31% 1%
24%
74%
64%
19%
3%
31% 61%
19%
2% 46%
70%
52%
17%
5%3%
82%
11%
0%
17%
62%
langdurige f inanciële verplichtingen
beleggen
Vrouw (n=331)
Man (n=414)
55% 20%
40%
7% 15% 4% 60%
34% 80%
100%
niet van toepassing
Selectie: is samenwonend
17
Resultaten: Financieel gedrag en overzicht
18
Van een vrij besteedbare 1000 euro gaan we vooral sparen en iets leuks doen. Wie een schuld (anders dan de hypotheek) heeft kiest in 35% van de gevallen voor (deels) aflossen, 65% lost bij een financiële meevaller dus niet af! Aflossen op de hypotheek en beleggen zijn impopulair. Vooral jongeren tot 35 jaar (46%) en hoogopgeleiden (40%) kiezen voor (deels) sparen. Ruim een derde van de mensen met een lening of schuld anders dan een hypotheek kiest voor (deels) aflossen daarvan, bijna tweederde zou dus niet aflossen. Mannen lossen vaker af dan vrouwen (38% vs. 29%). Opvallend is dat ‘schuldenaren’ in 19% van de gevallen kiezen voor sparen maar daarnaast niet aflossen. Ook zouden zij met een financiële meevaller relatief vaak het huishoudbudget aanvullen (22%). Aflossen op de hypotheek is niet populair, maar mannen met een hypotheek kiezen hier wel vaker voor dan vrouwen (9% vs. 4%).
Vrije besteding van €1000,(maximaal twee antwoorden)
♀
♂ sparen iets leuks van doen
34%
iets noodzakelijks/nuttigs van kopen iets leuks van kopen
18%
2%
-2%
2% -1% 1%
-1%
10% 6%
aan de (klein)kinderen schenken aflossen op de hypotheek
-1%
-2%
1%
15% 13%
huishoudbudget aanvullen lening aflossen
iets noodzakelijks/nuttigs van doen aan een goed doel schenken
1%
35%
3%
-3%
1%
-1%
1%
-1%
4% 3%
0%
1% 1%
0%
-0%
aan anderen schenken beleggen anders
0% 3%
-1%
1%
weet niet
1%
-0%
0%
0%
20%
0%
-0% 0%
40%
60%
-0%
80% 100%
Lagere inkomens leggen de 1000 euro relatief vaak (deels) bij het huishoudbudget (20%). B1. Stel dat u een bedrag van €1.000,- vrij zou mogen besteden, waaraan zou u dat dan uitgeven? U kunt maximaal twee antwoorden kiezen.
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 19
Nederlanders zeggen hun financiën goed op orde te hebben: 8 op de 10 heeft goed overzicht in inkomsten en uitgaven, 9 op de 10 betaalt rekeningen altijd op tijd. Tegelijkertijd is toch ruim een kwart wel eens iets kwijt en maakt ruim een derde zich financiële zorgen. % (helemaal) van toepassing
Financieel gedrag, zorgen en overzicht
Totaal
G
g ra d e
n ge r Zo
e Ov
♂
♀
als ik geld heb, dan geef ik het gemakkelijk uit 5%
25%
30%
28%
32%
ik heb weleens iets gekocht wat ik me eigenlijk niet kon veroorloven 6%
23%
32%
27%
29%
29%
29%
ik let nauwelijks op prijzen bij het boodschappen doen 7%
19%
36%
25%
26%
30%
22%
ik sta regelmatig rood op mijn lopende rekening 8%
16%
25%
25%
25%
51%
54%
48%
35%
33%
38%
ik voel mij financieel veilig ik maak mij regelmatig zorgen over mijn financiële situatie
32%
21%
17% 11%
3%
89%
88%
90%
64%
25%
4%3%
88%
88%
89%
5% 2%
80%
79%
81%
11%3%
74%
74%
74%
22%
38%
40%
36%
23%
27%
24%
29%
47%
helemaal van toepassing
enigszins van toepassing
22%
12%
24%
mijn administratie is geordend: rekeningen en afschriften in een map
22%
28%
65%
46%
het komt wel eens voor dat ik iets kwijt ben in mijn administratie 5%
14% 6%
25%
ik heb zelf goed overzicht over de inkomsten en uitgaven in mijn huishouden
ik houd mijn inkomsten en uitgaven goed…
42%
34%
ik betaal mijn rekeningen altijd op tijd ht ic z r vaste lasten betaal ik automatisch via incasso of periodieke overschrijving
12%
16%
34% 27% 25% 36%
0% 20% 40% 60% 80% 100% niet zo van toepassing helemaal niet van toepassing
B2b. Hieronder staat een aantal uitspraken. Geef alstublieft per uitspraak aan in hoeverre u deze op u van toepassing is.
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 20
Zowel mannen als vrouwen zeggen hun financiën goed op orde te hebben, al lijken vrouwen iets slordiger. % (helemaal) van toepassing
Financieel overzicht
Totaal
e Ov
ht c i rz
♂
♀
ik betaal mijn rekeningen altijd op tijd
65%
24%
3%
89%
88%
90%
vaste lasten betaal ik automatisch via incasso of periodieke overschrijving
64%
25%
4%3%
88%
88%
89%
5% 2%
80%
79%
81%
11%3%
74%
74%
74%
22%
38%
40%
36%
23%
27%
24%
29%
ik heb zelf goed overzicht over de inkomsten en uitgaven in mijn huishouden
46%
mijn administratie is geordend: rekeningen en afschriften in een map
47%
ik houd mijn inkomsten en uitgaven goed… het komt wel eens voor dat ik iets kwijt ben in mijn administratie 5%
helemaal van toepassing
enigszins van toepassing
7% (vrouwen 8%) geeft expliciet aan geen goed overzicht te hebben over inkomsten en uitgaven. Dat lijkt samen te hangen met inkomen: hoe lager het inkomen, hoe vaker geen overzicht (minder dan modaal: 9%, tweemaal modaal en meer: 5%). Onder alleenstaanden (12%) en 35- t/m 49-jarigen (9%) lijkt er ook iets vaker een gebrek aan financieel overzicht te zijn.
22%
16%
22%
34% 27% 25% 36%
0% 20% 40% 60% 80% 100% niet zo van toepassing helemaal niet van toepassing
Wanneer er geen overzicht is in inkomsten en uitgaven en de administratie niet geordend is, is men vanzelfsprekend ook vaker wel eens iets kwijt in de administratie (resp. 50% en 55%).
B2b. Hieronder staat een aantal uitspraken. Geef alstublieft per uitspraak aan in hoeverre u deze op u van toepassing is.
Het bijhouden van de inkomsten en uitgaven in een kasboek of spreadsheet zien we vaker bij middelbaar opgeleiden (43%) en hogere inkomens (45%). Ook zien we – te verwachten – verbanden met overzicht in inkomsten en uitgaven (46%) en het hebben van een geordende administratie (47%).
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 21
25% à 30% herkent zich in minder verantwoord financieel gedrag als rood staan en gemakkelijk geld uitgeven. Mannen letten minder op prijzen van boodschappen, vrouwen voelen zich financieel minder veilig en hebben ook vaker financiële zorgen. % (helemaal) van toepassing
Financieel gedrag en zorgen
Totaal
G
g ra d e
n ge r Zo
♂
♀
als ik geld heb, dan geef ik het gemakkelijk uit 5%
25%
30%
28%
32%
ik heb weleens iets gekocht wat ik me eigenlijk niet kon veroorloven 6%
23%
32%
27%
29%
29%
29%
ik let nauwelijks op prijzen bij het boodschappen doen 7%
19%
36%
25%
26%
30%
22%
ik sta regelmatig rood op mijn lopende rekening 8%
16%
25%
25%
25%
14% 6%
51%
54%
48%
12% 23%
35%
33%
38%
ik voel mij financieel veilig
17%
ik maak mij regelmatig zorgen over mijn financiële situatie 5% 11% 22%25%
helemaal van toepassing
enigszins van toepassing
32%
21%
12%
42%
34%
36%
28%
0% 20% 40% 60% 80% 100% niet zo van toepassing helemaal niet van toepassing
Er lijkt een verband te zijn tussen gebrek aan overzicht in inkomsten en uitgaven en: • gemakkelijk geld uitgeven (58% vs. 30% gemiddeld); • iets kopen dat je je niet kunt veroorloven (48% vs. 29% gemiddeld); • nauwelijks letten op winkelprijzen (36% vs. 26% gemiddeld); • regelmatig rood staan (36% vs. 25% gemiddeld); maar ook met: • niet financieel veilig voelen (41% vs. 20% gemiddeld); • financiële zorgen (42% vs. 35% gemiddeld). Een dergelijk verband zien we ook bij het ontbreken van een geordende administratie, maar in iets minder sterke mate. B2b. Hieronder staat een aantal uitspraken. Geef alstublieft per uitspraak aan in hoeverre u deze op u van toepassing is.
Jongeren tot 35 jaar en hogere inkomens hebben vaker een ‘gat in hun hand’: ruim 4 op de 10 zegt gemakkelijk geld uit te geven. Hoogopgeleiden en full-time-werkenden hebben minder oog voor kosten van dagelijkse boodschappen: een derde let hier nauwelijks op.
50-plussers lijken bewuster om te gaan met aanschaffen: zij hebben minder vaak iets gekocht dat ze zich eigenlijk niet konden veroorloven (21%). Onder alleenstaanden komt dit juist vaker voor (36%). Ruim de helft van de lage inkomens heeft financiële zorgen, een derde voelt zich niet financieel veilig. Ook alleenstaanden voelen zich vaker financieel onveilig (28%). Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 22
Resultaten: Sparen
23
Ruim een vijfde herkent zich in de ‘stijgende spaartendens’. Vrouwen en mannen laten op dit punt een vergelijkbaar beeld zien. Verandering in spaargedrag eerste 6 maanden van 2012 100%
6% 16%
21%
4% 16%
21%
7% 16%
22% ja, ik ben de laatste tijd veel meer gaan sparen
80%
Vooral de hoogste inkomens zijn de afgelopen maanden meer geld apart gaan zetten (32%). Alleenstaanden (23%), laagopgeleiden (21%) en de laagste inkomens (28%) sparen vaker al langer niet omdat de financiële situatie dat niet toelaat.
ja, ik ben de laatste tijd een beetje meer gaan sparen
60% 49%
50%
47%
nee, ik heb de laatste tijd minder gespaard dan voorheen
40%
20%
0%
nee, ik spaar evenveel als voorheen
12%
11%
13%
nee, ik spaar al langer niet omdat mijn f inanciële situatie dat niet toelaat
15%
15%
16%
nee, ik ben geen spaarder
3% totaal (n=1000)
4%
2% vrouw (n=487)
man (n=513)
C1. Het is gebleken dat Nederlanders de eerste zes maanden van 2012 meer zijn gaan sparen. Herkent u dit bij zichzelf?
%
een beetje/veel meer gaan sparen
Basis: allen
24
Mannen en vrouwen noemen vergelijkbare redenen voor het recentelijk meer sparen.
♂
Mannen (n=104)
Redenen om meer te sparen
♀
Vrouwen (n=110)
Vanwege ingecalculeerde kosten - ‘Voor een verhuizing. ‘ - ‘We hebben een wereldreis gepland voor in 2013.’ - ‘Het nieuwe jaar 2013 zal extra financiële bijdragen verlangen voor diverse zorgkosten.’ - ‘Wil de hypotheek (sneller) aflossen.’
Vanwege ingecalculeerde kosten/minder inkomsten - ‘Ik heb iets op mijn verlanglijst (hobby) dat erg duur is, dus moet ik het bij elkaar sparen.’ - ‘Ik ben sinds afgelopen week gestopt met werken (i.v.m. geboorte zoon en partner zes maanden op zee) en heb het afgelopen half jaar (toen ik dus nog werkte) zoveel mogelijk apart gezet.’
Vanwege onvoorziene kosten (buffer); financiële onzekerheid - ‘Pensioenleeftijd die steeds weer wordt bijgesteld.’ - ‘Vanwege de crisis. Op bouwen van een grotere reserve.’ - ‘De tijdgeest is ernaar, het risico op economische malaise is op het ogenblik erg nabij.’ - ‘Onzekere situatie en als buffer.’ - ‘De onverwachte uitgaven stijgen steeds meer. Ik spaar meer voor een extra buffer.’
Vanwege onvoorziene kosten (buffer); financiële onzekerheid - ‘Minder vertrouwen in economische en politieke situatie.’ - ‘Zorgen om de financiële toekomst.’ - ‘Mijn baan staat op de tocht en de WW is een stuk lager.’ - ‘Omdat meer spaargeld nooit verkeerd is om te hebben.’ - ‘Omdat ik eerder helemaal niet spaarde maar we nu echt wel in de gaten hebben dat dit een noodzaak is.’
Omdat het kan/financiële meevaller - ‘Er komt meer geld binnen dat we niet nodig hebben.’ - ‘Had meer over.’
C2. Kunt u uitleggen waarom u de laatste tijd ‘meer’ / ‘minder’ geld apart heeft gezet?
Omdat het kan/financiële meevaller - ‘Erfenis.‘ - ‘Financieel meer mogelijk dan voorheen.’
Selectie: is (een beetje) meer gaan sparen
25
Ook de redenen voor mannen en vrouwen om minder geld apart te zetten zijn vergelijkbaar.
♂
Mannen (n=55)
Redenen om minder te sparen
Ingecalculeerde uitgaven - ‘Aanpassingen aan huis en tuin.’ - ‘Kinderen kosten op de hogere scholen.’ Onvoorziene uitgaven - ‘Diverse uitgaven moeten doen, kapotte tv, kapotte monitor etc.’ Prijsstijging, daling koopkracht - ‘Alles is duurder geworden maar salaris is hier niet op aangepast.’ - ‘Door de stijgende kosten van onderhoud blijft er steeds minder te besteden over.’ Minder inkomsten - ‘Er komt minder binnen.’ - ‘Het laatste jaar part-time gewerkt en nu werkloos, ja dan spaar je niet zo hard meer.’ Andere levensfase - ‘Komst van 2 kinderen.’ - ‘Gewijzigde gezinssituatie.’
C2. Kunt u uitleggen waarom u de laatste tijd ‘meer’ / ‘minder’ geld apart heeft gezet?
♀
Vrouwen (n=63)
Ingecalculeerde uitgaven - ‘Net een ander huis gekocht en daar is het spaargeld in gaan zitten.’ Onvoorziene uitgaven - ‘Veel dingen gingen stuk en moesten vervangen worden. Veel uitgaven dus.’ Prijsstijging, daling koopkracht - ‘De vaste lasten zijn duurder geworden, en ik krijg niet meer geld.’ Minder inkomsten - ‘Mijn inkomen is dramatisch gedaald. ‘ - ‘Minder salaris van werkloze partner.’ - ‘Langdurig ziek geweest en hierdoor gekort op loon.‘ Andere levensfase - ‘Doordat ik op het moment studeer en daar geen geld naast overhoud. In de tijd dat ik werkte hield ik wel geld over.’ - ‘Omdat ik nu op mijzelf woon en dus meer uitgaven heb.’ - ‘Wij hebben een kind gekregen en moest toch veel geld uitgeven (baby kamer, uitzet, etc.).‘
Selectie: is minder gaan sparen
26
Redenen voor meer sparen: 1) grote uitgaven bij elkaar sparen, 2) ‘de crisis’, 3) pensioen. Vrouwen zijn meer bezig met mogelijk baanverlies van zichzelf of hun partner, minder met waardeverlies van beleggingen. Redenen om meer geld apart te zetten % zeker/enigszins reden Vooral 50-plussers houden rekening met een aanhoudende crisis (78%). Hoe ouder, hoe relevanter sparen voor (aanvullend) pensioen is (50+: 68%). Van de hypotheekbezitters anticipeert 56% (mannen 57%, vrouwen 55%) op waardedaling van de woning. Vooral lage inkomens (36%), laagopgeleiden (33%) en alleenstaanden (29%) denken niet te kunnen lenen voor grote uitgaven en sparen daarom meer. Ook sparen deze groepen vaker omdat ze een eventuele lening misschien niet kunnen betalen.
♂
♀
88%
87%
89%
70%
70%
69%
58%
59%
58%
19%
46%
41%
50%
21%
38%
33%
43%
36%
37%
36%
34%
32%
37%
20%
20%
20%
17%
23%
12%
Totaal ik wil pas grote uitgaven doen als ik het bedrag daarvoor bij elkaar heb gespaard ik houd er rekening mee dat de crisis doorzet en Nederland economisch slechtere tijden tegemoet gaat
57% 28%
ik houd er rekening mee dat ik moet sparen voor (aanvulling op) mijn pensioen
23%
ik ga liever geen leningen aan omdat de kans bestaat dat ik niet terug kan betalen
26%
ik zorg dat ik (mogelijk) baanverlies financieel op kan 13% vangen ik houd er rekening mee dat mijn huis (mogelijk) minder waard wordt ik zorg dat ik (mogelijk) baanverlies van mijn partner op kan vangen
31%
14% 11%
42%
24% 22%
0% 20% zeker reden
35%
35%
23%
ik houd er rekening mee dat mijn beleggingen 9% 8% (mogelijk) minder waard worden
32%
41%
45% 27% 40%
4% 10%
28%
44%
ik denk dat ik geen lening kan krijgen voor grote 10%11% uitgaves, dus spaar ik hiervoor
C3. Waren de onderstaande zaken voor u reden om de laatste tijd meer geld apart te zetten?
27%
35% 20%
10% 2%
22% 35% 55%
60% 80% enigszins reden
100%
Selectie: is de afgelopen tijd meer gaan sparen n=216 Mannen: n=109
Vrouwen: n=107 27
Belangrijkste spaardoel is buffer opbouwen, op afstand gevolgd door grote uitgaven en vakantie/uitjes. 1 op de 7 spaart voor (aanvullend) pensioen, 1 op de 10 voor (versneld) aflossen van de hypotheek. 9% heeft helemaal geen spaargeld. Ook hier zien we: hoe ouder, hoe relevanter het is om te sparen voor (aanvullend) pensioen: 23% van de 50plussers doet dit. Ook zien we dit vaker onder hoge inkomens (25%) en hoogopgeleiden (21%)
Zaken waarvoor geld apart wordt gezet buffer voor mindere tijden/onvoorziene kosten
Van de hypotheekbezitters heeft 20% van de mannen en 15% van de vrouwen op dit moment geld apartgezet voor (versnelde) aflossing.
De laagste inkomens (19%) en alleenstaanden (17%) hebben vaker helemaal geen spaargeld. Ouderen (8%), laagopgeleiden (8%), en lage inkomens (9%) zetten vaker geld apart voor eventuele zorgkosten.
32%
vakantie/uitjes
Bij huishoudens met kinderen zien we meer focus op sparen voor de kinderen (34%).
Jongeren (tot 35 jaar) sparen vaker voor grote uitgaven (42%), vakantie/uitjes (37%), woningaankoop (11%), gezinsuitbreiding (7%) en een bruiloft (6%).
51%
grote uitgaven, zoals een auto
♀
♂
28%
-1%
1%
-0%
0%
-0%
0%
opknappen van woning/verbouwing
18%
-0%
0%
de (klein)kinderen
18%
-2%
2%
als appeltje voor de dorst
16%
1%
-1%
(aanvulling op) pensioen
16%
1%
-1%
studie/opleiding
10%
(versneld) hypotheek aflossen
10%
1%
-1%
-4%
3%
eventuele zorgkosten
6%
0%
-0%
om eerder te kunnen stoppen met werken
5%
2%
-2%
de aankoop van een woning
4%
0%
-0%
gezinsuitbreiding
2%
-1%
1%
bruiloft
2%
-0%
0%
anders
3%
-0%
0%
-1%
1%
-1%
1%
wel geld apart, maar niet voor concrete doelen
14%
niet van toepassing, ik heb geen spaargeld
C4. Kunt u aangeven voor welke zaken u momenteel geld apart zet of apart heeft gezet?
9% 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 28
Resultaten: Schaarste en lenen
29
Bijna de helft komt minstens af en toe geld tekort, 1 op de 5 komt structureel moeilijk rond. Vrouwen lijken wat vaker geld tekort te komen dan mannen.
Geld tekort om rond te komen 100%
Bij laagopgeleiden (16%), de laagste inkomens (20%) en alleenstaanden (16%) zien we vaker structureel geldtekort.
9%
48%
7%
45%
10%
80% 39%
38%
41%
51%
ja, ik kom eigenlijk altijd moeilijk rond
60% ja, ik kom af en toe niet uit aan het eind van de maand
40% 52%
55%
20%
49% nee, dat komt nooit voor
0% totaal (n=1000)
D1. Komt u geld tekort om rond te komen?
man (n=513)
vrouw (n=487)
%
komt af en toe/altijd moeilijk rond
Basis: allen
30
Bezuinigen is de belangrijkste kortetermijnoplossing voor geldtekort, gevolgd door interen en uitstel van grote aanschaffen. 11% van de vrouwen en 18% van de mannen steekt zich in de schulden om geldtekort op te lossen, mannen kopen vooral vaker met hun creditcard. Hoe jonger (t/m 35 jaar: 65%) en hoe hoger opgeleid (hoogopgeleiden: 59%), hoe meer men geneigd is tot bezuinigen. Hoge inkomens gaan relatief gemakkelijker een lening aan bij bank of kredietverstrekker (9%). Mensen die financieel overzicht ontberen zijn sterker geneigd tot bezuinigen (70%), maar ook tot schulden maken (20%) om geldtekort op te lossen.
Kortetermijnoplossingen voor geldtekort
ik ga bezuinigen
55%
ik teer in op mijn spaargeld
50%
ik stel grote aanschaffen uit
Naast mannen zijn ook hoogopgeleiden sterker geneigd om met creditcard te kopen als kortetermijnoplossing voor geldtekort (resp. 12% en 10%).
ik leen geld bij mensen om mij heen
-2%
2% 2% 5%
5% 3%
ik koop op afbetaling/op de pof
3%
anders
3%
weet niet
2%
D2. U heeft zojuist aangegeven dat u [‘regelmatig’/ ‘af en toe’] moeilijk rond komt. Wat doet u in zulke gevallen om dat op te lossen?
2%
7%
ik leen geld bij een bank of kredietverstrekker Alleenstaanden en lage inkomens zijn sterker geneigd om in de eigen omgeving te lenen (resp. 12% en 10%).
-3%
43%
ik koop met mijn creditcard
0%
20%
♀
♂
-2% -4%
-2%
14% (mannen 18%, vrouwen 11%)
-1%
2% 2%
-2%
1%
-1% 0% 0%
40%
60%
80% 100%
Selectie: komt regelmatig/soms geld tekort n=477 Mannen: n=227 Vrouwen: n=250 31
Om structureel geldtekort op te lossen gaat 84% bezuinigen. Pas op grote afstand volgen maatregelen om de inkomsten te vergroten. Zelf meer uren gaan werken wordt vanzelfsprekend vaker genoemd als oplossing door groepen die vaker niet of part-time werken: - vrouwen (37%); - 50-minners (34%); - hoogopgeleiden (35%); - huishoudens met kinderen (41%).
Oplossingen voor structureel geldtekort
bezuinigen op uitgaven
1%
84%
zelf meer uren gaan werken
- Max. 16 uur per week: 61%; - full-timers toch ook nog 23%.
9%
-7%
20%
een bijbaan nemen
-1%
-9%
29%
spullen verkopen
♀
♂
15%
7% 2%
-2%
ander werk gaan doen dat beter verdient
9%
3%
-3%
mijn partner gaat meer uren werken
8%
4%
-4%
goedkoper gaan wonen
6%
0%
-0%
mijn partner neemt een bijbaan
3%
2%
-2%
mijn partner gaat ander werk doen dat beter verdient
2%
1%
-1%
ander dienstverband kiezen
2%
-0%
0%
mijn partner kiest een ander dienstverband
1%
-0%
0%
2%
-0%
0%
-0%
0%
anders Vrouwen zijn sterker geneigd tot het verkopen van spullen als oplossing voor geltekort, net als jongeren (27%), hoogopgeleiden (22%) en huishoudens met kinderen (25%).
weet niet
5% 0%
D3a. Als u structureel, dus voor langere tijd, geld tekort zou hebben, hoe zou u persoonlijk dat probleem dan oplossen?
20%
40%
60%
80% 100%
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 32
Bezuinigen als oplossing voor structureel geldtekort gebeurt het vaakst door beter te letten op aanbiedingen. Mannen bezuinigen daarnaast vooral op luxe-artikelen en uitjes, vrouwen op dagelijkse boodschappen, uitjes en kleding. Manieren om te bezuinigen
beter letten op aanbiedingen minder/geen uitjes, etentjes etc. minder uitgeven aan luxe-artikelen minder uitgeven aan dagelijkse boodschappen minder uitgeven aan kleding minder/niet meer op vakantie gaan op gemaksuitgaven minder autorijden, meer op de fiets of te voet doen minder doneren aan goede doelen minder uitgeven aan hobby’s/sport spullen (vaker) tweedehands kopen minder uitgeven aan mobiele telefoon/abonnement minder uitgeven aan persoonlijke verzorging auto wegdoen of inruilen voor goedkoper/zuiniger exemplaar minder uitgeven aan de (klein)kinderen anders weet niet
D3b. Hoe zou u dan bezuinigen?
20%
40%
60%
80%
1%
-1%
66% 59% 59% 53% 49% 48% 41% 33% 26% 25% 24% 21% 18% 15% 7% 1% 1%
0%
♀
♂ 2% 5%
-2% -5%
-8%
8%
-8%
8% 6% 0%
-6% -0%
3%
-3%
3%
-3%
5%
-6%
5%
-5%
4%
-4%
2%
-2%
3%
-3%
1%
-1% 0% -0%
-0% 0%
100%
Selectie: zou bezuinigen om geldtekort op te lossen n=838 Mannen: n=432 Vrouwen:n=406 33
Bijna de helft van zowel mannen als vrouwen ziet het nut van (meer) financieel overzicht scheppen bij het oplossen van structureel geldtekort. 1 op de 5 ziet hier geen toegevoegde waarde van: meestal omdat men al goed overzicht zegt te hebben. Een derde kan dit niet bepalen! Meer overzicht kan helpen bij het oplossen van langdurig geldtekort
Ja, want:
100% 80%
46%
46%
46% Ja, want ...
60% 40%
21%
21%
20%
- “Zo kun je makkelijker ontdekken waar de problemen zitten.” - “Neus op de feiten.” - “Wanneer er overzicht is, is bezuinigen makkelijker.” - “Soms is het geld op, en weet je niet waar het naar toe is.” - “Overzicht maakt het mogelijk om bij te sturen.” - “Overzicht geeft inzicht.” - “Je creëert meer bewustzijn in je uitgaven.”
Nee, want ...
Nee, want: 20%
33%
32%
34%
Totaal (n=1000)
man (n=513)
vrouw (n=487)
0%
Vooral laagopgeleiden (57%) en de laagste inkomens (46%) weten niet of meer financieel overzicht kan helpen bij het oplossen van structureel financieel tekort. Zij lijken het verband niet te kunnen leggen,
weet niet
Meestgenoemd: - “Onze inkomsten en uitgaven zijn al overzichtelijk.” Daarnaast genoemd: - “Schuld is te groot.” - “Inkomsten worden er niet meer op.” - “Ik geef al minimaal uit.”
D4. Stel dat u, om wat voor reden dan ook, langdurig geld tekort zou komen. Denkt u dat het scheppen van (meer) overzicht in inkomsten en uitgaven dan zou kunnen helpen bij het oplossen van langdurig geldtekort?
Basis: allen
34
Mannen en vrouwen noemen veelal dezelfde zaken waarop ze als laatste zouden bezuinigen. Primair: (gezonde) voeding, de woning, de kinderen en de auto. Daarna: vakantie en internet. Vrouwen noemen daarnaast ook wel de huisdieren, mannen hun hobby’s. Het laatste waarop bezuinigd zou worden
♂
♀
D5. Waarop zou u als laatste bezuinigen, dus wat zou u zo lang mogelijk proberen te behouden?
Basis: allen
35
Los van de hypotheek heeft 29% van de mannen en 18% van de vrouwen enige vorm van schuld of betalingsachterstand. Als we kijken naar schulden zien we enkele voor de hand liggende doelgroepverschillen, bijvoorbeeld: - jongeren hebben vaker een studieschuld (18%) - onder hogeropgeleiden en de hoogste inkomens (groepen met een hoger woningbezit) zien we vaker hypotheekschulden (resp. 49% en 65%)
Schulden en betalingsachterstanden
hypotheek
38%
doorlopend krediet Bij personen die aangeven geen goed overzicht te hebben in inkomsten en uitgaven zien we dat er vaker schulden (los van de hypotheek) zijn (33%).
♀
♂
10%
3%
-3%
2%
-2%
persoonlijke lening
5%
2%
-2%
studieschuld
5%
0%
-1%
creditcardschuld
5%
2%
-2%
1%
-1%
belastingschuld
2%
achterstand/schuld bij andere bedrijven
1%
Schulden excl. hypotheek: 24% -0% (mannen 29%; vrouwen 18%)
achterstand/schuld bij verhuurder/woningcorporatie
1%
-0%
achterstand/schuld bij energiebedrijf
0%
achterstand/schuld bij telefoonmaatschappij
3%
nee, ik heb helemaal geen schulden of betalingsachterstanden
D6. Kunt u aangeven of u op dit moment schulden of betalingsachterstanden heeft?
20%
1%
-1% 4% 1%
-1%
3%
0%
0%
-0%
-4%
45%
wil ik niet zeggen
0% 0%
0%
andere schuld/betalingsachterstand
0%
40%
60%
80%
100%
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 36
Ca. 1 op de 7 mannen en vrouwen ervaart (soms) problemen met het aflossen van schulden, 2% heeft daar structureel problemen mee. Problemen bij het aflossen van schulden en betalingsachterstanden 100% De meeste problemen met aflossen zien we bij de laagste inkomens (33%) en alleenstaanden (26%). Bij personen die aangeven geen goed overzicht te hebben in inkomsten en uitgaven en geen geordende administratie te hebben zien we eveneens vaker problemen met het aflossen van schulden (respectievelijk 35% en 27%).
2% 12%
14%
2% 13%
15%
2% 11%
13%
80%
ja, het lukt mij vaak niet om voldoende geld bij elkaar te krijgen om af te lossen
60%
ja, ik heb soms moeite om voldoende geld bij elkaar te krijgen om af te lossen
40%
84%
84%
84%
wil ik niet zeggen
20%
0%
nee, het af lossen van mijn schuld/achterstand gaat zonder problemen
2% totaal (n=518)
D7. Ervaart u problemen bij het aflossen van uw schuld(en) of betalingsachterstand(en)?
1% man (n=513)
4% vrouw (n=231)
%
soms/vaak moeite om af te lossen
Selectie: heeft een schuld n=518 Mannen: n=513 Vrouwen:n=231 37
Alleen voor de aankoop van een woning zou een meerderheid (waarschijnlijk) lenen, terwijl 1 op de 5 daar toch ook huiverig voor is. Voor grote of noodzakelijke uitgaven leent 20 à 25%, Bij gezinnen met kinderen zou 40% voor vakantie slechts een enkeling. Mannen lijken over de lenen voor hun studie of opleiding. hele linie sterker bereid om geld te lenen, het sterkst zien we Hypotheekbezitters die (waarschijnlijk) geld zouden lenen voor woningverbetering: dat bij woningverbetering. Zaken waarvoor geld geleend zou mannen: 44%, vrouwen: 34%.
worden
aankoop woning (hypotheek)
46%
opknappen van woning/verbouwing 4% voor het starten van een onderneming
18%
26%
5%
20%
noodzakelijke aanschaf f en, zoals vervangen 3% van een kapotte wasmachine
21%
studie/opleiding kinderen 4%
19%
grote uitgaven, zoals een auto 3% 17% studie/opleiding 2%10%
22%
zeker wel
waarschijnlijk wel
14% 12% 27%
42%
20%
28%
21% 45%
8% 29%
50%
23%
0% 20% waarschijnlijk niet
18%
36%
25%
7%
3%
35%
12%
als aanvulling op mijn inkomen 1% 8% vakantie/reis
% zeker/waarschijnlijk wel
9% 20%
Totaal
♂
♀
65%
67%
62%
30%
35%
25%
25%
27%
23%
25%
25%
25%
23%
24%
22%
20%
22%
18%
13%
14%
11%
79%
11%
2%
2%
2%
85%
8%
1%
1%
1%
40% zeker niet
60% 80% 100% weet niet/niet van toepassing
Ook jongeren lenen niet graag voor een studie of opleiding (15%).
De laagste inkomens (6%), laagopgeleiden (4%) en alleenstaanden (4%), niet-werkzamen (4%) en niet-economisch zelfstandigen (4%) zijn iets sterker geneigd om te lenen voor aanvulling van het inkomen. We zien hetzelfde beeld bij mensen die geen goed overzicht hebben in inkomsten en uitgaven (4%) en hun administratie niet op orde hebben (4%).
D8. Voor welke zaken zou u geld lenen?
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 38
Resultaten: Economische crisis
39
Nederlanders zagen hun eigen financiële situatie de afgelopen vijf jaar eerder verslechteren dan verbeteren. Vrouwen zijn daarbij iets negatiever dan mannen. Financiële situatie van het huishouden in de afgelopen 5 jaar 100% Hoe jonger, hoe hoger opgeleid, hoe hoger het inkomen en hoe meer uren men werkt, hoe positiever men is over de ontwikkeling van de financiële situatie in de afgelopen vijf jaar.
10% 80%
28%
11%
32%
8%
25% sterk verbeterd
17%
19%
20% enigszins verbeterd
60%
34%
34%
is ongeveer hetzelf de gebleven
33% enigszins verslechterd
40%
20%
27%
sterk verslechterd
29%
25%
weet niet 0%
10% 1% totaal (n=1000)
37%
E1. Wat vindt u van de financiële situatie in uw eigen huishouden? Is de financiële situatie in uw eigen huishouden de afgelopen vijf jaar verbeterd, hetzelfde gebleven of slechter geworden?
10% man (n=513)
35%
10% 1% vrouw (n=487)
39%
%
(sterk) verbeterd
%
(sterk) verslechterd
Basis: allen
40
Over de komende vijf jaar lijkt men net iets positiever dan over de afgelopen vijf jaar, mannen hebben een iets uitgesprokener mening dan vrouwen. Financiële situatie van het huishouden in de komende 5 jaar 100% Ook voor de komende vijf jaar geldt: hoe jonger, hoe hoger opgeleid, hoe hoger het inkomen en hoe meer uren men werkt, hoe positiever de verwachtingen over de financiële ontwikkelingen voor de komende vijf jaar.
80%
6%
29%
23%
31%
6%
27% sterk verbeteren
20%
26%
enigszins verbeteren 60% 36%
Opvallend is dat de laagste inkomens in sterke mate negatief zijn over hun financiële ontwikkeling in de afgelopen vijf jaar (53% verslechterd), de verwachtingen voor de komende vijf jaar zijn niet in die mate negatief (37% verwacht verslechtering). Misschien is voor deze groep (gevoelsmatig) vaker het “dieptepunt” bereikt?
5%
zal ongeveer hetzelf de blijven
41%
31%
enigszins verslechteren
40%
20%
0%
28%
24% 7% 4%
32%
totaal (n=1000)
E2. En hoe denkt u dat de financiële situatie in uw huishouden zich de komende vijf jaar zal ontwikkelen? Zal de financiële situatie van uw huishouden verbeteren, hetzelfde blijven of slechter worden?
6% 3% man (n=513)
sterk verslechteren
21% 34%
8% 4% vrouw (n=487)
weet niet 29%
%
(sterk) verbeteren
%
(sterk) verslechteren
Basis: allen
41
Ruim 6 op de 10 voelt de kredietcrisis in de eigen portemonnee, 2 op de 10 heeft zelfs veel minder te besteden. Vrouwen lijken (of voelen zich) iets sterker geraakt door de crisis. Kredietcrisis in de eigen portemonnee 100% Hoe jonger, hoe hoger opgeleid en hoe hoger het inkomen, hoe vaker men helemaal geen last zegt te hebben van de crisis.
62% 19%
16%
65%
60% 22%
ja, ik heb veel minder te besteden
80%
60%
43%
44% 43%
ja, ik heb een beetje minder te besteden
40%
20%
38%
40%
35%
totaal (n=1000)
man (n=513)
vrouw (n=487)
nee, ik heb persoonlijk helemaal geen last van de kredietcrisis
0%
E3. Merkt u persoonlijk iets van de kredietcrisis in uw portemonnee?
%
veel/een beetje minder te besteden
Basis: allen
42
Wie minder te besteden heeft door de kredietcrisis, ervaart dat in 60% van de gevallen als een probleem. Op totaalniveau is dus ruim een derde (een beetje) in de problemen gekomen door de crisis. Ook hier lijken vrouwen iets harder getroffen te worden. Minder te besteden ervaar ik als probleem 100% Binnen de groep die aangeeft minder te besteden te hebben door de crisis, ervaren alleenstaanden (74%), laagopgeleiden (67%) en de laagste inkomens (69%) dit relatief het vaakst (een beetje) als een probleem.
17%
60%
16%
58%
18%
61% ja, heel erg
80%
60%
42%
41%
43% ja, een beetje
40%
20%
40%
42%
39%
totaal (n=635)
man (n=312)
vrouw (n=323)
nee, ik vind het hooguit vervelend maar het is geen probleem
0%
E3b. Ervaart u het persoonlijk als een probleem dat u nu (een beetje) minder te besteden heeft?
%
heel erg/een beetje een probleem
Selectie: heeft minder te besteden door de crisis n=635 Mannen: n=312 Vrouwen:n=323 43
9 van de 10 ‘getroffenen’ door de crisis voelt de noodzaak om bewuster met geld om te gaan. Bij 8 van de 10 sneuvelen extraatjes en zijn er meer financiële zorgen. De helft heeft daadwerkelijk moeite om rond te komen, vrouwen iets vaker. Persoonlijke gevolgen van de kredietcrisis
ik ben genoodzaakt om bewuster met geld om te gaan
41%
ik kan me minder extraatjes/leuke dingen veroorloven
20%
ik kan me geen/minder vakantie veroorloven
42%
16% 0%
zeer van toepassing
37% 35%
20%
90%
90%
89%
81%
83%
80%
78%
79%
78%
65%
65%
65%
38%
62%
60%
64%
39%
61%
60%
62%
51%
48%
53%
10% 19%
40%
22% 35%
42%
25%
ik heb moeite om rond te komen
♀
48%
23%
ik ben genoodzaakt om f inanciële zaken uit te zoeken/overzicht te creëren
♂
47%
30%
ik heb moeten interen op mijn spaargeld
Totaal 49%
34%
ik maak me meer f inanciële zorgen dan voorheen
% zeker/enigszins van toepassing
49% 60%
enigszins van toepassing
80%
100%
niet van toepassing
Vooral gezinnen met kinderen (69%), niet-economisch zelfstandigen (69%) en mensen die geen goed overzicht hebben in inkomsten en uitgaven (68%) voelen door de crisis de noodzaak om financieel overzicht te creëren.
E4. Wat zijn de financiële gevolgen van de kredietcrisis voor u persoonlijk?
35- t/m 49-jarigen (56%), laagopgeleiden (59%), de laagste inkomens (64%), alleenstaanden (62%), niet-werkzamen (59%), niet-economisch zelfstandigen (64%) en wie overzicht over inkomsten en uitgaven missen (67%) hebben relatief vaker moeite met rondklomen door de crisis.
Selectie: heeft minder te besteden door de crisis n=635 Mannen: n=312 Vrouwen:n=323 44
Een krappe meerderheid heeft nog altijd (een beetje) vertrouwen in het vangnet van de overheid over tien jaar, bij mannen is dit vertrouwen iets groter. Vertrouwen in het vangnet van de overheid over 10 jaar 100% Het wantrouwen in het vangnet van de overheid over 10 jaar is groter bij: - Ouderen (50-plussers: 44%) - Laag- en middenopgeleiden (48%) - De laagste inkomens (52%) - Alleenstaanden (45%) - Niet-werkzamen (49%) - Wie geen goed inzicht heeft in inkomsten en uitgaven (53%)
6%
51%
8%
56%
4%
46%
80% 45%
veel vertrouwen
42% 48%
60%
een beetje vertrouwen
40% 41% 20%
geen vertrouwen
42% 39%
weet niet 0%
8%
5%
totaal (n=1000)
man (n=513)
E6. Heeft u er persoonlijk vertrouwen in dat de overheid over tien jaar nog voldoende vangnet biedt voor onvoorziene omstandigheden als werkloosheid en ziekte?
12% vrouw (n=487)
%
veel/een beetje vertrouwen
Basis: allen
45
Ruim de helft denkt dat de overvloed van voor de crisis niet meer terugkomt. Bijna de helft meent dat scheiden een luxe wordt, 1 op de 5 samenwonenden zou zelf proberen een relatiecrisis te bezweren vanwege de financiële gevolgen van een scheiding. Maatschappelijke invloed van de financiële crisis Al
♂
♀
58%
60%
55%
11%3% 14%
50%
48%
51%
12% 7% 12%
46%
48%
44%
50-plussers: 56%; laagopgeleiden: 58%; laagste inkomens: 59%.
de f inanciële crisis heef t gezorgd voor een mentaliteitsverandering, de overvloed van eind jaren ‘90/begin jaren ’00 komt niet meer terug verzekeren voor levensgebeurtenissen als arbeidsongeschiktheid of overlijden van de partner is onbetaalbaar geworden scheiden wordt een luxe: mensen worden steeds vaker gedwongen bij elkaar te blijven door de f inanciële gevolgen
17%
41%
15% 13%
33%
ik denk dat veel mensen door de crisis hun kinderwens uitstellen 7% in het huidige economisch klimaat is een bruilof t een onverantwoord grote uitgave
10%3%9%
34%
13%
33%
14% 6% 17%
40%
43%
37%
23%
21%
15% 5%
35%
35%
36%
10%
20%
22%
18%
een groot gezin hebben is tegenwoordig een statussymbool 8% 13%
ik zou zelf , als ik in een relatiecrisis zou belanden, toch proberen bij elkaar te blijven vanwege de f inanciële gevolgen
16%
enigszins mee eens
13%
16%
11% 10% 6% 11% 0%
helemaal mee eens
17%
29%
Mannen zien een grotere invloed van de crisis op scheiden en kinderwens, zowel persoonlijk als in het algemeen.
k nlij een bruilof t zou ik mij persoonlijk niet kunnen veroorloven o o s Per gezinsuitbreiding zou ik mij persoonlijk niet kunnen veroorloven
% (helemaal) mee eens Totaal
50-plussers: 66%
een ge m
20%
enigszins mee oneens
E7. Kunt u aangeven in hoeverre u het eens bent met de onderstaande stellingen?
14% 17% 40%
22% 25% 33%
60%
80%
helemaal mee oneens
9%
29%
29%
30%
13%
21%
24%
19%
12%
18%
21%
14%
100% weet niet
Bij samenwonenden is dit 20%, 27% als men een partner heeft die niet of max. 16 uur werkt.
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 46
8 van de 10 mannen zegt economisch zelfstandig te zijn, bij vrouwen is dat 6 van de 10.
Economische zelfstandigheid 100% Vaker niet economisch zelfstandig: - Laagopgeleiden (30%) - Laagste inkomens (37%) - Alleenstaanden (26%) - Niet-werkenden (45%) en kleine part-timebanen t/m 16 uur (41%)
ja, economisch zelf standig
80% 62% 60%
72%
nee, niet economisch zelf standig
82%
40%
20%
0%
dat weet ik niet 27% 19%
dat wil ik niet zeggen
4% 4%
11% 3% 3%
5% 5%
totaal (n=1000)
man (n=513)
vrouw (n=487)
F1. Iemand is economisch zelfstandig wanneer zijn of haar inkomsten uit arbeid of eigen onderneming minimaal 70% van het minimumloon bedragen. Dat is 900 euro netto per maand. (…) Bent u volgens bovenstaande omschrijving op dit moment economisch zelfstandig?
Basis: allen
47
Resultaten: Taboe
48
Geld is wel degelijk een taboe: bijna een kwart ervaart het praten over en geld en schulden als zodanig. Tweederde denkt dat anderen wel eens de schijn ophouden en 1 op de 5 is zelf ook niet altijd eerlijk over de financiële situatie. Openheid over de financiële situatie % (helemaal) mee eens
ik denk dat mensen om mij heen het f inancieel soms moeilijker hebben dan zij laten blijken
19%
47%
4%2%
ik ervaar praten over geld en schulden als taboe 5% 19%
27%
ik ben tegen anderen niet altijd 3%16% eerlijk over mijn f inanciële situatie 0% helemaal mee eens
enigszins mee eens
21%
20%
40%
Wie zijn vaker zelf niet altijd eerlijk over de eigen financiële situatie? - Wie geen goed overzicht heeft over inkomsten en uitgaven (33%) - Wie geen geordende administratie heeft (29%) - Wie zelf niet werkt (24%) - Wie zelf aangeeft niet economisch zelfstandig te zijn (28%)
31%
60%
enigszins mee oneens
23%
80%
Totaal
♂
♀
66%
66%
65%
24%
22%
25%
19%
18%
19%
100%
helemaal mee oneens
Wie ervaren praten over geld en schulden in het algemeen vaker als taboe? - Laagopgeleiden (28%) - De laagste inkomens (27%) - Wie zelf niet of max. 16 uur werkt (29%) - Wie zelf aangeeft niet economisch zelfstandig te zijn (27%)
E5. Kunt u aangeven in hoeverre u het eens bent met de onderstaande stellingen?
Basis: allen n=1000 Mannen: n=513
Vrouwen: n=487 49
Bijlage: Onderzoeksverantwoording
50
Onderzoeksverantwoording Veldwerk: Veldwerkperiode: Doelgroep: Steekproef:
Online (CAWI) op deelnemers van het Intomart GfK Online panel dat bestaat uit ca. 127.000 personen 27 t/m 30 augustus 2012 Nederlandse mannen en vrouwen van 18 tot 65 jaar N=1000, een respons van 65% onder een bruto steekproef van n=1550 panelleden. De netto steekproef (n=1000) is gewogen naar de volgende kenmerken uit de Gouden Standaard: geslacht, leeftijd en opleiding. Daarmee kan deze steekproef als Nederlands representatief worden beschouwd.
Vragenlijst:
De vragenlijst is ca. 12 minuten lang en bestaat uit de volgende vraagblokken: 1. Financiën 2. Sparen 3. Schaarste en lenen 4. Economische crisis 5. Taboe
Rapportage:
PowerPoint rapportage van de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek. Naast deze PowerPoint rapportage is er een uitgebreid tabellenboek en een SPSS-bestand beschikbaar.
Certificering
Het onderzoek is uitgevoerd in overeenstemming met het kwaliteitssysteem van Intomart GfK dat is gecertificeerd volgens de normen van NEN-EN-ISO 9001, ISO 20252 en ISO 26362. Intomart GfK onderschrijft de gedragsregels van E.S.O.M.A.R. (European Society for Opinion and Market Research) en is lid van de brancheorganisatie MOA (zie http://www.moaweb.nl). Het is toegestaan de uitkomsten van onderzoek extern te publiceren. Wel dient in dat geval bij de onderzoeksresultaten als bron "Intomart GfK
" te worden vermeld. Exclusiviteit van verzamelde gegevens is gebaseerd op de Gedragscode van de MOA, art. 9 (zie http://www.moaweb.nl) 51
52