INFORMATIEBLAD VAN DE REDERSCENTRALE
OKTOBER 2015
INHOUD Handel vragende partij voor toenadering met aanvoerders
3
Aandachtspunten van de Rederscentrale
5
Meerjarenplannen voor de demersale visserij
9
Dag van de Garnaal te Nieuwpoort
10
Het verbruik van agro- en visserijproducten in België
11
Contactadres: Ierse Zeestraat 50 8380 Zeebrugge Tel. 050 37 72 57 Fax 050 37 72 58 E-mail:
[email protected]
Deeltijdse leerlingen als extra bemanningslid
12
Aanvoer & besomming
13
Quotaruilen 2015
13
Verantwoordelijke uitgever: Rederscentrale - Emiel Brouckaert (EB)
Stand der vangsten
14
Innoverend vissen
16
Onderzoek Z.85 afgerond
19
Ruimtelijke Ordening
20
Vlaamse Havendag
21
Eerste steenlegging vismijnsite Oostende
23
Aanvullende quotamaatregelen
23
Rederscentrale H. Baelskaai 25, 8400 Oostende
Medewerkers: Sander Meyns (SM) Céline Van den bosch (CV) Marc Vieren (MV) Iedere auteur behoudt de verant woordelijkheid over de inhoud van zijn/ haar bijdrage.
Marktsituatie 25
Wenst u ook te adverteren in ons blad? Neem vrijblijvend contact met ons op via bovenstaande gegevens.
Vergelijkende zeevisserijstatistieken
26
Lijst der adverteerders
28
ı REDERSCENTRALE ı
1
TRANSPORT & LOGISTIC SOLUTIONS Dagelijkse lijndienst van en naar West-Vlaanderen. 24uurs distributie Nederland en D/Ruhrgebied. Int. express en koeriersdiensten koel/vries/droog. Non stop ‘coast to coast’ van en naar Denemarken.
Specialiteit vistransport / rederijservice. Wij komen uit de visserij en begrijpen onze vissers.
Schulpengat 9 • 8321 WC Urk-Holland Tel.: +31 (0)527 690943 • Mobiel: +31 (0)6 33317293 • Fax: +31 (0)527 690968 E-mail:
[email protected] • www.vebatrans.com
2
ı REDERSCENTRALE ı
HANDEL VRAGENDE PARTIJ VOOR TOENADERING MET AANVOERDERS In Nederland heerst momenteel onrust over de optimale samenwerking tussen aanvoer en handel met betrekking tot de scholsector. De handel is ervan overtuigd dat een transparante aanvoer noodzakelijk is om de markpositie te handhaven, terwijl producentenorganisaties adviseren om het aanbod af te stemmen op de vraag, teneinde het hele jaar door een rendabele prijs te garanderen. Guus Pastoor, de voorzitter van de Nederlandse Visfederatie en ook van de Europese overkoepelende organisatie van visverwerkers AIPCE, ziet momenteel een verdeeldheid tussen handel en aanvoer, wat een rem zet op de ontwikkeling van de scholmarkt.
De internationale scholmarkt
Het scholbestand doet het momenteel erg goed en de economie in Zuid-Europa trekt weer wat aan. Desondanks kan deze heropleving tot een gevaarlijke situatie leiden, indien beide partijen geen consensus bereiken over een optimale benutting van het scholquotum. Aan de ene kant zijn er de aanvoerders/reders, die streven naar een economisch rendabele scholprijs, terwijl de handel streeft naar een gestage groei van de heroverde marktpositie. Enkele decennia terug zijn verschillende scholmarkten verloren gegaan als gevolg van het vermeende gebrek aan duurzaamheid. Hierdoor is de verdere ontwikkeling van deze markten gestagneerd. Door die beperkte marktruimte is de scholprijs ineengestort met als dieptepunt gemiddelde prijzen van minder dan één euro in 2013. De handel opteert op vandaag om de markt niet te regulieren qua aanvoer.Via de producentenorganisaties probeert een deel van de vloot de aanvoer te beperken om de prijs hoog te houden. De handel vreest dat dit op termijn kan leiden tot verlies van de heroverde scholmarkt. Guus Pastoor geeft het voorbeeld van Nederland, waar een belangrijk deel van het scholquotum niet wordt opgevist en bovendien de sector het kapitaal niet volledig benut. Tegelijk bepaalt een ander deel zelf de aanvoer, en verkoopt de vis aan zichzelf tegen een andere onbekende prijs. Het positieve effect van directe verkoop draait meestal op niets uit, gezien men bij dezelfde klanten terechtkomt die de reguliere handel en verwerking al lang had. De vraag is: wie wordt hier beter van? Het aantal grotere scholverwerkers is over de jaren afgenomen als gevolg van een natuurlijke afvloeiing. Desondanks beweert men dat er nog voldoende verwerkingscapaciteit over is. Deze verwerkingssec-
tor is zeer kostenefficiënt en daardoor zijn de verschillen tussen de bedrijven niet groot. Hierdoor wordt tegen lage winstmarges gewerkt, waardoor zij ijveren om bruuske prijsverhogingen zoals tijdens de maanden augustus en september te vermijden.
Wat vraagt de markt?
Veelal worden andere oplossingen zoals ketenverkorting en contractverkoop georganiseerd door de aanvoerders. Momenteel lopen in Nederland diverse contracten tussen aanvoerder en handel, wat tot een desoriëntatie van de aanvoermarkt leidt. Contractverkoop kan na verloop van tijd een verschuiving van het marktsegment voor schol teweegbrengen. Concreet betekent dit dat de concurrentiële positie binnen de handel steeds groter wordt waarbij bepaalde spelers hun marktpositie zullen verliezen. Minder concurrentie aan de kant van de verwerking zou kunnen leiden tot een wisseling van machtspositie waarvan de aanvoerders het slachtoffer worden.
Ook in België werd reeds toenadering gezocht door de Nederlandse verwerkingsindustrie om contracten te negotiëren. Hierop werd door onze aanvoerders niet ingegaan omdat het zeer moeilijk is om tot een regeling te komen waarin beide partijen zich kunnen vinden. De visie van Guus Pastoor met voorbeelden vanuit Nederland bevestigt dat het niet evident is om dergelijke toepassingen in de praktijk om te zetten en zowel aanvoer als handel op één lijn te krijgen. Niet alleen uit dergelijke ervaringen, maar ook uit studies zoals Visdirect blijkt dat klokverkoop nog steeds het meest transparante systeem is om de harmonie tussen beide partijen te handhaven. Dit leidt tot zijn conclusie dat alle partijen zich moeten specialiseren op hun corebusiness en er voor zorgen dat ze via goed overleg de marktcapaciteit zo goed mogelijk benutten. Er is geen volledige economische integratie, maar wel ketenorganisatie. Dit vergt bereidheid tot samenwerking, elkaar wat gunnen en vooral luisteren naar de marktgeluiden. Deze piste kan de weg openen naar een optimale benutting van de scholmarkt. Indien er hierover geen consensus kan gevonden worden zou dit kunnen leiden tot een grotere vraag naar vervangende vissoorten. Bij de eigen contacten met Guus Pastoor brengt de Rederscentrale regelmatig naar voor dat de aanvoermogelijkheden van Noordzee producten ter verwerking wel degelijk van die aard zijn, dat er nog meer bevoorrading van de Europese visverwerkers kan gebeuren. Wat kan er beter zijn dan lokaal aangevoerde kwaliteitsvolle verse vis, aan een correcte prijs, om te verwerken tot Europese kwaliteitsvolle producten voor eigen gebruik en voor de export? SM/MV
■
ı REDERSCENTRALE ı
3
bvba SNAUWAERT JOËL
4 MARINE CONSTRUCTIE EN REPARATIE
4 ALLE SCHEEPSHERSTELLINGEN
4 ONTWERPER + PRODUCTIE ECOROLL Minder brandstofverbruik Minder bodemberoering Minder slijtage
Kotterstraat 93 - 8380 Zeebrugge Gsm 0475 74 50 79 E-mail:
[email protected]
4
ı REDERSCENTRALE ı
AANDACHTSPUNTEN 25 jaar maritiem opleidingscentrum in Zeebrugge
Op 18 september was de Rederscentrale uitgenodigd op een viering van dit 25-jarig bestaan. De HR-Manager van DEME-GROUP, de HR-Director van Jan De Nul en de Gedelegeerd Bestuurder van de VDAB waren de sprekers die avond. Ondanks het feit dat de visserij niet was vertegenwoordigd door een spreker, kwam het belang van de aanwezigheid van deze sector op verschillende momenten naar voor. Dit opleidingscentrum wordt door de Rederscentrale dan ook aanzien als een belangrijk onderdeel van de noodzakelijke en opgelegde vorming in de zeevisserij. Begin oktober was er trouwens ook nog een verder overleg over gebruik en vernieuwing van de visserijsimulator.
NZAC
Verschillende bijeenkomsten onder de koepel van de North Sea Advisory Council gingen door op 22 en 23 september. De eerste vergadering was er één van de Spatial Planning Working Group met als belangrijkste onderwerp een presentatie van de Belgische overheid over de voorgestelde visserijmaatregelen in het Belgisch gedeelte van de Noordzee. Het kader voor die voorstellen is het KB mariene ruimtelijke planning, waarvoor uitvoeringsbesluiten dienen te worden afgewerkt. Vooral de Nederlandse visserijvertegenwoordiging had kritische vragen en opmerkingen over de intenties voor de Belgische kust. De Rederscentrale beaamde dat er voldoende consultatie is geweest, maar wees wel op het antwoord waar nog geen voldoende rekening is mee gehouden: “Laat het aan de vissers zelf over om te bepalen hoe ze de doelstelling binnen een ruimtelijke planning dienen te bereiken. Opgelegde maatregelen zullen in vergelijking daarmee veelal minder succesvol zijn”. Een ander onderwerp was een overheidsinitiatief voor beperkingen van visserij in de Duitse wateren. Daarover verklaarde de Duitse visserijvertegenwoordiger dat er op schriftelijke bevestiging van deze onaanvaardbare plannen wordt gewacht om – indien gewenst ook in naam van Belgische en Nederlandse vissers – een rechtszaak op te starten. Een tweede vergadering was die van de Executive Committee. Daarin werden adviezen over de grijze garnaal en de puls-
visserij afgewerkt die kunnen teruggevonden worden op www.nsrac.org/category/ advice/.Voor een antwoord op de consultatie van de Europese Commissie over de visserijmogelijkheden 2016 kon er echter geen consensus worden gevonden tussen de leden, waardoor er is beslist om als NZAC geen antwoord te sturen. Een thema waarvoor verder wordt gewerkt aan een advies is nieuwe meerjarenplannen per regio en hun gevolgen voor bestaande meerjarenplannen per soort. Zeebaars was een ander onderwerp waarover geen consensus kon worden bereikt en waarvoor werd beslist om geen NZAC advies te formuleren in 2015. De vertegenwoordiger van de Europese Commissie die aanwezig was, sprak onder andere over de aanlandingsplicht. De aanbevelingen van de betrokken lidstatengroepering (Scheveningen Groep) voor een gedeeltelijke invoering op 1 januari 2016 vormen een basis voor een voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Ministerraad. Daarna zal het weer aan de Scheveningen Groep zijn die gebruik makend van adviezen van de NZAC de verder gefaseerde invoering tot 2019 zal moeten uitwerken. Eén opmerking/vraag van de Commissie aan de lidstaten was om meer gegevens aan te leveren die de vragen naar uitzonderingen staven. De ExCom was gespreid over beide dagen en de avond van de eerste dag was de Vlaamse overheid gastheer van een diner. Marc Welvaert sprak, ook in naam van de Scheveningen Groep, de nood uit aan samenwerking tussen de AC-leden en de overheden om de doelstellingen van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid te bereiken. Een ander onderdeel van de tweede dag was de Algemene Vergadering. Na de bespreking van de jaarlijkse operationele en financiële rapporten, was er een uiteenzetting over de stand van zaken met de herziening van de technische maatregelen in de visserij. Verder werden de aanvragen van drie kandidaten om toe te treden tot de ExCom behandeld. Twee van de drie werden aanvaard in de niet-visserij-vertegenwoordigende groep, waar vacatures waren.
EAPO Werkgroep Markten
Deze vergadering ging door op 23 september in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van de Rederscentrale. De importcontingenten voor vis en
visserijproducten stonden hier op de agenda, wat uiteindelijk leidde tot een brief aan de Europese overheden (http:// eapo.com/UserFiles/EAPO15-27.pdf).
Werkgroep Kust van 23 september 2015
In het kader van de ondertekening van het tweede Convenant ‘Visserij Verduurzaamt’, werd ook op woensdag 23 september een eerste Werkgroep Kust gehouden onder voorzitterschap van de Provincie West-Vlaanderen. Diverse stakeholders werden voor dit eerste overleg uitgenodigd en de bedoeling was om een zestal aspecten toe te lichten. Per deelaspect probeerde men een beeld te krijgen van wat de actuele situatie is, wat de problemen zijn en welke actiepunten er moeten ondernomen worden. De Rederscentrale werd als gastspreker uitgenodigd om de kleinschalige professionele kustvisserij toe te lichten. Thema’s als commercialisering van de kustvis, bemanningsproblematiek en het Marien Ruimtelijk Plan kwamen aan bod. De recreatieve kustvisserij werd eveneens toegelicht door een vertegenwoordiger van het VLIZ op basis van het project LIVIS. Enkele knelpunten om zich te laten registreren als beroepsvisser werden onder de aandacht gebracht. Daarnaast werd ook het kusttoerisme toegelicht en aangehaald als belangrijke troef voor de consumptie van Noordzeevis. Scholing en opleiding kwamen eveneens aan bod en vormen de aandacht om goed geschoolde arbeidskrachten toe te voegen aan de arbeidsmarkt binnen de visserijsector. De lange stageperiodes na het behalen van het diploma werden aangehaald als een groot probleem voor de vlotte doorstroom van motoristen en schippers. Uiteraard werd ook het thema veiligheid en levenskwaliteit aan boord niet uit het oog verloren. Het nut en de goede werking van Previs werden hierbij onderstreept. Tot slot werd de aandacht voor de afvalproblematiek op zee kort aangekaart. Vanuit deze leerrijke sessie zullen de actiepunten verder uitgewerkt worden in specifieke kleinere groepen.
Technische Werkcommissie Visserij van de Strategische Adviesraad Landbouw en Visserij
De TWV van de SALV, om het in het kort te benoemen, is samengekomen op 24 september. Een advies over het maatregelenprogramma rond de kaderrichtlijn
Lees verder p. 7 Lees verder p. 7
ı REDERSCENTRALE ı
5
Stedelijke vismijn Nieuwpoort Specialiteiten: - dagverse garnalen - duurzaam gevangen vis - dagverse kustvis Thuiskoopsysteem van de Vlaamse Visveiling - gunstige tarieven voor reders-vissers Meer info: Stedelijke vismijn Nieuwpoort
[email protected] - www.nieuwpoort.be T 058 22 49 70 - F 058 23 67 20
Alle industriële en scheepsherstellingen mekaniek en plaatwerk
bvba BEMA BRANDSTOFFEN
VAN EYGEN b.v.b.a Johan Vermander
Nieuwe Werfkaai 14 • 8400 Oostende T: 059 33 22 15 • F: 059 33 01 55 GSM Johan: 0477 31 54 15 GSM Ludo: 0477 33 54 35
6
ı REDERSCENTRALE ı
Mazout Petroleum Oliën Brugsesteenweg 101 8433 Middelkerke - Mannekensvere
[email protected] tel. 058 23 36 72 fax 058 23 10 68
mariene strategie werd goedgekeurd. Op de SALV-zitting van 25 september werd de publicatie van dit advies bekrachtigd (http://www.vlaanderen.be/nl/publicaties/detail/advies-ontwerp-maatregelenprogramma-voor-de-belgische-marienewateren). Verder werd overlegd over TWV actiepunten rond instroom van mensen en kapitaal in de visserijsector, de recreatieve zeevisserij in België, de implementatie van de aanlandingsverplichting en het maatschappelijk convenant in uitvoering van Vistraject.
Stuurgroep Verwerkvis van 25 september 2015
Op 25 september kwam de stuurgroep van het project Verwerkvis bijeen. Tijdens het overleg werd een presentatie gegeven over de tussentijdse resultaten van de interviews met de handel.Tijdens deze interviews werden de verschillende activiteiten en verwerking van de vissoorten afgetoetst en in een database verwerkt. Ook de noden en kritische input vanuit de handel werden bediscusieerd tijdens de stuurgroep. Een lezing van de resultaten voor het brede publiek volgt op 30 oktober en een workshop is voorzien in november.
Convenant Werkgroep Vernieuwing
Een tweede werkgroep onder het maatschappelijk convenant ‘Visserij verduurzaamt’ kwam bijeen op 28 september. Deze werkgroep wordt getrokken door het ILVO. De startvergadering focuste op de scope van de activiteiten die vooral uit een samenwerking tussen vissers en wetenschappers naar voor kunnen komen. Het bleek heel moeilijk om daar een eindige lijst van op te maken. Het was wel duidelijk dat de grote uitdaging voor de Vlaamse visserij om de doelstellingen van het GVB te bereiken, het laten aanvaarden van uitvoerbare aanpassingen zal zijn. In deze werkgroep wordt wetenschappelijke ondersteuning van deze zoektocht bekeken. Daarbij moet zeker de aanpak van de uitzonderingen op de aanlandingsverplichting aan bod komen.
Convenant Werkgroep Visserij van 29 september 2015
Op de eerste vergadering van de werkgroep Visserij onder het Convenant werd in eerste instantie door de Rederscentrale een introductie gegeven over de werking van het Convenant, de Task Force en de vier nieuwe werkgroepen. Vervolgens werden een aantal doelstellingen van het Vistraject met betrekking tot deze werkgroep overlopen. Een eerste thema dat aan bod kwam, was het afstemmen van vraag en aanbod. Hieruit kwam naar voor dat de doelstelling ‘inzetten op lokale verwerking’ prioritair is.
Daarnaast werd dieper ingegaan op alternatieve verkoopmethoden. Blokverkoop en contractverkoop zijn mogelijkheden. Dit wordt in samenwerking met de Vlaamse Visveiling verder opgevolgd via deze werkgroep. Onder het thema promotie kwam naar voor dat meer moet ingezet worden op sensibilisering. Vooral nieuwe doelgroepen, zoals scholen, migranten en jongeren, moeten meer bereikt worden via de VLAM-campagnes. Een seizoenkalender is ook een mogelijk promotiemiddel dat kan uitgewerkt worden om een bredere doelgroep te bereiken. Een laatste besproken thema was certificering. Het Vistraject voorziet een verdere opvolging van de MSC pre-assessment voor schol en tong. Binnen deze werkgroep zal de gap analyse uit de preassessment verder aangepakt worden en kunnen andere labels worden geanalyseerd. De oprichting van een sub-werkgroep biedt hiervoor mogelijkheden.
Task Force van 30 september 2015
De meest recente Task Force Convenant ging door op 30 september om de vooruitgang van de werkgroepen te analyseren en af te toetsen met de Vistraject objectieven. De werkgroep Visserij kwam een eerste maal bijeen op 29 september, Vernieuwing op 28 september en Kust op 23 september. Een kort verslag is terug te vinden in bovenstaande aandachtspunten. Voor de strategie van de werkgroep Beleid werd op 21 september een vergadering belegd tussen het ILVO en het Departement LV. Dit resulteerde in zes richtingaanwijzers: de hoge kosten binnen de visserijsector, het GVB, de Vlaamse visserij en het Vlaams management, de internationale context van de Vlaamse Visveiling, het valoriseren van vis en de Vlaamse vis met haar eigen quotaregels.
Vlaamse Visveiling
Op 30 september was er ook een verder overleg met de Vlaamse Visveiling in aanwezigheid van kabinetsvertegenwoordiging van minister Schauvliege en het Departement Landbouw en Visserij. Het onderwerp van deze vergadering was het afstemmen van de doelstellingen van producentenorganisatie en veiling. Gekoppeld met de werkgroep Visserij onder het Convenant werden ideeën naar voor gebracht rond samenwerking aan projecten die een succesvolle Vlaamse visserijsector nastreven.
VLAM Sectorgroep van 1 oktober 2015
Naar het jaareinde toe wordt het programma van de VLAM-sectorgroep Visserij voor het komende jaar al duidelijker.
In 2016 zal vooral ingezet worden op de bestaande campagnes zoals de Vis van het Jaar, de Vissen van de Maand en de aanwezigheid van een Vlaams Paviljoen op de Seafood Expo Global te Brussel. Daarnaast wordt een mediaplan opgemaakt. Gezien de inkrimping van de financiële middelen wordt volgend jaar nog enkel ingezet op een handvol kranten en vakbladen (De Standaard, Libelle, Goed Gevoel, Nestspecial en Horeca Magazine). Daarnaast wordt Vlaamse vis opnieuw gepromoot via Dagelijkse Kost op één en via een vaste rubriek op Radio 2. Op vlak van export was het de bedoeling om reeds in 2015 een minibeurs te organiseren in Zweden met degustaties in Stockholm en aansluitend in Göteborg begin oktober. Door verlofperiodes en twijfels bij FIT Zweden over het succes van een dergelijke formule is dit niet gerealiseerd. De werkgroep export wordt op korte termijn samengeroepen om dit in het voorjaar 2016 te organiseren en/of andere opportuniteiten te bekijken. Tenslotte werd een stand van zaken meegegeven over de As 4 projecten Vistrine en Smartbook.Voor het project Vistrine – dat loopt tot eind 2015 – is de continuïteit en verdere uitbouw verzekerd. Dit werd binnen de Raad van Bestuur van VLAM beslist. Voor het Smartbook wordt op 30 oktober, wanneer het project afloopt, een lancering van de Nederlandstalige update verwacht. Deze bevat receptsuggesties en videofilmpjes over het fileren van vis en werd opgemaakt in samenwerking met ILVO en VLIZ. De Franstalige versie wordt begin november verwacht.
Congres cultureel erfgoed onder water
De Rederscentrale was uitgenodigd in het Provinciaal Hof te Brugge op 2 oktober voor een congres over een initiatief dat in 2014 is gelanceerd. (Zie editie juli 2014 van dit informatieblad). Sprekers en panelleden waren gouverneur van West-Vlaanderen en 'ontvanger cultureel erfgoed onder water' Carl Decaluwé, directeur van het VLIZ Jan Mees, maritiem archeoloog Tomas Termote en staatssecretaris voor de Noordzee Bart Tommelein. Het doel van het congres was om een stand van zaken te geven met de verplichtingen die op 1 juni 2014 zijn ingesteld, namelijk dat archeologische vondsten op zee (in de Belgische wateren) verplicht moeten worden gemeld aan de gouverneur van West-Vlaanderen via
[email protected], via de website www.vondsteninzee.be of op het adres Burg 3, 8000 Brugge. Het gaat om alle vondsten waarvan vermoed kan worLees verder p. 9 ı REDERSCENTRALE ı
7
Het Erkend Sociaal Secretariaat van de Kust verwerkt reeds 68 jaar de lonen van de Belgische Zeevisserij, en hiervoor hebben we 6 medewerkers die dagelijks ter beschikking staan: Patricia, Christa, Vanessa, Katrien en Frederiek in onze burelen in Knokke-Heist en Karin in onze burelen in Oostende. Begin maart verhuist Karin naar onze nieuwe burelen in de Victorialaan 69A te Oostende, gezien we in Oostende ook met loonadministratie beginnen voor andere sectoren en dit onder onze nieuwe naam : besox!
EEN NIEUWE NAAM, DEZELFDE SERVICE! P A TR IC IA D E BAENE : PATRICIA.DEBAENE@SOCS E C .B E , 050/ 6 3 0718 C HR ISTA ME YSSEMAN : CHRISTA.MEYSSEMAN@S OC S E C .B E , 050/ 6 3 079 0 VA N E SSA B IL :
[email protected], 050/6 3 0701 K A TR IE N VA N DEN BRUAENE : KATRIEN.VAN.DEN.B RU ANE @ S OC S E C .B E , 050/ 6 3 072 3 F R E DE R IE K MOBOUCK : FREDERIEK.MOBOUCK@S OC S E C .B E , 050/ 6 3 079 3 K A R IN P Y F F EROEN : KARIN.PYFFEROEN@SOCSEC .B E , 059 / 44702 5 I N DI E N U E E N OFFERTE WENST VOOR UW LOONADMI NI S T RAT I E KAN U S T E E DS V RI J B L I J V E ND C ONT AC T OP NE ME N ME T O N ZE C OMMERCIËLE VERANTWOORDELIJKE I N OOS T E NDE V OOR E E N GE S P RE K OF E E N P RI J S OF F E RT E : HE ID I VA N O OTEGHEM : HEIDI.VANOOTEGHEM@S OC S E C .B E , 049 9 / 9 4076 2
!"#$$%"&'(")''*"+',"$$-./'(&0-,".//(".'(1'".21"2-"3%$$-4'('Afdeling Zeebrugge !"#$%&'()*$$+,-(($ Noordzeestraat 201 !""#$%&&'(#))(*+,8380 Zeebrugge ./.,*0&&1#233&
Afdeling Oostende !"#$%&'()./01$'#$ Maritiemplein G)#@(@&HI5&@A*-1 8400 Oostende .<,,*J"'(&A$&
:);*7/+*8,*8<*=>*9<
:);*7/+*89*/<*,.*9. ?*6*@AB"?C@'H@KA""'(&A$&D1& E&16*FFFDC@'H@KA""'(&A$&D1&
Tel: +32 50 55 99 33 4&56*7/+*8,*88*99*// Fax +32 50 54 50 18
?*6*@AB"?%CD1& E&1*6*FFFD%CD1&
8
ı REDERSCENTRALE ı
Tel: +32 59 33 90 90 4&56*7/+*89*//*9,*9, Fax +32 59 34 08 98 @:
[email protected] • Web: www.vlvis.be
den dat zij cultureel erfgoed onder water kunnen zijn, ongeacht de leeftijd in de Belgische territoriale zee en in het Belgisch Continentaal Plat als ze zich meer dan 100 jaar onder water bevinden.
Stuurgroep LIVIS van 6 oktober 2015
De tweede en laatste stuurgroep van het LIVIS project stond voornamelijk in teken van de resultaten van de inventarisatie en monitoring van de recreatieve visserij die door het ILVO werd uitgevoerd. Daarbij werden zeven bottlenecks opgesomd die een transitie vanuit de recreatieve sector naar de commerciële vloot bemoeilijken: • Vaarbevoegdheidsbewijzen (eisen bemanning). • Beperking gebruik vaartuig. • Ruimtelijke beperking (beperkt vaargebied). • Technische beperkingen vaartuigen (vermogen) en vereisten (certificaat van deugdelijkheid). • Vermarkting (korte keten). • Inkomensgarantie. • Quotaverdeling.
Binnen de Werkgroep Kust onder het Convenant zal besproken worden waarop prioritair zou moeten ingezet worden. Binnen de stuurgroep wordt algemeen erkend dat LIVIS een sterk verhoogd inzicht heeft gegenereerd in de Belgische recreatieve visserijsector en een belangrijke basis heeft gelegd voor toekomstig onderzoek. De vraag hoe er tegemoet kan worden gekomen aan de bottlenecks, wordt nu een concreet onderwerp.
Stuurgroep Previs
Op 6 oktober was er ook een bijeenkomst van de stuurgroep van Previs, het project van het Zeevissersfonds. Een stand van zaken met de acties rond veiligheidshelm, beveiliging van de gieken, LED verlichting en reddingsvesten kwamen aan bod. Ook werd het eindrapport van de Z.85 besproken en bepaald welk gevolg er door Previs zal worden gegeven aan de adviezen ter voorkoming die uit het rapport naar voor zijn gekomen. De stand van zaken met scholing, opleidingen en ‘refreshment courses’ zijn ook een vast onderwerp op de agenda. Dit
alles en zeker de lancering van nieuwe veiligheidskaarten in aanvulling of ter aanpassing van het ‘Vissers vissen veilig’ document kan ook teruggevonden worden in de recent gepubliceerde nieuwsbrief op http://www.previs.be/Nieuwsbrief-2015.php.
EAPO
De Executive Committee van EAPO heeft of 9 oktober een internetvergadering gehouden. Gedurende twee uur werden eerst de specifieke onderwerpen van de verschillende werkgroepen overlopen (Noordelijk pelagisch, Noordwestelijke Wateren, Noordzee, Zuidwestelijke Wateren, Markten en Kaderrichtlijn Mariene Strategie). De onderwerpen die voor alle leden heel wat werk met zich zullen meebrengen zijn de aanlandingsverplichting, regionale meerjarenplannen en de visserijmogelijkheden voor 2016. In de volgende editie wordt hier meer in detail op ingegaan. EB/SM/MV
■
MEERJARENPLANNEN VOOR DE DEMERSALE VISSERIJ Op 22 september vond er hoorzitting plaats in het Europees Parlement met als onderwerp: Meerjarenplannen in de visserij, een doelstelling van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB). Het eerste deel van de hoorzitting was gericht op het voorstel voor een meerjarenplan voor kabeljauw, haring en sprot in de Oostzee, dat momenteel tot hevige discussies leidt tussen Commissie, Parlement en Ministerraad. Verder kwamen ook de lopende zaken met betrekking tot de aanlandingsverplichting en technische maatregelen aan bod. Het tweede gedeelte behandelde welke lessen men uit deze situatie zou kunnen trekken voor de ontwikkeling van meerjarenplannen voor de Noordzee en andere wateren. Hierna volgt een samenvatting van de uiteenlopende visies met de focus op de beheerplannen voor demersale visserij in de Noordzee.
Aanlandingsverplichting
Met de invoering van de aanlandingsverplichting komt er een fundamentele verschuiving in de manier waarop visserijen worden beheerd. In de demersale visse-
gemengde visserijen worden bovengehaald, is opgebruikt. Bovendien zou ook alle ondermaatse vis moeten worden aangeland en op het quotum worden afgeboekt.
rijen in de Noordzee is het gebruikelijk dat verschillende soorten in hetzelfde net worden gevangen. In het kader van het vorige GVB mochten deze gemengde visserijen doorgaan met vissen, zelfs wanneer het quotum voor één of meer van de gevangen soorten opgebruikt was. De ongewenste vangsten werden eenvoudigweg overboord gezet. Meer nog: het was wettelijk verplicht om boven het quotum gevangen vis terug te gooien, net als ondermaatse vis. Met het nieuwe GVB zal dit niet langer het geval zijn. De aanlandingsverplichting houdt – voorlopig – immers in dat de visserij moet worden stopgezet zodra het quotum van één van de soorten die bij de
Olivier Leprêtre uit Boulogne-sur-Mer, voorzitter van het Comité Régional de Pêche, kaartte deze problematiek aan tijdens zijn presentatie op de hoorzitting. Hij pleitte voor coherente, eenvoudige en consistente beheerplannen, die in de praktijk ook effectief uitvoerbaar zijn. Om een duidelijk voorbeeld te geven hoe het niet moet, vermeldde hij het kabeljauwbeheerplan in de Noordzee waarbij onder andere verschillende maten worden gehanteerd in de verschillende vangstzones. De nieuwe plannen moeten – volgens hem – rekening houden met alle vloten actief in het gebied, enkel op deze manier kan de aanlandingsverplichting in de gemengde visserij werken. Het kan niet mogelijk zijn dat wanneer een quotum van een bepaalde soort is opgebruikt, de volledige visserijactiviteit moet worden stopgezet. Er is behoefte aan een verbetering qua uitvoerbaarheid en coördinatie, anders wordt het onmogelijk
ı REDERSCENTRALE ı
9
om de nieuwe maatregelen binnen het GVB te respecteren.
Ontwikkeling meerjarenplan Noordzee
Er werden vier sprekers uitgenodigd om hun uiteenlopende visies over het toekomstige visserijbeheer in Europa en de daarbij horende beheerplannen in ontwikkeling te presenteren, namelijk: Simon Collins van de Shetland Fisherman's Association, Raul Prellezo van AZTI Research Institute (Spanje), Andrew Clayton van The Pew Charitable Trusts en Pim Visser van VisNed. Simon Collins benadrukte vooral dat regionalisering en betrokkenheid van de vissers in de discussies een must zijn. Hij wil de doelstellingen van het GVB niet ondermijnen maar functioneel maken. Wetenschapper Raul Prellezo hamerde op het belang van het verzamelen van gegevens om het gedrag van de verschillende vloten te begrijpen. In beide visies kan de Rederscentrale zich vinden maar toen kwam de heer Andrew Clayton van The Pew Charitable Trusts (NGO) aan het woord. Zijn opvattingen, of beter gezegd bekrompen interpretatie van bepaalde cijfers en rapporten, deden heel wat wenkbrauwen fronsen.
Zo beweerde hij dat de overbevissing is toegenomen de afgelopen jaren en dat de visserijsterfte nog steeds 30% boven Fmsy ligt. Bovendien stelde hij dat de TAC’s niet overeenkomen met de ambities van het GVB omdat de meerderheid van de TAC’s 2015 hoger zijn dan het wetenschappelijk advies. Ten slotte mocht Pim Visser zijn visie op de ontwikkeling van de gemengde visserijplannen voor de Noordzee presenteren. Hij wil dat er een stabiel klimaat voor de vissers wordt gecreëerd. De bestanden van de meeste vissoorten in de Noordzee geven een positief resultaat ver boven de MSY referenties. Hij onderstreepte het probleem van de ‘choke species’ omdat bijvoorbeeld in de tongvisserij bijvangsten vaak onvermijdelijk zijn. Uiteraard is maximale selectiviteit ook een doelstelling van de vissers zelf, want zij willen niet vangen wat ze niet kunnen verkopen. Een evenwichtige balans tussen economie en ecologie moet worden bereikt. Deze overeenstemming kan enkel tot stand komen als de aanlandingsverplichting aanvaardbaar, uitvoerbaar en handhaafbaar zal zijn. Naast de vragen van verschillende Europese parlementsleden was er ook een
eindverklaring van een lid van de Europese Commissie. De vertegenwoordiging van DG MARE was verheugd over de verrijkende uitwisseling van opvattingen en merkte op dat het voor hen bij het voorstellen van TAC’s en Quota niet verplicht is om zich te houden aan het ICES advies en dat ze zich ook mogen baseren op andere beleidsterreinen (milieu, sociaal, economisch, …). In verband met hun voorstel voor het meerjarenplan in de Oostzee werd verklaard dat het duurzame en rendabele visserijen ambieert en zodoende als model kan dienen voor andere gebieden. Er werd erkend dat de implementatie van de eerste fase van de aanlandingsverplichting heel wat werk met zich zal meebrengen voor de stakeholders en de lidstaten, net als de voorbereiding van de volgende fases. Verder hoopt de Commissie haar voorstel over de technische maatregelen te publiceren vóór het einde van dit jaar. De nieuwe technische maatregelen zullen een paradigmaverschuiving vormen, net als het teruggooiverbod was. Doelstellingen worden vastgesteld op het niveau van de EU en de stakeholders zullen een deel van de verantwoordelijkheid krijgen om de technische maatregelen te definiëren. CV
■
DAG VAN DE GARNAAL TE NIEUWPOORT Op zaterdag 3 oktober was het verzamelen blazen in de Stedelijke Vismijn van Nieuwpoort voor de zesde editie van de Dag van de Garnaal. Op deze mooie nazomerdag was heel wat volk afgezakt om het gebeuren van nabij mee te volgen. De Stad Nieuwpoort en de vzw Promovis houden eraan om de Vlaamse grijze Noordzeegarnaal ieder jaar opnieuw in de kijker te plaatsen. De dag startte stipt om 9u30 met de aankomst van het laatste Belgische houten vissersvaartuig N.116 Nostalgie van reders Sam Zwertvaegher en Diederik Jacob. Schipper en bemanning waren in de ochtendvroegte in zee gegaan om een sleep verse garnaal te kunnen aanvoeren. Het aanwezige publiek kon vanop de kade met grote belangstelling het verwerkingsproces van de kaviaar van de Noordzee gadeslaan aan boord van het vissersvaartuig. Heel de voormiddag waren activiteiten en demonstraties voorzien in de visvei-
10
ı REDERSCENTRALE ı
ling. Men kon onder andere smullen van diverse garnaalgerechtjes bereid door de KVLV. Ook het uit de vuist eten van een bakje garnaal met een Rodenbach aangeboden door de vzw Promovis behoorde tot de mogelijkheden. De werking van de zeefmachine kon van dichtbij gevolgd worden en men kon informatie inwinnen of vragen stellen aan de diverse infostands. Charles Beuckels, reder van de N.86, had voor de gelegenheid zijn innovatief vistuig tentoongesteld. De vele passanten kregen een deskundig woordje uitleg over de werking van de Seewing en de constructie van de zeeflap in het net. Het waren vooral positieve geluiden, minder brandstofverbruik, minder bodemberoering, een zuiverder garnaalvangst kortom allemaal positieve duurzame ontwikkelingen die hun intrede doen in de garnaalvisserij. Tenslotte was er voor het grote publiek en de genodigden een visfestijn waar niet alleen de garnaal, maar ook de
schol en de Vis van het Jaar, de hondshaai, centraal stonden op het menu, smaakvol bereid door de hotelschool Ter Duinen uit Koksijde. MV
■
HET VERBRUIK VAN AGRO- EN VISSERIJPRODUCTEN IN BELGIË Het merendeel van de voeding wordt in België thuis geconsumeerd of wordt van thuis meegenomen, maar het buitenshuis verbruik en het verbruik van afhaalmaaltijden (samen foodservices genaamd) vormen toch ook een aanzienlijke markt. Voor heel wat Belgische agrovoedingsproducten merken we echter een onderconsumptie in foodservices en is er dus potentieel tot groei. Vis daarentegen wordt in verhouding wel vaker buitenshuis gegeten. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek dat VLAM liet uitvoeren door het marktonderzoekbureau iVox.
Consumptie, meer dan thuisverbruik
VLAM volgt via verschillende onderzoeken de consumptie van agrovoedingsproducten op, samen met de mate waarin die producten thuis of buitenshuis gegeten worden. Hoewel het thuisverbruik veruit het grootste is en blijft, neemt de foodservice (verbruik buitenshuis en afhaalmaaltijden) ook een aanzienlijke markt in. Om een beeld te krijgen op het totale verbruik zette VLAM een onderzoek op in samenwerking met het marktonderzoeksbureau iVox . Dagelijks werd bij 20 andere personen gepeild naar hun consumptie de dag voor het onderzoek, en dit gedurende een volledig jaar. Het onderzoek verzamelde zo in totaal de gegevens van 7.350 unieke personen. De doelgroep van het onderzoek waren in België thuiswonende personen tussen 15 en 65 jaar.
Consumptieplaatsen
Thuis is en blijft de belangrijkste consumptieplaats. Van het totaal aantal consumptiemomenten heeft 66% thuis als consumptieplaats. In 2007 (voor de crisis) was buitenshuis goed voor een aandeel van 35% van de consumpties. In 2009, na het uitbreken van de crisis, daalde dit tot 32% om vervolgens weer licht te stijgen tot 33% in 2011 en dus 34% in 2014. Het werk/de school vormt de belangrijkste consumptieplaats buitenshuis. Op een gemiddelde dag consumeren 26% van de Belgen iets op het werk of op school (inclusief voeding van thuis meegebracht). Op een gemiddelde werkdag ligt dit natuurlijk hoger, nl. 34%.
Horeca is de tweede belangrijkste consumptieplaats buitenshuis met een dagpenetratie van 17%. Op een vrijdag, zaterdag of zondag bedraagt dit 20%. Ook bij familie of vrienden wordt regelmatig iets verbruikt. Op een gemiddelde dag eet of drinkt 16% iets bij hen. Op een gemiddelde zondag stijgt dit tot 26%. Onderweg is de vierde belangrijkste consumptieplaats met een dagpenetratie van 8%.
Vlees, vis of vegetarisch
Op een gemiddelde dag at 90% van de Belgen vlees of vis. Dit betekent dus dat op die dag 10% van de Belgen vegetarisch gegeten heeft. 85% van de Belgen eten een vleesproduct op een gemiddelde dag. Vers vlees haalt een dagpenetratie van 60%, vleessnacks zijn goed voor 9% en vleeswaren halen 68%. Het totale verbruik van vers vlees bedroeg in 2014 34,6 kg per capita. Gemengd vlees (voornamelijk gehakt) is de meest geconsumeerde vleessoort met een verbruik van 9,1 kg per capita. Daarna volgen kip (8,0 kg), varkensvlees (6,1 kg) en rundvlees (5,7 kg). Vlees is eerder een product voor thuisverbruik (75% van de keren thuis en 7% in horeca), terwijl vis in verhouding vaker buitenshuis gegeten wordt (60% van de keren thuis en 16% in horeca). Vooral het gemengd vlees en varkensvlees worden relatief vaak thuis gegeten. Rundvlees komt al wat vaker in een horecazaak op het bord (10% van de keren dat rundvlees gegeten wordt).
Voor verse vis, week- en schaaldieren bedraagt de dagpenetratie 11% en voor verwerkte vis (gerookte vis, vissticks, vissalades, …) 8%. Voor deze twee visproducten samen komen we op een dagpenetratie van 17%. Bij verse vis, week- en schaaldieren is zalm de koploper, gevolgd door kabeljauw, garnalen, scampi en mosselen. Bij vis, week- en schaaldieren hoort kabeljauw eerder thuis in de eigen keuken terwijl scampi en mosselen eerder in de horeca gegeten worden, namelijk 1 op de 3 keer dat deze producten gegeten worden.
Belg besteedde meer aan vis dan vorige jaren
Om een beter zicht te hebben op welke vissoorten thuis zoal gegeten worden, moeten we ten rade bij GFK Panel Services Belgium. Dit bedrijf volgt jaarlijks in opdracht van VLAM de aankopen voor thuisverbruik op bij 5.000 Belgische gezinnen. De cijfers van dit jaar zijn uiteraard nog niet beschikbaar, maar als we die van 2014 bekijken zien we dat de bestedingen aan vis, week- en schaaldieren vorig jaar, in tegenstelling tot de totale voedingsmarkt, stegen met 1,5%. De groei situeerde zich in Vlaanderen en in Brussel. Ondanks de gestegen bestedingen kromp het gekochte volume van deze categorie. De daling was te wijten aan een verminderde belangstelling voor vis, week- en schaaldieren in diepvries.
ı REDERSCENTRALE ı
11
De verse vis deed het beter dan het marktgemiddelde en groeide met 2% in volume. De Belg kocht vorig jaar gemiddeld 1,7 kg verse vis. Verse vis kon vorig jaar meer kopers aantrekken en belandde ook iets vaker in het boodschappenmandje van deze kopers. Het segment van de gerookte vis daalde met 7%. Binnen de verse week- en schaaldieren konden de gepelde grijze garnalen vorig jaar een 17% stijging in volume optekenen. De verse mosselen kenden een stabiel jaar en bleven zowel qua kopers als qua gekocht volume op peil. De vis, week- en schaaldieren in diepvries daarentegen daalden sterk met 11% en trokken de totale categorie naar beneden. Kabeljauw blijft de populairste vissoort, op de voet gevolgd door zalm. 43% van de Belgische gezinnen kocht vorig jaar verse kabeljauw en dit aantal neemt toe. Op de tweede plaats volgt verse zalm met 37 kopers op 100. Deze twee klassiekers, zalm en kabeljauw, zijn samen goed voor bijna de helft van de verkoop van verse vis en dit aandeel is groeiend.
SDVO vzw De verse pladijs kon de opmars, na een en tong deden het vorig jaar wel veel Wandelaarkaai 4 - 8400 Oostende goed jaar 2013, waarin hij Vis van het beter dan gemiddeld. Tel: 059 509 526 - Fax: 059 509 664
[email protected] Jaar was, niet voortzetten en verloor kopers en volume. Ook andere vissen Openingsuren: Van maandag t/m donderdag zoals tongschar, zeewolf, wijting, haring van 8.30u tot 12.15u – 13u tot 17u en roodbaars verloren vorig jaar terOp vrijdag van 8.30u tot 12.30u rein. De jonge haring/maatjes, schelvis SM - Bron:Vlam.be ■
DEELTIJDSE LEERLINGEN ALS EXTRA BEMANNINGSLID Op 10 september 2015 werd een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst ondertekend betreffende de inrichting en financiering van de deeltijdse leertijd in de onderneming via het creëren van een extra arbeidsplaats aan boord van Belgische vissersvaartuigen. Dit akkoord is gesloten in het kader van het alternerend leren en treedt in werking op 1 september 2015 met een geldigheidsduur van één jaar. De Rederscentrale, als enige erkende werkgeversvertegenwoordiging in de visserijsector, geeft hierbij wat toelichting betreffende deze cao.
Organisatie:
Men kan enkel als extra deeltijds bemanningslid in aanmerking komen wanneer het vaartuig reeds voorzien is van een voltallige bemanning. In de praktijk is het extra deeltijds bemanningslid dus als surplus aangemonsterd. Er kan slechts één extra bemanningslid in het kader van alternerend leren aan boord zijn per zeereis. De deeltijdse leertijd voor een extra bemanningslid in het kader van het alternerend leren wordt
12
ı REDERSCENTRALE ı
georganiseerd in samenspraak tussen het Zeevissersfonds en het Centrum scheepsjongens, overeenkomstig de beDeeltijds Onderwijs (CDO) – Maritiem Openingsuren: palingen in deZeevissersfonds betreffende cao’s. Van maandag t/m donderdag Instituut Mercator. van 8.30u tot 12.15u 13u tot 17u
Wandelaarkaai 4 - 8400 Oostende Tel: 059 509 555
Fax: 059 opgevolgd 509 525 De verloning wordt door Deelname Op vrijdag van 8.30u
[email protected] tot 12.30u het sociaal secretariaat, BESOX, dat zo(informatie uit de cao): De kandidaturen worden opgevraagd doende de administratieve afhandeling via het kanaal van het CDO – Mari- tussen reder en Zeevissersfonds orgatiem Instituut Mercator. Er wordt een niseert. De dimona-aangifte dient als alterneringsplan arbeidsdeelname in volgt te gebeuren: voor FOD mobiliteit het kader van alternerend leren DBSO dient de functie ‘matroos’ aangeklikt te (Duaal Beroeps Secundair Onderwijs) worden (links) en voor de loonfunctie opgesteld tussen de deeltijdse leerling, dient men ‘extra deeltijds’ aan te klikhet CDO en de reder/werkgever. De ken (rechts). Als bij 'ingave zeereizen' is deeltijdse leerling wordt tewerkgesteld ingevuld dat er een extra deeltijds leermet een arbeidsovereenkomst wegens ling mee gaat, krijgt dit bemanningslid van BESOX automatisch een specifieke scheepsdienst voor de visserij. looncode. De deeltijdse leerling dient zich aan te bieden voor een medische keuring bij Na elk kwartaal krijgt het Zeevisserseen geneesheer die voorkomt op de fonds een lijst van BESOX van de aanlijst van de Federale Overheidsdienst monsteringen onder het extra deeltijds Mobiliteit en Vervoer. Er dient bevesti- statuut. Deze lijst wordt eerst door de ging van de FOD Mobiliteit bekomen FOD Mobiliteit gecontroleerd om na te te worden dat het vaartuig voldoende gaan of het effectief over overtallige beuitgerust is om een extra bemanningslid manningsleden gaat. Na deze controle mee te nemen. Het loon van een deel- en als de reder in orde is met de bijdratijds leerling die als extra bemanningslid gen aan het Zeevissersfonds wordt de wordt aangemonsterd, bedraagt per dag opleidingsvergoeding geregeld. MV ■ het gewaarborgd minimumloon voor
AANVOER & BESOMMING BELGISCHE VAARTUIGEN IN BELGISCHE HAVENS September 2015 Gewicht (kg)
Waarde (€)
G.P. (€/kg)
Stedelijke vismijn Nieuwpoort Vlaamse Visveiling
20.816
93.732
4,50
1.516.065
5.504.486
3,63
TOTAAL
1.536.881
5.598.218
3,64
QUOTARUILEN 2015 België krijgt van Frankrijk
Frankrijk krijgt van België
130 ton schol VIIde
20 ton tong II, IV
België krijgt van het Verenigd Koninkrijk
Het Verenigd Koninkrijk krijgt van België
5 ton tong VIIfg
15 ton zeeduivel VII
ı REDERSCENTRALE ı
13
STAND DER VANGSTEN
Kabeljauw Schelvis Zwarte koolvis Witte koolvis Leng Wijting Schol Tong
14
QUOTUM 2015 (RUIL INBEGREPEN)
IIa(EU);IIIa(≠SK,≠KT);IV VIIa VIIbc;VIIe-k;VIII;IX;X VIId Totaal IIa(EU);IV VIb,XII,XIV(EU+IW) Vb,VIa(EU+IW) VIIb-k,VIII,IX,X VIIa Totaal IIa(EU);IIIa;IIIbc(EU);IV VII,VIII,IX,X Vb(Faeröer) Totaal VII VIIIabde Totaal IV(EU) V(EU+IW) VI,VII,VIII,IX,X,XII,XIV(EUIW) Totaal IIa(EU);IV VIIa VIIb-k VIII Totaal IIa(EU);IIIa(≠SK,≠KT);IV VIIa VIIde VIIfg VIIhjk VIII,IX,X Totaal II,IV(EU) VIIa VIId VIIe VIIfg
AANVOER
1.317 12 237 76 1.642 227 8 7 122 17 380 11 6 60 77 420 1 421 23 9 82 114 280 1 342 10 633 8.186 160 1.302 226 5 5 9.883 881 38 1.156 51 658
%
683,70 51,91 10,77 88,95 118,25 49,99 75,12 98,22 887,84 54,07 29,91 13,19 0 0,00 0 0,00 115,40 94,63 4,85 28,73 150,16 39,49 3,90 36,79 0,63 10,50 0 0,00 4,53 5,91 31,31 7,45 0,14 14,00 31,45 7,47 6,89 29,64 0 0,00 30,71 37,46 37,60 32,92 40,49 14,46 1,24 92,19 242,43 70,95 Gesloten Gesloten 286,04 45,18 3.425,85 41,85 102,79 64,44 995,82 76,50 184,38 81,68 4,25 78,43 Gesloten Gesloten 4.715,19 47,71 565,20 64,19 28,05 73,05 841,20 72,79 17,70 34,75 Gesloten Gesloten
* EU=EU-wateren; IW=internationale wateren; NW=Noorse wateren; SK=Skagerrak; KT=Kattegat ı REDERSCENTRALE ı
OP BASIS VAN GEGEVENS VERSTREKT DOOR DE DIENST ZEEVISSERIJ
VISBESTAND
VERSIE VAN 20/10/2015
VISBESTAND
QUOTUM 2015 (RUIL INBEGREPEN)
AANVOER
Tong VIIhjk 51 VIIIab 307 Totaal 3.141 Tarbot en griet IIa,IV(EU) 295 Rog IIa,IV(EU) 241 VIab,VIIa-c,VIIe-k(EU) 879 VIId(EU) 99 VIII,IX(EU) 7 Totaal 1.226 Schar en bot IIa,IV(EU) 808 Tongschar en witje IIa,IV(EU) 679 Roodbaars Vb(Faeroer) 8 IIa(EU);IIIa;IIIbc(EU);IV 114 Makreel Vb(EU+IW);VI,VII,VIIIabde 18 Totaal 132 Sprot IIa,IV(EU) 2.506 VIIde 26 Totaal 2.532 Horsmakreel IVbc,VIId(EU) 53 IIa,IVa(EU);VI,VII(≠d),VIII;Vb 5 Totaal 58 Heek IIa,IV(EU) 48 Vb(EU+IW);VI,VII;XII,XIV(IW) 145 VIIIabde 17 Totaal 209 Zeeduivel IIa,IV(EU) 363 VII 2.112 VIIIabde 339 Totaal 2.815 Schartong IIa,IV(EU) 17 VII 710 VIIIabde 5 Totaal 732 Langoustine IIa,IV(EU) 1.024 VII 27 VIIIabde 6 Totaal 1.057 Haring I,II(EU+IW) 1 IVc,VIId(≠Blackwater-bestand) 195 Totaal 196 Torsk IV(NW) 6
%
39,04 76,07 Gesloten Gesloten 2.462,82 78,41 156,73 53,13 172,75 71,68 Gesloten Gesloten Gesloten Gesloten Gesloten Gesloten 1.153,61 94,12 423,88 52,46 255,22 37,59 0 0,00 36,47 31,88 0,21 1,17 36,68 27,71 0,03 0,00 0 0,00 0,03 0,00 TBA TBA 0,79 15,80 58,81 101,40 36,57 76,61 9,81 6,77 Gesloten Gesloten 53,35 25,51 115,28 31,75 663,54 31,41 Gesloten Gesloten 959,79 34,10 0,01 0,06 236,49 33,30 Gesloten Gesloten 241,19 32,95 260,79 25,46 5,71 21,10 Gesloten Gesloten 266,75 25,23 0 0,00 9,06 4,65 9,06 4,65 0 0,00
ı REDERSCENTRALE ı
15
Binnen het project TECHVIS wordt door ILVO het initiatief genomen om een Kenniskring “Innoverend vissen” op te richten, dit om samen met de brede visserijsector het informeren, verbeteren, ontwikkelen en toepassen van duurzamere visserijtechnieken en werkwijzen in de praktijk te brengen. Deze Kenniskring wil de ervaring en kennis die reeds aanwezig is in de visserijsector en de wetenschap samenbrengen en verder aanscherpen om deze vervolgens te vertalen in concrete en realistische acties die bijdragen tot het verduurzamen en rendabeler maken van de sector.
Vragen, ideeën, samenwerken, … ? Laat het de Kenniskring “Innoverend Vissen” weten! www.facebook.com/ILVOinnoverendvissen
[email protected],
[email protected], 059/56 98 75
Update overlevingsproject ILVO In verschillende Europese lidstaten zijn projecten opgestart naar aanleiding van de aanlandingsplicht – ook wel Discard Ban genoemd – die door de EU gefaseerd wordt ingevoerd in de demersale visserij vanaf januari 2016. De aanlandingsplicht houdt in dat alle vangsten van gequoteerde soorten moeten worden aangeland, en dat geldt zowel voor maatse als ondermaatse vissen. De aanlandingsverplichting mag echter in geen geval leiden tot het verhogen van de vissterfte. Als wetenschappelijk kan aangetoond worden dat door vissers bepaalde ongewenste vissen de vangst, het sorteren en het overboord gooien kúnnen overleven, dan voorziet de wetgeving in een uitzonderingsmaatregel voor de aanlandingsplicht. Het doel van de opgestarte projecten is dan ook om na te gaan hoe groot de overlevingskansen zijn van belangrijke commerciële soorten na vangst- en verwerkingsproces in de demersale visserij. Door het ILVO wordt een onderzoeksproject van de Rederscentrale uitgevoerd. In Visserijnieuws en in de Rederscentrale hebben al meerdere artikelen gestaan over dit project. Nu is het weer tijd voor een nieuwe update. Hoe loopt het project en kunnen er reeds conclusies getrokken worden? Voortgang ILVO ILVO heeft inmiddels 11 reizen uitgevoerd, waarvan de laatste begin september. Deze reizen vonden plaats aan boord van een vaartuig van het groot vlootsegment (2), een kustvaartuig (5) en een eurokotter (4). Bij alle reizen
16
ı REDERSCENTRALE ı
werd vastgehouden aan de commerciële praktijk van het vaartuig. Tijdens deze zeereizen werd schol onderzocht op overleving en varieerde de trekduur tussen 50 en 157 min, afhankelijk van het type vaartuig. Naast het bemonsteren van deze slepen werden ook enkele korte slepen (14-30min) uitgevoerd om de impact van sleepduur op de overleving van schol te onderzoeken. Voor het overlevingsproject staat nog één zeereis met de eurokotter gepland. Op die manier zijn er, voor zowel de eurokotter als het kustvaartuig, zeereizen uitgevoerd tijdens elk seizoen. Zo kan het effect op overleving van factoren die veranderen doorheen het jaar (oa temperatuur, paaiperiode) onderzocht worden. Bakkenunit en controlevis Internationaal (binnen de ‘Workshop on Methods for Estimating Discard Survival – WKMEDS’ van de ‘International Council for the Exploration of the Sea’ - ICES) zijn afspraken gemaakt over wat nodig is om iets te zeggen over de overleving op lange termijn. Een belangrijk punt hierin is dat de huisvesting van vis geen (schadelijke) effecten mag hebben op de overleving van de vis. De bakkenunits die ILVO gebruikt zijn daarom conform WKMEDS-eisen ontworpen en uitvoerig getest met kweekvis in het lab. Daarnaast worden op alle overlevingsreizen (indien praktisch mogelijk) controlevissen meegenomen. Deze vissen zijn
al een aantal weken eerder op de visgronden gevangen en sindsdien in het lab in leven gehouden. Voor de zeereizen met het kustvaartuig en de eurokotter werden telkens controlevissen meegenomen. Deze vissen vertoonden voor deze negen reizen geen sterfte tijdens de overlevingsproeven waar, indien logistiek mogelijk, voor tenminste veertien dagen wordt verder gemonitord. Hierdoor kunnen we voorlopig aannemen dat de sterfte in de testvissen wordt veroorzaakt door het vangst- en sorteerproces en niet door de huisvesting. Voor elke zeereis werd, wegens plaatsgebrek op de vaartuigen, één bakkenunit gevuld met schol. De capaciteit van deze unit is 80 schollen, waarvan reeds 20 schollen controlevissen zijn. Omdat er per sleep 20 schollen worden verzameld op verschillende momenten tijdens het verwerkingsproces (direct uit de stortbak en op drie tijdstippen op einde van de verwerkingsband), kunnen drie slepen bemonsterd worden voor het vullen van de unit. Nadien worden nog extra slepen verwerkt met als doel extra data te verzamelen over vissen die niet meer in de bakken terecht kunnen komen. Aan de hand van de gemonitorde vis wil men door middel van deze extra data een uitspraak kunnen maken over hun vitaliteit, om uiteindelijk ofwel op staalname als ook op reisniveau overleving van teruggooi te kunnen becijferen. Voor de laatste reis met het groot vlootsegment werden twee bakkenunits meegenomen. Monitoringsperiode en reflextesten Een belangrijk punt dat internationaal naar voren komt is dat de monitoringsperiode lang genoeg moet zijn om alle aan visserij gekoppelde sterfte te registreren. Als een vis beschadigd en/of gestrest raakt door het vangst- en verwerkingsproces en dan overboord gaat, is hij in de meeste gevallen (bijvoorbeeld aan boord van het kustvaartuig) nog in staat om zelfstandig weg te zwemmen. Dit betekent echter niet dat de vis altijd zal overleven. De inwendige en uitwendige beschadigingen kunnen mogelijk op lange termijn leiden tot infecties en sterfte. Doormonitoren tot er meerdere dagen aaneengesloten geen vissen meer doodgaan is dus essentieel om iets te zeggen over de overleving op lange termijn. Uit observaties komt naar voren dat de meeste sterfte plaatsvindt in de eerste 7 dagen. Na twee tot drie weken is er geen sterfte meer. De vissen die dan nog leven, blijven in leven. De impact op reproductie en groei kunnen met een monitoringsperiode van twee tot drie weken echter niet onderzocht worden. Omdat stress en beschadigingen een belangrijke rol lijken te spelen in de overleving van de vis, worden belangrijke beschadigingstypes en reflextesten gescoord van elke gemonitorde vis om hun mate van vitaliteit te kunnen bepalen. Voor deze reflextesten wordt bijvoorbeeld gekeken of de vis in staat is om zich te draaien nadat hij op zijn rug is losgelaten in een bak met water. Ook wordt getest of de vis wegzwemt als zijn staart wordt vastgepakt. Een verband tussen de vitaliteit van de vis en deze reflextesten, samen met het scoren van enkele belangrijke beschadigingstypes, wordt om die reden onderzocht. Omdat alle vissen, die in de bakkenunits terechtkomen, zijn gescoord op deze manier, is een correlatie tussen vitaliteit en sterfte haalbaar. Voorlopige resultaten Binnen enkele weken wordt de dataverzameling beëindigd en wordt een uitgebreide en gedetailleerde analyse uitge-
Figuur 1: Overlevingsproeven op Z.483 (foto C.Vanden Berghe)
voerd. Eerste resultaten, ook over de toepassing van de reflexmethode, zijn al beschikbaar. De uitgebreide analyse van alle reizen wordt eind dit jaar of begin volgend jaar verwacht. Echter zijn er wel voorlopige conclusies: Eerdere studies tonen reeds aan dat hoe langer gesleept wordt, hoe groter de kans op beschadigingen, stress en sterfte. Het huidig onderzoek lijkt dit te bevestigen. De overleving van schol, afkomstig uit korte slepen, is meestal hoger dan deze van vissen afkomstig uit normale, langere slepen. In samenwerking met andere stressfactoren zou het negatieve effect van sleepduur onder anderen versterkt kunnen worden. Ook de weersomstandigheden waarin gevist wordt, lijken een rol te spelen. Tijdens warme (zomer)dagen is er een groot verschil tussen de lucht- en zeewatertemperatuur, wat nadelig is voor de schol die gevoelig is aan temperatuursveranderingen. Ook speelt de golfhoogte een rol: hoe groter de golven, hoe meer invloed dit heeft op de beweging van het net in het water. Stenen, krabben en andere organismen kunnen daardoor de schol in de kuil meer schade en stress toebrengen. Naast de samenstelling van de vangst zal het vistuig ook een rol te spelen in het overlevingsverhaal. Verder geeft een eerste verwerking van de reflex- en beschadigingsscores aan dat deze scores een indicator zijn voor de overlevingskansen van de vis. Tenslotte speelt de lengte van de schol ook een rol. Kleine vissen zijn gevoeliger voor schade, stress en sterfte in vergelijking met grotere vissen. Vervolg Om een algemeen beeld te kunnen vormen van de overleving van schol is het noodzakelijk om de verzamelde gegevens te verwerken en gedetailleerd te bestuderen. Naast inzicht te krijgen in de overlevingskansen van schol, worden ook de factoren onderzocht die een cruciale rol spelen in dit overlevingsproject. Onderzoekers van ILVO en IMARES (Nederland), die dezelfde methode volgen, zullen tijdens deze analyse samenwerken en resultaten vergelijken. Met behulp van deze resultaten is het mogelijk om in de toekomst aanpassingen door te voeren in het vangst- en sorteerproces met als doel de overleving te verbeteren.
ı REDERSCENTRALE ı
17
Het VisDirectPlus-project: blokverkoop als alternatieve verkooptechniek – een pilootstudie Gedurende 3 maand werkte ILVO-Visserij samen met de Vlaamse Visveiling en de Rederscentrale aan het uitvoeren van een pilootstudie over blokverkoop als alternatieve verkooptechniek. Blokverkoop houdt in dat éénzelfde product met éénzelfde kwaliteit en zelfde aanbiedingsvorm van verschillende producenten wordt samengebracht in een blok. Om de indeling in blokken te maken is het dus belangrijk om te weten welke vis samengevoegd mag worden in functie van oorsprong, versheid en andere parameters die van invloed kunnen zijn op de kwaliteit. Het VisDirectPlus-project dat eind juni voltooid werd, werd hiervoor uitgevoerd op 2 vlakken. Enerzijds werden er een beperkt aantal experimentele testen in het laboratorium viskwaliteit uitgevoerd om inzicht te krijgen in de parameters die van invloed zijn. Gedurende 5 staalnamedagen werden in de visveilingen van Oostende en Zeebrugge onder begeleiding van de viskeurders stalen verzameld van kabeljauw, tong, pladijs en tongschar. Per kwaliteit (KIM-score E of A) werden telkens 5 vissen beoordeeld. De vis werd beoordeeld op basis van de Injury Index Methode (schubbenverlies, bloeduitstortingen,..), grootte van de kuit (nagaan paaiperiode), visuele keuring van de kleur van de filet,…. Volgende visserijtechnieken werden door 21 verschillende vaartuigen gebruikt: boomkor met rolsloffen, quadrigsysteem voor langoustines, planken, Aquaplanning Gear en twinrig. De gegevens betreffende de aanvoerverwachting van de website van de Vlaamse Visveiling (visgrond, vistechniek) werden nagezien door de Rederscentrale ter controle. Anderzijds werd er via een rondvraag in de sector onderzoek verricht of volgende parameters (KIM-score, visgrond, textuur, kleur, paaiperiode, visserijtechniek,…) voor de doelsoorten tong, pladijs, tongschar, kabeljauw,… een invloed hebben om wel of niet over te gaan tot blokverkoop. In totaal werden 2 medewerkers van de visveilingen ondervraagd, 3 vaartuigpersoneelsleden/reders, 1 medewerker van de Rederscentrale en 5 viskopers, bestaande uit groothandelaars en kleinhandelaars. De “sector” bestaat hier dus uit zowel kopers als vissers. Na de interviews werd alle informatie samengevoegd en werden voorstellen geformuleerd voor het indelen in blokken. Deze voorstellen zijn dus gebaseerd op informatie verkregen uit de sector en niet uit objectieve wetenschappelijke analysen. Op basis van rondvraag in de sector werden voor kabeljauw, tong, pladijs, tongschar, Sint-Jacobsschelpen en rog een aantal voorstellen gedaan voor indeling tot blokverkoop. Voor kabeljauw wordt een indeling voorgesteld in 2 of 3 blokken. Daarbij is er vooral de vraag of kabeljauw van de oostelijke Noordzee samengevoegd mag worden bij die van het Engels Kanaal en de rest van de Noordzee of als ‘de Oost’ eerder als apart blok dient gezien te worden. Bij tong wordt een indeling voorgesteld in 3 blokken, namelijk Keltische en Ierse zee samen, Golf van Biskaje, en Engels Kanaal samen met Noordzee. Voor pladijs en tongschar worden 2 opties voorgesteld voor een verdeling in 3 blokken. In beide opties worden Keltische zee en Ierse
zee als 1 blok gezien, omdat vis uit dit gebied als minder kwaliteitsvol aanzien wordt, vooral bij de grote kopers in Nederland. Deze vis zou namelijk vetter zijn en minder lang bewaren. De vraag is dus of het beter is om pladijs en tongschar uit ‘de Oost’ apart te houden of niet. Bij Sint-Jakobsschelpen worden 2 opties voorgesteld. Het verschil tussen de 2 opties bestaat in het wel of niet opsplitsen van het Engels Kanaal in 2 gebieden (VIIe en VIId apart). Voor rog worden er 2 opties voorgesteld: ofwel kan alles in 1 blok verkocht worden, ofwel worden 2 blokken voorgesteld: Keltische en Ierse zee, en Engels Kanaal gecombineerd met Noordzee. Verder toegespitst onderzoek per vissoort zal moeten uitwijzen wat de beste indelingen zijn. Vanuit deze rondvraag en een aantal beperkte labo-analyses lijkt het belangrijk dat vis gevangen met verschillende visserijtechnieken niet in blok samen verkocht wordt. Meer gedetailleerd onderzoek is echter noodzakelijk om het juiste effect te zien van deze visserijtechnieken. Ook is de invloed van de seizoenen in de verschillende visserijgebieden slechts beperkt gekend. Zo werd er advies gegeven om aan visfileerbedrijven gegevens op te vragen in verband met de filetopbrengst per maand voor diverse visserijgebieden. Uit de beoordeling van visstalen in het laboratorium volgt dat de KIM-score onvoldoende de viskwaliteit dekt. Volgende parameters zouden bijkomend opgenomen moeten worden in de kwaliteitskeuring: Injury Index (verplettering, bloeduitstortingen,…) en de manier waarop de vis gegut werd. Uit rondvraag in de sector wordt aangegeven dat viskwaliteit eveneens vaartuigafhankelijk is. Zo spelen de duur van de zeereis, visserijtechniek en sleepduur een belangrijke rol, maar ook de behandeling van de vis aan boord (bewaartemperatuur, snelle koeling, gutten en hygiëne). Het is tevens van belang voor kopers dat de informatie betreffende de aanvoerverwachting op de website van de Vlaamse Visveiling zo volledig mogelijk wordt vermeld. Dit is nodig om de vraag vooraf zo veel mogelijk op het aanbod te kunnen afstemmen. Verder onderzoek zal nodig zijn om de verkregen informatie te objectiveren en een definitieve correcte indeling in blokken voor te stellen. Projectmedewerkers: Karen Bekaert en Daphné Deloof
3 maal per week het aanvoerpunt voor verse vis in Vlaanderen Afdeling Zeebrugge Noordzeestraat 201 8380 Zeebrugge Tel: +32 50 55 99 33 Fax +32 50 54 67 94 @ :
[email protected] Web : www.zv.be
18
ı REDERSCENTRALE ı 16 VISAKTUA
januari 2011
Voor verdere info contacteer Eddy Landuyt
Afdeling Oostende Maritiemplein 1 8400 Oostende Tel: +32 59 33 90 90 Fax +32 59 34 08 98 @ :
[email protected] Web: www.vismijnoostende.be
ONDERZOEK Z.85 AFGEROND Op 28 januari 2015 verdween de Z.85 Morgenster in de golven in het Engels Kanaal tussen Hastings en Boulogne. Vier bemanningsleden verloren hierbij het leven. Ondertussen werd het onderzoeksrapport afgerond en blijkt dat zware weersomstandigheden aan de oorsprong liggen van de scheepsramp en dat het schip hierdoor is gekapseisd. Hierna volgt een samenvatting van het rapport.
De dag van de scheepsramp stelden verschillende collega-vissers vast dat er geen contact meer mogelijk was tussen hen en de Morgenster. Aan boord waren twee Nederlanders, één Belg en één Portugees aanwezig: Jan Kramer, Bert Woort, Maurice Coussaert en Americo dos Santos Martins. Er werd een grote zoekactie gestart, maar bij het vallen van de avond was er nog geen enkel spoor. Op 30 januari spoelden de lichamen van twee slachtoffers aan op de Franse kust. Begin februari werd een grote zoekactie op touw gezet naar het wrak en de andere lichamen. Op 3 februari 2015 werd het wrak van de Z.85
gevonden, met daarin het lichaam van schipper Jan Kramer. Het lichaam van Americo dos Santos Martins bleef als enige vermist. Het rapport vermeldt verder dat de Z.85 Morgenster een Belgisch boomkorschip is van 24 meter lang en wijst erop dat het ophalen van de netten geen evidente operatie is, met heel wat specifieke handelingen met het materiaal om ervoor te zorgen dat het schip in balans blijft. Door de onstuimige zee met een windkracht van acht beaufort en golven tot vijf meter hoogte, werd het schip toch uit balans gebracht, waardoor het uiteindelijk kapseisde. Staatssecretaris voor de Noordzee Bart Tommelein, die op 18 september 2015 het Belgische onderzoeksrapport presenteerde, zei: ‘Nederland, Frankrijk, Groot-Brittannië en België hebben in het onderzoek naar de ramp goed werk geleverd. Zij hebben alles in het werk gesteld om de vermisten en het wrak snel te lokaliseren. Ook de FOD Mobiliteit (Maritiem Vervoer) en Defensie hebben hard gewerkt om de oorzaak van de ramp zo snel mogelijk te achterhalen.’
Bij afvaart van de dramatische reis beantwoordde het schip aan alle wettelijke vereisten. Ook de bemanning voldeed aan de wettelijke verplichtingen. De piste van een aanvaring, die eerder ook in de media aan bod kwam, werd nauwkeurig onderzocht. Daar is echter geen enkele aanwijzing voor gevonden, ook niet voor een aanvaring met zeedrift (objecten die onder water drijven, bijvoorbeeld een verloren container). Het vissersvaartuig Z.85 is louter gezonken als gevolg van zware weersomstandigheden. Staatssecretaris Tommelein overhandigde het rapport zelf aan de weduwe van de Belgische visser Maurice Coussaert. De FOD Mobiliteit bezorgde het onderzoeksrapport aan de Portugese autoriteiten en aan de burgemeester van Urk, die het op hun beurt aan de familie van de slachtoffers zouden overhandigen. De Rederscentrale betuigt hierbij nogmaals haar medeleven aan de nabestaanden van alle slachtoffers. CV
ı REDERSCENTRALE ı
■
19
RUIMTELIJKE ORDENING Ruimtelijke ordening op zee blijft een gegeven waar de Rederscentrale een continue aandacht voor heeft. Via mariene beschermde gebieden op zee tracht men verschillende habitats, zeezoogdieren en vogels te beschermen. Bovendien dient de visserij rekening te houden met offshore windmolenparken, het energie-atol en dergelijke meer.
Afbeelding 1: de IFREMER matrix om de impact te berekenen
Natura 2000 gebied Vlaamse banken
Op 12 oktober 2015 ging in Duinkerke een Natura 2000 werkvergadering door over de Natura 2000 doelstellingen voor het gebied Bancs de Flandres. De Rederscentrale maakt deel uit van deze werkgroep.Tijdens de bijeenkomst werd door een vertegenwoordiging van het Agence des Aires Marines Protégées een stand van zaken gegeven over welke visserijtypes zullen worden onderworpen aan instandhoudingsmaatregelen en welke methode wordt gehanteerd om dit alles in kaart te brengen. Om de maatregelen te bepalen is consistentie zeer belangrijk. Vandaar dat gebruik moet gemaakt worden van een uniforme methode om het risico van aantasting van de sites te bepalen. Een eerste niveau om dit in kaart te brengen is de analyse van de habitat. Hierbij wordt gekeken naar de staat van de habitat en naar het belang van het gebied binnen het Natura 2000 netwerk. Dit gebeurt niet enkel in vergelijking met gebieden in dezelfde lidstaat, maar ook op internationaal niveau. Uit analyse blijkt dat de gevoelige zones zich voornamelijk binnen de driemijlszone bevinden. Een tweede niveau is de visserijactiviteit. Om de intensiteit hiervan na te gaan werden onder meer VMS gegevens verzameld en een matrix opgesteld door IFREMER, een Franse wetenschappelijke instelling. Hieruit blijkt dat vooral bordenvisserij en boomkorvisserij risico vormen op het verstoren van de habitat. Andere visserijactiviteiten zoals warrelnet- en pelagische visserij vormen geen directe bedreiging. Tenslotte zijn er nog de pulsvisserij en de flyshootvisserij. Huidige analyses zijn ontoereikend om duidelijkheid te geven of deze activiteiten een risico vormen. Verder onderzoek zal dit moeten uitwijzen.
20
ı REDERSCENTRALE ı
Afbeelding 2: de zones binnen het Bancs de Flandres gebied met risico op verstoring
Niveau drie bestaat uit de interactie tussen de visserijactiviteiten en de habitats. Zo wordt de potentiële impact van de activiteiten op de levensgemeenschap gecategoriseerd. IFREMER doet dit aan de hand van een matrix, te zien op afbeelding 1. De impact wordt in vier niveaus ingedeeld: nul, weinig, gemiddeld en sterk. In een volgend overleg zal meer duidelijkheid geschept worden over wat de maatregelen ten aanzien van de boomkor zullen worden. Wel werd reeds een kaart vrijgegeven waarop is te zien dat vooral een aantal gebieden binnen de driemijlszone een sterk risico op verstoring vertonen. De kans is zeer groot dat in de rode zones, te zien op afbeelding 2, maatregelen ten aanzien van de visserij worden uitgevaardigd. Voor de Belgische vaartuigen vormt dit niet onmiddellijk een probleem gezien enkel verder van de kust gevist wordt. Of er maatregelen komen voor de gebieden in het geel (weinig kans op verstoring) is nog onbekend.
Energie-atol weinig kans op slagen
Staatssecretaris voor de Noordzee Bart Tommelein heeft laten weten dat het energie-atol in de buurt van de Wenduinebank er naar alle waarschijnlijkheid niet komt. Doordat de voorwaarden tot economische haalbaarheid volgens de uitgevoerde studie niet haalbaar bleken, heeft hij aan de federale regering geadviseerd om geen concessie toe te kennen voor dergelijk project. Minister van Energie Marie-Christine Marghem verklaarde dan weer dat de resultaten van twee studies uitwijzen dat een energie-atol voor de kust zeker niet de meest rendabele oplossing is voor de nood aan energieopslag. Er zijn momenteel ook geen strategische redenen om dit zwaar te subsidiëren, wat in de bestaande wetgeving nog altijd verboden is.
EB/SM
■
VLAAMSE HAVENDAG Meer dan 76.000 mensen brachten op zondag 20 september 2015 een bezoek aan de havens van Antwerpen, Gent, Oostende en Zeebrugge, die in het kader van de Vlaamse Havendag hun terreinen openstelden. Het werd een prachtige, zonnige topeditie en alle havenbesturen en -bedrijven zijn opgetogen met de belangstelling van de vele bezoekers. Ook de Rederscentrale was present op de Vlaamse Havendag.
Het economische belang van de haven van Zeebrugge voor de regio groeit. Ruim 22.000 mensen danken hun job aan dit knooppunt waar zeeschepen, vrachtwagens, treinen en binnenvaartschepen elkaar ontmoeten. Daarom werkten tal van bedrijven en organisaties, die actief zijn in of rond de haven van Zeebrugge, mee aan de vierde editie van de Vlaamse Havendag. De site van de Vlaamse Visveiling was de uitvalsbasis voor een boeiende dag in de Brugse haven. Bezoekers konden de infobeurs in de centrale tent bezoeken en van daaruit vertrekken (met eigen vervoer of met gratis bussen) naar een massa boeiende activiteiten voor jong en oud.
informeren over het uitgebreide aanbod van kwaliteitsvolle, verse en lekkere vis die door de Vlaamse vissers aan land wordt gebracht, over de taken van de Rederscentrale die daarmee gepaard gaan en over de activiteiten die dat alles met zich meebrengt in de Vlaamse kusthavens. In de voormiddag liep er een vissersvaartuig binnen en konden de bezoekers de losactiviteiten live volgen. In de namiddag werd de loopbrug op de Z.90 Francine geplaatst en kregen bezoekers vrije toegang tot het vissersvaartuig. Ook het opleidingsvaartuig, de O.29 Broodwinner, lag speciaal aangemeerd in Zeebrugge voor dit evenement. Geïnteresseerden konden ook een bezoek brengen aan het onderzoeksschip Simon Stevin. Het vaartuig, dat ingezet wordt door VLOOT in samenwerking met het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ), bedient een breed spectrum aan zee-wetenschappelijk onderzoek. De Simon Stevin beantwoordt aan de noden
van de verschillende mariene onderzoekdisciplines en is volledig uitgerust met alle apparatuur en hoogtechnologische sonartechnieken die stroommetingen en karakterisering van de bodem toelaten. De hoog accurate plaatsbepaling is verzekerd door het dynamisch positionerings- en stuursysteem. De dieselelektrische aandrijving biedt de mogelijkheid om te varen als 'stil schip' waardoor alle akoestische meetinstrumenten optimaal benut kunnen worden. Ook het Maritiem opleidingscentrum van de VDAB zette zijn deuren open. Men kon er een bezoek brengen aan exclusieve engine-en decksimulatoren. Er werden tal van demonstraties gegeven en bezoekers kregen de kans om mee te varen in hun veiligheidsboten. De jongsten konden deelnemen aan diverse maritieme spelletjes om hun technische vaardigheden als toekomstige zeelieden te testen. CV
■
Er stonden dit jaar ook een aantal visserij-gerelateerde activiteiten op het programma. De Vlaamse Visveiling nam de bezoekers mee op de werkvloer. In de veilzaal werd meer uitleg gegeven over de werking van het veilsysteem, de wereld van de visserij en de vis als Vlaams product. Na de rondleiding kwamen de bezoekers terecht in de neerzethal van de vismijn waar nog enkele standhouders, o.a. VLAM,VVC Equipment en VDAB stonden. Ook de Rederscentrale was daar aanwezig om de bezoekers te
ı REDERSCENTRALE ı
21
We keep you fishing
Bruinisse (NL) Stellendam (NL) Kilmore Quay (IRL)
Officieel Dealer Mitsubishi Dieselmotoren
Bezoek/correspondentieadres: Deltahaven 18, Postbus 23, 3250 AA Stellendam (NL) +31 (0)187 49 80 20 @
[email protected] www.padmos.nl
☎
Padmos Z53.indd 1
12-03-13 09:23
VANQUATHEM-LOMBAERTS-EGGERMONT ADVOCATENASSOCIATIE Georges VANQUATHEM Jean-Luc LOMBAERTS Marijke EGGERMONT Invalidenlaan 14 8301 KNOKKE-HEIST Tel. 050/51 43 43 Fax 050/51 03 06 G.S.M. 0475/68 00 69 E-mail
[email protected] BTW BE 0502.301.830
22
ı REDERSCENTRALE ı
Nieuwbouw
Visserijreglementering Maritiem recht Handels- en vennootschapsrecht Faillissementsrecht Bouwrecht en contracten Huurrecht: handel en privaat Verkeersrecht Invorderingen Familierecht
EERSTE STEENLEGGING VISMIJNSITE OOSTENDE Op maandag 28 september nodigde de Vlaamse Visveiling onder andere de Rederscentrale uit voor het bijwonen van de eerste steenlegging voor de nieuwe rederspakhuizen op de vismijnsite te Oostende. Voor de nieuwe vismijn is het wachten tot de Vlaamse overheid een oplossing gevonden heeft voor de verhuis van het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ). Na een periode van bijna vijf jaar sedert de overname van de Oostendse Visveiling werden eindelijk, na vele procedureslagen, de sloop- en bouwvergunningen bekomen voor de opbouw van de eerste fase. De stad Oostende en de Provincie hebben hun blik op de toekomst gericht en steeds de plannen voor de bouw van de nieuwe vismijn en de uitbouw van het European Food Centre (EFC) ondersteund. Vele Oostendenaars zijn verknocht aan de nostalgische gebouwen van de vismijn, in de volksmond ook de ‘vismiene’ genoemd. Om te voldoen aan de hedendaagse normen inzake voedselveiligheid, hygiëne en de functionele werking is men genoodzaakt te voorzien in de uitbouw van een nieuw professioneel centrum voor de visserij. De Vlaamse Visveiling en het European Food Centre geloven in de toekomstmogelijkheden voor de Vlaamse visserijsector. CEO van de Vlaamse Visveiling Marie Jeanne Becaus-Pieters had tijdens haar speech toch enkele bedenkingen en vragen aan de Vlaamse overheid in verband met de toekomst van de steeds inkrimpende lokale vloot en de Belgische quota. Hierbij citeren we een drietal vragen: - Waarom slaagt de Nederlandse overheid erin om de vissersschepen in Nederland-
se handen te houden en bijna alle Nederlandse quota in Nederland te doen verkopen. Het gevolg is een zeer sterke vloot en aantrekkelijke thuishavens met vishandelaars en visverwerkende bedrijven van wereldniveau. Dit geldt eveneens voor de scheepsbouw- en scheepsonderhoudsbedrijven, voor de logistieke bedrijven en alle dienstverlenende bedrijven. - Hoe gaat de overheid in België de opvolgingsproblematiek met andere woorden de toegang voor jonge schippers tot de sector faciliteren? Er zijn voldoende geïnteresseerden, maar de banken weigeren financieringen voor overname van de rederijen zonder bijkomende waarborgen. Een mogelijke en dringende oplossing is overheidswaarborgen en/of risicofondsen. - Hoe belangrijk is eigenlijk de volledige visserijketen voor Vlaanderen? Hierbij wordt verwezen naar alle stakeholders, zowel de vissersvloot als de thuishavens met het cluster van visserij gebonden bedrijven als de visveiling, vishandel, de visverwerkende bedrijven, de dienstverleners, logistieke bedrijven, scheepsonderhoud, diverse servicebedrijven, de visserij-
school en de onderzoeksinstituten zoals ILVO en VLIZ. Deze opsomming is zeker niet beperkend. Het is heel duidelijk dat er een lange termijn strategie moet uitgeschreven en geïmplementeerd worden door de overheid samen met alle actoren van de keten om de sector in stand te houden. De site zal ook inspelen op de noden voor de toeristische sector om zowel de consument als de kusttoerist met het ruime aanbod van verse Noordzeeproducten te laten kennis maken. Daarna sprak burgemeester Johan Vande Lanotte de aanwezigen toe. Hij was uiteraard opgetogen met de investering van EFC op de vismijnsite die werd begroot op een totaliteit van 17,2 miljoen euro. Hij benadrukte dat voor de Oostendse economie, de voedingsindustrie van primordiaal belang is en dat de visserij daarin zeker een belangrijk aandeel heeft. MV ■
AANVULLENDE QUOTAMAATREGELEN Midden oktober werd het volgende besluit van de Vlaamse overheid uitgevaardigd: Rog VIab,VIIa-c,e-k Ingevolge quota-uitputting is het voor Belgische vissersvaartuigen vanaf zaterdag 17 oktober tot eind 2015 verboden te vissen op rog VIab,VIIa-c,e-k. Even-
eens het aan boord houden, overladen en lossen van rog, welke na 17 oktober 2015 gevangen is in de respectievelijke gebieden, zijn verboden. Mede op basis van de adviezen van de Quotacommissie maakte de Dienst Zeevisserij de volgende aanvullende maatregel bekend:
Schol II, IV
Op 15 oktober werd het rondschrijven ontvangen dat voor de vaartuigen van het KVS tijdens de lopende beheerperiode 1 januari tot 31 december 2015 de toegekende hoeveelheden Noordzeeschol met onmiddellijke ingang met 20 kg per kW worden verhoogd tot 355 kg per kW. CV ■
ı REDERSCENTRALE ı
23
Reeds 56 jaren ten dienste van de Belgische Zeevisserij ! Reeds 56 jaren ten dienste van de Belgische Zeevisserij ! Vier bedienden staan dagelijks ter beschikking voor alle loonadministratie van reders en bemanning: Vier bedienden staan dagelijks ter beschikking voor alle loonadministratie van reders en bemanning: Patricia en Vanessa staan alle dagen ter beschikking in onze burelen:
N.V. LEMAHIEU H.K. Patricia en12 Vanessa staan alle dagen beschikking burelen: Bayauxlaan te Knokke-Heist - tel. ter (050)62 16 16 • in faxonze (050)61 48 66
Oude Vaartstraat 4is- 8730 Beernem Bayauxlaan te Knokke-Heist - de tel.lokalen (050)62van 16 de 16Zeebrugse • fax (050)61 48 66 Christa elke12morgen te vinden in Visveiling. ☎ (050) 25 04Christa 80 - Fax (050) 78tel. 19(050)55 68vinden is elke morgen te in de lokalen van de Zeebrugse Visveiling. 11 55 • fax (050)55 13 00
[email protected] - www.lemahieu.eu tel. (050)55 11 55 uurrooster) • fax (050)55 Fabienne is dagelijks beschikbaar (variabel in 13 de 00 lokalen van EVO Oostende. Fabienne is dagelijks beschikbaar (variabel uurrooster) in de lokalen van EVO Oostende. tel. (059)33 90 94 • fax (059)32 04 46 THERMO - ISOLERENDE VERPAKKING tel. (059)33 90 94 • fax (059)32 04 46 IN EXPANDEERBAAR POLYSTYREEN VOOR: verse vis en viswaren vers vlees en vleeswaren groenten en fruit zuivelproducten diepvriesproducten breekbare mechanische, elektrische of precisie-instrumenten het groeperen van bokalen potten en bekers in glas, plastiek of aardewerk (paletten) pootbakjes voor horticultuur en tuinbouw isolatieplaten
RKEND S SOCIAAL OCIAAL S SECRETARIAAT ECRETARIAAT EERKEND VAN DE DE KUST KUST VAN
Neem NU NU contact contact met met ons ons op op !! Neem
ALLE TOEPASSINGEN IN EXPANDEERBAAR POLYSTYREEN
VJ VJ
Tel. 050 54 45 41 Tel. Fax 050 050 54 54 45 58 41 37 n.v. Fax 050 54 58 37 n.v. Scheepsherstelling Scheepsherstelling Afwerking nieuwbouwschepen Afwerking nieuwbouwschepen Metaalconstructie Metaalconstructie Draai-, frees- en schaafwerk Draai-, frees- en schaafwerk Inox- en aluminiumconstructie Inox- en aluminiumconstructie Verhuur telescopische kranen Verhuur telescopische kranen
SDS n.v. n.v. SDS
Leveren, plaatsen en herstelling van: Leveren, plaatsen en herstelling van: alle dieselmotoren, alle dieselmotoren,pompen keerkoppelingen, keerkoppelingen, pompen en compressoren e.a. en compressoren e.a. ABC-dealer ABC-dealer DROOGDOK DROOGDOK Schroeven en schroefassen Schroeven en schroefassen Las- en leidingswerk Las- en leidingswerk
Bureel - Werkplaatsen: Bureel - Werkplaatsen: Boomkorstraat 7/8 - 8380 ZEEBRUGGE Boomkorstraat 7/8 - 8380 ZEEBRUGGE GSM 0477 41 20 93 GSM 0477 41 20 93 24u/24u 24u/24u 4
4 4
ı REDERSCENTRALE ı 24 ı R E D E R S C E N T R A L E ı
Tel. 050 54 51 78 Tel. Fax 050 050 54 55 51 03 78 67 Fax 050 55 03 67
MARKTSITUATIE IN DE ZEEVISSERIJ AUGUSTUS 2015 (teneinde seizoenschommelingen te neutraliseren worden de gegevens vergeleken met de overeenstemmende maand van het voorgaande jaar)
AANVOER NEEMT AF - PRIJZEN NEMEN FORS TOE
AANVOERWAARDE
De gemiddelde visprijs bedroeg in augustus 4,03 euro/kg t.o.v. 3,36 euro/kg vorig jaar, een stijging met 20%. In de vismijn van Zeebrugge bedroeg de gemiddelde visprijs 4,23 euro/kg (+33%), in Oostende werd gemiddeld 3,64 euro/ kg betaald (-3%). De dagverse visserijproducten in Nieuwpoort brachten
Voor de demersale vissoorten betaalde men gemiddeld 4,06 euro/kg, een stijging met 24% t.o.v. vorig jaar. Voor tongschar werd 12% meer betaald t.o.v. vorig jaar 4,83 euro/kg. De prijs voor kleinere schol steeg fors. Er werd voor de schol gemiddeld 1,51 euro/kg betaald. Per klasse 1-2-3-4 betaalde men respectievelijk volgende prijzen in euro/ kg: 2,81 (+7%); 1,62 (+3%); 1,32 (+19%) en 1,20 (+29%).
Stijgers
Dalers
Soort
Ton
%
Soort
Ton
%
Kabeljauw 96 +13% Schol 427 -32% Schelvis 11 +62% Rog 106 -36% Wijting 7 +28% Bot 13 -58% Tong 167 +7% Schar 15 -29% Griet 18 +16% Tongschar 58 -4% Tarbot 25 +6% Garnaal 45 -45% Schartong 35 +96% Langoustines 29 -21% Zeeduivel 34 +50% Hondshaai 39 +40% Ponen 22 +38% Sint-Jakobsschelpen 5 +10% Zeekat 21 +73% Tabel 1: Evolutie aanvoer demersale vissoorten, schaal- en weekdieren t.o.v. dezelfde maand 2014
Tong: Volgende prijzen in euro/kg werden bekomen per grootteklasse: Grootte Klasse
Augustus 2014
Augustus 2015
Evolutie
17,53 16,88 12,05 10,25 9,48 11,47
19,67 19,80 13,99 11,36 9,39 12,22
+12% +17% +16% +11% -1% +6,5%
1 2 3 4 5 Totaal
Tabel 2
Stijgers
Dalers
Soort
Euro/kg
%
Soort
➞
De totale aanvoerwaarde gerealiseerd door Belgische vaartuigen in Belgische havens, steeg met 2% tot 5,07 miljoen euro. De besomming voor de demersale vissoorten bedroeg 4,53 miljoen euro, een toename met 5%, wat overeenkomt met 89% van de totale aanvoerwaarde (+2%). De rondvissoorten brachten € 355.911 op, een stijging van 15%. Dit is voornamelijk toe te schrijven aan de grotere aanlanding van kabeljauw uit de oostelijke Noordzee. Voor schol werd een omzetdaling met 22% genoteerd tot € 646.572 (d.i. 13% van de totale omzet). Voor tong werd een opbrengst gerealiseerd van 2,04 miljoen euro wat 14% hoger is dan in augustus vorig jaar. Dit komt overeen met 40% van de totale besomming, wat 4% hoger ligt dan in 2014. Bij de platvissoorten bracht tongschar € 281.000 op (+8%), schartong steeg met 103% tot € 81.000. Zeeduivel kende een omzet van € 359.000 (+36%). Voor rog werd een omzetdaling met 23% vastgesteld van € 271.000 vorig jaar tot € 208.000 afgelopen maand augustus. De prijs van de garnalen bleef ongeveer gelijk, doch door de halvering van de aanvoer halveerde de opbrengst (€ 177.000). De omzet voor langousti-
PRIJZEN
gemiddeld 5,88 euro/kg op (+36%), dit o.m. door de tongaanvoer die in Nieuwpoort aangeland werd in augustus.
➞
De aanvoer van rondvissoorten kende een forse stijging. De scholaanvoer nam met 32% af tot 427 ton. De aanvoer van tong vermeerderde met 7% tot 167 ton. Negatieve evoluties waren er voor rog en schar, respectievelijk met 36% en 29%. De garnaalaanvoer daalde met 37 ton t.o.v. augustus vorig jaar. Dit is voornamelijk toe te schrijven aan het ontbreken van aanlandingen van eurokotters die gedurende de zomermaanden de garnaalvisserij beoefenen voor onze Belgische kust.
nes daarentegen daalde lichtjes met 6% tot € 204.000 ondanks de aanvoerdaling van 21%. Vooral de kleinere sorteringen noteerden een betere prijs t.o.v. vorig jaar.
➞
De aanvoer van visserijproducten in Belgische havens door Belgische vaartuigen daalde in augustus met 15% tot 1.256 ton. Hiervan werden 782 ton – d.i. 62% of -8% t.o.v. vorig jaar – aangevoerd in de vismijn van Zeebrugge, 459 ton of 37% in Oostende (+9% t.o.v. vorig jaar) en 15 ton of 1% in Nieuwpoort. De totale hoeveelheid aangelande demersale vissoorten daalde met 15% tot 1.116 ton, wat net als vorig jaar 89% vertegenwoordigde van de totale aanvoer.
➞
AANVOER
Euro/kg %
Schol 1,51 +15% Kabeljauw 2,92 0% Schar 0,78 +18% Schelvis 2,26 -3% Schartong 2,29 +4% Wijting 1,61 -11% Tongschar 4,83 +12% Tarbot 11,22 -6% Rog 1,95 +19% Griet 7,79 -16% Tong 12,22 +6,5% Zeeduivel 10,66 -10% Garnaal 3,91 +1% Hondshaai 0,51 -35% Sint-Jakobsschelpen 2,84 +14% Pijlinktvis 4,85 -47% Langoustines 6,99 +18% Zeekat 2,62 +11% Tabel 3: Evolutie prijzen demersale vissoorten, schaal- en weekdieren t.o.v. zelfde maand 2014 MV ■ ı REDERSCENTRALE ı
25
VERGELIJKENDE ZEEVISSERIJSTATISTIEK AUGUSTUS 2014-2015
DIENST ZEEVISSERIJ Vrijhavenstraat 5 DIENST ZEEVISSERIJ 8400 OOSTENDE
MARKTRESULTATEN BELGISCHE HAVENS (Belgische vaartuigen) MARKTRESULTATEN BELGISCHE HAVENS maand: AUGUSTUS
Vrijhavenstraat 5 8400 OOSTENDE
KG Demersaal
SCHELVIS KOOLVIS SCHELVIS
2011 2,26
KG 280.393
EURO 2,92
795 112.587
1,90 158.053
WIJTING KABELJAUW
5.554 310.04110.129
1,82 945.448
7.119 3,05
11.495 261.980
1,61 859.964
POLLAK
1.155
5.285
15.852
4,58
1.587
5.876
3,70
LENG
1.861
5.960
3,20
2.447
6.900
2,82
11.971
166.718
LENG
STEENBOLK
TORSK SCHOL SCHAR STEENBOLK TONG SCHOL
141.702
23
0,27 1,58
1,16
3.714
3.657
0,98
47.779
2.296
14.635 0,26
11.406 245.418
0,78 106.421
2.040.655 1.991.842
12,22 2.345.690
60.678
260.330
17.958
39.612
6
77
12,84
25.490
285.993
11,22
9,30
17.942
139.776
7,79
4,29
58.160
2,21
35.234
124.923
2.166.756
22.254.269
116.876
1.282.177
148.735 5.9041.045.111 2.598 2,27
TONGSCHAR ROG
255.179 59
831.025.085 1,40
RODE POON SCHARTONG
9.744 118.96817.567
GRAUWE POON HEILBOT
5.235 2.942 1.404
ENGELSE ROG POON
999 232.628
GRAUWE POON
KONGERAAL
ENGELSE POON
755
3.462
14.771
22.350
263.636
1.099
1.521
ZEEWOLF
629 19.550
GROOTOOGROG
4.694
ZEEBAARS
36.617
STEKELROG
51.687
BLONDE ROG
91.144
ZANDROG
18.134
DOORNHAAI HONDSHAAI ZANDHAAI
2.699 416
1.783 2,17
1.741 201.735
4.904
18.609
3,79
33.666
358.865
10,66
1,38
1.842
1.865
1,01
25
1,00
135.152 50.294 7,17
KATHAAI
GEVLEKTE ROG
SARDINE
ZANDROG
Subtotaal
Subtotaal HORSMAKREEL
Subtotaal
ANDERE PELAG.
9
221.537 10.137
10.735
9,85 1.268
262.688 16.572 17.962 19.901
0,51
189
0,30
147
08/2014 187
1.313.104
4.307.853
KG
30
EURO
7.497.017 20
2,97 125.151 1,19
1,53
46.045
81.961
1,78
1,73
35.331
77.245
2,19
1,60
19.557
41.957
2,15
8,13
1.543
13.567
8,79
2,13 0,56
0,48
25.497 128
333.954 822
520.645 2,34
4,04 1.994
122.487 1.311
61.932 0,61
1,52 46
56.169 24
0,53
2.128
1,27
40
EURO/KG
3,28
21
08/2015 35
1,64
EURO 15
EURO/KG 3,01
KG
5
1.116.140
4,58 3.053
63.480 4.530.484
8.041.332 1.175
4,06
0,31 6
15.884 6
1,03
0,51 800
3.151 1.874
2,34
1.642
851
10 1,74
10 11.483
1,05
19.961
1114.772 14.926 1
6,94 11 6,79 11
2.560 1,00 6.429 10,88
19.151 73 22.217 5.088
3,90
51.848
216.497
4,18
36.826
217.683
5,91
10.751
74.329
6,91
LANGOUST.(ST.)
4.706
38.030
8,08
3.416
27.106
7,93
NOORDZEEKRAB
9.062
3.486
0,38
15.377
6.817
0,44
263
2.123
8,07
163
1.633
10,02
KRABBENPOTEN Subtotaal ST.JAKOBS-SCH. PIJLINKTVIS ZEEKAT
327.368
7,48
3,46
83.855
ANDERE SCHAALD.
1
129
276
2,14
40
91
2,28
5.080
10.457
2,06
5.520
11.116
2,01
139.921
599.424
4,28
87.115
337.589
3,88
4.929
12.243
2,48
5.408
15.341
2,84
600
5.506
9,18
2.215
10.743
4,85
11.922
27.993
2,35
20.621
54.012
2,62
OCTOPUS
4.117
1.942
0,47
4.631
2.920
0,63
WULK
2.943
4.572
1,55
1.875
2.074
1,11
24.511
52.256
2,13
34.750
85.090
2,45
1.479.734
4.974.459
3,36
1.244.434
4.975.379
4,00
Subtotaal Totaal
ı REDERSCENTRALE ı
143.941
471 2,68
134
LANGOUST.(GEH.)
ZEEKREEFT
119.582
37.015.189 0,38
GARNAAL
8-sep-2011
89.881
1,68 551.910 0,96
1,34
426
509.302
1.973
53.746
82 178.381
0,66 533.036
2.052
2,17
230.730
1.944
930 489
2.198
0,65 76.480
34.336.914 20 10,98
6.181 50
22.498
1.641 20.042
8,15
MARKTRESULTATEN BELGISCHE HAVENS 10 9,90 470.585 2,23 236.300 (Belgische vaartuigen) 7 11 1,57 AUGUSTUS 37 62 153.168 403.874 2,64 200.315 maand: 35.178 1.476
34.001
2.397.659 13,07
1 211.155 2.256
8.652 159.024
6.455
1.452
553 5,61
3,33
245.336
5.409
164.313
5.123
27.241
1,07
292.355
SPROT MAKREEL ZONNEVIS SPROT
2,83
160.839
3.221
298.324 1.796
HORSMAKREEL HARING HARING MAKREEL
25
1,54 109.710
40.635 14
DUNLIPHARDER
VLEET
0,73
970
129.031 1.773 759
GROOTOOGROG LIPVISSEN
0,29
5.034
ANDERE DEMERS. PIETERMAN
DIENST ZEEVISSERIJ PALING STEKELROG Vrijhavenstraat 5 ZWARTE ZEEBRASEM 8400 OOSTENDE BLONDE ROG
1,35
5.206
0,98 434.034
4,27
632 0,81
29.033
0,35
11,80
0,96 39.110
630
1.523.148
1.201.831 2,67
7.775 8,95
0,39 3
ZANDTONG
155.301 5.870
22.746.604
0,27 26.341
842
3.014
28
7,03 2.198
14.928 0,78
157.571
14,44
129.135
317
79.296
404
10,97
0,76 505.650
197.99310.5231.949.533 693 15,19
ANDERE MUL DEMERS.
2,29
1.503.842 1,64
342
4
4,83
80.647
2.073.354
1,46 278.736
4.828
808
280.844
10,27
92.529 111.717
326.518 30
16.474
15.62621.661 27.806
203.373
18.220 129.891
ZEEDUIVEL ZEEBAARS ZANDHAAI ROODBAARS
208.862
4,02 18
MUL
KONGERAAL HONDSHAAI
0,54
12.458 1,14
285.277
17.785 2.454
0,37
1,80 135.691
210.671 184.650
ROODBAARS
1,68 12.866
12,00 55.770
231.067
HEILBOT
RODE POON
25.178
166.947 1,18
SCHARTONG
ZEEDUIVEL
15
0,52
0,66 68.815
TONGSCHAR
ZEEWOLF
1,51
12.212 6.707
20.803 261.32313.700
143.497
GRIET HONDSTONG (WITJE)
52.101
646.572 26
156.251 1.792.0411.836.402 11,47 1.557.222 287.789 150.144
TARBOT
81.524
1,31
15.436
426.811
24.974
29.465 0,54
23.982
TONG
1,88
25.914
824.500
GRIET
SCHAR
2,89
1.485 137.520
17.55716.225 30.247
TARBOT
BOT
84
123.571 23.021
25.425
1.984
0,85
879
14.528
89.855
21.697
1,32
1,87
31.117
11.621
628.720
HEEK BOT
26
EURO/KG 96.125
EURO/KG
23.752
418 1,23
POLLAK
Weekdieren
EURO
10.512
1,88 157.414
HEEK
Schaaldieren
KG
443
TORSK
Pelagisch
2,32
248.114 EURO2,92
236 127.570
WIJTING
Pelagisch 13-okt-15
EURO/KG
15.0682010
KG 84.827
KOOLVIS
Demersaal
EURO
6.488
KABELJAUW
Demersaal
(Belgische vaartuigen) periode: JANUARI tot JULI 08/2015
08/2014
4.843
48 34.071
GECUMULEERDE VERGELIJKENDE ZEEVISSERIJSTATISTIEK (2014-2015)
DIENST ZEEVISSERIJ Vrijhavenstraat 5 DIENST ZEEVISSERIJ 8400 OOSTENDE Vrijhavenstraat 5 OOSTENDE
JAN-AUG 2014
Demersaal Demersaal
KG
KG
EURO
EURO
EURO/K
EURO/KG
112.587 200.219
KABELJAUW KABELJAUW
310.041 1.009.912 945.4482,56 394.437
3,05 524.941
261.980 1.365.787
859.964 2,60
3,
1,322.263
3.967 879
1,75 1.485
1,
234.734
2.039 11.971
3.71715.8521,82
233.355
248.636
1,07
POLLAK
72.436
196.926
2,72
LENG
67.722
106.840
1,58
166.718 31.117
LENG TORSK
25.425 85
TORSK HEEK
31.137
STEENBOLK HEEK
137.520
1,
89.855
2,89
25.914
81.524
3,
1,88 258
24.974
81
52.101 0,32
2,
2047.7790,24
0,
103.53229.4650,35
249.169 1,68
127.273 12.212
0,51 25.178
2,
0,55
SCHAR
180.432
98.257
0,54
106.421
1.836.402
1,18
1.991.842
2.345.690
1,
0,
174.599 11,26 231.067 1.965.757 124.923 138.779 2.166.756 1.156.485 22.254.2698,33
TONGSCHAR
564.752
2.163.945
3,83
SCHARTONG
92.143
160.659
1,74
2.542
13,66
HEILBOT
186
TONGSCHAR HONDSTONG (WITJE)
11,06 111.717
0,
10,
2.254.645
11,
155.301
1.201.831
7,
4,
183.553 299
504.631 3.859
1.121 135.6911,47
1,14 527
129.891 738
1,40 278.736
2,
463.669 8,95
565.464 416
1,22 5.206
12,
364.113
26.3411,18
15.022
53.052
210.671
33.190 184.650
17.785
28.800
8.487
2,17
201.735
434.034
285.2773,53
1,35 22.335
160.839 77.551
245.336 3,47
1,
0,29 279.380
27.241 2.809.131
8.652 10,05
0,
20.599 0,73
21.777 221.537
1,06 159.024
0,
25
34.001
1,00
3,
4.828 10,53
34.591 135.1521,04
143.976
25
90.076
2,83
1.949.533
9,85
262.688
2.397.659
9,
14.928
0,96
17.962
22.498 1,56
1,
15.300
94.632
6,19
ZEEBAARS
30.154
284.490
9,43
190.212
30,59
0,81 511.101
377.213
5,614.077
1.666 20.042
15.626
320.831
4
ZANDHAAI MUL
2.315 19.550
1.074 109.7100,46
ANDERE DEMERS.
5.202
7.909
ZEEBAARS
GROOTOOGROG
DOORNHAAI
36.617
40.506
842
STEKELROG
323.429
HONDSHAAI BLONDE ROG
292.355 334.773
1,52
31.425
10.137
27.065 9
6.076
134.771 294.456 14
10.370
4,29
10,88 0,74
0,41 125.151
8,15
25.497
230.730
9,
1.796
2,13
128
82
0,
54.165
690.283
1,34 2,13
48.210
450.961
60.565
823.274
1,26
1,83
164.3132,34 784.406
0,56 403.000
333.954 958.710
178.381 2,38
0,
0,
80.769 3.014
159.315
1.4521,97
100.406 0,48
200.854 822
2,00 426
ZANDTONG ANDERE
42.943 129.031
226.411 520.6455,27
37.118 4,04
246.954 122.487
6,65 533.036
18.735
63.731
PIETERMAN
GROOTOOGROG DIENST ZEEVISSERIJ LIPVISSEN Vrijhavenstraat STEKELROG 5 PALING 8400 OOSTENDE BLONDE ROG ZWARTE ZEEBRASEM KATHAAI GEVLEKTE
ROG
DUNLIPHARDER
VLEET
ATL. ZALM
ZANDROG
SARDINE
Subtotaal Subtotaal
15.218
50.885
3,34
89.881
1,
509.302
2,
551.910 0,69
2,
20.410 15.03076.4800,74 35.1782014
0,75 119.582
2,
KG
200 1
30 EURO304
EURO/KG 1,52
40
9
240
618
8,52
1
2,58
7.497.017 34.336.914 10.125.065 38.005.756 3,75
28.585 2,17 KG 1,34
2015 21.311 53.746
51
EURO 86
1
8
10
63.480
30
0,39
4,95
EURO/KG 1,68 7,97
143.941
6.181 13.208
5.011
1.9440,38
0,31 26.279
15.884 11.183
4.843 0,43
13.066
5.959
4710,46
0,518.239
4.187 3.151
0,51 1.642
SPROT
SPROT
ZONNEVIS
ANDERE GEEP
1.366 359 18.341
PELAG.
6
930 489 11 1
1.698 321 92.199
1,24
3.307
851
1,74
11
1,00
0,89
5,03
5
110,78
46.346
105.192
2,27
156.153
751.186
4,81
124.626
816.916
LANGOUST.(ST.)
11.964
NOORDZEEKRAB
23
15.965
10,88
1
4.013
11.483
73
21
102.303
5.088
0
1,21
19.961 0,93
48
6,41
34.071 0,09
53.814
121.707
2,26
125.676
711.291
5,66
6,55
51.374
394.902
7,69
110.536
9,24
14.953
128.429
8,59
20.110
8.654
0,43
27.567
12.831
0,47
ZEEKREEFT
1.144
8.624
7,54
862
8.582
9,96
ANDERE SCHAALD.
2.451
2.317
0,95
2.412
1.782
0,74
27.596
77.456
2,81
27.584
85.398
3,10
344.044
1.775.687
5,16
250.428
1.343.216
5,36
Subtotaal Schaaldieren GARNAAL 8-sep-2011 LANGOUST.(GEH.)
KRABBENPOTEN Subtotaal ST.JAKOBS-SCH.
1
406.954
786.957
1,93
333.258
965.698
2,90
PIJLINKTVIS
23.736
173.247
7,30
182.181
744.935
4,09
ZEEKAT
78.267
197.691
2,53
255.256
587.001
2,30
OCTOPUS
39.161
17.939
0,46
43.317
25.528
0,59
WULK
43.280
43.673
1,01
46.527
47.053
1,01
591.398
1.219.507
2,06
860.539
2.370.215
2,75
11.106.853
41.106.142
3,70
11.285.260
43.293.251
3,84
Subtotaal
2, 13
3,01
4,58 8.041.332 37.015.189 10.120.479 39.458.113 3,90
HARING HARING
MAKREEL
4,
3,40
40.635 61.932 1,52 56.169 MARKTRESULTATEN BELGISCHE HAVENS 4.844 1.831 0,38 3.764 1.454 (Belgische vaartuigen) 211.155 470.585 2,23 236.300 3 23 7,61 10 50 periode: JANUARI tot AUGUSTUS 153.168 403.8741,08 2,644.205 200.315 13.278 14.290 2.899
HORSMAKREEL HORSMAKREEL MAKREEL
6,
1,71
298.324
ZANDROG ZANDHAAI
DEMERS.
2,
0,63
50.294
MUL
197.993
0,29
505.650
16.474 2.425.542 230.312
ROODBAARS
ROODBAARS HONDSHAAI
12,91
764 118.968
0,41
KONGERAAL DOORNHAAI
2,75
1.503.842 2,16
0,23
ZEEDUIVEL
5,25
7,03
6.066
POON
1.987.409 203.373
1.045.111
85.088
ZEEWOLF
179.686 0,54
153.417 1.182.862 22.746.604 7,71 10,27 2.073.354
326.518 69.225
232.628
KONGERAAL ENGELSE
92.529 9,89
1.523.148
26.840
POON
208.862 20.358.693
129.135
206.609
GRAUWE ZEEDUIVEL
0,37 2.059.033
429.802
0,51
10,97
ENGELSE POON
RODE POON
97.039
1.282.177
GRAUWE POON ZEEWOLF
0,
0,51
189.254
4,02 31.989
2.942
ROG
121.509
1.025.0851,43 90.062
309.559
HEILBOT
236.900
255.179 62.918
ROG SCHARTONG RODE POON
1,39
245.418
GRIET TONG
148.735
3.941.312
0,26
TARBOT SCHAR
GRIET
2.834.944
68.815
150.144 2.326.929 21.185.59155.7709,10
116.876
2,45
15 1,67
1,18
TARBOT
69.806
3,34
26 56.323
158.075
BOT TONG
28.502
107.076
33.769
3.567.871
1.557.222
32.036
1,96
287.306
SCHOL
1,12
123.571
3.024.688
261.323
1,
0,85
BOT
STEENBOLK
208.697
158.053 1,86
141.702
60.961
295.994 17.557
SCHOL
Totaal
JAN-AUG 2015
KG
1,23 107.847
POLLAK
Weekdieren
EURO/KG
EURO/KG
157.4141,76 180.509
WIJTING
Pelagisch Pelagisch
EURO
127.570 102.416
WIJTING
13-okt-15
EURO
SCHELVIS SCHELVIS KOOLVIS KOOLVIS
Demersaal
KG
ı REDERSCENTRALE ı
4,6 CIJFERS VERSTREKT DOOR DEPARTEMENT LANDBOUW EN VISSERIJ - ZEEVISSERIJ
8400
MARKTRESULTATEN BELGISCHE HAVENS (Belgische vaartuigen)
MARKTRESULTATEN BELGISCHE HAVENS periode: JANUARI tot JULI (Belgische vaartuigen) periode: JANUARI tot AUGUSTUS 2010 2011
27
0,
0,
1,
0,
6,
Surveys Naval architects, technical, nautical and cargo surveyors and consultants for marine, shore based industry and transport Kapelsesteenweg 286 2930 Brasschaat, Belgium Tel.: +32 (0)3 664 02 79 Fax: +32 (0)3 605 19 63
[email protected] www.bmtsurveys.com
Ketting & rubber bollen Visserijbenodigdheden Metaalconstructie Herstelling en onderhoud Zeebrugge (8380), Marcus Gerardsstraat 12 - Tel 050/54.48.33 - Fax 050/54.79.11
Zeebrugge (8380), Kotterstraat 42 - Tel 0473/65.02.37 - Fax 050/54.79.11 Oostende (8400), Ankerstraat 24- Tel 0475/30.39.87 - Fax 050/54.79.11
Met dank aan onze adverteerders binnenkaft p. 2 p. 4 p. 4 p. 4 p. 6 p. 6 p. 6 p. 8 p. 8 p. 13
28
Alphatron Marine Belgium Vebatrans VVC Equipment Kramer machines Joël Snauwaert mariene constructies Bema Van Eygen brandstoffen Stedelijke Vismijn Nieuwpoort Besox Vlaamse Visveiling Zeebrugge & Oostende BNP Paribas Fortis
ı REDERSCENTRALE ı
p. 22 p. 22 p. 24 p. 24 p. 24 p. 28 p. 28
achterblad 3 achterblad 4
Vanquathem-Lombaerts-Eggermont Padmos Lemahieu verpakking Ketels werkhuizen Gardec BMT Surveys Aconstruct Zeevissersfonds Imtech Marine Belgium