INFORMATIEBLAD DS. PIERSON COLLEGE
bulletin
JAARGANG 14 | 1 12 | 2015
Veertig
2
Inhoudsopgave
Voorwoord
IN DIT BULLETIN
Veertig
3
Klaar voor de toekomst
5
Veertig Theo Schmitz ruim 40 jaar Pierson
6 Nieuwe collega’s 6 Jubilarissen 7
Veertig Hoe ziet het leven er dan uit?
8 Schakelweek Mediawijs Leren hoe doe je dat? 9
Bij Marieke in de klas
11
Intro in atheneum 4 en havo 4
VASTE RUBRIEKEN 2
Voorwoord van de rector
3
In de picture
10
Lrrnlfhbbrn Pierson hobby’s
12
Internationalisering
13
Ouwe rot, jonge hond over hun vak
14
In beeld fotostrip
16
De achterkant column
Colofon Eindredactie Clo Martens, Karin Polman, Judith de Weger, Wouter Vrouwenvelder Fotografie foto voorzijde Wouter Vrouwenvelder Grafisch ontwerp Bureau Gurk, Marie Christine Meijer Drukwerk Drukkerij van der Heijden,’s-Hertogenbosch Redactieadres Postbus 701,5201 AS ’s-Hertogenbosch telefoon: 073 - 644 29 29
[email protected] www.pierson.nl
Onlangs was ik in Canada, waar ik met andere schoolleiders actief mocht kennismaken met het in vele opzichten vooruitstrevende onderwijssysteem in Ontario. Al 30 jaar geleden werd daar Passend Onderwijs ingevoerd en met succes. Ik had er boeiende gesprekken over de toekomst van het onderwijs. Ik bezocht daar ook een museum over de, in onze beleving, nog tamelijk jonge geschiedenis van Canada en las daar een muurtekst die me oprecht raakte: ‘We need traditions, not only to know who we are, but to know who we can become’. Deze tekst zou op de voorkant van dit Pierson Bulletin hebben kunnen staan. Een bulletin dat met trots veertig Pierson Bulletins laat zien, veertig keren werd er met veel enthousiasme aan u als ouders en betrokkenen een kijkje in onze school geboden. Iedere keer weer een hoogstandje van een zeer bevlogen en professionele redactie en een kundig grafisch vormgeefster, die achter de coulissen veel werk verzetten om u in verbinding te kunnen laten blijven met de Pierson. Veertig bulletins in ruim 13 jaar schetsen de dynamiek, de onderwijskundige ontwikkelingen, de vele verbouwingen, de blik naar buiten, de nimmer aflatende aandacht voor iedere individuele leerling… Ook de terugblik van Theo Schmitz, docent Engels, die na ruim veertig jaar afscheid gaat nemen van de Pierson, laat dit beeld zien. Groeien vanuit tradities, de toekomst tegemoet! ‘Klaar voor de toekomst’ luidde de titel van de kroniek die stadschroniquer Eric Alink in september uitsprak bij de feestelijke opening van onze nieuwbouw. Een prachtige tekst, die al eerder op onze nieuwe website geplaatst werd. Het was voor ons spannend wat Eric ging zeggen. Tijdens de voorbespreking was hij zeer stellig in het benadrukken van zijn onafhankelijkheid als schrijver. Hij schreef geen reclameteksten. Hij zou een dag komen meelopen en teruggeven wat hij had gezien. En we kregen de tekst niet vooraf te lezen. U zult begrijpen dat je dan al rector enigszins gespannen in de zaal zit, waar honderden genodigden gaan luisteren naar het onbekende. Het bleek een prachtige tekst, in alle opzichten herkenbaar, vol humor maar ook vol waardering voor het onderwijs dat we met elkaar bieden op de Pierson. Onbedoeld werd het toch een beetje reclame, maar wel vanuit de dagelijkse realiteit. In de bijbel zegt de profeet Nahum:‘Vier je feesten’. Dat doen we graag op de Pierson. Zo vierden we in dankbaarheid de opening van het gebouw, het jubileum en het afscheid van Theo Schmitz. En ook dit veertigste nummer is een klein feestje. Wij nemen er in ieder geval met de redactie een Bossche Bol op! Alma van Bommel, rector
3
In de picture “Fysiek en mentaal ben ik klaar voor Expeditie Pierson”
de opstandige geest van Te Wigchel, Van der Karbargenbok en anderen wisten te breken. Op de Pierson gaan ze anders met leerlingen om. Dat lees je af aan de namen van de docenten en andere personeelsleden. Zij heten Mus, Schoonbrood, Vrouwenvelder, maar ook Cerini, Zouggari en – de twee mooiste – La Brijn en Van Aller.
Stille Oceaan
KLAAR VOOR DE TOEKOMST Na ruim een jaar bouwen en verbouwen openden we in september officieel de nieuwbouw op de Pierson. Stadschroniqueur Eric Alink sprak tijdens de opening onderstaande kroniek uit. Expeditie Pierson Mijn huisarts kijkt me onderzoekend aan. ‘Weet je het zeker?’ vraagt hij bezorgd. Mijn ogen glijden langs de 206 botten van het skelet in zijn spreekkamer. Ze blijven rusten bij de bovenste nekwervel, de zogeheten atlas, die ons in staat stelt om ja te knikken. ‘Echt ?’, herhaalt hij. Ik voel mijn eigen atlas langzaam bewegen. ‘Ik wens je succes’ zegt hij. Bij het afscheid drukt hij me zorgelijk lang de hand, alsof hij een weerzien betwijfelt. Maar ik durf het aan. Fysiek en mentaal ben ik klaar voor Expeditie Pierson, een drie
uur durende ontdekkingsreis in het binnenste van deze Bossche school. Spannend. Het is een open en eigentijds college, is me al waarschuwend verteld. Keurig in rijtjes banken zitten, schijnt er niet vanzelfsprekend te zijn. Is de chaos er aan de macht? Ter voorbereiding lees ik stapels rapporten over onderwijs in de 21ste eeuw, verdiep ik mij in kwaliteitsborgingsystemen en zie acht jaargangen van de tv-serie SpangaS.
Sirene Dinsdag 8 september. Ik meld mij om half negen bij de receptie. Daar sta ik:
a writer has to do what a writer has to do. Tot mijn verwondering, maar ook geluk, ontbreken detectiepoortjes: het lood in mijn schoenen kan in elk geval geen sirene activeren. Op de kamer van de gastvrije rector Alma van Bommel drink ik koffie en om half tien stap ik de personeelskamer binnen. Het purgatorium, in mijn eigen schooljaren. Maar ik ruik noch zwavel noch het zweet des aanschijns. Er hangt een ontspannen sfeer. Op de postvakken ontbreken klappertandnamen als Bint en De Bree, leraren die in de romans van Bordewijk
‘Ga je mee?’, zegt Clo Martens, de sympathieke afdelingsleider atheneum bovenbouw die me over het buitenterrein gidst. We passeren een kunstige watervoorziening, waaraan leerlingen zich kunnen laven. Het project heet ‘Join the Pipe’, wat in mijn visnet- en druipkaarsjaren toch vooral een uitnodiging was om met onze geest nog verder te reizen dan de buitengebieden van E = mc2. We stappen onderwijsgebouw Lux binnen. Via het D-café – een plezierige kantine – naar de eerste verdieping. Er zijn stilteruimtes, een leeskamer en lokalen. Hier ligt een van de vier OLC’s, de open leercentra. Zo’n dertig leerlingen zitten aan werkeilanden, die tezamen een archipel van ijver vormen. Nou ja, de Stille Oceaan is het niet. Je mag praten, zelfs je mobieltje checken. Het OLC biedt veertig pc’s, vijftien laptops en een trits tablets. Wie hulp nodig heeft, kan terecht bij de medewerkers Yolanda en Els. Bij hen kun je ook je hart luchten. Het open leercentrum past volledig bij de vier ontwikkelthema’s van de Pierson, waaronder ‘de leerling aan het stuur.’ Naar
4 verluidt moet het Openbaar Ministerie nog een definitief standpunt innemen, maar ‘de leerling aan het stuur’ lijkt mij strijdig met het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet. Toch blijkt het geen uitlokking tot joyriding te zijn. Het is vooral een dappere keuze van de school waarbij leerlingen meer regie over hun eigen onderwijsleerproces en hun resultaten krijgen. Onder ons: de twee wachtwoorden van alle Piersoncomputers zijn ‘motivatie’ en ‘verantwoordelijkheid.’ Manon, atheneum 5, geeft er akte van. Ze zit achter een van de pc’s en leest op een Engelse website een tekst over archetypes. Ze werkt aan een profielwerkstuk over sprookjes. Manon en andere leerlingen in het OLC maken gebruik van KWT. In mijn middelbare schooljaren stond KWT voor Kom We Taaien hem, waarna we het Sint Janslyceum uit slopen. Tegenwoordig staat KWT evenwel voor keuzewerktijd. Een intrigerend fenomeen, waarbij leerlingen zelf kiezen wat ze – binnen een vastgesteld aantal uren – leren, maar ook waar en hoe. Links achter in het OLC doet Jeroen, havo 5, een digitale taaltest. Multiple choice. Van moeilijke woorden, zoals permissie en controverse, moet hij telkens de juiste betekenis aanklikken. Het lastige woord floreren ontbreekt. Maar je kunt het ook op z’n Jeroens zeggen: opbloeien. Dat is volgens hem
Het schoolplein met pannaveldje
het woord dat het best bij het Pierson College past. Hij spreekt uit eigen ervaring. Thuis had hij het een tijdlang nogal taai, zegt hij. Mede dankzij school is hij dat te boven gekomen. Als Jeroen z’n test heeft afgerond, blijkt zijn score 67%. ‘Dat moet minstens 75 kunnen worden’, zegt ie. Eén zekerheid: het woord ambitie gaat hij intuïtief herkennen.
Beeldenstorm Terug naar het hoofdgebouw. In een van de lokalen vergadert de redactie van DsP TV, de eigen televisieomroep. Met enthousiasme spreken acht leerlingen en docenten over een videolab, montagetechnieken en Instagram. De tijden zijn veranderd: anno 2015 leidt het begrip beeldenstorm eerder tot creatie dan tot verwoesting. Katholiek Den Bosch kan rustig verder slapen. Een deur verder ligt het Bèta-laboratorium. Aan twee stalen veren hangen
een roze speelgoeddraak en een pluchen ooievaar. Het is een proef. De uitkomst is onbekend, maar rekkelijk is in ieder geval de onderzoekende geest. Zo hebben leerlingen van het Pierson College niet alleen een duurzame windmolen en een regenwaterspoelsysteem ontwikkeld, maar ook een rooster-app, waar Microsoft oren naar heeft. Op de gang passeert Indy. Al driemaal is hij lid van de sollicitatiecommissie voor nieuwe leerkrachten geweest. Welk vak Indy zelf geeft? Geen. Hij zit in atheneum 6. Op de Pierson hebben leerlingen een stem in de keuze wie er voor de klas komt. ‘Wij doen niet voor spek en bonen mee’, bezweert Indy. Ik geloof hem, omdat vertrouwen in jongeren de grondhouding op de Pierson is.
Fitness Mijn expeditie eindigt in de fitnessruimte. Ik zie apparaten om te rennen, te strek-
‘als je je talenten ontdekt en zowel op jezelf als anderen leert vertrouwen, ga je gretiger leven’
ken en te buigen. Op één toestel valt zelfs het motto van de Pierson te beoefenen: roeien en groeien met de riemen die je hebt. Opgewekt stap ik tegen twaalven naar buiten. Maar niet de wereld in, dat is een gedachtefout. Deze school is immers geen afgesplitst territorium. Zij maakt nadrukkelijk deel uit van de wereld. Even later op de fiets denk ik vrolijk: I survived the Pierson! ‘Where the wild things are’, zou de Amerikaanse schrijver Sendak eraan toevoegen. Heb ik iets geleerd? Ja, een vrolijke les: dat een school jongeren kan aanmoedigen om zichzelf en de wereld te verbazen. Sterker nog: enkele jaren Pierson veranderen je anatomie. Want als je je talenten ontdekt en zowel op jezelf als anderen leert vertrouwen, ga je gretiger leven. Dan knik je ja, waar anderen bangelijk nee knikken. Dan zeg je ja tegen kansen, ja tegen het onbekende. Zo herken je elke (oud-)leerling van het Pierson College aan een sterk ontwikkelde eerste nekwervel – de atlas. Een wervel die ons helpt te ontdekken dat de wereld altijd groter is dan we denken.
5
Veertig
Veertig jaar Pierson… veertig jaar dynamiek Eind november gaat Theo Schmitz, docent Engels, met pensioen. Ruim 41 jaar werkte hij op onze school. Clo Martens interviewde hem.
I
k startte in augustus 1974, toen de Pierson mavo uitbreidde met een havo-afdeling. Het aantal brugklassen verdubbelde en een heel nieuw team stond in de startblokken om deze afdeling op te zetten. Het team was nog steeds klein, je gaf les in de hele school en personeelsleden gaven met veel elan vorm aan lesmethodes, mentoraat en werkweken. Dat gaf een sterke verbondenheid en het waren voor mij hele inspirerende jaren. Ik heb nooit zo veel gediscussieerd als toen. We begonnen elke maandagochtend al om 8 uur met een vergadering. Het gebouw was niet meer dan een met noodlokalen uitgebreide lagere school, waar in de jaren 80 een talenpracticum en het eerste computerlokaal bijkwamen. Verder was er niet veel: een schoolbord met krijt, onze proefwerken stencilden we zelf en zo’n 5 keer per jaar draaiden we in de filmclub een gehuurde film. Maar voor elk leerjaar stonden er educatieve en culturele activiteiten op het programma. De zeilweken en de survivals in de Ardennen zijn toen begonnen. In de jaren 90 met de komst van de atheneumafdeling en de verhuizing naar de huidige locatie werden de activiteiten uitgebouwd. Ik heb goede herinneringen aan de sportdagen, de winterse toertochten op de IJzeren Man en de eerste buitenlandse uitwisselingen met Engeland, Zweden en Italië. Een bijzonder gekoesterde herinnering heb ik ook aan de komst van de Internationale schakelklas, die in die jaren ontstond om vluchtelingen uit Vietnam, Noord-Afrika en later Bosnië op te vangen. In kleine klasjes werd een begin gemaakt met de taal, werden de cultuur en gebruiken binnengebracht. Na 1 à 2 jaar stroomden de leerlingen door in het reguliere onderwijs, het ging vaak verbazingwekkend snel. Het was onderwijs op maat en heel dankbaar werk. In de school werd gewerkt aan onderling begrip, een verbreding van de horizon, soms niet gemakkelijk maar uiteindelijk een verrijking. En nu zitten de kinderen van die eerste lichting hier weer op school, heel bijzonder.
Intussen haalde ik mijn eerste graads Engels en studeerde ik af aan de universiteit. In de nieuwe school startten we met Anglia, een onderwijsprogramma, waarmee leerlingen vooral zelfstandig hun vaardigheden Engels oefenen en daarmee een internationaal erkend diploma kunnen behalen. Dit programma heeft inmiddels een vervolg gekregen in de Cambridgeklassen. De laatste jaren ben ik helaas wat gaan tobben met mijn gezondheid, twee jaar geleden kreeg ik een hartinfarct. Dat maakte dat mijn werkzaamheden een wat andere vorm kregen en ik me vooral toegelegd heb op begeleiding en materiaalontwikkeling. Ik ben gelukkig goed hersteld. Afgelopen zomer heb ik voor het eerst een marathon gelopen en ik prijs me gelukkig, dat ik in deze conditie afscheid kan nemen. In de afgelopen 4 decennia heb ik leerlingen ouders zien worden, die met hun kinderen weer op school terugkwamen. Andere leerlingen werden collega’s. Wat in al die jaren gebleven is, is de goede sfeer en de relatie, waarin kinderen zich gezien voelen. Ik kijk met dankbaarheid en trots terug.
6
Nieuwe collega’s Voorste rij van links naar rechts: Sanne Bus, docent wiskunde Stefan van Deurzen, docent M&O Martha Pimentel, docent biologie Tweede rij van links naar rechts: Jack Crombag, docent wiskunde Petra Clement, docent wiskunde Sarah van Rossem, docent CKV en Betatec Maike Peters, ondersteuner Loopbaanoriëntatie Reinart Bragt, docent M&O Jeroen Nagtegaal, docent wiskunde Ingrid Hermans, docent scheikunde Don Henken, docent muziek Laatste rij van links naar rechts: Peter Harks, docent wiskunde Martijn Leensen, docent scheikunde Tomas Harreveld, docent informatiekunde
In september vierden wij het 25-jarig jubileum van drie collega’s Systeembeheerder FRANK KNIPPENBERG is achter de schermen verantwoordelijk voor ICT. Op zijn eigen rustige wijze zorgt hij dat de beamers en smart boards werken in 60 lokalen. En dan hebben we het nog niet over de kleine 700 pc’s en chrome-books. Hoe anders was dat 25 jaar geleden, toen hij op marktplaats wat harde schijfjes kocht en in schoolcomputers plaatste in de verwachting daarmee wel klaar te zijn voor de toekomst. Als Technisch Onderwijs Assistent en docent techniek heeft hij aan de wieg gestaan van de ICT bij ons op school. En nog steeds is hij voor collega’s de stille kracht, op wie je altijd een beroep kunt doen.
JEANET VAN DEN HEUVEL gaat voor haar vak Engels. Ze straalt de passie voor haar vak uit in haar hele wezen, inclusief het gevoel voor understatement, dat ook de Engelsen niet vreemd is. Of het nu gaat om een high tea in een schakelweek, een Londonreis voor leerlingen of personeel, de begeleiding van leerlingen naar de Cambridgeexamens of de Model United Nations, Jeanet gooit zich er met haar hele persoon in. Ook als taalcoördinator is zij sterk gericht op eigen en andermans ontwikkeling. Voor de begeleiding van (faalangstige) leerlingen heeft zij speciale voelhorens.
Ook ROBBERT SMEETS heeft een groot bereik op leerlingen. Als econoom is hij sterk betrokken bij de landelijke ontwikkelingen in zijn vak. Als docent en leerlingbegeleider heeft hij het vermogen met humor en relativering het gesprek te voeren. Hij zoekt naar mogelijkheden binnen bestaande kaders en is voor de nuchtere en praktische oplossing. Het schoolse leven moet voor leerlingen wél een beetje leuk zijn. Van gala tot Romereis, hij heeft zich al die jaren volop ingezet voor buitenschoolse activiteiten. Een leerlingenfeest zonder hem is niet voorstelbaar. We hopen dat we nog veel jaren mogen genieten van hun enthousiasme, humor en inzet! (CM)
7
Veertig “Life is what happens to you, while you’re busy making other plans.” (John Lennon) Ons veertigste bulletin biedt een mooie gelegenheid om terug te blikken én vooruit te kijken. Twee leerlingen (L) vertellen hier over hun toekomstige leven als ze veertig zijn en twee collega’s (C) (over wie het gerucht gaat dat ze veertig zijn) reageren hierop.
(L) Merel van Wolferen, H4: Als ik veertig ben, hoop ik allereerst dat mijn leven er gezond en wel uitziet, dat ik een mooi gezinnetje heb met een leuke en lieve man en een hond om het plaatje af te maken. Het liefst woon ik dan in een boerderij die ik zelf gerenoveerd heb. Achter mijn huis heb ik een grote schuur met een bak en een paar stallen voor mijn twee paarden, waar ik een goede band mee heb en waar ik zowel heel veel lol als leuke wedstrijdjes mee heb. Ik doe dan iets in de journalistiek zoals het NOS presenteren, op de radio of ik werk voor een tijdschrift als Vrouw, Libelle of Bit. Ik wil zoveel mogelijk mensen helpen waar ik ze helpen kan, openstaan voor nieuwe ideeën en zorgen dat je zelf als eerst gelukkig bent en blijft omdat het dan veel makkelijker is om ook goed voor anderen te kunnen zorgen. Ook zou ik graag willen reizen naar landen zoals Canada, Zuid-Afrika en Nieuw-Zeeland. En ik zal natuurlijk altijd klaar staan voor vrienden en familie.
(L) Sien van Ameijden, A4: Op m’n veertigste wil ik wat de meesten denk ik wel willen: uiteraard een leuke, en als het niet te veel gevraagd is, goedbetaalde baan, een mooi huis en wellicht een man en kinderen. Bij een leuke baan denk ik aan rechter. Ik wilde sowieso al ‘iets met mensen’ doen maar dat is natuurlijk een beetje te breed. Toen kwam ik de studie rechten tegen en dat spreekt me heel erg aan. Ik wil alleen geen strafpleiter worden: misdadigers verdedigen staat namelijk niet op mijn bucket list. Dan word ik veel liever rechter om een eerlijk oordeel uit te spreken over mensen. De vraag is nu hoe ik dat doel ga bereiken. Het begint natuurlijk nu al. Ik moet goed mijn best doen op school en opletten bij vakken waar al veel over onze samenleving verteld wordt. Als het goed is zal ik dan over drie jaar slagen voor het atheneum en aan de studie rechten beginnen. Na mijn bachelor en master ga ik me specialiseren in civiel recht of straf- en strafprocesrecht. Als ik daar dan eindelijk klaar mee ben, hoop ik aan de slag te kunnen als rechter. Dat werk zal ik dan nog heel lang doen want voordat mijn generatie met pensioen mag, zal ik al wel tachtig zijn.
(C) Bas van Raak, docent aardrijkskunde: Veertig jaar... ik was me er niet zo van bewust totdat me gevraagd werd er over na te denken en er wat over op te schrijven. Ik vind het mooi om te lezen dat zowel Merel als Sien schrijven, dat ze hopen later een gezin te hebben. Nu ben ik getrouwd en heb zelf inmiddels ook twee kinderen van 1 en 4: het mooiste wat er is. Toen ik vijftien was had ik dit ook altijd voor ogen maar ik wilde ook een beroemde voetballende gitarist worden. Helaas dat is niet gelukt; gebrek aan talent? Toen kreeg ik ook al veel energie uit het werken met mensen en kwam ik er achter, dat daar mijn grootste talent en passie ligt. Ik heb wel geleerd dat je flexibel moet zijn in het stellen van je doelen, er komen zoveel mensen en gebeurtenissen op je pad die een invloed op je leven uitoefenen. Maak mooie doelen voor in de toekomst maar het is nog belangrijker om te leven. Ben je ervan bewust dat je leven in een honderdste van een seconde kan veranderen. Dat heb ik van té dichtbij meegemaakt.
(C) Froukje van Ballegooijen, schoolpsycholoog: Als zestienjarige was ik vooral erg bezig met het heden en niet met de toekomst. Wie ben ik, wat vind ik leuk en wat niet, wie vind ik leuk en wie niet en natuurlijk ook wie vindt mij leuk en wie niet? Wat me toen ook wel bezig hield, was de wens om iets te betekenen, om de wereld iets beter te maken. Het milieu en dierenbescherming interesseerden me en ik dacht erover om dierenarts te worden. Dat ben ik niet geworden maar iets willen betekenen voor anderen is wel gebleven. Ik heb gekozen voor een studie psychologie en werk nu op de school waar ik als zestienjarige ook rondhing. Ik ben voor het grootste deel van het jaar gezond en gelukkig met mijn man en twee zonen. Ik heb leuk en betekenisvol werk, waar ik veel voldoening uit haal en al met al ben ik een tevreden mens. En dat zonder een compleet toekomstbeeld in de puberteit!
8
Schakelweek NIEUWE BOOST VOOR MEDIAWIJS!
Leren, hoe doe je dat?
Mediawijs! werd dit jaar voor A2 en HA2 in een nieuw jasje gestoken. Het doel is hetzelfde gebleven, namelijk: leerlingen informeren over de mogelijkheden en gevaren van diverse sociale media. Uitgangspunt in dit project is de film Cyberbully uit 2015, waarin een meisje slachtoffer wordt van een hacker. Deze film werd door iedereen bekeken. Daarna gingen de leerlingen zelf aan de slag met het bouwen van een informatieve website. In elke klas werd een soort online redactie gecreëerd, waarbij groepjes elk een onderdeel kregen waaraan ze werkten. Het eindproduct werd een informatieve website, helemaal door de kinderen gebouwd. Daarop is te vinden hoe je facebook, twitter en whatsapp veilig kunt gebruiken. Ook hoe je alert kunt zijn op cybercrime, zoals phishing en hacken.
Onze brugklassers zijn langzaamaan gewend aan hun hun nieuwe school. Hoe is het met hun ouders? Wat komen zij tegen? Ruim 40 brugklasouders bezochten eind oktober de workshop Duurzaam leren. Onder hen leven vragen als: Hoeveel moet ik nu helpen? Hoeveel tijd is normaal voor huiswerk? En wat, als een kind daar ruim overheen gaat? En hoe overhoor je op inzicht?
Willeke Rijkers, afdelingsleider B1, gaat eerst in op een aantal voorwaarden om te kunnen leren. Brugklassers zijn gretig, maar willen ook weten, waarom je iets moet leren. Het helpt om dat uit te leggen. Het helpt ook om feedback te geven op de aanpak door bijvoorbeeld na te gaan, hoe een resultaat tot stand is gekomen. Leerlingen hebben vaak een favoriete leerstijl, de een luistert graag naar uitleg, een ander houdt ervan te discussiëren over de stof. In de studielessen gaat het daarover, maar het zou mooi zijn om ook thuis te praten over de manier van leren. Helpen met huiswerk is dus eigenlijk steeds weer kijken naar de manier waarop geleerd wordt. Wat weet je al wel? Hoe pak je het aan, als je het antwoord niet weet: wat of wie kan je helpen om het antwoord te vinden? Op zoek gaan naar het antwoord stimuleert het denken. Een extra vraag in de klas of in de steunles kan de volgende stap zijn.
Doen wat werkt!
Elk groepje had andere groepen nodig om de opdracht tot een goed einde te brengen voor input, inlogcodes of interviews. De eindredacteuren bewaakten tijd en content en zo ontstonden prachtige eindproducten!
De aanwezige ouders hebben ook tips: Laat merken dat je er bent en mee wilt denken. Bij een kopje thee even vragen of het lukt met het huiswerk. Bij het overhoren zelf toetsvragen laten verzinnen en veel uit laten leggen. In het Bijdehandboekje, dat alle leerlingen hebben, staan heel veel tips voor plannen, inzichtelijk leren en verschillende manieren om te studeren. Handig voor leerlingen maar zeker ook voor ouders!
Bass van de Veerdonk, mentor klas 2
De prezi van deze workshop vindt u op de website. (CM)
9
EHBO
In deze rubriek bespreken we een probleem vanuit verschillend perspectief.
(eerste hulp bij onderwijs)
Casus » Jo-Ann is een vrolijke meid uit de tweede klas, totdat ze op Instagram wordt lastig gevallen met vervelende comments op haar foto’s door mensen die ze niet kent. Ook krijgt ze hatelijke whatsappjes van onbekende nummers. Het lijkt erop, dat ze de controle over haar sociale media kwijt is en Jo-Ann wordt langzaam erg wantrouwig naar haar omgeving. » Puck, de vriendin:
» Tanja, de moeder:
» Bass, de mentor:
» Vodafone, de provider:
Ik zou zeggen, dat ze er zich niets van aan moet trekken, ze weten niet waar ze het over hebben. Laat ze maar praten, je échte vrienden weten wel beter. Als ze het echt te erg vindt worden, moet ze het gewoon verwijderen. Wat kunnen ze dan nog doen?
Het is als ouder moeilijk om te zien hoe je kind hier steeds verdrietiger van wordt, terwijl je er zo weinig aan kan doen. Vanuit de anonimiteit kan de dader veel schade aanrichten en moeilijk ter verantwoording worden geroepen. Ik vind dat laf en respectloos. Als zo’n dader wordt gevonden, lijkt me een gesprek met zijn of haar ouders ook op z’n plaats.
Jo-Ann kan haar verhaal bij de mentor kwijt en hij kan het gesprek aangaan binnen de klas. Wanneer het probleem niet zo gemakkelijk opgelost kan worden, zal hij het aankaarten bij de afdelingsleider, leerlingbegeleider of externe partijen. Maar de mentor is vooral steun en toeverlaat voor zowel de leerling als de klas en probeert ervoor te zorgen dat Jo-Ann zich weer veiliger kan voelen.
De telecommunicatiewet bepaalt, dat je je provider mag verzoeken de persoonsgegevens te verstrekken van een abonnee maar op basis van deze klachten kunnen wij helaas geen privacygevoelige gegevens verstrekken van de persoon waar je hinder van hebt. Het enige wat we kunnen bieden is een ander telefoonnummer.
Ondertussen bij Marieke in de klas… ‘Iedereen moet een mooie toekomst hebben, ook in arme landen.’
(KP)
Moeten we arme mensen helpen? Het antwoord van een aantal van mijn leerlingen getuigt van een mooie morele ontwikkeling. ‘Want stel dat wij zelf in een arm land zouden leven (…), die mensen kunnen er niks aan doen dat ze daar geboren zijn en wij in Nederland.’ ‘Ik zou het ook fijn vinden als er mensen zouden zijn die ons dan (…) helpen. Iedereen moet gelukkig kunnen zijn.’ ‘Als je goed nadenkt bij jezelf hebben wij veel eten en gooien ook veel weg.’ ‘Iedereen moet een mooie toekomst hebben, ook in arme landen.’ ‘Nederland is gewoon een rijk land.’ Een leerling die niet precies weet hoe het aan te pakken: ‘Nee, ik vind dat de mensen in Nederland eerst moeten geholpen worden. Als een Nederlander met drie kinderen schulden heeft worden ze het huis uit gezet (...) Je moet ze pas helpen als de mensen in ons eigen land het goed hebben. Je moet ze bijv. helpen met goederen in plaats van met geld.’ Dus misschien toch helpen dan? Marieke Smit, docente levensbeschouwing
10
Lrrnlfhbbrn*
Jacqueline Kluytmans Na gedane arbeid is het goed rusten en wij wilden wel eens weten wat het Piersonpersoneel zoal doet om na het werk de zinnen te verzetten.
Hoe en wanneer is het allemaal begonnen? Als meisje van acht stond ik al naast mijn moeders naaimachine, zij maakte alle kleding voor haar vier kinderen en ik mocht haar helpen met patronen uitknippen. Vanaf mijn dertiende ging ik zelf aan de slag met een trapnaaimachine en na mijn trouwen heb ik ook altijd de kleren voor mijn eigen kinderen gemaakt. Die zijn nu 24 en 26 maar hebben mijn hobby helaas niet geërfd. Ik heb mezelf steeds verder ontwikkeld, heb mijn vakdiploma’s gehaald en 12½ jaar lang thuis naailes gegeven.
Wat maak je allemaal? Eigenlijk alles! Ik ga voor de uitdaging en geef nooit op. Ik kan niet zelf ontwerpen – dat is echt een vak apart – maar ik varieer wel veel op patronen. Verder kan ik op het oog een kledingstuk namaken dat ik in een winkel heb gezien; mijn dochter zei vroeger dan ook wel eens, dat ze iets dat ik had gemaakt in een duur boetiekje had gekocht want het hangt toch een beetje van de tijdsgeest af of zelfgemaakt kleding done of not done is.
Ben je er vaak mee bezig? Dat hangt er een beetje van af: als ik aan een project begonnen ben, gaan er heel wat uurtjes inzitten maar als het klaar is kan ik alles ook rustig even aan de kant leggen. Verder ben je natuurlijk ook vaak op zoek naar nieuwe ideeën en stoffen op de beurs in de Brabanthallen bijvoorbeeld, dat hoort er ook allemaal bij.
Profiteert je werk nog van je hobby? Ik denk het wel! Twee jaar geleden ben ik op school met een cursus voor collega’s begonnen en dat gaat heel goed. Op vrijdagmiddagen komen we samen en nadat ik ze wat basistechnieken heb uitgelegd kunnen ze al snel aan de slag. Regelmatig komen ze trots een nieuw kledingstuk showen, met de grijnzende mededeling dat het zelf is gemaakt. Verder heb ik de labjassen van de collega’s aangepakt en waren Sinterklaas en zijn Pieten bij ons op school eigenlijk ook wel aan een nieuwe outfit toe. In het kader van PiersonActief ga ik dit schooljaar ook voor het eerst met leerlingen aan de slag. Ze kunnen dan zelf een eindproduct kiezen waar ze een aantal weken aan kunnen werken en daar ga ik ze dan bij helpen, erg leuk! Na veertig jaar is kleding maken nog steeds mijn hobby en mijn passie. Ik krijg er energie van en omdat de mode blijft veranderen, zal het me ook nooit gaan vervelen; ik ga dit nog heel lang doen. Karin Polman
*Lerarenliefhebberijen
Scheikunde-TOA Jacqueline Kluytmans moet in het dagelijks leven ook wel heel secuur zijn want zonder die eigenschap kan je niet al ruim veertig jaar bezig zijn met patroontekenen, stikken, borduren, locken en afzomen: Jacqueline maakt zelf kleding.
11
Introdag Atheneum 4
O
p vrijdag 2 oktober -dus met al een paar weken ervaring in de vierde klas op zak maar toch nog ruim voor de eerste schakelweek- besteedden de leerlingen op verschillende manieren aandacht aan de uitdagingen van de bovenbouw.
De overstap van atheneum 3 naar atheneum 4 wordt door veel leerlingen als pittig ervaren. Om die overgang wat soepeler te laten verlopen, organiseerden de mentoren van de A4-groepen dit jaar een introductiedag.
In een wisselprogramma werd er gewerkt aan o.a. nadere kennismaking, planning, het herkennen van kwaliteiten in jezelf en een ander, samenwerking en LOB. Voor het laatste onderwerp werden twee studentes van de Tilburg University ingevlogen, die enthousiast vertelden over het studentenleven (dat voor de oplettende toehoorder niet alleen maar uit studeren blijkt te bestaan) en wat je moet doen om een verstandige studiekeuze te maken. Een uitdagende activiteit was het ontsnappen uit een escaperoom. Door goed samen te werken en behoorlijk lastige puzzels op te lossen, moesten de kersverse bovenbouwers in 25 minuten zien te ontsnappen uit een casino of de behandelkamer van een moordlustige tandarts: het lukte slechts één groep binnen de tijd. Voor de mentoren was deze activiteit minstens zo leerzaam want buiten de escaperoom keken en luisterden zij op monitoren naar de verrichtingen van hun groep. Zo ontdekten zij het een en ander over de samenwerkingsvaardigheden van de leerlingen. Informatief en bij vlagen hilarisch. Karin Polman
En de start in havo 4
D
it jaar startte ik in havo 4. In het derde jaar word je veel voor bereid op de overstap naar de bovenbouw. Nu ik in havo 4 zit, moet ik erkennen: het is een hele overgang. Er komt heel wat op je af en vooral in het begin kan dat nog wel eens verwarrend zijn. Verschillen zijn bijvoorbeeld: pauzes op andere momenten, waardoor je ’s ochtends 3 uur achter elkaar les hebt in plaats van 2, andere klassen en clusters zodat je in één keer heel veel verschillende mensen op een dag ziet. Verder heb je kwt-uren en begin je het schooljaar met een kamp. Tot nu toe gaat het goed. Ik heb een hele leuke stamklas en ook mijn mentorklas is altijd gezellig. Als profiel heb ik Cultuur & Maatschappij gekozen waar ik geen spijt van heb.
Keuzewerktijd (KWT) De kwt-uren hebben zeker voordelen. Zo kun je zelf goed inplannen welke vakken je nodig hebt en ook wanneer je een keertje het eerste of laatste uur vrij wilt hebben kun je daar voor zorgen, mits je op tijd inplant. Doordat je in de kwt-uren veel zelfstandig moet werken, heb je ook minder huiswerk en kun je hulp vragen als je iets niet snapt. En omdat er meerdere docenten beschikbaar zijn voor een bepaald vak, maak je ook weer kennis met andere manieren van lesgeven wat ook niet verkeerd uitpakt.
Kamp Het kamp was een hele leuke ervaring. Je leert er mensen beter kennen of je legt juist contact met hele nieuwe mensen. Er werden een aantal activi-
teiten gedaan zoals de zeskamp en het kampvuur waardoor je gezellig met elkaar kon optrekken, maar er was ook genoeg ruimte voor vrije tijd. Ik denk ook dat het zeker scheelde dat het kamp in het begin van het schooljaar was, zodat je er de rest van het jaar met de mensen die je al kende en de nieuwe mensen een leuk schooljaar van kunt maken. De stof in havo 4 is wel meer dan de vorige jaren. Zo heb ik bijvoorbeeld kunstvak waar een groot deel theorie bij komt en ook voor vakken als geschiedenis moet je zeker meer doen. Door goed te plannen en hulp te vragen als het nodig is, kom je zeker een heel eind. Ik ben benieuwd wat havo 4 te brengen heeft dit jaar. Merel van Wolferen, havo 4
12
Internationalisering
L’ échange à France De uitwisseling met een school in Bretagne is al jaren een gewaardeerde ervaring, en niet alleen voor leerlingen. Een impressie van derdeklasser Yvonne de Water en van gastouder Nick Geerdink.
STIEKEM JALOERS
H
et gaf wat stress, maar gelukkig hadden we net op tijd de lekkage op onze badkamer onder controle... Lea, onze Franse gast kon komen! Behalve een (wazige) foto hadden we verder geen beeld van haar. Op het moment dat de dertig Franse leerlingen de aula binnenkwamen, die allemaal even donkerblond zijn als onze meiden blond, was het even zoeken. Maar we vonden haar: Bonjour mademoiselle, comment ça va? Veel meer Franse woorden ken ik niet. Ohh god!, of zoals mijn dochter tegenwoordig bij alles roept OMG!, hoe gaan we dit doen? Lea had cadeaus bij zich voor ons. Eigengemaakte jam en karamel voor op brood of crêpes. Wat lief! Ze had al eerder gevraagd in welk huis wij woonden. Gewoon een huis uit een rijtje, vonden wij niets bijzonders. Later werd het mij duidelijk waarom ze dat vroeg. Via Google Earth hebben we haar huis bekeken. In de landelijke omgeving waarin zij woont was dat even groot als ons hele blok woningen.
Bonjour! Je m’appelle... oh sorry. Hallo, ik ben Yvonne en ik heb meegedaan aan de uitwisseling met Frankrijk.
V
oor de zomervakantie waren de leerlingen uit Bretagne al in Den Bosch en nu was het onze beurt. Na een lange busreis kwamen we aan. En we waren dolblij om onze correspondenten weer te zien. In Frankrijk liepen we mee op hun school. Het is heel leuk om de verschillen te zien tussen de scholen in Nederland en in Frankrijk. Het is daar veel kleiner en ook veel strenger. Ook gingen we dagjes uit zoals naar Mont-Saint Michel. Op zondag gingen we op stap met de familie, bij wie we logeerden. Ik ben toen gaan survivallen. Toen we weer terugkwamen bij haar huis hadden we heel lekker gegeten, alleen wel heel laat. Dat doen ze in Frankrijk. Yvonne de Water, T3B
Over Google Earth gesproken… Google Translate is het meest bezochte programma tijdens de week dat Lea bij ons te gast was. Wat een genot die vertaalapps. De taalbarrière blijkt al heel snel geen barrière meer te zijn. Na de eerste nacht volgde het schoolprogramma. Wegbrengen, ophalen en zelf fietsen. Het ging allemaal als vanzelf. Lea kwam enthousiast weer ‘thuis’ van de trips die ze maakte, laat de foto’s zien en showt de gekochte jurk. In de vrije uurtjes zochten de meiden en jongens elkaar op. Tranen hebben gevloeid van het lachen om de grappen die ze uithaalden en om de vreemde gewoontes van ons en van hen. Denk aan pindakaas en onze pannenkoeken, die toch nét iets anders zijn dan de crêpes uit Frankrijk. Dan wordt het dinsdagochtend. 6 dagen Lea op bezoek heeft mij een hele andere kijk op Frankrijk gegeven. 6 dagen gastouder spelen heeft er voor
gezorgd dat er emoties vrij komen bij het afscheid. Lea wil best nog eens langs komen, want ondanks het slechte weer van die week heeft ze het reuze naar haar zin gehad. En ze is altijd welkom! Ook de meiden nemen afscheid van elkaar alsof deze vriendinnen sinds de wieg nooit een dag zonder elkaar waren. Love you en I will miss you, vliegt in het rond. Het verblijf van Lea in Den Bosch was een beleving die de kids én wij als gastouders niet snel zullen vergeten. Wat een geweldige ervaring! En dan hadden ze het tegenbezoek aan Bretagne nog tegoed: wat was ik zelf graag, als een klein muisje, mee gegaan! Nick Geerdink, een gastouder die stiekem heel erg jaloers is….
13
Ouwe rot en jonge hond
Verveling kennen ze niet en zonder notitieboekje gaan zij niet op pad. Candice Isherwood (29) en Monique Verhoeven (55) zijn in hun achterhoofd altijd bezig met hun vak: kunstvak. Deze twee bevlogen docenten vertellen enthousiast over hun vak en elkaar. Monique Verhoeven studeerde in Delft aan de lerarenopleiding TeHaTex. Ze begon op het Pierson College op de oude locatie, toen nog achter het centraal station, waar nog geen moderne kunstvleugel bestond. ‘Het handvaardigheid lokaal bevond zich op de zolderverdieping. De ‘broden’ klei zeulden we de trappen op. Wegens ruimtegebrek werd er ook handvaardigheid gegeven in het wiskunde lokaal. Wat dat betreft is er veel veranderd.’ Candice Isherwood studeerde in Maastricht aan de kunstacademie, waar ze de docentenopleiding volgde. In 2009 startte ze op het Pierson College. ‘Ik wilde eigenlijk fysiotherapie gaan studeren, maar door veel blessures werd ik genoodzaakt om een andere keuze te maken. Bij deze opleiding kon ik al mijn creativiteit kwijt!’ Monique Verhoeven: ‘Ik schrik eerlijk gezegd van ons leeftijdsverschil! Daar merk ik op de werkvloer helemaal niets van. Onze opleidingen zullen wel veel van elkaar verschild hebben. Zo ontwikkelde ik mijn foto’s bijvoorbeeld nog in een DOKA, terwijl dat tegenwoordig bijna allemaal digitaal gaat. Ik merk dat Candice op digitaal gebied veel sneller is dan ik. Ze maakt haar lessen flitsend met mooie PowerPoint presentaties. Candice Isherwood: ‘Maar Monique is heel analytisch. Zij heeft echt een gave om dingen te versimpelen. Zij komt met hele begrijpelijke voorbeelden die moeilijke materie voor leerlingen versimpelen, dat vind ik heel knap!’
Ruimte en kennis Kennis delen gebeurt in onze sectie op een hele natuurlijke manier, de kunstvleugel nodigt daartoe ook uit. We kijken letterlijk bij elkaar in de keuken en kunnen elkaar eenvoudig dingen vragen. Wat dat betreft is deze ruimte een enorme boost voor zowel het vak als voor de sectie! We laten in het atelier graag aan elkaar zien wat voor mooie werken de leerlingen gemaakt hebben, daar worden we zelf ook door geïnspireerd en bovendien zien we meteen waar collega’s in hun lessen mee bezig zijn.
Buiten het werk om gaat dat verder. Als iemand van ons bijvoorbeeld een leuke tentoonstelling bezocht of iets leuks op Pinterest ontdekt, wordt dat gedeeld.
Kunstvak en leerlingen Bij kunstvak gebruik je je creatieve en analytische kant, je rechter- en linkerhersenhelft worden steeds gestimuleerd, ze moeten goed samenwerken. Leerlingen zijn vaak geïmponeerd door de eindwerken, maar met kleine stappen komt iedereen er. Het is mooi om te zien hoe leerlingen hun grenzen weten te verleggen, hoe ze zichzelf weten te verrassen en een werk neerzetten waarvan ze nooit gedacht hadden dat ze het zouden kunnen.’ Monique Verhoeven: ‘Bij kunstvak hopen we leerlingen een andere manier van denken bij te brengen. Dat leerlingen wat meer leren stilstaan bij dingen, wat minder vluchtig kijken en soms wat kritischer.’ Candice Isherwood: ‘Het is prachtig om ze bij te staan in dat proces en ze te zien groeien. Het is een voorrecht om een klein deel van de ontwikkeling van iemands leven zo mee te mogen maken.’ Judith de Weger
14
In beeld
21th century school en ...
We openden de school met taart in De schakel...
... en de mediatheek ...
in D-café D-CAFÉ, DA’S TOCH HELE SLAPPE KOFFIE?
15
Fotostrip: Bureau Gurk
... een forumdiscussie over onderwijs
Op Gamma
...is het goed werken!
Tijd voor ontspanning...
... op het pannaveld
‘IS DIT WEL GLUTENVRIJ?’
of de fitnessruimte
16
De achterkant
Dertien jaar geleden speelde ik Mafia I (de beste thirdperson shooter ooit) inclusief de ‘free ride extreme’ zonder cheats helemaal uit, en op het respect dat ik hiermee bij leerlingen had opgebouwd, kon ik een paar jaar teren: ik was die juf die Mafia op haar palmares had staan! Daarna ging het snel bergafwaarts met mijn 21st century skills: ik wil ouderwets een muis om mee te schieten, scrollen om zware wapens te selecteren en een vaste toetsencombinatie om vijanden geruisloos te wurgen met een pianosnaar. Geef mij een Xbox-controller en ik verander in een stuntelende digibeet met acute game-dyslexie. Als u nu bedenkelijk gaat kijken of werkelijk geen idee hebt van waar dit over gaat, is het misschien eens leerzaam om naar de kamer van uw zoon te gaan en een half uurtje te kijken naar zijn waarschijnlijk louche GTA V-activiteiten in Los Santos (vraag maar aan hem waar dat ligt). Bij gebrek aan zoons zijn het bij mij thuis dochters die GTA V spelen en het is één van mijn guilty pleasures om dan met hen mee te luisteren naar de programma’s op de autoradio in het spel (kritisch op het cynische af maar erg grappig) en te kijken naar hoe zij het personage Trevor laten parkeren (de veel te dure, zelf gejatte wagen op een boom mikken en ondertussen eruit springen) of Franklin om de haverklap naar de digitale kapper laten gaan voor een verse opscheer. Volgens mij is er een flexibel puberbrein voor nodig om dit soort spellen met een controller tot een goed einde te brengen maar mijn gefixeerde hersens hebben na de introductie van de Xbox en de PlayStation de handdoek in de ring gegooid.
In het onderwijs is het altijd uitkijken geblazen met het overbruggen van dit soort generatiekloven. Voor je het weet sta je met je grijze haren heel hip te roepen dat iets ‘vet’ is, in je steunkousen de leerlingen te begroeten met ‘yo tjappies’ of met een flapperend kunstgebit te rapbattle-en met de B-Boys. Sommige dingen moet je als veertigplusser gewoon niet meer willen maar ondertussen maken die dingen wel een steeds groter deel uit van de belevingswereld van de leerlingen. Op de lerarenopleiding hebben wij vroeger toch allemaal braaf geleerd, dat we daarbij moeten aansluiten maar als het zo moet, kan ik beter bij de NS gaan werken; daar mis je tenslotte ook altijd je aansluiting. Toen ik net begon in het onderwijs, was ik een paar jaar ouder dan de leerlingen. Inmiddels kan ik hun moeder zijn en als ik over ruim twintig jaar eens een keer met pensioen mag hun oma. Ik doe heus verwoede pogingen om het bij te benen, volg alle digicursussen die er maar te krijgen zijn en onlangs ben ik maar weer eens Duke Nukem gaan spelen: ‘hordes schofterige aliens afknallen, die alle babes op aarde stelen’ (computergames zijn behalve maatschappijkritisch eigenlijk ook best vrouwonvriendelijk maar dit terzijde). Veertig dreigt het nieuwe bejaard te worden maar ik zal worstelen, bovenkomen en tóch authentiek en dicht bij mezelf blijven want dat moet ook van de lerarenopleiding. Ik heb me zojuist opgegeven voor een driedaagse LAN-party (chips en Red Bull inbegrepen) en de kosten voer ik op als bijscholing: dope cursus matie, je weet zelf! Karin Polman