Infokrantje
DIFAM Patrick Van Speybroeck
0
Verschijnt driemaandelijks, 7de jaargang, nr. 23, december 2015 V.U.: Van Speybroeck Patrick, Lange Akkerstraat 5e, 9800 Meigem Registratienr.: P708873
Kantoor van uitgifte: Evergem
GOEDE VRIENDEN, Jullie lezen het zeker juist, dit jaar ben ik 25 jaar werkzaam in Guatemala. Ik vertrok de eerste keer voor 5 jaar op 1 mei 1990. Ongelooflijk! Toen ik ter voorbereiding van mijn vertrek naar Guatemala, eind de jaren ’80, mijn opleiding volgde in het Tropisch Instituut in Antwerpen en het jaar nadien in het Latijns Amerikaans College in Leuven had ik nooit gedacht dat ik nu … 2015 deze brief aan jullie zou schrijven. Guatemala zou voor mij wel voor enkele jaren zijn, misschien wel 5 jaar, maar het zijn dus al 25 jaren en die zijn voorbij gevlogen. Een balans opmaken van alles wat we hebben gerealiseerd in die tijd is onbegonnen werk, maar wat ik wel weet is dat het zonder jullie niet mogelijk zou zijn geweest. Hieronder probeer ik onze bijdragen tot een oplossing van de armoede in Guatemala op een rijtje te zetten. In Leuven kregen we structurele oplossingen voorgesteld. Het tropisch Instituut was dan meer een opleiding die mij in staat zou stellen te werken in een gezondheidspost of een ziekenhuis in een tropisch land. In Leuven kreeg ik mijn voorbereiding van prominente figuren uit alle landen van Latijns Amerika. Ik kreeg inzicht in de sociale situatie, de politiek, economie en oorzaken die aan de basis lagen van de lokale problemen waaruit de extreme armoede voortkwam. Vele problemen waren structureel, maar toch konden we oplossingen helpen zoeken met een blijvende ommekeer voor ogen. De plaatselijke bevolking moest zelf het roer in handen kunnen nemen, oplossingen moesten uit zichzelf geboren worden en enkel door ons begeleid worden. Van bij het begin heb ik mij voor ogen gehouden dat ik, wilde mijn werk later niet verloren gaan, de zelfredzaamheid bovenaan de lijst moest zetten. Het leek onbegonnen werk, maar stap voor stap kwamen we er. De bisschop noemde onze werkwijze en ons resultaat zelfs uitzonderlijk (zie verder).
1.
We starten met een boerderij. Mijn gezondheidswerk bij de Zweden was een aanloop om de mensen te leren kennen en om vertrouwen te creëren bij een bevolking die al zovele jaren verdeeld werd door een gruwelijke burgeroorlog. Beide partijen, Guerrilla en leger, hadden in alle families slachtoffers geëist. Don Pablo de León had met mij de opleiding gekregen bij de Zweden. Hij werd mijn rechterhand op de boerderij. We kenden elkaar 200% en konden op elkaar rekenen. Dieren zouden ons producten geven (melk, kaas en kalveren) die zelfredzaam tot stand zou helpen brengen. Lonen moest ik nauwelijks betalen want ik werkte met studenten. Dankzij Belgische pleegouders konden jongeren studeren en hun beurs kregen ze door hun werk op de boerderij. Jongeren uit de stad, kwamen tijdens de vakanties bijklussen. Toch was dit nog een zwakke schakel van afhankelijkheid. Het was een mooie tijd en ondertussen bleef ik samen met de lokale gezondheidspost meewerken in vaccinatie campagnes.
2. Er was een schrijnend tekort aan scholen. Kinderen bleven thuis tot 7 à 8 jaar of nog langer bij gebrek aan scholen en onderwijzers. De afstand tot de scholen was soms tot 2 uur ver te voet. dit is voor kleine kinderen dus onmogelijk. Eens ze 10 à 12 jaar waren dan waren ze oud genoeg om mee te werken op het land of op de plantage: Hard Labeur. Zo bouwden we de eerste 15 jaar tussen de 20 en 25 nieuwe scholen. De onderwijzers hadden gestudeerd met een beurs van de Vrienden uit België. Onderwijs zat in de lift. Toen ikzelf cursus Engels gaf op de middelbare school in San Miguel, zaten in de 3 lagere klassen samen amper 100 leerlingen. Nu zijn dat er meer dan 2000 in alle middelbare scholen samen. 3. In 1998 gooiden we het roer om. De kalveren waren bij de lokale boeren uitgezet en gaven nu ook melk en er werd kaas gemaakt. Opleiding zou ons hoofddoel worden. Studenten van de eerste jaren studeerden af en werkten als onderwijzers in ons eigen dorp. Enkelen
studeerden verder aan de universiteit en werden ingenieur, anderen dokter en die zouden nu de start geven aan de continuïteit, zowel in de scholen als bij DIFAM. Na 25 jaar zijn alle onderwijzers van de stad vervangen door lokale onderwijzers waarvan er velen dankzij de studiebeurzen nu hun diploma hadden. Opleiding was dus het sleutelwoord. De vredesakkoorden waren getekend in 1996 en buitenlandse steun kwam steeds vaker naar Guatemala. Dit gaf ons de mogelijkheid om aan te kloppen bij officiële instanties, zoals het Belgisch Ministerie voor Ontwikkelingssamenwerking. De boeren kenden extreme armoede. Ze hadden geen mogelijkheid om meer te produceren, er waren geen wegen, dus geen transportmogelijkheden om hun producten te vervoeren en te verkopen en in maanden van droogte geen water om het land te bewerken. Ze moesten migreren naar de grote plantages waar ze ziek werden en in mensonterende omstandigheden werkten voor een hongerloon. Stilaan begon de Guatemalteekse
staat
te
werken
aan
wegenbouw.
De
nieuwe
burgemeester Sergio opende aardewegen, maar zo werden afgelegen gemeenschappen bereikbaar. Dit gaf ons de kans om samen met vele lokale
boerenorganisaties
te
werken
aan
een
ambitieus
bevloeiingsproject. Zo doorbraken ze de vicieuze cirkel, en langs de nieuwe wegen voerden ze hun producten naar de stad of fabriek voor export. Ontwikkelingssamenwerking België keurde ons 5-jaren plan goed, in samenwerking met DISOP en TalithaKoum. Er werden 500 bevloeiingssystemen geïnstalleerd tussen 1998 en 2000, elk goed voor 2000m² landbouwgrond. In totaal investeerden we bijna 500.000 euro en werd in 2003 officieelde NGO - DIFAM geboren. Een lokale organisatie in handen van lokale mensen was een feit. 4. DIFAM: Gustavo werkte als Landbouwingenieur. Hij stond in voor de vorming van de boeren en de begeleiding van de commercialisatie. Hij groeide uit tot verantwoordelijke voor de landbouw, veeteelt en voedselzekerheid. Dit project wordt nog steeds door onze Belgische
Ontwikkelingssamenwerking ondersteund. Hij begeleidt nu boeren in herbebossing,
aanplant
van
fruitbomen
(strijd
tegen
erosie),
biolandbouw, compost en regenwormen compost (zo verminderen we de afhankelijkheid
van
kunstmeststoffen
grote
bedrijven
verkopen),
die
gebruik
tegen van
woekerprijzen gecontroleerde
sproeistoffen of zelfs met natuurlijke insecticide om afhankelijkheid van firma’s zoals Bayer en Monsanto te doorbreken. Het promoten van eigen zaden is één van de onderdelen van dit project. Veel zaad uit de handel produceert geen vruchtbaar zaad en zo ontstaat terug afhankelijkheid. Het is een prachtig project. 5. Bancos Comunales: Dit zijn kleine gemeenschapsbankjes voor de vrouwengroepen. Onder stimulans van TalithaKoum kwamen Cipri en Roselia in 1998 in dienst. Een vrouw denkt in de 1ste plaats aan haar kinderen en via hen konden we iets gaan doen aan de extreme armoede
in
de
afgelegen gebieden van San Miguel. Inkomsten van
de
bevloeiingen
waren een 1ste stap, maar deze inkomsten werden vaak door de man beheerd. Cipri en Roselia trokken van gemeenschap naar gemeenschap, vaak te voet om vrouwen samen te brengen en hen te leren zich te organiseren. Hun 1ste activiteiten waren kooklessen. Hierin waren mannen zeker niet geïnteresseerd en op die manier konden ze alleen met hen samenkomen. Tussendoor werd er natuurlijk veel gepraat en zo kwamen we ook te weten welke hun zorgen en bekommernissen
waren. Ze wilden zelf geld kunnen verdienen voor de noden van hun gezin. Ze wouden onafhankelijk zijn van de goodwill van hun mannen. Daarom zochten ze steun voor hun micro projecten zoals: aankoop van enkele kippen of ander pluimvee, varkens, een rund, installatie van een klein winkeltje, artisanale activiteiten… Zo ontstonden de kleine leningen = micro kredieten van de Bancos Comunales. In groep kregen vrouwen een som geld als lening om te besteden aan hun gekozen project, maar eerst moesten ze leren sparen. Cipri en Roselia gingen elke maand op bezoek. Het was een prachtige tijd. In totaal profiteren nu bijna 1000 vrouwen en later ook mannen van de Bancos Comunales. De leningen waren klein, soms maar 50 euro, maar voor hen was dit veel. Nu moesten ze leren om dit op tijd terug te betalen en ook hier zijn de vrouwen een voorbeeld geweest. Stipt elke maand kwamen ze samen om wat spaargeld en wat intresten te betalen aan Cipri en Roselia. Het kredietfonds groeide met sneeuwbaleffect. We moesten meer personeel aannemen. Sinds 2000 was ikzelf niet permanent meer aanwezig in San Miguel. Enma kwam bij ons werken als verantwoordelijke, Aureliano kwam in dienst als boekhouder, Aura kwam erbij als kredietwerkster en Gustavo bleef werken als landbouwingenieur
ten
dienste
van
de
boeren
en
de
bevloeiingsprojecten. 6 lokale mensen vormden de equipe van DIFAM. DIFAM werd een officieel erkende NGO in november 2003, en is sinds 2003 zelfbedruipend dankzij de bloeiende werking van de Bancos Comunales en de inkomsten van het kleine hotel op het domein van DIFAM. Het hotel groeide vooral ten behoeve van vele Belgische bezoekers, maar stilaan kwamen ook meer en meer lokale bezoekers. Dokters, ingenieurs die in San Miguel kwamen werken verkozen de rust van de omgeving van DIFAM. De mooie tuin is een oase gelegen achter de oude kerk van de calvarie. Na een zware dagtaak konden ze er even verpozen en tot rust komen. Rozen en orchideeën kleuren onze tuin en Gustavo had een pergola gebouwd waar klimplanten welig
tieren. We hebben een kleine fontein en een vijver met vissen. En tussendoor krijg je er ook een liefkozing bij van Tuska of Balou, onze 2 Duitse herdershonden, die het domein bewaken. Jullie hebben zeker al stukken gehoord of zelf gezien bij een bezoek aan Guatemala en DIFAM. Voor mij zijn deze 25 jaar voorbij gevlogen. Het waren de mooiste van mijn leven en dit vooral dankzij de mensen van Guatemala en jullie steun. Door jullie steun heb ik met DIFAM een oneindig aantal projecten kunnen realiseren ten behoeve van de lokale bevolking, ter verbetering van de situatie van de gewone huisvrouw (wasbakken, waterleidingen, houtvuren, en nu onze Eco filters… zie verder). De mensen zijn nog arm, maar de extreme armoede is enorm verminderd. Velen klommen op in de sociale ladder en behoren nu tot de betere middenklasse, dikwijls dankzij een studiebeurs via DIFAM. Het centrum van San Miguel groeide enorm, overal kwamen winkeltjes, mensen zagen de lokale noden en gaven hieraan hun eigen antwoord, vaak dankzij een lening bij DIFAM. Het dorp waar vroeger geen fiets, laat staan een auto te bespeuren was, daar rijden nu taxi’s en tientallen tuctuc (gemotoriseerde Aziatische driewielers). Vele families hebben een zoon of dochter in de USA, die dan geld doorstuurt en anderen gingen er zelf enkele jaren werken en kwamen dan terug met spaargeld. Zo werden vele lemen huisjes vervangen door huizen met betonblokken, en in plaats van een rieten dak kwamen betonnen daken. Alle kinderen gaan naar school. Ze nemen zelf hun eigen ontwikkeling in handen en studie doet hen nadenken en inzien dat 10 kinderen niet meer kan. Parallel
verbeterde
ook
de
gezondheidszorg,
alle
kinderen
worden
gevaccineerd. Wij bouwden enkele jaren geleden een financieel toegankelijk ziekenhuisje. En we doen verder: nog steeds ligt de gezondheidskost voor de families heel hoog. Water is meestal niet drinkbaar, vele kinderen worden ziek door infecties van maag en darmen. Kindersterfte is daardoor nog steeds veel te hoog. Daarvoor werken we nu in navolging van de Verenigde Naties aan het project: drinkbaar water voor elke familie.
Vroeger stierven vele kinderen door infectieziekten, koppels kregen veel kinderen want ze wisten niet hoeveel er gingen overleven. Eind de 19e eeuw tot 1ste helft 20ste eeuw bevonden ook wij ons in die situatie. Nu hebben mensen die studeerden ook maar 2, 3 of uitzonderlijk 4 kinderen, die ze dan zelf aan een betere toekomst willen helpen.
Ons doel is en blijft:
Investeren
in
verbetering
van
de
landbouw,
er
zijn
weinig
alternatieven om een economische groei te bewerkstelligen. Wanneer de productie stijgt, daalt de behoefte aan migratie en kinderarbeid.
Als je zorgt voor scholen sturen ouders hun kinderen ernaar toe, investeren in onderwijs ook d.m.v. studiebeurzen, ze leren lezen, schrijven en rekenen waardoor ze minder bedrogen worden als ze hun producten verkopen.
Investeren in gezondheidszorg: direct door te blijven zorgen voor materiaal voor ons ziekenhuis en indirect door het verbeteren van de levensomstandigheden, zoals het promoten van de Eco filter voor drinkbaar water, gezonde en gevarieerde voeding …
AFGELOPEN BEZOEK AAN GUATEMALA Mijn bezoek aan Guatemala was deze keer kort. Kinderen van mijn zus waren mee waardoor ik minder tijd had voor DIFAM. Eind dit jaar en volgend jaar plannen we een nieuw groot project: installatie van 1400 waterfilters bij de families in San Miguel. ECO-Filtro is een niet gouvernementele organisatie die de filters heeft ontworpen en die deze promoot: drinkbaar water voor alle families. In San Miguel hebben de meeste families leidingwater, maar dit is niet drinkbaar. De bronnen zijn vaak vervuild met bacteriën, parasieten e.a. Mensen koken hun water (brandhout), of drinken er zo van met alle gevolgen van dien. Voor ze immuniteit opbouwen moeten kleine kinderen vaak meerdere keren diaree doorstaan. Dikwijls zijn ze zo ziek dat ze een kuur antibiotica dienen te nemen, en nog teveel sterft een baby of peuter door diarree en braken door een intestinale infectie. Door parasieten leiden kinderen vaak aan bloedarmoede. Dit heeft nefaste gevolgen op leergebied. Ze zijn afwezig op school en lopen achterstand op. Andere families kopen drinkwater in grote plastiek flessen van 18 liter, deze kosten 16 Quetzal of 2 euro per fles. Al deze zaken (brandhout, medicatie of aankoop van drinkwater) nemen een grote hap uit het kleine familiebudget van onze mensen. Zij die water aankopen spenderen gemiddeld 3200 Q. of 400 euro per jaar. Water koken kost gemiddeld 2000 Q. of 250 euro per jaar. En de gemiddelde kost voor medicatie bij maag- en darmontstekingen is 1200 Q. of 150 euro. Als een onderwijzer een maandloon heeft van 350 euro dan is het duidelijk dat zo’n waterfilter een enorm voordeel zal betekenen voor de families.
Op het bureel van DIFAM hebben we sinds maart 3 waterfilters, dit is op jaarbasis een besparing van 4800 Quetzal, of 600 euro. Wij kochten elke week 6 flessen van 18 liter water bij Salvavidas voor het personeel en de cursisten. Het waterbedrijf is in handen van 1 van de rijkste families van Guatemala (de familie Castilla). Deze familie is ook de grootste bierproducent van het land (Bier Gallo). De waterfilters zijn voor hen natuurlijk geen goede zaak, zij waren dan ook erg kwaad toen Enma hen vertelde dat we geen water meer nodig zouden hebben. Gustavo zal coördinator zijn van dit nieuwe project. Samen met Rosi, Margarito en Maudilio en voorlopig nog 2 opgeleide huismoeders zal hij de groepen bezoeken waar een filter zal worden geplaatst. De bedoeling is om de huismoeders te leren hun filter te gebruiken en te onderhouden. De binnenste kleifilters dienen om de 3 maand volledig te worden uitgewassen, de filters mogen nooit droog staan en om de 3 jaar moet de kleifilter binnenin vervangen worden. Volgens labo onderzoek is maar 3 jaar volledige veiligheid gegarandeerd. De filters zullen voor DIFAM een kostprijs betekenen van 25 euro per filter. We deden beroep op een Belgische organisatie voor 1000 filters. Met steun van de Vriendengroep willen we zelf 400 filters verzorgen. Lokale bijdragen zulen worden gebruikt voor de uitbreiding van het project. Ik hoop van harte dat velen ons in dit project zullen steunen, een project dat zoveel zal bijdragen tot de verbetering van de leefomstandigheden van de families en vooral voor de gezondheid van de kinderen. Ik wil ook van de gelegenheid gebruik maken om alle Vrienden te danken die voor mijn 60ste verjaardag hebben bijgedragen voor dit grote project. In totaal konden we reeds 225 waterfilters (= 5625 euro) aankopen. Van harte dank voor dit mooie geschenk.
HOOG BEZOEK BIJ DIFAM Graag wil ik nog het volgende melden: op maandag 5 oktober kreeg DIFAM onverwacht hoog bezoek. De nieuwe bisschop van San Marcos, Monseñor Carlos Trinidad Gómez wilde DIFAM leren kennen. Sinds hij benoemd werd begin dit jaar was het de 1ste keer dat hij naar San Miguel kwam. Hij sprak een hele tijd met het personeel en wilde daarna meer weten over de doelstellingen en werking van DIFAM. Ik legde hem uit waar we mee bezig zijn in de verschillende gemeenschappen van San Miguel. Hij vroeg
mij dan ook hoe ik het doe om dit alles te financieren? Toen ik hem vertelde dat DIFAM al 12 jaar zelfbedruipend is, zat hij heel verbaasd te kijken. Vele projecten verdwijnen immers als de initiatiefnemer weggaat, zei hij. Ik legde hem uit dat die zelfredzaamheid slaat op lonen en werkingskosten en dat alle andere projecten die we realiseren in San Miguel gefinancierd worden met giften van de vele Vrienden in België.
Dat is het toverwoord zei hij: ZELFREDZAAMHEID. Daar moeten we naar streven, want te gemakkelijk leggen we er ons bij neer dat dit toch niet kan, maar hier hebben we nu terug een bewijs van het tegendeel. Het personeel was blij met dit hart onder de riem, niet elke dag komt een bisschop op bezoek. Iedereen kende de vorige bisschop Monseñor Ramazzini, maar Monseñor Carlos zal binnenkort even geliefd zijn. Zijn beminnelijk karakter, zijn eenvoud en zachtmoedigheid, zijn aandacht voor de kleine, arme en gekwetste mens doen ons denken aan Paus Fransiscus. Hij beloofde bij mijn volgend verblijf in januari terug te komen voor een uitgebreider bezoek. Voor DIFAM en ons personeel was deze visite een teken van waardering vanwege de overheid en het zal het enthousiasme van de equipe absoluut bevorderen. Van harte dank voor alles en tot spoedig. Patrick
STEUN ONS WATERFILTERPROJECT Giften ZONDER fiscaal attest:
BE42 7474 1525 0054
van ‘Projecten Guatemala Patrick Van Speybroeck’ Giften METfiscaal attest (voor giften vanaf 40 euro): van DISOP vzw, Spastraat 32, 1000 Brussel
BE59 4300 8369 5126
AUB STEEDS met vermelding: ‘DIFAM Guatemala’ Neem ook eens een kijkje op website www.DIFAM.org