schooljaa r ‘14-’15 nummer 1 januari 2 015
De Koperwiek in vogelvlucht...
door juffrouw José
Over 20, 30 jaar... Het duurt nog best lang voordat LeAnn, Stan, Tim, Owen en Evi een eigen huisen-tuin huren of kopen. Of misschien gaan ze het allemaal wel heel erg anders doen. Denkbaar. Want geen idee hoe hun leven, het leven in het algemeen, er over twintig of dertig jaar uitziet. Nog meer digitalisering? Vast! Zijn de huizen duurder of juist goedkoper? Hebben we inmiddels andere woonvormen bedacht? Is er nog wel werk? Voor iedereen? En wat voor werk is dat dan? Nieuwe beroepen? Alleen in de ICT of juist op hele andere gebieden? We weten het niet. Wat we wel weten is dat veel over een kwart eeuw veranderd zal zijn. Toen ik een kleuter was (dat is overigens al weer net iets langer dan een kwart eeuw geleden ) hadden wij thuis geen telefoon. Opa en oma hadden er wel een. Zo’n groot zwart geval met een hoorn, een draad en een zwaar draaiende schijf. Je kon ‘m beslist niet in je broekzak. Tikfouten herstelde je met typex en mail was van de molenaar… De wereld draait door. Steeds sneller en forser. Dat vraagt voortdurende aanpassing en ontwikkeling. In het bijzonder van scholen. Want scholen bereiden kinderen
Inhoud
In deze 1e editie van 2014-2015: • Juf José schrijft over later • Beter bekeken: Het Vriendenprogramma • Juf Annemarie en Gwen Wulms in de schijnwerper • Veel nieuws rondom allerlei activiteiten in de units • En verder: Leeskriebels, Prietpraatjes, kinderwerk en prachtige foto’s...
voor op de toekomst. Maar wat als je helemaal niet precies weet hoe die toekomst er uit ziet? Lastig! Daarom staan scholen tenminste één keer in de vier jaar heel nadrukkelijk stil bij hun opdracht. Niet zozeer de vanzelfsprekende taak van het leren lezen en rekenen, maar veel meer de overige kennis en vaardigheid die van belang is in de levensrugzak. Dit jaar is zo’n bezinningsjaar. Tijdens studiedagen zoomt het team van De Koperwiek expliciet in op de maatschappij van de volgende generatie, maken we een inschatting van wat belangrijk is voor het leven van later en denken we specifiek na over wat alle vermoedelijke vooruitgang vraagt van het onderwijsaanbod op onze school. Redzaamheid in de voortdurend veranderende digitale wereld, uiteraard. En goed kunnen omgaan met nieuwe manieren van communiceren, dat waarschijnlijk ook.
school staan te prijken. Stiekem nam ik alvast een kijkje, samen met LeAnn, Stan, Tim, Owen en Evi. Ach, wie weet moeten zij over vijfentwintig jaar hard lachen als ze ergens in een archief een vergeeld exemplaar vinden van deze schoolkrant. Schudden ze hun hoofd als ze zich herinneren dat ze uit de gearriveerde biebdozen zo’n
boek pakten waarvan je de bladzijdes niet kon swypen, maar gewoon moest omslaan? Zou kunnen. Maar het is ook denkbaar dat ze terugdenken aan de sensatie van het moment dat zij als allereersten samen met mij in één van de biebjes-inWat we in elk geval zeker weten is, dat het wording mochten snuffelen. Heel misover vijfentwintig jaar nog steeds waar- schien is er zelfs de herinnering aan de devol is dat je goed kunt lezen. Voorlopig geur van het papier, het plezier van het blijft De Koperwiek die leesontwikkeling vasthouden, het zoeken, het kiezen. Och, we zullen zien. Wat er toe doet dus vooral stimuleren. Met het “Aan De is dat onze kinderen, nu en in afschaffen van de biebbus, bouwen wij bibliotheekjes in onze Koperwiek de toekomst, waardering kunnen opbrengen voor verhalen. school. Lees- en leenpleinen die zal het niet Verhalen waar ze iets van leren. we aankleden en inrichten naar liggen.” Verhalen waar ze van genieten, de behoefte van onze kinderen die ze onthouden, verder vervan nu met leerzame uitdagingen voor het leven van straks. Nieuwe tellen. Of boeken de tweede helft van deze kasten, dozen en accessoires krijgen de eeuw gaan halen is twijfelachtig, maar ik komende weken een definitief plekje. Ik mag hopen dat mooie, spannende, ontverheug me, want ik heb een zwak voor roerende verhalen altijd zullen blijven. Aan kinderboeken. Kan nauwelijks wachten tot De Koperwiek zal het niet liggen. Wij geal die nieuwe aanwinsten straks in onze ven ze met liefde door!
OBS De Koperwiek Venlo | Broekhofstraat 2, 5912TP Venlo | t 077 32 00 484 |
[email protected] | www.koperwiek-akkoord-po.nl
bieden, wordt de taalvaardigheid van de peuters optimaal gestimuleerd.
gen” zijn we met de peuters aan de slag geweest en hebben van alles geleerd over het weer. We hebben er boekjes over gelezen, gekleurd, gesproken en gezongen en op die manier weer veel nieuws geleerd!
Na de zomervakantie zijn we verhuisd van de Langstraat naar ons tijdelijk onderkomen in de Zuidpilaar. Dit i.v.m. de verbouwing van de schoolwoningen. We hebben ondertussen hard gewerkt met de peuters en hebben de herfst aangegrepen om de lokalen en hallen te versieren met herfstspullen. Ook met het Puk en Ko thema “re-
De kinderen krijgen bij elk thema een boekje mee naar huis om hiermee samen met de ouders/verzorgers te spelen/ werken. Zo blijven ouders/verzorgers op de hoogte van “...hard het aanbod van de gewerkt peuterspeelzaal. In het boekje staan met de peude woorden die we ters...” bij het thema gebruiken, een kleurplaat, een verhaaltje en bijv. een spelletje. Door thuis en op de peuterspeelzaal hetzelfde aan te
In december zijn we aan de slag gegaan met het Sinterklaasthema. Het is een spannende tijd nu de Sint weer in het land is en hij bezoekt natuurlijk ook onze peuterspeelzaal. We zingen veel Sinterklaasliedjes, bakken pepernoten en verkleden ons. Ook nu hebben alle kinderen een boekje mee naar huis gekregen, zoals bij elk thema gebruikelijk is.
Prietpraat Aangeboren... Kinderen in groep 3 hebben het met elkaar over de juiste potloodhantering. Een leerling houdt het potlood niet goed vast en zegt: ‘Ik ben zo geboren! Raar hè?!’
Pompom
Pompom is een vrolijk gekleurde handpop die we in de kleutergroepen gebruiken. Zo ook in unit 0/1. Hij is een vriendje van de kinderen, aan wie ze van alles vertellen en vragen. De ene keer moeten ze hem helpen (bijvoorbeeld als hij nieuw is in de klas en de weg nog niet weet), de andere keer kunnen ze hem van alles vragen. Pompom stelt vragen, kijkt toe, speelt en leeft mee. Tijdens het Sinterklaasthema wil Pompom ook een Piet zijn en alles doen wat een Zwarte Piet ook doet. Hij herhaalt de begrippen die tijdens een thema aan bod komen. Soms praat hij via een kind dat zelf nog niet zoveel durft te vertellen en het makkelijker is om dit via de handpop te doen.
In unit 6 hebben wij dit schooljaar al ontzettend veel geleerd. Ook de regel van ’t Kofschip X. Wij willen jullie graag uitleggen wat wij geleerd hebben.
De regel van ’t kofschip X is om te achterhalen hoe je een werkwoord in de verleden tijd moet schrijven. De kinderen hebben geleerd dat ze eerst het hele werkwoord op moeten schrijven. Hier halen ze vervolgens –en vanaf. We zullen even voorbeelden geven: hinkelen 4 -en 4 hinkel of reizen 4 -en 4 reiz. Na deze eerste stap gaan we kijken of de laatste letter van het hele werkwoord –en in het kofschip voorkomt. Het is belangrijk
om te onthouden dat alleen de medeklinkers meetellen in ’t kofschip X. Als geheugensteuntje hangt hier een afbeelding van in de klassen. Bij het voorbeeld van hinkelen, eindigt het hele werkwoord –en op een l. Deze staat niet in ’t kofschip X. Dan krijg je er in de verleden tijd -de achter. Staat de laatste letter er wel in, dan krijg je er in de verleden tijd –te achter. Een voorbeeld: lachen 4 -en 4 lach. Het hele werkwoord –en eindigt op ch. Deze komt voor in ’t kofschip X, dus in de verleden tijd krijg je lach + te. Als laatste moet je kijken of één persoon het doet, of dat meerdere personen het doen. Zijn “...achterhahet meerdere personen, dan len hoe je een krijg je nog werkwoord een –n achter het woord. in de verleMet deze re- den tijd moet gel kunnen wij schrijven...” nu al heel veel werkwoorden in de verleden tijd schrijven! Handig hè!!
deren van 6 tot 12 jaar. En in de jonge jury zitten kinderen van 13 tot 16 jaar.
Eerst wat informatie: De kinderboekenweek is er al sinds 1954. Het eerste kinderboekenweekgeschenk was in 1955. Deze “week” duurt 10 dagen en is altijd in de maand oktober. Het wordt gevierd met allemaal activiteiten die met kinderboeken te maken hebben. Elk jaar is er een ander thema. De kinderboekenweek wordt gehouden zodat er door kinderen meer aandacht wordt besteed aan lezen. Want: lezen is leuk! Er zijn 5 soorten prijzen: griffels, penselen, vlag en wimpel, een prijs van de kinderjury of 1 van de jonge jury. In de kinderjury zitten kin-
Acht kinderen van onze unit volgen op woensdag Junior / Masterclass op het Valuas of het Den Hulster. Junior / Masterclass is voor kinderen die wat extra uitdaging aan kunnen. Leerlingen die daarvoor in aanmerking komen, worden door de leerkracht benaderd.
En dan de kinderboekenweek op de Koperwiek. De Kinderboekenweek wordt altijd met veel “tamtam” geopend op de Koperwiek. Het thema dit jaar was: feest! De activiteit die plaatsvindt in de zitkuil is interactief. Dit jaar werd het spel “verjaardagsfeest” gespeeld, bekend van het televisieprogramma: Ik hou van Holland. Juf José was jarig en een aantal juf“...met fen werden uitgenodigd op het ‘nieuwe’ feest. Daar werd boeken tehet spel gespeeld. De juffen moes- vreden naar ten vragen behuis.” antwoorden over kinderboeken. Vaak wisten de kinderen het antwoord eerder dan de juffen! Het pak begon steeds meer te roken en het aftikken van de bom werd steeds duidelijker hoorbaar. Wat was het spannend! Uiteindelijk kreeg elke
Deze kinderen zijn op woensdagochtend dan niet op de Koperwiek, maar ze gaan dan naar de Campus waar zij de Junior/ Masterclass volgen. Dit programma is gestart na de herfstvakantie en zal ongeveer duren tot aan de “...voor meivakantie. Op zo’n kinderen die woensdag extra uitzijn de kinderen met daging aan verschillen- kunnen...” de dingen bezig. Per campus is dit verschillend. Zo zijn ze bij het Den Hulster bezig met projecten zoals science, sport, cultuur en fashion en worden sommige projecten in het Engels gegeven. Op het Valuas hebben ze projecten zoals Chinees, geheimtaal, kunst en design, etc. Het Blariacum heeft ook
unit een mooi leesboek om uit voor te lezen. De afsluiting vierden we met het ruilen van kinderboeken onderling. Iedereen ging met “nieuwe” boeken tevreden naar huis.
Prietpraat Kleuterfilosofie In groep 2 vraagt juf Lisa op een mistige dag hoe mist eigenlijk ontstaat. De kleuters denken lang na en een weet het antwoord: “Wolken hangen heel hoog in de lucht vast met touwtjes. Die touwtjes hangen vast aan planeten. Als er dan bijvoorbeeld een meteoriet voorbij komt, snijdt die het touwtje kapot en valt de wolk naar beneden en dat is mist.” junior/Masterclass maar daar heeft niemand van onze unit voor gekozen. Het leuke aan de junior/Masterclass is dat je regelmatig iets nieuws leert en dat onze hersenen ook eens gekraakt worden.
Geboren!
Op zondag 10 augustus werden juf Uschi en haar partner Evert de trotse ouders van zoon Duuk! Wij feliciteren juf Uschi en Evert van harte met dit zondagskindje!
werken in een klas? Dat er zoveel “moet” op een dag. Als ik met iets leuks bezigs ben, wil ik dat het liefste de hele dag blijven doen.
Hoe lang werk je al bij ons op school? Al meer dan 10 jaar. Jij werkte een paar jaar geleden als intern begeleider. Waarom ben je daarmee gestopt? Ik vond het een hele leuke taak en ook een hele interessante studie (ik heb er veel van geleerd), maar ik zag het werk dat erbij hoorde niet meer zitten. Ik wilde liever in een klas met kinderen werken. Wat vind je dan zo leuk aan werken in een klas? Als kinderen ontdekken waar ze goed in zijn en welke talenten ze hebben. Ik wil als leerkracht deze talenten bij ieder kind naar boven halen en dan een kind helpen om hier echt voor te gáán. En wat vind je het minst leuke aan
Tafeltjestoets
En wat is voor jou dan “iets leuks”? Van de leervakken Rekenen en van de doevakken Handvaardigheid (dat is bij mij altijd een puinhoop, maar wel supergezellig). Hoe wil je dat de kinderen uit jouw klas jou herinneren als ze later volwassen zijn? Dat ik ze echt iets heb kunnen leren over zichzelf. Op school kom je niet om de juf een plezier te doen, maar om zelf iets te leren. Hoe denk jij terug aan jouw eigen basisschooltijd? Ik vond school niet zo leuk, als ik eerlijk ben. Bij ons op school werd vroeger “...in het veel gepest. Er hing een negatieve sfeer verkeerde en de leerkrachten tijdperk gaven veel straf. Zo mochten wij in geboren.” groep 8 geen musical doen, omdat we een te drukke klas waren. Toen dacht
In groep 4 beginnen de kinderen al met het oefenen van de tafeltjes. In groep 5 gaan ze hiermee verder en kunnen ze dan ook een echt diploma verdienen. Iedere donderdag of vrijdag staat er een tafeltjestoets op het programma. Alle kinderen starten met de tafeltoets ‘1-2-5 en 10’. Als ze deze behaald hebben, gaan ze verder met het tafeltje van 3. Na iedere toets komen er kinderen vragen of ze de tafeltjestoets hebben behaald. De kinderen kunnen een tafeltjestoets behalen door alle sommen binnen 2 minuten af te krijgen en maximaal 2 foutjes te maken. Hebben ze een tafeltjestoets niet behaald, dan mogen ze het de volgende keer opnieuw proberen. Sommige kinderen hebben een tafeltjeskaart thuis, terwijl andere kinderen oefenen door de tafeltjes op een blaadje te schrijven. Ieder kind oefent thuis op zijn eigen manier. Er wordt door alle kinderen hard geoefend om de tafeltjestoetsen te behalen en het diploma binnen te slepen.
ik al: “dat zal ik later anders doen”! Onderbreekt zichzelf… Maar eigenlijk wist ik vroeger nog niet dat ik juf wilde worden! Daar ben ik bij toeval achter gekomen toen ik op reis was in Afrika en daar op een school mocht lesgeven. Toen dacht ik “WOW, wat leuk!” Wat moeten mensen eigenlijk over jou weten (wat nu een beetje geheim is)? Dat ik heel handig ben met computers, maar dat ik er eigenlijk niet zo dol op ben. Net als TV kijken; daar houd ik ook niet van. Want? Ik heb er gewoon niet zoveel mee. Volgens mij ben ik in het verkeerde tijdperk geboren! O? Vertel! In welk tijdperk had je dan wél willen leven? In de tijd van de ontdekkers! Op reis gaan en de wereld ontdekken! Avonturen beleven! Wil je tot slot nog iets tegen de lezers van onze schoolkrant zeggen? Ik ben dol op pure chocolade! Hint-Hint…. hahahahaha!!!!
Ook zo’n zin in 2015? Prietpraat GPS verbinding In groep 6 wordt de windroos behandeld bij rekenen en daarmee komt het kompas ook ter sprake. Juf vraagt: waarom wijst de naald van een kompas altijd naar het noorden? Kind: ik denk dat ‘ie een GPS verbinding heeft!
Sint & Mozart?
In onze klas, groep 5c, hebben we een leuke muziekles rondom het thema Sinterklaas gehad. Aan het begin van deze muziekles hebben we naar een muziekstuk van Wolfgang Amadeus Mozart geluisterd, namelijk Haffner Serenade III Menuetto. Maar wat hebben Sinterklaas en Wolfgang Amadeus Mozart met elkaar te maken? Nou, ze zijn allebei gek op het liedje ‘Zie ginds komt de stoomboot’. Dat wisten de kinderen aan te geven, nadat ze het muziekstuk hadden beluisterd. Hierin hoor je namelijk verschillende keren het melodietje van ‘Zie ginds komt de stoomboot’. Iedere keer dat de kinderen dit melodietje hoorden, moesten ze een stoomboot inkleuren en turven hoe vaak dit melodietje voorkomt. Ook hebben we de kenmerken van klassieke muziek besproken.
Sinds de start van dit schooljaar zijn er in unit 1 en 2 dagelijks inloopmomenten voor ouders, bedoeld om even met je kind een werkje te kunnen doen of een spelletje. Maar ook is er in elke groep één keer per week een lange inloopwerkles. Tijdens deze inloopwerkles is er een extra leerkracht in de groep, zodat de juf tijd heeft om eens sámen met ouders kinderen te “...oma’s en werken. Meestal gezellig aan staan de werkjes de slag.” klaar op de tafels. De ene keer wel van een naamkaartje voorzien en de andere keer niét. Soms mogen de kinderen zelf uit de kasten kiezen. In elk geval is er gelegenheid om van 8.45 tot 9.15 uur met de kinderen te werken. Deze inloopwerkles is geen verplichting; ouders zijn vrij om aanwezig te zijn. Overal zie je vaders,
moeders, opa’s en oma’s gezellig aan de slag. Soms is het erg druk, dan weer zijn er maar een paar mensen aanwezig. Maar elke keer zie je dat iedereen geniet. De kinderen kunnen laten zien met welk materiaal ze goed werken, welke opdrachten ze het liefste maken of welk spelletje ze graag doen. En veel te snel is het dan alweer tijd om op te ruimen en om een dikke kus te geven.
Groepsfeestdag
In groep 3 doen we een heleboel tijdens de rekenles, maar een belangrijk en groot onderdeel zijn de bussommen. Eerst bekijken we een filmpje op het smartboard over een bus die langs bushaltes rijdt. We zien mensen in- en uitstappen bij de bushaltes. Daarna gaan we zelf ‘busje’ spelen in de klas. Iemand mag buschauffeur zijn en krijgt de pet op. De juf maakt ‘bushaltes’ in de klas door hoepels neer te leggen. Bij deze bushaltes gaan een paar kinderen staan, die op de bus wachten. Ook heeft de juf een bordje met daarop een erbijteken(+) aan de
ene kant en een erafteken (-) aan de andere kant. De buschauffeur loopt langs de bushaltes en de juf laat met het bordje zien wat er gebeuren moet. Laat ze + zien dan stappen er kinderen in, laat ze – zien dan stappen er kinderen uit. Zo leren we de betekenis van het erbij- en erafteken. Na dit een paar keer gedaan te hebben, werken we in het werkboek verder. Daarin staat een geteken“De juf de bus. We gaan dan weer mensen maakt ‘buslaten in– of uithaltes’...” stappen. Dit doen we door fiches op de getekende bus te leggen of weg te pakken. De volgende stap is dat we zelf de mensen gaan tekenen in de bus. In ons boek zien we dan twee bussen met een halte ertussen. In de halte staat het erbij- of erafteken. De kinderen tekenen dan meer of minder mensen in de bus. Dan veranderen de getekende mensen in de bus in getallen. Vervolgens komt er ook in de bushalte te staan hoeveel mensen er in- of uitstappen. Een heleboel tussenstappen dus, om uiteindelijk met het echte rekenwerk aan de slag te gaan!
Op 19 september vertrokken wij met unit 7 op de fiets naar Tegelen. Op het grote plein in Tegelen mochten we onze fietsen parkeren en kon ‘Het Grote Ruilspel’ beginnen. Alle kinderen mochten in kleine groepjes langs de deuren gaan om hun waxinelichtje te ruilen tegen andere spullen. We kwamen terug met de mooiste spullen, zoals een computertafel, een airco en zelfs nog een hippe aerobic langspeelplaat van Ron Brandsteder. We hebben tijdens onze grote strooptocht naar prijzen nog een lekkere pauze gehouden met chips en drinken. De juffen en meesters moesten 2x rijden om alle spullen naar school te vervoeren. ’s Middags had de juf alle prijzen uitgestald en kon de spannende bingomarathon beginnen!
in positieve gedachtes. Het woord ‘VRIENDEN‘ helpt om de stappen, die geleerd worden, te onthouden. Elke letter van het woord betekent namelijk iets:
In deze editie van de schoolkrant besteden we aandacht aan het vriendenprogramma. Dit programma kan kinderen helpen wanneer ze het lastig vinden om met bepaalde situaties om te gaan. Het vriendenprogramma helpt kinderen vaardigheden te ontwikkelen om op een effectieve manier situaties die moeilijk zijn of spanning oproepen, aan te pakken. Hoe werkt het vriendenprogramma? Middels de oefeningen van het Vriendenprogramma leren de kinderen negatieve gedachtes om te buigen
“Mijn naam is Argus Clou en ik ben een professor in alles. En als je net zo slim wilt worden als ik en meer wilt leren over heel veel dingen (geschiedenis, aardrijkskunde, natuur en techniek) kijk en lees dan mee in dit boek…” Zó heeft professor Argus Clou zich voorgesteld aan de kinderen van unit 4 toen zij begonnen aan een aantal
Voel-gevoelens → Leren naar jezelf te luisteren. Ons lichaam vertelt namelijk wanneer we bang of zenuwachtig zijn door ons seintjes te geven. Rust en ontspan jezelf → Leren te ontspannen. Ik kan het! → Leren negatieve gedachtes om te buigen in positieve gedachtes. Een plan van aanpak en het stappenplan → Leren moeilijke situaties aan te gaan. Netjes gedaan, dus beloon jezelf → Het is belangrijk te leren om onze eigen Vriend te zijn en om onszelf te belonen wanneer we ons goed inspannen of goed ons best doen. Doe je oefening, niet vergeten → Laat je vrienden je hierbij ondersteunen. EN lach, blijf rustig voor het leven!
“Netjes gedaan, dus beloon jezelf!”
Het is belangrijk te leren om onze eigen Vriend te zijn en om vrienden te maken, zodat wij sociale steun kunnen opbouwen. Vrienden kunnen ons helpen om ons prettiger te voelen. Vrienden kunnen
onderwerpen uit het thema “Natuur en Techniek” van de wereldoriëntatiemethode “Argus Clou”. En wie wil er nou niet professor in alles worden? We willen als school al enige tijd een nieuwe methode voor wereldoriëntatie kiezen. Argus Clou is een van de methoden die we uit“Wat proberen. En daarom begonnen de kinde- houdt waren en leerkrachten ter tegen?” van unit 4 aan een avontuur samen met professor Argus Clou. Elke les begint en eindigt met de ontdekvraag. Bijvoorbeeld: welke vogels ken je? Wat houdt water tegen? Wat is er veranderd in 100 jaar? Praten dieren met elkaar? Op deze manier hebben de kinderen in een korte tijd al veel geleerd over veel verschillende onderwerpen.
ons helpen om moeilijke situaties effectiever aan te pakken. Hoe ziet dat er dan uit in de praktijk? De kinderen die deelnemen aan het vriendenprogramma komen wekelijks (10 weken lang) een uurtje bij elkaar en werken aan en praten met elkaar over onzekerheid en faalangst. Dit gebeurt met behulp van een werkboekje en bijbehorende oefeningen. Door te werken in groepsverband hebben de kinderen ook steun aan elkaar. Omdat ze vaak dezelfde ervaringen en gevoelens hebben, begrijpen ze elkaar. Ze krijgen ook oefeningen voor thuis mee waar ze samen met hun gezinsleden aan kunnen werken. Juf Astrid, juf Uschi en juf Ayse (stagiaire Pedagogiek) werken met de kinderen van het vriendenprogramma. En wat zeggen de kinderen zelf? ‘We moesten uitleggen waarom wij dachten dat we bij het vriendenprogramma zitten. Het was wel grappig want we hadden wel allemaal een beetje hetzelfde…’ ~ ‘Het was natuurlijk wel spannend!’ ~ ‘Wij denken dat het vriendenprogramma ons goed kan helpen met onze gedachtes en gevoelens.’
Geboren!
Op woensdag 17 september werd het gezinnetje van juf Karlijn uitgebreid met de geboorte van zoontje Glenn! Wij feliciteren juf Karlijn, haar vriend Boy en grote broer Kay van harte met dit kleine wondertje!
Geboren!
Op dinsdag 14 juli werd juf Carla voor de tweede keer moeder: zoon Raf werd geboren! Wij feliciteren juf Carla, haar partner Niels en grote zus Kiki met deze nieuwe wereldburger!
Vrijdag 31 oktober had unit 2 de presentatie. En wat is er nu mooier dan precies op de dag van Halloween eens flink te gaan griezelen! Dat hebben we dan dus ook gedaan! Onze presentatie ging over het “Griezelfeest”! De heksen Diedel (Sterre 2a), Dee (Lee-An 2b) en Doetje (Demi 2c) organiseerden “...een feest een feest voor alle voor alle ‘griezels’ uit het griezels..” bos. Om ervoor te zorgen dat iedereen er ook griezelig uit zag, hebben we zelf ook van alles geknutseld om aan te kunnen trekken. Tijdens de werkles werkte iedereen heel hard aan een kroon voor op het hoofd. Er moest ook worden geoefend aan de dansjes
en versjes! Dat deden de kinderen met heel veel plezier en dat resulteerde in een schitterende presentatie. De juffen waren super trots op de kinderen, wat deden ze het allemaal goed!! Alle mama’s, papa’s, oma’s en opa’s die kwamen kijken, zullen dat vast en zeker ook zijn geweest!
Rekenen met pizza’s en chocoladerepen
Tijdens de rekenles in unit 8 rekenen wij bij de ontwikkelende groep. We wilden graag een stukje schrijven over het optellen en aftrekken van breuken, omdat onze klas het eerst heel moeilijk vond en het ons nu steeds beter lukt! Wij vinden het niet meer zo moeilijk, omdat we van de juf alles uit mogen (moeten!) tekenen met pizza’s of chocoladerepen. Dat helpt met uitrekenen. In de ontwikkelende groep houden we ook niet van trucjes, want dat brengt ons alleen maar in de war met de toets! Als je het uittekent, zie je ook wat je aan het doen bent. Hierboven doen we voor hoe je zo’n breukensom moet uitrekenen. Erbijsom: bij een erbijsom tekenen we altijd twee pizza’s. Zo kun je makkelijk zien hoeveel je in totaal hebt. We gebruiken een verhoudingstabel om de breuk gelijknamig te maken. Zo reken je met gelijke maten. Erafsom: bij een erafsom tekenen we maar één pizza. Met ‘de pacman’ halen we wat eraf moet van de pizza af. Door: Dyonne (8b) en Julia (8a)
Op 14 november had unit 4 de presentatie. Voor de herfstvakantie waren we al begonnen met de voorbereidingen. Na de vakantie kende iedereen de tekst en gingen we vol goede moed oefenen. Eerst in kleine groepjes en de week erna met de hele unit. Langzaam maar zeker wisten de kinderen
steeds beter waar ze moesten staan en wanneer ze wat moesten zeggen. Ook de dansjes werden geoefend. De donderdag voor de presentatie hadden we de generale repetitie in de zitkuil. Het werd toen toch wel spannend. Na de laatste puntjes op de ‘i’ gezet te hebben, waren we klaar voor de voorstellingen op vrijdag. Eerst kwamen de ouders en daarna “De heksen de kinderen van mochten niet unit 5. Wauw, komen...” wat gingen de voorstellingen goed! De presentatie ging over de planeet Colora. Daar was een raket neergestort en de mensen die erin zaten, maakten kennis met de bewoners van die planeet, de Cloortjes. Nadat ze elkaar ontmoet hadden, vierden ze samen de verjaardag van de
koning. De heksen mochten niet komen en bedachten een gemeen plan waardoor de Cloortjes hun kleuren verloren. Uiteindelijk konden de feeën het probleem oplossen en kwam alles nog goed! De kinderen vonden “het leuk om op het podium op te treden,” “het leuk dat mijn mama er was” en “het leuk om op de grote ton te mogen slaan!”
Prietpraat Lach me een breuk! Om het begrip “breuken “uit te leggen, gebruikt de juf het voorbeeld van een reep chocola die op de grond valt en in 2 stukken breekt. Ze zegt: “een hele reep valt in 2 stukken, de reep is dus…. “Het antwoord van een leerling: “gebreuken”.
We hebben een boeiend gesprek gehad met Gwen Wulms (12 jaar) uit groep 8c. Bij Gwen is dyslexie geconstateerd, ze heeft een dyslexieverklaring. Ik vraag haar wat dit, volgens haar, inhoudt. Ze vindt het in elk geval vervelend. Lezen doet ze niet voor de lol en het liefst niet in de vrije tijd. Want het kost haar gewoon veel moeite. Toen de dyslexie-verklaring gegeven werd, dachten Gwen en “O jee, daar haar ouders dat gaan we ze nooit meer zou kunnen lezen. “Voweer!” rig jaar in groep 7 ben ik boeken van Harry Potter gaan lezen. Dat vind ik ook erg leuk, al zijn de toverspreuken wel erg lastig. Het zijn namelijk verzinselwoorden en die zijn moeilijk.” Ook zegt ze in het gesprek dat het soms lastig is het tempo in de klas bij te houden. In groep 7 vond ze het huiswerk maken erg vervelend, omdat dit haar veel tijd kostte. Doordat het zo vermoeiend was, sprak ze ook weinig meer af met andere kinderen. “Ik heb geen zin”, zei ze dan tegen andere kinderen. Gelukkig ontdekte juf Manon het en die heeft haar daarbij geholpen. Als Gwen een tekst begint te lezen, denkt ze direct: “O jee, daar gaan we weer!” Korte woordjes zijn geen pro-
De Romeinen
bleem, maar lange woorden zijn heel lastig. Als ik Gwen vraag waar het bij haar misgaat, geeft ze aan dat het voor haar gewoon heel veel letters zijn. En dat ze altijd veel letters omgedraaid heeft, zoals bijvoorbeeld de b en de d. Als ze een woord echt niet weet, gaat ze het raden. Zo kan het zijn dat ze paleis leest i.p.v. kasteel. Hoe gaat Gwen eigenlijk om met haar dyslexie? Ze is er heel open over. “Zelf kan ik er niks aan doen, ik heb het nu eenmaal.” Ook zit het in de familie, haar zusje heeft het ook en ook haar moeder maakt wel eens dezelfde foutjes. Bij Britt is het in groep 4 al ontdekt, bij Gwen zelf helaas pas later. Zo kwam het dat ze pas in groep 6 kon beginnen met de dyslexie-begeleiding vanuit het BCO. Ze moest toen weer helemaal vooraan beginnen met woorden als aap, noot en mies. Overigens heeft de dyslexie niet alleen maar nadelen. Ze mag namelijk langer over toetsen doen, omdat het lezen haar meer moeite kost. Ook krijgt ze vaker toetsen voorgelezen m.b.v. een voorleesfunctie aan de computer. Op de vraag wat haar favoriete en sterke vakken zijn op school, antwoordt Gwen snel: “Tekenen en gym, want daar hoef ik niet zo met letters te
Het vierde thema in groep 6 dit jaar is “De Romeinen”. Om goed in de stemming te komen, waren de juffen en de meester verkleed als een figuur uit die tijd. Juf Lianne was een prachtige, rijke, Romeinse dame. Gehuld in een tunica en echte Romeinse sandalen vertelde zij de kinderen over het dagelijks leven van de rijke Romeinen. Liggend eten, bezoek aan het badhuis, slaven die voor je werken. Meneer Jaer was een Germaan en juf Annemarie een Romeinse soldaat. Je kunt je wel voorstellen dat zij allebei een heel andere kant van het verhaal vertelden. De soldaat was erg blij met de veroveringen van het Romeinse rijk, maar de Germaan juist helemaal niet. Die zag de Romeinen z’n land veroveren. Gelukkig voor de Germaan kwamen de Romeinen niet verder dan de grote rivieren in Nederland. Die grens noemen we de Limes.
goochelen. Ook ben ik best creatief.” Als ze als directrice van een school vakken mocht schrappen, zou ze als eerste Engels van het rooster halen, omdat dit voor haar erg lastig is. Ook het rekenen kost veel moeite, vanwege de tafeltjes, die ze moeilijk uit haar hoofd kan leren. Gwen heeft ook nog wat tips voor andere kinderen met dyslexie: “Het is belangrijk dat je er eerlijk en open over bent. Dyslexie hebben is niet erg, want je kunt er zelf niks aan doen. Het is erg belangrijk dat je hulp vraagt als je tegen moeilijkheden aanloopt.”
Colofon ‘...in vogelvlucht’ is de schoolkrant voor alle leerlingen, ouders, teamleden en betrokkenen van OBS De Koperwiek. Redactie Marie-José Hendricks Jaer Nijssen Anja Verhees Kim Wijnhoven Vormgeving Leon Peters Voor vragen en/of opmerkingen kun je terecht bij de redactieleden of mailen naar:
[email protected].