Anno 2013 staan besturen in Frankrijk en België voor belangrijke maatschappelijke uitdagingen. Op lokaal, regionaal en nationaal niveau worden initiatieven ontwikkeld om deze uitdagingen aan te pakken en een antwoord te bieden op de gevolgen van de toenemende vergrijzing, de klimaatverandering, de toenemende internationale competitiviteit, maar ook op structurele problemen op de arbeidsmarkt en op mobiliteitsvraagstukken. In verschillende van deze uitdagingen biedt grensoverschrijdende samenwerking een reële meerwaarde, om verschillende redenen: • een grensoverschrijdende aanpak draagt bij tot efficiëntiewinsten • een aantal problemen kunnen niet opgelost worden binnen één deelregio en vragen om een grensoverschrijdende aanpak • vaak brengt samenwerking de nodige kritische massa bijeen om internationaal voldoende gewicht in de schaal te leggen.
2-
Net om de band tussen bestuursniveaus rond die grensoverschrijdende uitdagingen te versterken werd in 2008 de Eurometropool opgericht. In het licht van de Europese programmaperiode 2014-2020 werd in 2012 beslist om in nauw overleg met de 14 overheidspartners de gedeelde prioriteiten op te lijsten waarrond we samen willen werken en waarvoor die samenwerking in het kader van de EGTS een reële meerwaarde zal betekenen. Het voorliggend document vat deze prioriteiten samen en kwam tot stand via een consultatie van onze 14 overheidspartners. Het strategisch kader dat op basis van de consultatie werd weerhouden door het Bureau van de Eurometropool, werd vervolgens verder uitgewerkt door de Thematische en technische werkgroepen, samengesteld uit politici, technici en leden van het Forum. Volgende aspecten stonden centraal in de opmaak van voorliggende strategie.
Keuzes maken De komende jaren willen de leden van de EGTS focussen op die uitdagingen waarvoor hun samenwerking een meerwaarde kan betekenen. Er werden dan ook keuzes gemaakt door het Bureau – de actie van de Eurometropool zal zich voortaan concentreren op 3 assen: socio-economische ontwikkeling, toegankelijkheid en de realisatie van een blauw-groene Eurometropool.
Europe 2020 In haar Europa 2020-strategie legt Europa haar langetermijndoelstellingen vast ter bevordering van een intelligente, duurzame en inclusieve groei. Die strategie kan voor Europa maar slagen als alle beleidsniveaus hun steentje bijdragen. Als multilevel EGTS wil de Eurometropool een bottom-up bijdrage leveren aan de realisatie van deze strategie op het terrein. Europa 2020 was dan ook een belangrijke inspiratiebron in de totstandkoming van “Eurometropool 2020”.
Transversale assen In haar wetgevende voorstellen voor het cohesiebeleid 2014-2020 moedigt Europa de “geïntegreerde territoriale ontwikkeling” van regio’s aan: ontwikkelingsstrategieën moeten inspelen op lokale noden en de puur thematische aanpak overstijgen. Ook met de 3 centrale assen in Eurometropool 2020 verlaten we onze thematische benadering en willen we sterker geïntegreerd werken, bruggen bouwen tussen sectoren. Deze 3 assen bundelen verschillende thema’s onder één centrale noemer. Sectoren
als cultuur, toerisme, gezondheidszorg en onderwijs zijn niet verdwenen uit de strategie van de Eurometropool, ze komen aan bod binnen de drie centrale assen en leveren een wezenlijke bijdrage aan de realisatie ervan. Zo herbevestigt de Eurometropool LilleKortrijk-Tournai de centrale plaats van cultuur en artistieke creatie als drijvende kracht om de aantrekkingskracht van de regio en het welzijn te vergroten, ten dienste van haar bevolking. Een sterke culturele en artistieke dynamiek draagt in belangrijke mate bij tot de duurzame ontwikkeling van regio’s. Dit blijkt o.m. uit het initiatief “Agenda 21” of het concept “purple economy1”, beiden erkend door de Verenigde Naties. Cultuur heeft onmiskenbaar een transversaal belang: ze levert input in technologische innovatieprojecten, bevordert de integratie van sociaal zwakkeren en ligt aan de basis van duurzame milieuvriendelijke praktijken. Cultuur is dan ook een onontbeerlijke schakel die het samenleven ondersteunt.
Een referentiekader voor de voorbereiding van de programmaperiode 2014-2020 Eurometropool 2020 geeft aan waarop de EGTS de komende jaren willen inzetten, de prioriteiten waar de EGTS voor gaat en voor staat. Binnen dit referentiekader zullen projecten gedefinieerd worden waarvoor wij proactief middelen zullen zoeken in de nieuwe generatie Europese programma’s.
Verder bouwen op wat reeds bestaat De strategie betekent geen radicale ommekeer ten aanzien van de voorbije jaren, ze wil net te allen tijde voortbouwen op het belangrijke werk dat de voorbije jaren werd geleverd in het kader van de GPCI, de Frans-Belgische parlementaire werkgroep, het partnership rond het Interreg-programma France-Wallonie-Vlaanderen.
Met voorliggend document ligt een ambitieus programma voor dat onmogelijk kan slagen zonder de medewerking van alle partners. Met technici van de partners werden de voorbije weken de modaliteiten besproken voor de concretisering van dit programma. Vanaf december 2013 wordt per ambitie een gedeeld trekkerschap opgezet tussen één van de 14 partners en het Agentschap. Voorgesteld wordt dat zij dan “in duo” aan de slag gaan om de ambitie te vertalen naar doelstellingen en projecten. Met dit document ligt de strategie van de EGTS voor, en het Agentschap biedt het kader voor de samenwerking. Maar uw inzet als politicus en vertegenwoordiger van uw partnerorganisatie is onmisbaar voor de 3 realisatie van “Eurometropool 2020” op het terrein. Wij hopen dan ook de komende jaren te mogen rekenen op het actieve engagement van uw organisatie! Purple economy verwijst naar een nieuwe relatie tussen cultuur en economie, waarbij men ervan uitgaat dat elk goed en elke dienst een culturele dimensie heeft.
1
De Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai, Wat is dat?
De Eurometropool staat synoniem voor 360° aan kansen om zich vlotter te kunnen verplaatsen; om beter te kunnen werken, te innoveren, creëren, studeren, vormen en zorgen; om gemakkelijker plaatsen te kunnen bezoeken en cultuur op te snuiven; om sneller goede ideeën uit te wisselen … De Eurometropool ondersteunt de opzet van specifieke diensten en zorgt voor het optekenen en verspreiden van informatie eigen aan het leven in de grensstreek. U vindt er tal van concrete oplossingen die het dagdagelijkse leven van 2,1 miljoen inwoners en verschillende plaatselijke stakeholders (bedrijven, artiesten, verenigingen, diverse organisaties) gemakkelijker maken.
Kortrijk 4-
Lille
Tournai
Als overleg- en coördinatieorgaan biedt de Eurometropool u een uniek contactpunt met de 14 stichtende instellingen, alsook met tal van experts en partners. Tot slot bevordert de Eurometropool projecten en contacten tussen overheidsinstellingen, het maatschappelijke middenveld en Europa, en legt ze op die manier ook de basis voor de Eurometropool van morgen. 360° aan panorama in een multiculturele en meertalige regio die zicht uitstrekt over 3550 km², waar 147 gemeenten een eigen dynamiek creëren, waar stedelijke en landelijke gebieden elkaar treffen.
De 14 stichtende leden van de Eurometropool
FRANKRIJK
BELGIË Etat
De Franse Staat www.nord.gouv.fr
De Belgische Federale Staat www.belgium.be
De Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking (EGTS) verenigt via 14 instellingen alle Franse en Belgische bestuursniveaus.
Régions De Regio Nord-Pas-de-Calais www.nordpasdecalais.fr
Het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap www.vlaanderen.be Het Waals Gewest www.wallonie.be Fédération Wallonie-Bruxelles www.federation-wallonie-bruxelles.be
Département Het Département du Nord www.lenord.fr
De Provincie West-Vlaanderen www.west-vlaanderen.be De Provincie Henegouwen www.hainaut.be
Intercommunales Lille Métropole www.lillemetropole.fr
De intercommunale LEIEDAL www.leiedal.be
De intercommunale wvi www.wvi.be
De intercommunale IDETA www.ideta.be
De intercommunale IEG www.ieg.be
5
De Strategie 2020 van de Eurometropool is nauw verbonden met de strategie EU 2020.
AS 1
Om deze link aan te tonen, vermelden we hiernaast per ambitie de thematische doelstellingen waarop ze betrekking hebben.
COMMISSIE
Ter herinnering, de 11 thematische doelstellingen van Europa zijn direct gelinkt aan de prioriteiten van de EU 2020-strategie en zijn de volgende : • (1) versterking van onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie • (2) verbetering van de toegang tot en het gebruik en de kwaliteit van informatie- en communicatietechnologie • (3) vergroting van de concurrentiekracht van KMO’s • (4) ondersteuning van de overgang naar een koolstofarme economie in alle bedrijfstakken • (5) bevordering van de aanpassing aan de klimaatverandering, risicopreventie en -beheer • (6) bescherming van het milieu en bevordering van efficiënt gebruik van hulpbronnen • (7) bevordering van duurzaam vervoer en opheffing van knelpunten in centrale 6- netwerkinfrastructuren • (8) bevordering van werkgelegenheid en ondersteuning van arbeidsmobiliteit • (9) bevordering van sociale inclusie en bestrijding van armoede • (10) investering in onderwijs, vaardigheden en een leven lang leren • (11) vergroting van de institutionele capaciteit en een doelmatig openbaar bestuur
SOCIO-ECONOMISCHE
Ambitie 1 : Optillen van de clusters van het platform Innov’Eurometropolis tot clusters van internationaal niveau (EU 2020 : 1-2-3) Ambitie 2 : Creëren van een grensoverschrijdende arbeidsmarkt (EU 2020 : 8-10) Ambitie 3 : Investeren in menselijk kapitaal door middel van samenwerking op het vlak van onderwijs en onderzoek (EU 2020 : 1-10) Ambitie 4 : Ontwikkelen van grensoverschrijdende bedrijventerreinen en gezamenlijk gebruik van voorzieningen (EU 2020 : 1-3) Ambitie 5 : De aantrekkingskracht van de regio versterken op basis van onze competitieve troeven (EU 2020 : 1-3)
AS 2
MOBILITEIT COMMISSIE
Ambitie 6: Ontwikkelen van een meer geïntegreerd systeem van openbaar vervoer
Ambitie 7 : Ontwikkelen van het netwerk van trage wegen Ambitie 8 : Ontwikkelen van het blauwe netwerk als hefboom voor toegankelijkheid
AS 3
BLAUWE EN GROENE COMMISSIE
Ambitie 9: Naar een energieneutrale Eurometropool Ambitie 10 : Inzetten op een coherente regio met een sterkere ruimtelijke samenhang Ambitie 11 : Een prospectief territoriaal beleid voeren op permanente basis
Made in Eurometropolis In een context van globalisering en toenemende internationale concurrentiekracht moet de Eurometropool een positie verwerven tussen grote omliggende metropolen. Daarvoor moet ze niet blindelings de methodes copiëren van metropolen als Londen of Parijs, maar moet ze uitgaan van haar eigen sterktes: haar capaciteit om te produceren en te creëren, en de technische know-how die zo kenmerkend is voor de streek (cf. Conclusies van het internationaal Atelier van de Eurometropool, 28 & 29/3/2013). Het industriële verleden van de regio werd lang niet meer als een positieve factor voor economische ontwikkeling beschouwd. Toch worden nog altijd dingen “gemaakt” in de Eurometropool – things are still “made in the Eurometropolis”; en technische vaardigheden zijn nog altijd een belangrijk facet van ons DNA. Deze productie- en technische vaardigheden zijn in eerste instantie onontbeerlijk voor de verdere ontwikkeling van de clusters waarrond de partners van de Eurometropool samenwerken (ambitie 1). In verschillende van die clusters vindt men echter onvoldoende technische geschoolde arbeidskrachten. Daarom moet de regio resoluut kiezen voor een goed functionerende grensoverschrijdende arbeidsmarkt die kan inspelen op deze tekorten (ambitie 2), en voor sterke opleidingen – met name technische, beroepsen creatieve opleidingen - die beantwoorden aan de noden op de arbeidsmarkt (ambitie 3). Een grensoverschrijdende benadering van vestigingsmogelijkheden voor bedrijven en de beschikbare ruimte in de Eurometropool (ambitie 4) en de bundeling van haar grensoverschrijdend kapitaal aan industriële, technische, technologische en creatieve knowhow kunnen enkel bijdragen tot een versterkte internationale positie (ambitie 5).
AS 1 Ontwikkelen van het
SOCIO-ECONOMISCHE
potentieel
7
AMBITIE 1 Doelstelling 1 - Opzetten van een uniek, multisectoraal innovatieplatform
Optillen
van
de
clusters
van het platform Innov’Eurometropolis tot clusters van internationaal niveau
De partners van de Eurometropool bevestigden hun ambitie om de 4 clusters van het platform Innov’Eurometropolis (logistiek, ICT/beeldvorming, innoverende materialen/textiel/design en agrovoeding/gezondheid) naar een internationaal niveau te tillen, door in te zetten op doorgedreven grensoverschrijdende samenwerking. Sinds de lancering van het platform in maart 2011 werd voornamelijk geïnvesteerd in netwerking tussen de betrokken actoren, met het oog op een betere wederzijdse kennis van elkaar organisaties, elkaars programma’s en projecten. In de periode 2014-2020 wil de EGTS verder investeren in duurzame grensoverschrijdende netwerken, en daarbij maximaal steunen op wat al bestaat (het is niet de bedoeling een bijkomend niveau te creëren). Dit moet bijdragen tot schaalvoordelen, een verhoging van de concurrentiekracht van de Eurometropool en een sterkere internationale zichtbaarheid en gewicht.
1/ Contacten tussen innovatiespelers versterken (per sector) Onderzoek en innovatie zijn van cruciaal belang om de clusters internationaal te positioneren. Binnen de grensoverschrijdende clusters moeten daarom de contacten versterkt worden tussen de onderzoekssector, het hoger onderwijs en het geheel van intermediaire structuren zoals vb. competentiepolen (en via deze laatste moeten ook de bedrijven betrokken worden), dit met het oog op kennisontwikkeling, kennisoverdracht – niet alleen tussen de bedrijfs- en de onderzoekswereld, maar ook tussen de drie deelregio’s – en een betere afstemming van het onderzoek op onderzoeksnoden van bedrijven.
2/ Versterken van de transsectorale samenwerking en ontwikkeling van interclustering Innovatie ontstaat vaak op het kruispunt van verschillende sectoren. Een uniek en multisectoraal platform moet deze dialoog tussen de verschillende sectoren bevorderen. Bovendien is uit de gesprekken met de vertegenwoordigers van de clusters gebleken dat deze laatste een groot aantal 8uitdagingen delen: bijvoorbeeld op vlak van beroepsopleidingen en potentiële linken met het onderwijs (zie ambitie 3). Een transversale benadering zal dan ook leiden tot een grotere efficiëntie en meer coherentie. Een uniek platform biedt verder ook perspectieven voor een samenwerking over de clusters heen. Zo benadrukken de actoren van de cluster design en van de TWG Cultuur de meerwaarde en de innovatieve oplossingen die hun sectoren te bieden hebben aan de traditionele economische sectoren, bijvoorbeeld in het kader van de ontwikkeling van de “creative industries”. Tot slot zal dit platform de open innovatie bevorderen (intersectorale business to business). Sectoren innoveren door samen te werken met andere sectoren, versterken zo hun knowhow en zorgen voor transversale meerwaarde.
Projectideeën : • Samenwerkingscharters tussen de sleutelactoren van elke sector • Sectorale events openstellen voor actoren uit de hele Eurometropool-regio en organisatie van gezamenlijke events • Inventaris van bestaande opleidingen en onderzoeksspeerpunten die gelinkt zijn aan de 4 clusters van de Eurometropool • Verspreiding van onderzoeksresultaten uit één deelregio naar bedrijven & onderzoekscentra van de drie deelregio’s, en realisatie van gemeenschappelijke onderzoeksprojecten • Gemeenschappelijke, grensoverschrijdende wedstrijden
Projectideeën : • Coordinatie tussen de sectoren en integratie van grensoverschrijdende acties inzake beroepsopleiding : - Inventaris van de noden, het tekort aan arbeidskrachten, de knelpuntberoepen - Uitwerking van grensoverschrijdende opleidingscontracten • Promotie van grensoverschrijdende stages van studenten in de R&Dafdelingen en de onderzoekscentra van de 4 clusters • Ontwikkeling van peterschappen en van diensten aan bedrijven om hen te begeleiden en te informeren over ontwikkelingsmogelijkheden binnen de Eurometropool • Sensibilisering naar overheden over de meerwaarde van design en de opname ervan in de selectiecriteria van de overheidsopdrachten • Bijeenkomsten tussen ondernemingen uit verschillende sectoren • Bestendiging van samenwerkingen tussen kunstenaars en bedrijven
FOCUS -
Bevorderen van excellentie in de gezondheids- en zorgsector
Doelstelling 2 - Opzetten van een grensoverschrijdend innovatiefonds Doelstelling bestaat erin om in samenwerking met de bestaande structuren binnen de 3 deelregio’s een kader en criteria vast te stellen voor grensoverschrijdende projectoproepen. Deze moeten bedrijven uit de Eurometropool ertoe aansporen om samen grensoverschrijdende onderzoeks- en innovatieprojecten te ontwikkelen die gelinkt zijn aan de 4 clusters. De selectiecriteria zullen vooral rekening houden met twee aspecten: de samenwerking tussen de drie deelregio’s en tussen de verschillende sectoren. De organisatie en het beheer van het fonds zouden opgenomen kunnen worden door de actoren van het uniek en multisectoraal innovatieplatform.
Doelstelling - Evolueren naar een echte gemeenschappelijke cluster rond “creative industries” Er is een wil om geleidelijk te evolueren naar meer integratie – bijvoorbeeld op vlak van governance – binnen de clusters. Eén van de ideeën die werd gelanceerd, bestaat erin om de “creative industries” als testcase te gebruiken om het opzetten van een geïntegreerde – of op termijn zelfs een gemeenschappelijke - cluster uit te testen. Deze grensoverschrijdende cluster kan groeien vanuit het gemeenschappelijk platform.
De Eurometropool wordt gekenmerkt door een sterke bevolkingsdichtheid, een belangrijke zorgvraag en een groot aantal gezondheidszorg- en welzijnsinstellingen. Het hefboomeffect van de gezondheids- en de welzijnssector mag dan ook niet onderschat worden. De komende jaren staat de sector voor de uitdaging om innovatieve oplossingen te vinden voor een aantal maatschappelijke en demografische ontwikkelingen (vb. de vergrijzing) en om de toegang tot het zorgaanbod te blijven vrijwaren. In deze context is een sterkere samenwerking aangewezen tussen de competentiepolen van de Eurometropool die de zorgsector willen ontwikkelen & vernieuwen (vb. Eurasanté langs Franse zijde, Flanders’ Care langs Vlaamse zijde, BioWin langs Waalse zijde). Door grensoverschrijdende samenwerking en synergieën tussen deze polen kunnen het gewicht en de “excellentie” van de clusters nog versterkt worden. Projectideeën : • Samenwerkingen in het kader van de Europese initiatieven rond zorg en actief ouder worden (netwerkevents, bedrijfseconomische samenwerking, beurzen rond innovatieve demonstratieprojecten uit de Eurometropool,...) Vergrijzing met name is een uitdaging die de grenzen overstijgt. De bevoegde overheden wensen dan ook hun samenwerking op vlak van opvang van ouderen verder te zetten. Zo willen ze innovatieve best practices uitwisselen m.b.t. de uitdagingen waarmee ze geconfronteerd worden: thuiszorg, mantelzorg, kwaliteit van ouderenzorg, dementie,... Daarnaast moet ook blijvend ingezet worden op het vergemakkelijken van de grensoverschrijdende mobiliteit van ouderen en moet nagegaan worden of het aanbod aan ouderenzorgstructuren binnen de Eurometropool op termijn ook zal voldoen aan de noden. Projectideeën : • Bijeenkomsten van de federaties van ouderenzorgstructuren uit de drie deelregio’s met het oog op de verspreiding van innovatieve practices uit elke deelregio. • Beurs rond het thema van opvang van ouderen in de Eurometropool, om betrokken actoren te informeren over initiatieven die ontwikkeld worden in de sector en met het oog op een betere wederzijdse kennis van praktijken, wetgeving en netwerken uit de andere deelregio’s. • Onderzoek van de randvoorwaarden voor een pilootproject dat het mogelijk maakt voor ouderen die verblijven in een ouderenzorginstelling over de grens om de voorzieningen/ 9 uitkeringen waarop ze recht hebben in hun thuisland, te “exporteren” naar het onthaalland. Naast de samenwerking op het vlak van ouderenzorg, gaven de actoren uit de gezondheidsen welzijnssector ook hun wil te kennen om hun samenwerking te versterken op het vlak van gezondheidszorg en opvang van personen met een handicap; door ten volle in te spelen op de kansen die geboden worden door de kaderovereenkomsten met betrekking tot de gezondheidszorg (Frans-Belgische kaderovereenkomst) en met betrekking tot de opvang van personen met een handicap (Frans-Waalse kaderovereenkomst).
AMBITIE 2
Creëren van een grensoverschrijdende arbeidsmarkt
De Eurometropool bracht de belangrijkste partners op vlak van grensoverschrijdende tewerkstelling (EuresChannel, Euro 3) samen om de grote uitdagingen op dit vlak in kaart te brengen. In het kader van de uitwerking van haar strategie zal de Eurometropool de contacten met deze partners versterken. Gezamenlijke acties kunnen bijvoorbeeld de vorm aannemen van een experimentatiekader of van specifieke tools voor de Eurometropool-regio om hindernissen weg te werken die de ontwikkeling van een echte grensoverschrijdende arbeidsmarkt in de weg staan. Daarnaast kan het partnership tussen EuresChannel, Euro 3 en de Eurometropool ook de impact versterken van alle lopende initiatieven en projecten op vlak van grensoverschrijdende tewerkstelling.
Doelstelling 1 - Een globaal zicht mogelijk maken op de vacatures binnen de Eurometropool Op vandaag bestaan verschillende websites die de vacatures in de Eurometropool in kaart brengen. Het ontbreekt echter aan een globaal overzicht van de vacatures binnen de Eurometropool. Een meer gecoördineerde aanpak dringt zich dus op als we de burger een transparante en toegankelijke tool willen geven die op permanente basis een totaalbeeld biedt op het jobaanbod in de Eurometropool en tegelijkertijd up-to-date informatie verstrekt over de Franse en Belgische arbeidsmarkt en over het statuut van grensarbeiders.
Doelstelling 2 - Opleidingen en de noden op de arbeidsmarkt beter op elkaar afstemmen De organisatie van opleidingen dient te worden afgestemd op de noden van de markt en moet de toegang tot de grensoverschrijdende arbeidsmarkt vergemakkelijken. Een betere afstemming van de opleidingen op de arbeidsmarkt is vooral vereist voor 10- een aantal basisopleidingen zoals bijvoorbeeld beroepsopleidingen, de technische en industriële opleidingen, opleidingen rond zorg, voeding, alsook rond bepaalde clusters van het platform Innov’Eurometropolis. Dat kan gebeuren door in te zetten op grensoverschrijdende stages. Hiertoe moeten vooraf een aantal zaken bestudeerd worden (met betrekking tot de juridische, financiële, sociale, fiscale, reglementaire, … aangelegenheden). Eenmaal we een beter zicht hebben op deze aspecten, zouden projecten opgestart kunnen worden waarbij de theoretische opleiding in één land gebeurt, en de stage in het buurland.
Projectideeën : • Inventaris van de noden binnen bepaalde knelpuntberoepen en afstemmen van het opleidingsaanbod • Inventaris van de bedrijfsnoden binnen de 4 clusters en van de bestaande opleidingen binnen deze sectoren met het oog op een betere onderlinge afstemming • Ontwikkeling van grensoverschrijdende stages binnen de Eurometropool, door bijvoorbeeld projecten op te starten waarbij de theoretische opleiding in één land wordt gegeven en de stage in het buurland.
FOCUS
De zorg en gezondheidssector De drie deelregio’s krijgen te kampen met een belangrijk personeelstekort in de zorgsector. Samenwerking tussen de deelregio’s kan dit probleem mogelijk verzachten. Dit start met het in kaart brengen van de betrokken actoren en het zichtbaar maken van de personeelsvraag (vb. via een website die vacatures op schaal van de Eurometropool centraliseert, zie doelstelling 1). Dit veronderstelt echter ook acties op vlak van opleidingen: denk maar aan het inventariseren van opleidingen in de zorgsector, het in kaart brengen van toelatingsvoorwaarden in Frankrijk en België voor (para)medische en sociale opleidingen en het afstemmen van opleidingen op de noden van de arbeidsmarkt. Projectideeën : • Specifieke focus op jobs en opleidingen in de gezondheids- en welzijnssector tijdens de grensoverschrijdende jobbeurs • Valorisatie van stagemogelijkheden in instellingen uit de zorgsector
Doelstelling 3 - Opzetten van een Eurometropool-huis van de grensoverschrijdende werknemer Naast de vermelde doelstellingen die moeten bijdragen tot een echte grensoverschrijdende arbeidsmarkt, werd ook het voorstel gedaan om een “Eurometropool-huis voor de grensoverschrijdende werknemer” op te richten om de grensoverschrijdende tewerkstelling een grotere zichtbaarheid te geven. Een eerste antenne kan gevestigd worden aan het Jacques Delorsplein tussen Menen en Halluin, en kan tegelijk dienst doen als onthaalruimte voor Belgische en Franse burgers, als platform voor de activiteiten van de belangrijkste actoren van de grensoverschrijdende tewerkstelling en als laboratorium voor nieuwe initiatieven op het vlak van tewerkstelling.
11
AMBITIE 3
Investeren in menselijk kapitaal door middel van samenwerking op het vlak van onderwijs & onderzoek Menselijk kapitaal is één van de sleutelfactoren voor economische groei, en wordt in de eerste plaats gevoed door degelijk onderwijs en excellent internationaal onderzoek. Op schaal van de Eurometropool moeten we maximaal gebruik maken van de troeven van onze grensoverschrijdende regio door jongeren te laten kennismaken met de kansen van grensoverschrijdende uitwisselingen, de onderzoekstroeven en het innovatiepotentieel in deze regio, en dit doorheen hun hele onderwijsen studieloopbaan. In de context van de groeiende internationalisering is het daarbij belangrijk om samenwerkingen (met name op vlak van hoger onderwijs en onderzoek) te overwegen die de schaal van de Eurometropool overstijgen. Het technisch, beroeps- en creatief onderwijs is een specifiek aandachtspunt binnen deze ambitie gezien de strategie van de EGTS sterker wil gaan focussen op haar sterktes, met name haar productiecapaciteit en haar technische, creatieve skills.
130 COMMUNICATION/OLIVIA/PHOTOS LMCU/Photos pour site Eurométropole/Santé
12-
Doelstelling 1 - Versterken van de internationale competenties2 van jongeren Aanscherpen van de internationale competenties van jongeren door in te zetten op mobiliteit op alle onderwijs- en opleidingsniveaus. Dit moet bijdragen tot de algemene vorming van jongeren, hun openheid naar andere culturen, hun talenkennis en hun inzetbaarheid op de grensoverschrijdende of internationale arbeidsmarkt. De notie “internationale competenties” verwijst naar het geheel aan vaardigheden die jongeren kunnen verwerven door internationale uitwisselingen. Ze omvat o.m. de ontwikkeling van een interculturele sensitiviteit, een betere buitenlandse taalvaardigheid, de ontwikkeling van een Europees/internationaal burgerschap, een “global awareness” en de persoonlijke ontwikkeling in het algemeen.
2
Projectideeën : • Klasuitwisselingen binnen het algemeen lager en secundair onderwijs rond een thema van gemeenschappelijk belang, om zoveel mogelijk leerlingen bewust te maken van de kansen van grensoverschrijdende uitwisselingen • Promotie van mobiliteit binnen het hoger onderwijs • Culturele, pedagogische en taalstages voor toekomstige leerkrachten binnen de lerarenopleidingen om hen bewust te maken van de meerwaarde van grensoverschrijdende uitwisselingen
Doelstelling 2 - Structureel verankeren van de grensoverschrijdende dimensie in scholen en instellingen voor beroeps-, hoger en voortgezet onderwijs Binnen deze doelstelling streven we naar de structurele integratie van grensoverschrijdende samenwerking in onderwijsinstellingen, bijvoorbeeld door bi-diplomeringsakkoorden te sluiten en in te zetten op meertaligheid.
Projectideeën : • Organisatie van taalmodules of het doceren van vakken in de andere taal van de Eurometropool binnen het algemeen onderwijs • Faciliteren van overeenkomsten voor bi-diplomering of partnerschappen in het Erasmus Mundus programma binnen het hoger onderwijs
Doelstelling 3 - Valoriseren van technische competenties via het onderwijs De Eurometropool wil in haar ontwikkelingsstrategie het technische en creatieve savoir-faire, dat als het ware deel uitmaakt van het DNA van deze streek, sterker gaan uitbouwen als een positieve factor voor haar economische ontwikkeling. Het is dan ook belangrijk om in het onderwijs te investeren in deze competenties en om de link te versterken tussen technische/technologische opleidingen en de clusters van het innovatieplatform.
Projectideeën : • Een grensoverschrijdende editie van MyMachine: MyMachine is een initiatief waarbij de studenten van het lager onderwijs een droommachine (idee) uitdenken, dat vervolgens verder wordt uitgewerkt door studenten van hogescholen (concept), om tot slot te worden gerealiseerd door technische scholen (machine). Het project, dat in Vlaanderen reeds werd uitgerold en dat internationaal bijzonder positief werd onthaald, streeft ernaar het technisch onderwijs te herwaarderen, de creativiteit van de kinderen actief te stimuleren en de samenwerking tussen bedrijven, scholen en verenigingen te bevorderen. Een “Mymachine » op schaal van de Eurometropool kan eveneens de grensoverschrijdende uitwisselingen bevorderen. • Oprichting van een rondtrekkende, technische school: Tijdens het Internationaal atelier van 29/3/2013 werd het concept bedacht van een rondtrekkende school/opleidingsstructuur die verschillende technische vaardigheden en productiemethoden samenbrengt. Een dergelijke “mobiele school” kan gebruikt worden als tool om technische opleidingen en bedrijven/ industrie dichter bij elkaar te brengen en op elkaar af te stemmen.
13
AMBITIE 4 Doestelling 1 - Van concurrentie naar samenwerking tussen bedrijventerreinen
Een sterkere samenwerking zou kunnen leiden tot het inrichten van een echt grensoverschrijdend bedrijventerrein. Een aantal tussenstappen kunnen op kortere termijn worden verwezenlijkt : gezamenlijk beheer van de bestaande bedrijventerreinen langs de grens, afstemming over de sectorale invulling van bedrijven, gezamenlijk gebruik van voorzieningen, enz.
Doelstelling 2 - De wederzijdse kennis van bedrijventerreinen verbeteren De initiatieven die reeds werden genomen door de Eurometropool en de Aire métropolitaine de Lille inzake de realisatie van kaarten van bedrijventerreinen, moeten worden voortgezet en aangewend om de vooraanstaande sites op te lijsten. Er kan een stappenplan opgemaakt worden om de wederzijdse kennis te bevorderen van de initiatieven aan weerszijden van de grens, en om gezamenlijke grensoverschrijdende acties op te lijsten (dit dient te gebeuren in samenhang met de projecten rond hernieuwbare energie op bedrijventerreinen, cf as 3 van het strategische programma). 14- Projectideeën :
• Benchmark van de reeds bestaande grensoverschrijdende partnerships in andere regio’s • Oplijsting van de bedrijventerreinen waar de grensoverschrijdende uitdagingen het grootst zijn • Opmaak van een programma van mogelijke initiatieven voor elk van deze parken : institutionele partnerships, uitwisseling van ervaringen en best practices, netwerking tussen economische actoren, cofinanciering van gemeenschappelijke voorzieningen, gemeenschappelijke uitwerking van de economische programma’s van de terreinen, tot het uitdenken van de aanleg van een grensoverschrijdend bedrijventerrein • Studie van de mogelijkheden van een evenwichtige financiële verdeling in geval van een gemeenschappelijke investering met betrekking tot een bepaalde voorziening en/of de aanleg van een grensoverschrijdend bedrijventerrein • Haalbaarheidsstudie met betrekking tot de aanleg van een grensoverschrijdend bedrijvenpark
Ontwikkelen van grensoverschrijdende bedrijventerreinen en gezamenlijk gebruik van voorzieningen
De planning van bedrijventerreinen aan weerszijden van de grens gebeurde tot nu toe binnen de deelregio’s. Een grensoverschrijdende aanpak kan hier een meerwaarde bieden.
AMBITIE 5 Doelstelling 1 - Stimuleren van de economische promotie van de clusters De promotie van de regio sterker focussen op de 4 clusters met het oog op het aantrekken van nieuwe bedrijven. Projectideeën : • Sterkere aanwezigheid van de grensoverschrijdende clusters op internationale events onder het label van de Eurometropool • Ontwikkeling van diensten aan bedrijven om hen te informeren over/te begeleiden bij ontwikkelingskansen binnen de Eurometropool • Gezamenlijke promotie van bedrijven die design transversaal geïntegreerd hebben, via verschillende kanalen: video, publicaties, events,...
De aantrekkingskracht van de regio versterken op basis van onze competitieve troeven De Eurometropool wil de regio verder gaan promoten op basis van haar sterktes. De economische promotie zou daarbij gefocust worden op de 4 clusters, terwijl we ook toerisme en cultuur verder wensen uit te spelen als hefbomen voor de interne en internationale uitstraling van de Eurometropool.
Doelstelling 2 - Cultuur en toerisme als hefbomen voor de economische aantrekkingskracht van de Eurometropool De culturele en toeristische actoren zien een belangrijke rol voor hun sectoren weggelegd om de Eurometropool op de kaart te zetten als een dynamische, creatieve regio. Dit willen we doen door te investeren in de professionalisering van het toeristisch onthaal en in de ontwikkeling van de MICE*-sector. Daarnaast wordt voorgesteld om in de promotie van de regio vaker culturele en economische acties te bundelen. *MICE: meetings, incentives, congresses, events Projectideeën : • Optimalisering van de competenties van toeristische diensten & daaraan gelinkte diensten, 15 rekening houdend met de grote ontwikkelingen binnen de sector • Sterke economische promotie tijdens grote culturele events van de Eurometropool (NEXT, Lille 3000,…) & omgekeerd • Ontwikkeling van een gevarieerd aanbod van toeristische producten om een deel van de MICE-markt van beide landen aan te trekken naar de Eurometropool • Promotie van de lokale en grensoverschrijdende structuren die zich bezighouden met ondersteuning-creatie-productie-verspreiding van kunst & cultuur, teneinde de tewerkstelling in de culturele sector te consolideren
De Strategie 2020 van de Eurometropool is nauw verbonden met de strategie EU 2020.
AS 2
Om deze link aan te tonen, vermelden we hiernaast per ambitie de thematische doelstellingen waarop ze betrekking hebben.
COMMISSIE
MOBILITEIT
Ter herinnering, de 11 thematische doelstellingen van Europa zijn direct gelinkt aan de prioriteiten van de EU 2020-strategie en zijn de volgende : • (1) versterking van onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie • (2) verbetering van de toegang tot en het gebruik en de kwaliteit van informatie- en communicatietechnologie • (3) vergroting van de concurrentiekracht van KMO’s • (4) ondersteuning van de overgang naar een koolstofarme economie in alle bedrijfstakken • (5) bevordering van de aanpassing aan de klimaatverandering, risicopreventie en -beheer • (6) bescherming van het milieu en bevordering van efficiënt gebruik van hulpbronnen • (7) bevordering van duurzaam vervoer en opheffing van knelpunten in centrale 16- netwerkinfrastructuren • (8) bevordering van werkgelegenheid en ondersteuning van arbeidsmobiliteit • (9) bevordering van sociale inclusie en bestrijding van armoede • (10) investering in onderwijs, vaardigheden en een leven lang leren • (11) vergroting van de institutionele capaciteit en een doelmatig openbaar bestuur
AS 1
SOCIO-ECONOMISCHE COMMISSIE Ambitie 1 : Optillen van de clusters van het platform Innov’Eurometropolis tot clusters van internationaal niveau Ambitie 2 : Creëren van een grensoverschrijdende arbeidsmarkt Ambitie 3 : Investeren in menselijk kapitaal door middel van samenwerking op het vlak van onderwijs en onderzoek Ambitie 4 : Ontwikkelen van grensoverschrijdende bedrijventerreinen en gezamenlijk gebruik van voorzieningen Ambitie 5 : De aantrekkingskracht van de regio versterken op basis van onze competitieve troeven
Ambitie 6: Ontwikkelen van een meer geïntegreerd systeem van openbaar vervoer (EU 2020 : 1-2-7) Ambitie 7 : Ontwikkelen van het netwerk van trage wegen (EU 2020 : 6-7) Ambitie 8 : Ontwikkelen van het blauwe netwerk als hefboom voor toegankelijkheid (EU 2020 : 7)
AS 3
BLAUWE EN GROENE COMMISSIE
Ambitie 9: Naar een energieneutrale Eurometropool Ambitie 10 : Inzetten op een coherente regio met een sterkere ruimtelijke samenhang Ambitie 11 : Een prospectief territoriaal beleid voeren op permanente basis
De missie van de Eurometropool bestaat erin grenzen uit te wissen en uit te groeien tot een metropool van Europees niveau. Het belang van interne mobiliteit en internationale bereikbaarheid om deze doelstellingen te bereiken, kan nauwelijks overschat worden. De partners kozen om verder in te zetten op grensoverschrijdend openbaar vervoer, op de ontwikkeling van een grensoverschrijdend netwerk van trage wegen en op de economische valorisatie van het blauwe netwerk.
AS 2 Versterken van de
interne mobiliteit
en de internationale bereikbaarheid
17
AMBITIE 6
Ontwikkelen van een meer geïntegreerd systeem van openbaar vervoer In maart 2012 werd een studie gelanceerd over het ontwikkelingspotentieel van het grensoverschrijdend openbaar vervoer. Verschillende partners van de Eurometropool (Région Nord-Pas de Calais, Lille Métropole, Département du Nord), maar ook de NMBS, de SNCF, TEC en De Lijn werkten eraan mee. Het actieplan dat uit deze studie naar voor kwam geldt als referentiekader voor de volgende jaren, en geven we dus een centrale plaats in de strategie. We onderscheiden 4 doelstellingen.
Doelstelling 1 - Versterken van informatie- en communicatietools voor het publiek en voor een aantal specifieke doelgroepen Eén van de vaststellingen die uit de potentieelstudie naar voor komt, is dat het openbaar vervoer slechts 5% van de grensoverschrijdende verplaatsingen vertegenwoordigt, hoewel het transportaanbod wel degelijk goed uitgebouwd is. Daaruit leiden we af dat het aanbod, noch de prijzen, voldoende gekend zijn. Communicatie naar het grote publiek wordt dus een belangrijke uitdaging voor de volgende jaren. Deze doelstelling is erop gericht het gebruik van het openbaar vervoer aan te moedigen in samenwerking met een aantal socio-economische partners (onderwijsinstellingen, de culturele en toeristische sector, de tewerkstellingsactoren, enz.). We denken daarbij aan de organisatie van informatiesessies en aan de ontwikkeling van communicatietools zodat bovenstaande actoren actief kunnen bijdragen aan de promotie van het openbaar vervoer. Om deze doelstelling te verwezenlijken, moet een gemeenschappelijke communicatiestrategie worden ontwikkeld tussen de transportoperatoren.
Projectideeën : • Realisatie van praktijkgerichte gidsen bestemd voor bedrijven, scholen, winkelcentra en andere actoren die verplaatsingen genereren, om ervoor te zorgen dat deze actoren het openbaar vervoer actief mee gaan promoten (vb. bedrijven door het optrekken van hun tussenkomst in openbaarvervoerskosten, winkelcentra door een openbaarvervoersticket aan te bieden i.p.v. een uur gratis parkeren,...) • Beschikbaar stellen van het Trampoline-ticket in de hele Eurometropool • Aanbod van interessante tarieven voor het openbaar vervoer tijdens culturele, economische events
Doelstelling 2 - Ontwikkelen van een elektronisch ticketsysteem dat compatibel is voor alle openbaarvervoersmodi van de Eurometropool 18- De stedelijke openbaarvervoersnetwerken van de drie busmaatschappijen van de Eurometropool – Transpole, De Lijn en TEC – zullen binnenkort worden uitgerust met elektronische ticketsystemen (in 2013 voor Transpole en in 2014 voor De Lijn en TEC). De drie vervoersmaatschappijen startten inmiddels een denkoefening over de manier waarop grensoverschrijdende vervoersbewijzen kunnen worden verzoend met die nieuwe systemen, alsook over de interoperabiliteit tussen de systemen. De Eurometropool kan in een eerste fase dit initiatief ondersteunen en ervoor zorgen dat de spoorwegmaatschappijen hierbij worden betrokken. Bovendien kan ze als multilevel platform bijdragen aan studies over de haalbaarheid op lange termijn van een tariefintegratie op schaal van de Eurometropool.
Projectidee : • Ontwikkeling van een Eurometropool-pass waarmee reizigers binnen de Eurometropool gecombineerd gebruik kunnen maken van alle intermodale openbaarvervoersmodi
Doelstelling 3 - Versterken van de intermodaliteit en creëren van een netwerk van intermodale knooppunten Op schaal van de Eurometropool moet ingezet worden op de complementariteit van de verschillende transportmodi. Dit moet gebeuren door het versterken van aansluitingen op de structurerende openbaarvervoersas Lille-Kortrijk-Tournai en het versterken van intermodale knooppunten.
Projectideeën : • Denkoefening over het versterken van intermodale knooppunten vlakbij de grens (Armentières, Mouscron, Comines)... • Op de as Lille-Kortrijk: versterking van de tussenliggende knooppunten (Mouscron, Tourcoing, Roubaix) door betere verbindingen tussen het station en de regionale activiteitenzones , de aanleg van transitzones en fietsenstallingen rond de stations • Samenwerking tussen organisaties die autodelen organiseren langs beide kanten van de grens
Doelstelling 4 - Opzetten van een betere coördinatie/ een governance-systeem tussen de operatoren van openbaar vervoer Een dergelijk governance-systeem kan uitgebouwd worden vanuit het grensoverschrijdende partnership dat werd opgericht voor de potentieelstudie. Het kan o.m. instaan voor de ontwikkeling van gemeenschappelijke monitoringinstrumenten. Op termijn zou een link gelegd kunnen worden met het SMIRT (Syndicat mixte intermodal régional de transports op schaal van de Région Nord-Pas-de-Calais).
Projectideeën : • Opstelling en ondertekening van een charter tussen openbaarvervoersoperatoren, met het oog op de optimalisering van het aanbod, van de ticketting... • Invoering van een dashboard om het aanbod en de gebruikersintensiteit van bepaalde trajecten van nabij te monitoren
Doelstelling 5 - Versterken van de TGV-hub van de Eurometropool We streven naar betere verbindingen van de lijnen TER/IC Kortrijk-Lille en Tournai-Lille met de belangrijkste verbindingen in de stations van Lille (Londen, Parijs, andere Franse metropolen,…).
Projectideeën : • Ontwikkeling van een gerichte communicatie en promotie • Een verbeterde bewegwijzering tussen de stations Lille-Flandres en Lille-Europe
19
AMBITIE 7
Ontwikkelen van het netwerk van trage wegen Een aantal Interreg-projecten die tijdens de afgelopen jaren werden gerealiseerd (Green Links, Corrid’Or) zetten belangrijke stappen in de richting van een coherent fietsnetwerk op schaal van de Eurometropool. Vanuit de werkgroepen mobiliteit en toerisme wil men hier verder op inzetten. Hoewel we deze ambitie onderbrachten onder “mobiliteit”, zijn er belangrijke linken met de economische as en met de as “blauwe en groene Eurometropool” (waarbij het netwerk van trage wegen zich kan enten op het blauw en groen netwerk).
Doelstelling 1 - Voltooien van de harmonisatie van de drie fietsnetwerken Voltooien van de harmonisatie van de drie fietsnetwerken, door enerzijds lokale bottlenecks op te lossen en anderzijds in te zetten op een structurerend fietsnetwerk op schaal van de Eurometropool. Projectideeën : • Het systeem van knooppunten (dat reeds bestaat langs Belgische zijde) doortrekken langs Franse zijde • Systematisch wegwerken van strategische missing-links, zwarte punten en knelpunten in het netwerk • Investeringen in aantrekkelijke overstappunten (auto/bus/trein/fiets) op strategische locaties gespreid over de hele regio
Doelstelling 2 - Het creëren van een coherent toeristisch-recreatief fietsproduct
20-
Het creëren van een coherent toeristisch-recreatief fietsproduct, waarbij niet alleen infrastructuur maar ook kaartmateriaal, ondersteunende dienstverlening,... sterker op elkaar afgestemd wordt. De TWG Toerisme wil ook sterker inspelen op een aantal innovatieve trends van de laatste jaren (elektrische fietsen, mobiele applicaties,...) en de Eurometropool actief uitspelen als fietsregio. Projectideeën : • Evaluatie van de economische impact, het profiel, de noden en wensen van fietsers als basis voor de ontwikkeling van een gezamenlijk fietsbeleid • Ontwikkeling van een mobiele applicatie die toelaat tochten op voorhand te plannen en informatie aanreikt onderweg
Doelstelling 3 - Actief ondersteunen en promoten van initiatieven rond zachte mobiliteit t.a.v. het grote publiek. We denken vb. aan La Caravanne Vanne, La Nocturne de Lille Métropole, la Quinzaine de l’Entorse, Fietsfeest Leiestreek,...
AMBITIE 8
Ontwikkelen van het blauwe netwerk als hefboom voor toegankelijkheid De partners gaven van meet af aan te kennen dat de economische valorisatie van het blauwe netwerk, en meer bepaald van de verbinding Seine-Schelde en het project Seine-Nord Europe, hoog op de agenda staat. Twee grote doelstellingen werden naar voor geschoven voor de samenwerking in het kader van de Eurometropool.
Doelstellingen - De logistieke platformen in een netwerk laten functioneren, en het bevorderen van een “modal shift” voor transport van goederen over water. Deze ambitie klasseerden we onder de as mobiliteit en bereikbaarheid, maar de linken naar de twee andere assen zijn evident. We wijzen erop dat ook binnen de Aire métropolitaine de Lille (AML) een denkoefening werd opgestart rond transport over water. Daarbij worden drie pistes onderscheiden: het in kaart brengen van het ontwikkelingspotentieel van logistieke platformen langs het water, de sensibilisering van actoren voor de uitdagingen van goederentransport over het water en de multifunctionaliteit van de waterboorden. Afstemming van onze doelstellingen met de werkzaamheden van de AML is dus aangewezen.
P.Chombard
Projectideeën : • Experimenten binnen de grensoverschrijdende regio met programma’s die financiële steun bieden voor gecombineerd transport • Denkoefening rond het hergebruik van in onbruik geraakte kanalen : dit hergebruik kan zowel slaan op goederenvervoer, stedelijke logistiek en toerisme.
21
De Strategie 2020 van de Eurometropool is nauw verbonden met de strategie EU 2020.
AS 3
Om deze link aan te tonen, vermelden we hiernaast per ambitie de thematische doelstellingen waarop ze betrekking hebben.
COMMISSIE
BLAUWE EN GROENE
Ter herinnering, de 11 thematische doelstellingen van Europa zijn direct gelinkt aan de prioriteiten van de EU 2020-strategie en zijn de volgende : • (1) versterking van onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie • (2) verbetering van de toegang tot en het gebruik en de kwaliteit van informatie- en communicatietechnologie • (3) vergroting van de concurrentiekracht van KMO’s • (4) ondersteuning van de overgang naar een koolstofarme economie in alle bedrijfstakken • (5) bevordering van de aanpassing aan de klimaatverandering, risicopreventie en -beheer • (6) bescherming van het milieu en bevordering van efficiënt gebruik van hulpbronnen • (7) bevordering van duurzaam vervoer en opheffing van knelpunten in centrale 22- netwerkinfrastructuren • (8) bevordering van werkgelegenheid en ondersteuning van arbeidsmobiliteit • (9) bevordering van sociale inclusie en bestrijding van armoede • (10) investering in onderwijs, vaardigheden en een leven lang leren • (11) vergroting van de institutionele capaciteit en een doelmatig openbaar bestuur
AS 1
SOCIO-ECONOMISCHE COMMISSIE Ambitie 1 : Optillen van de clusters van het platform Innov’Eurometropolis tot clusters van internationaal niveau
AS 2
MOBILITEIT COMMISSIE
Ambitie 2 : Creëren van een grensoverschrijdende arbeidsmarkt
Ambitie 6: Ontwikkelen van een meer geïntegreerd systeem van openbaar vervoer
Ambitie 3 : Investeren in menselijk kapitaal door middel van samenwerking op het vlak van onderwijs en onderzoek
Ambitie 7 : Ontwikkelen van het netwerk van trage wegen
Ambitie 4 : Ontwikkelen van grensoverschrijdende bedrijventerreinen en gezamenlijk gebruik van voorzieningen
Ambitie 8 : Ontwikkelen van het blauwe netwerk als hefboom voor toegankelijkheid
Ambitie 5 : De aantrekkingskracht van de regio versterken op basis van onze competitieve troeven
Ambitie 9: Naar een energieneutrale Eurometropool (EU 2020 : 4) Ambitie 10 : Inzetten op een coherente regio met een sterkere ruimtelijke samenhang (EU 2020 : 6) Ambitie 11 : Een prospectief territoriaal beleid voeren op permanente basis
Met deze as willen we van de Eurometropool een regio maken die een voorbeeld is op vlak van leefkwaliteit, door de competenties, de ervaring en de expertise van de partners ten volle te benutten. Binnen deze as werden drie ambities gedefinieerd. De eerste ambitie omvat doelstellingen voor een energieneutrale Eurometropool. De tweede stelt een harmonieuze regio in het vooruitzicht die beter georganiseerd is rond gemeenschappelijke netwerken, meer bepaald het blauwe en groene netwerk. De derde gaat over de ontwikkeling van een prospectieve langetermijnvisie.
AS 3
BLAUWE GROENE Eurometropool
Een
en
23
AMBITIE 9
Naar een energieneutrale Eurometropool Net zoals voor de rest van Europa vormt het energievraagstuk voor de Eurometropool en haar partners één van de belangrijkste uitdagingen. Verschillende partnerstructuren ontwikkelen energiestrategieën en voeren die uit. Het is belangrijk dat de Eurometropool de uitwisseling van good practices ondersteunt, een goede wederzijdse kennis bevordert van de actoren en de processen die in de drie deelgebieden van toepassing zijn en zelfs het gezamenlijk gebruik van uitrustingen en infrastructuur ondersteunt wanneer dit haalbaar en relevant is. Zo kan op termijn een gemeenschappelijk energiebeleid worden ontwikkeld om o.m. de energiearmoede aan te pakken op schaal van de Eurometropool.
Doelstelling 1 - Ontmoetingen tussen actoren, uitwisseling van informatie en van best practices bevorderen De bevoegdheden op vlak van energie zijn op verschillende manieren verdeeld bij de partners. Verschillende keren al werd gewezen op de moeilijkheid om voor elk thema de relevante gesprekspartners te vinden. Door ontmoetingen en uitwisselingen kunnen de betrokken partners een betere wederzijdse kennis ontwikkelen van de bestaande systemen en instellingen, én de meerwaarde aantonen (als die er is, weliswaar) van een grensoverschrijdende aanpak binnen de verschillende thema’s. 24-
Projectideeën : • Oplijsting van de relevante actoren voor de verschillende thema’s van hernieuwbare energie en voor het aspect energie-efficiëntie binnen de drie deelregio’s • Overlegplatform m.b.t. instrumenten voor energieplanning die momenteel worden ontwikkeld op schaal van de Eurometropool • Energie-analyse van de regio: welke noden, uitdagingen, welke grensoverschrijdende meerwaarde? • Op langere termijn: opstelling van een charter voor een gemeenschappelijk energiebeleid op schaal van de Eurometropool
Doelstelling 2 - Ontwikkelen van gemeenschappelijke projecten rond hernieuwbare energie Op basis van de gesprekken met de WG Energie werden reeds 4 belangrijke thema’s opgelijst: intelligente netwerken (of Smart grids: energie-optimalisering), vergisting en afval, opleiding van vaklui uit de bouwsector en energie op bedrijventerreinen. De uitdagingen die gepaard gaan met die thema’s moeten verder worden bestudeerd. Met het oog op de Europese programmaperiode 20142020 kunnen ook concrete investeringsprojecten opgezet worden. Projectideeën : • Uitvoering van een concreet en operationeel project rond energie op bedrijventerreinen. Dat impliceert de selectie van een aantal voorbeeldsites, het in kaart brengen van relevante werkpistes op grensoverschrijdende schaal: denkoefening over innovatieve methodieken, gezamenlijk gebruik van uitrustingen,... • Voortzetting van de oplijsting en omschrijving van de uitdagingen die gepaard gaan met de drie andere aangehaalde thema’s (Smart Grids, vergisting en afval, en opleiding van vaklui uit de bouwsector) en met lopende projecten in de deelregio’s (het Plan 100.000 logements van de Région Nord-Pas-de-Calais, Zuid-West-Vlaanderen energieneutraal in 2050 van Leiedal,...)
Doelstelling 3 - Aanmoedigen van de ondertekening van het Burgemeestersconvenant Het Burgemeestersconvenant is een belangrijke Europese beweging waaraan lokale en regionale overheden deelnemen die vrijwillig het engagement nemen om op hun grondgebied de energie-efficiëntie en het gebruik van duurzame energiebronnen te verhogen. Door hun engagement beogen de ondertekenaars van het Convenant de doelstelling van de EU te behalen (en te overtreffen) om de CO2-uitstoot met 20% te verminderen tegen 2020. Projectideeën : • Monitoring van de CO2-uitstoot op grensoverschrijdende schaal In het kader van het Eurometropool-observatorium • Medewerking van het Agentschap, als ondersteunende structuur en i.s.m. de partners die het Convenant ondertekenden, aan de informatieverstrekking aan/ de mobilisering van gemeenten om het Convenant te ondertekenen • Organisatie van een bewustmakingsdag rond hernieuwbare energie
25
AMBITIE 10
Inzetten op een coherente regio met een sterkere ruimtelijke samenhang De Eurometropool bestaat uit meerdere deelregio’s die worden bestuurd door verschillende overheden. Deze overheden beschikken elk over hun eigen beleid en instrumenten inzake ruimtelijke ordening. Daarnaast vinden we in de Eurometropool veel versnipperde ruimten waar stad en platteland sterk verweven zijn. Rekening houdend met deze vaststellingen, moeten we inzetten op een sterkere coherentie van ruimten over de administratieve grenzen heen, en op de overgangen tussen verschillende vormen van bodemgebruik die elkaar afwisselen. Grensoverschrijdende netwerken zoals het blauwe en groene netwerk kunnen dienen als structurerend element om de coherentie en integratie van de deelregio’s te versterken.
Doelstelling 1 - Versterken van het Eurometropool-platform “ruimtelijke planning” In 2012 richtten de Eurometropool en haar partners een informatie- en overlegplatform op , waar planningsinitiatieven en structurerende projecten besproken worden met een grensoverschrijdende impact in de drie deelgebieden. Dat platform moet langzaam evolueren naar een echte overlegruimte waar uitdagingen systematisch in kaart gebracht worden en waar grensoverschrijdende projecten op elkaar afgestemd worden. Dit moet meteen ook de uitwerking van een Eurometropool-strategie vergemakkelijken.
Doelstelling 2 - Werken aan ruimtelijke verbindingen tussen projecten in grenszones Projectideeën : Binnen de Eurometropool wordt op verschillende schalen gewerkt aan projecten en overkoepelende • Oplijsting van grenssites waar een grensoverschrijdende aanpak zich strategische (ruimtelijke) visies: het Plan bleu, “Groene Sporen”, het SRADDT(Schéma Régional opdringt. Verschillende intercommunales startten hier reeds mee en d’Aménagement et de Développement Durable du Territoire) van de Région Nord-Pas-de-Calais, verwijzen o.m. naar de grensleie ter hoogte van Wervik en Menen, de het SCOT (Schéma de Cohérence Territoriale) van Lille Métropole... grens-as Leie-Schelde (Parc du Ferrain, Spierekanaal, bermen E17 met In de grenszone komen deze verschillende projecten en visies samen, en is samenwerking tussen de grenspost Rekkem,...), de fietsbrug Avelgem met verbinding Ravel 87, betrokken actoren noodzakelijk. Het is dan ook opportuun om voor deze grenszones projecten en visies de grensoverschrijdende ontwikkeling van het Parc de la Deûle, het Parc maximaal op elkaar af te stemmen teneinde de coherentie en de continuïteit van het blauwe en groene Scarpe-Escaut,... • Opwaardering van de waterlopen (vervolg van de projecten Corrid’or, 26- netwerk te verzekeren.
Doelstelling 3 - Werken aan stedelijke randgebieden De Eurometropool is een polycentrisch gebied, samengesteld uit centra van uiteenlopende grootte. Buiten die centra is de Eurometropool eigenlijk een uitgestrekt, versnipperd stedelijk gebied met vele randgebieden. De opwaardering van die randgebieden is een grote kans voor de regio (Internationaal atelier van de Eurometropool, 28 & 29/3/2013). Zo kunnen we werken aan kwaliteitsvollere interacties tussen de randstedelijke zones enerzijds en de landbouwgebieden en open landschappen anderzijds. Het blauwe en groene netwerk kan als structurerend element bijdragen tot de herwaardering van de randgebieden.
BIPS,…)
Projectideeën : • Inrichting/structurering van de randgebieden en van de randstedelijke zones, zoals : het concept van de “hémicycle”, dat aan bod komt in het Schéma de cohérence territoriale de Lille Métropole, de beplanting en de langzame uitbreiding van het bos in Kortrijk, het Bois Fichaux in Mouscron, het Scaldwin-project (bescherming van de watervoorraden), ….
Doelstelling 4 - Herdefiniëren van de relatie stad-platteland Naast een versnipperde en uitgestrekte regio is de Eurometropool ook een regio die voor 72% uit landbouwgebied bestaat. Die ruimten zijn kwetsbaar : ze zijn de eerste plek die “aangetast” wordt door stadsuitbreiding. Het zou dan ook nuttig zijn om de denkoefening daarover te voeren op schaal van de Eurometropool en om samen pilootprojecten uit te voeren. Om de band tussen de stad en het platteland te versterken, kunnen we steunen op de volgende structurerende elementen : • het blauwe en groene netwerk (hoofdzakelijk aanwezig op de ZW/NO-as van de regio), • het gele netwerk (de landbouwgebieden, sterk aanwezig op de NW/ZO-as van de regio), • de wegen die de steden en dorpen met elkaar verbinden en die kenmerkend zijn voor het gebied. Naar het voorbeeld van het Highstreets-project in Londen (cf. Conclusies van het internationaal atelier van de Eurometropool van 28 en 29/3/2013), zouden rond deze steenwegen herwaarderingsprogramma’s opgestart kunnen worden, om de leesbaarheid van het gebied (en van de verschillende economische functies) te verhogen.
27
AMBITIE 11
28-
Een prospectief territoriaal beleid voeren op permanente basis
In 2010 lanceerde de Eurometropool een prospectieve denkoefening om een antwoord te vinden op deze vraag : “Welke strategie moet op middellange en lange termijn worden ontwikkeld om de Eurometropool van de 21ste eeuw te bouwen ?” Eén van de punten die naar voor werden geschoven, was de uitwerking van een groot federerend en symbolisch project, gestructureerd rond het blauwe en groene netwerk. Het Bureau van de Eurometropool heeft zijn steun toegezegd voor de uitwerking van een dergelijk project (zitting van 17 februari 2012). Er werden twee uitdagingen geïdentificeerd : - de bestaande projecten op elkaar afstemmen ; - een coherentieschema uitwerken.
Doelstelling 1 - Een evolutieve en dynamische monitoringtool ontwikkelen m.b.t. het blauwe en groene netwerk Momenteel worden in de verschillende deelgebieden van de Eurometropool tal van projecten uitgevoerd die betrekking hebben op het blauwe en groene netwerk (meer bepaald in het kader van de Seine-Scheldeverbinding). Deze veelheid aan projecten is een kans voor de Eurometropool. Het is evenwel belangrijk dat die projecten op elkaar worden afgestemd zodat ze kunnen bijdragen aan een Eurometropool- dynamiek. Tezelfdertijd is de Eurometropool bezig met de creatie van een statistische en cartografische databank om een aantal aspecten m.b.t. de ontwikkeling van de regio te monitoren. In het kader van die databank kan een cartografische tool worden ontwikkeld die zich specifiek focust op het blauwe en groene netwerk. Projectideeën : • Realisatie van een monitoringtool op verschillende schalen van de regio - op een fijne schaal, als ondersteunende tool voor de definiëring en afstemming van (lokale) operationele projecten - op een grotere schaal, als hulpmiddel voor de ontwikkeling van een gezamenlijke strategische visie.
Doelstelling 2 - De basis leggen voor een federerende projectdynamiek In het kader van haar recente denkoefeningen bevestigde de Eurometropool de ambitie om haar partners, de actoren uit de regio en de burgers te verenigen rond een project of rond een federerende projectdynamiek die moet bijdragen aan haar toekomstige ontwikkeling. Een eerste internationaal atelier (dat lokale en internationale deskundigen samenbracht), georganiseerd op 28 en 29 maart ll., had tot doel de basisconcepten en -principes te formuleren voor de realisatie van een dergelijk initiatief. Tijdens dat internationaal atelier zijn verschillende elementen naar voor gekomen die van belang zijn voor de toekomstige ontwikkeling van de Eurometropool : • een sterk verhaal opbouwen rond de kansen voor de regio, dat de gemeenschappelijke ambitie van de 14 partners vertaalt • onze gemeenschappelijke kennis van het gebied vergroten • de kwaliteit van projecten optimaliseren in een grensoverschrijdend perspectief Het blauwe en groene netwerk (een belangrijk structurerend element van de regio) kan als vertrekpunt dienen voor dit federerende project, maar het internationaal atelier leerde ons ook dat dit project van nature transversaal moet zijn en • andere grensoverschrijdende netwerken moet omvatten (bv. het gele netwerk) zodat de verschillende deelregio’s erbij betrokken kunnen worden, • andere sectoren moet omvatten (cultuur, toerisme, economie, …). Daarom komen bovenstaande elementen in de strategie aan bod als transversale elementen.
29
Transversale dossiers Vooruitdenken Delen Informeren
De strategie “Eurometropool 2020” is een onmisbaar document dat onze démarche vertaalt in duidelijke ambities, precieze doelstellingen en concrete projecten. Het is een gids voor de stichtende partners, voor de actoren uit de regio en voor Europa, en moet een coherente en transversale grensoverschrijdende aanpak toelaten tijdens de volgende jaren.
30-
op schaal van de Eurometropool
De geleidelijke omvorming van de regio in een Eurometropool van Europees niveau
Toch moeten we onze actie ook in een ruimer perspectief plaatsen, • voor wat betreft het bredere verhaal van metropoolvorming • voor de efficiënte communicatie over onze concrete meerwaarde naar gemeenten en burgers.
In het kader van het internationaal atelier van 28 en 29 maart 2013 bracht de Eurometropool lokale en internationale experten bijeen om na te denken over de ontwikkeling van de regio vanuit een ruimtelijk en geïntegreerd perspectief.
Gemeenschappelijke kennis bevorderen (common knowledge)
Deze beide aspecten werden meermaals onderstreept door de partners van de Eurometropool tijdens de uitwerking van de strategie.
In het kader van het “Atelier 2030” zal dat werk worden voortgezet en kunnen de drie belangrijkste aanbevelingen van dat internationaal atelier concreet gemaakt worden:
In dat kader starten we met de opmaak van een gemeenschappelijke grensoverschrijdende databank. Dit vereist een duidelijke oplijsting van de grensoverschrijdende gegevens waarover de partners willen beschikken (bv. geografische gegevens, monitoringtools betreffende het blauwe en groene netwerk, socio-economische, ecologische en milieugegevens, …). De gegevens kunnen vervolgens op verschillende manieren worden weergegeven : d.m.v. kaarten, statistieken, …
Het belang van een betere gemeenschappelijke kennis van de grensoverschrijdende regio werd meermaals onderstreept. Vaak stelt zich echter de moeilijkheid om geharmoniseerde en relevante gegevens te verzamelen. Dit vormt vaak een hindernis voor grensoverschrijdende projecten.
Een gemeenschappelijk verhaal schrijven (strong narrative) Om een gemeenschappelijke metropooldynamiek te creëren op schaal van de Eurometropool, werd benadrukt dat het belangrijk is om samen een pertinent en inspirerend verhaal te schrijven waarin de verschillende projecten een plaats kunnen krijgen en dat wordt gedeeld door de 14 partners van de Eurometropool, de lokale actoren en de inwoners van het gebied. Dit verhaal kan geschreven worden aan de hand van 3 initiatieven: • De website visualiseeurometropolis.eu : deze website richt zich rechtstreeks tot de inwoners van de Eurometropool en wil bijdragen aan het ontstaan van een Eurometropool-identiteit. Daarnaast wil de website ontmoetingen bevorderen tussen actoren die bezig zijn met gelijkaardige projecten, en het beleid van labelisering en partnerships ondersteunen. • De debatten van de Eurometropool : in 2013 en 2014 zal een cyclus van lezingen en debatten worden georganiseerd. Deze conferentiecyclus levert “stof tot nadenken” voor politici, technici en experten uit de regio over de grote uitdagingen die gepaard gaan met metropolisering. Dit moet leiden tot een stevige basiskennis en een gemeenschappelijke metropoliseringscultuur. • Het Atelier 2030 : in samenhang met de projecten die worden uitgevoerd in het kader van de strategie 2014-2020, heeft het Atelier 2030 tot doel een permanente, prospectieve denkoefening op lange termijn te verzekeren, waarbij rekening wordt gehouden met de evoluties in de regio. Lokale en internationale experten, de sprekers die deelnamen aan onze lezingen en relevante organisaties zullen worden uitgenodigd om mee te schrijven aan dat verhaal
Optimaliseren van de kwaliteit van projecten in een Eurometropool-perspectief Dit punt moet, in het kader van het Atelier 2030, nog verder worden uitgewerkt voor wat betreft de methode en uitvoering. Het doel is de federerende dynamiek te concretiseren van projecten die vallen onder as 3 van de strategie (ambitie 3 doelstelling 2). Globaal moeten volgende twee initiatieven genomen worden, die elkaar onderling zullen voeden: • De kwaliteit van lopende of geplande projecten optimaliseren om die in te schrijven in een territoriale dynamiek (bv. labellisering of opstelling van een gemeenschappelijk charter). • Een kader creëren (op basis van het gemeenschappelijke verhaal dat aanleiding geeft tot nieuwe initiatieven/federerende projecten).
31
Informatie aan de burger
Eurometropool-infodesk: een dienst bewijzen aan de burger
Communicatie naar het publiek
Het doel bestaat erin de burger een uniek platform te bieden voor grensoverschrijdende informatie : over verplaatsingen, administratieve en fiscale aangelegenheden, werkgelegenheid, cultuur, taal, onderwijs, toerisme, winkelen, … Heel wat informatie bestaat al, maar er is een grote nood aan een uniek platform voor onze regio, dat de informatie samenbrengt.
Er moeten tools worden ontwikkeld om de lokale overheden en de gemeenten aan te moedigen te communiceren over hun rol als actor van de Eurometropool :
De realisatie van de strategie en onze contacten met alle bevoegde actoren en partners zijn uiteraard een voorwaarde om de Infodesk te realiseren. Concreet moet 32er een portaalsite worden ontwikkeld waar het aspect “diensten aan de inwoners of gebruikers van de Eurometropool” centraal staat. Op basis van die bundeling van grensoverschrijdende informatie kan een efficiënte dienstverlening verzekerd worden. Deze portaalsite zal ook links bevatten naar de websites van relevante organisaties. Afhankelijk van de vraag kan in een tweede fase de oprichting van een of meerdere fysieke informatiepunten worden overwogen, naar het voorbeeld van gelijkaardige initiatieven in andere Europese grensoverschrijdende metropolen.
• door hun logo waar mogelijk te verbinden met dat van de Eurometropool (via hun tools - website, geschreven communicatie); • door hun burgers zoveel mogelijk te informeren over verwezenlijkingen die nuttig en relevant zijn voor de gebruikers van de Eurometropool, meer bepaald over de resultaten van de acties in het kader van de strategie
Een nieuwe organisatie op maat van de strategie Voorzitterschap
147 gemeenten
Algemene Vergadering
Europa Groep
Bureau AS 1
AS 3
COMMISSIE
MOBILITEIT en bereikbaarheid
BLAUW-GROENE EUROMETROPOOL
Ambities : 1-2-3-4-5
Ambities : 6-7-8
Ambities : 9 - 10 - 11
SOCIO-ECONOMISCHE
Socioeconomische platform
AS 2
FORUM
COMMISSIE
COMMISSIE
33
Structureel politiek overleg voor elke strategische as
SAMENSTELLING
• Voorzitterschap : 1 voorzitter + 3 vicevoorzitters: de vicevoorzitters die geen lid zijn van het Bureau worden systematisch uitgenodigd op het Bureau. • 2 politici per lid van de EGTS bijgestaan door de trekkers van elke ambitie en de technici van hun keuze • 3 leden van het Forum (vrij aangesteld door het Forum)
3 Politieke Commissies
ROl
Elke commissie : • zorgt voor de politieke omkadering van de grote krachtlijnen én coördineert het uitwerken van alle ambities en projecten van haar strategische as. • waakt er over dat deze krachtlijnen op een coherente manier voldoende gerespecteerd worden. • stelt hiervoor per ambitie een ambitiegroep samen, met trekkers en partners. • maakt een chronologische planning van de voorziene concrete realisaties, prioriteert waar nodig. • bereidt dossiers voor die aan het Bureau moeten worden voorgelegd, onder andere de formele beslissingen. • debatteert ook over de perspectieven op iets langere termijn. De beslissingsbevoegdheid over de dossiers die een impact hebben op de algemene strategie en/of het (de) budget(ten) ligt dus bij het Bureau en de Algemene Vergadering. De commissies coördineren het werk van de ambitiegroepen en de andere overlegplatformen, zoals het sociaal economische platform en het Atelier 2030.
34-
Algemene werking
2 of 3 vergaderingen per jaar • de strategie van de Eurometropool vormt het werkprogramma van de commissie • de voorzitter brengt aan het Bureau verslag uit over de werkzaamheden (en licht er de beslissingen toe indien nodig) • de aanpak moet de transversaliteit van de behandelde thema’s garanderen : de commissies op een sector zijn niet gefocust op één enkel thema of één sector • mogelijkheid om toonaangevende figuren of deskundigen in te schakelen (hoorzittingen) naargelang de dossiers • luisteren naar de activiteitenverslagen van de trekkers van de ambities • debatten over actuele vragen die zich aandienen, aanzet voor de krachtlijnen voor de toekomst.
AGENTSCHAP
Hier gaat het dus essentieel om politiek overleg
Coördineert de commissie samen met de medewerkers van het voorzitterschap van elke commissie en met de betrokken technici
Verzekert de onderlinge link tussen de diverse ambitiegroepen in een strategische as + garandeert de thematische transversaliteit
Zorgt voor de relatie met de andere instanties van de Eurometropool (andere commissies/ verbindingsgroep / Bureau, Algemene Vergadering)
Communiceert naar de buitenwereld toe, met de partners
SAMENSTELLING
ROl
Algemene werking
• Trekker: één of meerdere partner-overheden van de EGTS of een erkende actor die bevoegd is voor de ontwikkeling van de betrokken ambitie : zij geven inhoudelijk leiding aan de uit te voeren acties en projecten • Vertegenwoordigers van de andere betrokken partneroverheden van de EGTS (technici) treden op als geassocieerde partners voor deze ambitie • Andere pertinente actoren (al dan niet van het middenveld en/of Forum) die nuttige expertise of kennis kunnen aanleveren
11 AMBITIEGROEPEN
Elke groep : • neemt kennis van de krachtlijnen die werden vastgelegd door de Commissie(s) • vertaalt de ambitie in doelstellingen en vervolgens in concrete projecten • brengt de projectdragers in kaart voor de uitvoering van die projecten en moedigt hen aan • stelt de ad hoc-projectgroepen samen die voor de uitvoering van de projecten moeten zorgen : bevoegde partneroverheden samen met andere pertinente actoren. • organiseert de tijdschema’s op basis van de prioriteiten die werden vastgelegd door de Commissies • zorgt voor financieringsmodellen die nodig zijn voor de realisatie van de projecten • formuleert voorstellen aan de Commissies over aanpassingen of verbeteringen van de objectieven binnen een ambitie
De trekker(s) staan onder andere in voor: : • het voorzitterschap van de ambitiegroep. Zij kunnen gehoord worden door de Commissie (de stand van zaken en over dossiers waarover een beslissing moet worden genomen, financiële aangelegenheden, ...) • het aanleveren van inhoudelijke expertise die overeenstemt met hun competenties • het opmaken van de actiefiches van de desbetreffende doelstellingen en projecten • het opstellen en verspreiden van de samenvattingen van de vergaderingen
Begeleidt de trekker bij de coördinatie
AGENTSCHAP
Een technische stuurgroep voor elke ambitie
Speelt een stimulerende rol bij de opvolging van de ambities van de strategie Eurometropool 2020 : • Communiceert met de overige partners over de projecten – intern/ extern • Volgt de ontwikkelingen op van de Europese programma’s die samenhangen met de concrete projecten • Ziet toe op de coherentie tussen de verschillende ambities Begeleidt de trekker(s) bij de coördinatie van de ambitie, meer bepaald: • speelt een actieve rol om de actoren die moeten worden betrokken bij de ontwikkeling van de ambities met elkaar in contact te brengen • werkt de boordtabel van de projecten bij samen met de trekkers van de ambities en de projecten • stelt zijn vertaal- en tolkopdrachten ter beschikking voor de werkzaamheden m.b.t. de ambitie Neemt in principe niet deel aan de projectgroepen zelf (behalve tijdens de lanceringsperiode waarbij o.a. de trekker van de betrokken projectgroep wordt geïdentificeerd)
35
>Zetel van de Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai : Lille métropole – 1 rue du Ballon – Lille – France > Agentschap van de Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai – Casinoplein, 10 – 8500 Kortrijk – Belgique Tel : +32 (0)56 23 11 00
[email protected] www.eurometropolis.eu
> Zetel van het Forum – Maison du Tourisme in Tournai – Place Paul-Emile Janson
Directeur van de iutgave : Stef Vande Meulebroucke.
[email protected] Redactie en samenstelling : Agence de l’Eurométropole. Contact communicatie :
[email protected] Opmaak : Agence de l’Eurométropole. Illustraties : Studio Tnt, Agence de l’Eurométropole. , V. Lecigne, IDETA T.Da costa, Région Nord-Pas de Calais, P. Chombard, M. Lerouge Datum uitgave : novembre 2013 Druk : Lowyck