OUDE KAARTEN VAN ROTTERDAM EN OMGEVING DOOR MR. B. VAN 'T HOFF
I
N het Gemeentearchief is van 21 oktober tot 24 november 1963 een interessante tentoonstelling gehouden van 'Rotterdam in kaart'. De Gemeentearchivaris en zijn medewerkster mej. G. W. J. Verveen hadden een uitstekende keus gedaan uit de rijke kaartenverzameling, die een voortreffelijk overzicht gaf van de ontwikkeling van Rotterdam en omgeving sinds de zestiende eeuw; en tegelijk een goed overzicht van de ontwikkeling van de kunst om kaarten te maken in de laatste vierhonderd jaar. Ik kreeg de vererende uitnodiging een inleiding te houden ter toelichting van deze tentoonstelling bij het bezoek door de leden van 'Roterodamum' op 11 november. Deze inleiding, enigszins omgewerkt, volgt hieronder. Men kan hier niet verwachten een volledige opsomming van alle tentoongestelde kaarten; nog minder een lijst van alle oude kaarten van Rotterdam en omgeving. Maar wel kan dit opstel allen, die van oud Rotterdam houden, en alle liefhebbers van oude kaarten de weg wijzen om hun kennis van het kaartenmateriaal, dat Rotterdam en omgeving in beeld brengt in de loop der eeuwen, te verdiepen *).
Wat maakt het zien van oude kaarten zo aantrekkelijk? Vooreerst, dat een kaart een beeld geeft van de vroegere toestand van een stad of landstreek; zodat men bij het zien van een reeks kaarten van dezelfde stad of landstreek een overzicht krijgt van hoe zulk een stad of landstreek er in de loop van de tijden heeft uitgezien. Verder zijn kaarten, evenals schilderijen, tekeningen, aardewerk en porcelein, kunstvoorwerpen, voorwerpen van kunstvaardigheid en kunstzinnigheid van de periode van ontstaan. Zij weerspiegelen de geest van elk tijdvak. Het maken van een kaart is een kunst, die men heeft moeten leren. De oudste kaarten van Rotterdam en omgeving dateren, evenals de oudste kaarten van andere Nederlandse steden en gewesten, uit de 16de eeuw. De kunst van het opmeten van landerijen, het tekenen en graveren van kaarten, stond toen in de kinderschoenen. Slechts weinigen verstonden die kunst en een 146
kaart werd met primitieve middelen en met veel moeite en pijn ter wereld gebracht. Maar juist de weinigen, die die kunst verstonden, waren kunstenaars en bekwame vaklui, die geen moeite spaarden iets bijzonders tot stand te brengen. Prachtig zijn bv. de kaarten van Jan Potter, alle gekleurde, met de hand, meest op perkament, getekende kaarten, vaak van grote afmetingen, verlucht met fraaie kompasrozen om het noorden aan te wijzen en met cartouches en sierlijke bijschriften. Eveneens bijzonder mooi en voor hun tijd zeer nauwkeurig zijn de kaarten van Floris Balthasars van Berckenrode, uit het begin van de 17de eeuw. Van de gegraveerde kaarten uit atlassen spannen die van Joan Blaeu uit zijn stedenatlas van 1649 de kroon. Als kaart minder belangrijk, maar een prachtstuk van rijke, barokke versieringen, is de beroemde kaart van De Vou en Romeyn de Hooge uit 1694; deze kaart, als grote wandkaart en in atlasvorm bekend, heeft grote randen met stadsgezichten en wapens van vroedschapsleden. Dan komen de kaarten uit de 18de eeuw, het meer nuchtere tijdvak van rationalisme en verlichting. Gebroken wordt met de gewoonte de kerken, huizen, molens enz. in opstand te tekenen. In de plaats komt de meer juiste, maar minder schilderachtige, zuiver verticale projectie. Maar toch zijn ook uit dat tijdvak een aantal zeer sierlijke getekende kaarten van Rotterdam en omgeving tot ons gekomen, zoals het kaartje, dat is afgebeeld op de plaat, waarop deze tentoonstelling aan het publiek werd bekend gemaakt *). Aan het einde van deze ontwikkeling staat de grote, in details bijna pijnlijk nauwkeurige, kaart uit het jaar 1800 van Munro. De 19de eeuw brengt de stafkaarten en de op kadastrale opmetingen gebaseerde stadsplattegronden, die toch ook weer een eigen bekoring hebben. En tot besluit zijn er de ultra-moderne, fraaie en zeer gedetailleerde luchtfoto's, die ons een prachtig beeld geven van het Rotterdam van vóór 1940. Waarbij dan nog aansluiten de allernieuwste kaarten van het na-oorlogse Rotterdam en omgeving, Europoort etc. Wij zullen nu achtereenvolgens de kaarten van Rotterdam, van de naaste omgeving, zoals van Feyenoord en van Schieland, tenslotte de kaarten van de Waterweg van Rotterdam naar zee en van de Maasmond in de loop der tijden in nadere beschouwing nemen, waarbij wij dus enerzijds aandacht geven aan de topografische ont147
wikkeling, anderzijds aan de kaarten als produkten van kunstvaardigheid en kunstzinnigheid. De drie oudste kaarten van Rotterdam, nl. die van Jacob van Deventer, van Jan Potter en de gravures uit Guicciardini's beschrijving van de Nederlanden en het stedenboek van Braun en Hogenberg, dateren uit de jaren na 1560 en geven dus een afbeelding van Rotterdam, zoals dit stadje er uit zag vóór de opstand, vóór het beslissende jaar 1572. De kaart van Van Deventer *) is het resultaat van een regeringsopdracht. Keizer Karel V had omstreeks het jaar 1555 aan Jacob van Deventer opdracht gegeven alle ongeveer 300 steden en stadjes van de zeventien Nederlandse provincies op uniforme wijze in kaart te brengen. Al deze kaarten hebben dezelfde schaal, nl. 1 : 7500. Toen in het jaar 1572 zijn woonplaats Mechelen door de Spanjaarden werd geplunderd en Van Deventer uitweek naar Keulen, waar hij drie jaar later overleed, had hij aan die opdracht voldaan. Alle steden van Groningen en Alkmaar in het noorden, tot Luxemburg, Rijsel en Atrecht in het zuiden, had hij in kaart gebracht. Viglius van Aytta, voorzitter van de Raad van State in Brussel, wist de magistraat van Keulen, die het net-exemplaar van de atlas na de dood van Van Deventer in beslag had genomen, te bewegen, die atlas naar Brussel te sturen, vanwaar zij later naar Madrid is opgezonden. In de vorige eeuw zijn deel 2 en deel 3 van die atlas teruggevonden in de Koninklijke, nu Nationale Bibliotheek in Madrid. Maar Van Deventer had ook op losse bladen een tweede exemplaar van die kaarten gemaakt, die gelijkwaardig bleken te zijn met die uit de net-atlas in Madrid. Zo kwamen 150 van de oorspronkelijke 300 kaarten voor de dag op een veiling bij Nijhoff in 1859, waar zij voor ƒ 50,—, dus voor ongeveer 30 cent per stuk, verkocht werden aan Frederik Muller. Een tweede exemplaar is ook teruggevonden, eveneens onvolledig, zodat er van sommige steden geen, van de meeste één en van andere twee kaarten zijn. Al deze kaarten zijn sindsdien in een Belgische en een Noord-Nederlandse uitgave gereproduceerd *). Van de kaart van Rotterdam, die alleen in het Madrileense exemplaar voorkomt, is een aftekening gemaakt voor het Gemeentearchief *). Het is een strategische kaart, waarop de ommuring en de poorten met toegangswegen vooral duidelijk zijn aangegeven. Verder ook de kerken en kloosters, zijnde de enige stenen 148
gebouwen, geschikt om in geval van nood als kazerne voor soldaten te worden gebruikt. De structuur van het oude Rotterdam komt duidelijk uit. De Hoogstraat, die zich als onderdeel van de zeedijk voortzette aan de ene kant als 'Oostzeedijk', aan de andere kant als 'Schiedamse' en 'Westzeedijk', is de ruggegraat van de stad. Wij moeten bedenken, dat in die tijd de Maas, of liever de Merwede, zoals men toen de rivier voor Rotterdam noemde, een zeearm was, zoals ook het IJ bij Amsterdam (daar had en heeft men nog de 'Zeedijk'). Van de noordzijde kwam de Rotte in de stad om met een bocht langs het Steiger uit te monden in een watertje, de 'Leuve', waar later de Leuvehaven werd gegraven. De stad werd begrensd door muren en omwallingen langs grachten, die later de Goudse Singel, de Coolsingel, de Blaak en de Nieuwe Haven zouden heten. Een klein aantal poorten gaf toegang tot de stad: de Oostpoort - op het tegenwoordige Oostplein -, de Goudse Poort, de Delftse Poort, de Schiedamse Poort, en aan de rivierzijde de Oude Hoofdpoort. De Laurenskerk, het stadhuis en de toen nog talrijke kloosters zijn de meest markante gebouwen in de stad. Een eind buiten de stad ligt het slot Honingen en het Leprozenhuis aan de Schie. Het buitendijkse land aan de rivierzijde is anders gekleurd dan het binnendijkse land binnen de zeedijken. De kaart van Potter ®), waarop hetzelfde Rotterdam in dezelfde afmetingen meer summier wordt weergegeven, dankt zijn ontstaan aan een opdracht van Filips II, die in die dagen een proces voerde met de familie van Zwieten over het visrecht in de Rotte. Het is dan ook meer een kaart van de Rotte, waarop kaden, molens en sluizen bijzonder duidelijk zijn weergegeven, o.a. de sluizen in Rotterdam, dan een kaart van de stad Rotterdam. Het is een prachtige gekleurde en op perkament getekende kaart van grote afmetingen, nl. van 53 cm bij 2 meter 43 cm, op vier aan elkaar geplakte vellen. De oorspronkelijke kaart berust in het Algemeen Rijksarchief (Cat. Hingman no. 1094); in het Gemeentearchief is een goede kopie van de gehele kaart en een kopie van het stukje, waarop de stad Rotterdam is afgebeeld. Van dezelfde Jan Potter, landmeter van Rijnland, Delfland, Schieland en het Land van Putten, waren nog enige andere fraaie stukken op de tentoonstelling te bewonderen. Vooreerst een kaartboek, waarin alle landerijen onder Rotterdam, Crooswijk en Kra149
lingen van het Heilige Geesthuis') zijn afgebeeld. Dan een bijzonder aardig kaartje van Delfshaven van ca. 1573 ®); en tenslotte een prachtige grote kaart van de Noord met Ridderkerk, Alblasserdam en IJsselmonde van ca. 1560, een kaart afkomstig uit het archief van de ambachtsheer van IJsselmonde, mr. R. Bichon van IJsselmonde *). De derde kaart, waarop Rotterdam van vóór 1572 is weergegeven, zijn twee gravures van verschillend formaat, maar overigens geheel gelijk, die voorkomen in de uitgaven van 1582 en later van Guicciardini's beschrijving van de Nederlanden en in het vierde deel van het Stedenboek van Braun en Hogenberg, dat in 1588 het licht zag *°). Op deze kaart, die wederom de stad afbeeldt binnen de zojuist aangegeven grenzen, zijn alle huizen in opstand getekend. Men vindt hier vele details, die op de kaarten van Van Deventer en Potter niet te zien zijn; o.a. wordt Bulgersteyn nog in volle fleur afgebeeld; deze gravures moeten een voorbeeld gehad hebben, een tekening, schilderij of een andere gravure, die van vóór 1572, maar van na de brand van 1563 moet dateren. Misschien komt nog eens een exemplaar van dat nu nog onbekende voorbeeld voor de dag. Het tijdvak van prins Maurits en Oldenbarnevelt, de jaren 1590-1620, was een periode van grote opbloei en ontwikkeling voor Rotterdam. Dit uitte zich in een belangrijke stadsuitbreiding aan de rivierzijde, waardoor de bebouwde oppervlakte van de stad vrijwel verdubbelde en nieuwe havens een veel groter aantal schepen een veilige ligplaats boden. Gegraven werden de Leuvehaven, de Scheepmakershaven en de Wijnhaven en langs de rivier werden de Boompjes aangelegd, de kade, die tot in onze dagen de glorie voor Rotterdam uitmaakte. Enige fraaie kaarten geven een afspiegeling van het veranderde stadsbeeld. Vooreerst de interessante kaart van 1599 van Hendrick Haestens, waarbij een gezicht op de stad gezien van de overzijde van de Maas behoort **). Op de kaart staat een aardig bijschrift: 'Hier hebt ghij Leser het rechte af beeltsel soo van boven in ende ter sijden te sien (bedoeld zijn de plattegrond en het prospect), die Stadt Rotterdam, die door Godes Gratie van een cleijn ende onbekent, een groote ende vermaerde coop stadt is geworden, ende nu in diversche Landen ende Eij landen haren handel is drijvende ende dagelicx meerder is florerende'. Op de rivier ziet men de Oost- en West-Indiëvaarders. De nieuw 150
aan te leggen havens zijn anders getekend dan zij tenslotte werden gegraven en er komen op deze kaart vestingwerken voor, die nooit zijn aangelegd of maar korte tijd bestaan hebben. Van 1623 dateert een kaart gegraveerd door Frangois Huys **). Bij deze kaart behoort eveneens een stadsgezicht en een stadsbeschrijving van Dirk Davidsz Versyden. Het is de eerste kaart, waarop de stad in juiste verhoudingen, met alle huizen in opstand getekend, is weergegeven. Een topografisch monument van grote waarde. Merkwaardig is, dat men plannen had om Rotterdam met een reeks bolwerken te omringen. Er is één bastion aangelegd, nl. bij de Schiedamse Vest. Na 1572 lag Rotterdam echter niet meer in de gevarenzone; het is bij dit ene bolwerk gebleven; tot in onze dagen is de bocht in de Schiedamse Singel en het terrein, waar nu de Schotse kerk staat, een herinnering aan dit enige bastion van Rotterdam. Geheel anders was het in de buitenprovincies, waar steden als Groningen, Deventer, Zutphen, Nijmegen en Maastricht wel door een hele ring van bolwerken en grachten zijn omgeven, waarvan nu plantsoenen en singels de overblijfselen zijn. Aan de andere kant van de stad, nl. buiten de Goudse Singel zien wij iets anders, dat merkwaardig is; nl. buiten de stad een omwalling, die teniet gedaan is. Het is een herinnering aan de Jonker Fransen oorlog. In 1489 werd nl. 'omdat de stat te wijt was beghreepen ende weinich betimmert ende bewoont, soodat de borgers de stat niet besetten noch bewaren en konden, want daer mosten altijt knechten binnen Rotterdam leghen van lants wegen om die stat te bewaren', besloten om de stad te verkleinen ^ ) . Een voor Rotterdam natuurlijk onsympathiek ingrijpen, om de stad te verkleinen en haar grondgebied in te krimpen. Deze oude lijn van de teniet gedane uitbreiding is duidelijk te zien op deze kaart van 1623 en nog op vele latere kaarten tot in onze eeuw toe. De 'Warande', nu nog een straatnaam, gaf die oude teniet gedane uitbreiding aan. Het is het enige mij bekende voorbeeld van een teniet gedane stadsuitbreiding van een Nederlandse stad. Een plattegrond van Rotterdam, die de bijzondere aandacht zeker verdient, is de grote kaart van Balthasar Florisz van Berckenrode uit het jaar 1626 **). De kaart is gedrukt van vier koperplaten. Terecht schrijft Unger, de vroegere gemeentearchivaris van Rotterdam, 'dat de gravure zeer fraai en duidelijk is en dat de hui-
151
zen er zoo nauwkeurig op zijn aangegeven als ware het een kadastrale kaart'. Als topografisch monument staat deze kaart dan ook aan de spits van alle oude plattegronden van Rotterdam en de meeste volgende kaarten zijn op de grondslag van Van Berckenrode's kaart gemaakt. Op de kaart komt een lange lijst voor met vermelding van alle belangrijke gebouwen en de namen van straten en stegen, zodat een vergelijking met de stad van vóór 1940 gemakkelijk is. Balthasar Florisz van Berckenrode was een van de meest begaafde kaartmakers uit het begin van de gouden eeuw **). Samen met zijn vader Floris Balthasars heeft hij in de jaren 1610-1615 prachtige kaarten van Delfland, Rijnland en Schieland gemaakt, in opdracht van die hoogheemraadschappen. Deze kaarten, van een groot aantal koperplaten gedrukt, konden worden bewaard als grote wandkaarten; maar ook in atlasvorm. Op de tentoonstelling was een fraai gekleurd exemplaar van de kaart van Schieland te zien, opengelegd op Rotterdam en omgeving " ) . Men lette op de fraaie gravure en de sierlijke vorm van de letters. Het waren voor die tijd zéér nauwkeurige kaarten en qua stijl onovertroffen pronkstukken. Dezelfde Balthasar Florisz van Berckenrode heeft eveneens een nog veel grotere kaart van Amsterdam gemaakt, naast de kaart van Cornelis Anthonisz uit de 16de eeuw het fraaiste monument van de topografie van Amsterdam " ) . De kaart van Rotterdam verdient zeker een moderne reproductie. De kaart van Rotterdam in Blaeu's stedenatlas (1649) is praktisch een verkleining van Van Berckenrode's kaart met enige aanvullingen " ) . Hetzelfde kan gezegd worden van een reeks andere kaarten uit de tweede helft van de zeventiende eeuw " ) . Alleen de versieringen worden wat weliger, maar de kaart zélf blijft vrijwel ongewijzigd. In 1694 zag de beroemde kaart van De Vou, gegraveerd door Romeyn de Hooge, het licht *>). De kaart zélf geeft niet veel nieuws, alleen de laatste stadsuitbreidingen met de Zalmhaven. Maar de kaart is terecht vermaard als pronkstuk. Evenals de kaarten van de hoogheemraadschappen van Van Berckenrode is zij van een groot aantal koperplaten gedrukt en kan zij bewaard worden als grote wandkaart en in de vorm van een atlas. Een mooi exemplaar van de wandkaart hangt ingelijst boven aan de trap van het 152
door van
van ae
va« , 7567.
, ca. 7560.
van De//5^aven, in veroont/ me/ aan /e /e£#en ver5/erA:/n^n ^e/eA:ena* aoor /an Pof/er, ca. 7575. 45. /£aa/7 van /?o//eraa/n, a"oor Franco/5 /fi//s, /623.
van
Kow-^o/we^w
. Aötf/7é>/i van
door /f. de Le//r, 77ii, en G.
7756.
Gemeentearchief. Men moet zeker niet nalaten dit pronkstuk eens te gaan bewonderen, met zijn randen rondom de kaart met stadsgezichten, wapens en onderaan een aardig gezicht op Rotterdam, gezien van de overzijde van de rivier. De kaart van De Vou-Romeyn de Hooge is de laatste uit de gouden eeuw. Wij komen nu in de 18de eeuw, de pruikentijd, de tijd van de verlichting en het rationalisme. Een tijdvak, waarin het uiterlijk van Rotterdam weinig veranderde. De geest van de tijd weerspiegelt zich in de kaarten, die een meer nuchter karakter krijgen. Geen nymphen meer in de Maas, geen barokke cartouches en andere versieringen, de huizen niet meer in opstand getekend, maar een zuiver vertikale projectie wordt toegepast. Toch zijn er in hun soort bijzondere aantrekkelijke kaarten van Rotterdam uit dit tijdvak. Ik noem het fraai getekende en gekleurde kaartje van Pierre Ancelin van 1708, een minder mooie kaart uit een Duitse atlas (van Seutter, ca. 1720) en een kaart van De Leth van 1733 met een latere staat van die kaart van 1768 ^ ) . In 1795 ging de Republiek der Verenigde Nederlanden teniet. De gecentraliseerde Bataafse Republiek had behoefte aan een nieuwe uniforme kaart van het gehele land, die pas tot stand kwam in de vorm van onze eerste stafkaart, nl. die van Krayenhoff. Het stadsbestuur van Rotterdam had eveneens behoefte aan een moderne, gedetailleerde, nauwkeurige kaart. Ingevolge een resolutie van het stadsbestuur van 1 februari 1796 werd de stad geheel opnieuw gemeten en getekend door A. Munro, fabriek- en landmeter van Schieland in 1796 en 1797, en enige jaren later, nl. in 1800, werd deze kaart gegraveerd op vier koperplaten door C. van Baarsel en uitgegeven in Amsterdam bij Mortier, Covens en Zoon, boek- en kaartverkopers op de Vijgendam, no. 31, zoals op de kaart te lezen is 22). De omschrijving op de kaart luidt: 'Nieuwe plattegrond der stad Rotterdam, gelegen aan de rivieren de Maas en de Rotte, met alle de publieke en kerkelijke gebouwen binnen dezelve staande, alsmede deszelfs havens, vaarten, straten, stegen en gangen; mitsgaders deszelfs buitenvesten, singels, lanen enz. gelijk ook alle de buitenplaatsen, tuinen en blekerijen in de omtrek der voornoemde stad gelegen'. In deze uitvoerige omschrijving proeven wij de breedsprakigheid van onze voorouders uit de Patriotten tijd en de Bataafse Republiek; maar ook het nuchtere, exacte en zakelijke element, waarin 153
de moderne tijd zich aankondigt. De kaart is in vergelijking met de oudere kaarten weinig sierlijk en vlak; maar geeft anderzijds door zijn nauwkeurige en gedetailleerde weergave een zeer waardevol beeld van Rotterdam aan het einde van het ancien régime. Voor historische documentatie is de kaart van onschatbare betekenis. De kaarten uit de 19de eeuw geven een overzicht van de ontwikkeling van het stadsbeeld, dat eerst heel langzaam, maar na 1870 in steeds sneller tempo verandert. De kaart van Temminck van 1839 23) geeft de schuchtere uitbreiding van de stad aan de westzijde, westelijk van Coolsingel en Schiedamse Singel, waar het gebied van de 'Lanen' (zijstraten later van de Oude Binnenweg), langzamerhand werd volgebouwd. Een kaartje van 1858^) laat een fantastisch plan zien voor het aanleggen van havens in de Coolpolder, het latere 'Land van Hoboken'. Wij mogen van geluk spreken, dat die plannen niet zijn uitgevoerd. De kaarten van na 1880 laten de grote stadsuitbreidingen zien, vooral in het westen naar Delfshaven, in het noorden en de aanleg van havens, industrie-terreinen en woonwijken op Feyenoord. De spoorweg met het viaduct betekende een ernstige verminking van het oude stadsbeeld. Een prachtig beeld van de stad geven de luchtfoto's van de K.L.M, van vóór 1940 *&). Wij zien dan met verwondering, dat de binnenstad, overeenkomend met het oude Rotterdam, nog vrijwel onveranderd hetzelfde net van straten en havens heeft. Pas de verwoesting van de binnenstad in mei 1940 en de daarop gevolgde herverkaveling heeft het historisch beeld geheel teniet gedaan. Nu nog enige korte mededelingen over de kaarten van de omgeving van Rotterdam. Als oudste kaart is in het Gemeentearchief een kaart van 1540, die zijn ontstaan dankt aan een proces gevoerd tussen de procureur-generaal en mr. Jan van Almonde over landen, dijken, wegen, kaden en wateringen **). Het is niet een bijzonder mooie kaart, maar zij geeft toch een aardige indruk van de stad en haar omgeving. Ongeveer uit dezelfde tijd dateert de zgn. 'kaart van de drie Schieën', waarover de heer C. Hoek een artikel heeft geschreven"). Het oorspronkelijke stuk berust in het Algemeen Rijksarchief; op de tentoonstelling was een moderne kopie te zien. Het is niet bekend, welke gebeurtenis aanleiding heeft gegeven tot het 154
maken van deze interessante kaart en het is ook moeilijk precies de datering te bepalen; in ieder geval is het jaartal 1500, dat onder op de lijst is geplaatst, te vroeg. Wij zien hier een alleraardigste afbeelding van Overschie op de voorgrond; de kerktoren heeft nog een rieten dak. Links zien wij aan het einde van de Rotterdamse Schie de stad Rotterdam liggen; een van de oudste, zo niet het alleroudste stadsgezicht van Rotterdam. Rechtuit leidt de kaarsrechte Delfshavense Schie naar Delfshaven; rechts gaat de eigenlijke - oude - Schie in de richting van Schiedam. Het is waarschijnlijk, dat een proces over bruggen of kaden de aanleiding is geweest voor het ontstaan van dit bekoorlijk tafereel. Wij hebben al vermeld de bijzonder fraaie kaart van Rotterdam en omgeving, die men zeer sterk verkleind aantreft als onderdeel van Floris Balthasar's kaart van Schieland ^ ) . Dan noem ik nog een drietal heel aardige kaarten van de omgeving van Rotterdam, nl. een anonieme kaart van 1770 en twee vrijwel gelijke kaarten in 1786 en 1789 gemaakt voor de ambachtsheer van Beukelsdijk en Oost- en West Blommersdijk door zekere G. Manheer ^ ) . Van Schieland waren tentoongesteld een kaart uit de Mercatoratlas, een getekende kaart van de landmeter van Schieland, Stampioen, en een kaartje uit de Tegenwoordige Staat van 1749 *>), terwijl men op de stafkaarten de latere toestand van dit gebied kan zien. Het hoogheemraadschap Schieland heeft in de loop der tijden vele veranderingen ondergaan. Nadat reeds veel was ingepolderd heeft men in de 16de, 17de en 18de eeuw zeer veel veen uitgegraven om de Hollandse steden van turf, toen de voornaamste brandstof, te voorzien ^ ) . Bekend is het rijmpje van Vondel: 'Gelukkig is het land, daar 't kind zijn moer verbrandt'. Met het woord moer wordt hier natuurlijk niet 'moeder', maar moer, een ander woord voor 'veen' bedoeld. Dit 'moeren' was een ramp, waardoor grote veenplassen ontstonden en dorpen teniet gingen of in hun bestaan bedreigd werden. Zo ontstonden de grote plassen bij Bleiswijk, Waddinxveen en Moordrecht. In het eind van de 18de en in de 19de eeuw heeft men heel wat moeite gehad om die plassen weer in te polderen. Zo zijn o.a. de Zuidplaspolder en de Prins Alexanderpolder ontstaan, die tot de diepste polders van ons land behoren. Dit alles wordt door de kaarten uit verschillende tijdvakken geïllustreerd. Verder wijs ik nog op een reeks kaarten, waarop men kan zien 155
hoe de overkant van Rotterdam, Feyenoord, zich heeft ontwikkeld. O.a. twee mooie kaarten van Stampioen van 1624 en 1648 *•). Tenslotte iets over de kaarten van de weg van Rotterdam naar zee, de levensader van de stad, en van de Mond van de Maas. Er was op de tentoonstelling een kaart van de Maasmond van Stampioen van 1640 ^) en een kaart van 1665 die deel uitmaakt van de, door het Historisch Genootschap Roterodamum in reproductie uitgegeven, 'Maaskaart' van Jacob Quack, postmeester van Rotterdam 3*). Deze Quack heeft zich verdienstelijk gemaakt door zijn aandeel in de organisatie van de postdiensten op Frankrijk en Engeland en door zijn op touw zetten van een berichtendienst van de schepen, die in of bij de Maasmond lagen, naar Rotterdam. Deze berichtendienst bewees vooral in de tweede Engelse oorlog belangrijke diensten. Quack's kaart van de Maasmond is een onderdeel van zijn 'postkaart', waar in de randen aardige afbeeldingen gegeven worden van de post- en berichtendienst; verder mooie gezichten van de oevers van de Maasmond; en tenslotte onderaan een uitvoerige toelichting in tekst van post- en berichtendienst. Een volledig exemplaar van deze zeer interessante postkaart, eigendom van het Rotterdamse Gemeentearchief, kan men momenteel bewonderen in het Postmuseum in Den Haag; een ander exemplaar in het Maritiem Museum 'Prins Hendrik' in Rotterdam. Dan waren er nog twee merkwaardige kaarten van 1717 en 1738 van zekere F. C. van Douwe, waarop de ondiepten, die het doorvaren van de Maasmond vrijwel onmogelijk maakten, duidelijk zijn aangegeven, met interessante plannen om in de vaart verbetering te brengen "»). Het heeft tot de doorgraving van de Hoek van Holland en het graven van de Nieuwe Waterweg in de vorige eeuw geduurd om dit voor Rotterdam cardinale probleem tot een definitieve oplossing te brengen ^ ) . Vermeldenswaard is voorts nog een zeekaart van Johan van Keulen van 1689, waarop ondiepten, vaargeulen en bakens en alles wat voor de zeevaarders van belang was, zijn aangegeven ^ ) . Behalve zijn 'postkaart' heeft de postmeester Quack zijn reeds genoemde 'Maaskaart' laten samenstellen. Pas onlangs is gebleken, dat bij de eigenlijke kaart van de Maas van Rotterdam naar zee behoren niet alleen zes alleraardigste oevergezichten, met afbeeldingen van Brielle, Vlaardingen, Maassluis, Delft, Schiedam en Delfshaven, maar ook het prachtige grote panorama van Rotter156
dam, gezien van de overzijde van de rivier, waar men op de voorgrond het trotse admiraalschip van Van Wassenaer Obdam ziet liggen, welk schip op zo dramatische wijze in de lucht vloog in de slag bij Lowestoft, in hetzelfde jaar, waarin Quack het privilege voor uitgave van zijn 'postkaart' en 'Maaskaart' verkreeg. Bij de kaart behoren verder nog een opschrift boven het panorama en een curieuze stadsbeschrijving van Rotterdam, in twee talen gedrukt in vele kolommen om onder de kaart geplaatst te worden. Het Historisch Genootschap Roterodamum heeft deze aldus gereconstrueerde Maaskaart met het panorama van Rotterdam, naar mijn smaak het mooiste stadsgezicht van Rotterdam, op ongeveer de helft van de grootte van het origineel laten reproduceren. Tenslotte waren op de tentoonstelling vele kaarten te zien, die een fraaie en belangwekkende illustratie vormden van de moderne ontwikkeling van Rotterdam in de laatste honderd jaar. Dit is een onderwerp op zich zelf; en wij beperken ons nu tot het geven van een afbeelding van een luchtfoto van Rotterdam van vóór 1940, waaruit duidelijk is te zien, dat het stratennet van de binnenstad nog geheel het patroon van de oude stad volgde. Sinds mei 1940 is Rotterdam een van de weinige steden waarvan het centrum geheel onafhankelijk van de kaarten van vóór 1800 is gebouwd.
NOTEN
1) Gebruikte afkortingen: /?./. - Roterodamum Illustratum (1868). C/w^er (7#95J - Plattegronden van Rotterdam uit de 16de en 17de eeuwen, gereproduceerd en uitgegeven op last van het Gemeentebestuur van Rotterdam met een voorwoord van J. H. W. Unger (1895). Met vervolg: t//#é?r(7907j. ffïmww (79//,) en (7954,) - E. Wiersum, De 16de eeuwsche landmeter Jan Potter en zijne werken. Tijdschrift Kon. Ned. Aardrijkskundig Genootschap, 28 (1911), blz. 602-627 en 51 (1934), blz. 207-215. .ö(/dra#e... dateermg\ .. .staJ.s/>/a/te#AWtt/ert (794/,) - B. van 't Hoö Bijdrage tot de dateering van de oudere Nederlandsche stadsplattegronden; in Nederlandsen Archievenblad 49 (1941-1942), blz. 29-68 en 97150 en als overdruk met dezelfde paginering, 's-Gravenhage 1942. - B. van 't Hoff, De plattegronden van de stad Rot-
157
terdam in de 16de en 17de eeuw; in Het Boek, deel 30 (1949-1951), blz. 43-64 2) G. Manheer, 1786. R.I. 49. 3) Het Boek (1949), blz. 48, no. 1; B. van 't Hoff, Jacob van Deventer, keizerlijk koninklijk geograaf ('s-Gravenhage 1953), met uitvoerige bibliografie. 4) Jacques de Deventer, Atlas des villes de la Belgique au XVI siècle. Cent plans du géographe Jacques de Deventer, executes sur les ordres de Charles Quint et de Philippe II, reproduits en facsimile chromographique par l'Institut National de Géographie a Bruxelles, Bruxelles 1884-1924. Ed. par Ch. Ruelens, E. Ouverlaux et J. van den Ghein. Fruin-Nijhoff, Nederlandsche steden in de 16de eeuw. Plattegronden van Jacob van Deventer. Facsimile uitgave met eene inleiding van R. Fruin, 's-Gravenhage 1917-1923. 5)Afb. 1; Unger (1895), I. 6) Afb. 2; Wiersum (1911), blz. 622; Het Boek (1949), blz. 49, no. 2. 7) Wiersum(1911), blz. 619. 8) Afb. 3; Wiersum (1911), blz. 624. 9) Kaart van de heerlijkheden Oost IJsselmonde en Ridderkerk door Jan Potter 1560, eigendom van mr. R. Bichon van IJsselmonde te Zutphen, in bruikleen in G.A.R. 10) Unger (1895), II, III en IV; Het Boek (1949), blz. 51-53, nrs. 3-5; Bijdrage... dateering... stadsplattegronden (1941), blz. 36-68. 11) Unger (1895), V; Het Boek U949), blz. 54, no. 7. 12) Afb. 4; Unger (1895), VI-VIII; Het Boek (1949), blz. 55, no. 8. 13) Bronnen voor de Geschiedenis van Rotterdam, dl. II, pag. 253254, kroniek van Jan Gerritsz van Waerschut. 14) Unger (1895), IX-XIII; Het Boek (1949), blz. 56, no. 9. 15) Bijdrage... dateering... stadsplattegronden (1942), blz. 107-110 met vermelding van verdere litteratuur. 16) J. Keuning, Meting en kartering van Schieland, Zuid-Hollandsche Studiën II (1952), blz. 124-138. 17) A. E. d'Ailly, Catalogus van Amsterdamsche plattegronden (Amsterdam 1934), blz. 33, no. 117. 18) Unger (1895), XIV; Het Boek (1949), blz. 60, no. 13. 19) Het Boek (1949), blz. 61-63, nrs. 15, 15 bis en 16. 20) Afb. 5; Unger (1895), XV; Het Boek (1949), blz. 63, no. 17 met verkleinde reproductie. 21) Afb. 6; R.I. nrs. 37 en 46. 22) R.I. 50. 23) Afb. 8; R.I. 59 en R.I. 61; Unger (1907), II. 24) R.I. 71. 25) Het Boek (1949), afb. 1 en bij dit artikel afb. 9. 26) Top.atlas G.A.R. XXX 2. 27) Rotterdams Jaarboekje 1961, blz. 194-208 met verkleinde reproductie tegenover blz. 210. 28) Zie noot 16. 29) Afb.7; R.I. 49; Top.atlas G.A.R. XXX 29. 30) R.I. Schieland 11.
158
31) W. J. Diepeveen, De vervcning in Delfland en Schieland tot het einde der zestiende eeuw (Leiden 1950). 32) Top.atlas G.A.R. II 162.00.01 en II 162.02. 33) Top.atlas G.A.R. VI 6.02. 34) Zie nu mijn, in 1965 verschenen, boekje: Jacob Quack, postmeester van Rotterdam en de door hem uitgegeven Maaskaart en Postkaart, met sterk verkleinde reproducties van Maaskaart en Postkaart. Dit boekje verscheen ter toelichting van de door het Historisch Genootschap Roterodamum in reproductie op de helft van de ware grootte van het origineel uitgegeven Maaskaart. 35) Top.atlas G.A.R. VI 7.04 en VI 8.02. 36) W. A. Engelbrecht, Het ontstaan van den Hoek van Holland, in Rotterdamsch Jaarboekje, 1934, pag. 55 e.v. 37) Top.atlas VI 7.01. AFBEELDINGEN
1) Kaart van Rotterdam, door Jacob van Deventer met „carton", Top.atlas G.A.R. I 16. 2) Kaart van Rotterdam, fragment van een kaart van de Rotte getekend door Jan Potter, 1567, Algemeen Rijksarchief, inv. Hingman no. 1094. 3) Kaart van Delfshaven in verband met aan te leggen versterkingen, door Jan Potter, ca. 1573, Top.atlas G.A.R. XXXI 53. 4) Kaart van Rotterdam, door Francois Huys, 1623, R.I. 16; Unger (1895) VI-VIII. 5) Fragment kaart van Rotterdam, door De Vou-Romeyn de Hooge, 1694, R.I. 39. 6) Kaart van Rotterdam, door H. de Leth, 1733, R.I. 44. 7) Kaart van Rotterdam, door G. Manheer, 1786, R.I. 49. 8) Kaart van Rotterdam met Feyenoord, door L. F. Temminck, 1839, R.I. 59. 9) Luchtfoto van Rotterdam, ca. 1937, Top. atlas G.A.R. III 165.03. NUMMERS DER KAARTEN IN DE TOPOGRAPHISCHE ATLAS VAN HET GEMEENTEARCHIEF VAN ROTTERDAM
Kaart van Jacob van Deventer Kaart van Jan Jansz. Potter Kaartboek Heilige Geesthuis van Jan Jansz. Potter Kaart van Delfshaven van Jan Jansz. Potter ca. 1573 Kaart van Henrick Haestens 1599 Kaart van Francois Huys 1623 Kaart van Balth. Florisz. van Berckenrode 1626 Kaart van Rijnland, Delfland en Schieland van Floris Balth. van Berckenrode 1610 Kaart van J. Blaeu 1649
I 16. XXX 3. geen nummer. XXXI 53. R.I. 13. R.I. 16. R.I. 20. R.I. Sch. 1. R.I. 26. 159
Kaart van J. de Vou 1694 Kaartje van Pierre Ancelin 1708 Kaart uit de atlas van Seuter ca. 1720 Kaarten van H. de Leth 1733 en 1768 Kaart van A. Munro 1800 Kaarten van L. F. Temminck 1839 Kaart van Rotterdam en omgeving 1540 Kaarten van het ambacht Beukelsdijk etc. van G. Manheer 1786 en 1789 Kaart van Schieland uit Mercator Atlas Kaart van Schieland van Jan Jansz. Stampioen Kaart van Schieland van Isak Tirion in „De tegenwoordige Staat" Kaarten van Feyenoord van Jan Jansz. Stampioen 1624 en 1648
R.I. 39. XXX 15. R.I. 37. R.I. 44 en R.I. 46. R.I. 50. R.I. 59 en R.I. 61. XXX 2. R.I. 49 en XXX 29. XXX 6. R.I. Sch. 3. R.I. Sch. 11. II 162.00.01 en II 162.02.
Kaart van de Maasmond van Jan Jansz. Stampioen 1640 VI 6.02. Kaart van de Maasmond van Jacob Quack 1665 R.I. 84. Kaarten van de Maasmond van F. C. van Douwe 1717 en 1738 VI 7.04 en VI 8.02. Zeekaart van Joh. van Keulen 1689 VI 7.01. Maaskaart van Jacob Quack 1665 R.I. 86. OPGAVE VAN REEDS GEPUBLICEERDE KAARTEN
va/i JflcoZ» va« Deve/i/er (1562) in: Rotterdamsch Jaarboekje 1892, blz. 209, J. H. W. Unger, De oudste plattegrondkaart van Rotterdam. Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nr. I, Rotterdam, Van Waesberge en Zoon 1895. Rotterdam in den loop der eeuwen, dl. 1, pag. 125, Rotterdam 1909. Nederl. steden in de 16de eeuw, 's-Gravenhage, Nijhoff 1916-1923. Als bijlage in: L. J. C. J. van Ravesteijn, Rotterdam tot het einde van de 18de eeuw, Rotterdam 1933. Mr. H. C. Hazewinkel en J. E. van der Pot, Vier eeuwen Rotterdam, afb. 4 (fragment), Rotterdam 1942. /7 L. in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nr. II, Rotterdam 1895. Mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam, dl. II, pag. 17, Amsterdam 1940. Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 16 (niet in de handel). w/7: Tiraww e/i TTo^/jte/^ '£/r6/wm praec/pwarwm /of/ws Co/. 7593 in:
160
v#/?
me/ Feye/700/W, cfoor L. F.
, 7559.
50.
79J7;
Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVilde eeuwen, nr. IV, Rotterdam 1895. Mr. H. C. Hazewinkel en J. E. van der Pot, Vier eeuwen Rotterdam, afb. 5, Rotterdam 1942. in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nr. V,Rotterdam 1895. Dr. H. C. H. Moquette en J. M. Droogendijk, Rotterdamsche Straatnamen, afb. 3, Rotterdam 1928. Dr. A. C. Kersbergen, Zes eeuwen Rotterdam, pag. 61, Amsterdam z.j. Mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam, dl. II, pag. 27, Amsterdam 1940. Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 21 (niet in de handel). w/7: L. Gtt/cc/ar^/m/ 'Descr/p/zowfife/OM/5 in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nr. III, Rotterdam 1895. va/i Fra/zpow //wy.s f /62J,) in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nr. VI, Rotterdam 1895. in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nrs. IX-XIII, Rotterdam 1895. Rotterdamsch Jaarboekje 1914, pag. 112 (fragment Haringvliet). Dr. A. C. Kersbergen, Zes eeuwen Rotterdam, pag. 63, Amsterdam z.j. Mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam dl. II, pag. 33, Amsterdam 1940. Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 25 (niet in de handel). 7. 5/öe« f/<549J in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nr. XIV, Rotterdam 1895. Mr. H. C. Hazewinkel en J. E. van der Pot, Vier eeuwen Rotterdam, afb. 7, Rotterdam 1942. / . f/e Fow ^7<59^ in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XVIIde eeuwen, nr. XV, Rotterdam 1895. Rotterdamsch Jaarboekje 1914, t.o. pag. 112 (fragment HaringvlietBoerengat). Rotterdamsch Jaarboekje 1929, t.o. pag. 37 (fragment Blaak-Leuvehaven). Als bijlage in: L. J. C. J. van Ravesteijn, Rotterdam tot het einde van de 18de eeuw, Rotterdam 1933. Rotterdam de Poort van Europa, pag. 13 (fragment Leuvehaven met 161
Nieuwe Hoofdpoorten), pag. 17 (fragment Oudehaven met Oude Hoofdpoorten), Rotterdam-Antwerpen 1946. Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 26 (fragment Oudehaven, Blaak, Wijnhaven en Scheepmakershaven) (niet in de handel). (7500,) in: Rotterdamsch Jaarboekje 1914, t.o. pag. 117 (fragment HaringvlietBoerengat). Als bijlage in: L. J. C. J. van Ravesteijn, Rotterdam in de 19de eeuw, Rotterdam 1924. iftza/7 va/i L. F. 7>ram/ncA: (7S59,) fzo/it/er FeyertooraV in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XIXde eeuwen, nr. I, Rotterdam, Corn. Immig en Zoon 1907. Rotterdamsch Jaarboekje 1930, pag. 62 (fragment Goudse Vest). Als bijlage in: L. J. C. J. van Ravesteijn, Rotterdam tot het einde van de 18de eeuw, Rotterdam 1933. L. F. 7V/nm/ncA: (7#59,) ("meƒ Feye/ïoo/*/,) in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XIXde eeuwen, nr. II, Rotterdam 1907. Als bijlage in: L. J. C. J. van Ravesteijn, Rotterdam in de 19de eeuw, Rotterdam 1924. E. O. H. M. Ruempol, Gedenkboek Rotterdam 1328-1928. Dr. A. C. Kersbergen, Zes eeuwen Rotterdam, pag. 189, Amsterdam z.j. Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 54 (niet in de handel). van ae aV/e Sc/weé'n (ca. 7520J in: Rotterdams Jaarboekje 1961, t.o. pag. 208. Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 4 (niet in de handel). va« a"e J?o//e va/z ZeveflAw/ze/i /o/ ito/rm/a/w van /a/i /ansz. (7566; in: Plattegronden van Rotterdam uit de XVIde en XIXde eeuwen, nr. III, Rotterdam 1907. Detail plattegrond Rotterdam: Rotterdam in den loop der eeuwen, dl. 1, pag. 128, Rotterdam 1909. Detail plattegrond Rotterdam: dr. A. C. Kersbergen, Zes eeuwen Rotterdam, pag. 19, Amsterdam z.j. Detail plattegrond Rotterdam: mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam, dl. I, pag. 41, Amsterdam 1940. A!aa/7 van Z)e//i/rave/i en Scnoonaer/oo van Jan /anjz. Po/ter f757JJ in: Mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam, dl. I, pag. 79, Amsterdam 1940. van Scn/Wana' van /7ora i?a//nasa/\y van Ttercfonrtfa'tf (76/0J in: L. J. C. J. van Ravesteijn, Rotterdam tot het einde van de 18de eeuw, pag. 25, Rotterdam 1933. Mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam, dl. I, pag. 17, Amsterdam 1940.
162
Jan 7««5r. Sïa/wp/oe/i f 7624J in: Rotterdamsch Jaarboekje 1937, pag. 16-17. va/i /eve/ioor^/ van Ja/i /a/wz. S/a/w/?/oen f7645,) in: Rotterdamsch Jaarboekje 1937, pag. 16-17. van /aco6 Qwac& ^7665j in: W. van Looveren, Nieuwe Waterweg 1866-1936, Rotterdam 1936. Dr. A. C. Kersbergen, Zes eeuwen Rotterdam, pag. 129, Amsterdam z.j. Mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam, dl. II, pag. 77, Amsterdam 1940. Rotterdam de Poort van Europa, pag. 59, Rotierdam-Antwerpen 1946. TCaar/ van ae Maas van Tto/Zerdam /o/ aan zee van ./aco^ Q«ac£ f7665, 7.s/e arw£J in: Rotterdamsch Jaarboekje 1934, als bijlage 12 bij art. van W.A. Engelbrecht. Rotterdam de Poort van Europa, pag. 45, Rotterdam-Antwerpen 1946 Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 60 (niet in de handel). van aV? Maas van Ttor/era'am /o/ aan zee van 7acoZ> QWÏCA: f7 740, in: Dr. A. C. Kersbergen, Zes eeuwen Rotterdam, pag. 131, Amsterdam z.j. Rotterdam de Poort van Europa, pag. 49, Rotterdam-Antwerpen 1946. Atlas 'Rotterdam en de Zee', afb. 61 (niet in de handel). van ae //becA: van TfoZ/anaV, 7tozen£wr# en ne/ /ana7 van Koorne f&op/e van 7755^) van F. C. van Dot/we naar een &aar/ van 7777 van deze/Zoe, in: W. van Looveren, Nieuwe Waterweg 1866-1936, Rotterdam 1936. van Fe.yenoora' f7759,) van Me/cn/or Tto/s/ra f7770/77j in: Rotterdamsch Jaarboekje 1937, t.o. pag. 17. van TtoZ/eraaw en o/n//^ena'e /a/iaVr/ye/i van /4. Z)«6rew/7 f7754j in: Mr. H. C. Hazewinkel, Geschiedenis van Rotterdam, dl. II, pag. 89, Amsterdam 1940.
163