in fospectrum
o o g in dit nr.
I N S P E C T R U M R E L AT I E K R A N T
v o o r
10
k w a l i t e i t november 2 0 0 9 - nr .
Eigenaar verantwoordelijk bij instorten gevels door roestige spouwankers
‘Steeds meer gebouwen in gevarenzone’ Pagina
6
Boombeheer, hoe doe je dat Twee beheerders praten over hun vak
Pagina
11
Rien Olijve (rechts) en Erik Kool
Zwerfafvalmeldingen Inspectrum en Jobrent samen sterker
In januari stortte in Den Haag een deel van de gevel van een flatgebouw aan de Treublaan in. De oorzaak? Een combinatie van verroeste spouwankers en betonrot. Het was niet de eerste keer dat gevels om deze redenen ‘spontaan’ naar beneden kwamen. “In veel gevallen is het niet verantwoord nog langer te wachten met onderzoek”, zeggen Rien Olijve en Erik Kool van VROM-Inspectie
En verder Column 2 Huurpuntensysteem op de helling 3/4 Boombeheer 6/7 Rookmelders sterk in opkomst 8/9 Apeldoorn en zwerfafval 10 Zwerfafvalmetingen 11 Meerjarenplanning bij wegonderhoud 12
M
in Arnhem.
Mede als gevolg van de gevelinstorting in Den Haag (waarbij geen slachtoffers vielen) voert Inspectrum momenteel een spouwankeronderzoek uit voor woningcorporatie Haag Wonen. Ook het Ministerie van VROM onderkent het probleem en zit niet stil. In 2007 zijn 18 incidenten met gevels onderzocht. Daarover is het rapport ‘Constructieve veiligheid gevels en glazen overkappingen’ uitgebracht. Gemeenten en andere partijen zijn daarover geïnformeerd. Momenteel onderzoekt VROM-Inspectie wat gemeenten met die aanbevelingen hebben gedaan. De klacht vanuit de bouwwereld is dat de regel geving complex is. Erik Kool, projectleider van het
onderzoek naar constructieve veiligheid, pareert als volgt: “Wij vinden dat je van een professionele partij mag verwachten dat ze de regels kennen. Een feit is echter dat de kennis van bijvoorbeeld het Bouw besluit vaak gebrekkig is. Andere oorzaken van de huidige problemen met constructieve veiligheid zijn een terugloop van het aantal vakmensen en de ontwikkeling om steeds meer op het randje van de mogelijkheden te ontwerpen en te construeren. Neem je dat bij elkaar, dan mag je gerust stellen dat de situatie zorgwekkend is.” Als voorbeeld noemt Erik Kool de Hoftoren van de
Lees verder op pag. 2 u
column
spouwankers u Vervolg van pag. 1
Rijksgebouwendienst, met 29 etages en 142 meter het hoogste gebouw van Den Haag. “Daar zijn meerdere keren aluminiumplaten vanaf gewaaid omdat onvoldoende rekening is gehouden met de belasting bij een harde wind.”
Nederland schoner? Onder het motto ‘Samen werken aan een schoner Nederland’ bundelden overheid en bedrijfsleven in 2007 de krachten om een vuist te maken tegen het groeiende probleem van zwerfafval. Op initiatief van VNO-NCW, VNG en het Ministerie van VROM werd het ‘Impulsprogramma Zwerfafval’ opgetuigd. De uitvoering werd in handen gegeven van Stichting Nederland Schoon, VNG en SenterNovem. In het kader van het programma doet Inspectrum door het hele land inspecties (zie elders in deze uitgave). Namens SenterNovem schreven Alfred van Kessel en Guus van den Berghe, twee adviseurs die nauw bij het zwerfafvalproject zijn betrokken, onderstaande column. Aan het eind van het jaar loopt het ‘Impulsprogramma Zwerfafval’ officieel af. Logisch dat ons in deze fase vaak wordt gevraagd of Nederland inderdaad schoner is geworden de afgelopen jaren? Op die vraag zouden we graag volmondig ‘ja’ antwoorden, maar voorlopig houden we ons nog op de vlakte. Voorzichtigheid die alles heeft te maken met het ontbreken van de laatste inspectieresultaten. Zeker is wel dat het beeld eind 2008 positief was. Daar getuigt het boekje ‘Nederland is schoner dan u denkt’ van, dat op basis van de onderzoeksresultaten van vorig jaar is uitgegeven. Minister Cramer van Ruimte en Milieu concludeert daarin dat ons land ‘eigenlijk best schoon is’. Tegelijkertijd stelt ze dat het nog veel beter kan, met name wat betreft de beleving door burgers. Want naar die (subjectieve) beleving wordt ook onderzoek gedaan. Natuurlijk zijn we benieuwd naar de uitkomsten van de onderzoeken dit jaar. De objectieve meting in het eerste kwartaal bevestigde het beeld van 2008, maar uit de tweede meting kwam een iets minder positief beeld naar voren. Vandaar ons voorbehoud hierboven. Het wachten is op de uitkomst van de derde kwartaalmeting en de resultaten van de vierde kwartaalmeting die begin volgend jaar bekend worden. Tegen die tijd pas kunnen we harde uitspraken doen over het succes van het programma. Het ‘Impulsprogramma Zwerfafval’ is een vervolg op eerdere acties die gericht waren op het terugdringen van afval in de openbare ruimte. Gekozen is voor een brede, modulaire aanpak met als pijlers slim en effectief reinigen, handhaven en preventie en gedragsbeïnvloeding. De rol van SenterNovem is vooral het geven van ondersteuning aan gemeenten, in de vorm van workshops, kennisbijeenkomsten en het organiseren van het zwerfafvalcongres. De kracht van de campagne zit in de gezamenlijke en gecoördineerde aanpak van drie grote partijen: VROM, VNG en VNO-NCW. Vrijwel iedereen heeft er wel iets van mee gekregen. Bijvoorbeeld van de campagnes onder het motto ‘Met hetzelfde gemak gooi je ’t in de afvalbak’. Het definitieve antwoord op de vraag of Nederland momenteel schoner is dan in 2007, laat zoals gezegd nog een aantal maanden op zich wachten. Tot die tijd houden wij het op een ‘ja, waarschijnlijk wel’. Alfred van Kessel en Guus van den Berghe adviseurs SenterNovem www.samenwerkenaaneenschonernederland.nl
Een voorbeeld dat geldt bij nieuwbouw. Het spouwankerprobleem doet zich met name voor bij bestaande bouw. Daarbij speelt een rol dat alle huizen en gebouwen die in de periode van de wederopbouw zijn gebouwd, inmiddels een jaar of 50 oud zijn. Algemeen bekend is bovendien dat die bouwperiode niet tot de kwalitatief beste mag worden gerekend. Erik Kool: “Vanaf de oorlog is in zwang geraakt om met een spouw te bouwen. Als vochtwering en als isolatie. Sinds die tijd zijn dus ook spouwankers gebruikt om de binnen- en buitenmuur met elkaar te verbinden. Het is niet zo vreemd dat die ankers na al die jaren beginnen te roesten als ze van onvoldoende duurzaam materiaal zijn gemaakt. Dat houdt een risico in. Zeker als het roesten gaat in combinatie met betonrot.” Inmiddels zijn er teveel voorvallen geweest van instortende gevels om van incidenten te kunnen spreken. VROM-Inspectie spoort gemeenten daarom al enkele jaren aan de situatie te onderzoeken en zonodig maatregelen te nemen. Tot veel beweging heeft dat nog niet geleid, al zijn er ook gemeenten die een onderzoek zijn gestart.
Inspectrum controleert spouwankers Onderzoeken naar spouwankers kunnen door Inspectrum worden uitgevoerd. Het onderzoek richt zich op de conditie van de spouwankers en de gevels, alsmede op het aantal spouwankers per vierkante meter. De opdrachtgever kan aan de hand van de rapportage bepalen wanneer en bij welke gevels extra verankeringen gewenst zijn. Met de verslagleg ging en (foto)rapportage tonen eigenaren van gebouwen tevens aan dat ze aan de onderzoeksplicht hebben voldaan. Olijve: “Veel gemeenten laten het nog op z’n beloop. Meestal omdat er mensen voor vrijgemaakt moeten worden en die ruimte er niet is. Ons advies is om in ieder geval gebouwen van voor 1980 met metselwerkgevels van vier verdiepingen of meer te onderzoeken. Die zitten in de hoogste risicogroep.” Hoe groot het probleem is durven de onderzoekers van VROMInspectie niet te zeggen. Rien Olijve: “Omdat er nog te weinig onderzoek is gedaan hebben we de omvang niet precies in kaart. Maar het zou wel eens een veel groter probleem kunnen worden dan nu wordt gedacht. Een feit is bovendien dat de situatie iedere dag slechter wordt, want de roest gaat door. Zeker is dus dat steeds meer gebouwen in de gevarenzone komen. Gemeenten, woningbouwcorporaties en andere eigenaren zouden zich dat aan moeten trekken. Tot dusver zijn er geen slachtoffers gevallen, maar als er wat gebeurt zijn zij verantwoordelijk.” Ook volgens projectleider Erik Kool ligt de verantwoordelijkheid duidelijk. “Vanuit veiligheidsoogpunt zijn eigenaren verplicht hun bezit in goede staat te houden. Bij gebouwen die aan het eind zijn van hun technische levensduur, adviseren wij een spouwankeronderzoek te doen.” Teneinde een duidelijker beeld te krijgen van de ernst van de situatie, wil VROM-Inspectie volgend jaar een aantal gevels laten onderzoeken.
2
inspectrum relatiekrant 9
november 2009
infospectrum
Albert Koedam (Aedes) ingenomen met aansluiting energielabel op WWS
Albert Koedam
Huurpuntensysteem op de helling Sinds de invoering van het energielabel zijn 800.000 huurwoningen afgemeld. Een mooie score, die voor de woningcorporaties de opmaat is voor de aansluiting van het label op het woningwaarderingsstelsel (WWS). Nu is besloten dat het huurpuntensysteem op de helling gaat, worden energiezuinige woningen beter gewaardeerd. Tot tevredenheid ook van Albert Koedam, manager van het Team Energie van Aedes, de vereniging van woningcorporaties.
cartoon
M
Medio oktober toonde de Tweede Kamer zich eensgezind positief over een brief van minister Van der Laan van VROM over een aanpassing van het WWS. Op 1 juli volgend jaar gaat een overgangsperiode in en met ingang van 1 januari 2012 wordt de nieuwe regeling volledig van kracht. De tevredenheid van Albert Koedam betreft in de eerste plaats de samenwerking tussen de belangrijkste partijen: Aedes, de vertegenwoordiging van de verhuurders, en de Nederlandse Woonbond, de vereniging van huurders en woningzoekenden, en het kabinet. Koedam: “We verschillen regelmatig van mening met de Woonbond, maar in deze kwestie over energiebesparing zitten we helemaal op dezelfde lijn. Nu ook de politiek zich achter ons heeft geschaard is het mogelijk veranderingen door te voeren.” Meer nog dan om het milieu draait het in deze kwestie om woonlasten. De ontwikkeling van de energiekosten is dermate explosief, dat de verhouding tussen het bedrag dat door huurders moet worden betaald aan huur steeds meer in onbalans raakt met de energiekosten. Albert Koedam: “Volgens het CBS zijn de energiekosten de afgelopen zes jaar met tussen de 50 en 80% gestegen, tegen de huren 15%. Als die ontwikkeling doorgaat, betalen mensen over een paar jaar meer aan Lees verder op pag. 4 u november 2009
inspectrum relatiekrant 9
3
energiezuinige woningen u Vervolg van pag. 3
energie dan aan huur. Dat zou op z’n zachtst gezegd vreemd zijn en we verliezen op die manier ook steeds meer de grip op de woonlasten. Met de aanpassing van het WWS kunnen we daar wat aan doen.” Omdat het puntensysteem een sturend fenomeen is voor de voorraad aan sociale huurwoningen, moeten de partijen daar volgens Albert Koedam goed naar blijven kijken. “Een verbetering van de energiekwaliteit van een woning moet altijd punten opleveren. Maar omdat het systeem nu is gekoppeld aan een beperkte set maatregelen, is dat in het huidige stelsel onvoldoende het geval.” Beperkingen die bij corporaties, volgens Koedam, een rem zetten op de investeringen. De meerkosten van een huurstijging (gebaseerd op een toename van het comfort), moeten minimaal opwegen tegen de besparing die wordt gerealiseerd op de energiekosten. Een woonlastenwaarborg waar Aedes en de Woonbond zich samen sterk voor maken. De onvolkomenheid in het bestaande systeem wordt in het nieuwe WWS rechtgezet. Koedam: “Investeringen moeten lonen, zo simpel is het. Als dat niet het geval is, valt het stil en hobbelen we achteruit. Met de voorgestelde wijzigingen denken wij dat aan de randvoorwaarden die onze leden stellen wordt voldaan.”
berichten berichten berichten berichten berichte Nieuw duo infra en openbare ruimte: Kees de Visser en Maayke Dijkstra
K
Kees de Visser en Maayke Dijkstra. Met die medewerkers krijgen opdrachtgevers van Inspectrum op het gebied van infrastructuur en openbare ruimte vrijwel zeker te maken. Kees is de accountmanager, Maayke de projectleider en daarmee de opvolger van Pascal van der Linden. Kees de Visser kent het klappen van de zweep, Maayke Dijkstra staat pas aan het begin. Ze werkte een jaar voor Inspectrum als inspecteur en sinds 1 oktober is ze projectleider. Kees de Visser over die aanstelling: “We hebben ook met externen gesproken, maar de keus is gevallen op Maayke. Ze wil graag en ze is inhoudelijk op de hoogte omdat ze inspecties voor ons heeft gedaan. De mensen met wie ze eerder samenwerkte gaat ze nu aansturen.” Maayke Dijkstra voorziet wat dat betreft geen problemen. “Dat wordt wel geaccepteerd. Ik deed bij projecten al wat coördinatiedingetjes en in plaats van met één project ben ik nu met
4
inspectrum relatiekrant 9
november 2009
meerdere projecten tegelijk bezig. Communiceren en organiseren, daar komt het op neer en dat zijn dingen die me liggen. Het contact met opdrachtgevers is ook leuk. Als Kees definitieve afspraken heeft gemaakt ben ik degene die het project oppakt en begeleid.” Ook de eerste ervaringen van Kees de Visser met zijn nieuwe, directe collega zijn
positief. “Een klik is er sowieso en verder is het belangrijk dat je elkaar aanvult. Ook dat komt goed. Momenteel bemoei ik me nog met veel zaken, maar ik verwacht dat dat snel verandert. Maayke gaat automatisch meer dingen naar zich toe trekken, zo’n type is het wel.” .
worden beter gewaardeerd
De grootste zorg van Koedam betreft de corporaties die veel woningen in bezit hebben met een slechte energiekwaliteit. “Daar wringt het straks het meest. In het nieuwe systeem komen die woningen er nog slechter uit en dat betekent voor de betreffende corporaties een verlies aan inkomsten. Het positieve voor die categorie is dat er een overgangsperiode komt. Daarin kunnen ze een begin maken met een kwaliteitsslag.” Albert Koedam benadrukt dat het om een ‘miljardenoperatie’ gaat. “Woningen energiezuiniger maken kost veel geld en ook de corporaties hebben last van de crisis. Bijvoorbeeld door het stagneren van de verkoop van huizen. Inkomsten die normaliter gebruikt worden voor het verbeteren van de kwaliteit van de andere woningen. Juist vanwege die hoge kosten moeten we goed gebruik maken van de subsidieregelingen. De energie-investeringsaftrek is recent zelfs verruimd. Daar kunnen we als corporaties ons voordeel mee doen.”
infospectrum
Inspectrum juicht verfijning huurpuntensysteem toe Inspectrum heeft in het recente verleden EPA’s uitgevoerd voor verschillende woning corporaties. De koppeling met het huurpun tensysteem juicht Erik van der Velde van Inspectrum toe. “Het energielabel krijgt een belangrijke rol met betrekking tot de huur punten van een woning. Dat rechtvaardigt de verwachting dat woningcorporaties zullen gaan investeren in de energiezuinigheid van woningen.” Van de woningen waarvan Inspectrum de EPA-gegevens beheert, kan met behulp van het gebruikte softwareprogramma eenvoudig worden berekend welke ingrepen nodig zijn om het energielabel van een complex met bijvoorbeeld twee labels te verbeteren, en hoeveel tijd nodig is om deze investeringen terug te verdienen. Vragen die in de toekomst steeds belangrijker worden vanwege de noodzaak tot energiebesparing en CO2-reductie.
en berichten berichten berichten berichten berichten Nieuw duo vastgoed: Peter Rabou en Erik van der Velde
E
Erik van der Velde stapte in mei over van een middelgroot schildersbedrijf naar Inspectrum. Het type opdrachtgevers bleef in grote lijnen hetzelfde (gemeenten en woningbouwcorporaties), maar toch is er volgens de persoon in kwestie een wereld van verschil. “Het eindproduct is duidelijk anders. Inspectrum levert ook niet één product, maar een veelheid aan producten en diensten. Daarnaast valt me het vakmanschap en de betrokkenheid van mijn collega’s op. Ik begrijp nu waarom Inspectrum als een kwaliteitsleverancier bekend staat.” Bij Inspectrum werkt Erik van der Velde sinds mei van dit jaar als accountmanager nauw samen met projectleider Peter Rabou. Wekelijks praten ze samen met Rob de Jong de lopende zaken door en worden lijnen uitgezet. De rolverdeling is duidelijk: Peter Rabou bewaakt de voortgang, de
kwaliteit, de calculaties en de financiën, Erik van der Velde doet voornamelijk de acquisitie, het relatiebeheer en het schrijven van de offertes. Peter Rabou: “We hebben allebei veel klantcontacten en dat is ook prima. Een probleem krijgen we pas als Erik teveel werk binnenhaalt, waardoor de kwaliteit en de levertijd in het gedrang kunnen komen. Daar zijn we dus alert op. Aan de kwaliteit van ons werk doen we geen concessies.” Wat Erik van der Velde opviel in zijn eerste maanden bij Inspectrum is de onbekend heid bij klanten van wijzigingen in de regelgeving. “Regelingen voor EPA’s bijvoorbeeld. Ook de naamsbekendheid en de bekendheid van onze eigen
dienstverlening en die van onze zusterbedrijven Jobrent, Legitiem en GeoCare kunnen veel beter. Door gebruik te maken van de synergie is voor opdrachtgevers veel winst te behalen.”
november 2009
inspectrum relatiekrant 9
5
boombeheer in vraagt extra zorg
Boombeheer, Boombeheer, hoe doe je dat? We vroegen het aan de beheerders van twee gemeenten waarvoor Inspectrum een inventarisatie uitvoerde: Pieter de Jong van de stadsgemeente Zaanstad in
Zaanstad: zorg voor bomen verbeteren
a
Aan de ene kant verstedelijking met een compacte bebouwing, aan de andere kant open polderlandschap met een grote natuurwaarde. Dat is Zaanstad, een agglomeratie ten noorden van Amsterdam met 145.00 inwoners. Een laagveengebied waarin de bodem zakt. Bestratingen krijgen iedere 20 jaar groot onderhoud en iedere 40 jaar een ophoging van 20 tot 30 centimeter. Bomen hebben het moeilijk om deze herstrating- en ophoogcyclus te doorstaan. “Boombeheer in Zaanstad vraagt daarom extra zorg”, aldus Pieter de Jong. Seniorbeheerder De Jong en zijn vier collega-groenbeheerders hebben hun zaakjes goed voor elkaar. Alle gemeentebomen, zo’n 48.000 exemplaren in totaal, zijn vastgelegd in een digitaal bestand en er ligt een Bomenbeleidsplan. De politiek heeft als harde randvoorwaarde meegegeven dat het aantal bomen gehandhaafd moet blijven, ondanks een doelstelling van stedelijke groei door middel van verdichting. Het is bijna niet te voorkomen dat deze stedelijke verdichting ten koste gaat van bomen, terwijl aanplant in het buitengebied niet mag omdat daar veel weidevogels leven. In het Bomenbeleidsplan zijn tevens kwaliteitsdoelen gesteld, waarvan misschien wel de belangrijkste is de toename van het aandeel oude bomen.
Een niet geringe opdracht vindt Pieter de Jong. “Echt oude bomen hebben we hier bijna niet. In de hongerwinter van de Tweede Wereldoorlog is heel veel gekapt. In de zestiger en zeventiger jaren is weer veel aangeplant. De soortkeuze echter is niet altijd even gelukkig geweest en de standplaatsen zijn vaak te krap bemeten, ook vanwege de toename van de hoeveelheid kabels en leidingen. In het Bomenbeleidsplan wordt vanaf 2010 jaarlijks ruim 2 miljoen euro vrijgemaakt voor onderhoud, standplaatsverbetering en vervanging van bomen. In het kader van de kwaliteitsslag die we hebben ingezet is de snoeifrequentie opgevoerd van één keer in de tien jaar naar één keer in de vier jaar. De grootste en kostbaarste opgave is de aanpak van de aanplant uit de zestiger en zeventiger jaren.” Zeker in een compacte omgeving als die van Zaanstad, vormt iedere boom in de directe omgeving van een huis, school of weg, een risicofactor. Dit is de hoofdreden geweest voor Zaanstad om Inspectrum een VTA-stadsbrede veiligheidsinspectie te laten uitvoeren. Inspectrum kreeg de voorkeur boven andere inspectiebedrijven op basis van een duidelijke offerte, een goede manier van communiceren en het feit dat de inspectie digitaal wordt uitgevoerd. De Jong: “Het positieve beeld dat we van Inspectrum hadden na de aanbestedingsfase hebben ze in het uitvoeringstraject vast weten te houden. Ik ervaar ze als flexibel en servicegericht.” Gelijk met de VTA inspectie hebben de inspecteurs van Inspectrum de toekomstverwachting van de bomen in beeld gebracht en alle basisgegevens betreffende leeftijd en juiste tenaamstelling aangevuld, zodat het boombeheersysteem van Zaanstad weer helemaal op orde is. Deze gegevens vormen de basis voor een vervolgonderzoek, dat bepalend is of wordt overgegaan tot standplaatsverbetering dan wel tot kap. Opmerkelijk bij het onderzoek van Inspectrum was dat de inspecteurs ‘streng’ oordeelden. Groen- en boombeheerder Cees Velthuis van Zaanstad: “We schrokken aanvankelijk van de uitkomst. We hebben erover gesproken en in samenspraak zijn we tot een oplossing gekomen. Hoe dan ook hebben we weer een goed inzicht in de staat van onderhoud van onze bomenvoorraad.”
Pieter de Jong (senior beheerder groen en water) en Cees Velthuis (dagelijks beheerder groen met specialisatie bomen) bij de platanen op de Dam, het horecaplein van Zaandam. De platanen zijn voor het plein beeldbepalende bomen. Ze hebben een sterk verminderde vitaliteit door bodemverdichting en door graafwerk voor kabels en leidingen. De bomen krijgen binnenkort een omvangrijke standplaatsverbetering.
6
inspectrum relatiekrant 9
november 2009
infospectrum
hoe doe je dat? Noord-Holland en Gertjan Dieters van de plattelandsgemeente De Wolden in Drente.
Gertjan Dieters bekijkt de situatie in het buitengebied van De Wolden
De Wolden: versoepeling kapvergunning
O
Op 14 oktober werd de Limburgse gemeente Margraten door Landschapbeheer Nederland uitgeroepen tot winnaar van de prijsvraag ‘Het landschap ben je zelf’. Dat was jammer voor De Wolden, dat als vertegenwoordiger van de provincie Drenthe was genomineerd, maar Gertjan Dieters was snel over zijn teleurstelling heen. “De nominatie vonden we al heel mooi. Het geeft aan dat we in De Wolden het landschap en het erbij betrekken van de inwoners belangrijk vinden.” En landschap heeft De Wolden, dat bestaat uit zeventien kernen tussen Hoogeveen en Meppel. In een gebied met een oppervlak van 25.000 hectare wonen ongeveer 24.000 inwoners, die rekentechnisch dus ieder meer dan één hectare leefruimte hebben voor zichzelf. Met name buiten de kernen staan veel bomen, waarvan vele tussen de 80 en 120 jaar oud. In het platteland is ook een duidelijke lanenstructuur zichtbaar, met als afscheiding tussen de landerijen groene linten van houtwallen en houtsingels. “Het is hier mooi”, zegt Gertjan Dieters, een understatement. “Maar de schoonheid is tegelijkertijd een probleem. De intensiteit van het landbouwverkeer is toegenomen, evenals de omvang van de wagens. De auto’s die bij veeboeren de melk op komen halen of de paardentrailers van de verschillende stoeterijen, kunnen soms bijna hun bestemming niet bereiken. Maar met het kappen van bomen zijn we heel voorzichtig. Het kenmerkende van het landschap willen we in stand houden.” Toch gaat De Wolden concessies doen. Momenteel is een kapvergunning nodig voor bomen met een stamdoorsnede van meer dan 10 centimeter. De gemeenteraad wil deze verordening versoepelen
en heeft aan beheerder Gertjan Dieters van de openbare ruimte gevraagd met een plan te komen. Dieters schakelde vervolgens Inspectrum in voor het in beeld brengen van het bomenbestand. Dieters: “We weten dat het buitengebied ongeveer 40.000 bomen telt, maar verder hadden we geen informatie over het soort, de diameter, de hoogte, de beeldbepalende bomen en meer van dat soort zaken. Straks weten we welke bomen echt waardevol zijn en hoeft niet meer iedere boom waarvoor een kapaanvraag wordt ingediend apart te worden beoordeeld.” Inspectrum legt momenteel de laatste hand aan de inventarisatie, die volgens Gertjan Dieters goed loopt. “We zijn begonnen met een startoverleg waarbij onze eigen buitendienstmedewerkers ook aanwezig waren. Daar is kennisgemaakt en we hebben de afspraken scherp gesteld. Iedereen houdt zich daaraan. Sterk punten van Inspectrum zijn de werkwijze met handcomputers en de communicatie. De terugkoppeling met name. We worden voortdurend op de hoogte gehouden van de stand van zaken.” Als de gegevens over enige tijd zijn geïmplementeerd in het beheersysteem, is alle informatie over de bomen in het buitengebied met een druk op de knop beschikbaar. Een wens van Gertjan Dieters is dan nog om alle data te verwerken in een bomenstructuurplan, waarin ook beleidsuitgangspunten zijn verwerkt. Maar eerst moet de nieuwe kapverordening worden opgesteld. Dieters is voorstander van de door de raad gewenste versoepeling, maar plaatst een kanttekening. “Het moet geen kaalslag worden. Gelukkig hebben we wat dat betreft ook nog de Boswet die beperkingen oplegt. Vrijheid blijheid, maar wel binnen grenzen.”
november 2009
inspectrum relatiekrant 9
7
rookmelders in ieder huis Ook steeds meer woningcorporaties nemen hun verantwoordelijkheid
Rookmelders sterk in opmars Rookmelders zijn bezig aan een opmars. In steeds meer huishoudens zijn ze te vinden en steeds vaker wordt de installatie voor woningcorporaties gedaan door medewerkers van Inspectrum. Een grote partij in Nederland op het gebied van rookmelders is First Alert, een merknaam van BRK Brands, de grootste rookmelderproducent ter wereld. Sales Manager Benelux Monica Schwalbach maakt zich al vele jaren sterk voor rookmelders in ieder huis.
I
In oktober werden weer de jaarlijkse brandpreventieweken gehouden. Drie jaar achtereen (2006 t/m 2008) was het thema rookmelders. Dit jaar stonden de actieweken in het teken van een landelijke ontruimingscampagne. Organisaties werden gestimuleerd een ontruiming te oefenen in verband met brand. Namens First Alert toont Monica Schwalbach zich nauwelijks teleurgesteld dat niet opnieuw voor rookmelders als thema is gekozen. “Het is al mooi dat we drie jaar achtereen de aandacht hebben gekregen. Mensen aanzetten tot het oefenen van een ontruiming is ook zinvol. Met posters hebben we wel geprobeerd er een eigen draai aan te geven. De tekst luidde: ‘Een goed vluchtplan begint met een rookmelder’. En zo is het natuurlijk ook.” Cijfers maken duidelijk dat het om een wezenlijk probleem gaat. In Nederland breekt jaarlijks in ongeveer 7.000 woningen brand uit. Daarbij overlijden gemiddeld zo’n 60 bewoners en raken 500 mensen gewond. De meeste slachtoffers worden verrast in hun slaap en stikken. Engels onderzoek heeft aangetoond dat het aantal doden en gewonden met minimaal de helft kan worden teruggebracht als alle woningen worden voorzien van rookmelders. De dekkingsgraad met rookmelders op dit moment wordt door het Ministerie van VROM geschat op 74%. Een percentage dat Monica Schwalbach in twijfel trekt. “Ik denk dat dat te optimistisch is. Als ik moet schatten ga ik minimaal 10% lager zitten.” Lobby Gesteund door het Nederlandse Verbond van Verzekeraars voeren Brandweervereniging NBVR, de Brandwondenstichting en de Stichting Consument en Veiligheid al jarenlang een lobby om rookmelders wettelijk verplicht te krijgen. Tot dusver zonder resultaat. Minister Cramer van VROM is een sterke voorstander van rookmelders, maar voor de bewindsvrouw is nog onvoldoende duidelijk hoe de controle op een dergelijke wet gestalte moet krijgen. In nieuwbouwwoningen is het plaatsen van rookmelders sinds enkele jaren wel verplicht. Volgens het Bouwbesluit moet op elke verdieping minimaal één rookmelder aanwezig zijn.
8
inspectrum relatiekrant 9
november 2009
Henk van der Kieft: ‘Ik breng veiligheid’ Henk van der Kieft installeert namens Inspectrum rookmelders. Twee dagen in de week, zes uur per dag, is hij op pad. Van der Kieft belt aan en vraagt of mensen rookmelders hebben. Zo niet, dan plaatst hij er op elke verdieping één. Ook controleert hij of een aardlekschakelaar aanwezig is. Henk van der Kieft: “99% procent van de mensen laat me binnen. Logisch ook, ik wil niks van ze hebben, ik kom iets brengen, veiligheid om precies te zijn. Een rookmelder kan levens redden. In mijn eigen huis hangen ze ook.” Henk van der Kieft had jarenlang een eigen bedrijf, een drogisterij. Sinds twee jaar is hij met pensioen en sinds kort werkt hij voor Inspectrum. “Nadat ik ben gestopt met werken ben ik zes keer met vakantie geweest. Leuk hoor, maar op een gegeven moment wil je wel weer eens wat doen. Dit werk voor Inspectrum bevalt me prima. Een voordeel voor mij als oud-winkelier is dat ik weet hoe ik met mensen moet omgaan. Mijn ervaring is dat als je zelf open en vriendelijk bent, anderen dat ook naar jou toe zijn.”
Monica Schwalbach: “In Wallonië zijn rookmelders in 2006 verplicht gesteld, maar dat is toch anders gelopen dan men zich had voorgesteld. Mensen kochten vaak goedkope exemplaren en ook met het ophangen en het onderhoud ging behoorlijk veel mis. Persoonlijk zie ik een verplichting veel meer in combinatie met een bewustwordingsproces. Als mensen via campagnes en andere vormen van promotie het gevaar van rook gaan beseffen en gaan inzien dat een rookmelder hun leven of dat van hun kind kan redden, zijn ze echt wel bereid zo’n ding te kopen en op te hangen. Dat bewustwordingsproces is in volle gang. De omzet van First Alert in Nederland is in drie jaar tijd verdubbeld, dus het kan niet anders of de dekking wordt steeds beter.”
infospectrum
Monica Schwalbach, Sales Manager Benelux van First Alert
Veel tijd steekt de salesmanager de laatste tijd ook in het ‘bewerken’ van woningcorporaties. Zo heeft Vestia, een grote corporatie in het westen van het land die 65.000 woningen in beheer heeft, enige tijd geleden het besluit genomen om rookmelders te plaatsen. Monica Schwalbach: “En zo zijn er meer gemeenten. Een prima ontwikkeling, waar wij met onze nieuwste rookmelders op inspelen. Dat zijn melders met ingebouwde, verzegelde batterijen die gegarandeerd tien jaar meegaan. Volgens recent onderzoek gemiddeld zelfs 15,7 jaar. Het grote voordeel van deze rookmelders is dat corporaties er dus minimaal tien jaar geen omkijken naar hebben. Geen telefoontjes bijvoorbeeld over batterijen die vervangen moeten worden. In dat ‘gedoe’ er omheen hebben corporaties terecht geen trek.” Voor de plaatsing van de eerste 60% van de rookmelders die Vestia heeft aangeschaft, werd een scholenproject opgestart. De laatste 40% worden rond deze tijd geplaatst door medewerkers van Inspectrum. Monica Schwalbach: “Ik heb met Inspectrum contact gehad en ze hebben me uitgelegd wat ze precies doen. Inmiddels heb ik ze ook al bij een andere woningbouwcorporatie aanbevolen. Ze leveren goed werk, ze kunnen snelheid maken en de prijs die ze Vestia berekenen vind ik eerlijk gezegd niet hoog. Een mooie extra service is dat opdrachtgevers op ieder moment kunnen zien waar medewerkers zijn en wat ze doen. Dankzij de handcomputers die ze bij zich hebben. Het zou mooi zijn als we de komende jaren regelmatig samen kunnen optrekken richting een brandveiliger Nederland.”
‘Gevaar van rook wordt onderschat’ In de oktoberuitgave van het magazine Eigen Huis van de Vereniging Eigen Huis wordt aandacht besteed aan rookmelders. Onder de kop ‘Gevaar van rook wordt onderschat’ komen verschillende betrokkenen aan het woord. Ook wordt de uitslag bekendgemaakt naar het gebruik van rookmelders onder leden van de Vereniging Eigen Huis. 85% geeft aan ten minste één rookmelder in huis te hebben. Van die groep laat 95% weten dat de rookmelders ook daad werkelijk in gebruik zijn. Aanvullend heeft de redactie van Eigen Huis Magazine een driekoppig panel gevraagd vijf rookmelders te testen. De melder van First Alert komt als beste uit de bus.
november 2009
inspectrum relatiekrant 9
9
zwerfafval Apeldoorn speelt in op Impulsprogramma Zwerfafval
Schouw geeft duidelijkheid over beleving ‘schoon’ Apeldoorn is een van de gemeenten die inspeelt op het
Hoe gaat het nu verder?
Impulsprogramma Zwerfafval. Inspectrum voerde afge-
“We gaan burgers inschakelen voor een vervolgschouw. Er zijn twee instructieavonden geweest met 20 enthousiaste mensen en die gaan binnenkort aan de slag. Door met bewoners te schouwen willen we ze meer betrekken bij het beheer van hun stad en uiteindelijk ook samen keuzes maken. Door de schouw komen we in gesprek met ze en een schouw geeft duidelijkheid over de beleving van ‘schoon’. Want het uiteindelijke doel is een schone stad, daar werken we aan. Bovendien kan de schouwinformatie een bijdrage leveren aan een beter beheer.”
lopen zomer een schouw uit en met eigen mensen en burgers probeert Apeldoorn er een vervolg aan te geven. De antwoorden op de vragen komen van Esther Hoogendoorn, beleidsmedewerker openbare ruimte.
w
Waarom is Apeldoorn met het Impulsprogramma Zwerfafval aan de slag gegaan? Esther Hoogendoorn: “Schoon is een belangrijk thema hier. Als er dan subsidiemogelijkheden liggen in het kader van een programma dat draait om zwerfafval, ligt het voor de hand dat op te pakken.”
Heeft het te maken met het feit dat Apeldoorn enkele jaren geleden door BNN werd uitgeroepen tot ‘Smerigste stad van Nederland’? “Daar heb ik iets van gehoord, maar of er een verband is weet ik eigenlijk niet. Ik werk hier nog niet zo lang. Voor mij persoonlijk was wel een reden om deze baan te accepteren, dat Apeldoorn bewust bezig is met de kwaliteit van de openbare ruimte en het beheer ervan. Dat maakt mijn werk interessant.”
Wat is Apeldoorn voor gemeente? “Van mijn collega’s begrijp ik dat het hier goed wonen en leven is, maar ik kan niet praten uit eigen ervaring. Ik woon elders. Apeldoorn is wel groter dan de meeste mensen denken. Qua oppervlakte, maar ook wat betreft het aantal inwoners. Hier wonen meer mensen dan bijvoorbeeld in Arnhem.”
Hoe ziet de schouw van Apeldoorn er uit? “Duizend plekken in de stad worden bekeken en op 30 punten beoordeeld, waaronder op zwerfafval. Alle punten krijgen een kwalificatie: ‘extra’, ‘basis’, ‘sober’ of ‘ongewenst’. ‘Extra’ is de beste beoordeling, ‘ongewenst’ de slechtste. Voor de schouw werd gedaan heeft de gemeenteraad bepaald dat 90% van de plekken die worden gecontroleerd minimaal moet voldoen aan de kwalificatie ‘basis’. De schouw gaat dus niet alleen over zwerfafval. Omdat de omvang daarvan niet alles zegt over de staat van openbare ruimte, worden meerdere aspecten beoordeeld.”
Wat was de uitkomst van de schouw? “Een score van 96%. Het blijft voorlopig een momentopname, maar het is in ieder geval een hoopvol signaal. Apeldoorn is best schoon.”
10
inspectrum relatiekrant 9
november 2009
Hoe is Inspectrum in beeld gekomen? “We kenden het bedrijf van weginspecties. Dat hebben ze altijd goed gedaan. Ook de schouw is probleemloos verlopen. De informatie is netjes en binnen de afgesproken tijd opgeleverd. Een voordeel was dat de controleurs werkten binnen ons systeem en met onze handcomputers. Daarmee waren we eventuele implemen tatieproblemen voor.” Esther Hoogendoorn, “Apeldoorn is best schoon”
infospectrum
Oranjewoud tevreden over zwerfafvalmetingen flexpoolmedewerkers
Ewoud van Hiele (onderste rij derde van rechts) temidden van de medewerkers uit de flexpool van Jobrent
Inspectrum en Jobrent: samen sterker In het kader van het Impulsprogramma Zwerfafval kreeg
De projectleider verbaasde zich aanvankelijk over de verschillende achtergronden van de inspecteurs. “Het zijn mensen van 55 jaar en ouder uit de flexpool van Jobrent, een zusterbedrijf van Inspectrum. Stichting Nederland Schoon en de VNG de opdracht Ze zijn gepensioneerd of vervroegd uitgetreden, maar hebben nog metingen uit te voeren naar zwerfafval. Inspectrum levert wel zin om iets te doen. De cursusdag was heel gezellig en je merkt dat ze gemotiveerd zijn. Natuurlijk is de een wat zorgvuldiger dan voor die opdracht uit de flexpool van Jobrent de mensen de ander, maar uit steekproeven die we hebben genomen kwam naar die ieder kwartaal op 1.060 plekken in ons land op zoek voren dat over het algemeen uitstekend werk is geleverd.” gaan naar zwerfafval. Ewoud van Hiele treedt namens De meer dan duizend (geheime) locaties waar het zwerfafval werd Oranjewoud op als projectleider. gemeten, beslaan in alle gevallen een gebied van ongeveer 100 bij 100 meter. Er zijn 12 verschillende gebiedstypen en iedere locatie In totaal gaat het om acht metingen, waarvan de laatste rond deze heeft drie meetvakken, in de regel de drie meest vervuilde plekken tijd (november) wordt gehouden. De eerste werd begin 2008 uitgebinnen het gebied. In de meetvakken wordt door de inspecteurs de voerd door eigen medewerkers van Oranjewoud en van een hoeveelheid vuil in kaart gebracht. collega-adviesbureau. Naar aanleiding van die meting werd een format geschreven voor de zeven vervolgmetingen. Een opdracht De verzamelde informatie werd door Oranjewoud na iedere meting die Inspectrum via een Europese aanbesteding verwierf. Ewoud verwerkt in een kwartaalrapportage en begin dit jaar verscheen een van Hiele: “Collega’s van mij hadden al eerder samengewerkt met gecombineerde rapportage over 2008. Binnen enkele maanden is Inspectrum, maar voor mij is dit het eerste project dat ik met ze ook de rapportage 2009 beschikbaar, waarna conclusies kunnen doe. Ik kan het gerust een positieve ervaring noemen.” worden getrokken. Ewoud van Hiele: “Ik zeg het heel voorzichtig omdat de resultaten van de twee laatste metingen nog niet bekend Voorafgaand aan de eerste meting door Inspectrum in mei 2008, zijn, maar het lijkt erop dat Nederland nu schoner is dan begin werd aan elf inspecteurs een dagcursus Zwerfafvalmonitoring vorig jaar. De metingen wijzen dat uit en daaruit mag je afleiden gegeven. De schouwmethodiek volgens de CROW-richtlijnen werd dat de zwerafvalcampagnes effect hebben gesorteerd.” behandeld en er werd geoefend met pda’s en het speciaal voor deze opdracht geschreven schouwprogramma. Tijdens de metingen Over de samenwerking met Inspectrum is Ewoud van Hiele ‘heel konden de inspecteurs bellen met Ewoud van Hiele als er vragen tevreden’. “Ze zijn flexibel, denken mee en schakelen snel. Alleen waren. in het begin was er van onze kant een kleine ergernis. Daar heb ik Van Hiele: “Het project zit er bijna op en het is goed gelopen. iets van gezegd en vanaf Afgezien van wat opstartmoeilijkheden met pda’s hebben zich geen dat moment was het ook problemen voorgedaan. Alle metingen zijn ook keurig binnen de opgelost. gestelde periode van drie weken uitgevoerd.” Ingenieursbureau Oranjewoud van SenterNovem,
I
november 2009
inspectrum relatiekrant 9
11
agenda
infospectrum
Meerjarenplanning als leidraad voor wegonderhoud
Oldebroek professionaliseert wegbeheer Ongeveer 265 kilometer aan wegen, inclusief het buitengebied, en circa 2.500 verkeersborden telt de gemeente Oldebroek, in het noorden van de provincie Gelderland. Inspectrum inventariseerde en inspecteerde, en een nieuw wegbeheerprogramma maakt dat Oldebroek z’n zaakjes weer prima voor elkaar heeft. Gerrit van der Kolk
V
Voor het eind van het jaar hoopt Gerrit van der Kolk, verantwoordelijk voor het onderhoud en het beheer van wegen en openbare verlichting in Oldebroek, een meerjarenplan gereed te hebben. Een plan dat gaat dienen als leidraad voor het wegonderhoud in de komende jaren. Van der Kolk: ”Voor vijf jaar hebben we een budget van één miljoen euro voor achterstallig onderhoud. Dat is minimaal. Gezien de staat van de wegen ben ik bang dat we het daar niet mee gaan redden zonder dat de verkeersveiligheid in gevaar komt. Maar dat zien we dan wel. Het belangrijkste op dit moment is dat we de boel inzichtelijk hebben.” Nog maar vier jaar geleden was van serieus wegbeheer weinig sprake in de gemeente Oldebroek. Het toenmalige beheerprogramma was onvoldoende gevuld met informatie, waardoor inzicht in de bestaande situatie ontbrak en onderhoud vooral ad hoc werd gepleegd. Een reorganisatie zette de boel op scherp. Er werden duidelijke lijnen uitgezet richting de toekomst, plannen waarin ook rollen waren weggelegd voor Kingma en Inspectrum. Kingma werd verantwoordelijk voor het ontwerpen van een nieuw, geavanceerd beheersysteem, Inspectrum voor inventarisaties en inspecties, en het maken van een grafische kaart van de gemeente. Gerrit van der Kolk: “We hebben het in eerste instantie gegoten in de vorm van een pilot. Die is in oktober 2008 gaan lopen. Uit de inspectie kwamen de nodige verbeterpunten naar voren, die we hebben meegenomen naar het vervolg. Begin dit jaar heeft Inspectrum de grafische kaart vormgegeven. De hele gemeente is ingedeeld in wegvakken van 100 tot 200 meter lang en in die vakken zijn schades aangegeven. Met het beheerprogramma kunnen we die vertalen naar een onderhoudsplan.”
12
inspectrum relatiekrant 9
mei 2009
Inmiddels heeft Inspectrum ook de verkeersborden in Oldebroek geïnspecteerd en geïnventariseerd, en kan ook daarvoor een onderhoudsplanning worden gemaakt. Alle hulpmiddelen ten spijt staat Gerrit van der Kolk voor een lastige taak. “Enerzijds omdat het budget beperkt is, anderzijds omdat we nu in een proces zitten waarin de voorkeur wordt gegeven aan meerjarige raambestekken, het liefst regionaal. Het zou moeten leiden tot efficiënter en goedkoper werken, maar organisatorisch is het erg lastig. Gelukkig hebben we nog onze eigen buitendienst, die we kunnen inschakelen voor schades tot 10 vierkante meter.” Van der Kolk verwacht wel dat hij het op termijn op de rails krijgt, maar leunt voorlopig nog graag op Kingma en Inspectrum. “Met die partijen hebben we een goede keuze gemaakt. Er is een klik, ze zijn deskundig, snel en komen hun afspraken na. Ik heb van Inspectrum ook nog nooit een rekening gezien voor meerwerk en dat is bij andere bedrijven wel eens anders. Het betekent dat ze de werkzaamheden goed hebben ingeschat en ook dat wijst op deskundigheid.” De Oldebroekse wegbeheerder wil met ingang van 2010 toe naar twee controles per jaar. Een voorjaarscontrole door een externe partij en een najaarscontrole die hij in eigen beheer wil uitvoeren. “Voor de voorjaarscontrole is Inspectrum uiteraard in beeld. De komende maanden zal dat wel duidelijk worden. Nu moet eerst de meerjarenplanning af. Ook daarvoor sta ik in contact met Inspectrum en Kingma. Hun suggesties en ideeën neem ik zeer ter harte.”
Infra en Openbare Ruimte 14 – 16 november 2006 Infra Relatiedagen Gorinchem 2006 Web: www.evenementenhalgorinchem.nl 1 december 2009 Workshop: Brandveiligheid van 21 november 2006 gebouwen. Info: www.sbo.nl Nationale VerkeersExpo Beatrix Theater, Utrecht 2 december 2009 Web: www.verkeerskunde.nl Cursus meerjarenbegroting en scenarioanalyse 7 december 2006 Info: www.aedesnel.nl/agenda Nederlands WegenCongres De Doelen, Rotterdam 2-4 februari 2010 Web: www.crow.nl/wegencongres Infra Relatiedagen Hardenberg. Info: www.evenementenhalhardenberg nl 16 – 19 januari 2007 Infratech 2007 5-7 januari 2010 Vakbeurs voor Grond-, Water en De groene sector. Info: Wegenbouw www.evenementenhalhardenberg.nl Ahoy, Rotterdam Web: www.infratechahoy.nl 6 – 8 februari 2007 Infra Relatiedagen Hardenberg 2007 Web: www.evenementenhalhardenberg.nl 31 januari 2007 Beheer en Onderhoud van Gebouwen Congreshotel De Werelt Lunteren Organisator: Euroforum Info:
[email protected] 5 –10 februari 2007 Internationale bouwbeurs 2007 Jaarbeurs Utrecht Web: www.bouwbeurs.nl
colofon inFOspectrum Eindredactie: Elles de Jong Teksten: Daan Appels (Appels Communicatie, Velp) Fotografie: Marc Pluim, Velp Cartoon: Erna Westrup, Wageningen Erik van der Velde Vormgeving/drukwerk: OBS Vormgeving en drukwerk INSPECTRUM BV Florijnweg 11c Postbus 11, 6880 AA Velp Telefoon: 026 38 40 560 Fax: 026 38 40 569 E-mail:
[email protected] www.inspectrum.nl
Vastgoed
Infrastructuur
Openbare ruimte