1
3
2
4 5
6 7
8
9
10 12
11
14
13
HORIZONTAAL 1 3 5
7 8 10 11
13
VERTIKAAL
Vul in: Het jongetje staat ________ de doos. Vul in: De afkorting van 'maandag' is 'ma'. De afkorting van 'dinsdag' is '_________'. Vul in:“Pardon, neemt u mij niet _______! Mag ik u iets vragen?” "Natuurlijk." Vul in: De afkorting van 'donderdag' is '_________'. Vul in: "Mag ik jouw mobiele ________ nummer?" "Jahoor, 06-45812876." Vul in: "Wil je iets drinken?" "Nee dank je, ________ heb genoeg gehad." Vul in: Bij het avond eten gebruik je grote vorken, maar bij gebak gebruik je __________ vorkjes. Vul in: Het potlood staat ________ het glas.
1
2
3 4 6
7
8
Vul in: In neem nog een pilsje. Wil jij ________ een pilsje?" "Nee dank je, Ik heb al te veel gehad." Vul in: In de supermarkt kan je melk kopen. Je kan kiezen uit: magere melk, halfvolle melk en __________ melk. Vul in:Ik eet weinig en zeker geen vette dingen. Ik wil niet _______ worden. Vul in: Ze hebben twee dochters en een ________. Vul in: Een jaar telt 365 dagen. Een _________ telt 7 dagen. Een dag telt 24 uur. Vul in: "Wat ga je in de keuken ________?" "De afwas!" Vul in: Je hebt twee handen. Je hebt _______ vingers.
9
Vul in: Als ik jarig ben, geef ik een groot _________.
14
Vul in: De afkorting van: "kilogram' is ________.
11
Vul in: Ik heb geen zwemdiploma. Ik ________ niet zwemmen.
12
Vul in: Ik heb heel hard gewerkt vandaag. Ik ga vroeg naar bed, want ik ben heel ______ moe.
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
puzzel
26
1
2 3 6
4
5
6
7 HORIZONTAAL 2
VERTICAAL
Vul in: Je hebt aan je voet '5 tenen'. Je hebt aan hand '4 vingers en 1 __________'
1
2 4 6
7
Vul in: Ik blijf thuis, __________ ik ziek ben. Vul in: Sneeuw en ijs in de winter. Veel zon in de zomer. Veel wind en __________ in de herfst. Vul in: Ik blijf thuis, __________ ik ben ziek .
3
5
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
Vul in: Bij de groenteman. "Wat mag het zijn, mevrouw?" "Ik wil graag een bloemkool." "Alstublieft mevrouw. __________ nog iets?" "Nee dank u." "Dat is dan 1 euro 50 mevrouw." Vul in: Het tegenovergestelde van: vaak is soms hoeft niet is moet wel zwaar is licht gisteren is morgen nat is ____________ Vul in: "Kom je?' "Nee, nu nog niet.Ik moet even wat doen. Ik kom __________." Vul in: Wat doet deze man? Hij ____________.
puzzel
27
1
2
3
3
4
5
6
7 8
8
9
HORIZONTAAL 2
4
6
7
8
9
VERTICAAL
Vul in: De man luistert naar de radio. De man leest de krant. De man ____________ naar de televisie. Vul in: Het tegenovergestelde van: binnen is buiten voor is achter met is zonder onder is __________ Vul in: De kinderen wonen ver van de school. De fietsen elke dag naar school. De kinderen wonen dichtbij de school. Ze __________ elke dag naar school. Vul in: Ik ga eten. Ik ga _________ mijn handen wassen, en daarna pas aan tafel. Vul in: Ik vind 26 graden celcius lekker warm, maar 36 graden celcius vind ik __________ warm. Daarom ga ik nooit in augustus naar Turkije. Het is daar dan wel 40 graden Celcius. Vul in: Het tegenovergestelde van: langzaam is ____________
je kan me wat
1
3
5
6
nt2taalmenu.nl
Vul in: "Wanneer ____________ kinderen naar de basisschool?" "Als ze vier jaar zijn!" Vul in: Het tegenovergestelde van: veel is weinig netjes is slordig kort is lang heel is __________ Vul in: Je hebt twee armen. Je buigt je armen bij je ellebogen. Je hebt twee benen. Je buigt je benen bij je ____________.
Vul in: Wat doen kinderen op school? Ze __________ taal en rekenen.
puzzel
28
1
2
3
3
4
5
6
7 8
8
9
HORIZONTAAL 2
4
6
7
8
9
VERTICAAL
Vul in: Welke smaak mis je? Zout, bitter, pittig, zuur, ____________. Vul in: De afkorting van 'televisie' is t.v. De afkorting van 'bijvoorbeeld; is bijv. De afkorting van 'kilogram'is kg. Wat is de afkorting van: 'per persoon'? ________ Vul in: Alle kinderen vanaf 4 jaar moeten naar school. Eerst spelen de kinderen nog veel. In groep 3 __________ kinderen lezen en schrijven. Vul in: Waar staan de mensen? Voor een __________. [zie plaatje] Ze moeten op hun beurt wachten. Vul in: [het kleinste en moeilijkste woordje!] Ik doe melk in de koffie. Ik doe __________ in. Vul in: Het tegenovergestelde van: lelijk is mooi veel is weinig kort is lang langzaam is ____________
je kan me wat
1 3
5
6
nt2taalmenu.nl
Vul in: Het meisje __________ met haar pop Vul in: We beginnen de les ____________ met een klein puzzeltje en daarna doen we iets met grammtica. Vul in: [bij de bakker] "Ik wil graag een half wit gesneden." "Alstublieft. __________ nog iets?" "Nee dank u, dat is alles." Vul in: Mijn vrouw en mijn jongste dochter hebben dezelfde ogen, dezelfde neus, dezelfde kleur haar. Ze __________ heel veel op elkaar.
puzzel
29
1
2
3 6
5 6
7
8
9 11
4
10 12
13
14 15
16
17
HORIZONTAAL 1 3
5 7
9
10
12 15
16 17
VERTICAAL
Vul in: Als je de hele dag gewerkt hebt, ben je 's avond heel erg __________. Vul in: bij de bakker "Wie is er aan de beurt?" "Ik __________ graag een heel wit gesneden." Vul in: Welk woordje mis je? ________ - jij - u - hij & zij - wij - jullie - ze Vul in: Het tegenovergestelde van recht is krom kapot is heel arm zijn is __________ zijn Vul in: "Waar heb je dat mooie overhemd gekocht?" "__________ de Hema, een aanbieding." Wat schreeuw je als je met een hamer op je vinger slaat?
1
Vul in: Het tegenovergestelde van dik is __________ Vul [2letters] in: vori__ __ week twee dagen __ __ leden ik heb lekker __ __ geten Vul in: Melk zit in een __________. Vul in: De kinderen spelen met een _________.
13
je kan me wat
2 4 6 7 8 11
14
15
nt2taalmenu.nl
Vul in:
+ => plus => __________ x => keer Vul in: Een ander woordje voor: prima, goed, uitstekend, is __________. Het tegenovergestelde van vast-maken is _______ -maken Vul in: Welk woordje mis je? ik - jij - u - hij & zij - ________ - jullie - ze Vul in: Kies de goede vorm van het werkwoord: ik rijd/rijdt/rijden op mijn fiets naar school Vul in: "__________ jij zwemmen?" "Nee, dat heb ik nooit geleerd." Vul in: Een hond blaft. Een kat miauwt. Een __________ kakelt. Vul in: Als je deze groente snijdt, ga je huilen. Welke groente is dat? Dat is een __________. Vul in: Ik wil mijn ouders spreken. Ik pak mijn telefoon en ________ mijn ouders op. Vul in: Ik heb een broek gekocht.[gisteren ] Ik koop een broek. [nu] Ik _________ een nieuwe broek kopen.[morgen]
puzzel
30
1
2
3
4
5
6
7
HORIZONTAAL 2
4
VERTICAAL
Vul in: Je koopt vlees bij de slager. Je koopt fruit en groente bij de groenteboer. Je koopt __________ bij de bakker. Vul in: De mensen zijn op vakantie. Ze slapen niet thuis maar in een ___________.
1
2
3
5
6
7
Vul in: Een dobbelsteen heeft een vierkante vorm. Een deur heeft een rechthoekige vorm. De zon heeft een __________ vorm. Vul in: De eerste plaats krijgt goud De tweede plaats krijgt zilver. De ____________ plaats krijgt brons.
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
Vul in: De vier dagdelen zijn: __________ - middag - avond - nacht Vul in: Wat smeer je op je brood?
Vul in: Hoe schrijf je dit getal: 1000? ____________ Vul in: In de winter heb je korte dagen en __________ nachten. In de zomer precies omgekeerd.
puzzel
31
1
2
3
4
5
6
7
HORIZONTAAL 2
4
6
7
Vul in: de kip het graan
hoort bij hoort bij
VERTICAAL
het varken hoort bij ________ Vul in: Je hebt twee handen. Je hebt een hoofd. Je hebt twintig nagels. Je hebt heel heel veel __________. [zitten vooral op je hoofd] Vul in: "Wie is er aan de beurt? "Ik! Ik wil _________ een heel gesneden wit?" "Alstublieft. Anders nog iets?" "Nee, dank u." Vul in: het tegenovergestelde van: verkeerd is juist over 2 jaar is 2 jaar geleden vaak is soms altijd is ________
je kan me wat
1
Vul in: Wat zijn de dingen op het plaatje?
2
Vul in: het tegenovergestelde van: lekker is vies sterk is slap veel is weinig volgend jaar is ________ jaar Vul in: De vrouw kijkt naar zichzelf in de __________.
het ei het brood
3
5
nt2taalmenu.nl
Vul in: Waar staat de doos? Die staat __________ de tafel.
puzzel
32
1
1
2
3
5
4
6
7
8
9
8
HORIZONTAAL 1
3
7
8
9
VERTICAAL
Vul in: "Wat is de naam van de moeder van je moeder?" "Dat is mijn ________." Vul in: "Hoe laat hebben we pauze?" "___________ half negen." Vul in: Het tegenovergestelde van nooit is altijd kopen is verkopen vergeten is herinneren iedereen is __________ Vul in: Je koopt _________ brood. Waar? Bij de bakker. Vul in: Mijn werk begint op half acht. Ik moet een uur reizen. Ik __________ elke dag om half zes op.
2
4
5
6
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
Vul in: Een ander woord [synoniem] voor: heel warm is heet een huis is een woning pardon is sorry misselijk is beroerd direct is ___________ Vul in: Het tegenovergestelde van klein is groot dicht is open sterk is slap meer is __________ Vul in: Wat doet het __________? Het gooit een een banaan op de grond.
Vul in: De leraar _________: "Weet iemand hoeveel 16 gedeeld door 4 is?"
puzzel
33
1
2
3
4
5
6
7
HORIZONTAAL 2
4
6
VERTICAAL
Vul in: het tegenovergestelde van: kort is lang druk is rustig veel is weinig slap is __________ Vul in: De vier dagdelen zijn: ochtend - middag - ____________ - nacht Vul in: De houten plank staat _________ het huis.
1
2
3
5 7
Vul in: zondag - __________ - dinsdag - woensdag donderdag - vrijdag - zaterdag Vul in: Vette dingen zijn ongezond. Verse groente is gezond. Snoep is ongezond. Alcohol is heel erg ongezond. Fruit is gezond. En __________ zoals zwemmen is ook heel gezond. Vul in: Het haar van meisjes is langer dan van jongens.. Een torenflat is hoger dan een huis. Een theelepletje is __________ dan een lepel. Vul in: Een jaar heeft 365 __________.
Vul in: Met Sinterklaas en Kerstmis __________ mensen elkaar kado's.
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
puzzel
34
1
2
3
4
5
6
7
HORIZONTAAL 2
VERTICAAL
Vul in: het tegenovergestelde van: huilen is lachen kalm zijn is zenuwachtig zijn aardig zijn is __________ zijn
1
2
4
6
Vul in: het tegenovergestelde van: lekker is vies sterk is slap heel is kapot iets is ________ Vul in: "De kat zit ____________ de doos.
3
5
Vul in: twee dagen geleden gisteren ____________ morgen over twee dagen Vul in: het tegenovergestelde van: ziek zijn is gezond netjes is troep vergeten is herinneren groot is ________ Vul in: Ze hebben vier kinderen. Drie zoons en een __________. Vul in: Honkbal deze jongen vangt de bal
7
dit meisje gooit de bal
deze jongen __________de bal
Vul in: De groenteboer ____________ het wisselgeld aan de klant terug.
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
puzzel
35
1
2
3
4
5
6
7
HORIZONTAAL 2
4
VERTICAAL
Vul in: Hoe heet u? hoort bij je naam Wat doet u? hoort bij je beroep Hoe oud bent u? hoort bij je leeftijd Waar woont u? hoort bij je __________ Vul in: De man leest een boek. De man kijkt naar de televisie. De man luistert naar de __________.
1
2
3 6
7
Vul in: Treinen ________ niet op benzine maar op electriciteit. Vroeger op kolen. Vul in: het tegenovergestelde van: boos zijn is aardig doen duur is goedkoop gooit is vangt huilt is ________
je kan me wat
5
nt2taalmenu.nl
Vul in: het tegenovergestelde van: iets leuk vinden is iets vervelend vinden iets makkelijk vinden is iets moeilijk vinden iets vreemd vinden is iets __________ vinden Vul in: Je gaat schoenen kopen. Je ziet in de etalage mooie schoenen. Je gaat naar binnen en gaat de schoenen passen. De schoenen passen niet. Ze zijn te klein. Je moet een een maat groter hebben. De verkoopster gaat een ________ paar pakken.. Die passen wel. Vul in: De vrouw _________ een glas thee in.
Vul in: Waarom ben je zo moe? _________ ik vannacht slecht geslapen heb.
puzzel
36
1
2
3
3
4
5
6
7 8
8
9
HORIZONTAAL 2
4
6
7
8 9
Vul in: Het kind ziet een grote hond. Het kind gaat huilen. Waarom? Omdat het kind __________ voor de hond is. Vul in: "Wil je wat eten. Heb je honger?" "Nee, dank je. Ik heb _________ gegeten." Vul in: De man staat bij de bushalte. Hij __________ op de bus. Vul in: het tegenovergestelde van zomer is winter koud is warm soms is vaak bewolk is de zon schijnt altijd is __________ Vul in: Voor het eten was _______ altijd mijn handen. Vul in: Veel mensen wonen liever in een dorp en niet in de grote ________. Ze vinden een dorp rustiger.
VERTICAAL 1
3 5
6
Vul in: Als ik wakker word, ga ik altijd eerst koffie zetten en de ontbijten, en ________ ga ik douchen en aankleden. Vul in: ochtend - middag - avond - __________ Vul in: "Wat ga je ________ na de les doen?" "Tv kijken en wat eten." Vul in: Hij is nooit getrouwd. Hij ________ alleen.
n t 2 ta educatie a l m e n u . n l - ROC puzzel Amsterdam van Amsterdam je kanROC mevan wat
37
2
1
5
4
3
6 7 9
8 10
12
11
13
14
HORIZONTAAL 1
3
5
7 8 10 11
13
14
VERTIKAAL
Vul in: Ze hebben gegeten. [klaar] Ze eten. [nu] Ze __________ eten.. [straks] Vul in: Het tegenovergestelde van netjes is slordig recht is krom weinig is veel rijk is __________ Vul in: Ik leer alle woorden 5 keer. Dat moet van de leraar. Maar toch vergeet ik __________ de helft van de geleerde woorden. Vul in: welk woordje mis je? het - ________ - een Vul in: __________ - vandaag - morgen Vul in:"Ik wil graag 2 kilo appels _________ een kilo peren?" Vul in: Gisteren was het slecht weer. Vandaag is het ook slecht. Wat voor weer gaat het morgen ________? Vul in:Het tegenovergestelde van hoog is laag kort is lang open is dicht droog is __________ Vul in: Je proeft met je __________.
je kan me wat
1 2 3 4
6 7 8
9 11
12
nt2taalmenu.nl
Vul in: In Nederland koken we op '________'. In veel andere landen kookt men op elektriciteit. Vul in: Hij heeft hoofdpijn. Daarom ________ hij een paracetamol. Vul in: "Wanneer ga je naar de tandarts?" "__________ ik kiespijn heb." Vul in: Tussen ons huis en dat van de buren zijn dunne ________. We horen alles van de buren en omgekeerd horen zij alles van ons. Heel vervelend. Vul in: Achter ons huis hebben we een grote ________ met veel bomen, gras en veel bloemen. Vul in: :Welk woordje mis je? dit - dat - die - __________ Vul in: Het tegenovergestelde van brengen is halen dalen is stijgen kapot maken is repareren krijgen is __________ Vul in: _________ dat, dan dat, daarna dat, etc. Vul in: Welk woordje mis je? wie - waar - __________ - waarom - wanneer hoeveel - welke Vul in: "Wil je ________ een kopje koffie?" "Ja graag."
puzzel
38
1
3
2 5
4
5
6
7
VERTIKAAL
HORIZONTAAL
1
4
6
Vul 2 x hetzelfde woord in: Je fiets is kapot. Je moet dan je fiets gaan repareren of je kan ook zeggen: je fiets gaan__________. Je wilt wat eten. Je moet dan eten gaan koken of je kan ook zeggen: eten gaan ________. Vul in: Op nummer 15 woont de familie Goossens, en op nummer 17 __________ hen de familie Kiratli. Vul in: Nederland heeft een paar eilanden. Een van die eilanden heet: __________. Je moet er mer een boot maar toe.
1
2
3
5
7
Vul in: Je gaat een brief schrijven naar de school. Je begint de brief met: Geachte meneer/mevrouw. Je gaat een brief schrijven naar een bekende. Je begint de brief met: __________ Piet.
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
Vul in: Je wil naar het eiland Texel. Je moet met de boot. Texel is niet ver. De boot doet er ongeveer 20 ________ over. Vul in: De trein naar Haarlem gaat weg om 5 minuten voor 2. De reis duurt ongeveer 20 minuten. Je bent dan om ________ over 2 in Haarlem. Vul in: Mevrouw Kiratli woont in Nederland. Haar _________ niet. Die woont in Turkije. Ze gaat elke zomer naar Turkije op vakantie. Vul in: Het meervoud van boek is boeken klok is klokken tafel is tafels tas is tassen foto is foto's taxi is __________
puzzel
39
opdracht 18 1
2 3 6
4
5
6
HORIZONTAAL 2
VERTIKAAL
Vul in:
1
"Welke smaak hebben citroenen, azijn of oude wijn?"
Ik heb drie broers en twee __________. 2
Die smaken __________, net zoals yoghurt."
5
Vul in: Stenen zijn hard. Wol is __________.
Vul in: Als je een brief _______, vergeet dan niet de
6
Vul in:
3
Vul in:
datum links boven.
Kinderen vinden koffie of bier niet lekker.
Vul in:
Ze vinden witlof ook niet lekker, en spruitjes ook
Met je ogen kan je zien.
niet.
Met je tong kan je proeven.
Kleine kinderen houden niet van dingen die
Met je handen kan je voelen.
________ van smaak zijn.
Met je neus kan je ruiken.
4
Met je __________ kan je horen.
Vul in: Met de auto sta je vaak 's morgens in de file. De trein niet. Treinen ________ altijd op tijd.
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
puzzel
40
1
2
5
3
4
6
6
5
8
9
7
10
11
12
13
1
HORIZONTAAL
VERTIKAAL
Vul in: Je kookt in de keuken, je wast jezelf in de
1
_______. 5
vervoer:de tram, de metro en de ________.
Vul in: Links is een slappe man,
2
rechts is een ________ man.
7
Vul in: Als je _______ veel alcohol drinkt, word zeggen.
10
3
4
Vul in: het tegenovergestelde van:
Vul in: De meeste treinen _______ op tijd, maar op drukke dagen is er vaak vertraging.
alles
is
niets
verkeerd
is
juist
niemand
is
__________
6
Vul in: Iemand heeft op mijn voet gestaan. Ik heb pijn in mijn grote _______.
7
Vul in: in een restaurant
Vul in: welk [aanwijs] woordje mis je? dit - dat - die - __________
"Ik neem een biefstuk __________ een glas wijn."
8
Vul in: Ik doe melk in de koffie. Ik doe het erin. Ik doe kaas op de spaghetti. Ik doe het erop. Vul in: Ik moet naar het station. Bij dit kruispunt weet ik niet of ik naar links moet of naar rechts.Ik weet niet welke
Vul in: Ze gaan ________ jaar naar hetzelfde land op vakantie.
9
Ik doe ketchup over de patat. Ik doe het ________. 13
Vul in: Als ik op vakantie ga neem ik altijd een paar boeken _______. Ik houd van lezen.
"Wat neem jij?" 11
Vul in:Links is een lange slang, rechts zie je een _________ slang.
je dronken en ga je dubbel zien en gekke dingen 8
Vul in: Je hebt in Amsterdam openbaar
Vul in: De man is zenuwachtig, Hij ________ een sigaret. Dat helpt.
11
Vul in:De afkorting van 'etcetera' is ______
12
Vul aan: Je buik zit voor en je _________
__________ ik op moet. Weet jij welke kant ik op
achter.
moet?".
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
puzzel
41
1
2
3
4
5
6
7
HORIZONTAAL 2
4
VERTICAAL
Vul in: De vrouw is ziek. Ze __________ hoofdpijn en is misselijk. De vrouw pakt een paracetamol. Na een kwartier is de hoofdpijn weg. Vul in: Het linker meisje heeft donker haar en het rechter meisje heeft ____________ haar.
1
2
3 `
5 6
7
Vul in: Je praat met je mond. Je voelt met je handen. Je loopt met je benen. Je ____________ met je hoofd. Vul in: De vier dagdelen zijn: ochtend - middag - avond - ____________.
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
Vul in: Het is nu 2008. De man is vijftig jaar oud. Hij is __________ in 1958. Vul in: je navel hoort bij je buik je knie hoort bij je benen je nagel hoort bij je handen en voeten je neus hoort bij je ___________ Vul in: "Iemand is geboren in 1928. Het is nu 2008. Hoe oud is die persoon?" "Die is ____________ jaar oud." Vul in: Wat doet de man? Hij ____________.
puzzel
42
1
2
3
3
4
5
6
7 8
8
9
HORIZONTAAL 2
4
6
7
8
9
VERTICAAL
Vul in: De leraar vraagt: "Heb je deze oefening _________ gemaakt of samen met andere cursisten?" De cursist antwoordt: "Alleen!" Vul in: Je kijkt _________ vaak naar. Waar naar? Naar de televisie. Vul in: De man gaat met de bus naar zijn werk. Hij loopt naar de bushalte. Hij __________ op de bus. Vul in: het tegenovergestelde van zomer is winter koud is warm soms is vaak bewolkt is de zon schijnt altijd is __________ Vul in: Voor het eten was ik mijn handen. __________ het eten poets ik mijn tanden. Vul in: In een dorp is het rustig. Er wonen weinig mensen In de ________ is druk. Er wonen veel mensen.
je kan me wat
1
3
5
6
nt2taalmenu.nl
Vul in: het tegenovergestelde van lente is herfts sterk is slap meteen is straks niemand is __________ Vul in: De man is blij en vrolijk. Wat deze man? Hij __________. Vul in: "Pardon meneer mag ik u iets vragen?" "Jahoor." "Is hier ook een postkantoor in de buurt?" "Ja je loopt rechtdoor tot de hoek. Daar ga je linksaf. En dan is het de tweede ________ rechts." "Dank u wel." Vul in: Boven ons __________ een oude vrouw. Ze kan niet meer zo goed lopen. We doen vaak boodschappen voor haar.
puzzel
43
1
2
3
5
4
6
7
8
9
HORIZONTAAL
1
3
5
7
8
9
VERTIKAAL
Vul in: Wat mis je: tram - metro - _________ - trein Vul in: De veter van mij schoen zit ______. Ik moet hem vast-maken.
1 2
4
Vul in: "Wil je nog iets eten?" "Nee, dank je. Ik hoef ______ meer. Ik zit vol. Vul in: Mijn oma woont alleen. Ze kan alles zelf. Ze heeft geen hulp nodig. Maar ze vindt het wel leuk als er mensen op bezoek _________." Vul in: Ik ga vroeg naar bed. Ik ben heel __________ moe Vul in: Als de was uit de wasmachine komt, is de was nog _______. Je moet de was dan nog ophangen om te drogen.
je kan me wat
6
nt2taalmenu.nl
Vul in: Auto's rijden op _________. Vul in: Hij kan wel 100 kilo tillen. Hij is heel erg _______. Vul in: Wat deze jongen? Hij ____________ omhoog.
Vul in: Je kan een oefening alleen maken, maar het is vaak beter om een oefening _______ te maken. Je kan elkaar dan helpen en daar leer je van.
puzzel
44
HORIZONTAAL 1
3 5
7 9
10
12 15
16
17
Vul in: Bloed is rood van kleur. Gras is groen van kleur. Sneeuw is ____________ van kleur. Vul in: Het kind ligt in __________ en slaapt.. Vul in: in een restaurant "Mag ik een kopje koffie __________ een broodje kaas?" Vul in: Dit is een fles rode _________. Vul in: Voor het eten was ik mijn handen. __________ het eten poets ik mijn tanden. Vul in: "Ga je nog afwassen?" "Dat heb ik __________ gedaan. Het is al klaar." Vul in: De les duurt van zeven _______ tien uur. Vul in: "Kom je?" "Ja, ik kom _________. Een momentje." Vul in: "Waar ga jij naar _________?" "Naar de markt, boodschappen doen." Vul in: Een cursist heeft een afspraak en vraagt: "Mag ik vandaag wat eerder ________?" De docent antwoordt: "Natuurlijk.:"
VERTICAAL 1
2
4 6 7 8
11 13 14
15
Vul in: in een restaurant "Alstublieft, uw koffie." "Dank u __________." Vul in: "Wil jij suiker ________ je kofie?" "Nee, dank je." Vul in: Een olifant is groter __________ een muis. Vul in: ik - jij - u - hij - _______ - wij - jullie Vul in: wie - ________ - waar - wanneer - waarom Vul in: Het regent hard. Ik heb geen paraplu. Ik word helemaal ________. Vul in: De docent praat _________ de cursist. Vul in: De man wacht _______ de bus. Vul in: Dit is een __________.
Vul in: De man De vrouw -
nt2taalmenu.nl puzzel je kan me ROCvA wat - volwasenen onderwijs - ROCvA
hij zij of __________
45
1
2
3
4 5
6
7
8
9
VERTIKAAL
HORIZONTAAL
1
2
5
7
8
9
Vul in: Ik voel me niet lekker. Ik ________ vanavond vroeg naar bed. Geef antwoord Je hebt rug pijn. Je hebt een afspraak in het ziekenhuis. Jullie hebben geen auto. Met de bus kan je niet, want je kan niet lopen. Je pakt daarom de telefoon en belt een ________. Vul in: Meisjes zijn meestal niet zo lang als jongens. Als meisje ________ je tot je 16-de jaar, als jongen tot je 18-de jaar. Vul aan: In de apotheek: “Mevrouw ... eh Vita? Wat zijn uw voorletters?” “A.G.” “Wat is uw geboorte__________?” “13-4-1970.” Vul in: Je krijgt van de dokter een recept en met dit recept ga je dan _________ de apotheek. Daar krijg je de medicijnen. Vul in: Ze is heekl erg ziek. Ze ligt de hele dag al _______ bed.
je kan me wat
1
3
4
6
nt2taalmenu.nl
Vul in: Voor het tandenpoetsen: “Heb jij Mariese al haar vitaminedruppeltjes _________?” “Nee, dat moet jij nog doen!” “Okee!” Vul in: De apotheker zegt: “Zo mevrouw, alstublieft, drie maal daags twee pillen. U moet ze voor het eten met een beetje water __________. Wel de kuur afmaken, hoor.” Vul in: “Kunt u maandagmorgen om half-tien?” “Ja dat is __________.” “Okee, tot maandag morgen dan.” Vul in: “Ben je ziek? Je ziek zo witjes? Kan ik ________ voor je doen?” “Ik voel me grieperig. Ik ga naar bed. Griep gaat van zelf wel over.”
puzzel
46
HORIZONTAAL 1
VERTIKAAL
Vul in:De vrouw kijkt in de spiegel en ziet
1
__________. 5
6
__________ bij de dag.
Vul in:Vroeger __________ ik altijd mijn
2
Vul in: Heb je Carla nog gezien?
huiswerk, maar omdat de docent het nooit
Nee ik heb ________ al een week niet
nakeek, doe ik dat niet meer altijd.
gezien. Is ze ziek?
Vul in:
3
Het tegenovergestelde van 'dichtbij' is
Vul in: We zien __________ niet zo vaak maar we bellen wel vaak.
__________. 8
Vul in:De maan hoort bij de nacht, de
4
Vul in: Een glazen _______ moet je niet in
Vul in:
de vuilnisbak gooien maar in de glasbak.
Wat doe je als je een woord niet begrijpt?
Dat is beter voor het milieu.
__________ zoek ik het woord op in een woordenboek. 9
11
Vul in: bakken
=> bakker
verkopen
=> verkoper
fietsen
=> fietser
spelen
=> _________
5
Vul in: "Weet jij hoe zij heet? Ik ben haar
Vul in: Geachte _________ de Vries [voor een man - niet voor een vrouw]
7
naam __________."
Vul in:Schrijf het woord 'vast' omgekeerd op.
8
Vul in: dit-dat- die -__________
10
Vul in: Ze zijn volgende maand 25 jaar getrouwd . We moeten een kado voor __________ kopen. Weet jij iets?
je O kan p e me n Swat chool
A m s t e r d a puzzel m Zuid-Oost
nt2taalmenu.nl
47
2
1
5
4
3
6 7 9
8 10
12
11
13
14
HORIZONTAAL 1
VERTIKAAL
Vul in:In de zomer is het meestal warm.
1
In de winter is het meestal _________. 3
5
Ze geven elkaar dan een __________.
Wat is het? Het is van metaal, het is scherp,
2
Vul in: In de winter dragen mensen dikke `
gevaarlijk voor kinderen, je vind het in de keuken,
kleren kleren omdat het koud is.
en je kan ermee snijden.
In de zomer, als het warm is, dragen mensen
Vul in: Parfum ruikt lekker, maar poep niet.
meestal ________ kleren.
Poep __________! 7
Vul in: Mensen zijn verliefd op elkaar.
3
Vul in:De man is heel erg dronken.
Vul in: "Wil je koffie zonder of ________ melk?" "Zonder melk, graag."
Hij heeft ________ veel bier gedronken.
4
Vul in: Vroeger waren huizen meestal van
8
Vul in: Bellen doe je met een __________.
hout, tegenwoordig zijn ze van __________,
10
Vul in: "Ik wil graag twee koffie _________ drie
en flats worden meestal gemaakt van beton.
thee." 11
6
Vul in: Je hebt vijf vingers aan elke hand.
Vul in: mijn vrouw ________ 's morgens de
De kleinste heet je pink. Bij je voet heet die je
kinderen naar school en ik haal de kinderen
kleine __________ .
's middags van school.
7
Vul in: Je voelt met je handen, je hoort met je
13
Vul in: `Dat is niet normaal.Dat is _________!"
oren, je kijkt met je ogen, je ruikt met je neus, en
14
Vul in: Als je excuses wilt maken, zeg je `Sorry´,
je proeft met je __________.
of: 'Het __________ me!'
8
Vul in: Je koopt in de winkel iets van 8 euro 90. Je betaalt met een biljet van 10 euro. Je krijgt 1euro 10 aan wisselgeld __________.
9
Vul in: In Amsterdam is een auto niet handig. Parkeren is een probleem. Daarom ga ik op de __________ naar mijn werk.
11
Vul in: Ik vind eieren op brood lekker. Ik __________ vaak een ei'tje in de koekenpan.
12
je kan me wat
nt2taalmenu.nl
Vul in: We hebben les ________ 10 uur. puzzel
48
1
3
2
4
5 6
5
7
8
9
VERTIKAAL
HORIZONTAAL
1
3
5
7
8 9
Vul een woord met [4 letters] aan: Je hebt een brief. Je moet er __ __ __ __zegels op plakken. En dan moet je de brief in een __ __ __ __bus doen of naar het __ __ __ __kantoor brengen. Vul in: Welk woordje mis je van ______ mij mijn je jou jouw u u uw hij hem zijn zij haar haar wij ons ons/onze jullie jullie jullie ze hen hun Vul in: Welk woord mis je: de ochtend - de middag - de ________ - de nacht Vul in: Iemand is verdrietig en huilt. Iemand is blij en __________. Vul in: De afkorting van centimeter = ________ Vul in: Nederlanders ________ meestal 3 keer per dag. 's Morgens bij het wakker worden: het ontbijt. Om ongeveer 12 uur: de lunch. Om ongeveer 6 uur: de warme maaltijd.
je kan me wat
1
2 4
6
nt2taalmenu.nl
Vul in: Een regenpak? Wat is dat? Dat is een pak tegen de regen. Het is gemaakt van kunststof Het is gemaakt van __________. Vul in: Je zit nu op een __________. Wat zijn het? Het nieuws staat erin. Ze zijn gemaakt van papier en ze worden elke dag in je breivenbus gedaan. Wat is het? het zijn _________. Vul in: Het tegenovergestelde van: de zomer = de winter warm = koud vlakbij = ver 100% zeker = misschien voor = na open = ________
puzzel
49
1
2
3
4 5 6
7
HORIZONTAAL
2
4 5
6
7
VERTIKAAL
Vul in: Je snijdt vlees een mes. Je knipt papier met een schaar. Je eet soep met een ___________. Vul in: De afkorting van 'etcetera' is ___________. Wat is het? ik hoort bij mij en mijn jij hoort bij jou en jouw hij hoort bij ______ en zijn zij hoort bij haar en haar wij hoort bij ons en ons Vul in: Je wil iets aanwijzen: bij 'de' woorden gebruik je: die en deze bij 'het' woorden gebruik je: dit en __________ Vul in: Het zit aan je vingers en tenen en je moet het af en toe knippen. Kijk naar de tekening. Wat is het? Het is een ____________.
je kan me wat
1
2
3
4
nt2taalmenu.nl
Vul in: het zuiden het westen het oosten het ___________ Vul in: De man __________, omdat hij blij is.
Vul in: Kijk naar de tekening. Wat is het? Het is een ____________. Vul in: Mensen schrijven elkaar met computer een ____________. Vroeger schreven mensen elkaar een brief.
puzzel
50