Ik heb nog wat te willen! Herstel en rehabilitatie is van mensen
©2012 Walravens Zorgadvies
Werkboek behorende bij de cursus:
Ik heb nog wat te willen! Herstel en rehabilitatie is van mensen
Toon Walravens
© Copyright 2015. Walravens Zorgadvies, Eindhoven Teksten: Toon Walravens van Walravens Zorgadvies, Eindhoven Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voorwoord
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
4
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
5
Inhoud Voorwoord 1 Introductie en kennismaken 2 Herstel & Rehabilitatie 3 Hoe kun je Rehabilitatie het beste toepassen? 4 Wat is bejegening? 5 Ervaringen met behandeling, familie en naastbetrokkenen 6 Groepsdruk & de kracht van een groep 7 Kwaliteiten & valkuilen 8 Wat vertel je wel of niet over je verleden in een forensische kliniek? 9 Stigma en zelfstigma 10 Spijt 11 Gastles 12 Evalueren en afscheid nemen Bronvermelding
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
4 7 10 12 13 17 18 22 24 26 30 32 33 36
6
1 Introductie en kennismaken Voor je ligt het werkboek van de training ‘Ik heb nog wat te willen!’ Dit werkboek hoort bij een reeks bijeenkomsten over de invulling die je geeft aan de opgelegde straf. Het werkboek is ingedeeld in verschillende hoofdstukken waarin we verschillende thema’s/onderwerpen bespreekbaar maken. De onderwerpen gaan over: – rehabilitatie en herstel – omgevingsomstandigheden – wat zijn je mogelijkheden? – hoe nu verder? Het werkboek geeft uitleg over de verschillende onderwerpen. Ook staan er oefeningen in en is er ruimte om dieper op onderwerpen in te gaan. Na elk onderwerp is er een lege bladzijde opgenomen, waarop je als deelnemer aan de bijeenkomsten je gedachten en indrukken kunt opschrijven. Tijdens de bijeenkomsten worden er stukken uit het werkboek gelezen en besproken. Soms werkt ieder voor zich aan een korte opdracht. Met elkaar praten we over jouw eigen ervaringen, ook die met betrekking tot jouw verblijf en behandeling in de kliniek. Laten we van elkaar leren! Het doel van de bijeenkomsten 1 Bouwen aan een nieuwe identiteit Het inzichtelijk krijgen van je verschillende rollen die je hebt als mens. Door dieper in te gaan op wie je bent kom je erachter wat bij je hoort, wat bij je past en wie je wilt zijn. 2 Het opdoen van vaardigheden Hierdoor kun je bewuster kiezen voor een traject wat bij jou past. Je vergroot je kennis en leert dat jouw eigen mening er toe doet tijdens het kiezen van een traject. 3 Het verhogen van een genormaliseerde omgeving Hierdoor wordt er een bijdrage geleverd aan een betere, meer herstelgericht verblijf en behandeling waarin je in alle openheid over je persoonlijke leven kan praten Aan deze doelen wordt in kleine stapjes gewerkt. Elke vooruitgang, ook al lijkt deze nog zo klein, zien we als een overwinning. De training heeft voornamelijk een sociale kant, geeft afwisseling en breekt in op de dagelijkse sleur van het cliënt zijn. De trainers zorgen voor een veilige omgeving waarbij het persoonlijke leven gevoeld mag worden, daar zelf de regie in te nemen en verantwoording voor te dragen.
1.1 Voorstellen Wie zijn de trainers? • Wat is hun achtergrond? • Waar staan ze voor? Wie zijn de deelnemers? • Vertel kort iets over jezelf. • Wat verwacht je van de training?
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
7
Wat gaan we doen in deze training? • Doelstelling van de training • Hoe gaan we samen te werk? Hoe vond je onze ontmoeting? • Wat is je daarbij opgevallen?
1.2 De groep De groep komt twaalf keer bij elkaar. We gaan met elkaar een aantal thema’s doornemen en maken daarbij gebruik van verschillende werkvormen. Je kunt je eigen ervaring en mening over onderwerpen inbrengen. Je kunt vragen stellen aan anderen en met elkaar in discussie gaan. Het onderlinge contact draagt op een natuurlijke manier bij aan het zelfvertrouwen en eigenwaarde van jou als mens. We willen komen tot een goed gespreksklimaat met openheid, vertrouwen, betrouwbaarheid en respect. We zijn er samen voor verantwoordelijk dat de bijeenkomsten goed verlopen. Om een goede start te maken, is het belangrijk te bekijken welke afspraken we nodig hebben. De afspraken die we samen maken: 1 ...................................................................................................................................................................................... 2 ...................................................................................................................................................................................... 3 ...................................................................................................................................................................................... 4 ...................................................................................................................................................................................... 5 ...................................................................................................................................................................................... 6 ...................................................................................................................................................................................... 7 ...................................................................................................................................................................................... 8 ......................................................................................................................................................................................
Oefening 1 Formuleer twee persoonlijke leerdoelen voor deze training: Leerdoel 1 ........................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... Leerdoel 2 ........................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
8
1.3 Kennismaking Opdracht We doen een kort voorstelrondje waarbij een ieder vertelt wie hij/zij is en wat je verwachtingen zijn van deze training ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
9
2 Herstel & Rehabilitatie
Terugblik naar vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in de termen Herstel en Rehabilitatie – Inzicht gekregen in wat jij nodig hebt tijdens jouw herstel
Hiermee kun je: – samen met anderen invulling geven en bouwen aan een voor jou betere toekomst
2.1 Herstelgericht verblijf en behandeling Binnen de Forensische Psychiatrische Kliniek ‘De Woenselse Poort’ is het roer gaat langzaam omgegaan en doen en denken we steeds meer na over Herstelgerichte Zorg. Terug naar rehabilitatie en begeleiding. Niet om je in de watten te leggen, maar om jezelf optimaal voor te bereiden op een leven zonder criminaliteit. Mensen zouden een vak kunnen leren, of trainingen en cursussen gaan volgen! Natuurlijk heb je ook een geldig ID-bewijs, huisvestiging, uitkering en georganiseerde eerste opvang nodig. Maar in al deze zaken kun je zelf ook een actieve houding in nemen!
2.2 Rehabilitatie: waar een weg is, is een wil Het onderwerp van rehabilitatie binnen de Justitiële instellingen of forensische kliniek Een belangrijk onderdeel binnen de rehabilitatie is werken, leren en sociale contacten. Voor veel mensen is het hebben of behouden van een baan een belangrijke manier om mee te kunnen doen in de samenleving. Zo ook voor mensen met een justitieel verleden. Tijdens deze training willen we je binnen De Woenselse Poort niet alleen maar laten horen en lezen wat de moeilijkheden en valkuilen zijn, maar ook de successen die er zijn op het gebied van rehabilitatie. Mogelijk zal je herkenning vinden in het lesmateriaal over rehabilitatie en bij behorende artikelen of juist niet. Tijdens de training krijg je verschillende interviews, onder andere met (ex) gedetineerden en met forensische cliënten te lezen. Zij delen hun ervaring met rehabilitatie. We hopen je met het onderdeel rehabilitatie meer zicht te geven op je eigen mogelijkheden en kansen met richting toekomstperspectief. Waar een weg is, is een wil.
2.3 Herstel Herstel is een begrip dat ontstaan is in de cliëntenbeweging van de psychiatrie en verslavingszorg. Onder herstel verstaan we: een intens, grillig, pijnlijk en uniek proces van iemand die moet herstellen van een psychiatrische en/of verslavingsaandoening. Herstel heeft meerdere betekenissen. In de cliëntenbeweging is herstel iets anders dan genezing. Genezing betekent dat alle symptomen verdwijnen. Om te herstellen, is dat echter niet nodig. Andersom is het mogelijk dat iemand na verloop van tijd geen symptomen meer heeft, maar nog zo bezig is met de nare ervaring dat hij nergens meer zin in heeft. Die persoon is misschien wel genezen, maar niet hersteld. Herstellen vraagt om een actieve houding. Verder kunnen we herstel onder drie categorieën onderverdelen: • Persoonlijk herstel • Sociaal herstel • Maatschappelijk herstel
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
10
In je leven heb je verschillende rollen. Ook deze kun je verdelen onder: • Persoonlijke rollen • Sociale rollen • Maatschappelijke rollen
2.4 Opdracht Noem je persoonlijke rollen op en zet ze op volgorde van belangrijkheid ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... Noem je sociale rollen op en zet ze op volgorde van belangrijkheid ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... Noem je maatschappelijke rollen op en zet ze op volgorde van belangrijkheid ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... Welke rollen wil je behouden? Welke rollen wil je in de toekomst belangrijker maken? ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................................
2.5 Hoe ziet herstelgerichte behandeling er voor jou uit? Opdracht ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
11
3 Hoe kun je Rehabilitatie het beste toepassen!?
Terugblik vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in jouw verwachtingen – Hiermee kun je: – Je eigen begeleidingsbehoefte in kaart brengen
3.1 Wat kun je zelf doen tijdens rehabilitatie? Opdracht HET IS JOUW TRAJECT Vertel zelf duidelijk wat jij wilt en wat de verwachtingen zijn van elkaar. Dit voorkomt verwarring. Vraag aan je begeleiders of behandelaars in hoever jezelf inspraak en medezeggenschap hebt tijdens het kiezen van een traject. Ga niet impulsief een traject aan omdat je graag naar buiten wil. JEZELF LATEN ZIEN Net als in elk gesprek is jezelf laten zien en horen erg belangrijk. Voornamelijk eerlijkheid is vanuit beide kanten erg belangrijk, dit schept vertrouwen en vertrouwen heb je in elk traject nodig. LAAT JE INSPIREREN Het inspireren van mensen binnen de kliniek is niet anders als bij mensen in de maatschappij. Vraag de trajectbegeleider om succesverhalen die hij/zij kent. Kies samen een traject wat bij jou en je nieuwe leven past. Het moet uiteraard wel reëel en haalbaar zijn. WAT IS JOUW BEGELEIDINGSBEHOEFTE? Inventariseer voor jezelf hoe jou behoeften voor begeleiding eruit zien. Bijvoorbeeld, het kan zijn dat je wekelijks contact met je begeleider wilt. Dat de begeleider je op de hoogte brengt voor jou interessante ontwikkelingen op het gebied van: – Trainingen – Scholing – (Vrijwilligers) werk – Schuldsanering – Dagbesteding – Et cetera Als sommige mogelijkheden of voorstellen die jij hebt gedaan niet kunnen moet de begeleider je daar meteen op wijzen en/of daar zo snel mogelijk van op de hoogte brengen. Sta er wel voor open dat als jij verwachtingen hebt naar je begeleider hij/zij deze ook naar jou heeft. Dit draagt bij aan een goede onderlinge samenwerking om te komen tot de juiste keuzes.
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
12
4 Wat is bejegening?
Terugblik vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in de term bejegening
Hiermee kun je: – bewuster samenwerken – een betere onderlinge verstandhouding
4.1 Inleiding Bejegening is de omgang met een ander en elkaar. Bejegening: in het woord zit ook iets van een omgang die voor beide partijen prettig is en voelt, waarin respectvol met elkaar wordt omgegaan. Dat je op ieder moment je realiseert, weet, voelt en denkt: daar sta ik. Want als mens kun je wonderbaarlijk genoeg - heel gemakkelijk door de twee huiden heen het gemeenschappelijke voelen. En dat de een nu professioneel is en de ander klant, patiënt of cliënt is slechts een deel van het bestaan en een momentopname. Wie weet waar iemand nog beland...? Of in welke situatie je komt? In Bijbelse termen is Bejegening: wat gij niet wilt dat u geschied, doe dat ook een ander niet. Herken jezelf in het gezicht van de ander. “Ja en dan loop ik te denken: tegelijk is het zo essentieel dat de ander niet - mij is.” En dat je dus aftast waar hij of zij anders in is, en omgekeerd. Dat vraagt om moed, want daarvoor moet je jezelf ook kwetsbaar opstellen. Dat levert echter wel iets goeds op, want: Samen willen we iets.
Oefening 1 Wat versta ik onder goede bejegening? ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... Geef twee voorbeelden liefst uit eigen ervaring Voorbeeld 1 .......................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
13
Voorbeeld 2 .......................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................
Oefening 2 Waarom is goede bejegening voor mij belangrijk? ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... Geef twee voorbeelden Voorbeeld 1 ......................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................................................ Voorbeeld 2 ......................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................................................
Oefening 2b Als je je niet fijn bejegent voelt, hoe kun je dit dan het beste aangeven? ............................................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................
Oefening 3 Hoe bejegen jij anderen? Omschrijf in vijf steekwoorden hoe jij anderen bejegent: ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
14
Oefening 4 Rollenspel met betrekking tot bejegening (bijvoorbeeld psychiater / cliënt)
Bejegening en Opkomen voor jezelf Voor jezelf opkomen Op welke manieren kan ik voor mezelf opkomen? Onderstaande zijn voorbeelden: Assertief zijn Mijn mening vertellen / zegje doen Niet mezelf neerhalen / zelfbeeld Clean en nuchter blijven Mijn eigen verhaal en herstelervaring vertellen in groepen Nieuwe dingen doen Mijn mening ook zeggen Niet zo veel aanpassen aan de ander Wat betekent Opkomen voor jezelf? Beter opkomen voor je eigen belangen Dit vereist: • Moed • Doorzettingsvermogen • Vastberadenheid • Wilskracht Geloof in jezelf: iedereen is een geweldig uniek en mooi mens! Oefen jezelf om dit te geloven en dit steeds opnieuw te bevestigen
Oefening 5 • Wees bewust van je rechten, in de kliniek heb je niet alleen plichten en regels. Je hebt ook rechten. Welke rechten wil je voor jezelf meer gerespecteerd hebben? • Noem iets wanneer je wel voor jezelf bent opgekomen • Noem iets waarvoor je graag voor jezelf op zou willen komen Wat heb je nodig? Bijvoorbeeld informatie en kennis, feiten, regels, protocollen, steun, PVP-er, cliëntenraad, behandelaar of persoonlijk begeleider. Richt je op wat je wilt bereiken!
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
15
Even gewoon van mens tot mens Normen en waarden zijn belangrijk voor een goede omgang met elkaar. Dit zijn voor ons uitgangspunten waarmee het begrip ‘normalisatie’, aangeduid wordt, dit wil zeggen dat men ieder mens op een normale manier tegemoet treedt. Onder ‘normale omgang’ word verstaan dat in elke situatie de persoon wordt bejegend als gelijkwaardig mens. Kernwaarden die gelden voor elk mens en die nodig zijn voor de balans tussen gelijkwaardig contact tussen mensen vinden we door terug te gaan naar de basis: wordt B.O.E.R! BETROKKEN OPEN EERLIJK RESPECTVOL
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
16
5 Ervaringen met behandeling, familie en naastbetrokkenen
Terugblik vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in jouw relaties met anderen – Heb je een beter beeld van wie voor jou belangrijk zijn
Hiermee kun je: – Relaties opnieuw aangaan, versterken en behouden – Relaties op een nette manier afsluiten
“Geen mens is een eiland, geheel op zichzelf.” Wij functioneren altijd in een omgeving en in relaties met anderen. Ook mensen met een justitiële achtergrond hebben een gezin, familie en vrienden. Relaties die belangrijk zijn voor het welbevinden en de maatschappelijke participatie. Als één of meerdere belangrijke relaties verstoord zijn - bijvoorbeeld met de partner, ouders en/of kinderen - legt dat een last op de schouders van de betrokkenen. Een last die vaak zwaar weegt en belemmerend werkt bij het constructief invulling geven aan een liefst gezamenlijke toekomst. Als mensen daarbij niet of maar in geringe mate openstaan voor de reguliere hulpverlening ontstaat een impasse die maar moeilijk doorbroken kan worden. Soms wordt de reguliere hulpverlening namelijk door de betrokken partijen gezien of ervaren als een onderdeel van het probleem.
5.1 Hoe ervaar jij jouw behandeling? Opdracht Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
5.2 Hoe is jouw ervaring met familie en naastbetrokkenen? Opdracht .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
5.3 Wie zijn voor jou belangrijk? Hoe is je relatie met die anderen? En met betrekking tot de behandeling? Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen:
.............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
17
6 Groepsdruk en de kracht van een groep
Terugblik vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in de effecten van groepsdruk – Weet je welke positieve en negatieve effecten een groep kan hebben – Heb je handvatten gekregen om beter met groepsdruk om te gaan
anderen de taak van Het is niet , nd ig te vi en om jou aard lf ze je n ak va dat is de ta
6.1 Inleiding Heb jij in een groep ook wel eens dingen gezegd of gedaan die je eigenlijk niet wilde of meende? Groepsdruk kan ernstige vormen aannemen. Philip Zimbardo* identificeert drie factoren die bepalen of mensen de vage grenslijn tussen goed en kwaad (of beter: acceptabel gedrag en onacceptabel gedrag) overschrijden: 1 Conformisme “Erbij willen horen” en “angst voor afwijzing” zorgen ervoor dat we soms meegaan met de groep ook al gaat dat tegen ons eigen gevoel in (“Alle anderen deden het ook”) 2 Gehoorzaamheid Mensen zijn geneigd een autoriteit te gehoorzamen, ook als die iets doet (of hen opdraagt iets te doen) wat tegen hun eigen normen indruist (“Ik deed alleen maar wat mij werd opgedragen”) 3 Anonimiteit Anonimiteit kan ervoor zorgen dat mensen meer durven. Zowel positief als negatief. Bijvoorbeeld crimineel gedrag en er zo mee wegkomen. In anonimiteit kan ook kracht door middel van de gecreëerde veiligheid om dingen te vertellen liggen.
6.2 Eigen identiteit In alle gevallen ontdoen mensen zich van hun eigen verantwoordelijkheid voor hun gedrag. Ze proberen hun gedrag te rechtvaardigen - recht praten wat krom is - om deel uit te maken van iets dat groter is dan henzelf. Zelfbeeld en zelfvertrouwen – Vraag je af waar jij je identiteit aan ontleent. Als je je zelfbeeld ontleent aan wat anderen van je vinden, aan je bezittingen, aan je omgeving, dan maakt dat je vatbaar voor beïnvloeding. Jij bent de belangrijkste persoon in jouw leven namelijk. We zijn niet wat we hebben of wat anderen van ons denken. – Durf je fouten toe te geven “Ik had het mis” of “ik heb een vergissing gemaakt” of “ik ben van gedachten veranderd” kunnen voorkomen dat je slecht gedrag probeert te rechtvaardigen en verder gaat op de ingeslagen weg. Ik zeg maar zo: Je kunt beter je gezicht verliezen, dan je geweten.
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
18
Naarmate je meer van jezelf houdt, voor jezelf kunt blijven denken, het aandurft “to stand out from the crowd”, dan maak je meer kans dat de geschiedenis zich niet herhaalt.
6.3 Groepsdruk Heb je dat wel eens? Je doet iets waar je eigenlijk niet achterstaat. Je doet het omdat de hele groep dat doet en je niet buiten de boot wilt vallen. Voor veel mensen, dus ook voor jou, is het belangrijk wat de groep zegt. Je uiterlijk, hobby’s, en vrienden worden misschien wel bepaald door de groep. Op zich is er niks mis met groepsdruk, tenzij je beroofd wordt van jouw eigen mening.
6.4 Heb jij wel eens het gevoel (gehad) dat je beroofd word van je eigen mening? Opdracht Hoe voelde dit? Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. Gezond of ongezond Groepsdruk betekent dat de mensen die in jouw omgeving zijn, druk op je uitoefenen. Deze druk kan bewust of onbewust zijn. Als je bijvoorbeeld samen sport met een vast groepje en de hele groep sport twee uur. Dan is er sprake van gezonde druk, jij gaat ook meer sporten omdat de groep dat ook doet. Je moedigt elkaar als groep op een positieve manier aan. Maar stel je voelt je door een groep gedwongen om iets te doen waar je helemaal niet achter staat zoals bijvoorbeeld roken, drinken of stelen. Dat is ongezonde groepsdruk.
Groepsdruk: Gezond
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
Groepsdruk: Ongezond
19
6.5 Heb jij voorbeelden van gezonde of ongezonde groepsdruk uit je eigen leven? Opdracht Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
6.6 Negatieve groepsdruk Negatieve groepsdruk kan ernstige gevolgen hebben. Misschien merk(te) je het wel eens om je heen. Bijvoorbeeld; – vroeger, een groep op school – in de woonwijk waar je leefde – op je werk – waar je je nu bevindt Een groep die alle controle heeft. Wanneer je eenmaal bij die groep hoort, moet je dingen doen waar je niet achter staat. Uit angst voor de mening van de groep blijf je stil en uit je jezelf niet. Je kan heel bang worden voor de groep en al je gevoelens opkroppen. Dit is niet gezond.
6.7 Hoe ging je in het verleden met negatieve groepsdruk om? Opdracht Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
20
6.8 Hoe ga je tegenwoordig met groepsdruk om? Opdracht Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
6.9 Hoe kan het anders? Als je merkt dat jouw vriendenkring veel druk op jouw of iemand anders uitoefent, kun je het beste er meteen iets van zeggen. Vaak merken/weten mensen niet eens dat ze iemand anders onder druk zetten. Als de situatie heel heftig is, praat dan met iemand buiten de groep. Deze kan je op een gezonde manier advies geven en kijkt ook anders tegen de situatie aan.
6.10 Ben jij tevreden met jouw manier van omgaan met groepsdruk? Opdracht Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
6.11 Ken jij iemand waar je bij terecht kan om zaken bespreekbaar te maken? Opdracht Ruimte voor aantekeningen of opmerkingen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
21
7 Kwaliteiten & valkuilen
Terugblik vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in je kwaliteiten Hier mee kun je: – Kun je jouw kwaliteiten benutten en kun je je valkuilen bespreekbaar maken
7.1 Inleiding l Ieder nadee rdeel heb z’n voo jff Johan Crui
Een goede manier om je sterke en je zwakke punten helder te krijgen is om eerst je kwaliteiten in kaart te brengen. Dat is een veelgebruikte, heldere en toegankelijke methode die je ook kunt gebruiken om conflicten met anderen te analyseren. Kwaliteiten Kwaliteiten zijn de specifieke sterktes die iemand kenmerken. Ze maken je tot wat je bent. Het zijn ook de positieve punten die een ander het eerst over je zal zeggen als hij ernaar gevraagd wordt. Bijvoorbeeld dat je een erg creatief, bijzonder geduldig of zeer besluitvaardig persoon bent. Iedereen heeft wel een aantal van deze kwaliteiten. Kwaliteiten kunnen ook valkuilen worden Deze kwaliteiten worden een valkuil als je erin doorschiet. Dat is een vervorming van de kwaliteit, de andere kant van de medaille. Je kwaliteit wordt een zwakte. Ben je erg besluitvaardig, dan kun je in de valkuil trappen drammerig te worden. Of: als je doorschiet in je zelfverzekerdheid wordt je arrogant. Valkuilen van een ander: allergieën Zoals iedereen kwaliteiten heeft, heeft ook iedereen valkuilen. Als een ander doorschiet in een bepaalde kwaliteit, kan dat bij jou irritatie oproepen. Jouw reactie daarop wordt een allergie genoemd. Zo n allergie heeft vaak te maken met een kwaliteit van jezelf. Als je erg bescheiden bent, kun je je mateloos storen aan mensen die continu zichzelf op de borst kloppen. Achter allergieën schuilen weer uitdagingen Die vervelende eigenschap van de ander is natuurlijk ook een kwaliteit waarin hij is doorgeschoten. En het mooie is dat juist voor degene die er allergisch voor is, de kwaliteit die achter deze allergie ligt een belangrijk ontwikkelpunt kan zijn. Dit wordt dan de uitdaging genoemd. Erger je je regelmatig aan de passiviteit van een ander? Kijk dan welke kwaliteit daarachter zit. Is iemand bijvoorbeeld bedachtzaam, of geduldig en daarin doorgeschoten? Grote kans dat dat nou juist jouw uitdaging, is omdat je zelf soms te drammerig bent. Je kunt dus veel leren van de mensen aan wie je je het meest ergert!
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
22
7.2 Kwaliteitenspel Gerricken Opdracht Een ieder krijgt net zoveel kaarten als de groep groot is. Van de vier kwaliteiten kies je er één die van toepassing is op jou. De andere kaarten geef je weg aan de andere deelnemers. Schrijf de kwaliteiten op die je gekregen hebt op. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
7.3 Weet jij wat jouw valkuilen zijn? Opdracht .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
7.4 Hoe ga jij met jouw valkuilen om? Ben je daar tevreden mee? Opdracht .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
23
8 Wat vertel je wel of niet over je verleden in een forensische psychiatrische kliniek?
Terugblik vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in je eigen grenzen Hiermee kun je: – onnodige persoonlijke schade (denk aan bijvoorbeeld imagoschade) voorkomen
8.1 Inleiding Mensen met een verleden in een forensische psychiatrische kliniek zijn ook mensen, mensen zoals iedereen. Mensen met recht op een toekomst, mensen die mee willen doen in de samenleving. Voor velen is het hebben of behouden van een baan en goede sociale contacten een belangrijke manier om mee te kunnen doen in de samenleving. Je kunt je voorstellen dat dit soms dilemma’s met zich mee brengt: wat vertel ik wél en wat vertel ik níet over mijn verleden. Door middel van deze groepsoefening kunnen we hierover met elkaar van gedachten wisselen. De oefening is goed bruikbaar voor iedereen die in de toekomst graag opnieuw wil solliciteren. Je kunt het ook gebruiken als je nieuwe contacten legt: hoe open ben je tijdens je eerste ontmoetingen. Welke manier van communiceren past bij jou? Het doel van deze Groepsoefening oefening is dat je als deelnemers inzicht krijgt in de vraag of je bij een sollicitatie of aanmelding voor een opleiding over je achtergrond moet vertellen. Om het resultaat van de opdracht het best tot zijn recht te laten komen delen we de groep op in tweeën. Eén groep voor – en de andere groep tegenstanders. In de groep worden de stellingen besproken.
8.2 Aan de slag met stellingen Opdracht 1
Mensen met een uitkering en een verleden in een forensische psychiatrische kliniek moeten ontslagen worden van de sollicitatieplicht, want ze komen toch nooit meer aan het werk.
2
Werkgevers zouden verplicht moeten worden om mensen met een verleden in een forensische psychiatrische kliniek in de in dienst te nemen.
3
Er zou bij een sollicitatie niet gevraagd moeten worden naar het verleden, het verleden heeft geen invloed op het functioneren van nu.
4
Tijdens een sollicitatiegesprek moet je juist vertellen over je verleden, anders blijven vooroordelen ten opzichte van je verleden bestaan.
5
Als je op je werk uitlegt waar belemmeringen liggen met betrekking tot jouw sociaal functioneren en hoe men daar het beste mee om kan gaan, lig je er meteen uit en vinden ze je ‘gek’ en ‘gevaarlijk’.
6
Een verleden/heden met betrekking tot een forensische psychiatrische kliniek moet je niet vermelden. Je meldt toch ook niet dat je blindedarmontsteking hebt gehad.
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
24
8.2 Heb jij in het verleden een situatie meegemaakt dat je door jouw detentie of forensisch verleden gediscrimineerd hebt gevoeld? Opdracht Zo nee of ja Wat deed dit met jou? .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. Hoe ben je hiermee om gegaan? .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
25
9 Stigma en zelfstigma
Terugblik vorige bijeenkomst Na deze les heb je: – Inzicht gekregen in je eigen grenzen Hiermee kun je: – Goed voorbereid en weerbaarder omgaan met stigma - zelfstigma en beeldvorming
9.1 Stigma, zelfstigma en discriminatie Stukjes uit deze tekst over stigma, zelfstigma en discriminatie zijn overgenomen uit het artikel van Annette Plooy uit 2007 genaamd “stigma en stigmabestrijding” (zie www.kenniscentrumrehabilitatie.nl/herstel/tekst/stigma/stigmastigmabestrijding.htm).
9.2 Stigma In deze cursus gaan we ons richten op stigma’s die door mensen in een forensische psychiatrische kliniek worden ervaren, en in het bijzonder de stigma’s die je zelf hebt ervaren. Wat is een stigma eigenlijk? Een stigma is een vooroordeel dat iemand over jou heeft op grond van het feit dat je bijvoorbeeld een psychiatrische ziekte hebt. Als gevolg van je psychiatrische ziekte worstel je met jezelf en heb je geen energie. Andere mensen kunnen nu denken dat je lui bent, omdat je de hele dag op de bank hangt. Een stigma is dus eigenlijk een soort etiket dat iemand jou heeft opgeplakt.
Andere voorbeelden van stigma’s die je als patiënt in de psychiatrie worden opgeplakt zijn: – gek – gestoord – gevaarlijk – onvoorspelbaar – onberekenbaar – incompetent – onbetrouwbaar – minderwaardig – zelf schuld hebben aan je ziekte – eens een gek altijd een gek – .................................. – .................................. – .................................. – ..................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
26
Ook binnen justitie vindt er soms bedoeld of onbedoeld stigmatisering plaats: professionele stigmatisering. Hierbij kun je denken aan een houding van professionals die jou klein doet voelen. Bijvoorbeeld± je voelt je niet als gelijkwaardig mens gezien. Je zit natuurlijk ook in een hele afhankelijke positie. Ook kun je ervaren hebben dat er over jou werd gepraat in plaats van mèt jou. Of er werd gekeken naar jouw dossier of strafblad, maar er werd niet gevraagd hoe het met jou ging. Of misschien werd jou door anderen afgeraden om bepaald werk te gaan doen. Of een bepaalde studie, die je nu eigenlijk net zo graag wilde gaan volgen. Er werd niet gekeken naar wat je graag zou willen en hoe dat zo goed mogelijk te verwezenlijken zou zijn.
Oefening Welke stigma’s heb je zelf ervaren als ex-gedetineerde of cliënt in een forensische kliniek? Schrijf deze op een memoblaadje en plak deze op het bord op. ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................................................
9.3 Oorzaken van stigmatisering Verklaringen voor het ontstaan van stigmatisering zijn onder andere angst, trots, wantrouwen en gebrek aan informatie of onwetendheid. Mensen plakken graag etiketten op om verschillen tussen mensen aan te geven. Het schept een “zij”en een “wij”-gevoel. Als je vanwege een delict wordt opgenomen, dan ben je afgescheiden van de “gewone mensen”. Deze afgescheidenheid schept voor “gewone” mensen de veilige overtuiging “ik ben niet zo”. Hij/zij vormt geen gevaar meer voor de maatschappij. Het afgescheiden zijn en de toepassing van beheersmatigheid, voorkomen en beveiliging (ter afwending van gevaar) houden vervolgens de stigmatisering in stand. De overtuiging ontstaat dat het blijkbaar nodig is, dus dan moeten die stigma’s wel waar zijn. Ook houdt een reguliere opleiding, waarin eigenschappen aan een gedetineerde worden gekoppeld, professionals een gekleurd beeld voor, dat geen recht doet aan de individuele mens achter de gedetineerde.
9.4 Gevolgen van stigmatisering Als gevolg van stigmatisering kunnen zelfstigma’s ontstaan. Zelfstigma’s zijn beperkende overtuigingen die werken als een innerlijke belemmering. Daarnaast kunnen de stigma’s (vooroordelen) die andere mensen hebben over gedetineerden leiden tot discriminatie. Hieronder wordt daar verder op ingegaan.
9.5 Zelfstigma Als je stelselmatig gezien en behandeld word als een gedetineerde, doet dit onvermijdelijk een aanslag op je zelfrespect. Zeker als je toch al in een kwetsbare positie. Het maakt je kwaad, somber of verdrietig, maar je gaat ook aan jezelf twijfelen. Van zelfstigmatisering is sprake als je de stigmatisering gaat geloven. Als je gaat geloven dat er iets mis met jou is of dat je gevaarlijk en onbetrouwbaar bent of dat je minder bekwaam en sociaal aanvaardbaar bent dan anderen. Het ergst is de twijfel en het ongeloof. Kunnen mensen het aan je zien? Gedraag je je wel zo als het hoort? Zelfstigmatisering leidt er toe dat gedetineerden zich uit het sociale verkeer terug trekken. Daarmee bevestigen ze het beeld dat zij vreemde types zijn met wie je moeilijk contact kunt krijgen en die je beter kunt vermijden. Maar dat is het onbegrip.
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
27
Een zelfstigma is dus een soort etiket dat je jezelf hebt opgeplakt. Het werkt als een innerlijke belemmering. Er kunnen weer andere overtuigingen uit voortvloeien. Een zelfstigma begint met “ik ben”. Voorbeelden van zelfstigma’s zijn: – Ik ben niets waard – Ik ben een zonderling – Ik ben niet in staat om te werken – Ik ben niet in staat om te leren – Ik ben vreemd – Ik ben agressief – Ik ben altijd angstig – Ik ben altijd somber – Ik ben niet de moeite waard – – – –
Welke zelfstigma’s heb je zelf ervaren als cliënt in een forensische kliniek of ex-gedetineerde? Ik ben niet lief genoeg Ik ben niet goed genoeg Ik ben niet flink genoeg Ik ben afhankelijk van anderen door mijn strafblad/detentieverleden
9.6 Aanpassing van gedrag Wanneer je met detentie te maken krijgt, kunnen je toekomstdromen in duigen vallen. Je eigen teleurstelling maakt dat je zelfbeeld afbrokkelt en je minderwaardig gaat voelen ten opzichte van anderen. Je voelt je verlaten en je komt tot niets meer, je wordt bijvoorbeeld boos, somber of verdrietig omdat het jou overkomt! Je gaat je schamen en probeert het te verzwijgen. Daardoor kom je in een sociaal isolement. Stigma’s en zelfstigma’s kunnen je gedrag dus beïnvloeden.
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
28
Oefening Op welke gebieden hebben stigma en zelfstigma gevolgen voor jou gehad? Hoe ben je je anders gaan gedragen? Denk bij gebieden bijvoorbeeld aan gebieden zoals werk, vrije tijd/hobby’s, huisvesting, school/opleiding, godsdienst, zin van het leven, familie, ouderschap, partner/liefde, sociale relaties, hulpverlening, verlangens/ idealen, et cetera. Denk bij gevolgen voor je gedrag bijvoorbeeld aan vermijden, vluchten, bevriezen of de strijd aangaan. Schrijf een aantal voor jou belangrijke gebieden en gevolgen voor je gedrag op: gebied ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ...................................................
gevolgen voor je gedrag ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ...................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
(welk stigma/zelfstigma) ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ................................................... ...................................................
29
10 Spijt
Terugblik vorige bijeenkomst
Na deze bijeenkomst heb je: – Inzicht gekregen in de belemmeringen die er voor jou nog zijn met betrekking tot jouw terugkeer naar de maatschappij Hiermee kun je: – Voorkomen dat het je nog een keer overkomt en hoe het anders kan
10.1 Inleiding Wat is spijt eigenlijk? Spijt is een gevoel, een emotie, die we eigenlijk allemaal kennen. Het is een hele bijzondere emotie die kan gaan over dromen en over dingen durven. En spijt is de enige emotie die onlosmakelijk met keuzes verbonden is. Echt waar? Spijt hangt altijd aan een keuze vast? Op wat voor manier dan zal je je afvragen? Nou, bij spijt is het zo, je voelt spijt als je iets doet en je je achteraf bedenkt, dat je beter iets anders had kunnen doen. En dat is altijd achteraf? Nou, het gevoel van spijt is altijd achteraf, maar het aardige van spijt en daarom is het zo’n relevante emotie voor psychologen en ook voor economen, we voelen het achteraf. Toch kunnen we het vaak ook vooraf al bedenken waar we spijt van kunnen krijgen en dat beïnvloedt dan wat we doen. Een bepaalde actie, dat je denkt: “als ik dat doe “, dan ga ik dat berouwen”? Als je erg bang bent voor spijt kan je bepaalde spontane dingen maar niet doen. Het aardige is wat wij weten uit heel veel onderzoek is, dat als mensen terugkijken op hun leven, dat ze vooral spijt hebben van dingen die ze niet gedaan hebben. Er zijn mensen die meer bezig zijn met hun toestand van nu en die daarin blijven hangen en er niet overheen kunnen komen. Als iemand nou al vaak spijt heeft gehad in zijn leven, dan zal deze persoon minder snel een stap nemen tot het omzetten van een volgende droom naar werkelijkheid? Mensen die heel veel willen, die hebben ook vaker kans op spijt uiteraard. a
Als je spijt of berouw hebt van iets wat je gedaan hebt of wat je iemand tekort gedaan hebt kan dit je terugkeer richting maatschappij belemmeren. Soms is het beter de koe bij de horens te pakken en datgene te herstellen wat naar jou gevoel hersteld dient te worden. Daarbij kan het gaan om de relatie met de partner of ouders, maar nadrukkelijk ook met de betrokken kinderen.
b
Eventuele gesprekken met gemaakte slachtoffer(s) uit je verleden kan daar een onderdeel van zijn. Natuurlijk op initiatief vanuit het slachtoffer, want die moet daarvoor open staan. Je zal zien dat je dan gemakkelijker verder kunt gaan met je ingeslagen weg. Vanuit die insteek zal iedere “verzoening” die je aangaat een actieve bijdrage leveren aan een volwaardig burgerschap. Het draagt bij aan het hertellen van relaties. De kwaliteit van leven van alle betrokkenen kan worden vergroot en de kans op terugval neemt aanzienlijk af.
Een goed advies is: als je iets wil om dat gewoon te doen, om te voorkomen, dat je achteraf, in het bejaardentehuis zit na te denken over wat je allemaal had kunnen doen. –
Wil je iets herstellen of goed maken... zet die stap! Denk goed na over wat je daarvoor nodig hebt en wie je daarbij kan ondersteunen.
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
30
10.2 Heb jij nog iets te herstellen of goed te maken? Opdracht .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. Hoe zou je dit willen doen? .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
31
11 Gastles Verhaal wat er toe doet! Thema’s kunnen aan bod komen als: – Uitkering – Wonen – Werken – Relaties/ familie – Schuldsanering – Stigma – Opleiding – Verslaving – Psychiatrie – Behandeling – Zingeving – Et cetera – Et cetera Ruimte voor aantekeningen: .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
32
12 Evalueren en afscheid nemen We hebben nu alle bijeenkomsten gehad. De training zit er bijna op. Je hebt nu een goede indruk gekregen over herstel, rehabilitatie en jouw proces hierin. Bij een goede evaluatie en afsluiting is het belangrijk terug te kijken op wat we gedaan hebben en wat een ieder voor zich eraan gehad heeft. Het is goed om de hoogtepunten te benoemen. Wat heeft ertoe bijgedragen dat je iets geleerd hebt? Het werkboek? De mededeelnemers? De trainers? Jezelf? Wat was het dan wat er geschreven stond of wat iemand zei dat bijdroeg dat je je betrokken voelde? Daarnaast is het belangrijk om tips te geven over zaken die niet goed liepen, die je leerproces hebben belemmerd, die niet goed zijn in het werkboek, et cetera. Bij evalueren hoort niet alleen terugkijken maar ook vooruit kijken. Ieder voor zich kan bepalen hoe hij/zij nu verder wil met wat er in het werkboek en de bijeenkomsten aan de orde is geweest.
12.1 Persoonlijke hoogtepunten Opdracht voor ons en voor jezelf 1.
Wat neem je mee? Formuleer voor jezelf wat belangrijke (leer)momenten zijn geweest tijdens de training. Wanneer ging er een ‘lichtje’ branden en hoe kwam dat? Of heb je een mooie opmerking gehoord die voor een aha-moment zorgde?
...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... 2.
Misschien ben je tot de conclusie gekomen dat je je verder wilt ontwikkelen en wij hopen dat je met deze cursus de eerste stappen kunt ondernemen.
...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................... ......................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
33
12.2 Kritische kanttekening Opdracht Bedenk voor jezelf een aantal kritische kanttekeningen bij de training. Welke zaken vond je minder goed. Zet de kritiek om in tips voor verbeteringen of aanpassingen van de training. Overhandig deze aan de trainer. Dit mag ook anoniem. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................................................................
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
34
Afscheid De groep is 12 keer bij elkaar geweest en neemt nu afscheid van elkaar. Voor de meeste mensen is afscheid nemen moeilijk. Zeker als iets wordt afgesloten waar herkenning hebben van gedeelde ervaringen een belangrijke rol in heeft gespeeld. We hebben ons in meer of mindere mate met elkaar verbonden. Ieder heeft zich op zijn manier op zijn manier ingezet om bij te dragen aan de gang van zaken. Nu gaat ieder weet zijn eigen weg met de informatie uit de bijeenkomsten en de ervaring die is opgedaan. Wij wensen je veel succes! De trainers
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
35
Bronvermelding Groepsdruk www.hulpmix.nl/vrienden_relaties/groepsdruk/algemene_informatie Kwaliteiten en valkuilen www.carrieretijger.nl Stigma en zelfstigma cursus Fotovoice; van stigmatisering naar waardering Training: Spijt & Verzoening Yann Bos en Toon Walravens www.walravenszorgadvies.nl Lezing: Bejegening mij een zorg Toon Walravens www.walravenszorgadvies.nl Training: de Ontmoeting Vaardigheidstraining “Bejegening tussen zorg(vuldigheid) en beheersbaarheid”. Deze training is speciaal ontwikkeld voor Beveiligingsprofessionals & Penitentiair Inrichtingswerker (piw-er). www.trisens.nl www.walravenszorgadvies.nl www.securityprofessionals.nl Wat is spijt eigenlijk Wat is spijt? - NTR Beeldbank
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
36
© Copyright 2012 | Walravens Zorgadvies - Eindhoven |
37