HOOFDSTUK
2
Module 3 – Software
Systeemsoftware 2.1 Systeembeheerprogramma’s Het besturingssysteem zorgt ervoor dat de software met de hardware kan communiceren. Er zijn verschillende soorten besturingssystemen voor de pc.
2.1.1 Werking en functies van besturingssystemen Het besturingssysteem – of operating system, vaak afgekort tot OS – is verantwoordelijk voor de communicatie van de software met de hardware. Het vormt als het ware een schil tussen de applicatiesoftware en de hardware. Zo zet het besturingssysteem gegevens, die van applicaties vandaan komen, om in gegevens die je door randapparaten kunt laten verwerken. Ook zorgt het besturingssysteem voor de communicatie tussen de onderdelen van de computer. Als gebruiker communiceer je ook rechtstreeks met het besturingssysteem, bijvoorbeeld als je een bestand kopieert of verwijdert. Tijdens het opstarten van de computer wordt het besturingssysteem in het interne geheugen geladen. Applicatieprogramma’s maken gebruik van het besturingssysteem bij alle taken die ze moeten uitvoeren. Ze moeten dan ook afgestemd zijn op het desbetreffende besturingssysteem om daarop te kunnen werken. Een applicatie voor een Windows-computer zal dus niet zomaar werken op een computer met Mac OS, het besturingssysteem van de Apple Macintosh.
Informatie Er zijn vele soorten besturingssystemen. Bijvoorbeeld: • Microsoft Windows • Apple Macintosh • Linux-versies/distributies Artikel van Infoworld: zoals Ubuntu “10 waardeloze OS’en”en Knoppix.
Functies van besturingssystemen Je kunt de functies van besturingssystemen in drie taakgebieden indelen: 1. Beheer van hulpbronnen Hierbij moet je in de eerste plaats denken aan het beheer en gebruik van hardwareonderdelen en geheugen. Voor deze taak heeft het besturingssysteem een paar afzonderlijke programma’s, waar gebruikers normaal gesproken niet mee in aanraking komen. Een van deze programmaatjes houdt bijvoorbeeld bij waar in het geheugen je gegevens zijn opgeslagen. 2. Bestandsbeheer ‘Bestandsbeheer’ is het beheer van data- en programmabestanden. Het besturingssysteem heeft ook voor deze taak een paar aparte programma’s, bijvoorbeeld voor het maken, verwijderen en benaderen van gegevens.
171
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
3. Taakbeheer De programma’s voor taakbeheer regelen de juiste uitvoering van de verschillende taken van de computer. Denk hierbij aan het starten van een programma en het met meer dan één programma werken (multitasking). In verband met dit laatste zorgen de programma’s van taakbeheer ervoor dat de CVE zijn aandacht eerlijk over de diverse taken verdeelt. Zo wordt er aan iedere taak telkens korte CVE-tijd toegewezen.
In Taakbeheer van Microsoft Windows is goed te zien welke programma’s actief zijn op een bepaald moment.
Driver Het besturingssysteem kan deze taken - vooral taak 1 - alleen uitvoeren als de juiste drivers (stuurprogramma’s) geïnstalleerd zijn. Een driver is een stukje software dat de schakel vormt tussen het besturingssysteem en een randapparaat. De driver zorgt ervoor dat het besturingssysteem de hardware kan aansturen. In besturingssystemen zijn verschillende drivers ingebouwd. Het kan voorkomen dat een aangesloten apparaat niet door het besturingssysteem herkend wordt. In dat geval kun je een nieuwe driver downloaden van de website van Microsoft of van de site van de hardwareleverancier.
2.1.2 Soorten besturingssystemen voor de pc Er zijn vele soorten besturingssystemen. Bijvoorbeeld: Microsoft Windows Mac OS voor Apple Macintosh Linux.
172
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Microsoft Windows Het besturingssysteem dat wereldwijd het meest gebruikt wordt, is Windows van Microsoft. Dit programma wordt heel veel gebruikt.
Mac OS De Apple Macintosh is een computer die in grafische bedrijven veel gebruikt wordt, bijvoorbeeld voor het opmaken van boeken en tijdschriften en het verzorgen van folders en brochures. De Mac was begin jaren tachtig de eerste computer die over een GUI beschikte en met de muis bediend werd. Het besturingssysteem van de Mac heet Mac OS.
Informatie Sinds 2006 zijn Apple-computers uitgerust met een processor van Intel. Daardoor kun je Windows op een Apple-computer installeren. Standaard worden de Apple-computers met Mac OS geleverd. Omdat de Apple Macintosh de standaard is in de grafische wereld, waren de DTP-pakketten PageMaker en QuarkXPress oorspronkelijk alleen voor de Mac beschikbaar. Maar de Windows-versies bestaan al heel lang.
Linux Op het overgrote deel van de pc’s tref je weliswaar Microsoft Windows aan, maar dat wil niet zeggen dat dit het enige besturingssysteem is. Een ander besturingssysteem is Linux. Linux is een open-sourcebesturingssysteem, gebaseerd op Unix. Omdat Linux open source is, tref je verschillende varianten van dit besturingssysteem aan, waaronder Knoppix, Ubuntu, Debian en OpenSuse. De softwaregigant Google heeft in 2009 ook een versie van Linux gepresenteerd, namelijk: Chrome OS. Sinds 2011 zijn er laptops met dit nieuwe besturingssysteem in de winkel, zogenaamde Chromebooks.
2.1.3 Microsoft Windows Informatie MS-DOS is in de jaren zeventig ontwikkeld door Bill Gates en een aantal van zijn collega’s. Het is een van de beginsuccessen van Microsoft.
De eerste pc’s – in de jaren tachtig – beschikten over een besturingssysteem dat opdrachtgestuurd was (denk hierbij terug aan de tekstuele interface). Elke typefout leidde tot de foutmelding ‘Opdracht of bestandsnaam onjuist’. Wat er aan de opdracht mankeerde, moest de gebruiker zelf maar uitzoeken.
173
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
We hebben MS-DOS al eens genoemd: dat was het opdrachtgestuurde besturingssysteem dat op de meeste pc’s gebruikt werd. Om MS-DOS gebruikersvriendelijker te maken, werd een grafische gebruikersinterface ontwikkeld. Deze kreeg de naam Windows. De eerste versies van Windows (tot en met Windows 3.11) waren dus geen losstaande besturingssystemen. Ze waren een grafische schil rond MS-DOS. Windows werkte dan ook alleen op systemen waarop MS-DOS geïnstalleerd was.
Informatie MS-DOS = MicroSoft Disk Operating System.
Versies van Windows In 1995 kwam Microsoft met Windows 95. Dat was de eerste versie die je op een ‘leeg’ systeem kon installeren. Dat wil niet zeggen dat MS-DOS daarmee verdween; bij Windows 95 en ook bij de latere versies Windows 98 en Windows Me (Millennium Editie) kreeg je een uitgeklede versie van MS-DOS. Dit was om twee redenen nodig: Veel software (bijvoorbeeld spelletjes) werkte wel met DOS maar niet met Windows. Als Windows vanwege een of ander probleem niet meer werkte, deed DOS het vaak nog wel. Je kon dan de computer opstarten in MS-DOS en het probleem oplossen. Pas in 2001 kwam Microsoft met een ‘zelfstandig werkende’ Windows-versie: XP (van eXPerience). Deze was gebaseerd op een van de netwerkversies van Windows, die verderop worden besproken. Hoewel het tot halverwege 2008 leverbaar was, werd Windows XP in 2007 opgevolgd door Windows Vista en in 2009 door Windows 7. Microsoft heeft ook een compacte versie van Windows voor handheld-computers ontwikkeld: Windows CE.
Informatie Een essentieel verschil tussen MS-DOS en de latere versies van Windows is dat er voor MS-DOS per toepassing (applicatiesoftware) verschillende drivers bestonden. Onder Windows hebben de applicaties niets meer met de aangesloten printer, de beeldschermresolutie of de netwerkverbinding te maken. Dat wordt allemaal geregeld door het ene besturingssysteem.
174
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Bureaublad Het kenmerk van Windows is dus dat het een grafische gebruikersinterface gebruikt, waarbij knoppen en pictogrammen een grote rol spelen. Het beginscherm van Windows is standaard het bureaublad. Hierop vind je meestal een aantal pictogrammen waarmee je snel toepassingsprogramma’s kunt starten. Deze pictogrammen noem je snelkoppelingen. Verder heb je in het beginscherm onder andere de knop Start. Daarmee kun je allerlei functies van de computer starten en – anders dan de naam doet vermoeden – de computer op de juiste manier uitzetten. Een besturingssysteem zorgt voor een softwareplatform: een ‘podium’ waarop applicatiesoftware draait. Zoals gezegd moet deze software zijn geschreven voor een bepaald besturingssysteem. De keuze voor een besturingssysteem bepaalt dus voor een belangrijk deel welke programma’s je kunt gebruiken. Maar vrijwel alle programma’s zijn zo gemaakt dat ze onder Windows kunnen draaien, met uitzondering van zeer specialistische programma’s of bepaalde grafische software.
Windows Verkenner We hebben al even vermeld dat je rechtstreeks met het besturingssysteem kunt communiceren. Dat gebeurt via Windows Verkenner. Met de Verkenner kun je bestanden en mappen verplaatsen, kopiëren, verwijderen en bekijken.
Informatie Om bestanden overzichtelijk op een harde schijf op te slaan, is het gebruikelijk dat je ze in mappen onderbrengt. Het Engelse woord voor map is folder. Je komt ook wel het woord directory tegen: deze term werd in DOS gebruikt voor datgene wat Microsoft later ‘map’ is gaan noemen.
2.1.4 Besturingssystemen voor netwerken, mainframes en mini’s Het kenmerk van een mainframe, minicomputer en netwerk is dat er meerdere gebruikers tegelijketijd op kunnen werken. Dit stelt natuurlijk speciale eisen aan het besturingssysteem, bij zowel hulpbronnenbeheer als bestandsbeheer en taakbeheer. In samenhang met dergelijke besturingssystemen speelt niet alleen het begrip multitasking een belangrijke rol, maar ook de volgende termen: Multi-user Dit houdt in dat twee of meer gebruikers tegelijkertijd de computer kunnen gebruiken. Sommige besturingssystemen, zoals OpenVMS, kunnen honderden of duizenden gebruikers gelijktijdig van dienst zijn.
175
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Multiprocessing Dit wil zeggen dat één (speciaal hiervoor ontworpen!) programma op hetzelfde moment op meer dan één processor kan draaien. Hierdoor kan parallelle verwerking plaatsvinden, wat de performance van het totale systeem enorm ten goede komt. Multithreading Een thread is een onderdeel van een programma dat je zelfstandig kunt uitvoeren. Multithreading wil dus zeggen dat meerdere threads gelijktijdig uitgevoerd worden. Je browser is een voorbeeld van een programma met multithreading-mogelijkheden: terwijl de figuren nog gedownload worden kun je al scrollen. Enkele besturingssystemen die je bij multi-user systemen kunt tegenkomen zijn: UNIX Linux Windows 2011. Oudere netwerkbesturingssystemen zijn MVS en VAX VMS.
2.1.5 UNIX UNIX is een multi-user, multitasking besturingssysteem dat aan het begin van de jaren zeventig werd ontwikkeld door Bell Labs. UNIX werd door een handjevol programmeurs gemaakt met het doel een klein, flexibel systeem te ontwikkelen, dat uitsluitend gebruikt zou worden door programmeurs.
Niet gebruikersvriendelijk Hoewel het door de jaren heen aanzienlijk gerijpt is, verloochent UNIX zijn oorsprong niet. De bediening vindt plaats via mysterieuze opdrachten en er is totaal geen sprake van enige gebruikersvriendelijkheid. Deze gebreken worden langzamerhand onderkend, vandaar dat er toch iets van een grafische gebruikersinterface ontwikkeld is. Deze heeft men X Window (zonder s!) genoemd.
Met broncode beschikbaar Bijzonder aan UNIX is dat het besturingssysteem lange tijd in de vorm van broncode beschikbaar is gesteld. Iedereen kon hiervan een kopie krijgen en die aanpassen aan zijn eigen behoeften, geheel in lijn met de open-sourceprincipes. Daardoor ontstonden er tientallen verschillende versies van UNIX. Eén hiervan is Linux. Door zijn open source karakter, kracht en stabiliteit is UNIX een belangrijk netwerkbesturingssysteem geworden. Op pc’s werd het nauwelijks gebruikt, maar de opkomst van Linux zorgt voor een belangrijke opleving.
176
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
2.1.6 Linux De belangrijkste onderdelen van de UNIX-variant Linux zijn ontwikkeld door de Fin Linus Torvalds. Datgene wat hij had geschreven, stelde hij in 1991 via internet als freeware ter beschikking. De voorwaarde hierbij was wel dat anderen de gewijzigde code ook weer via internet beschikbaar zouden stellen. Op deze wijze heeft Linux zich ontwikkeld tot een betrouwbaar besturingssysteem voor pc’s en (kleine) netwerken. Bedrijven, en zelfs sommige overheidsinstanties, maken er steeds meer gebruik van. Wel zijn veel mensen een beetje huiverig. Kan iets wat door hobbyisten ontwikkeld is, wel goed zijn? En hoe zit het met de ondersteuning? Doordat de ontwikkeling van Linux in de afgelopen jaren verschillende richtingen uit gegaan is, bestaan er verschillende distributies van Linux. Die zijn lang niet allemaal gratis. Voorbeelden zijn:
SuSE (overgenomen door Novell) RedHat Debian Mandriva (voorheen Mandrake) Ubuntu.
2.1.7 Windows Server Naast de bestaande versie van Windows, lanceerde Microsoft in 1993 een ander besturingssysteem: Windows NT (Windows New Technology). Dit netwerkbesturingssysteem was speciaal bedoeld voor lokale netwerken (LAN’s). Het programma kende een versie speciaal voor servers, en een versie voor werkstations.
Ontwikkeling Windows Server In de loop van de jaren zijn telkens nieuwe versies van deze servervariant van Windows op de markt gekomen. Dit zijn de ontwikkeling op dit gebied vanaf Windows NT:
Windows NT Windows 2000 Windows Server 2003 Windows Server 2008 Windows Small Business Server 2011.
177
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Windows SBS 2011 De nieuwste variant op de markt van de netwerkfamilie van Windows is Windows SBS 2011, of Windows Small Business Server 2011. Zoals het een modern operating system betaamt, is Windows SBS 2011 een multitasking, multithreading en multi-user besturingssysteem: Multitasking: er kunnen meerdere processen (programma’s) tegelijk gedraaid worden. Multithreading: één proces kan zichzelf verdelen in meerdere deelprocessen die we threads noemen. Multi-user: meerdere gebruikers kunnen tegelijk toegang tot het systeem krijgen.
Informatie Een LAN (Local Area Network) is een netwerk op kleine schaal, dat doorgaans bestaat uit een server en verschillende werkstations.
2.1.8 Databasemanagementsystemen Onder een databasemanagementsysteem (DBMS) wordt verstaan: software voor het opzetten, onderhouden en raadplegen van omvangrijke databases in netwerkomgevingen. Zo’n multi-user programma heeft een tamelijk complexe taak. Kijk maar naar het volgende voorbeeld.
Voorbeeld Complexe taak Stel dat gebruiker A bezig is om een nieuwe klant toe te voegen aan de database van een bedrijf, terwijl gebruiker B een selectie uit de database wil maken. In zo’n geval is het belangrijk dat gebruiker B geen ‘vertekende’ gegevens krijgt doordat gebruiker A veranderingen aanbrengt in de database.
Het aanbrengen van veranderingen noemen we overigens muteren. Het DBMS bewaakt de juistheid en volledigheid van de gegevens en zorgt ervoor dat slechts één gebruiker tegelijk gegevens kan wijzigen. Het DBMS zorgt er ook voor dat verschillende gebruikersapplicaties toegang kunnen krijgen tot dezelfde database.
Voorbeeld School Op lyceum De Meer gebruiken verschillende afdelingen dezelfde database met leerlinggegevens. De administratie heeft ze voor verschillende doeleinden nodig, de debiteurenadministratie gebruikt ze voor het verzenden van rekeningen, en de docenten gebruiken ze voor het voeren van de cijferadministratie. Het DBMS zorgt ervoor dat iedereen de gewenste informatie krijgt.
178
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Het volgende schema verduidelijkt dit principe.
Leerlinggegevens DBMS
Applicatie Schooladministratie
Applicatie Debiteuradministratie
Applicatie Docent
Het DBMS vormt een laag tussen de database en de verschillende gebruikersapplicaties.
Vraagtaal Voor het opvragen van informatie beschikken veel DBMS’en over voorzieningen om eigen programma’s te ontwikkelen. Denk hierbij aan mogelijkheden om naar eigen behoefte rapporten en formulieren te genereren. De eindgebruiker kan via een vraagtaal onder meer selecties en overzichten samenstellen. De meeste DBMS’en hebben hiervoor de vraagtaal SQL ingebouwd. Veelgebruikte databasemanagementsystemen voor mainframes zijn Oracle (van Oracle Corporation) en DB2 (van IBM). Microsoft Access is niet altijd de meest geschikte oplossing als DBMS voor netwerkgebruik. Op het gebied van beveiliging en synchronisatie kan het zich niet meten met bijvoorbeeld Oracle. Access wordt meer in de hobbysfeer gebruikt, bijvoorbeeld voor het aanleggen en bijhouden van databases voor (sport)verenigingen.
2.2 Systeemondersteuningsprogramma’s Systeemsoftware bestaat uit systeembeheerprogramma’s en systeemondersteuningsprogramma’s.
2.2.1 Inleiding systeemondersteuningsprogramma’s Systeemondersteuningsprogramma’s zijn bijvoorbeeld de hulpprogramma’s oftewel utilities. Kijk maar naar het volgende figuur. Systeemondersteuningsprogramma’s kunnen worden meegeleverd met het besturingssysteem. Zo levert Windows er een aantal mee onder de verzamelnaam Bureauaccessoires.
179
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Systeemsoftware
Software
Systeembeheerprogramma's
• Pc- en netwerkbesturingssystemen • Databasemanagementsystemen
Systeemondersteuningsprogramma's
• Utilities • Compressieprogramma's, enzovoort
Systeemontwikkelingsprogramma's
• Programmeertalen • CASE-tools
Standaard- en specialistische pakketten
• Tekstverwerker • Spreadsheetpakket • Boekhoudpakket, enz.
Pakketten voor specifieke toepassingen
• Software voor bepaalde beroepsgroepen, bijv. artsen
Applicatiesoftware
Maatwerktoepassingen
• Bijv. software voor voorraadbeheer bij Ikea
Embedded software
De onderverdeling van software.
2.2.2 Hulpprogramma’s Hulpprogramma’s zijn bedoeld voor het uitvoeren van heel specifieke taken voor de werking en het beheer van de computer. Voorbeelden zijn programma’s om: gegevens te converteren beschadigde bestanden te herstellen bestanden te comprimeren (inpakken, ‘zippen’) en weer te decomprimeren (uitpakken, ‘unzippen’) een virusscan uit te voeren.
2.2.3 Bureau-accessoires Bij Windows zit een aantal systeemondersteuningsprogramma’s onder de verzamelnaam Bureau-accessoires. Een voorbeeld is Schijfdefragmentatie, het programma dat de harde schijf defragmenteert. Het zorgt ervoor dat bestanden weer zoveel mogelijk aaneengesloten op de harde schijf terechtkomen en dat komt de prestaties van het systeem ten goede.
180
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Het defragmenteren van schijf C:.
Andere voorbeelden zijn: schijfopruiming (om bestanden te laten verwijderen en te comprimeren) geplande taken (om bepaalde taken periodiek te laten uitvoeren) back-up.
2.3 Systeemontwikkelingsprogramma’s De laatste groep programma’s die tot de systeemsoftware gerekend wordt, zijn de systeemontwikkelingsprogramma’s.
2.3.1 Verschillende systeemontwikkelingsprogramma’s Systeemontwikkelingsprogramma’s zijn programma’s die gebruikt worden bij de ontwikkeling van andere programma’s zoals maatwerksoftware en standaardsoftware. Voorbeelden van systeemontwikkelingsprogramma’s zijn: Programmeertalen Een belangrijk voorbeeld van systeemontwikkelingsprogramma’s zijn programmeertalen, zoals C++, Java, Python en Visual Basic. CASE-tools Een ander belangrijk voorbeeld van systeemontwikkelingsprogramma’s zijn CASE-tools. CASE-tools zijn
Informatie CASE = Computer Aided Software Engineering
181
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
specifieke gereedschappen die worden toegepast bij softwareontwikkeling. Voorbeelden van CASE-tools zijn Rational Rose, SiSy en Umbrello. Workbench Een ander voorbeeld is een workbench of IDE.
2.3.2 IDE Een IDE is een applicatie voor de ontwikkelaar van software.
Informatie IDE = Integrated Development Environment
Hoewel je een programma in een primitief tekstprogramma (zoals kladblok in Windows) kunt schrijven, zijn er IDE’s die het de ontwikkelaar een stuk gemakkelijker maken.
Voordelen Enkele voordelen van IDE zijn: Een IDE heeft een debugger. Dat is een tool waarmee systematisch de code getest kan worden. Een IDE levert vaak een aantal compilers voor verschillende programmeertalen mee. Een compiler is een vertaalprogramma dat de code van een programmeertaal omzet in machinetaal. Tijdens het typen worden je typefouten gecontroleerd, of je krijgt suggesties halverwege het typen. Sommige IDE’s hebben een GUI-builder. Daarmee kan de ontwikkelaar een scherm ontwerpen met de muis.
Voorbeelden Voorbeelden van veelgebruikte IDE’s zijn:
182
Eclipse Netbeans Microsoft Visual Studio Delphi DevC++.
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
2.4 Vragen en opdrachten 2.4.1 Open vragen 1. a. In welke drie taakgebieden kunnen de functies van besturingssystemen worden ingedeeld? b. Geef een korte beschrijving van elk taakgebied. 2. Noem minimaal vier versies van het besturingssysteem Windows en beschrijf kort de belangrijkste verschillen tussen deze versies. 3. Terwijl je via Outlook een e-mailtje verstuurt, kun je doorgaan met het typen van een brief in Word. Toch kan de processor maar één ding tegelijk. Hoe kan dit? 4. a. Waardoor zijn er in de loop der jaren zoveel verschillende versies van UNIX ontstaan? b. Is Linux ook een van deze versies? Motiveer je antwoord. 5. Neem de tabel over en geef met een kruisje aan welke besturingssystemen aan welke kenmerken voldoen.
Mac OS
Multitasking
Multi-user
Multiprocessing
4,7 MHz
8 MHz
1981
Multithreading
UNIX Windows 7
6. a. Waarom wordt een DBMS tot de systeembeheerprogramma’s gerekend en niet tot de applicatiesoftware? b. Waarom is Access niet in alle situaties geschikt als DBMS? 7. Noem enkele functies van systeemondersteuningsprogramma’s. 8. Als je overgaat naar een nieuwe versie van een besturingssysteem kan het gebeuren dat sommige hardware niet meer werkt. a. Hoe komt dit? b. Wat is daarvoor een oplossing? 9. Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen een besturingssysteem met een grafische interface en een tekstuele interface. 10. Er zijn veel verschillende besturingssystemen. Sommige zijn gratis. Ze zijn ook zeker niet allemaal slechter dan Microsoft Windows. Toch willen de meeste particuliere gebruikers een systeem met Microsoft Windows. Hoe komt dat volgens jou?
183
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
11. Wanneer je een nieuw programma installeert dat een wijziging in de instellingen van het besturingssysteem veroorzaakt, moet je de computer opnieuw opstarten. Leg uit waarom. 12. Beschrijf wat de functie van een driver is. 13. Welke computerfabrikant rustte zijn computersystemen voor het eerst uit met een muis?
2.4.2 Meerkeuzevragen 1. Na het aansluiten van je nieuwe webcam op de USB-poort wordt gezocht naar het stuurprogramma. Dit is een voorbeeld van a. beheer van hulpbronnen b. bestandsbeheer c. taakbeheer d. systeembeheer 2. Wat wordt bedoeld met de term ‘snelkoppeling’? a. een pictogram in het startmenu van Windows waarmee je snel toepassingsprogramma’s kunt starten b. een onderdeel van Windows Verkenner waarmee je gemakkelijk bestanden aan elkaar kunt koppelen c. een pictogram op het bureaublad van Windows waarmee je snel toepassingsprogramma’s kunt starten d. een functie in Microsoft Excel waarmee je gemakkelijk cellen aan elkaar kunt koppelen 3. Wat doet een programma dat de harde schijf defragmenteert? a. Het zorgt ervoor dat het systeem na een crash weer normaal kan opstarten. b. Het verbetert de prestatie van een systeem door beschadigde bestanden te herstellen. c. Het ruimt de schijf op door ongebruikte bestanden te comprimeren. d. Het verplaatst delen van bestanden op de harde schijf, zodat de bestanden sneller te benaderen zijn. 4. Welke van de volgende taken wordt niet door een besturingssysteem uitgevoerd? a. het opstarten van de computer b. een bestand verwijderen c. een printopdracht naar de printer sturen d. het schakelen tussen de browser en de tekstverwerker 5. Hieronder staan twee beweringen over DBMS: I. Een DBMS laat slechts één gebruiker tegelijk toe om gegevens te wijzigen. II. Een DBMS geeft verschillende gebruikersapplicaties toegang tot dezelfde database. a. I en II zijn juist. b. I is juist en II is onjuist. c. I is onjuist en II is juist. d. I en II zijn beide onjuist.
184
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
2.4.3 Korte opdrachten 1. Het besturingssysteem Linux kent veel verschillende distributies. Vul de onderstaande tabel aan met ten minste drie distributies en geef van elke variant de belangrijkste kenmerken. Naam
Kenmerken
1. SuSE 2. RedHat 3. Debian 4. 5. 6. 7. 2. Veel landen hebben hun eigen toetsenbordindeling. Als je met een verkeerde indeling werkt, verschijnt er niet de bedoelde uitvoer op het beeldscherm. Stel je toetsenbord achtereenvolgens in op de landen die in de tabel staan opgesomd. Vul in de kolommen in wat de toetsaanslagen in dat geval opleveren. (Als dit op school geblokkeerd is, dan doe je het thuis.) Shift-2
Shift-7
Toets rechts van de letter P
Toets rechts van de 0 (nul)
Nederlands Amerikaans Frans Fins Zwitsers 3. Misschien heb je wel eens gehoord van de term ‘datawarehouse’. Op het internet kun je waarschijnlijk voldoende informatie over zo’n ‘gegevenspakhuis‘ vinden om de volgende opdracht uit te voeren. a. Geef een beschrijving waaruit blijkt wat een datawarehouse is. b. Omschrijf in je eigen woorden de voor- en nadelen van het opzetten en onderhouden van een datawarehouse. c. Noem een programma dat geschikt is voor het opzetten en onderhouden van een datawarehouse. 4. Installeer een andere muis op je computer. Stel hem in voor een linkshandige persoon. 5. Beantwoord de volgende vragen voor het systeem waar je op school aan werkt. a. Welk besturingssysteem is erop geïnstalleerd? b. Noem twee onderhoudsprogramma’s die op het systeem staan.
185
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
2.5 Samenvatting Het besturingssysteem vormt als het ware een schil tussen de applicatiesoftware en de hardware en is verantwoordelijk voor de communicatie met de apparatuur. Tijdens het opstarten van de computer wordt het besturingssysteem in het interne geheugen geladen. Applicatieprogramma’s maken bij alle taken die ze moeten uitvoeren, gebruik van het besturingssysteem. Ze moeten dan ook afgestemd zijn op het desbetreffende besturingssysteem om daaronder te kunnen werken. De functies van besturingssystemen kunnen in drie taakgebieden ingedeeld worden: beheer van hulpbronnen bestandsbeheer taakbeheer. Drivers (stuurprogramma’s) vormen de schakel tussen het besturingssysteem en de randapparatuur. MS-DOS was het opdrachtgestuurde besturingssysteem dat op de meeste pc’s gebruikt werd. Om MS-DOS gebruikersvriendelijker te maken, werd een grafische gebruikersinterface ontwikkeld: Microsoft Windows. In tegenstelling tot MS-DOS maakt Windows multitasking mogelijk: de computer voert gelijktijdig verschillende taken uit. Mac OS is het besturingssysteem van de Apple Macintosh. Het kenmerk van Windows is dat het gebruik maakt van een grafische gebruikersinterface, waarbij knoppen en pictogrammen een grote rol spelen en de muis een onmisbaar invoerapparaat is. Dat er op een mainframe, minicomputer en netwerk meerdere gebruikers actief kunnen zijn, stelt speciale eisen aan het besturingssysteem. Deze aspecten spelen een belangrijke rol: multi-user multitasking multiprocessing multithreading. UNIX is een multi-user, multitasking, multithreading besturingssysteem dat lange tijd in de vorm van broncode is gedistribueerd. Iedereen kon hiervan een kopie krijgen en die aanpassen aan zijn eigen behoeften. Daardoor ontstonden er tientallen verschillende versies van UNIX, waaronder Linux. Linux heeft zich ontwikkeld tot een betrouwbaar besturingssysteem voor pc’s en (kleine) netwerken. Windows 2011 SBS is een krachtig multitasking, multi-user en multithreading besturingssysteem, speciaal bedoeld voor LAN’s. Software voor het opzetten, onderhouden en raadplegen van databases wordt een databasemanagementsysteem (DBMS) genoemd. Het DBMS bewaakt de juistheid en volledigheid van de gegevens en zorgt ervoor dat verschillende gebruikers(applicaties) toegang kunnen krijgen tot dezelfde database.
186
Module 3 – Hardware Systeemsoftware Hoofdstuk 2
Hulpprogramma’s (utilities) zijn bedoeld voor het uitvoeren van specifieke taken in verband met de werking en het beheer van de computer. Systeemontwikkelingsprogramma’s worden gebruikt bij de ontwikkeling van software. Belangrijke voorbeelden in deze categorie zijn programmeertalen en CASE-tools of IDE’s. Een IDE is een programma waarin gemakkelijk een applicatie kan worden geschreven.
187