Hoofdstuk 10 WATERVOORZIENING

Hoofdstuk 10

WATERVOORZIENING

WATERVOORZIENING

10.

WATERVOORZIENING

10.1

Schoonwatervoorziening

LET OP: Om te voorkomen dat de waterpomp vastloopt, mag deze niet zonder water worden gebruikt! Voor de schoonwatervoorziening beschikt de caravan over een schoonwatertank met 25 liter inhoud en een waterpomp, die ofwel via de startaccu van het trekkende voertuig of via de voedingseenheid aan het 230 V-net met 12 volt wordt gevoed. De schoonwatertank is bij de meeste modellen in de kast onder de zitgroep geplaatst. De waterpomp die in de schoonwatertank is geïntegreerd, wordt via de automatische waterkranen in werking gezet. Als speciaal accessoire kan ook een schoonwatertank met een inhoud van 43 liter en een waterpomp worden ingebouwd. Deze wordt eveneens via de startaccu van het trekkende voertuig of via de voedingseenheid aan het 230 volt-net met 12 volt gevoed. De schoonwatertank is bij de meeste modellen in de kast onder de zitgroep geplaatst. Daarbij wordt een dompelpomp gebruikt, die bij bediening van de automatische waterkranen in werking wordt gezet.

10.2

Vuilwaterafvoer

AANWIJZING: Het afvalwater mag alleen op campings met een bijbehorende afvalwaterzuiveringsinstallatie of een speciaal daarvoor bestemd afvalverwerkingsstation worden geloosd! Het afvalwater wordt centraal bij de ondervloer van de caravan in een afvoerbuis verzameld. Als optie kan een verrijdbare (mobiele) vuilwatertank met een capaciteit van 25 liter worden ingebouwd. Deze bevindt zich tijdens het rijden in de disselbak en moet voor gebruik onder de linkerkant van de caravan geplaatst worden om het afvalwater op te vangen. Op moderne campings is een aansluiting op de riolering mogelijk.

SÜDWIND • AZUR • ROYALE

MJ 2007 • NL-03.2007

10-1

WATERVOORZIENING

10.3

Waterinstallatie legen

Als de waterinstallatie langere tijd niet wordt gebruikt – met name voor de winterstalling van de caravan – moet de gehele waterinstallatie volledig worden geleegd.

AANWIJZING: Wij adviseren ook bij volle jerrycan het schone water daarin regelmatig (bijv. wekelijks) te verversen, omdat zich in het schone water reeds na enkele dagen bacteriën ontwikkelen die het water ondrinkbaar maken.

10.3.1

Jerrycan schoon water/schoonwatertank legen

1. Zorg dat de waterpomp is uitgeschakeld. 2. Reinigingsdeksel van de jerrycan schoon water / schoonwatertank verwijderen en de sluitdop aan de onderkant eruit draaien. 3. Jerrycan schoon water/schoonwatertank leeg laten lopen. 4. Sluitstop en reinigingsdeksel weer aanbrengen.

10.3.2

Vuilwatertank legen

1. Schroef de rode schroefstop op de vuilwateraansluiting. Daarna kan de trekgreep worden uitgeklapt en de vuilwatertank naar de lozingsplaats worden gereden. 2. Plaats na het legen van de vuilwatertank deze weer onder de vuilwaterafvoer aan de linkerkant van de caravan en draai de rode schroefstop eraf.

10-2

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 11

STROOMVOORZIENING

STROOMVOORZIENING

11.

STROOMVOORZIENING

LET OP: De elektrische installatie moet minstens eenmaal per jaar door een vakgarage worden gecontroleerd!

11.1

Stroomvoorziening 230 volt (netspanning)

De caravan kan op een externe stroomvoorziening van 230 volt worden aangesloten. Deze moet zijn beveiligd met een aardlekschakelaar (FI) van 30 mA (milliampère).

11.1.1

Elektrische verbinding tussen caravan en stroomaansluitpunt maken

LET OP: Bij kabelhaspels zonder oververhittingsbescherming moet de elektriciteitskabel volledig van de kabelhaspel worden afgerold! De aansluiting van de caravan op het 230 volt-net moet met een rubbersnoer “HO7 RN-F 3G 2,5 mm2” of gelijkwaardig met stekkerverbindingen volgens “EN 60309-2” plaatsvinden (Europa). De totale lengte van de elektriciteitskabel mag niet meer zijn dan 25 m!

Stroomaansluitpunt

Contrabus

Stekker

Kampeerauto/caravan

11.1 Netaansluiting maken


MJ 2007 • NL-03.2007

11-1

STROOMVOORZIENING

AANWIJZING: Bovendien adviseren wij u een adapterset mee te nemen, waarmee de verbinding tussen een stekker met randaarde aan de ene kant en de contactdoos van het betreffende land aan de andere kant, tot stand kan worden gebracht. 1. Bij het leggen van de elektriciteitskabel naar de stroomaftappunt begint u bij de caravan en brengt u als laatste de verbinding met het aftappunt aan. 2. Bij het demonteren eerst de verbinding met het aftappunt losmaken en vervolgens de elektriciteitskabel binnenhalen.

11.2

Stroomvoorziening 12 volt (accuspanning)

11.2.1

Startaccu van het trekkende voertuig

LET OP: Omdat de capaciteit van de startaccu in het trekkende voertuig beperkt is, kan bij te langdurige stroomvoorziening van de caravan via de startaccu het startvermogen hiervan aanzienlijk worden verminderd! Bij een elektrisch aangesloten (aangekoppelde) caravan op het trekkende voertuig, wordt de caravan via de startaccu van het trekkende voertuig voorzien van 12 V (constante plus). Bij externe aansluiting op het net van 230 volt wordt automatisch van 12 volt (startaccu trekkende voertuig) overgeschakeld op 230 volt/12 volt netvoeding.

11-2

MJ 2007 • NL-03.2007


STROOMVOORZIENING

11.3

Stroomvoorziening 12 volt

11.3.1

Voedingsadapter 230 volt / 12 volt

1

2

Behalve de koelkast worden alle verbruikers door een voedingsadapter met 12 volt gevoed. De 12 voltstroomkringen zijn beveiligd met 4 smeltzekeringen (2) van elk 15 A. Met de hoofdschakelaar (1) wordt de voedingsadapter inof uitgeschakeld.

1 Hoofdschakelaar 2 Smeltzekeringen 15 A

11.2 Voedingsadapte 230 volt/12 volt

11.4

Beveiliging van de 230 V-stroomkring in de caravan

De caravan is bij externe stroomvoorziening van 230 volt via een zekeringautomaat van 13 A beveiligd. De zekeringautomaat is in de kleerkast geplaatst. AAN

UIT

11.3 Contactverbreker


MJ 2007 • NL-03.2007

11-3

STROOMVOORZIENING

11.5

Controlepaneel schoonwatertank (speciaal accessoire)

In combinatie met een vast ingebouwde schoonwatertank (optie) wordt het hiernaast afgebeelde controlepaneel gebruikt. Bij bediening van de wipschakelaar (1) wordt het peil in de schoonwatertank aangegeven met 7 LED’s (2).

1

2

De LED-indicatie werkt als volgt: ● Rode LED

=

schoonwatertank leeg

● Gele LED

=

schoonwatertank halfvol

● Groene LED =

Tankinhalt

Pfeifer und Seibel GmbH

schoonwatertank vol

1 Wipschakelaar 2 7 LED’s

11.4 Controlepaneel schoonwatertank (speciaal accessoire)

11.5.1

Elektrische voeding bij stroomvoorziening 12 volt

De elektrische voeding van de verbruikers in de caravan is als volgt verdeeld:

Verbruiker

230 volt 230 volt (netaansluiting) (netaansluiting) Netaansluiting rechtstreeks via voedingsadapter 12 v

12 volt extra accu

Koelkast 230 volt stopcontacten Voedingsadapter Elektropatroon Truma-Therme Elektropatroon warmwaterverwarming (Alde) Airconditioner (op verzoek) Verlichting Waterpomp Thetford-toiletspoeling Verwarmingsventilator

11.5 Elektrische voeding van de verbruikers bij stroomvoorziening 12 volt

11-4

MJ 2007 • NL-03.2007


STROOMVOORZIENING

11.6

Stroomvoorziening 12 v via boordaccu en acculader

11.6.1

Boordaccu caravan

WAARSCHUWING: Er mogen geen onderhoudswerkzaamheden aan de onderhoudsvrije boordaccu worden uitgevoerd! De boordaccu mag uitsluitend door een vergelijkbare accu worden vervangen! Door de onderhoudsvrije boordaccu en een acculader beschikt de caravan over een zelfstandige 12 V-voeding. Alle elektrische verbruikers – behalve de koelkast – worden via deze boordaccu met 12 volt gevoed. Er moet steeds op worden gelet dat de boordaccu volledig is opgeladen, d.w.z. bij bediening van de wipschakelaar (pos. 1, afb. 11.7) “Test” op het controlepaneel moet – vanaf rechts – de 3e of 4e groene LED van de LED-indicatie branden (pos. 2, afb. 11.7). Om te controleren of de acculader bij aansluiting op het 230 V-net laadt, drukt u op de wipschakelaar (pos. 1, afb. 11.7) “Test” van het controlepaneel, nu moeten – afhankelijk van de laadtoestand van de boordaccu – rechts een of beide groene LED’s van de LED-indicatie (pos. 2, afb. 11.7) gaan branden. Als dit niet het geval is, moet u de zekeringen controleren en zo nodig naar een vakgarage gaan om de laadstroom en de laadspanning te laten meten.

AANWIJZING: De boordaccu dient vóór gebruik minstens 12 uur met de acculader te worden opgeladen. Met de acculader is een exacte oplading van de boordaccu steeds gewaarborgd. Als de accu met een externe acculader wordt geladen, moeten de gegevens van de fabrikant over de laadkarakteristiek beslist in acht worden genomen! Bij een elektrisch aangesloten (aangekoppelde) caravan op het trekkende voertuig wordt de boordaccu in de caravan geladen en de koelkast gevoed met 12 volt. Als de spanning van de startaccu in het trekkende voertuig onder 13 volt daalt, wordt de stroomvoorziening voor de boordaccu van de caravan en voor de koelkast onderbroken.

LET OP: Als de boordaccu langere tijd niet wordt gebruikt, moet deze eerst volledig worden opgeladen, dan worden afgekoppeld en – met name in de winter – worden uitgebouwd!


MJ 2007 • NL-03.2007

11-5

STROOMVOORZIENING

11.6.2

Acculader

Door toepassing van hoogwaardige elektronica werkt de acculader nagenoeg zonder vermogensverlies. Het automatische laadproces vindt besparend en zonder schadelijke overlading van de accu’s plaats, hetgeen de gebruiksduur van de accu’s aanzienlijk verlengt. De 12 volt-stroomkringen zijn beveiligd met smeltzekeringen (pos. 2, afb. 11.6) van 10 A, 15 A en 2 A. De aansluitkabel van de boordaccu is beveiligd met een stripzekering (pos. 1, afb. 11.6) van 40 A. De volledige 12 volt-installatie kan via de hoofdschakelaar (pos. 3, afb. 11.7) op het controlepaneel in de kleerkast worden geschakeld. Als de caravan op het 230 V-net is aangesloten, blijft de elektrische voeding van de acculader echter gehandhaafd.

1

2 12V-Ausgänge Hauptschalter

Si 40A 10 A

15 A

Dauerausgang 15 A

10 A

MeßEingang ltg. B+ Bat. I Hauptsch. + 12V 2A

230V–/50Hz 1 Kühlschrank 15A 2 Eingang Bat. I 15A 3 Eingang Bat. II 15A 1 2 3

Eingang 12V

+

1

2

3

4

5

6

1 Stripzekering 40 A 2 Smeltzekeringen 10 A, 15 A, 2 A

11.6 Acculader Het hiernaast afgebeelde controlepaneel wordt gebruikt bij de uitrusting van de caravan met boordaccu en acculader. Bij bediening van de wipschakelaar (1) geven de 9 LED’s (2) uitsluitsel over de laadtoestand van de boordaccu.

1

2

Test

3 Hauptschalter

Batterieanzeige

Pfeifer und Seibel GmbH

1 Wipschakelaar 2 9 LED’s

3 Hoofdschakelaar

11.7 Controlepaneel bij uitrusting met boordaccu en acculader

11-6

MJ 2007 • NL-03.2007


STROOMVOORZIENING

Rood

Laadtoestand van de boordaccu:



Werking van de acculader:

LEEG

VOLDOENDE

VOL

IN ORDE

BIJLADEN

OK

OK

LAADTEST

Rood

Rood

Geel

Geel

Groen

Groen

Groen

Groen

11.8 9 LED’s: laadtoestand boordaccu

AANWIJZING: Om ontladen van de boordaccu te voorkomen moet de hoofdschakelaar (pos. 3, afb. 11.7) van de 12 volt-installatie op het controlepaneel steeds worden uitgeschakeld als het voertuig langere tijd wordt verlaten en er geen verbinding met het 230 volt-net is gemaakt!

11.6.3

Rekenvoorbeeld restcapaciteit (stroomvoorziening via accu SL 75)

Als de hoofdschakelaar op het schakelbord niet is uitgeschakeld, stroomt er een permanente stroom van ca. 120 mA, dat zijn in 24 uur 2,88 Ah, en in 15 dagen 43,2 Ah. Een accu SL 75 heeft na 15 dagen een restcapaciteit van ca. 42 %, mits de accu volledig was opgeladen. Bij te lage temperaturen neemt het accuvermogen nog verder af.


MJ 2007 • NL-03.2007

11-7

STROOMVOORZIENING

11.6.4

Rekenvoorbeeld voor het energieverbruik (bij stroomvoorziening via accu SL 75)

ENERGIEBALANS Verbruiker

ZOMER

WINTER

Vermogen

Stroom

Uur/dag (gebruik)

Vermogen per dag

Stroom per dag

Uur/dag (gebruik)

Vermogen per dag

Stroom per dag

Hanglamp zitgroep

35 W

2,9 A

2,0

70 W

5,8 Ah

4,0

140 W

11,6 Ah

Spotlamp zitgroep

20 W

1,7 A

2,0

40 W

3,4 Ah

4,0

80 W

6,8 Ah

Keukenlamp

10 W

0,8 A

1,0

10 W

0,8 Ah

2,0

20 W

1,6 Ah

Afzuigkap

15 W

1,3 A

1,0

15 W

1,3 Ah

2,0

30 W

2,6 Ah

Licht toiletruimte

20 W

1,7 A

1,0

20 W

1,7 Ah

1,5

30 W

2,55 Ah

Waterpomp

20 W

1,7 A

0,5

10 W

0,85 Ah

0,5

10 W

0,85 Ah

Ventilator

12 W

1,0 A

4,0

48 W

4,0 Ah

16,0

192 W

16,0 Ah

Televisie

40 W

3,4 A

2,0

80 W

6,8 Ah

3,0

120 W

10,2 Ah

Totaal 씰

293 W

622 W

55,2 Ah

Energieverbruik

24,56 Ah Totaal 씰

Ca. 2,0 dagen zelfvoorzienend

Ca. 1,0 dagen zelfvoorzienend

11.9 Rekenvoorbeeld voor het energieverbruik (bij stroomvoorziening via accu SL 75)

11-8

MJ 2007 • NL-03.2007


STROOMVOORZIENING

11.7

Elektrische voeding bij stroomvoorziening 12 volt via boordaccu en acculader

De elektrische voeding van de verbruikers in de caravan is als volgt verdeeld:

Verbruiker

230 volt netaansluiting

12 volt boordaccu

Koelkast 230 volt stopcontacten Acculader Elektropatroon warmwaterverwarming (Alde) Airconditioner (op verzoek) Verlichting 12 volt stopcontacten Waterpomp Keukenlamp Thetford-toiletspoeling Verwarmingsventilator

11.10 Elektrische voeding van de verbruikers bij stroomvoorziening 12 volt via boordaccu en acculader


MJ 2007 • NL-03.2007

11-9

STROOMVOORZIENING

11.8

Externe stroomvoorziening 230 volt via noodstroomaggregaat

LET OP: Om beschadiging van de elektronica te voorkomen, moeten spanningsschommelingen bij bedrijf van het noodstroomaggregaat beslist worden vermeden! Bij gebruik van een noodstroomaggregaat moeten de gegevens van de toestelfabrikant worden gerespecteerd!

11.8.1

Ingebruikname van het noodstroomaggregaat

1. Noodstroomaggregaat starten en in ca. 5 tot 10 min (afhankelijk van de buitentemperatuur) op bedrijfstemperatuur brengen tot een constante spanning is opgebouwd, zie spanningsindicatie op het noodstroomaggregaat. De oorzaak van spanningschommelingen kan bijv. het plotselinge in- en uitschakelen van het noodstroomaggregaat resp. het automatisch uitschakelen van het noodstroomaggregaat door te weinig brandstof in de tank zijn. 2. Verbinding tussen noodstroomaggregaat en caravan volgens paragraaf 11.1.1 tot stand brengen.

11.8.2

Buitenbedrijfstelling van het noodstroomaggregaat

1. Verbinding tussen caravan en noodstroomaggregaat loshalen. 2. Noodstroomaggregaat uitschakelen.

AANWIJZING: Meer informatie over het noodstroomaggregaat staat in de aparte handleiding van de toestelfabrikant.

11-10

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 12

VERWARMEN & WARM WATER


12.


12.1

Verwarmen met gasverwarming S 3002/5002

De gasverwarming bevindt zich onder de kleerkast of in de verwarmingskast.

WAARSCHUWING: Laat gas wegens ontploffingsgevaar nooit onverbrand naar buiten stromen!

12.1.1

Gasverwarming inschakelen

1

2

1. Afsluiter van de gasfles en toestelafsluiter voor de verwarming “ ” op het verdeelblok onder het keukenblok openen. 2. Knop (2) in een thermostaatstand tussen 1 en 10 draaien en tot de aanslag indrukken tot er een vlam is. De vlam is door het kijkglas (3) zichtbaar. De ontsteking vindt in deze stand automatisch plaats, de ontstekingsvonk is hoorbaar. 3. Houd na de ontsteking de bedieningsknop maximaal 10 seconden ingedrukt tot de ontstekingsbeveiliging werkt. Als er lucht in de gasleiding aanwezig is, kan het een minuut duren voordat gas voor verbranding beschikbaar is.

3 4

LET OP: Bij storingen voor een nieuwe ontstekingspoging ca. 2 minuten wachten!

1 2 3 4

Bedieningsgedeelte circulatieluchtventilator Bedieningsknop thermostaat Kijkglas gasvlam Batterijvak ontstekingsautomaat

12.1 Gasverwarming SL 3002/5002

4. Als de vlam om welke reden dan ook tijdens de sluittijd van de ontstekingsbeveiliging (ca. 30 seconden) uitgaat, vindt onmiddellijk weer een ontsteking plaats. Als ondanks hoorbare ontstekingsvonken geen ontsteking plaatsvindt, is er een storing (bijv. lege gasfles of defecte verwarming).

AANWIJZING: Als de ontstekingsvonk niet hoorbaar is, moeten de batterijen van de ontstekingsautomaat worden gecontroleerd en evt. worden vervangen.


MJ 2007 • NL-03.2007

12-1


AANWIJZING: Wanneer fabrieksnieuwe verwarmingen voor het eerst in bedrijf worden gesteld, treedt een lichte rookontwikkeling op. Dit verschijnsel is normaal. Om dit snel te verhelpen moet u de verwarming in de hoogste stand zetten, de circulatieluchtventilator inschakelen, de luchtuitstroomopeningen openen en de caravan ondertussen goed ventileren.

12.1.2

Gasverwarming instellen

LET OP: Vanaf verwarmingsstand 3 - 4 moeten wegens gevaar voor oververhitting van de ver warming de circulatieluchtventilator worden ingeschakeld en de luchtuitstroomopeningen worden geopend! 1. Met de thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.1) wordt de ruimtetemperatuur ingesteld die door de ingebouwde thermostaat automatisch constant wordt gehouden. Als basisinstelling wordt een waarde tussen stand 4 en 7 aanbevolen.

12.1.3

Gasverwarming uitschakelen

1. Thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.1) in stand “ ” zetten, daarmee wordt de ontstekingsautomaat automatisch uitgeschakeld. 2. Sluit de toestelafsluiter voor verwarming “

” en de afsluiter van de gasfles als ze langere tijd niet worden gebruikt.

3. De circulatieluchtventilator op het bijbehorende bedieningsgedeelte uitschakelen.

12.1.4

Batterijen ontstekingsautomaat vervangen

LET OP: De batterijen van de ontstekingsautomaat mogen uitsluitend bij uitgeschakelde verwarming worden vervangen!

12-2

MJ 2007 • NL-03.2007



Voor het begin van elk stookseizoen moeten nieuwe ontstekingsautomaat-batterijen worden geplaatst. 1. Klap om de batterijen te vervangen het batterijvak (pos. 4, afb. 12.1) van de ontstekingsautomaat naar voren door de bevestigingsklem aan de zijkant in te drukken en vervang beide batterijen. Gebruik uitsluitend temperatuurbestendige (+70 °C), uitloopbestendige mignon-batterijen (type LR 6, AA, AM 3).

AANWIJZING: Lege batterijen moet volgens voorschrift worden afgevoerd!

AANWIJZING: Meer informatie vindt u in de afzonderlijke handleiding van de fabrikant.


MJ 2007 • NL-03.2007

12-3


12.2

Circulatieluchtventilator

WAARSCHUWING: De warme lucht moet ongehinderd naar buiten kunnen treden, daarom mogen geen voorwerpen boven de verwarming of op de afdekplaat worden gelegd!

LET OP Eenmaal per jaar of om de drie maanden bij continu gebruik het opgehoopte stof van de warmtewisselaar, bodemplaat en ventilatorschoep van de Trumavent-warmeluchtinstallatie verwijderen. Ventilatorschoepen voorzichtig met een kwast of kleine borstel reinigen. Met het bedieningsgedeelte van de circulatieluchtventilator (afb. 12.2, 12.3 resp. 12.4) wordt de verdeling van warme lucht geregeld. Ga hiervoor te werk volgens de paragrafen 12.2.1, 12.2.2 resp. 12.2.3, pagina 12-4 resp. pagina 12-5.

Circulatieluchtventilator 12 voltuitvoering (bedieningsgedeelte extern)

3

2 1

5

1. Als de draaischakelaar (2) in stand (3) “ man ” staat, kan de gewenste ventilatorcapaciteit met de draaiknop (1) worden ingesteld.

Trumavent

4

12.2.1

2. Als de draaischakelaar (2) in stand (5) “ auto ” staat, past de ventilatorcapaciteit zich naadloos aan de momentele warmteafgifte van de verwarming aan. Het ver warmingsvermogen kan naar wens met de thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.1) worden begrensd. De regeling tussen ingestelde waarde en verlaagde werking vindt automatisch plaats.

2

man

3 4

1 auto

5

12 V

1 2 3 4 5

3. Als de draaischakelaar (2) in de stand (4) “ ” staat, is de circulatieluchtventilator uitgeschakeld.

Draaiknop circulatieluchtventilator Draaischakelaar werkingsmodi Draaischakelaar stand "man” Draaischakelaar stand "Uit” Draaischakelaar stand "auto”

12.2 Bedieningsgedeelte circulatieluchtventilator 12 volt-uitvoering

12-4

MJ 2007 • NL-03.2007



Circulatieluchtventilator 12 voltuitvoering (bedieningsgedeelte in gasverwarming)

5

2. Als de draaischakelaar (2) in stand (3) “ A ” staat, past de ventilatorcapaciteit zich naadloos aan de momentele warmteafgifte van de ver warming aan. Het ver warmingsvermogen kan naar wens met de thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.1) worden begrensd. De regeling tussen ingestelde waarde en verlaagde werking vindt automatisch plaats.

4

1

1. Als de draaischakelaar (2) in stand (5) “ ” staat, kan de gewenste ventilatorcapaciteit met de draaiknop (1) worden ingesteld.

2

3

1

12.2.2

2

A 3

5 4 1 2 3 4 5


Draaiknop circulatieluchtventilator Draaischakelaar werkingsmodi Draaischakelaar stand "Automatisch” Draaischakelaar stand "Uit” Draaischakelaar stand "Handmatig”


Circulatieluchtventilator 230 voltuitvoering Trumavent

2

3

1. Als de draaischakelaar (2) in de stand (4) “ ” staat, kan de gewenste ventilatorcapaciteit met de draaiknop (1) worden ingesteld.

1

4

12.2.3


2

1

3

5

4 230 V ~

1 2 3 4

Draaiknop circulatieluchtventilator Draaischakelaar werkingsmodi Draaischakelaar stand "Uit” Draaischakelaar stand "Aan”



MJ 2007 • NL-03.2007

12-5


12.3

Verwarmen met gasverwarming S 3002 P

De gasverwarming bevindt zich onder de kleerkast of in de verwarmingskast.

WAARSCHUWING: Laat gas wegens ontploffingsgevaar nooit onverbrand naar buiten stromen!

12.3.1

Gasverwarming inschakelen

1. Afsluiter van de gasfles en toestelafsluiter voor de verwarming “ ” op het verdeelblok onder het keukenblok openen.

1

2 3

2. Knop (2) in een thermostaatstand tussen 1 en 10 draaien en tot de aanslag indrukken, gelijktijdig de piëzoontstekingsknop (3) zo lang snel achter elkaar indrukken tot er een vlam is. De vlam is door het kijkglas (4) zichtbaar. 3. Houd na de ontsteking de bedieningsknop maximaal 10 seconden ingedrukt tot de ontstekingsbeveiliging aanspreekt.

4

4. Nog eens 10 seconden door het kijkglas kijken of de vlam niet door lucht in de gasleiding (veroorzaakt door het verwisselen van een gasfles) uitgaat. 1 2 3 4

LET OP: Voor opnieuw ontsteken minstens 2 minuten wachten, anders bestaat gevaar van ontploffing!

Bedieningsknop circulatieluchtventilator Bedieningsknop thermostaat Piëzo-ontstekingsknop Kijkglas gasvlam

12.5 Gasverwarming S 3002 P 5. Dit geldt ook voor een verwarming die uitgaat en opnieuw moet worden ontstoken. 6. Als er lucht in de gasleiding aanwezig is, kan het 2 minuten duren voordat er gas voor verbranding beschikbaar is. Gedurende deze tijd de bedieningsknop (2) ingedrukt houden en de piëzo-ontstekingsknop bedienen tot er een vlam is.

12-6

MJ 2007 • NL-03.2007



AANWIJZING: Wanneer fabrieksnieuwe verwarmingen voor het eerst in bedrijf worden gesteld, treedt een lichte rookontwikkeling op. Dit verschijnsel is normaal. Om dit snel te verhelpen moet u de verwarming in de hoogste stand zetten, de circulatieluchtventilator inschakelen, de luchtuitstroomopeningen openen en de caravan ondertussen goed ventileren.

12.3.2

Gasverwarming instellen

LET OP: Vanaf verwarmingsstand 3 - 4 moeten wegens gevaar voor oververhitting van de ver warming de circulatieluchtventilator worden ingeschakeld en de luchtuitstroomopeningen worden geopend! 1. Met de thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.5) wordt de ruimtetemperatuur ingesteld die door de ingebouwde thermostaat automatisch constant wordt gehouden. Als basisinstelling wordt een waarde tussen stand 4 en 7 aanbevolen.

12.3.3

Gasverwarming uitschakelen

1. Thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.5) op “ ” zetten. 2. Sluit de toestelafsluiter voor verwarming “ gebruikt.

” en de afsluiter van de gasfles als ze langere tijd niet worden

3. De circulatieluchtventilator op het bijbehorende bedieningsgedeelte uitschakelen.



MJ 2007 • NL-03.2007

12-7


12.4

Circulatieluchtventilator

WAARSCHUWING: De warme lucht moet ongehinderd naar buiten kunnen treden, daarom mogen geen voorwerpen boven de verwarming of op de afdekplaat worden gelegd!

LET OP: Eenmaal per jaar of om de drie maanden bij continu gebruik het opgehoopte stof van de warmtewisselaar, bodemplaat en ventilatorschoep van de Trumavent-warmeluchtinstallatie verwijderen. Ventilatorschoepen voorzichtig met een kwast of kleine borstel reinigen. Met het bedieningsgedeelte van de circulatieluchtventilator (afb. 12.6, 12.7 resp. 12.8) wordt de verdeling van warme lucht geregeld. Ga hiervoor te werk volgens de paragrafen 12.4.1, 12.4.2 resp. 12.4.3, pagina 12-8 resp. pagina 12-9.

Circulatieluchtventilator 12 voltuitvoering (bedieningsgedeelte extern)

3

2 1

5

1. Als de draaischakelaar (2) in stand (3) “ man ” staat, kan de gewenste ventilatorcapaciteit met de draaiknop (1) worden ingesteld.

Trumavent

4

12.4.1

2. Als de draaischakelaar (2) in stand (5) “ auto ” staat, past de ventilatorcapaciteit zich naadloos aan de momentele warmteafgifte van de verwarming aan. Het ver warmingsvermogen kan naar wens met de thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.1) worden begrensd. De regeling tussen ingestelde waarde en verlaagde werking vindt automatisch plaats.

2

man

3 4

1 auto

5

12 V

1 2 3 4 5


Draaiknop circulatieluchtventilator Draaischakelaar werkingsmodi Draaischakelaar stand "man” Draaischakelaar stand "Uit” Draaischakelaar stand "auto”


12-8

MJ 2007 • NL-03.2007



Circulatieluchtventilator 12 voltuitvoering (bedieningsgedeelte in gasverwarming)

5

2. Als de draaischakelaar (2) in stand (3) “ A ” staat, past de ventilatorcapaciteit zich naadloos aan de momentele warmteafgifte van de ver warming aan. Het ver warmingsvermogen kan naar wens met de thermostaatknop (pos. 2, afb. 12.5) worden begrensd. De regeling tussen ingestelde waarde en verlaagde werking vindt automatisch plaats.

4

1

1. Als de draaischakelaar (2) in stand (5) “ ” staat, kan de gewenste ventilatorcapaciteit met de draaiknop (1) worden ingesteld.

2

3

1

12.4.2

2

A 3

5 4 1 2 3 4 5


Draaiknop circulatieluchtventilator Draaischakelaar werkingsmodi Draaischakelaar stand "Automatisch” Draaischakelaar stand "Uit” Draaischakelaar stand "Handmatig”


Circulatieluchtventilator 230 voltuitvoering Trumavent

2

3

1. Als de draaischakelaar (2) in de stand (4) “ ” staat, kan de gewenste ventilatorcapaciteit met de draaiknop (1) worden ingesteld.

1

4

12.4.3


2

1

3

5

4 230 V ~

1 2 3 4

Draaiknop circulatieluchtventilator Draaischakelaar werkingsmodi Draaischakelaar stand "Uit” Draaischakelaar stand "Aan”



MJ 2007 • NL-03.2007

12-9


12.5

Verwarmen en warmwatervoorziening met centrale verwarming Alde Compact

De centrale verwarming Alde Compact met geïntegreerde warmwaterbereiding is ondergebracht in de kleerkast en wordt via het bijbehorende bedieningsgedeelte (zie afbeelding 12.9) aangestuurd. De verwarmingselementen (radiatoren) die via een bij te schakelen circulatiepomp met een glycolvloeistof worden doorstroomd, zijn zodanig verdeeld in de caravan aangebracht dat een gelijkmatige temperatuur in het gehele interieur van de caravan wordt verkregen. Door gebruik van deze krachtige centrale verwarming hoeft u ook in de caravan het gewone comfort van een aangenaam binnenklimaat – zoals dat van een woonkamer – niet te ontberen.

12.5.1

Functies op het bedieningselement van de centrale verwarming

1. Om de centrale verwarming bij werking op gas in te schakelen de afsluiter van de gasfles en de toestelafsluiter van de verwarming “ ” op het verdeelblok onder het keukenblok openen. 2. De centrale verwarming wordt met de schuifschakelaar op het bedieningsgedeelte geregeld, de gewenste ruimtetemperatuur wordt eveneens op het bedieningsgedeelte ingesteld en gecontroleerd.

LET OP: Werkzaamheden aan de elektronische besturingseenheid van de centrale verwarming Alde Compact mogen uitsluitend door vaktechnisch personeel worden uitgevoerd! De centrale verwarming Alde Compact heeft een „ioniserende vlamcontrole“, d.w.z. als de vlam uitgaat, probeert de elektronische besturingseenheid deze opnieuw te ontsteken. Als de vlam niet binnen 10 seconden aanwezig is, sluit de magneetklep de gastoevoer en blokkeert de elektronische besturingseenheid. Dit proces wordt door het oplichten van de rode lichtdiode (pos. G, afb. 12.9) aangegeven. Als de ruimtethermostaat de centrale verwarming in werking zet, d.w.z. als de temperatuur in de caravan onder de ingestelde temperatuur ligt, start de circulatiepomp. Daardoor begint de vloeistof in het verwarmingssysteem te circuleren en komt koude vloeistof in het verwarmingscircuit. De bedrijfsthermostaat van de verwarming registreert de vloeistoftemperatuur en de verwarmingsinstallatie warmt de vloeistof op die in de installatie circuleert. Als de ingestelde temperatuur is bereikt, wordt de circulatiepomp uitgeschakeld. De bedrijfsthermostaat registreert dat de vloeistof de ingestelde temperatuur heeft bereikt en het verwarmingstoestel wordt uitgeschakeld. Zodra de vloeistoftemperatuur enkele graden is gedaald, wordt het verwarmingstoestel weer ingeschakeld. Zodoende is er, als de thermostaat de verwarming in werking zet, altijd opgewarmde vloeistof in het verwarmingscircuit.

12-10

MJ 2007 • NL-03.2007



G

3

L

D C

J

B

F

I

A

E

H

2

4 K

1

5

A Verwarming (elektrisch) "UIT” B Verwarming (elektrisch) "AAN” met 1.050 W vermogen C Verwarming (elektrisch) "AAN” met 2.100 W vermogen D Verwarming (elektrisch) "AAN” met 3.150 W vermogen E Verwarming (gas) "UIT” F Verwarming (gas) "AAN” G Lichtdiode "Storingsindicatie voor werking op gas” Verwarming ontsteekt niet of vlam gaat weer uit door een andere storing. H Circulatiepomp "UIT - Zomerfunctie“ De verwarming wordt bij werking op gas en/of elektriciteit via de in het toestel ingebouwde thermostaat geregeld. Functie alleen voor warm water. I Circulatiepomp "AAN - Winterfunctie“ De verwarming wordt bij werking op gas en/of elektriciteit via de in het toestel ingebouwde thermostaat geregeld. Functie voor verwarmen en warm water. Dit is de normale werking. J Circulatiepomp "AAN - Winterfunctie“ De verwarming wordt bij werking op gas en/of elektriciteit via de ruimtethermostaat in het bedieningselement geregeld. Functie voor verwarmen (geeft de meest gelijkmatige ruimtetemperatuur in de caravan). K Draaiknop voor ruimtetemperatuur L Markering voor een gemiddelde ruimtetemperatuur van ca. 22 °C

12.9 Bedieningselement van warmwater-centrale verwarming


MJ 2007 • NL-03.2007

12-11


12.5.2

Beste warmtecomfort

Om het principe van op water gebaseerde warmte zo goed mogelijk te benutten, is het belangrijk dat de verwarmde lucht onder de bedkasten en achter de rugkussens vrij kan circuleren. Belangrijk is ook dat kussens en dekens de luchtcirculatie achter de rugkussens niet belemmeren.

12.5.3

Circulatiepomp

LET OP: Bij permanente werking van de 12 volt-circulatiepomp moet erop worden gelet dat de levensduur van de motor aanzienlijk wordt verminderd! In het expansievat bevindt zich een 12 volt-circulatiepomp die de verwarmde glycolvloeistof in het verwarmingssysteem laat circuleren. Afhankelijk van de warmtebehoefte regelt de ruimtethermostaat het in- en uitschakelen van de circulatiepomp.

12.5.4

Expansievat

Het expansievat bevindt zich in de kleerkast. Hier kan het niveau van de glycolvloeistof worden afgelezen. Dit moet bij een koud verwarmingstoestel ca. 1 cm boven de “MIN”-markering staan (zie afb. 12.10). Het verwarmingscircuit moet worden gevuld met een glycolmengsel van 40% zoals dat ook bij automotoren wordt gebruikt. Als het verwarmingssysteem aan temperaturen onder -25 °C wordt blootgesteld, moet het glycolgehalte worden verhoogd, echter niet tot boven50 %. Voordat nieuwe vloeistof wordt bijgevuld, moet het feitelijke glycolgehalte worden gecontroleerd om een te hoge concentratie glycol in het vloeistofmengsel te voorkomen. Het glycolmengsel moet om de twee jaar worden vervangen, omdat belangrijke eigenschappen als corrosiebescherming op den duur afnemen.

LET OP: Het verwarmingssysteem mag nooit zonder glycolmengsel worden gebruikt! Als het vloeistofniveau in het expansievat meer dan door normale verdamping daalt, moet het gehele verwarmingssysteem worden onderzocht op lekkages. Als er glycolmengsel uit is gelopen, moet de betreffende plek grondig met water worden schoongespoeld en nagedroogd.

12-12

MJ 2007 • NL-03.2007



12.5.5

Glycolmengsel bijvullen

WAARSCHUWING: Voorzichtig bij het bijvullen van het expansievat met glycolmengsel. Deze vloeistof is giftig! 1. Wartelmoer (1) op het expansievat losschroeven en circulatiepomp omhoog tillen. 1

2. Glycolmengsel langzaam in het expansievat gieten tot het niveau ca. 1 cm boven de MIN-markering staat.

AANWIJZING: Het verwarmingssysteem moet na het vullen altijd worden ontlucht voordat het in bedrijf wordt gesteld!

12.10 Warmwater-CV-installatie: Expansievat

12.5.6

Verwarmingssysteem ontluchten

Afhankelijk van de installatie van het leidingstelsel kunnen bij het bijvullen van het verwarmingssysteem luchtbellen ontstaan. Een aanwijzing voor de aanwezigheid van lucht in het verwarmingssysteem is dat de warmte van het verwarmingstoestel slechts ongeveer 1 m in de leidingen komt, hoewel de circulatiepomp werkt. Als het verwarmingssysteem net is bijgevuld, kunnen in het expansievat kleine luchtbellen ontstaan. Als de circulatiepomp enkele seconden wordt uitgeschakeld, verdwijnen de luchtbellen gewoonlijk weer.

Ga als volgt te werk om het verwarmingssysteem te ontluchten: 1. Verwarmingstoestel inschakelen. 2. Zorg dat de circulatiepomp is uitgeschakeld. 3. Open de ontluchtingsschroef van alle verwarmingselementen achtereenvolgens tot er vloeistof uit komt.


MJ 2007 • NL-03.2007

12-13


4. Nu de circulatiepomp inschakelen en enkele minuten laten draaien. Controleer of de leidingen en de verwarmingselementen (radiatoren) in de caravan overal warm worden.

AANWIJZING: Als de hiervoor beschreven maatregelen niet tot het gewenste resultaat leiden, moet eventueel nogmaals glycolmengsel worden bijgevuld. Ga anders als volgt te werk: 5. Plaats de caravan op een hellende ondergrond of krik de caravan zo ver omhoog dat deze naar voren helt. De caravan beslist met keggen tegen wegrollen beveiligen! 6. Laat de caravan enkele minuten in deze stand staan zodat de lucht in het verwarmingssysteem naar boven kan stijgen. 7. Draai de ontluchtingsschroef op het hoogste punt (moet vooraf worden bepaald!) open en laat deze openstaan tot er glycolmengsel uit komt. 8. Plaats de caravan op een hellende ondergrond of krik de caravan zo ver omhoog dat deze naar achteren helt. De caravan beslist met keggen tegen wegrollen beveiligen! 9. Laat de caravan enkele minuten in deze stand staan zodat de lucht in het verwarmingssysteem naar boven kan stijgen. 10. Draai de ontluchtingsschroef op het hoogste punt (moet vooraf worden bepaald!) open en laat deze openstaan tot er glycolmengsel uit komt. 11. Zet de caravan horizontaal. 12. Nu de circulatiepomp inschakelen en enkele minuten laten draaien. Controleer of de leidingen en verwarmingselementen (radiatoren) in de caravan gelijkmatig warm worden.

AANWIJZING: Als de hiervoor beschreven maatregelen nog steeds niet tot het gewenste resultaat leiden, moet een vakman worden geraadpleegd.


12-14

MJ 2007 • NL-03.2007



12.5.7

Warmwatervoorziening met Alde Compact

WAARSCHUWING: Het warme water mag niet als drinkwater of voor het koken worden gebruikt! De warmwatervoorziening vindt plaats via een warmwaterboiler in het ALDE-verwarmingstoestel. De warmwaterboiler kan op vloeibaar gas, op 230 volt (elektropatroon) of op beide media gelijktijdig worden gebruikt. De warmwaterboiler van 8,5 liter levert water met een temperatuur van 40 tot 70 °C. Bij maximaal gebruik heeft men ca. 17 liter warm water met een temperatuur van 40 °C. De warmwaterboiler heeft bij werking op vloeibaar gas ca. 30 minuten nodig om 12 liter water van 10 °C tot 40 °C te verwarmen. Als de warmwaterboiler op 230 volt werkt, is de capaciteit iets minder. Wanneer de elektropatroon voor de bereiding van warm water onvoldoende is, kan de warmwaterboiler gelijktijdig op 230 volt en vloeibaar gas werken.

LET OP: De waterpomp mag slechts kortstondig zonder water worden gebruikt! De waterpomp wordt via de waterkranen in werking gezet. Als een waterkraan wordt geopend, bouwt de waterpomp een druk op van ca. 1,8 bar. Hierdoor is bij het tappen van water de bedrijfsdruk beschikbaar. Wanneer de bedrijfsdruk bij het tappen van water onder een bepaalde waarde daalt (drukverlies), wordt de nominale druk van 1,8 bar door de waterpomp automatisch weer opgebouwd.

Ga voor de bereiding van warm water als volgt te werk: 1. Bij de eerste ingebruikname of bij lege warmwaterboiler moet deze worden gevuld met water, vul daarvoor de schoonwatertank. 2. Controleer of de aftap van de schoonwatertank gesloten is. 3. Warmwaterkraan (waterkraan in mengklepstand “heet”) net zo lang openzetten tot de warmwaterboiler is gevuld, d.w.z. de lucht uit de warmwaterboiler en de waterleidingen is verdrongen en er water stroomt.


MJ 2007 • NL-03.2007

12-15


12.5.7.1 Warmwaterbereiding met gas 1. Afsluiter van de gasfles en toestelafsluiter van de verwarming “ ” onder het keukenblok openen. 3

2. Verwarming met schuifschakelaar inschakelen, stand F “ ”.

2

4

1

5

F A

3. De schuifschakelaar voor de circulatiepomp blijft in de stand H “ ”.

H

4. De schuifschakelaar voor de elektropatroon blijft in stand A “ ”.

12.11 Warmwaterbereiding met gas

12.5.7.2 Warmwaterbereiding met 230 volt 1. Controleer of de spanning van 230 volt is aangesloten. 2. Schuifschakelaar van de elektropatroon instellen op het gewenste verwarmingsvermogen:

3

D C B

• stand B / 1.050 W “ ” • stand C / 2.100 W “ ” • stand D / 3.150 W “ ”

E

3. De schuifschakelaar van de verwarming blijft in stand E “ ”.

H

2

4

1

5

12.12 Warmwaterbereiding met 230 volt

12.5.7.3 Warmwaterbereiding met gas en 230 volt 1. Afsluiter van de gasfles en toestelafsluiter voor de verwarming “

” onder het keukenblok openen.

2. Controleer of de spanning van 230 volt is aangesloten. 3. Verwarming met schuifschakelaar inschakelen, stand F “

”.

4. De schuifschakelaar voor de circulatiepomp blijft in de stand H “

”.

5. Schuifschakelaar van de elektropatroon instellen op het gewenste verwarmingsvermogen: • stand B / 1.050 W “ ” • stand C / 2.100 W “ ” • stand D / 3.150 W “ ”

12-16

MJ 2007 • NL-03.2007



12.5.7.4 Warmwaterboiler legen

Open

2

1. Zorg dat de waterafvoer naar buiten niet door vuil, sneeuw etc. wordt belemmerd.

Dicht

Dicht

2. Waterpomp (schoonwaterpomp) uitschakelen.

1

3. Alle waterkranen openen.

3

4. Aftapkraan (1) op de watertoevoer openen. 5. De inhoud van de warmwaterboiler wordt direct via de aftapkraan naar buiten afgevoerd. 6. Controleer tijdens het legen of de gehele inhoud van de warmwaterboiler (ca. 7-10 liter) wegloopt. 7. Laat de aftapkraan en alle waterkranen open staan tot de boiler weer wordt gebruikt.

12.13

Warmwaterboiler (Alde Compact) legen

AANWIJZING: Controleer of de automatische terugslagklep (2) opent en de warmwaterbereider bij het legen lucht toelaat en de slang (3) niet verstopt is.



MJ 2007 • NL-03.2007

12-17


12.6

Warmwatervoorziening via Truma-boiler 10/14

Bij warmwatervoorziening via de Truma-boiler is in de caravan onder de zitgroep een warmwaterboiler van 10 resp. 14 liter geïnstalleerd die warm water met een temperatuur van 15 tot 70 °C levert.

12.6.1

Warmwaterbereiding

WAARSCHUWING: Het warme water mag niet worden gebruikt als drinkwater of om te koken! Om de ontwikkeling van micro-organismen te voorkomen moet de boiler regelmatig tot 70 °C worden verwarmd! Bij gebruik van de boiler moet het uitzetraam bij de boilerschoorsteen steeds gesloten blijven. Er bestaat vergiftigingsgevaar! 1. Bij de eerste ingebruikname of bij lege warmwaterboiler moet deze worden gevuld met water, vul daarvoor de schoonwatertank. 2. Controleer of de veiligheids-/aftapklep in de koudwatertoevoer van de Truma-boiler en de sluitstop aan de onderkant van de schoonwatertank gesloten zijn. 3. Alle waterkranen (waterkranen in mengklepstand “heet”) net zo lang openen tot de warmwaterboiler is gevuld, d.w.z. de lucht uit de warmwaterboiler en de waterleidingen is verdrongen en er water zonder luchtbellen uit komt. 4. Stroomtoevoer voor de waterpomp controleren. 5. Gasfles aansluiten en de afsluiter van de gasfles openen.

Boiler

6. Toestelafsluiter “ ” naast de warmwaterboiler openen en de afdekkap van de boilerhaard afnemen. 7. Warmwaterboiler op het bedieningsgedeelte in stand “ 50° ” resp. “ 70° ” zetten. Als er zich lucht in de gasleiding bevindt, kan het een minuut duren voordat er gas voor de verbranding is. Als daarbij een storing (bijv. tekort aan gas, lucht in de gasleiding, o.i.d.) optreedt, gaat het rode controlelampje (1) “Storing” branden. Warmwaterboiler uitschakelen, 5 minuten wachten en weer inschakelen. 8. Voor het uitschakelen van de warmwaterboiler het bedieningsgedeelte in stand “ ” zetten.

12-18

50°

2 3

1

1 Rode LED ”Storing” 2 Boiler AAN 50 °C

70°

4

3 Boiler UIT 4 Boiler AAN 70 °C

12.14 Bedieningselement Truma-Boiler 10/14

MJ 2007 • NL-03.2007



12.6.2

Truma-boiler legen

LET OP: Als de Truma-boiler langere tijd niet wordt gebruikt – met name voor de winterstalling van de caravan – moet deze via de aftapkraan worden geleegd. 1. Stroomtoevoer voor de waterpomp uitschakelen. LEGEN

2. Alle warmwaterkranen in keuken en bad openen. 3. Veiligheids-/aftapklep (rode kleptuimelaar) die zich in de buurt van de warmwaterboiler bevindt, openen (kleptuimelaar verticaal) en het water aftappen.

GESLOTEN

4. Controleer of de gehele waterinhoud (10 resp 14 liter) volledig wegloopt. GESLOTEN

5. Alle waterkranen en de aftapklep weer sluiten.

12.15 Aftapklep Truma-boiler



MJ 2007 • NL-03.2007

12-19


12.7

Warmwatervoorziening via Truma-Therme

Bij warmwatervoorziening via de Truma-Therme is in het verwarmingsluchtsysteem van de caravan een warmwaterboiler van 5 liter geïnstalleerd die warm water met een temperatuur van 15 tot 60 °C levert. Bovendien is in de Truma-Therme een 230 volt-verwarmingsstaaf geïntegreerd waarmee de warmwaterboiler eveneens kan worden verwarmd.

12.7.1

Warmwaterbereiding

WAARSCHUWING: Het warme water mag niet als drinkwater of voor het koken worden gebruikt!

LET OP: De Truma-Therme mag zonder water nooit elektrisch worden gebruikt! 1. Bij de eerste ingebruikname of bij lege warmwaterboiler moet deze worden gevuld met water, vul daarvoor de schoonwatertank. 2. Controleer of de aftap- en beluchtingskleppen van de Truma-Therme en de sluitstop aan de onderkant van de schoonwatertank gesloten zijn. 3. Alle waterkranen (waterkranen in mengklepstand “heet”) net zo lang openen tot de warmwaterboiler is gevuld, d.w.z. de lucht uit de warmwaterboiler en de waterleidingen is verdrongen en er water zonder luchtbellen uit komt.

12.7.1.1 Warmwaterbereiding via luchtcirculatiesysteem van de verwarming 1. Verwarming met circulatieluchtventilator volgens paragraaf 12.2 op pagina 12-4 inschakelen. Als de circulatielucht door de ventilator wordt verspreid, wordt ook het water in de Truma-Therme verwarmd.

12-20

MJ 2007 • NL-03.2007



12.7.1.2 Warmwaterbereiding met 230 volt 1. Wipschakelaar (1) naar beneden in stand “ ” schakelen; de controlelamp gaat branden. De watertemperatuur wordt met de thermostaat op 60 °C geregeld. De opwarmtijd van koud water met een temperatuur van 15 °C tot 60 °C duurt ca. 50 minuten. 2. Om uit te schakelen de wipschakelaar in stand “ zetten.

Therme

”

2 1 3

230 V ~ 1 Wipschakelaar 2 Therme AAN 3 Therme UIT

12.16 Bedieningsgedeelte Truma-Therme


MJ 2007 • NL-03.2007

12-21


12.7.2

Truma-Therme legen

LET OP: Als de Truma-Therme langere tijd niet wordt gebruikt – met name voor de winterstalling van de caravan – moet deze via de aftapklep worden geleegd. 1. Stroomtoevoer voor de waterpomp uitschakelen. 2. Schoonwatertank legen of waterpomp uit de tank verwijderen.

SLUITEN

OPENEN

3. Alle warmwaterkranen in keuken en bad openen. 4. Aftap- en beluchtingskleppen openen en water aftappen. 5. Controleer of al het water (5 liter) uit de Truma-Therme wegloopt.

12.17 Aftapklep Truma-Therme


12-22

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 13

KOKEN & BAKKEN

KOKEN & BAKKEN

13.

KOKEN & BAKKEN

13.1

Ingebruikname van het gaskomfoor

1. Afsluiter van de gasfles en toestelafsluiter “

” op het verdeelblok onder het keukenblok openen.

2. Afdekking van het kookveld omhoog klappen.

WAARSCHUWING: Om een constante luchtverversing in de caravan te waarborgen mogen de geforceerde ventilatieopeningen in de dakluiken, dakventilator en in de bodemplaat aan de achterkant nooit worden afgedekt! Bij ingebruikname van het gaskomfoor moet bovendien een raam of dakluik geopend zijn om de caravan van voldoende zuurstof te voorzien! Het gaskomfoor mag nooit als verwarming worden gebruikt! Laat gas wegens ontploffingsgevaar nooit onverbrand naar buiten stromen! Het gehele ontstekingsproces moet voor de gebruiker goed overzichtelijk zijn en mag niet door kookpannen etc. aan het gezicht worden onttrokken! De vlambeschermplaat bij gebruik van het gaskomfoor altijd omhoogzetten! 3. Draai om de brander aan te steken de betreffende regelknop van het kookveld tegen de wijzers van de klok in op kleine of grote vlam, daarna indrukken en ingedrukt houden. 4. Ontsteek het uitstromende gas met een geschikte gasontsteker en houd de knop nog ongeveer 5 - 7 seconden ingedrukt. Als de knop te vroeg wordt losgelaten, kan de vlam uitgaan. Herhaal in dat geval de ontsteking. 5. Om uit te schakelen de regelknop met de wijzers van de klok mee in stand “ ” draaien. Bij een verbogen of defect thermo-element werkt de brander niet meer probleemloos en gaat de vlam ondanks langdurig drukken op de regelknop steeds weer uit. In dat geval moet het thermo-element door een vakman worden vervangen.

AANWIJZING: Als de vlam niet helder is, is dat een teken van een slechte verbranding. Daarom adviseren wij jaarlijks een onderhoudsbeurt door een vakman te laten uitvoeren. Meer informatie vindt u in de afzonderlijke handleiding van de fabrikant.


MJ 2007 • NL-03.2007

13-1

KOKEN & BAKKEN

13.2

Gasoven met grill

13.2.1

Ingebruikname

AANWIJZING: Voor de eerste ingebruikname van de oven/grill moet deze leeg (zonder levensmiddelen) gedurende ongeveer een half uur op de hoogste temperatuur worden ingeschakeld. 1. Afsluiter van de gasfles en toestelafsluiter “

” op het verdeelblok onder het keukenblok openen.

2. Om de oven handmatig te ontsteken de draaiknop (pos. 1, afb. 13.1) licht indrukken, ingedrukt houden en op de ontstekingsstand draaien. 3. Brander met een geschikte gasaansteker ontsteken en de draaiknop daarna gedurende ongeveer 5 - 10 seconden ingedrukt houden. 4. Draaiknop loslaten en in de gewenste stand draaien.

AANWIJZING: Om de oven automatisch te ontsteken moet de ovendeur helemaal worden geopend omdat anders de automatische ontsteking niet kan plaatsvinden. 5. Ovendeur helemaal openen. 6. Draaiknop (pos. 1, afb. 13.1) licht indrukken en ingedrukt houden, op de ontstekingsstand draaien en gedurende ongeveer 5 tot 10 seconden ingedrukt houden. 7. Draaiknop loslaten en in de gewenste stand draaien. 8. Om de oven met thermostaat te ontsteken moet u te werk gaan zoals bij handmatig en automatisch ontsteken, met of zonder elektronische ontsteking. 9. Draai voor gebruik van de oven de draaiknop op een ontstekingsstand tussen 1 en 6, draai voor gebruik van de grill de draaiknop in de stand “ ”. 10. Bij oven met thermostaat komen de verschillende standen van de draaiknop overeen met de eronder aangegeven temperaturen.

13-2

Stand draaiknop Temperatuur [ °C ]

MJ 2007 • NL-03.2007

1

2

3

4

5

6

130 160 180 200 220 240


KOKEN & BAKKEN

AANWIJZING: Als de ontsteking niet lukt, moet de gehele ontstekingshandeling worden herhaald. Indien nodig controleren of de gas- en stroomtoevoer gegarandeerd is. Als de ontsteking dan nog niet werkt, moet u een erkende dealer raadplegen om de storing te verhelpen. 11. Voor bediening van de grill moet u eerst de hittewerende plaat verwijderen en daarna de brander van de grill ontsteken. 12. Ovendeur half open laten staan. 13. Plaats voor de bediening van het braadspit de vetvanger met het erop gemonteerde braadspit.

1 2

14. Om het braadspit te starten, de drukknop (2) indrukken.

13.1 Gasoven met grill: Bedieningselement

13.2.2

Braadspit met grill

1. Verwijder de hittewerende plaat, ontsteek vervolgens de brander van de grill. 2. Ovendeur half open laten staan.

13.2.3

Braadspit met oven

1. Ontsteek de ovenbrander en draai de draaiknop in de gewenste temperatuurstand. 2. Sluit de ovendeur.



MJ 2007 • NL-03.2007

13-3

Hoofdstuk 14

KOELKAST

KOELKAST

14.

KOELKAST

LET OP: Koelkasten met apart vriesvak kunnen niet op 12 Volt > vanaf de trekkende wagen worden gebruikt! De elektronische ontsteking werkt niet als de caravan niet is aangesloten op 230 volt of 12 volt!

14.1

Koelkast RM 7290

De koelkast kan werken op 230 volt, 12 volt of gas. Deze functies worden met de keuzeschakelaar voor energie gekozen. De koelkast bezit een vlambeveiliging die automatisch de gastoevoer afsluit als de vlam uitgaat. De inhoud is aangegeven op het typeplaatje in de koelkast.

14.1.1

Bedieningselementen

1

2

3

230 V

12 V GAS

1 Draaiknop "Energiekeuze” 2 Draaiknop "Gas-/elektrothermostaat” 3 Drukknop "Handmatige ontsteking (piëzo)”

14.1 Koelkast RM 7290: bedieningspaneel



MJ 2007 • NL-03.2007

14-1

KOELKAST

14.2

Koelkast RM 7651

De koelkast kan werken op 230 volt, 12 volt of gas. Deze functies worden met de keuzeschakelaar voor energie gekozen. De koelkast bezit een vlambeveiliging die automatisch de gastoevoer afsluit als de vlam uitgaat. De inhoud is aangegeven op het typeplaatje in de koelkast.

14.2.1

Bedieningselementen 1 2

3

4

5

GAS 230 V 12 V

1 Inschakelen frameverwarming 2 Functieweergave frameverwarming

4 Functieweergave (3 LED's) 5 Gas-/elektrothermostaat AC/DC

3 Energiekeuzeschakelaar

14.2 Koelkast RM 7651: bedieningspaneel


14-2

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 15

AIRCONDITIONER

AIRCONDITIONER

15.

AIRCONDITIONER

WAARSCHUWING: Geen vingers of voorwerpen in de sleuven van de ventilatieopening steken! Er mag geen water in het binnenwerk van de airconditioner komen! Alle licht ontvlambare materialen uit de buurt van de airconditioner verwijderen!

LET OP: Om de compressor niet te beschadigen moet na het uitschakelen van de airconditioner minstens 3 minuten worden gewacht voor deze weer wordt ingeschakeld! Er mogen geen voorwerpen in de luchtinlaten en de luchtopeningen worden gestoken!

15.1

Bediening van de airconditioner Blizzard

15.1.1

Bedieningselementen

Onderstaande bedieningselementen bevinden zich op het bedieningsgedeelte van de airconditioner:

Hoofdschakelaar

Functieschakelaar

Inschakelen Uitschakelen

Warme lucht Koeling

Thermostat

Luchttemperatuur ca. 18 - 40 °C

Ventilatorschakelaar

Luchtsnelheid

Stand

: Airconditioner ingeschakeld

Stand

: Airconditioner uitgeschakeld

Stand

: Warme lucht

Stand

: Koelen

Bij draaien met de wijzers van de klok mee wordt de luchttemperatuur verhoogd (max. ca. 40 °C) Bij draaien tegen de klokwijzers luchttemperatuur verlaagd (tot ca. 18 °C) Stand

: Snelheidsniveau 1

Stand

: Snelheidsniveau 2

in

wordt

de

15.1 Bedieningselementen airconditioner Blizzard


MJ 2007 • NL-03.2007

15-1

AIRCONDITIONER

15.1.2

Richting instellen van de luchtstroom

De leiplaten zo instellen dat de gewenste richting van de luchtstroom wordt verkregen.

0

I

II

III

15.2 Instelling richting luchtstroom


15-2

MJ 2007 • NL-03.2007


AIRCONDITIONER

15.2

Truma-Frostair

LET OP: Reparaties aan de airconditioner mogen uitsluitend door een vakman worden uitgevoerd! Elke wijziging van de airconditioner of het gebruik van reserveonderdelen die niet origineel zijn, evenals veronachtzaming van de inbouwen gebruikshandleiding leidt tot het vervallen van de garantie en aansprakelijkheid! Het koelcircuit bevat het koelmiddel “R 407C” en mag uitsluitend door een vakman worden geopend. Om de goede werking van de airconditioner te garanderen mogen de uitlaatopening voor koude lucht en de aanzuigopening voor circulatielucht niet worden belemmerd!

15.3

Bediening van de airconditioner

15.3.1

Bedieningselementen op de afstandsbediening A Functie-keuzeknop “MODE“ FAN = Alleen ventilatie COMFORT = Koeling en ventilatie K

H

J

A

B C

B Ventilatorinstelling “FAN“ AUTO = Automatisch LOW = Laag MED. = Midden HIGH = Hoog C Gewenste ruimtetemperatuur “SET“ 16 - 31 °C of Keuzetijd 1 - 15 uur instellen D Geen functie E Keuzetijd “TIMER“

D

F

D

E

F Instellingen van de afstandsbediening opnieuw naar toestel zenden “RESEND“ G Aan/Uit schakelaar “ON/OFF“

G

H Gekozen instelfunctie J Gekozen timer-instelfunctie K Gekozen timerfunctie

15.3 Truma-Frostair: Bedieningselementen op de afstandsbediening


MJ 2007 • NL-03.2007

15-3

AIRCONDITIONER

15.3.2

Airconditioner NOOD Aan/Uit

Op de ontvanger bevindt zich een extra tastschakelaar (M), waarmee het apparaat (bijv. met een balpen) ook zonder afstandsbediening kan worden uit- of ingeschakeld. Als het apparaat via deze tastschakelaar wordt ingeschakeld, wordt automatische de laatste functie geselecteerd die op de afstandsbediening is gekozen.

M

M Tastschakelaar

15.4 Truma-Frostair: NOOD - Aan/Uit

AANWIJZING: Meer informatie over Truma-Frostair vindt u in de afzonderlijke handleiding van de fabrikant.

15-4

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 16

TOILET

TOILET

16.

TOILET

16.1

Thetford-cassette C-200 CW

LET OP: De Thetford-cassette mag alleen op campings met bijbehorende zuiveringsinstallaties voor afvalwater of speciaal daarvoor bestemde afvalverwerkingsstations geleegd worden! 1. Als de Thetford-cassette voor het eerst of opnieuw in gebruik genomen wordt, moeten alle voorbereidende maatregelen volgens de afzonderlijke handleiding van de fabrikant worden uitgevoerd! 2. Geadviseerd wordt vóór gebruik van het toilet de toiletpot eerst met water te vullen. Hiervoor eerst de spoelhendel naar boven trekken en daarna naar beneden drukken. 3. Draai na gebruik de knop van de afsluitschuif tegen de wijzers van de klok in. Door deze draaibeweging wordt de schuif in de wc geopend. Om te spoelen eerst de spoelhendel naar boven trekken en daarna naar beneden drukken. De toiletpot wordt bij zuinig waterverbruik grondig gespoeld. 4. Draai na het spoelen de knop van de afsluitschuif met de wijzers van de klok mee, daardoor wordt de afsluitschuif weer gesloten. Het toilet kan ook met geopende afsluitschuif worden gebruikt.

LET OP: Bij kans op vorst en onverwarmde caravan moet de Thetford-cassette worden geleegd! Bij gebruik in de winter mag de toiletspoeling pas na goed verwarmen van de toiletruimte worden gebruikt omdat anders de waterpomp van de Thetfordspoeling kan worden beschadigd! Voor het toilet moet een milieuvriendelijk en biologisch probleemloos afbreekbaar chemisch toiletmiddel worden gebruikt. Om milieuredenen kan het toilet ook zonder toiletmiddel worden gebruikt, maar dan moet de Thetford-cassette vaker worden geleegd.



MJ 2007 • NL-03.2007

16-1

Hoofdstuk 17

WINTERKAMPEREN

WINTERKAMPEREN

17.

WINTERKAMPEREN

17.1

Algemene aanwijzingen voor het winterkamperen

De gegalvaniseerde delen van de caravan moeten ’s winters na het rijden over gepekelde wegen met schoon water worden afgespoeld. Om de vorming van witte roest op gegalvaniseerde delen te voorkomen, moet tijdens stalling of opslag van de caravan voor voldoende ventilatie worden gezorgd (water moet weg kunnen lopen). Voor en tijdens de wintervakantie met de caravan moet u zich nauwkeurig op de hoogte stellen van de weersomstandigheden en de toestand van de wegen. Vergeet niet dat in de bergen passen soms verboden zijn voor auto’s met caravan! De caravan is helemaal geïsoleerd, voorzien van ramen met dubbel plexiglas en bij correcte bediening geschikt voor de winter. De schoonwatervoorziening bevindt zich in de caravan. Een goede ventilatie is in de winter net zo belangrijk als de verwarming. De condensvorming is bijzonder groot, bewaar daarom skischoenen en andere vochtige voorwerpen zo veel mogelijk in de voortent. De wintervoortent heeft twee zij-ingangen of -uitgangen en dient als tochtportaal voor de caravaningang en als bergplaats voor wintersportspullen en natte voorwerpen. De verwarming is in de winter natuurlijk erg belangrijk. De verwarming – de geïnstalleerde standaardverwarming voldoet normaal gesproken – is vooral bij winterkamperen van groot belang. Want juist bij het winterkamperen moet waterdamp dat door koken, natte kleding en de ademhaling van mensen ontstaat, zo snel mogelijk worden verminderd. Naast de goede be- en ontluchting zorgt de verwarmde lucht – warme lucht neemt aanzienlijk meer water op dan koude lucht – voor een snelle vermindering van de waterdamp. Hoe lager de ruimtetemperatuur bij relatieve luchtvochtigheid is, des te gemakkelijk treedt bij een klein temperatuurverschil tussen de interieurlucht en de binnenwand condensvorming op. Afhankelijk van het gebruik, aantal personen, standplaats, luchtvochtigheid binnen en buiten de caravan, ontstaat vooral op de ramen, raamkozijnen en in de hoeken van de opbergkasten snel condens. In de caravan biedt een toereikende verwarming met ingeschakeld luchtcirculatiesysteem uitkomst.

17.2

Extra aanwijzingen voor het winterkamperen

Haal de handrem van de caravan na plaatsing ervan los om te voorkomen dat deze vastvriest. Als de caravan langere tijd niet wordt gebruikt, moet u alle kussens overeind zetten of in huis opslaan. Leg grote blokken hout onder uitdraaisteunen en neuswiel. Anders kan het gebeuren dat de steunen bij dooi in de bodem zakken. Maak de spindels van de uitdraaisteunen goed schoon en vet ze in om ijsafzetting te voorkomen. In de winter uitsluitend 100 % propaangas gebruiken omdat butaangas bij temperaturen onder nul niet verdampt. Zorg voor een voldoende voorraad gasflessen. Gebruik zo min mogelijk elektrische apparaten die veel stroom verbruiken. De stroomcapaciteit op campings is beperkt.


MJ 2007 • NL-03.2007

17-1

WINTERKAMPEREN

Als de caravan bij lage temperaturen voor langere tijd wordt verlaten, kunnen bij uitgeschakelde verwarming de waterleidingen in de caravan bevriezen. In de opwarmfase moeten alle kastdeuren, kleppen en opbergkasten worden geopend om condensvorming te voorkomen. Bewaar in de onverwarmde caravan wegens gevaar van bevriezing geen water, sap of andere vloeistoffen (flessen, blikken etc.). Verwijder sneeuw en ijs zorgvuldig van het dak van de caravan en de voortent. Vooral de ontluchting van de verwarming moet steeds vrij zijn. Breng de schoorsteenverlenging voor afvoergas aan (accessoire). Houd de vloer onder de caravan vrij, zodat de verwarming voldoende verse lucht krijgt. Let erop dat de afvoerbuis voor vuil water niet dichtvriest. Houd geforceerde ventilatieopeningen altijd open, zet zo nodig ook het dakluik op een kier. Stroomkabels moeten niet op de grond worden gelegd om te voorkomen dat ze vastvriezen of bij sneeuwruimen door machines worden beschadigd. Metalen waterarmaturen moeten bij vorstgevaar in de onverwarmde caravan ook bij geleegde watervoorziening geopend blijven. Er moet vooral op worden gelet dat de menghendel zowel in de stand “koud water” als daarna in de stand “warm water” wordt geopend en in een van deze geopende standen blijft staan.

17.3

Geadviseerde accessoires voor het winterkamperen

Opmerkingen:

Datum:

❄ Sneeuwmatten

OK: ❑

❄ Winterafdekking koelkast (speciaal accessoire)

OK: ❑ ❄ Sneeuwkettingen voor het trekkende voertuig

OK: ❑

(speciaal ❄ Rookgas-schoorsteenverlenging accessoire)

OK: ❑ ❄ Hulpstartkabels

OK: ❑

❄ Sneeuwschuiver

zakje zand helpt altijd als u de auto eens OK: ❑ ❄ Een OK: ❑ niet vooruitkrijgt.

❄ Bezem

voor dakluiken OK: ❑ ❄ Sneeuwbeschermingskappen (Vaste camper)

OK: ❑

❄ Ruitenkrabber van kunststof

OK: ❑ ❄

OK: ❑

❄ Ruitontdooi-spray

OK: ❑ ❄

OK: ❑

❄ Talkpoeder of vaseline

OK: ❑ ❄

OK: ❑

OK: ❑ ❄

OK: ❑

of milieuvriendelijk ❄ Keukenzout voor de vuilwatertank

antivriesmiddel

Zo nodig kopiëren

17-2

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 18

BUITENGEBRUIKSTELLING


18.


WAARSCHUWING: Ook als de caravan maar kort buiten gebruik zal zijn, moet de gehele waterinstallatie volledig worden afgetapt. In schoon water ontwikkelen zich al na enkele dagen bacteriën die het water ondrinkbaar maken. We adviseren een desinfecterend middel voor de schoonwatertank dat bij de KNAUS-dealer verkrijgbaar is. Laat na een langere buitengebruikstelling de gehele reminstallatie voor ingebruikname door een erkende vakgarage controleren!

18.1

Tijdelijke buitengebruikstelling van de caravan

Bij deskundige voorzorgmaatregelen kan de caravan zonder schade het gehele jaar in de open lucht blijven staan.

Neem de volgende maatregelen als de caravan tijdelijk buiten gebruik wordt gesteld: Geforceerde ventilatieopeningen in de dakluiken, dakventilator en bodemplaat achterin open houden. Verwijder eventuele roestplekken en repareer kleinere lakbeschadigingen. Geschikte middelen voor het repareren van lakbeschadigingen zijn bij de KNAUS-dealer verkrijgbaar. Was de caravan grondig en breng lakonderhoudsmiddel aan. Geschikte middelen voor het onderhoud van de caravan zijn bij de KNAUS-dealer verkrijgbaar. Spuit stekkercontacten van de verbindingskabel in met contactspray. Alle beweegbare onderdelen van de as, oploopreminrichting en uitdraaisteunen invetten.

CARAVAN

Caravan door uitdraaien van de vier uitdraaisteunen omhoog krikken. Als de caravan niet wordt opgekrikt, deze eenmaal per maand iets verplaatsen om de drukbelasting op banden en lagers te verdelen. Caravan met wielkeggen tegen wegrollen beveiligen. Handrem van de caravan los zetten. Dek oplooprem en neuswiel met een beschermkap af. Als voor de afdekking van de caravan een dekzeil wordt gebruikt, moet erop worden gelet dat nog lucht over het dak van de caravan kan strijken (bijv. dunne latten op het dak leggen). De afdekking mag niet vastplakken aan de buitenwand van de caravan. Caravan circa elke 3 weken goed ventileren.

Voor eigen vermeldingen

Afdekking – indien aanwezig – op schoorsteenafvoer plaatsen.

OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK:

❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑

Zo nodig kopiëren


MJ 2007 • NL-03.2007

18-1


Metalen waterarmaturen moeten ook bij geleegde watervoorziening geopend blijven. Let er met name op dat de mengkraan in beide standen (koud en warm) wordt geopend en daarna in een van beide standen geopend blijft.


WATERINSTALLATIE

Gehele waterinstallatie volledig legen.

Alle toestelafsluiters sluiten. Gasflessen – ook lege gasflessen – altijd uit de gaskast halen en en thuis veilig bewaren.


GASINSTALLATIE

Afsluiter glasfles sluiten.

Alle kastdeuren, serviceluiken en bergingen geopend laten. Alle kasten reinigen.

Koelkast reinigen. Koelkastdeur en evt. vriesvak iets geopend laten. Zorg dat geforceerde ventilatieopeningen niet afgedekt zijn.


WOONGEDEELTE

Alle kussens overeind zetten of in huis bewaren.

OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK:

❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑

OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK:

❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑

INBOUWAPPARATUUR

Aanwijzingen voor tijdelijke buitengebruikstelling van de meegenomen inbouwapparaten vindt u in de afzonderlijke handleidingen van de fabrikant. Voor het gemak kunnen de verschillende maatregelen hier bij elkaar op een rijtje worden gezet.

OK: OK: OK: OK: OK: OK:

❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑

Zo nodig kopiëren

18-2

MJ 2007 • NL-03.2007



18.2

Buitengebruikstelling van de caravan in de winter

Als de caravan gedurende de winter buiten gebruik wordt gesteld, moeten naast paragraaf 18.1 bovendien de volgende maatregelen worden genomen: Maak het dak bij grote sneeuwval vrij van sneeuw. Caravan eenmaal per maand verwarmen en daarbij goed ventileren. Alle scharnieren van deuren en serviceluiken reinigen en smeren.

Alle afdichtingsrubbers met talkpoeder of vaseline behandelen. Alle slotcilinders met grafietpoeder behandelen. Winterafdekking voor koelkast-ventilatierooster monteren (indien aanwezig).

Alle kussens uit de caravan verwijderen en thuis droog opslaan.


WOONGEDEELTE


CARAVAN

Alle vergrendelingen oliën.

OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK:

❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑


INBOUWAPPARATUUR

OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK:

❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑

Zo nodig kopiëren


MJ 2007 • NL-03.2007

18-3


18.3

Opnieuw in gebruik nemen van de caravan na tijdelijke buitengebruikstelling of buitengebruikstelling in de winter

Neem de volgende maatregelen als de caravan tijdelijk buiten gebruik wordt gesteld: Werking van de uitdraaisteunen controleren. Alle uitzetramen, geforceerde ventilatie-openingen, dakramen, hef-kanteldak (HEKI) op werking controleren.

Afdekking van schoorsteen verwijderen (indien aanwezig). Winterafdekking voor koelkast-ventilatierooster verwijderen (indien aanwezig). Bandenspanning reservewiel controleren (indien aanwezig).

Eig. vermeldingen

CARAVAN

Werking van alle sloten van serviceluiken en toegangsdeur controleren.

INBOUWAPPARATUUR

Alle aftapkranen en waterkranen sluiten.

Eig. vermeldingen

Waterkranen, aftapkranen en waterverdeler op lekkage controleren.

Eig. vermeldingen

Gasflessen in de gaskast plaatsen, vastsjorren en aansluiten.

Werking van de elektrische installatie controleren (bijv. verlichting, stopcontacten en elektrische apparatuur).

Eig. vermeldingen

ELEKTRISCHE INSTALLATIE

GASINSTALLATIE

WATERINSTALLATIE

Waterleidingen en schoonwatertank/jerrycan met drinkwater spoelen. Waterkranen moeten geopend zijn.

OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK: OK:

❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑ ❑


OK: ❑ OK: ❑ OK: ❑ Zo nodig kopiëren

18-4

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 19

REINIGING & ONDERHOUD


19.


19.1

Uitwendig onderhoud en reiniging van de caravan

De uitwendige bekleding van de caravan bestaat uit aluminiumplaten. Het oppervlak van de aluminiumplaat is gemoffeld met een acryllak. Wij adviseren onderstaande stappen voor onderhoud en reiniging van uw caravan uit te voeren:

WAARSCHUWING: Voorzichtig bij het beklimmen van een nat of beijzeld caravandak. Er bestaat gevaar voor glijden of vallen!

LET OP: Bij het betreden van het caravandak dient een puntbelasting (bijv. neerknielen) zo veel mogelijk te worden vermeden. Het caravandak mag uitsluitend op de horizontale stukken en met zachte schoenzolen (bijv. gym- of vrijetijdsschoenen) worden belopen! Schoenen met grove noppen moeten bij het belopen van het caravandak worden vermeden, omdat steentjes tussen de noppen van de schoenen de buitenwand van de caravan kunnen indeuken! 씰 Was de caravan bij vervuiling royaal met koud tot lauwwarm water en een toegevoegd reinigingsmiddel. Vervolgens grondig zemen. Geschikte schoonmaakmiddelen en aanvullende reinigingsmiddelen zijn verkrijgbaar bij uw KNAUS-dealer. 씰 Gebruik geen borstels, harde doeken, grove sponsjes of ongeschikte onderhoudsmiddelen. 씰 Behandel de rubberprofielen vooral ’s winters met talkpoeder of vaseline. 씰 Controleer de toestand van de beschermlaag aan de onderkant eenmaal per jaar. Neem bij beschadigde beschermlaag aan de onderkant contact op met uw KNAUS-dealer. 씰 Het chassis, de dissel en oploopinrichting zijn gegalvaniseerd. De vorming van roestplekken bijv. door steenslag of andere invloeden moet met een koudzinklaag worden tegengegaan. 씰 De gegalvaniseerde delen ’s winters na het rijden over gepekelde wegen afspoelen met schoon water. 씰 Dek oplooprem, neuswiel en de voorkant van de dissel ter bescherming af met een disselbeschermhoes. 씰 Om de vorming van witte roest op gegalvaniseerde delen te voorkomen, moet tijdens stalling of opslag van de caravan voor voldoende ventilatie worden gezorgd (water moet weg kunnen lopen).


MJ 2007 • NL-03.2007

19-1


19.1.1

Kunststofdelen aan de buitenkant van de caravan reinigen

씰 Producten van kunststof kunnen met warm water, waaraan over het algemeen zwak zure, neutrale of zwak alkalische schoonmaakmiddelen worden toegevoegd, voorzichtig worden gereinigd. 씰 Als schoonmaakmiddelen kunnen milde huishoudmiddelen in de vorm van waterige oplossingen (< 2 %) worden gebruikt. 씰 Schuurmiddelen zijn niet geschikt, omdat ze krassen veroorzaken op het kunststofoppervlak. 씰 Zeer vette of met olie besmeurde delen kunnen met aromaatvrije benzinefracties, bijv. ethanol, worden gereinigd. Bij gebruik van organische oplosmiddelen bestaat gevaar voor materiaalbeschadiging. 씰 Mogelijke beschadigingen aan vormdelen zijn spanningsscheuren die door verschillende media worden veroorzaakt. Andere chemicaliën kunnen leiden tot het opzwellen en week worden van de kunststof. Daarom mogen deze vormdelen maar korte tijd (max. 2 minuten) bij ruimtetemperatuur worden blootgesteld aan bovengenoemde oplosmiddelen. Houd u in verband hiermee beslist ook aan de chemicaliënbestendigheidslijst!

19.2

Inwendig onderhoud en reiniging van de caravan

LET OP: Er mogen alleen de voor huishoudelijk gebruik gangbare schoonmaak- en onderhoudsmiddelen worden gebruikt! Bijtende of schurende schoonmaakmiddelen mogen niet worden gebruikt! Vermijd alles wat krassen of groeven kan veroorzaken! 씰 De meubels uitsluitend reinigen met gangbare meubelpolish. Intensieve onderhoudsmiddelen mogen niet worden gebruikt. 씰 Reinig tafelbladen en keukenafdekplaten alleen met water onder toevoeging van een afwasmiddel of een mild huishoudelijk schoonmaakmiddel. 씰 De Nirosta-spoelbak in de keuken is van roestvrij staal en kan met gangbare middelen worden schoongemaakt. 씰 Kussenbekledingen, overgordijnen en stores chemisch reinigen.

LET OP: De toiletruimte mag slechts met weinig water onder toevoeging van een mild schoonmaakmiddel met een vochtige doek worden gereinigd!

19-2

MJ 2007 • NL-03.2007



AANWIJZING: Door inwerking van zonlicht kunnen de kunststofdelen in het interieur van de toiletruimte op den duur vergelen. Dit is echter geen kwaliteitsprobleem.

LET OP: Het tapijt mag in geen geval op de nog natte PVC-vloerbedekking worden gelegd, omdat het tapijt aan de vloerbedekking kan vastplakken en bij weghalen van het tapijt de PVC-vloerbedekking meetrekt! 씰 De PVC-vloerbedekking is slijtvast en gemakkelijk te onderhouden. Om schoon te maken deze alleen maar nat dweilen en droog wrijven, geen was gebruiken. 씰 Geen schuurmiddel of agressieve schoonmaakmiddelen gebruiken.

19.2.1

Kunststofdelen in het interieur van de caravan reinigen

씰 Producten van kunststof kunnen met warm water, waaraan over het algemeen zwak zure, neutrale of zwak alkalische schoonmaakmiddelen worden toegevoegd, voorzichtig worden gereinigd. 씰 Als schoonmaakmiddelen kunnen milde huishoudmiddelen in de vorm van waterige oplossingen (< 2 %) worden gebruikt. 씰 Schuurmiddelen zijn niet geschikt, omdat ze krassen veroorzaken op het kunststofoppervlak. 씰 Zeer vette of met olie besmeurde delen kunnen met aromaatvrije benzinefracties, bijv. petroleumether, ethanol of perchloorethyleen, worden gereinigd. Bij gebruik van organische oplosmiddelen bestaat gevaar voor materiaalbeschadiging. 씰 Mogelijke beschadigingen van vormdelen zijn spanningsscheuren die door verschillende media worden veroorzaakt. Andere chemicaliën kunnen leiden tot het opzwellen en week worden van de kunststof. Daarom mogen deze vormdelen maar korte tijd (max. 5 minuten) bij ruimtetemperatuur worden blootgesteld aan bovengenoemde oplosmiddelen.

WAARSCHUWING: De omgang met geconcentreerde zuren is gevaarlijk en dient te worden vermeden! Voor de verwijdering van kalkafzetting moeten uitsluitend gebruikelijke zuren (bijv. azijnzuur) worden gebruikt!


MJ 2007 • NL-03.2007

19-3


씰 Tijdens het reinigen zo min mogelijk mechanische belasting, bijv. klemmen, op vormdelen uitoefenen om vervorming te voorkomen. 씰 Om kalkaanslag te voorkomen moet het gebruikte water zijn onthard. Voor zover zich kalk heeft afgezet op het oppervlak, kan dat met verdunde zuren, bijv. azijnzuur, worden verwijderd.

19.3

Plexiglasramen reinigen

LET OP: Nooit met de caravan door een wasserette rijden, omdat de roterende borstels op de plexiglasramen krassen veroorzaken! Bij het schoonmaken van de plexiglasramen mogen geen chemische schoonmaakmiddelen, glasreinigers of spiritushoudende schoonmaakmiddelen worden gebruikt. Schoonmaakmiddelen mogen geen weekmakers bevatten. De plexiglasramen kunnen bros worden of er kunnen scheuren in ontstaan! Torderen bij het openen en sluiten van de ramen moet worden vermeden! 씰 Maak de plexiglasramen met veel water, een schone spons en een zachte doek schoon. 씰 De enige vloeistof die met acryl (plexiglas) in contact mag komen, is water, met toevoeging van een 10%oplossing van een mild afwasmiddel om het raam helder en vrij van elektrostatische lading te houden. 씰 Gebruik bij hardnekkig vuil een speciale plexiglasreiniger die bij uw KNAUS-dealer verkrijgbaar is. 씰 Om het soepel lopen van bewegende onderdelen te garanderen, alle scharnieren, kleppen en ramen regelmatig met zuurvrij accuvet of zuurvrije wapenolie (bijv. Ballistol) smeren.

AANWIJZING: Als gevolg van de fysieke eigenschappen van plexiglas kan het koude raam, meestal het buitenraam, aan de binnenkant beslaan. Als de lucht in de omgeving van het raam zeer droog wordt, verdwijnt de vochtigheid vanzelf weer. Dit diffusieproces verloopt echter relatief langzaam.

19-4

MJ 2007 • NL-03.2007



19.4

Reiniging en onderhoud van het hef-kanteldak HEKI 1 resp. HEKI 2

LET OP: Als de aanwijzingen voor reiniging en onderhoud van het dakraam niet worden opgevolgd, vervalt de garantie van de fabrikant! Bij het wassen van de caravan moet erop worden gelet, dat de waterstraal niet op het dakraam wordt gericht. Rondom bevindt zich een luchtspleet tussen glaskap en frame (geforceerde ventilatie) waardoor water in het interieur van de caravan kan binnendringen. 씰 In principe geen agressieve reinigingsmiddelen (oplos-/schuurmiddelen) gebruiken. 씰 Plexiglas (lichtkoepel) en frame met een vochtige doek en een milde zeepoplossing reinigen, evt. een speciaal reinigingsmiddel gebruiken (onder voorbehoud). Dit speciale reinigingsmiddel is verkrijgbaar bij uw KNAUSdealer. Let erop dat geen water in de mechanische onderdelen komt. 씰 Alle rubberafdichtingen met talkpoeder onderhouden. 씰 Maak verduisteringsrolgordijnen en vliegenhorren alleen schoon met mild zeepsop en water.

19.5

Reiniging en onderhoud van de voortent

씰 Het tentdoek regelmatig met een spons en schoon water of een PVC-reinigingsmiddel schoonmaken. Anders kunnen vuildeeltjes gemakkelijk een voedingsbodem voor schimmelverwekkers en bacteriën vormen.

19.5.1

Behandeling van de voortent bij schimmelvorming

Het doek van de voortent kan bij ontoereikende verzorging en onvoldoende ventilatie (bijv. in vochtige toestand opgevouwen en opgeborgen) gaan schimmelen. Vermijd in dat geval het gebruik van bijtende oplosmiddelen.


MJ 2007 • NL-03.2007

19-5


WAARSCHUWING: Bij gebruik van schimmelbestrijdingsmiddelen moet u beslist veiligheidsbril, mondkapje en veiligheidshandschoenen dragen en voor een goede ventilatie zorgen! Houd u strikt aan de gebruiksaanwijzingen in de bijsluiter van het schimmelbestrijdingsmiddel! 씰 Aangetast doek reinigen met een oplossing van 3% natronloog, dat bij de drogist verkrijgbaar is. 씰 De natronloog laten inwerken, daarna het doek goed uitspoelen en drogen. 씰 Herhaal deze behandeling met regelmatige tussenpozen.

19.5.2

Behandeling van stroeve ritssluitingen

De ritssluitingen van de voortent gaan soms wat stroef open en dicht. 씰 Om dat te verhelpen kunt u de ritssluitingen met kaarsvet inwrijven of inspuiten met siliconenspray.

19.6

Reiniging en onderhoud van de zonneluifel

씰 Natte zonneluifels moeten voor het opbergen worden schoongemaakt en gedroogd. 씰 Voordat u een huishoudreiniger gebruikt, moet u het effect ervan uitproberen op een klein stukje. Het oppervlak van de zonneluifel mag daarmee niet beschadigd worden.

19-6

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 20

ONDERHOUD & INSPECTIE


20.


20.1

Onderhoudswerkzaamheden

Voor de verkeersveiligheid moet de caravan net zo regelmatig en nauwgezet onderhouden worden als het trekkende voertuig.

LET OP: Voor de uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden is speciale vakkennis vereist. Daarom moeten deze werkzaamheden uitsluitend door een bevoegde vakgarage worden uitgevoerd! In het service-chequeboekje bevestigt de vakgarage de telkens uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden van de lektest. Bij vervanging van materiaal mogen alleen originele reserveonderdelen van de fabrikant worden gebruikt!

AANWIJZING: Bij caravans waarmee weinig wordt gereden, moeten de onderhoudswerkzaamheden jaarlijks of tijdig voor het begin van de reis worden uitgevoerd.

20.2

Wielremmen en overbrengingsonderdelen

WAARSCHUWING: Alle reparatie en instellingen aan de reminstallatie – ook aan de remstangen – mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een vakgarage! De slijtage van de remvoeringen is sterk afhankelijk van de rijstijl. Bij regelmatige controle van de remslag wordt tijdig herkend of de reminrichting bijgesteld of van nieuwe remschoenen moet worden voorzien.


MJ 2007 • NL-03.2007

20-1


LET OP: Remvoeringen en remtrommels moeten absoluut vetvrij worden gehouden! De koppelingskogel op het trekkende voertuig moet schoon worden gehouden! Bij voertuigen met uitrusting AKS of SSK moet de koppelingskogel op het trekkende voertuig absoluut vetvrij worden gehouden! 씰 Bij het vervangen van de remschoenen moet ook steeds de terugtrekveer in de wielremmen worden vervangen. 씰 Onderwerp de remkabel aan een visuele controle en vervang die bij beschadiging of sterke corrosie eveneens.

20.3

Oploopinrichting

Ondanks de verwachte levensduur kan een schokbreker minder goed gaan functioneren of zelfs uitvallen. Dit is duidelijk te herkennen aan heftig stoten bij optrekken en remmen en de schokdempers moeten dan onmiddellijk worden vervangen.

20.4

Officiële controle

In Duitsland geregistreerde caravans moeten conform § 29 StVZO om de twee jaar officieel (TÜV, DEKRA) worden gekeurd.

AANWIJZING: In andere landen moeten de daar geldende bepalingen in acht worden genomen! De gasinstallatie moet om de twee jaar door een gasdeskundige worden gecontroleerd. De volgens voorschrift uitgevoerde controle moet door de deskundige worden bevestigd in een gascontrolebewijs. De gascontrolesticker is te vinden op de achterkant van het voertuig, in de buurt van de kentekenplaat.

20-2

MJ 2007 • NL-03.2007



20.5

Onderhoudsschema

20.5.1

Onderhoudsschema chassis

Onderhoudsmaatregel

Onderhoudsinterval na km 50

1.000

2.000

5.000 10.000

Wielmoeren natrekken. Reminrichting controleren en evt. laten bijstellen. Controleren of wielmoeren vastzitten en evt. natrekken. Oplooprem smeren. Slijtage remvoeringen van de wielen controleren en door bijstellen van de remschoenen compenseren. Glijpunten van de oploopinrichting smeren. Werking van kogelkoppeling controleren en glijdende delen smeren. Reactieniveau van de oploopinrichting controleren en glijpunten smeren. Remkabels en stangen controleren op roest en beschadigingen. Wielremmen controleren en evt. remschoenen en terugtrekveer vervangen.

= Eenmalig onderhoud = Periodiek onderhoud

20.1 Onderhoudsschema chassis


MJ 2007 • NL-03.2007

20-3


20.5.2

Onderhoudsschema opbouw

LET OP: Bodembeschermlaag in het kader van de lektesten controleren en beschadigde plekken repareren of de bodembeschermlaag vernieuwen.

Onderhoudsmaatrege

Onderhoudsinterval

Overdrachtscontrole uitvoeren (zie garantieboekje)

Op de dag van de overdracht

1. Lektest uitvoeren

Na 12 - 14 maanden


Na 24 - 26 maanden


Na 36 - 38 maanden


Na 48 - 50 maanden


Na 60 - 62 maanden

Elektriciteitsinspectie (zie garantieboekje)

Indien nodig

1. Inspectie uitvoeren

Indien nodig

2. Inspectie uitvoeren

Indien nodig

TÜV-controle uitvoeren (alleen Duitsland)

Om de 2 jaar

Gascontrole uitvoeren

Om de 2 jaar

Luchtdruk in de banden controleren

Om de 14 dagen

Uitdraaisteunen smeren

Om de 6 maanden

20.2 Onderhoudsschema opbouw

20-4

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 21

OPSPOREN EN VERHELPEN VAN STORINGEN


21.


씰 Het opsporen en verhelpen van storingen moet aan de hand van onderstaande storingstabel worden uitgevoerd. 씰 Als storingen niet kunnen worden verholpen, moet de klantenservice van een erkend KNAUS-servicepunt of van de fabrikant van het betreffende toestel (verwarming = fa. Alde resp. Truma, koelkast = fa. Dometic, toilet = fa. Thetford etc.) worden geraadpleegd.

WAARSCHUWING: Laat in het belang van uw eigen veiligheid reparaties aan de caravan, met name herstel- en afstelwerkzaamheden aan de reminstallatie, door een erkende vakgarage uitvoeren!

GASINSTALLATIE Storing

Oorzaak

Oplossing

Gaslucht, hoog gasverbruik.

Gasinstallatie lek.

Gasinstallatie onmiddellijk buiten bedrijf stellen, afsluiter van gasfles en toestelafsluiter sluiten, ramen en deuren openen en caravan goed ventileren. Schakel een vakman in en laat gasinstallatie controleren. Geen elektrische schakelaars (bijv. starter) bedienen, open vuur en roken zijn ten strengste verboden!

Geen gas.

Toestelafsluiter gesloten.

Toestelafsluiter openen.

Afsluiter van gasfles gesloten.

Afsluiter van gasfles openen.

Gasfles leeg.

Volle gasfles aansluiten.

Buitentemperatuur te laag. Propaangas: -32 °C Butaangas: 0 °C

Hogere buitentemperaturen afwachten.

Inbouwapparaat defect.

Erkende vakman raadplegen.


MJ 2007 • NL-03.2007

21-1


GASVERWARMING (TRUMA) Storing

Oorzaak

Oplossing

Verwarming start niet.

Geen gas.

Volle gasfles aansluiten. Controleer of afsluiter van gasfles en apparaatafsluitkraan zijn geopend. Als de verwarming lange tijd niet in gebruik was of de gasfles net nieuw werd aangesloten, duurt het wat langer voor gas circuleert. Meer maatregelen voor het verhelpen van een storing vindt u in de afzonderlijke handleiding van de fabrikant. Als alle bovengenoemde maatregelen om een storing te verhelpen niet tot het gewenste resultaat leiden, moet u een erkende vakman raadplegen.

21-2

MJ 2007 • NL-03.2007



CENTRALE VERWARMING ALDE COMPACT Storing

Oorzaak

Oplossing

Verwarming start niet.

Elektrische aansluitingen op het verwarmingstoestel los.

Elektrische aansluitingen controleren en zo nodig goed inpluggen.

Geen spanning.

Controleer of er spanning (>11 volt) is.

Zekering(en) defect.

Zekering 3 A (230 volt) resp. zekering 10 A (12 volt) controleren enzo nodig vervangen.

Rode LED “Elektronische besturingseenheid geblokkeerd” brandt.

verwarming uitschakelen, ca. 30 sec wachten en verwarming opnieuw inschakelen. Als alle bovengenoemde maatregelen om een storing te verhelpen niet tot het gewenste resultaat leiden, moet u een erkende vakman raadplegen.

Elektropatroon werkt niet.

Geen 230 volt-bedrijfsspanning.

Zorg voor 230 volt-bedrijfsspanning.

Geen 12 volt-stuurspanning.

Zekering is naar buiten gesprongen, zekering indrukken.

Relais in het verwarmingstoestel defect.

Controleer of de relais in het verwarmingstoestel aantrekken (handeling is hoorbaar door een licht klikken). Als geen klikken te horen is, moet u een erkend vakman raadplegen.

Oververhittingsbeveiliging is geactiveerd.

Druk op de resetknop rechtsboven aan de voorkant van het verwarmingstoestel. Als de oververhittingsbeveiliging in werking is getreden, kan de verwarming pas weer in bedrijf worden gesteld, als zij is afgekoeld tot 10 - 20 °C. Controleer, voordat u opnieuw inschakelt, of de verwarming goed is ontlucht. Als alle bovengenoemde maatregelen om een storing te verhelpen niet tot het gewenste resultaat leiden, moet u een erkende vakman raadplegen.


MJ 2007 • NL-03.2007

21-3


CENTRALE VERWARMING ALDE COMPACT Storing

Oorzaak

Oplossing

Vibraties in de circulatiepomp.

Circulatiepomp is niet volgens bevestigd.

Wartelmoer op het expansievat licht opendraaien, circulatiepomp iets verdraaien en wartelmoer weer vastdraaien.

Rubberkoppeling tussen motor en as zit niet zoals het hoort.

Controleer of de rubberkoppeling recht zit en niet heen en weer schudt.

Aanzuiging van circulatiepomp door vreemde elementen geblokkeerd.

Wartelmoer losdraaien, circulatiepomp uit expansievat trekken en vreemde elementen verwijderen. Circulatiepomp weer inbouwen en wartelmoer weer vasttrekken. Als alle bovengenoemde maatregelen om een storing te verhelpen niet tot het gewenste resultaat leiden, moet u een erkende vakman raadplegen.

Circulatiepomp start niet.

Schuifschakelaar op de kamerthermostaat geschakeld, stand “ O ”.

Schuifschakelaar inschakelen, stand “ I ”.

Temperatuurregelaar is lager dan de feitelijke ruimtetemperatuur ingesteld.

Dit geen storing van de circulatiepomp Als de temperatuur in de caravan onder de waarde van de ingestelde temperatuur op de temperatuurregelaar, wordt de circulatiepomp automatisch ingeschakeld.

Circulatiepomp is uitgeschakeld, stand “ O ”.

Circulatiepomp met betreffende schuifschakelaar inschakelen, stand “ I ”.

Elektrische aansluitingen los.

Controleer of alle elektrische aansluiop circulatiepomp vastzitten en evt. goed inpluggen.

Geen spanning.

Controleer of er spanning 12 volt is. Leiden alle hiervoor genoemde maatregelen voor het verhelpen van een storing niet tot het gewenste resultaat leiden, moet u een erkende vakman raadplegen.

21-4

MJ 2007 • NL-03.2007



GASKOMFOOR Storing

Oorzaak

Oplossing

Ontstekingsbeveiliging springt niet aan, vlam dooft na het loslaten van de van de regelaars.

Ontstekingsbeveiliging defect


Vlam gaat uit in stand “Kleine vlam”. Voeler ontstekingsbeveiliging staat niet goed.

Voeler van ontstekingsbeveiliging goed instellen, niet buigen! De punt van de voeler moet ca. 5 mm uitsteken. De voelerhals mag niet meer dan 3 mm van de top van de brander verwijderd zijn. Meer maatregelen voor het verhelpen van een storing vindt u in de afzonderlijke handleiding van de fabrikant. Leiden alle hiervoor genoemde maatregelen voor het verhelpen van een storing niet tot het gewenste resultaat leiden, moet u een erkende vakman raadplegen.


MJ 2007 • NL-03.2007

21-5


TRUMA-THERME Storing

Oorzaak

Oplossing

Elektrische verwarming via 230 voltelektropatroon niet mogelijk.

elektropatroon defect.

Elektropatroon door erkende vakman laten vervangen.

Zekering defect.

Zekering vervangen.

21-6

MJ 2007 • NL-03.2007



TRUMA-BOILER Storing

Oorzaak

Oplossing

Boiler werkt niet.

Geen gas.

Volle gasfles aansluiten.

Afsluiter van de glasfles of toestelafsluiter gesloten.

Betreffende afsluiter openen.

Gastekort, lucht in de gasleiding. brandt.

Boiler uitschakelen, stand “ O ”, en boiler opnieuw inschakelen.

Rode controlelampje “Storing” brandt.


MJ 2007 • NL-03.2007

21-7


STROOMVOORZIENING Storing

Oorzaak

Oplossing

Geen oplading van de extra accu bij aansluiting op het 230 volt-net.

Zekeringautomaat in de kleerkast uitgeschakeld.

Zekeringautomaat inschakelen.

Geen spanning van extra accu.

Extra accu ontladen.

Bij langdurige diepe ontlading is de accu onherstelbaar beschadigd. Ontlading kan ook door stille verbruikers worden veroorzaakt, bijv. door Sat-installatie of tv in stand-by-modus, controlepaneel, acculader etc. Rekenvoorbeeld: Er stroomt een ontlaadstroom van 40 mA: in 24 uur = 0,96 Ah in 31 dagen = 29,76 Ah De accu SL 75 heeft na 31 dagen een restcapaciteit van ca. 60 %. Daarbij is vereist dat de accu volledig was geladen. Bij te lage temperaturen neemt de capaciteit van een accu bovendien af.

Niveau-indicatie schoonwatertank functioneert niet.

21-8

Stripzekering (40 A) van de acculader defect.

Stripzekering vervangen.

Verbinding tussen controlepaneel en meetsonde(s) defect.

Fout lokaliseren en verhelpen.

Controlepaneel defect.

Controlepaneel vervangen.

MJ 2007 • NL-03.2007



WATERVOORZIENING Storing

Oorzaak

Oplossing

Geen schoon water.

Schoonwatertank leeg.

Schoonwatertank vullen.

Zekering van de voedingsadapter defect.

Defecte zekering vervangen.

Waterpomp defect.

Waterpomp door klantendienst van uw KNAUS-servicepost laten vervangen.

Waterslang geknikt.

Waterslang knikvrij leggen of vervangen.

Lek in het watersysteem. opnieuw erop klemmen.

Lek lokaliseren, toevoerslangen

Lekwater in de caravan.


MJ 2007 • NL-03.2007

21-9


KOELKAST Storing

Oorzaak

Oplossing

12 volt-werking van de koelkast tijdens het rijden niet mogelijk.

Energiekeuzeschakelaar op koelkast staat niet in stand “ 12 V “.

Energiekeuzeschakelaar in stand “ 12 V “ draaien.

Verdamper (koelkast) defect.


Elektrische aansluitingen aan en naar de koelkast defect.

Fout lokaliseren en verhelpen.

In combinatie met de acculader moet het contact 11 op de 13-polige contactdoos op het trekkende voertuig op massa zijn aangesloten.

Contact 11 op massa aansluiten.

Koelkast schakelt bij werking op 230 volt niet in.

Zekeringautomaat 230-Volt in de kleerkast is geactiveerd.

Zekeringautomaat inschakelen.

Koelkast schakelt bij werking op gas niet in.

Afsluiter van de glasfles of toestelafsluiter gesloten.

Betreffende afsluiter openen.

21-10

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 22

TECHNISCHE GEGEVENS

TECHNISCHE GEGEVENS

22.

TECHNISCHE GEGEVENS

22.1

Tabel bandenspanning en aanhaalmoment velgen

Bandenmaat

Bandenspanning [bar]

175/70 R14

2,5

185 R14 C

4,5

185/65 R14

2,5

195/70 R14 rf

3,4

195/70 R15 C

4,25

205/70 R14

2,5

205/65 R15 reinforced

3,2

215/65 R15 reinforced

3,2

22.1 Bandenspanningstabel

Wielmoeren caravan

Aanhaalmoment

Kogelbout 8.8 • M12 x 1,5 • SW 19 • stalen velg 5 1/2 J x 15

90 Nm ± 5 Nm

Kogelbout 8.8 • M12 x 1,5 • SW 19 • stalen velg 5 1/2 J x 14 ET30

90 Nm ± 5 Nm

Kogelbout 8.8 • M12 x 1,5 • SW 17 • stalen velg 6 J x 14

90 Nm ± 5 Nm

Kogelbout 10.9 • M12 x 1,5 • SW 17 • lichtmetalen velg type 6042 6 J x 14

120 Nm ± 5 Nm

Kogelbout 10.9 • M12 x 1,5 • SW 17 • lichtmetalen velg type 6055 6 J x 15

120 Nm ± 5 Nm

22.2 Aanhaalmoment voor stalen en lichtmetalen velgen


MJ 2007 • NL-03.2007

22-1

TECHNISCHE GEGEVENS

22.2

Bijlading

LET OP: Het in de autopapieren vermelde toegestane totaalgewicht van de caravan mag niet worden overschreden! Een te hoge bijlading verandert de rijeigenschappen van de vastgekoppelde caravan in negatieve zin. U kunt de controle over de caravan verliezen! Het beladen van de caravan moet plaatsvinden volgens paragraaf 4.4! De volledig beladen caravan moet voor het begin van de reis op een openbare weegschaal gewogen worden! Als het gemeten feitelijke totaalgewicht van uw caravan het aangegeven toegestane totaalgewicht van uw caravan overschrijdt, vervalt elk recht op fabrieksgarantie en verzekeringsdekking! De bijlading is het verschil tussen het toegestane totaalgewicht en het leeggewicht. De betreffende waarde is te vinden in de autopapieren. Voor de bijlading van caravans geldt op Europees niveau de EU-richtlijn 97/27/EG. De daarin opgenomen regelingen komen grotendeels overeen met de norm DIN EN1645-2.

AANWIJZING: Het toegestane totaalgewicht, het leeggewicht en de bijlading staan in de technische gegevens vanaf pagina 22-8.

22.2.1

Formule voor de berekening van de bijlading Voorbeeld

De bijlading wordt als volgt berekend: Toeg. totaalgewicht -

Leeggewicht Bijlading

1.200,00 kg =

-

995,00 kg 205,00 kg

De bijlading – extra uitrusting plus persoonlijke uitrusting – mag het maximumgewicht van 205,00 kg in dit voorbeeld niet overschrijden.

22-2

MJ 2007 • NL-03.2007


TECHNISCHE GEGEVENS

22.2.2

Toelichting bij de bijlading

22.2.2.1 Toegestaan totaalgewicht Dit gewicht is gebaseerd op de specifieke gebruiksvoorwaarden inclusief factoren als materiaalsterkte, draagvermogen van de banden etc. Dit gewicht mag in geen geval worden overschreden!

22.2.2.2 Leeggewicht Het leeggewicht komt overeen met het gewicht van de lege, rijklare caravan, inclusief de af fabriek ingebouwde standaarduitrusting plus de basisuitrusting. De basisuitrusting omvat alle uitrustingsvoorwerpen en vloeistoffen die noodzakelijk zijn voor een veilig en ordentelijk gebruik van de caravan. Daartoe behoren het gewicht van: Gas: Flessen met vloeibaar gas (100 % gevuld)

Water:

Schoonwaterverhitter (100 % gevuld) Schoonwatertank (100 % gevuld)

22.2.2.3 Bijlading Extra uitrusting Hiertoe behoren voorwerpen die naast de standaarduitrusting worden aangeboden. De afzonderlijke gewichten van de extra uitrusting vindt u in de gewichtsspecificaties op de pagina’s 22-4 tot 22-5.

Persoonlijke uitrusting De persoonlijke uitrusting omvat het gewicht van alle meegevoerde artikelen, behalve de extra uitrusting, bijv.: • • • •

Huisdieren Kleding en schoenen Sanitaire artikelen, toiletartikelen Televisie, radio, videorecorder, etc.


• • • •

Keukenartikelen etc. Levensmiddelen Sport- en recreatieartikelen Speelgoed

MJ 2007 • NL-03.2007

22-3

TECHNISCHE GEGEVENS

22.2.3

Gewichtsspecificaties van de extra uitrusting voor pakketten en accessoires

Hieronder staan de gewichtsspecificaties voor KNAUS extra uitrusting (pakketten) en accessoires. Bij gebruik moet de betreffende post worden aangekruist (OK: ❏) en moet het gewicht bij het formulier van uw caravan worden betrokken, voor zover dit accessoire niet in de gewichtsspecificatie van uw caravan is opgenomen. Alle gewichtsspecificaties zijn “bij benadering”.

Pakketten

❏ ❏ OK: ❏

Südwind-pluspakket . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49,0 kg OK: Südwind comfort-pakket Zweden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41,0 kg OK: Winterpakket . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10,0 kg

❏ ❏ OK: ❏

Azur-pluspakket . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25,0 kg OK: Azur-pluspakket Nederland . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57,5 kg OK: Winterpakket . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10,0 kg

Royale luxepakket . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28,0 kg OK:

❏

A Afzuigkap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

2,5 kg OK:

Airconditioner Electrolux Blizzard 1500 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29,0 kg Airconditioner Electrolux Blizzard 1900 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31,0 kg Airconditioner Frostair . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30,0 kg AKS 1300 spoorstabilisatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

4,0 kg

AKS 2004 spoorstabilisatie (2.000 kg) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

4,0 kg

AL-KO Safety Compakt voor AKS 160/30 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,2 kg

AL-KO Safety Compakt voor AKS 2000 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,2 kg

Antennepakket SAMY SAT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20,0 kg Antennepakket SAT (Astra), handbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

9,0 kg

ASF en klik-combi-combi-rollo’s-vaste ramen (gewicht per stuk) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,1 kg

C 5,0 kg OK:

❏

Dakrailing en achterwandladder en disselafdekking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14,0 kg OK:

❏

Comfortmatras voor vast bed . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D

Zonodig kopiëren

22-4

MJ 2007 • NL-03.2007


TECHNISCHE GEGEVENS

❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

Dakrailing en achterwandladder . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10,0 kg OK: Dakventilator Omnivent 12 V . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

5,0 kg

Disselafdekking, incl. neusbuffer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

4,0 kg

Douchekop uittrekbaar, incl. douchegordijn . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,5 kg

DuoComfort met afstandsindicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,0 kg

DuoComfort . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,4 kg

Duomatic met afstandsindicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,0 kg

Duomatic . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,4 kg

F 6,0 kg OK:

❏

Gasoven, afhankelijk van model . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16,5 kg OK:

❏

Fietsdrager voor 2 fietsen op achterkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . G

H

❏ OK: ❏ OK: ❏

HEKI I . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19,8 kg OK: HEKI II in plaats van dakluik 400 x 400 mm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

7,2 kg

Hordeur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3,4 kg

K Koelkast 105 liter in plaats van 90 liter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

7,0 kg OK:

❏

L

❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

Loper 50 x 120 cm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

5,5 kg OK:

Luchtcirculatiesysteem 12 V . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,2 kg

Luifel 260 x 200 cm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22,0 kg Luifel 300 x 250 cm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25,0 kg Luifel 350 x 250 cm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29,0 kg Luifel 400 x 250 cm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33,0 kg M

❏ OK: ❏

Magnetron Goldstar (afhankelijk van model) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15,0 kg OK: Matras Lattoflex voor TL- en TF-wagens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3,5 kg

Zonodig kopiëren


MJ 2007 • NL-03.2007

22-5

TECHNISCHE GEGEVENS

❏ OK: ❏

Matras springveer voor TL- en TF-wagens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,9 kg OK:

Matras vast schuim voor TL- en TF-wagens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,2 kg

R

❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

Reservewiel 175/70 R14, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19,5 kg OK: Reservewiel 185 R14 C, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20,5 kg Reservewiel 185/65 R14 / ALU, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20,5 kg Reservewiel 185/65 R14, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20,5 kg Reservewiel 195/70 R15 C / ALU, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22,0 kg Reservewiel 195/70 R15 C, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22,0 kg Reservewiel 205/65 R15 ALU, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24,0 kg Reservewiel 205/65 R15, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24,0 kg Reservewiel 205/70 R14 / ALU, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23,0 kg Reservewiel 205/70 R14, incl. krik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23,0 kg S

❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

Schokdempers (set enkele as) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,4 kg OK:

Schoonwatertank 30 liter, verrijdbaar, incl. klapdeksel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3,5 kg

Schoonwatertank 46 liter, vast ingebouwd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

5,0 kg

Serviceluik (909 x 329 mm), afsluitbaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3,5 kg

Solar-installatie 120 W . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15,0 kg Springveermatras voor vaste bedden - schuimstofmatras . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

9,5 kg

Surfplank- en bootdrager (Swifty) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,9 kg

Surfplankdrager in combinatie met dakreling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3,2 kg

T Toiletventilator 12 V MPK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

2,5 kg OK:

Topbox S-Class S-Combi 550 liter (225 x 90 x 36 cm) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50,0 kg Topbox S-Class Ski 350 liter (225 x 54 x 36 cm) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35,0 kg Topbox S-Class Tour 370 liter (142 x 90 x 36 cm) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27,0 kg Triomatic met afstandsindicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,0 kg

Triomatic . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,4 kg

Truma-airmix . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1,0 kg

Truma-boiler met e-staaf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10,0 kg

Zonodig kopiëren

22-6

MJ 2007 • NL-03.2007


TECHNISCHE GEGEVENS

❏ OK: ❏ OK: ❏

Truma-Frostair . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26,5 kg OK: Truma-Ultraheat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,5 kg

TV-voorbereiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3,0 kg

V

❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

Vaste schuimmatrassen voor vaste bedden - schuimstofmatras . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2,4 kg OK:

Vloertapijt opbouwlengte 400 tot 450 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

5,0 kg


5,5 kg


6,5 kg

Vuilwatertank 25 liter, verrijdbaar (in disselbak) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3,3 kg

Vuilwatertank 30 liter (onder chassis) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

4,5 kg

W Warmwatervoorziening (Truma) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19,0 kg OK:

❏

Z Zware steunen Stabilform, lang . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18,4 kg OK:

❏

Totaalgewicht van de meegenomen KNAUS-accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

kg

,

Zonodig kopiëren

AANWIJZING: Op de volgende pagina’s bestaat de mogelijkheid de gewichten van de individuele uitrusting te registreren en toe te voegen.


MJ 2007 • NL-03.2007

22-7

TECHNISCHE GEGEVENS

Voor gewichtsspecificaties van de meegevoerde persoonlijke uitrusting: ,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

Zo nodig kopiëren

22-8

MJ 2007 • NL-03.2007


TECHNISCHE GEGEVENS

Voor gewichtsspecificaties van de meegevoerde persoonlijke uitrusting:

Totaalgewicht van de meegevoerde persoonlijke uitrusting: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

,

kg

Zo nodig kopiëren


MJ 2007 • NL-03.2007

22-9

TECHNISCHE GEGEVENS

22.3

Technische gegevens en plattegronden

Südwind 400 FD

Toegestaan totaalgewicht [kg] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.200 Leeggewicht [kg] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.005 Bijlading [kg] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 195 Totale lengte incl. dissel [mm] Totale breedte [mm] . . . . . . . Totale hoogte [mm] . . . . . . . Binnenlengte [mm] . . . . . . . . Binnenbreedte [mm] . . . . . . . Binnenhoogte [mm] . . . . . . .

.......................................... .......................................... .......................................... .......................................... .......................................... ..........................................

6.090 2.290 2.540 4.100 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1

Bandenmaat tot 1.300 kg / tot 1.500 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 195/70R14 / 185R14C Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3

2.000 x 1.390 2.020 x 940

AANWIJZING: Massa- en gewichtsspecificaties fluctueren door gebruik van natuurlijke grondstoffen binnen toleranties van ± 5 %!

22-10

MJ 2007 • NL-03.2007



KA

MJ 2007 • NL-03.2007

HE

LG BA

DL PL

SK

Südwind 400 FD

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik

HEKI = hef-kanteldak

DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator

HEB = verwarming/boiler

BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

FT

TK

BO TT

AT = vuilwatertank

VERKLARING VAN TEKENS

KS DL HEKI

SK FT FT

AT

ER

Weergave vrijblijvend!

TT = Truma -Therme

TECHNISCHE GEGEVENS

22-11

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 420 QD


.......................................... 6.390 .......................................... 2.290 .......................................... 2.650 .............................................. – .......................................... 2.160 .......................................... 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bandenmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

195/70R14 5 1/2 J x 14

Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1

4

2.020 x 1.360 1.975 x 1.170


22-12

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

KS KA PL

Südwind 420 QD

TK = TThetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

FT

SK

TK FT SK FT


HE DL

DL

AT = vuilwatertank

HEKI

LG BA

AT

BO TT ER


TT = Truma -Therme

TECHNISCHE GEGEVENS

22-13

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 450 EL


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

6.740 2.290 2.540 4.750 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1

Bandenmaat tot 1.300 kg / tot 1.500 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 195/70R14 / 185R14C Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

3

Vaste bedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1x 1.960 x 870 / 1x 1.860 x 870 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.100 x 930


22-14

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

KS DL

DL

Südwind 450 EL

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

SK


TT = Truma -Therme

AT

LG BA FT SK FT SK BO TT ER


KA

TK DL

FT

HEKI

HE

AT = vuilwatertank

SK

DL

TECHNISCHE GEGEVENS

22-15

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 450 FU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

6.740 2.290 2.540 4.750 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4

Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 1.390 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.470/1.370


22-16

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

SK

DL PL

Südwind 450 FU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank


KA

KS LG BA

FT

HEKI

DL

AT = vuilwatertank

SK

FT SK FT SK

TK


TT = Truma -Therme

AT

BO TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-17

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 450 KU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

6.740 2.290 2.540 4.750 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


5

Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.360 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.570/1.350 Opklapbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.820 x 680


22-18

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

KA

DL

Südwind 450 KU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

FT

SK

FT SK FT

KS DL PL

TK


HEKI DL

BA LG

AT = vuilwatertank

SK

SK


TT = Truma -Therme

AT

BO TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-19

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 450 LU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

6.740 2.290 2.540 4.750 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4

Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.080 x 1.360 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.570/1.340


22-20

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

KA

KS

DL

Südwind 450 LU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

FT

SK

SK FT

DL PL

TK FT


HEKI

BA LG HE

AT = vuilwatertank

SK

SK


TT = Truma -Therme

AT

BO TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-21

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 450 QU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

6.740 2.290 2.540 4.750 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4



22-22

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

HE

KA

DL

KS DL

TK

Südwind 450 QU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

SK

FT

PL

FT SK FT BO TT


HEKI

BA LG

AT = vuilwatertank

SK

SK


TT = Truma -Therme

AT

ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-23

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 500 EU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.290 2.540 5.320 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1

Bandenmaat tot 1.700 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 185R14C Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

4

Vaste bedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 2.000 x 870 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.450/1.370


22-24

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

DL

DL

Südwind 500 EU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

FT

SK

AT

ER


TT = Truma -Therme

LG BA SK FT FT SK BO TT

KA DL KS

TK


HEKI DL

HEB

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-25

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 500 FDK


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.290 2.540 5.320 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


5

Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 1.390 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.140 x 960 Stapelbedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 1.920 x 730


22-26

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE KA

DL

Südwind 500 FDK

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

PL

= schoonwatertank


KS

TK


TT = Truma -Therme

AT

SK FT BO SK TT ER

FT

HEKI

FT LG BA

AT = vuilwatertank

DL

DL

TECHNISCHE GEGEVENS

22-27

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 500 FSD


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.470 2.540 5.320 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1

Bandenmaat tot 1.700 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 185R14C Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vast bed [mm] . . . Ombouwbed [mm] Ombouwbed [mm] Opklapbed [mm] .

............................................ ........................................... ............................................ .............................................

5

2.000 x 1.560 2.140 x 1.140 1.900 x 720 1.900 x 620


22-28

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE KA

Südwind 500 FSD

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

PL

KS = koelkast

DL

= schoonwatertank


KS

FT

HEKI

FT LG BA SK FT BO

AT = vuilwatertank

DL

DL

TK


TT = Truma -Therme

AT

SK TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-29

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 500 FSK


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.470 2.540 5.320 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1

Bandenmaat tot 1.700 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 185R14C Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Stapelbedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

5

2.000 x 1.560 2.140 x 1.140 2x 2.050 x 720


22-30

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE KA

Südwind 500 FSK

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

PL

KS = koelkast

DL

= schoonwatertank


KS

FT

HEKI

FT LG BA SK FT BO

AT = vuilwatertank

DL

DL

TK


TT = Truma -Therme

AT

SK TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-31

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 500 FU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.290 2.540 5.320 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4



22-32

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

Südwind 500 FU

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

PL

KS = koelkast


KA

DL SK

= schoonwatertank

DL

LG BA

FT

HEKI

KS

AT = vuilwatertank

SK

FT SK FT SK HEB

TK


TT = Truma -Therme

AT

BO TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-33

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 500 KU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.290 2.540 5.320 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


6

Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.870 x 1.320 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.570/1.350 Stapelbedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 1.920 x 770


22-34

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

Südwind 500 KU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

PL

= schoonwatertank


KS KA HE

TK


TT = Truma -Therme

AT

DL SK FT BO SK TT ER

FT

DL

FT LG BA

AT = vuilwatertank

DL

HEKI

TECHNISCHE GEGEVENS

22-35

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 550 FSK


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.540 2.470 2.540 5.550 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


5

2.000 x 1.560 2.140 x 1.140 2x 2.050 x 720


22-36

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

Südwind 550 FSK

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

PL

KS = koelkast

DL

= schoonwatertank


KS KA HE

AT


TT = Truma -Therme

TK

SK FT BO SK TT ER

FT

DL

FT LG BA

AT = vuilwatertank

DL HEKI

HEB

TECHNISCHE GEGEVENS

22-37

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 550 KU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.540 2.290 2.540 5.550 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


6

Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.870 x 1.320 Stapelbedden boven [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 1.920 x 770 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.470/1.370


22-38

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

TK

DL

Südwind 550 KU

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

SK

KS = koelkast


KA DL

LG BA

= schoonwatertank

DL

HE

FT

HEKI

KS

AT = vuilwatertank

SK

FT SK FT SK


TT = Truma -Therme

AT

BO TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-39

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 550 QK


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.540 2.470 2.540 5.550 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


5

2.000 x 1.400 2.140 x 1.140 2x 1.920 x 720


22-40

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

Südwind 550 QK

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

PL


TT = Truma -Therme

AT

SK FT BO SK TT ER

= schoonwatertank


KA HEKI DL KS

FT

FT

TK

DL LG BA

AT = vuilwatertank

PL

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-41

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 550 QSK


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.540 2.470 2.540 5.550 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


5

2.000 x 1.390 2.140 x 1.140 2x 2.050 x 720


22-42

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

HE

FT

Südwind 550 QSK

TK = Thetford-klep

DL = dakluik

= airconditioner

SK = serviceluik


BO = boiler KA

PL = dakventilator


ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

PL


TT = Truma -Therme

AT

SK FT BO SK TT ER

KS = koelkast


KS

KA

= schoonwatertank

HEKI

LG BA

FT

DL

AT = vuilwatertank

DL

TK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-43

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 580 EU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.820 2.290 2.540 5.830 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4

Vaste bedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 2.000 x 870 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.450/1.370


22-44

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

KS

Südwind 580 EU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

DL

SK


TT = Truma -Therme

AT

BA SK FT FT SK BO TT ER


KA

LG

= schoonwatertank

DL

TK DL

FT

HEKI

HE

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-45

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 580 UEB


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.820 2.470 2.540 5.830 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4

Vast bed links [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 860 Vast bed rechts [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.930 x 860 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.200 x 1.720/1.280


22-46

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

SK

HE DL HEKI

KS

Südwind 580 UEB

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast


TT = Truma -Therme

AT

FT SK BO ER HEB

SK

SK FT

= schoonwatertank


KA TT

LG BA

FT

SK DL

DL

AT = vuilwatertank

TK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-47

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 650 FDU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

8.580 2.470 2.540 6.630 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2

Bandenmaat tot 2.000 kg / tot 2500 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 185/65R14 / 195/70R14 Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

5

Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 1.560 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.130 x 1.130 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.200 x 1.780/1.580


22-48

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

KA HE

Südwind 650 FDU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank


DL KS

PL

AT


TT = Truma -Therme

TK

FT LG BA DL FT SK BO SK TT ER

FT

HEKI

HEB DL

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-49

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 650 FSK


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

8.580 2.470 2.540 6.630 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2

Bandenmaat tot 2.000 kg / tot 2500 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 185/65R14 / 195/70R14 Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Stapelbedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

5

2.000 x 1.560 2.140 x 1.140 2x 1.920 x 720


22-50

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

KS

KA HE

Südwind 650 FSK

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

PL

AT


TT = Truma -Therme

TK



HEKI DL

HEB

FT

DL

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-51

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 750 FKU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

9.530 2.470 2.540 7.580 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2

Bandenmaat tot 2.000 kg / tot 2500 kg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 185/65R14 / 195/70R14 Velgmaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 1/2 J x 14 Aantal slaapplaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vast bed [mm] . . . . Ombouwbed [mm] Stapelbedden [mm] Ombouwbed [mm]

7

........................................... 2.000 x 1.560 ............................................ 2.140 x 980 .......................................... 2x 1.950 x 720 ...................................... 2.200 x 1.670/1.470


22-52

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

FT

Südwind 750 FKU

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

TK

AT

BO TT ER


TT = Truma -Therme

PL

SK LG BA DL SK

BA = accu


HE

FT

KS = koelkast

KA

DL

= schoonwatertank

DL

KS

FT

HEKI

HEB

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-53

TECHNISCHE GEGEVENS

Südwind 750 FU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

9.530 2.470 2.540 7.580 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2


4



22-54

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

TK

Südwind 750 FU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank


KS

DL

FT

HEKI

DL KA

AT = vuilwatertank

DL

SK HEB BO

LG BA SK

SK

DL


TT = Truma -Therme

AT

TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-55

TECHNISCHE GEGEVENS

Azur 450 FU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

6.740 2.290 2.540 4.750 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4



22-56

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

SK

DL PL

Azur 450 FU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank


KA

KS LG BA

FT

HEKI

DL

AT = vuilwatertank

SK

FT SK FT SK

TK


TT = Truma -Therme

AT

BO TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-57

TECHNISCHE GEGEVENS

Azur 500 EU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.290 2.540 5.330 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4

Eenpersoonsbedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 2.000 x 870 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.450/1.370


22-58

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

DL

Azur 500 EU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank

FT

SK

AT

ER


TT = Truma -Therme

LG BA SK FT FT SK BO TT

KA DL KS

TK DL


HEKI DL

HEB

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-59

TECHNISCHE GEGEVENS

Azur 500 FU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.320 2.290 2.540 5.330 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4



22-60

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

Azur 500 FU

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

PL

KS = koelkast


KA

DL SK

= schoonwatertank

DL

LG BA

FT

HEKI

KS

AT = vuilwatertank

SK

FT SK FT SK HEB

TK


TT = Truma -Therme

AT

BO TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-61

TECHNISCHE GEGEVENS

Azur 580 EU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.820 2.290 2.540 5.830 2.160 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4

Eenpersoonsbedden [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 2.000 x 870 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.450/1.370


22-62

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

KS

Azur 580 EU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

DL

SK


TT = Truma -Therme

AT

BA SK FT FT SK BO TT ER


KA DL

LG

= schoonwatertank

DL

TK DL

FT

HEKI

HE

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-63

TECHNISCHE GEGEVENS

Azur 580 UFB


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

7.820 2.470 2.540 5.830 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

1


4



22-64

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

KA HE

KS

DL

HEKI

SK = Sserviceluik TK = Thetford-klep

HEKI = hef-kanteldak = airconditioner

DL = dakluik

Azur 580 UFB

KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

SK


TT = Truma -Therme

AT

SK FT BO SK FT ER

KS = koelkast


TT

LG BA

= schoonwatertank

SK DL

FT

DL

AT = vuilwatertank

TK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-65

TECHNISCHE GEGEVENS

Azur 650 FDU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

8.580 2.470 2.540 6.630 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2


5

Vast bed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 1.560 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.130 x 1.060 Ombouwbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.020 x 1.780/1.580


22-66

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

KA HE

Azur 650 FDU

TK = TThetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank


DL KS

PL

AT


TT = Truma -Therme

TK


FT

HEKI

HEB DL

AT = vuilwatertank

SK

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-67

TECHNISCHE GEGEVENS

Azur 750 FU


. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

9.530 2.470 2.540 7.580 2.340 1.950

Aantal assen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

2


4



22-68

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE

TK

Azur 750 FU

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

= schoonwatertank


KS

DL

FT

HEKI

DL KA

AT = vuilwatertank

DL

SK HEB BO

LG BA SK

SK

DL


TT = Truma -Therme

AT

TT ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-69

TECHNISCHE GEGEVENS

Royale 550 UF

Toegestaan totaalgewicht [kg] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.600 Leeggewicht [kg] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.325 Bijlading [kg] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 275 Totale lengte incl. dissel [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Totale lengte met gaskast [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Totale lengte zonder gaskast [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Totale breedte [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Totale hoogte [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Binnenbreedte [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Binnenhoogte [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Contourafmeting [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ligvlak Ligvlak Ligvlak Ligvlak Ligvlak

. . . . . . .

7.410 5.960 5.550 2.480 2.540 2.340 1.950 10.110

voor [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.280 x 1.720/1.470 achter [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . – achter, linkerkant [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 1.400 achter, rechterkant [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . – opklapbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . –


22-70

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

HEKI

Royale 550 UF

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

SK FT

= schoonwatertank


HE KA KS

LG BA

FT

TK

SK DL

AT = vuilwatertank

TT

SK


TT = Truma -Therme

AT

FT SK BO ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-71

TECHNISCHE GEGEVENS

Royale 580 UE


. . . . . . .

7.690 6.240 5.830 2.480 2.540 2.340 1.950 10.380

voor [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.280 x 1.720/1.370 achter [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 2.000 x 870 achter, linkerkant [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . – achter, rechterkant [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . – opklapbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.200 x 670


22-72

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

KS

DL

HEKI

Royale 580 UE

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

SK

= schoonwatertank


TK KA

HE

FT

TT

LG BA

AT = vuilwatertank

SK

SK DL

FT

SK


TT = Truma -Therme

AT

FT SK BO ER

TECHNISCHE GEGEVENS

22-73

TECHNISCHE GEGEVENS

Royale 580 UK


. . . . . . .

7.690 6.240 5.830 2.480 2.540 2.340 1.950 10.380

voor [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.280 x 1.720/1.370 achter [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . – achter, linkerkant [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 1.400 achter, rechterkant [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 600 opklapbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 2.000 x 620


22-74

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

KS

DL

HEKI

Royale 580 UK

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

SK


TT = Truma -Therme

AT

SK FT FT SK BO ER

= schoonwatertank


TK KA

HE

FT

TT

LG BA

AT = vuilwatertank

SK DL

TECHNISCHE GEGEVENS

22-75

TECHNISCHE GEGEVENS

Royale 590 UKB


. . . . . . .

7.690 6.240 5.830 2.480 2.540 2.340 1.950 10.380

voor [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.280 x 1.720/1.370 middenzitgroep [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . – achter [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.770 x 590 opklapbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 1.770 x 620 stapelbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . –


22-76

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

HE KA KS HEKI

DL

Royale 590 UKB

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik

= airconditioner

PL = dakventilator


BO = boiler KA

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu

ER = reservewiel

KS = koelkast

SK


TT = Truma -Therme

AT

SK FT FT SK BO ER

= schoonwatertank


TT

LG BA

FT

SK DL

AT = vuilwatertank

DL

TK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-77

TECHNISCHE GEGEVENS

Royale 750 FKU


. . . . . . .

9.530 8.060 7.580 2.470 2.540 2.340 1.950 11.950

voor [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.000 x 1.560 middenzitgroep [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.130 x 1.060 achter [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2.200 x 1.570/1.370 opklapbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . – stapelbed [mm] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2x 1.920 x 770


22-78

MJ 2007 • NL-03.2007



MJ 2007 • NL-03.2007

DL

Royale 750 FKU

= airconditioner

TK = Thetford-klep

SK = serviceluik


DL = dakluik KA

PL = dakventilator


BO = boiler

ER = reservewiel

LG = acculader

= verwarming

HE

BA = accu


HE

FT FT SK LG BA

KS = koelkast

KS

KA

= schoonwatertank

HEKI

DL

FT

HEB

AT = vuilwatertank

SK

SK

DL

TK

AT

BO TT ER


TT = Truma -Therme

PL

SK

TECHNISCHE GEGEVENS

22-79

Hoofdstuk 23

INFORMATIE & TIPS

INFORMATIE & TIPS

23.

INFORMATIE & TIPS

23.1

Alarmnummers

Land Duitse ambassade

Landnummer

Ambulance Politie

Promillagegrens

Tol

00 32

1 00 1 01

TCB Brussel, (02) 2 33 22 11 0 70 34 47 77

0,5 ‰

geen

Bulgarije (02) 91 83 80

0 03 59

1 50 1 60

ADAC München, 00 49 (89) 22 22 22 (02) 9 11 46

–

–

Denemarken 35 45 99 00

00 45

1 12 1 12

ADAC Vejle, 79 42 42 85 79 42 42 85 4) / 79 42 42 42 5)

0,5 ‰

Bruggen Gr. Belt / Öresund

Duitsland –

00 49

1 12 1 10

ADAC München, 00 49 (89) 22 22 22 22 22 22

0,5 ‰

geen

0 03 58

1 12 1 12

ADAC München, 00 49 (89) 22 22 22 (09) 77 47 64 00, 02 00 80 80 1)

0,5 ‰

geen

Frankrijk (01) 53 83 45 00

00 33

15 17

ADAC Lyon, (04) 72 17 12 22 ADAC Lyon, (04) 72 17 12 22

0,5 ‰

Snelwegen met tol

Griekenland 21 07 28 51 11

00 30

1 66 */1 51 ** 1 00

ADAC Athene, 21 09 60 12 66 104

0,5 ‰

Snelwegen met tol

Groot-Brittannië (01) 53 83 45 00

00 44

9 99 / 1 12 9 99 / 1 12

AA London, (0 87 05) 44 88 66 0,8 ‰ 0 80 00 28 90 18, 08 00 82 82 82; Mob. tel.: (0 16 22) 76 23 42

geen

Ierland (01) 2 69 30 11

0 03 53

9 99 / 1 12 9 99 / 1 12

AA Dublin, (01) 6 17 99 99 Dublin, 18 00 66 77 88

0,8 ‰

geen

00 39

1 18 1 12

ADAC Milaan, (02) 66 15 91 80 31 16, 8 00 11 68 00

0,5 ‰

Snelwegen met tol

Kroatië (01) 6 15 81 05

0 03 85

94 92

ADAC Zagreb, (01) 3 44 06 66 9 87; Mob. tel.: 0 19 87

0,5 ‰

Snelwegen met tol

Luxemburg (0 03 52) 4 53 44 51

0 03 52

1 12 1 13

ACL Luxemburg, (0 03 52) 4 50 04 51 4 50 04 51

0,8 ‰

geen

Macedonië (01) 6 15 81 05

0 03 89

94 92

ADAC Belgrado, 0 03 81(11) 3 42 27 07 (02) 9 87

–

–

Nederland (0 70) 3 42 06 00

00 31

1 12 1 12

ANWB Den Haag, (05 92) 39 05 60 08 00 08 88; Mob. tel.: (05 92) 39 05 06

0,5 ‰

geen

Noorwegen 23 27 54 00

00 47

1 13 1 12

ADAC München, 00 49 (89) 22 22 22 81 00 05 05

0,2 ‰

voor enkele bruggen/tunnels

Oostenrijk (01) 7 11 54

00 43

1 44 1 33

ADAC Wenen, (01) 2 51 20 60 1 20 (voor vaste en mobiele net)

0,5 ‰

Autobaanvignet vanaf 7,60 euro

Polen (0 22) 6 17 30 11

00 48

9 99 9 97

ADAC Poznan, (0 61) 8 31 98 88 96 37, (0 22) 8 25 97 34

0,2 ‰

voor snelweg Kattowice-Krakau

Portugal (21) 8 81 02 10

00 35 16

1 12 1 12

ADAC Barcelona, 00 34 (93) 5 08 28 28 Algarve: 2 19 42 91 03 2), Overige: 2 28 34 00 01 3)

0,5 ‰

Snelwegen met tol

Roemenië (01) 2 30 25 80

00 40

9 61 9 55

ADAC Boekarest, (21) 2 23 45 25 Boekarest, 2 23 46 90 of 92 71

–

–

Rusland (0 95) 9 37 95 00

0 07

03 02

–

–

België (02) 7 74 19 11

Finland (09) 45 85 80

Italië (06) 49 21 31


Alarmnummer ADAC of zustermaatschappij Wegenwacht

ADAC München, 00 49 (89) 22 22 22

MJ 2007 • NL-03.2007

23-1

INFORMATIE & TIPS

Land Duitse ambassade

Landnummer

Ambulance Politie

Zweden (08) 6 70 15 00

00 46

1 12 1 12

Zwitserland (0 31) 3 59 41 11

00 41

1 44 1 17

Servië-Montenegro (0 11) 3 61 42 55

0 03 81

94 92

Slowaakse Republiek (02) 59 20 44 00

0 04 21

1 55 1 58

Slovenië 23 27 54 00

0 03 86

Spanje (01) 7 11 54

Promillagegrens

Tol

ADAC München, 00 49 (89) 22 22 22 0 20 91 29 12, 0 87 67 90 00

0,2 ‰

Tunnel/brug Öresund

ADAC München, 00 49 (89) 22 22 22 1 40; Mob. tel.: 03 18 50 53 11

0,5 ‰

Autobaanvignet 40 SFr.

–

–

ADAC Praag, 00 42 (02) 61 10 43 51 1 81 24

0,0 ‰

Autobaanvignet vanaf 100 Kr.

1 12 1 13

ADAC Zagreb, 0 03 85 (1) 3 44 06 50 19 87

0,5 ‰

Snelwegen met tol

0 03 45

0 61 1 12

ADAC Barcelona, 9 35 08 28 28 9 15 93 33 33

0,5 ‰

Snelwegen met tol

Tsjechische Republiek 2 57 11 31 11

0 04 20

1 55 1 58

ADAC Praag, 2 61 10 43 51 (02) 12 30

0,0 ‰

Autobaanvignet vanaf 100 Kr.

Turkije (03 12) 4 55 51 00

00 90

1 12 1 55

ADAC Istanbul, (02 12) 2 88 71 90 via ADAC Istanbul, (02 12) 2 88 71 90

0,5 ‰

Snelwegen met tol

Hongarije (01) 4 88 35 00

00 36

1 04 1 07

ADAC Boedapest, (0 61) 3 45 17 17 1 88; Mob. tel.: (0 61) 3 45 17 44

0,0 ‰

Autobaanvignet vanaf 1.000 For.

USA –

0 01

9 11 9 11

ADAC alarmcentrale Florida: 1-888-222-13 73 –

–

–

0 03 57

1 19/1 12 1 19/1 12

0 03 01 960 12 66 –

–

–

Cyprus –

* ** 1) 2) 3) 4) 5)

= = = = = = =

Alarmnummer ADAC of zustermaatschappij Wegenwacht

ADAC Belgrado, (0 11) 42 27 07 9 87; Mob. tel.: 01 19 87

alleen in grote steden buiten grotere steden Vr. 18.00 uur, tot Zo. 22.00 uur Lissabon Porto 8.30 - 18.00 uur 18.00 - 8.30 uur

Vanuit alle landen zonder ADAC-alarmcentrale kan contact worden opgenomen met de 24-uurs-service van de ADAC-centrale in München: Telefoon: 00 49 (0) 89 22 22 22 of 00 49 (0) 89 76 76 76.

Stand: 10/2003 Gegevens onder voorbehoud

23-2

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 24

CHECKLIST

CHECKLIST

24.

CHECKLIST

Opmerkingen:

1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 8: 9: 10: 11: 12: 13: 14: 15: 16: 17: 18: 19: 20: 21: 22: 23: 24: 25: 26:

Datum:

Zijn alle autopapieren – ook de groene verzekeringskaart – aan boord en hebben alle inzittenden een reisdocument (paspoort, identiteitsbewijs, kinderpaspoort etc.) bij zich? Geldigheidsdatum van de reisdocumenten tijdig controleren! Zijn alle noodzakelijke documenten (gezondheids- resp. inentingsverklaring) voor meereizende huisdieren aanwezig? Informatie over de vereiste documenten kan bij het betreffende consulaat, bij het toeristenbureau of de automobielorganisatie worden verkregen. Is het gaskeuringsbewijs (zie gaskeuringssticker) nog niet verlopen? Geldigheidsdatum tijdig controleren! Wordt een complete set reservesleutels (gescheiden bewaren!) voor het trekkende voertuig), de caravan en evt. de alarminstallatie meegenomen? Zijn alle onderhouds- en inspectiewerkzaamheden aan de combinatie tijdig uitgevoerd? Is gezorgd voor een minimum-kogeldruk van ca. 25 kg? Is het toegestane totaalgewicht van de caravan niet overschreden (zie paragraaf 22.3 Technische gegevens en plattegrond)? Is de caravan volgens de voorschriften beladen (zie paragraaf 4.4 Caravan beladen)? Zijn alle deuren, kleppen, gaskast, dakluiken en HEKI – behalve geforceerde ventilatie – volgens voorschrift gesloten? Is/zijn de hanglamp(en) eraf gehaald en veilig opgeborgen? Zijn alle vloeistoffen – ook in de koelkast – beveiligd tegen leeglopen? Zijn de gasflessen in de gaskast veilig met de bevestigingsbanden bevestigd en zijn de afsluiter van de gasfles en alle toestelafsluiters gesloten? Is de bijlading zo opgeborgen dat deze niet kan verschuiven? Zijn de extra buitenspiegels op het trekkende voertuig volgens voorschrift gemonteerd en correct afgesteld? Is bij alle banden (ook reservewiel) van de caravan de bandenspanning gecontroleerd volgens paragraaf 22.1, Bandenspanningstabel? Is bij alle banden van het trekkende voertuig de bandenspanning gecontroleerd volgens de afzonderlijke handleiding van de autofabrikant en is de bandenspanning van de achterwielen van het trekkende voertuig verhoogd met 0,2 bar? Zijn verbandtrommel (inhoud controleren!) en gevarendriehoek binnen handbereik opgeborgen? Is voor het uitlijnen van de caravan een waterpas aanwezig? Zijn voor de eventuele verwisseling van een band een goed opgepompt reservewiel alsmede het benodigde gereedschap en een voor het toegestane totaalgewicht geschikte krik ingeladen? Zijn neuswiel en uitdraaisteunen omhoog gedraaid? Zijn de wielkeggen voor de wielen verwijderd en volgens voorschrift opgeborgen? Is de caravan correct vastgekoppeld? Is de stekker van de verlichting volgens voorschrift ingeplugd en geborgd? Is de breekkabel bevestigd? Is de handrem van de caravan eraf gehaald? Werken alle verlichtingen van de combinatie (functietest uitvoeren!)?

OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

Zonodig kopiëren


MJ 2007 • NL-03.2007

24-1

CHECKLIST

24.1

Checklist voor eigen vermeldingen

Opmerkingen:

Datum:

OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏ OK: ❏

1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 8: 9: 10: 11: 12: 13: 14: 15: 16: 17: 18: 19: 20: 21: 22: 23: 24: 25: 26:

Zo nodig kopiëren

24-2

MJ 2007 • NL-03.2007


Hoofdstuk 25

TREFWOORDENREGISTER

TREFWOORDENREGISTER

A Achteruitrijden met de combinatie .......................... Airconditioner ..................................................... Airmix ............................................................... Circulatielucht via gasverwarming ....................... Buitenlucht van onderen ..................................... Mengstand ...................................................... Alarmnummers .................................................... Algemene aanwijzingen voor de gasvoorziening ..... Algemene aanwijzingen voor het winterkamperen .... Algemene veiligheidsvoorschriften .......................... Veiligheidsvoorschriften voor de montage van achterwanddragers ...........................................

5-2 15-1 9-16 9-16 9-16 9-16 23-1 9-1 17-1 2-4 2-4

B Banden .............................................................. Veiligheidsaanwijzingen voor banden .................. Bediening van de airconditioner Blizzard ................ Bedieningselementen ......................................... Richting instellen van luchtstroom ......................... Bediening van de airconditioner ............................ Bedieningselementen op de afstandsbediening ...... Airconditioner NOOD Aan/Uit ........................... Beschrijving & uitrusting ....................................... Beveiliging van de 230 V-stroomkring in de caravan . Bijlading ............................................................ Voorbeeld voor de berekening van de bijlading .... Toelichting bij de bijlading ................................. Toegestaan totaalgewicht ................................... Leeggewicht ..................................................... Bijlading ......................................................... Extra uitrusting .................................................. Persoonlijke uitrusting ........................................ Gewichtsspecificaties van de extra uitrusting voor pakketten en accessoires .................................... Brandveiligheid ................................................... Voorkomen van brandgevaar ............................. Brandbestrijding ............................................... Handelingen bij brand ...................................... Buiten-gaskoppeling ............................................. Verbruikers op buiten-gaskoppeling aansluiten ....... Buitengebruikstelling resp. buitengebruikstelling tijdens winter ......................................................


4-4 4-4 15-1 15-1 15-2 15-3 15-3 15-4 3-1 11-3 22-2 22-2 22-3 22-3 22-3 22-3 22-3 22-3 22-4 2-9 2-9 2-9 2-8 9-4 9-4 18-4

Buitengebruikstelling van de caravan in de winter ..... Buitengebruikstelling ............................................

18-3 18-1

C Caravan beladen ................................................ Caravan loskoppelen ........................................... Caravan neerzetten ............................................. Caravan registreren ............................................. Caravan vastkoppelen ......................................... Pinverdeling verlichtingsstekker ”Systeem Jäger” .... Caravan ventileren .............................................. Chassis, assen en remmen .................................... Checklist voor eigen vermeldingen ......................... Checklist ............................................................ Checklist ............................................................ Circulatieluchtventilator ........................................ Circulatieluchtventilator 12 volt-uitvoering (bedieningsgedeelte extern) ................................ Circulatieluchtventilator 12 volt-uitvoering (bedieningsgedeelte in gasverwarming) ............... Circulatieluchtventilator 230 volt-uitvoering ........... Circulatieluchtventilator ........................................ Circulatieluchtventilator 12 volt-uitvoering (bedieningsgedeelte extern) ................................ Circulatieluchtventilator 12 volt-uitvoering (bedieningsgedeelte in gasverwarming) ............... Circulatieluchtventilator 230 volt-uitvoering ........... Controlepaneel schoonwatertank (speciaal accessoire) ... Elektrische voeding bij stroomvoorziening 12 volt ..

4-2 6-1 6-1 4-1 4-5 4-6 7-1 3-2 24-2 24-1 4-8 12-4 12-4 12-5 12-5 12-8 12-8 12-9 12-9 11-4 11-4

D Dakluik openen/sluiten ......................................... Deur van binnen openen en sluiten ......................... Deur van buiten openen en sluiten .......................... DuoComfort L (automatische omschakelklep voor een gasinstallatie met twee flessen) ................. Beoogd gebruik van de DuoComfort L .................. Aansluiting van de DuoComfort L op de gasflessen Belangrijke aanwijzingen voor het gebruik van de DuoComfort L ................................................... Gasfles verwisselen bij de DuoComfort L .............. Afstandsindicatie DuoComfort L ........................... Ingebruikname met zomerfunctie .........................

MJ 2007 • NL-03.2007

7-3 7-2 7-2 9-6 9-6 9-6 9-7 9-7 9-8 9-8

25-1

TREFWOORDENREGISTER

Ingebruikname met winterfunctie ......................... Duomatic L Plus (gasdrukregelaar-set met omschakelautomaat en afstandsindicatie voor gasinstallatie met 2 flessen .................................... Werking van de Duomatic L Plus ......................... Belangrijke aanwijzingen voor het gebruik van de Duomatic L Plus ............................................ Gasfles verwisselen bij de Duomatic L Plus ............ Afstandsindicatie Duomatic L Plus ........................ Ingebruikname met zomerfunctie ......................... Ingebruikname met winterfunctie .........................

9-8

9-9 9-9

Ventilatiestand lichtkoepel .................................. Verduisteringsrolgordijnen sluiten/openen ............. Verwarmen & warm water .................................... HEKI 1 resp. HEKI 2 ............................................

7-7 7-7 12-1 19-5

I 9-10 9-10 9-11 9-11 9-12

Informatie & tips .................................................. Ingebruikname van het gaskomfoor ........................ Interieurinrichting ................................................. Inwendig onderhoud en reiniging van de caravan .... Kunststofdelen in het interieur van de caravan reinigen ..........................................................

23-1 13-1 3-1 19-2 19-3

E Eerste ingebruikname van de caravan .................... 4-1 Elektrische verlichting van de caravan ..................... 4-7 Verlichtingsarmaturen buiten en in de caravan ....... 4-7 Elektrische voeding bij stroomvoorziening van 12 volt via boordaccu en acculader ....................... 11-9 Externe stroomvoorziening 230 volt via noodstroomaggregaat .......................................... 11-10 Ingebruikname van het noodstroomaggregaat ....... 11-10 Buitenbedrijfstelling van het noodstroomaggregaat . 11-10 Extra aanwijzingen voor het winterkamperen ........... 17-1 Extra aanwijzingen .............................................. 2-10

G Gasfles verwisselen ............................................. Gasflessen in de gaskast plaatsen .......................... Gaskast ............................................................. Gasoven met grill ................................................ Ingebruikname ................................................. Braadspit met grill ............................................. Braadspit met oven ........................................... Gasvoorziening .................................................. Geadviseerde accessoires voor het winterkamperen .

25-2

3-1 14-1 14-1 14-2 14-2 14-1 13-1 2-1 2-2

M 9-4 9-2 3-1 13-2 13-2 13-3 13-3 9-1 17-2

H Hef-kanteldak HEKI 1 ........................................... Lichtkoepel uitzetten .......................................... Lichtkoepel kantelen .......................................... Hef-kanteldak HEKI 2 ........................................... Kantelstand lichtkoepel ...................................... Tussenstand lichtkoepel ......................................

K Keukenblok ........................................................ Koelkast RM 7290 .............................................. Bedieningselementen ......................................... Koelkast RM 7651 .............................................. Bedieningselementen ......................................... Koelkast ............................................................. Koken & bakken ................................................. Lijst en verklaring van de gebruikte veiligheidsaanduidingen ....................................... Lijst en verklaring van de gebruikte veiligheidssymbolen ..

7-4 7-4 7-5 7-5 7-6 7-6

Milieuaanwijzingen .............................................

2-10

N Na het rijden .................................................... Nachtrust ...........................................................

6-1 8-1

O Officiële controle ................................................. Ombouwen van de zitkussens tot slaapplaats .......... Ombouwen voor de nachtrust ............................... Zitgroep met heftafel ombouwen tot slaapplaats .... Zitgroep met inhangtafel ombouwen tot slaapplaats Zitgroep met telescooptafel ombouwen tot slaapplaats .. Omhoog zetten van slaapstand naar tussenhoogte .. Omhoog zetten van tussenhoogte naar eettafelhoogte... Omlaag zetten van eettafelhoogte naar tussenhoogte .. Omlaag zetten van tussenhoogte naar slaapstand ...

MJ 2007 • NL-03.2007

20-2 8-4 8-1 8-1 8-2 8-3 8-3 8-3 8-3 8-3


TREFWOORDENREGISTER

Onderhoud & inspectie ........................................ Onderhoudsschema ............................................. Onderhoudsschema chassis ................................ Onderhoudsschema opbouw .............................. Onderhoudswerkzaamheden ................................ Opbouw ............................................................ Oploopinrichting ................................................. Opnieuw in gebruik nemen van de caravan na tijdelijke buitengebruikstelling of buitengebruikstelling tijdens de winter ..................... Opsporen en verhelpen van storingen ....................

20-1 20-3 20-3 20-4 20-1 3-1 20-2

18-4 21-1

P Plexiglasramen reinigen .......................................

19-4

R Reiniging & onderhoud ........................................ Reiniging en onderhoud van de voortent ................. Behandeling van de voortent bij schimmelvorming ... Behandeling van stroeve ritssluitingen .................. Reiniging en onderhoud van de zonneluifel ............. Reiniging en onderhoud van het hef-kanteldak Reservesleutels aanschaffen .................................. Richtwaarden voor het gasverbruik......................... Rijden met de combinatie .....................................

19-1 19-5 19-5 19-6 19-6 4-8 9-2 5-1

S Schoon en vuil water ........................................... Schoonwatervoorziening ...................................... Stroomvoorziening 12 volt (accuspanning) .............. Startaccu van het trekkende voertuig .................... Stroomvoorziening 12 volt via boordaccu en acculader ... Boordaccu caravan ........................................... Acculader ........................................................ Rekenvoorbeeld restcapaciteit (stroomvoorziening via accu SL 75) ..................... Rekenvoorbeeld van het energieverbruik (bij stroomvoorziening via accu SL 75) ........... 11-8 Stroomvoorziening 12 volt .................................... Voedingsadapter 230 volt / 12 volt .................... Stroomvoorziening 230 volt (netspanning)............... Elektrische verbinding tussen caravan en stroomaansluitpunt maken ..................................


3-2 10-1 11-2 11-2 11-5 11-5 11-6 11-7

11-3 11-3 11-1

Stroomvoorziening ..............................................

11-1

T Tabel bandenspanning en aanhaalmoment velgen .... 22-1 Technische gegevens en plattegronden ................... 22-10 Technische gegevens ............................................ 22-1 Thetford-cassette C-200 CW ................................. 16-1 Tijdelijke buitengebruikstelling van de caravan ......... 18-1 Tijdens het rijden ................................................. 5-1 Toestelafsluiters ................................................... 9-3 Toestelafsluiters voor oven, kooktoestel, koelkast en verwarming ..................................... 9-3 Toestelafsluiter voor warmwaterboiler ................... 9-3 Toilet ................................................................. 16-1 Trefwoordenregister ............................................. 25-1 Triomatic (regelaar-omschakelautomaat voor gasinstallatie met 2 flessen) ................................... 9-13 Ingebruikname van de Triomatic .......................... 9-13 Gasfles verwisselen bij de Triomatic ..................... 9-14 Afstandsindicatie Triomatic ................................. 9-15 Ingebruikname met zomerfunctie ......................... 9-15 Ingebruikname met winterfunctie ......................... 9-15 Truma-Frostair ..................................................... 15-3

U Uitrusting van het trekkende voertuig ...................... Uitwendig onderhoud en reiniging van de caravan .. Kunststofdelen aan de buitenkant van de caravan reinigen .......................................................... Uitzetraam openen/sluiten ....................................

4-2 19-1 19-2 7-3

V Veiligheidsinrichtingen ......................................... Veiligheidsvoorschriften voor de elektrische installatie Startaccu en extra accu ..................................... Noodstroomaggregaat ...................................... Veiligheidsvoorschriften voor de gasinstallatie .......... Veiligheidsvoorschriften voor de participatie aan het wegverkeer ........................................................ Veiligheidsvoorschriften voor het gebruik van de bedden .............................................................. Veiligheidsvoorschriften ........................................

2-3 2-8 2-8 2-8 2-5 2-3 2-11 2-1

11-1

MJ 2007 • NL-03.2007

25-3

TREFWOORDENREGISTER

Verwarmen en warmwatervoorziening met centrale verwarming Alde Compact ................................... Functies op het bedieningsgedeelte van de centrale verwarming ......................................... Beste warmtecomfort ......................................... Circulatiepomp ................................................. Expansievat ..................................................... Glycolmengsel bijvullen ..................................... Verwarmingssysteem ontluchten .......................... Warmwatervoorziening met Alde Compact .......... Warmwaterbereiding met gas ............................ Warmwaterbereiding met 230 volt ...................... Warmwaterbereiding met gas en 230 volt ............ Warmwaterboiler legen ..................................... Verwarmen met gasverwarming S 3002 P .............. Gasverwarming inschakelen ............................... Gasverwarming instellen .................................... Gasverwarming uitschakelen .............................. Verwarmen met gasverwarming S 3002/5002 ....... Gasverwarming inschakelen ............................... Gasverwarming instellen .................................... Gasverwarming uitschakelen .............................. Batterijen ontstekingsautomaat vervangen ............. Verwarming en warm water .................................. Vloeibaar gas ..................................................... Vóór het rijden .................................................... Voortentogen monteren ........................................ Montage van de voortentogen op de buitenwand van de caravan ............................... Voortent opzetten .............................................. Voorwoord ......................................................... Vuilwaterafvoer ...................................................

12-10 12-10 12-12 12-12 12-12 12-13 12-13 12-15 12-16 12-16 12-16 12-17 12-6 12-6 12-7 12-7 12-1 12-1 12-2 12-2 12-2 3-2 9-2 4-1 6-2

Waterinstallatie legen .......................................... Jerrycan schoon water/schoonwatertank legen ..... Vuilwatertank legen ........................................... Watervoorziening ............................................... Wiel verwisselen ................................................. Wiel verwisselen bij caravan met reservewiel in de gaskast ................................................... Wiel verwisselen bij caravan met reservewiel onder het chassis .............................................. Wiel verwisselen bij losgekoppelde caravan ......... Wielmoeren aandraaien .................................... Wielremmen en overbrengingsonderdelen .............. Winterkamperen ................................................. Wonen ..............................................................

10-2 10-2 10-2 10-1 5-3 5-3 5-4 5-5 5-6 20-1 17-1 7-1

Z Zonneluifel monteren ............................................ Algemeen ........................................................ Montage van de zonneluifel ...............................

6-3 6-3 6-3

6-2 6-2 1-1 10-1

W Warmwatervoorziening via Truma-boiler 10/14 ...... Warmwaterbereiding ........................................ Truma-boiler legen ............................................ Warmwatervoorziening via Truma-Therme ............... Warmwaterbereiding ........................................ Warmwaterbereiding via Luchtcirculatiesysteem van verwarming ................. Warmwaterbereiding met 230 volt ...................... Truma-Therme legen ..........................................

25-2

12-18 12-18 12-19 12-20 12-20 12-20 12-21 12-22

MJ 2007 • NL-03.2007


NOTITIES

NOTITIES

NOTITIES

Concept + layout • G & S - Dokumentation • 85521 Ottobrunn Schaller • Druck + Kopie • 81737 München Gedrukt op chloorvrij gebleekt papier

Helmut-Knaus-Straße 1 D-94118 Jandelsbrunn Telefoon +49 85 83/21 -1 Telefax +49 (0) 85 83/21-3 80 Website: www.knaus.de

MJ 2007 • NL-03.2007 • R04100180

KNAUS TABBERT GROUP GMBH

Hoofdstuk 10 WATERVOORZIENING

Recommend Documents