Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
HOOFDSTUK 10 | DE TIJD VAN TELEVISIE EN COMPUTER
INTRODUCTIEOPDRACHTEN
1
Je eigen antwoord. Dit hoofdstuk gaat ook over de wapenwedloop, internationale spanningen en samenwerking; over stijgende welvaart en veranderingen in de samenleving; over kolonies die zich losmaken van hun veroveraars.
2
Je eigen antwoord.
Het instapverhaal 3a b
De bed-in was een demonstratie voor de vrede. Met de ludieke actie probeerden Lennon en Ono aandacht te vragen voor de wereldvrede. Sociaal-culturele veranderingen in de jaren 1960 De actie paste in de jongerencultuur die zich afzette tegen de gevestigde orde. De wapenwedloop in de Koude Oorlog Het doel van de actie was aandacht voor wereldvrede, als reactie op de oplopende spanningen door de wapenwedloop in de Koude Oorlog. Globalisering en migratie Yoko Ono had Japan verlaten in de zoektocht naar een beter bestaan. Ook Lennon was zijn eigen weg gegaan (geboren in Engeland, nu wonend in New York).
Kijken op de kaart 4
Duitsland was in 1945 nog bezet door en verdeeld onder de geallieerden, het kreeg zijn soevereiniteit pas terug in 1949. Indonesië was in 1945 onderdeel van het koninkrijk der Nederlanden, het werd niet erkend als zelfstandige staat. Kenia was tot 1963 een Britse kolonie. Litouwen was na de Tweede Wereldoorlog bezet door de Sovjet-Unie; volgens de Sovjet-Unie was het een van haar republieken en geen zelfstandige staat die in de internationale politiek op eigen houtje kon opereren.
De wereld, Europa, Nederland 5
(1) Toename van economische contacten in de wereld (globalisering). (2) Het verschuiven van de oude industrie in het westen naar lagelonenlanden. (3) De opkomst van ICT, vlieg-, weg- en zeetransport.
6a
Door en in de nasleep van het uiteenvallen van de Sovjet-Unie herwon een aantal Europese landen zijn zelfstandigheid (Estland, Letland, Litouwen), gingen Tsjechië en Slowakije uiteen, viel Joegoslavië uiteen in eerst vijf en later even staten. West- en Oost-Duitsland werden herenigd. Toen na de Koude Oorlog West-Duitsland steun zocht voor de hereniging met Oost-Duitsland, was een aantal Europese landen wantrouwend: zou hierdoor niet opnieuw een oppermachtig Duitsland ontstaan, dat in oude fouten (agressief nationalisme) zou vervallen? Om deze landen gerist te stellen, kwam Duitsland met het plan om de integratie (samenwerking) in Europa nog verder te versterken. Dat leidde tot de oprichting van de Europese Unie.
b
1
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
Heden en verleden 7
Je eigen antwoord.
§10.1 DEKOLONISATIE OP ZOEK NAAR DE KERN India en Pakistan 1a b
(1) Het koloniale bestuur in India werd voor Groot-Brittannië te duur, vond de nieuwe Britse Labourregering. (2) De Amerikanen zetten de Britten onder druk om de kolonies zelfstandig te laten worden. In Brits-Indië was in 1946 veel geweld tussen moslims en hindoes. De Britse regering lukte het niet daar een einde aan te maken, en wilde (mede daardoor) zo snel mogelijk weg uit Indië. De leiders van beide groepen maakten zelf afspraken over de verdeling van het land in een moslim- en hindoestaat, waarbij in beide staten flinke minderheden achterbleven. Twee maanden later, midden in de gewelddadigheden, droegen de Britten de soevereiniteit over – zonder zich te bemoeien met de problemen die de tweestatenoplossing veroorzaakte. Bij het ‘herschikken’ van de bevolking van de twee staten vielen dan ook honderdduizenden doden en moesten miljoen mensen vluchten.
Indonesië en Vietnam 2
Door de Japanse verovering van de Europese kolonies in Azië was het Europese prestige aangetast; de Europese naties bleken niet onoverwinnelijk toen ze door een Aziatisch volk werden verslagen. Bovendien was door de verovering het koloniale bestuur verdwenen (gevlucht of gevangengenomen). Het was logisch dat in beide landen de nationalisten hun kans grepen en de onafhankelijkheid uitriepen.
3
Nederland koos probeerde met geweld zijn gezag over Indonesië te herstellen. In twee grote militaire operaties werden grote delen van Java en Sumatra heroverd. De nationalisten bleven echter doorgaan met hun guerrillaoorlog. Onder dwang van de Verenigde Staten en de Verenigde Naties moest Nederland uiteindelijk toch zijn kolonie opgeven; eind 1949 droeg het de soevereiniteit aan de Indonesiërs over.
4
In Vietnam had de onafhankelijkheidsstrijd een communistisch karakter. De Verenigde Staten wilden in deze Koude Oorlog met de Sovjet-Unie voorkomen dat nog meer landen communistisch werden. Het Franse koloniale bewind mocht blijven zitten omdat het nodig was voor de strijd tegen de Vietnamese communisten. In Indonesië speelde zo’n communistische dreiging geen rol van betekenis.
2
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
Afrika 5
Frankrijk zag Algerije als Franse provincie, vooral omdat er veel Franse kolonisten woonden. Het wilde de kolonie niet afstaan, en raakte daardoor in oorlog met de Algerijnse nationalisten.
6
Europa wilde zonder geweld van de Afrikaanse kolonies af. De macht werd waar mogelijk overgedragen aan politici die na de onafhankelijkheid met Europa wilden samenwerken.
Einde van het westerse overwicht 7
Door de onafhankelijkheid van de voormalige kolonies had Europa maar weinig invloed meer in die delen van de wereld. Het waren vooral de grote overzeese bezittingen geweest waardoor Europa nog een ‘wereldmacht’ was naast supermogendheden als de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie; na de dekolonisatie was dat voorbij.
HISTORISCH DENKEN Kenmerkende aspecten herkennen 1a
b
Ho Chi Minh vond dat alleen door een communistische revolutie de kolonies zich los konden maken van hun koloniale overheerser; die overheersers zelf zouden hun kolonie nooit vrijwillig opgeven. Met communistische idealen (en steun van de Sovjet-Unie) kon onafhankelijkheid bereikt worden, communisme en nationalisme sloten elkaar dus niet uit. Ho Chi Minh was de drijvende kracht achter de dekolonisatie van Vietnam: hij leidde het verzet tegen de Franse overheersing, hij riep in 1945 de onafhankelijkheid uit en hij leidde de strijd die daarna tegen Frankrijk en later de Verenigde Staten gevoerd moest worden.
2
Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Nederlandse soldaten ondervragen Indonesiërs over de felle guerrilla-acties tegen alles wat Nederlands was. Indonesische nationalisten vochten voor hun onafhankelijkheid, Nederland verzette zich hardnekkig tegen dekolonisatie.
3a
De tekenaar wil duidelijk maken dat de Afrikaanse kolonies zelfbewust worden en zich verzetten tegen de koloniale overheersers; zij verbreken hun ketenen en rekenen af met hun oude meesters, de slavernij is voorbij. De tekening is symbolisch. Toen de Afrikaanse elite zelfbewuster werd en het nationalisme aanwakkerde, begrepen de Europese kolonisatoren dat hun zaal vroeg of laat onhoudbaar was. Daarom kozen ze voor een vreedzame overdracht van de soevereiniteit (oorlog voeren voor een zaak die op den duur kansloos is had geen zin).
b
Het verleden verklaren 4a
Veel Nederlanders zagen Indonesië niet als een ander land dat overheerst werd door een buitenlandse mogendheid (zoals bij de Duitse bezetting van Nederland), maar als een onderdeel van het koninkrijk der Nederlanden. Vrij Nederland werd waarschijnlijk vooral gelezen door (en dus geschreven voor) Nederlanders met progressieve idealen – zij waren dus tegen koloniale overheersing en voor snelle dekolonisatie. 3
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
4b
Vrij Nederland was opgericht vanuit de grondgedachte dat volkeren zelf beschikking moesten hebben over hun eigen natie. Dat paste zowel bij de bezetting van Nederland als bij de overheersing van Indonesië. Een krant die was opgericht vanuit bepaalde principes, kon die principes moeilijk ‘verraden’ nu het om anderen ging, dan zou ze haar geloofwaardigheid verliezen.
Verandering en continuïteit onderscheiden 5
Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: De dekolonisatie van Indonesië en Algerije verliep gewelddadig, omdat de kolonisatoren zich met hand en tand tegen het verlies van deze kolonies verzetten. De dekolonisatie van Marokko en Tunesië verliep geweldloos, omdat de kolonisator (Frankrijk) inzag dat zij deze gebieden vroeg of laat zouden moeten opgeven; eerst nog strijd leveren was zinloos, zeker omdat bij deze gebieden geen vitale economische belangen in het spel waren (wat bij Indonesië en Algerije wel het geval was). De dekolonisatie van Brits-Indië is een apart geval: die verliep gewelddadig, maar in dit geval tussen moslims en hindoes; de kolonisator had zich daar (t) snel uit de voeten gemaakt.
Het verleden verklaren 6
Bij sommige kolonies wilde de Europese overheerser de macht niet zomaar opgeven. Hierdoor zochten de koloniale onafhankelijkheidsbewegingen steun voor hun strijd die ze onder andere vonden bij communistische staten als de Sovjet-Unie of (na 1949) China. Het communisme had belang bij het verzwakken van de westerse macht en steunde de onafhankelijkheidsbewegingen met geld, wapens en militaire training. Een goed voorbeeld hiervan is Vietnam, waar de strijd om onafhankelijkheid werd gevoerd door Vietnamese communisten, met hulp van China; voor de Verenigde Staten was dat reden om de Franse kolonisator te steunen (terwijl de Verenigde Staten principieel tegen kolonialisme was; ze hadden zichzelf ten slotte ook in een vrijheidsoorlog van de Britse kolonisatoren bevrijd).
Betekenis van verleden voor het heden aangeven 7
Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Enerzijds valt er iets voor de bewering te zeggen, omdat de Europese landen met hun imperialisme rijk zijn geworden ten koste van de koloniën. Dat zou Europese hulp aan de voormalige koloniën rechtvaardigen. Aan de andere kant waren veel van die arme landen al arm voor ze door de Europeanen werden ingenomen; in sommige opzichten lieten zij hun kolonies ‘rijker’ achter dan ze die waren binnengevallen. Hoe dan ook is het moeilijk (zo niet onmogelijk) om te bewijzen dat de koloniale overheersing de enige of belangrijkste oorzaak is van problemen die na de dekolonisatie ontstonden. Die ‘morele plicht’ is geen uitgemaakte zaak.
Samenvatten 8
Je eigen antwoord.
4
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
§10.2 De Koude Oorlog
OP ZOEK NAAR DE KERN Jalta en Potsdam 1a b
(1) Het oprichten van de Verenigde Naties. (2) Het uitbreiden van de invloedssfeer van de Sovjet-Unie naar het westen. (3) Het verdelen van Duitsland in bezettingszones. De Amerikaanse president Roosevelt was na Jalta overleden. Zijn opvolger, president Truman, vertelde Stalin dat de Verenigde Staten beschikten over de atoombom, wat Stalin zag als een poging tot intimidatie. Dit vormde een aanleiding voor de wapenwedloop tussen de Verenigde Staten en de SovjetUnie.
Oorzaken van de Koude Oorlog 2
Door de Tweede Wereldoorlog was de macht van Europa gebroken en ook buiten Europa waren naties als Japan en China niet machtig (meer). Zodoende bleven alleen de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten over als supermachten, die twee tegengestelde blokken vormden doordat zij ideologisch gezien elkanders tegenpolen waren en elkaar wantrouwden.
Het IJzeren gordijn 3a b
4
De grenzen tussen het Oostblok en het westen gingen hermetisch dicht en werden bewaakt met prikkeldraad, wachttorens en gewapende patrouilles. Dit leidde tot de term ‘IJzeren Gordijn’. De containmentpolitiek was bedoeld om het communisme in te dammen: te voorkomen dat het communisme zich verder zou verspreiden. Concreet hield het in dat de Verenigde Staten steun gaven aan de verzwakte landen in Europa, om daar het communisme geen kans te geven – armoede was goede voedingsbodem gebleken voor communistische partijen. Ook sloten de Verenigde Staten een militair bondgenootschap met de West-Europese staten. Het doel van de bondgenootschappen was om een militaire eenheid te smeden van de naties in het westen tegen het Oostblok of omgekeerd. De samenwerkende landen beloofden elkaar te steunen als één van hen werd aangevallen. Dit moest de vijand afschrikken: die zou het niet aandurven om iets tegen een NAVO-lidstaat te ondernemen.
Wereldwijd conflict 5a
b
Nadat duidelijk was dat ook de Sovjet-Unie over atoombommen beschikte en kon beschikken en nadat in China de communisten aan de macht kwamen, besloten de Verenigde Staten hun politiek van containment ook toe te passen in Azië. In Korea dreigden de communisten de macht te grijpen; dat moest worden voorkomen. (1) De Korea-oorlog werd beëindigd. (2) De spanningen tussen Oost en West namen iets af. (3) De ergste onderdrukking in de Sovjet-Unie werd beëindigd.
5
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
Berlijn en Cuba 6a
b
Chroesjtsjov wilde de massale vlucht van Oost-Duitsers via West-Berlijn een halt toeroepen en begon te dreigen dat de Amerikanen daar weg moesten. Omdat hij een aanval op West-Berlijn uiteindelijk niet aandurfde, liet hij een ondoordringbare muur om West-Berlijn bouwen. Wie die muur overging, werd zonder pardon doodgeschoten. De Sovjet-Unie was van plan om raketten op het communistische Cuba te plaatsen, waarmee ze ook de Verenigde Staten konden bereiken. Daarop dreigden de VS met een kernoorlog. In eerste instantie leek de Sovjet-Unie voet bij stuk te houden, maar uiteindelijk bond Sovjetleider Chroesjtsjov in en liet hij de raketten weghalen. In ruil daarvoor beloofden de Verenigde Staten dat zij Cuba niet zouden aanvallen.
Ontspanning en kernwapens 7a
b
c
Door het steeds krachtiger worden van atoomwapens en de uitvinding van nieuwe allesvernietigende wapens, waarvan er duizenden werden geproduceerd, zagen de leiders van atoommachten in dat zij voorzichtig met elkaar om moesten gaan: één uit de hand gelopen conflict en één druk op de knop zou tot volledige vernietiging van de wereld leiden. Zowel de Sovjet-Unie als de Verenigde Staten wilden sterker zijn dan de tegenstander. Daarom ontwikkelden ze steeds sterkere wapens en produceerden ze er steeds meer van. Deze ‘race’ wordt de wapenwedloop genoemd. In Vietnam vochten communisten voor de onafhankelijkheid van hun land (van kolonisator Frankrijk). Toen zij militaire successen boekten, en Vietnam dus een communistische staat dreigde te worden, besloten de Verenigde Staten (dat Frankrijk al vergeefs met geld en wapens had geholpen) militair in te grijpen.
Nieuwe spanningen 8
Door de ontwikkeling van middellangeafstandsraketten die door zowel de Sovjet-Unie als door de Verenigde Staten in Europa werden geplaatst waren veel Europeanen bang dat zij het slagveld van een atoomoorlog zouden worden. De Amerikaanse president Reagan wakkerde deze gevoelens aan door de ontwikkeling van een raketschild en door dreigende taal uit te slaan naar de Sovjet-Unie.
Het einde van de Koude Oorlog 9
Door economische problemen kon de Sovjet-Unie de wapenwedloop niet meer volhouden. Gorbatsjov sloot een akkoord met Reagan om de wapenvoorraden te verminderen. Ook gaf hij aan de Sovjet-Unie niet langer met dwang bijeen te zullen houden, waardoor in Oost-Europa vrijwel alle communistische regimes verdwenen.
Na de Koude Oorlog 10a
De DDR werd opgeheven en ging op in de Bondsrepubliek Duitsland. De Sovjet-Unie bleef economische problemen houden en viel uiteen, tot deze in 1991 werd opgeheven.
6
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
10b
Een wereldwijde strijd van de Verenigde Staten en enkele bondgenoten tegen terroristen die vanuit verschillende landen opereerden om aanslagen te plegen, veelal op westerse doelen.
Volgordevraag 11
De juiste volgorde is: 2, 6, 3, 1, 5, 4.
HISTORISCH DENKEN Kenmerkende aspecten herkennen 1a b
Gorbatsjov wilde het zieke communistisch systeem verbeteren door vrijheid en openheid te introduceren. Dit bleek echter krachten los te maken die hij niet meer onder controle kreeg en die de Sovjet-Unie zouden verscheuren. Het kenmerkende aspect dat in deze paragraaf centraal staat is de verdeling van de wereld in twee ideologische blokken en de wapenwedloop. Gorbatsjov voerde hervormingen door die (onbedoeld) de ondergang van het communisme in de Sovjet-Unie en in Oost-Europa zouden inluiden. Daarmee kwam een einde aan de verdeling van de wereld in machtsblokken en indirect ook aan de wapenwedloop.
2
De ‘Grote Drie’: Churchill, Roosevelt (later Truman) en Stalin, maakten op de conferenties van Jalta en Potsdam afspraken die voor de naoorlogse geschiedenis ingrijpende gevolgen hadden, namelijk de totstandkoming van twee machtsblokken in Europa (en daarbuiten). De foto laat ook zien we de overwinnaars waren in de Tweede Wereldoorlog.
3a
De tekenaar laat zien dat de twee supermachten (de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten) elkaar in een dodelijke greep houden: als de ene de ander doodt wordt hij ook zelf gedood. In feite zitten beide machten vast, zijn ze machteloos. De afbeelding beeldt de essentie van de wapenwedloop uit: beide blokken waren tot de tanden bewapend met kernwapens, maar konden deze niet afvuren zonder in de vergeldingsactie van de vijand ook ten onder te gaan.
b
4
Door de afspraken tussen Reagan en Gorbatsjov kwam de wapenwedloop ten einde en werden de wapenvoorraden langzaamaan verkleind. Hierdoor namen de spanningen tussen de twee machtsblokken af. Toen Gorbatsjov duidelijk maakte dat hij het communistische machtsblok niet met dwang bijeen zou houden, werden overal in Oost-Europa de communistische regimes omver geworpen en viel de Sovjet-Unie zelf uiteen in vijftien afzonderlijke staten. Daarmee kwam een einde aan de Koude Oorlog.
5a
Volgens MacArthur was Korea de ‘toetssteen’ van de Koude Oorlog: als Korea communistisch zou worden, zou daarna ook Europa vallen voor het communisme. Anders gezegd: de Verenigde Staten (of de NAVO) moest nu laten zien dat het geen enkele vorm van communistische expansie zou toestaan, anders was het hek van de dam. MacArthur redeneert vanuit een onverzoenlijke tegenstelling tussen een communistisch en een westers machtsblok. Het communisme moet uit alle macht tot staan gebracht worden.
b
7
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
Het verleden beoordelen 6a
b
Volgens de tekenaar houdt het communisme (waar de arbeider symbool voor staat) idealen als vrede en democratie hoog, terwijl het kapitalisme (waar de mannen met de geldzak en de kroon van het Amerikaanse Vrijheidsbeeld symbool voor staan; rechtsonder is Churchill te herkennen) belust is op geld en macht; tegenover de boodschap van vrede van het communisme stelt het kapitalisme wapens/geweld. De twee machtsblokken gaven een karikaturaal beeld van elkaar: ze benadrukten bij de ander de dingen die in hun ogen verderfelijk waren en overdreven er flink bij. Met zulke vijandbeelden werd de publieke opinie / de eigen bevolking bespeeld. Die moest immers de nodige offers brengen om de kostbare wapenwedloop vol te houden. De vijandbeelden versterkten het wantrouwen alleen maar verder. De angst voor elkaar was maar ten dele op werkelijke gebeurtenissen gebaseerd, en voor een belangrijk deel op een zorgvuldig onderhouden vijandbeeld.
LET OP: DE VOLGENDE DRIE OPDRACHTEN ZIJN IN HET WERKBOEK VERKEERD OF NIET GENUMMERD Het verleden verklaren 7 (5) Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Enerzijds valt er iets voor de stelling te zeggen, omdat Gorbatsjov belangrijke hervormingen doorvoerde die uiteindelijk de ondergang van de Sovjet-Unie bewerkstelligden. Aan de andere kant ging de Sovjet-Unie al lange tijd gebukt onder grote economische problemen, waardoor het waarschijnlijk is dat de Sovjet-Unie op den duur ook zonder de acties van Gorbatsjov ten onder was gegaan. Ontwikkelingen op langere termijn beschrijven 8a b
Volgens onder andere Mahbubani heeft China de (voor niet-westerse landen) ideale bestuursvorm uitgevonden: een vrijemarkteconomie met stabiel autoritair bestuur. Andere Aziatische landen volgen het Chinese voorbeeld. In het verleden kwamen autoritaire regimes vroeg of laat ten val, soms door verzet van binnenuit, soms door druk vanuit de buitenwereld. Zo verging het de Romeinse keizers, de absolute vorsten in Europa, de autoritaire keizerrijken Duitsland, Oostenrijk en Rusland in de Eerste Wereldoorlog, dictators als Hitler en Mussolini, en tal van dictaturen in de recente geschiedenis. De vraag is waarom het Chinese model wel zou standhouden. Een ander tegenargument is dat India (in bevolkingsomvang bijna zo groot als China) wel een redelijk democratisch bestuur kent; het is niet terecht om die landen op één hoop te gooien.
Samenvatten 9
Je eigen antwoord.
8
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
§10.3 WELVAART EN CULTUUR OP ZOEK NAAR DE KERN Welvaart 1a
b
(1) Voedsel kwam in overvloedige hoeveelheden beschikbaar, de consumptie van genotsmiddelen steeg enorm. (2) De meeste huishouden kregen beschikking over tal van elektrische apparaten, zoals koelkast en wasmachine. (3) Steeds meer mensen hadden een auto. (4) Het toerisme nam massale vormen aan, een buitenlandse vakantie was voor miljoenen mensen steeds vanzelfsprekender. (5) Binnen twintig jaar stond er in vrijwel ieder huishouden een televisie. In een consumptiemaatschappij is de samenleving gericht op het produceren en afnemen van grote hoeveelheden consumptiegoederen, zowel voedsel en luxegoederen.
Verzorgingsstaat 2a
b
In een verzorgingsstaat zorgt de overheid voor sociale voorzieningen, zoals een uitkering voor mensen die zonder inkomen zitten, maar ook voor onderwijs en gezondheidszorg voor iedereen. In deze periode streefden verzorgingsstaten ook naar volledige werkgelegenheid en een rechtvaardige inkomensverdeling. Veel regeringen werden gevormd door stabiele coalities van sociaaldemocraten of christendemocraten (gematigde partijen dus) die vaak met brede steun (van andere partijen) regeerden.
Individualisering 3a b
Mensen zagen zich niet meer als lid van een groep of stroming, maar men ging meer op zichzelf leven; het individu met zijn behoeftes kwam centraal te staan. (1) De staat werd belangrijker in het verschaffen van hulp. (2) De invloed van de kerk en traditionele moraal nam af. (3) Homoseksualiteit werd bespreekbaar.
Jongerencultuur 4
Door een geboortegolf na de oorlog nam het aantal jongeren enorm toe. Door de stijgende welvaart konden zij bovendien steeds vaker over eigen geld beschikken. Dat gaven zij uit aan uitgaan en aan kleren en muziek waarmee ze zich van volwassenen konden onderscheiden.
Protestgeneratie 5
Zij zagen zichzelf als spontaan, vrij, creatief; politiek gezien waren de meesten links en (mede daardoor) sterk anti-Amerikaans.
De tweede feministische golf 6
De relaties tussen mannen en vrouwen en de opvattingen over seks en voortplanting veranderden. Seks voor het huwelijk werd normaal, en het aantal kinderen per vrouw (moeder) daalde. 9
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
7a b
Het huishouden werd minder tijdrovend doordat het kindertal daalde en doordat nieuwe apparaten het huishouden eenvoudiger maakten. Er kwamen steeds meer hoogopgeleide vrouwen die carrière wilden maken. De feministen wilden gelijke kansen op de arbeidsmarkt voor vrouwen en een gelijke verdeling van huishoudelijke taken en zorg voor de kinderen.
HISTORISCH DENKEN Kenmerkende aspecten herkennen 1a
b
Hoewel ze geen feminist was vond ze dat vrouwen voor alle functies even geschikt waren als mannen, waarmee ze een voorbeeldrol had voor veel vrouwen. Ook steunde ze de acceptatie van homoseksuelen door de PC Hoofdprijs uit te reiken aan Gerard Reve. Het kenmerkend aspect dat centraal staat in deze paragraaf is de toenemende westerse welvaart die vanaf de jaren 1960 aanleiding gaf tot ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen. Klompé droeg bij aan deze sociaalculturele veranderingen: als eerste vrouwelijke minister liet ze zien dat vrouwen niet onder deden voor mannen in deze functie. Als minister bracht ze de Bijstandswet tot stand, waardoor mensen zonder inkomen niet langer afhankelijk waren van liefdadigheid, en ze droeg bij aan de acceptatie van homoseksualiteit door een belangrijke literaire prijs toe te kennen aan een openlijk homoseksuele schrijver.
2
Hoewel ook traditionele waarden als het belang van het gezin worden uitgedrukt (dat heeft zich rond de televisie verzameld zoals het dat vroeger voor de radio deed), wilde de maker waarschijnlijk juist ‘het nieuwe’ uitdrukken. De maker wilde het nieuwe benadrukken. Dat zie je aan: (1) Het ‘strakke’, moderne interieur (dit lijkt helemaal niet op de huiskamer van een gezin uit de jaren 1950). (2) Er staat een televisie. Dat was in 1960 nog vrij bijzonder (een op de vijf huishoudens had er een). (3) De huiskamer staat vol ‘suggesties’ van welvaart, er brandt bijvoorbeeld overal licht. (4) Aan de muur hangt moderne, abstracte kunst (geen landschapje of zigeunermeisje): dit zijn moderne mensen.
3a
De gezinsgrootte nam af: er kwamen minder gezinnen met twee en drie kinderen en meer gezinnen met één kind of géén kinderen. Door de uitvinding van de pil hadden vrouwen meer invloed op het aantal kinderen dat ze wilden krijgen en opvoeden. Door de toenemende welvaart en hogere scholing wilden steeds meer vrouwen naast (en soms in plaats van) een rol als moeder ook een eigen loopbaan. Met een kleiner gezin was dat eenvoudiger te realiseren. De emancipatie van vrouwen (die gelijke kansen en gelijke behandeling eisten) en het kleiner worden van gezinnen is een van de sociaal-cultureel veranderingen die vanaf de jaren zestig plaatsvonden.
b
c
4
De liedtekst van bron 7 past bij de jongerencultuur en de protestgeneratie, waarin de jongeren zich afzetten tegen de moraal van hun ouders: ‘jullie praatjes en wetten zo moe’, ‘jullie zoons en dochters haten gezag’, ‘jullie moraal verveelt ons al tijden’.
Historisch onderzoek doen 10
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
5a b
Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Hoe gerechtvaardigd was de ergernis van jongeren over de waarden van de oudere generatie? Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: De waarden van de meeste jongeren weken op veel punten niet erg af van de waarden van de oudere generatie.
Verandering en continuïteit onderscheiden 6a b
Een gevolg op korte termijn was het dalende kindertal per vrouw. (1) De opvattingen over seksualiteit en voortplanting veranderden. (2) Het bevolkingspeil in West-Europa daalde: West-Europese vrouwen kregen tezamen minder kinderen dan nodig was om die bevolking op peil te houden. (3) Het ontstaan van een tweede feministische golf, waarin (vooral hoogopgeleide) vrouwen gelijke kansen op de arbeidsmarkt en een eerlijker verdeling van huishoudelijke taken eisten.
Samenvatten 7
Welvaart Neemt toe Opleidingsniveau Neemt toe (vooral onder meisjes) Verzorgingsstaat Sociale wetten zorgen voor sociale zekerheid Televisie Mensen gaan meer op zichzelf leven: huisbioscoop (die brengt wel veel verschillende ideeën de huiskamer in) Andere mentaliteit, andere verhoudingen: - Minder invloed kerk en traditionele moraal - Ontstaan jongerencultuur - Andere man-vrouw relaties en opvattingen over seksualiteit Vooral onder jongeren en vrouwen Versterkt proces van ontzuiling en individualisering
11
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
§10.4 DE EUROPESE EENWORDING OP ZOEK NAAR DE KERN Hand in hand in Verdun 1
De Franse stad Verdun was in de Eerste Wereldoorlog de plaats geweest waar Duitsers en Fransen elkaar massaal hadden afgeslacht. Bij de herdenking van die slag waren nooit eerder Duitsers welkom geweest. Dat de leiders van deze twee landen nu (na twee wereldoorlogen, en eigenlijk ook de Duits-Franse oorlog van 1870) samen de herdenking bijwoonden en elkaar daarbij een hand gaven stond symbool voor de verzoening en vriendschap tussen hun twee landen. (Wie nog verder teruggaat, kan ook stellen dat in 843 het rijk van Karel de Grote in het verdrag van Verdun werd opgedeeld in een Frans en Duits deel, wat de historische scheiding van de twee rijken bewerkstelligde. Dit maakt de verzoening bij Verdun een symbolische hereniging van de twee ‘rijken’ – die binnen Europa inmiddels immers nauw samenwerkten).
Kolen en staal 2a b
De Franse regering begreep dat samenwerking met Duitsland nodig was ter verdediging tegen de Sovjet-Unie, om de Duitse democratische krachten te sterken en om Europa economisch te herstellen. Steenkool was de belangrijkste bron van energie en staal was de belangrijkste grondstof voor de wapenindustrie. Door die industrie onder gemeenschappelijk gezag te plaatsen vormden zij geen echte bedreiging meer voor elkaar: de kans op een wapenwedloop en oorlog nam er flink door af.
De EEG 3
De lidstaten van de EEG bleven onafhankelijk, maar op economisch gebied werden bindende afspraken (Europese wetten en regels dus) gemaakt door de Raad van Ministers, waarin de vakministers van alle lidstaten zaten. De belangrijkste besluiten werden genomen door de Europese Raad, een overleg waarin alle regeringsleiders bijeenkwamen. Verder was er een dagelijks bestuur (de Europese Commissie) en een Europees Parlement.
Uitbreiding 4
De zes oprichters van de EEG nodigden andere landen uit om lid te worden als die ‘onze idealen delen’; die idealen waren democratie en vrijhandel/vrijemarkteconomie. Alleen landen met een parlementaire democratie mochten lid worden. In sommige landen werd de dictatuur omvergeworpen deels doordat een deel van de bevolking aansluiting bij Europa nastreefde. De economische voordelen van de EEG waren dus ook een lokmiddel om in Europa de democratie te versterken.
5
(1) In het Verdrag van Schengen werden onderlinge grenscontroles afgeschaft. (2) Er werd werk gemaakt van het vormen van één Europese markt waarin wetten en regels (bijvoorbeeld over de kwaliteit en veiligheid van producten) in alle lidstaten gelijk getrokken werden. 12
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
De EU 6
Door de val van de Muur werd de hereniging van West- en Oost-Duitsland plotseling een serieuze mogelijkheid. Andere Europese staten waren bezorgd dat daardoor opnieuw een machtig en gevaarlijk Duitsland zou ontstaan. In ruil voor ‘toestemming’ voor Duitse hereniging werden daarom afspraken gemaakt over verdergaande Europese samenwerking; de EEG werd vervangen door de Europese Unie. Hoe nauwer Duitsland in de EU samenwerkte met de andere Europese landen, hoe kleiner de kans was dat Duitsland zich weer op oorlogspad zou begeven, zo was de redenering.
7
(1) Op het terrein van veiligheid. (2) Er kwam een Europese munt. (3) Het economisch en financieel beleid van landen moest aan EU-regels voldoen (vooral voor financieel beleid was dat nieuw).
Nieuwe lidstaten 8a
b
c
De EU had, net als bij de EEG, als voorwaarde voor lidmaatschap dat kandidaat-lidstaten een parlementaire democratie moesten invoeren. Groei van de EU betekende dus ook een groeiende democratie in Europa; alle OostEuropese landen kozen na de val van het communisme voor een democratisch bestel. Door de vele nieuwe lidstaten en de grote verschillen in welvaart tussen oude en nieuwe lidstaten verliep de besluitvorming steeds moeizamer: eindeloos onderhandelen (want er was vetorecht), en compromissen waarbij altijd wat te klagen viel. Door de financiële crisis moesten de rijkere EU-lidstaten de economisch zwakkere lidstaten te hulp schieten met miljarden euro’s aan noodsteun. Veel mensen vroegen zich af of de prijs van eenwording niet te hoog was. (En het geruzie tussen EU-lidstaten over wel of niet helpen liep zo hoog op dat er ook vel vragen waren over de Europese solidariteit en de EU-regels voor besluitvorming.
Volgordevraag 9
De juiste volgorde is: 3, 6, 2, 7, 1, 4, 5.
HISTORISCH DENKEN Kenmerkende aspecten herkennen 1a b
Kohl overtuigde Mitterand ervan dat er geen Duitse nationalistische gevoelens in het spel waren, maar juist pan-Europese gevoelens om Europa weer sterk en gezond en eensgezind te maken. Kohl werd verrast door de val van de Muur, waarna bij snel probeerde de Duitse eenheid te bewerkstellingen. Doordat hij daarvoor de steun van de andere Europese landen moest winnen, werd de weg vrijgemaakt voor verdere Europese samenwerking. Dat was een samenloop van omstandigheden (toeval), want vóór de val van de Muur stonden de plannen voor meer Europese samenwerking in de ijskast.
13
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
2a
b
3a b
4
Leden van de Europese Commissie (het dagelijks bestuur van de EU) worden voorgedragen door nationale regeringen en niet gekozen door of vanuit het Europees Parlement. Het Europees parlement kan ook geen individuele commissieleden wegsturen en heeft geen invloed op de Raad van Ministers of de Europese Raad. Kortom, het Europees parlement heeft niet de krachtige wetgevende en controlerende bevoegdheden die nationale parlementen in een democratie hebben. In de discussie over de Europese eenwording is de kritiek vaak dat het bestuur minder democratisch wordt. Steeds meer besluiten worden in Brussel genomen, en de kiezers van de lidstaten hebben daar niet of nauwelijks invloed op – zij kunnen stemmen voor het Europees Parlement, maar dat heeft beperkte bevoegdheden. De tekenaar laat zien dat (volgens hem) door de eenwording in de Europese Unie de nationale identiteit van de verschillende volkeren verloren gaat. De verschillen verdwijnen, Europeanen/de Europese cultuur wordt eenheidsworst. Je eigen antwoord. Bedenk dat landen weliswaar hun zelfstandigheid (deels) opgeven, maar dat regionale gebruiken en culturele kenmerken blijven bestaan. Denkbaar is zelfs dat door de nauwe samenwerking de behoefte toeneemt om de nationale cultuur en identiteit te versterken. Daar staat tegenover dat in veel opzichten de verschillen inderdaad steeds kleiner worden. De grote winkelstraten in Europese steden gaan steeds meer op elkaar lijken: overal dezelfde winkelketens. Uit de bron valt op te maken dat de Europese grondwet ook betrekking heeft op sociale, maatschappelijke en politieke aspecten: ‘verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, solidariteit en gelijkheid tussen mannen en vrouwen’ worden als gemeenschappelijke waarden gezien (en dus als een soort voorwaarde voor lidmaatschap).
Verandering en continuïteit onderscheiden 5
Bondgenootschappen uit de eerdere tijdvakken waren vaak militair van aard, bedoeld om een machtsblok te vormen tegen andere landen of om andere landen af te schrikken. De Europese samenwerking uit dit tijdvak gaat veel verder door onder andere op politiek en economisch gebied een steeds verdergaande versmelting van de lidstaten te zoeken.
Betekenis van de tijd vakken uitleggen 6a
b
Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: (1) De grenscontroles tussen veel landen zijn verdwenen; in die zin is zeker sprake van ‘eenwording’. (2) Er is een Europees bestuur; steeds meer besluiten worden niet op nationaal niveau genomen maar in Brussel. Ook in die zin is sprake van eenwording. (1) Er is ook veel verzet tegen de samenwerking. Het invoeren van een Europese ‘grondwet’ stuitte op teveel weerstand. (2) Door de uitbreiding van de Europese Unie met 15 Oost-Europese landen zijn er grote verschillen in rijkdom. (3) Niet alle landen doen volop mee met de nieuwe vormen van samenwerking: niet alle landen namen deel aan ‘Schengen’ (afschaffen grenscontroles), niet alle landen doen mee aan de euro. (4) De financiële crisis liet zien dat Europese solidariteit (rijke lidstaten helpen arme lidstaten uit de brand) geen vanzelfsprekendheid: de hulp aan Zuid-Europa stuitte op flinke weerstand. 14
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
c
Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: ‘De Europese toenadering’. Deze titel geeft dat samenwerking niet altijd lukt en dat er nog altijd grote verschillen zijn.
Samenvatten 7
Van boven naar beneden: Tweede Wereldoorlog Koude Oorlog economische wederopbouw EGKS EEG Europese Unie (15 lidstaten) Europese Unie (27 lidstaten)
§10.5 PLURIFORME EN MULTICULTURELE SAMENLEVINGEN
OP ZOEK NAAR DE KERN Homo-emancipatie 1
Homoseksuelen hoefden zich niet langer te schamen voor hun geaardheid of deze verborgen te houden, maar konden openlijk voor hun gewoonten en leefstijl uitkomen omdat deze een gelijkwaardige plaats had gekregen in de samenleving. De samenleving wordt dus pluriformer: er is meer ruimte (verdraagzaamheid, begrip) voor verschillende normen, waarden en leefstijlen.
De informatiemaatschappij 2
De industriële samenleving veranderde in een informatiemaatschappij, waarbij de arbeidersklasse maar een klein deel van de bevolking uitmaakte en de economische groei vooral in de dienstensector plaatsvond (communicatie, administratie, vervoer).
Kerk en gezin 3a
b
Mensen voelden zich niet meer lid van een groep of kerk, maar gingen meer op zoek naar een ‘persoonlijk’ geloof door op een eigen manier met religie om te gaan. Mensen die hun eigen keuzes maken en zich niet/minder laten leiden door groepsnormen: dat noemen we individualisering. Trouwen was niet langer de norm. Ongehuwd samenwonen en echtscheidingen kwamen vaker voor. Werkende vrouwen werd steeds meer de norm en mannen gingen voor het eerst een serieus deel van het huishouden doen.
Europese migranten 4a
Sinds het begin van de industrialisatie trokken tientallen miljoenen mensen van het platteland naar de stad of van arme naar meer welvarende regio’s op zoek naar werk en een beter bestaan.
15
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
4b
In West-Europa bereikte de welvaart een ongekend niveau. Dat werkte als een magneet op grote groep mensen die op zoek waren naar betere bestaansmogelijkheden. Dat kon binnen een land zijn (het platteland bleef ‘leeglopen’), maar steeds vaker ook tussen landen (zoals van Zuid- naar Noord-Europa, en later vanuit andere delen van de wereld naar Europa). Voor deze mensen was ook plaats, want onder West-Europeanen zelf was zwaar, vuil en laagbetaald werk steeds minder in trek.
Migratie naar Europa 5a b
(1) Immigranten uit de voormalige koloniën. (2) Immigranten uit Turkije en Noord-Afrika. Veel allochtone mannen lieten een bruid uit hun land van herkomst overkomen, en allochtone gezinnen kregen relatief veel kinderen.
Illegalen, asielzoekers, Oost-Europeanen 6
Na 1990 kwamen er vooral politieke vluchtelingen, illegalen die hun uitzichtloze bestaan probeerden te ontvluchten en arbeidsmigranten uit OostEuropa naar het westen.
Onvrede en trots 7a
b
Veel autochtonen vonden dat de allochtonen banen inpikten, sociale voorzieningen misbruikten en criminaliteit veroorzaakten; autochtone inwoners van oude stadswijken voelden zich er niet meer thuis. Dit leidde tot onvrede en racistische incidenten. De meeste allochtonen kwamen uit een traditionele cultuur, waarin weinig begrip bestond voor de normen, waarden en vrijheden van de westerse cultuur (zoals de vrijheden van vrouwen en homoseksuelen). Bovendien waren veel immigranten moslim. Na de aanslagen in de Verenigde Staten werden zij met veel wantrouwen bekeken, wat weer een tegenreactie uitlokte.
Politieke spanningen 8a
b
c
Enerzijds waren er mensen die vonden dat alle culturen gelijkwaardig zijn en dat de overheid niet mag eisen dat mensen zich aanpassen. Anderzijds waren er mensen die vonden dat immigranten westerse normen, waarden en gedragingen moesten overnemen. De christendemocratie en sociaaldemocratie bestonden uit de traditionele partijen die al sinds 1945 aan de macht waren. Door de individualisering voelden de kiezers zich steeds minder verbonden met deze partijen, omdat ze niet meer in de eerste plaats lid van een groep of stroming waren, maar op zoek waren naar een meer individuele benadering van politiek. Politieke partijen die de zeer kritisch zijn over de multiculturele samenleving halen sinds 2002 zo’n 25 zetels (een op de zes) in de verkiezingen; de LPF (Lijst Pim Fortuyn) deed dat in 2002 en de PVV (Partij voor de Vrijheid in 2010.
16
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
HISTORISCH DENKEN Kenmerkende aspecten herkennen 1a
b
2a b c
3a
b
Fortuyn vond dat politici niet wilden weten wat er leefde onder het volk en elkaar baantjes toeschoven, net als de regenten in de 18e eeuw dat hadden gedaan. Om dit tegen te gaan zouden er volgens Fortuyn directe vormen van democratie moeten komen. Het kenmerkend aspect dat in deze paragraaf centraal staat is de ontwikkeling van pluriforme en multiculturele samenlevingen. Fortuyn had duidelijke, kritische meningen over de multiculturele samenleving, en was zelf als openlijk homoseksueel persoon een sprekend voorbeeld van de pluriforme samenleving. Zwarte Piet wordt door tegenstanders geassocieerd met racisme, kolonialisme en onderdrukking, omdat hij een dommige of juist gevreesde knecht is van een blanke meester. Voorstanders stellen dat Zwarte Piet allang geen boeman en geen dommerik met een brabbeltaaltje is. Ook zijn er mensen die vinden dat het nu eenmaal een Nederlandse traditie is, en dat daar niet zo over gezeurd moet worden. Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Enerzijds is er wat voor de stelling te zeggen, omdat we in een multiculturele samenleving leven. Iedereen moet met elkaar overweg kunnen, dus dan is het wellicht beter om grote bezwaren weg te nemen. Aan de andere kant kun je je afvragen of dit dan ook voor andere gebruiken moet gelden. Als men bijvoorbeeld aanstoot neemt aan het dragen van hoofddoeken of boerka’s, moeten die dan ook verboden worden? Waar houdt het op? Zijn er in een samenleving niet altijd dingen waar groepen mensen zich aan ergeren? Hoort dat er niet gewoon bij? Op de afbeelding zijn immigranten te zien die ‘vuil’ werk doen. Arbeidsmigranten zijn vanaf het einde van de jaren 1950 naar West- en Noord-Europa gekomen op zoek naar een beter bestaan en hebben zich daar gevestigd. Dit droeg bij aan het ontstaan van multiculturele samenlevingen. Het gaat om ‘vies’ en relatief laagbetaald werk. Onder de autochtone bevolking waren (zeker in tijden van economische bloei, waarin volop werk was) steeds minder mensen bereid dat soort werk te doen.
Het verleden beoordelen 4a
b c
Volgens Powell leggen de immigranten beslag op de sociale voorzieningen van de autochtone bevolking: die kunnen bijna niet meer terecht in hun eigen ziekenhuizen en scholen. Dit terwijl die autochtone bevolking nooit is gevraagd naar wat zij vonden van de komsten van die honderdduizenden immigranten. In Nederland zijn er politici die op een vergelijkbare manier over immigratie denken, zoals Fortuyn en Wilders. Ook in andere landen bestaan dit soort politici. Je eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Enerzijds valt er iets voor de bewering te zeggen, omdat extremisme het wellicht verdient om bestreden te worden. Aan de andere kant was er kennelijk wel een brede steun onder de bevolking voor Powells plannen. Kennelijk werd de wil van het volk door de parlementaire democratie juist op een zijspoor gezet.
17
Geschiedeniswerkplaats Tweede Fase VWO | Antwoorden Opdrachtenboek
Het verleden verklaren 5
Toen de voormalige kolonies onafhankelijkheid verwierven, met een eigen bestuur en eigen wetten, voelden sommige kolonisten zich er niet meer thuis. Ook inheemsen die bijvoorbeeld nauw hadden samengewerkt met de koloniale bezetter zochten hun heil in Europa. Deze immigranten namen hun ‘inheemse’ culturele opvattingen met zich mee naar Europa.
Samenvatten 6
Van boven naar beneden: (A) tientallen miljoenen (migranten) trekken van platteland naar stad (B) dekolonisatie van Nederlands-Indië (C) gastarbeiders uit Zuid-Europa (D) gastarbeiders uit Turkije en Noord-Afrika (E) dekolonisatie van Suriname (F) gezinshereniging (G) asielzoekers en illegale gelukszoekers (H) arbeidsmigranten uit Oost-Europa Onvrede blijkt uit politieke en maatschappelijke spanningen / uit de successen die partijen met kritische standpunten over immigratie in de verkiezingen boeken.
18