Hondenbeleid nieuwe stijl Voorstel tot aanpak hondenpoepoverlast via DNA-registratie
Bron: http://www.gemeentebelangwestland.nl/interactief/overdenking-week-47-hondenpoep-op-straat/
maart 2013
Opstellers: Piet Boeijen, Boukje Raes en Harrie Arends
Pagina 1 van 30
Inhoud Samenvatting.............................................................................................................................................. 3 Inleiding ...................................................................................................................................................... 4 1.
Aanleiding ........................................................................................................................................... 5
2.
Essentie van het voorstel ................................................................................................................... 6
3.
2.1
Registratie en herleidbaarheid ................................................................................................... 6
2.2
Op basis van vrijwilligheid .......................................................................................................... 6
2.3
Financieel aantrekkelijk gemaakt ............................................................................................... 7
Voorstel voor nieuw beleid ................................................................................................................ 8 3.1
Inleiding ...................................................................................................................................... 8
3.2
(Fiscaal/)juridische aspecten ...................................................................................................... 9
3.2.1
Registratie op basis van vrijwilligheid ................................................................................ 9
3.2.2
APV ................................................................................................................................... 10
3.2.3
Verordening Hondenbelasting ......................................................................................... 11
3.3
Toezicht en handhaving ........................................................................................................... 12
3.3.1
Voorstel tot het samenwerken met het Dr. Van Haeringen Laboratorium ..................... 14
3.3.2.
Voorstel tot het samenwerken met (een) dierenarts(en) ................................................ 15
3.4
Administratieve aspecten......................................................................................................... 18
3.4.1 3.5
4.
DNA in veilige handen. ..................................................................................................... 18
Financiële aspecten .................................................................................................................. 18
3.5.1
Kosten en baten-analyse .................................................................................................. 19
3.5.2
Begroting .......................................................................................................................... 21
3.5.3
Financiële paragraaf ......................................................................................................... 23
3.6
Beleid(sontwikkeling) ............................................................................................................... 24
3.7
Voorzieningen .......................................................................................................................... 24
3.8
Orde en netheid ....................................................................................................................... 25
3.9
Communicatie en voorlichting ................................................................................................. 25
3.10
Draagvlak .................................................................................................................................. 26
Nawoord ........................................................................................................................................... 26
BIJLAGE
Schematische weergave van administratieve relaties ......................................................... 27
BIJLAGE Restitutie hondenbelasting in de vorm van terugbetaling van een voorlopig bedrag / de voorlopige aanslag ................................................................................................................................... 29 Pagina 2 van 30
Samenvatting Een tsunami aan hondenpoep overspoelt Nederland. De samenleving, de hondenbezitter en de gemeenten hebben het er zwaar mee (NRC Handelsblad 18 januari 2012). In januari 2012 is er zelfs een Symposium Hondenbeleid georganiseerd, waarbij bezorgde burgers, vertegenwoordigers van gemeenten, het bedrijfsleven en zelfs wetenschappers bij elkaar gekomen zijn om de problematiek rondom hondenpoep en het eventueel daaruit voortvloeiende beleid eens goed onder de loep te nemen. Ook de gemeente Lingewaard kampt met het onderwerp hondenpoep en heeft om de overlast te bestrijden een hondenbeleid ontwikkeld waarbij de hondenbelasting tot doelbelasting is benoemd, om hiermee hondenvoorzieningen te faciliteren en daarmee de overlast te beperken. Het huidige hondenbeleid behaalt echter in algemene zin de doelstelling niet. De hondenuitlaatstroken zorgen op ongunstig gekozen locaties voor veel overlast en nog steeds ligt er poep op openbaar gebied waar het niet behoort te liggen. Ook voor hondenbezitters bieden de hondenuitlaatstroken veelal niet de oplossing. Er wordt geklaagd over vieze en ziekteverwekkende uitlaatstroken en gebrekkige voorzieningen. Ook het betalen van de hondenbelasting zonder daar deugdelijke voorzieningen voor terug te krijgen, is een reden tot ontevredenheid onder de hondenbezitters. Ondanks het hanteren als doelbelasting is de huidige hondenbelasting in de gemeente Lingewaard niet kostendekkend. De Raad heeft in 2012 besloten om het huidige hondenbeleid met bijbehorende voorzieningen in tact te houden en te bezuinigen op het aantal uren dat de BOA's beschikbaar hebben voor toezichthouding. Wij zijn juist van mening dat een groot deel van de problematiek en de oplossing in de toezichthouding en de handhaving ligt. Op heterdaad betrappen van de hondenbezitter op het laten liggen van de uitwerpselen is zeer moeilijk….zelfs ondoenlijk. Daarom is gezocht naar een praktisch en financieel haalbare methode om controle achteraf mogelijk te maken. Na gedegen onderzoek hebben wij deze mogelijkheid gevonden in DNA-onderzoek. We hebben gesprekken gevoerd met het Van Haeringen Laboratorium (VHL) in Wageningen, dat gespecialiseerd en gecertificeerd is in DNA-onderzoek van honden en uitwerpselen. Op technologisch gebied is DNAonderzoek een snelle en zeer betrouwbare methode met een hoge trefzekerheid en validiteit. Op administratief en juridisch vlak dient er een samenwerkingsstructuur te worden opgezet tussen dierenarts, VHL, gemeente en hondenbezitter, die via voorlichting, onderlinge overeenkomst en administratieve processen de samenwerking en het verloop van de processen borgt. Deze processen worden in de notitie op detailniveau beschreven. In de praktijk zal de hondenbezitter op basis van vrijwilligheid participeren aan het DNAregistratiesysteem, waarbij de financiële prikkel als beloning de grootste stimulans moet zijn. Deelnemers aan het DNA-registratiesysteem krijgen restitutie van een groot deel van de hondenbelasting wanneer geen uitwerpselen van de hond door de BOA worden aangetroffen die via VHL herleid wordt naar de betreffende hond. Wordt dergelijke poep wel aangetroffen en gerelateerd aan een hond(enbezitter), leidt dat ertoe dat de restitutie niet zal plaatsvinden en bij een eventueel recidive volgt een beboeting via het OM. We gaan er echter vanuit dat de geregistreerden zich zullen conformeren aan de opruimplicht, aangezien de uitwerpselen dankzij de DNA-methodiek direct herleid kunnen worden naar hun hond. De niet-deelnemers betalen overigens de volledige (verhoogde) hondenbelasting, terwijl de hondenuitlaatvoorzieningen verdwijnen. Dit onder het motto: "de vervuiler betaalt." De zichtbaarheid naar de omgeving van deelnemers wordt ondervangen in het verstrekken van een gouden penning, die de hond zichtbaar moet dragen. De niet-deelnemers houden de blauwe penning. Pagina 3 van 30
Het hondenbeleid nieuwe stijl gaat uit van een mentaliteits- en gedragsverandering gebaseerd op een beloningssysteem, waarbij welwillend gedrag beloond wordt en de vervuiler betaalt. De hond wordt voor iedereen weer gezelschapsdier en het beleid draagt zorg voor een schone woon- en leefomgeving middels burgerparticipatie en het aanwenden van de kracht van de samenleving bij het voorkomen van hondenoverlast. Om de financiële consequenties van het beleid inzichtelijk te maken, hebben wij een kosten/baten analyse gemaakt, waaruit blijkt dat zowel het 1e jaar (incl. eenmalige kosten) alsook daarna de baten ruim voldoende zijn om de kosten te betalen. In de financiële paragraaf is dit op detailniveau uitgewerkt. Bij implementatie van het hondenbeleid nieuwe stijl zal er bijzondere aandacht moeten uitgaan naar voorlichting en communicatie, waarbij een belangrijke rol is weggelegd voor de dierenartsen in samenwerking met de gebruikelijke gemeentelijke kanalen. Gezien de gesprekken die wij met meerdere gemeenten betreffende dit onderwerp gevoerd hebben, ligt het in de lijn der verwachting dat na invoering van het beleid in Lingewaard meerdere gemeenten dit voorbeeld zullen volgen.
Inleiding ‘Uit onderzoeken komt de overlast door honden(poep) als een van de grootste ergernis naar voren. Dit is een reden om onderzoek te doen naar de effectiviteit van het hondenpoepbeleid. Naast overleg met de betrokken ambtenaren is het onderzoek voornamelijk vormgegeven door dossieronderzoek en is gekozen om in eigen beheer een onderzoek onder hondenbezitters en dierenartsen te entameren. De voornaamste conclusie is dat een grote meerderheid nog steeds overlast ondervindt van hondenpoep en veel respondenten niet op de hoogte zijn van de getroffen maatregelen tegen de hondenpoepoverlast. Hier zitten ook veel hondenbezitters bij. Degenen die wel op de hoogte zijn van de maatregelen, zijn in meerderheid van mening dat deze niet of slechts tijdelijk geholpen hebben. De oorzaak moet volgens hen met name worden gezocht in het ontbreken van toezicht en handhaving. Gebleken is dat een negatieve manier (boetes, streng hardhaven, matige communicatie, geen draagvlak, geen of matige voorzieningen) juist het tegenovergestelde oplevert. Boze burgers en hondenbezitters die uit frustratie hun hond laten poepen waar het niet mag (de zogenaamde treiterschijters…).’ Is bovenstaande een weergave van de specifieke Lingewaardse problematiek? Nee, bovenstaande passage is ontleend aan een rapport van de Rekenkamercommissie van een andere gemeente, in casu de Twentse gemeente Borne, maar had betrekking kunnen hebben op iedere Nederlandse gemeente; Lingewaard incluis. Diverse documenten kwalificeren - landelijk - hondenpoep op straat als ‘ergernis nummer 1’. Er zijn nog steeds mensen die hun hondenrommel niet opruimen. Wellicht zien zij in het moeten betalen van hondenbelasting een legitimatie daarvoor of ten minste een aanleiding voor onverschilligheid (de houding: ‘ik betaal er toch voor?’). Daar moeten we vanaf! Vandaar dit alternatief.
In het navolgend betoog zal worden stilgestaan bij de volgende aspecten: - (Fiscaal/)juridische aspecten; - Toezicht en handhaving; - Administratieve aspecten; Pagina 4 van 30
- Financiële aspecten; - Beleid(sontwikkeling); - Voorzieningen; - Orde en netheid; - Voorlichting; - Draagvlak. Allereerst wordt in hoofdstuk 1 de aanleiding voor dit voorstel kort neergezet. In hoofdstuk 2 volgt de essentie van ons voorstel. Vervolgens wordt het voorgestelde alternatief (in hoofdstuk 3) nader uitgewerkt aan de hand van bovengenoemde aspecten. Om de gevolgen van dat voorstel goed te kunnen duiden, wordt in een separaat document de bestaande situatie – de status quo binnen de gemeente Lingewaard – aan de hand van exact dezelfde aspecten beschouwd. Desgewenst kan de lezer, door deze twee documenten naast elkaar te leggen, de vergelijking direct maken. Dat zal de nadelen van de huidige situatie belichten en de voordelen van een keuze voor implementatie van het voorstel. In hoofdstuk 4 tenslotte wordt een nawoord gedicht naar aanleiding van het voorliggende voorstel.
1.
Aanleiding
Tijdens de Politieke Avond op 6 september 2012 was de Programmabegroting 2013 aan de orde. Daarvan maakten plannen deel uit, die betrekking hebben op de hondenuitlaatplaatsen. Een suggestie tot bezuiniging op het onderhoud en beheer van hondenvoorzieningen was namelijk één van de in de Programmabegroting 2013 opgenomen bezuinigingsvoorstellen. In het toen gepresenteerde voorstel gaf het college mogelijkheden aan, voor de invulling van de voorgenomen bezuiniging op het budget hondenvoorzieningen. Eén van de drie opties die voorgelegd werden, betrof een optie waarbij rekening gehouden werd met de discussie tijdens de Politieke Avond van 11 april 2012. Bij die gelegenheid had de raad aangegeven, vast te willen houden aan een hondenbelasting als “doelbelasting”. Als gevolg van dat uitgangspunt blijken slechts beperkt bezuinigingen mogelijk op het budget hondenvoorzieningen. Het college constateert dat de taakstelling uit de Programmabegroting daardoor niet zal worden gerealiseerd. Bij de twee andere opties wordt de bezuiniging wél binnen het budget gerealiseerd. Het betreft enerzijds een optie gericht op vermindering van hondenvoorzieningen en anderzijds een optie waarbij de hondenbelasting wordt verhoogd. De raad heeft nadien, tijdens haar raadsvergadering van 20 september 2012, bij amendement besloten om: “te opteren voor het heffen van hondenbelasting als doelbelasting; de BOA’s in te zetten voor maximaal 500 uur per jaar bij klachten over hondenoverlast en de overige 500 uur op handhaving bij de taken van bouwen/ro/milieu; in overleg met wijkplatforms en omwonenden een oplossing te zoeken voor overlastgevende hondenuitlaatstroken en een evaluatie te houden van alle maatregelen die sinds 2004 in het kader van het hondenbeleid zijn genomen.” De suggestie om te zoeken naar een oplossing voor overlastgevende hondenuitlaatstroken en de hondenpoepoverlast op trottoirs en kinderspeelweide, vormt de directe aanleiding voor ons om op zoek te gaan naar alternatieven die dergelijke overlast niet langer teweeg brengen.
Pagina 5 van 30
2.
Essentie van het voorstel
De essentie van het voorstel behelst het effectueren van een reeds langere tijd bestaande (formele) verplichting voor hondenbezitters om de uitwerpselen van hun dier te verwijderen c.q. mee te nemen en dientengevolge geen hondenuitlaatplaatsen meer nodig te hebben.
2.1
Registratie en herleidbaarheid
Daarvoor is het herleidbaar maken, van iedere hondendrol naar de betreffende producerende hond en die hond vervolgens naar diens eigenaar/bezitter van eminent belang. Daarvoor is noodzakelijk dat iedere hond op unieke wijze is geregistreerd, zodat de eigenaar van iedere hond is te achterhalen. Daarvoor biedt het inbrengen van een chip in iedere hond een goede mogelijkheid. Meer en meer worden honden sowieso al gechipt. Daarnaast is een registratiesysteem van belang waarbij naast de n.a.w.-gegevens van de betreffende hond(en) en hun eigenaar(s) tevens die gegevens worden vastgelegd, die diens uitwerpselen naar de betreffende producerende hond doen herleiden. Was dit tot voor kort technisch haast ondoenlijk; inmiddels is de DNA-techniek dermate vergevorderd dat die traceerbaarheid /herleidbaarheid thans wél mogelijk is. Wij zijn ons bewust van het feit dat bij invoering van een systeem van registratie van dier en diens lichaamseigenschappen en deze herleidbaar doen zijn naar de eigenaar/bezitter tegenwerpingen mogen worden verwacht als betreft het een inbreuk op de privacy. Daarom verkiezen wij een aanpak op basis van vrijwilligheid van de hondeneigenaar; maar wel een vrijwillige keuze die (financieel) aantrekkelijk wordt gemaakt.
2.2
Op basis van vrijwilligheid
Ook afgezien van de al dan niet terechte vrees voor inbreuk op de privacy zien wij niets in een verplichting tot (DNA-)registratie en (verplicht) chippen. Ervaringen uit het verleden leren dat (zachte) dwang geen probaat middel is. Wij verkiezen de worst voor te houden in plaats van de zweep te gebruiken. Die worst hebben wij gevonden in het financieel aantrekkelijk maken van het alternatief, zodat de hondeigenaar uit vrije wil kiest voor deelname. Het alternatief wordt aantrekkelijk gemaakt door de hondenbelasting voor deelnemende hondeneigenaren fors te verlagen. Die verlaging zal van zodanige omvang zijn, dat het per saldo de belasting dermate laag doet zijn, dat (in geval van een gechipte hond) de kosten van het registreren al in één jaar zijn terugverdiend en in geval van een nietgechipte hond in twee jaar tijd. Nadien blijft het financiële voordeel van deelname van dien aard, dat gedurende de rest van het hondenleven de belasting voor een deelnemende hondenbezitter slechts een derde bedraagt van die voor een niet-deelnemende hondenbezitter. Aldus wordt bewerkstelligd dat hondenbezitters die zich netjes aan de regels houden (en de uitwerpselen opruimen) financieel worden beloond ten opzichte van de hondenbezitters die niet meedoen. Deelname op basis van vrijwilligheid kan nimmer een stelling rechtvaardigen, dat de privacy in het geding is. De overeenkomst zal primair zijn gericht op de procedure(verplichtingen) om aan het systeem deel te kunnen nemen en daarvoor – in geval de hondenbezitter zich aan de afspraken houdt – te worden beloond door restitutie van een groot deel van de hondenbelasting. Dit te restitueren bedrag betreft een bij de heffing opgelegd voorlopig bedrag; in feite een voorlopige aanstal. daarnaast wordt de gelegenheid ook aangegrepen om de hondeigenaar erop te attenderen dat bij een niet-naleven van de afspraken deze restitutie niet zal plaatsvinden. Een na afloop van het kalenderjaar niet restitueren van 2/3e van de over dat jaar betaalde hondenbelasting is formeel geen sanctie, maar zal wel zo worden ervaren. De forse financiële consequentie daarvan komt de handhaafbaarheid enorm ten goede. Pagina 6 van 30
Deelname door op basis van vrijwilligheid een overeenkomst aan te gaan, brengt tevens met zich mee dat een deelnemer zich op voorhand conformeert1 aan de sanctie die volgt wanneer een overtreding van de regels wordt aangetoond. Wanneer de gemeente op goede gronden de contractant, de overtreder, zijn voorlopige aanslag-deel niet restitueert, zal de hondenbezitter de gang naar de burgerrechter moeten maken om op basis van bijvoorbeeld wanprestatie naleving van de overeenkomst, in de vorm van restitutie van het betreffende deel van de hondenbelasting, af te dwingen. De bewijslast ligt alsdan bij de hondenbezitter. Bij herhaald niet-naleven van de verplichtingen als hondenbezitter, zal overigens het reguliere handhavingstraject (inclusief beboeting via de weg van een bestuurlijke beschikking) door het OM volgen.
2.3
Financieel aantrekkelijk gemaakt
In de praktijk mag geen onderscheid worden gemaakt tussen de tariefstelling inzake hondenbelasting die geldt voor vrijwillig deelnemende hondeigenaren en de tariefstelling voor niet-deelnemers. De hondenbelasting is immers geen retributie. In dit dilemma bracht de gemeente Den Boer uitkomst. Restitutie van (een deel van) de hondenbelasting mag kennelijk wél! In het kerkdorp Thesinge van die gemeente is enkele jaren geëxperimenteerd met de mogelijkheid dat bij het halen van een vooraf bepaalde doelstelling de hondeigenaren in de vorm van een ‘subsidie’2 worden beloond. De in Thesinge toegepaste methodiek is verwoord in de bijlage.
1
Eigenlijk is in een geval, dat een hondenbezitter zich ‘conformeert aan een sanctie’, sprake van een civielrechtelijke overeenkomst tussen hondenbezitter en gemeente. Een overeenkomst waarvan onderdeel uitmaakt dat de hondenbezitter in geval van het aantoonbaar aantreffen in het openbaar gebied van uitwerpselen van zijn hond op voorhand accepteert dat er allereerst geen restitutie van het voorlopige bedrag / de voorlopige aanslag volgt en in geval van recidive De reguliere APV-regels van toepassing zullen zijn (afgewikkeld via een bestuurlijke beschikking). Het opleggen van een (bestuurlijke) boete (ter dekking van de handhavingkosten) in geval van het betrappen van een niet-deelnemer, betreft een eenzijdige administratiefrechtelijke aangelegenheid. Van dat laatste wordt in geval van de eerste overtreding bij vrijwillige deelname van afgezien. In de APV dient daarover expliciet melding te worden gemaakt. De optie van een bestuurlijke boete zal hier verder buiten beschouwing blijven, omdat de gemeente in het kader van de APV heeft gekozen voor de optie van een bestuurlijke beschikking. 2 De gemeente den Boer noemt het een subsidie, maar het heeft qua absoluut geldbedrag het karakter van de restitutie van de betaalde hondenbelasting. Onze voorkeur heeft het om in een dergelijke situatie dan ook de term ‘restitutie’ in relatie tot een terug te betalen ‘voorlopige aanslag’ te hanteren. Qua systematiek vergelijkbaarmet de inkomstenbelasting: na afloop wordt bezien of er (iets) teveel betaald is hetgeen terugbetaald zal worden. Wij hebben ook inlichtingen ingewonnen bij de VNG. - Het VNG geeft in haar antwoord aan: “Om een vrijstelling /differentiatie te rechtvaardigen is daarom een objectieve rechtvaardigheidsgrond noodzakelijk. Deze kan gevonden worden in het door de gemeente gevoerde beleid ter zake”. Een restitutie van een bedrag dat als voorlopige aanslag is geïnd, kan worden gekwalificeerd als een ‘differentiatie’; onderhavig document vormt het gevoerde beleid ter zake.
Pagina 7 van 30
Wij stellen voor, om de eigenaren van geregistreerde honden, waarvan in het voorgaande kalenderjaar geen (aantoonbare) uitwerpselen zijn aangetroffen, te belonen door restitutie van een deel van de voor dat voorafgaande kalenderjaar betaalde hondenbelasting. Ideaal zou zijn om deze restitutie meteen te 'verrekenen' met de belasting voor het lopende jaar. In dat geval betekent het voor deelnemende hondeigenaren één keer het totale bedrag aan hondenbelasting betalen (basisbedrag en een voorlopig bedrag – vergelijkbaar met een voorlopige aanslag) en in geval de deelnemer structureel de hondenpoep opruimt een deel van dat bedrag (het voorlopige bedrag / de voorlopige aanslag) ieder jaar te 'verrekenen' totdat afscheid wordt genomen van de hond. Gedurende die jaren wordt dus feitelijk enkel het basisbedrag betaald. Dat basisbedrag is toereikend om de kosten van het in stand houden van het nieuwe systeem te dekken. Uit de kostenraming (paragraaf 3.5) blijkt dat het nieuwe systeem aanzienlijk goedkoper zal zijn dan het nu bestaande systeem omdat alle hondenuitlaatplaatsen kunnen worden geamoveerd en de opruimkosten van hondenpoep fors zullen afnemen. Wij zien het systeem bij voorkeur in één keer ‘uitgerold’ over de gehele gemeente; maar een aanpak per kerkdorp (zoals geschiedde in Thesinge) respectievelijk per wijk - al dan niet in samenwerking met de wijkplatforms – behoort ook tot de mogelijkheden.
3.
Voorstel voor nieuw beleid
3.1
Inleiding
Tijdens de discussie die plaatsvond op de Politieke Avond van 6 september 2012 over het huidige hondenbeleid is het voorstel gedaan om de verantwoordelijkheid van het hondenpoepprobleem daadwerkelijk terug te leggen bij de hondenbezitter. Dat ‘terugleggen’ kan alleen door (zoals in de verordening staat) de verplichting om de uitwerpselen van hun hond zelf op te ruimen te effectueren. Het heikele punt hierbij is de controle en handhaving. Het is zeer moeilijk - zo niet onuitvoerbaar - om te bewijzen van wie zijn hond de achtergelaten poep is; er moet daarom op heterdaad worden betrapt. Hiervoor zou bij wijze van spreken op elke hoek van de straat een BOA moeten staan. Evident is dat dit- een onbetaalbare werkwijze oplevert. Daarbij zal de hondenbezitter zich wel bedenken om de poep (die ene keer) te laten liggen wanneer de controleur in de nabijheid is. De goedwillende hondenbezitter daarentegen zal onder alle omstandigheden zijn verantwoordelijkheid nemen en de poep op een verantwoorde wijze verzamelen en afvoeren. De realiteit is dat niet alle hondenbezitters tot de categorie ‘goedwillenden’ kunnen worden gerekend. Om dit probleem te tackelen, is een mogelijkheid noodzakelijk om achteraf te kunnen controleren. De achteraf-controle is mogelijk door de achtergelaten uitwerpselen te herleiden naar de hond en vervolgens naar de eigenaar van deze hond. DNA-onderzoek is hiervoor het geëigende middel. De afgelopen jaren is er een enorme ontwikkeling doorgemaakt op het gebied van DNA-analyse. DNA-onderzoek - vooral voor alleseters (ook vleeseters bijv. honden) - was tot voor kort een dure aangelegenheid. In Amerika is evenwel recent een nieuwe methode ontwikkeld, waardoor een DNAanalyse aanmerkelijk goedkoper is geworden en dat met een zeer hoge trefzekerheid (ca 85%). In Nederland heeft het Dr. Van Haeringen Laboratorium B.V. te Wageningen zich gespecialiseerd in DNAonderzoek van honden en de uitwerpselen. Het is inmiddels aangetoond technisch goed mogelijk te zijn om uitwerpselen van honden, gevonden in openbaar gebied, te laten onderzoeken op het DNA-profiel. Maar de uitkomst van dit DNAonderzoek moet gerelateerd kunnen worden aan het DNA van de hond, die deze uitwerpselen produceerde en daarna herleid kunnen worden naar de eigenaar van die hond. Pagina 8 van 30
Daarvoor moet via een DNA-match de betreffende hond en diens eigenaar opgespoord kunnen wordenIn de navolgende beschouwingen wordt op basis van de nu beschikbare informatie aan de hand van de in de Inleiding genoemde aspecten de mogelijkheden nader belicht. Ter vergelijking van de hier voorgestelde aanpak met de bestaande situatie (de Status Quo) is er naast dit document een separaat document opgesteld. In dit document is op basis van dezelfde structuur als in dit hoofdstuk de nu bestaande situatie c.q. problematiek beschreven. Dit om een onderlinge vergelijking eenvoudig mogelijk te maken.
3.2
(Fiscaal/)juridische aspecten
3.2.1 Registratie op basis van vrijwilligheid Er zijn (nog) geen wettelijke gronden op basis waarvan de hondeigenaar kan worden verplicht om DNA van zijn hond af te staan en te laten registreren. Meerdere gemeenten (o.a. Den Haag, Veenendaal en Wijchen) hebben zich hierover gebogen en zijn tot de conclusie gekomen dat voor een dergelijke verplichting een juridische basis ontbreekt. Een aspect waar de genoemde gemeenten tegenaan liepen, betreft de Wet bescherming persoonsgegevens. De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) regelt, ter bescherming van de privacy, wat er allemaal wel en niet mag met persoonsgegevens. De Staatssecretaris heeft onlangs bepaald dat verplichte registratie van gegevens over hondenbezit mogelijk conflicteren met hetgeen de Wbp beoogt te beschermen.. Geen van die gemeenten die zich tot dusver heeft gebogen over een alternatief handhavingsysteem voor hondenoverlast heeft de materie beschouwd vanuit de insteek, dat een systeem wordt opgezet op basis van vrijwilligheid. In dat geval is de bescherming van persoonsgegevens namelijk geen thema (registratie geschiedt dan immers op grond van toestemming van de betrokkene zelf). De hondeigenaar geeft in ons voorstel vrijwillig toestemming om (de benodigde) geregistreerde gegevens te mogen gebruiken, uitsluitend voor het doel waarvoor deze toestemming is gegeven. Het doel van de toestemming is gelegen in de oplossing van het hondenpoepprobleem binnen de gemeente Lingewaard, via vergelijking van DNA-analyse van de hond en de uitwerpselen van de hond die zijn aangetroffen in gebieden waar deze niet behoren te worden aangetroffen. Hiervoor is het nodig dat de deelnemende hond wordt (is) gechipt (met uniek nummer) en deze wordt geregistreerd (gekoppeld met gegevens van de hondeigenaar) bij een (door de minister erkend) registratiebureau. In de overeenkomst met de hondeigenaar moet dan ook nadrukkelijk worden opgenomen dat de verkregen toestemming en de gegevens uitsluitend worden gebruikt door de hiervoor geautoriseerde perso(o)n(en) bijv. BOA(‘s) en /of ambtenaar van het Team belastingen/woz. In de overeenkomst met het Laboratorium waar het DNA-profiel van de hond wordt geanalyseerd en vastgelegd, zal ook nadrukkelijk moeten worden opgenomen dat de vastgelegde gegevens uitsluitend mogen worden gebruikt voor dit doel. (Overigens, alleen de gemeente heeft de regie in de koppeling van alle gegevens van de hond en hondeigenaar en is eigenaar van het DNA-profiel.) Door deze werkwijze, is de bescherming van persoonsgegevens geen thema meer. Tijdens het onderzoek naar mogelijkheden om DNA-registratie te gebruiken bij het oplossen van het hondenpoepprobleem, zijn wij in contact gekomen met het RIVD Instituut (registratie en identificatie van dieren). Pagina 9 van 30
Het RIVD stelt zich ten doel om wantoestanden in de hondenfokkerij te vermijden en heeft daarvoor de intentie via het DNA-profiel de échte identiteit van het individuele dier zorgvuldig vast te stellen en deskundig te waarborgen door middel van een duurzame DNA-registratie. Samen met het chipnummer zijn de fokresultaten dan beter controleerbaar en kunnen bovendien vermiste honden (grote ramp, overstroming of explosie) makkelijker worden opgespoord. Het systeem van het RIVD geeft ons de richting voor een sluitende registratie in het kader van vrijwillige deelname. Het I&R registratie systeem van het RIVD bestaat uit vier onderdelen: 1. NAW-gegevens hondeigenaar 2. Uniek ID Nummer (identificatie en registratie) 3. DNA profielnummer (erkenning) 4. Chipnummer (herkenning) Het RIVD ziet grote voordelen bij een bredere inzet van het DNA-Profiel. Zoals eerder aangegeven heeft de staatsecretaris, gezien de bezwaren van het College Bescherming Persoonsgegevens, het DNA-profiel niet in de verplichte identificatie en registratie opgenomen. Ook het gebruik van het geregistreerde chipnummer mag alleen gebruikt worden voor het gestelde doel. Wel heeft de staatssecretaris in de wetgeving ruimte gelaten voor een uitzondering hierop. In art. 10 vierde lid, onderdeel e, is aangegeven dat er uitdrukkelijk sprake moet zijn van toestemming van de betrokkene dat zijn persoonsgegevens ook voor andere doeleinden mogen worden gebruikt. Dit artikel heeft mede ten grondslag gelegen om het idee, het hondenpoep-probleem aanpakken via DNAregistratie, tot een voldragen voorstel uit te werken.
Een nieuw hondenbeleid zoals wij voorstaan, waarin DNA-identificatie en –registratie een sleutelpositie inneemt, moet dus gebaseerd zijn op het uitgangspunt dat de hondeigenaar: “aan de gemeente vrijwillig toestemming geeft om zijn gegevens te gebruiken in het kader van de handhaving van het hondenbeleid”. Bij een keuze voor vrijwillige registratie, zal de hondenbezitter wel nalaten om de uitwerpselen van zijn hond achter te laten. De aanwezigheid van hondenuitlaatplaatsen is niet langer meer nodig. 3.2.2 APV Het verbod in artikel 2:58 van de APV dient een aangepaste strekking te krijgen: “Lid 1: Het is de eigenaar of houder van een hond verboden toe te laten dat de hond zich op openbare plaatsen binnen en buiten de bebouwde kom van uitwerpselen ontdoet, zonder deze direct op te ruimen op andere dan door het college aangewezen plaatsen.” Toelichting: Als het buitengebied niet onder de opruimplicht valt, zullen de honden uitgelaten worden in de aansluitende randgebieden van de bebouwde kom. Hierdoor zal het poepprobleen worden verlegd naar de randen van de bebouwde kom en dat kan niet de bedoeling zijn. De handhaving in het buitengebied zal overigens moeten plaatsvinden op basis van klachten waarna de BOA gerichte controle gaat uitvoeren.
Pagina 10 van 30
Verder dient aan dit artikel te worden toegevoegd: Lid 2: “Dit artikel is niet van toepassing3 op eigenaren of houders van honden waarvoor met de gemeente op basis van vrijwilligheid een overeenkomst is gesloten; hetgeen blijkt door het dragen door de hond van een daarop betrekking hebbende hondenpenning. Toelichting: Het in eerste instantie uitzonderen van hondenbezitters die deelnemen, is nodig om daarmee te voorkómen dat deze hondenbezitters tegelijkertijd onder een civielrechtelijke regeling vallen én onder een administratiefrechtelijke/strafrechtelijke regeling. Dit blijkt juridisch niet te zijn toegestaan. Lid 3: De uitzondering als bepaald in lid 2 is niet (langer) van toepassing indien er in het betreffende kalenderjaar sprake is van een eerder aangetoond niet-naleven van de uit de overeenkomst voortvloeiende verplichting tot het opruimen van de uitwerpselen van zijn of haar hond. Toelichting: Indien sprake is van herhaald niet-naleven (bij recidive) komt/komen de volgende overtreding(en) in aanmerking voor sanctionering middels een bestuurlijke beschikking.”
3.2.3 Verordening Hondenbelasting Lid 1 van artikel 5 van de belastingverordening dient aldus te worden gewijzigd, dat een belastingplicht bestaande uit basisbedrag en voorlopige aanslag geldt ten aanzien van honden die zijn gechipt en waarvan het DNA-profiel is geregistreerd en waarvan de houder heeft verklaard “aan de gemeente vrijwillig toestemming te geven om zijn gegevens te gebruiken in het kader van de handhaving van het hondenpoepbeleid”. Aanbevolen wordt om het voorzien van een – niet gechipte hond van een ‘gouden’ (goudkleurige) (honden)penning strafbaar te stellen. Het eerste jaar van implementatie van het hondenbeleid nieuwe stijl wordt de hoogte van de belasting welbewust zo laag mogelijk gehouden teneinde zoveel mogelijk hondenbezitters te stimuleren om te gaan participeren. Te overwegen is om in de Verordening Hondenbelasting de mogelijkheid op te nemen om in navolgende jaren de hondenbelasting substantieel te verhogen. Dit om hondenbezitters die in eerste instantie niet wensen te participeren, alsnog tot participeren te bewegen.
3
Het is ons bekend dat vanuit juridische invalshoek gesteld kan worden, dat regeling via de APV een publiekrechtelijke en een regeling op basis van een vrijwillige overeenkomst een privaatrechtelijke procedure betreft en een dergelijke tweeledige aanpak als conflicterend kan worden aangemerkt. Wij stellen daarom voor om beide trajecten strikt te scheiden. Dit door deelnemers uit te zonderen van bepalingen in de APV. Hiermee wordt bewerkstelligd dat deelnemers in geval van een eerste keer niet-naleven van de overeenkomst niet worden gekwalificeerd als plegers van overtredingen die strafbaar zijn gesteld ingevolge de APV, maar civielrechtelijk worden aangesproken. De niet-deelnemers blijven vallen onder de werkingssfeer van de APV. Aldus hoeven – althans menen de opstellers – beide systemen niet te conflicteren.
Pagina 11 van 30
Wij menen dat wanneer voor verhoging wordt gekozen, alsdan tevens het eventueel te restitueren bedrag in eenzelfde omvang dient mee te stijgen. Immers, het basisbedrag is structureel toereikend om de kosten te dekken. En aldus wordt het beginsel van een doelbelasting geen geweld aangedaan.
3.3
Toezicht en handhaving
Bij een keuze voor vrijwillige registratie, zal de hondenbezitter wel nalaten om de uitwerpselen van zijn hond achter te laten. Omdat deelname aan het alternatieve systeem geschiedt op basis van vrijwilligheid zal niet (meteen) iedere hondeigenaar genegen zijn om te participeren. Toezicht en handhaving blijft daardoor (voorlopig) wel nodig. Overigens zal wel het karakter van de handhaving veranderen: de BOA’s zal zich met name richten op het gedrag van honden (en hun bezitters) die niet vrijwillig in het nieuwe systeem participeren. Zaak wordt het om de niet-deelnemers zichtbaar te onderscheiden van de wel-deelnemers. Dat kan door verschil aan te brengen in de hondenpenning, bijvoorbeeld door het voorbeeldgedrag te ‘belonen’ met een ‘gouden’ (goudkleurige) hondenpenning. De handhavende BOA kan een niet deelnemende hondenbezitter aanspreken voor een ‘opvoedend’ gesprek. Dierenartsen, burgers en hondenliefhebbers kunnen hondeigenaren helpen over de streep te trekken. Aldus is er ook een taak weggelegd voor de sociale controle. Door middel van een gemeentelijke verordening of beschikking moet wordt vastgelegd en geborgd dat alleen een BOA4 bevoegd is om een monster ter bepaling van het DNA-profiel- aan een gekwalificeerd laboratorium voor te leggen. Om tot gekwalificeerde, representatieve monstername te komen, zal de BOA door het VHL worden geïnstrueerd. In een overeenkomst tussen gemeente en het gekwalificeerde laboratorium moet worden bepaald dat, omwille van het privacy-beginsel zoals is vastgelegd in de wetgeving inzake de bescherming van persoonsgegevens, dit laboratorium uitsluitend bevoegd is om monsters uit de gemeente Lingewaard afkomstig alleen van een BOA van de gemeente Lingewaard voor handhavingsonderzoek in ontvangst mag nemen en daarnaast dat haar bevindingen alleen ter beschikking mogen worden gesteld aan de gemeente Lingewaard. De taak van de huidige BOA’s zal veranderen. Zij zullen frequent (bij voorkeur te voet en van ‘spot’ naar ‘spot’ verplaatsend per fiets om de grootste trefkans te creëren) alle straten van onze gemeenten controleren op overtreders van de APV en alle eigenaren van een hond zonder penning aanspreken en eventueel beboeten. Het voorstel is om de BOA’s te laten beschikken over afleesapparatuur (van chips) om te kunnen verifiëren of een hond met recht en reden een ‘gouden penning’ draagt alsmede bij ‘heterdaad’betrappingen de rechtmatige hondeigenaar op te sporen. Zoals eerder aangegeven, zal de hondenbezitter die vrijwillig meedoet, de uitwerpselen niet achter laten en zal zijn financieel voordeel verzilveren. Naarmate meer hondeigenaar deelnemen, zal de kans van het aantreffen en het bemonsteren en natrekken van de -overtreder navenant afnemen.
4
Met BOA wordt in dit kader iedere toezichthoudende ambtenaar bedoeld die bevoegd is om in het kader van de hondenbelasting te handhaven.
Pagina 12 van 30
Is voor handhaving binnen de huidige begroting ruimte om 500 uur te besteden aan handhaving van het honden(poep)beleid; in dit voorstel wordt uitgegaan van – bij aanvang – het inzetten van een BOA op volledige dagbasis voor dit doel. Bij een succesvolle implementatie kan dit aantal uren geleidelijk aan worden verminderd. Er zijn diverse situaties die om handhaving vragen: 1. Het betreft een niet-deelnemer die de uitwerpselen laat liggen of de hond heeft überhaupt geen penning): a. de BOA kan de hondenbezitter hierop aanspreken (waarschuwen) en trachten deze met de voordeel argumenten te overtuigen om deel te gaan nemen aan het DNA systeem. b. Bij herhaling of halsstarrigheid van de hondenbezitter inzake het niet opruimen of het de hond laten dragen van een gouden deelnemerspenning kan hij deze beboeten. De boete-afwikkeling zal altijd via het OM worden afgehandeld. De boete is dan € 90, of bij grove overtreding (zoals o.a. in geval van herhaling) € 130,- waarvan een vergoeding voor de gemeente van € 40. 2. Als de overtreder een deelnemer is: a. Vervalt het recht op restitutie van de voorlopige aanslag, In de overeenkomst wordt een bepaling opgenomen waarin is beschreven dat de deelnemer bij eerste aantoonbare overtreding van de overeenkomst in enig kalenderjaar de voorlopige aanslag niet gerestitueerd krijgt. b. Kan een waarschuwing worden gegeven, c. Kan direct – in geval van recidive - een bestuurlijke beschikking (‘bekeuring’) worden gegeven. Voor de afwikkelingprocedure van een sanctie (nadat de vrijwillig overeengekomen inhouding op de restitutie van een geldbedrag reeds heeft plaatsgevonden) bij een deelnemer, is er feitelijk maar één mogelijkheid, namelijk: De bestuurlijke beschikking: De BOA maakt proces verbaal op en de procedure wordt afgewikkeld door het OM. Het OM wikkelt ook een eventuele bezwaar of beroepsprocedure af. Het boetebedrag voor de hondeigenaar is afhankelijk van de begane overtreding € 90,- of € 130,waarvan voor de gemeente € 40,- ontvangt voor de gemaakte kosten. Formeel is er een alternatief: de bestuurlijke boete: De gemeente wikkelt in dit geval de hele procedure af, incl. evt. bezwaar en beroepsprocedure. Er zijn (bijna) geen gemeenten die hiervoor hebben gekozen. Ook de gemeente Lingewaard heeft gekozen voor de bestuurlijke beschikking. De consequentie van deze keuze is dat alle procedures in het kader van de APV bij het OM moeten worden onder gebracht. De consequentie van het niet gerestitueerd krijgen van een geldbedrag gaat de hondenbezitter (als onderdeel van de overeenkomst) in volle vrijwilligheid aan. In de overeenkomst zijn dus voorwaarden opgenomen waar zowel de gemeente alsook de deelnemer vrijwillig hun handtekening onder zetten. Het vervallen van een geldbedrag van € 50, als zijnde het niet meer te restitueren bedrag in geval van niet-naleven, moet voor de hondeigenaar financieel aantrekkelijk zijn omdat dit geldbedrag veel lager is dan de ca. € 90 of € 130,- die de bekeuring kost wanneer de afwikkeling van (ook) een eerste overtreding al gelijk via het OM loopt.
Pagina 13 van 30
Voor de gemeente is het maken van afspraken over het niet-restitueren ingeval van niet-naleven het aantrekkelijkst omdat alsdan de vergoeding voor de door de gemeente te maken kosten hoger ligt dan het bedrag van € 40 dat de gemeente ontvangt wanneer de afwikkeling van ook een eerste overtreding al gelijk via het OM loopt. 3.3.1 Voorstel tot het samenwerken met het Dr. Van Haeringen Laboratorium Onder andere de gemeente Wijchen, maar ook het eerdergenoemde RIVD, hebben in hun actie om via DNA-analyse het hondenpoep-probleem aan te pakken intensief overleg gehad met het Dr. Van Haeringen Laboratorium (VHL) te Wageningen. Zij hebben ons geadviseerd om gezien haar omvangrijke kennis en ervaring met dit laboratorium in contact te treden. De afgelopen maanden hebben wij met dhr. Wim van Haeringen, directeur van het VHL - veelvuldig overleg gevoerd over de procesmatige, logistieke en financiële aspecten van het DNA-traject. Deze gesprekken hebben er toe geleid dat onderhavig voorstel zowel technisch als financieel als haalbaar kan worden gepresenteerd. Naast de constateringen van de gemeente Wijchen en van het RIVD, hebben wij ook zelf de indruk dat het Dr. Van Haeringen Laboratorium, qua omvang, kennis, kwaliteit, logistiek en automatisering een uitstekend geëquipeerd laboratorium is. . Naast de technische aspecten spelen ook de financiën een belandrijke rol. Met het VHL hebben we een zeer scherp DNA-analysetarief (voor zowel de bepaling van honden-DNA alsook voor onderzoek van poepmonsters) kunnen afspreken, dat past binnen onze doelstelling voor het hondenbeleid n.l. “Het moet kostenneutraal en dus duurzaam kunnen worden uitgevoerd”. Het geoffreerde tarief is inclusief: - het vastleggen van het DNA-profiel van de hond (teneinde vergelijking met het DNA-profiel uit de gevonden hondenpoep mogelijk te maken) ; - het vergelijken van het DNA-profiel van de bemonsterde hondenpoep met de opgeslagen DNA-profiel van de honden, - het rapporteren van alle onderzoeken uitsluitend en alleen aan de BOA’s van de gemeente Lingewaard. Nb. Wanneer het om het bepalen van een DNA-profiel van een hond handelt, moet het VHL de betreffende dierenarts verwittigen dat het DNA-profiel van de hond is bepaald. Het VHL kan in dat geval zijn factuur sturen naar de dierenarts en de dierenarts stuurt de rekening naar de hondeigenaar. Gelijktijdig krijgt ook de gemeente van VHL bericht dat het DNA van de hond (met chipnummer) is bepaald. Indien een hondeigenaar de juistheid van de bevindingen van BOA en VHL betwist, is het aan de gemeente voorbehouden om de analyseresultaten van het VHL aan de betreffende hondeigenaar te verstrekken. Wanneer het om het bepalen van een DNA-profiel in een poepmonster handelt, rapporteert VHL de gemeente hierover en stuurt de factuur naar de gemeente. Hier vallen zowel de geanalyseerde poepmonsters van een deelnemer als ook die van een niet-deelnemer onder. In beide gevallen betaalt de gemeente Lingewaard de analysekosten uit de inkomstenpost “hondenbelasting”. Zonodig verzorgt VHL de opslag van analysemateriaal. Het kan een tweetal verschillende monsterstromen betreffen:
Pagina 14 van 30
Stroom 1. Het heeft geen meerwaarde om monsters aan de hand waarvan het DNA-profiel van de hond werd bepaald, voor langere tijd te bewaren. Deze worden kort na analysering vernietigd. Stroom 2. Poepmonsters5 aan de hand waarvan het DNA-profiel werd bepaald, worden afhankelijk van de wensen van de gemeente Lingewaard een vastgestelde termijn bewaard. Met betrekking tot eventueel het oproepen als getuige-deskundige bij rechtszaken hanteert VHL een uurtarief; maar dat lijkt ons evident. Indien de procedure via het OM loopt, kan VHL hun uurtarief declareren bij het OM. VHL is voor het bepalen van DNA-profiel aan de hand van hondenpoep ISO 9001 (kwaliteitszorg) gecertificeerd . Gezien de reacties van gemeenten waar contact mee is geweest, mag verwacht worden dat andere gemeenten het voorgestelde systeem zullen volgen. Als dat zo is, neemt het aantal DNA-analyses sterk toe, wat – zo heeft VHL uitgesproken – aanleiding zal zijn om de onderzoekslijn verder te automatiseren. In dat geval zullen de kosten per analyse sterk afnemen. In de offerte van VHL is daarom opgenomen dat, wanneer andere gemeenten interesse tonen voor een eenzelfde hondenpoepbeleid - dit in de toekomst zal resulteren in een lagere tariefstelling voor bovengenoemde handelingen. Dan zal het tarief voor de gemeente Lingewaard verlaagd worden tot het alsdan laagst gehanteerde tarief in Nederland. Op basis van bovenstaande bevindingen adviseren wij om voor het DNA-traject te kiezen voor het Dr. Van Haeringen Laboratorium te Wageningen. 3.3.2. Voorstel tot het samenwerken met (een) dierenarts(en) De dierenartsen kunnen naast het afnemen van Swab (wangslijm-monster) ten behoeve van het analyseren van het DNA-profiel van de hond, ook een rol spelen bij het chippen van de hond. Het implanteren betreft een voorwerpje met een uniek nummer dat bestaat uit 15 cijfers. De 1ste 3 cijfers zijn de Landcode, de 2de 3 cijfers zijn de fabrikantencijfers en de laatste 9 cijfers bestaat uit een nummering die door de fabrikant is opgesteld (dat maakt dat het een uniek nummer is voor die dragende hond). Voor zowel chip als ook voor de afleesapparatuur geldt dat het moet voldoen aan de ISO-standaard. Er zijn op dit moment 2 soorten chips in de handel. De eerste generatie chips, de zogenaamde BioTec transponders, zijn vanaf 2006 in gebruik. De andere, nieuwere chips hebben een biopolymeer omhulsel. Door de ‘kunststof’ omhulsel is deze chip onbreekbaar geworden, veel lichter en is er een betere vergroeiing tussen de chip en het omliggende weefsel (blijft beter op de geïmplanteerde plaats zitten). In de praktijk geeft de nieuwe chip minder klachten. Wij stellen voor dat de laatstgenoemde chip wordt gebruikt. De geschetste aanpak is met een dierenarts binnen onze gemeente besproken. Daarbij is ook van gedachten gewisseld over de tariefstelling voor het afnemen van het swab, voor het chippen van de honden en voor de administratieve afwikkeling van het laten registreren van het chipnummer met de gegevens van de hond en de hondeigenaar bij een door de minister erkend registratiebureau. 5
Stroom 2: De BOA zal duplo-monsters van poep dat ter analyse naar VHL wordt gestuurd, gedurende een eventuele juridische procedure ten behoeve van een contra–expertise, op een deugdelijke wijze dienen op te slaan. Daartoe volstaat – aldus VHL – het opslaan in een plastic buis in een diepvriezer (op de gemeentewerf) bij een temperatuur van -20 °C. Zonodig mag dit meerdere jaren geschieden zonder aan kwaliteit te verliezen. Hiervan zullen de kosten voor rekening komen van de gemeente/hondenbelasting. Deze kosten kunnen betaald worden uit heffing.
Pagina 15 van 30
De dierenarts zal in de nieuwe constellatie ook de gemeente moeten rapporteren over de chipnummers en de daaraan gekoppelde gegevens van de hond en de hondeigenaar, voor zover die met het systeem meedoet. Het chippen kan (om kosten te drukken) gecombineerd worden met andere behandelingsafspraken. Tevens draagt de dierenarts zorg voor verzending van het swab-monster met chipnummer naar het laboratorium voor vaststelling van het DNA-profiel van de hond. Daarnaast is het de bedoeling dat dierenartsen een actieve rol vervullen in het adviseren van hun klant/ hond eigenaar om met het DNA systeem mee te doen. Zij kunnen de ‘ambassadeurs’ zijn van het DNA-systeem. De dierenarts waarmee de contacten zijn geweest, is zeer content met de aanpak van het hondenpoepprobleem via het DNA-profiel, vooral ook in het belang van de gezondheidsaspecten voor de hond en spelende kinderen. Deze dierenarts is bereid, gezien het belang van het welslagen van het nieuwe beleid, (voor klanten en nieuwe klanten) een all-in tarief te hanteren voor de startperiode, wat aanmerkelijk goedkoper is dan nu gehanteerd wordt. De hondeigenaren die daarvan profiteren, hebben de ‘investeringskosten’ binnen 1½ jaar terugverdiend via reductie op de heffing. Wij gaan er overigens van uit dat de overige dierenartsen (willen zij competitief zijn) het voorbeeld zullen volgen. Alle hondenpups moeten verplicht worden gechipt. Deze maatregel gaat vermoedelijk in het voorjaar van 2013 in. De ministerraad heeft ingestemd met dit voorstel van de Staatssecretaris van EL&I teneinde misstanden in de fokkerij en handel met honden tegen te gaan en het welzijn van honden te verbeteren. De verwachting is dat vanaf het voorjaar 2013 elke eigenaar verplicht wordt zijn hond (pup) binnen 7 weken na geboorte te laten chippen. Het chipnummer met de gegevens van de hond en de NAW-gegevens van de eigenaar worden opgeslagen in een door de minister erkende databank. Door de dierenarts wordt het chip-nummer en de NAW-gegevens van de hondeigenaar naar een dergelijk registratiebureau opgestuurd. De dierenartsen laten de chip (gemakshalve) veelal registreren bij de Nederlandse Databank Gezelschapsdieren (NDG). De hobby-hondenfokkers doen dit veelal bij het RIVD, maar er zijn nog andere databanken. Met deze gegevens kunnen toezichthouders mogelijke illegale handel of fokkerij opsporen. Met het onderhavige voorstel sluiten we aan bij de al reeds bestaande systematiek van databanken voor het registreren van de deelnemende honden. Wat de opstellers voor ogen staat is dat de dierenarts deze aan het registratiebureau te verstrekken gegevens (tevens) door middel van een niet te vervalsen document aan de gemeente Lingewaard overlegt.
Pagina 16 van 30
Aangezien thans in het kader van de registratie al gebruikgemaakt wordt van een digitaal aanmeldformulier van de NDG (zie hierboven), luidt het voorstel dat de dierenarts na de hond te hebben gechipt: 1. de hond op de gebruikelijke wijze bij NDG of andere instantie digitaal aanmeldt; 2. na aanmelding het formulier print; 3. het formulier voorziet van een stempel van de betreffende dierenartspraktijk; 4. het formulier voorziet van een handtekening; 5. het formulier scant; 6. via een aan de dierenartspraktijk gelieerd e-mailadres verzendt aan de gemeente Lingewaard. Op deze wijze is een vorm van registratie bewerkstelligd die zich door hondenbezitters niet laat manipuleren. Ingeval het een reeds eerder gechipte hond betreft, kan de dierenarts(praktijk) starten met stap 2, door een van bovenstaand formulier afgeleide versie te downloaden van de website van het registratiebureau waar de hond is gechipt of de dierenarts krijgt een officieel uittreksel van het registratiebureau via de hondeigenaar aangereikt. Het bij de hond afgenomen swab moet de dierenarts met begeleiding van het chipnummer sturen naar VHL. Na DNA-analyse rapporteert VHL aan de gemeente Lingewaard over de succesvolle vaststelling van het DNA-profiel van de hond met het chipnummer. De gemeente registreert het chip nummer in een hondenregister. Hiermee is de inschrijving, als deelnemer, bij de gemeente afgerond. Pagina 17 van 30
3.4
Administratieve aspecten
Het Team ‘belastingen/ woz’ blijft betrokken bij de registratie: enerzijds van iedere hond en van de gegevens van diens eigenaar voor zover deze vrijwillig deelneemt. En anderzijds op de oude vertrouwde wijze van de honden(eigenaren) die (nog) niet vrijwillig deelnemen. De hondeigenaar die meedoet, geeft toestemming dat de geregistreerde gegevens betreffende zijn hond mogen worden gebruikt ten behoeve van de uitvoering van het nieuwe hondenbeleid. Hij geeft de gemeente expliciete toestemming om de geregistreerde gegevens te gebruiken voor controle aan de hand van het DNA-profiel van zijn hond(en) in relatie tot de DNA-gegevens die worden geanalyseerd mochten uitwerpselen van zijn hond worden aangetroffen in openbaar gebied. Het verstrekken, registreren, vervangen, actualiseren van verstrekte hondenpenningen blijft onverkort gelden. Op het eerste gezicht vergt dit dezelfde werkzaamheden als in het huidige systeem. De kosten zullen derhalve niet (substantieel) stijgen. Nadat VHL het DNA-profiel van de hond heeft geanalyseerd wordt deze vastgelegd in het computersysteem bij het Dr. Van Haeringen Laboratorium (VHL) en wordt de gemeente hiervan in combinatie met het chipnummer schriftelijk gerapporteerd. Ook de dierenarts die de hond heeft gechipt krijgt bericht dat het DNA-profiel van de hond succesvol is vastgesteld. Om de administratieve lijnen inzichtelijk te maken is als Bijlage 1 een tweetal schema’s bijgevoegd; één beschrijft de huidige situatie en één geeft de voorgestelde, nieuwe situatie weer.
3.4.1 DNA in veilige handen. In de overeenkomst met het VHL moet nadrukkelijk worden opgenomen dat het DNA-profiel van de hond eigendom is en blijft van de gemeente Lingewaard en dat VHL zonder schriftelijke toestemming van de gemeente, nimmer een DNA-profiel van deelnemende honden uit gemeente Lingewaard mag prijs geven aan een derde. Alleen de deelnemende eigenaar van de bij de gemeente Lingewaard ingeschreven hond kan (indien hij het nodig vindt) bij de gemeente het DNA–profiel van zijn hond schriftelijk (tegen betaling van de kosten?) aanvragen dan wel beschikbaar laten stellen voor andere doeleinden (bijv. bij vermissing of fokkerij/afstamming). De bevoegde ambtenaar van de gemeente Lingewaard moet dan het verzoek van de hondeigenaar met het VHL verder afwikkelen. De BOA kan met het afleesapparaat het chipnummer lezen en de NAW-gegevens van de hondenbezitter controleren. Alleen BOA’s krijgen toegang tot de gegevens van het VHL in geval van een controle aan de hand van een hondenpoepmonster.
3.5
Financiële aspecten
Honden(bezitters) die vrijwillig deelnemen aan het nieuwe systeem, worden (mits zij de hondenpoep opruimen) beloond met een restitutie (van een bedrag ter hoogte van de voorlopige aanslag) op de betaalde hondenbelasting. De kosten voor het chippen incl. registratie, afname swab, monster en het DNA onderzoek bedragen ca. € 73,50 per hond. Voor honden die reeds zijn gechipt (volgens ministerie EL&I is 70 % reeds gechipt) kunnen de kosten voor het chippen hiervan worden afgetrokken.
Pagina 18 van 30
Voor de reeds gechipte honden zijn de eenmalige kosten € 73,50 minus chipkosten. Dit impliceert dat de hondeigenaar eenmalig (vooraf) een bedrag betaalt dat min of meer overeenkomt met het bedrag van één à anderhalf jaar hondenbelasting. Maar met een gemiddelde levensduur van honden van ongeveer 15 jaar en bij structureel opruimen van de hondenpoep, heeft de hondeigenaar 13 (en een half) jaar lang een fikse reductie, namelijk 2/3e deel van de hondenbelasting. Evident is dat bestaande gemeentelijke kostenposten komen te vervallen, waarvan het onderhoud aan de uitlaatvoorzieningen de grootste component vormt. Een hondeigenaar die niet mee doet, moet de (volledige) hondenbelasting blijven betalen. Indien DNA-onderzoek uitwijst dat er geen match is met het DNA-profiel van een geregistreerde hond, worden de gemaakte kosten betaald uit de hondenbelasting, welke voor het grootste deel wordt opgebracht door hondeigenaren die niet mee doen. Om het nieuwe systeemkostenneutraal te kunnen uitvoeren, is enige verhoging van de heffing noodzakelijk. Door het grote financiële verschil tussen wel deelnemen en daar ook naar handelen(jaarlijks €25 basisbedrag resp. te restitueren € 50 voorlopige aanslag) of bij niet deelnemen (jaarlijks € 75 hondenbelasting) gaat een extra stimulans uit om alsnog in het nieuwe systeem te gaan participeren. De kosten van het chippen en DNA-analyse moeten de dierenartsen zelf met de hondenbezitters afrekenen.
3.5.1 Kosten en baten-analyse Voor een kosten en baten-analyse zijn de volgende onderdelen van belang: De kosten van het honden(poep)beleid zijn in de begroting 2013 geraamd op € 263.630. De geraamde inkomsten (uit hondenbelasting) bedraagt evenwel € 215.000. Dit impliceert een tekort van € 48.630. Daarbij past de kanttekening dat in de begroting 2013 is uitgegaan van BOA-kosten à raison van € 93.000 waarvan de raad tijdens haar behandeling heeft besloten de € 48.630 in mindering te brengen. Wij zijn ons bewust dat dat laatste op papier eenvoudig realiseerbaar is, maar gezien de personele en personeelsrechtelijke verworvenheden lastig te realiseren. In onderhavig voorstel wordt uitgegaan van het (vooralsnog) handhaven van de BOA-kosten op € 93.000. In de loop van de tijd kunnen – indien het plan een succes blijkt – de intensiteit van handhaving en daarmee de daaraan te besteden uren c.q. te maken kosten geleidelijk worden afgebouwd. Op termijn (bij 100% deelname) kan de controle onderdeel worden van de reguliere BOA's taken, zoals alle gemeentelijke APV -controles. In principe kunnen de BOA-kosten dan voor een groot deel uit de heffing verdwijnen en onderdeel worden van de algemene gemeentelijke begroting. Indien in een bepaalde wijk extra 'veel' last is van hondenpoep kan de controle in die wijk geïntensiveerd worden. Zodra het nieuwe systeem is ingeburgerd, zullen de inwoners van Lingewaard de hondenbezitters die niet meedoen of die zich niet aan de regels houden, hierop gaan aanspreken. Dit is ook een vorm van burgerparticipatie. Doorgerekend zijn twee varianten: één waarbij de eenmalige kosten zijn opgenomen (representatie voor het introductiejaar) en één zonder die eenmalige kosten (representatief voor de vervolgjaren).
Pagina 19 van 30
Onze ambitie is een dermate aanlokkelijk systeem voor te leggen dat bij aanvang 50% van de hondenbezitters gaat deelnemen. Uit de calculatie is gebleken dat een sombedrag van € 75 toereikend is om het nieuwe systeem te financieren. Overigens ook bij 100% deelname blijkt dit bedrag toereikend. Als uitgangspunt is genomen dat de restitutie (van de voorlopige aanslag) € 50 bedraagt. Dit impliceert dat het basisbedrag vooralsnog wordt gesteld op € 25 per hond per jaar. Hoewel de restitutie pas in het volgend kalenderjaar aan de orde zal zijn, is deze component voor de beeldvorming al wel vast meegenomen. In het navolgende overzicht wordt een vergelijking gemaakt van de huidige geraamde baten en lasten in vergelijking met die bij implementatie van het voorstel.
Pagina 20 van 30
3.5.2 Begroting DNA honden. Begroting Omschrijving posten
Huidige bedragen (Begroting 2013) Lasten
Baten / heffing
DNA systeem baten / heffing
jaarlijkse lasten
opmerkingen
€ 75,00 Bij invoering 1ste jaar
Na invoering 2de jaar
Aanleg /beheer uitlaatstroken
110.000
0
0
Gemeentelijke uren.
35.200
0
0
25.000
0
12.000
0
93.000
93.000
@@
@@
Voorlichting over DNA systeem. Eenmalige post Sluiten convenanten incl. gouden penning en registratie chip
Loonkosten BOA
DNA analysekosten. Opbrengst uit overtredingen (5%), door reductiekorting en of 'boete' inning via OM. (50 boetes à ca. € 40)
46.500
Uitlaatstroken verdwijnen Doordat uitlaatstroken verdwijnen kan deze post ook vervallen. Hierdoor valt er in de gemeentelijke begroting een extra tekort van € 35.200., waar geen dekking tegenover staat. De vraag is of de hondenbezitters dit bedrag blijvend moeten opbrengen. De opstellers van deze nota vinden van niet. Tijdens de begrotingsbehandeling 2014 kan dit bedrag bezuinigd worden op de ambtelijke inzet c.q. ondergebracht worden in de post onderhoud groenvoorzieningen. Er zal gebruik gemaakt moeten worden van zeer professioneel info materiaal. Voorlichtingsbijeenkomsten voor hondenbezitters en dierenartsen. Dierenartsen kunnen een belangrijke stimulerende rol spelen in de voorlichting en promoten om mee te doen.
Dit is een eenmalige post. Bedrag terug gebracht naar volle FTE van € 93.000 voor ruime controlemogelijkheid in het eerste jaar en indien nodig voor meerdere jaren. Bij volledige deelname zal meer gerichte en beduidend minder generieke controle nodig zijn. Uitgegaan wordt van- 4 monsters per dag * 5 dagen/ week * 40 weken is 800 monsters per jaar à @@ excl. btw. De analysekosten moeten betaald uit de heffing. Zaak is om het deelnemersaantal zo hoog mogelijk te laten zijn. Er wordt van uitgegaan dat van de gevonden poep 5 % afkomstig is van honden die aan het systeem deelnemen (deze poep moet gezien worden als een onbedoeld foutje van de eigenaar). Dit bedrag is excl. BTW omdat de gemeente de BTW kan compenseren/verrekening met het compensatiefonds. De opstellers van dit voorstel weten dat er gesproken wordt over opheffing van dit fonds, maar er is nog geen definitief besluit hierover genomen. Daarom gaan we er in dit voorstel vanuit dat er bij opheffing een andere regeling voor in de plaats komt.
2000
Pagina 21 van 30
Indien een deelnemer de poep laat liggen kan deze op DNA worden onderzocht en herleid naar de eigenaar van de hond. Een afzien van restitutie is dan mogelijk.
Controle hondenbelasting
10.000
10.000
10.000
Perceptiekosten
38.000
38.000
38.000
Opbrengst honden belasting Kwijtschelding hondenbelasting
218.000 2.500
2.500 105.000
2.500 105.000
Ieder jaar wordt een kern huis aan huis bezocht om te controleren of alle hondenbezitters hun hond(en) wel bij de gemeente hebben gemeld. Die actie zal moeten blijven plaatsvinden. De perceptiekosten zullen ook in de toekomst blijven bestaan. Het systeem van registratie, heffing, reductie/ beloning en sanctie bij niet naleven overeenkomst vormt de sleutel voor het welslagen van het systeem. De heffing moet het eerste jaar volledig worden betaald. Bij het volgende jaar krijgt hij een nieuwe heffing, met gelijktijdige verrekening van de restitutie van het 315.000 voorgaande jaar. (4200 honden à € 75.-) Blijft bestaan voor “bijzondere” honden (bijv. geleide honden) en conform minder-draagkrachtigen-beleid 50% deelname + 100% voorlopige aanslag restitueren (2100 honden à € 50.-) Bij 100% deelname + 100% voorlopige aanslag restitueren bedraagt het restitutie bedrag € 210.000. Bij deze variant neemt het aantal monsters en de controle af. Daarnaast is in de overeenkomst opgenomen, dat bij overtreding de restitutie vervalt en bij recidive een opbrengst via het OM van € 40Van deze inkomsten kunnen ruimschoots de analysekosten worden betaald.
Reductie heffing
totale bedragen
--------
--------
242.200
218.000
Saldo ---------242.200
-------@@
-----------
-------@@
@@
Bij 75 euro heffing blijft er een saldo over van enekele duizenden euro’s. In het 2de jaar stijgt het positieve saldo naar enkele tienduizenden euro’s
- 24.200
@@
@@
-------
--------
------------
-------
242.200
@@
@@
@@
Pagina 22 van 30
3.5.3 Financiële paragraaf Bovenstaande bedragen zijn (mede) gebaseerd op onderstaande kostencomponenten: DNA Honden. Financiele paragraaf Uitgangspunten;
taak / actie
n.a.v. offerte V.H.L. d.d. 21 dec. 2012 kosten 1malig
Typering van een DNA-profiel i.h.k.v. de opbouw van een database; sluiten convenant met hondeigen. gemeente eenm. aankoop, inbrengen chip en laten registeren bij NDG (Ned.Databank Gezelschapsdieren).(norm. € 35) dierenarts ca. @@
kosten uitgesplitst naar: Heffing deeln. opm.
eenm. @@ incl. Btw
chip nr. naar gemeente registreren Chip nr. in gemeente dossier hond.
dierenarts gemeente
0,00 eenm.
Afname wangslijm(swab)
dierenarts
@@
@@ incl. btw
opsturen monster naar Lab. met vermelding chip nr. dierenarts
porto
@@ porto!!
afrekenen DNA testk.(tel.VHL: 37,50 -10%+21% btw) dierenarts
@@
@@ incl.btw
vastlegging DNA-profiel DNA-profiel bevestigen aan gemeente factuur testkosten aan dierenarts reg. afronden, gouden penning aan hondeigen
lab. lab. lab. gem.
incl. incl. incl. eenm.
eenm.
incl. incl. incl. eenm.
tot. Kosten chippen en DNA onderzoek hond al gechipt(70 %). Dan bedrag lager. netto kosten als hond reeds van chip voorzien
ca. ca.
@@ incl. btw @@ incl. btw @@
Typering van een DNA-profiel i.h.k.v.de opsporing van een overtreding: De verwachting is, dat op basis van de poep die verzameld wordt langs de kant van de weg in tenminste 2/3 (ca 70) van de gevallen een DNA-profiel van voldoende kwaliteit vastgesteld kan worden. De mogelijke logistiek kent de volgende stappen; Bemonstering van de poep (4/d x 5d x 40w) BOA inzending van monster (1 x per 1 of 2 weken) BOA vastleggen van een DNA-profiel Lab. onderzoek DNA-match met hond Lab. bij succesvol vaststelling DNA-profiel: rapportage aan gemeente Lab. facturering van testkosten aan gemeente Lab. Algemene logistiek: De doorlooptijd van een DNA onderzoek resultaten worden electronisch gerapporteerd Resterende onderwerpen: systematiek monsters voor contra-expertise, inregelen van materiaal en inzendformulieren voor BOA ten behoeve van bemonstering poep. Controle CBP verificatie juridische structuur inschakelen Lab. bij evt. rechtsgang beboeting. Tariefstelling tarief gebaseerd op bovenstaande logistiek tarief voor vaststelling DNA-profiel (10% lager)
aant./j à€ Bedrag / j 800 in taak BOA 50 10,00 500,00 800 @@ @@ incl. incl. incl.
lab. lab.
2 - 3 w. na ontvangst monster aan gemeente
lab./ gem. gemeente
in detail uitwerken bewaren bij gemeente -20
lab./gem. gemeente gemeente gemeente
eenm. enkele onderwerpen uitgangspnt, fact.naar OM.
@@ / ex
Algemeen; genoemde tarieven VHL Aanbod Alg.Voorwaarden VHL
geen verwachting dat door rest onderwerpen tarief zal wijzigen basis wangslijmvlies en/of poep
Excl. btw geldig tot 1 mrt 2013 van toepassing
Pagina 23 van 30
Nb. Met @@ aangeduide bedragen zijn bij de gemeente bekend, maar uit een oogpunt van concurrentiegevoeligheid uit deze publieksversie verwijderd.
Aandacht wordt nog gevraagd voor het feit, dat de gepresenteerde begroting is gebaseerd op de aanname dat 50% van de hondeigenaren al in den beginne deelneemt. Het ultieme doel is dat alle hondenbezitters meedoen. Alsdan wordt enkel nog het basisbedrag geïnd (althans de voorlopige aanslag wordt dan in alle gevallen gerestitueerd). Aldus zullen de inkomsten uit de hondenbelasting fors afnemen. Wat op dat moment aan de orde is ten aanzien van de in de begroting gepresenteerde kostencomponenten, is het volgende: - Voorlichting over DNA systeem bedraagt dan € 0 (betrof immers een eenmalige post); - Het sluiten van convenanten incl. gouden penning en registratie chipnummer is alsdan teruggebracht tot enkel het doorvoeren van mutaties in het hondenbestand. Dat beschouwen we als ‘normaal’ onderdeel van de perceptiekosten; hoeft derhalve niet meer als separate kostenpost te worden opgevoerd; - Verwacht mag worden dat alsdan de discipline dermate zal zijn toegenomen, dat de handhavingstaak kan worden verminderd (van een fulltime-BOA-taak naar – zoals nu - een parttime-BOA-taak). Dit heeft een positief effect op de handhavingskosten; We gaan voorlopig uit van een halvering: € 50.000 - Verwacht mag worden dat alsdan de discipline dermate zal zijn toegenomen, dat ook de DNAanalysekosten kunnen worden verminderd. We gaan voorlopig uit van een halvering: € 16.875. Tegen over deze analysekosten staat dan dat bij 100% deelname (bijna) alle DNA-profielen van gevonden poepmonster gekoppeld kan worden aan een DNA-profiel van een deelnemende hond. In het kader van de overeenkomst kan dan de eigenaar van de hond, de heffingsreductie worden onthouden (€ 50). Ook in geval van een reguliere bekeuring kunnen uit de bijdrage die de gemeente daaruit ontvangt (€ 40) de analysekosten ruimschoots worden betaald. Het positieve saldo zal daardoor toenemen. Overwogen kan dan worden om de basisheffing te verlagen. - Opbrengst uit gemeentelijke bijdragen uit bestuurlijke boetes. Deze blijven we zekerheidshalve inschatten op 50 * € 40 = € 2.000 - Perceptiekosten. Deze blijven we zekerheidshalve inschatten op € 38.000. De som van deze (blijvende) kostencomponenten bedraagt alsdan ca. € 98.000. Het basisbedrag gaat dan (€ 98.000 : 4.200 =) € 23 per hond bedragen. Met andere woorden: met een basisbedrag van € 25 zal de implementatie van het nieuwe beleid ook in de toekomst kostendekkend zijn.
3.6
Beleid(sontwikkeling)
Wanneer het geschetste systeem in Lingewaard voldoende aantrekkelijk blijkt voor (alle) hondeigenaren om er op vrijwillige basis aan deel te nemen, ligt in de lijn der verwachtingen dat die goede voorbeeld anderen doet volgen en na verloop van tijd ook landelijk wordt geformaliseerd.
3.7
Voorzieningen
Hondenbezitters, die vrijwillig deelnemen, zullen geen uitwerpselen van hun hond(en) achterlaten in openbaar gebied. De hondenbezitters, die niet deelnemen, zijn ook verplicht de uitwerpselen op te ruimen, zoals in de Algemene Plaatselijke Verordening (ook nu al) is aangegeven. De hondenuitlaatplaatsen kunnen worden geamoveerd.
Pagina 24 van 30
3.8
Orde en netheid
Met het amoveren van alle hondenuitlaatplaatsen wordt vele bronnen van ergernis weggenomen. Omdat dit systeem nog nergens is geïntroduceerd is niet op voorhand aan te geven hoe succesvol het zal zijn. Maar de financiële prikkel die van het systeem uitgaat, eventueel aangevuld met het effect van sociale controle en van toezicht en handhaving zal naar onze overtuiging leiden tot gedragsverandering bij hondenbezitters, waardoor het achterlaten van uitwerpselen op straten en trottoirs tot een minimum (hopelijk tot “0”) zal worden gereduceerd.
3.9
Communicatie en voorlichting
Communicatie en voorlichting is (zoals op vele andere terreinen) van cruciaal belang. Aan de hondenbezitters zal moeten worden ‘verkocht’ dat het aanbod van een eenmalig betalen van de identificatie- en registratiekosten vele malen goedkoper is dan het jaar op jaar geconfronteerd worden met de gemeentelijke hondenbelasting. De slogan dient te zijn: “Als hondenbezitter neem je vrijwillig deel aan het identificeren en registreren van het DNA- profiel van uw hond en wordt daarvoor door de gemeente/gemeenschap financieel beloond door een fikse reductie op de hondenbelasting”. Hondeigenaren die hun hond niet laten identificeren en registreren, betalen wél (de volledige, verhoogde) hondenbelasting terwijl de hondenuitlaatplaatsen worden opgeheven. Met name aan deze doelgroep zal duidelijk moeten worden gemaakt dat de controle op de handhaving blijft (c.q. geïntensiveerd wordt) en dat de hondeigenaren de keuze heeft om al dan niet met het nieuwe systeem mee te doen. In beide gevallen is de hondenbezitter verantwoordelijk voor het opruimen van de uitwerpselen. Het argument van: ‘ik betaal hondenbelasting, dus de gemeente ruimt op… ‘ is dan ontkracht. Eerder in deze notitie is de suggestie gedaan om het voorbeeldgedrag te ‘belonen’ met een ‘gouden’ (goudkleurige) hondenpenning. Dit zal een positieve uitstraling geven naar nog niet deelnemende hondenbezitters. Zij zullen hierover met elkaar in gesprek gaan, waaruit een opvoedend effect ontstaat. Dierenartsen, burgers en hondenliefhebbers kunnen (andere) hondenbezitters helpen over de streep te trekken. Allerlei aspecten van sociale controle. Suggesties: 1. De gemeente start een uitgebreide voorlichtingscampagne, gericht aan hondenbezitters en niethondenbezitters; 2. De gemeente publiceert regelmatig over de hondenpoepoverlast, bijvoorbeeld met “Loesje” spreuken. Tevens zorgt de gemeente voor periodieke monitoring met verslaglegging. 3. De gemeente zorgt voor voldoende relevante informatie over het hondenpoepbeleid ten behoeve van het introductiepakket voor nieuwe inwoners. 4. De gemeente start een basisschoolprojecten met hondenpoep (maar ook zwerfafval) als onderwerp. 5. De gemeente ontwikkelt een voorlichtingsfilms en plaatst deze op de website respectievelijk laat die draaien op de lokale TV zender. 6. De gemeente ontwikkelt een radiospotje voor publicatie op ‘Radio Lingewaard’. Pagina 25 van 30
3.10 Draagvlak Wij zijn ervan overtuigd dat deze aanpak de goodwill kweekt bij zowel de hondenbezitters als ook bij de niet-hondenbezitters.
4.
Nawoord
Door de introductie van het door ons ontwikkelde systeem is het mogelijk om het huidige hondenpoepbeleid om te buigen. Niet langer zal het straffen van de slechterik, maar het belonen van de slimmerik het devies zijn. Hiermee kan het handhavingsvraagstuk een praktische wending krijgen. Het beloningssysteem zal vele hondenbezitters aanspreken om er aan mee te doen. Door invoering van dit systeem gaat er een opvoedende stimulans uit naar de hondenbezitters; zal het hondenpoepprobleem sterk afnemen; daardoor de ergernis over poep op de stoep bij burgers sterk afnemen en zullen ook burgers zonder hond, de hond weer als een huisvriend gaan zien. Daarnaast zullen gezondheidsaspecten bij dieren en spelende kinderen een positieve wending krijgen. Ons is niet bekend of en zo ja, in hoeverre ook de BOA’s thans een rol vervullen in het controleren op ‘het bezitten van een hond’. Voor zover dat niet gebeurt, zou dit kunnen worden overwogen. Dit kan door de BOA’s inzage te geven in de registratie van hondeigenaren die hun hond bij de gemeente hebben opgegeven voor de hondenbelasting. Ook het aangaan van gesprekken met hondeigenaren die (nog) niet meedoen, kan in de taak worden opgenomen. In Wijchen bezigt men voor deze gecombineerde functie de naam ‘hondenwachters’ of ‘hondentoezichthouders’. De door ons voorgestelde systematiek kan ook worden toegepast op de honden in het buitengebied. De hondeigenaar in het buitengebied kan ook op basis van vrijwilligheid met de nieuwe regeling meedoen. Voor deze hondeigenaar gelden dan dezelfde financiële condities als voor een hondeigenaar uit de bebouwde kom die meedoet en stelselmatig de hondenpoep opruimt. Bovendien biedt het chippen en registreren van (ook) deze honden het voordeel voor hun eigenaren dat de dieren traceerbaar zijn. In geval van reeds gechipte honden worden – uiteraard – die gegevens gehanteerd (mits deze op een deugdelijke wijze kunnen worden aangetoond en overgelegd). De “instapkosten” om aan het nieuwe systeem deel te nemen zijn voor de reeds gechipte hond aanzienlijk lager. Wij verhelen niet dat zij in de voorbereidingen van onderhavige rapportage geen contact hebt gehad met bestuurders of medewerkers binnen de gemeentelijke organisatie die actief zijn op enig aspect aangaande het hondenbeleid. Het is een welbewuste keuze geweest om eerst onze hoofdlijnen te formuleren. Evident is dat op tal van terreinen (detail)opmerkingen te plaatsen zullen zijn en (detail)aanvullingen zullen zijn te plegen. Wanneer voor de richting die in onderhavig document wordt geschetst voldoende draagvlak blijkt te bestaan, zijn we zeker genegen die aanvullingen te plegen.
Pagina 26 van 30
BIJLAGE
Schematische weergave van administratieve relaties
Registratielijnen – bestaande situatie Honden bezitter
Aanmelding hondenbezitter
Verstrekken hondenpenning Opleggen aanslag
Strafbeschikking
Gemeente Lingewaard Team Belastingen/Woz
BOA
Registratie / facturatie • NAW-hondenbezitter • Verstrekte penning
• Monstername • PV’s
OM • Strafoplegging en -vervolging
Pagina 27 van 30
Proces verbaal
Registratielijnen – nieuwe situatie Honden bezitter
Aangifte niet-deelnemer = NAW-gegevens Aangifte deelnemer = NAW-gegevens / chipnummer/overeenkomst
Gemeente Lingewaard Team Belastingen/Woz
Verstrekken hondenpenning Opleggen voorl. aanslag Afwikkelen definitieve aanslag (evt. zónder restitutie)
Hond
Nota voor Chippen + swab-afname en DNA-analysekosten
Dierenarts • Swabmonster nemen • Chippen
Registratie / facturatie • NAW-hondenbezitter • Chipnummer • Verstrekte penning Bericht: “DNA-analyse geslaagd” + chipnummer
chi pnummer
Bericht: “analyse geslaagd” + chipnummer + nota DNA-analysekosten
Mededeling: “geen restitutie voorlopige aanslag”
Nota’s voor DNAanalyse t.b.v. match
Hondswab
VHL
• NAW hondeigenaar • ID nummer • DNA bepaling / -registratie • Chipnummer
BOA • Monstername • PV’s
Poepmonster
Mededeling: NAW hondeigenaar + chipnummer
Swabmonster +
Lijst hondenbezitters Lijst deelnemers + chipnummers
Mededeling: “DNA-match geslaagd” + corresponderend chipnummer of “DNA-match niet geslaagd”
Poepmonster • DNA-analyse • DNA-match
OM Strafbeschikking
• Strafoplegging en -vervolging Pagina 28 van 30
Proces verbaal
BIJLAGE Restitutie hondenbelasting in de vorm van terugbetaling van een voorlopig bedrag / de voorlopige aanslag AAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE TEN BOER Raadsvergadering: 29-09-2010 Registratienummer: TB 10.2383213 Agendapunt: 7 Onderwerp: Evaluatie en voortzetting hondenpoepbeleid Thesinge Voorstel: Kennis te nemen van de evaluatie van de pilot 'Thesinge poepvrij, iedereen blij' en in te stemmen met voorzetting van de pilot in het jaar 2011. Voor de voortzetting van de pilot een subsidiebedrag van €2.821,50 beschikbaar te stellen voor 2011. Toelichting: Eind 2008 is er bij de gemeenteraad een burgerinitiatief ingediend vanuit Thesinge. Dit initiatief hield het volgende voorstel in: hondenbezitters van Thesinge houden de straten poepvrij, als tegenprestatie schaft de gemeente de hondenbelasting voor Thesinge af. De gemeenteraad heeft in 2008 uitgesproken waardering te hebben voor het ingediende initiatief en er is aangegeven dat de gemeente dergelijke initiatieven moet ondersteunen. De suggestie van de initiatiefnemers om de Thesinger hondenbezitters een belastingverlaging toe te kennen, bleek juridisch niet mogelijk te zijn. Wel bleek het mogelijk dergelijke initiatieven te waarderen middels een subsidie. Naar aanleiding van het burgerinitiatief heeft er een ambtelijk overlegd plaatsgevonden met de initiatiefnemer, mevr. Wiegertjes. Dit heeft geleid tot het instellen van een projectgroep (Thesinge poepvrij, iedereen blij) die voorstellen doet om het project gestalte te geven. Hier is, in samenwerking met de gemeente, de notitie ‘tijdelijke subsidiëring initiatieven vermindering hondenpoepproblematiek’ uit voort gekomen. In deze notitie wordt de pilot ‘Thesinge poepvrij, iedereen blij’ in het leven geroepen. De pilot houdt in het kort in dat de hondenbelasting die de Thesinger hondenbezitters betalen, gerestitueerd wordt door middel van subsidies. Als tegenprestatie houden de hondenbezitters het dorp hondenpoepvrij. Doelstelling van de pilot is om een afname in de ervaren hondenpoepoverlast te bewerkstelligen in Thesinge. Hoogstens 30% van de Thesinger bevolking mag nog redelijk veel tot veel overlast ervaren, wil de pilot geslaagd zijn (ten opzichte van een in 2007 gemeentebreed gemeten overlast van 74%). Alhoewel de einddoelstelling is om de ervaren overlast terug te brengen tot nihil, is ervoor gekozen om voor de periode van deze pilot bovenstaand percentage als uitgangspunt te nemen. Er is tevens besloten om na afloop van de pilot door middel van een enquête te meten hoe groot de overlast onder de bewoners is. Het college en de raad hebben in 2009 ingestemd met de pilot ‘Thesinge poepvrij, iedereen blij’. De pilot heeft gelopen van september 2009 t/m mei 2010. De werkgroep ‘Thesinge poepvrij, iedereen blij’ en de hondenbezitters in Thesinge is eventuele voorzetting van de pilot voor het volgende jaar in het vooruitzicht gesteld wanneer de pilot geslaagd blijkt. De resultaten van de enquête, gehouden in mei 2010, laten zich als volgt samenvatten. 14% van de Thesinger bevolking ervaart nog overlast van hondenpoep. 79% zegt weinig tot geen overlast te ondervinden. Tevens vindt 67% de overlast in het dorp aanzienlijk verminderd. 2% geeft aan dat de overlast juist is verergerd. Pagina 29 van 30
De enquête is verzonden naar ieder huishouden in Thesinge en beantwoord door 100 van de 227 huishoudens. Uitgaande van dit resultaat kan geconcludeerd worden dat de doelstelling van de pilot bereikt is. Immers, minder dan de gestelde 30% van de ondervraagden ondervindt redelijk veel tot veel overlast. Op 1 september 2010 heeft naar aanleiding van de afgenomen enquête een gesprek plaatsgevonden met de werkgroep ‘Thesinge poepvrij, iedereen blij’. Een verslag van dit gesprek is bijgevoegd. De werkgroep beveelt voortzetting van de pilot voor een jaar aan om het gedrag te laten ‘inslijten’. Het college van B&W en de gemeenteraad worden verzocht tot een verlenging van de pilot met een jaar te besluiten en daarvoor de benodigde middelen beschikbaar te stellen. Voor uitvoering van de pilot is in 2009 een bedrag van €2.821,50 uitgekeerd aan subsidies uit de baten van de hondenbelasting. De verwachting is dat voortzetting van de pilot een dergelijk bedrag op jaarbasis aan subsidies zal kosten. Een precieze berekening van de subsidie kan gemaakt worden wanneer het actuele aantal honden in Thesinge in kaart is gebracht. Zou bijvoorbeeld januari 2011 als startdatum gekozen worden, dan moet de vaststelling van het aantal honden korte tijd daarvoor plaatsvinden. De subsidies betekenen in de praktijk een verminderde opbrengst van de hondenbelasting. Voorgesteld wordt om in te stemmen met het voornemen de pilot met een jaar te verlengen, ingaande per januari 2011 en het streefcijfer ervaren overlast op 15% te bepalen. Na dat jaar wordt er, als onderdeel van de voortgezette pilot, een volgende enquête afgenomen. Hierdoor kan over een langere periode bekeken worden of het Thesinger hondenpoepbeleid daadwerkelijk het gewenste effect heeft gehad. Ten Boer, Burgemeester en wethouders van de gemeente Ten Boer, N.A. van de Nadort, burgemeester J.A.C. Hoedjes, secretaris Bijlagen: 1. Bijgevoegd: a. conceptbesluit. 2. Ter inzage: a. evaluatie pilot Thesinge; b. verslag van het gesprek met de werkgroep ‘Thesinge poepvrij, iedereen blij’, d.d. 01-09-2010; c. notitie ‘Tijdelijke subsidiëring initiatieven vermindering hondenpoepproblematiek’; d. raadsbesluit van 25-02-2009. Bron: http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=gemeente%20den%20boer%20thesinge%20hondenbelasting &source=web&cd=2&cad=rja&ved=0CDsQFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.tenboer.nl%2Fbo%2Fagendas-en-besluiten%2Fraadsvergaderingen-2010%2F100929-agendaraadsvergadering%2F100929honden.pdf&ei=VhLfUOzZLqSf0QXGtYGoBA&usg=AFQjCNHlrZMRRJ2KYF_LjQKudI6qtg9ijA
Pagina 30 van 30