Hoe komt poëzie tot leven in je school? Leen Vanderhaegen
DEEL 1: De Antwerpse stadsdichters
•
Brainstormsessie: Herken je deze personen?
•
Brainstormsessie:Wat is de link tussen deze dichters?
•
Brainstormsessie:Waarover zouden de Antwerpse stadsdichters schrijven?
•
Eerste gedicht: “Vrouw en kind” van Bart Moeyaert Bart Moeyaert schreef o.a. het stadsgedicht “Vrouw en kind” naar aanleiding van de gebeurtenissen die zich op de middag van 11 mei 2006 in het centrum van Antwerpen voordeden. De achttienjarige Hans Van Themsche trok met een geweer de straat op, schoot een Turkse vrouw neer, en doodde Oulemata N’Doyie, een Afrikaanse au-pair, en Luna, het tweejarige Vlaamse meisje waar de vrouw voor zorgde. Het gedicht werd op 13 mei 2006 door Gazet van Antwerpen en De Standaard gepubliceerd.
dag van de poëzie
1
VROUW EN KIND voor D. Was je niet liever thuisgebleven? Had je de oceaan niet moeten laten, breed als hij is, en heb je onze kou dan nooit gehaat? Dichtbij de evenaar is de maan een boot, een hand, een kom. Daar kan wat in. Veel zorg. Hier niet. Hier wast de maan als een doof oor. Ze leunt en luistert niet. Je hebt de man die jong maar moe was niet gekend. Hij leed waarschijnlijk aan het draaien van de aarde. Dat moet haast wel, als je de waarde van de warmte vergeet en op een middag vindt dat de zon nu lang genoeg geschenen heeft. "Hoezo heb je het koud. Last van mijn blik? Koud om je hart? Koud als je valt? Jij was hier nog niet eerder, wel. Went het een beetje onderhand. Heb je het naar je zin of niet. Vind je dit land geen land voor jou misschien, geen land van melk en honing. Hoor ik je taal, hoor ik je heimwee, hoor ik je, hoor ik je, het is je geraden, van wie is dit kind?" Het duurt geen tel en de stad is veranderd. Dat dacht ik vannacht toen de maan hier een oog was, en boven het land van je moeder een hand. Een boot. Een kom. Ik vroeg me af of jij ook na je dood blijft zorgen voor het kind. En zal ik eens in jouw plaats vragen wat een ander daarvan vindt?
=> mp3 te vinden op de website van de stadsdichters: http://www.stadsdichterpodcast.be/ of http://212.123.1.105/web/boekencast/StadsdichterPodcast_044.mp3
•
Tweede gedicht: Boerentorengedicht van Tom Lanoye Tom Lanoye is sinds 1 januari 2003 de eerste officiële stadsdichter van Antwerpen. Zelf noemt hij zich liever 'externe stadsopsteller'. Het vijfde stadsgedicht van Tom Lanoye is een liefdesgedicht. De Boerentoren verklaart zijn liefde aan de ranke toren van de kathedraal. De eerste drie strofen publiceerde Gazet van Antwerpen exclusief op woensdag 21, donderdag 22 en wereldboekendag vrijdag 23 april. De vierde strofe staat op een doek van 650 m² dat de laatste week van april 2004 aan de Boerentoren is gehangen.
2
dag van de poëzie
waarom vertoef ik PLOMP verloren hoekig in uw RANKE SCHADuw kant uw broderie van steen — als toren u TE MIN als MINNAAR u te jong verleent DESALNIETTEMIN niet net het logge aan de sier van schoonheid zin en is het lompe soms niet tot BEWOND’REN van verfijning meest geschikt zijn niet ZODOENDE u en ik — dat stomp geboren vierkant van gewin die STROEVE boer verstomd door uw verschijning — toch tot ELKANDER voorbeschikt aanvaardt mij NEEMT mij ziet mij STAAN begint met mij zo dag zo nacht uw PRACHT van voor af aan oh kijkt dan HOUDT van mij bezwijkt HOUDT u niet in
•
Derde gedicht: “Open en brood” van Tom Lanoye Dit gedicht werd afgedrukt op honderdduizenden broodzakken en verspreid over meer dan honderden bakkers in het centrum en de randgemeenten van Antwerpen. OPEN EN BROOD Is ’t om dat urenlang en bovenarmse kneden van maagdelijk wit en toch naar bosgrond ruikend deeg? Of door ’t gekoter in een roodgestookte oven? Maar brood maakt mij zo geil en mals lijk boter. Wie kan de versheid aan van het cadetje? Weerstaan: de ruige ronding van de tijgerpistolet? Een bruine bol gaat onder meel en zonnepittenpuisten schuil – en toch: zijn smaak maakt mij zo geil en wee lijk boter. Ik ken een man, die wordt onwel alleen al van de geur van zijn mastel. Een matrone, die huivert om de blanke stengels naast haar minestrone. En ik word van mijn stokbrood al zo geil en zweterig lijk boter. Zelfs als ik denk aan de horreur waarbij een kleintje - zo’n rogge met rozijntjes – op een plank gelegd de kartels van een broodmes moet trotseren, dan nog maakt mij dat lijden geil en zweterig lijk boter. Ja, ik beken. Het breken met de hand, het machinale snijden, al dat geweld maakt mij van langsom heter en devoter: niets lijkt mij heiliger en groter dan een brood... Waarom ben ik maar mens? Was ik niet beter boter?
dag van de poëzie
3
•
Vierde gedicht: “Mijn moeilijk lief (2/3)” van Tom Lanoye Ja ge zijt groot, mijn schat. Natuurlijk dat. En schoon. Beroemd. Bravo. Proficiat. Maar waarom maakt gij u, waar gij ook komt, van eerstaf en vanher impopulair? Met uw astrante praat. Uw grote mond (waarin ik, als ik eerlijk ben, mijzelf steeds vond). Met uw heel difficiel karakter. Alleen Parijzenaren zijn bekakter. Maar slechts Parijs bezit genoeg om dat te zijn. Haar Seine - nog geen Schelde in den helft - heeft meer terrassen dan Sint-Anneke. Haar bruggen? Eleganter dan uw tunnels. Haar boulevards? Pikanter dan uw Leien. In haar musea lopen meer Japanners en naast haar Eiffel - is uw Boerentoren klein. Afijn: voor men u ziet als dubbelgangers? En toch ken ik geen stad met meer potentie. Ja, gij! Dat maakt u bang. Vandaar uw groot laweit. Vanbuiten kloek, vanbinnen koek. Op zoek - tegen gebrek aan efficiëntie op de verkeerde plek naar medicijn: pampierderij. Gezeur en sleur en sleet. Al dat gewichtig wachten op bescheid Na fel intern gekibbel en geschipper. Hebt gij wel nood aan zo'n kwakzalverij? Zijt wie ge zijt en vreest geen concurrentie. (Alleen... Kleedt u wat hipper.) (Koopt wat schmink.) (Ge vindt bij Pecotex al plenty sexy panties.) (Laat uw coiffure in coole krollen kammen, ja perst uw prammen in een Wonderbra.) (En houdt uw hand niet altijd op.) (En lácht eens Al schijnt de zon alweer niet - op uw trammen.)
Vragen bij “Mijn Moeilijk Lief (2/3” (zie Nieuw Netwerk Nederlands – 5T b-richtingen) 1. In de laatste strofe van het tweede deel vergelijkt Lanoye de stad Antwerpen expliciet met een vrouw. a. Welke raad geeft hij haar? b. Waarom geeft hij haar deze raad? 2. Kun je Antwerpen vergelijken met Parijs? Waarom (niet)? 3. Tom Lanoye is een geëngageerd schrijver. Hij brengt de eigen dubbele gevoelens over Antwerpen naar voor. Welke dubbele gevoelens koestert hij tegenover deze stad? 4. Lanoye confronteert zowel in zijn proza als in zijn poëzie de dichterlijke taal met de spreektaal. Ook in dit deel vind je beide registers. a. Geef voorbeelden van i. dichterlijke taal ii. spreektaal b. Waarom plaatst hij deze registers naast elkaar, denk je? 5. Het gedicht zit technisch geraffineerd in elkaar. a. Op het eerste gezicht rijmt het niet. Toch maakt Lanoye veel gebruik van klinkerrijmen. Geef twee voorbeelden.
4
dag van de poëzie
b. Het gedicht werd hoofdzakelijk in jamben geschreven. Een jambe is een versvoet die bestaat uit een onbeklemtoonde en een beklemtoonde lettergreep (notitie: U_). Ga na hoeveel jamben de meeste regels tellen.
DEEL 2: De Nocturne Nocturne 30 januari 2008 (thema zintuigen – smaak) Lesvoorbereiding project 6 stw: Stap 1: Jullie gaan per twee aan de slag. Blader door alle poëziebundels die je in de klas vindt. Kies twee gedichten die jullie aanspreken. Stap 2: Lees jullie gedichten eens grondig door. Welke emoties komen er tijdens het lezen in je op? Gedicht 1
Gedicht 2
Stap 3: Probeer deze emoties te verbinden met een kleur. Gedicht 1
dag van de poëzie
Gedicht 2
5
Stap 4: Nu ga je op zoek naar de smaak van die emoties. Liefde is erg zoet maar tegelijk ook heel bitter. Probeer een heel palet aan smaken neer te pennen voor jullie gedichten! Gedicht 1
Gedicht 2
Stap 5: Ongetwijfeld zal het ene gedicht veel meer geuren, kleuren, smaken en emoties kunnen oproepen dan het andere gedicht. Jullie beslissen in dit onderdeeltje met welk gedicht jullie verder aan de slag zullen gaan. Stap 6: Hierboven hebben jullie al een heel aantal kleuren en smaken opgesomd. Het is de bedoeling dat jullie per twee een gerecht (en eventueel ook een drankje!) zoeken dat de sfeer van jullie gedicht uitademt. Denk ook al eens na over een passende aankleding van je tafel. Je kan servetten, menukaarten, tafelkleedjes, windlichtjes... bekleden met jullie poëzie! Stap 7: Het is uiteindelijk de bedoeling dat jullie de gerechten bereiden tijdens de lessen huishoudkunde. Bovendien kleden jullie dan jullie tafel aan met de versiering waarin jullie delen van het gedicht hebben verwerkt. Daarna volgt een presentatie die een vijftal minuten in beslag neemt. Je verklaart waarom je voor dit gerecht gekozen hebt. Haal een aantal verzen uit het gedicht aan om je keuze van het gerecht (de kleur, de smaak, de vorm...) te beargumenteren.
6
dag van de poëzie
Nocturne 27 januari 2010 (thema ‘opvoedingsproject’ – onze droom) Heb je ooit al gedroomd van een school zonder huiswerk… een wereld zonder racisme? Heb je ooit al gedroomd van een inspirerende reis rond de wereld… een blitzcarrière in de media? Heb je ooit al gedroomd van een liefdevolle toekomst… een tien op tien voor wiskunde? Wij ook!!! In EDUGO campus Lochristi laten we jullie binnenkijken in de poëtische dromen van onze leerlingen over zichzelf, hun school, hun toekomst en de wereld. Hun dromen komen tot recht via beeld, dans en performance. Ga je met hen mee op tocht?
Lesvoorbereiding project 6 stw – 2 b Deze unieke samenwerking tussen de leerlingen van 2 b en 6 stw heeft geresulteerd in een aantal posters. De zesdes schreven gedichten waarin de waarden respect, samenhorigheid en gedeelde verantwoordelijkheid voor onze wereld centraal staan. De leerlingen van 2 b maakten een beeldende interpretatie van deze gedichten.
Stappenplan schrijven van gedichten: (bron: Lemma 4)
Stap 1: Leg een eindje touw voor je. - Laat er al je zintuigen op los: bekijk het, voel eraan, ruik en proef. - Kan het geluid maken als je het opspant of ronddraait? - Is het versleten, uitgerafeld, glad? - Schrijf je waarnemingen en associaties op, zoals ze in je opkomen.
Stap 2: Maak een lijst van: - synoniemen voor ‘touw’, - werkwoorden en uitdrukkingen met ‘touw’ of een synoniem erin, - symbolische betekenissen van ‘touw’. Wissel je lijst uit met anderen en laat je door hen inspireren.
dag van de poëzie
7
Stap 3: Wat is er gewoner dan een eindje touw? De jonge dichteres Hagar Peeters en de dichter Willem Persoon gebruikten touw als beeld voor hun gedicht.
Willem Persoon
Hagar Peeters ‘Koorddansen’: Lees de laatste twee strofen hardop om van het ritme en het rijm te kunnen genieten. Voel je de onzekerheid van de dichter, hoe ze vecht voor aandacht van haar geliefde, hoe ze valt? Stap 4: Volg je stream of consciousness. - Neem een blad papier en schrijf onmiddellijk je gedachten op bij de thema’s ‘ik in de wereld: volwassenheid, respect (voor de hele wereld), verschillen, mensen waarderen om wie ze zijn’. - Verlies zo min mogelijk tijd tussen de gedachte herkennen en ze opschrijven. - Probeer in een constante beweging te schrijven, besteed geen extra aandacht aan leestekens, hoofdletters, spelling. - Voor ‘Vriendelijk vuur’ koos Frank De Crits de vorm van een geschreven stream of consciousness voor zijn gedicht. Vriendelijk vuur het vuur is sinds het uitgevonden werd altijd vriendelijk geweest het verschaft bv. vreugde en liefde barbecue en kampvuur zorgen voor wat sfeer en broederschap de leuvense stoof van mijn jeugd bloosde van plezier en binnenpret en de open haard straalt zoveel gezelligheid uit dat het aanstekelijk wordt het keukenfornuis heeft mij één enkele keer bij crêpen flambées een verbrande wenkbrauw bezorgd dat in tijden van oorlog vriend en vijand mekaar de lucifer aandoen met brandende pijlen, pek en olie, musketten en ander wreed vuur is vanzelfsprekend doch dat onlangs vriendelijk vuur hoogst dodelijk bleek te zijn is tegen alle wetten van de strategie
Frank De Crits Wat wilde de dichter uitdrukken door die vormkeuze?
8
dag van de poëzie
Stap 5: Markeer in je doorlopende tekst opvallende woorden en woordgroepen. - Opvallend betekent in dit stadium van je gedicht: woorden met een symbolische betekenis; woordenreeksen die vlot klinken; klankvolle of mooie woorden; vergelijkingen; woordengroepen waarvan je een vergelijking of een beeld zou kunnen maken; woorden die gevoelens bij je oproepen. - Schrijf de gemarkeerde woorden en woordengroepen onder elkaar op zonder leestekens of hoofdletters toe te voegen. - Writer’s block kan je overvallen, als je je nu plots realiseert dat je een gedicht gaat schrijven. Misschien ontdek je niet direct samenhang tussen je woordenlijst of vrees je dat je geen enkel onderwerp zult vinden voor je gedicht. Laat je kalmeren door Toon Tellegen: hij schrijft op zo’n verlammend moment gewoon ‘Geen gedicht’. Geen gedicht Ik schrijf een gedicht, maar een gedicht heeft geen zin. Ik schrijf twee gedichten, maar twee gedichten hebben nog minder zin. Ik kijk naar buiten, de zon schijnt, de lucht is blauw, er koeren duiven, een vrouw hangt de was op, roept iets naar binnen, het is aan het eind van de winter, en plotseling, koortsachtig en met trillende vingers, schrijf ik geen gedicht. Geen gedicht heeft ooit zoveel zin gehad. Ik leun achterover, ik wist niet dat ik geen gedicht kon schrijven. Ik vouw mijn handen achter mijn hoofd. Ik leun nog iets verder achterover. Toon Tellegen Is ‘geen gedicht’ een gedicht? Leg pro en contra naast elkaar. Stap 6: Maak van je woordenlijst een vormelijk geheel. - Som de kenmerken van een gedicht in ‘Geen gedicht’ op. - Vergelijk de kenmerken met je woordenlijst en plak en knip, combineer en vul aan. - Focus eerst op de vorm: korte strofen en verzen (schrap persoonsvormen); witruimten zorgen voor betekenisvolle pauzes; alliteratie en vergelijking; zelfverzonnen woorden (maak samenstellingen); trage, lange of korte, krachtige woordenreeksen (vul aan, verplaats). - Schrap overbodige kleine woorden (en, omdat, maar, is). - Vervang versleten woorden en clichés (droefenis, gaan, traan).
dag van de poëzie
9
Stap 7: Vergelijk je gedicht met je oorspronkelijke notities en met de gedichten die hierboven staan. Je mag natuurlijk niets kopiëren uit die gedichten, maar ze kunnen je wel op ideeën brengen. - Laat het gedicht lezen door een klasgenoot. Die haalt er de onduidelijkheden uit. - Lees in je handboek (p. 218-220 – Nieuw Netwerk Nederlands 6T b-richtingen) de aspecten van poëzie en gebruik de informatie voor jouw gedicht. - Denk na over de betekenis van leestekens en hoofdletters voor je gedicht. Als ze geen extra betekenis aan de inhoud geven, laat ze dan weg. - Wil je een titel of verklapt die te veel? - Kun je je gedicht visueel apart maken door de bladspiegel betekenis te geven? - Bekijk de visuele structuur van het gedicht van Toon Tellegen.
Enkele gedichten van de leerlingen Kleine kinderen worden groot of kleine kinderen blijven klein als ze groot zijn Onze wereld een speeltuin vol grote mensen in puin Luister naar het kind in je Robbe
10
dag van de poëzie
De rode draad van ‘t leven Heeft mij in een hoek gedreven gevangen door een web Tranen zijn bevroren ‘k heb mijn gevoel verloren Bang, het is de vrijheid die ik verlang. Saskia Ik en jij wij zo anders Wat ons samenbrengt verbondenheid Als een rode draad door mijn en jouw leven volgen wij hem tot het eind dat ons samenbrengt Ik en jij wordt wij wij nooit meer alleen Ellen
dag van de poëzie
11