HIV: Couselen en Testen
Aantekeningenboek voor Trainers
JHPIEGO, een afdeling van de Johns Hopkins Universiteit, gaat wereldwijd en lokaal partnerschappen aan om de kwaliteit van gezondheidszorg voor vrouwen en gezinnen over de gehele wereld te verbeteren. JHPIEGO is een wereldleider als het gaat om de ontwikkeling van vernieuwende en doeltreffende methoden ten behoeve van de training van gezondheidswerkers. www.jhpiego.org JHPIEGO Brown’s Wharf 1615 Thames Street, Suite 200 Baltimore, Maryland 21231-3492 USA Ontwerpers van de training:
Julia Brothers Bluestone Emmanuel Otolorin Chandrakant Ruparelia
Uitgevers:
Ann Blouse Dana Lewison Erin Wagner
Assistentie bij de productie:
Michelle Jordan Youngae Kim
Deze publicatie werd deels mogelijk gemaakt met de ondersteuning van de Service Delivery Improvement Division, Office of Population and Reproductive Health, Bureau for Global Health, U.S. Agency for International Development, krachtens de toekenning nr. HRN-A-00-98-00041-00. De meningen die hierin worden weergegeven, zijn die van JHPIEGO en zijn niet noodzakelijk die van de U.S. Agency for International Development. Maart 2005
HIV: COUNSELEN EN TESTEN AANTEKENINGENBOEK VOOR TRAINERS DEEL EEN: HANDBOEK VOOR DEELNEMERS OVERZICHT Vooraleer het begin van deze trainingcursus .......................................................................1 Leren beheersen ...................................................................................................................1 Sleutelkenmerken van effectieve klinische training ............................................................2 Componenten van counselen en testen voor het pakket van HIV-studie.............................4 Het gebruik van het leerpakket counselen en testen op HIV ...............................................5 INTRODUCTIE Doel van de cursus ...............................................................................................................7 Evaluatie ..............................................................................................................................8 Syllabus van de cursus .........................................................................................................9 Cursus counselen en testen op HIV ...................................................................................13 VRAGENLIJST DIE VOOR DE CURSUS MOET WORDEN INGEVULD Hoe de resultaten zullen worden gebruikt .........................................................................15 Aan de cursus voorafgaande vragenlijst en antwoorsleutel...............................................16 Matrix voor individuele en groepsbeoordeling..................................................................19 LEEROEFENINGEN Feit of Mythe?....................................................................................................................21 Denk erover na...................................................................................................................22 Wat Ik Werkelijk Denk? ....................................................................................................23 Waarnemingen uit Demonstratie Counselen en Testen .....................................................24 LEERGIDS EN CONTROLELIJST VOOR COUNSELEN EN TESTEN Het gebruik van de leergids en de controlelijst..................................................................25 Leergids voor groepsvoorlichting voor Counselen en Testen ............................................... 27 Controlelijst voor gebruik van het counseling en testenprotocol.......................................28 ROLLENSPELEN VOOR COUNSELEN EN TESTEN Richtlijnen voor rollenspelen.............................................................................................29 Rollenspel 1 .......................................................................................................................30 Rollenspel 2 .......................................................................................................................30 Rollenspel 3 .......................................................................................................................30 Rollenspel 4 .......................................................................................................................31 Rollenspel 5 .......................................................................................................................31 Rollenspel 6 .......................................................................................................................32 Rollenspel 7 .......................................................................................................................32 Rollenspel 8 .......................................................................................................................33 Rollenspel 9 .......................................................................................................................33 Rollenspel 10 .....................................................................................................................34 Rollenspel 11 .....................................................................................................................34 EVALUATIE CURSUS COUNSELEN EN TESTEN .............................................................37
DEEL TWEE: GIDS VOOR TRAINERS MODELSCHETS VAN DE CURSUS .........................................................................................1 VRAGENLIJST VOORAFGAAND AAN DE CURSUS Gebruik van de Beoordelingsmatrix voor Individuen en Groepen....................................17 Sleutel bij de vragenlijst die voorafgaat aan de cursus ......................................................18 LEEROEFENINGEN EN SLEUTELS Oefening met informatie over HIV/Aids ...........................................................................21 Feit of Mythe? Sleutel........................................................................................................22 Antwoordblad voor Woordassociatie ................................................................................23 VRAGENLIJST DIE TIJDENS DE CURSUS MOET WORDEN INGEVULD Gebruik van de Vragenlijst ................................................................................................25 Vragenlijst die tijdens de cursus moet worden ingevuld ...................................................27 Antwoordblad bij de vragenlist tijdens de cursus ..............................................................31 Antwoordsleutel die tijdens de cursus gehanteerd zal worden ..........................................33 CONTROLELIJST VOOR HET GEBRUIK VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL Gebruik van de Controlelijst..............................................................................................37 Controlelijst voor het Gebruik van het Counseling- en Testenprotocol ............................39 CERTIFICAAT VOOR DE MODELCURSUS........................................................................43
DEEL DRIE: PRESENTATIE VAN GRAFIEKEN HOOFDSTUK 1: Introductie van HIV/AIDS en HIV:Counselen en Testen HOOFDSTUK 2: Basisvaardigheden bij HIV-counseling HOOFDSTUK 3: Groepsvoorlichting HOOFDSTUK 4: Overzicht van het counselen- en testenprotocol HOOFDSTUK 5: Counselingsessie voor de test HOOFDSTUK 6: Counselingsessie na de test HIV-negatief HOOFDSTUK 7: Counselingsessie na de test: HIV-positief
OVERZICHT VOOR HET BEGIN VAN DEZE TRAININGCURSUS Deze trainingscursus voor counselen en testen (CT) voor HIV zal worden geleid op een manier die totaal verschillend is van de traditionele trainingscursussen. Hij is gebaseerd op de veronderstelling dat de mensen deelnemen aan trainingscursussen omdat ze: z
geïnteresseerd zijn voor het onderwerp;
z
hun kennis en vaardigheden wensen te verbeteren en bijgevolg hun jobprestatie; en
z
willen actief betrokken zijn bij de cursusactiviteiten.
De trainingbenadering die in deze cursus wordt gebruikt, is sterk interactief en heel participerend.
LEREN BEHEERSEN De benadering leren beheersen bij klinische training veronderstelt dat alle deelnemers de kennis, houdingen (attituden) of vaardigheden die zij nodig hebben, onder de knie kunnen krijgen, wanneer ze maar genoeg tijd krijgen en wanneer de correcte leermethodes worden gebruikt. Het doel van leren beheersen is dat 100 procent van degenen die de training volgden, de kennis en vaardigheden waarop de cursus is gebaseerd zullen “machtig worden”. Alhoewel sommige deelnemers in staat zijn om snel nieuwe kennis of een nieuwe vaardigheid te leren, kunnen anderen meer tijd nodig hebben, of andere manieren om te leren alvorens ze in staat zijn om hun beheersing ervan te tonen. Mensen hebben niet alleen verschillende vaardigheden om nieuw materiaal te leren, maar verschillende mensen leren het best op verschillende manieren —via schrijven, spreken of zien. Leren beheersen maakt deze verschillen mogelijk en gebruikt tal van onderwijs- en leermethodes. De benadering van leren beheersen vertrouwt aan de deelnemers ook hun eigen leerproces toe. Dit gebeurt wanneer de klinische trainer optreedt als een ondersteuner. Het testen gebeurt dan verschillend en de manier waarop de testresultaten worden gebruikt, verandert. In cursussen die de gebruikelijke testmethodes gebruiken, geeft de trainer een test voor en na de training om een toename te tonen in wat de deelnemers kennen, vaak zonder te tonen hoe deze verandering een invloed heeft op hoe goed ze presteren op de job.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
1
In tegenstelling daarmee is er bij leren beheersen een continue beoordeling van het leren. Bij deze manier van leren, vertelt de klinische trainer regelmatig aan de deelnemers hoe ze presteren bij het leren van nieuwe informatie en vaardigheden. Hij laat dit geen geheim van de trainer blijven. Met de benadering van leren beheersen is de evaluatie van het leren: •
Gebaseerd op competentie, wat betekent dat de evaluatie is gebouwd op de doelstellingen van de cursus en de klemtoon legt op de kennis, attitudes, en vaardigheden die nodig zijn om een job uit te voeren, en niet gewoon op nieuwe kennis verwerven;
•
Dynamisch, want ze biedt de klinische trainers de mogelijkheid om aan de deelnemers constante feedback te geven over hoe goed zij de doelstellingen van de cursus bereiken en om, wanneer het nodig is, de cursus te veranderen om tegemoet te komen aan de leernoden leerbehoeften; en
•
Minder frustrierend omdat de deelnemers van beginaf weten wat zij dienen te bestudieren te leren en waar ze die informatie kunnen vinden, en dat ze veel kansen hebben om te praten met de klinische trainer.
SLEUTELEIGENSCHAPPEN VAN EFFECTIEVE KLINISCHE TRAINING Effectieve klinische training wordt gepland en uitgevoerd volgens de manier waarop volwassenen leren. Ze worden actief betrokken bij het leren; ze kunnen het leren in verband brengen met hun werk en ze kunnen toepassen wat ze leren. Deze soort van training: z
Gebruikt gedragsvoorbildgeving;
z
Is gebaseerd op competentie; en
z
Gebruikt humanistische trainingtechnieken.
Gedragsvoorbildgeving De leertheorie stelt dat wanneer de voorwaarden ideaal zijn, iemand het snelst en meest efficiënt leert van te zien hoe iemand (model) een vaardigheid of activiteit uitvoert. Om succesvol te zijn voor modelgeving moet de trainer duidelijk de vaardigheid of activiteit tonen zodat de deelnemers een duidelijk beeld krijgen van hoe ze verwacht worden te presteren. Een vaardigheid leren uitvoeren gebeurt steeds in drie stadia. In het eerste stadium, het verwerven van de vaardigheid (vaardigheden gan leren zien de deelnemers anderen de handeling uitvoeren en krijgen ze een mentaal beeld van de stappen die moeten worden uitgevoerd. 2
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
Eenmaal de deelnemers dat mentale beeld hebben, trachten ze de handeling uit te voeren, gewoonlijk onder toezicht. Vervolgens oefenen de deelnemers totdat zij een competentie in de vaardigheid hebben en zij zich vol vertrouwen voelen om de handeling uit te voeren. Het uiteindelijke stadium, de beheersing van de vaardigheid, gebeurt enkel bij regelmatige oefening na verloop van tijd. Verwerving van de vaardigheid
Kent de stappen en hun correcte volgorde (wanneer nodig) om de vereiste vaardigheid of activiteit uit te voeren maar heeft hulp nodig
Competentie in de vaardigheid
Kent de stappen en de correcte volgorde ervan (indien nodig) en kan de vereiste vaardigheid of activiteit uitvoeren
Vakkundigheid
Kent de stappen en de correcte volgorde ervan (indien nodig) en voert efficiënt de vereiste vaardigheid of activiteit uit
Een op Competentie Gebaseerde Training Een op Competentie Gebaseerde training (CBT) is heel verschillend van de manier waarop een training gewoonlijk gebeurt. Een op Competentie Gebaseerde Training is leren door te doen. Ze focust op de specifieke kennis, attitudes, en vaardigheden die nodig zijn om in staat te zijn een handeling of activiteit uit te voeren. Hoe de deelnemer presteert (een combinatie van kennis, attitudes en vooral vaardigheden) wordt beklemtoond in plaats van enkel wat informatie die de deelnemer heeft geleerd. Bovendien ondersteunt de trainer in CBT actief het leren en moedigt hij het aan in plaats van de meer traditionele rol van onderwijzer of docent aan te nemen. De competentie van de deelnemer in de nieuwe vaardigheid of activiteit wordt objectief beoordeeld door de evaluatie van de trainer van de totale prestatie van de deelnemer. Opdat CBT plaats zou vinden, moet de klinische vaardigheid of activiteit die moet worden aangeleerd, worden opgesplitst in de basisstappen ervan. Elke stap wordt dan opgesplitst om de veiligste en meest efficiënte manier te bepalen om het uit te voeren en te leren. Dit proces wordt standaardisering genoemd Eenmaal een handeling zoals het counselen voor HIV werd gestandaardiseerd, kunnen de hulpmiddelen om de ontwikkeling van op competentie gebaseerde vaardigheid (leergidsen) en evaluatie (controlelijsten) worden ontworpen. Deze hulpmiddelen maken het gemakkelijker de noodzakelijke stappen of taken te leren en ze maken het evalueren van de prestatie van de deelnemer objectiever.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
3
Een sleutelcomponent of CBT is het coachen, waarbij positieve feedback, actief luisteren, vragen stellen en vaardigheden voor probleemoplossing, het leerklimaat positief maken. Bij het coachen moet de klinische trainer eerst de vaardigheid of activiteit uitleggen en dan tonen hoe het moet worden gedaan, door gebruik te maken van een anatomisch model of ander traininghulpmiddel zoals een video. Eenmaal de handeling werd getoond en de trainer/coach en de deelnemer erover hebben gepraat, observeert de trainer/coach vervolgens, hij komt er tussen en leidt de deelnemer bij het leren van de vaardigheid of activiteit; hij controleert de vooruitgang en helpt de deelnemer problemen te overwinnen. Bij het coachen ontvangt de deelnemer op verschillende momenten feedback over zijn prestatie: z
Voor de praktijkmeeting: De klinische trainer en de deelnemer moeten elkaar kort zien voor elke praktijksessie om de vaardigheid/activiteit te herhalen, met inbegrip van de stappen/taken die zullen worden beklemtoond tijdens de sessie.
z
Tijdens de praktijkmeeting: De klinische trainer kijkt toe, coacht en geeft feedback terwijl de deelnemer de stappen/taken uitvoert zoals die in de leergids werden geschetst.
z
Na de praktijk ont’moeting: Deze feedback-sessie moet onmiddellijk ona de praktijkmeeting plaats vinden. Onder gebruikmaking van de leergids bespreekt de klinische trainer de sterke punten van de prestatie van de deelnemer en geeft hem specifieke suggesties om het beter te doen.
COMPONENTEN VAN COUNSELEN EN TESTEN VOOR HET PAKKET VAN HIV-STUDIE Deze trainingcursus is opgebouwd rond het volgende materiaal:
4
z
Noodzakelijk-te-kennen informatie in de referentiemanuaal HIV:Counselen en Testen
z
Een cursushandboek voor deelnemers met een aan de cursus voorafgaande vragenlijst en leergidsen die de activiteiten opsplitsen in hun hoofdcomponenten
z
Een gids van de trainer met al de items uit het cursushandboek voor deelnemers samen met de antwoordsleutel bij de vragenlijsten en gedetailleerde informatie om de cursus te leiden
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
z
Goed ontworpen trainingshulpmiddelen, zoals werkhulpmiddelen en controlelijsten
z
Een op competentie gebaseerde evaluatie van de prestatie
De referentiemanuaal die wordt aanbevolen voor gebruik bij deze cursus is HIV:Counselen en Testen, die informatie omtrent HIV en AIDS bevat, basis counseling-vaardigheden en counselen en testen op HIV.
HET GEBRUIK VAN HET LEERPAKKET COUNSELING EN TESTEN OP HIV In het ontwerp van het trainingmateriaal voor deze cursus, werd er bijzondere aandacht gewijd aan het “gebruikersvriendelijk” maken ervan en om de deelnemers en de klinische trainer in staat te stellen om de training zoveel mogelijk aan te passen aan de leerbehoeften van de deelnemers (als groep en individueel). Zo wordt bijvoorbeeld bij het begin van elke cursus een evaluatie gemaakt van de kennis van elk van de deelnemers. De resultaten van deze evaluatie die de cursus voorafgaat, worden dan gemeenschappelijk gebruikt door de deelnemers en de gevorderde trainer of de meester-trainer om de inhoud van de cursus waar nodig aan te passen zodat de training focust op het leren van nieuwe informatie en vaardigheden. Een tweede eigenschap heeft verband met het gebruik van de referentiehandleiding en het handboek van de deelnemer. De referentiemanuaal werd ontworpen om al de essentiële informatie te voorzien die nodig is om de cursus op een logische manier te leiden. Omdat hij dient als de “tekst” voor de deelnemers en als de “referentiebron” voor de trainer, zijn er geen speciale folders of extra materialen nodig. Daar de handleiding bovendien enkel informatie bevat die consistent is met de doelstellingen en objectieven van de cursus, wordt ze een essentieel onderdeel van alle klasoefeningen, zoals het geven van een geïllustreerde les of het bieden van informatie voor het oplossen van problemen. Het cursushandboek anderzijds heeft twee functies. Eerst en vooral is het de wegenkaart die de deelnemer wegwijs maakt doorheen elke fase van de cursus. Ten tweede bevat het de syllabus en het programma van de cursus, evenals alle aaanvullende gedrukte materialen (aan de cursus voorafgaande vragenlijsten, oefeningen, leergidsen en cursusevaluatie) die nodig zijn tijdens de cursus. Het gids van de trainer bevat hetzelfde materiaal als het cursushandboek voor de deelnemers, evenals materiaal voor de trainer. Dit omvat de samenvatting van de cursus, de sleutel voor de, aan de cursus voorafgaande vragenlijst, de vragenlijst tiedens de cursus met
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
5
de antwoordsleutel en kwalificatiecontrolelijsten.
de
op
competentie
gebaseerde
In overeenstemming met de trainingfilosofie waarop deze cursus is gebaseerd, zullen alle trainingactiviteiten worden uitgevoerd op een interactieve, deelnemende manier. Dit vereist dat de rol van de trainer voortdurend wijzigt doorheen de cursus. Zo is de trainer bijvoorbeeld een instructeur wanneer hij een demonstratie doet voor de klas; hij is een ondersteuner wanneer hij besprekingen van kleine groepen leidt of rollenspelen gebruikt en hij schakelt over naar de rol van coach wanneer hij de deelnemers helpt om een vaardigheid te oefenen. Tenslotte, wanneer hij objectief een prestatie evalueert, treedt de trainer op als beoordeler. Om het samen te vatten, de CBT-benadering die in deze cursus wordt gebruikt, heeft een aantal belangrijke eigenschappen. Vooreerst is ze gebaseerd op de manier waarop volwassenen leren. Zij worden actief betrokken bij het leren. Ze kunnen het verband leggen met hun werk en ze kunnen wat ze leren, gebruiken. Bovendien ondersteunt en stimuleert de trainer het leren in plaats van de meer traditionele rol te spelen van instructeur of docent. Ten tweede maakt de CBTbenadering gebruik van gedragsmodellering, waarbij de trainer duidelijk de vaardigheid of activiteit toont, zodat de deelnemers een gestandaardiseerde manier leren om ze uit te voeren. Ten derde is ze op competentie gebaseerd. Dit betekent dat de evaluatie is gebaseerd op hoe goed de deelnemer de handeling of activiteit uitvoert en niet enkel op hoeveel de deelnemer heeft geleerd. Ten vierde berust ze in hoge mate op het gebruik van anatomische modellen en andere trainingshulpmiddelen (m.a.w. ze is humanistisch) om de deelnemers te helpen om vaak de vaardigheid of activiteit te oefenen vooraleer ze met cliënten werken. Bijgevolg zou iedere deelnemer, tegen de tijd dat de trainer de prestatie van elke deelnemer evalueert onder gebruikmaking van de controlelijst, moeten in staat zijn om elke vaardigheid of activiteit competent uit te voeren. Dit is de uiteindelijke maatstaf van de training.
6
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
INTRODUCTIE DOEL VAN DE CURSUS Deze trainingscursus is bedoeld voor zowel amateurs (bijv. vrijwilligers, geestelijken) als dienstenverstrekkers (bijv. dokters, verpleegsters, verpleegsters-vroedvrouwen en onderzoekers van ziektekiemdragers). De cursus wordt gebouwd op de kennis en de ervaring uit het verleden van elke deelnemer en maakt gebruik van de sterke motivatie van elk individu om de leertaken in de kortst mogelijke tijd te leren. De training beklemtoont het doen en niet enkel het kennen. Ze maakt gebruik van een op competentie gebaseerde evaluatie van de prestatie. Deze trainingscursus verschilt op verschillende manieren van de traditionele cursussen: z
Tijdens de voormiddag van de eerste dag van de cursus wordt de kennis van de deelnemers geëvalueerd door middel van een aan de Cursus Voorafgaande Vragenlijst om hun individuele en groepskennis van HIV/AIDS, hun basis counselingvaardigheden en het counselen en testen (CT) op HIV te bepalen.
z
De klas- en praktische sessies focussen op het oefenen in CT.
z
De vooruitgang in leren gebaseerd op kennis, wordt gemeten tijdens de cursus door middel van een gestandaardiseerde, schriftelijke evaluatie (Vragenlijst tijdens de cursus).
z
De vooruitgang in het leren gebruiken van het CT-protocol wordt gedocumenteerd door middel van de controlelijst voor het gebruik van het CT-protocol.
z
De evaluatie van de prestatie van elke deelnemer wordt uitgevoerd door een CT-trainer die gebruik maakt van op competentie gebaseerde controlelijsten van vaardigheden.
De succesvolle voltooiing van de cursus wordt gebaseerd op de beheersing van zowel de componenten van inhoud als van vaardigheid evenals op een voldoende totaalprestatie bij het gebruiken van het aanbevolen CT-protocol.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
7
EVALUATIE Deze cursus is bedoeld om individuen voort te brengen die gekwalificeerd zijn om het CT-protocol te gebruiken om counselen voor HIV aan te bieden. De kwalificatie is een verklaring door de trainingorganisatie dat de deelnemer voldoet aan de vereisten van de cursus qua kennis en vaardigheden. De kwalificatie impliceert geen certificatie. Het personeel kan enkel maar worden gecertificeerd door een daarvoor gemachtigde organisatie of instantie. De kwalificatie is gebaseerd op de prestaties van de deelnemer op twee gebieden: z
Kennis—een score van tenminste 85% op de vragenlijst tijdens de cursus
z
Vaardigheden—Een voldoende prestatie bij het gebruik van het CT-protocol ofwel tijdens een rollenspelsimulatie, of met de cliënten
De verantwoordelijkheid voor het gekwalificeerd raken van de deelnemer wordt gedeeld door de deelnemer en de trainer. De evaluatiemethodes die in de cursus worden gebruikt, worden hieronder kort beschreven:
8
z
Vragenlijst die tijdens de cursus moet worden ingevuld Deze kennisevaluatie zal plaats vinden op het tijdsstip in de cursus wanneer al de onderwerpendomeinen voorgesteld werden. Een score van 85% of meer juist geeft de beheersing aan van het materiaal dat gepresenteerd wordt in de handleiding. Voor degenen die minder dan 85% scoren bij hun eerste poging, moet de trainer de resultaten met de deelnemer individueel bespreken en leiding bieden bij het gebruik van de referentiehandleiding om de vereiste informatie te leren. De deelnemers die minder dan 85% scoren kunnen op elk moment de vragenlijst tijdens de cursus opnieuw invullen tijdens de rest van de cursus.
z
Controlelijst voor het Gebruik van het Counseling- en Testenprotocol. Deze controlelijst zal worden gebruikt om elke deelnemer te evalueren wanneer hij/zij CT demonstreert in de gesimuleerde kliniekomgeving of met cliënten. Bij het bepalen of de deelnemer gekwalificeerd is, zal/zullen de klinische trainer(s) de sleutelvaardigheden observeren tijdens een rollenspel. De deelnemer moet als “voldoende” worden geklasseerd in iedere vaardigheid of activiteit om als gekwalificeerd te worden geëvalueerd.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
Binnen 3 tot 6 maanden na de kwalificatie wordt aanbevolen dat de afgestudeerden zouden worden geobserveerd en geëvalueerd tijdens hun werk in de instelling door een cursustrainer of door hun supervisor onder gebruikmaking van dezelfde controlelijsten. Deze evaluatie na de cursus is belangrijk om twee redenen. Vooreerst geeft het de afgestudeerde directe feedback omtrent zijn/haar prestatie en het biedt de kans om mogelijke beginnersproblemen of remmingen om service te bieden te bespreken. Ten tweede en even belangrijk is dat het aan het training center, via de trainer sleutelinformatie biedt omtrent de adequaatheid van de training en omtrent de geschiktheid ervan voor de lokale omstandigheden. Zonder dit type van feedback, kan de training gemakkelijk routine, stagnerend en irrelevant worden voor de noden van servicelevering. SYLLABUS VAN DE CURSUS Beschrijving van de cursus Deze 5-daagse cursus is bedoeld om de deelnemer voor te bereiden om het aanbevolen protocol voor het bieden van CT voor HIV te gebruiken. Het aanbevolen protocol focust op gepersonaliseerde, stapvoor-stap risicoverlaging. Deze cursus gebruikt ook groepsvoorlichting om CT te helpen ondersteunen en aan te vullen. Doelstellingen van de cursus z
Op een positieve manier de attitudes van de deelnemer betreffende de voordelen van CT te beïnvloeden
z
De deelnemer training te bieden omtrent de basiskennis van de HIV-ziekte, de counseling vaardigheden en CT
z
De deelnemer de kennis en de vaardigheden mee te geven die nodig zijn om efficiënt CT-diensten aan de cliënten te bieden
Leerdoelstellingen voor de deelnemer Introductie van HIV/AIDS EN COUNSELING EN TESTEN OP HIV 1. Beschrijf hoe mensen geïnfecteerd raken met HIV 2. Beschrijf hoe HIV overgaat op AIDS 3. Beschrijf manieren hoe mensen kunnen voorkomen om met HIV besmet te raken 4. Beschrijf gedragingen met betrekking tot veiligere seks 5. Beschrijf diensten aangaande counseling and testen
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
9
6. Beschrijf de opties voor het testen op HIV en mogelijke HIVtestresultaten 7. Bespreek de voordelen van testen op HIV 8. Geef een omschrijving van gezond leven Basiscounselingvaardigheden bij HIV-counseling 1. Beschrijf hoe het stigma van HIV/AIDS en de discriminatie mensen met HIV/AIDS of groepen die iets te maken hebben met HIV/AIDS raakt 2. Beschrijf en toon aan hoe attitudes, waarden en vooroordelen van de counselor een invloed hebben op de counseling 3. Beschrijf en counseling
demonstreer
de
basisvaardigheden
voor
4. Beschrijf hoofdcomponenten bij het counselen van cliënten die speciale behoeftes hebben 5. Beschrijf hoe gezinsplanning verbonden is met counselen en testen Groepseducatie 1. Beschrijf het belang van groepsvoorlichting 2. Beschrijf technieken voor effectieve groepsvoorlichting 3. Beschrijf diverse benaderingen voor groepsvoorlichting 4. Beschrijf de inhoud van een sessie voor groepsvoorlichting Overzicht van het Counseling- en Testenprotocol 1. Beschrijf het doel van het counseling- en testenprotocol 2. Beschrijf de manier waarop het counseling- en testenprotocol is georganiseerd 3. Beschrijf hoe het counseling- en testenprotocol gebruikt moet worden om vragen te kiezen 4. Beschrijf de delen van het counseling- en testenprotocol
10
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
Counselingsessie voor de test 1. Identificeer de componenten van de counselingsessie voor de test 2. Beschrijf voorname taken die uitgevoerd moeten worden bij de counselingsessie voor de test 3. Toon de mogelijkheid om counseling voor de test te geven volgens het protocol Counselingsessie na de test: HIV-negatief 1. Identificeer de componenten van de HIV-negatieve sessie na de test 2. Beschrijf de hoofdtaken die uitgevoerd moeten worden bij de HIV-negatieve sessie na de test 3. Toon de mogelijkheid om HIV-negatieve counseling na de test te geven voor het protocol Counselingsessie na de test: HIV-positief 1. Identificeer de componenten van de HIV-positieve sessie na de test 2. Beschrijf de hoofdtaken die uitgevoerd moeten worden bij de HIV-positieve sessie na de test 3. Toon aan dat er een mogelijkheid is om HIV-positieve counseling na de test te geven volgens het protocol Trainings-/leermethoden z
Geïllustreerde lessen en groepsbesprekingen
z
Individuele en groepsoefeningen
z
Rollenspelen
z
Praktische ervaring in het werken met cliënten
Criteria voor selectie van deelnemers De deelnemers voor deze cursus moeten mensen zijn die geïnteresseerd zijn en beschikbaar voor het leveren van CT voor de cliënten. De deelnemers kunnen amateurs zijn of dienstenverstrekkers (zoals verpleegsters, onderzoekers van ziektekiemdragers of dokters) die geïnteresseerd zijn voor en betrokken bij CT voor HIV.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
11
Evaluatiemethodes Deelnemer
•
Vragenlijsten voor en tijdens de cursus
•
Leergids voor groepsvoorlichting
•
Controlelijst voor het gebruik van het CT-protocol (in te vullen door de trainer)
Cursus
•
Cursusevaluatie (moet door elke deelnemer ingevuld worden)
Aantal uren
•
35 uren (5-daagse cursus)
Gesuggereerde cursussamenstelling
12
•
10-15 deelnemers
•
2 CT trainers
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
Hoofdstuk 5: Counselingsessie voor de test Brainstorming Geïllustreerde les Demonstratie Activiteit: Oefening leiden eerste counseling sessie Activiteit: Participanten bepalen het niveau van het gebruik van het protocol
Hoofdstuk 2: Basisvaardigheden voor HIV-counselen Geïllustreerde les Oefening: Woordassociatie: Bespreking Geïllustreerde les Groepsdiscussie Oefening: Wat Ik Werkelijk Denk? Activiteit: Oefenen van vaardigheden bij het counselen
13
Opdracht: Lees CTReferentiemanuaal, Hoofdstukken 15 en Bijlagen A en B. Bereid een presentatie van 10 minuten groepsvoorlichting voor.
Hoofdstuk 7: Counselingssessie na de test: HIV-positief Geïllustreerde les Groepsdiscussie Demonstratie Activiteit: De deelnemers oefenen het leiden van het counselen na een positieve HIV-test. Groepsdiscussie Activiteit: Participanten bepalen het niveau van het gebruik van het protocol Herziening van de activiteiten van de dag
NM (3 uren)
LUNCH
Opdracht: Lees opnieuw CTOpdracht: Lees CTReferentiemanuaal, Hoofdstukken 6– Referentiemanuaal, Hoofdstuk 5–7 en Bijlagen A en B. 7 en Bijlagen A en B.
Herziening van de activiteiten van de dag
NM (3 uren)
NM (3 uren)
Herziening van de activiteiten van de dag
LUNCH
LUNCH
Hoofdstuk 1: Introductie van HIV/AIDS en counselen en testen op HIV Activiteit: Oefening betreffende HIV/AIDS Oefening: Feit of mythe? Brainstorming Oefening: Denk erover na Geïllustreerde les Groepsdiscussie
Hoofdstuk 4: Overzicht van het protocol voor counselen en testen op HIV Geïllustreerde les Demonstratie
Hoofdstuk 6: Counselingssessie na de test: HIV-negatief Groepsdiscussie Geïllustreerde les Groepsdiscussie Oefening: Samenvattend formulier voor plan voor risicoverlaging Demonstratie Activiteit: De deelnemers oefenen het leiden van een counseling sessie na een HIV-negatieve test
Hoofdstuk 3: Groepseducatie Brainstorming Geïllustreerde les Demonstratie Oefening in kleine groepen
Einde van de cursus
Evaluatie van de cursus
Groepsdiscussie
HIV: Counselen en Testen - Handboek voor de Cursus
Opdracht: Lees opnieuw CT Referentiemanuaal, Hoofdstuk 5–7 en Bijlagen A en B.
Herziening van de activiteiten van de dag
Activiteit: De deelnemers bepalen het comfortniveau van het gebruik van het protocol
Activiteit: Participanten oefenen alle componenten van counseling voor HIV. Optioneel: Counselen oefening met cliënten Activiteit: Participanten bepalen het niveau van het gebruik van het protocol
Activiteit: De deelnemers ontwikkelen plannen om CT in hun faciliteiten te introduceren en te versterken.
NM (3 uren)
LUNCH NM (3 uren)
LUNCH
Activiteit: Participanten oefenen alle componenten van counseling voor HIV.
Vragenlijst die tijdens de cursus moet worden ingevuld
Optioneel: Counselen oefening met cliënten
Activiteit: Bespreken van de antwoorden van de vragenlijst halverwege de cursus
Opwekken en overzicht van de activiteiten van de dag
VM (4 uren)
DAG 5
Activiteit: Participanten oefenen alle componenten van counseling voor HIV.
Opwekken en overzicht van de activiteiten van de dag
VM (4 uren)
VM (4 uren) Opwekken en overzicht van de activiteiten van de dag
DAG 4
DAG 3
Opwekken en overzicht van de activiteiten van de dag
VM (4 uren)
VM (4 uren)
Welkom en introductie Overzicht van de cursus Het bekijken van het cursusmateriaal Het bepalen van de verwachtingen van de deelnemer Opstellen van groepsnormen Vragenlijst die voor de cursus moet worden ingevuld Bepaal de leerbehoeften van de groep en de individuen
DAG 2
DAG 1
CURSUS COUNSELEN EN TESTEN OP HIV (5 dagen, 10 sessies)
14
HIV: Counselen en Testen - Handboek voor de Cursus
VRAGENLIJST DIE VOOR DE CURSUS MOET WORDEN INGEVULD HOE DE RESULTATEN ZULLEN WORDEN GEBRUIKT De hoofddoelstelling van de Vragenlijst omtrent de Kennis voor de Cursus is zowel de trainer als de deelnemers bij te staan bij het begin van hun samenwerking in de cursus door na te gaan wat de deelnemers individueel en als groep weten over de onderwerpen van de cursus. Dit biedt de trainer de mogelijkheid om onderwerpen te bepalen die kunnen moeten worden beklemtoond tijdens de cursus. Het afleveren van de resultaten van de evaluatie van voor de cursus aan de deelnemers helpt hen om te focussen op hun individuele leernoden. Daarenboven tonen de vragen aan de deelnemers de inhoud die in de cursus aan bod zal komen. De vragen worden gegeven in de formule juist/verkeerd. Een speciaal formulier, de Individuele en Groepsbeoordelingsmatrix wordt voorzien om de scores van al de deelnemers aan de cursus te registreren. Door dit formulier te gebruiken, kunnen de trainer en de deelnemers snel het aantal correcte antwoorden voor elk van de vragen in kaart brengen. Door de gegevens in de matrix te onderzoeken, kunnen de groepsleden makkelijk hun individuele sterke en zwakke punten bepalen en samen met de trainer plannen hoe ze best de cursustijd zullen gebruiken om de gewenste leerdoelstellingen te realiseren. Voor de trainer zullen de resultaten van de vragenlijst tonen welke onderwerpen meer zullen moeten worden beklemtoond tijdens de leersessies. Omgekeerd kan de trainer voor de categorieën waar 85% of meer van de deelnemers de vragen correct beantwoorden, ervoor kiezen meer van de toegewezen tijd aan andere inhoud te spenderen.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
15
AAN DE CURSUS VOORAFGAANDE VRAGENLIJST EN ANTWOORDSLEUTEL Instructies: Vul in de daarvoor bestemde ruimte een hoofdletter J in als de bewering juist is of een hoofdletter O als de bewering onjuist is. INTRODUCTIE VAN HIV/AIDS EN COUNSELING EN TESTEN OP HIV 1. In januari heeft een vrouw onbeschermde seks met een man die HIV-positief is. Als zij besmet is met het virus, zal een test vast en zeker positief zijn als het gedaan wordt na 4 weken 2. Mensen die seksueel overdraagbare infecties hebben, raken eerder met HIV besmet. 3. Alle met HIV-besmette moeders kunnen HIV overdragen op hun baby’s. 4. Het hoofddoel van counseling en testen is om de cliënt op te voeden over HIV/AIDS. 5. Een positief HIV-testresultaat betekent dat u besmet bent met HIV. 6. De ELISA-, Western Blot-test en de snelle vingerprik HIV-test zijn allemaal opties voor betrouwbare HIV-testen.
______
______ ______ ______ ______ ______
BASISVAARDIGHEDEN VOOR HIV-COUNSELING 7. De cliënt zeggen wat hij moet doen is het meest belangrijke deel van de counseling.
______
8. Het stellen van een open vraag, zoals: “Hoe denkt u uw risico om HIV te krijgen te verminderen?”, is een doeltreffende counselingmethode.
______
9. Tijdens de HIV-gerelateerde counseling, moeten de counselor en cliënt praten over elk onderwerp waarover de cliënt wenst te spreken.
______
10. Veel tieners begrijpen gemakkelijk wat risicogedrag inhoudt.
______
GROEPSVOORLICHTING 11. Een voordeel van groepsvoorlichting is dat het ook de counselingsessie voor de test kan verkorten.
______
12. Groepsvoorlichting werkt het best wanneer een kliniek een protocol voor de counseling bij groepsvoorlichting gebruikt.
______
16
HIV: Counselen en Testen– Handboek voor de Cursus
OVERZICHT VAN HET PROTOCOL VOOR COUNSELING EN TESTEN 13. De diensten voor counseling en testen bestaan uit de counselingsessie voor de test, de HIV-test en de counselingsessie na de test.
______
14. De counselor moet alle vragen die vermeld zijn in het Protocol voor Counseling en Testen vragen.
______
15. CT moedigt mensen aan en kan hen helpen om hun toekomst te plannen.
______
COUNSELINGSESSIES VOOR EN NA DE TEST 16. De counselingsessie voor de test houdt in dat u zichzelf voorstelt en de cliënt wegwijs maakt tijdens de sessie.
______
17. De counselingsessie voor de test gaat het recente risicogedrag van cliënten na om zijn/haar persoonlijk HIV-risico vast te stellen.
______
18. Als de cliënt is niet klaar om een HIV-test te doen, moet de counselor de cliënt overtuigen om zich toch te laten testen.
______
19. Counseling na de test is niet nodig voor cliënten die negatieve HIV-testresultaten hebben.
______
20. De voornaamste focus van counseling na de test is voor HIV-negatieve cliënten om hen te helpen om een plan te ontwikkelen, om hun kans om besmet te raken met HIV te verminderen in plaats van te elimineren.
______
21. Het is niet nodig om HIV-negatieve cliënten zich te helpen voorbereiden zodat zij met hun partners over het testen op HIV kunnen praten.
______
22. Het is erg belangrijk dat u met HIV-positieve cliënten manieren bespreekt om het bekend maken en de verwijzing van de partner te bespreken.
______
23. Zwangere vrouwen moeten verwezen worden voor aanvullende counseling en mogelijke behandelingen om de overdracht van moeder op kind van HIV te voorkomen.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
______
17
18
HIV: Counselen en Testen– Handboek voor de Cursus
19
15
14
13
12
11
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
Vraag nummer
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 11 12 13 14
18
19 20 21 22 23
24
Overzicht van het protocol voor counselen en testen op HIV
Groepseducatie
Basisvaardigheden bij HIV-counseling
Introductie van HIV/AIDS en counselen en testen op HIV
CATEGORIEËN
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
15 16 17
JUISTE ANTWOORDEN (Deelnemers)
CURSUS:________________________________DATUMS:__________________TRAINER(S):___________________________________
MATRIX VOOR INDIVIDUELE EN GROEPSBEOORDELING
20
23
22
21
20
19
18
17
16
Vraag nummer
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 11 12 13 14
19
20 21 22 23
24
Counselingsessies voor en na de test
CATEGORIEËN
Aantekeningenboek voor de Cursus Begeleiden en Testen op HIV
15 16 17 18
JUISTE ANTWOORDEN (Deelnemers)
LEEROEFENINGEN FEIT OF MYTHE? Schrijft u alstublieft op als u vindt dat elke bewering een feit of mythe is. Welke andere mythes of verkeerde informatie bestaan er in uw gemeenschap? 1.
HIV wordt voornamelijk verspreid door seksuele geslachtsgemeenschap.
2.
AIDS en HIV-infectie zijn hetzelfde ding.
3.
De HIV-afweerstof zal aantonen als u AIDS heeft.
4.
HIV/AIDS is een veroordeling en straf van God.
5.
Er is weinig kans dat u geïnfecteerd raakt met HIV door het geïnfecteerd bloed tijdens bloedtransfusie.
6.
Een zwangere vrouw met HIV kan haar ongeboren kind besmetten.
7.
Overdracht van HIV van moeder op kind kan worden voorkomen.
8.
Een negatieve HIV-test is altijd correct.
9.
AIDS is een ziekte die wetenschappers gecreëerd hebben om de vervuiling van de aardbol tegen te gaan.
10.
Als beide partners HIV-positief zijn, hoeven zij geen veiligere seks te hebben.
11.
Er is geen medicijn voor AIDS.
12.
Een persoon die onlangs geïnfecteerd is met HIV, hoeft geen symptomen te hebben.
13.
Alle mensen met TB hebben HIV.
14.
HIV kan verspreid worden door muskieten.
15.
Een HIV-positief persoon kan geen levensverzekering afsluiten.
16.
Mensen kussen met HIV kan gevaarlijk zijn.
17.
Vrouwen en mannen met HIV krijgen verschillende infecties.
18.
Sommige mensen zijn immuun voor HIV-infectie.
19.
Een man kan genezen worden van AIDS door seks met een maagd te hebben.
20.
U kunt zeggen wanneer iemand HIV heeft door slechts naar hen te kijken.
21
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
DENK EROVER NA
Een jonge man in uw gemeenschap kent zijn HIV-status niet, maar hij gelooft dat hijzelf en zowat iedereen die hij kent met HIV is besmet. Hij heeft heel wat mensen zien ziek worden en sterven van AIDS. Hij heeft verschillende vriendinnetjes gehad. Zijn conclusie is bijgevolg “Er is geen toekomst”. Ik ben dus ook zo goed als dood.” Hij krijgt zijn loon de vrijdag en gaat dan uit met zijn vrienden om te drinken en zich te amuseren. Hij ontmoet een jonge vrouw en ze gaan akkoord om seks met elkaar te hebben. In de overtuiging dat hij en de jonge vrouw heel waarschijnlijk met HIV zijn besmet, wil hij geen condooms gebruiken.
Een jonge, zwangere vrouw in uw gemeenschap kent haar HIV-status niet. Ze is vastbesloten om te vermijden met HIV te worden besmet. Ze vindt steun in het lezen van de affiches overal in de stad die zeggen: “Door trouw te zijn kan een mens HIV/AIDS vermijden” Ze heeft uitsluitend seksuele betrekkingen met haar man. Hoewel ze weet dat tal van mensen stierven door AIDS, gelooft ze niet dat AIDS een probleem is voor haar. Tijdens haar routinematig prenataal bezoek, informeert de verpleegster haar omtrent de beschikbaarheid van counseling en testdiensten. Omdat ze meent dat mensen die trouw zijn geen risico lopen op HIV/AIDS, ziet zij geen reden om van deze diensten te profiteren.
22
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
Wat Ik Werkelijk Denk? Vul het hier volgende werkblad in door aan te kruisen of u al dan niet akkoord gaat. U hoeft deze informatie met niemand te delen. Denk na over uw meningen omtrent deze uitspraken en over hoe ze uw counseling stijl kunnen beïnvloeden. Uitspraken
Akkoord
Niet akkoord
Mensen met wisselende seksuele relaties lopen meest risico om HIV op te lopen. Sex workers vormen een risico voor mannen om met HIV te worden besmet. Druggebruikers verspreiden AIDS. Homoseksuelen zijn verantwoordelijk voor het internationaal verspreiden van AIDS. Vrouwen moeten aandringen op het gebruik van condooms wanneer ze hun partners niet vertrouwen. HIV-positieve mensen moeten ermee ophouden seks te hebben. Zwangere vrouwen die HIV-positief zwangerschap onderbreken.
zijn,
moeten
hun
Jonge mensen mogen geen seks hebben voor hun huwelijk. HIV-positieve mensen moeten hun HIV-status bekend maken aan hun huidige partners en aan die uit het verleden. HIV-positieve jongeren zouden niet meer mogen worden toegelaten op school. Kinderen moeten vanaf de lagere school worden geïnformeerd over HIV/AIDS. Het bezit of het beschikbaar houden van condooms leidt tot promiscue gedrag. Religieuzen die niet getrouwd zijn, hoeven geen veilige seks te plannen, want ze mogen helemaal geen seks hebben.
23
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
WAARNEMINGEN UIT DEMONSTRATIE COUNSELEN EN TESTEN Wat is het plan van de cliënt? ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ Wanneer zal hij/zij het plan uitvoeren? ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ Waar zal hij/zij het plan uitvoeren? ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ Hoe zal hij/zij het plan uitvoeren en wat zal hij/zij aan zijn/haar partner vertellen? ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ Wie zal hem/haar ondersteunen wanneer hij/zij het plan uitvoert? ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________ ______________________________________________________________________________
Net zoals deze vrouw hulp krijgt bij het dragen van haar zware vracht, heeft de cliënt hulp en ondersteuning nodig bij het uitvoeren van zijn/haar plan voor gedragswijziging. De taak van de counseler is de cliënt te helpen met het aanwijzen van iemand met wie hij/zij het plan kan bespreken, aan wie verslag kan worden gedaan over zijn/haar poging(en) om aan het plan te voldoen, en om feedback en steun te krijgen.
24
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
LEERGIDS EN CONTROLELIJST VOOR COUNSELEN EN TESTEN HET GEBRUIK VAN DE LEERGIDS EN DE CONTROLELIJST De leergids voor groepsvoorlichting voor counselen en testen omvat de taken of activiteiten die door de groepsvoorlichter tijdens de groepsvoorlichting worden uitgevoerd. De controlelijst voor het gebruik van het Counseling- en Testenprotocol omvat de sleuteltaken, de vaardigheden en de activiteiten die door de counselor worden uitgevoerd terwijl hij counseling voor HIV levert. Het Counseling- en Testenprotocolboekje bij dit pakket werd afzonderlijk opgemaakt, zodat het dan kan worden gebruikt als een hulpmiddel bij de job bij het voorzien van CT na de cursus. Het moet vooreerst worden gebruikt tijdens de (gesimuleerde) oefensessies in counselen met vrijwilligers , of met cliënten in echte situaties. Gebruik het CT-protocolboekje na de cursus om gefocust te blijven bij het gebruik van het protocol. Van de deelnemer wordt niet verwacht dat hij/zij al de stappen of opdrachten correct zal doen de eerste keer dat hij/zij ze uitvoert. Inplaats daarvan zijn de leergids, de controlelijst en het protocolboekje bedoeld om:
• •
De deelnemer te helpen om de correcte stappen en de volgorde waarin ze moeten worden uitgevoerd (verwerven van vaardigheid) te leren en Het progressieve leren in kleine stapjes te meten naarmate de deelnemer meer vertrouwen en vaardigheid krijgt (vaardigheidscompetentie).
Bij consistent gebruik helpen de leergids en de controlelijsten de deelnemers om hun vooruitgang te meten en om op het protocol gefocust te blijven. Bovendien is de leergids bedoeld om de communicatie (coaching en feedback) tussen de deelnemer en de klinische trainer gemakkelijker en nuttiger te maken. Omdat de leergids wordt gebruikt om te helpen bij het ontwikkelen van vaardigheden, is het belangrijk dat de beoordeling (de uitslag) zo zorgvuldig en objectief mogelijk zou gebeuren. De prestatie van de deelnemer bij elke stap wordt beoordeeld in een schaal in drie punten en dit als volgt:
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
25
1
Verbeteringen nodig hebben: Stap of taak niet juist uitgevoerd en/of (indien nodig) niet van toepassing of wordt helemaal niet uitgevoerd
2
Behoorlijk Uitgevoerd: Stap of taak correct en in de juiste volgorde uitgevoerd (wanneer nodig) maar de deelnemer gaat niet efficiënt van stap tot stap vooruit.
3
Kundig Uitgevoerd: Stap of taak doeltreffend en juist uitgevoerd in de juiste correcte volgorde (indien nodig)
De controlelijst focust enkel op de uitgevoerde sleuteltaken en op de vaardigheden en activiteiten die worden gebruikt tijdens het counselen. De controlelijst kan worden gebruikt tijdens rollenspelsimulaties door een waarnemer, door de counselor als een zelfbeoordelingsformulier, of door de klinische trainer om de prestatie van de deelnemer te evalueren op het einde van de cursus. De gebruikte beoordelingsschaal wordt hieronder beschreven: Voldoende: Voer de stap of taak uit volgens de standaardprocedure of richtlijnen Onvoldoende: Niet in staat om de stap of taak uit te voeren volgens de standaardprocedure of richtlijnen Niet Waargenomen: Stap, taak of vaardigheid niet uitgevoerd tijdens de evaluatie door de trainer
26
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
LEERGIDS VOOR GROEPSVOORLICHTING VOOR COUNSELEN EN TESTEN Beoordeel de prestatie van elke geobserveerde prestatie, of van iedere taak/activiteit door middel van de volgende beoordelingsschaaal: 1
Verbetering nodig: Stap of taak niet juist uitgevoerd en/of (indien nodig) niet van toepassing of wordt helemaal niet uitgevoerd
2
Behoorlijk Uitgevoerd: Stap of taak correct uitgevoerd in de juiste volgorde (wanneer nodig), maar de deelnemer gaat niet efficiënt vooruit van stap tot stap
3
Kundig Uitgevoerd: Stap of taak doeltreffend en juist uitgevoerd in de juiste correcte volgorde (indien nodig)
LEERGIDS VOOR GROEPSVOORLICHTING VOOR CT TAAK/ACTIVITEIT 1.
Moedig alle klanten aan om deel te nemen in de sessie voor groepseducatie.
2.
Gebruik de gids die werd opgenomen in hoofdstuk 3 van de referentiehandleiding om te helpen om groepsvoorlichting te bieden.
3.
Introduceer het onderwerp op een duidelijke wijze en vermeld de doelstellingen.
4.
Pas een interactieve benadering toe. Stel en beantwoord vragen en moedig de leden van de groep aan om vragen te stellen.
5.
Prijs de leden van de groep als zij deelnemen.
6.
Gebruik educatiemateriaal voor de klant, indien nodig.
7.
Geef een condoomdemonstratie, indien van toepassing.
8.
Houd rekening met de lokale culturele behoeften. Gebruik toepasselijke onderwerpen en woorden die de groep kan begrijpen.
9.
Stel vragen om erachter te komen wat de groep al weet, voordat u informatie verschaft.
GEVALLEN
10. Ga, wanneer dit aangewezen is, na of de cliënt het resultaat begrijpt. 11. Behoud oogcontact met de groep. 12. Spreek luid genoeg, zodat iedereen u kan horen. 13. Vat de belangrijkste punten samen.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
27
CONTROLELIJST VOOR GEBRUIK VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL Plaats een “9” in het hokje als de stap/taak naar tevredenheid wordt uitgevoerd, een “X” als zij niet naar tevredenheid wordt uitgevoerd of N/O als ze niet werd geobserveerd. Voldoende: Voer de stap of taak uit volgens de standaardprocedure of richtlijnen Onvoldoende: Niet in staat om de stap of taak uit te voeren volgens de standaardprocedure of richtlijnen Niet Waargenomen: Stap, taak of vaardigheid niet uitgevoerd tijdens de evaluatie door de trainer
CONTROLELIJST VOOR HET GEBRUIK VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL Counselor Taken
Gevallen
1.
Volg het protocol door vragen te kiezen die geschikt zijn voor de situatie van de cliënt.
2.
Houd uw aandacht gevestigd op risicoverlaging.
3.
Beantwoord de directe vragen en zorgen van de cliënt..
4.
Gebruik actief luisteren en open vraagstelling.
5.
Vat het verhaal van de cliënt samen wanneer vereist.
6.
Bespreek de gedachten en gedragingen van de cliënt wanneer nodig.
7.
Behoud oogcontact.
8.
Gebruik de taal die de cliënt begrijpt.
9.
Feliciteer de cliënt met positieve acties die zij/hij ondernomen heeft.
10. Ga na of de cliënt het resultaat begrijpt wanneer dit is aangewezen.
28
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
ROLLENSPELEN VOOR COUNSELEN EN TESTEN RICHTLIJNEN VOOR ROLLENSPELEN Om uw counselingvaardigheden te oefenen, zal u met twee andere deelnemers samenwerken in rollenspelen. Eén deelnemer zal de rol van counselor spelen; een andere zal een cliënt spelen en de derde zal een waarnemer zijn. Uw groep zal samenzitten en het opgedragen rollenspel uitvoeren. Wissel, wanneer u klaar bent, feedback uit met de andere deelnemers over hoe het rollenspel werd uitgevoerd. Een andere mogelijkheid is dat uw trainer u vraagt om per twee te werken, waarbij de ene de rol van counselor zal spelen en de andere een cliënt. U zal van rol verwisselen bij deze oefening. Richtlijnen voor elke rol Counselor Lees voor het rollenspel begint, vlug de rollen door die moeten worden gespeeld en bepaal het deel van het counselingprotocol dat van toepassing is voor het rollenspel. Neem uw tijd en blijf kalm. Besteed de nodige aandacht aan uw vraagstellingstechniek. Cliënt Lees voor het rollenspel het scenario van de cliënt door. Steun op het scenario wanneer u reageert op de counselor. Hoewel de informatie in het scenario wellicht niet alle vragen dekt die u zullen worden gesteld, tracht toch een toepasselijke reactie te geven, die niet in tegenspraak is met de feiten die voor u werden geschetst. Tracht een heel redelijke en ongecompliceerde cliënt te zijn, want dit is een leerervaring en geen test van de vaardigheden en bekwaamheden van de counselor. Waarnemer Lees voor het rollenspel de observatiecontrolelijst door (Controlelijst voor het gebruik van het Couseling- en Testenprotocol) en het protocol. Lees ook het scenario van de cliënt. Observeer tijdens het rollenspel rustig en neem notities voor de feedback. Wanneer de counselor echter moeilijkheden heeft of het protocol niet gebruikt, kan u suggesties doen voor de counselor. U mag ook suggesties doen voor de cliënt wanneer zijn/haar reacties het toegewezen cliëntenscenario niet volgen.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
29
De observatiecontrolelijsten zijn zo opgevat dat ze kunnen worden gebruikt voor tal van rollenspelen. Vul de namen in van de deelnemer die optreedt als counselor voor elk rollenspel. ROLLENSPEL 1 Adam is 17 jaar oud en hij loopt nog school. Hij heeft een vriendinnetje op het platteland waarmee hij nu en dan seks heeft en ze gebruiken soms condooms. Hij speelt voetbal en heeft soms orale en anale seks met een andere jongen, Joseph, die in zijn ploeg speelt. Met Joseph gebruikt hij geen condooms want er is geen angst voor een zwangerschap. Hij is hier om te worden getest want hij zag Joseph in een club met een oudere man en hij vraagt zich nu af of Joseph soms seks heeft met andere mensen. ROLLENSPEL 2 Mary is 20 jaar oud en ongehuwd. Godfrey, haar vaste partner tijdens de afgelopen 2 jaar is een bouwvakker en ze wonen samen. Mary werkte als barmeid, maar stopte daarmee 6 maanden geleden. Wanneer ze seks hebben, gebruiken Godfrey en Mary condooms op een onconsequente manier, afhankelijk van het feit of Godfrey daar al dan niet mee instemt. Recent merkte Mary dat ze tweemaal haar menstruatie had overgeslagen en ze besloot een zwangerschapstest te doen. Vorige week ontdekte ze dat ze zwanger was. Mary hoorde van haar vriend dat de meeste zwangere vrouwen tegenwoordig worden getest op HIV. Mary voelt zich echter onzeker of ze al dan niet hoeft te worden getest op HIV en waar en hoe ze kan worden getest. Vanmorgen volgde ze haar vriend naar de prenatale kliniek om meer informatie te krijgen en om te beslissen om op HIV te worden getest. ROLLENSPEL 3 John heeft een vaste vriendin, Rose, die hij ontmoette tijdens de oriëntatieweek van zijn eerste jaar op de universiteitscampus. Ze gaan al 2 jaar met elkaar om en hebben een actief seksleven, waarbij ze meestal condooms gebruiken om zwangerschap te voorkomen. John heeft nooit andere sekspartners gehad in de loop van hun relatie. Zowat drie maanden geleden trok John terug naar zijn thuisstreek om het huwelijk van een vriend mee te maken. Daar ontmoette hij een oude vriendin en na enkele drankjes had hij tenslotte onveilige seks met haar. John heeft spijt over die ontmoeting en is heel bezorgd over
30
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
wat dat zou kunnen betekenen voor zijn relatie wanneer Rose dat te weten zou komen. John en Rose hebben nooit echt gepraat over AIDS of STI's, noch over hun voorbije seksuele ervaringen. John is ook niet zeker of Rose al dan niet seks heeft gehad met iemand anders sinds zij samen zijn. Na een gesprek met een goede vriend over zijn zorgen, besloot John om de kliniek te bezoeken om meer informatie te bekomen. ROLLENSPEL 4 Vera en Paul waren jarenlang vaste partners vooraleer ze besloten te trouwen. Tijdens het eerst jaar van hun huwelijk leefden ze gelukkig samen. Vera had een job als hulppersoneelslid in een shopping centre, terwijl Paul werkte als besteller bij een lokale meubelwinkel. Ze verdienden beiden genoeg om hun basisbehoeften te voldoen. Zes maanden geleden verloor Vera haar job en het koppel begon financiële moeilijkheden te krijgen. Wegens de bijkomende stress op Paul om geld te verdienen, begon hij elke dag laat thuis te komen, nadat hij heel wat uurtjes had zitten drinken in de bar. Het gerucht deed ook de ronde dat hij buitenhuwelijkse betrekkingen had met enkele vrouwen die ook vaak naar de bar kwamen. Vera en Paul gebruikten nooit condooms hoewel Vera de kwestie reeds een paar maal aan bod had gebracht. Twee maanden nadat Vera haar job verloor werd ze zwanger en ging ze te rade bij een vriendin die haar aanraadde de verpleegster in de nabije kliniek op te zoeken. In de kliniek maakte Vera de groepsvoorlichtingsessie over HIV en Counseling en Testen mee. Ze zat opgezadeld met tal van vragen na die sessie: Kon zij HIV-positief zijn? Zou ze moeten getest worden? Hoe zou Paul reageren wanneer hij hoorde dat ze zich liet testen? Met die vragen in haar achterhoofd komt ze uw kamer binnen voor counseling. ROLLENSPEL 5 Amanda is 16 jaar en heeft een relatie met een oudere man uit haar stad. Ze heeft hem in het geheim ontmoet, want ze is bang dat haar ouders dit niet zouden goedkeuren. Amanda en de man zijn 6 maanden samen en gebruiken maar zelden condooms wanneer ze seks hebben. Amanda kreeg recent een vaginale afscheiding en jeuk en de diagnose was dat ze gonorroe had. Ze hoorde dat ze zich moest laten testen op HIV. Zij kwam binnen om getest te worden zonder dat ze iemand iets had gezegd.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
31
ROLLENSPEL 6 Raymond is een 32-jarige echtgenoot, vader en succesvol zakenman. Bij het begin van het jaar werd hij naar een opleidingscursus van 3 maanden gestuurd ter voorbereiding van een promotie. Op een dag, na een opleidingssessie was Raymond verrast toen hij bij een “stop na het werk” één van zijn vroegere vriendinnen zag. Daar ze elkaar al jaren niet meer hadden gezien gingen ze een paar maal uit "ter herinnering aan vroeger" en dat liep uit op verschillende malen onveilige seks. Al vroeg na zijn terugkeer naar huis werd de vrouw van Raymond, Rachel zwanger. Op een dag vergezelde Raymond haar naar de staatskliniek voor prenatale zorg. Terwijl hij op haar wachtte, nam hij deel aan een groepsvoorlichtingsessie over HIV/AIDS. Na de sessie bood de groepsleider HIV-testen aan. Hoewel Raymond erin toestemde dat er van hem bloed werd afgenomen voor de test, trekt hij nu zijn beslissing in twijfel. Hij wacht nu op zijn beurt om de counselor te zien om zijn HIV-testresultaat te krijgen.
ROLLENSPEL 7 Joyce is een 36 jaar oude moeder van twee kinderen. Na de geboorte van haar tweede kind, scheidde haar echtgenoot, Luke, van haar en hertrouwde al vlug met een jongere vrouw. Tijdens hun huwelijk werkte Luke als marketing man en was hij tenminste eenmaal per maand op reis voor de job. Joyce vermoedde dat Luke buitenhuwelijkse affaires had tijdens deze reizen, maar liet hem nooit haar vermoedens merken. Zo'n 6 maanden geleden besloot Joyce opnieuw uit te gaan en zij ontmoette Roger, een 40-jarige gescheiden man met twee kinderen. De relatie evolueerde goed en ze besloten al gauw van te trouwen. Naarmate hun relatie verder werd uitgebouwd, vroeg Roger aan Joyce of ze al ooit seksueel overgedragen besmettingen (STI's) had gehad. Dit verraste Joyce want zij en Luke hadden het nooit gehad over iets in verband met STI's. Roger vertelde haar dan dat hij zich recent had laten testen en dat hij HIV-negatief was. Tot dit tijdstip hadden Joyce en Roger tweemaal onveilige seks gehad. Omdat Roger zich zorgen maakte over haar HIV-status, besloot Joyce naar de kliniek te komen om zich te laten testen.
32
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
ROLLENSPEL 8 Darren is een 30-jarige drugverslaafde. Sinds hij 6 maanden geleden bij een afkickgroep terechtkwam, wordt hij geconfronteerd met kwesties uit zijn verleden en dit vooral tijdens groepstherapiesessies. Tijdens een recente sessie kondigde de counselor aan (die pas voor kort zijn CT-training had voltooid) dat hij met de groep zou praten over HIV/AIDS. Daar de counselor het had over hoe druggebruik de kwetsbaarheid kan verhogen van een persoon om zich te wagen aan onveilig gedrag dat de overdracht van HIV kan vergemakkelijken, begon Darren gaandeweg nerveuzer te worden. Hij herinnerde zich immers hoe zijn verslaving hem had geleid tot gedrag waaraan hij zelfs niet had gedacht voor zijn verslaving. Darrens moeder stierf toen hij nog een jongen was. Niet lang na de dood van zijn moeder liep hij weg van thuis en leefde hij op straat tot hij in een kinderhome werd geplaatst. Hoewel Darren daar goed werd behandeld, begon hij al vlug rond te hangen bij een groep jongens die hem in aanraking brachten met heroïne. Darren herinnert zich dat ze vaak naalden deelden omdat ze zich geen nieuwe konden veroorloven telkens ze zichzelf inspoten. Hij ontmoette ook een jonge vrouw die eveneens verslaafd was en meestal na een "shot" hadden ze dan onveilige seks. Darren wacht nu op een counselor om counseling en testen op HIV te krijgen.
ROLLENSPEL 9 Abigail heeft al zo lang als ze zich kan herinneren een zwak voor oudere mannen. Toen ze nog op de middelbare school was, dacht ze dat haar mannelijke vrienden wel cool, maar wat te immatuur waren om met hen uit te gaan. Oudere mannen, dacht ze, konden voor haar mooie dingen kopen en haar naar chique gelegenheden brengen, wat de jongens van haar leeftijd niet konden. Sinds haar zestiende waren Abigails vier vrienden oudere mannen met leeftijden tussen 22 en 27 jaar. In ruil voor wat ze van hen kreeg, verwachtten zij dat ze met hen seks zou hebben, wat ze dan ook vaak deed met elk van hen. Tijdens haar eerste relatie, toen ze pas seks had, sloeg haar menstruatie een bepaalde maand over en ze besefte toen al gauw dat ze zwanger was. Ze had een miskraam vroeg in haar zwangerschap. Dit incident had een diepe invloed op haar en ze nam zich voor nooit nog ongepland zwanger te raken. Dus besloot ze orale contraceptie te nemen. Omdat Abigail wist dat ze niet zwanger kon raken, drong ze er bij haar partners niet op aan om een condoom te HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
33
gebruiken. Geen van hen hield er trouwens van condooms te gebruiken. Ze verkozen zonder condoom te vrijen. Abigail is juist begonnen in een nieuwe job en ze werd gevraagd om een HIV-test te ondergaan omwille van de gezondheidszorgverzekering. ROLLENSPEL 10 Maureen gaat al drie jaar om met Peter en ze begonnen zowat een jaar geleden samen te wonen. Ze hebben veel gehoord over HIV/AIDS en gepraat over het gebruik van condooms. Peter gelooft echter dat HIV/AIDS een ziekte is van homoseksuelen en prostituees. Hij stemde er nooit mee in om condooms te gebruiken met Maureen en hij heeft ook nooit gepraat over zijn vroeger seksleven, hoewel Maureen hem had verteld over het hare. Maureen is verdrietig omwille van Peters afkeer van condoomgebruik. Ze denkt dat zijn weigering betekent dat hij iets te verbergen heeft. Hij is ook een overbeschermende man die heel jaloers en boos zou raken over haar relaties met mannen. Hij wilde haar zelfs eens slaan toen hij ontdekte dat ze aan het praten was met een mannelijke collega aan de telefoon. Hij zei dat hij niet wilde dat ze iets te maken had met enige andere mannen, uitgezonderd haar familieleden, haar broers, neven en vader. Maureen vertelde haar zorgen aan Beth, haar beste vriendin, die besloot haar te vergezellen naar de kliniek om getest te worden. Maureen dacht dat testen de enige manier was waarop zij kon bewijzen dat noch zij, noch Peter HIV hadden. Zij dacht dat indien zij negatief was, dit zou betekenen dat hij negatief was en vice versa.
ROLLENSPEL 11 Sinds zijn 13de vocht Mark met het feit dat hij zich erg aangetrokken voelde tot andere mannen. Hij hield die gevoelens jarenlang geheim en trachtte zichzelf te genezen door seks te hebben met zoveel meisjes als hij maar kon. Hoewel hij meestal een condoom gebruikte, waren er toch enkele meisjes waarvan hij echt hield en dus verkoos hij helemaal geen condooms bij hen te gebruiken. Op zijn 21ste verjaardag dacht Mark na over zijn leven en moest hij toegeven dat hij leugenachtig leefde. Een paar maanden later ontmoette hij Carl. Toen ze met elkaar praatten voelde Mark zich erg aangetrokken tot Carl. Tegen het einde van de nacht gaf Carl toe dat hij homoseksueel was, dat hij zich erg aangetrokken voelde tot Mark en dat hij een relatie wou.
34
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
Mark besliste om Carls partner te worden omdat hij verliefd was. Hij dacht dat Carl zijn “soul mate” zou zijn en degene die hem zou helpen om vrij te worden, om te zijn wie hij werkelijk was. Een maand later gingen ze samenwonen. Mark en Carl spraken over HIV/AIDS, maar lieten zich niet testen omdat ze beloofden elkaar trouw te zijn. Enkele maanden later werd Carl ziek. De diagnose bleek al spoedig AIDS te zijn. Mark was er kapot van, want dit betekende dat hij HIV kon hebben opgelopen. Hij is dan ook heel ongerust terwijl hij wacht op counseling vooraleer getest te worden.
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
35
36
HIV: Counselen en Testen–Handboek voor de Cursus
EVALUATIE CURSUS COUNSELEN EN TESTEN (Moet door de Deelnemers ingevuld worden) Geef op een schaal van 1–5 uw mening weer over de volgende componenten van de cursus: 5-Helemaal akkoord
4-Akkoord
3-Geen mening
2-Niet akkoord
CURSUSCOMPONENT
1-Helemaal niet akkoord
WAARDERING
1. De vragenlijst voor de cursus hielp me om efficiënter te studeren. 2. De rollenspelen waren nuttig om het CT-protocol te leren. 3. Er was voldoende tijd voorzien voor het oefenen van CTvaardigheden in de klas door het gebruik van rollenspelen. 4. Er was voldoende tijd voorzien voor het oefenen van CTvaardigheden met cliënten in de kliniek. 5. Ik ben nu zelfzeker bij het leveren van CT voor cliënten. 6. De trainingbenadering in deze cursus maakte het mij makkelijker om het CT-protocol te leren. 7. De trainers gaven hun leerdoelstellingen duidelijk op. 8. De trainers communiceerden duidelijk en efficiënt. 9. De informatie die in de cursus werd voorgesteld, was nieuw voor mij. 10. De trainer gebruikte een veelheid van audiovisueel materiaal. 11. De trainers waren geïnteresseerd voor de onderwerpen die ze aanleerden. 12. De inhoud van de cursus (of de inhoud van de sessies) omvatte voldoende theoretische kennis. 13. De sessies waren goed georganiseerd. 14. De trainers stelden vragen en betrokken mij bij de sessies. 15. De inhoud van de cursus was nuttig voor mijn werk. 16. De cursus maakte dat ik me competenter en vaardiger voelde bij mijn werk. 17. De trainers gebruikten tal van verschillende trainingmethoden.
HIV: Counselen en Testen – Handboek voor de Cursus
37
BIJKOMENDE COMMENTAAR (gebruik zo nodig de keerzijde) 1. Welke eventuele onderwerpen zouden aan de cursus moeten worden toegevoegd om hem te verbeteren? Waarom?
2. Welke eventuele onderwerpen zouden moeten worden verwijderd om de cursus te verbeteren? Waarom?
3. De duur van de cursus (5 dagen) was: (omcirkel één) 1) Te lang
38
2) Te kort
3) Precies goed
HIV: Counselen en Testen - Handboek voor de Cursus
HIV: COUNSELEN EN TESTEN AANTEKENINGENBOEK VOOR TRAINERS DEEL TWEE : GIDS VOOR TRAINERS MODELSCHETS VAN DE CURSUS .........................................................................................1 VRAGENLIJST IN TE VULLEN VOOR DE CURSUS Gebruik van de Beoordelingsmatrix voor individuen en groepen .....................................17 Vragenlijst die voor de Cursus ingevuld moet worden en Antwoordsleutel .....................18 OEFENINGEN EN ANTWOORDEN UIT HET HOOFD LEREN Oefening met informatie over HIV/AIDS .........................................................................21 Feit of Mythe? Antwoordsleutel ........................................................................................22 Antwoordblad voor Woordassociatie ................................................................................23 VRAGENLIJST DIE HALVERWEGE DE CURSUS MOET WORDEN INGEVULD Gebruik van de Vragenlijst ................................................................................................25 Vragenlijst voor halverwege de cursus ..............................................................................27 Antwoordenblad voor de vragenlijst halverwege de cursus ..............................................31 Antwoordsleutel voor de vragenlijst van halverwege de cursus........................................33 CONTROLELIJST VOOR HET GEBRUIK VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL Gebruik van de Controlelijst..............................................................................................37 Controlelijst voor het Gebruik van het Counseling en Testen Protocol ............................39 CERTIFICAAT VOOR DE MODELCURSUS........................................................................43
MODELSCHETS VAN DE CURSUS De hier voorgestelde schets is een plan van het model van de te leveren training. Hier worden de realisatiedoelstellingen voorgesteld die nodig zijn om de leerdoelstellingen van de deelnemer, die worden beschreven in de syllabus van de cursus, te realiseren. Voor elke realisatiedoelstelling, zijn er suggesties betreffende aangepaste leeractiviteiten, hulpmiddelen en nodige materialen. De trainer kan andere oefenactiviteiten uitwerken, evenals case studies, rollenspelen of andere leersituaties die specifiek zijn voor het land of de groep van deelnemers. Het schema van de cursus is verdeeld in vier kolommen: z
Tijd. Dit deel van het schema geeft de benaderende tijdsduur aan die aan elke leeractiviteit moet worden gespendeerd.
z
Doelstellingen/Activiteiten. Deze kolom geeft de realisatiedoelstellingen en leeractiviteiten weer. Omdat de doelstellingen de trainingsvolgorde bepalen, worden de doelstellingen hier in volgorde voorgesteld. De combinatie van de doelstellingen en de activiteiten (inleidende activiteiten, oefeningen in kleine groepjes, klinische oefening, pauzes, enz.) bepaalt het verloop van de training.
z
Trainings-/leermethoden. Deze kolom beschrijft de verschillende methodes, activiteiten en strategieën die moeten worden gebruikt om de inhoud en de vaardigheden in verband met elke realisatiedoelstelling weer te geven.
z
Hulpmiddelen. De vierde kolom in het schema van de cursus geeft de hulpmiddelen en materialen op die nodig zijn om de leeractiviteiten te ondersteunen.
Bemerk dat het programma van de cursus gebaseerd is op het schema ervan en dat veranderingen of wijzigingen in het ene, moeten worden weerspiegeld in het andere.
HIV: Counselen en Testen–Antekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers –1
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
Activiteit: Voorstelling van deelnemers en trainers.
Activiteit: Een overzicht van de cursus geven en een benadering van klinische training.
Activiteit: Het bespreken van het cursusmateriaal
Activiteit: Bepaal de verwachtingen van de deelnemer
Activiteit: Stel de groepsnormen vast.
Activiteit: Evalueer de aan de cursus voorafgaande kennis van de deelnemers.
PAUZE
20 minuten
20 minuten
10 minuten
15 minuten
10 minuten
20 minuten
15 minuten
Gids voor Trainers - 2
Activiteit: Verwelkoming van de deelnemers.
10 minuten
DAG 1, VM (240 minuten)
TIJD
Het CT- Handboek voor deelnemers: Vragenlijst over aan de Cursus Voorafgaande Kennis en Sleutel
Flip-overs en markeerstiften
Flip-overs en markeerstiften
De CT- Referentiemanuaal Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje
Het CT-Handboek voor deelnemers Syllabus en programma
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
De deelnemers vullen de Vragenlijst over aan de Cursus Voorafgaande Kennis in hun lesboek in (of de trainer kan kopies van de vragenlijst uitdelen). Vraag de deelnemers om hun lesboek dicht te doen of de vragenlijst om te draaien wanneer ze klaar zijn.
Vraag de deelnemers om een lijst van normen te brainstormen, die moeten worden gevolgd tijdens de cursus. Schrijf deze op een flipoverpagina op. Bevestig ze op de muur om ernaar te verwijzen tijdens de hele cursus.
Bespreek de verwachtingen van de deelnemers met de groep en maak er een lijst van op een flip-over. Bepaal welke daarvan zullen worden behandeld in de cursus.
Verdeel, beoordeel en bespreek de materialen die in deze cursus , worden gebruikt. Bespreek de inhoudstafel van de Referentiemanuaal HIV:Counselen en Testen. Beschrijf de inhoud van het CT-Handboek voor deelnemers en van het CT-Protocolboekje.
Bespreken van de syllabus van de cursus en van het programma. Bespreek de doelstellingen van de cursus en de leerdoelstellingen van de deelnemers.
De deelnemers en de trainers in paren verdelen en elkaar interviewen. Ze vragen aan hun partner een boodschap te vertellen die ze in hun jeugd hoorden of verteld werden over seks of seksualiteit. Elke deelnemer zal zijn/haar partner voorstellen aan de groep en de naam, job en boodschap uit de kindertijd vertellen.
Verwelkoming door de trainers en de vertegenwoordigers van de organisatie(s) die de trainingcursus sponsoren.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
LUNCH
Doelstelling: Beschrijf counseling- en testdiensten Doelstelling: Beschrijf de opties voor het testen op HIV en de mogelijke HIVtestresultaten. Doelstelling: Maak een lijst van de voordelen van counselen en testen. Doelstelling: Geef een omschrijving van gezond leven.
Hoofdstuk 1, vervolg
Gids voor Trainers - 3
45 minuten
45 minuten
Hoofdstuk 1: Introductie van HIV/AIDS en Counselen en Testen, Deel 1
60 minuten
Doelstelling: Beschrijf hoe mensen besmet raken met HIV. Doelstelling: Beschrijf hoe HIV overgaat op AIDS Doelstelling: Beschrijf manieren hoe mensen kunnen voorkomen om met HIV besmet te raken. Doelstelling: Beschrijf gedragingen met betrekking tot veiligere seks.
Activiteit: Bepaal de individuele leerbehoeften en die van de groep.
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
15 minuten
TIJD
CT-referentiemateriaal, Hoofdstuk 1 CT- Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 1 Het CT- Handboek voor deelnemers
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Groepsdiscussie. Hoe kunnen mensen die leven met HIV/AIDS gezond blijven en beter voor zichzelf zorgen?
Geïllustreerde Les, Hoofdstuk 1, slides 26–einde
Oefening: Denk erover na. Vraag een deelnemer om de scenario’s te lezen en vraag de groep: “Hoe zou deze persoon zijn/haar gedrag kunnen hebben veranderd, had hij/zij zijn/haar HIV-status gekend?”
Wanneer elke vraag beantwoord is, bespreek dan het correcte antwoord met behulp van de Presentatiegrafieken voor Hoofdstuk 1, slides 1–25. Eindig met een bespreking van, en brainstormen omtrent lokale mythen.
CT-referentiemateriaal, Hoofdstuk 1
Activiteit: Oefening over HIV/AIDS Verdeel de deelnemers in groepen van drie. Vraag elk team om een teamnaam te kiezen. Geef hen 10 minuten om Hoofdstuk 1 in te kijken om de oefening voor te bereiden. Leg de regels voor de oefening uit. U zult 10 vragen stellen. Diegene die denkt dat ze de vraag kunnen beantwoorden, klapt in de handen. De eerste die klapt, krijgt de eerste kans om de vraag te beantwoorden. Er worden vijf punten toegekend aan het team voor het juiste antwoord. Als het team niet kan antwoorden, of wanneer hun antwoord verkeerd is, gaat de vraag over naar het volgende team. Als dit team correct antwoordt, krijgen ze 3 punten. Als dit team niet correct kan antwoorden, gaat de vraag naar het derde team. Als dit team correct antwoordt, krijgen ze één punt.
CT-Gids voor Trainers, HIV/AIDS Oefening en Presentatiegrafieken, Hoofdstuk 1
Het CT-Gids voor Trainers
HULPMIDDELEN
De trainer leidt de bespreking van de antwoorden op de Vragenlijst over aan de Cursus Voorafgaande Kennis. De deelnemers geven een cijfer aan hun eigen vragenlijsten en vullen de Individuele en Groepsevaluatiematrix in.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
PAUZE
Doelstelling: Beschrijf hoe het stigma van HIV/AIDS en de discriminatie, mensen met HIV/AIDS, of groepen die iets te maken hebben met HIV/AIDS raakt. Doelstelling: Beschrijf en toon aan hoe attitudes, waarden en vooroordelen van de counselor een invloed hebben op zijn/haar counseling.
Hoofdstuk 2: Basisvaardigheden bij HIV-counseling, Deel 1
Gids voor Trainers - 4
15 minuten
75 minuten
DAG 1, NM (210 minuten)
TIJD
Suggesties voor woorden: sex worker, besmet met HIV, seizoenarbeiders, homoseksuelen, mainteneur, adolescenten, getrouwde mensen, mannen, vrouwen, gebruikers van injectiedrugs, mannen die seks hebben met mannen, verpleegster/vroedvrouw, HIV-positieve persoon
CT- Gids voor Trainers, Presentatiegrafieken, Hoofdstuk 2 Reactietabel Pennen Flip-overs en markeerstiften
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Eindig met het herbekijken van stigma en discriminatie en met het bespreken van attitudes, waarden en vooroordelen (slides 4–7).
Kies geen partij. De deelnemers worden gevraagd om anoniem de kopies in te vullen van de vragenlijst “Wat Ik Werkelijk Denk”. De vragenlijsten worden uitgewisseld. De trainer leest geselecteerde uitspraken van de vragenlijst en de deelnemers gaan naar de hoeken met het label “Akkoord” en “Niet akkoord” op basis van de reactie op hun papieren. Er worden deelnemers gekozen om de positie te verdedigen waarin ze zich bevinden.
OF
Woordassociatie: Selecteer een lijst van ongeveer 10 woorden of zinnen in verband met HIV/AIDS (zie volgende kolom voor gesuggereerde woorden). Geef een kopie van de antwoordentabel aan elke deelnemer en leg de richtlijnen voor de oefening uit aan de deelnemers.Vertel de deelnemers dat u telkens één woord zal lezen. Ze moeten het woord opschrijven en daarbij de 3 woorden die hen het eerst in de geest komen, wanneer ze het woord horen. De deelnemers moeten hun namen niet op de papieren schrijven. De antwoorden zijn bijgevolg anoniem. Ze mogen hun antwoorden niet “bewerken”. Lees de woorden vlug luidop en gebruik niet meer dan 30 seconden voor elk woord. Verzamel de papieren en herverdeel ze onder de deelnemers. Vraag de deelnemers om de reacties neer te schrijven op het papier dat ze hebben gekregen. Maak een lijst van de reacties op een flip-over en bespreek hoe attitudes de counseling kunnen beïnvloeden.
Oefening: OFWEL
Geïllustreerde les, Hoofdstuk 2, slides 1–3
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
Herziening van de activiteiten van de dag
15 minuten
De trainer stelt vragen in verband met de inhoud die werd behandeld op dag 1, terwijl hij focust op domeinen die versterking nodig hebben. De Trainer beantwoordt de vragen van de participanten.
Elk team voert zijn rollenspel op voor de hele groep. De deelnemers bepalen de counselingsituatie en het probleem dat werd gedemonstreerd. De trainer en de deelnemers moeten zorgen voor feedback en beklemtoning van wat er werd gedaan dat duidelijk de gepaste counselingvaardigheden illustreerde.
Elk team moet een rollenspel van 3 minuten voorbereiden waarbij wordt gefocust op één van de aangetroffen situaties bij het praten met CT-cliënten zoals beschreven in Hoofdstuk 2. Het rollenspel moet ook één van de andere counselingkwesties, die werd beschreven in Hoofdstuk 2, omvatten.
Activiteit: Verdeel de deelnemers in groepen van twee of drie.
Activiteit: Een lijst van basis counselingvaardigheden wordt getoond op een flip-over. De trainers doen een rollenspel onder gebruikmaking van het deel “Vaststelling van het Risico” van het protocol om bepaalde van deze vaardigheden te demonstreren. De deelnemers worden gevraagd om te bepalen welke vaardigheden worden uitgebeeld. De trainer en de deelnemers moeten feedback voorzien, met beklemtoning van wat er werd gedaan dat duidelijk de vaardigheid illustreerde.
Geïllustreerde les (slides 8–einde)
TRAININGS-/LEERMETHODEN
Flip-over pagina's met een lijst van “situaties ontmoet bij het praten met CT- cliënten” en “counselingkwesties” zoals beschreven in Hoofdstuk 2.
Vaardigheden: Invoelen, actief luisteren, open vraagstelling, onderzoeken, focussen, bevestigen, verduidelijken, corrigeren van verkeerde informatie en samenvatten
CT-referentiemateriaal, Hoofdstuk 2 CT- Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 2 Het CT- Handboek voor deelnemers Flip-over en markeerstiften
HULPMIDDELEN
Gids voor Trainers - 5
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Opdracht: Lees CT Referentiemanuaal, Hoofdstukken 1–5 en Bijlagen A en B. Elke deelnemer bereidt een presentatie voor van een groepsvoorlichting over HIV/AIDS van 10 minuten.
Doelstelling: Beschrijf hoofdcomponenten bij het counselen van cliënten die speciale behoeftes hebben.
Doelstelling: Beschrijf en demonstreer basisvaardigheden voor counseling.
Hoofdstuk 2: Basisvaardigheden bij HIV-counseling, vervolg
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
30 minuten
75 minuten
TIJD
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
Hoofdstuk 3: Groepsvoorlichting Doelstelling: Beschrijf het belang van groepsvoorlichting Doelstelling: Beschrijf technieken voor effectieve groepsvoorlichting. Doelstelling: Beschrijf diverse benaderingen voor groepsvoorlichting. Doelstelling: Beschrijf de inhoud van een sessie voor groepsvoorlichting.
Doelstelling: Oefening in het leveren van groepsvoorlichting.
PAUZE
60 minuten
45 minuten
15 minuten
Gids voor Trainers - 6
Opwekken en overzicht van de activiteiten van de dag
15 minuten
DAG 2, VM (240 minuten)
TIJD
CT-Referentiemanuaal, Hoofdstuk 3 CT- Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 3 Het CT- Handboek voor deelnemers Flip-overs en markeerstiften
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Elke 10 minuten onderbreken opdat de volgende deelnemer zijn presentatie zou kunnen doen. De deelnemers moeten de demonstraties volgen onder gebruikmaking van de Leergids voor Groepsvoorlichting. De trainer bezoekt elke groep en coacht de deelnemers.
Oefening in kleine groepen: De deelnemers in groepen van drie verdelen. Elk groepslid moet beslissen over de groep van cliënten (bijv., prenatale zorg, STI, gezinsplanning) waarvoor de groepsvoorlichting is bedoeld. Elke deelnemer moet een beurt nemen om groepsvoorlichting te geven aan de twee andere leden van de groep. De deelnemers die optreden als de “groep” moeten vragen stellen zoals een groep van cliënten zou doen.
Demonstratie: De trainer demonstreert het leveren van een groepsvoorlichting gedurende 10 minuten onder gebruikmaking van de gids in Hoofdstuk 3. Laat een klein groepje deelnemers optreden als cliënten, terwijl de anderen de Leergids voor Groepsvoorlichting raadplegen en de gedemonstreerde vaardigheden observeren.
Geïllustreerde les (lezing)
Brainstormen: Wat is het verschil tussen counseling en groepsvoorlichting?
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELING EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
Doelstelling: Beschrijf hoe het CT-protocol gebruikt moet worden om vragen te kiezen.
LUNCH
45 minuten
45 minuten
Gids voor Trainers - 7
Hoofdstuk 4: Overzicht van het counseling- en testenprotocol, deel 1 Doelstelling: Beschrijf het doel van het counseling- en testenprotocol. Doelstelling: Beschrijf de manier waarop het CT-protocol is georganiseerd. Doelstelling: Beschrijf de delen van het CT-protocol.
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
60 minuten
TIJD
Ben ik reeds op de hoogte van deze informatie? Waarom mag ik deze vraag niet stellen? Welke vraag moet ik hierna stellen?
CT-Referentiemanuaal, Hoofdstuk 4 CT- Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 4 CT-Protocolboekje Voorbereide flip-overs (een pagina voor elke counselingsessie, met een lijst van de componenten van elke sessie)
CT-referentiemateriaal, Hoofdstuk 4 CT- Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 4
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
De deelnemers moeten de demonstratie volgen onder gebruikmaking van het CT-protocolboekje, Counselingsessie Voor de Test, component Vaststelling van het Risico.
• • •
Demonstratie: Met behulp van figuur 4-1 in de CTReferentiemanuaal, beschrijft de trainer de delen van het protocol en hoe het wordt gebruikt. De trainer demonstreert dan de component “Vaststelling van het Risico” van de counselingsessie voor de test. De trainer moet stoppen om elke taak uit te leggen en de ermee corresponderende vragen. De trainer betrekt de deelnemers in de demonstratie door vragen te stellen zoals:
Geïllustreerde les Oefening: Vorm 3 teams van deelnemers. Laat de teams wedijveren om te vinden waar er informatie en taken kunnen worden gevonden in het protocol.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELING EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
Doelstelling: Toon de mogelijkheid om counseling voor de test te geven volgens het protocol.
Herziening van de activiteiten van de dag
105 minuten
15 minuten
Gids voor Trainers - 8
Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje
CT-referentiemateriaal, Hoofdstuk 5 CT- Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 5 Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje Voorbereide flip-over voor de counselingsessie voor de test
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
De Trainer beantwoordt de vragen van de participanten.
Activiteit: Vraag de deelnemers om in een woord te beschrijven hoe zij zich voelden bij het gebruik van het protocol als counselors. Schrijf deze reacties op een flip-over. Vraag de deelnemers om een cijfer van 1 tot 10 (waarbij 1 het laagste is en 10 het hoogste) te geven aan hun zelfvertrouwensgraad bij het gebruik van het protocol en schrijf deze reacties op.
Op het einde van de eerste oefensessie beantwoordt u de vragen.
Trainers moeten zich in de groepen rondbewegen zodat zij de deelnemers kunnen observeren en vragen kunnen beantwoorden. Controleer of de deelnemers het protocol volgen en de juiste vragen kiezen voor de cliënt.
Activiteit: De deelnemers in groepen van drie verdelen. Elke groep kiest een rollenspel om de counselingsessie die voorafgaat aan de test te oefenen. De deelnemers spelen beurtelings de rollen van counselor, cliënt en waarnemer. Elke 10–15 minuten, tijd uittrekken zodat de deelnemers kunnen verwisselen van rollen en stoelen. Elke deelnemer moet een kans krijgen om de rol van counselor te spelen.
Demonstratie: Trainer en co-trainer kiezen een rollenspel van het protocol om de counselingsessie die voorafgaat aan de test te demonstreren. De trainers demonstreren de counselingsessie die voorafgaat aan de test van het begin tot het einde. Om de deelnemers erbij te betrekken, stopt u nu en dan om vragen te stellen over welke taken er moeten worden aangepakt en welke vragen er geschikt zijn voor de situatie.
Geïllustreerde les
Brainstorming: Hoe kunnen de counselors de ongerustheid van de cliënt verminderen?
TRAININGS-/LEERMETHODEN
Opdracht: Lees CT-Referentiemanuaal, Hoofdstukken 6–7 en Bijlagen A en B.
Hoofdstuk 5: Begeleidingssessie voor de test Doelstelling: Bepaal de componenten van de counselingsessie voor de test Doelstelling: Beschrijf de sleuteltaken die uitgevoerd moeten worden bij de counselingsessie voor de test.
60 minuten
DAG 2, NM (180 minuten)
TIJD
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELING EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
Hoofdstuk 6: Begeleidingssessie na de test HIV-negatief Doelstelling: Identificeer de componenten van de sessie na een HIV-negatieve test Doelstelling: Beschrijf de hoofdtaken die uitgevoerd moeten worden bij de sessie na een HIV-negatieve test.
PAUZE
Doelstelling: Toon de mogelijkheid om volgens het protocol counseling te geven na een HIV-negatieve test.
LUNCH
75 minuten
15 minuten
90 minuten
45 minuten
Gids voor Trainers - 9
Opwekken en herziening van de activiteiten van de dag
15 minuten
DAG 3, VM (195 minuten)
TIJD
Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje
CT-Referentiemanuaal, Hoofdstuk 6 CT-Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 6 Het Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje Voorbereide Flip-over en Counselingsessie na de test HIV-negatief Flip-over en markeerstiften
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Activiteit: Verdeel de deelnemers in groepen van twee en oefen de sessie na de HIV-negatieve test, door middel van een rollenspel uit het CT-lesboek van de deelnemer. Trainers moeten zich in de groepen rondbewegen zodat zij de deelnemers kunnen observeren en vragen kunnen beantwoorden. Controleer of de deelnemers het protocol volgen en de juiste antwoorden kiezen voor de cliënten.
Demonstratie: Trainer en co-trainer demonstreren de counselingsessie na een negatieve test, met inbegrip van het opmaken van een plan voor risicoverlaging.
Oefening: Leg uit hoe het Formulier met het Beknopt Plan voor Risicoverlaging wordt gebruikt.
Groepsdiscussie: Verwijs naar bladzijde 5-4 van de CTReferentiemanuaal. Bespreek het belang van de cliënten te helpen om te kiezen tussen realistische opties om hun risico te verlagen.
Geïllustreerde les
Groepsdiscussie: Waarom is het belangrijk HIV-negatieve testresultaten te leveren?
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
PAUZE
Doelstelling: Toon aan dat er een mogelijkheid is om volgens het protocol counseling te geven na een HIV-positieve test.
Herziening van de activiteiten van de dag
15 minuten
105 minuten
15 minuten
Gids voor Trainers - 10
Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje
CT-referentiemateriaal, Hoofdstuk 7 CT- Gids voor Trainers, Presentatie Grafieken, Hoofdstuk 7 Het CT- Handboek voor deelnemers Voorbereide Flip-over en Counselingsessie na de test HIV-positief Flip-over en markeerstiften
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
De trainer identificeert de moeilijkheden die de deelnemers hadden om het protocol te gebruiken. Deel de observaties van het counselen en het doel van de componenten van het protocol mee.
Activiteit: Vraag de deelnemers om in een woord te beschrijven hoe zij zich voelen over het protocol als counselors. Schrijf deze op, op een flip-over. Vraag de deelnemers om hun niveau van comfort/vertrouwen te bepalen door het protocol op een schaal van 1– 10 te gebruiken. Schrijf hun antwoorden op. Vergelijk deze resultaten met die van de vorige dag.
Groepsdiscussie: Leid een bespreking van de reacties van de deelnemers om het protocol te gebruiken en beantwoord mogelijke vragen. Identificeer de moeilijkheid bij elk van de stappen of activiteiten. Bespreek de kwaliteit van het counselen en het doel van de hoofditems in het protocol.
Activiteit: De deelnemers verdelen zich in groepjes van twee en oefenen de sessie na een HIV-positieve test waarbij ze een rollenspel gebruiken uit het CT-lesboek van de deelnemer. Trainers moeten zich in de groepen rondbewegen zodat zij de deelnemers kunnen observeren en vragen kunnen beantwoorden. Controleer of de deelnemers het protocol volgen en de juiste vragen kiezen voor de cliënt.
Demonstratie: Trainer en co-trainer demonstreren de counselingsessie na een HIV-positieve test. Beantwoord de vragen van de deelnemers.
Geïllustreerde les Groepsdiscussie: Vraag de deelnemers naar welke diensten en waarvoor ze HIV-positieve cliënten verwijzen of kunnen verwijzen en maak er een lijst van op een flip-over. Bespreek het belang van verwijzing voor medische, emotionele en spirituele noden.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
Opdracht: Lees CT-Referentiemanuaal, Hoofdstukken 6–7 en Bijlagen A en B.
Hoofdstuk 7: Begeleidingssessie na de test HIV-positief Doelstelling: Identificeer de componenten van de sessie na de HIV-positieve test. Doelstelling: Beschrijf de hoofdtaken die uitgevoerd moeten worden bij de sessie na de HIV-positieve test.
45 minuten
DAG 3, NM (180 minuten)
TIJD
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
Doelstelling: Oefen alle componenten van HIV-counseling.
PAUZE
120 minuten
15 minuten
Gids voor Trainers - 11
Opwekken en herziening van de activiteiten van de dag
15 minuten
DAG 4, VM (240 minuten)
TIJD
•
•
•
•
Vraag de cliënt als zij/hij een vrijwilliger wil zijn.
Zeg de cliënt dat wij NIET testen. Zeg dat dit vrijwillig is en om te oefenen en dat de cliënt nog naar zijn/haar provider zal moeten gaan.
Zeg de cliënt dat u een nieuw hulpmiddel voor counseling uitkiest.
Stel uzelf aan de cliënt voor.
Flip-over met instructies voor het werken met cliënten
Het CT- Handboek voor deelnemers. CT-Protocolboekje
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Begeleide Praktijk met Cliënten. (Wanneer dit de enige keer is die beschikbaar is voor oefening met cliënten.) Bekijk de instructies voor het werken met de klanten wiens namen op de flip-over staan opnieuw. Laat de helft van de deelnemers de counselingsessie voor de test oefenen met cliënten. Een trainer moet de deelnemers begeleiden naar de kliniek en hen observeren en trainen als zij counseling aan de klanten verschaffen. De overblijvende deelnemers zullen e counseling bij HIV oefenen zoals beschreven in de onderstaande activiteit. Wissel de groepen om wanneer dit aangewezen is. Activiteit: Verdeel de deelnemers in groepen van 2. Elke groep kiest rollenspellen uit om het counselen bij HIV te oefenen (counselingssessie na de test, HIV-negatief na de test, HIVpositief na de test). De deelnemers spelen beurtelings de rollen van counselor en cliënt. De deelnemers moeten de hele cyclus van counseling voor, of na de test afwerken en dan de rollen omwisselen. Trainers moeten zich in de groepen rondbewegen zodat zij de deelnemers kunnen observeren en vragen kunnen beantwoorden. Controleer of de deelnemers het protocol volgen en de juiste antwoorden kiezen voor de cliënten.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
Doelstelling: Oefen met alle componenten van counseling voor HIV (vervolg).
Doelstelling: Invullen van de vragenlijst van tijdensde cursus.
LUNCH
60 minuten
30 minuten
30 minuten
Gids voor Trainers - 12
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
TIJD
Het CT- Handboek voor deelnemers
Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Activiteit: De deelnemers vullen de Vragenlijst van Tijdensde Cursus in.
Activiteit: Verdeel de deelnemers in groepen van 3. Elke groep kiest rollenspellen uit om het counselen bij HIV te oefenen (counselingssessie voor de test, HIV-negatief na de test, HIVpositief na de test). De deelnemers spelen beurtelings de rollen van counselor, cliënt en waarnemer. De waarnemer moet de prestatie van de counselor beoordelen door gebruik te maken van de Controlelijst voor het Gebruik van het CT-Protocol. Elke 10–15 minuten, tijd uittrekken zodat de deelnemers kunnen verwisselen van rollen en stoelen. Elke deelnemer moet een kans krijgen om de rol van counselor te spelen. Trainers moeten zich in de groepen rondbewegen zodat zij de deelnemers kunnen observeren en vragen kunnen beantwoorden. Controleer of de deelnemers het protocol volgen en de juiste antwoorden kiezen voor de cliënten.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
Herziening van de activiteiten van de dag
15 minuten
Gids voor Trainers - 13
Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Wanneer Begeleide Praktijk met Cliënten wordt Gebruikt: Vraag de deelnemers hoe ze zich voelden bij het gebruik van het protocol met de cliënten.
Activiteit: Verdeel de deelnemers in groepen van 3. Elke groep kiest rollenspellen uit om het counselen bij HIV te oefenen (counselingssessie na de test, HIV-negatief na de test, HIVpositief na de test). De deelnemers spelen beurtelings de rollen van counselor, cliënt en waarnemer. De waarnemer moet de prestatie van de counselor beoordelen door gebruik te maken van de Controlelijst voor het Gebruik van het CT-Protocol. Elke 10–15 minuten, tijd uittrekken zodat de deelnemers kunnen verwisselen van rollen en stoelen. Elke deelnemer moet een kans krijgen om de rol van counselor te spelen. Trainers moeten zich in de groepen rondbewegen zodat zij de deelnemers kunnen observeren en vragen kunnen beantwoorden. Controleer of de deelnemers het protocol volgen en de juiste antwoorden kiezen voor de cliënten.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
Opdracht: Review CT Referentiemanuaal, Hoofdstuk 5–7 en Bijlagen A en B.
Doelstelling: Oefen met alle componenten van counseling voor HIV (vervolg).
165 minuten
Oefenen van al de componenten van CT
DAG 4, NM (180 minuten)
TIJD
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTCURSUS (5 Dagen)
LUNCH
Gids voor Trainers - 14
30 minuten
Doelstelling: Beoordelen van de vaardigheden van de deelnemers in counseling bij HIV.
Doelstelling: Oefen alle componenten van HIV-counseling.
195 minuten
de van
Doelstelling: Beoordelen van antwoorden bij de Vragenlijst Tijdensde Cursus.
30 minuten
de
Opwekken en herziening activiteiten van de dag
15 minuten van
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
DAG 5, VM (240 minuten)
TIJD
•
•
•
•
Vraag de cliënt als zij/hij een vrijwilliger wil zijn.
Zeg de cliënt dat wij NIET testen. Zeg dat dit vrijwillig is en om te oefenen en dat de cliënt nog naar zijn/haar provider zal moeten gaan.
Zeg de cliënt dat u een nieuw hulpmiddel voor counseling uitkiest.
Stel uzelf aan de cliënt voor.
Flip-over met instructies voor het werken met cliënten
Het CT- Gids voor Trainers
Het CT- Handboek voor deelnemers CT-Protocolboekje
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Optioneel: Begeleide Praktijk met Cliënten. Bekijk de instructies voor het werken met de klanten wiens namen op de flip-over staan opnieuw. Laat de helft van de deelnemers de counselingsessies met cliënten oefenen. Een trainer moet de deelnemers begeleiden naar de kliniek en hen observeren en trainen als zij counseling aan de klanten verschaffen. De overblijvende deelnemers zullen de counseling bij HIV oefenen zoals hierboven beschreven. Wissel na 60 minuten de groepen om. Activiteit: De deelnemers in groepen van drie verdelen. Elke groep kiest rollenspellen uit om de counseling bij HIV te oefenen (counselingssessie voor de test, HIV-negatief na de test, HIVpositief na de test). De deelnemers spelen beurtelings de rollen van counselor, cliënt en waarnemer. De waarnemer moet de prestatie van de counselor beoordelen door gebruik te maken van de Controlelijst voor het Gebruik van het CT-Protocol. Elke 10–15 minuten, tijd uittrekken zodat de deelnemers kunnen verwisselen van rollen en stoelen. Elke deelnemer moet een kans krijgen om de rol van counselor te spelen. Trainers moeten zich in de groepen rondbewegen zodat zij de deelnemers kunnen observeren en vragen kunnen beantwoorden. Controleer of de deelnemers het protocol volgen en de juiste antwoorden kiezen voor de cliënten. Activiteit: De deelnemers zullen de trainer vertellen wanneer ze klaar zijn om te worden geëvalueerd. De trainer zal de vaardigheden in de counseling bij HIV evalueren onder gebruikmaking van de Controlelijst voor het Gebruik van het CTprotocol en feedback leveren aan de deelnemers.
De trainer beoordeelt de antwoorden bij de Vragenlijst van tijdensde Cursus en biedt individuele coaching aan de deelnemers.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
DOELSTELLINGEN/ACTIVITEITEN
Doelstelling: Een actieplan ontwerpen voor het invoeren en versterken van CT-diensten in de werkplaatsen van de deelnemers.
PAUZE
Doelstelling: De resultaten van de cursus evalueren met het oog op de verwachtingen van de deelnemers, de doelstellingen, trainingmethoden en materialen.
Doelstelling: De sterkten en de zwakten van de trainingcursus identificeren.
Einde
60 minuten
15 minuten
30 minuten
15 minuten
30 minuten
Gids voor Trainers - 15
Doelstelling: Het vertrouwen van de deelnemers in het gebruik van het protocol beoordelen.
30 minuten
DAG 5, NM (180 MINUTEN)
TIJD
Het CT- Gids voor Trainers
Het CT- Handboek voor deelnemers
Flip-over en markeerstiften
HULPMIDDELEN
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
Toekennen van certificaten aan de deelnemers aan de cursus.
De deelnemers vullen het Evaluatieformulier van de CT-cursus in.
Groepsdiscussie
Groepsdiscussie: Bespreek de hinderpalen voor de CT-diensten en gesuggereerde manieren om deze te verminderen.
De deelnemers moeten individueel of in teams werken (als er verschillende zijn van dezelfde faciliteit) om plannen te ontwikkelen om de CT-diensten in hun faciliteiten te introduceren of te versterken.
Activiteit: Vraag de deelnemers om in een woord te beschrijven hoe zij zich voelen over het protocol als counselors. Schrijf deze op, op een flip-over. Vraag de deelnemers om hun niveau van comfort/vertrouwen te bepalen door het protocol op een schaal van 1–10 te gebruiken. Schrijf hun antwoorden op. Vergelijk deze resultaten met de vorige reacties.
TRAININGS-/LEERMETHODEN
SAMENVATTING VAN DE MODELCOUNSELEN EN TESTEN CURSUS (5 Dagen)
Gids voor Trainers - 16
HIV: Counselen enTesten–Handboek voor de Cursus
VRAGENLIJST VOORAFGAAND AAN DE CURSUS GEBRUIK VAN DE BEOORDELINGSMATRIX VOOR INDIVIDUEN EN GROEPEN De vragenlijst die voorafgaat aan de cursus is niet bedoeld als test, maar eerder als een beoordeling van wat de deelnemers individueel of als groep weten over het onderwerp van de cursus. De deelnemers beseffen dit vaak niet en kunnen bezorgd zijn en zich ongemakkelijk voelen bij de gedachte dat ze worden "getest" voor hun collega's op de eerste dag van een cursus. De trainer moet gevoelig zijn voor deze houding en de vragenlijst op een neutrale en niet dreigende manier uitvoeren zoals de hier volgende richtlijn illustreert: •
De deelnemers trekken een nummer om de anonimiteit te verzekeren (bijv. van 1 tot 12 als er 12 deelnemers aan de cursus zijn).
•
De deelnemers vullen de vragenlijst die voorafgaat aan de cursus in.
•
De trainer geeft de antwoorden bij elke vraag.
•
De trainer geeft de matrix voor individuele en groepsbeoordeling door aan elke deelnemer om die in te vullen volgens zijn/ haar nummer.
•
De trainer maakt de ingevulde matrix bekend.
De trainer en de deelnemers bespreken de resultaten van de vragenlijst zoals die werden aangegeven op de matrix en ze beslissen samen over de toewijzing van de cursustijd.
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers -17
SLEUTEL BIJ DE VRAGENLIJST DIE VOORAFGAAT AAN DE CURSUS Instructies: Vul in de daarvoor bestemde ruimte een hoofdletter J in als de bewering juist (Juist) is of een hoofdletter O als de bewering onjuist (Onjuist) is. INTRODUCTIE VAN HIV/AIDS EN COUNSELING EN TESTEN OP HIV 1. In januari heeft een vrouw onbeschermde seks met een man die HIV-positief is. Als zij besmet is met het virus, zal een test vast en zeker positief zijn als het gedaan wordt na 4 weken
ON-JUIST
2. Mensen die seksueel overdraagbare infecties hebben, raken eerder met HIV besmet.
JUIST
3. Alle met HIV-besmette moeders kunnen HIV overdragen op hun baby’s.
ON-JUIST
4. Het hoofddoel van counseling en testen is om de cliënt op te voeden over HIV/AIDS.
ON-JUIST
5. Een positief HIV-testresultaat betekent dat u besmet bent met AIDS.
ON-JUIST
6.
De ELISA-, Western Blot-test en de snelle vingerprik HIV-testen zijn allemaal opties die betrouwbaar zijn voor het testen op HIV.
JUIST
BASISVAARDIGHEDEN VOOR HIV-COUNSELING 7. De cliënt zeggen wat hij moet doen is het meest belangrijke deel van de counseling.
ON-JUIST
8. Het stellen van een open vraag, zoals: “Hoe denkt u uw risico om HIV te krijgen te verminderen?”, is een doeltreffende counselingmethode.
JUIST
9. Tijdens de HIV-gerelateerde counseling, moeten de counselor en cliënt praten over elk onderwerp waarover de cliënt wenst te spreken. 10. Veel tieners begrijpen gemakkelijk wat risicogedrag inhoudt.
ON-JUIST
ON-JUIST
GROEPSEDUCATIE 11. Een voordeel van groepsvoorlichting is dat het ook de counselingsessie voor de test kan verkorten.
JUIST
12. Groepseducatie werkt het best wanneer een kliniek een protocol voor de counseling bij groepsvoorlichting gebruikt.
JUIST
Gids voor Trainers –18
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
OVERZICHT VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL 13. De diensten voor counseling en testen bestaan uit de counselingsessie voor de test, de HIV-test en de counselingsessie na de test. 14. De counselor moet alle vragen die vermeld zijn in het Protocol voor Counseling en Testen vragen.
JUIST
ON-JUIST
15. CT moedigt mensen aan en kan hen helpen om hun toekomst te plannen.
JUIST
COUNSELINGSESSIES VOOR EN NA DE TEST 16. De counselingsessie voor de test houdt in dat u zichzelf voorstelt en de cliënt wegwijs maakt tijdens de sessie. 17. De counselingsessie voor de test gaat het recente risicogedrag van klanten na om zijn/haar persoonlijk HIV-risico vast te stellen.
JUIST
JUIST
18. Als de cliënt is niet klaar om een HIV-test te doen, moet de counselor de cliënt overtuigen om zich toch te laten testen.
ON-JUIST
19. Counseling na de test is niet nodig voor cliënten die negatieve HIVtestresultaten hebben.
ON-JUIST
20. De voornaamste focus van counseling na de test is voor HIV-negatieve cliënten om hen te helpen om een plan te ontwikkelen, om hun kans om besmet te raken met HIV te verminderen in plaats van te elimineren.
JUIST
21. Het is niet nodig om HIV-negatieve cliënten zich te helpen voorbereiden zodat zij met hun partners over het testen op HIV kunnen praten.
ON-JUIST
22. Het is erg belangrijk dat u met HIV-positieve cliënten manieren bespreekt om het bekendmaken en partnerverwijzing te bespreken.
JUIST
23. Zwangere vrouwen moeten verwezen worden voor aanvullende counseling en mogelijke behandelingen om de overdracht van moeder op kind van HIV te voorkomen.
JUIST
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers -19
Gids voor Trainers –20
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
LEEROEFENINGEN EN SLEUTELS OEFENING MET INFORMATIE OVER HIV/AIDS 1. Welk lichaamssysteem wordt beschadigd door HIV? 2. Wat is een opportunistische infectie? 3. Wat is de windowperiode en hoe lang duurt ze? 4. Hoe lang duurt het gemiddeld eer een HIV-positieve persoon AIDS krijgt? 5. Geef drie manieren op, waarop HIV wordt verspreid. 6. Welk percentage van met HIV-besmette zwangere vrouwen kunnen HIV overdragen op hun baby’s als ze niet worden behandeld? 7. Geef twee gedragingen op die mensen een groot risico op HIV doen lopen. 8. Geef drie manieren om HIV-infectie te voorkomen. 9. Noem twee mythes/misopvattingen omtrent HIV/AIDS in uw land. 10. Geef twee dingen op die HIV-positieve mensen kunnen doen om gezond te leven.
Aantekeningenboek voor de Cursus Counselen en Testen op HIV
Gids voor Trainers - 21
FEIT OF MYTHE? SLEUTEL Schrijft u alstublieft op als u vindt dat elke bewering een feit of mythe is. Welke andere mythes of misopvattingen bestaan er in uw gemeenschap? 1.
HIV wordt voornamelijk verspreid door seksuele geslachtsgemeenschap.
Feit
2.
AIDS en HIV-infectie zijn hetzelfde ding.
Mythe
3.
De HIV-afweerstof zal aantonen als u AIDS heeft.
Mythe
4.
HIV/AIDS is een veroordeling en straf van God.
Mythe
5.
Er is weinig kans dat u geïnfecteerd raakt met HIV door het geïnfecteerd bloed Feit tijdens bloedtransfusie.
6.
Een zwangere vrouw met HIV kan HIV op haar ongeboren kind overdragen.
Feit
7.
Overdracht van HIV van moeder op kind.
Feit
8.
Een negatieve HIV-test is altijd correct.
Mythe
9.
AIDS is een ziekte die wetenschappers gecreëerd hebben om de vervuiling van Mythe de aardbol tegen te gaan.
10.
Als beide partners HIV-positief zijn, hoeven zij geen veiligere seks te hebben.
Mythe
11.
Er is geen medicijn voor AIDS.
Feit
12.
Een persoon die onlangs geïnfecteerd is met HIV, hoeft geen symptomen Feit te hebben.
13.
Alle mensen met Tuberculose hebben HIV.
Mythe
14.
HIV kan verspreid worden door muskieten.
Mythe
15.
Een HIV-positieve persoon kan geen levensverzekering krijgen.
Feit
16.
Mensen kussen met HIV kan gevaarlijk zijn.
Mythe
17.
Vrouwen en mannen met HIV krijgen verschillende infecties.
Mythe
18.
Sommige mensen zijn immuun voor HIV-infectie.
Mythe
19.
Een man kan genezen worden van AIDS door seks met een maagd te hebben.
Mythe
20.
U kunt zeggen wanneer iemand HIV heeft door slechts naar hen te kijken.
Mythe
Gids voor Trainers – 22
Aantekeningenboek voor de Cursus Begeleiden en Testen op HIV
ANTWOORDBLAD VOOR WOORDASSOCIATIE
Woord:
Woord:
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
Woord:
Woord:
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
Woord:
Woord:
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
Woord:
Woord:
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
Woord:
Woord:
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
ANTWOORDEN 1. ___________________________ 2. ___________________________ 3. ___________________________
Aantekeningenboek voor de Cursus Counselen en Testen op HIV
Gids voor Trainers - 23
Gids voor Trainers – 24
Aantekeningenboek voor de Cursus Begeleiden en Testen op HIV
VRAGENLIJST DIE TIJDENS DE CURSUS MOET WORDEN INGEVULD GEBRUIK VAN DE VRAGENLIJST Deze kennisbeoordeling is bedoeld om de deelnemers te helpen om hun vooruitgang tijdens de cursus te controleren. Tegen het einde van de cursus wordt verwacht dat alle deelnemers een score van 85% of beter behalen. De vragenlijst moet worden gegeven op het tijdsstip in de cursus waarop alle onderwerpdomeinen zijn voorgesteld geworden. Een score van 85% of meer juist geeft de beheersing aan van het op kennis gebaseerde materiaal dat gepresenteerd wordt in de referentiehandleiding. Voor diegenen die minder dan 85% scoren bij hun eerste poging, moet de klinische trainer de resultaten individueel bespreken met de deelnemer en hem/haar begeleiden bij het gebruik van de referentiehandleiding om de vereiste informatie te leren. De deelnemers die minder dan 85% scoorden, kunnen de vragenlijst opnieuw invullen op elk moment tijdens de rest van de cursus. Het herhaald testen mag enkel gebeuren nadat de deelnemer voldoende tijd heeft gehad om de referentiehandleiding te studeren. De vragenlijst tijdens de cursus moet worden uitgevoerd op een neutrale en niet bedreigende manier, zoals de volgende richtlijn illustreert:
• • • • • • •
Maak kopies van de vragenlijst en van het antwoordblad bij de vragenlijst. Vraag elke deelnemer zijn/haar naam in drukletters te schrijven op de eerste bladzijde van het antwoordblad bij de vragenlijst. De deelnemers mogen niet schrijven op de vragenlijst. De deelnemers moeten voldoende tijd krijgen om al de vragen te beantwoorden. De trainer moet in de kamer blijven totdat al de deelnemers klaar zijn. Om minder lawaai te veroorzaken moeten de deelnemers als ze klaar zijn, hun vragenlijst ingeven en de kamer verlaten. De trainer zal elke vragenlijst quoteren en de deelnemers die minder dan 85% scoren, individueel opzoeken.
HIV: Counselen en Testeten - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 25
• •
Gids voor Trainers –26
Wanneer al de deelnemers een score van tenminste 85% behalen, moet de trainer al de antwoorden met de deelnemers bespreken. De trainer moet de kopijen van de antwoorden van de deelnemers bewaren bij de verslagen van de cursus.
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
VRAGENLIJST DIE TIJDENS DE CURSUS MOET WORDEN INGEVULD Instructies: Schrijf de letter van het beste antwoord op elke vraag in de open ruimte naast het overeenkomstig nummer op het antwoordblad dat is aangehecht. INTRODUCTIE TOT HIV/AIDS EN COUNSELING EN TESTEN 1. In januari heeft een vrouw onbeschermde seks met een man die HIV-positief is. Als zij besmet is met het virus, zal een test zeker en vast positief zijn als het gedaan wordt na a. b. c. d.
1 week. 4 weken. 8 weken. 12 weken.
2. Mensen die seksueel overgedragen aandoeningen hebben a. b. c. d.
zullen altijd een positief HIV-testresultaat hebben. hebben meer kans om met HIV besmet te raken. moeten nooit op HIV getest worden. moeten behandeld worden voor HIV.
3. Een HIV-positieve vrouw kan HIV op haar baby overdragen a. b. c. d.
via het geven van borstvoeding slechts. tijdens de bevalling slechts. tijdens de bevalling en via het geven van borstvoeding. tijdens de zwangerschap, de bevalling en via het geven van borstvoeding.
4. Het voornaamste doel van counseling en testen is a. om zoveel en zo snel mogelijk HIV-positieve personen te identificeren. b. om cliënten te helpen HIV-risicogedragingen te identificeren en manieren te vinden om het risico dat zij lopen te verlagen. c. om cliënten te informeren over HIV/AIDS. d. om de HIV-besmetting te stoppen. 5. Een positief HIV-testresultaat betekent a. b. c. d.
dat de cliënt HIV-afweerstoffen in zijn/haar bloed heeft. dat de cliënt heel gauw ziek zal worden. dat de cliënt AIDS heeft. dat de cliënt in de windowperiode is.
6. Betrouwbare HIV-testmethoden zijn al de volgende BEHALVE a. b. c. d.
ELISA. sneltests. Western blot. Bloedaanmaak.
HIV: Counselen en Testeten - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 27
BASISVAARDIGHEDEN BIJ HIV-COUNSELING 7. Wat is het het hoofddoel van counseling? a. b. c. d.
de cliënt zeggen wat hij/zij moet doen de cliënt alle details bijbrengen de cliënt helpen keuzes te maken alles is belangrijk
8. Een doeltreffende counselingvaardigheid is a. b. c. d.
open vragen stellen. de cliënt advies geven over wat gedaan moet worden. de counselingsessie zo snel mogelijk afmaken. zo veel mogelijk informatie aan de cliënt geven.
9. Tijdens counseling in verband met HIV, moet de counselor a. b. c. d.
alles over HIV vertellen. proberen de cliënten te helpen om hun risico op HIV-besmetting te verlagen. praten over alles waarover de cliënt wenst te praten. probeert slechts om de cliënt over te halen zich te laten testen op HIV.
10. Het counselen van adolescenten kan moeilijk zijn omdat a. b. c. d.
veel van hen niet gemakkelijk begrijpen wat risicogedrag inhoudt. zij nooit willen luisteren. zij nooit aandacht schenken. zij altijd erg verlegen zijn.
GROEPSEDUCATIE (GROEPSVOORLICHTING) 11. Een van de belangrijke voordelen bij het geven van groepsvoorlichting voor counseling is dat a. b. c. d.
counseling dan niet nodig is. de cliënt dan iets te doen heeft. de counselor de cliënt opnieuw voorlichting kan geven tijdens de counseling. de counselor zich dan slechts kan bezighouden met het counselen, in plaats van met het geven van voorlichting aan cliënten.
12. Groepsvoorlichting werkt het best wanneer a. de groepsvoorlichter alleen het woord voert. b. de groepsvoorlichter technische medische termen gebruikt. c. wanneer een kliniek een gids of protocol voor de counseling bij groepsvoorlichting gebruikt. d. het de counselingsessie voor de test vervangt.
Gids voor Trainers –28
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
OVERZICHT VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL 13. Diensten voor counslen en testen bestaan uit a. de counselingsessie voor de test, HIV-test, en uit het versturen van het testresultaat via de post. b. de counselingsessie voor de test, HIV-test, en counseling na de test. c. de counselingsessie voor de test, HIV-test, en counseling na de test voor die personen slechts die een positief testresulaat hebben. d. groepsvoorlichting, de counselingsessie voor de test, en het testen op HIV. 14. Wanneer de counselors het Counselen en Testenprotocol gebruiken, moeten zij a. alle vragen stellen die erin voorkomen. b. tijd besteden aan elke opdracht, zelfs als het niets met de situatie van de cliënt te maken heeft. c. naar het volgend deel gaan zodra de aanbevolen tijd verstreken is. d. vragen stellen aan de hand van wat zij weten over de situatie van de cliënt. 15. Het voornaamste doel van counselen testen op HIV is a. b. c. d.
om zoveel en zo snel mogelijk HIV-positieve personen te identificeren. om risicogedragingen te identificeren en om de cliënt te helpen het risico te verlagen. om cliënten te informeren over HIV/AIDS. om HIV-besmetting te bestrijden.
16. Een van de voordelen van counselen en testen is dat a. b. c. d.
het mensen helpt om zichzelf tegen HIV te beschermen. het alle HIV-positieve mensen in het land identificeert. de verspreiding van tuberculose voorkomt. het tijd bespaart voor het medisch personeel in klinieken.
COUNSELINGSESSIES VOOR EN NA DE TEST 17. Met welke van de volgende componenten eindigt de counselingsessie? a. b. c. d.
Vaststelling van het risico Onderzoek opties voor risicoverlaging Informatie over het testen op HIV Introductie en oriëntatie met betrekking tot CT
18. Als de cliënt niet weet of hij/zij er klaar voor is om zich te laten testen op HIV, moet de counselor a. b. c. d.
proberen de cliënt ervan te overtuigen dat hij/zij zich laat testen. het zo laten en de cliënt weg laten gaan. meer informatie geven en de cliënt helpen een beslissing te nemen. de cliënt geen counseling meer geven.
HIV: Counselen en Testeten - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 29
19. Counseling na de test moet a. gedaan worden in groepen. b. is verplicht voor cliënten die een hoog risico lopen, zoals die cliënten die seksueel overdraagbare infecties hebben. c. wordt slechts gegeven aan cliënten die een ELISA-HIV-test gedaan hebben. d. aan alle cliënten aangeboden, of zij nu een positief of negatief testresultaat hebben. 20. Een negatief testresultaat geeft aan dat de cliënt a. b. c. d.
niet het risico loopt om met HIV besmet te raken. helemaal niet besmet is met HIV. 3 maanden voor de dag van de test niet met HIV besmet was. niet met HIV besmet is, maar binnen een maand opniew getest moet worden.
21. Het hoofddoel van counseling van HIV-negatieve cliënten na de test is om a. de cliënten te helpen om een plan voor verlaging van hun risico op HIV-besmetting te ontwikkelen. b. de cliënten zeggen om het risico dat zij lopen om met HIV besmet te raken volkomen te elimineren door helemaal geen seks te hebben. c. de cliënten te leren om iedere keer als zij seks hebben condooms te gebruiken. d. de cliënten helpen om altijd monogaam te zijn. 22. Tijdens de counselingsessie na de test, moet de counselor die cliënten die een negatief testresultaat hebben a. b. c. d.
vertellen dat zij hun partners niet hoeven in te lichten over het testresultaat. aanmoedigen om met hun partners te praten over hun HIV-test. zeggen dat zij niet langer het risico lopen om besmet te raken. en zo min mogelijk tijd aan hen te besteden.
23. Een voorname taak van counseling na de test voor HIV-positieve cliënten is om a. cliënten te berispen omwille van hun gedrag. b. een heleboel tijd te besteden aan het geven van counseling waarbij bezorgdheid wordt opgewekt. c. te garanderen dat de cliënt de betekenis van het resultaat begrijpt. d. de opties van de cliënt voor het verlagen van het risico na te gaan. 24. Zwangere vrouwen die HIV-positieve testresultaten hebben moeten a. verwezen worden naar adoptiediensten. b. geïnformeerd worden dat hun babies met HIV besmet zullen worden. c. verwezen worden voor aanvullende counseling en mogelijke behandelingen om de overdracht van moeder op kind van HIV te voorkomen. d. gezegd worden dat zij hun partners mee moeten nemen zodat zij op HIV getest kunnen worden.
Gids voor Trainers –30
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
ANTWOORDBLAD BIJ DE VRAGENLIJST TIJDENS DE CURSUS
INTRODUCTIE VAN HIV/AIDS EN COUNSELING EN TESTEN OP HIV
OVERZICHT VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL
1. _______ 13. _______ 2. _______ 14. _______ 3. _______ 15. _______ 4. _______ 16. _______ 5. _______ 6. _______
BASISVAARDIGHEDEN VOOR HIV-COUNSELING
COUNSELINGSESSIES VOOR EN NA DE TEST 17. _______ 18. _______
7. _______ 19. _______ 8. _______ 20. _______ 9. _______ 21. _______ 10. _______ 22. _______ GROEPSEDUCATIE
23. _______
11. _______
24. _______
12. _______
HIV: Counselen en Testeten - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 31
Gids voor Trainers – 32
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
ANTWOORDSLEUTEL DIE TIJDENS DE CURSUS GEHANTEERD ZAL WORDEN INTRODUCTIE TOT HIV/AIDS EN COUNSELING EN TESTEN OP HIV 1. In januari heeft een vrouw onbeschermde seks met een man die HIV-positief is. Als zij besmet is met het virus, zal een test zeker en vast positief zijn als het gedaan wordt na a. b. c. d.
1 week. 4 weken. 8 weken. 12 WEKEN.
2. Mensen die seksueel overdraagbare aandoeningen hebben a. zullen altijd een positief HIV-testresultaat hebben. b. HEBBEN MEER KANS OM MET HIV BESMET TE RAKEN. c. moeten nooit op HIV getest worden. d. moeten behandeld worden voor HIV. 3. Een HIV-positieve vrouw kan HIV op haar baby overdragen a. via het geven van borstvoeding slechts. b. tijdens de bevalling slechts. c. tijdens de bevalling en het geven van borstvoeding. d. TIJDENS DE ZWANGERSCHAP, DE BEVALLING EN HET GEVEN VAN BORSTVOEDING. 4. Het voornaamste doel van counselen en testen op HIV is a. om zoveel en zo snel mogelijk HIV-positieve personen te identificeren. b. OM CLIËNTEN TE HELPEN HIV-RISICOGEDRAGINGEN TE IDENTIFICEREN TE VINDEN OM HET RISICO DAT ZIJ LOPEN TE VERLAGEN. c. om cliënten te informeren over HIV/AIDS. d. om de HIV-besmetting te stoppen.
EN MANIEREN
5. Een positief HIV-testresultaat betekent a. DAT DE CLIËNT HIV-AFWEERSTOFFEN IN ZIJN/HAAR b. dat de cliënt heel gauw ziek zal worden. c. dat de cliënt AIDS heeft. d. dat de cliënt in de windowperiode is.
BLOED HEEFT.
6. Betrouwbare HIV-testmethoden zijn al de volgende BEHALVE a. ELISA. b. sneltests. c. Western blot. d. BLOEDAANMAAK.
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 33
BASISVAARDIGHEDEN BIJ HIV-COUNSELING 7. Wat is het het hoofddoel van counseling? a. De cliënten zeggen wat zij moeten doen b. de cliënt alle details bijbrengen c. DE CLIËNT HELPEN KEUZES TE MAKEN d. alles wat belangrijk is 8. Een doeltreffende counselingvaardigheid is a. OPEN VRAGEN STELLEN. b. de cliënt advies geven over wat gedaan moet worden. c. de counselingsessie zo snel mogelijk afmaken. d. zo veel mogelijk informatie aan de cliënt geven. 9. Tijdens counseling in verband met HIV, moet de counselor a. alles over HIV vertellen. b. PROBEREN DE CLIËNTEN TE HELPEN OM HUN RISICO OP HIV-BESMETTING VERLAGEN. c. praten over alles waarover de cliënt wenst te praten. d. er enkel op focussen de toestemming van de cliënt te krijgen voor de test.
TE
10. Het counselen van tieners kan moeilijk zijn omdat a. VEEL VAN HEN NIET GEMAKKELIJK BEGRIJPEN WAT RISICOGEDRAG INHOUDT. b. zij nooit willen luisteren. c. zij nooit aandacht schenken. d. zij altijd erg verlegen zijn.
GROEPSEDUCATIE (GROEPSVOORLICHTING) 11. Een van de belangrijke voordelen bij het geven van groepsvoorlichting voor counseling is dat a. counseling dan niet nodig is. b. de cliënt dan iets te doen heeft. c. de counselor de cliënt opnieuw voorlichting kan geven tijdens de counseling. d. DE COUNSELOR ZICH DAN SLECHTS KAN BEZIGHOUDEN MET HET COUNSELEN, PLAATS VAN MET HET GEVEN VAN VOORLICHTING AAN CLIËNTEN.
IN
12. Groepsvoorlichting werkt het best wanneer a. de groepsvoorlichter alleen het woord voert. b. de groepsvoorlichter technische medische termen gebruikt. c. WANNEER EEN KLINIEK EEN GIDS OF PROTOCOL VOOR GROEPSVOORLICHTING GEBRUIKT. d. het de counselingsessie voor de test vervangt.
Gids voor Trainers – 34
DE COUNSELING BIJ
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
OVERZICHT VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL 13. Diensten voor counslen en testen bestaan uit a. de counselingsessie voor de test, HIV-test, en uit het versturen van het testresultaat via de post. b. DE COUNSELINGSESSIE VOOR DE TEST, HIV-TEST, EN COUNSELING NA DE TEST. c. de counselingsessie voor de test, HIV-test, en counseling na de test voor die personen slechts die een positief testresulaat hebben. d. groepsvoorlichting, de counselingsessie voor de test, en het testen op HIV. 14. Wanneer de counselors het Counseling- en Testenprotocol gebruiken, moeten zij a. alle vragen stellen die erin voorkomen. b. tijd besteden aan elke opdracht, zelfs als het niets met de situatie van de cliënt te maken heeft. c. naar het volgend deel gaan zodra de aanbevolen tijd verstreken is. d. VRAGEN STELLEN AAN DE HAND VAN WAT ZIJ WETEN OVER DE SITUATIE VAN DE CLIËNT. 15. Het voornaamste doel van counselen en testen op HIV is a. om zoveel en zo snel mogelijk HIV-positieve personen te identificeren. b. OM RISICOGEDRAGINGEN TE IDENTIFICEREN EN OM DE CLIËNT TE HELPEN HET RISICO TE VERLAGEN. c. om cliënten te informeren over HIV/AIDS. d. om HIV-besmetting te bestrijden. 16. Een van de voordelen van counselen en testen is dat a. HET MENSEN HELPT OM ZICHZELF TEGEN HIV TE BESCHERMEN. b. het alle HIV-positieve mensen in het land identificeert. c. de verspreiding van tuberculose voorkomt. d. het tijd bespaart voor het medisch personeel in klinieken.
COUNSELINGSESSIES VOOR EN NA DE TEST 17. Met welke van de volgende componenten eindigt de counselingsessie? a. Vaststelling van het risico b. Onderzoek opties voor risicoverlaging c. INFORMATIE OVER HET TESTEN OP HIV d. Introductie en oriëntatie met betrekking tot BT 18. Als de cliënt niet weet of hij/zij er klaar voor is om zich te laten testen, moet de counselor a. proberen de cliënt ervan te overtuigen dat hij/zij zich op HIV laat testen. b. het zo laten en de cliënt weg laten gaan. c. MEER INFORMATIE GEVEN EN DE CLIËNT HELPEN EEN BESLISSING TE NEMEN. d. de cliënt geen counseling meer geven.
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 35
19. Counseling na de test moet a. gedaan worden in groepen. b. is verplicht voor cliënten die een hoog risico lopen, zoals die cliënten die seksueel overdraagbare infecties hebben. c. wordt slechts gegeven aan cliënten die een ELISA-HIV-test gedaan hebben. d. AAN ALLE CLIËNTEN AANGEBODEN, OF ZIJ NU EEN POSITIEF OF NEGATIEF TESTRESULTAAT HEBBEN. 20. Een negatief testresultaat geeft aan dat de cliënt a. b. c. d.
niet het risico loopt om met HIV besmet te raken. helemaal niet besmet is met HIV. 3 MAANDEN VOOR DE DAG VAN DE TEST NIET MET HIV BESMET WAS. niet met HIV besmet is, maar binnen een maand opniew getest moet worden.
21. Het hoofddoel van counseling van HIV-negatieve cliënten na de test is om a.
DE CLIËNTEN TE HELPEN OM EEN PLAN VOOR VERLAGING VAN HUN RISICO OP HIVBESMETTING TE ONTWIKKELEN.
b. de cliënten zeggen om het risico dat zij lopen om met HIV besmet te raken volkomen te elimineren door helemaal geen seks te hebben. c. de cliënten te leren om iedere keer als zij seks hebben condooms te gebruiken. d. de cliënten helpen om altijd monogaam te zijn. 22. Tijdens de counselingsessie na de test, moet de counselor die cliënten die een negatief testresultaat hebben a. vertellen dat zij hun partners niet hoeven in te lichten over het testresultaat. b. AANMOEDIGEN OM MET HUN PARTNERS TE PRATEN OVER HUN HIV-TEST. c. zeggen dat zij niet langer het risico lopen om besmet te raken. d. en zo min mogelijk tijd aan hen te besteden. 23. Een voorname taak van counseling na de test voor HIV-positieve cliënten is om a. cliënten te helpen om hun testresultaten nooit aan iemand mee te delen. b. CLIËNTEN HELPEN BIJ HET MEDEDELEN EN DE VERWIJZING VAN DE PARTNER. c. de cliënten geneesmiddelen geven om hun HIV-status te behandelen. d. de opties van de cliënt voor het verlagen van het risico na te gaan. 24. Zwangere vrouwen die HIV-positieve testresultaten hebben moeten a. verwezen worden naar adoptiediensten. b. geïnformeerd worden dat hun babies met HIV besmet zullen worden. c. VERWEZEN WORDEN VOOR AANVULLENDE COUNSELING
EN MOGELIJKE BEHANDELINGEN OM DE OVERDRACHT VAN MOEDER OP KIND VAN HIV TE VOORKOMEN.
d. gezegd worden dat zij hun partners mee moeten nemen zodat zij getest kunnen worden.
Gids voor Trainers – 36
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
CONTROLELIJST VOOR HET GEBRUIK VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL GEBRUIK VAN DE CONTROLELIJST De Controlelijst voor het Gebruik van het Counseling- en Testenprotocol wordt door de trainer gebruikt om de competentie van elke deelnemer bij het leiden van counselingsessies in verband met HIV te beoordelen. De counseling controlelijsten zijn afgeleid van de informatie die in de referentiehandleiding Counselen en Testen op HIV wordt voorzien en ze worden gebruikt door de deelnemers om feedback te voorzien tijdens de praktijk. De criteria voor een voldoende prestatie door de deelnemer zijn gebaseerd op de kennis, de attitudes en de vaardigheden die worden uiteengezet in de referentiehandleiding en die worden geoefend tijdens de training. Ter voorbereiding van de formele evaluatie door de trainer(s), kunnen de deelnemers zich vertrouwd maken met de inhoud van de controlelijst door elkaars presentatie-, demonstratie- en coachingvaardigheden kritisch te bespreken. Voldoende: Voert de stap of taak uit volgens de standaardprocedure of richtlijnen Onvoldoende: Niet in staat om de stap of taak uit te voeren volgens de standaardprocedure of richtlijnen Niet Waargenomen: Stap, taak of vaardigheid niet uitgevoerd tijdens de evaluatie door de trainer Bij het bepalen van de competentie is het oordeel van een geoefende trainer de belangrijkste factor. Bijgevolg heeft de competentie in de uiteindelijke analyse meer gewicht dan het aantal presentaties (dat slechts twee of minder kan zijn, afhankelijk van het aantal deelnemers aan deze cursus). Omdat het doel van deze training is om elke deelnemer in staat te stellen tot competentie, kan er bijkomende training of oefening in presentatie-, demonstratie-, of coachingvaardigheden nodig zijn.
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 37
Gids voor Trainers – 38
HIV:Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
CONTROLELIJST VOOR OVERZICHT VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL
Plaats een “9” in het hokje als de stap/taak naar tevredenheid wordt uitgevoerd, een “X” als het niet naar tevredenheid wordt uitgevoerd of N/O als het niet wordt waargenomen. Voldoende: Voer de stap of taak uit volgens de standaardprocedure of richtlijnen Onvoldoende: Niet in staat om de stap of taak uit te voeren volgens de standaardprocedure of richtlijnen Niet Waargenomen: Stap, taak of vaardigheid niet uitgevoerd tijdens de evaluatie door de trainer CONTROLELIJST VOOR HET GEBRUIK VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL Name
Hoofdcounselor Taken 1.
Volg het protocol, terwijl u vragen kiest die aangepast zijn aan de situatie van de cliënt.
2.
Houd uw aandacht gevestigd op risicoverlaging.
3.
Beantwoord directe vragen en bespreek datgene waarover de cliënt zich zorgen maakt.
4.
Gebruik actief luisteren en open vraagstelling.
5.
Vat het verhaal van de cliënt samen wanneer vereist.
6.
Bespreek de gedachten en gedragingen van de cliënt wanneer nodig.
7.
Behoud oogcontact.
8.
Gebruik de taal die de cliënt begrijpt.
9.
Feliciteer de cliënt met positieve acties die zij/hij ondernomen heeft.
10. Ga na of de cliënt het resultaat begrijpt.
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 39
Gids voor Trainers – 40
HIV:Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
CONTROLELIJST IN TWEEVOUD VOOR OVERZICHT VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL
Plaats een “9” in het hokje als de stap/taak naar tevredenheid wordt uitgevoerd, een “X” als het niet naar tevredenheid wordt uitgevoerd of N/O als het niet wordt waargenomen. Voldoende: Voer de stap of taak uit volgens de standaardprocedure of richtlijnen Onvoldoende: Niet in staat om de stap of taak uit te voeren volgens de standaardprocedure of richtlijnen Niet Waargenomen: Stap, taak of vaardigheid niet uitgevoerd tijdens de evaluatie door de trainer CONTROLELIJST VOOR HET GEBRUIK VAN HET COUNSELING- EN TESTENPROTOCOL Name
Hoofdcounselor Taken 1.
Het protocol volgen terwijl u vragen kiest die geschikt zijn voor de situatie van de cliënt.
2.
Houd uw aandacht gevestigd op risicoverlaging.
3.
Beantwoord directe vragen en bespreek datgene waarover de cliënt zich zorgen maakt.
4.
Gebruik actief luisteren en open vraagstelling.
5.
Vat het verhaal van de cliënt samen wanneer vereist.
6.
Bespreek de gedachten en gedragingen van de cliënt wanneer nodig.
7.
Behoud oogcontact.
8.
Gebruik de taal die de cliënt begrijpt.
9.
Feliciteer de cliënt met positieve acties die zij/hij ondernomen heeft.
10. Ga na of de cliënt het resultaat begrijpt.
HIV: Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Gids voor Trainers - 41
Gids voor Trainers – 42
HIV:Counselen en Testen - Aantekeningenboek voor de Cursus
Organisatie
Trainer(s)
Uitgevoerd te (locatie) (datums)
JHPIEGO
Workshop begeleiding voor en testen op HIV
heeft deelgenomen aan
_____________________________________________________
Erkent dat
Een afdeling van de Johns Hopkins Universiteit
JHPIEGO Corporation
in samenwerking met de
XYZ Organisatie